1 maart 2012 35ste Jaargang • nr. 20
‘Ze zeggen dat ik lui ben’ Pagina 8
Enteren! Augustijnen betrapt bij inbraak op de Batavia
Protest tegen opheffing Frans. ‘Justifiez-vous! Expliquez nous!’
We zijn de weg kwijt in Wonderland, aldus Marjolijn Februari
Pagina 3
Pagina 5 + 6
Pagina 9
‘We zijn heel fel op fraude’, zegt Hans-Martien ten Napel, voorzitter van de examencommissie bachelor rechten. ‘We hebben een keer het college van bestuur gevraagd om een stu-
dent te verwijderen van de studie. Dat verzoek mogen we sinds twee jaar doen.’ ‘Het ging om fraude bij het vak inleiding burgerlijk recht in juli 2011’, aldus Arthur Elias, voorzitter van de master en propedeuse examencommissie van rechten. ‘Een student of een handlanger heeft een tentamen achteraf, toen de antwoorden al bekend waren, gedeponeerd op het kopieerapparaat van de afdeling burgerlijk recht. Buitengewoon ernstig.’ Ten Napel: ‘Het college erkende de fraude maar vond helaas dat de student terug mocht keren.’
Uiteindelijk werd de student uitgesloten voor alle vakken gedurende één jaar, de zwaarste sanctie die de commissie kan uitdelen. ‘Wij buigen ons over twintig á dertig fraudegevallen per jaar’, zegt Ten Napel. ‘We vrezen wel dat dit aantal gaat toenemen.’ In de faculteitsraad rechten maken docenten zich zorgen over de toename van mondelinge ‘laatste kans’-tentamens door maatregelen als de langstudeerboete. De commissies konden wel eens verleid worden om meer studenten een mogelijkheid te geven zich te
redden. Met als gevolg een grotere werklast voor docenten. Ten Napel: ‘Studenten worden meer onder druk gezet. Zowel financieel, maar ook door het beleid van de faculteit zelf. Zo mogen studenten maar vier jaar over hun bachelor doen, anders vervallen hun vakken. Dat zijn prikkels om wellicht de fout in te gaan.’ En er zijn meer prikkels. Het college van bestuur wil de herkansingen minimaliseren en het bindend studieadvies opschroeven naar 100 punten in twee jaar. Studenten die het niet eens zijn met strenge regels, zei de rector in debat met de universiteitsraad, moeten hun recht maar bij de examencommissie halen. Studenten die het niet eens zijn met de examencommissie kunnen naar het college van beroep voor de examens stappen. Elias schetst een recente beroepszaak. ‘Sommige studenten zijn echt listig. Bij het tentamen procesrecht moet je veel arresten kennen. Het wetboek ligt op tafel maar er mag op de bladzijden niets bijgeschreven worden. De student in kwestie zette punten bij letters in het wetboek. Die letters vormden samen de naam van een arrest. Ook daar werd tot teleurstelling van de student door de surveillant op gelet. Hij kreeg een schorsing van een paar maanden en ging in beroep. Het college van beroep was het met ons eens. Dan denk ik: “Jongen, had nou je tijd besteed aan studeren.”’ Ook de examencommissie geschiedenis, de grootste opleiding van de faculteit Geesteswetenschappen, krijgt de nodige fraudezaken. ‘Plagiaatkwesties komen nog al eens voor, vooral bij eerstejaars’, zegt commissievoorzitter Maurits Ebben. ‘De definitie vaststellen is al niet makkelijk. En we moeten beslissen over sancties. Vorig jaar waren vijf gevallen van potentieel plagiaat.’ Commissiesecretaris Joost Augusteijn: ‘In sommige gevallen is de docent te streng geweest. Het is ook moeilijk te beoordelen.’ Ebben: ‘Het is soms een kwestie van puur overschrijven, maar vaak ook een discussie over bronvermelding. Twee gevallen waren echt plagiaat. Echter niet intentioneel. Het is onwetendheid.’ Uiteraard krijgen de commissies ook te maken met bsa-zaken. ‘De duimschroeven worden aangedraaid’, zegt Ebben. ‘Als er een bsa komt van 50 in het eerste jaar en 50
Studentadviseur wordt centrale spil
Eerste boetes stufifraude verstuurd
‘Verhoog bindend studieadvies niet’
‘Zie je die plomp?’ Prof versus PowNed
De studiebegeleiding gaat universiteitsbreed op de schop. De rol van de studieadviseur moet nog groter worden, vindt het college van bestuur.
De Dienst Uitvoering Onderwijs heeft 55 studenten een boete gestuurd omdat zij gefraudeerd hebben met hun studiefinanciering. Meer controles volgen.
Studentenpartijen zien niets in de plannen van het college van bestuur om het aantal herkansingen te minimaliseren en het bsa te verhogen.
Hoogleraar Andreas Kinneging zou Rutger Castricum bij de nek hebben gegrepen. Inmiddels dreigen beide partijen met juridische stappen.
Pagina 4
Pagina 4
Pagina 5
Pagina 5
Illustratie: Michiel Walrave
Wie mag er door? Druk op examencommissie groeit Vijf plagiaatgevallen bij geschiedenis, gesmeek om herkansingen en stiekem achteraf ingeleverde tentamens. Nu de studiedruk wordt opgevoerd, zien examencommissies fraude toenemen. DOOR VINCENT BONGERS
in het tweede, zoals het college wil, dan vrees ik met grote vrezen.’ Augusteijn: ‘De groep van studenten die na twee jaar op het randje zit, wordt nu al steeds groter bij geschiedenis.’ Hij geeft een voorbeeld. ‘Stel: iemand heeft na twee jaar 55 punten in plaats van 60 die nodig zijn voor een propedeuse. Als die student zegt toch graag door te willen, moet je een lastige afweging maken. Die groep was altijd heel klein, meestal vier of vijf gevallen per jaar.’ Ebben: ‘Nu zijn er 45 die op het randje hangen.’ De gang naar de examencommissie ligt gevoelig voor studenten, zo blijkt uit een rondgang. Ze vertellen liever niet over hun zaak. Het gaat om persoonlijk omstandigheden, vinden ze, en die willen ze niet vermeld zien in Mare. Ook niet geanonimiseerd. Er zitten inderdaad schrijnende gevallen tussen, zegt Augusteijn. ‘Studenten die duidelijk helemaal in de war zijn. Maar iemand wegsturen na twee jaar studie is altijd moeilijk. Vooral als je merkt dat de persoon in kwestie heel graag wil.’ Ebben vertelt over een oudere student die tijdens het werken aan zijn eindscriptie een ernstige ziekte kreeg. ‘Daarna zette hij onsamenhangende verhalen op papier. Hij wilde zo graag, maar het ging echt niet meer.’ In zulke gevallen stellen studentendecanen en psychologen vast of er sprake is van lichte, middelmatige of zware gevallen, aldus Augusteijn. ‘Wij moeten dat vertalen. Wat betekent dat nou? Dat is onze inschatting. Die kun je natuurlijk ter discussie stellen.’ ‘Soms denk je echt: “Wat vreselijk”, zegt Elias. ‘Het overlijden van ouders, akelige ziektes. Maar er is ook een groep die wel heel snel met problemen komt. “Faalangst” hoor je dan vaak. Soms denk ik dan: “Kon je echt hierom een half jaar niet studeren?”’ En dan de herkansingen. Elias: ‘Het aantal verzoeken neemt waarschijnlijk toe door de langstudeerboete. Maar we zijn heel streng. Als je een vijf hebt gehaald en er staat nog een vak open, en je moet heel lang wachten op nieuwe kans, dan stellen we een mondelinge herkansing voor. Als je die niet haalt, houdt het op. Dit is Leiden, niet InHolland.’ > Verder lezen op pagina 4
Bandirah Pagina 12
2 Mare · 1 maart 2012 Geen commentaar
De Eed van Alhazen Het was een idee met de voeten op tafel, maar het sloeg wel aan. NRC Handelsblad had een gezellig avondje ingepland met drie leden van de Jonge Akademie, een clubje voor talentvolle wetenschappers die nog te weinig statuspunten hebben verzameld om bij de echte Koninklijke Akademie der Wetenschappen te mogen. Filmpje erbij over wetenschapsfraude, en een goed gesprek over wetenschappelijke integriteit. Misschien, zo opperde filosofe prof.dr. Ingrid Robeyns, moest er een eed komen voor promovendi. Zoals artsen hun eed van Hippocrates hebben, zo zouden wetenschappers een eed van een nader te bepalen wetenschapper kunnen zweren, waarin ze beloven dat ze zich aan de regels van de wetenschap zullen houden. NRC vond het zo’n goed idee dat ze het naar de voorpagina knipten en plakten, en als iets eenmaal op de voorpagina van NRC staat, nemen andere kranten het over. De PVV kan de Kamervragen vast opkoken, want zo’n eed noem je natuurlijk naar een van de eerste echte wetenschappers. Dat waren zonder uitzondering Arabieren en dus moslims. Maar belangrijker dan de vraag of het nu de eed van Alhazen of de eed van al-Biruni moet heten, is de vraag of zo’n eed echt nodig is. Mensen die net hun rijbewijs hebben gehaald, kunnen het ook af zonder eed. Dat ze niet te hard mogen rijden, niet rechts in mogen halen, en ook als ze gehaast zijn, moeten stoppen voor rood, dat staat gewoon vastgelegd in de Wegenverkeerswet. Over wat je als wetenschapper wel en niet kan maken, heeft de wetgever minder te melden. De Tilburgse fraudeur Diederik Stapel is ontslagen, maar hij hoefde niet naar de gevangenis. Dat betekent echter niet dat er hier een soort moreel vacuüm bestaat, zonder regels en duidelijkheid over wat er wel en niet mag. Stapel wist dondersgoed dat je geen onderzoeksdata mag verzinnen. De vele, vele wetenschappers die hun naam plaatsen boven een artikel waarmee ze niks te maken hadden, beseffen best dat dat niet volgens de regelen der ethiek is. Maar soms zit je nou eenmaal op het wetenschappelijke equivalent van een ontsluitingsweg waar je best 120 denkt te kunnen rijden. Mensen houden zich niet aan eden. De belangrijkste in iemands leven, die van huwelijkse trouw, wordt angstaanjagend vaak geschonden. Hoeveel kans heeft de wetenschapsgelofte dan nog? Er is natuurlijk nog een andere reden om zo’n eed af te leggen. Behalve als bindend element heeft de eed ook een rituele functie. Het gaat niet om het trouw blijven, het gaat om de bruiloft. Dat is natuurlijk altijd mooi. We zouden een soort ceremonie kunnen verbinden aan het afronden van het proefschrift. Iets met moeilijke woorden en rare pakjes en… oh wacht. Door Bart Braun
Colofon Redactie-adres Pieterskerkhof 6 2311 SR Leiden Telefoon 071–527 7272 Fax 071–527 7288 Website mareonline.nl E-mail redactie@mare.leidenuniv.nl De redactie is op vrijdag gesloten. Oplage circa 15.000
Column
Hoofdredactie
Frank Provoost frank.provoost@mare.leidenuniv.nl Redactie
Harmke Berghuis redactie@mare.leidenuniv.nl Thomas Blondeau redactieleiden@gmail.com Vincent Bongers vbongers@mare.leidenuniv.nl Bart Braun bbraun@mare.leidenuniv.nl Dirk-Jan Zom D.Zom@mare.leidenuniv.nl Constanteyn Roelofs (stagiair) Medewerkers
Rivke Jaffe • Petra Meijer • Benjamin Sprecher • Anne van de Wijdeven Secretariaat Harmke Berghuis Fotografie Taco van der Eb • Marc de Haan Illustraties Bas van der Schot • Bandirah • Silas.nl Basisontwerp Roeland Segaar, Zabriski Communicatie Art direction en vormgeving Marijke Hoogendoorn • richgirl-design.com Drukwerk Dijkman Offset Amsterdam Advertenties Bureau van Vliet B.V. Postbus 20 2040 AA Zandvoort Telefoon 023 - 571 47 45 Fax 023 - 571 76 80 Redactieraad
Prof. dr. J.P. Abrahams (voorzitter) • prof. dr. J. van den Broek • I. Bronstring • A. Brouwer • drs. J.C.M. Damen • prof. dr. A.J.W. van der Does • B. van der Donk • J. Egberts • dr. H. Heestermans • prof. dr. J.J.M. van Holsteyn • mr. F.E. Jensma • prof. dr. J.C. de Jong • D. van der Klugt • A. Liemburg• dr. D.J.W. Meijer • R. Nieuwenkamp • drs. R. Rijghard Jaarabonnementen
Een jaarabonnement op Mare loopt van september t/m juni. Belangstellenden kunnen Mare thuisgestuurd krijgen door €35 over te maken op bankrekening 1032.57.950 ten name van Universiteit Leiden (o.v.v. Mare en SAP-nummer 6200900100) en vervolgens een bevestigingsmail met daarin hun adres te sturen naar redactie@mare. leidenuniv.nl. Studenten betalen € 25. Ter controle graag in de bevestigingsmail ook het studentnummer vermelden. Adreswijzigingen
Alleen schriftelijk met postwikkel. Klachten en opmerkingen over de toezending van Mare 071-5277272. Mededelingen voor het op donderdag verschijnende nummer moeten uiterlijk de voorafgaande donderdag 16.00 uur in het bezit van de redactie zijn. ISSN 0166-3690
©
Copyright
Een tijdje terug heb ik een artikel geschreven over hoe het idee van ‘de getto’ verbeeld wordt in populaire cultuur. Het zou deze zomer uitkomen in een Brits urban studies blad. Plots kreeg ik een mail van de redacteuren: een oplettende copy-editor had hun er op geattendeerd dat er veel songteksten in het artikel geciteerd werden. Ze hadden de copyrightexpert van de uitgever geraadpleegd en zijn oordeel was “Even quoting just one line could get us into hot water.” Het advies was dat ik óf alle teksten moest schrappen óf elke afzonderlijke tekstauteur een copyright permission form moest laten ondertekenen. Een Britse romanschrijver moest recent 1000 pond betalen om twee regels van een Bob Marley liedje te citeren. Maar is een roman niet iets anders dan een wetenschappelijk artikel? Een songtekst aan wetenschappelijke analyse onderwerpen is toch niet hetzelfde als een cover-versie van een liedje uitbrengen? Uit nieuwsgierigheid probeerde ik uit te zoeken welke copyright-regelgeving van toepassing is op citaten in wetenschappelijk werk. Weinig verrassend blijkt het een ontzettend wazig terrein. Met de opkomst van nieuwe technologie is het steeds makkelijker geworden om muziek, films, enzovoorts te kopiëren en via het internet te verspreiden. De pogingen van de muziek- en filmindustrie om dit te bestrijden hebben overwegend weinig succes. Ook uitgevers moeten er aan geloven – er zijn allerlei websites die gratis (en illegaal) pdfs van complete boeken aanbieden. Wat zou ik er zelf van vinden als een boek van mij zo te downloaden was? Ergens is het bijna een eer, maar op de lange termijn heeft het waarschijnlijk een negatieve uitwerking op academische uitgevers en daarmee op de mogelijkheden voor wetenschappers om een boek te publiceren. Mijn opvattingen worden natuurlijk beïnvloed door het feit dat mijn directe
inkomen niet afhangt van hoeveel mensen zo’n boek kopen, wat bij songwriters en muzikanten wel anders ligt. Afgezien van alle morele en financiële overwegingen die spelen bij het downloaden van pdfs of het citeren van songteksten is het opvallend dat de strijd om de bescherming van intellectueel eigendom steeds harder wordt bevochten. De beruchte SOPA- en PIPA- wetvoorstellen in de VS zijn een voorbeeld van de bereidheid van bepaalde industrieën en politici om internetvrijheid en privacy op te offeren in het belang van auteursrechten. Hierin valt misschien een veel bredere tendens te herkennen waarbij het recht op privacy het steeds vaker moet afleggen tegen het eigendomsrecht. De privacyschending bij de televisieopnames van patiënten in het VU Medisch Centrum leidde terecht tot veel ophef, maar het RTL4-programma ‘24 uur tussen leven en dood’ werd gewoon uitgezonden. In de tussentijd proberen Tea Party activisten in de VS via de Freedom of Information Act toegang te krijgen tot de e-mail van kritische wetenschappers aan staatsuniversiteiten – hun accounts zijn officiëel universiteitseigendom en daarmee overheidsinformatie. Zou dat in Nederland ook kunnen? Er was op een gegeven moment sprake van dat auteursrechtenorganisatie Stichting Pro toegang zou krijgen tot ons eigen Blackboard om rond te snuffelen en overtredingen op te sporen. Zouden politici ook toegang kunnen krijgen, om te kijken of ons onderwijs opruiend of politiek gekleurd is? Misschien mogen we blij zijn als onze copyrightvraagstukken zich beperken tot een paar songteksten. Rivke Jaffe Universitair docent culturele antropologie
1 maart 2012 · Mare 3 Mensen
Vertrouw op Allah
(maar bind je kameel vast) Volgens ex-correspondent wordt Turkije meer macho Nederland kijkt met een beperkte blik naar Turkije, vindt Froukje Santing. ‘Je status daalt als je vertelt dat je met een Turkse man bent getrouwd.’ Door Vincent Bongers Na zeventien jaar als correspondent voor NRC Handelsblad in Turkije te hebben gewerkt, keerde Froukje Santing (55) in 1999 terug in Nederland. Ze voelde ze zich vervreemd van haar thuisland. ‘Ik had een vaag gevoel van hier klopt iets niet’, zegt Santing. Ze stapte op bij de krant en schreef een boek, Dwars op de tijdgeest, over het veranderde Nederland en haar zoektocht naar de oorzaak van de vervreemding. Verder besloot ze Wereldgodsdiensten te gaan studeren in Leiden. ‘Ik had een hele berg stenen, maar ik kon geen huis bouwen. Het fundament ontbrak. Dat biedt de opleiding wel.’ Ze had ook tijd nodig om haar gut feeling te testen. ‘Klopte mijn ervaringen wel met de werkelijkheid? De journalistieke trein denderde maar door. De studie gaf mij de rust om tot mijzelf te komen.’ Haar bewustwordingsproces viel samen met een schok in de Nederlandse geschiedenis. ‘Na 11 september en de moord van Theo van Gogh werd de ruimte voor verscheidenheid steeds minder. Toen ik daar midden in zat, had ik alleen maar een gevoel van ontheemding. Het gevoel van westerse superioriteit ging in Nederland zo de boventoon voeren.’
