Nieuwbouwspecial Azora

Page 1

nieuwbouw special

Es n e D n age d n e p O t 2006 maar 4 n e 3

Eénmalige uitgave Azora Nieuwbouw Special maart 2006

‘Individueler, bewonersgerichter en belevings gerichter werken’ Gwendolien Graven

Onze bril in beeld De nieuwe wijk Den Es in vogelvlucht

‘Wij willen juist quality time bieden’ Anita van Zuilekom

‘Van het Grand Café gaan we een feestje maken!’ Elly Wittenberg


Inhoud

Voorwoord

Colofon Dit magazine is een uitgave van Azora ter gelegenheid van de heropening van Verpleeghuis Den Es in Varsseveld. In opdracht van Azora Den Es

‘Varsseveld krijgt er een compleet nieuwe wijk bij’

4

Vormgeving Creatief ontwerpbureau Marcel Somsen

Wim Lubbers grote initiator achter nieuwe Den Es

‘Zo’n project draagt de naam van het bureau, niet van één specifiek persoon’

16

‘We doen het samen!’

‘Groen is heel belangrijk in de gezondheidszorg, gelukkig onderkent Azora dat!’

Hannie Bulten verruilt De Bettekamp voor een Tekst LetterLuck Tekstproducties, Johan Koning Fotografie Studio Seesing Fotografie Toon Maarse Verspreidingsgebied Regio Doetinchem/Winterswijk Oplage 78.000

nieuwe werkplaats in Den Es

6

17

‘Mensen moeten zolang als het kan de regie kunnen voeren over hun eigen leven’

8

Voorzitter Raad van Bestuur Azora Hans Metzemaekers

18

Hans Metzemaekers: ‘Toen wij als Stichting Verenigde Gasthuizen en Zorgcentrum Varsseveld fuseerden, waren we het erover eens dat beide namen niet meer van deze tijd zijn, niet pakkend genoeg. We wilden een moderne organisatie uitstralen en een naam is dan een eerste aanzet daartoe. We vinden dat de naam Azora vriendelijkheid en openheid uitstraalt. En dat willen we als organisatie ook zijn: vriendelijk en open. Maar in feite is het een naam die niets betekent. Wij willen graag de betekenis eraan geven: vriendelijk en uitnodigend. Mensen kunnen hier terecht met welke zorgvraag dan ook.’

11

Hoofd keuken Elly Wittenberg

‘Wij zien de voordelen’ Cliëntenraad Den Es

22

Gwendolien Graven, Hoofd Woonteam Den Es

Huishoudelijke dienst - meer dan alleen maar: ‘Stop maar in de wasmachine’

24

Onze bril in beeld

Hoofd huishouding Atie de Groot

Met de opening van de nieuwe Den Es krijgt Varsseveld en wijde omgeving een nieuw, modern verpleeghuis. Wij willen onze bewoners een thuis bieden, een vertrouwde omgeving. Een omgeving waarin het Achterhoekse begrip noaberschap ook in de zorg gestalte krijgt. Over onze doelstellingen, plannen, ideeën en uitgangspunten kunt u in dit magazine alles lezen. Maar nog beter is het, om bij ons langs te komen. Dat kan! Op vrijdag 3 en zaterdag 4 maart kunt u een kijkje komen nemen in de nieuwe Den Es. We zetten graag de deuren voor u open. Want wij zijn trots op ons gebouw!

Wim Lubbers Azora

‘Achter de schermen hebben we alles onder controle’

De nieuwe wijk Den Es in vogelvlucht

14

Anita van Zuilekom

20

‘Individueler, bewonersgerichter en belevingsgerichter werken’

12

Marian van Gaasbeek

Vakgroepcoördinator Activiteitenbegeleiding

‘Van het Grand Café gaan we een feestje maken!’

De gezondheidszorg is in beweging, mensen zijn niet meer tevreden met alleen maar onderdak. En terecht! Azora wil - evenals haar zusterorganisatie Marga Klompé, waar we steeds meer mee gaan samenwerken - graag in die beweging meegaan. Meedenken over hoe we onze zorg nog meer kunnen verbeteren.

Manager Medische en Transmurale Zorg bij Azora

‘Wij willen juist quality time bieden’

Maatschappelijk werkende Chantal Gosselink

De naam Azora Feitelijk betekent Azora niets. Tenminste: het woord zelf heeft geen betekenis. Voorzitter Raad van Bestuur

Tuinarchitect Nico Wissing

‘Twee nieuwe doelgroepen leveren extra werk op’

Het visitekaartje van Den Es

10

VBW Architecten Adriaan van ’t Hof

We zijn trots op ons nieuwe gebouw, op onze Den Es. En niet alleen op het gebouw, ook op de voorzieningen, de diensten en de zorg die we hier gaan aanbieden. Waarop we trots zijn, willen we door middel van dit magazine aan u laten zien.

26

Teamleider technische dienst Toon Maarse

Open dagen Den Es

3 en 4 maart 2006 Van 10.00 en 16.00 uur staan onze deuren voor u open. U bent van harte welkom. Ons adres: Oranjestraat 30, Varsseveld


Spannend vindt hij het wel. Het project waar hij warm voorstander en pleitbezorger van is binnen Azora, is toch een beetje een sprong in het diepe. ‘Vooraf heb je er natuurlijk wel een beeld bij, maar je weet niet of dat beeld straks ook werkelijkheid wordt. Maar het is ook zo, dat als je een gezonde spanningsboog opbouwt, dan zijn de prestaties er straks ook wel naar. Het kan maar zo zijn dat er van alles gebeurt wat je van tevoren niet hebt bedacht, maar dat wel goed is.’

4

‘Varsseveld krijgt er een compleet nieuwe wijk bij’ Wim Lubbers grote initiator achter nieuwe Den Es

128 Bewoners kunnen straks terecht in de nieuwe Den Es. Niet voor niets stelt Wim Lubbers dan ook dat Varsseveld er een nieuwe woonwijk bij krijgt. Vanaf het begin is Lubbers betrokken bij het project. De oud-directeur van Zorgcentrum Varsseveld is nu lid van de tweehoofdige Raad van Bestuur van Azora. Hij ziet de veranderingen vol vertrouwen tegemoet, vertelt hij tijdens een wandeling door het nieuwe gebouw.

Nieuwbouw special

Dorpskarakter De ruimte waarin je leeft is voor een groot deel bepalend hoe je leeft, vindt Lubbers. ‘Vroeger hadden we een groot gebouw naar medisch model. Wij hebben nu besloten om te investeren in leefruimte. Ik hoop dat mensen - bewoners, familie én medewerkers - daarin goed met elkaar gaan communiceren. Het dorpse karakter moet straks een pluspunt van Den Es worden. Ik ben heel nieuwsgierig hoe dat gaat uitpakken.’ In het gebouw nemen we allereerst een kijkje in de woningen waar het dagelijkse leven zich straks gaat afspelen. Per woning is er plaats voor acht mensen, die ieder een eigen appartement hebben. Douche en toilet worden per twee appartementen gedeeld, deze ruimte is dan ook tussen de twee appartementen gelegen. ‘Op het moment dat de ene bewoner er gebruik van maakt, weet de ander dat het vertrek bezet is door een rood lampje dat dan brandt.’ Naast de acht appartementen en de vier toiletruimtes, is de huiskamer een centrale plaats in iedere woning. Hier zullen bijvoorbeeld de maaltijden genuttigd worden. Iedere huiskamer is dan ook voorzien van een keuken, want er wordt per woning gekookt. ‘De bewoners zullen daar zelf zo actief mogelijk aan deelnemen.’ Telkens worden twee woningen verbonden door een dienstgang, deze is voor de medewerkers van de Woonteams.

Ieder Woonteam heeft de verantwoordelijkheid over twee woningen en dus over zestien bewoners. Buiten de woningen komen de bewoners terecht in een centrale straat, die alle woningen met elkaar verbindt. Wie deze straat volgt, komt langs alle woningen en ook het dorpsplein is zo te bereiken, evenals de uitgangen naar de tuin. In die tuin kan naar hartelust gewandeld, gerelaxed en gepraat worden. Vrijheid De appartementen mogen naar eigen smaak worden ingericht. ‘Wij voorzien de woningen van een dubbeldeurs linnenkast, een nachtkastje en een bed. We gaan ervan uit dat de familie van de bewoner de kamer zelf inricht met spullen van de bewoner, om ook weer de persoonlijke sfeer te benadrukken. Nu moet ik wel zeggen dat het niet zo is dat een hele huisraad kan worden aangesleept, want de verzorging moet ook de ruimte hebben om met talloze attributen te werken. Denk alleen maar aan de ruimte die nodig is om met een rollator of rolstoel fatsoenlijk in een ruimte te draaien, maar ook kan het nodig zijn om een tillift te gebruiken.’ De grootte van de appartementen kan op het eerste gezicht ietwat tegenvallen, weet Lubbers ook. ‘Maar volgens mij is het zo, dat als je op leeftijd bent en je zit in een grote huiskamer, je je ook niet echt prettig voelt. De kamers zijn gezellig en intiem, er kan goed in gewoond worden. Ook de kleuren die we

gebruiken geven de gewenste huiselijke en warme sfeer, terwijl de verwerkte stoffen tegen een stootje kunnen. Verder is het aan de bewoners, de familie én het woonteam om het geheel in te richten. Ook op technisch gebied is er veel mogelijk. Vanzelfsprekend is er de mogelijkheid om een een televisie aan te sluiten, maar ook voor bijvoorbeeld een dvd-speler of computer is plaats.’ Vrijheid is eigenlijk het kernwoord van Den Es. ‘Stel dat een bewoner er helemaal geen behoefte aan heeft om in de huiskamer te vertoeven’, zegt Lubbers. ‘Dan kan dat, die vrijheid is er. Ik kan me voorstellen dat een bewoner vooral rust wil, met zijn of haar computer op de eigen kamer wil gaan zitten. Dat is allemaal mogelijk en er zal geen onvertogen woord over vallen.’ Dorpsplein Het hart van Den Es wordt het dorpsplein. ‘Dat gaat leven! Wat daar allemaal gaat plaatsvinden, weten we ook niet precies. Het zal aan de ene kant een ontmoetingsplein worden voor de bewoners, anderzijds gaan daar activiteiten plaatsvinden. Het verenigingsleven van Den Es zal daar hoofdzakelijk zijn gesitueerd, maar ook optredens van muziekkorpsen en zangkoren zullen daar worden gegeven. Het Grand Café zal ongetwijfeld een belangrijke factor in het geheel worden. We hebben dat én voor de bewoners zelf gecreëerd, maar ook voor onze medewerkers. Het is tegenwoordig namelijk bijna

