Ouderdom komt met gebreken Maatschappelijke barrières bij ouderen DÜrte Gezelle Meerburg & Nienke Riedstra
Ouderdom komt met gebreken Maatschappelijke barrières bij ouderen
Namen: Dörte Gezelle Meerburg en Nienke Riedstra Klas: 5 havo Piter Jelles !mpulse Leeuwarden Vak: Maatschappijwetenschappen Docenten: Ralph de Jong, José Lemke, Ernesto Lemke Datum: 6 januari 2016 Onderdeel: Profielwerkstuk
2
Voorwoord We herkennen het allemaal. Een oudere vrouw die voor je staat bij de kassa. Als ze wil afrekenen, begint ze met het pakken van kleingeld. Intussen had jij al tien keer thuis kunnen zijn, denk je bij jezelf. Of als je heel snel naar huis moet om de oppas van je kinderen te verlossen en er rijdt een oudere man voor je. Hij blijft maar midden op de weg rijden, terwijl je al een half uur te laat bent. Jij raakt steeds meer in de stress. We zien ouderen vaak als zwakkeren in de samenleving. Iedereen wordt oud - ook wij - en daarom wij wilden graag meer weten over de maatschappelijke barrières bij ouderen. We gaan er vanuit dat er maatschappelijke barrières zijn, aangezien elke leeftijdsgroep wel ergens last van heeft. Wij zijn Dörte Gezelle Meerburg (16) en Nienke Riedstra (16). We zitten in 5 havo op Piter Jelles Impulse Leeuwarden. Wij hebben een profielwerkstuk gemaakt over de maatschappelijke barrières van ouderen. Dit profielwerkstuk is verbonden aan het vak maatschappijwetenschappen. Wij hebben dit onderwerp gekozen, omdat wij het heel interessant vinden en omdat dit onderwerp aansluit op onze vervolgstudies. Ook willen we graag weten wat wij kunnen doen om ouderen tegemoet te komen of maatschappelijke barrières bij ouderen te voorkomen. Wij zijn door dit onderzoek veel over de maatschappelijke barrières bij ouderen te weten gekomen. Wij hebben bijvoorbeeld onderzocht welke verschillende barrières er zijn bij ouderen en wanneer ze het meest last van de barrières hebben. Ook zijn we achter de huidige en gewenste situatie gekomen. We zijn ons er bewust van geworden hoeveel ouderen last hebben maatschappelijke barrières. ‘Ouderen’ is een breed begrip. In dit onderzoek worden mensen bedoeld die de pensioenleeftijd hebben bereikt. Hierbij is er rekening mee gehouden dat vanaf 2013 de pensioenleeftijd stapsgewijs wordt verhoogd. In 2016 ligt de pensioenleeftijd op 65 jaar en 5 maanden. De cijfers die wij presenteren gaan dus over ouderen van 65+. Bij het doen van dit onderzoek hebben wij interviews gehad met Het Nationaal Ouderenfonds, Noorderbreedte, Partij van de Ouderen en Gerard Joling. In de interviews vragen wij onder andere wat zij merken van de maatschappelijke barrières bij ouderen en wat zij hiertegen doen. Wij willen de geïnterviewden heel hartelijk bedanken voor hun medewerking. Ralph de Jong, José Lemke en Ernesto Lemke willen wij bedanken voor de goede begeleiding. Nienke Riedstra & Dörte Gezelle Meerburg Leeuwarden 2015
3
Inhoudsopgave Samenvatting........................................................................................................................................5 1. Maatschappelijke barrières...............................................................................................................6 1.1 Definities....................................................................................................................................6 1.2 Introductie persona....................................................................................................................6 1.3 Maatschappelijke barrières bij ouderen.....................................................................................7 1.3.1 Lichamelijke barrières........................................................................................................7 1.3.2 Mentale barrières................................................................................................................8 2. Huidige situatie in perspectief........................................................................................................12 2.1 Sociaal-economisch perspectief...............................................................................................13 2.1.1 Geografische ligging........................................................................................................13 2.2 Sociaal-cultureel perspectief....................................................................................................17 2.3 Politiek-juridisch perspectief...................................................................................................18 2.3.1 Politieke visies.................................................................................................................18 2.3.2 Standpunten van politieke partijen...................................................................................18 3. Gewenste situatie (hypothese)........................................................................................................21 4. Conclusies en aanbevelingen..........................................................................................................23 4.1 Conclusies................................................................................................................................23 4.2 Aanbevelingen.........................................................................................................................24 5. Bronnen..........................................................................................................................................26 6. Bijlage.............................................................................................................................................35 1. Mindmap....................................................................................................................................36 2. Planning.....................................................................................................................................37 3. Taakverdeling............................................................................................................................38 4. Onderzoeksplan.........................................................................................................................39 5. Logboek.....................................................................................................................................41 6. Interviews...................................................................................................................................46 6.1 Nationaal Ouderen Fonds....................................................................................................46 6.2 Partij van de Ouderen..........................................................................................................47 6.3 Gerard Joling.......................................................................................................................49 6.4 Noorderbreedte....................................................................................................................50 7. Uitwerking personen met maatschappelijke barrières...............................................................53 8. Reflectie op onderzoek..............................................................................................................55
4
Samenvatting Maatschappelijke barrières zijn de problemen waar mensen tegenaan lopen die voortkomen uit de samenleving. Ouderen zijn mensen die 65 jaar en ouder zijn. De maatschappelijke barrières bij ouderen zijn te verdelen in lichamelijke barrières en mentale barrières. Bij lichamelijke barrières wordt gedacht aan slechthorend of slechtziend worden en slecht ter been worden. Lichamelijke barrières kunnen leiden tot mentale belemmeringen, zoals depressie, isolatie en gevoel van eenzaamheid. Een oudere met maatschappelijke barrières heeft hulp nodig. Dit kan gedaan worden door een mantelzorger, een vrijwilliger of in een verzorgingshuis. De woonwijk en de geografische ligging van de woonplaats hebben invloed op de barrières bij ouderen. Als er veel andere ouderen in de buurt wonen, heeft een oudere meer kans op sociale contacten. In een verzorgingshuis krijgt een oudere soms betere zorg. Het politieke zorgsysteem waar we in Nederland mee te maken hebben, heet de verzorgingsstaat. Hierin draagt de staat zorg voor het welzijn van de burgers. Op dit moment is er een overgang van de verzorgingsstaat naar een participatiesamenleving. Dit betekent dat de invloed van de staat teruggedrongen wordt en de burger zelf invloed neemt op zijn eigen leven en dat van zijn omgeving. Deze ontwikkeling heeft invloed op de zorg die ouderen krijgen. Ook de vergrijzing, het toenemen van het aantal ouderen, heeft invloed op de zorg en de kwaliteit daarvan. In een ideale situatie zou er geen verschil zijn tussen autochtone en allochtone ouderen. Dit verschil blijkt er soms toch te zijn. Allochtone ouderen verdienen van jongs af aan minder geld, waardoor ze minder kunnen investeren in hun toekomst. Allochtone ouderen hebben op financieel gebied soms een achterstand. Autochtone ouderen voelen zich daarentegen waarschijnlijk belemmerd door eenzaamheid en door een slechte aansluiting bij andere mensen in de woonwijk. Politieke partijen hebben allemaal een visie op de vergrijzing, de AOW-leeftijd en verzorgingshuizen. Deze visies geven vaak een duidelijk beeld in hoeverre politieke partijen vinden dat de verantwoordelijkheid van de maatschappelijke barrières bij hen of bij de staat ligt. Liberale partijen, zoals D66 en VVD, willen dat de overheid een terughoudende rol speelt. Iedereen moet voor zichzelf zorgen, ook ouderen. Het tegenovergestelde van de liberalen zijn de sociaaldemocraten, zoals GroenLinks, PvdA en SP. Zij vinden dat de overheid sterk aanwezig moet zijn in de samenleving. De sociale ongelijkheid wordt tegengegaan met uitkeringen en zorg. Tussen deze twee extremen zitten de christen-democraten. Zij vinden dat de overheid een aanvullende rol moet spelen. De overheid voert in de visie van de christen-democraten sommige taken zelf uit en geeft andere taken uit handen. Er zijn vier mogelijke uitkomsten om de oplossing te vinden voor maatschappelijke barrières. Allereerst zou het kunnen zijn dat er geen oplossingen zijn om de belemmeringen bij ouderen te voorkomen of te verminderen. Ook zou het kunnen zijn dat de oplossingen bij de participatiesamenleving liggen en de burgers dus zelf in actie moeten komen of bij de overheid die meer zou kunnen gaan regelen voor ouderen. Ouderen zouden ook zelf een oplossing kunnen bedenken. Er zal zeker iets moeten gebeuren om maatschappelijke barrières bij ouderen tegen te gaan. De oplossingen zullen vanuit verschillende hoeken moeten komen. Ouderen zullen zelf initiatief moeten nemen, maar de participatiesamenleving zal hen moeten helpen, door bijvoorbeeld activiteiten te organiseren. De overheid kan ook haar steentje bijdragen, door bijvoorbeeld betere zorg aan te bieden of door het financiële systeem van de zorg te veranderen. Sommige maatschappelijke barrières zijn zeker te voorkomen, maar het is de vraag of ze voorkomen moeten worden. Hierbij speelt de visie op de economische en humanitaire waarde op de oudere mens een rol.
5
1. Maatschappelijke barrières In dit hoofdstuk is de definitie gegeven van maatschappelijk barrières en de maatschappelijke barrières bij ouderen. Daarna worden de persona geïntroduceerd.
1.1 Definities Dörte Gezelle Meerburg en Nienke Riedstra De betekenis van maatschappelijke barrières is: De problemen waar mensen tegen aanlopen die voortkomen uit de samenleving. In dit onderzoek wordt ingegaan op de maatschappelijke barrières bij ouderen. ‘Ouderen’ zijn in dit onderzoek 65+-ers. De maatschappelijke barrières bij ouderen zijn te verdelen in twee soorten: mentale en lichamelijke problemen. Onder mentale problemen vallen gevoelens van eenzaamheid, gevoel van onveiligheid en weerstand tegen technologische ontwikkeling. Bij lichamelijke problemen denken we bijvoorbeeld aan slechthorend zijn, slechtziend zijn en gebreken en ziektes hebben.
1.2 Introductie persona Dörte Gezelle Meerburg In dit onderzoek wordt gebruik gemaakt van persona, fictieve personen die als voorbeeld dienen. Deze ouderen hebben last van maatschappelijke barrières en schetsen een beeld hoe de belemmeringen in hun leven eruit zien. Miep Miep Jansen, 76, woont in een klein dorpje in Friesland. Ze woont zelfstandig en helemaal alleen. Haar man is zeven jaar geleden omgekomen bij een auto-ongeluk. Sinds het ongeluk durft ze niet meer auto te rijden. Dit levert problemen op, omdat in haar eigen dorp geen faciliteiten zijn. Gelukkig heeft ze wel twee kinderen en drie kleinkinderen. Zij nemen zoveel mogelijk boodschappen mee en zorgen dat er een bezorgdienst langskomt die andere benodigdheden langsbrengt. De kinderen zelf komen eens in de twee weken langs om soep te eten. Mevrouw Jansen kijkt altijd uit naar dit bezoek, omdat ze voor de rest niet veel meer doet en kan. Haar kinderen kunnen helaas niet vaker langskomen, omdat ze ver weg wonen. Miep voelt zich eenzaam en begint ook steeds dover te worden. Haar kinderen zouden graag zien dat Miep naar een stad verhuist, waar meer hulp is, maar Miep wil graag in het dorp blijven wonen. Johanna Johanna Dijkstra, geboren en getogen in Ferwerd, is net 69 geworden. Haar man is 20 jaar geleden overleden. Dit zorgt niet alleen voor een gevoel van eenzaamheid, maar ook voor financiële problemen. Haar partner was de kostwinner en nadat hij overleed, werd Johanna steeds armer. Ze heeft geprobeerd nog baantjes te krijgen, maar velen vonden haar te oud en onervaren. Ze krijgt een AOW-uitkering, maar kan hier maar net mee rond komen. Ze woont in een klein huisje, in een dorp. In het dorp heeft ze wel veel contacten en mensen die voor haar zorgen als dat nodig is. Ze heeft een zoon, Thomas, uit een eerder huwelijk van haar man. Met hem heeft ze vaak contact via brieven. Thomas probeert zijn stiefmoeder over te halen om gebruik te maken van Facebook en Skype, maar dit vindt Johanna allemaal te ingewikkeld. De barrières waar Johanna dus het meeste last van heeft, zijn armoede en achterstand in haar technologische ontwikkeling.
6
Durk De huidige situatie voor Durk de Jong ziet er als volgt uit: hij is 71 jaar en zit in een verzorgingshuis. De Jong heeft zijn hele leven in Amsterdam gewoond. Hij kampt al drie jaar met longkanker, nadat hij zijn hele leven gerookt heeft. Durk ziet het nut van het leven niet meer in en heeft suïcidale gedachten. Hij is depressief. Toen Durk 23 jaar was, trouwde hij met Antje. Hij kreeg met haar één kind, een dochter met de naam Eefke. Eefke is 38, getrouwd en heeft twee kinderen. Dit betekent dat Durk opa is. Durk en Antje zijn 20 jaar geleden gescheiden en hebben sindsdien geen contact meer. Ook het contact met Eefke is niet heel goed. De maatschappelijke barrières die Durk vooral voelt, zijn ziekte (longkanker), isolatie en depressie. Elisabeth en Robert Al bijna 60 jaar geleden gaven Elisabeth Meijer en Robert Visser elkaar het ja-woord. Elisabeth is nu 86 en Robert is 82. Beide wonen ze nog zelfstandig in een appartement in Arnhem. Ze hebben veel met elkaar gereisd en hebben in Cambodja en Zimbabwe gewoond. Sinds 20 jaar wonen ze weer in Nederland, om samen oud te worden. Kinderen hebben ze nooit gekregen. Hierdoor hebben ze niet veel sociale contacten. Nu ze beide ouder worden, hebben ze een betaalde huishoudhulp. Robert is slecht ter been door spierzwakte en Elisabeth haar zicht gaat achteruit. De hulp maakt vooral schoon en doet boodschappen. Elisabeth heeft de ziekte van Alzheimer en vergeet steeds vaker dingen. Robert wil nog voor haar zorgen, maar weet dat hij dat niet altijd kan blijven volhouden. Hij is dan ook op zoek naar een verzorgingshuis voor Elisabeth.
1.3 Maatschappelijke barrières bij ouderen Nienke Riedstra Zoals in hoofdstuk 1.1 en 1.2 beschreven wordt, hebben ouderen last van lichamelijke barrières. Hieronder vallen onder andere spierzwakte, slechthorend en slechtziend worden en slecht ter been worden. Naast lichamelijke problemen, kunnen ouderen ook last hebben van mentale belemmeringen. Voorbeelden hiervan zijn gevoel van eenzaamheid, depressie, armoede en isolatie in de woonwijk waar iemand woont.
1.3.1 Lichamelijke barrières Een van de lichamelijke barrières is spierzwakte. Spierzwakte maakt de spieren in de armen en benen minder krachtig en dunner. Hierdoor wordt bewegen moeilijker. De patiënt wordt eerder vermoeid. Eerst is deze vermoeidheid er alleen na intensief bewegen, maar later treedt er al veel sneller vermoeidheid op. In een laat stadium worden ook andere spieren zwakker, zoals slikken, kauwen en uiteindelijk ademen. Symptomen van spierzwakte zijn: Zwak gevoel in ledematen Slappe spieren Krachtverlies Vermoeidheid Spierverzakking Spierzwakte is een maatschappelijke barrière. Ouderen worden Mensen met spierzwakte belemmerd in het dagelijks leven. Ze zullen uiteindelijk niet meer hebben meer moeite met veel buiten komen, omdat ze al heel snel vermoeid zijn. Ook sporten. hebben ouderen hulpmiddelen nodig, zoals een rollator of een wandelstok. Maar naast deze hulpmiddelen hebben ouderen met spierzwakte ook hulp nodig van andere mensen, zoals fysiotherapeut, mantelzorgers of medewerkers in een
7
bejaardentehuis als ze de dagelijkse dingen niet meer kunnen doen. Oorzaken van spierzwakte Wanneer mensen ouder worden, betekent dit ook een achteruitgang in de lichaamsfuncties. Dit is heel normaal bij ouderen, maar bij sommigen gaat de achteruitgang sneller. Dit kan veroorzaakt worden door verschillende factoren, het kan genetisch bepaald zijn of komen door hormonen, ziekte, voeding of te weinig beweging. De oorzaak van spierzwakte heeft te maken met hormoonveranderingen. Op een leeftijd van ongeveer 30 jaar wordt bij de mens de meeste spiermassa bereikt. Vanaf een leeftijd van ongeveer 50 jaar neemt de spiermassa af. Dit is een gevolg van een afname van hormoonproductie. Een andere oorzaak van spierzwakte is voeding: om sterke spieren te behouden is vitamine B12 erg belangrijk. Het is belangrijk voor ouderen om veel in beweging te zijn. Als je niet genoeg beweegt, worden de spieren steeds zwakker en dunner. Een andere oorzaak van spierzwakte is overgewicht, dit komt vooral voor bij vrouwen. Oplossingen voor spierzwakte Om spierzwakte te voorkomen is het belangrijk om drie keer per week een half uur te bewegen. Zo houd je je spieren sterk en kun je valpartijen voorkomen. Ouderen met spierzwakte breken namelijk makkelijker botten of beschadigen spieren. Robert Visser Robert Visser is 82 jaar en zijn lichaamsfuncties zijn achteruit gegaan. Hierdoor is hij slecht ter been en kan hij niet meer veel en lang uit huis. Hij heeft wel een vrouw die hem helpt in zijn eenzaamheid. Naast zijn vrouw en zijn mantelzorgers – zijn naaste buren - heeft Robert geen sociale contacten, omdat hij niet meer veel uit huis komt. De gevolgen van spierzwakte zijn duidelijk. Je komt niet meer veel buiten en als je geen partner meer hebt, wat Robert gelukkig wel heeft, kun je al snel erg eenzaam worden. Ook heb je constant hulp nodig, omdat je al snel niet meer de dagelijkse dingen kunt doen en al snel vermoeid raakt. Dus je kunt zeggen dat Robert nog geluk heeft dat hij een vrouw en mantelzorgers heeft.