Santing ondervond zelf de toenemende weerstand bij autochtone Nederlanders tegen invloeden van buiten. ‘Ik ben getrouwd geweest met een Turkse man. Het maakt niet uit of hij nu een miljonair was geweest. Je status daalt als je het aan mensen vertelt. Elke keer valt het woord: “Ach…”. Het idee is toch dat het dan wel een onderontwikkelde gastarbeider moest zijn.’ Ook de redacteuren van de NRC keken met een beperkte blik naar Turkije. ‘Toen er werd gesproken over het EU-lidmaatschap van het land, was er maar één focus: Er staan hele hordes Turken klaar om Europa binnen te vallen. Het leek wel alsof Dzjengis Khan voor de poorten stond. Er was geen oog voor de onvrede van hoogopgeleide Turken in Nederland, die zich juist weer meer op Turkije richten. Iets waar ik wel over schrijf.’ Santing wilde niet alleen haar persoonlijke verhaal vertellen maar ook laten zien dat de interactie van allochtonen met Nederland voor een enorme culturele verscheidenheid heeft gezorgd. Ook in de beleving van het geloof. ‘Het dragen van een hoofddoek betekent niet dat je een onderdrukte vrouw bent. En niet iedere moslim kijkt naar boven in admiratie en vraagt aan het opperwezen: “Kunt u mij de weg wijzen?”’ Een van de geïnterviewde allochtonen vat het treffend met een Arabisch spreekwoord samen: “Vertrouw op Allah, maar bind je kameel wel vast.”
Santing wil voor haar Turks Nederlandse dochter een land dat ‘minder krampachtig is.’ Voor haar was het lange tijd geen issue dat ze in twee culturen staat. Waarom zou zij een keuze moeten maken tussen Nederlands en Turks? Ze is het allebei.’ Ook Turkije zelf maakt turbulente tijden mee. De opkomst van de religieus conservatieve AK-partij heeft de verhoudingen veranderd en het Westen kijkt met enige angst naar deze ontwikkeling. ‘Een groot deel van de bevolking was altijd al vrij conservatief. De seculiere bovenlaag had het voor het zeggen en die bepaalde het beeld. Deze twee groepen hebben stuivertje gewisseld.’ Als Santing in Turkije komt, zijn de veranderingen duidelijk merkbaar. ‘Het land is meer macho geworden. De reflectie op eigen gedrag is bij Turkse mannen nog minder geworden. Vrouwen moeten weer harder knokken voor hun bestaan. Zij hebben een enorme sprong gemaakt in onderwijs en werk. Een groot deel van hen gaat het niet accepteren dat ze op politiek, cultureel en sociaal gebied nog weinig te zeggen hebben. Ik verwacht dat ze binnen de komende tien jaar rebelleren en zo de breuklijnen in de Turkse samenleving gaan blootleggen.’ Froukje Santing, Dwars op de tijdsgeest, Hoe ik Nederland aantrof toen ik terugkwam. Uitgeverij De Geus, 192 pag. € 18.99 Op dinsdag 10 april spreekt Santing in Leiden vanaf 15:00 uur in het Lipsius met godsdienstwetenschapper Willem Hofstee over haar boek.
Een citrusfabriek in de Turkse stad Adana. ‘Vrouwen moeten weer harder knokken voor hun bestaan.’ Foto Hollandse Hoogte
Frutti di Mare
Muiterij en de Mickey-Mousepolitie
Foto Bataviawerf/Nationaal Scheepshistorisch Centrum/Jaap Roskam
Door Thomas Blondeau Ze waren niet de eersten. Zeilschip Batavia vormde al eerder het decor van muiterij en kaping. Maar dat was de zeventiende eeuw. Toen ging het om zilvergeld en goud. Nu bestond de buit ondermeer uit een stuk ankerketting, een ganzenveer, een tros en een landkaart. En de dieven waren deze keer geen zeerovers maar zes Augustijnen; leden van het gezelschap Laxens Näsa op ontgroeningspad. Vorige week dinsdag kropen de studenten bij nacht en een weinig ontij over de hekken van de Bataviawerf in Lelystad. De scheepswerf legt zich toe op de ambachtelijke vervaardiging van roemrijke schepen uit het verleden. De kopie van het belaagde galjoen verliet in 1995 de dokken. Maar rond elf uur belde personeel van VOC Batavia naar de politie. Vier eenheden reden naar het terrein en grepen de studenten in de kraag. Ze brachten een nacht in de cel door. Een politiewoordvoerder: ‘De voorwerpen zijn ondertussen teruggebracht. De studenten zijn ingegaan op het schikkingsvoorstel. Ze betalen elke 150 euro boete.’ Tegenover de NOS liet de woordvoerder eerder zijn gram blijken: ‘Wij zijn van het echte werk, niet van de Mickey-Mousepolitie.’ De studenten hebben ook toegezegd om donateur te worden van de Bataviawerf. Daarmee is de kous nog niet af voor de enteraars. Augustinus-voorzitter Bas van der Hoff: ‘Als vereniging hebben wij excuses aangeboden. De jongens die
zijn opgepakt, hebben dat ook gedaan. Het bestuur heeft besloten dat die leden nog wat maatschappelijk werk zullen moeten verrichten. Wat precies, daar zijn we nog naar op zoek.’ In 2009 werden vier leden van Laxens Näsa op heterdaad betrapt toen zij probeerden een straatnaambord van de muur te trekken. Hun camera werd toen door de politie in beslag genomen. Deze bevatte beelden van de door hen bekladde muren met teksten als ‘Lax’ en ‘kutje’. De vier Laxens Näsianen werden toen vervolgd voor openlijke geweldplegingen tegen openbare objecten en vandalisme. Is het een traditie bij dit gezelschap om dingen te jatten? ‘Het is geen traditie om de wet te overtreden, nee. Het gaat om de interpretatie van wat een creatieve opdracht is. Daar valt opgepakt worden niet onder’, aldus Van der Hoff. Tom Tempelaars, preses van Laxens Näsa, benadrukt ook dat de studenten niet de opdracht hebben gekregen om iets te stelen. ‘De naam van ons gezelschap betekent ‘neusje van de zalm’. Dus wilden we dat ze iets creatiefs deden met nautische zaken. Dat heeft wel tot een heel nare samenloop van omstandigheden geleid. Dit kan natuurlijk niet.’ Een woordvoerder van de werf zegt dat de papieren voor het toegezegde donateurschap ondertussen zijn toegestuurd. ‘Mochten ze dat vrijwilligerswerk in Lelystad willen verrichten, zijn ze overigens altijd welkom.’
4 Mare · 1 maart 2012 Nieuws
Eerste boetes stufi-fraude
Genadezes Na de schandalen op de hogescholen inHolland en Windesheim ondervroegen vier masterstudenten journalistiek van de VU 180 universitair docenten hoe zij hun studenten beoordelen. Een op de tien gaf aan soms studenten te laten slagen die niet aan de norm voldoen. Hoogleraar aan de TU Delft Timo de Rijk: ‘Soms geef ik een genadezes. Iedereen die daar verbaasd over doet, heeft boter op zijn hoofd.’ Als verklarende factor wordt de druk genoemd vanuit de universiteiten op hun medewerkers om mensen snel af te laten studeren; dat bespaart immers geld en doet het goed in de prestatiestatistieken. Medelijden wordt ook als reden genoemd en in Groningen staat een zesje voor niet al te snuggere studenten ook wel cynisch bekend als ‘de oprotzes’. De docenten geven verder aan dat ook de normen van de tentamens naar beneden worden bijgesteld en dat lastige vragen over de stof bewust vermeden worden.
De Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) heeft 55 studenten een boete gestuurd omdat zij gefraudeerd hebben met hun studiefinanciering. Zij woonden nog bij hun ouders of bij familie maar incasseerden toch een uitwonende beurs.
Einde loting De loting voor de studie geneeskunde wordt afgeschaft, als het aan minister Schippers van Volksgezondheid ligt. In plaats daarvan komt er een decentrale selectie. Examencijfers en motivatie moeten de doorslag gaan geven. In Leiden is daar al een tijdje mee geëxperimenteerd, en de ervaringen zijn voorzichtig positief. Volgend collegejaar wordt er overigens nog gewoon geloot; dat was al eerder vastgesteld en kan niet zomaar veranderd worden. Pas in 2017 moeten alle geneeskundestudenten decentraal geselecteerd zijn. Ook komen er meer plaatsen voor de studenten: vanaf volgend jaar is er al plek voor 200 studenten meer dan dit jaar, en uiteindelijk moeten er jaarlijks 800 geneeskundestudenten meer zijn dan nu. Ook in de vervolgopleidingen tot bijvoorbeeld specialist komen er enkele honderden plekken bij. In tegenstelling tot wat in het regeerakkoord stond, wordt de numerus fixus dus niet totaal afgeschaft. De overheid bekostigt een maximum van 3050 geneeskundestudenten per jaar. Wel staat het instellingen vrij om meer studenten aan te nemen.
Subsidies Twee voorstellen van de Leidse Sterrewacht zijn dinsdag door subsidieverstrekker NOW beloond met in totaal anderhalf miljoen euro. Hoogleraar Koen Kuijken gaat met twee telescopen van de Europese Zuidelijke Sterrenwacht een aanzienlijk gedeelte van de sterrenhemel van het Zuidelijk halfrond nauwkeurig in kaart brengen. Onderzoeker Paul van der Werf ontving samen met Akira Endo van de TU Delft subsidie voor het ontwikkelen van een nieuw type spectograaf – een apparaat dat golflengten splitst en meet – die de afstanden en eigenschappen van ‘stoffige’ sterrenstelsels moet gaan bepalen. Omdat er zoveel stof inzit, komt er bijna geen zichtbaar licht doorheen, daarom wil Van der Werf gaan meten aan een ander soort electromagnetische golven, het zogeheten submillimeter gebied.
Niet naar buitenland Staatssecretaris Zijlstra laat voorlopig niet toe dat Nederlandse onderwijsinstellingen opleidingen in het buitenland verzorgen. Dit heeft hij laten weten na Kamervragen. Zijlstra vindt dat de waarborging van de kwaliteit van het hoger onderwijs in Nederland voorlopig prioriteit moet krijgen. De voorganger van Zijlstra, oud-minister Plasterk had de eerste wettelijke stappen gezet om Nederlands onderwijs en het geven van Nederlandse diploma’s in het buitenland mogelijk te maken, omdat zo buitenlands talent aangetrokken kan worden en de Nederlandse concurrentiepositie versterkt kan worden. Zijlstra staat achter de plannen, maar acht de tijd nog niet rijp om de wet definitief in te voeren. Samenwerking met buitenlandse instellingen is wel al mogelijk. De Kamervragen waren gesteld naar aanleiding ophef over de buitenlandse activiteiten van Stenden Hogeschool.