De eerste steen Op 13 januari 2005 mocht Wim Lubbers als oud-directeur van Zorgcentrum Varsseveld, huidig lid van de Raad van Bestuur van Azora én groot pleitbezorger van het nieuwe verpleeghuis, de eerste stenen van Den Es metselen. Na een voorbereidingsen ontwikkelingstijd van jaren kon hierna uiteindelijk een begin worden gemaakt met de grootscheepse bouwactiviteiten. ‘Nu, ruim een jaar later en na hard werken, staat er een gebouw waarmee we voor de dag kunnen komen’, aldus Lubbers.

ondoenlijk om voor je personeel een aparte ruimte te maken om koffie te drinken of te eten. Dat zal in het Grand Café moeten gebeuren. Vanzelfsprekend kunnen de bewoners en hun familie daar ook terecht om iets de eten of te drinken. Het personeel en de bewoners van De Bettekamp kunnen hier natuurlijk ook gebruik van maken.’ Het meubilair van het dorpsplein zal aangepast zijn aan de situatie. ‘Normaal gesproken heb je natuurlijk op zo’n plein veel vaste banken. Wij zullen juist veel meubels hebben die makkelijk te verzetten zijn, omdat dat nodig is voor onze dienstverlening. We moeten ergens snel langs kunnen, als dat noodzakelijk is.’ Rookbeleid Veel oudere bewoners hebben regelmatig trek in een sigaretje. Het rookbeleid in Den Es is strikt, geeft Lubbers aan. ‘De bewoner mag op zijn of haar eigen kamer roken, dat kunnen we niet verbieden en dat willen we ook niet verbieden. Maar verder in het gebouw geldt een rookverbod. Voor het personeel zal dat wellicht vervelend zijn, maar het mag gewoon niet. In het Grand Café, om een ander gezondheidsaspect te noemen, komt ook geen frituur te staan. Wij willen als zorginstelling graag een voorbeeld zijn voor de omgeving. Zó dragen we in ieder geval ons steentje bij aan een gezonde samenleving. In ieder geval in deze nieuwe Varsseveldse wijk.’

5


Na tien jaar in hetzelfde kantoor te hebben doorgebracht, gaat Hannie Bulten verhuizen. Haar onderkomen in De Bettekamp verruilt zij voor een nieuwe ‘werkplaats’ in Den Es. En dat is niet de enige wijziging die de locatiemanager zal doormaken. U bent locatiemanager van De Bettekamp en Den Es. Wat houdt dat in? Hannie Bulten, lachend: ‘Toch behoorlijk veel. Ik probeer de organisatie van beide locaties zo vorm te geven en te ontwikkelen, dat we kunnen voldoen aan de vraag vanuit onze cliënten. Mijn taak houdt enerzijds in dat ik bezig ben met zorgontwikkeling, maar anderzijds ook met personeelsbeleid.’

6

Hoe lang werkt u hier al? ‘Ik ben in april 1995 gekomen, dus bijna elf jaar. Al die tijd heb ik hier vanuit dezelfde kamer gewerkt. Maar dat gaat nu veranderen, omdat ik een nieuw kantoor krijg in Den Es. Toen ik hier in ’95 kwam, was ik alleen aangenomen voor verzorgingstehuis De Bettekamp. Mijn collega van Den Es ging later met pensioen en toen zijn de twee functies samengevoegd.’ Wat voor manager is Hannie Bulten? ‘Ik probeer de mensen zoveel mogelijk zelfstandig te laten opereren. Het belangrijkst vind ik dat men plezier heeft in het werk en dat bereik je niet door als een soort opzichter te werken. Juist het delegeren is dan belangrijk, mensen een stuk verantwoordelijkheid geven. Dat betekent wel dat je als organisatie anders opereert dan vroeger. Toen was het de hoofdzuster die antwoord gaf op vragen, nu moet de verzorgende zelf ook antwoord geven op

vragen van bijvoorbeeld familieleden. Ik vind dat daar veel aandacht aan besteed moet worden, je gaat hier met mensen om. En natuurlijk moet je ook goed zijn voor je medewerker. De driehoek cliëntmedewerker-Azora is heel belangrijk.’

gers. Als je bedenkt hoeveel mensen er bij de bouw en de verandering in de interne organisatie betrokken zijn geweest, dat is gigantisch. Het aantal liters koffie dat is gedronken is bij wijze van spreken niet te tellen.’

U bent enthousiast over de nieuwbouw. Hoe vertaal je dat naar je personeel? ‘We moeten het met zijn allen doen, dat is gewoon heel belangrijk om te benadrukken. De insteek is niet dat wij in een top-downconstructie alles beslissen, maar dat juist iedereen zijn of haar steentje kan en mag bijdragen in de ontwikkeling van de nieuwe zorgformule. We hebben er niet alleen een prima nieuw gebouw neergezet, maar zijn ook bezig een interne organisatie op te bouwen die helemaal verandert, maar waarbij je wel iedereen nodig hebt. Van de dokter tot de huishoudelijk medewerker en van de medewerker in de linnenkamer tot de vrijwilli-

Den Es is straks een sprong voorwaarts voor Azora? ‘We lopen mee in de tijd, in de maatschappelijke ontwikkeling. Bewoners kunnen straks zoveel als dat kan hun eigen keuzes bepalen. Kleinschalig wonen is voor mij dat als je als mens jezelf niet meer helemaal kunt redden en hulp nodig hebt, je in een prettige woonomgeving je leven toch zoveel mogelijk kunt blijven leven. Het zal vaker gezegd worden: we proberen hier de thuissituatie te benaderen, na te bootsen. Helemaal ‘thuis’ zal het nooit kunnen worden, maar we proberen dit zo goed mogelijk te benaderen. In woongroepen, bestaande uit acht bewoners, proberen we zo goed mogelijk de levensstijl van voor de opname voort te zetten door rekening te houden met vaste gewoonten, voor- en afkeuren. Huiselijkheid staat voorop met zo min mogelijk regels, maar een dagindeling die past. We willen ervoor zorgen dat iedereen zich zo goed mogelijk voelt.’

Lokatie manager Hannie Bulten vindt driehoek cliënt-medewerker-Azora heel belangrijk

‘We doen het samen!’ Nieuwbouw special

Straks - bij de verhuizing - zijn de bewonersgroepen na overleg samengesteld. Hoe is dat, als er een nieuwe bewoner in Den Es terechtkomt? ‘In principe hebben we ervoor gekozen om zo breed mogelijk op te nemen, zoals we in het verleden ook deden. Dat betekent: als er een plaats vrijkomt - meestal door het overlijden van een van de bewoners -, dan komt degene die bovenaan de wachtlijst staat in aanmerking voor die plaats. Maar wel met dien verstande, dat je blijft wonen in de woning waar je terechtkomt. Het is niet meer zo dat er met plaatsen wordt geschoven. Dat betekent aan de ene kant de rust die de bewoner nodig heeft, maar anderzijds

ook dat er wel goed moet worden geselecteerd. Overleg met familie is daarin heel belangrijk. Het welzijn van onze bewoners staat hoog in het vaandel. Ook wanneer iemand zich in Den Es of De Bettekamp niet op zijn of haar gemak voelt, dan proberen we een oplossing te vinden, desnoods elders. Als we naar de nieuwe situatie kijken, dan kan het zijn dat iemand juist benauwd wordt van het kleinschalige. Zo’n cliënt heeft dan baat bij een ander tehuis. Wij moeten dan zo eerlijk zijn om aan te geven dat we niet de zorg kunnen bieden die deze persoon vraagt.’ Het sociale wordt heel belangrijk in Den Es. Op wat voor manier? ‘Op verschillende manieren. Kijk alleen maar naar het eten. Dat is heel belangrijk, want vraag maar eens aan de gemiddelde bewoner hoe het hier is. Negen van de tien keer krijg je te horen: ‘Het eten is goed’. Dus is eten belangrijk en we gaan er hier een echt sociaal gebeuren van maken. Er wordt namelijk in de huiskamers van de woningen gekookt en de mensen verorberen de maaltijd ook samen. Wij vinden het ook belangrijk dat mensen er goed verzorgd uitzien. Dus hebben we een eigen kapsalon waar de bewoners naar toegaan. Dat levert natuurlijk ook weer een sociaal contact op: mensen praten met elkaar, terwijl ze in de kappersstoel zitten. Ook zijn er diverse clubs waarvan de bewoners lid kunnen worden’ Hoe vatten we het complete Den Es zorgverhaal samen? ‘Wij willen proberen om mensen zich wel te laten bevinden, een levensstijl creëren die bij hen past waarbij men niet teveel last heeft van de beperkingen en tekortkomingen.’ Gaat het allemaal lukken? ‘Ja, daar ben ik van overtuigd. Anders begin je er natuurlijk niet aan. Het idee hoe we het gaan aanpakken is ook door

iedereen positief ontvangen, maar ik zou best wel een jaartje verder willen kijken. Is het allemaal gegaan zoals we dachten dat het zou gaan? Dat is best spannend, maar ik denk dat we het aankunnen. Al wil dat niet zeggen dat we niet moeten bijsturen. Als dat wordt gevraagd, moeten we dat zeker doen. We moeten ons blijven aanpassen aan de bewonersgroep, dat is het belangrijkste. En dat moeten we samen doen.’

7

Even bijkletsen bij de kapper Naast de inwendige mens, is er ook zorg voor de uitwendige mens. Bewoners van Den Es kunnen dagelijks langskomen in de kapsalon. Niet alleen om de haren weer in de plooi te laten knippen, föhnen en permanenten, maar ook om even bij te kletsen met andere bewoners of de kapper. Of natuurlijk om het laatste nieuws door te nemen in de verschillende bladen.


Als je als zorgverlenende instanties bij elkaar in de buurt zit én ook nog

bieden dat het lijkt dat de mensen in een gezinsachtige setting doorleven. We nemen daarin iedereen serieus en benaderen iedereen met evenveel respect. We respecteren de eigenheid van de mens - zeker in Den Es.’

eens regelmatig samenwerkt op verschillende terreinen, dan is de stap niet zo groot om eens over een fusie te gaan praten. Zo ontstond Azora, de organisatie waar Den Es en De Bettekamp onderdeel vanuit maken. Hans Metzemaekers is voorzitter van de tweehoofdige Raad van Bestuur.

