55 uitdagingen in de klas (1380)

Page 1


Colofon © 2021 herziene uitgave, Kwintessens, Amersfoort © 2009 Kwintessens Uitgevers, Amersfoort www.kwintessens.nl Titel van de oorspronkelijke uitgave 55 Teaching Dilemmas – Ten powerful solutions to almost any classroom challenge © Pembroke Publishers Limited, 2005, Ontario, Canada Auteur Kathy Paterson Vertaald en bewerkt voor het Nederlands taalgebied door Simone Gerich Voor de herziene versie: Petra Jonker, Jolanda van der Marel en Cora Vlaming Illustraties Helen van Vliet Vormgeving Richard Feld Opmaak De Grafische Keuken NUR-code 100 ISBN 978 90 5788 5440 Bestelnummer 1380 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enig andere manier, zonder voorafgaande toestemming van de uitgever.


55

uitdagingen in de klas

10 praktische oplossingen voor bijna iedere uitdaging van leraren

Kathy Paterson


Inhoud Inleiding De invloed die wij leraren hebben

9

Zorg dragen voor anderen

12

1. 2. 3. 4. 5.

14 15 16 17 18

Vrolijkheid Actief meevoelen Je inleven Tolerantie Respect

Innerlijke kracht

20

6. Assertiviteit 22 7. Zelfvertrouwen 23 8. Zelfrespect 24 9. Sociale competentie 25 10. Doorzettingsvermogen 26 11. Sereniteit 27 Technieken die stress verminderen 29 Valkuilen die stress veroorzaken 30 Toewijding

32

12. Aandacht voor detail 34 Hoe goed observeer ik? – quiz 36 13. Professionele competentie 37 14. Actief leren en professionele groei 39 15. Betrouwbaarheid 40 16. Integriteit 41 Zorgen voor jezelf

42

17. Je energiepeil handhaven 44 Brand jij op? 46 Strategieën om jezelf te bekrachtigen 47 18. Het is wijs om een mentor in te schakelen 48 19. Moed om te veranderen 49

6


Organiseren

50

20. Inrichten van de ruimte 52 21. Indelen van tijd 53 Activiteiten voor tussendoor 54 22. Het organiseren van je gedachten 56 Je geest tot rust brengen 57 23. Digitaal organiseren 59 Onderwijsstrategieën

60

24. Snelle aftrap 25. Een goed begin van een les 26. Een les betekenisvol afsluiten 27. Krachtig lesgeven 28. Gebruikmaken van prentenboeken bij oudere kinderen Werkvormen op basis van prentenboeken

62 63 64 65 67 69

Communicatie

70

29. Letten op non-verbale communicatie 30. Geven van heldere instructies 31. Managen van tijd en werkritme 32. Vloeiend voorlezen 33. Effectief omgaan met duopartners en (vrijwillige) ondersteuning 34. Openhartig spreken met ouders en verzorgers

72 74 76 77 78 80

Klassenmanagement

82

35. Subtiele managementtechnieken gebruiken 84 36. Soepele overgangen maken 85 37. Ondersteunen van achterblijvers 86 38. Een machtsstrijd ongedaan maken 88 Time-outprocedure 89 39. Willekeurige groepen samenstellen 90 Het effectief functioneren van groepen 92

7


Motivatie

94

40. Creëren van een vertrouwensband 96 41. Lesgeven met gevoel voor humor 97 Humorproject 98 Humorenquête 99 42. Motiverende lessen maken 100 43. Stimuleren van eigen verantwoordelijkheid 102 Authentiek leren 103 44. Dagelijks gebruikmaken van drama 104 45. Meer bewegen in de klas 106 Presentatie 108 46. Cultiveren van creativiteit 47. Enthousiasme uitstralen 48. Flexibel zijn 49. Lesgeven met passie 50. Je bescheiden opstellen

110 111 112 113 115

Leiderschap

116

51. Effectief bijles geven 52. Gebruikmaken van toezicht houden 53. Leerlingen verantwoordelijkheid bijbrengen 54. Zorgvuldig coachen 55. Begeleiden van buitenschoolse activiteiten