1.3.2 Mentale barrières Gevoel van eenzaamheid Eenzaamheid is een constant gevoel van alleen zijn en gemis. Iemand die alleen is, maar dit erg fijn vindt noem je niet eenzaam. Als iemand alleen is en hij dat een vervelend gevoel vindt, noem je dit eenzaam. Uit onderzoek van het Nationaal Ouderen Fonds (2014) is gebleken dat een derde deel van de ouderen Eenzame ouderen hebben vaak ook (65+) zich eenzaam voelt1. Hiervan voelen 200.000 eenzame feestdagen. ouderen zich extreem eenzaam, wat inhoudt dat ze maar 1 keer in de vier weken of minder vaak sociaal contact hebben met andere en dat erg vinden. Ook kwam uit het onderzoek dat van de ouderen in een zorginstelling bijna 10.000 nooit bezoek krijgen. Eenzaamheid kan ook leiden tot mentale gezondheidsproblemen. Ouderen die eenzaam zijn, hebben bijvoorbeeld een grotere kans op depressie. Ook blijkt het dat mensen die eenzaam zijn eerder overlijden. 1 https://www.ouderenfonds.nl/onze-organisatie/feiten-en-cijfers/ (17-11-2015)
8
Oorzaken van eenzaamheid Bij ouderen is de oorzaak meestal het verlies van een dierbare. Dit gebeurt bij ouderen vaak door de ouderdom. Ook kunnen relaties een oorzaak zijn. Ouderen hebben vaak minder persoonlijke relaties. Ze werken bijvoorbeeld niet meer, dus daardoor ontmoeten ze al veel minder mensen. Bij de relaties horen ook de kinderen. Je ziet echter, dat kinderen steeds minder vaak langskomen bij hun oudere ouders. Dit komt doordat de balans gezin en baan aan het veranderen is en kinderen minder tijd hebben voor bezoekjes aan de ouders. Als ouderen niet meer veel aan activiteiten doen, kan dit ook een oorzaak zijn van eenzaamheid. Ouderen zijn vaak slechter ter been, hierdoor is het ook lastiger om aan activiteiten mee te doen. Tot slot kan de woonomgeving ook leiden tot psychische problemen. Als je als oudere in een wijk woont waar weinig andere ouderen wonen, zul je ook minder contact hebben in je buurt. Als er meer ouderen in de buurt wonen, kunnen ouderen onderling contact hebben. Ook is de kans dan groter dat er activiteiten georganiseerd worden voor ouderen, zoals kaarten en volksdansen. Miep Jansen Miep Jansen, 69, heeft een sterk gevoel van eenzaamheid. De oorzaak van haar gevoel voor eenzaamheid is het overlijden van haar man. Haar kinderen wonen ver weg dus die komen haar heel weinig bezoeken. Wat ook niet meehelpt, is dat ze niemand in haar buurt kent en ze niet bij clubjes aangesloten is. Miep woont in een grote stad waar ze zich nog wel eens onveilig voelt. Technologie De samenleving van nu draait veel om technologie. Bijna iedereen heeft een smartphone waardoor je met elkaar kunt communiceren. Maar veel ouderen hebben geen smartphone en geen enkele vorm van sociale media. Zij zijn opgegroeid in een andere tijd en hebben de ontwikkelingen niet bijgehouden. Doordat veel oudere geen smartphone hebben, hebben ze minder contact met familie. Uit onderzoek van GfK en Vodafone2 (2015) blijkt dat 90% van de ouderen zelden tot nooit contact heeft via een smartphone met hun omgeving. Maar meer dan de helft van deze ouderen denkt dat contact via de smartphone kan helpen tegen eenzaamheid. Ook is uit dit onderzoek gebleken dat 30% van alle ouderen zonder smartphone het gevoel heeft dat ze minder weten wat er speelt in de familie en dat maar 3% van de jongeren geen contact heeft met hun opa of oma via een smartphone. Vodafone wil helpen om de ouderen te helpen met sociale media omdat de ouderen zelf denken dat ze hierdoor minder eenzaam zullen zijn en heeft hiervoor de website www.omaonline.nl gelanceerd. Hier kun je een gratis starterspakket voor sociale media ontvangen. Ook kunnen ouderen naar workshops gaan die door het hele land zijn. Depressie Een andere barrière bij ouderen kan depressie zijn. Depressie is een ziekte van stemming en gevoel. Een paar kenmerken van depressie zijn: Een constante sombere stemming. Geen interesse of plezier meer in verschillende activiteiten. Veel meer of minder eten dan eerder. Veel minder of meer slapen dan eerst. Onrustig gedrag of vertraging van gedrag. Vermoeidheid of weinig energie. Gevoelens van nutteloosheid. Een extreem schuldgevoel. Iemand die aan depressie lijdt, hoeft niet al deze
2 http://over.vodafone.nl/nieuwscentrum/nieuws/opa-en-oma-willen-ook-appen (4-1-2015) 9
kenmerken te hebben. Sommige kenmerken lijken op dementie, waardoor het moeilijk is depressie te herkennen. Depressie heeft verschillende gevolgen, voor de persoon zelf maar ook voor de omgeving. De partners kunnen overbelast worden en relaties kunnen verbroken worden. Depressie is een maatschappelijke barrière, omdat je van depressie geïsoleerd kunt raken. Je zelf wordt niet alleen belast door depressie maar ook je omgeving, waardoor je relaties kunt verliezen. Ook heb je vaak geen interesse of plezier meer in activiteiten, wat kan betekenen dat je niet meer vaak uit je huis komt. Hierdoor kun je eenzaam worden. Depressie op latere leeftijd Als je depressie krijgt op een latere leeftijd zijn er een aantal risicofactoren. Dat betekent dat de depressie risico’s inhoudt voor de gezondheid. Een paar belangrijke risicofactoren zijn: Cognitieve stoornissen, zoals Verlies van sociale contacten, zoals eenzaamheid. Lichamelijke ziekte, zoals spierzwakte. Functionele beperkingen, waardoor men veel ondersteuning nodig heeft. Een eerdere depressie kan er voor zorgen dat je later nog een depressie krijgt. Vrouwen krijgen eerder depressie. Oorzaken depressie Er zijn meer oorzaken voor depressie en voor iedereen is de oorzaak anders. Oorzaken kunnen ingrijpende gebeurtenissen zijn zoals het overlijden van een dierbare of dat je je werk verliest. Ook kunnen oorzaken de genetische achtergrond zijn of lichamelijke problemen. Vaak heeft depressie meerdere oorzaken, daarom is het moeilijk vast te stellen wat de oorzaak is van depressie bij ouderen. Durk de Jong Durk, 73, is gescheiden van zijn vrouw. Dit is hem zwaar gevallen. Dit was een aanleiding tot depressie. Daarbij is gekomen dat hij sinds drie jaar longkanker heeft. Dit was genetisch bepaald. Door de depressie kwam hij lang niet naar buiten. Hierdoor had hij weinig sociale contacten. Ineens ging zijn gezondheid hard achteruit en kon hij niet meer voor zichzelf zorgen. Nu zit Durk in een verzorgingshuis en gaat het wat beter met hem. Hij heeft er persoonlijke zorg en heeft contact met de andere mensen in het verzorgingshuis. Ook komen zijn kinderen vaker op bezoek. Hij heeft nog wel depressie, maar het gaat steeds beter. Armoede Armoede komt minder voor bij ouderen. Dit komt door de AOW, ouderen leven meestal net boven de armoedegrens. Niet alle ouderen kunnen goed van een AOW rondkomen. Als ouderen niet rond kunnen komen, kunnen ze geen activiteiten ondernemen die geld kosten. Hierdoor komen ze minder het huis uit, waardoor ze minder goed functioneren in de samenleving. De hoogte van AOW3 wordt bepaald door verschillende factoren en bedraagt voor een alleenstaande ongeveer € 865 en voor een echtpaar ongeveer € 1200,00. Robert Visser en Elizabeth Visser-Meijer Robert, 72, en Elizabeth, 71, hebben het niet breed. Ze wonen in een flat in Arnhem. Ze kunnen net rond komen en zijn dus net in staat om in de primaire levensbehoeftes te voorzien. Ze gaan dus ook nooit iets met zijn tweeën doen, zoals uit eten of naar de dierentuin. Dit zijn wel de plekken om mensen te ontmoeten en om inspiratie en energie op te doen. Omdat ze nooit iets ondernemen hebben ze minder sociale contacten.
3 http://over.vodafone.nl/nieuwscentrum/nieuws/opa-en-oma-willen-ook-appen (4-1-2015) 10
Woonwijk Wanneer mensen ouder worden, moeten ze hun sociale contacten voor een groot deel in hun woonwijk vinden. Maar als je als oudere in een wijk woont met allemaal jongeren en allochtonen, heeft hij minder sociale contacten. Ook is er een verschil tussen een oudere in een stad en eentje op het platteland. Als je als oudere in een stad woont, heb je vaak minder sociale contacten dan dat je als oudere in een dorp op het platteland woont. En als je in een flat woont, heb je als oudere ook vaak minder sociale contacten dan als je in een eengezinswoning woont. Uit de Veiligheidsmonitor,4 Rijk 2014 blijkt dat bijna 17% van alle ouderen die ouder zijn dan 65, zich wel eens onveilig voelt in de eigen buurt. Ook blijkt het uit dit onderzoek dat 12% van alle ouderen die ouder zijn dan 65, wel een slachtoffer is van criminaliteit. 25% van de ouderen voelt zich soms onveilig in de eigen buurt. Robert Visser en Elizabeth Visser-Meijer Robert en Elizabeth wonen in Arnhem in een flat. Er wonen hier weinig mensen van hun leeftijd en ze ontmoeten dus weinig mensen in de buurt. Ze hebben hierdoor weinig sociale contacten naast de buren die tevens hun mantelzorgers zijn. Miep Jansen Miep Jansen woont ook in een grote stad. Hier ontmoet ze ook weinig mensen en ze voelt zich ook vaak onveilig in haar woonomgeving
4 https://www.ouderenfonds.nl/onze-organisatie/feiten-en-cijfers/ (3-1-2016) 11
2. Huidige situatie in perspectief Dörte Gezelle Meerburg In dit hoofdstuk wordt de huidige situatie van het probleem geschetst. De huidige situatie is voor ouderen in het algemeen. Ook zitten er vijf voorbeelden bij van Miep, Johanna, Durk, Elisabeth en Robert. Daarna worden de maatschappelijke barrières uitgelegd vanuit verschillende perspectieven: sociaal-economisch, sociaal-cultureel en politiek-juridisch perspectief. Let op: deze situatie is niet bij alle ouderen hetzelfde. Sommige ouderen hebben meer last van barrières dan andere ouderen. Huidige situatie algemeen De grootste maatschappelijke barrière die ouderen voelen is eigenlijk niet te voorkomen. De barrière waar we het dan over hebben is ziekte en uiteindelijk dood. Veel ouderen voelen geen angst voor de dood, maar wel voor een lijdensweg. 5 Uit onderzoek is gebleken dat 70% van de ouderen hier bang voor is. De waarschijnlijke reden dat ouderen geen angst voor de dood hebben, is omdat velen van hen geloven in een leven na de dood. Als iemand ouder wordt, zullen er meer kwaaltjes komen. Een paar voorbeelden van kwaaltjes zijn: slechter zien, slechter horen en moeilijker kunnen bewegen, doordat de spieren en gewrichten minder soepel worden. Doordat de spieren en gewrichten minder soepel zijn, is er ook meer kans op vallen, wat kan leiden tot botbreuken. De genezing van de breuk duurt meestal langer. Maar naast fysieke problemen kunnen deze kwaaltjes ook leiden tot mentale problemen. Veel ouderen worden door een val bang en onzeker. Ze vertrouwen zichzelf en hun reflectievermogen minder goed. Als iemand ouder wordt, komt de dood ook dichterbij. In 2010 behoorden dementie, longkanker en hart- en vaatziekten in de top vijf van de belangrijkste doodsoorzaken bij ouderen boven de 656. Bij de top vijf belangrijkste doodsoorzaken van de totale bevolking komen deze ziektes ook voor, maar in een andere volgorde. Ouderen kunnen slechter ter been worden, waardoor naar buiten gaan ook een probleem kan worden. Uit onderzoek van CBS is gebleken Dementie, hart- en vaatziekten (coronaire hartziekten, dat een op de vijf ouderen tussen de leeftijd van beroerte en hartfalen) en longkanker bepalen de top 55 tot 80 last heeft van fysieke problemen. Hoe vijf van belangrijkste doodsoorzaken bij ouderen in hoger het opleidingsniveau en het inkomen, hoe 2010. lager de kans op lichamelijke beperkingen. Problemen met bewegen zijn het meest voorkomend. Daarna volgen belemmering bij zien en horen. Tot slot is er een kans op isolatie door fysieke en mentale belemmeringen. Ten eerste zijn sommige ouderen slecht ter been en vinden het daarom moeilijk om alleen naar buiten te gaan. Dat ouderen niet naar buiten gaan, hoeft niet direct te maken te hebben met fysieke problemen: ook mentale problemen kunnen hier invloed op hebben. Ouderen verliezen steeds meer mensen om zich heen als ze ouder en kunnen zich hierdoor eenzaam voelen. 5 http://www.uniekbo.nl/nieuws/?page=detail&id=996 (10-10-2015) 6 http://www.nationaalkompas.nl/thema-s/ouderen/gezondheid-en-ziekte/ziekten-en-aandoeningen/rangordening-vanziekten-en-aandoeningen (10-10-2015)
12
Sommigen verliezen hun partner, anderen verliezen belangrijke vrienden om zich heen. Het gevoel van eenzaamheid kan ook ontstaan doordat mensen steeds verder weg gaan wonen. Kinderen krijgen een eigen leven, met misschien eigen kinderen. Ze kunnen verder weg gaan wonen en minder vaak langskomen. Kortom, ouderen hebben zeker last van maatschappelijke barrières. Deze belemmeringen komen vooral voort uit fysieke problemen en ziekte, maar ook mentale problemen spelen een rol. Veel ouderen voelen geen angst voor de dood, maar wel voor de lijdensweg. Als iemand ouder wordt, komen er steeds meer kwaaltjes voor. Deze kwaaltjes zijn soms niet te verhelpen. Er is ook kans op isolatie, bijvoorbeeld door een gevoel van eenzaamheid. De vraag is in hoeverre de maatschappelijke barrières te voorkomen zijn.
2.1 Sociaal-economisch perspectief Nienke Riedstra In hoeverre een oudere last heeft van maatschappelijke barrières, ligt aan een aantal factoren, bijvoorbeeld: de geografische ligging, of iemand in een stad of in een dorp woont, of er mantelzorg is en of iemand in een verzorgingshuis woont.
