decreet_9_november_2012_wijzinging_decreet_kinderrechtencommissariaat

9 NOVEMBER 2012. - DECREET houdende wijziging van het decreet van 15 juli 1997 houdende oprichting van een Kinderrechtencommissariaat en instelling van het ambt van Kinderrechtencommissaris, van het decreet van 7 juli 1998 houdende instelling van de Vlaamse ombudsdienst en van het decreet van 7 mei 2004 houdende oprichting van een Vlaams Instituut voor Vrede en Geweldpreventie bij het Vlaams Parlement, en houdende opheffing van het decreet van 17 juli 2000 houdende de oprichting van een Instituut Samenleving en Technologie Het VLAAMS PARLEMENT heeft aangenomen en Wij, REGERING, bekrachtigen hetgeen volgt : DECREET houdende wijziging van het decreet van 15 juli 1997 houdende oprichting van een Kinderrechtencommissariaat en instelling van het ambt van Kinderrechtencommissaris, van het decreet van 7 juli 1998 houdende instelling van de Vlaamse ombudsdienst en van het decreet van 7 mei 2004 houdende oprichting van een Vlaams Instituut voor Vrede en Geweldpreventie bij het Vlaams Parlement, en houdende opheffing van het decreet van 17 juli 2000 houdende de oprichting van een Instituut Samenleving en Technologie HOOFDSTUK 1. - Bevoegdheidsbepaling Artikel 1. Dit decreet regelt een gemeenschaps- en gewestaangelegenheid.

HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen aan het decreet van 15 juli 1997 houdende oprichting van een Kinderrechtencommissariaat en instelling van het ambt van Kinderrechtencommissaris Art. 2. In artikel 3, punt 3, van het decreet van 15 juli 1997 houdende oprichting van een Kinderrechtencommissariaat en instelling van het ambt van Kinderrechtencommissaris, gewijzigd bij decreet van 15 juli 2005, wordt tussen het tweede en het derde lid een nieuw lid ingevoegd, dat luidt als volgt : "De Commissaris is belast met het goed beheer van de instelling.".

Art. 3. In artikel 5 van hetzelfde decreet wordt het tweede lid opgeheven.

Art. 4. In hetzelfde decreet wordt een artikel l0bis ingevoegd, dat luidt als volgt : "Art. l0bis. De Commissaris is verantwoordelijk voor de zorg en organiseert het beheer van het archief van het Kinderrechtencommissariaat.

De archiefzorg en de uitvoering van het archiefbeheer, alsook de toegang tot de archief-documenten verlopen volgens de standaarden en praktijken die het Vlaams Parlement hanteert voor zijn archief.

De archiefselectielijsten worden op voorstel van de Commissaris goedgekeurd door het Vlaams Parlement of een door het Vlaams Parlement aangewezen orgaan.".

Art. 5. In hetzelfde decreet wordt een artikel l0ter ingevoegd, dat luidt als volgt :

"Art. l0ter. Voor de geschillen en de handelingen waarvan het voorwerp tot de bevoegdheid behoort van het Kinderrechtencommissariaat wordt de Vlaamse Gemeenschap of het Vlaamse Gewest in en buiten rechte vertegenwoordigd door de Commissaris.".

Art. 6. In hetzelfde decreet worden een artikel 13bis ingevoegd, dat luidt als volgt : "Art. 13bis. Het Kinderrechtencommissariaat is onderworpen aan een interne audit waarvan de modaliteiten vastgelegd worden door het Vlaams Parlement.".

Art. 7. In hetzelfde decreet wordt een artikel 14bis toegevoegd, dat luidt als volgt : "Art. 14bis. Het Kinderrechtencommissariaat en het Vlaams Parlement kunnen onderling samenwerken. Die samenwerking mag geen afbreuk doen aan de autonome werking van het Kinderrechtencommissariaat. De inhoud van de samenwerking wordt vastgelegd in een door beide partijen ondertekend protocol.".

