19 november 2015 39ste Jaargang • nr. 11
‘ Alles staat kriskas door elkaar’ Pagina 11
Nazi-kamer in Minervahuis. ‘Dit staat haaks op wat wij uitdragen’
De overvolle agenda van Leo Lucassen. ‘Het is een beetje uit de hand gelopen’
Pagina 5
Pagina 6 en 7
Cleveringa-hoogleraar Piet Hein Donner: ‘Ik ben eigenlijk lui’
Pagina 8
‘Waar moeten wij naartoe?’ De universiteit wil de sociale huurwoningen tegenover het Lipsius slopen, zo blijkt uit de plannen voor een nieuwe Humanities Campus. De bewoners zijn woedend. De verouderde gebouwen van Geesteswetenschappen barsten uit hun voegen, zegt Michel Leenders, directeur van Expertisecentrum Vastgoed van de Universiteit Leiden. ‘Het complex is begin jaren tachtig verrezen.’ En nu de bouw van een nieuwe bètacampus in volle gang is, heeft de universiteit alvast plannen gemaakt voor Geesteswetenschappen: het zogenoemde Plazamodel. Het Lipsius maakt daarin plaats voor een groen plein langs het water. Waar nu een blok staat met 58 sociale huurwoningen zou een nieuw onderwijsgebouw moeten komen. De brief die de bewoners daarover eind vorige week ontvingen maakte veel los. ‘Die viel als een psychologische bom in de bus’, zegt mevrouw Vendel. ‘Je hoeft niet gestudeerd te hebben om te weten: dit brengt leed met zich mee. Dinsdagavond kwamen veel buren naar de inloopavond van de universiteit, de meesten stipt om zes uur. ‘Dat hadden we afgesproken’, vertelt mevrouw Steeman. ‘Een inloopavond is gemeen, dat is een tactiek van verdeel en heers.’ Ook de powerpointpresentatie van de plannen is aan de bewoners niet besteed. ‘Heeft u ook een plaatje van plan B?’ willen ze weten. ‘En waar moeten wij naartoe? Lammenschans? Een industrieterrein?’ Nee, de universiteit heeft voor hen een nieuwbouwlocatie bij het Poortgebouw op het oog, achter het Centraal Station. ‘Wie gaat dat betalen, zomaar mensen hun huizen af te pakken?’ wil een verontwaardigde buurman weten. De universiteit, verzekert Leenders. ‘Ja, en uit wie z’n zak?’ Zijn vrouw is ernstig ziek en zal de verhuizing misschien niet eens meemaken. Hij ziet het niet zitten om dan nog te verhuizen. ‘Zo’n plek vind ik nooit meer.’ Door Marleen van Wesel
Dit haalt niets uit Zegt bestuurskundige die in Syrië onderhandelt met IS
Een Russisch gevechtsvliegtuig dropt bommen op doelen van IS in Syrië. Foto Russische ministerie van Defensie
‘Als ze een pink face nodig hebben, schuif ik aan’, zegt de Leidse bestuurskundige Jeffrey Jonkers, die in Syrië met IS onderhandelt. ‘Politici zeggen: praat niet met terroristen. Maar wij doen het dus wel. En het lukt ook.’ Door Vincent Bongers ‘Ronaldo of Messi? Als het gevaarlijk wordt bij een checkpoint begin ik tegen een zwaarbewapende bewaker over voetbal. Die sport interesseert me totaal niet, maar die vraag is een goede ijsbreker. De namen van die spelers herkennen ze meteen. Dan heb je contact, dan is er een menselijke link. Na heel veel gebabbel mag je dan door.’ Jeffrey Jonkers (36) studeerde bestuurskunde in Leiden, was voorzitter van Augustinus en werkt tegenwoordig bij de ngo Peaceful Change Initiative. Maandag was hij in Leiden een lezing te geven over zijn werk. Als onderhandelaar. Met IS. Hij vertelt over een zaak waar hij bij betrokken is. ‘De troepen van IS
Nu Nu in in boekhandel boekhandel en en webshops: webshops: Nu in boekhandel en webshops: (ook (ook als als eBook) eBook) (ook als eBook)
De sociale dimensie De sociale dimensie van de opwarming van de opwarming Nijssen & Walter Nijssen & Walter We dreigen te stranden op We dreigen te stranden op klimaat. Maar zijn verdeeld. klimaat. Maar zijn verdeeld. Welke aanpak brengt ons op Welke aanpak brengt ons op één lijn, en mobiliseert alle één lijn, en mobiliseert alle krachten ? krachten ?
liggen ongeveer tien kilometer van het stadje Salamiyah. Daar wonen soennieten die tegen IS én tegen het regime van Assad zijn. Hulp van de regering krijgen ze dus niet, en het Free Syrian Army is niet sterk genoeg om IS tegen te houden. We zijn gaan onderhandelen met IS over de veilige aftocht van bewoners. En dat lukt ook. As we speak zijn er vluchtelingen onderweg naar veiligere plaatsen.’ Nog een voorbeeld. ‘In het Syrische vluchtelingenkamp Qah wonen 50.000 ontheemden. Het Al Nusrafront, een aan Al Qaida gelieerde militie, heeft het daar voor het zeggen. En wat hen betreft hoeven de kampbewoners het niet te overleven. Het kamp is omsingeld en afgesneden van voorzieningen. Uiteindelijk is het gelukt om een overeenkomst te sluiten met Al Nusra. Er is nu weer elektriciteit, voedsel en water.’ Maar onderhandelen met IS, dat kan toch helemaal niet? ‘Je hoort politici zeggen: we onderhandelen niet met terroristen. Maar dat doen wij dus wel degelijk. Al stuurt IS geen commandant naar de onderhandelingen, maar zoekt vertegenwoordigers die een binding hebben met de gemeen-
schap. Vlakbij Raqqa, door IS uitgeroepen tot hoofdstad van het kalifaat, ligt een klein christelijk plaatsje. We hebben er voor gezorgd dat de bewoners daar kunnen blijven. Je moet geluk hebben, maar ook elke mogelijkheid aangrijpen. In dit geval had een inwoner zich verzet tegen Assad. Hij was in de gevangenis beland en had daar mensen ontmoet die nu bij IS zitten. Hij kon een commandant bellen en zo is geregeld dat de dorpelingen niet hoefden te vluchten en zelfs hun landbouwproducten op de markt in Raqqa mochten verkopen.’ Hoe is hij aan de onderhandelingstafel terechtgekomen? ‘Syrische activisten die naar Turkije zijn gevlucht hebbent een netwerk opgezet om op lokaal niveau te onderhanden. De groep krijgt hulp van het Britse ministerie van Buitenlandse Zaken. Als er zaken zijn waarbij ze een pink face - een westerling - willen, dan schuif ik aan. Maar ik train ze ook in onderhandelingstechnieken. Wat kunnen we bieden en wat niet?’ Jonkers omschrijft zichzelf als ‘een vrij laconiek’ persoon. ‘Ik word niet snel bang. Dat is ook de reden waarom ik dit werk kan doen. Toen
ik in 2005 onderzoek deed voor mijn masterscriptie moest ik wegduiken toen het Israëlische leger en Palestijnen het vuur op elkaar openden. Sindsdien ben ik eigenlijk constant in oorlogsgebied geweest. ‘In Afghanistan was ik bezig met de identificatie van burgerslachtoffers, toen die rare dominee in Florida korans ging verbranden. Ik zat op een hele kleine compound in Kandahar en buiten de hekken stonden er elke dag een paar honderd demonstranten te schreeuwen en autobanden in de fik te steken. Dat was wel angstig. Als je heel veel tijd in de bunker doorbrengt, denk je soms: “Gaan we hier nog uitkomen?” ‘Ik neem soms te veel risico’, geeft hij toe. ‘Om elf uur ’s avonds door Aleppo wandelen, dat moet je eigenlijk niet doen.’ Ook de onderhandelingen verlopen niet altijd vlekkeloos, zegt hij. ‘Escalatie is altijd mogelijk. Soms wordt er gebeld: “We zijn boos en komen er nu aan”, soms komen er ook bewapende groepen voorrijden. Dat kan heel gevaarlijk lijken, maar het is vaak ook tactiek.’ > Verder lezen op pagina 5
> Verder lezen op pagina 4
Literair talent opgelet! Win € 250 met Mare-kerstverhalenwedstrijd Ook dit jaar weer: de Mare-kerstverhalenwedstrijd! Schrijf een verhaal van tussen de 1500 en 2000 woorden en win €250, €75 of €50. Oproep van auteurs en juryleden Christiaan Weijts en Arjen van Veelen: verras ons. Mail uiterlijk 10 december naar: redactie@mare.leidenuniv.nl Deelname alleen voor Leidse studenten.
2 Mare · 19 november 2015 Geen commentaar
Paarsebroekenpark Door Bart Braun Wat de universiteit nou precies gaat bouwen voor de gees-
teswetenschappers is onduidelijk, maar het Lipsius, het Reuvens en Stalingrad City (de gedrochten rondom de UB) gaan tegen de vlakte, dus het wordt vrijwel zeker een verbetering. Misschien sneuvelt er ook een stukje sociale woningbouw: het betonblok tussen het Huizinga en het Arsenaal (zie pagina 5). Je zou het een foeilelijk litteken in de Leidse binnenstad noemen, ware het niet dat het ronduit monsterlijke Lipsiusgebouw ernaast staat, en als bliksemafleider fungeert. De mensen die in het betonblok wonen, zijn echter blij met hun mooie plekkie. Zij vinden het maar raar dat de universiteit ze weg wil hebben. Dat is het natuurlijk ook. De sloopdrift van de universiteit komt namelijk niet omdat er een enorme groei aan alfa-studenten wordt verwacht. Ook zullen er, met de huidige manier waarop Nederland in wetenschap investeert, vermoedelijk geen grote aantallen geesteswetenschappelijk onderzoekers bijkomen. Die extra grond is nodig omdat de universiteit een stukje opschuift, zodat er plek is voor het Singelpark. Het Singelpark bestaat vooralsnog op papier, maar moet uiteindelijk een dunne groene cirkel om de Leidse binnenstad worden, het langste park van Nederland. Zo wordt Leiden een leukere plek voor hardlopers, hondenuitlaters, watervogels en vooral voor paarse broeken dragende linkse vijftigers die graag Singelparkplannen te-
kenen. Het wordt een minder leuke plek voor die mensen in de sociale woningbouw, maar die zijn blijkbaar niet belangrijk. Ieder zijn hobby. Alleen: waarom moet de universiteit aan die plannen meewerken? Als ze de Singelparkplannen echt zo’n warm hart toedroeg, had ze de grond bij de voormalige Van der Klaauwtoren wel cadeau gedaan. Daar moesten echter stadswoningen van meer dan zeven ton worden neergezet. Tussen de voordeuren en de bijbehorende aanlegsteiger voor het nog apart te kopen plezierbootje in, loopt straks een flinter-dun stukje groen: voor mensen met geld kan het Paarsebroekenpark blijkbaar best wat nauwer. Waarom kan dat dan niet ook bij de Witte Singel? Waarom moet er ineens universiteitsgeld gelapt worden om de sociaalwoners uit te kopen? Zelfs als het wél makkelijk was om de handjes op elkaar te krijgen voor de parkambities, dan nog is het domweg niet de taak van de universiteit om die ook te subsidiëren.
