In Kijken met andere ogen nodigt de auteur de lezer uit om het begrip levensbeschouwing te verkennen. Hij laat zien dat iedereen bewust of onbewust een levensbeschouwing heeft en dat slechts een deel daarvan religieus of godsdienstig is. In het tweede deel van het boek zoomt de auteur in op ontwikkelingen in de christelijke traditie, haar plaats in de hedendaagse samenleving en de verschillende geloofsideeĂŤn die je binnen het christendom tegenkomt. In het derde deel krijgt de lezer inzicht in de Bijbel: in de aard van het boek, hoe je Bijbelverhalen kunt lezen, wat de struikelblokken zijn en hoe je die kunt vermijden. Ook wordt belicht hoe een andere manier van lezen en kijken de verhalen uit de Bijbel toegankelijk en actueel maakt voor kinderen en volwassenen. Ook de rol van symbolen, feesten en rituelen komt aan bod. Het boek sluit af met een deel over waarden en normen, moraal en ethiek, waaruit blijkt hoe levensbeschouwingen concreet worden in de dagelijkse praktijk.
Hoe kinderen
en Bijbelverhalen
Bestelnummer 0885 ISBN 978-90-5788-526-6
elkaar kunnen vinden
Over de auteur: Bert Slaa is jaren docent godsdienst/levensbeschouwing geweest aan de pabo van de Stenden Hogeschool in Groningen. In het contact met studenten kwam hij tot de ontdekking dat je ook bij jonge mensen een schil van oude opvattingen en overtuigingen moet afpellen, om ruimte te vinden voor een nieuwe kijk op Bijbelverhalen en wat je daarmee kunt in het basisonderwijs. De motivatie om dit boek te schrijven komt uit de feedback van studenten op zijn colleges en de ervaringen uit hun stages: zij waren telkens verrast door de kracht van verhalen, symbolen en rituelen in de klas.
Bert Slaa
Dit boek is speciaal bedoeld voor de student die zich voorbereidt op een carrière in het basisonderwijs en daarbij leerlingen kennis zal laten maken met Bijbelverhalen en de levensbeschouwing die haar inspiratie vindt in het christendom. Het opent mogelijkheden om de oude verhalen op een nieuwe manier te lezen en door te vertellen.
Kijken met andere ogen
Kijken met andere ogen
Kijken met andere ogen Hoe kinderen en Bijbelverhalen elkaar kunnen vinden - Bert Slaa
Kijken met andere ogen Hoe kinderen en Bijbelverhalen elkaar kunnen vinden
Om hetzelfde te zeggen als gister moeten de dingen vandaag anders gezegd. H.M. Kuitert
Bert Slaa
Inhoudsopgave Voorwoord 8 Deel I Kernbegrippen
13
Hoofdstuk 1 Waar hebben we het over? 14 1.1 Inleiding 14 1.2 Levensbeschouwing als raamwerk voor het leven 14 1.3 Het Nederlandse levensbeschouwelijke raamwerk 19 1.4 De noodzaak van levensbeschouwing in het onderwijs 26 1.5 Een pleidooi uit de praktijk 28 1.6 Vooruitblik 28 Hoofdstuk 2 ‘Levensbeschouwing? Wij doen niet aan godsdienst!’ 30 2.1 Inleiding 30 2.2 Ter voorkoming van spraakverwarring 30 2.3 Levensbeschouwing 31 2.3 Over de hond en de poedel 32 2.4 Religie – een lastig en veelkleurig begrip 33 2.5 Verschillen en overeenkomsten tussen levensbeschouwing en godsdienst 40 2.6 Korte samenvatting en vooruitblik 41 Hoofdstuk 3 Ervaring als basis van godsdienstige overtuigingen 43 3.1 Inleiding 43 3.2 Levenservaringen en onze idealen 43 3.3 Levensvragen: een tweede spoor naar levensbeschouwing 54 3.4 Afsluitende opmerkingen 67 Hoofdstuk 4 Religie onder kritiek 69 4.1 Inleiding 69 4.2 Denken of niet denken – dat is de kwestie! 69 4.3 Godsdienst: afschaffen die handel! 72 4.4 Excurs: een experiment met een onaangename boodschap 76 4.5 Hoe het ook anders kan: een atheïstisch pleidooi voor religie 79 4.6 Conclusie en vooruitblik 81 Deel II Ontwikkelingen in de christelijke traditie
83
Hoofdstuk 5 Shoppen op de reli‑markt 5.1 Inleiding bij deel 2 5.2 De levensbeschouwelijke markt: een veelzeggende metafoor 5.3 Van monopolie naar pluriformiteit
84 84 84 85
Intermezzo 1 Het wonder van de tweede taal
90
Hoofdstuk 6 Christelijk geloof in soorten en maten – een selectie 94 6.1 Inleiding 94 6.2 In gesprek over geloven 95 6.3 Geloven in schoonheid en de oerkracht van het leven 95 6.4 Geloven is van God los zijn 99 6.5 Geloof als zeker weten 102 6.6 De essentiële verschillen tussen de drie geloofsvisies 105 Intermezzo 2 Over geloven
108
Hoofdstuk 7 God en Jezus – een paar apart! 115 7.1 Inleiding 115 7.2 Welk godsbeeld wil jij kinderen meegeven? 115 7.3 Enkele uitgangspunten bij het spreken over God 120 7.4 Enkele filosofische bespiegelingen over God 129 7.5 Conclusie en consequenties 131 7.6 Beelden over Jezus 131 7.7 Jezus in de moderne kunst 135 7.8 Afsluitend: mogelijkheden van geloofspluriformiteit 138 Intermezzo 3 Transformatie
141
Deel III Wat heeft het christendom te bieden?
