Predoctor Februari editie

Page 1


Auteur: <Naam> | Lay-Out: <Naam>

2

Predoctor | Februari 2014 | Jaargang 26


INHOUDSOPGAVE (Toe)standje K1-69 4 Onderwijsupdate

5

Strip, Puzzel, Recept

6

Weetje, Raadsel, Medewerker van de Maand

7

Niet Zo Zwart of Wit - Albinisme in Afrika

8

Co-Lumn 10 Feiten en Fabels 11 Rekenwonders en Menselijke Google’s

Het Savantsyndroom 12

Studenten van een Andere Planeet

14

Fotopagina

16

Interview met Professor Maat

18

Hoe Word Je... Forensisch Patholoog

20

Tinderdates en UB-Liefdes

21

M.F.L.S.-Activiteiten

22

Brakheid, SOA’s, extra kilo’s: Welkom in het leven

van een student!

24

Forestus 25 IFMSA 26 JVT/Cies 28 Agenda 30

VOORWOORD Lieve lezers, Nu de tentamenstress voor de meeste studenten weer verdwenen is (of helaas weer aan het groeien is), kunnen jullie dubbel genieten van de nieuwe Predoctor! Een Predoctor die deze keer barstensvol ‘Zeldzaamheden’ is. Wordt stiekem een beetje jaloers op de man die 12.000 boeken las en alles had onthouden - dat zou het studeren wel een stuk makkelijker maken -, verbaas je over je eigen mede-studenten met zeldzame ‘afwijkingen’ (de uitspraak van Loesje ‘aan het einde van mijn geld houd ik altijd een stukje maand over’ is niet op iedereen van toepassing: ze bestaan echt, studenten met geld) en wordt een expert op het gebied van immens populaire nieuwe datingmethoden zoals Tinder. Geniet van het verhaal van de - helaas wat minder zeldzame - brakke, kotsende en SOA-poli bezoekende student. De liefhebbers van exotische uitwisselingen kunnen hun hart ophalen bij het interview met Dr. Maat en alles leren over de gruwelen die albino’s ondergaan in het prachtige Afrika. Kortom: voor ieder wat wils! Medische Faculteit der Leidse Studenten

Colofon Predoctor is een tweemaandelijkse uitgave van de Medische Faculteit der Leidse Studenten (M.F.L.S.). De eindredactie behoudt zich ten alle tijde het recht voor ingezonden artikelen of mededelingen niet te plaatsen of indien nodig geacht in te korten. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar worden gemaakt in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch of door fotokopieën, opnamen of op enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de hoofdredactie. Correspondentieadres M.F.L.S. K1-69 Postbus 9600 2300 RC LEIDEN Telefoon: 0715264484 E-mail: info@mfls.nl Internet: www.mfls.nl Redactie Maaike Schuijt Daniël Kleijn Janine Hogewoning Maren Buntinx Ernest le Roy Lay-Out Karin Nienhuis Esther Kort Esther Huybens Eline Ruigrok Druk Drukkerij HEGA De Bruyn Kopsstraat 6 2288 EC RIJSWIJK Postbus 3227 2280 GE RIJSWIJK Abonnementen Jaarabonnement*: €5,(*LUMC-docenten gratis) Abonnementsvoorwaarden Een abonnement geldt voor vijf nummers en kan niet tussentijds worden opgezegd. Een abonnement geldt tot wederopzegging en wordt zonder tegenbericht automatisch verlengd. Het opzeggen van uw abonnement dient schriftelijk te gebeuren en ten minste twee maanden voor het afloop van het academisch jaar. Oplage: 2700 3


(Toe)standje K1-69 De M.F.L.S. heeft binnen het LUMC namelijk veel meer vingers in de pap dan ik van tevoren had gedacht. We hebben wel degelijk iets te zeggen over de planning van hertentamens, over hoe het curriculum 2012 eruit gaat zien en de mogelijkheden voor bijles. Mocht je dus eens met een probleem zitten en je weet niet waar je naar toe moet, schroom niet het ons eens te vragen.

Je kent ze vast wel, ooms, tantes of kennissen met vage kantoorbanen, banen waarvan ze nooit precies kunnen vertellen wat de werkzaamheden inhouden. Ze doen “iets met computers” of “iets met auto’s”. Als je ze dan vraagt wat zij doen op een normale werkdag, komen ze niet verder dan vergaderen, veel koffie drinken en mails beantwoorden. Sinds september heb ik zelf een vage kantoorbaan. Als mijn ouders mij vragen wat ik op een dag doe, kom ik niet verder dan nieuwsbrieven schrijven, lunchen of borrelen met de decaan, docenten of andere besturen en, inderdaad, mails beantwoorden. Natuurlijk doe je zoveel meer, maar de veelzijdigheid daarvan maakt het onmogelijk het simpelweg op te sommen. Dus vaak focus ik me maar op het belangrijkste of meest gave wat we de laatste tijd voor elkaar hebben gekregen of plaats heeft gevonden. Dan vertel ik ze over het gala wat zo ontzettend geslaagd was of de StuDo waar zoveel studenten en docenten op af waren gekomen. De zaken die je op de achtergrond daarvoor hebt geregeld doen er dan niet meer toe. Het zijn dingen als een drukbezochte, interessante carrièredag, een spetterend feest, een vurig onderwijsdebat en een oogverblindende almanak, die de M.F.L.S. maken tot wat zij is en het voor mij de moeite waard maken mij een jaar hiervoor in te zetten.

Daarnaast zijn er gelukkig die zes mafkezen die net als ik een jaar hun sociale leven, werk en studie opgeven om al hun energie te steken in deze vereniging. Zij maken de dagelijkse beslommeringen tot een feestje. Zij zijn de drijfveer achter alles wat er dit jaar gebeurd en we zijn elkaars brandstof om de motor draaiende te houden. Samen met hen reis ik dit jaar het land door om zusterverenigingen te bezoeken, ben ik op een feestje van Forestus te vinden, of gewoon in HePatho met een Weizenbiertje in de hand. We luisteren eindeloos naar Avicii-nummers, gooien stressballetjes naar elkaars hoofd als de stress ons teveel wordt, dansen op de tafels of kruipen eronder als elkaars stemgeluid ons teveel wordt. We lachen en huilen met elkaar, zien soms meer van elkaar dan ons lief is en soms juist te weinig. Wat we echter altijd doen is genieten, genieten van dit geweldige jaar en alle enthousiaste en stralende gezichten die daar aan bijdragen. Kom eens langs in de Bestuurskamer (K169) en ontdek dat het besturen van een vereniging veel meer is dan een vage kantoorbaan.

Natuurlijk zijn er ook minder leuke kanten, ellenlange vergaderingen en de bijbehorende eindeloze notulen, die je als secretaris maakt, de onverwachte tegenslagen en ingewikkelde, onoplosbare dilemma’s waar je soms voor wordt geplaatst. Een beslissing maken voor een hele vereniging is lastig, zeker als deze 2500 leden telt. Als bestuur zijn we verantwoordelijk voor alle studenten die aan het LUMC studeren, de één is misschien heel actief bezig met de M.F.L.S., de ander absoluut niet, maar het belang van iedere student telt even zwaar. 4

Predoctor | Februari 2014 | Jaargang 26


Elke editie geven de Leden Onderwijs Wietske Boer en Merlin Weeda samen een korte samenvatting van het laatste nieuws uit onderwijsland. Voor vragen of opmerkingen kan je altijd terecht bij de JVT of in de bestuurskamer (K1-69). Het jaar vliegt voorbij: jullie ogen zijn gericht op alweer de tweede Predoctor Onderwijsupdate van het collegejaar! Er gebeurt veel in onderwijsland en de Leden Onderwijs vervelen zich dan ook geen moment. Om jullie op de hoogte te houden van waar wij achter de schermen zoal mee bezig zijn, hier een update uit het mooie onderwijsland! ALGEMEEN Meelopen Met de decentrale selectie in het vooruitzicht is het voor scholieren wenselijk om een dagje op de faculteit mee te kunnen lopen. Voor Biomedische wetenschappen was dit alleen beperkt mogelijk en voor Geneeskunde überhaupt niet. Momenteel wordt gekeken naar een nieuw format voor meelopen, waarbij scholieren bij beide studies een kijkje op de faculteit kunnen nemen. Halve minoren Voor het collegejaar 2014-2015 worden 18 halve minoren gerealiseerd in het LUMC. Binnen het aanbod is zowel de mogelijkheid tot verdieping als ook verbreding. De minoren zijn ontwikkeld voor Geneeskunde, maar er zullen ook plekken voor Biomedische wetenschappers zijn. Via de Blackboardmodule “Half Minors” vind je inhoudelijke informatie en de laatste updates over deze minoren. Klinische Technologie De werving van studenten voor de opleiding Klinische Technologie is in volle gang. De studie, die in september 2014 als samenwerkingsverband van de TU Delft, Erasmus Rotterdam en Universiteit Leiden zal starten, heeft in januari succesvol de proefvisitatie doorlopen. De officiële accreditatie laat nog even op zich wachten. Als alles goed loopt, zal de opleiding in maart 2014 officieel erkend worden en kan in september de eerste lichting van maximaal 100 studenten van start gaan. GENEESKUNDE Visitatie De opleiding Geneeskunde is succesvol geaccrediteerd door de visitatiecommissie van de Quality Assurance Netherlands Universities (QANU). Het rapport, waarin de opleiding op alle drie de standaarden een voldoende heeft gescoord, verscheen eind november. In de verschillende onderwijscommissies zijn aangestipte verbeterpunten opgepakt om het onderwijs naar een nog hoger level te tillen. Masterfase curriculum 2012 De ontwikkeling van de masterfase van curriculum 2012 staat momenteel hoog op de onderwijsagenda. Per januari is de Taskforce Masterfase gestart om de inhoud van deze drie jaar vorm te geven. Globaal zal de masterfase uit drie jaar coschappen bestaan, waarin ieder coschap vooraf wordt gegaan door een blokje onderwijs. Hierdoor kan wellicht weggezakte kennis weer fris voor de geest worden gehaald en kun je dus optimaal voorbereid aan je coschap beginnen.