Colofon Redactie-adres Reuvensplaats 3, 2311 BE Leiden
Column
Postbus 9500 2300 RA Leiden Telefoon 071–527 7272 Website mareonline.nl E-mail redactie@mare.leidenuniv.nl
De redactie is op vrijdag gesloten. Oplage circa 15.000 Hoofdredactie
Frank Provoost frank.provoost@mare.leidenuniv.nl Redactie
Vincent Bongers vbongers@mare.leidenuniv.nl Bart Braun bbraun@mare.leidenuniv.nl Petra Meijer p.meijer@mare.leidenuniv.nl Marleen van Wesel h.g.van.wesel@mare.leidenuniv.nl Monica Preller (stagiaire) m.preller@outlook.com Medewerkers
Laura Kervezee • Tim Meijer • Esha Metiary • Marc van Oostendorp • Benjamin Sprecher Fotografie Taco van der Eb • Marc de Haan Illustraties Bas van der Schot • Bandirah • Silas.nl Basisontwerp Roeland Segaar, Zabriski Communicatie Art direction en vormgeving Marcel van den Berg Drukwerk Rodi Rotatiedruk, Broek op Langedijk Advertenties Bureau van Vliet B.V. Postbus 20 2040 AA Zandvoort Telefoon 023 - 571 47 45 Redactieraad
Prof. dr. J.C. de Jong (voorzitter) • Prof. dr. F. Israel (vicevoorzitter) • drs. B. Funnekotter • J. Daemen • S. Grootveld • drs. M. van Hintum • mr. F.E. Jensma • M. Kuipers • prof. dr. N.J. Schrijver • dr. J.P. Vollaard • F. Vermeeren • C. van der Woude Jaarabonnementen
Een jaarabonnement op Mare loopt van september t/m juni. Belangstellenden kunnen Mare thuisgestuurd krijgen door €35 over te maken op IBAN NL68RABO0103257950 ten name van Universiteit Leiden (o.v.v. Mare en SAP-nummer 6200092091) en vervolgens een bevestigingsmail met daarin hun adres te sturen naar redactie@mare.leidenuniv.nl. Studenten betalen €25. Ter controle graag in de bevestigingsmail ook het studentnummer vermelden. Adreswijzigingen
Alleen schriftelijk met postwikkel. Klachten en opmerkingen over de toezending van Mare 071-5277272. Mededelingen voor het op donderdag verschijnende nummer moeten uiterlijk de voorafgaande donderdag 16.00 uur in het bezit van de redactie zijn. ISSN 0166-3690
Bolwerk van vrijheid, onafhankelijkheid en beschaving Om ons heen klinkt dof gerommel. Eurocommissaris Timmermans sprak vorige week vrijdag zijn zorg uit dat de vluchtelingencrisis weleens tot oorlog in Europa kon leiden. Deze sombere woorden waren nog niet uitgeklonken, of in Parijs sleurde een aantal jonge mannen in hun streven naar onvrijheid een groot aantal mensen mee de dood in. En in de reacties werd allerwege opgeroepen tot repressie. Er is geen reden om de moed te verliezen – er is nooit reden om de moed te verliezen –, maar het is wel tijd om te zorgen dat de bolwerken van onze cultuur voldoende sterk zijn. Zoals bekend komt het motto van de Universiteit Leiden uit de mond van de roemruchte taalkundige Matthias de Vries, die in 1874 als rector de term ‘bolwerk van vrijheid’ muntte en er een jaar later – bij het driehonderdjarig bestaan – aan toevoegde dat de universiteit ook een ‘bolwerk van onafhankelijkheid en van beschaving’ moest zijn. Alleen de vrijheid haalde de vertaling in het Latijn, maar de onafhankelijkheid en de beschaving horen er natuurlijk bij. De universiteit is het nobelste instituut dat de mensheid ooit heeft opgericht: een instelling waar sommige mensen hun leven lang zoeken naar de waarheid en andere mensen een tijdje met hen meelopen. Een plaats waar gedebatteerd kan worden en geëxperimenteerd, waar toortsen worden overgedragen van de ene generatie op de ander, een organisatie die in voortdurend contact staat met de maatschappij en er tegelijkertijd een beetje buiten staat. Juist in tijden van grote verwarring, in tijden waarin ineens allerlei personen naar voren treden die een oplossing lijken te hebben voor alle problemen – oplossingen die er altijd, en vanuit welke kant ze ook komen, uit bestaan dat vrijheid, onafhankelijkheid en beschaving worden beknot
– is er behoefte aan bezinning, aan de uitwisseling van rationele argumenten, aan pogingen de problemen van een afstandje te bezien. Het hoogste wat een mens kan doen, vind ik, is studeren. Grote stapels documenten boven tafel halen, die excerperen, er kritisch over nadenken, en proberen een stap verder te zetten in de kennis die wij mensen gezamenlijk proberen te verwerven. Natuurlijk zijn dit idealen die ver af staan van de werkelijkheid. Universiteiten bieden lang niet altijd genoeg bescherming aan onderzoekende geesten. Er zijn altijd hoogleraren geweest die vooral uit waren op macht en aanzien. Er wordt regelmatig de grootst mogelijke onzin beweerd. Maar dat betekent nog niet dat je niet trots kunt zijn op het ideaal. Het Platform Hervorming Nederlandse Universiteiten (H.NU) houdt momenteel een verkiezing voor ‘de slechtste slogan’ van een Nederlandse universiteit. Leiden staat in de top-3, maar dat komt naar mijn indruk vooral omdat de Leidse ‘inzending’ abusievelijk niet het motto van de universiteit is, maar de titel van het instellingsplan 2015-2020: Excelleren in vrijheid. Excelleren is fijn om te doen, maar het benadert niet eens waar het in de kern om gaat; de kracht van de universiteit ligt er niet in dat er mensen zijn die boven anderen zouden uitsteken, maar dat mensen er aan nobele idealen kunnen werken. Het zou mooi zijn als het Leidse motto, in de geest van De Vries, werd uitgebreid, als alle andere universiteiten hun onzinnige Engelstalige slogans zouden opheffen, en ze zichzelf allemaal tot bolwerken zouden verklaren: bolwerken van vrijheid, onafhankelijkheid en beschaving. Marc van Oostendorp is hoogleraar fonologische microvariatie
19 november 2015 · Mare 3 Mensen
071 - 527…
Thuis kwamen de tranen pas
Scheikunde op de wc
Promovenda bevond zich in het rampgebied Leids historica Liesbeth Rosen Jacobson zat bij de aanslagen in Parijs vast in een restaurant. ‘Bataclan was drie straten verder.’ ‘Dit is een héél slechte B-film. Dit gebeurt niet echt’, dacht promovenda Liesbeth Rosen Jacobson. Het zou haar laatste avond in Parijs zijn, na een verblijf van twee weken met twee conferenties. Haar promotieonderzoek, bij geschiedenis, richt zich op mensen van gemengde afkomst, net ná koloniale periodes. ‘Die vrijdag had ik een presentatie gegeven. Het was een kleine conferentie, over intermarriage, met veel discussies en onderling contact. Ik had echt leuke mensen ontmoet. Na afloop belandden we vlakbij de Sorbonne in zo’n tourist trap. Eigenlijk wilden we ergens anders heen. Een van ons, een Franse vrouw, wist nog wel een leuke buurt.’ Een taxi zette het gezelschap af, iets ten zuiden van de Place de la République. ‘We liepen richting een theater.’ De avond eindigde in een restaurant, vlakbij dat theater: Bataclan. ‘Langzaam kwamen er flarden van nieuws binnen, en bezorgde sms’jes. Toen we wilden vertrekken kwamen er twee Fransen binnen rennen, de angst in hun ogen. Ze hadden schoten gehoord, mensen zien vluchten. De deur ging op slot en ineens begon iedereen binnen te roken, wat ook in Frankrijk verboden is. In steenkolenengels vertelde een Fransman over hostages, en dat het niet veilig was op straat. We hoorden ook iets over doden en over die match tussen Frankrijk en Duitsland. ‘Tot een uur of twee ’s nachts speelden we rare, domme spelletjes. Toen wilden de restaurantmedewerkers dat we zouden betalen. Er was nog gedoe met de rekening die niet bleek te kloppen. Iedereen was moe, maar niet iedereen durfde naar buiten.’ Bij het metrostation stonden politieagenten, die het gezelschap adviseerden een taxi te nemen. ‘Maar alle taxi’s zaten vol. Te voet naar het
De voorkant verwijst naar de televisieserie Breaking Bad. Staan er veel recepten voor drugs in uw boek? ‘Geen enkele.’ Staan er überhaupt proefjes in die je kan doen? ‘Dat wel; het gaat vooral om eenvoudige dingen die je zelf kunt doen, met stoffen die je waarschijnlijk al in huis hebt. Zo kan je suiker en zout uit elkaar houden door te proeven, maar ook door het in de brand te steken.’
Door Marleen van Wesel
En dat moet je dan in bad doen, begrijp ik uit de titel? ‘Er is een hele serie boekjes Voor in bed enzovoort. Net als de rest biedt ook dit boek een kennismaking met het onderwerp voor mensen die er wel iets mee hebben, maar graag meer willen weten.’
volgende metrostation kwamen we alsnog een lege tegen. Veel wegen waren afgesloten en na een hoop rondjes wees de politie ons de enige mogelijke route naar de ring van Parijs.’ De nachtwaker van haar hotel keek vreemd op toen ze alleen uit die bizarre nacht tevoorschijn kwam. ‘Ik wilde alleen nog maar slapen, wat niet lukte. Maar pas thuis, toen ik op het journaal een plattegrond zag, kwamen de tranen. Bataclan was echt maar drie straten verder, dat kwam hard binnen.’ Haar mailbox zit inmiddels vol berichtjes van andere conferentiegangers. ‘Is iedereen veilig thuisgekomen? De vrouw die ons die buurt had aangeraden mailde dat ze zich er zo rot over voelt. Maar zij kon het ook niet weten. Haar man was trouwens bij de kinderen gebleven die avond, omdat zij zo graag nog wat met ons wilde drinken. Anders was hij naar dat concert gegaan, in Bataclan.’
Hoeveel ‘iets’ moet je hebben? ‘Scheikunde als eindexamenvak op het vwo of de havo zou genoeg voorbereiding moeten zijn. Het boekje heeft een vrij hoge informatiedichtheid, vrees ik. Dat is het nadeel van wetenschapper zijn, het is lastig om alles terug te brengen naar het niveau van mensen die er niets vanaf weten.’
Tien Leidse studenten in Parijs De universiteit heeft een crisisprotocol voor rampen en calamiteiten elders. ‘We hebben dit weekend contact gehad met de decanen, maar ook met de directeuren bedrijfsvoering en de hoofden van de overige clubs van de universiteit’, vertelt woordvoerder Caroline van Overbeeke. ‘Daarin kwam ook de minuut stilte maandag in het stadhuis ter sprake.’ De universiteit probeert in zo’n situatie zoveel mogelijk medewerkers en studenten te lokaliseren. ‘Maar we weten natuurlijk lang niet van iedereen waar ze zitten. Met degenen van wie we het wisten hebben we contact gezocht’, zegt Van Overbeeke. Het contact met medewerkers loopt primair via de faculteiten. De dienst SOZ (Studenten- en Onderwijszaken)
heeft een rol bij het lokaliseren en informeren van studenten, want daar zijn de gegevens verzameld van studenten met een studieverblijf in het buitenland. ‘Ook het contact opnemen met studenten gebeurt bij voorkeur via de faculteiten, omdat studenten de afzender dan doorgaans kennen’, vertelt SOZ-directeur Jeroen ’t Hart. Er is een 24/7-telefoonnummer voor vragen van studenten. ‘Uiteindelijk bleken er tien studenten in Parijs te zijn’, zegt ’t Hart. Woensdag was met allemaal inmiddels contact gelegd. Ook aan Franse en Libanese studenten die in Leiden studeren is een bericht gestuurd om betrokkenheid te tonen en hen te wijzen op ondersteuningsmogelijkheden van studiebegeleiders en studentpsychologen.
Frutti di Mare
50.000 woorden per maand Door Monica Preller ‘Op hoeveel woor-
den zit jij?’ ‘Twintigduizend. En jij?’ ‘Op schema. Vijfentwintigduizend.’ Achterin café Het Pakhuis zitten student Engels Becky van Leeuwen (20), literatuurwetenschapper Eva de Jonge (23) plus de taalwetenschappers Lotte van den Dam (21) en Mariëlle Wiegers (23) driftig te tikken en te schrijven. Ze doen mee aan NaNoWriMo, oftwel National Novel Writing Month, een project waarbij elke dag van de maand november ongeveer 1500 woorden van een verhaal moet worden geschreven. Aan het eind van de maand is je novelle of roman klaar om gepubliceerd te worden. Of je houdt het voor jezelf, als persoonlijke trofee. De Jonge: ‘Ik hoef niet zo nodig gepubliceerd te worden. Ik schrijf vooral voor mijn plezier.’ Van den Dam knikt instemmend. ‘Ik vind schrijven gewoon leuk. Als er iets mee zou gebeuren zou dat leuk zijn, maar als het een hobby blijft is het ook prima.’ Van Leeuwen wil er wel werk van maken. ‘Ik heb een schrijfopleiding gevolgd en ik zou het heel gaaf vinden om uitgegeven te worden.’ Ook Wiegers heeft serieuze schrijfambities: ‘Ik wil de
Scheikundige Ludo Juurlink schreef het boekje Scheikunde voor in bed, op het toilet of in bad: chemiekennis in hapklare brokjes.
journalistiek in. Maar als mijn verhalen los gepubliceerd worden vind ik dat ook heel cool.’ De schrijvers halen hun inspiratie uit series en muziek. Van Leeuwen: ‘Mijn verhaal is een detectiveroman. Dus ik kijk vaak naar CSI, Criminal Minds of NCIS voor ideeën.’ De Jonge: ‘Mijn verhaal bevat elementen uit Game of Thrones. En als ik muziek luister zie ik echt hele verhaalscènes voor me.’ Wiegers: ‘Ik heb als leidmotief het liedje ‘I Miss You’ van Blink-182. Dat luisterde de hoofdpersoon altijd met zijn vriendinnetje van de middelbare school. Daar gaat mijn verhaal ook over: een man kan zijn jeugdliefde niet vergeten, en hij wacht op het moment dat hij haar uit kan vragen. Dan wint hij de loterij en doet er alles aan zodat zij met Kerst bij hem is.’ Van den Dam vertelt dat het meer ‘uit haar hoofd komt’, zoals ze zelf zegt. ‘Ik ga gewoon zitten en schrijven.’ Hoe houden de schrijvers dat vol, een maand lang achter hun bureau geplakt zitten elke avond? Of gaat het er minder spartaans aan toe? De Jonge: ‘Ik schrijf vooral wanneer het mij uitkomt.’ Van Leeuwen houdt zich wel aan een vast stramien. ‘Ik ga elke avond na het
eten een uurtje zitten om te schrijven. Dat maakt NaNoWriMo ook zo fijn: je móét wel schrijven om op schema te blijven.’ Van den Dam: ‘Ik dacht dat het lastiger zou zijn om het met mijn studie te com-
bineren, maar het blijkt mee te vallen. Ik heb goede hoop dat het op tijd klaar is.’ Wiegers en Van Leeuwen knikken. De Jonge: ‘Het is soms zwaar, maar ik sla me er doorheen. Aan het eind van november is mijn verhaal af.’
‘Gewoon zitten en schrijven’, 1500 woorden per dag.
Foto Marc de Haan
Op de achterflap zien we geweeklaag over de slechte reputatie van de scheikunde. Is dat niet wat achterhaald, mede dankzij Breaking Bad? Kijk naar de toenemende studentenaantallen. ‘Die serie heeft zeker bijgedragen aan een minder negatief imago, en de opleiding Molecular Science and Technology en Life Science and Technology zijn inderdaad sterk gegroeid. ‘Maar zelf denk ik dat die groei eerder te maken heeft met de recessie van de afgelopen jaren. Hoezo? ‘Als het slechter gaat met de economie, kiezen studenten eerder een studie waar duidelijk een baan aan vast zit, en wat minder voor modieuze of trendgevoelige studies.’ Wat is de grootste scheikundige misvatting die leeft bij het grote publiek? ‘Dat het iets is dat buiten ons bestaat. Mensen denken meteen aan de chemische industrie, aan afvalstoffen. Maar de chemie in ons lichaam is onderdeel van de natuur. De mens is één groot chemicaliënvat, waar de hele tijd chemische stoffen ingaan aan de ene kant, en uitgaan via de andere kant – net als in een fabriek.’ Het boek is opgedeeld in kleine hoofdstukjes van één uitgebreid toiletbezoek lang. Wat is het mooiste stukje scheikunde? ‘Dat is een proef die Louis Pasteur bedacht. Er bestaan twee soorten wijnsteenzuur: natuurlijk en synthetisch. ‘De moleculen bestaan uit precies dezelfde atomen, maar er is toch een verschil: ze hebben een links- en een rechtsdraaiende variant. Net zoals een linker- en een rechterhandschoen hetzelfde zijn, maar elkaars spiegelbeeld. In de natuur komt alleen linksdraaiend voor, terwijl synthetisch wijnsteenzuur zowel links- als rechtsdraaiende moleculen bevat. Pasteur bedacht een manier om met simpele toevoegingen wijnsteenkristallen te maken, waarbij je het verschil kon zien. Dat heeft hij echt heel mooi verzonnen, terwijl hij eigenlijk met heel andere wetenschap bekend is geworden.’ Ludo Juurlink, Scheikunde voor in bed, op het toilet of in bad. BBNC, 160 blz, € 9,95
4 Mare · 19 november 2015 Nieuws
Minervanen opgepakt Vorige week donderdag zijn vijf Minervanen in het Zuid-Hollandse Rijnsaterwoude aangehouden vanwege vandalisme. Een buurtbewoner zag hoe zij een plaatsnaambord vernielden en belde direct 112. Na een korte achtervolging heeft de politie het vijftal in de kraag gevat. De studenten waren waarschijnlijk onder invloed van drank. Afgelopen vrijdag zijn de vijf verhoord. Het is nog onduidelijk welke straf hen wordt opgelegd, zowel door de rechter als binnen Minerva.
