De weg van zenden naar dialoog
DE
NAAR DIALOOG
....en van waarheid naar perspectief
door Tomas Leijen
2 Tomas Leijen, “Stappenplan voor toekomstbestendig vakonderwijs,” Mbomediawijsheid, 21 juni 2022, https:// mbomediawijs.nl/ onderzoeken/ stappenplan-voor-toekomstbestendig-vakonderwijs/.
2 NOS Nieuws, “Waar blijft het publiek? Cultuursector worstelt sinds corona,”NOS, 21 mei 2022, https://nos.nl/ artikel/2429680-waar-blijft-het-publiek-cultuursector-worstelt-sinds-corona; Hein Janssen, “Er is te veel theater, er zijn te veel zalen, er is te weinig publiek,” Volkskrant, 7 oktober 2016, https://www. volkskrant.nl/ cultuur-media/ er-is-te-veel-theaterer-zijn-te-veel-zalener-is-te-weinig-publiek~bf008a69/.
Inleiding
Tijdens het schrijven van dit essay werd ik geconfronteerd met mijn pessimisme ten opzichte van de toekomst van de bibliotheek. Een pessimisme wat ik de laatste tijd ook voel als ik denk aan de toekomst van theater. Het is niet vanzelfsprekend dat mensen naar het theater gaan. Daarvoor is het, in mijn ogen, te exclusief en ouderwets. Onlangs rondde ik een onderzoek af naar de toekomst van theater in opdracht van het Practoraat Mediawijsheid.1 Uit dit onderzoek bleek onder andere dat context(programmering) binnen het theater steeds belangrijker wordt. De nadruk ligt meer op de sfeer, setting en het concept van de avond dan op één voorstelling. De muziek in de foyer en het gesprek met vrienden na afloop worden steeds vaker gezien als onderdeel van de artistieke verdiensten en kwaliteit. Met andere woorden, de programmeur/curator wordt de kunstenaar die een ruimte creëert waarbinnen het publiek op zoek gaat naar diens betekenis. Het publiek ‘vindt’ dan niet alleen de betekenis die de kunstenaar ‘verstopt’ heeft, maar creëert ook een eigen betekenis in dialoog met het kunstwerk en de andere toeschouwers. Toch lijkt het bewustzijn dat context essentieel is voor de toekomst van het theater nog niet tot alle theaters en theatergezelschappen te zijn doorgedrongen. Theaters hebben moeite om volle zalen te trekken.2 Bij veel voorstellingen is het publiek homogeen en is de gemiddelde leeftijd hoog. Genoeg reden om de context te zien als meer dan leuke marketing of beeldvorming.
Deze bewustwording is niet alleen in het theater noodzakelijk, maar ook in de bibliotheek. De verhalen die worden verteld via het theater en boeken bieden de
2022 / 50 jaar ATD bibliotheek
toeschouwer of lezer nieuwe plekken, situaties en perspectieven waar ze anders nooit zo dichtbij kunnen komen en trainen hun vermogen tot verwondering. De bibliotheek presenteert boeken die wel of niet tot de collectieve canon behoren en bepaalt welke perspectieven ruimte en zichtbaarheid krijgen binnen het archief. Deze inhoud van de bibliotheek, verschilt van de houding tegenover boeken die wordt beïnvloed door de vorm van het archief. De vorm van het archief, dus de fysieke inrichting van de bibliotheek, bepaalt onze houding tegenover het archief of maakt deze zichtbaar.
Dit essay onderzoekt hoe we de plek van een bibliotheek opnieuw betekenis kunnen geven, hoe we de plek kunnen herladen met een betekenis die vloeibaar, flexibel, inclusief en meervormig is, waar je op mag reageren en die inspireert. Daarmee is dit essay een uitnodiging om gezamenlijk na te denken over hoe we ervoor kunnen zorgen dat de bibliotheek een plek wordt van doorlopende dialoog en geen tentoonstelling van een dood, statisch en onvolledig archief. Het is een onderzoek naar de context van de bibliotheek en hoe deze context zich verhoudt tot de wereld buiten de muren van die ruimte.
Inhoud, houding en vorm
Het is belangrijk dat wordt nagedacht en geschreven over het dekolonialiseren en diversifiëren van de canon en het archief, dat wat ik in dit essay de inhoud noem. De ontwikkelingen op dit gebied gaan nog veel te langzaam. Met deze tekst wil ik graag een bijdrage leveren aan die ontwikkelingen door de nadruk niet te
leggen op de inhoud, maar op de houding tegenover boeken en het archief. De relatie van de bibliotheekbezoeker tot het archief is namelijk net zo achterhaald als de inhoud van de archieven. De houding uit zich in de fysieke vorm die een bibliotheek aanneemt. Dat wil zeggen in de inrichting, locatie en programmering. De relatie die wij tot het archief en boeken hebben manifesteert zich onder andere in de keuze om de ruimte vol te zetten met boekenkasten, ruimte te maken voor een gesprekstafel en om wel of geen muziek op te zetten.
