hun manieren van leren
Hilda A
lgra
Auteur Hilda Algra Redactie Marita Nijenhuis Illustraties Egbert Koopmans Vormgeving Garage BNO Uitgever Jeroen Hoogerwerf Druk Koninklijk Drukkerij Callenbach, Nijkerk
Š 2009 Kwintessens Uitgevers, Amersfoort www.kwintessens.nl Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieÍn, opnamen, of enig andere manier, zonder voorafgaande toestemming van de uitgever. Eerste druk, eerste oplage ISBN 978 90 5788 2531 Bestelnummer 882
Inhoudsopgave Hoofdstuk 1. Inleiding
deel 1 | Ontwikkelingsvoorsprong en
(hoog)begaafdheid nader bekeken
Hoofdstuk 2. Wat is (hoog)begaafdheid? | 9 2.1. Definities en modellen | 10 Intelligentie Meer dan intelligentie alleen 2.2. Kenmerken | 13 Hoofdstuk 3. Signaleren en diagnosticeren | 18 3.1. Misverstanden en vooroordelen | 18 3.2. Globale indruk en zelfselectie | 19 3.3. Systematisch screenen | 20 Screening kleuters Screening in midden- en bovenbouw 3.4. Diagnostiek | 21 3.5. Moeilijker te signaleren groepen | 22 Hoofdstuk 4. Als het onderwijs niet aansluit | 24 4.1. Signalen dat het onderwijs niet aansluit | 24 4.2. Onderpresteren | 25 Mogelijke oorzaken van onderpresteren Identificatie van onderpresteerders Omgang met onderpresteerders 4.3. Verveling en storend gedrag | 28 Hoofdstuk 5. Extra uitdagingen voor de leraar | 30 5.1. Perfectionisme en faalangst | 30 Signalement van de perfectionist Mogelijke oorzaken Omgang met een perfectionistisch kind 5.2. Creatieve denkers | 34 Omgang met een creatieve denker 5.3. Andere ontwikkeling, toch kind | 36
| 6
deel 2 | Naar een aanbod dat past Hoofdstuk 6. Over aanbod in het algemeen | 40 6.1. Deskundigheid leraar | 42 6.2. Houding leraar | 43 6.3. Breed aanbod | 44 6.4. Differentiatie door expliciete aandacht voor verschillen | 45 Voor dames en heren apart Gezien worden als allochtoon Meerdere intelligenties Hoofdstuk 7. Indikken | 47 Hoe indikken Hoofdstuk 8. Verrijken en verdiepen | 50 8.1. Voortoetsen | 51 8.2. De aard van verrijkingswerk | 52 8.3. Meerkeuzemenu verrijking | 53 Opzetten van een meerkeuzemenu 8.4. Begeleiding verrijkingswerk | 57 Leercontracten Logblad Leesresponsformulier 8.5 Beoordeling verrijkingswerk | 62 8.6 Plusklassen | 62 8.7 Aparte klassen voor (hoog)begaafde kinderen | 63 Hoofdstuk 9. Versnellen | 64 9.1 Sociale en emotionele ontwikkeling | 65 9.2 Jong naar het voortgezet onderwijs | 65 Hoofdstuk 10. Ouders | 66 10.1 Ouders als informatiebron | 68 10.2 Ouders als samenwerkingspartners | 68 10.3 Ouders als vrijwilligers | 68 10.4 Vermeende (hoog)begaafdheid? | 69 10.5 Emoties rond (hoog)begaafdheid | 69 Hoofdstuk 11. Materialen | 71 11.1. Signaleringsmateriaal en protocollen | 71 11.2. Leerondersteunend materiaal | 72 Gom (grafische organisatie methoden) 11.3. Verrijkings- en verdiepingsmateriaal | 72 Logische breinbrekers Kinderen in oorlogstijd Tridio Tridio c Cryptologisch
Khet Numbers league 1-Persoonspuzzels Karo Ein-o-science Set Bijlagen | 79 Verder lezen Zelfevaluatieformulier Leercontract Logblad Registratieformulier voor indikken en verrijken Verrijkingscontract Organisaties Literatuur
5
1
Inleiding
Gemiddeld één op de veertig kinderen is hoogbegaafd. Tien procent van de kinderen – gemiddeld drie per groep - heeft een IQ van 120 of hoger. Als zij ook over andere eigenschappen dan intelligentie bovengemiddeld beschikken, noemen we hen begaafd of hoogbegaafd.