Loonsverlaging Vanaf volgend jaar zullen topfunctionarissen in het wetenschappelijk onderwijs het met maximaal 179.000 euro bruto per jaar moeten doen. Dat liet minister Plasterk aan de Tweede Kamer weten. De Wet Normering Topinkomens (WNT-2) die dat bepaalt, ging begin dit jaar al in voor topmensen in de (semi-)publieke sectoren. Maar de zorg, woonsector en het wetenschappelijk onderwijs waren daar nog van uitgezonderd. Het maximum loon - evenveel als een ministerssalaris - gaat gelden voor nieuwe benoemingen. Zittende bestuurders krijgen een overgangsregeling. De is eerste uitzondering is al gemaakt: bestuursvoorzitter Margriet Schneider van het UMC Utrecht mag de norm overschrijden. Vanuit de overheidssectoren klinkt kritiek op de plannen. Ze zouden ervoor zorgen dat gekwalificeerde topfunctionarissen overstappen naar het bedrijfsleven. De salarissen van de Leidse collegeleden zaten vorig jaar overigens onder de voorgestelde norm.
Scripties uit de oertijd De faculteit Rechten heeft een bundel juridische scripties aangeschaft uit de begintijd van de Universiteit Leiden. ‘Vorige week hebben de hand weten te leggen op historisch erfgoed’, aldus rechtendecaan Rick Lawson. ‘Het gaat om bundel Leidse Dissertationes uit 1595-1602. Dat zijn masterscripties maar dan van vroeger; de oertijd van de faculteit. Het document was via via bij iemand in Barcelona terechtgekomen, en die persoon wilde het stuk verkopen.’ De aankoop is gefinancierd door alumni. Lawson wilde niet zeggen hoeveel er voor de bundel is betaald. Het document wordt op 13 januari aangeboden aan rector magnificus Carel Stolke en wordt ondergebracht bij de UB.
Ziekteverzuim De Universiteit Utrecht gaat voortaan strenger zijn in de controle van ziekteverzuim bij tentamens. Dat meldt het online universiteitsmagazine DUB. Hiermee moet voorkomen worden dat studenten zich ‘strategisch’ ziekmelden: afwezig zijn zodat zij op een later moment tentamen kunnen doen. In Utrecht mogen studenten bij ziekte namelijk een toets overdoen als zij voor de inhaaltoets een onvoldoende hebben gehaald. Daardoor moet een tentamen soms drie keer worden georganiseerd. Hoe de UU de controle precies wil verscherpen, is nog onduidelijk.
Duurzaamheidsprijs Stichting Green Keys Leiden heeft samen met het college van bestuur de Studenten Duurzaamheidsprijs uitgereikt aan de commissie van OWL (Orientation Week Leiden) uit het jaar 2014-2015, Die besteedde zowel inhoudelijk als in de praktijk, bijvoorbeeld door afvalscheiding, aandacht aan duurzaamheid. OWL-voorzitter Laurie van Bemmel: ‘We zijn apetrots. Het is een motivatie om nu twee net zulke mooie, groene weken neer te zetten.’
Rectificatie Dr. Welmoet Boender van de Leiden Islam Academie is Islam-kenner. Zo iemand heet een islamoloog en niet een islamist, zoals wij per ongeluk in de vorige Mare opschreven. Wij schreven ook dat de studententoegangsprijs voor het Sieboldhuis € 4,50 bedraagt. Dat is op zich juist, maar voor onze lezers is het wellicht interessanter om te weten dat de toegang voor studenten van de Universiteit Leiden gratis is.
‘We begrijpen de emoties’ Zeventig procent van bewoners moet akkoord gaan > Vervolg van de voorpagina
Het Plazamodel Ook de rest van eesteswetenschappen wordt gebouw voor gebouw aangepakt in het Plazamodel. Er komt een dakopbouw voor een Asian Library op de UB en het P.J. Veth-gebouw aan de Nonnensteeg wordt verbouwd. Die twee projecten zouden in 2017 al gereed moeten zijn, wanneer gestart wordt met de verbouwing van het Arsenaal. Pas in de jaren daarna zijn de andere gebouwen aan de beurt. Naast het Lipsius zijn dat de Reuvensplaats, het Huizingagebouw en de gebouwen aan weerszijden van de UB. De universiteit en de gemeente hebben samen een Nota van Uitgangspunten opgesteld. De gemeente wil de Doelensteeg doortrekken naar het water en in het verlengde een brug. Op 10 december is de inspraakavond, op 14 januari de inhoudelijke behandeling in de raadscommissie Stedelijke Ontwikkeling en op 21 januari wordt het plan besproken door de gemeenteraad.
Woningcorporatie De Sleutels heeft wel een lijst van eisen waaraan een vervangende woning moet voldoen, zoals vergelijkbare huurprijzen en groottes. Maar heeft de universiteit niet gedacht aan het terrein rond de Van der Klaauwtoren als alternatief? Dat ligt dichterbij, aan de andere kant van de Hortus, maar de universiteit heeft het in 2014 juist verkocht voor woningbouw. Leenders’ opmerking dat dat plan uit een periode komt waarin de Humanities Campus nog niet speelde, valt verkeerd. ‘Niet waar!’ reageren verschillende bewoners. Bewoners die er al dertig jaar wonen herinneren zich nog de doelstelling die de universiteit ooit had. ‘Integreren met de Leidse bevolking’, zegt een buurvrouw. ‘Waarom is dat nu ineens anders?’ ‘De gemeente is de grote afwezige’, zegt mevrouw Vendel. ‘Terwijl u iets heeft bedacht waar de gemeente blijkbaar een handtekening onder heeft gezet.’ Het plan is inderdaad al langs het college van Burgemeester
en Wethouders. Er was wel iemand van de gemeente aanwezig, maar die was om zes uur al vertrokken. De hele faculteit verhuizen is te duur en uitbreiden in de hoogte wil de gemeente niet. Hoewel het plan alleen door kan gaan als minstens zeventig procent van de bewoners akkoord gaat, vragen zij zich af of ze een keuze hebben. Een buurvrouw vreest dat de universiteit haar zin toch wel krijgt, desnoods door onteigening. ‘Die instrumenten zullen niet gebruikt worden’, verzekert Leenders. Maar extra ruimte voor Geesteswetenschappen is hoe dan ook nodig. ‘Het wordt wel steeds drukker en steeds lastiger’, zegt Leenders. ‘We begrijpen alle emoties heel goed’, benadrukt universiteitswoordvoerder Caroline van Overbeeke een dag later nog eens. ‘Dit is wat wij willen, maar het is niet zo dat er geen andere opties zijn. Maar wanneer je een plan B presenteert is plan A direct niet meer aan de orde’, verklaart ze de opzet van de presentatie. ‘We blijven met de bewoners in gesprek.’ MVW
Figuranten, grijp je kans Figureren naast Sigrid ten Napel (Penoza, Overspel) in de collegebanken? Dat kan de komende dagen. Er zijn namelijk opnames voor een dramafilm die als lesmateriaal dient voor het vak On Being a Scientist van hoogleraren Bas Haring en Frans van Lunteren. ‘Zij behandelen wekelijks de rol en de verantwoordelijkheden van wetenschappers, aan de hand van scènes uit die film’, vertelt initiator en promovendus Remco van Schadewijk. ‘De film gaat over een gevierde professor die terugkeert bij zijn alma mater om college te geven aan een groep topstudenten. Het gaat over de grijze gebieden van de wetenschap. De hoofdrolspelers doen uitspraken die kloppen en tegelijkertijd heel erg fout zijn.’ Behalve Sigrid ten Napel speelt ook Reinout Bussemaker een hoofdrol. Regisseur is Joost van Ginkel. En er zijn nog zo’n dertig figuranten nodig aanstaande zaterdag, zondag en dinsdag, telkens ’s ochtends vroeg bij het Academiegebouw. Aanmelden kan via http://goo.gl/forms/82XwvKTujP.
Handdoekstudent vreet capaciteit De faculteit Rechten wil studenten die met hun spullen een werkplek in de bibliotheek innemen maar vervolgens lang wegblijven gaan aanpakken. Rechtenstudenten klagen al geruime tijd over het gebrek aan werkplekken in de bibliotheek in het KOG. ‘Het is ongelooflijk druk in de bieb’, zei Lucia Aerden van studentenpartij SGL maandag bij de faculteitsraadsvergadering. ‘We willen graag dat alleen rechtenstudenten toegang krijgen.’ ‘Mogen de criminologen ook nog naar binnen?’ vroeg rechtendecaan Rick Lawson. ‘De bibliotheek is niet van ons, het is een vestiging van de UB. Studenten van andere faculteiten mogen ook van deze bieb gebruik maken. Uitsluiten is geen mogelijkheid, als we dat al zouden willen.’ Ook studenten van andere hogescholen en universiteiten kunnen overigens gratis lid worden van de UB. Lawson: ‘Er zijn perioden in het jaar dat er scholieren in de KOGbibliotheek zitten. Die zouden we mogelijk kunnen weren. Maar dan moet je iedereen controleren. Dat geeft een hoop gedoe.’ ‘Scholieren kunnen overigens voor dertig euro een UB-pas aanschaffen’, zei personeelsraadslid Willem van Boom. ‘Mijn zoon heeft er ook een. Het is een universitaire kwestie. Eigenlijk moet eens worden uitgezocht of het om hele volks-
stammen scholieren gaat.’ Lawson signaleerde een ander probleem: ‘Plaatsen worden lang bezet gehouden door mensen die niet aanwezig zijn; badhanddoekleggers die een plek innemen en dan uren weggaan. Dat is heel onhandig. Het is irritant gedrag en vreet capaciteit.’ Het rechtenbestuur wil kijken of daar iets aan is te doen. ‘Een mogelijkheid is: Maak een ronde langs de
werkplekken, leg een rood papiertje neer op een plek waar wel spullen liggen maar waar niemand zit. Als de plek na een half uur of een uur nog niet is bezet, worden de spullen ingenomen. We zoeken iets in deze richting.’ ‘Het bezet houden van een plaats komt wellicht ook voort uit de angst later geen plek meer te kunnen vinden’, stelde Aerden. ‘Het probleem is
dan toch deels dat er te weinig werkplekken zijn.’ Assessor Birgül Açiksöz merkte op dat er nog niet optimaal gebruik wordt gemaakt van de beschikbare faciliteiten in het KOG: ‘In de lokalen bij de bibliotheek zijn ook werkplekken. Daar zitten weinig studenten. We gaan er meer ruchtbaarheid aan geven dat je daar ook terecht kunt.’ VB
Gezocht voor beurzen: Oostblok-bèta’s De bètafaculteit is hard op zoek naar Oost-Europese onderzoekers om samen beurzen mee binnen te halen.
‘Eigenlijk worstelen we een beetje met ons succes in Horizon 2020’, legde decaan Geert de Snoo maandag uit aan de faculteitsraad. Horizon 2020 is een Europese subsidiepot die jaarlijks miljarden aan onderzoeksbeurzen uitdeelt.
Alle EU-landen gooien geld in die pot, maar het geld dat er vervolgens weer uit komt, gaat naar de wetenschappers die de beste onderzoeksvoorstellen schrijven. Die zijn niet gelijkmatig over Europa verdeeld, zo blijkt. In 2013 ging driekwart van alle subsidies naar onderzoekers uit Nederland, Duitsland, het VK, Frankrijk, Zwitserland en Israël, dat net als met voetbal en
het Eurovisiesongfestival bij Europa aanhaakt. Andere landen vissen dus achter het net, vooral Oost-Europese landen. Dat wakkert de toch al bestaande brain drain alleen maar verder aan. De Snoo: ‘Het is politiek gezien niet handig dat bijna alles naar West-Europa gaat. Dus zegt de Europese Unie nu: “Je moet er een
Oost-Europeaan bij hebben.’ En dus is het ineens dringend zaak om goede onderzoekers in Oost-Europa te kennen, om met hen samenwerkingen aan te gaan. De faculteit gaat daarom een groep opzetten die goede onderzoekers moet zoeken. Een eerste uitwisseling met Praagse wetenschappers zal alvast tot samenwerking leiden, vertelde De Snoo. BB
19 november 2015 · Mare 5 Nieuws
‘Schrijft u allen op tijd in!’ Rechten lijkt nu toch echt af te zien van tentamenboete De faculteit Rechten voert de tentamenboete niet opnieuw in. Studenten kunnen zich nog tot op het laatste moment inschrijven zonder kosten te maken. Het besluit geldt in ieder geval voor dit collegejaar, maar de intentie is om ook daarna geen kosten te verbinden aan late inschrijvingen.