Te lang hebben we de bibliotheek beschouwd als een encyclopedie waarin je een vaststaande betekenis en kennis kunt vinden. Perspectieven van dominante groepen die maar een heel klein deel van het verhaal vertellen, zijn verheerlijkt en gepresenteerd als feitelijke informatie. Deze houding verwacht ontzag voor de kennis die ligt opgeslagen, eerbied voor de perspectieven die ‘waarheid’ zijn geworden en geen tegenspraak dulden. Je kunt er niet over in gesprek. Ze worden gebracht als onmisbaar onderdeel van de canon, als wetenschappelijke feiten, ook al zijn die ‘feiten’ eigenlijk verhalen, onvolledig en bevooroordeeld. De definitie van kennis moet daarom worden bevraagd. Volgens mij is kennis opdoen niet hetzelfde als wat je leest voor waar aannemen en dit zo goed mogelijk onthouden en reproduceren, maar juist het zelf feiten en bronnen kunnen onderzoeken en duiden in hun context. Vervolgens kun je die bronnen betekenis geven binnen jouw persoonlijke en huidige context. Met andere woorden, kennis is een dialoog en een actieve handeling.
In een gesprek met dramaturg en tekstschrijver Maarten van Hinte, zei hij dat we boeken meer moeten
3 Maarten van Hinte, Hoe Anansi de verhalen van de wereld bevrijdde (Uitgeverij Wilde Haren, 2021), 7-8.
2022 / 50 jaar ATD bibliotheek
gaan zien als grondstoffen die de brandstof zijn voor nieuwe betekenissen, ideeën en perspectieven. Wij moeten iets gaan maken vanuit de gedrukte woorden om er op die manier betekenis aan te geven, alleen lezen is niet genoeg, het moet inspireren. Zonder onze (artistieke) reacties op boeken is de inhoud van een bibliotheek niet meer dan inkt op papier dat betekenisloos ligt te verstoffen. In het boek dat Maarten van Hinte schreef bij de voorstelling Hoe Anansi de verhalen van de wereld bevrijdde, schrijft hij:
Een boek is een boek is een boek. Het is wat het is, en het blijft wat het is. Als je ze naast elkaar zet, of op elkaar stapelt, kan je een muur bouwen. Of een huis. Of zelfs een paleis. Het is wat het is, en het blijft wat het is. Een tori is geen boek: het is een verhaal dat je hoort en doorvertelt. Met een tori kan je geen muren bouwen, want hij blijft niet wat hij is en hij blijft nooit op dezelfde plek. (…) Een tori is van iedereen.3
Wat is een bibliotheek van boeken en wat is een bibliotheek van verhalen? Kan de bibliotheek in plaats van boeken ook het vergaren van kennis en inspiratie centraal stellen? Die kennis en inspiratie komt dan tot stand door zowel de inspiratiebron (een boek, gesprek, verhaal, etc.) als door de uitwisseling en dialoog die daardoor ontstaat. Om het concreet te maken geef ik een voorbeeld: Iemand leest een boek en schrijft aan de hand daarvan een poëtische tekst die vervolgens wordt voorgedragen tijdens een open mic avond. Er ontstaat dan een dialoog tussen de bron (het boek) en degene die het leest en er iets anders van maakt. Vervolgens reageert een publiek weer op het nieuwe werk tijdens de
open mic avond. Door die dialoog centraal te stellen en letterlijk ruimte te maken voor verhalen en ontmoetingen kunnen we boeken weer van betekenis gaan voorzien. Boeken zijn namelijk niet waardeloos, niet als het in een context van inspiratie en uitwisseling wordt gepresenteerd. Dan krijgt het juist de potentiële betekenis die erin zit. Wat die potentiële betekenis is, hangt af van de context en de aanwezige perspectieven. Datzelfde geldt voor theater. Vanuit mijn werk als contextprogrammeur en dramaturg bij RIGHTABOUTNOW INC. denk ik na over hoe betekenis kan ontstaan als je vertrekt vanuit de context. Volgens mij ontstaat betekenis in verbinding. Het oude idee dat contextprogrammering en educatie gaat over het organiseren van voor- en nagesprekken is niet wat wij willen. Wij willen de toeschouwers niets bijbrengen, niet vertellen wat ze moeten zien, niet checken of ze het wel “goed” begrepen hebben. We willen juist het tegenovergestelde, we willen associaties opwekken, we willen betekenissen tot stand brengen die wij niet konden voorzien, wij willen een dialoog en tegenstrijdigheden. We willen niet zenden, maar elkaar voeden. Theater ontstaat in verbinding, tussen subculturen en de theaterscene, tussen geworteld zijn in een buurt en internationale uitwisseling, tussen publiek en performers. De maker en spelers ontmoeten elkaar. Met elkaar onderzoek je de thematiek en maak je materiaal. Deze ontmoetingen leveren samen het kunstwerk op. Uiteindelijk maak je een voorstelling waarin je het publiek ontmoet. Als we die uitwisseling centraal willen stellen, zullen we daar de context voor moeten creëren. Als je dit vertaalt naar de toekomst van een bibliotheek, gaat het erover dat je een ruimte creëert waarin het niet gaat over een waarheid of betekenis die je ‘goed’ kunt hebben begrepen. Het gaat erover dat je een plek faciliteert waarin
Leijen2022 / 50 jaar ATD bibliotheek
associaties de ruimte krijgen, er tegenstrijdigheden mogen bestaan en waar bezoekers met elkaar in gesprek kunnen gaan.
