Eindexamenboek 2005 de Theaterschool

Page 1

Met

TROTS

PRESENTEREN WIJ Theaterdocent / Mime / Regie / Amsterdamse Toneelschool & Kleinkunstacademie

2005


Theaterdocent

Bruin Otten, artistiek leider van de opleiding Theaterdocent:

Meer dan lesjes geven “Of je nu in het onderwijs werkt of het amateurtheater, een workshop geeft of een voorstelling maakt, je bent scheppend bezig. Wij leren studen ten dan ook niet hoe ze ‘lesjes’ moeten geven.” “De motor van het theaterdocentschap is je persoonlijke inspiratiebron, dat wat je aantr ekt of fascineert in het theater”, meent Bruin Otten, artistiek leider van de opleidingTheaterdocent. Er is maar een belangrijk verschil met de Regieopleiding: “Regisseurs van de Regieopleiding werken met professionele acteurs, die een breed scala aan technieken beheersen. A ls je theater maakt met minder ervar en spelers, draait het om de specifieke groep waarmee je werkt. Daarin schuilt een beperking, maar ook een uitdaging. “Wij zijn een br ede opleiding en besteden aandacht aan aspecten die variëren van spel en mime tot ruimtelijke vormgeving. Spelen start bij ons niet alleen vanuit de psychologie van een personage, maar ook vanuit het fysiek en de bew eging als taal. Ik zie een verwantschap tussen onze manier van werken en de mime. Ook de mimespeler stelt zich op als maker en is niet alleen een speler in de zin van uitvoerder. Hij is als het ware zélf zijn theatrale materiaal.” Ook de aandacht voor ruimtelijk vormgeven is belangrijk in de opleiding: “Met beelden kun je immers net zoveel zeggen als met tekst.” Na een periode van artistieke vrijheid komt er in het derde jaar van de opleiding meer nadruk te liggen op theaterpedagogiek en -didactiek. Een hele zoektocht,

soms. “Een van onze studenten zag niet voor zich hoe ze zou kunnen aansluiten bij groepen buiten de opleiding. Maar op het moment dat ze tijdens haar stage oog in oog stond met een klas middelbare scholier en en zichzelf als opstandige tiener in hen herkende, ging er een knop om.Toen realiseerde ze zich hoe inspir erend zo’n groep kan zijn. “A ls het goed gaat schuiven de twee aspecten in de loop van de opleiding in elkaar en gaan ze elkaar versterken. Studenten ler en een koppeling te maken tussen hun artistieke drive en de didactiek waarmee je die op ander en overbr engt.” Inspir er ende voorbeelden zijn regisseurs van jonger entheatergezelschappen als DOX of A lain Platel van hetVlaa mseVictoria. “ H et is een enorme uitdaging om de persoonlijke uitstraling van spelers theatraal te maken. Dat doe je door sterk met hen sa men te werken. Niet met de houding ‘jij moet dit doen, omdat dat in de theatertekst zo staat beschr even’, maar door de spelers opdrachten te geven die hen stimuler en zélf materiaal aan te dragen. ‘‘Tijdens de selectie die aan de opleiding vooraf gaat, zoeken wij mensen met theatertalent, die op basis van bestaand materiaal nieuw materiaal kunnen scheppen. Aan het slot van de opleiding moeten studenten het vermogen hebben hun persoonlijke fascinatie voor theater te vertalen naar de groep waarmee ze w erken. Op het moment dat een student dát in de vingers krijgt, weet ik dat het goed komt.” Anita Twaalfhoven


Justin Le Bruyn

Cormac Burmania


HET VAK

Kanya Huigens

GEEN BEZIGHEIDSTHERAPIE ...................... REGISSEREN, TEKSTBEWERKING, LICHTPLANNEN MAKEN, MUZIEK UITZOEKEN, PRODUCTIONELE TAKEN, ALLES DOE IK ZELF ......................

EEN GROEP MENSEN DIE IETS VERTELT AAN EEN ANDERE GROEP MENSEN ...................... MAKEN EN LESGEVEN ZIJN HETZELFDE ...................... IDEALISME ......................


HET VAK

LESGEVEN, WAS VOOR MIJ EEN HEL ........................... THEATER MOET EEN BELEVING ZIJN DIE NIET TE BESCHRIJVEN OF TE BENOEMEN IS ...................... SAMEN KOKEN, SAMEN AFWASSEN

EN NA DE REPETITIE SAMEN DRINKEN ........................... VAN NIETS IETS MAKEN ........................... ZONDER UIT HET OOGTE VERLIEZEN WAAR HET IN ONS VAK OM GAAT: THEATER

Bram Huijten


Marieke de Lange

Victor Mentink


TOEKOMST

In geval van nood ga ik als mislukte entertainer op een cruiseschip werken en ga ik

Tijd om mijn ver en te schudden, mijn eigen manier te vinden, in mijn eigen

HONOLULU ZWARTE GAT te duiken.

VERKENNEN Omdat ik het hor ecaleven te gek vind, zou ik ooit wel een

THEATERCAFÉ willen openen, waar ruimte is voor een bar en een open podium. Dat moet natuurlijk wel in een stad zijn waar zoiets nog niet gebeurt, zoals Haarlem of

HOOFDDORP ANTWERPEN lijkt me daar een goede plek voor

en dan naar

THAILAND

IZMIR &

ZAGREB voor een verdieping van ons vormgevingsproject

een stage doen in

TURKIJE drie maanden naar

BARCELONA aankomend seizoen bij

JEUGDTHEATERSCHOOL Hofplein in

naar

ARUBA

ROTTERDAM Jona Rens


M arjolein Roeleveld

JoyceTimmerman


ONDERZOEK

Waarom is geweld kunst? Het wordt natuurlijk een maatschappelijk onderzoek naar de angst waarin de mens leeft.

H et ultieme niets Hij laat de taal op zoek gaan naar betekenisloosheid, waarmee hij het ultieme niets probeert na te str even.

G eile ambtenaren

Motto Werken uit het intu ï tieve, in plaats van uit het vooropgezette.

Overlapping in zang, dans en spel Ik vind het inspir er end om te zien hoe disciplines elkaar beïnvloeden.

Grote publieke ruimtes tegenover het kleine, individuele, dat wat privé is.

De confrontatie met ongrijpbare bur eaucratie, het vechten tegen een onzichtbare vijand fascineert me.

In beweging blijven Dat probeer ik continu te doen. Ik stel steeds opnieuw vragen over mezelf en over de wer eld om mij heen. Steeds kom ik zo op vragen of tegenstellingen die mij fasciner en en waarover ik theater moet maken.

Gedragsregels H et theaterpubliek heeft een bepaald verwachtingspatroon en wil dat graag bevestigd zien. Ik wil daarmee spelen, ik speel met het publiek.

Justin Waerts


BEPALENDE MOMENTEN

(...) Ik kreeg een hardnekki ge beroepstic: al l es om me heen werd theatraal. De kl eding van de vrouw die naast je zit in de bus, hoe de handen van je vriendje bew egen als je ruzie met hem maakt, het telefoongesprek dat je opvangt in een winkelstraat… al l es wordt potentieel bruikbaar voor theater. Je leert opnieuw ki jken naar de wereld die je dacht te kennen, de wereld waarin we allemaal samenleven. Die leer je met verwonder ing bezien. ....................................................................................... (...) Het project met A delheid Roosen is voor mij het belang r i jkst geweest. Ze heeft ei ge nl i jkalleen gez egd dat we naar buiten moesten. De moord op Pim Fortuyn dwong ons daartoe. Het stond vast dat we daar iets mee wilde n. Moesten. Waarom maak je anders theater? ‘Als je je wilt verhouden tot de buitenwereld, dan moeten we die nu in!’ ....................................................................................... (...)Tijde ns een stage op een middelbare school is er iets gebe urd wat me al ti jd zal bi jblijven. Vlak voor de allereerste les vertelde de docent dat een klasgenoot zichzelf de dag ervoor had opgehange n. Iedereen van slag. Het was in de hele school voelbaar. Ik ben die les begonnen met het weggooien van al l es wat ik had voorbereid.

opleidingTheaterdocent afstudeerjaar praktijkprojecten onderzoek vak terugblik de opleiding belangrijke momenten dromen

Justin Le Bruyn: ‘‘ H et zijn vier intensieve jar en gew eest, met zoveel stof dat het niet allemaal tot bezinking kon komen. Daar w erd ik soms onzeker van.Wie ben ik als theatermaker ? Pas tijdens een project met de klas in Frankrijk kon alles bezinken. Het is niet zo gek dat ieder een in Frankrijk zat te janken. Het bleek voor iedereen een waardevol project te zijn en ook ik ben daar voor het eerst tot mezelf gekomen. Ik ben sterker geworden in de dingen die ik doe en wil doen. Ik kan opr echt zeggen: ‘dit wil ik en daar ga ik voor’. H et is moeilijk ons vak in één woord te vatten. De docentenopleiding is erg breed, je kunt theater gaan maken of gaan lesgeven. Het ligt er maar net aan waar ik ter echtkom. Er zijn in elk geval mogelijkheden genoeg. Eigenlijk word ik gewoon een theaterhoer. In positieve zin dan. Er zullen momenten zijn dat ik vervelende klusjes zal moeten doen, maar uiteindelijk wil ik natuurlijk mijn eigen weg bepalen. Ik hoop dat ik naast het maken les kan blijven geven. Ik moet in elk geval mijn artistieke ei kwijt kunnen, ook als ik met ander en w erk. Dat werken moet samen met de spelers gaan. Het lijkt me moeilijk bij een instelling te werken waar je een komedie moet maken of een workshop moet geven die al vaststaat. Ik wil de vrijheid hebben om het onderzoek aan te gaan, in sa menw erking met de spelers. Dat moet met gemotiveerde mensen; het uitgangspunt van ons vak is geen bezigheidstherapie. Ik wil met mensen werken die met mij willen onderzoeken en niet een houding hebben van ‘kom maar op met je les’. Na vier jaar ben ik nog lang niet klaar. Ik vind het een fijne gedachte dat het onderzoek door kan gaan. In mijn afstudeerjaar ben ik bezig met een onderzoek naar beweging en geluid. Dat doe ik onder andere in mijn afstudeervoorstelling A Clockw ork Orange. Door middel van muziek en geluid wil ik de sfeer van dit stuk op het publiek overbr engen. De vraag is waar muziek en geluid voor zich spr eken, zodat het publiek zelf een beeld kan maken. Gew eld speelt er een grote rol bij. Daar heb ik ook mijn vakartikel over geschr even: gew eld als amusement. Ik wil mijn fascinatie voor gew eld in theater en kunst defini ë r en, omdat veel mensen dat raakt.Waarom is gew eld kunst? Het wordt natuurlijk een maatschappelijk onderzoek naar de angst waarin de mens leeft. Gew eld is een uitlaatklep. Dat onderzoek is het meest inspir er ende van het afstudeerjaar. Het is een uitdaging om de grens te onderzoeken waar mensen afhaken van gew eld, ook in geluid.

M ijn concrete plannen?Tot september in ieder geval geld verdienen, het maakt niet uit waarmee, en dan naar Thailand. Ook ben ik in gespr ek met een aantal spelers van mijn afstudeervoorstelling om een stichting of groep op te richten.We hebben het plan om voorstellingen te maken, waaraan ik als regisseur of als speler deelneem. Omdat ik het hor ecaleven te gek vind, zou ik ooit wel een theatercafé willen openen, waar ruimte is voor een bar en een open podium. Dat moet natuurlijk wel in een stad zijn waar zoiets nog niet gebeurt, zoals Haarlem of Hoofddorp. Maar eerst zal ik geld moeten verdienen om dat misschien over tien jaar te kunnen doen.’’

Cormac Burmania: ‘‘ M ijn afstudeervoorstelling De Nietsfab r iek was geïnspireerd op de tekst Worstward Ho van Samuel Beckett, zijn laatst geschr even tekst. Hij laat de taal op zoek gaan naar betekenisloosheid, waarmee hij het ultieme niets probeert na te str even. Per definitie een mislukte poging. De Nietsfab r iek heb ik gemaakt voor de Docklandshal op de NDSM-werf, omdat ik een grote lege ruimte nodig had die een theater mij niet kon bieden. Ik heb geprobeerd een verbinding te leggen tussen de tekst en die ruimte. Door de zes spelers werd groots gehandeld, maar zonder doel. Hard rennen, maar zonder doel. In het midden van de hal was een grote draaiende schijf met een draaimolenpaard, een kraan, een kruiwagen en een deur. Het is een van de vertalingen, want een nuttelozer ding dan een draaimolen is er niet. Ik ben op zoek naar betekenis maar weet dat ik die niet zal vinden, omdat die er niet is.Toch moet ik blijven zoeken. Blijven pogen, elke keer weer opnieuw, tot aan de meest geslaagde mislukking – zonder dat dat erg is. M et mijn klasgenootVictor Mentink ga ik naar Aruba om wederom een poging te wagen.We gaan er tw ee maanden zitten om een vormgevings- en speltraining te geven aan twaalf jonger en, die moet uitmonden in een voorstelling. Het inter essante aan het werken met jonger en is dat ze zo eerlijk zijn in hun doen en laten. Het verbaast mij altijd weer dat jonger en met een klein beetje inp ut soms zo puur theater kunnen maken, beelden kunnen maken, teksten kunnen schrijven. Het enige wat wij hoeven te doen is die inspiratie stur en, verder ontwikkelen en verw erken tot een geheel. Simpeler maken, meestal. Dit soort projecten is naar mijn


opleidingTheaterdocent afstudeerjaar praktijkprojecten onderzoek vak terugblik de opleiding belangrijke momenten dromen

opleidingTheaterdocent afstudeerjaar praktijkprojecten onderzoek vak terugblik de opleiding belangrijke momenten dromen

mening het meest repr esentatief voor het vak theaterdocent. Je hebt je eigen ideeën en daarover heb je het met spelers, studenten of leerlingen. Zij gaan ermee aan de haal en je stuurt ze bij met jouw kennis, smaak en ervaring.Vervolgens staat er idealiter een goede voorstelling. Voordat ik aan de opleiding theaterdocent begon, had ik een andere indruk van deze opleiding. Ik dacht dat de opleiding het theater meer benaderde als middel en niet als doel.Toch heb ik mij aangemeld voor de audities en al snel kwam ik erachter dat ik het mis had. De opleiding is heel breed. Ik ben opgeleid tot theatermaker en daarbij ook in staat om met ongetrainde spelers te w erken. De vormgevingskant van theater is ook sterk ontwikkeld binnen de opleiding. Onze klas is in het derde jaar drie weken naar Frankrijk gegaan. Daar zaten we in een oude boerderij en hebben we vanuit de ruimte theater gemaakt. Door dit soort projecten kun je de ongetrainde spelers nog meer houvast bieden en kun je verschillende verhalen tegelijk vertellen. Ik heb door dit soort projecten ook anders naar theater ler en kijken. Theater moet een beleving zijn, een ervaring die niet te beschrijven of te benoemen is. Het gaat om de indrukken die het publiek met zijn zintuigen opvangt. De maker moet zorgen voor een balans tussen het inhoudelijke en het zintuiglijke verhaal van de voorstelling. Het enige nadeel van een br ede opleiding is dat er weinig tijd is voor verdieping van ieders specifieke inter esses. Aankomend jaar ga ik met mijn klasgenoten Joyce Timmerman enVictor Mentink een eigen kern beginnen. We gaan voorstellingen maken en daar speelplekken voor creëren. Zelf spelen, zelf maken, zelf producer en. Verder blijf ik aankomend seizoen bij Jeugdtheaterschool Hofplein in Rotterdam werken. Daar werk ik al ruim vier jaar. Aankomend seizoen ga ik er tw ee voorstellingen maken en tw ee dagen per week lesgeven.’’

In de toekomst hoop ik projecten en lessen te geven en mezelf als theatermaker te blijven ontwikkelen. Blijven ler en en ook andere disciplines onderzoeken vind ik heel belangrijk voor dit vak. Ik zou ook graag in het buitenland projecten willen doen.Voordat ik aan deze studie begon heb ik tw ee maanden in Addis Abeba in E thiopië gezeten om mee te kunnen kijken bij een jonger entheatergroep daar. Zow el op cultureel gebied als op theatergebied heb ik daar veel van geleerd. Dit jaar ga ik sa men met een klasgenoot een stage doen inTurkije en waarschijnlijk ook in Zagr eb. Dat is een begin.’’

Kanya Huigens: ‘‘Ik ben aan de opleiding begonnen omdat ik theatermaker wilde worden; docer en leek me wel handig om te ler en, maar ik zag mezelf niet als een toekomstig docent. Het eerste jaar van de opleiding is heerlijk. Je krijgt zoveel verschillende lessen, wordt aangemoedigd om te doen waar je hart ligt en je kunt al je plannen botvier en op gewillige klasgenoten. Zo krijg je de

ruimte om uit te zoeken wat je fascineert en hoe je dat gaat laten zien. Leedv ermaak van Judith Herzberg is een belangrijke inspiratiebron voor me gew eest omdat het zo hilarisch en hartverscheur end tegelijk is. Ik heb in mijn werk vaak geprobeerd dit contrast te laten zien. In het derde jaar heb ik bijvoorbeeld een voorstelling gemaakt naar H et Proces van Kafka. Ik ben altijd op zoek naar vervr eemdende beelden, zoals geile ambtenar en die kr eunend in een archiefkast duiken. De confrontatie met ongrijpbare bureaucratie, het vechten tegen een onzichtbar e vijand fascineert me. Het leukste en tegelijkertijd het moeilijkste van theatermaken is de weg om van niets iets te maken. Dat proces kan overal beginnen: bij een boek dat ik heb gelezen, iets grappigs dat ik heb gezien, een bepaalde foto, of een plek die me inspir eert. Op de opleiding heb ik verschillende manier en geleerd om tot het maken van theater te komen, om een theatertraining te ontwikkelen en een les voor te ber eiden. Wat nou mijn eigen manier is, begin ik dit laatste jaar steeds meer te ontdekken. Mijn kracht als theatermaker zit vooral in het maken vanuit beelden en bew eging. Ik ben steeds meer op zoek naar het creëren van een zintuiglijke ervaring voor het publiek. Ik ben aan de opleiding begonnen om het vak van theatermaker te ler en, maar het lesgeven en bedenken van projecten is voor mij steeds belangrijker geworden. Ik heb bijvoorbeeld een vormgevingsproject gegeven aan deVooropleiding in Utr echt, wat ik te gek vond. Ik kr eeg er zelf ook weer veel inspiratie door en het gaf me echt een ki ck om ander en enthousiast te maken voor een manier van werken waar ik zelf ook heel enthousiast van word. Ook heb ik sa men met een klasgenoot lesgegeven op een basisschool inWeesp.We hebben met een klas met 26 leerlingen gew erkt aan een pr esentatie op basis van De Heksen van Rohald Dahl. Het was letterlijk een heksenketel, maar ook een eye -opener, omdat die kinder en zo fantasievol en leergierig bleken. Uitzoeken hoe je ze iets uitlegt of iets aanpast aan hun belevingsw er eld vond ik heel leerzaa m. Ik vind het belangrijk om sa men te werken met mensen die me inspir er en. De week waarin we elk jaar met de hele opleiding discussie, college en onderzoek in maakgroepen doen is voor mij steeds heel belangrijk gew eest. Je wisselt met elkaar van gedachten, zoekt op de vloer uit waarom en hoe je iets wilt delen met het publiek.