Medewerkers Dat betekent ook, stelt de voorzitter van de Raad van Bestuur, dat medewerkers goed worden behandeld. ‘Dat hebben we heel hoog in het vaandel staan. Zo hebben we bijvoorbeeld het project Azora Gaat Gezond. Tegenwoordig zijn we ons ervan bewust dat niet-roken en niet te zwaar zijn erg belangrijk is en wij proberen als werkgever daarin ons steentje bij te dragen. Dat levert een gezondere medewerker op, wat het welbevinden weer bevordert en tevens zorgt voor een positievere zorgverlening. Bovendien leidt het natuurlijk ook nog eens tot minder ziekteverzuim, wat ook een economisch voordeel is.’ Onder de noemer Azora Gaat Gezond zijn een paar initiatieven genomen. ‘Zo hebben we antirookcampagnes. Gespecialiseerde verpleegkundigen begeleiden groepen medewerkers in het stoppen met roken. Voorts hebben we vermageringsprogramma’s, waarin onder het toeziend oog van een diëtiste medewerkers afvallen. Een ander voorbeeld zijn onze bewegingsprogramma’s, van eenvoudige gymnastiek tot hardloopclinics. We doen er dus veel aan om onze cliënten goed te verzorgen, maar ook om onze medewerkers gezond te houden.’

Hans Metzemaekers - voorzitter Raad van Bestuur Azora:

‘Mensen moeten zolang als het kan de regie kunnen voeren over hun eigen leven’ 8

‘Op medisch gebied, het pastorale werk, met opleidingen en op andere gebieden kwamen wij elkaar regelmatig tegen of werkten we al samen’, vertelt Hans Metzemaekers. ‘En als je dan al zo intensief samenwerkt, dan is een volgende stap zo gemaakt. Bovendien zagen we om ons heen ook steeds meer fusies ontstaan. Samen optrekken leek ons - en dan heb ik het over Zorgcentrum Varsseveld en de Stichting Verenigde Gasthuizen - dan ook het beste. Samenwerking betekent veelal toch nog iets vrijblijvends, terwijl je als je onder één noemer opereert er echt werk van kunt maken.’ Den Es Op het gebied van verpleeghuiszorg konden zodoende als één organisatie vrijwel alle disciplines aangeboden worden. ‘Den Es was van oudsher een psychogeriatrisch verpleeghuis, terwijl Antonia een gecombineerd verpleeghuis was.’ De Azora-organisatie bestaat nu dan ook uit zes locaties en acht instellingen. ‘Net als De Bettekamp en Den Es, hebben we nog een soortgelijke samenwerking tussen verzorgingshuis Gertrudis en verpleeghuis ’s Gravenwal in ’s Heerenberg. Daarbuiten hebben we nog drie verzorgingshuizen:

Nieuwbouw special

Debbeshoek in Ulft, Maria Magdalena Postel in Gendringen en de Schuylenburgh in Silvolde.’ Van oorsprong is Hans Metzemaekers verpleeghuisarts. ‘Mijn hele arbeidszame bestaan werk ik al bij rechtsvoorgangers van Azora. Ik ben in 1982 als arts begonnen in Antonia en na een aantal jaren werd ik gevraagd om de toenmalige directeur, een directeur geneesheer zoals dat in die tijd gebruikelijk was bij verpleeghuizen, op te volgen. Eerst ben ik ingewerkt als adjunct-directeur en vervolgens heb ik het directeurschap op mij genomen in 1988. Vervolgens zijn we gefuseerd met Gertrudis en de Schuylenburgh, waarna al snel Debbeshoek en Maria Magdalena Postel er ook bij kwamen. Zo ontstond dus een verpleeg-verzorgingshuiscombinatie, die door de fusie met het Zorgcentrum Varsseveld in 2002 uiteindelijke uitgroeide tot Azora.’ Inmiddels zijn er gesprekken gaande over een bestuurlijke fusie met Zorgcombinatie Marga Klompé (zie kader). Visie ‘Er zijn mensen die beroep moeten doen op zorg, of dat nu in geestelijke of licha-

melijke zin is. In ieder geval is het niet langer mogelijk voor deze mensen om zo door te leven als ze gewend waren. Azora wil de faciliteiten aan deze mensen bieden, zodat ze zoveel mogelijk hun eigen leven kunnen doorleven.’ Ziedaar in duidelijke woorden de visie van de organisatie Azora samengevat door de voorzitter van de Raad van Bestuur. ‘Dat betekent bijvoorbeeld dat we de zorg zoveel mogelijk willen aanbieden in de plaats waar men vandaan komt en het liefst nog achter de eigen voordeur. Mensen moeten

zolang als het kan de regie kunnen voeren over hun eigen leven en we proberen ze te ondersteunen die regie ook te blijven houden.’ Vraaggericht werken is de kernboodschap. ‘We zeggen in feite tegen de mensen: ‘Wat hebt u nodig om zo gewoon mogelijk te leven? Wij bieden dat aan.’ Eigenlijk is, zo vindt Hans Metzemaekers, het nieuwe Den Es daar de ultieme uiting van. ‘Het onderkomen lijkt op woningen en we willen straks de zorg ook zo aan-

Het verschil tussen een somatisch en een psychogeriatrisch verpleeghuis: ‘Mensen in een psychogeriatrisch verpleeghuis hebben vooral problemen met hun geestelijke gesteldheid. Hier komen met name mensen terecht met dementieproblemen. Het woord somatiek betekent lichamelijk. In een somatisch verpleeghuis zitten dan ook vooral mensen met lichamelijke klachten. Met name veroorzaakt door veel bij ouderen voorkomende aandoeningen, maar er zijn ook ziekteverschijnselen, zowel lichamelijk als geestelijk, die bij jongere mensen voorkomen. Mensen kunnen bijvoorbeeld ook op jongere leeftijd een beroerte krijgen.’ Hans Metzemaekers

9

Een gedeelde visie Omdat de beide Achterhoekse stichtingen Azora en Stichting Zorgcombinatie Marga Klompé eenzelfde visie hebben op zowel zorg en dienstverlening, organisatie als medewerkers én bovendien ook nog eens in aangrenzende gebieden opereren, zullen de besturen van beide stichtingen hoogstwaarschijnlijk op 1 januari 2007 fuseren. ‘Maar dat wil niet zeggen dat we volledig samengaan. De organisaties blijven juridisch en financieel zelfstandig en ook voor de medewerkers én cliënten herkenbaar. Maar we proberen in de veranderende zorgwereld steeds meer te professionaliseren. Door samen te werken kunnen we nog beter profiteren van elkaars kwaliteiten en bovendien zorgt het ervoor dat we meer invloed hebben bij bijvoorbeeld landelijke besluitvorming.’


Chantal Gosselink: het visitekaartje van Den Es Een maatschappelijk werkende neemt een belangrijke positie in binnen de verpleeghuiszorg. Chantal Gosselink is bij Den Es verantwoordelijk

nen worden ingezet, bijvoorbeeld meer thuiszorg, dagbehandeling of meerzorg.’ Als maatschappelijk werkende is Chantal een soort visitekaartje voor de stichting. ‘Ik word geacht om het beleid van Azora en Den Es uit te dragen. Dat betekent dus ook dat ik goed op de hoogte ben van de nieuwe visie en ik kan niet anders zeggen dan dat ik het daarmee van harte eens ben.’

voor wachtlijstbegeleiding en het voorbereiden van de opnames. Daarnaast is ze coördinator van de dagbehandeling, de meerzorg en de dagverzorging. ‘Iemand komt bij ons in beeld als er een indicatie is.’

10

Is er eenmaal een verpleeghuisindicatie afgegeven, dan gaat de maatschappelijk werkende aan de slag. ‘Het eerste wat ik doe als ik de indicatiepapieren ontvangen heb, is de contactpersonen van de cliënt bellen om hen uit te nodigen voor een rondleiding door het verpleeghuis. Zonodig ga ik op huisbezoek, maar een rondleiding is in principe altijd de eerste kennismaking.’ Vanzelfsprekend vertelt Chantal de toekomstige bewoner - of diens contactpersoon - tijdens die introductie over de gang van zaken binnen Den Es. ‘En dan komt omstreeks deze periode, de overgang van het oude naar het nieuwe verpleeghuis, ook de verandering in werkwijze natuurlijk aan bod.’ Al tijdens deze eerste ontmoeting komen enkele praktische zaken vaak aan de orde, weet Chantal. ‘Men wil toch graag een kostenoverzicht hebben en weten hoeveel kleding een bewoner bijvoorbeeld mee moet nemen. Ook is men nieuwsgierig naar de mensen die betrokken zijn bij de zorg. Op al deze vragen geef ik een antwoord.’ Naast de nieuwsgierigheid van de toekomstige bewoner naar de zorginstelling, is Den Es óók benieuwd naar haar toekomstige bewoner. ‘Wij willen graag een stukje voorgeschiedenis van de bewoner hebben. Het karakter, de hobby’s en het sociale leven van de bewoner zijn

Nieuwbouw special

heel belangrijk, omdat wij daar graag als verpleeghuis op in willen spelen. De afdeling, of in de nieuwe situatie de woning, waar de bewoner vervolgens wordt opgenomen weet dan meer over de bewoner als persoon.’ Visitekaartje Als iemand een verpleeghuisindicatie heeft gekregen, wil het niet meteen zeggen dat er een plaats in Den Es vrij is. ‘Het Zorgkantoor hanteert een actief wachtlijstbeleid. ‘De maatschappelijk werkende probeert samen met de familie van de cliënt de periode naar opname in het verpleeghuis zo goed mogelijk te overbruggen. Diverse vormen van zorg kun-

Chantal verdeelt haar werkzaamheden als maatschappelijk werkende over Den Es en De Bettekamp. ‘Mijn kantoor is straks in Den Es en op De Bettekamp kom ik als dat nodig is.’ Tevens is ze coördinator dagverzorging, dagbehandeling en meerzorg. Deze drie afdelingen richten zich op zelfstandig of in het verzorgingshuis wonende ouderen in Varsseveld en wijde omgeving. ‘Op de dagbehandeling en meerzorg richten we ons door begeleiding en behandeling op bezoekers die beginnend tot matig dementerend zijn. Mede door de opvang kunnen zij zo lang mogelijk zelfstandig functioneren.’ Uiteraard kunnen geïnteresseerden met vragen over Den Es en alle vormen van zorg geboden door Den Es en de Bettekamp telefonisch contact opnemen met Chantal Gosselink.

