Mare 32 (37)

Page 1

19 juni 2014 37ste Jaargang • nr. 32

Vier de zomer met Opposites Pagina 15

Hoe de communicatie rondom CO2-opslag in Barendrecht faalde

Ex-gedetineerden zoeken werk. ‘Het begint pas echt als je weer buiten bent’

De universitaire ICT is zo traaaaaaaaaaaaaaaaag. Maar straks niet meer

Pagina 3

Pagina 8 en 9

Pagina 11

Doe het lekker zelf De kunst van bier brouwen

Het klinkt als de ultieme studentenhobby: zelf bier brouwen. Mare probeerde het uit en leerde bij van een expert. ‘Het borrelde zo heftig dat ik me afvroeg of het nog wel veilig was.’ ‘Het ziet er net uit alsof ik een drugsdealer ben’, lacht promovendus Bas ter Braak als hij zijn vriezer opentrekt. De hele la ligt vol met groene toppen, vacuümverpakt. Pas als je beter kijkt zie je dat het geen wiet is, maar naaste familie daarvan: hop. Ter Braaks drug of choice is bier, en hij brouwt het zelf. Zijn beste creatie tot nu toe is zijn huisgebrouwen Toxicology Tripel, vernoemd naar de groep van het farmacologie-instituut LACDR waar hij werkt. Donkere flesjes met op het etiket het doodshoofdjemet-gele-achtergrond dat normaal gesproken waarschuwt voor een giftige inhoud. Dat blijkt schromelijk overdreven: Ter Braaks bier is een prima volle tripel. Ietsje minder zoet maar niet minder lekker dan de merken waar je in de Belgische biercafé’s van Leiden vijf euro per glas voor aftikt. ‘Als je een beetje ’n Bourgondiër bent, brouw je je eigen bier’, stelt hij. Nog niet eens vanwege het geld, trouwens. Zijn labgenoot Maarten Klopt rekent voor dat je ongeveer vijftien euro kwijt bent voor de ingrediënten die twintig liter doehet-zelfbier opleveren. ‘Niet supergoedkoop voor bier, wel goedkoop voor een hobby. En: voor de prijs van eenvoudig pils heb je precies het bier dat jij wil.’ DOOR BART BRAUN

Voordat je het bier zo krijgt als je het wil, komt er nog een hoop bij

kijken. Wie zelf bier wil brouwen, kan bij drogisterij Boerhaave in de Haarlemmerstraat een starterssetje kopen voor zo’n honderd euro. ‘Het lukt altijd, als je maar steriel werkt’, zegt de verkoper bemoedigend. Voor twee tientjes extra verkoopt hij er een blik bij waarin mout, hop en een los zakje gist zitten. Mare gaat voor de variant Diabolo – ‘ze mogen het geen Duvel noemen’, verduidelijkt de verkoper. Klopt trekt een vies gezicht als hij hoort van het bestaan van kant-enklare blikken. ‘Oh neeeeh! De hele lol is nou net dat je het zelf kunt doen, en precies zo kan tweaken als jij het wil hebben’. Het ergste dat kan gebeuren is dat je niet steriel genoeg werkt, en je met mislukt, zuur bier blijft zitten. ‘Je kan niet snel iets doen of maken dat echt slecht en gevaarlijk voor je is. Behalve heel veel bier, dan.’ In de grote plastic brouwvaten zit een zogeheten DeLuxe Starter Kit, van het Belgische bedrijfje Brewferm. Het bevat een meetinstrument, een potje met chemische zooi om alles te steriliseren en een borstel om water met dat spul mee rond te soppen. Ook aanwezig: een vulpijp, honderd bierdopjes en een apparaat om die op flesjes te zetten. De naam Brewferm is slim gevonden, maar het beginnerspakket had iets beginnersvriendelijker gemogen. Zo komt de inhoud niet overeen met wat er op de doos staat, en zijn de instructies soms wel erg summier. Zo valt te lezen dat je het potje ontsmettingsmiddel moet gebruiken ‘volgens instructie’. Instructie die niet te vinden is op het potje, in de brouwhandleiding of op de website van de fabrikant. Een mailtje naar Brewferm brengt ver-

lossing: als je het etiket van het potje afkrabt, zit er op de achterkant een handleiding. Maar natuurlijk. In het blik blijkt substantie te zitten die eruit ziet als appelstroop. Opwarmen, suikerwater opkoken, het zakje gist even wakker maken, alles bij elkaar in een schoongemaakte ton, en dan de deksel erop. En vervolgens gebeurt er…niets. Het brouwvat in Ter Braaks woonkamer pruttelt af en toe, als er een wolkje koolstofdioxide ontsnapt door het waterslot in het deksel. Het gist in het vat zet suikers om in alcohol, en daarbij komt het koolzuurgas vrij. De suiker waar het gist van eet, kun je zelf toevoegen, zoals bij de Diabolo. Bij traditioneel pils zijn de suikers afkomstig uit mout: gekiemde en daarna gedroogde graankorrels. In een gewone graankorrel zitten alle suikermoleculen nog aan elkaar als zetmeel, maar bij het kiemen maakt de korrel enzymen aan die de suiker vrijmaken. Bij het bierbrouwen zonder kant-en-klare blikken is het zaak om eerst het mout-watermengsel te verwarmen, zodat die enzymen zoveel mogelijk suiker genereren. Dat geleidelijk verwarmen heet maischen. Ter Braak is afgestudeerd als biotechnoloog, en die neemt deze stap bloedserieus. Met speciale brouwsoftware heeft hij voor zijn nieuwste bier een maisch-protocol gekozen dat uit vijf stappen bestaat. Tien minuten op veertig graden, 25 minuten op vijftig graden, enzovoort. Klopt: ‘Als je stappen overslaat, gaat dat ten koste van de schuimkraag en de smaak van je bier.’ > Verder lezen op pagina 6

Leidse studenten (bij achtereenvolgens Quintus, de Pelibar en studentenhuis de 2e BV) juichen voor het Nederlands elftal. Foto’s Taco van der Eb

Advertentie

Laatste Mare van dit academiejaar

Studenten zijn bang voor de huisbaas

Dit is de laatste Mare van dit collegejaar. Nummer 1 van jaargang 38 verschijnt op donderdag 4 september. De redactie wenst u een deugddoende vakantie.

Bewoners van een Leids studentenhuis waren het achterstallig onderhoud en het gedrag van hun huisbaas zat en startten een Facebook-pagina.

Pagina 5

RESTAURANTWEEK MENU T/M 8 JULI: 3-GANGEN € 27,50 Kloksteeg 25, LEIDEN (t.o Pieterskerk) 071-5126666 of www.prentenkabinet.nl

Bandirah Pagina 16 mare-prentenkabinet 140612.indd 1

12-06-14 15:28


2  Mare · 19 juni 2014 Geen commentaar

Helpdesk-helden

Colofon

Redactie-adres Pieterskerkhof 6 2311 SR Leiden Telefoon 071–527 7272 Website mareonline.nl E-mail redactie@mare.leidenuniv.nl

De redactie is op vrijdag gesloten. Oplage circa 15.000

Door Bart Braun In het Zuiden van Turkije ligt Göbekli Tepe, de Navelberg. In 1963 ontdekten archeologen dat er daar restanten zijn te vinden van een oud tempelcomplex. Het staat daar vol met versierde pilaren en gebouwen; archeologen schatten dat ze nu een paar procent van het totale complex op hebben gegraven. Het complex bij Göbekli Tepe was enorm, en het is minstens tienduizend jaar oud. Wij, als mensheid, doen dus al zo’n tienduizend jaar aan grootschalige en complexe bouwprojecten. En we kunnen er nog steeds geen moer van. Maakt niet uit hoe zorgvuldig de begroting en de aansturing: een groot bouwproject loopt altijd uit en is altijd over budget. ICT-projecten zijn veel ingewikkelder dan bouwprojecten, en we doen het pas een jaar of zestig. Het is dus volkomen normaal dat er dingen misgaan bij, pak hem beet, de overgang naar een Nieuwe Universitaire Werkplek Dienst (zie pagina 11). Daarbij geldt ook nog eens dat de ICT van een universiteit stukken complexer is dan bij, pak hem beet, een bierbrouwer of verzekeraar. Elke onderzoeker heeft zijn of haar eigen programmaatje voor het optekenen van Japanse karakters, het in verschillende klanken opsplitsen van vogelzang of het programmeren van de pipetteerrobot. Als iemand eenmaal hoogleraar is, kan je niet meer zeggen dat ‘ie zijn Mac-fetisj maar thuis moet vieren. Dan zijn er ook nog wat vogelvrije

Unix-gebruikers, maar die moet je als ICT’er te vriend houden voor de momenten dat je het zelf niet meer snapt. Houden we dan ook nog in het achterhoofd dat de oprichting van de universiteitsbrede ICT-dienst ISSC gewoon een bezuinigingsoperatie was, en dat de hardware op de universiteit soms behoorlijk verouderd is, en je zou de jongens en meisjes van het ISSC met snoep, bier en schouderklopjes willen overladen. Ze kregen van hun bazen ook nog eens een verbod om met Mare te praten, wat het ergste doet vrezen voor de werksfeer daar. Zelfs aan een instelling waarin iedereen precies dezelfde computer met precies dezelfde software heeft, niemand stiekem porno downloadt op het werk en de ICT-afdeling ruimschoots voorzien is van geld, Ben&Jerry’s en af en toe een uurtje Minecraft, heb je soms computerproblemen. Net als auto’s en kleine kinderen gaan ze wel eens stuk, en dat altijd op het verkeerde moment. Er is namelijk nooit een goed moment. En als er weer eens zo’n moment is – bij Mare zijn ze er minder dan vóór de komst van NUWD en ISSC, trouwens, maar wel altijd uitgerekend op woensdagmiddag, net voor de deadline – is er altijd nog één troost. Zo’n ICT-project hoeft geen tienduizend jaar mee te gaan.

Hoofdredactie

Frank Provoost frank.provoost@mare.leidenuniv.nl

Column

Redactie

Vincent Bongers vbongers@mare.leidenuniv.nl Bart Braun bbraun@mare.leidenuniv.nl Petra Meijer p.meijer@mare.leidenuniv.nl Marleen van Wesel h.g.van.wesel@mare.leidenuniv.nl Masha Rademakers (stagiaire) rademakersmasha@gmail.com Medewerkers

Emma Anbeek van der Meijden • Talitha Dehaene • Tim Meijer • Marc van Oostendorp • Benjamin Sprecher Fotografie Taco van der Eb • Marc de Haan Illustraties Bas van der Schot • Bandirah • Silas.nl Basisontwerp Roeland Segaar, Zabriski Communicatie Art direction en vormgeving Marcel van den Berg Drukwerk Rodi Rotatiedruk, Broek op Langedijk Advertenties Bureau van Vliet B.V. Postbus 20 2040 AA Zandvoort Telefoon 023 - 571 47 45 Redactieraad

Prof. dr. J.C. de Jong (voorzitter) • Prof. dr. F. Israel (vicevoorzitter) • drs. B. Funnekotter • R. Donkersloot • G. Drijer • K. Innemee • D. Jacobs • mr. F.E. Jensma • S.K. Kerkhof • C. van Leeuwen • dr. S.J. van der Linde • prof. dr. N.J. Schrijver • dr. J.P. Vollaard • C. van der Woude Jaarabonnementen

Een jaarabonnement op Mare loopt van september t/m juni. Belangstellenden kunnen Mare thuisgestuurd krijgen door €35 over te maken op bankrekening 1032.57.950 ten name van Universiteit Leiden (o.v.v. Mare en SAP-nummer 6200900100) en vervolgens een bevestigingsmail met daarin hun adres te sturen naar redactie@mare.leidenuniv.nl. Studenten betalen €25. Ter controle graag in de bevestigingsmail ook het studentnummer vermelden. Adreswijzigingen

Alleen schriftelijk met postwikkel. Klachten en opmerkingen over de toezending van Mare 071-5277272. Mededelingen voor het op donderdag verschijnende nummer moeten uiterlijk de voorafgaande donderdag 16.00 uur in het bezit van de redactie zijn. ISSN 0166-3690

Nooit meer vragen Niets is lastiger in het docerend leven dan vragen stellen. Hoe maak je de perfecte meerkeuzevraag, de ultieme open vraag, het best mogelijke onderwerp voor een werkstuk? Ik hoor er bijna nooit iemand over. Facebook vult zich dezer dagen met vreugde over het einde van het semester, en klachten over het nakijkwerk, maar nooit bericht iemand over de schrijnendste pijn: die van het formuleren van een goed tentamen. Ik durf het onderwerp nauwelijks aan de orde te stellen: voor je het weet komt er een nieuwe regeling die alle universitaire medewerkers naar een vijfweekse verplichte cursus Question Management stuurt. (De trainer: “Waarom spring je niet over de barrier die er staat tussen een goede vraag en jou, Marc?”) Ik maak me ongeveer even zenuwachtig om die vragen als de studenten om hun antwoorden. Zullen de studenten ze wel begrijpen? En zijn ze tegelijkertijd niet al te simpel? Hoe krijg je het voor elkaar dat de punten van de studenten een mooie bell curve laten zien, met veel zessen en zevens, weinig onvoldoendes en weinig negens? Wanneer ik dood ben en niet voldoende braaf geweest, word ik vast naar de onderwereld gestuurd waar ik tot het einde der tijden moet surveilleren over tentamens die ik zelf heb opgesteld. Ik zie de studenten fronsend naar het papier kijken en duizenden jaren lang hun hoofd schudden. Ergens halverwege de eeuwigheid komen de meesten hun voorbedrukte papier inleveren. Ik kijk ernaar en zie: ze hebben niets ingevuld. Ja, eentje heeft bij één vraag een onjuist antwoord gegeven en verder achter ieder ander vraagnummer een vraagteken gezet. Ondertussen fronsen hun studiegenoten nog een halve eeuwigheid verder om het tentamen pas in te leveren wanneer de laatste klaroenstoten geklonken hebben.