Bram Huijten: ‘‘De voorstelling The Monk ey Tr i alvan het Belgische gezelschap Stan eindigt met het slot van een rechtszitting: ‘Dames en her en, ik verzoek u het gebouw te verlaten.Wilt u rustig uw weg naar buiten zoeken? Ga uw gang, niet dringen, gewoon in bew eging blijven, in bew eging blijven.’ Het is ook een vraag van acteur Frank Vercruyssen aan het publiek, om in bew eging te blijven wat betr eft gedachten en opvattingen. Dat probeer ik continu te doen. Ik stel steeds opnieuw vragen over mezelf en over de wer eld om mij heen. Zo kom ik op fascinaties waarover ik theater moet maken. Voor mij is theater een groep mensen die iets vertelt aan een andere groep mensen. Dat is minder dogmatisch dan het lijkt. De vertellers kunnen bestaan uit één persoon en het vertellen kan door spel, beeld, geluid, bew eging of tekst – dat maakt niet uit. Als theatermaker geef ik vorm aan zo’n vertelling. Samen met de spelers bedenk ik wát we vertellen. Je moet iets te melden hebben als je een voorstelling maakt en er mensen naar laat komen kijken. Dat levert theater op met een serieuze en actuele thematiek.Wat niet wil zeggen dat ik zware of ontoegankelijke voorstellingen maak. Ik hou van theater met veel vaart en humor, waarin de spelers zichtbaar staan voor wat ze doen. Mijn afstudeervoorstelling Een pak slaag omdat je een aap bent gaat over de strijd tussen twee mannen en de slachtoffers die daarbij vallen. De absurde situaties die ontstaan zijn zow el humoristisch als pijnlijk. In mijn vormgevingsproject heb ik met mijn klasgenoot Justin Le B ruyn gew erkt op de NDSM-werf in Amsterdam-Noord. D aar maakten we theater op een brug, in een donker e kelder en onder een grote hijskraan.We leerden de

spelers hoe ze die plekken konden gebruiken als bron. We leerden hen hun zintuigen open te zetten. M aken en lesgeven zijn voor mij hetzelfde.Tijdens een les ben ik op zoek naar hetzelfde als tijdens een repetitie: mooi theater. In een les concentr eer ik me op één element, zodat ik de leerlingen inzicht en vaardigheden kan geven en in bew eging kan zetten. Bij mijn stages heb ik gemerkt dat één ding het allerbelangrijkste is in de omgang met spelers en leerlingen: opr echt contact met ze aangaan en ze serieus nemen. OpTexel is het me zo gelukt om een groep onervar en scholier en binnen drie dagen met plezier en overgave een absurd stukje theater te laten spelen. Ze na men mij serieus, omdat ze zagen dat ik hen iets wilde ler en dat ik mooi en belangrijk vond. Al met al ben ik erg enthousiast over de opleiding. Voor mij werkte het goed om me eerst te ontwikkelen als theatermaker en speler en dat daarna te ler en overdragen aan ander en. Een erg intensieve opleiding beschouw ik niet als negatief. Het is tenslotte een voorr echt om van theater je beroep te kunnen maken. Ik ben nu nieuwsgierig naar de praktijk, maar ik heb nog geen concrete ideeën over wat ik ga doen. Ik hoop een plek te vinden waar ik kan maken wat ik mooi vind. Ik wil graag een cursus ‘vertellend toneelspelen’ maken. Ik wil projecten doen waarbij ik met een groep vanuit een ruimte of een landschap theater maak, het liefst een keer bij een werkende vulkaan. Ik wil lesgeven op een jeugdtheaterschool, of een lesprogra mma opzetten voor een middelbare school. Ik wil een theaterw erkplaats beginnen voor ervar en amateurspelers. Ik wil voorstellingen maken en verrast worden door wat er op mijn pad komt. Een goed docent moet zelf altijd blijven ler en van de mensen met wie hij werkt. Ik wil ler en hoe ik op verschillende plekken in de praktijk mijn bijdrage kan lever en. Door te maken. Door te docer en. Door in bew eging te blijven.’’

Marieke de Lange: ‘‘ H et motto van mijn afstudeerjaar is werken vanuit het intu ï tieve, in plaats van uit het vooropgezette. Natuurlijk kun je deze instelling niet afdwingen maar door de vrije indeling van het laatste jaar van de opleiding, waarin ik mijn eigen plan volg, vindt dat tot dusver zijn weg. En het bevalt me prima. Ik ben druk bezig met het maken van mijn afstudeervoorstelling, een locatieproject. Ik


opleidingTheaterdocent afstudeerjaar praktijkprojecten onderzoek vak terugblik de opleiding belangrijke momenten dromen

opleidingTheaterdocent afstudeerjaar praktijkprojecten onderzoek vak terugblik de opleiding belangrijke momenten dromen

verkeer in de luxe positie dat ik beschikking heb over negen leuke spelers en een pand van vier verdiepingen, hartje Jordaan. De werkwijze die ik hanteer is sterk ge ï nspireerd door de laatste tw ee geza menlijke projecten die ik met mijn klas heb gehad; het theatervormgevingproject in Frankrijk aan het eind van het derde jaar, en het videotheaterproject aan het begin van het vierde. Een associatieve manier van maken voerde er de boventoon en beide projecten war en voor mij een goede stimulans in het vormgeven van mijn zelfstandige afsluiting van de studie. Docer en en maken gaan tijdens dit proces een natuurlijke symbiose aan. Niet alleen in bijvoorbeeld het maken van mijn voorstelling, maar ook tijdens lessen. S a men met een klasgenoot heb ik na de kerstvakantie een lessencyclus aan 31 kinder en van groep zeven afgesloten met een theatrale pr esentatie, gebaseerd op hun eigen verhalen. Het in het oog houden van de artisticiteit en het in toom houden van die 31 in eerste instantie ongeleide projectielen was een goede uitdaging en praktijkervaring. Net als vorig jaar, toen ik lesgaf aan een brugklas, heb ik het als een artistieke vrijheid ervar en om de lessen naar eigen hand vorm te geven terwijl je naar een eindpr esentatie toew erkt. Ik merk dat je bij het geven van les geen concessies hoeft te doen aan je eigen theatrale smaak of manier van werken. Je leert al doende er op een flexibele manier mee om te gaan, zonder datgene waar het in ons vak om gaat uit het oog te verliezen: theater. Ik heb nogal wat concr ete plannen voor volgend jaar. Spelen bijV rienden van de Dansmuziek, het volgen van lessen bij hetTint - lab, een deeltijdbaan vinden binnen mijn vakgebied, een fotocursus doen, documentair es maken, reizen en noem maar op.’’

te maken.Volgend jaar ga ik met een paar klasgenoten een voorstelling maken. Ons plan is om voor tw ee jaar een sa menwerking aan te gaan. Ik wil een soort platform creëren waar je dingen kunt uitprober en. Ik wil met semi-professionals blijven werken. Ik wil nog een keer met Marcus A zini werken en mijn trilogie volmaken. Een derde voorstelling na B ea utiful people en See you in hell maken en kijken of ik ze op een avond na elkaar kan spelen. Ik wil een solo maken, en daarbij door iemand ger egisseerd worden. Plannen te over.’’

Victor Mentink: ‘‘ M et de voorstelling B ea utiful people heb ik vorig jaar een aanzet gemaakt tot een bepaalde manier van w erken. In mijn afstudeervoorstelling S ee you in hell wilde ik doorzetten waar ik bij B ea utif ul peopl e mee was begonnen: het sa men maken. Dat is de basis van waaruit ik wil werken. Ik heb een bepaalde fascinatie en deel die met mijn spelers.Voor mij gaat het erom dat zij zich verhouden tot mijn fascinatie en zelf met materiaal komen. Het uitgangspunt bij See you in hel l was de paradox in het beeld. Ik ben erachter gekomen dat ik het

liefst werk vanuit een familietje. Samen koken, sa men afwassen en na de repetitie sa men drinken. Eerst creëer ik een sa menleving in het klein en dan beginnen we met maken. Dit vak gaat over mensen. De spelers hebben mij ge ï nspireerd.Wat zij denken, voelen en zeggen is inter essant. Ik speel nu met tw ee idee ë n. Het eerste onderw erp is C onfrontatie of Troost. De vraag is of die tw ee sa mengaan. Het tw eede idee komt voort uit het feit dat ik moe word van mensen die uit een voorstelling komen met de vraag wat de maker heeft willen vertellen. Gaat het er niet veel meer om wat ze zelf hebben gezien?Wat ze hebben willen zien? Moet je dat als maker niet als uitgangspunt nemen? Ik wil dat het publiek zich aangesproken voelt, dat er een open structuur is, dat de spelers ook letterlijk een dialoog met het publiek aangaan en het publiek vragen stellen in plaats van een antwoord in hun gezicht te smijten. De opleidingTheaterdocent begint met tw ee jaar theatermaken, spelen, mime, dansen, theorie, regie. In die tw ee jaar vorm je jezelf en wordt er aanspraak gedaan op wat jij wilt maken, waarom en hoe. Je ontwikkelt je eigen artisticiteit. Het derde jaar, lesgeven, was voor mij een hel. Het docentschap vraagt om een bepaald idealisme. Je wilt de ander iets ler en. Ik heb een ander idealisme.Theater is delen. Ik heb het ger eedschap in handen dat ik kan gebruiken om iets te maken. Ik kan en wil geen lesje draaien. Maar de opleiding is goed en erg br eed. A ls je een etude doet dan maak je, regisseer je, geef je vorm, hang je zelf het licht in en je maakt een flyer. Je wordt autonoom opgevoed. Heel praktisch. Je weet van alles iets af en wat jij wilt verdiepen, dat verdiep je. Het gaat erom wat je zelf met een opleiding doet. De opleiding theaterdocent is, geheel onter echt, een ondergeschoven kind. Dat is jammer, want ik vind dat deze opleiding de meest vernieuw ende opleiding is binnen de school. Het project met Adelheid Roosen is voor mij het belangrijkst gew eest. Ze heeft eigenlijk alleen gezegd dat we naar buiten moesten. Door de gebeurtenissen in het tw eede jaar werden we gedwongen buiten naar binnen te halen. De moord op Pim Fortuyn dwong ons daartoe. Het stond vast dat we daar iets mee wilden. Moesten. Waarom maak je anders theater? ‘Als je je wilt verhouden tot de buitenw er eld, dan moeten we die nu in!’ Binnenkort ga ik drie maanden naar Aruba om nog twee afstudeeropdrachten te doen. Met drie studenten en ex studenten ben ik bezig een voorstelling voor de Parade

Jona Rens: ‘‘Wat ik in elk geval wil is de stijl die ik dit jaar heb gevonden doorzetten. Eigenlijk had ik hem al toen ik begon, maar ik ben hem onderweg een beetje verloren. Ik begon aan de opleiding met weinig censuur en veel fantasie. Die vier jaar opleiding war en zo veelomvattend en zo veelzijdig. Er war en vele inspir er ende docenten die me heel veel belangrijks lieten zien. Ik wilde alles met mijn handen beetpakken en als een kleuter aandachtig bekijken, alle wegen begaan. Het afgelopen jaar heb ik mijn blik weer naar binnen gericht, waar al die fantasieën zaten te wachten, als veulens trappelend voor de staldeur in afwachting tot de boer hem komt openen. Met mijn voeten in de aarde en mijn har en in de wind heb ik gemaakt waar ik van droomde. In mijn afstudeervoorstelling werk ik met twee dansers, een actrice en een zanger es. Juist die combinatie vind ik waanzinnig. Ik vind het inspir er end om te zien hoe hun disciplines elkaar beïnvloeden en hoe ik mijn verhaal kan vertellen met gebruik van die overlapping in dans, spel en zang. Op de opleiding heb ik geleerd om via de beelden en verhalen in mijn hoofd lessen te geven en spelers te trainen. Gelukkig zijn er vele manier en waarop dat kan. Het zou wat zijn als je altijd maar hetzelfde zou maken. Wat ik wil laten zien zijn sterke, levenslustige mensen, die zoeken naar hoe ze hun dromen kunnen realiser en. Op hun pad ervar en ze tegenslagen. Ze moeten water bij de wijn doen, maar ze gaan wel door. Ze prober en er wat van te maken. Tijdens een stage op een middelbare school is er iets gebeurd wat me altijd zal bijblijven.V lak voor de allereerste les vertelde de docent dat een klasgenoot zichzelf de dag ervoor had opgehangen. Iedereen van slag. Het was in de hele school voelbaar. Ik ben die les

begonnen met het weggooien van alles wat ik had voorbereid.We hebben zitten praten. De leerlingen vertelden me dat hij erg was gepest.We hebben sa men besloten een voorstelling over pesten te maken. Zij hebben sc è nes geschr even die we sa men hebben besproken. We zijn gaan bedenken hoe we er een verhaal van konden maken. Naar aanleiding van dat verhaal heb ik speloefeningen bedacht en een opzet gemaakt. Per stap heb ik ze betrokken bij het ontwikkelen van de pr esentatie. Het leidde tot een speelse, eigen, theatrale pr esentatie waarin de leerlingen met overgaven stonden te spelen. De opleiding heeft me geleerd hoe ik fantasie kan omzetten in een concr eet plan en dat kan opbouwen tot een eindr esultaat. Het vierjar enplan van de opleiding is duidelijk voelbaar. Aan de ene kant prettig, zo’n stur ende hand, aan de andere kant is de structuur zo dwingend dat er niet altijd ruimte is om je eigen weg te volgen. Het is nu tijd om al die structuur achter me te laten.Tijd om mijn ver en te schudden, mijn eigen manier te vinden, in mijn eigen zwarte gat te duiken. Zo zwart is dat trouw ens niet eens. Ik ga bijvoorbeeld een workshop maskerspelen geven. En ik ga een voorstelling maken in sa menw erking met stichting Breakingjazz, met drie dansers en drie schilders.We gaan zoeken hoe die zich door elkaar kunnen laten leiden. Ik zou een galerie willen beginnen waar jonge kunstenaars van allerlei afdelingen, zoals schilders, muzikanten, dansers, mimers en videokunstenaars, sa men kunnen komen, elkaars werk kunnen bekijken en kunnen praten over plannen, om zo een kruisbestuiving van inspiratie op te wekken. Om elkaar scherp te houden en te inspir er en. Om mensen te vinden die je zoekt. Om interdisciplinaire sa menw erking tot gang te brengen. Dat zwarte gat blijkt een vruchtbare bodem voor plannen. Daar heb ik nu dan tijd voor.’’

Marjolein Roeleveld: ‘‘ H et onderzoek voor mijn afstudeervoorstelling was gericht op stilte. Ik wilde werken vanuit beeld en bew eging en de tekst zo minimaal mogelijk houden. Hoe hou je stilte op het toneel spannend? Geïnspir eerd door ons klassenproject in Sanglier, Frankrijk, wilde ik in tegenstelling tot mijn eerdere leerjar en voorna melijk zintuiglijk te werk gaan. Ik wilde een voorstelling maken met de beelden in mijn hoofd en een keer niet hardnekkig een


opleidingTheaterdocent afstudeerjaar praktijkprojecten onderzoek vak terugblik de opleiding belangrijke momenten dromen

opleidingTheaterdocent afstudeerjaar praktijkprojecten onderzoek vak terugblik de opleiding belangrijke momenten dromen

tekst zoeken en daar alles prober en uit te tr ekken. Kortom, werken vanuit de stilte. M ijn vakartikel gaat over de cross - over tussen mime en teksttoneel. Het is een fascinatie dat steeds meer tekstgezelschappen en -regisseurs gebruik maken van mimespelers. Wat is die wisselw erking en hoe kunnen beiden disciplines elkaar verrijken, was mijn vraag. Het leek me leuk om te maken en te spelen, daarom ben ik deze opleiding begonnen, die was breed georiënteerd. Mijn doel was in eerste instantie niet het lesgeven. Dat was een bijkomstigheid. Uiteindelijk komt dat docentschap in het derde jaar op je pad en merk je dat het klopt binnen de structuur van de opleiding. Ik kijk goed terug op mijn opleiding. Zeker op de eerste tw ee jaar, waar je leert wie je bent, wat je wilt en wat je mooi vindt. Uiteindelijk resulteert dat in een artistieke handtekening, een artistieke noodzaak. Om die artistieke handtekening kwijt te kunnen in het docentschap is soms lastig. Ik vind het dan ook meer een theatermakeropleiding dan een opleiding tot theaterdocent. Maar ja, dat zijn na men. Al vind ik wel dat wij soms een beetje worden gezien als het ondergeschoven kindje van de opleidingen, maar of een naam dat verandert ? Ik ben de laatste jar en door vele lessen ge ï nspir eerd en be ï nvloed. Lessen van Adelheid Roosen, in Frankrijk, van Minke en Frances, vanYolande Bertsch. Ik zou een heel boek vol kunnen schrijven met al mijn wensen en plannen voor de toekomst. Ik zou zelf willen maken en spelen, een eigen groep en nog een voorstelling maken met de spelers van mijn afstudeervoorstelling. Na mijn afstuder en ga is sowieso met een collega opnieuw naar Izmir en Zagr eb voor een verdieping van het vormgevingsproject dat wij daar vorig jaar hebben gedaan. A ls alles meezit ga ik drie maanden naar Barcelona om lessen in commedia dell ’ arte te volgen en ik ga lesgeven op de Amsterda mse Jeugdtheaterschool.’’

genoegen te nemen met ‘het is zoals het is en dat kennen we toch’. Als ze niet moe zijn van school, saxofoonles, huisw erkklas of voetbalka mp is het een ontzettend inspir er ende doelgroep om mee te werken. Ik hoop bij een cultur ele instelling of jeugdtheaterschool aan de slag te kunnen en daarnaast ga ik sa men met een paar andere theatermakers een collectief oprichten. Ik zie de toekomst met zowel angst als plezier tegemoet. Angst voor het onbekende en de moeilijke sector waarin ik mijn plek wil vinden. Maar ik heb ook ontzettend veel zin om te kijken wat er buiten te doen is. Het is een nieuw begin. In geval van nood ga ik als mislukte entertainer op een cruiseschip werken en ga ik Honolulu verkennen. Dat is toch een erg geruststellend idee.’’

