12 februari 2015 38ste Jaargang • nr. 19
‘Ik sta niet altijd voor de spiegel’ Pagina 11
Trainingspakken en panterprints: Sjonnie en Anita bij Augustinus
Het college van bestuur spreekt: ‘Wij geloven niet in luie studenten’
De ondergang van kleine talen. ‘De universiteit is geen museum’
Pagina 3
Pagina 6 en 7
Pagina 8 en 9
Experiment: student mag promoveren Universiteiten mogen vanaf 1 januari 2016 beurspromovendi aanstellen. Volgens minister Bussemaker gaat het om een experiment, dat tot meer promoties moet leiden.
Vanwege de dreiging Boko Haram zijn de Nigeriaanse verkiezingen van zaterdag zes weken uitgesteld. Inge Ligtvoet is net terug uit het door de terreurgroep geteisterde land. DOOR MARLEEN VAN WESEL ‘Iedereen was Charlie, ook in Nigeria’, vertelt promovenda Inge Ligtvoet (29). ‘Pas toen CNN en andere internationale bronnen meldden wat zich een paar dagen eerder in het noorden van hun eigen land had afgespeeld, kregen ook de Nigerianen er aandacht voor.’ De islamitische terreurgroep Boko Haram stak begin januari de stad Baga in brand. Schattingen van het aantal doden liepen op tot tweeduizend. ‘Ook de regering reageerde wél op Parijs, maar geen woord over de toestand in hun eigen land.’ Ligtvoet is net teruggekeerd van een klein jaar veldonderzoek in Enugu, in het zuiden van Nigeria. Een onderzoeksgroep van verschillende promovendi, geleid door geschiedenishoogleraar Mirjam de Bruijn, bestudeert sinds 2012 hoe jongeren in Centraal-Afrika omgaan met conflicten en crises. ‘Het is een erg verbonden regio, met veel onderlinge uitwisseling. Nigeria hoort daar ook bij, hoewel het net buiten Centraal-Afrika ligt’, vertelt Ligtvoet. Aanvankelijk sprak ze met haar informanten over politieke instabiliteit, werkloosheid en de slechte infrastructuur. ‘Boko Haram was er natuurlijk ook al, maar toen vorig jaar april de Chibok Girls werden gekidnapt ging de wereld zich ermee bemoeien.’ Miljoenen mensen plaatsten de oproep
#BringBackOurGirls op Twitter, na de ontvoering van 276 schoolmeisjes. ‘Ook kidnappings waren al eerder voorgekomen, maar deze kondigde de nieuwe richting van Boko Haram aan: agressiever, met jonge meisjes die werden ingezet voor zelfmoordaanslagen. Het werd een steeds belangrijker onderdeel van de crisisbeleving uit mijn onderzoek.’ Haar moeder maakte zich intussen zorgen. ‘Ik zei: “Mam, Boko Haram zit duizend kilometer verderop.” Maar je zou misschien wel denken dat de betrokkenheid sterker is dan wanneer hier duizend kilometer verderop de hel zou losbarsten, omdat het daar in hetzelfde land gebeurt. Maar hoewel Europa na Charlie Hebdo overging op high alert, gebeurde zoiets daar niet.’ De bevolking rond Enugu staat bekend om het zakendoen. ‘Daardoor zijn ze erg connected met de rest van het land. Toch kennen ze in het noorden, waar Boko Haram actief is, niet veel mensen meer: er is een soort exodus vanuit het noorden.’ Zowel na de kidnapping van de Chibok Girls, als na de berichten over Baga begin januari, signaleerde ze iets interessants over de nieuwsconsumptie van de Nigerianen. ‘Ik zag steeds een flow van activiteit op social media, die eigenlijk precies gaat zoals die van ons. Ook Nigerianen pikken zulke gebeurtenissen pas op wanneer ze via CNN, BBC of Al Jazeera de wereld overgaan. Het is gek dat nieuws van duizend kilometer verderop via internationale kanalen de huiskamer binnenkomt. Maar er zijn maar weinig bronnen in Noord-Nigeria. Nigeriaanse journalisten durven
er niet heen. En hoewel het ook voor CNN niet veilig is, kunnen zij met een groter budget grotere konvooien inzetten. Verder wordt er geklaagd over corruptie onder Nigeriaanse journalisten. Het idee heerst dat nieuws vanuit buiten betrouwbaarder is.’ Het zat haar dwars, begin januari, dat iedereen Charlie wilde zijn, terwijl er geen aandacht was voor de gruwelen in Baga. Ze schreef het spontaan van zich af op een Facebook. ‘Ik moest eigenlijk een blog schrijven over mijn onderzoek, maar dat lukte niet.’ Toen ze de volgende ochtend wakker werd, zag ze tot haar verbazing dat haar blog tientallen keren gedeeld was. In verschillende media klonk halverwege januari eenzelfde geluid, waarna de aandacht voor Boko Haram alsnog toenam. ‘De naderende verkiezingen hebben de internationale media wakker geschud. Het is sinds lange tijd niet zo spannend geweest. De voormalig dictator Muhammadu Buhari, zelf een noorderling en moslim, krijgt veel steun in het noorden en noordwesten. De huidige president Goodluck Jonathan is groter in het zuiden, onder meer vanwege zijn christelijke achtergrond.’ De verkiezingscampagne zou volgens Ligtvoet een mooie kans zijn om het geweld aan te pakken. ‘Maar in plaats van oplossingen aandragen, werd het moddergooien. Boko Haram is vooral gebruikt om de tegenpartij zwart te maken. Enerzijds zou Buhari een stevige vinger in de pap hebben. Maar tegelijkertijd is de terreurgroep onder Jonathans bewind heel groot geworden en krijgt de president steun van Boko Haram-sympathisanten.’ Inmiddels zijn de verkiezingen,
aanvankelijk gepland op 14 februari, zes weken uitgesteld vanwege de veiligheidssituatie in het noorden. Deze week kondigde Jonathan aan alsnog actie te ondernemen. ‘Op social media gaat het gerucht dat hij zo campagnetijd wil winnen. Hij voelt de hete adem van zijn opponent en zet nu het grootste kritiekpunt - dat hij niets doet - in als troef. Bovendien kan hij aanhaken bij alliantie die andere landen in de regio net gestart zijn. Het is niet per se zijn eigen initiatief.’ Ligtvoet heeft weinig hoop dat de situatie op korte termijn zal verbeteren. ‘Het is naïef om te denken dat hij iets wat hij al vier, vijf jaar niet voor elkaar krijgt, nu in een paar weken kan oplossen.’ Nigerianen ventileren hun kritiek gerust op social media. ‘Humor is daarbij een belangrijk middel. Boko Haram is wel heel tragisch. Ze delen veel filmpjes die je eigenlijk niet wil zien, waarin mensen op gruwelijke wijze dood gaan. Verder klinkt er kritiek op de islam, en de angst ervoor. Maar ik zie ook vaak een satirische benadering.’ Toen ze onderzocht wat mensen het meest was bijgebleven over de kidnapping van de Chibok Girls bleek dat het optreden te zijn van de Nigeriaanse first lady, Patience Jonathan. ‘Ze hield een dramatische speech. Niet alleen omdat ze in huilen uitbarstte, maar ook vanwege haar vreselijke Engels.’ Net zoals Louis van Gaals ‘different cook’ is ook het steenkolen-Engels van Patience Jonathan doorgedrongen tot het dagelijkse taalgebruik. ‘Ze riep voortdurend hysterisch “There’s God, oo!” Daarmee kun je nu discussies en gesprekken afsluiten. There’s God oo!’
> Verder lezen op pagina 4
Onderwijsprijs voor Minister wil kosten Einsteins wasbak Harmen Jousma tweede studie weten moet worden gered
‘Stop met stapelen van maatregelen’
Bekroond docent science based business waarschuwt voor te strak stramien. ‘Door studenten hard te drillen, krijg je geen creatieve mensen.’
De Leidse universiteit voert allerlei maatregelen in om het studierendement te verhogen waarvan onduidelijk is of ze werken, vindt promovenda.
Pagina 3
Universiteiten moeten duidelijkheid geven over de hoge tarieven voor tweede studies. Anders komt er een maximumbedrag, aldus Bussemaker.
Pagina 4
Sterrenkundestudenten zijn een actie gestart om de wasbak van Einstein te redden bij de verhuizing naar de nieuwe bètacampus.
Pagina 5
Promovendi zijn in Nederland, anders dan in veel andere landen, werknemers. Ze krijgen een salaris, ze bouwen pensioen op, ze hebben allerlei rechten. Maar om op dergelijke kosten te besparen dringen veel universiteiten er al jarenlang op aan om bursaalpromovendi mogelijk te maken. Die krijgen een beurs in plaats van een salaris, hoeven geen onderwijs te geven, en zijn daardoor ook nog eens sneller klaar. Vanaf volgend jaar wordt dat mogelijk, bij wijze van ‘experiment’. Alle universiteiten mogen meedoen, mits het totale aantal beursstudenten in Nederland onder de 2000 blijft. In een brief aan de Tweede Kamer kondigde het ministerie aan dat het de vinger aan de pols wil houden: ‘het onderzoeksklimaat mag geen nadelige effecten ondervinden, en promoties mogen niet aan kwaliteit inboeten. Als universiteiten het experiment alleen aangrijpen om kosten te besparen, grijpt minister Bussemaker in.’ Zij kan desnoods het experiment stopzetten, anders duurt het maximaal acht jaar. Universiteiten die mee willen doen kunnen tot 1 november een aanvraag doen bij het ministerie. De Universiteit Leiden kondigde in 2013 al aan dat zij dat van plan is, met een vijftigtal promotieplekken. Het Promovendi Netwerk Nederland is tegen. Promovendi worden betaald als werknemers omdat ze dat ook gewoon zijn, is hun redenering. Zij vrezen voor afnemende kwaliteit van de promoties omdat de bursalen niet in een vakgroep zijn ingebed, en omdat talent eerder zal kiezen voor een toekomst met arbeidsvoorwaarden. BB
Pagina 5
Bandirah Pagina 12
2 Mare · 12 februari 2015 Geen commentaar
Mannendag ‘Hoe krijgen we meer mannelijke studenten bij de studies peda gogische wetenschappen en psychologie?’ Moeilijke vraag voor de faculteitsraad van Sociale Wetenschappen. ‘Een 50/50-ver deling zou ideaal zijn’, meende decaan Hanna Swaab. Dat wordt sjorren. Van het Pieter de la Court-gebouw als geheel is het al merkwaardig dat er evenveel jongensals meisjestoiletten zijn, maar het aantal vrouwen bij pedagogiek werd geschat op 98 procent. Raadslid Maud Pols van de SGL stelde een speciale mannendag voor, zoals de TU Delft elk jaar een speciale vrouwendag organiseert om meer vrouwelijke bèta’s aan te trekken. Andere opties: die paar mannelijke studenten naar middelbare scholen sturen, en prominent in beeld brengen op de website van de studie. De grappen dringen zich gemakkelijk op: dan ook meer knorren bij bestuurs kunde! En meer vrouwen op de vuilniswagen, de vissersboot en aan de wegwerkerij: je hoort veel meer klachten over het ‘glazen plafond’ dan over de ‘glibberige vloer’. Je kunt ook fijntjes opmerken dat één van de weinige mannen die dolgraag pedagogiek wilde studeren – pedopartijlid Norbert de Jonge – juist met hand en tand van de studie af is gehouden. En wat zou er precies moeten gebeuren op zo’n mannendag? Monstertrucks, strippers, hoppig bier en spareribs op de barbecue? Of is dat toch niet helemaal wat een mogelijke pedagoog begeert? En als we eigenlijk helemaal niet weten wat ze willen, hoe moeten we ze dan lokken? Door alleen maar te geinen, ga je echter voorbij aan het feit dat de ambitie op zich prijzenswaardig is. Diversiteit is niet alleen iets voor politiek correcte linksmensen die zorgvuldig bijhouden of alle 51 genders die je volgens Facebook kunt hebben wel allemaal naar ratio zijn vertegenwoordigd. Je organisatie wordt een stuk minder kwetsbaar voor groepsdenken en verandering als die veelzijdiger is samengesteld. De combinatie mannen en kinderen is zelfs extra belangrijk: die twee komen steeds minder bij elkaar in de buurt. Lekker stoeien met de meester is er voor kindertjes niet bij, want pas ergens tegen vwo 5 staat er een keer een vent voor de klas. Bij de kinderopvang zien ze al helemaal geen man nen: sinds Robert M. zijn die na doodsangst bij ouders vrijwel allemaal vertrokken uit die business. Oh jee. Oepsefloeps. Noemden we daar alweer een pedo. De facul teitsraadsleden en het faculteitsbestuur namen allemaal heel zorgvul dig het P-woord niet in de mond, afgelopen donderdag. Maar zou het niet kunnen, ook niet een heel klein beetje, dat de angst om voor pedofiel versleten te worden meespeelt bij de gebrek kige aanmeldingscijfers van mannen bij pedagogiek? Onderzoeksvraag waar een faculteit sociale wetenschappen mee uit de voeten kan, zou je denken. En als dat zo is, is de ambitie om meer mannen naar het vak te trekken des te prijzenswaardiger. Door Bart Braun
Colofon
Redactie-adres Pieterskerkhof 6 2311 SR Leiden Telefoon 071–527 7272 Website mareonline.nl E-mail redactie@mare.leidenuniv.nl
De redactie is op vrijdag gesloten. Oplage circa 15.000 Hoofdredactie
Frank Provoost frank.provoost@mare.leidenuniv.nl
Column
Redactie
Vincent Bongers vbongers@mare.leidenuniv.nl Bart Braun bbraun@mare.leidenuniv.nl Petra Meijer p.meijer@mare.leidenuniv.nl Marleen van Wesel h.g.van.wesel@mare.leidenuniv.nl Veerle van der Gracht (stagiaire) vgrachtmare@gmail.com Medewerkers
Talitha Dehaene • Tim Meijer • Esha Metiary • Marc van Oostendorp • Benjamin Sprecher Fotografie Taco van der Eb • Marc de Haan Illustraties Bas van der Schot • Bandirah • Silas.nl Basisontwerp Roeland Segaar, Zabriski Communicatie Art direction en vormgeving M-space Drukwerk Rodi Rotatiedruk, Broek op Langedijk Advertenties Bureau van Vliet B.V. Postbus 20 2040 AA Zandvoort Telefoon 023 - 571 47 45 Redactieraad