Door Vincent Bongers Alleen als er echt problemen ontstaan door een sterke groei van late inschrijvers, wordt het beleid mogelijk herzien, zo bleek tijdens de faculteitsraad maandag. De faculteit worstelt al een paar jaar met gedoe over de tentamenboete. De inschrijfkosten waren ooit een voorstel van de studentenpartijen in de faculteitsraad, en bedoeld als stok achter de deur voor slome studenten. Maar in de media klaagden vergeetachtige studenten vervolgens
over de boetes. De Tweede Kamer trok aan de bel, en minister Bussemaker van Onderwijs besloot uiteindelijk dat er maximaal twintig euro inschrijfgeld per tentamen mocht worden gevraagd. Het bestuur heeft nu na overleg met de faculteitsraad besloten om geen kosten aan late inschrijvingen te verbinden. ‘Dit collegejaar voeren we in ieder geval geen vergoeding in’, zei Peter van Es van het rechtenbestuur. ‘Er is noodopvang zonder financiële
consequenties. Studenten kunnen zich dus straffeloos te laat inschrijven. We behouden dus de situatie zoals deze nu al is.’ ‘Mocht dat nu echt grote problemen opleveren, dan moeten we dat beleid wellicht op een later tijdstip nog herzien. Het kan zo zijn dat de groep late inschrijvers flink toeneemt. Dan krijgen we tafeltekorten en dat soort zaken. Maar we verwachten niet dat het op korte termijn misloopt. Heel belangrijk is
natuurlijk een goede communicatie met de studenten: “Schrijft u allen op tijd in!” Van Es legde uit dat er niet veel opties waren. ‘De mogelijkheid om studenten die zich niet hebben ingeschreven bij het tentamen weg te sturen, is ongewenst. Dus was het kiezen tussen geen inschrijfkosten en een bedrag vragen van maximaal twintig euro. We stellen voor om dan maar geen geld te vragen.’ De raad ging hiermee akkoord.
Geld leenstelsel naar digitale toepassingen Het geld dat de invoering van het sociaal leenstelsel oplevert, is niet genoeg om in de toekomst kleinschalig onderwijs mee aan te bieden. Dat zei vice-rector Simone Buitendijk afgelopen maandag tijdens een onderwijsdebat in café L’Espérance.
Beelden uit een filmpje waarin de kamer is te zien.
‘Nazi-kamer’ in Minerva-huis Minervahuis Vliet 15, beter bekend als huize Des Gueux, is in opspraak geraakt door videobeelden van een ‘nazi-kamer’. De studentenkamer van een eerstejaars werd ingericht met nazielementen, waardoor de kamer associaties opriep met een concentratiekamp. De heren bevestigden een hakenkruis aan de muur, schilderden een grote wachttoren en een treinspoor dat naar ‘Vlietwitsch’ leidde (‘One way only’). Verder hingen ze prikkeldraad aan het plafond en een douchekop aan de verwarmings-
buizen. Ook prijkte de tekst ‘Arbeit macht frei’ op de muur. Voorzitter van Minerva Max Grapperhaus neemt afstand van de actie. ‘Het is heel erg wat er te zien is, en het staat haaks op wat wij als vereniging, vroeger en nu, uitdragen. Het betrof ook geen verenigingsaangelegenheid. Tegelijkertijd zien we ook wel dat het om een verenigingshuis gaat, en vonden we het daarom belangrijk om duidelijk te maken dat we dit serieus opnemen.’ De vereniging is een intern onderzoek gestart, wat later mogelijk tot verdere maatregelen zal leiden. ‘Daarnaast hebben wij als bestuur
aangegeven dat de jongens de eerstkomende weken niet welkom zijn op de sociëteit.’ Grapperhaus stuurde maandag een mail uit naar alle leden, waarin hij ze uitnodigde om naar de vereniging te komen voor een moment van herbezinning. ‘Juist in deze roerige tijden is het belangrijk om stil te staan bij onze kernwaarden’, aldus de voorzitter. ‘Maar’, zo nuanceert hij, ‘er zit wel een verschil tussen een fout maken en fout zijn. Deze jongens hebben een grote fout gemaakt.’ De bewoners van het Minerva-huis wilden geen commentaar geven. PM
Daarom gebruikt ze het geld liever om de lat voor studenten hoog te leggen, door bijvoorbeeld te investeren in blended learning. Daarbij volgen studenten gedeeltelijk online college, aangevuld met contactmomenten waarbij de docenten meteen de diepte in kunnen. ‘Maar dan moet wel iedereen zijn huiswerk hebben gedaan’, zei Buitendijk. Ze vertelde dat ze zelf vier jaar in Amerika had gestudeerd, waar je echt niet onvoorbereid naar de les kon komen. In Leiden zou ze graag dezelfde betrokkenheid van studenten zien. In de zaal klonken enthousiaste geluiden, maar ook kritiek. Zo vond een van de aanwezige studenten de nieuwe digitale initiatieven tegenvallen. ‘Bij een cursus kregen we filmpjes te zien die acht minuten duurden en hadden we slechts twee contactmomenten. Dat kwam de kwaliteit niet ten goede.’ Buitendijk herkende die kritiek niet. ‘De meeste mensen zijn juist heel enthousiast. Waarschijnlijk heb je een van de eerste cursussen gevolgd, sindsdien is er een hoop verbeterd. Maar we zitten nog in een beginfase, waarin we de mogelijkheden onderzoeken. We moeten de goede dingen behouden en nieuwe dingen introduceren.’ Tijdens het debat ging Buitendijk in gesprek met staatssecretaris Sander Dekker en Stefan Wirken,
voorzitter van de Landelijke Studentenvakbond. Ook Dekker zou graag zien dat studenten ambitieuzer worden. ‘Nu studenten zelf meer voor hun studie moeten betalen, zouden ze meer onderwijs moeten eisen.’ Hij gaf toe dat hij tijdens zijn studententijd slechts tien uur per week aan zijn studie bestuurskunde besteedde. De staatssecretaris pleitte ook voor meer differentiatie tussen studenten. ‘Verschillen tussen studenten worden op dit moment platgeslagen. Er is geen land waar het verschil tussen de beste student en de slechtste student zo klein is. Dat is goed voor de onderkant, maar we gooien talent weg aan de bovenkant. Als we meer gaan selecteren, vergroot dat de drive om het goed te doen.’ Wirken was minder enthousiast. ‘Er wordt steeds meer geselecteerd, terwijl een vwo-diploma of een 6,9 voor je bachelor voldoende zouden moeten zijn. Zo devalueer je een diploma of een voldoende, en dat schaadt de toegankelijkheid.’ Ook over het tweedejaars-BSA was Wirken niet te spreken. ‘We zouden moeten focussen op studiesucces, niet op studietijd. Luister naar de motie van de Tweede Kamer en stop met het experiment.’ Buitendijk was niet onder de indruk van de oproep. ‘Dat beeld van de briljante student die na twee jaar weggestuurd wordt klopt gewoon niet. Er zijn nog altijd studenten die jarenlang niets doen, die moeten we tegen zichzelf beschermen. We gaan binnenkort kwalitatief onderzoek doen naar het experiment, en in gesprek met de mensen die weg moesten.’ PM
‘Mijn Leidse bek komt goed van pas’ > Vervolg van de voorpagina De constant wisselende verhoudingen tussen groepen in Syrië zorgen voor zeer uiteenlopende kwesties. ‘De Koerden zwaaien nu de scepter over gebieden in het noorden van Syrië die eerst onder controle van IS stonden. Het zijn goede bestuurders, die een vrij succesvolle democratie hebben geïntroduceerd. Het probleem is dat ze de gevluchte Arabieren die willen terugkeren niet toelaten, omdat ze vrezen dat het IS-lui zijn.
‘ We helpen mee met het opzetten van een eerlijke screening. Wanneer behoor je tot IS? Telt het leveren van goederen aan de organisatie? Of dat je je kinderen naar een IS-school stuurde? In een vergaderzaaltje proberen we de Koerden ervan te overtuigen dat dat laatste geen rol moet spelen.’ De aanslagen in Parijs hebben geen invloed op zijn werk, denkt hij. ‘Het is cru, maar het lag natuurlijk in de lijn der verwachtingen dat zoiets ging gebeuren. Het heeft ook niet echt effect op hoe IS in Syrië ope-
reert en hoe ze ons zien.’ Maar hoe moet het nu verder met Syrië? ‘Er is ook geweld nodig om vrede af te dwingen. Maar daar ligt nu veel te veel de nadruk op. De bombardementen gaan niets uithalen. ‘De Fransen, Amerikanen en Russen doen alsof IS een staat is, maar dat is niet zo. Ze zijn veel flexibeler. Als je in Nederland het ministerie van Defensie bombardeert, dan hebben we een probleem. Dat is daar niet zo, want hun ministerie past in twee koffers.
‘Het is begonnen als conflict tussen Assad en de gematigde oppositie. Er waren toen ontzettend veel kleine groepjes, die nu steeds meer netwerken vormen. Dat maakt onderhandelingen makkelijker. Het grote probleem is het aanpakken van Al Nusra en IS. ‘Al Nusra heeft niet zo’n grote behoefte tot een eigen staat. Zij willen invloed. Daar kan nog wel omheen gewerkt worden. Maar met IS is dat niet mogelijk, dat moet stukje bij beetje worden afgebroken. ‘Dat lukt alleen door de levensom-
standigheden in Syrië te verbeteren. IS moet indirect verzwakt worden, door de Koerden te steunen. En door de komst van een breed gesteunde regering in Damascus. Als onderhandelaar denkt Jonkers nog wel eens terug aan zijn studententijd. ‘Aan de “Leidse bek” heb ik wel wat gehad: de debatten en gesprekken op de sociëteit waren fel en scherp’, zegt hij. ‘Ik heb een van mijn vervelendste tegenstanders op de vereniging wel eens bedankt: “Door jou sta ik mijn mannetje in het Midden-Oosten.”’
6
Mare · 19 november 2015
De agenda van …
‘Ik ben in een achtb Een week op pad met Leo Lucassen Sinds het begin van de vluchtelingencrisis staat zijn telefoon roodgloeiend. Migratie-expert Leo Lucassen schrijft opiniestukken, schuift aan bij actualiteitenrubrieken en reist van lezing naar debat. En tussendoor het twitteren geeft hij ook nog college. ‘Wetenschappers moeten meningen toetsen.’
Maandag
Maan
dag 9
novem
‘Naar het ministerie van Binnenlandse Zaken in Den Haag, om met de ministers Blok en Plasterk te praten over migratie in een historische context, en over hoe Europa in de toekomst met vluchtelingen om zou moeten gaan. Publicist Paul Scheffer is ook aanwezig, dus er ontstaat wat discussie. Vervolgens haastje-repje naar Amsterdam voor een afspraak met de voorlichter van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen. We bespreken de organisatie van een symposium over vluchtelingen en de wetenschap, waar ik de leiding over heb.’
ber
en e Zak r lands innen laties (voo B g in Lez ksre rk) inkrij laste n P o n K e en lok g aa ters B minis rie BZK Den H te minis tenvluch 14:00 NAW K g le m Over posiu nsymeo Luccassen linge L
10:30
r Kame IISG, ga Lettin Aukje
Dinsdag
Dinsd
ag 10
novem
ber
10:00
L MT X mazaal
e Schelt ithof ue Kru Moniq 11:30
g verle ODI omazaal e Schelt ek ne Do Afelon 15:00
ns Wete al
chap
mis scom
sie
za Annie ithof ue Kru Moniq 0 15:0 n
Leo nne en Afelo re e laand van V Wals Henk
‘Een echte vergaderdag. Bij het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis hebben we eerst een managementteam-overleg. Daarna is er een overleg met onze computerjongens, die verantwoordelijk zijn voor de digitale infrastructuur. ’s Middags is er nóg een overleg, met de wetenschapscommissie. Externe deskundigen denken met ons mee over publicaties en over hoe we met de collecties zouden moeten omgaan. Voor mij is de vergadering relevant omdat ik een visiestuk heb geschreven dat binnenkort in een internationaal tijdschrift zal verschijnen. ’s Avonds hebben we het jaarlijkse directiediner. Met algemeen directeur Henk Wals en adjunct-directeur Afelonne Doek dineren we in restaurant Van Vlaanderen en bespreken we het lange termijnbeleid. Ondertussen gaat de telefoon onophoudelijk, het zijn voornamelijk journalisten. journalisten Never a dull moment.’
Woensdag
sd Woen
ag 11
novem
ber
ie interv nisch Telefo sforum ur bestu
9:00
w CD
A
ederVrij N VVD rview e d te n n li e i va Dubb zman met A land ag a Den H tenvluch 20:00 over llege o c ts Fli n linge eelfabriek
12:30
nM
Leide
‘De dag begint met een telefonisch interview voor het CDA bestuursforum. Dan reis ik naar Den Haag voor een dubbelinterview met VVD-Kamerlid Malik Azmani voor Vrij Nederland. We worden geïnterviewd door Harm Botje in café Schlemmer en daarna is er een fotoshoot, onder meer voor de ingang van de Tweede Kamer. Na het interview ga ik naar huis, waar ik boodschappen doe en eten kook. Ik eet met mijn partner en knutsel nog snel een flitscollege voor die avond in elkaar. In de Leidse Meelfabriek spreek ik samen met directeur van Museum Boerhaave Dirk van Delft tijdens het Welkom Festival, een festival voor expats. Ik praat ook nog even met de burgemeester, erg leuk.’