JoyceTimmerman: ‘‘Aan het eind van de middelbare school krijg je zo’n ingenieuze beroepentest. Je kruist steeds aan wat je het liefst zou willen worden: huisschilder of rechter ? Tennisser of leraar? Politieman of archeoloog?Verpleger of schoonmaker? Ik scoorde de meeste punten in de rubriek ‘artistiek’. Mijn decaan, een ontzettend lange econoom, glimlachte vriendelijk en stootte meteen door naar de tw eede rubriek op mijn lijstje, bestuur en recht.

Want dat theater, daar zou ik wel overheen groeien. Na tw ee jaar theaterw etenschap deed ik auditie voor de opleiding theaterdocent en ik voelde me meteen thuis. Naast het ontwikkelen van je eigen artistieke vaardigheden, leer je ook lesgeven en voorstellingen maken met amateurs. Op de theaterschool kom je ter echt in een theatervacuüm, waar het leven dat je ooit kende ten einde komt. Je doet niets anders, van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds laat, dan theatermaken, voorstellingen bekijken, spelen, lessen voorber eiden, projecten verzinnen en zo meer. Ik kr eeg een hardnekkige beroepstic: alles om me heen werd theatraal. De kleding van de vrouw die naast je zit in de bus, hoe de handen van je vriendje bew egen als je ruzie met hem maakt, het telefoongespr ek dat je opvangt in een winkelstraat, de geluiden die je hoort als je denkt dat het stil is ’s nachts, die ene zin uit dat ene liedje… alles wordt potentieel bruikbaar voor theater. Je leert opnieuw kijken naar de w er eld die je dacht te kennen, de wer eld waarin we allemaal sa menleven. Die leer je met verwondering bezien. A ls theatermaker en docent moet je dat steeds bew erkstelligen. Eerst bij jezelf en dan bij ander en. Dat is de essentie, of je nu lesgeeft aan twaalfjarigen, zelf een solo speelt of tien mensen regisseert. Aan het eind van het derde jaar schrijf je een afstudeerplan. Het concept waarin je volgens je visie en smaak je afstudeeropdrachten verw erkt. Mijn plan heb ik I da Mancini gedoopt, naar een fictief personage uit de roman S tikk e n van C. Palahniuk. Zij zegt: ‘We zijn zo geordend en overgeorganiseerd, dat dit geen wereld meer is maar een verdomd cruiseschip’. Mijn afstudeervoorstelling speelt zich af op zo’n cruiseschip.Vast op het water, vast tussen de cocktails en het Hawaï-danser esje, wachtend op de volgende haven die maar niet lijkt te komen. Ik ben momenteel gefascineerd door grote publieke ruimtes, tegenover het kleine, individuele, dat wat privé is. De spelers probeer ik als individuen neer te zetten, hun personages bevatten informatie die r echtstr eeks van henzelf komt. Het zijn entertainers met vervlogen dromen, ze zoeken naar die ene ki ck die het allemaal moet waarmaken. Een andere afstudeeropdracht is het organiser en van een vormgevingsproject. Dat heb ik met vijftien- en zestienjarigen gedaan op basis van een groothandel en een supermarkt. Ik heb geprobeerd voorbij het herkenbare te kijken en van de details je personage en je toneelbeeld te maken.Vooral jonger en zijn recalcitrant genoeg om de wer eld niet voor lief te nemen, niet

Justin Waerts: ‘‘ H et belangrijkste van theatermaken is dat je leert te w erken vanuit de spelers en met de spelers. Dat heb ik de afgelopen jar en wel geleerd. Ik ben de spelers steeds belangrijker gaan vinden. Zolang je met ze blijft communicer en gaat het goed. Zelfs met pubers. Het is bovendien een voordeel dat je in vier jaar een heel br ede opleiding krijgt. Je leert alles zelf te doen. Regisser en, tekstbew erking, lichtplannen maken, muziek uitzoeken, productionele taken, alles doe ik zelf. Het is goed dat je het leert doen, maar tegelijkertijd is het wel een hoop gedoe. Ik moet nog ler en om het uit handen te durven geven. Het derdejaars projectTheaterpedagogiek, Ruimtelijke Vormgeving en Objecten was voor mij heel belangrijk. Het werd drie weken lang in Frankrijk gegeven. Even weg van de stad, van de school; alles moet op de opleiding zo van tevor en vastgelegd worden in concepten en dergelijke.Tijdens het project in Frankrijk hoefde dat niet. Ik ontdekte dat ieder een in de klas een individuele manier van maken heeft en dat mijn kracht niet lag in alles van tevor en vastleggen. Ik voel me meer thuis in het associatieve: een idee hebben en dat uitprober en, zonder na te denken over het resultaat. Durven vertrouw en op je eigen kracht, dan komt het goed. Het was heerlijk om de regels even los te laten en puur op mijn gevoel af te gaan. Theater zou soms iets meer als associatieve schilderkunst moeten zijn en door het publiek dan ook zo bekeken moeten worden. Ik heb soms het gevoel dat je je als

maker op zesendertig punten rationeel moet verantwoorden. Ik merk dat ik niet een eenduidige verantwoording kan geven voor wat ik doe.Via theater kun je ook gewoon een sfeer oproepen, of een vraag stellen. Ik wil via mijn associaties het publiek eigen associaties laten maken, in plaats van te laten zien wat ik als maker voor het hele publiek laat gelden. Dat is een keuze. In mijn afstudeervoorstelling laat ik het gedrag van mensen zien en ook gedragr egels; hoe mensen zich behoren te gedragen in een ideale wereld, of misschien wel om een ideale wer eld te creëren. Die ideale wer eld is een utopie. Een perfecte wer eld kan niet en wil ook niemand, hoewel ieder een roept van wel. Ook theater barst van de gedragsregels. Hoe verhoudt het publiek zich ten opzichte van de acteurs en andersom, maar ook: hoe verhoudt de regisseur zich ten opzichte van het publiek. Het theaterpubliek heeft een bepaald verwachtingspatroon en wil dat graag bevestigd zien. Ik wil daarmee spelen, ik speel met het publiek. Ik schep verwachtingen om ze vervolgens weer onderuit te halen. Zo wordt het publiek continu op het verkeerde been gezet. Na de opleiding zou ik me graag weer op het schrijven storten. Ik heb al veel gedichten geschr even, maar tijdens de opleiding heb ik daar niks meer mee gedaan. Je moet er echt tijd in steken. Het liefst zou ik dat een jaar willen doen, ook gewoon om te kijken of het wat voor mij is. Antw erpen lijkt me daar een goede plek voor. Een geheel nieuwe omgeving waar ik mij kan concentr er enop het schrijven. Het is een romantische gedachte, maar ik heb echt respect voor bijvoorbeeld schilders die zich ergens in Italië opsluiten en dan na een halfjaar terugkomen met een meesterw erk. Ik heb al gesolliciteerd bij kunstcentra en theatergezelschappen in Antw erpen, als docent of regisseur.Wat het gaat worden weet ik nog niet. Ik heb veel dromen en ambities. Ik hoop in elk geval dat ik nooit beroemd word, dan hoef ik niet van die irritante interviews te geven. Of ik huur iemand in die onder mijn naam de antwoorden geeft.’’


opleiding Theaterdocent 2 0 0 5 Justin Le Bruyn (2 maart 1981) justin. lebruyn@gmail.com Cormac Burmania (17 oktober 1980) cormacburmania @ hotmail.com Kanya Huigens (7 maart 1976) kanyanl@hotmail.com Bram Huijten (14 december 1980) bra m.huijten @ chello.nl Marieke de Lange (21 september 1978) lange75011@hotmail.com Victor Mentink (30 mei 1978) victor _ mentink @ yahoo.co.uk Jona Rens (17 november 1979) jr ens@hotmail.com Marjolein Roeleveld (6 december 1979) marjoleinroeleveld79@hotmail.com JoyceTimmerman (18 oktober 1980) joycedotcom@hotmail.com JustinWaerts (14 februari 1979) justinwaerts @ hotmail.com

Docenten 2 0 0 1 - 2 0 0 5 Minke van den Berg (theaterpedagogie, gastcollege) M ark Bergw erf (startproject ruimte / stilte) M aaike Bleeker (gastcollege) D irk Blom (lichttechniek ) Luc Boyer (mimeworkshop) M ariëtte Brinkman (stem )

M arianne Burgers (theatervorm gevingsproject vanuit decor, praktijkbegeleiding) R itsaert ten Cate (gastcollege) M ia Decleir (kostuumproject ) Madelon van Dijk (danstheaterproject ) Dorien Folkers (spel, mime, praktijkbegeleiding) Yvonne Franquinet (theatergeschiedenis ) Dennis van Galen (danstheaterproject, theater- en praktijkoriëntatie, praktijkdocentschap, theaterpedagogie, praktijkbegeleiding) E rik Gra mberg (theatervormgevingsprojecten belichting, videotheaterproject, praktijkbegeleiding) Ronald Halier (gastcollege ) Brechtje Haverkate (danstheaterproject ) C ecile Heuer (speletudes, spelpedagogie, theaterpedagogie, praktijkbegeleiding, visie) K atja Hieminga (theateroriëntatie, dra maturgie, tekstanalyse, dra maturgie/regieproject, repertoir e, vakartikel) Karina Holla (spel ) Kees Hulst (spelproject ) Kees Jan Hundling (theatermaken, kunstoriëntatie ) M arianne van Kerkhoven (gastcollege ) Bart Kiene (stem / zang) M ieke Kolk (gastcollege ) Paul van der Kruk (stem ) P iet Lagerwaard (vechtkunst workshop) E ls Launspach (dra maturgie, tekstanalyse, vakartikel ) John Lippens (startproject ruimte / stilte, videotheaterproject, praktijkbegeleiding) M arjan Linnenbank (zang) Jeroen Lopes Cardozo (vechtkunst workshop) Javier López Piñón (startproject Bernarda Alba) Trudi Maan (theatervormgevingsproject vanuit decor, praktijkbegeleiding)

R ia Marks (mime, praktijkbegeleiding) Richard Molenschot (startproject het gezin als hoeksteen) N icoline Nagtzaam (theatervormgevingsprojecten, theaterpedagogie, videotheaterproject, praktijkbegeleiding, visie ) Marjolein van Nieuwkerk (moderne dans) Bruin Otten (kostuumproject, theatermaken, danstheaterproject, theateroriëntatie, speletudes, dra maturgie / r egieproject, kunstoriëntatie, praktijkbegeleiding) Annemarie Prins (startproject Bernarda Alba) Ragnhild Rikkelman (spel, spelpedagogie ) Sarah Ringoet (startproject ruimte - stilte) E like Roovers (startproject het gezin als hoeksteen, danstheaterproject ) Sassan SagharYaghmai (dans) S a mara (vechtkunst workshop) Frances Sanders (spel, spelpedagogie, theaterpedagogie, tekstr egie, praktijkbegeleiding) Andreas Scharfenberg (mimeworkshop) Wim Selles (startproject ruimte/ stilte, muziek, praktijkbegeleiding) Jaïr Stranders (startproject het gezin als hoeksteen, gastcollege ) R ieks Swarte (startproject Bernarda Alba) JanTaks (startproject Bernarda Alba, mime, praktijkbegeleiding) MeralTaygun (spelworkshop) RobV riens (spelpedagogie ) TomWillems (onderwijs en didactiek, praktijkbegeleiding) Loek Zonneveld (theatergeschiedenis ) Brechtje Zwaneveld (gastcollege )

Secretariaat opleiding Theaterdocent Inge van Eijck t 020 527 76 81 i. vaneijck @ the.ahk.nl

Mime Loes van der Pligt, artistiek leider van de Mimeopleiding:

Het draait om het hier en nu “Enerzijds is de Mimeopleiding een ambachtelijke opleiding, die studen ten een vak leert. Anderzijds cre ë ren wij het kader waarbinnen zij een eigen handtekening kunnen ontwikkelen.” De mime opleiding valt binnen het profiel ‘acteur’, maar verschilt te sterk van de acteursopleiding om daarmee te kunnen sa menvallen. “Het is een specialistische opleiding, met een intensieve bew egingstraining”, zegt artistiek leider Loes van der Pligt. “Anders dan in de dans, is in de mime het bew egen altijd gekoppeld aan het spelen. Sommige dansstudenten die hun techniek meer spelmatig willen inzetten volgen dan ook lessen bij ons. Ook zijn er gaststudenten van de Regieopleiding met affiniteit voor de mime.” Kort gezegd draait het in de lessen en projecten om bew egen en spelen en de verbintenis daartussen, vari ë r end van personages tot abstractie, vertelt Van der Pligt. “De specifieke analyse van de taal van het lichaam en de theatrale verw erking daarvan, maken de opleiding en de daaruit voortkomende theatervormen uniek. De Mime Corpor el, ontwikkeld door Etienne Decroux, en de adaptaties daarvan vormen het funda ment van de opleiding. “Een mimer kan zow el speler zijn als maker. In het ene geval ben je de initiator van een eigen voorstelling, in het andere geval denk je als speler mee binnen het concept van een ander. In de mime werk je niet op basis van repertoir e, je laat je inspir er endoor de actualiteit. Het draait om de zaken die jou ‘in het hier en nu’ bezighouden. Om daar vorm aan te geven zet je technische vaardigheden in.

“ I edere student heeft andere kwaliteiten en ontwikkelt zich langs een andere weg. Het is dan ook belangrijk studenten tijdens de opleiding de ruimte te geven uit te zoeken welke manier van werken hen het meeste oplevert. Door studenten te stimuler en een eigen visie op de mime te ontwikkelen, creëer je verschillen en dát maakt een opleiding inter essant. De lessen van diverse gastdocenten uit de praktijk bieden ervaring met zeer verschillende stijlen en manier en van werken binnen de mime. Maar we w erken ook met theatermakers, die in hun werk een verwantschap tonen met het genre. “ H et kan gebeur en dat een student in het ene project goed zijn draai weet te vinden, maar in een volgend project juist vastloopt. Wij prober en dan uit te zoeken hoe je het maximum kunt ber eiken uit ieders specifieke kwaliteit. De een krijgt het in het tw eede jaar in de vingers, een ander in het derde jaar. Aan het eind van het vierde jaar moeten studenten zover zijn, dat ze kunnen zeggen: ‘Dit is mijn specifieke kwaliteit en hier ligt mijn passie.’ Maar het is niet alleen belangrijk om een eigen handtekening te vinden, je moet ook w eten hoe je die in verschillende voorstellingen kunt inzetten. Als je weet wat voor jou het beste werkt, kun je onder alle omstandigheden de eigen kwaliteit beschermen.” Mimers zijn br eed inzetbaar in de theaterpraktijk: “Ik zie studenten na hun afstuder en niet alleen terug in mimevoorstellingen, maar ook in dans, opera, jeugdtheater, performancekunst, televisie of film. Toch blijven ze steeds herkenbaar als studenten van de Mimeopleiding.” Anita Twaalfhoven


SPEL

Een taal die voor iedereen leesbaar is. ............................... .................... Binnenlopen is al een opmaat. ............................... ........ Eerst adem dan beweging misschien tekst. ....................................... ......... Soms denk ik tijdens een voorstelling, als ik iets moet doen: ‘Ik doe het niet’. ........................................ ......

Charlotte Brathwaite

Eerst rondlopen, zitten of iets doen. Het maakt niet uit wat. Langzaam transformeer ik. ........................................ .......... Ideeën ontwikkelen tot actie. ........................................ ... Ik kom van de dans. Ik vond het saai om alle lege vormen te doen. Ik wilde soms lelijk bewegen. ........................................ .................................


Monika Haasova

Erlend Hammer Hanssen


INSPIRATIES / FASCINATIES

Wat voor mij een heel duidelijk fascinatie blijft is de toestand van het individu, mentaal en fysiek. Kijken naar mensen op straat en hun gedrag. Ook een kunstenaar als Francis Bacon, bij wie ik het gevoel krijg dat ik door zijn schilderijen kijk krijg op de toestand van waaruit hij w erkt. Muziek, kunst, mensen, het leven zelf: alles inspir eert mij bij het maken van theater. De praktijk van het theatermaken, de reis die ik afleg tot het maken van mijn eigen werk is een grote inspiratiebron op zichzelf. Intimiteit, gevoel voor detail, zichtbare en geheime gedachten fasciner en me.Ik was geïnspireerd door Mongoli ë, waar ik twee weken lang paard had ger eden in een prachtig Mongools landschap. Ik ben een observator, voor mij is het leven van alledag ronduit absurd en mooi.

Sanja Mitrovic

Hoe zag die man er ook alweer uit die even was verzonken in zijn jeugd en daarna al zijn spullen kwijt leek te zijn? Ik hou van simpel en van helder. D at kan soms zo verr ekte ingewikkeld en moeilijk zijn. Wat me inspir eert zijn alledaagse gebeurtenissen, zoals een verlaten parkje met een oude afgebladderde ijzer en schommelbank die ik zag in de zinder ende hitte van Italië.


Leela May Stokholm

Roel Voorbij


HET VAK

LEREN, LEVEN EN REIZEN ......................... MENSEN LATEN ZIEN ......................... EEN PLEK WAAR DROMEN EN WERKELIJKHEID ELKAAR ONTMOETEN ......................... DE ENIGE REDEN OM THEATER TE MAKEN IS DAT JE ECHT IETS WILT ZEGGEN, ANDERS KUN JE BETER IN EEN CAFÉ GAAN WERKEN .........................

OOK AL WAREN MIJN TRANEN ECHT, HET HUILEN WAS DAT NIET OMDAT NIETS ECHT IS OP HET TONEEL ......................... THEATER IS VOOR MIJ MUZIEK MAKEN. DAARBINNEN MOETEN CONTRARITMES KLINKEN, IETS DAT SCHUURT, FRAAI IS, VERLANGT, PROVOCEERT .........................