Prof. dr. J.C. de Jong (voorzitter) • Prof. dr. F. Israel (vicevoorzitter) • drs. B. Funnekotter • J. Daemen • S. Grootveld • mr. F.E. Jensma • M. Kuipers• dr. S.J. van der Linde • prof. dr. N.J. Schrijver • dr. J.P. Vollaard • F. Vermeeren • C. van der Woude Jaarabonnementen
Een jaarabonnement op Mare loopt van september t/m juni. Belangstellenden kunnen Mare thuisgestuurd krijgen door €35 over te maken op bankrekening 1032.57.950 ten name van Universiteit Leiden (o.v.v. Mare en SAP-nummer 6200900100) en vervolgens een bevestigingsmail met daarin hun adres te sturen naar redactie@mare.leidenuniv.nl. Studenten betalen €25. Ter controle graag in de bevestigingsmail ook het studentnummer vermelden. Adreswijzigingen
Alleen schriftelijk met postwikkel. Klachten en opmerkingen over de toezending van Mare 071-5277272. Mededelingen voor het op donderdag verschijnende nummer moeten uiterlijk de voorafgaande donderdag 16.00 uur in het bezit van de redactie zijn. ISSN 0166-3690
Voortschrijdend inzicht Het is een algemeen geaccepteerd feit dat promoveren een van de meest soulcrushing banen is sinds het begin van de industriële revolutie. Jarenlang werk je aan Je Grote Idee. Tegelijkertijd is er een horde andere PhD’s, waarvan er eentje precies hetzelfde aan het doen is. Maar dan nét iets sneller. Of, nog erger, er is niemand met jouw idee bezig. Iedereen heeft allang door dat het complete onzin is. Je begeleider roept om de paar weken iets algemeen bemoedigends. Je professor mompelt af en toe iets. Willekeurige mensen op conferenties zeggen: ‘Oh my! That’s so interesting. No really!’ Mij maakt het allemaal niet meer uit. Want ik heb tegenwoordig oneindig veel meer zelfvertrouwen dan een jaar geleden. Dat komt niet doordat ik op een conferentie bij precies de juiste editor in bed ben beland. God heeft mij nog steeds geen vrede en geluk gebracht en ik heb ook geen enorme stash coke onder mijn bureau verstopt. Nee, ik word tegenwoordig gevraagd om papers te reviewen. Dan zie je plotseling niet alleen wat er aan het eind van de reviewmolen uit komt rollen, maar ook alle zooi waar je collega’s mee denken weg te kunnen komen. Nu heb ik pas een handjevol papers gereviewed, maar dat weerhoudt mij er niet van een oordeel te vellen over alles en iedereen die ooit iets gesubmit heeft naar een journal. Er zijn dus drie mogelijkheden. Optie 1: de auteurs spreken geen woord Engels. Het kost mij een kwartier om te ontcijferen wat ze in de openingszin willen zeggen. Ik heb geen idee hoe de editors erbij komen om dit ter review op te sturen. Optie 2: de auteurs hebben ooit een interessant onderzoek gedaan en gebruiken nu de salamimethode om hun uitkomst over zo veel mogelijk papers te verdelen. Precies zo uitgemeten dat het kantjeboord geen zelfplagiaat is. Optie 3: De auteurs schrijven met enorme zelfverzekerdheid dat ze het een en ander bewijzen. Na veel gespeur in hun referentielijst blijkt dat ze eigenlijk geen flikker hebben
gedaan, behalve met grote woorden opschrijven wat anderen ook al hadden gezegd. Waar eerdere papers het duiden als ‘we suspect that’ of ‘this highly uncertain data points in the direction of’ veranderen deze auteurs eerdere tabellen in nieuwe, moeilijk leesbare doch indrukwekkende grafieken en schrijven ze doodleuk ‘we have proven that’. Zie daar het voortschrijdend inzicht der wetenschap. Ter illustratie, iets dat ik laatst onder ogen kreeg. Een onderzoeksgroep uit Amerika poogt uit te rekenen hoeveel neodymium (een bepaald soort metaal) er te recyclen valt uit auto’s. Daarvoor nemen ze een referentie uit 1995, waar iemand de hoeveelheid neodymium in één (!) willekeurige auto rapporteert. Dit extrapoleren ze in een rechte lijn (‘we assume a linear stepwise increase’) naar het concept ‘de gemiddelde auto’ van de toekomst. Vervolgens hebben ze hun ‘novel and important results’ schaamteloos over twee papers verdeeld. De eerste kijkt naar neodymium anno 2015. In het tweede artikel extrapoleren ze de lijn doodleuk twintig jaar door en claimen ze te weten hoeveel neodymium er in 2035 te recyclen valt. Ik zou deze papers natuurlijk lachend naar de prullenbak willen verwijzen, maar de eerste was al gepubliceerd. In het beste blad van mijn vakgebied, ES&T. Als je zoiets onder ogen krijgt gaan er twee dingen door je heen. Eerst: mijn god, waarom is dit gepubliceerd, waarom? Vervolgens: mijn god, als ik had geweten dat je met dit soort shit in ES&T kan komen had ik al drie keer gepromoveerd kunnen zijn. Laat ik maar politiek correct concluderen dat het proces van reviewen er over het algemeen in slaagt om dit soort onzinnige papers uit de journals te weren en dat competentie dus de meest efficiëntie weg naar een wetenschappelijke carrière is. Echt waar. Benjamin Sprecher is promovendus bij het Centrum voor Milieuwetenschappen Leiden
12 februari 2015 · Mare 3 Mensen
071 -527 …
‘Hard drillen nekt creatievelingen’ Docent science based business wint onderwijsprijs Het huidige onderwijssysteem zit studenten die willen ondernemen in weg, betoogt Harmen Jousma. Maandag won hij de Onderwijsprijs van de universiteit. ‘We drukken studenten in een stramien.’ ‘Sommige mensen kunnen heel goed zwemmen, maar hebben er een hekel aan om het water in te gaan. Met ondernemen is het net zo: voor sommigen zal het altijd onbekend terrein blijven. Anderen doen het vanzelf, omdat ze niet anders kunnen. Daartussenin zit een middengroep waarbij het ondernemerschap door allerlei externe factoren en omstandigheden bepaald wordt. Je kunt ze niet leren ondernemen, maar je kunt ze wel helpen om ondernemer te worden. ‘Een van de dingen die mijn studenten leren, is het maken van een businessplan. Zo laten we mensen er kennis mee maken. Als je een business plan maakt, leer je al snel: het gaat niet om hoe je het precies opschrijft, het gaat meer om het proces dan om de uitkomst. Je ontwikkelt een tijdlijn, je bedenkt welke stappen je kan zetten. Je plan geeft je een beeld van hoe de toekomst kan zijn, en hoe die te realiseren. De praktijk is bijna altijd anders. In alle jaren dat Door Bart Braun
Harmen Jousma (midden): ‘Als je een academische studie doet, hoort ondernemen als carrièrestart een uitzondering te zijn.’ Foto Marc de Haan ik Science Based Business geef, heb ik veel ondernemers als gastdocent voor de klas gehad. Er was er welgeteld één die zei: “joah, dat plan is wel zo’n beetje uitgekomen.” Het is heel uitzonderlijk dat dat gebeurt. Maar zonder plan op weg gaan en toch op een plek komen waar je wilt zijn is niet velen gegeven’ ‘Hoeveel studenten tijdens hun studie of kort daarna gaan onderne-
men? Niet zo veel. Van de grofweg achthonderd studenten zijn dat een stuk of tien, afhankelijk van je definitie van “ondernemer”; we weten het ook niet van iedereen. Dat is ook niet zo raar: als je een academische studie doet, hoort ondernemen als carrièrestart een uitzondering te zijn. In de meeste sectoren is het niet haalbaar: je moet eerst wat gedaan hebben, in bedrijven gezien hebben
hoe het eraan toe gaat. Een groot deel van het SBB-programma is niet meer of minder dan een mogelijkheid om kennis te maken met een stuk wereld van buiten de universiteit. Wat is het bedrijfsleven en wat zou jouw rol daarin kunnen zijn? Voor sommigen is dat het ondernemerschap, voor anderen niet – en dat is ook prima.’ ‘De huidige ontwikkelingen in onderwijsland zijn niet bepaald enablers van ondernemerschap bij studenten. Voor de mensen die weten wat ze willen is het prima, maar voor wie wil experimenteren is het strakke systeem een nadeel. Stel dat jij inziet dat je – ik noem maar wat – een bedrijf kan opzetten om huiswerkbegeleiding beter te stroomlijnen. Dat kost echter tijd, zodat je 25 studiepunten niet gaat halen. Wat dan? Als je daardoor wat langer moet studeren, is dat prima. Als je daardoor een hoge boete krijgt, of van de opleiding wordt geschopt, dan bedenk je je wel meer dan twee keer, want dat bedrijfje kan ook zo maar mislukken natuurlijk. Je wilt de kosten van mislukken juist zo laag mogelijk houden. Frankrijk en Japan zijn berucht dat ze zo weinig creatieve mensen opleiden, doordat ze hun studenten zo hard drillen. Nu gaan we hier dezelfde kant op; we drukken mensen in een stramien.’
Frutti di Mare
Eens per jaar is iedereen arrig DOOR VEERLE VAN DER GRACHT ‘Als het bestuur op vakantie gaat, worden alle mores afgeschaft. En dan hebben we het Sjonnie-en-Anitafeest’, zegt Arnoud Hamer (21). Hij is lid van het Nocturnus College, het tijdelijke bestuur dat de regie van studentenvereniging Augustinus een week overneemt. ‘Het borstbeeld van Sanctus Augustinus wordt geblinddoekt en dan mag in principe alles: van blote schouders tot zoenen in de Saint. Het fundament van jasje-dasje wordt dan even vergeten.’ ‘Eens per jaar is iedereen op Augustinus incapabel en arrig’, verklaart Evelien Brussee (20). Dat is te zien. Overal lopen Sjonnen rond in sportkleding, met strak geplakte haren en grote neptatoeages op de armen. ‘De Sjonnie-outfit wordt steeds meer een mocro-outfit’, zegt Sjoerd Backx (21). Het podium is overgenomen door een stel Anita’s met hoge knotten, een dikke make-up laag en zichtbare bh’s. Brussee: ‘Panterprint is volop aanwezig en ondanks de kou zijn er wel heel veel netkousen.’ Terwijl hitjes van Dr. Dre en Snoop Dogg uit de luidsprekers knallen, staat er net een stelletje naast de schouw te ‘regelen’. Er wordt geen bier over ze heen gegooid, het zogeheten ‘strepen’, zoals normaal gesproken wel zou gebeuren. ‘In principe mag er nu niet gestreept worden, omdat er geen mores zijn’, zegt Backx. ‘Maar als iemand arelaxt doet, mag dat wel.’ ‘Het is het drukste feest van het jaar’, zegt een barcommissaris. ‘Meer mensen betekent voor ons ook meer winst.’ Brussee: ‘Er staan zoveel Augustijnen in de rij! Mensen mogen er op een gegeven moment alleen maar in als er anderen weggaan.’ ‘Dit is echt het leukste Augustinusfeest’, vult Backx aan. ‘Kijk naar alle jaren die hier staan. Zelfs 2009 is aanwezig.’ ‘We moeten onze pas nog leeg drinken’, zegt ene ‘Co’. ‘Het passensysteem
Moslimwetenschap Komende week organiseert het Leiden Islam Outreach Programme (LIOP) in de avonduren een open lessenreeks ‘Islam, rede en wetenschap’ door Zeynep Gültekin. In de toekomst volgen ook lessen over de sharia en over islamitische medische ethiek. Vanwaar deze lessenreeksen? ‘De opleiding Islamstudies bestaat niet meer. Natuurlijk komt de islam binnen de studie wereldgodsdiensten aan bod, maar ook daar valt het animo tegen. We hebben het idee dat er veel interesse is, maar laten we eerlijk zijn: je verdient er niet veel geld mee. Mensen kiezen dus niet meer zo snel voor een hele studie of cursus. Door drie avondlessen is de drempel laag. Het is interessant voor studenten en professionals, maar ook voor geïnteresseerde huismoeders. Er komen zowel jonge als oude mensen, en zowel moslims als niet-moslims.’ Waar gaat de eerste reeks over? ‘Tussen bepaalde aspecten van wetenschap en bepaalde geloofsovertuigingen binnen de islam ligt een spanningsveld. Het is belangrijk om voorop te stellen dat het geen conflict is tussen de hele religie en de hele wetenschap. Met antibiotica hebben de meeste moslims bijvoorbeeld geen moeite, terwijl dat ook een wetenschappelijke uitvinding is.’ Met welke aspecten van wetenschap hebben moslims dan wel moeite? ‘De evolutietheorie is een hele bekende. Volgens het scheppingsverhaal heeft God uit vrije wil de zeven hemelen in zes dagen geschapen, terwijl de evolutietheorie ervan uitgaat dat de wereld zich langzaam heeft ontwikkeld. Islamitische wetenschappers die betogen dat er nu eenmaal bepaalde natuurkundige feiten zijn, worden daar regelmatig op aangevallen. De evolutietheorie heeft een goddeloze ondertoon en er valt uit af te leiden dat mensen ten opzichte van dieren niet zo heel bijzonder zijn: we hebben dezelfde voorouders.’ Zijn discussies daarover taboe of worden ze enthousiast gevoerd? ‘Er komen steeds meer moslimwetenschappers die voor moleculaire biologie of astronomie kiezen. Zij vinden dat het religieuze referentiekader moet veranderen en dat religieuze teksten moeten worden geherinterpreteerd. Maar er zijn ook mensen die waarschuwen voor devaluatie van religieuze teksten. Wetenschap is constant in beweging. Als je een tekst steeds opnieuw blijft herinterpreteren raakt je waarde kwijt. En dan is er nog een grote populistische stroming die tegen is en de discussie politiseert.’