Foto’s Marc de Haan
DOOR PETRA MEIJER ‘Ik had vroeger een papieren agenda, maar dat ging dat niet meer’, zegt Leo Lucassen op zijn kantoor in het Huizingagebouw. Hij is hoogleraar migratie in Leiden en wetenschappelijk directeur van het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis (IISG), in Amsterdam. ‘Het is een soort achtbaan waarin ik ben terecht gekomen.’ Dat begon allemaal met een paar stukken die hij schreef voor de krant. ‘Ik zag zaken in het vluchtelingendebat die niet klopten en wilde daar iets aan doen. Zo wordt het beeld gecreëerd dat we met een ongekend grote golf van vluchtelingen te maken hebben, alsof er in het Midden-Oosten en in delen van Afrika een soort exodus aan de gang is van mensen die naar Europa willen. Maar daar is helemaal geen bewijs van. De mensen die hier naartoe komen zijn afkomstig uit duidelijke conflictgebieden. Ze komen hier niet vanwege onze sociale voorzieningen, maar omdat ze weggebombardeerd worden. Het zijn er weliswaar veel, maar in de geschiedenis – bijvoorbeeld in de jaren ’90 – waren er ook veel vluchtelingen, die ook een plek hebben gevonden in onze samenleving. ‘Maar zulke artikelen krijgen hun eigen dynamiek. Je kunt elke week wel zo’n stuk schrijven. Van het een komt het ander en voor je het weet ben je een halve bekende Nederlander. Het is heel leuk, maar ik word soms ook wel geleefd. ‘Toen ik bij het IISG ging werken begon ik op aanraden van de communicatieadviseur te twitteren. Dat is een beetje uit de hand gelopen. Ik vind het belangrijk om via Twitter feiten de wereld in te sturen. Wetenschappers zouden geen meningen moeten toevoegen, maar meningen moeten toetsen. Volgens mij heb ik zo’n 3700 volgers. Dat is leuk, maar er zijn ook een heleboel mensen die het niet
met je eens zijn en op de man spelen. Dat is des Twitters geloof ik. Ze proberen je te delegitimeren: “Nep-professor, ben je helemaal idioot?!”’ ‘En sinds Buitenhof zijn er e-mails en brieven.’ Hij opent een envelop en gooit de brief op tafel. ‘Dan krijg je dit.’ In een keurige geadresseerde brief laat de briefschrijver in hoofdletters, cursiveringen en dik gedrukte letters weten het met Lucassen oneens te zijn. ‘U noemt uzelf WETENSCHAPPER, maar betekent dat dat wij naar u moeten luisteren? U zit in uw IVOREN TOREN en u SCHREEUWT OM AANDACHT.’ Lucassen: ‘Dit is nog een van de nettere. Soms stuur ik wel eens wat terug. Ik laat het meestal van me afglijden. Ik lig er niet wakker van.’ Hij is even stil. ‘Maar het is ook niet altijd leuk.’ Hoe selecteert hij de vele mediaverzoeken die op hem afkomen? ‘Ik zeg “ja” tegen de mooie programma’s: Buitenhof – waar ik trouwens met een volkomen islamofobe Belg aan tafel moest, Nieuwsuur. En ik kijk of het een beetje dichtbij is. Naar Groningen zal ik niet zo snel gaan. Aan de andere kant, ik ben ook gevraagd door de Limburgse tv. Ik kom daar vandaan en mijn jongste dochter studeert er sinds kort. Dan stap ik toch weer in de trein.’ Toch probeert hij te minderen. ‘Je herhaalt jezelf natuurlijk voortdurend, dat is best vermoeiend. Vorige week was ik voor het eerst echt heel moe. Mijn vrouw zag het ook aan me. Het was echt bijna op het jankerige af. Dit is een rustige week. Ik werk aan een publieksboek, dus artikelen voor kranten schrijf ik op het moment maar even niet. Op Twitter ben ik wel actief, maar meestal ’s ochtends vroeg of ’s avonds laat. Overdag probeer ik die afleiding te vermijden. Ik kan redelijk compartimenteren. Dat is ook wel nodig, anders word je gek.’
19 november 2015 · Mare
baan beland’ Chips bij het college Driehonderd scholieren veroorzaken donderdagmiddag een flinke opstopping in de hal van het Lipsius. ‘De Geesteswetenschappen zeggen ze nog niet zoveel’, zegt de lerares van het Stedelijk Gymnasium uit tegen Lucassen. ´Dus hopelijk kunt u ze een beetje enthousiast maken. En ik weet niet hoe lang u in gedachten had, maar om vijf uur moeten ze allemaal naar piano- en gitaarles, en we zouden het ook leuk vinden als ze vragen kunnen stellen, dus misschien kunt u het bij een half uurtje houden?’ De achterste rijen van de collegezaal vullen zich als eerst. ‘Ik begrijp van jullie docent dat jullie tot 20.00 uur de tijd hebben´, begint Lucassen tegen de scholieren. ´Dus ik heb een twee uur durend college voorbereid en daarna hebben we nog ruim de tijd voor een aantal vragen’.
De zaal valt meteen stil. ‘Grapje natuurlijk’, zegt hij, en in een half uur tijd plaatst hij de vluchtelingensituatie voor hun in een historisch perspectief. De kinderen gedragen zich wel wat anders dan studenten. ‘Alhoewel je het gedrag van studenten ook niet moet overschatten hoor. Die zitten regelmatig met een telefoon voor hun neus.’ Aan de rechterkant van de zaal kraakt een jongen met zijn zakje chips. Een stukje verderop imiteert een vijftal jongens hoe hij na het eten van de chips al zijn vingers aflikt. ‘Waarom gaan de vluchtelingen niet gewoon naar Saoedi-Arabië?’, wil ondertussen iemand weten. De lerares informeert met een rood hoofd of Lucassen het niet te rumoerig vindt, maar die schudt zijn hoofd. ‘Ik ben wel wat gewend.’ Als bedankje krijgt hij twee chocoladeletters.
Donderdag ‘Ik reis naar Amsterdam voor een aantal afspraken met collega’s. Vervolgens bezoek ik een IISG onderzoeksseDond erdag 12 no 9:00 minar, waar professor Miles Larmer vemb er Afspr aak K over de arbeidsverhoudingen bij de Mijn k arin amer 10:00 kopermijnen in Zambia en CongoOverle g Ma rcel v Linde Kinshasa spreekt. Daarna ga ik naar an de n IISG r Leiden om een actualiteitencol12:15 Lezin lege aan vijfdeklassers van het g Mil IISG es La r ner 16:00 Stedelijk Gymnasium te geven Colle ge vo (zie hiernaast). Ik kom uit een or van h et Ste 5e klasse rs delijk nasiu onderwijzersgezin, dus dat vind Gymm Le Lipsiu iden s 019 Lak ik ontzettend leuk. Na het actualiteitencollege voor vijfdeklassers geef ik nog een college, maar nu aan promovendi. Op uitnodiging van LIAS directeur Maghiel van Crevel vertel ik hen over comparative method.’
Vrijdag ‘Ik ben om zeven uur op kantoor om een college voor te bereiden. Vervolgens heb ik twee werkbesprekingen met promovendi. Daarna geef ik een mastercollege in het Arsenaal. ’s Middags heb ik een overleg met Jeroen Duindam en onze gemeenschappelijke promovendus Jovan. Dan snel naar Den Haag voor de Internationale Samenwerkingspoort, een debat georganiseerd door Cordaid. Ik vind het interessant omdat ik weinig ervaring heb met ngo’s.’
Vrijda g
11:00
Colle
Mijn k 13:15
13 no
ge Le
amer
Jovan
vemb
er
iden
en
Kame Jeroe r Jero n en 15:00
Cord
Theate
Zaterdag en zondag ‘De aanslagen in Parijs zorgen er niet voor dat de telefoon doorlopend gaat: hij staat uit. We zijn een weekendje weg naar Maastricht, waar mijn jongste dochter sinds kort woont. Later zie ik dat EenVandaag heeft gebeld. Ze willen me dinsdag in de uitzending, maar dan zit ik in Berlijn.
Maandag ’s Ochtends werk ik aan mijn publieksboek over een alternatief voor Europa. Ik breng de ochtend door met schrijven, en ga dan naar het mediapark in Hilversum om de redacties van de NOS en Nieuwsuur bij te praten over de terreuraanslagen en de vluchtelingensituatie. Welk nieuws breng je wel, welk nieuws breng je niet?’’
Dinsdag Om acht uur heb ik een vervolginterview voor Vrij Nederland, omdat ze na de aanslagen in Parijs het dubbelinterview met mij en Azmani willen updaten. ’s Middags ga ik naar Berlijn voor een congres over Aussiedler. Dat zijn Russen met Duitse wortels, die volgens Duitse wetgeving een beroep op het Duitse staatsburgerschap konden doen.’
aid p
r het S
aneld
pui D
iscus
en Ha
ag
sie
7
8
Mare · 19 november 2015
Achtergrond
‘Ik mis het debat met de Kamer’ De zeven hoofdzonden van oud-minister en Cleveringahoogleraar Piet Hein Donner Hij diende negen jaar als CDAminister in kabinetten van Balkenende en Rutte, is vicevoorzitter van de Raad van State én dit jaar ook Cleveringahoogleraar in Leiden. Aan de hand van de zeven hoofdzonden kijkt Piet Hein Donner terug op zijn politieke carrière.
‘Soms sta je dan in de Ikea naar een kastje te kijken dat je wilt kopen, met zes beveiligers om je heen. Als ik boodschappen wilde doen op de fiets, zei de beveiliging dat dit gewoon kon maar vervolgens reden ze wel met een auto achter me aan, en met twee scooters voor me uit. Al het verkeer werd tegengehouden. Vervolgens liet ik het wel uit mijn hoofd om nog op de fiets naar de Albert Heijn te gaan.’
DOOR VINCENT BONGERS ‘Wij protestanten hebben niet de mogelijkheid tot biecht’, zegt Piet Hein Donner (67). ‘Ik weet dat biechtgeheimen beter bewaard worden dan sommige andere geheimen - kijk maar naar de recente berichtgeving over de “commissie Stiekem”.’ De oud-minister is sinds 2011 vicevoorzitter van de Raad van State, de hoogste bestuursrechter van het land en tevens een adviesorgaan van de regering. Volgende week geeft hij in Leiden de Cleveringa-oratie (zie kader), die jaarlijks in het Academiegebouw wordt gehouden ter herinnering aan de protestrede die hoogleraar Rudolph Cleveringa op die dag in 1940 hield tegen de Duitse bezetter. Op de vraag van Mare of Donner zijn carrière aan de hand van de zeven hoofdzonden wil bespreken, reageert hij welwillend. Met één voorwaarde: ‘Mijn persoonlijk leven beschrijf ik niet aan de hand van deze zonden. Dat moet dan maar onder het biechtgeheim vallen.’
LUIHEID ‘Het klopt dat ik regelmatig ’s nachts werk. Maar in de basis ben ik eigenlijk lui. Eenmaal thuis denk ik wel eens: “Bekijk het allemaal maar. Ik ga naar bed. ‘Toen ik minister van Sociale Zaken was, vertelde ik mijn collega’s op 1 april dat ik een wetsvoorstel wilde indienen waarin stond dat ministers maximaal 168 uur per week mochten werken en dat de tijd die ze in de Kamer doorbrachten gold als rusttijd. Een aantal collega’s kwam met opgestoken vinger de ministerraad binnenstormen om mij te vragen wat dit voor idioot plan was. ‘En nee, ik vertel niet wie er allemaal intuinden, want uit de ministerraad wordt uiteraard niet gelekt. ‘Partijgenoot Gerd Leers bracht in 2006 als burgemeester van Maastricht een rap uit waarin hij protesteerde tegen het softdrugsbeleid van het kabinet. Het liep tegen carnaval en iemand kwam met een idee om mij een rap te laten opnemen. Ze dachten: “Dat wijst hij onmiddellijk af.” Maar ik vond het een aardig idee dat wonderwel is geslaagd. Hier spreekt Donner van justi-tie. Ik doe het samen met poli-tie. Schuif die dope maar aan de kant. Want een addict Nederland, zijn zaken die ik liever niet-zie. Ik heb geen enkel ritmegevoel en moest iedere zin een keer of twintig herhalen. De beste versie werd er dan uitgepikt.’
IJDELHEID ‘Ik mis het debat met de Kamer nu ik geen minister meer ben. Jezelf graag horen en zien, speelt in de politiek zeker een rol. Mensen die op geen enkele wijze enige eigendunk hebben, houden het niet lang vol. Het is cruciaal dat je zeker bent van je zaak: “Ik ben hier ingehuurd om te doen wat het beste is voor het land.” Alleen: als je de hele tijd aandacht krijgt, loop je het risico dat je denkt dat die terecht is.’ ONMATIGHEID ‘De Kamer wilde in 2005 rigoureuze maatregelen met betrekking tot de verlofregeling van tbs’ers. Ik wilde echter niet dat alle tbs’ers de dupe zouden worden van een aantal gevallen waar het mis ging. Dan moet je heel zeker zijn: “Hier trek ik de streep.” Wilt u meer? Zoek dan maar een ander. Dat kan onmatig lijken. ‘Ik heb meegemaakt dat debatten ontspoorden. Bijvoorbeeld in 2003, toen er fel werd gediscussieerd over de Nederlandse missie in Irak. Sommige politici waren slechts erop uit de kloof tussen de partijen te vergroten. Hun bijdragen waren er niet meer op gericht om tot oplossingen te komen. ‘Je moet de vrijheid in de Kamer niet misbruiken om groepen mensen af te branden. Vooral de manier waarop sommigen spreken over mensen of groepen die niet zelf deel uitmaken van de Kamer, is soms ronduit schandalig. Ik heb dat zelf meegemaakt in het debat over overzeese gedeelten van het Koninkrijk (toenmalig PVV-Kamerlid Hero Brinkman noemde de Antillen bijvoorbeeld “een roversnest”, red.). Dat is schadelijk voor de verhoudingen en het bestuur van het land.’ HEBZUCHT ‘Er zijn altijd mensen die een zo groot mogelijk aandeel van de koek willen. Dat geldt ook voor bepaalde politieke stromingen. Ik noem geen namen en partijen, want dat wordt me niet in dank afgenomen.’