Medische Faculteit der Leidse Studenten

Wachttijden coschappen Aangezien het eerste jaar van curriculum 2012 direct na de bachelorfase zal starten aan haar coschappen, wordt tijdelijk een hoge toestroom verwacht in de coschappen. Om oplopende wachttijden zo veel mogelijk te voorkomen, wordt door verschillende partijen hard gezocht naar oplossingen. Er is onder andere gekeken naar het creëren van nieuwe plekken en een samenwerking met Rotterdam. We houden jullie op de hoogte van de vorderingen.

Onderwijsupdate

Onderwijsupdate

BIOMEDISCHE WETENSCHAPPEN Decentrale selectie In januari is het plan voor de decentrale selectie bij Biomedische wetenschappen door de Opleidingscommissie goedgekeurd en doorgestuurd naar het Opleidingsbestuur. De voorgestelde procedure bestaat uit twee rondes. In de eerste ronde zal gekeken worden naar 5 VWO-cijfers en een gestructureerd personal statement. De beste 105 gaan door naar de tweede ronde, die een dag op het LUMC inhoudt. Deze dag heeft een soortgelijke opzet als het Proefstuderen en wordt afgesloten met een toets. Uiteindelijk zullen de beste 70 worden geselecteerd. Cursusaanbod in de master Vanwege de grote instroom aan masterstudenten van afgelopen september is er kritisch gekeken naar het aanbod van de cursussen in de master. Inmiddels zijn 2 extra FOS-cursussen en een extra wetenschappelijke cursus gerealiseerd voor 2014-2015. Ook zijn de cursussen beter verdeeld over het jaar, waardoor op ieder moment van het collegejaar onderwijs gevolgd kan worden. Alumnilezingen Inmiddels zijn twee alumnilezingen geweest. Bij de eerste lezing werd gesproken over de carrièremogelijkheden in de farmaceutische industrie. Bij de tweede lezing kwam het werk op een Hogeschool naar voren, alsook het werk bij een wetenschappelijke organisatie. De volgende alumnilezing is op donderdag 27 maart. Hier zal gesproken worden over specialiseren na je opleiding BW, bijvoorbeeld tot medisch immunoloog of klinisch chemicus. Wees erbij, 27 maart vanaf 16:30 in collegezaal 2!

5


PUZZEL

STUKO BROWNIE

Zin in een lekkere brownie, maar niet in een grote afwas en langwachten? Maak de snelle stuko-brownie! mix gesmolten boter, melk en vanille goed met een vork. voeg zout en suiker toe en mix weer. voeg de bloem toe en mix weer. Voeg chocolade stukjes en walnoot en meng even alles door elkaar zet 60 tot 90 seconden in de magnetron Als je je brownie er 1 minuut laat instaan is de onderkant nog steeds gesmolten, 1 minuut 15 seconden zorgt ervoor dat hij eden digh Beno boter heel goed doorbakken is. olten l gesm

t lepe 1 eet pels melk ille extrac n le 2 eet elepel va e h 1/4 t zout r e snufj pels suike oeder p le e 4 e t pel cacao s tukje le 2 eet pel bloem ocolade s h le 4 eet pel pure c s le je 1 eet t, in stuk oo waln k o een m

STRIP

6

Predoctor | Februari 2014 | Jaargang 26


RAADSEL

WEETJE: PLUSPUNT VOOR GAMEN “Een klein legertje gamers heeft geholpen met de oploss-

ing van een tien jaar oud medisch raadsel. Het gaat om een enzym van een virus dat lijkt op hiv dat gevonden wordt in resusapen. De wetenschappers wisten uit welke delen de molecule opgebouwd moet zijn, maar konden niet beredeneren hoe die onderdelen in elkaar staken. Omdat er vele miljoenen mogelijkheden waren, kon zelfs de krachtigste computer op aarde er geen antwoord op geven. Het computerprogramma Fold-it bracht uitkomst. Daarin konden gamers het enzym steeds efficiënter opbouwen. Wie een betere versie bedacht, kreeg meer punten. Zo kwamen 57.000 gamers uiteindelijk in 10 dagen tot de oplossing.” - door NOS 2011

Hoe noem je een groep studenten in een kamer? Een ballenbak

MEDEWERKSTER VAN DE MAAND

een interview met Susannah van Noppe door Esther Kort

Het geluid van pratende mensen, piepende pinmachines en de geuren van de frituur en de soep van de dag komen je tegemoet als je het restaurant van het LUMC binnenloopt. Dit is een onderdeel van het leven van de opvallend gedreven en vrolijke 60-jarige Cassière Susannah van Noppe. Na jaren ‘eet smakelijk!’ en ‘werk ze!’ uit te wisselen, besloot ik dat ik meer over haar te weten wilde komen. De afgelopen tweeënhalf jaar heb ik u in het restaurant gezien, maar hoe lang werkt u hier eigenlijk? “Ik werk hier al vanaf 1975. Alleen had ik eerst een jeugdbaan bij de schoonmaak en toen ben ik in 1980 officieel bij het ziekenhuis gaan werken. Ik werkte eerst bij de linnenkamer en heb doktersjassen rondgebracht, want toen had je hier nog iets van veertig gebouwen. Toen werd de linnenkamer destijds opgeheven vanwege automatisering en toen ben ik bij het restaurant gekomen. Daar werk ik nu ook plusminus zeventien jaar.” Dat is een hele geschiedenis. Vond u het leuk om te zien hoe dingen veranderden? “Weet je wat ik altijd heel leuk vind? Ik ken een arts hier en toen hij een jaar of elf was, liep met zijn moeder hier in het ziekenhuis. Toen zei hij tegen mij ‘ik word arts en ik kom hier werken’. Ik dacht nog ‘dat moet ik nog zien.’ Die heb ik dus professor zien worden en hij is nu hoofd van de afdeling.” Wat grappig! Als caissière in een restaurant, wat zijn de gekste voedselcombinaties die u langs hebt zien komen? “Nou weet je. Het is constant krokketen, krokketen, kroketten. Hooguit zie je wel eens een -vaak oosterse- klant die goedkoop soep met gehaktballen door zijn rijst doet.” Zou die combinatie lekker zijn? Wat vind u zelf het lekkerste uit het restaurant? “Ik eet hier nooit. Verder ben ik vegetariër dus ik eet vooral groentes. Frituur hou ik ook niet van. De salades zijn prima, maar weet je wat hier altijd zo lekker ruikt? Pannekoeken! Oh, die ruiken heerlijk als ze voorbijkomen!” Dat kan ik me voorstellen! Wat is het leukste aan uw werk? “De mensen. Al die mensen die voorbij komen. Ik hou er ook van om een grap tegen een arts te maken. Dan doet hij iets fout en dan zeg ik ‘wat ben je aan het doen dan?’. Ik vind het enig om zo’n onverwachte grap te maken. En of die arts nou afdelingshoofd is of niet, toch doe ik dat gewoon. En ze nemen het ook nog van me, dat vind ik ook zo leuk.” Wat doet u in uw vrije tijd qua hobby’s? “Mijn hobby’s zijn lezen over psychiatrie, cultuurgeschiedenis, kunst, mythologie en sages. Eigenlijk alles wat met mensen te maken heeft. Plus ik houd van handwerken zoals kantklossen, tekenen, schilderen. Daarnaast maak ik mijn eigen kleding. Ik verveel me nooit.” Klinkt inderdaad alsof u altijd bezig bent! Hebt u huisdieren? “Nee, maar wel gehad. Ik had een kat die 23 jaar is geworden. Bij ons thuis werden dieren ook altijd al heel oud. We hebben Medische Faculteit der Leidse Studenten

zelfs een kip gehad van zestien jaar, uitgebroed uit het ei. Ook een hond van negentien of twintig jaar die normaal twaalf jaar wordt. Ik heb kleine vogeltjes – zebravinkjes – gehad. Er werd tegen me gezegd dat ze maximaal vijf jaar zouden worden. Bij mij zijn een stuk of vijf negen jaar oud geworden. Maar ik doe ook alles voor die dieren.” Een kip van zestien?! Jemig! Hebt u nog een bijzonder of gek talent? “Ik kan van een afstandje zien hoe iets gebreid is. Ook al is het een onbekend patroon dan kan ik het zo opschrijven. Ook kan ik door het vele lezen over psychiatrie en typologie zien wat voor type iemand is. Ik weet dan ook vaak wanneer ik een grap kan maken.” Wat me opvalt is dat u altijd uw haar in zo’n knot heeft. Waarom? “Ik zal je vertellen, normaal draag ik het niet in een knot want daar hou ik helemaal niet van.” Ze maakt haar knot los en laat haar lange haar zien. “Ik had het een keer zo los, een jaar of vijf geleden, en toen zat ik bijna met mijn haar bij het eten. Mijn haar is dus te lang om los te hebben.” Als u een superkracht van een superheld zou mogen hebben wat zou u erg handig vinden? “Nee, ik ben heel erg tevreden met mezelf. Ik zou niet iets speciaals willen hebben want dat vind ik ook eng. Ik geloof niet dat als een mens iets extra’s zou hebben ze dit niet zouden misbruiken. Dan moet je wel heel erg sterk zijn.” U hebt gelijk, daar had ik niet bij stilgestaan. Stel, u wint een paar miljoen euro, waar geeft u het als eerste aan uit? “Dan zou ik een etalage in Amsterdam willen hebben waar ik kan schilderen en mijn handwerk kan doen. Daarnaast zou een leuk kamertje in Parijs een echt droom zijn.” Ik vind het leuk dat u zo bescheiden blijft. Heeft u nog een leuke quote voor ons? “Wat ik altijd leuk vind om te doen is als mensen alleen boter halen bij de kassa te zeggen ‘Botert het vandaag niet?’ Botert het niet betekent dat je geen ruzie hebt maar dat er toch iets van spanning is. Het is een oud-Amsterdamse quote van mijn oma.” Haha, hopelijk botert het dan wel tussen ons. Bent u goed in steenpapier-schaar? Susannah moet hard lachen en we proberen het uit. Na 5 rondes heeft Susannah met 3 van de 5 gewonnen. Het was erg leuk om met Susannah te praten. Ze is een wijze, lieve en grappige vrouw waar ik best nog een keer een wedstrijd steenpapier-schaar mee zou willen spelen - maar dan win ik!

