In deze periode
04| Pasen, | 20 april 2025
Johannes 1:1-17
Licht!
De evangelist Johannes schrijft een boek over Jezus. Hij begint met een tekst over het woord en het licht. Dit is een extra verhaal voor paasmorgen, naast het materiaal dat in het vorige nummer van Kind op Zondag (9305) werd aangeboden.
06| Zondag 27 april 2025
| Johannes 20:19-31
Hij is er!
Op de avond van Pasen verschijnt Jezus aan zijn leerlingen. Hij wenst hun vrede. Tomas is er niet bij. Als hij het hoort, kan hij niet geloven dat Jezus is opgestaan. Later verschijnt Jezus ook aan Tomas.
11| Zondag 4 mei 2025
| Marcus 15:43-16:8
De dood voorbij
Drie vrouwen ontdekten op paasmorgen dat het graf van Jezus leeg was. Deze zondag staan we stil bij hun indrukken en herinneringen en bij de verhalen die ze aan elkaar vertelden.
16| Zondag 11 mei 2025
| Johannes 5:1-18
Tijd om op te staan
Bij het bad van Betzata wachten mensen tot het water in beweging komt. Een man die daar al achtendertig jaar ligt, wordt door Jezus aangesproken met de vraag: ‘Wil je genezen?’ Daarna zegt Jezus dat hij zijn mat kan oppakken; hij is genezen. Andere mensen die ervan horen, vragen waarom Jezus op sabbat iemand geneest.
21| Zondag 18 mei 2025
| Johannes 4:5-26
Heb je dorst?
Jezus raakt in gesprek met een Samaritaanse vrouw. Hij vraagt haar om water, terwijl joden normaal niet met Samaritanen omgaan. Jezus vertelt deze vrouw over het levend water. Hij maakt haar duidelijk dat Hij de Messias is, die komen zou.
26| Zondag 25 mei 2025
| Johannes 9:1-38
Licht voor de wereld
Jezus geneest iemand die al vanaf zijn geboorte blind is. De omstanders kunnen hun ogen niet geloven: is dat echt die man die blind was? Sommigen zeggen dat hij het niet kan zijn, maar dat hij er wel op lijkt. Een paar farizeeën zeggen dat Jezus niet van God kan komen, omdat Hij dit op sabbat gedaan heeft.
Rubriek Vieren met jongeren: zie www.kindopzondag.nl
31| Viering Hemelvaart, | 29 mei 2025 Lucas 24:36-53
Gezegend
Jezus gaat naar de hemel. Zijn leerlingen blijven achter, zij wachten op de komst van de Heilige Geest.
32| Zondag 1 juni 2025 | Johannes 17: 1-13
Woorden aan de hemel
Kort voordat Hij het leven op aarde verlaat, bidt Jezus tot zijn Vader. Hij verwoordt wat Hij gedaan heeft en draagt zijn leerlingen aan Hem op.
37| Zondag 8 juni 2025 | Handelingen 2:1-11
Woorden voor iedereen
De leerlingen van Jezus ontvangen de Heilige Geest. Ze spreken woorden die iedereen kan verstaan.
Voorbereiden Licht!
Johannes 1:1-17
WELK VERHAAL LEZEN WE?
De evangelist Johannes schrijft een boek over Jezus. Hij begint met een tekst over het woord en het licht.
Feestelijke lezing
De tekst uit Johannes 1 wordt in de protestantse en rooms-katholieke leesroosters gelezen op kerstmorgen. In de oosters-orthodoxe kerk wordt deze tekst gelezen op paasmorgen. Omdat de paasdatum van de oostersorthodoxe en de ‘westerse’ kerken dit jaar samenvallen, reikt het oecumenisch leesrooster vanaf Palmzondag een serie lezingen aan uit het oosters-orthodoxe rooster. Op Palmpasen wordt ook in die traditie gelezen over de intocht van Jezus in Jeruzalem (maar dan wel uit het evangelie van Johannes, niet uit Lucas zoals in het Gemeenschappelijk Leesrooster). Op paasmorgen kan Johannes 1 gelezen worden; zeker in de hoofddienst is het mooi om dit te doen. Met de kinderen kun je er natuurlijk voor kiezen om ‘gewoon’ het verhaal van het open graf te lezen, maar het leek ons mooi om een uitwerking van Johannes 1 ook aan te bieden als alternatief.