Studieadviseur wordt ‘centrale spil’ Proactieve rol moet uitval voorkomen De studiebegeleiding gaat universiteitsbreed op de schop. De rol van de studieadviseur gaat nog groter worden, blijkt uit een notitie van het college van bestuur. Zo gaan studenten nog beter in de gaten worden gehouden om uitval te voorkomen. Het college heeft een model voor de begeleiding opgesteld. De faculteiten mogen binnen bepaalde voorwaarden hier zelf invulling aan geven. De studieadviseur is in de plannen de ‘centrale spil.’ Er zijn plannen om met vragenlijsten op de universitaire website en op termijn intakegesprekken, de studenten beter te matchen. De studieadviseur gaat hierin een grote rol spelen. Naast het houden van studievoortganggesprekken, volgt de adviseur proactief, met behulp van Usis, de studievoortgang van alle studenten. Door Vincent Bongers
Dit gaat aan de hand van een studieplan, dat samen met de student wordt opgesteld. Studenten die vertraging oplopen, spreken tenminste twee keer per jaar met de adviseur. Daar komt het afhandelen van vragen over regelingen, persoonlijke omstandigheden en conflicten nog bij. De universiteitsraad is positief over de plannen maar maakt zich enige zorgen over de toenemende werkdruk en grotere verantwoordelijkheid van studieadviseurs. ‘Deze wordt nu nog meer de spin in het web’, zei Margriet Suijten, van de Abvakabo/FNV tijdens een raadsvergadering onlangs. ‘Dat is heel erg belastend. Zij moeten heel veel communiceren met docenten, studenten, mentoren en studiecoördinatoren. Komt de eindverantwoordelijkheid voor het slagen van een student niet teveel op de schouder van de adviseur te liggen?’ vroeg Suijten aan het college. Volgens vicerector magnificus Si-
mone Buitendijk valt dat wel mee. ‘De studieadviseur moet zorgen dat studenten op de juiste plek terecht komt, maar dat betekent niet dat deze ook eindverantwoordelijk is in de begeleiding. Dat zijn we met zijn allen. En uiteindelijk is de student zelf verantwoordelijk voor zijn eigen slagen.’ In de notitie wordt de zware werkdruk van studieadviseurs overigens erkent. Buitendijk denkt overigens dat door het beter in de gaten houden van studenten het werk juist wat spreidt, waardoor de last verlicht wordt. Suijten vindt dat in het stuk helder moet geformuleerd dat de studieadviseur niet eindverantwoordelijk is. Fenne Bodrij van de studentenfractie BeP-LVS merkte op dat studenten nu nog regelmatig van het kastje naar de muur worden gestuurd. ‘Dat fenomeen verdwijnt hopelijk met deze nieuwe regeling’, zei Buitendijk.
Volgens de woordvoerder van DUO zijn de boetes een direct gevolg van de geïntensiveerde adrescontroles die begin dit jaar van start zijn gegaan. De boetes vielen in Amersfoort, Zoetermeer, Eindhoven en Nijmegen. Staatssecretaris van hoger onderwijs Halbe Zijlstra gaat er vanuit dat tussen de 23.000 en 28.000 studenten sjoemelen met hun beurs. Dat kost de schatkist tussen de 40 á 55 miljoen euro per jaar. Het ministerie is dit jaar dan ook begonnen met een offensief om fraudeurs te pakken. Gemeenten voeren in opdracht van DUO adrescontroles uit. In 2013 moet het aantal zogeheten tandenborstelcontroles opgekrikt zijn naar 4000. Maar begin dit jaar zijn er al de nodige geweest. In Leiden zijn eind vorig jaar als proef tien adressen bezocht, wat daar uit is gekomen wil DUO niet zeggen. De boetes zijn overigens naar het door de frauderende studenten opgegeven correspondentieadres gestuurd. Het is twijfelachtig of ze daar ook echt wonen. Maar de dienst verwacht geen problemen. ‘Wij denken dat de boete wel op de juiste plek komt, aldus de woordvoerder. Mocht die bij familie belanden dan komt dat vast goed.’ VB
Laatste poging Van der Klaauw De Universiteit Leiden wil de Van der Klaauwtoren in de Kaiserstraat slopen. Tot voorkort zat daar een gedeelte van de biologen, nu zitten er antikrakers in afwachting van de daadwerkelijke sloop. Er is echter een groep Leidenaars die vindt dat de toren een monument is, en dus in de huidige vorm behouden moet blijven. Eerst werd geprobeerd om het pand tot gemeentemonument te laten verklaren, maar dat lukte niet. Ook de status van Rijksmonument zat er niet in. Walter van Peijpe, die namens GroenLinks in de Leidse gemeenteraad zit, is nu een laatste actie begonnen. Via zijn LinkedIn-profiel en door directe benadering verzamelt hij handtekeningen voor het behoud van de toren. Echt storm loopt het nog niet: dinsdag had hij slechts 24 medestanders. BB
Telt metaalwerktuigbouwkunde mee? > Vervolg van de voorpagina De examencommissie van biologie verkeert in rustiger vaarwater. ‘Wij zien geen groei van het aantal negatieve bsa-adviezen’, zegt voorzitter Johan Memelink. ‘Zelfs niet na de verhoging van de norm naar 40 punten een aantal jaar geleden. Al verwacht hij wel dat 50 punten gevolgen gaat hebben. ‘Het aantal negatieve adviezen zal toenemen. We hebben nu aardig wat studenten in de 40-50 zone.’ Volgens Memelink ligt het rendement van biologie hoog en is het moeilijk om deze nog verder op te krikken. ‘Er zijn veel contacturen. Als je niet komt, stuurt een docent al snel een mailtje met de vraag: “Waar
was je nou?” Het is niet zo dat commissies blind zijn voor facultair en universitair beleid. ‘Je hebt de Onderwijs en Examenregelingen (OERen) en daarop gebaseerde Regels en Richtlijnen’, zegt Ten Napel. ‘We mogen er van afwijken, maar dat doe je niet zomaar. Als je niet kunt werken onder druk, dan krijg je als afgestudeerd jurist ook problemen.’ Omdat vertraging studenten veel geld gaat kosten, buigt de commissie zich steeds vaker over het toekennen van punten voor keuzevakken. ‘Dan moet je gaan uitzoeken of de propedeuse metaalwerktuigbouwkunde meetelt.’ Ebben: ‘Er komen de gekste dingen langs. Zanglessen op het conservatorium bijvoorbeeld.’
Augusteijn: ‘Een acupunctuurvak op een hogeschool ergens midden jaren zeventig.’ Tegelijkertijd neemt het woud aan regels toe. Zo moeten ze zich ook gaan bezighouden met het toetsen van toetsen. ‘De overheid wil na de hbo-toestanden dat de examencommissies duidelijker verifieerbaar handelen. Er moet nu ook een schriftelijk verslag worden vastgesteld van al onze bijeenkomsten, ook zijn we verplicht een jaarverslag te schrijven’, zegt Ebben. En ook het faculteitsbestuur heeft de neiging vaak dingen te veranderen. Zo mocht er eerst alleen met een vier herkanst worden en binnen no time werd die regel weer geschrapt. ‘Nu zit je met een deel studenten die met de regel te
maken heeft. Moet je rekening mee houden.’ Bij de grote opleidingen van rechten wordt het bestuur van de commissies betaald. ‘Ik ben ongeveer de helft van de tijd bezig met de commissie en daar wordt mijn afdeling ook voor gecompenseerd’, aldus Ten Napel. Bij de kleinere richtingen doen docenten het er – net als de historici – gewoon bij. Het werk geeft ook voldoening. Ten Napel: ‘Vergeet ook niet dat de commissie veel studenten juist helpt door het verlengen van de geldigheidsduur van vakken en door extra herkansingen mogelijk te maken.’ Elias: ‘Het heeft leuke aspecten. Een afstudeerdag is bijvoorbeeld een feest.’ VB
1 maart 2012 · Mare 5 Nieuws
‘Verhoog het bsa niet’ De studentenpartijen CSL en SGL zien niets in de plannen van het college van het bestuur om het aantal herkansingen te minimaliseren en het bsa te verhogen naar 50 punten in het eerste en tweede jaar. Dat blijkt uit een notitie die maandag aan vicerector magnificus Simone Buitendijk werd aangeboden. Zelf komen ze ook met ideeën om het studiesucces te verhogen zonder de student nog meer onder druk te zetten. In het stuk, dat is opgesteld door de partijen in samenwerking met de PKvV en de vijf grootste Leidse studentenverenigingen, staat dat het college ‘een zeer eenzijdige kijk op studiesucces heeft’ en alleen oog heeft voor rendement.‘Verstikkend,’ noemen zij de benadering van het college. ‘Studierendement ziet enkel en alleen op cijfers en statistieken. Studenten moeten niet worden gezien als een product dat zo snel mogelijk moet worden afgeleverd.’ Verder zijn herkansingen ‘wel degelijk nuttig’. ‘Iedere student heeft vakken die hem minder liggen. Het is van groot belang dat een student daadwerkelijk leert van het betreffende vak en soms betekent dat de student meer tijd nodig heeft.’ De
studenten verzetten zich ook tegen compensatoire toetsen. Een vijf voor het ene vak herkansen met een zeven voor een ander levert ‘kennishiaten’ op en opent ook nog eens de weg naar het door de studenten ongewenste jaarklassensysteem. De studenten onderkennen dat ‘onnodig lang studeren niet meer van deze tijd is’, maar er zijn ook andere oplossingen mogelijk. Zo kan een intakegesprek veel ellende voorkomen. Verder moet de kwaliteit van docenten en onderwijs omhoog. Docenten moeten beter bereikbaar zijn en met vakevaluaties kan meer worden gedaan, colleges moeten online beschikbaar zijn. Verder mogen excellentieprogramma’s niet ten koste gaan van reguliere opleidingen. ‘Want de gedachtegang dat het huidige onderwijs voor de overige 90 procent afdoende uitdagend is, onderschrijven wij niet.’ De studenten zijn voorstander van het breed invoeren van mentorklassen en vaste werkgroepen. Dat bevordert de sociale cohesie en binding met de studie. Ook denken zij aan een buddysysteem: een ouderejaars begeleidt een eerstejaars. De plannen worden de komende weken in de raad verder besproken. Het college moet voor 1 mei een besluit nemen. VB
Voorstel voor collegegeldvrij besturen VVD en D66 hebben een wetsvoorstel ingediend om collegegeldvrij besturen mogelijk te maken. Dit moet er voor zorgen dat studenten die zich naast hun studie willen ontplooien daar niet financieel de dupe van worden. Studenten die een bestuurswerk doen bij een vereniging en daardoor niet studeren, kunnen zich in het voorstel tijdelijk uitschrijven bij hun universiteit. Hierdoor hoeven ze geen collegegeld te betalen en lopen ze geen studievertraging op. In de huidige situatie moet je om een studiebeurs te ontvangen ingeschreven staan bij de universiteit. Studenten die niet studeren lopen zo vertraging op die kan leiden tot hoge kosten vanwege de langstudeerboete. Dat werkt studenten die meer uit hun studietijd willen halen tegen, vinden Kamerleden Anne-Wil Lucas (VVD) en Boris van der Ham (D66). In het voorstel wordt de bestuurs-
beurs losgekoppeld van inschrijving van de universiteit. Studenten die een bestuursbeurs ontvangen schrijven zich uit, maar sluiten wel een contract met de universiteit, waardoor ze in aanmerking blijven komen voor studiefinanciering en studentenhuisvesting. De periode waarin de studenten uitgeschreven zijn wordt niet opgeteld op de nominale studieduur. Universiteiten kunnen zelf bepalen waarvoor ze de regeling inbrengen, schrijven de Kamerleden. Dit kan naast bestuurswerk of medezeggenschap ook topsport zijn of studiegerelateerde bijdragen zoals het bouwen van een solarauto. Eerder al kondigden Lucas en Van der Ham collegegeldvrij studeren mogelijk te willen maken. Staatsecretaris Zijlstra liet toen weten niet enthousiast te zijn, maar dat een regeling wel mogelijk is. Volgens de Kamerleden bestaat er een meerderheid in de Tweede Kamer voor hun voorstel. In april wordt het voorgesteld.DJZ
‘Zie je die plomp daar?’ Een bezoek van PowNed-journalist Rutger Castricum aan het huis van Leids hoogleraar Andreas Kinneging eindigde maandag in een handgemeen. Inmiddels dreigen beiden met juridische stappen. Kinnegings partner, Buitenhof-columniste Naema Tahir, had zich eerder deze week uitgesproken tegen de overvalsjournalistiek van Castricum. Die laatste kwam daarom onaangekondigd verhaal halen, maar Tahir (acht maanden zwanger) was aan het rusten. In het filmpje van Powned is te zien hoe Kinneging de journalist eerst vraagt om weg te gaan. Wat er daarna precies gebeurde is onduidelijk: Kinneging duwde de camera weg, dus er is niets in beeld, en het Powned-team heeft duidelijk zitten knippen in het filmpje. Kinnegings uitspraak ‘Zie je die plomp daar? De volgende keer dat jullie hier langskomen ga je erin, met camera en al’ is in elk geval vastgelegd. Volgens Powned-voorzitter Dominique Weesie kneep Kinneging tot twee keer toe Castricums keel dicht.