HOOFDSTUK 3. - Wijzigingen aan het decreet van 7 juli 1998 houdende instelling van de Vlaamse ombudsdienst Art. 8. In het decreet van 7 juli 1998 houdende instelling van de Vlaamse ombudsdienst wordt een artikel 20bis toegevoegd, dat luidt als volgt : "Art. 20bis. De Vlaamse ombudsdienst is onderworpen aan een interne audit waarvan de modaliteiten vastgelegd worden door het Vlaams Parlement.".

Art. 9. In artikel 21 van hetzelfde decreet wordt tussen het tweede en het derde lid een nieuw lid ingevoegd dat luidt als volgt : "De Vlaamse ombudsman is belast met het goed beheer van de Vlaamse ombudsdienst.".

Art. 10. In hetzelfde decreet wordt een artikel 22ter ingevoegd, dat luidt als volgt : "Art. 22ter. De Vlaamse ombudsdienst en het Vlaams Parlement kunnen onderling samenwerken. Die samenwerking mag geen afbreuk doen aan de autonome werking van de Vlaamse ombudsdienst. De inhoud van de samenwerking wordt vastgelegd in een door beide partijen ondertekend protocol.".

Art. 11. In hetzelfde decreet wordt een artikel 22quater ingevoegd, dat luidt als volgt : "Art. 22quater. De Vlaamse ombudsman is verantwoordelijk voor de zorg en organiseert het beheer van het archief van de ombudsdienst.

De archiefzorg en de uitvoering van het archiefbeheer, alsook de toegang tot de archiefdocumenten verlopen volgens de standaarden en praktijken die het Vlaams Parlement hanteert voor zijn archief.

De archiefselectielijsten worden op voorstel van de Vlaamse ombudsman goedgekeurd door het Vlaams Parlement of een door het Vlaams Parlement aangewezen orgaan.".

Art. 12. In hetzelfde decreet wordt een artikel 22quinquies ingevoegd, dat luidt als volgt : "Art. 22quinquies. Voor de geschillen en de handelingen waarvan het voorwerp tot de bevoegdheid behoort van de Vlaamse ombudsman wordt de Vlaamse Gemeenschap of het Vlaamse Gewest in en buiten rechte

vertegenwoordigd door de Vlaamse ombudsman.".

HOOFDSTUK 4. - Wijzigingen aan het decreet van 7 mei 2004 houdende oprichting van een Vlaams Instituut voor Vrede en Geweldpreventie bij het Vlaams Parlement Art. 13. Aan artikel 6, eerste lid, van het decreet van 7 mei 2004 houdende oprichting van een Vlaams Instituut voor Vrede en Geweldpreventie bij het Vlaams Parlement wordt de volgende zin toegevoegd : "De verzoeken vanwege het Vlaams Parlement worden geformuleerd op de door het Reglement van het Vlaams Parlement bepaalde wijze.".

Art. 14. In artikel 6, tweede lid, van hetzelfde decreet worden de woorden "over de toepassing van de wet van 5 augustus 1991 betreffende de in-, uiten doorvoer van wapens, munitie en speciaal voor militair gebruik of voor ordehandhaving dienstig materieel en daaraan verbonden technologie" vervangen door de woorden "zoals bedoeld in het decreet van 15 juni 2012 betreffende de in-, uit-, doorvoer en overbrenging van defensiegerelateerde producten, ander voor militair gebruik dienstig materiaal, ordehandhavingsmateriaal, civiele vuurwapens, onderdelen en munitie".

Art. 15. In artikel 9, ยง 1, van hetzelfde decreet worden de woorden "dagelijks beheer" vervangen door de woorden "goed beheer van de instelling".

Art. 16. In hoofdstuk III van hetzelfde decreet worden de artikelen 11 tot 13 ondergebracht in een afdeling IV, die luidt als volgt : "Afdeling IV Bijzondere bepalingen inzake de werking".

