Hoe denkt Leeuwarden en omgeving over de Europese Unie?
Profielwerkstuk Havo 5 Anita Nguyen, Lisa Nguyen, Vivian Santing, Nienke Vellinga en Sanne Zuidema Economie en Geschiedenis 6 februari 2017 06-02-2017
1. Voorwoord 1.1 Titel Onze titel luidt: ‘Meningen over de Europese Unie in Nederland’. Wij hebben dit thema gekozen, omdat het ons een interessant onderwerp leek. De afgelopen tijd is dit veel besproken in het nieuws. Ook stelden wij ons de vraag of het wel goed zal gaan komen binnen de Europese Unie. Recent was de Brexit nog veel in het nieuws. De Brexit houdt in dat Groot-Brittannië heeft besloten om uit de Europese Unie te stappen. Dit heeft natuurlijk gevolgen voor andere EU-landen. Zijn ze nadelig? Of juist voordelig? Zal de Europese uitelkaar vallen nu Groot-Brittannië dit heeft besloten? Wat vindt Nederland eigenlijk van de Europese Unie? En hoe zit dat met onze naaste omgeving? Dit willen we allemaal gaan onderzoeken. Wij hopen dat we aan het einde van ons onderzoek hier wat meer over te weten zullen komen en zo antwoord op onze vragen krijgen.
2
1.2 Toekomstverwachtingen Anita Nguyen Voor het profielwerkstuk hebben we ons gericht op de examenvakken economie en geschiedenis. Beide van deze vakken heb ik. Ons onderwerp luidt: ‘Hoe denkt Nederland over de Europese Unie’. Dit profielwerkstuk heeft wel iets te maken met de beroepsopleiding die ik misschien zou willen gaan volgen. Ik zat te denken tussen drie verschillende richtingen namelijk: handel, toerisme en media. Ik wil bij deze drie onderwerpen richting de economie op gaan. Ik denk dit wel een goede hulp kan zijn voor de keuzes die ik zal maken. In ieder geval komt dit onderzoek mij wel van pas qua kennis die ik kan opleveren voor verdere economische studies.
Lisa Nguyen Onze profielwerkstuk gaat over hoe Nederland denkt over de Europese Unie. Hierbij hebben wij twee examenvakken gekozen: economie en geschiedenis, die ik overigens allebei ook heb. Ik denk dat dit onderwerp wel van toepassing komt met mijn latere opleiding. Ik weet nog niet zeker welke studie ik wil gaan kiezen, maar ik weet vrijwel zeker dat het in de economische richting is. Hierbij dacht ik aan de opleidingen Facility Management, Hogere Hotelschool of Tourism Management.
Vivian Santing Voor ons profielwerkstuk hebben wij de examenvakken economie en geschiedenis gekozen, ikzelf heb economie. Ons onderwerp is: ‘Hoe denkt Nederland over de Europese Unie’. Dat heeft automatisch met mijn toekomst te maken, omdat we bij de Europese Unie horen. Ik weet nog niet wat ik als vervolgopleiding ga kiezen, maar op dit moment richt ik me meer op de economische studies. Daarom denk ik dat ik dit ook een goed profielwerkstuk onderwerp is, omdat ik ten eerste meer te weten kom over de Europese Unie en ten tweede me richt op de economie.
Nienke Vellinga Voor het profielwerkstuk hebben wij gekozen voor de vakken economie en geschiedenis. Ik heb op de helft van havo 4 het vak Frans laten vallen voor het vak economie. Ik weet nog niet wat ik wil doen als vervolgopleiding, maar ik denk dat economie wel een belangrijk vak daarvoor kan zijn, daarom heb ik wel economie gekozen. Ik wil later graag in het buitenland studeren of naar het buitenland reizen, daarom vind ik dit onderwerp van het profielwerkstuk wel interessant. Ik hoop dat de Europese Unie blijft bestaan, omdat het anders erg lastig word om binnen Europa te gaan reizen
Sanne Zuidema Wij hebben voor dit profielwerkstuk het onderwerp: ‘Hoe denkt Nederland over de Europese Unie’ gekozen, omdat het nog recent op het nieuws was (Brexit). Het leek ons interessant om meer weten te komen over hoe de meningen zijn verdeeld in Nederland over de Europese Unie. Ook hebben wij hiervoor gekozen omdat de toekomst er onstabiel uitziet voor de Europese Unie. Ik weet nog niet zeker of ik daadwerkelijk later hier een opleiding of baan in wil gaan doen, omdat ik later misschien in het buitenland wil gaan studeren of werken. Dit zou gemakkelijker kunnen gaan als de Europese Unie blijft bestaan, zoals hoe we het nu kennen.
3
Inhoudsopgave 1. Voorwoord .......................................................................................................................................................... 2 1.1 Titel ............................................................................................................................................................... 2 1.2 Toekomstverwachtingen .............................................................................................................................. 3 2. Inleiding .............................................................................................................................................................. 5 2.1 Waarom dit onderzoek? ............................................................................................................................... 6 Hoofdstuk 1: Achtergronden .......................................................................................................................... 6 Hoofdstuk 2: De doelstelling of probleemstelling .......................................................................................... 6 2.2 Het onderzoek .............................................................................................................................................. 7 Hoofdstuk 3: De opdracht .............................................................................................................................. 7 2.3 Hoe onderzoeken we? .................................................................................................................................. 8 Hoofdstuk 4: De projectactiviteiten ............................................................................................................... 8 Hoofdstuk 5/6: De onderzoek grenzen en randvoorwaarden ....................................................................... 8 2.4 Takenverdeling en planning ......................................................................................................................... 9 Hoofdstuk 7: onderzoeksorganisatie ............................................................................................................. 9 2.5 Verslag PWS-week ...................................................................................................................................... 10 3. Deelvragen ........................................................................................................................................................ 11 3.1 Hoe ziet de geschiedenis van de EU eruit? ................................................................................................. 12 3.2 Wat vinden politieke partijen in de Tweede Kamer van de EU? ................................................................ 18 3.3 Wat kunnen de gevolgen van een Nexit zijn? ............................................................................................ 23 3.3.1 Maatschappelijke gevolgen ................................................................................................................. 23 3.3.2 Economische gevolgen ........................................................................................................................ 24 3.4 Wat voor politieke invloed heeft Nederland op de EU? ............................................................................. 29 3.5 Hoe profiteert Nederland van de EU? ........................................................................................................ 34 Wat zijn de voordelen van de EU? ............................................................................................................... 34 Wat zijn de nadelen van de EU? ................................................................................................................... 37 3.6 Resultaten onderzoek (enquĂŞte + interview) .............................................................................................. 40 3.6.1 EnquĂŞte ............................................................................................................................................... 40 3.6.2 Interview ............................................................................................................................................. 48 4. Conclusie ........................................................................................................................................................... 51 4.1 Beantwoording deelvragen ........................................................................................................................ 52 4.2 Beantwoording hoofdvraag ........................................................................................................................ 54 5. Nawoord ........................................................................................................................................................... 56 6. Taakverdeling en planning ................................................................................................................................ 58 7. Logboek ............................................................................................................................................................. 60 8. Literatuurlijst .................................................................................................................................................... 67 9. Bijlagen ............................................................................................................................................................. 75
4
2. Inleiding De Europese Unie heeft de laatste tijd flink wat klappen gekregen. Daardoor kwam bij ons de vraag; “Wat vinden mensen nu eigenlijk van de Europese Unie?” Door een onderzoek te doen in Leeuwarden en enkele omliggende dorpen, willen we daar achter komen. We schetsen een beeld bij de meningen van deze mensen, en of er verschillen zijn. Zijn er verschillen in leeftijden, of denken mensen in een dorp er anders over dan de mensen die in een stad wonen? Na de Brexit, waaruit bleek dat er een kloof was tussen generaties, vroegen wij ons af of dat in Nederland bij een eventuele Nexit ook het geval zou zijn. Eerst kijken we naar de geschiedenis van de Europese Unie. Zo komen we er achter waarom het bestaat. Daarnaast zoomen we in op Nederland, wat de politieke partijen vinden en welke machtspositie Nederland nu eigenlijk heeft binnen de Europese Unie. Ook komen we er achter of Nederland profiteert van haar lidmaatschap aan de Europese Unie, of levert ons land alleen maar in? Ten slotte wordt door een enquête en een interview met student van European Studies een mening geschetst van mensen in en rondom Leeuwarden. Dit zal ons onderzoek naar de meningen over de Nexit, en de Europese Unie afronden.
5
2.1 Waarom dit onderzoek? Hoofdstuk 1: Achtergronden Wij willen dit onderzoek doen, omdat we willen weten wat er allemaal aan de hand is in de Europese Unie. We waren hierin geïnteresseerd geraakt, omdat het de laatste tijd veel op het nieuws kwam. Door de Brexit zijn wij uiteindelijk op dit onderwerp gekomen. De rolverdeling tussen onze partijen: Wij zijn begonnen met het verzinnen van een titel, de hoofdvraag, de deelvragen en het maken van woordwolken. Dit deden we gezamenlijk. Het logboek is gemaakt door Anita en Vivian. Voor de rest heeft ieder zijn eigen verantwoordelijkheid om zelf het logboek bij te houden wat diegene die dag aan het profielwerkstuk heeft gedaan. Verder volgden Lisa en Sanne de workshop en deelden vervolgen de kennis die ze hadden meegekregen. Tenslotte verdeelden we de hoofdstukken van het plan van aanpak en voegden we het op het eind samen tot een geheel.
Hoofdstuk 2: De doelstelling of probleemstelling Het onderzoek wordt uitgevoerd, omdat we willen weten wat er aan de hand is met de Europese Unie. Er zijn veel verschillende meningen over de Europese Unie in Nederland. Wij willen weten hoe dit komt. We kijken naar de geschiedenis van de Europese Unie om te achterhalen wat de oorzaak kan zijn van deze verschillen. Ook kijken we naar de economie van Nederland en de gevolgen van de Europese crisis. Tenslotte kijken we ook naar de Europese Unie als geheel en hoe Nederland zich daarmee bezighoudt. Wij hebben gekozen voor de hoofdvraag: ‘Hoe denkt Leeuwarden en omgeving over de Europese Unie?'. Wij gaan vooral bezig in Leeuwarden en omgeving, en zullen dan ook kijken naar de meningen van politieke partijen, enzovoorts. Door middel van een enquête willen we achter de mening komen van drie verschillende leeftijdsgroepen. Rondom deze hoofdvraag heben wij acht deelvragen bedacht, waarmee we de hoofdvraag kunnen beantwoorden. De deelvragen zijn als volgt: 1. Wat is de geschiedenis van de EU? 2. Wat vinden politieke partijen in de tweede kamer van de EU? 3. Wat zou de politieke, economische en maatschappelijke gevolgen kunnen zijn van Nexit? 4. Wat voor rol heeft Nederland in de EU? - Wat is de machtspositie van Nederland in de EU? 5. Hoe profiteert Nederland van de EU? 6. Wat voor invloed heeft de economische crisis en de vluchtelingencrisis op de EU? 7. Wat zijn de verschillen in meningen in en rondom Leeuwarden tussen generaties over de EU? - Wat vinden de mensen in en rondom Leeuwarden over Nexit? - Wat zijn de verschillen in meningen tussen mensen uit een dorp en mensen uit een stad over de EU? 8. Hoe zijn de meningen van Nederlanders over de EU veranderd over de jaren heen?
6
2.2 Het onderzoek Hoofdstuk 3: De opdracht Wij gaan onderzoeken hoe Leeuwarden en omgeving denkt over de Europese Unie. We willen daarmee kijken wat de oorzaak ervan is. Ook verdiepen we ons in de politieke opvattingen van verschillende partijen en willen we onderzoeken of er verschillende meningen zijn over de Europese Unie tussen verschillende generaties en of het uitmaakt of je in een dorp of stad woont. Denken mensen in een stad anders over de Europese Unie dan mensen in een dorp, of valt dat mee? Dit onderzoek is opgezet als gevolg van de probleemstelling, namelijk wat de meningen zijn van Nederlanders over de Europese Unie en hoe hun mening gevormd is. Het grootste doel van dit onderzoek is om meer inzicht te krijgen over de verdeeldheid in Nederland. We willen in ieder geval een antwoord op onze hoofd- en deelvragen. Ook willen we een enquĂŞte uitvoeren op school, in een bejaardentehuis en rondom Leeuwarden en omgeving, om te kijken of de generaties anders over de Europese Unie denken. Daarbij hebben we dan een categorie met leeftijden die daar tussenin vallen, waarbij we leraren, ouders en familieleden voor zullen vragen.
Deelvragen Onze eerste deelvraag gaat over de geschiedenis van de Europese Unie. Dit is handig om een goede basis te werven voor ons onderzoek, waaruit we dan verder kunnen werken. Op die manier komen we ook meer te weten over de Europese Unie, wat ook van toepassing is. Wat vinden politieke partijen van de EU? Dit is onze tweede deelvraag, wat een globaal idee vormt over de mening van Nederland. De mensen stemmen immers op de partij waar ze het meest mee eens zijn. Verder willen we ook onderzoeken wat de gevolgen zouden kunnen zijn van een eventuele Nexit. Ook zijn wij benieuwd naar de invloed van Nederland op de Europese Unie. We willen erachter komen hoeveel macht we nou hebben en wat we nu eigenlijk te zeggen hebben over de regels waar we ons aan moeten houden. Ook wilen we weten hoe Nederland profiteert van de Europese Unie, en welke machtspositie Nederland heeft in de Europese Unie. Door middel van een enquĂŞte willen we de verschillen van meningen van mensen in Leeuwarden en omgeving onderzoeken. Wat vinden de mensen over de Nexit? En wat zijn de verschillen van meningen van mensen uit een dorp en uit een stad?
7
2.3 Hoe onderzoeken we?
Hoofdstuk 4: De projectactiviteiten Wij zijn van plan om door middel van een enquête aan te tonen hoe de Friese bevolking (Leeuwarden en omgeving) denkt over o.a. de Nexit. Dit gaan wij uittesten op de volgende vier doelgroepen: jongeren (<18), jongvolwassenen (18 - 30), volwassenen (30 – 65) en bejaarden (65+). Hierbij willen wij 50 personen – elke doelgroep, dus in totaal 200 personen – de enquête laten maken. De taakverdeling is als volgt: Jongeren: Anita Nguyen en Nienke Vellinga. Jongvolwassenen: Anita Nguyen en Lisa Nguyen. Volwassenen: Vivian Santing en Sanne Zuidema. Bejaarden: Vivian Santing en Nienke Vellinga. Naast de enquête zijn wij ook van plan om een leraar of student(e) van de opleiding European Studies te interviewen, met behulp van een aantal vragen die te maken hebben met onze hoofdvraag en/of deelvragen. Hierbij zoeken we een leraar of student(e) in een van de Hoge Scholen in Leeuwarden. Het interview wordt gehouden door Lisa Nguyen en Sanne Zuidema.
Hoofdstuk 5/6: De onderzoek grenzen en randvoorwaarden De onderzoeken die we verrichten hebben een grote lengte. Het interviewen van een deskundige en doen van enquêtes zal veel tijd kosten, maar het zal de lengte van het project groter maken en ons helpen met ons onderzoek. We moeten het profielwerkstuk begin 2017, in februari, af hebben. We hebben rekening gehouden met het afnemen van enquêtes. We hebben ervoor gekozen om 50 personen per doelgroep te kiezen, die we een vraagformulier laten invullen. Dit is wel een redelijk grote groep en het zal makkelijk voor ons zijn om het aantal percentages in gegevens te berekenen en in grafieken en/of tabellen te kunnen verwerken om hieruit een conclusie te trekken.
8
2.4 Takenverdeling en planning Hoofdstuk 7: onderzoeksorganisatie Organisatie Omdat wij nog weinig informatie hebben over de beschikbaarheid van volgend schooljaar, i.v.m. werk, school en andere omstandigheden, zullen we volgend schooljaar beginnen met de definitieve planning. Wel hebben we bedacht dat we een enquête gaan houden, waarbij we de taken verdelen over de leeftijdsgroepen: Anita Nguyen en Nienke Vellinga <18 jaar Anita Nguyen en Lisa Nguyen: 18 – 30 jaar Vivian Santing en Sanne Zuidema: 30-65 jaar Vivian Santing en Nienke Vellinga: 65+ jaar Daarnaast zijn we van plan om een interview te houden, maar weten we nog niet zeker met wie. Wel hebben we drie potentiële studentes van de opleiding European Studies gevonden, die ons zouden kunnen helpen om ons onderzoek voort te zetten. Wij willen het liefst z.s.m. uitzoeken met wie we het interview willen houden, zodat we een overzichtelijk en globaal beeld hebben voor onze planning, en dat we daarmee rekening kunnen houden. De planning van de hoofdstukken, interview en verdere dingen die gedaan moeten worden, zullen we hoogstwaarschijnlijk bij de bespreking in september of oktober afronden. Informatie Omdat het profielwerkstuk een groot aantal maanden zal duren, is het belangrijk om een goede communicatie onderling te houden. Ons plan is om dit in eerste instantie via WhatsApp, in een speciale groep, te doen. Daarnaast is het ook handig om regelmatig het profielwerkstuk te bespreken onderling, zodat iedereen bezig is en bezig blijft. In september zullen wij onze eerste bespreking houden. Wij willen tenminste één keer per maand samen komen om te overleggen en om de voortgang van ieder bij te houden. Op de eerste dag dat we bezig zijn geweest met het profielwerkstuk, werd er gelijk een online logboek ontworpen, zodat iedereen kan bijhouden wat en wanneer diegene heeft gedaan. Zo kunnen we goed bijhouden op hoeveel uren we zitten en wat we precies hebben gedaan. Voor het delen van bestanden die te maken hebben met het profielwerkstuk, zullen wij onze schoolmail (via magister) en privémail gebruiken.
9
2.5 Verslag PWS-week Hoofdstuk 8: De planning De eerste drie dagen waar we met het profielwerkstuk bezig geweest zijn, hebben we gebruikt voor het maken van het plan van aanpak. Het plan van aanpak kunnen wij dan gebruiken als we daadwerkelijk aan de slag gaan met het werkstuk. Op de eerste dag kregen we een presentatie op de NHL. Daar werd verteld over het kiezen van een onderwerp en over de markt waar we eventueel nog informatie konden werven. Wij (Anita, Lisa, Nienke, Sanne & Vivian) hadden van te voren al afgesproken dat we in een groepje samen zouden werken, maar we hadden nog geen onderwerp gekozen. Na de presentatie zijn we even apart van de grote groep gaan staan, om te overleggen. Omdat we allemaal economie hebben, was het al snel duidelijk dat dit vak gebruikt zou worden als examenvak. Daarnaast hadden we besloten om als tweede vak geschiedenis te kiezen. Na een tijd van overleg kwamen we op het onderwerp ‘Europese Unie’ uit. Dit hadden we gekozen omdat het de laatste tijd, door de recente Brexit, veel in het nieuws was. Het heeft natuurlijk ook veel met economie en geschiedenis te maken. Omdat het onderwerp ‘Europese Unie’ natuurlijk heel breed is, kregen wij het advies om het specifieker en meetbaarder te maken. Toen kwamen we op het idee om uit te zoeken hoe Nederland eigenlijk denkt over de Europese Unie. Door op school gelijk in overleg te gaan, waren we er achter gekomen om maandag maar zo veel mogelijk samen te doen. Die tijd hebben we gebruikt om samen woordspinnen te maken, met drie verschillende onderwerpen om op zoveel mogelijk ideeën te komen. Daarna hebben we deelvragen bedacht, waar we later pas een hoofdvraag bij zouden verzinnen. De hoofdvraag luidt: ‘Hoe denkt Nederland over de Europese Unie?’. Anita en Vivian zijn ook bezig geweest met het maken van een logboek, zodat iedereen nauwkeurig bij kan houden hoe ver zij is. Dinsdag zijn we begonnen met het maken van een to-do-list voor die dag. Zo wisten we wat er allemaal moest gebeuren en konden we makkelijk de taken verdelen. We hebben toen besloten dat Anita hoofdstuk 1 en 2 zou maken, Vivian en Nienke zouden bezig gaan met hoofdstuk 3 en de hypothesen voor de deelvragen. Sanne en Lisa volgden een workshop en richtten zich op hoofdstuk 4. Om 11:00 uur kwamen we weer met z’n allen bij elkaar voor overleg. Toen hebben we ook NHLstudenten voor advies gevraagd, waardoor we onze deelvragen wat moesten bewerken. Zo kwamen we ook al snel op een hoofdvraag, omdat we te horen kregen dat de hoofdvraag niet mag gaan over wat de verschillen zijn, omdat het anders een opsomming zou worden. Daarna zijn we ook nog even bezig geweest met een planning voor woensdag en het begrijpen van de checklist, wat nog best wel lastig was. Woensdag begonnen we soepeler, omdat we dinsdag al bezig waren geweest met een planning. Ook hadden sommige groepsleden thuis al literatuur opgezocht, wat dus ook tijd scheelde. Al snel gingen we apart van elkaar bezig nadat we de taken goed hadden verdeeld. De checklist die we van school kregen, kwam niet helemaal overeen met het lijstje van punten wat in het plan van aanpak moest. Na overleg hebben we dus besloten om het allebei maar te doen, en om het zo logisch mogelijk in te delen. Om 12:00 uur leverden we ons plan van aanpak in.
