beleidsplan leiedal 2014-2019
4
beleidsplan 2014/2019
1
missie van leiedal
2 inleiden
Samen, strategisch, streekgericht, stimulerend en slimmer p 10
Streekontwikkeling met een economisch fundament
Kompaan van lokale besturen, de regio en de Eurometropool p 13
de samen vatting
p 16
Drie werkdomeinen en drie werklijnen
7 finan cieel plan
p 17
Eenvoudiger overleg met meer impact
p 22
Huidig financieel beleid
Regionale projecten in uitvoering van het Streekpact en de Eurometropool 2020
p 86
p 22
Principes voor de periode 2014-2019
Kostenbewust meerwaarden creĂŤren
p 88
werk domeinen & werk lijnen
p 16
Leiedal integreert, innoveert en inspireert
3 ambities
p 23
Werkdomein ondernemen & ontwikkeling
p 27
Werkdomein ruimte & leefomgeving
p 33
Werkdomein mens & samenleving
p 39
Werklijn e-government
p 43
Werklijn proces- en projectregie
p 47
Werklijn communicatie & participatie
p 51
5
4 inter
lokale en inter bestuur lijke samen werking
De belangen van de gemeenten behartigen
p 56
Delen van middelen en expertise
p 56
Eenvoudiger overleggen, krachtiger aansturen
p 57
Nieuwe samenwerking opstarten
p 57
Interbestuurlijk samenwerken
p 59
5 regio
nale samen werkings verban den & projec ten
Behoud door ontwikkeling
p 62
Mobiliteit, infrastructuur en publieke ruimte
p 64
Klimaatneutrale regio
p 67
Blauw-Groen Netwerk p 69 Streekontwikkeling
p 72
6 leiedal als orga nisatie
Een organisatie die krachten wil bundelen
p 80
Een transparant en interactief bestuur p 80 Beperkte overhead die zoveel als mogelijk wordt gedeeld met andere organisaties
p 81
Begeesterende en motiverende organisatie in regionaal en internationaal netwerk
p 83
inhoud
6
beleidsplan 2014/2019
7
Interactief en innoverend. Dit is hoe Leiedal de komende zes jaar opnieuw ten dienste wil staan van haar vennoten en de regio. In deze nota leest u hoe Leiedal dit wil doen. Deze nota geeft de krachtlijnen en prioriteiten weer voor de komende jaren. De nota is als volgt opgebouwd: Missie van Leiedal / Inleidende samenvatting / Ambities per werkdomein en werklijn / Interlokale en interbestuurlijke samenwerking / Regionale samenwerkingsverbanden en projecten / Leiedal als organisatie / Financieel plan.
vooraf
In de bijlagen leest u hoe dit beleidsplan tot stand is gekomen en vindt u meer informatie over hoe dit plan aansluit op het Streekpact en de strategie Eurometropool 2020. De concrete vertaling van deze ambities vindt u in de jaaractieplannen die we samen met onze vennoten zullen opstellen. De evaluatie en bijsturing van dit
beleidsplan maken we eveneens jaarlijks naar aanleiding van het werkingsverslag. Leiedal wil dit beleidsplan uitvoeren in dagelijkse interactie met de lokale besturen, de vele partners en de bovenlokale besturen.
10
beleidsplan 2014/2019
Leiedal wil interactief en innovatief werken, op basis van vijf principes.
Samen
Strategisch
Als partner van de gemeente en andere actoren via co-creatie en coproductie mee het lokale beleid ondersteunen en realiseren
Vanuit heldere objectieven op korte en lange termijn efficiĂŤnt, geĂŻntegreerd en actiegericht denken en doen
11
missie
Streek gericht Van onderuit werken aan de veerkracht van het ondernemerschap, aan de identiteit van de beeldbepalende structuren van de regio en aan de samenleving die er is ingebed
Stimulerend
Slimmer
Handelen in termen van betrokkenheid, begeestering en verantwoordelijkheid door aan de hand van communicatie, participatie en netwerking de uitdagingen, ontwikkelingskansen en prioritaire acties en realisaties bespreekbaar en zichtbaar te maken
Meerwaarde creĂŤren door te innoveren in inhoud, methodes en organisatie
12
beleidsplan 2014/2019
13
Leiedal werkt via drie sporen
LOKALE BESTUREN Als verlengstuk en partner van de lokale besturen door hen te ondersteunen in hun ambities en kerntaken
missie
REGIO Als betrouwbare en dynamiserende actor in de brede regio door het initiĂŤren ĂŠn organiseren van de samenwerking tussen de lokale besturen, het middenveld en andere regionale actoren
eURO METROPOOL Als stakeholder in de Eurometropool door het mee ontwikkelen van de streek in een Eurometropolitane context
inleiding
Leiedal bevindt zich net als haar gemeenten op een sleutelmoment in haar bestaan. De gemeenten staan financieel onder druk. Het economisch fundament van Leiedal verandert. De bovenlokale overheid denkt vaak al te hiërarchisch en al te sectoraal wat een geïntegreerd beleid in een gemeente en regio moeilijker maakt. De maatschappelijke uitdagingen op vlak van demografie, tewerkstelling, mobiliteit, woningmarkt en -typologie, energie, ecologie en zorg zijn dringend en vergen een krachtige aanpak.
In het Beleidsplan 2014-2019 wil Leiedal een antwoord geven op deze uitdagingen door streekontwikkeling nog meer geïntegreerd aan te pakken, vanuit een brede scope op de regio. Leiedal wil haar eigen werking en organisatie krachtiger maken door het definiëren van werkdomeinen en werklijnen. Via interlokale en interbestuurlijke samenwerking en via regionale projecten realiseert Leiedal financiële én maatschappelijke meerwaarde.
16
beleidsplan 2014/2019
Streekontwikkeling met een economisch fundament Een sterke economische structuur blijft het fundament voor de welvaart en het welzijn van deze streek. Het volstaat echter al lang niet meer om bij streekontwikkeling louter op economische parameters in te zetten. De prioriteiten zijn meervoudig geworden. Zo speelt de leef- en omgevingskwaliteit een steeds grotere rol in de aantrekkingskracht van een streek.
Die kwaliteit wordt bepaald door het onderwijsaanbod, de betaalbaarheid van de woongelegenheden, de recreatie- en ontspanningsmogelijkheden, het cultuuraanbod, de zorgvoorzieningen. In die geest wil Leiedal werken aan streekontwikkeling door te focussen op zowel economische aspecten als op de brede maatschappelijke veranderingen en behoeften.
Leiedal integreert, innoveert en inspireert Het groeiende takenpakket dat door de lokale besturen moet opgenomen worden en de toenemende complexiteit van zowel lokale als bovenlokale opdrachten en projecten heeft in het verleden geleid tot een sectorale verkaveling van beleidsvisies. Vaak werden ook de organisatiestructuren hierop geĂŤnt. Intussen is duidelijk geworden dat kwalitatieve en gedragen resultaten een geĂŻntegreerde aanpak vergen. Leiedal wil niet alleen in de uitvoering van haar opdrachten maar ook in haar aanpak en binnen haar eigen organisatie nog sterker sectoroverschrijdend en integrerend werken. Leiedal neemt ook alle activiteiten in overweging waarvan de lokale besturen menen dat de inter-
communale de meest aangewezen partner is bij de realisatie van hun missie met name: op het lokale niveau bijdragen tot de welvaart, tot het welzijn van de burgers en tot de duurzame ontwikkeling van het gemeentelijk gebied, cfr. het gemeente decreet. Dit betekent echter niet dat Leiedal mogelijke platgetreden paden niet kan verlaten, integendeel. Leiedal wil immers blijvend een innoverende en inspirerende partner zijn die continu zoekt naar hiaten, nieuwe uitdagingen, oplossingen en methodieken die werkbare antwoorden bieden op de vragen en de noden van de lokale besturen.
17
Drie werkdomeinen en drie werklijnen Leiedal wil haar eigen werkgebieden, werkvormen en bestaande samenwerkingsverbanden beter integreren door ze te bundelen in de drie werkdomeinen ‘ondernemen en ontwikkeling’, ‘ruimte en leefomgeving’, ‘mens en samenleving’, en de drie
werklijnen ‘e-government’, ‘communicatie en participatie’ en ‘proces- en projectregie’. De werkdomeinen focussen op een inhoudelijke benadering, de werklijnen op de aanpak. Beiden zijn evenwaardig en complementair.
RUIMTE & LEEFOMGEVING
PRO CES- & PROJECTR EGIE
E- G OVER N M E N T
N& E M NE ELING R E ONDT WIKK ON
COM MUNICATIE & PAR T ICIPATIE
G N I & LEV S N N E E M AM S
inleiding
18
beleidsplan 2014/2019
Ondernemen & ontwikkeling Leiedal wil een slimme en duurzame groei en tewerkstelling helpen realiseren. We hebben een blijvende nood aan fysieke ruimte voor ondernemen, in het bijzonder voor KMO’s. Samen met het snel op de markt brengen van de reeds bestemde gronden, wil Leiedal in het bijzonder werk maken van de creatie van nieuwe ruimte door inbreiding, reconversie en hergebruik. Daarnaast zal Leiedal ook mentale ruimte voor ondernemen scheppen. Zo zal aandacht gegeven worden aan trajectbegeleiding, het uitvoeren van praktijkgerichte studies rond ruimtelijke economische vraagstukken, het stimuleren van de samenwerking tussen bedrijven via parkmanagement en de bereikbaarheid via de verschillende vervoersmodi.
19
inleiding
Ruimte & leefomgeving Sinds haar ontstaan werd Leiedal aangesproken als deskundige op het vlak van ruimte en leefomgeving voor dossiers die een langetermijnvisie, een optimale terreinkennis en een grote mate van continuïteit vereisen. Dit wil Leiedal blijven aanhouden, sterker nog aan de hand van het partnerschap met lokale besturen te verstevigen, nog meer grens- en sectoroverschrijdend te werken en visies en plannen concreet op het terrein te vertalen. Naast dit partnerschap van lokale besturen wil Leiedal een regionale ruimtelijke visie uitwerken waarbij veel aandacht gaat naar de dynamiek van het ondernemen, duurzaam ruimtegebruik, klimaatneutraliteit, mobiliteit en het blauw-groene netwerk. Deze regionale visie krijgt haar gedragenheid door participatie en een heldere communicatie.
Mens & samenleving Leiedal is op vandaag in streekontwikkeling al actief bezig met thema’s als creativiteit, streekimago, wonen, zorginnovatie en recreatie. Leiedal wil dit blijven opnemen in de eigen werking en projecten. Daarnaast wil Leiedal de komende jaren de streekpartners ondersteunen die actief zijn in de domeinen van sociaal beleid, cultuur, toerisme, sport en andere persoonsgebonden thema’s. Vanuit de samenwerking met de betrokken partners en de daarbij horende krachtenbundeling wil Leiedal de gemeenten en OCMW’s geïntegreerd ondersteunen.
20
beleidsplan 2014/2019
E-government In de voorbije vijftien jaar heeft Leiedal een sterke werking uitgebouwd rond GIS, ICT, online shared services, webontwikkeling, e-Government en elektronische dienstverlening. Leiedal wil deze opgebouwde kennis en instrumenten valoriseren in de volle breedte van de werking van lokale besturen en zo de kostenefficiĂŤntie en bestuurskracht verhogen. Leiedal wil lokale besturen helpen op een overwogen manier in te spelen op technologische ontwikkelingen, zoals mobiele technologie en open data. Verder wil Leiedal haar platformen verbreden en verdiepen en via kanaalsturing en gebruikersonderzoek lokale dienstverlening ondersteunen. Innoveren blijft een sleutelwoord in de e-Governmentwerking, waarbij extra aandacht gaat naar de vertaalslag naar lokale besturen en de werking van Leiedal.
21
inleiding
Proces- & projectregie De voorbije jaren heeft Leiedal via projecten kennis en inzicht opgebouwd rond de methodiek van proces- en projectregie als middel om resultaatgericht werken te stimuleren en veranderingsprocessen te sturen. Om de slaagkansen van beleids-, participatie- en projectprocessen op lokaal en regionaal niveau te versterken zal Leiedal haar beschikbare deskundigheid in proces- en projectregie in de toekomst nog explicieter aanwenden. Voor kleine, generieke projecten of vragen zal ad hoc advies beschikbaar zijn. Voor meer specifieke, complexe processen en projecten is een integrale begeleiding meer aangewezen.
Communicatie & participatie Leiedal zal tijdiger, actiever en creatiever communiceren. De communicatie zal ook preciezer verlopen, met een goede mix volgens boodschap en doelgroep. Verbeelden en digitaliseren zijn de twee centrale werkwoorden de komende jaren. Onderliggend wil Leiedal een duurzaam, correct en coherent imago opbouwen. De intercommunale wil deze beleidsperiode meer dialoog over de streek en streekprojecten organiseren.
22
beleidsplan 2014/2019
Eenvoudiger overleg met meer impact Het engagement van beleidsmakers en -verantwoordelijken is cruciaal op lokaal en bovenlokaal niveau. Leiedal wil het politiek overleg meer slagkracht geven door het organisatorisch te vereenvoudigen en het inhoudelijk te verdiepen. Naast de samenwerking tussen de lokale besturen,
het middenveld en andere regionale actoren wordt ook de interbestuurlijke samenwerking belangrijker om regionale ambities, thema’s en projecten te agenderen en te realiseren.
Regionale projecten in uitvoering van het Streekpact en de Eurometropool 2020 Leiedal werkt mee aan de ontwikkeling van Zuid-West-Vlaanderen. Dat doet Leiedal door actief deel te nemen aan regionale samenwerkingsverbanden en regionale projecten. De projecten worden geĂŻntegreerd aangepakt. Met dit beleidsplan wil Leiedal mee het RESOC streekpact en de Eurometropoolstrategie 2020 realiseren. De intercommunale was nauw betrokken bij de totstandkoming van deze plannen en schaart zich ten volle achter de ambities die in deze
verbanden zijn geformuleerd: verjonging van de regio, een topregio voor de creatieve maakindustrie, het socio-economisch potentieel van de grensstreek uitbouwen, een beeld- en structuurbepalend blauw-groen netwerk, een klimaatneutrale regio, het versterken van de mobiliteit en de internationale bereikbaarheid. Daarnaast wil Leiedal in haar activiteiten ruimte en tijd vrijmaken voor onderzoek en innovatie, voor de gemeenten en voor de regio.
23
Kostenbewust meerwaarden creëren Het schaarser worden van ruimtelijke uitbreidingsmogelijkheden en de toenemende complexiteit van projecten zorgen voor beperktere financiële mogelijkheden. De voorbije jaren werd de financiële ruimte van de lokale besturen steeds krapper. Eenzelfde tendens is waarneembaar bij de toewijzing van Vlaamse, Federale en Europese subsidies. Uitgaande van deze vaststelling wil Leiedal nog meer kostenbewust omgaan met de beschikbare middelen door een stringent beheer van haar werkingskosten op korte en op middellange termijn, zonder de solidariteitsprincipes die sinds haar ontstaan zijn ingebouwd te verwaarlozen. Een evenwichtige streekontwikkeling vereist solidariteit tussen de aangesloten gemeenten.
