eetlepels mayonaise

M PPEN Al wandelend vindt Karel een spiegel op de grond. Hij raapt het spiegeltje op en kijkt er in. “Ik ken die mens precies,” zegt hij. Lars neemt de spiegel over, kijkt er ook in en zegt: “Ja, natuurlijk dat je hem kent. Ik ben het!” Jantje komt in de klas en zegt tegen zijn buur: “Hey, jij hebt de kop van een ezel.” Waarop de meester zegt: “Jantje, je mag het woord ‘kop’ niet meer gebruiken.” Iets later vliegt er een helikopter over de speelplaats. Jantje zegt: “Kijk daar, een helihoofter!” Er zaten eens twee koeien in bad en de ene vraagt: “Geef eens de zeep, ik krijg mijn vlekken er niet af!”

Twee ballonnen zijn op een feestje. De ene ballon drinkt frisdrank en ineens ontploft die. Zegt de andere: “Ik zei het nog: drink nooit frisdrank met prik!” Welk dier bestaat voor drie kwart uit wol? Een wolf

Twee dieven zitten in de gevangenis. Op een dag zien ze de sleutel van de poort liggen. Ze maken de poort open zodat ze kunnen ontsnappen. Daarna moeten ze over honderd muren klimmen. Bij de 99ste muur zegt de ene dief tegen de andere: “Ik kan niet meer! Zullen we teruggaan?”

Wat is heel groot en weegt niets? De schaduw van een olifant

Wat is het tegenovergestelde van theoloog? Theo vertelde de waarheid!

SPELLETJES

Kopieer het zeemonster

Kopieer het zeemonster in het andere rooster. Als je klaar bent, kan je de twee zeemonsters inkleuren!

Zeeslag

Er zijn zes schepen verborgen op zee. De schepen liggen horizontaal of verticaal, nooit diagonaal. Twee schepen raken elkaar nooit, ook niet diagonaal. De cijfers rechts en onder het rooster geven aan hoeveel schipdelen er in die rij of kolom liggen. Vind jij de zes schepen?

BUITENSPEL!

Waterspelletjes

Dit jaar verzamelen we enkele leuke spelletjes die je thuis kan spelen of op de speelplaats op school. Of vraag volgende keer op KSA eens aan je leiding om deze spelletjes te spelen! In deze Zwonk!? vind je drie spelletjes met water. De perfecte afkoeling bij het warme weer.

Kippenkoers

Maak een moeilijk parcours met hindernissen. Op het einde van het parcours zet je twee of meerdere gekleurde emmers. Verdeel je daarna in twee of meerdere groepjes. Per groepje moet er een emmer zijn. Iedereen vult een fles met water en stopt die tussen de knieën. Elk om beurt leggen jullie het parcours af. Op het einde van het parcours giet je de fles leeg in de emmer van jouw ploeg. Je mag je handen niet gebruiken. De ploeg die het eerst een emmer vol heeft, wint. Ballon-estafette met de voeten

Maak twee ploegen. Iedere ploeg ligt in een lange rij op de rug, telkens met de voeten aan het hoofd van de speler voor je. Elke ploeg moet proberen zo snel mogelijk één waterballon door te geven. Je mag enkel je voeten gebruiken. Als de ballon valt, moet de ploeg opnieuw beginnen. Als de ballon ontploft, ben je verloren. Je kan ook een natte spons gebruiken.

Ballonpineut

In een speelveld loopt een pineut rond. De rest probeert de pineut aan te gooien met een natte spons. Wie de pineut aangooit, wordt zelf de nieuwe pineut. Opgelet: je mag niemand vasthouden.