Nord

Page 1

Noord-Frankrijk

Perps ma


Volg de gids, vanuit de lucht tot op de grond…

W

anneer je Noord-Frankrijk vanuit de lucht bekijkt, word je overweldigd door dit unieke landschap. Hoog in de lucht overzie je een ware lappendeken met buitengewone landschappen, maar ook het rijke erfgoed van deze streek. Deze plek biedt een ongelooflijke verscheidenheid aan panorama’s die je vaak niet aantreft in andere regio’s. Soms totaal onverwacht maar altijd anders, afhankelijk van de lichtinval, het seizoen…Bereid je voor op een aantal verrassingen, want dit noordelijkste stukje Frankrijk, komt niet bepaald overeen met het beeld dat je er ongetwijfeld over had… In tegenstelling tot de vele clichés die de ronde doen, is deze streek kleurrijk en boeiend! Le Nord is fascinerend, verbazend en je kunt er het nodige van opsteken. Een dagje aan het strand van de Opaalkust of een bezoekje aan de steden en de dorpen in een mengelmoes van grijs en rood, tot de belforten, de torens en de slakkenbergen of ‘terrils’. Maak kennis met de geschiedenis, de legendes en de hedendaagse aspecten van deze streek, van de Frans-Vlaamse heuvels tot de mijnlocaties en beleef een onvergetelijke reis. Klaar om af te dalen naar het langste departement van Frankrijk? Geef ons de kans om u te verrassen!

Inhoudsopgave Over de flanken van de Frans-Vlaamse heuvels........................3 Er vallen koekjes, voddenpoppen en lepels uit de belforten!..................4 Waarvoor dienen deze belforten eigenlijk?...............................5 Welk deuntje komt er uit die klokkentoren?...........................6 Een filmdecor........................................7 Douaniers spelen haasje over met smokkelaars…..............................8 Een dierentuin, een golfbaan of een restaurant op een omwalling.............9

Monniken die voor Bob de Bouwer spelen….................10 Danskiosken........................................10 waar komt de vreemde naam, ‘estaminet’ vandaan?..........................11 Rijsel of de Vlaamse essentie...........12 Lille : The place to go !......................13 Aan de Opaalkust..............................14 Een museum in een zwembad, een rommelmarkt in een station....15 Hier heeft mode een eigen wijk en kunst een eigen braderie............16 Wieg van de eerste van fabriekswinkels...................................16

De grootste concentratie geklasseerde en erkende musea van Frankrijk.......................................17 Het museum van moderne kunst (van Lille (LaM) opent opnieuw de deuren op 25 september 2010.......18 Opening van het Musée de Flandre: op 23 oktober 2010..........................19 Waar slapen? In een voormalig armenhuis, een paalwoning, een loft of op het water?...........20-24 Grote evenementen in 2010...........25 Verbazende cijfers..............................26 De meest bezochte culturele en recreatieve bezienswaardigheden...27


Over de flanken van de Frans-Vlaamse heuvels

Deze streek is niet zo vlak als je wel zou denken, het hoogste punt van Frans-Vlaanderen ligt immers op 176 meter! Het verbazende Frans-Vlaamse heuvelland lijkt vrolijk op de klanken van de vele beiaards te deinen.

O

p de Kasselberg komt binnenkort het eerste Frans-Vlaamse museum, een uniek museum dat helemaal gewijdt zal zijn aan de Vlaamse culturele eigenheid. Dit museum wordt gevestigd in het ‘hôtel de la Noble Cour’, een imposant gebouw waarvan op de gevel de zeven hoofdzonden staan afgebeeld. Op de Katsberg strekken de wandelpaden zich langs de hoppevelden uit en wordt de gerenommeerde kaas nog steeds door de trappistenmonniken van de abdij vervaardigd. Op de Boeschèpeberg worden de feestelijke tradities nog steeds hoog gehouden in de molen en het cafeetje.

Op de Recolletenberg wacht je een opmerkelijke tuin die naadloos lijkt over te gaan in de omliggende natuur. Op de Zwarte Berg, die onlosmakelijk verbonden is met de schrijfster Marguerite Yourcenar, prijkt nog steeds de villa Mont Noir. De voormalige ouderlijke woning van deze romanschrijfster is nu een residentie waar schrijfster vanuit heel Europa inspiratie kunnen opdoen.

3


Er vallen koekjes, voddenpoppen en lepels uit de belforten! De populaire Noord-Franse feesten, waar een hartelijke sfeer heerst, vinden vaak rond de geklasseerde belforten plaats. Het merendeel van deze burgerlijke torens staat vermeld op de werelderfgoedlijst van de Unesco. En van bovenaf die belforten wordt van alles gegooid…! Beneden op het plein voor het stadhuis verdringen de mensen zich om een waardevol kleinood te pakken te krijgen… Rare jongens die Noord-Fransen!

O

ok het belfort van Armentières vormt het toneel van een vreemde traditie. Elk jaar worden er vanaf het balkon kleine droge koekjes, Nieulles genaamd, naar beneden geworpen. Deze traditie gaat al terug tot in de 16e eeuw. Toen gaf de hertog Jacques III van Luxemburg een banket voor zijn schepenen. Na het nemen van de grote beslissingen werden deze aan het publiek bekendgemaakt. Indien er geen beslissing bereikt werd, dan werd het dessert van op het balkon naar beneden gegooid… Deze traditie wordt tijdens het feest van de Nieulles, begin september, voortgezet.

4

In Wattrelos zorgen 17 km lange standjes voor de grootste rommelmarkt in Frankrijk. Maar daar eindigt het Berlouffes-feest niet… Aan het eind van de ochtend en van de namiddag volgt een historische reconstructie van de schrijnende godsdienstoorlog van 27 december 1566. De troepen van de hertog van Alba zetten de kerk in brand waar ze de opstandelingen in samengedreven hadden nadat ze hen op het kerkhof hadden omsingeld. Sommigen verbrandden of stikten, en anderen springen een gewisse dood tegemoet vanaf de kerktoren. De avond wordt afgerond met het gooien van de Berlouffe-poppen vanaf de toren van de Saint

Maclou-kerk en met de verbranding van de voddenpop (“Berlouffes” is het plaatselijke dialect voor een voddenpop). De bedelaars waren in vodden gekleed. In Comines vallen de lepels uit de hemel… Het klinkt misschien vreemd, maar er worden wel degelijk echte houten lepels in alle maten en vormen naar beneden gegooid en dat kan soms hard aankomen! Het Louches-feest heeft elke tweede zondag van oktober plaats. Deze vreemde traditie gaat ver terug. Het broederschap van de ‘Franche Louche’ zorgde er in 1884 voor dat deze traditie opnieuw in ere werd hersteld. In het gezelschap van de in 1890 gecreëerde reuzen (Grande Gueulotte en P’tite Chorchine) werpen de leden van dit broederschap, in 15e-eeuwse herenklederdracht, duizend met lint omwikkelde houten lepels van het balkon van het stadhuis. Volgens de legende gooide de Heer van Comines in de 15e eeuw zijn houten bestek, met het gegraveerde wapenschild van zijn familie, naar beneden nadat hij onterecht werd opgesloten in een toren, waarna hij bevrijd werd. En vanzelfsprekend geloven alle liefhebbers van sprookjes en legendes graag dit onwaarschijnlijke verhaal. Let wel op dat je geen lepel op je hoofd krijgt!