Mijke Werkema


M imeopleiding inspiraties fascinaties spelen maken bepalende momenten voorstellingen lessen kwaliteiten wensen plannen

Charlotte Brathwaite: ‘‘Muziek, kunst, mensen, het leven zelf: alles inspireert mij bij het maken van theater. De praktijk van het theatermaken, de reis die ik afleg tot het maken van mijn eigen werk is ook een grote inspiratiebron op zichzelf. Ideeën ontwikkelen tot actie. Dit heeft mijn benadering van het theater versterkt, op het podium en daarbuiten. Ik vind het leuk om te doen: in een onderw erp duiken, materaal maken, dingen uitvinden (of niet), krachten delen met andere cr eatieve mensen op wat voor vlak dan ook, als maker of speler, of beide. Voor ik aan de Mimeopleiding begon heb ik me in New York verdiept in journalistiek, grafisch ontw erp en het clubleven. Ik werkte bij La Mama ExperimentalTheatr e van Ellen Stewart en ben naar Amsterdam gekomen om deze opleiding te doen. Hier wilde ik de gr enzen opr ekken van wat ik doe in het theater, van hoe ik mijzelf zie. Ik heb de lessen die we kr egen ingepast in praktische situaties door mijn schoolw erk te combiner en met stages, zoals bij het GrandTheater in Groningen, het Gasthuis in Amsterdam en La Mama in NewYork. Door deze mix van ler en en praktijk, van maken en deelnemen, kon ik allerlei verschillende rollen aannemen, van acteur tot regisseur, tot schrijver, videomaker en geluidsontwerper. De keuze voor deze route was uitdagend maar ook heel lonend voor mijn werk. Ik merkte dat lessen als wushu, bew egingsimprovisatie, stemgebruik en acter en de manier beïnvloedde waarop ik het podium benader. Ik denk dat mijn kwaliteiten, of dat nu op spelgebied is of op maakgebied, tevens mijn zwaktes zijn. Ik ben uitgesproken en werk in een snel tempo. Ik krijg er een kick van om op allerlei niveaus te werken, ik zoek altijd naar de meest open en eerlijke manier om mijzelf en ander en te inspir er endichterbij mijn doelen te komen. In het algemeen zijn het vooral complexe problemen die mijn aandacht opeisen – hoe complexer het probleem, hoe meer ik ertoe word aangetrokken. In de toekomst wil ik cr eatief blijven werken. Nieuwe mogelijkheden uitzoeken in de wer eld van de performing arts – ler en, leven en reizen, en onderw eg inspir er ende mensen ontmoeten. Met een beetje geluk slaag ik erin mijn geld te verdienen met het werk dat echt belangrijk voor me is.’’

Monika Haasova: ‘‘ S pelen geeft me plezier. Intimiteit, gevoel voor detail, zichtbare en geheime gedachten fasciner en me. Grote podia en megalomane ideeën tr ekken me niet. Volgens mij kun je beginnen met iets kleins. Een eigen dilemma. Zoiets kleins wordt groter door het belang dat je eraan geeft. De enige reden om theater te maken is dat je echt iets wilt zeggen. Anders kun je beter in een café gaan w erken. Ik hou zow el van het maken van voorstellingen als van spelen. Het is een uitdagende combinatie iemand op het toneel te zien die mysterieus en grappig is. Soms denk ik tijdens een voorstelling, als ik iets moet doen: ‘Ik doe het niet’. Dat geeft me een gew eldige ki ck, de gedachte dat het publiek denkt dat ik iets ga doen en naar me kijkt, terwijl ik misschien wel iets heel anders ga doen. Dat voelt alsof er elk moment een bom kan exploder en. Het is een komisch moment voor mij. Het is ook een conflict, omdat het een moment is tussen tw ee doelen. Zodoende word ik onvoorspelbaar. De vraag wat ik zal doen met een karakter geeft mij plezier. Ik voer een dialoog met mijn karakter. Neem een tragisch en serieus karakter en probeer dat transparant te maken. Je bepaalt de kenmerken van het karakter die van hem afwijken. Als ik een voorstelling maak, probeer ik te bedenken wat het publiek werkelijk kan zien, hoe het erbij zit. M eestal stel ik me een paar toeschouw ers voor, die erg dicht bij de spelers zitten. Dat is intiemer en voelt gelijkwaardiger en confronter end. In mijn solovoorstelling Ik moet een groep vinden om mee te drinken speelde ik voor zeven mensen. Ik had een tafel als podium waar ze omheen zaten. Ik kon ze recht in de ogen kijken en zien wat ze dachten. De voorstelling begon buiten, met het uitzoeken van publiek, terwijl ik binnen in het donker lag te wachten.Toen ik dertig minuten lag te wachten viel ik in slaap en versliep me ik weet niet hoe lang. Ik werd pas wakker toen het publiek al binnen zat. Ik schrok en was klaarwakker.Wie zich het moment kan voorstellen waarop je wakker wordt weet dat je gedachten dan erg eenvoudig zijn. Reden waarom ik erg verrassend speelde. Zo ontdekte ik de ‘slapen voor het spelen-methode’. Het was mijn beste voorstelling voor zeven mensen en ik zou wel meer zo willen spelen. D aarom speelde ik met Leela May Stokholm K akkerlak, waarin we beiden wakker werden voor de voorstelling. H et was in mijn huis, om vier uur ’s morgens, waar vijf-

M imeopleiding inspiraties fascinaties spelen maken bepalende momenten voorstellingen lessen kwaliteiten wensen plannen

tien toeschouw ers naar onze bedden keken, waar wij lagen te slapen. Het was werkelijk absurd. De manier van spelen moest zo pr ecies en echt zijn, alsof je speelde in een film zonder knippen en plakken. Het ging over tw ee vrouwen die war en vergeten waarom ze sa men war en. Dat gaf mij nieuwe inspiratie voor mijn voorstelling met Guido Kleene, De hond ligt waar hij wil. Dat ging over het korte-termijngeheugen en werd gespeeld in het Gasthuis in Amsterdam en in Bratislava, Slowakije. M ijn afstudeervoorstelling Rincincum heb ik gemaakt met Loes van der Pligt en werd opgevoerd tijdens het Czekia-festival in Brno. Ik was ge ï nspir eerd door Mongolië, waar ik tw ee weken lang paard had ger eden in een prachtig Mongools landschap. De voorstelling ging over cultur ele verschillen tussen Oost enWest en Rincincum was een plek die een andere wer eld voorstelt dan deze.’’

Erlend Hammer Hanssen: ‘‘Theater gaat voor mij over mensen laten zien, het publiek de kans geven naar mensen te kijken. Niet alleen naar rollen en spelers; het publiek moet het gevoel krijgen dat het naar een echt iemand zit te kijken. Een mens van vlees en bloed, in al zijn complexiteit. A ls ik speel of maak probeer ik de mens en diens verhaal zo puur en organisch mogelijk te laten zien. De bew egingstaal is voor mij een taal die voor ieder een leesbaar is.Wat ik wil ber eiken is een manier om te communicer en die niet rationeel hoeft te zijn. Dat het publiek de kans krijgt de voorstelling te ervar en met zijn zintuigen, zonder dat het per se alles moet snappen op een psychologische manier. Dat is wat ik zoek als maker en als speler: dat je als speler alles zo beleeft dat het voor het publiek fysiek leesbaar wordt wat er met je gebeurt, zonder dat je het hoeft te illustr er en. Wat voor mij een heel duidelijke fascinatie blijft is de toestand van het individu, mentaal en fysiek. Kijken naar mensen op straat en hun gedrag. Op straat heb je de kans om naar een klein stukje van iemands echte leven te kijken. In mijn eerstejaars solo My way was mijn uitgangspunt de toestand van de man die ik speelde te laten zien door kleine, gewone dingen te doen. O ok een kunstenaar als Francis Bacon, wiens schilderijen mij inzicht geven op de toestand van waaruit hij w erkt, geeft mij heel veel inspiratie. Dat zou ik bij het publiek willen bereiken met mijn eigen voorstellingen.

Het werk van Bacon heeft me erg ge ï nspireerd bij de maken van mijn solo ATribute to the Man in mijn derde jaar. Met die voorstelling heb ik de eerste stap gezet om mijn eigen stijl te ontwikkelen binnen het maken van theater. Ik werkte toen met vormgever Menno Vinke. D aarover stond in de ITs-krant van 2004: ‘De Noor E rlend Hammer Hanssen ontwikkelde zijn solo in sa menw erking met ontw erper MennoVinke. Spel en decor zijn mede daardoor onlosmakelijk verbonden met elkaar. Het gaat niet over wat je ziet en hoort, maar wat je voelt en ervaart: alles communiceert via deze ruimte, zelfs via de lucht die je inademt.’ ‘ H et belangrijkste in mijn werk is de beleving. De beleving van de speler en van daaruit de beleving van de kijker, die als het goed is de voorstelling beleeft door de beleving van de speler. Ik hoop in de toekomst veel verschillende dingen te kunnen doen. Spelen in voorstellingen van ander en, en misschien ook film- en televisiew erk. Ik wil vooral spelen, maar ook mijn eigen stijl blijven ontwikkelen in het theater.’’

Sanja Mitrovic: ‘‘Theater zie ik als een plek waar dromen en werkelijkheid elkaar ontmoeten. Hoe meer vragen daarover in me opkomen, hoe meer ik erin ge ï nter esseerd raak. Het is moeilijk een bepaald moment aan te wijzen dat het belangrijkst is geweest voor mijn ontwikkeling. De mime opleiding is een lange weg, waarop je je eigen ervaring verza melt. Natuurlijk kan ik lessen noemen waarin ik een hoop heb geleerd, zoals die van Jan Langedijk, Jon Silber en Bart Kiene.Veel dat me inspireerde kwam van buiten de school, terwijl ik op het toneel stond of voorstellingen deed. De sa menw erking met Borut Separovic tijdens verschillende projecten leverde altijd nieuwe vragen op. Ik wil echte vragen stellen over echte gebeurtenissen. Ik wil geen illusies creëren en ontsnappen aan mijn ervaringen. Dat zou te gemakkelijk zijn. Eigenlijk wil ik reager en op wat ik meemaak als mens en dat op het toneel brengen. Ik wil het overal over hebben, er zouden geen taboes moeten zijn. Ik wil mijn voorstellingen vanuit mijn hart maken en dat betekent niet alleen mijn gevoelens laten zien. Het betekent dat je ber eid moet zijn je helemaal open te stellen en het te hebben over de dingen die we normaal gesproken verbergen. Daar heb ik behalve mijn hart mijn moed voor nodig. Uiter-


M imeopleiding inspiraties fascinaties spelen maken bepalende momenten voorstellingen lessen kwaliteiten wensen plannen

M imeopleiding inspiraties fascinaties spelen maken bepalende momenten voorstellingen lessen kwaliteiten wensen plannen

aard moet mijn hoofd ook werken, want dat is de enige die vragen stelt. Voordat ik naar de Mimeopleiding ging werkte ik bij de Montazstroj - toneelgroep in Kroatië en kr eeg ik aanvullende opleiding door verschillende dans- en toneellessen te volgen. De wisselw erking tussen droom en w erkelijkheid bestaat voor mij altijd. In mijn solo in Eurokind stelde ik aan de orde wat werkelijk was in het theater. Het begin van het verhaal was fictie, een korte monoloog uit Woyzeck van Georg Buchner.Tijdens een bepaald moment stond ik echt te huilen op het toneel. De dood van mijn vader kon het hele verhaal werkelijk heel droevig maken – de hele wer eld dood, een klein kind blijft alleen, huilend temidden van euromunten. Ook al war en mijn tranen echt, het huilen was dat niet omdat niets echt is op het toneel. Een van de oorspronkelijke ideeën van het verhaal Encyclopedie van de Dood is dat niets uit de geschiedenis zich ooit herhaalt en dingen die op het eerste oog hetzelfde zijn nauw elijks op elkaar lijken. Er was een moment in mijn eigen leven dat ik me erg goed het idee kon voorstellen dat elk mens uniek is. Nu alles zo snel moet, vind ik het belangrijk te luister en. Dus vertel ik Encyclopedie van de Dood gedur ende 45 minuten, de duur van een les. Ik vertel een bedacht verhaal, maar eigenlijk wordt het de les van iemands leven omdat ik spreek over ‘haar’, terwijl ik ‘haar’ niet ben. De voorstellingen De wereld is niet roze and Poging no 1 uit 2004 maakten onderdeel uit van mijn grote onderzoek naar tw ee problemen: de wisselw erking tussen publiek en speler en het breken van de regels van conventioneel theater door de verantwoordelijkheden van beide kanten – spelers en publiek – aan de orde te stellen door in volkomen duisternis te spelen, de rol te verwisselen zodat het publiek begint te acter en en de acteur toeschouw er wordt, het publiek uit te nodigen te spelen met denkbeeldige voorw erpen en een open discussie aan te gaan met het publiek.’’

zowel zacht als heftig in kan spelen. Ik ben sterk in bew eging, spelen en in tekst. Mensen zeggen dat dat ontroer end is, tegelijkertijd kan ik hen ook aan het lachen br engen. Ik wil veel spelen en maken. Ik heb veel idee ë n, maar nog niet zwart op wit. Ik wil theater maken voor de noodzaak en niet voor de lol.Wat mij betr eft mag je andermans tijd niet verspillen, dus daarom vraag ik mezelf soms streng af of het nog een doel heeft om te maken en te spelen.’’

Leela May Stokholm: ‘‘Ik zoek tegenstellingen op: een oude vrouw die vogels voert, opeens een ha mer uit haar handtas tr ekt, een duif op zijn kop slaat en vervolgens blij wegloopt.Tegenstellingen die iets verrassend in zich hebben, iets ontroer ends en het publiek aan het denken zetten. In spelen kan dat een klein of groot geheim zijn, maar het geheim

en het innerlijke landschap moeten er zijn. Ik vind het belangrijk het publiek te intriger en, uit te nodigen op een reis waarop het scherp moet blijven om alle details bij elkaar te houden. Vooral details zijn belangrijk. Hoe je de essentiële bew eging, plaatsing, houding, het gebaar of woord moet vinden en met de timing daarvan een sfeer, gevoel of verhaal kunt overbr engen. Ruimte en compositie zijn ook van belang: hoe de ruimte en de manier waarop de spelers daar alleen in staan een heel verhaal kunnen vertellen. Muziek en muzikaliteit zijn daarna het meest belangrijk. Dus is theater voor mij muziek maken. Daarbinnen moeten er contraritmes klinken, iets dat schuurt, fraai is, verlangt, provoceert. Hoe de actrice binnenloopt is al een opmaat voor de melodie die is begonnen. Veel momenten tijdens de opleiding hebben mijn ogen geopend. Zelfs heel slechte projecten war en juist ontzettend leerzaam. Eigen projecten waarbij ik op mijn neus ben gevallen, lessen die me frustr eerden en boos maakten.Voorstellingen waar ik niet zoveel mee kon. En dan een ontmoeting met Moniek Merkx in het tw eede jaar in een startproject met Peer van den Berg. Hoe ze binnen een week van niets iets maakten.Vanaf toen zag ik het wonder van het geloven in het niets. Ik leer uit ervaring en van de mensen die ik tegenkom die opeens iets kunnen benoemen wat ik al lang loop te zoeken. De lessen stemimprovisatie van Fons vanTienen hebben me heel veel gegeven. Ik weet heel zeker wanneer ik iets geloof of niet. Ik kan mezelf niet voor de gek houden. Je ziet het meteen als de hele ziel mee is of niet. Of stem, lichaam en gevoel een geheel vormen. De lessen tekstspel van Marlies Heuer en Simone Ettekoven vond ik heel erg inspir er end en leuk, omdat zij vanuit die basis w erken. Ik kom vanuit de dans, maar raakte daar mijn weg kwijt. Ik snap nog steeds niet waarom ze met zulke ouderw etse tradities werken.Wat juist nu in onze licha men gebeurt met alle informatie. Gelukkig zijn er choreografen die dat ook zien. Op de dansschool was de kritiek dat ik te theatraal was. Ik vond het gewoon saai om alle lege vormen te doen, zonder een reden te kunnen vinden waarom. Ik wilde mijn binnenw er eld laten deel uitmaken van het geheel en juist dat met mijn lichaam overbr engen. Soms door lelijk te bew egen. Dat kon op de Mimeschool. Het heeft een nieuwe wereld voor mij geopend. M ijn kwaliteiten zijn authenticiteit en transparantie. Ik kan mijn emoties gebruiken als instrument waar ik

Roel Voorbij: ‘‘Op elfjarige leeftijd ging ik naar de Mavo en kr eeg ik Paul Rooyackers als docent Nederlands. Hij gaf ons ook één keer in de week toneelles. Zijn klas was ingericht met stoelen uit de schouwburg en zo zat je bij hem in de les altijd in het theater. De stoelen stonden rondom tegen de muur, in het midden van het klaslokaal was het podium. De eerste les ging hij in het midden van de klas staan en speelde of hij een koekenpan in zijn handen had en een pannenkoek bakte. Hij gooide de pannenkoek op en dolde ermee tot hij in vol enthousiasme nog eens gooide en weer wilde vangen, maar de pannenkoek aan het plafond bleef plakken. Ik lachte me gek en vond het top. Een seizoen later begon ik bij Jeugdtheater Hofplein in Rotterdam. Na zeven jaar jeugdtheater en een particuliere theaterschool heb ik uiteindelijk voor de Mimeopleiding gekozen. Sommige mensen in mijn omgeving reageerden erg verrast en begr epen niet waarom ik nou voor mime koos. Ik heb altijd de schoonheid van spel in ritme en bew eging gevonden. Eerst de adem, dan de bew eging en uiteindelijk misschien de tekst. Op de opleiding heb ik geleerd de rust te vinden in het lichaam, ernaar te kunnen luister en en sensitief te ler en spelen. Eigenlijk is dat pr ecies het tegenovergestelde van het lichaam dwingen dingen te doen.Wat is eigenlijk je eigen verhaal en je eigen spel? Je zit vol met geschiedenis en hebt een eigen manier om naar de wereld te kijken. Ik ben een observator, voor mij is het leven van alledag ronduit absurd en mooi. Hoe zag die man er ook alw eer uit die even was verzonken in zijn jeugd en daarna al zijn spullen kwijt leek te zijn? Ik hou van simpel en van helder. Dat kan soms zo verr ekte ingewikkeld en moeilijk zijn. Daarom vind ik theater ook inter essant. Het zal me altijd bezighouden. Omdat er altijd een contradictie in zit kun je niet stoppen met zoeken, want als

je niet meer zoekt speel je niet meer en als je denkt dat je het hebt gevonden is de voorstelling voorbij. Ach, je kunt er oeverloos over door emmer en en het zo ingewikkeld maken als je zelf wilt. Zo zijn er ook zwaar inter essante boeken geschr even over spel, maar uiteindelijk moet je het toch gewoon zelf in je uppie doen. Het mooiste vind ik het als je al die ingewikkelde materie simpel weet te vertellen.’’

Mijke Werkema: ‘‘In deze vier jaar heb ik veel les gehad van mensen uit de praktijk, van dans- tot tekstlessen. Juist de combinatie van dans- en bew egingslessen en spel- en tekstlessen zijn voor mij heel inspir er end gew eest, omdat ik voor mezelf een heel pr ettige spelvorm en ingang heb weten te creëren. Ik begin meestal met spelen en maken vanuit het fysieke. Dan heb ik bijvoorbeeld een concr ete situatie of een staat van zijn in mijn hoofd : een vrouw in een vervallen koeienstal, waarin zijzelf de enig overgebleven vleesgeworden koe is. Meestal ga ik eerst rondlopen, zitten of iets doen. Het maakt niet uit wat. Langzaam transformeer ik in iemand die past in dat idee wat ik in mijn hoofd heb. Zo ontstaan dan een personage en een voorstelling. Wat me inspireert zijn alledaagse gebeurtenissen, zoals een verlaten parkje met een oude afgebladderde ijzer en schommelbank die ik zag in de zinder ende hitte van Italië. Plotseling dringen zich dan mogelijke situaties aan mij op. Af en toe ook hele absurde. Ik hou van heel gewoon en toch absurd. Dingen die schrijnend zijn, maar waar toch stiekem om gelachen wordt. Ik denk dat ik na vier jaar studer en wel een specifieke kwaliteit heb. Namelijk heel simpel, eerlijk spel combiner en met grotesk, dra matisch en absurd spel. Daardoor tr eedt die eerst zo gewone situatie uit de werkelijkheid en dat werkt vervr eemdend. Dat kan komisch zijn, maar evengoed tragisch. Binnen de opleiding is ook ruimte om projecten buiten school te doen. Ik heb in 2003 stage gelopen als speler bij Suver Nuver en heb in 2003 en 2004 opTerschellings O erol gespeeld. In 2005 heb ik als speler stage gelopen in de voorstelling Toe vader, drink van Jetse Batelaan. M et die voorstelling ga ik begin 2006 op tournee door N ederland. In de toekomst wil ik heel veel als speler en als maker aan het werk.Veel ler en en heel goed in mijn vak zijn, is mijn motto. Kom maar op met die toekomst.’’