‘Panterprint is volop aanwezig en ondanks de kou zijn er veel netkousen.’ waarmee we ons bier betalen wordt veranderd. Omdat de oude binnenkort ongeldig zijn, is dat nu een goede reden om veel te zuipen.’ Een jongen met een blote Baby Born-pop in zijn hand loopt langs. ‘Ja ik heb ook geen idee hoe ik eraan kom.’
‘De vrouwen-wc is een hel als je nodig moet’, zegt een ongeduldige wachtende Anita waarvan de make-up tot aan haar wang zit. ‘De rij is van hier tot aan Tokio.’ ‘Man, man, man, wat een boel Anita’s’, reageert een langslopende Sjonnie. Hij stopt, kijkt op en neer en zegt: ‘Maar jij
Foto’s Taco van der Eb
bent echt een Anita.’ Plotseling schrikt de rij op. Een op de grond zittende Anita staat op, dringt voor en probeert de wc-deur open te trekken. Tevergeefs. Terwijl de wachtenden toekijken, rent ze weg en begint in een hoekje te barfen.
Zijn er nog andere spanningsvelden? ‘Een ander spanningsveld bevindt zich tussen de islamitische benadering van de natuur en de manier waarop de moderne westerse wereld deze benadert. De islamitische natuur draait om gemeenschappelijk goed: de natuur is er niet alleen voor ons op dit moment, maar ook voor zichzelf en toekomstige generaties. We zouden grondstoffen dus niet simpelweg moeten gebruiken tot ze op zijn.’ ‘Tot slot gaan we het tijdens de lessenreeks hebben over de grenzen van de wetenschap. Moeten we alles willen onderzoeken? Mag je bijvoorbeeld nucleaire wapens ontwikkelen? In hoeverre is het goed om bij te dragen aan militaire techniek? In de islamitische wetenschapsfilosofie is veel aandacht voor dit soort vragen.’ PM
4 Mare · 12 februari 2015 Nieuws
Tien procent daling bij Sociale Wetenschappen De instroom van bachelorstudenten bij de faculteit Sociale Wetenschappen is tien procent gedaald ten opzichte van vorig jaar: van 1168 naar 1044 studenten. ‘Vooral bij psychologie en pedagogiek zien we een daling, met name door ontwikkelingen in de zorg’, zei decaan Hanna Swaab tijdens de faculteitsraadvergadering. ‘Het marktaandeel is per opleiding gelijk gebleven, maar landelijk gezien zijn de aantallen flink gedaald. In het kader van de prestatieafspraken moeten we alert zijn en een strategie ontwikkelen.’ De raadsleden meenden dat de faculteit vooral in moest zetten op het ‘merk Universiteit Leiden’ en dat het voor studenten duidelijk moet zijn wat ze na het volgen van een bepaalde studie kunnen worden.
Harmen Eefting roeicoach van het jaar Njord-coach Harmen Eefting (28) is uitgeroepen tot roeicoach van het jaar, door het Nederlandse online roeiplatform NLroei. Hij is pas een jaar profcoach. ‘De andere genomineerden waren bondscoaches van nationale ploegen’, zegt hij. Twee jaar geleden roeide hij zelf nog op hoog niveau. ‘Door blessures besloot ik dat ik toen mijn laatste roei-jaar inging. Maar echt stoppen wilde ik niet.’ Dus werd hij coach. Of hij uiteindelijk zelf ook nationale ploegen wil begeleiden, weet hij nog niet. ‘Ik wil in elk geval door met coachen, maar juist jonge en onervaren roeiers vind ik leuk om mee te werken.’
Nog steeds onduidelijkheid Kunnen snelle bachelors nog ontsnappen aan het leenstelsel? Leidse bètastudenten die dit voorjaar hun bachelor afronden, kunnen op 1 augustus al inge schreven staan voor hun master, benadrukte Han de Winde, vice-decaan van wiskunde en natuurwetenschappen, tijdens de faculteitsraadsvergadering maandag. ‘We worden sinds december al met die vraag geconfronteerd’, zei hij. Logisch, want wie per 1 september aan een bachelor- of masteropleiding begint, valt onder het leenstelsel. Deze week stond het officieel in het Staatsblad, waarin de regering de wetten bekend maakt: de wijziging in de Wet studiefinanciering 2000, waarmee het leenstelsel vanaf 1 september een feit is. Bachelorstudenten in het hele land, voor wie de basisbeurs in de master vervalt, grijpen in studentenbladen- en raden Door Marleen van Wesel
intussen naar de laatste strohalmen. Zo vroegen studentraadsleden van de Universiteit Maastricht het college van bestuur om een vervroegde inschrijving: voor 1 september. Tevergeefs: het verruimen van de bestaande inschrijfmomenten mag niet meer, zo hadden universiteiten in een brief van het ministerie van Onderwijs te lezen gekregen. Maar een aantal universiteiten, in tegenstelling tot Maastricht, hád al maandelijkse inschrijfmomenten. De TU Eindhoven en de TU Delft stuurden hun bachelorstudenten een e-mail om hen daar nog eens op te wijzen, zoals in Leiden dus tijdens de bètafaculteitsraad werd gedaan. Want ook in Leiden kennen sommige studies nu al maandelijkse inschrijfmomenten, in plaats van alleen in februari en september. Het gaat ook om geneeskunde en biomedische wetenschappen. Maar ontkom je met een vroege inschrijving nou echt aan het leenstelsel? Een rondgang van Mare (22
januari) langs verschillende afdelingen van de Leidse universiteit bood hoop aan snelle bachelorstudenten. Bij de betreffende opleidingen kun je je, met een toestemmingsbrief van je bacheloropleiding, voor 1 augustus al aanmelden voor een aansluitende masteropleiding. Maar volgens Job Slok, woordvoerder van de onderwijsminister, een week later in Mare, werkt het zo niet. Inschrijven voor 1 september kán bij sommige opleidingen wel, verduidelijkt hij nu nog eens, maar: ‘Voorwaarden zijn wel dat je onderwijsprogramma voor 1 september begint, dat je aan de instroomeisen voldoet en dat de opleiding het zo al had geregeld voordat de wet was aangenomen.’ Inschrijven voor 1 augustus, of zelfs voor 1 juli, heeft dus geen effect op je studiefinanciering, wanneer je eerste colleges pas na 1 september zijn. En de regels zijn zelfs nog iets strenger: ‘Bij bepaling van het begin van het onderwijsprogramma, geldt de eerste van de
‘Hier wordt niemand beter van’ Bussemaker eist uitleg
tweede studies
Meer studenten, minder eerstejaars
Als universiteiten en hogescholen écht geen helderheid geven over de hoge tarieven voor tweede studies, sluit onderwijsminister Jet Bussemaker niet uit dat er een maximumbedrag komt, als ‘uiterste maatregel’.
Nog nooit eerder waren er zoveel studenten als nu. Dit collegejaar staan er 253.482 studenten ingeschreven aan Nederlandse universiteiten, volgens universiteitskoepel VSNU. Het aantal eerstejaars ligt wel ietsje lager (-2,4 procent) dan vorig jaar. Nog 624 studenten, een vijfhonderdste van het totaal, hopen de doctorandustitel te gaan halen. De populairste opleidingen zijn nog altijd rechten, psychologie en geneeskunde. Er zijn vooral meer internationale studenten: 12.680 zijn er nieuw bij, acht procent meer dan het vorige collegejaar. Bijna een kwart van hen is Duitser, maar er zijn ook meer dan duizend nieuwe Chinese studenten.
Plaquette voor kunststukjes Maandagmorgen onthulde Christophe Rossel, voorzitter van de European Physical Society, een plaquette bij het Kamerlingh Onnes-gebouw. Het KOG is daarmee aangemerkt als ‘historische plek’ van de Europese natuurkundevereniging. Het Leidse gebouw was rond de vorige eeuwwisseling een van de grootste knooppunten in de natuurkunde. Heike Kamerlingh Onnes maakte er stikstof, en later helium vloeibaar – kunststukjes die belangrijke theorieën over hoe materie werkt bevestigden. In 1913 kreeg hij daar de Nobelprijs voor. Ook zijn collega’s Hendrik Lorentz en Pieter Zeeman haalden hier een gezamenlijke Nobelprijs binnen, voor hun ontdekking van het Zeeman-effect, dat indirect het bewijs vormde voor het bestaan van elektronen. Het KOG is de eerste Nederlandse ‘Historic Site’ van de European Physical Society. Er zijn er nu achttien, waaronder een deeltjesversneller van CERN in Genève en het Niels Bohr-instituut in Kopenhagen. De plaquette die nu naast het borstbeeld van Kamerlingh Onnes staat, is overigens een voorlopige versie. De huidige formulering geeft volgens sommige natuurkunde-historici teveel eer aan Lorentz en Zeeman, en gaat voorbij aan de Britse natuurkundige Joseph John Thomson, die direct bewijs voor elektronen vond.
maand’, zegt Slok. Dat is ook wat in artikel 1.2 van de Wet studiefinanciering 2000 staat: als peildatum geldt ‘de toestand op de eerste dag van de maand, tenzij anders is bepaald’. Je zou, om aanspraak te maken op de basisbeurs, dus al onderwijs moeten genieten op de eerste van augustus. En die regel uit de wet wordt dan weer níet aangepast, volgens het Staatsblad. De studentenadministratie in Leiden is volgens De Winde toch extra aangezwengeld, om eerdere inschrijvingen bij de betreffende opleidingen mogelijk te maken. ‘Als een student daar gebruik van wil maken, kan dat niet via DUO voor alle opleidingen, maar wel via Plexus’, waarschuwt hij nog. Overigens is de situatie voor aankomende masterstudenten die al een vierde jaar studiefinanciering hebben opgemaakt in een uitloop jaar, een stuk duidelijker: dat wordt namelijk nog wel omgezet in een gift, mits je binnen tien jaar je masterdiploma haalt.
> Vervolg van de voorpagina Ook de Leidse vertegenwoordigers van de promovendi hebben hun bezwaren. ‘Ik las dat Bussemaker zo meer studenten in eigen land wil houden voor promotieonderzoek. Alsof ze nu op de vlucht zijn geslagen voor goede arbeidsvoorwaarden’, klaagt Chris Smiet van het Leids Promovendi Overleg.
‘Nederlandse promovendi zijn zelfstandiger en presteren beter dan hun angelsaksische collega’s, en dat komt ook doordat ze op gelijke voet staan met hun begeleiders. Door ze bursaalstudenten te maken creëer je een race to the bottom waar niemand beter van wordt.’ VVD-Kamerlid Pieter Duisenberg diende deze week een motie
in, die nóg een nieuwe soort promovendus mogelijk moet maken. Die promoveert bij bedrijven De gedragscode voor onderzoekers zou volgens hem eventuele belangenverstrengelingen moeten voorkomen, en de universiteit blijft belegeider van de bedrijfspromovendi. De werkgeversorganisaties VNO-NCW en MKB-Nederland reageerden opgetogen op het plan.
Executieverkoop kamerverhuurder opgeschort De geplande executieverkoop van de panden van kamerverhuurder Hans Zaalberg gaat niet door. Zijn huurders ontvingen afgelopen week een notarisbrief waarin stond dat ‘de veiling vooralsnog is opgeschort’. Zaalberg verzekert dat het er later ook niet meer van gaat komen. ‘De veilingen gaan totaal niet door’, zegt hij. In december kregen zijn huurders via een notarisbrief te horen
dat hun woningen begin maart in de openbare verkoop zouden komen. Die brief verwees naar artikel 3:268 van het Burgerlijk Wetboek, wat op hypotheekproblemen duidt. ‘Het is allemaal een storm in een glas water. Er is niets aan de hand’, liet Zaalberg twee weken geleden al weten aan Mare, maar een officieel verlossend bericht hadden de bewoners toen nog niet ontvangen. Ook notaris Kirsten Prick wist destijds niet beter dan dat de exe-
cutieveiling voor 9 maart gepland stond, al legde ze toen uit dat een veiling uiteraard niet door hoeft te gaan als een verhuurder een kwestie met de bank alsnog weet op te lossen. En ook nu is het aan de bank of de veiling definitief van de baan is. ‘Als de verhuurder zijn afspraken met de bank niet nakomt, kan de veiling opnieuw aangezegd worden’, laat ze nu weten. Maar dat is volgens Zaalberg dus niet aan de orde. MVW
Dat schrijft ze in een antwoord op Kamervragen van Mohammed Mohandis (PvdA). Ze vindt dat het instellingscollegegeld voor tweede studies ‘afdoende moet worden gemotiveerd’. Onderwijsinstellingen ontvingen daarom vorig jaar al een brief met het verzoek om duidelijke informatie en ze kondigde een onderzoek aan, waarvan ze uiterlijk 1 maart over de uitkomsten bericht. Als daaraan geen gehoor wordt gegeven, zal de minister in gesprek gaan met de Vereniging Hogescholen en de VSNU, en maatregelen overwegen. En als dát niet helpt, ‘is een uiterste maatregel om uiteindelijk het instellingscollegegeld te maximeren.’ Veel universiteiten rekenen sinds collegejaar 2011-2012 voor een tweede studie een veel hoger tarief dan het wettelijk collegegeld van 1906 euro per jaar: namelijk het instellingscollegegeld. Gemiddeld 7.500 voor een bachelor en 11.500 voor een master, maar er zijn uitschieters tot 32.000. Studenten en aankomende studenten begonnen destijds een rechtszaak, als de Stichting Collectieve Actie Universiteiten (SCAU). Zij waren het niet eens met de hoge bedragen, of vonden minstens dat universiteiten moeten aantonen dat het bedrag in verhouding staat tot de werkelijke kosten. In een hoger beroep gaf het Amsterdams Gerechtshof de SCAU gelijk, maar universiteiten vonden het een kwestie voor het College van Beroep voor het Hoger Onderwijs, en stapten in december naar de Hoge Raad. Maar: bij dat CBHO kunnen aankomende studenten niet terecht. Afgelopen week verloor een studente aan de Amsterdamse Vrije Universiteit nog een rechtszaak die ze zelf was begonnen bij het CBHO, over het instellingsgeld. Een aankomend student zou zo’n rechtszaak niet kunnen beginnen. MVW
12 februari 2015 · Mare 5 Nieuws
‘Stop met maatregelen stapelen’ Onderzoeker: prestatieafspraken leiden tot controlekramp De Leidse universiteit voert maatregelen in om het studierendement te verhogen waarvan onbekend is of ze werken, vindt onderwijskundige Maartje van den Bogaard van het Interfacultair Centrum voor Lerarenopleiding, Onderwijsontwikkeling en Nascholing (ICLON). Morgen promoveert zij in Delft op een onderzoek naar studiesucces bij eerstejaars. Wat heeft u onderzocht? ‘De TU Delft is al heel lang bezig met het proberen te verbeteren van het rendement van de ingenieursopleidingen, maar dat lijkt maar weinig op te leveren. In ieder geval lukt het
niet om het aantal uitvallers terug te brengen. Er is geïnvesteerd in het verbeteren van de studeerbaarheid van de opleidingen, studenten zitten in mentorgroepen en er is projectonderwijs. Uiteraard is het bindend studieadvies (bsa) ingevoerd. Er is van alles geprobeerd. Maar dat zie je niet terug in rendementscijfers. Dat wil overigens niet zeggen dat al die maatregelen op zichzelf geen effect hebben. ‘Ik heb een model gemaakt waarin ik factoren die invloed hebben op studiesucces samenbreng: studiegedrag, zelfvertrouwen, mentaliteit, sociale omgeving en het onderwijsklimaat. Het is gebaseerd op de eerstejaars in Delft maar ook toepasbaar op andere universitaire studies.’