Waarvoor dienen deze belforten eigenlijk? De belforten, die symbool stonden voor de onafhankelijkheid van de steden, deden hun intrede in de stadskern van de Middeleeuwse steden en vormen de stille getuigen van een bijna duizend jaar oude geschiedenis. Als je er de zin en de energie voor hebt, dan kan je de treden van de belforten beklimmen. Vanaf de top van deze schitterende bouwwerken, die tot aan de wolken lijken te reiken, heb je een uniek uitzicht!

I

n 2005 werden deze drieĂŤntwintig belforten (in de departementen Nord, Pas-de-Calais en Somme) door de Unesco erkend als werelderfgoed. In het totaal telt het departement Nord maar liefst elf belforten die fier met hun nieuwe label uitpakken. In de twee Wereldoorlogen liepen vele van deze belforten schade op. Elke stad hechtte er echter belang aan om dit onwrikbare symbool van de Noord-Franse steden opnieuw op te bouwen. Deze toren, die als het ware het gezicht van de gemeente vormt, symboliseerde de onafhankelijkheid van de gemeentelijke macht tegenover de feodale overheden. Het belfort had heel wat functies: het werd gebruikt om de

veiligheid van de inwoners te garanderen en om de schatkist te beschermen, maar het deed ook dienst als gevangenis. Rijsel/Lille, Duinkerke, Gravelines, Bergues, Bailleul, Armentières, Loos lez Lille, Comines, Douai, Cambrai... elk belfort heeft zijn eigen architecturale kenmerken en de meeste belforten kunnen worden bezocht. De top van de toren herbergt de beiaard: in elke gemeente wordt er om het uur een eigen deuntje gespeeld. Het lijdt geen twijfel: de belforten zijn een bezoekje meer dan waard. Of je ze nu veilig vanaf de grond bekijkt of van bovenaf de toren, het blijft een fantastische ervaring!

5


Welk deuntje komt er uit die klokkentoren? In le Nord prijken de beiaarden hoog in de klokkentorens. Beiaard spelen lijkt een beetje op piano spelen met de handen, want de beiaardier slaat met de knuisten op een klavier dat bestaat uit brede, houten toetsen!

W

anneer je in Lille naar boven kijkt op de place du Théâtre, weet dan dat deze toren geen kerktoren is, maar wel het belfort van de kamer van koophandel. Om het uur hoor je het bekende Noord-Franse liedje “le P’tit Quinquin”… Geniet van een mooi beiaardconcert terwijl je je boodschappen doet op de markt van Douai. Het kan ook zijn dat een van de leerlingen van de beiaardierschool speelt. De meester-beiaardier Stefano Colletti geeft les aan het nationaal conservatorium van Douai en is de enige in Frankrijk die in deze discipline les geeft. Hij kan zelfs een concert geven op zijn mobiele beiaard zodat hij dit unieke instrument ook buiten de grenzen van het departement kan laten horen. In 2008 werd de muziek van de film «Bienvenue chez les Ch’tis», die meer dan 19 miljoen bezoekers trok, opgenomen op de beiaard van Douai.

6


Filmdecor Kolenheuvels en schachttorens vormden het decor van bepaalde films. Zo werd de voormalige mijn van Wallers Aremberg gebruikt als filmdecor voor Germinal.

H

oewel er slechts op vijf procent van het grondgebied van le Nord mijnactiviteit plaatsvond, heeft deze episode in de geschiedenis, die maar liefst 280 jaar duurde, toch een diepe stempel gedrukt op de ziel en de natuur van deze streek. Vandaag de dag herinneren de ‘terrils’ aan de kolenontginning en vormen ze als het ware de heuvels van deze vlakke streek. De mijnen zijn nu plaatsen waar je in alle rust de natuur kan ontdekken en je in je vrije tijd kan ontspannen in een beschermde flora en fauna. In het dorpje Rieulay tracht men de ‘terril’, de grootste van de streek, zo optimaal mogelijk te integreren in het dagelijkse leven. Het dorp volgt een beleid waarbij de slakkenberg wordt geïntegreerd en aangelegd zodat hij een toekomstgerichte bestemming krijgt. In het “Maison du Terril” in Rieulay wordt een en ander over alle slakkenbergen in Noord-Frankrijk uit de doeken gedaan: hun vormen, hun evolutie en hun bescherming. Het Historisch Mijnmuseum van Lewarde houdt de herinnering aan drie eeuwen mijnactiviteit en industriële en sociale activiteit levendig. Deze mijnvestiging speelde een beslissende rol in de economische geschiedenis van de streek en vertelt over de invloed die het had op het leven van de mijnwerkers. Hier en daar werden voormalige mijnwerkerswoningen omgebouwd tot toeristische verblijven.

Het vroegere mijngebied heeft een aanvraag ingediend om de UNESCO Werelderfgoed status te verkrijgen. Na het akkoord van de staat zal het dossier op 15 januari 2010 officieel worden ingediend. Vervolgens is het achttien maanden afwachten om te zien of het Noord-Franse mijnverleden op de lijst vermeld wordt.

7


Douaniers spelen haasje over met smokkelaars… Het departement Nord heeft een 350 kilometerslange grens met België. En wie “grens” zegt, denkt “douane”…

I

n de Avesnois bijvoorbeeld kreeg smokkelarij een legale status. Rond de Frans-Belgische grens tussen Anor en Momignies ontstond er opnieuw een bloeiende activiteit. Met het wegvallen van de grenzen verdween ook deze activiteit. Maar de smokkelarij blijft deel uitmaken van de eigenheid van vooral de oudere bevolking, voor hen was het smokkelen een bijna dagelijks fenomeen. Etenswaren zoals tabak, suiker, alcohol of koffie werden van het ene land naar het andere vervoerd, vaak verborgen onder kleding, hoeden, ja zelfs in de schoenen van de smokkelaars! Deze laatsten aarzelden niet om soms heel wat extra kilometers af te leggen om aan de waakzaamheid van de douaniers en hun honden te ontsnappen! Om de sfeer van toen opnieuw te beleven en in de huid van de douaniers of de smokkelaars te kruipen, kan je de grensoverschrijdend fietsroute “Circuit des Gabelons” (kommienzenroute) volgen. Wie de meeste verboden goederen vanuit België over de grens brengt en erin slaagt om deze aan de dorpsbewoners te verkopen, wint! Herbeleef, alleen of in groep, de verschillende fases van dit kat- en muisspel! Zou jij een goede smokkelaar zijn? Ook in Frans-Vlaanderen speelden douaniers en smokkelaars vaak een kat- en muisspel. In het klein dorpje Godewaersvelde wijdt een klein museum, met een typische Frans-Vlaamse sfeer je aan de hand van een aantal smokkelve-