7


NIET ZO ZWART OF WIT ALBINISME IN AFRIKA Door: Maaike Schuijt Als je dacht dat er ‘anders’ uit zien op zichzelf al erg onprettig is: think again. Waar in Nederland albinisme met name vervelend is vanwege de medische complicaties en een afwijkend uiterlijk, durven hun lotgenoten in Afrika nauwelijks de straat op. In 2009, zo meldde het NRC, moesten albino’s in Tanzania vrezen voor hun leven. Een golf van moorden op deze bevolkingsgroep overspoelde het Afrikaanse land. Zo werd het huis van een albinomeisje omsingeld, waarna haar moeder vastgebonden moest toezien hoe de benen van haar dochter werden afgehakt – om later in magische drankjes, poedertjes of andere vormen van zogenaamde medicijnen verwerkt te worden. Zelfs de doden waren niet meer veilig. Het was noodzakelijk om cement te storten op het graf van een pas overleden albino om te voorkomen dat het lichaam opgegraven zou worden en in stukjes gehakt, om doorverkocht te worden aan toverdokters. De titel van het artikel ‘Voor albino’s is Afrika een hel’ van Koert Lindijer in het NRC is erg raak en waarschijnlijk niet alleen een goede beschrijving van de situatie in 2009, maar ook nu nog. Albinisme wordt helaas slecht begrepen door bepaalde bevolkingsgroepen in dit werelddeel, waardoor albinomensen gediscrimineerd, opgejaagd en soms dus zelfs vermoord worden. Naast deze maatschappelijke problemen maakt de verzengende Afrikaanse zon het leven van albino’s ook niet makkelijker. In dit artikel zal ik verder ingaan op de medische en maatschappelijke problemen van albino’s in Afrika.

Maar allereerst, wat is albinisme eigenlijk? Albinisme is een erfelijke aandoening die autosomaal recessief overerft waarbij er geen melanine wordt aangemaakt. Er zijn verschillende vormen van albinisme, en niet alle vormen kenmerken zich met de bekende witte huid en haar en rode ogen. Type 1 is de meest bekende vorm en heeft deze typische kenmerken wél. Bij type 2 is de huid echter meestal crèmekleurig en het haar blond, lichtgeel of bruin. Type 3 lijkt eigenlijk niet meer op het bekende albinisme en kenmerkt zich door een roodbruine huid, (licht)bruine ogen en rood haar. Albino’s zijn vaak slechtziend. De diagnose wordt gesteld op basis van de beschreven kenmerken en een oogtest.

DISCRIMINATIE, BIJGELOOF EN MOORD

In de algemene populatie komt albinisme bij ongeveer 1 op de 20.000 personen voor. De prevalentie in Afrika is door onbekende redenen echter een stuk hoger, namelijk rond de 1 op de 4000. Omdat het verschijnsel dus relatief vaak voor komt in Afrika, zou je kunnen verwachten dat men er wel aan ‘gewend’ is. Zoals je nu waarschijnlijk wel door hebt, is dat duidelijk niet het geval. De vaak ongeletterde bevolking begrijpt en weet niet waar het afwijkende uiterlijk vandaan komt. Door bijgeloof en onwetendheid zijn albino’s vaak het mikpunt van spot en leedvermaak. ‘Mzungu’, blanke, is een veelgehoord scheldwoord voor albinomensen. Ook ‘zero zero’, afstammeling van de duivel, horen albino’s vaak. Albinisme valt natuurlijk ook veel meer op in een werelddeel waar het merendeel van de bevolking een donkere huidskleur heeft. Maar discriminatie is niet het ergste waar deze mensen mee te maken krijgen. Geloofd wordt dat lichaamsdelen, huid en haar van albino’s magische krachten bezitten, waardoor deze een gewild object vormen voor toverdokters. Dit resulteerde in de golf van moorden in Tanzania, waar de prevalentie van albinisme nog hoger is en helaas gepaard gaat met een nog sterkere vorm van bijgeloof. En niet alleen 8

Predoctor | Februari 2014 | Jaargang 26


GRIEPJE? ONVRUCHTBAAR? NEEM EEN PILLETJE ALBINO!

in Tanzania is moord op albinomensen een probleem, ook in de rest van Afrika worden mensen gedood of misbruikt vanwege hun afwijkende uiterlijk. Zo werden albinovrouwen in Zimbabwe een aantal jaar geleden vaak verkracht omdat dat aids zou genezen. Albino’s worden niet gezien als mensen, maar als spoken of afstammelingen van de duivel. Vaak denkt men ook dat ze onsterfelijk zijn, wat slecht te rijmen is met de moorden. Maar men is er heilig van overtuigd dat als een albino dood is, hij eigenlijk gewoon ‘weg’ is en elders verder leeft. Door dit geloof bleven de moorden in de gemeenschappen lang onopgemerkt. Gelukkig zijn de regeringen inmiddels bewust van het probleem en wordt er aandacht besteed aan het oppakken van de daders. In Tanzania is er zelfs een albino parlementslid aangesteld, ondanks het vooroordeel dat albinomensen dom zijn.

BEHANDELING IS NOODZAKELIJK – MAAR ONTBREEKT

Naast het vrezen voor hun leven door de moordlust van hun medemensen, is ook de zon een belangrijke bedreiging van het welzijn van de albino’s. Doordat zij pigment missen in hun huid, missen zij ook bescherming tegen de UVstraling van de zon. En aangezien de zon in Afrika alom vertegenwoordigd is, maakt dat het leven van albino’s daar niet bepaald makkelijker.

Medische Faculteit der Leidse Studenten

Bedekkende kleding, maar met name zonnebrandcrème en zonnebrillen zouden het leven van albino’s in Afrika een stuk aangenamer maken. Helaas ontbreekt het hen hier vaak aan, waardoor veel albino’s op relatief jonge leeftijd aan huidkanker sterven. De zon beschadigt naast de huid, ook de ogen. Aangezien albino’s vaak al slechtziend zijn, verslechtert hun zicht nog meer. Schrijnend is het verhaal van de zevenjarige Molle, die door zijn slechte ogen nauwelijks kan lezen en daardoor niet mee kan komen op school. Dit overkomt veel albino’s wat hun maatschappelijke participatie niet bepaald bevordert en het vooroordeel dat albinomensen dom en tot niets in staat zijn alleen maar bevestigt. Albinomensen worden in Afrika dus gediscrimineerd, bespot en vermoord door onwetendheid over hun afwijkende uiterlijk. Bovendien maken medische problemen, zoals de slechtziendheid en ontbrekende bescherming tegen UV-straling hun leven bepaald niet makkelijker. Een oplossing voor deze problemen zou goede voorlichting en het aanbieden van zonnebrandcrème, gewone brillen en zonnebrillen zijn. Maar uiteindelijk is de bewustwording onder de bevolking dat het bijgeloof niet klopt en albino’s ook gewoon mensen zijn, het belangrijkst – en helaas ook het moeilijkst te realiseren. Voor het artikel van Koen Lindijer: http://vorige.nrc.nl/ article2139372.ece

9


Zeldzaam? Cruciaal!

Column door: Corné Kanters

Geachte lezer,

Menig trouw lezer van de Predoctor zal ongetwijfeld meerdere malen de inhoudsopgave hebben doorzocht op zoek naar de populaire column van Jakob de Mol. Deze lezers moet ik dan ook teleurstellen met de mededeling dat Jakob momenteel in het buitenland is om nog even van zijn leven te genieten voordat hij gaat beginnen met zijn serieuze promotietraject. Vanwege de afwezigheid van Jakob ben ik gevraagd om deze column alsnog van tekst te voorzien. Het thema van deze Predoctor “zeldzaam” is een breed thema en geeft mij dan ook de ruimte en vrijheid om wat te schrijven aangezien er meer dan genoeg dingen zeldzaam zijn. Denk hierbij bijvoorbeeld aan ziekenhuiskoffie die niet naar thee smaakt, een college om half 9 dat oprecht de moeite waard was om te gaan, een goede verbinding met het openbaar vervoer om half 7 ’s ochtends naar het ziekenhuis waar je een coschap loopt of tentamen waar je oprecht zin in hebt omdat je je zo goed hebt voorbereid. Allemaal zeldzame dingen waar boeken over geschreven kunnen worden, maar waar ik nu niet op in ga. Als ik aan zeldzaam denk binnen de geneeskunde, dan denk ik aan zeldzame ziektebeelden en gaan er twee verschillende gedachtes door mij heen. Allereerst zijn de zeldzame ziektebeelden, de ziektebeelden waarbij de nieuwsgierigheid van de student geprikkeld wordt. Colleges over deze zeldzame aandoeningen doen de studenten opleven tussen de colleges over snotneuzen en chronische buikpijn. Het is dan ook niet raar dat in elk blok een zeldzaam ziektebeeld wordt besproken, ondanks dat de kans klein is dat je het ooit in je carrière als dokter tegen zal komen. Desalniettemin geeft het in een werkgroep een goed gevoel om iets over deze ziekte, die bij 1 op de 1.000.000 patiënten voor komt, te kunnen vertellen en uiteraard is het zeer belangrijk om deze ziektebeelden goed te kennen. In tegenstelling tot in de praktijk, heeft namelijk de helft van de patiëntenpopulatie in een tentamen wel een zeldzame ziekte. Zeldzame ziektes zijn de ziektes met de meest ingewikkelde pathofysiologie, die zich uiten in een diversiteit van rare klachten. Vaak moet menig dokter zich over een patiënt buigen voordat er een diagnose gesteld kan worden. De behandeling van deze zeldzame ziektebeelden zijn ook de interessante behandelingen met regelmatig een scala aan bijwerkingen die het spannend houden. Tijdens de coschappen krijgt het woord zeldzaam een tweede betekenis. Uiteraard zijn het nog steeds de interessante ziektebeelden die je doen opleven tussen verschillende minder interessante diagnoses die op een dag worden gesteld, maar helaas behoren de zeldzame ziektebeelden niet altijd tot de parate kennis. Een “shit hoe zat het ook al weer” passeert regelmatig de gedachtegang van een coassistent, om dan nog maar niet te praten over de “daar heb ik nog nooit van gehoord”. Ondanks dat de zeldzame ziektebeelden de crème de la crème van de geneeskunde zijn, gaan ze gepaard met onzekerheid bij de coassistent. Gelukkig is er voor deze gevallen altijd nog up-to-date, het heilige der heilige voor coassistenten, en het door ieder afgezworen Wikipedia, die menig coassistent helpt als een supervisor de andere kant op kijkt. Gewapend met internet kan elkeco-assistent de meeste zeldzame ziektebeelden te lijf gaan en menig supervisor tevreden stellen. De tweestrijd tussen interessant en moeilijk houdt het voor een (toekomstige) dokter spannend, we worden immers geen dokter om alleen maar traanogen te behandelen. Het zijn de zeldzame ziektebeelden die voor veel leermomenten zorgen en ook regelmatig leiden tot de betere verhalen in de kroeg. Kortom, de zeldzame aandoeningen zijn cruciaal in de geneeskunde.