2.1.1 Geografische ligging 2.1.1.1 Mantelzorg Mantelzorg is dat wanneer iemand voor iemand anders zorgt, die hulp nodig heeft, maar er niet voor betaald krijgt. De mantelzorger is familie, een kennis, iemand uit de buurt van degene die hulp nodig heeft. Wanneer je thuis woont en hulp nodig hebt in het dagelijks leven, is er meestal een mantelzorger die voor je zorgt of een iemand van vrijwilligerszorg. Het verschil tussen mantelzorg en vrijwilligerszorg is vaak niet duidelijk bij mensen. Hieronder is het verschil uitgelegd: Bij mantelzorg kies je er niet perse voor om voor iemand te zorgen. Bij mantelzorg overkomt het je om voor iemand te gaan zorgen en je hebt een emotionele band met degene die je gaat verzorgen. Ook zorgen mantelzorgers altijd voor degene die ze verzorgen, ze hebben niet een bepaald aantal uren dat ze per dag verzorgen en ze kunnen ook niet zelf bepalen wanneer ze stoppen met mantelzorg. Ze voelen verantwoordelijkheid voor de verzorgde. Bij vrijwilligerszorg kies je er zelf voor om iemand te verzorgen. Ook heb je (nog) geen emotionele band met degene die je verzorgt. Bij vrijwilligerszorg heb je een bepaald aantal uren die je per dag werkt en je kan zelf bepalen wanneer je stopt met vrijwilligerszorg. Door de mantelzorg hebben ouderen minder last van maatschappelijke barrières. Ze krijgen hulp thuis. Hier hoeven ze niet voor te betalen. Dit is erg handig, want ouderen hebben het niet altijd breed. Ook hebben ouderen met mantelzorg altijd iemand in hun buurt, waardoor ze minder eenzaam worden. Dus voor ouderen is mantelzorg heel fijn. Maar voor de mantelzorgers is de situatie niet altijd prettig. Het is natuurlijk heel mooi om voor een dierbare te zorgen, maar mantelzorgers verzorgen soms wel 24 uur per dag. En dat vraagt veel. De mantelzorger moet dus veel opzeggen voor degene die verzorgd moet worden. En het kan dus een hele last zijn voor de mantelzorger.
2.1.1.2 Thuis Zoals al eerder benoemd in hoofdstuk 1.2.2 heeft de woonwijk invloed op ouderen. Dit heeft meerdere redenen. Als oudere zul je je sociale contacten vooral uit je buurt moeten halen. Ouderen werken niet meer, dus daar kunnen ze geen contacten meer vandaan halen. Maar als je als oudere in een buurt woont met alleen maar jongeren en allochtonen (of een 13
combinatie daarvan) zul je niet snel sociale contacten maken. Ook is er een verschil tussen de plaatsen waar je kan wonen. In een stad maak je minder snel contact dan in een dorp op het platteland. Of in een flat maak je minder snel contact dan in een eengezinswoning. Dus als je als oudere in een flat in een stad woont waar weinig ouderen in de buurt wonen, heb je ook meer kans op eenzaamheid en depressie. Het ligt er dus aan waar je als oudere woont. Want als je in een dorpje woont met veel andere ouderen, zul je waarschijnlijk gelukkiger zijn dan dat je in een flat woont in een stad met weinig ouderen in de buurt. Onveilig gevoel in woonomgeving Ook voelen ouderen zich wel eens onveilig als ze alleen thuis wonen. Ze zijn dan bang voor een brand in huis of voor inbraak. Maar ze voelen zich ook wel eens onveilig in hun woonomgeving. Uit de veiligheidsmonitor, Rijk 2014 7 blijkt dat bijna 17% van alle ouderen die ouder zijn dan 65 zich wel eens onveilig voelt in eigen buurt. Ook blijkt uit dit onderzoek dat 12% van alle ouderen die ouder zijn dan 65, wel eens slachtoffer is van criminaliteit. Hieruit blijkt dat ouderen zich wel eens onveilig voelen in hun eigen buurt. In principe kun je alle maatschappelijke barrières krijgen wanneer je thuis woont. Als je thuis woont, kun je eenzaam worden, maar dit hoeft niet perse. Als je nog gewoon sociale contacten hebt, maar je woont wel alleen thuis, dan heb je ook geen last van deze barrière. Dus het is heel verschillend bij iedereen. Het maakt niet uit waar je woont, maar het ligt aan de persoonlijke omstandigheden.
2.1.1.3 Verzorgingshuis Ouderen die in een tehuis wonen, krijgen meer hulp. Ook hebben ze meer mensen om zich heen. Dit verhelpt veel problemen bij ouderen. Als een oudere ziek is, kan hij zo verzorging krijgen. Dit is dus een soort vervanging voor mantelzorg of vrijwilligerszorg. Maar ouderen kunnen ook hulp krijgen voor dingen in het dagelijks leven. Dit is heel handig, ouderen raken sneller vermoeid en de spieren worden zwakker, daarom is het goed dat ze hulp krijgen bij de dagelijkse dingen. Door deze hulp hebben de ouderen zonder partner ook iemand om mee te praten. Ook zijn ouderen in het algemeen minder eenzaam in een verzorgingshuis. Ze hebben veel mensen om zich heen en er worden ook vaak veel activiteiten gepland, zoals rolstoeldansen, kaarten, knutselen. Hierdoor raken de ouderen minder geïsoleerd en ze worden minder snel eenzaam.
Ouderen hebben in een verzorgingshuis vaak meer mensen om zich heen.
Maar naast deze voordelen zijn er ook nadelen aan een verzorgingshuis. Als ouderen naar een verzorgingshuis verhuizen, is het voor sommige ouderen lastig om zich daar thuis te voelen. Dit is vooral heel lastig voor ouderen met dementie. Welzijnsbedrijf 'True Doors' heeft hiervoor een oplossing gevonden. Namelijk opplakdeuren die op de deur van het oude huis lijken. Hierdoor hebben de ouderen een herkenningspunt, waardoor ze zich sneller thuis voelen. Het hoeft ook niet te betekenen dat wanneer je in het verzorgingshuis zit dat je dan niet eenzaam kan zijn.8 Dat is namelijk niet waar. In Nederland bleken in 2015 precies 365
7 https://www.ouderenfonds.nl/onze-organisatie/feiten-en-cijfers/ (3-1-2016) 8 https://www.ouderenfonds.nl/onze-organisatie/feiten-en-cijfers/ (3-1-2015)
14
verzorgingshuizen te zijn. Hierin woonden op dat moment ongeveer 138.500 ouderen boven de 65. Van alle ouderen in een verzorgingshuis krijgen er ongeveer 10.000 geen bezoek van hun familie. Welke maatschappelijke barrières komen er in een verzorgingshuis voor? Er zijn geen duidelijke maatschappelijke barrières die specifiek in een verzorgingshuis voorkomen. Je ziet wel dat ouderen in een verzorgingshuis minder geïsoleerd en dus minder eenzaam zijn. Deze twee maatschappelijke barrières komen juist minder voor. Wel zal de maatschappelijke barrière spierzwakte in een verzorgingshuis voorkomen, maar deze barrière komt ook voor als de ouderen zelfstandig thuis wonen. Durk de Jong Durk de Jong, 73, woont in een verzorgingshuis. Hij heeft longkanker en krijgt hiervoor hulp in het verzorgingshuis. Hij is niet eenzaam en zeker niet depressief. Hij heeft veel contacten in het verzorgingshuis. En hij heeft het dus erg naar zijn zin. Hij leeft echt alleen in het verzorgingshuis, hij komt niet veel buiten. Hierdoor is hij wel wat geïsoleerd van de buitenwereld. Verder voelt hij zich wel gelukkig.
2.1.1.4 Verzorgingsstaat Het politieke systeem dat we in Nederland hebben, heet de verzorgingsstaat. De verzorgingsstaat houdt in dat ervoor wordt gezorgd dat elke burger zo veel mogelijk sociale zekerheid heeft en dat er genoeg voorzieningen zijn. Volgens K. Schuyt e.a (1993, pag. 1-2) is de definitie van de verzorgingsstaat het volgende: 'De verzorgingsstaat is een samenleving waarin de staat 'zorg draagt' voor het welbevinden van zijn burgers. In een verzorgingsstaat gaat de bemoeienis van de overheid met het maatschappelijk leven dan ook veel verder dan in de typisch negentiende-eeuwse 'nachtwakersstaat', ook wel laisser faire-staat genoemd. De functie van de overheid in een zogenaamde nachtwakersstaat beperkte zich tot de nationale defensie, handhaven van recht en orde en de verzorging van de infrastructuur (kanalen, wegen, en dergelijke). Ze beperkte zich tot taken die door het particulier initiatief niet konden worden uitgevoerd.'
2.1.1.5 Vergrijzing Vanaf 2013 is het aantal ouderen toegenomen. In 2012 bedraagt het aantal 2,7 miljoen ouderen met een hoogtepunt van 4,7 miljoen in 20419. Dit is gebleken uit een CBS onderzoek. Tot 2060 zal het aantal rond de 4,7 miljoen blijven. De oorzaak van de vergrijzing is de babyboomgeneratie. Tussen 1946 en 1970 werden er veel meer baby's geboren. Dit kwam omdat de oorlog net voorbij was, de mensen weer hoop hadden en Nederland economisch groeide.
Aantal 65-plussers en 80-plussers, 1950-2012, schatting aantal 65-plussers en 80-plussers, 2013-2060
De vergrijzing heeft negatieve gevolgen: • Door de vergrijzing gaan er veel ouderen tegelijkertijd met pensioen. Er ligt dan veel druk op de mensen die nog wel onder de AOW-leeftijd zitten. Zij moeten namelijk met een kleine groep AOW betalen
9 http://statline.cbs.nl/StatWeb/publication/?VW=T&DM=SLNL&PA=71330ned&LA=NL (3-1-2016) 15
•
•
voor een grotere groep ouderen. Ook neemt de behoefte naar zorg in de buurt toe. Ouderen hebben vaak lichamelijke beperkingen, en aangezien de ouderen toenemen, neemt ook de behoefte naar zorg in de buurt toe. Ditzelfde geldt ook voor andere voorzieningen zoals recreatie, cultuur en mobiliteit. Ook zullen er veel huizen aangepast moeten worden naar de behoeftes en benodigdheden van de ouderen, zoals drempels en een steun bij de wc.
2.1.1.6 Thuis of verzorgingshuis Je kunt zeggen dat er over het algemeen minder maatschappelijke barrières in een verzorgingshuis voorkomen. Dit komt door de hulp die je in een verzorgingshuis hebt, de mensen die je om je heen hebt en de activiteiten in een verzorgingshuis. Dit wil niet zeggen dat dit altijd zo is, want er zullen ook nog ouderen zijn die zelfstandig thuis wonen en die minder last hebben van maatschappelijke barrières. Dus in dit geval ligt het niet aan de woonplaats maar aan het persoon zelf, wat ze allemaal hebben meegemaakt, hoe ze in het leven staan en hoe erg ze zijn gehecht aan hun eigen huis. Bij de ouderen die nog wel zelfstandig thuis wonen, is het ook verschillend wie last heeft van maatschappelijke barrières en wie niet. Dit ligt voor een groot deel aan de maatschappelijke positie. Iemand die een goede baan heeft gehad en nu in een groot huis woont in een veilige en fijne buurt heeft minder last van maatschappelijke barrières dan ouderen die het niet heel breed hebben en in een flat wonen in een grote stad. De kans is dan ook groter dat de oudere zich daar onveilig voelt.
2.2 Sociaal-cultureel perspectief Dörte Gezelle Meerburg In dit hoofdstuk is onderzocht wie er meer last heeft van maatschappelijke barrières: een Nederlandse autochtone oudere of een allochtone oudere. Het is de vraag of hierin onderscheid gemaakt kan worden. In de ideale situatie zou er geen verschil zijn tussen autochtone ouderen en allochtone ouderen. Veel allochtone jongeren hebben een leerachterstand in vergelijking met autochtone jongeren. De achterstand is al wel minder geworden, maar is er nog steeds. Ook kiezen allochtonen, als ze een vervolgopleiding doen, vaak voor een lager opleidingsniveau. Er zijn natuurlijk uitzonderingen. Doordat jongeren lager opgeleid zijn, hebben ze in de toekomst vaak meer barrières, door bijvoorbeeld financiële problemen. Er is ook een verschil tussen het gemiddelde inkomen 10 van een autochtone Nederlander en het inkomen van een allochtoon. Een gemiddelde autochtoon verdient € 25 000,- per jaar, terwijl een niet-westerse allochtoon €17 900,- per jaar verdient en een westerse allochtoon €23 300,- per jaar. Er zijn dus grote verschillen in opleidingsniveau en inkomen. Allochtone ouderen hebben al vanaf hun eerste baan niet veel geld. Hierdoor kunnen ze minder activiteiten ondernemen. Zo kunnen ze niet sporten, waardoor ze eerder dood gaan en meer kans hebben op ziektes en andere kwaaltjes. Ook hebben ze minder contacten naast familie, omdat ze niet veel mensen ontmoeten. Ze kunnen wel mensen ontmoeten bij gratis activiteiten en activiteiten die niet heel duur zijn. Autochtone ouderen verdienen gemiddeld € 7 000,- meer dan niet-westerse allochtone ouderen. Dit betekent dat een autochtone oudere ook veel meer kan uitgeven. Ze kunnen
10 http://statline.cbs.nl/Statweb/publication/?DM=SLNL&PA=70843ned&D1=0,6&D2=01,9,15,18&D3=17,23,29-30,33&D4=l&HDR=G3,T,G1&STB=G2&VW=T 16
vanaf jongere leeftijd meer sporten en gezond eten kopen, waardoor ze een gezondere levensstijl hebben. Ook ontmoeten ze andere mensen bij activiteiten zoals concerten, theater en sport. Onderzoek in US/Canada en Europa heeft laten zien dat de sociale achtergrond een grotere invloed heeft op de levensverwachting dan sekse. De gemiddelde levensverwachting in de westerse wereld van mannen is 60 jaar en voor vrouwen 64. Grotere verschillen zijn er bij de vergelijking tussen armen en rijken. De armste groep leeft gemiddeld 6.3 jaar korter. Arme mannen zijn gemiddeld in die kortere levensduur 7.6 jaar langer niet gezond en vrouwen 2.8 jaar. Rijken leven dus langer. Autochtone ouderen hebben ook last van maatschappelijke barrières. In de Nederlandse cultuur is het normaler om een oudere op een gegeven moment in een verzorgingshuis te plaatsen. Bij andere culturen wordt vaak voor elkaar gezorgd in huis. In deze cultuur letten mensen ook beter op elkaar in een woonwijk. Hierdoor hebben allochtone ouderen meer aansluiting in hun woonwijk en voelen ze zich ook veiliger. Autochtone ouderen gaan eerder naar een verzorgingshuis en worden minder Culturele verschillen kunnen leiden tot financiële snel opgevangen door de buurt. In een dorp is ongelijkheid. het weer beter dan in een woonwijk. Allochtone ouderen hebben op het gebied van financiële problemen meer last van maatschappelijke barrières. Autochtonen ouderen hebben waarschijnlijk meer last hebben van belemmeringen in de socialen omgang met anderen. Ze zijn eerder eenzaam.
2.3 Politiek-juridisch perspectief Dörte Gezelle Meerburg
2.3.1 Politieke visies Er zijn meerdere politieke visies in Nederland. De drie bekendste visies zijn de liberale visie, de christendemocratische visie en de sociaaldemocratische visie. Deze visies hebben een uitwerking op het ouderenbeleid. Liberale visie Liberalen streven naar een vrijemarkteconomie. Dit betekent dat de overheid op economisch gebied een terughoudende rol speelt. Liberalen vinden dat de burgers hun eigen verantwoordelijk moeten nemen en dat dit gestimuleerd moet worden. De overheid wil dit doel behalen door de collectieve uitgaven van een land zo laag mogelijk te houden. Collectieve uitgaven zijn de uitgaven van de overheid en van de organisaties die de sociale verzekeringen uitvoeren. De liberale visie wordt ook wel rechts genoemd. Christendemocratische visie Christendemocraten zitten tussen de liberalen en sociaaldemocraten in. Ze vinden dat de overheid een aanvullende rol heeft in de samenleving. Dit betekent dat bepaalde taken van de overheid in handen liggen van het maatschappelijk middenveld. Onder het maatschappelijk middenveld vallen de particuliere organisaties in de samenleving die verschillende groepen, meningen en belangen vertegenwoordigen. Voorbeelden zijn werknemersorganisaties, onderwijsorganisaties en landbouworganisaties. De overheid is wel aanwezig in de samenleving en voert bepaalde taken zelf uit, maar geeft ook taken uit anden. De christendemocratische visie wordt midden genoemd.
17
Sociaaldemocratische visie Sociaaldemocraten zijn voor van een sterk aanwezige overheid. De overheid heeft een sturende rol. Sociaaldemocraten zijn voorstander van een gemengde economie, waarbij werkgelegenheid wordt gecreëerd door de overheid en het bedrijfsleven. Door een goed stelsel van uitkeringen en zorg wordt sociale ongelijkheid verminderd. Sociaaldemocraten komen op een alle mensen in de samenleving, dus ook de zwakkeren. De sociaaldemocratische visie wordt ook wel links genoemd.
