ACTUEEL
16 januari 2016, pag. 6
TEKST MAARTEN PENNEWAARD EN ROBERT JAN SPEERSTRA | FOTO RUBEN MEIJERINK
Verschanst in een watertoren schoot Jitse Akse als sluipschutter op IS-strijders in Syrië. Mensen doodgeschoten? ,,Eh… ja.’’ Hoeveel? Dat zeg ik liever niet. Meer dan twee? Eh… ja.’’ Hij gaat de Syrische Koerden binnenkort opnieuw helpen in de strijd.
niet machtig was en de Koerden weinig Engels spraken. Dan was internet een uitkomst: op zijn telefoon kon hij in een gebied met bereik appen met het thuisfront, het legioen van vrienden en bekenden dat hem moreel steunt. ,,Maar het viel lang niet altijd mee om signaal te krijgen. Samen met een Amerikaan heb ik wel eens een bedspiraal in de lucht gehouden om te kijken of we dan beter bereik hadden.’’ Ook biedt de telefoon uitkomst als Akse ,,zat is van de Koerdische muziek’’ en eens een band wil horen die hij zelf leuk vindt: AC/DC. The Dutch Falcon of Rojava, The Flying Dutchman of Berxwedan Shingal - zoals de ‘Friese Koerd’ Akse wordt genoemd door zijn medestrijders - valt in het leger op door zijn professionaliteit. De laatste periode, voor hij eind november terugkeerde naar Nederland, is hij sluipschutter. ,,Vanuit een watertoren schieten op IS-strijders. Ik kreeg een Russische sniper-rifle, een Dragunov. Die heeft in West-Europa een bereik van 800 meter, maar daar kon ik er wel 1300 meter nauwkeurig mee vuren. Door de hitte is het geweer altijd warm en de kogels ook. Die komen dan verder.’’ Akse noemt het ’een eer’ dat ze hem voor deze klus hebben gevraagd.
VECHTEN IN ‘LEGER OP GYMPIES’ Jitse Akse met het YPG-embleem: ,,Ik vecht tégen IS, net als Nederland.’’
Het verhaal van Akse
hier zit de voorkant’… Maar het houdt niet over.’’ Een enorme overgang voor Akse, die lange tijd in het Nederlandse leger diende, deel uitmaakte van Dutchbat en bij de Luchtmobiele Brigade zat, een eenheid
die bestaat uit militairen die een uitzonderlijk zware opleiding hebben doorstaan. Begin vorig jaar zegde hij zijn woning in Stiens op en vertrok naar de Koerdische regio Rojava in Syrië. Na een paar dagen training - van de categorie
TURKIJE
Kobani
Sere Kanye Till Ebyed
Aleppo
ROJAVA
Raqqa
Latakia
Deir al-Zawr Hama Homs
SYRIË
100 km
LIBANON
Damascus ISRAËL
JORDANIË
vederlichtgewicht: ,,Ik ben zelf maar even gaan kijken hoe de Russische wapens in elkaar zitten’’ - vertrok hij naar het front. Waarom? ,,Tsja, waarom… Ik volgde de berichten over de opmars van IS al wel. Kobani was de trigger. De Koerden voerden om die stad een felle strijd en ik wilde helpen. Ik vond ook dat we IS moeten stoppen. En als de Koerden, die heel erg op zichzelf zijn, via internet om vrijwilligers vragen, dan is er wel wat aan de hand.’’