De hoogleraar ontkende dat dinsdagavond in een uitzending van Pauw & Witteman. ‘Ik ben met mijn handen niet in de buurt van zijn nek geweest.’ Kinneging is voormalig kampioen gewichtheffen en kon in zijn hoogtijdagen 140 kilo ‘stoten’. Het had erger af kunnen lopen voor Castricum. Desondanks noemde de hoogleraar zijn optreden ‘Een vergissing: ik had de deur dicht moeten doen.’ Het filmpje vond hij ‘Een slechte weergave van het gesprek. We hebben tien minuten, een kwartier gepraat, en alles staat op de band. De rest van dat gesprek zou PowNed zeker op internet hebben geplaatst als ze mij ermee konden beschadigen.’ Beiden waren niet bereikbaar voor commentaar. Op Twitter schreef Castricum: ‘De media hoeven me niet meer te bellen. Ik verwijs naar de uitzending van Pauw & Witteman.’ Of hij aangifte gaat doen, zoals eerst aangekondigd, is onduidelijk. Kinneging zei in die uitzending dat het dan om een valse aangifte gaat, waartegen hij op zijn beurt weer juridische stappen zou nemen. BB
Frans protesteert tegen brede bachelor Opleiding wil zelfstandig blijven De opleiding Frans komt in actie tegen de plannen voor een brede Geesteswetenschappen-bachelor, waarin ze moet opgaan met Duits en Italiaans. Door Bart Braun en Dirk-Jan Zom Gisteren protesteerden studenten en docenten Frans bij het bestuursgebouw en het Lipsius. Er is een online petitie gestart, die door zo’n tweeduizend mensen ondertekend is op het moment dat deze krant naar de drukker ging. ‘Justifiez-vous, expliquez nous!’, scandeerden de francofielen. Ze zeggen niet goed te begrijpen waarom Frans als zelfstandige opleiding moet verdwijnen. ‘Zowel de rector als de decaan als de faculteitsraad geven geen argumenten waarom dit zou moeten gebeuren’, zegt tweedejaars Vicky van Loe. Derdejaars Tamara Overkleeft: ‘De manier waarop dit gebeurt, kan niet. Ik ben verbaasd en een illusie armer.’ De angst is dat Frans in een brede bachelor minder studenten gaat trekken, ook al is het dan nog steeds mogelijk om de taal te studeren. ‘Maar studenten kiezen er echt voor om Frans te studeren, die gaan niet breed kiezen. Je gaat dus studenten verliezen’, zegt Overkleeft. Een ander probleem dat de studenten voorzien, is het verlies van kwaliteit. Van Loe:
‘Je krijgt vanaf dag één al je vakken in het Frans. Daardoor stijgt je taalniveau heel snel. Maar dat is straks niet meer mogelijk. Iemand die Duits als hoofdvak heeft kan geen vak in het Frans volgen.’ De studenten zeggen net als de opleiding niet tegen een brede bachelor te zijn, maar willen wel dat Frans zelfstandig blijft. ‘Waarom die weerstand bij Duits en Italiaans minder leeft? Misschien is het ook wel de esprit. Wij geven echt om de Franse taal en cultuur; dat zit ook wel in de Fransen’, aldus vierdejaars Guido Meis. Rector Paul van der Heijden voorzag de demonstranten van koffie en een vriendelijk woord, maar kon ze niet verder helpen. ‘Ik snap dat jullie je zorgen maken, maar deze kwestie is eerst aan jullie faculteit. Veel meer dan dat kan ik er niet over zeggen.’ Na wat gemor trekken de spandoeken dan ook die kant op. Decaan van Geesteswetenschappen Wim van den Doel zegt dat de faculteit een brede bachelor op gebied van taal en cultuur wil aanbieden, omdat dit beter past bij de belevingswereld van de hedendaagse student. ‘Veel studenten willen zich nog niet vastleggen, die moeten nog kunnen switchen, of willen een combinatie met een andere studie kunnen maken. Dit is niet iets wat wij verzinnen, dat staat in het rap-
port van de commissie Veerman. De vorming van brede bachelors is afgesproken in het hoofdlijnenakkoord dat staatssecretaris Zijlstra sloot met universiteitskoepel VSNU.’ Van den Doel zegt dat er nog geen argumenten voor het plan gegeven zijn, omdat er nog geen complete blauwdruk bestaat van de nieuwe bachelor: ‘Wij zijn nog in overleg met betrokkenen om dit vorm te geven. Maar ik ben ervan overtuigd dat er iets uitkomt, waarin voldoende Frans zal zitten.’ Over de keuze voor deze opleidingen zegt hij: ‘In deze nieuwe bachelor gaat het om moderne talen, niet om oude talen of regiostudies. Engels erbij betrekken zou dus logisch zijn. Maar die opleiding trekt 100 eerstejaars, en blijft dus zelfstandig bestaan.’ Het fuseren van opleidingen is ook niet nieuw, zegt hij. Eerder gingen bijvoorbeeld Egyptologie en Assyriologie op in Oude Culturen van de Mediterrane Wereld. In het Lipsius zijn de demonstranten ontevreden, ook als onderwijsdirecteur prof.dr. Willem Drees het verhaal van het bestuur herhaalt. Tweedejaars Camille Clerx: ‘We hebben argumenten gehoord voor de brede bachelor, en daar zijn we het mee eens. Maar we horen niets dat pleit voor het opheffen van Frans.’ > Opinie en brieven op pagina 6
Rector Paul van der Heijden spreekt de demonstranten toe: ‘Ik snap dat jullie je zorgen maken, maar deze kwestie is eerst aan jullie faculteit.’ Foto Marc de Haan
6 Mare · 1 maart 2012 Opinie
Frans moet zelfstandig blijven Er is geen financiële of inhoudelijke reden om de opleiding Frans op te heffen, betogen hoogleraren Johan Rooryck en Paul J. Smith. Uit een bericht van de decaan van de Faculteit Geesteswetenschappen blijkt dat het faculteitsbestuur van plan is de opleiding Frans op te heffen, samen met de opleidingen Italiaans en Duits. De reden daarvoor wordt niet gegeven. Wij hebben de indruk dat het plan om Frans op te heffen berust op een aantal misvattingen. > Opleidingsgrootte. Frans zou weinig studenten tellen. De cijfers spreken dit tegen. De recente inschrijvingscijfers tonen dat 13 van de 25 Leidse BA-opleidingen kleiner zijn dan Frans. Frans is groter dan Griekse en Latijnse Talen en Culturen (GLTC), Godgeleerdheid, Oude Culturen van de Mediterrane Wereld, Russische Studies, etc – opleidingen die niet worden opgeheven. Bij de MA-opleidingen zijn er van de
in totaal 43 opleidingen 27 kleiner: Frans is precies even groot als Talen en Culturen van Latijns Amerika (TCLA) en GLTC. > Rendabiliteit. Frans zou onrendabel zijn. Ook dit is niet zo. De studenteninstroom is stabiel, de studententevredenheid groot. De opleiding heeft een grote internationale reputatie zoals blijkt uit het grote aantal publicaties, en het aantal gerealiseerde promoties (Rooryck: 22; Smith: 5), en meer dan €4m verworven NWO-onderzoeksgelden sinds 2006. Een interne berekening leert dat Frans meer opbrengt dan het kost, terwijl vele andere opleidingen jaarlijks verlies draaien. > Nieuwe profilering. Frans zou niet passen in de nieuwe profilering van de faculteit, die inzet op buitenEuropese mondialiteit. Een mondiaal gerichte faculteit Geesteswetenschappen zonder expertise op het gebied van het Frans is echter ongeloofwaardig. Het Frans is immers de moedertaal van 110 miljoen mensen
op drie continenten, en wordt verder gebruikt door 190 miljoen tweedetaalsprekers in de zgn. francofonie. Frans is een absolute noodzaak om de cultuur en de geschiedenis van West-Afrika, de Arabische wereld van de Maghreb tot Libanon, en grote delen van Noord en MiddenAmerika te begrijpen. De Leidse opleiding Frans beschikt over ruime expertise op dit gebied, zoals bijvoorbeeld blijkt uit lopend promotieonderzoek en het recentelijk verworven NWO-project van collega K. Sanchez. Francofonie leeft bij de opleiding, zoals blijkt uit de culturele activiteiten die in het kader van de francofonie georganiseerd worden (zie http://www.hum.leidenuniv.nl/ frans/actueel/). De opleiding is bereid om onderwijs en onderzoek verder in de richting van de francofonie te verleggen. Er is dus geen financiële of inhoudelijke reden waarom Frans opgeheven zou moeten worden. Er zijn nog twee meer algemene argumenten
voor het behoud van het Frans als zelfstandige opleiding. > Frans is een schooltaal. Het economische en maatschappelijke belang van het Frans is groot. Zo meldt NRC Handelsblad (27-10-2007) dat ‘het Nederlandse bedrijfsleven per jaar 23 miljard euro misloopt aan Franse orders omdat we die taal niet voldoende kennen.’ Uit een enquête van Fenedex [Federatie voor de Nederlandse Export] blijkt dat van de 108 bedrijven meer dan de helft niet in staat is zijn potentiële klanten in basaal Frans te woord te staan (Internationaliseren? Talen leren!, CINOP (2006)). Frans is de EU-voertaal in Brussel, en die van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens. De opleidingen Frans in Nederland hebben de maatschappelijke taak om het niveau van het vak hoog te houden, zowel op de middelbare school (door het afleveren van goede, academisch gevormde leraren) als op de universiteit. Echter, landelijk is het vak in verval. Aan de VU is de opleiding Frans onlangs opgeheven, terwijl aan de andere universiteiten het aantal colleges in de doeltaal sterk is gereduceerd. > Studiekeuze en kwaliteit. Uit de
gen en de Vrije Universiteit hun opleiding Frans hebben opgeheven en doen opgaan in een gelijksoortige brede opleiding. Wil Leiden zich dus werkelijk profileren, dan moet zij zich vooral niet op dit brede terrein begeven, maar zich toeleggen op het terrein waar ze vanouds goed in is: een degelijke, vakinhoudelijke opleiding Frans blijven aanbieden. Alleen zo kunnen de Leidse afgestudeerden zich blijvend onderscheiden van hun collega’s elders in het land. Annelies Schulte Nordholt, universitair docent Franse taal en letterkunde
de doodsteek voor Frans in Leiden. Dat is zonde, want de universiteit Leiden is een van de beste opleiders op het gebied van Frans. Tosca (Amersfoort-)Knuppe, studente Frans
ongetwijfeld nog Franstalige artikelen lezen, ze zullen echter onvoldoende getraind kunnen worden om deze zelf te schrijven. Dit lijkt me een ongewenste degradatie van een universitaire studie. Wouter van Diepen, student Frans
Frans (6)
Frans (10)
e-mail van de decaan van de Leidse Faculteit Geesteswetenschappen blijkt dat Frans moet opgaan in een brede BA-opleiding Taal, Cultuur, Media. Wij vrezen dat scholieren die Frans willen studeren in Leiden, uiteindelijk niet voor een studie Frans binnen deze nieuwe brede BA zullen kiezen. Frans in Leiden staat immers bekend om zijn hoge kwaliteit: de opleiding heeft het hoogste eindniveau taalvaardigheid van Nederland volgens de door de Franse staat georganiseerde examens (zie http:// www.hum.leidenuniv.nl/frans/examens/delf-dalf.html), en onlangs ontving collega Isabelle Van de Calseyde de Leidse onderwijsprijs 2012, niet toevallig voor het vak juridisch en economisch Frans. De oprichting van de BA-opleiding Taal, Cultuur, Media zal potentiële studenten Frans niet in Leiden houden, omdat een dergelijke BA-opleiding zich niet in eerste instantie richt op deze categorie studenten. De opleiding Frans is in principe niet tegen het opzetten van een brede BA, en is zelfs gaarne bereid daaraan deel te nemen en daarover mee te denken, maar dan vanuit een sterke en zelfstandige opleiding Frans.
hoogste taalniveau taalvaardigheid en zou zonde zijn om deze status kwijt te raken door Frans op te laten gaan in een grote bachelor. De opleiding Frans is een brede opleiding waarin op elk gebied (zowel op taalkundig, historisch, literair en taalgebied) diep wordt ingegaan. Door deze opleiding samen te voegen met andere opleidingen, zal dit helaas niet meer aan de orde zijn. De studenten leren van alles wat, maar hebben niet de specialistische kennis die de student van nu wel heeft, zeker op het gebied van de taal. Karen de Jong, student Frans
Brieven In deze rubriek kunnen lezers in maximaal 300 woorden reageren op artikelen in Mare. De redactie behoudt zich het recht voor bijdragen in te korten of te weigeren. Over weigering wordt niet gecorrespondeerd. Mail naar redactie@mare.leidenuniv.nl
Frans (2)
Zo concreet als de plannen voor de opheffing zijn, zo vaag en onduidelijk zijn de plannen voor wat ervoor in de plaats komt. De opleiding Frans is financieel gezond, de studenten zijn tevreden en de opleiding levert zowel op onderwijs- als onderzoeksgebied hoogwaardige kwaliteit. Ook past Frans als wereldtaal uitstekend in het profiel van de faculteit. De studenten die wij nu aantrekken, komen voor een studie Frans. Veel van deze studenten zullen niet voor de brede bachelor kiezen, en juist zij zijn de mensen die wij graag willen opleiden, bijvoorbeeld om ze in de toekomst voor de klas te zien staan als leraar Frans. Zij willen graag een degelijke opleiding volgen, zoals die nu bestaat en naar ik hoop zal blijven bestaan. Wie zich in het vreemde talenonderwijs in Nederland verdiept, kan constateren dat er een enorm gebrek is aan gekwalificeerde, en met name aan academisch geschoolde, leraren. De tijd dat ‘Nederlanders zo goed in talen’ waren ligt achter ons. In het bijzonder kan opgemerkt worden dat de kennis van het Frans en ook het Duits, de talen van onze belangrijkste handelspartners, afneemt. Het idee dat talenkennis zich anno 2012 kan beperken tot het Engels is een misvatting die de Nederlandse schatkist jaarlijks miljarden kost, en die, gezien het overweldigende belang van Europa, onbegrijpelijk is. Jenny Doetjes, UHD Franse taalkunde
Frans (3)
Met verbazing heb ik kennis genomen van het bericht in Mare van 16 februari j.l. getiteld ‘Mega-brede bachelor komt eraan’. Verbaasd, ontdaan ten eerste over de manier waarop: sinds wanneer licht de decaan van onze faculteit haar medewerkers op deze manier in over komende fusies? De dag daarop volgde weliswaar een mailtje waar op opgewekte toon gewag werd gemaakt van de schitterende brede bachelor waarin onze opleiding Frans, maar ook de opleidingen Italiaans en Duits zouden versmelten. De bedoeling was waarschijnlijk om de fusie geruisloos door te voeren en de betrokken medewerkers voor een voldongen feit te stellen. Ontdaan ben ik natuurlijk vooral over de voorgenomen opheffing van de Opleiding Franse taal en cultuur, die financieel gezond is en een solide landelijke en internationale reputatie geniet. De voornaamste reden schijnt te zijn de door staatssecretaris Zijlstra opgelegde dwang tot concentratie en profilering van onze universiteiten. Echter men bedenke dat op ditzelfde moment de Universiteit Gronin-
Frans (4)
Een nieuwe mega-brede bachelor zal de finale klap zijn voor het hoge niveau van de studie. Wanneer de student geconfronteerd wordt met een breed basispakket, dat qua relevantie vermoedelijk zal concurreren met de ergste kerncurriculumvakken, zal het taalverwervingsproces worden vertraagd en daarmee het daadwerkelijke onderzoek van bronnen weinig indrukkende hoogtes aannemen. De prestige die de Leidse opleiding uitstraalt, vanwege haar ambitieuze beleid vanaf dag één haar colleges geheel in het Frans te geven, wordt met deze beslissing eveneens ondermijnd. Mijn schrikbeeld is dat de toekomstige “mega-brede bachelorstudent” een paar jaar met zijn drie matige taalniveaus worstelt en voor academische ambitie, d.w.z. een kritisch denkvermogen ontwikkelen, weinig tijd meer overhoudt: een veredelde hboopleiding, die de studenten met hun vooral mega-algemene en weinig gespecialiseerde kennis als makkelijk inwisselbare tandwielen klaarstoomt voor de arbeidsmarkt. Ik ben er door persoonlijke ervaringen van overtuigd - en word daarin bevestigd door de worsteling van enkele van mijn medeuitwisselingsstudenten - dat serieus masteronderwijs nooit in Frankrijk gevolgd kan worden, wanneer de student nog bezig is de taal onder de knie te krijgen en zijn geest tijdens de colleges nog moet vermoeien met basiszaken als luistervaardigheid en woordkennis. Dit maakt het dubieuze argument, dat de nieuwe opleiding zou passen bij de internationaal georiënteerde ambitie van de Leidse universiteit, niet bepaald geloofwaardiger. Simon Bénit, student Frans
