05 april 2018, pag. 12
Melkveehouders mogen ook de komende twee jaar meer mest uitrijden op hun land dan hun collega’s in Europa. FOTO NIELS DE VRIES
Nitraatcomité weerstaat lobby milieuorganisaties VERVOLG VAN PAGINA 2
Het binnenhalen van de derogatie was allerminst een gelopen race, weet voorzitter Harm Wiegersma van de Nederlandse Melkveehouders Vakbond. Wiegersma, melkveehouder in Rinsumageast, verwijst naar de gezamenlijke brief van elf Nederlandse milieuorganisaties aan de Europese Commissie en het Nitraatcomite, om de ontheffing voor de Nederlandse melkveehouderij te beëindigen om zodoende Nederland te verlossen van te hoge mestgiften per hectare. ,,Er is in afgelopen laatste dagen nog een zeer intensieve lobby gevoerd.” De NMV-voorzitter is blij dat het Nitraatcomité de pressie van de milieuorganisaties heeft weerstaan en de derogatie toch heeft verlengd. Volgens hem kan grasland nog wel
‘Op termijn is kunstmest overbodig’ hogere mestgiften aan, mits een boer de mest toedient bij groeizaam weer en zorgt voor een goede mestkwaliteit, bijvoorbeeld middels beluchting. ,,Dat is onze ambitie en dan is op termijn kunstmest overbodig.” Wil Meulenbroeks, voorzitter van de LTO vakgroep melkveehouderij, deelt die mening. Beiden zijn ook van mening dat het traject om de ontheffing veilig te stellen niet de schoonheidsprijs verdient. Meulenbroeks: ,,Het is niet niks geweest wat er allemaal over de boeren is uitgestort. Het heeft gezorgd voor verdeeldheid en het is nu zaak om de eenheid weer te versterken.”
Wiegersma: ,,We zijn de afgelopen jaren alleen maar bezig geweest met reparatiewetgeving. Als er na het afschaffen van de melkquotering een ander reguleringssysteem was opgetuigd, hadden we al die ellende niet gehad.” Foppe Nijboer uit Boelenslaan, voorzitter van Netwerk Grondig, een belangenorganisatie voor grondgebonden melkveehouders, spreekt er nog altijd schande van dat ook veehouders die zonder derogatie boeren, moesten meewerken aan het behoud ervan. Hij vraagt zich bovendien af of de opgetuigde fosfaatregelgeving nog wel in verhouding staat tot wat bereikt is: een derogatie voor nog geen twee jaar. Nijboer verwijst in dit verband naar de nieuwe verplichting om een derogatievergunning aan te vragen, in plaats van het indienen van een aanvraag, en de eis om tijdig een mineralenadministratie aan te leveren.