IRAK
at fra Eu
Het gesprek met Jitse Akse vond op zijn verzoek plaats op een geheime locatie in Nederland. De voormalig beroepsmilitair weet dat zijn strijd tegen Islamitische Staat de aandacht trekt. Niet alleen van de Nederlandse overheid, ook van aanhangers van IS. Veel elementen uit het relaas van Akse worden ondersteund door perspublicaties over de strijd van het Koerdische ‘volksbeschermingsleger’ YPG (Yekîneyên Parstina Gel) tegen IS. Voor het overige geldt: dit is het verhaal van Akse.
oor de zoveelste keer tijdens het gesprek rolt Jitse Akse (46) een shaggie. ‘Roken is dodelijk’ staat er op het zakje. Grinnikend: ,,Dat is niet het punt waarover ik mij de meeste zorgen maak’’. Begrijpelijk. De Leeuwarder vocht een groot deel van 2015 aan de zijde van Koerdische troepen in het noorden van Syrië, om de strijders van Islamitische Staat (IS) terug te dringen. De kwaliteit van het Koerdische leger houdt niet over, maar de mentaliteit vergoedt veel, zegt hij. Sinds eind november is hij terug in Nederland, om geestelijk en lichamelijk bij te tanken. Over een paar weken vertrekt hij weer. ‘Een leger op gympies’, noemt hij zijn wapenbroeders mild spottend. ,,Het hangt van ijzerdraad en plakband aan elkaar. Onze uitrusting is om te huilen, veel nylon spul. Als je te dicht bij het kampvuur staat, krimpt het om je heen. De training van soldaten is ook, laten we zeggen, magertjes. Mensen sneuvelen uit onkunde. Het is nog net niet zo dat ze bij de opleiding zeggen: ‘Dit is een AK-47 en
Middellandse Zee
V
Gebied onder controle van: Syrische overheid en bondgenoten Rebellengroepen Islamitische Staat (IS) Koerdische strijdkrachten (bij benadering, gegevens van 7 januari 2016) © DvhN/LC 160116 | AB | Bron: GraphicNews
BONUS Er was nog een reden: ,,Een prettige bijkomstigheid was dat ik mijn oude leven kon oppakken. Echt een bonus. Want in de burgermaatschappij kon ik toch niet echt mijn draai vinden. Ik ben niet iemand voor in de fabriek of op kantoor. Haha, ik denk dat ik op kantoor binnen een week met Tipp-Ex begin te gooien!’’ Het oude leven – dat betekent optrekken met militairen en handelingen verrichten waarvoor Akse langdurig is getraind. De ‘rasechte Leeuwarder’ - opgegroeid
in de volkswijk Schieringen, waar hij op de Plataanschool zat - wekte thuis weinig verbazing toen hij na de LTS het leger inging. Dat was in 1986, op zijn zeventiende. ,,Mijn vader heeft drie jaar in Nederlands-Indië gediend, een oom vocht in Korea, een andere oom zat bij de luchtmacht, dus het zat er wel in dat ik die kant ook opging. Mijn moeder was ook niet echt verbaasd.’’ Akse werd technisch specialist en bleef vijf jaar in dienst. In 1994 werd hij toegelaten tot de Luchtmobiele Brigade en er volgde onder andere een uitzending naar het voormalig Joegoslavië. Hij maakte deel uit van Dutchbat 3, dat als onderdeel van de internationale VN-vredesmacht in 1995 in het Bosnische Srebrenica was toen de enclave werd ingenomen door Servische militairen, die vervolgens circa achtduizend mannen en jongens afvoerden en vermoordden. ,,Op dat moment was ik niet in Srebrenica’’, vertelt Akse, terwijl hij een haal neemt van een volgende zelfgerolde sigaret. ,,Ik zat vast in Zagreb en kon niet verder.