Mondelinge tentamens zijn wat dat betreft beter: je kunt een vraag nog wat toelichten, of zelfs besluiten hem helemaal terug te trekken. Je kunt net doen alsof je de fout die je hebt gemaakt in je vraag, niet echt zo bedoelde. Je kunt hopen dat de studente die zo streng naar je zit te kijken, een beetje ontdooit en alsnog een goed antwoord geeft. Maar het zwaarst is de promotie. Je leest het proefschrift en moet daar drie vragen voor formuleren: één die je in ieder geval moet stellen, één voor wanneer iemand anders dezelfde vraag gesteld heeft, één voor wanneer er nog tijd over is omdat de anders zo spraakzame kandidaat ineens alleen nog maar ja en nee weet te stamelen. De buitenstaander denkt dat het er niet eens toe doet wát je vraagt: de kandidaat kan toch niet zakken op een slecht antwoord. Maar je wil wel een serieuze vraag stellen én de kandidaat niet laten afgaan tegenover de familie die met nieuwe vrolijke jurkjes van Desigual en gel in het haar op de eerste rij zit te glimmen. Dus moet je een vraag stellen waarvan iedereen die hem hoort denkt: ‘Oei!’ Behalve de kandidaat, die meteen ziet wat het antwoord is. Zelfs dat kan misgaan. Eén keer had ik voor een kandidaat die altijd nogal onzeker was expres een heel doorzichtige vraag gemaakt die ik begeleid met welgemeende lofprijzingen zelfverzekerd stelde. Ik zal nooit de grote ogen vergeten die de kandidaat opzette, de opengevallen mand, de diepgevoelde angst: zo simpel kon een vraag niet zijn, daar moest een valstrik in zitten. Had ik toen geen ander werk moeten zoeken? Zie je, ik kan wel prima vragen stellen – aan mezelf. Marc van Oostendorp is hoogleraar fonologische microvariatie


19 juni 2014 · Mare 3 Mensen

Gekleurd communiceren Psychologe onderzoekt communicatie rond omstreden project

Toen het oliebedrijf BP het imago probeerde te veranderen met de slogan ‘Beyond Petroleum’ werd hun nieuwe logo meteen door Greenpeace en andere milieuactivisten bewerkt.

Het opslaan van CO2 onder een woonwijk in Barendrecht stuitte vier jaar geleden op weerstand. Psychologe Gerdien de Vries onderzocht hoe daarover werd gecommuniceerd. ‘Eerlijk duurt blijkbaar toch het langst.’ ‘Ik ben opgelucht voor alle Barendrechters’, zei Corrie Righolt, de CDA-fractievoorzitter in Barendrecht op 4 november 2010. ‘Alle vlaggen gaan hier binnenkort uit.’ Shell wilde kooldioxide (CO₂) opslaan onder een woonwijk, maar de bewoners vreesden voor hun veiligheid, kwamen in opstand en het project sneuvelde. Righolt zei destijds tegen het Radio 1 Journaal dat het ministerie van Economische Zaken en Shell de communicatie anders hadden moeten aanpakken. ‘Dit moet echt een leermoment zijn. De Door Vincent Bongers

bevolking is tegenwoordig mondig en deskundig en dat was even vergeten.’ Psychologe Gerdien de Vries promoveerde gisteren op een onderzoek naar de valkuilen die er zijn bij het informeren over CO₂-opslag. ‘Ik heb gekeken naar schriftelijke communicatie, bijvoorbeeld naar emphasis framing: gekleurd communiceren. De schrijver legt dan de nadruk op bepaalde voor- of nadelen. Effectief voor de korte termijn: je kunt de mening van mensen vormen. Maar op de lange termijn werkt het minder goed, omdat het wordt gezien als manipulatief. We hebben experimenten met nieuwsartikelen gedaan. De proefpersonen kregen een stuk met een alinea uitleg over wat CO₂-opslag is. Daarna volgde een alinea met in het ene geval alleen maar voordelen en in het andere geval alleen maar nadelen. Ook lieten we ze artikelen lezen met zowel voor- als nadelen. Wat bleek: als mensen een heel eenzijdig

verhaal lezen, gaan ze misschien positiever denken, maar ze hebben ook door dat ze worden gemanipuleerd. Dat vinden ze niet leuk.’ Maar vinden ze het ook onacceptabel? ‘Dat hangt van de bron af. Als het bericht van een persbureau komt niet: dat moet objectief zijn. Als de bron de website van een oliemaatschappij is, dan verwacht de lezer een gekleurde boodschap en werd het niet in grotere mate onacceptabel gevonden.’ Een van de communicatiestrategieën is zoveel mogelijk informatie geven. Dan zit er altijd wel een argument bij waardoor de lezer overtuigd raakt van de voor- of nadelen. ‘Maar dat blijkt niet op te gaan als een deel van de informatie niet relevant is. Ik heb verschillende teksten gemaakt over CO₂-opslag. Bijvoorbeeld tekst A heeft een heel relevante boodschap: het is goed voor het milieu. Tekst B had precies dezelfde boodschap, maar samen met irrelevante

informatie. Het blijkt dat de tekst met alleen relevante informatie overtuigender is. Irrelevante informatie werkt verdunnend. Ik heb dezelfde test ook gedaan met een combinatie van de boodschap met daarnaast minder relevante informatie. Dan treedt dat verdunningseffect niet op.’ Zowel voor als tegenstanders gebruikten in Barendrecht deze strategieën. ‘In Barendrecht kwam er van beide kanten gekleurde informatie. Ik weet niet of het een bewuste tactiek is maar tegenstanders, zoals de actiegroep CO₂=NEE, gebruiken meer emotie in hun communicatie. Dat is niet zo gek omdat het hen zelf direct aangaat; het wel bekende not in my backyard-effect.’ De psychologe is ook geïnteresseerd in de pogingen van oliemaatschappijen om groen over te komen. ‘In 2000 startte oliebedrijf BP een campagne om zijn imago te veranderen. Het logo werd een zonnetje, de slogan werd “Beyond Petroleum”.

Milieu en duurzaamheid werden hun kernpunten volgens de reclames. Ze dachten dat ze daar een positief imago door zouden krijgen bij de consument. Dat werkte niet omdat het bedrijf iets van 95 procent van het budget besteed aan het winnen van fossiele brandstoffen. Ze kregen van Greenpeace een Greenwash Award voor die campagne. Je groener voor doen dan je bent, dat wekt wantrouwen op bij mensen. ‘Ik heb websites gemaakt voor nep-oliemaatschappijen waarop valt te lezen dat er ook economische motieven zijn voor CO₂-opslag. Dat vinden de proefpersonen eerlijker en het ligt in de lijn van hun verwachtingen. Dat maakt het meer acceptabel. Als op een site staat dat het allemaal draait om een schonere wereld dan denkt de lezer juist sneller: het gaat om geld. Eerlijkheid duurt blijkbaar toch langst. De schade is groter als je als bedrijf dingen achterhoudt.’

Frutti di Mare

Minervanen hoeven niet met vakantie ‘Rond de bomen wordt een grote boomhut gebouwd, met daarin een tentje met biologische pizza’s en fruitshakes. Daarnaast komt de bowlingbaan en hier vooraan het zwembad’, zegt Céline Lemoine van de lustrumcommissie van Minerva. Op het voormalige ROC-terrein aan de Toussaintkade zijn de voorbereidingen voor het lustrum in volle gang. Van 27 juni tot 11 juli viert de vereniging er haar 200-jarig bestaan. ‘Eigenlijk hoef je als Minervalid niet meer op vakantie. Het idee is dat je je hier twee weken lang prima kunt vermaken.’ Het voormalige schoolgebouw is ontzettend groot, dus er zijn veel verschillende zalen. ‘Huizen en verbanden konden zelf een plan ontwerpen voor een Door Petra Meijer

van de zalen. Daarbij was niet alleen het design belangrijk, er moest ook nagedacht worden over de inzet van personeel en het kostenplaatje. Uiteindelijk hebben we voor elke zaal het beste plan gekozen’, vertelt Lemoine. In de grote zaal is The Cave nagebouwd, met stalactieten aan het plafond en een verlichte bar. Minervahuis het Wallon bouwde een après-skibar van glazen blokken, Rap120 en het Plantsoen werken aan een hiphopbar met een muur van oude videobanden. Het pand biedt verder onderdak aan een casino, een bioscoop, een groot restaurant, een sushibar, in de kelder een soort Hifi met een heuse waterval en diverse snackzalen. Lemoine: ‘Ook leuk is de

piraten-wc, die moesten de mannen per se hebben. Het piratenschip bestaat aan elkaar geschakelde badkuipen waar je in kunt plassen. Hoe dat schoon blijft? Ik denk dat we de brandslang er elke dag even op moeten zetten.’ Wie over het terrein loopt kan niet anders dan onder de indruk zijn. Lemoine lacht. ‘Het was wel veel werk. Onze commissie is een jaar fulltime bezig. Het thema bedachten we tijdens een weekje weg in Spanje, het werd ‘paradox’. Om alles een paradoxale uitstraling te geven zijn de gangen gekanteld en hebben we een ingang die bestaat uit trappen die van alle kanten komen. De muren zijn beschilderd met Escher-tekeningen die in elkaar over-

lopen en oplichten in blacklight. In de grote zaal hangen ook een aantal klokken. De middelste staat stil op vier voor half zes – dit tijdstip staat onder Minervanen bekend als borreltijd – en de andere klokken tikken versneld verder, waardoor een gevoel van tijdloosheid ontstaat.’ Ondertussen loopt er een klein meisje met een enorme ladder op haar schouders de trap op. Het is opvallend dat de leden bijna alles zelf opbouwen. De eerstejaars doen veel klussen, de ouderejaars geven vaak leiding aan subcommissies. Schattige meisjes hanteren zonder blikken of blozen grote cirkelzagen en timmeren meubels van steigerhout in elkaar.

‘Ik kon nog niet echt goed klussen, maar je leert het gaandeweg’, zegt Bart Woltjes van de terreincommissie. ‘Gelukkig hebben we elke dag een leger eerstejaars die we aan het werk mogen zetten’, zegt zijn commissiegenoot Pepijn Hamer. De heren zijn bezig met het bouwen van een geluidsluis. ‘Het hele pand is geïsoleerd met glaswol en gipsplaten: in totaal 35 centimeter dik. Deze deur was niet dik genoeg, dus bouwen we er een geluidsluis omheen’, zegt Woltjes. Hamer: ‘De glaswol bezorgt me wel echt nachtmerries.’ Op 3 juli is iedereen tijdens de Stadsdag welkom om het lustrumterrein te komen bekijken.

Foto’s Taco van der Eb


4  Mare · 19 juni 2014 Nieuws

Elf dubbele hoogleraren Elf hoogleraren ontvingen vorige week een dubbelbenoeming bij de Universiteit Leiden, de Technische Universiteit Delft en de Erasmus Universiteit Rotterdam. De medische kennis uit Leiden en Rotterdam wordt zo gecombineerd met de technologische kennis uit Delft. In een oratiemarathon lichtten de hoogleraren hun bijdrage aan de medische technologie toe. Dat gebeurde tijdens de vierde editie van het evenement MedTechWest, ditmaal gehouden bij de TU Delft. De elf zijn de eerste lichting hoogleraren met een dubbelbenoeming van Medical Delta. Daarin zijn de universiteiten, medisch centra, overheden en nog een aantal regionale partners van Leiden, Delft en Rotterdam verenigd.

Studentenideeën Op initiatief van het Leids Universitair Studentenplatform hebben vijftig Leidse studenten op 11 juni de mogelijkheid gehad hun ideeën en verbeteringen te delen met vice-rectormagnificus Simone Buitendijk. Er werd gebrainstormd over internationalisering, de arbeidsmarkt en de studie-omgeving. Wat betreft internationalisering stelden de studenten een zwaardere taaltoets Engels voor docenten voor. Ook willen zij meer voorlichting over en kansen om te studeren in het buitenland en één standaard voor studieprestaties. Studenten stelden voor om een app te ontwikkelen waarin roosters van verschillende opleidingen opgezocht en vergeleken kunnen worden. Ook willen zij een app waarin opgezocht kan worden of er nog computerplekken vrij zijn, aangezien de zalen vaak vol zitten.

Cleveringa-hoogleraar De Amerikaanse historica en Japanologe Carol Gluck is verkozen tot de nieuwe Cleveringa-hoogleraar voor het jaar 2014-2015. Zij zal op 26 november de Cleveringa-oratie houden. Ook zal zij een werkcollege geven aan studenten van het honours college. Gluck (1941) is hoogleraar geschiedenis aan Colombia University en doet onderzoek naar modern Japan en Oost-Azië. In haar oratie zal zij uiteenzetten hoe men zich in Azië de Tweede Wereldoorlog herinnert. Er spelen in Azië nog allerlei slepende kwesties, zoals de vraag naar Japanse excuses voor hun daden tijdens de oorlog.

Minerva doneert 53.392 euro verzamelde Minerva in de afgelopen vijf jaar voor een donatie aan het LUMC Kankerfonds. Daarmee kunnen twee zogeheten Minerva Studentfellows een jaar aan het werk voor het onderzoek van hoogleraar hematologie Fred Falkenburg, naar leukemie, lymfklierkanker en de ziekte van Kahler. Minerva werkt sinds 2009 samen met KWF Kankerbestrijding. De cheque werd afgelopen vrijdag aan Falkenburg overhandigd door studenten in laboratoriumjassen waarop de getallen van het bedrag stonden. De twee vacatures komen deze zomer op de LUMC-website.