Mimeopleiding 2 0 0 5 Charlotte Brathwaite (3 september 1978) charnyc@hotmail.com Monika Haasova (18 december 1976) mona _ haas @ yahoo.com Erlend Hammer Hanssen (1 augustus 1982) erlendhhanssen @ gmail.com Sanja Mitrovic (25 februari 1978) san99c@yahoo.com Leela Stokholm (9 maart 1979) leela may@hotmail.com RoelVoorbij (12 september 1978) voorbijroel @ gmail.com MijkeWerkema (1 maart 1981) marijkew erkema @ hotmail.com

Artistiek leider Loes van der Pligt Hoofddocent M aarten Lok Docenten Mime Janneke Albers G eraldine Brans William Dashwood Jan Langedijk Fried Mertens Irene Schaltegger Jeannette van Steen JanTaks R ietVerhelst

Spel Simone van Ettekoven Dorien Folkers M arlies Heuer Karina Holla M aarten Lok R ia Marks Loes van der Pligt E sther Snelder H enk Zwart Gastdocenten / Begeleiders Jakop Ahlbom Wilbert Bank Jetse Batelaan Peer van den Berg Ko van den Bosch D ik Boutkan D ic van Duin Mischa van Dullemen M arcelo Evelin Yahya Gaier André Gingras L iesbeth Gritter Annelies Herfst M arien Jongewaard René van ’t Hof M artin Hofstra G ermaine Kruip Judith Klute Paul van der Laan Rob List Moniek Merkx Roy Peters Ine te Rietstap Sanne van Rijn Jochem Stavenuiter C ielWerts Ondersteunende bewegingsvakken Dans K atharina Conradi Sarah van Lamsweerde Wushu Jon Silber Houding E ls Kingma Acrobatiek Duo Savar Yoga Berber Schönholzer

Ondersteunende vakken Stem Marjan Linnenbank Fons VanTienen Bart Kiene Theorie Rob de Graaf Marijn de Langen Jeroen de Nooijer Florian Richter D avidWeber-Krebs Stagebegeleiding Els Sorber Muzikaal begeleiders Bam Commijs Florian Richter Oriëntatie cursus G eraldine Brans Karina Holla Stella van Leeuw en E sther Snelder Opleidingssecretaris Inge van Eijck t 020 527 76 81 i. vaneijck @ the.ahk.nl Productieleider, assistent artistiek leider Stella van Leeuw en t 020 527 76 84 s. vanleeuw en @ the.ahk.nl

Regie

Jappe Claes, artistiek leider van de Regieopleiding:

Hofleveranciers van de toekomst “Ik zoek de gulden middenweg tussen kunstenaarsschap en vakmanschap. Daarbij is het de vraag wat je al dan niet kunt leren. Zo betwijfel ik of ‘kunstenaar zijn’ te leren valt.” “Kunstenaarschap zit in je of niet. Maar je kunt het wél ontwikkelen.Vakmanschap is de basis waarmee je talent tijdens de opleiding handen en voeten geeft”, zegt Jappe Claes, artistiek leider van de Regieopleiding. Hij ha mert sterk op een eigen visie op theater bij zijn studenten.Wie een plek wil bemachtigen op de Regieopleiding moet minstens 21 jaar zijn en een zekere bagage met zich meedragen. “Kunstenaarschap manifesteert zich door al schurkend tegen tradities en vakmatige vaardigheden een eigen handtekening te zoeken. Je begint niet dir ect met de vraag ‘wat zullen we metT sjechov doen?’. D aaraan gaat de vraag vooraf watT sjechov, Shakespeare of Büchner met óns doen. Als je de ontwikkeling volgt van schilders als Kandinsky of Mondriaan, zie je dat ze aan het begin van hun carri ère ook traditionele portr etten schilderde. Je moet je vak goed kennen, voordat je daarmee uiting kunt geven aan een eigen wer eldbeeld.” De Regieopleiding, de enige in zijn soort in Nederland, werkt met kleine groepen van zo’n vijf studenten per jaar. “Het onderwijs is minder klassikaal dan bijvoorbeeld op de acteursopleiding en iedere student legt een individueel traject af. In het basispakket wordt aandacht besteed aan dra maturgie, tekst-

analyse, ruimtelijke vormgeving, muzikaliteit van de taal en de vraag wat je als regisseur al dan niet tegen een acteur moet zeggen. “Op een gegeven moment wordt datgene wat een student nodig heeft om zich verder te ontwikkelen sterk van hemzelf afhankelijk. Soms is het een extra workshop die voorziet in een lacune in vakkennis of die aansluit bij een specifieke belangstelling. Maar het kan ook iemands tijd zijn om uit te vliegen en bijvoorbeeld een stage te volgen in München.” Aan de opleiding zijn dramaturgen verbonden zoals Janine Brogt, Hana Bobkova en Rezy Schumacher en een keur aan bekende regisseurs onder wie Pierr e Audi,Theu Boermans, Johan Doesburg, Gerardjan R ijnders en Luk Perceval. “Ik zoek aansluiting bij de actualiteit van het theater. Je kunt de inhoud van de lessen wel op papier zetten, maar de ontwikkelingen in de praktijk halen je al snel weer in. “Ook probeer ik nauw contact te houden met ander e opleidingen, vooral de acteursopleiding. Mijn stelling is dat generaties met elkaar moeten opgroeien, om het gezicht van het theater van de toekomst te bepalen. De aansluiting met de praktijk zie ik als een verhouding tussen meester en gezel. Het is de verantwoordelijkheid van gezelschappen als het ro theater, deTheatercompagnie ofToneelgroep Amsterdam om hun ervaring door te geven aan jonge theatermakers.Wij zijn tenslotte de hofleveranciers van de generatie van de toekomst.” Anita Twaalfhoven


Susanne Kennedy

Sarah Moeremans


HET VAK

Matthias Mooij

NIET SPELEN DAT JE REGISSEUR BENT .............. REGISTREER HET LEVEN ..............

TIMMEREN, DENKEN, EN WANDELEN (...) HET CREËREN VAN EEN MOGELIJKE WERELD


R egieopleiding stages terugblik bepalende momenten inspiraties fascinaties de regisseur toekomst dromen verwachtingen

Susanne Kennedy: ‘‘Ik heb een stage gedaan bij de Münchner Kammerspiele. Johan Simons regisseerde daar De Tien G eboden, gebaseerd op het filmscript D ekalog van K ieslowski. Johan Simons is heel terughoudend in zijn manier van regisser en, een stijl die ik tot op dat moment helemaal niet kende. Hij geeft veel verantwoordelijkheid aan zijn acteurs. Daarnaast repeteert hij het liefst vanuit ontspanning en niet vanuit spanning. Het gevolg van deze stijl van regisser en is dat acteurs natuurlijker op het toneel staan en niet staan te pompen om tot een resultaat te komen. Simons laat zijn acteurs zoeken naar een vorm terwijl hij zelf zoekt naar een manier om die zoektocht vorm te geven. Hij is daarbij niet dir ect gericht op het resultaat ; het gaat om de poging. Dit proces, de zoektocht van de acteurs, is wat zijn voorstellingen zo ontroer end maakt. In het begin begr eep ik niet hoe je op deze manier tot een resultaat kon komen en door zo weinig vast te leggen, zoveel kon laten gebeur en.Toen ik zag hoe deze aanpak zijn vruchten afwierp ben ik deze vorm van theatermaken steeds meer gaan waarder en. Ik heb geleerd hoe je in het theater kunt werken en een heel goed stuk op de planken kunt zetten zonder jezelf en ander en daarbij kapot te maken. Ik realiseer me dat ik eigenlijk helemaal niet weet waaraan ik begin. Misschien moet dat ook zo zijn, want als ik wist wat me nog allemaal te wachten staat zou ik het waarschijnlijk helemaal niet meer durven. Ik spring dus maar gewoon met heel veel blind optimisme en ambities uit het vliegtuig. In het tw eede en derde jaar had ik heel specifieke ideeën hoe een regisseur te werk gaat. Ik had bepaalde eigenschappen in mijn hoofd en probeerde ook zelf op die manier te regisser en. Ondertussen weet ik dat dat onzin is. Elke regisseur heeft zijn eigen aanpak. Je moet vooral niet spelen dat je regisseur bent. Bovendien denk ik het dat je het vak van regisseur niet echt kunt ler en. Je kunt natuurlijk wel veel ler en, maar niet hoe je regisseur moet zijn.Wat mij opvalt, is dat de mensen die werkelijk inter essant theater maken, vaak ook sterke persoonlijkheden zijn. Ik haal heel veel inspiratie uit voorstellingen van ander en, ook als ik het niet eens ben met de enscenering door een regisseur of als iets niet mijn smaak is. Het zet me altijd aan het denken. Frank Castorf, Christoph M arthaler, Luk Perceval en Johan Simons zijn regis-

seurs die ik bewonder om hun stijl van regisser en en om wat ze maken. Daarnaast houd ik erg van het werk van chor eografen als Meg Stuart, SashaWaltz en Pina Bausch en filmmakers zoals Ulrich Seidl.Wie of wat mij inspir eert is ook afhankelijk van het project waarmee ik bezig ben. Zo heb ik voor mijn laatste project alle Buster Keatonfilms bekeken. Maar ik kan ook ge ï nspireerd worden door bijvoorbeeld schilderijen van Francis Bacon of het werk van performancekunstenar es Marina Abra movic. De mensen die ik de afgelopen jar en heb ontmoet hebben mij heel erg beïnvloed.Vooral de mensen in mijn klas zijn essentieel gew eest in deze vier jar en. Zij zijn toch diegenen met wie je sa menw erkt, die al je voorstellingen zien, aan wie je je ideeën toetst en die harde kritiek lever en. De intensiefste momenten in de afgelopen vier jaar war en dan ook met die paar mensen. Nu zijn er nogal uitgesproken karakters in deze regieklas – en dat was vaak slikken – maar er is ook veel talent. Ik ben ervan overtuigd dat ik, als ik in een ander e klas had gezeten, ook ander soort theater zou maken.’’

Sarah Moeremans: “Lente. Op zolder bij bomma werd de schminkkoffer van bompa boven gehaald. De kledingsstukken van vervlogen feesten en kapotte huw elijken zagen terug daglicht. Zij maakte op haar eentje rouwstoeten, huw elijksfeesten en tableaux vivants. Ergens lag een beduimeld script van Nestor deTière, H onger, op haar te wachten. En toen ze ouder was en alle vrouwen uit de fa milie had nagespeeld en de fotoboeken tor enhoog lagen opgestapeld, war en haar voorstellingen op de regieschool doordrenkt van die speelna middagen op zolder. ‘Treurige’ trouwerijen in J achtkamp en in Suus. ‘Verkr eukelde’ verjaardagsfeestjes in After Sun. ‘Mislukte feestjes’, die voorstellingen. De metafoor voor het leven volgens S arah. Het leven is... een éénza me karaoke op de keukentafel, een verr egende vakantie? Ge loopt met Sarah door de stad en ze registr eert het leven. Ze tr ekt foto's van oude da metjes op bankjes, bezopen pubers voor hun tent, het gewriemel in appartementsblokken. In duizenden plakboeken wordt het gearchiveerd, ‘het leven anno nu’. In haar voorstellingen wordt het schaa mteloos, pijnlijk, lachw ekkend en desondanks schoon afgebeeld.” J.R.

R egieopleiding stages terugblik bepalende momenten inspiraties fascinaties de regisseur toekomst dromen verwachtingen

“St. Petersburg, 12 april 2005 Hello, I am a big fan. I saw J achtkamp at theToneelhouse and I was amazed. I never saw that kind of theatre before. Very inspiring and especially the wedding monologue. ‘M ama ik ben het nu al beu. Die cadea us, die verplichtingen. Moet ik nu al die mensen een kaartje st uren om ze te beda nken voor al die cadeaus? Ik zou moeten gelukki g zi jn, ik weet het maar ik ben zo malcontent, mama. Ik had het mij al l emaal zo anders voorgesteld. Naïef dat ik was, na ï ef…. Ik heb mij geschaamd vandaag. Ik heb gewacht tot mijn vijfe ndertig en nog was het de gêna ntste dag van mijn leven…’ I also like your very good eye for detail.They always tell a story on themselves and prickle my fantasy. I think we Russians can learn from you. But now you sta yed long enough at the dir ector school. Now it’s your time to conquer the gr eat eastern world as an actor, dir ector, costume designer, photographer, writer, philosopher and dra maturge. I wish I had a speaker as big as the Kremlin and many buses.Then I would scream over the K aukasus that all Russians should take the buses to your performances.You owe that to the Russian people. G r eetings,V ladimir Protski Florowski.” J.A.v.d.G. “14.30u. Ram. Haar neus kwam eerst.Werd slapend kaal geschor en. Babysitters: zwarte poedel, rosse kater, kippen, konijnen, ganzen, eenden, pauw en, geiten, schapen en bijzondere grootouders.Verslaafd aan oorlellen. Milk-a-holic.Trotseerde ‘mond- en klauwzeer’. Filmde als peuter in een tv - serie. Ontvoerde een lam naar de kleuterklas.Was Julia in De Chinese muur. L as progra mmaboekje ondersteboven.V loog als Peter Pan. Was vijf en kr eeg een volwassen zus als nieuwjaarscadeau. Ravotte in een Botho Strauss - decor. Kickbokste...Was pierrot, Indiaan, prinses, Madonna, Roger Rabbits’ Jessica, Lady Chatterbury... Poetste de tanden van de kat en sliep ermee in een kartonnen doos. Stond vooral op haar handen. Sleurde haar ‘hol’ vol brol.Verza melde ALLES.Was tien, werd ‘genaaid’. Was twaalf, reed auto.Verslaafd aan Twin Peaks en You ra ng my lord... Stikte na vier jaar Latijn in een laatste verbuiging. Dan Beeldende Kunst.Voor Pom pil iowas ze Sneeuwwitje.Was zestien, trok alleen naar Napels. Ging solo wonen.Was jong, blond en reisde naar ZuidA merika. De lichtjar en verla mden haar. Het heelal was te weids. De hemel te abstract. Dus ze werd verliefd op dra ma.” M.G.

Matthias Mooij: ‘‘ D it jaar liep ik stage bij Scènes uit een huw el i jkvan Toneelgroep Amsterdam, regie Ivo van Hove. Stage lopen als regisseur betekent in eerste instantie toekijken hoe een andere regisseur werkt.Toch ben ik uit mijn stoel geklommen om uit te vinden hoeveel ik kon bijdragen aan de totstandkoming van Scènes uit ee n huw el i jk. Ik kr eeg meer mogelijkheden dan ik had verwacht, meer vertrouwen ook naarmate de premi è r e dichterbij kwam. Als je werk gewaardeerd wordt, wordt je werk ook steeds beter, is mijn ervaring. De stage heeft ger esulteerd in het aanbod volgend jaar te assister en bij Perfect Wedding (pr emière begin december 2005). Tussen februari en april heb ik een voorstelling gemaakt op uitnodiging vanTheater Roxy in Basel, Z witserland. Op basis van een drietal kleinere voorstellingen die ik metTabea Martin in Zwitserland maakte, kr egen wij een zogenaa mde carte blanche van theater Roxy. In volledige afzondering, wonend op een groene heuvel in de Elsas tegen de gr ens van Basel, stortten wij ons op dit project.Tw ee maanden timmer en, denken, knutselen en wandelen resulteerde in de voorstelling Promenade da ns l'eau die op 7 april in pr emière ging. Op deze manier voor een tijd de school te verlaten is een verademing.Weggaan en terugkomen zijn mijn favoriete bezigheden geworden. Na tien jaar studie zet ik eindelijk een punt achter mijn studentenstatus.Toch verwacht ik niet dat mijn leven w ezenlijk zal veranderen; zekerheden en onzekerheden blijven, de problematische kanten van mijn karakter zullen in de toekomst niet al te grote veranderingen meer ondergaan. Ik hoop dat ik de kans krijg verder te groeien in de stukken die ik maak. En ik hoop dat ik nooit de fout maak te denken dat ik het allemaal al weet. Regisser en is voor mij het creëren van een mogelijke w er eld. Het menselijk conflict tussen de wetmatigheid van de psychologie en de strijd om individualiteit is mijn inspiratiebron. Waar ik als regisseur veel moeite mee had was de omgang met kritiek. Heb je zo hard gew erkt, zoveel gevoeld, zoveel geprobeerd, zoveel gedacht en zoveel gespeeld, krijg je een ‘ja, wel leuk’, ‘mooi decor’ of een ‘niet zo mijn ding, maar wel inter essant’ voor je kiezen. M aar ik heb geleerd en gemerkt dat wanneer je heel dicht blijft bij wat je écht wilt doen, je veel minder vatbaar bent voor die kritiek.’’