119 120 121 123 124

Nawoord

126

8


Inleiding De invloed die wij leraren hebben Als leraren hebben wij de ambitie om zo goed mogelijk les te geven. Maar dit prijzenswaardige doel is niet altijd eenvoudig te bereiken. Ernaar streven vraagt om krachtig en energiek handelen, en de mogelijkheden om anderen, voornamelijk onze leerlingen, te beïnvloeden. Bewuste leraren combineren die eigenschappen en mogelijkheden met doordachte lesstrategieën. Ze durven daadkrachtig te zijn in hun streven en hun krachten in het voordeel van hun leerlingen in te zetten. Ik zal nooit vergeten hoe een professor eens een demonstratie gaf van de macht die leraren hebben. Hij keek kalm naar de groep studenten pedagogie en zei toen plechtig: ‘volg mijn instructies alstublieft heel precies.’ De studenten luisterden aandachtig. ‘Leg je vinger tegen je neus,’ zei hij. Toen alle studenten meteen gehoorzaamden – hij was tenslotte hun professor – ging hij verder. ‘Leg je andere hand op je hoofd en steek je tong uit.’ Hij pauzeerde, glimlachte even en zei: ‘En kijk nu eens hoe jullie eruitzien! Zoveel macht heeft een leraar. Jullie volgen me blindelings. Denk daaraan als je jonge mensen lesgeeft die veel minder gevormd zijn dan jullie.’ Ja, wij leraren hebben macht die voortvloeit uit onze positie, maar we hebben ook de potentie om dynamisch en gepassioneerd les te geven, en daarmee onze leerlingen op een positieve manier te vormen. Zij zijn de toekomst. En niets is belangrijker dan dat! Een overweldigende verantwoordelijkheid Zo’n enorme invloed legt een grote verantwoordelijkheid op onze schouders. Wat als we concepten niet juist overbrengen? Wat als we onbedoeld leerlingen ‘kopschuw’ maken? Wat als de kinderen onze woorden misverstaan en als een belediging of persoonlijke aanval opvatten? Hoe kunnen we ervoor zorgen steeds de goede woorden te vinden en de juiste dingen te doen? De verantwoordelijkheid waar we ons voor geplaatst zien, kan overweldigend lijken. Zelfs de beste pedagogen stellen vragen bij hun vermogens, evalueren hun zwakheden en oordelen kritisch over hun capaciteiten als leraren. Ze vragen zich af of zij de eigenschappen, vaardigheden en juiste strategieën in huis hebben om les te geven in onze snel veranderende technologische wereld. Misschien heb jij ook dergelijke twijfels. Laat me je ervan verzekeren dat je, met een beetje oppoetsen, al hebt wat nodig is om uitstekend les te geven. Je hebt alle basisvaardigheden en de juiste persoonlijkheid, anders zou je dit boek niet lezen. Misschien is het bijschaven van je persoonlijke kenmerken en professionele strategieën wat je nodig hebt. Je zult dan beter in staat zijn om je leerlingen te helpen tot bloei te komen als individuen en als leerlingen. Je zult meer vertrouwen hebben in je algehele mogelijkheden en minder verontrust raken door menselijke fouten die nu eenmaal onontkoombaar zijn. Je zult je een krachtiger leraar voelen, met macht over jezelf en je mogelijkheden om goed les te geven, en dat zal doorwerken bij je leerlingen. Iedere dag tonen leraren hun persoonlijke kracht en brengen goede lesstrategieën in de praktijk. We bereiken kinderen door ze te instrueren, dingen voor te doen en ze te leiden met hart en ziel, gebruikmakend van ieder middel, iedere hulpbron en elke persoonlijke vaardigheid die ons ter beschikking staat. Op ons best zijn we succesvolle communicatoren, invloedrijke voorbeelden en eersteklas pedagogen die krachtdadig en optimaal lesgeven.