Rectificaties Camille Steens (20) en Robin Vroom (19), studenten van het university college, verklaarden vorige week een brief hebben gevonden van William Franklin, de zoon van de beroemde Amerikaanse wetenschapper Benjamin Franklin. Het nieuws (ook in Mare 31 gebracht) bleek nep en onderdeel van een onderzoeksproject gelinkt aan de tentoonstelling ‘Books, Crooks and Readers: the Seduction of Forgery’ van de Leidse Universiteitsbibliotheek. Benjamin Franklin was zelf ook een behendige vervalser van verhalen. Met het project wilden de studenten proberen of deze vervalsingen ook in de huidige tijd mogelijk zijn. In Mare 31 is de ingezonden brief Nobelprijswinnaars van Ronald E. Kon per abuis ondertekend met ‘oud-medewerker Midden-Oostenstudies’. Dhr. Kon is nog gewoon in dienst bij de universiteit.

Geen verder onderzoek leenstelsel Motie van zes partijen weggestemd Dinsdag werd in de Tweede Kamer een motie verworpen waarin zes partijen minister Bussemaker van Onderwijs opriepen om verder onderzoek te doen naar de gevolgen van het invoeren van het sociaal leenstelsel. In 2015 wordt de basisbeurs afgeschaft en moeten alle nieuwe bachelor- en masterstudenten gaan lenen. Regeringspartijen PvdA en VVD sloten vorige week een deal over het stelsel met oppositiepartijen D66 en GroenLinks, waardoor het kabinet ook een meerderheid in de Eerste Kamer heeft voor het plan. Het CDA is tegen het leenstelsel. De partij vindt dat het afschaffen van de beurs de drempel om te gaan Door Vincent Bongers

studeren verhoogt. Michel Rog, woordvoerder hoger onderwijs van het CDA, diende vorige week een motie in waarin hij Bussemaker oproept verder onderzoek te doen naar de ‘financiële gevolgen van het leenstelsel en de gedragseffecten op de deelname aan het hoger onderwijs.’ Rog wil meer onderzoek naar de totale schuldopbouw van studenten ‘waarbij rekening wordt gehouden met verschillende inkomens en het wel of niet ontvangen van een aanvullende beurs.’ Ook wil de partij meer weten over de ‘effecten van het leenstelsel op de rijksbegroting.’ De motie van het CDA werd ook ondertekend door de ChristenUnie, SP, PVV, PvdD en 50Plus. Een meerderheid in de Kamer stemde echter tegen. Vorige week donderdag tijdens het debat over het leenstelsel kraakte Rog het door het Centraal Plan Bu-

reau (CPB) in opdracht van het ministerie van Onderwijs uitgevoerde onderzoek naar het leenstelsel. De minister heeft het CPB ‘laten gokken hoe hoog de studieschuld gemiddeld zal worden’, aldus Rog. ‘Gemiddeld zal de schuld 24.000 euro zijn en niet 21.000 zoals het CPB berekend heeft.’ Volgens Rog hebben studenten uit de middeninkomens veel meer te lijden onder het stelsel dan naar voren komt in het rapport van het CPB. ‘De allerlaagste inkomensgroepen bouwen zeer beperkte schulden op, bijvoorbeeld maar 8.000 euro. Dat betekent dat het reëel is om te veronderstellen dat de gewone middengroep met uitwonende studenten, en dat is de grootste groep, met schulden rond de 32.000 euro zal kampen.’ Bussemaker had eerder op haar blog op de website van het ministe-

rie hard uitgehaald naar tegenstanders van het stelsel. Er is geen enkele reden om studenten leenangst aan te jagen, vindt Bussemaker. Ze noemt de kritiek ‘spookverhalen en bangmakerij.’ ‘Dezelfde bangmakerij zie je op het thema toegankelijkheid. Dat bekt allemaal wel lekker en je haalt er de krant mee, maar het is volledig verzonnen.’ De minister liet dan ook tijdens het debat weten geen verder onderzoek te doen naar het leenstelsel. Naast het onderzoek van het CPB zijn er nog meer rapporten over de mogelijke gevolgen van het leenstelsel. Bussemaker tijdens het debat: ‘We kunnen elkaar met al deze onderzoeken, en eventuele nieuwe onderzoeken, wel helemaal gek maken. Maar naar mijn idee hebben we nu al de beschikking over het best denkbare dat je kunt verzamelen.’

Moocs zijn nog vooral visitekaartjes Hoeveel zijn online collegereeksen (moocs) waard? Accreditatieclub NVAO boog zich erover in een rapport. Steeds meer universiteiten, waaronder die van Leiden, organiseren massale online open colleges (moocs). De belangstelling is groot: Stanford trok zo’n 160.000 studenten naar de virtuele collegezaal voor een inleidende cursus kunstmatige intelligentie. De eerste Leidse mooc, door hoogleraar Europees recht Stefaan Van den Bogaert, trok 40.000 studenten, daarvan deden er meer dan 3000 examen. De Nederlands-Vlaamse Accreditatie Organisatie – de club die bepaalt of opleidingen goed genoeg zijn – bracht deze maand een rapport over moocs uit. De NVAO gaat over hele opleidingen en niet over vakken, maar toch zetten ze er een boompje over op. Als er steeds meer van die online vakken komen en studenten ze meer gaan volgen, wordt de vraag wat zo’n mooc precies waard is namelijk steeds relevanter. Kun je er studiepunten mee verdienen, of vrijstelling voor een vak? Wat moeten opleidingen ermee? Dat hangt er een beetje van af wat er gebeurt. Een student die vrijstelling vraagt, zal dat soms wel en soms niet kunnen krijgen, net zoals dat voor niet-online vakken geldt. Dat is grotendeels business as usual voor de opleidingscommissies, net zoals een docent die moocs als huiswerk opgeeft voor de werkcolleges. ‘Dat laatste gebeurt al. Het wordt echter pas echt spannend als een opleiding een compleet vak vervangt door een mooc, en dus zelf geen docent meer aanstelt. Maar dat gebeurt nu nog niet, en het zou ook een grote stap

zijn’, aldus Marja Verstelle, moocexpert van het Centre for Innovation van de Universiteit Leiden. Verstelle: ‘Nog niet business as usual is de vraag of jij zelf de mooc hebt gehaald en of je dat zonder hulp hebt gedaan. Daarvoor kun je als student tegen betaling je online laten authenticeren en surveilleren, dat gebeurt steeds meer. De systemen daarvoor zijn nog niet waterdicht maar de ontwikkelingen gaan snel.’

Veel moocs zijn vooral visitekaartjes voor universiteiten, maar in potentie zouden ze een grotere rol in het onderwijs kunnen spelen. De Universiteit Leiden experimenteert daar ook mee: het vak Challenges in Global Affairs combineert drie moocs met een afsluitende opdracht. ‘Zoiets komt in de buurt van een vijfpuntsvak. Dit vak draait nu, dus volgens jaar kunnen we kijken wat het certificaat in de praktijk waard zal blijken.’

Kortom, een complete opleiding bij elkaar moocen zit er voorlopig nog lang niet in. ‘Het lijkt niet waarschijnlijk dat moocs op afzienbare tijd onderwerp van accreditatie gaan worden’, schrijft de NVAO dan ook. Ook de wetgever steekt daar vooralsnog een stokje voor: het zogeheten ‘vestigingsplaatsbeginsel’ stelt dat maximaal een derde van een opleiding buiten de vestigingsplaats mag worden verzorgd. BB

Korting facultaire budgetten niet zeker Het is nog lang niet zeker dat de faculteiten en diensten vanaf 2017 relatief minder geld krijgen. In de financiële planning voor de jaren 2015-2018, de zogeheten kadernota, staat dat wel. De universiteitsraad maakte zich zorgen over de voorgenomen besparingen. Het college liet onlangs tijdens de raadsvergadering weten dat de bezuiniging nog niet vast ligt.

De universiteit is zo succesvol dat volgens het universitaire geldtoewijzingssysteem AEG de budgetten van de faculteiten flink moeten stijgen. Maar het college van bestuur past een budgetfactor toe, omdat er niet genoeg geld binnen komt van het ministerie van Onderwijs. Faculteiten krijgen drie procent minder budget dan waar ze op basis van hun onderwijsprestaties recht op hebben. In de Kadernota staat dus dat de

budgetfactor omhoog gaat vanaf 2017. Marc Hogenhuis van studentenpartij LVS tijdens de vergadering maakte zich tijdens de universiteitsraadvergadering zorgen over de budgetfactor. Hogenhuis: ‘Vooral ook vanwege de hogere werkdruk voor medewerkers omdat zij meer moeten doen met relatief minder geld.’ Vicecollegevoorzitter Willem te Beest reageerde: ‘De budgetfactor is nog niet verhoogd. We laten in de

kadernota zien wat er mogelijk gaat gebeuren in de nabije toekomst. Als we verder kijken, dus naar 2017 en later, en het budget voor onderwijs en wetenschap groeit niet voldoende, dan moeten we intern meer geld verdelen dan we hebben. En dan volgt een verhoging van de budgetfactor. Het zou goed kunnen dat het helemaal niet hoeft. Er is bijvoorbeeld nog van alles mogelijk wat betreft beleid uit Den Haag.’ VB


19 juni 2014 · Mare 5 Nieuws

De huisbaas in je slaapkamer Nalatige verhuurder brengt studenten in de problemen Na conflicten met de huisbaas starten studenten een Facebook-actie. ‘Hij mag helemaal niet onaangekondigd in je kamer komen.’ ‘Ik struikel elke dag over loszittende stukken vloer bij de trap’, vertelt een bewoner van een studentenhuis in hartje centrum. ‘Langs de badkamerdeur sijpelt vocht de rest van het huis in, er groeien paddenstoelen en sommige oud-huisgenoten wachten al vier maanden op hun borg.’ Pas écht bont maakte verhuurder Zaalberg Makelaardij het toen het studentenhuis een brief ontving van de deurwaarder, namens de waterleverancier. ‘Hij beweerde dat hij het geregeld had, maar op Omroep West zagen we later dat hij nog moest betalen. Terwijl ónze huur inclusief is.’ Een afsluiting werd afgewend, maar het is al vaker voorgevallen, vertelt de huisoudste: ‘Ik, ouwe lul, heb alles wat afgesloten kan worden al wel meegemaakt: water, elektriciteit, gas. Meestal duurde dat twee, drie dagen.’ Door Marleen van Wesel

De regionale omroep besteedde vorige week aandacht aan de praktijken van de huisbaas, nadat een bewoner van een ander huis, Mike van Doorn, de Facebook-actie Stop Zaalberg was gestart. De pagina is inmiddels uit de lucht, en Van Doorn is in gesprek met Zaalberg. Verhuisplannen hebben de bewoners van het paddenstoelenhuis echter niet, vertellen ze terwijl het huiseten wordt afgeruimd. ‘We hebben het ook enorm gezellig. Dat checkt hij trouwens regelmatig, des te minder bonje willen we met hem.’ Dat werkt: hoewel in de contracten staat dat de bewoners geen koelkast mogen, is de controle bij hen minder streng. ‘Wij hebben ook geen loszittende toiletpotten, zoals we bij Omroep West zagen. Maar in het verleden was het hier ook slechter’, vertelt een bewoner. Een huisgenoot vervolgt: ‘Klusjes doet hij pas na lang aandringen. Van een raam dat eruit viel hadden we al vaak gemeld dat het loszat. En altijd op de goedkoopste manier, met een kneuzige feutenklusjesman, of hij doet het zelf.’ ‘Kwam hij op mijn kamer zijn

klusbroek aantrekken. Hij stond ook eens na één keer kloppen direct op mijn kamer toen ik in bed lag’, vertelt een meisje. ‘We krijgen áltijd zelf de schuld’, vertelt de huisoudste. ‘Omdat je wel eens horrorverhalen hoort over oude ketels, hadden we een koolmonoxidemeter aangeschaft, die al snel afging. Brandweer op de stoep, hectisch gedoe. Zelfs toen zei hij: “Jullie hebben vast expres staan roken voor dat ding.”’ De ChristenUnie stelde vorig jaar een Zwartboek Huurleed samen, dat in elk geval leidde tot strengere regels voor huurbemiddelingsbureaus. ‘Die gaan over twee weken in’, vertelt CU-gemeenteraadslid Mart Keuning. Huisbazen zijn nog niet aangepakt. Keuning: ‘Niet dat we de taak van de huurcommissie willen overnemen, maar er zijn nu eenmaal kwesties waarbij je niet zes weken of langer kunt wachten op een reactie. Dan zou de gemeente moeten kunnen ingrijpen.’ Het is een agendapunt voor de volgende vergadering van de Raadscommissie Leefbaarheid. De SP heeft inmiddels schriftelijke raadsvragen gesteld. ‘De SP

heeft al eerder klachten over Zaalberg ontvangen’, laat raadslid Han Dirks weten. ‘Als er wantoestanden zijn – en die zijn er, willen we daar een stokje voor steken. Daarbij zijn de belangen van de zittende huurders belangrijk, want voor hen zijn er tien anderen. Het is een thema dat breed gedeeld wordt. Studenten mogen geen slachtoffer worden van schaarste op de kamermarkt.’ ‘Ik zou graag goed, gedecideerd antwoord willen geven. Uitleggen dat ze ramen open laten staan bij storm, die er dan uitwaaien, en dat ik te allen tijde klop voor ik binnenkom’, reageert Hans Zaalberg kort. Daar heeft hij voor het ter perse gaan van deze Mare echter geen tijd voor, zegt hij. ‘Maar onzin zal fel bestreden worden door mijn advocaat. Mensen hebben onder druk verklaringen afgelegd.’ ‘Een huisbaas mág helemaal niet onaangekondigd in je kamer komen, dus bel gewoon de politie als dat gebeurt’, zegt Keuning. ‘Bij dreigende afsluiting kun je in elk geval de huurcommissie bellen, maar contacteer ook even de gemeente.’ ‘Maar

in ons contract staat dat we niet naar de huurcommissie mogen stappen’, vertelt de huisoudste aan de eettafel. Ze zijn al wel bij het Juridisch Loket geweest. ‘Daar kregen we niet gek veel van de grond. Bovendien zijn we momenteel op een oké level met hem. Je ziet bij andere huizen hoe ver hij zou kunnen gaan na een juridisch geschil.’