Wat blijkt daaruit? ‘Er zijn heel veel variabelen die elkaar allemaal beïnvloeden. Dat maakt studiesucces ook zo moeilijk te sturen. Voor de ene student of groep werkt een maatregel wel en voor de ander niet. Het netto resultaat kan dan nul zijn. Strakker onderwijs is voor studenten die moeite hebben met discipline een voordeel. Maar voor meer zelfstandige studenten kan dat nadelig zijn. Die voelen zich beperkt in een stramien dat niet bij ze past. ‘Bij elke barrière in de studie stuur je ook studenten weg die de opleiding best aankunnen. Structuur is goed, maar timmer alles niet teveel dicht. Op studenten met faalangst heeft het bsa een negatieve invloed.
Help! Red Einsteins wasbak
‘Naast Einstein zullen ook Ehrenfest, Lorentz en Kamerlingh Onnes daar het krijt van hun handen gewassen hebben.’ Foto Museum Boerhaave Leiden Sterrenkundestudenten zijn een actie gestart om de wasbak van Einstein te redden bij de verhuizing naar de nieuwe bètacampus. Albert Einstein zou zijn bordenwissers nog afgespoeld hebben in de wasbak die tegenwoordig in de Sitterzaal van het J.H. Oortgebouw staat. Althans: verschillende generaties natuurkunde- en sterrenkun-
destudenten leverden dat verhaal telkens weer over aan de nieuwe eerstejaars, die colleges volgden in die Sitterzaal. Masterstudent astronomie Alex Pietrow besloot er een onderzoekje op los te laten. Niet dat het Oortgebouw er al stond, toen Einstein in de jaren twintig in Leiden college gaf. Dat deed hij in het zogenoemde Natuurkundig Laboratorium te Lei-
den. Oftewel: het tegenwoordige Kamerlingh Onnes Gebouw, van rechten. Toen de exacte wetenschappen daaruit vertrokken, in de jaren negentig, zou de wasbak zijn meegenomen. ‘Ik heb veel oudere professoren gesproken. Emeritus hoogleraar natuurkunde Rudolf de Bruyn Ouboter kon uiteindelijk bevestigen dat de wasbak destijds inderdaad is meegenomen’, vertelt Pietrow. Waarom heeft hij niet kunnen achterhalen. ‘Waarschijnlijk om nostalgische redenen.’ De wasbak is ook te zien op oude foto’s van de grote zaal van het Natuurkundig Laboratorium. Naast Einstein zullen ook Paul Ehrenfest, Hendrik Antoon Lorentz en naamgever Heike Kamerlingh Onnes daar het krijt van hun handen gewassen hebben. In de komende jaren zal de faculteit nog eens verhuizen, nu naar de nieuwe bètacampus. En de wasbak moet natuurlijk mee, vinden Pietrow en zijn studiegenoten. ‘Er zal toch weer een wasbak in de grote collegezaal moeten staan en deze verkeert nog in prima staat. Er kunnen gerust nog bordenwissers en sponzen in gewassen worden.’ De dit jaar opgerichte Historische commissie van het Leidsch Astronomisch Dispuut F. Kaiser is daarom een petitie gestart om de Einsteinwasbak te redden bij de sloop van het huidige gebouw. Het is de bedoeling om het plan met een verzameling handtekeningen aan te bieden aan de faculteitsraad. De petitie is te vinden op dispuutkaiser.nl/einstein-wasbak. MVW
‘Het is onverstandig om maatregelen te stapelen. In Leiden bestaat de kans dat dat gebeurt. Om naast het bsa in het eerste en tweede jaar studenten ook nog eens te dwingen om deel te nemen aan de eerste tentamenkans, dat is wellicht teveel. Geef studenten de kans om keuzes te maken die goed zijn voor henzelf.’ Vindt u dat maatregelen ondoordacht worden ingevoerd? ‘Het verbaast mij dat het grotendeels ontbreekt aan gedegen onderzoek naar studiesucces. We weten relatief weinig over wat werkt. We zitten in een controlekramp. De prestatieafspraken met het kabinet zetten bestuurders onder druk.
‘De rendementen moeten omhoog van Den Haag. Het college moet beter presteren. Lukt dat niet, dan kost dat de universiteit geld. Het gevolg is dat studenten niet meer mogen falen. ‘Maatregelen werden teveel op basis van intuïtie, fingerspitzengefühl en een redelijk basale data-analyse ingevoerd. Nu komt daar wel een kentering in. Het Leidse college stapelt maatregel op maatregel in de hoop de rendementen op te krikken. Maar daar staat nu een behoorlijke hoeveelheid onderzoek naast.’ Door Vincent Bongers
> Zie pagina 6 en 7 voor interview met college van bestuur
Dies met dissonante klanken Er klinken vreemde geluiden in de Pieterskerk tijdens de viering van 440ste verjaardag van de universiteit maandag. Op verschillende plekken staan merkwaardige houten apparaten met grote trechters. Het zijn ‘Intona’s’ die later in de middag flink blijken te kunnen kraken, ruizen en knarsen. De kerk lijkt af en toe te zuchten en te steunen. Op het plein bij de Pieterskerk loopt een eenzame actievoerder. ‘Ik ben net bij de ingang weggestuurd’, zegt Leo de Does (67) die van 19701979 (‘langstuderen kon toen nog’) psychologie in Leiden studeerde. ‘Toen ik opschoof, bleven de beveiligers zeggen: “Verder, verder, verder.” Inmiddels is De Does uit het zicht van de diesvierders verdwenen. Hij houdt een kopie van een artikel uit het tijdschrift Onze Taal omhoog. Het stuk is van Piet Gerbrandy, universitair docent klassiek en middeleeuws Latijn aan de UvA, en heeft als titel “Stuit de opmars van het Engels.” Een aantal docenten in Amsterdam is een petitie gestart tegen Engelstalige colleges in de geesteswetenschappen. De Does steunt hen van harte en probeert bezoekers van de dies over te halen de petitie te tekenen. ‘Het is echt een onding om je in een vreemde taal uit te moeten drukken’, zegt De Does. ‘In je eigen taal gaat dat veel beter. Engels is echt een belemmering, vooral bij de geestenwetenschappen. Het is een symptoom van de immer voortschrijdende Amerikanisering van onze maatschappij.’ Binnen wordt het arriverende cortège geconfronteerd met een ‘uitgerolde’ tuba op wieltjes. ‘Er is af
en toe sprake van totale afwezigheid van oriëntatie’, zegt rector magnificus Carel Stolker over het speciaal voor de dies gecomponeerde muziek. ‘Dat past bij het motto van ons lustrum “vrijheid”. U verliest dus vanmiddag af en toe iets van uw oriëntatievermogen. De gedachte is dat dat daardoor een gevoel van vrijheid en creativiteit kan ontstaan.’ Die vrijheid omvat kennelijk niet het protesteren tegen verengelsing. Eredoctor en musicoloog William Christie is onder de indruk van de productie van De Veenfabriek en de Academie der Kunsten. ‘Ik heb nog nooit zoiets gehoord. Ik kijk uit naar meer.’ Ook politicoloog Peter Katzenstein en mensenrechtactiviste en juriste Lilian Gonçalves Ho-Kang You ontvangen een eredoctoraat. Hoogleraar pedagogiek en decaan van de faculteit sociale wetenschappen Hanna Swaab houdt de diesoratie. Ze benadrukt dat het heel belangrijk is om kinderen met gedragsproblemen niet te overhaast te behandelen. De muziek keert terug. Henk Jan de Jonge, emeritus hoogleraar Nieuwe Testament, spreekt een tekst uit in het Latijn. ‘Roekeloze ongemakkelijke denkers en kunstenaars’ (..). Zij zijn de doorn in het vlees van onze maatschappij, die verhindert dat intellectuele luiheid en politieke gemakzucht de democratie laten inslapen.’ De bron van de woorden is opvallend, het gaat namelijk om de toelichting van de begroting 2015 van de Duitse minister van Cultuur, Monika Grütters. Stolker: ‘Zij hebben op die post de juiste minister, blijkt hier wel uit. En u begrijpt dat we in Leiden de neiging hebben om alles in het Latijn te vertalen.’ VB
Promovendi voortaan twee begeleiders Voor Leidse promovendi geldt een nieuw promotiereglement. De belangrijkste verschillen tussen de oude en de nieuwe regels gaan over wetenschappelijke integriteit. De nieuwe versie benadrukt de verantwoordelijkheid van de promovendus zelf, en voorziet ook in een procedure voor als een promotiecommissie wetenschapsfraude in een proefschrift constateert. Daarnaast krijgen promovendi nu twee
begeleiders in plaats van één, en zijn de regels voor het ere-predicaat ‘cum laude’ verduidelijkt: een proefschrift moet nu tot ‘de beste vijf procent op het vakgebied’ behoren. Natuurkundepromovendus Chris Smiet, bestuurslid van het Leids Promovendi Overleg (LEO), is ‘erg positief ’ over het reglement, dat de versie uit 2008 vervangt. ‘Er zijn veel dingen ten goede veranderd, en wat duidelijker moest worden is dat nu. Met twee begeleiders heb je een be-
tere mogelijkheid om tot een oplossing te komen als je een conflict hebt met één van hen. Het is ook goed dat de verantwoordelijkheid voor fraude wordt onderstreept.’ De taken van graduate schools had wel duidelijker gemaakt mogen worden, vindt hij. ‘Ze spelen een grote rol in je promotie.’ Promovendipartij PhDoc is het grotendeels eens met LEO over de inhoud van plan en tevreden met de wijzigingen, vertelt Gareth O’Neill.
‘We betreuren het echter ten zeerste dat er geen vertegenwoordigers van de PhD’s betrokken waren bij de totstandkoming ervan. Het College van Promoties had kunnen profiteren van de inzichten van promovendi. Ook de Universiteitsraad heeft formeel niets te zeggen over dit document.’ Verder had de communicatie over de nieuwe regels beter gekund: ‘Die is niet universiteitsbreed aangepakt, maar aan de faculteiten overgelaten.
Sommige PhD’s zijn daardoor laat of nauwelijks geïnformeerd.’ Ook is volgens O’Neill nog onduidelijk hoe de regels in de praktijk ingevuld gaan worden. ‘Wat is de procedure voor als een promovendus iemand anders ziet frauderen? Hoe baken je het vakgebied af, voor proefschriften die bij beste vijf procent van het vakgebied moeten horen? Ook het geven van onderwijs en de aansluiting op de arbeidsmarkt moeten structureler benaderd worden.’ BB
6
Mare · 12 februari 2015
Achtergrond
‘Studenten sp Het college van bestuur over de koers van
C a re l
Stolke
Maandag presenteerde de Universiteit Leiden het instellingsplan Excelleren in vrijheid, waarin de koers tot 2020 staat uitgestippeld. Mare vroeg het college van bestuur om een toelichting. ‘Studenten moeten het gevoel hebben dat er iemand op hen let.’
r
DOOR VINCENT BONGERS EN MARLEEN VAN WESEL ‘Er staat weinig in het nieuwe instellingsplan dat niet ook al in het vorige stond’, zei Carel Stolker maandag tijdens de viering van de dies. ‘En dat is goed nieuws’, aldus de rector magnificus en voorzitter van het college van bestuur. ‘Het betekent dat er sprake is van continuïteit. Het gaat goed met de universiteit terwijl de wereld om ons heen zo onrustig is.’ Toch zijn er voldoende uitdagingen voor de universiteit, aldus het college, dat naast Stolker bestaat uit vice-rector magnificus Simone Buitendijk en vice-collegevoorzitter Willem te Beest. Zo dwingt de invoering van het leenstelsel de universiteit fors te investeren, moeten de studierendementen verder omhoog, komen er steeds meer buitenlandse studenten naar Leiden en moet het diversiteitsbeleid op poten worden gezet.