10

Predoctor | Februari 2014 | Jaargang 26


Fabels en feiten

Door Daniel Kleijn

Hoewel het thema van deze Predoctor “Zeldzaam” is, gaat dit artikel toch echt over veelvoorkomende zaken: medische fabels en feiten. Is die vijf-seconden-regel nu echt betrouwbaar? En werkt dat slaap inhalen bij je ouders in het weekend eigenlijk wel? Deze en andere vaak gehoorde beweringen zullen kort aan de tand worden gevoeld. De vijf-seconden-regel De bewering Misschien wel het vaakst gehoord in studentenhuizen: tijdens het post-VriMiBo-koken laat je een stukje kip van het bord afvallen. Snel duik je naar de grond om het vlees op te pakken tussen de vloerrestanten van vorige keukenavontuurtjes. Omdat je dit binnen vijf seconden wist te doen kan je de kip nog eten, zonder enig risico. Is het waar? Helaas, de vijf-seconden-regel bestaat niet. Hoe schoon de vloer ook is, een keukentafel heeft altijd een kleinere kans om besmet te zijn. Of het nog veilig is om het gevallen voedsel te eten is afhankelijk van de staat van het oppervlak waar het op valt. Ook het soort voedsel is belangrijk; sommige etenswaren pikken makkelijker bacteriën op dan andere. Ook afspoelen met water is niet de oplossing, al zal het aantal bacteriën wel kleiner zijn. Gooi dat stukje kip dus weg en jat wat van je huisgenoot. Slaaptekort haal je wel weer in De bewering

Het studentenleventje is nu eenmaal druk. Tussen die colleges door moet je vrienden zien, werken, chillen, je vriendin verrassen of een werkgroep voorbereiden. Logisch dat je niet altijd aan die zeven of acht uur slaap komt. Gelukkig ga je dit weekend weer naar je ouders, zodat je na een door je moeder gekookte maaltijd op bed kan neerploffen. Zo haal je alle benodigde slaap weer in, om ’s maandags weer op een borrel te kunnen staan tot in de vroege uurtjes. Is het waar? Voor een deel. Blijkbaar kan een aantal verloren uurtjes in het weekend worden ingehaald. Als je niet meer dan vijf uur slaap te weinig krijgt doordeweeks, laad je de batterij weer volledig op met één of twee langere nachten. Voor de grotere nachtbrakers is er echter ook nog hoop: bij grotere en frequente slaaptekorten past je lichaam zich aan. De diepe slaap en de REM-slaap zullen voorrang krijgen ten opzichte van de andere slaapstadia die daarom korter worden. Wel laat onderzoek zien dat te weinig (maar ook te veel) nachtrust een negatief effect heeft op de levensverwachting. Mocht je dus echt niet eerder weg kunnen bij dat feestje, skip dan de eerste twee colleges, maar kom dan wel het derde opdraven. Cranberrysap beschermt tegen urineweginfecties De bewering Een urineweginfectie kan natuurlijk iedereen overkomen. Ongeveer de helft van de vrouwen maakt het wel een keer mee in haar leven. Het is echter vooral een probleem voor een bepaald type meisjes. Die kennen ondertussen het gevoel van pijnlijk en vaker plassen, of van die loze aandrang. Zodra die symptomen weer eens de kop opsteken rennen ze naar de AH To Go om een flesje cranberrysap te halen. Immers, het drinken van deze smakelijke versnapering geneest de blaasontsteking. Is het waar? Zodra je pas begint met drinken van cranberrysap als de urineweginfectie al aanwezig is, ben je sowieso te laat. Het enige wat helpt tegen de ontsteking is een dosis antibiotica. Wel helpt het regelmatig drinken van cranberrysap wellicht in het voorkomen van zo’n lullig huisartsenbezoekje. Hoe meer onderzoek hier echter naar gedaan wordt, des te meer begint het erop te lijken dat ook de preventieve werking van het goedje meer een fabel dan een feit is. De meeste studies tonen geen of een heel klein effect aan. Je hoeft voor je college dus niet meer langs de AH To Go voor een flesje sap; die doorgelopen make-up en dat verwilderde haar vertellen al het verhaal van de vorige avond. Medische Faculteit der Leidse Studenten

11


REKENWONDERS EN M 12.000 BOEKEN LEZEN - EN ALLES ONTHOUDEN

Door: Esther Kort Er bestaan bijzondere mensen in de wereld die in staat zijn om een hele boekenkast aan literatuur te quoten zonder ook maar een boek open te slaan. Anderen kunnen zonder ook maar enige moeite de dagen van de week aan een willekeurige datum toekennen. Een uitzonderlijke man leerde binnen één week IJslands spreken. Het is dan bijna vanzelfsprekend dat het voor de ‘normale’ bevolking lastig is om de talenten behorend bij het savantsyndroom te bevatten. De psychiater Dr. Dornald Treffert heeft de afgelopen 40 jaar het syndroom bestudeerd en beschrijft het savantsyndroom als een “rare but extraordinary condition in which persons with serious mental disabilities, including autistic disorders, have some ‘island of genius’ that stands in marked, incongruous contract to overall handicap”. Het contrast tussen de handicap en de talenten van deze mensen kan zeer extreem zijn. Een goed voorbeeld is het in 1789 door Benjamin Rush gedocumenteerde rekenwonder Thomas Fuller. Theorie of practica kon Thomas nauwelijks begrijpen, maar het berekenen van het aantal secondes in 70 jaar, 17 dagen en 12 uur werd binnen 90 seconden omgerekend naar het goede antwoord van 2,210,500,800 – schrikkeljaren uiteraard meegeteld.

BENAMING

Dat een savant zo’n bijzonder talent kan hebben, maakt het ironisch dat Dr. J. Langdon Down aan dit syndroom initieel de term ‘idiot savant’ toekende, oftewel geleerde dwaas. Deze term was afgeleid van het Franse woord voor weten - ‘savoir’ - en ‘idiot’ wat refereerde naar het destijds geaccepteerde begrip voor mensen met een IQ lager dan 25. Down had geen negatieve bedoelingen bij deze naamgeving. Gek genoeg hadden bijna al zijn gedocumenteerde casus een IQ boven de 40, maar dat heeft men er niet van weerhouden om jarenlang deze term te gebruiken. Gelukkig is de aandoening uiteindelijk omgedoopt tot ‘savantsyndroom’. Men gebruikt ook vaak het begrip ‘autistische savant’ omdat 50 procent van de mensen met het savantsyndroom autistisch is. Daarnaast komt het syndroom bij zo’n tien procent van de autistische populatie in verschillende sterkten voor. Bij de overige 50 procent heeft het syndroom echter niks met autisme te maken en wordt de aandoening toegekend aan oorzaken zoals trauma, verkeerde ontwikkeling of ziekte van het centraal zenuwstelsel. Om deze reden wordt ‘savantsyndroom’ als de meest gepaste beschrijving gezien.

BIOLOGISCHE ACHTERGROND

De specifieke oorzaak van het savantsyndroom is nog niet bekend. Er zijn wel verschillende theorieën over het ont12

staan. Zo is er de theorie die mogelijk het hoge percentage van autistische savanten verklaart, namelijk dominantie van de rechter hemisfeer. Geschwind en Galaburda ondervonden in een eigen onderzoek naar lateraliteit dat de linker hemisfeer vaak later compleet ontwikkeld is dan de rechter hemisfeer. Hierdoor is het langduriger gevoelig voor verschillende factoren zoals bijvoorbeeld hormonen. Bij een mannelijke foetus kan het hormoon testosteron bij hoge concentraties de groei en neurologische functie van dit onvoldoende beschermde linker hemisfeer benadelen of zelfs beschadigen. Vaak wordt als reactie de rechterhemisfeer dominant en compenseert dan voor de zwakkere linker hemisfeer door overname van onder andere taalkundige en motorische functies. De meeste talenten – en bepaalde handicaps - behorend bij het savantsyndroom ondersteunen deze theorie omdat ze gerelateerd lijken aan dit proces. Zo zijn er meerdere casus gedocumenteerd die patiënten betreffen met trauma’s van de linker hemisfeer, waarna verschillende bijzondere vaardigheden werden ontwikkeld.

