Jaarverslag AHK 2007

Page 1

Jaarverslag Jaarverslag 2007 2007

1


2

3


Voorwoord “Een zekere ambitie en een zekere zelfverzekerdheid, terwijl je vragen stelt aan de wereld en luistert naar de wereld om je eigen vragen te formuleren” – dat is wat gevraagd wordt van een aanstaand kunstenaar, aldus Charles Esche in een lezing ter afsluiting van de eerste reeks Artists in Residence aan de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten.

Onze studenten werken hard en worden daarbij begeleid door veel uitstekende docenten die in direct contact staan met de praktijk. De studenten waarderen dit. Hun prestaties worden hoog geschat door de vakwereld, getuige de vele prijzen en stipendia die zij jaar in jaar uit in de wacht slepen. En ook daarna zit het goed: veel van onze alumni behoren tot de top van de beroepspraktijk.

Dat de AHK erin slaagt een vruchtbare studieomgeving te bieden waarin een dergelijke geesteshouding ontwikkeld kan worden, moge blijken uit intern en extern onderzoek. Onze studenten zijn tevreden en scoren hoog: uit landelijk onderzoek onder studenten komt de AHK naar voren als behorend tot de beste kleine hogescholen van Nederland, en uit de in 2007 voor het eerst gehouden AHK Studenttevredenheidsmonitor blijkt dat het merendeel van de studenten opnieuw voor dezelfde studie zou kiezen. Recentelijk werd tevens duidelijk dat de AHK uitstekende resultaten haalt op het gebied van studierendement: 70% van onze studenten sluit de studie na vijf jaar met succes af. Ter vergelijking: dat is bijna 20% meer dan aan veel andere hogescholen.

Zo willen wij het graag houden, maar: excellentie is een continue uitdaging, nooit een vast bezit. Er is grote inzet nodig om het fragiele geraamte van het kunstonderwijs op hoog niveau te houden. Daarvoor zijn hartstochtelijke docenten en studenten nodig, evenals uitstekende voorzieningen. Daarnaast moet er ook voldoende ruimte voor de studenten worden gecreëerd om de genoemde geesteshouding te ontwikkelen: een klimaat waarbinnen (zelf)kritisch vermogen, zelfstandigheid en artistieke vrijheid centraal staan, zoals de directeur van de Theaterschool het verwoordde. Of, zoals een student van de Filmacademie tijdens de visitatie opmerkte: ‘Het enige wat ik soms in mijn studie mis, is de ruimte om niets te doen.’ Misschien is het juist deze ruimte die we het strengst moeten bewaken, zodat de opleidingen aan de AHK op hoog peil blijven. Dat willen we scherp in het oog houden. Olchert Brouwer voorzitter College van Bestuur Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten

4

5


Inhoudsopgave Voorwoord

6

4

Organisatie Organogram Bestuur en toezicht Medezeggenschap Betrokkenheid beroepsveld Tweedefase-instellingen

8 9 10 11 12 13

Beleid Missie Instellingsplan Aansluiting HOOP 2004 en strategische agenda hbo Maatwerktrajecten en contractonderwijs Voornemens uit het jaarverslag 2006

14 14 15

Masteropleidingen Opleidingenaanbod Onderwijsontwikkeling

28 29 29

Faculteitsoverstijgend onderwijs Keuzevakken Practicum generale fonds Beroepsvoorbereiding

32 32 34 34

Internationalisering Internationale uitwisseling Algemene beursprogramma’s Individuele beursprogramma’s

37 37 38 40

Onderzoek en lectoraten Onderzoeksbeleid Lectoraat Kunsttheorie en onderzoek Lectoraat Kunst-en cultuureducatie Lectoraat Kunstpraktijk en artistieke ontwikkeling Lectoraat Cultureel erfgoed Publicaties Promotievouchers

42 42 43 44

Samenwerkingsverbanden en beroepspraktijk

49

16 16 17

Kwaliteit en accreditatie Kwaliteitszorg Visitaties en accreditaties Tevredenheidsonderzoek Arbeidsmarkt afgestudeerden Competenties

18 19 19 19 20 23

Bacheloropleidingen Opleidingenaanbod Onderwijsontwikkeling Ruim baan voor talent: honoursprogramma muziek

24 25 25

Studenten Studentenpopulatie Diversiteit Aanmelding, selectie, instroom en vooropleiding Rendement Studentenvoorzieningen Prijzen

52 53 55

Personeel Personeelsbeleid Personeelsbestand Seniorenbeleid Ziekteverzuim Faciliteiten Directie en staf

64 65 67 69 69 71 72

Huisvesting, voorzieningen en arbo Huisvesting Communicatie ICT-voorzieningen Arbo

44 45 47 47

27

7

56 59 60 61

74 75 77 77 77

Financiën Reikwijdte van de jaarrekening Verschillen begroting / realisatie 2007 Financiële positie Liquiditeitspositie Solvabiliteitsratio Algemene reserve Financiële vooruitzichten Treasury management Balans per 31 december 2007 Exploitatierekening 2007

78 79 80 80 81 81 82 82 82 83 84

Donaties Index

86

Colofon

88

87


Organisatie Organogram

Raad van Toezicht College van Bestuur

Centrale Medezeggenschapsraad Lectoraten Kunsttheorie en onderzoek Kunst- en cultuureducatie Kunstpraktijk en artistieke ontwikkeling Cultureel erfgoed

DasArts Binger Filmlab

8

9

Servicebureau afdelingen: personeel & organisatie huisvesting & beheer beleidsondersteuning communicatie financiĂŤn & administratie informatie & communicatietechnologie kwaliteitszorg


Bestuur en toezicht Raad van Toezicht - Pauline Kruseman, directeur Amsterdams Historisch Museum (voorzitter) - Pim van den Berg, zelfstandig gevestigd adviseur - Dolf van den Brink, hoogleraar Financial Institutions aan de Universiteit van Amsterdam -A driana Esmeijer, directeur Prins Bernhard Cultuurfonds - Robert Israel, consultant integriteit financiële dienstverlening, auditcommissie - Reina Spier-Van der Woude, juriste en voormalig lid gemeenteraad Amsterdam - Sytze Visser, architect (vice-voorzitter) De Raad van Toezicht is belast met het uitoefenen van toezicht op de rechtmatigheid en doelmatigheid van het beleid van het College van Bestuur. In de statuten is vastgelegd dat de Raad zich als toezichthouder dient uit te spreken over onder andere de begroting en de jaarrekening, de statuten en het bestuursreglement, en het instellingsplan. Daarnaast vervult de Raad van Toezicht een klankbordfunctie voor het College van Bestuur. De leden van de Raad van Toezicht worden benoemd voor periodes van vier jaar. Bij vacatures worden vastgestelde profielen gehanteerd. Om belangenverstrengeling te vermijden is in de statuten aangegeven welke functies strijdig zijn met het lidmaatschap van de Raad van Toezicht. De leden ontvingen in 2007 een vergoeding van € 2.600. De Raad van Toezicht heeft zijn goedkeuring verleend aan de jaarrekening 2006, het jaarverslag 2006 en de begroting voor 2007. De auditcommissie heeft voorafgaand aan de besluitvorming overleg gevoerd met het College van Bestuur en advies aan de Raad uitgebracht. Besloten is de bezoldiging van de RvT-leden te verhogen naar aanleiding van het door HayGroup aan de HBO-Raad uitgebrachte advies inzake bezoldiging van Raden van Toezicht in het hoger onderwijs. Met ingang van 2008 zal de jaarlijkse vergoeding € 6.100 bedragen voor de voorzitter, € 5.100 voor leden die tevens lid zijn van een (audit) commissie en € 4.300 voor leden zonder commissietaken. De Raad van Toezicht heeft langs de lijnen van de Branchecode Governance een zelfevaluatie uitgevoerd en conclusies geformuleerd voor een verdere verbetering van het functioneren. Op voorstel van het College van Bestuur en na advies van de auditcommissie is, gelet op de wenselijkheid van roulatie, besloten per 2008 kantoor Deloitte als instellingsaccountant te contracteren.

10

De Raad van Toezicht heeft kennisgenomen van de rapportage van het College van Bestuur naar aanleiding van de uitvoering van de bestuurlijke agenda 2007 en van het CvB-programma voor 2008. De Raad heeft zich geregeld doen informeren over aangelegenheden als de voortgang van de organisatieontwikkeling, de nieuwe huisstijl, huisvestingsprojecten (met name de nieuwbouw voor het Conservatorium en het afstoten van de Bachzaal), ontwikkelingen ten aanzien van opleidingen en lectoraten, regelgeving, financiering hoger onderwijs, specifieke facultaire ontwikkelingen en de stand van zaken omtrent de medezeggenschap aan de hogeschool. De Raad heeft kennisgenomen van het voornemen van het College van Bestuur tot opzegging van de samenwerkingsovereenkomsten met DasArts en Binger Filmlab, die in opdracht van de AHK de voortgezette opleidingen Theater en Film verzorgen. In het kader van het reguliere overleg met het College van Bestuur heeft de Raad telkens met een van de faculteitsdirecteuren/ directies een gesprek gevoerd over de ontwikkelingen binnen de faculteit.

Medezeggenschap

Letter of representation Onder verwijzing naar de richtlijn voor de verslaglegging hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek verklaart de Raad van Toezicht dat het instellingsbestuur naar behoren de informatie aan de instellingsaccountant heeft verstrekt en dat het instellingsbestuur niet betrokken is geweest bij onregelmatigheden.

Het College van Bestuur heeft een nieuwe opzet van de medezeggenschap voorgesteld waarbij de medezeggenschap wordt neergelegd bij een hogeschoolraad. In het voorstel is het lidmaatschap van een faculteitsraad niet langer een voorwaarde voor dat van de hogeschoolraad; de gedachte is dat gescheiden verkiezingen de belangstelling voor en de kwaliteit van de medezeggenschap ten goede zullen komen. De bedoeling van de wijziging is dat de faculteitsraden zich meer kunnen concentreren op het onderwijs en ook de taken van opleidingscommissies zullen vervullen; verwacht wordt dat de participatie van docenten en studenten wordt gestimuleerd wanneer bedrijfsmatige onderwerpen bij de hogeschoolraad worden belegd en de faculteitsraden zich in de eerste plaats kunnen richten op het primaire proces. Eind 2007 is een definitief voorstel ter instemming aan de centrale medezeggenschapsraad voorgelegd.

College van Bestuur Olchert Brouwer, voorzitter Het College van Bestuur is verantwoordelijk voor de missie en strategie van de instelling en stelt de kaders vast waarbinnen de faculteitsdirecties en de directeur van het Servicebureau hun beleid voeren. Het College legt vier keer per jaar aan de Raad van Toezicht verantwoording af over het gevoerde beleid. De voorzitter (en enig lid) van het College van Bestuur is benoemd voor een periode van vier jaar. De bezoldiging van het College van Bestuur wordt vermeld in de jaarrekening.

Centrale Medezeggenschapsraad

Het College van Bestuur heeft voor 2007 een bestuurlijke agenda opgesteld. Als hoofdpunten zijn vastgesteld:

De Centrale Medezeggenschapsraad (CMR) is uitvoerig geïnformeerd over onderwerpen als het nieuw geformuleerde personeelsbeleid inzake functioneren en beoordelen, de accreditatietrajecten, het communicatiebeleid en de invoering van de nieuwe huisstijl. De algemene gang van zaken binnen de hogeschool is besproken aan de hand van het jaarverslag 2006 en kwam regelmatig terug op de agenda.

• toekomstbeeld van de hogeschool en instellingsplan; • onderwijs en onderzoek in relatie tot het beroepenveld; • kwaliteitsplan en voorbereiding op toekomstige ontwikkelingen in het accreditatiestelsel; • studenten- en alumnibeleid, met onder meer aandacht voor tevredenheidsonderzoek,rendement, gewenste aantallen en samenstelling van de studentenpopulatie; • didactische scholing van docenten; • systematiek van functioneringsgesprekken en personeelsbeoordeling; • interne en externe communicatie; • vergroting van de effectiviteit van de medezeggenschapsstructuur.

De werkgroep ter voorbereiding van een nieuwe medezeggenschapsstructuur voor de hogeschool heeft niet tot het gewenste resultaat geleid. De discussie zal daarom in 2008 worden voortgezet op basis van een conceptreglement dat door het College van Bestuur aan de raad is voorgelegd. De raad heeft het jaarverslag en de jaarrekening 2006 ter kennisneming aangenomen en ingestemd met de middelenverdeling en de begroting voor 2008. Daarnaast heeft de raad geadviseerd inzake meer gestroomlijnde instellingstarieven voor het collegegeld, heeft hij ingestemd met het inschrijvingsreglement en is hij geïnformeerd over de studentenmonitor. De CMR heeft van gedachten gewisseld over het onderwerp Handicap en studie, en heeft voorstellen gedaan teneinde dit onderwerp meer onder de aandacht van studenten te brengen.

Al deze thema’s hebben tot resultaten geleid, die in de betreffende hoofdstukken van dit verslag worden beschreven. Management en staf Maandelijks vindt intern overleg en informatieuitwisseling plaats tussen het College van Bestuur, de faculteitsdirecties en de directeur van het Servicebureau. In het kader van de planning- en controlcyclus vindt elk half jaar bilateraal overleg plaats tussen het College van Bestuur en de faculteitsdirecties. Het College van Bestuur overlegt wekelijks met de directeur van het Servicebureau en de hoofden van de diensten.

De raad heeft in het verslagjaar vijfmaal met het College van Bestuur vergaderd. Daarnaast waren de voorzitter en vice-voorzitter als toehoorder aanwezig bij het overleg met de vakbonden. In maart was er een scholingsdag voor leden van alle facultaire raden, met een inleiding over medezeggenschap en aandacht voor achterbancommunicatie en communicatie met faculteitsdirecties.

Geregeld worden managementconferenties gehouden, met een thematisch ingevulde agenda op onderwijsinhoudelijk gebied. Deze conferenties zijn bedoeld als aanzet voor verdere beleidsontwikkeling. Onderwerpen op de managementconferenties in 2007 waren de interactie tussen de faculteiten en de centrale afdeling kwaliteitszorg op het gebied van huidige en toekomstige accreditatietrajecten, de voorbereiding van AHKstudenten op zakelijke aspecten van het beroep van kunstenaar en het functioneren in de creatieve industrie, en ten slotte de plaats en functie van het onderzoek en de lectoraten aan de AHK.

11

Samenstelling In de loop van het verslagjaar heeft de samenstelling van de raad enkele wijzigingen ondergaan: twee studentvertegenwoordigers hebben de raad verlaten na te zijn afgestudeerd. De opengevallen studentzetels voor respectievelijk de Reinwardt Academie en de Nederlandse Film en Televisie Academie zijn ingevuld; de studentenzetel voor de Theaterschool is vacant gebleven. Ook de personeelszetels voor de Theaterschool en de Reinwardt Academie zijn niet ingevuld, evenmin als de studentzetel voor de Academie van Bouwkunst. -M ieke Schut, personeelslid Academie voor Beeldende Vorming (voorzitter) -F lorentijn van Panhuis, studentlid Academie voor Beeldende Vorming -H enk van Raam, personeelslid Academie van Bouwkunst (tot april) -M ichiel Poell, personeelslid Academie van Bouwkunst (vanaf juni) -C hristine Moser, personeelslid Conservatorium van Amsterdam, vice-voorzitter sinds september -E dwin Paarlberg, studentlid Conservatorium van Amsterdam -B en Zijlstra, personeelslid Nederlandse Film en Televisie Academie (tot juli) -H ilde Klein, personeelslid Nederlandse Film en Televisie Academie (vanaf augustus) - Edo Harries, studentlid Reinwardt Academie (tot juni) -G ijs Moest, studentlid Reinwardt Academie (vanaf september) - Leo Capel, personeelslid Servicebureau - Joris Maussen, studentlid de Theaterschool (tot juni) - Wilma Wesselink, ambtelijk secretaris Governance De AHK handelt in overeenstemming met de principes van de Branchecode Governance Hogescholen. De verantwoordelijkheden en bevoegdheden van de Raad van Toezicht en het College van Bestuur zijn vastgelegd in de statuten en het bestuursreglement. De AHK heeft geen numeratiecommissie ingesteld; de verantwoordelijkheid voor de bezoldigingen wordt gedragen door de voltallige Raad van Toezicht. Er is wel een auditcommissie ingesteld. De AHK kent al ruim tien jaar een klachtenregeling op het gebied van seksuele intimidatie en agressie. Niet alle onderdelen van de Branchecode Governance zijn echter vertaald in afzonderlijke regelingen. Een aantal principes heeft vanzelfsprekende aandacht van zowel Raad van Toezicht als College van Bestuur en behoeft geen afzonderlijk reglement. In 2008 zal worden bezien of aanvullende regelingen gewenst zijn, zoals een klokkenluidersregeling.


Betrokkenheid beroepsveld Aan elke faculteit is een Commissie van Advies verbonden. De leden representeren alle beroepsvelden waar het onderwijs zich op richt. De adviezen zijn gericht op nieuwe ontwikkelingen en behoeften in het beroepsveld, de vertaling daarvan in het onderwijs en de bewaking van de kwaliteit in de relatie tussen het onderwijs en de beroepspraktijk. De advisering vindt plaats in regulier overleg met de faculteitsdirecties. Samenstelling Commissies van Advies

- Arnout Weeda, organisatieadviseur (voorzitter) - Richard Hermans, directeur Erfgoed Nederland - Anke van der Laan, hoofd presentatie Frans Hals Museum - Danielle Lokin, voorzitter Nederlandse Museumvereniging (lid tot november) - Peter Sigmond, directeur Collecties Rijksmuseum Amsterdam - Siebe Weide, directeur Nederlandse Museumvereniging (lid vanaf november)

Academie voor Beeldende Vorming

de Theaterschool

- Ellie van den Bomen, projectleider kunsteducatie Kunst en Cultuur Noord-Holland - Ton Flierman, onderwijskundig adviseur - Olga Mes, docent beeldende vakken - Stefan Strauss, beeldend kunstenaar

- Dhian Siang Lie, consulent adviesbureau (voorzitter, tot november) - Ruud Nederveen, directeur brancheorganisatie voor de dans (DOD), gemeenteraadslid Amsterdam (voorzitter, vanaf december) - Titus Muizelaar, acteur en regisseur - Marion Schiffers, directeur jongerentheater 020 - Pieter C. Scholten, artistiek leider Emio Greco I PC (lid vanaf december) - Koos Terpstra, directeur en artistiek leider Noord Nederlands Toneel (lid tot november) - Leontien Wiering, directeur Nederlandse Dansdagen (lid tot mei)

Conservatorium van Amsterdam - Saskia Bruines, voormalig bestuursvoorzitter Kunstconnectie en voormalig wethouder Cultuur Amsterdam - Max van de Kamp (overleden juli 2007), hoogleraar Andragogiek aan de faculteit der GMW van de Rijks Universtiteit Groningen - Jan-Willem Loot, algemeen directeur Koninklijk Concertgebouworkest - Henk Meutgeert, dirigent en artistiek leider The Jazz Orchestra of the Concertgebouw - Ernst Mulder (sinds november), docent Wetenschapsfilosofie aan de Universiteit van Amsterdam - Jan-Willem Slichting, programmeur Paradiso Amsterdam - Sieuwert Verster, directeur van het Orkest van de 18e Eeuw - Leen Vleggeert, oud-burgemeester, voormalig interim-directeur Hogeschool voor Muziek en Theater te Rotterdam en interim-directeur Rotterdams Philharmonisch Orkest Nederlandse Film en Televisie Academie - Job ter Burg, editor - Frans van Gestel, producent - Mieke de Jong, scenarist - Hans van Helden, visual effects supervisor - Petra Lataster, documentairemaker - Paula van der Oest, regisseur - Peter Schrurs, directeur VPRO

12

Reinwardt Academie

Tweedefase-instellingen Het opleidingenaanbod van de AHK omvat twee voortgezette opleidingen waarbij de uitvoering van het onderwijs is uitbesteed aan afzonderlijke stichtingen: de voortgezette opleiding Theater wordt verzorgd door DasArts en de voortgezette opleiding Film en televisie door Binger Filmlab. Beide instituten functioneren tevens als cultuurwerkplaats.

Academie van Bouwkunst - Edo Arnoldussen, directeur Gemeenschappelijk Ontwikkelingsbedrijf van het Rijk Den Haag - Dick van Gameren, architect, De Architectengroep Amsterdam - Maurits de Hoog, stedenbouwkundige, Dienst Ruimtelijke Ordening Amsterdam - Sjoerd Soeters, architect, Soeters van Eldonk Ponec Amsterdam - Eric Luijten, landschapsarchitect, hoogleraar leerstoel Belvedere, TU Delft

De instituten ontvangen bekostiging als hbo-opleiding én als kunstinstelling. Deze gemengde bekostiging staat al geruime tijd ter discussie. Vanuit de Raad voor Cultuur is aangedrongen op een keuze tussen een onderwijs- of een cultuuridentiteit, met gevolgen voor de volgende Cultuurnotaperiode. Tegelijkertijd is de positie als voortgezette opleiding eindig, omdat de accreditatie in 2009 afloopt. Een nieuwe accreditatie is alleen mogelijk als masteropleiding. Om de voortgezette opleidingen te kunnen continueren heeft de AHK besloten zowel voor Theater als voor Film en televisie een masteropleiding te ontwikkelen en te laten accrediteren.

Master Kunsteducatie De masteropleiding Kunsteducatie valt niet onder een faculteit, maar onder het lectoraat Kunst- en cultuureducatie. - Peggy Brandon, directeur Mocca - Antoine Gerrits, adviseur KPC-groep - Marga Helmich, hoofd educatie Concertgebouw - Britt Thomassen, educatief medewerker Filmmuseum - Saundra Williams, directeur Theaterwerkplaats Amsterdam Zuidoost

De eisen en het karakter van een masteropleiding sluiten niet aan bij het huidige programma van Binger Filmlab. Het bestuur van Binger heeft aangegeven de voorkeur te geven aan een toekomst waarin de relatie met het onderwijs wordt losgelaten en Binger zich volledig binnen de kunstensector manifesteert. Deze keuze wordt gesteund door de Raad voor Cultuur. Na overleg met het bestuur van Binger heeft de AHK aangekondigd de besturenovereenkomst te zullen beëindigen per 2009. Binger Filmlab heeft eind 2007 bij het Ministerie van OCenW een plan voor de cultuurnotaperiode 2009-2012 ingediend met nieuwe ideeën op het gebied van coaching, training en ontwikkeling. Binger Filmlab is voornemens de huidige programma’s in eenzelfde format en met eenzelfde hoge kwaliteit te blijven aanbieden en een prominente rol te blijven spelen in de ontwikkeling van talent, op nationaal en internationaal gebied. De reeds in gang gezette intensievere samenwerking met andere organisaties binnen de (inter)nationale filmwereld (fondsen, omroepen, festivals, producenten en andere trainingsorganisaties), zal daartoe in 2008 worden gecontinueerd.

13

Het bestuur van DasArts heeft na ampele overweging geconstateerd dat de eigen aard van het aanbod van DasArts in de gegeven omstandigheden het best kan worden veiliggesteld in de vorm van een masteropleiding binnen de AHK. De AHK heeft hier positief op gereageerd en de directie en staf van DasArts voor-

gesteld deel te nemen aan de voorbereiding van de accreditatieaanvraag voor de masteropleiding Theater, waarbij ook de lector Kunstpraktijk en artistieke ontwikkeling nauw wordt betrokken. Om deze ontwikkeling zowel inhoudelijk als organisatorisch in goede banen te leiden is een projectleider aangesteld. Omdat er in de toekomst geen rol meer is weggelegd voor een zelfstandige rechtspersoon heeft de AHK te kennen gegeven de bestuursovereenkomst met DasArts te beëindigen per 2009. In verband met bovengenoemde ontwikkelingen heeft de voorzitter van het College van Bestuur van de AHK zich eind 2007 teruggetrokken uit de besturen van DasArts en Binger Filmlab. Bestuur DasArts - J an Riezenkamp, voorzitter Amsterdamse Kunstraad (voorzitter) -O lchert Brouwer, voorzitter College van Bestuur Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten (plaatsvervangend voorzitter, tot november) -M ichiel Buchel, algemeen directeur science center NEMO (penningmeester) -M elle Daamen, directeur Stadsschouwburg Amsterdam (tot oktober) -L een Laconte, directeur Vlaams Cultuurhuis de Brakke Grond ´ theatermaker, kunstenaar - Mirjana Smolic, - I nge van der Vlies, hoogleraar Staats- en bestuursrecht Universiteit van Amsterdam (secretaris) Bestuur Binger Filmlab -O lchert Brouwer, voorzitter College van Bestuur Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten (voorzitter, tot november) -A nnemieke Gerritsma, adviseur op het gebied van Kunst, cultuur en media (voorzitter, vanaf november) - Pieter Fleury, regisseur (vanaf november) -Ö zkan Gölpinar, toneelschrijver en journalist (tot november) -A rnold Heslenfeld, hoofd Speelfilm Nederlands Fonds voor de Film (tot november) - Ate de Jong, regisseur/producent Mulholland Pictures bv - Eric Keyzer, advocaat Allen & Overy -L eontine Petit, producent Lemming Film (tot november) - Ineke Smits, regisseur (vanaf november)


Beleid Missie Excellent hoger onderwijs De AHK is een instelling voor hoger onderwijs, die de artistieke, onderwijskundige, intellectuele en materiële infrastructuur biedt voor het beste onderwijs aan getalenteerde studenten. Deze studenten leggen een grote belangstelling en enthousiasme aan de dag voor de kunsten en de cultuur, en willen zich daarvoor meer dan gemiddeld inzetten. De faculteiten van de hogeschool verzorgen hoogwaardige gespecialiseerde opleidingen, gericht op de ambachtelijke, artistieke, cognitieve, innovatieve en communicatieve competenties voor een geslaagde beroepspraktijk. Respect voor de geijkte rijkdom van de culturele traditie verbindt zich hierbij met een scherp gevoel voor het nieuwe en met de verkenning van het nog onbepaalde. De onderwijs- en onderzoeksprogramma’s zijn daarbij het brandpunt waar het heden het culturele verleden ontmoet, en waar de toekomst wordt voorbereid; waar de actualiteit wordt gemeten aan overgeleverde waarden en waar vragen worden gearticuleerd die nog geen beantwoording kennen.

Verscheidenheid, eigenheid, reflexiviteit

14

Het onderwijs van de AHK bestrijkt de gebieden muziek, dans, theater, film, beeldende kunst, architectuur en cultureel erfgoed. De vooropleidingen, bacheloropleidingen, voortgezette opleidingen, masteropleidingen en promotieopleidingen die de AHK aanbiedt, zijn

gericht op het scheppen, uitvoeren, doceren en onderzoeken, en bereiden de student voor op een carrière als kunstbeoefenaar en bemiddelaar. Daarbij zorgen onderscheiden artistieke en onderwijskundige visies voor op maat toegesneden programma’s.

cultuur in de veelkleurige hoofdstad, en in het onderwijs wordt alert gereageerd op actuele ontwikkelingen in de dynamische samenleving en de snel veranderende wereld. Met het oog op de optimalisering van de onderwijsprocessen, de kwaliteit van de artistieke prestaties en de cumulatie van kennis en inzichten wordt samenwerking met universiteiten en (hoge)scholen, lokale werkplaatsen en professionele organisaties onontbeerlijk geacht, zowel binnen Amsterdam als in landelijke verbanden en internationale netwerken. Al deze verbanden resulteren in onderwijs- en onderzoeksprogramma’s waarin het geschakeerde achterland, de alledaagse werkelijkheid, de inbreng van student en docent en de cultuur van de onderwijsomgeving elkaar kruisen ten behoeve van de professionele ontwikkeling en vorming van de studenten tot kritische en veelzijde kunstenaars en bemiddelaars.