Er lijkt niet zoveel veranderd te zijn ten opzichte van het vorige instellingsplan, behalve dat er niet meer wordt ingezet op groei van de universiteit. Waarom niet? Te Beest: ‘In het vorige instellingsplan lag de nadruk wél op groei, omdat ons marktaandeel van tien procent was weggezakt tot zeven procent, zelfs iets minder. De universiteit wordt bekostigd op basis van studentenaantallen. Om een brede universiteit als die van Leiden overeind te houden, is een bepaald marktaandeel nodig. Die tien procent is weer bereikt. We zullen sowieso nog groeien de komende jaren.’ Buitendijk: ‘Er is ook een heleboel wél veranderd: vooral op het gebied van onderwijs zijn er nieuwe aspecten bijgekomen. We gaan er voor zorgen dat onze studenten actiever gaan deelnemen aan de universitaire gemeenschap.’
e Si m o n
d Buiten
Tijdens de Hoger-Onderwijs-Tourbijeenkomst haalden minister Bussemaker en u stevig uit naar de studenten en hun gebrekkige motivatie. Hoe wilt u die mentaliteit veranderen? Buitendijk: ‘Ik ben meer van verleiden dan van dwingen en harde pressie. Ik geloof helemaal niet in luie studenten. Ze worden lui gemaakt door een bepaald systeem. We moeten studenten laten zien wat er hier te halen is, en wat ze straks nodig hebben voor een goede kans op de arbeidsmarkt.’ ‘Ze moeten onmiddellijk letterlijk bij de les worden gehouden. Bij rechten bijvoorbeeld, zijn werkgroepen verplicht, evenals deelnemen aan de eerste tentamenmogelijkheden, er zijn veel deeltoetsen. In de loop van hun studie weten ze echt wel hoe het moet, maar bij binnenkomst hebben ze dat nog niet direct in de vingers.’ Stolker: ‘Belonging en tracking, dát zijn de twee belangrijke woorden blijkt uit veel onderzoek. Je moet ergens bijhoren, en studenten moeten het gevoel hebben dat er iemand op hen let, dat ze niet hulpeloos en onzichtbaar kunnen falen. Vooral bij heel grote opleidingen is dat belangrijk.’ Buitendijk: ‘Daar is het mentoraat voor, daar is het studieplan voor. Wij vinden dat niet schools.’
i jk
Uit onderzoek naar studiesucces (zie pagina ) blijkt dat dergelijke maatregelen, vooral het stapelen daarvan, niet altijd te werken. Waarom toch invoeren? Buitendijk: ‘Wij stapelen niet. Een bindend studieadvies (bsa) in het eerste én in het tweede jaar is geen stapeling: het is een voortzetting van beleid. Dat proberen we bovendien óf te baseren op bestaand onderzoek, of we gaan met elkaar uitzoeken of het inderdaad het beoogde effect heeft. Deeltoetsen, het mentoraat en het studieplan zijn allemaal evidence based.’ Te Beest: ‘We zien dat de uitval afneemt en het gemiddeld aantal behaalde studiepunten per jaar neemt toe.’ Stolker: ‘Bij het systeem dat bij Rechten werd ingevoerd, was het ook een eis van studenten dat ze wel wilden weten of het werkt. Daar is drie jaar lang echt kwantitatief en kwalitatief onderzoek naar gedaan.’ Buitendijk: ‘Met het verhogen van het bsa idem dito. Toen dat van dertig naar veertig ging, zagen we dat het aantal weggestuurde studenten juist daalde. Studenten springen naar de lat die je legt. En het meeste gemopper hoor je van studenten die maatregelen wél nodig hebben.’ Te Beest: ‘Als je bij je bijbaantje in de kroeg vier glazen bier naar een tafeltje Foto’s M
t Willem
e B ees
t
arc de H
aan
12 februari 2015 · Mare 7
pringen naar de lat die je legt’ de komende vijf jaar
moet brengen; en onderweg valt er een, dan kun je ook niet tegen je baas zeggen: maar dat is toch 75 procent?’ De universiteit hecht, volgens het instellingsplan, zeer aan het rijke verenigingsleven. Kan dat, naast al die maatregelen? Buitendijk: ‘Het is niet dat wij in Leiden de Europese afspraken om 180 punten in je bachelor te halen verdubbelen. We vragen normale dingen.’ Te Beest: ‘De vorige rector Paul van der Heijden vroeg bij het begin van het academisch jaar altijd: “Hoeveel uren zitten er in een week? Hoeveel daarvan slaap je? Hoeveel studeer je? Hoeveel blijft er over?” Héél veel.’ Stolker: ‘Wat studenten uiteindelijk uit hun tijd in Leiden halen is niet alleen wat ze aan de universiteit leren, maar ook hun netwerk, manieren van samenwerken, vriendschappen. Zeker naarmate ze vaker langer thuis blijven wonen, zullen ze dat toch ergens moeten leren. Niet dat je alleen maar tot diep in de nacht bier moet drinken. Als je dat niets vindt: vooral niet doen. Er zijn ook heel veel studieverenigingen, sportverenigingen. En daar moet wel tijd voor zijn.’ Te Beest: ‘Daarin zit ook dat letten op elkaar.’ Stolker: ‘Wat ook interessant is, is dat veel masterstudenten nu terechtkomen tussen grote groepen internationale studenten. Als je ergens drive en passie ziet, ook wat betreft studieresultaten, is het daar wel. In mijn tijd moest ik de competitie vooral aangaan met jongens uit de straat.’ Maar juist op die internationalisering is, onder andere in de universiteitsraad, ook wel eens kritiek te horen. Zijn er geen keerzijdes, zoals verschraling van het masteronderwijs? Buitendijk: ‘Dat herkennen wij toch niet. We moeten er wel op letten dat docenten geen dingen uit de bachelor gaan herhalen, wanneer masters niet exact aansluiten. Maar we zien niet dat internationale studenten de masters verschralen. Ze brengen juist een ander studie-ethos met zich mee.’ Te Beest: ‘En niet alleen dat: ook community building functioneert anders in international classrooms.’ Stolker: ‘Maar dat moet ook van de organisatie komen. Bij rechten konden duizend studenten elke maandagochtend weer bepalen in welke groepen ze terechtkwamen. Daar ontstond geen gemeenschappelijk gevoel, tot we ze in groepen van dertig bij elkaar plaatsten. Toen gingen ze samen op wintersport, eten, tentamens voorbereiden.’ En hoe zit het met het Engels van docenten? Buitendijk: ‘De kritiek daarop blijft vrij anekdotisch. In aanloop naar de Engelstalige bachelortrack bij archeologie, worden alle docenten door de wasstraat gehaald en op hun Engels getoetst. De enkeling die het niet haalt, krijgt gewoon bijscholing. Ik weet niet wat de verhalen waard zijn: volgens de internationale Student Barometer is het Engels van onze docenten helemaal top. De vraag is ook in hoeverre studenten dat goed kunnen beoordelen. Ik ken ook een anekdote van een native speaker die slechte studentenbeoordelingen krijgt voor z’n Engels.’ Stolker: ‘In het onderwijs probeer je natuurlijk wel een student die iets niet goed snapt het op een ándere manier nog eens uit te leggen. En op nóg een andere manier. Niet-native speakers hebben misschien eerder de neiging om het nog eens op dezelfde manier te doen. Dat herken ik bij mezelf ook. Maar dat gaat veranderen: tweetalig onderwijs was er in onze tijd helemaal nog niet.’ Het leenstelsel zou geld moeten vrijmaken voor investeringen in onderwijs. Waar denkt u in Leiden aan? Te Beest: ‘Het gaat om zo’n zes miljoen per jaar. De eerste investeringen komen nog uit eigen middelen, omdat anders de student van nu er niets van merkt. Een idee van de universiteitsraad is bijvoorbeeld: de openingstijden van de bibliotheek in het weekend fors oprekken. Zulke onderwerpen kunnen prima tot stand komen in overleg met de universiteitsraad en anderen.’
gaat het alleen om de universiteitsraad? Te Beest: ‘Het gaat om de universitaire, en niet om de facultaire begrotingen. Wanneer beslissingen over die laatste universitair worden overruled, heb je namelijk een probleem. Dat instemmingsrecht geldt dus aan één tafel.’ Stolker: ‘En niet aan acht.’ Uit de universiteitsraad komen signalen dat het wetenschappelijk personeel het steeds drukker krijgt, maar werkdruk wordt níet heel uitgebreid genoemd in het instellingsplan. Te Beest: ‘Wij horen de signalen ook. Het is een ingewikkeld probleem. De universiteitsraad heeft daarover een notitie gemaakt en in de komende personeelsmonitor worden er vragen over gesteld. De verhouding tussen het aantal studenten en het wetenschappelijk personeel verbetert echter juist. Maar er zijn tal van andere verklaringen. Dag en nacht zijn wij bereikbaar. Dat speelt een kolossale rol, die we met z’n allen geweldig onderschatten.’ Stolker: ‘Toen ik in 1979 universitair medewerker werd, was er tussen halverwege juni en september eigenlijk niets. Een enkel hertentamen, geen visitaties, geen accreditaties, geen functioneringsgesprekken. De hoeveelheid onderwijs die je gaf, bepaalde ook de hoeveelheid onderzoek die je kreeg. Geen spannende tour langs de fondsen van NWO of Brussel dus, waarin je ook pech kunt hebben. Dat is enórm veranderd en veroorzaakt gemakkelijk stress.’ Diversiteit komt wel aan bod in het instellingsplan. Wat zijn op dat gebied concrete stappen? Buitendijk: ‘Als er een magic bullet was, hadden we die al gevonden. Bij elke carrièrestap verdwijnen er meer vrouwen dan mannen. Dat ligt deels aan dezelfde kwesties, maar soms verschilt het per stap en per organisatieonderdeel. Bij de bètafaculteit zie je bijvoorbeeld dat de verschillen op het laatst kleiner worden: om de weinige vrouwelijke UHD’s díe er zijn, wordt landelijk gevochten. Die worden allemaal hoogleraar. Maar bij de doorstroom van master naar promovendus zijn de verschillen weer heel groot. Of je het nu hebt over gender, seksuele oriëntatie of etniciteit: we moeten verschillen zien als iets positiefs. Omdat we heel erg vanuit onze eigen kaders denken, herkennen we talent van andere groepen moeilijker. Daarom moet je dit vanuit de organisatie oppakken. Te Beest: ‘Want in het denken gaat al veel fout. Zelfs in de wetgeving: van de nieuwe wet Werk en Zekerheid mag je eenmalig een tijdelijk contract van zes jaar aanbieden, waarin je een aantal milestones moet halen. Sommige daarvan duren vijf jaar. Wie zwanger wordt, haalt het dus al niet.’ Buitendijk: ‘Met onze diversity officer willen we ervoor zorgen dat zulke dingen gezien worden. Zónder te stigmatiseren, of studenten het gevoel te geven dat je hen onterecht helpt. Maar je ziet de kloof in studiesucces tussen westerse studenten en niet-westerse allochtone studenten toenemen. Daar moeten we iets aan doen.’ De binding met Den Haag wordt in het instellingsplan een belangrijke opdracht genoemd. Hoe worden de banden aangehaald? Stolker: ‘Wat we in Den Haag doen, is een enorm succes. Daar moet je niet paniekerig over doen. Zonder twijfel komen er daar ook Quintus-achtige huizen, en Minerva-achtige sociëteiten. Maar je wilt natuurlijk één community in twéé steden. Studenten die voor onze Campus Den Haag kiezen, weten vaak goed wat ze willen: het onderwijsprogramma, de internationale stad, én een diploma van de wereldwijd bekende Universiteit Leiden.’
Ook dat is een onderdeel van de plannen van de minister: het instemmingsrecht op hoofdlijnen van de begroting. Hoe wordt dat in Leiden georganiseerd? Te Beest: ‘Wij zullen met de universiteitsraad om tafel gaan zitten om afspraken te maken. Ik verwacht geen vreselijke taferelen. Het gaat immers niet om hen, niet om ons, maar om de universiteit.’
Heeft u als bestuurder veel aan uw studerende kinderen? Stolker: ‘Enorm! Mijn oudste dochter is hier anderhalf jaar geleden afgestudeerd in de rechten. Ik heb haar in mijn boek (Rethinking the Law School. Education, Research, Outreach and Governance) uitvoerig bedankt. Als je echt wil weten als decaan wat er in je faculteit gebeurt, moet je je kind er inschrijven. ‘Mijn tweede dochter zit op de musicalacademie in Tilburg. Het is een interessante combinatie: die acht, negen, tien contacturen in Leiden, tegenover de 45 contacturen per week in het kunstonderwijs: waanzinnige binding, heel strenge selectie aan de poort, ook naar het tweede jaar, en dagelijkse feedback. Wij kunnen best wat van de kunst- of de sportacademie leren.’