Het financieel plan van Leiedal wordt niet louter gestuurd vanuit een besparingsbehoefte. Vanuit haar maatschappelijke rol wil Leiedal immers blijven investeren in de ondersteuning van lokale besturen, de interlokale en interbestuurlijke samenwerking en de regionale projecten. Die projecten zijn een hefboom voor het behoud en de ontwikkeling van de veerkracht van Zuid-West-Vlaanderen in een Eurometropolitane context. Leiedal zal niet alleen eigen middelen selectief en strategisch inzetten maar ook extra inspanningen leveren om subsidies, fondsen en andere steunmaatregelen van bovenlokale besturen naar deze regio te trekken. Naast deze financiële meerwaarden zal Leiedal ook telkens zoeken naar ruimtelijke, cultuurhistorische, maatschappelijke en ecologische meerwaarden.
inleiding
Leiedal ontplooit haar werking in drie werkdomeinen ‘ondernemen en
ontwikkeling’, ‘ruimte en leefomgeving’, ‘mens en samenleving’, en drie werklijnen ‘e-government’, ‘proces- en projectregie‘ en ‘communicatie en participatie’. In de volgende passages leest u de grote lijnen voor de komende beleidsperiode voor elk van deze werkdomeinen en werklijnen.
werkdomeinen & werklijnen
26
beleidsplan 2014/2019
27
ondernemen & ontwikkeling Leiedal wil de economische dynamiek en veerkracht in de regio verder helpen uitbouwen. Door de jaren heen heeft de intercommunale hiervoor ruimte om te ondernemen en te wonen gerealiseerd. De voorbije jaren werden ook vaker reconversieprojecten en gemengde projecten aangepakt. Die verworven kennis en inzichten wil Leiedal nog uitdrukkelijker ontplooien. Leiedal wil een slimme en duurzame groei en tewerkstelling helpen realiseren, onder meer in functie van het versterken van de streek en het optrekken van de kwaliteiten er van. We hebben een blijvende nood aan fysieke ruimte voor ondernemen, in het bijzonder voor KMO’s. Samen met het snel op de markt brengen van de reeds bestemde gronden, wil Leiedal in het bijzonder werk maken van de creatie van nieuwe ruimte door inbreiding, reconversie en hergebruik. Dit zal gebeuren op basis van een permanente en doorgedreven prospectie en data-analyse, in samenwerking met andere publieke en private actoren. Daarnaast zal Leiedal ook mentale ruimte voor ondernemen scheppen. Zo zal aandacht gegeven worden aan trajectbegeleiding, aan het uitvoeren van praktijkgerichte studies rond ruimtelijke economische vraagstukken, het stimuleren van de samenwerking tussen bedrijven via parkmanagement en de bereikbaarheid via de verschillende vervoersmodi.
werk domeinen
28
beleidsplan 2014/2019
Fysieke en mentale ruimte voor ondernemen Zuid-West-Vlaanderen laten uitgroeien tot een topregio voor de creatieve maakindustrie is een topprioriteit binnen het RESOC Streekpact. Leiedal werkt ten volle mee aan de realisatie van deze doelstelling door de creatie van een voldoende, kwaliteitsvol, betaalbaar en gedifferentieerd aanbod aan fysieke ruimte. Dit blijft in de komende beleidsperiode een kerntaak voor Leiedal. Op basis van een lange termijnbehoefte (2007) voor de periode 2007-2022 bedraagt de te realiseren nood aan ruimte om te ondernemen voor de regio tegen het einde van de beleidsperiode 132 ha netto. Leiedal wenst daarvan minimaal 75 % voor haar rekening te nemen en dus circa 100 ha netto extra op de markt te brengen waarvan minimaal 50 ha netto specifiek voor KMO’s. Dit is evenwel niet voldoende. Om welvaart en welzijn in deze regio te verzekeren moet Leiedal via verschillende initiatieven en participaties ook de uitbouw van een goed leef- en omgevingsklimaat om te ondernemen helpen faciliteren. Leiedal wil door de creatie van mentale ruimte meer ondernemerschap en tewerkstelling genereren.
Bijzondere aandacht voor bestaande en nieuwe KMO’s In het creëren van fysieke ruimte voor ondernemen moet op korte termijn bijzondere aandacht besteed worden aan de realisatie van gronden en sites voor KMO’s. De 60 ha bruto voor KMO’s in de pijplijn moeten snel bouwrijp gemaakt worden om het huidig tekort aan beschikbare kavels te verhelpen. Parallel zal via inbreiding, herbestemming, reconversie en hergebruik gezocht worden naar nieuwe ruimte voor bestaande en nieuwe vormen van KMO’s.
Slimme logistieke poorten verder uitbouwen Logistiek is een belangrijk ondersteunende factor voor de uitbouw en verankering van de creatieve maakindustrie. In nauwe samenwerking met de Provincie wenst Leiedal in te spelen op de geplande Seine-Schelde verbinding door onder meer de verdere uitbouw van de multimodale logistieke knooppunten en de creatie van voldoende ruimte voor transport, logistiek en distributie.
29
Innoveren in prospectie en aanbod Om in te spelen op de creatieve maakindustrie zijn ook een aantal accentverschuivingen wenselijk. Het aanbieden van nieuwe vormen van huisvesting, zoals kleine units op bijzondere locaties verweven in het bebouwd weefsel, is daar ĂŠĂŠn van. Daarenboven dient onderzocht te worden of, hoe en met welke partners Leiedal ook andere vormen van uitgifte zoals verhuring, erfpachten, opstal,.. dient te implementeren om in te spelen op de veranderende vragen vanuit het ondernemersleven. Dit vergt een aanpak van doorgedreven prospectie en goede data- analyse alsook het versterken van de band tussen Leiedal, haar lokale besturen en de ondernemerswereld om een goed zicht te hebben op de reĂŤle vraag en behoefte.
Minstens 60% uitgifte uit reconversie, hergebruik en verdichting Leiedal realiseert het aanbod aan fysieke ruimte door eigen realisaties maar ook via samenwerking met andere publieke en private partners waar dit een meerwaarde oplevert. Leiedal schaart zich daarbij ten volle achter het regionaal objectief om tegen het einde van de beleidsperiode 60% van de uitgifte van de ruimte voor ondernemen in de regio te realiseren uit hergebruik, reconversie en verdichting. Dit objectief kan bereikt worden door leegstaande en onderbenutte sites na herinrichting opnieuw uit te geven, gecombineerd met het verdichten van bestaande zones en het stimuleren van de vlotte doorverkoop van leegstaande panden door vraag en aanbod op elkaar af te stemmen en transparant te maken. Als belangrijke aanbieder van ruimte om te ondernemen wenst Leiedal dan ook 60% van haar eigen netto uitgifte uit reconversie, hergebruik en verdichting te halen.
werk domeinen
30
beleidsplan 2014/2019
Opwaarderen oudere terreinen Bestaande en verouderde terreinen (waarvan sommige reeds meer dan 50 jaar oud zijn) worden bovendien best opgewaardeerd tot moderne terreinen die beantwoorden aan de hedendaagse normen om langdurige leegstand te vermijden. Leiedal ondersteunt haar gemeenten daarbij door de opmaak van herinrichtingsplannen en procesregie. De nieuwe subsidieregeling, die voorziet in een tussenkomst tot 85% van de herinrichtingskosten van het openbaar domein, kan hierbij een belangrijke hefboom zijn. Door het gelijktijdig introduceren van parkmanagement bij deze revitaliseringsprojecten, zal ook de kwaliteit van de opgewaardeerde terreinen op lange termijn behouden blijven.
Begeleiden ondernemingen Om te slagen in het opzet om de creatieve startende en groeiende ondernemingen in de regio te houden en aan te trekken zal een doorgedreven begeleiding noodzakelijk zijn. De bestaande trajectbegeleiding om een ondernemer te ondersteunen
in hun zoektocht naar een geschikte huisvesting om te ondernemen en het bekomen van alle nodige vergunningen hiervoor, moet verder uitgebouwd worden in nauwe samenwerking met onder meer de aanspreekpunten lokale economie van de gemeenten, Unizo en Voka.
Een ondernemingsvriendelijk klimaat creĂŤren In functie van het faciliteren van een goed omgevingsklimaat om te ondernemen, participeert Leiedal voor de gemeenten en regio reeds enkele jaren in tal van initiatieven zoals Designregio Kortrijk, Budafabriek, MyMachine, Microsoft Innovation Center. Daarnaast maakt Leiedal praktijkgerichte studies om ruimtelijke economische vraagstukken mee te helpen oplossen zoals de herinvulling van zones bestemd voor milieubelastende industrie. Deze inspanningen moeten resultaatgericht verdergezet worden en zo nodig worden versterkt.
31
Sociale economie verweven met lokale economie Leiedal is al geruime tijd betrokken bij het werkveld van sociale economie, als medeoprichter van het sociaal bedrijvencentrum Kanaal127 en de interlokale samenwerking rond Sinergiek. Dit engagement blijft Leiedal aanhouden en versterken, door hun werking meer te verweven met onze werking rond lokale economie.
Over de grenzen de regio promoten Om uit te groeien tot een topregio voor de creatieve maakindustrie is tenslotte een grensoverschrijdend promotiebeleid noodzakelijk. Een promotiebeleid dat de complementariteit van het aanbod over de grenzen heen in de verf zet en zich in het bijzonder focust op de verdere uitbouw van de speerpuntsectoren van de regio: kunststoffen en innovatieve materialen, mechatronica, beelden communicatietechnologie. Dit zal gebeuren in nauwe samenwerking met partners, zoals Flanders Investment and Trade, de Provincie en de Eurometropool.
Kwalitatieve en betaalbare woonprojecten
Een ondernemingsvriendelijk klimaat gaat samen met de kwaliteit van de leefomgeving. Dit vergt niet enkel investeringen in cultuur, recreatie, zorg, toerisme en open ruimte, maar ook in een voldoende groot en kwalitatief aanbod aan betaalbaar wonen. Leiedal helpt deze doelstelling te bereiken in concrete projecten. Leiedal treedt op als ontwikkelaar van een aantal eigen woonprojecten, veelal samen met de sociale huisvestingsmaatschappijen en de private sector, en als project- en procesbegeleider van projecten die de gemeenten wensen te (laten) realiseren. Bij de eigen realisaties ligt het accent hoofdzakelijk op vernieuwende zones en op het creĂŤren van een aanvullend aanbod voor doelgroepen die beperkt hun gading vinden op de huidige woningmarkt. Daarbij wil Leiedal nieuwe woonvormen verkennen en uittesten, gaande van nieuwe woontypologieĂŤn tot nieuwe vormen van organisatie van een woonproject.
werk domeinen
32
beleidsplan 2014/2019
33
RUIMTE & LEEFOMGEVING Sinds haar ontstaan wordt Leiedal aangesproken als deskundige op het vlak van ruimte en leefomgeving voor dossiers die een langetermijnvisie, een optimale terreinkennis en een grote mate van continu誰teit vereisen. Dit wil Leiedal blijven aanhouden en versterken, door het partnerschap met lokale besturen te verstevigen, nog meer grens- en sectoroverschrijdend te werken en visies en plannen concreet op het terrein te vertalen.
Naast dit partnerschap van lokale besturen wil Leiedal een regionale ruimtelijke visie uitwerken waarbij veel aandacht gaat naar de dynamiek van het ondernemen, duurzaam ruimtegebruik, klimaatneutraliteit, mobiliteit en het blauw-groene netwerk. Deze regionale visie krijgt haar draagvlak door participatie en een heldere communicatie.
werk domeinen
34
beleidsplan 2014/2019
Partnerschap met lokale besturen verstevigen Lokale besturen staan vandaag voor heel wat nieuwe uitdagingen op vlak van ondernemen, wonen, mobiliteit, energie, landbouw, klimaat en biodiversiteit. Nieuwe thema’s zoals onroerend erfgoed komen op de agenda. Planningsprocessen worden steeds complexer en regelgeving evolueert constant: de omgevingsvergunning, het versnellen van complexe investeringsprojecten, milieueffectenrapporten (MER) en projectMER, de digitale bouwaanvraag, hemelwaterplannen, milieuhandhaving. Leiedal wil de besturen bij deze nieuwe uitdagingen nog sterker ondersteunen door de rol van partner te verbreden en te verdiepen. Leiedal werkt hierbij steeds vanuit de doelstelling om ruimtelijke kwaliteit te realiseren en dit op kleine en grote schaal. Leiedal wil dit partnerschap verstevigen door continu nauw samen te werken met de lokale besturen en in coproductie de krachtlijnen voor het lange termijnbeleid rond ruimte en leefomgeving en de concrete strategische projecten te definiëren. Via deze strategische planning wordt gewerkt aan een algemeen kader: visievorming op lange termijn, regionale visievorming, regionaal ontwerp. Leiedal zorgt dat ze direct aanspreekbaar is voor lokale besturen en zal hen waar nodig ondersteu-
nen bij het bundelen, analyseren en beheren van ruimtelijke data als fundament voor het definiëren, evalueren, monitoren en bijsturen van hun strategisch beleid.
Grens- en sector overschrijdend werken In onze sterk verstedelijkte regio zijn deze uitdagingen niet langer uitsluitend op lokale schaal aan te pakken. De toegenomen verwevenheid en afhankelijkheid vergt meer visievorming en een krachtigere besluitvorming en realisatie op regionale schaal. Werken rond ruimte is ook steeds meer beleidsmatig verkokerd in sectoren zoals natuur, milieu, wonen, ondernemen, mobiliteit, landbouw, ... Deze thema’s werken sterk op elkaar in en leiden enkel tot ruimtelijke kwaliteit door ze geïntegreerd aan te pakken. Leiedal wil de ruimtelijke opgaven geïntegreerd aanpakken en sterkere banden smeden tussen het open en verstedelijkt landschap en de publieke ruimte. Het ontwerpend onderzoek is de methode bij uitstek om die thema’s op verschillende schaalniveaus te integreren.
35
Visie en plannen vertalen op het terrein Visies op lange termijn zijn enkel zinvol als ze een vertaling krijgen in concrete projecten die de kwaliteit van de leefomgeving verbeteren. De tijd van de opmaak van blauwdrukplannen ligt achter ons: plannen dienen niet langer om op passieve wijze een gewenste toekomst gedetailleerd vast te leggen. Door het definiëren en uitvoeren van strategische projecten wordt op een actieve manier gewerkt aan een meer kwalitatieve ruimtelijke omgeving. Een uitdagende wisselwerking tussen visie en projecten vraagt om samenhang en continuïteit. Die kan enkel tot stand komen binnen een sterk partnerschap tussen Leiedal en de lokale besturen. Leiedal wil de lokale besturen begeleiden, van het samen definiëren van strategische ruimtelijke projecten en programma’s tot het benoemen en realiseren van concrete sleutelprojecten op korte termijn.