De faculteiten van de hogeschool verzekeren de geborgenheid en eigenheid van alle vakrichtingen. Ze profileren zich door hun krachtige positie en hun eigen gezicht, en weten zich verantwoordelijk voor het beleid van de hogeschool. Daarnaast vindt interfacultaire uitwisseling en samenwerking plaats, gericht op gemeenschappelijke activiteiten en gedeelde belangen, en op het adequaat ingaan op actuele ontwikkelingen in de beroepspraktijk. De onderwijs- en onderzoeksprogramma’s zijn daarbij het centrum waar de geconcentreerde aandacht voor het métier wordt gepaard aan de oriëntatie in de breedte en de reflectie over de plaats van kunst en cultuur in de samenleving. Ze bieden ruimte aan inter- en multidisciplinair onderwijs en onderzoek, en aan de individuele keuzevrijheid van verantwoordelijke studenten, gebruikmakend van de mogelijkheden die de aanwezige verscheidenheid binnen het hoger onderwijs in Amsterdam en elders met zich meebrengt.

Instellingsplan

Culturele omgeving en maatschappelijke betrokkenheid De AHK kiest haar eigen positie in het hoger onderwijs in kunst en cultuur. De hogeschool onderhoudt uiteenlopende betrekkingen met instellingen voor kunst en

15

Het verslagjaar was het laatste van het Instellingsplan 2004-2007. In dit plan waren voornemens geformuleerd op een groot aantal beleidsterreinen, waaronder de verhouding tot de beroepspraktijk, de binding met de stad Amsterdam, competentiegericht onderwijs, kwaliteitszorg, individuele accenten binnen opleidingen, onderzoek, theorie en reflectie, de bachelor-masterstructuur, concentratie van de expertise op het gebied van kunst- en cultuureducatie, talentontwikkeling, personeelsbeleid, organisatie, huisvesting, informatie

en communicatie, internationalisering, werving van studenten, rendement en alumnibeleid. Voorbeelden van gerealiseerde voornemens zijn: het verbreden van de opleiding Museologie gericht op het brede erfgoedveld, het instellen van een masteropleiding Kunsteducatie, het bepalen van het facultaire en gezamenlijke communicatiebeleid en het inrichten van een intranet, het anticiperen op een nieuw toekomstperspectief voor de voortgezette opleidingen Muziek, Theater, Film, Opera en Choreografie als masteropleidingen. Op het gebied van huisvesting zijn de plannen voor de nieuwbouw voor het Conservatorium en de verbouwing van de Academie van Bouwkunst gerealiseerd, maar zijn er voor de Academie voor Beeldende Vorming en de Reinwardt Academie nog geen geschikte oplossingen gevonden. Enkele voornemens zijn bij nader inzien niet zinvol gebleken en daarom niet uitgevoerd: een voorbeeld hiervan is het voornemen om de netwerkstructuur te versterken; in plaats hiervan is gekozen voor een herinrichting van de ondersteunende processen met een duidelijke afbakening van centrale en decentrale functies. De ervaring heeft geleerd dat een planperiode van vier jaar op gespannen voet staat met de behoefte aan een flexibele en voortdurende beleidsontwikkeling. Om deze reden zullen in de komende periode jaarlijkse beleids- en actieplannen de plaats innemen van het instellingsplan. De thematiek van de jaarplannen en de streefdoelen worden besproken in regelmatig terugkerende managementconferenties.


Reinwardt Academie

• De Academie van Bouwkunst geeft schakelcursussen voor kandidaten met een onvolledige vooropleiding en biedt een onderwijsproject aan over ontwerp en inrichting van de openbare ruimte. De Theaterschool biedt ten slotte nog nascholingscursussen aan voor dansdocenten. Deze zijn niet kostendekkend, maar worden gehandhaafd vanuit het oogpunt van alumnibeleid.

Alumnidag De Reinwardt Academie organiseerde voor het eerst een alumnidag, die bezocht werd door bijna 300 oud-studenten, studenten en medewerkers. Richard Sandell, directeur van het Department of Museum Studies van de University of Leicester hield een lezing over ‘Social Agency of Museums’ en Dick Rijken, lector Informatie, techniek en samenleving aan de Haagse Hogeschool, over de bruikbaarheid van Web 2.0 voor de erfgoedsector. Daarnaast was er ruim gelegenheid om elkaar te ontmoeten. De dag werd afgesloten met een diner en een feest.

Aansluiting HOOP 2004 en strategische agenda hbo

Maatwerktrajecten en contractonderwijs

Op een aantal gebieden heeft de AHK duidelijke raakvlakken met de ambities van het HOOP (Hoger Onderwijs en Onderzoek Plan) en de strategische agenda voor het hoger beroepsonderwijs. Zo heeft de AHK verschillende programma’s voor toptalent en beschikt zij voor de uitvoering van het onderzoeksbeleid over vier lectoraten, die een groot netwerk onderhouden met de beroepspraktijk. De lectoren en leden van de kenniskringen verzorgen tal van publicaties en vanuit de lectoraten worden twee RAAK-projecten uitgevoerd. De hogeschool draagt bij aan de verhoging van het landelijk opleidingsniveau door het aanbieden van enerzijds specifieke voortrajecten gericht op diversiteit in de studentenpopulatie, en anderzijds van masteropleidingen in alle kunstdisciplines die aan de hogeschool vertegenwoordigd zijn. Op het gebied van stafontwikkeling biedt de hogeschool verschillende faciliteiten aan, zoals didactische scholing, kennistransfer en promotievouchers.

De AHK besteedt geen (delen van) bekostigde opleidingen uit aan andere bekostigde instellingen of aan niet door de overheid bekostigde private organisaties. Evenmin worden door de hogeschool maatwerktrajecten georganiseerd voor bedrijven of organisaties.

Elders in dit jaarverslag worden deze activiteiten uitgebreider beschreven.

16

Voornemens uit het jaarverslag 2006 De voornemens die in het jaarverslag 2006 werden aangekondigd zijn in 2007 grotendeels uitgevoerd. In 2006 is een hoofd communicatie aangesteld met de opdracht om communicatiebeleid te ontwikkelen en een afdeling Communicatie op te zetten. Beide opdrachten zijn gerealiseerd. De aangekondigde herbezinning op het medezeggenschapsmodel heeft plaatsgevonden. Met betrekking tot de toekomst van de tweedefase-instellingen DasArts en Binger Filmlab zijn definitieve besluiten genomen. Het lectoraat Kunstpraktijk en artistieke ontwikkeling is geëvalueerd en zal worden voortgezet. De voorgenomen Master of Artistic Research is in september van start gegaan. Dit geldt ook voor de nieuwe afstudeerrichting Scenografie van de Theaterschool. De voor 2007 geplande visitatieen accreditatieprocedures zijn uitgevoerd en hebben zonder uitzondering geleid tot een positief resultaat. De promotietrajecten van vijf docenten werden ondersteund met promotievouchers. Het in 2006 bij het Ministerie van OCW ingediende voorstel voor topscholen voor jong talent op het gebied van ballet en muziek heeft geleid tot overleg met de minister; naar verwachting zal in 2008 uitsluitsel worden verkregen over de realiseerbaarheid. Het project Handicap en studie is gestart enzal in 2008 afgerond worden. Het nieuwe stelsel van functioneren en beoordelen is in 2007 bij alle faculteiten ingevoerd. Op het gebied van huisvesting zijn als belangrijkste ontwikkelingen de nieuwbouw van het Conservatorium van Amsterdam en de verbouwing van de Academie van Bouwkunst te noemen. Zoals gepland zal de verhuizing van het Conservatorium in het voorjaar van 2008 plaatsvinden; de verbouwing van de Academie van Bouwkunst is in 2007 afgerond. De Reinwardt Academie zoekt naar een geschikte partner in de wereld van de erfgoedinstellingen om te komen tot gezamenlijke huisvesting. De zoektocht heeft in 2007 nog geen resultaat opgeleverd.

Wel wordt door een aantal faculteiten contractonderwijs verzorgd. Dit onderwijs wordt kostendekkend aangeboden. • Het Conservatorium van Amsterdam verzorgt summer schools op het gebied van jazz en oude muziek en biedt masterclasses aan; • De Nederlandse Film en Televisie Academie biedt de cursussen Lichtassistentie en Productieassistentie aan; • De Reinwardt Academie verzorgt de onbekostigde, geaccrediteerde masteropleiding Museologie. Het cursusgeld bedraagt € 9.500, waarmee alle kosten voor het betreffende onderwijsprogramma worden gedekt. De opleiding maakt gebruik van de ruimtelijke en facilitaire voorzieningen van de Reinwardt Academie, zoals de leslokalen, de bibliotheek en de kantine. Een deel van deze normatieve voorzieningen wordt doorbelast naar de masteropleiding. • De Theaterschool verzorgt oriëntatieklassen en een cursus docerend kunstenaar. Daarnaast zijn er enkele studenten die op contractbasis onderwijs volgen.

17


Kwaliteit Kwaliteit en en accreditatie accreditatie

Kwaliteitszorg De hogeschool stelt zich ten doel het interne kwaliteitszorgsysteem zo in te richten dat het specifieke karakter van het kunstonderwijs, de sterke identiteit van de afzonderlijke opleidingen en het soms uitzonderlijke niveau van het onderwijs tot zijn recht komen. In de visie van de AHK is kwaliteitszorg een continu proces. Wanneer het beoordelingskader van de NVAO beschouwd wordt als het kader waarbinnen wordt gefocust op verschillende onderwerpen, dan staat de camera op het moment van beoordelen misschien even stil, maar ervoor en erna is alles in beweging. De hogeschool streeft dan ook naar een kwaliteitszorgsysteem dat permanent wordt bijgehouden en waarin voortdurend actuele informatie beschikbaar is, zowel voor de interne planning- en controlcyclus als voor de accreditatietrajecten. De kwaliteitszorg wordt georganiseerd in nauwe samenwerking tussen de faculteiten en het Servicebureau. Uitgangspunt is dat de faculteitsdirecteuren eerstverantwoordelijken zijn voor de kwaliteit van het onderwijs, waarbij de opleidingen zich profileren met een sterke eigen identiteit. Gelet op de omvang van de hogeschool en de wens om eenheid te brengen in de aanpak van de kwaliteitszorg zijn de ondersteunende taken ondergebracht in een kleine centrale afdeling. Deze is onder meer verantwoordelijk voor de algemene inrichting van de kwaliteitszorg (bijvoorbeeld het documentbeheersysteem), het beheer van de informatie en de uitvoering van onderzoek. De hogeschool is voornemens de oordelen van studenten, alumni en medewerkers geregeld in kaart te brengen. In 2006 is voor de eerste keer een personeelsonderzoek uitgevoerd; een vervolg is voorzien in 2008. In 2007 is het eerste AHK-brede studenttevredenheidsonderzoek uitgevoerd. Daarnaast neemt de AHK ieder jaar deel aan de Kunstenmonitor, een landelijk onderzoek onder alumni. De resultaten van de verschillende onderzoeken worden besproken in de halfjaarlijkse planning- en controlgesprekken tussen het College van Bestuur en de faculteitsdirecties. Met deze werkwijze anticipeert de hogeschool op een toekomstig stelsel waarin de opleidingsaccreditaties gekoppeld worden aan een instellingsaudit.

Visitaties en accreditaties

18

19

Naar aanleiding van de positieve visitatierapporten van de dansopleidingen uit 2006 heeft de NederlandsVlaamse Accreditatieorganisatie (NVAO) in 2007 voor alle dansopleidingen een accreditatie afgegeven. De bacheloropleidingen Dans en Docent dans zijn hiermee tot en met 2013 geaccrediteerd. Dit geldt ook voor de voortgezette opleiding Choreografie, die in 2007 als master is geaccrediteerd.

Na de ervaringen met de Netherlands Quality Agency (NQA) bij de visitaties van de opleidingen Dans en de master Muziek werd besloten om ook ervaring op te doen met twee andere visiterende en beoordelende instanties: Certiked en Hobéon. Voorjaar 2007 werd de opleiding Docent beeldende kunst en vormgeving door Certiked gevisiteerd en beoordeeld; de opleidingen Film en televisie en Museologie door Hobéon. Alle drie deze visitaties zijn goed verlopen. Vermeldenswaard is dat de Nederlandse Film en Televisie Academie en de Reinwardt Academie door het panel van deskundigen als (zeer) goed werden beoordeeld. De Reinwardt Academie kreeg extra positieve aantekeningen voor de doelstelling van de opleiding, het personeel, de voorzieningen en de resultaten. De Filmacademie ontving een extra aantekening ‘goed’ voor de doelstelling van de opleiding, het programma, de inzet van personeel en de voorzieningen, alsmede een extra aantekening ‘excellent’ voor de resultaten. Dit betekent dat naar het oordeel van het panel de basiskwaliteit, nodig voor accreditatie, door de opleiding ruim is overstegen. De rapporten zijn in het najaar aan de NVAO aangeboden. In de loop van 2008 wordt een besluit verwacht. In de loop van 2007 is ook de voorbereiding op de accreditatie van de masteropleidingen Architectuur, Landschapsarchitectuur en Stedenbouw van de Academie van Bouwkunst gestart. Het panelbezoek is in februari 2008. Ook de voorbereiding op de visitatie van de voortgezette opleiding Opera is in 2007 begonnen. De opleiding is een samenwerkingsverband van het Koninklijk Conservatorium Den Haag en het Conservatorium van Amsterdam, en zal als masteropleiding worden beoordeeld. In december is het panel op bezoek geweest, waarbij tevens een uitvoering van Dialogues des Carmélites van Francis Poulenc door studenten van de opleiding werd bijgewoond. Bij terugkoppeling over het niveau van studenten en opleiding was de bewondering van het panel groot. De verdere afwikkeling van dit accreditatietraject zal in 2008 plaatsvinden.

Tevredenheidsonderzoek In 2007 is voor het eerst de AHK Studentenmonitor onder alle studenten van de hogeschool gehouden. In deze monitor kunnen studenten hun algemene oordeel over het onderwijs en de organisatie van de opleiding kwijt. Het instrument bevat stellingen op het gebied van studieprogramma, instroom, studiebegeleiding, toetsen en beoordelen, studeerbaarheid, docenten, voorzieningen en communicatie. Meer dan 700 studenten hebben de vragenlijst ingevuld; dat is ongeveer een kwart van de studenten. Het algemene oordeel van de studenten is positief: het gemiddelde rapportcijfer is 7,2 en de meeste studenten geven aan dat wanneer zij opnieuw zouden moeten kiezen, zij zich waarschijnlijk voor dezelfde opleiding zouden aanmelden. De studenten zijn vooral positief over de (gast)docenten, die deskundig op het


eigen vakgebied worden gevonden en goed op de hoogte van de beroepspraktijk. Studenten ervaren de docenten naast belangrijk en inspirerend ook als behulpzaam en bereikbaar. Uit het onderzoek komen ook enkele aandachtspunten voor de hogeschool naar voren. Zo geven studenten aan dat de organisatie van het onderwijs de spreiding van studieactiviteiten niet erg bevordert. Ook zijn studenten niet erg tevreden over de tijdige beschikbaarheid van lesen tentamenroosters en over de planning van projecten. Het volgen van keuzevakken is niet voor alle studenten goed te combineren met het studieprogramma van de opleiding. Ook het aantal onderwijsruimten is voor studenten een punt van aandacht, met uitzondering van de studenten van de Filmacademie. In 2008 zullen de specifieke resultaten per faculteit nader worden uitgewerkt.

Vergeleken met 2005 is het percentage afgestudeerden dat een jaar na de studie betaalde werkzaamheden verricht iets toegenomen en zijn er per discipline grote fluctuaties. Met name bij de theateropleidingen is er een verschuiving van ‘werkzaamheden binnen het vakgebied’ naar ‘binnen en buiten’ en uitsluitend ‘buiten’. Omdat deze systematiek pas voor het tweede jaar wordt toegepast, is echter nog geen trendanalyse te geven.

Jaarlijks neemt de AHK deel aan de Kunstenmonitor, een landelijk onderzoek onder alumni. In 2007 is de monitor 2006 gepubliceerd, met resultaten van de afgestudeerden uit 2005. Dit onderzoek heeft alleen betrekking op de bacheloropleidingen. Het percentage afgestudeerden dat in hoofdzaak betaalde werkzaamheden verricht ligt bij alle disciplines van de AHK rond de 60%, met uitzondering van afgestudeerden van het Conservatorium van Amsterdam; hier ligt het percentage een stuk lager omdat veel afgestudeerden van de bacheloropleiding doorstromen naar de master. De combinatie opleiding-werk of werk-werkzoekend wordt vrij veel ingevuld. Dit is een herkenbaar beeld in de eerste jaren na de studie, dat ook uit eigen alumnionderzoek naar voren komt. De overgrote meerderheid van de studenten heeft naar eigen zeggen een jaar na afstuderen betaald werk, of combineert dat met een vervolgstudie.

Betaalde werkzaamheden

2006

2005

2006

2005

2006

37 (18%) 217 (25%)

Nederlandse Film en Televisie Academie

62, 70,5

40 67

6,9 7,1

20 6

6,9 2,7

5 5

17,2 12,5

15 14

3,4 1,8

5 2

3,4 5,4

15 6

56 (25%) 205 (23%)

37,8 49,4

41 46

13,5 12,1

18 12

35,1 22,3

25 22

8,1 114,4

11 15

- 0,5

2 1

5,4 4,4

4 5

17 (29%)

16 (29%)

58,8

56

-

-

29,4

-

11,8

25

-

19

-

-

Reinwardt Academie

24 (59%)

20 (69%)

58,3

57

16,7

4

8,3

13

12,5

17

-

9

4,2

-

de Theaterschool - sector theater landelijk theater

18 (36%) 61 (43%)

15 (43%) 27 (43%)

61,1 54,1

73 46

- -

- -

5,6 12,3

- -

33,3 33,6

20 38

- -

7 16

- -

-

de Theaterschool - Dans landelijk dans

11 (30%) 34 (24%)

13 (29%) 38 (23%)

63,6 46,2

39 50

9,1 7,4

8 8

9,1 9,3

23 13

9,1 22,3

23 24

- 5,5

8 3

9,1 9,3

-

20

2005

2006

buiten vakgebied %

2005

binnen en buiten vakgebied %

Conservatorium van Amsterdam landelijk muziek

2006

2006

2005

2006

2005

2006

2005

2006

Academie voor Beeldende Vorming landelijk beeldend

86,2 92

85 92

36 54,4

29 59

52 31,1

47 25

12 14,6

24 16

Conservatorium van Amsterdam landelijk muziek

94,6 95,8

91 93

71,4 66,4

76 73

28,6 28,3

20 24 5,3

4 3

Nederlandse Film en Televisie Academie

82,4

69

70

70

35,7

30

14,3

0

Reinwardt Academie

83,3

87

50

45

15

25

35

30

de Theaterschool - sector Theater landelijk theater

100 83,3

87 77

52,9 49

92 70

29,4 35,7

8 30

17,6 15,2

0 0

de Theaterschool - sector Dans landelijk dans

90,9 77,8

85 89

60,6 64,2

64 59

30 31

27 29

10 4,8

9 12

anders %

20 (62%) 108 (43%)

2005

werkloos %

30 (54%) 120 (47%)

combinatie werk / werkzoekend %

Academie voor Beeldende Vorming landelijk beeldend

2006

combinatie opleiding / werk %

2005

student %

2006

bron: kunstenmonitor

betaalde werkzaamheden %

aantal respondenten

binnen vakgebied %

Situatie afgestudeerde bachelorstudenten

bron: kunstenmonitor

afgestudeerden met betaalde werkzaamheden %

De Keuzegids Hoger Onderwijs bevestigt de resultaten van de eigen monitor. De Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten wordt genoemd bij de best beoordeelde hogescholen in de categorie kleine instellingen. Voor de keuzegids zijn zeven opleidingen beoordeeld, die een gemiddeld studentenoordeel ontvingen van 6,7.

Arbeidsmarkt afgestudeerden

2005

21

2005


Werkloosheidspercentage

bron: kunstenmonitor

Academie voor Beeldende Vorming landelijk beeldend

13 5

3,4 1,8

20 12

5 2,1

Conservatorium van Amsterdam landelijk muziek

17 16

0 0,5

27,8 20,6

1,8 0,5

Nederlandse Film en Televisie Academie

27

0

30

18,8

Reinwardt Academie

13

0

13,3

8,7

de Theaterschool - sector Theater landelijk theater

8 32

0 0

15,4 31,6

6,7 15,6

de Theaterschool - sector Dans landelijk dans

0 17

0 5,5

25 18,8

7,7 2,6

In het kunstonderwijs geeft de meerderheid van de afgestudeerden aan op zoek te zijn naar werk. Daarnaast is, vergeleken met andere sectoren in het hbo, de fluctuatie in uren van week tot week veel groter. In vrijwel alle kunstdisciplines wordt gewerkt met freelancers of losse contracten. Vaste banen, volgend op een eerste jaarcontract, komen maar zelden voor. Bovendien proberen veel afgestudeerden als zelfstandige beroepsbeoefenaar hun eigen baan te creëren, en dat heeft tijd nodig. Dat respondenten op het enquêtemoment geen werk hebben en tegelijk op zoek zijn naar werk, hoeft nog niet te betekenen dat zij niet actief zijn in hun vakgebied of in hun levensonderhoud voorzien door middel van een uitkering. Iemand die tussen twee opdrachten in zit, of aan het werk is in de productiefase van een kunstwerk (idee, scenario, voorstelling etc.), beschouwt zichzelf meestal niet als werkloos. Dit verklaart het grote verschil tussen de CBS-cijfers en de door de respondenten zelf opgegeven informatie.

2006

2005

2006

2006

2005

2006

Academie voor Beeldende Vorming 55 46 80 92 10 - 90 landelijk beeldend 36 43 90,7 92 12,8 - 96,7 Conservatorium van Amsterdam 97,1 92 71,4 63 2,9 19 83,3 landelijk muziek 88,4 84 70,7 66 9,5 14 79,6 Nederlandse Film en Televisie Academie 83,3 100 16,7 - 33,3 - 75 Reinwardt Academie 8,3 21 8,3 - 91,7 93 80 de Theaterschool - sector Theater 76,9 85 30,8 15 23,1 31 77,8 landelijk theater 68,8 93 46,4 15 21,6 16 87,9 de Theaterschool - sector Dans 88,9 90 55,6 40 11,1 - 80 landelijk dans 92,6 83 50,2 50 7,4 - 90,4

In het algemeen leidt het kunstonderwijs op voor drie categorieën van beroepen: scheppend/uitvoerend kunstenaar, docent en functies op het gebied van beleid, management of organisatie. Vanzelfsprekend zijn er ook combinaties mogelijk. Het blijkt dat de combinatie van enerzijds scheppend en uitvoerend kunstenaarschap en anderzijds docentschap zeer gebruikelijk is in de disciplines beeldend, muziek en dans. Dit verklaart ook waarom de som van de verschillende activiteiten soms hoger is dan 100%. In overeenstemming met de aard van de opleiding Museologie ligt bij alumni van de Reinwardt Academie het accent op beleid, management en organisatie. Een belangrijke indicator voor de goede aansluiting van de opleiding op de arbeidsmarkt is of afgestudeerden binnen het vakgebied op hbo-niveau worden ingezet. Bij de overgrote meerderheid van de AHK-alumni is dat het geval.

Nederlandse Film en Televisie Academie Excellente beoordeling Nadat in 2005 en 2006 de accreditatie was voorbereid, bezocht in maart Hobéons auditteam de Filmacademie. Geconstateerd werd dat het programma een goede voorbereiding op het beroep vormt, dat kwaliteit en kwantiteit van het personeel adequaat is en de studiebegeleiding open en direct. De Academie is stevig bezig met haar interne kwaliteitszorg. Voorzieningen en gerealiseerd niveau van de Filmacademie zijn zelfs beoordeeld met de aantekening excellent. Het rapport was de bekroning op het zevenjarig directeurschap van Marieke Schoenmakers, die in december afscheid nam. 22

2005

HBO opleidingsniveau vereist

naar eigen zeggen 2005

bron: kunstenmonitor

beleid / management / organisate

CBS-methode 2005

docent

naar eigen zeggen 2006

scheppend / uitvoerend kunstenaar

CBS-methode 2006

Werkzaamheden binnen vakgebied en opleidingsniveau in percentages

Werkloosheid is in de kunsten een relatief begrip. De Kunstenmonitor hanteert de definities van het Centraal Bureau voor de Statistiek om de gegevens te kunnen vergelijken met andere hbo-sectoren. Iemand die op zoek is naar werk en minder dan twaalf uur per week betaald werk verricht, wordt beschouwd als werkloos. Op basis daarvan ligt het werkloosheidspercentage van recent afgestudeerden met een kunstvakopleiding gemiddeld hoger dan in andere sectoren van het hbo. De wijze waarop de afgestudeerden hun situatie zelf beschouwen geeft echter een ander beeld.

Competenties De resultaten van de Kunstenmonitor geven op facultair niveau een gedetailleerder beeld van de aansluiting van de afgestudeerden op de arbeidsmarkt. De eindkwalificaties van alle bacheloropleidingen zijn in de vorm van competenties beschreven. Aan de studenten is gevraagd hoe belangrijk zij de competenties voor hun huidige werk vinden en welk oordeel zij hebben over de beroepsvoorbereiding binnen hun opleiding. Uit de resultaten blijkt dat de alumni de geformuleerde competenties goed herkennen in de beroepspraktijk en deze competenties belangrijk vinden. Ook het oordeel over de mate waarin men zelf de verschillende competenties beheerst levert over het algemeen een positief beeld op. 23

2005 80 90 86 83

71 90

55 57 100 87


Bacheloropleidingen Opleidingenaanbod

(per 31 december 2007)

Opleiding

Isat-code

Accreditatie t/m

Docent beeldende kunst en vormgeving Beeldende kunst en vormgeving, Kunst en cultuur, Overdracht

39100

31-12-2008

Museologie (vanaf mei 2008: Cultureel erfgoed)

34735

31-12-2008

Film en televisie Regie, Productie, Scenario, Camera/licht, Geluid, Montage, Production design, Interactieve media/visual effects

34733

31-12-2008

Theater 34860 31-12-2009 Toneel en kleinkunst, Mime, Regie, Techniek en theater, Productie podiumkunsten, Scenografie Docent drama

34745

31-12-2009

Docent muziek

39112

31-12-2010

Muziek Klassieke muziek, Jazz, Popmuziek, Oude muziek

34739

31-12-2010

Dans Klassieke theaterdans, Moderne theaterdans, Jazz- en musicaldans, Choreografie

34798

31-12-2013

Docent dans

34940

31-12-2013

Onderwijsontwikkeling

Academie voor Beeldende Vorming Elke vijf jaar vindt een actualisering plaats van het opleidingsprofiel, waarbij de visie op het beroep, de onderwijskundige visie en de organisatie aan de orde komen. In 2007 zijn de structuur en inhoud van de stages grondig herzien. Door de herziening wordt beoogd beter te kunnen inspelen op de diversiteit van stages in het onderwijs en het kunsteducatieve werkveld en de keuzemogelijkheden voor studenten uit te breiden. Naast het vaste docentenkorps is een aantal jonge gastdocenten aangetrokken voor specialismen die door studenten werden aangegeven. In 2007 betrof dit gastdocenten voor schrijven, grafische vormgeving en webdesign.

Conservatorium van Amsterdam Met het Koninklijk Conservatorium Den Haag is een gezamenlijke studierichting Orkestdirectie op bacheloren masterniveau ontwikkeld. De nieuwe opleiding zal starten in 2008; de bestaande ‘eigen’ opleidingen worden afgebouwd en nieuwe studenten orkestdirectie komen in het gezamenlijke curriculum.