Illustratie Michiel Walrave
JALOEZIE ‘In het normale leven zeg je eerder “Ik gun hem ook wat” of “Ga niet zo op je ponteneur staan” (ergens een prestigekwestie van maken, red.). In de politiek kan dat minder makkelijk. Politici zetten een zo krachtig mogelijk personage neer. Daar zit overdrijving in. Debatteren is geen toneel, maar het is wel handig als je kunt acteren. ‘De overheid mag zich niet verstoppen. Als mensen in detentie omkomen, zoals bij de Schipholbrand in 2005 (toen elf gedetineerde illegalen stierven, red.), dan draag je daar als minister de verantwoordelijkheid voor. Ook al zijn de fouten gemaakt door je voorgangers, zoals uit het onderzoeksrapport bleek. Zo werkt dat. Het heeft grote waarde om af te treden. Anders komt er naast de welles-nietes discussie over de ramp zelf, ook nog de nadruk te liggen op de vraag: “Blijft hij, of blijft hij niet?”’ WOEDE ‘We willen mensen als bewindslieden, geen automaten, dus
uiteraard ben ik wel eens woedend. Maar je schiet er niet veel mee op. Het gevaar bestaat dat het snel persoonlijk wordt en dat wil je juist voorkomen. Als partijen in een debat in de Kamer mijn ambtenaren aanvielen, werd ik altijd wel, functioneel, boos. Ze moeten in dat geval mij een verwijt maken en niet mijn ambtenaren. ‘Bij zoiets ingrijpends als de moord op Theo van Gogh is het van belang dat je professioneel ervoor zorgt dat niet allerlei groepen met elkaar botsen. Bij een aantal moskeeën is toen brand gesticht, dus dat gevaar was reëel. Terugkijkend denk ik dat ik het als minister anders had moeten aanpakken. Maar in die periode heb ik een aantal keer persoonlijke beveiliging gehad. Hoe ingrijpend dat is, moet u eigenlijk aan mijn vrouw vragen. Als minister wist ik op welke basis er werd besloten tot zwaardere beveiliging. Het was voor mij ook duidelijk wanneer dat weer ophield.
Maar ik mocht dat niet vertellen aan familieleden. Voor hen maakt dat het veel emotioneler. Als ik weer alleen op mijn fiets sprong, zeiden ze: “Dat is toch vreselijk gevaarlijk?” Ik wist dan al dat dat niet zo was.
LUST ‘Deze zonde wordt altijd snel met seksuele lust geassocieerd. Een politicus wil doelen bereiken. Als dat verkeerde doelen zijn, dan zou je dat kunnen zien als lust. En anders is het ambitie, wellicht een nette vorm van lust. ‘Aandacht van de media is een versterkingsmechanisme dat niet in alle gevallen heilzaam is. Als ik thuiskwam na een debat en het televisieverslag zag, dacht ik: “Was ik hier wel bij?” Je zag enkel ruzie, terwijl we het, op een paar punten na, toch roerend met elkaar eens waren. Het was altijd opvallend dat Kamerleden tot half acht ferme standpunten innamen. Want dan konden ze het achtuurjournaal nog halen. Na half acht kreeg het debat een andere toon. Sommige leden gingen gewoon weg, anderen werden plots een stuk milder.’
‘Wat zijn de risico’s als Europa niet werkt?’ In zijn Cleveringa-oratie gaat Donner in op het functioneren van de democratie, met name in Europa. ‘De stof ligt voor het oprapen en sluit aan bij de rede van Cleveringa. Die vroeg zich af of we wel voldoende hadden opgepast toen de zaak nog gered kon worden. We zitten nu weer in een situatie in Europa waar je ernstige kanttekeningen bij kunt maken. Hoe kunnen we hier nu goed uitkomen? Hebben we in Europa een systeem opgericht dat nog voldoende vermogen heeft om te han-
delen als het echt nodig is? Wat zijn de gevolgen als we weer aan alle grenzen gaan controleren. Wat zijn de risico’s als de Europese Unie niet werkt? De hele Europese gedachte is vijf jaar na de Tweede Wereldoorlog ontstaan. Toen werd er gevreesd voor een oorlog met de Sovjet-Unie. Dat gebeurde niet. Zijn deze tijden zoveel anders dan toen?’ Cleveringa-oratie Piet Hein Donner Academiegebouw 26 november 16:15
19 november 2015 · Mare
9
Wetenschap
Kontkruiden
Het virologen-lab van het Leids Universitair Medisch Centrum. Foto Marc de Haan
Oud medicijn nekt nieuwe ziekte Middel van bijna honderd jaar ingezet tegen tijgermug-virus Een middel uit de oude doos lijkt verrassend goed te werken tegen het oprukkende chikungunyavirus. Tenminste: in apencellen in een petrischaaltje. ‘Van de honderd stoffen haalt er maar eentje de markt.’ Het woord ‘virus’ komt uit het Latijn en betekende oorspronkelijk ‘gif ’. Virussen zijn zelfs het slimste gif ter wereld, maar daarover straks meer. Het woord ‘chikungunya’ komt uit de Afrikaanse taal Makonde, en is de naam van een ziekte. Het betekent zoiets als ‘verbogen worden’; patiënten vouwen zichzelf op van de gewrichtspijn, die maanden tot jaren last kan geven. Daarnaast zijn hevige koorts en vermoeidheid belangrijke symptomen. Het Makonde wordt gesproken in Zuid-Tanzania en Noord-Mozambique, het gebied waar de ziekte chikungunya het eerst opdook. De oorzaak is een virus. De mensen die daar onderzoek naar doen, hebben het om uitspraaktechnische redenen meestal over ‘chik-v’. Een van die mensen is Martijn van Hemert, viroloog bij het Leids Universitair Medisch Centrum. ‘Net toen ik in de gelegenheid was een eigen onderzoekslijn op te zetten, was chikungunya sterk in opkomst’, vertelt hij. Voor wie die opkomst even gemist heeft: voor 2005 was chikungunya een nogal obscure tropische ziekte die af en toe kleine uitbraken veroorzaakte en waar niet veel mensen van gehoord hadden of aan werkten. Dit veranderde in 2005, met enorme uitbraken waarbij miljoenen mensen geïnfecteerd zijn geraakt, vooral in Azië en Afrika. Vanaf dat moment worden er wereldwijd jaarlijks tienduizenden mensen besmet met het virus. Die wonen vooral in Azië en Afrika, waar de Aedes-muggen voorkomen die het
DOOR BART BRAUN
virus op de mens overbrengen. Door toenemende globalisering hebben die muggen, vooral de tijgermug Aedes albopictus, zich de afgelopen decennia in hoog tempo over de wereld verspreid. De tijgermug komt zelfs in grote delen van Zuid-Europa voor. Ook in Italië en Frankrijk vonden daardoor lokaal overgedragen infecties van chikungunya plaats. ‘Voor een uitbraak in Nederland ben ik niet zo bang’, stelt Van Hemert gerust: ‘Het is hier te koud voor de tijgermug om zich te vestigen.’ In het Europese gedeelte van Nederland, tenminste. In 2013 dook het virus via een geïnfecteerde reiziger op in de Cariben, en de bijbehorende uitbraak heeft al anderhalf miljoen mensen in Centraal en Zuid-Amerika getroffen. ‘Als het virus een cel binnendringt, neemt het al snel de hele boel over’, vertelt de bioloog. ‘Geinfecteerde cellen maken dan miljoenen virusdeeltjes, maar daarbij worden kopieerfoutjes gemaakt. Elk virus heeft gemiddeld wel één piepkleine mutatie. Je kan dus eigenlijk niet spreken van één virussoort, maar van een quasispecies, een enorme zwerm van nauw verwante virusvarianten.’ De enorme aantallen en de hoge mutatiesnelheid zorgen ervoor dat virussen berucht lastig zijn om klein te krijgen. Tegen de griep moet je elk jaar een nieuwe prik halen, en tegen verkoudheid en aids valt vaccingewijs zelfs niks te beginnen. Antivirale middelen zijn zeldzaam, en maar al te vaak ontwikkelen virussen er resistentie tegen. Naast onderzoek aan antivirale moleculen die aangrijpen op het virus zelf, richten Van Hemert en co hun pijlen dan ook nog ergens anders op. ‘Omdat het virus zo afhankelijk is van de gastheercel, kunnen we misschien een therapie richten op de onderdelen van die cel die het virus nodig heeft.’ Natuurlijk heeft de cel die onderdelen zelf ook nodig, maar je zou die factoren moeten
kiezen die door de cel bijvoorbeeld tijdelijk gemist kunnnen worden of waarvan je de hoeveelheid zodanig kan verlagen dat de cel er weinig last van heeft maar het virus wel. ‘Je wil een middel ontwikkelen dat klaar staat voor de volgende grote uitbraak, iets dat niet alleen geschikt is voor één enkel virus, maar zogeheten breedspectrum antivirals. Juist daarvoor zijn die gastheerfactoren interessante aangrijpingspunten.’ In het vakblad Antiviral Research beschrijven Van Hemert en co een zijsprong van het gebruikelijke onderzoek. Promovenda Irina Albulescu deed proeven met het middel suramin, dat volgend jaar zijn honderdste verjaardag viert. Het woord ‘suramin’ komt van de oorspronkelijke fabrikant, Bayer. Het heet eigenlijk 8,8’-{Carbonylbis[imino-3,1phenyleencarbonylimino(4methyl-3,1-phenyleen) carbonylimino]}di(1,3,5-naphthaleentrisulfonzuur) en wordt vooral gebruikt tegen parasitaire wormen en de parasiet die slaapziekte veroorzaakt. Er zijn wat proeven gedaan met aidspatiënten, maar die zijn door het beschikbaar komen van betere medicijnen en wegens de ernstige bijwerkingen bij aidspatiënten – nierschade, bijnierschade, overlijden – gestaakt. Dus hoe kwamen deze onderzoekers bij zo’n rare stof uit de oude doos? Van Hemert: ‘Binnen een groot EU-project werken we samen met een groep uit Italië. Zij deden onderzoek naar het norovirus, dat buikgriep veroorzaakt. Zij hadden een stukje van de vermenigvuldigingsmachinerie, het zogeheten polymerase, van dat virus gekristalliseerd en zo de 3Dstructuur van dit eiwit in kaart gebracht. Als je dat hebt gedaan, kun je vervolgens met speciale computerprogramma’s kijken welke moleculen je goed zou kunnen gebruiken om die machinerie te blokkeren. Suramin bleek er bijvoorbeeld in de computer goed op
te passen en ook in het lab bleek het de activiteit van het norovirus polymerase te remmen.’ Omdat chik-v zich vermenigvuldigt met behulp van een polymerase dat best lijkt op dat van norovirus, ging Albulescu ook met suramin aan de slag, zowel in het pure virus, als bij geïnfecteerde cellen. Het werkte behoorlijk goed. Niet alleen blokkeert het de vermenigvuldiging, zoals verwacht, maar het lijkt ook nog op een andere stap in het infectieproces aan te grijpen. ‘Vermoedelijk het binnendringen van het virusdeeltje in de cel. Dat effect is zelfs groter dan de rol bij de vermenigvuldiging van het virus’, aldus Van Hemert. Meerdere aangrijpingspunten is goed nieuws, want dat betekent dat het voor een virus lastiger wordt om resistentie te ontwikkelen tegen een middel. Een arts die nu een patiënt met chikungunya voor zich krijgt, heeft niets in het arsenaal dat tegen die ziekte helpt. Zou suramin een optie zijn? Van Hemert zou het niet aanraden. ‘Om te beginnen is het niet geregistereerd als middel tegen deze ziekte. Het heeft ook behoorlijk wat bijwerkingen. En chikungunya is niet dodelijk. Bij potentieel dodelijke ziektes zou een arts misschien bereid zijn veel meer te proberen.’ Eerst willen de virologen beter begrijpen wat het middel precies doet, en kijken of ze een variant op suramin kunnen bouwen die nog beter werkt. En als hij eerlijk is, heeft Van Hemert meer vertrouwen in een aantal andere stoffen waar zijn groep ook aan werkt. ‘Maar van de honderd kandidaatstoffen uit het lab haalt er in de regel slechts eentje de markt, dus het is ook belangrijk om veel potentiële antivirale middelen in de pijplijn te stoppen. Vooral in een vroeg stadium vallen er veel af: dan werkt iets prachtig in een cellijn, maar wordt het in een levende muis onmiddellijk afgebroken.’
Naturalis-onderzoekster Tinde van Andel wil weten welke planten mensen gebruiken in hun traditionele geneeskunsten. In een nieuwe publicatie in het Journal of Ethnopharmacy brengen zij en drie van haar Leidse promovendi één toepassing nader aan het licht: klysma’s. In de Afrikaanse geneeskunst spelen rectaal toegediende kruiden blijkbaar een grote rol. Welke kruiden? Van Andel en co identificeerden maar liefst 213 verschillende soorten, waarvan gember en chilipeper het bekendst en het populairst waren. In Ghana gaat er ook as en muizenpoep in de klysmavloeistof. Klinkt naar? In Gabon gebruiken ze soms levende visjes of bijtende mieren. De behandeling wordt ingezet tegen van alles: buikpijn, onvruchtbaarheid, menstruatieklachten, wormen en nog veel meer. Vooral kleine kindjes krijgen vaak klysma’s. Veel ingrediënten zijn erg bitter, dus dat speelt ook een rol bij de keuze om ze niet via de mond in te nemen. Grote vraag is natuurlijk: helpt het? Nou, in een land zonder luiers is het wel handig als je de stoelgang van je nietzindelijke kindje een beetje kan sturen, en als een patiënt heel misselijk is kan de achteringang zeker helpen. Maar het viel de onderzoekers op dat er ook behoorlijk giftige planten in het arsenaal zitten, en dat de nieuwerwetse gewoonte om fijngestampte mottenballen toe te voegen de klysma’s ook al niet veiliger maken. Daar komen de risico’s die u zelf kon bedenken, zoals rectumperforatie, uitdroging bij laxerende behandelingen en de verspreiding van parasieten via slecht schoongemaakte pompjes nog eens bovenop. Kortom, misschien iets om eens aan te stippen in lokale voorlichtingsprogramma’s, aldus de onderzoekers.
Ruimte-PAK Polycyclische aromatische koolwaterstoffen (PAK’s) zijn moleculen die overal in de ruimte te vinden zijn. Het infraroodlicht dat ze uitzenden is karakteristiek. Sterrenkundigen vinden echter nooit een mooie strakke ruimtewolk van uitsluitend één enkele PAK; er zitten er meerdere door elkaar en dan zijn er ook nog andere bronnen van infraroodstraling. Als je wilt weten wat er nou precies voor stofjes te zien zijn, dan moet je het waargenomen infraroodspectrum met complex rekenwerk uit elkaar peuteren. In het Astrophysical Journal beschrijven Amsterdamse, Amerikaanse en Leidse sterrenkundigen een omgekeerde aanpak. Zij gingen in het laboratorium in de weer met drie soorten PAK’s: naftaleen, antraceen en tetraceen. Die koelden ze af tot vier graden boven het absolute nulpunt, en vervolgens beschoten ze de moleculen met laserlicht, om zo goed mogelijk de omstandigheden in de ruimte na te bootsen. De resulterende spectra zijn veel complexer dan ze volgens de theorie zouden moeten zijn. De James Webb-ruimtetelescoop die in 2018 gelanceerd moet worden zal betere infraroodfoto’s van het heelal opleveren. Dan is het wel handig als de informatie op die foto’s ook goed geïnterpreteerd wordt. De onderzoekers zijn alvast druk bezig om nog meer PAK’s te onderzoeken.