9


Verweven krachten Al is het concept van optimaal lesgeven eenvoudig – namelijk effectief, efficiënt en kindgericht lesgeven – de elementen die binnen dit concept van kracht zijn, zijn complex en van velerlei aard. Voor het doel van dit boek kunnen deze basiselementen in twee gebieden worden ingedeeld: persoonlijke kracht en professionele kracht. Zelfs in deze ruime categorieën die verschillende krachten en vermogens beslaan, overlappen de kenmerken en strategieën elkaar. Dat komt omdat optimaal lesgeven een verweven eenheid is van persoonlijke karakteristieken en instructiestijl, resulterend in succes en persoonlijke groei, zowel voor de leerlingen als voor de leraren. Leerlingen zijn gelukkig, vol vertrouwen, in staat om de lesstof goed te hanteren en enthousiast om te leren; leraren treden hun werk positief tegemoet en vertrouwen op hun eigen krachten en capaciteiten.

Aspecten van persoonlijke kracht Zorg dragen voor anderen Innerlijke kracht Toewijding Zorgen voor jezelf

Aspecten van professionele kracht Organisatie Lesstrategieën Communicatie Klassenmanagement Motivatie Presentatie Leiderschap

Goed lesgeven en anderen positief beïnvloeden komt van binnenuit. Het is meer dan het uitvoeren van de juiste technieken die zijn aangeleerd tijdens de opleiding tot leraar. Het is meer dan goed timemanagement binnen een overvol lesprogramma. En het reikt verder dan een goedgemanierde en gedisciplineerde klas. Goed lesgeven is een aangestoken vlammetje zien groeien tot een vuurtje, dat leerlingen zo enthousiast maakt voor het leerproces dat het lijkt of je ze voor je ogen ziet groeien. Deze bevoorrechte leerlingen kunnen nauwelijks wachten tot de schooldag begint en verlangen nooit naar het einde van de les. Dit zijn leerlingen die de persoonlijke en professionele krachten van hun leraren ervaren. Ik denk niet dat leraren hun professionele kracht kunnen gebruiken, als ze niet eerst hun persoonlijke kracht inzetten. Persoonlijke kracht kan gedefinieerd worden als het hebben van controle over wie je bent, hoe je met anderen omgaat, hoe je jezelf presenteert aan je leerlingen en heeft te maken met je visie op onderwijs. Professionele kracht betreft het optimaal kunnen instrueren, leiden en beïnvloeden. Je zou dit kunnen zien als macht hebben over je mogelijkheden tot lesgeven, het effectief kunnen gebruiken van strategieën die het leren ondersteunen en aanmoedigen. Ik geloof dat leraren die persoonlijke kracht bezitten zich positief en ondersteunend opstellen, en dit is terug te zien in het gedrag van hun leerlingen. Vervolgens zullen leraren met professionele kracht dit herkennen in de resultaten van hun leerlingen. Ook al is een zeker gedeelte van de persoonlijke kracht gebaseerd op

10


de persoonlijkheid van de leraar, we kunnen leren om onze zwakheden te compenseren en onze sterke kanten uit te buiten. Professionele kracht daarentegen is gebaseerd op aangeleerd gedrag; leraren die zich willen verbeteren kunnen de vaardigheden die ze als zwak ervaren onderkennen en eraan werken. Ik hoop dat dit boek, gebaseerd op meer dan dertig jaar werken als leraar, begeleider, coach, onderwijsadviseur en universitair docent, een waardevol naslagwerk zal zijn. Het lezen van dit boek kan een mooie start zijn van je nieuwe schooljaar voor een nieuwe groep. Of je leest een bepaald hoofdstuk op het moment dat je denkt dat je het nodig hebt. Elke dag een bladzijde of hoofdstuk kan zelfs een goed begin van je werkdag zijn. Als je er een paar ideeën in vindt om je persoonlijke of professionele kracht te vergroten, is dat goed. Als je ontdekt dat je de ideeën al gebruikt, is dat beter. Soms is de bevestiging dat wat je aan het doen bent goed, juist en passend is net dat kleine duwtje in je rug dat nodig is om voldoende zelfvertrouwen te hebben. Het herinnert je eraan dat je je ervaringen, zorgen en kwetsbaarheden deelt met anderen in je vak. Alleen al deze wetenschap kan leiden tot beter en krachtiger lesgeven.