Werkmethodes en kennis delen Leiedal richt instrumenten, methodieken en subsidies op plannen én op realisatie. • Leiedal wil meer inzetten op de ontwerp-work-
shop waarbij op korte termijn snel en degelijk resultaten kunnen worden geboekt en het ontwikkelen van doeltreffende participatietrajecten, projecten als Lelijke Plekjes, … • Volgens de netwerkfilosofie wil Leiedal een netwerk van deskundigen uitbouwen die voor de lokale besturen en voor de intercommunale wordt ingezet. Dat kan door samen te werken met publieke en private partners. Een interlokale of regionale aanpak realiseert schaalvoordelen. • Leiedal wil praktische ondersteuning aanbieden aan de lokale besturen op het vlak van bijvoorbeeld tijdelijke vervanging van ambtenaren, degelijke logistieke ondersteuning met betrekking tot databeheer en data-analyse en het implementeren van nieuwe processen en producten (bvb. omgevingsvergunning, digitale bouwaanvraag, digitaal omgevingsloket, …) • Leiedal organiseert kennisuitwisseling en beleidsondersteuning via formules van interlokaal overleg, Winvorm, ontwerp-workshops, … • Leiedal verkent nieuwe thema’s die aansluiten op de huidige werking en waarvoor er deskundigheid aanwezig is, in functie van een toekomstige ondersteuning van de lokale besturen zonder de overhead te laten toenemen. Onroerend erfgoed is een dergelijk nieuw thema. Zie ook ‘interlokale en interbestuurlijke samenwerking’
werk domeinen
36
beleidsplan 2014/2019
Een gedragen regionale ruimtelijke visie uitwerken De regio staat voor uitdagingen zoals mobiliteitsdruk, klimaatadaptatie, achteruitgang biodiversiteit, vergrijzing, energiekost en hernieuwbare energieproductie, milieudruk en versnippering van de open ruimte. Deze uitdagingen moeten meestal ruimtelijk bovenlokaal worden aangepakt. Leiedal wil samen met de lokale en andere besturen een geïntegreerde ruimtelijke toekomstvisie uitwerken om het hoofd te bieden aan deze acute maatschappelijke uitdagingen. Een regionale ruimtelijke visie focust op een beperkt aantal onderling met elkaar verbonden strategische thema’s waarbij duidelijk moet worden hoe de regio met de uitdagingen kan omgaan. Klimaat, mobiliteit, blauw-groen netwerk en publieke ruimte De ruimtelijke visie focust op de topprioriteiten uit het RESOC Streekpact: de verjonging van de regio, de creatieve maakindustrie, de klimaatneutraliteit, een regionale mobiliteitsstructuur als drager voor de toekomstige ruimtelijke ontwikkeling en het blauw-groen netwerk. In het blauw-groen netwerk gebeurt dit met oog voor groene infrastructuur en ruimte voor pure natuurprojecten met een grote biodiversiteit. In de ruimtelijke visie wordt aandacht gegeven aan
de collectieve ruimte door het verhogen van de kwaliteit en de betekenis van de publieke ruimte. Initiatieven als Lelijke Plekjes, Heulebeek of de groenruimte in het woonpark Harelbeke-Kuurne zijn hier voorbeelden van. Tenslotte wordt er ook gefocust op het doordacht en duurzaam ruimtegebruik, in het bijzonder in de rand van de verstedelijkte ruimte. Bij de reconversie van de regio is er aandacht voor de ruimte om te ondernemen, voor de oudere wijken, de stukken lintbebouwing, voormalige scholen, verlaten landbouwbedrijven, oude stationsgebouwen, in onbruik geraakte religieuze gebouwen, … De ruimtelijke visie spreekt zich uit over menging, dubbelgebruik, tijdelijk en meervoudig ruimtegebruik, intensief ruimtegebruik en verdichtingsstrategieën. Doorwerken bij lokale en bovenlokale besturen Deze regionale visievorming moet kunnen doorwerken bij de lokale en de bovenlokale besturen. Gemeentelijke opdrachten, studies of plannen worden expliciet gekaderd in de regionale visie. Deze visie vertrekt van de intrinsieke karakteristieken van de regio (zoals bestaande netwerken) en houdt rekening met lopende plannen en projecten (zoals de Seine-Scheldeverbinding). Vertrekken van deze elementen geeft kansen om synergieën inzichtelijk te maken en ruimtelijk te verknopen.
37
Helder en visueel vertaald We willen een beknopte duidelijke visie die helder visueel vertaald wordt zodat ze wervend en communiceerbaar is. Tenslotte is ook het monitoren van de evoluties en veranderingen binnen de regio cruciaal in het continu definiĂŤren, evalueren en bijsturen van het beleid.
werk domeinen
38
beleidsplan 2014/2019
39
MENS & SAMENLEVING Leiedal helpt de streek ontwikkelen tot een plek waar het goed werken, maar ook leven en wonen is. Werken aan streekontwikkeling is dus mee een antwoord bieden aan de uitdagingen rond demografie, zorg, sociale cohesie, welzijn, thuisloosheid, armoede, sociaal beleid, recreatie, cultuur, sport en leefkwaliteit in deze regio. Het opbouwen van een wervend imago van deze regio is eveneens een uitdaging. In het verleden werkte Leiedal ook al rond deze facetten, want zij zijn onlosmakelijk verbonden met het werken aan de werk- en leefomgeving van mensen. Door het verder ontwikkelen van het werkdomein “Mens en samenleving” wil Leiedal deze facetten nog nadrukkelijker betrekken in haar werking. Leiedal wil de komende jaren de streekpartners ondersteunen die actief zijn in de domeinen van sociaal beleid, cultuur, toerisme, sport en andere persoonsgebonden thema’s. Vanuit de samenwerking met de betrokken partners en de daarbij horende krachtenbundeling wil Leiedal de gemeenten en OCMW’s geïntegreerd ondersteunen.
werk domeinen
40
beleidsplan 2014/2019
Expertise bundelen en ondersteunen Leiedal werkt voor het werkdomein ‘Mens en Samenleving’ bij uitstek ondersteunend voor streekorganisaties die op deze domeinen actief zijn, maar de intercommunale ontwikkelt complementair zelf ook dienstverlening en projecten. Zo was Leiedal de voorbije jaren al actief rond energie, wonen (betaalbaar wonen, woonplannen, ...), sociale economie (Sinergiek), zorginnovatie (iAge), creativiteit en technisch onderwijs (MyMachine), streekdebat (middagdebatten beleidsplan, PhareWest, ...). In het werkdomein ‘Mens en Samenleving’ wordt expertise gebundeld die nu aanwezig is in Leiedal, Overleg Cultuur, het Welzijnsconsortium, Sinergiek en vanzelfsprekend ook de lokale besturen. De bundeling gaat vooral om het zinvol samen laten werken van verschillende disciplines, ongeacht de structuur of de sector waarbinnen klassiek wordt gewerkt. Leiedal wil vanuit die samenwerking de gemeenten en de OCMW’s geïntegreerd ondersteunen. De dagelijkse samenwerking in projecten en interlokale samenwerking moet er toe leiden dat schotten worden opgeheven tussen sectoren en dat lokale besturen en de regio effectievere en efficiëntere ondersteuning krijgen.
Wonen Leiedal ondersteunt de gemeenten bij hun lokaal woonbeleid via planning- en beleidsondersteuning en dit met een palet van instrumenten en producten, in samenwerking met andere regionale actoren zoals de gebiedswerking van de Provincie en het Welzijnsconsortium. Dit moet onder meer leiden tot de concretisering van concepten en begrippen als betaalbaarheid, duurzaamheid, leefbaarheid en woonzorg. Daarenboven heeft Leiedal een uitgesproken aandacht voor zorgaspecten, energie-efficiëntie en energiearmoede. Uit de samenwerking rond het Woonregieboek en het Woonmemorandum blijkt de noodzaak en de werkbaarheid van een gebundelde aanpak van dit thema, waarbij interbestuurlijk en multidisciplinair wordt gewerkt.
Cultuur Leiedal heeft de voorbije jaren een intense band opgebouwd met Overleg Cultuur. Leiedal wil ondersteunen in het bevorderen van cultuurparticipatie in de streek via het samen organiseren van aanbod of door de samenwerking in de projecten UiTPas en UiTID. Samen willen Leiedal en Overleg Cultuur ook de nodige ondersteuning bieden aan de lokale besturen voor roerend en onroerend erfgoed. Leiedal wil in haar werking plaats maken voor artistieke interventies, vrijplaatsen, zuurstof voor debat.
41
Leiedal wil de culturele actoren uitnodigen om mee te reflecteren over de uitdagingen voor de streek en hen betrekken bij de grote regionale projecten, reconversieprojecten, inrichting publiek domein, ...
Sociaal beleid Leiedal zal voor het domein sociaal beleid ondersteunend werken. Via begeleiding en onderzoekstrajecten zorginnovatie wil Leiedal mee een antwoord bieden op de toenemende vergrijzing in de regio. Daarnaast wil Leiedal mee helpen bij projecten en initiatieven die een regionale aanpak voorzien voor inclusie en tegen armoede. Het werken rond e-inclusie is hierbij een aandachtspunt. Ook het inspelen op verwachtingen van jongeren is essentieel als deze regio wil verjongen. Thuisloosheid en geestelijke gezondheidszorg staan eveneens op de agenda. (zie ook ‘interlokale samenwerking – nieuwe samenwerking’)
Sport en recreatie Leiedal werkt mee aan de kwalitatieve uitbouw van het Kanaalpark Bossuit-Kortrijk met de focus op water- en avontuurlijk sporten. Daarbij worden de hotspots van De Gavers en Transfo verbonden. Leiedal werkt ook actief mee aan het realiseren van fietsverbindingen en het wegwerken van missing links. Op het vlak van zwembadinfrastructuur leverde Leiedal al studiewerk, dat kan leiden tot nieuwe samenwerking. (zie ook “interlokale samenwerking – nieuwe samenwerking”)
Sociale economie Leiedal is al geruime tijd betrokken bij het werkveld van sociale economie, als medeoprichter van het sociaal bedrijvencentrum Kanaal 127 en de interlokale samenwerking rond Sinergiek. Dit engagement blijft Leiedal aanhouden en versterken door deze werking meer te verweven met onze werking rond lokale economie.
werk domeinen
42
beleidsplan 2014/2019
43
E-GOVERNMENT In de voorbije vijftien jaar heeft Leiedal een sterke werking uitgebouwd rond GIS, ICT, online shared services, webontwikkeling, e-Government en elektronische dienstverlening. Leiedal wil deze opgebouwde kennis en instrumenten meer laten valoriseren in de lokale besturen, en zo de kostenefficiĂŤntie en bestuurskracht verhogen. ICT en eGovernment kunnen tot aanzienlijke besparingen op de werking leiden. Open standaarden laten het uitwisselen van informatie door overheden makkelijk toe, mobiele toestellen en toepassingen volgens de visie van “always on, always availableâ€?, zijn recente evoluties. Lokale besturen moeten op een overwogen manier inspelen op deze ontwikkelingen en de verwachtingen van burgers en ondernemingen. Leiedal wil haar platformen verbreden en verdiepen, en tegelijk ondersteuning bieden voor lokale dienstverlening door methodes voor kanaalsturing en gebruikersonderzoek aan te bieden. Innoveren blijft een sleutelwoord in de e-Governmentwerking, waarbij extra aandacht gaat naar de vertaalslag naar lokale besturen en de werking van Leiedal.
werklijnen
44
beleidsplan 2014/2019
Breed inzetbaar, focus op visie en aanpak Binnen de regio is een nauwe samenwerking ontstaan tussen gemeenten, OCMW’s, gemeentebedrijven, brandweerdiensten en andere lokale en interlokale besturen. e-Government is actief binnen een breed aantal thema’s zoals zorginnovatie en zorgeconomie, welzijn, crisiscommunicatie, veiligheidsbeleid, risicomanagement, logistiek, onderwijs, consumentenbeleid en cultuur. e-Government heeft een uitgesproken technische dimensie maar heeft vooral een grote invloed op de interne organisatie van een lokaal bestuur, met een bestuurskundige, een financieel-economische en een juridische dimensie. Dit beklemtoont het belang van een doordachte visie op elektronische dienstverlening, een politiek gedragen strategie en een aanpak die door de administratie wordt ondersteund. Succesvol e-Government vereist ook een meerdimensionele aanpak.
ICT laten renderen en bestuurskracht versterken ICT is cruciaal voor de werking van het lokale bestuur en haar dienstverlening. Het is een taak van Leiedal om terzake effectieve efficiĂŤntiewinst
te detecteren en lokale besturen te helpen deze te valoriseren. Het ondersteunen van gemeenten in de uitbouw van een performante GIS- en ICT-werking blijft een kerntaak voor Leiedal. Leiedal helpt een beleidsvisie ontwikkelen, de basisarchitectuur uit te tekenen, een informatiewerking uit te bouwen, processen aan te passen, software en hardware te identificeren, back-office partners te responsabiliseren, en lokale besturen te begeleiden bij aanbestedingsprocedures en samenaankopen. Een herziening van de streekambitie dienstverlening en lokaal e-Government moet de basis vormen voor een regionale uitwerking rond dienstverlening op maat van burgers en ondernemingen en een performante en betrouwbare ICT-organisatie en -infrastructuur. Alle lokale besturen dienen hier vooruitgang te maken.
Open data en mobiele toepassingen In het verleden schermden overheden eigen informatie af. Nu is het openstellen en delen van kwalitatieve overheidsdata met burgers en ondernemingen een kans voor een rationeel, transparant en tegelijk duurzaam bestuur. Leiedal wil een actieve rol spelen in het opzetten van een open datawerking in de regio. De regio wil versneld de sprong vooruit maken naar mobiele communicatie, door het gericht en slim aanbieden van elektronische dienstverlening en in-
45
formatie voor mobiele toestellen. Het is de ambitie dit zowel te doen op een kosteneffectieve manier als op een manier die een grote toegevoegde waarde biedt voor burgers en ondernemingen.
Bestaande platformen verbreden en verdiepen Websites zijn meer dan ooit het informatiemoederschip van de lokale overheid. Leiedal blijft verder werken aan sterke gemeentelijke websites, zowel technologisch als inhoudelijk. De succesvolle financiĂŤle en inhoudelijke samenwerking in Digitale Regio Kortrijk vormt de ruggengraat van de elektronische dienstverlening van de gemeenten in de regio. Bij de verdere uitbouw wordt een evenwicht gezocht tussen nieuwe ontwikkelingen en de stabiliteit van het systeem. Leiedal zal verder shared services ontwikkelen, zoals de website, GIS, data-analyse en -manipulatie, en dit vanuit de filosofie van het gebruik maken van open standaarden, het delen van kosten en kennis. Samenwerking met externe initiatieven zal daarbij altijd in het belang staan van de regio.
