Hoe doe je dat - deel 10 Winnen en verliezen (0710)

Page 1

Winnen en verliezen 10

Illustraties Adriaan Bijloo


Schildpad en Egel gaan naar de laatste opdracht. ‘Je moet naar de overkant,’ legt Gretta uit. ‘De een is de kruiwagen, de ander houdt de voeten vast.’ Egel schrikt. ‘Moet je dan met je handen op de grond?’ zegt hij. ‘Dat vind ik véél te eng. Straks val ik op mijn neus!’ ‘Nee hoor,’ zegt Gretta. ‘Het komt heus wel goed.’ Maar Egel schudt zijn hoofd. ‘Ik wil het écht niet,’ zegt hij. Gelukkig wil Schildpad wel kruiwagen zijn. Dan kan Egel zijn voeten vasthouden. Ze gaan naar de overkant en Gretta meet de tijd. Wat is het zwaar… ‘Ik kan bijna niet meer,’ hijgt Egel. ‘Zet hem op!’ roept Gretta. Egel puft en hijgt, hij zwoegt en zweet… en dan zijn ze er! ‘Wat hebben jullie het snel gedaan!’ roept Gretta. ‘Jullie krijgen een blauwe én een gouden kraal.’

20

HOE DOE JE DAT? * Winnen en verliezen



Aan het eind van de dag is de prijsuitreiking. Schildpad en Egel hebben vijf blauwe kralen en drie gouden. Alleen Mol en Varken hebben er meer: zij hebben vier gouden kralen. Mol en Varken krijgen de eerste prijs, Schildpad en Egel de tweede prijs. ‘Van harte gefeliciteerd,’ zeggen Schildpad en Egel tegen Mol en Varken. ‘Heel knap gedaan!’ ‘Dank jullie wel,’ zeggen Mol en Varken. ‘Jullie hebben het ook goed gedaan!’ En daarna is het feest, met muziek en lekkere hapjes. Voor iedereen die gewonnen heeft, én voor iedereen die niet gewonnen heeft!

22

HOE DOE JE DAT? * Winnen en verliezen




Wave Vaardigheid: Op je beurt wachten

Vertel dat jullie een ‘wave’ gaan doen. Een wave zie je weleens in een stadion. De mensen staan om de beurt op, zodat je een soort golfbeweging ziet. Vraag eventueel een bovenbouwgroep om de wave voor te doen. Zeg dat het belangrijk is om goed te kijken naar de kinderen naast je en te wachten tot jij aan de beurt bent om op te staan. Hoe beter je dat doet, hoe mooier de wave. Laat de kinderen op een stoel in een kring zitten. Spreek af welke kant de wave opgaat. Ga zelf als eerste staan en wijs aan welk kind nu moet gaan staan. Oefen het eerst langzaam. Voer het tempo steeds meer op.

Dikke duim

K N U TS E LE N

Vaardigheid: Je aan de spelregels houden Geef elk kind een kopie van het werkblad ‘Dikke duim’. De kinderen versieren de afbeelding, knippen de cirkels uit en plakken ze op een stokje. Houdt het kind zich goed aan een regel of afspraak of ziet het dat een klasgenoot dit doet, dan mogen ze de duim opsteken.

TiP

VAARDIGHEDEN

BE WE EGS P E L

Vertel dat je alle regels van de klas bent vergeten. Kunnen de kinderen je helpen om je de regels weer te herinneren? Speel verschillende dingen uit, ren bijvoorbeeld door de klas, praat met volle mond, kijk op je telefoon, pak iets af van een van de kinderen, enzovoort. De kinderen houden bij elk item hun duim in de lucht als je het goed doet en naar beneden als je het niet goed doet. In dat geval mogen zij laten zien hoe het wel moet en kunnen alle duimen weer omhoog!

Op de website is het werkblad met de opgestoken duim te vinden.

Welke regels zijn er?

O PD RACHT

• Op je beurt wachten • Je aan de spelregels houden • Nadenken voordat je een keuze maakt

Vaardigheid: Je aan de spelregels houden VRAGEN Kies een spelletje uit de kast, bijvoorbeeld Ganzenbord, en vertel dat je de regels heel goed weet. Als je drie gooit, dan mag je nog een keer. En kom je in de put, dan heb je gewonnen. Waarschijnlijk weten de kinderen best dat het anders gaat. Bespreek samen de juiste regels. Vertel dat het goed is om, voordat je het spel gaat spelen, de regels nog eens samen door te nemen. Zo voorkom je misverstanden en speel je fijner samen. Nodig een paar kinderen uit om het spel te spelen en observeer. Houdt iedereen zich goed aan de regels, dan kunnen ze elkaar een dikke duim geven.

Kiezen maar!

• Wat ziet Egel hangen als hij op Schildpad staat te wachten?

• Wat doet hij? • Waarom doet hij dat? • Wat vind je daarvan?