10
3. Deelvragen Zoals hieronder is aangegeven, kan je zien dat er zes deelvragen zijn. Origineel zouden dit er acht zijn, maar wij hebben twee deelvragen geschrapt omdat het lastig was om dit te beantwoorden en/of waren de vragen niet irrelevant en/of pasten het niet bij ons profielwerkstuk. De uiteindelijke deelvragen zijn: Deelvraag 1: Hoe ziet de geschiedenis van de EU eruit? Deelvraag 2. Wat vinden politieke partijen in de tweede kamer van de EU? Deelvraag 3. Wat kunnen de gevolgen van een Nexit zijn? Deelvraag 3.1: Maatschappelijke gevolgen. Deelvraag 3.2: Economische gevolgen. Deelvraag 4: Wat voor politieke invloed heeft Nederland op de EU? Deelvraag 5: Hoe profiteert Nederland van de EU? Deelvraag 6: Resultaten onderzoek (enquete + interview) 11
3.1 Hoe ziet de geschiedenis van de EU eruit? Om de hoofdvraag te kunnen beantwoorden is het handig om eerst te weten wat de Europese Unie is, hoe zij is ontstaan en wat voor gebeurtenissen er zijn afgespeeld. De geschiedenis van de Europese Unie hebben we verdeeld in decennia ’s zodat het overzichtelijker is. Wij hebben informatie van de geschiedenis vanaf het begin (in 1945) tot aan het heden verzameld. 1945 – 1959 Aan het eind van de Tweede Wereldoorlog richtte Amerika het Marshallplan op om Europa uit de crisis te halen. Om dat in werking te stellen wilden ze echter wel dat er een economische samenwerking zou ontstaan. Op 16 april 1948 werd de OEES opgericht: de Organisatie voor Europese Economische Samenwerking. Na die organisatie kwam er in mei 1948 een vergadering in Den Haag. Daar werd ook opgeroepen naar een sterkere samenwerking en o.a. een Europese Raad en een hof van Justitie. In augustus 1949 werd er daadwerkelijk een Raad van Europa opgericht. Nederland deed daar aan mee. De Raad van Europa bestond voornamelijk uit West-Europese landen. Op 9 mei 1950 stelt de Franse minister van Buitenlandse Zaken voor om de kolen- en staalindustrie van West-Europa te verenigen. Jean Monnet kreeg de taak om dit plan uit te werken. Dit plan werd het Schumanplan genoemd. Dit plan werd goedgekeurd en begon met de landen België, Luxemburg, Nederland, Duitsland, Frankrijk en Italië. Op 18 april 1951 ondertekenden deze landen het verdrag van Parijs, en werd de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal (EGKS) een officiële gemeenschap. Deze organisatie moest er voor zorgen dat er een blijvende vrede zou zijn binnen de Europese Unie. Op 23 juli is het EGKS-verdrag officieel van kracht. De Hoge Autoriteit kwam in Luxemburg. Jean Monnet wordt daar de voorzitter van. Paul-Henri Spaak wordt voorzitter van de Gemeenschappelijke Vergadering. Op 1 januari wordt de EGKS-heffing ingevoerd. Dat was de eerste Europese belasting. Op 10 november 1954 treedt Jean Morret af als voorzitter van de Hoge Autoriteit van de EGKS, omdat plan van de Europese Defensiegemeenschap had gefaald. Deze gemeenschap had er voor moeten zorgen dat lidstaten tegen agressie beschermd werden. Hij wordt opgevolgd door René Mayer. Op 8 december 1955 wordt het Europees embleem gekozen: een blauwe vlag met twaalf gouden sterren. In 1956 zijn er plannen voor een Europese Economische Gemeenschap. Dat houdt in dat er gezamenlijke markt zou zijn. De onderhandelingen gaan van start op 26 juni van dat jaar. Op 25 maart 1957 wordt dit verdrag ondertekend in Rome. Ook het verdrag voor een Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (Eurotom) wordt dan ondertekend. Deze gingen op 1 januari 1958 van kracht. Op 19 maart 1958 is de eerste zitting van het Europees Parlement in Frankrijk, onder leiding van Robert Schuman. Dit parlement verving de gemeenschappelijke vergadering van het EGKS. In april wordt besloten dat Duits, Frans, Nederlands en Italiaans de officiële talen van de gemeenschappen zijn. Op 20 en 21 juli 1959 willen zeven landen (Oostenrijk, Denemarken, Noorwegen, Portugal, Zweden, Zwitserland en het Verenigd Koninkrijk) van de OEES een Europese Vrijhandelsassociatie (EVA) oprichten. Het volgende jaar op 3 mei treedt dit in werking. Op 14 december 1960 wordt de OEES de Organisatie voor economische samenwerking en ontwikkeling (OESO). 12
1960 – 1969 In juli 1961 is er een conferentie in Duitsland. De zes landen van de EGKS willen een politieke unie oprichten. Eind juli en begin augustus dienen Ierland, het Verenigd Koninkrijk en Denemarken een verzoek voor toetreding tot de Europese gemeenschappen in. De onderhandelingen over deze toetredingen stoppen in januari 1962. Dat is mede omdat Frankrijk twijfelde aan de toewijding van het Verenigd Koninkrijk. Robert Schuman, die het plan van de EGKS heeft uitgevoerd, is overleden op 4 september 1963. De jaren daarna gaat het erg goed met de Economie van de lidstaten van de Europese Gemeenschappen. Dit komt mede omdat ze minder heffing vragen over handel dat binnen deze grenzen blijft. Ook wordt er besloten dat er één raad en één commissie zal zijn per land voor de Europese Gemeenschappen. 1970 – 1979 Op 22 april 1970 wordt het verdrag van Luxemburg ondertekend. Daarmee wordt het systeem van eigen middelen ingevoerd, waardoor de Gemeenschappen verschillende belastingen en heffingen zal ontvangen. Op 8 oktober van datzelfde jaar komt er een verslag van de raad. Deze gaat over het opzetten van een economische en monetaire unie. In 1970 wordt het Europees Sociaal Fonds besloten te hervormen. In1971 wordt het plan 'Werner' goedgekeurd. In dit plan staan verschillende maatregelen betreffende de economie en valuta. Denemarken, Noorwegen, het Verenigd Koninkrijk en Ierland geven aan bij de Europese Gemeenschappen te willen horen. Zij geven hun onderhandelingsposities aan. Op 1 januari 1973 kunnen Denemarken, het Verenigd Koninkrijk en Ierland toetreden tot de Europese Gemeenschappen. Daarmee worden de Gemeenschappen uitgebreid. Vanaf dat moment gaat ook de vrijhandelsovereenkomst met Oostenrijk, Zwitserland, Portugal en Zweden van kracht. In 1973 zijn de negen lidstaten van de Europese Gemeenschappen het er over eens om zich voor een vreedzame oplossing in het Midden-Oosten, waar veel oorlog was, in te willen zetten. Op 14 en 15 december wordt er een Europees Energiebeleid opgesteld. Het eerste half jaar van 1974 ligt er bij veel vergaderingen en bijeenkomsten een nadruk op de saamhorigheid van de Gemeenschappen. In januari 1975 maakt de Raad een grote som geld over om ontwikkelingslanden te helpen die door de prijsstijgingen in moeilijkheden zijn gekomen. Op 9 april wordt er in het Verenigd Koninkrijk gestemd in het Lagerhuis voor een voortzetting van het lidmaatschap van de gemeenschap. 369 leden zijn voor, 170 zijn tegen. Op 5 juni blijkt uit een referendum in datzelfde land dat 67,2% voor is. Op 22 juli 1976 wordt een verdrag ondertekend waardoor het Europees Parlement meer macht krijgt. Op 28 maart 1977 laat Portugal merken toe te willen treden bij de Gemeenschappen: op 28 juli doet Spanje hetzelfde.
13
Op 9 maart 1978 wordt duidelijk gemaakt dat het Gemeenschapsrecht belangrijker wordt geacht dan het nationaal recht. Het Europese Hof van Justitie laat dit weten. Op 6 juni laat de Raad merken het eens te zijn dat Portugal kan toetreden. De onderhandelingen beginnen vanaf dan, zodat beide partijen het eens worden. 6 en 7 juli wordt besloten een Europees Monetair Stelsel te ontwikkelen zodat de werkloosheid vermindert kan worden. 7 t/m 10 juni 1979 zijn belangrijke dagen voor de Gemeenschappen. Op die dagen zijn de eerste rechtstreekse verkiezingen voor het Europees Parlement. 1980 – 1989 De Poolse vakbond Solidarnosc en de leider ervan, Lech Walesa, worden bekend in heel Europa en ver daarbuiten na de stakingen bij de scheepswerven van Gdansk in 1980. Op 31 augustus tekende Lech Walesa een overeenkomst met de regering om de stakingen te beëindigen. Dit leidde tot de oprichting van de eerste legale niet-communistische vakbond Solidarnosc. Op 1 januari 1980 neemt Italië het voorzitterschap van de Raad van de Europese Gemeenschappen over. Exact een jaar later treed Griekenland toe tot de Europese Gemeenschap en wordt hiermee de 10e lidstaat. Spanje en Portugal volgen vijf jaar later. In het jaar 1986 wordt de Europese Akte ondertekend. Een belangrijke verandering die met dit verdrag tot stand kwam, was een versoepeling van de besluitvorming in de Raad van Ministers. Zo werd bijvoorbeeld het vetorecht van de lidstaten beperkt. Een ander belangrijke verandering was de beperkte uitbreiding van de inspraak van het Europees Parlement. Dit verdrag vormt vooral het basisprincipe voor een zes-jarenprogramma om de problemen bij het vrij verkeer van goederen, personen, diensten en kapitaal in de Europese Unie op te lossen en om vervolgens de ‘interne markt’ te vormen.
Op 9 november 1989 valt de Berlijnse Muur. In de jaren die volgen op deze situatie ontstaat er een dialoog over de samenwerking tussen de landen in Europa. Door verdragen op militair (oprichting van de NAVO), economisch (invoering van een gemeenschappelijk munt) en politiek vlak (vorming van de Europese Unie) vervagen de grenzen. De grens tussen Oost- en West-Duitsland worden dan voor het eerst in 28 jaar opengesteld. In oktober 1990 leidt dit uiteindelijk tot de hereniging van Duitsland. Alle Europeanen worden door de ineenstorting van het communisme in Midden- en OostEuropa dichter bij elkaar betrokken. 1990 – 1999 De interne markt van de Europese Akte wordt in 1993 voltooid met de vier vrijheden: vrij verkeer van goederen, personen, diensten en kapitaal. In de jaren 90 worden er twee belangrijke verdragen gesloten: het Verdrag van Maastricht en het Verdrag van Amsterdam. Het Verdrag van Maastricht werd in 1992 ondertekend. Met dit Verdrag werd de economische en politieke eenwording verder verdiept. Verder is o.a. de Economische en Monetaire Unie (EMU) opgericht, het Gemeenschappelijk Buitenlands en Veiligheidsbeleid (GBVB), en is besloten dat de euro zou worden ingevoerd als gemeenschappelijk betaalmiddel in 2002. Sinds het Verdrag van Maastricht is gesloten, spreekt men niet meer van ‘de EG’ maar van ‘de Europese Unie’ (EU). Het Verdrag van Amsterdam volgde in 1997. De bevolking maakte zich zorgen over het milieu en over de Europese samenwerking bij kwesties van veiligheid en defensie. Burgers kregen toen het recht op toegang tot documenten afkomstig van de Europese Commissie en het Europees Parlement. Op beleidsterreinen kreeg het parlement het laatste woord en daarbij ook meer 14
invloed op de benoeming van de Europese Commissie. Daarnaast werd fraude met openbare geldmiddelen aangepakt, deels door de Europese Rekenkamer en de douanediensten meer bevoegdheden te geven. In 1995 kreeg de Europese Unie drie nieuwe leden erbij: Finland, Oostenrijk en Zweden. De 15 lidstaten omgeven nu bijna heel West-Europa. Lidstaten: België, Denemarken, Duitsland, Frankrijk, Griekenland, Ierland, Italië, Luxemburg, Nederland, Portugal, Spanje en het Verenigd Koninkrijk. Nieuwe lidstaten: Finland, Oostenrijk en Zweden. Op 26 maart 1995 treed de Schengen-akkoorden in werking in de landen België, Duitsland, Frankrijk, Luxemburg, Nederland, Portugal en Spanje. Vanaf dat moment konden reizigers van deze nationaliteiten tussen deze landen reizen zonder paspoortcontrole aan de grenzen. Miljoenen jongeren studeren met de EU-steun in het buitenland. Het internet en mobiele telefonie veranderden de manier waarop men met elkaar communiceerden. Beide ontwikkelingen zijn gebaseerd op Europese technologie. 2000 – 2009 Op 11 september (nine eleven) 2001 vliegen twee gekaapte vliegtuigen door leden van Al Qaida tegen de Twin Towers van het World Trade Center in New York en het Pentagon in Washington. Voor deze gebeurtenis was de aandacht voor terroristische dreigingen beperkt, maar na deze aanslag werden veiligheidsmaatregelen genomen. De EU-landen staan aan de zijde van de Verenigde Staten in de strijd tegen het internationale terrorisme. De “War on Terror” begint. De eurobiljetten en –munten worden de wettelijke betaalmiddelen in 12 EU-landen op 1 januari 2002. In alle landen zien de bankbiljetten hetzelfde er uit. De munten hebben een zijde met een eigen ontwerp per land en een gemeenschappelijke zijde waarop de waarde wordt aangeduid. Alle biljetten en munten gaan vrij rond binnen de EU-landen. Op 1 mei 2004 treden acht landen in Midden- en Oost-Europa toe tot de Europese Unie. Hierdoor komt er een einde aan de opsplitsing van Europa. Estland, Hongarije, Letland, Litouwen, Polen, Slovenië, Slowakije en Tsjechië treden toe. Cyprus en Malta worden later ook EU-lid. Lidstaten: België, Denemarken, Duitsland, Finland, Frankrijk, Griekenland, Ierland, Italië, Luxemburg, Nederland, Oostenrijk, Portugal, Spanje, het Verenigd Koninkrijk en Zweden. Nieuwe lidstaten: Cyprus, Estland, Hongarije, Letland, Litouwen, Malta, Polen, Slovenië, Slowakije en Tsjechië. Kandidaat-lidstaten: Bulgarije, Kroatië, Roemenië, Turkije.
15
Op 16 februari 2005 treed een internationaal verdrag om de opwarming van de aarde en de uitstoot van broeikasgassen te beperken op. Het zogeheten Kyotoprotocol. De Europese Unie heeft de leiding genomen bij de inspanningen om de gevolgen van de klimaatsverandering te beperken. Bij dit protocol zijn de Verenigde Staten geen partij. Op 1 januari 2007 treden nog twee andere landen uit Oost-Europa toe tot de Europese Unie. Bulgarije en Roemenië treden toe waardoor het aantal lidstaten op 27 komt. Ook zijn Kroatië, de Joegoslavische republiek Macedonië en Turkije kandidaten voor het lidmaatschap van de Europese Unie. Slowakije treed toe in 2009. Lidstaten: België, Cyprus, Denemarken, Duitsland, Estland, Finland, Frankrijk, Griekenland, Hongarije, Ierland, Italië, Luxemburg, Letland, Litouwen, Malta, Nederland, Oostenrijk, Polen, Portugal, Slovenië, Slowakije, Spanje, Tsjechië, Verenigd Koninkrijk en Zweden. Nieuwe lidstaten: Bulgarije en Roemenië. Kandidaat-lidstaten: Kroatië, de voormalige Joegoslavische republiek Macedonië en Turkije. De 27 EU-landen ondertekenen het Verdrag van Lissabon op 13 december 2007. Dit verdrag is een wijziging op de eerdere verdragen. De bedoeling ervan is om de Europese Unie democratischer, efficiënter en transparanter te maken, waardoor de wereldwijde problemen beter kunnen worden aangepakt. Wereldwijde problemen, zoals klimaatverandering, veiligheid en duurzame ontwikkeling. Het Verdrag van Lissabon wordt goedgekeurd door alle EUlanden op 1 december 2009. Een grote financiële crisis treft de wereldeconomie in september 2008. Dit leidt tot nauwere economische samenwerking tussen de EU-landen. Door het omvallen van de Amerikaanse investeringsbank Lehman Brothers verspreidt de kredietcrisis zich. De EU-landen besluiten financiële instellingen waar nodig te ondersteunen met kapitaal. In december 2009 besluiten de Europese ministers van Financiën tot de oprichting van drie toezichthouders voor de financiële markten. Er komt een Europese toezichthouder voor de banken, voor verzekeraars en pensioenfondsen, en voor leningen en aandelenmarkten. 2010 – heden De wereldwijde economische crisis slaat hard toe in Europa. De Europese Unie helpt landen om van hun problemen op te komen. In december 2012 krijgt de Europese Unie de Nobelprijs voor de Vrede. Kroatië wordt in 2013 de 28e lidstaat van de Europese Unie. De Europese Unie telt 24 officiële talen. Het religieuze extremisme rukt op in het Midden-Oosten en andere landen en regio’s. Dit zorgt voor onrust met groeiende onrust en oorlogen tot gevolg dat velen hun huis moeten verlaten en moeten vluchten naar Europa. Niet alleen staat de Europese Unie alleen voor het dilemma hoe zij deze vluchtelingencrisis moeten oplossen, maar worden zij zelf ook doelwit van aantallen terroristische aanslagen. In februari 2013 bereiken de EU-landen op een bijeenkomst van de Europese Raad een akkoord over het meerjarig financieel kader 2014-2020. De grenzen en uitgangspunten zijn vast gelegd voor de EUbegrotingen in die periode. De Raad heeft in hetzelfde jaar in december het meerjarig financieel kader goedgekeurd, wat op 1 januari 2014 wordt toegepast. 16
Letland stapt over op de euro in 2014, Litouwen in 2015. Hiermee wordt Litouwen het 19e euroland. Op 7 januari 2015 wordt er een terreuraanslag gepleegd op het tijdschrift Charlie Hebdo in Parijs. Dit leidt tot demonstraties in heel Europa ter ondersteuning van de vrijheid van meningsuiting en nieuwe Europese acties tegen het terrorisme. Kort daarna, in februari, wordt er op een informele bijeenkomst van de Europese Raad in Brussel gesproken door de EU-leiders over drie lastige kwesties: het herstel van de vrede in Oekraïne, de strijd tegen het terrorisme en de versterking van de Europese Monetaire Unie, grotendeels in verband met de regeringswisseling in Griekenland. In april wordt een speciale bijeenkomst gehouden in Brussel door de Raad, naar aanleiding van de dood van 1800 bootvluchtelingen in de Middellandse Zee. Er worden vier prioriteiten vastgesteld door de EU-leiders voor de aanpak van het migratieprobleem: de bestrijding van mensensmokkelaars, meer bescherming voor vluchtelingen uit oorlogsgebieden, een nieuw terugkeerprogramma voor illegale migranten en driemaal zoveel middelen voor Europese zoek- en reddingsacties in het centrale Middellandse Zeegebied. In juni komt de Europese Raad samen voor overleg over de situatie in Griekenland, de migratie, het toekomstige referendum in het Verenigd Koninkrijk, veiligheid en defensie, en de economie. Gedurende de maand juni wordt er in heel Europa onderhandeld over de aanpak van de Griekse overheidsschuld. Terroristen plegen aanslagen in Parijs op 13 november 2015. De leiders van de Europese Unie en staatshoofden en regeringsleiders veroordelen deze daden als “een aanval op ons allen” en beloven “deze bedreiging samen het hoofd te bieden, met alle middelen die nodig zijn met onwrikbare vastberadenheid”. Op een bijeenkomst van de Raad in december in Brussel, bespreken de Europese leiders de migratieproblemen, de strijd tegen het terrorisme en de door het Verenigde Koninkrijk verlangde hervormingen. Op 22 maart 2016 wordt er een dubbele aanslag gepleegd in Brussel, België. De voorzitter JeanClaude Juncker van de Europese Commissie roept in een verklaring de Europese Unie op om “samen het hoofd te bieden aan de terroristische dreiging, en Europese oplossingen te vinden voor kwesties die ons allen aangaan”. In hetzelfde maand heeft de Raad overeenstemming bereikt over een voorschrift terrorismebestrijding. Zo worden bijvoorbeeld het volgen van een terroristische training, het uitreizen met terroristische doeleinden en het geven van hulp bij voorbereidende handelingen, strafbaar. Op 23 juni 2016 heeft de Britse bevolking zich uitgesproken voor een ‘Brexit’, een vertrek uit de Europese Unie. In een referendum over het lidmaatschap van het Verenigd Koninkrijk behaalde de voorstanders van de Brexit 51,9% van de stemmen. 17
3.2 Wat vinden politieke partijen in de Tweede Kamer van de EU? Ondanks dat onze hoofdvraag om Leeuwarden en omgeving gaat, vonden wij het ook belangrijk om aan te tonen hoe de politieke partijen in de Tweede Kamer dachten over de Europese Unie. Wat zijn hun meningen en standpunten? VVD (Volkspartij voor Vrijheid en Democratie) De VVD vindt dat de EU meer moet doen waar zij goed in is. Hiermee bedoelen ze het versterken van de economie en het creëren van banen. De EU moet zich bij haar kerntaken houden die vooral met de economie te maken moeten hebben. De VVD vindt dat alle andere zaken door de lidstaten zelf kunnen worden geregeld. De VVD is voorzichtig met verdere uitbreiding binnen de EU. Dit komt doordat landen die niet aan alle voorwaarden voldeden, maar alsnog wel werden toegelaten, achteraf niet zo enthousiast meer waren om door te gaan met hervormen. De VVD wil dat de voorwaarden strenger worden toegepast en vervolgens na toetreding goed in de gaten worden gehouden. De partij wil doorgaan met de strenge controle voor de mogelijke nieuwe lidstaten. Een paar standpunten van de PVV over de EU zijn: -
Geen enkel land treedt toe als het niet voldoet aan de Kopenhagencriteria. In de komende jaren treden geen nieuwe lidstaten toe tot de EU, met uitzondering voor Kroatië. Landen die zich niet aan het Stabiliteits- en Groeipact houden en het opleggen van boetes geen effect heeft, dan zal dat land de eurozone moeten verlaten. Toetredingsonderhandelingen met Turkije stopzetten zolang het land weigert Cyprus te erkennen.
PVV (Partij voor de Vrijheid) De PVV wil dat Nederland uit de EU gaat en dat de gulden weer wordt ingevoerd als betaalmiddel. Volgens de partij kunnen we handelsverdragen sluiten met de rest van de wereld als Nederland zich ‘bevrijdt’ van Brussel. De PVV vindt dat een handelsnatie zoals Nederland zich moet inspelen op de nieuwe economische realiteit: Nederland moet zich minder op de EU gaan richten en meer op de wereld. Nederland is dan wel een klein land, maar is te groot voor Europa. Nederland wordt beklemd en gevangen gehouden door de EU. Ook beweert de VVD dat Brussel Nederland berooft van de welvaart, geld, tradities en identiteit, en daarmee ook de toekomst. Verder wil de PVV dat Nederland de baas wordt over de eigen grenzen. Dit betekent dat wij zelf bepalen wie in Nederland binnenkomt. Ze willen de grenzen sluiten voor arbeidsimmigratie uit Polen, Roemenië, Bulgarije etc., en ook voor alle immigratie uit islamitische landen. De massa-immigratie en de islamisering vinden ze rampzalig voor Nederland: ze willen vrij en soeverein zijn. De PVV wil dat Nederland de baas wordt over ons eigen geld. Hiermee duiden ze op de miljarden die Nederland moet geven aan andere landen. Ze willen dit geld volledig en meteen terug. Daarnaast wil de partij ook een eigen economisch beleid voeren.
