Magister alvinus pws (niet) schone kleding britt anema en silke de jong havo

Page 1

PWS (niet) schone kleding Opgeruimd staat netjes, toch? ​RSG Magister Alvinus, aardrijkskunde Silke de Jong, Britt Anema


Inhoudsopgave Inleiding PWS (niet) schone kleding .......................................................................... 2 Deelvraag 1: Wat is het verschil tussen schone en niet schone kleding? ........... 4 Deelvraag 2: Wat is er mis met de niet schone kleding? ....................................... 6 Deelvraag 3: Waarom wordt deze (niet schone) kleding nog verkocht en is er niet alleen maar schone kleding? ........................................................................... 11 Deelvraag 4: Wat doen kledingwinkels aan dit grote probleem? ..................... 14 Deelvraag 5: Hoe denken leerlingen van de RSG over (niet) schone kleding? ....................................................................................................................................... 20 Deelvraag 6: Kun je de aankoop van niet schone kleren beperken door acties? .......................................................................................................................... 23 Conclusie: Hoe kunnen wij ervoor zorgen dat het aantal leerlingen op het RSG met schone kleding zal toenemen? ....................................................................... 25 Nawoord ...................................................................................................................... 27 Logboek Britt Anema ................................................................................................. 28 Logboek Silke de Jong .............................................................................................. 30 Bronvermelding PWS (niet) schone kleding ........................................................... 32 Bijlagen......................................................................................................................... 35

1


Inleiding PWS (niet) schone kleding Een middagje winkelen in Sneek. Een dagje naar de PRIMARK in Almere of gezellig te shoppen in Groningen. Ook voor leerlingen op het RSG is dit natuurlijk heel gewoon. Waarschijnlijk heeft iedere leerling op het RSG wel een aantal kledingstukken met ‘made in China’ of misschien nog wel bekender ‘made in Bangladesh’ in de kast liggen. Hier is op zichzelf natuurlijk niks mis mee, maar hoeveel van dezelfde leerlingen zou tijdens het afrekenen na hebben gedacht over dat hun kleding misschien wel gemaakt is door een kind, of door iemand die dag in dag uit moet werken om een gezin te onderhouden. En hoeveel van de leerlingen zou nagedacht hebben over het feit dat tijdens het telen van katoen 7000 liter water nodig is en dat is net genoeg voor één broek. En dat misschien door al dat water dat hiervoor wordt gebruikt, er gezinnen zijn in deze gebieden die geen drinkwater meer hebben. Waarschijnlijk hebben niet veel van de leerlingen hier over nagedacht. Wij,(Britt Anema en Silke de Jong), zijn leerlingen die hier wel over nadenken. Wij willen graag weten door wie onze kleding is gemaakt en onder wat voor omstandigheden. Wij vinden het namelijk heel raar dat er zoveel onduidelijkheid is over iets waar we elke dag mee bezig zijn: kleding. We hebben veel mensen gevraagd of ze enig idee hadden waar hun kleding vandaan komt. Het antwoord hierop was eigenlijk altijd ‘nee’ of: ’Staat wel op het kaartje, denk ik.’ Niemand kon ons vertellen waar de kleding die ze op dat moment droegen vandaan kwam. Hierdoor gingen wij ons afvragen of de leerlingen op het RSG het begrip ‘schone kleding’ überhaupt wel kennen? En of ze zich wel eens afvragen hoe het kan dat een broek in de ene winkel 90 euro kost en in de andere winkel 19 euro? Door al deze vragen hebben wij besloten om ons PWS over (niet) schone kleding te houden. Wij willen namelijk meer duidelijkheid over wie de verantwoordelijk draagt voor de kleding die wij kopen. Ook vinden we het interessant om erachter te komen hoe de rest van de RSG-leerlingen denken over (niet) schone kleding, of de leerlingen het ook belangrijk vinden dat de kleding die zij dragen onder goede omstandigheden zijn gemaakt en hoe wij ervoor kunnen zorgen dat het aantal leerlingen op het RSG met schone kledingstukken gaat toenemen. Wij denken dat heel veel leerlingen op het RSG niet weten wat schone kleding is en dat ze hier niet bij stil staan als ze kleding gaan kopen. Daarnaast denken wij dat we de leerlingen bewust moeten maken van de ernst van niet schone kleding, zodat het aantal leerlingen op het RSG met schone kleding zal toenemen. Op welke manier wij de leerlingen bewust kunnen maken van (niet) schone kleding gaan wij onderzoeken in ons PWS.

2


Wij hebben onderzoek in de onderstaande deelvragen opgedeeld:  Wat is het verschil tussen schone en niet schone kleding?  Wat is mis met niet schone kleding?  Waarom wordt deze kleding nog verkocht en is er niet alleen maar schone kleding?  Wat doen kledingwinkels aan dit grote probleem?  Hoe denken leerlingen van de RSG over (niet) schone kleding?  Kun je de aankoop van niet schone kleding beperken door acties? Waar we vooral achter willen komen is hoe we het aantal leerlingen op het RSG met schone kleding kunnen laten toenemen. De hoofdvraag van ons PWS luidt als volgt: ‘Hoe kunnen wij ervoor zorgen dat het aantal kinderen op het RSG met schone kleren zal toenemen?’. We willen dit onder andere gaan onderzoeken door veel leerlingen te interviewen, enquêtes af te nemen en winkels te vragen naar hun aanpak voor dit grote probleem.

3


Deelvraag 1: Wat is het verschil tussen schone en niet schone kleding? Wat houdt niet schone kleding precies in? Niet schone kleding is een breed begrip waar iedereen andere opvattingen over kan hebben. De internationale arbeidsorganisatie van de Verenigde Naties heeft daarvoor een aantal normen opgesteld, ook wel ILO – normen genoemd. Als de kledingindustrie zich niet aan deze normen houdt, betekend dit dus dat de kleding niet schoon is: 

Dwangarbeid

Dat wil zeggen dat arbeiders het werk tegen hun zin doen en dat ze verplicht worden het werk te verrichten. Dwangarbeid is meestal zwaar werk en gebeurd onder slechte omstandigheden. 

Geen vast arbeidscontract

Arbeiders in lagelonenlanden hebben meestal een tijdelijk contract. Dat betekent voor een bepaalde tijd. Bijvoorbeeld voor een paar maanden of een jaar. Werknemers kunnen hun contract meestal niet tussentijds opzeggen. Een vast contract loopt door tot de werknemer of de werknemer dit beëindigd. Een vast contract wordt ook wel een contract voor onbepaalde tijd genoemd. 

Kinderarbeid

Dit betekent dat kinderen zwaar werk verrichten, erg lang op een dag moeten werken en ze krijgen er slecht voor betaald (soms krijgen ze er zelfs helemaal niet voor betaald). In de meeste landen is dit verboden maar in lagelonenlanden zijn hier nog geen duidelijke regels voor en wordt er niet op gecontroleerd. 

Discriminatie

De arbeiders worden vaak gediscrimineerd door hun werkgever. Ze worden als minderwaardig gezien. 

Geen leefbaar loon

Vaak krijgen de arbeiders veel te weinig loon, terwijl in de ILO – normen staat dat de arbeiders genoeg betaald moeten krijgen zodat ze er van kunnen leven.

4


Geen vrijheid van vakvereniging en collectieve onderhandelingen

Vrijheid van vakvereniging houdt in dat arbeiders zich onverhinderd mogen verenigen en mogen aansluiten bij vakbonden. Collectieve onderhandelingen betekent dat iedereen zich mag bemoeien met de maatregelen die worden getroffen op het gebied van bijvoorbeeld loon. 

Beperkt aantal werkuren en overwerk

Er moet een maximum aantal uren afgesproken worden, die de arbeider maximaal mag werken en een arbeider mag ook maar een maximaal aantal uren overwerken. 