Regieopleiding 2 0 0 5 Susanne Kennedy (19 juli 1977) susie _ kennedy@hotmail.com Sarah Moeremans (31 maart 1979) sarahmoer @ hotmail.com Matthias Mooij (15 april 1976) mj mooij@hotmail.com

Docenten en gastdocenten 2004-2005 P ierre Audi Guy Biran H ana Bobkova Ernst Braches E lsie de Brauw Janine Brogt M arian Buijs Jappe Claes K atharina Conradi M ia Decleir Johan Doesburg M arianne Fennema Leonard Frank M arlies Heuer Ivo van Hove André Joosten H ans Kemna Bart Kiene Peter de Kimpe M iriam Koen M aaike van Langen Javier López Piñón Ton Lutz Peter Oosthoek G erardjan Rijnders Rob Scholten G ijs Scholten van Aschat Rezy Schumacher B etty Schuurman Jaap Spijkers Jochem Stavenuiter M eralTaygun WaynTraub AndreVeltka mp RuutWeissman

Oscar van Woensel A llan Zipson Tosja Zuijderhof

Secretariaat Regieopleiding Lois Maat t 020 527 76 83 l.maat@the.ahk.nl

Amsterdamse Toneelschool & Kleinkunstacadem ie

Ruut Weissman, artistiek leider van de Amsterdamse Toneelschool & Kleinkunstac ademie:

Op zoek naar het mysterie “De kleinkunst in de praktijk heeft de neiging te pleasen en te commercialiseren, terwijl de toneelwereld soms nogal in zichzelf is gekeerd. Ik streef ernaar om van de kunstenaar meer een artiest te maken en de artiest meer tot kunstenaar te maken.” De AmsterdamseToneelschool is vier jaar geleden sa mengegaan met de Kleinkunstacademie en artistiek leider RuutWeissman is enthousiast. ‘‘De combinatie toneel en kleinkunst pakt heel goed uit”, vindt hij. “De genr es teksttoneel, muzikaal theater en cabar et blijven naast elkaar bestaan. Daartussen zijn allerlei mengvormen denkbaar.” De eerste tw ee jaar zijn voor alle studenten, zo’n twintig tot vier entwintig per jaar, gemeenschappelijk. D aarna splitsen de groepen zich langza merhand op. “ H et draait om lessen in bew eging, dans, stem (zow el in dans als in spraak), dra maturgie, theatergeschiedenis en muzikale vakken. We werken met alle mogelijke invalshoeken om te acter en en studenten doen ervaring op met teksttheater, fysiek theater en muziektheater. “Zow el waar het gaat om kleinkunst als waar het gaat om toneel is het niveau omhoog gegaan. Er wordt beter gezongen en beter gespeeld. Bovendien zie ik dat de grenzen tussen de genres minder strak zijn. Een student die binnenkwam als kleinkunstenaar pur sang speelt nu bij deTheatercompagnie. Andere studenten stappen moeiteloos vanuit de enscenering van Een midzomernachtsd room met Johan Doesburg in een liedjesprogra mma.” Aan de opleiding zijn docenten verbonden van uiteenlopend pluimage.

‘‘ H et is een mix van goede theaterpedagogen, die de ontwikkeling op termijn volgen, en inspir er ende gastdocenten uit de praktijk. Die vari ë r envan Ola Mafaalani, Gijs Scholten van Aschat en Johan Doesburg tot Jenny A r ean, Herman vanVeen en Paul de Leeuw.” “ B elangrijker nog dan het lesaanbod is de intensiviteit en concentratie van de opleiding’’, meent Weissman. ‘‘Je zit met een groep getalenteerde mensen in een kloostersituatie om jezelf te ontwikkelen. De chemie van de groep heeft een sterke invloed op de ontwikkeling die de afzonderlijke individuen doormaken. Het voordeel van een grote groep is dat mensen met een gebr ek aan de juiste mentaliteit niet snel de boventoon kunnen voer en. A ls een laatkomer een groep van vier entwintig mensen stoort, grijpen de ander en in. Soms zie je hoe de studenten van een en dezelfde klas allemaal beroemd worden, kijk maar naar het jaar vanThomas Acda, Paul de Munnik, Plien en Bianca en Ellen ten Damme.’’ VolgensWeissman zijn ‘‘smaak, durf, oorspronkelijkheid, engagement en professonaliteit ’’ belangrijke ingredi ë nten voor een acteur. Maar wat maakt een acteur tot een bijz ó nder acteur? ‘‘Als iemands talent sa menvalt met zijn persoonlijkheid. Dat is het moment dat iemand een mysterie met zich gaat meedragen op het podium. In het Jiddisch is daar een mooi woord voor: nesjom m e, zielsverbond. Het is een lange weg om dat te ber eiken. Meestal zie ik het gebeuren in het derde jaar. Soms na een stage of pas na de opleiding. Maar in het vak van de acteur schuilt altijd een paradox, een waarachtig acteur is een gew eldige bedrieger.” Anita Twaalfhoven


SPEL

Stéphanie Asscher

Een acteur denkt dat ie het leven beter aankan als ie het in een illusie stopt. ........................................ ..... ‘Ik kan het niet, wat een kutvak!’ (dikke tranen) ........................................ .... In contact met mijn diepste energiebronnen. ........................................ ................... Ongelooflijk moeilijk, makkelijk, zwaar en geweldig tegelijk. ........................................ ........ Echt puzzelen geblazen. ........................................ .......... Intens samenwerken en dan weer loslaten. ........................................

Samen een stuk uitpluizen, alles aan elkaar breien, aanscherpen, doorzoeken. ........................................ .... Je rol heel serieus nemen, maar nooit jezelf. ........................................ ...... Alles helder zien en weten wat je doet. ........................................ .... Je even onttrekken aan de reële tijd en ruimte: concentratie in haar puurste vorm. ........................................ ..


Carolien Borgers

Laura Branderhorst


TOEKOMST

De toekomst! We zullen zien wat

HET LOT br engt.

ik heb geen beeld in mijn hoofd van wat ik wil. Ik word

BOOS

En wie weet lach ik over tien jaar om waar ik me nu allemaal druk om maak, heb ik inmiddels een plaatsje verworven in het werkveld of woon ik in een megalomaan landhuis in ItaliĂŤ omdat ik zes keer de

STAATSLOTERIJ gewonnen heb.

Ik ben dan opeens A cteur en heb

GEEN EXCUSES meer.

op al die mensen die me vragen wat ik volgend jaar ga doen.

GELD

Ik hoop toneel zoveel mogelijk te kunnen combiner en met televisie- en

FILMWERK

mag dan wel niet gelukkig maken, zonder ben ik toch echt strontchagrijnig. En verder wens ik ieder een ontzettend veel

SUCCES DOODENG Ik vind het

mezelf het meest.

om over mijn loopbaan na te denken.

Ik hoop dat ik nog genoeg Zo ben ik van nature een

SLOW STARTER In de stap van school naar beroepspraktijk zal dat ook zo gaan.

AVONTUREN mag beleven en niet te snel van de trap val.

En de toekomst?

DIE IS VAN MIJ Marle Brouwer


Maarten Geraets

Liesbeth Groenwold


Katja Herbers

Rein Hofman


STAGES

Noord NederlandsToneel

Acda en de Munnik

H et toneel Speelt

HET HOOFD VAN IBN HAZM

REN LENNY REN

JOZEF IN EGYPTE

Cordoba festival

de rockopera

in regie van Hans Croiset

deTheatercompagnie

Amsterda mse Bos

B ellevue Lunchtheatervoorstelling

DE NACHT ZINGT ZIJN EIGEN ZANG

CEASAR EN CLEOPATRA

van Jon Fosse

Hummelinck Stuurman

MAX HAVELAAR van GerThijs

Willemijn Kressenhof

ZONDE

in regie van Marcus A zzini

naar DeTien Kleine Negertjes

EN TOEN WAREN ER NOG MAAR‌ in regie van M ette Bouhuijs

H et Muziektheater

PIPPI LANGKOUS


STAGES

H et Muziektheater

Huis aan de Amstel & deTheatercompagnie

deTheatercompagnie

FIVE EASY PIECES

DON CARLOS

GILGAMESJ

van Friedrich Schiller in regie van Liesbeth Coltof

in regie van Theu Boermans

Toneelgroep Amsterda m

VPRO

Vara - radioprogra mma

KEETJE VAN HEILBRON

VINGERTV

SPIJKERS MET KOPPEN

in regie van G erardjan Rijnders

Productiehuis Brabant & Theatergroep Suburbia

WATERLANDERS in regie van Valentijn van Dijk

Tonje Langeveld


Dave Mantel

Maaike Martens


INSPIRATIES / FASCINATIES

Mensen die werken vanuit teksten. Ze scheppen met woorden een universum dat allesomvattend is, zo erg dat mijn gevoel het niet meer begrijpt. Verwikkelingen, ontstaansgeschiedenissen, hoe een liefde een oorlog werd, twee kleuren rood op een doek een zee, hoe roekeloos mensen zijn en hoe willekeurig Griekse goden. Een oude zwart-witfoto, een klassiek muziekstuk van Shostakovich, een gedicht van Jan Pierre Rawie ofToon Tellegen, een artikel over de dood, een dronken vrouw van veertig, Bas Hoeflaak, de smaaktests van Johannes van Dam, een monoloog door Meryl Str eep, een schilderij van JohnWilliamWaterhouse, ouderdom, mijn eigen tekortkomingen, een drumrifje van Steve Gadd, een goede ober, de mensen in mijn omgeving. Humor. De mensen om me heen, dieren, gebouwen, zelfs mijn eigen voeten.

Dewi Reijs

Na het lezen van een boek, na het zien van een film, na het horen van verhalen van mijn allerliefste oma, na of tijdens een goed gespr ek. H ij zag de filmThe Godfather en hoorde de zin ‘Today the Corleone-family will settle all its businesses’, waarna alle vijanden van die familie voor hun donder werden geschoten.


Bracha Semeyns van Doesburg

Diede Zillinger Molenaar


BEPALENDE MOMENTEN

(...) Marlies Helder gaf lied-performing en wilde bij mij teruggaan naar de kern van mijn stem. Omdat ik zo vaak en zoveel mensen had gehoord was ik hun stem gaan imiteren en mijn eigen stem kwijtgeraakt. Ik geloofde haar niet, tot ik met mijn ogen dicht ‘He needs me’ van Nina Simone zong en tot het besef kwam wat die zin betekende. Bam. Daar was mijn stem, mijn geluid en daarmee ook mijn pijn en mijn blijdschap. .................................................................................. (...) Olga Zuiderhoek. Van haar heb ik geleerd dat alles kan op het toneel. Uiteraard een open deur, maar door met haar te werken ben ik pas echt gaan begrijpen dat mijn serieuze en rationele manier van spelen moet samengaan met vrijheid en plezier op het podium; anders is het niet interessant voor mijzelf én voor het publiek. .................................................................................. (...) Mijn eerste lessen bij Jacqueline de Vries. We moesten door een ruimte lopen en stilstaan. Ze liep naar mij toe en zei: ‘Maaike, wie staan er achter je?’ Ik dacht na en wilde zeggen wie, maar ze onderbrak me en zei: ‘Goed zo, da’s genoeg’. En liep door. Geweldig!

AmsterdamseToneelschool & Kleinkunstacademie stages terugblik bepalende momenten inspiraties de acteur dromen verwachtingen

Stéphanie Asscher: ‘‘Ik kwam van het conservatorium toen ik aan het eerste jaar van de Amsterda mseToneelschool & Kleinkunstacademie begon. Ik had een zangachtergrond en kwam dus in eerste instantie voor de kleinkunst toen ik hier in de fusie ter echtkwam. En in de loop van vier jaar gebeurde er iets raars. Mijn zwaartepunt begon te verschuiven. Mijn liefde voor toneel en toneelspelen werd groter dan je me ooit had kunnen wijsmaken bij binnenkomst. Het resulteerde uiteindelijk in twee toneelstages.Wie had dat nou gedacht ? M ijn eerste stage was in een coproductie van Productiehuis Brabant en Suburbia. Daarna heb ik in een werkvoorstelling mogen spelen bij Het NationaleToneel. A llebei deze projecten war en zeer leerzaam, niet met elkaar te vergelijken, maar heel warm. Ik vond het elke keer weer moeilijk als het voorbij was. Het intense sa menw erken en dan weer loslaten: daar moet ik nog aan wennen. Het afgelopen jaar heb ik met het derde jaar de toneelspecialisatie mogen meedoen, die ik voor geen goud had willen missen.Vorig jaar had ik de kleinkunstspecialisatie gedaan. Ik heb uiteindelijk dus niet tussen de tw ee richtingen hoeven kiezen. De toekomst!Volgend jaar mag ik in de productie Turks Fruit spelen, en daarna zullen we zien wat het lot brengt. Vier jaar. Het zit er alw eer op. Het is verschrikkelijk snel gegaan. Ik ben er klaar voor, maar ben er ook een beetje melancholisch onder. Zoals ik al zei, ik houd niet zo van afscheid nemen, wat waarschijnlijk betekent dat ik het hier goed heb gehad. (Af en toe op de dakgoot gestaan maar dat schijnt erbij te horen.) Om een lang verhaal kort te maken: heel erg bedankt.’’

Carolien Borgers: ‘‘Ik heb stage gelopen bij de rockopera Ren Lenny Ren van Acda en de Munnik. In die tijd heb ik erg veel theateruren gemaakt. Soms was dat heerlijk, soms vr eselijk. We speelden vijf avonden in de week, elke week in een andere stad. Dat het elke avond weer als nieuw moet zijn. Dat het nooit zomaar mag. Dat mensen betalen voor een leuke avond. Dat de sleur erin sluipt als je iets heel vaak herhaalt. Dat je een heel nummer niet met dát nummer bezig bent. Dat er dagen zijn waarop je je realiseert dat je een fout kunt maken. Dat er iets fout gaat.

Dat je dat moet oplossen. Dat je dat sa men doet. Dat sa men soms heel vervelend is. Dat je uren in de file staat. Dat je moet ler en klaverjassen. Dat een leven ernaast moeilijk is. Dat de wer eld de tour wordt, als je niet oppast. Dat sfeer allesbepalend is. Dat de sfeer bij ons goed was. Dat liedjes je blij maken, ook als je geen zin hebt in een avond. Dat is me bijgebleven. Ik maak een liedjesprogra mma. Het is lekker om buiten de tour met iets anders bezig te zijn dat meer van jezelf is. Ik heb de neiging te pieker en over de toekomst, om dingen kapot te denken – mezelf vooral. Ik heb na melijk geen idee, ik heb geen beeld in mijn hoofd van wat ik wil. Ik vind het doodeng om over mijn loopbaan na te denken. Ik denk dat het hard is. Niet door concurr entie, maar voor mezelf. Ik denk dat je moet weten wat je basis is. Wat je kunt.Wat je sterke kant is. Dan kun je de rest wel aan. Zo niet, dan verzuip je makkelijk. Ik droom er wel over. Ik droom soms zo hard dat ik er wakker van word. Ik ben af en toe heel erg bang. En boos. Ik word boos op al die mensen die me vragen wat ik volgend jaar ga doen. Met wie. Voor wie. En of ik dan wel geld ga verdienen. Voor ik op school kwam had ik iets begr epen van het gevoel dat ik kr eeg als ik op een podium stond. Mensen die zeggen dat het een wer eldje is, dat theater, hebben gelijk. Het is een wer eldje. Ons kent ons. Waar is dat niet zo? Een acteur is iemand die denkt dat ’ie het leven beter aankan als ’ie het in een illusie stopt. Zijn we allemaal dromers? Is dat wat ons bindt? Zijn we allemaal in staat extr eem te leven, extr eem te denken, risico’s te nemen? Of is dat iets dat menselijk is en dat niets met het vak te maken heeft? Er is een aantal mensen dat me inspir eert: Spinvis, Ko van den Bosch, Johan Doesburg. Mensen die werken vanuit teksten doen me meestal wat. Ze scheppen met woorden een universum dat allesomvattend is, zo erg dat mijn gevoel het niet meer begrijpt. Ook mensen als Wim Helsen, Regina Spektor, Lars vonTrier, Sam Mendes zijn bronnen van inspiratie. Hun werk raakt aan iets dat niet zo gemakkelijk is te begrijpen, maar dat meer inspanning vergt. Het inspir eert me als mensen zich voor de volle honderd procent inzetten. Ik heb veel geleerd op school. Bij een workshop van Paul de Leeuw moest ik mijn schaamte overboord gooien.Ton Lutz vertelde ons over de schoonheid van het vak. Workshops over de essentie die ik nooit begr eep. Marlies Helder gaf lied-performing en wilde


AmsterdamseToneelschool & Kleinkunstacademie stages terugblik bepalende momenten inspiraties de acteur dromen verwachtingen

AmsterdamseToneelschool & Kleinkunstacademie stages terugblik bepalende momenten inspiraties de acteur dromen verwachtingen

bij mij teruggaan naar de kern van mijn stem. Omdat ik zo vaak en zoveel mensen had gehoord was ik hun stem gaan imiter en en mijn eigen stem kwijtgeraakt. Ik geloofde haar niet, tot ik met mijn ogen dicht He needs me van Nina Simone zong en tot het besef kwam wat die zin betekende. Bam. Daar was mijn stem, mijn geluid en daarmee ook mijn pijn en mijn blijdschap.’’

van de juistheid van zijn bevindingen, waarover hij dan ook geestdriftig kon oreren. Het lag voor de hand dat M aarten iets met theater ging doen. De eerste tw ee jaar van zijn studie beschrijft hij zelf als ‘DeTwee Grootste Kutjar en van Mijn Leven’. Het voornaa mste probleem bleek dat deze school niet volgens de door Maarten uitgedachte methodiek werkte. Dit was voor Maarten onacceptabel en hij begon terstond een eenpersoons guerrillaoorlog. Wat daarbij een beetje in zijn nadeel werkte, was dat er van het briljante en hemelbestormende theater dat hem voor ogen stond, in zijn werk op de vloer weinig terug te vinden was.Tijdens de daaropvolgende zomervakantie besloot hij dat er iets radicaal moest verander en. Hij zag de film The God father en hoorde de zin ‘Today the Corleone-fa mily will settle al its businesses’, waarna alle vijanden van die familie voor hun donder werden geschoten. Dit vond Maarten een aantr ekkelijk idee, maar wegens de afw ezigheid van een machtige maffiose achterban koos hij voor een andere aanpak: opnieuw beginnen.’ Het bovenstaande schreef Daan Bakker, een goede vriend, aan het einde van mijn derde jaar. School is voor mij zeer moeilijk gew eest, om vervolgens gew eldig leuk en inspir erend te worden. De laatste twee jaar ben ik erg gaan vertrouw en in de kwaliteiten die ik als speler heb. Ik heb het als zeer geruststellend ervar en om te ontdekken dat ik in vier jaar een basis van inzicht en techniek heb ontwikkeld waarop ik kan terugvallen als ik me met theater bezighoud. D aarnaast ben ik een stel eigenschappen van mezelf tegengekomen die handig zijn om in jezelf te herkennen. Zo ben ik van nature een slow starter. In de stap van school naar beroepspraktijk zal dat ook zo gaan. Ik moet mezelf de tijd gunnen die ik nodig heb om me te manifester en in een wer eld die ik gew eldig en verschrikkelijk tegelijkertijd vind. Maar het belangrijkste is dat ik weet dat ik kan verander en. Ik heb geleerd dat veranderen zeer goed mogelijk is, zonder daarbij jezelf of je artisticiteit tekort te doen. Ik heb rust en overzicht gevonden. Ontdekt dat spelen ongelooflijk moeilijk, makkelijk, zwaar en geweldig tegelijk kan zijn. M ijn stage heb ik zelf opgezet. Omdat ik het gevoel had pas laat ‘echt’ met de opleiding begonnen te zijn, heb ik ervoor gekozen mijn laatste jaar geheel in het teken te zetten van mijn verdere ontwikkeling als acteur. Ik wilde heel graag een groot aandeel in een prachtig stuk en dan spelen in een grote zaal. Veel te ambitieus

Laura Branderhorst: ‘‘Ik heb van augustus tot en met december stage gelopen in de voorstelling J oz ef in Egy pte van Het toneel Speelt in regie van Hans Croiset. Het was een periode van veel ler en, ontdekken, gezelligheid en heel veel eten. Ik speelde een van de drie hofjoffers. Een heel klein rolletje, dat toch genoeg was om in de gewoonlijke str ess te schieten: ‘Hoe ga ik dit in godsnaam doen?’. D aarna heb ik op school zelf tw ee voorstellingen gemaakt.Waarin ik (op de valr eep) nog een paar heel belangrijke dingen heb geleerd. Al zolang ik me kan herinner en wilde ik naar de toneelschool en wilde ik in Amsterdam wonen. Dat was voorna melijk mijn levensdoel.Verder dan dat ging het nog niet. Eerst maar eens op die school zien te komen. En nu ben ik al klaar. Het nieuwe doel is: werk krijgen. E erst maar even genieten van dat doel dat ik dan toch maar ber eikt heb, en dan heel hard aan de slag om hopelijk te kunnen doen wat ik leuk vind. Al zou het ook fijn zijn financieel wat ruimer te zitten. Geld mag dan wel niet gelukkig maken, zonder ben ik toch echt strontchagrijnig. B lijkbaar tr ekken de onzekerheid en de onvoorspelbaarheid van het theater me juist aan. Bij ander werk komt er altijd heel snel een moment waarop je geen zin meer hebt om naar je werk te gaan. In een repetitie heb je ook wel van die momenten dat je denkt: ‘Ik kan het niet, wat een kutvak!’ – en dan zit je weer in dikke tranen thuis. M aar dat maakt het juist weer extra leuk als je daardoorheen komt en iets ber eikt. Inspiratie vind ik een beetje een moeilijk onderw erp. M eestal werkt het wel om er even uit te gaan. Om voorstellingen te zien, mensen te kijken op straat, of zoals laatst toen ik het ‘er even tussenuit gaan’ heel letterlijk had genomen en in mijn eentje naar NewYork ben gevlogen. Dat was erg inspir erend. Ik kwam daar (tijdelijk ) tw ee keer zo zelfverzekerd van terug. A ls ik zo terug kijk op de opleiding denk ik wel eens:

‘A ls ik nu in het eerste jaar had gezeten, dan had ik veel meer geleerd, dan had ik heel anders in de lessen gestaan’. Maar dat is natuurlijk onzin, want ook dat zoeken hoort bij het traject van de opleiding. Wat ik nog kwijt wil over mijn toekomst ?We gaan het wel zien, en meemaken.