Volgens het ministerie moeten universiteiten en de medezeggenschap dat zelf vormgeven. Geldt het wat u betreft ook op faculteitsniveau, of
Het instellingsplan Excelleren in vrijheid is te downloaden op leidenuniv.nl
8
Mare · 12 februari 2015
Wetenschap
Achtergrond
Wegkwijnend De toekomst van de unica: Mare maakte een rondgang
Ze trekken soms nauwelijks studenten, maar opheffen of samenvoegen leidt tot protesten. Hoe moet het verder met de kleine talen? ‘Bij Roemeens zit anderhalve paardenkop en een docent.’ DOOR PETRA MEIJER EN MARLEEN VAN WESEL Oproer in Amsterdam. Uit
Tussen de oren Eerste hulp bij depressie: Brahms Welke invloed heeft muziek op het brein? Een voorstelling aan het conservatorium van Den Haag probeert die vraag te beantwoorden. ‘Afasie-patiënten die niet meer kunnen spreken, kunnen nog wel een boodschap zingen.’ DOOR BART BRAUN ‘Echt laten zien wat er in je hersenen gebeurt als je muziek maakt, is wat lastig’, verontschuldigt neuropsycholoog Erik Scherder zich. ‘Dan moet de pianiste de scanner in.’ De bebaarde VUhoogleraar, bekend van zijn colleges bij De Wereld Draait Door, is vanavond te zien in het Haagse conservatorium, met de show Imagination, Music & The Brain. Scherder spreekt, pianiste Katia VeekmansCieszkowski speelt Bartók, Liszt, Schubert en Prokofiev. Beeldend kunstenaar Charlie Bo Meijering illustreerde de muziek. De combinatie van muziek en wetenschap is een initiatief van student Frank van der Heide, die in Maastricht geneeskunde combineert met een conservatoriumopleiding piano. Het hoofddoel van Imagination, Music & The Brain is om jongeren kennis te laten maken met klassieke muziek. Scherder: ‘Ik vraag het publiek bijvoorbeeld om naar stukjes muziek te luisteren, en daarna zich die muziek in te beelden. In de studie die ik vervolgens aanhaal, blijkt dat sommige gebieden in allebei de gevallen geactiveerd worden, en andere alleen in één van de gevallen. Een aantal hersengebieden speelt voortdurend een rol, of je nu muziek luistert of inbeeldt, of dat instrumentale muziek is of zang. Ik vind dat helemaal fantastisch.’ Zo stimuleert muziek bijvoorbeeld ook de hersengebieden die betrokken zijn bij empathie, het vermogen om je in anderen in te leven. Muziek is emotie, ook neurologisch gezien. Waarom dat zo is, is overigens onduidelijk. Alle mensenvolken maken muziek, dus het zal wel ergens goed voor zij, denken evolutiebiologen dan. De Amerikaanse psycholoog Steven Pinker - twee jaar geleden op bezoek in Leiden vanwege de Tinbergenlezing - opperde
ooit dat het vooral een aangenaam bijproduct is van ons taalvermogen. Dat lijkt wat kort door de bocht: taal en muziek zijn deels overlappende, maar ook deels gescheiden zaken. ‘Mensen die niet talig meer zijn, kunnen nog wel veel steun hebben aan muziek’, zegt Scherder. ‘En er zijn mensen met afasie die niet meer kunnen zeggen wat ze willen, maar nog wel een boodschap kunnen zingen. De vraag waarom muziek een emotionele lading heeft, gaat over de vraag: waarom vind je iets mooi? Dan ga je weg bij de neurowetenschappen.’ Promovendi van Scherder onderzoeken op verschillende manieren de invloed van muziek. Kan rapmuziek nuttig zijn voor jongeren die problemen hebben met het reguleren van hun emoties? Als je middelbare scholieren drie uur cultuuronderwijs met veel muziek geeft, heeft dat gevolgen voor hun reken- en taalprestaties? ‘We bekijken ook de effecten van muziek in de bajes. Wat zijn de gevolgen op jonge gedetineerden, en op hun nog ontwikkelende brein? Die ontwikkeling is niet altijd vlekkeloos verlopen, weten we al. Anders zaten ze daar niet.’ Scherder is echter vooral bekend van zijn onderzoek naar dementie. Ook bij die patiënten kan muziek een grote rol spelen: ‘Als je mensen die diep in de dementie zitten, muziek uit hun jeugd laat horen, activeert dat oude herinneringen. Zo kun je mensen die helemaal in zichzelf gekeerd zijn, laten ontluiken. Het is indrukwekkend wat je daarmee bereikt: ze hebben weer plezierige momenten in hun dag. Ik zag dementerende mensen die zichzelf niet meer konden verzorgen, maar nog wel Brahms of Schubert konden spelen, en daardoor uit hun depressie kwamen. Het is geen herstel, maar het zijn wel positieve gevolgen, en dat is heel belangrijk zolang we zulke ziektes niet kunnen genezen.’ Erik Scherder, Katia VeekmansCieszkowski en Charlie Bo Meijering: Imagination, Music & The Brain, Koninklijk Conservatorium, Den Haag, Do 12 februari, 20:00 u, € 7,50
een zogeheten ‘houtskoolschets’ met de toekomstplannen van de faculteit geesteswetenschappen blijkt dat de universiteit acht talenstudies wil opheffen. Arabisch, Hebreeuws, Italiaans, Nieuw-Grieks, Pools, Scandinavisch, Servisch-Kroatisch en Tsjechisch moeten als zelfstandige studies het veld ruimen. Er verdwijnen 98 voltijdsbanen. Studenten zijn woedend. ‘We kampen eigenlijk al twintig jaar met teruglopende studentenaantallen’, zegt UvA-decaan Frank van Vree. ‘We hielden de studies overeind door het geld van grote opleidingen over te hevelen, maar daar zit een grens aan.’ Hij benadrukt dat de talenstudies waarschijnlijk als zelfstandige opleidingen verdwijnen, maar dat ze nog wel als regiostudies en minoren te volgen zijn. Er komen ook twee taalminoren bij: Turks en Portugees. De discussie over de toekomst van kleine talen en unica – studies die je maar op een plek kunt volgen – woedt aan alle universiteiten. Hoe hou je opleidingen in de lucht als ze nauwelijks studenten trekken? En hoe erg is het als er studies verdwijnen? ‘Dat we straks in Amsterdam geen volwaardige opleiding Arabisch meer hebben is absurd’, zegt de Amsterdamse filosofiestudent Tivadar Vervoort, die met de actiegroep Humanities Rally tegen de plannen protesteert. ‘In plaats van 180 studiepunten, zijn er nog maar 24 of 30 studiepunten beschikbaar. Opleidingshoofden geven nu al aan dat het moeilijk is om studenten in zo’n beperkte tijd Russisch te leren. En de minoren moeten breed toegankelijk zijn, dus het niveau daalt. Dit leidt tot een enorm gebrek aan verdieping.’ ‘Minder verdieping in wat?’ reageert Van Vree. ‘Tegenstanders tonen weinig besef van realiteit. Bij Tsjechisch hebben we in het derde jaar bijvoorbeeld nul studenten. We moeten er een nieuwe impuls aan geven. Dit is geen sterfhuisconstructie. Er zijn meer manieren om een opleiding in te richten. Leiden laat bijvoorbeeld zien dat het anders kan.’ Leiden schuwt de brede bachelors inderdaad niet. Egyptologie en Assyriologie zijn er ingebed in de brede bachelor Oude culturen
van de mediterrane wereld. En ook godgeleerdheid en Hebreeuwse en Joodse studies zijn sinds dit collegejaar geen zelfstandige opleidingen meer. ‘Het zijn geen kleine eilandjes meer’, zegt decaan Wim van den Doel. ‘We moeten de unica een robuuste omgeving geven. Dat kan betekenen dat ze stoppen als zelfstandige opleidingen. De universiteit is geen museum. We gaan een opleiding niet behouden omdat die er altijd geweest is. Kleine talen en brede bachelors hoeven elkaar niet uit te sluiten. Iemand kan hier écht Koreaans komen studeren, maar dat kan ook via International Studies.’ Er zijn namelijk volgens Van den Doel grofweg ook twee typen studenten: ‘Twintig jaar geleden ging je een klassieke taalstudie doen en verder niets. Nu komen er telkens brede bachelors en university colleges bij, waarbij je gaandeweg keuzes maakt. Het type student dat écht een specifieke taal wil studeren, be-
‘We gaan een opleiding niet behouden omdat die er altijd geweest is’ staat ook nog. Wie als faculteit niet beide groepen wil bedienen, heeft een probleem.’ Plannen om ook Frans, Italiaans en Duits vanaf dit collegejaar samen te voegen tot één brede bachelor, stuitten in de zomer van 2012 echter niet alleen op protest, maar ook op weerstand uit Den Haag: de doelmatigheidsregel hoger onderwijs van toenmalig staatssecretaris Halbe Zijlstra. Van den Doel: ‘Hij zei: gij zult geen nieuwe opleidingen maken. Dat was de reden dat de hele operatie verviel. Maar ik denk dat we de mogelijkheid terecht onderzochten.’ In diezelfde zomer startte geesteswetenschappen wel met de brede bachelor International studies, in Den Haag, die direct ruim 350 extra eerstejaarsstudenten naar de faculteit trok. Wat opviel: andere geesteswetenschappenopleidingen werden niet gekannibaliseerd door het succesnummer. Van den Doel: ‘We denken echt dat we een nieuwe doelgroep hebben aangeboord.’ Ondertussen zoeken ook zusterfaculteiten naar een oplossing. Utrecht koos er net als Leiden voor om beide modellen aan te bieden, maar de opleiding Portugees sneuvelde. De Rijksuniversiteit Groningen voerde twee jaar geleden
een model in dat lijkt op de Amsterdamse plannen. ‘De studies zijn ondergebracht in de brede bachelor Europese talen en culturen, waarbij studenten een gezamenlijk programma volgen en zich daarnaast in een voorkeurstaal specialiseren’, zegt letterendecaan Gerry Wakker. Volgens haar zijn studenten enthousiast, maar is het voor de staf een moeilijk proces. Bovendien zit de faculteit nog steeds in de rode cijfers. “Letteren staat op instorten”, kopte de digitale universiteitskrant UK nog geen twee maanden geleden. Maar volgens Wakker is de brede bachelor op de langere termijn wel degelijk een financiële oplossing. ‘Het is een ingecalculeerd verlies. Natuurlijk is het jammer dat we Fins, Hongaars, Deens en Noors moesten schrappen. Maar we hebben uitgerekend dat je zo’n 2,5 voltijdsbanen nodig hebt om een taal te kunnen aanbieden. Een instroom van nul tot vier studenten is dan niet genoeg.’ De Radboud Universiteit Nijmegen hanteert een omgekeerd model. ‘We kiezen er nadrukkelijk voor om in de eerste twee jaar de nadruk te leggen op het taalonderwijs, middels taalen cultuurvakken. Vanaf het derde jaar en in de master is er meer ruimte voor verbreding’, zegt geesteswetenschappendecaan Margot van Mulken.
12 februari 2015 · Mare
9
de talen langs decanen Ze meent dat het een succesvolle strategie is. ‘Het is echt niet allemaal koek en ei bij ons, maar we zijn niet ontevreden. Ons marktaandeel is gegroeid. Dit jaar liepen de cijfers wel een beetje terug, vermoedelijk omdat we geen nationale campagne hebben gevoerd. Als het elders moeilijk gaat, dan voelt het niet netjes om in een landelijke campagne te zeggen: “Kom maar naar ons, bij ons kun je wel nog echt een taal leren.”’ Volgens de decanen wordt er onderling wel contact onderhouden, maar is iedereen baas in eigen huis. Van den Doel: ‘Als je unica wilt sluiten, dan worden altijd de zusterfaculteiten geraadpleegd. Ook de plannen die de UvA momenteel maakt: daar praten we over. Maar de instelling is uiteindelijk autonoom. Er is alleen afgesproken dat de Nederlandse universiteiten wel de zes officiële talen van de Verenigde Naties én de schooltalen moeten aanbieden. En die laatste op meer dan één plek.’
De Utrechtse decaan Keimpe Algra ziet daarom wel iets in een landelijk regieorgaan. ‘Je kunt beslissen dat het belangrijk is om Duits aan te bieden, maar dat het zonde is om dat op vijf of zes verschillende plaatsen te doen. Zo’n regieorgaan kan uitkomst bieden, maar daar moet iedereen zich dan wel aan committeren. Samen uit, samen thuis.’ Ook Van Mulken ziet daar wel iets in. ‘Maar dan mogen wij Duits hebben, want wij zitten op de grens.’ Maar volgens Van den Doel hebben wijzigingen in het aanbod nauwelijks invloed op de instroom onderling. ‘Zeker in de bachelor niet. Ik heb geen harde cijfers, maar aankomende studenten kiezen vrij regionaal. Nu Portugees in Utrecht is gestopt, komen die studenten niet naar Leiden, waar je
vanaf dag één Portugees kunt studeren binnen Latijns-Amerikaanse Studies. Studenten kiezen eerder iets ánders, ín Utrecht.’ Dat er kleine talen sneuvelen in het proces lijkt onvermijdelijk. Van den Doel: ‘De wetenschap kent nu eenmaal een bepaalde dynamiek. Daarop moeten we aansluiten, anders krijg je vakken zonder studenten. En mócht er weer een enorme vraag komen naar Fins, is er dan binnen Europa gemakkelijk expertise te vinden? Jazeker, aan de universiteit van Helsinki.’ Algra: ‘Bij Roemeens zit anderhalve paardenkop en een docent: dan kun je beter naar Roemenië.’ Na eerdere felle protesten in Amsterdam is de toon van de discussie nu constructief, zegt Van Vree. ‘Er zal toch iets moeten gebeuren.’ Humanities Rally is echter niet overtuigd. ‘Het grootste probleem is het financieringsmodel, waarbinnen alles om rendementscijfers draait’, zegt Vervoort. ‘We horen enkel financiele argumenten, maar verlie-
zen decennia aan geschiedenis en expertise.’ Wie dat moet betalen? ‘Bij de bèta’s gaat het heel goed. Zij houden geld over. Geesteswetenschappenonderwijs is goedkoop: er zijn geen dure laboratoria nodig. Bovendien maakt de universiteit de verkeerde keuzes. Overal in de stad
hangen dure posters van de mastercampagne, dat geld kan je ook aan de opleiding Grieks besteden. Bovendien worden faculteiten in goede tijden gedwongen om geld uit te geven, want oppotten mag niet. Zo wordt continuïteit onmogelijk gemaakt.’
‘Fusie van faculteiten niet ondenkbaar’ Het gaat volgens Van den Doel goed met de Leidse geesteswetenschappen. ‘Ja, ik kan er niets anders van maken. Sinds onze reorganisatie en fusie van Letteren, Wijsbegeerte en Godsdienstwetenschappen in 2008 is de geldverdeling transparanter en het kostenbewustzijn groter. Dat helpt wel, bij het maken van een sluitende begroting.’ Het huidige zorgenkindje van zeven instituten van de Leidse geesteswetenschappen is het Leiden University Centre for the Arts in Society (LUCAS), dat volgens de meest recente conceptbegroting een tekort heeft van 445.000 euro. Van den Doel: ‘De instroom bij kunstgeschiedenis daalt de laatste jaren. Plannen om opleidingen samen te voegen zijn er momenteel niet, wél om bestaande opleidingen juist te verbreden. Er wordt bijvoorbeeld gedacht aan een extra Engelstalig traject, Arts in Society, met een vernieuwd aanbod.’ De decaan heeft wel andere zorgen. Het kabinet wil wetenschapsfinancier NWO grondig hervormen. ‘Er wordt gesproken over het beperken van het aantal domeinen. Een fusie tussen de geesteswetenschappen en de sociale wetenschappen is niet ondenkbaar. De effecten daarvan op onderzoeksgeld en onderzoeksonderwerpen zijn natuurlijk nog onbekend. Voor onderdelen van de taalwetenschap zou het gunstig kunnen zijn. Maar letterkunde zou het bijvoorbeeld moeilijker kunnen krijgen dan ze het nu al heeft. En dat is iets waar de faculteiten niet veel greep op hebben.’