Het begin
Het evangelie van Johannes begint met dezelfde woorden als het boek Genesis, helemaal aan het begin van de Bijbel. ‘In het begin…’ Daarmee lijkt de evangelist bewust te verwijzen naar het scheppingsverhaal. Het evangelie van Jezus Christus is niet alleen op een bepaald moment in de tijd aangebroken; dat goede nieuws was in zekere zin al begonnen bij de schepping van hemel en aarde.
Het woord
Een belangrijke plaats is in dit eerste hoofdstuk weggelegd voor het ‘woord’. Daarmee wordt meer bedoeld dan alleen een woord dat iets betekent. Het Griekse begrip dat hier gebruikt wordt, logos, kun je ook vertalen met leer of uiteenzetting. Het woord dat hier ter sprake komt, zo vertelt de evangelist, is niet door mensen bedacht: het was al in den beginne bij God. Gód was het woord en daaruit is alles ontstaan.
Getuige
Nadat de tekst in de eerste vijf verzen beschouwend begint, wordt in vers 6 een mens ten tonele gevoerd: Johannes de Doper. Over hem wordt verteld dat hij een getuige was. Een getuige is iemand die iets gezien of gehoord heeft en daarover vertelt. Johannes getuigde van het licht.
Licht
In het verhaal van de schepping, waarnaar Johannes in dit eerste hoofdstuk verwijst, speelt het licht een belangrijke rol: het scheppingsverhaal begint met God die licht uitroept op aarde. Ook in de tekst van vandaag komt dit ter sprake. Met de komst van Jezus komt de wereld letterlijk en figuurlijk in een ander licht te staan: alsof de schepping dunnetjes over wordt gedaan. Daar getuigde Johannes van, zo lezen we vandaag. Maar niet iedereen heeft dat licht willen aanvaarden.
Ontvangen en niet ontvangen
Door te vertellen dat niet iedereen het licht heeft aanvaard, schetst Johannes gelijk al een verschil dat verder in het evangelie steeds meer zal worden
Pasen, 20 april 2025
ingekleurd: het verschil tussen mensen die het licht wel en niet ontvangen hebben, tussen mensen die wel in Jezus geloofden en mensen die dat niet deden. Daarmee is dit hoofdstuk niet alleen een feestelijke, ‘stralende’ tekst: het is ook een tekst over wat mensen niet hebben willen zien en aannemen.
Het woord is mens geworden
Johannes vertelt dat het woord mens is geworden: Jezus is Gods woord in mensengedaante. Sprekend en handelend was Hij aanwezig in de wereld, tastbaar en concreet. Het verhaal van Jezus past voluit in de verhalen die al zolang met mensen meegingen, maar is tegelijk een beslissend nieuw hoofdstuk.
Verhaal voor kinderen?
De vraag is natuurlijk: hoe deel je iets van deze bijzondere tekst met kinderen?
In de vertelling die we voor deze zondag gemaakt hebben, gaat het over de evangelist Johannes. Na Pasen zit hij aan een schrijftafel en besluit hij alles op te schrijven wat hij weet.
In de vertelling wordt eerst gesproken over Johannes, de leerling van Jezus, en daarna over ‘iemand die Johannes heet’. Of dat dezelfde is, wordt bewust in het midden gelaten. Volgens de traditionele opvatting zou de leerling Johannes het evangelie geschreven hebben, dit wordt ook gesuggereerd aan het eind van het evangelie. Moderne wetenschappers betwijfelen of dit het geval is, of dat wellicht iemand ‘in de geest van Johannes’ heeft geschreven.
Erik Idema
Vertellen Licht!
Johannes 1:1-17
Pasen, 20 april 2025
Van Pasen tot Pinksteren volgt het oecumenisch leesrooster de lezingen van de Oosters-Orthodoxe kerk (zie ook de toelichting op blz. 2 en 3). Het is mogelijk om daar al op paasmorgen mee te beginnen, met de lezing uit Johannes 1:1-17. Op deze bladzijde vindt u een voorleesverhaal bij deze tekst, speciaal gericht op Pasen.