8

rhalentot de essentie van Frans-Vlaanderen. Hier troffen de mensen elkaar in de cafeetjes, werden er vinkwedstrijden georganiseerd of vonden er optochten met reuzen plaats. De reus Henri de Douanier wacht je samen met zijn hond Dick, op bij de ingang van het museum Dergelijke reuzen tref je hier bijna op elke straathoek aan! Sinds eind jaren 70 kenden de reuzen een ware demografische groei in België en in het noorden van Frankrijk. Op dit ogenblik telt het departement Nord 430 reuzen,het hoogste aantal van heel Frankrijk. Vandaag de dag stappen reuzen in het huwelijksbootje en krijgen ze kinderen. Hun huwelijks- en doopfeesten vormen de aanleiding tot schitterende feestelijkheden. Deze vernieuwde belangstelling voor reuzen is toe te schrijven aan de verknochtheid die de inwoners van het noorden van Frankrijk koesteren voor hun tradities en hun verleden, maar ook aan hun ontegensprekelijke feestdrang… Reuzen maken immers onlosmakelijk deel uit van het erfgoed. Om alle data te kennen waarop de reuzen van het departement Nord-Pas de Calais en België uitkomen, bestaat er de “Calendrier des Géants” (reuzenkalender), die elk jaar wordt bijgewerkt en die te verkrijgen is bij de Toeristische Dienst van het Departement Nord en alle plaatselijke VVV/Diensten voor Toerisme.


Een dierentuin, een golfbaan of

een restaurant op een omwalling Een vaargeul rond Fort Vallières dat werd omgevormd tot de golfbaan van Duinkerke, mag niet meer verbazen dan plotsklaps oog in oog te staan met een olifant op de omwallingen van Maubeuge. Sinds halfweg de jaren 50 vind je hier meer dan 300 dieren van 60 verschillende diersoorten van de vijf continenten. Op een domein van 7 hectare leven zoogdieren en vogels op een unieke plek boordevol geschiedenis, namelijk de omwallingen van Vauban.

D

e vestingen van Quesnoy werden tijdens de Eerste Wereldoorlog beklommen door Nieuw-Zeelanders, die zo de stad bevrijdden van de Duitse bezetters. Boven de Porte de Gand opende een restaurant in Rijsel de deuren!

Vandaag zijn de omwallingen vooral geliefd vanwege hun wandel- of zelfs vaarmogelijkheden. De vestigingen bleven opmerkelijk goed bewaard met de bastions en contre-bastions die Vauban zo nauw aan het hart lagen.

Bij gebrek aan natuurlijke grenzen, vormde Noord-Frankrijk een militair kwetsbaar gebied. De streek werd dan ook uitgerust met tal van vestingen om de gemeenten te beschermen tegen vijandelijke invallen. De meest opmerkelijke vestingen zijn deze die door Vauban werden opgetrokken in de tijd van Lodewijk XIV. Hij liet een dubbele lijn van vestingen optrekken: de zogenaamde “Pré Carré”. De vestingsteden in le Nord zijn vandaag opmerkelijke toeristische bezienswaardigheden. In 2007 werd, 300 jaar na zijn dood,Vauban herdacht als de strateeg en het menselijke brein achter deze bouwwerken, die hun stempel drukten op deze streek.

Le Quesnoy, Gravelines, Bergues behielden hun omwallingen, een militair erfgoed dat nog steeds aanwezig is in het hedendaagse patrimonium en dat gerenoveerd werd. De citadel van Rijsel, die de naam “koningin der citadellen” meekreeg van haar ontwerper, is een bastionsysteem dat een vijfhoekige ster vormt. Vandaag worden hier NAVO-opleidingen gegeven. Deze citadel kan bezocht worden op reservering. Wanneer je deze stenen sterren vanuit de lucht bekijkt, dan wordt duidelijk dat dit landschap in het verleden door de mens werd vorm gegeven om zich te verdedigen en dat het vandaag een aantrekkingskracht uitoefent op de mensen.

9


Monniken die voor Bob de Bouwer spelen… In de Avesnois waren de eerste grote industriëlen, de monniken die het landschap vorm gaven en die de landerijen drooglegden door baksteen en blauwe hardsteen te gebruiken.

E

en vleugje geschiedenis: in 1694 graven de monniken van de abdij van Liessies vier opeenvolgende vijvers om hun molens te laten draaien. In de 19e eeuw kende het dorpje Fourmies een sterke industriële textielgroei (samen met Roubaix) en werden de vijvers gebruikt om wol te wassen en om de stoommachines van water te voorzien.

Danskiosken

Deze monniken hadden ook hun intrek genomen in Maroilles waar vandaag de dag nog steeds bepaalde resten van de abdij zichtbaar zijn, waaronder de opslagschuur, het gastengebouw en de molen. De abdijmonniken liggen aan de oorsprong van de Maroilles-kaas, die als een soort van winstbelasting werd beschouwd.

10

Iedereen kent wel de muziekkiosken maar weinigen weten dat er ook danskiosken bestaan. De streek Avesnois telt een honderdtal kiosken waar deze traditie wordt voortgezet: een ruimte die helemaal gewijd is aan het welzijn, het lichaam en aan dansen. Deze danskiosken, die opgetrokken werden in de 19e en begin van de 20e eeuw, hebben een heel andere functie dan de muziekkiosken die bedoeld waren voor muzikale opvoeding - zij het soms ook van patriottische strekking - van de mensen terwijl de danskiosken uitsluitend gebruikt werden om te feesten.


Waar komt de vreemde naam, ‘estaminet’ vandaan?

Het woord “estaminet” is afkomstig van “staminé”, dat soms werd vervlaamst tot “stameneeke”, waarmee een plek aangeduid werd waar er rond de vuurpot, of “vierpot” zoals ze dat hier zeggen, een pijp gerookt werd. Misschien is het woord ook afkomstig van het Duitse “stam”, dat verwijst naar de houten balken dei de hoofdbalken ondersteunden.

D

e oorsprong van deze naam blijft dan wel een mysterie, maar dat neemt niet weg dat er in de Noord-Franse kroegjes of “estaminets” een gezellige sfeer heerst en dat het er aangenaam vertoeven is! De cafeetjes van eertijds die je vroeger overal in Frans-Vlaanderen aantrof, hadden een echte sociale functie. In de cafeetjes troffen de arbeiders elkaar na een harde werkdag en konden ze hun dagelijkse zorgen even opzij zetten. Ze vormden ook het trefpunt voor duivenmelkers. In een cafeetje genaamd “La Liberté” in Lille werd in 1888 “L’Internationale” geschreven.

en oude reclameposters met elkaar gecombineerd worden. Dit is de plek bij uitstek om de typische Noord-Franse gerechten te proeven of om eenvoudigweg een boterhammetje te eten en te proeven van een van de talrijke ambachtelijke biertjes die deze streek rijk is. In bepaalde cafeetjes worden er nog steeds traditionele Vlaamse volksspelen gespeeld zoals het knikkerspel, biljart “St Nicolas”, “trou madame”, vlooienspel, hamerspel of bollenspel...