Uitbouwen van een multikanaaldienstverlening Burgers en ondernemingen verwachten informatie en dienstverlening via verschillende kanalen. Gemeenten en steden hebben een dubbele doelstelling: dienstverlening op een kosteneffectieve manier aanbieden, tegelijk alle bevolkingsgroepen bereiken. 15% van de bevolking - laaggeletterde kansengroepen - maakt weinig tot geen gebruik van digitale kanalen. Leiedal wil een flankerende rol spelen door het begeleiden van kanaalsturing en het berekenen van de kost van specifieke kanalen. Daarnaast wil Leiedal de kanaalvoorkeuren monitoren door het regelmatig actualiseren van gebruikersonderzoek.
Innovatie vertalen op het terrein Innoveren met e-Government gebeurt samen met leidende actoren in binnen- en buitenland. Oplossingen worden binnen de regio getoetst op hun haalbaarheid en lokaal of regionaal vertaald. Leiedal wil gemeenten in de regio ondersteunen om hun succesvolle projecten regionaal te vertalen, wat tot een meerwaarde moet leiden voor alle partijen. eGovernment moet ook de sleutelprocessen binnen de eigen organisatie van Leiedal meer ondersteunen.
werklijnen
46
beleidsplan 2014/2019
47
PROCES- EN PROJECTREGIE De voorbije jaren heeft Leiedal via projecten kennis en inzicht opgebouwd rond de methodiek van proces- en projectregie. Dit is een waardevolle aanvulling op programma- en projectmanagement en een middel om resultaatgericht werken te stimuleren en veranderingsprocessen te sturen. Vertrouwen en resultaten vormen de resultante. Administratieve bepalingen en procedures maken projecten steeds tijdrovender en complexer. In andere gevallen wordt de implementatie geremd door tegenstrijdige belangen, een gemis aan urgentie, een kloof tussen de professionele aanpak versus oplossingen van burgers. Het dilemma van economische winst en korte termijn denken versus menselijke maat en duurzaamheid is nog een gekend probleem. Om de slaagkansen van processen en projecten gaaf te houden en te verhogen zal Leiedal haar beschikbare deskundigheid in de toekomst nog explicieter aanwenden voor beleids-, participatie- en projectprocessen op lokaal en regionaal niveau. Voor kleine, generieke projecten of vragen zal ad hoc advies beschikbaar zijn. Voor meer specifieke, complexe processen en projecten is een integrale begeleiding meer aangewezen.
werklijnen
48
beleidsplan 2014/2019
Deskundig adviseren van lokale besturen Bij het opstarten van een generieke taak zoals een plan- of projectproces, een opdracht, een actie of een evenement kan een snel advies worden verleend. Dit kan gaan om een subsidieadvies, juridisch-financiële ondersteuning, een definiëring van een opdracht of een gemeenschappelijke ambitie, het aanreiken van een methode voor een participatietraject, het verkennen van het veld van potentiële stakeholders, het opzetten van PPSstructuren, …
49
Antwoord op complexe vraagstukken Complexe projecten en lastige vraagstukken die afwijken van het generieke vragen een andere, specifieke en vernieuwende aanpak. Daarbij blijven draagvlak en tempo in balans. De beschikbare competenties worden aangesproken om belangen te verkennen, in te spelen op bestuurlijke verhoudingen en te werken aan oplossingen binnen de vooropgestelde doelstellingen. Leiedal kan vanuit haar competenties een dergelijke regierol opnemen of de lokale besturen daarbij gedurende het volledige proces ondersteunen. Naast methodologische ondersteuning kan ook ingezet worden op coproductie en co-creatie, op een netwerk van externe deskundigen, op haalbaarheidsonderzoek of op interbestuurlijke afstemming. Dit gebeurt op basis van een snelle, flexibele en efficiĂŤnte werking. Proces- en projectregie behelst in een dergelijke opgave een bijzondere vorm van sturen die gericht is op het gebruik maken van zowel de eigen kennis en inzichten als van alle hulpbronnen van de samenwerkende partijen, het afstemmen van hun doelen en handelingen tot een min of meer samenhangend geheel ĂŠn resultaatgerichte besluitvorming.
Regionale visie ontwikkelen door samen te dromen, te denken en te doen Bij het uitbouwen, implementeren en het laten doorwerken van een regionale visie is het werken vanuit de principes van proces- en projectregie onontbeerlijk. Dit ongeacht of het om een thematische of een gebiedsgerichte focus gaat. De voorbije jaren werkte Leiedal aan regionale thema’s en projecten zoals het vliegveld KortrijkWevelgem, Transfo, Sterk besturen in een sterke regio, Groene Sporen, de sociale economie, de zorg of betaalbaar en levenslang wonen in de regio. Voortbouwend op deze ervaringen komen er in de volgende jaren analoge uitdagingen op ons af waar proces- en projectregie een aangewezen instrument of middel is om tot volwaardige en voldragen visies, opties en acties te komen.
werklijnen
50
beleidsplan 2014/2019
51
COMMUNICATIE & PARTICIPATIE In de komende jaren wil Leiedal nadrukkelijker werk maken van communicatie en participatie in beleidsvormende en -uitvoerende processen. De intercommunale wil ook de stakeholders en burgers nauwer betrekken via interactie en participatie om zo een groter draagvlak te creĂŤren. Leiedal zal tijdiger, actiever en creatiever communiceren. De communicatie zal ook preciezer verlopen, met een goede mix volgens boodschap en doelgroep. Verbeelden en digitaliseren zijn de twee centrale werkwoorden de komende jaren. Onderliggend wil Leiedal een duurzaam, correct en coherent imago opbouwen. De intercommunale wil deze beleidsperiode meer dialoog over de streek en streekprojecten organiseren.
werklijnen
52
beleidsplan 2014/2019
Actiever en creatiever imago vormen Leiedal wil meer ruchtbaarheid geven aan haar beschikbare expertise, actiever en creatiever communiceren over eigen werkdomeinen. Hierbij is er extra aandacht voor persoonlijke contacten en netwerken en gebruik van nieuwe sociale communicatiekanalen. Het imago van Leiedal is nu heel divers, afhankelijk van hoe iemand met Leiedal in contact komt. Een duurzaam en coherent imago opbouwen dat correct weerspiegelt wat Leiedal betekent en doet is de uitdaging voor de komende jaren.
Doordacht en effectief communiceren De communicatie van de verschillende acties en projecten moet de komende jaren preciezer verlopen: doordacht, laagdrempelig en effectief. • Doordacht: Het opbouwen van een ‘business case’ in elk project is belangrijk: voor elk project worden boodschap en doelgroep gedefinieerd, samen met de juiste dragers om communicatie te voeren.
• Laagdrempelig: Leiedal wil deze kanaalstrategie in de toekomst verder uitbouwen: nog een betere afstemming tussen boodschap, doelgroep en kanaal. • Effectief: Daarnaast zal meer aandacht gaan naar een verfijnde stakeholdercommunicatie met een doordachte kanaalmix.
Kijken wordt deelnemen Door het duurzaam inbedden van participatie in beleidsvoorbereidende en -uitvoerende processen wil Leiedal meer betrokkenheid creëren. Kijkers worden deelnemers, die op het juiste moment, volgens de juiste methode en op het juiste niveau kunnen bijdragen aan projecten. Zo wordt het resultaat ook meer gedragen.
Werven, verbeelden, digitaliseren Leiedal wil de komende jaren werken aan voor iedereen begrijpbare, wervende en bij voorkeur ook visuele communicatie. Zo willen wij verder inzetten op digitale communicatie en verbeelding van plannen en ontwerpen. In communicatie en
53
participatietrajecten wil Leiedal ruimte maken voor innovatie en variatie in plaats van saaie stereotiepe presentaties. In haar communicatie wil Leiedal: • verdere digitalisering van de communicatie (nieuwsbrieven, apps, ...), online GIS of mapping, creëren van slimme online documenten en zo inspelen op de verwachtingen van gebruikers die nieuwe communicatiemiddelen hanteren • huisstijl actualiseren: Leiedal wil streven naar een duidelijk afzenderschap door een herkenbare huisstijl die geen strak keurslijf wordt. • reductie fysieke dragers (publicaties, folders, flyers,..) tot beperkt aantal en herkenbare typeformaten • integreren en visueel maken van de Eurometropool-identiteit in de Leiedal-identiteit
Debatteren over de streek Leiedal wil vrijplaatsen creëren en ondersteunen, samen met andere regionale partners. De komende jaren wil de intercommunale het streekdebat aanzwengelen door het organiseren van debatten, bezoeken, conferenties en andere formules voor dialoog over streek en streekprojecten.
Vanuit onze rol van streekontwikkelaar heeft Leiedal voldoende thema’s en projecten in het vizier om debatten, conferenties en andere formules voor dialoog over streek en streekprojecten te organiseren, samen met vele partners. Ook het creëren en ondersteunen van ‘lege locaties’ die ingevuld worden door creativiteit en goesting kan Leiedal doen. Dan gaat het in eerste instantie om het verder zetten van bestaande projecten als de Budafabriek en Transfo.
werklijnen
Leiedal werkt samen met de lokale
besturen aan een regio waar het goed is om te wonen, te werken en te leven. Interlokale samenwerking moet leiden tot het geïntegreerd kunnen ondersteunen van gemeenten én OCMW’s, vandaar de notie ‘interlokale’ samenwerking in plaats van ‘intergemeentelijk’. Leiedal wil de belangen van de gemeenten behartigen en kennis en middelen laten delen in de regio en tussen de besturen. Het overleg tussen politici en ambtenaren wordt vereenvoudigd. In de komende beleidsperiode wil de intercommunale nieuwe interlokale samenwerking in het leven roepen en tegelijk ook werk maken van een krachtige interbestuurlijke samenwerking.
interlokale & interbestuur lijke samen werking
56
beleidsplan 2014/2019
De belangen van de gemeenten behartigen In de komende beleidsperiode wil Leiedal die interlokale samenwerking versterken door te blijven optreden als belangenbehartiger van de gemeenten zoals bijvoorbeeld in de Eurometropool en andere samenwerkingsverbanden waar de intercommunale namens de lokale besturen aan deelneemt. Leiedal wil ook de deelname aan deze verbanden kritisch evalueren en frequent rapporteren naar de gemeenten over deze netwerken.
Delen van middelen en expertise Delen van middelen en expertise moet bijdragen tot lokale bestuurskracht. Zo wil Leiedal gangmaker zijn van het creĂŤren van ‘shared services’: delen van competenties, het organiseren van gezamenlijke aanbestedingen, raamcontracten en andere vormen van samenaankoop. Leiedal is zich binnen een regionaal netwerk bewust van de talenten en specialisaties die in de regio en in de andere besturen aanwezig zijn zodat deze ten volle benut kunnen worden. Leiedal wil dan ook het delen van expertise tussen lokale besturen faciliteren. In lokale besturen en regionale netwerken zijn experten aan de slag die
57
ook elders kunnen worden ingezet. Deze expertise moet gedetecteerd worden, ontsloten worden in een netwerk, gekoppeld aan afspraken over inzet, financiering en uitwisseling. Het is de bedoeling te komen tot een portfolio van de aanwezige talenten en de potentiĂŤle beschikbaarheid. Ook wil Leiedal de reeds bestaande samenwerkingsverbanden zichtbaar maken. Om op een weloverwogen manier te kunnen inspelen op ontwikkelingen, wil Leiedal gerichte vorming en opleiding aanbieden. Naast de uitwisseling in interlokale werkgroepen wil Leiedal blijven investeren in formules zoals de e-Government Academies en e-Government Ateliers, WinVorm (inspiratie rond ruimtelijke ontwikkelingen) en studiebezoeken.
Eenvoudiger overleggen, krachtiger aansturen Leiedal wil mee werken aan het vereenvoudigen en krachtiger maken van het interlokale overleg, zowel tussen politici als tussen ambtenaren. Sterk Besturen heeft aangetoond dat er teveel overleg is in teveel structuren, die dan nog eens vaak te sectoraal van opzet zijn. Zowel de kracht van de politieke aansturing leidt daar onder, als het geĂŻntegreerd denken over oplossingen.
Het denken over politieke aansturing kan best gecoĂśrdineerd worden door de Conferentie van Burgemeesters. Wat betreft het interlokaal overleg wil Leiedal een grondige oefening doen om de door Leiedal in het leven geroepen structuren tegen het licht te houden en waar nodig af te schaffen of te vereenvoudigen door krachten en competenties te bundelen.
Nieuwe samenwerking opstarten Leiedal wil nieuwe interlokale samenwerking helpen ontwikkelen, zoals de samenwerking rond roerend en onroerend erfgoed, het nieuwe milieuconvenant, de omgevingsvergunning inclusief het digitale omgevingsloket, de sociale economie en het sociaal beleid. De Conferentie van Burgemeesters krijgt als spelverdeler een belangrijke rol in het detecteren van opportuniteiten voor nieuwe interlokale samenwerking en het aanwijzen van de juiste structuur om die nieuwe opportuniteiten op te nemen. De nieuwe werking wordt ingebed in bestaande structuren zonder nieuwe structuren bij te maken. Vanzelfsprekend wordt nieuwe werking opgenomen in samenwerking en in complementariteit met de lokale besturen. Leiedal werkt aanvullend, niet concurrentieel.
inter lokale & bestuur lijke samen werking
58
beleidsplan 2014/2019
Intercommunale Leiedal wil andere organisaties ondersteunen op het vlak van beheer én beleid (huisvesting en overhead, afstemming programma’s, gezamenlijke projecten,...). In de volgende domeinen zijn er opportuniteiten voor interlokale samenwerking. De wijze van samenwerken ligt op vandaag nog niet vast, dit vormt onderdeel van een traject. Deze lijst is ook niet limitatief. • Roerend en onroerend erfgoed: Samen willen Leiedal en Overleg Cultuur ook de nodige ondersteuning bieden aan de lokale besturen voor roerend (Overleg Cultuur) en onroerend erfgoed (Leiedal). • Sociaal beleid: In het domein van sociaal beleid staat de regio voor de uitdaging om de krachten nog beter te bundelen. De idee om een interlokale samenwerking voor sociaal beleid te realiseren in nauwe samenwerking met Leiedal wordt ten volle ondersteund. Net zoals bij de samenwerking rond lokaal cultuurbeleid wordt voorzien in een politieke aansturing en financiering. Deze nieuwe samenwerking rond sociaal beleid maakt het mogelijk een aantal structuren te bundelen en zo de werking te vereenvoudigen. • Sportinfrastructuur: Om in de toekomst over voldoende sportinfrastructuur te kunnen blijven beschikken is het aangewezen om vooruit te kijken en te plannen. Investeren in deze infrastructuur is duur en vergt een bovenlokale visie en samenwerking. Zwembadcapaciteit in de regio is
59
hier een voorbeeld van. Leiedal wil de gemeenten begeleiden via een bovenlokale en interbestuurlijke aanpak. • Sociale economie – lokale diensteneconomie: Lokale besturen voeren de lokale regie voor sociale economie. De initiatieven lokale diensteneconomie zijn aan opschaling toe. Deze opdrachten vergen capaciteit van het lokaal bestuur die er soms niet is. Regionaal samenwerken rond sociale economie is dus relevant en actueel.