De paddenstoel in de badkamer

Theepottencollectie verdwijnt door verbouwing Volgende week sluit de koffiekamer van het Matthias de Vrieshof 4 voor een grootschalige verbouwing. Er komen aparte hoekjes om te overleggen, te studeren en te loungen. Maar voor de verzameling thee- en koffiepotjes van koffiejuffrouw Mieke Vos is geen plek meer, en ook de gordijntjes moesten weg.

Voor de thee- en koffiepotten van Mieke Vos is na de verbouwing geen plaats meer. Foto Taco van der Eb

‘Het leek hier op een gezellige huiskamer. Nu wordt het heel steriel. Dit gebeurt toch wel een beetje met pijn in mijn hart’, zegt Mieke. Het begon allemaal met een enkele koffiemolen. Daarna kocht Mieke wat thee- en koffiepotjes in de kringloopwinkel en voor ze het wist bracht iedereen theepotjes voor haar mee. De verzameling groeide snel, op het laatst was bijna elk plekje van de muur bedekt. ‘En toen hoorde ik dat ze de kantine gaan verbouwen. Er komt een vitrinekast voor de mooiste theepotjes, maar het merendeel moet weg. Ik heb al acht dozen vol staan en heb er

al veel via Marktplaats verkocht.’ Inmiddels zijn de muren kaal en wit en ook de gordijnen zijn al weggehaald. ‘Die gordijnen zijn nog gesponsord door verschillende vakgroepen’, aldus Mieke. ‘Het ziet er maar kaal uit, vind je niet?,’ zegt huismeester Hanneke Vos, die tevens de zus van Mieke is. ‘Er komen allemaal kleine tafeltjes en stoelen. Daar gaan de studenten natuurlijk mee lopen slepen.’ Ze wijst naar de grote tafels. ‘Hiermee kan dat niet. Ook als je elkaar niet kent, beland je aan dezelfde tafel. Dat is juist hartstikke leuk.’ Hanneke laat de tekeningen zien. ‘Alles wordt appeltjesgroen, dat is blijkbaar de kleur van de universiteit.’ Volgens Hanneke en Mieke vinden de meeste klanten het jammer dat de koffiekamer verbouwd wordt. Zo ook studenten Midden-Oosten Studies Anne Drijvers en Sabine Baër. ‘Het huiskamereffect was juist zo charmant,’ zegt Drijvers. Toch lijkt de verbouwing niet uit

de lucht te komen vallen. Uit de evaluatie Werk en Onderwijsomgeving van het WSD-complex blijkt dat medewerkers de sfeer en het interieur slecht beoordeelden. ‘Logisch’, zegt Drijvers. ‘Die stoelen zitten niet lekker en zien er niet uit. We zijn niet tegen vernieuwing, maar het zou wel leuk zijn als het karakter van de koffiekamer behouden blijft.’ Volgens Hanneke wordt de koffiekamer naar voorbeeld van het literair café verbouwd. ‘Met mooie dure smaken. Dan krijgen we latte macchiato en wat al niet meer.’ Mieke heeft een dubbel gevoel bij de verbouwing. ‘Ik vind het jammer, maar ook leuk om dit nog te mogen proberen. Er komt nieuwe apparatuur en een uitgebreid assortiment. De openingstijden worden verruimd en ik krijg er een collega bij. Daar ben ik ontzettend blij mee. Maar dat komt natuurlijk ook met een prijs. Koffie of een krentenbol koop je hier voor 56 cent. De goedkoopste koffie wordt straks 1,30 euro.’ PM

Laatinschrijvers zijn welkom Officieel moesten de aankomende eerstejaars zich voor 1 mei inschrijven, zodat ze een studiekeuzecheck konden maken. Wie te laat was, vindt echter geen gesloten deuren in Leiden. Sinds 1 mei zijn er nog negenduizend inschrijvingen voor bacheloropleidingen binnengekomen, volgens de cijfers van universiteitskoepel VSNU. De teller stond daarmee vorige week op 67.814 inschrijvingen, bijna vijfduizend meer dan vorig jaar in augustus. Die negenduizend sjaarzen zijn te laat: de officiële deadline voor inschrijving was namelijk 1 mei. Universiteiten moeten dit jaar een studiekeuzecheck doen, waarin ge-

keken wordt of studie en student wel bij elkaar passen, en of de verwachtingen kloppen. Drie op de tien studenten maakt hun studie niet af, dus er valt wat te winnen voor universiteit, student en belastingbetaler. Vooraf klonk er dan ook dreigende taal: je moest op 1 mei aangemeld zijn, anders kreeg je geen studiekeuzecheck en had de universiteit het recht je te weigeren. Gelukkig voor die negenduizend en alle eerstejaars die zich nog later zullen inschrijven, wordt de soep niet zo heet gegeten als hij werd opgediend. ‘We willen graag dat studenten een weloverwogen keuze maken. Als ze daar wat langer voor nodig hebben, doen we daar niet moeilijk over; zeker niet in een over-

gangsjaar’, aldus universiteitsvoorlichter Caroline van Overbeeke. Studenten die te laat zijn, kunnen ook gewoon een studiekeuzecheck doen. Van Overbeeke: ‘We zijn ook niet van plan om dat volgend jaar anders te doen. Althans, dat is op dit moment de stand van zaken.’ Portefeuillehouder onderwijs Prof. Bernard Steunenberg van Campus Den Haag vindt het mooi dat zoveel studenten zich wèl voor 1 mei inschreven. ‘Maar wie zich na 1 mei heeft ingeschreven, doet gewoon mee. We hebben in Leiden afgesproken daar mild in te zijn.’ Steunenberg: ‘We zoeken ook uit wat aspirant-studenten die zich inschrijven nou later tot succesvolle studenten maakt. Misschien dat we

later extra maatregelen gaan nemen om laatinschrijvers beter te begeleiden. Als een student lang heeft lopen piekeren over de keuze, zou het kunnen dat hij of zij de verkeerde keuze maakt. Die maatregelen zijn nu echter nog niet aan de orde.’ Zijn collega bij Geesteswetenschappen, prof. Heleen Murre – Van den Berg, benadrukt dat het nog te vroeg is om echt iets over de check te melden. ‘De eerste ervaringen waren positief, maar pas over een paar maanden - eigenlijk pas volgend jaar na de BSA’s - kan echt gezegd worden of het project als geheel goed gelopen is. Niet alleen praktisch, maar ook inhoudelijk: heeft het gedaan wat het moet doen, namelijk aankomende studenten helpen een

goede studiekeuze te maken?’ Niet alle universiteiten zijn zo gastvrij als Leiden. De Universiteit Utrecht meldt op haar website dat je alleen nog binnenkomt als je voor een lotingstudie werd uitgeloot of een negatief BSA hebt gekregen bij een andere opleiding. De rechtenfaculteit in Rotterdam heeft op 2 mei de deuren voor de deeltijd-bachelor gesloten. Andere universiteiten wijzen er nadrukkelijk op dat ze kandidaten die een slechte match blijken te hebben, mogen wegsturen. Krijgt Leiden dan relatief meer deadlinemissers en afdankertjes? Van Overbeeke: ‘Dat ze zich wat later inschrijven, hoeft echt niet te betekenen dat het slechte studenten zijn.’ BB


6

Mare · 19 juni 2014

Achtergrond

Ervan afblijven is het moeilijkste > Vervolg van de voorpagina

je nou toch die dopjes op de flesjes krijgt. Dat is wel echt het minst interessante van het bierbrouwen.’

Na het maischen kookt hij het bier op om het steriel te krijgen. De gekookte prut moet gefilterd en zo snel mogelijk afgekoeld; Ter Braak gebruikt een zelfgemaakte filter en een koelinstallatie van afgedankte lab-apparatuur. Als ’t eenmaal koud is, kan er gist bij. Je kan allerlei giststammen online kopen, ruilen met andere bierliefhebbers of simpelweg halen uit flesjes speciaalbier die op de fles gisten. Als het gist er eenmaal inzit, moet een paar uur later het borrelen beginnen. Als het goed is.

op de fles. Bij het bottelen natuurlijk stiekem even geproefd: het is bier, maar daar is dan ook alles mee gezegd. De smaak is vlak en saai. Evenementenpils maar dan geen pils, zeg maar.

Vervolgens breekt de fase aan die Brewferm als ‘wellicht het moeilijkste onderdeel van het thuisbrouwen’ aanduidt. Je bier zit in de fles, in de koelkast, en je moet er zes tot acht weken vanaf blijven, zodat het bier kan rijpen. Tijdens Spanje-Nederland is het eindelijk zover. Zes flesjes gaan mee naar het clubhuis. Heb ik bier gebrouwen, of is er toch ergens een bacterie ingekomen en zit ik nu met anderhalf krat gebottelde azijn? Om ze bij te laten komen van de reis, zet ik ze in de koelkast, achter het gewone pils. Tijdens de tweede helft klinkt ineens een verbaasd ‘Hé, er zit drop in mijn bier.’ Het gewone bier is op, en men is dieper in de koelkast beland. De aanwezigen hebben al drie flesjes opgedronken, schijnbaar zonder te merken dat er iets anders in zat. Goed nieuws: dan is het in elk geval geen zure pis geworden. Tussen de doelpunten in nog snel een flesje uit de koelkast gered, en ingeschonken. Het is troebel bier; wat donkerder dan Duvel omdat ik alleen nog rietsuiker in huis had tijdens het opkoken. De schuimkraag is stevig en de smaak is zoet, maar in balans met de bitterheid van de hop. Het is lang niet zo goed als het bier van Ter Braak en het lijkt in de verste verte niet op Duvel, maar het is best te drinken en het is van mij. Eens kijken of de volgende lading nog beter kan.

Klopt: ‘Mensen vragen je altijd hoe

DOOR BART BRAUN

Drie dagen later lijkt het Mare-bier nog steeds levenloos. De plastic deksel staat zelfs hol. Wat is er mis? Was het suikerwater of mijn gistpapje te heet, en heb ik de gistcellen doodgekookt? Is er door een meetblunder teveel suiker of te weinig water toegevoegd, en is mijn gist verlept als sla onder een mierzoete dressing? In het eerste geval zou de boel te redden moeten zijn door een nieuw zakje gist te kopen. En als dat niet lukt, hoe spoel je dan het makkelijkste negen liter protobier door de plee? Ter Braak: ‘Deze lichting begon vrijwel direct heel heftig te borrelen. Ik vroeg me zelfs af of het wel veilig was om in deze kamer te blijven slapen; of ik niet een CO2-vergiftiging zou oplopen. ‘Toen ben ik eens gaan rekenen. Het bleek uiteindelijk wel mee te vallen; van een complete batch komt ongeveer 600 liter kooldioxide af, in de loop van een week.’

Bierwagen en-vaten van Heineken Bier Brouwerij in Amsterdam in 1913. Foto Spaarnestad Ineens, op woensdagochtend om zes uur, klinkt er het geluid van een scheet in de badkuip. Het bier leeft! De volgende dagen borrelt en pruttelt het vat als een klein motortje. Na een weekendje weg ruikt het hele appartement naar bier. Dat is goed nieuws, blijkbaar: bij te grote tem-

peratuurschokken zorgt het gist voor een rotte-eierenlucht, en als je azijn ruikt zijn er bacteriën in gekomen. Na een week moet de inhoud van het vat overgegoten in een ander vat, zodat de dode gistcellen achter blijven in het eerste vat. Vervolgens moet je vier weken wachten en kan het bier

Mijnheer de Professor

Brief

Academische jetset Het is bijna zomer. Niet ontevreden kijk ik terug op het afgelopen jaar: ik heb me weer verbonden met de Leidse universiteit; ik heb me verzet tegen het nieuwe, me gelaafd aan het oude, en ik heb meer plezier in dit lot dan ooit. Hoe komt dat eigenlijk - die verzoening met het hopeloze heden, die mij inmiddels is overkomen? Het zou een interessante vraag zijn voor een dissertatie (hoewel de kans dat zo’n onderzoek door NWO wordt aanvaard ongeveer nul is). Maar wat brengt ons ertoe, op een dag meer van onze wonden te houden dan van onze gezondheid? Ik had een vergelijkbare ervaring enige tijd terug, toen ik Lorre in het voorbijgaan zag langslopen. In de schaduw van een bloeiend meisje, eentje dat mij zo heeft verwond en zo heeft vernederd, dacht ik ineens: toch is het mijn verdriet, was zij alleen in mijn ogen zo betoverend. Het gaat me niet meer om haar, zoals het me ook steeds minder om mijn traditionele waarden gaat. Het gaat me om mijn gevoel uit de tijd te zijn gevallen. Het gaat me om mijn tekort - daarin bevindt zich mijn optimale zijn. Dat komt ook door de bijzondere omgang die ik heb gekregen met de studente die ik via Tinder heb leren kennen. Ze komt nu regelmatig bij me langs - we converseren bij een kopje koffie of een glas sherry. Ik rook een pijptabak (Javaans) - zij frutselt met een mobiele telefoon. In al haar onwetendheid geeft ze me troost. Ik vind haar niet echt aantrekkelijk - gelukkig niet. Maar ik vind haar ook niet storend - ze doet niets dat me bruskeert. Ik verbeeld me dat ik haar dingen kan leren. Over de traditionele mores; over wat je wel doet en wat echt niet kan. Ik zie mezelf als uiterst vergevingsgezind en bijzonder soepel (elke dag doorsta ik immers talloze esthetische krenkingen). Een testcase wordt een congres dat ik de komende weken ga bezoeken. Waar de academische jetset bij elkaar komt en aan elkaar ‘papers’ presenteert op kneuterige powerpoints (in huisstijl van de universiteit waar ze vandaan komen) met verfrommelde ‘hand-outs’. Natuurlijk kom ik niet één serieus idee tegen, natuurlijk gaat het helemaal nergens over en kunnen ze meestal niet eens verstaanbaar in de microfoon praten. De grote namen zullen hun gedachtetjes presenteren, en naast mijzelf zal ook de gerenommeerde professor IJskoud, - of nee, Geilkous, Stijfhout (hoe heet die man?) spreken. Maar enfin: lukt het mij dit alles te zien en te aanvaarden, met de berusting van een Couperus? We gaan het zien. Ik wens iedereen een goede zomer. Vanaf september beginnen we weer met een schone lei.