Juiste context
De context bepaalt het kader waar een idee, een boek, voorstelling of verhaal in begrepen kan worden en die de waarde daarvan dus (mede)bepaalt. De context is van grote invloed op een verbintenis die al dan niet wordt aangegaan en dus de betekenis die ontstaat. Je wilt een context die uitnodigt om ‘contact’ in te maken, om tot betekenis te komen. Het is een reeks factoren die de ontmoeting maakt wat zij is: tijd, locatie en de keuze om het wel of geen theater of bibliotheek te noemen. Het is die context, samen met de mensen die deze ontmoeting aangaan, die maken of er wel of geen ‘contact’ plaatsvindt én dus of er wel of geen betekenis ontstaat en kennis wordt opgedaan. Betekenis kan alleen maar plaatsvinden door middel van ontmoeting en contact, we hebben elkaar nodig om tot betekenis en kennis te komen.
Dat is wat een bibliotheek volgens mij zou moeten zijn, een plek waar betekenis ontstaat en wordt doorgegeven en verdiept. Een plek van uitwisseling en reflectie. Je reflecteert en reageert op feiten en perspectieven die in de bibliotheek te vinden zijn. Die reflectie is voor kunstenaars een essentieel onderdeel van hun werk. Als we de bibliotheek zien als een plek waar uitwisseling en contact centraal staan en waar gereflecteerd mag worden op de bronnen en de verhalen die daar te vinden zijn, zal de inhoud van de bibliotheek ook ter sprake komen. Zo
zijn de houding en de inhoud met elkaar verbonden. Als we de nieuwe houding omzetten in vorm, en in plaats van de boeken centraal te zetten, de ruimte voor reflectie op die boeken centraal gaan te zetten, kan de inhoud ook echt bevraagd worden. Willen we met elkaar de bibliotheek toekomstbestendig – of eigenlijk actueel - maken, zal de bibliotheek ruimte moeten maken voor die gesprekken.
Conclusie
Er moet ruimte gemaakt gaan worden voor de dialoog, tussen de bronnen en de bezoekers en tussen de bezoekers onderling. Als ons dat niet lukt, wordt de bibliotheek een overbodige stapel papier die in dit (digitale) tijdperk geen meerwaarde heeft en implodeert in diens eigen gelijk en ‘waarheid’ of uitdooft als een kaars omdat niemand er meer het nut van inziet.
Net als het theater zal de bibliotheek zich klaar moeten maken voor de toekomst, met in haar achterhoofd dat wat haar uniek maakt; de mogelijkheid mensen samen te brengen en op die manier tot betekenis, co-creatie, verbinding en inspiratie te komen. We moeten door onze houding ten opzichte van het archief te veranderen, de ruimte openbreken en onze reactie en reflectie op de inhoud centraal zetten.
Net als in het theater is het daarom essentieel dat de context van de bibliotheek bevraagd wordt en met zorg wordt vormgegeven, alleen op die manier kunnen we met een positieve blik richting de toekomst kijken.
2022 / 50 jaar ATD bibliotheek
Tomas Leijen Opleiding Theaterdocent Lichting 2020
Tomas Leijen is dramaturg en (context) programmeur/curator bij verschillende culturele en maatschappelijke instellingen. De afgelopen tijd onder andere bij RIGHTABOUTNOW INC., het ZID Theater, theater de Makkers en het Afrovibes Performing Arts Festival.
Daarnaast is hij werkzaam als kerndocent aan de opleiding Theater (PACT+) en als docent aan de opleiding Theaterdocent (AHK). Hiernaast werkt Tomas Leijen als Director of Projects and Concept bij IDEA (International Drama/Theatre and Education Association).
tomasleijen.nl