10
Mare · 19 november 2015
English page
Non-smokers have less trouble stopping The influence of identity on a smoker’s behaviour A month without cigarettes is doable. But whether smokers can really give up the habit depends on their identity, according to a Leiden health psychologist. “It has to become something that suits you.” BY BART BRAUN There are 3.6 million smokers in the Netherlands and the statistics predict that cigarettes will kill two million of them. And then there are the minor disadvantages of social stigma, breathlessness, curtains that need frequent washing and the fact that you are literally letting your cash to go up in smoke. The question is not whether people should give up smoking, but how. Health psychologist Eline Meijer, (“I have never smoked”), is studying the identity of those who stop. “Is smoking crucial to something they see in themselves?” she wonders, “Or do they consider themselves non-smokers who just happen to light up? Some people I interviewed literally described themselves like that.” It certainly makes a difference, explains the PhD student. “The more inclined people are to regard themselves as non-smokers, the more inclined they are to stop.” It applies the other way round too, according to other researchers: people who think that smoking is essential to their identity will have more trouble stopping. “But our study shows that the non-smoker identity has more impact.” Meijer and her colleagues interviewed 188 smokers, examining the consequences of the smoking ban in cafés has had on them. “Some of them had a stronger urge to stop smoking because of the ban, but
Poster depicting the effects of smoking on male fertility, by the organization Action on Smoking and Health (ASH). another group felt patronised – they saw it as a personal matter that has nothing to do with the government. The ban makes those people feel even more like smokers, making it harder for them to drop the habit.” Then there’s a third group: “The smoking ban has emphasised how addicted they are; they see themselves as victims of something they can’t change anymore. In those cases too, the smoking ban in cafés is counterproductive and the same seems to apply to the warning messages on cigarette packets: ‘Smoking Kills’ and so on. They motivate some people to stop but just up-
set others. And when smokers are stressed, they smoke more.” Wouldn’t it be a better idea to put encouraging texts on the packets? “If you give up cigarettes, your skin will be healthier” or “Stop , and you won’t be out of breath after climbing the stairs”? “That sort of measure has been studied exhaustively, but each time the results are different. From our identity angle, you might suppose encouragement would help. At least, it wouldn’t scare people into smoking”, Meijer replies. The effects of anti-smoking policies tend to be ambiguous at best. Do anti-smoking campaigns help?
HUIZINGA-LEZING Op vrijdag 11 december a.s. houdt Jo Tollebeek, historicus, de vierenveertigste Huizinga-lezing, getiteld:
‘De paarden van Waterloo. Over de schoonheid en de bruutheid van de geschiedenis.’ Een lezing over onze historische verbeelding, over Huizinga’s historische esthetiek en over de ‘draagsporen van de geschiedenis’. De lezing wordt jaarlijks georganiseerd door de Faculteit der Geesteswetenschappen van de Universiteit Leiden, de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde en ( vanaf 2014) Elsevier. Zij hebben de naam Huizinga aan de lezingenreeks verbonden als eerbetoon aan de historicus en cultuurfilosoof Johan Huizinga die leefde van 7 december 1872 tot 1 februari 1945. De toegang bedraagt € 12,50 (€10,00 voor studenten). U ontvangt daarvoor een plaatsbewijs, een boek met de lezing van Tollebeek en een drankje na afloop van de lezing. Kaarten zijn verkrijgbaar via www.elsevier.nl/huizingalezing
Do warning pictures on packets help? Does warning smokers about the risk of impotence have more effect than warning them about mouth cancer? Would it help if we banned displays of tobacco products from shops? Even when the studies were conducted properly – which is far from always the case – it was impossible to assess the results of the policy measures individually as nations usually introduce several anti-smoking measures at once. However, things are clearer for smokers who want to give up smoking. Meijer outlines what they should do: “Make a plan: smoking
is an addiction you can’t just drop. Fix a date and work towards it. Plan in advance how you intend to deal with difficult situations like parties. It’s very difficult to stop on your own so look for help. Your GP can give you a hand if you want to give up smoking.” The nicotine vaccine hailed as a promising solution a few years ago doesn’t work. Nicotine replacement gum and patches help but aren’t covered by insurance any more. If you have a history of failed attempts, your GP might prescribe Champix, now a proven remedy. E-cigarettes as aides to stopping smoking are still being hotly debated. And what about identity? “Not smoking has to become something that suits you”, Meijer says, summarising her research results. “But I don’t know the best way to achieve it. At Alcoholics Anonymous, drinkers have to explain what got them drinking in the first place and why it suits them not to drink. They have to repeat it frequently so they really feel a change. Another idea is to encourage people to form a mental image – even paint one perhaps – of themselves as a non-smoker. Or ask them to list the similarities between themselves and non-smokers to reduce the distance between them.” Meijer adds: “The big question is how to make people amenable to it, how to persuade them to think about stopping. During the interviews, I noticed that a shock can help some people – at least, in the short term. I talked to someone who had lost a friend to lung cancer just days before I spoke to him. He had already stopped – for a few days, that is. For long-term success, it’s more important that people believe they can do it.”
In memoriam
prof. dr Bernhard Katzy Ons bereikte het droeve bericht van het overlijden van prof. dr Bernhard Katzy. Wij wisten dat hij ernstig ziek was, maar het bericht van overlijden kwam toch nog onverwacht. Professor Katzy studeerde Engineering Management in Aken (Duitsland) en promoveerde daar op het gebied van Production Engineering. Aan de Universiteit St. Gallen (Zwitserland) deed hij zijn Habilitation in General Management. Van 1990 tot 1994 werkte hij als onderzoeker bij het laboratorium voor Production Engineering and Machine Tools in Aken. Vervolgens werd hij docent bij het Institute of Technology and Management van de Universiteit St. Gallen en gaf hij twee jaar lang college bij de Rotterdam School of Management van de Erasmus Universiteit in Rotterdam. In 1999 werd hij benoemd tot professor Technology and Innovation Management aan de Universiteit van München. Op 1 oktober 2008 werd hij ook benoemd tot hoogleraar Technology and Innovation Management bij de Faculteit der Wiskunde en Natuurwetenschappen van de Universiteit Leiden. Professor Katzy was tevens oprichter en directeur van het Center for Technology and Innovation Management, een stichting ter bevordering van onderzoek in zijn vak Technologie- en Innovatiemanagement. Professor Katzy was één van de steunpilaren van de Leidse Master of Science ICT in Business: hij verzorgde binnen deze masteropleiding de colleges Innovation Management en High Tech Entrepreneurship. Zijn wetenschappelijke passie was het ontdekken van de mechanismen achter een kenniseconomie. In projecten bestudeerde hij onder meer het (samen)werken van kenniswerkers, hun productiviteit en hun organisatie in netwerken. Hij was promotor van tien promovendi bij de Universiteit Leiden en hij heeft vele afstudeerders begeleid. Hij speelde ook een belangrijke rol bij het opzetten van het Living Lab op de Campus Den Haag. Wij herinneren hem als een enthousiaste en gedreven persoonlijkheid. Hij was creatief en ondernemend en hij heeft belangrijke bijdragen geleverd aan het Informatica-instituut LIACS. Staf en medewerkers van het Leiden Institute of Advanced Computer Science (LIACS)
19 november 2015 · Mare 11 Cultuur
Agenda
Slavenbonnetjes en kookboeken
FILM
Leiden in Suriname, Suriname in Leiden Suriname is volgende week veertig jaar onafhankelijk. De UB heeft er een tentoonstelling over: ‘Surinaamse studenten stalen hier het verboden boek van Anton de Kom en verspreidden stencils onder elkaar.’ ‘Driehonderd gulden kreeg een slaveneigenaar als vergoeding bij de afschaffing van de slavernij. Hij verloor immers zijn eigendom’, vertelt surinamist Rosemarijn Hoefte bij de tentoonstelling Suriname in beweging: migratie en cultuur in de Universiteitsbibliotheek. Een originele kwitantie ligt in de vitrine. Met de afschaffing van de slavernij begon de dynamiek die centraal staat in de tentoonstelling. Er kwam een migratiegolf uit Azië. ‘De slaven werden vervangen door contractarbeiders uit China, Java en India. Daardoor verdubbelde het bevolkingsaantal van Suriname. Het overgrote deel bleef. Daar moest de maatschappij op inspelen, bijvoorbeeld met schoolboeken.’ Ook in die vitrine: reglementen voor die contractarbeiders. ‘Om de vergelijking met de slavernij voor te zijn, werd nauwkeurig vastgelegd hoeveel ze betaald kregen, hoeveel eten ze kregen.’ Verderop liggen boekjes met stichtelijke verhalen. Die horen bij de zendingsacties die de katholieke en protestantse kerk na de slavernijafschaffing op Suriname loslieten. ‘Nederland zag Suriname als een soort overzeese provincie. Het mislukte faliekant, maar pas na de Tweede Wereldoorlog werden de godsdiensten gelijkgesteld.’ Ze wijst op een Surinaamse kalender uit de jaren negentig, met Door Marleen van Wesel
Aankomst van Javaanse migranten in Suriname ca. 1925. Foto KITLV heel veel feestdagen. ‘Divali, het Suikerfeest en Kerstmis kwamen sindsdien naast elkaar voor. Moskeeën, tempels en kerken staan ook kriskras door elkaar in Paramaribo.’ Een interessante stroom is die van Surinaamse studenten naar Nederland. ‘Vooral de Leidse universiteit was populair. Rechten en medicijnen waren bekende opleidingen.’ Bovendien stond Leiden in Suriname opvallend genoeg bekend als een links bolwerk. ‘In de UB was het boek van Anton de Kom te vinden. Het was de eerste Surinaamse geschiedenis, geschreven dóór een Surinamer. Het was een felle aanklacht tegen het kolonialisme en in Suriname was het verboden. In de jaren zestig stalen Surinaamse studenten het boek uit de UB en verspreidden stencils onder elkaar én in Suriname.’ Een bekende Leidse oud-student wiskunde en natuurkunde is Ronald
Academische Agenda Prof. dr. Y.E. Schuurmans zal op vrijdag 20 november een oratie houden bij benoeming tot hoogleraar bij de faculteit der Rechtsgeleerdheid met als leeropdracht Staats- en Bestuursrecht, in het bijzonder Bestuursprocesrecht. Mw. J.T. Schilder hoopt op dinsdag 24 november om 10.00 uur te promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Making the invisible visible’. Promotor is Prof.dr. M. Ubbink. Dhr. K. Fang hoopt op dinsdag 24 november om 11.15 uur te promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Environmental footprints: Assessing anthropogenic effects on the planet’s environment’. Promotor is Prof.dr. G.R. de Snoo. Dhr. P. Juhás hoopt op dinsdag 24 november om 13.45 uur te promoveren tot doctor in de Geesteswetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Die biblisch-hebräische Partikel א ָנim Lichte der antiken Bibelübersetzungen’. Promotor is Prof.dr. H. Gzella. Dhr. M.J. Bajema hoopt op dinsdag 24 november om 15.00 uur te promoveren tot doctor in de Archeologie. De titel van het proefschrift is ‘A comparative approach toward understanding the Mycenaean and Late Preclassic lowland Maya early civilisations through their art styles’. Promotoren zijn Prof.dr. M.E.R.G.N. Jansen en Prof.dr. J.L. Bintliff. Mw. D.A. Windhorst hoopt op dinsdag 24 november om 16.15 uur te promoveren tot doctor in de Sociale Wetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Differential susceptibility to parenting: Exploring new approaches’. Promotoren zijn Prof.dr. M.J. Bakermans-Kranenburg, Prof.dr. M.H. Van IJzendoorn en Prof.dr. H. Tiemeier (Erasmus MC). Dhr. E. Larios Vargas hoopt op woensdag 25 november om 10.00 uur te promoveren tot
doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Design and development of a comprehensive data management platform for Cytomics’. Promotor is Prof.dr. J.N. Kok. Mw. L.D. van der Pol hoopt op woensdag 25 november om 11.15 uur te promoveren tot doctor in de Sociale Wetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Focus on Feelings: Parental emotion socialization in early childhood’. Promotoren zijn Prof.dr. J. Mesman en Prof.dr. M.J. Bakermans-Kranenburg. Dhr. A.P. Karremans hoopt op woensdag 25 november om 13.45 uur te promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Systematic, phylogenetic and pollination studies of Specklinia (Orchidaceae)’. Promotor is Prof.dr. E.F. Smets. Mw. M.T. Llorens Planella hoopt op woensdag 25 november om 15.00 uur te promoveren tot doctor in de Geesteswetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Silk, Porcelain and Lacquer’. Promotoren zijn Prof.dr. C.J.A. Jörg en Prof.dr. A.T. Gerritsen. Mw. E.E. Kuijt hoopt op woensdag 25 november om 16.15 uur te promoveren tot doctor in de Rechtsgeleerdheid. De titel van het proefschrift is ‘Humanitarian Assistance and State Sovereignty in International Law’. Promotor is Prof.dr. N.J. Schrijver. Mw. A.A. Kroon hoopt op donderdag 26 november om 11.15 uur te promoveren tot doctor in de Geesteswetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Masonic networks, material culture & international trade’. Promotor is Prof. dr. C.J.A. Jörg. Prof. mr. J.P.H. Donner zal op vrijdag 20 november een oratie houden bij benoeming tot Cleveringa-hoogleraar 2015-2016 bij de faculteit der Rechtsgeleerdheid met als leeropdracht Vraagstukken op het gebied van Recht, Vrijheid en Verantwoordelijkheid.