Geen veilige en gezonde omstandigheden

De omstandigheden waarin de arbeiders werken zijn vaak erg slecht voor hun gezondheid en daarnaast zijn de gebouwen vaak erg gevaarlijk en onveilig. Kun je aan de kleding zien of het schoon of niet schoon gemaakt is? Je kunt in principe niet aan de kleding zien of het schoon gemaakt is of niet. Maar wel staat dit meestal in het label aangegeven. Helaas is kleding nooit 100 % schoon. Dit heeft te maken met zogenaamde subcontractors. Hierover leggen we meer uit in deelvraag 4. Het verschil tussen schone en niet schone kleding. Het verschil tussen schone en niet schone kleding is dat schone kleding gemaakt is onder goede omstandigheden voor de arbeider en voldoet aan de ILO-normen. Niet schone kleding voldoet hier niet aan.

5


Deelvraag 2: Wat is er mis met de niet schone kleding? Veel kleding wordt gemaakt in lagelonenlanden. Dit zijn landen (meestal Aziatische landen) waar de lonen voor de arbeiders laag zijn en er geen strenge regels gelden. Er worden lange dagen gemaakt en de arbeidsomstandigheden zijn er vaak verschrikkelijk. Grote bedrijven kiezen ervoor om hun kleding in lagelonenlanden te maken omdat dit veel goedkoper is. Voor de lonen die arbeiders daar krijgen zouden mensen in West-Europa niet snel voor gaan werken. Ook zijn er in deze landen veel minder regels op het gebied van werkomstandigheden. De grote bedrijven laten hun kleding hier dus maken en verkopen ze in de Westerse landen voor veel winst. Er zijn twee soorten problemen met kleding uit de lagelonenlanden, dit zijn sociale problemen en ecologische problemen. Ecologische problemen Voor de productie van kleding worden veel verschillende grondstoffen gebruikt die vaak heel schadelijk zijn voor het milieu. De meeste kleding wordt nog gemaakt van katoen. Dit is de meest vervuilende grondstof voor kleding die er bestaat. Dat de problemen in lage lonen op dit gebied ook groter zijn dan in de Westerse landen komt vooral doordat wij in Europa strengere regels hebben. Deze hebben ze in de lagelonenlanden niet of nauwelijks. Vaak als er wel regels zijn worden die niet nageleefd omdat er geen controle plaats vindt. Dat er veel minder regels zijn zorgt ervoor dat er ook veel goedkoper kan worden geproduceerd. De ergste vervuiler is katoen. Ten eerste kost het telen van katoen heel veel water. Één kilo katoen kost 10000 liter water ( één spijkerbroek kost 7000 liter ). Hierdoor ontstaat watertekort en bodemaantasting. Om verfstoffen aan katoen te binden wordt onder andere formaldehyde gebruikt. Dit mag in de EU alleen maar in kleine hoeveelheden worden gebruikt. Hier wordt in de lagelonenlanden meestal niet naar gekeken. Dit is niet de enige wat wordt gebruikt voor het kleuren van de kleding. Naast heel veel andere verfstoffen wordt er ook veel chloor gebruikt om de kleding bijvoorbeeld te bleken. Het grote probleem is dat al die chemicaliën vaak worden gedumpt in een rivier. Deze rivier krijgt dan ook vaak de kleur van de producten die er veel worden gemaakt. In Mexico is bijvoorbeeld een rivier die helemaal blauw is door het maken van spijkerbroeken. 6


Op de vorige pagina zie je een foto van een roze rivier waar veel roze dames kleding is gemaakt. Dit water wordt vaak daarna ook weer gebruikt voor bijvoorbeeld het irrigeren van de landbouw. Dit kan dus erg schadelijk zijn ook voor de mensen. In de chemicaliÍn zitten namelijk hormoon verstorende en kankerverwekkende stoffen. Volgens een onderzoek van GREENPEACE is de watervervuiling een ernstige bedreiging voor ons ecosysteem en voor ons als mensen. In het onderzoek hadden de onderzoekers zich gericht op 2 fabrieken in China, die beide dicht bij een rivier staan. Ze namen vervolgens monsters van het water in de rivier en kwamen tot de conclusie dat er veel schadelijke stoffen in het water zaten. Waaronder perfluorverbindingen (PFC’s). Dit is een van de gevaarlijkste stoffen omdat dit al met hele kleine aantallen vele schade kan aanrichten. Dit allemaal terwijl de fabrieken een waterzuiveringsinstallatie hadden. Vele fabrieken hebben dit niet het zal in deze fabrieken dus waarschijnlijk nog erger zijn. Ook is het vervoeren van kleding heel schadelijk voor het milieu. Een heel klein deel van de kleding die wordt gemaakt in de lagelonenlanden wordt daar ook verkocht het grootste deel gaat nu met het vliegtuig en de boot naar de Westerse landen. Bovendien wordt ook heel veel kleding niet verkocht. Dit komt doordat winkels dan te veel hebben ingekocht, het is verkeerd gemaakt of het is niet zo populair als dat ze dachten. De kleding die dan overblijft wordt vaak gebracht naar een outlet winkel, maar ook veel kleding wordt verbrand. Dit blijkt uit een onderzoek van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO). Er blijkt dat in Nederland er per jaar ongeveer 1,2 miljoen kledingstukken worden verbrand. Dit is natuurlijk ook heel slecht voor het milieu. In ons PWS gaan wij vooral in op de sociale problemen binnen de kledingindustrie. Dus over de arbeidsomstandigheden en wat hier aan gedaan wordt door de fabrieken, de overheid en de kledingmerken. We laten de ecologische problemen dus wat achterwege. Sociale problemen De werkomstandigheden zijn in de lagelonenlanden vaak heel slecht. Dit komt omdat er bijna geen regels zijn en de regels niet gecontroleerd worden. De arbeiders (meestal vrouwen) zijn vaak laagopgeleid en dus blij dat ze een baan hebben. Ze werken vaak wel 15 uur per dag. Waarvoor ze tussen de 2 en de 5 dollar per dag krijgen. Sommige arbeiders leven zelfs in de fabriek omdat ze geen geld hebben om een huis te kopen, of omdat het vervoer te duur is.

7


Wat is er mis met de fabrieken in de lagelonenlanden? 

Te lage lonen:

Lonen onder het wettelijke minimumloon, dat zelf vaak onder het bestaansminimum ligt. Hierdoor leven de mensen vaak op straat. In deze landen zit er vaak ook een verschil tussen de lonen van de man en de vrouw. Vaak wordt het loon ook niet of veel later betaald, dit komt doordat er gewoon geen goede regels voor zijn. 

Te lange werkweken:

60, 70 tot 100 uren per week, nachtwerk zonder premie, verplicht overwerken en het niet respecteren van de wekelijkse rustdagen. Toch willen de mensen die in deze fabrieken werken wel zoveel werken omdat ze anders helemaal geen kans van bestaan hebben. Als ze bijvoorbeeld 30 uur per week zouden werken, zouden ze al helemaal niet mee kunnen draaien in de maatschappij en ziet het leven er nog somberder uit. 

Gevaarlijke werkomstandigheden:

Ongezonde arbeidsomstandigheden: hitte, gebrek aan ventilatie, gebrek aan ruimte, gebrek aan veiligheidsmaatregelen. Het gevolg hiervan is een hoog percentage arbeidsongevallen, gesloten fabrieksdeuren ( wat een gevaar vormt bij brand), gebrek aan sanitair, vooral voor vrouwen: geen crèches voor kinderen. Je zou zeggen dat veel arbeidsongevallen juist veel geld zouden kosten, maar dit is niet het geval, vaak worden deze problemen niet behandeld, verwaarloost en is het de arbeider zijn eigen probleem. 

Onderdrukking en werkonzekerheid:

Geen arbeidscontracten, verbod op vakbonden, het niet naleven van collectieve arbeidsovereenkomsten, kinderarbeid, willekeurig ontslag zonder vergoeding; geen stakingsrecht. De werkgevers maken misbruik van het feit dat er geen juiste regels zijn voor de werkomstandigheden. 