147
Deel III A Verhalen
149
Hoofdstuk 8 De Bijbel, een oud boek in een nieuwe tijd 8.1 Een drieluik over de Bijbel 8.2 Over de kloof tussen de Bijbel en onze cultuur 8.3 De wetenschappelijke en de godsdienstige optiek 8.4 De Bijbel nader bekeken vanuit letterlijke en historisch-kritische visie 8.5 Het Oude Testament – inleidende opmerkingen 8.6 Het Nieuwe Testament 8.7 De verhouding tussen het Oude en Nieuwe Testament
150 150 150 151 153 159 162 164
Intermezzo 4 Wat betekent het?
168
Hoofdstuk 9 Het Oude Testament – een boek over God of over de mens? 178 9.1 Inleiding 178 9.2 De joodse uitleg van de Bijbel 178 9.3 Het begin 179 9.4 Het vervolg 181 9.5 Een vraag en een verhaal 182 9.6 De toekomst tegemoet: Jakobs gevecht met God 183 9.7 Verder op pad: door de woestijn naar de vrijheid 185 9.8 De vrijheid nader ingevuld 188
9.9 De verandering van deze wereld 190 9.10 Afsluitend 191 Hoofdstuk 10 Het Nieuwe Testament – Jezus als venster op God 195 10.1 Inleiding 195 10.2 Christus en Messias als ‘namen’ van Jezus 196 10.3 Het Nieuwe Testament: een betrouwbare biografie van Jezus? 196 10.4 Het Koninkrijk van God 198 10.5 Het Koninkrijk van God volgens Jezus 200 10.6 Genezingsverhalen en geloof 219 10.7 Afsluitend 220 Deel III B Symbolen
223
Hoofdstuk 11 Symbolen geven te denken 224 11.1 Inleiding 224 11.2 Wat zijn symbolen? 224 11.3 Categorieën van symbolen 226 11.4 Wat doen symbolen? 232 11.5 Symbolen uit de christelijke traditie 233 11.6 De meerwaarde van symbolen 244 11.7 Met symbolen de klas in 245 11.8 Afsluitend 247 Deel III C Feesten en rituelen
249
Hoofdstuk 12 Het leven Vieren 250 12.1 Inleiding 250 12.2 De zin van het vieren 250 12.4 Kerst 253 12.5 Pasen 259 12.6 Hemelvaart en Pinksteren 265 12.7 Afsluitend 274 Deel III D Over goed en kwaad
277
Hoofdstuk 13 Waarden en normen – cliché of kompas? 278 13.1 Inleiding 278 13.2 Waarden en normen: twee aparte begrippen 278 13.3 Moreel of non-moreel 284 13.4 Het begrip moraal nader uitgewerkt 288 13.5 Over de culturele bepaaldheid van waarden en normen 291 13.6 Morele dilemma’s 294 13.7 Drie ethische theorieën 297 13.8 Afsluitend 303
Hoofdstuk 14  De christelijke moraal 305 14.1 Inleiding 305 14.2 Godsdienst en ethiek 305 14.3 Het dubbele beeld van de christelijke moraal 307 14.4 De christelijke moraal 309 14.5 Afsluitend 326 Nawoord 328 Gebruikte literatuur 331