In deze rubriek kunnen lezers in maximaal 300 woorden reageren op artikelen in Mare. De redactie behoudt zich het recht voor bijdragen in te korten of te weigeren. Over weigering wordt niet gecorrespondeerd. Mail naar redactie@mare.leidenuniv.nl

Zo kan het ook Betreft: Ontevredenheid hospitant artikel Mare d.d. 05/06/2014 Geachte mevrouw Laanen, Allereerst hartelijk dank voor uw commentaar in Mare (‘Zo kan het ook’, 5 juni). Wij streven altijd naar verbetering van onze dienstverlening. In dat kader zijn alle op- of aanmerkingen ten aanzien van het selectieproces uiterst waardevol. Naar aanleiding van uw artikel hebben wij vernomen dat u niet volledig tevreden bent over uw ervaringen gedurende een van onze hospiteeravonden. Wij vinden dit uiterst zorgelijk, en delen uw mening dat een opkomst van vijfentwintig potentiële huisgenoten niet valt te verenigen met onze kwaliteitsdoelstellingen. Wij betreuren uw slechte ervaring ten zeerste. Dientengevolge willen wij u graag compenseren voor uw moeizame eerste ervaring met ons doorgaans sprankelende huis. Na overleg met de verantwoordelijke

(oud-)huisgenoten en een uitvoerige analyse van uw grieven, zijn wij tot de conclusie gekomen dat er slechts één geschikte oplossing is voor deze situatie. Gezien de strekking van uw stuk, willen we u graag uitnodigen voor een van de hoogtepunten van ons studentenhuis; een buitenkans voor u om een kijkje te nemen in het leven van zo’n prachtig huis. Dientengevolge willen wij u bij deze uitnodigen voor een gezamenlijk diner. Op 12 juli aanstaande dineren wij ter viering van een geslaagd jaar samenleven. Het betreft een intiem diner onder de zinspreuk ‘het laatste avondmaal’. Zo kunnen we opnieuw met u en uw persoonlijkheid kennis maken, in de hoop op die manier fouten uit het verleden definitief achter ons te kunnen laten. Hoogachtend, Studentenhuis Dat bepaal ik zelf wel, afdeling Public Relations Centrumvanhetuniversum@gmail. com Ian, Jet, Sanne, Thomas, Hessel, Daan, Joelle, Marissa, Daniel

D.M. Sanders is gastdocent aan deze universiteit. Het liefst schrijft hij liefdesbrieven. Aanvragen via d.m.sanders@mail.com

mare-ennea 140613.indd 1

13-06-14 11:46


19 juni 2014 · Mare 7 Wetenschap

En de vijf miljoen gaat naar… De twee Leidse winnaars van een Spinozapremie over hun onderzoek

Corinne Hofman: ‘Wij leggen het onbeschreven deel van de geschiedenis bloot.’

…7000 jaar inheemse geschiedenis Archeologe Corinne Hofman bestudeert al sinds haar Leidse studententijd de archeologie van de Cariben. De Spinozapremie is de meest recente in een lange lijst van beurzen en prijzen die ze binnenhaalde. ‘Hier in de Dominicaanse Republiek en elders in het gebied begint de geschiedenis in 1492!’, mailt prof.dr. Corinne Hofman vanuit haar hotel. Ze is op veldwerk, en miste daardoor de uitreiking van haar Spinozapremie – de meest prestigieuze onderzoeksbeurs van Nederland, met een vrij te besteden budget van tweeëneenhalf miljoen euro. Via een webcam, en merkbaar aangeslagen door tijdsverschil en jetlag, sprak ze de aanwezigen toe. Het standaardverhaal over de Cariben gaat ongeveer zo: 1) Columbus voer er vanuit Spanje naartoe. 2) In navolging van hem duiden we alle verschillende mensen en volken die er al woonden nu aan als ‘Indianen’. 3) Hun cultuur werd door Europese kolonisten in korte tijd van de kaart geveegd, vandaar de huidige situatie. Dat dat wegvegen niet zo volledig en zo rap ging, en dat de Caribische Indianen nou niet bepaald duimendraaiend zaten te wachten tot meneer Columbus eindelijk eens zou landen, zijn dingen die mede dankzij Hofman steeds duidelijker worden. Het leverde haar al eerder allerlei subsidies op, en de KNAW-Merianprijs voor excellente vrouwelijke onderzoekers. ‘De rol en het lot van de inheemse bevolking voor en tijdens de kolonisatie zijn nagenoeg altijd verwaarloosd. Wij hebben de bijna 7000 jaar aan inheemse bewoningsgeschiedenis van de Caribische eilanden op de kaart gezet. Met onze eigen manier van opgraven –onder Ca-

ribisch archeologen aangeduid als the Leiden School – hebben we restanten van meerdere Indiaanse dorpen opgegraven. Het blootleggen van huisplattegronden, afvalhopen en begravingen met de daarbij behorende materiële cultuur heeft een schat aan informatie opgeleverd, waar we nog steeds aan werken. ‘Het meest interessante van ons onderzoek is dat wij een onbeschreven deel van de geschiedenis op grote schaal blootleggen en analyseren. Dat kun je niet met een paar vondsten beschrijven. ‘Maar Spaanse gebruiksvoorwerpen, kralen en metalen kruisboogpunten vinden in een laat 15e-eeuwse Indiaanse nederzetting op de Dominicaanse Republiek; of een vroeg 16eeeuws grafveld op Cuba bestuderen waar Indianen begraven zijn zowel op christelijke als inheemse wijze met Europese objecten; of ten slotte een 17e-eeuws Indiaans dorp opgraven met talloze huisplattegronden, begravingen en een materiële cultuur bestaand uit Indiaanse en Europese objecten - dat zijn de vondsten die een nieuw perspectief bieden. ‘Die geven een objectief beeld over de interculturele relaties tussen kolonisator en gekoloniseerde en veranderen onze blik op het begin van de koloniale tijd in een globaliserende wereld.’ Haar opgraving op dit moment volgt de Ruta de Colon, die Columbus tijdens zijn tweede reis genomen zou hebben. ‘We leggen voor het eerst een dorp bloot uit de tijd vlak voor de komst van de Europeanen. Wij willen weten hoe ze hier leefden in de voor-koloniale periode en willen dat dan afzetten tegen een inheemse nederzetting uit de tijd van de koloniale ontmoeting.’

grote dingen niet. Hoe kan dat? Waar ligt die grens dan precies? Wat bepaalt die grens, en wat gebeurt er als je hem overschrijdt? Dat is Bouwmeester aan het uitzoeken. Hij gebruikt lichtdeeltjes die keurig gesuperpositioneerd wél en niet aankomen op een superklein spiegeltje. Dat zou dan tegelijkertijd wel en niet moeten gaan trillen van de botsing met het licht. Bouwmeester is daar nu al zo’n zeven jaar mee bezig: steeds kouder, steeds trillingsvrijer en steeds strakker op die grens. Inmiddels doen zo’n vijftig andere labs pogingen om hetzelfde te bereiken. Met dat onderzoek – in Leiden en zijn andere werkgever, de universiteit van Santa Barbara – gaat hij gewoon door. Met het Spinozageld op zak is er echter ruimte voor meer. In Leiden gaat zijn promovendus Chris Smiet bijvoorbeeld verder met onderzoek naar hoe je stabiele knopen van plasma kunt bouwen – potentieel belangrijk voor kernfusiecentrales. Met een ander onderzoek gaat Bouwmeester juist wat meer richting de biochemie. Als je DNA-moleculen in elkaar zet uit de bouwstenen daarvan en je voegt wat zilver toe, dan krijg je kleine rijtjes van zilveratomen in het DNA. Als er licht valt op dat rijtje, gaat het zelf ook weer licht uitzenden; fluorescentie, heet dat. De golflengte waarop het zilver fluoresceert, hangt af van het DNA eromheen. Als het DNA bindt aan ander DNA, verandert dus ook het uitgezonden licht. Als je dat aan de praat krijgt zodat iedereen zilvermetingen kan doen, heb je prachtig

moleculair-biologisch speelgoed gemaakt. Nadeel is wel dat zilver giftig is voor cellen, maar dan nog zijn er genoeg toepassingen te bedenken. In het Leids Universitair Medisch Centrum en bij het Leidse bedrijf Prosensa bijvoorbeeld, proberen ze de ziekte van Duchenne te behandelen met stukjes DNA. Die moeten dan binden aan het DNA van de patiënt, en zo het kapotte gen repareren, als een moleculaire pleister. De grote vraag daarbij is welke stukjes DNA daar het meest geschikt voor zijn, en dat is iets dat je met de zilverproef mogelijk snel en effectief kan aantonen. Bouwmeester: ‘Toen ik een subsidieaanvraag schreef voor dat werk, vroeg één van de reviewers waarom hij die zilverdeeltjes niet allang kon kopen.’ Dat komt deels omdat het zilver-DNA-complex nogal fragiel is. ‘De eerste resultaten, samen met het LUMC, waren niet reproduceerbaar genoeg om voort te zetten. Dat gaan we nu alsnog doen.’ Zou het niet verstandiger zijn om zich te focussen op één onderzoekslijn? ‘Ergens de eerste mee zijn, is voor mij heel bevredigend. Als je eenmaal veelbelovende resultaten hebt, duiken er allemaal andere groepen op, dat is hoe wetenschap werkt. Ik maak me geen zorgen dat ik niet de eerste ben die de echte bewijzen vindt, al hoop ik dat natuurlijk wel. Het feit dat we dit soort nieuwe lijnen inzetten, wordt door andere natuurkundigen in elk geval zeer gewaardeerd.’ Door Bart Braun

…zilvermetingen en knopen van plasma Natuurkundige Dirk Bouwmeester werkt op de grens van de quantumfysica en de ‘gewone’ wereld. ‘Alledaags is juist raar.’ ‘Onderzoeksfinanciering heeft wel iets weg van damesschoenen. Het is sterk gevoelig voor modes. Als er iets op tafel komt wat écht nieuw is, is er altijd wel een beoordelaar die het niets vindt, of die zegt dat ‘t al gedaan zou zijn als het kon.’ Fysicus prof.dr. Dirk Bouwmeester heeft meerdere van zulke ideeën, en met zijn verse Spinozapremie van 2,5 miljoen op zak, gaat hij ze uitvoeren ook. Zijn hoofdonderzoek, waar hij de prijs vooral aan dankt, was ook ooit zo’n idee. Een van de belangrijke pijlers van de quantummechanica is dat deeltjes twee verschillende eigenschappen tegelijk kunnen hebben, zolang je er maar niet aan meet. Tot dat moment verkeert het in

een zogeheten superpositie, waarbij bijvoorbeeld een foton zowel een lichtdeeltje als een lichtgolf is, of een elektron op twee plaatsen tegelijk kan zijn. De natuurkunde daarachter is stevig: de voorspellingen die de quantummechanica doet, komen uit tot vele cijfers achter de komma. Elektronica werkt omdat de elektronen die erin zitten, zich volgens de wetten van de quantumwereld gedragen. De achterliggende wiskunde is voor niet-fysici wat lastig, maar voor wél-fysici is het dichtgetimmerd werk, en bekend terrein. ‘De quantumwereld begrijpen we’, vat Bouwmeester het samen. ‘Het is juist de alledaagse wereld die raar is.’ De quantummechanica stelt geen grenzen aan grootte. In de praktijk lijkt zo’n grens er wel te zijn: kleine dingen – fotonen, elektronen – gedragen zich op z’n quantums, en

Dirk Bouwmeester: ‘Ergens de eerste mee zijn, is heel bevredigend.’ Foto Taco van der Eb


8  Mare · 19 juni 2014 Achtergrond

Het begint pas echt al Ex-gedetineerden over hun ‘leven na de bak’ en de kansen op de arbeidsmarkt