Kinderarbeid

Omdat volwassenen in de lagelonenlanden erg weinig verdienen, moeten de kinderen soms ook helpen om geld binnen te halen voor het gezin. Dit is op sommige plaatsen nog een groot probleem. Deze kinderen zouden eigenlijk naar school moeten gaan. Hierdoor is het voor deze kinderen niet mogelijk om een goede scholing te behalen en hebben ze later ook niet de mogelijkheid om een goede baan te krijgen. Helaas hebben sommige kinderen geen andere optie. Werken is voor deze kinderen de enige manier om te overleven.

8


En daarom is het ook moeilijk om kinderarbeid meteen te verbieden omdat deze kinderen anders op straat zwerven zonder geld, en dan kunnen ze misschien nog maar beter aan het werk zijn. Instorting van het Rana Plaza Op 24 april 2013 stortte in Savar een acht verdiepingen tellend gebouw, genaamd Rana Plaza, in. Bij de instorting kwamen meer dan 1000 mensen om het leven en raakten er meer dan 2000 mensen gewond. Deze fabriek werd vooral gebruikt als textielfabriek voor onder andere Primark. Dit was de grootste ramp op het gebied van de kledingindustrie in Bangladesh. Het werd dus duidelijk dat er snel iets gedaan moest worden aan de omstandigheden van de kledingindustrie van de lagelonenlanden. Er werden na het ongeluk veel fondsen opgericht en veel geld opgehaald. Bangladesh Veiligheidsakkoord Vanaf 2013 hebben veel grote internationale kledingmerken een handtekening gezet onder het ‘Bangladesh Fire and Safety Accord’. Dit akkoord moest zorgen voor structurele verbeteringen op het gebied van veiligheid in de levensgevaarlijke fabrieken in Bangladesh. Dit zou worden gehandhaafd door goede bouwkundige controles, het uitvoeren van verbeteringsplannen en meer betrokkenheid van vakbonden en kledingarbeiders. Toch was dit blijkbaar niet een stap voor meer lagelonenlanden om deze maatregelen ook toe te gaan passen. Waarom doen lagelonenlanden zelf niets aan de slechte omstandigheden van hun werknemers? Veel van de inkomsten van de lagelonenlanden zijn de fabrieken. Als deze landen hun regels zouden aanscherpen zouden ze een groot deel van hun inkomen kwijtraken. De lonen zouden moeten worden verhoogd. Dan is de kans groot dat veel bedrijven hun fabrieken ergens anders gaan vestigen omdat het daar niet langer meer veel goedkoper is. Dit is de voornaamste reden waarom de landen zelf niet hun regels aanpassen. In deze landen staat het belang van de arbeider ook niet voorop zoals wij gewend zijn in Nederland. Veel mensen zeggen: ja ze krijgen dan misschien minder goed uitbetaald, maar het leven daar is toch ook veel minder duur dan het leven in welvarende landen? Ja dat klopt het leven is daar inderdaad relatief minder duur. 9


Toch moeten mensen in deze landen ook hun gezin onderhouden en daar komen veel kosten bij kijken, zoals: huur, onderwijs (niet in elk gezin het geval), medische kosten enzovoorts. Bovendien worden de arbeiders vaak onder het minimumloon uitbetaald wat hier in Nederland niet mogelijk is door strenge regels. Syrische vluchtelingen aan het werk in Turkse fabrieken De Engelse televisiezender BBC heeft onderzocht dat Syrische kindvluchtelingen worden ingezet in Turkse Fabrieken. Tijdens een undercoveractie van het televisieprogramma ‘Panorama’ zagen verslaggevers dat kinderen (waaronder ook Syrische kinderen) kleding aan het produceren waren voor ‘Marks and Spencer’ en de online winkel ‘Asos’. In die fabriek was de jongste werknemer 15 jaar oud. Hij was 12 uur per dag aan het werk en moest de hele dag kleding strijken. Er waren ook volwassen vluchtelingen waar de BBC mee sprak, ze kregen ongeveer één euro per dag betaald, dit ligt ver onder het minimumloon van Turkije. Ook nog in een andere fabriek in Turkije die broeken maakt voor de kledingmerken ‘Mango’ en ‘Zara’, waren Syriërs aan het werk. Ze waren 12 uur per dag met zware chemicaliën aan het werk om broeken te bleken. De meeste arbeiders droegen niks qua bescherming tegen deze gevaarlijke stof! Ook zei een vluchteling tegen een BBC-verslaggever dat ze slecht behandeld werden. Zo zei hij: ‘Als er iets met een Syriër gebeurt, dan wordt hij behandeld als een weggegooid stuk kleding.’ Een woordvoerder van Marks and Spencer laat weten dat ze erg geschokt zijn door deze constateringen en dat ze er werk van gaan maken. Asos zegt dat de Syrische vluchtelingenkinderen in hun fabrieken zijn aangetroffen financieel worden ondersteund, zodat ze naar school kunnen en volwassene vluchtelingen krijgen extra salaris totdat ze ander werk hebben gevonden. Het is natuurlijk altijd de vraag of het echt waar is wat de kledingmerken zeggen, ze kunnen het ook natuurlijk ook zeggen zodat vele kritiek wordt voorkomen en hierdoor de omzet niet terugloopt.

10


Deelvraag 3: Waarom wordt deze (niet schone) kleding nog verkocht en is er niet alleen maar schone kleding? De reden dat er nog zoveel niet schone kleding wordt verkocht is omdat het moeilijk te bepalen is wat wel schoon is en wat niet schoon is. Als kleding wordt gemaakt kan het voorkomen dat een deel van de kleding wel op een eerlijke manier is gemaakt en een deel niet. Dit komt doordat één kledingstuk door veel verschillende mensen, van veel verschillende producten en dus in verschillende fabrieken is gemaakt. Dat komt doordat er veel gebruik wordt gemaakt van subcontractors. (Verdere informatie in deelvraag 4) Er is nog geen merk waar de kleding 100% schoon van is. Als de kleding 100% schoon is, betekent dat niet alleen dat de arbeider een leefbaar loon krijgt (dit denken namelijk veel mensen) . Maar een merk moet voldoen aan alle minimale arbeidsvoorwaarden (ILO-normen). International Labour Organisation (ILO): ILO-normen zijn de minimale arbeidsvoorwaarden, deze acht normen zijn vastgesteld door de Verenigde Naties. Elk kledingmerk dient zich hieraan te houden:        

Vast arbeidscontract Geen dwangarbeid Geen kinderarbeid Geen discriminatie Leefbaar loon Vrijheid van vakvereniging en collectieve onderhandeling Beperkt aantal werkuren en overwerk Veilige en gezonde omstandigheden.

Als een kledingkenmerk zich aan 7 van de 8 normen houdt, is het alsnog geen schone kleding wat ze produceren. Het aantal kledingkenmerken dat kan zeggen dat hun kleding schoon is, is hierdoor ook op één hand te tellen. Daarom moet er dus nog veel gebeuren. Zijn schone kleren duurder? Veel mensen denken dat kleren die op een eerlijke manier zijn gemaakt, automatisch veel duurder zijn omdat de arbeider dan meer betaald krijgt. Uit onderzoek blijkt dit helemaal niet zo hoeft te zijn. De arbeider krijgt namelijk maar ongeveer 1 of 2 procent van de totale prijs, een veel groter deel gaat naar het merk en naar de kledingwinkel. Het is wel zo dat schone kleding vaak relatief duurder is, dus dat een vergelijkbaar T-shirt dat niet schoon gemaakt is goedkoper is dan het T-shirt dat wel schoon gemaakt is.