18
CDA (Christen Democratisch Appèl) Het CDA vindt dat de EU Nederland veel te bieden heeft en is van mening dat Nederland niet zonder de EU kan. Ze vinden dat Nederland als exportland veel voordeel heeft van de interne markt en de euro. De welvaart zou zonder Europa veel minder zijn. Verder vind de partij dat Europa zich niet met binnenlandse zaken van de lidstaten moet bemoeien. Het CDA vindt dat Europa sterker moet zijn waar het nodig is en minder waar het kan. Wat Nederland zelf beter kan, moet de EU niet over gaan. De belangrijkste taak van Europa op dit moment is het aanpakken van de economische en financiële crisis. Het CDA vindt dat het toezicht op het begrotingsbeleid van de EU-lidstaten verbeterd moeten worden om een eurocrisis in de toekomst te voorkomen. Verder vindt de partij dat kandidaatlidstaten alleen mogen toetreden als ze strikt voldoen aan de Kopenhagencriteria. D66 (Democraten 66) D66 staat voor een sterk Nederland in een sterk Europa. In de 21e eeuw vinden ze dat Europeanen zelf kunnen moeten bepalen hoe het Europees bestuur en de politieke koers eruit zien. Ze zijn van mening dat de EU voor Nederland van economisch belang is. Ze willen dat de interne markt wordt versterkt, zodat er meer kansen op werk en economische groei wordt gecreëerd. Verder wil D66 dat ieder land zijn eigen belastingstelsel heeft en zo blijft. Wel wil de partij een betere uitwisseling van informatie om belastingontduiking en –fraude te bestrijden. D66 vindt dat toetredingsonderhandelingen en het uitzicht op lidmaatschap een goede manier vormen om de EU-zone van vrede, veiligheid, democratie en welvaart te vergroten. Verder willen ze de toetreding tot Europa strenger maken. Wie lid wil worden van de EU moet aan strenge voorwaarden voldoen. Europa moet democratischer worden volgens de partij. Ze willen dat Europa wordt geregeerd door de mensen zelf. D66 vindt dat het Europees Parlement op de Europese beleidsterreinen zelf wetsvoorstellen kunnen moeten indienen en parlementaire enquêtes kunnen uitvoeren. D66 wil een gekozen voorzitter van de Europese Commissie, voorgedragen en gekozen door het Europees Parlement op basis van samenwerking tussen verschillende partijen in regering en bestuur. SP (Socialistische Partij) De SP is een grote voorstander van Europese samenwerking. Echter wijst de partij de huidige ondemocratische EU af. Ze willen geen Europese Superstaat en geen Europese regering. De partij wil een raad die zich beperkt tot het uitvoeren van door de lidstaten genomen beslissingen, in plaats van een dominante en initiatief nemende Commissie. De SP is voorstander van zaken die zo dicht mogelijk bij de mensen te regelen zijn: op wijk-, lokaal of landelijk niveau als het kan en alleen voor grensoverschrijdende zaken Europees. De SP ondersteunt het samenwerkingsverband van nationale lidstaten van de Europese Unie. Echter wijzen ze pogingen tot een superstaat af. Ze zijn ervan overtuigd dat een Europese superstaat niet wordt gewenst door de inwoners van de Unie en hun belangen dan ook niet dient. Verder vindt de SP dat belangrijke nieuwe stappen in de Europese samenwerking, zoals verdragswijzigingen en soevereiniteitsoverdracht, voortaan via referenda aan de burgers moeten worden voorgelegd.
19
GroenLinks Voor het aanpakken van grote, grensoverschrijdende problemen is GroenLinks ervan overtuigd dat Nederland de Europese Unie hard nodig heeft. Banken, vervuilde rivieren en vluchtelingen laten zich niet tegenhouden door landsgrenzen. Een goed klimaat- en energiebeleid lukt alleen samen met andere EU-lidstaten. GroenLinks is daarom voor een sterker Europa. Om de euro te behoeden voor nieuwe crisis, moeten de economieën van de EU-landen beter op elkaar worden afgestemd, volgens GroenLinks. Landen moeten elkaar niet langer beconcurreren met lage lonen en steeds lagere belastingen voor bedrijven. GroenLinks wil juist ruimte om te investeren in duurzame werkgelegenheid en een hogere arbeidsdeelname. Ze willen de economie niet helemaal aan de markt overlaten. GroenLinks wil van de EU een echte democratie maken, met minder geheimhouding en meer directe invloed van burgers. PvdA (Partij van de Arbeid) Het PvdA wil meer banen creëren in Nederland. Ze willen een Europa dat samenwerkt in plaats van verdeelt. Ze willen de zaken die niet goed gaan in Europa veranderen: Europa gaat om mensen, niet alleen om de markt. Het PvdA wil doorgeslagen marktdenken aanpakken. Verder vindt het PvdA dat de EU er te veel voor te markt is en te weinig voor de mensen. Ze vinden dat de EU zij aan zij moet staan met de burgers van de Europese Unie en hoop en een betere toekomst bieden aan de mensen. SGP (Staatkundig gereformeerde Partij) Het SGP vindt dat Europa zijn grenzen moet kennen. De EU moet ten dienste staan van de lidstaten en niet andersom. In de afgelopen decennia heeft de SGP vaak ‘nee’ gezegd tegen nieuwe Europese verdragen, omdat Europese integratie gen doel is in zichzelf. Ze vinden dat landen die zich niet aan EU-afspraken houden en landen die op termijn onvoldoende economische potentie hebben, uit de Euro moeten worden gezet. Ook wil de SGP dat Nederland veel minder gaat afdragen aan de EU en dat er geen EU-belasting komt. Verder is de SGP tegen de invoering van de euro en gaat het bij hun om een Europa dat zich tot de kerntaken beperkt. Volgens de partij is de Brusselse bemoeienis op veel terreinen te ver doorgeschoten. De SGP staat voor een slagvaardige Europese samenwerking die zich richt op grensoverschrijdende problemen, zoals de achteruitgang van het milieu, het bestrijden van de internationale criminaliteit, terrorisme en het reguleren van de toestroom van asielzoekers en illegale migranten. Deze problemen vragen wél om Europese oplossingen, omdat nationale oplossingen hiervoor niet toereikend zijn. Burgers zullen volgens de SGP zich het beste in een Europese Unie herkennen wanneer die bijdraagt aan het oplossen van deze concrete problemen. Daarom: nationaal wat nationaal kan, Europees wat Europees moet. Ook wil de SGP dat er een beleid is dat in harmonie is met Gods heilzame geboden voor de EU. Kerken en identiteitsgebonden instellingen moeten grote vrijheid hebben om hun eigen beleid te bepalen en uit te voeren, ook wanneer sprake is van overheidssubsidie.
20
50PLUS 50PLUS wil geen uitbreiding met nieuwe landen in de EU. Zij zijn tegen uittreden van Nederland uit de EU en willen een sterke, stabiele euro, met minder aangesloten landen. 50PLUS kiest voor een praktische, realistische en kritische aanpak. De EU heeft slechts drie kerntaken: economisch en monetair beleid, milieu- en energiebeleid en grensbeleid (veiligheid, defensie en buitenlands beleid). Verder vind 50PLUS dat het aantal zetels in het Europees Parlement terug moet van 750 naar 375 en dat er geen verhuizingen meer tussen Brussel en Straatsburg zijn. Tenslotte wil 50PLUS een deel van de landbouwsubsidies inzetten voor plattelandsvoorzieningen en zijn ze tegen de handelsverdragen van TTIP en CETA. PvdD (Partij van de Dieren) De Partij voor de Dieren is voor Europese samenwerking, maar tegen de huidige, ondemocratische vorm van de EU. Internationale samenwerking kan verbetering opleveren voor mensen, dieren, natuur en milieu, maar door de manier waarop de Europese afspraken nu worden gemaakt komen mensen, dieren, natuur en milieu er juist slechter vanaf. Europa moet democratischer en kan en mag niet voorbij gaan aan de wensen van de burgers. De Partij voor de Dieren wil geen verdere overdracht van Nederlandse zelfstandige beslissingsbevoegdheid aan Europa, voordat de democratische legitimatie van Europa op orde is. De Partij voor de Dieren vindt tevens dat de toetreding van nieuwe lidstaten moet worden verminderd. Een toenemende dominantie vanuit Europa wat betreft de economie en de vorming van een politieke unie met centraal gezag is iets wat de PvdD niet ondersteunt. De Partij voor de Dieren vindt dat je politieke samenwerking niet kunt forceren. De PvdD pleit voor alternatieve scenarioâ&#x20AC;&#x2122;s voor het oplossen van de eurocrisis en wil dat de EU scenarioâ&#x20AC;&#x2122;s uitwerkt zoals het hanteren van parallelle munten, en een mogelijke splitsing van de muntunie in een noordelijke en zuidelijke regio. Uitbreiding van de eurozone vinden zij geen goed idee. De PvdD is een groen-eurokritische partij. Ze zijn zeer kritisch op Brussel, maar op een constructieve manier. Groene eurokritiek is een nieuw fenomeen dat niet voortkomt uit nationalisme of eigenbelang, maar uit het algemene belang van duurzaamheid, mededogen, persoonlijke vrijheid en persoonlijke verantwoordelijkheid. CU (ChristenUnie) De ChristenUnie is een christelijke sociale partij. De ChristenUnie wil voorlopig geen verdere uitbreiding van de EU. Wel willen ze dat toezeggingen die aan diverse landen zijn gedaan, overeind blijven. Verder vindt de partij dat Turkije geen lid kan worden, maar de EU wel moet onderhandelen over een geprivilegieerd lidmaatschap. Verder vindt de ChristenUnie dat het vertrek van Griekenland uit de eurozone onafwendbaar lijkt en dat het wellicht in het belang is van de Grieken. De ChristenUnie vindt dat Europa moet stoppen met het alsmaar vergroten van haar invloed op het beleid van de lidstaten. De partij vindt dat Europa niet gaat over de lidstaten, maar dat Europa er voor de lidstaten is. Verder vinden ze dat onderwijs, zorg, belastingen, pensioenen en defensie terreinen zijn waar de Europese Unie vanaf moet blijven. 21
Verkiezingen in Nederland Toen wij begonnen aan dit profielwerkstuk, waren wij heel benieuwd naar de meningen van mensen over de Brexit (Groot-Brittannië uit de EU) en of zij nu ook denken aan een Nexit (Nederland uit de EU), aangezien het indirecte macht bij het volk ligt door te stemmen. Dit kan je onderzoeken door een blik te werpen op de politiek. Welke standpunten nemen de politieke partijen in en zullen deze standpunten zichtbaar worden voor de aanstaande verkiezingen? Hoewel er pas op 15 maart 2017 gestemd mag worden, zijn er op dit moment vele polls en metingen te vinden over een eventuele verkiezingsuitslag. Hieronder zie je de zetelverdeling van de laatste twee peilingen. Om een meerderheid van de zetels te behalen, heeft het kabinet 76 zetels nodig. Er zijn 150 zetels in de Tweede Kamer. Aangegeven staat dat de PVV anno 2 februari 2017 de grootste partij wordt met maar liefst 28 zetels. Dit is een stevige vooruitgang ten opzichte van de 14 zetels die de partij nu bezit. De SGP, PVV en de SP hebben zich allemaal kritisch uitgelaten over de huidige staat van de EU: de PVV wil zelfs uit de EU stappen. Als de PVV, SP en SGP een kabinetsformatie zouden aangaan, zouden ze geen meerderheid kunnen halen. Dit heeft als gevolg dat er geen meerderheidskabinet is. Hierdoor krijg je moeilijk wetsvoorstellen in de Tweede Kamer. Dit is ongunstig voor iedereen. Verder hebben vele politieke partijen zich negatief afgegeven over een eventuele samenwerking met de PVV. Dit zou betekenen dat het de vraag is of de PVV wel in het kabinet kan komen, als ze de grootste partij worden. In het geval dat het PVV wel in het kabinet komt en er een regeerakkoord met de gekozen partijen komt, is de kans niet groot dat dit zal leiden tot het verlaten van de EU, aangezien er veel grote partijen, zoals de VVD en D66, die vóór de EU zijn. 22
3.3 Wat kunnen de gevolgen van een Nexit zijn? Op 23 juni 2016 werd er in het Verenigd Koninkrijk een referendum gehouden over de Brexit: moet Groot-Brittannië in de Europese Unie blijven, of niet? De uitslag was 51,9% voor de Brexit. Dit betekent dat het Verenigd Koninkrijk uit de Europese Unie zal gaan. Sommige Nederlanders willen nu ook een Nexit, een referendum met dezelfde keuze. Ondanks dat de wet aangepast zou moeten worden, om dit referendum mogelijk te kunnen maken, zijn er wel al heel wat speculaties. Wat zouden de gevolgen zijn van het verlaten van de Europese Unie? Wat zijn de positieve en negatieve gevolgen? Dit onderzoeken we op verschillende gebieden: maatschappelijk, economisch en politiek. Over de één is veel meer te zeggen dan de ander, maar op deze manier kan men wel een beeld schetsen bij de Nexit.
3.3.1 Maatschappelijke gevolgen Door een Nexit zouden er in Nederland allerlei verschillende reacties zijn. Sommige zouden mogelijk voelbaar kunnen zijn in de maatschappij. Wat zijn deze gevolgen nu precies, en voor wie gelden ze? Of zou het uiteindelijk allemaal wel meevallen? Wat zien we bij de Brexit? Na de Brexit was er een tijd last van vreemdelingenhaat: vluchtelingen en andere buitenlanders werden meer gediscrimineerd dan daarvoor. Dat zou in Nederland net zo goed kunnen gebeuren. Ook zal er een mogelijke kloof te zien zijn tussen de oudere en jongere generaties. Dit was bij de Brexit te zien dat de jongere mensen massaal wilden blijven, terwijl de oudere mensen ontevreden waren over de EU. De grootste klap zou waarschijnlijk het verlies van banen zijn. In Engeland zullen veel banen verloren gaan, omdat de mensen die voor de Europese Unie werken, die taak niet meer hebben. Dit kan ook in Nederland voor wat meer werkloosheid zorgen, wat dus invloed kan hebben op de maatschappelijke samenleving. De eerste paar weken na de Brexit was er redelijk wat onrust in Groot-Brittannië. Na verloop van tijd, nam dat af. Dit zou net zo goed kunnen gebeuren in Nederland. Mensen die het oneens zijn met de uitkomst, laten zich even horen, maar na een tijdje zal dat kunnen afzwakken. En verder? De gevolgen zijn op economisch en politiek gebied veel groter dan op maatschappelijk vlak, maar dat betekent niet dat de veranderingen in de maatschappij niet belangrijk zijn. Heel veel andere veranderingen zijn (nog) niet bekend, omdat ons enige voorbeeld, het Verenigd Koninkrijk, nog maar recent de beslissing gemaakt heeft, en pas in 2017 daadwerkelijk uit de Europese Unie zal treden. Het reizen tussen andere EU-landen zal moeilijker worden als Nederland kiest voor een Nexit, waardoor buitenlandse gewoonten mogelijk minder invloed krijgen op de Nederlandse samenleving. Hoeveel hiervan voelbaar zal zijn, is moeilijk te zeggen, omdat er allerlei verschillende regels voor zijn, en de tijd ons dat alleen kan leren.
23
3.3.2 Economische gevolgen Naast de politieke en maatschappelijke gevolgen bij een Nexit, heeft een Nexit ook economische gevolgen. Hierbij moet je het volgende kunnen bedenken: - Hoe zit het met onze munteenheid? - Wat voor effect heeft dit op de internationale handel? - Hoe zit het met de arbeidsmarkt? Nederland zelf staat er economisch goed voor en staat op de 4e plaats dit jaar als meest concurrerende economie van de EU. Volgens de onderzoekers van het World Economic Forum heeft Nederland zijn vierde positie te danken aan een infrastructuur van wereldklasse, een kwaliteit hoogstaande gezondheidszorg, een uitmuntend hoger onderwijs en een blijvende focus op innovatie. Al dit kan pas gerealiseerd worden door middel van geld. De Nexit echter kan hier invloed op hebben. Of dit voor- of nadelige gevolgen kan hebben zijn de volgende factoren erg belangrijk : onze munteenheid, handel en werk. Hoe zit het met onze munteenheid? Op 1 januari 2002 heeft Nederland de euro ingevoerd. De munteenheid die wij daarvoor hadden was de gulden. Zo werd gedateerd dat in dat jaar een euro wel 2,20 gulden waard is. Bij het herinvoering van de gulden zal de waarde devalueren. Dit was al te zien bij de Brexit. De pond kreeg toen zware klappen, maar zal in de toekomst waarschijnlijk herstellen. Wellicht zal de import kunnen stijgen, omdat we voor het buitenland dan goedkoop zijn. Wat zijn de voordelen? Een eigen munteenheid hebben heeft ook zijn voordelen: - Je hebt minder last van de economische crisis; - Je hoeft andere landen niet financieel meer te ondersteunen; - Verder heb je controle over je eigen munt en monetaire beleid. Zo kan de Centrale Bank de waarde van de valuta stabiel houden als het slecht gaat met de economie. Doordat we de valuta aanpassen aan onze eigen economie, hoeven we ons geen zorgen meer te maken over de gevolgen voor de rest van Europa. Dit zijn de onderdelen die we als EU-lid zijnde last van hebben. Als het plots slecht gaat met de euro heeft dit meteen gevolgen voor ieder land die de euro gebruikt. Verder is Nederland niet langer economisch afhankelijk van Europese landen die een onbetrouwbaar economisch beleid hebben. Wat zijn de nadelen? Echter bij de herinvoering van de gulden zullen we het volgende verliezen: - Vrij verkeer van goederen en diensten: vrijhandel tussen de EU-landen; - Vrij verkeer van personen: inwoners van het ene EU-land mogen in een andere EU-land gaan wonen, reizen, studeren en werken; - Vrij verkeer van kapitaal: je kunt geld op en rekening in een ander EU-land zetten en deze investeren of beleggen; - We zullen te maken hebben met de protectiemaatregelen oftewel handelsbarrières van de EU, waar je binnen de Europese Unie geen last van had. Verlies van deze rechten die we krijgen als EU-lid zijnde kunnen fataal zijn voor de handel en arbeidsmarkt in Nederland. Zo zullen er kosten bij komen bij het zowel in- als uitvoeren van goederen, diensten en personen. 24
Wat voor effect heeft dit op de internationale handel? Mede dankzij de verandering van onze valuta en de handelsbelemmeringen van de EU zal bij een Nexit de export uiteenvallen. Internationale handel zorgt namelijk voor economische groei en werkgelegenheid. Zo bestaat één derde van het nationaal inkomen in Nederland uit de handel. Volgens cijfers van het CBS werkt 59% van de Nederlanders bij een bedrijf dat importeert, exporteert of beide doet. Daarnaast bieden buitenlandse bedrijven ook werk aan 800.000 mensen.1 Het is dus onvermijdelijk dat de export een zeer belangrijke factor is voor de economie in Nederland. De vraag is hier ook echt of Nederland bij een Nexit op lange termijn dan economisch weer op gang kan worden gebracht, of ergens achterblijft. Wat zijn de voordelen? Haven van Rotterdam: De poort van de wereld Rotterdam is de belangrijkste haven van Europa. Zo wordt deze haven gebruikt als buitengrens voor de Europese Unie. Goederen van buiten Europa komen hier terecht. Er worden hier dan inklaringskosten zoals invoerrechten verrekend. Hierna kunnen deze goederen vrij door de lidstaten van de EU reizen. Hierbij kan een Nexit zowel gevolgen hebben voor Europa als voor Nederland. 2
1 2
Zie blz. 70 onder kopje ‘Wat voor effect heeft dit op de internationale handel?’ nummer 2. Zie blz. 71 onder kopje ‘Wat voor effect heeft dit op de internationale handel?’ nummer 4.
25
Wat levert de haven van Rotterdam ons op? - Meer werkgelegenheid: de haven levert veel banen op. Zo werken hier dagelijks rond de 90.000 mensen. Dit levert ons ieder jaar zo ongeveer 3 gemiddeld 93.226 banen op. - Toegevoegde waarde (= productiewaarde = inkomen): Als het goed gaat met de handel stijgt de toegevoegde waarde aldus de productiewaarde/inkomen. De handel in de haven van 4 Rotterdam levert ons gemiddeld €12,7 miljoen op. De handel is voor Nederland zo te zien één van de belangrijkste factoren op een goede economie. Het is niet alleen de haven van Rotterdam die hier alleen een deel uit maakt op een goede economie, maar natuurlijk ook bij andere handelsplekken. Echter de haven van Rotterdam is wel één van de grootste handel plekken op de wereld en de beste in Europa. Nederland zal bij een Nexit alsnog een goede handelsplek hebben om de economie op gang te kunnen brengen. Daarbij moet rekening worden gehouden met het feit dat de gulden minder waard zal worden dan de euro. Daarmee kan de export echter wel ondersteund worden. Doordat de Nederlandse exportproducten goedkoper zijn, zal dit aantrekkelijk kunnen zijn voor andere landen. Wat zijn de nadelen? De munteenheid veranderd Doordat er bij een Nexit als gevolg de munteenheid veranderd in gulden, is het moeilijker om hiermee goederen te handelen, omdat je namelijk te maken hebt met de kosten van wisselkoersen en je prijzen minder goed met elkaar kan vergelijken. Daarbij kan het zo zijn dat onze munteenheid minder waard zou zijn. Dit kan echter zijn voor- en nadelen hebben. - Voordeel: Nederland is goedkoop voor het buitenland. Er kunnen hierdoor veel goederen geëxporteerd worden. - Nadeel: Doordat de gulden minder waard kan zijn, zal het importeren van goederen duurder worden (indien we handelen met landen die een sterke munt hebben zoals de pond, de euro en de dollar etc.). Invoerrechten en handelsbelemmeringen Binnen de Europese Unie is er sprake van een interne markt. Dit betekent dat er geen invoerrechten kan worden geheven bij de handel tussen EU-landen. Dit maakt handel tussen de EU-lidstaten veel goedkoper. Bij een Nexit zal Nederland wel deze invoerrechten betalen. Nederland zal meer voor de import moeten betalen omdat ze te maken krijgen met handelsbelemmeringen van de EU. Bij het in- en uitvoeren van goederen zal Nederland te maken hebben met handelsbelemmeringen die de EU hanteert. Zo hebben we te maken met één van deze protectiemaatregelen: - Invoerrechten heffen: de EU maakt de ingevoerde producten met belasting duurder. - Contingentering of importquota: de EU stelt een maximum aan de hoeveelheid invoerproducten. - Exportsubsidies: de EU profiteert van het verkopen van hun exportproducten. Zo kunnen bedrijven voor een lagere prijs hun producten verkopen voor een lagere prijs aan het buitenland. Nederland verliest deze zogenaamde voordelen op het gebied van handel. 3 4
Het gemiddelde is berekend over de periode 2012 – 2014. Het gemiddelde is berekend over de periode 2012 – 2014.