24

25

Om het methodiekonderwijs bij de klassieke afdeling te versterken heeft elke vakgroep, na een uitgebreide inventarisatie van de verschillende aanwezige methoden, aangegeven welke specifieke wensen er zijn voor ‘cross-overs’ met andere vakgroepen. Na verbreding naar de afdelingen jazz en pop zal het geheel in 2008 leiden tot een schoolbrede methodiektekst. Uiteindelijk resultaat is versterking van het methodiekonderwijs.


Onderzocht is op welke wijze de studiebegeleiding het best kan plaatsvinden. Besloten is deze taak meer expliciet bij de hoofdvakdocenten te leggen. Als studenten extra studiebegeleiding nodig hebben, wordt dit opgepakt door de hoofdvakdocent en de coördinator van het vak of de vakgroep waarop de begeleidingsvraag betrekking heeft. De afdeling Jong talent Klassiek heeft de naam Sweelinck Academie gekregen. Met de aanstelling van violiste en viooldocente Coosje Wijzenbeek is de omvang van deze afdeling verdubbeld: de leden van haar wereldberoemde orkest Fancy Fiddlers zijn allen opgenomen als leerlingen van de Sweelinck Academie. Er zijn plannen om het programma van de afdeling Jong talent uit te breiden. Hierover vindt overleg plaats met het ministerie van OCW.

Nederlandse Film en Televisie Academie

van bewegend beeld, geluid en muziek in de gelaagdheid van betekenissen bij het medium film. Het onderzoek vond plaats in samenwerking met de derdejaarsstudenten en met masterstudenten Filmmuziek van het Conservatorium van Amsterdam. Beoogde resultaten zijn de samenwerking met componisten in het curriculum en de ontwikkeling van een taal, een jargon om inhoudelijke communicatie over de inhoud van geluid te bevorderen.

de daadwerkelijke verbreding van een museum- naar een erfgoedopleiding. Deze verbreding moet tot uitdrukking komen in het gebruik van andere voorbeelden in het onderwijs en in de aanpassing van colleges en lesmateriaal. Er wordt gericht gewerkt aan de verbetering van de onderlinge samenwerking van docenten. Verder wordt gestreefd naar optimalisering van de organisatie en betere sturing voor de uitvoering van het geformuleerde beleid op het gebied van onderwijsinhoud en didactisch concept.

De interactieve lesmodule Televisiegeschiedenis is in het studiejaar 2006-2007 onderdeel van het propedeuseprogramma geworden. Dit project is uitgevoerd in nauwe samenwerking met de afdeling Mediastudies van de Faculteit der Geesteswetenschappen van de Universiteit van Amsterdam.

Een succes in 2007 was het recordaantal tweedejaarsstages dat georganiseerd werd. Waar stages bij instellingen op het gebied van natuur- en landschapsbeheer, de archiefwereld en bibliotheken tot voor kort nog een uitzondering waren, is nu merkbaar dat de verbreding van het onderwijs al voorzichtig zijn weerslag vindt in de keuze voor bepaalde stages.

Reinwardt Academie

Ook in 2007 werd het beleid van de Academie voortgezet om de koppeling tussen theorie- en praktijkonderwijs verder te verbeteren en om het sociaal-maatschappelijk bewustzijn van studenten te vergroten. Dit laatste kreeg onder meer vorm in de voortzetting van het project Genius loci, waaraan alle studenten uit het derde jaar deelnamen. Doel van dit project is te onderzoeken hoe de geest van een locatie een verhaal beïnvloedt. Ter voorbereiding op een oefening gaan de studenten op pad, ditmaal naar Osdorp.

De Reinwardt Academie heeft twee nieuwe minors ontwikkeld: Archieven en Publiek en participatie. Deze zullen in 2008 voor het eerst worden aangeboden. Mede door de ontwikkeling van de minor Archieven werd de samenwerking met het Instituut voor Media en Informatie Management (MIM) van de Hogeschool van Amsterdam versterkt. Het betreft een gedeelde minor, die zowel toegankelijk is voor studenten van de Reinwardt Academie als voor studenten van het MIM. De minor moet er uiteindelijk toe leiden dat de Reinwardt Academie het diploma Archivistiek B kan afgeven.

Gedurende het jaar 2007 was Horst Rickels Artist in Residence. Hij verrichtte onderzoek naar de dialectiek

In 2007 is ook het Project Invoering Competentiegericht Onderwijs (PICO2) van start gegaan, met als doelstelling

de Theaterschool In voorbereiding op de visitatie in 2008 hebben de theateropleidingen besloten hun leerplannen inhoudelijk grondig te bekijken en waar nodig bij te stellen. Naar aanleiding hiervan zijn bij Techniek en theater en Productie podiumkunsten voor het eerst de visie en het beleid vastgelegd in een leerplan, terwijl bij Regie aan een geheel nieuw leerplan wordt gewerkt. Bij alle theateropleidingen is onderzoek gedaan naar de wijze van beoordelen en evalueren. Een verslag van dit onderzoek is besproken op de jaarlijkse studiedag. Afgesproken is om daar waar dit nog niet het geval is, de beoordelingssystematiek te koppelen aan of te vertalen vanuit de competenties. Dit betekent dat de theateropleidingen in meer of mindere mate hun beoordelingssystematiek zullen gaan aanscherpen, differentiëren of herdefiniëren. Bij de dansopleidingen is in mei Leontien Wiering als nieuwe directeur Dans aangetreden. Onder haar leiding zijn in het najaar twee visiedagen gehouden waarin de artistiek leiders van alle dansopleidingen werden uitgedaagd hun visie op hun opleidingen, mede in het licht van de toekomst, te formuleren. Vervolgens is een begin gemaakt met de vertaling van deze visie naar het onderwijs. Een belangrijk aandachtspunt hierbinnen is de gezamenlijke visie van de dansopleidingen van de AHK en het positioneren van de dansopleidingen in het danswerkveld.

de Theaterschool

26

Nieuw: studierichting Scenografie In september is de studierichting Scenografie aan de Theaterschool van start gegaan. Studenten Scenografie, de decor- en kostuumontwerpers in het theater, werken hierin samen met studenten van de andere opleidingen van de Theaterschool: regisseurs, choreografen, technici, producenten, en met dansers en acteurs. De Theaterschool speelt met deze nieuwe studierichting in op de vraag binnen de podiumkunsten naar vormgevers die, zowel in artistiek en praktisch als in organisatorisch opzicht, kunnen samenwerken met alle andere disciplines in het theater. De Theaterschool vormt zo de voedingsbodem voor een sterke artistieke, persoonlijke ontwikkeling en een inspirerende samenwerking tussen theatermakers vanuit verschillende richtingen.

In september is de nieuwe afstudeerrichting Scenografie gestart, na intensief overleg met de Gerrit Rietveld Academie, die vanaf die datum haar opleiding Theatervormgeving/Art direction afbouwt. Met de nieuwe richting is een lang gekoesterde wens van de Theaterschool in vervulling gegaan. Binnenshuis worden nu studenten opgeleid voor alle beroepen die in het theateruitgeoefend kunnen worden, zowel op het podium als achter de schermen. Jaarlijks zullen vijf tot zeven studenten bij Scenografie instromen, en zij gaan net als de studenten Techniek en theater en Productie podiumkunsten samenwerken met de studenten van de uitvoerende theateropleidingen. Hierdoor worden zij al tijdens hun opleiding geconfronteerd met de praktijk van het theatermaken in een team van specialisten.

27

Tot slot is in samenwerking met Het Nationale Ballet een plan uitgewerkt voor een topopleiding Klassieke dans in Amsterdam. Deze opleiding zal bestaan uit een ononderbroken lesprogramma voor leerlingen van 10 tot 18 jaar, waarbij het basis- en voortgezet onderwijs worden geïntegreerd in de balletopleiding. In 2007 hebben gesprekken met het ministerie van OCW plaatsgevonden over de realisering van dit plan.

Ruim baan voor talent: honoursprogramma muziek Het Conservatorium van Amsterdam heeft samen met het Koninklijk Conservatorium (Den Haag) in het kader van het OCW-programma Ruim Baan voor Talent een honoursprogramma aangeboden aan excellerende muziekstudenten. Dit programma is in 2007 afgerond. Om te worden toegelaten tot het honoursprogramma moesten studenten auditie doen en een persoonlijk plan voorleggen. In dit plan konden verschillende activiteiten worden opgenomen. De selectiecommissie, bestaande uit interne en externe deskundigen, beoordeelde zowel de auditie als het voorgelegde plan. Het honoursprogramma heeft voor een groot deel gefunctioneerd als een persoonlijke voorziening voor de geselecteerde studenten. In totaal 32 studenten zijn toegelaten en hebben het programma afgerond. Ter afsluiting van het programma is een cd met begeleidend boekje verschenen met presentaties van alle deelnemers. Het meest gevraagd en toegekend waren individuele lessen bij befaamde musici en muziekpedagogen, deelname aan zomercursussen en masterclasses, voorbereiding op en deelname aan concoursen en competities of studiereizen ten behoeve van manuscript- en literatuuronderzoek in gespecialiseerde buitenlandse bibliotheken. In februari 2007 is een weekend voor alle deelnemers georganiseerd, dat was gericht op algemeen-theoretische aspecten en op zelfonderzoek en reflectie. Onder leiding van gespecialiseerde docenten hebben de studenten gewerkt aan de theoretische achtergronden van hun werk, aan onderzoek, interpretatie en reflectie, aan het bewustzijn en versterken van hun inspiratie en focus alsmede aan het kunnen verwoorden van de bezieling van henzelf en van de door hen gekozen muziekstukken. De deelnemers uitten zich zeer positief over de geboden kansen om hun horizon te verruimen en te werken met gerenommeerde musici en muziekpedagogen van over de hele wereld. Ook het gezamenlijk musiceren met bevlogen generatiegenoten en het deel uitmaken van de lokale muziekwereld is voor sommigen van grote betekenis geweest. Ook hebben studenten zicht gekregen op het ondernemende klimaat dat samengaat met een internationale carrière. Een aantal studenten heeft waardevolle contacten aan hun activiteiten binnen het programma overgehouden. Het honoursprogramma is positief beoordeeld door de NVAO. Het Conservatorium zal in de toekomst soortgelijke voorzieningen in de eerste plaats aan studenten in de masterfase aanbieden en hiervoor zo veel mogelijk gebruikmaken van bestaande beurssystemen. Daarnaast zal een programmatisch aanbod voor toptalent worden uitgewerkt voor leerlingen van de afdeling Jong Talent / Sweelinck Academie. Verwacht wordt dat bij deze groep een ‘artistic community’ beter te realiseren is. Hiermee handelt het Conservatorium in overeenstemming met de eindrapportage van de commissie Ruim Baan voor Talent.


Masteropleidingen Opleidingenaanbod

(per 31 december 2007)

Opleiding

Isat-code

Accreditatie t/m

master Architectuur master Landschapsarchitectuur

44336

21-09-2009

44337

21-09-2009

master Stedenbouw

44338

21-09-2009

voortgezette opleiding Theater (DasArts) 04874 31-12-2009 regie, choreografie, mimografie, scenografie, interdisciplinair voortgezette opleiding Film en televisie (Binger Filmlab) scenario, regie, productie, script editing

04734

31-12-2009

Master Museology *)

70038

12-12-2010

voortgezette opleiding Opera

09105

31-12-2010

master Kunsteducatie

49117

02-10-2011

master Muziek

44739

24-07-2012

master Choreografie

49103

31-12-2013

*) niet-bekostigde, postinitiële master

Onderwijsontwikkeling

Uniek aan de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten is dat voor elk vakgebied naast de bacheloropleidingen ook voortgezette opleidingen of masteropleidingen worden aangeboden, waarin interessante mogelijkheden voor interdisciplinaire onderwijsprogramma’s en afstudeerrichtingen bestaan. Aan het Conservatorium van Amsterdam is in september de nieuwe afstudeerrichting Composing for Film gestart, een specialisatie binnen de master Compositie/arrangeren. Dit programma wordt aangeboden in samenwerking met de Nederlandse Film en Televisie Academie. Samen met Toneel en kleinkunst van de Theaterschool heeft het Conservatorium de afstudeerrichting Singer-Performer ontwikkeld, een specialisatie binnen de master Zang-Jazz die in september 2008 van start zal gaan.

Master Kunsteducatie De master Kunsteducatie is een interdisciplinaire opleiding, die wordt aangeboden onder auspiciën van het lectoraat Kunst- en cultuureducatie. De eerste lichting studenten heeft stages gelopen in de interdisciplinaire kunsteducatie, literatuuronderzoeken voltooid en de onderzoeksresultaten naar interdisciplinaire artistieke samenwerkingsmogelijkheden afgerond en gepresenteerd. De programmaonderdelen zijn met de studenten geëvalueerd. De studenten zijn tevreden over de studieinhoud, de kwaliteit van docenten en de begeleiding. De resultaten van de evaluaties waren aanleiding om de structuur van het onderzoeksonderwijs te herzien en de onderlinge samenhang van de vakken opnieuw te bekijken. 28

29

Er werd een Commissie van Advies opgericht bestaande uit vertegenwoordigers van het beroepenveld.


DasArts

voorzitterschap van Thijs Asselbergs. In het eindrapport concludeerde de commissie dat het praktijkdeel voldoet aan de huidige eisen. Wel werden een aantal verbeteringen voorgesteld. Besloten is dat de academies hier in gezamenlijkheid aan zullen werken. Het wetsvoorstel zal in de loop van 2008 politiek in behandeling worden genomen.

Theaterfestival In juni heeft DasArts het theaterfestival ‘DasArts meets De Bank/Victoria/Nieuwpoort meet DasArts’ georganiseerd. De onderwijsmethoden voor artistieke ontwikkeling en ondersteuning en de omgeving waarin dat plaatsvindt, werden naast elkaar gelegd. Kunstenaars van DasArts en van De Bank/ Victoria/Nieuwpoorttheater in Gent toonden hun werk en gingen met elkaar in discussie. Het werd een confrontatie tussen verschillende instituten met ieder een eigen werkwijze. Het festival werd geopend met een lezing van Erwin Jans: The Visions of Pygmalion, die werd gepresenteerd door Marijke Helwegen. Er vonden diverse theatervoorstellingen en performances plaats in Amsterdam en in Gent.

Conservatorium van Amsterdam

Reinwardt Academie

Samen met het Asko/Schönberg Ensemble en het Koninklijk Conservatorium is de György Ligeti Academie opgericht. Masterstudenten kunnen zich binnen deze academie specialiseren in modern ensemblespel.

Binnen het masterprogramma van de Reinwardt Academie vond een forumdiscussie plaats met vertegenwoordigers van Europese museumopleidingen over de relatie tussen theorie en praktijk vanuit het perspectief van de opleiding.

Met Vince Mendoza, dirigent van het Metropole Orkest, wordt de studierichting Directie voor Jazzensembles ontwikkeld, een specialisatie binnen het masterprofiel Directie. Masterstudenten doen steeds vaker een beroep op de hoofdvakdocenten om met hen de onderzoeksprojecten te bespreken. Het onderzoek wordt verdiept door te experimenteren en te toetsen binnen het eigen hoofdvak. Ook wanneer het onderzoek zich op een ander instrument of vakgebied richt, wordt expertise van de betreffende hoofdvak- en/of theoriedocenten ingebracht. De samenwerking met de Universiteit van Amsterdam is versterkt door de benoeming van researchbegeleider Walter van de Leur tot de eerste Nederlandse hoogleraar Jazz. Nederlandse Film en Televisie Academie In 2007 hebben diverse oriënterende gesprekken plaatsgevonden met oud-studenten, het beroepsveld en andere betrokkenen over de wensen en mogelijkheden met betrekking tot een master Film en televisie. Het streven is om in 2009 met deze opleiding van start te gaan. 30

De ontwikkeling van de competentiematrix is doorgezet en afgerond. Deze matrix zal gebruikt worden door de studieleiding als een meetinstrument om veranderingen en vernieuwingen in het onderwijs steeds te kunnen beoordelen in het geheel van het programma en dit te toetsen aan de begintermen voor de beroepspraktijk, vastgelegd in de Titelwet. De matrix heeft zijn nut inmiddels bewezen bij de evaluaties van het bestaande programma ter voorbereiding op de visitatie van de opleidingen in 2008. Binger Filmlab Het hart van het aanbod van Binger bestaat uit het Director’s Coaching Programme en het Script Development Programme. Beide zijn gedurende de twee semesters van 2007 uitgevoerd. De hoge kwaliteit van de deelnemers kwam niet alleen tot uiting in de resultaten van de programma’s, maar ook in de interesse in de projecten van de Nederlandse en internationale industrie. Het in 2006 in het leven geroepen Binger à la Carte Programme was ook in 2007 voor veel filmprofessionals een kans om voor een kortere periode met de coaching van Binger in aanraking te komen. Het programma, bestaande uit masterclasses en workshops, speelt in op de behoefte van de (Nederlandse) filmindustrie aan coaching in verschillende vakgebieden. Het Script Editing Programme werd in 2007 om budgettaire redenen niet aangeboden. Er zal worden gekeken naar nieuwe financieringsmogelijkheden om het programma weer aan te kunnen bieden. Wel konden producenten zich inschrijven voor het Creative Producers Programme om hun scenarioschrijver te begeleiden bij het ontwikkelen van een filmscript. In 2007 heeft één producent van deze mogelijkheid gebruikgemaakt. Ook kwamen verschillende producenten naar de bijeenkomsten met de script coach om de voortgang van de schrijver of regisseur te evalueren. Ook al geniet het Binger Filmlab een groeiende bekendheid in binnen- en buitenland, er wordt nog steeds veel aandacht besteed aan het scouten van nieuw talent. Op verschillende festivals, zoals die in Berlijn, Sarajevo, Buenos Aires en Rotterdam, werden afspraken gemaakt met filmmakers, maar ook met producenten. Een nieuwe tendens is dat veel filmmakers die zich aanmelden bij Binger Filmlab al een producent aan hun project hebben verbonden. Dit maakt een project een serieuzere optie voor Binger, omdat dit meestal een garantie is dat de film ook daadwerkelijk gemaakt zal worden. In 2007 werd ook ingegaan op de behoefte van veel filmmakers aan nazorg: hulp en advies na het volgen van een Binger-programma. Veel filmmakers werden geholpen bij het zoeken naar een producent of co-producent, het juiste festival of een goede script editor. Het Binger Filmlab wil deze nazorg in 2008 verder uitbreiden.

de Theaterschool Er is een opzet gemaakt voor een masteropleiding Regie, die naar verwachting in september 2009 van start zal gaan en wordt ontwikkeld in combinatie met de omvorming van de voortgezette opleiding Theater van DasArts. Academie van Bouwkunst Namens het Landelijk Overleg Bouwkunst Opleidingen (LOBO), het sectoraal overlegorgaan van de Academies van Bouwkunst, was de directeur van de Academie intensief betrokken bij het overleg met het ministerie van VROM/Bureau Rijksbouwmeester over de vernieuwing van de Wet op de Architectentitel. Bij het verplicht worden van een beroepservaringperiode in de nieuwe wet was het verzekeren van een generieke vrijstelling van deze periode voor de Academies van Bouwkunst gelet op het wettelijk vastgelegde en geaccrediteerde concurrent onderwijsmodel - de inzet. In verband hiermee werd, op instigatie van het LOBO, door het Bureau Rijksbouwmeester opdracht gegeven voor een evaluatie van het praktijkdeel van de academies. Daarbij werd een delegatie van studenten, docenten en werkgevers van de Academie gehoord door de evaluatiecommissie, onder

DasArts

31

DasArts biedt een multidisciplinaire voortgezette opleiding in de ‘performing arts’. Regisseurs, choreografen, scenografen, mimografen en andere (theater-)kunstenaars met enige jaren ervaring in de beroepspraktijk komen naar DasArts om zich te verdiepen in hun eigen discipline en om over de grenzen van die discipline heen te zoeken naar nieuwe uitingsvormen. Tweemaal per jaar ontwerpen één of twee gastcuratoren/mentoren

een nieuw thematisch programma dat een Blok wordt genoemd, en dat met de deelnemers wordt uitgediept. Het thema van Blok 26, Truth again, was grotendeels gebaseerd op het denken van de Franse filosoof Alain Badiou. Tijdens het blok is een interview gehouden met Badiou in het Paleis voor Schone Kunsten in Brussel. Het interview werd in oktober geplaatst in het tweemaandelijkse kunsttijdschrift HTV De IJsberg. Het is een traditie binnen DasArts dat de introductieweek van een blok op locatie wordt gehouden. Voor Blok 27, The Glamour of Violence, vond een workshop plaats met The Free Theatre of Minsk, een onafhankelijke theatergroep in Wit-Rusland die undergroundperformances geeft in privé-huizen. Het blok kon uiteindelijk niet zoals gepland worden gerealiseerd, omdat een speciale politie-eenheid een van de voorstellingen in Minsk van ‘The Free Theatre’ bestormde en 50 mensen uit het publiek, waaronder DasArts-docenten, arresteerde. Desondanks werden op korte termijn een aantal bijzondere werkplekken in Warschau gevonden, waar leden van The Free Theatre, de workshop aan de DasArts-deelnemers konden geven. In mei heeft DasArts-dramaturg Georg Weinand tezamen met de deelnemers Borut Separovic, Hila Peled en Marloeke van der Vlugt lezingen en presentaties gehouden tijdens het 15e Internationale Figuren Theater Festival in Erlangen, Duitsland.


Faculteitsoverstijgend onderwijs 4%

De AHK biedt haar studenten gemeenschappelijke onderwijsvoorzieningen, waarin interfacultaire ontmoeting en uitwisseling plaats kan vinden, en waar studenten buiten de grenzen van hun vakspecialisme in aanraking kunnen komen met actuele ontwikkelingen in de kunstwereld.

Deelname aan keuzevakken 2006-2007 27% 42%

Keuzevakken Vanaf het tweede studiejaar kunnen studenten deelnemen aan keuzevakken. Doel van het keuzevakkenprogramma is het verdiepen en/of verbreden van kennis over kunstdisciplines, het trainen van specifieke kunstvakgerelateerde vaardigheden, het stimuleren van professioneel-maatschappelijke competenties en het creĂŤren van interdisciplinaire leersituaties waarin innovatie en experiment centraal staan. Het programma is gericht op studenten in de bachelorfase, maar staat ook open voor masterstudenten en studenten van buiten de AHK, bijvoorbeeld van de Universiteit van Amsterdam. In totaal werden in 2007 negentien keuzevakken aangeboden, waaronder vier nieuwe modules: Art as Research voor gevorderde studenten, en workshops

32

over fotografie, animatie en visualisatie. Populaire vakken waren De professional, over de zakelijke kanten van het vak, Philosophy of Art, Stem en spel en Kracht van het theater. In totaal schreven 352 studenten zich voor een of meer keuzevakken in. Daarvan werden 291 studenten geplaatst en rondden er 218 het keuzevak met succes af. De deelname van de studenten aan de keuzevakken verschilt per faculteit, onder andere vanwege de verschillen in de vrije studieruimte in de curricula. De mogelijkheid tot deelname aan keuzevakken voor studenten van de Academie van Bouwkunst is bijvoorbeeld beperkt doordat zij hun studie combineren met professionele werkzaamheden.

Academie voor Beeldende Vorming

Masterstudenten en externen

Reinwardt Academie

Conservatorium van Amsterdam de Theaterschool Nederlandse Film en Televisie Academie 7%

18% 2%

33


Practicum generale fonds

Tweemaal per jaar kunnen studenten van de AHK voorstellen indienen voor financiering uit het Practicum generale fonds. Het fonds is bedoeld om studenten in staat te stellen projecten te realiseren buiten hun reguliere onderwijsprogramma om. Belangrijk criterium is dat studenten een artistieke samenwerking aangaan met studenten van andere kunstdisciplines. De aanvragen worden beoordeeld door een commissie bestaande uit hoofddocenten en studieleiders van verschillende faculteiten. In 2007 werden elf aanvragen gehonoreerd, met name van studenten van het Conservatorium en de diverse dansrichtingen van de Theaterschool. In 2006 bedroeg het aantal toegekende aanvragen negentien.

Beroepsvoorbereiding Elke opleiding is gericht op inhoudelijke, artistieke en technische competenties. Daarnaast hebben alle opleidingsprofielen ook een professioneel-maatschappelijk aspect. De voorbereiding op het functioneren in de beroepspraktijk vindt impliciet plaats in praktijkoefeningen en stages en expliciet in bepaalde lesprogramma’s en opdrachten. Zo biedt het Conservatorium onder de titel De ondernemende kunstenaar een programma aan om vaardigheden te trainen die de professionele praktijk aan de musicus stelt. Voor een deel van de lessen worden gespecialiseerde gastdocenten uitgenodigd. Ook de andere faculteiten organiseren lessen waarbij de studenten zich kunnen oriënteren op de zakelijke kanten van hun beroep. Deze programma’s worden ondersteund door de website BeroepKunstenaar.nl. Deze website, die in 2003 in samenwerking met Kunstenaars&CO is ontwikkeld, is geheel gewijd aan de zakelijke kant van het kunstenaarschap en is ingedeeld in acht verschillende disciplines. De site bevat informatie over ondernemen, inkomen en belastingen, subsidie en sponsoring, recht en contracten alsmede scholing en lesgeven. Studenten worden op weg geholpen aan de hand van veelgestelde vragen zoals ‘ik wil exposeren/optreden’ of ‘ik wil als freelancer gaan werken’. Ook zijn er wegwijzers die tot een persoonlijk antwoord leiden op juridische of fiscale vragen en stappenplannen voor bijvoorbeeld subsidieaanvragen, begrotingen of marketingplannen. Ook kan online de kennis van een bepaald onderwerp getest worden. Het materiaal op de site kan eenvoudig gebruikt worden door studenten en docenten in het kunstvakonderwijs.

Academie van Bouwkunst Verbouwing Academiegebouw Het jaar 2007 stond in het teken van de verbouwing door Claus en Kaan Architecten van de panden aan het Waterlooplein. Mede dankzij een zeer geslaagde sponsoractie kon het interieur op een hoogwaardig en bij een ontwerpopleiding passend niveau worden aangepast. Centraal element is een nieuw trappenhuis met veel glas, waardoor een open en doorzichtig lesgebouw is ontstaan. In november werd de oplevering gevierd met een bijeenkomst rond het thema ‘Jonge ontwerpers en een veranderende bouwwereld’, gekoppeld aan de jaarlijkse afstudeertentoonstelling. Sprekers waren Elco Brinkman (Bouwend Nederland), Wienke Bodewes (Amvest), Jo Coenen (architect), Jan Doets (Doets Consult) Pierre Gautier (architect/Europan) Ruud Jacobs (Ballast Nedam), Rudy Stroink (TCN Property Projects) en Jan Peter Wingender (architect).

In 2007 heeft de AHK overlegd met Kunstenaars&CO over de ambities van de website voor de komende periode. Het streven is om in de nabije toekomst de naamsbekendheid en het bezoekersaantal van de site te vergroten, de interactie met het onderwijs te verbeteren en nieuwe internettoepassingen op de site te realiseren.

34

In het kader van de beroepsvoorbereiding is bovendien het keuzevak De professional ontwikkeld, een mix van theorie en praktijk waarin een persoonlijk ontwikkelplan (POP) of actieplan van de student centraal staat. In de module komen diverse onderwerpen op het gebied van ondernemerschap aan bod, zoals contracten, aansprakelijkheid, presenteren of netwerken.Tijdens de AHKmanagementconferentie over de creatieve industrie in juni 2007 is besloten om naast dit keuzevak een aantal korte modules aan te bieden over de zakelijke kant van het kunstenaarschap. Deze modules zullen vanaf 2008 aan vierdejaarsstudenten en alumni worden aangeboden, omdat men ervan uitgaat dat de motivatie voor deze onderwerpen toeneemt naarmate de student dichter bij de beroepspraktijk staat.