Gevangenschap heeft een minder grote negatieve invloed op het vinden van een baan dan werd gedacht, aldus criminologe Anke Ramakers. Mare sprak met de promovenda en met vier herintredende gevangenen. ‘Ik kon niet omgaan met de buitenwereld en stond te huilen in de supermarkt.’ ‘Mijn onderzoek maakt deel uit van het Prison Project’, zegt Ramakers. ‘We volgen een groep van rond de tweeduizend gedetineerden door de tijd. Ik heb in kaart gebracht wat hun opleiding en werkervaring is voordat ze in de gevangenis kwamen, wat ze doen tijdens hun detentie en wat er gebeurt als ze weer vrij komen. De focus ligt vooral op de eerste zes maanden na de celstraf. Wat de effecten van detentie op het vinden van werk? En betekent het hebben van een baan ook dat de kans op recidive afneemt?’ Om iets over de effecten van gevangenisstraf te kunnen zeggen moet je eerst weten hoe de groep eruit zag voor detentie. Pas dan weet je of de slechte situatie te wijten is aan de gevangenschap of misschien een logisch gevolg is van eerdere slechte omstandigheden. ‘Met veel van deze mannen gaat het al slecht. Op het moment van arrestatie heeft dertig à veertig procent een baan. Dat is natuurlijk een laag percentage.’ Ramakers vergeleek hen met de algemene beroepsbevolking. ‘De groep gedetineerden heeft veel meer werkgevers gehad en is veel langer werkloos geweest. Dat grote verschil blijft bestaan als je corrigeert voor opleidingsniveau, etniciteit en leeftijd.’ Het blijkt dat het vaak al vroeg misgaat met mannen die in de gevangenis terechtkomen. ‘De nadruk in beleid ligt sterk op de re-integratie van gedetineerden maar dat “re” kun je vaak weglaten want een groot deel van de onderzochte groep is voor detentie al niet in de maatschappij geïntegreerd.’ Er gebeurt al het nodige aan preventie. Een rechter kan bijvoorbeeld sinds dit jaar een terbeschikkingstelling aan het onderwijs (tbo) opleggen bij jongeren. Zij moeten dan verplicht onderwijs volgen. ‘Zo verminder je het aantal drop-outs.’ Vervolgens bekeek Ramakers of het vinden van een baan moeilijker wordt na een detentie. ‘Wat bleek: die gevangenschap heeft niet altijd een negatief effect. Een korte periode van detentie zorgt niet voor een verlaging van werkkansen boven op de al bestaande achterstand. Maar als mannen zes maanden of langer zitten dan is hun kans op werk wel een stuk kleiner. Uit het onderzoek blijkt dat het vinden van een baan an sich de kans op recidive nauwelijks verkleint. De kenmerken van de baan zijn bepalend voor een recidivevermindering. Niet zo zeer begeleiding naar een baan of naar een baan van hoog niveau, maar naar een stabiele baan lijkt van belang te zijn voor een succesvolle re-integratie. Ongeveer de helft van de ex-gedetineerden vindt een baan in de eerste zes maanden. ‘Een substantieel deel komt terecht bij hun oude baas. Die groep gaat ook minder vaak opnieuw de fout in. Dat heeft waarschijnlijk te maken met de stabiliteit die deze werkgever biedt. Het nuanceert de algemene veronderstelling dat werkgevers niet willen werken met exgedetineerden. Hier kan tijdens detentie al op worden ingespeeld: stimuleer gevangenen contact op te nemen met hun oude baas.’Het is een complex maar ook prangend probleem, vindt de promovenda. ‘Meer dan twintig procent pleegt binnen een half jaar weer een delict. Er is meer inzet nodig om dat getal naar beneden te krijgen.’ Door Vincent Bongers

‘Erover janken heeft geen zin’ ‘Na mijn tweede scheiding moest ik het huis verkopen’, zegt touringcarchauffeur Jeroen Eggermont (45). ‘Mijn zoon uit mijn eerste huwelijk was achttien en woonde bij mij. We zijn gaan onderhuren, maar dat kostte een smak geld. De schulden liepen op. Ik kon moeilijk met die jongen op straat gaan wonen. ‘Ik werd in 2011 door een paar wazige figuren benaderd om een pakketje mee te nemen in de bus naar Engeland. Ik wist niet wat erin zat, maar kon wel raden dat het drugs was. Het bleek inderdaad cocaïne te zijn. Per levering kreeg ik ongeveer duizend euro. Na een keer of zeven werd ik gearresteerd. Ik heb zeventien maanden in Engeland vastgezeten en nog vier in Nederland. ‘Als je weer buiten bent, begint het allemaal pas echt. Ik

heb me ingeschreven bij de Dienst Werk en Inkomen. Nadat ik bij mijn moeder had overnacht, zeiden ze: “U heeft een vaste verblijfplaats. U hoort hier niet.” Uiteindelijk heb ik via stichting VRIJ/STEK in Amsterdam nu een dak boven mijn hoofd. ‘Ik ben een van de gelukkigen met een baan. Chauffeurs hadden al tegen mijn oude baas gezegd: “Jeroen komt binnenkort vrij.” Hij antwoordde: “Laat hem maar bellen.” Ik ben langsgegaan en heb een kwartier lang mijn hoofd moeten buigen om aan te hoen dat ik een lul was. Maar hij gaf me toch een kans. ‘Ik moet wel weer dit huis uit en krijg geen urgentieverklaring voor een nieuwe woning. Daar ga ik nog tegen in beroep. Ik ben te normaal blijkbaar. Het heeft geen zin om er over te gaan janken. Maar als dit niet goed komt, heb ik weer geen huis. Dit soort dingen maakt het heel moeilijk voor ex-gedetineerden om te overleven. En dan heb ik nog werk en goed contact met mijn ouders en zus. Veel jongens die uit de gevangenis komen, hebben alleen een tasje met kleren.’

‘Ze maken je gewoon crimineel’ ‘Ik heb twintig jaar lang een middelgroot bedrijf gehad in Amsterdam’, zegt M. (48). ‘Dat ging supergoed. Maar in 1999 kreeg ik kanker. Ik ging failliet, mijn vrouw liep bij me weg en ik raakte dakloos. Via via werd ik “schaapherder”, zoals dat heet, van bolletjesslikkers. Ik ging naar Argentinië en andere Zuid-Amerikaanse landen om daar een groep van tien à vijftien bolletjesslikkers in de gaten te houden. ‘Op het vliegveld van Buenos Aires ging het mis. Een van de slikkers begon te schuimbekken en ging out. Ik raakte in paniek en wat deed i k met mijn domme hoofd? Ik riep de politie en zei: “Droga, droga.” Die agent zei: “Hoe weet jij dat die man drugs heeft geslikt?” Hij pakte mijn paspoort, bekeek alle stempels en begon de videoband terug te spoelen. Hij zei: “Die man is nu dood en jij gaat heel lang de gevangenis in.” Later bleek de slikker ondanks het geknapte bolletje nog te leven. ‘In een klein hok in de buurt van Buenos Aires zat ik met 25 man. Wat je moet doen, wordt met een gummiknuppel duidelijk gemaakt. Er wordt gemarteld. Je hoort te kreten van gevangen die geslagen worden. Ik kreeg een stomp in mijn buik. Het is niet te omschrijven hoe erg dat is. Ik dacht: hoe ga ik dit twintig jaar volhouden? ‘Ik werd overgebracht naar een gevangenis voor buitenlandse gevangenen. Het was er bloedheet, overal zaten cucarachas, kakkerlakken. Liet je je brood even alleen dan zaten er gelijk honderden op. Ik had medicijnen nodig en die kreeg ik niet. Op een ochtend ging ik out. Ik heb hartmassage gehad, en wat suikerwater. Al met al duurde het vijf weken voordat ik mijn medicijnen kreeg. ‘De veroordeling volgde na 21 maanden: ruim 27 maanden. Ik ben blij dat ik het er zonder steekwonden vanaf heb gebracht. Een gevangene die zijn drugs niet betaalde, kreeg een pen door zijn keel geprikt. De hoeveelheid bloed was enorm. Je moest je weren. Een keer kwam ik onder de douche vandaan en drie man liepen op me af om me te rapen. Twee kon ik gelukkig zo hard wegduwen dat ze anderhalf meter door de lucht vlogen. Het zijn net honden: ze merken het als je bang bent. Dus moet je agressief zijn en klappen uitdelen. ‘Precies een jaar geleden kwam ik terug in Nederland. Ik kon niet omgaan met de buitenwereld. In de supermarkt begon ik te huilen. Er was zoveel keuze. ‘Ik kwam voor en na mijn detentie in een vreselijke papierwinkel terecht. De mensen bij Dienst Werk en Inkomen behandelen je als een stuk stront. Ik had mijn hele leven belasting betaald en nooit een uitkering aangevraagd. Maar als je één formulier niet hebt, krijg je niets. Ik werd wanhopig en dacht toen ik de tram zag rijden: “Ik spring er voor.” Als ze me destijds beter hadden geholpen, was het nooit zo ver gekomen. Ze maken de mensen gewoon crimineel. ‘De stichting VRIJ/STEK heeft nu schuldsanering en een urgentieverklaring geregeld. Ik zit nu in een van hun woningen maar moet over een paar maanden weer weg. Ik ben te ziek om te werken en slik heel veel medicijnen. Daarnaast ben ik zo lang zelfstandige geweest

dat ik niet meer voor een baas kan werken. Het liefst zou ik een eigen bedrijf starten en de wereld weer een beetje mooier maken.’

‘Gelukkig liep ik tegen de lamp’ ‘Ik heb in het vrachtwagentransport gezeten en daar is het een en ander fout gegaan’, zegt R.v.E. (48) die werkmeester is bij een reïntegratiebedrijf ergens in de Bollenstreek. ‘Wat precies wil ik niet zeggen. Ik had financiële problemen en probeerde het hoofd boven water te houden. Gelukkig liep ik op een gegeven moment tegen de lamp. Als je iets doet wat eigenlijk niet kan, dan zit je niet lekker in je vel. Gevangenschap is het dieptepunt van je leven. Dat is juist het moment om het roer om te gooien. ‘Ze doen best veel om je te helpen. Je kunt cursussen volgen en krijgt hulp van de maatschappelijk werker. Ik heb bijvoorbeeld een computercursus gedaan. Maar je moet het wel zelf doen. Je kunt er ook voor kiezen om op je cel voor pampus te gaan liggen. ‘In 2011 stond ik weer buiten. Wat te doen? Ik ben een re-integratietraject gaan volgen bij Stichting Exodus Leiden. Daar zit je intern. Langzaam kom je terug in de maatschappij. Er wordt ook gekeken naar mogelijkheden voor werk. Ik wilde iets met mensen doen. Dat is gelukt. ‘Tijdens de gevangenschap is het heel belangrijk dat er vroeg aandacht is voor het leven na de bak. Gedetineerden moet je vragen: “Hoe ziet je leven eruit over vier jaar? Wat wil je doen?” ‘Het grootste gedeelte wil een ander leven dan ze hadden. De hele tijd pingpongen en pas op het laatst naar de toekomst kijken, is niet echt handig. ‘Heel veel werkgevers zijn bang om mensen aan te nemen die in de gevangenis hebben gezeten. Maar iemand die een keer goed de mist in is gegaan, die wil nooit meer terug naar de cel. Die doet misschien nog wel beter zijn best dan iemand die niet alles al een keer is kwijtgeraakt.’

‘Ik vecht voor een baan’ ‘Ik verdiende 7000 euro per maand als vertegenwoordiger van modebladen in Duitsland. Maar ik raakte verslaafd aan de coke en dan ga je rare dingen doen,’ zegt Rudy Adjodhia Surinder (55). ‘Als ik al het geld dat in mijn coke-pijp in rook is opgegaan nog zou hebben, was ik miljonair geweest. Alles is kapot gegaan. Ik heb zeven jaar vastgezeten in Duitsland, onder andere voor drugssmokkel en oplichting. Ze doen daar alsof ze geen nazi’s zijn, maar ik vind Duitsland echt een racistisch land. Ik ben van Surinaams-Hindoestaanse afkomst en als je daar een kleurtje hebt, ben je slachtoffer. ‘In 2012 kwam ik vrij en ben ik naar Nederland gekomen. Gelukkig ben ik nu niet meer verslaafd. Nu vecht ik hier voor een baan en een woning. Dat is heel erg moeilijk. Het is crisistijd, dus veel werk is er niet. Ik zit nu in een opvanghuis in Amsterdam. Binnenkort ga ik begeleid wonen. Iedereen heeft recht op een woning, maar er is haast geen sociale woningbouw meer. Ik kan nu eenmaal niet veel huur betalen. ‘Door de stress tijdens de detentie heb ik een psychische stoornis opgelopen. Eenmaal buiten word je nauwelijks geholpen. Ik heb maanden alles gedaan om aan werk te komen. Via een uitzendbureau heb ik vier maanden als straatveger gewerkt. Dat wilde ik wel blijven doen maar dat kon niet. Ik ben nog een tijdje schoonmaker op Schiphol geweest. En toen belde de Dienst Werk en Inkomen op. Als ik werkte, hield mijn uitkering op. Ik kreeg niet de kans om meer dan zestien uur per week te werken van het uitzendbureau. Dus ik viel weer terug in een uitkering. ‘Nu werk ik drie dagen in de week als vrijwilliger in een kledingwinkel, voor tien euro per dag. Misschien komt er een vaste baan uit. Ik ben iemand die ondanks pijn en verdriet, blijft lachen. Ik weet gewoon: het komt goed. Na de zeven magere jaren van mijn gevangenschap, komen straks weer zeven vette jaren.’