Marle Brouwer: ‘‘Ik heb zelden zo’n fijne tijd gehad met collega ’s als tijdens mijn stage bij het Noord NederlandsToneel in Groningen. Ze gingen zo ervar en, ge ï nter esseerd en intelligent met het materiaal om. Een bevrijdende ervaring na zoveel jar en op school. Het heeft me doen inzien dat de toneelw er eld buiten de school verborgen plezier herbergt. Een rijke ervaring en oh zo verslavend. M ijn kijk op mijn beroepscarrière laat zich het beste lezen als een weerbericht. Er zijn wolken en een stralende zon. Het regent en dondert, maar af en toe sneeuwt het ook geruisloos. A ls ik God was, liet ik het elke dag zomer zijn. Het vak betekent voor mij in contact staan met mijn diepste energiebronnen. Je leeft een gevaarlijk leven. Bloot en overgeleverd aan spanning. Spanning overstijgt haar gr enzen, jij overstijgt de jouwe. M ijn vriendinnetje inspir eert mij het meest. Haar grote gemak in het spelen van enorme rollen, haar overgave en ongegeneerdheid als ze op het toneel staat. En humor hè. Heel belangrijk. Ik denk dat de voorstelling die ik nu voor mijn afstuderen maak een essenti ë le plek in mijn leerproces inneemt: een groots idee, veel medew erkers, enorme inspiratie om van alles te maken.Vervolgens zie ik mezelf momenteel alles terugbrengen naar de bron. Het intieme karakter van de monoloog, uitgevoerd met de finesse van een zeventiende - eeuwse kunstschilder. En de toekomst? Die is van mij.’’

Maarten Geraets: ‘‘‘Voordat Maarten met zijn studie aan de Amsterda mse Toneelschool & Kleinkunstacademie begon, had hij een idee over theater. Of liever gezegd: een theorie. Eigenlijk zou je het een ‘methodiek’ kunnen noemen. Hij had na melijk over zo’n beetje alle aspecten van theatermaken lang en hard nagedacht en was volkomen overtuigd

natuurlijk. Maar gelukkig binnen de opleiding wel haalbaar. Samen met Jappe Claes als regisseur heb ik De nacht zingt zi jn ei gen zang van Jon Fosse kunnen spelen in het Compagnietheater.Te gek. G rappig om te beseffen dat vier jaar geleden de opleiding onmogelijk leek om doorheen te komen; nu lijkt het niets in vergelijking met de volgende stap: het echte w erk. Ik vind de toekomst doodeng maar ga haar met veel enthousiasme tegemoet. En wie weet lach ik over tien jaar om waar ik me nu allemaal druk om maak, heb ik inmiddels een plaatsje verworven in het werkveld of woon ik in een megalomaan landhuis in Italië omdat ik zes keer de staatsloterij gewonnen heb.’’

Liesbeth Groenwold: ‘‘‘De Amsterda mseToneelschool & Kleinkunstacademie’: alleen al de naam van de school vond ik gew eldig. Het beloofde ook zo veel: als ik hier na vier jaar weer weg zou gaan zou ik dat niet alleen doen als volleerd actrice, waarvoor ik tenslotte kwam, maar ik zou en passa nt ook nog hebben ler en zingen, dansen en grapjes maken! Maar ja, je verlaat de school met dezelfde talenten als waarmee je binnengekomen bent. Een prima ballerina ben ik niet geworden. Een actrice gelukkig wel. Hoe ik dat geworden ben in die vier jaar school vind ik zelf een fasciner ende vraag. Een toneelschool levert geen in cijfers uit te drukken resultaten op. Je bent zelf het resultaat en of dat resultaat geslaagd is, is geen objectief vast te stellen feit. Soms werd er iets over mijn spel gezegd waar ik pas maanden (soms jar en) later iets mee kon en er zijn vast ook ladingen kwartjes helemaal niet gevallen. De docent die pr ecies op het goede moment langskwam was Olga Zuiderhoek. Van haar heb ik geleerd dat alles kan op het toneel. Uiteraard een open deur, maar door met haar te werken ben ik pas echt gaan begrijpen dat mijn serieuze en rationele manier van spelen moet sa mengaan met vrijheid en plezier op het podium; anders is het niet inter essant voor mijzelf én voor het publiek. Dat is voor mij veruit de belangrijkste les geweest op school. En dan ga je na drie jaar introspectie stage lopen en dan blijken alle verworven spelinzichten niet het enige te zijn waar het bij toneel om draait. Andere dingen zijn even belangrijk. Of je een beetje gezellig in de kroeg kunt zitten, bijvoorbeeld. En of je een beetje tegen je


AmsterdamseToneelschool & Kleinkunstacademie stages terugblik bepalende momenten inspiraties de acteur dromen verwachtingen

verlies kunt, want er wordt wat afgekaart tijdens het wachten. Weten wanneer je iets kunt zeggen en wanneer je je mond moet houden. V riendelijk zijn tegen de mensen van de theaters waar je speelt. Zien wanneer je de techniek kunt helpen en weten wanneer je ze voor de voeten loopt. Ler en dat recensies niet alles zijn, zelfs al zijn ze positief. Ler en dat je tijdens een tournee je vrienden niet moet verwaarlozen, ook al werk je wanneer zij vrij zijn en andersom. Onthouden dat je nooit je mobiele telefoon moet vergeten. Genieten van de catering. G enieten van de mensen met wie je werkt. Ler en van de inspir erende mensen met wie je werkt. Beslissen welke adviezen je ter harte neemt en welke je naast je neer legt.Weten dat je altijd het beste van jezelf moet eisen, maar dat je soms ook best tevr eden mag zijn. A cteren is het leukste vak dat er bestaat. Dat vermoeden had ik altijd al, maar nu weet ik het zeker. Ik hoop dat ik nog heel lang, in heel veel verschillende producties en in heel veel verschillende rollen, mag blijven doen waar ik nu mee begonnen ben. ‘De Amsterda mseToneelschool & Kleinkunstacademie.’ Het klonk niet alleen gew eldig, het was het ook. L ieve klas, school en docenten, bedankt voor alles.’’

Katja Herbers: ‘‘ G ezeten in de coulissen van De Kring te Roosendaal teken ik de wer eld. Ik zie gezichten in de verf van het decor. Een generaal, een dansend vrouwtje, een jongen met een pet. Hoe speel je tachtig keer dat je wer eld in duigen valt ? Coot, de lieve technicus, is alles gew eest. Kunstenaar, masseur, echtgenoot. A ls wij spelen schrijft hij. Al jar en aan hetzelfde verhaal. M ijn personage Sophie uit TROUW beschrijft een gevoel uit haar kindertijd. ‘Alsof het leven bovenop me viel en ik niet wist hoe ik daar weer onderuit moest komen.’ De zee is zo groot. Anne-Wil Blankers zegt op een gegeven moment in de voorstelling, als haar man haar verlaten heeft: ‘Heb ik voor je gezorgd? Heb ik alles gelezen wat je schreef en gezegd waar het niet goed liep en waar het overtuigde?

H eb ik je gesteund als je het moeilijk had? Heb ik van je gehouden?Voor wie moet ik nu nog zorgen ? ’ ‘Voor jezelluf!’, zei een bejaard vrouwtje op de eerste rij. Soms is alles goed. O ss Schiedam Stadskanaal Groningen Groningen Hoogeveen Den Bosch Naaldwijk Den Haag Den Haag Den Haag Den Haag Dordrecht Purmer end Gouda L eeuwarden Venlo Sittard Amstelveen Amstelveen D rachten Zeist Den Haag Den Haag Den Haag D oetinchem AlmereVlaardingen Meppel Hengelo Roosendaal Arnhem Maastricht Delft Zaandam Den Haag Den Haag Den Haag Den Haag Den HaagTiel Bergen op Zoom IJmuiden Utrecht Utrecht Nij megen KerkradeTilburg Rijswijk ZoetermeerWaalwijk Bussum Amsterdam Amsterdam Hoorn Rotterda m Rotterdam Capelle a/d IJssel Uden Eindhoven Barendrecht Enschede A lkmaar Den Helder Breda Hoofddorp Hoofddorp Apeldoorn Apeldoorn Den Haag Den Haag Den Haag Den Haag Den Haag Den Haag In de herhaling schuilt ook iets moois. Goed is beter geworden.Tw ee op vijf spelen. Drie op vijf. Vijf vol. Ik ben streng voor mezelf. Het is gek om tw eeëneenhalf uur te reizen en dan vals te spelen. ‘ H et enige wat theater legitiem maakt, is dat het in het hier en nu gebeurt,’ zei Gijs de Lange. De tr ein. Eerste klas, stiltecoupé. Ik lees, ik kijk naar buiten. Ik luister naar een meisje dat haar vriendin vertelt hoe haar stront ruikt. De man met de laptop geeft haar ervan langs.Wilde ik ook doen, maar niet zo grof.Wist je dat heel Nederland dezelfde winkels van het station naar het theater herbergt? H et NTGent wil als internationaal producere nd stadstheater midden in de samenl ev ing uitg roeien tot een arti stiek en maatschappel i jkrefere ntiepunt. In het com pl exe debat over mens- en wereldbeeld plaatst NTGent de stem van de kunst naast de wete nschap, de pol itiek, de ethiek. (…) Theater is geen massam edium . Theater kan de massa ’s niet vervoere n, maar het kan wel nade nken over de wereld waar in die massa’s lev e n. (…) Een theater dat als een vuurtoren midden in de sam e nleving staat.

AmsterdamseToneelschool & Kleinkunstacademie stages terugblik bepalende momenten inspiraties de acteur dromen verwachtingen

Rein Hofman: ‘‘ M ijn stages heb ik gelopen bij het Amsterda mse Bos, in C aesar & Cleopatra, en bij een voorstelling van het Muziektheater, P ippi Langkous. Het war en tw ee totaal verschillende stages, maar beide war en erg leerzaa m. Het Amsterdamse Bos was het eerste toneelstuk dat ik weer buiten school deed. Het was erg fijn om alles wat je in vier jaar hebt geleerd eens in de praktijk te kunnen testen. Ik had tw ee rollen, de louche tapijthandelaar Mo en Sesto, de zoon van Pompeus die de dood van zijn vader wil wr eken. Mo was de vrolijke noot in het stuk, Sesto de Hamlet - achtige figuur. Het was echt fantastisch om als stage op een locatie als het Amsterda mse Bos te spelen. Het aantal mensen dat er iedere avond zat was erg indrukw ekkend. Helaas was het niet een van de beste zomers qua zon, maar dat heeft bij mij de pr et niet mogen drukken. Ik heb er erg goede herinneringen aan. In P ippi Langkous speelde ikTommy. Dat was iets totaal anders.Ten eerste was het een vrije productie, wat betekent dat tijd geld is. Dat heeft veel gevolgen, zoals vier weken repeter en in plaats van acht en tweehonderd voorstellingen in plaats van veertig. Dat zegt niet automatisch iets over de kwaliteit van de productie. Ook deze stage heb ik met veel plezier gedaan en ik heb er veel geleerd. A lleen al om uit te vinden hoe je het spannend houdt om tw eehonderd keer dezelfde voorstelling te spelen was een grote uitdaging. Ik heb heel veel toneeluren gemaakt en in het totaal voor 111 duizend mensen gespeeld. Het is een rare gedachte dat zoveel mensen je hebben zien spelen. Het enge vind ik nu dat school is afgelopen. Ik ben dan opeens A cteur en heb geen ex cuses meer. Opeens is dit mijn vak en daarmee moet geld worden verdiend. Ik r ealiseer me nu dat dit ook maar gewoon een vak is. M aar wel Mijn MooieVak. Ik heb er zin in.Wie mag er nou elke avond mensen in vervoering brengen en daar nog eens geld voor krijgen ook? Ik zou niet met veel mensen willen ruilen, tenzij ze Robert de Niro heten. O nee, die zit ook in dit vak.Toch met niemand dus. M ijn dromen? Wie zou er niet een Oscar, Kalf of een andere Mooie Prijs willen winnen, of als voorbeeld willen worden aangehaald. Volgens mij zijn dat ook goeie dromen. Ik denk dat je in je dromen altijd hoog in moet zetten, dan blijf je altijd een doel behouden. Als je meteen al je doelen ber eikt, wat moet je dan?’’

Willemijn Kressenhof: ‘‘‘Ik ben actrice.’ A ls ik die woorden uitprobeer, voel ik me net een kleuter die zichzelf aan ander en voorstelt als ‘mevrouw’. Maar goed, het einde van het schooljaar is in zicht en daarmee mijn afstuder en als actrice. De afgelopen maanden heb ik al kunnen proeven van het acteursbestaan. Eerst tijdens een stage bijTheater Het Amsterdamse Bos, in de voorstelling C aesar & Cleopatra, een spektakelstuk in zomerse sfer en, spelen in de open lucht, op regenachtige dagen voor een handjevol mensen met paraplu’s, op zonnige dagen voor tw eeduizend picknickende toeschouw ers. En daarna tijdens een stage bij HetToneel Speelt, in J oz ef in Egypte, voor het eerst op tournee, met een klassiek dra ma in zesvoetige jamben, een kleine rol, maar wel een die me de gelegenheid gaf goed te kijken en luisteren naar de ander e, doorgewinterde acteurs. En tot slot heb ik een solovoorstelling gemaakt met een tekst van Peter de G raef, Et voila … !, een zwaar proces, maar erg leerzaa m. Want hoe maak je theater van de beelden en ideeën in je eigen hoofd? Een vraag die natuurlijk aan de basis staat van alle producties en die extra confronter end is als je in je eentje werkt. Lastig om al die leuke halve plannen in goede banen te leiden en er iets concr eets uit te destiller en. Bart Kiene hielp me tijdens dit maakproces en kon me met opmerkingen die hij in de afgelopen schooljar en al maakte, veel verder helpen dan daarvoor. Zijn opmerkingen kon ik nu verbinden aan ervaringen tijdens stages en aan opmerkingen van andere docenten en regisseurs. Daar gaat zo’n stagejaar natuurlijk ook over. Ik ben benieuwd wat ik de komende jar en kan doen met de andere leuke ideeën en plannen die nog op de zolder van mijn bewustzijn liggen opgeslagen.Wat ik dan precies wil gaan doen? Muziektheater, teksttoneel, straattheater, tv - series, ik wil veel ervaring opdoen. Ik wil spelen! En zodra ik vloeiend Spaans spr eek, mag Pedro A lmodovar me bellen voor een rol in zijn nieuwe film.’’

Tonje Langeveld: ‘‘In de zomer van 2004 speelde ik in C aesar & Cleopatra van het Amsterda mse Bos. Dat was een bijzondere ervaring. Met mooi weer zat tw eeduizend man publiek al om zes uur klaar met hapjes en drankjes. Soms w erden mensen die om acht uur met hun overvolle


AmsterdamseToneelschool & Kleinkunstacademie stages terugblik bepalende momenten inspiraties de acteur dromen verwachtingen

AmsterdamseToneelschool & Kleinkunstacademie stages terugblik bepalende momenten inspiraties de acteur dromen verwachtingen

picknickmanden kwamen aanzetten weggestuurd omdat het al helemaal vol zat, terwijl de voorstelling pas tw ee uur later zou beginnen. Ik speelde Ptolemaeus, de koning van Egypte. Zo’n rol waarvan je na het lezen van het script meteen weet hoe je die wilt aanpakken. Ik heb hem ook precies gespeeld zoals ik het wilde doen en gelukkig met succes. Nu speel ik in Max Havelaar van GerThijs, bij Hummelinck Stuurman. Iets heel anders. Het spelen is altijd leuk, maar het reizen – en dus de files – maakt het wel veel zwaarder dan bijvoorbeeld het Amsterda mse Bos. Het leuke is wel dat er in al die verschillende plaatsen zo anders wordt ger eageerd. Ik speel Betsy en zij moet op een gegeven moment kleine Max spelen. Een rol in een rol is heel leuk om te doen. Met deze rol wist ik niet meteen wat ik ermee aan moest. Betsy staat bijna de hele tijd op toneel, maar heeft maar een paar keer wat te zeggen. Het repeter en aan deze rol maakte dat wel heel inter essant, echt puzzelen geblazen. Gelukkig wordt er ook op deze rol goed ger eageerd. Toneelspelen doe ik al van kleins af aan, dus het is gewoon raar dat het opeens mijn vak is. M ijn dromen hoeven niet binnen een jaar uit te komen – en ik heb gemerkt dat dromen juist met die instelling sneller uitkomen. Ik verwacht dat ik trouw blijf aan mezelf en geen dingen ga doen waar ik niet voor honderd procent achter sta. B ij acteren komt veel meer kijken dan veel mensen denken. Zelfs ik heb me erin vergist, terwijl ik het al heel lang doe. Misschien juist omdat ik het altijd als hobby heb gedaan. Het is een heel leuk vak, maar ook een heel raar vak. Soms denk ik eraan in een soap te gaan spelen, want dan heb ik meer kans op werk. Ze zijn je snel vergeten als je niet dagelijks met je kop op de televisie komt. Ik hoop dat ik leuk en sterk genoeg ben om die dingen gewoon te kunnen laten voor wat ze zijn. Wat me inspir eert zijn mensen die, ondanks dat ze veel kritiek krijgen, voor de volle honderd procent doorgaan met wat ze echt willen doen, met hun droom, en uiteindelijk hun critici kunnen omzetten in fans. Ik wil Bart Kiene heel erg bedanken, want met hem heb ik de mooiste momenten kunnen delen. Het kleine, huilerige meisje in het eerste jaar is door hem aangepakt; in de tw eede was ze al een stuk beter als Natasja in De drie zusters en in de derde hoefde hij nog maar een ding tegen haar te zeggen met de rol van dronken man uit Scheveningen: ‘Je moet net wat minder doen,

C laus in regie van Jellie Schippers in sa menw erking met het ro theater. Ik hoop, in mijn toekomst als acteur, toneel zoveel mogelijk te kunnen combiner en met televisie- en filmw erk. Dat zou fantastisch zijn. En zelf dingen maken, op alle fronten. Dát is iets, dat blijft broeien.’’