Toren van Babel, Pieter Bruegel de Oude, ca. 1563
10 Mare · 12 februari 2015 English page
Former Physics Hub Declared Historic Site On Monday morning, Christophe Rossel, Chairman of the European Physical Society, unveiled a plaque on the premises of the Kamerlingh Onnes Building. The plaque states that the European Physical Society declares the KOG a “EPS Historic Site”. At the turn of the previous century, this Leiden building was a major physics hub. Here, Heike Kamerlingh Onnes produced liquid nitrogen and, later, liquefied helium – feats that confirmed significant theories explaining how matter works. He was awarded the Nobel Prize for his accomplishments in 1913. His colleagues Hendrik Lorentz and Pieter Zeeman also won a shared Nobel Prize for their work here: the discovery of the Zeeman Effect, which indirectly proved the existence of electrons. The KOG is the first place in the Netherlands to be awarded the title of “Historic Site” by the European Physical Society. There are now eighteen sites, including a particle accelerator at CERN in Geneva and the Niels Bohr Institute in Copenhagen. However, the present plaque next to the bust of Kamerlingh Onnes is a temporary version. According to some physics historians, its current wording gives too much credit to Lorentz en Zeeman, passing over the work of British physicist, Joseph John Thomson, who provided direct proof of electrons. Photo by Marc de Haan
Maretjes De prijs voor een Maretje bedraagt €9,– per 30 woorden, opgegeven via redactie@mare.leidenuniv.nl uiterlijk t/m maandag 16.00 uur. Maretjes aangeboden voor commerciële doeleinden worden niet geplaatst, evenmin als Maretjes waarin zaken worden aangeboden die de waarde van 4.500 euro te boven gaan. Doe meer met je kennis! Vrijwilligers gezocht voor één uur per week bijles en huiswerkbegeleiding op verschillende locaties of bij de leerling thuis. LeidenNoord, 31 leerlingen, basisonderwijs, groep 4 t/m 8, waarvan 8 met vergoeding van €5-7,- per les. Voortgezet onderwijs, 11 leerlingen Nederlands, economie, Engels, wiskunde, natuurkunde, waarvan 2 met vergoeding van €5,- per les. Marokkaans meisje, Engelstalige grammatica, tweedejaars mbo-4-opleiding. Ook hulp gezocht bij: *Engels, Nederlands, brugklas
vmbo, €5,- per les. *Twee jongens, Nederlands, burgklas. *Biologie, geschiedenis, 2mavo. *Economie, 4vmbo. *Natuurkunde, scheikunde, 2vmbo. *Wiskunde A, 4vwo. *Engels, Nederlands, 4havo. Engels, biologie, 4vmbo-t. *Engels, 5vwo. *Wiskunde, rekenen, brugklas vmbo. *NASK, geschiedenis, Engels, 2havo. *Engels, 3vmbo-TL, tot €10,- per les. * Natuur-, scheikunde, 4havo, €5,0 per les. *Studente Biomedische Wetenschappen zoekt hulp bij schrijven stageverslag in Engels (voor eind maart). Leiden-Zuid, 10 leerlingen basisonderwijs groep 4 t/m 8. Voortgezet onderwijs, wiskunde, 2vmbo. Economie, 5vwo. Vrijwilliger uit Stevenshof gezocht voor basisschoolleerlinge, huiswerkbegeleiding, basisonderwijs middenbouw. Onderwijswinkel, Driftstraat 77, ma, wo en do 15-17u. Tel: 071-5214256. E-mail: hdekoomen@owwwleiden.nl.
Lezing: ‘Onze schakels met de Kosmos Ontdek je plaats en taak in het Leven’ Door Stichting I.S.I.S. Toegang gratis. Woensdag 25 februari, 20.00 uur. Leiden, Lorentzkade 15a. www.stichtingisis.org Presentatie Kadir Habibović’s boek “Leven tegenover de Dood: Srebrenica” op zondag 22 februari van 15:00 tot 17:00 in Café de Keyzer, Leiden. Gratis entree. Contact: info@ethnogeopolitics.org. Maretjes-extra zijn bedoeld voor semicommerciële instanties. De prijs voor een Maretje-extra is €23,– incl. BTW voor elke vijfendertig woorden. U kunt deze advertenties uiterlijk op de vrijdag vóór het verschijnen van Mare opgeven bij Bureau van Vliet B.V., postbus 20, 2040 AA Zandvoort, telefoon 023-571 47 45. E-mail: Zandvoort@bureauvanvliet.com
Academische Agenda Prof.dr. J.J.M. Uijlenbroek zal op vrijdag 13 februari een oratie houden bij de bevoegd verklaring van de Albeda Leerstoel/CAOP tot vestiging bij de faculteit Rechtsgeleerdheid met als leeropdracht Arbeidsverhoudingen bij de publieke sector. Mw. Y. Zhao hoopt op dinsdag 17 februari om 11.15 uur te promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Modelling the dynamics of the innovation process’. Promotor is Prof.dr. B.R. Katzy. Dhr. E.B. van den Akker hoopt op woensdag 18 februari om 11.15 uur te promoveren tot doctor in de Geneeskunde. De titel van het proefschrift is ‘Computational Biology in Human Aging’. Promotoren zijn Prof.dr. P.E. Slagboom en Prof.dr.ir. M.J.T. Reinders (TU Delft).
Mw. S. Paltansing hoopt op woensdag 18 februari om 13.45 uur te promoveren tot doctor in de Geneeskunde. De titel van het proefschrift is ‘Antimicrobial Resistance in Enterobacteriaceae’. Promotor is Prof.dr. A.C.M. Kroes. Dhr. J.A. de Wilde hoopt op woensdag 18 februari om 15.00 uur te promoveren tot doctor in de Geneeskunde. De titel van het proefschrift is ‘Does one size fit all?’. Promotoren zijn Prof.dr. B.J.C. Middelkoop en Prof.dr. S. van Buuren (Univ. Utrecht). Mw. L.E.H. Bakker hoopt op woensdag 18 februari om 16.15 uur te promoveren tot doctor in de Geneeskunde. De titel van het proefschrift is ‘Pathogenesis of type 2 diabetes and cardiovascular disease in South Asians’. Promotoren zijn Prof.dr. A.E. Meinders en Prof.dr. H. Pijl. Mw. N.K. Grewal hoopt op donderdag
19 februari om 13.45 uur te promoveren tot doctor in de Geneeskunde. De titel van het proefschrift is ‘Aortopathy in patients with a bicuspid aortic valve: determining susceptibility for aortic complications’. Promotoren zijn Prof.dr. R.J.M. Klautz en Prof.dr. M.C. de Ruiter. Mw. S. Overgaauw hoopt op donderdag 19 februari om 15.00 uur te promoveren tot doctor in de Sociale Wetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Social reorientation in adolescence’. Promotor is Prof.dr. E.A. Crone. Mw. C. Wang hoopt op donderdag 19 februari om 16.15 uur te promoveren tot doctor in de Rechtsgeleerdheid. De titel van het proefschrift is ‘Essays on trends in income distribution and redistribution in affluent countries and China’. Promotoren zijn Prof.dr. C.L.J. Caminada en Prof.dr. K.P. Goudswaard.
Vacature; Juridisch medewerker Vastgoed Voor onze locatie in Leiden zijn wij op zoek naar een Juridisch medewerker Vastgoed. Je zal de advocaten van het vastgoedteam ondersteunen in hun werkzaamheden, te weten advisering aan cliënten, het bijstaan van cliënten in onderhandelingen en het voeren van juridische procedures. Je houdt je voornamelijk bezig met research en het opstellen van adviezen en processtukken, en – waar nodig- heb je contact met cliënten, wederpartijen, rechtbanken etc. Bij goed functioneren bestaat uitzicht op een dienstverband als advocaat-stagiair. Jouw profiel Je bent (bijna) afgestudeerd en je hebt affiniteit met de advocatuur, in het bijzonder vastgoedrecht, waaronder de rechtsgebieden huurrecht, zakenrecht, omgevingsrecht en ruimtelijk bestuursrecht en aanbestedingsrecht. Kennis van het insolventierecht strekt tot aanbeveling. Je hebt kennis en ervaring met het uitwerken van processtukken. Je voelt je verantwoordelijk voor het leveren van uitmuntende kwaliteit. Vragen en knelpunten weet je tijdig te signaleren. Op eigen initiatief signaleer je mogelijke juridische problemen en draag je oplossingen aan die je bespreekt met de voor het dossier verantwoordelijke advocaat. Functie eisen • Je beschikt over een (bijna) afgeronde academische opleiding Nederlands recht. • Je bent analytisch sterk, zorgvuldig en kunt prima plannen en organiseren. • Je beheerst de Nederlandse en Engelse taal uitstekend en communiceert zowel mondeling als schriftelijk helder en duidelijk. • Je bent zelfstandig, maar kan ook goed samenwerken. • Je bent flexibel, geen nine-to-five mentaliteit • Je bent minimaal 32 uur per week beschikbaar Over TeekensKarstens TK is marktleider op het gebied van juridische dienstverlening binnen de regio Rijnland maar werkt ook op landelijk niveau. TK is een relatief jong kantoor met twee vestigingen in de regio en telt ± 100 medewerkers. Onze specialisten werken in drie praktijkgroepen: Arbeidsrecht, Ondernemingsrecht en Vastgoed. TK is een kantoor waar ongecompliceerd en ambitieus wordt gewerkt in hechte teams met veel ruimte voor zelfstandigheid en eigen initiatief, waar een ieder kan bouwen aan zijn/haar expertise in de no-nonsense cultuur van TK. Interesse? Stuur dan je sollicitatie met CV naar vacatures@tk.nl. Voor aanvullende informatie over de functie van juridisch medewerker Vastgoed kan contact worden opgenomen met Edward van Lent advocaat partner, bereikbaar onder telefoonnummer 071-5358067. Acquisitie naar aanleiding van deze advertentie wordt niet op prijs gesteld.