26
Nederland zal zelf ook niet meer onderdeel zijn van de zogenaamde vrije handel tussen de EUlidstaten (vrij verkeer van goederen en diensten) en zal dan ook moeite hebben om goederen te handelen met de EU-landen. Onder deze bron kan je zien dat Nederland vooral zijn export verdient uit de handel met Europese landen, waaronder vooral Duitsland. Bij een Nexit zal Nederland dus niet meer vrij handelen met deze EU-landen die lid zijn van de EU. Dit werkt negatief voor de landen die met Nederland handelen, vanwege de invoerkosten en handelsbelemmeringen. 5
Hoe zit het met de arbeidsmarkt? Bij de vorige sub-vragen kon je zien dat er bij een Nexit personen niet meer vrij van de ene plek naar de andere plek kunnen reizen. Bij het in- en uitvoeren van personen zullen er kosten zoals het aanvragen van een visum, het wachten aan de grens en het krijgen van vergunningen om te werken of studeren erbij komen. Arbeidsmarkt Onder de arbeidsmarkt rekenen we de potentiĂŤle beroepsbevolking. Dit is de bevolking tussen 15 tot AOW- gerechtigde leeftijd. Zij worden dan onderverdeeld over de beroepsbevolking (actief op de arbeidsmarkt) en niet-beroepsbevolking (inactief op de arbeidsmarkt). Hieronder vind je een verduidelijk beeld van de arbeidsmarkt.
5
Zie blz. 71 onder kopje â&#x20AC;&#x2DC;wat voor effect heeft dit op de internationale handel?â&#x20AC;&#x2122; nummer 6.
27
Vrij verkeer van personen Iedere inwoner binnen de EU-lidstaten mogen zonder kosten reizen in andere EU-lidstaten. Dit geldt ook voor bewoners van de landen die geen lid zijn van de EU maar wel deel uitmaken van de Europese Economische Ruimte (EER), zoals Liechtenstein, Noorwegen en IJsland. Wat zijn de voordelen? Bij een Nexit zullen we niet meer het recht hebben dat we een vrij verkeer hebben van personen. Als je hieronder kunt zien, komen er veel EU-arbeidsmigranten uit Polen. Deze zogenaamde OostEuropese arbeidsmigranten trekken vanwege het welvaartsverschil. Zij zijn zo voor Nederland een goedkopere arbeidskracht. Zij zullen dan tevreden zijn met het minimumloon of zelfs minder. Het gevolg hiervan is dat ze banen innemen van werknemers die wel het minimumloon willen. Zonder deze recht hebben we hier minder last van en kunnen werklozen deze werk (deeltijd/voltijd) doen. (Dit geld alleen voor laagopgeleide werklozen). 6
Wat zijn de nadelen? Met het recht dat je hebt bij het vrij verkeer van personen, kunnen inwoners van het ene EU-land naar het andere EU-land gaan wonen, reizen, studeren en/of werken. Voor Nederland is dit goed voor de economie. Wat zijn voordelen die we krijgen van het vrije verkeer van personen, maar die we zouden verliezen bij een Nexit? -
-
Opvangen van de vergrijzing: EU-arbeidsmigranten kunnen ervoor zorgen dat zij de ouderen op de inactieve mensen op de arbeidsmarkt opvangen. Zo zullen deze mensen die actief op de arbeidsmarkt werken de AOW kunnen betalen voor de ouderen die met pensioen zijn. Verhogen van het bbp van Nederland: EU-arbeidsmigranten zullen ervoor zorgen dat de productie aldus het nationaal inkomen toeneemt.
6
Zie blz. 71 onder kopje â&#x20AC;&#x2DC;hoe zit het met de arbeidsmarkt?â&#x20AC;&#x2122; nummer 2.
28
3.4 Wat voor politieke invloed heeft Nederland op de EU? Om een duidelijk beeld te krijgen van de Europese Unie, zijn we op onderzoek gegaan naar hoe de macht binnen de Europese Unie verdeeld is. Er wordt vaak gedacht dat Nederland als klein land niet veel zeggenschap heeft in de grote Europese Unie. De zorg om deze probleemstelling was er al in de jaren vijftig. Men vreesde toen dat het grote en machtige Frankrijk en Duitsland de kleinere landen zoals Nederland en BelgiĂŤ zou overvleugelen. Om dit te voorkomen stelde de Nederlandse minister voor om een Raad van Ministers in te stellen, zodat de ministers en regeringshoofden hun nationale belangen zouden kunnen vertegenwoordigen. Deze Raad van Ministers werd steeds een belangrijker aspect in de Europese besluitvorming. Hier werd de Europese politiek besproken. Binnen de Raad is er een gewogen stemming: hoe meer inwoners in het land, hoe zwaarder de stem meetelt. Zelf staat Nederland achtste qua inwonertal in de Europese Unie. De Raad groeide gaandeweg snel uit tot een strijdperk voor de nationale belangen. In de jaren zestig werd toen mogelijk om een vetorecht in te voeren. Dit hield in dat de lidstaten besluiten konden tegenhouden als het tegen de nationale belangen ingingen. Inmiddels is het vetorecht op de meeste beleidsterreinen niet meer toegestaan; alleen wanneer de Raad een beslissing moet nemen over uitbreiding of het wijzigen van Europese verdragen, hebben de lidstaten vetorecht. Tegenwoordig beslist de Raad van Ministers in ongeveer tachtig procent van de gevallen bij meerderheid van de stemmen. Een meerderheid is echter niet zo snel bereikt, het betreffende voorstel moet minstens 255 (van de 345) stemmen hebben om het voorstel te kunnen aannemen. Bovendien moeten minimaal 15 lidstaten het voorstel steunen. Door de uitbreidingen van nieuwe lidstaten in het verleden werd het lastiger voor een enkele lidstaat om de besluitvorming te beheersen. Dit had als gevolg dat lidstaten moeten samenwerken om iets te bereiken, zoals coalities vormen of uitruildeals maken. Dat zijn de nieuwe democratische machtsverhoudingen in de EU. Hoe belangrijk het is om coalities te vormen werd duidelijk gemaakt in 2000 toen de huidige stemverhoudingen in te Raad werd bepaald. Op een conferentie in het Nice, een stad in Zuid-Frankrijk, kreeg Nederland 13 stemmen terwijl Duitsland (wiens inwonertal vijf keer zo groot is als die van Nederland) slechts 29 stemmen kreeg. Door de nauwe samenwerking wist Nederland samen met haar EU-partners BelgiĂŤ en Luxemburg evenveel stemmen te bemachtigen als Duitsland. Dit werd beschouwd als nationale winst die Nederland had opgedaan, maar was in feite een overwinning van het samenwerken onderling deze landen. Nederland is een invloedrijk land binnen de EU Uit een onderzoek blijkt dat meer dan de helft van de ondervraagde experts Nederland beschouwt als het meest invloedrijke land van de zeven kleinere lidstaten: de Benelux-landen, Zweden, Denemarken, Oostenrijk en Finland. 75% van de ondervragers zetten Nederland zowel op de eerste of tweede plaats. Traditioneel wordt Nederland gezien als een belangrijk onderdeel in het sluiten van compromissen tussen Duitsland en Frankrijk. Naast Duitsland en Frankrijk worden Nederland en Zweden als belangrijkste landen genoemd. Respondenten gaven aan om eerder Nederland te consulteren dan Frankrijk of Duitsland. De reden waarom Nederland als een belangrijk EU-lid wordt gezien, is doordat Nederland een goede reputatie heeft en daarbij ook sterke banden met Duitsland, de Benelux-landen en het noorden.
29
Machtspositie Citaat: ’Doordat het Europees parlement geen gelijkwaardige tegenmacht vormt voor de Europese Commissie spreken we wel van een ‘democratisch tekort ’het Europees Parlement heeft bijvoorbeeld niet de bevoegdheid om wetten voor te stellen en over een groot deel van de besluiten die de raad van Europese unie neemt heeft het Europees parlement geen zeggenschap. Het Europees Parlement kan dus moeilijk een vuist maken, terwijl het wel het enige Europese orgaan is dat door de kiezers is gekozen. Dit democratische tekort wordt versterkt doordat de leden van de Europese commissie worden benoemd door de regeringen van de lidstaten. Er is dus geen verband met de verkiezingen voor het Europees parlement, zoals bij de benoeming van nationale ministers wel het geval is. Het Europees parlement kan de leden van de Europese commissie ook niet op basis van een verkiezingsprogramma of regeerakkoord ter verantwoording roepen. Daar komt ook nog bij dat de relatie van de Europees parement met zijn achterban, de Europese kiezer, zwak is de kiezers kennen de kandidaten niet goed. Bij de verkiezingen schommelt met opkomst percentage rond de 40 procent de kiezers die wel naar de stembus gaan, stemmen meestal op de partijen die ze kennen uit de nationale politiek zonder echt goed te weten wat de partijen in Europees Verband willen.’ Juist omdat er zoveel onduidelijkheid heerst over de macht en hoe het besturingsorgaan in elkaar zit, is het belangrijk om goed te onderzoeken hoe alles in elkaar zit. Hierdoor voorkom je dat je niet gaat stemmen om het stemmen, maar daadwerkelijk om je eigen belangen. Zo kan de Europese Unie alleen maar efficiënter te werk gaan. Is de Europese Unie wel zo eerlijk in macht verdeeld als het lijkt? Hebben de grootmachten daadwerkelijk een grotere macht? Wij hebben dit per orgaan uitgezocht. De Europese Commissie (EC) De Europese Commissie is de uitvoerende macht van de Europese Unie en is daarbij ook verantwoordelijk voor het indienen van wetsvoorstellen, het beheren van de EU-begroting, het handhaven van het EU-recht en het vertegenwoordigen van de Europese Unie op internationaal niveau. De Europese Commissie mag als enige instelling in de Europese Unie wetsvoorstellen indienen en handelt in het belang van alle EU-landen samen. Deze wetsvoorstellen worden, afhankelijk van het onderwerp, voorgelegd aan de Raad van de Europese Unie of aan het Europees Parlement. Daarnaast controleert de Commissie of de Europese wetgeving op de juiste manier wordt toegepast in de lidstaten. Bij overtredingen kan de Commissie een lidstaat dwingen zich aan de Europese regelgeving te houden, door een procedure te starten bij het Europese Hof van Justitie. De leden van de Europese Commissie worden eurocommissarissen genoemd. Elke eurocommissaris is verantwoordelijk voor één of meerdere beleidsgebieden. Het dagelijks bestuur van de Europese bestaat sinds 1 juli 2013 uit 28 commissarissen, die elk door een lidstaat wordt benoemd, maar die onafhankelijk van de nationale regeringen opereren: de eurocommissarissen moeten in het belang van de Europese Unie werken en niet van hun eigen land. Daarnaast vormen de commissarissen net als onze ministers het uitvoerende orgaan van de EU, dat er bijvoorbeeld op toeziet dat de lidstaten de Europese richtlijnen uitvoeren. Zo niet, dan kan de commissie boetes opleggen of een land aanklagen bij het Europees Hof van Justitie. De voorzitter van de Europese Commissie, gekozen door de leden van het Europees Parlement, bepaalt de politieke agenda van de EC en vertegenwoordigt de Europese Unie naar buiten toe. 30
De Europese Commissie voert dus een aantal taken uit: -
Recht van initiatief. Ze mogen wetten voorstellen aan het Europees Parlement (wetgevende taak). De Commissie controleert of wetten wel worden gehandhaafd. Worden de wetten niet gehandhaafd, dan kan de Europese Commissie een procedure starten bij het Europese Hof van Justitie (controlerende taak). Ook handelt de Europese Commissie met het ‘buitenland’ (uitvoerende macht).
Doordat elke lidstaat één commissaris mag benoemen, is het wel eerlijk verdeeld. De zaken waar het voornamelijk over gaat (en elke lidstaat kan één van deze onderwerpen toegewezen krijgen) zijn: interne markt, milieu, energie, regionale ontwikkeling, handelsbetrekkingen of ontwikkelingssamenwerking. Het ene onderwerp wordt belangrijker beschouwd dan het andere, maar om de vier à vijf jaar wordt er gewisseld in onderwerpen. De macht is dus wel eerlijk verdeelt per lidstaat, aangezien elke lidstaat één commissaris af mag staan. De Raad van Ministers (Raad van de Europese Unie) Het belangrijkste besluitvormende orgaan van de EU is de Raad van Ministers. Elke lidstaat is in de Raad vertegenwoordigd door één vakminister. Afhankelijk van het onderwerp dat op de agenda staat, bestaat de Raad uit alle ministers van bijvoorbeeld landbouw, sociale zaken of milieu. De Raad van Ministers heeft, naast de wetgevings- en begrotingstaak, bepaalde beleidsbepalende en coördinerende taken. De ministers uit deze Raad nemen besluiten over de Europese regelgeving. De zeggenschap is hierbij groter op grond van inwoners: hoe meer inwoners, hoe meer zeggenschap. De Raad heeft drie hoofdtaken: 1. Het vaststellen van de Europese regelgeving (samen met het Europees Parlement); 2. Het zorgen voor de politieke en economische samenwerkingen tussen de lidstaten; 3. De begrotingsbevoegdheid (samen met het Europees Parlement). In de Raad zijn de regeringen van de 28 lidstaten van de Europese Unie vertegenwoordigd. Samen met het Europees Parlement oefent ze de wetgevings- en begrotingstaak uit. Dit betekent dat de Raad haar goedkeuring moet geven aan elk wetsvoorstel van de Europese Commissie en aan elke voorgestelde EU-begroting. Ook neemt de Raad beslissingen over het buitenlands- en veiligheidsbeleid. Samengevat onderhandelt de Raad van Ministers over de EU-wetgeving en stelt deze vast, coördineert zij het beleid van de EU-landen, sluit zij overeenkomsten tussen de EU en andere landen en organisaties, regelt zij het buitenlands en veiligheidsbeleid, en stelt zij de EU-begroting vast samen met het Europees Parlement. De Raad neemt zijn besluiten meestal met een gekwalificeerde meerderheid. Dat wil zeggen dat de stemmen van de landen met een grote inwonertal zwaarder meetellen dan die van de landen met een kleinere inwonertal. Doordat er gekwalificeerd wordt gestemd (meerderheid van 65% geëist) is de macht niet compleet eerlijk verdeeld. De Raad van de Europese Unie heeft geen recht op initiatief, maar wel recht op amendement (wijzigen van de al voorgestelde wetsvoorstellen toepassen). Over belangrijke besluiten wordt ook eenparig gestemd. Hierbij is een unanimiteit verplicht. Dit betekent dat het niet doorgaat als één lidstaat ergens niet mee eens is. 31
De Europese Raad Als de ministers in de Raad van de Europese Unie geen overeenstemming bereiken, komen de regeringsleiders van de lidstaten bijeen. Deze Europese Raad bespreekt de belangrijkste knelpunten en hakt eventuele knopen door. Vanuit Nederland zit de premier in dit orgaan. In principe spreekt de Europese Raad zich bij consensus uit. Het Europees Parlement Het Europese Parlement (EP) heeft samen met de Raad van de Europese Unie en de Europese Commissie de wetgevende taak van de Europese Unie. Het is de enige instelling van de EU die direct door de burgers wordt gekozen. Het Parlement heeft in vergelijking met vroeger veel meer wetgevende bevoegdheden op gebieden zoals landbouw, voedselveiligheid, milieu en de begroting van de Europese Unie. Het Parlement bestaat uit 751 parlementsleden die om de vijf jaar direct worden verkozen via algemeen kiesrecht. Onder het Verdrag van Lissabon worden de zetels verdeeld aan elk land volgens de bevolkingsgrootte. De zetels worden degressief proportioneel verdeeld. Hiermee wordt bedoelt dat hoe groter het land, hoe meer mensen er worden vertegenwoordigd per lid. De zetelverdeling per land is verdeeld als volgt (totaal 751):
Duitsland
Frankrijk
Italië
Verenigd Koninkrijk
Spanje
Polen
Roemenië
Nederland
België
Tsjechië
Griekenland
Hongarije
Portugal
Zweden
96 (12,8%) 74 (9,9%) 73 (9,7%) 73 (9,7%) 54 (7,2%) 51 (6,8%) 32 (4,3%) 26 (3,5%)
Oostenrijk Bulgarije Finland
17 (2,3%) 13 (1,7%) 13 (1,7%)
Slowakije
13 (1,7%)
Kroatië Ierland Litouwen Letland
21 (2,8%)
Slovenië
21 (2,8%)
Cyprus
21 (2,8%)
Estland
20 (2,7%)
18 (2,4%)
Denemarken
21 (2,8%)
21 (2,8%)
Luxemburg Malta
11 (1,5%) 11 (1,5%) 11 (1,5%) 8 (1,1%) 8 (1,1%) 6 (0,8%) 6 (0,8%) 6 (0,8%) 6 (0,8%)
Sinds de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon (2009) zijn de wetgevende bevoegdheden van het Europees Parlement flink uitgebreid. Op het gebied van handel en economie kan het Europees Parlement voorstellen die de Raad van de Europese Unie aanneemt, met een vetorecht verwerpen. Ook bij het goedkeuren van de Europese begroting, bij toetreding van nieuwe lidstaten en bij het aangaan van associatieovereenkomsten met niet EU-landen heeft het Europees Parlement het laatste woord. In tegenstelling tot de meeste andere gekozen parlementen heeft het Europees Parlement géén initiatiefrecht bij het opstellen van wetten. Binnen de EU mag alleen de Europese Commissie wetten voorstellen. 32
Om zijn controlerende taak uit te voeren heeft het Europees Parlement het recht om een parlementaire enquête te houden om misstanden binnen de Europese Unie te onderzoeken. Met een motie van afkeuring kan het Europees Parlement de Europese Commissie in haar geheel tot aftreden dwingen. Het Europees Parlement wordt rechtstreeks gekozen door de burgers van de lidstaten voor een periode van vijf jaar. Daarbij stemmen kiezers van de lidstaten niet op Europese kandidaten voor het parlement als geheel, maar op nationale kandidaten. Voor elk land is een bepaald aantal parlementszetels gereserveerd, in verhouding tot de bevolkingsgrootte. Na de parlementsverkiezingen van 2014 had Nederland 26 van de 751 zetels. Duitsland had als grootste land 96 zetels; Malta, Cyprus, Luxemburg en Estland hadden met zes zetels de kleinste vertegenwoordiging. Europees Hof van Justitie Het Europees Hof van Justitie is voor de EU wat de rechterlijke macht voor de afzonderlijke landen is. De belangrijkste taak van het hof is erop toezien dat de afzonderlijke landen aan hun wettelijke verplichtingen voldoen en dat de toepassing van de EU-wetgeving in alle lidstaten op dezelfde manier plaatsvindt. Dit laatste doet het hof in samenwerking met de nationale gerechtshoven. Iedereen kan een zaak voorleggen aan het hof: de lidstaten, individuele burgers van lidstaten, bedrijven en de Europese Commissie. Door het toezicht van het Europees Hof van Justitie blijkt dat Europese afspraken, regels en wetten uiteindelijk belangrijker zijn dan nationale regels: de regeringen van de lidstaten van de Europese Unie hebben zich eraan te houden. Brexit verslechtert Nederlandse invloed op EU Volgens de econoom Klaas Staal heeft de Brexit (Groot-Brittannië uit de EU) als gevolg dat er geen Nederlandse invloed meer is op de Europese Unie.7 In zijn artikel luidt dat Nederland, samen met Ierland, Luxemburg en Zweden, bij de landen hoort die de meeste invloed op de besluitvorming in de Europese Unie verliezen als Groot-Brittannië de EU verlaat. In de EU-besluitvorming zijn er instituties, waaronder de drie belangrijkste: het Europese Parlement, de Raad van Ministers en de Europese Commissie. Klaas Staal is in zijn onderzoek nagegaan hoe vaak de Britse ministers in de afgelopen jaren hetzelfde hebben gestemd als ministers van andere EU-lidstaten. Als de Britse ministers hetzelfde stemmen als de ministers uit een ander lidstaat, zal dat andere lidstaat in het geval van een Brexit zijn invloed op de besluitvorming verliezen. Doordat de Britse ministers er dan niet meer zijn, wordt het lastiger voor het land om een meerderheid te vormen voor de voorstellen die dit land ondersteunt. Dit geldt voor Nederland, Ierland, Luxemburg en Zweden. In de recente geschiedenis van de besluitvorming in de EU merk je op dat de Britse ministers in de meeste gevallen stemmen zoals de betreffende landen. Dit concludeert dat het lastiger wordt om in de Ministerraad een meerderheid te vinden voor de Nederlandse ministers. Er zijn negen verschillende beleidsterreinen waarop Raadsvergaderingen plaatsvinden. De gebieden waarop de Nederlandse invloed het grootste verlies lijdt, zijn: vervoer, telecommunicatie, onderwijs, jeugdzaken, energie, cultuur en sport. 7
Zie blz. 72 onder het kopje ‘Deelvraag 4’ Radboud Universiteit
33
3.5 Hoe profiteert Nederland van de EU? Nederland profiteert wel degelijk aan zijn lidmaatschap van de EU. Zo hebben we al eerder behandeld in deelvraag drie, dat we vrij verkeer hebben van goederen, diensten, personen en kapitaal. Maar wat zijn nu zowel onze voor- en nadelen van onze deelname van de EU. Bij deze deelvraag behandelen we twee sub deelvragen: - Wat zijn de voordelen van de EU? - Wat zijn de nadelen van de EU?