35


Internationalisering Binnen de AHK heerst een internationale cultuur, die wordt gecreëerd door het grote aantal buitenlandse (reguliere en uitwisselings-)studenten, de internationale samenstelling van het docentenkorps, de wijze waarop de opleidingen inspelen op de internationale beroepspraktijk en de voorzieningen voor studie en stage in het buitenland. De faculteiten nemen deel aan tal van internationale netwerken en uitwisselingsprogramma’s, en ook de lectoraten manifesteren zich op internationaal niveau. De hogeschool biedt personeel en studenten verschillende faciliteiten om internationale activiteiten te ontplooien.

Internationale uitwisseling Academie voor Beeldende Vorming In het voorjaar bezocht een delegatie van de Academie diverse instituten in de Verenigde Staten die bekend staan om hun kunsteducatieve programma. Deze reis resulteerde in een intentieverklaring voor samenwerking met de Southern Illinois University en in een gastdocentschap Visual Culture van twee hoogleraren van de Northern Illinois University aan de Academie voor Beeldende Vorming. In het bachelorprogramma vonden excursies plaats naar Venetië, Berlijn, Zuid-Frankrijk en Istanbul; daarnaast liepen studenten stage in onder andere Suriname en Zuid-Afrika. Conservatorium van Amsterdam Het bestaande uitwisselingsprogramma op het gebied van jazz met de Manhattan School of Music is uitgebreid met klassieke muziek. Nieuw is het uitwisselingsprogramma voor studenten en docenten met de Temple University in Philadelphia. Met de North Western University Chicago is een uitwisselingsprogramma ontwikkeld voor tournees met de Brass-afdelingen. Door uitbreiding van de samenwerking met de International Education Service (IES) worden er meer studieplaatsen voor Amerikaanse uitwisselingsstudenten gefinancierd. Het Conservatorium is partner in een jaarlijks Europees orkestproject, georganiseerd door de Accademia Teatro alla Scala in Milaan. Elk jaar kunnen vijf studenten van het Conservatorium gedurende vijf weken meewerken aan een operaproductie in de Scala. De eerste productie in het kader van deze samenwerking was Mozarts Cosí fan Tutte in oktober 2007.

36

37

Het Conservatorium is tevens partner geworden in het pedagogisch programma van het festival Abbaye aux Dames de Saintes voor oude muziek. Deze samenwerking wordt voortgezet en uitgebreid in het kader van een Erasmus-project voor curriculumontwikkeling. Tenslotte is het Conservatorium van Amsterdam partner bij de ontwikkeling van een European Joint Master programme in Jazz Performance, met de Royal Academy in Londen, het Conservatoire Nationale Supérieure de Musique et Danse in Parijs, de Universität der Künste in Berlijn, het Rytmisk Musikkonservatorium in Kopenhagen en het Institutt for musikk in Trondheim.

In samenwerking met de Manhattan School of Music is wederom de jaarlijkse Internationale Summer Jazz Workshop gehouden. Nederlandse Film en Televisie Academie De eindexamenfilms van de Nederlandse Film en Televisie Academie werden tijdens een aantal gerenommeerde internationale filmfestivals vertoond in onder meer Amsterdam, München, Helsinki, Parijs, Madrid, Thessaloniki, New York en Hollywood. In september was de Filmacademie gastvrouw van de GEECT-conferentie Best Kept Tech-Secrets. Op deze tweedaagse bijeenkomst voor AV-specialisten en vakklassen Camera, Geluid, IMVFX en Montage van de verschillende Europese filmscholen, werden de laatste inzichten gedeeld over onder meer geluid, postproductie en datamanagement. De conferentie heeft geleid tot een internationaal techniekforum voor filmscholen. Daarnaast zijn er plannen om tweejaarlijks en telkens op een andere filmacademie een soortgelijke conferentie te houden. In september sloot de NFTA een samenwerkingsovereenkomst met het Institut Supérieur de l’Image et du Son (ISIS) in Burkina Faso, de belangrijkste filmopleiding voor de Noord- en West-Afrikaanse regio. In de periode 2008 tot 2010 zal uitwisseling van studenten en docenten plaatsvinden. Studenten van de verschillende vakklassen zijn naar het buitenland gereisd om daar filmscholen en filmfestivals te bezoeken in onder andere New York, Potsdam, Berlijn en Rome. Reinwardt Academie Paula dos Santos, docent Theoretic Museology, is in 2007 benoemd tot vice-president van MINOM, International Movement for a New Museology. Verschillende docenten van de Reinwardt Academie hebben deelgenomen aan de conferentie van de International Council of Museums (ICOM) in Wenen. Het thema van de driejaarlijkse conferentie was Museums and Universal Heritage. Enkele docenten en studenten van de Master of Museology namen deel aan de ICOM Cross Cultural Task Force sessions. De deelname voor de studenten werd mogelijk gemaakt door een financiële ondersteuning van ICOM-Nederland. De resultaten zijn naderhand gepresenteerd binnen de Reinwardt-gemeenschap.


de Theaterschool In het kader van het programma Rendez Vous (ontmoetingen met het werkveld) is bij de dansopleidingen van de Theaterschool een aantal activiteiten georganiseerd, zoals masterclasses onder leiding van Germaine Acogny (Senegal), Batsheva Dance Company ( Israël) en workshops onder leiding van Shen Wei Dance Arts. Er werd een informatiemiddag gehouden rondom l’Ecole des Sables. Academie van Bouwkunst Het internationaliseringsbeleid van de Academie, gebaseerd op de elementen instroom, uitwisseling en laboratorium, werd in 2007 doorgezet. Voor de uitwisseling werden Socrates-contracten gesloten met een geselecteerde groep opleidingen en het maximum van acht studenten werd toegelaten. Met ontwerpprojecten in Lissabon en Wenen werden buitenlandse locaties ingezet als onderzoekslaboratorium voor ruimtelijke ontwikkelingen. Studenten en docenten bezochten daartoe de locatie. De opleidingen Architectuur, Stedenbouw en Landschapsarchitectuur ondernamen dit jaar een gezamenlijke studiereis naar Denemarken en Zweden. De Academie werd, in de persoon van de directeur, gevraagd op te treden als projectleider voor de EAAE (European Association of Architetural Education). Een voorstel is ingediend voor een internationaal samenwerkingsproject voor studenten, docenten en beroepsbeoefenaren dat de agenda voor de ontwikkeling van de Europese stad onder de loep zal nemen. Het hoofd van de opleiding stedenbouw heeft hierbij het voortouw genomen met een capita selecta-reeks met sprekers uit zes Europese steden. Samenwerking met Suriname In het kader van een convenant tussen de gemeente Amsterdam en de republiek Suriname, gericht op deskundigheidsbevordering, heeft de projectleider van de opleiding Docent muziek een bezoek aan Suriname gebracht om mogelijkheden voor samenwerking te onderzoeken op het gebied van muziek, beeldende kunst, theater, dans en cultureel erfgoed. AHK-studenten van verschillende opleidingen hebben in Suriname een studie- of stageperiode doorgebracht, maar strikt genomen valt dit niet onder het convenant, dat gericht is op duurzame ontwikkelingen in Suriname zelf, zoals na- en bijscholing van staf, ondersteuning bij de ontwikkeling van studieprogramma’s, aangepaste opleidingstrajecten voor vervolgstudies in Amsterdam en uitwisselingen. Deze structurele vormen van samenwerking zijn nog in ontwikkeling. Het meest vergevorderd is de samenwerking tussen het Conservatorium van Amsterdam met het Instituut voor de Opleiding van Leraren en de Nationale Volksmuziekschool in Paramaribo. Getalenteerde Surinaamse muziekdocenten kunnen aan een speciaal eenjarig programma deelnemen en zo een bachelordiploma behalen bij de opleiding Docent muziek van het Conservatorium van Amsterdam, om daarna het onderwijzend kader in Suriname te versterken. In het studiejaar 2007-2008 is begonnen met één Surinaamse student in dit programma; ook in de toekomst zal het gaan om niet meer dan een of twee studenten per jaar.

38

Algemene beursprogramma’s AHK Internationaliseringsfonds Het AHK Internationaliseringsfonds fungeert als een mobiliteitsfonds voor studenten die tijdens hun studie een periode in het buitenland willen studeren of stage willen lopen, maar die geen beroep kunnen doen op een van de beurzenprogramma’s van de Europese Unie. Het gaat daarbij vooral om studie- en stagereizen buiten Europa. Studenten kunnen eenmaal tijdens hun studie een beroep doen op het fonds, dat twee aanvraagrondes per jaar kent. De student kan een tegemoetkoming krijgen voor verblijf-, reis- en visumkosten. Daarnaast kunnen studenten die uitgenodigd worden om actief deel te nemen aan een prestigieus festival, een tegemoetkoming aanvragen voor de reiskosten. De aanvragen worden beoordeeld door een commissie die bestaat uit de coördinatoren internationalisering van de AHK. De sector Dans van de Theaterschool had in 2007 het hoogste aantal individuele aanvragen, gevolgd door studenten van het Conservatorium van Amsterdam en de Academie voor Beeldende Vorming. De populairste stad voor een kort buitenlands studieverblijf is New York: negentien studenten namen deel aan een uitwisseling met het Pratt Institute, the Alvin Ailey School en de Manhattan School of Music. Op de tweede plaats zijn stages in Paramaribo populair bij studenten van de opleidingen Museologie, Theaterdocent en Docent beeldende kunst en vormgeving. Opvallend was de belangstelling voor stages in West-Afrikaanse landen zoals Gambia, Ghana en Guinee-Conakry. In 2007 werd in totaal € 45.572 toegekend voor 59 individuele studieperiodes en uitnodigingen op naam. Verder werd € 33.085 uit het fonds toegekend voor groepsreizen: in totaal gingen 900 studenten op studiereis, vooral naar Europese steden. Met name studenten van de Reinwardt Academie (384) en de Academie voor Beeldende Vorming (290) maakten gebruik van de regeling voor groepsreizen. In 2007 is besloten dat vanaf 2008 de groepsreizen niet meer uit het Internationaliseringsfonds gefinancierd zullen worden, maar om het hiervoor bestemde budget aan de faculteiten beschikbaar te stellen.

Partnerinstellingen (Socrates en andere contacten) Land Stad Vakgebied Naam instelling

inkomende studenten

uitgaande studenten 1

Australië

Perth

Beeldend

Edith Cowan University

België

Brussel

Muziek

Erasmushogeschool Brussel, departement Muziek

1

Denemarken

Aarhus

Bouwkunst

Aarhus School of Architecture

1

Duitsland

Berlijn

Bouwkunst

Technische Universität Berlin

1

Duitsland

Frankfurt

Muziek

Hochschule für Musik und darstellende Kunst Frankfurt

1

Duitsland

Berlijn

Muziek

Hochschule für Musik “Hanns Eisler”

1

2

Duitsland

Keulen

Muziek

Hochschule für Musik Köln

1

1

Duitsland

Karlsruhe

Muziek

Staatliche Hochschule für Musik Karlsruhe

1

Duitsland

Mainz

Muziek

Hochschule für Musik der Johannes Gutenberg

1

Duitsland

Stuttgart

Muziek

Staatliche Hochschule für Musik

1

Duitsland

Detmold

Muziek

Hochschule für Musik Detmold

1

1

Duitsland

Freiburg

Muziek

Hochschule für Musik Freiburg

1

Duitsland

Weimar

Muziek

Hochschule für Musik Franz Liszt

1

Duitsland

Hamburg

Muziek

Hochschule für Musik und Theater Hamburg

2

Duitsland

Berlijn

Muziek

Universität der Künste Berlin

Duitsland

Hannover

Muziek

Hochschule für Musik und Theater Hannover

1

Estland

Tallinn

Muziek

Eesti Muusikaakadeemia

1

Finland

Helsinki

Muziek

Sibelius Akatemia

1

Finland

Outukompu

Dans

North Karelia College

1

Frankrijk

Versailles

Bouwkunst

Ecole Nationale Supérieure d’Architecture de Versailles

1

Frankrijk

Versailles

Bouwkunst

Ecole Nationale Supérieure du Paysage, Versailles

1

Frankrijk

Parijs

Bouwkunst

Ecole Nationale Supérieure d’Architecture de Paris La Vilette

2

Frankrijk

Lyon

Muziek

Conservatoire National Supérieur de Musique de Lyon

1

1

Frankrijk

Parijs

Muziek

Conservatoire National Supérieur de Musique et de Danse

2

3

Groot-Brittannië

Manchester

Beeldend

Metropolitan Manchester University

2

2

Groot-Brittannië

Totnes

Muziek

Dartington College of Arts

1

Groot-Brittannië

Totnes

Dans

Dartington College of Arts

2

Hongarije

Boedapest

Muziek

Ferenc Liszt Academie

1

Portugal

Oporto

Muziek

Escola Superior de Musica e das Artes Espectaculo

1

Spanje

Barcelona

Bouwkunst

Universitat Internacional de Catalunya

1

1

Spanje

Bacelona

Muziek

Escola Superior de Musica de Catalunya

Socrates/Erasmus-programma

Spanje

Malaga

Muziek

Conservatorio Superior de Musica de Malaga

1

In het kader van dit Europese beurzenprogramma zijn twaalf studenten op uitwisseling geweest en hebben negen stafleden en docenten gastlessen verzorgd op Europese onderwijsinstellingen. Het aantal inkomende uitwisselingsstudenten is vier keer zo hoog als het aantal uitgaande studenten.

Spanje

Salamanca

Muziek

Conservatorio Superior de Musica de Salamanca

1

Tsjechië

Praag

Dans

Duncan Centre Conservatory

2

Verenigde Staten

New York

Beeldend

Suny Purchase College, State University of New York

4

6

Verenigde Staten

New York

Beeldend

Pratt Institute

1

1

Verenigde Staten

New York

Muziek

Manhattan School of Music

5

2

Verenigde Staten

New York

Dans

Alvin Ailey School

4

Verenigde Staten

New York

Film en Televisie

New York Film Academy

1

Leonardo da Vinci-stageprogramma Voor buitenlandse stages neemt de AHK deel aan het Leonardo da Vinci-beurzenprogramma van de Europese Unie. In 2007 hebben zestien studenten via dit programma stage gelopen in Europa. Dit waren voor het merendeel studenten van de Reinwardt Academie. De meest populaire stagelanden zijn Duitsland, Groot-Brittannië en België.

39

1


Individuele beursprogramma’s Beurzen voor uitgaande studenten VSBfonds Beurzenprogramma In 2007 stelde het VSBfonds drie beurzen ter beschikking aan talentvolle AHK-studenten die een vervolgstudie in het buitenland wilden doen. De vioolstudenten Cecilia Bernardini en Leonie Bot van het Conservatorium van Amsterdam ontvingen een beurs voor een studie aan respectievelijk de London Guildhall University en het San Francisco Conservatory of Music; Ruby Savage van de Nederlandse Film en Televisie Academie kreeg een beurs voor haar vervolgstudie Photography and Urban Cultures aan het Goldsmith’s College in Londen. De selectiecommissie voor de voordrachten bestond in 2007 uit de voorzitter van het College van Bestuur, de directeur van de Theaterschool, de directeur van de Academie van Bouwkunst, de lector Kunsttheorie en onderzoek, en de beleidsmedewerker Internationalisering. In totaal werden zeven aanvragen ingediend. Het in verhouding tot het landelijk gemiddelde grote aantal kwalitatief hoogwaardige aanvragen heeft het VSBfonds doen besluiten het aantal voor de AHK beschikbare beurzen te verhogen. HSP Talentenprogramma Het HSP Talentenprogramma biedt een nagenoeg kostendekkende beurs voor excellente studenten die

een vervolgstudie in het buitenland willen doen. Drie studenten van het Conservatorium van Amsterdam ontvingen in 2007 een beurs: Gideon van Gelder (Jazz, piano) voor zijn studie aan de New School in New York, Gideon den Herder (Klassiek, cello) voor zijn studie aan de Hochschule für Musik in Keulen en Cecilia Bernardini (Klassiek, viool) voor haar studie bij David Kitaeno aan het Guildhall College in Londen.

in New York; Ruby Savage van de Nederlandse Film en Televisie Academie voor haar studie aan Goldsmith’s College in Londen en Stephanie van Dooren, student aan de vooropleiding van de Nationale Ballet Academie voor haar studie aan de Martha Graham School of Contemporary Dance in New York. Mimestudent Lieke Jetten ontving een beurs voor het Lee Strasberg Institute in New York.

Prins Bernhard Cultuurfonds

Beurzen voor inkomende studenten

Acht muziekstudenten en een studente Film en televisie kregen uit het Prins Bernhard Cultuurfonds een toekenning voor hun vervolgstudie in het buitenland. Vioolstudenten Cecilia Bernardini en Leonie Bot kregen voor de tweede keer een beurs; Gideon den Herder (cello) en Matthijs Lunenberg (cornetto) ontvingen een beurs voor hun studie aan respectievelijk de Hochschule für Musik in Keulen en Conservatoire de Musique in Genève. Oudstudenten Ruby Savage (Film en televisie), Fleur Bouwer (klarinet) en Jonathan den Herder (cello) kregen uit dit fonds een bijdrage voor hun vervolgstudies in respectievelijk Londen en New York.

HSP Huygens Scholarship Programme Excellente buitenlandse studenten kunnen een beroep doen op het HSP Huygens Scholarship Programme voor een kostendekkende beurs om de laatste fase van hun opleiding aan een hogeschool of universiteit in Nederland te volgen. De AHK heeft in 2007 acht bursalen binnen dit programma ontvangen. Vier studenten van de School voor Nieuwe Dansontwikkeling kregen de felbegeerde beurs toegekend voor de laatste (twee) studiejaren van hun bacheloropleiding: Lea Martin (Italië), Javier Murrugarren (Brazilië), Pablo Fontdevila (Argentinië) en Yurie Umamoto (Japan). Anja Müller (Duitsland) ontving een beurs voor het laatste jaar van de masteropleiding Choreografie. Tot slot ontvingen drie masterstudenten van het Conservatorium van Amsterdam in 2007 ondersteuning: Luba Benediktovitch (Rusland, blokfluit), Alex Simu (Roemenië, saxofoon jazz) en Christopher Condon (Verenigde Staten, saxofoon klassiek).

VandenEnde Foundation Getalenteerde studenten en afgestudeerden in de podiumkunsten kunnen bij de VandenEnde Foundation terecht voor een substantiële werk- en studiebeurs voor een vervolgstudie bij een gerenommeerde instelling in het buitenland. Gideon van Gelder van het Conservatorium van Amsterdam ontving een beurs voor zijn studie aan de New School for Jazz and Contemporary Music

Academie voor Beeldende Vorming Kunstreis Venetië Studenten én het voltallige personeel van de Academie voor Beeldende Vorming bezochten in het najaar de Biënnale in Venetië. Tijdens deze kunsthistorische excursie werden nieuwe verbanden tussen oude en moderne kunst gelegd. Wegens groot succes is besloten deze excursie elke twee jaar te laten plaatsvinden zodat elke student gedurende zijn studieperiode ten minste één keer naar de Biënnale is geweest.

40

41


Onderzoek en lectoraten Onderzoeksbeleid Op 13 maart 2007 heeft binnen de AHK een managementconferentie plaatsgevonden met het onderzoeksbeleid als centrale thema. De belangrijkste conclusie was dat onderzoek deel uitmaakt van de missie van de AHK, voor zover het ten dienste staat van de artistiekinhoudelijke ontwikkelingen in het onderwijs. Het onderzoek is over het algemeen kleinschalig en praktijkgericht. Ook in de masteropleidingen vindt theoretische verdieping plaats in dienst van het kunstenaarschap. De lectoren hebben de taak om op basis van hun meesterschap en gezag op hun vakgebied de diepgang in het onderwijs te bevorderen en vorm te geven, met name in de masteropleidingen. Om het onderzoeksaspect in het masteronderwijs verder te ontwikkelen is besloten een dwarsverband aan te leggen tussen de verschillende masteropleidingen onderling en met de lectoraten. In principe zullen een-op-een liaisons worden aangegaan tussen masteropleidingen en lectoren.

Lectoraat Kunsttheorie en onderzoek Lector: Henk Borgdorff Onderzoek Dit lectoraat richt zich op onderzoek op het kruispunt van kunstpraktijk en kunsttheorie, op de innovatie van onderwijs en onderwijstrajecten, en op het debat over onderzoek in de kunsten. Het onderzoek van de lector is gericht op de rationale van ‘onderzoek in de kunsten’, in het bijzonder de wetenschapstheoretische (epistemologische, methodologische) en de beleidspolitieke kanten van dit soort onderzoek. De onderzoeksgroep (of kenniskring) van het lectoraat werkt onder de naam Artistic Research, Theory & Innovation (ARTI) samen met de onderzoeksgroep van het lectoraat Kunstpraktijk en artistieke ontwikkeling. In 2007 is de onderzoeksgroep uitgebreid met enkele onderzoekers op het gebied van muziek, dans en nieuwe media. De expertisegroep Dans & gezondheid van het lectoraat heeft in samenwerking met een aantal dansgezelschappen en deskundigen op het gebied van dansgezondheidszorg het project The Healthy Dancer Diary ontwikkeld. Dit project wordt uitgevoerd met RAAK-subsidie. In september 2007 zijn drie leden van de onderzoeksgroep van het lectoraat begonnen met een promotieonderzoek, en is voormalig lid van de onderzoeksgroep Walter van de Leur benoemd tot hoogleraar Jazz en geïmproviseerde muziek aan de Universiteit van Amsterdam. Onderwijs De lector is als docent betrokken bij het promotietraject docARTES en bij de masteropleiding Artistic Research, die is opgezet in samenwerking met de Universiteit van Amsterdam en de Gerrit Rietveld Academie. Ook is de lector actief betrokken geweest bij de denktank EMPaR (Enquiry into Musical Practice as Research) van het Documa-project, een door de Europese Unie gesteund project (Doctoral Curriculum in Musical Arts) waarin het Conservatorium van Amsterdam samenwerkt met het Koninklijk Conservatorium in Den Haag, het Orpheusinstituut in Gent, de Associatie van de Katholieke Universiteit Leuven, het Royal College of Music in London, Royal Holloway (University of London) en de University of Oxford. Kennisdeling

42

43

In 2007 was de lector betrokken bij landelijke ontwikkelingen op het gebied van onderzoek aan hogescholen. Hij heeft binnen de HBO-Raad mede de basis gelegd voor het Forum voor praktijkgericht onderzoek en ontwikkeling, en als lid van de strategische werkgroep onderzoek heeft hij meegewerkt aan de totstandkoming van het Brancheprotocol kwaliteitszorg onderzoek. In oktober heeft het lectoraat een tweedaagse internationale conferentie The Third Cycle: Artistic Research after Bologna georganiseerd over de derde cyclus in het hoger kunstonderwijs. De lector heeft daarnaast lezingen over verschillende aspecten van artistic research verzorgd in Noorwegen, Zweden en Groot-Brittannië.


Lectoraat Kunsten cultuureducatie Lector: Folkert Haanstra Onderzoek Het onderzoek van dit lectoraat richt zich op de ontwikkelingen in de binnen- en buitenschoolse kunst- en cultuureducatie in relatie tot de docentenopleidingen van de AHK. Belangrijke onderzoeksthema’s zijn culturele diversiteit en kunsteducatie en authentieke kunsteducatie. Drie onderzoeken houden zich bezig met de vraag hoe de docentenopleidingen theater, dans en muziek zich rekenschap kunnen geven van de culturele diversiteit in de (stedelijke) samenleving. Authentieke kunsteducatie wil de relatie met de alledaagse kunstbeoefening en kunstbeleving van de leerling handhaven, maar wil tevens toegang verschaffen tot het domein van de actuele professionele kunsten. Het lectoraat doet in dit verband onderzoek naar vormen en functies van de spontane beoefening van beeldende kunst (de zogeheten thuiskunst) en de relaties ervan met de beeldende vorming op school. Binnen dit thema is ook onderzoek gedaan naar de inzet van mediakunstenaars in het voortgezet onderwijs. Het lectoraat onderzoekt ook de gevolgen voor de beeldende vorming van de invoering van de nieuwe onderbouw en het leergebied ‘Kunst en cultuur’ in het voortgezet onderwijs. Naast zelf geïnitieerd onderzoek verricht het lectoraat ook onderzoek in opdracht van derden. Zo wordt in opdracht van het Stedelijk Museum onderzoek verricht naar de samenstelling van het publiek en naar de meningen en wensen van dit publiek. Een deelonderzoek is gericht op de bezoekers van de tentoonstelling Andy Warhol - Other Voices, Other Rooms. In opdracht van het ministerie van OCW heeft onderzoeksbureau Oberon voor de tweede keer een landelijke monitorcultuur-educatie uitgevoerd. De lector heeft hieraan een bijdrage geleverd. Onderwijs Onder verantwoordelijkheid van het lectoraat wordt de interdisciplinaire master Kunsteducatie verzorgd (zie ook het hoofdstuk Voortgezette en masteropleidingen). Het lectoraat speelt ook een rol in de samenwerking tussen de docentenopleidingen van de AHK. De samenwerking vindt zijn weerslag in een studieleidersoverleg dat wordt voorgezeten door de lector en waarin relevante ontwikkelingen in de kunsteducatie worden besproken. Kennisdeling Op 22 juni organiseerde het lectoraat samen met Cultuurnetwerk Nederland voor de eerste keer de conferentie Onderzoek in cultuureducatie in wereldculturencentrum RASA in Utrecht. Op deze conferentie werden 23 papers over recent Nederlands en Vlaams cultuureducatieonderzoek gepresenteerd aan ruim 100 onderzoekers en andere belangstellenden. De bijdragen waren ingedeeld in zes thema’s: Sociale competenties, Stand van zaken in het Nederlands en Vlaams onderwijs, Tweede fase voortgezet onderwijs, Leerprocessen, Museumeducatie en Grenzen van het kunstbegrip.

44

Eveneens in 2007 werd het onderzoek- en ontwikkelingsproject MediaConnection afgerond met een publicatie en een studiedag, in samenwerking met VKAV, KPC Groep en Waag Society. Daarnaast verzorgde de lector bijdrages aan expertmeetings kunsteducatie van het stadsdeel Zuid van Amsterdam, de Zoete Inval (kunstenaars die invallen bij afwezigheid van docent) en het

kindermuseum Villa Zebra in Rotterdam en aan de sessie ‘Formal, non-formal and informal learning in music’ van het symposium Trends in the music profession in Europe in Groningen. De lector en leden van de kenniskring hebben papers gepresenteerd over beeldend kunstonderwijs op conferenties in Chicago, Karlsruhe en Utrecht.

Waar mogelijk wordt op basis van de resultaten naar vervolgprojecten en concrete conclusies voor bestaande curricula gezocht. Zo is Horst Rickels inmiddels betrokken bij het nieuwe masterprogramma Composing for Film en is uit de eerdere AIR-periode van Emio Greco/ PC onder leiding van Bertha Bermudez een vervolgonderzoek ontstaan naar specifieke overdrachts- en notatiesystemen voor de eigentijdse dans. De jazzafdeling van het Conservatorium van Amsterdam zal na het bezoek van John Clayton met een jaarlijks terugkerend programma versterkt aandacht besteden aan de Black Roots of Jazz.