19 juni 2014 · Mare 9

ls je weer buiten bent

Vincent van Gogh (1853-1890), ‘Binnenplaats van een gevangenis’. Schilderij Poesjkin Museum Moskou


10  Mare · 19 juni 2014 Achtergrond

Alsof de muren ademen Drugsgebruik onder studenten

Lachgasgebruikers (niet de personen uit het artikel) in het Amsterdamse Westerpark tijdens een bevrijdingsfestival, afgelopen mei. Foto HH

Neemt drugsgebruik onder jongeren nu toe, of zijn ze er alleen maar eerlijker over? Mare maakte een rondgang langs Leidse studenten. ‘Xtc is een ijsbreker.’ Door Masha Rademakers Het festivalseizoen is weer begonnen. Massa’s jongeren hangen weer aan lachgasballonnen of verstoppen xtc-pillen in onderbroeken. Verschillende media constateren een toename in drugsgebruik onder studenten, maar is dat ook zo? ‘De vraag is of er echt een toename is in drugsgebruik onder studenten of dat de openheid erover is veranderd’, vertelt Ferry Goossens van het Trimbos Instituut. ‘Het is een misvatting dat het gebruik onder jongeren enorm is toegenomen. Je moet goed bedenken dat maar 3 procent van de frequent uitgaande Nederlandse jongeren wel eens xtc gebruikt, en dat is dan de meest populaire partydrug.’ Het is echter wel zo dat binnen deze groep een groot percentage studenten valt. ‘Jongeren tussen 20 en 24 jaar gebruiken het vaakst. Onder deze groep zou het gebruik licht kunnen zijn toegenomen. Er is echter nog maar weinig onderzoek gedaan naar de link tussen drugsgebruik en opleidingsniveau, maar daar is het Trimbos Instituut momenteel mee bezig.’ Een aantal universiteiten hebben daarom alvast zelf wat steekproeven uitgevoerd. November vorig jaar werd het drugsgebruik van 540 Amsterdamse hbo en wo-studenten door het Bongers Instituut voor Criminologie onder de loep genomen. Daaruit bleek dat zeventig procent vaker dan twee keer xtc heeft geslikt. Slechts een kleine groep waagt zich wekelijks aan een pil. Credo Magazine, het blad van de faculteit der Sociale Wetenschappen van de Rotterdamse Erasmus Universiteit

hield in april een steekproef onder 365 studenten van zeven verschillende faculteiten. Daaruit bleek een op de drie studenten ervaring te hebben met het gebruik van harddrugs. Volgens een enquête van het Algemeen Nijmeegs Studentenblad, onder 800 studenten, was dit bijna de helft. ‘De media kicken op dit soort feitjes’, aldus Goossens, ‘maar deze resultaten zeggen niet zoveel. De percentages verschillen veel te veel van elkaar. Wel weten we uit ons Grote Uitgaansonderzoek dat het gebruik van xtc meer mainstream is geworden.’ Zes op de tien uitgaanders zou het wel eens nemen. Ook lachgas en cannabis zijn aan een opmars bezig. ‘Er is een festivalisering van de samenleving aan de gang: steeds meer grote feesten, waar enorme massa’s op afkomen. De kans dat je überhaupt iemand ziet die drugs gebruikt is groter geworden. De manier waarop jongeren en de media erover praten is vrijer geworden. Aan de andere kant is door de populariteit van dance en techno het gebruik van de bijbehorende oppepmiddelen meer gangbaarder geworden.’ Op dancefeesten worden drugs als xtc, MDMA, speed, cocaïne, ghb, 2CB, ketamine en designerdrugs vaak ongestraft gebruikt (zie kader). Vorig jaar zomer waren er zes overlijdensgevallen van jonge mensen die in verband werden gebracht met foute xtc. Uit onderzoek van het Trimbos blijkt dat er steeds meer van de werkzame stof MDMA en soms ook het gevaarlijke PMMA in één pil zit. Goossens: ‘Ze zijn tegenwoordig zo hoog gedoseerd dat jongeren snel te veel nemen. Dit kan een gevaar opleveren.’ Maar hoe zit het in het Leidse studentenleven? Mare maakte een rondvraag langs een aantal gebruikers. Thomas (21, tweedejaars Chinese taal en cultuur), die zowat al-

les heeft gebruikt: ‘Het ligt eraan in wat voor scene je zit. Mijn vrienden en ik houden heel erg van dance en techno, waar vaker wordt gebruikt. Maar het ligt ook aan de leeftijd. Veel mensen gaan iets proberen als ze wat ouder zijn geworden.’ Simone (26, afgestudeerd communicatiewetenschappen HvA): ‘Het zijn mensen met een goede baan of ambitieuze studenten, die lekker los willen in het weekend. Zelf ga ik ook altijd goed voorbereid en geïnformeerd aan de slag met mijn xtc. Ik gebruik zo’n één keer per maand. Miranda (22, rechten) merkt om haar heen dat drugs doen ‘in’ is onder studenten. ‘Best wel veel vrienden in studentenkringen experimenteren ermee, het is bijna raar als je het niet hebt gedaan. Ik merk het op Augustinus, in mijn studentenhuis en op andere verenigingen.’ Zo controleert Minerva bezoekers van het Sine Regno elk jaar met drugshonden. Op de bijbehorende

site staat het als eerste huisregel vermeld. Xtc is het populairst onder de ondervraagde studenten. ‘Het geeft gewoon een heel relaxed gevoel, en het is fijner dan alcohol’, aldus Paul (27, geschiedenis). ‘Ik neem het vooral op festivals. Thuis of in het park neem ik liever paddo’s met een groep vrienden. Dan is alles mooi, de meisjes, de omgeving, dat is echt genieten.’ Simone: ‘Het is ook echt een ijsbreker. Je stapt veel sneller op mensen af. Alcohol maakt je ook wel losser, maar daar krijg je zo’n kater van. Bij xtc blijf ik helder, ook de volgende dag. Soms heb ik alleen wel last van de befaamde dinsdagdip. Je voelt je terneergeslagen. Het geluksgevoel is dan gewoon even op. Je moet om het minste geringste huilen.’ De verklaring is de uitputting van het serotonine-systeem, weet ze. Er is extra serotonine vrijgemaakt, maar zodra dat op is krijg je een ontzettend leeg gevoel. ‘Het geluksemmertje is dan gewoon even leeg,

2CB

Cocaïne

Effect: maakt euforisch en is een hallucinogeen tripmiddel, seksueel stimulerend Prijs: 4 euro per pil of capsule, 60 euro per gram Risico: verandering lichaamstemperatuur, angstige trip-effecten, sterkte moeilijk in te schatten

Effect: prestatieverhogend, egoboost, maakt euforisch en agressief Prijs: minstens 50 euro voor 1 gram poeder in envelopje Risico: uitputting, kapotte neusholte, geestelijke verslaving

Ghb

Effect: maakt euforisch, ego-boost. Prijs: 15 euro per gram Risico: onwetendheid over werking en symptomen, moeilijk te doseren.

Effect: maakt euforisch, seksueel stimulerend, opwinding Prijs: 5 euro voor 5 cl vloeistof Risico: coma bij te hoge dosering, sterk verslavend, slecht te combineren met andeare verslavende middelen.

Cannabis, hasj, wiet

Lachgas

4-FMP

Effect: maakt ontspannen, creatief, sloom en lacherig Prijs: 8 euro per gram. Risico: dufheid, geestelijk verslavend, verergering van al aanwezige psychische stoornissen

Effect: roes, verdovend, ontspannend, minder controle Prijs: 15-25 euro voor vijftien slagroompatronen of 1-3 euro voor kant en klare lachgasballon Risico: hersenbeschadiging, misselijk-

en moet langzaam weer vollopen.’ De geïnterviewde mannen lijken wat meer in de ban van hallucinogene middelen dan de vrouwen. Thomas: ‘Als ik lsd neem kom ik in een trip waarin ik muziek en kleuren ineens ga voelen. Muren beginnen te bewegen. Toch heb ik dan nog wel controle over mezelf, ik blijf gewoon nuchter.’ Ook Tim (25, natuurkunde) houdt wel van een trip. ‘Als ik paddo’s heb genomen, lijkt het soms of de muur ademt. Meestal ga ik met mijn huisgenoten door de stad lopen ’s nachts. We dachten een keer in een heel donker bos beland te zijn. Een paar vrienden durfden niet meer verder te lopen. Later bleek het een groenstrook van 15 meter lang te zijn. Dat soort dingen zijn echt grappig.’ Simone heeft ook ervaring met zogeheten designerdrugs, ook al zijn de effecten van deze nieuwe kunstmatig ontworpen soorten niet altijd duidelijk. ‘Ik heb 4-FMP gebruikt, dat is een soort speedachtige drug waarmee je met één keer nemen al klaar bent voor de hele dag. Maar het blijft een beetje eng.’ Ook Thomas is er voorzichtig mee. ‘2CB was vorig jaar een tijdje helemaal in, en ook ik gebruikte het regelmatig. Het is hallucinerend en euforisch tegelijk. Maar doordat je niet echt weet wat voor effect deze drug heeft, slik ik toch liever de gangbare pillen’ Coke en heroïne lijken een no-go onder de studenten. Thomas: ‘Coke is enorm verslavend, heel erg duur, zo’n 50-60 euro per gram, en je hebt er nog geen vier tot zes uur lol van. Ook word je er ontzettend egoïstisch van.’ Coke is ook niet Pauls favoriet. ‘Ik gebruik coke alleen als ik me in bepaalde elitaire kringen begeef en het daar gratis kan krijgen.’ Op festivals was het vroeger mogelijk om pillen te testen, maar dat is door het eerste kabinet-Balkenende afschaft. ‘Sindsdien zijn er meer mensen van slechte pillen gaan flippen’, aldus Thomas. ‘Soms laat ik de pillen testen bij de GGZ, waar het nog wel mogelijk is.’ Maar hoe weet hij dan wat hij koopt? ‘Ik koop het niet in schunnige parkjes, dat is meer iets voor junkies. Mijn contacten verkopen het meestal gewoon thuis. Dan weet ik dat ik goede kwaliteit krijg. Ik kan heel makkelijk aan alles komen en verkoop het ook door aan mijn vrienden. Maar ik ben zeker geen dealer. Het is niet echt dat ik er dikke winst uit haal en dat ik achter mijn bureau zit als Tony Montana.’ De namen van de studenten zijn gefingeerd.

heid, hoofdpijn, angst, bij directe aanraking met het gas uit de spuit kunnen lippen en longen bevriezen

Lsd

Effect: ontspannend en hallucinogeen Prijs: 5-10 euro voor vloeipapier, pil of vloeibare stof Risico: misselijkheid, psychose, bad trip

Paddo’s

Effect: ontspannend, hallucinogeen Prijs: 8,50 euro Risico: roekeloosheid, vergiftiging, uitputting, bad trip.

Xtc

Effect: maakt euforisch, knuffelig, oppeppend Prijs: 3-6 euro per pil Risico: groot verschil in sterkte, uitdroging oververhitting, slapeloosheid, depressiviteit


19 juni 2014 · Mare 11 Achtergrond

Het kunstwerk ‘Azerty’ van Sarah Frost. De Amerikaanse kunstenares maakt installaties maakt van oude computeronderdelen.

Onontkoombaar traag

Maar volgend jaar moeten de storingen in de universitaire ICT zijn verholpen Computers blijven hangen, scripties verdwijnen spoorloos en grote documenten zijn nauwelijks door te ploegen. Intussen ligt het systeem regelmatig plat door storingen. Maar, zo belooft directeur Jeanette Vonk, na 2014 wordt het rustiger. ‘De computers in de UB werden die dag trager en trager’, vertelt masterstudent klinische psychologie Pieter Krol. Het was april en hij was ongeveer halverwege zijn masterscriptie. ‘Die stond open, net als een aantal andere belangrijke documenten. Internet werkte op den duur nauwelijks nog en Word liep telkens vast. Uiteindelijk besloot ik alles maar op te slaan en af te sluiten.’ Toen hij de volgende dag een nieuwe poging waagde, deed hij een vervelende ontdekking. ‘Mijn scriptie was weg. Althans, ik vond alleen een oudere versie terug. Bij de ISSC-helpdesk in het Lipsius konden ze nog een iets recentere versie tevoorschijn toveren. Maar het werk van de afgelopen dagen was verloren gegaan.’ Rond de koffieautomaten in de Universiteitsbibliotheek hoort hij meer van zulke verhalen. ‘En wie niets kwijt is, kent in elk geval de dagenlange ellende van trage computers. Echt heel vervelend. Studenten moeten hier de faciliteiten hebben om te kunnen studeren.’ De traagheid treft ook andere faculteiten. ‘Vooral grote Worddocumenten, met lange artikelen, hebben er last van’, vertelt Judit Altena, promovenda aan het Instituut voor Strafrecht & Criminologie. Marieke Dubelaar, die daar dit jaar promoveerde, ondervond dat ook. ‘Naarmate mijn proefschriftbestand groter werd, werd het lastiger. Problemen manifesteerden zich bijvoorbeeld bij het opsporen van kleine foutjes. Wanneer je met de zoekfunctie van treffer naar treffer ging, kostte dat onevenredig veel tijd.’ Altena, die sinds 2010 in Leiden werkt, denkt dat het vooral een probleem van het laatste jaar is. ‘Maar het wisselt per dag. Vanmorgen liep het systeem als een zonnetje.’ Eind april stuurde vice-collegeDoor Marleen van Wesel

voorzitter Willem te Beest alle medewerkers en studenten een e-mail over gevallen van traagheid, uitval en dataverlies, waaraan dan al een tijdje hard gewerkt wordt. De exacte oorzaak is nog onbekend, schrijft hij. Ook afgelopen maandagmiddag waren er weer bereikbaarheidsproblemen en traagheid op de netwerkschijven. Jeanette Vonk, sinds 2012 directeur van het ICT Shared Service Centre (ISSC): ‘De gegevenshoeveelheden groeien, dus we moeten over naar nieuwere systemen. We zijn daar hard mee bezig en we hebben al serieuze stappen genomen. Omdat we de winkel intussen moeten openhouden, zijn hiccups onontkoombaar. Ik heb het trouwens aan de helpdesk gevraagd: zo’n tien studenten waren werk kwijt en bij zeker de helft is dit opgelost. Onwijs vervelend, maar in de totale orde van grootte valt het dus wel mee.’ Het ISSC ontstond in 2010, toen de ICT-voorziening van de faculteiten Sociale Wetenschappen en Wiskunde en Natuurwetenschappen met de oude I-Groep werden samengevoegd. Daarin waren Rechten, Geesteswetenschappen en het Bestuursbureau al ondergebracht. Met de reorganisatie zouden 14,5 voltijdbanen verdwijnen en er zou vijf ton bespaard worden. ‘Dat is eigenlijk direct gelukt, maar het ISSC had nóg een opdracht’, vertelt Vonk. ‘Namelijk de dienstverlening gemeenschappelijk maken. Dat is wat studenten en medewerkers nu zien gebeuren: de uitrol van NUWD.’ Oftewel: de Nieuwe Universitaire Werkplekdienst, die stapsgewijs per instituut wordt ingevoerd. In het kort krijgt iedereen daarbij dezelfde nieuwe softwareversies en universiteitsbreed toegang tot opgeslagen gegevens en de agendafunctie. Dat proces begon pas in september 2012. Het ISSC kende niet bepaald een vliegende start. Kort na de oprichting overleed de vorige directeur. Vonk: ‘In de interimsituatie die volgde, moest de organisatie nog steeds één geheel worden. Momenteel maken we een inhaalslag.’ Onlangs is Sociale Wetenschappen overgeschakeld en eind dit jaar moet dat voor Wiskunde en Natuurwetenschappen als laatste faculteit ook het geval zijn. Momenteel wordt

er gewerkt aan biologie. Farmacologie, scheikunde en informatica zijn uiteindelijk na de zomer aan de beurt. Intussen komen ICT-kwesties, zoals traagheid of de verloren scriptie van Krol, regelmatig ter sprake tijdens universiteits- en faculteitsraadsvergaderingen. Bij de faculteit Wiskunde en Natuurwetenschappen is ‘het functioneren van