11


Op de foto zie je een realistische inschatting van waar het geld van een shirt heen gaat. Je ziet dat de arbeider bij dit shirt 0,6% krijgt van het totaal. Er is dus genoeg financiĂŤle ruimte om de arbeiders een leefbaar loon te geven. Toch gebeurt dit bij de meerderheid van de kleren niet en dat is vreemd. Aangezien een leefbaar loon een mensenrecht is. Feit is wel dat schone kleding niet alleen te maken heeft met het loon van de arbeider. De omstandigheden in de fabriek moeten ook verbeterd worden. Dit kost meestal veel geld. Dit is zo omdat de fabrieken vaak op instorten staan en er dus voor een goede werkomgeving veel moet gebeuren om de fabriek op te knappen of er moet een hele nieuwe fabriek komen. Ook verdienen de arbeiders meer pauzes en vrije dagen. Hierdoor gaat de arbeidsproductiviteit erg naar beneden. Dit kost de fabriek ook veel geld omdat ze dan meer arbeiders nodig hebben voor hetzelfde aantal producten. Schone kleding is dus meestal wel duurder dan niet schone kleding. Dit omdat schone kleding onder goede omstandigheden is gemaakt. Schone kleding moet aan veel voorwaardes voldoen: veilige fabrieken, vast arbeidscontract, geen dwangarbeid, geen kinderarbeid, geen discriminatie, een leefbaar loon en vrijheid van vakvereniging. Een fabriek die zich aan geen van deze afspraken houdt is natuurlijk veel minder geld kwijt dan fabrieken die dit wel doen. Hierdoor is schone kleding vaak duurder.

12


Ook kan het zo zijn dat een kledingwinkel bijvoorbeeld garandeerd dat de kleding niet door kinderen is gemaakt en dat de arbeider een goed loon heeft. De kleding is dan niet officieel schoon, maar het is natuurlijk wel veel eerlijker. Bovendien hoeft dit niet veel duurder te zijn doordat het loon van de arbeider dus maar een heel klein deel van het totaal is zoals ook te zien is op bovenstaande foto. Een hele grote stap van schone kleding is de arbeiders een leefbaar loon geven, en dit hoeft dus bijna niks te kosten.

13


Deelvraag 4: Wat doen kledingwinkels aan dit grote probleem? Bedrijven zijn verantwoordelijk voor de kleding die ze verkopen, dus ook voor de omstandigheden van de arbeiders. Hiervoor moeten ze de arbeidsnormen van de International Labor Organization (ILO) en de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens respecteren. Dit zijn allemaal voorwaarden waar bedrijven zich aan moeten houden Universele Verklaring van de Rechten van de Mens → Op 10 december 1948 heeft de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties (AVVN) de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens (UVRM) vastgesteld. Alle mensenrechten zijn universeel, wat betekent dat mensenrechten gelden voor ieder mens op de wereld. International Labor Organization (ILO) → Dit zijn de arbeidsnormen die in 1969 ook zijn vastgesteld door de Verenigde Naties. Het ILO bestaat uit 8 punten waar een merk aan moet voldoen. Subcontractors De kledingmerken laten de kleding dus maken in een ander werelddeel. De kledingmerken hebben vaak geen eigen fabriek en besteden het werk dus uit. Dit werk wordt nu gedaan door veel verschillende onderaannemers. Hierdoor is het heel moeilijk om als kledingmerk het overzicht te houden. Daardoor voelen de kledingmerken zich vaak ook niet verantwoordelijk voor wat de arbeidsomstandigheden zijn bij de onderaannemer en gebruiken ze dit vaak als excuus. De kleding wordt vaak in elkaar gezet door allerlei kleine taken uit te besteden aan bijvoorbeeld thuiswerkenden en illegale ateliers. Het werk wordt vaak gedaan door zwakke vrouwen of migranten die voor de rest ook geen kans op een baan hebben, en hierdoor dus niet snel voor zichzelf opkomen. Het is dus allemaal erg moeilijk te controleren voor een kledingmerk of de iedereen zich houdt aan de rechten van de arbeider. De kledingmerken weten meestal geen eens waar hun kleding gemaakt wordt en hierdoor is het voor hen erg makkelijk om de schuld van zich af te schuiven als er iets gebeurt.

14


Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) Bij Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) neemt een bedrijf naast het maken van winst ook verantwoordelijkheid voor de sociale en ecologische aspecten van hun bedrijfsvoering. In het Engels wordt meestal de term Corporate Social Responsibility (CSR) gebruikt. Bij CSR speelt alles een rol van ontwerp tot productie. Bij CSR of MVO wordt er een balans gezocht tussen de triple P: Planet, people en profit Planet → Hierbij gaat het om de ecologische thema’s. Hoeveel schade het product geeft aan het milieu en of het ook te recyclen is. Er wordt voor kleding bijvoorbeeld heel veel water gebruikt, dit kan ten koste gaan van de mensen die dit water gebruiken als drinkwater. People → Hierbij gaat het over de arbeiders. Dat er bijvoorbeeld geen sprake is van discriminatie of verplicht overuren maken, dat de arbeiders ook de mogelijkheid hebben om een vrije dag te nemen en een vakbond op te richten. Profit → Bij profit gaat het om de winst van een bedrijf. De reden dat een bedrijf het werk uitbesteed aan onderaannemers in een lagelonenland is natuurlijk omdat het veel goedkoper is en hij hierdoor een veel betere concurrentiepositie kan krijgen. Als een bedrijf overgaat op maatschappelijk verantwoord ondernemen moet dit niet te veel ten koste gaan van de winst. Anders is dit natuurlijk helemaal niet aantrekkelijk. CRS wordt tegenwoordig steeds populairder. Dit komt omdat mensen zich steeds meer bewuster worden van alles wat ze kopen en dragen. De merken die aan CRS doen, richten zich vooral veel op de ecologische thema’s en nog niet zo veel op de sociale thema’s (arbeidsomstandigheden), omdat ze dit toch snel wat te ingewikkeld vinden. Om alles ‘maatschappelijk verantwoord’ te laten worden zouden ze namelijk echt precies moeten weten waar de kleding nou eigenlijk wordt gemaakt en door wie. Hier moeten ze eigenlijk wel een eigen fabriek voor hebben en dit is waarschijnlijk veel te veel gedoe en veel te duur voor de meeste kledingmerken. Social audits Wanneer een bedrijf zegt mee te gaan doen aan verantwoord ondernemen wordt dit ook gecontroleerd. Dit wordt gedaan bij Social Audits. Dit zijn onafhankelijke instanties die langs de fabriek gaat om te controleren of de afspraken ook echt worden uitgevoerd. De kwaliteit van deze inspecties verschilt wel heel erg per bedrijf. Sommige instanties doen de controle bijvoorbeeld onaangekondigd en interviewen de arbeiders waar de leidinggevende niet bij is, hierdoor zullen arbeiders sneller eerlijk zijn. 15