De lector was in 2007 voorzitter van de werkgroep Onderzoeksagenda cultuureducatie van Cultuurnetwerk Nederland, lid van de Profielcommissie Economie en Maatschappij/Cultuur en Maatschappij, die in opdracht van OCW een langetermijnadvies heeft ontwikkeld over de Tweede fase van het voortgezet onderwijs en bestuurslid van Aslan Muziekcentrum. Ten slotte werkt het lectoraat samen met de Pabo van de Hogeschool van Amsterdam en het Amsterdamse expertisenetwerk cultuureducatie Mocca teneinde de kwaliteit van de cultuureducatie in het primair onderwijs te verbeteren.

Om de activiteiten van het programma zichtbaarder te maken, vonden er een aantal openbare presentaties, tentoonstellingen, concerten en lezingen plaats en is er aandacht in de (vak)pers gegenereed. Tijdens de presentatie van de publicatie over de eerste generatie AIR’s hield Charles Esche een lezing met als titel How to grow possibility: The potential roles of academies. Onderwijs

Lectoraat Kunstpraktijk en artistieke ontwikkeling

In de internationale kunstenwereld bestaat een grote belangstelling voor experimentele of niet-institutionele leeromgevingen die direct voortkomen uit en/of verbonden zijn aan de praktijk en waarin makers participeren in het discours van het eigen vakgebied en gezamenlijk met collega’s, critici en theoretici reflecteren op culturele en maatschappelijke vraagstukken. Als bijdrage aan deze ‘buitenschoolse’ ontwikkeling heeft het lectoraat in 2007 het initiatief voortgezet om met Theater Gasthuis/ Frascati AN ACADEMY te realiseren. AN ACADEMY nodigt ieder jaar een tiental makers uit verschillende disciplines uit om een belangwekkend festival te gebruiken leersituatie. In 2007 zijn twee Academies gerealiseerd in samenwerking met het Kunstenfestivaldesarts in Brussel en het IDFA in Amsterdam.

Lector: Marijke Hoogenboom Onderzoek Het lectoraat Kunstpraktijk en artistieke ontwikkeling richt zich zowel op het artistieke maakproces in een inter- en multidisciplinaire context alsook op actuele artistieke ontwikkelingen, mogelijkheden en uitdagingen in de afzonderlijke kunstdisciplines. De focus ligt op de fase die voorafgaat aan de realisering van een project en op een bijzondere vorm van kennisproductie, gebaseerd op de expertise, onderzoeksvragen en methodes van kunstenaars. Het lectoraat kent weinig normatieve kaders en opereert vanuit een aantal pools, die uiteenlopende werkvormen ontwikkelen.

De lector zelf is onder andere betrokken bij de ontwikkeling van de interdisciplinaire master Artistic Research, in samenwerking met het lectoraat Kunsttheorie en onderzoek, de Universiteit van Amsterdam en de Gerrit Rietveld Academie.

Voor het lectoraat zijn in het bijzonder drie inhoudelijke uitgangspunten van belang: de aandacht voor de specificiteit van het kunstonderzoek, het bevorderen van interdisciplinariteit in de onderwijs- en de kunstpraktijk en het experimenteren met artistieke leeromgevingen. Omdat het onderzoek zeer praktijkgericht is, beschikken de kunstenaars over een faciliteitenbudget en leidt meer dan de helft van de onderzoeken tot innovatieve prototypes voor een specifieke kunstpraktijk, zoals het onderzoek van Marion Tränkle, Scott deLahunta of Bertha Bermudez, en tot bijdragen aan het onderwijs (Jos Zwaanenburg, Edit Kaldor, Carolien Hermans). De projecten zijn doorgaans gekenmerkt door een grote output en een diversiteit van spelers dwars door de disciplines en instellingen waaronder Springdance, Theater Gasthuis, IDFA etc., heen. In 2007 draaide voor de vierde keer het Artist in Residence-programma (AIR) als spil van het lectoraat. Binnen het programma benoemen de Nederlandse Film en Televisie Academie, de Academie van Bouwkunst, het Conservatorium van Amsterdam en de Theaterschool jaarlijks een kunstenaar die als artistiek lector verbonden is aan de faculteit. In 2007 werden Krisztina de Châtel (Body/Space), John Clayton (The Black Roots of Jazz) en Nita Liem (Go Big or Go Home) als Artist in Residence uitgenodigd, en werden de trajecten met Maaike Bleeker (Grenzen aan de verbeelding?) en Horst Rickels (De tri-alektiek van bewegend beeld, muziek en geluid) afgerond. Ook is in 2007 een begin gemaakt aan de samenwerking met Erik Kessels en LISA, die in 2008 als AIR zullen optreden.

45

Kennisdeling Naast het op de faculteiten gerichte AIR-programma en de individuele onderzoeksprojecten heeft het lectoraat tevens de ambitie om de externe relaties van de AHK op het gebied van de internationale kunstpraktijk te intensiveren en haar activiteiten in samenwerking met professionele culturele organisaties uit te breiden. Een nieuw initiatief is de openbare lezingenserie The Old Brand New, in samenwerking met De Appel, If I Can’t Dance..., de Rietveld Academie, DAI en LISA. In juni 2007 vond in het kader van het Holland Festival de eerste lezing plaats. De lector heeft bijdragen geleverd aan publicaties, conferenties en expertmeetings in binnen- en buitenland, was betrokken bij gast- en debatcolleges aan de Theaterschool. Tevens maakt zij deel uit van de commissie Keuzevakken en is zij lid van de beurzencommissie van het Prins Bernhard Cultuurfonds en de commissie Internationaal van de Raad voor Cultuur.

Lectoraat Cultureel erfgoed Lector: Peter van Mensch In tegenstelling tot de andere, hogeschoolbrede AHKlectoraten heeft dit lectoraat een vakspecifiek karakter en maakt het deel uit van de Reinwardt Academie. De Commissie van Advies van de Reinwardt Academie treedt op als begeleidingscommissie van het lectoraat. Onderzoek De onderzoekslijnen van het lectoraat hebben betrekking op de analyse en vergelijking van verschillende erfgoedtheorieën, en op het inventariseren, vergelijken en empirisch onderzoeken van denkbeelden betreffende de omgevingsgerichtheid van erfgoedinstellingen.


Lectoraat Kunstpraktijk en artistieke ontwikkeling

Publicaties Lectoraat Kunsttheorie en onderzoek • Borgdorff, H. ‘Special Issue: Practice-based Research in Music’ (samenstelling en redactie met Marcel Cobussen). In: Dutch Journal of Music Theory 12, 1 (januari 2007) • Borgdorff, H. ‘The Debate on Research in the Arts’. In: Dutch Journal of Music Theory 12, 1 (januari 2007), p. 1-17. • Borgdorff, H. ‘Der Modus der Wissensproduktion in der künstlerischen Forschung’. In: S. Gehm, P.Husemann, K. von Wilcke (Hg.), Wissen in Bewegung. Bielefeld: Transcript, 2007, p. 73-80. • Borgdorff, H. ‘Artistic research and Pasteur’s quadrant’. In: GRAY Magazine, issue 3 (special: Artistic Research), Gerrit Rietveld Academy, Amsterdam 2007, p. 12-17. • Borgdorff, H. ‘Kennis in Context’ (met Johannes van der Vos en AnneLoes van der Staa). In: Th&ma (najaar 2007).

Krisztina de Châtel: Body/Space Als Artist in Residence aan de Academie van Bouwkunst van de AHK ging choreografe Krisztina de Châtel in de winterworkshop Body/Space op zoek naar de band tussen lichaam, ruimte en architectuur. In de choreografie van De Châtel heeft de ruimte een dramatische functie, is zij mede- of tegenspeler van de danser. Architectuur, de bebouwde ruimte, heeft een soortgelijk effect op het individu; zij kan een thuisgevoel teweegbrengen of een bedreiging vormen. Studenten van de Academie van Bouwkunst leerden door deze bijzondere ontmoeting met een andere kunstdiscipline ruimtes op een heel nieuwe manier ervaren en hebben anders leren kijken naar de mens als onderdeel van zijn omgeving.

Het onderzoek wordt uitgevoerd door de lector en de leden van de kenniskring, die bestaat uit drie leden uit de Reinwardt Academie, één lid dat verbonden is aan de Academie voor Beeldende Vorming en drie externe leden. De lector is medebegeleider van vier promotieonderzoeken en is daarnaast bij twee promotieonderzoeken extern lid van de promotiecommissie. Het betreft promoties van erfgoeddeskundigen, die allen op vooraanstaand internationaal niveau functioneren. De onderzoeken en promoties vinden plaats aan erfgoedinstituten en universiteiten in Duitsland, Portugal, Tanzania, België en Frankrijk. Verder begeleidde de lector enkele bachelor- en masterstudenten bij onderzoek dat in verband stond met de onderzoeksprogramma’s van het lectoraat en de kenniskring. De onderwerpen varieerden van ‘de plaats van mode in musea van moderne kunst’ tot een studie over computererfgoed. Onderwijs De lector was betrokken bij het vervolg van het project Invoering competentiegericht onderwijs en de ontwikkeling van een minor Archieven (in samenwerking met de Archiefschool en het Instituut voor Media en Informatie Management van de Hogeschool van Amsterdam). De voorbereiding van deze minor leidde tot het besluit een discussie te voeren over de theoretische grondslagen van museologie en archivistiek. Bij deze grondslagendiscussie wordt gebruikgemaakt van het nieuwe wiki-platform Museopedia. Verschillende leden van de kenniskring en de lector zijn nauw betrokken bij dit internationale project. 46

Lectoraat Kunst- en cultuureducatie • Haanstra, F. & Schönau, D. ‘Evaluation Research in Visual Arts Education’. In: L. Bresler (Ed.) International Handbook of Research in Arts Education. Dordrecht: Springer, 2007, p. 427-442. • Haanstra, F. en Schönau, D. ‘Ontwikkelingen in evaluatie-onderzoek’. In: Effecten van kunsteducatie in internationaal perspectief, Cultuur+Educatie 18. Utrecht: Cultuurnetwerk Nederland, p. 8-18. • Haanstra, F. ‘Een ontwerp voor de toekomst’. In: Maandblad voor de beeldende vakken 6, 123, p. 7. • Heijnen, E. Media Connection: Lessen van kunstdocenten en mediakunstenaars. Amsterdam: Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten, lectoraat Kunst- en cultuureducatie. • Oomen, C., Donker, A., Grinten, M. van der en Haanstra, F. Monitor Cultuureducatie voortgezet onderwijs. Meting 2007. Utrecht: Oberon.

Kennisdeling Het lectoraat is betrokken bij een Duitstalig Europees onderzoeksnetwerk rond het thema tentoonstellingstheorie. Amsterdam werd als ontmoetingsplaats gekozen omdat de Reinwardt Academie van oudsher zowel goed op de hoogte is van de Duitse en Midden-Europese ontwikkelingen als van de ontwikkelingen in Engeland, de Verenigde Staten en Frankrijk, alsmede van de vernieuwende inzichten in de niet-westerse wereld, met name Latijns-Amerika. In internationaal verband organiseerde het lectoraat tevens de internationale cursus Zwischen Rekonstruktion und Illusion. Neue Tendenzen der Ausstellungsinszenierung am Beispiel Amsterdamer Museen. Hierin werd samengewerkt met de Museums-akademie Joanneum in Graz. De lector is betrokken bij de organisatie van de Erfgoedarena en de Salon de Muséologie, die beide tot doel hebben om het debat over erfgoed en musea in Nederland te stimuleren. Ook was de lector in 2007 een van de initiatiefnemers van het project Cultuur in context. Samen met een groep van musea, archieven en universiteiten wordt hierin onderzocht in hoeverre er een discipline-overstijgende digitale infrastructuur mogelijk is om de toegang tot digitaal cultureel erfgoed te verbeteren. Door de koppeling van bestanden ontstaat een meerwaarde die onderzoekers in staat stelt nieuwe vragen te stellen. In het kader van het project zal een en ander zowel theoretisch als praktisch worden uitgewerkt. Er zal een testomgeving worden ingericht rond het thema ‘openbare vermakelijkheden’. Het onderzoek is mogelijk gemaakt door een RAAK-subsidie. Een ander groot project waaraan in 2007 werd gewerkt, is Nieuw erfgoed. In samenwerking met de Stichting Computer Erfgoed Nederland en het Instituut Collectie Nederland werd met inzet van studenten de relatie onderzocht tussen enerzijds nieuwe vormen van betekenisgeving en het behoud van nieuwe categorieën erfgoed, en anderzijds de institutionele infrastructuur.

Lectoraat Kunstpraktijk en artistieke ontwikkeling • Hoogenboom, M. Let’s suppose the academy is a place for artists... Kanttekeningen bij het artist-in-residence programma AIR aan de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten. Amsterdam 2007. • Hoogenboom, M. ‘Artistic research as an expanded kind of choreography in the work of Emio Greco|PC’. In: Sabine Gehm, Pirko Husemann, Greco|Katharina von Wilcke (eds.): Knowledge in Motion, Bielefeld 2007. • Hoogenboom, M. ‘Voorwaarden voor onderzoek’. In: Scott deLaunta (ed.): Capturing Intention, Documentatie, analyse en annotatieonderzoek gebaseerd op het werk van Emio Greco|PC, Amsterdam 2007 • Hoogenboom, M. ‘After theatre we go home once more’. In: Marijke Hoogenboom, Alexander Karschnia (eds.): Na(ar) het theater - After Theatre? Supplements to the international conference on Postdramatic theatre, Amsterdam 2007. • Hoogenboom, M. ‘Geëngageerde autonomie, Kanttekeningen bij een expert meeting’. In: Eugene van Erven, Peter van den Hurk (red.): Community Arts, Kunst en Kunde, Verslag & reflecties bij een expertmeeting, Codarts Rotterdam 2007.

47

De volgende uitgaven zijn door het lectoraat in eigen beheer geproduceerd en gepubliceerd. • Charles Esche, How to grow possibility: The potential roles of academies. • Capturing Intention - Essays, documentary, DVD-Rom, interactive installation. Edited by Scott deLahunta en Bertha Bermudez. • Na(ar) het theater - After Theatre?. Edited by Marijke Hoogenboom en Alexander Karschnia Lectoraat Cultureel erfgoed • Mensch, P. van, ‘Afstoten in perspectief: van instelling naar netwerk. Terugblik op twintig jaar selectie en afstoting’. In: Petra Timmer & Arjen Kok (red.): Niets gaat verloren. Twintig jaar selectie en afstoting uit Nederlandse museale collecties. Amsterdam: Boekmanstudies/Instituut Collectie Nederland, 2007, p. 208-211. • Mensch, P. van, ‘Het museum als inspiratiebron’, BeeldFactor (37). In: Atelier (128), katern. • Mensch, P. van, ‘Een integraal perspectief op erfgoed’. In: Oud Nieuws. Tijdschrift over Cultureel Erfgoed en Educatie 2007 (3). p. 16.

Promotievouchers In 2007 zijn aan de volgende docenten promotievouchers toegekend: • Jan Sas, Reinwardt Academie, voor zijn onderzoek over het onderwerp Herhalingsbezoekers in musea: waarom komen ze terug? Promotor is Prof. dr. Volker Kirchberg van de Universiteit van Lüneburg (Duitsland); • Clemens Kemme, Conservatorium van Amsterdam, voor zijn onderzoek naar Mozarts Requiem en Mis in c-klein. Deze promotie vindt plaats aan de Universiteit van Amsterdam bij prof. dr. Rokus de Groot; • Thérèse de Goede, Conservatorium van Amsterdam, met als onderwerp: Verschillende stijlen van het basso-continuospel in de 17e eeuw. Promotor is prof. Peter Holman (D. Mus); de promotie vindt plaats bij de University of Leeds; • Jeroen Fabius, de Theaterschool, met als onderwerp: Materially politically Body; the role of proprioception and kinesthetics in political subjectivity. Promotor is prof. dr. Maaike Bleeker van de Universiteit Utrecht; • Marijn de Langen, de Theaterschool, met als onderwerp Mime en bewegingstheater in Nederland 1951–2007. De promotie vindt plaats aan de Universiteit Utrecht met als promotor prof. dr. Maaike Bleeker. De vouchers zijn bestemd voor de vrijstelling van taken binnen de aanstelling, uitbreiding van de aanstelling en/ of materiële kosten. Bij alle promotietrajecten zijn lectoraten van de AHK betrokken.


Samenwerkingsverbanden Samenwerkingsverbanden en en beroepspraktijk beroepspraktijk Academie voor Beeldende Vorming

Nederlandse Film en Televisie Academie

Om de contacten met de beroepspraktijk te verstevigen is een aantal docenten van de Academie als stageambassadeur aangesteld. Vijftien stagescholen zijn benaderd om onder meer een bijdrage te leveren aan de evaluatie en verbetering van het competentiegerichte curriculum, met name aan de voorbereiding op de beroepspraktijk. De stage-ambassadeur is contactpersoon voor stages, onderzoeksvragen, vragen op het gebied van bijscholing en andere vormen van samenwerking. Een bijzonder stageproject was ‘Toeval gezocht’, dat buitenschoolse projecten op vijftien basisscholen in Noord-Holland koppelde aan de Heringa/Kalsbeektentoonstelling in het Stedelijk Museum Amsterdam.

De tweedejaarsstudenten Regie werkten samen met studenten van de ArtEZ Toneelschool aan een project, de derdejaars Regie met studenten van de Toneelacademie Maastricht. Studenten van het Conservatorium van Amsterdam volgden een deel van het theorieonderwijs aan de Filmacademie en componeerden de filmscore voor een aantal derde- en vierdejaarsproducties.

Conservatorium van Amsterdam Het Conservatorium is de Nederlandse partner geworden van het Britten-Pears Young Artist Programme in Aldenburgh. Dit programma biedt professionele musici aan het begin van hun carrière speciale studie- en concertmogelijkheden aan. Met het Metropole Orkest is een nieuwe samenwerking ontwikkeld die bestaat uit een workshop voor componisten en arrangeurs en openbaar toegankelijke workshops met het orkest. Veel projecten en concerten van het conservatorium worden uitgevoerd in professionele zalen. Het Conservatorium heeft nauwe banden met een groot aantal podia waar concerten worden uitgevoerd, waaronder in Amsterdam het Bimhuis, Muziekgebouw aan het IJ, Koninklijk Concertgebouw, Beurs van Berlage en Paradiso, het Theater aan het Spui in Den Haag, de Philharmonie in Haarlem, Vredenburg Utrecht, de Philipszaal in Eindhoven, De Doelen in Rotterdam, Orpheus in Apeldoorn en De Singel in Antwerpen. Daarnaast wordt gespeeld in een groot aantal kerken en op diverse kamermuziekpodia. Voor studenten zijn er stageplaatsen bij het Koninklijk Concertgebouworkest en het Residentieorkest. Ook via remplacering spelen veel studenten mee bij repetities en uitvoeringen van professionele orkesten. Zo werkten studenten van de Jazzafdeling mee aan concerten van het Dutch Jazz Orchestra en het Jazz Orchestra van het Concertgebouw. Ook in 2007 zijn diverse masterclasses gegeven door ensembles. Een voorbeeld hiervan uit 2007 zijn Parkanyí Kwartet en Nieuw Ensemble.

48

49

Via stages bij verschillende muziekscholen in Amsterdam en omgeving en projecten als De Muziekateliers maken veel studenten kennis met de mogelijkheden van een gevarieerde beroepspraktijk. De opleiding Docent muziek heeft stageovereenkomsten met circa 15 scholen in Amsterdam voor basis- en voortgezet onderwijs. Ook de vele koren en harmonie-fanfareorkesten in Nederland maken deel uit van de beroepspraktijk waarmee tijdens de studie al intensief wordt gewerkt. Via het vak De Ondernemende Kunstenaar, verplicht voor alle studenten in het derde jaar van de bacheloropleiding, komen de studenten in verschillende toekomstige beroepssituaties terecht.

In het kader van de samenwerking met de Publieke Omroep en haar zendgemachtigden zijn vrijwel alle eindexamenfilms van Lichting 2007 op Nederland 2 uitgezonden. In maart/april 2007 vonden in samenwerking met het Shadow Festival de ShadowDoc masterclass plaats. Vijf talentvolle documentairemakers, waaronder drie oudstudenten van de NFTA, gingen in de leer bij ervaren, internationale cineasten. Huidige studenten waren als toehoorder aanwezig. In mei/juni 2007 vond in samenwerking met de NFTVM (Vereniging van nieuwe film- en televisiemakers) de jaarlijkse Dag van het TV IDEE plaats. Gedurende zes weken ontwikkelen de deelnemers onder begeleiding van professionals plannen voor nieuwe televisieprogramma’s. De beste ideeën werden door de deelnemers gepresenteerd aan producenten en redacteuren van omroepen. In november 2007 was de NFTA Filmschool in Focus tijdens de 20ste editie van het IDFA. Er werd o.a. een retrospectief vertoond van eindexamendocumentaires. Reinwardt Academie In 2007 is op initiatief van de directies van Erfgoed Nederland en de Reinwardt Academie de debatcyclus Erfgoedarena van start gegaan voor professionals in het erfgoedveld. In Erfgoedarena wordt vooral aandacht besteed aan initiatieven die betrekking hebben op de verbreding van het vakgebied. Omdat de Reinwardt Academie ook een podium wil zijn voor de vakdiscussie binnen het erfgoedveld, past dit initiatief binnen de doelstellingen van de school. De Reinwardt Academie werkte samen met het Instituut voor Media en Informatie van de Hogeschool van Amsterdam bij de ontwikkeling van een gezamenlijke minor Archieven. de Theaterschool Het ITs festival, een samenwerking van alle Nederlandse theater- en dansopleidingen waar jaarlijks de afstudeervoorstellingen en een aantal eigen werkprojecten te zien zijn, heeft haar criteria op een aantal punten aangescherpt. Hierdoor hoopt zij de programmering enigszins te beperken en het publieksbereik te vergroten. De expertisegroep Dans & Gezondheid, verbonden aan het lectoraat Kunsttheorie en onderzoek van de AHK, ontving een financiële ondersteuning van het RAAKprogramma om het Healthy Dancer Diary te digitaliseren. In dit logboek voor dansers kan op systematische wijze de dagelijkse belasting, de beleving van de


belasting en de belastbaarheid worden geregistreerd. De ontwikkeling van het Healthy Dancer Diary komt voort uit een onderzoekstraject dat in 2002 is gestart bij de dansopleidingen van de Theaterschool, en wordt ontwikkeld dankzij een samenwerking tussen kennisinstellingen en het werkveld. Naast de Theaterschool, de Rotterdamse Dansacademie (Codarts) en de Dansacademie ArtEZ, doen Het Nationale Ballet, het Internationaal Danstheater, de Henny Jurriëns Stichting en het Centrum voor Amateurkunst Noord-Brabant mee. Academie van Bouwkunst Het semesterthema van 2006-2007 Size Matters, over grote ingrepen in historische structuren, werd in april 2007 afgesloten met een tentoonstelling en een debat rond het werk van de studenten in de Zuiderkerk te Amsterdam. Deelnemers aan het debat, onder voorzitterschap van Esther Agricola (directeur Monumentenzorg Amsterdam), waren Koos Bosma (hoogleraar VU), Mieke Heim (stadsregisseur Amsterdam), Han Michel (adviseur projectontwikkeling) en Rob Bakker (architect). De zogenaamde winterterm 2007 had als opgave het bebouwen van de Afsluitdijk, naar een initiatief van de Rijksbouwmeester Mels Crouwel, die optrad als voorzitter van de jury en een presentatie van de projecten op het Ministerie van VROM verzorgde. Op 28 juni werd de vijfde editie van A/S/L Jaarboek Academie van Bouwkunst Amsterdam 2006-2007 feestelijk gepresenteerd in architectuurboekhandel Architectura Natura, waarbij Ivonne de Nood, Jochem Heymans, Sasa Radenovic en Froukje Nauta, allen genomineerd voor de Archiprix 2007, reflecteerden op hun opleiding en Herman Zeinstra, docent, op het fenomeen architectuuronderwijs. Met dit jaarboek werd verslag gedaan van de inhoudelijk meest saillante onderwijsresultaten van de Academie en werden de onderzoeken in het kader van de lectoraten gepresenteerd. In september 2007 was in hal van het ministerie van OCW een presentatie te zien van winnende ontwerpen in de Archiprix van Academiestudenten uit de laatste vijf jaar, georganiseerd door alumnus Bas van Vlaende-

ren. Werk werd getoond van Ingeborg Thoral, Daniël Casas Valle, Mark van Beest, Ronald Rietveld, Furkan Köse, Bas van Vlaenderen, Ivonne de Nood, Jochem Heymans en Sasa Radenovic.

vastgelegd in een publicatie. Ook werd gezamenlijk de workshop ‘werken met wilgen’ georganiseerd op een landbouwproefterrein in de Wieringermeerpolder.

De Academie organiseerde in 2007 vier Capita selectareeksen. Jan Peter Wingender, vertrekkend hoofd van de opleiding architectuur, presenteerde onder de noemer Designing by thinking of the making een reeks internationaal toonaangevende sprekers, waarbij het fysieke maken en detailleren van gebouwen centraal stond en gaf daarmee voor de laatste keer zijn visie op de stand van het vak. Studenten organiseerden de reeks My Way, waarin eigenzinnige visies op de ruimtelijke discplines en ruimtelijke ontwikkelingen in het algemeen werden gepresenteerd. Met de reeks Relax! introduceerde Noël van Dooren het semesterthema rond de impact van ‘leisure’ op stad en landschap. Pieter Jannink gaf met de reeks New European League de opmaat voor een internationaal uitwisselingsproject rond de agenda voor de Europese stad in de komende jaren.

Master Kunsteducatie In de serie Om de tafel met… vonden ontmoetingen plaats met uiteenlopende vertegenwoordigers van de kunsteducatieve praktijk, onderzoekers, kunstenaars en kunsteducatieve ‘projectontwikkelaars’. Dit leverde waardevolle contacten op en gaf mogelijkheden tot onderzoek en projectvoorstellen. De studenten namen daarnaast deel aan een studiedag over audiovisuele media in het kunstonderwijs, georganiseerd door Media Connection, en aan de conferentie Onderzoek in cultuureducatie, georganiseerd door Cultuurnetwerk Nederland en het AHK-lectoraat Kunst- en cultuureducatie. Op initiatief van de opleiding werd een platform opgericht met vertegenwoordigers van de bachelor-docentenopleidingen van de AHK, de master Kunsteducatie, Mocca-Amsterdam en de Pabo van de Hogeschool van Amsterdam. Het platform heeft als doel elkaars expertise te verkennen en mogelijkerwijs samen op te leiden voor kunsteducatie in het Primair Onderwijs.

Voor het semesterthema 2007-2008 ‘Leisure’ werd samengewerkt met de Rijksadviseur voor het Landschap, Dirk Sijmons en de Gemeente Amsterdam, dienst Ruimtelijke Ordening. Thema was de wijze waarop vrijetijdsbesteding zich ruimtelijk manifesteert in de stad en het landschap.

DasArts

In samenwerking met de Universiteit van Lissabon werd gewerkt aan het thema stad aan het water, waarbij parallelen en contrasten tussen Lissabon en Amsterdam een rol speelden.

Alle Finale Projecten, de afstudeerproducties van de DasArts-deelnemers, werden buiten DasArts gepresenteerd en ge(co-)produceerd in samenwerking met een theater of andere (kunst-)instelling in het binnen- en buitenland: De Balie, Amsterdam; De Waag, Amsterdam; Loods 6, Amsterdam; Centrum voor Hedendaagse Kunst, Haarlem; Muiderpoorttheater, Amsterdam; Hetveem Theater, Amsterdam; Theater de Melkweg, Amsterdam; Cosmic Theater, Amsterdam; Over het IJ Festival, Amsterdam; Victoria, Gent; Nieuwpoorttheater, Gent; Toneelhuis, Antwerpen; KunstenFESTIVALdesArts, Brussel; Theater im Pumpenhaus, Münster; diskurs 07 festival, Giessen; Staatstheater, Stuttgart (Depot X); Project Arts Center, Dublin.