Tonje!’. Zo kon hij mij met een gerust hart naar mijn stages sturen en ik hoop dat hij nu zo in mij gelooft dat hij me los kan laten in de echte wer eld. Ik ben nu bezig met het schrijven van een toneelstuk en hoop dat volgend jaar te regisser en. Daarnaast hoop ik een solo te kunnen maken en in december 2005 tot en met maart 2006 speel ik waarschijnlijk Nijntje in de musical Nijntje is er weer.’’

Maaike Martens: Dave Mantel: ‘‘ H et afgelopen jaar heb ik de luxe gehad om 97 keer veertig minuten lang op het grote toneel te staan in de voorstelling En Toen Waren Er Nog Maar …, naar De Tien K l eine Negertjes van A gatha Christie. Een vrije productie ger egisseerd door Mette Bouhuijs. Ik vond het een luxe omdat ik de mogelijkheid en de tijd kr eeg om met een leuke rol mijn weg op het grote toneel te vinden. D aarbij was het ook nog een fijne groep om mee te w erken, wat wil je nog meer. Mijn tw eede stage was de B ellevue Lunchtheatervoorstelling Zonde in regie van M arcus A zzini. Voordat ik aan mijn stagejaar begon wist ik natuurlijk al dat ik blij werd van spelen en maken, van sa men een stuk uitpluizen, van een sc è ne, alles aan elkaar breien, aanscherpen, het niet meer weten, afmaken, doorzoeken. Maar dat ik er zo blij van zou worden, ondanks slechte catering, ruzi ë nde medespelers, een blinde tourbuschauffeur, dat had ik nooit beseft. Hier word ik gelukkig van, van ‘dit’, van spelen. Vroeger op school was geschiedenis, met godsdienst en kunstgeschiedenis, één van de vakken die me interesseerde.Verwikkelingen, ontstaansgeschiedenissen, hoe een liefde een oorlog werd, tw ee kleuren rood op een doek een zee, hoe roekeloos mensen zijn en hoe willekeurig Griekse goden. Het inter esseerde me omdat het verhalen war en, een weerspiegeling van de mens en alles om hem heen. Soms begrijpelijk wreed, dan weer onvoorstelbaar mooi. Het waren die verhalen die me boeiden en het zijn zulke verhalen die ik wil vertellen. In het groot of in het klein, voor grijskleurspoeling of voor peuters, op het toneel of met film. M ijn plannen tot nu toe voor volgend jaar zijn de kleutervoorstelling Nog even nog even nog bij Het Laagland in regie van Silvia Andringa (februari 2006), sa men met onder ander en Eefke den Held en Daniël van K laver en. In juni 2006 speel ik in Phaedra van Hugo

‘‘ M ijn stages heb ik op zes verschillende plaatsen gedaan: bij Five Easy Pieces in Het Muziektheater, bij het eigen progra mma ff van Het Muziektheater, bij de kindertelevisieprogra mma ’s K lokhuis (NPS) en Vinger TV (VPRO), bij hetVara - radioprogra mma Spi jk ers Met Koppen en bij de Paradevoorstelling G eef. Al die stages hebben me geleerd dat je je rol heel serieus moet nemen, maar nooit jezelf. Dat je over eenkomstig je aard moet leven en dat volwassen zijn een misverstand is. Nu ik op de drempel sta van school en praktijk en tegen mijn beroepscarrière aankijk heb ik er zin in om de praktijk in te gaan. School was fantastisch, maar nu ben ik er klaar mee. Mijn dromen en verwachtingen daarover zijn een duet met StevieWonder te zingen, een eigen muziektheaterprogra mma te maken, een goede relatie te hebben, geen klagende mensen om me heen, een eigen studio, een Oscar en dat ieder een een beetje lief blijft voor elkaar. Weet ik veel wat het vak acteur nu voor me betekent. Wat betekent het vak accountmanager ? A lles en ieder een inspir eert me. Een oude zwart - witfoto, een klassiek muziekstuk van Shostakovich, een gedicht van Jan Pierre Rawie ofToonTellegen, een artikel over de dood, een dronken vrouw van veertig, Bas Hoeflaak, de smaaktests van Johannes van Dam, een monoloog door Meryl Str eep, een schilderij van JohnWilliamWaterhouse, ouderdom, mijn eigen tekortkomingen, een drumrifje van Steve Gadd, een goede ober, de mensen in mijn omgeving. Er zijn voor mij momenten gew eest in de opleiding die ik achteraf als bepalend of essentieel voor mijn ontwikkeling zie, zoals een van mijn eerste lessen bij Jacqueline deV ries.We moesten door een ruimte lopen en stilstaan. Ze liep naar mij toe en zei: ‘Maaike, wie staan er achter je?’ Ik dacht na en wilde zeggen wie, maar ze onderbrak me en zei: ‘Goed zo, da ’s genoeg’. En liep door. Gew eldig! Een ander moment was bij een liedperformingworkshop met lieder en van Jacques Brel,

gegeven door RuutWeissman. Nadat ik een lied had gezongen vroeg hij: ‘Wou je het zo gaan doen?’ Ik begon als een gek dingen te bedenken hoe het eigenlijk anders moest. Dus ik begon te stamelen en ander e opties te opper en. Hij bleef maar vragen: ‘Wou je het zo gaan doen?’ Ik voelde me langza merhand zo klein als een muis, die piepte: ‘Ik weet het niet’.Totdat ik op een gegeven moment dacht: ja hallo, m’n reet! Dit is wat ik te bieden heb en je zoekt het maar uit met je ‘Wou je het zo gaan doen?’ Ja, zo zou ik het gaan doen als ik voor een volle zaal zou staan, ja! ‘Oké,’ zei Ruut, ‘dat wou ik even horen’. Ik wens ieder een ontzettend veel succes, mezelf het meest.’’

Dewi Reijs: ‘‘Ik heb stage gelopen bij Huis aan de Amstel in de voorstelling D on Carlos, een tekst van Friedrich Schiller in regie van Liesbeth Coltof. Ook heb ik dit jaar een eigen voorstelling geschreven en gemaakt: Boven je Hoofd. Ik speelde sa men met Mies de Heer en werd begeleid door SaskiaTemmink. Nu ik dit schrijf ben ik aan het repeter en voor de reprisevoorstelling De Hongere nde Weg, een regie van Rieks Swarte en L iesbeth Coltof. Zow el het spelen in een professionele productie als het schrijven van mijn eigen voorstelling heeft veel voor mijn ontwikkeling betekent. Het elke avond opnieuw op een podium staan is een ervaring die je alleen tijdens je stage kunt opdoen. Hoe vaker je er staat, hoe meer je kunt groeien in je rol. Zelfs tijdens de allerlaatste voorstelling weet je dat er nog meer is. B ij Huis aan de Amstel heb ik volop kunnen ler en, kijken en spelen. Een belangrijke les voor mij was om ruimte in mijn hoofd te maken tijdens het spelen op de vloer. A lles helder voor je zien en weten wat je doet. D it kwam vooral terug toen ik mijn eigen voorstelling aan het maken was. Ik moest opnieuw naar mijn teksten kijken om ze speelbaar te maken. Dat is gelukt en daar ben ik ontzettend trots op. Ik wil zeker meer gaan schrijven en maken in de toekomst, want alleen spelen vind ik niet genoeg. Nu ik bijna klaar ben voelt het alsof ik net ben begonnen. Je blijft nieuwe dingen ontdekken. Het is nooit helemaal af. Dat is het leuke aan acter en. A lles inspir eert me om theater te maken: de mensen


AmsterdamseToneelschool & Kleinkunstacademie stages terugblik bepalende momenten inspiraties de acteur dromen verwachtingen

AmsterdamseToneelschool & Kleinkunstacademie stages terugblik bepalende momenten inspiraties de acteur dromen verwachtingen

om me heen, dieren, gebouw en, zelfs mijn eigen voeten. Ik droom ervan eigen voorstellingen te maken, magische momenten te beleven op het podium, mijn favoriete boek te verfilmen, een wer eldr eis te maken en nog tienduizend andere dingen… maar die houd ik liever voor mezelf. In het eerste jaar heb ik sa men met mijn klasgenoten met een Dirk van den Broek tas op mijn hoofd tien minuten in De Kleine Komedie gestaan. Ik had het hele jaar al last van die tas. En aan het eind van het eerste jaar was het goede moment om ‘m er voorgoed vanaf te tr ekken. Dat is wel iets wat ik nooit meer zal vergeten, dat een tas op je hoofd zetten een keerpunt kan zijn. Ik hoop dat ik nog genoeg avonturen mag beleven en niet te snel van de trap val.’’

tie in zijn puurste vorm ervar en. Dat vind ik geweldig. Dat beleef je niet zo vaak… Inspir erend vind ik: contact, taal, bew eging en talentvolle, liefdevolle mensen. Ik heb er dankzij school vele om me heen mogen verza melen. Vertrouw en, als je dat krijgt of voelt, dan begint het leren, daar word je beter van. Zo heeft het bij mij tot nu toe gew erkt. Daarin zijn een paar mensen heel belangrijk voor me gew eest: Jurre die mij vroeg voor De hoofdbew oner, A delheid met ‘eerst hulp’, Stephanie en Dominique met wie ik Alvy en Juffrouw Roeloo heb gemaakt. Bart Kiene met zijn I m m itaties- workshop en D r iezusters. Nancy Gabor die mij rust liet ervar en. Lineke en Katja met wie ik het meest leerza me project op school – Pick-Up – heb mogen maken. Ruut en Andre die echt in mij zijn gaan geloven. Maarten ‘G’, een vriend voor het leven, en Marieke die mij het gevoel geeft dat ik er mag zijn.Verder kr eeg ik dat vertrouw en van vrienden en familie en al die mensen die even het goede op het juiste moment zeiden, die ervoor gezorgd hebben dat ik nu afstudeer. Laten we hopen dat de toekomst iets van school weg heeft, ik heb het er heerlijk gehad. Dank je wel.’’

Bracha Semeyns van Doesburgh: ‘‘Ren Lenny Ren van Acda en De Munnik – dat was voor mij een bijzondere stage. Het was na melijk een muzikale theaterproductie. Toen ik op school kwam had ik geen idee wat ik kon verwachten van de fusie tussen deToneelschool en de K leinkunstacademie.Waar ik snel genoeg achter kwam, was dat zang een belangrijke rol speelde. Ook voor mij dus. Ik maakte kennis met solfège en alle ellende die dat vak met zich meebracht. A lleen al als ik werd gevraagd om een noot na te zingen die op de piano werd aangeslagen liep ik rood aan en brak het zw eet me uit. Vervolgens deed ik mijn mond open en kwam er een geluid uit dat in de verste verte niet leek op de desbetr effende noot. Maar goed, drie jaar later, in Ren Lenny Ren, zat ik op een groot toneel voor een zaal met honderden mensen in een badkuip een lied te zingen… O ok mijn andere stage, Gilgam esj bij deTheatercompagnie, was een gew eldige ervaring. Het werken met Theu Boermans heeft me enorm vooruit geholpen. Hij w erkt vooral vanuit tekstbehandeling, wat ik nog steeds mijn minst sterke punt vind. Het heeft me technisch dus een stuk verder gebracht. Ik had bovendien een vrij fysieke rol. Ik werd verkracht en in elkaar geslagen. Ook werd ik regelmatig hardhandig opzij geduwd en belandde ik telkens met mijn knieën op het grind en de keien. Ondanks dat noodgedwongen verkennen van mijn pijngr ens, heb ik ontzettend veel plezier gehad. Ik heb dit jaar het geluk gehad met leuke, talentvolle

en lieve mensen te werken. Ik hoop dat dat ook in de toekomst zo blijft.’’

Diede Zillinger Molenaar: “Vier jaar school, zo’n beetje van nu naar toen : Ik heb het afgelopen jaar tw ee stages gelopen; in Keetje van Heilb ron vanToneelgroep Amsterdam in regie van G erardjan Rijnders, en in de Bellevue Lunchvoorstelling Z onde van Marcus Azzini.Wat beide stages mij hebben opgeleverd is vooral het vertrouwen in de toekomst: de echte wer eld kan dan misschien hard zijn, als je er eenmaal in rondloopt heb je gewoon met mensen te maken. Mensen met wie je moet opschieten en met wie je een stuk moet maken – eigenlijk heel simpel. In mijn stage bleek dat eens te meer en volgens mij past dat bij mij. Het sociale is een van de redenen waarom ik voor deze school en dus voor dit vak gekozen heb. D aarnaast kr eeg ik het gevoel dat school me in die zin goed heeft opgeleid dat ik die ‘echte wer eld’ ook daadw erkelijk wat te bieden heb. Dat geeft vertrouwen. Het is gew eldig om zo’n grote ‘machine’ alsToneelgroep Amsterdam te zien draaien en ik vond het heel leerzaam om voor mijn stage in grote zalen te spelen. De medew erkers aan Keetje war en ronduit fantastisch. Ik zou ieder een en natuurlijk één persoon in het bijzonder ontzettend willen bedanken. Bij dezen… Het was gewoon een superstage! Om vervolgens ter echt te komen in een Bellevue Lunchvoorstelling was op een goede manier ontnuchter end: dat al je rekwisieten van tevoren klaar liggen ís na melijk niet vanzelfspr ekend, evenmin als dat (mocht dat bij Keetje zo hebben geleken) stuk en decor altijd rustig ontstaan. Dat bleek tijdens het werken aan Z onde. Inhoudelijk was het een moeilijke periode, maar zeker op het sociale vlak heb ik wijze lessen geleerd. A ls ik na vier jaar school en tw ee stages een droom heb is dat, zo reëel mogelijk geformuleerd: leuk en inspir erend werk hebben met goede inspir erende mensen om mij heen. En dan blijven ler en en beter worden, het liefst op heel veel verschillende terr einen. Een droom is er om na te jagen, ik zal er alles aan doen. Volgens mij is acteur zijn een van de mooiste beroepen die er zijn: behalve het gegeven dat je met taal bezig bent kan ik me op het toneel, als het goed gaat, even onttr ekken aan de reële tijd en ruimte en zo concentra-


Amsterdamse Toneelschool & Kleinkunstacademie 2 0 0 5 Stephanie Asscher (23 oktober 1978) stephanieasscher@hotmail.com C arolien Borgers (7 juni 1983) carolien @ maaiveld.nl Laura Branderhorst (18 augustus 1982) laurabranderhorst @hotmail.com Marle Brouw er (4 januari 1977) bbenbb2@hotmail.com M aarten Geraets (3 februari 1981) m. geraets @ gmail.com L iesbeth Groenwold (24 november 1973) ejgroenwold@hotmail.com K atja Herbers (19 oktober 1980) kmherbers@hotmail.com Rein Hofman (29 oktober 1980) r einhofman@hotmail.com Willemijn Kressenhof (5 november 1982) wkr essenhof@hotmail.com Tonje Langeveld (5 juli 1983) tonjelangeveld@hotmail.com D ave Mantel (15 september 1981) davidjohnmantel@hotmail.com M aaike Martens (5 mei 1976) maaikemartens @ yahoo.com

Dewi Reijs (15 augustus 1982) dewir eijs@hotmail.com B racha Semeyns van Doesburg (3 september 1981) brachavandoesburgh@hotmail.com D iede Zillinger Molenaar (16 november 1980) diedezm @ gmail.com

Docenten en gastdocenten 2004-2005 M ildred Aikema Jenny A r ean Eva Baggerman Wilbert Bank Sabine Bauer Eddie de Bie Paul Binnerts Paul Blommaert Bart-Jan te Boekhorst E lisabeth Boender Theu Boermans Ad de Bont M arijke de Braal E lsie de Brauw Annemarie Broekhuizen Jappe Claes Thijs Cuppen Johan Doesburg Jurrian van Dongen D iederik Ebbinge Cas Enklaar Leonard Frank Tatiana de la Fuente Nancy Gabor M arja Gamal Edwin van Gelder Rob de Graaf Aus Greidanus G eorge Groot M arlies Helder M arlies Heuer C arice van Houten Bart Kiene Hanneke Kockx Ricky Koole Rutger Laan Paul de Leeuw

E va Mathijssen Wil van der Meer Titus Muizelaar Paul de Munnik Chris Nietveld Bas Odijk Peter Oosthoek Peter Oskam Coen Ouwehand Olaf Pieters Javier L贸pez Pi帽贸n Leo van der Plas Paul van der Ploeg L isa Portengen Kees Prins Joost Prinsen Adelheid Roosen Lineke Rijxman Frances Sanders S teven Schenk Rob Scholten G ijs Scholten van A sschat Jeroen Sleijfer Jaap Spijkers M eralTa ygun P ieterTiddens TitusTiel Groenestege Bambi Uden Yorgos Valiris Herman van Veen Andr茅 Veltkamp M arjjke Veugelers E rikVos Jacqueline de Vries M argriet vanWaver en Ruut Weissman Oscar van Woensel A llan Zipson Floor van Zutphen Saskia van Zutphen

Secretariaat Amsterdamse Toneelschool & Kleinkunstacademie Bonnie van Caspel t 020 527 76 85 b. vancaspel @ the.ahk.nl Yvette Weissman t 020 527 76 85 y. w eissman @ the.ahk.nl


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.