2.3.2 Standpunten van politieke partijen Nu de visies beschreven zijn, staan hieronder de standpunten van Nederlandse politieke partijen ten opzichte van de vergrijzing, AOWleeftijd en verzorgingshuizen. Deze drie standpunten geven een redelijk helder beeld van de visie van de partij op de maatschappelijke barrières bij ouderen en in hoeverre de verantwoordelijk van deze barrières bij hen ligt. Hiernaast een plaatje van de Nederlandse politieke partijen van links naar rechts. Links is Nederlandse politieke partijen van links sociaaldemocratisch. Rechts is liberaal. naar rechts. Christendemocratisch zit in het midden. SP (socialistisch) De SP ziet vergrijzing niet als een probleem. In tegenstelling, juist. Zij zien positieve dingen gebeuren, zoals minder verkeersproblemen en meer vrijwilligers. Ook zorgen ouderen niet vaak voor overlast. De SP ziet tegelijkertijd wel in dat ouderen wel problemen hebben. Ze maken zich zorgen om zwakkeren, met ziekte en een lager inkomen. De SP zou graag zien dat de AOW-leeftijd tot 2020 op 65 blijft. De SP wil dat verzorgingshuizen er blijven en is niet blij dat er zo fors Logo SP bezuinigd wordt op de thuiszorg. GroenLinks (progressief socialistisch) GroenLinks wil ouderen graag helpen. Zij willen ouderen motiveren om vrijwilligerswerk te doen en activiteiten te ondernemen. Deze activiteiten moeten ziekte en fysieke klachten uitstellen en voorkomen. Als een oudere ondraaglijk en uitzichtloos lijdt, moet hij kunnen kiezen voor euthanasie. GroenLinks vindt dat de AOWleeftijd vanaf 2015 geleidelijk verhoogd moet worden 67 jaar in 2023. GroenLinks vindt dat ouderen zolang mogelijk thuis moeten kunnen wonen. Dit moet behaald worden door meer geld beschikbaar te stellen voor thuiszorg. Ook moet de zorg voor ouderen in de buurt georganiseerd worden, met een huisarts die dicht bij is en met wijkverpleegkundigen. Ook zouden zorgvoorzieningen, die zorgen dat ouderen langer thuis kunnen wonen, gerealiseerd moeten worden. Volgens Logo GroenLinks GroenLinks is dit te bereiken door zorgverzekeraars te verplichten om te overleggen met gemeenten. 18
PvdA (sociaaldemocratisch) De Partij van de Partij ziet vergrijzing als iets positiefs. De partij is verheugd dat mensen ouder worden, omdat ouderen de samenleving veel te bieden hebben. Net als GroenLinks vindt de PvdA dat de laatste levensjaren van een oudere dragelijk moeten zijn. Mocht dit niet zo zijn, is een vrijwillig levenseinde (euthanasie) een optie. De AOW-leeftijd moeten meestijgen met de lonen, volgens de PvdA. Ook zou de AOW-leeftijd niet te snel omhoog moeten, maar geleidelijk naar 67 jaar. PvdA vindt dat de mantelzorg actieve steun verdient van de gemeente. De partij vindt ook dat mensen die in verzorgingshuizen zelf het beste kunnen beslissen waar extra door de Logo PvdA overheid,vrijgemaakt geld heen gaat. D66 (sociaal-liberaal) De D66 wil ouderen zo lang mogelijk thuis laten wonen, in plaats van onder te brengen in zorgcentra. Ook moet er een betere samenwerking komen tussen de huisarts en de apotheek. D66 vindt dat de AOW-leeftijd omhoog moet. Dit moet geleidelijk gaan naar 67 jaar in 2021. Daarna kan de AOW-leeftijd nog verder meestijgen, als de levensverwachting van een mensen meestijgt. De verantwoordelijk van begeleiding in huis, verzorging aan huis en verzorgingshuizen moet bij de lokale overheid liggen. Dit wordt deels betaald door de centrale en door de lokale overheid, maar Logo D66 ouderen moeten zelf ook spaargeld en opgebouwd vermogen inzetten om zorg te betalen. ChristenUnie (Christelijk-sociaal) De ChristenUnie vindt dat verzorgingshuizen extra financiĂŤle middelen moet krijgen, omdat de Nederlandse bevolking vergrijst en naar verzorgingshuizen gaat. Net als de D66 vindt de ChristenUnie dat de AOW-leeftijd geleidelijk omhoog moet gaan. De ChristenUnie wil dit wat langzamer aanpakken, door in 2019 de pensioenleeftijd op 66 jaar te hebben en in 2023 de leeftijd van 67 jaar te bereiken. Daarna ontwikkelt de leeftijd mee met de levensverwachting. De zorg moet zoveel mogelijk thuis, vindt de ChristenUnie. Er moet wel keuze zijn voor verzorgingshuizen voor ouderen. De Logo ChristenUnie partij vindt ook dat de verzorgers, waaronder mantelzorgers en professionele verplegers vallen, beschermd moeten worden. De kans dat zij zelf gezondheidsproblemen krijgen, is namelijk groot. CDA (Christendemocratisch) Het CDA ziet dat er door de vergrijzing een financieel probleem ontstaat. Door de versmalling van de beroepsbevolking zijn er minder mensen die werken en die mensen opleiden om te werken. De beroepsbevolking moet vergroot worden. Dit moet gedaan worden investeringen in opleidingen en het hervormen van prepensioen. Om de beroepsbevolking te vergroten, kunnen ouderen langer doorwerken. De AOW-leeftijd moet verhoogt worden naar 67 jaar, in 2020. Het CDA vindt dat professionele zorg en mantelzorg elkaar moeten Logo CDA 19
aanvullen en versterken. Samenwerking is noodzakelijk om zorg voor ouderen optimaal te hebben. De zorg voor de ouderen moet zo dicht mogelijk bij huis georganiseerd worden. VVD (liberaal) Om de ouderenzorg zo voordelig mogelijk te maken voor de overheid, moet wonen en zorg gescheiden worden, vindt de VVD. De kosten voor verblijf in zorginstellingen vallen niet langer on de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten. De VVD vindt dat ouderen zelf moeten kunnen kiezen voor een vrijwillig levenseinde. Wel moet er eerst sprake zijn van een ondragelijk en uitzichtloos lijden, door een arts vastgesteld. De VVD is van mening dat de AOW-leeftijd naar 67 moet stijgen in 2018. Daarna moet de pensioenleeftijd gekoppeld worden aan de levensverwachting. Zorg moet kleinschalig georganiseerd worden Logo VVD georganiseerd. Dit kan behaald worden door de buurt persoonsgericht in te richten. PVV (liberaal) De PVV vindt dat zorg dicht bij huis moet zijn voor kwalitatief betere zorg. In 2009 had de PVV als standpunt dat de AOW-leeftijd 65 jaar moest blijven. De partij vindt dat de AOW-leeftijd 65 moet blijven en dat een oudere eerder of later kan stoppen met werken, met opslag of met korting. De PVV ziet graag dat verzorgingshuizen blijven bestaan. Verzorgingshuizen moeten voorkomen dat ouderen thuis isoleren en Logo PVV vereenzamen.
20
3. Gewenste situatie (hypothese) Dörte Gezelle Meerburg In dit hoofdstuk worden vier hypotheses uitgewerkt. Ook wordt de gewenste situatie geschetst voor de persona. Hypotheses Hieronder zijn vier hypotheses te lezen, met een korte uitwerking. Daarna volgt kort onze mening over welke hypothese klopt. H0: Er zijn geen oplossingen om de maatschappelijke barrières bij ouderen te voorkomen of te verminderen. Er bestaat een kans dat de uitslag van dit onderzoek is dat er geen oplossingen zijn om de maatschappelijke barrières bij ouderen uit de weg te helpen. Niet alles is te voorkomen en te verminderen, zo ook de maatschappelijke barrières bij ouderen. Sommige problemen blijven terugkomen, ook al probeer je nog zo veel. H1: De oplossing voor maatschappelijke barrières ligt bij de participatie-samenleving. Er bestaat een kans dat de uitslag van dit onderzoek is dat de oplossing om de maatschappelijke barrières bij de participatiesamenleving ligt. Jongeren zorgen voor ouderen, zodat de jongeren later ook verzorgd kunnen worden door nieuwe jongeren. De participatiesamenleving zal activiteiten moeten organiseren, ouderen moeten helpen bij hun kwaaltjes en open moeten staan voor ouderen. H2: De oplossing voor maatschappelijke barrières ligt bij de overheid. Er bestaat een kans dat de uitslag van dit onderzoek is dat de overheid de oplossing heeft om maatschappelijke barrières te verminderen. Ze zullen meer geld moeten investeren in ouderenzorg en in het opzetten van een ouderenfonds. Ze zullen hulp moeten aanbieden vanuit overheidsinstellingen en verzorgingshuizen moeten laten bestaan. H3: De oplossing voor maatschappelijk barrières ligt bij de ouderen zelf. Er bestaat een kans dat de uitslag van dit onderzoek is dat ouderen zelf initiatief moeten nemen om barrières uit de weg te ruimen of te verminderen. Als ze hun problemen willen voorkomen, moeten ze zelf zorgen dat ze betere zorg krijgen, vaker naar buiten gaan en meer hun best doen om sociale contacten op te bouwen. Ieder is verantwoordelijk voor zichzelf, leeftijd maakt niks uit. Wat wij denken: Wij denken dat de uitslag van dit onderzoek is dat de oplossing bij de participatie-samenleving ligt. Wij vinden dat we allemaal verantwoordelijk zijn voor een ander. Vanuit de samenleving zullen acties moeten komen om ouderen een gevoel van veiligheid te geven. Ook zou de samenleving het gevoel van eenzaamheid kunnen wegnemen, door bij ouderen langs te gaan om spelletjes te doen, een rondje door het bos te lopen of een kinderopvang te combineren met een verpleeghuis. Ouderen zullen hiervoor open moeten staan en de overheid zal ook zeker zijn steentje bij moeten dragen, maar de burger zal in de participatiesamenleving het meeste werk moeten verrichten. Wij weten ook zeker dat er oplossingen zijn voor de maatschappelijke belemmeringen die ouderen voelen. Gewenste situaties Miep, Johanna, Durk, Elisabeth en Robert Miep Miep Jansen heeft last van het gevoel van eenzaamheid. Haar kinderen komen soms langs, maar andere visite krijgt ze niet. Het gevoel van eenzaamheid kan voorkomen worden als er activiteiten worden georganiseerd in het dorp, als er een buurthuis is waar Miep heen kan. Zo
21
maakt ze misschien vrienden en heeft ze ook wat te doen. Haar kinderen hebben al een oplossing gevonden voor het boodschappen-doen. Ze zorgen namelijk dat er iemand langskomt met de benodigdheden. Miep wordt ook steeds dover. Een gehoorapparaat heeft ze waarschijnlijk al, dus dit kwaaltje is niet te voorkomen of te verminderen. Haar kinderen hebben aangegeven dat ze willen dat Miep naar een stad gaat, omdat daar meer hulp en faciliteiten zijn. Miep weigert dit, maar misschien zal ze later toch besluiten om in de stad te wonen, aangezien dit misschien gerieflijker voor haar zou zijn en zij de voorzieningen dichterbij heeft. Johanna De gewenste situatie voor Johanna zou zijn dat ze rustig oud kan worden, zonder financiële en psychische problemen. Ze is nog maar 69 en heeft nog een aantal levensjaren voor zich. Ze heeft moeite met rondkomen. Dit zou verminderd kunnen worden door hulp van buitenaf, bijvoorbeeld iemand die haar helpt met de financiële kant. Dat ze niet meegroeit met de technologische ontwikkelingen is bijna niet te voorkomen. De technologische ontwikkelingen gaan snel en zijn bijna niet bij te houden. Een computercursus voor ouderen, met uitleg over Skype en Facebook, zou de achterstand wel kunnen verkleinen. Durk Durk de Jong heeft longkanker en heeft niet lang meer te leven. Hij woont al in een verzorgingshuis en krijgt daar de hulp die hij nodig heeft. Voor Durk zou het nu fijn zijn dat hij meer contact krijgt met Eefke, zijn dochter. Hij zou dan ook een band kunnen opbouwen met zijn kleinkinderen en dat geeft hem plezier. Voor zijn depressie heeft hij medicijnen nodig, die hij waarschijnlijk krijgt in het verzorgingshuis. Ook zou een psycholoog kunnen helpen bij de depressie. Elisabeth en Robert Elisabeth en Robert Visser wonen nog zelfstandig. Dit is op dit moment voor beide nog te doen, maar op het moment dat één van de twee dit niet meer kan, is een verzorgingshuis een goede optie. Ook moeten beide zorgen dat ze wel sociale contacten hebben. Ze hebben geen kinderen. Elisabeth en Robert hebben al wel huishoudelijke hulp in huis. Dit is handig, ook omdat Robert slecht ter been is. Elisabeth heeft de ziekte van Alzheimer. Dit is een belemmering die niet te voorkomen is. Robert kan het op dit moment alleen redden, maar een verzorgingshuis is waarschijnlijk te volgende stap.
22
4. Conclusies en aanbevelingen Dörte Gezelle Meerburg en Nienke Riedstra De hoofdvraag van dit onderzoek is: Hoe kunnen we de maatschappelijke barrières bij ouderen voorkomen/verminderen?
4.1 Conclusies De betekenis van maatschappelijke barrières is: De problemen waar mensen tegenaan lopen die invloed hebben op de maatschappij. Ouderen hebben, net als andere leeftijdsgroep, last van maatschappelijke barrières. Deze belemmeringen zijn te verdelen in lichamelijke problemen en mentale problemen. Soms veroorzaakt het ene probleem het andere. Onder lichamelijke barrières vallen slechthorend of slechtziend worden, spierzwakte en slecht ter been worden. Als iemand slecht ter been is, kan dit er voor zorgen dat hij minder naar buiten gaat. Dit kan zorgen voor mentale barrières, zoals gevoel van eenzaamheid, gevoel van onveiligheid en isolatie van de buitenwereld. Iemand met belemmering heeft hulp nodig. De vraag is alleen of alle problemen te verhelpen zijn. Allereerst is de geografische invloed op de mate van barrières. Als iemand thuis verzorgd wordt door een mantelzorger of een vrijwilliger, heeft hij waarschijnlijk minder last van barrières. Iemand in een verzorgingshuis heeft nog minder last van maatschappelijke barrières. Hij krijgt de passende zorg en heeft veel sociale contacten in het verzorgingshuis zelf. Ook krijgt hij hulp van mensen die hierin gespecialiseerd zijn. Als iemand thuis woont en meerdere ouderen in de buurt heeft wonen, heeft iemand ook weer meer sociale contacten dan een oudere die niemand in de buurt heeft uit dezelfde leeftijdsgroep. Het politieke zorgsysteem waar Nederland nu nog mee werkt, heet de verzorgingsstaat. Dit betekent dat er een goed stelsel om de samenleving, en vooral de zwakkeren, te helpen. Zij krijgen bijvoorbeeld uitkeringen om van te leven. De laatste jaren is er vergrijzing in Nederland. Dit betekent dat er steeds meer ouderen zijn en niet verhoudingsgewijs hetzelfde aantal jongeren. Dit heeft invloed op de zorg en de verzorgingsstaat in Nederland. Er zou geen verschil moeten zijn tussen autochtone ouderen en allochtone ouderen. Dit verschil blijkt er soms toch te zijn. Allochtone ouderen hebben het financieel minder breed. Ze hebben een lager opleidingsniveau, soms een leerachterstand en verdienen vanaf hun eerste baan minder als autochtone ouderen. Allochtone ouderen kunnen hierdoor minder geld investeren in hun toekomst, hun sociale activiteiten (die vaak geld kosten) en in hun gezondheid. Autochtone ouderen hebben daarentegen waarschijnlijk meer mentale problemen, zoals gevoel van eenzaamheid en isolatie. Veel autochtone ouderen gaan als ze oud worden naar een verzorgingshuis en verliezen dan hun sociale contacten. Allochtone ouderen hebben familie, die lang voor ze blijft zorgen. De meeste politieke partijen hebben een duidelijke visie op de AOW-leeftijd, verzorgingshuizen en de vergrijzing. Deze visies samengevoegd geven een beeld in hoeverre de partij vindt dat de verantwoordelijk van ouderen en hun maatschappelijke barrières bij de overheid ligt, bij burgers (participatiesamenleving) of bij henzelf. Linkse partijen, zoals GroenLinks en SP (sociaaldemocraten) vinden dat de overheid sterk aanwezig moet zijn in de samenleving. Dit doen ze door uitkeringen te bieden aan de zwakkeren in de samenleving. Hierdoor wordt de sociale ongelijkheid verkleind. Partijen als de D66 en VVD, allebei liberaal (rechts), willen dat de overheid een terughoudende rol speelt. Iedereen is verantwoordelijk voor zichzelf en zo ook de ouderen. Zij moeten zelf zorg regelen en betalen. Er zijn ook partijen die tussen de liberalen en de sociaaldemocraten in zitten. Voorbeelden van deze partijen zijn ChristenUnie en het CDA. Zij willen dat de overheid een aanvullende rol
23
speelt. Dat betekent dat de overheid zelf een paar taken uitvoert en de rest uit handen geeft aan bijvoorbeeld overheidsinstanties. Er zijn vier mogelijke uitkomsten gesteld. De eerste hypothese is dat er geen oplossingen zijn om de maatschappelijke barrières bij ouderen te voorkomen. Misschien is het niet nuttig om te streven naar het voorkomen van maatschappelijke barrières, omdat ze niet te voorkomen zijn. Sommige problemen blijven toch terugkomen en zijn niet te beïnvloeden. Ook zou het kunnen dat de oplossing in handen ligt van de participatiesamenleving. Ze zouden meer open moeten staan voor hulp aan ouderen en activiteiten kunnen organiseren. Een andere uitkomst kan zijn dat de overheid het heft in handen moet nemen om een oplossing te vinden. Ze zouden meer tijd en geld kunnen investeren in ouderen. Ook zouden ze niet meer moeten bezuinigen op de zorg. De laatste uitkomst is dat ouderen zelf een oplossing moeten bedenken om hun belemmeringen tegen te gaan. Ouderen zouden zelf meer initiatief moeten nemen. Dit zijn allemaal hypotheses.