TALENTEN

Deze bijzondere vaardigheden bestaan uit een bepaald spectrum van talenten. De meest voorkomende zijn ‘splintervaardigheden’ waarbij er een bepaalde fascinatie bestaat voor het onthouden van muziek, trivia, nummerborden, enzovoort. ‘Getalenteerde savanten’ zijn personen met een cognitieve handicap die duidelijke muzikale of kunstzinnige talenten hebben die erg opvallen vergeleken met de rest van hun functioneren. ‘Prodigious savant’ is een term gereserveerd voor extraordinaire individuen waarbij de talenten zelfs uitzonderlijk zouden zijn voor een niet-gehandicapt persoon. Er zijn volgens Dr. Treffert waarschijnlijk minder dan 50 ‘prodigious savanten’ bekend in de wereld.

BIJZONDERE SAVANTEN

Een van die 50 prodigious savanten is Kim Peek (19512009), ook wel bekend als de ‘Real Rain Man’. Hij was de inspiratie voor zowel de scenarioschrijver Barry Morrow als de acteur Dustin Hoffman van de Oscar-winnende film Rain Man uit 1988. Deze film liet de samenleving kennis maken met de autistische savant Raymond Babbitt. Dustin Hoffman ontmoette Kim Peek als voorbereiding voor deze rol. De ontmoeting had zo’n impact dat hij Kim tijdens zijn Oscar speech bedankte voor het in leven brengen van het karakter. Kim was geboren met verschillende hersenaandoeningen, waaronder een macrocefalie, agenesie van het corpus callosum en de afwezigheid van de commissura anterior. Vanwege al deze afwijkingen hadden dokters geen hoop dat hij normaal zou kunnen functioneren. Het was dan ook een Predoctor | Februari 2014 | Jaargang 26


MENSELIJKE GOOGLE´S HET SAVANTSYNDROOM

grote verassing voor zijn vader om te zien dat Kim na zestien maanden boeken las en deze ook nog kon onthouden. Bijzonder aan Kim Peek is dat hij in tegenstelling tot velen andere prodigious savanten een gave had die niet gelimiteerd was aan een bepaald gebied. Kim Peek kon bijna vergeleken worden met een spons– snel en effectief. Ten eerste kon hij twee pagina’s tegelijkertijd lezen - elk oog één pagina - waarna hij na tien seconden de bladzijde al om kon slaan. Ten tweede, meent zijn vader dat Kim zo’n 98 procent van de informatie onthield. Daarnaast kon Kim meteen een dag van de week toeschrijven bij het horen van een geboortedatum. Het feit dat Kim volgens een artikel in ‘The Times’ zo’n 12.000 boeken had gelezen èn onthouden is verbazingwekkend en gaf hem de reputatieals ‘menselijke Google’ en ‘Kimputer ’– ondanks het feit dat Kim Peek bij een IQ-test onder gemiddeld scoorde. Niet alleen Kim Peek heeft een grote reputatie opgebouwd. Zo staat de autistische prodigious savant Daniel Tammet bekend als ‘Brainman’. Op jonge leeftijd leed Daniel aan epileptische aanvallen waarvoor hij werd behandeld. In de documentaire ‘The Boy With The Incredible Brain’ vertelt hij altijd al geobsedeerd te zijn met getallen door zijn numerieke en visuele synesthesie. Hij kan nummers mentaal omzetten tot vormen. Deze vormen bouwen als het ware een mentaal landschap en zo ‘ziet’ Daniel (bij wijze van spreken )antwoorden van een berekening. Op deze manier heeft hij op ‘pi-dag’ de eerste 22.514 cijfers van zijn lieve-

lingcijfer pi binnen vijf uur en negen minuten achter elkaar foutloos opgenoemd. Alsof dit niet genoeg is, heeft Daniel ook nog een vorm van taalkundige synesthesie, wat hem hielp met het leren van IJslands. Een week nadat hij begonnen was met het leren van de taal kon hij op de IJslandse nationale televisie een uitstekend gesprek voeren - wat volgens zijn taaldocent onmogelijk zou moeten zijn.

INSPIREREND EN LEERZAAM FENOMEEN

Het functioneren van het savantsyndroom blijft grotendeels nog een mysterie, maar tegelijkertijd zeer leerzaam. Niet alleen leren we over hoe het brein kan functioneren maar ook is de positieve instelling die bijna alle savanten lijken te hebben erg inspirerend. Ondanks alle handicaps, genieten ze van dat ene talent waar ze wonderbaarlijk goed in zijn. Zoals Dr. Treffert zei: “Savants have convinced me that no matter how impaired or disabled an individual might appear to be, within that person, somewhere in whatever form or quantity, there exists an ‘island of intactness’ and it is our task and opportunity to discover that kernel of ability, to tend it, to nourish it, to reinforce it and then to watch it grow and bring along with it better language, social and daily living skills.” Het is in ieder geval duidelijk dat we nog veel van savanten kunnen leren.

Kim Peek en Dustin Hoffman

Medische Faculteit der Leidse Studenten

13


STUDENTEN VAN EEN ANDERE PLANEET ZELDZAAMHEDEN IN HET STUDENTENLEVEN Door: Maren Buntinx Voel jij je soms bijzonder tussen al je vrienden? Kleur jij wel eens buiten de lijntjes van het dagelijkse studentenleven? Niet getreurd, je bent vast niet de enige. Ontdek nu wat jouw bijzonderheid is als student zijnde en vooral hoe dit komt!

ben en geen zin meer heb dan dat ik ook écht alles in mijn hoofd heb gekregen. Dus ik vrees dat mijn tips hiervoor niet verder gaan reiken dan die je van je studieadviseur, ouder of docent al hebt gekregen: gewoon keihard knallen en vooral -het verschrikkelijke woord- plannen.

STUDENTEN MET GELD

Het bekende fenomeen onder ons allemaal: zin in een avondje uit, maar die verdomde stufi is nog steeds niet binnen of er is gewoon teveel geld verloren gegaan bij dat vorige leuke feestje. Toch lukt het sommigen om toch elke avond lekker uitgebreid te eten zonder alle bonussen van de Appie af te gaan en om daarna nog met een gerust hart een biertje te pakken. Hoe zij dit doen? Heel simpel: werken, véél werken. Of dit ook ten gunste is van tentamencijfers is een andere vraag, maar daar gaat het nu niet om. Gouden tip van de zaak is sparen. Ik moet toegeven dat vrouwen hierbij meer kans hebben op succes dan mannen, aangezien het de ultieme versiertruc is om een knap meisje te trakteren op een drankje (maar vergeet vooral die vleiende woorden niet!). Anderen hebben dan weer een streepje voor door hun lieftallige ouders die de taak op zich nemen om de huur, het collegegeld en die dure boeken nog zelf te betalen. Een nadeel hieraan is dan weer om afgeschilderd te worden als verwend nest, maar wie het laatst lacht, lacht het best! En dat is erg waarschijnlijk op een feestje waar enkelen niet bij kunnen zijn vanwege een lege portemonnee.

STUDENTEN DIE NOOIT EEN GLAASJE TEVEEL OP HEBBEN

Ik heb hier drie verklaringen voor: ze drinken nooit, ze zijn uitermate goed getraind in de sport ‘zuipen’ of ze zijn genetisch ongevoelig voor alcohol. Dit laatste lijkt me erg onwaarschijnlijk hoewel dit een mooi onderwerp zou zijn voor wetenschappelijk onderzoek. Begrijp me niet verkeerd, ik heb echt respect voor studenten die het sterke karakter hebben om tegen elk lekker alcoholisch mengseltje krachtig ‘nee!’ te zeggen. Hou dit vooral zo lang mogelijk vol als je al bezig bent, want het is hartstikke gezond! Dat getraind zijn, is niet echt iets om trots op te zijn. Ook al voel je je ´King of the World´ als je als enige nuchtere al je vrienden veilig thuis moet brengen, die prestatie is het gevolg van enkele ambitieuze avonden die goed waren voor je lever noch brein.

STUDENTEN MET VERTROUWEN IN HUN TENTAMENS

Ik wou heel erg graag dat ik deze bijzonderheid zelf in mijn bezit had, maar helaas. Gelukkig ben ik niet de enige, want elke keer als ik rond me kijk in de Waleus tijdens de week van een tentamen zie ik dezelfde wanhopige blikken staren in het niets. Gezucht, geklaag, soms een klein traantje de avond voor D-day: het is allemaal heel erg menselijk en normaal. Om deze redenen bewonder ik de slimme wezens die ‘ja hoor, gaat helemaal lukken!’ antwoorden op de vraag of ze er een beetje vertrouwen in hebben. Ik moet toegeven dat ik zelf altijd de avond voor een tentamen al om 18u klaar ben, maar meer omdat ik het gewoon helemaal beu 14

STUDENTEN ZONDER FIETS IN LEIDEN

Dit zijn de mensen die het geluk hebben om midden in het Predoctor | Februari 2014 | Jaargang 26


Auteur: <Naam> | Lay-Out <Naam> centrum te wonen en nooit ergens verder heen moeten gaan of die heel erg veel van wandelen houden. Ook wel diegenen die alle tijd van de wereld hebben of wie het geen moer kan schelen dat ze een halfuur te laat aankomen in de collegezaal. Stiekem ben ik een beetje jaloers hierop, want zeg nu zelf: hoe fijn is het als je niet elke ochtend met een rood hoofd aankomt omdat je zo hard hebt moeten puffen op de fiets? Althans, ik zou er zeer blij mee zijn.

STUDENTEN MET EEN STOFVRIJE KAMER Tijdens mijn eerste maanden in Leiden was mijn ambitie om deze student te zijn nog groot. Elke week stof vegen, mijn afwas zorgvuldig na elke maaltijd doen en elke maand de stofzuiger in het stopcontact. Jammer genoeg hield ik deze goede gewoontes niet lang vol. Gelukkig had ik één huisgenoot die zeer trouw was aan ons schoonmaakrooster en met genoegen een vodje in haar handen nam. Ik denk dat dit ook te wijten is aan het zijn van een pietje precies. Niets mis mee, zo blijft je huis wel schoon!