11


Zorg dragen

voor anderen

I

edereen weet dat leraren betrokken zijn bij hun leerlingen. Toch zijn er in het

leven van iedere leraar momenten waarop die betrokkenheid bedolven raakt onder stapels werk en lange lijsten van taken en verantwoordelijkheden. Een doorgaans opgewekte, betrokken, empathische en tolerante leraar kan in zulke perioden boos, gefrustreerd of ongeïnteresseerd zijn. Als hun betrokkenheid bij anderen vermindert, lijdt het zelfrespect van leraren daaronder en ook het respect voor hun leerlingen. Als gevolg daarvan vermindert ook het respect dat leerlingen voor hun leraar hebben. In dergelijke perioden is het noodzakelijk om je persoonlijke kracht opnieuw onder de loep te nemen.

12


Vrolijkheid: Als leraren een vrolijk gezicht en een opgewekte houding hebben, zelfs als dat niet correspondeert met hoe ze zich van binnen voelen, zullen leerlingen hetzelfde doen, waardoor de lessen gemakkelijker verlopen. Mensen zijn graag in de buurt van opgewekte mensen en leraren met die gave, plukken er de vruchten van. Ze hebben meer energie, een betere gezondheid, ervaren meer gemoedsrust en hebben leerlingen met een positieve houding. Actief meevoelen: Actief meevoelen is een combinatie van vriendschap, liefdevolle aandacht, begrip en wijsheid die voortkomt uit het begrijpen van andermans problemen. Een meevoelende leraar verbindt zich aan het verbeteren van het lot van anderen en geeft les vanuit zijn hart. Het oprecht zorg dragen voor het welzijn van anderen is een van de meest belangrijke kwaliteiten van een succesvolle pedagoog. Je inleven: In een samenleving waarin leerlingen van steeds meer kanten (digitale) informatie krijgen en moeten verwerken, is empathie een machtige eigenschap die leraren hebben. Het tonen van oprecht, genuanceerd begrip voor de situatie van een ander, is nodig om effectief les te kunnen geven. Het impliceert de bereidheid en het vermogen van leraren om zichzelf in de schoenen van hun leerlingen te verplaatsen en zou altijd vooraf moeten gaan aan het geven van advies. Tolerantie: Tolerantie is het vermogen om leerlingen en collega’s te zien zoals ze werkelijk zijn en hen met respect te behandelen. Tolerantie komt voort uit het begrip dat het leerproces, de persoonlijke groei en het zelfrespect nadelig worden beïnvloed door stereotyperingen en oneerlijke behandeling. Tolerantie helpt om een goede band op te bouwen en stelt de leraar in staat om álle leerlingen te bereiken en allen les te geven. Het brengt een gevoel van innerlijke rust met zich mee, meer successen in de klas en een grotere verscheidenheid in de reacties van leerlingen. Respect: Leraren weten dat ze hun leerlingen moeten respecteren als ze ook respect van hen verwachten. Maar hoe gedraag je je respectvol? Is het meer een gevoelsaspect of is respect ook zichtbaar? We herkennen de waarde van respect – iedereen die ooit respectloos is behandeld kan erover meepraten – en het past ons te streven naar respectvol lesgeven. Meer respect, geluk, persoonlijk vertrouwen en verbeterd gedrag van leerlingen zal ons deel zijn. Anderen met respect behandelen is een uiting van zorg dragen voor anderen en dat is waar goed lesgeven om gaat.

13


1. Vrolijkheid …vanaf het moment dat je ’s morgens de school binnengaat Heb je ooit staan kijken naar een leraar en haar leerlingen en was je onder de indruk van de positieve energie die ze uitstraalde? Tien tegen één dat ze glimlachte.