Dit werkt natuurlijk veel beter dan wanneer er een paar weken van te voren wordt gezegd dat er een inspectie komt. De leidinggevende van de fabriek heeft dan nog heel veel tijd om de arbeiders te bevelen wat ze moeten zeggen. Ethical Trading Initiative (ETI) ETI vecht voor de rechten van werknemers over de hele wereld. En streven naar een wereld waar de werknemers niet langer te maken krijgen met discriminatie en uitbuiting. Uit een onderzoek van ETI blijkt dat tien jaar werk met MVO en CRS slechts heeft geleid tot beperkte verbeteringen voor arbeiders op het gebied van gezondheid, veiligheid en minimumlonen. Er moet dus nog veel gebeuren bij veel bedrijven die meedoen aan het maatschappelijk ondernemen. Verschillende kledingmerken Er zijn veel verschillende kledingmerken en kledingwinkels. Vaak weten deze merken door subcontractors zelf ook niet precies hoe en waar hun kleding wordt gemaakt. Wel wordt er steeds meer aan gedaan om hier wel achter te komen en ervoor te zorgen dat de werknemer het beter krijgt. Maar het is moeilijk te beoordelen hoe ‘schoon’ de kleding nou eigenlijk is. Dit komt doordat er vaak niet goed genoeg of helemaal niet wordt gecontroleerd door de Social Audits. Als er op een logo ‘Fairtrade’ staat is het zeker dat een product eerlijk is gemaakt, omdat zij persoonlijk controleren hoe de producten worden gemaakt in de lagelonenlanden. Op www.GoedeWaar.nl kun je naar een kledingchecker toe, hier staan meer dan 300 merken waarvan ‘Goede Waar’ zelf heeft gecontroleerd hoe duurzaam en eerlijk ze produceren. Grote kledingmerken die al best ver zijn met het produceren van eerlijke kleding zijn bijvoorbeeld Inditex maar ook is H&M al bezig om een zogenaamd ‘groene’ kledinglijn op te richten. Verder zijn er wel heel veel kleinere merken die alles helemaal schoon produceren. Witte lijst In juli 2016 hebben zestig kledingwinkels een afspraak met het kabinet gemaakt over de productie van kleding. Ze beloven binnen nu en 5 jaar alleen nog maar eerlijke kleding te gaan verkopen. Op deze manier kunnen consumenten ook op de hoogte worden gehouden welke kledingwinkels echt hun best doen om de omstandigheden te verbeteren. In een textielconvenant dat de omstandigheden binnen 3 tot 5 jaar echt verbeterd moeten worden. Bedrijven die zich niet aan de afspraken houden worden van de witte lijst afgegooid. Deze lijst wordt elk jaar publiekelijk bekend gemaakt. 16


In het convenant staat ook dat als de bedrijven na 5 jaar achterblijft met de afspraken dat er gevolgen kunnen komen voor de regels en wetgeving. Het zou dan dus kunnen dat de importheffingen groter worden op kleding die door kinderen zijn gemaakt. Interviews met kledingwinkels We hebben contact opgenomen met verschillende kledingwinkels om erachter te komen wat de meeste kledingwinkels daadwerkelijk aan dit probleem doen en om te kijken hoe kledingwinkels over dit probleem denken. Als eerste hebben we gesproken met Joanne Anema, één van de inkoopsters van Rinsma Fashion in Gorredijk. We hebben verschillende vragen aan haar gesteld. Hier zijn de vragen en de antwoorden die Joanne Anema ons gaf:  Is er bij Rinsma Fashion veel vraag naar schone kleding, zo ja wat voor mensen zijn dit dan meestal? ‘Gemiddeld genomen is er niet heel vaak specifiek vraag naar. Over het algemeen zijn de personen die er naar vragen heel bewust bezig met een gehele lifestyle in de trant ‘verantwoord’, dus biologisch eten, verantwoorde kleding, enzovoorts. Het komt natuurlijk wel eens voor dat we deze personen in de winkel hebben. Gelukkig kunnen we ze dan voorzien van een aantal merken.’  Vaak is er niet veel vraag naar schone kleding, maar veel mensen vinden het wel erg dat er kinderarbeid en dergelijke is, hoe komt dat denkt u? ‘Puur geweten. Mensen vinden de gedachte dat hun kleding door kinderhandjes of onder andere erbarmelijke omstandigheden gemaakt is verschrikkelijk. Maar staan er niet bij stil wanneer ze in een goede sfeer en leuke omgeving aan het winkelen zijn. Dan willen ze vooral het leukste van het leukste voor de beste prijs. Op zo’n moment kijken ze vooral naar zichzelf en het is puur eigen belang wat het belangrijkst is.’  Is het duidelijk aangegeven dat kleding schoon is gemaakt als dit het geval is? ‘Nee lang niet altijd, maar het gebeurd wel steeds meer. Als ze echt ‘schoon’ zijn treden merken hier wel steeds vaker mee op de voorgrond.’  Weten jullie altijd precies waar jullie kleding vandaan komt en waar het is gemaakt? ‘Nee, helaas weten we dit lang niet altijd.’  Zijn de verkopers ook op de hoogte van de schone kleding dat in jullie winkel hangt? ‘Het is wel de bedoeling dat alle stylisten op de vloer hier van op de hoogte zijn. Ik durf helaas niet mijn hand in het vuur te steken dat het ook daadwerkelijk zo is.’

17


Is het ook zo dat schone kleding duurder is? ‘Het betekent niet dat wanneer de kleding schoon gemaakt is het ook alleen maar behoort tot een hoog segment (dus heel duur). Er zijn in alle segmenten schone merken te vinden. Zelfs de H&M produceert een deel groen. Wel is de kans groot dat een vergelijkbaar artikel, bijvoorbeeld een T-shirt met een tekst iets duurder zal zijn als het schoon is gemaakt dan wanneer dit niet schoon gemaakt is. Dit heeft er puur mee te maken dat de lonen van de werknemers hoger liggen en dit wordt doorberekend in de prijs.’  We hebben ook gehoord dat jullie een atelier hebben geopend in Nepal, wat is het idee hierachter en wat is er anders dan anders? Zijn er plannen voor in de toekomst om dit verder uit te breiden? ‘In 2012 openden we een naaiatelier in het uiterste zuidoosten van Nepal. Een dunbevolkt gebied waarin de meeste vrouwen huis, haard en gezin achterlieten om geld te verdienen in steden. Vanaf 2012 keren ze allemaal weer terug. Omdat dicht bij huis nu ook werk is. Het RNF (Rinsma Nepal Foundation) naaiatelier. Produceren doen ze voor de lokale markt. In de gehele omtrek dragen schoolkinderen schooluniformen uit dit naaiatelier. Het gaat dus goed, zo goed dat we graag een tweede verdieping willen bouwen. Er werken nu 50 vrouwen in het atelier, maar er staan ruim 100 op de wachtlijst. Afgelopen oktober hebben we in totaal 33.000 euro opgehaald zodat we een tweede etage kunnen bouwen voor het naaiatelier. We hebben dit atelier geopend om ook ons steentje bij te kunnen dragen aan schone kleding en vooral ook voor de goede goede werkomstandigheden van de vrouwen. ‘ 

Rinsma Fashion draagt dus ook een steentje bij aan het produceren van schone kleding! Ze verkopen de kleding zelf niet maar ze zorgen er wel voor dat de vrouwen een leuke baan hebben en ze niet in gevaarlijke fabrieken in de steden hoeven te werken.

We hebben ook geprobeerd contact op te nemen met andere kledingwinkels, we zijn langsgegaan bij de Fiftysix, The Sting en C&A. Helaas konden de verkopers ons niet verder helpen omdat ze niet precies wisten hoe het zat met de schone kleding van de kledingwinkel waarin ze werken. Ze adviseerden ons om een mail te sturen naar het hoofdkantoor en hopelijk zouden ze ons daar verder kunnen helpen. 18


We hebben ĂŠĂŠn reactie teruggekregen van de C&A, ze vertelden ons dat ze te veel aanvragen kregen over dit soort dingen en dat ze dus niet in staat waren om onze mail verder te beantwoorden. We werden doorverwezen naar de website maar daar werden we niet veel wijzer van. Van de andere kledingwinkels hebben we helaas niks meer gehoord.