Deze kleine, traditionele cafeetjes zijn vandaag in de eerste plaats een gezellige plek met een decor van lang vervlogen tijden waarin rieten manden, koffiekannen in email, hoppeslierten, oud speelgoed en collecties postkaarten

11


Rijsel of de Vlaamse essentie Wist je dat Rijsel (Lille), de hoofdstad van het departement Nord-Pas de Calais, nog maar pas sinds 1667 Frans grondgebied is? Als gevolg van oorlogen, erfenissen en allianties was deze streek nu eens Vlaams, Bourgondisch en dan weer Spaans grondgebied!

D

eze lakenstad, die opgetrokken werd aan de oevers van de Deule, werd de hoofdstad van de Hertogen van Bourgogne, en verzamelde in de loop van de geschiedenis een heel aantal historische en architecturale rijkdommen. De oude stad, over het algemeen “Vieux Lille” geheten, kende vroeger net zoals Brugge of Gent een netwerk van kanalen. Deze zijn nu stuk voor stuk verdwenen, maar hebben wel geleid hebben tot een complex geheel van straten en steegjes. In het hart van de oude stad, waar de flamboyante, typische Vlaamse gevels het uitzicht van de stad kleuren, staat de kathedraal Notre-Dame de la Treille die in 1854 werd opgetrokken op de plek waar voorheen de feodale vesting stond. Het feodale rijk strekte zich uit tot de mondingen van de Schelde, in het noorden werd het Vlaamse dialect gesproken en in het zuiden het Picardische dialect.

De Rijselse handelaren, die handel dreven met Vlaamse steden als Brugge, Gent of Antwerpen, hadden een plek nodig om deze transacties te verrichten. Zo ontstond de Oude Beurs, ontegensprekelijk het mooiste monument van de stad. In 1651 werd besloten tot de bouw van deze beurs zodat handelaars en financiële dienstverstrekkers, die elkaar tot dan toe in de open lucht ontmoetten, in een overdekte ruimte handel konden drijven. In 1652-1653 werd de uitvoering ervan toevertrouwd aan de architect Julien Destrée.Wanneer je het gebouw bekijkt dan lijkt dit een uniforme eenheid. Maar in werkelijkheid is het gebouw samengesteld uit 24 identieke huizen,die opgetrokken werden op kosten van 24 handelaars. Deze huizen vormen een vierhoek rond een binnenhof met bogengangen, die een rust en kalmte uitstralen die in schril contrast staan tot de drukte van de omliggende straten. Het weelderige, gebeeldhouwde decor van de veelkleurige gevels vertoont een oneindige afwisseling van pilasters met atlanten en kariatides. Boven de ramen, de frontons, die nu eens gebogen en dan weer driehoekig zijn, prijken decoraties van bloemenkransen en vruchten, eigen aan de Vlaamse Renaissance-stijl.

12


Lille : The place to go ! Een dichte bevolking, veel studenten… Lille is een jonge stad, meer zelfs: het is de jongste stad van Frankrijk: maar liefst 28 % van de bevolking is jonger dan twintig!

L

ille telt ook meer dan 100.000 studenten. Aan universiteiten en hogescholen geen gebrek: een katholieke faculteit, een rijksfaculteit in Villeneuve d’Ascq, grote handelsscholen met wereldwijde faam, ingenieursscholen en de eerste journalistieke school van Frankrijk. Wie jonge bevolking zegt, denkt aan sfeer, nachtleven en animatie... Lille kent dan ook een bruisend nachtleven, ongeacht of je in de Solférino-wijk, rond de voormalige hallen of in Vieux Lille bent, overal tref je een overvloed aan restaurants, bars en discotheken. Voor concertliefhebbers: het Zénith biedt plaats aan 5000 mensen. Aéronef, dat eerder een rockscène vertegenwoordigt, bepaalt dan weer de nachtelijke sfeer in Euralille. Liefhebbers van elektro kunnen terecht in het voormalige sorteercentrum van Lille, dat de bijnaam Tripo kreeg en zijn huidige gedaante kreeg als gevolg van Lille 2004. Hier vinden regelmatig trendy evenementen plaats.

13


Aan de Opaalkust Op de fijne zandstranden wemelt het van de watersporters en van de kleurrijke zeilen van de kitesurfers, speed sailers, catamarans, vliegers en andere zeilen die de mooie badsteden net dat vleugje extra geven waardoor iedereen hier wel een luxueuze villa zou wensen.

V

oel je helemaal één met het blauwe zeewater en met de zilte zeelucht en beoefen “lounge côte” een gloednieuwe en ietwat eigenaardige uithoudingssport die sinds kort opgedoken is aan de Frans-Vlaamse kust. Je loopt hierbij op schouderhoogte door het water en beweegt je voort met een peddel. Bergues, het vestingstadje dat bekend werd door de film “Bienvenue chez les Ch’tis” van Dany Boon, is veel meer dan de thuishaven van de ch’tis! En met recht en rede: dit stadje ligt immers in Frans-Vlaanderen. Wie Vlaanderen zegt, zegt Spaanse invloeden. Zo is de frikadel eigenlijk een Spaanse worst! Het echte recept van de worst van Bergues, dat hier terecht kwam door Jean Desmadryl, een Spaanse soldaat die in 1625 huwde met Jacqueline Debouck d’Elverdinghe, wordt nog steeds angstvallig geheim gehouden door de familie!

14


Een museum in een zwembad,

een rommelmarkt in een station

Het industriële imago van le Nord wordt naadloos gecombineerd met het patrimonium. Hier gaat niets verloren en wordt alles geconverteerd... In Noord-Frankrijk wordt het erfgoed nooit verwaarloosd, maar krijgt het altijd een tweede leven.

R

oubaix vormt hier een mooi voorbeeld van: de voormalige fabrieken worden er omgevormd tot lofts, fabriekswinkels of een nationaal archiefcentrum. Het mooiste voorbeeld is ongetwijfeld La Piscine, het museum voor kunst en nijverheid: een museum dat ingericht werd rond een art decozwembad. Zoals de feniks uit zijn as herrijst, zo verbaast de stad door resoluut te kiezen voor cultuur. Dit oefent op velen een sterke aantrekkingskracht uit. De heraanleg van de industriële vestingen heeft de stad een tweede adem gegeven, zowel wat betreft de erkenning van gebouwen die deel uitmaken van het erfgoed als door de nieuwe stedelijke architectuur. De indrukwekkende gebouwen zoals de “Conditionnement Public” waar vroeger wol verpakt werd, werden getransformeerd in creatieve plekken waar kunstenaars hun werken tentoon kunnen stellen. De hoofdstad van de postorderverkoop zal u verrassen door zijn diversiteit! In Lille ontstonden er zogenaamde Maison Folies in leegstaande fabrieken. Op deze locaties staan creativiteit, verspreiding en ontmoetingen hoog in het vaandel staan en ze vormen een trefpunt voor kunstenaars, verenigingen en inwoners. Ze bieden tentoonstellingsruimtes, repetitiestudio’s, kunstenaarswoningen, voorstellingszalen, etc. Zo werd de voormalige weverij in de wijk Wazemmes uitgebreid met een hedendaags gebouw. De Nederlandse groep architecten NOX genaamd, tekende hiervoor. Het gebouw is te herkennen aan