Vol bewondering kijkt juf Lot toe hoe een groep kinderen op het plein zich om juf Sophie heen verzamelt. Elke keer dat ze samen pleinwacht hebben, ziet juf Lot hetzelfde gebeuren. Juf Sophie maakt een praatje met enkele kinderen en speelt af en toe een spel mee. De kinderen laten haar een nieuw kunstje zien of zoeken haar op om even iets te vertellen. ‘Hoe doet ze dat toch?’ vraagt juf Lot zich af. Ze ziet hoe haar collega elk kind lachend aankijkt. Zelfs als het tijd is om ze naar binnen te sturen, heeft ze een lach op haar gezicht. Tien manieren om je vrolijkheid te laten zien 1. Train je gezicht. We gebruiken maar zeventien spieren om te glimlachen, dus glimlach – altijd en tegen iedereen. Hoe slechter je je voelt, hoe belangrijker het is om te glimlachen. Mark Twain heeft eens gezegd dat je jezelf het beste kunt opvrolijken door iemand anders op te vrolijken. 2. Oefen je lach in de spiegel en verzeker je ervan dat je ogen en mond bij elkaar passen. 3. Zeg tegen jezelf dat je een vrolijk iemand bent, herhaal dat net zo lang tot het een gewoonte wordt. Gebruik bijvoorbeeld de positieve affirmatie: Ik ben een vrolijk mens en ik lach graag. 4. Gebruik de Stop-techniek om cynische en negatieve gedachten te voorkomen. Zeg tegen jezelf te stoppen met een specifieke gedachte als je merkt dat daar iets negatiefs in sluipt. 5. Streef ernaar dat de gesprekken die je in jezelf en met jezelf voert positief, optimistisch en accepterend zijn. Als je alleen maar aan redenen denkt om niet vrolijk te zijn, worden die gedachten ook waar (self-fulfilling prophecy). 6. Maak een lijst van activiteiten of situaties die je frustreren, boos maken of vervullen met een andere negatieve emotie. Kies ervoor om die situaties te vermijden of treed ze tegemoet met het vaste voornemen om zo vrolijk mogelijk te blijven. Probeer het negatieve om te zetten in iets positiefs. Bijvoorbeeld: ‘Ik word niet blij van dat ellenlange vergaderen, maar ik kan dan wel even de tijd nemen om lichamelijk tot rust te komen.’ 7. Luister op weg naar je werk naar iets dat jou laat glimlachen, bijvoorbeeld mooie muziek of een vrolijke cabaretier. 8. Herinner jezelf eraan dat je niet gelukkig hoeft te zijn om vrolijk te zijn. Vrolijkheid is een bewuste gemoedsstemming. Kies bewust voor vrolijkheid. Zet een verse bos bloemen op je bureau om je steeds te herinneren aan dat voornemen. 9. Begin iedere dag met iets te doen of te zeggen dat een ander blij maakt. Het opvrolijken van iemand anders heeft een geweldig neveneffect: je wordt er zelf ook vrolijk van. 10. Verlaag je werktempo. Vrolijkheid gaat verloren in de stress van te veel tegelijk willen doen. Als je merkt dat je opgewektheid afneemt, adem dan enkele keren heel diep in en uit en loop een paar stappen in een overdreven langzaam tempo.

14


2. Actief meevoelen …met zowel leerlingen, ouders en collega’s als vrienden, familie en jezelf Is het je ooit opgevallen dat leerlingen, als ze echt ergens mee zitten, altijd naar die ene leraar gaan? Ben jij die leraar?