STUDENTEN DIE GEEN KILOOTJES BIJKOMEN TIJDENS HUN STUDENTENLEVEN

Het is een veelvoorkomend kwaaltje dat voor velen onvermijdelijk is: het aankomen van een paar kilo’s tijdens je eerste jaar aan de universiteit of hogeschool. Dit komt simpelweg doordat het lekkere en gezonde eten van mama of papa wordt vervangen door stiekem één keer per week McDonalds of kapsalon (of beide). Dat je regelmatiger uit gaat is natuurlijk ook een belangrijke oorzaak. Maar niet getreurd, de ultieme oplossing is in zicht! We weten allemaal dat sporten heel erg veel helpt, dus loop zo nu en dan eens een rondje langs de mooie singels van Leiden en dan kan je jezelf echt wel eens een avondje Domino’s permitteren.

Medische Faculteit der Leidse Studenten

STUDENTEN DIE SAMENWONEN OF GETROUWD ZIJN

Het is een mooi geschenk als je de liefde van je leven al gevonden hebt op vroege leeftijd en hiermee je studententijd kan delen. Er valt heel wat over te discussiëren zoals vrijheidsbeperking, minder kunnen genieten van het échte leven als jonge geest en elke versiertruc te moeten afslaan. Maar op zoek gaan naar een lief in de bar is eigenlijk alleen maar een vermoeiende zaak, dus prijs je vooral gelukkig als je gezellig samen op de bank kan knuffelen na een lange dag colleges.

15


Predoctor december 2013 | Jaargang 26


Medische Faculteit der Leidse Studenten

[17]


WAAR ANDEREN STOPPE INTERVIEW MET PROFESSOR MAAT

Door: Daniël Kleijn en Ernest le Roy

18

In een Predoctor met het thema zeldzaam kan er natuurlijk maar één iemand worden geïnterviewd: professor Maat. Op het LUMC is hij vooral bekend vanwege zijn forensisch werk bij rampen en moorden en uiteraard door het onderwijs in de snijzaal. Ondertussen is hij met pensioen gegaan, maar niettemin is hij nog vaak in het onderzoeksgebouw te vinden. Daar vertelde hij eerst wat over zijn bijzondere vakgebied..

ten bijna allemaal in het criminele circuit, voor een groot gedeelte drugsrunners en dergelijke. Die komen allemaal uit het buitenland en worden hier nooit als vermist worden opgegeven.”

“In de negentiende eeuw was het niet-forensische gedeelte helemaal niet zeldzaam, want toen gingen er allerlei expedities, niet alleen vanuit Leiden, maar vanuit alle universiteiten in Europa, de wereld over om vooral een soort etnografisch skeletonderzoek te doen.” In die tijd trachtte men de raadselen van de evolutie te ontrafelen via antropometrie, oftewel het meten van mensen. Tegenwoordig gebeurt dat natuurlijk met behulp van DNA. Toch is DNA niet overal de enige sleutel tot succes. Met name in het forensische gedeelte kan de één niet zonder de ander. Tsunami in Indonesië

Ook komen daar wel eens meer exotische gevallen voorbij. “We zijn indertijd begonnen hier in de Pieterskerk, mijn eerste grote onderzoek. Dat was in 1979, toen werd de Pieterskerk gerestaureerd. Daar lagen allemaal beroemde professoren uit Leiden. Bussenbroek, Boerhaave, Albinus, allemaal dat soort grote namen. En omdat er een vloerverwarming moest komen die alles met beton ging afdekken, wilden ze nog redden wat er te redden viel. Dus we hebben een hele rits van die lieden opgegraven en nu als incomplete skeletten in ’t anatomisch museum in de opslag gebracht. Die wil je toch niet weggooien.”

“Als er bijvoorbeeld een illegale begraving wordt opgegraven ergens in Nederland, of iemand is vermoord, maar niemand weet wie het is, dan kan je natuurlijk wel een DNA-monster nemen, maar dan weet je nog niet wie het is.” Er is dan eerst anatomisch onderzoek om te kijken wat het geslacht, de leeftijd bij overlijden en de lengte was van het lichaam. Met die combinatie kan dan in de lijst met vermisten gekeken worden om vervolgens bij kandidaat-slachtoffers een DNA-monster te checken en zo uit te vogelen wie de persoon was. “Dat lukt lang niet altijd. Veel mensen die in Nederland ongeïdentificeerd omkomen zit-

Hoewel het opgraven van Leidsche notabelen meer een (ietwat luguber) plezieruitje lijkt, moge het duidelijk zijn dat professor Maat’s vakgebied meestal over zwaardere onderwerpen gaat, zeker binnen het forensische deel. “Ja dat is wel heel heftig. Dat wil zeggen, het gaat over iets heftigs, laten we dat voorop stellen, maar je bent natuurlijk gemotiveerd om te helpen de misdaad op te lossen, dus dat is een extra drive zoals je op het ziekenhuis een drive hebt om iemand beter te maken. Dus het is niet puur nieuwsgierigheid die het positief maakt.”

Hoewel DNA het onderzoek naar evolutie heeft overgenomen, vindt er nog steeds talloos onderzoek door anatomen plaats. “En dat is voor de huidige geneeskunde eigenlijk nog steeds interessant, omdat je daar allerlei ziektes in hun natuurlijk beloop kunt bestuderen, wat tegenwoordig gewoonweg niet meer mogelijk is. Om maar één van de meest voorkomende dingen te noemen: gewrichtsslijtage. ‘Grijs Nederland’ heeft allemaal gewrichtsslijtage, de geneeskunde grijpt in en niemand weet eigenlijk hoe die ziekte precies verloopt, omdat het natuurlijk beloop onderbroken is.”

Predoctor | Februari 2014 | Jaargang 26


EN, DAAR VERDER GAAN Bij grote rampen zoals de tsunami van 2004 is het een ander verhaal. Dat was dan ook de meest schokkende ervaring voor professor Maat. “Dat was toen ik met de Nederlandse ploeg als eerste in Thailand aankwam na de tsunami. Toen hadden we een mortuarium ingericht in een boeddhistische tempel, er was geen normaal mortuarium, en daar werd een voetbalterrein vol gelegd met overledenen. En hoe hard ik ook werkte met de ploeg, het voetbalveld bleef vol. Dat was werkelijk schokkend. Dat was, afgezien hoe mensen erbij lagen, hoe vreselijk ’t ook was en hoe het stonk, enzovoorts, het feit dat hard werken geen effect leek te hebben, omdat de toestroom gewoon zoveel weken maar bleef komen, dat je overweldigd werd. Daar heb ik toen ook van gedroomd een keer. Dat is de enige keer dat ik van m’n werk gedroomd heb. Verder droom ik natuurlijk altijd van m’n vrouw. Dat was werkelijk schokkend. Dat was zo ontmoedigend, maar ik liet me er niet door ontmoedigen hoor. Maar het was moeilijk om de moed erin te houden. Vooral ook omdat de mannen met je mee, die waren natuurlijk helemaal niets gewend. Die durfde er eigenlijk niet tussendoor te lo- Vliegramp in Tripoli pen.”

En de resultaten waren ook beter en toen heb ik de KNO aangeschreven en gezegd dat ik terug wilde naar de anatomie. De professor van KNO ontvlamde simpelweg. Per brief weliswaar, want destijds was het contact alleen per brief met de koloniën.”

Hoewel het werk bij verscheidene rampen en anderszins forensische zaken het spannendste aspect lijken van de carrière van professor Maat, kregen we de indruk dat zijn hart vooral uitging naar het anatomieonderwijs. Zoals altijd hing daar een mooi verhaal aan vast. “Toen ik afgestudeerd was werd mij ineens de mogelijkheid geboden om twee jaar in Suriname de anatomie op te zetten met een collega. En toen kregen wij met z’n tweeën alle anatomische verantwoordelijkheid, maar met zijn tweeën. Maar de examens werden vanuit Nederland opgestuurd, dus je wilde absoluut dat jouw studenten minstens even goed waren als wat men in Leiden presteerde. Daar heb ik mijn anatomie echt heel goed geleerd, echt heel, heel goed. En daar heb ik nog elke dag profijt van. Je gaf alle colleges, dus daardoor kreeg je dat alle puzzelstukjes ineens in elkaar gingen vallen.

Het leven van professor Maat past dus perfect in deze Predoctor. Van opgroeien in Botswana tot een bijzondere carrière; zijn verhalen zouden een complete editie van ons blad kunnen vullen. Helaas is de ruimte beperkt en zodoende sluiten we af met een wijze les, uiteraard in vorm van een anekdote. “Waar anderen stoppen, daar verder gaan. Dan kom je op nieuw gebied. Daarmee bedoel ik niet eigenwijs zijn, tegen beter in, maar meestal geeft je intuïtie toch wel aan wat de goede richting is. Hier staat een atlas die ik ooit gemaakt heb toen er nog maar één CT-scanner was. Toen heb ik met een neurochirurg gezegd ‘we moeten een atlas maken hoe die scans eruit zien’. Daar was op hett anatomisch laboratorium geen begrip voor. “Waar is dat goed voor?” De drukkers hebben drie jaar gedraald voordat ze het gingen drukken, omdat ze geen idee hadden of er een markt voor was. Nu is de CT al tientallen jaren het gewoonste van de wereld, maar toen moesten we echt doorzetten, blijven, blijven doorzetten.”

Medische Faculteit der Leidse Studenten

Het mooiste in het onderwijs zijn de snijzaalsessies volgens professor Maat. “Je moet allemaal je handen vies maken, ik ook. Achter je scherm kan je natuurlijk fantaseren dat je het allemaal weet, maar op snijzaal moet je die zenuw wel vinden. En als je het niet kan vinden kom je het aan mij vragen. En jullie verwachten dat ik met één goddelijke snee dat ding ineens tevoorschijn haal. Dat moet wel lukken! De realiteit is dan een hele goede test en ik vind dat ook belangrijk voor later klinisch werk, omdat die houding, dat je ’t ook echt moet weten, en dat ’t anders niet lukt, die moet je klinisch ook hebben. Dat krijg je nu véél te weinig. Want als jullie straks aan je coschappen beducht worden, dan ligt er gewoon echt iemand met een klacht. En die verwacht echt van jou dat je weet hoe ’t gaat.”