Frans (5)
Met verbijstering heb ik het bericht in Mare gelezen over de mega-brede bachelor. Een dergelijke bachelor zal betekenen dat er voor Frans maar een klein deel van de bachelor zal worden ingericht, wat betekent dat studenten in Leiden geen studie Frans meer kunnen volgen. Dit zal tot gevolg hebben dat zich geen studenten Frans meer zullen inschrijven in Leiden. Ik zou er ook niet voor kiezen om Duits, Italiaans, geschiedenis en kunstgeschiedenis te studeren als ik Frans wil leren. Als er geen zelfstandige sectie Frans meer kan blijven, betekent dit
Er zijn geen goede redenen om de studie Franse Taal & Cultuur op te heffen. We zijn immers even groot als bijv. de Klassieke Talen die niet worden opgeheven, en qua financiën leveren we zelfs winst op. Het kan niet gebeuren dat een studie die qua Frans het beste aanzien heeft in Nederland en die zo goed draait, verdwijnt. Sannerien van Aerts, studente Frans
Frans (7)
Omdat staatssecretaris Zijlstra wil dat universiteiten zich meer profileren, dreigt de Universiteit Leiden de studie Frans samen te voegen met de (veel) kleinere opleidingen Italiaans en Duits in een brede (en vage) BA talen, culturen en media. Een motivatie voor dit besluit werd niet officieel gegeven. Duidelijk is echter dat de opleidingen Duits, Italiaans en Frans als wisselgeld moeten dienen voor de rectoren in het kwartetspel dat tussen de Randstad-universiteiten op dit moment gespeeld wordt in verband met de profilering van de verschillende universiteiten. Daarbij zou Amsterdam zich concentreren op nieuwe media, Utrecht op Europese talen, en Leiden op de rest van de wereld. Wij zijn echter van mening dat deze maatregel negatief uit zal pakken voor zowel de studenten als de Leidse Universiteit in zijn geheel. Wij denken dat dé talenuniversiteit van Nederland (er worden niet minder dan 80 talen bestudeerd in Leiden) zich verre van profileert en alleen aan aanzien zal verliezen: Het bestuur van studievereniging FDL Gibalaux
Frans (8)
Toen ik als scholier naar een open dag in Leiden ging, werd mij verteld dat Leiden dé talenuniversiteit van Nederland is, hoe kan het dan nu zo zijn dat ze Franse taal en cultuur willen afschaffen? Verder ben ik (en ook andere studenten) ervan overtuigd dat een bredere talenbachelor absoluut afbreuk zou doen aan de kwaliteit van het onderwijs. Stan Hunnekens, studente Frans
Frans (9)
Nog tijdens mijn bacheloropleiding is het me gelukt om een Franstalig artikel op het gebied van de letterkunde te publiceren in een wetenschappelijk tijdschrift. Om enigszins te kunnen meedraaien in de Franstalige wereld is een intensieve opleiding, zowel op het gebied van taalbeheersing als letterkunde, onontbeerlijk. Ik vrees dat de recente plannen een belangrijk gevolg zullen hebben: studenten zullen tijdens hun opleiding
Dat dit plan niet doordacht is, blijkt ook al uit het feit dat twee Romaanse talen worden samengevoegd met een Germaanse taal. Bovendien leidt samenvoeging niet altijd tot meer studenten, wat men graag wil (zie de resultaten van het samenvoegen van Aziatische talen, wat schijnbaar hetzelfde aantal studenten heeft als toen ze nog apart waren). Zelf heb ik bewust voor de Franse taal gekozen als oudere deeltijdstudent vanwege de interesse die het Franstalige gebied heeft voor mij en omdat dit een mondiale taal is met nog steeds grote invloed in Azië en Afrika. Dit rechtvaardigt zeker het bestaansrecht van deze opleiding als aparte taal. Vooruitgang bestaat niet alleen in de studies rechten, economie en bèta-vakken maar de Geesteswetenschappen vormen ook een belangrijke schakel en verrijking in de samenleving. Dave Steijger, student Frans
Frans (11)
Dat ik uit Mare moet vernemen dat er straks geen fatsoenlijke opleiding Frans meer zal bestaan! Men had toch op zijn minst de moeite kunnen nemen om de studenten daar van op de hoogte te stellen, voor dergelijke dingen in de publiciteit komen. Erg jammerlijk dat de decaan en het faculteitsbestuur dit niet hebben gedaan. Daarnaast moet ik zeggen dat het werkelijk belachelijk is dat de studie Franse moet verdwijnen in deze mega-bachelor, omdat het niet in de nieuwe profilering van de universiteit zou passen. Er is besloten dat de Leidse Geesteswetenschappen zich dienen te profileren met hun buiten-Europese mondialiteit en helaas mist men blijkbaar de kennis dit op een goede manier in te vullen. Frans is namelijk juist buiten Europa een belangrijke taal: de Francofonie is meer dan wat landjes die contact hebben met Frankrijk! 110 miljoen mensen, verspreid over 3 continenten hebben Frans als moedertaal en binnen de Francofonie zijn er 190 miljoen mensen die Frans als 2e taal hebben! Als de Faculteit Geesteswetenschappen haar nieuwe profilering sterk wil maken, moet zij inzien dat de opleiding Frans niet kan verdwijnen in een brede bacheloropleiding, maar dat het een sterke, zelfstandige opleiding moet blijven! Vicky van Loe, student Frans
Frans (12)
Ik ben het absoluut niet eens met het besluit om de studie Franse taal en cultuur bij Duits en Italiaans te voegen. Ten eerste heeft de opleiding Frans in Leiden het
Frans (13)
Het is irrealistisch om te denken dat het niveau van de kennis van de Franse taal in een brede bachelor hetzelfde blijft. Door het brede aanbod van vakken bij een zelfstandige studie worden studenten veel specialistischer opgeleid dan bij een soort ‘algemene’ bachelor. Bovendien is de Franse studie geen achteruitlopende zaak, er zijn veel studenten, de docenten doen veel onderzoek en vergeet niet dat het Frans een van de meest gesproken talen ter wereld is. Lisanne Bos, studente Frans
Frans (14)
Ik begrijp absoluut niets van de plannen van onze decaan en rector. Ik studeer zelf Frans en was, net als de andere studenten, nergens van op de hoogte. Later zijn we door onze docenten ook nog op de hoogte gebracht van alles wat zij wisten. Dat was bijzonder weinig: de decaan van Geesteswetenschappen had alleen de moeite genomen om een boodschapje te sturen aan twee hoogleraren met de onbeargumenteerde mededeling dat Frans zou opgaan in een brede bachelor met Italiaans en Duits. Frans is een goedlopende studie, iedereen is heel tevreden over de docenten, het onderwijs en de kwaliteit. Sterker nog, zowel in Nederland als in het buitenland wordt de studie Frans in Leiden gezien als een prestigieuze opleiding. Het aantal specialistische vakken en het taalvaardigheidniveau dat studenten wordt bijgebracht is hoger dan elke andere bachelor Frans in Nederland. Het is op dit moment zelfs nog één van de weinige plaatsen waar Frans als zelfstandige bachelor gestudeerd kan worden. Ik zou denken dat dat zeer gunstig is voor de profilering van Leiden! Janet Bakker, studente Frans
Frans (15)
Ik heb niet voor niets voor Leiden gekozen en denk dat veel studenten die aan een studie Frans willen beginnen, nu eerder voor Utrecht of Amsterdam zullen kiezen. Hierdoor zal de universiteit belangrijke inkomsten mislopen. Inkomsten waarmee het nu nog goed gaat wat het Frans betreft; in tegenstelling tot enkele andere studies maakt Frans jaarlijks winst. I.M.V. van Wettum, studente Frans
1 maart 2012 · Mare 7 Wetenschap
De smaken van quark Natuurkundige verkent modellen allerkleinste bouwsteentjes Het standaardmodel om zogeheten quarks, de kleine deeltjes-materie, te beschrijven is onvolledig. Een Leidse quantumfysicus onderzoekt andere ordeningen. ‘De kaarten kunnen telkens anders liggen.’ Door Constanteyn Roelofs Over smaakt valt niet te twisten. Waarom verschijnt er dan toch een proefschrift met de intrigerende naam A flavour of family symmetries in a family of flavour models van de hand van Reinier de Adelhart Toorop? Wel, omdat we smaak niet alleen tegenkomen in de gastronomie, maar ook in de quantumfysica, waar men zich bezighoudt met de allerkleinste bouwsteentjes van de materie in en om ons heen. Natuurkundigen kennen al langer het recept voor stabiele materie: een wolk elektronen rond een atoomkern van neutronen en protonen. De elektronen beschouwen we als elementair, dat wil zeggen niet meer op te delen in kleinere brokjes. De protonen en neutronen zijn dat wel. Bij ontleding onderscheiden natuurkundigen twee soorten zogeheten quarks, up en down, per proton of neutron altijd drie in getal – een proton is up, up, down en een neutron is down, down, up. Daarnaast treffen ze nog het schimmige neutrino aan, een deeltje zonder elektrische lading en met bijna geen massa dat overal door het heelal heen zwerft. Dit zijn de bouwblokjes van alle materie. Up en down worden ook wel smaken van quark genoemd. Elektronen en neutrino’s zijn geen quarks, maar wel aan elkaar verwant: ze worden onder de
naam leptonen (van het Griekse woord voor klein) samengevat. Het geheel wordt bij elkaar gehouden door drie krachten; de sterke kernkracht die ervoor zorgt dat atoomkernen bij elkaar blijven, de zwakke kernkracht die zaken als radioactief verval veroorzaakt en de elektromagnetische kracht. Deze stand van zaken was nauwelijks beschreven, of er doken alweer nieuwe smaken quarks en leptonen op. Het bleek dat elk quark twee broertjes had: up kreeg gezelschap van charm en top, down van strange en bottom. Het elektron bleek verwant aan het muon en het tau-lepton. En tot slot bleken er drie neutrino’s te bestaan. Opeens waren er dus drie keer twee setjes van smaken. Deze “broertjes” uit familie twee en drie hebben vrijwel dezelfde eigenschappen als de leden van familie één. De belangrijkste eigenschappen, de elektrische lading en de spin zijn hetzelfde. Het grote verschil is de massa, die kan afhankelijk per familielid opeens met een factor honderd verschillen. Interactie van de deeltjes door middel van de zwakke kernkracht zorgt er echter voor dat de zware broertjes binnen een fractie van een seconde uiteenvallen in elektronen en up en down-quarks – daarom komen we ze niet tegen in gewone materie. We vinden de deeltjes alleen nog terug als ze voorkomen in uitzonderlijke omstandigheden. Om ze goed te kunnen onderzoeken moeten de deeltjes kunstmatig worden opgewekt in deeltjesversnellers. Deze verdeling staat bekend als het standaardmodel en werkt aardig om de resultaten uit de deeltjesversneller te beschrijven. Maar het model
Een onderdeel van de deeltjesversneller Foto CERN
is lang niet volledig. De vraag waarom er zo’n mooie structuur zit in de drie families blijft onbeantwoord. Waarom zijn er bijvoorbeeld geen vier families? De Adelhart Toorop: ‘De vraag ligt nog open. In de traditionele theorie is het antwoord “nee”. Het bestaan van de drie families wordt als een experimenteel feit gezien, maar niet verklaard. Maar er moet een reden voor zijn.’ Vandaar dat het standaardmodel regelmatig wordt uitgebreid met zogenaamde velden: theorieën die nieuwe deeltjes en mechanismen van interactie toevoegen. In zijn proefschrift verkent Reinier de Adelhart Toorop de mogelijke verklaringen voor de overeenkomsten, de symmetrie, in de families om de orde in de gevonden deeltjes te verklaren. Hij onderzoekt of er structuur zit in de manier waarop de neutrino’s interactie aangaan via de zwakke kernkracht. Neutrino’s komen namelijk wel in alle drie de smaken voor ‘in het wild’, omdat de deeltjes als het ware heen en weer wiebelen tussen de drie smaken terwijl ze door de ruimte bewegen. Afhankelijk van het moment waarop je het observeert is de neutrino small, medium of large. Dit levert weer andere modellen op, die de samenhang tussen de deeltjes kan worden verklaard. Het merkwaardige is dat de neutrino’s niet in alle toestanden met elkaar interactie aangaan: pas bij specifieke combinaties gebeurt er wat. Waarom, is vooralsnog een raadsel. Een andere mogelijkheid is dat er een verband bestaat tussen familiesymmetrie en de zogeheten Grand Unified Theory. Deze stelt dat er niet drie verschillende krachten
zijn, maar dat er een kracht is die op verschillende energieniveaus anders werkt. Dit maakt het model aanmerkelijk simpeler, maar dat is lastig aan te tonen. De fotonen die gebruikt worden om de deeltjes te bekijken in deeltjesversnellers worden namelijk ook beïnvloed door het energieniveau waarop de experimenten zich afspelen, waardoor de onderzoeksresultaten worden vertroebeld. De werktitel voor zijn proefschrift was The Beauty and the Beast, zegt de promovendus. ‘Beauty’, omdat het veld van de familiesymmetrieën op verschillende manieren passende modellen kan opleveren, die ook weer kunnen dienen als basis voor het verklaren van andere mysteries in de deeltjesfysica, zoals de raadsels rond de duistere materie en het eventuele bestaan van het Higgs-deeltje. En het beestachtige? ‘De slechte boodschap is dat de structuur die de familiemodellen inspireert, misschien toch minder overtuigend is dan eerst gedacht werd.’ Vooral de data uit de interactiepatronen laat nog veel grilligheden zien. De Adelhart Toorop: ‘In ieder geval kunnen we stellen dat de elementaire-deeltjesfysica de vraag “Waar is dat van gemaakt?” beantwoord denkt te hebben. De vraag “Zit daar structuur in?” wordt sowieso bevestigend beantwoord, maar de hoeveelheid structuur is nog onderwerp van debat. Er zijn nog veel antwoorden mogelijk voor de vraag ‘Is daar een reden voor?’ En zodra er nieuwe antwoorden komen op de eerste vraag – bijvoorbeeld als deeltjesversnellers weer nieuwe, onverwachte deeltjes vindt – kunnen alle kaarten weer anders liggen.’
Mollenduim Gewervelde landdieren en de dieren die van landdieren afstammen, zitten vastgebakken aan een bouwplan met vijf vingers en vijf tenen. In een walvisskelet zie je vijf vingers verstopt in de vin. Honden lijken vier tenen te hebben, maar de zogeheten ‘Hubertusklauw’ die ietsje hoger zweeft, is nummer vijf, analoog aan je duim. Kijk je met deze wetenschap naar een mollenpoot, dan zie je die vijf vingers weer keurig netjes terug. Er zit ook nog iets anders: een sikkelvormig ding dat eruit ziet als een zesde vinger. Wat is dat voor een ding en hoe omzeilt een mol die beperking van vijfvingerigheid? In Biology Letters licht een internationaal team van onderzoekers, met daarin de Leidse biologen Mike Richardson en Merijn de Bakker, een tipje van de sluier op. De mollenduim is helemaal geen vinger, maar een uitgroeisel van het polsbot, die ook later tijdens de ontwikkeling van een babymol ontstaan dan de vingers. In het artikel wijzen de biologen ook de voor dit kunstje verantwoordelijke genen aan.
Suikerziekte 1 Bij mensen met Type 1 suikerziekte (‘jeugddiabetes’), valt het immuunsysteem de cellen in de alvleesklier aan die insuline produceren; de stof die je nodig hebt om suiker goed te kunnen verwerken. Zonder die cellen is de patiënt aangewezen op insuline van de apotheker. Amerikaanse en Italiaanse diabetesonderzoekers beschrijven in het Journal of Experimental Medicine een studie naar de alvleesklieren van 45 dode suikerpatiënten. De Leidse hoogleraar Bart Roep werkte ook mee. Het meeste van dit soort onderzoek wordt gedaan naar organen van mensen die relatief recent een ziekte opliepen, maar bij de donors voor deze studie zaten patiënten die al meer dan dertig jaar suiker hadden. De belangrijkste conclusie was dat er grote verschillen tussen de patiënten zaten: bij sommigen waren veel meer insulineproducerende cellen vernield dan bij anderen. Dat er überhaupt van zulke cellen overblijven is iets dat pas sinds 2010 bekend is. Ook de aanwezigheid van de ‘verkeerde’ immuunsysteemcellen verschilde van patiënt tot patiënt. Het was zelfs de eerste keer dat zulke cellen daadwerkelijk in alvleesklieren werden aangetoond, in plaats van in het bloed.
