4 minute read
Guido de Wit
from MAGGS Winter 2022
by MAGGS Media
GELUK OF GELIJK?
Op de middelbare school zat ik tijdens de lessen Nederlands vooraan. Bij literatuurgeschiedenis hing ik aan de lippen van de docent. Het meeste plezier beleefde ik aan de lessen poëzie. Achter mijn leraar hing aan de wand een gedicht in posterformaat; ‘Hebben en zijn’ van Ed Hoornik. De eerste strofe van dat gedicht luidt als volgt:
‘Op school stonden ze op het bord geschreven. Het werkwoord hebben en het werkwoord zijn; Hiermee was tijd, was eeuwigheid gegeven, De ene werklijkheid, de andre schijn’
De liefde voor poëzie is gebleven, maar een mooier en voor mij betekenisvoller gedicht ben ik nadien niet meer tegengekomen. Het gedicht hangt inmiddels ingelijst op kantoor in mijn werkkamer. Elke ochtend voordat ik aan het werk ga, lees ik het en sta ik even stil bij de betekenis ervan.
In onze westerse maatschappij is ‘hebben’ een steeds belangrijkere waarde geworden. Dat is logisch. Om een beetje leuk mee te draaien in de kapitalistische wereld zijn het hebben van bijvoorbeeld een goed diploma, een fijn huis, een knappe auto en een leuke baan elementen die het leven veraangenamen en vergemakkelijken. We leren ons daarom van jongs af aan te richten op materiële zaken buiten ons. En daar is niks mis mee.
Problematischer wordt het als we ‘hebben’ verwarren met ‘zijn’. “Ik heb, dus ik ben.” Het eigen ‘Zijn’ wordt dan volledig opgehangen aan het hebben en erger nog, het steeds meer willen hebben.
Het vak van advocaat gaat veel over ‘hebben’. Of het nu gaat om bijvoorbeeld het verkrijgen van aandelen in een onderneming, het incasseren van een vordering of het realiseren van een nieuw bedrijfspand, in de meeste gevallen staat ‘hebben’ centraal.
Bij de begeleiding van ondernemers heb ik in de loop van de jaren mogen ontdekken dat succesvolle ondernemers een gezond evenwicht hebben gevonden tussen het streven naar het aardse hebben en het eigen Zijn. Hun zelfliefde is groot genoeg om zichzelf in ruime mate bezit te gunnen en tegelijkertijd is dat bezit geen voorwaarde voor een gevoel van geluk. Dat gevoel van geluk is er al zonder bezit. Deze ondernemers zijn ook minder of soms zelfs geheel niet bang voor het verlies van bezit. Daardoor ondernemen ze in vrijheid en zijn ze des te succesvoller.
Als de klant daarvoor openstaat, verdiep ik mij in de onderstroom van de ondernemer. Wat drijft hem of haar? Wat is zijn of haar
Guido de Wit, advocaat
‘Adviseur als het kan, advocaat als het moet.’
achtergrond en levensloop? Wat zijn de belangrijkste kernwaarden in het leven van de desbetreffende ondernemer? Door bij dat soort vragen stil te staan, wordt het zelfbewustzijn van de ondernemer vergroot. Dat hogere bewustzijn werpt vervolgens vaak een heel ander licht op de oorspronkelijke hulpvraag. Wil je wel echt opvolger zijn in het familiebedrijf, is het echt nodig en wenselijk om de voorgenomen samenwerking aan te gaan en moet de uitbreiding met dat aanvullende product er wel echt komen? Hoewel klanten de verbazing over mijn aanpak dikwijls niet kunnen verbergen, ervaren ze na het eerste gesprek of de eerste gesprekken meer helderheid en komen ze tot betere keuzes waar ze meer rust van hebben en die tot betere resultaten leiden.
Het grensvlak tussen ‘hebben’ en ‘zijn’ wordt het meest manifest in conflictsituaties. Soms is er door een wederpartij zo over grenzen gegaan en is het Zijn daardoor zo geschonden, dat een klant het nodig heeft om zijn of haar gelijk te halen, niet alleen om het ‘hebben’ veilig te stellen, maar ook om het eigen ‘Zijn’ te herstellen.
Toch is juist in conflictsituaties alertheid geboden. Wil je tot in lengte van jaren procederen? Is dat echt noodzakelijk en de enige oplossing van het probleem of speelt hier wellicht het ego een rol die gelijk wil hebben om het gelijk hebben? Als de klant eraan toe is, stel ik dan de vraag: “Wil je geluk of gelijk?”. Ook deze vraag draagt bij aan de vergroting van het zelfbewustzijn van de klant en schept even afstand tot het geschil dat hem of haar zo in de greep houdt. Na een nachtje slapen of een weekend uitwaaien, word ik dan door de klant gebeld. Met verlichting in de stem klinkt het dan aan de andere kant van de lijn: “Ik ga voor geluk, je hebt gelijk.”