Drie keer per dag een maaltijd, het is een onderdeel van de dag waar haast iedereen naartoe verlangt. Ook de bewoners van Den Es zullen uiteraard dagelijks hun voeding nuttigen. Alleen verandert er wel het één en ander, want de warme maaltijd wordt niet meer bereid in de centrale keuken, maar in de woningen zelf. Voor het gecombineerde keukenteam van Den Es en De Bettekamp betekent dat een wijziging. Maar verandering van spijs doet eten, zo weet Elly Wittenberg. Het hoofd keuken van de twee zorginstellingen is uitermate positief over de nieuwe situatie. ‘De 93 maaltijden die de bewoners van Den Es vroeger door ons gemaakt kregen, raken we kwijt. Maar dat is maar een deel van het verhaal, we krijgen er namelijk ook werk bij, bijvoorbeeld een stukje ondersteuning. Ik zie mezelf een beetje als een soort uitzendbureau: op het moment dat er problemen zijn bij de maaltijdvoorziening in Den Es, kan men altijd een beroep op ons doen. Het belangrijkste blijft immers dat de mensen fatsoenlijk eten voorgeschoteld krijgen. Wie dat dan klaarmaakt, is niet zo van importantie.’ Bovendien is het niet zo dat de centrale keuken gesloten wordt. ‘Absoluut niet. Wij gaan er juist prat op dat we nog een eigen keuken hebben, waar we juist zoveel mogelijk vers koken. Voor de bewoners van De Bettekamp en voor Tafeltje Dekje zullen wij dan ook de maaltijd blijven verzorgen.’

‘Van het Grand Café gaan we een feestje maken!’ Grand Café Wat Elly helemaal als een grote uitdaging ziet, is de invulling van het Grand Café, dat op het centrale plein in Den Es is gevestigd. ‘Daar ga ik een feestje bouwen’, zegt de keukenprinses enthousiast. ‘Er komt daar in een open setting een buffet te staan. Het is een prachtige ruimte, waar ik mezelf in de zomer lekker zie barbecuen. En in de winter lekker gezellig binnen eten, in een sfeervolle en warme ambiance.’ Ook zal er á la carte gekookt worden in het Grand Café. ‘Met de steamer maak ik heerlijke gerechten klaar, terwijl de mensen zelf kunnen kijken hoe ik dat doe. Zo wordt het eten een feestje, zeker weten!’

Ook de winkel bij de centrale keuken zal onder de bevoegdheid van Elly, die al vanaf 1 april 1982 bij het huidige Azora werkt, gaan vallen. ‘Het is de bedoeling dat de verzorgers daar hun ingrediënten voor de maaltijd gaan halen.’ Natuurlijk schrok ze best wel, toen Elly te horen kreeg dat ‘haar’ keuken 93 maaltijden ging verliezen. ‘Maar ik zie dit als een uitdaging. Bovendien: als je met de hakken in het zand gaat staan, dan wordt je niet vrolijk op je werk. Ik kijk hier zeer positief tegenaan.’

De clevere klapmobiel Iedere woning krijgt de beschikking over één clevere Klappmobil. Met dit revolutionaire winkelwagentje kunnen de bewoners hun boodschappen doen in de winkel van Den Es. Op de volledig inklapbare Klappmobil kunnen twee ook weer inklapbare boodschappenmandjes worden geplaatst. In totaal kan de winkelkar zestig kilo boodschappen dragen. Het lichte vehikel is stevig en voorzien van zwenkbare wieltjes, zodat alle kanten opdraaien geen enkel probleem is.

11


‘Individueler, bewonersgerichter en belevingsgerichter werken’ 12

Er is, zowel voor de medewerkers als de bewoners, nogal wat gewijzigd. Dat moet wennen zijn. ‘Voor iedereen betekent dat inderdaad een gewenningsperiode. Vooral voor de cliënten, die niet alleen in weer een nieuwe omgeving komen te wonen, maar ook met andere verzorgers én medebewoners te maken krijgen. Al is het wel zo dat een bepaalde categorie mensen het bewuster meemaakt dan anderen. Het kleinschalige wonen zal mijns inziens echter vooral positieve effecten krijgen: meer rust en meer privacy voor de bewoner en ook een andere benaderingswijze. De warme maaltijd gaat men in de woning zelf bereiden, met als doel om toch een stuk onrust weg te nemen in de periode van 16.00 tot 18.00 uur .’ Dat zijn vooral de veranderingen voor de bewoners. Maar voor u en uw medewerkers wijzigt ook het nodige. ‘Het kleinschalige betekent een hele andere werkwijze. Voor mij als Hoofd Woonteam zal dat leiden tot een functie, waarbij ik niet meer op de afdeling zelf werkzaam ben. Straks zit ik op een kan-

toor in één van de straten van Den Es. Ik krijg dan niet meer direct het wel en wee van het gebeuren mee. Ik vind dat dat past bij deze vorm van werken. Ik zal andere middelen moeten inzetten om goed contact te houden met de woonteams, om op de hoogte te blijven van de ontwikkelingen. Voor mijzelf is ook een verschil dat ik niet meer de scepter zwaai over één afdeling, maar over vier afzonderlijke woningen. Dat zijn vier verschillende teams, die allemaal op een andere manier kunnen en zullen werken. Vanzelfsprekend is het zo dat iedere medewerker anders werkt, maar straks zullen die verschillen veel duidelijker naar voren komen. Het is namelijk zo dat we per woning een apart Woonplan opstellen, dat past bij de bewoners. We zullen individueler, bewonergerichter en belevingsgerichter werken. Het is wel zo dat de afgelopen jaren al steeds meer socialer werd gewerkt, terwijl we vroeger veelal gericht waren op het lichamelijk verzorgen. We willen het sociale vlak nog meer uitdiepen, door goed te kijken naar het Leefplan, dat we gaan opstellen per bewoner. In principe

is een verzorgende altijd heel oplossingsgericht bezig, maar wij willen dat meer belevingsgericht gaan doen. We willen ons steeds weer afvragen: ‘Wat is de achtergrond van dat gedrag van de bewoner’. Het is een omslag die al wel plaatsvond de laatste jaren, maar straks in de nieuwe situatie een vlucht zal nemen.’ Hoe reageren de medewerkers op de veranderingen? ‘Over het algemeen positief. Voordeel is ook dat er weer een stuk scholing aan vast zit, de medewerker kan zich ontwikkelen. Natuurlijk was er in het begin onrust, omdat niet duidelijk was wie met wie waar kwam te werken. Toen daar eenmaal duidelijkheid over was, ging iedereen eigenlijk hard aan de slag om er iets moois van te maken. De woonteams zijn een paar keer bij elkaar geweest om kennis te maken en dat is goed bevallen. Zo hebben we bijvoorbeeld een kookevenement georganiseerd voor de medewerkers, een ideale gelegenheid om eens bij te praten. Ik zie dit dan ook zeker als een mooie, positieve uitdaging.’

Gwendolien Graven is straks één van de Hoofden Woonteam van Den Es. Zij kijkt erg uit naar de verhuizing en verheugt zich op de werkzaamheden. Werkzaamheden die weliswaar behoorlijk veranderen, maar waarbij de bewoner nóg centraler komt te staan. En daar is het uiteindelijk om te doen. ‘We willen het sociale vlak nog meer uitdiepen.’

Hoe lang werkt u al in Den Es en wat zijn uw werkzaamheden? Gwendolien Graven: ‘Ik ben hier in september 1990 als leerling begonnen en heb mijn opleiding tot ziekenverzorgende hier ook gehaald. Nadat ik twee jaar als ziekenverzorgende werkte, heb ik gesolliciteerd op de vacature van teamleidster. Ik werd aangenomen op de afdeling Kastanjehof (de oude Den Es was verdeeld in drie afdelingen, red). Daarna kwam er een vacature vrij voor afdelingshoofd en ook daarvoor werd ik aangenomen. Ik ben nu al met groot plezier een

Nieuwbouw special

aantal jaren afdelingshoofd en ook in de nieuwe Den Es zal dat zo zijn.’ Ook in de nieuwe Den Es zult u deze functie dus vervullen. Is alles precies hetzelfde? ‘De tijdelijke voorziening in Ulft is al een verbetering van de oude situatie, maar straks gaat het helemaal anders worden. Ten eerste is er natuurlijk de nieuwe werkomgeving. De medewerkers zelf zijn ook ‘gehusseld’: er zijn nieuwe teams gevormd. De drie oorspronkelijke afdelingen zijn nu verdeeld over veertien

woningen. Aan vier van deze veertien woonteams zal ik leiding geven en mijn twee oorspronkelijke ambtgenoten zullen ook ieder vier woningen onder zich krijgen. Daarnaast is er een vacature gekomen voor Hoofd Woonteam die is ingevuld door een teamleidster van Den Es. Twee woningen in Den Es zijn niet onderverdeeld. Dat zijn de twee woningen voor ‘speciale doelgroepen’, namelijk Korsakovpatiënten en verstandelijk gehandicapten met een dementieel syndroom. Mijn twee collega-hoofden zullen daar leiding aan gaan geven.’

Lekker relaxen in de Sfeerkamer Om even helemaal weg te zijn kunnen de bewoners van Den Es zich terugtrekken in de Sfeerkamer: lekker onderuitgezakt in bad onder een sterrenhemel genieten van een fijn stukje muziek. ‘Het bad heeft verschillende functies’, legt Wim Lubbers uit. ‘Door hydrosound brengen we het water in beweging. Dat geeft een tinteling aan de huid, wat prettig aanvoelt. Met etherische oliën kan dat gevoel nog een versterking krijgen. De Sfeerkamer is voorzien van stereo en cd.’

13


Wie goed naar de vorm van Den Es

Legenda overzicht woningen

Caesar pessimus comiter insectat kijkt, ziet daarin een bril terug. Het

Trefpunt en het beautycentrum zijn

Appartement

de ogen, waar omheen de woningen

Badkamer

zijn gebouwd. Het dorpsplein is

Huiskamer

het neusstuk, het centrale punt.

Teampost

Het punt ook waar de neus van

Berging/linnen, werkkast,

bezoeker, medewerker en bewoner

bijkeuken en personeel

geprikkeld wordt, door de heerlijke

Gang

geuren van het Grand Café.