het gewelfde metalen dak. In de kelders van de voormalige fabriek vind je nu onder de booggewelven een Turkse sauna. In de wijk Moulins is een Maison Folie gevestigd in een voormalige mouterij-brouwerij, waarvan de gebouwen rond een binnenhof staan, die blijk geven van de zorg die besteed werd aan de architecturale details van dit 19e-eeuwse industriële gebouw. Het voormalige postsorteercentrum Tri Postal kende een groot succes tijdens “Lille 2004: Culturele Hoofdstad van Europa” . De stad streefde ernaar om deze locatie, die maar liefst 6000 vierkante meter telt te laten voortbestaan en een tweede leven te geven. Onmiddellijk werd Tri Postal een referentie binnen de hedendaagse kunstwereld. Naar aanleiding van Europe XXL, de 4 maanden durende feestelijkheden rond Oost-Europa in Lille, werd het station St Sauveur gerenoveerd. Het herbergt nu een bioscoop en een openluchtspeeltuin voor kinderen. Dit is de nieuwe, tijdelijke tentoonstellingsruimte van Lille 3000. In Duinkerke werd het voormalige tabaksmagazijn door dokwerkers omgevormd tot een museum over de havengeschiedenis. Vandaag kan je in dit havenmuseum ook een bezoek brengen aan een voormalig opleidingsschip, de 4-master Hertogin Anne en een lichtschip.

15


Hier heeft mode een eigen wijk en kunst een eigen braderie

Aan ideeën geen gebrek in Roubaix, zoveel is zeker! In deze stad, waar textiel al eeuwenlang een belangrijke rol speelt, worden conver-sies gecombineerd met gloednieuwe wijken waar kunstenaars en ontwerpers een thuisbasis hebben.

A

angrenzend aan het Musée La Piscine ligt een 1000 m² groot gebouw dat helemaal met ruwe basismaterialen gerenoveerd werd in loft-stijl. Hier vind je acht ontwerperwinkels, een bar-restaurant van Maison Meert en een uitgestrekte ruimte voor Shed, een vintage antiquair die gespecialiseerd is in meubels van de jaren 50, 60, 70… Deze nieuwe plek kreeg de naam Le Vestiaire, een knipoogje naar het bekende aangrenzende gebouw. Avenue Jean-Lebas, aan weerskanten van de parkeerplaats van het museum, maakt deel uit van de Quartier des Createurs (ontwerperswijk) en biedt een overvloed aan gerenoveerde boetieks van ontwerpers, waar je unieke voorwerpen en ongewone geschenken op de kop kan tikken. Twee maal per jaar, in maart en in december word je een blik gegund in het originele werk van mode-ontwerpers en decoratoren. Een vijftigtal modeartiesten stelt zijn realisaties voor in disciplines die gaan van kledingconfectie ter plaatse en op maat, over tafelkunsten, tot design en decoratieaccessoires.

16

Sinds 1991 verwelkomt de kunstbraderie of de ‘Braderie de l’Art’ 24 uur lang een honderdtal Europese kunstenaars, waaronder beeldhouwers, ontwerpers, schilders en stylisten. Gedurende een etmaal werken de uitgenodigde kunstenaars voor de ogen van het publiek met

recuperatiematerialen die ze een nieuw leven geven en die zo een nieuw thuis vinden… Ze verbinden zich ertoe om hun stukken te verkopen aan prijzen van 1 tot 230 €.

Wieg van de eerste fabriekswinkels De eerste fabriekswinkel In Frankrijk, een concept dat kwam overgewaaid uit de Verenigde Staten, opende in 1984 de deuren in een voormalige textielfabriek in Roubaix. Dit was slechts een van de vele concepten die in Roubaix werden gelanceerd (Auchan in de wijk Haut Champs). Met 150 fabriekswinkels verdeeld over L’Usine en Mc Arthur Glen, is Roubaix als het ware de hoofdstad van de koopjes geworden! Je kan er het hele jaar grote merken voor kleine prijsjes op de kop tikken.


De grootste concentratie aan geklasseerde en erkende musea van Frankrijk Schone kunsten, kunst en nijverheid, moderne kunst, hedendaagse kunst… dankzij het feit dat het le Nord dicht bevolkt is en deze streek heel wat steden telt, kan dit departement bogen op het hoogste aantal musea in Frankrijk.

I

n het Havenmuseum in Duinkerke kom je alles te weten over het leven van de zeelui en over de aanleg van de haven. Vlakbij neemt het LAAC, Lieu d’Art et d’Action Contemporaine, je op sleeptouw langs de meest bekende hedendaagse namen: César, Warhol… In Kassel opent het Musée de Flandre binnenkort de deuren. In Lille gaat cultuur hand in hand met kunst en nijverheid, moderne kunst en vooral schone kunsten, waarvan de stad de tweede grootste collectie van Frankrijk herbergt. In het Museum voor Schone Kunsten tref je de grote namen uit de schilderkunst, van de 16e tot de 20e eeuw aan, zoals Rubens, Delacroix of Goya, beeldhouwwerken van Carpeaux, Bourdelle en Todin. In de kelderverdieping van het museum kan je reliëfplannen uit de tijd van Lodewijk VIX bewonderen waarop de steden van NoordFrankrijk en de vestingsteden staan afgebeeld. In Lille vind je ook het Hospice Comtesse, een voormalig ziekenhuis dat werd opgericht door Johanna van Vlaanderen. Naast de barokkapel en de ziekenzaal, vind je hier voorwerpen uit het dagelijkse leven: tegels, edelsmeedkunst, tapijten, bewerkt hout, schilderijen over het 17e- en 18e-eeuwse Lille en een overzicht van de stadsgeschiedenis.

In Frans-Henegouwen heeft elke stad een eigen museum van schone kunsten. In Valenciennes worden werken van Watteau en Carpeaux tentoongesteld. Zij zagen beiden het levenslicht in deze stad. Daarnaast is een indrukwekkende collectie 17e-eeuwse Vlaamse schilderijen. Op enkele kilometers daarvandaan ligt het Chartreuse Museum van Douai, waar in de kapel van een voormalig klooster beeldhouwwerken worden getoond van de 15e tot de 20e eeuw. Deze meesterwerken zijn van de hand van Van Dyck, Delacroix, Pissaro, Renoir of Sisley. Naast de gebruikelijke collecties plaatst het Museum van Cambrai ook zijn reliëfplan op de voorgrond. Volg een boeiende reis door de geschiedenis van de stad waar Fénelon, schrijver en aartsbisschop, zijn sporen naliet. In Cateau-Cambresis tref je het Matisse Museum. De kunstenaar schonk zijn geboortestad een aantal werken en vandaag vind je hier de derde grootste Matisse-collectie van Frankrijk. Sinds de uitbreiding en heropening in 2002, vonden er al heel wat kwalitatief hoogstaande exposities plaats. Wedden dat je in le Nord in elke stad en elk dorp versteld zult staan van de culturele rijkdom?