4.2 Aanbevelingen Laatst hoorden we twee oudere vrouwen in de bus zeggen: 'De leuke dingen zijn er niet veel meer, want we moeten zelf de slingers ophangen voor het feestje, terwijl we dat niet meer alleen kunnen.' Op basis van die uitspraak en ons onderzoek kunnen we zeggen dat er zeker iets moet gebeuren om ouderen te helpen. We zijn ons er echter bewust van dat niet alle maatschappelijke barrières te voorkomen zijn. Zo zal het moeilijk zijn om ziekte en dood te voorkomen. Gevoel van eenzaamheid en onveiligheid is ook alleen maar te verminderen en niet te voorkomen. Isolatie is vaak wel te voorkomen. Helpen waar het nuttig is en waar het kan, zal ouderen waarschijnlijk verder helpen. Deze hulp moet komen uit verschillende hoeken. Ouderen zullen zelf initiatief moeten nemen. Ouderen zullen het volgende moeten doen: • Contact zoeken met mensen die hen kunnen helpen. • Naar activiteiten gaan die voor hen georganiseerd worden. • Open staan voor verandering en vernieuwing. Ook de participatiesamenleving kan iets doen om de belemmeringen te verminderen. Het volgende zouden we met elkaar kunnen doen: • Activiteiten organiseren, zoals bingo in het dorpshuis en wandelen met begeleiding. • Helpen in het huis. Hierbij wordt gedacht aan boodschappen doen en helpen met opruimen. • Ouderen helpen bij vernieuwing. Veel ouderen hebben technologische achterstand. Dit zou verminderd kunnen worden door computercursus te geven en uitleg te kunnen geven over sociale media, zoals Facebook en Skype. • Open staan voor ouderen en hun visie. Ouderen hebben al veel ervaring, maar worden lang niet altijd gehoord. Tot slot kunnen politieke partijen ook hun steentje bijdragen. Dit kunnen ze bijvoorbeeld doen door: • Minder te bezuinigen op zorg en vergrijzing niet als een probleem zien. • Zorgen dat er mensen en plaatsen zijn voor activiteiten. Als er geen dorpshuis is, kan er geen bingo georganiseerd worden door de samenleving. • Ouderen zorg aanbieden, met hulp van overheidsinstanties. Deze situatie is het makkelijkst te behalen in een sociaaldemocratisch klimaat. De overheid zal sterk aanwezig zijn in de samenleving en de zwakkeren, in dit geval de ouderen, helpen waar nodig is. Een christendemocratisch klimaat zou ook een mogelijkheid zijn om de oplossingen
24
te realiseren. De liberale partijen, die als overheid niet te veel aanwezig willen zijn, zullen deze gewenste situatie minder goed bereiken, omdat de aanbevolen oplossingen botsen met hun standpunten. In hoofdstuk 3 worden vier hypotheses beschreven. Nu het onderzoek voltooid is, kunnen we concluderen dat Hypothese 0 niet klopt. Er zijn zeker oplossingen. De andere drie hypotheses kloppen allemaal. Vanuit verschillende hoeken zullen stappen genomen moeten worden om de maatschappelijke barrières bij ouderen te verminderen. Van de ene partij is meer te verwachten dan van de andere partij. Zo zal de participatiesamenleving de leidende rol moeten spelen. Ouderen zijn niet in staat om alles te doen en zullen dus wat minder bijdragen dan jongere burgers. De politiek zal meer moeten bijdragen dan in de participatiesamenleving wenselijk is. Zij zal een aanvullende rol hebben.
25
5. Bronnen Nienke Riedstra en Dörte Gezelle Meerburg In dit hoofdstuk staan de geraadpleegde bronnen om dit onderzoek te voltooien. Boven aan staat het hoofdstuk, daarna volgt de type bron. Dan komt voor welk onderwerp de bron is geraadpleegd en de bron. Tot slot komt de datum. Hele onderzoek Externe expert Leonie Thielemans, 26 jaar, Zeist, Stagiair Communicatie en Ouderenpanel Datum: 1-12-2015 Wil Soest, 79 jaar, Amsterdam, Gemeenteraadslid van de Partij van de Ouderen in de Gemeenteraad van Amsterdam, Datum: 1-12-2015 Annet Frolich, 47 jaar, Leeuwarden, vast teamlid van kleinschalig wonen binnen Nieuw Mellens Datum: 30-11-2015 Hoofdstuk 1 Internetbronnen Maatschappelijke barrières https://www.ouderenfonds.nl/onze-organisatie/jaarverslag/ Datum: 23 oktober 2015 Maatschappelijke barrières https://www.ouderenfonds.nl/wat-doen/actueel/ Datum: 23 oktober 2015 Maatschappelijke barrières https://www.ouderenfonds.nl/onze-organisatie/organisatie/ Datum: 23 oktober 2015 Maatschappelijke barrières https://www.ouderenfonds.nl/onze-organisatie/missievisie/ Datum: 23 oktober 2015 Maatschappelijke barrières https://www.ouderenfonds.nl/onze-organisatie/jaarverslag/ Datum: 23 oktober 2015 Maatschappelijke barrières https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/ouderenzorg/inhoud/kwetsbare-ouderen Datum: 26 oktober 2015 Maatschappelijke barrières https://www.ouderenfonds.nl/user-files/uploads/2014/06/NOF_jaarverslag_2014_online.pdf Datum: 26 oktober 2015 Maatschappelijke barrières http://www.nationaalkompas.nl/bevolking/vergrijzing/toekomst/ Datum: 26 oktober 2015
26
Maatschappelijke barrières http://www.gezondheidsplein.nl/dossiers/ondervoeding-bij-ouderen/item43867 Datum: 26 oktober 2015 Maatschappelijke barrières http://www.samentegeneenzaamheid.nl/sites/wte/files/attachments/week_tegen_eenzaamheid_bro chure_signaleren_en_aanpak_van_eenzaamheid_vu.pdf Datum: 26 oktober 2015 Maatschappelijke barrières http://www.cbs.nl/NR/rdonlyres/7F48CF73-01A2-4B3B-A953FFDCBE7E9D5B/0/2014veiligheidsmonitor2013pub.pdf Datum: 26 oktober 2015 Maatschappelijke barrières https://www.ouderenfonds.nl/onze-organisatie/jaarverslag/ Datum: 26 oktober 2015 Maatschappelijke barrières https://www.noorderbreedte.eu/onze-woonzorgcentra/bennemastate/over-bennema-state/ Datum: 10 november 2015 Maatschappelijke barrières http://www.pvda.nl/berichten/2009/11/AOWdebat_x003a_+maatregelen+toegezegd+tegen+zwakke+positie+ouderen Datum: 10 november 2015 Maatschappelijke barrières http://www.btsg.nl/infobulletin/beeldvorming.html Datum: 10 november 2015 Maatschappelijke barrières http://mens-en-gezondheid.infonu.nl/aandoeningen/134081-spierzwakte-bij-ouderen.html Datum: 10 november 2015 Maatschappelijke barrières http://www.zorgvisie.nl/F2R/?returnurl=%2fICT%2fNieuws%2f2015%2f2%2fOuderen-wordentotaal-verkeerd-benaderd-1700841W%2f Datum: 10 november 2015 Maatschappelijke barrières https://www.ggzfriesland.nl/wat-bieden-wij Datum: 10 november 2015 Maatschappelijke barrières http://educatie-en-school.infonu.nl/taal/153895-analfabetisme-en-dyslexie-en-maatschappelijkebelemmeringen.html Datum: 10 november 2015 Maatschappelijke barrières http://www.zorgwelzijn.nl/Welzijnswerk/Nieuws/2011/11/Vooroordelen-over-ouderen-belemmerenparticipatie-ZWZ017523W/ Datum: 11 november 2015
27
Maatschappelijke barrières http://www.verweyjonker.nl/publicaties/2005/kansen_en_belemmeringen_bij_maatschappelijke_participatie_van_hog er_opgeleide_vrouwelijke_vluchtelingen Datum: 11 november 2015 Maatschappelijke barrières http://www.nationaalkompas.nl/participatie/wat-is-participatie/ Datum: 11 november 2015 Maatschappelijke barrières http://www.woorden.org/woord/participatie Datum: 11 november 2015 Maatschappelijke barrières http://www.encyclo.nl/begrip/participatie Datum: 11 november 2015 Maatschappelijke barrières http://www.tpedigitaal.nl/assets/static/3_-2-2009.pdf Datum: 11 november 2015 Maatschappelijke barrières http://www.encyclo.nl/begrip/buitensporig Datum: 11 november 2015 Maatschappelijke barrières http://www.depressie.nl/depressie Datum: 11 november 2015 Maatschappelijke barrières http://www.zorgvoorbeter.nl/ouderenzorg/Depressie-Praktijk-Wat-is-het.html Datum: 12 november 2015 Maatschappelijke barrières http://www.ggzrichtlijnen.nl/index.php?pagina=/richtlijn/item/pagina.php&id=634&richtlijn_id=62 Datum: 12 november 2015 Maatschappelijke barrières http://www.samentegeneenzaamheid.nl/sites/wte/files/attachments/week_tegen_eenzaamheid_bro chure_signaleren_en_aanpak_van_eenzaamheid_vu.pdf Datum: 14 november 2015 Maatschappelijke barrières https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/ouderenzorg/inhoud/kwetsbare-ouderen Datum: 14 november 2015 Maatschappelijke barrières https://www.ggzfriesland.nl/onze-werkwijze Datum: 14 november 2015 Maatschappelijke barrières http://www.humanitas.nl/project/actief-ouder-worden/welzijn-voor-ouderen/vriendschappelijkhuisbezoek Datum: 14 november 2015
28
Maatschappelijke barrières http://www.gezondheidsplein.nl/dossiers/ondervoeding-bij-ouderen/item43867 Datum: 14 november 2015 Maatschappelijke barrières http://mens-en-gezondheid.infonu.nl/aandoeningen/60884-ouderenzorg-vallen-bij-ouderenoorzakeninterventies.html Datum: 14 november 2015 Maatschappelijke barrières https://www.ouderenfonds.nl/onze-organisatie/jaarverslag/ Datum: 14 november 2015 Maatschappelijke barrières http://www.zorgwelzijn.nl/Welzijnswerk/Nieuws/2011/11/Vooroordelen-over-ouderen-belemmerenparticipatie-ZWZ017523W/ Datum: 14 november 2015 Maatschappelijke barrières https://www.noorderbreedte.eu/onze-woonzorgcentra/bennemastate/over-bennema-state/ Datum: 16 november 2015 Maatschappelijke barrières http://www.humanitas.nl/project/actief-ouder-worden/welzijn-voor-ouderen/vriendschappelijkhuisbezoek Datum: 16 november 2015 Maatschappelijke barrières http://mens-en-gezondheid.infonu.nl/aandoeningen/134081-spierzwakte-bij-ouderen.html Datum: 16 november 2015 Maatschappelijke barrières http://www.zorgvisie.nl/F2R/?returnurl=%2fICT%2fNieuws%2f2015%2f2%2fOuderen-wordentotaal-verkeerd-benaderd-1700841W%2f Datum: 16 november 2015 Maatschappelijke barrières http://educatie-en-school.infonu.nl/taal/153895-analfabetisme-en-dyslexie-en-maatschappelijkebelemmeringen.html Datum: 16 november 2015 Maatschappelijke barrières https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/ouderenzorg/inhoud/kwetsbare-ouderen Datum: 17 november 2015 Maatschappelijke barrières http://mens-en-gezondheid.infonu.nl/aandoeningen/60884-ouderenzorg-vallen-bij-ouderenoorzakeninterventies.html Datum: 17 november 2015 Maatschappelijke barrières http://www.cbs.nl/NR/rdonlyres/7F48CF73-01A2-4B3B-A953FFDCBE7E9D5B/0/2014veiligheidsmonitor2013pub.pdf Datum: 17 november 2015
29
Plaatje Armoede http://www.vlaams-ook.be/files/2014/10/armoede.jpg Datum: 27 november 2015 Onderzoeken Maatschappelijke barrières Sigrid Van den Fonteyne, Grijs met een kleurtje. Welke wensen hebben ouderen van Turkse en Marokkaanse origine op vlak van vrijetijdsbesteding? (2005-2006) Datum: 11 november 2015 Maatschappelijke barrières E. van Meekeren, In gesprek over: Oorzaken van psychiatrische stoornissen (2009) Datum: 12 november 2015 Hoofdstuk 2 Internetbronnen Huidige situatie http://www.nationaalkompas.nl/thema-s/ouderen/gezondheid-en-ziekte/ziekten-enaandoeningen/rangordening-van-ziekten-en-aandoeningen Datum: 10 oktober 2015 Huidige situatie http://www.health.nl/gezin/senioren/top-10-veel-voorkomende-aandoeningen-ouderen.html Datum: 10 oktober 2015 Huidige situatie http://www.medicinfo.nl/%7Be826e405-d7b5-4b4b-8f3f-24cac12bc6b1%7D Datum: 10 oktober 2015 Huidige situatie http://www.uniekbo.nl/nieuws/?page=detail&id=996 Datum: 10 oktober 2015 Huidige situatie http://www.cbs.nl/nl-NL/menu/themas/gezondheid-welzijn/publicaties/artikelen/archief/2008/20082642-wm.htm Datum: 10 oktober 2015 2.1 Sociaal-economisch Internetbronnen Thuis of tehuis http://www.libelle.nl/actueel/nieuws/demente-ouderen-deur Datum: 18 november 2015 Thuis of tehuis https://www.mezzo.nl/pagina/voor-mantelzorgers/thema-s/dit-is-mantelzorg/mantelzorg-wat-is-datprecies Datum: 18 november 2015 Thuis of tehuis http://nrcboeken.vorige.nrc.nl/recensie/ouderen-zijn-duurste-kostgangers-van-de-verzorgingsstaat Datum: 18 november 2015
30
Thuis of tehuis http://www.nursing.nl/Verzorgenden/Nieuws/2015/10/Eigen-voordeur-in-verzorgingshuis-succes2698775W/ Datum: 18 november 2015 Thuis of tehuis http://truedoors.com/nl/over-true-doors/ Datum: 18 november 2015 Thuis of tehuis http://www.at5.nl/artikelen/146302/arme_ouderen_krijgen_mogelijk_zorg-au_pair Datum: 18 november 2015 Thuis of tehuis https://www.ouderenfonds.nl/onze-organisatie/jaarverslag/ Datum: 21 november 2015 Thuis of tehuis https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/algemene-ouderdomswet-aow/vraag-en-antwoord/hoehoog-is-mijn-aow Datum: 21 november 2015 Thuis of tehuis http://www.pvda.nl/berichten/2009/11/AOWdebat_x003a_+maatregelen+toegezegd+tegen+zwakke+positie+ouderen Datum: 21 november 2015 Vergrijzing http://statline.cbs.nl/StatWeb/publication/?VW=T&DM=SLNL&PA=71330ned&LA=NL Datum: 3-1-2016 Vergrijzing http://www.pbl.nl/infographic/meer-ouderen-minder-jongeren Datum: 3-1-2016 Vergrijzing http://www.pbl.nl/vraag-en-antwoord/wat-zijn-de-gevolgen-van-de-vergrijzing Datum: 3-1-2016 Boek Ontstaan verzorgingsstaat Schuyt, K. e.a., De verdeelde samenleving. Een inleiding in de ontwikkeling van de Nederlandse verzorgingsstaat, Stenfert Kroese, Leiden, 1993 (pag. 4-5, 3-14) Datum: 25 november 2015 2.2 Sociaal-cultureel Plaatje Culturen http://www.knack.be/medias/272/139673.jpg Datum: 26 november 2015 Internetbronnen Allochtonen en autochtonen http://statline.cbs.nl/Statweb/publication/?DM=SLNL&PA=70843ned&D1=0,6&D2=01,9,15,18&D3=17,23,29-30,33&D4=l&HDR=G3,T,G1&STB=G2&VW=T
31