Voorwoord Hoe kunnen we een boek over het godsdienstonderwijs aan de PABO, en dus indirect ook over dat aan de kinderen op de basisschool beter beginnen dan met de ervaringen van een kind? In de roman De thuiskomst van Bernhard Schlink herinnert de hoofdpersoon zich een ervaring die hij als kind tijdens een boottochtje over een Zwitsers meer opdeed: ‘Iedere keer weer was het als een wonder, dat de straat van licht, die de zon op het water werpt, rustig schitterend in het midden en aan de randen in dansende vonken uiteenspattend, met het schip meeging. Ik ben er zeker van, dat grootvader mij al uitlegde dat dat optisch klopte. Maar vandaag nóg ervaar ik het iedere keer als wonder. De straat van licht begint dáar, waar ik me net bevind’.1 Het kind, een jongetje van een jaar of zeven, acht, brengt jarenlang een deel van zijn zomervakantie door bij opa en oma in Zwitserland. Als het mooi weer is, haalt opa hem op vanaf het treinstation en varen ze met de boot naar de overkant van het meer, naar het huis van opa en oma. En opeens, tijdens zo’n boottochtje, valt hem iets op. Pas later kan hij als volwassene verwoorden wat hij toén als wonder ervoer: hoewel de boot in beweging is, begint die baan van zonlicht die op het water ligt steeds bij mij, ondanks dat ik ook in beweging ben – hoe kan dat nou?! Het is een ervaring die z’n verdere leven met hem meegaat. En, zo weet hij zich vrij zeker te herinneren, opa legde het verschijnsel uit als een volstrekt normaal optisch verschijnsel – niet als wonder, zoals het jongetje dat ervoer. In deze korte scène komt veel ter sprake waar dit boek over gaat. De ervaring die het kind opdoet is een levensbeschouwelijke ervaring, die z’n verdere leven met hem meegaat. Een gewoon alledaags verschijnsel wordt door het kind om zo te zeggen naar een ander niveau getild, boven het puur natuurwetenschappelijke uit: ‘die baan van zonlicht gaat altijd met me mee, die begint daar waar ik ben’. Met andere woorden: die straat van licht is voor het kind, en voor de latere volwassene, een teken van hoop, van toekomst, zeker in tijden van tegenslag. ‘Het licht, de toekomst begint bij mijzelf – ik zélf moet de stap op die weg, op die straat van licht, zetten. En het is een wonder als dat gebeurt.’ Maar, dat realiseert hij zich, je kunt er ook anders naar kijken – en dat doet opa. Opa heeft gelijk: het is een optisch verschijnsel, niks bijzonders en al helemaal niks wonderbaarlijks. Inderdaad, zo kun je er naar kijken, maar opa mist daarmee iets essentieels, iets dat het kind wel voelt – maar nog niet kan verwoorden. Levensbeschouwing Het eerste deel van dit boek gaat in op het thema levensbeschouwing. Wat is dat precies, en wat is het verschil met religie en godsdienst? Levensbeschouwing heeft te maken met hoe we naar het leven kijken – en dat kan op veel verschillende manieren. Opa en zijn kleinzoon hebben twee verschillende wijzen van kijken: opa kijkt meer met een natuurwetenschappelijke blik, de kleinzoon met ogen van verwondering, hij kijkt als het ware achter de dingen.