19


Deelvraag 5: Hoe denken leerlingen van de RSG over (niet) schone kleding? Omdat onze hoofdvraag is: hoe kunnen wij ervoor zorgen dat het aantal leerlingen op het RSG met schone kleren zal toenemen? Moesten we eerst weten hoe de leerlingen van het RSG nu over schone kleding denken. Hiervoor hebben wij een enquête rondgestuurd naar alle leerlingen. Op deze enquête hebben 247 leerlingen gereageerd, hiervan waren 157 meisjes en 90 jongens. Resultaten van de enquête Uit de enquête bleek dat een 38,9% niet wist wat het begrip ‘schone kleding’ inhield. Nadat we in de enquête hebben uitgelegd wat schone kleding inhoudt, bleek ook dat 64,8% zich er niet bewust van was of ze schone of niet schone kleding dragen. Wij denken zelf dat dat komt omdat er vaak onduidelijkheid is over het feit of kleding nou wel of niet in goede omstandigheden is gemaakt. Een kledingmerk gaat namelijk geen reclame maken met het feit dat hun kleding niet schoon is. Dat merken geen reclame maken voor niet schone kleding is natuurlijk niet raar maar wat wel gek is dat veel kledingmerken vaak ook geen extra aandacht geven voor kleding die wel schoon is. H&M maakt bijvoorbeeld een deel van de kleding ook eerlijk, terwijl veel mensen denken dat kleding van de H&M door kinderen is gemaakt. Het is dus eigenlijk altijd heel onduidelijk wie er verantwoordelijk is voor de kleding en of deze onder goede omstandigheden is gemaakt. Ook hebben we aan de leerlingen gevraagd of hun ouders hun kleding betalen of dat ze kleedgeld krijgen (of overige opties), 59,1% van de leerlingen vulden in dat hun ouders hun kleding betalen. Wij vroegen ons af, zou dit invloed hebben op het koopgedrag van de leerlingen? Zou het kunnen dat ouders invloed hebben op de kleding die ze kopen? Kan het bijvoorbeeld zo zijn dat ouders je (on)bewust motiveren om niet te dure kleding te kopen? We hebben deze vragen aan een aantal leerlingen gevraagd waarvan we van wisten dat hun ouders hun kleding betalen. De meeste leerlingen dachten inderdaad dat hun ouders onbewust invloed uitoefenen op hun kledingkeuze. Als ouders je kleding betalen zijn ze vaak mee als je gaat winkelen en volgens de leerlingen krijgen ze de kleding ook pas als hun ouders de kleding ook leuk vinden. Stel dat deze ouders schone kleding onzin vinden omdat ze bijvoorbeeld denken dat het veel duurder is. Dan zullen deze kinderen dus ook geen schone kleding gaan dragen. Na deze antwoorden zijn wij ons gaan realiseren dat als wij zouden willen dat meer leerlingen op het RSG schone kleding gaan dragen, we niet alleen de leerlingen bewust moeten gaan maken van niet schone kleding, maar ook de ouders van deze leerlingen, zodat ook deze mensen de belangen in gaan inzien van schone kleding. 20


47,4% van de leerlingen die de enquête hebben ingevuld, vindt het belangrijk dat kleding schoon is gemaakt en 31,6% vindt het misschien belangrijk. Dus veel leerlingen vinden het belangrijk dat kleding schoon is gemaakt maar dragen niet schone kleding. Hoe komt dit?  Ten eerste omdat er nou eenmaal niet veel kleding is dat schoon is gemaakt en dat maakt het vinden van schone kleding moeilijk.  Schone kleding is vaak duurder en dat maakt het voor jongeren vaak lastiger om het te kopen.  Nog een belangrijk punt is volgens Joanne Anema, inkoopster van Rinsma Fashion, geweten. Mensen vinden de gedachte dat hun kleding door kinderhandjes of onder erbarmelijke omstandigheden gemaakt is verschrikkelijk. Op het moment dat ze de leuke kleding voor een goed prijsje zien vergeten ze dit. Denk je dat veel kledingwinkels schone kleding verkopen? 68,7% dacht van niet, 20,3% had geen idee en 11% dacht van wel. Veel kledingwinkels verkopen inderdaad geen schone kleding. Wel zijn er sinds juli 2016 zestig kledingwinkels die hebben beloofd binnen nu en 5 jaar schone kleding te gaan verkopen. Het probleem hierbij is alleen dat het heel onduidelijk is wat schoon en niet schoon. Kledingwinkels maken er vaak geen extra reclame mee. We vroegen ons af of de leerlingen wel bereid zijn meer geld uit te geven aan schone kleding, 23,5% wil dit niet, 17,8% wil dit wel, 2,8% geeft al meer geld uit aan schone kleding en 55,9% wil alleen meer geld uitgeven aan schone kleding als ze ook zeker weten dat de kwaliteit ook goed is. Ook waren we benieuwd of de leerlingen geld of oude kleding willen doneren om de werkomstandigheden in de lagelonenlanden zelf te verbeteren. 57,9% geeft aan dit wel te willen, 32,8% geeft aan dit misschien te willen en 9,3% geeft aan dit niet te willen. Dus je kunt het probleem ook in de lagelonenlanden zelf aanpakken in plaats van het probleem te vermijden door het niet te kopen maar de productie wel door te laten gaan. Door middel van acties kun je bijvoorbeeld oude kleding of geld ophalen. Dit kun je naar een doel toesturen die ervoor zorgt dat de fabrieken worden verstevigd of de fabrieken gebruiksvriendelijker worden gemaakt en uiteindelijk streeft naar een beter loon voor de werknemers. Als laatste vroegen we aan de leerlingen wat volgens hen een goede manier is om ervoor te zorgen dat meer mensen schone kleding gaan dragen. Veel leerlingen zeiden dat mensen bewuster gemaakt moeten worden, dat er reclames moeten komen die aantonen hoe slecht de omstandigheden zijn, het moet duidelijker worden waar de kleding precies vandaan komt en er moeten mogelijkheden worden gegeven om zelf een steentje bij te dragen.

21


Het bewust maken is dus een groot ding, de meeste mensen weten niet hoe erg de niet schone kleding is die ze dragen, en wil je er dus voor zorgen dat mensen schone kleding gaan dragen moet je beginnen bij het aantonen hoe erg niet schone kleding is. Ook zei een leerling dat grote kledingmerken schone kleding moet gaan verkopen (zoals Nike en H&M), bijna iedereen draagt deze merken en het is dan dus makkelijker voor mensen om schone kleding te gaan dragen. En wellicht zullen andere bedrijven dit voorbeeld dan opvolgen. Waar wij na deze antwoorden achter kwamen is dat de leerlingen dus niet weten dat sommige bekende kledingmerken al een klein deel schone kleding hebben. Zoals de genoemde H&M in het antwoord die al een deel eerlijk produceert. Wel is dit vaak een heel klein deel van het totale kledingaanbod. Een verbeterpunt zou dus kunnen zijn, dat minimaal de helft schoon wordt. Een wet, verscheidene leerlingen vinden dat er een wet moet komen in de lagelonenlanden die er voor zorgt dat de werknemers niet meer zoveel hoeven te werken zodat kinderarbeid wordt voorkomen. Ook vindt een leerling dat er zoveel wordt bezuinigd, dat een deel van dit bezuinigde geld kan naar de werknemers in de ontwikkelingslanden. Er zijn ook leerlingen die niet echt positief denken over het bestrijden van niet schone kleding: het zal toch nooit verdwijnen en mensen kiezen toch altijd voor de goedkoopste kleding. Maar alle kleine beetjes helpen toch? (De enquĂŞte en de uitslagen zijn te vinden als bijlagen aan het einde van ons PWS)