Wat zijn de voordelen van de EU? Harmonie tussen de EU-landen Het voordeel aan de lidmaatschap van de EU, is dat we samen met de andere EU landen in harmonie samenleven. Er is een langdurige vrede en stabiliteit na eeuwen van vaak verwoestende oorlogen. Vooral door de toenemende samenwerking en integratie op economische gebied. Heerst er in Europa een vreedzame verhoudingen tussen de Europese landen. Mits werkt de Europese Unie samen om terrorisme te bestrijden. Sinds 2002 bestaat er ook een Europees aanhoudingsbevel en een uitleveringsverdrag tussen de lidstaten. Zo kunnen banktegoeden van bepaalde personen, die gelinkt worden aan terrorisme, bevroren worden en worden tussen de EU-landen onderling persoonsgegevens uitgewisseld. Iemand die bijvoorbeeld gezocht wordt in Engeland, kan dus ook in Nederland gevonden worden. Door deze samenwerking tussen de Europese landen zijn we beter in staat om elkaar te helpen tegen wereldproblemen, zoals klimaatveranderingen, maar ook zaken als voedselveiligheid en energievoorziening. Nederland zal hier als individueel land niets aan kunnen veranderen. Gezamenlijk is dit echter wel mogelijk. Zo zijn er binnen de Europese Unie diverse afspraken gemaakt over: - De klimaatverandering. - Vermindering van afval. - Luchtverontreiniging. - Natuurbescherming. - Bodembescherming. - Geluidshinder. Door de vermindering van deze zogenaamde stankoverlast, CO2-uitstoot, geluidsoverlast etc. zal de externe kosten verminderen. Dus ook de maatschappelijk kosten. Dit is voordelig voor de gehele maatschappij, maar ook voor de toekomstige generatie. Wegvallen van de interne grenzen Het wegvallen van de interne grenzen is eigenlijk de kern van de drijvende economie. Het zorgt ervoor dat onze vrij kunnen handelen zonder belemmeringen tussen de EU-landen. Zoals eerder behandelt in deelvraag drie. We profiteren hiervan. De reden dat de interne grenzen wegvallen komt door de vrij verkeer van goederen, diensten, personen en kapitaal. 34
Zo becijferde het Centraal Planbureau in 2009 dat het nationaal inkomen van Nederland ten opzichte van 1970 met tenminste 6 tot 8 procent hoger lag dankzij de afspraken over vrijere handel die binnen de Europese Unie en de Wereldhandelsorganisatie WTO. 8 In 2016 berekende het Centraal Planbureau dat herinvoering van interne grenscontroles in Europa de Europese economie zouden schaden. Volgens het CPB zou herinvoering van grenscontroles neerkomen op een daling van het Nederlandse bbp met 1,3 procent in 2020, ofwel 9 miljard euro. 9 Verder heeft het wegvallen van de interne grenzen niet alleen gevolgen op economische gebied, maar ook op maatschappelijk gebied . Zo kunnen er zonder deze grenzen we ook niet vrij kunnen reizen, werken en studeren in Europa. Dit vermindert de bureaucratische rompslomp, zoals het aanvragen van een visum en het wachten aan de grens. Ook zal het ons minder geld kosten, want we hebben minder last van transactiekosten en douanekosten. Het krijgen van vergunningen om te werken of te studeren en het omwisselen van geld duurt nu ook vele malen langer. Mits zal er vanaf 15 juni 2017 extra belkosten worden afgeschaft. Nu is het namelijk nog zo dat bellen en internetten in het buitenland extra kosten met zich meebrengt. Vanaf juni 2017 zal dit binnen de EU afgeschaft worden. Burgers van de EU-lidstaten zullen dan in een ander EU-land even veel betalen voor hun belminuten en data als in hun eigen land. Uiteindelijk profiteert Nederland van de verdwenen interne barrières vergeleken met alle EUlidstaten, omdat het verhandelen van goederen hierdoor gemakkelijker en minder kostbaar is. Dit is handig voor Nederland, omdat Nederland vooral bekend staat om haar open economie. Zo hebben grote Nederlandse bedrijven als KPN, Heineken, ING, Philips, Akzo en Unilever behalen een belangrijk deel van hun omzet in andere Europese landen. Dezelfde munteenheid Doordat we met andere landen dezelfde munteenheid delen, is het veel gemakkelijker prijzen met elkaar te vergelijken in andere landen die dezelfde munteenheid delen. De markt is doorzichtiger geworden, omdat de prijzen van goederen direct geleverd kan worden en hoeft er geen inspanningen worden gedaan om de munteenheid om te rekenen naar een andere. De interne markt De hoofddoelen van de Europese Unie is het bewaren van vrede en het creëren van economische voordelen. Om dit te bereiken hebben de Europese lidstaten hun markten samengevoegd. Deze gezamenlijke markt staat ook wel bekend als de interne markt. Het gevolg, de markten raken afhankelijk van elkaar en de markt werd groter. Wat voor meer concurrentie zorgt. Door deze concurrentie zullen prijzen uiteindelijk dalen. Volgens de Europese Commissie heeft de interne markt ons dit allemaal opgeleverd: - Creëerde de interne markt sinds 1993 2,5 miljoen nieuwe banen in de EU. - Zorgde de markt voor een vervijfvoudiging van de handel tussen lidstaten onderling. - Er kwam 800 miljard euro aan extra inkomen. - 15 miljoen Europeanen zijn ondertussen in een ander EU-land gaan werken. 8 9
Zie blz. 73 onder kopje ‘Wegvallen van de interne grenzen’ nummer 1. Zie blz. 73 onder kopje ‘Wegvallen van de interne grenzen’ nummer 2.
35
De interne markt is zeer belangrijk voor de EU. Zo woont zeven procent van de wereldbevolking in de EU en vertegenwoordigd maar liefst twintig procent van de interne markt de internationale import en export. Maar heeft de interne markt ook invloed op de Nederlandse economie? Wel degelijk. In 2008 heeft het Centraal Plan Bureau (CPB) onderzoek gedaan naar de invloed van de markt op de Nederlandse economie. Zo kwam uit de studie ‘The Internal Market and the Dutch Economy: implications for trade and economic growth’: -
De Nederlandse economie door de Europese integratie jaarlijks tussen de 25 en 30 miljard was gegroeid. De interne markt heeft volgens het onderzoek de individuele burger een extra inkomen van tussen de 1.500 en 2.000 euro opgeleverd. 10
Bijdrage EU aan Nederland Naast dat Nederland een deel van haar inkomen gedeeltelijk geeft aan de EU-begroting. Profiteert Nederland hier ook van. Zie afbeeldingen hieronder. (Deze gegevens zijn wel van 2014).11
10
Zie blz. 73 onder kopje ‘interne markt’ nummer 2. Zie blz. 74 onder kopje ‘bijdrage aan de begroting van de EU’ nummer 3.
11
36
Wat zijn de nadelen van de EU? Naast de voordelen bij het lidmaatschap van de EU. Zijn er ook nadelen aan vastgebonden. De euro Een nadeel van de euro is dat landen die deze munteenheid hanteren erg afhankelijk van elkaar zijn. Zoals dit al eerder behandeld is in deelvraag drie. Nederland verliest haar controle over eigen munt en hebben te maken met het monetaire beleid. Landen die een eigen munteenheid hebben kunnen namelijk tijdens de crisis de waarde van hun munteenheid veranderen om zo een verdere daling van de crisis voorkomen. Echter bij landen die de euro hanteren kan dit niet. Nederland kan zo haar valuta niet aanpassen aan haar eigen economie. Mits kan het zo zijn dat landen waar het minder goed mee gaat zoals Griekenland ervoor zorgt dat dit economische gevolgen kan hebben voor andere landen. Bijdrage aan de begroting van de EU Het afdragen van geld aan probleemlanden vergt veel kosten. Zo moeten de lidstaten elk jaar een deel van hun nationale inkomsten afdragen aan de Europese Unie. Tot 1992 ontving Nederland meer geld van de Europese Unie dan dat het afdroeg. Na 1992 is Nederland een van de grootste netto betalers geworden. De jaarlijkse bijdrage van Nederland aan de EU is ruim 4,7 miljard euro. Zo wordt er per inwoner van de Nederlandse bevolking wel €275 afgedragen aan de Europese Unie.12 Hieronder vind je het totale bijdrage van Nederland aan de EU begroting. (Deze gegevens zijn van 2014). 13 12
Zie blz. 74 onder kopje ‘bijdrage aan de begroting van de EU’ nummer 1 en 2. Zie blz. 74 onder kopje ‘bijdrage aan de begroting van de EU’ nummer 3.
13
37
Geld afdragen aan andere lidstaten van de Europese Unie Wanneer er grote problemen zijn van een land, is de Europese Unie verplicht dit land te steunen. Het maakt dan niet uit of een land zo’n schuld aan zichzelf heeft te danken. In de regels van de Europese Unie staat vastgesteld dat zo’n land geholpen moet worden. Een bekend voorbeeld is met Griekenland. Zo heeft Nederland al in 2016 een totaalbedrag van 16,45 miljard euro aan Griekenland uitgeleend. 14 14
Zie blz. 74 onder kopje ‘Geld afdragen aan andere lidstaten van de Europese Unie’ nummer 1.
38
Hieronder vind je de overzicht van ontvangende lidstaten die steungelden kregen van de EU-landen. 15
Minder individuele zeggenschap Er worden veel afspraken gemaakt, waar de lidstaten zich aan dienen te houden. Lidstaten mogen bijvoorbeeld maar een beperkte financieringstekort hebben, dienen bij het vaststellen van de btw rekening te houden met de btw-richtlijn etc. Doordat Nederland en andere lidstaten zich aan bepaalde gezamenlijke EU afspraken moet houden, worden hun beperkt in hun soevereiniteit. Dit kan als nadeel worden gezien. 15
Zie blz. 74 onder kopje â&#x20AC;&#x2DC;Geld afdragen aan andere lidstaten van de Europese Unieâ&#x20AC;&#x2122; nummer 2. 39
3.6 Resultaten onderzoek (enquête + interview) 3.6.1 Enquête Door middel van een enquête zijn wij achter de meningen gekomen van mensen over de Europese Unie. De resultaten waren niet heel versassend, maar wel interessant. 97 mensen hebben deelgenomen van de vragenlijst, met een verschil in leeftijd van 13 tot 74 jaar. Gegevens personen Geslacht en woonplaats Het grootste gedeelte zijn jong volwassen, al is er ook een grote groep mensen tussen de 40-50 jaar. Voornamelijk vrouwen hebben de enquête ingevuld, namelijk 61,9%. Daarnaast kwam meer dan de helft uit een dorp dan in een stad. We hebben als volgt de volgende doelgroepen: - Jongeren <17: 23 - Jong volwassen (17 t/m 28): 33 - Volwassen (28 t/m 55): 21 - Bejaarden (55+): 20
Woont u in een stad of een dorp?
Geslacht 37; 38%
45; 46%
52; 54%
60; 62%
Man
stad
Vrouw
dorp
Op welke partijen stemmen de deelnemers? Omdat een groot gedeelte vooral jongeren zijn. Bestaat onze enquête vooral uit personen die niet kunnen stemmen. Dit aantal is 45 mensen (zie in de grafiek nvt).
Op welke par{j stemt u? nvt* Geen mening Par{j dat opkomt voor zijn/haar belangen SGP PVV 50PLUS SP PvDA CDA ChristenUnie D66 PvdD Groenlinks VVD
40
Verbintenis met de EU Kennen we de EU goed? Uit de enquĂŞtes zijn uitgekomen dat een groot deel wel het nieuws volgt. Hiervan zijn 57,7% die wel het nieuws volgt en 42,3% niet. Verder denkt 65 personen te weten hoe de Europese Unie werkt. Dus meer dan de helft van de ondervraagden beweren dat ze goed op de hoogte zijn van het nieuws en de EU goed kennen.
Bent u op de hoogte van het actuele nieuws van de EU?
Weet u hoe de Europese Unie werkt? 32; 33%
41; 42% 56; 58%
Ja
Nee
65; 67% Ja
Nee
Voelen we ons Europees? Ondanks alle negatieve berichten uit het nieuws over de EU, voelt het grootste deel van de ondervraagden zich wel Europees, namelijk 78,9%. Hun vinden dus dat ze een deel zijn van de EU, 21,1% vindt dit niet.
Voelt u zich Europees? 20; 21%
75; 79% Ja
Nee
Merken we wat van de EU? Maar nu komt een belangrijk deel uit de enquĂŞte. De vragen die namelijk te maken hebben over wat we van de EU vinden en of we denken dat de EU zelf voor ons voordelig is. En grotendeels vinden we dat ook. Minstens 82,3% van de ondervraagden vindt dat we voordeel hebben bij het lidmaatschap van de EU. Maar echter 70,8% vindt dat we hier ook echt van profiteren. Dit is een stuk minder, ondanks dat er mensen zijn die wel vonden dat het voordelig was.
41
Vindt u dat ons land voordeel hee} met het lidmaatschap van de EU? 17; 18%
Denkt u dat Nederland profiteert van de Europese Unie? 28; 29% 68; 71%
79; 82% Ja
Nee
Ja
Nee
Ook was de vraag of mensen veel merken van de ‘voordelen’ die Nederland krijgt door lid te zijn van de Europese Unie. De antwoorden waren bijna allemaal overduidelijk, het grootste deel merkt over elk onderwerp wel wat. Alleen de invloed van de Europese Unie op de rest van de wereld bleef achter, daar merkten veel minder mensen wat van. In de tabel hieronder zijn de resultaten daarvan weergeven. Vrij verkeer van personen, goederen en diensten Vrede tussen lidstaten De Euro Invloed van EU in de rest van de wereld
Ik merk er wel wat Ik merk er niets van van 85 11 79 17 86 10 41 56
42
Nexit Wat denken we over de invloed van Nederland op de EU? Bij de vraag of Nederland veel invloed heeft op de Europese Unie, en de beslissingen die zij maakt, vind slechts 42,3% dat dit wel het geval is. De meerderheid vind dus dat Nederland weinig invloed heeft op de Europese Unie. Wat opmerkelijk is, is dat 70,8% vindt dat Nederland wel profiteert van het lidmaatschap. Dus grotendeels van de ondervraagden vindt, dat we vooral mee profiteren van de voordelen van de EU, maar dat we echter weinig invloed hebben aan de EU. Dit zie je ook terug in de vraag: ‘Zou het een verschil geven als Nederland niet bij de Europese Unie zou horen’. Zo vindt 89,5% dat het wel een verschil zou geven dat Nederland niet bij de Europese Unie zou horen. Dit kan worden gelinkt met dat we profiteren van de voordelen van de EU.
Vindt u dat Nederland veel invloed hee} op de Europese Unie?
Zou het een verschil geven als Nederland niet bij de EU zou horen? 10; 11%
41; 42% 56; 58%
85; 89% Ja
Nee
Ja
Nee
Wat vinden we van een Nexit? Omdat de Brexit erg actueel is, zitten er ook vragen in de enquête over een eventuele Nexit. Ondanks dat dit vrijwel niet mogelijk is volgens de wetten in Nederland, is het interessant om te zien wat men daarover denkt. De vragen of je voor of tegen een Nexit bent en of het verstandig is als Nederland uit de EU stapt, komen ook overeen met elkaar. Zo denkt 85,6% van de ondervraagden tegen een Nexit te zijn. Hun vinden aldus dat het niet verstandig is als Nederland uit de EU stapt. Daarbij vroegen we bij deze om dit te argumenteren. Daaruit bleek dat veel mensen eigenlijk geen idee hebben waarom ze voor of tegen zijn, terwijl sommigen er wel goed over nagedacht hebben. Veel mensen die tegen een Nexit zijn, gebruiken in hun argument het belang van handel. Mensen die vóór een Nexit zijn, vinden vaker dat de Europese Unie te veel macht heeft. Hieronder zijn een paar argumenten: Voor: “Westerse landen die niet in de EU zitten (bijvoorbeeld Noorwegen/ Zwitserland) doen het erg goed in deze wereld. Economisch en politiek zijn deze landen stabiel en over het algemeen zijn de mensen gelukkig.” Tegen: “EU is succesvol geweest in het bewaren van de vrede en het vergroten van de welvaart. Dut is te waardevol om in de steek te laten. Als klein land zijn we nergens.” Voor: “De EU functioneert niet zoals bedacht. Er ligt te veel macht bij de EU. Hierdoor komen nationale belangen op een tweede plaats.” Tegen: “Lijkt me niet verstandig in de instabiele situatie waarin de wereld zich verkeert. stel er gaat iets mis dan is het altijd een voordeel dat Europese landen samen ervoor staan.” 43
Voor: “We hebben te veel last van een niet goed functioneren Europa, te kostbaar, de euro die bij de invoering al tot mislukken gedoemd was omdat het verschil tussen Noord en Zuid Europa economisch gezien te groot is en daarbij ook de mentaliteit die zo anders is tussen de Noordelijke en Zuidelijke landen. Dat wij echte vluchtelingen tijdelijk helpen prima maar niet zo als het nu gaat, geen goede grenscontroles en geen papieren, geen toegang, dat is trouwens heel normaal in de hele wereld.” Tegen: “Ook al ziet de toekomst van de EU er grimmig uit, juist door de 'exit' ideeën en alle oproerring, is het naar mijn mening belangrijk om nog altijd als een eenheid samen te staan tegen *andere* wereldgrootmachten. Met nadruk op 'andere' wat aangeeft dat ik, en anderen sterk het gevoel hebben dat 'wij' als Europese unie invloed hebben op de wereld, en een grootmacht zijn als eenheid, een idee, een feit dat absoluut weg zou vallen zónder EU, of vervanging hiervan.” Denkt u dat het verstandig is als NL uit de EU stapt? 13; 13% 84; 87% Ja Nee 44
Toekomst verwachtingen Waar maken we ons het meest zorgen om? Over verschillende onderwerpen werd gevraagd naar de mate van bezorgdheid. Maken mensen zich druk over immigratie, overheidsfinanciĂŤn, de economische situatie, werkloosheid, inflatie en criminaliteit? In de onderstaande tabel zijn de resultaten daarvan te zien. Werkloosheid scoort vooral hoog, terwijl mensen zich minder zorgen maken over inflatie. Opmerkelijk scoort immigratie ook hoog, wat hoogstwaarschijnlijk te maken zal hebben met de vluchtelingenprobleem. In de tabel zijn de onderwerpen weergeven, en daarbij hoe veel mensen zich in welke mate zorgen maken.
Maakt u zich zorgen over de volgende onderwerpen in de toekomst? 60 50 40 30 20 10 0
Helemaal niet
Immigratie OverheidsfinanciĂŤn Economische situatie Werkloosheid Inflatie Criminaliteit
Niet erg
Enigszins
Erg
Helemaal niet 5 8 5
Niet erg 29 33 36
Enigszins 45 44 49
Erg 17 11 6
4 14 10
23 42 22
51 33 49
18 7 16
45
Hoe denken we over de EU in de toekomst? De Europese Unie heeft op dit moment veel problemen, met de vluchtelingen, de schulden van landen zoals Griekenland. Het Verenigd Koninkrijk heeft al gekozen voor een Brexit, en er zijn nog genoeg andere mensen en politieke partijen in Europa die achter dat idee staan. Neem als voorbeeld Geert Wilders van de PVV. Als er veel mensen zijn die weg willen, zou de Europese Unie dan nog wel lang kunnen bestaan? Wat opvalt, is dat een groot deel vindt dat de EU geen eenheid is, namelijk 53,6%. Toch denkt 63,9% wel positief over de toekomst van de Europese Unie, dat zijn 62 personen.
Hee} u het gevoel dat de Europese Unie een eenheid is?
45; 46%
52; 54%
Ja
Nee
Hieronder is een tabel te zien waarin twee vragen met elkaar worden vergeleken. Dat zijn de vragen of mensen positief of negatief over de toekomst van de Europese Unie denken, en of ze voor of tegen het verlaten van de EU zijn. Voor Tegen totaal Positief 1 61 62 Negatief 13 22 35 totaal 14 83 97 Opmerkelijk hierbij is dat 22 mensen nogal negatief over de toekomst van de EU denken, maar alsnog tegen een Nexit zijn. Het kan zijn dat hun wel negatief denken over de EU, maar wel degelijk vinden dat Nederland veel baat heeft met het lidmaatschap van de EU. De mensen die voor een Nexit zijn en negatief denken over de EU denken wellicht dat Nederland haar lidmaatschap bij de EU alleen maar nadelig is. De mensen die positief denken over de EU en tegen een Nexit zijn vindt de lidmaatschap wel voordelig.
Zou u voor of tegen een Nexit zijn?
Denkt u posi{ef of nega{ef over de toekomst van de EU?
14; 14% 35; 36% 62; 64% 83; 86% Voor
Tegen
Posi{ef
Nega{ef
46
Veertien (14,4) mensen gaat er van uit dat de Europese Unie minder dan 10 jaar zal bestaan. Daarnaast denken drieĂŤndertig (34,0%) mensen dat de EU het nog 10-20 jaar volhoudt, en de overige vijftig (51,5%) gaat er toch nog vanuit dat de Europese Unie langer dan 20 jaar zal blijven bestaan en hebben aldus wel wat vertrouwen in het voortbestaan van de EU.