Suikerziekte 2 Type 2 diabetes, ‘ouderdomssuiker’, heeft een onduidelijker oorzaak dan type 1, maar het is evenmin goed om te hebben. Patiënten zijn vaker ziek, moe, hongerig en dorstig en hebben daardoor een lagere levenskwaliteit. Als je te dik bent en suikerziekte hebt, hebben die twee hoogstwaarschijnlijk met elkaar te maken, en het beste dat je dan tegen je suiker kunt doen is afvallen. In het Leids Universitair Medisch Centrum zetten internisten obese suikerpatiënten daarom op een streng dieet met zeer weinig calorieën, en daar val je razendsnel vanaf. In het European Journal of Internal Medicine beschrijven ze een onderzoek naar 27 diabetici met ernstig overgewicht, met per patiënt twee dikke en twee slanke controlepersonen. Dertien van de 27 kregen behalve hun turbodieet ook nog een sportprogramma opgelegd, van vijf uur per week. De eerste 16 weken schoten de deelnemers vooruit: de kilo’s vlogen eraf: gemiddeld 25 kilo per persoon. De levenskwaliteit – vastgesteld met enquêteformulieren - nam juist toe, bij zowel de gewone als de sportende afvallers ongeveer evenveel. Het probleem van afvallen is echter nooit het afvallen. De pijn zit hem in het afgevallen blijven. Zo ook hier: ongeveer de helft van de kilo’s was na anderhalf jaar weer teruggekomen.
8 Mare · 1 maart 2012 Maretjes
Achtergrond
Griekse studenten vieren ‘Stinkende donderdag’ in Leiden. ‘Er is al een keer of vijf tegen me gezegd dat ik nooit belasting betaal en lui ben.’ Foto Taco van der Eb
Wat doen die Grieken hier? Nieuwe masterstudenten komen vooral uit Griekenland De nieuwe buitenlandse masterstudenten blijken vooral Grieken. Hoe kan dat? ‘Het is goedkoper dan Engeland.’ Door Harmke Berghuis ‘Grieken
zijn altijd te laat’, grapt Thanos Souliotis (30) ’s middags aan de telefoon. Hij volgt twee masters in Leiden, media technology en film and photographic studies, en is voorzitter van het samengevoegde ISN. Die avond gaan de Griekse studenten feest vieren. Souliotis zal er om kwart voor tien zijn. ’s Avonds volgt een sms. Hij is wat later. Rond een uur of tien is de pizzeria Il Pomodoro aan de Kraaierstraat grotendeels gevuld. Maar geen pizza hier vandaag. Vanavond vieren de Grieken feest. Hierna volgen de veertig dagen vasten. ‘Stinkende donderdag’, noemen ze het, vrij vertaald. De vrouwen waren aan het koken, zo gaat het verhaal, maar vergaten het vlees. Dit was zo aangebrand dat er overal rook hing. Vandaar de naam. Met plastic bordjes lopen Griekse studenten langs de schalen. Wat er te eten is?
Top vijf buitenlandse studenten De afgelopen twee jaar is het totale aantal buitenlandse studenten met 20 procent toegenomen. Die aanwas bestaat voornamelijk uit masterstudenten. De meeste buitenlandse studenten die zich dit collegejaar hebben ingeschreven voor een master aan de universiteit komen uit Griekenland, dat zijn er 62. Daarop volgen de 39 Duitse studenten, 34 Italiaanse studenten. Uit Groot-Brittannië komen 33 masterstudenten en 32 komen er uit China. In totaal studeren er 3000 buitenlandse studenten aan de Universiteit Leiden op een totaal van bijna twintigduizend.
‘Geen idee’, zegt de uit Cyprus afkomstige rechtenstudent Alex Efstathiou (23). ‘Dit is in ieder geval niet traditioneel, volgens mij is het Hollands.’ Er staat patat, blokjes kaas en bittergarnituur. Het vlees in de bakken kan hij niet thuis brengen, behalve de gyros dan. Dit jaar hebben 62 Griekse studenten zich aangemeld voor diverse masterstudies, het tweede inschrijfmoment in februari nog niet meegerekend. Dat is bijna de helft meer dan de tweede grootste groep buitenlandse studenten : 39 Duitse studenten. Een verklaring voor het grote aantal Grieken heeft woordvoerder Caroline van Overbeeke niet direct. ‘We vinden het wel belangrijk om internationale studenten te werven, maar we richten ons niet op Griekse studenten. Wel bezoeken we ook daar beurzen.’ Een mogelijke verklaring is dat er veel Griekse studenten naar Nederland komen voor psychologie. ‘We hebben het niet onderzocht, maar we horen dat er minder mogelijkheden zijn om in Griekenland een master psychologie te doen.’ Marilena Aretini (25) was zo’n studente. Ze volgde de master Child and adolescents psychology. ‘In Griekenland is het veel duurder om een master te doen’, legt ze uit. ‘En bovendien zijn er ook niet veel mogelijkheden om toegelaten te worden tot de opleiding.’ Toch komen de Griekse studenten ook voor andere opleidingen. Nikos Koutsoukos (29), PhD-student Taalwetenschap: ‘Grieken die graag in het buitenland willen studeren, gingen voorheen altijd naar Groot-Brittannië. Maar Nederland is goedkoper dan Engeland.’ En dus komen ze naar Nederland. Dit is overigens al langere tijd het geval, blijkt uit de cijfers van de universiteit. Maar waarom de Grieken niet naar België gaan, waar de studies nog minder kosten? Koutsoukos: ‘Daar zijn niet zoveel programma’s in het Engels.’ Vasilis Karakasis, student bestuurskunde wil ook best het een en ander uitleggen. Maar eerst wijst hij naar een glas rode wijn. ‘Drink die eerst maar op’, zegt hij. ‘Eerst plezier, dan werken, zo zien wij dat.’ Hij verklaart het aantal Grieken door de
goede reputatie van de universiteit. ‘Dat, in combinatie met de crisis, brengt veel Grieken hier. Een investering in educatie is de beste remedie.’ Een aantal blijft ook na de studie in Nederland. Souliotis: ‘Niets loopt goed in ons land, iedereen probeert hier te blijven en te werken.’ De voormalige psychologiestudente Marilena Aretini is inmiddels al een jaar afgestudeerd, maar woont en werkt hier nog steeds. Of ze terug wil? ‘Ik mis mijn familie en vrienden, maar het is een te groot risico om terug te gaan, ik zou daar geen baan vinden.’ Toch is vanavond de crisis vrijwel alleen in grappen terug te horen. Een jongen die met Karakasis staat te praten, vraagt of die nog een goede kapper weet. Goedkoop is wel een vereiste. ‘Het is crisis, ik kan geen dertig euro aan mijn haar besteden.’ Karakasis, kortgeschoren kop: ‘Ik dank God voor mijn weinige haar.’ Maar het is niet altijd leuk. Christiana Kyrkoo (24), studente Public and international law: ‘Sommige mensen reageren op een agressieve manier als je zegt dat je uit Griekenland komt. Laatst zei een jongen dat ik bier moest kopen omdat ik hem geld verschuldigd was. En er is al een keer of vijf tegen me gezegd dat ik nooit belasting betaal en lui ben.’ Souliotis: ‘De mensen die geen geld hebben, zijn altijd de mensen die betalen.’ Hij vertelt over de leningen van de bank, de creditcards. ‘Mijn moeder had tien creditcards, misschien zelfs wel vijftien. De mensen bleven maar dingen kopen hiermee zonder direct te betalen, dus de kosten lopen op. En nu is het uitgelopen op chaos. De rijken betalen niks en de armen hebben niks. De middenklasse kan het niet betalen.’ Zelf is hij financieel onafhankelijk van zijn ouders. ‘Ik hield me, tot voor kort, nauwelijks met de crisis bezig. Tot mijn moeder me laatst belde. Haar salaris is met vijftig procent gekort.’ Je kunt het onderwerp niet altijd vermijden, zegt hij. ‘Maar vanavond proberen we dat wel. Alle Grieken in het buitenland feesten door, zelfs als er een crisis is. Geld uitgeven en aan plezier. Zo van: ik heb geen geld, maar geef me tien cocktails. Fuck it.’
Doe iets met je kennis. Help een leerling op streek in 1 uur per week. Twee leerlingen uit groep 7 en 8 zoeken dringend hulp bij taal, rekenen en studievaardigheden. Marokkaans meisje, wiskunde, Engels, kopklas; Marokkaans meisje, Engels, economie, 3-HAVO, zes euro per uur. Marokkaans meisje, taal, rekenen, kopklas; Turkse jongen, boekhouden, ROC, MBO1. Afghaans meisje, Nederlands, NT2, Marokkaanse jongen, wiskunde, 2-VMBO; Somalisch meisje, wiskunde, brugklas, vijf euro per uur. Drie leerlingen Voortgezet Onderwijs wonen in Zuid-West. Eén leerling Speciaal Onderwijs heeft bijles nodig; 30 leerlingen Ba.O.groep 3 t/m 6 zoeken hulp bij taal en/of rekenen, van wie tien met vergoeding. Bijles in Onderwijswinkel, buurthuis Vogelvlucht, of bij leerling of bijlesgever thuis. Ook zoeken wij vrijwilligers voor bijles/huiswerkhulp op twee basisscholen en op het woonwagencentrum Trekvaartplein Leiden. Onderwijswinkel, Driftstraat 77, ma-, wo en do. 15-17 u. Tel: 5214256, LET OP ons e-mailadres is: hdekoomen@owwleiden.nl. Vrijwilligerswerk in het buitenland? Wil je met straatkinderen werken in Azië, Afrika of ZuidAmerika? Kom naar ons informatieweekend van 23-25 maart 2012. Voor informatie en aanmelding: www.samen.org. Wil je graag je kennis delen? En heb je zin om op kamp te gaan in de meivakantie? Kijk op www.anderwijs.nl! We zijn een pop bandje uit Leiden (bas, drums, gitaar, piano en zang) met eigen repertoire, en we zoeken een cellist (e) die ons komt versterken. Mail ons naar urgetoplay@gmail.com of bel 0616947207. Deelnemers gezocht voor onderzoek naar voeding, stemming en cognitie. Gezonde, niet-rokende, vrouwelijke proefpersonen (18-30 jaar) die geen hormonaal anticonceptiemiddel (zoals de pil) gebruiken en een regelmatige menstruatie cyclus hebben. Het onderzoek bestaat uit een intake (ongeveer 1 uur) en een onderzoeksochtend
(ongeveer 3.5 uur, waarvan 1 uur pauze). U wordt kort geïnterviewd, vult vragenlijsten in en maakt computertestjes. Tijdens de onderzoeksdag slikt u een voedingssupplement (tryptofaan) of placebo. Beloning: € 30,- of 8 credits. Meer informatie: mail naar Leiden.onderzoek@gmail.com. The Mayflower Bookshop, a small independent English-language bookshop in Leiden, is looking for a new owner. The current owner is moving to Amsterdam in June. The bookshop is well-known and popular in and around Leiden and certainly worth continuing. For more information, go to www. mayflower-bookshop.nl or send an e-mail to Info@mayflower-bookshop.nl. HUISWERKBEGELEIDERS gezocht voor GESCHIEDENIS, NEDERLANDSE LITERATUUR en DUITS. Dit t.b.v. een slimme gymnasiast (klas 4), die exact georiënteerd is en snel last heeft van faalangst. Locatie: aan huis in Voorburg. Frequentie en tijdstip nader af te spreken. Goede betaling, reistijd deels vergoed. Inlichtingen via e-mail (t.kalker@hetnet.nl) of telefonisch (0624624628).
Maretje extra Maretjes-extra zijn bedoeld voor semi-commerciële instanties. De prijs voor een Maretje-extra is €23,– incl. BTW voor elke vijfendertig woorden. U kunt deze advertenties uiterlijk op de vrijdag vóór het verschijnen van Mare opgeven bij Bureau van Vliet B.V., postbus 20, 2040 AA Zandvoort, telefoon 023-571 47 45. E-mail: Zandvoort@bureauvanvliet.com Repetitor Inleiding Straf- en Strafprocesrecht, B I, tentamen 19 april 2012 Onderwijs en tentamentraining in 10 lessen van 2,5 uur door ervaren en succesvolle docent. (Straf-proces-recht, BI en BIII en NOVA). Mr L. Slooter-Satter. lucienne@slooter.com of 071-5157777.
Academische Agenda Prof.dr. F.N. Pieke zal op vrijdag 2 maart met het uitspreken van de oratie benoemd worden tot hoogleraar aan de faculteit der Geesteswetenschappen om werkzaam te zijn op het gebied van Modern China Studies. J. Tiemensma zal op dinsdag 6 maart om 15.00 uur promoveren tot doctor in de Geneeskunde. De titel van het proefschrift is ‘Pituitary diseases’. Promotor is Prof.dr. J.A. Romijn. N. van Duinen zal op woensdag 7 maart om 16.15 uur promoveren tot doctor in de Geneeskunde. De titel van het proefschrift is ‘Hereditary paragangliomas, Clinical Studies’. Promotoren zijn Prof.dr. J.A. Romijn en Prof.dr.
J.W.A. Smit. M.S. Gherghina zal op donderdag 8 maart om 15.00 uur promoveren tot doctor in de Sociale Wetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Explaining electoral volatility in central and eastern Europe: a party organizational approach’. Promotor is Prof.dr. R.A. Koole. M. Liem-Moolenaar zal op donderdag 8 maart om 16.15 uur promoveren tot doctor in de Geneeskunde. De titel van het proefschrift is ‘Human pharmacology of current and new treatments for schizophrenia’. Promotoren zijn Prof.dr. J.M.A. van Gerven en Prof. dr. A.F. Cohen.