Art. 17. In hetzelfde decreet wordt in afdeling IV, ingevoegd bij artikel 16, een artikel 11bis ingevoegd, dat luidt als volgt : "Art. 11bis. Het Vredesinstituut is verantwoordelijk voor de zorg en organiseert het beheer van het archief van het Vredesinstituut.

De archiefzorg en de uitvoering van het archiefbeheer, alsook de toegang tot de archiefdocumenten verlopen volgens de standaarden en praktijken die het Vlaams Parlement hanteert voor zijn archief.

De archiefselectielijsten worden op voorstel van het Vredesinstituut goedgekeurd door het Vlaams Parlement of een door het Vlaams Parlement aangewezen orgaan.".

Art. 18. In hetzelfde decreet wordt in afdeling IV, ingevoegd bij artikel 16, een artikel 11ter ingevoegd, dat luidt als volgt : "Art. 11ter. Voor de geschillen en de handelingen waarvan het voorwerp tot de bevoegdheid behoort van het Vredesinstituut wordt de Vlaamse Gemeenschap of het Vlaamse Gewest in en buiten rechte vertegenwoordigd door het Vredesinstituut, overeenkomstig zijn huishoudelijk reglement.".

Art. 19. In hetzelfde decreet wordt in afdeling IV, ingevoegd bij artikel 16, een artikel 11quater ingevoegd, dat luidt als volgt : "Art. 11quater. Het Vredesinstituut en het Vlaams Parlement kunnen onderling samenwerken. Die samenwerking mag geen afbreuk doen aan de autonome werking van het Vredesinstituut. De inhoud van de samenwerking wordt vastgelegd in een door beide partijen ondertekend protocol.".

Art. 20. In hetzelfde decreet wordt een artikel 14bis ingevoegd, dat luidt als volgt : "Art. 14bis. Het Vredesinstituut is onderworpen aan een interne audit waarvan de modaliteiten vastgelegd worden door het Vlaams Parlement.".

HOOFDSTUK 5. - Opheffing van het decreet van 17 juli 2000 houdende de oprichting van een Instituut Samenleving en Technologie Art. 21. Het decreet van 17 juli 2000 houdende de oprichting van een Instituut Samenleving en Technologie, gewijzigd bij de decreten van 28 februari 2003 en 5 december 2008, wordt opgeheven.

Art. 22. De archiefdocumenten van het Instituut Samenleving en Technologie worden in goede, geordende en toegankelijke staat overgedragen aan het Vlaams Parlement.

Art. 23. De activa en de passiva van het Instituut Samenleving en Technologie, en alle daaruit voortvloeiende rechten en verplichtingen worden op 1 januari 2013 overgedragen aan het Vlaams Parlement.

Het Vlaams Parlement keurt uiterlijk op 30 juni 2013 de rekeningen van het jaar 2012 van het Instituut Samenleving en Technologie goed.

HOOFDSTUK 6. - Slotbepaling Art. 24. Artikel 21 treedt in werking op 1 januari 2013.

Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Brussel, 9 november 2012.

De minister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van Economie, Buitenlands Beleid, Landbouw en Plattelandsbeleid, K. PEETERS De Vlaamse minister van Innovatie, Overheidsinvesteringen, Media en Armoedebestrijding Mevr. I. LIETEN De Vlaamse minister van Bestuurszaken, Binnenlands Bestuur, Inburgering, Toerisme en Vlaamse Rand, G. BOURGEOIS De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, J. VANDEURZEN _______ Nota (1) Zitting 2011-2012.

Stuk. Voorstel van decreet : 1725, nr. 1.

Zitting 2012-2013.

Verslag : 1725, nr. 2. - Tekst aangenomen door de plenaire vergadering : 1725, nr. 3.

Handelingen. Bespreking en aanneming : vergadering van 24 oktober 2012.