Hoelang verwacht u dat de EU zal blijven bestaan? 14; 14%
50; 52% 33; 34%
Minder dan 10 jaar
Tussen 10 en 20 jaar
Meer dan 20 jaar
47
3.6.2 Interview Ons profielwerkstuk gaat over de meningen van Leeuwarden en omgeving over de Europese Unie. Wij kozen ervoor om een enquête te houden, maar daarnaast ook een interview, zodat we zo meer informatie konden verzamelen om nog een beter beeld te schetsen sinds zij meer kennis hebben dan de gemiddelde Nederlander over de EU. Daarbij waren we ook benieuwd naar hun meningen. We wilden een interview houden met een student(e) van de opleiding European Studies, hier in Leeuwarden. Het is Sanne gelukt om een interview te regelen met twee ex-studenten van de betreffende studie. Lisa en Sanne hebben de interview vragen bedacht en hebben het interview faceto-face gehouden, waardoor ze wat dieper in het onderwerp konden gaan. Het interview werd gehouden op 2 december 2016 en betreft de personen: Emma Zuidema (22) en Aede de Jong (23). Emma heeft de studie European Studies gedaan maar niet afgemaakt. Zij doet nu de opleiding Europees Cultuur en Talen. Aede heeft de studie inmiddels al afgerond en zijn diploma gehaald. Emma en Aede zijn tegelijkertijd geïnterviewd. 1. Je doet dus de opleiding European Studies, waarom heb je hiervoor gekozen? Emma: Ik wilde het doen omdat ik het leuk vond om iets met taal te doen en voornamelijk ook omdat het niet helemaal economisch of wiskundig was. Aede: Ik wilde eerst wat anders doen, maar dat lukte niet helemaal. Ik heb toen dat lijstje van de NHL afgestreept en toen bleef deze studie over. 2. Ben je op de hoogte van het actuele nieuws die gaande is over de Europese Unie? Emma: Ik houd me zeker bezig met sommige ontwikkelingen, niet zo zeer alles maar wel wat in mijn interessegebied valt. En natuurlijk grote zaken zoals de Brexit en de verkiezingen vind ik ook interessant om in de gaten te houden. Maar ik volg niet alle ontwikkelingen op de voet. Aede: Toen ik nog stage liep moest ik via het social media alle ontwikkelingen volgen, toen wist ik er echt alles over. Maar nu de stage is afgelopen moet ik zeggen dat ik er steeds minder naar kijk. Tuurlijk, als het op het nieuws is of in de kant sta zie ik het, maar ik ga er niet meer dagelijks naar op zoek. 3. Voel je je meer Europees of Nederlands? Emma: Een mix van beide. Je bent lid van de Europese Unie en je woont in Europa, maar aan de andere kant ben je ook trots op Nederland waar je vandaan komt, welke taal je spreekt etc. Ik vind het overigens dat dit beide kan. Ik ben blij met de rechten en voordelen die de EU bied, maar ik ben ook heel tevreden met de levenswijze die er in Nederland is. Aede: Ik voel me echt een Europeaan. Ik vind het superleuk dat ik in Nederland woon, maar ik had net zo goed in Duitsland, Spanje of Italië kunnen wonen. Iemand heeft ooit de landgrenzen bepaald, maar persoonlijk vind ik dit een achterhaald idee. We moeten zorgen dat we samen goed kunnen leven en niet alleen uitgaan voor ons eigen geluk. 4. Vind je dat Nederland voordeel heeft met het lidmaatschap van de Europese Unie? Zo ja, waarom wel/Zo nee, waarom niet? Emma: Ja, ik vind dat de mensen die zeggen dat de Europese Unie zorgt voor extra problemen op gebied van werkloosheid etc. niet genoeg op de hoogte zijn. Als je kijkt naar de handel die drijft met de buurlanden (zonder extra belastingen door vrij verkeer). Ook is het natuurlijk fijn dat je overal kan gaan en staan waar je wil, zonder elke keer uren vertraging op te lopen, bijv. door de douane en landsgrenzen etc. Daarbij, de mensen die zeggen dat de zuidelijke landen onze banen afpakken zijn allang achterhaald. 48
Deze mensen lossen de klusjes op waar Nederlanders te beroerd voor zijn. Aede: Ik ben het volkomen eens met Emma. Niet alleen dit, maar ook goede afspraken over dingen zoals het milieu, veiligheid en landbouw worden gesloten. Vooral het milieu is erg belangrijk, omdat iedereen weet dat er geen afspraken door komen als er geen gevolgen zijn voor de landen die niet mee doen aan deze wetten. 5. Vind je dat Nederland veel invloed heeft op de Europese Unie? Zo ja, in welk opzicht?/Zo nee, waarom niet? Emma: Ja natuurlijk. Zelfs de burgers hebben invloed door te stemmen. In veel commissies en organisaties heeft elke lidstaat recht op gelijke input. Aede: Natuurlijk zijn er verschillende manieren om te stemmen binnen de Europese Unie en zouden sommige kleine landen meer moeite hebben om een meerderheid te behalen. Maar door eenparig te stemmen kan elk land belangrijke regels en/of wetten tegenhouden. \ 6. Denk je dat het verstandig is als Nederland uit de Europese Unie stapt? Emma: Op onze opleiding is er gelijk in gedrild dat dit een slecht idee is. Aede: Het is ook gewoon onpraktisch door allemaal landsgrenzen in te voeren. Het kost ook zoveel geld om dit allemaal te controleren en te bekostigen. Emma: Engeland gaat het nog wel merken, tenzij ze allemaal goede afspraken maken met andere landen over handel etc. Maar ik ben bang dat dit in werkelijkheid niet gebeurt en dat er sancties verbonden zitten aan het vertrek van de Europese Unie. 7. Op welke partij stem je? Welke en waarom? Emma: De vorige verkiezingen heb ik op D66 gestemd, maar ik ga dat deze verkiezingen niet nog een keer doen, omdat ze naar mijn mening te weinig hebben waar gemaakt. Ik heb toevallig gister nog een stemwijzer gedaan en daaruit kwam SP. Ik zal me daar wel eerst beter in verdiepen voordat ik ga stemmen. Aede: SP is tegen Europa. Emma: Oh nee, dan niet. Ik ben wel heel links georiënteerd. Aede: Ik heb de vorige verkiezingen op de VVD gestemd. Nou, daar schaam ik me nog wel voor. Voor de gemeente en Europa heb ik gestemd voor D66. Emma: Ik zou niet stemmen op een partij die tegen Europa of minderheden is. Aede: Ik let wel op een aantal dingen, zoals of de partij voor Europa is, milieuvriendelijk en liberaal is. 8. Denk je dat de Europese Unie nog lang blijft bestaan? Aede: Ik denk dat de landen, zoals ze nu zijn, zullen verdwijnen. Ik denk dat Europa één land wordt en dat de landen provincies worden. Emma: Als we uit de EU gaan, zijn we als land niets meer. Als EU kan je iets betekenen en één vuist maken tegen andere landen en continenten. Aede: Ze gaan Engeland ook keihard aanpakken, zodat Engeland er slechter van uitkomt. Dit is ook een voorbeeld voor andere landen in de EU die misschien twijfelen om uit de EU te stappen.
49
9. Wij hebben een enquĂŞte gemaakt die we laten invullen door mensen in Leeuwarden en omgeving over de Europese Unie. We proberen zo de mening van deze mensen te schetsen. Denk je dat veel mensen iets weten over de Europese Unie? Zo nee, hoe kan dit komen? Aede: Ik denk dat dit komt door de slechte en eenzijdige nieuwsberichten over de EU. Ik denk dat mensen er vaak te weinig over weten om een gefundeerde mening te geven. Emma: Ik denk dat mensen er vaak te weinig over weten. Zo lees je vaak wat over naheffingen van de EU, maar nooit lees je dat we als land makkelijk terug hebben verdient aan de EU. Ik denk dat het er echt afhangt aan wie je het vraagt. Als je een heleboel laagopgeleide mensen zou vragen, verwacht ik dat je veel negatieve reacties krijgt op de EU, en dus waarschijnlijk veel mensen die dan voor een Nexit (Nederland uit de EU) zijn.
50
4. Conclusie Nu we alles hebben onderzocht en de deelvragen hebben uitgewerkt, komt nu de conclusies van alle deelvragen. Mits onze hoofdvraag: ‘Hoe denkt Leeuwarden en omgeving over de Europese Unie?’. Hier volgt nog een lijst wat we deze PWS allemaal hebben behandeld: - Wat de geschiedenis van de EU was. - Hoe de politieke partijen denken over de EU. - Wat de economische en maatschappelijke invloed zal zijn als er een Nexit is. - Wat voor politieke invloed Nederland heeft in de EU. - Of we wel degelijk van de EU profiteren, oftewel wat zijn de voor- en nadelen. Ten slotte sluiten we het af met een enquête. Hierin hebben we de vragen zo uitgewerkt dat het connecties heeft met de voorafgaande deelvragen (2 t/m 5). Dit hebben we zo gedaan zodat het makkelijker is om de hoofdvraag te kunnen beantwoorden. Deelvraag 1 dient als achtergrondinformatie en is hierbij dus niet van belang voor het beantwoorden van hoofdvraag. In de volgende pagina’s zal je zo nu en dan het volgende verwachten: - Beantwoording deelvraag 1: Hoe ziet de geschiedenis van de EU eruit? - Beantwoording deelvraag 2: Wat vinden politieke partijen in de Tweede Kamer van de EU? - Beantwoording deelvraag 3.1: Wat kunnen de maatschappelijke gevolgen zijn van een Nexit? - Beantwoording deelvraag 3.2: Wat kunnen de economische gevolgen zijn van een Nexit? - Beantwoording deelvraag 4: Wat voor politieke invloed heeft Nederland op de EU? - Beantwoording deelvraag 5: Hoe profiteert Nederland van de EU? - Beantwoording hoofdvraag: Hoe denkt Leeuwarden en omgeving over de Europese Unie?
51
4.1 Beantwoording deelvragen Beantwoording deelvraag 1: Hoe ziet de geschiedenis van de EU eruit? In de geschiedenis van de Europese Unie is er zonder twijfel veel gebeurd; vanaf het ontstaan van de EU tot en met de tegenwoordige tijd. Door de jaren heen zijn er veel belangrijke gebeurtenissen gebeurd. Zo zijn er velen verdragen gesloten, lidstaten toegetreden, verschillende voorzitters benoemd en crisissen gebeurd. Ook hebben er grote veranderingen geweest in de EU plaatsgevonden, zoals het invoeren van de nieuwe wettelijke betaalmiddelen: de euro. Beantwoording deelvraag 2: Wat vinden politieke partijen in de Tweede Kamer van de EU? In de Tweede Kamer zijn er verschillende politieke partijen die verschillende standpunten en meningen hebben over bepaalde zaken. Zo heb je een groot deel van de partijen die een voorstander zijn van de Europese Unie, met uitzondering voor de PVV die er juist tegen is. Daarnaast zijn de meningen verdeeld over de uitbreiding van de EU; zo zijn de VVD, SGP en 50PLUS hiertegen, terwijl de PvdD, CDA en D66 hier geen problemen mee hebben. De meerderheid van de partijen vindt dat Nederland de EU nodig heeft, maar heeft wel een aantal kritiekpunten over de Europese Unie. Beantwoording deelvraag 3.1: Wat kunnen de maatschappelijke gevolgen zijn van een Nexit? Over de maatschappelijke gevolgen van een Nexit is vrijwel niets te zeggen; dit zijn alleen maar verwachtingen. Het enige vergelijkingsmateriaal is namelijk het Verenigd Koninkrijk, maar omdat die nog in het proces zitten, weet niemand er eigenlijk wat van af. Een verlies van banen is daarom het enige wat we als â&#x20AC;&#x2DC;zekerheidâ&#x20AC;&#x2122; kunnen zien, omdat er nu eenmaal zoveel mensen voor de Europese Unie werken. Dit zal op maatschappelijk gebied ook te voelen zijn. Naar verwachting zullen de gevolgen op andere gebieden veel groter zijn. Het is gevaarlijk daar grote uitspraken over te doen. Beantwoording deelvraag 3.2: Wat kunnen de economische gevolgen zijn van een Nexit? Op economisch gebied zal een Nexit grote gevolgen hebben voor zowel Nederland zelf als voor de EU. Zo zal de handel en arbeidsmarkt invallen. Nederland zal de euro verliezen. Wat dramatische gevolgen kan hebben. We zullen te maken hebben met protectiemaatregelen, meer kosten hebben met het in- en uitvoeren van goederen, diensten, personen en kapitaal, omdat we niet hetzelfde munteenheid hanteren. Echter daarintegen zullen we minder last hebben van de economische crisis, want we zijn niet afhankelijk meer van andere EU-lidstaten. We hoeven geen landen meer te ondersteunen en hebben we de controle over onze eigen munt en monetaire beleid. Mits zal de instroom van studenten en arbeiders moeilijker zijn. Deze werkenden zijn zeer belangrijk voor deelname aan de arbeidsmarkt. Hun kunnen namelijk de vergrijzing opvangen en mits kunnen zo ons bbp verhogen. Europa zal een groot verlies hebben aan Nederland als de poort van Europa en kan Nederland hierdoor zichzelf redden op gebied van handel. Wanneer Nederland haar oude munteenheid invoert, kan het wel degelijk zijn dat die lager zal staan dan de waarde van de euro en andere valutaâ&#x20AC;&#x2122;s. Als dit het geval is, is Nederland goedkoper voor andere landen. Echter zal het importeren van goederen duurder worden.
52
Beantwoording deelvraag 4: Wat voor politieke invloed heeft Nederland op de EU? Ondanks dat Nederland klein lijkt in de grote EU, oefenen we zeker wel invloed uit in deze vereniging en hebben we wel degelijk zeggenschap. Zo is het mogelijk dat Nederland daadwerkelijk invloed heeft door de drie belangrijkste instellingen: de Europese Commissie, de Raad van Ministers en het Europees Parlement. Mede door dit en coalities die Nederland heeft, is het mogelijk om invloed te oefenen in de EU. Beantwoording deelvraag 5: Hoe profiteert Nederland van de EU? Nederland profiteert wel degelijk van de EU. Met meer voordelen dan nadelen. De voordelen van onze lidmaatschap bij de EU: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
8.
Er heerst een langdurige vrede en stabiliteit tussen de EU landen. Antiterrorismebeleid. Samenwerking tegen wereldproblemen. Het wegvallen van interne grenzen. Aldus vrij verkeer van goederen, diensten, personen en kapitaal. Afschaffing van extra belkosten vanaf juni 2017. Dezelfde munteenheid (euro), waardoor we makkelijk prijzen met elkaar kunnen vergelijken zonder belemmeringen zoals het omwisselen van de munteenheid. De interne markt. Die voor meer concurrentie zorgt binnen de markt en dus producten voor een lagere prijs kan worden verkocht. Verder zorgde het ook voor meer werkgelegenheid en een stijging van het nationaal inkomen. Bijdrage EU aan Nederland.
Samengevat de nadelen van onze lidmaatschap bij de EU: 1. 2. 3. 4.
Door dezelfde munteenheid zijn we afhankelijk van elkaar. We moeten een bijdrage leveren aan de Europese begroting. Geld afdragen aan probleemlanden die lid zijn van de EU. Minder individuele zeggenschap.
53
4.2 Beantwoording hoofdvraag: Hoe denkt Leeuwarden en omgeving over de Europese Unie? Politieke partijen Jammer genoeg was de vraagstellingen over de politieke partijen niet erg representatief, omdat een erg grote groep nog niet kan stemmen. Echter van de mensen waarvan we toch informatie uit konden halen, kwamen meerderdeels op voor hun eigen belangen. Op de vraagstelling van de politieke partijen zie je antwoorden als: • • •
'In ieder geval niet de VVD in verband met schoolgeld/studiegeld/nieuwe leenstelsel' 'Ik wacht op een partij waar ik mij verbonden tot voel. Iets wat niet snel zie gebeuren met de huidige instelling van de Nederlandse politiek.' 'De partij die nu eens Nederland op de eerste plaats zet, de partij die dat echt lijkt te doen daar stem ik op.'
Dus Leeuwarden en omgeving denken vooral om hun eigen belangen en wat belangrijk is voor Nederland zelf. En vinden de belangen van de Europese Unie minder belangrijk. Nexit Deze deelvraag ging over een eventuele toekomstperspectief, namelijk wat er zal gaan gebeuren bij een eventuele Nexit. Het gaat dus over de verwachtingen. Zo word beweerd dat er een kloof kon ontstaan tussen ouderen en jongeren, wat uit onze enquête ook gebleken. De gemiddelde leeftijd van mensen die voor een Nexit zijn, is 42,5. Dit, terwijl de grootste groep ondervraagden jonger is dan 40. In totaal zijn er 83 mensen tegen een Nexit en 14 mensen voor. Hierbij heeft de Nexit als mogelijke gevolg dat de munteenheid veranderd. In de enquête kan je terugzien dat het grootste deel van de ondervraagden merkt wel dat de Euro juist een voordeel is, meer dan 80%. Ook zijn veel mensen tegen de Nexit omdat het slecht is voor de handel, we zullen te maken hebben met protectiemaatregelen en hebben we niet meer het voordeel van vrij verkeer van personen, goederen, diensten en kapitaal. Het verlies hiervan zal gevolgen hebben op onze handel. Dit zal gevolgen hebben voor de Nederlandse economie, omdat onze inkomsten vooral afkomstig is uit de export. Verder zou door een Nexit het moeilijker zijn voor mensen uit bv. Polen, om hier als laagopgeleide te komen werken. Arbeidsmigranten krijgen vaak de schuld van werkloosheid. Uit de enquête is gebleken dat veel mensen zich zorgen maken over immigratie en werkloosheid. Deze arbeidsmigranten kunnen daar ook een rol in spelen. Maar deze arbeidsmigranten leveren echter een voordeel voor in de Nederlandse economie. Hun hebben een belangrijke deelname op het vergroten van de arbeidsmarkt en verhogen van het bbp. Dit is iets wat niet overeenkomt met de resultaten van de enquête. Dus Leeuwarden en omgeving vinden een Nexit nadelig. Grotendeels omdat dit gevolgen zou hebben voor de verandering van de munteenheid en gevolgen voor de handel. Mits dat we vrij verkeer van personen, goederen, diensten en kapitaal. 54
Invloed van Nederland in de EU In de enquête is gevraagd of mensen dachten dat Nederland veel invloed heeft op de Europese Unie. 57,7% denkt van niet, terwijl uit onderzoek is gebleken dat dat juist wel het geval is. Deze meerderheid is wel te verklaren: als individueel inwoner van Nederland, heb je geen invloed op de EU. Nederland heeft vooral macht als het gaat om samenwerking met andere landen, maar omdat dat zo groot is, merken mensen daar weinig van. Ook weten veel mensen niet precies hoe de EU werkt, en op wie ze moeten stemmen. Dat kwam terug in de enquête; 33% wist niet hoe de Europese Unie precies in elkaar zat. Al verslechtert de machtspositie van Nederland in de EU wel door de Brexit, wat uitgelegd wordt in het hoofdstuk. Dus Leeuwarden en omgeving denkt dat Nederland niet veel invloed heeft op de Europese Unie. Terwijl dit wel zo is. Profiteert Nederland van de EU In de deelvraag of Nederland wel profiteert van de Europese Unie is uitgekomen dat dit ook zeer correct is. We hebben meer baat bij de lidmaatschap van de EU dan dat we aan nadelen hebben. En dat vindt grotendeels van de ondervraagden ook. Zo vindt 70,8% van de ondervraagden dat we wel van de EU profiteren. En minstens 82,3% vindt ook echt dat we voordeel hebben aan de lidmaatschap van de EU. In de enquête hebben we een paar voordelen verwerkt en of de ondervraagden hier wel iets van merken: • • • •
vrij verkeer van personen, goederen en diensten. Vrede tussen lidstaten. De euro. Invloed van de EU op de rest van de wereld.
En de uitslag is niet verassend. Zo vindt de meerderheid dat we wel voordeel hebben aan vrij verkeer van personen, goederen en diensten. Vrede tussen lidstaten en de euro. Wat ook klopt. Echter verassend was dat de meerderheid niet echt de voordeel van de invloed van de EU op de rest van de wereld merkt. De EU heeft echter wel dergelijk invloed op de wereld, vooral op het gebied van handel in verband met handelsverdragen. Dus Leeuwarden en omgeving denkt dat de Europese unie wel voordelig is voor Nederland en dat we hier dergelijk van profiteren. Uiteindelijke conclusie Leeuwarden en omgeving denken vooral om hun eigen belangen en wat belangrijk is voor Nederland zelf. En vinden de belangen van de Europese Unie minder belangrijk. Echter denken ze wel dat we wel voordeel hebben aan de Europese Unie en dat we hier wel van profiteren. Hun vinden dus een Nexit nadelig. Grotendeels omdat dit gevolgen zou hebben voor de verandering van de munteenheid en gevolgen voor de handel. Mits dat we vrij verkeer van personen, goederen, diensten en kapitaal. Wat alleen afwijkt van de feitelijke informatie en de enquête, is dat we niet weten wat voor invloed Nederland daadwerkelijk heeft op de Europese Unie. Zo is Nederland de poort van Rotterdam en is het mogelijk dat Nederland invloed heeft door de drie belangrijkste instellingen: de Europese Commissie, de Raad van Ministers en het Europees Parlement.
55
5. Nawoord Wat ging er goed? Goede overlegging Ondanks dat we veel zelfstandig hebben gewerkt, hebben we wel goed overlegd met elkaar. We kwamen elkaar te hulp als er iets onduidelijk was en we vroegen elkaar eerst om advies voordat we keuzes maakten. Goede verwerking van informatie Verder is het ons gelukt om goede informatie te vinden die we in onze deelvragen konden verwerken en hiermee beantwoorden. Contact met elkaar Ondanks dat we niet bij elkaar in de klas zitten. Hebben we alsnog voor elkaar kunnen krijgen om elkaar up-to-date te houden. Over wat er allemaal gedaan moest worden en of we eventueel dingen moesten veranderen. Wat ging er fout? Interview Sanne heeft kunnen regelen dat zij en Lisa een interview kunnen houden met een student van European Studies. Echter hebben we geen contact kunnen opnemen met een docent van de studie, dus hebben wij het hierbij gelaten, sinds we al een interview konden regelen met een student. Met het interview van de student kunnen wij een beter beeld krijgen over hoe de mensen naar de EU kijken. De interview gaat plaatsvinden in de komende twee weken en zal face-to-face gebeuren, zodat we degene makkelijk kunnen ondervragen en aan een betere uitleg kunnen komen. Sannes zus heeft ons geholpen om een interview te regelen, sinds ze ons in contact heeft gebracht met deze student. We hebben gemaild over wat ons plan is en over een eventuele vaste datum (komende twee weken). Dit contact is soepel verlopen. Lisa en Sanne zijn uiterlijk 22 november klaar met de vragen voor het interview, zodat we goed voorbereidt zijn op het interview. Bijhouden van planning Doordat we niet in de gaten hadden hoe snel de tijd voorbij ging, is het ons niet gelukt om ons aan de planning te houden. Dit had als gevolg dat we alles op het laatste moment nog moesten doen en dat we in tijdnood kwamen. Oneerlijke taakverdeling De taakverdelingen waren niet helemaal eerlijk verdeeld. De een had meer dan de ander omdat we niet beseften dat de ene deelvraag veel meer inspanning vereist dat de andere. Ook zijn er deelvragen geschrapt waardoor de verdelingen in de war werden geschopt. Wat hebben we geleerd? Onze fouten We hebben ervan geleerd dat we de planning voortaan realistisch moeten maken, zodat we het daadwerkelijk kunnen volgen. Op tijd beginnen is daarbij ook een belangrijk aspect en iets waarop we zeker gaan letten. Daarnaast is het ook belangrijk om een goede taakverdeling te maken waarbij iedereen evenveel te doen heeft en op haar uren kan komen.
56
Enquête Onze hoofdvraag konden we eigenlijk alleen beantwoorden door middel van een enquête. Het maken van een enquête was leerzaam omdat we rekening moesten houden met bijv. de samenhang van de vragen die we stelden. Ook moesten we letten op verschillende aspecten zodat het onderzoek niet zal mislukken. We hebben ervan geleerd dat we rekening moeten houden met meerdere dingen tegelijkertijd. Leerzaam Verder was het onderwerp zelf erg leerzaam. Voordat we begonnen met dit project wisten we helemaal niets of vrij weinig af van de Europese Unie. Nu we het profielwerkstuk afhebben, begrijpen we meer over de EU en weten we welke verbanden Nederland heeft ermee. Zo weten we nu hoe de EU werkt op economisch en politiek gebied, wat er kan gebeuren bij een Brexit en een mogelijke Nexit, hoe de geschiedenis van de EU in elkaar zit en welke invloed Nederland heeft in de EU.