Voor de afstudeersalons in februari en september werden tweemaal vier visiting critics uitgenodigd: Robert Camlin (Wales), Johannes Käferstein (Zurich/ Vaduz), Burton Hamfelt (Amsterdam), Wim van den Berg (Aachen), Tony Fretton (Londen/Delft), Bruno Krucker (Zurich), Julian Lewis (Londen) en Martin Prominsky (Hannover). In samenwerking met de Academie van Bouwkunst Arnhem werd voor het vierde achtereenvolgende jaar een zomerworkshop georganiseerd op locatie, ditmaal met als thema ‘latten stapelen’. De workshop werd

Binger Filmlab Binger Filmlab organiseerde traditiegetrouw diverse evenementen in samenwerking met en voor de (inter) nationale filmgemeenschap. Tijdens de CineMart, de coproductiemarkt van het International Film Festival Rotterdam, werd The Binger Boutique georganiseerd, een coproductiemarkt waar projecten die in het Filmlab zijn ontwikkeld, onder de aandacht werden gebracht van potentiële financiers.

Academie van Bouwkunst 50 Jaar opleiding Stedenbouw In oktober werd het 50-jarig bestaan van de opleiding Stedenbouw gevierd met een vakdebat rond het thema ‘Gedreven door ontwerp’ onder leiding van Fred Schoorl (directeur Nirov) met als sprekers Roy Bijhouwer, Ruurd Gietema, Hans van der Made en Anna Vos. Bij deze gelegenheid werd ook de film ‘Gedreven door ontwerp. Historisch portret van vijf generaties studenten’, gemaakt door Mark Aardenburg (regie) en Alexander Valeton (productie), gepresenteerd. 50

Stafleden werden op verschillende evenementen en festivals gevraagd om scriptcoaching-sessies en pitchingtrainingen te geven. Onder andere op de festivals van Rotterdam, Berlijn, Sofia, Hong Kong, Sarajevo, Turijn, Buenos Aires en Marrakech gaven zij trainingen aan en voerden zij coachinggesprekken met internationale filmmakers. Ook tijdens het internationale filmfestival in Cannes was Binger prominent aanwezig. Binger-deelnemers konden daar masterclasses met gerenommeerde vertegenwoordigers van de filmindustrie volgen. Ook waren er vruchtbare ontmoetingen tussen de Binger-filmmakers en vertegenwoordigers van de EAVE, een trainingsorganisatie voor producenten.

51

In 2007 vonden drie boeklanceringen plaats: regisseur Paul Ruven presenteerde Het Geheim van Hollywood, en scenarist Rogier Proper Kill Your Darlings, beide over de finesses van het scenarioschrijven. In samenwerking

met de ambassade van Nieuw-Zeeland en het Nederlands Fonds voor de Letteren werd Ask the Posts of the House gepresenteerd, een boek van Maori-schrijver Witi Ihimaera, die het Script Development Programme volgde. Tijdens het Nederlands Film Festival interviewde editor Mike Goodridge de zeer gerenommeerde Duitse regisseuse, actrice en schrijfster Margarethe von Trotta in het Binger - Screen International Interview. Na afloop was er de Binger Cocktail waar Binger filmmakers werden voorgesteld aan de nationale en internationale filmindustrie. De samenwerking met Filmeditors.org werd geïntensiveerd. Na gezamenlijk overleg bracht het Binger Filmlab editor Sam Pollard naar Amsterdam, die naast een Binger à la Carte ook een avond voor editors verzorgde. Tijdens het Nederlands Film Festival werd er een Filmeditors Nomination Night georganiseerd waar de drie genomineerden voor het Gouden Kalf voor Beste Montage aan de tand werden gevoeld door scenarioschrijfster Mieke de Jong. In 2007 zijn met de volgende partners samenwerkingsverbanden geïnitieerd of gecontinueerd: IFFR, Cinemasia, NFF, One Night Stand (NPS, VARA, VPRO), Filmmuseum, Rialto, NVS, DDG, NFTVM, Cinekid, Independent Films, Filmeditors.org., Vedra, European Film Academy, Sundance Institute, SABC, New Zealand Film Commission en Australian Film Commission, Buenos Aires Lab. In 2007 is een start gemaakt met een project in ZuidAfrika: The Commandments. Zuid-Afrika’s grootste omroep SABC en het filmfonds, NFVF startten een project voor de nieuwe generatie van Zuid-Afrikaanse filmmakers: tien filmprojecten werden ontwikkeld met Krzysztof Kieslowkis’ Dekalog als inspiratie. Binger Filmlab werd als derde partij bij het project betrokken om de geselecteerde filmmakers te coachen. Inmiddels heeft de hele groep het Script Development Programme in Kaapstad en Johannesburg afgerond en zal in 2008 het Director’s Coaching Programma in deze twee steden plaatsvinden. Filmmakers zien het Binger Filmlab steeds meer als een veilige plek om te excelleren, ook al hebben zij al ervaring in het maken van speelfilms. Zeker in het Script Development Programme was er sprake van een hoog niveau aan filmmakers. Acht van de achttien deelnemers had al één of meerdere succesvolle speelfilms op hun naam staan, de resterende tien zijn allemaal prijswinnende filmmakers. Met deze selectie werd een Oscargenomineerde en een Golden Globe-winnaar in huis gehaald. Met Amsterdams arthouse filmtheater Rialto vond een samenwerking plaats in de vorm van een Binger – Rialto maand in mei waarin op elke vrijdagavond een selectie aan films was te zien van filmmakers die een programma bij Binger hebben gevolgd. Daarnaast vonden er vraaggesprekken en discussies plaats in aanwezigheid van de filmmakers. Ook later in het jaar werden in het Rialto Late programma speelfilms vertoond van filmmakers uit het Director’s Coaching Programme en het Script Development Programme.


Studenten Studentenpopulatie Aantal studenten per faculteit (peildatum 1 oktober 2007) * bacheloropleidingen voltijd

bacheloropleidingen deeltijd

voortgezette en masteropleidingen

totaal

Academie voor Beeldende Vorming

213

147

-

360

Conservatorium van Amsterdam

708

10

175

893

Nederlandse Film en Televisie Academie

275

-

-

275

Reinwardt Academie

388

97

**

485

de Theaterschool

579

-

4

583

Academie van Bouwkunst Amsterdam

-

-

232

232

Master Kunsteducatie

-

-

27

27

DasArts***

-

-

23

23

Binger Filmlab****

-

-

19

19

2163

254

480

2897

Totaal

52

53

* Van studenten die binnen de hogeschool twee opleidingen combineren, is de tweede richting buiten beschouwing gelaten. ** Bij de Master Museology waren 42 studenten ingeschreven, waaronder 4 deeltijdstudenten. Deze zijn niet meegenomen in de totalen omdat het een niet-bekostigde opleiding betreft. *** Het totale aantal studenten dat zich inschreef bij DasArts in het kalenderjaar 2007 is 45. **** Het totale aantal studenten dat zich inschreef bij Binger Filmlab in het kalenderjaar 2007 is 30.


Diversiteit

Totaal aantal studenten 2007 2006 2005 studentenaantal 2897 2880 2726

De AHK is een kosmopolitische school met een zeer grote verscheidenheid aan studenten. Het aantal Nederlandse studenten met een niet-westerse achtergrond is echter ondervertegenwoordigd. Er zijn verschillende projecten opgezet om hier verandering in te brengen.

2004 2630

De Academie voor Beeldende Vorming heeft een pilotproject opgezet met een student van de master Kunsteducatie en de Gerrit Rietveld Academie om allochtone talenten in het voortgezet onderwijs voor een studie in het kunstonderwijs te interesseren.

Geen deelname personeel aan initiële opleidingen De Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten biedt personeelsleden niet de mogelijkheid zich in te schrijven voor een initiële opleiding, waarvoor het collegegeld, examengeld of een bijdrage anderszins door de hogeschool wordt voldaan.

De Nederlandse Film en Televisie Academie heeft het project Amsterdamse Mix voortgezet. Doelstelling van dit project is te stimuleren dat er meer jongeren van niet-westerse afkomst worden opgeleid tot filmmakers, om zo aan de Nederlandse filmcultuur nieuwe verhalen toe te voegen en uitwisseling van visies op de Nederlandse samenleving te bevorderen. In totaal zijn ruim duizend scholieren op gemengde middelbare scholen bereikt. Daar waar scholen voor een tweede keer zijn bezocht, bleek dat het eerdere bezoek effect heeft gehad op de beroepsoriëntatie van de scholieren. Niettemin zullen effecten op een succesvolle instroom naar verwachting enige jaren op zich laten wachten. Het project wordt ondersteund door het Amsterdams Fonds voor de Kunst en het Filmfonds. In 2008 zullen ook andere faculteiten bij dit project aansluiten.

Man-vrouwverhouding studenten Jaar 2007 2006 2005 2004

Mannen 1245 (43%) 1237 1212 1183

Vrouwen 1652 (57%) 1643 1514 1447

Mannen 43% Vrouwen 57%

De Theaterschool hecht veel waarde aan de 5 o’clock classes, de voortrajecten in Amsterdam Zuidoost en Nieuw West waarin Amsterdamse jongeren hun talent kunnen ontwikkelen tot het auditieniveau van de opleidingen. De 5 o’clock classes worden mede gefinancierd door de gemeente en de stadsdelen, en bestaan uit intensieve samenwerkingsverbanden met theatergroepen, theaterfaciliteiten, het voortgezet onderwijs en het ROC van Amsterdam. De 5 o’clock class West is gericht op theater en wordt uitgevoerd door de Turks-Nederlandse theatergroep Rast. Verschillende deelnemers van deze 5 o’clock class hebben al een weg gevonden naar de theaterpraktijk of het mbo-kunstonderwijs, maar er zijn nog geen deelnemers doorgestroomd naar de AHK. De 5 o’clock class dans in Zuidoost heeft al jarenlang een hoog rendement. In 2007 werden 16 van de 36 deelnemers toegelaten tot het hbo-dansonderwijs, waarvan 13 bij de dansopleidingen van de AHK. Het Conservatorium van Amsterdam werkt samen met het Turkse muziekcentrum Aslan om voor getalenteerde leerlingen de aansluiting met het conservatorium te verbeteren. De samenwerking resulteerde in het studiejaar 2007-2008 in lessen muziektheorie en solfège aan een kleine groep studenten van Aslan, die zich voorbereiden op het toelatingsexamen van de opleiding Docent muziek in 2008. Uit de eerdere ronde in 2006-2007 is één Turkse student toegelaten tot het eerste jaar van deze opleiding.

De verhouding is de laatste jaren ongeveer gelijk gebleven en geeft geen aanleiding tot specifieke beleidsmaatregelen.

de Theaterschool

Leeftijdsopbouw studenten <18 18-20 21-23 24-26 >27

2007 61 659 837 627 713

2006 50 655 805 606 764

2005 57 564 756 640 709

2004 53 523 763 619 672

Groot festival voor choreograaf Hans van Manen In het Muziektheater en Koninklijk Theater Carré vond in september het Hans van Manen Festival plaats, een eerbetoon aan de vaste choreograaf van het Nationale Ballet. Voorafgaand aan de galapremière presenteerden tachtig dansers van onder andere de opleidingen Docent dans, Moderne theaterdans en de Nationale Balletacademie van de AHK de choreografie Clogs van Van Manen.

Het aantal studenten boven de 27 jaar is voor het eerst sinds een aantal jaren afgenomen. Dit is geen gevolg van wijzigingen in het onderwijsaanbod of toelatingsbeleid. Of sprake is van een trend zal de komende jaren blijken.

Nationaliteit studenten Nederlands Europese Unie Buiten Europese Unie 2229 469 199

Buiten de EU

7%

EU 16% Nederland

54

De percentages Nederlandse studenten, buitenlandse EU-studenten en niet-EU-studenten zijn al jaren stabiel. Er zijn met name veel buitenlandse studenten bij de opleidingen Muziek en Dans. De internationale studentenpopulatie wordt hier beschouwd als een belangrijke stimulerende factor voor de voorbereiding op de internationale beroepspraktijk.

77%

55


Aanmelding, selectie, instroom en vooropleiding

Vooropleiding afgestudeerden

Aanmelding en selectie

Om een indicatie te krijgen van het rendement in relatie tot de genoten vooropleiding is onderzocht welke diploma’s de afgestudeerden van 2007 hadden behaald voorafgaand aan de opleiding aan de AHK. Voor dit doel is alleen gekeken naar de afgestudeerden met een Nederlandse vooropleiding.

Met uitzondering van de opleiding Museologie kennen alle opleidingen van de hogeschool een instroomselectie. Per opleiding worden specifieke eisen gesteld ten aanzien van artistieke aanleg en technische en fysieke vaardigheid. Toelatingscommissies beslissen aan de hand van ingezonden werk en/of live-audities over de toelating van de kandidaten. Vooral bij veel bacheloropleidingen overtreft het aantal aanmeldingen vaak vele malen het aantal toelaatbare kandidaten. Selectiviteit bacheloropleidingen Academie voor Beeldende Vorming Conservatorium van Amsterdam Nederlandse Film en Televisie Academie de Theaterschool

aanmeldingen 202 1326 465 1680

vmbo/mavo havo vwo/gymnasium mbo hbo en overige

instroom 114 208 70 160

2006 3% 31% 46% 12% 8%

2005 3% 39% 39% 11% 7%

2004 1% 41% 41% 7% 10%

Beroepskolom

Ook bij de voortgezette en masteropleidingen vindt een strenge selectie plaats. Hierbij is het aantal aanmeldingen wel geringer dan bij de bacheloropleidingen, omdat kandidaten voor voortgezette en masteropleidingen zich beter bewust zijn van het toelatingsniveau van de opleiding en beter kunnen inschatten of hun capaciteiten en niveau daarbij aansluiten. Bovendien vindt advisering over een mogelijke doorstroom naar een masteropleiding al in de bachelorfase plaats.

Mbo’ers zijn van harte welkom bij de AHK, maar in de praktijk is gebleken dat de aansluiting tussen het mbo- en het hbo-kunstonderwijs niet vanzelfsprekend is en alleen op individuele basis kan worden bewerkstelligd. De AHK werkt samen met een aantal ROC’s om getalenteerde leerlingen extra te coachen bij hun voorbereiding op het hbo. Zo namen tien leerlingen van de mbo Dans van het ROC van Amsterdam in het studiejaar 2006-2007 deel aan de 5 o’clock class. Van hen zijn er zes doorgestroomd naar de AHK. Dankzij dit soort samenwerkingsverbanden neemt het aantal mbo’ers dat met succes het hbo aan de AHK afrondt gestaag toe.

Instroom

Vooropleidingen Muziek en Dans

(peildatum 1 oktober 2007)

2007

2006

2005

2004

Academie voor Beeldende Vorming

114

108

135

126

Conservatorium van Amsterdam

257

245

280

284

(bachelor + voortgezette/masteropleiding) (208+49)

(218+27)

(247 +33)

(207 + 77)

70

71

72

75

Reinwardt Academie

125

186

149

113

de Theaterschool

160

162

160

170

(bachelor+ master choreografie)

(160+0)

(159+3)

(166 + 4)

Kunsteducatie (master)

17

12

-

-

Academie van Bouwkunst Amsterdam

61

65

63

57

DasArts

3

5

7

12

Binger Filmlab

19

29

14

19

Totaal

826

883

880

856

Nederlandse Film en Televisie Academie

Aantallen leerlingen/deelnemers: (peildatum 1 oktober) vooropleiding Dans de Theaterschool vooropleiding Muziek Conservatorium Amsterdam afdeling Jong talent Conservatorium van Amsterdam

2007 97 90 69

2006 113 67 39

2005 100 80 39

2004 98 82 40

Resultaten Jong talent en vooropleiding Muziek Aan het eind van het studiejaar 2006-2007 zijn leerlingen doorgestroomd naar een hoger niveau in het voortraject of aangenomen in de bacheloropleiding. Een deel van de leerlingen voldeed niet aan de eisen of koos uiteindelijk voor een ander beroepsperspectief.

Jong talent klassiek jazz voortzetting studie in Jong talent 18 9 naar vooropleiding 6 1 uitgeschreven 3 3 naar bacheloropleiding totaal 27 13

De totale instroom is afgenomen als gevolg van het besluit uit 2006 te stoppen met de deeltijdopleiding Museologie. In 2007 zijn voor het eerst geen nieuwe studenten aangenomen in deze opleidingsvariant. Bij de overige opleidingen zijn er geen voornemens voor krimp of groei van het studentenaantal. Geen decentrale fixus De hogeschool ziet geen reden om gebruik te maken van de mogelijkheid van beperking van inschrijving op grond van de beschikbare onderwijscapaciteit.

56

2007 5% 28% 37% 14% 16%

Vooropleiding Muziek klassiek jazz voortzetting in vooropleiding 14 1 naar bacheloropleiding 20 12 uitgeschreven 11 10 totaal 45 23

57

totaal 27 7 6 0 40

totaal 15 32 21 68


Tegemoetkoming kosten vooropleidingen Dans en Muziek

Rendement

Het ministerie van OCW heeft voor het studiejaar 2007-2008 voor de tweede keer een tijdelijke regeling ingesteld die voorziet in een financiële tegemoetkoming aan minder draagkrachtige ouders met kinderen in de vooropleidingen. Aan de AHK is een bedrag toegekend van € 24.747. De inkomenstoets is uitgevoerd aan de hand van de inkomenslimiet voor de toekenning van zorgtoeslag door de belastingdienst.

2006-2007 2005-2006 2004-2005 Academie voor Beeldende Vorming afgestudeerden 70 58 83 uitvallers 48 41 49 Conservatorium van Amsterdam (bachelor + voortgezette/masteropleiding) afgestudeerden 224 208 200 (162+62) (153+55) (150+50) uitvallers 89 97 117 (75+14) (69+28) (94+23) Nederlandse Film en Televisie Academie afgestudeerden 65 64 58 uitvallers 16 12 17 Reinwardt Academie afgestudeerden 37 28 41 uitvallers 65 61 34 de Theaterschool (bacheloropleidingen + master choreografie) afgestudeerden 112 120 86 (116+4) uitvallers 45 48 46 Academie van Bouwkunst afgestudeerden 28 29 23 uitvallers 39 50 42 Master Kunsteducatie (gestart in 2006) afgestudeerden - - - uitvallers 2 - -

De aanvragen zijn beoordeeld door een commissie bestaande uit vertegenwoordigers van de AHK, het Gerrit van der Veen College en de Olympiaschool. Van de ruim 200 leerlingen in de vooropleidingen zijn 41 aanvragen ingediend. Van hen voldeden 35 (22 Muziek, 13 Dans) aan de criteria. Leerlingen van de vooropleiding Muziek en Dans ontvingen een bedrag van € 428, leerlingen van de afdeling Jong Talent ontvingen € 942.

2003-2004 72 42 214 (135+79) 113 (102+11) 55 2 32 47 78 58 20 52 -

Alle bacheloropleidingen kennen de mogelijkheid om aan het einde van de propedeutische fase een bindend negatief studieadvies te geven. Ondanks de selectie aan de poort blijkt dat een beperkt aantal studenten niet voldoet aan de studievoortgangseisen. Bij de opleiding Docent beeldende kunst en vormgeving zijn de afwijzingen gelijk verdeeld over de voltijdse en deeltijdse opleiding. Bij de opleiding Museologie is het selectieve karakter van het propedeutisch jaar het sterkst, aangezien voor deze opleiding geen toegangsselectie geldt.

* Berekend is de periode tussen het jaar van de eerste inschrijving en het einde van het jaar van afstuderen.

58

** Bij de Academie van Bouwkunst bestaat de mogelijkheid een timeout te nemen in verband met de toenemende werkzaamheden in de praktijk.Veel studenten maken hiervan gebruik; zij ronden hun studie uiteindelijk wel af. Dit feit is van invloed op het aantal uitvallers en de gemiddelde studieduur.

59

Bindend studieadviezen propedeutische fase 2006-2007 Academie voor Beeldende Vorming 10 Conservatorium van Amsterdam 3 Nederlandse Film en Televisie Academie 3 Reinwardt Academie 15 de Theaterschool 5 Totaal 36

2005-2006 7 1 - 14 5 27

2004-2005 6 3 7 5 5 26

2003-2004 4 8 6 5 23

Gemiddelde studieduur afgestudeerden* 2006-2007 Academie voor Beeldende Vorming 3,7 Conservatorium / bacheloropleidingen 4,0 Conservatorium / voortgezette masteropleiding 2,3 Nederlandse Film en Televisie Academie 4,2 Reinwardt Academie 4,2 de Theaterschool / bacheloropleidingen 4,3 de Theaterschool / master choreografie - Academie van Bouwkunst ** 6,1

2005-2006 4,3 3,9 2,5 4,1 4,4 4,2 2,0 6,1

2004-2005 4,1 3,9 2,0 4,2 4,5 4,3 - 6,0

2003-2004 4,3 4,1 2,3 4,2 4,5 4,2 2,0 6,0


Prijzen Prijzen behaald door studenten Conservatorium van Amsterdam Gideon van Gelder (piano jazz), Prijs voor Jong Jazztalent - Stichting Jong Jazztalent Ben van Gelder (vooropleiding saxofoon jazz), Deloitte Jazz Award Morris Kliphuis (hoorn jazz) en Joris Roelofs (saxofoon, afgestudeerd Ma 2006), geselecteerd als jong talent – jubileumtournee Dutch Jazzorchestra

Studentenvoorzieningen Afstudeerfonds Aan vier studenten is een tegemoetkoming uit het Afstudeerfonds als bedoeld in artikel 7.51 WHW toegekend. Handicap en studie Eind 2006 heeft de AHK van het Ministerie van OCW subsidie ontvangen voor de uitvoering van het instellingsactieplan Handicap + Studie. Het begrip ‘handicap’ wordt ruim opgevat en heeft naast lichamelijke en zintuiglijke beperkingen ook betrekking op andere functiebeperkingen, zoals concentratiestoornissen of dyslexie. Ook gaat het om tijdelijke beperkingen als gevolg van beroepsgerelateerde gezondheidsproblemen zoals blessures of RSI. Het project van de AHK richt zich vooral op de ontwikkeling van kennis, mentaliteit en voorzieningen. Achterliggende visie is dat de ambitie om talenten te ontplooien bij studenten met een handicap of functiebeperking niet wezenlijk anders is dan bij andere studenten, maar de realisatie ervan kan extra gecompliceerd zijn. De AHK wil studenten leren met deze complicaties om te gaan. Voor de uitvoering van het project is een projectleider aangesteld en is een stuurgroep ingesteld met vertegenwoordigers van de faculteiten, de studenten en de centrale medezeggenschapsraad. In 2007 is prioriteit gelegd bij het bekendmaken van het project en de bewustwording van mogelijke problematieken en oplossingen. Er zijn gesprekken gevoerd met studiebegeleiders en studentendecanen. Ook is over het onderwerp handicap + studie een informatiebank ingericht bij een van de faculteitsbibliotheken. Daarnaast is het project zichtbaar en concreet gemaakt door het aanbieden van specifieke projecten: • Met een subsidie van Impuls Digitaal zijn tien projecten opgezet, waarbij het onderwijs meer toegankelijk wordt gemaakt door de inzet van ICT-middelen. Een voorbeeld is een audio-videoboek, waarmee de basisliteratuur van de theaterdansgeschiedenis beschikbaar wordt gemaakt voor dyslectische studenten. Zij kunnen deze videoboeken via mp3-speler of computer laden en daardoor de literatuur die in de colleges wordt gebruikt in hetzelfde tempo volgen en bestuderen als andere studenten. De projecten zijn in december toegekend en worden in 2008 uitgevoerd.

60

• Er is een programma ontwikkeld voor een keuzevak Studeren met een beperking. Het is de bedoeling een aantal bekende beroepsbeoefenaars als gastdocent uit te nodigen, die er openlijk voor uitkomen dat ze een beperking hebben, om te vertellen over hun strategieën om deze beperking te overwinnen en welke rol hun beperking in hun werk speelt. Dit keuzevak zal worden aangeboden in 2008.

Maria Milstein (viool), gedeelde tweede prijs internationaal vioolconcours Citta di Brescia

De door OCW ingestelde Commissie beoordeling tussenrapportages Instellingsactieplannen heeft in december 2007 positief geoordeeld over de voortgang van het project. Met name werd gesignaleerd dat binnen de AHK bewustwording op gang aan het komen is. Als minpunt werd aangegeven dat er weinig betrokkenheid is vanuit de doelgroep, omdat er maar één student deelneemt in de stuurgroep. De AHK tracht de betrokkenheid van studenten te vergroten door de concrete projecten zo aantrekkelijk mogelijk te maken. Het project Handicap + studie zal in 2008 worden afgerond met een beleidsadvies voor structurele faciliteiten voor studenten met een beperking.

Gonçalo Silva (cello), eerste prijs Nationaal Celloconcours, Portugal Gilberto Bernardes (saxofoon klassiek), tweede prijs - Victor Santos International Saxophone Competition, Portugal Jean-Luc Thellin (orgel), derde prijs - Ciurlionis Concours in Vilnius, (Litouwen) Max Knigge (compositie), NOG Aanmoedigingsprijs Gaudeamus Muziekweek

De faculteiten nemen ook afzonderlijk maatregelen om tegemoet te komen aan studenten met functiebeperkingen. Zo is het gebouw van de Reinwardt Academie vanaf 2007 toegankelijk voor rolstoelgebruikers, en ook in de ingrijpende verbouwing van de Academie van Bouwkunst is rekening gehouden met studenten met een handicap of functiebeperking door de installatie van een lift en een aangepast toilet. Verder ontvangt bij de Reinwardt Academie een student met een auditieve beperking ondersteuning van doventolken en hebben docenten richtlijnen meegekregen voor de communicatie binnen colleges en workshops. In totaal waren er aan de Reinwardt Academie in 2007 drie studenten met functiebeperkingen en tien met dyslexie. De Filmacademie heeft drie studenten met een chronische ziekte. Waar nodig worden voor hen lesprogramma’s aangepast. Het Conservatorium biedt ter ondersteuning van de lessen extra programma’s aan voor studenten met dyslexie. DasArts heeft vier studenten met een beperking, voor wie incidentele aanpassingen worden geboden.

Luba Benediktovitch (fluit), derde prijs - Competition Citta di Ovada, Italië Julia Tamminen (orgel), tweede prijs, Gábor Sóos (orgel), derde prijs - Internationaal Schnitger Orgelconcours, Alkmaar Gijs Boelen (orgel), tweede prijs - Internationale Orgelconcours, Odense (Denemarken) Nora van der Stelt (viool), geldprijs, Oskar Back Concours Sjaan Oomen (viool), BNG-aanmoedigingsprijs Het kwintet JaZZesT onder leiding van Julia Oschewsky (zang jazz), tweede prijs - Amersfoort Jazz Talent Award Pawel Pastuszka (contrabas jazz) en Joao Driessen (saxofoon jazz), solistenprijzen - jazzcompetitie op het Jazz aan de Oder-festival, Polen met hun band ‘1964Wayne Shorter Music Project’ Elisabeth Kohler (viool), tweede prijs - International Júlio Cardona Competition, Portugal Henry Villca Suntura (zang), Yamaha-concours, Amsterdam

Conservatorium van Amsterdam Klassiek: Altvioolfestival. In 2007 heeft een nieuw festival van de altvioolvakgroep plaatsgevonden. Tijdens dit festival stond het veelzijdige karakter van de altviool centraal. Het festival is afgesloten met een bewerking voor zestien altviolen van Bachs Chaconne. Het festival kon rekenen op buitengewoon veel belangstelling van de pers. Jazz: Miles Ahead. In december trad de Concert Big Band op onder leiding van Justin DiCioccio. DiCioccio is hoofd van de Manhattan School of Music en vond trompettist Bert Joris bereid als solist in de voetsporen van Miles Davis te treden. Het unieke concert werd uitgevoerd in de oorspronkelijke bezetting. Pop: De eerste lichting studenten van de popafdeling is afgestudeerd en presenteerde hun zelfgemaakte producties tijdens een festival in onder andere de Melkweg, The Sugar Factory, Bitterzoet, het Van Gogh Museum en Paradiso.