17


Het Museum voor Moderne Kunst van Lille (LAM) opent opnieuw de deuren op 25 september 2010 Het Musée d’Art Moderne, dat in een uitgestrekt park ligt, werd op 13 november 1983 ingehuldigd. Het werd ontworpen door de architect Roland Simounet om onderdak te bieden aan de prestigieuze schenking van Geneviève en Jean Masurel aan de stad Lille in 1979.

D

e meeste grote avant-garde kunstenaars die in de eerste helft van de 20e eeuw in Frankrijk woonden zijn er vertegenwoordigd. De collectie omvat vooral werken van de kubistische meesters Georges Braque, Henri Laurens, Pablo Picasso en een aantal belangrijke werken van de hand van Fernand Léger, Joan Miró en Amédéo Modigliani. Ook het Fauvisme, het Surrealisme, de school van Montparnasse, de school van Parijs, Art Naïf en de NoordFranse artiesten hebben er hun plekje.

18

Vanaf de herfst van 2010 zal de nieuwe uitbreiding, die ontworpen werd door de architect Manuelle Gautrand, de mogelijkheid bieden om ook de collectie art brut tentoon te stellen, die de vereniging L’Aracine in 1999 aan de stad Lille schonk. In de nieuwe vorm zal het museum beschikken over uigebreide tentoonstellingsruimtes voor tijdelijke exposities, waar verder grootschalige tentoonstellingen zullen plaatsvinden van moderne kunst, hedendaagse kunst en art brut.


Het departementaal museum van Frans-Vlaanderen opent de deuren in de herfst van 2010 Bij de opening zal het Musée Départemental de Flandre in Kassel het eerste en enige museum zijn dat helemaal gewijdt is aan de rijkdom van de culturele identiteit van (Frans-)Vlaanderen.

H

et museum zal tegelijkertijd multidisciplinair werken en open staan voor hedendaagse kunst. Op eenzelfde plek worden werken van Vlaamse meesters, hedendaagse werken van artiesten met internationale faam, maar ook grote religieuze, historische, etnografische en geografische collecties die zich onderscheiden door hun zeldzaamheid, hun originaliteit en die de bezoeker een beeld geven van de vele facetten van de (Frans-) Vlaamse identiteit. Er werd een ambitieus expositieprogramma uitgewerkt tot 2014: Het vrouwelijke lichaam in de Vlaamse schilderkunst in de 16e en 17e eeuw, dieren in de Vlaamse kunst, feestvieren en kermis of FransVlaanderen en de zee...

“Sensualiteit en zinnelijkheid”

Het vrouwelijke lichaam in de Vlaamse schilderkunst van de 16e en 17e eeuw Openingstentoonstelling van 23 oktober 2010 tot 23 januari 2011 Rubens – Jordaens – Van Balen – Floris – Janssens

Alle grote Vlaamse meesters zijn erin geslaagd om het vrouwelijke lichaam op sensuele wijze tot leven te brengen. Een expositie boordevol verrassingen, waar werken zullen worden tentoongesteld die nog niet eerder aan het grote publiek zijn getoond.

19


Waar slapen? In een voormalig armenhuis, in een paalwoning, in een loft of op het water? De verblijfsmogelijkheden worden steeds creatiever in le Nord. Van een luxueus hotel tot een gezellige gastenkamer, de “Ch’tis” zullen je verbazen! De volgende lijst met hotel- en overnachtingsmogelijkheden is niet volledig, maar dit zijn wel stuk voor stuk uitzonderlijke plekjes waarin de eigenaars hun hart hebben gelegd om hun bezoekers op een bijzondere manier te verwelkomen. Zigeunersfeer

De huifkarren in Saint-Jans-Cappel in FransVlaanderen heten het hele gezin welkom voor een verblijf dat helemaal in het teken staat van ontspanning en natuur. Je kan er met de kinderen verblijven en een verkwikkende wandeling maken met een ezel. Ook in een huifkar, maar deze keer wel in hartje stad: in Lambersart, vlakbij Lille, wacht je in de tuin van een 17e-eeuws herenhuis een 19m² grote huifkar voorzien van alle comfort waarin gasten kunnen verblijven.

20

In Lille, vlakbij de Place du Concert en de Rue de la Monnaie biedt Madame Rose een heel andere stijl voor een bemeubeld vakantieverblijf. Dit concept houdt het midden tussen een gastkamer en een bemeubeld vakantieverblijf. Het resultaat is een gezellige sfeer, een gastenkamer-flat in zachte, mauve tinten: een heel aparte flat in hartje stad!

Paalwoningen midden in de natuur of in de stad

In Frans-Vlaanderen kan je in de omgeving van Kassel van boven in een ecologische paalwoning de natuur observeren. Vanaf eind april kan je je ogen uitkijken op de schitterend bloeiende planten en het hele jaar door kan je de reeën, hazen, konijnen, uilen… bewonderen die op het platteland leven. ’s Morgens in de vroegte is het een komen en gaan bij de hut. Omdat deze in de hoogte is gebouwd, hebben de dieren geen schrik en kan je hen in alle rust observeren. Nog meer paalwoningen, maar deze keer vervaardigd in metaal: De “Atempo loft” in Villeuneve-d’Ascq bestaat uit vier ultramoderne flats met designmeubelen verscholen in een bamboetuin rond een ecologische vijver.


Watermolen

In het regionale natuurpark van de Avesnois is de Moulin du Bocage in Taisnières-en-Thiérache een typisch, absoluut niet te missen streeklogies. Deze opmerkelijke plek, verscholen in het groen aan de oevers van de Grote Helpe, geeft een getrouw beeld van het verleden. Aangrenzend aan een elegante 16e-eeuwse woning, in de typische combinatie van baksteen en blauwe hardsteen, ligt een landelijke vakantiewoning. Je treft er ook een schitterende 17e-eeuwse watermolen met twee grote, houten raderen en een indrukwekkend leien dak. Bij een restauratie waarbij de authentieke sfeer van de plek bewaard bleef, werd dit een plek boordevol charme en karakter. Véronique, een gediplomeerde monitrice nodigt je uit om in gezinsverband te genieten van een koetstochtje waarbij je met volle teugen kan genieten van de pracht van de landschappen. Of je nu wilt leren paardrijden of je ruiterkunsten vervolmaken,Véronique stelt je graag haar jarenlange ervaring op topniveau ter beschikking.

Een armenhuis en een klooster

In Lille werden vroegere nonnenkamertjes ingericht als kamers en suites. Het voormalige armenhuis “l’Hermitage Gantois” werd omgevormd tot een luxueus viersterrenhotel. In een gezellig design-kader verken je het klooster, de zaal waar de armen verzorgd werden en de kapel waar nog steeds missen worden gehouden. Dit alles in een 15e-eeuws gebouw in typisch Vlaamse stijl. In het zusterhotel “Couvent des Minimes” worden reizigers verwelkomd in een schitterend, geklasseerd monument in 17e-eeuwse Vlaamse architectuur. Alle kamers en suites komen uit op een patio boven een enorm glazen dak.