Werkvormen
4-7 jaar
lGesprek: Johannes vertelt hoe het allemaal begonnen is. Doet dat je ergens aan denken? Lees samen het begin van de Bijbel, Genesis 1. Waarschijnlijk heeft Johannes aan dit verhaal gedacht toen hij ging vertellen over Jezus.
pSpel: Ga in de kring zitten en geef een lichtje door. Het kind dat het lichtje krijgt, mag iets vertellen dat zij/hij graag met de anderen wil delen.
sCreatief: Als jij een verhaal over Jezus zou schrijven, wat zou er dan in staan? De kinderen schrijven dit op.
Dit verhaal vormt een opmaat voor de verhalen die we in de komende weken gaan lezen. Dit is een alternatief voor de lezing uit Johannes 20, die in het vorige nummer van Kind op Zondag (nr. 5 jr. 93) werd aangeboden.
Verhaal 4-12 jaar
Johannes schrijft het op
In de tijd van Pasen tot Pinksteren vieren we dat Jezus is opgestaan. Je kunt het verhaal deze periode elke week inleiden met een tweespraak:
Eén kind: Christus is opgestaan!
Allen: Ja, Hij is opgestaan.
Begin daarna meteen met de eerste zin van het verhaal.
Er is iets gebeurd dat niemand kan begrijpen. Iets fijns, iets geweldigs en toch ook iets heel vreemds.
De vriendinnen en vrienden van Jezus hebben het gezien. De steen voor het graf van Jezus was weggerold en het graf was leeg. En Jezus… ze hebben Jezus gezien. Ze hebben Hem gehoord. Hij leeft!
Maria, Petrus en Johannes zijn de eersten die er iets van gemerkt hebben.
Heel veel jaren later zit iemand aan een schrijftafel. Hij heet Johannes. Hij denkt aan alles wat er gebeurd is met Jezus. Hij wil het opschrijven, zodat iedereen het weet.
Maar waar moet hij beginnen? Johannes denkt diep na… en dan begint hij te schrijven.
Hij schrijft:
Het is allemaal begonnen met het woord van God.
God zei: ‘Licht!’
En toen werd het licht. Toen kwam er leven op aarde.
Soms werd het weer donker; maar nooit zo donker, dat het niet weer licht kon worden. Er kwam iemand die door God was gestuurd.
Hij heette Johannes de Doper.
Johannes vertelde over het licht. Hij was niet zelf het licht, maar hij vertelde er wel over. Hij zei dat na hem iemand zou komen die veel belangrijker was.
Dat is gebeurd, toen Jezus kwam.
Jezus had de stem van God, hij was Gods verhaal dat rondliep op aarde. Hij woonde bij ons! We zagen Hem, we konden Hem aanraken.
En als we Hem zagen, dan zagen we de grootheid van God.
De God die licht brengt in het donker.
Weetje
Het evangelie van Johannes is genoemd naar de leerling die met Maria en Petrus gezien heeft dat het graf leeg was. Het is niet zeker dat hij het zelf geschreven heeft; het kan ook geschreven zijn door iemand die zich met hem verbonden voelde.
Johannes legt zijn pen neer. Dit is nog maar het begin, bedenkt hij. Ik moet ook vertellen dat Jezus gedood is. Dat het toen donker werd, maar dat wij gezien hebben dat het zelfs toen weer licht kon worden. Want Jezus is opgestaan uit de dood.
Dat moet ik allemaal vertellen. Maar ik moet ook vertellen wat Jezus daarvóór allemaal gedaan heeft: dat Hij zieke mensen beter maakte, dat Hij Gods verhaal vertelde. Ik ben nog lang niet klaar!
De komende weken zullen we horen wat Johannes allemaal opschreef.
Mattijs Weegenaar
8-10 jaar
lGesprek: Waarom wilde Tomas nadenken? Aan het eind van het verhaal gaat Tomas weer lopen en nadenken. Is het nu anders dan eerst? Waarom?
kRitueel: Vrede wensen. In het verhaal wenst Jezus zijn leerlingen vrede. In veel kerken gebeurt dat ook, bijvoorbeeld bij de viering van de Maaltijd/het Avondmaal. Ga samen in de kring zitten en wens elkaar de vrede van Christus: iedereen geeft een paar anderen een hand en zegt: ‘De vrede van Christus’.
sCreatief: Veel dingen bestaan wel, maar je ziet ze niet. Bijvoorbeeld muziek, geluk of frisse lucht. De kinderen maken een stoffen blinddoek. Met textielstift schrijven ze er een woord of een symbool op van iets dat echt bestaat, maar niet direct te zien is.