19


Hoe word je ....

Forensisch Patholoog

Door Maren Buntinx Forensisch patholoog, een specialisatie die bij mij vele vragen oproept. Het klinkt misschien niet zo spannend als traumachirurg, maar als je van NCIS en CSI houdt, moet je dit zeker lezen! ‘CSI artsen’ richten zich op het onderzoeken naar doodsoorzaken en de identiteit van de overledene. Dit gaat aan de hand van een sectie op het lichaam of op aparte lichaamsdelen, ook wel autopsie genoemd. Maar deze specialisten staan niet alleen in de snijzalen: ook in het lab voor microscopisch onderzoek en bij de radioloog voor beeldvorming. Dit vak is niet enkel destructief; vaak worden er driedimensionale reconstructies gemaakt van bijvoorbeeld de schedel als deze beschadigd is geraakt om een identiteit te bevestigen. Ook worden er schedelfracturen gereconstrueerd om vast te stellen met wat voor soort voorwerp de fractuur is veroorzaakt.

“ Om echt een carrière te starten aan het NFI moet je creatief, onafhankelijk, energiek en niet bang voor uitdagingen zijn.” Maar wat moet je studeren om dit allemaal te kunnen doen? Natuurlijk begin je bij de studie geneeskunde. En dan moet je gaan specialiseren... Dit is een beetje lastig voor iemand die de droom heeft om forensisch patholoog te worden, want er is hier geen aparte specialisatie voor. Als je er over nadenkt is dit logisch, want er zijn maar ongeveer zeven artsen in Nederland die dit beroep beoefenen. Over het algemeen beschikt een forensisch patholoog over uitgebreide kennis over toxicologie, wapens, sporenonderzoek, serologie en DNA analyse. Een alternatieve route die men dan volgt is eerst specialiseren in de pathologie (zoals de patholooganatomen) waarmee je vijf jaar zoet bent. Hierna kan men verschillende interne opleidingen volgen bij het Nederlands Forensisch Instituut (NFI), maar de eisen voor

20

toelating zijn zeer streng. Allereerst biedt het instituut onderzoekstrainingen aan die enkel beschikbaar zijn voor een zeer beperkt aantal buitenlandse PhD studenten. Ze kunnen gevolgd worden door studenten die specialiseren in de geneeskunde, biologie, informatie technologie, bio-technologie, analytische scheikunde en technische fysica. Om echt een carrière te starten aan het NFI moet je creatief, onafhankelijk, energiek en niet bang voor uitdagingen zijn. Dit specialisme is zeker bedoeld voor de harde werkers onder ons. Gemiddeld duurt een werkdag tien tot twaalf uur of zelfs langer, waarbij de meeste tijd besteed wordt in het lab. Hierna moet men ook nog officiële rapporten schrijven en zich voorbereiden op het verschijnen voor het gerechtelijk hof. Ook kan de confrontatie met ongezien geweld mentaal heel erg moeilijk zijn. Dit alles neemt niet weg dat het een bijzonder beroep is vol uitdaging. Iets voor jou? Lees dan nu al wat de kern van de zaak is aan de hand van de zeven W’s van de forensisch patholoog. Dit lijstje bevat een kort overzichtje van de kerntaken: • Wie? Geslacht, ras, leeftijd en bijzondere kenmerken van het slachtoffer. • Wanneer? Tijdstip van overlijden en toebrengen van verwondingen. • Waar? Plaats en omstandigheden van overlijden. • Wat? Soort, verspreiding, patroon, volgorde en richtingen van de verwondingen. • Welke? Belang van de verwondingen: ernstig, minder ernstig, kunstmatig, na de dood toegebracht. • Waarom? Hoe zijn verwondingen toegebracht: werkwijze en manier van overlijden. • Wetenschap? Een forensisch patholoog kan niet functioneren in een wetenschappelijk vacuüm.

Predoctor | Februari 2014 | Jaargang 26


TINDERDATES EN UB-LIEFDES Door: Janine Hogewoning Het cafeetje op de hoek, de enige discotheek in het dorp, de bakker, de kerk, dat waren dé plekken waar mensen een halve eeuw geleden de ware liefde ontmoetten. Het was nog een tijd waarin smartphones en computers onbekend waren, in tegenstelling tot nu. Blijkbaar zijn deze technische hoogstandjes de benodigde hulpmiddelen om de ware liefde te vinden: voor de eerste date wordt de Facebookpagina grondig onderzocht en zijn er al duizend woorden via WhatsApp uitgewisseld. Dan hebben we het nog niet gehad over speciale apps en sites zoals Tinder en Gespot UB, die speciaal ontwikkeld zijn om mensen te ontmoeten…

GESPOT UB

Je zit in het UB te ‘studeren’. Studeren is een groot woord, je kijkt eerder naar die ene jongen die daar voor je zit. Die is een stuk interessanter dan al je geneeskundeboeken samen. Ondertussen start je de computer op en ga je naar Facebook. Terwijl de Facebook-pagina Gespot UB aan het laden is, vraag je jezelf af wie die knappe gast is? Opeens kijkt hij in jouw richting, snel kijk je in je boeken en doet net alsof je hard aan het studeren bent. Een nieuw bericht op Gespot UB: ‘Smachtend kijk ik naar dat mooie meisje met die blonde haren, blauwe ogen en dat blauwe truitje. Drankje doen straks?’ Blond haar: check. Blauwe ogen: check. Blauw truitje: check. ‘Zou het over mij gaan?’ Je kijkt om je heen om te zien of er misschien nog andere potentiële meisjes aanwezig zijn. Het lijkt alsof je de enige bent. Ondertussen begint er meer bloed naar je hoofd te stromen. Je wordt rood, je voelt het. Je hartslag verhoogt zich van 90 naar 170 slagen per minuut. Je hart draait overuren. Dopamine raast door je lichaam en een euforisch gevoel ontstaat. Het lijkt wel alsof je buik in een achtbaan zit. Je weet je geen houding meer te geven. Voordat je het in de gaten hebt, sta je ineens buiten de UBruimte. Even op adem komen. Je hartslag begint zich weer langzaam te verhogen van 120 naar 170 slagen per minuut als je achterom kijkt. Niemand. Teleurgesteld loop je naar de toiletten om even af te koelen. Na de rode huidskleur te zijn kwijtgeraakt, haal je wat koffie beneden. Je voelt een hand op je schouder en kijkt nogmaals achterom: ‘Hoi, wat was je snel weg, zin om een drankje te doen?’ Het was die ene UB-jongen. Het klikte meteen en er volgde nog vele gezamenlijke UB-pauzes. De UB-liefde is een feit.

Medische Faculteit der Leidse Studenten

TINDER

Van UB-liefdes gaan we naar dé nieuwe hype: Tinder. Ik geef eerlijk toe dat ik het meteen geïnstalleerd heb op mijn mobiel, toen ik er van hoorde. Allereerst zoek je de mooiste foto van jezelf uit. Je twijfelt nog een paar keer, want ja, welke foto zal bij de mannen het beste in de smaak vallen? Profiel af: tijd om te beginnen. Na dertig keer je vinger naar links bewogen te hebben, is daar het moment suprême. Jouw droomman verschijnt op het scherm. Hij heeft ook nog eens de perfecte leeftijd en jullie hebben dezelfde interesses. Dit moet voorbestemd zijn. Langzaam beweeg je je hand smachtend naar de hartjesknop. Deze seconden zijn allesbepalend. Je hartslag gaat omhoog, heeft hij jou ook geliked? Na 10 seconden hoop je dat Tinder vast is gelopen en dat er iets niet goed is gegaan: geen match! Je stemming is totaal omgekeerd, wat een teleurstelling. Zou het aan de foto hebben gelegen? Je leeftijd? Oké, je probeert jezelf gerust te stellen met de gedachte dat hij nog niet online is geweest. Je legt je mobiel weg. Voor één minuut dan. Elke seconden refresh je de pagina met de hoop op een match. Ja, een match! Je kijkt wie het is, maar je kent hem helemaal niet. Waarschijnlijk heb je weer per ongeluk met je vinger de verkeerde kant op geswiped. Je besluit toch maar weer even aan de studie te gaan. Na drie uur pak je je mobiel erbij en je hebt weer een nieuwe match. Geloof het of niet, het is die ene droomman. Hij heeft zelf gepraat tegen je: ‘Hey Tindervrouw, ken ik jou niet van Griekenland? Want daar komen alle godinnen vandaan.’ Om niet meteen gehaast over te komen, wacht je nog even met een berichtje sturen. Drie dagen later ben je ook duizend berichten rijker op Tinder. Mobiele nummers, interesses, studie, studentenverenging, muzieksmaak, allemaal uitgewisseld… En ja hoor, de Tinderdate is gepland. Toch wel een beetje opgelaten vertel je aan je vriendin dat je binnenkort gaat daten met een man van Tinder. Wat blijkt, je vriendin gaat binnenkort hetzelfde doen! De opgewekte stemming verandert langzaam in het tegenovergestelde toen jullie erachter kwamen dat jullie met dezelfde man van plan waren op stap te gaan. Oeps. Zou dat ook zijn gebeurd als je de liefde van je leven gewoon old skool in de rij bij de bakker had ontmoet? 21


ACTIVITEITEN OVERZICHT In de afgelopen maanden is er een hoop gebeurd op de vereniging. We bemoeien ons veel met het onderwijs, maar we maken het leven van de (bio)medische studenten ook op andere vlakken leuker! De M.F.L.S. organiseert door het jaar heen vele activiteiten. Dit overzicht geeft je een samenvatting van wat er zoal is gebeurd.