Maar de gebeurtenissen van toen zijn niet mijn motivatie geweest om naar Syrië te gaan.’’ Toen zijn contract met de Luchtmobiele Brigade werd beëindigd, kon Akse aan de slag als torpedomonteur bij de marine in Den Helder. ,,Lullenpoetser’’, schampert hij daar zelf over, ,,als burger.’’ Door bezuinigingen stopte dat werk in 2003. BEVEILIGING En toen? ,,Ja, dat was voor mij ook de vraag. Ik heb uiteindelijk een cursus beveiliging gedaan; veel oud-luchtmobielers zitten in dat werk. Misschien zou ik een particulier beveiligingsbedrijfje kunnen opzetten, dacht ik. Maar ja, dan ben je als beveiliger aan het werk bij een evenement en dan zijn er een paar tieners die moeilijk doen - dat is toch niet echt spannend. Ik miste de kick. Plus, de burgermaatschappij is niet mijn wereld. Ik ben korte lijntjes gewend. Boswachter of zo had ook gekund, zoiets heb ik overwogen.’’ Het liep net even anders. De spanning in zijn leven keerde weer terug aan het front. ,,Na
een dagje oefenen met Russische wapens werd ik ingedeeld bij een tabur, een eenheid van ongeveer vijftig man van het Koerdische ‘volksbeschermingsleger’ YPG. De eerste opdracht was: IS tot staan brengen. De Koerden waren overvallen door de opmars van IS.’’ Het werden lange, hete maanden in het Koerdische deel van Syrië, langs de grens met Turkije. ,,Het is daar overdag 45 graden, en ’s nachts nog steeds 30. Afwisselend gebied bewaken dat in onze handen was, of oprukken naar het front en gebied veroveren. Het eten is ook niet om over naar huis te schrijven: veel brood, bonen, rijst, af en toe kip. Soms kochten we een schaap van een boer. Met Pepsi, cake en snoepgoed - hun eigen variant van Mars of Snickers - kregen we extra suikers binnen. Dat was een noodzakelijke aanvulling, omdat de voeding tekortschoot.’’ Als een van de weinige westerlingen bij het YPG-leger (,,er waren nog twee Engelsen, een Canadees en een Fransman’’) drong de eenzaamheid zich wel eens op. Ook al omdat Akse de Koerdische taal
GEDOOD Hoeveel strijders heeft hij geraakt, of gedood? Akse aarzelt. ,,Eh… dat soort informatie hou ik liever voor mezelf. Justitie leest ook kranten, hoewel ze me niet heel veel kunnen maken, heb ik al gehoord van ingewijden. Ik vecht tégen IS, net als Nederland. Een huurling ben ik niet en ik ronsel hier in Nederland ook geen strijders of zo. Maar mensen doodgeschoten? ,,Eh… ja.’’ Hoeveel? Meer dan twee? ,,Eh… ja, dat wel.’’ In tien maanden tijd heeft hij honderden doden gezien, vooral IS-strijders. Bang dat hij zelf sneuvelt is hij niet. ,,Ik heb wél eens gedacht: nou… dat ging maar net goed.’’ Er valt een korte stilte. ,,Tja, ik ga er niet heen om dood te gaan, maar ik heb dat altijd wel gezien als beroepsrisico. Als het gebeurt, gebeurt het.’’ Inmiddels heeft Akse, die van de Koerden alleen eten, onderdak en internet krijgt en verder niks verdient, het wel weer gezien in Nederland. Hij wil terug naar ‘zijn’ Rojava. De reis gaat via Irak. ,,Ik begin me alweer te vervelen hier. Ik heb zin om te gaan.’’ Hij kijkt ook verder vooruit. Want na de strijd is het avontuur nog niet afgelopen. ,,Dan begint de wederopbouw. Ook daar wil ik aan meewerken. De kans is groot dat ik er blijf.’’
Dit is deel drie in een korte serie waarin deze krant de verbanden toont tussen Noord-Nederland en en de ‘War on Terror’, die woedt sinds 2001. Volgende afleveringen gaan onder meer over de rol van Vliegbasis Leeuwarden. Eerdere producties gingen over de ‘Grote Oren’ van de ‘afluisterpost’ in Burum (zaterdag 9 januari) en IS-deskundige Pieter Nanninga van de Rijksuniversiteit Groningen (zaterdag 2 januari). Op lc.nl is een dossier te vinden over deze serie.
IK HEB WÉL EENS GEDACHT: NOU, DAT GING MAAR NET GOED