Mevrouw Tuhusula heeft altijd derdeklassers in haar kamer, vóór school, tussen de middag en na school. In een poging te achterhalen waarom dat zo is, staat een andere leraar stilletjes achter de open deur van haar kamer gedurende een aantal van deze bijeenkomsten. Ze ontdekt dat mevrouw Tuhusula stopt met wat ze aan het doen was, rustig gaat zitten en haar hele aandacht geeft aan de kinderen en hun wel en wee. Daarna geeft ze haar steun en toont ze zich betrokken. De geïnteresseerde leraar hoort mevrouw Tuhusula geen oplossingen aandragen voor de problemen van de kinderen. Het lijkt erop dat de begeleiding van mevrouw Tuhusula voldoende is voor ze om hun eigen oplossingen te vinden. De leraar is getuige van actief meevoelen. Ze belooft zichzelf dat ze haar eigen vaardigheden op dit gebied zal verbeteren. Tien manieren om actief mee te voelen 1. Wees altijd bereid aan te moedigen. Cultiveer positieve verwachtingen van anderen en deel die verwachtingen met hen. 2. Glimlach en meen dat ook. Raak kinderen op een passende manier aan en koppel dit aan bemoedigende woorden of positieve bevestiging. 3. Gedraag je altijd correct tegenover alle leerlingen en stimuleer hoffelijk gedrag in het klaslokaal en op school. 4. Zorg ervoor dat leerlingen zich veilig voelen in je klaslokaal en bij jou als persoon. Laat bijvoorbeeld de deur open en let erop dat je niet te dicht bij de leerlingen zit. 5. Geef leerlingen zelf het heft in handen over hun eigen leerproces. Laat ze delen in beslissingen die op hen betrekking hebben. Wees niet bang om risico’s te nemen door hen zelf beslissingen te laten nemen. 6. Toon echte waardering voor anderen door tijd vrij te maken om hen te leren kennen. Stel zorgvuldig bedachte vragen en luister aandachtig naar hun antwoorden. Ontwikkel je vermogen om aan te voelen hoe anderen zich voelen door nauwkeurig lichaamstaal te bestuderen. 7. Zorg voor een goed humeur en een kalme geest, ook in chaotische of explosieve situaties. 8. Respecteer de vriendschappen tussen leerlingen. Sta toe, eventueel voor een deel van de tijd, dat vrienden naast elkaar zitten of maak positieve opmerkingen over de vriendschap. 9. Let op signalen die aangeven dat iemand niet goed in zijn vel zit, bijvoorbeeld een leerling die er ongelukkig uitziet of een collega die gestrest lijkt. Benoem wat je ziet. Probeer te helpen, misschien alleen al door actief te luisteren. 10. Beoordeel alle situaties, bijvoorbeeld ruzietjes op het schoolplein of onenigheid tussen leerlingen in de klas, zo objectief mogelijk. Handel niet te snel. Soms kan even een time-out inlassen voldoende zijn om daarna tot een goed overleg en goede oplossing te komen.

15


3. Je inleven …in leerlingen, ouders, collega’s, maar ook in vrienden en familie Heb je ooit gewenst dat je je minder ergerde aan je leerlingen en collega’s en meer oprecht bezorgd om hen kon zijn?

Een elfjarig meisje verlaat na schooltijd de klas in tranen. Een leraar hoort hoe ze tegen een wachtende vriendin zegt: ‘Ze snapt er niets van. Ze zegt wel dat ze dat doet, maar ze snapt het echt niet. Ik bedoel, ze nam twee keer de telefoon op terwijl ik het haar probeerde uit te leggen. Het enige wat ze zei, was dat het wel goed zou komen en ik wéét gewoon dat het níet goed komt. Wat heb ik nou aan haar!’ Tien manieren om je in anderen in te leven 1. Begin met het leren kennen van je leerlingen als individuen, zodat het één op één leren tussen leraar en leerling belangrijk voor hen wordt. Op die manier zullen je verwachtingen op één lijn komen met hun behoeften. 2. Behandel iedere leerling met waardigheid en respect en verwacht hetzelfde van hen. 3. Gebruik de techniek van het empathisch luisteren: luisteren om het welbevinden van de spreker te verhogen. Let op nuances, non-verbale communicatie en lichaamstaal. Sta stil bij wat niet wordt gezegd. Luister naar zowel woorden als gevoelens. 4. Vat de inhoud van het gesprek samen en koppel je eigen gevoelens daarover terug. 5. Als iemand je in vertrouwen neemt, luister dan vooral. Voorkom dat je de ander in de reden valt met ‘goede adviezen’. 6. Als je empathisch luistert naar een leerling, richt je lichaam dan naar de spreker, houd oogcontact, leun een beetje naar voren en probeer je stem zacht te laten klinken als je antwoordt. 7. Vraag jezelf af: ‘Reageer ik op een manier die goed is voor deze persoon?’ Hoe je iets zegt is net zo belangrijk als wat je zegt. 8. Ben je in een individueel gesprek met een leerling niet zeker over welk probleem of onderliggende oorzaken het gaat, of raak je in de war door het woordgebruik van de leerling? Neem dan een verantwoorde gok en vervolg het gesprek, in plaats van het op te geven of steeds te zeggen ‘Ik begrijp het niet.’ 9. Behandel de ander altijd op een manier waardoor hij zich gewaardeerd en gerespecteerd voelt. Houd jezelf voor hoe jij behandeld zou willen worden in deze situatie. 10. Wen je een paar empathische reacties aan die je helpen om oprecht en zonder oordeel te reageren, in elk geval tot je alle feiten kent. Overweeg deze: ‘Wat verdrietig.’ ‘Tjonge,’ of ‘Dat is niet zo leuk.’ Blijf neutraal in je reactie. (Het lijkt erop dat... Het komt op mij over als...) 16