Interbestuurlijk samenwerken Veel beleidsproblemen overstijgen beleidsniveaus, territoriale grenzen of sectorale limieten. Een gemeentebestuur, een agentschap, een regio of een provincie bieden vaak op hun eentje geen oplossing aan complexe vragen. Daarom is interbestuurlijke samenwerking zo belangrijk. Door interbestuurlijke samenwerking krijgen complexe vragen een totaalantwoord. Zo kunnen mobiliteitsvraagstukken, de ordening van ruimte of bestuurlijke uitdagingen maar een antwoord krijgen door een goede samenwerking tussen lokale besturen, regionale structuren, de Vlaamse Overheid, de Provincie en vele andere partners.
Hierbij gaat het niet enkel over de keuze van het meest geschikte interventieniveau om een probleem aan te pakken, maar nog belangrijker is dat de relevante bestuursniveaus en partijen in het partnerschap worden meegenomen. Krachtig interbestuurlijk samenwerken gaat over het samen definiëren van een gedeelde agenda, goede afspraken en vertrouwen. Tegelijkertijd gaat Leiedal niet voorbij aan de complexe bestuurskundige realiteit, waarbij velen bevoegd zijn voor verschillende facetten en coördinatie noodzakelijk is. Daarom wil Leiedal mee helpen in het optimaliseren van de bestaande bestuursfora waar de bovenlokale en lokale besturen met elkaar afspraken kunnen maken met een focus op streekontwikkeling. Samenspraak tussen de burgemeesters en de Deputatie is hierbij een eerste stap.
inter lokale & bestuur lijke samen werking
regionale samen verbanden & pro
Leiedal werkt aan
streekontwikkeling door actief
uit verschillende bestuursniveaus worden er in samengebracht.
deel te nemen aan regionale samenwerkingsverbanden en
Het is evident dat Leiedal deze
regionale projecten.
ambitieuze projecten niet alleen kan uitvoeren. Vandaar dat voor
Deze regionale projecten
elk van de projecten een goed
onderscheiden zich van de
werkend ‘governance model’
werkdomeinen en werklijnen
wordt uitgewerkt, waarbij alle
omwille van hun integrerend
betrokken partners kunnen
karakter op regionaal niveau.
meedenken en werken. Visies
Kennis en capaciteit uit de
en plannen moeten leiden tot
verschillende werkdomeinen en
gedragen realisaties.
nwerkings ojecten
De regionale projecten kaderen
over de sectoren heen. Ook
in het RESOC Streekpact en de
de Eurometropoolstrategie
strategie Eurometropool 2020 en
2020 wil krachten bundelen en
maken deze plannen concreet op
actuele thema’s zoals economie,
het terrein. Zo helpt Leiedal deze
tewerkstelling, onderwijs,
grote en door vele organisaties
mobiliteit, energie, wonen,
en besturen gedeelde
zorg, cultuur, toerisme en
streekambities realiseren.
omgevingskwaliteit verbinden in projecten.
Bij de opmaak van het RESOC Streekpact 2013-2018 kiezen de partners resoluut voor een geĂŻntegreerde aanpak,
62
beleidsplan 2014/2019
Behoud door ontwikkeling Om stapsgewijs te evolueren naar een regio waar de totaal bebouwde oppervlakte niet meer toeneemt moeten we een transitie realiseren. We moeten de bestaande bebouwde ruimte efficiënter en slimmer gebruiken. We zullen dus meer moeten doen met dezelfde ruimte. Zorgen voor voldoende flexibele bestemmingen in ruimtelijke uitvoeringsplannen is een deel van de oplossing, maar ook creatieve vormen van ruimtegebruik zoals intensiever en soms hoger en ondergronds bouwen, verweven van functies, hergebruik en omkeerbaar ruimtegebruik moeten via ontwerpend onderzoek verkend worden.
Kameleon & De Kloof: ruimte voor ondernemen Onze regio wordt gekenmerkt door een veelheid aan geïsoleerde gebieden met bedrijvigheid in stedelijke of gemeentelijke kernen. In het Kameleon-project wil Leiedal samen met de gemeenten uit de regio de ruimte voor het ondernemen in deze kernen optimaliseren. Samen met de gemeenten zal Leiedal voor een aantal sites een toekomstvisie ontwikkelen. Welke bedrijfsactiviteit kunnen we in de toekomst aantrekken op een bepaalde locatie en welke voorwaarden moeten we hieraan verbinden? Ondernemers op zoek naar bedrijfsruimte worden
vaak snel doorverwezen naar bedrijventerreinen. Locaties in kernen worden te weinig overwogen. Nochtans kunnen veel bedrijfsactiviteiten wel degelijk verzoend worden met woon- of andere functies, voor zover een aantal voorwaarden in acht genomen worden. Dit vraagt een goede dienstverlening van de gemeenten aan ondernemers. Begin 2013 besliste de Vlaamse Overheid om ‘Kameleon’ voor drie jaar te ondersteunen. Als ontwikkelaar van bedrijventerreinen stelt Leiedal vast dat de definities, concepten en richtlijnen die in de stedenbouwkundige regelgeving worden gebruikt, minder en minder overeenstemmen met behoeften en vragen van de bedrijven. Het huidig bestemmingskader geeft ook moeilijk een
63
antwoord op nieuwe vormen van samenwerking en netwerking tussen ondernemingen. Leiedal wil in nauw overleg met de betrokken administraties, kabinet(ten) en werkgeversorganisaties voorstellen uitwerken om deze ‘kloof’ weg te werken.
Regionale reconversieprojecten Leiedal wil de problematiek van reconversie van leegstaande en verlaten ruimte niet enkel thematisch maar ook gebiedsgericht aanpakken. De intercommunale initieert en ondersteunt de realisatie van ambitieuze reconversieprojecten. Deze projecten bevinden zich in een gemeente, maar hebben een bovenlokale ambitie. Zo blijft Leiedal samen met de gemeente Zwevegem en de Provincie West-Vlaanderen inzetten op Transfo. Dat doet de intercommunale via de participatie in de vzw Transfo en het Autonoom Gemeentebedrijf Zwevegem. Leiedal begeleidt ook de planvorming en trekt de realisatie van het woonproject. Analoge projecten dienen zich steeds meer aan.
Van beschikbare gronden tot een overzicht van reconversie mogelijkheden
De website van Leiedal biedt met BISK een overzicht van beschikbare bedrijfsgrond en bedrijventerreinen in realisatie ontwikkeld door Leiedal. Leiedal wil dit systeem uitbouwen tot een grondig en breed overzicht van de ruimte om te ondernemen en de mogelijkheden voor reconversie in de regio: een systeem waar niet enkel beschikbare gronden te vinden zijn maar ook leegstaande panden, zowel op bedrijventerreinen als in het bebouwd weefsel en andere potentiële ruimtes om te ondernemen.
Lokaal patrimonium, onroerend erfgoed en vacante plekken De lokale besturen worden steeds vaker geconfronteerd met de problematiek van het hergebruik van patrimonium. Recente evoluties op wetgevend vlak onder andere met betrekking tot waardevolle gebouwen zorgen ervoor dat het noodzakelijk wordt om hieromtrent een actief beleid te voeren. Leiedal kan de lokale besturen bijstaan bij het realiseren van een actiegericht beleid dat alle waardevolle plannen inschrijft in een gewenste, lokale of regionale ruimtelijke ontwikkeling. Dat gebeurt op basis van prospectie en inventarisatie, onderzoek en visievorming. Zo kan het lokaal bestuur een beleid uitwerken voor de waardevolle panden, de herinvulling van het leegstaand patrimonium, de realisatie van reconversieprojecten, het hergebruik van verwaarloosde sites en de ontwikkeling van potentiële inbreidingsprojecten.
regionale samen werkings verbanden & projecten
64
beleidsplan 2014/2019
Mobiliteit, infrastructuur en publieke ruimte
Inzetten op duurzame en alternatieve mobiliteitsvormen is één van de belangrijke pijlers ter ondersteuning van de economische veerkracht en de leefkwaliteit. De toenemende verkeerscongestie bedreigt de bereikbaarheid, een belangrijke economische troef voor deze regio. Het gemotoriseerd verkeer blijft een grote bron van milieuvervuiling, verkeersonveiligheid en -onleefbaarheid. Alternatieve vervoersmiddelen zoals openbaar vervoer kunnen hierop een duurzaam antwoord bieden. Het openbaar vervoer kan nieuwe stedelijke ontwikkelingen ondersteunen. Het optimaliseren van duurzame en alternatieve mobiliteitsnetwerken moet rekening houden met de reële verplaatsingsbehoeften en met het sturend vermogen voor toekomstige ruimtelijke ontwikkelingen.
Rekover: Openbaar vervoer als drager voor de ontwikkeling van de regio ‘REKOVER’ staat voor Regio Kortrijk & Openbaar Vervoer en wil het openbaar vervoer op schaal van de regio Kortrijk optimaliseren. Het project wil daar-
naast de bestaande en nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen enten op dit regionaal openbaar vervoersnetwerk. Daarbij gaat het vooral om regionale en stedelijke functies. Het aanbod van openbaar vervoer moet meer vraaggericht en op verschillende schaalniveaus worden uitgebouwd en directer inspelen op bestaande en nieuwe behoeften. Het openbaar vervoer en andere duurzame alternatieven moeten ons voldoende mobiel en bereikbaar houden en nieuwe
65
ruimtelijke ontwikkelingen ondersteunen. Hierbij willen we maximaal inzetten op het slim verdichten van de stedelijke centra en de stationsomgevingen, maar ook nadenken over andere strategieën voor toekomstige ruimtelijke ontwikkelingen. Door in te spelen op deze doelstellingen kan een win-win-situatie ontstaan in functie van de duurzame ontwikkelingsperspectieven op vlak van mobiliteit én ruimtelijke ordening. De Vlaamse Overheid ondersteunt dit als een strategisch project.
Missing links regionaal infrastructuur netwerk Een optimale toegankelijkheid en ontsluiting is een belangrijke hefboom voor de economische ontwikkeling van de regio. Dit impliceert het garanderen en optimaliseren van de regionale verkeersinfrastructuren zoals wegen, waterlopen, spoor en luchtvaart. Hierbij moeten enkele belangrijke ‘missing links’ worden aangepakt. Bij deze regionale infrastructuurprojecten moet bijzondere aandacht besteed worden aan onze ligging in de Eurometropool Lille-Kortrijk-Tournai en moet ook steeds aandacht gaan naar de integratie in de lokale leefomgeving. Kruisverbanden met andere thema’s zoals water, economie, groen, energie en ruimte moeten zorgen voor een meer geïntegreer-
de aanpak bij grootschalige infrastructuurprojecten. Ook moet het verband worden gelegd met het optimaliseren van het regionaal openbaar vervoersnetwerk in het project ‘REKOVER’ en het uitbouwen van het fietsnetwerk.
Trage wegen Leiedal werkt mee aan de versterking van het regionale netwerk van functionele en veilige fietsvoorzieningen en van recreatieve fietsvoorzieningen in de regio. Dit gebeurt door hiervoor aandacht te hebben in de eigen realisaties, de visie- en planvorming op lokaal niveau en via het focussen op de uitbouw van een grensoverschrijdend fietsnetwerk geënt op het blauw-groen netwerk.
Publieke ruimte De publieke ruimte is een plaats van en voor de gemeenschap. Inwoners hechten steeds meer belang aan de gebruiks- en belevingswaarde van die plekken. Er zijn in de regio enkele voorbeelden van herinrichting van plekken waar het goed toeven is. Maar, vele plaatsen zijn nog bedroevend, banaal of niet bruikbaar op een zinvolle manier. Om de kwaliteit van de publieke ruimte in de regio te verhogen wil Leiedal nieuwe impulsen geven en aandacht besteden aan de samenhang van die
regionale samen werkings verbanden & projecten
66
beleidsplan 2014/2019
kwaliteitsambitie. Nieuwe realisaties én herinrichtingsprojecten mogen niet het resultaat zijn van geïsoleerde acties maar moeten passen in een groter lokaal en regionaal verband. Om dit te bereiken wordt gewerkt vanuit een drietal invalshoeken: • op evenwaardige basis samenwerken aan de kwaliteit van regionale infrastructuur ( zoals de Seine-Schelde verbinding) en de interlokale infrastructuur (zoals de gewestwegen). • methodes en instrumenten om meer samenhang van regionale en/of lokale initiatieven te creëren, zoals beeldkwaliteitsplannen, het inzetten van externe deskundigen en het werken met ontwerpworkshops, participatie- en coproductiemethodieken als Lelijke Plekjes. • betrekken en begeesteren van beleidsverantwoordelijken en beleidsmedewerkers via een inspirerend netwerk, wervende evenementen en regionale debatten.
67
Klimaatneutrale regio De regio staat voor een ingrijpende energietransitie. Naast de objectieven op het vlak van mobiliteit, moet strategisch ingezet worden op energiebesparing, op meer energie-efficiëntie van het bestaande patrimonium en op de ontwikkeling van hernieuwbare en alternatieve energiebronnen. Energiekosten drukken wordt een steeds grotere uitdaging. Met behulp van concrete doelstellingen, een aangepast stappenplan en trouwe engagementen van de uitvoerende partners, moet deze energietransitie uitvoering krijgen. Succes op lange termijn vereist duurzame verantwoordelijkheid op alle niveaus, bij de individuele burger (vb. minder verbruik), bij de lokale besturen (vb. door ondertekening van Burgemeestersconvenant) en op streekniveau (vb. implementatie van regionale visie voor windturbines).
Warmer Wonen verhoogt kwaliteit woningen Met het project ‘Warmer Wonen’ werkt de regio aan de kwaliteit van het bestaande woningpatrimonium. Heel wat partners bundelen krachten, middelen en kennis om slechte woningen in de regio te renoveren. De private huurmarkt en kwetsbare doelgroepen krijgen prioriteit.
Het project ‘Warmer Wonen’ richt zich zowel op de woning, de bewoner, de eigenaar als de woonomgeving. In eerste instantie wordt gestart met een screening van woningen. Door geïntegreerde renovatie wordt niet alleen gewerkt aan de woning zelf. Ook aspecten zoals veiligheid, comfort, energiezuinigheid, zorgvuldig ruimtegebruik en levensloopbestendigheid worden meegenomen. ‘Warmer Wonen’ bouwt op de vele bestaande initiatieven. Door succesvolle initiatieven te bundelen en op elkaar af te stemmen, kunnen hogere
regionale samen werkings verbanden & projecten
68
beleidsplan 2014/2019
ambities worden gesteld, meer woningen worden aanpakt en worden de ontbrekende schakels samen ingevuld. De meerwaarde van het project bevindt zich dus in de geïntegreerde aanpak. Het bestaande woningpatrimonium verbeteren kan immers niet via één actie, maar door een traject van samenhangende initiatieven. De ervaring leert ons dat intensieve renovatiebegeleiding een belangrijke schakel is bij kwetsbare doelgroepen.