Voor zover bekend zijn er geen studenten die door hun beperking ernstige studievertraging hebben opgelopen en/of de studie voortijdig hebben moeten afbreken. College van beroep voor de examens De AHK-kamer van het Gezamenlijke college van beroep voor de examens van de Gerrit Rietveld Academie en de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten (Cobex) heeft één beroep in behandeling genomen; het beroep is ter zitting ingetrokken. Adviescommissie bezwaarschriften De adviescommissie bezwaarschriften ex artikel 7:13 Awb heeft één zaak in behandeling genomen en advies aan het CvB uitgebracht. Klachtencommissie seksuele intimidatie en agressie Er zijn geen klachten ontvangen.

Francesco Corti (klavecimbel) en Julien Wolfs (klavecimbel), tweede prijs ex-aequo - Musica Antiqua, Brugge, Julien Wolfs tevens publieksprijs

61


Thomas Beijer (piano klassiek), hoofdprijs - pianoconcours van de Young Pianist Foundation categorie B/C/D (16-27 jaar) Hannes Minnaar (piano), tweede prijs - pianoconcours van de Young Pianist Foundation in de categorie B/C/D (16-27 jaar) Nikolaas Kende (piano), derde prijs - pianoconcours van de Young Pianist Foundation in de categorie B/C/D (16-27 jaar) Noa Kleisen (Jong Talent piano), tweede prijs - pianoconcours van de Young Pianist Foundation In categorie A (13-15 jaar) Tim Deelen (Jong Talent piano), derde prijs pianoconcours van de Young Pianist Foundation In categorie A (13-15 jaar) Anna Magdalena den Herder (altviool), eerste prijs Prinses Christina Concours, Enschede Shasta Ellenbogen (altviool), eerste prijs landelijke finale Prinses Christina Concours in de categorie Conservatorium; Oranje Nassau Groep-prijs en AVRO Spiegelzaalprijs. Eerder won zij de eerste prijs van het Prinses Christina Concours in Haarlem. Esra Dalfidan (zang jazz), winnaar vocalistenconcours, Zwolle Rubin Hein (piano jazz), tweede prijs vocalistenconcours, Zwolle

Christopher Leuenberger (School voor Nieuwe Dans Ontwikkeling), ITs award voor choreografie Irene van Dijk en Yulanne de Groot (vooropleiding klassieke dans), winaars Open les -Stichting Dansersfonds ’79 Klára Alexová (Mime), eerste prijs - Festival of new Europe, Praag Lucas de Man (Regie), TAZ Jong Theaterprijs - festival Theater aan Zee, Oostende Vincent Geers (Theaterdocent), winnaar Cameretten cabaretfestival Linar Ogenia, Laurens Oliveiro en Sharon Bouman (Mime), Makersprijs Hollandse Nieuwe Maarten Heijmans en Ian Bok (Amsterdamse Toneelschool&Kleinkunstacademie), Publieksprijs ITs Festival

Jochem Heymans won met zijn afstudeerproject voor de opleiding Architectuur de eerste prijs in de Archiprix 2007.

Nederlandse Film en Televisie Academie

Nature’s Way, Jane Shearer - Jury Prize Best Short Film in Competition, Paris Cinema International Film Festival Plot Point, Nicolas Provost - Prix UIP, Vila do Conde Soufiane, Natasja Andre de la Porte - Franscisco Garcia de Paso Award, Huesca Film Festival

Het Galeischip - Jorrit Garritsen (camera), VCP-Kodak Student Commercial Award

Eternally Yours, Atsushi Ogata - Seahorse Award Best Short Film, Moondance International Film Festival; Best Short Film Award, Bangkok International Film Festival Hotel Paradijs, Jan Krüger - Officiële selectie Nederlands Film Festival

Maffia - Iván López Núñez (regie) en Martijn Kalkhoven (camera, 2006), Silver Young Directors Award - Lions Festival, Cannes Autoverslaafd - Mirko Dreiling (regie) en Mirco Maassen (camera, 2006), Shortlist vermelding Pappa is weg … en ik wilde nog wat vragen – Marijn Frank (regie), Tuschinski Award Gödel - Romke Faber (production design), Production Design Award - Internationales Festival der Filmhochschulen, München Gödel - Igor Kramer (regie), eerste prijs, categorie Fictie - SCENECS festival, Amersfoort Reinwardt Academie Marije Groen (museologie), Scriptie over musea en hun missie - Samuel van Quicchebergprijs

Conservatorium van Amsterdam

Javier Guzman (Amsterdamse Toneelschool & Kleinkunstacademie 2003), Neerlands Hoopprijs voor cabaret

Molly Marsh (barokhobo, studeerde tot 2002) en Josep Domènech (barokhobo, diploma voortgezette opleiding 2004), Eerste prijs en publieksprijs met hun groep Xacona - Oude Muziek Concours van Brugge (categorie barokensembles)

Binger Filmlab

Color Me Bad - Hesdy Lonwijk (regie), CINEMETA award

Ivana Müller (School voor Nieuwe Dans Ontwikkeling 1999) en Theun Mosk (Techniek en theater 2003), Charlotte Köhlerprijs - Prins Bernard Cultuurfonds

Florian Just (zang, masterdiploma 2005) en Jan-Paul Grijpink (piano), Schubert-Interpretatieprijs – Internationaler Wettbewerb Franz Schubert und die Musik der Moderne, Graz (Oostenrijk)

Sasa Radenoviç won met zijn afstudeerproject aan de opleiding Architectuur de tweede prijs in de Archiprix 2007 Ivonne de Nood kreeg voor haar afstudeerproject aan de opleiding Landschapsarchitectuur een eervolle vermelding in de Archiprix 2007

Prijzen behaald door afgestudeerden (tot 5 jaar na hun afstuderen)

Tineke Postma (saxofoon, diploma voortgezette opleiding 2003), uitgeroepen tot International Revelation of the Year - internationale muziekbeurs Midem, Cannes

Academie van Bouwkunst

Thomas Beijer (18 jaar, piano klassiek) is uitgeroepen tot Jong Muziektalent van het jaar 2006 bij de finale van het Nationaal Concours van de SJMN. Hij kreeg tevens een extra prijs voor de beste vertolking van een Nederlands werk.

Pijn - Noor Hinskens (productie), Victor Kop (scenario) en Iván López Núñez (regie), Nassenstein Startprijs

62

de Theaterschool

DasArts Nederlandse Cocaïne Fabriek (documentaire), regie Jeanette Groenendaal, selectie International Documentary Festival Amsterdam The performance kameleon, Marloeke van der Vlugt (project), uitgekozen voor de Nederlandse inzending naar de Praagse Quadriënnale 2007 63

Laura van Dolron (2005), Charlotte Köhlerprijs voor theatermakers Nicola Nord (2006) theatervoorstelling Little red (play), één van de 11 werken door veelbelovende theatermakers uit Europa in het International Festival Premières, Straatsburg Anat Stainberg (2006), kreeg een Artist-In-Residency aangeboden door het Virtueel Museum Zuidas, Amsterdam

Andrei Soudelski (piano, diploma voortgezette opleiding 2003), Prix Mention Spéciale Samson François - Concours International de Piano d’Orléans

Roberta Marques (2005), drie prijzen Rainbow Film Festival, Fortaleza, Brazilië

Gordan Tudor (saxofoon klassiek, bachelordiploma 2006), Judita, een van de meest prestigieuze prijzen in Kroatië, beste concert Zomerfestival Split

Milo, Berend & Roel Boorsma (Script Development Programme 2006 / Director’s Coaching Programme 2007) - Kodak NPP Development Prize - Nederlands Film Festival

Alexandra Bachzetsis (2006), Migros-Kulturprozent Jubilee Award, categorie Dans, Zwitserland

Nicholas Althouse (trompet, bachelordiploma 2004), eerste prijs - National Trumpet Competition (Washington) – ensembleklassement

Sabine Wüthrich (zang klassiek, masterdiploma 2004), Jo Bollekamp Prijs - presentatieconcert Stichting Nederlandse Vocalisten Presentatie

Fairytale of Kathmandu, Neasa Ní Chianáin, Documentary - International Documentary Festival Amsterdam, première, selectie Silver Wolf Competition

DasArts

Wake Up: Best Film, Best Photography, Best Actor (Dic van Duin) Lise Brenner (2004), iLAB residentie van Jennifer Monson/iLAND, New York Duro Toomato (2003), eerste prijs - CUM2CUT, IndiePorn-Short-Movies Festival, Happy Horse 5, Berlijn

Miriam Overlach (harp, masterdiploma 2006), winnaar Vriendenkransconcours van het Concertgebouw Amsterdam

Stefano Odoardi (2002), A White Ballad - Golden Reel Award Best film -Tiburon International Film Festival, San Fransico

Nederlandse Film en Televisie Academie

Binger Filmlab

Zo is dat - Elizabeth Roch Salgado (regie, 2006), eervolle vermelding bij het Full Frame Documentary Film Festival, Durham (VS); eerste prijs in de categorie Documentaire bij het SCENECS festival, Amersfoort

Amin, David Dusa (Script Development Programme 2006) - Prix UIP International Film Festival Rotterdam

Liefde, Dood & Luchtgitaar - Lourens Blok (regie, 2006), nominatie in de categorie Honorary Foreign Film van de Student Academy Award (Studenten Oscar)

Regisseuse Dorothée van den Berghe (Script Development Programme 2004) was door het International Film Festival Rotterdam uitgekozen om in het kader van het programma Meet the Maestro een korte film te maken. Zij maakte Zoë, dat op het festival werd vertoond.

de Theaterschool

Agua Fria de Mar, Paz Fabrega (Script Development Programme 2006), Arte Award

Rink Sliphorst (Nationale Balletacademie 2005) lid van het corps de ballet van Het Nationale Ballet, aanmoedigingsprijs - Stichting Dansersfonds ‘79


Personeel Personeel Personeelsbeleid Functioneren en beoordelen In het studiejaar 2006-2007 is binnen de AHK voor het eerst uitvoering gegeven aan de CAO-afspraak om alle personeelsleden te beoordelen. Daarvoor is een beoordelingssysteem ontworpen. Ook is de aanpak van functioneringsgesprekken op een nieuwe leest geschoeid, met als doel deze meer direct te betrekken op de inhoud van de functie en zodoende enerzijds de kwaliteit van onderwijs en bedrijfsvoering te bevorderen en anderzijds de tevredenheid van medewerkers te vergroten. De situatie vóór 2006-2007 verschilde sterk per faculteit. Gemiddeld had hogeschoolbreed slechts iets meer dan een kwart van de medewerkers een functioneringsgesprek gehad, met een spreiding van 12% (Conservatorium van Amsterdam) tot 65% (Reinwardt Academie). In het studiejaar 2006-2007 heeft tussen de 80 en 90% van alle AHK-medewerkers een functioneringsgesprek gevoerd met zijn of haar leidinggevende. Alleen op het Conservatorium van Amsterdam is door de grote span of control nog een relatief grote groep niet aan bod gekomen; op de overige faculteiten ligt de score dicht tegen de 100%. Op zichzelf is het grote aantal gevoerde gesprekken al heel waardevol te noemen. Belangrijker is echter dat vanuit de faculteiten als algemeen beeld naar voren komt dat de inhoud van de gesprekken sterk aan kwaliteit en belang gewonnen heeft: deels door een gedegener voorbereiding dankzij trainingen en betrokkenheid van P&O-adviseurs, en deels ook door de introductie van een zelfevaluatie, in sommige gevallen aangevuld met feedback uit de omgeving. De beoogde opzet van deze instrumenten, namelijk dat een functioneringsgesprek een moment van serieuze (zelf-)reflectie op het functioneren is waarbij de werkopdracht en de eigen ontwikkelingsmogelijkheden centraal staan, lijkt in de praktijk te zijn gerealiseerd. Gemengder waren de ervaringen met beoordelen. Vooral voor de talrijke docenten die als ervaren en gerenommeerd beroepskunstenaar slechts een kleine deeltijdaanstelling vervullen, werd een min of meer gestandaardiseerde wijze van beoordelen als niet passend en van onvoldoende toegevoegde waarde ervaren. Bij het ondersteunend personeel waren er minder problemen, maar niettemin is na één jaar de conclusie dat een vereenvoudigde opzet overwogen moet worden. In 2008 zullen daartoe stappen worden gezet. Bij het ondersteunend personeel waren er minder problemen, maar niettemin is na één jaar de conclusie dat naar een vereenvoudigde opzet gezocht moet worden. Deze zal in 2008 worden uitgewerkt. Kennistransfer Binnen de meeste faculteiten is sprake van vergrijzing. Over niet al te lange tijd zal een relatief grote groep de AHK verlaten en dit zou kunnen leiden tot verlies aan kennis en ervaring. Zorgvuldige transfer van expertise door seniormedewerkers kan hiervoor een oplossing bieden. De hogeschool stelt hiervoor jaarlijks een budget ter beschikking.

64

65

Hiermee kan duo-mentoring worden gerealiseerd, waarbij een seniormedewerker zijn ervaring en kennis op structurele wijze overdraagt aan een beoogde

opvolger. De senior kan door hem als belastend ervaren onderdelen van zijn takenpakket verruilen voor de taak kennistransfer, terwijl de junior de mogelijkheid krijgt zijn eigen inbreng en visie te verrijken met de ervaring van iemand die lange tijd in de praktijk van het kunstonderwijs werkzaam is geweest. Tegelijkertijd is de junior als kritische ondervrager actief betrokken bij de wijze waarop de expertise optimaal voor de organisatie behouden kan blijven. Kennistransfer blijkt in 2007 verder aan te slaan. Nadat in 2006 bij de Reinwardt Academie twee projecten van start waren gegaan, zijn in 2007 vijf nieuwe projecten opgezet: drie bij de Theaterschool, één bij het Conservatorium van Amsterdam en één bij de Academie van Bouwkunst. De projecten lopen uiteen van het overdragen van kennis en vaardigheden op het terrein van dansimprovisatie bij de School voor Nieuwe Dansontwikkeling van de Theaterschool, met als resultaat een succesvolle dvd die dit proces aanschouwelijk maakt, tot het ontwikkelen van een handboek voor de opleiding basgitaar bij het Conservatorium van Amsterdam. Didactische scholing Lesgeven in het kunstvakonderwijs vergt zowel vakspecifieke als algemene didactische bekwaamheden. Veel docenten zijn afkomstig uit de kunstpraktijk en zijn gebaat bij didactische scholing. Vanwege het wegvallen van de wettelijke bevoegdheidseis is in 2006 besloten te stoppen met de landelijke didactische cursus kunstonderwijs in de toenmalige vorm. De sector kunstonderwijs besloot een nieuw aanbod te ontwerpen, waaraan de AHK actief heeft meegewerkt. In afwachting van de landelijke besluitvorming hierover is voor de medewerkers van de AHK een intern didactisch inwerktraject ontwikkeld, dat in 2008 van start zal gaan. Promotievouchers Aan docenten in dienst van de AHK wordt de mogelijkheid geboden tijd en geld vrij te maken voor het uitvoeren en/of afronden van hun promotieonderzoek. De faciliteiten zijn beschikbaar gekomen uit het Mobiliteitsfonds en door een geoormerkte toevoeging aan de lump sum. In 2007 zijn aan vijf docenten promotievouchers toegekend. Door het College van Bestuur zijn voorwaarden gesteld wat betreft de omvang van de vrijstelling, de bijdrage van de faculteit en de voortgangsrapportages. De toekenningen lopen in enkele gevallen door tot in 2011. Nadere informatie over de inhoud van de dissertaties is opgenomen in het hoofdstuk Onderzoek. Gezondheidsbeleid In oktober 2007 heeft de hogeschool een gezondheidsweek georganiseerd, waarin verschillende activiteiten werden aangeboden waarin een bewuste omgang met gezondheid in de meest brede zin van het woord centraal stond. De activiteiten liepen uiteen van het laten doen van een health check tot een Zen-training of een cursus complimenten geven. Vrijwel alle activiteiten waren volgeboekt; verschillende zijn op een later tijdstip opnieuw aangeboden. Gezien het succes van de gezondheidsweek is het voornemen deze jaarlijks te organiseren.


Personeelsbestand bedrijfsvoering zijn de managementfuncties en de organisatorische, administratieve en ondersteunende beheersfuncties ondergebracht, maar ook functies die het onderwijsproces rechtstreeks ondersteunen, zoals muzikaal begeleiders en onderwijsassistenten. Het College van Bestuur, de lectoraten en de centrale medezeggenschapsraad zijn in het overzicht opgenomen bij het Servicebureau.

In de overzichten zijn de personeelsleden opgenomen die een dienstbetrekking hebben bij de hogeschool. Gastdocenten zijn derhalve niet opgenomen. Met name bij de Academie van Bouwkunst zorgt dit voor een vertroebelde afspiegeling van de feitelijke verhoudingen, omdat het overgrote deel van het onderwijs verzorgd wordt door gastdocenten. In de categorie onderwijs zijn alleen de docenten- en instructeursfuncties ondergebracht. In de categorie

Omvang personeelsbestand

Verhouding vast/tijdelijk in fte personen*

Nederlandse Film en Televisie Academie Reinwardt Academie de Theaterschool Academie van Bouwkunst ** Servicebureau totaal

2007 2006

31

29

24

23

55

280

280

48

49

328

30

31

26

26

56

52

2007

2007

Academie voor Beeldende Vorming

2006

Conservatorium van Amsterdam

2007 2006

17,0

16,0

16,5

329 114,7 111,4

35,0

35,1 149,7 146,5

19,9

20,2

57

16,5

2006

20,6

22,3

27

22

16

10

43

32

17,4

15,2

13,6

116

121

92

96

208

217

48,6

47,8

63,6

vast

totaal

Conservatorium van Amsterdam

2007 2006

faculteit bedrijfsvoering

Academie voor Beeldende Vorming

2006

onderwijs

2007

fte

totaal

bedrijfsvoering

onderwijs

Ten opzichte van 2006 is het aantal personeelsleden met ongeveer 1% toegenomen en het aantal fte met ruim 3%. De groei in het totale aantal medewerkers komt geheel voor rekening van het onderwijsondersteunend personeel, met name bij de Academie van Bouwkunst en de Reinwardt Academie. Docenten dragen wel bij aan de groei van het aantal fte, doordat bij hen de gemiddelde baanomvang is toegenomen van 0,44 fte naar 0,46 fte.

9,1

32,5

40,5 31,0

24,3

64,0 112,2 111,8

1

0

25

21

26

21

0,4

0,0

18,4

13,5

18,8

13,5

15

7

66

70

81

77

5,3

3,5

57,7

57,5

63,0

61,0

483

482

292

286

775

2007

2006

2007

2006

2007

2006

30,3

31,7

2,2

1,8

32,5

33,5

123,0

119,7

26,7

26,8

149,7

146,5

Nederlandse Film en Televisie Academie

39,5

37,7

1,0

4,8

40,5

42,5

26,8

19,7

4,2

4,6

31,0

24,3

100,5

95,6

11,7

16,2

112,2

111,8

16,1

12,0

2,7

1,5

18,8

13,5

Academie van Bouwkunst Servicebureau

42,5

totaal

Reinwardt Academie de Theaterschool

33,5

tijdelijk*

totaal

53,4

51,0

9,6

10,0

63,0

61,0

390,0

367,4

58,1

65,7

448,1

433,1

*) Onder tijdelijk worden zowel tijdelijke dienstverbanden gerekend als tijdelijke uitbreidingen van een vast dienstverband. Freelancecontracten blijven hier buiten beschouwing.

768 223,5 217,2 224,6 215,9 448,1 433,1

*) medewerkers die aan meer dan ĂŠĂŠn faculteit verbonden zijn, zijn bij elke faculteit meegeteld. Daardoor komt de som van de afzonderlijke faculteiten hoger uit (797 in 2007) dan het feitelijke totaal voor de hogeschool. Het aantal fte is wel exact. ** ) De Academie van Bouwkunst werkt uitsluitend met gastdocenten.

Verhouding vast/tijdelijk in percentages faculteit Academie voor Beeldende Vorming

93%

7%

Conservatorium van Amsterdam

82%

18%

Nederlandse Film en Televisie Academie

98%

2%

Reinwardt Academie

86%

14%

de Theaterschool

90%

10%

Academie van Bouwkunst

86%

14%

Servicebureau

85%

15%

totaal

87%

13%

*) Onder tijdelijk worden zowel tijdelijke dienstverbanden gerekend als tijdelijke uitbreidingen van een vast dienstverband. Freelancecontracten blijven hier buiten beschouwing.

Ten opzichte van 2006 is het aandeel vaste contracten gestegen van 85% naar 87%. Dit heeft vooral te maken met de relatief grote stabiliteit van het personeelsbestand.

66

67


Verhouding man/vrouw in percentages

Seniorenbeleid

Leeftijdsverdeling onderwijzend personeel

faculteit

7%

Academie voor Beeldende Vorming

53,2

46,8

Conservatorium van Amsterdam

71,4

28,6

Nederlandse Film en Televisie Academie

60,3

39,7

Reinwardt Academie

43,2

56,8

de Theaterschool

45,5

54,5

Academie van Bouwkunst

44,8

55,2

Servicebureau

44,7

55,3

totaal

57,5

= mannen

33%

20%

De behoefte aan generieke seniorenmaatregelen is in het kunstonderwijs overigens lager dan bij andere onderwijsinstellingen. Zo maakten in 2007 slechts 16 mensen op een potentieel van meer dan 200 gebruik van de zogenoemde SOP-regeling (Seniorenregeling Onderwijspersoneel), waarmee men tegen een beperkte eigen bijdrage een taakvermindering kan krijgen.

42,5

.

In totaal 73% van het onderwijzend personeel is 45 jaar of ouder. Dat is 5% meer dan in 2006. De grootste groep docenten is tussen de 45 en 55 jaar. Deze groep docenten heeft veel ervaring in de beroepspraktijk en een grote expertise in de overdracht. Wanneer zij op termijn gelijktijdig gaan uittreden, kan dit continuïteitsrisico’s met zich mee brengen. Daarom zijn voorwaarden gecreëerd waaronder zij hun expertise kunnen blijven inzetten én overdragen op jongere collega’s (zie eerder bij Kennistransfer). Bij werving van nieuw personeel wordt gelet op een naar leeftijd evenwichtiger samenstelling van het docentenkorps en de inbreng van nieuwe expertise.

= vrouwen

Ten opzichte van vorig jaar is het aandeel vrouwelijke medewerkers met 2% gestegen. Daarmee volgt de AHK de landelijke trend dat steeds meer vrouwen in het onderwijs actief zijn. Dit is vooral goed zichtbaar bij de Academie van Bouwkunst en de Reinwardt Academie, twee faculteiten waar relatief veel nieuwe benoemingen plaatsvonden. Waren bij beide faculteiten de mannen in 2006 nog (ruim) in de meerderheid, inmiddels zijn er op beide faculteiten meer vrouwen dan mannen met een dienstverband. Deze gegevens geven geen aanleiding tot specifieke beleidsmaatregelen.

40% < 24

25-34

35-44

45-54

> 55

Vrouwen in hogere functies In het kader van de Wet Evenredige Vertegenwoordiging van vrouwen in leidinggevende functies (WEV) kan gemeld worden dat in totaal veertien vrouwen werkzaam zijn in functies met functieschaal 13 of hoger. Dat is er één meer dan in 2006. Hiermee is ook het percentage vrouwen in schaal 13 of hoger (opnieuw) iets toegenomen, namelijk van 31% naar 33%.

Ziekteverzuim Op landelijk niveau zijn uit 2005 en 2006 voor het hbo alleen de cijfers bekend die betrekking hebben op ziekteverzuim korter dan één jaar. De hogeschool steekt hierbij gunstig af met 2,57% ten opzichte van de landelijke cijfers (4,50% in zowel 2005 als 2006).

Leeftijdsverdeling totale personeelsbestand

Academie voor Beeldende Vorming

Conservatorium van Amsterdam

ziekteverzuim %

Nederlandse Film en Televisie Academie

2007

2006

2005

< 1 jr

> 1 jr

totaal

totaal

totaal

Reinwardt Academie

onderwijs

1,28

0,16

1,44

2,11

2,94

de Theaterschool

bedrijfsvoering

4,74

1,08

5,82

4,56

5,04

Academie van Bouwkunst

totaal AHK

2,57

0,50

3,07

3,02

3,71

Servicebureau totaal < 24

68

25-34

35-44

45-54

> 55

0%

Ruim 60% van de medewerkers is ouder dan 45 jaar. De beperkte verjonging van vorig jaar is weer tenietgedaan, doordat een relatief grote groep medewerkers de grens van 55 jaar is gepasseerd. De groep 55-plussers is de sterkst gegroeide leeftijdscategorie.

20%

40%

60%

80%

100%

69

Ten opzichte van 2006 is het ziekteverzuim voor de hogeschool als geheel op nagenoeg hetzelfde lage niveau gebleven. Opmerkelijk is dat bij het onderwijzend personeel het verzuim nog verder is gedaald, terwijl bij het ondersteunend personeel een stijging heeft plaatsgevonden. Uit de gegevens hieronder blijkt dat deze stijging zich beperkt tot enkele faculteiten waar zich een aantal min of meer langdurige ziektegevallen heeft voorgedaan. Het echt langdurig verzuim (langer dan 1 jaar), waarbij het risico van instroom in de WIA bestaat, blijft beperkt tot ca. 0,5.


Ziekteverzuim per faculteit in percentages

Academie voor Beeldende Vorming

2,32 5,01

Conservatorium van Amsterdam

1,75 1,88

Nederlandse Film en Televisie Academie

5,05 2,06

Reinwardt Academie

3,48 8,34

de Theaterschool

4,29 3,27

Academie van Bouwkunst

4,74 5,91

Servicebureau

3,16 3,92

Faciliteiten

totaal

3,02 3,07

NS-contract

2006

De hogeschool heeft een contract met de NS, waardoor medewerkers tegen aanzienlijke korting en met voorfinanciering door de hogeschool NS-abonnementen kunnen aanschaffen. In 2007 hebben 23 medewerkers van deze mogelijkheid gebruikgemaakt (dit aantal was 24 in 2006).

2007

De op het oog spectaculaire stijgingen bij de Academie voor Beeldende Vorming en de Reinwardt Academie worden veroorzaakt door enkele ziektegevallen bij het onderwijsondersteunend personeel. Op deze relatief kleine faculteiten heeft een enkel (langdurig) ziektegeval direct grote invloed op de verzuimcijfers. De forse daling bij de Nederlandse Film en Televisie Academie is op dezelfde manier te verklaren. Dat neemt niet weg dat er in 2008 extra aandacht zal zijn voor het ziekteverzuim bij het onderwijsondersteunend personeel op de genoemde faculteiten, om te kunnen nagaan of er inderdaad sprake is van een incident of dat er aanwijzingen zijn voor meer structurele problemen. De bedrijfsarts ziet tot dusver geen aanwijzingen voor structurele problemen.

Sociaal-medisch team Langdurige ziektegevallen worden besproken in het sociaal-medisch team (SMT), bestaande uit de leidinggevenden, de bedrijfsarts, en de adviseur personeel en organisatie. In 2007 is het SMT in totaal zevenmaal bijeen geweest.