Trip Berlijn 24 oktober 2013

Op 24 oktober vertrokken 60 M.F.L.S.'ers naar de metropool Berlijn! Na een lange busrit vertrokken we 's morgens vroeg met z'n allen richting de Branderburger Tor en kregen een stadstour langs alle hoogtepuntjes van de stad. De volgende dag moeten we vroeg uit de veren om naar de Reichstag te gaan. Hierna gingen we naar de Stasi gevangenis wat huiveringwekkend was om te zien. Op de laatste dag slaapt iedereen lekker uit, zodat we weer fris en fruitig waren voor de graffititour. We zagen de grote meesterwerken, legaal en illegaal, enkrijgen de verhalen erachter te horen.Daarna hadden we ook nog even de tijd om een eigen meesterwerkje te spuiten! Na al deze inspanningen was het tijd voor een biertje: op naar de bierproeverij!Wegens tijdsgebrek moesten we heel erg snel de vier verschillende biertjes achterover slaan, bij de ene ging dit wat beter dan bij de ander... Uitgeteld installeerden we ons weer in de bus voor de terugreis.

Dies 1 november 2013 Op 1 november 2013 is de M.F.L.S. weer een jaar ouder geworden. De aanmaak limonade en budget kaarsjes zijn achterwege gebleven, maar er was wel degelijk een feestelijke sfeer. Alle bachelorstudenten zijn ’s middags onderwijs vrij en judoka Dennis van der Geest heeft een verhaal gehouden waar verdacht veel levenslessen in verstopt zaten. Nadat Ferrari en Meyer de aanwezigen een imposant verhaal over stress hebben verteld was het tijd voor de rally! Negen auto’s vertrokken vanuit het LUMC de wijde omgeving in om zo veel mogelijk opdrachten uit te voeren. Van een duik in de zee tot het opeten van zoveel mogelijk negerzoenen, het heeft geweldig beeldmateriaal opgeleverd.

Beleids-A.L.V. 6 november 2013 In september wordt het M.F.L.S.-bestuur gewisseld na een lange overdrachtsperiode en mag het nieuwe bestuur zich een jaar lang ontfermen over het reilen en zeilen van de vereniging. De Algemene Leden Vergadering is het hoogste orgaan van de vereniging en beslist over allerlei zaken. Het nieuwe bestuur houdt zich de eerste twee maanden bezig met het schrijven van een beleidsplan, een document van 30 pagina’s waarin de verschillende beleidspunten staan uitgelegd. Het beleidsplan van het 101ste M.F.L.S.-bestuur is op 6 november goed gekeurd door de A.L.V.

Gala 16 november 2013 Het M.F.L.S.-gala is een begrip in Leiden. De combinatie van medisch studenten en onbeperkt jenever biedt waarschijnlijk de juiste balans tussen vertier en stukje veiligheid. Op 16 november vertrokken er 500 studenten naar Rotterdam om in rokkostuum en galajurk te genieten van de muziek, drank en elkaar! Het thema ‘Welcome to Candyland’ bood veel vrijheid voor corsages waar de Jamin jaloers op zou zijn. Suikerspinnen maakten het geheel af: “een Japie en een suikerspin

22

Predoctor | Februari 2014 | Jaargang 26


Ski-uitje ActCie 11 december 2013 De ActCie organiseert een jaar lang allerlei activiteiten voor de M.F.L.S. 11 december zijn we met een groep van 50 studenten de piste afgesjeesd! De Concorde vliegt al een paar jaar niet meer, dus een trip naar de Franse Alpen zat er omwille van de tijd niet in. De hofstad biedt een mooi alternatief voor een zacht prijsje, de Uithof! Er was een aanzienlijk verschil in niveau tussen de wintersporters maar de groen-gele piste bood soelaas voor iedereen. Na het skiën en snowboarden is er gegeten en genoten van bratwurst en Jagermeister shots in HePatho, voor herhaling

M.F.L.S.-feest 12 december 2013 Gratis bier, foute outfits en opzwepende hitjes. Op 12 december was HePatho omgetoverd tot een waar après-skipaleis waar velen zich niet al te veel meer van zullen herinneren. Geheel in thema werden er Apfelkorn shotjes uitgedeeld aan de bar en fleurden retro-skipakken de boel op. HePatho stond bomvol en het feest is tot in de vroege uurtjes doorgegaan! Het volgende feest staat gepland op 20 februari, voor introducés graag even naar het Bestuur mailen.

OP=OP borrel 20 december 2013

HePatho heeft velen speciaalbieren op de tap. Daarnaast staan er nog vele bieren en ander vloeibaar moois in de koeling. Dit alles heeft een houdbaarheidsdatum en daarom was het de laatste vrijdag voor het kerst- en zomerreces OP=OP borrel! De overgebleven speciaalbieren, van Desparados tot Liefmans, werden onder inkoopprijs verkocht en HePatho stond vol heel gezellige mensen.

StuDo 9 januari 2014

Vijf maal per jaar gebeurt er iets bijzonders in HePatho. Hordes docenten reizen af naar de achterzijde van het ziekenhuis om daar, onder het genot van een Palm, la Chouffe of Chardonnay, hun week, werk en wetenschappelijke ingevingen te bespreken. Gooi er een aantal studenten tussen en je hebt een StuDo! De student-docent borrel is de ideale gelegenheid om op informele wijze met de stafleden van het LUMC te praten en het borrelen is niet voor niets onderdeel van het academische leven.

Medische Faculteit der Leidse Studenten

23


Door Janine Hogewoning

Brakheid, SOA’s, extra kilo’s: welkom in het leven van een student! Tuut tuut.. De wekker gaat af, weer veel te vroeg. Langzaam draai je je om en het is weer zover: je hebt je verslapen. De colleges zijn al drieënhalf uur geleden begonnen en jij ligt nog in bed, maar niet alleen. Als je het maar veilig hebt gedaan. Om je heen kijkend zie je het welberuchte ‘rubbertje’ niet liggen. Tijd om binnenkort maar eens een bezoekje te brengen aan de soa-poli (GGD), net als die 113.000 andere mensen elk jaar. Nu maar hopen dat je niet tot die 60.000 mensen behoort die ieder jaar met een chlamydia-infectie worden gediagnosticeerd. De volgende keer toch maar een ‘regenjasje’ aanbieden.

Nadat de jongen het huis heeft verlaten, besluit je vandaag toch maar even thuis te blijven. Het presentje van de mooie avond van gister, genaamd kater, lijkt vandaag je dag te domineren. Na twee liter water weg getankt te hebben, breng je je tweede bezoekje aan het toilet. Het plassen is een stuk pijnlijker dan normaal. Tien minuten later moet je weer. Er komt alleen nu amper iets uit. Naast de soa-poli besluit je om ook nog even om langs de huisarts te gaan. Hopelijk biedt een antibioticum de uitkomst.

Een week later lijk je nog steeds brak en moe te zijn. Dat is bijzonder, je had juist besloten om het een week rustig aan te doen. Je zou nog bijna denken dat het niet uitmaakt of je uitgaat of de hele dag series kijkt in bed. Ineens schiet je iets te binnen: de ziekte van Pfeiffer. Drie weken geleden heb je er nog een college over gehad en ineens lijken alle puzzelstukjes op zijn plek te vallen. De ziekte staat ook wel bekend als ‘kissing disease’ en de besmetting vindt dan ook plaats via speeksel. Laat jij nou uitgerekend het afgelopen jaar regelmatig speeksel uitgewisseld hebben. Teleurgesteld bij de gedachte dat er niet een medicijn voor is, zoals een antibioticum bij een blaasontsteking, bel je toch maar de huisarts voor Terwijl je je handen wast, zie je een weegschaal staan een afspraak. Nog diezelfde dag wordt de diagnose en je besluit er na twee maanden weer eens op te bevestigd. staan: anderhalve kilo aangekomen. Niet zo heel gek, aangezien je nu elke keer na het uitgaan (en ja, dat gebeurt vaak) een snack haalt bij de Downtown of Zes jaar later ben je zes kilo aangekomen, zes City Snack. Dat zijn nog eens andere maaltijden en blaasontstekingen verder, honderd griepjes rijker... tijdstippen dan bij je ouders! Het stipt om 18.00 uur Maar ook tweehonderd feesten en drie relaties eten lijkt niet meer echt voor te komen in jouw week. verder. Je studententijd is met de nodige tegenslagen Dan hebben we het nog niet gehad over de bijdrage zeker geslaagd te noemen. Het begint langzamerhand van alcohol. De kilo’s die je aankomst gedurende je tijd te worden voor de volgende fase: het ‘serieuze’ eerste jaar als student noemen ze in Amerika ook leven. wel het FreshmenFifteen fenomeen. Langzamerhand begin je je af te vragen hoe laat je eigenlijk in bed lag en wat je allemaal uitgespookt hebt, maar die herinneringen zijn erg vaag. Het is vast weer mis gegaan bij de combinatie van bier en wodka. Dorstig en misselijk sta je op om wat water te pakken. Tijdens de tocht naar de kraan besluit je nog even langs het toilet te gaan. Zo, dat moest er even uit. De vraag is alleen of je moest overgeven door de drank of door die pizza van gister die al twee dagen buiten de koelkast lag. Je darmen beginnen ondertussen aardig op te spelen. Het zal wel door de drank én de pizza komen.

24

Predoctor | Februari 2014 | Jaargang 26


<TITEL>

<ONDERTITEL>

Auteur: <Naam> | Lay-Out <Naam>

25


26

Predoctor | Februari 2014 | Jaargang 26


Medische Faculteit der Leidse Studenten

27


28

Predoctor | Februari 2014 | Jaargang 26


Medische Faculteit der Leidse Studenten

29


AGENDA

6 FEBRUARI

Februari-A.L.V.

7 FEBRUARI

Dies Universiteit Leiden

14 FEBRUARI

Valentijns-VriMiBo

20 FEBRUARI

M.F.L.S.-Feest

25 FEBRUARI

Onderwijsdebat

7 MAART

MEgala

8 MAART

Open dag

12 MAART

Bètabanenmarkt

20 MAART

BW-Feest

27 MAART

Alumnilezing

28 T/M 30 MAART

30

Actieve Leden Weekend

Predoctor | Februari 2014 | Jaargang 26


Medische Faculteit der Leidse Studenten

31



Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.