57
6. Taakverdeling en planning Maand:
Naam:
Taak:
Oorspronkelijks planning Maand: September
Naam: Iedereen
Taak: Plan van Aanpak inleveren
Oktober
Anita en Nienke Lisa en Sanne Lisa en Vivian Lisa Sanne
Enquête maken Interview organiseren* Deelvraag 1 Deelvraag 2. VVD, PVV, CDA, D66, SP Deelvraag 2. GroenLinks, PvdA, SGP 50PLUS, Partij voor de Dieren, CU Deelvraag 3. Maatschappelijke gevolgen Deelvraag 3. Politieke gevolgen Deelvraag 3. Economische gevolgen Enquête afnemen Deelvraag 4. Economische invloed Deelvraag 4. Politieke invloed Deelvraag 5. Hoe profiteert Nederland Deelvraag 5. Machtspositie Deelvraag 6. Verschil generaties Deelvraag 6. Verschil dorp/stad Deelvraag 6. Alle antwoorden enquête Deelvraag 7. Meningen vroeger Deelvraag 7. Meningen nu Hoofdvraag beantwoorden Profielwerkstuk afronden Elke maand bespreken we minstens één keer, mogelijkheid om dingen te veranderen.
November
December
Januari Overig
Vivian Nienke Anita Iedereen Lisa Nienke Anita Sanne Lisa Nienke Vivian Sanne Anita Nienke, Anita en Vivian Iedereen (gaan we nog verder plannen) Iedereen
* We hebben deelvraag 6/7 veranderd in een deelvraag waar alle resultaten staan inclusief het interview. We hebben het echter wat anders gedaan dan bedoelt. We hebben namelijk de resultaten zo verwerkt dat ze relevant waren voor de hoofdvraag. * Verder verviel de volgende deelvragen: - deelvraag 3: politieke gevolgen. - deelvraag 4: economische invloed. - deelvraag 5: machtspositie. Deelvraag 4 werd veranderd in politieke invloed zodat het samen kon worden gevoegd met de informatie van deelvraag 3. Aldus drie werd samengevoegd tot deelvraag 4. En de economische invloed hadden we weggelaten, omdat alle informatie al stond in deelvraag 3 (economische invloed). Deelvraag 5 deden we weg, omdat deze niet relevant was voor het beantwoorden van de hoofdvraag en de deelvraag zelf. 58
September
Iedereen
Plan van Aanpak inleveren
Oktober
Anita en Nienke Lisa en Sanne Lisa en Vivian
Enquête maken Interview organiseren Deelvraag 1
November
Lisa Sanne
Deelvraag 2. VVD, PVV, CDA, D66, SP, CU Deelvraag 2. GroenLinks, PvdA, SGP 50PLUS, Partij voor de Dieren + zetelverdeling/verkiezingen
Vivian Anita
Deelvraag 3. Maatschappelijke gevolgen Deelvraag 3. Economische gevolgen
Iedereen Lisa en Nienke Sanne
Enquête afnemen Deelvraag 4. Politieke invloed Deelvraag 4. Machtspositie
Anita
Deelvraag 5. Hoe profiteert Nederland
Vivian en Anita
Deelvraag 6. Resultaten onderzoek Interview houden
December
Januari Februari
Sanne en Lisa * Lisa Lisa Anita Lisa Anita
Beantwoorden van conclusie deelvraag 1 Beantwoorden van conclusie deelvraag 2 Beantwoorden van conclusie deelvraag 3 Beantwoorden van conclusie deelvraag 4 Beantwoorden van conclusie deelvraag 5
Anita Anita en Vivian Vivian Anita Anita en Lisa Anita en Lisa
Vergelijking deelvraag 2 met enquête Vergelijking deelvraag 3 met enquête Vergelijking deelvraag 4 met enquête Vergelijking deelvraag 5 met enquête Nawoord PWS tot een geheel maken
Anita
Hoofdvraag beantwoorden
Uiteindelijke planning *Wegens de toetsweek en vakantie zijn wij in januari niet actief bezig geweest met het profielwerkstuk.
59
7. Logboek
Nienke Vellinga Datum 5-7-2016
Aantal uren 4
Met wie? Nienke, Anita, Lisa, Sanne & Vivian
6-7-2016
4,5
7-7-2016
4
27-9-2016
3
29-10-2016 6-11-2016
0,5 0,5
17-11-2016 28-11-2016 30-11-2016
2 1 1,25
14-01-2017 26-01-2017 02-02-2017 05-02-2017 Totaal
0,5 1 2 2 1 27,25
Nienke, Anita, Lisa, Sanne & Vivian Nienke, Anita, Lisa, Sanne & Vivian Nienke, Anita, Lisa, Sanne & Vivian Nienke Nienke, Anita, Lisa & Vivian Nienke Nienke Nienke, Anita, Lisa, Sanne & Vivian Nienke Nienke Nienke & Sanne Nienke & Vivian Nienke
Wat hebben we gedaan? Uitleg gekregen Onderwerp Logboek ontwerpen Begin Plan van Aanpak Verder met het Plan van Aanpak Hoofdvraag en deelvragen Plan van Aanpak afmaken en inleveren -
Plan van Aanpak verbeteren en controleren op fouten Vragen bedenken voor de enquête Bespreking
-
Bronnen met APA uitwerken Informatie zoeken voor deelvraag 3 Overleg en voortgang
-
Beginnen met deelvraag 4 Verder werken met deelvraag 4 Verder werken met deelvraag 4 Enquête uitwerken Bronnen met APA uitwerken
Vivian Santing Datum 5-7-2016
Aantal uren
06-07-16
4
07-07-16
4
07-07-16
4
27-09-16 19-10-16 20-10-16 25-10-16 26-10-16 06-11-16
3 1,75 0,5 0,75 0,25 0,5
12-11-16 16-11-16
0,75 0,5
4
Met wie? Nienke, Anita, Lisa & Vivian
Nienke, Anita, Lisa, Sanne & Vivian Nienke, Anita, Lisa, Sanne & Vivian Nienke, Anita, Lisa, Sanne & Vivian Iedereen Lisa en Vivian Vivian Vivian Vivian Lisa, Nienke, Anita, Vivian Vivian Vivian
Wat hebben we gedaan? Uitleg gekregen Onderwerp Logboek ontwerpen - Begin van Plan van Aanpak Hoofdvraag, titel, deelvragen - Plan van Aanpak hoofdstuk 3 Hoofdstuk 7/8 Punt 8 van plan van aanpak - Bronnen Vragen veranderen PWS Plan van Aanpak afronden Deelvraag 1 Deelvraag 1 Deelvraag 1 Deelvraag 1 Deelvraag 1 afronden Skype overleg -
Deelvraag 3 Deelvraag 3 & enquête controleren
60
17-11-16
2,25
29-11-16 30-11-16
1 1,25
24-01-17 26-01-17
1 3
02-02-17 Totaal
2 34,5
Vivian Nienke en Vivian Vivian Vivian Lisa, Anita, Sanne, Nienke Vivian Lisa, Anita, Sanne, Nienke Nienke
-
Voorlopige inleiding Samenwerking tot nu toe Deelvraag 3 controleren voor zover mogelijk Bronnen Enquête Enquête Overleg
-
Enquête Enquête deelvraag 7 Enquête, hoofdvraag
Lisa Nguyen Datum 05-07-2016
Aantal uren 4
Wie? Nienke, Anita, Lisa, Sanne en Vivian
Wat hebben we gedaan? Uitleg gekregen Onderwerp bedacht Deelonderwerpen bedacht Drie woordenwolken maken Workshop volgen Uitwerken plan van aanpak H.4 Plan van aanpak afronden en inleveren.
06-07-2016
4,5
Lisa en Sanne
07-07-2016
4
Nienke, Anita, Lisa, Sanne en Vivian Lisa
25-09-2016
1,5
Anita en Lisa
27-09-2016
3
Nienke, Anita, Lisa, Sanne en Vivian
-
28-09-2016
1,5
Lisa
-
30-09-2016
0,5
Lisa
-
Uitwerken plan van aanpak H.7 Bronnen zoeken Lay-out voorpagina Uitzoeken of bronnen relevant zijn APA Bronnenlijst toepassen PWS-bestand doornemen Hoofdvraag en deelvragen veranderen Plan van aanpak bij langs gaan en alles controleren Profielwerkstuk plan van aanpak controleren op (schoonheids-)fouten Logboek van alle groepsleden samenvoegen
19-10-2016
1,75
Lisa en Vivian
-
Beginnen aan deelvraag 1
25-10-2016
1,5
Lisa
-
Verder met deelvraag 1
26-10-2016
3
Lisa
-
07-11-2016
2
Lisa
-
Deelvraag 1 afmaken Samenvoegen deelvraag 1 en controleren op (schoonheids-)fouten Beginnen met deelvraag 2: VVD, PVV en CDA
09-11-2016
1
Lisa
-
Verder met deelvraag 2: D66 en SP
17-11-2016
3
Lisa
-
APA Bronnenlijst toepassen (deelvraag 2) Logboek bijhouden Inhoudsopgave maken Controleren op spellingsfouten (deelvraag 1 en 2)
61
18-11-2016
3,5
Lisa
-
24-11-2016
1
Lisa en Sanne
-
Alles bij elkaar voegen voor beoordelingsmoment 2 (logboeken, deelvragen en bronnen) APA bronnenlijst aanpassen Interview vragen bedenken
30-11-2016
1,25
-
Overleggen over enquête en voortgang Voortgangen bespreken
01-11-2016
0,25
Vivian Lisa, Anita, Sanne, Nienke Lisa
-
Interviewvragen samenvoegen tot geheel
02-12-2016
2
Lisa en Sanne
-
Interview houden
04-01-2017
1,25
Lisa
-
26-01-2017
0,5 1,25 0,75
Nienke, Anita, Lisa, Sanne en Vivian Lisa Lisa en Vivian
-
4
Lisa
-
Lisa
-
Informatiebronnen zoeken voor deelvraag 4 Deelvraag 2 CU informatie zoeken en bijwerken Overleg en elkaar updaten over de voortgangen Meer informatiebronnen zoeken en beginnen met deelvraag 4 Enquêtes (op papier) samengevoegd bij de online versie Verder met deelvraag 4, uitleggen over de drie instellingen in de EU en artikel verder uitwerken Enquêtes verder uitwerken in bestand Bestanden controleren op schoonheidsfoutjes Artikelen zoeken voor beantwoording deelvraag 4 en afronden + voetnoten Interview verwerking controleren op de formulering en zo nodig aanpassen Deelvraag 2 controleren op formuleren en zo nodig aanpassen Bestanden die ik tot nu toe binnen heb gekregen controleren op formulering en zo nodig aanpassen Overleggen met Anita en bezig met controleren op formulering deelvraag 4 Logboek bijwerken Bronnen verzamelen van de gemaakte deelvragen PWS bij elkaar voegen: deelvragen, bronnenlijsten, logboeken, voetnoten, interview verzamelen Controleren op formulering, schoonheidsfoutjes Conclusies van mijn eigen deelvragen beantwoorden + hoofdvragen beantwoorden Deelvraag 4 samenvoegen met deel van groepsleden Deelvraag 2 samenvoegen met deel van groepsleden Alles controleren of alles aanwezig is Inhoudsopgave + bladzijdes controleren Uitprinten
29-01-2017
30-01-2017
3,75
-
02-02-2017
2
Lisa
-
04-02-2017
3,25
Lisa en Anita
-
Lisa Lisa
-
Lisa
-
05-02-2017
7
06-02-2017
1
Totaal
64,5
Lisa
-
62
Anita Nguyen Datum 5-7-2016
Aantal uren 4
Met wie? Nienke, Anita, Lisa, Sanne & Vivian
Wat hebben we gedaan? 3 woordspinnen maken Onderwerp verzinnen Deelonderwerpen verzinnen
6-7-2016
4,5
Nienke, Anita, Lisa, Sanne & Vivian
-
Hoofdvraag, titel, deelvragen maken Plan van aanpak. H.1 + H.2 + voorblad
7-7-2016
4
Nienke, Anita, Lisa, Sanne & Vivian
-
H.5 maken Samenvoegen van de hoofdstukken + layout
27-9-2016
14:00 – 16:00 (2)
Nienke, Anita, Lisa, Sanne & Vivian
-
Plan van Aanpak verbeteren en controleren op fouten. Verzinnen van de overige deelvragen.
Ik kon niet langer blijven, omdat ik autorijlessen had. 22-10-2016
0,5
Anita
-
Het verzinnen van de vragen voor de enquête.
06-11-2016
21:10 – 21:40 (0,5)
Nienke, Anita, Lisa & Vivian
-
Bijeenkomst waarin we onze vooruitgang vertelden.
Hier overlegden we wat er allemaal nog gedaan moest worden en dat het verstandig is dat we deze maand ook een voorschot op de taken doen van december. 09-11-2016
14:15 – 15:30 (1,25)
Anita
10-11-2016
15:10 – 16:15 (1 uur en 10 min.)
Anita
-
Economische voor- en nadelen opzoeken bij een Nexit.
12-11-2016
17:20 – 18:00 40 min. 19:30 – 22:05 2 uur en 35 min. (3,25)
Anita
-
Vormgeven van de deelvraag Subvraag: ‘Hoe zit het onze munteenheid?’ uitwerken.
Totaal aantal uren
Enquête samenvoegen Nienke heeft haar vragen opgestuurd en deze heb ik samengevoegd tot een geheel.
Bij het vormgeving van de deelvraag ben ik vooruit gaan denken en probeer ik zelf voor te stellen hoe ik deze vraag het beste kan beantwoorden met de informatie die ik al verzameld en tussendoor vandaag. Ik ben kwam uit op 4 subvragen.
21 uren en 10 min.
63
Datum 16-11-2016
17-11-2016
Aantal uren 16:15 – 18:00 (0,75)
Met wie? Anita
Wat hebben we gedaan? Beginnen met het zoeken van informatie over handel.
19:00 – 19:15 (0,25)
-
20:20 – 22:20 (2)
-
08:45 – 9:20 35 min.
Anita
-
15:00 – 16:00 (1) 22:00 – 01:00 (3)
Anita
-
Anita
-
Dankzij werk is het een beetje laat uitgelopen. Overleggen over de enquêtes. Voortgangen bespreken. Ik heb de bronnen nog even gecorrigeerd van wat ik van het beoordelingsmoment fout heb gedaan. Je ziet nu bij elke wetenschappelijk feit of onderzoek een voetnoot.
30-11-2016
1,25
04-12-2016
15:00 – 16:00 (1)
25-12-2016
20:00 – 22:00 (2) 20:00 – 21:00 (1)
Anita
-
Informatie zoeken voor deelvraag 5.
Anita
-
22:00 – 23:00 (1)
Anita
-
Overbodige informatie weghalen en de informatie vervolgens ordenen op een logische wijze zodat de deelvraag duidelijk beantwoordt kan worden. Begin maken met de intro van deelvraag 5 en wat je hier allemaal in behandelt wordt.
26-12-2016
30-12-2016
Vivian Lisa, Anita, Sanne, Nienke Anita
De informatie op goede volgorde zetten zodat het goed in een chronologische volgorde staat. Het verwerken van de informatie en tussendoor nog wat verder bronnen zoeken om de informatie te versterken. Beginnen met zoeken van informatie over de arbeidsmarkt en een begin maken van de inleiding bij deze sub vraag. Uitwerken van de informatie bij subvraag arbeidsmarkt. Al mijn bronnen toepassen tot APA. Deelvraag 3 afronden en de hele deelvraag van mij doorlezen zoeken op fouten.
Ik heb hier twee kernvragen voor het beantwoorden van deze hoofdvraag ingevoegd namelijk die voor- en nadelen van de EU. 03-01-2017*
14:00 – 16:00 (2)
Anita
-
04-01-2017
15:00 – 17:00 (2,0)
Anita
-
Verwerken van: ‘Wat zijn de voordelen van de EU?’ Creëren van de koppen die bij deze vraag passen↑: - Harmonie tussen de EU landen. - Wegvallen van de interne grenzen. - De interne markt. Het maken van de kopje interne markt.
64
22:00 – 24:00 (2,0) 09:00 – 12:00 (2)
Anita
-
Afronden van de interne markt.
Anita
-
Het afronden van: ‘Wat zijn de voordelen van de EU?’
13:00 – 18:00 (5,0)
Anita
-
Het afronden van: ‘Wat zijn de nadelen van de EU?’
23:00 – 24:00 (1)
Anita
-
Extra informatie en zoeken om deelvraag 5 compleet te maken.
09:30 – 13:00 (4,5)
Nienke, Anita, Lisa, Sanne & Vivian
-
Bespreken van wat we af hebben en wat nog af moet.
14:20 – 14:50 (0,5)
Anita
-
11:30-13:00 (1,5) 24:00 – 01:00 (1) 13:00 – 15:00 (2,0)
Anita
-
Anita
-
Anita
-
Vormgeven van logboek en gegevens in verwerken plus het aantal uren berekenen. Op school verzameld om af te spreken wat allemaal gedaan moet worden en eventueel dingen te vragen tijdens het werken. Bronnenlijst corrigeren en voetnoten plaatsen. Extra kopje maken ‘bijdrage EU aan Nederland’.
20:00 – 24:00 (4)
Anita
04-02-2017
19:00 – 21:00 (2)
Anita
22:00 – 02:00 (2)
Anita
05-01-2017
26-01-2017
02-02-2017
03-02-2017
Ik heb hierbij een extra kop gemaakt. Namelijk ‘dezelfde munteenheid’. En wat extra informatie over het milieubeleid toegevoegd bij het kopje ‘harmonie tussen de EU-landen’.
Samenvoegen van het PWS. Ik heb hierbij een begin gemaakt van het samenvoegen van het gehele PWS. Ik heb tot deelvraag 5 samengevoegd. Corrigeren deelvraag 6. -
05-02-2017
14:00 – 18:00 (4) 20:00 – 24:00 (4)
Anita
Anita
Planning maken van wat er alles gedaan moest worden. Begin deelvragen beantwoorden en hieruit de hoofdvraag.
Dankzij werk is het een beetje laat geworden (samen met Lisa). Samenvoegen van alle beantwoorde deelvragen en deze vergelijken met de hoofvraag en de enquête. Het optellen van de uren van de logboek. Alle bestanden in het gehele PWS stoppen.
Totaal aantal 53 uren en 20 min. uren Overall totaal 74,5 *Wegens feestdagen, werk en TW2 liep het afronden van deelvraag 5 uit naar Januari.