Burgemeesters convenant Gemeenten uit de regio ondertekenden het ‘Burgemeestersconvenant’ van de Europese Commissie. Dit beleidskader heeft als doel het lokaal energie- en klimaatbeleid te versterken. Gemeenten scharen zich door de ondertekening achter de CO2reductiedoelstelling van de Europese Unie (-20% CO2 tegen 2020) en verbinden zich ertoe om lokaal actie te ondernemen. Leiedal wil de lokale besturen ondersteunen bij het opmaken van een actieplan, projectregie, kennisuitwisseling en het opzetten van nieuwe interlokale samenwerking.
Hernieuwbare energie Leiedal wil hernieuwbare energieproductie ruimtelijk integreren. Dit bouwt verder op de Regionale Energiestrategie (2012) en de streekvisies windenergie (2003, 2009). Leiedal streeft naar een slimme integratie van verschillende vormen van hernieuwbare energieproductie: wind, zon, bodemwarmte, restwarmte en biomassa. We werken ook op verschillende schaalniveaus: gebouwen, wijken, buurten zoals bedrijventerreinen, woonontwikkelingen, stadsdelen en het niveau van de regio. Juiste keuzes bepalen de impact op de regionale energiekost, het landschap en de ruimte, de mobiliteit en de energie-armoede. De focus wordt gelegd op: • Hernieuwbare energie integreren in ruimtelijke planning • Energieconcepten ontwikkelen voor grotere ruimtelijke ontwikkelingen zoals bedrijventerreinen en woonzones • Locaties bepalen voor grotere energie-installaties • Verankeren in het lokale beleid
69
Blauw-Groen Netwerk
Het blauw-groen netwerk is het geheel van rivieren, kanalen en groenstructuren in de regio Kortrijk en de Eurometropool Lille-Kortrijk-Tournai. Zij vormen de ruggengraat voor de ruimtelijke ontwikkeling van de regio. Vandaag heeft bebouwing dit netwerk gefragmenteerd en het is langzaam aan het verdwijnen. Waterbeheer is een ruimtelijke uitdaging geworden. Door verbindingen te zoeken met wonen, ondernemen en natuur streeft Leiedal naar een kwalitatieve verankering van de stedelijke ruimte in het blauw-groene netwerk. Het blauw-groen netwerk is in staat om de open ruimten met elkaar en met de stad te verbinden en om de verstedelijkte ruimte beter aan het water te verankeren. Door het blauw-groen netwerk te onderkennen als structurerend en verbindend element van de open ruimte en door de verschillende functies en behoeften evenwichtig op elkaar af te stemmen, wordt een sterkere identiteit en een grotere uitstraling in de regio gerealiseerd. Dit leidt tot meer gebruiks-, belevings- en beeldkwaliteit. Het blauw-groen netwerk verbindt niet alleen het fysieke landschap. Ook procesmatig dwingt het concept verschillende partijen om betrokken te worden bij de keuzes die moeten leiden tot samenhang tussen de ruimtelijke structuren. Bij de verschillende projecten moet er gewerkt worden tussen de betrokken bestuursniveaus van de verschillende regio’s en landen binnen de Eurometropool.
regionale samen werkings verbanden & projecten
70
beleidsplan 2014/2019
Seine-Schelde project Het Seine-Scheldeplan wil de Leie bevaarbaar maken voor schepen tot 4.400 ton via het vernieuwen van kademuren, het verhogen van bruggen, bouwen van nieuwe sluiscomplexen en het maken van passeerstroken. Tegelijk werkt het plan aan rivierherstel: natte natuur creëren, uitbaggeren meanders, afgraven dijken. Deze werken hebben een grote impact op onze regio. Het projectgebied van het Seine-Scheldeplan raakt aan heel wat bestaande plannen en projecten van lokaal en regionaal niveau. Leiedal heeft de ambitie om ervoor te zorgen dat deze werken een hefboom voor de regio zijn. De streek wil alle investeringen positief aanwenden als hefboom bij de verdere ontwikkeling van de Leie in het bijzonder, de streek in zijn geheel en de realisatie van lokale uitdagingen. Tevens is het de ambitie om een kwaliteitsvol project te realiseren. De werken die nu en in de toekomst aan en rond de Leie uitgevoerd worden, moeten minimaal een zelfde kwaliteitsniveau bereiken als de Leiedoortocht in Kortrijk. Hiervoor wordt geïntegreerd gewerkt. De werken rond de vaarweg en het rivierherstel moeten ingebed worden in de bredere visie op de Leie. Leiedal wil per gemeente een programma opmaken en aftoetsen met de Vlaamse overheden. De gemeentelijke programma’s worden met elkaar en met andere bovenlokale visies afgestemd waarbij
zowel de kwaliteit van het individuele project als de kwaliteit van het geheel bewaakt wordt. Op regionaal niveau worden pistes verkend om de ontwikkeling van een geïntegreerd kader mogelijk te maken. Dit kader moet de nodige garanties voor kwaliteitsontwikkeling bieden.
Groene sporen: opstap naar een Groene Infrastructuur voor de regio De regio kent een zeer verspreide bebouwing, versnippering van de open ruimte, een gebrek aan groen, natuur en bos, een schaalvergroting binnen de landbouwsector en een klimaatsverandering met impact op het waterbeheer. Bovendien maken tal van sectoren aanspraken op de beperkte open ruimte waarbij natuur, landbouw, recreatie, industrie, infrastructuur en woningbouw met elkaar in concurrentie treden. We moeten doordacht en zorgvuldig omspringen met de schaarse ruimte. Dit kan door een samenhangend netwerk te creëren van groene structuren. Door geïntegreerd te werken kunnen de verschillende ruimte-aanspraken beter met elkaar afgestemd en gecombineerd worden. We kunnen gebruik maken van onbestemde en ongebruikte plekjes en van gronden en terreinen die in de komende jaren een aangepaste inrichting kunnen krijgen als groene
71
infrastructuur of als pure natuurprojecten met een grote biodiversiteit. Met het verder zetten van het project ‘Groene Sporen’ wil Leiedal samen met andere actoren zoals de Provincie West-Vlaanderen, een aantrekkelijke ‘groene’ leefomgeving creëren om te wonen, te werken en te ontspannen. Werken aan Groene Sporen is bouwen aan een regio met een sterke identiteit en een grotere landschappelijke en ecologische kwaliteit. Leiedal wil natuurlijke ecosystemen en landschapsecologische relaties herstellen Via het indienen van een strategisch project bij Vlaanderen wil Leiedal samen met de Provincie West- en Oost-Vlaanderen hierbij de leiding nemen om het concept van een groen netwerk om te zetten in concrete realisaties en wil de nodige expertise hiervoor aanreiken aan de gemeenten en de regio.
regionale samen werkings verbanden & projecten
72
beleidsplan 2014/2019
Streek ontwikkeling Als partner bij de streekontwikkeling van Zuid-West-Vlaanderen participeert Leiedal in streekorganisaties en zet Leiedal ook regionale projecten op ten behoeve van de streek. Zo wil Leiedal het proces rond bestuurlijke vernieuwing “Sterk besturen in een sterke regio” voort zetten en via regionale initiatieven blijven onderzoeken en innoveren.
Participatie in streekorganisaties Regionale samenwerking is ruimer dan interlokale samenwerking: er wordt niet alleen met gemeenten samengewerkt, maar ook met andere publieke structuren zoals de Provincie, RESOC of organisaties uit het middenveld. Naar aanleiding van dit beleidsplan zal de deelname en het engagement van Leiedal in deze netwerken kritisch worden geëvalueerd. Leiedal als aandeelhouder met eenmalige kapitaalsinbreng: Bedrijvencentrum Regio Kortrijk / W.I.V. / Bitlar / Kanaal 127 / Kortrijk Xpo / NV Xom
Leiedal als partner, met jaarlijkse financiële bijdrage (bedragen voor 2013): • Transfo vzw – 30.000 euro • Vzw Designregio Kortrijk – 25.000 euro • Vzw Microsoft Innovation Center – 33.750 euro (periode van 3 jaar) • Eurometropool - 50.000 euro • Interlokale vereniging Sinergiek (overeenkomst tot eind 2013) – 2.500 euro • Kortrijk.IN – 2.500 euro Leiedal als partner, zonder jaarlijkse financiële bijdrage: • RESOC Z.-W.-Vlaanderen • Welzijnsconsortium vzw • Vzw Mobiel • Kringloopcentrum Z.W.-Vl.
73
• De Poort vzw • Vzw XIM • Budafabriek (eenmalige financiële inbreng) • Overleg Cultuur Zuid-West-Vlaanderen • Vzw MyMachine Leiedal als facilitator in interlokale structuren: • Conferentie van burgemeesters • Overleg volksvertegenwoordigers arrondissement Kortrijk
Bestuurlijke vernieuwing in de regio In 2009 startte Leiedal met het project ‘Sterk Besturen in een Sterke Regio’ een debat over bestuurlijke vernieuwing. Centraal in dit project staat de vraag hoe de overheid zich moet organiseren in een veranderde samenleving. “Kunnen wij de nieuwe uitdagingen op regionaal niveau aan? Wordt er voldoende democratisch bestuurd? Werken wij niet te veel in sectorale vakjes?” Sterk Besturen leidde tot een groter vertrouwen tussen overheidspartners en de aanzetten voor een nauwere samenwerking op lokaal en regionaal vlak. Dit vormt een goede basis om in de nieuwe legislatuur het werken rond bestuurlijke vernieuwing verder te zetten en de ideeën in daden om te zetten.
Proces heeft omkadering nodig In de voorbije beleidsperiode hebben de partners van Sterk Besturen zich laten bijstaan door een externe procesleider en een klankbordgroep die het proces in goede banen leidt. Dit heeft zijn nut bewezen. Het blijft belangrijk dat mensen zich engageren voor een project voor de streek, eerder dan louter voor eigen structuur te pleiten. Maar anderzijds moeten we oog hebben voor een goede vertegenwoordiging uit alle geledingen en een engagement naar de eigen achterban om de resultaten en de afspraken die we maken te laten leven en te implementeren. Bij een heropstart van Sterk Besturen zal de keuze voor een goede omkadering dus belangrijk zijn. Verdere krachtenbundeling en vereenvoudiging interlokale structuren Gemeenten en OCMW’s kunnen nog winsten boeken op het vlak van interlokale samenwerking. Ook op lokaal vlak kan de samenwerking tussen OCMW en gemeente vaak nog intenser. En de samenwerking tussen lokaal bestuur en niet-publieke dienstenaanbieders biedt ook nog kansen. De politieke leiding van de streek is op vandaag versnipperd over verschillende structuren en fora. De Conferentie van Burgemeesters kan die aansturing helpen vereenvoudigen, althans wat betreft de publiek aangestuurde structuren. Op streekniveau werken interlokale structuren vaak nog los van elkaar en kunnen de krachten beter worden gebundeld.
regionale samen werkings verbanden & projecten
74
beleidsplan 2014/2019
75
Bindend of strategisch samenwerken Vrijwillige samenwerking botst vaak op zijn limieten als het gaat om afspraken maken over ruimte, mobiliteit of herverdeling van middelen. Lokale besturen kunnen meer bindende afspraken maken over die samenwerking. Bij een aantal uitdagingen waar verschillende sectoren en besturen bij betrokken zijn (bvb. mobiliteit, zorg, economie, ...) zou de regio een grotere slagkracht kunnen krijgen als lokale en bovenlokale besturen krachten en middelen strategisch bundelen. Debat brengt de streek in de hoofden en de harten De voorbije tijd zijn al interessante debatformules opgestart (bv het Resoc Streekpact congres, middagdebatten Leiedal, conferenties over de Eurometropool, ...). Deze formules moeten verder worden uitgebouwd en op elkaar afgestemd. De streek moet niet enkel leven in de hoofden, maar ook in de harten. Een sterke gemeente is een netwerkende gemeente Een sterke gemeente is een gemeente met lokale bestuurskracht, met een sterke gemeenteraad, die interlokale structuren opvolgt en aanstuurt, die rapporteert en communiceert. Lokale bestuurskracht hangt samen met de capaciteit om te functioneren in netwerk. Sterk Besturen kan de gemeenten intensief begeleiden in het nemen van initiatieven
om hun lokale bestuurskracht te versterken, en regionaal afspraken te maken rond communicatie en rapportering. Samenwerken met middenveld en burgers We moeten vermijden dat het werken rond bestuurlijke vernieuwing een publiek onderonsje wordt, want uit de denkoefening van 2010 bleek dat de streek net haar kracht haalt uit publiekprivate samenwerkingsverbanden en de kracht van individuen. De rol van de centrumstad In de debatten van Sterk Besturen in 2010 is de discussie over de rol van Kortrijk als centrumstad vrijwel onaangeroerd gebleven. Bij het heropnemen van het werken rond bestuurlijke vernieuwing kan de rol van Kortrijk in de regionale ontwikkeling best opnieuw besproken worden.