21


Scandinavische blokhut

Deze blokhut is een totaal andere stijl… Allen naar St Hilaire-sur-Helpe, of eerder “Stockholmsur- Helpe” in de Avesnois! Daar wacht je een gezellige blokhut met houten interieur waar een relaxte sfeer heerst. De eigenaars, grote liefhebbers van de Scandinavische sfeer, maakten een juweeltje van deze 18e-eeuwse schuur. De ruwbouw van deze woning werd uitgevoerd door vaklui, maar de inrichting van het interieur is helemaal toe te schrijven aan Chantal Vancompernolle. De tinten van de muren, het meubilair... alles baadt in een gepatineerde blauwachtige tint die de sfeer van Scandinavische blokhutten oproept. Wat de decoratie betreft tref je er duizenden voorwerpen aan: gedroogde bloemenkransen, kruidenpotjes, miniatuurvormpjes of oude metalen dozen… Je weet niet waar eerst te kijken… Aan activiteiten geen gebrek: aan het eind van een schitterend verblijf geniet je van een gezellig koetstochtje door het wallenlandschap.

Het bureau van Maarschalk Foch

Op het hoogste punt van Frans-Vlaanderen in Kassel, 176 meter, ligt het viersterrenhotel “La Châtellerie du Schoebeque” dat gasten in een weelderig kader verwelkomt. Alle kamers kregen een persoonlijke stijl, ongeacht of het de kamer van Maarschalk Foch (privéwoning

22

van waaruit hij de slag om de IJzer volgde) of de kamers genaamd «mer», «saltimbanque» of «moulin rouge» betreft... hier vindt een ieder iets van zijn gading! Dit hotel beschikt ook over een welnessruimte, waar je terecht kan voor lichaamsverzorging, kuren, massage en relaxatie.

1001 nachten in Lille

“La Fleur d’Oranger”, uniek in Lille, ontpopt zich als een heerlijke tussenstop die bij de gasten een onvergetelijke, exotische nasmaak nalaat. Hier is alles geïnspireerd op Marokko… Volg de gids! In deze “Clévacances”-gastenkamer creëerde de eigenaar van Marokkaanse origine een unieke plek die niet hoeft onder te doen voor een ryad. De suite omvat een salon, een kamer en een hammam. Nadia waakte in het bijzonder over de inrichting en de decoratie van de kamers, waarbij ze een bijzonder oog voor detail aan de dag legde.


Designboerderij

Dit landelijke gastenverblijf is een absolute aanrader voor mensen die houden van design, moderne kunst of gewoonweg van de vrije natuur. Op een domein van 3 ha van een gerenoveerde hoeve combineert dit gastenverblijf voor vier personen luxe, comfort en verfijning. Een kleurrijk concept dat dankzij het gebruik van hernieuwbare energieën en innovatieve materialen perfect aansluit bij de omringende natuur. Meubels en voorwerpen van ontwerpers als Ron Arad, Ross Lovegrove, Philippe Starck… worden gecombineerd met een erg moderne inrichting en realisaties van de eigenaar, een liefhebber van kunst en houten kostbaarheden. Op enkele kilometers van het Frans-Vlaamse heuvelland en België, tussen Lille en Bailleul, kan je je dorst naar traditionele Vlaamse cultuur lessen door de heuvels te beklimmen, kleine musea te verkennen en een hapje te eten in een van de cafeetjes of in de velden te wandelen...

Laat je wiegen op de golven

Kleine vuurtorens, reddingsboeien, zeebies... het lijdt geen twijfel, je bevindt je vlakbij zoet… water! Dit binnenschip, dat de naam “Lille flottante” kreeg en aangemeerd ligt de oude stadswijk van Lille beschikt over twee gastenkamers. Dit is het tweede zogenaamde “Freycinet” -binnenschip langs de oevers van de Deule. Er ligt er eentje Lille en een ander in Wambrechies. “Fantasia” in Wambrechies, dat in 1950 werd gebouwd, behield haar authentieke charme die typerend is voor een heel ander tijdperk. Hier word je ondergedompeld in een verleidelijke en intieme sfeer, eigen aan het binnenschippersleven van vroeger. Het is alsof dit schip haar ziel nooit heeft verloren… “Fantasia” is als het ware een herenhuis op water en biedt alle modern comfort. Het schip werd volledig met klimaatregeling uitgerust, die per cabine kan ingesteld worden.

23


Duurzaam toerisme

Een ontbijt op basis van streekproducten, milieuvriendelijke materialen, hout afkomstig uit lokale boomvariëteiten, … Het lijdt geen twijfel: het “Domaine de la Frênaie”, een Gîte de France met 3 en 4 aren, is een echte duurzaam toeristisch verblijf, of “hébergement touristique durable” zoals de Franse benaming van het label luidt! Het gaat hier trouwens om het eerste toeristische verblijf in Noord-Frankrijk dat deze benaming mag gebruiken. Dit kwaliteitslabel toont aan dat de gastenkamers van het “Domaine de la Frênaie” voldoen aan een uiterst volledig lastenboek. Vanaf de start werd rekening gehouden met criteria inzake patrimonium, milieu, sociale en economische aspecten waardoor bezoekers kunnen genieten van een kwalitatief hoogstaand verblijf. De inrichting van de gastenkamers kon worden gesubsidieerd in het kader van een project voor de ontwikkeling van duurzame toeristische verblijfsmogelijkheden, dat opgestart werd door het Conseil Général du Nord.

24

In hartje Frans-Henegouwen, aan de deuren van de regionale natuurparken van de Avesnois en Skarpe-Schelde, openden Pascale en Jean-Yves Jospin in de herfst van 2008 hun eerste twee charmegastenkamers. Pascale, die een passie koestert voor binnenhuisdecoratie, is erin geslaagd om deze kamers een eigen toets te geven: “La Clé d’Or” verwijst naar de graanrijkdommen van de streek, terwijl “La Clé d’Art” op zijn beurt herinnert aan de gouden tijden van de staal- en metaalindustrie die hun stempel drukten op de streek

rond Valenciennes. Het vervolg liet niet op zich wachten: in 2009 openden twee nieuwe kamers de deuren voor toeristen die het Noord-Franse departement kwamen verkennen… en zich in een betoverende omgeving kwamen verpozen.

Een duurzame koepel

Wellness en balneo, milieuvriendelijk verblijf, biljart... “Le Dôme”, dat het midden houdt tussen een landelijk verblijf en een vakantieverblijf voor groepen, is niet alleen bijzonder door zijn vorm maar ook omwille van de geografische ligging in de nabijheid van Bailleul en de Belgische grens. Dit gebouw werd volledig in hout opgetrokken in overeenstemming met ecologische en duurzame normen, waardoor dit gebouw zo milieuvriendelijk mogelijk is (ecologische schilderijen en vernissen, groene onderhoudsproducten, etc.). Om ongestoord van deze uitzonderlijke omgeving te kunnen genieten, is roken in dit vakantieverblijf niet toegestaan en kan je het enkel betreden met pantoffels (worden ter beschikking gesteld).


Major events 2010 Culture

Sport

Saatchi Gallery 18th October 2010 -16th January 2011 Tri Postal - Lille Part of one of the world’s greatest private collections of contemporary art will be on show in continental Europe for the first time. Following the success of the François Pinault collection in 2007, Lille 3000 will stage in the Tri Postal a 6,000 m² exhibition of a selection of works from the Saatchi Gallery.