Straat

14

Onze bril in beeld

Het Trefpunt

Woning

Dorpsplein met Grand Café

Straat

Ruime appartementen van alle gemakken voorzien

Entree, dagbehandeling en kantoren

Beautycentrum Nieuwbouw special

De woningen zijn onderverdeeld in acht appartementen. De ruime kamers in Den Es zijn van alle gemakken voorzien. Wie hier in bed ligt, heeft niet het idee in een klein kamertje te liggen en de ruimte is van alle gemakken voorzien, zoals aansluiting voor televisie, internet en telefoon. De badkamer is goed geoutilleerd. Om ervoor te zorgen dat de verzorging niet nat wordt, is de douchebediening náást de douche geplaatst. Klein detail, maar wel belangrijk!

15


Niet alleen als gebouw is Den Es een opvallende verschijning, ook qua invulling van het overige grondgebied is voor een revolutionaire oplossing gekozen. Tuinontwerper ook de naam van het bureau, niet van een specifiek persoon.’ De goede relatie met Azora, VBW Architecten was betrokken bij meerdere bouwprojecten van de zorgverlener, heeft er mede voor gezorgd dat ook bij Den Es VBW als architect werd ingeschakeld.

Adriaan van ’t Hof - VBW Architecten:

‘Zo’n project draagt de naam van het bureau, niet van één specifiek persoon’ 16

De opdracht was om een kleinschalig project te maken. ‘Ondanks dat je voor 128 bewoners een woonvoorziening moet bouwen. Het mocht echter geen grote massa worden.’ Uiteindelijk, na overleg met de organisatie én werkend vanuit eigen expertise, kwam VBW Architecten op het Den Es-ontwerp uit. Tot in details uitgevoerd, blijkt uit het verhaal van één van de architecten, Adriaan van ’t Hof. VBW Architecten kent een rijke historie. Het middelgrote architectenkantoor vindt haar oorsprong namelijk al in 1917. ‘We werken in totaal met dertien mensen op ons kantoor in Velp’, vertelt Adriaan van ’t Hof. ‘De gezondheidszorg is voor ons een speerpunt, wij houden ons daar veel mee bezig. Wij zijn vooral bij veel nieuwbouwprojecten in de zorg betrokken, met name in het middelste gedeelte van Nederland.

Nieuwbouw special

Zo hebben we dus ook het ontwerp van Den Es in Varsseveld gerealiseerd.’ Samen met zijn collega Karel ten Broeke heeft Van ’t Hof de lijnen van Den Es op papier gezet. ‘Ons bureau werkt vanuit de filosofie dat een ontwerp niet door één persoon afzonderlijk wordt gemaakt, maar door meerdere mensen. Verschillende architecten, calculators en tekenaars kunnen dan ook aan hetzelfde project werken. Zo’n project draagt dan

‘Elk gebouw is uniek, gelukkig. Natuurlijk zijn er wel kenmerken die bij ons bureau meestal terugkomen. Denk daarbij aan de zorgvuldigheid, de doordachtheid en de kwaliteit van details, waar wij erg veel nadruk op leggen. Maar in feite is elke opdracht uniek. Je zult altijd verschillen zien in bijvoorbeeld de scharkering. Bij Den Es zijn dat bijvoorbeeld de sanitaire voorzieningen, die tussen de appartementen inliggen. Ook speciaal voor dit project, is het feit dat we door schoonmetselwerk toe te passen ín de kamers de huiselijkheid weer meer benadrukken.’ Tijdens een rondje door het gebouw, wijst Van ’t Hof op een aantal details die hij belangrijk vindt voor Den Es en haar bewoners en medewerkers. ‘Bijvoorbeeld hier bij de douches. We hebben ervoor gezorgd dat de knoppen om de douche aan te doen aan de zijkant bevestigd zijn, zodat de medewerkers geen natte handen krijgen. Het is weliswaar een klein detail, maar wel belangrijk.’ Even later wijst hij op de stenen muren in de gang van de woningen. ‘We hebben de hoeken rond gemaakt. Het heeft het gebouw een zachtere uitstraling, voorkomt dat er stukken uit de hoek wordt gereden en is vriendelijker bij het stoten.’ Een voorbeeld van het detaillistisch denken van VBW Architecten? ‘Zeker, met dit soort zaken kunnen wij ons onderscheiden. Dat doen we al vanaf 1917’.

Nico Wissing mocht zijn creativiteit uitleven op de buitenruimte van het verpleeghuis. Met een spectaculair resultaat. ‘Mijn gedachtegang is’, zo begint Wissing, ‘dat je juist door het toepassen van veel groen de mensen kunt stimuleren en activeren. Met de buitenruimte willen we proberen om de zintuigen van de bewoners te prikkelen door middel van geur en kleur. De uitdaging hier was natuurlijk extra groot, omdat iets com-

pleet nieuws ontstond. Ik had al eerder voor Azora gewerkt, bij de vestiging Antonia.’ Dat was de organisatie goed bevallen en zodoende mocht Wissing zich ook met Den Es gaan bemoeien.

Zodoende is de parkeerplaats ook meteen een ontmoetingsplaats geworden die vriendelijk aandoet. Het geheel hebben we mooi aangekleed met diverse plantcomposities.’

‘Ik heb me bij Den Es beziggehouden met de totale ruimtelijke invulling: de binnentuinen, de parkeerplaatsen, de entree en het stuk groen tussen Den Es en De Bettekamp. We wilden de omgeving een groen jasje aantrekken. Het karakter moest los zijn en niet te kantoorachtig. Bij het parkeerterrein hebben we de bestaande bomen als uitgangspunt genomen en daaromheen, kronkelend, de parkeerplaatsen aangelegd. Dat betekent een veel speelser karakter, dat overeenkomt met het gebouw. En bovendien hoefden we de mooie oude bomen niet te kappen, dat zou doodzonde zijn. Het is een organisch gevormde parkeerplaats, iets dat je vrijwel nergens anders ziet.

Impulsstukken in de binnentuin Wissing heeft de twee binnentuinen van het gebouw een eigen, wisselend karakter gegeven. ‘De binnentuinen zijn heel open van karakter: van alle kanten kan men in de tuin terecht om te gaan wandelen. Er zijn overal zitjes aangelegd, waar de mensen van de bloemen en planten kunnen genieten en er is een grote open ruimte waar bijvoorbeeld zomerfeesten kunnen worden gehouden. In de binnentuinen heb ik impulsstukken aangebracht, die thematisch zijn opgezet. Thema’s als bijvoorbeeld de herinnering aan de landbouw van vroeger en aan het leven op het platteland worden zo uitgebeeld. Zodoende krijgen de bewoners een prikkel, waarmee misschien een herinnering naar boven komt. In ieder geval zal de tuin ervoor zorgen dat de mensen zich thuis voelen. Hele jaar rond is er leven in de tuin. Dat geeft een herkenbaar gevoel en een prettige atmosfeer; door reuk, kleur en tast.’

‘Groen is heel belangrijk in de gezondheidszorg, gelukkig onderkent Azora dat!’

Wie door de gangen - of eigenlijk straten - van Den Es wandelt, ziet steeds weer een andere groene omgeving. ‘Het uitzicht verandert steeds weer. In het gebouw is ook veel glas verwerkt, zodat men naar buiten kan kijken. Van alle kanten is er zicht op groen. Ik heb geprobeerd om met de inkleding van de tuinen ervoor te zorgen dat de leef- en werkomstandigheid van bewoners, bezoekers én personeel wordt vergroot. Groen is heel belangrijk voor mensen en gelukkig onderkent Azora dat!’

17


Twee nieuwe doelgroepen leveren extra werk op voor Marian van Gaasbeek 18

‘Het wordt anders. En hopelijk - maar daar gaan we van uit - beter, vertrouwder, gezelliger en veiliger. Daardoor willen we bereiken dat de bewoners beter in hun vel gaan zitten. Daar doen we het uiteindelijk voor, daarvoor hebben we met zijn allen ervoor gekozen om bij een organisatie als Azora aan de slag te gaan.’ Aan het woord is Marian van Gaasbeek, Manager Medische en

hier een woning speciaal voor mensen met de ziekte van Korsakov en een woning voor mensen met het syndroom van Down. Laatstgenoemde mensen zitten in een heel ander ‘circuit’ dan waar wij ons normaalgesproken bevinden. De contacten met andere zorgverleners lopen dan eerst via mij. En datzelfde geldt voor de Korsakov-patiënten, die met name met de GGZ te maken hebben.’ Het arsenaal aan dokters en psychologen dat werkt op Den Es zal met de uitbreiding in het verschiet worden uitgebreid. ‘Het aantal poppetjes dat onder mij valt’, lacht Van Gaasbeek, ‘zal dus veranderen en we krijgen er twee doelgroepen bij. Samen met locatiemanager Hannie Bulten probeer ik hier invulling aan te geven.’ De groep artsen waar binnen het verpleeghuis mee wordt samengewerkt is omvangrijk. ‘Primair hebben we natuurlijk de verpleeghuisarts. Maar we werken ook nauw samen met huisartsen en specialisten in het ziekenhuis. Verder ben ik druk bezig om contact te leggen met Estinea, voor onze nieuwe groep mensen met een verstandelijke beperking. Via hen probeer je dan in contact te komen met hun specialisten. Op het gebied van Korsakov-patiënten hebben we veel contact met een instelling in Wolfheze,

die juist weer veel ervaring hebben met dit soort mensen.’ Projectontwikkeling ‘Ik houd me ook bezig met het ontwikkelen van speciale projecten’, gaat Van Gaasbeek vrolijk verder met het opsommen van haar verantwoordelijkheden. ‘Dat betekent dat ik bijvoorbeeld in het geval van de bewoners die aan de ziekte van Korsakov leiden, ga uitzoeken wat we precies op welke manier willen gaan doen. De uiteindelijke uitvoering van dat plan wordt vervolgens weer gecoördineerd door andere collega’s. Ik zet het plan dus op poten en daarna wordt het uitgevoerd door andere medewerkers van Azora.’ ‘Zaak bij deze mensen is, om ze actief te houden. Want als het aan hen ligt, dan zitten ze de hele dag stil. Dat betekent dat we ze heel veel structuur moeten aanbieden, waarop ze kunnen bouwen. Dit ook vanwege het verlies van met name het korte termijn geheugen. Voordat ze hier komen, is het afkicken van de drank (zie kader, red) al gebeurd in een daarvoor bestemd centrum, maar wij moeten natuurlijk wel zorgen dat ze niet weer in de fout gaan. En bovendien kunnen de mensen niet zelfstandig meer opereren. Daarvoor proberen wij dan de oplossing te geven.’