VERSJE

Vaardigheid: Nadenken voordat je een keuze maakt Leer de kinderen het kiesversje aan. Is er iets te kiezen? Bijvoorbeeld met wie je het spel gaat spelen of een wedstrijdje gaat doen? Zeg dan eerst samen het kiesversje op. Bespreek de keuzesdie er zijn en wat de beste keuze is. Benoem dat het goed is omdaarbij ook aan een ander te denken. Ga je kiezen? Denk goed na (denkgebaar) Kijk eerst goed (kijkgebaar) Stel een vraag (vraaggebaar) Kiezen maar!

Op de website is het kiesversje te vinden.

35

Winnen en verliezen * HOE DOE JE DAT?



De spelleider

BE W E EGS P E L

Vaardigheid: Vriendelijk op elkaar reageren

Hoofd, schouders, knie en teen

BEWEEGSPEL

Vaardigheid: (Zelf) rustig worden Als je merkt dat je gaat verliezen, lukt het niet altijd om vriendelijk te blijven. Niet tegen de andere teamleden, en niet tegen de tegenstander. Dat zie je bij Schildpad: hij zegt dat Egel het niet goed doet. En Egel moppert terug. Oefen samen wat het verschil is tussen mopperig en vriendelijk op elkaar reageren. Speel eerst zelf de spelleider en geef aanwijzingen. Zorg dat de spelleider herkenbaar is door een hesje of petje. Zeg bijvoorbeeld: ‘Sta allemaal op’, ‘schuif op je stoel naar één kant,’ of ‘ga maar lekker liggen met je hoofd op je tafel’. Wissel hierbij boos kijken en mopperig reageren af met vriendelijk kijken en praten (en complimenten geven). De kinderen lachen mee of kijken ook boos en herhalen de woorden terwijl ze de aanwijzingen uitvoeren. Vervolgens mag iemand anders de spelleider zijn. Wat voelt fijner: vriendelijk of mopperig op elkaar reageren?

Uitbeelden

K RIN GAC TIVITE IT

Vaardigheid: Iemand om hulp vragen Roep een kind bij je en fluister iets in zijn oor om uit te beelden. Bijvoorbeeld een handeling in huis (ramen lappen, vloer vegen, de afwas doen). Kies iemand uit die mag raden wat dit kind uitbeeldt. Is het na de eerste keer raden niet gelukt, dan vraagt dit kind hulp aan een ander kind: ‘Wil je mij helpen met raden?’ Samen doen ze een tweede raadpoging. Als het dan nog niet lukt, vragen ze elk een ander kind om te helpen. Dit gaat door totdat het geraden is.

Ga in een kring staan. Doe een paar keer heel snel ‘Hoofd, schouders, knie en teen’ achter elkaar. Oefen nu als volgt met de kinderen hoe je weer rustig kunt worden: - Spreek langzaam de naam van een lichaamsdeel uit, bijvoorbeeld ‘hoofd’. - De kinderen raken die plek nu met beide handen aan. - Adem een paar keer diep in en uit. - Noem dan een ander lichaamsdeel, bijvoorbeeld ‘schouders’. - Ga zo nog verschillende lichaamsdelen langs.

Iedereen klaar? Verliezen maar!

VAARDIGHEDEN • Vriendelijk op elkaar reageren • Iemand om hulp vragen • (Zelf) rustig worden • Gevoelens op een gepaste manier kunnen uiten (teleurstelling) VRAGEN

• Waarom gaat Egel steeds BEWEEGSPEL

wilder zwaaien met zijn armen?

• Waarom moppert

Vaardigheid: Omgaan met teleurstellingen

Schildpad?

Laat de kinderen een ‘slome-race-wedstrijd' doen op het plein. Na het startsein moeten ze van de ene kant naar de andere kant van het plein lopen. Ze mogen niet stilstaan. Is iedereen bij de overkant, leg dan uit dat degene die laatste was, gewonnen heeft. Laat iedereen hem/haar feliciteren. Bespreek met de verliezers (de kinderen die als eerste de overkant hebben bereikt) wat voor gevoel verliezen geeft. Nu mag iedereen tegen hem/haar ook iets zeggen om diegene een beter gevoel te geven. Helpt het om beter om te kunnen gaan met de teleurstelling van het verlies?

• Waarom moppert Egel?

37

Winnen en verliezen * HOE DOE JE DAT?


Egel en Schildpad vormen een team bij de speldag. Ze tennissen, zwemmen, lopen hard. Als ze ergens het beste in zijn, verdienen ze een gouden kraal. Wie aan het eind van de dag de meeste gouden kralen heeft, heeft gewonnen. Egel en Schildpad zijn in sommige dingen wel goed, maar in andere dingen minder. Ze winnen weleens, maar verliezen ook. En dat is niet altijd makkelijk! De serie Hoe doe je dat? is bedoeld voor kinderen in de onderbouw van de basisschool. In de verhalen komen onderwerpen aan de orde die voor jonge kinderen herkenbaar zijn. Omdat dieren de hoofdpersonen zijn in de verhalen wordt het voor kinderen makkelijker om vrijuit mee te denken over de situaties, alternatieven te bedenken en uit te proberen. Door de vragen en werkvormen bij de verhalen kunnen kinderen spelenderwijs oefenen met sociale en emotionele vaardigheden. Van de makers van Kwink.

Bestelnummer: 0710 ISBN: 978 90 5788 6010


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.