Onderzoek en innovatie De regio Zuid-West-Vlaanderen had decennialang een sterke uitstraling als welvarende regio. De eigenschappen die dit imago onderbouwden, zijn nog steeds in het streek-DNA verankerd: ondernemerschap, creativiteit, veerkracht en durf tot innovatie.
regionale samen werkings verbanden & projecten
76
beleidsplan 2014/2019
Innovatie richt zich op het vinden van structurele oplossingen voor een maatschappelijke behoefte of op het creëren van kwalitatief betere producten, diensten, processen, of organisatiemodellen. Leiedal wil in haar activiteiten ruimte en tijd vrij maken voor onderzoek en innovatie, voor de gemeenten en voor de regio. Slimme gemeenten en slimme organisaties De samenleving wordt steeds complexer. Complexe vraagstukken vragen om goed doordachte oplossingen. Technologische evoluties hebben gezorgd voor een digitale revolutie, ook voor lokale besturen. Een slimme stad integreert verschillende technologieën en beleidsdomeinen zoals ICT, mobiliteit, energie, gezondheid en transport. Om op alle domeinen een duurzame stad te worden, en om de leefbaarheid en levenskwaliteit te garanderen, moet een stad zich slim organiseren. Dat kan door nieuwe technologieën aan te wenden in haar werking, door (realtime) data te analyseren om het beleid te sturen, door overheidsdata vrij toegankelijk te maken, door in te zetten op sociale media en multikanaalscommunicatie met burgers en bedrijven, door gericht dienstverlening te vereenvoudigen en terzelfdertijd door middel van (mobiele) technologie deze dienstverlening te innoveren in dienstverlening. Een slimme stad communiceert gericht slim met haar bewoners en haar gebruikers en biedt slimme online diensten aan. Leiedal wil met de lokale besturen van de regio, en in partnerschap met academische organisaties en
met leidende regio’s binnen en buiten Vlaanderen, pilootprojecten op touw zetten die de mogelijkheden van slimme diensten en dienstverlening aantonen. Zorginnovatie De zorgvraag zal tussen 2010 en 2025 sterk toenemen. Zorginnovatie gaat over het vernieuwen in zorgverlening op vlak van organisatie of aanbod. Het moet leiden tot meer efficiëntie, meer preventie, al dan niet met virtuele bijstand. De toekomst ligt in multidisciplinaire en intergrale samenwerking tussen zorgteams die een brede dienstverlening kunnen leveren in elk stadium van de zorgketen. Leiedal helpt innovatieve pilootprojecten opzetten die die zorgketen helpen faciliteren. Leiedal helpt agenderen, sensibiliseren en helpt partijen samenbrengen. Leiedal ondersteunt de lokale besturen administratief aan de hand van dataverzameling en data-analyse en kan kennis verspreiden door succesvolle projecten uit te rollen over de regio. e-Inclusie Het RESOC actieplan digitale kloof 2011-2014 wil de kansengroepen voor de digitale kloof bijstaan in het versterken van hun mediageletterdheid. Door strategisch samen te werken met complementaire partners uit onderwijs, cultuur en welzijn met lokale/regionale overheden worden inhoudelijke en technische expertise gedeeld, en de toeleiding van de kansengroepen gefaciliteerd. Leiedal wil mee het ‘actieplan digitale kloof 2011-2014’ helpen uitvoe-
77
ren, met zichtbare toename van de mediageletterdheid bij kansengroepen tot gevolg. UiTPas De UiTpas is een gedigitaliseerde spaar- en voordeelkaart met specifieke aandacht voor drempels van mensen in armoede. De pas is gekoppeld aan een UiT-ID die het toelaat om een persoonlijk vrijetijdsprofiel te definiëren. De UiTpas wil iedereen stimuleren tot participatie aan het vrijetijdsaanbod door op meerdere participatiedrempels in te werken. Tegelijk verbindt de UiTpas de culturele- en vrijetijdsorganisaties in de regio. Er ontstaat een ruim samenwerkingsnetwerk met tal van lokale en bovenlokale partners. Dit moet een beter kalendermanagement in de streek bevorderen.
Technologische jongeren van morgen Het Streekpact benadrukt de ontwikkeling van technische en creatieve talenten. Dit project geeft een regionale invulling aan de campagnes ‘Toch wel technisch’ / ‘Techniek is sjiek’, en wil door boeiende praktijkervaringen bijdragen tot het positief imago en een hogere instroom naar het technisch/technologisch onderwijs en de technische beroepen. Leiedal wil technologie en wetenschap mee helpen dichter bij kinderen en jongeren brengen, bijvoorbeeld in het kader van MyMachine. Zo krijgt MyMachine een ruimere toepassing in de regio, zodat zo veel mogelijk kinderen en studenten kunnen meewerken aan het bedenken, het uitwerken en het realiseren van een droommachine.
regionale samen werkings verbanden & projecten
leiedal als orga nisatie
Leiedal wil de komende jaren een wendbare
en klantgerichte organisatie blijven, binnen een traditie van kwaliteit en degelijkheid. Leiedal wil de krachten bundelen met andere organisaties om gemeenten en de regio een integrale dienstverlening te kunnen bieden, en wil tegelijk interactief werken met de vennoten: snel, flexibel en wendbaar. Meedenken met onze partners in plaats van louter diensten te verlenen op afroep. Dit alles moet kunnen met een beperkte overhead en met een gemotiveerd team.
80
beleidsplan 2014/2019
Een organisatie die krachten wil bundelen Complexe vraagstukken aanpakken kan enkel in samenwerking met andere partners. Daarom wil Leiedal nauwer samenwerken met andere regionale en bovenlokale partners. In het verlengde van Sterk Besturen blijft Leiedal verder werken aan een bundeling van ondersteunende interlokale structuren. Het gezamenlijk definiÍren van projecten en het inhoudelijk samenwerken gaat hierbij voor op het werken rond structuren. Maar tegelijk wil Leiedal eenvoudiger overleg, overhead beperken door samenwerking en interlokale structuren kritisch evalueren. Ook in haar interne werking wil Leiedal de krachten beter bundelen. Door de definitie van integrale programma’s en de gerichte inzet van de verschillende competenties van medewerkers moet Leiedal meer in staat zijn om totaalantwoorden te geven op complexe vragen. Het installeren van programmaregie in Leiedal is hierbij een cruciaal instrument.
Een transparant en interactief bestuur De gemeenten en de Provincie zijn vennoten van Leiedal. Zij zijn opdrachtgever, klant en meteen ook mee verantwoordelijk voor de resultaten die Leiedal moet neerleggen. Daarom wil Leiedal de komende jaren nog nadrukkelijker investeren in een intense band met de vennoten, zowel op niveau van beleid als op niveau van uitvoering. Leiedal wil transparant en interactief besturen. Daarom engageren wij ons om regelmatig onze vennoten te bevragen naar hun ideeĂŤn, wensen en plannen. Leiedal wil mee denken met de vennoten en mee opportuniteiten detecteren, mee helpen plannen en mee helpen realiseren. Dit vraagt een sterke klantgerichtheid, luisterbereidheid en een proactieve houding. Leiedal zal zich ook zo organiseren op het niveau van de medewerkers. Het systeem van de contactpunten per gemeente dat nu al gebruikt werd voor ruimtelijke ontwikkeling zal worden uitgebreid naar alle werkdomeinen en werklijnen. Niet enkel in het luisteren, ook in de respons zullen snelheid, timing en flexibiliteit cruciaal worden. De vennoten moeten kunnen rekenen op wendbare eerstelijnsdienstverlening en sneladvies. In onze communicatie en dialoog met raadsleden, colleges en ambtenaren zal Leiedal een nadrukke-
81
lijke zorg hebben voor het verspreiden van bevattelijke informatie, op maat van de doelgroep. De raden van lokale besturen krijgen tijdig essentiële beleidsvragen voorgelegd. Bijzondere aandacht zal ook gaan naar de raadsleden. De nieuwe commissies in de schoot van de raden om interlokale structuren op te volgen zijn ook voor Leiedal een grote opportuniteit om tijdig, voor het operationaliseren, plannen voor te leggen. In de lijn van Sterk Besturen wil Leiedal de lokale raden helpen versterken door het mee helpen agenderen van beleidsvraagstukken in plaats van de huidige werkwijze waarbij raden vaak worden geconsulteerd in de eindfase van een proces van beleidsvorming. Leiedal wil transparant communiceren over haar financiën, en bij haar acties en projecten telkens duidelijk aangeven hoe de werking wordt gefinancierd, met een onderscheid tussen: • betalende dienstverlening • kostendelende samenwerking • regionale samenwerking op basis van fondsen (afgesproken reserves voor streekprojecten) • algemene werkingskosten Leiedal zal transparant communiceren over de algemene kosten van Leiedal als instituut, en deze kosten ook duidelijk afbakenen tegenover de kosten en opbrengsten van de werkdomeinen en werklijnen. Dit is ook zo bepaald in de statuten.
Een beperkte overhead die zoveel als mogelijk wordt gedeeld met andere organisaties Leiedal wil de komende jaren haar overhead beperkt houden, door enerzijds sterk op efficiëntie te werken, maar door tegelijk een aantal beheersdiensten te laten gebruiken door partnerorganisaties. Leiedal biedt beheersondersteuning voor haar huisgenoten (Overleg Cultuur, Welzijnsconsortium, ...) op het vlak van huisvesting, IT, communicatie (website, digitaal loket), HR, subsidiescans, ... Samen met partners onder één dak gehuisvest zijn, leidt overigens niet enkel tot kostenbeheersing, maar geeft ook een sterke inhoudelijke dynamiek. Leiedal wordt nog meer een huis van de gemeenten waar bestuurders en medewerkers van verschillende overlegorganen elkaar treffen. Dit leidt tot een cultuur van evident vertrouwen en een goede samenwerking. Tegelijkertijd wil Leiedal nieuwe financieringsbronnen en –methodes uitwerken via bijvoorbeeld systemen van samenaankoop.
leiedal als o rg ani satie
82
beleidsplan 2014/2019
83
Een begeesterende en motiverende organisatie in een regionaal en internationaal netwerk Leiedal heeft de uitdaging om geschikte medewerkers met de juiste competenties en talenten aan te trekken en ook te blijven houden. Een hele uitdaging in tijden van schaarste op de arbeidsmarkt en vergrijzing. Leiedal wil zich ontwikkelen tot een lerende organisatie, waar iedereen de kans krijgt om levenslang en levensbreed te leren en zo ook inzetbaar kan blijven in een snel veranderende en veeleisende omgeving. Leiedal wil oog hebben voor de aanwezige competenties en talenten bij medewerkers en hen zoveel mogelijk vanuit hun talenten, complementair met collega’s inzetten. Extra aandacht zal gaan naar kennisdeling.
Leiedal wil met haar medewerkers de plek die ze al geruime tijd heeft in regionale, landelijke en internationale netwerken blijven versterken. Leiedal wil actief de verbinding leggen naar academisch werk, en op haar beurt academici blijven stimuleren om hun werk te enten op streekontwikkeling. Leiedal streeft naar een evenwicht tussen de collectieve doelstellingen en individuele vrijheden. Het ‘nieuwe werken’ is resultaatgericht werken, op de meest geschikte tijdstippen en plekken. Dit vraagt een gedrags- en cultuurverandering van de organisatie en van de werknemer. En dit vraagt om nieuwe afspraken en legt accenten op andere competenties (resultaatsgericht werken, timemanagement, zelfsturing, ...). Leiedal wil de volgende beleidsperiode gebruiken om deze denkoefening uit te werken. Projectmatig werken is tenslotte een conditie om resultaten te kunnen neerleggen, met betrokkenheid van partners en met efficiëntiewinst.
leiedal als o rg ani satie
financieel plan
Leiedal werkt vandaag op basis van een gezonde financiĂŤle
structuur, die voor een groot deel te danken is aan de zorg voor rendabiliteit en solvabiliteit. Wil Leiedal die gezonde basis veiligstellen, moeten we de komende jaren die zorg nog meer ter harte nemen. Zo zal Leiedal de komende periode haar kosten sterk beheersen. Zo zijn al maatregelen genomen om het personeelsbestand te beperken en wordt ook bespaard op de overhead. Daarnaast wil Leiedal voldoende financiĂŤle middelen opzij blijven zetten om haar ambities te realiseren.
86
beleidsplan 2014/2019
Huidig financieel beleid Als dienstverlenende intercommunale streeft Leiedal geen winstmaximalisatie na, maar wordt in eerste instantie het maatschappelijk belang vooropgesteld. Leiedal wil de werking van lokale besturen ondersteunen, streekontwikkeling stimuleren en vestigingsmogelijkheden bieden voor ondernemen, met aandacht voor kwalitatief en efficiĂŤnt ruimtegebruik.
Positief resultaat voor elk boekjaar Als uitgangspunt wordt genomen dat elk boekjaar met een beperkt positief resultaat moet kunnen worden afgesloten. De belangrijkste financieringsbron voor de werkingskosten is de marge die gerealiseerd wordt uit verkopen in realisaties. Indien er in een bepaald jaar veel wordt verkocht met realisatie van een hoge marge, worden er voorzieningen gevormd die een buffer creĂŤren voor jaren waarin een lager verkoopcijfer wordt behaald. Een deel van de marge wordt bestemd als fondsen die gebruikt worden om regionale projecten of samenwerkingsverbanden te initiĂŤren, te ondersteunen of te realiseren.
Beperkte bijdrage gemeenten De behoorlijke marge die in de voorbije jaren werd gerealiseerd, heeft het ook mogelijk gemaakt om de jaarlijkse bijdrage die aan de gemeenten wordt gevraagd, beperkt te houden. Sedert 1995 werd de bijdrage niet verhoogd. Sedert 2001 wordt enkel een indexatie toegepast.
Andere financieringsbronnen Kostendelende dienstverlening Als verlengstuk van de gemeentelijke diensten stelt Leiedal een pool van deskundigen ter beschikking
87
van de gemeentebesturen. De financiering gebeurt via het kostendelend principe. De bedoeling is dat de gemeentebesturen kunnen besparen door meer samen te doen. Subsidies Leiedal brengt via verschillende subsidiekanalen (Europa, Vlaanderen, Provincie, gemeenten) middelen bijeen om belangrijke regionale projecten te financieren. Eigen inkomsten Daarnaast zijn er ook nog eigen inkomsten, zoals intresten uit beleggingen en concessievergoedingen.
Investeringsruimte creĂŤren De solvabiliteitsratio (verhouding Eigen Middelen t.o.v. Vreemde Middelen) bedraagt 23,5 %. Als minimale norm voor de solvabiliteitsratio wordt 20% vooropgesteld. Dit is belangrijk voor de realisatie van de ruimte voor het ondernemen en het wonen, een luik dat belangrijke investeringen vergt. Voor de financiering van verwervingen en infrastructuurwerken worden leningen aangegaan.
De realisatietermijn van de projecten wordt strikt opgevolgd zodat aangekochte gronden of sites zo vlug mogelijk verkoopklaar worden gemaakt. Dit moet het mogelijk maken om de nodige investeringsruimte voor nieuwe realisaties te creĂŤren.
diverse eigen inkomsten
toerekening aan de realisaties
bijdrage gemeenten
subsidies streek projecten
betaalde opdrachten
marge uit verkopen
financieel plan
88
beleidsplan 2014/2019
Principes voor de periode 2014-2019 Hierna worden de inkomsten geraamd voor de komende beleidsperiode, gevolgd door de consequenties voor de mogelijke uitgaven.
Raming financierings bronnen voor 2014 De totale werkingskosten worden geraamd op 5.085.000 euro. We hanteren de hypothese dat de diverse financieringsbronnen (behalve marge uit verkopen) gelijk zijn aan de begroting 2013. Dan wordt er berekend hoeveel dat de marge uit verkopen moet bedragen om een break-even te behalen: 2.457.000 euro.
Raming financierings bronnen in 2019 Rekening houdende met hypotheses i.v.m. evolutie bedragen de kosten in 2019 5.760.000 euro. Hierbij geldt de hypothese dat diverse financieringsbronnen (behalve marge uit verkopen) stijgen met 2% per jaar. Dan wordt berekend hoeveel dat de marge uit verkopen moet bedragen om een break-even te behalen: 2.857.000 euro.