Zorgverzekering Circa 270 medewerkers (en circa 260 studenten) van de hogeschool hebben in 2007 gebruikgemaakt van het collectieve zorgverzekeringscontract tussen de HBO-raad en Zilveren Kruis Achmea. Onderdeel van het contract is dat er vergoedingen mogelijk zijn voor bepaalde vormen van arbeidsgerelateerde zorg, zoals kortdurende psychologische hulp. De hogeschool heeft daar in 2007 in 12 gevallen gebruik van gemaakt, tegenover 4 in 2006.

Verzuim personeelscategorieĂŤn per faculteit in %

Spaarloon Medewerkers van de hogeschool kunnen via Spaarbeleg een deel van hun salaris tegen gunstige fiscale voorwaarden opzij zetten. Van deze regeling werd in 2007 door 160 medewerkers gebruik gemaakt; in 2006 lag dit aantal op 206.

2,84 Academie voor Beeldende Vorming

7,94 5,01 1,37

Conservatorium van Amsterdam

4,52 1,88

Levensloop

1,33 Nederlandse Film en Televisie Academie

Met de Levensloopregeling kan op een fiscaal vriendelijke wijze gespaard worden voor allerlei vormen van verlof (ouderschapsverlof, studieverlof of verlof voorafgaand aan pensionering). In 2007 namen 21 medewerkers deel aan deze regeling, tegenover 17 in 2006.

2,98 2,08 3,25

Reinwardt Academie

18,63 8,34 0,99

de Theaterschool

Fietsregeling

6,23 3,27

De hogeschool kent een fietsregeling waarbij medewerkers onder voorwaarden in aanmerking kunnen komen voor fiscaal voordeel bij de aanschaf van een fiets en toebehoren. Deze regeling is in 2007 verruimd en opnieuw onder de aandacht van de medewerkers gebracht. Het aantal personeelsleden dat van de regeling gebruikmaakt, steeg in 2007 van 16 naar 22.

0,00 Academie van Bouwkunst

6,02 5,91 0,38

Servicebureau

4,24 3,92 1,44

totaal

5,82

Ouderschapsverlof

3,07 70

onderwijzend personeel

onderwijsondersteunend personeel

Totaal 71

Aan 10 personeelsleden, 5 mannen en 5 vrouwen, is in 2007 ouderschapsverlof verleend. Drie van hen combineerden dit met deelname aan de levensloopregeling.


de Theaterschool

Leontien Wiering, adjunct-directeur, hoofd sector dans, vanaf mei Aafje Terwey, adjunct-directeur, hoofd sector scenografie, techniek en media, hoofd onderwijsondersteunende afdelingen, vanaf september

Afscheid en koninklijke onderscheiding voor Cornelis Nooteboom Bij zijn afscheid van de Theaterschool heeft Cornelis Nooteboom een koninklijke onderscheiding ontvangen uit handen van burgemeester Job Cohen. Nooteboom was sinds 1984 adjunctdirecteur van de Theaterschool en architect van vele vernieuwingen in het theateronderwijs, met als laatste vernieuwing het instellen van de studierichting Scenografie. Als drijvende kracht achter de nieuwbouw van de Theaterschool in 1997 zorgde hij ervoor dat in Amsterdam een van de best geoutilleerde theaterscholen van Europa ontstond. Het idee was een omgeving te creëren waar technische voorzieningen op hoog niveau voorhanden zijn, zodat studenten theater kunnen maken in een omgeving die lijkt op de voorstellingspraktijk. De afscheidsvoorstelling voor Nooteboom, waaraan studenten van verschillende opleidingen meewerkten en waarvoor de Grote Zaal van de Theaterschool geheel onder water is gezet, laat zien dat dit gelukt is.

Directie en staf Academie voor Beeldende Vorming Directie Robert Smit Studieleiding Melvin Crone, Kunst en cultuur Angelique de Heus, Overdracht Leo Vroegindeweij, Beeldende kunst en vormgeving Conservatorium van Amsterdam Directie Hans van Beers, directeur Ruud van Dijk, adjunct-directeur, hoofd Jazz en & Popmuziek Hans Verbugt, adjunct-directeur, hoofd Klassieke muziek Nederlandse Film en Televisie Academie Directie Marieke Schoenmakers (tot januari 2008) Willem Capteyn (per januari 2008) Studieleiding Rob Arends, Scenario

72

Jelle van Doornik, Regie Michel de Graaf, Production design Henk Muller, Productie

Studieleiding Eddi de Bie, Jazz- en musicaldans Jappe Claes, Regie Jeroen Fabius, Dance Unlimited Jopie de Groot, Docent dans Peter de Kimpe, Scenografie (vanaf september) Angela Linssen, Moderne theaterdans Bruin Otten, Theaterdocent Loes van der Pligt, Mime Gabriël Smeets, School voor Nieuwe Dans Ontwikkeling Vicky Summers, Nationale Balletacademie Meral Taygun, TINT lab Aafje Terwey, Productie podiumkunsten (tot september) Gwenoële Trapman, Productie podiumkunsten (vanaf september) Ruut Weismann, Amsterdamse Toneelschool & Kleinkunstacademie Eddy Westerbeek, Techniek en theater Academie van Bouwkunst Directie Aart Oxenaar Studieleiding Noël van Dooren, Landschapsarchitectuur Pieter Jannink, Stedenbouw Machiel Spaan, Architectuur (vanaf september) Jan Peter Wingender, Architectuur (tot september) Marina Roosebeek, praktijkcoördinator Patricia Ruisch, onderwijscoördinator Elsbeth Falk, studieadviseur (vanaf december) Master Kunsteducatie

Harry Schreurs, Interactieve media/Visual effects (IMVFX) Dirk Teenstra, Camera/licht René van Uffelen, Montage Ben Zijlstra, Geluid

Eindverantwoordelijkheid Folkert Haanstra, lector Kunst- en cultuureducatie

Reinwardt Academie

DasArts

Directie Theo Thomassen

Directie Moniek Toebosch, directeur (tot september) Ritsaert ten Cate, waarnemend directeur (vanaf september) Lieve Baert, zakelijk directeur

Studieleiding Maria Wüst

Studieleiding Hans Beeftink, voorzitter examencommissie Bob Crezee, voorzitter coördinatorenoverleg, kwaliteitszorg en communicatie Mario Jellema, coördinator 2e jaar Joppe Knoester ,voorzitter evaluatiecommissie en studentendecaan Peter van Mensch, voorzitter programmacommissie en course director masteropleiding Léontine Meijer, coördinator 4e jaar Tim Lechner, hoofd bedrijfsvoering Jan Sas, coördinator 3e jaar Ruben Smit, coördinator 1e jaar

Studieleiding Georg Weinand, artistiek beleidsmedewerker/dramaturg Harco Haagsma, dramaturg Nieuwe media Juul Beeren, studentendecaan en ontwikkeling Binger Filmlab Directie Ido Abram Marten Rabarts, artistiek directeur

de Theaterschool Directie André Veltkamp, directeur, hoofd sector theater Cornelis Nooteboom, adjunct-directeur, hoofd sector scenografie, techniek en media en waarnemend hoofd sector dans, tot september

Studieleiding Pim van Breemen, producent programma’s, hoofd programma’s, vanaf april Elsbeth van Groesen, producent programma’s, tot april Esther van Driesum, hoofd programma’s, tot februari 73

Servicebureau Directie Patrick Waller Afdelingshoofden Bert van Beest, personeel & organisatie Jacco van den Berge, waarnemend hoofd ICT (vanaf september) Rudolf Bouman, huisvesting & beheer (tot december) Marianne Gerner, beleidsondersteuning Maria Hagen, communicatie Ferry de Jong, ICT (per januari 2008) Ferry Kuipers, financiën & administratie Eric Wubbels, ICT (tot september) Een groot verlies was het overlijden van Rudolf Bouman op 30 november. Rudolf heeft gedurende ruim 20 jaar veel voor de AHK betekend en heeft de laatste jaren als hoofd Huisvesting & beheer een belangrijke bijdrage geleverd aan de vernieuwing en verbetering van de huisvesting van de faculteiten.


Huisvesting, voorzieningen en arbo Huisvesting De Academie van Bouwkunst is in de periode 2006-2007 grootscheeps verbouwd naar een ontwerp van Felix Claus, Claus en Kaan architecten. De oplevering na de verbouwing van Waterlooplein 213-219 heeft plaatsgevonden op 12 december 2007. Het bouwplan omvatte nieuwe trappenhuizen, puien, plafond-, wand- en vloerafwerkingen, een nieuwe mediatheek, kantine, lezingenzaal en werkplaats. Gedurende de verbouwing was de academie tijdelijk ondergebracht bij de Reinwardt Academie. Het gebouw van de Reinwardt Academie in de Dapperstraat beantwoordt onvoldoende aan de eisen van het onderwijs. Er zijn plannen om te komen tot een geheel vernieuwde huisvesting, waarbij de voorkeur uitgaat naar gezamenlijke huisvesting met een erfgoedinstelling. De zoektocht naar een geschikte partnerinstelling heeft echter nog niet tot resultaat geleid.

De verbouwing van de voormalige crèche op Hortusplantsoen 3 heeft geresulteerd in een nieuw vormgevingslokaal voor de Academie voor Beeldende Vorming. Er is een doorbraak geconstrueerd tussen de panden Hortusplantsoen 1-2 en Hortusplantsoen 3. Ook is de kantine aangepast. De bestaande keuken voldeed niet meer aan de geldende HACCP-normen; daarom is de apparatuur en inrichting compleet vernieuwd. De voormalige opslagruimte op de begane grond is omgebouwd tot leslokaal. De nieuwbouw voor het Conservatorium van Amsterdam op het Oosterdokseiland tot slot verloopt volgens schema. De oplevering is gepland in maart 2008.

Gebouwenbestand

(per 31 december 2007) Alle gebouwen zijn gelegen in Amsterdam Bruto vloeroppervlak in m2

Netto functioneel oppervlak in m2

Huur, Eigendom of Bruikleen

Bouwjaar

75

Locatie

Faculteit

74

Academie voor Beeldende Vorming Hortusplantsoen 1-2 1897 E Hortusplantsoen 3 ca. 1920 E Conservatorium van Amsterdam Van Baerlestraat 27 1899 H Jan Luijkenstraat 49-51 ca. 1910 H Nieuwe Vaart 1-3 1856 H Bachstraat 7 1931 E Haarlemmerweg 315 1921 H Nederlandse Film en Televisie Markenplein 1 1999 E Academie/ Servicebureau Reinwardt Academie Dapperstraat 315 1967 E de Theaterschool /Servicebureau Jodenbreestraat 3 1996 E Lindengracht 93 1914 H Agamemnonstraat 44 ca. 1930 E Academie van Bouwkunst Amsterdam Waterlooplein 211 1654 E Waterlooplein 213-219 1613 H Nieuwe Amstelstraat 6 1613 B (gedeeltelijk) Totaal vloeroppervlakte

3.568 280 11.267 555 2.010 1.846 500 8.063

2.394 116 6.227 342 1.150 766 303 5.193

4.205 17.055 885 1.245 1.467 1.112 372

2.768 11.219 590 650 809 770 222

54.430 33.519


Nieuwe huisstijl

Communicatie In 2007 is voor de gehele AHK een nieuwe huisstijl ingevoerd, ontworpen door het bureau Thonik uit Amsterdam. De invoering werd begeleid door een huisstijlgroep bestaande uit de directeuren van de Academie van Bouwkunst en de Academie voor Beeldende Vorming, het hoofd Communicatie van de AHK en communicatiemedewerkers van het Conservatorium van Amsterdam, de Nederlandse Film en Televisie Academie en het Servicebureau. De nieuwe huisstijl werd feestelijk gelanceerd tijdens het openingsfeest van de AHK in september en zal gefaseerd worden ingevoerd. In 2007 is de afdeling Communicatie uitgebreid met twee medewerkers: een senior webredacteur en een adviseur, die met name voor de Academie van Bouwkunst, de Reinwardt Academie en de Academie voor Beeldende Vorming werkzaam is.

Tijdens Vers, het openingsfeest voor studenten en medewerkers van de hogeschool, is de nieuwe huisstijl, ontwikkeld door bureau Thonik, feestelijk gelanceerd. Uitgangspunt van de nieuwe huisstijl is dat de rijke cultuur en traditie van de verschillende onderdelen van de AHK behouden blijven, terwijl de AHK als geheel duidelijker zichtbaar wordt. De hoofdelementen van de nieuwe huisstijl zijn het nieuwe woord- en beeldmerk met een eigen kleur per onderdeel van de hogeschool. Het beeldmerk, verschoven bollen, symboliseert een ‘moving target’: het streven naar excellentie als een permanente uitdaging, maar nooit een vast bezit.

ICT-voorzieningen In 2007 is er een start gemaakt met de aanschaf van een centraal telefoniesysteem om de decentraal ingerichte telefonie integraal te vervangen. Hiervoor is een Europese aanbesteding gedaan en werd eind 2007 een systeem geselecteerd dat meer functionaliteit en flexibiliteit biedt. Ook is in 2007 binnen de AHK een start gemaakt met het beschikbaar stellen van een draadloos netwerk voor studenten en medewerkers bij de Academie van Bouwkunst. Samen met Bureau Inschrijving is begonnen met de implementatie van Studielink en was de afdeling betrokken bij de ingebruikneming van een nieuw HRM- en salarissysteem. Deze systemen zullen op 1 januari 2009 in gebruik worden genomen. Om de dienstverlening te verbeteren is de functie van ICT-coördinator ingesteld. Na scholing en evaluatie zullen verdere stappen worden gezet om de ICT-dienstverlening verder te professionaliseren.

Arbo De resterende knelpunten uit de risico-inventarisatie van 2004 zijn opgelost. Het laatste onderdeel was de aanpassing van de hangladder aan de achterzijde van het gebouw aan de Jodenbreestraat. De AHK is in 2007 een offertetraject gestart voor de uitvoering van een nieuwe risico-inventarisatie en -evaluatie, uit te voeren in 2008. In 2007 zijn de noodzakelijke herhalingscursussen voor bedrijfshulpverlening gevolgd. Er zijn in totaal negen nieuwe bedrijfshulpverleners opgeleid. Het totale aantal bedrijfshulpverleners is 94. Met dit aantal staan de hogeschool voldoende bedrijfshulpverleners ter beschikking.

76

77


Financiën

Reikwijdte van de jaarrekening In overeenstemming met de Richtlijn jaarverslaggeving hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek, zoals vastgelegd in de regeling van 18 augustus 2000 van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, betreft deze jaarrekening de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten.

Verschillenanalyse begroting/realisatie 2007

Het exploitatiesaldo over het verslagjaar bedraagt € 2,8 miljoen positief. In de begroting is rekening gehouden met een positief saldo van € 0,2 miljoen. Het verschil met de begroting bedraagt derhalve € 2,6 miljoen positief. Het saldo op de kapitaallastenexploitatie huisvesting bedraagt € 0,3 miljoen negatief. Volgens het vigerende beleid is dit als bestemming exploitatiesaldo onttrokken aan de reserve huisvestingsbeleid.

De vergelijking van de begroting met de realisatie is als volgt weer te geven (x € 1.000): Realisatie Begroting Verschil 2007 2007 Baten Rijksbijdragen OCW 41.849 39.856 1.993 Collegegelden 4.414 4.444 -30 Baten werk i.o.v. derden 268 315 -47 Overige baten 1.665 1.436 229 Totaal baten 48.196 46.051 2.145 Lasten Personele lasten 30.724 30.423 301 Afschrijvingen 2.773 2.852 -79 Overige instellingslasten 12.608 12.854 -246 Totaal lasten 46.105 46.129 -24

78

79

Saldo baten en lasten 2.091 -78 Saldo financiële baten en lasten 720 294

2.169 426

Exploitatiesaldo

2.595

2.811

216


Financiële positie

Liquiditeitspositie

Er is sprake van een verbeterde liquiditeitspositie, hetgeen blijkt uit de current ratio: 31-12-07 31-12-06 vlottende activa / kortlopende schulden 2,87 1,09

Om inzicht te geven in de financiële positie dient de volgende opstelling (x € 1.000): Vlottende activa Voorraden Vorderingen Liquide middelen Totaal vlottende activa Kortlopende schulden Netto vlottende middelen (werkkapitaal) Vaste activa Materiële vaste activa Financiële vaste activa Totaal vaste activa Totale financieringsbehoefte

31-12-07

31-12-06

0 2.795 25.275

5 3.497 8.398

28.070

11.900

9.774

10.889

18.296

1.011

76.505 6.088

63.203 34.373

82.593

97.576

100.889

98.587

17.817 60.552 8.445 3.171 10.904

14.728 60.830 8.314 3.220 11.495

100.889

98.587

Solvabiliteitsratio

Dit betreft de verhouding eigen vermogen staat tot vreemd vermogen. Voor het inzicht is het eigen vermogen gecorrigeerd met de egalisatierekening en de voorzieningen (x € 1.000). 31-12-07 31-12-06 Eigen vermogen 78.369 75.558 Bij: egalisatierekening investeringssubsidies 8.445 Bij: voorzieningen 3.171 Gecorrigeerd eigen vermogen 89.985 Vreemd vermogen

De financiering hiervan vond plaats met: Algemene reserve Bestemmingsreserves Egalisatierekening investeringssubsidies Voorzieningen Langlopende schulden

De netto vlottende middelen zijn per 31 december 2007 ten opzichte van 31 december 2006 gestegen van K€ 1.011 tot K€ 18.296. De stijging met K€ 17.285 is veroorzaakt door de volgende factoren (x € 1.000): Beschikbaar gekomen respectievelijk in de stichting gehouden Toename egalisatierekening investeringssubsidies 131 Voordelig exploitatiesaldo 2.811 Afschrijvingen 2.773 Desinvesteringen 2.561

Langlopende schulden 10.904 Kortlopende schulden 9.774 Totaal vreemd vermogen 20.678

8.276

Besteding middelen

80

Investeringen in materiële vaste activa 18.636 Investeringen in financiële vaste activa -28.285 Afname voorzieningen 49 Afname langlopende schulden 591 Totaal stijging netto vlottende middelen

-9.009 17.285

81

8.314 3.220 87.092

11.495 10.889 22.384

Solvabiliteitsratio’s Gecorrigeerd eigen vermogen : vreemd vermogen 4,35

3,89

Gecorrigeerd eigen vermogen : balanstotaal

0,80

0,81


Algemene reserve Het verloop van de algemene reserve in de afgelopen twee jaren is als volgt weer te geven (x € 1.000):

Balans per 31 december 2007 ( x € 1.000)

2007 2006 Stand per 1 januari 14.728 14.240

31-12-07 31-12-06 Activa Vaste activa

Bestemming exploitatiesaldo Overheveling naar bestemmingsreserves Stand per 31 december

Materiële vaste activa 76.505 63.203 Financiële vaste activa 6.088 34.373 Totaal vaste activa 82.593 97.576

3.089 0

915 -427

17.817

14.728

Vlottende activa

Het saldo van de algemene reserve is samengesteld uit de onderscheiden saldi van de organisatorische eenheden. Bij de faculteiten ontstane budgetoverschrijdingen dienen te worden ingelopen en budgetonderschrijdingen blijven ter beschikking van de faculteit.

Voorraden 0 5 Vorderingen 2.795 3.497 Liquide middelen 25.275 8.398 Totaal vlottende activa 28.070 11.900

Per balansdatum is de samenstelling van de algemene reserve als volgt (x € 1.000): 31-12-07 31-12-06 Saldo algemeen 14.725 11.706 Saldo faculteiten 3.092 3.022 Totaal 17.817 14.728

Totaal activa 110.663 109.476

Passiva Eigen vermogen 78.369 75.558 78.369 75.558 Egalisatierekening 8.445 8.314 investeringssubsidies Voorzieningen 3.171 3.220 Langlopende schulden 10.904 11.495 Kortlopende schulden 9.774 10.889 32.294 33.918

Financiële vooruitzichten De solvabiliteit van de AHK, welke nog steeds rond de 80% schommelt, zal vanaf 2008, na het gereedkomen van de nieuwbouw voor het Conservatorium van Amsterdam, minder uit liquide middelen en meer uit onroerend goed bestaan. Een “weerstandskas” van 20 à 30% van de jaaromzet lijkt een meer dan adequaat niveau voor een hogeschool met de omvang en samenstelling van de AHK. In 2008 zal de discussie hierover worden voortgezet.

Totaal passiva 110.663 109.476

Treasury management Het beleid van de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten is om tijdelijke overtollige liquide middelen zo defensief mogelijk te beleggen. Het beleid is erop gericht om vrijwel uitsluitend beleggingen aan te gaan in risicoloze vastrentende financieringsvormen, zoals (staats-)obligatieleningen en/of deposito’s.

82

83


Exploitatierekening 2007

( x â‚Ź 1.000) 2007 Begroting 2007 2006 Baten Rijksbijdragen OCW 41.849 39.856 37.788 Collegegelden 4.414 4.444 4.180 Baten werk i.o.v. derden 268 315 310 Overige baten 1.665 1.436 1.683 Totaal baten 48.196 46.051 43.961 Lasten Personele lasten 30.724 30.423 29.166 Afschrijvingen 2.773 2.852 2.821 Overige instellingslasten 12.608 12.854 11.575 Totaal lasten 46.105 46.129 43.562 Saldo baten en lasten 2.091 -78 399 Saldo financiĂŤle baten en lasten 720 294 1.092 Exploitatiesaldo 2.811 216 1.491

84

85


Donaties De activiteiten en projecten van de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten werden in 2007 mede mogelijk gemaakt door sponsors en donateurs. Conservatorium van Amsterdam Het conservatorium ontving een concertvleugel van Mevrouw Land. Avedis Zildjian Company J.C.P. Stichting Maaike Lesnik Oberstein Fonds Nuyts’ Stichting Stichting Jacques Vonk Fonds Stichting Musici van Morgen Yamaha Music Benelux Nederlandse Film en Televisie Academie Amsterdams Fonds voor de Kunst Cam-A-Lot Camera Rentals CINEMETA digital Cineco CoBO Fonds EFF Nederland VandenEnde Foundation Endemol Nederland Fuji Professional Motion Picture Film Holland Equipment Kodak Nederland Location Support Nederlands Fonds voor de Film Pathé Cinemas SingelFilm TAPES Nederland Verenigde Commercial Producenten (VCP) Zendgemachtigden van de Publieke Omroep de Theaterschool Controllux Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling Amsterdam Flashlight Stadsdeel Zuidoost Stakebrand

86

Academie van Bouwkunst Verbouwing Academiegebouw Algemene Woningbouwvereniging Amvest AM Wonen Architectenbureau Marlies Rohmer Benthem Crouwel Architecten Bouwbedrijf MJ De Nijs en Zonen Bouwend Nederland Bouwfonds Cultuurfonds BPF Bouwinvest Claus en Kaan Architecten Amsterdam Concrete Architectural Associates Concrete Reinforced Deltaforte Doets Consult EGM Architecten Woningstichting Eigen Haard Era Bouw Winkhaus Nederland Glaverbel Nederland Gunters en Meuser Heijmans HMADP Hopman Interheem Groep Immano Interrieurbouwers Karres en Brands Landschapsarchitecten

Index Index Richtlijnen jaarverslaggeving en beoordelingskader OCW

Koninklijke BAM Groep De Key de Principaal Lensvelt Directeur Bouwfonds MAB Johan Matser Projectontwikkeling Metaglas Meyer en Van Schooten Architecten Moes Bouwbedrijf West Het Oosten woningbouwvereniging OVG Projectontwikkeling Prometa Rabo Vastgoed regio Noordwest Rijnboutt Van der Vossen Rijnboutt Slokker Vastgoed Soeters Van Eldonk Ponec Architecten Strukton Bouw & Vastgoed TCN Property Projects Van Hoogevest Foundation Veenenbos en Bosch landschapsarchitecten BNT Vesteda Volker Wessels Vastgoed Woningcorporatie Portaal Woonmaatschappij Amsterdam Woonzorg Nederland Business Unit Vastgoed Ymere Atelier Zeinstra Van der Pol

Rubriek Onderwerp Art. 46 • beleidsvoornemens vorig jaarverslag algemeen • relatie met HOOP en strategische agenda HBO • maatschappelijke oordeelsvorming • samenwerkingsverbanden • inzet rijksbijdrage voor private activiteiten • wijzigingen in de organisatie

Project Designing Leisure Landscapes Bureau Rijksbouwmeester, Rijksadviseur voor het Landschap en Gemeente Amsterdam, Dienst Ruimtelijke Ordening Project Size Matters Stimuleringsfonds voor de Architectuur, Rotterdam. Project Lissabon Van Eesteren, Fluk, Van Loohuizen Stichting, Den Haag

17 16 12 49-51 16-17 11

Art. 47 strategisch beleid Art. 48 onderwijs

• missie • specifieke onderscheidende kenmerken • functie van onderzoek en kennisoverdracht • bijdrage kenniseconomie • toekomstverwachtingen • continuïteitsrisico’s • regionale netwerken • samenwerking bedrijfsleven

Art. 49 studenten

• onderwijsrendementen • afgestudeerden • werving en doelgroepen • ondervertegenwoordigde groepen • bindend studieadvies • decentrale fixus • toelating en selectie • aansluiting voortgezet onderwijs

Art. 50 personeel

• personeelsbeleid • doelgroepen • gezondheid • arbeidsomstandigheden • werving • personeel ingeschreven als student voor initiële opleidingen

65 68-69 69-70 72, 77 69 54

Art. 51 materiële voorzieningen Art. 52 financiën

• ruimtebestand • ontwikkelingen huisvesting en apparatuur

75 75, 77

• financiële positie • vooruitzichten • treasure management • financiële gevolgen huisvestingsbeleid • letter of representation • financiële effecten bijzondere gebeurtenissen

80-82 82 82 82 10 82

overige verantwoordings- verplichtingen

14 15, 32-34 43-47 43-47 13, 15, 82 69 49 - 51 85

• onderwijsaanbod 25, 29 • wijzigingen en plannen onderwijsaanbod 25-31 • macrodoelmatigheid 56 • kennisontwikkeling en onderzoek 43-47 • studierendement 59 • studieduur 59 • verwijzing 59 • uitval 59 • arbeidsmarkt afgestudeerden 20-23 • visitaties en accreditaties 19 • excellentie 27, 61-63 • internationaliseringsbeleid 37 • internationale uitwisselingsovereenkomsten en uitwisselingsstudenten 39 • uitbesteding onderwijsprogramma’s aan private organisaties 16 • maatwerktrajecten voor bedrijven 16-17

Art. 53 • verslag Raad van Toezicht intern toezicht

87

Pagina

• ruim baan voor talent: honoursprogramma muziek • promotietrajecten • tegemoetkoming kosten vooropleidingen dans en muziek • beroepskolom • handicap en studie

59 59 55 55 59 56 56 57

10 27 47, 65 58 57 60


Colofon Redactie Marianne Gerner, hoofd beleidsondersteuning Maria Hagen, hoofd communicatie Bart Gijswijt, senior webredacteur Vesna Vrdoljak, communicatiemedewerker Olivia Zaandam, communicatiemedewerker Ontwerp Thonik Oplage 1200 Druk Hub. Tonnaer Met dank aan alle AHK-medewerkers die een bijdrage hebben geleverd aan de totstandkoming van dit jaarverslag. Š 2008 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Stichting Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten Jodenbreestraat 3 Postbus 15079 1001 MB Amsterdam Tel: 020 527 77 10 Fax: 020 527 77 12 www.ahk.nl Sector Onderwijs (hbo) Plaats van vestiging: Amsterdam Geregistreerd in het Handelsregister onder nummer 41210838

88


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.