22


Deelvraag 6: Kun je de aankoop van niet schone kleren beperken door acties? Wat kun je zelf doen? Je kunt de milieu-impact van jouw kleren makkelijk met 30% verminderen. Hoe? Door bijvoorbeeld bewust te kiezen voor duurzame kleding van milieuvriendelijke materialen, door tweedehands kleding te kopen of te shoppen in winkels die aandacht hebben voor meer duurzame kleding. Als je zelf dus bewust bezig gaat met het kopen van schone kleding kun je de aankoop van niet schone kleren al een klein stukje beperken. Veel mensen zijn zich er niet van bewust dat ze vaak niet schone kleding kopen en zijn wel in staat (ook al is het maar een beetje) om soms wat schone kleding te kopen. Hoe maak je mensen bewust van wat niet schone kleding nou precies inhoudt en hoe erg de gevolgen soms kunnen zijn? Acties! Acties De Schone Kleren Campagne is een grootschalige actie die mensen probeert bewust te maken van wat er allemaal in de lagelonenlanden afspeelt en wat de gevolgen daarvan zijn. Ze proberen mensen te motiveren om wat aan de omstandigheden te doen door bijvoorbeeld geld te doneren maar ook door bijvoorbeeld bewuster kleding te gaan kopen. Zo hadden ze van 11 tot 15 maart een actie genaamd: The Mad Rush. Het was een actie midden op de Kalverstraat in Amsterdam. Aan de voorkant leek The Mad Rush een hippe kledingwinkel maar achter het pashokje stond je ineens in een sweatshop van Bangladesh. Je kreeg een kijkje naar de wereld achter die laaggeprijsde kleding. Met als doel: hoeveel ben je nu bereid te betalen als je ziet hoe jouw kleding wordt gemaakt? Het effect van de acties De acties hebben effect: mensen worden zich ervan bewust hoe erg de omstandigheden echt zijn en gaan vaak bewuster kleding kopen en zich meer verdiepen in dit serieuze onderwerp. Toch is het moeilijk om helemaal bewust kleding te kopen, dit heeft ermee te maken omdat het vaak niet duidelijk is of de kleding wel of niet in goede omstandigheden zijn gemaakt. Actie voeren heeft zeker nut: ook al zijn er maar een paar mensen die je bewust maakt van de omstandigheden in de kledingindustrie in lagelonenlanden ben je toch alweer een stapje verder. Kun je de aankoop van niet schone kleding met één actie terugdringen? Waarschijnlijk niet. Het is namelijk lastig om met één actie veel mensen op de hoogte te stellen. De acties die er worden gedaan zijn vaak niet heel grootschalig. 23


Een voorbeeld hiervan is een sociaal experiment van FASHION REVOLUTION (een actiegroep voor schone kleding), zij plaatsten een automaat waar je voor 2 dollar een shirt kon kopen. Hier kwamen natuurlijk veel mensen op af. Wanneer iemand 2 dollar in de automaat gooide, werd er een filmpje afgespeeld van het jonge meisje dat dit shirt had gemaakt. Mensen konden na het schokkende filmpje voor kiezen voor het shirt nog wilden kopen of ze konden het geld doneren. Natuurlijk koos iedereen voor doneren. Met dit voorbeeld willen zij laten zien dat dit niet het enige kind is die dag in dag uit moet werken voor de kleding die wij hier kopen. En wanneer mensen erop gewezen worden dat ze er dan wel over nadenken. Wanneer mensen een leuk T-shirt zien voor een paar euro, denken ze hier niet over na. Door middel van acties kun je bijvoorbeeld ook geld of oude kleding ophalen en daardoor de omstandigheden in de lagelonenlanden zelf verbeteren. De fabrieken versterken of betere en veiligere machines kunnen de werkomstandigheden al veiliger en beter maken.

24


Conclusie: Hoe kunnen wij ervoor zorgen dat het aantal leerlingen op het RSG met schone kleding zal toenemen? Uiteindelijk hebben we alle resultaten van ons onderzoek, de reacties van de leerlingen en de gesprekken die we hebben gehad met de kledingwinkel bij elkaar genomen en hebben we een aantal bevindingen gedaan. Zo zijn wij erachter gekomen dat als wij zouden willen dat het aantal leerlingen op het RSG met schone kleding toeneemt, dat dit dan zou beginnen met de leerlingen bewuster maken van het probleem van (niet) schone kleding. Dit zouden we op school kunnen doen door bijvoorbeeld een informatieavond of een schone kleding dag in te voeren. Als de leerlingen zich er bewust van zijn dat hun kleding misschien wel is gemaakt door een kind dat eigenlijk naar school zou moeten en deze hier waarschijnlijk bijna niks voor betaald krijgt, dan gaan ze zich realiseren dat ze hier misschien wel niet aan mee willen werken. Wat ook erg belangrijk is dat we niet alleen de leerlingen maar ook de ouders bewust moeten maken van (niet) schone kleding. Uit ons onderzoek blijkt dat het grootste deel van de leerlingen op het RSG de kleding krijgt van de ouders en dat de ouders hier ook wel veel over te zeggen hebben, zo zeggen veel leerlingen dat hun ouders het eerst ook leuk moeten vinden. Stel dat de ouders van een leerling schone kleding onzin vinden, dan zouden ook de leerlingen die wel schone kleding willen kopen die mogelijkheid niet kunnen krijgen. Verder zijn wij ook tot de conclusie gekomen dat kledingmerken die wel schone kleding verkopen, hier meer reclame voor moeten maken. Veel merken hebben wel schone kledingstukken in hun assortiment, maar dit geven ze vervolgens nergens aan. Dit vonden wij heel gek omdat je toch zou denken dat ze hier extra reclame mee zouden maken, zodat de kleding dan misschien wel sneller verkocht wordt. Op deze manier is het voor de consument niet duidelijk of iets schoon of niet schoon is en het dus bijna onmogelijk is om alleen maar schone kleding te kopen. Overigens is er nog altijd niet genoeg schone kleding. Het zou natuurlijk het allerbest zijn dat er over een tijdje alleen nog maar schone kleding is. Om dit te behalen zullen de kledingmerken zich nog meer moeten gaan inzetten voor schone kleding. Toch verwachten wij dat veel kledingmerken niet uit zichzelf de kledingindustrie in lagelonenlanden zullen verbeteren. Daarom denken wij dat het belangrijk is dat ook de overheid zich meer met deze zaken gaat bemoeien. Denk hierbij bijvoorbeeld aan hogere importheffingen op kleding waarvan niet duidelijk is of het schoon is. In onze enquĂŞte hebben wij aan de leerlingen ook een vraag gesteld hoe zij dachten dat de situatie kon verbeteren. Hierop kregen wij ook vele reacties waar de overheid een grote rol speelde. Bijvoorbeeld een wet die schone kleding illegaal maakt. Dit vinden wij zelf ook een goede regel. Wij denken alleen dat het voor de Nederlandse overheid heel moeilijk is om de kleding te controleren. 25


Omdat het in landen is gemaakt waar veel zwart wordt gewerkt en veel gebruik wordt gemaakt van subcontractors. Als wij in Nederland zo’n wet willen aannemen is het erg belangrijk dat de landen zelf ook meewerken. Dit gaat waarschijnlijk nooit gebeuren omdat de kledingindustrie een grote inkomstenbron is in deze landen. Om deze redenen vinden wij het een beter idee om de kledingbedrijven die wel schone kleding produceren te belonen met lagere importheffingen. De kledingmerken waarvan het duidelijk is dat de kleding niet schoon is te straffen door hogere importheffingen. Alles bij elkaar genomen verwachten wij wel dat schone kleding in de toekomst steeds belangrijker wordt en dat consumenten geen genoegen meer nemen met de onduidelijkheid over de kleding. Tot die tijd is het belangrijk dat de leerlingen, ouders en de overheid worden gewezen op de belangen van schone kleding.

26


Nawoord Het maken van ons PWS vonden wij erg interessant om te doen. We hebben er veel van geleerd en zijn erg trots op het resultaat van ons PWS. Het samenwerken, plannen, informatie opzoeken en verwerken ging erg goed. Wel hadden wij verwacht dat de kledingmerken zouden reageren op onze vragen. Dit gebeurde eigenlijk nooit. Vaak kregen wij een reactie terug dat ze het druk hadden en geen tijd hadden om een paar vragen te beantwoorden. Dit hadden we misschien ook wel kunnen verwachten aangezien het toch een heel gevoelig onderwerp is. Hieruit konden we wel een beetje concluderen dat ze dus niet echt bezig zijn met het verkopen van schone kleding. We hebben toch vragen kunnen stellen aan één grote kledingwinkel, die ook nog eens bezig is met het verbeteren van de werkomstandigheden voor de vrouwen in Nepal. Hier zijn wij best trots op! Wij hebben voor ons PWS veel mensen geïnterviewd en ook hebben we vele reacties gekregen op onze enquête, hiervoor willen we iedereen bedanken. Ook willen we meneer Talman bedanken voor het begeleiden van ons PWS, we hebben veel aan hem gehad als we tegen dingen aan liepen of als we niet meer wisten hoe we verder moesten. Bedankt meneer Talman!