Kinderen en… hun manieren van leren
Bij kinderen onder de zeven jaar is het IQ nog niet goed te meten. Kleuters die in ontwikkeling vooruitlopen op hun leeftijdgenoten, worden om die reden ‘kinderen met een ontwikkelingsvoorsprong’ genoemd. Lange tijd dacht men dat slimme kinderen er toch wel kwamen. Extra aandacht voor hen moest bevochten of verdedigd worden. Het werd gezien als elitarisme. Inmiddels is het tij gekeerd. Overheid en het onderwijsveld zijn zich gaan realiseren dat (hoog) begaafde kinderen een op hen afgestemd onderwijsaanbod nodig hebben. Tal van initiatieven en methoden zijn ontwikkeld en worden nog steeds ontwikkeld. Tal van boeken zijn erover geschreven. Dit is alweer een boek over (hoog)begaafdheid. Toch is het niet ‘meer van hetzelfde’. De meeste boeken zijn geschreven toen aandacht voor (hoog)begaafdheid in het basisonderwijs nog van buitenaf bevochten moest worden. Inmiddels vindt driekwart van de leraren in het basisonderwijs dat op de eigen school onvoldoende aandacht is voor (hoog)begaafde kinderen. Ze willen het onderwijs graag afstemmen op deze kinderen, maar lopen tegen knelpunten aan als gebrek aan begeleiding, kennis, geld en tijd. Ze hebben hun handen vol aan de andere zorgkinderen. Daardoor komen (hoog)begaafde kinderen er nog steeds vaak bekaaid vanaf.
> Hoe pak je het aan?
Hoe bepaal je of een kind een ontwikkelingsvoorsprong heeft of hoogbegaafd is? En moet je dat echt weten? Waar haal je als leraar tijd vandaan om in het toch al drukke programma de lessen voor (hoog)begaafde kinderen aan te passen? Waar begin je? Wat is bruikbaar materiaal? Hoe voorkom je dat je geld spendeert aan methoden die floppen, al was het alleen maar doordat ze meer begeleidingstijd kosten dan je als school kunt bieden? Hoe voorkom je dat de aanpassingen beperkt worden tot een koektrommel vol zoethoudertjes zonder samenhang? Moet je eerst een jaar of langer om de tafel gaan zitten als team om een samenhangend beleid te maken, of kun je nu al iets doen voor die paar slimme kinderen in je klas?
6
Dit boek is geschreven voor leraren in het basisonderwijs die (hoog)begaafde kinderen in hun klas het onderwijs willen bieden dat zij nodig hebben. Het geeft een aantal mogelijke antwoorden op de meest voorkomende knelpunten aan begeleiding, kennis, geld en tijd. Wie zich er verder in wil verdiepen kan putten uit verwijzingen naar relevante literatuur over dit onderwerp.
> Na het lezen van dit boek: • Weet u wat hoogbegaafdheid is en hoe u het kunt herkennen; • Weet u welke aanpassingen en methoden geen of weinig geld kosten en relatief veel effect sorteren, en welke meer kosten en in welke situaties die ingezet kunnen worden. Een aantal uitdagende materialen is door een panel (hoog)begaafde kinderen aan een kritisch onderzoek onderworpen; • Hoe u door relatief eenvoudige aanpassingen in de lesstructuur (hoog)begaafde kinderen aan hun intellectuele trekken kunt laten komen zonder dat dit ten koste gaat van de aandacht die andere zorgleerlingen nodig hebben.
> Waarom onderwijs afstemmen op (hoog)begaafde kinderen?
(Hoog)begaafde kinderen leren sneller en mede daardoor soms anders dan de meesten van hun klasgenoten. Als het onderwijs niet aansluit op hun specifieke leereigenschappen, ontstaan er problemen. Problemen voor henzelf (direct of op lange termijn) en soms ook voor de klas. Zelfbeeld, gedrag, motivatie, leervaardigheden, zelfs het IQ heeft ernstig te lijden van inadequaat onderwijs. Sommige kinderen vallen op de basisschool al op door probleemgedrag. Anderen lopen in het voortgezet onderwijs of studie vast omdat ze niet hebben geleerd hoe ze moeten leren.
ken Hoe denInleiding
> Argument 1: voorkomen van problemen
faalangstige kinderen?
De vraag waarom onderwijs afgestemd zou moeten worden op (hoog)begaafde kinderen wordt verder in dit boek niet of nauwelijks beargumenteerd. Ik geef hier de argumenten die aan dit boek ten grondslag liggen, zodat u weet uit welke hoek de wind waait.
> Argument 2: recht om te leren
Kinderen hebben een leerplicht. Tegenover hun verplichte aanwezigheid in de school staat het recht op onderwijs. Dat is het recht om op school ook daadwerkelijk iets te kunnen leren. Is het onderwijs langdurig onder hun niveau, dan vervelen (hoog)begaafde kinderen zich. Ze zitten hun tijd te doden en leren niets. Terwijl juist zij op school kwamen met de houding waar bijna elke leraar van droomt: een grote behoefte om veel te leren.
> Argument 3: gelijke kansen
Een derde argument is dat van gelijke kansen. Organiseer een hardloopwedstrijd en geef de deelnemers loopschoenen in maat 39, dat is de gemiddelde schoenmaat. Hoe zullen de deelnemers met maat 36 het doen? En hoe die met maat 42? Om gelijke kansen te krijgen moeten de deelnemers schoenen in hun eigen maat krijgen.