Tip: In plaats van textielstift kunnen de kinderen ook lapjes stof of andere materialen op de blinddoek plakken. Of gebruik de bril van het werkblad op blz. 10.
mZingen: Extra: In veel kerken wordt op deze zondag na afloop van de dienst het Wilhelmus gezongen. Gebeurt dat bij jullie ook? Oefen het lied dan samen tijdens de kindernevendienst.
11-12 jaar
lGesprek: De leerlingen van Jezus waren bij elkaar, maar Tomas was er niet bij. In de Bijbel staat niet waarom dat was; misschien wilde hij even alleen zijn en nadenken. Wat doe jij als er iets bijzonders gebeurd is? Wil je dan praten met anderen of liever even alleen zijn?
sCreatief: Schrijf een gedicht over Tomas: over zijn twijfel en zijn vragen, maar ook over zijn geloof als hij Jezus ziet.
Vertelling 8–12 jaar
Tomas
In de tijd van Pasen tot Pinksteren vieren we dat Jezus is opgestaan. Je kunt het verhaal deze periode elke week inleiden met een tweespraak:
Eén kind: Christus is opgestaan! Allen: Ja, Hij is opgestaan.
Begin daarna meteen met de eerste zin van het verhaal.
Tomas moet lopen. Hij moet alleen zijn, zijn gedachten op orde brengen. De anderen zitten ergens in een huis, met de deur op slot. Tomas heeft lucht nodig. Lucht, die Jezus een paar dagen geleden nog inademde. Maar nu niet meer.
Hoe heeft het ooit zover kunnen komen, denkt Tomas, terwijl hij door de stad loopt. Jezus deed dingen die geen mens voor mogelijk hield. Hij maakte zieke mensen beter, hij vertelde over Gods liefde. Wij lieten alles achter ons om met Hem mee te gaan. Maar ergens onderweg ontdekten we, dat de weg van Jezus niet altijd door kon gaan. Hij zei het ook, dat Hij op een dag zou moeten sterven. En nu is het gebeurd. Het is verschrikkelijk, het is verdrietig, het is onbegrijpelijk. En dan dat rare verhaal van vanmorgen, van Maria en Petrus en Johannes… Zij zeggen dat het graf van Jezus leeg is. Wat heeft dat nu weer te betekenen? Tomas loopt en denkt. Hij komt er niet uit. Pas als het donker is, gaat hij terug naar de anderen.
‘Jezus was hier!’ zeggen ze zodra hij binnen is. ‘Hij leeft! Hij heeft ons zijn wonden laten zien. Hij was er echt!’ Tomas zucht. Hoeveel onbegrijpelijks moet er nog gebeuren? Hij schudt zijn hoofd. ‘Ik kan het pas geloven als ik Hem zelf gezien heb’, zegt hij.
In de dagen daarna blijft Tomas bij de anderen. Eigenlijk wil hij lopen, nadenken, over vragen waar misschien geen antwoord op is. Maar hij wil ook bij de anderen zijn, om te zien wat zij zien. En dan gebeurt het. Zomaar ineens verschijnt Jezus in hun midden. ‘Ik wens jullie vrede’, zegt hij. Hij kijkt naar Tomas. ‘Kom maar’, zegt hij. ‘Raak me aan als je dat wilt.’ Maar Tomas kan alleen nog maar stamelen. ‘Mijn Heer… mijn God…’
Jezus glimlacht naar hem. ‘Jij gelooft omdat je ziet’, zegt Hij. ‘Dat is mooi. Gelukkig zijn de mensen die niet zien en toch geloven.’ Tomas knikt. Even later is Jezus weer weg. Tomas loopt naar de deur, die nog steeds op slot is. Hij schuift de grendel opzij. ‘Wat ga je doen?’ vragen de anderen. ‘Lopen’, zegt Tomas. ‘Nadenken, over Gods nieuwe begin.’ Hij laat de deur openstaan.
Mattijs Weegenaar
Hij is er!
27 april 2025
Bijbel: Johannes 20:19-31 Kijk bij Vieren voor uitleg bij dit werkblad
www.kindopzondag.nl