mare-teekenkarstens 150206.indd 1
06-02-15 16:42
12 februari 2015 · Mare Cultuur
Agenda
We zijn vijf nerds Monomyth heeft het wel gehad met liedjes Bij de Haagse instrumentale stonerrockband Monomyth staat alles in dienst van de drone. ‘Waar moet je over zingen: revolutie, liefdesverdriet, ellende?’ DOOR FRANK PROVOOST Er was eens een klein jongetje dat Frodo heette. Of Luke, of Arthur, Jezus, Mozes, of Mohammed. De naam doet er nu even niet toe. Het gaat erom dat het ventje ongevraagd het lot van de wereld op zijn schouders kreeg gesmeten. Plotseling was hij helemaal alleen verantwoordelijk voor het voortbestaan van zo’n beetje het gehele universum en moest hij in die opgedrongen missie ook nog talloze gevaren trotseren. Alle grote verhalen hebben zulke ventjes, en bijna allemaal leggen ze een
11
zelfde soort heldenreis af. De Amerikaanse schrijver Joseph Campbell noemde dat de ‘monomyth’. Hij bedacht zelfs een schema waarin alle noodzakelijke stappen van die tocht worden doorlopen. Het is een soortgelijke trip die de gelijknamige Haagse band wil maken. Samen met de luisteraars, zonder woorden, en alleen met muziek. Monomyth maakt namelijk naar eigen zeggen instrumental space kraut stonerrock. Op hun titelloze debuut (2013) en het vorig jaar verschenen Further proberen ze de broeierige jams zo lang mogelijk uit te rekken. Niemand gaat zich te buiten aan overdreven geroffel of gesoleer. Iedereen speelt in dienst van de drone. Drummer Sander Evers: ‘Het moet een duikvlucht zijn, waarin alles laag voor laag is opgebouwd net als bij een goede dj-set.’ Bassist Selwyn Slop: ‘Wij hoeven niet hoog
op een podium aan het publiek te laten zien hoe bijzonder we zijn. Nee, laten we samen de bubbel in gaan en met zijn allen die trip maken.’ Evers: ‘Het gaat niet om onze persoonlijkheden, maar om het collectief. Daarom zeggen we ook nooit iets tegen het publiek.’ Slop: ‘Ik speel de hele avond hetzelfde.’ In trance raken kost tijd, en dus duurt een Monomyth-nummer meestal een kwartier. Een voor een metselen de vijf muzikanten geluiden op elkaar. Alvorens te gaan scheuren, begint de dubbelloops Gibson SG van gitarist Thomas van den Reydt meestal rustig te tokkelen, Tjerk Stoop laat zijn laptops en synthesizers ruisen als een ruimtestorm en toetsenist Peter van der Meer perst steeds meer onheilsklanken uit zijn orgel. Gaandeweg verandert het gekabbel in gekolk, totdat zoals Evers het zegt, ‘we opstijgen’. Pas dan is de missie volbracht en is het tijd voor een nieuw nummer. Een zanger is daarbij volstrekt overbodig,
vindt hij. ‘Waar moet je over zingen: revolutie, liefdesverdriet, ellende?’ Van der Meer: ‘Alles is al geschreven. Ik heb het wel gehad met liedjes.’ Evers: ‘Ik kom eigenlijk uit de dance. Als er in een technonummer wordt gezongen, ben ik ook meteen weg.’ Dat de instrumentale nummers natuurkundige songtitels krijgen als 6EQUJ5, Huygens en Vanderwaalskrachten, komt omdat ‘wij vijf nerds zijn’, zegt Slop. Evers: ‘Ik ben altijd op zoek naar geschikte titels. Als kind zat ik al in encyclopedieën te bladeren, tegenwoordig is dat Google en Wikipedia. Neem Vanderwaalskrachten: die zorgen ervoor dat een gekko aan de muur blijft plakken, een prima metafoor voor onze muziek.’ Is dat niet een tikkie hoogdravend? ‘We zijn zeker geen pretentieloze band. Ik schrijf liever een zwaar boek dan een doktersromannetje.’ Monomyth & Candybar Planet Gebr. de Nobel do 12 feb, 20.00 u, €10
FILM
TRIANON A Most Violent Year dagelijks 18.30 The Theory Of Everything dagelijks 18.30 KIJKHUIS The Imitation Game dagelijks 15.45 + 18.30 + 21.00 Big Eyes dagelijks 18.45 LIDO Michiel de Ruyter dagelijks 21.30 The Woman in Black: Angel Of Death dagelijks 21.30
MUZIEK
DE TWEE SPIEGHELS Paradigm vrij. 13 februari 21.00 gratis Danielle Cavello gipsy swing trio za. 14 februari 21.00 gratis GEBR. DE NOBEL The Advent, Cari Lekebusch & Size: Decompression: 10-jarig bestaan vrij. 13 februari 23.00 €19 QBUS Evening News: Old school reggae/ska & rock-steady za. 14 februari 21.00 €5 Oscar Benton Bluesband is still alive!: Legendary Blues zo. 15 februari 16.00 €10 Chip Taylor & John Platania: Angel of the morning = Wild Thing di. 17 februari 21.00 €10 Habstrakt, Aero Chord en Pogman: Kaputt za. 14 februari 23.00 €16 LEIDSE SCHOUWBURG Barokopera Amsterdam: Händel Revue woe. 18 februari 20.15 vanaf €24.50 STADSGEHOORZAAL Amsterdam Sinfonietta & Vilde Frang: Janácek, Mozart & Grieg do. 19 februari 20.15 vanaf € 22.50
THEATER
De één vertelt het, de ander niet
LEIDSE SCHOUWBURG 37e VARA Leids Cabaret Festival do. 14 februari 20.15 finale vanaf €10 Paul & Wilbert Gieske: Lang zullen we leven zo. 15 februari 15.30 vanaf €14 THEATER INS BLAU Blue Monday: De Artiestenfabriek: Voor Aap ma. 16 februari 20.30 vanaf €10 Fahd Larhzaoui, Nonprofit Kapitalist/ Likeminds: Schijn do. 19 februari 20.30 vanaf €13.50
Marijke Helwegen op Stukafest
DIVERSEN
Monomyth, met vlnr: Peter van der Meer, Thomas van den Reydt, Selwyn Slop, Sander Evers en Tjerk Stoop. Foto Duncan de Fey
Studenten moeten humor en zelfspot gebruiken om hun doel te bereiken, zegt Marijke Helwegen. De mascotte van de plastische chirurgie treedt op tijdens Stukafest. ‘Een varken meenemen naar een ontgroening, dat vind ik schandalig.’ DOOR VEERLE VAN DER GRACHT ‘Soms heb ik tijdens een presentatie een sierlijke duif op mijn arm. Dan noem ik mezelf de cosmetische vredesduivenkoningin. Net zoals de duif ontwapen ik mensen. En bij aanvallende vragen reageer ik ad rem. Gerard Joling gebruikt zijn humor, Gordon zijn spitsheid en ik mijn duiven.’ Aldus Marijke Helwegen. Ze is een van de acts die eind deze maand zijn te zien op Stukafest. Ruim twintig Leidse studentenkamers, fusies of zolders maken voor de zevende keer plaats voor optredens van onder meer oud-tennisser Martin Šimek, de band Darlyn en toneelgroep T.I.M.E. Bezoekers kunnen drie rondes zelf samenstellen. Daarna volgt een afsluitend feest in Gebr. de Nobel. Helwegen is boegbeeld van de plastische chirurgie in Nederland, bekend van diverse tv-programma’s en –reclames. Naast vele YouTube-filmpjes maakte ze ook de hilarische kersthit Kerstmis is een droom. Maar boven alles is ze dierenvriend, zegt ze. ‘Dieren hebben een ander soort intelligentiegraad dan mensen. Ik voer dagelijks mijn vogels in mijn tuin. De bonte specht, vinkjes en koolmeesjes, het zijn slimme beesten. Mensen zijn niet altijd goed voor dieren. Acht jaar geleden hadden Leidse studenten een varken meegenomen naar een ontgroening, dat vind ik schandalig.’ Op Stukafest hoopt Helwegen studenten met haar
lezing te inspireren. ‘Ik wil studenten leren hoe ze zichzelf in de kijker kunnen spelen, om te gaan met kritiek en hoe je met humor en zelfspot je doel kan bereiken. Veel mensen zeiden dat ik niks aan mijn lichaam moest doen, maar ik moest wel voor mijn functie. Ik heb heel lang public relations en marketing voor de cosmetische chirurgie gedaan. Als je daarover moet praten, zelf geen arts bent én niks hebt laten doen, dan luisteren mensen niet naar je. Ik kreeg betaald voor mijn veranderingen aan mijn lichaam. Maar mijn borstvergroting vond ik zelf ook mooi.’ Nu geeft Helwegen voornamelijk glamourvolle presentaties en speeches. ‘Daarin staat het toverwoord “facelift” centraal. Ik vergelijk op een humoristische manier renovaties van onroerend goed, nieuwe logo’s of verbeteringen van een product of imago met de metamorfose van de vrouw. Met zelfironie probeer ik het taboe rondom plastische chirurgie te doorbreken. De één vertelt het, de ander niet. Ik vind het heel dom als mensen het stiekem doen. Het is niets om je voor te schamen. Eigenlijk worden er heel veel ingrepen gedaan: tandartsen, bedrijfsmedewerkers en ook studenten doen het.’ Toch is haar laatste operatie allang geleden, geeft ze toe. ‘Zelf heb ik al vijftien jaar niks veranderd. Soms denkt men dat ik alleen maar voor de spiegel sta, maar dat is absoluut niet zo.’ Stukafest Leiden 26 feb, 18.30 u, per ronde €4.50, per 3 rondes €11, 3 rondes + Stukafeest €14.50 www.stukafest.nl/leiden
VOLKENKUNDE Tentoonstelling: Geisha 10 oktober 2014 t/m 6 april 2015 MUSEUM DE LAKENHAL Tentoonstelling: Een Deftige Parade. De Selectie van Rudi Fuchs 11 oktober 2014 t/m 31 mei 2015 RIJKSMUSEUM VAN OUDHEDEN Tentoonstelling: Carthago 27 november 2014 t/m 10 mei 2015 SIEBOLDHUIS Tentoonstelling: Kwahara Keiga. Fotograaf zonder camera 28 november 2014 t/m 22 februari 2015 MUSEUM BOERHAAVE Tentoonstelling: Foodtopia 6 februari 2015 t/m 1 november 2015 ERFGOED LEIDEN EN OMSTREKEN Expositie ‘Bezetting Academiegebouw Leidse Universiteit’ 1 januari 2015 t/m 30 april 2015 DE KUNSTGANG Tentoonstelling: A New Earth 11 januari 2015 t/m 21 februari 2015 UNIVERSITEITS BIBLIOTHEEK Tentoonstelling: Humbert de Superville: tekenaar, geleerde, visionair 29 januari 2015 t/m 2 juni 2015 OUDE STERREWACHT Lezing Leids Weer- en Sterrekundige Kring (LWSK) di. 17 februari 2015, 19.40, €5, niet leden mail: lwskinfo@gmail.com VRIJPLAATS Comedy show: Just kidding! do. 19 februari, 21.00 €12.50
12
Mare · 12 februari 2015
Kamervragen
Inburgeren
Lost in translation
Foto Taco van der Eb
‘Wij zijn twee saaie huismusjes’ Marije Hulst (23, film- en literatuurwetenschap) Huis: Regentesselaan 160A, Den Haag Grootte: 45 m2 Kost: 697 excl. Bewoners: 2 Je studeert in Leiden maar woont in Den Haag? ‘We woonden al in Den Haag in een studioappartement. De voorzieningen deelden we met een andere studio die verhuurd, maar onbewoond was. Maar op een gegeven moment werd de huur opgezegd en zouden we nieuwe buren krijgen. We waren zo gewend aan onze eigen keuken en badkamer, dat ik meteen een ander appartement zocht.’ Hoe reageren mensen als je vertelt dat je samenwoont? ‘Niet zo geschokt als wanneer ik vertel dat we getrouwd zijn toen ik twintig was. Mensen vragen vaak: “Is je relatie dan ook veranderd?” Ik antwoord dan voor
Bandirah
de grap: “Ja, nu sla ik hem elke dag.” Natuurlijk niet! Onze beweegredenen om te trouwen zijn niet anders dan die van mensen van dertig die trouwen. We vonden dat mooi en speciaal. Het is eigenlijk vreemd dat het als afwijkend wordt gezien. Er is niet één standaard.’ Is het niet onpraktisch om in Den Haag te wonen? ‘Leiden is een echte studentenstad. Dat spatte ons de eerste keer meteen tegemoet. En hoewel we er allebei studeren, zijn we niet echt geïnteresseerd in de sociale aspecten van het studentenleven. Eigenlijk zijn we best saai en burgerlijk. We zijn huismusjes met twee chagrijnige katten. Ik houd van het feit dat je de deur kan dichttrekken en rustig thuis bent.’ Hoe komen jullie aan zoveel spullen? ‘We zijn echte verzamelbeesten. Mijn man zegt dat ik niet zoveel boeken moet
kopen, maar komt vervolgens thuis met twintig tweedehandse exemplaren. Overal liggen frutsels. We hebben vier boekenkasten, een verzameling schattige theekopjes, een brok rookkwarts, antieke bijbels, Egyptische parfumflesjes, waxinelichtjeshouders, een roestig blik: allerlei dingetjes en dangetjes. De lijsten aan de muren zijn gevuld met kaarten van De Slegte. Het zijn tekeningen uit rare erotische romannetjes.’ Wat neem je mee bij brand? ‘De katten. Spullen zijn toch maar spullen. Ik weet dat trouwens uit ervaring, want de koolmonoxidemelder ging een keer af. Toen stonden we om drie uur ’s nachts met de katten in hun reiskooitjes buiten op de stoep. Uiteindelijk bleek er iets mis met de batterij, maar dat risico neem je niet.’ Als jullie geen druk sociaal leven hebben, wat doen jullie dan graag?
‘Mijn man maakt soms meubels: een tafel en een nachtkastje. En hij sleept veel planten binnen. Hij zaait ze, pot ze op. Zo staan er nog drie kerstbomen op het balkon die allemaal moesten worden gered. In de vensterbank staan orchideeën. Door middel van kruisbestuiving wil hij nieuwe orchideeën telen, maar vergat mij te vertellen dat ze een jaar lang lelijk blijven. Ik hoop volgend jaar dus op een monsterbloem.’ ‘Zelf heb ik een zwak voor office supplies. Ik heb veel notitieboekjes en agenda’s, waar ik ook in teken en schilder. Maar ook een enorme lading postits en fucking alles. We breien en we haken ook. Hij is nu een trui aan het breien. Eigenlijk zijn we best wel hipster, maar daar is mijn man het niet mee eens. Het is natuurlijk niet hipsterachtig om jezelf hipster te noemen.’ DOOR PETRA MEIJER
Vanaf september lijkt de studiefinanciering definitief van de baan. Deze bezuiniging moet honderden miljoenen op gaan leveren, die volgens minister Bussemaker allemaal in de verbetering van het onderwijs worden geïnvesteerd. Ik weet ook nog wel iets wat verbeterd zou kunnen worden. Ik zou het namelijk fijn vinden om gewoon weer eens in het Nederlands college te volgen, in plaats van in een zaal vol Nederlandse studenten met een Nederlandse docent in het Engels te discussiëren over de betekenis van het Duitse woord ‘verstehen’ in het werk van Gadamer. Tijdens je studie leer je namelijk vooral twee dingen; informatie verwerken en nadenken. Daarnaast leer je natuurlijk ook nog een heleboel vakinhoudelijke kennis. Maar in een tijd waarin alles draait om economisch nut, is dat slechts de verpakking voor de vaardigheden waarmee je jezelf later nuttig kunt maken voor de maatschappij. Het snel verwerken van grote hoeveelheden informatie is nog wel te doen in het Engels en je leert er bovendien nog een aardig mondje van buiten de deur te spreken. Maar in je moedertaal kun je dingen het meest precies onder woorden brengen, en dit is voor de meerderheid van de studenten het Nederlands. Daarom is het een slechte ontwikkeling dat er steeds meer vakken in het Engels worden gegeven: niet alleen vanuit mijn eigen opvatting dat een universitaire opleiding vooral iets moet zijn waar je voor jezelf iets aan hebt, maar ook vanuit de idiote gedachte van de universiteit als kennisfabriek die moet bijdragen aan de Nederlandse kenniseconomie. De meerderheid van de studenten leert minder goed nadenken dan ze eigenlijk kan, en is daarmee ook vanuit ‘kennis-economisch’ perspectief minder waardevol. Binnen de geesteswetenschappen komt daar nog bij dat een vertaling van een tekst altijd geïnterpreteerd wordt door de vertaler. Als ik een Franse tekst in het Engels lees omdat ik het Frans onvoldoende machtig ben, daar vervolgens in het Nederlands over nadenk en er ten slotte in het Engels iets van moet vinden, is er veel meer ruimte voor misverstanden dan wanneer ik een Nederlandse tekst lees en daar vervolgens in het Nederlands iets zinnigs over probeer te zeggen. Nu zal het de kenniseconomie een worst wezen wat geesteswetenschappers voor problemen hebben, omdat de geesteswetenschappen sowieso weinig economisch nut hebben. Maar ook voor de bèta’s, die zich kunnen uitdrukken in de universele taal van de wiskunde, is het zonde als het Nederlands op den duur als taal verdwijnt. Sommige woorden laten zich namelijk niet vertalen. Neem nu het oerHollandse woord ‘gezellig’. Is er één woord dat de Nederlandse volksaard beter vat? En zou het niet doodzonde zijn om niet meer te kunnen zeggen dat het gisteravond ‘terrrringgezellig’ was in de kroeg? Want daarmee is toch in één woord alles gezegd wat er over zo’n avond te zeggen valt? TIM MEIJER