Het syndroom van Korsakov In Nederland zijn op dit moment (cijfers Landelijk Platform Korsakov) ongeveer achtduizend mensen die leiden aan het syndroom van Korsakov. Dit is een aandoening waarbij een gedeelte van de hersenen wordt aangetast, wat leidt tot geheugenverlies. Een gebrek aan thiamine, een andere naam voor vitamine B1, is er de oorzaak van. In Nederland wordt dit bijna alleen veroorzaakt door veelvuldig drankgebruik. Korsakov-patiënten hebben dan ook vooral te maken met een alcoholverslaving. Iedereen die jarenlang teveel alcohol gebruikt, kan de ziekte krijgen. Tot voor kort was de overgrote meerderheid van de Korsakov-patiënten man, maar het aantal vrouwen met de aandoening neemt hand over hand toe. Omdat de ziekte inhoudt dat hersencellen beschadigen, is deze ook niet te genezen. Hoogstwaarschijnlijk zal het ook niet gebeuren dat er een geneesmiddel of methode ontdekt wordt voor het syndroom van Korsakov, zo stelt het Landelijk Platform. Wel is het mogelijk om - na opname - enige verbetering in de toestand van de gedragsgestoorde patiënt kan optreden.

Transmurale Zorg bij Azora. Enthousiast is ze, zoals eigenlijk iedereen, in ieder geval over de nieuwe Den Es. ‘Met de artsen en psychologen binnen Den Es moeten we proberen onze weg in deze nieuwe situatie te vinden. Dat gaat ongetwijfeld lukken, want alleen de omgeving is al inspirerend. Het ziet er gewoon hartstikke mooi uit, dus daar kan het niet aan liggen. Ik en de mensen die ik aanstuur hebben er in ieder geval erg veel zin in.’ Marian van Gaasbeek is van oorsprong verpleeghuisarts - en met die taak ver-

Nieuwbouw special

vult ze nog steeds de helft van haar werkweek. ‘Zowel in Den Es als in één afdeling in Azora-locatie Antonia in Terborg.’ Daarnaast is ze hoofd van de medische en psycho-sociale dienst en geeft ze leiding aan de geestelijke verzorgers. ‘Dat wil zeggen dat ik artsen en psychologen aanstuur, maar ook het maatschappelijk werk, de laboranten en apotheken.’ Vervolgens is ze ook nog eens coördinator transmurale zorg. ‘De derde tak binnen mijn werkzaamheden houdt in dat ik de contacten onderhoud met de zorgverleners die

buiten de muren van Azora werken. Voorbeelden daarvan zijn huisartsen, ziekenhuizen, thuiszorgorganisaties en de GGZ.’ Per 1 februari 2006 is ze ook manager van de paramedische dienst. ‘Dat betekent dat ik leiding geef aan fysiotherapie, logopedie, ergotherapie en de diëtisten.’ Externe contacten In de nieuwe Den Es zal ook ruimte komen voor twee nieuwe doelgroepen. Van Gaasbeek zal daar zeker haar bemoeienissen mee krijgen. ‘We krijgen

Open karakter De architecten van VBW hadden in ieder geval één doel voor ogen: het nieuwe gebouw moest een open karakter krijgen, zeker niet lijkend op de zorginstellingen van ‘vroeger’. Aan de vormgeving is dan ook veel aandacht besteed, van het grote geheel tot aan kleine details. Kleurrijke appartementen, een ruim Grand Café en dorpsplein, veel lichtinval van buiten, veel glaswerk met uitkijk over het groen. Maar ook een kolossale lift in ebbenhouten kleur en een machtige loopbrug over het dorpsplein heen.

19


zes. Daar komen er na de verhuizing nog drie bij, waardoor het totaal op twaalf activiteitenbegeleiders komt. Naast deze medewerkers hebben de vrijwilligers ook een belangrijk aandeel. Zonder hen zouden wij ons werk niet kunnen doen op de wijze waarop dat nu gebeurt. Zij zorgen vaak net voor dat extra beetje aandacht; ik noem onze vrijwilligers altijd de room op de taart.’ Wat gaat er voor jullie veranderen? ‘Vanzelfsprekend het kleinschalige; we proberen de bewoners zoveel mogelijk de normale thuissituatie te laten ervaren. De activiteitenbegeleider werkt samen met verzorgenden in het woonteam in de woning. Samen zorgen zij voor een huiselijke sfeer waarin activiteiten worden gedaan die je thuis ook zou kunnen doen. Ik denk hierbij bijvoorbeeld aan een spelletje of koekjes bakken. Vanzelfsprekend staat hierbij de vraag/behoefte van de bewoner centraal en staat het ‘wonen’ voorop. Daarnaast zijn wij druk bezig met het 20

‘Wij willen juist quality time bieden’ Vakgroepcoördinator Activiteitenbegeleiding, het is een hele mond vol dat op het visitekaartje van Anita van Zuilekom staat. Ook zij, haar team van vrijwilligers en het team activiteitenbegeleiding krijgen te maken met de nieuwe Den Es.

Wat houdt je functie in? Anita van Zuilekom: ‘Ik ben coördinator van de activiteitenbegeleiding in verzorgingshuis De Bettekamp en in verpleeghuis Den Es. Dat houdt in dat ik verantwoordelijk ben voor de verschillende activiteiten die daar aangeboden worden. Dit zijn zowel grote activiteiten, zoals de viering van feestdagen en het organiseren van optredens van bijvoorbeeld een dansgroep of een koor, als ook activiteiten in kleine groepen waarbij je kunt denken aan geheugenspelen, koken en tuinactiviteiten.’ Uit hoeveel mensen bestaat de vakgroep? In de Bettekamp werken drie activiteitenbegeleidsters en in Den Es momenteel

Nieuwbouw special

ontwikkelen van het ‘verenigingsleven’; de bewoners gaan uit de woning om naar activiteiten te gaan. Zij kiezen zelf uit, eventueel met behulp van familie, aan welke activiteiten deelgenomen wordt.’ Ook voor de vrijwilligers betekent dit veel veranderingen. Hoe gaan zij ermee om? ‘Tijdens een informatiebijeenkomst voor de vrijwilligers hebben we uitleg gegeven over de veranderingen die het kleinschalig wonen met zich mee gaat brengen. In algemene zin, maar ook hoe het werk van de activiteitenbegeleiding er uit gaat zien. Vervolgens heb ik met de vrijwilligers individueel een gesprek gevoerd. Want ook voor hen gaat er natuurlijk heel veel veranderen. In de

huidige situatie ben je als vrijwilliger verbonden aan een afdeling en met de bewoners van die afdeling worden de activiteiten gedaan. In de nieuwe situatie werken we zoals gezegd met het verenigingsleven waarbij we veel hulp van vrijwilligers nodig hebben. Tijdens dat individuele gesprek hebben we daarom gepraat over alle werkzaamheden die er straks zullen zijn voor de vrijwilligers en wat men dan het liefst wil gaan doen. Ik heb goed naar de mensen geluisterd; wil men graag helpen bij een club in het verenigingsleven of liever met allerlei hand- en spandiensten in een woning? Mijn doel is om de planning zo te maken dat iedereen zoveel mogelijk kan gaan doen wat hem of haar het meest ligt en wat hij of zij het leukst vindt. Dat geldt overigens ook voor de medewerkers.’ Hoe kunnen we dat verenigingsleven voorstellen? ‘We hebben een drietal soorten activiteiten. Ten eerste hebben we inloopactiviteiten. De naam zegt het al: hier is iedereen welkom, men kan vrij naar binnen lopen. Voorbeelden hiervan zijn optredens van een koor, een zangmiddag en kerkdiensten. De tweede categorie zijn de clubs. Bloemschikken en bewegingsactiviteiten - die in samenwerking met de fysiotherapeut worden gegeven - zijn hier voorbeelden van. Deze clubs zullen uit een vast aantal deelnemers gaan bestaan. Het gaat om kleine groepen, waardoor iedere deelnemer voldoende aandacht krijgt. De derde groep activiteiten zijn de individuele activiteiten. We hebben met ons aanbod goed gekeken naar de vraag die er is, maar ik kan me voorstellen dat iemand bijvoorbeeld erg graag schildert. Als er dan niet veel vraag naar is, betekent dat niet automatisch dat zo’n activiteit niet wordt aangeboden. We gaan dan individueel met een bewoner aan de slag. Je moet je ook voorstellen dat dit een generatie mensen is die in hun

leven erg veel en hard hebben gewerkt. Daarnaast was er niet veel tijd over, maar wíj willen juist quality time bieden. Zorg op maat bieden. Aan nieuwe bewoners wordt een programmaboekje uitgereikt waarin beschreven wordt wat de verschillende activiteiten inhouden en waar en op welk tijdstip het aangeboden wordt. Zo kan men, eventueel dus samen met familie, een keuze maken.’ Het dorpsplein wordt een centraal ontmoetingspunt. ‘Daar gaan inderdaad heel veel activiteiten plaatsvinden. Maar als je denkt aan bijvoorbeeld een geheugenspel of aan voorlezen dan is een rumoerig dorpsplein niet echt geschikt. Daar gebruiken we dan ook een ruimte voor die afgesloten kan worden, zodat de rust er is om de activiteit te doen.’ Is er in het gehele ontwikkelingsproces van Den Es rekening met de Activiteitenbegeleiding gehouden? ‘Vanaf het begin is inderdaad overleg geweest over de nieuwbouw en over alle veranderingen die dit met zich meebrengt voor de activiteitenbegeleiding. Er is veel in werkgroepen uitgewerkt en daarin kwam ook naar voren hoe de activiteiten buitenshuis aan konden worden gepakt en natuurlijk de rol van de activiteitenbegeleider in de woning.’ De samenwerking tussen De Bettekamp en Den Es is ook in de Activiteitenbegeleiding terug te zien? ‘Dat is zeker het geval. Het feit dat ik voor de beide locaties coördinator ben van de activiteitenbegeleiding is voor de samenwerking natuurlijk bevorderend. In de oude situatie, voordat Den Es naar Ulft verhuisde, kwam het ook wel voor dat bewoners van het ene huis deelnamen aan activiteiten in het andere huis. Dat heeft te maken met het leveren van zorg op maat; als een activiteit die aangeboden wordt in het andere huis

beter aansluit op jouw mogelijkheden en wensen is het fijn dat de mogelijkheid er ook is om daaraan deel te nemen. Deze wisselwerking wil ik in de nieuwe situatie ook weer mogelijk maken. Uitgangspunt is hierbij wel dat je kijkt naar de doelgroep, de activiteit en de ruimte. Het mag niet ten koste gaan van de aandacht die je hebt voor de bewoners en de activiteit en het moet natuurlijk wel passen.’