Venetiaan, later drie keer president van Suriname. ‘Hij was overigens geen activist, maar een keurig Augustinuslid.’ De universiteit heeft ook een Surinaamse rector gehad. Paul Christiaan Flu werd in 1938 aangesteld. ‘Hij was een briljant geneeskundige. De Hans Flustraat in Leiden is trouwens naar zijn zoon vernoemd, die in de oorlog werd geëxecuteerd door de Duitsers. Eigenlijk moet dit maar een pleidooi zijn voor een straat voor de oud-rector. Ook in het kader van diversiteit.’ Sinds de jaren zestig heeft Suriname een eigen universiteit, die in 1983 naar De Kom werd vernoemd. ‘Vandaag de dag zijn de meeste contacten tussen de Universiteit Leiden en Suriname informeel, maar veel Nederlandse studenten vertrekken naar Paramaribo op stage in het onderwijs, als arts of journalist.’ Op 25 november 1975, volgende
Aankomst van Surinaamse studenten op Schiphol ca. 1955. Foto KITLV week veertig jaar geleden, werd Suriname onafhankelijk. ‘Rond die tijd kwam een kwart van de Surinaamse bevolking naar Nederland. Daarover zijn wel romans verschenen. Pas heel recent trekken sommige schrijvers de migratiestromen verder door. Karin Amatmoekrim schrijft bijvoorbeeld ook over haar Javaans-Surinaamse familiegeschiedenis.’ De voorlaatste vitrine bevat dan ook romans. De allerlaatste bevat kookboeken. ‘De UB heeft de grootste Surinamecollectie ter wereld. Kookboeken vind je er óók. Juist recepten kun je gemakkelijk meenemen in je hoofd, of op een klein briefje. Surinaams eten was een remedie tegen heimwee in het koude Nederland.’ Suriname in beweging: migratie en cultuur, Expositieruimte UB 25 nov t/m 12 jan
Doe meer met je kennis! Vrijwilligers gezocht voor één uur per week bijles en huiswerkbegeleiding op verschillende locaties of bij de leerling thuis. Leiden-Noord, 33 leerlingen, basisonderwijs, groep 4 t/m 8, waarvan 2 met vergoeding van €4 per les. Voortgezet onderwijs: *Duits, 3gymnasium. Economie, 5vwo, €5,- per les. Nederlands, Engels, brugklas vwo.. *Duits, 2vmbotl. *Economie, scheikunde, 3vmbo-t. *Wiskunde, 4havo. *Nederlands, Engels, brugklas havo-vwo. *Wiskunde, 4vmbo-t, €7,50 per les. *Geschiedenis, wis- en natuurkunde, 3havo, €5,- per les. *Wiskunde, Nederlands, 2vmbo-kader. *Biologie, geschiedenis, 3mavo. Leiden-Zuid, 16 leerlingen basisonderwijs groep 4 t/m 8. *Rekenen, brugklas, havo-vwo. Voortgezet onderwijs: *Engels, brugklas vwo. *Engels, NASK, brugklas havo. *Engels, biologie, 2mavo. *Wiskunde, 3havo. Onderwijswinkel, Driftstraat 77, ma, wo en do 15-17u. Tel. 071-5214256. E-mail: hdekoomen@owwleiden.nl.
Iedereen kan Parkinson krijgen
MUZIEK
GEBR. DE NOBEL Maison du Malheur + Tiny Legs Tim do 19 november 20.00 €10 Singlefeestje Vr 20 november 23.00, €10 De Leidse Danssalon 21 november 21.00, €10 Electric Six + Yip Deceiver zo 22 november 20.00 €10 Pechakucha Night Leiden #13 wo 25 november 20.00 €10 AA Nights: The Peterlees, The Real Danger, Destroy-Oh-Boy Do 26 november 20.00 €7,50 VRIJPLAATS LEIDEN Strotter Inst. (CH) do 19 november 20.00 €3 Vrijplaats Festival #4 za 21 november 20.00, entree gratis LOKHORSTKERK Practicum Musicae do 26 november v.a. 17.00, entree gratis STADSGEHOORZAAL Frans Bauer Live in Concert X Vr 20 november, 20.15, vanaf €30,50 LEIDSE SCHOUWBURG Fernando Leimeirinhas Vr 20 november, 2015, vanaf €11
THEATER
Maretjes De prijs voor een Maretje bedraagt €9,– per 30 woorden, opgegeven via redactie@mare.leidenuniv.nl uiterlijk t/m maandag 16.00 uur. Maretjes aangeboden voor commerciële doeleinden worden niet geplaatst, evenmin als Maretjes waarin zaken worden aangeboden die de waarde van 4.500 euro te boven gaan.
TRIANON 45 Years Vr, za, zo, ma, di, 15.30 + 18.45 Le Tout Nouveau Testament Vr 15.30, 21.30 Spectre Vr, za, zo 14.30, alle dagen 18.00, 21.30 Son of Saul Vr, za , zo, ma, di, wo 21.30 LIDO Spectre Vr, za, zo 14.30, alle dagen 18.00, 21.30 The Intern Vr, za, zo 18.30 KIJKHUIS The End of the Tour Vr, zo, di 16.15 do, za, zo, ma wo 19.00 Youth - La Giovinezza Vr, za, zo ma, di, wo 16.30, 21.15 The Lobster Vr, za, zo, ma, di, wo 21.30 Filmspecial Rome Za 15.00 The Good, the Bad and the Ugly (1966) Di 21.00
Informatieweekend vrijwilligerswerk in het buitenland: Heb jij zin om vrijwilligerswerk te doen met straatkinderen in het buitenland? Ben je tussen de 18 en 30 jaar oud? Bezoek dan www. samen.org en meld je aan voor het informatieweekend over vrijwilligerswerk in het buitenland. Zangles (coaching) krijgen van een vakkundige en gepassioneerde docent. Dat kan! Pop, jazz en musical. Les overdag in Leiden. Voordelig studententarief. Docent: Norman Ebicilio 06-45308413 / close2harmony@gmail.com
Maretjes extra Maretjes-extra zijn bedoeld voor semi-commerciële instanties. De prijs voor een Maretjeextra is €23,– incl. BTW voor elke vijfendertig woorden. U kunt deze advertenties uiterlijk op de vrijdag vóór het verschijnen van Mare opgeven bij Bureau van Vliet B.V., postbus 20, 2040 AA Zandvoort, telefoon 023-571 47 45. E-mail: Zandvoort@bureauvanvliet.com
Steun baanbrekend onderzoek Ga naar www.parkinsonfonds.nl
De grootste financier van wetenschappelijk onderzoek naar de ziekte van Parkinson.
THEATER IMPERIUM De Toneelfabriek: Wie? 19, 20 en 21 november, 20.00, €12 THEATER INS BLAU An Van den Broek: The Black Piece Vr 20 november, 20.30, vanaf €17,00 STADSGEHOORZAAL Podium Pitch Zo 22 november, 14.30, gratis LEIDSE SCHOUWBURG Noord Nederlands Toneel: Sneeuwwitje Wo 25 november, 20.15, vanaf €11
DIVERSEN
AALMARKTZAAL World Of Whisky vr 20 november 20.30 €22,50 HAARLEMMERSTRAAT/LANGE MARE Water Walk Zo 22 november 15.00 LUMC Tentoonstelling: Van Binnen en van Buiten T/m 22 november AFRIKA-STUDIECENTRUM Seminar: Homoseksualiteit in Afrika: een gevaarlijke liefde Do 26 november, 15.30-17.00 SIEBOLDHUIS Tentoonstelling: Shinkichi Tajiri: Universal Paradoxes t/m 29 november MUSEUM VOLKENKUNDE Tentoonstelling: Grrr… Machtige dieren wereldwijd t/m 3 januari MUSEUM BOERHAAVE Tentoonstelling: Einstein & Friends t/m 3 januari UNIVERSITEITSBIBLIOTHEEK Tentoonstelling: Suriname in beweging t/m 12 januari
12
Mare · 19 november 2015
Het clubje
Column
Sjaarzenkamer
Van links naar rechts: Joyce de Kleijn, Cynthia van der Winden, Jiska Ogier, Amber Bindels, Erik Haalboom, Ietje van Halem, Pauline Gransier.
‘We zijn meer dan onze handicap’ Schrijvers van het manifest ‘Wij staan op’ Amber Bindels (filosofie, 26): ‘Mensen hebben snel een oordeel over je. Ze denken dat je de maatschappij alleen maar geld kost. Of dat je niet goed kunt praten omdat je in een rolstoel zit.’ Jiska Ogier (rechten, 21): ‘Dan vraagt een serveerster niet aan jou wat je wilt drinken, maar aan je gezelschap.’ Peter Haalboom (ambtenaar bij de gemeente Woudenberg, 23): ‘Zoiets heb ik ook eens meegemaakt. Laatst was ik met mijn vriendin op stap, en toen zei iemand tegen haar dat het fijn was dat ik zo ook eens buiten kwam. De gewone man denkt dat je niet goed bij je hoofd bent.’ Bindels: ‘Het idee om een beweging op te richten bestond al langer. Uiteindelijk namen Jiska en Pauline het initiatief.’ Pauline Gransier (film- en literatuurwe-
tenschappen, 27): ‘Nederland heeft als een van de weinige landen het VN-verdrag voor de rechten van de mens met een beperking niet geratificeerd, en dat moet veranderen. Veel mensen denken dat er veel voor je geregeld wordt als je gehandicapt bent, maar dat valt tegen. Tweederde van de invalidentoiletten is niet toegankelijk.’ Ogier: ‘We hebben een manifest opgesteld met daarin twaalf stellingen. Die stellingen beschrijven hoe wij zouden willen dat de samenleving naar een functiebeperking kijkt.’ Haalboom: ‘Misschien dat de meeste mensen ons niet voor vol aanzien, maar daar laten we ons niet door tegenhouden. Dat is voor mij ook de grootste reden om mee te doen aan Wij staan op: laten zien
dat we meer zijn dan onze handicap.’ Gransier: ‘Door de oude participatiewetgeving is het haast makkelijker om achterover te leunen dan om te gaan studeren. Omdat ik een universitaire opleiding volg, krijg ik geen uitkering.’ Ogier: ‘Ik heb één keer iets naars meegemaakt. In de introductieweek was er een bijeenkomst in een bioscoop, en ik wist niet of ik daar naar binnen kon. Toen zat ik buiten in mijn rolstoel tussen honderd eerstejaars, en niemand zag me omdat ik lager was dan de rest.’ Gransier: ‘Door mijn cerebrale parese ben ik ook slechthorend. Daarom zit ik bij college altijd vooraan, anders kan ik niet liplezen. Gelukkig denkt de universiteit goed met me mee.’ Bindels: ‘Ik studeer in Tilburg. Daar
doen ze ook erg hun best, maar nog steeds komen sommige aanpassingen niet goed door. Als ik tijdens een tentamen naar de wc moet, ben ik twintig minuten kwijt. Normaal gesproken houden ze daar rekening mee, maar soms wordt dat vergeten. Ook zijn er soms collegezalen waar ik niet in kan met mijn rolstoel. Dat is balen, ja.’ Ogier: ‘Ik heb ook cerebrale parese. De chronische pijn maakt de dag zwaarder. Als een gezond persoon één stap zet, zet ik er drie. Studeren is voor mij topsport. Maar ik peins er niet over om ermee te stoppen.’ DOOR MONICA PRELLER
Teken het manifest op www.wijstaanop.nl
Trots had hij zijn ouders verteld over zijn verovering: een sjaarzenkamer in een van grootste mannelijke studentenhuizen van het corps. Hij had er voor moeten knokken: met hem nog een legioen eerstejaars die zich op het schamele aanbod van eerstejaarskamers had gestort. Veel was het niet; vier muren en een raam, maar met een likkie verf hier en daar was dit zijn thuis. Had hij zich zorgen gemaakt tijdens de KMT? Welnee, zoals het een goed corpsbal betaamt had hij namelijk netjes deelgenomen aan alle illustere rituelen die van hem een gave pik zouden maken. Hospiteeruitnodigingen krijgen zou voor hem geen probleem zijn. Erg veeleisend was hij bovendien niet, hij zou desnoods een Harry Pottertje doen en zijn intrek nemen in de bezemkast. Een ontgroening van twee weken was slechts het begin. Vanaf het moment dat hij zich met recht lid mocht noemen en niet langer met het predicaat nul aangesproken werd, begon het echte werk. Vanaf nu was het zaak dat hij zich zo zou profileren opdat hij in een zo gaaf mogelijke club terecht zou komen. Het kernen, zoals de periode van clubvorming heet, waren weken van afzien waarin het kaf van het koren werd gescheiden. Hij wist uit verhalen dat meisjes op de meest venijnige manier van hun kern te horen kregen dat ze niet langer welkom waren en dat ze hun heil maar moesten gaan zoeken bij een groepje meisjes dat later bekend zou komen te staan als ‘Clubje Kut’. Bij de mannen ging het er wat minder omslachtig aan toe, maar ook hier kon je van de een op de andere dag worden gedumpt. Maar dat gebeurde niet. Hij had een club gevonden die later zonder schaamte om de dominantie aan het Eiland, zoals de borreltafel van de mannen heette, kon vechten. Alles was wel. Totdat hij die ene ochtend thuis kwam. Ontberingen en ontvoeringen had hij doorstaan om met zijn club te mogen worden geïnaugureerd. God, wat was hij blij dat hij niet bij de huislozen hoorde en dus niet na deze lange, lange nacht ergens zou moeten logeren of erger: terug naar zijn ouders. Nee, hij zou nu lekker in zijn eigen bed ploffen en de volgende ochtend pas weer aan studentenproblematiek en katers denken. Het echte leven was begonnen en niks kon hem nog stoppen. Strompelend liep hij naar zijn kamer en in zijn beschonken staat wist hij zich nog vaag te herinneren dat samengaand met zijn clubinauguratie ook zijn geliefde sjaarzenkamer onder handen genomen zou worden. Ach, in een kuub zand zou hij ook wel kunnen slapen en als zijn kamer ineens verbouwd was tot een zwembad, tukte hij wel op de fusiebank. Hij duwde de deur van zijn kamer open. En toen brak de pleuris uit. ESHA METIARY
Bandirah