Master of Arts in Latin American Studies ► Multi-disciplinary study of 15 months
including three months fieldwork in Latin America
► Information day: March 16, 15.30 hours at: Centre for Latin American Research and Documentation Keizersgracht 395-397 1016 EK Amsterdam www.cedla.uva.nl
2012 Mare 89 x 75 (mm: b x h)
1 maart 2012 · Mare 9 Wetenschap
Allemaal Alice Tegendraadse auteur en rechtsfilosoof gelooft niet in ordening Marjolijn Februari gooit de weerbarstige werkelijkheid graag overhoop. Volgende week houdt ze de Annie Romein-Verschoorlezing. ‘Voor sommigen ben je als vrouw een soort idioot.’ Het lijken twee gescheiden werelden: die van het denken en die van het doen. Die van de theorie en die van de praktijk. Marjolijn Februari geeft een voorbeeld: ‘Een vriendin van mij had vroeger een relatie met een man die bij alles wat gebeurde eerst een boek ging lezen. Als hij een fototoestel kocht, moest hij tegelijk een boek kopen om te weten hoe het werkte. Andere mensen drukken gewoon op wat knoppen. Ik leef en functioneer in een wereld waarin iedereen alles per boek doet.’ Het is de wereld van academici, intellectuelen en beleidsmakers. Kennis en regels staan er voorop. Maar Marjolijn Februari begrijpt ook die
Door Marian Donner
andere kant. ‘Ik heb twee zielen in mijn borst.’ En dat is hoog nodig, want de intellectuele elite vergeet maar al te vaak dat de werkelijkheid oneindig veel woester is dan in theorieën of modellen te vangen valt. In dat opzicht is Alice in Wonderland de perfecte vergelijking - niet voor niets Februari’s lievelingsboek. ‘Over het algemeen denken mensen dat Alice in Wonderland over een fantasiewereld gaat, maar eigenlijk gaat het over de werking van kennis. Wanneer Alice in onze wonderlijke wereld terechtkomt, probeert ze voortdurend regels toe te passen die ze op school heeft geleerd. Maar dat werkt niet. Omdat ze de regels niet meer zo goed weet en ze dus maar half toepast, maar ook omdat de werkelijkheid veel vreemder is dan ze op school heeft geleerd.’ Alice in Wonderland toont zo de voortdurende mislukkende poging om greep te krijgen op de werkelijkheid. ‘Dat maakt het boek ook zo dramatisch, omdat zij dat maar steeds ijverig blijft volhouden en
proberen, waardoor ze een tragische held is.’ En in feite zijn we dat allemaal. ‘Ik denk dat dat ons aller tragiek is dat we voortdurend proberen om de wereld netjes te ordenen en te begrijpen, maar net als bij Alice lukt dat steeds niet. De werkelijkheid schiet er aan alle kanten onderdoor.’ Juist die wisselwerking tussen regels, theorieën en principes enerzijds en de weerbarstige werkelijkheid anderzijds fascineert Marjolijn Februari. ‘Het is een voortdurende cirkelgang, we passen regels toe en veranderen daarmee de praktijk. Blijkt dat geen succes, dan veranderen we de regels en proberen het opnieuw, maar nooit sluit alles perfect aan. Omdat de werkelijkheid telkens wonderlijker blijkt dan we dachten.’ Dat is haar missie: ‘Het bewustzijn creëren dat die cirkel bestaat. Mijn werk, zowel mijn literaire werk als mijn advieswerk, is een vertaalslag tussen de woeste mensen van het leven zelf en de nette geordende mensen van de regels, de ambtenarij. Ik
loop van de een naar de ander en probeer ze aan elkaar uit te leggen.’ Daarbij zou ze het liefst alle lagen van de bevolking aanspreken. ‘Ik heb wel eens tegen een vriend gezegd: eigenlijk zou ik wel langs zaaltjes willen gaan om iedereen uit te leggen hoe het recht in elkaar steekt en hoe lastig het is om beleid te maken, maar die zei: ze zien je aankomen, zo’n deftige mevrouw.’ Vooralsnog richt ze zich dus vooral op de intellectuele elite. ‘De elite moet beter beseffen waarom mensen tegenwoordig zo wanhopig zijn. Angstig, zeker aan de onderkant van de samenleving, voor dingen die ons overspoelen. Ik begrijp die wanhoop heel goed. Het is de wanhoop van Alice in Wonderland: er gebeuren rare dingen en ik raak de greep kwijt.’ Uiteindelijk helpt kennis toch. ‘Het maakt mensen rustiger, juist als je snapt dat je niet alles kunt controleren en dat wij tragische wezens zijn. Ik las vorig jaar in de krant dat in Nederland twee miljoen mensen een IQ hebben van 85 of lager. Vanuit je keurige elitaire positie kun je boos worden op die mensen, maar je kunt ook denken: zouden we ze niet eens wat uitleggen en ze helpen zich te verhouden tegenover deze ingewikkelde wereld.’ En dat begint door zelf het goede voorbeeld te geven. ‘Als die bovenlaag zich nu eerst gewoon netjes gaat gedragen, en laat zien hoe je de maatschappij fatsoenlijk draaiende houdt, dan zou dat al erg veel schelen. Ik geloof vurig in het idee van het zinkende cultuurgoed, je moet bovenaan beginnen en dan zinkt het goede gedrag vanzelf naar beneden.’ In dat opzicht ligt er ook een taak voor de columnist. ‘Ik merk dat ik de laatste tijd veel columns en krantenstukken in Nederland chagrijnig vind. Je kunt wel zeggen dat alles stom is en dat iedereen alles verkeerd doet, en dat anderen het allemaal mis hebben, maar daar wordt de samenleving niet vrolijker van. De beste analyse op dat punt is het verhaal van Marten Toonder over het monster Trotteldom. In dat verhaal zijn de Trottels heel bang voor een groot wezen dat af en toe het land vertrapt. De Trottels menen te voelen wanneer hij er aankomt en als het zover is springen ze met zijn allen in een gat in de grond om zich te verstoppen. Komen ze weer boven, dan blijkt dat het monster inderdaad alles heeft verwoest. Uiteindelijk komt Tom Poes erachter dat het monster bestaat uit de horde angstige Trot-
tels die massaal zijn weggerend voor het vermeende gevaar. Je kunt als columnist roepen: “alles gaat mis”, je kunt vervallen tot chagrijn en ellende en beschuldigingen, maar dan ben je het monster al geworden dat je vreest. Af en toe moet je jezelf bij de kraag vatten en zeggen: nu gaan we iets leuks doen.’ Zoals bijvoorbeeld in de Annie Romein-Verschoorlezing die Marjolijn Februari aan de Leidse universiteit houdt (zie kader). Ook hier staat de weerbarstige werkelijkheid centraal. Want vooral vrouwen worden nog veel te vaak in een hokje geduwd. ‘Ik krijg zoveel uitnodigingen op basis van geslacht. Als ik vraag waarom ik ben uitgenodigd, is het antwoord: “Wij willen graag één man en één vrouw en wij dachten: ja, u bent een vrouw.” Ik citeer graag een redacteur van een literair tijdschrift die zei: “Wij hebben voor het volgende nummer een aantal vrouwelijke schrijvers uitgenodigd en ook een aantal gewone schrijvers.” Dat is geen slip of the tongue. Zo iemand ziet vrouwen gewoon als een subspecies van de idiot savant. Je bent een soort idioot, maar wonderlijk genoeg heb je nog wel ergens verstand van.’ En dat hokjesdenken wordt alleen maar erger. ‘Iedereen wordt steeds dwingender vastgelegd in data. Dat pakt vooral slecht uit voor vrouwen. Die zijn altijd meer een groep geweest. Je zegt nooit: “Dat is een man, dus…” Maar wat voor alle vrouwen geldt, geldt voor iedere vrouw afzonderlijk.’ Ze zijn dol op schoenen, kunnen geen kaart lezen en worden geleid door emoties – stereotypes waar de toegenomen digitalisering en commercialisering gretig op in springt. ‘Internet doet niets anders dan profielen maken. Op grond daarvan krijg je aangepaste marketing en selectieve informatie.’ Tel daar het oprukkende conservatisme bij op en het kader is compleet. ‘Een van de belangrijkste onderscheiden in het conservatieve denken is toch die tussen man en vrouw. Ik blijf proberen die ordening overhoop te gooien, te laten zien welke wilde individualiteit er heerst. Je kunt mensen niet onderbrengen in een groep.’ Want uiteindelijk schiet de werkelijkheid er altijd onderdoor. Kijk maar naar Alice. Annie Romein-Verschoorlezing, Academiegebouw donderdag 8 maart, 20.00 uur, inloop met koffie vanaf 19.30 uur
Annie Romein-Verschoorlezing
De Australische actrice Mia Wasikowska speelde de hoofdrol in de verfilming van Alice in Wonderland (2010). ‘Onze tragiek is dat we voortdurend proberen om de wereld netjes te ordenen en te begrijpen’, aldus Marjolein Februari, ‘maar net als bij Alice lukt dat steeds niet’.
De Annie Romein-Verschoorlezing wordt vanaf 1989 jaarlijks gehouden ter viering van de Internationale Vrouwendag op 8 maart. Annie Romein-Verschoor (1895–1978) promoveerde in 1935 aan de Leidse universiteit bij Albert Verwey op het proefschrift Vrouwenspiegel, over Nederlandse romanschrijfsters na 1880. Vlak voor de Tweede Wereldoorlog speelde ze een belangrijke rol in het Comité van Waakzaamheid tegen het fascisme. In 1970 ontving ze de Constantijn Huygensprijs voor haar hele oeuvre. Dit jaar wordt de lezing gegeven door Marjolijn Februari (1963) - pseudoniem van Marjolijn Drenth. Zij is auteur, rechtsfilosoof en lid van het zelfstandig adviescollege DEGAS. Ze heeft een wekelijkse column op de opiniepagina van NRC Handelsblad, publiceerde romans en schreef een proefschrift over de verhouding tussen economie en ethiek, Voor haar literaire werk ontving ze meerdere literaire prijzen. Haar laatste roman De literaire kring staat momenteel op de longlist van de prestigieuze Impac Dublin Award.
10
Mare · 1 maart 2012
English page
A teddy bear from the Nazis One Leiden student’s quest for pictures of deported children A visit to Anne Frank’s house when she was a child made her cry: student Aline Pennewaard was transfixed by the horrors of Holocaust and set to work collecting photographs of deported Jews. BY VINCENT BONGERS “When I was about eight, I had to give a class talk”, recalls Aline Pennewaard (1978), a World Religions student. “My parents suggested the Second World War as a subject. “Ask your Granddad about it; he was born in 1916’, they said. My Granddad showed me some ration coupons, which made the War come alive for me, and told me about the Jewish butcher’s family Izaks in Woerden, where he had worked as a butcher’s boy. The family were murdered in Sobibor Concentration Camp. I thought that it was so bizarre. It was the first time I had ever heard of the Holocaust. It’s simply inconceivable, especially for a child. It was so unreal, I wanted to know more.” Years later, this fascination led to a project, when Pennewaard worked with journalist and author Guus Luijters to compile the recently published In Memoriam. During the war, 19,048 children were deported to concentration camps, mainly Jews, but there were also Roma and Sinti among them. Only 1,048 children survived the Holocaust. Luijters and Pennewaard have succeeded in putting names to 3,000 photographs of children murdered by the Germans and Amsterdam City Archives have set up an exhibition based on their book In Memoriam. Pennewaard explains: “We wanted a central location where all these photographs could be linked to names. There’ll be a time, not so far into the future, when there’s nobody left with firsthand knowledge, but now, many of the surviving relatives say that these children will still remembered when they themselves are not around anymore, and that makes them feel better.” As a child, Pennewaard devoured large numbers of books and documentaries about the war. “My parents wouldn’t let me see everything; after all, the suffering might have given me bad dreams. But that made me angry, obviously.” However, sometimes it really was too much and a visit to Anne Frank’s house really upset her. “I had read her diary and of course I wanted to see it. I needed the loo and after I had been gone for a while, my mother went to look for me. There I was, in floods of tears. Actually, I can’t remember the incident myself.” The opening of the exhibition was rather a distressing affair. “There were quite a lot of surviving relatives there, and the atmosphere was emotionally charged. People’s grief is tangible. It made a huge impact.” Pennewaard became interested in children about whom much less was known than about Anne
Frank. “I read about Sanne Ledermann, one of Anne’s friends, and I realised that thousands of other children had died about whom we know practically nothing. I wanted to see if I could find anything.” The quest started in 2001. “I ran all the names I found through a CDROM containing every Dutch telephone number and address, then I approached people personally by letter and that’s how I collected the first hundred pictures. Then it caught the media’s attention, and it was featured on television on programmes like Hart van Nederland. After that, people got in touch with me and things moved much faster.” Pennewaard feels that all the photographs make an impression: the touching and formal family portraits, the pictures of children with braces or slightly oversized glasses. And then there are the school photographs of whole classes. “After 1941, Jewish children were not allowed to attend government-funded schools and there are more and more pictures of rows of girls with big Stars of David on little dresses. And then you realise that almost all those children were killed. At most, three from every class survived. All of them should all be here still. They never had the chance to grow up.” Pennewaard learned to cope with the pictures. “You develop a selfdefence mechanism. If every photograph made me cry, I would have to drop the project. I’ve been exposed to disturbing images since I was young. You get used to it, by giving it a place. But I was extremely upset the first time I saw the pictures.” The Nazis’ iniquities could be eccentric, as the brief life of
Michieltje Prins heart-rendingly illustrates. “He was born prematurely in 1943, and arrived in Westerbork Transit Camp more dead than alive. The commander sent for an incubator: the best care wasn’t good enough and they spent a month of two nursing him back to health. And then they sent him to the gas chamber – I just can’t understand it at all.” But Koen Gezang’s story it the one that moves her most of all. In 1942, a foundling was brought to the Jewish nursery in Amsterdam and was named Remi van Buijtenwijck. Everybody loved the child, including the Nazis, but that made it impossible to hide Remi safely as he would have been missed immediately. “He was spoilt, the Germans gave him a teddy bear, but they still allowed him to be deported. It’s inconceivable.” Remi was put on a transport to Westerbork and was then sent on to Sobibor where he was murdered in May 1943. It was only ten years ago that it became evident that Remi’s real name
was Koenraad Huib Gezang. Pennewaard discovered that Koen was not mentioned on the lists of the transports to the camp. “The Germans recorded everything very accurately, so that was strange. He had been deported under another name.” In the end, she was contacted by Edward Gezang (83), Koen’s brother. “He called me from Sweden where he has been living for a very long time. He had some pictures, but after a short conversation he started to weep inconsolably and hung up. I assumed I wouldn’t be hearing from
“There’ll be a time, not so far into the future, when there’s nobody left with firsthand knowledge”
him again but he rang back half an hour later and said he wanted to help.” Although the book has been published, it does not mean that the search ends there. “We’re not stopping. The book’s publicity has encouraged more people to send in pictures. We will have finished when we have the 18,000th photograph. I want to continue with Holocaust Studies any way and I’ve been walking around with notion of compiling a book about murdered German children for some time now, too.”
Koen Gezang was a Jewish foundling who became the Nazis’ darling. But he was deported nonetheless.
1 maart 2012 · Mare 11 Cultuur
Agenda
Geen beren jagen, maar targets Zuidas-yup en schoonmaker zoeken toenadering in De hulp Kan er vriendschap ontstaan tussen een rijke en succesvolle zakenman en diens huishoudhulp?
De ziel van het monster Student tekent psychologisch profielen Dat ze kunstenares wilde worden, wist ze al vroeg. Toen kwam het zwarte gat. ‘Er gebeurt heel wat duisters binnenshuis.’ Thomas Blondeau Perverse sprookjes van tongzoenende oma’s, vaders die naakte kinderen uit elkaar willen trekken, skeletten die je kind willen meenemen. Of intens trieste portretten van zonderlingen die er tegelijk als bejaarde en kind uitzien. In grimmig zwart tekent Elise Warmenhoven scènes op uit een verhaal waarvan je niet wil weten hoe het afloopt. Het werk van de bachelorstudente kunstgeschiedenis hangt in de gangen van het Lipsiusgebouw. De tentoonstelling heet toepasselijk genoeg Monsterlijk. Maar volgens de kunstenaars moet we het niet te zwart in zien.
Door
Hoe gaat het met je? Je werk verraadt een… euh… zekere zwaarmoedigheid. ‘Het gaat goed, hoor. Wel hebben zwartgallige onderwerpen me altijd beziggehouden. Ik probeer wel eens iets met kleur te maken, maar ach. De figuren die ik teken, komen voor een groot deel intuïtief, bijna onbewust tot stand. Soms zijn het mensen uit mijn directe omgeving die ik dan een andere gedaante geef. Soms zijn het vreemde wezens of iemand die door de maatschappij niet wordt geaccepteerd. Die wil ik dan toch een zieleleven geven. Ik maak dan als het ware een analyse van die persoon en geef dat weer in een tekening.’ Soms lijken het scènes uit een verhaal. ‘Ik probeer verhalend te zijn. Ik wil de toeschouwer iets meegeven, een groter geheel waarbij die kan gaan nadenken.’