27


Logboek Britt Anema Datum

Wat gedaan

Tijd in uren

24/5/2016

Gesprek Talman

0.5

30/5/2016

Onderwerp kiezen

3

7/6/2016

Onderwerp kiezen

2

27/6/2016

Deelvragen bedenken

6

28/6/2016

Deelvragen en hoofdvraag bedenken

6

10/8/2016

Informatie opzoeken deelvraag 1

3

12/8/2016

Deelvragen afmaken

3.25

29/9/2016

Begin deelvraag 1

1

6/10/2016

Gesprek Talman

0.5

6/10/2016

Planning maken

3

10/10/2016 Deelvraag 2

2

11/10/2016 Overleggen deelvraag 2

1.5

13/10/2016 Afronden deelvraag 2 + gesprek Talman

1.5

17/10/2016 Deelvraag 1

5.5

8/11/2016

3

Beantwoorden deelvraag 6

17/11/2016 Overleg Talman

0.5

17/11/2016 Middag bezig met Silke

3.5

21/11/2016 Afronden deelvraag 6

2

22/11/2016 Enquête maken

2

23/11/2016 Enquête afmaken

1

24/11/2016 Enquête afronden en versturen

1

29/11/2016 Mails versturen naar kledingwinkels + reacties enquête doornemen + deelvragen allemaal doornemen

5.5

28


1/12/2016

Leerlingen RSG interviewen over geld voor kleding

3

4/12/2016

deelvraag 5 beantwoorden

1.5

5/12/2016

Afronden deelvraag 5, inhoud deelvraag 2 en 6 aanvullen en voorkant maken

7

6/12/2016

Afronding PWS

7

=75.75

29


Logboek Silke de Jong Datum

Wat gedaan

Tijd in uren

24/5/2016

Gesprek Talman

0.5

29/5/2016

Onderwerp kiezen

3

6/7/2016

Onderwerp kiezen

2

27/6/2016

Deelvragen bedenken

6

28/6/2016

Deelvragen + hoofdvraag bedenken

6

12/8/2016

Deelvragen bedenken afronden

3.25

29/9/2016

Begin deelvraag 1

2

6/10/2016

Gesprek Talman

0.5

6/10/2016

Planning maken

3

10/10/2016 Deelvraag 1 afmaken

2

11/10/2016 Overleg Britt deelvraag 2

1.5

13/10/2016 Afronden deelvraag 1 + Gesprek Talman

2

17/10/2016 Beantwoorden deelvraag 3

5.5

8/11/2016

4

Deelvraag 4

17/11/2016 Gesprek Talman

0.5

17/11/2016 Middag bezig met Britt

3.5

19/11/2016 Deelvraag 3 afronden

1

21/11/2016 Deelvraag 2 afronden

1.5

22/11/2016 EnquĂŞte overkijken

1

26/11/2016 Langs kledingwinkels vragen stellen

4.5

1/12/2016

Leerlingen RSG interviewen

3

2/12/2016

toevoeging deelvraag 2

2.5

3/12/2016

Inleiding gemaakt

3

5/12/2016

Inhoudsopgave + nawoord + alle deelvragen

6 30


doorlezen en verbeteren 6/12/2016

afronding PWS

7

= 76.25

31


Bronvermelding PWS (niet) schone kleding Deelvraag 1 https://www.milieucentraal.nl/bewust-winkelen/slow-fashion/slow-fashiontips/eerlijke-kleding/ http://schonekleren.nl/nieuws http://schonekleren.nl/informatie/faq/fairtrade Deelvraag 2 http://schonekleren.nl/informatie/dekledingindustrie/arbeidsomstandigheden http://schonekleren.nl/informatie/dekledingindustrie/arbeidsomstandigheden/lonen-en-werktijden http://schonekleren.nl/informatie/dekledingindustrie/arbeidsomstandigheden/gezondheid-en-veiligheid http://schonekleren.nl/informatie/dekledingindustrie/arbeidsomstandigheden/vakbonden http://schonekleren.nl/informatie/dekledingindustrie/arbeidsomstandigheden/informele-arbeidershttp://schonekleren.nl/informatie/dekledingindustrie/arbeidsomstandigheden/thuiswerkers http://schonekleren.nl/informatie/dekledingindustrie/arbeidsomstandigheden/vrouwen http://www.blokvijf.nl/2014/artikel/arbeidsomstandigheden-inlagelonenlanden-een-verdrinkende-peuter http://www.awearness-fashion.nl/facts-figures-kledingindustrie/ http://www.degroenemeisjes.nl/eerlijke-kleding-duur/ https://thesis.eur.nl/pub/11732/Graaf,%20C.A.%20van%20der%20(321475cg).p df http://bangladeshaccord.org/ https://www.schuttelaar.nl/columns/2013/de_werkelijke_kosten_van_kleding 32


http://nos.nl/artikel/2139486-syrische-kindvluchtelingen-werken-in-turksekledingfabrieken.html Deelvraag 3 http://schonekleren.nl/informatie/dekledingindustrie/arbeidsomstandigheden http://schonekleren.nl/informatie/dekledingindustrie/productielanden/Made-in-Bangladesh http://schonekleren.nl/informatie/dekledingindustrie/productielanden/Made-in-China https://www.nudge.nl/ https://www.amnesty.nl/over-amnesty/resultaten/sudanese-rechtbank-geenzweepslagen-voor-onfatsoenlijke-kleding Deelvraag 4 http://www.volkskrant.nl/economie/kabinet-presenteert-lijst-met-eerlijkekledingmerken~a4332687/ http://www.ser.nl/nl/publicaties/overige/2010-2019/2016/convenantduurzame-kleding-textiel.aspx http://mvoplatform.nl/wat-is-mvo/international-mvo-kader http://www.rvo.nl/onderwerpen/internationaal-ondernemen/mvo/mvothemas/arbeidsomstandigheden http://kritischemassa.nl/kleding/52-kleding/1333-wat-is-eerlijke-kleding.html https://www.hetkanwel.net/2016/07/07/hier-vind-je-eerlijke-kleding/ http://www.businessdictionary.com/definition/social-audit.html http://wattanders.nl/duurzaamheid/duurzaamheidsmeting/wat_is_people_pl anet_profit/ https://www.amnesty.nl/mensenrechten/encyclopedie/universele-verklaringde-rechten-de-mens-uvrm-volledige-tekst http://schonekleren.nl/informatie/faq/zijn-schone-kleren-duurder

33


http://schonekleren.nl/informatie/publicaties/materiaal-voor-hetonderwijs/fair-fashion-files https://www.rinsmafashion.nl/rinsma-nepal-foundation Joanne Anema Deelvraag 5 Leerlingen van het RSG Joanne Anema, inkoopster van Rinsma Fashion Deelvraag 6 https://www.youtube.com/channel/UC0JS74vyisaHej_xEq_zZ1w http://schonekleren.nl/nieuws/2016/04/24-april-2016-remembering-ranaplaza-drie-jaar-na-de-ramp http://schonekleren.nl/nieuws/2016/04/arbeidsrechtenactivist-somyot-al-vijfjaar-in-de-cel https://www.cnvinternationaal.nl/nl/eerlijke-kleding http://www.hetkanwel.net/2016/07/07/hier-vind-je-eerlijke-kleding/ https://www.nudge.nl/projects/duurzame-kleding/

34


Bijlagen: Zie volgende bladzijde  

Enquête Uitslagen enquête

35


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.