4. Tolerantie …voor de onderlinge verschillen tussen leerlingen en collega’s Heb je ooit gewenst dat je woorden, die jou zonder nadenken waren ontglipt, kon terugnemen?

De juf kijkt geschokt de klas rond. De leerlingen zijn lawaaierig, ze lopen door de klas en doen helemaal niet wat ze moeten doen. Zonder erbij na te denken roept ze: ‘Houd nou eens op met dat achterlijke gedrag en ga rustig zitten!’ Er volgt onmiddellijk stilte. Siem zit met grote ogen voor zich uit te kijken. Hij lijkt boos en gekwetst. Gisteren in de pauze had een leerling het broertje van Siem, hij heeft het Syndroom van Down, achterlijk genoemd. Siem was daar heel verdrietig over. De juf kan alleen maar wensen dat ze deze opmerking niet zo ondoordacht had uitgesproken… Tien manieren om tolerantie te ontwikkelen: 1. Bekijk iedere leerling als een individu met eigen sterke en zwakke punten. Maak een tabel met drie kolommen met de titels Naam, Sterk punt en Moeite met. Vul de tabel in en gebruik hem als geheugensteun. 2. Denk na voor je spreekt. Veel te vaak worden intolerante woorden gesproken, die we niet terug kunnen nemen. 3. Maak samen met je klas een lijst van positief gedrag en positieve houdingen die symbool staan voor tolerantie. 4. Begeleid een sportteam of activiteit tijdens de gymles en geef alle kinderen daarin gelijke mogelijkheden, los van hun vaardigheden. 5. Applaudisseer ook voor de tegenstander als die iets goed doet. 6. Creëer een goede werkrelatie met een collega die ‘heel anders’ is dan je zelf bent. (We zijn geneigd om te kiezen voor mensen die op ons lijken.) 7. Denk na over hoe je overkomt op anderen. Welke kenmerken van tolerantie zien zij in je? Gebruik deze vaker en vul ze als dat nodig is aan met nieuwe. 8. Stel je voor dat je zelf gediscrimineerd wordt, bijvoorbeeld vanwege je leeftijd. Of dat mensen je woorden in je mond leggen die je niet hebt gezegd. Wat zou je dan doen? Bedenk dat het zo voelt als mensen je intolerant behandelen. 9. Maak in je lessen zo vaak mogelijk gebruik van de verschillende culturele en religieuze achtergronden van je leerlingen: speel spelletjes uit de verschillende culturen/continenten; trakteer op gerechten uit verschillende culinaire tradities; besteed aandacht aan verschillende religieuze feesten. En doe dit alles in een sfeer van vanzelfsprekendheid! 10. Leer, als je in de gelegenheid bent, zoveel mogelijk over een familie uit een andere cultuur of met een nationaliteit waarmee je minder vertrouwd bent. Je verhoogt er je kennis en bewustzijn op dit gebied mee. Let erop dat je ook aspecten van je eigen achtergrond deelt met anderen.

17


5. Respect …voor je leerlingen, je carrière en jezelf Was je ooit in stilte jaloers op het respect dat een collega klaarblijkelijk vanzelfsprekend ontving van zijn of haar leerlingen?