7
Aan weerszijden van het IQ-spectrum vallen kinderen buiten het gemiddelde waarop het reguliere onderwijs is afgestemd. We vinden het vanzelfsprekend dat voor kinderen die moeite hebben met leren het onderwijs wordt aangepast. Het zou net zo vanzelfsprekend moeten zijn om het onderwijs ook voor de kinderen die sneller leren aan te passen. Anders komen ze net zo min als die andere groep vooruit.
> Het economische argument
De staatssecretaris voor onderwijs wil meer aandacht voor intellectueel toptalent. We moeten ‘leren excelleren’ om op intellectueel gebied internationaal weer mee te tellen in de kenniseconomie. Dat betekent dat er meer geld beschikbaar komt voor onderwijs aan (hoog)begaafden en dat is mooi meegenomen. Dit argument is geen uitgangspunt voor dit boek. Naar mijn mening moet niet het belang van de economie, maar dat van kinderen voorop staan. Soms ligt het één in het verlengde van het ander, maar niet altijd.
> Opbouw van dit boek Kinderen en… hun manieren van leren
8
Dit boek bestaat uit twee delen. Het eerste deel beschrijft verschillende facetten van (hoog)begaafdheid en ontwikkelingsvoorsprong. Het tweede deel bevat suggesties hoe u onderwijs kunt bieden dat is aangepast aan specifieke leerbehoeften van deze kinderen.
> Taalgebruik
Volgens de regels van de Nederlandse taal kan met de mannelijke persoonsvorm (‘hij’) ook een vrouw worden aangeduid. Nu blijkt uit onderzoek dat vrouwen en meiden zich minder kunnen identificeren met voorbeelden, wanneer ze voortdurend die vertaalslag moeten maken. Om de diversiteit aan lezers recht te doen, wordt daarom in dit boek wisselend gekozen voor mannelijke en vrouwelijke persoonsvormen. Zo mogen lezers van beide seksen even vaak een vertaalslag maken: waar ‘zij’ staat mag u ‘hij’ lezen en omgekeerd.
Dit is alweer een boek over (hoog)begaafdheid. Toch is het niet ‘meer van hetzelfde’. Veel boeken zijn geschreven toen aandacht voor (hoog)begaafdheid in het basisonderwijs nog bevochten moest worden. Inmiddels vindt driekwart van de leraren in het basisonderwijs dat op de eigen school onvoldoende aandacht is voor (hoog)begaafde kinderen. Ze willen het onderwijs graag afstemmen op deze kinderen, maar lopen tegen knelpunten aan als gebrek aan begeleiding, kennis, geld en tijd. Ze hebben hun handen vol aan de andere zorgkinderen. Daardoor komen (hoog)begaafde kinderen er nog steeds vaak bekaaid vanaf. Dit boek is geschreven voor leraren in het basisonderwijs die (hoog)begaafde kinderen in hun klas het onderwijs willen bieden dat zij nodig hebben. Het geeft een aantal mogelijke antwoorden op de meest voorkomende knelpunten aan begeleiding, kennis, geld en tijd. Wie zich er verder in wil verdiepen kan putten uit verwijzingen naar relevante literatuur over dit onderwerp. Na het lezen van dit boek: • Weet u wat hoogbegaafdheid is en hoe u het kunt herkennen; • Weet u welke aanpassingen en methoden geen of weinig geld kosten en in welke situaties die relatief veel effect kunnen sorteren, en welke meer tijd en geld kosten en in welke situaties die ingezet kunnen worden. Een aantal uitdagende materialen is door een panel (hoog)begaafde kinderen aan een kritisch onderzoek onderworpen; • Weet u hoe u door relatief eenvoudige aanpassingen in de lesstructuur (hoog)begaafde kinderen aan hun intellectuele trekken kunt laten komen zonder dat dit ten koste gaat van de aandacht die andere zorgleerlingen nodig hebben. Dit boek bestaat uit twee delen. Het eerste deel beschrijft verschillende facetten van (hoog) begaafdheid en ontwikkelingsvoorsprong. Het tweede deel bevat suggesties hoe u onderwijs kunt bieden dat is aangepast aan specifieke leerbehoeften van deze kinderen.
Over de auteur
Hilda Algra is tekstschrijver en verhalenschrijver met een sociaalmaatschappelijke en theologische achtergrond. Ze houdt zich in haar werk vooral bezig met thema’s rond zingeving en levensvragen. Ze schrijft onder andere leesboeken en lesmateriaal voor kinderen in de basisschoolleeftijd en informatiemateriaal voor volwassenen. Zij heeft een eigen bureau voor redactioneel werk.
ISBN Bestelnummer NUR-code
ISBN 978 90 5788 2531
9 789057 882531
978 90 5788 2531 882 848