8
Deel I Kernbegrippen
1
Waar hebben we het over? Over het nut van levensbeschouwing: privé, als samenleving en als leerkracht
1.1
Inleiding
In dit hoofdstuk kijken we naar de betekenis en de rol van levensbeschouwing in het (samen)leven van mensen. We zien hoe levensbeschouwing ‘werkt’. Wat het verschil is met bijvoorbeeld religie en godsdienst komt in het volgende hoofdstuk aan de orde. Eerst zal duidelijk moeten worden welke rol levensbeschouwing speelt in de samenleving, in ons privéleven en waarom het op de pabo (en in het basisonderwijs) op het lesrooster staat en hoort te staan. Ofwel: waar hebben we het precies over bij levensbeschouwing? Aan de hand van enkele maatschappelijke vraagstukken wordt betoogd dat we niet zonder een levensbeschouwing kunnen, noch in ons privéleven, noch in ons werk als leerkracht. We hebben niet alleen als individuele burgers een levensbeschouwing, ook de samenleving als geheel heeft die. Met een aantal min of meer synonieme begrippen wordt die collectieve levensbeschouwing benoemd. Vervolgens beschrijven we enkele van de belangrijkste inhoudelijke elementen van die collectieve levensbeschouwing. We zullen zien dat die in ons werk in het onderwijs een grote rol speelt. Het hoofdstuk sluit af met een pleidooi voor meer aandacht voor onder andere levensbeschouwing in het (basis)onderwijs; een pleidooi dat ondersteund wordt door een juf uit het basisonderwijs. 1.2
Levensbeschouwing als raamwerk voor het leven
Levensbeschouwing – een omschrijving De godsdienstfilosoof H.M. Vroom omschrijft levensbeschouwing even simpel als nuchter met: ‘Elke visie op “het leven” heet een levensbeschouwing’2. Om deze minimale omschrijving toch wat hanteerbaarder te maken beschrijf ik levensbeschouwing als: ‘Het totaal van meningen en overtuigingen omtrent onze manier van omgang met en kijk op onszelf, anderen, de maatschappij, de natuur en nog meer’. Dat komt op hetzelfde neer als de beschrijving van Vroom. Jouw persoonlijke visie op het leven, jouw levensbeschouwing, vormt zogezegd de basis van hoe je in het leven staat. De omschrijving is geen sluitende definitie, maar een vertrekpunt voor als we het in dit hoofdstuk gaan hebben over het nut van levensbeschouwing. Aan de hand van enkele concrete voorbeelden probeer ik de beschrijving te verduidelijken en uit te dagen tot een eigen (voorlopig) standpunt voor je werk op de basisschool voor wat het vak levensbeschouwing en/of godsdienst betreft. Uiteraard heeft dit alles en hebben onderstaande voorbeelden met het thema waarden en normen te maken. Maar hoe je die invult, welke waarden voor jou van wezenlijk belang zijn of vanuit welke waarden en normen jij naar het leven kijkt, dát wordt grotendeels bepaald door je levensbeschouwing. Of je nu een godsdienstige of een niet-
14
In Kijken met andere ogen nodigt de auteur de lezer uit om het begrip levensbeschouwing te verkennen. Hij laat zien dat iedereen bewust of onbewust een levensbeschouwing heeft en dat slechts een deel daarvan religieus of godsdienstig is. In het tweede deel van het boek zoomt de auteur in op ontwikkelingen in de christelijke traditie, haar plaats in de hedendaagse samenleving en de verschillende geloofsideeĂŤn die je binnen het christendom tegenkomt. In het derde deel krijgt de lezer inzicht in de Bijbel: in de aard van het boek, hoe je Bijbelverhalen kunt lezen, wat de struikelblokken zijn en hoe je die kunt vermijden. Ook wordt belicht hoe een andere manier van lezen en kijken de verhalen uit de Bijbel toegankelijk en actueel maakt voor kinderen en volwassenen. Ook de rol van symbolen, feesten en rituelen komt aan bod. Het boek sluit af met een deel over waarden en normen, moraal en ethiek, waaruit blijkt hoe levensbeschouwingen concreet worden in de dagelijkse praktijk.
Hoe kinderen
en Bijbelverhalen
Bestelnummer 0885 ISBN 978-90-5788-526-6
elkaar kunnen vinden
Over de auteur: Bert Slaa is jaren docent godsdienst/levensbeschouwing geweest aan de pabo van de Stenden Hogeschool in Groningen. In het contact met studenten kwam hij tot de ontdekking dat je ook bij jonge mensen een schil van oude opvattingen en overtuigingen moet afpellen, om ruimte te vinden voor een nieuwe kijk op Bijbelverhalen en wat je daarmee kunt in het basisonderwijs. De motivatie om dit boek te schrijven komt uit de feedback van studenten op zijn colleges en de ervaringen uit hun stages: zij waren telkens verrast door de kracht van verhalen, symbolen en rituelen in de klas.
Bert Slaa
Dit boek is speciaal bedoeld voor de student die zich voorbereidt op een carrière in het basisonderwijs en daarbij leerlingen kennis zal laten maken met Bijbelverhalen en de levensbeschouwing die haar inspiratie vindt in het christendom. Het opent mogelijkheden om de oude verhalen op een nieuwe manier te lezen en door te vertellen.
Kijken met andere ogen
Kijken met andere ogen
Kijken met andere ogen Hoe kinderen en Bijbelverhalen elkaar kunnen vinden - Bert Slaa