‘Meester Ad is de beste,’ zegt Tamara met overtuiging. ‘Waarom?’ vraagt haar moeder. ‘Hij schreeuwt nooit. Hij praat heel rustig en kijkt je aan, zelfs als hij boos is.’ ‘Wordt hij vaak boos?’ ‘Oh, soms wel, als de jongens stomme dingen doen. Maar hij blijft zacht praten.’ Tamara glimlacht. ‘Hij behandelt ons met respect.’ ‘Oh,’ mompelt haar moeder, verbaasd dat haar zesjarige dochter al zoveel begrijpt. Ze neemt zich voor om meester Ad te bedanken als ze hem de volgende keer weer ziet. Tien manieren om je respect te tonen 1. Behandel leerlingen en collega’s zorgvuldig en met aandacht. Dat betekent dat je tijd vrijmaakt om ze te leren kennen. Ontdek waar ze van houden of juist niet van houden, wat ze belangrijk vinden en waar ze zich zorgen om maken. Onthoud dat respect ook respect oproept. 2. Houd oogcontact en probeer op hetzelfde niveau als de leerling te staan in een een-opeengesprek, ook als je daarvoor door je knieën moet of de leerling op een hogere stoel moet zetten. 3. Kleed je passend. Je toont respect voor je omgeving door er professioneel uit te zien. 4. Voorkom adem die naar koffie of andere luchtjes ruikt, een van de meest voorkomende irritaties van leerlingen bij hun leraren. Zorg altijd voor pepermuntjes. 5. Luister actief naar wat leerlingen vertellen. Als je geen tijd hebt om te luisteren, zeg dat dan en spreek af wanneer je wel tijd hebt. 6. Reageer op inadequaat gedrag in een een-op-eensituatie om te voorkomen dat je de leerling in verlegenheid brengt. 7. Gedraag je altijd beleefd in de klas en in de lerarenkamer. Schreeuw nooit. 8. Focus in gesprekken op de positieve punten van leerlingen en collega’s en van je school als instituut. 9. Als je een fout maakt, accepteer die dan als een kans voor groei en haal jezelf niet naar beneden. Zo respecteer je jezelf en geef je daarmee een goed voorbeeld. 10. Door op een toegewijde manier regels en voorschriften die op school gelden te ondersteunen, laat je je respect voor de school zien.

18


A

ls leraar wil je graag zo goed mogelijk – en liever nog uitstekend – lesgeven. Maar daarmee leg je de lat hoog. Want dat vraagt meer dan alleen het beheersen van onderwijsstrategieën en -technieken. Meer dan discipline en toewijding. De leraren waar we tegen opkijken, maken zowel gebruik van hun persoonlijke kracht zoals vertrouwen, compassie en inlevingsvermogen, als van hun professionele competenties. Van hun vermogen om de leiding te nemen, instructies te geven en hun leerlingen te inspireren en uit te dagen om hun best te doen. Deze leraren beseffen hoe groot de verantwoordelijkheid is die zij op hun schouders nemen. Door de dagelijkse praktijk ook te zien als ruimte om hier steeds beter in te worden, ontwikkelen leraren de vaardigheden die nodig zijn om de uitdagingen in de klas aan te gaan. Dit boek kan hierbij helpen. Het biedt praktische ideeën om l de tijd in de klas efficiënt te gebruiken; l met passie en enthousiasme les te geven; l humor en creativiteit te gebruiken om leerlingen te motiveren; l effectief leiding te geven binnen en buiten de klas. De auteur draagt oplossingen aan die in de praktijk hun effectiviteit hebben bewezen voor de meest voorkomende uitdagingen in de klas. Ze laat zien hoe je leerlingen bijstaat, hoe je bij jezelf burn-outklachten tijdig leert herkennen en helpt voorkomen, hoe je communiceert met ouders en verzorgers en hoe je coöperatief leren aanmoedigt bij leerlingen met verschillende mogelijkheden en talenten. Kathy Paterson heeft meer dan dertig jaar ervaring als leraar, begeleider, mentor en als universitair docent. Zij is auteur van succesvolle onderwijsboeken en adviseur over lesmaterialen.

Bestelnummer 1380 ISBN 978-90-5788-544-0


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.