Datum: 26 november 2015 Allochtonen en autochtonen http://statline.cbs.nl/Statweb/publication/? DM=SLNL&PA=71958NED&D1=0,5,7,11,48&D2=a&D3=1617&D4=l&HDR=G3,T&STB=G1,G2&VW=T Datum: 26 november 2015 Allochtonen en autochtonen http://www.ucl.ac.uk/dutchstudies/an/SP_LINKS_UCL_POPUP/SPs_dutch/multicultureel_gev_NE D/pages/problemen.html Datum: 26 november 2015 Onderzoek Maatschappelijke barrières Sigrid Van den Fonteyne, Grijs met een kleurtje. Welke wensen hebben ouderen van Turkse en Marokkaanse origine op vlak van vrijetijdsbesteding? (2005-2006) Datum: 11 november 2015 2.3 Politiek-juridisch Internetbronnen Politieke partijen allemaal http://www.eenvandaag.nl/uploads/doc/Standpuntenpolitiekepartijenoverdezorg.pdf Datum: 9 november 2015 Politieke partijen allemaal http://www.zorghulpatlas.nl/zorghulpnieuws/analyse-verkiezingspogrammas/ Datum: 9 november 2015 Politieke partijen allemaal https://www.rendement.nl/nieuws/id7296-aow-leeftijd-toch-nog-versneld-naar-66-jaar.html Datum: 9 november 2015 SP https://www.sp.nl/verzorgingshuizen Datum: 24 november 2015 D66 http://50pluspartij.nl/nieuws-archief-50plus/958-bij-pvv-en-d66-niets-over-ouderen-in-programma Datum: 24 november 2015 PvdA http://www.radartv.nl/nieuws/archief/detail/article/pvda-extra-geld-naar-bewoner-verpleeghuis/ Datum: 25 november 2015 AWBZ http://www.zorgwijzer.nl/zorgverzekering-2015/awbz-in-2015-alle-wijzigingen Datum: 25 november 2015 PVV http://nos.nl/artikel/163365-wilders-laat-aow-breekpunt-vallen.html Datum: 25 november 2015
32
Politieke partijen https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/algemene-ouderdomswet-aow/vraag-en-antwoord/hoehoog-is-mijn-aow Datum: 25 november 2015 Document EenVandaag, Standpunten politieke partijen over de zorg http://www.eenvandaag.nl/uploads/doc/Standpuntenpolitiekepartijenoverdezorg.pdf Datum: 9 november 2015 Krantenartikels AOW-leeftijd http://vorige.nrc.nl//achtergrond/article2372924.ece/Standpunten_AOW_omhoog,_flexibel_of_65_j aar Datum: 24 november 2015 D66 http://www.trouw.nl/tr/nl/4324/Nieuws/article/detail/1707014/2006/11/01/D66-pakt-vergrijzingaan.dhtml Datum: 24 november 2015 Verkiezingsprogramma's Verkiezingsprogramma 2014-2018 PAL GroenLinks Leeuwarden http://www.palgroenlinks.nl/fileadmin/Verkiezingsprogramma_PAL-GroenLinks_2014-2018.pdf Datum: 24 november 2015 Verkiezingsprogramma 2012-2017 Partij van de Vrijheid http://www.pvv.nl/images/stories/verkiezingen2012/VerkiezingsProgramma-PVV-2012-finalweb.pdf Datum: 24 november 2015 Plaatjes Politiek links-rechts http://1.bp.blogspot.com/-CQE1Jsz_A2s/Tv3PenliePI/AAAAAAAAABc/6zpGuV6fc4/s1600/Politiek+landschap.jpg Datum: 25 november 2015 SP https://nl.wikipedia.org/wiki/Socialistische_Partij_(Nederland)#/media/File:SP_nl_logo_2006.svg Datum: 25 november 2015 GroenLinks http://blog.simonotjes.nl/wp-content/uploads/nieuw_logo_groenlinks.jpg Datum: 25 november 2015 ChristenUnie http://fryslankiest.nl/wp-content/uploads/2015/03/christenunie.jpg Datum: 25 november 2015 PvdA http://www.pvda.nl/images/logo-pvda-og.png Datum: 25 november 2015 D66 https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/thumb/e/ea/D66.svg/200px-D66.svg.png Datum: 25 november 2015
33
CDA http://www2.rtvkanaal30.nl/images/stories/CDA.jpg Datum: 25 november 2015 VVD https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/thumb/f/fd/VVD.svg/200px-VVD.svg.png Datum: 25 november 2015 PVV http://www.gelderlander.nl/polopoly_fs/1.4701324.1420545861!image/image-4701324.jpg Datum: 25 november 2015 Hoofdstuk 3 Internetbronnen Gewenste situatie http://www.medicinfo.nl/%7Be826e405-d7b5-4b4b-8f3f-24cac12bc6b1%7D Datum: 10 oktober 2015 Gewenste situatie http://www.uniekbo.nl/nieuws/?page=detail&id=996 Datum: 10 oktober 2015 Huidige en gewenste situatie http://www.cbs.nl/nl-NL/menu/themas/gezondheid-welzijn/publicaties/artikelen/archief/2008/20082642-wm.htm Datum: 10 oktober 2015 Hypothese schrijven http://www.rug.nl/education/scholierenacademie/studieondersteuning/profielwerkstuk/alfasteunpunt /writing/deelvragen Datum: 30 december 2015 Plaatje http://www.lucpeeters.nl/images/bestaandewerk-full/4-oude-mensen-op-een-bankje.jpg Datum: 8 november 2015 http://www.topvisser.nl/media/photos/obstakels.jpg Datum: 8 november 2015 Hoofdstuk 4 Plaatje Reflectie http://www.weekvanreflectie.nl/images/loesje-stilstaan-01.png Datum: 27 november 2015
34
6. Bijlage
Bijlage Maatschappelijke barrières bij ouderen Nienke Riedstra & Dörte Gezelle Meerburg 5 havo
Inhoudsopgave 1. Mindmap 2. Planning 3. Taakverdeling 4. Onderzoeksplan 5. Logboek 6. Interviews 6.1 Nationaal Ouderenfonds 6.2 Partij van de Ouderen 6.3 Gerard Joling 6.4 Noorderbreedte 7. Uitwerking personen met maatschappelijke barrières 8. Reflectie op onderzoek
35
1. Mindmap
36
2. Planning WEEK 25
WEEK 26
WEEK 27
WEEK 28
Onderwerp zoeken Onderwerp zoeken → Welke richting willen → Welke opties we op? hebben we?
Onderwerp zoeken → Verdiepen in opties
Onderwerp zoeken → Welk vak hoort dit bij?
WEEK 29
WEEK 30
WEEK 31
WEEK 32
Definitief onderwerp → Wat past het beste bij ons? → Wat vinden we het leukst/interessantst?
Definitief onderwerp → Mindmap over definitieve keuze → Definitieve keuze verdiepen
Gesprek Ralph over onderwerp → Goedkeuring onderwerp
Planning maken → Planning maken voor komende weken
WEEK 33
WEEK 34
WEEK 35
WEEK 36
Mindmap maken Hoofd- en deelvragen → Wat is realistisch → Maken en binnen het onderwerp? bespreken met elkaar.
Uitleg Inge → Over hoofdvraag
Gesprek Ernesto → Hoofd- en deelvragen
WEEK 37
WEEK 38
WEEK 39
WEEK 40
Hoofd- en deelvragen → Bespreken met elkaar en aanpassen
Uitleg Marco → Over beoordeling
Gesprek Ralph → Over hoofd- en deelvragen
Taakverdeling → Wie gaat wat doen? → Wat is haalbaar?
WEEK 41
WEEK 42
WEEK 43
WEEK 44
Planning aanvullen → Kijken wat we al hebben en wat nog moet komende weken
Aan het werk VAKANTIE → PWS vrij → Hypothese schrijven → Leren toetsweek → Leren toetsweek → 2 deelvragen af p.p → 3 deelvragen maken p.p
WEEK 45
WEEK 46
WEEK 47
WEEK 48
TOETSWEEK
Interviews → Met wie? → Regelen
Aan het werk → Laatste deelvraag p.p maken → Samenvoegen en laatste puntjes op i.
EERSTE VERSIE INLEVEREN
WEEK 49
WEEK 50
WEEK 51
WEEK 52
Presentatie → Brainstormen
Presentatie → Brainstormen
PWS terugkrijgen
VAKANTIE
WEEK 1
WEEK 2
WEEK 3
WEEK 4
VAKANTIE
Inleveren definitief
WEEK 5
WEEK 6
Presentatie → Oefenpresentatie in les = presenteren WEEK 7
Presentatie ECHTE → Oefenpresentatie in PRESENTATIE!! les = luisteren
37
WEEK 8
3. Taakverdeling In dit hoofdstuk is de taakverdeling te vinden. De deelvragen zijn verdeeld en kort uitgewerkt. Hoe kunnen we de In hoeverre kunnen we maatschappelijke maatschappelijke barrières bij barrières bij ouderen voorkomen? ouderen Wat kunnen wij doen? voorkomen/verminderen?
Samen
Wat zijn maatschappelijke barrières?
Korte definitie van maatschappelijke barrières
Nienke
Wat zijn de maatschappelijke barrières bij ouderen?
Wanneer beperken de maatschappelijke Nienke barrières het dagelijkse leven bij ouderen? Hoe ontstaan de maatschappelijke barrières bij ouderen?
Wat is de huidige situatie?
In het algemeen, daarna volgt het probleem in verschillende perspectieven.
Dörte
Wat is de gewenste situatie?
Hypothese.
Dörte
Wat doen politieke partijen met de maatschappelijke barrières bij ouderen?
Verschillende partijen met verschillende standpunten.
Dörte
In welke verschillende Verschil tussen Nederlandse allochtone culturen in Nederland hebben ouderen en Nederlandse autochtonen ouderen meer last van ouderen. maatschappelijke barrières?
Dörte
Hebben ouderen meer last van maatschappelijke barrières thuis of in een tehuis?
Wat heeft de woning voor invloed op de barrières?
Nienke
Bij welke omstandigheden komen maatschappelijke barrières bij ouderen meer voor?
Mantelzorg Verzorgingsstaat Welke maatschappelijke barrières thuis? Welke maatschappelijke barrières in tehuis? Vergelijkingen
Nienke
Hypothese
Gewenste situatie
Dörte
Opmaak
Alles samenvoegen Plaatjes voegt Nienke bij haar eigen stukjes toe. Spellingcontrole ieder voor zich.
Dörte
38
4. Onderzoeksplan EERSTE OPZET Hoofdvragen: Hoe kunnen we de maatschappelijke barrières bij ouderen voorkomen/verminderen? In hoeverre kunnen we maatschappelijke barrières voorkomen? Hoe doen we dit? Deelvragen: Algemeen Wat zijn maatschappelijke barrières? (..) Hoe ontstaan de maatschappelijke barrières bij ouderen? (..) Politiek-juridisch Welke politieke stromingen zijn er? Wat doen politieke partijen met de maatschappelijke barrières bij ouderen? (PJ) Sociaal-cultureel In welke culturen hebben ouderen meer last van maatschappelijke barrières? Wie hebben er voordeel aan als ouderen zich weer mengen in de maatschappij? Wie heeft er naast de ouderen het meeste last van? Sociaal-economisch + vergelijkend en veranderd Waar hebben ze er meer last van? (thuis/tehuis/mantelzorg) Hoeveel kost mantelzorg Nederland per jaar? TWEEDE OPZET Na een gesprek met Ernesto Lemke is dit de tweede opzet geworden. Hoofdvraag: Hoe kunnen we de maatschappelijke barrières bij ouderen voorkomen/verminderen? In hoeverre kunnen we maatschappelijke barrières bij ouderen voorkomen? Deelvragen: Algemeen Wat zijn maatschappelijke barrières? Korte definitie van maatschappelijke barrières Wat zijn de maatschappelijke barrières bij ouderen? Wanneer beperken de maatschappelijke barrières het dagelijkse leven bij ouderen? Hoe ontstaan de maatschappelijke barrières bij ouderen? Wat is de huidige situatie? Wat is de gewenste situatie? Politiek-juridisch Wat doen politieke partijen met de maatschappelijke barrières bij ouderen? Welke politieke stromingen zijn er? Standpunten van politieke partijen Bij welke ouderen komen de maatschappelijke barrières voor? Sociaal economisch en veranderend vergelijkend Hebben ouderen meer last van maatschappelijke barrières thuis of in een tehuis? Mantelzorg Verzorgingsstaat
39
Welke maatschappelijke barrières thuis? Welke maatschappelijke barrières in tehuis? Vergelijkingen Wie heeft er naast de ouderen nog meer last van de maatschappelijke barrières van ouderen? In welke culturen hebben ouderen meer last van maatschappelijke barrières? Voorwoord We kennen het allemaal wel. De oude dame bij de kassa, die nog 'snel even' het laatste kleingeld pakt, wat ze uiteindelijk toch niet heeft. Of het oude mannetje dat... We hebben er allemaal wel eens last van. Maar waren hebben die vervelende oudjes last van? In dit onderzoek worden de maatschappelijke barrières van ouderen vanuit verschillende perspectieven belicht. In voorwoord aangeven dat we er van uit gaan dat er barrières zijn en hoe we dit weten (uit onderzoek blijkt...). Verder gezegd door Ernesto: Goed zoals het er staat. Voorkennis/onderzoek vergroten. 1 uur lang alles opzoeken. DEFINITIEVE OPZET Na een gesprek met Ralph de Jong is dit de definitieve opzet geworden. Hoofdvraag: Hoe kunnen we de maatschappelijke barrières bij ouderen voorkomen/verminderen? Deelvragen: Wat zijn maatschappelijke barrières? Wat zijn de maatschappelijke barrières bij ouderen? Wat is de huidige situatie? Wat is de gewenste situatie? Wat doen politieke partijen met de maatschappelijke barrières bij ouderen? Bij welke ouderen komen de maatschappelijke barrières voor? In welke culturen hebben ouderen meer last van maatschappelijke barrières? Hebben ouderen meer last van maatschappelijke barrières thuis of in een tehuis? Informatie vinden: We gaan aan informatie voor het onderzoek komen door interviews te doen en onderzoeken te lezen. Ook gaan we kijken in de bibliotheek of we boeken kunnen vinden. Interviews proberen te regelen met: Nationaal Ouderen Fonds Partij van de Ouderen Gerard Joling en Gordon Verzorgingshuis
40
5. Logboek In dit hoofdstuk staan de logboeken. Er wordt aangegeven welke dag en hoe laat iemand bezig is geweest. Daarna wordt aangegeven hoeveel uur iemand ergens mee bezig is geweest. Dan volgt de taak waar iemand mee bezig is geweest. Er komen nog ongeveer tien uren per persoon bij, voor presentatievoorbereidingen.
Logboek Dörte Gezelle Meerburg Dag + tijd
Aantal uren
Taak
24-08-2015 10:15-11:45
1½
Onderwerp zoeken
30-08-2015 10:30-11:45
1½
Verdieping verschillende onderwerpen
31-08-2015 10:15-11:45
1½
Definitief onderwerp
31-08-2015 15:00-15:15
¼
Gesprek Ralph over onderwerp
08-09-2015 10:15-11:45
1½
Planning gemaakt
11-09-2015 08:30-10:00
1½
Mindmap + deelvragen
14-09-2015 10:15-11:45
1½
Uitleg Inge + hoofdvraag
14-09-2015 11:45-12:00
¼
Gesprek Ernesto over hoofden deelvragen
14-09-2015 12:30-13:00
½
Hoofd- en deelvragen bespreken en aanpassen
10 UREN
10 UREN
10 UREN
16-09-2015 9:00-9:30
½
Uitleg Marco over beoordeling
16-09-2015 20:00-20:30
½
Overleg Ronald over hoofd- en deelvragen
21-09-2015 10:15-11:10
1
Bouwplan + Gesprek Ralph hoofd- en deelvragen
28-10-2015 -
-
Dörte ziek
05-10-2015 10:15-11:45
1½
Eerste keer Jose, korte introductie + taakverdeling
12-10-2015 10:15-11:45
1½
Uitleg Jose & planning
19-10-2015 10:15-11:45
1½
Huidige situatie
24-10-2015 16:00-17:00
1
Gewenste situatie
31-10-2015 15:00-16:00
1
Huidige en gewenste situatie
08-10-2015 14:00-15:30
1½
Politieke partijen
20 UREN
20 UREN
20 UREN
15-11-2015 13:00-14:00
1
Alles doorlezen, controleren op spelling.