89
Raming financieringsbronnen voor 2014 gewone werkingskosten
bijz. ext. werkingskosten
totaal
%
4.370.000
715.000
5.085.000
100
A. Toerekening aan eigen realisatie
130.000
-
130.000
2,56
B. Marge uit verkopen
2.072.000
385.000
2.457.000
48,32
C. Betaalde opdrachten
813.500
117.500
931.000
18,31
D. Subsidies
260.500
212.500
473.000
9,3
E. Bijdragen gemeenten
690.000
-
690.000
13,57
F. Diverse eigen inkomsten
404.000
-
404.000
7,94
Kosten Financieringsbronnen
Raming financieringsbronnen in 2019
gewone werkingskosten
bijz. ext. werkingskosten
totaal
4.970.000
790.000
5.760.000
A. Toerekening aan eigen realisatie
144.000
-
144.000
B. Marge uit verkopen
2.432.000
425.000
2.857.000
C. Betaalde opdrachten
898.000
130.000
1.028.000
D. Subsidies
288.000
235.000
523.000
E. Bijdragen gemeenten
762.000
-
762.000
F. Diverse eigen inkomsten
446.000
-
446.000
Kosten Financieringsbronnen
financieel plan
90
beleidsplan 2014/2019
Toetsing haalbaarheid van de financieringsbronnen Er wordt bij de toetsing van de haalbaarheid uitgegaan van het behoud van het principe dat de gemeente op wiens grondgebied dat de zone wordt gerealiseerd, nog een financiÍle bijdrage doet (tot op heden was dit: de kost van het niet-gesubsidieerd gedeelte van de nutsleidingen). Reserveren fonds regionale projecten Van de marge uit verkopen wordt een bedrag van 715.000 euro/jaar (te indexeren met 2% per jaar vanaf 2015) gereserveerd als fonds voor regionale projecten. De fondsen worden ongeveer voor de helft aangewend voor de financiering van bijzondere externe kosten en voor de helft voor de gewone werkingskosten (in hoofdzaak personeel). Betaalde opdrachten Het te behalen bedrag aan betaalde opdrachten is haalbaar rekening houdend met het feit dat deze opdrachten niet enkel worden uitgevoerd voor de gemeentebesturen, maar ook worden aangeboden aan andere lokale besturen (o.m. OCMW’s, autonome gemeentebedrijven, brandweerzones, ‌) Er is uitgegaan van het constant houden van de tarieven in 2014. Indien dat er ook voor 2015 geen indexatie wordt toegepast, betekent dit dat er 18.620 euro meer behaald moet worden uit andere financieringsbronnen.
Bijdrage gemeenten De statuten van Leiedal bepalen dat de bijdrage van de gemeenten in de werkingskosten wordt gekoppeld aan de gezondheidsindex (artikel 14 statuten). In de berekening wordt er voor 2014 uitzonderlijk geen indexatie van de bijdrage toegepast.
Implicaties voor uitgaven: kostenbeheersing Uit het voorgaande is duidelijk dat Leiedal de komende beleidsperiode inspanningen zal moeten leveren om het inkomstenniveau op peil te houden en dat de uitgaven sterk beheerst moeten worden. Bijgevolg moet slimmer worden omgegaan met middelen. Leiedal zet kostenbeheersing binnen de organisatie voorop en er wordt geprobeerd om meer te doen met minder. Dit vertaalt zich in volgende principes die voorgesteld worden m.b.t. de evolutie van de gewone werkingskosten en de bijzondere externe werkingskosten.
91
Implicaties voor de gewone werkingskosten
financieel plan
Samenvattende tabel
Gemiddelde periode 2008-2013
begroting 2013
raming 2014
raming 2019
personeel
3.424.652
3.605.000
3.242.000
3.758.000
pensioenen statutairen
45.250
135.000
135.000
149.000
kosten eigen aan instituut
226.369
265.000
213.000
235.000
algemene werkingskosten
446.829
487.000
460.000
508.000
kosten externen
118.446
110.000
110.000
110.000
afschrijvingen
170.456
210.000
210.000
210.000
totaal
4.432.002
4.812.000
4.370.000
4.970.000
Geen hogere werkingskosten door te besparen Als algemeen principe wordt voorgesteld dat de totale werkingskosten in 2019 niet hoger mogen zijn dan de gemiddelde kosten van de periode 20082013, verhoogd met een jaarlijkse indexatie van 2% per jaar (of 12,6 % over een periode van 6 jaar). Dit houdt in dat er vanaf 2014 fors moet bespaard worden (- 1,4 % tov gemiddelde periode 2008-2013; - 9,2 % tov begroting 2013).
Efficiënt beheer personeelsbestand De belangrijkste besparing wordt gerealiseerd door een efficiënt personeelsbeheer: • In de periode 2008-2013 bedroeg het personeelsbestand gemiddeld 44,95 VTE. In de begroting 2013 zijn 43,7 VTE voorzien. Rekening houdend met reeds genomen beslissingen, zal het personeelsbestand in 2014 nog 41,4 VTE bedragen. (vermindering t.o.v. gemiddelde 2008-2013 met 8%) • De stijging van de personeelskosten vanaf 2014 moet beperkt worden tot de indexering + 1% voor anciënniteit en promotie (hypothese: 2+1 = 3%/ jaar).
92
beleidsplan 2014/2019
• Er kan beslist worden om bijkomende medewerkers in te zetten in de mate dat er ook bijkomende externe financieringsbronnen gevonden worden (vb. extra betaalde opdrachten of subsidies). • Vanaf 2012 is er een bijkomende kost m.n. de pensioenkost van de statutaire medewerkers die ten laste komen van Leiedal. • Voor de kosten voor het inschakelen van externen wordt het bedrag uit de begroting 2013 als basis genomen. Besparen op overhead Op de overheadkosten (kosten voor instituut en algemene werkingskosten) wordt vanaf 2014 een besparing vooropgesteld van 10,5 % tov de begroting 2013. In de volgende jaren moet de stijging beperkt kunnen worden tot de inflatie (hypothese: 2% per jaar). Vanuit de opties van ‘Sterk Besturen in een sterke regio’ wordt er ook gestreefd naar het verdelen van overheadkosten met andere intergemeentelijke samenwerkingsverbanden door o.m. gezamenlijke huisvesting en gebruik maken van algemene diensten. Voor de afschrijvingen wordt er rekening gehouden met de investeringen die nodig zijn voor de renovatie van het bestaand kantoorgebouw.
Implicaties voor de bijzondere externe werkingskosten Bijzondere externe werkingskosten zijn uitgaven die gericht zijn op het initiëren, ontwikkelen en ondersteunen van regionale projecten (in de voorbije beleidsperiode waren dit streekontwikkelingsprojecten, reconversieprojecten, e-governmentprojecten, groenprojecten en energieprojecten). Deze kosten hebben betrekking op: • Bijdrage voor de werking van andere (streek)organisaties zoals Eurometropool, Designregio, Transfo, Microsoft Innovation Center. • Cofinanciering van regionale gesubsidieerde projecten. • Cofinanciering van investeringen voor aankopen van groenzones door de gemeenten (met het Groenfonds). In de periode 2008-2013 waren er nog bijkomende uitgaven n.a.v. 50 jaar Leiedal en als gevolg van engagementen tegenover het Provinciebestuur (n.a.v. gedeeltelijke uittreding van het Provinciebestuur). In de periode 2008-2013 bedroegen deze uitgaven in totaal gemiddeld 880.773 euro per jaar. In de begroting 2013 was een bedrag voorzien van 934.000 euro.
93
euro voor 2014. • Principes m.b.t. evolutie tot 2019: stijging beperken tot de inflatie (hypothese van 2% per jaar).
Principes m.b.t. externe werkingskosten • Principes m.b.t. raming voor 2014: beperken van de bijzondere externe werkingskosten tot 715.000
Tabel: bijzondere externe werkingskosten gemiddelde 2008-2013
begroting 2013
raming 2014
raming 2019 (incl. stijging 2%/j)
Streekontwikkelingsprojecten
176.128
190.000
200.000
221.000
Andere regionale projecten
535.360
567.550
515.000
569.000
Subtotaal
711.488
757.550
715.000
790.000
Kosten n.a.v. 50 jaar Leiedal
55.453
-
-
-
Cofinanciering projecten ikv engagementen tav provincie
113.832
176.630
-
-
Algemeen totaal
880.773
934.180
715.000
790.000
Samenvatting raming totale werkingskosten raming
raming
2014
2019
Gewone werkingskosten
4.370.000
4.970.000
Bijzondere externe werkingskosten
715.000
790.000
5.085.000
5.760.000
financieel plan
bijlagen
96
beleidsplan 2014/2019
Inbedding in Eurometropool 2020 en RESOC Streekpact Leiedal wil met dit beleidsplan mee de Eurometropoolstrategie en het RESOC streekpact realiseren. De intercommunale was nauw betrokken bij de totstandkoming van deze plannen, en schaart zich tenvolle achter de ambities die in deze verbanden zijn geformuleerd.
RESOC Streekpact ‘Samen grenzen verleggen’ Het RESOC (REgionaal Sociaaleconomisch OverlegComite) is het overlegorgaan met vertegenwoordigers van werkgevers, werknemers en Provincie en gemeenten uit de regio. RESOC heeft als kernopdracht om een streekpact op te maken met een lange termijn strategie voor de economische ontwikkeling en de werkgelegenheid. Leiedal schreef actief mee aan dit Streekpact.
Het Streekpact heeft drie ambities: • Een wervende regio • Een duurzame regio • Een warme region Die ambities zijn vertaald naar een aantal hefboomprojecten: • Topregio voor de creatieve maakindustrie • Zuid-West ontwikkelt en werft talent • Blauw-groen netwerk als drager van omgevingskwaliteit en identiteit voor de regio • Leven in een klimaatneutrale regio tegen 2050 • Cultuur, sport en toerisme als bouwstenen voor streekontwikkeling • Zorg en innovatie • Warme buurten
97
Bij de regionale projecten wordt vermeld waar zij bijdragen aan de realisatie van het Streekpact. Leiedal is trekker van volgende hefboomprojecten: Topregio voor de creatieve maakindustrie • Realiseren van een voldoende en gedifferentieerd aanbod aan ‘slimme bedrijfsruimte’ op maat van de ondernemer. • Uitbouw van slimme logistieke poorten Blauw-Groen Netwerk als drager van omgevingskwaliteit en identiteit voor de regio • Een geïntegreerde aanpak van de grote blauwgroene assen • De economische potenties van de waterwegen versterken Leven in een klimaatneutrale regio tegen 2050 • Warmer wonen • Rekover • Ontwikkeling door reconversie, hergebruik en inbreiding • Ruimte voor hernieuwbare energie Cultuur, sport en toerisme als bouwstenen voor streekontwikkeling • Sportinfrastructuur voor iedereen www.samengrenzenverleggen.be www.ersv.be
Eurometropool 2020 Leiedal is één van de veertien partners van de Eurometropool. De Eurometropool Lille-KortrijkTournai is een grensoverschrijdend overlegplatform dat werd opgericht om drie regio's langs de FransBelgische grens dichter bij elkaar te brengen, om belemmeringen uit de weg te werken en om een betere dienstverlening aan te bieden aan burgers. Met de partners werd een strategie uitgewerkt met volgende drie assen als prioriteit voor de periode 2014-2020: • Het socio-economisch potentieel van de Eurometropool uitbouwen • Versterken van de interne mobiliteit en internationale bereikbaarheid van de Eurometropool • Een blauw-groene Eurometropool Elk van deze assen is uitgewerkt in ambities en acties. Leiedal is - als partner - betrokken bij het merendeel van de acties en wil de tweede as trekken: “Versterken van de interne mobiliteit en internationale bereikbaarheid van de Eurometropool” www.eurometropolis.eu
bijlage 1
98
beleidsplan 2014/2019
Proces Beleidsplanning Leiedal wil interactief en innoverend werken. Dit beleidsplan tot stand gekomen met medewerking van velen.
• Februari 2013: interne brainstorm met het team van Leiedal. Regionale partners (Overleg Cultuur, Voka, Provincie, Welzijnsconsortium, Sinergiek,...) werden uitgenodigd om een eerste insteek te geven door middel van vragen. • Maart 2013: Bijzonder Algemene Vergadering: debat met de vennoten over interlokale samenwerking. • April 2013: De nieuw samengestelde Raad van Bestuur neemt kennis van het evaluatieverslag van de voorbije beleidsperiode en de beleidsaanbevelingen van de vorige Raad van Bestuur. • April en mei 2013: Gesprekken met schepenen en medewerkers van gemeenten. Externe deskundigen brachten op elke van deze debatten een insteek, gevolgd door een discussie met de deelnemers. De verslagen van deze gesprekken zijn begin mei overgemaakt aan de Colleges van Burgemeester en Schepenen. - 25 april: Fysieke en mentale ruimte om te ondernemen
- 29 april: Ruimtelijke ontwikkeling in de regio - 30 april: Lokale en regionale communicatie en participatie - 3 mei: e-Government en lokale dienstverlening - 6 mei: Leefomgeving en landschap • Juni en juli 2013: Middagdebatten over regionale projecten. Deze debatten stonden open voor een ruim publiek. De verslagen van de debatten zijn na elk debat gepubliceerd op de website van Leiedal - 19 juni: Warmer wonen / De UiTpas / Ruimte voor ondernemen via reconversie - 27 juni: Mobiliteit en openbaar vervoer in ZuidWest-Vlaanderen / Sterk besturen in een sterke regio: bestuurlijke vernieuwing in de regio / Privaat-publieke samenwerking bij projectontwikkeling - 4 juli: Het blauw-groene netwerk van de regio en de Eurometropool / Mentale ruimte voor ondernemen: Investeren in talent en creativiteit / Trajectbegeleiding voor ondernemingen op zoek naar bedrijfshuisvesting / Innovatie in de zorg
99
• Juli, augustus en september 2013: Gesprekken met regionale partners. Zij werden uitgenodigd om ideeÍn te bezorgen voor het beleidsplan van Leiedal. Zo waren er gesprekken met Natuurpunt, Sinergiek, Welzijnsconsortium, de sociale partners (vakbonden en werkgevers), De Eurometropool, de Provincie, ... • Oktober 2013: het voorstel van beleidsplan wordt overgemaakt aan de gemeentebesturen Op de Raden van Bestuur van Leiedal werd in de loop van het beleidsplanproces geregeld een stand van zaken gegeven over het beleidsplan. Op 27 september 2013 keurde de Raad het ontwerp goed. Dit voorstel wordt in oktober 2013 overgemaakt aan de gemeenten, die op hun beurt een vertegenwoordiger aanduiden voor de Bijzonder Algemene Vergadering op 10 december 2013.
bijlage 2
colofon dit document is een publicatie van
eindredactie
Intercommunale Leiedal
Bart Noels
President Kennedypark 10 8500 Kortrijk
Vormgeving
+32 56 24 16 16
Giovanni Maes
info@leiedal.be www.leiedal.be
fotografie David Samyn
projectleiding & coรถrdinatie Filip Vanhaverbeke, Marleen Verkaemer, Bart Noels,
PUBLICATIE
Steven Vanassche, Bram Tack, Filip Meuris
januari 2014
met medewerking van De bestuurders en medewerkers van Leiedal en de lokale en regionale actoren in Zuid-West-Vlaanderen
Dit beleidsplan is goedgekeurd op de Algemene Vergadering van 10 december 2013.
VU Koen Byttebier, Voorzitter, President Kennedypark 10, 8500 Kortrijk