21

Vrijwilligers gezocht! Anita van Zuilekom: ‘Als laatste wil ik graag van de gelegenheid gebruik maken om een oproep te doen; we hebben in Den Es een grote groep met enthousiaste en actieve vrijwilligers. Maar zoals ik al zei komen er in de nieuwe situatie heel wat werkzaamheden bij waarin vrijwilligers een belangrijke rol hebben. Dus als u er na het lezen van dit stukje over denkt om ook vrijwilliger te willen worden in Den Es, neemt u dan contact met mij op.’


Tien keer per jaar komen ze samen, de leden van de cliëntenraad van

en duidelijke verhalen. Het enthousiasme van Wim Lubbers is natuurlijk ook aanstekelijk.’

Den Es. Met heldere en duidelijke Cliëntenraad: verplichte, maar ook gewaardeerde

verhalen werden ze op de hoogte

groep vertegenwoordigers van de bewoners

gehouden van het bouwproces.

‘Wij zien de voordelen’ ‘De cliëntenraad van de oude Den Es bestond uit negen mensen’, legt Stephan Rooks uit. ‘Van alle drie de afdelingen was er een gelijk aantal vertegenwoordigers.’ Rooks, die sinds een aantal maanden de voorzitter is van de uit acht vrouwen en twee mannen bestaande raad van familieleden van bewoners van Den Es, vertelt dat in de nieuwe situatie het aantal leden is vergroot naar tien. ‘Met de groei van het tehuis was dat wel wenselijk.’ Drukke agenda José Besselink (rechts op de foto) is het meest ervaren lid. Zij zit al acht jaar in de cliëntenraad, even lang als haar moeder bewoonster is van Den Es. De derde vertegenwoordiger die de raad heeft afgevaardigd voor dit gesprek is Elly Luimes. Zij was zeer nauw betrokken bij de totstandkoming van de nieuwe Den Es, omdat ze in een speciale werkgroep zat. ‘We vergaderen tien keer per jaar’, vertelt José Besselink. ‘Met zo’n verbouwing is het niet zo dat we vaker bij elkaar komen, maar de agenda was wel een stuk langer. Er moet gewoon veel besproken worden.’ De manier waarop de cliëntenraad betrokken is in het gehele proces, vinden de drie lovenswaardig. Elly Luimes: ‘Alles is besproken, er was veel openheid. Over bouwzaken, maar ook over andere aangelegenheden werden we goed op de hoogte gehouden. Tot de vitrage aan toe: alles kwam ter sprake.’ Besselink: ‘En het waren heldere

22

Nieuwbouw special

Plannen Gedurende de vijf tot zes jaar dat het gehele proces, van idee tot realisering, heeft geduurd, is de raad dus zeer betrokken bij de gehele gang van zaken. ‘Het duurt gewoon heel lang voor zo’n groot project uiteindelijk gerealiseerd kan worden. Zo moet er vanuit Den Haag ook groen licht komen en dat laat nogal eens op zich wachten.’ Het plan zelf spreekt de leden van de cliëntenraad erg aan. ‘Zoals het hiervoor was, met vier mensen op één kamer, is niet meer van deze tijd. Het was een beetje een ziekenhuis-achtige sfeer’, zegt Elly Luimes. ‘Dat gaat straks zeker veranderen. Niet alleen ín het huis, maar ook

rondom. Zo is het tuinplan, waar een groot aantal meters wandelpaden liggen, zo opgezet dat de bewoners in feite het hele jaar door buiten kunnen zijn.’ Uiteraard is men zich ervan bewust dat er nog zaken zullen veranderen als het verpleeghuis uiteindelijk weer geopend is. ‘De bewoners komen straks alleen op een kamer te wonen. Maar het kan bijvoorbeeld zo zijn dat sommigen bang zijn om alleen te wonen. En natuurlijk zit je soms ook met echtparen, daar moeten ook voorzieningen voor getroffen worden. Maar ik ben ervan overtuigd dat, in samenspraak met ons als cliëntenraad, veel mogelijk is. Het ziet er allemaal prima uit. We willen de directie, het personeel en de vrijwilligers dan ook feliciteren met het nieuwe gebouw en de nieuwe voorzieningen.’

Wat is een cliëntenraad? Zorginstellingen zijn verplicht om een cliëntenraad te hebben, het is een wettelijk orgaan. De raad vertegenwoordigt niet alleen de bewoners van het verpleeg- of verzorgingstehuis, maar ook de ouderen in bijvoorbeeld aanleunwoningen of anderen die gebruik maken van de zorg- en dienstverlening. De cliëntenraad heeft het recht om mee te praten en te beslissen over zaken die hen aangaan. Cliëntenraden mogen - gevraagd en ongevraagd - advies uitbrengen over allerlei onderwerpen waar zij belang aan hechten: de kwaliteit van de dienstverlening, de recreatie, de maaltijden en de klachtenregeling bijvoorbeeld. De raad bestaat bij voorkeur uit bewoners van het verzorgingstehuis of mensen die gebruik maken van de faciliteiten. Het komt echter voor, zoals bij een psychogeriatrische instelling als Den Es, dat familieleden de bewoners vertegenwoordigen.

23

Groene ruimte.... Niet voor niets is Varsseveld een plattelandsdorp. Dat karakter komt ook in Den Es terug, want vrijwel overal is er wel een doorkijk naar buiten gecreëerd. Niet alleen het groen van de tuinen is telkens weer in het zicht, ook de omgeving is volop in beeld. Het verpleeghuis staat letterlijk midden in het dorp; de buren zijn ook echt buren.

... kleurrijk geheel De contrasterende kleuren zorgen voor een modieus geheel, maar hebben ook een herkenningsfunctie voor de bewoners: ze weten waar ze thuis zijn!


buitenstaanders vaak de eerste personen van onze tehuizen met wie men in aanraking komt. Ze kennen iedereen en weten waar wie te vinden is, al zal het straks best even studeren worden op de nieuwe posities.’

Huishoudelijke dienst meer dan alleen maar: ‘Stop maar in de wasmachine’ 24

In de nieuwe Den Es wonen straks 128 cliënten. Samen met de 84 inwoners van De Bettekamp zorgen zij voor de nodige was. Logisch dus dat die was goed verzorgd dient te worden. Atie de Groot is binnen de Azora-vestiging in Varsseveld verantwoordelijk voor de linnendienst. Het is niet alleen de stijging van het aantal bewoners die voor haar team veranderingen met zich meebrengt.

‘Ik ben Hoofd Huishouding’, stelt Atie duidelijk vast, ‘en dat wil niet zeggen dat ik alleen verantwoordelijk ben voor de linnenkamer. Het gaat ook om de huishoudelijke dienst en de recepties van beide locaties.’ Dat betekent dus ook dat Atie de afgelopen tijd veel heen en weer heeft gependeld tussen Varsseveld en de tijdelijke Den Es-locatie in Ulft. ‘Ongemerkt ben je daar heel veel tijd mee kwijt. Beide locaties hebben natuurlijk aandacht nodig. Toch is het allemaal wel leuk: het afgelopen jaar geeft ook wel weer jeu aan het gebeuren.’

Nieuwbouw special

Atie begon achttien jaar geleden als Hoofd Huishouding van Den Es. ‘Op een gegeven moment werd De Bettekamp erbij gebouwd, waarna ik ook daar aangesteld werd. Dat was al een grote verandering en nu, twaalf jaar later, is Den Es helemaal veranderd. Ik ben dan wel geen echte carrièrevrouw, maar de wijzigingen die telkens plaatsvinden vind ik dan wel weer heel leuk.’ Volgens Atie de Groot zijn alledrie de facetten waaraan zij leiding geeft van eminent belang voor een zorginstelling. ‘Het linnengebeuren is puur voor de

bewoners. We zorgen ervoor dat ze er netjes en verzorgd uitzien. Dat is heel belangrijk voor de persoonlijke verzorging van de bewoners. De schoonmaak zelf is ook een aspect wat niet moet worden onderschat. Je verblijft namelijk met heel veel mensen in een gebouw en het is wel zaak dat er hygiënisch gewerkt kan worden. Mensen onderschatten vaak hoe veel werk dat vraagt en hoe lastig het is om een dergelijk groot gebouw schoon te maken. ’Vanzelfsprekend zijn ook de recepties van belang. ‘De receptionistes zijn van onschatbare waarde. Ze zijn voor

Linnenkamer Wat er allemaal in de linnenkamer gebeurt, is voor veel mensen vaak onduidelijk. ‘Het is natuurlijk vele malen meer dan wat je thuis wast. Voor zowel het verzorgingstehuis als het verpleeghuis wassen we alle bovenkleding: van panty’s tot overhemden. We noemen dat in vakjargon het persoonsgebonden goed. Het zogenaamde platgoed wordt verwerkt in een externe wasserij in Doetinchem.’ ‘We zijn - ondanks dat het in de zorg gemeengoed is om steeds meer uit te besteden - nog steeds van mening dat we dit zelf het best kunnen. Vooral het in de gaten houden van de kleding en de overige was - zijn er reparaties nodig, zitten alle knopen er nog aan? - is een speerpunt van onze linnenkamer. Ook is de kans op zoekraken veel minder, en dat is zeker belangrijk. Het zijn immers wel de persoonlijke spullen van mensen waar je mee omgaat.’ ‘Wat we ook zelf wassen’, gaat Atie de Groot verder, ‘zijn zaken die we zelf in beheer hebben. Met name de dekbedden zijn daar een voorbeeld van. We zijn twee jaar geleden overgegaan op dekbedden in plaats van lakens en dekens, omdat dat makkelijker werken is. Die wassen we zelf, evenals kussens, gordijnen en vitrages.