65
Sanne Zuidema Datum 05-07-2016
Aantal uren 4
Wie? Nienke, Anita, Lisa, Sanne en Vivian
06-07-2016
4,5
Lisa en Sanne
07-07-2016
4
Nienke, Anita, Lisa, Sanne en Vivian Sanne
27-09-2016
3
Nienke, Anita, Lisa, Sanne en Vivian
09-11-2016
4
Sanne
Wat hebben we gedaan? Uitleg gekregen Onderwerp bedacht Deelonderwerpen bedacht Drie woordenwolken maken Workshop volgen Uitwerken plan van aanpak H.4 Plan van aanpak afronden en inleveren. -
Uitwerken plan van aanpak H.7 Bronnen zoeken Woordenwolken digitaal uitwerken Hoofdvraag en deelvragen veranderen Plan van aanpak bij langs gaan en alles controleren
-
Beginnen met deelvraag 2 Politieke partijen standpunten bestuderen Inleiding schrijven
17-11-2016
2
Sanne
-
Bronnen opzoeken bij deelvraag 2 APA bronnen doen Korte conclusie schrijven
20-11-2016
0,5
Sanne
-
Interview proberen te regelen
24-11-2016
1,5
Sanne en Lisa
-
30-11-2016
1,25
02-12-2016 21-01-2017
2 4
Lisa, Anita, Vivian en Nienke Sanne en Lisa Sanne
Vragen bedenken en samen definitieve datum beslissen Alles even kortsluiten Overleg
26-01-2017
3,25
Sanne
-
04-02-2017
3
Sanne
05-02-2017
2
Sanne
-
3
Sanne
-
0,5
Sanne
-
Totaal
42,5
-
Interview houden Interview uitwerken Inleiding schrijven Overleggen met Lisa. Alles goed verwoord? Machtsverdeling EU begin maken Deelvraag 2 nogmaals controleren Extra informatie toevoegen peilingen Partijen vergelijken Conclusie schrijven Machtsverdeling EU afmaken (deelvraag 4) Al mijn geschreven werk controleren (alles gedaan?) Bronnenlijsten deelvraag 4 toevoegen Mening geven over Vivian haar deelvraag Kleine aanpassingstip gegeven
66
8. Literatuurlijst Enquête Europa Nu. (z.d.). Nederland over Europa. Geraadpleegd op 22 oktober 2016, van https://www.europa-nu.nl/id/vh93qqnk8atd/nederland_over_europa?ksel=n3 Deze bron heb ik gebruikt om wat ideeën uit te halen voor goede vraagstelling in de enquête. Deelvraag 1 Europa.eu (z,d.). Europese Unie 2000-2009. Geraadpleegd op 26 oktober 2016, van https://europa.eu/european-union/about-eu/history/2000-2009_nl/ Europa Nu (z.d.). Aanslagen 9/11. Geraadpleegd op 26 oktober 2016, van https://www.europa-nu.nl/id/vihfek7ptvoh/aanslagen_11_september_2001/ Europa Nu (z.d.). Tijdlijn Eurocrisis. Geraadpleegd op 26 oktober 2016, van https://www.europa-nu.nl/id/vje2j81fizvy/tijdlijn_eurocrisis_2008_2013/ Europa.eu (z.d.). Europese Unie 2010-today. Geraadpleegd op 26 oktober 2016, van https://europa.eu/european-union/about-eu/history/2010-today/2013_nl/ Europa Nu (z.d.). Brexit uitslag. Geraadpleegd op 26 oktober 2016, van https://www.europa-nu.nl/id/viw6jn2yr3qr/brexit_britten_stemmen_tegen/ Europa Nu (z.d.). Antiterrorismebeleid. Geraadpleegd op 26 oktober 2016, van https://www.europa-nu.nl/id/vh1alt8tl1wf/antiterrorismebeleid_eu/ Parlementair Documentatie Centrum Universiteit Leiden (z.d.). Schumanplan. Geraadpleegd op 19 oktober 2016, van https://www.europa-nu.nl/id/vi4hjnh78tir/schumanplan/ Korte geschiedenis van 1944 tot 1957. Geraadpleegd op 19 oktober 2016, van http://www.europasite.net/1944tot1957.htm/ Atlantische Commissie (2006-2016). De geschiedenis van de Europese Unie. Geraadpleegd op 19 oktober 2016, van http://www.atlcom.nl/onderwijs/hoofstuk-1-de-geschiedenis-van-de-europese-unie/ Dienst Communicatie van de Europese Commissie (2016, 17 november). De geschiedenis van de Europese Unie. Geraadpleegd op 19 oktober 2016, van https://europa.eu/european-union/about-eu/history_nl/ Dienst Communicatie van de Europese Commissie (2016, 17 november). De geschiedenis van de Europese Unie – 1952. Geraadpleegd op 19 oktober 2016, van https://europa.eu/european-union/about-eu/history/1945-1959/1952_nl/ Dienst Communicatie van de Europese Commissie (2016, 17 november). De geschiedenis van de Europese Unie – 1980. Geraadpleegd op 19 oktober 2016, van https://europa.eu/european-union/about-eu/history/1980-1989/1980_nl/ 67
Parlementair Documentatie Centrum Universiteit Leiden (z.d.). Voorzitterschap Europese Unie. Geraadpleegd op 19 oktober 2016, van https://www.europa-nu.nl/id/vg9hm6dbs1ud/voorzitterschap_europese_unie/ Dienst Communicatie van de Europese Commissie (2016, 17 november). De grondleggers van de EU. Geraadpleegd op 20 oktober 2016, van https://europa.eu/european-union/about-eu/history_nl/ Dienst Communicatie van de Europese Commissie (2016, 17 november). De grondleggers van de EU Geraadpleegd op 20 oktober 2016, van http://europa.eu/about-eu/eu-history/index_nl.htm/ Parlementair Documentatie Centrum Universiteit Leiden (z.d.). Nederland over Europa. Geraadpleegd op 20 oktober 2016, van https://www.europa-nu.nl/id/vh93qqnk8atd/nederland_over_europa/ Liberation Route Europe (z.d.). De vrije Vakbond Solidariteit. Geraadpleegd op 25 oktober 2016, van http://liberationroute.nl/polen/historische-locatie/solidarity/ Parlementair Documentatie Centrum Universiteit Leiden (z.d.). Europese Akte. Geraadpleegd op 25 oktober 2016, van https://www.europa-nu.nl/id/vh7dosvaukzw/europese_akte NEMO Kennislink (2009, 6 november). Val van de Muur. Geraadpleegd op 25 oktober 2016, van http://www.nemokennislink.nl/publicaties/val-van-de-muur/ ProDemos (z.d.). De geschiedenis van de EU. Geraadpleegd op 25 oktober 2016, van https://www.prodemos.nl/leer/informatie-over-politiek/de-europese-unie/de-geschiedenis-van-deeu/ Dienst Communicatie van de Europese Commissie (2016, 17 november). Een Europa zonder grenzen. Geraadpleegd op 25 oktober 2016, van https://europa.eu/european-union/about-eu/history/1990-1999_nl/ Deelvraag 2 Christen Unie. (z.d.). Europa 2014-2019. Geraadpleegd op 14 november 2016, van https://www.christenunie.nl/programma_europa/ Voor een huidig overzicht Tweede Kamer. (z.d). De huidige Tweede Kamer. Geraadpleegd op 14 november 2016, van https://www.parlement.com/id/vhnnmt7ijayp/de_huidige_tweede_kamer/ PVDA. (z.d.). Standpunten Europese Unie. Geraadpleegd op 14 november, van https://www.pvda.nl/standpunten/internationaal-defensie/europa/ GroenLinks. (z.d.). Standpunten Europese Unie. Geraadpleegd op 14 november, van https://groenlinks.nl/standpunten/europese-unie/ 50Plus. (z.d.). Standpunten nieuwsblok 46. Geraadpleegd op 14 november, van http://50pluspartij.nl/nieuwsblok1/1623-standpunten
68
SGP. (z.d.). Standpunten Europese Unie. Geraadpleegd op 14 november, van https://www.sgp.nl/standpunten/e/europese-unie#standpunt-europese-unie/ VVD. (z.d.). Standpunten Europa. Geraadpleegd op 7 november 2016, van https://www.vvd.nl/standpunten/buitenland/europa In deze bron staan de standpunten van de VVD met een korte inleiding over Europa. VVD. (z.d.). Standpunten Bemoeienis Europa. Geraadpleegd op 7 november 2016, van https://www.vvd.nl/standpunten/buitenland/europa/203/bemoeienis-eu#lezen In deze bron is meer informatie over een standpunt van de VVD. VVD. (z.d.). Standpunten uitbreiding EU. Geraadpleegd op 7 november 2016, van https://www.vvd.nl/standpunten/buitenland/europa/205/uitbreiding-eu#lezen PVV. (z.d.). PVV standpunten over Europa. Geraadpleegd op 7 november 2016, van http://www.pvv-europa.nl/standpunten PVV. (z.d.). PVV standpunten opinie van Geert Wilders over de EU. Geraadpleegd op 7 november 2016, van https://www.pvv.nl/index.php/36-fj-related/geert-wilders/7614-pvvopinie100514.html CDA. (z.d.). Standpunten CDA EU. Geraadpleegd op 7 november 2016, van https://www.cda.nl/standpunten/europese-unie/ Telegraaf (2014, 17 mei). Standpunten partijen EU. Geraadpleegd op 7 november 2016, van http://www.telegraaf.nl/binnenland/22635771/__Standpunten_partijen_EU__.html ChristenUnie Eurofractie (z.d.). Speerpunten. Geraadpleegd op 4 januari 2017, van http://www.eurofractie.nl/nl/standpunten Wikipedia (28 december 2016). ChristenUnie Standpunten. Geraadpleegd op 4 januari 2017, van https://nl.wikipedia.org/wiki/ChristenUnie#Standpunten Ipsos (2 februari 2017) Politieke barometer actuele peiling. Geraadpleegd op 4 februari 2017, van http://www.ipsos-nederland.nl/ipsos-politieke-barometer/barometer-van-deze-week Ipsos (2 februari ’17) Politieke barometer actuele peiling. Geraadpleegd op 4 februari 2017, van http://www.ipsos-nederland.nl/ipsos-politieke-barometer/barometer-van-deze-week Deelvraag 3: maatschappelijke gevolgen EenVandaag Opiniepanel (2016, 20 juni). Onderzoek: ‘Brexit, Nexit en Europa’. Geraadpleegd op 12 november 2016, van http://www.eenvandaag.nl/uploads/doc/Rapportage%20onderzoek%20'Brexit,%20Nexit%20en%20E uropa'.pdf Maurice de Hond (2016, 26 juni). Opiniepeiling Maurice de Hond. Geraadpleegd op 12 november 2016, van http://politiek.tpo.nl/2016/06/26/opiniepeiling-maurice-hond-ook-nederland-is-meerderheideuropese-exit-behalen/ ABN Amro (2016, 24 juni). Gevolgen Brexit. Geraadpleegd op 12 november 2016, van https://insights.abnamro.nl/2016/06/uk-watch-de-gevolgen-van-brexit/ 69
Euroreferendum Nederland (2016, 1 juni). Rapport Nexit. Geraadpleegd op 16 november 2016, van https://euroreferendumnederland.wordpress.com/2016/06/01/nexit-rapport-nederlandsesamenvatting/ Deelvraag 3: economische gevolgen Intro 1. Rijksoverheid. (2016, 27 september). Nederland meest concurrerende economie van de EU. Geraadpleegd op 12 november 2016, van https://www.rijksoverheid.nl/actueel/nieuws/2016/09/27/nederland-meest-concurrerendeeconomie-van-de-eu Informatie rangpositie economie van Nederland. 2. Europa Nu. (z.d.). Voor- en nadelen van de Europese Unie. Geraadpleegd op 12 november 2016, van https://www.europa-nu.nl/id/vh7zbu35kazc/voor_en_nadelen_van_de_europese_unie Informatie over de voor- en nadelen van de EU. Hoe zit het met onze munteenheid? 1. Manohar, C. (2013, 2 december). De eerste gulden. Geraadpleegd op 12 november 2016, van https://www.schooltv.nl/files/Infoblok/Bovenbouw_PO/2013_d_WO_NTR_404226_venz_deeersteg ulden.pdf Informatie invoer Nederlandse euro en voormalige munteenheid. 2. Rijksoverheid. (z.d.). Waarom keert Nederland niet terug naar de gulden? Geraadpleegd op 12 november 2016, van https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/geldzaken/vraag-en-antwoord/waarom-keertnederland-niet-terug-naar-de-gulden Informatie over de gevolgen van het terugkeer van de gulden. 3. Rijksoverheid. (z.d.). Waarom is de euro ingevoerd? Geraadpleegd op 12 november 2016, van https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/geldzaken/vraag-en-antwoord/waarom-is-de-euroingevoerd Informatie over waarom de euro zo belangrijk is voor Nederland. 4. Europa Nu. (z.d.). Praktisch Europa in het kort. Geraadpleegd op 12 november 2016, van https://www.europa-nu.nl/id/vh92sr9riao8/praktisch_europa_in_het_kort Informatie over de vrij reizen, wonen en werken in de Europese Unie. Wat voor effect heeft dit op de internationale handel? 1. De Hoog, W. (2014). Pincode (bovenbouw vmbo 5e editie). Groningen: Noordhoff Uitgevers VO. Ik heb hierbij de samenvatting van klas 4 mavo gebruikt en heb ik hierin wat informatie gevonden over de drie protectiemaatregelen van de EU. 2. Rijksoverheid. (z.d.). Waarom een handelsovereenkomst tussen de EU en de VS? Geraadpleegd op 16 november 2016, van https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/ttip-handelsovereenkomst-tussen-europese-unie-en-deverenigde-staten/inhoud/waarom-handelsovereenkomst-transatlantic-trade-investmentpartnership-ttip Informatie over hoe belangrijk de handel is voor Nederland. 70
3. Haven van Rotterdam. (z.d.). Douane. Geraadpleegd op 16 november 2016, van https://www.portofrotterdam.com/nl/verbindingen-logistiek/logistieke-maritieme-diensten/douane Informatie over hoe belangrijk de haven van Rotterdam voor de EU is. 4. Haven van Rotterdam. (z.d.). Feiten en cijfers over de haven. Geraadpleegd op 16 november 2016, van https://www.portofrotterdam.com/nl/de-haven/feiten-en-cijfers-over-de-haven Wat feiten over de haven van Rotterdam. Ik heb hieruit gehaald dat Rotterdam de poort van Europa is. 5. LWEO. (2014). Inkomen verdienen. Verdienen en uitgeven (2e druk). Amsterdam: LWEO. Ik heb hier wat informatie opgezocht over de toegevoegde waarde. 6. Hogenboom, R. J. (2015, 14 april). Ontwikkeling Nederlandse goederenuitvoer naar continent. Geraadpleegd op 16 november, van http://www.rvo.nl/sites/default/files/2015/04/Export-update%20-April%202015.pdf Ik heb deze als ondersteunende informatie gebruikt over hoeveel Nederland goederen exporteert naar landen in Europa.
Hoe zit het met de arbeidsmarkt? 1. Europa Nu. (z.d.). Bedreiging werkgelegenheid door arbeidsmigratie. Geraadpleegd op 17 november 2016, van https://www.europa-nu.nl/id/vhcydyxvylzi/bedreiging_werkgelegenheid_door Informatie over vrij verkeer van personen. Let op deze informatie is niet/beperkt geactualiseerd na 5 juni 2015. 2. CBS. (z.d.). In zeven jaar anderhalf maal zoveel EU-migranten in Nederland. Geraadpleegd op 17 novemver 2016. https://www.cbs.nl/nl-nl/nieuws/2015/51/in-zeven-jaar-anderhalf-maal-zoveel-eu-migranten-innederland Informatie over de arbeidsmigranten die ik als volgt gebruikt heb voor de arbeidsmarkt. 3. LWEO. (2014) Werken of vrije tijd?, Arbeidsmigratie. Werk & werkloosheid (1e druk). Amsterdam: LWEO. Ik heb hier wat informatie gezocht over de arbeidsmarkt en arbeidsmigratie. Deelvraag 4 Centraal Bureau voor de Statistiek (z.d.). Nederland in Europese top economische internationalisering. Geraadpleegd op 26 januari 2017, van https://www.cbs.nl/nl-nl/achtergrond/2014/38/nederland-in-europese-top-economischeinternationalisering De Volkskrant (23 juni 2016). Brexit is exit Nederlandse invloed in EU. Geraadpleegd op 26 januari 2017, van http://www.volkskrant.nl/opinie/brexit-is-exit-nederlandse-invloed-in-eu~a4326216/ Europese Commissie (z.d.). Commissarissen en prioriteiten. Geraadpleegd op 30 januari 2017, van http://ec.europa.eu/index_nl.htm Gebruikt voor de betekenis van de Europese Commissie. 71
Wikipedia (14 december 2016). Europese Commissie. Geraadpleegd op 29 januari 2017, van https://nl.wikipedia.org/wiki/Europese_Commissie Gebruikt voor meer informatie van de Europese Commissie. Wikipedia (18 januari 2017). Europees Parlement. Geraadpleegd op 29 januari 2017, van https://nl.wikipedia.org/wiki/Europees_Parlement Gebruikt voor de betekenis/informatie over het Europees Parlement. Europa Nu (z.d.). Europees Parlement (EP). Geraadpleegd op 29 januari 2017, van https://www.europa-nu.nl/id/vg9hjjllgxmz/europees_parlement_ep Gebruikt voor meer informatie over het Europees Parlement. Wikipedia (2 januari 2017). Raad van de Europese Unie. Geraadpleegd op 29 januari 2017, van https://nl.wikipedia.org/wiki/Raad_van_de_Europese_Unie Gebruikt voor informatie over de Raad van Ministers. Parlement & Politiek (z.d.). Raad van ministers (Raad van de Europese Unie). Geraadpleegd op 29 januari 2017, van https://www.parlement.com/id/vh8ml7j9owx2/raad_van_ministers_raad_van_de_europese Gebruikt voor meer informatie over de Raad van Ministers. Europa.eu (z.d.). Raad van de Europese Unie. Geraadpleegd op 30 januari 2017, van https://europa.eu/european-union/about-eu/institutions-bodies/council-eu_nl Gebruikt voor informatie over de Raad van Ministers. Europa Nu (z.d.). Europese Commissie (EC). Geraadpleegd 30 januari 2017, van https://www.europa-nu.nl/id/vg8xdjeo1zoj/europese_commissie_ec Rijksoverheid (z.d.). Nederland en de Europese Unie. Geraadpleegd 30 januari 2017, van https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/europese-unie/inhoud/nederland-en-de-europese-unie Radboud Universiteit (z.d.). Nederland heeft als klein land in Brussel niets in te brengen. Geraadpleegd 30 januari 2017, van http://www.ru.nl/europeseverkiezingen/brochure/cliches/nederland-klein-land/ EuropaNU.(z.d). De Europese Commisie. Geraadpleegd op 4 februari 2017, van https://www.europanu.nl/id/vg8xdjeo1zoj/europese_commissie_ec EuropaNu.(z.d). Raad van de Europese Unie. Geraadpleegd op 4 februari 2017 van https://www.europa-nu.nl/id/vg9hk8zrn2qz/raad_van_de_europese_unie EuropaNu.(z.d). De Europese Raad. Geraadpleegd op 4 februari 2017 van https://www.europanu.nl/id/vg9il2ssv4y1/europese_raad EuropaNu.(z.d). Europees parlement. Geraadpleegd op 4 februari 2017 van https://www.europanu.nl/id/vg9hjjllgxmz/europees_parlement_ep Europanu.(z.d). Europees hof van justitie. Geraadpleegd op 4 februari 2017 van https://www.europanu.nl/id/vg9obtulslrn/hof_van_justitie_van_de_europese_unie 72
Deelvraag 5 Wat zijn de voordelen van de EU? 1. Europa Nu. (z.d.). Voor- en nadelen van de Europese Unie. Geraadpleegd op 25 december 2016, van https://www.europa-nu.nl/id/vh7zbu35kazc/voor_en_nadelen_van_de_europese_unie Informatie over wat de voor- en nadelen zijn van de EU. Harmonie tussen de EU-landen 1. LWEO. (2016) Externe effecten. Markt en Overheid (4e druk). Amsterdam: LWEO. Ik heb hier wat informatie opgezocht over de externe effecten. 2. Europa Nu. (z.d.). Milieubeleid. Geraadpleegd op 1 februari 2017, van https://www.europa-nu.nl/id/vg9pjk198axu/milieubeleid Informatie over de milieubeleid. Wegvallen van de interne grenzen 1. Kreusen, H., & Lejour, A. (2009, 12 november). De bijdrage van handelsbeleid aan de openheid van de Nederlandse economie. Geraadpleegd op 25 december 2016, van http://www.cpb.nl/publicatie/de-bijdrage-van-handelsbeleid-aan-de-openheid-van-de-nederlandseeconomie Informatie over dat het nationaal inkomen van Nederland ten opzichte van 1970 sterk is verbeterd, mede dankzij de afspraken over vrijere handel binnen de Europese Unie en de Wereldhandelsorganisatie WTO. 2. Morks, D., & Hers, J.(z.d.). Centraal Economisch Plan 2016 gepubliceerd, hervatting grenscontroles Schengenlanden schaadt de economie. Geraadpleegd op 25 december 2016, van http://www.cpb.nl/persbericht/3216504/centraal-economisch-plan-2016-gepubliceerd-hervattinggrenscontroles-schengenlanden-schaadt-de-economie Informatie over de nadelige gevolgen van de herinvoering van grenscontroles. 3. Europa Nu. (z.d.). Goedkoper mobiel bellen en internetten in de EU. Geraadpleegd op 2 februari 2016, van https://www.europa-nu.nl/id/vhj1ngguzrwe/goedkoper_mobiel_bellen_en_internetten Informatie over goedkoper mobiel bellen en internetten in de EU. De interne markt 1. Europa Nu. (z.d.). Profijt interne markt. Geraadplaagd op 3 januari 2017, van https://www.europa-nu.nl/id/vh9xh695xkkj/profijt_interne_markt Informatie over de voor- en nadelen van de interne mark. 2. Lejour, A., Straathof, B., & Morks, D. (z.d.). De Europese Interne Markt levert de Nederlandse burger jaarlijks zo'n 2000 euro op. Geraadpleegd op 3 januari 2017, van https://www.cpb.nl/persbericht/328872/de-europese-interne-markt-levert-de-nederlandse-burgerjaarlijks-zon-2000-euro-op Onderzoek over de invloed van de interne markt op Nederland. 73
Wat zijn de nadelen van de EU? 1. Europa Nu. (z.d.). Voor- en nadelen van de Europese Unie. Geraadpleegd op 25 december 2016, van http://www.europa-nu.nl/id/vh7zbu35kazc/europa_kosten_en_baten Ik heb hier wat informatie gevonden over de nadelige kosten als lidmaatschap van de EU. De euro 1. Europa Nu. (z.d.). Economisch en monetair beleid. Geraadpleegd op 2 februari 2017, van https://www.europa-nu.nl/id/vhwohwhltpgo/economisch_en_monetair_beleid Informatie over de monetaire beleid. Bijdrage aan de begroting van de EU 1. Europa Nu. (z.d.). Europese Unie: afdrachten en subsidies Nederland. Geraadpleegd op 2 februari 2017, van http://www.europa-nu.nl/id/vh9w9l2qtnwn/europese_unie_afdrachten_en_subsidies Informatie over het bedrag dat ieder Nederlander afdraagt aan de Europese Unie. 2. Europa Nu. (z.d.). Nadelen van Europese Unie. Geraadpleegd op 2 februari 2017, van https://www.europa-nu.nl/id/vh7zbu35kazc/voor_en_nadelen_van_de_europese_unie Informatie over het bedrag dat ieder Nederlander afdraagt aan de Europese Unie. 3. Eurostat en Europese Commissie. (2015, 30 oktober). EU-begroting toegelicht: uitgaven en bijdragen door de lidstaten. Geraadpleegd op 2 februari 2017, van http://www.europarl.europa.eu/news/nl/news-room/20141202IFG82334/eu-begroting-toegelichtuitgaven-en-bijdragen-door-de-lidstaten Afbeeldingen bijdrage aan de EU begroting per land. Geld afdragen aan andere lidstaten van de Europese Unie 1. Rijksoverheid. (z.d.). Financiële steun Griekenland. Geraadpleegd op 2 februari 2017, van https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/europa-financieel-gezond/inhoud/financiele-steun-aannoodlijdende-landen/financiele-steun-griekenland Informatie over hoeveel Nederland haar geld afdraagt aan Griekenland. 2. Algemene Rekenkamer. (z.d.). Overzicht ontvangende lidstaten. Geraadpleegd op 2 februari 2017, van http://www.rekenkamer.nl/Publicaties/Dossiers/E/EU_governance_bij_bestrijding_economische_en _financiële_crisis/Financiële_stabiliteitsinstrumenten/Overzicht_ontvangende_lidstaten Afbeelding overzicht ontvangende lidstaten. 74
9. Bijlagen Enquête Leeftijd: Geslacht: Ik woon in een: stad / dorp
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
Voelt u zich Europees?
Ja
Nee
Bent u op de hoogte van het actuele nieuws die gaande is over de Europese Unie?
Ja
Nee
Weet u hoe de Europese Unie werkt?
Ja
Nee
Vindt u dat ons land voordeel heeft met het lidmaatschap van de EU?
Ja
Nee
Denkt u dat Nederland profiteert van de Europese Unie?
Ja
Nee
Vindt u dat Nederland veel invloed heeft in de Europese Unie?
Ja
Nee
Vindt u dat het lidmaatschap van de EU ons helpt door een crisis?
Ja
Nee 75
8.
9.
Heeft u er een gevoel bij dat de Europese Unie een eenheid is?
Ja
Nee
Denkt u positief of negatief over de toekomst van de EU?
Positief
Negatief
10. Maakt u zich zorgen over de volgende onderwerpen in de toekomst? (Kruis aan wat u hier persoonlijk van vindt). Onderwerp
Mate van bezorgdheid Helemaal niet
Niet erg
Enigszins
Erg
Immigratie Overheidsfinanciën Economische situatie Werkloosheid Inflatie Criminaliteit
11. Als lidmaatschap van de EU hebben we ook voordelen. Merkt u hier ook wat van? (Kruis aan wat u hier persoonlijk van vindt). Onderwerp
Ik merk er…. Wel wat van
Niets van
Vrij verkeer van personen, goederen en diensten Vrede tussen de lidstaten De euro Invloed van de EU in de rest van de wereld
76
12. Denkt u dat het verstandig is dat Nederland uit de EU stapt?
Ja
Nee
13. Zal het een verschil geven als Nederland niet bij de Europese Unie zou horen?
Ja
Nee
14. Zou u voor of tegen een Nexit (Nederland uit de EU) zijn?
Voor
Tegen
15. Waarom zou u voor of tegen een Nexit zijn?
16. Op welke partij stemt u?
17. Hoe lang verwacht u dat de EU zal blijven bestaan?
Minder dan 10 jaar
Tussen 10 en 20 jaar Meer dan 20 jaar
77