16-11-2015 14:00-15:00
1
Politieke partijen
17-11-2015 8:30-10:00
1½
Huidige en gewenste situatie
18-11-2015 8:30-10:00
1½
Interviews regelen
19-11-2015 8:30-10:00
1½
Interviews regelen en vragen maken
41
23-11-2015 10:15-11:45
1½
Interviewvragen Nationaal Ouderen Fonds
24-11-2015 17:00-18:00
1
Interviewvragen PvdO + opmaak
24-11-2015 20:00-21:00
1
Interviewvragen PvdO + opmaak
30 UREN
30 UREN
30 UREN
24-11-2015 21:00-22:30
1½
Politieke partijen
25-11-2015 8:30-10:00
1½
Politieke partijen
25-11-2015 17:30-18:00
1½
Opmaak
25-11-2015 19:30-22:00
2½
Opmaak
26-11-2015 9:00-10:00
1
Culturen
26-11-2015 20:30-22:30
2
Culturen
40 UREN
40 UREN
40 UREN
26-11-2015 22:30-23:30
1
Opmaak + bijlage controleren
27-11-2015 8:30-11:00
2½
Opmaak + laatste controle
28-11-2015 19:00-20:00
1
Bijlage
29-11-2015 18:30-19:30
1
Culturen
7-12-2015 10:00-12:00
2
Opmaak
7-12-2015 10:15-11:45
1½
Leren Leren les over presentatie kort, gesprek met Jose over hypothese. Gesprek met Ralph over hypothese en inhoudsopgave. + wijziging inhoudsopgave.
7-12-2015 12:30-13:30
1
Nieuwe opmaak, goedkeuring Ralph
50 UREN
50 UREN
50 UREN
7-12-2015 14:15-15:15
1
Nieuwe opmaak
15-12-2015 16:00-17:00
1
Opmaak veranderen
30-12-2015 12:00-13:30
2
Opmaak veranderen
30-12-2015 13:00-15:00
2
Opmaak veranderen, eigen stukjes nakijken en verbeteren. + hypothese verwerken
2-1-2016 15:00-16:30
1½
Opmaak veranderen, eigen stukjes verbeteren en nakijken
3-1-2016 13:30-15:60
2½
Hypothese verwerken + opmaak
60 UREN
60 UREN
60 UREN
4-1-2016 18:00-19:30
1½
Opmaak, samenvoegen van tekst.
4-1-2016 20:00-22:30
2½
Opmaak en tekst nakijken, samenvatting schrijven,
42
onderzoek in kort schrijven. 5-1-2016 9:30-12:30
3
Onze mening, conclusie uitwerken, opmaak, samenvatting schrijven, onderzoek in kort schrijven.
5-1-2016 13:30-16:30
3
Opmaak, reflectie, tekst Nienke nakijken, samenvatting schrijven, onderzoek in kort schrijven.
70 UREN
70 UREN
70 UREN
5-1-2016 16:30-18:30
2
Aanbevelingen en reflectie schrijven
5-1-2016 19:30-20:30
1
Aanbevelingen verder schrijven, conclusie uitwerken.
5-1-2016 21:00-23:30
2½
Nakijken, corrigeren, opmaak
6-1-2016 9:00-10:30
2½
Opmaak, corrigeren, nakijken
6-1-2016 11:30-13:00
1½
Laatste controle, paginanummers toevoegen, bijschriften en voetnoten controleren.
6-1-2016 15:45-16:15
½
Laatste dingen voor Nienke toevoegen
80 UREN
80 UREN
80 UREN
Dag + tijd
Aantal uren
Taak
24-08-2015 10:15-11:45
1½
Onderwerp zoeken
30-08-2015 10:30-11:45
1½
Verdieping verschillende onderwerpen
31-08-2015 10:15-11:45
1½
Definitief onderwerp
31-08-2015 15:00-15:15
¼
Gesprek Ralph over onderwerp
08-09-2015 10:15-11:45
1½
Planning gemaakt
11-09-2015 08:30-10:00
1½
Mindmap + deelvragen
14-09-2015 10:15-11:45
1½
Uitleg Inge + hoofdvraag
14-09-2015 11:45-12:00
¼
Gesprek Ernesto over hoofden deelvragen
14-09-2015 12:30-13:00
½
Hoofd- en deelvragen bespreken en aanpassen
10 UREN
10 UREN
10 UREN
16-09-2015 9:00-9:30
½
Uitleg Marco over beoordeling
16-09-2015 20:00-20:30
¼
Oriënteren in de deelvragen
21-09-2015 10:15-11:15
1
Bouwplan + Gesprek Ralph hoofd- en deelvragen
28-09-2015 10:15-11:00
1½
Dorte ziek, zelfstandig aan deelvragen werken
Logboek Nienke Riedstra
43
05-10-2015 10:15-11:45
1½
Eerste keer Jose, korte introductie + taakverdeling
12-10-2015 10:15-11:45
1½
Uitleg Jose & planning
19-10-2015 10:15-11:45
1½
Informatie betekenis maatschappelijke barrières verzamelen.
23-10-2015 14:00-16:00
2
Wat zijn maatschappelijke barrières gaan schrijven en lichamelijke barrières informatie gaan verzamelen.
20 UREN
20 UREN
20 UREN
23-10-2015 16:00-17:00
1
26-10-2015 10:15-11:45
1½
Lichamelijke barrières gaan uitschrijven
09-11-2015 10:15-11:45
1½
Lichamelijke barrières afronden en voorbeeld lichamelijke barrières schrijven
10-11-2015 18:00-19:00
1½
Informatie over psychische barrières opzoeken
11-11-2015 17:00-19:00
2
Psychische barrières beginnen te schrijven
14-11-2015 13:00-14:00
2
Psychische barrières afronden en voorbeelden schrijven
14-11-2015 16:00-16:30
½
Thuis of tehuis verdiepen en informatie verzamelen
30 UREN
30 UREN
30 UREN
14-11-2015 16:30-17:30
1
Thuis of tehuis verdiepen
15-11-2015 16:30-18:30
2
Informatie verzamelen
16-11-2015 17:00-18:00
1
Voorbeelden schrijven en verdiepen in het hoofdstuk:thuis of tehuis
18-11-2015 8:30-10:00
1½
Interviews regelen
19-11-2015 8:30-10:00
1½
Interviews regelen en vragen maken
21-11-2015 14:00-15:00
1
Thuis schrijven
23-11-2015 10:15-11:45
1½
Interviewvragen Nationaal Ouderen Fonds
25-11-2015 16:30-18:00
1½
Verzorgingshuis schrijven en voorbeelden en opmaak
40 UREN
40 UREN
40 UREN
26-11-2015 19:00-21:00
2
Puntjes op I voor bronnen
21-11-2015 14:00-15:00
1
Thuis schrijven
44
27-11-2015 8:30-11:00
2½
Voorwoord schrijven + laatste controle
7-12-2015 10:15-11:45
1½
Leren Leren les over presentatie kort, gesprek met Jose over hypothese. Gesprek met Ralph over hypothese en inhoudsopgave. + wijziging inhoudsopgave.
7-12-2015 12:30-13:30
1
Nieuwe opmaak, goedkeuring Ralph
7-12-2015 14:15-15:15
1
Nieuwe opmaak
18-12-2015 13:00-14:00
1
To do list maken wat ik nog moet doen
50 UREN
50 UREN
50 UREN
20-12-2015 15:00-16:00
2
Verdiepen in dingen die ik nog moet doen + planning maken
28-12-2015 11:00-14:00
3
Vergrijzing
28-12-2015 14-00-16-00
2
Interview Nieuw Mellens uittypen.
29-12-2015 14:00-15:30
1½
Stukje vergrijzing typen
2-1-2016 11:00-12:30
1½
Stukje technologie verdiepen
60 UREN
60 UREN
60 UREN
2-1-2016 13:00-14:00
1
Stukje technologie typen
2-1-2016 16:00-17:00
1
Bijschriften maken
3-1-2016 15:00-16:00
1
Beginnen met het sociaaleconomisch perspectief
4-1-2016 11:00-12:00
1
Tussen check
4-1-2016 14:00-18:00
4
Sociaal-economisch perspectief afmaken + Opmaakt + controleren
5-1-2016 11:00-13:00
2
Inleiding voor het sociaaleconomisch perspectief schrijven + eigen mening
70 UREN
70 UREN
70 UREN
5-1-2016 13:00-15:30
2
Alles doorlezen + controleren
5-1-2016 16:00-17:00
1
Mindmap controleren + tekenen
5-1-2016 18:30-20:30
2
Laatste spellingfouten er uit halen
45
6. Interviews 6.1 Nationaal Ouderen Fonds Algemeen Zou u zichzelf kort kunnen voorstellen? (Naam, woonplaats, leeftijd, werk) Leonie Thielemans, Zeist, 26 en ben stagiair Communicatie en Ouderenpanel. Welke studie heeft u gedaan? Ik doe de opleiding Media, Informatie en Communicatie in Amsterdam. Ik doe als profiel Informatie en Media. Wat wilde u vroeger worden? Waarom bent u dit gaan doen? Ik wilde vroeger journalist worden. Ik ben deze stage gaan doen, omdat ik heel graag enquĂŞtes wilde maken voor het Ouderenpanel en het dicht bij mijn huis is dus dat kwam ook wel mooi uit. Hoe bent u bij deze organisatie Leonie Thielemans, van het Nationaal Ouderen gekomen? Fonds. Ik heb gereageerd op een vacature op de website. Ik heb gezocht naar organisaties bij mij in de buurt en kwam op een aantal bedrijven/organisaties uit die mij leuk leken. Nationaal Ouderen Fonds Wat is het Nationaal Ouderen Fonds? Het Nationaal Ouderenfonds is het enige goede doel dat zich uitsluitend inzet voor kwetsbare/eenzame ouderen. Wij doen dit samen met veel vrijwilligers, ambassadeurs en nog veel meer andere mensen. Wij bieden diensten aan en zetten projecten op. Bijvoorbeeld de BoodschappenPlusBus of de Zilverlijn. Wat doet het Nationaal Ouderen Fonds? Het Nationaal Ouderenfonds biedt veel diensten en projecten aan. Op onze website https://www.ouderenfonds.nl/ kun je hier heel veel informatie over vinden. Ziet u ontwikkeling bij ouderen door acties van het Nationaal Ouderen Fonds? Door onze activiteiten hebben veel ouderen weer een keer sociaal contact. Per activiteit hopen wij natuurlijk dat de ouderen aansluiting vinden met andere ouderen en dat daaruit continuĂŻteit voortvloeit. Door bepaalde pilots die wij nu hebben, bijvoorbeeld het tien stratenplan, richten wij ons hier steeds meer op.
46
Werk Weet u wat maatschappelijke barrières bij ouderen zijn? De maatschappelijke barrières bij ouderen zijn te verdelen in twee onderdelen: fysieke en lichamelijke problemen. Onder mentale problemen vallen gevoel van eenzaamheid, gevoel van onveiligheid en achterstand bij technologische ontwikkeling. Bij lichamelijke problemen denken we bijvoorbeeld aan slechthorend, slechtziend en ziekte. Welke barrières ziet u zelf tijdens uw werk? Er zijn veel barrières bij ouderen. Wij richten ons voornamelijk op de eenzaamheid. Dat is soms moeilijk, want veel ouderen zijn nog echt digitaal vaardig. Wij communiceren veel via digitale middelen. De doelgroep is dus lastig te bereiken en daardoor blijven veel ouderen eenzaam en dat willen we natuurlijk niet. Waar hebben ouderen meer last van maatschappelijke barrières? (thuis/tehuis/met of zonder mantelzorg) Geen idee. Mijn aanname (niet gebaseerd op bronnen) is dat mensen thuis zonder mantelzorg meer last hebben van maatschappelijke barrières. Dit hangt natuurlijk ook van veel factoren af. Zijn mensen nog gezond/zelfstandig genoeg? Zijn mensen digitaal vaardig? Hebben ze een sociale instelling naar andere mensen toe? Dat soort dingen helpen allemaal mee natuurlijk. Maar ook mensen die in tehuizen wonen horen wij geluiden dat ze tussen veel mensen wonen, maar zich toch alleen voelen. Wie hebben meer last van de maatschappelijk barrières: allochtone of autochtone Nederlandse ouderen? Ik weet niet of je daar onderscheid in kunt maken (wederom niet op bronnen gebaseerd). Maar ik denk dat allochtone mensen het moeilijker kunnen hebben wanneer zij de Nederlandse taal nog niet voldoende beheersen. Het is dan natuurlijk lastiger te communiceren.
6.2 Partij van de Ouderen Algemeen Zou u zichzelf kort kunnen voorstellen? (Naam, woonplaats, leeftijd, werk) Ik ben Wil van Soest en ben 79 jaar. Ik woon in Amsterdam. Ik werk als gemeenteraadslid van de Partij van de Ouderen in de Gemeenteraad van Amsterdam. Welke studie heeft u gedaan? VGLO/MAVO, Huishoudschool Wat wilde u vroeger worden? Verpleegster Wil van Soest, van Partij van de Ouderen.
Werk
Weet u wat maatschappelijke barrières bij ouderen zijn? Ja, ik weet wat maatschappelijke barrières zijn. Als gemeenteraadslid van de Gemeente Amsterdam krijg ik veel verhalen te horen van ouderen die tegen maatschappelijke barrières aanlopen. 47
(De betekenis is van maatschappelijke barrières is: De problemen waar mensen tegen aanlopen die invloed hebben op de maatschappij. In dit onderzoek wordt ingegaan op de maatschappelijke barrières bij ouderen. De maatschappelijke barrières bij ouderen zijn te verdelen in twee onderdelen: mentale en lichamelijke problemen. Onder mentale problemen vallen gevoel van eenzaamheid, gevoel van onveiligheid en achterstand bij technologische ontwikkeling. Bij lichamelijke problemen denken we bijvoorbeeld aan slechthorend, slechtziend en ziekte.) Komt u in aanraking met ouderen tijdens uw werk? Ja, ik kom in aanraking met ouderen tijdens het werk. Voor mijn werk als gemeenteraadslid kom ik veel in aanraking met ouderen. Ouderen nemen vaak contact met mij op om hun problemen te bespreken. Vaak ga ik daar dan mee aan de slag in de gemeenteraad. Zo ja, welke barrières ziet u zelf tijdens uw werk? Eenzaamheid bij ouderen komt veel voor. Maar ook ouderen die langer thuis moeten blijven wonen door het sluiten van bejaardentehuizen. Zij hebben dan aan huis goede zorg nodig, maar sociale contacten zijn ook belangrijk. Je ziet dat oudere mensen die langer thuis blijven wonen daardoor in een sociaal experiment komen. Waar hebben ouderen, denkt u, meer last van maatschappelijke barrières? (thuis/tehuis/met of zonder mantelzorg) Omdat zij afhankelijk zijn van anderen, afhankelijk van zorg en mantelzorgers. Daarnaast hebben ouderen ook te maken met een verslechterende gezondheid, waardoor zij kwetsbaarder worden. Te denken valt daarbij ook aan ouderen die dementie hebben en nog thuis wonen. Wie hebben, denkt u, meer last van de maatschappelijk barrières: allochtone of autochtone Nederlandse ouderen? In een ideale situatie hoort daar gaan verschil in te zijn. Indien dit wel het geval is hoort de politiek hier iets aan te doen. Ouderenzorg en verzorgingsstaat Wat zouden we kunnen verbeteren aan de ouderenzorg? Meer maatwerk. Meer persoonlijke aandacht voor ouderen. Welke invloed heeft de vergrijzing op de ouderenzorg? Heeft vooral invloed op de kosten van de overheid voor de gezondheidszorg. Welke invloed heeft de vergrijzing op de verzorgingsstaat? Heeft vooral invloed op de kosten van de overheid voor de gezondheidszorg. Welke oplossingen zijn er om maatschappelijke barrières te voorkomen/verminderen? In gesprek gaan met ouderen om achter de maatschappelijke barriéres te komen. Daarnaast is het van belang om ouderenorganisaties te betrekken bij besluiten die worden genomen over de ouderen.