Dus dat is behoorlijk intensief werk en straks met de uitbreiding van Den Es krijgen we een verhoging van de capaciteit met ongeveer een derde.’ Ook de distributie zal wijzigen. ‘Nu distribueren we naar drie verpleegafdelingen, straks zal dat naar zestien woningen zijn. Dat is logistiek een heel andere aanpak en dat vergt een aantal aanpassingen. Toch zullen we pas straks, als alles loopt, zien of het ook goed loopt. Het moet een soort gulden middenweg worden van wat effectief haalbaar is voor de linnenkamer en de wensen van de woningen.’ Uitdagingen ‘Veel van de huishoudelijke diensten zijn straks gekoppeld aan de Woonteams’, gaat De Groot verder in op de veranderingen. ‘We hebben ervoor gekozen om een aantal huishoudelijke medewerkers aan de Woonteams te koppelen. Elk Woonteam krijgt een eigen huishoudelijk medewerker. Voor mijzelf is dat jammer, omdat ik de coördinatie van deze mensen niet meer onder mij krijg. En aangezien ik met de meeste medewerkers al heel lang werk, had je daar een bepaalde band mee. Toch zie ik ook straks in de nieuwe situatie voldoende uitdagingen. Kijk alleen maar naar de andere vorm die Den Es straks heeft, naast de woningen hebben we nu meer kantoren, ‘straatjes’ en verbindingsgangen en natuurlijk het dorpsplein. Dat wordt een andere manier van schoonmaken, maar daar komen we uit. Het is een uitdaging om te kijken hoe dat het meest effectief te doen.’

De gegevens Om een indruk te geven, geeft Atie de Groot een kleine opsomming van de waspraktijken van Den Es en De Bettekamp. ‘Wekelijks gaat er ongeveer 1900 kilogram was naar de externe wasserij Gelderse Linnen Service (GLS) in Doetinchem. De medewerkers van de linnenkamer wassen zelf nog eens 1000 stuks kleding zelf. We werken met drie wasmachines die zo’n 25 kilogram per keer aankunnen. Dat is kleiner dan van een professionele wasserij, waar machines soms boven de honderd kilo aan capaciteit hebben, maar voor ons voldoende. Wél is het zo dat de machines continu draaien, maar om onze kosten in de hand te houden moet dat ook wel.’

Alles loopt op rolletjes Alles? Nou, bijna alles. Want heel veel meubels in het gebouw zijn verplaatsbaar, omdat ze op wieltjes staan. De tafels in het dorpshuis? Verrijdbaar. Het preekgestoelte voor de kerkdiensten? Het kan allemaal verreden worden. Ook in het Grand Café is veel meubilair makkelijk te verzetten, evenals op het dorpsplein.

25


26

Toon Maarse houdt achter de schermen de controle ‘Verpleeghuis Den Es en verzorgingstehuis De Bettekamp beschikken over een technische dienst. Als teamleider ben ik verantwoordelijk voor de aansturing daarvan’, is de verklaring van Toon Maarse als er gevraagd wordt naar zijn functie binnen de organisatie van de Varsseveldse Azora-locatie. Wat er allemaal achter de schermen gebeurt om zo’n grote locatie aan de praat te krijgen én houden vertelt Maarse hieronder. En uiteraard over de bouw van de nieuwe Den Es.

Nieuwbouw special

‘Gebouwbeheer, zowel bouwkundig als installatietechnisch, vallen dus onder mijn verantwoording. Maar ik doe dat natuurlijk niet alleen, de technische dienst bestaat verder uit medewerker André Tangelder en de twee vrijwilligers Abdul Hassan en Anfrid Horstik. Vanaf het moment dat er plannen bestonden om nieuwbouw te plegen, ben ik dan ook nauw betrokken bij de totstandkoming van het nieuwe gebouw. Ik heb mee mogen denken aan het gehele proces. Vanzelfsprekend niet over het ontwerp op zich, want dat is uitbesteed aan VBW Architecten uit Velp.’ Nadat de visie van de speciale commissie Kleinschalig Wonen op papier stond, bijna drie jaar geleden, brak de bestekfase aan. Vanaf dat moment is Maarse ook zeer nadrukkelijk bij de totstandkoming van Den Es betrokken geraakt. ‘Nog vóór we hier konden beginnen met slopen, moesten we eerst de tijdelijke huisvesting in Ulft compleet verbouwen en geschikt maken voor onze bewoners. Dat is ook een traject waar we drie maanden over hebben gedaan. Daarna zijn de bewoners op 11 mei 2004 naar die locatie verhuisd. Toen konden we pas hier aan de slag.’ Techniek Maarse: ‘Het grootste probleem waar we mee te maken kregen, was het feit dat De Bettekamp later - in 1994 - gebouwd is dan de oude Den Es. Dat betekent dat de technische voorzieningen via Den Es naar De Bettekamp liepen. Dan moet je denken aan transportleidingen voor centrale verwarming, gas, licht, telefoon, glasvezelkabels en CAI. Alles lag in de tuin óf onder het te slopen gebouw. Daarvoor dienden we eerst noodmaatregelen te nemen. Dus hebben we eerst het gebouw gesloopt met behoud van de infrastructuur en vervolgens hebben we de leidingen omgelegd naar De Bettekamp en de Centrale Keuken.’ Dat ging vloeiend, maar leverde soms toch wat oponthoud

op. ‘Uiteindelijk ontkwamen we er niet aan dat de verschillende voorzieningen af en toe stil kwamen te liggen. Toch liep alles heel soepel, en als er een probleem was werd dit steeds goed gecommuniceerd naar bewoners en personeel, die dit zeer flexibel hebben opgevangen’, verklaart Maarse. ‘Mijn referentie daarbij was soms het hoofd van de keuken, Elly Wittenberg. Zij zei tegen mij: ‘De maaltijd is elke dag nog op tijd op tafel gezet.’ Kortom: het liep allemaal eigenlijk gesmeerd, maar toch heb ik er wel nachten van wakker gelegen of het allemaal wel goed kwam.’ Milieubesparend Het monitoren van het verwarmingssysteem is ook een vooruitgang waar Maarse de aandacht op wil vestigen. ‘We kunnen dadelijk niet alleen precies zien waar een eventuele storing zich bevindt, maar ook hoeveel rendement een verwarmingsketel haalt, hoeveel warmte er wordt geleverd en wat de temperatuur van het water is.’ Maar het paradepaardje van Den Es en De Bettekamp is de warmtekrachtcentrale. ‘Ik noem het onze Hoofdpiet. Die centrale bepaalt of onze verwarmingsketels in bedrijf komen en is een essentieel onderdeel van ons totale technische pakket. Ongeveer drie jaar geleden hebben we dan ook besloten om de installatie van de Nuon over te nemen omdat hij voor die partij verliesgevend was geworden. Het was namelijk zo dat als we de installatie niet zouden overnemen, we niet langer zouden kunnen profiteren van verschillende regelingen en subsidies. We vinden het belangrijk om op een milieuvriendelijke manier energie op te wekken. En dat kan met zo’n centrale, waarmee we onze eigen elektriciteit én warmte opwekken. Mochten we zoveel elektriciteit genereren dat we overcapaciteit draaien, dan gaat dit het Nuon-netwerk in en krijgen wij van het energiebedrijf een bepaalde terugleveringsvergoeding. Bovendien kunnen we dus weer van bepaalde subsidies profiteren én we behalen belasting

Domotica

voordeel.’ Azora probeert sowieso zoveel mogelijk milieubesparend bezig te zijn. ‘Een aantal jaren geleden was er een overheidscampagne (de zogenaamde Meerjarenafspraak, red) om in zorgland dertig procent op energiekosten te besparen. Wij hebben toen een externe adviseur ingehuurd om onze energiehuishouding te inventariseren. Het bleek uit zijn onderzoek dat we toen al ruim dertig procent bespaard hadden, zonder extra maatregelen te hoeven nemen. De warmtekrachtcentrale had daarin een voorname rol, maar ook spaarlampen en spaarkranen bijvoorbeeld.’ In de nieuwe situatie zal er nog meer bespaard worden. ‘Het gebouw is natuurlijk veel beter geïsoleerd dan het oude en ook op het gebied van andere voorzieningen hebben we progressie gemaakt. Zo zitten in de natte cellen, de douches, geen radiatoren maar vloerverwarming. En op het gebied van verlichting hebben we in veel ruimten bewegingsmelders hangen die het licht regelen, en we hebben energiebesparende verlichting laten plaatsen.’ Noodstroomvoorziening De al gememoreerde warmtekrachtcentrale van De Bettekamp en Den Es doet overigens ook dienst als noodstroomvoorziening. ‘Onlangs bij een test, toen we de stroom van De Bettekamp eraf hebben gehaald, bleek dat we binnen twee seconden overal weer elektriciteit hadden. Dat is een geruststellende gedachte. Ik kijk er al met al naar uit om iedereen te verwelkomen in het nieuwe, prachtige gebouw.’

In zorgland wordt steeds meer gesproken over het begrip domotica. Dit is een parapluterm voor allerlei technische voorzieningen die de zorg ondersteunen. ‘Dit zijn voorzieningen die vooral gebruikt worden bij mensen die op zichzelf wonen, maar wel zorgbehoevend zijn’, zegt Toon Maarse. ‘Toch zijn in de nieuwe Den Es wel enkele technische snufjes verwerkt, zoals bijvoorbeeld valdetectie en opsta-alarm. Ook hebben we camera’s gemonteerd in de centrale ruimtes om bewoners die ’s nachts dwalen in de gaten te kunnen houden. Ook het zusterroepsysteem is een voorbeeld van domotica.’ Maarse wil wel benadrukken dat de camera’s alleen op de gangen zijn gemonteerd. ‘In verband met privacy van de mensen is dat ook wenselijk. Je moet dat niet te ver doorvoeren, dat is moreel niet aanvaardbaar.’

27

Stof waar over nagedacht is Alle meubels in Den Es zijn voorzien van de nieuwste stoffen. Dit is zogenaamd Nirox-stof, een nieuw materiaal. Het is makkelijk afwasbaar, zit heel comfortabel en gaat lang mee. In het Grand Café staan echte horecameubels, maar de kroon op het werk zijn toch wel de prachtige ouderwetse en verrassend goed zittende treinbanken tegen de wand.


Den Es als lichtend voorbeeld in zorgland

Azora Postbus 30 7060 AA

TERBORG

T (0315) 33 81 11 F (0315) 32 57 68 E info@azora.nl I www.azora.nl

Stichting Azora bestaat uit Verpleeg- en Revalidatiecentrum Antonia, Zorgcentrum De Bettekamp, Zorgcentrum Debbeshoek, Verpleeghuis Den Es, Zorgcentrum Gertrudis, Verpleeghuis ‘s-Gravenwal, Zorgcentrum Maria Magdalena Postel en Zorgcentrum De Schuylenburgh.


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.