6th July 2010: the Tour de France in Arenberg in the Hainaut The 3rd stage of the Tour de France will pass through the town of Arenberg. This will certainly be one of the great occasions of the race’s first week and the start and finish will both be unique events. The Tour de France was last seen on the famous cobbled streets of the Nord in 2004. In 2010 there will be seven cobbled stretches totally 13.2 kilometres...

September 2010 to January 2011: Edgar Degas at La Piscine Museum of Art and Industry, Roubaix In partnership with the Musée d’Orsay, La Piscine will shortly stage an exhibition of works by one of the most talented of the Impressionists in a retrospective entitled “Degas sculpteur’.

Remembrance 70th anniversary of Operation Dynamo 19 July 2010 in Fromelles 27 -31 May 2010 Official opening of the cemetery where The ‘little ships” return to Dunkerque for the 400 Australian and British soldiers will 70th anniversary of Operation Dynamo. This be interred. massive operation enabled the evacuation of In May 2008, after several years of painstaking 225.000 British troops and 125,000 French and difficult search, five mass graves dating from with a flotilla of over 1300 boats of all kinds the First World War were unearthed in Pheaand all sizes. sant Wood near Fromelles in Northern France. The commemoration of the 70th anniversary The graves, which had remained undisturbed of the Battle of Dunkerque will take the form of for over 90 years, were found to contain the a re-enactment of the role of the “little ships” remains of between 225 and 400 British and in the evacuation.They will arrive in Dunkerque Australian soldiers who had been buried behind from Ramsgate from 4 a.m. onwards on ThurGerman lines after the Battle of Fromelles in sday 27th May 2010. In the early morning of July 1916. Monday 31st May the “little ships” will relive The British and Australian governments asked the crossing from Dunkerque. the Commonwealth War Graves Commission A Royal Navy frigate, a lifeboat and a French to supervise the operation to retrieve the reNavy vessel will escort them. mains and establish a new cemetery in Fromelles in which to reinter them.Work began in May 2009 and is scheduled to finish in July 2010, providing each of the soldiers with his own tomb. For further information on the battle, visit www.cwgc.org/fromelles

25


Verbazende cijfers Le Nord is de streek waar mensen elkaar ontmoeten! De inwoners van dit stukje Noord-Frankrijk verwelkomen je in alle eenvoud en met open armen. Met 2.255.020 inwoners op een oppervlakte van 5.742 km² is het noorden van Frankrijk goed voor 4% van de Franse bevolking, dit op een grondgebied dat slecht 1% van Frankrijk vertegenwoordigt. Het departement Nord is: Jong: 28% van de bevolking is jonger dan twintig jaar Stedelijk: 90% van de bevolking woont in de stad Een grensgebied: 350 kmlange grens met België Een streek aan zee: 30 km kust Het departement Nord is met zijn lengte van 184 km het langste en dichtstbevolkte van Frankrijk, 1 Franse inwoner op 25 woont in het noorden van Frankrijk. Omwille van zijn makkelijke bereikbaarheid is le Nord het meest Europese van alle Franse departementen: 1u00 van Parijs met TGV 1u20 van Londen via de tunnel onder het kanaal 0u38 van Brussel met TGV 3u42 van Amsterdam met de TGV-Thalys

26

Hotels en overnachtingsmogelijkheden. 224 hotels in het Noord-Franse departement. Bijna de helft van de hotels heeft twee sterren, en 20% bezit 3 sterren. Daarnaast zijn er 10 hotels met 4 sterren, waaronder 1 met een luxester. Binnenkort opent een nieuw viersterrenhotel de deuren in de wijk “Euralille” in Lille, bij het casino Barrière. Meer dan de helft van de hotels ligt in en rond Lille gevolgd door FransHenegouwen dat een hoge bevolkingsdichtheid kent en de drie voornaamste steden Valenciennes, Douai en Cambrai die 23% van het hotelwezen voor hun rekening nemen. Dan komt de Opaalkust. De meer landelijke regio’s zoals Frans-Vlaanderen en de Avesnois hebben een meer versplinterd aanbod. 36 hotels in de Opaalkust 11 in Frans-Vlaanderen 109 in Lille en omgeving 53 in Frans-Henegouwen 15 in de Avesnois Huurwoningen vertegenwoordigen een belangrijk deel van de overnachtingsmogelijkheden met twee nationale labels “Gîtes de France” en “Clévacances” 550 bemeubelde toeristische verblijven (gîtes) met 1 tot 4 sleutels of aren, afhankelijk van het label “Gîtes de France” of “Clévacances”. 201 gastenkamers van 1 tot 4 aren of sleutels met vooral gastenkamers met drie sleutels of aren (121). De overnachtingsmogelijkheden in de open lucht omvatten 149 campings 4 toeristische verblijven, 14 vakantie- of recreatiecentra, 3 jeugdherbergen


Table of the most visited cultural and leisure attractions in the Nord STRUCTURE

CITY

2007

2008

Fine-Arts Museum

Lille

204 480

226 367

la Piscine Museum

Roubaix

219 404

177 621

ValJoly tourist resort

Eppe Sauvage

150 000

180 000

Centre for Mining History

Lewarde

141 813

139 242

Maubeuge Zoo and Wild Life park

Maubeuge

152 329

126 668

Forum des Sciences

Villeneuve d’Ascq

76 872

96 773

Fine-Arts Museum

Valenciennes

140 743

85 583

Maison Folie, Wazemmes

Lille

70 086

70 000

Matisse Museum

Le Cateau-CambrĂŠsis

70 011

69 417

Hospice Comtesse Museum

Lille

100 787

69 000

Harbour Museum

Dunkerque

49 712

52 109

27


0u38

1u00

NOORDZEE

CALAIS

BRUGGE

GENT

DUINKERKE CASSEL KORTRIJK

BELGIË

LILLE

DOORNIK

NORD

FRANKRIJK ARRAS

DOUAI VALENCIENNES MAUBEUGE CAMBRAI AVESNES-SUR-HELPE

AMIENS

Toeristische Dienst van het Departement Nord Comité Départemental du Tourisme du Nord 6 rue Gauthier de Châtillon BP 1232 - F-59013 Lille Cédex - FRANKRIJK Tel: 0033 (0)3 20 57 59 59 Fax: 0033 (0)3 20 57 52 70 E-mail: contact@cdt-nord.fr www.tourisme-nord.fr/nl

Perscontact Jeroen Stam (NL) Rechtstreeks tel.: 0033 (0)3 20 57 59 95 E-mail: jstam@cdt-nord.fr Delphine Bartier (FR) Rechtstreeks tel.: 0033 (0)3 20 57 50 12 E-mail: dbartier@cdt-nord.fr

Crédit photo : CDT Nord - Photothèque du Conseil Général du Nord - Maxime Dufour Photographies - S. Dhote - A. Loubry - J. Stam - J. Tribhout - C. Thériez - R. Truffaut

1u20

Mise-en-page : J. Stam

3u25


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.