48
Partij van de Ouderen Wat doet de Partij van de Ouderen? De Partij van de Ouderen is een ouderenpartij in de Gemeenteraad van Amsterdam. De PvdO heeft 1 zetel en probeert daarmee om ouderen een stem te geven in de gemeentepolitiek. Partij van de Ouderen wil voor de ouderen opkomen. Welke resultaten ziet u? Doordat de Partij van de Ouderen in de gemeentepolitiek is gekomen staan er meer onderwerpen over de ouderen op de agenda. Daarnaast heeft de PvdO ervoor gezorgd dat er in Amsterdam een wethouder werd aangesteld die verantwoordelijk is voor het ouderenbeleid. Richt de Partij van de Ouderen zich alleen op ouderen of ook op andere doelgroepen en kwesties? De Partij van de Ouderen richt zich niet alleen op ouderen maar ook op alle andere doelgroepen. De Partij van de Ouderen legt wel zijn prioriteit bij 45+ ers. Waarom zit de Partij van de Ouderen alleen in gemeentepolitiek en niet in landelijke politiek? De Partij van de Ouderen is in eerste instantie in 2013 opgericht om mee te doen aan de verkiezingen in Amsterdam en Diemen. Of wij mee gaan doen in de landelijke verkiezingen in de toekomst is nog in beraad. Waarom zit de Partij van de Ouderen alleen in Amsterdam en aangrenzende gemeenten? De Partij van de Ouderen bestaat pas twee jaar. Wij zijn begonnen in Amsterdam en Diemen. Bij de volgende gemeenteraadsverkiezingen is echter de bedoeling om ons in meerdere gemeenten verkiesbaar te stellen.
6.3 Gerard Joling Wij hebben gebeld naar het management van Gerard Joling. Ook hebben we een mailtje gestuurd. We hebben helaas nog geen antwoord gekregen, omdat Gerard Joling het op dit moment erg druk heeft met optredens en opnames. Verstuurde mail Beste meneer/mevrouw, Wij zijn Nienke Riedstra (16) en Dörte Gezelle Meerburg (16). We zitten op Piter Jelles ! mpulse in Leeuwarden, in 5 havo. Op dit moment zijn wij bezig met ons profielwerkstuk, over de maatschappelijke barrières bij ouderen. We hadden de vraag of we een interview met Gordon en Gerard Joling kunnen doen over hun programma 'Geer en Goor'. Het interview zou gaan over de maatschappelijke barrières bij ouderen en over het programma. Het interview zou via de mail zijn. Alvast bedankt voor uw moeite. Wij horen graag iets u. Met vriendelijke groet, Nienke Riedstra & Dörte Gezelle Meerburg Tel: 0652317674 Mail:140010@pj.nl
49
Antwoord op mail Hi Dorte en Nienke, Bedankt voor jullie mail. Zodra Gerard op kantoor is laten wij hem de vragen beantwoorden. Met vriendelijke groet, Michelle Catto Entertainment-NL/Models In Entertainment (MIE)
6.4 Noorderbreedte Voor dit interview zijn we naar Nieuw Mellens geweest. We waren op tijd en hebben eerst even rondgekeken. We vonden het heel leuk om te zien: er was sinterklaasversiering en iedereen was vrolijk. Toen kwam mevrouw Frolich aanlopen. Het interview werd gehouden in de woonkamer van mevrouw Frolich. Er zaten een paar ouderen en we kregen thee van een van de vrijwilligers. Nieuw Mellens Toen zijn we begonnen met het interview. (Noorderbreedte) Algemeen Zou u zichzelf kort kunnen voorstellen? (Naam, woonplaats, leeftijd, werk) Ik ben Annet Frolich. Ik ben 47 jaar en mijn woonplaats is Leeuwarden. Welke studie heeft u gedaan? Ik heb de Intas vroeger gedaan en ik heb in service opleiding gedaan. Wat wilde u vroeger worden? Waarom bent u dit gaan doen? Ik zou eerst kapster worden maar daar kon ik geen stage plaats voor krijgen. Dus toen dacht ik nou dan ga ik dit maar doen en dat is gelukt. En ik ben heel blij dat ik dit gedaan heb. Wat doet u binnen Nieuw Mellens? Ik ben IG'er en ik ben een vast teamlid op het kleinschalig wonen. Welke werkwijze heeft Nieuw Mellens? Waarom hebben jullie hiervoor gekozen? Kleinschalig wonen houdt in dat je acht bewoners onder je hoede hebt en in principe ben ik bij hun thuis. Want dit is hun huis. En ik zorg ervoor dat ze op tijd eten en drinken krijgen en dat ze hun medicijnen krijgen. Er wordt volledig voor hun gezorgd door ons en probeer ze een hele leuke dag te geven. Ik doe dit niet alleen, ik heb nog stagiaires. En 's ochtends bij de ADL dus dat de mensen wakker worden en uit bed moeten en gewassen moeten worden dan heb ik nog een hulp van 8 tot 11. Wij hebben voor deze werkwijze gekozen omdat kleinschalig wonen veel huiselijker is. Zodat mensen zich ook sneller thuis voelen, anders is het ook zo plastisch. Dat is ook niet gezellig als je oud bent. En kleinschalig is ook veel fijner voor de bewoners en de bewoners zijn het belangrijkst. Wat we hier ook hebben is de roze loper. Dat houdt in dat homo dementerende hier ook welkom zijn. Het is niet dat we een bepaald geloof weigeren en homos weigeren we dus ook niet. Het is wel een hele openbare instelling.
50
Heeft u altijd al hier gewerkt? Ik heb eerst nog bij Bornia Herne gewerkt. Daar heb ik mijn service opleiding gedaan 25 jaar terug. En toen dacht ik somathiek vind ik niet zo leuk meer dus heb ik spychogenogatry gesolliciteerd. En dit heb ik tot de dag vandaag gedaan. Ik vind het hier bij Nieuw Mellens veel fijner werken. Het is hier veel menselijker en bij Bornia Herne is het heel ziekenhuis-achtig. En dat is niet zo mijn ding. Werk Weet u wat maatschappelijke barrières bij ouderen zijn? Ik denk wel dat ik weet wat het is. Maatschappelijke barrières is dat mensen weinig in de buitenwereld komen. Als ze geen familie hebben is het moeilijk omdat ze hierdoor moeilijker contact hebben met de buitenwereld. Dus het is wel belangrijk voor de bewoners die hier wonen dat ze regelmatig bezoek van kinderen of familie krijgen die hun heel dierbaar zijn. En bij ons in de woonkamer krijgen de bewoners gelukkig vaak bezoek van familie. En als er geen bezoek komt proberen we daar een vrijwilliger voor in te schakelen om naar buiten te gaan of om leuke dingen te doen. Een op een contact is ook heel belangrijk. Dus dat proberen we wel te stimuleren. Welke barrières ziet u zelf tijdens uw werk? Als mensen geen bezoek krijgen is dat wel heel erg. Ik doe dan zelf dat ik ze wat meer aandacht geef. Ik probeer dan ook zo veel mogelijk om met ze naar buiten te gaan. We zijn vrijdag bijvoorbeeld naar de markt geweest. Zodat ze even in een andere wereld komen. En je ziet ook dat ze daar enorm van genieten. Wat doen jullie met de feestdagen? Wij organiseren sowieso een kersdiner, we hebben een kerstboom en we proberen de woonkamer leuk aan te kleden. Zodat zij kunnen zien in wat voor tijdzone we zitten. Met de herfst doen we vaak herfstdingetjes en op dit moment hebben we sinterklaas. Want als ze in een bepaalde wereld zitten, de wereld van dementie, hebben ze vaak ook niet besef van tijd. Het is dus belangrijk dat je herkenningspunten ziet. Dat proberen we wel te evenaren. Hoe zou de samenleving om moeten gaan met de barrières die ouderen hebben? Ik vind dat er veel meer vrijwilligers moeten komen. Mensen vinden het ook moeilijk om vrijwilliger te worden omdat ze het eng vinden. Omdat natuurlijk bepaalde dementerende ook best wel onberekenbaar kunnen zijn. Dus je krijgt meer vrijwilligers die somatisch zijn dan mensen die geestelijk ziek zijn. Dat is wel heel jammer want ze zitten wel wat in een vergeten hoekje. En ik vind dat de overheid het ook niet echt stimuleert. Want er wordt heel veel gedrukt op de ouderen, het is steeds de ouderen. Terwijl zij de meeste zorg nodig hebben. Ze kunnen het niet meer zelf. Hoe denkt u dat we aan meer vrijwilligers komen? Mijn visie is altijd van ga eens een dagje mee draaien, dan weet je waar je over praat. Want als mensen hier vaak geweest zijn dan zeggen ze, ooh het valt ook best mee. Het is niet alleen maar boos en agressie. Dat hangt er ook van af waar je zit. Het is ook vaak dat het mee valt alleen als je niet weet waar je je in begeeft dan is het ook spannend. En dat snap ik wel. Moet een vrijwilliger ook aan bepaalde kenmerken voldoen? Ik vind niet dat je te veel van een vrijwilliger kunt verwachten, dat ze altijd bereikbaar zijn en dat ze op ieder moment kunnen komen. Je moet gewoon heel blij en dankbaar zijn dat 51
ze überhaupt willen komen en dat zal ik ook altijd stimuleren. Want wij hebben hier best veel vrijwilligers. Ze moeten zich natuurlijk wel een beetje aan de kleding richtlijnen houden. Want je hebt ook mensen die seksueel ontremd zijn dus dat je je niet te bloot kleed. Daar moet je wel rekening mee houden. Welke invloed heeft de vergrijzing op de ouderen zorg? Financiën, er wordt steeds meer gekort. Omdat de vergrijzing alleen maar groter wordt. Er is steeds veel minder geld. In Nieuw Mellens merk ik dit doordat er minder tijd is, minder laat naar bed en we hebben minder geld om eten te kopen. Waar hebben ouderen meer last van maatschappelijke barrières? (thuis/tehuis/met of zonder mantelzorg) Sowieso is dit een hele aparte instelling, dit is een gesloten instelling. Je komt hier ook niet zomaar. Maar of ze het besef hebben dat dit zo is vraag ik me wel af. Wie hebben meer last van de maatschappelijk barrières: allochtone of autochtone Nederlandse ouderen? Je hebt hier weinig allochtone ouderen. Maar ik denk dat dit wel meer komt. Ik denk dat je dit veel meer in de randstad ziet dat daar veel meer allochtone mensen wonen. Dus ik denk dat in de toekomst we wel meer hier naar toe gaan. Maar dat is ook logisch want dat hoort er ook bij. Ouderenzorg en verzorgingsstaat Wat zouden we kunnen verbeteren aan de ouderenzorg? Meer handelen met de individuelen ouderen, vooral dementerende en ouderen die heel eenzaam zijn. Dat zou ik echt wel meer willen zien. Maar daar is gewoon meer geld voor nodig. En ze proberen hier heel veel te organiseren. Er wordt hier veel muziek georganiseerd of gewoon wat kleine dingen op de woonkamer bijvoorbeeld kleuren of dingen maken. En we zijn van plan om in het nieuwe jaar thema weken te organiseren. Ook vier ik zelf met de bewoners sinterklaas. En kerst hebben we dan nog en we gaan wel op vrijdag naar de markt met z'n allen. Dus dat zijn wel hele leuke dingen. Wij koken hier ook zelf op de woonkamer. En dan gaan we gezellig met zijn allen eten. Net zoals thuis. Welke oplossingen zijn er om maatschappelijke barrières te verminderen? Om familie hier meer te krijgen. Om ze uit te nodigen om een keer te komen koken of dat ze meegaan met een uitje. En je zie ook dat de familie dit ook heel leuk vindt. Ook hebben we laatst meisjes gehad die de opleiding visagie doen dus die maken de bewoners op en ook hebben we laatst een hele bruidsshow gehad. En dit vinden de bewoners ook heel leuk. We hebben ook veel dingen van vroeger in de woonkamer. Want dit is heel goed voor de dementerende. Ook hebben we de opplak-deur en we hebben gezichten van de bewoners opgeplakt zodat het herkenbaar is. Als je dementerende bent moet je zorgen dat je heel veel herkenningspunten hebt. Zoals op de deur hebben we het menu van de dag, wat ze eten dan kunnen ze dat zelf zien. Dit zijn dingen die heel belangrijk zijn want ze kunnen heel overstuur raken. Ze kunnen denken, ik moet naar huis, ik moet eten, ik moet naar mijn kinderen. Want dementerende gaan terug in de tijd. Ook deze kleedjes op de tafel had je vroeger ook altijd. En als iemand toch overstuur raakt. Probeer ik altijd rustig bij diegene te gaan zitten of om even te wandelen. Even iets anders doen. Hierna hebben we nog kort gepraat over Nieuw Mellens, vrijwilligerswerk en andere dingen. 52
7. Uitwerking personen met maatschappelijke barrières In dit hoofdstuk zijn de uitwerkingen van de personen uit ons onderzoek te vinden. Het gaat hierbij over Miep Jansen, Robert Visser, Elisabeth Visser-Meijer, Durk de Jong en Johanna Dijkstra. Deze personen zijn allemaal fictief. Naam:
Miep Jansen
Geslacht:
Vrouw
Leeftijd:
76
Woonplaats:
Groningen
Relatie:
Overleden man (7 jaar geleden), daarna geen relatie meer.
Kinderen:
2 (1 dochter, 1 zoon. (Dochter heeft 3 kinderen)
Barrières:
Doof, gevoel van eenzaamheid door verlies man
Overige informatie:
Kinderen wonen ver weg en kunnen haar dus moeilijk helpen. Geen faciliteiten in het dorp.
Naam:
Robert Visser
Geslacht:
Man
Leeftijd:
82
Woonplaats:
Arnhem
Relatie:
Getrouwd met Elisabeth
Kinderen:
Nee
Barrières:
Slecht ter been, spierzwakte
Overige informatie:
Zorgt voor Elisabeth. Beide nog thuis wonend, met mantelzorg.
Naam:
Elisabeth Visser-Meijer
Geslacht:
Vrouw
Leeftijd:
86
Woonplaats:
Arnhem
Relatie:
Getrouwd met Robert
Kinderen:
Nee
Barrières:
Dementie, slecht zien
Overige informatie:
Robert zorgt voor haar. Beide nog thuis wonend, met mantelzorg.
53
Naam:
Durk de Jong
Geslacht:
Man
Leeftijd:
71
Woonplaats:
Amsterdam
Relatie:
Gescheiden. Ex niet meer in beeld.
Kinderen:
1 kind (dochter + 2 kleinkinderen)
Barrières:
Longkanker, komt niet veel meer buiten, depressief
Overige informatie:
Veel gerookt. Verzorgingshuis
Naam:
Johanna Dijkstra
Geslacht:
Vrouw
Leeftijd:
69
Woonplaats:
Klein dorpje in Friesland
Relatie:
Getrouwd, partner overleden.
Kinderen:
1 kind (heel succesvol in buitenland)
Barrières:
Arm, technologische ontwikkeling
Overige informatie:
Door overlijden partner moest ze voor zichzelf zorgen. Ze was nooit de kostwinner. Ze kan niet goed rondkomen, is dus arm. Wel heeft ze veel sociale contacten in het dorp, die voor haar zorgen.
54
8. Reflectie op onderzoek Beide hebben we een andere manier van werken. Hierdoor hebben we meerdere momenten gehad dat we er even niet uitkwamen. Toen eenmaal duidelijk was wat er verwacht werd van ons en wat we van elkaar konden verwachten, ging de samenwerking veel beter. We hebben beide ons kwaliteiten die, denken wij, goed in het onderzoek zijn terug te vinden. Beide zijn we op ons eigen manier aan de slag gegaan, maar we hebben elkaar de hele tijd door op de hoogte gehouden. We hebben ons aan de afspraken gehouden en waren beide bereid om extra werk te verrichten, als het nodig was. We bleven helaas wel lang in de oriĂŤntatie-fase hangen. Het duurde even voor we echt op onderzoek uit gingen. De oriĂŤntatie-fase is een nuttige fase, maar heeft, denken wij, iets te lang geduurd. We hadden misschien nog wel meer kunnen onderzoeken, als we eerder aan de slag waren gegaan. Iets wat we misschien ook anders hadden kunnen doen is communiceren. Het communiceren onderling is heel goed, maar met andere mensen wat minder. Zo zijn we niet vaak bij docenten langs geweest. Dit geeft natuurlijk deels aan dat we heel zelfstandig zijn, maar achteraf hadden we hier meer tijd in willen investeren. We zijn wel heel trots op ons zelf dat we interviews geregeld hebben. Beide zijn we een beetje afwachtend en stappen we niet heel snel op mensen af. Ook hadden we niet gedacht dat we mensen konden vinden die ons meer over het onderwerp konden vertellen. Dit bleek niet te kloppen, want we hebben drie afgenomen interviews. Over het algemeen zijn we erg tevreden met het onderzoek.
55