Voor je kunstgeschiedenis ging studeren, heb je de kunstacademie gedaan. Waarom nog die theoretische component erachteraan? ‘Ik wist al van jongs af aan dat ik kunstenaar wou worden. Na mijn opleiding kwam ik in een zwart gat terecht. Klassiek, ja. Ik wist niet wat ik met mijn leven aan moest. Ik heb toen anderhalf jaar stilgelegen, een depressie. ‘Maar ik wou verder met de kunst en besloot me te verdiepen. Het eerste jaar was heel lastig. Ik keek altijd al veel naar kunst. Maar nu moest ik daar op een wetenschappelijke manier over schrijven. Dat heeft de nodige moeite gekost.’
Door Dirk-Jan Zom Je zult maar net door je vrouw zijn verlaten, je baan kwijt zijn en vervolgens struikelen over een emmer die in een donkere gang staat en daarmee een hernia oplopen. Het overkomt Arnoud een tot voor kort succesvol investment banker. Hij is plots tot weinig meer in staat en is voor hulp volledig aangewezen op Lucas, een huishoudhulp afkomstig uit Oost-Europa, ingehuurd door Arnouds vrouw. De zakenman ligt plat op de vloer als hij hem voor het eerst ontmoet. Het toneelstuk De Hulp van schrijfster Maria Goos draait om die ontmoeting. Twee mannen, die weinig met elkaar gemeen lijken te hebben, zijn tot elkaar veroordeeld. Arnoud is jarenlang een hardwerkende en succesvolle zakenman geweest, maar zit nu thuis. Lucas verblijft al negen jaar illegaal in Nederland. Zijn droom, een eigen apotheek, lijkt heel ver weg. Niet alleen zijn er cultuur- en inkomensverschillen. Ook wordt de rationele Arnoud (Michiel de Jong) geconfronteerd met gevoelsmens Lucas (Sieger Sloot), die gelooft in God. Arnoud heeft maar één geloof: de bankenwereld. Daarin wil hij volledig opgaan. ‘Vroeger gingen mannen beren jagen’, zegt hij, ‘nu halen ze targets’. Hoe zelfingenomen en overtuigd Arnoud ook is, er ontstaan langzaamaan toch twijfels. Want hij werkte 70 uur per week om een huis
Maria Goos, De Hulp (spel: Michiel de Jong en Sieger Sloot) Leidse Schouwburg Wo 7 mrt 20.15 u, vanaf € 17,50
TRIANON Nova Zembla 3D wo. 14.30 The Descendants dagelijks 18.45 + 21.30 Süskind dagelijks 18.45 za. zo. + wo. 14.15 Man on a Ledge dagelijks 21.30 Hugo 3D dagelijks 18.45 Sherlock Holmes 2 do. vrij. za. 21.30 The Help zo. ma. di. wo. 21.30 HET KIJKHUIS The Iron Lady dagelijks 18.45 The Girl with the dragon tattoo dagelijks 21.00 The Artist dagelijks 19.15 + 21.30 LIDO STUDIO Hugo 3D vrij. za. zo. 15.30 Project X dagelijks 19.00 + 21.30 Safe House dagelijks 21.30 The Iron Lady vrij. za. zo. 15.30 The Woman in Black dagelijks 21.30 This Means War dagelijks 19.00 + 21.30
MUZIEK
LVC Bushman Vr 2 mrt 20 u €17,50 Birth of Joy CD Release Party Do 8 mrt 20 u €7,50 vvk DE BURCHT Alan Skidmore (GB) + Benjamin Herman bij Rein de Graaff Trio Zo 4 mrt 15 u v.a. €10,QBUS 20 Jaar de X Za 3 mrt 20.30 u €5,-
T he ateR
LAKTHEATER De geit, of wie is Sylvia? Vr 2 en za 3 mrt 19.45 u met inleiding v.a. €17,50 De Tijd: Wittgenstein Do 8 mrt 20.30 u v.a. €13,50 LEIDSE SCHOUWBURG Kransky Sisters: Back again Za 3 mrt 20.15 u v.a. €19,STADSGEHOORZAAL Medea Do 8 mrt 20.15 u v.a. €27,50 LOKHORSTKERK Solovoorstelling Anna Zernike, de eerste vrouw op de kansel Zo 4 mrt 14.00 u gratis IMPERIUMTHEATER Curtains Up: Op zoek naar een acteur Do 1, vr 2, za 3 mrt 20 u €17,50
DIVERSEN
Botst je praktische achtergrond wel eens met de theorie in de collegezaal? ‘Ja, heel vaak. Dan wordt er door de docent een bepaalde betekenis aan een werk gegeven waar ik het helemaal niet eens ben. Of ik wijs op anatomische foutjes bij Rembrandt. Dan ziet die docent dat voor het eerst en wordt het vervolgens wat vergoelijkt. Alsof Rembrandt een minder kunstenaar wordt daardoor. Het maakt hem net menselijker.’ Is er een interpretatie van jouw werk mogelijk waar je het niet eens mee bent? ‘Ik zou het jammer vinden als mensen mijn tekeningen als pessimistisch zouden beschouwen. Ik probeer net iets positiefs mee te geven, een bewustzijn over het afschuwelijke. Zo kunnen mensen elkaar beter accepteren, hoe ze er ook uitzien. Niet alles is vanzelfsprekend. Er gebeurt heel wat duisters binnenskamers. Daar hebben we geen weet van maar we moeten er wel rekening mee houden.’ Elise Warmenhoven, Monsterlijk, LAKgalerie, t/m 13 april, toegang gratis
te betalen waar Lucas uiteindelijk meer kon zijn dan hijzelf, om met zijn kinderen te lunchen. En als zijn vertrokken vrouw nog eenmaal langskomt blijkt waar dat toe leidt: de kinderen missen hem niet. Hoe anders is dit voor Lucas: zijn familie is grotendeels afhankelijk van zijn inkomsten. Maar ook hij zit vast in Nederland, zonder echte carrière. Hij wil wel heel graag Arnoud helpen. Maar waarom zou je iemand zomaar helpen? vraagt Arnoud zich af. Dat is hij vanuit zijn wereld niet gewend. Is de huishoudhulp wel zo goudeerlijk als hij zich voordoet? Het Oost-Europese accent van Lucas is cliché en verveelt snel. De grapjes zijn soms flauw: ‘Ik heet Lucas, heel makkelijk, net als koelkast.’ Maar dit is slechts het begin. Zodra de twee verder in gesprek raken, blijkt Lucas zeker geen eendimensionaal personage te zijn. Arnoud is zeer overtuigend en lijkt zo te zijn weggeplukt uit een kantoor op de Zuidas. Het stuk laat mooi zien hoe deze harde persoonlijkheid, voor wie het leven voornamelijk bestond uit risicovol speculeren met andermans geld, in conflict komt met zichzelf. De twee hoofdrolspelers reconstrueren in pittige gesprekken de weken na de ongelukkige val van Arnoud. De vraag of vriendschap tussen hen mogelijk is, speelt tot het einde. Het publiek moet uiteindelijk oordelen wiens motieven zuiverder zijn.
FILM
Foto Ben van Duin
LUMC Tentoonstelling ‘Uit de schaduw’ t/m 11 mrt 2012 UNIVERSITEITSBIBLIOTHEEK Tentoonstelling ‘Topografisch Geheugen: Topstukken uit de verzameling Nederlandse topografie’ t/m 29 apr 2012 ARCHITECTUURCENTRUM RAP Tentoonstelling ‘103 interventies voor de stad’ t/m 25 mrt 2012 SIEBOLDHUIS Maanlicht, Mysterie en Schoonheid t/m 4 mrt 2012 RIJKSMUSEUM VAN OUDHEDEN Etrusken. Vrouwen van aanzien t/m 18 mrt 2012 Nieuws uit het Midden-Oosten t/m 31 aug 2012 In de gloed van Lapis Lazuli t/m 11 mrt 2012 MUSEUM BOERHAAVE Conferentie ‘Cultures of Anatomical Collections’ Wo 15 t/m vr 17 feb Verborgen krachten: Nederlanders op zoek naar energie t/m mrt 2012 DE LAKENHAL Suske & Wiske – Het Lijdende Leiden t/m 4 mrt 2012 NATURALIS Darwindag met o.a. lezing Chris Stringer Zo 12 feb lezing om 15.00 u Naturalia, van circusdier tot wetenschappelijk object t/m 19 aug 2012 MUSEUM VOLKENKUNDE De verborgen tuin – Juwelen uit India t/m 8 apr 2012
12
Mare · 1 maart 2012
Het clubje
00 :20 PM
Kwartet
Foto Marc de Haan
‘Ik ben Joods. Dat weet iedereen’ Bestuursleden Studievereniging Sababa Anne Drijvers (21, links op de foto), bachelor Hebreeuwse en Joodse studies: ‘Sababa is Hebreeuwse slang, het betekent iets van relaxt, cool of tof - al is dat laatste al een Hebreeuws woord.’ Hannes Vlaardingerbroek (30, rechts) zelfde studie: ‘Op 9 februari dit jaar hadden we het officiële openingsfeest van onze studievereniging, maar we zijn al vanaf 29 september bezig.’ Drijvers: ‘Die dag waren we het Joods Nieuwjaar, het jaar 5772, aan het vieren bij een docente van onze opleiding die zelf Joods is. Daar hebben we vaker activiteiten gehad. Je leert weliswaar in boeken erover, maar op deze manier krijg je er een echt beeld van. Tijdens die viering bleek dat er een ontzettend groot aantal studenten is die iets samen wilde doen. Hannes en ik liepen al langer met het
Bandirah
idee rond om iets op te richten. Ik ontmoette hem in het eerste jaar van mijn studie. Hij stond pas vanaf februari ingeschreven. Ik vroeg hem wat hij studeerde: Hebreeuws, zei hij. Dat kan helemaal niet, reageerde ik. Ik was tot dat moment de enige eerstejaars van de studie die nog over was. Daarom ben ik zo blij met Sababa; er zijn maar weinig studenten bij de opleiding en daarbuiten zijn er maar heel weinig mensen die weten wat wij precies doen. Je kan dus niet praten over de dingen waar je dagelijks mee bezig bent.’ Vlaardingerbroek: ‘We hebben nu 22 betalende leden.’ Danni Reches (19, midden op de foto), Midden-Oostenstudies met bijvakken Hebreeuws: ‘Maar we hebben ook leden die nog niet betaald hebben. Niet-leden
zijn ook altijd welkom. Het is voor iedereen die interesse heeft in Hebreeuws of het Jodendom. Dus niet alleen voor Joodse mensen of mensen van de studie.’ Vlaardingerbroek: ‘Het gaat gewoon om leuke dingen doen die met het onderwerp te maken hebben.’ Drijvers: ‘We zullen eerstejaars tijdens de filmavonden echt geen Hebreeuwse film laten kijken zonder ondertiteling. We organiseren ook maandelijks Sabababorrels, waarbij docenten een korte lezing houden. We houden excursies: bijvoorbeeld naar de Joodse buurt in Amsterdam of Antwerpen, en gaan op studiereis naar Israël.’ Reches: ‘We vieren ook de Joodse feestdagen. We gaan bijvoorbeeld volgende week Poerim vieren, een soort Joods Carnaval.’
Drijvers: ‘Verkleden en veel bier drinken.’ Reches: ‘We willen ook een keer naar de synagoge.’ Drijvers: ‘Daar kun je, vanwege de veiligheid, niet zomaar heen als je niemand kent.’ Drijvers: ‘Ze willen geen mensen met slechte bedoelingen erin; helaas is antisemitisme nog steeds heel actueel. Voor een groep met vijftien onbekende mensen is het dus vrij lastig om binnen te komen.’ Reches: ‘Veel Joden laten zich vanwege het verleden ook maar voorzichtig uit over hun achtergrond. Zelf ben ik ook opgevoed met dat idee. Mijn vader is Joods. Ik durf dat wel te zeggen in de krant. Iedereen weet het inmiddels toch al.’ DOOR HARMKE BERGHUIS
Onze rector magnificus wierp een snelle blik op zijn kaarten. ‘Mag ik van jou in de categorie “stoffige studies”: theologie? En in de categorie “teruglopend rendement”: Portugees?’ Zijn tafelpartner rector Van der Zwaan haalde opgelucht adem. Daar was hij weer mooi vanaf. ‘Prima, maar mag ik dan van jou in de categorie “interesseert geen hond”: Italiaans. En nu we toch bezig zijn, mag ik ook van jou, in diezelfde categorie: Frans. En misschien.., dit wordt spannend, heb je ook Duits? Kwartet!’ Vorige week baande ik mij een weg door een overvolle Lipsiuskantine. Een zestal studentes had – weliswaar onbedoeld – de chipknipautomaat bezet. Luide stemmen richtten zich tot een dame, vermoedelijk docent. ‘Hoe moet dat dan? Kan ik mijn bachelor nog wel afmaken?’ De emoties liepen hoog op. Vandaag begreep ik ineens waar het over ging. In de krant las ik dat de Universiteit Leiden van plan is om de studies Duits, Frans en Italiaans op te heffen. Let wel, we hebben het over Frans en Duits. Nog steeds verplicht op middelbare scholen, terwijl docenten Duits inmiddels zeldzamer zijn dan poema’s op de Veluwe. Natuurlijk is het zo dat Engels de gangbare taal is voor internationale communicatie. Maar wie in een Frans gehucht ooit geprobeerd heeft om in het Engels een tentplaats te regelen weet wel beter: het Frans staat nu niet bepaald op uitsterven. Staatssecretaris Zijlstra wil dat universiteiten zich sterker gaan profileren. Ze moeten niet meer zomaar alle vakken aanbieden, maar doen waar ze goed in zijn. Betekent dit dat de opleidingen Portugees, Arabisch en theologie aan onze universiteit van excellente kwaliteit zijn, terwijl ze er bij Duits, Frans en Italiaans een potje van maken? Of gaat het eigenlijk om geld, en niet om kwaliteit? Stond Leiden niet juist bekend om het feit dat je er bijna alle talen kunt studeren, hoe exotisch ook? Gelukkig laat de universiteit ons niet met lege handen achter. De drie studies zullen samengaan in een ‘brede’ – lees: nietszeggende – bachelor Taal, cultuur en mediastudies. Inderdaad, zo’n studie waarvan je van te voren geen idee hebt wat je er gaat leren. Dit trekt massa’s studenten aan die eigenlijk ook niet weten wat ze willen leren en die vervolgens na een jaar weer met hun studie kappen. Maar daar gooi je een boete tegenaan en het probleem is opgelost. Deze ‘brede’ bachelor zou op de lange termijn gunstig zijn voor de levensvatbaarheid van de betreffende opleidingen. Ik zie niet in hoe het opheffen van een opleiding haar levensvatbaarheid ooit kan vergroten. Als de universiteit zo nodig wil profileren, kan ze zich beter onderscheiden in plaats van alles op een grote hoop gooien om zoveel mogelijk studenten te trekken. Met interdisciplinaire masteropleidingen bijvoorbeeld, waar je na een gedegen bachelor opleiding (onmisbaar voor een goed taal- en cultuurbesef) een interessante combinatie kunt maken met een ander interessegebied. Studies ruilen om geld te besparen? Ze zouden beter moeten weten. Van ruilen komt huilen. PETRA MEIJER