‘Gebruikers hebben meer relevante kennis dan de beheerders het ISSC’ voorlopig zelfs een vast agendapunt. ‘Per faculteit is de migratie een graadje complexer’, legt Vonk uit. ‘De afdelingen die in de VUWomgeving werkten waren behoorlijk geharmoniseerd ingericht. Bij Sociale Wetenschappen was er, in jargon, al sprake van een domeinmigratie. Bij Wiskunde en Natuurwetenschappen komen nog meer ingewikkeldheden kijken. Het systeem moet ontsloten worden voor Mac en Linux, mensen werken met veel verschillende applicaties en bovendien is er veel zelfwerkzaamheid. Medewerkers nemen zelf allerlei initiatieven op de pc’s. Dat moet dus veel grondiger geïnventariseerd worden.’ De bètastudenten hebben zelf ook een grondige inventarisatie gemaakt. Zo is het niet langer mogelijk om ’s nachts computers te laten rekenen aan projecten, de werking van e-mailaliassen is ‘zwarte magie’ voor het ISSC en Dropbox is verboden zonder dat er een alternatief komt, is te lezen in een brief aan de faculteitsraad, geschreven door wiskunde- en informaticastudenten. De helpdesk is volgens hen bovendien slecht bereikbaar en antwoorden en oplossingen laten lang op zich wachten, of blijven uit. Kleinere dingen worden maar niet meer aan het ISSC gemeld, ‘want voor je het weet werkt wat er nu wel eindelijk werkt niet meer’. Computers worden ’s nachts inderdaad van op afstand uitgezet. Vonk: ‘Dat scheelt energie. We krij-

gen medewerkers niet allemaal zo ver dat ze zelf hun computer na een werkdag uitschakelen. Bovendien moet er regelmatig gepatcht worden. Dat houdt in dat er updates overheen moeten bij softwareproblemen, zoals gaten waar virussen doorheen kunnen. Daarbij moeten pc’s af en toe opnieuw worden opgestart.’ Voor de nachtelijke berekeningen oppert ze het gebruik van rekenclusters in plaats van pc’s. ‘Dat zijn apparaten die twenty four seven kunnen doorgaan.’ Van Dropbox is de Universiteit Leiden dan weer geen voorstander, vanwege The Patriot Act: de NSA leest mee. Vonk: ‘De universiteit werkt met andere universiteiten en SURF aan het alternatief SURFdrive. Aanvankelijk alleen voor medewerkers, want er hangt wel een prijskaartje aan.’ En de studenten dan? Vonk: ‘Die kunnen samenwerken via SharePoint, of de schijfruimte.’ De briefschrijvers hebben zelf ook zo hun ideeën over de oorzaak van de ICT-perikelen. Volgens hen was het een misvatting dat een Windowswerkplek voor bijvoorbeeld Geesteswetenschappen, dezelfde dienst is als een werkplek bij wiskunde en natuurwetenschappen. Daar wordt namelijk vaker met Linux gewerkt, wat een ‘significant andere expertise van de systeembeheerders vereist’, schrijven de studenten. Volgens hen is iedereen het erover eens dat het beleid ‘hinderlijk en contraproductief werkt’ en ‘de gebruikers meer relevante kennis hebben voor het beheer dan de beheerders’. Een oplossing hebben ze ook: ‘Het ISSC losweken van het beheer van de Linux-omgevingen’, maar ze vrezen dat dit moeilijk geaccepteerd zal worden. ‘Tja, als je wel in jouw toko met tien of tachtig man kunt samenwerken, maar níet met de hele universiteit; wat voor beeld schets je dan?’ reageert Vonk. Het ISSC doet overigens wel toenaderingspogingen, bijvoorbeeld met aparte onderzoeksnetwerken voor bèta-afdelingen. Vonk: ‘Als je studenten en medewerkers loslaat op de machines, kunnen ze de rest van de dienstverlening beïnvloeden met virussen en malware. Onze firewalls houden die tegen, maar daardoor is er minder mogelijk op standaard pc’s. Binnen die aparte onderzoeks-

netten kan er juist meer, terwijl de rest beschermd wordt.’ Aangezien alle faculteiten bij de NUWD-migratie in één omgeving terecht moeten komen, en losweken dus geen reële optie is, pleiten de studenten in elk geval voor een bereikbaar en professioneel Linuxteam. Uiteindelijk moeten die er voor Windows, Linux en Mac ook komen, maar Vonk denkt dat de grootste vraag zal verdampen. ‘Nu, tijdens de migratie, zitten we natuurlijk in een dalletje. Maar uiteindelijk is ons doel een situatie zónder verstoringen.’ Ze verwacht dat het na 2014 een stuk rustiger wordt. ‘Wat het systeem betreft dan. Achter de schermen moeten we dan nog héél veel opruimen.’ Voor het laatste voorstel van de studenten staat ze wel open: een groep van studenten en personeelsleden die mee mogen praten met het ICT-management. ‘Maar dan wel via de instituutsmanagers. Zij huren mij immers in.’ De vraag naar communicatie klinkt ook elders. ‘Als er regelmatig stukken in de nieuwsbrief staan, heb je bij storingen en andere problemen in elk geval het idee dat er met man en macht aan gewerkt wordt’, zegt Altena bij Rechten. Dubelaar: ‘Tips van de ISSC-helpdeskmedewerkers zijn ook heel welkom. Zij komen al met bruikbare suggesties, zoals werken via je USB-stick of op je eigen laptop. Dat kan het verschil maken tussen gewoon traag of heel traag.’ Maar dergelijke omwegen zijn wel foutgevoeliger, vindt Altena. ‘USBsticks gaan kapot of liggen per ongeluk nog thuis. Dan is de P-schijf toch meer idiot proof.’ Te Beest tipte het ‘stickie’ ook, toen vorige maand de haperende ICT in de universiteitsraad ter sprake kwam. Bij een grote schijfstoring voorzag het ISSC de receptie van de Universiteitsbibliotheek van extra USB-sticks. Ook Krol gebruikt ze vaak. ‘Maar toen mijn scriptie verdwenen was nét even niet. Toch moet je eigenlijk ook van het systeem op aan kunnen.’ Vonk waarschuwt studenten en medewerkers er juist voor om niet blind te varen op de ICT: ‘We vertrouwen allemaal op de 220 Volt, maar ook de elektriciteit valt wel eens uit.’


12  Mare · 19 juni 2014 Achtergrond

Het is zo snel gegaan Het eerste jaar van de rest van je leven

Ruim 5600 nieuwe studenten streken aan het eind van de zomer van 2013 neer in Leiden. Mare volgde dit academiejaar drie nieuwkomers. Eentje haakte er af, de rest bereidt zich voor op de vakantie. ‘Ik heb echt geluk dat ik een studie gevonden heb waar ik me thuisvoel.’

‘Het bevalt nog prima bij mijn ouders’ Isra Acherrat (19) Studie: Criminologie in Leiden Uit: Noordwijk

Foto’s Taco van der Eb

‘Best een rollercoaster’, beschrijft Isra Acherrat haar eerste studiejaar. ‘Het begon spannend. Je moet toch even ontdekken hoe zo’n universiteit werkt, hoe het hele studentenleven in elkaar steekt én hoe je het leren van een tentamen moet aanpakken. Tijdens de eerste hoorcolleges had ik geen idee waar ik op moest letten. Inmiddels is de grote hoeveelheid studiestof wel behapbaar.’ De eerstejaars criminologen groeiden intussen uit tot hechte groepen. ‘Dankzij Leiden Law Practices zitten we het hele jaar in dezelfde groep. We hebben een chat om elkaar op gang te helpen en het is erg gezellig. Soms zelfs te ge-

zellig. Dat ga ik in het tweede jaar wel missen.’ De kerstvakantie werd, zoals ze in december al voorspelde, een ‘knalvakantie’. ‘Letterlijk, want pas na het vuurwerk realiseerde ik me dat ik toch écht de boeken in moest duiken. Het hielp wel en die goede tentamenresultaten gaven frisse moed. Bovendien kun je extra vakantiedagen creëren door herkansingen te voorkomen.’ Ze wacht nog op de laatste tentamenresultaten. ‘Ik heb geen voorspellende gaven, maar wat ik al wel heb gehoord, is mooi. Best wel heel erg mooi zelfs. ’ Voor de zomer heeft ze zich alvast ingeschreven bij een uitzendbureau. ‘Promotiewerk lijkt me wel leuk. Samples uitdelen dan, want met het werven van abonnees maak je mensen minder blij. Daar loop ik zelf ook altijd met een grote boog omheen.’ Vakantieplannen heeft ze niet. ‘Misschien in het najaar, als ik weer wat herkansingen weet te voorkomen.’ Ze woont nog bij haar ouders in Noordwijk en als het aan haar ligt verandert dat voorlopig niet. ‘Ik heb geen plannen om op kamers te gaan. Het bevalt prima thuis en met de bus of de fiets ben je zo in Leiden.’ Een periode in het buitenland staat nog wel in de planning. ‘Waarheen of voor welke vakken weet ik nog niet, maar het wordt een semester tijdens mijn derde jaar. Ik ben nu nog jong en ik heb er de energie voor.’ Bij studievereniging CoDe heeft ze zich vast aangemeld voor de meeloopdagen. ‘Vroeger wilde ik heel graag in de gevangenis werken, maar inmiddels lijkt het Openbaar Ministerie me ook leuk. Over de toekomst moet ik nog maar eens goed nadenken. Het eerste jaar van criminologie is nog zó inleidend, dat je eerst door moet krijgen wat je eigenlijk aan het doen bent, voor je een richting kunt kiezen.’ Inmiddels voelt ze zich erg thuis op het KOG. ‘Het is niet echt spannend meer. Ik kan me nauwelijks nog voorstellen dat ik hier een jaar geleden níet rondliep.’

‘Studentenfeestjes heb ik wel gehad’ Eva Oskam (19) Studie: Leiden University College in Den Haag Uit: Capelle aan den IJssel Er staat een pooltafel midden in de lounge van het Anna van Buerengebouw. In september oogde de ruimte nog vooral leeg en klinisch, nu hangen er ballonnen van een feestje gisteravond en van alle kanten komen stemmen en etensgeuren voorbij. ‘We hebben het met z’n allen in een jaar tijd echt opgestart’, vertelt Eva Oskam. ‘Sommige bewoners hebben zelfs onderzoekjes gedaan naar de ontwikkelingen.’ Sinds september 2013 moeten alle eerstejaarsstudenten van het Leiden University College twee jaar op de campus komen wonen. Ze hebben een eigen studio met een keuken en sanitaire voorzieningen. Oskam behoorde tot de eerste lichting. ‘Het is zó snel gegaan. Ik weet nog goed dat ik hier spullen ging kopen om mijn kamer op te vullen. En nu zit een derde van mijn bachelor er alweer op.’ Deze zomer neemt ze deel aan een conferentie in Georgië over gendergelijkheid. ‘Met jongeren uit heel Europa delen we daar onze situaties en ervaringen. En ik ga ook met mijn vriend nog twee weken naar Frankrijk. Even bijkomen van dit jaar.’ Ze moet nog twee cijfers krijgen. ‘Maar zoals het er nu naar uitziet, is alles in the pocket.’ Om zich heen zag ze verschillende studiegenoten stoppen. ‘Zo bizar. Ik heb echt geluk dat ik een studie gevonden heb waar ik me thuisvoel.’ Na de zomer moet ze voor colleges ook naar Leiden, maar Den Haag bevalt haar wel. ‘Hoewel de gemeente het wel promoot, is Den Haag niet echt een studentenstad. Maar als ik dat had gewild, was ik wel naar het University College van Maastricht of Utrecht gegaan. Ik zat in Rotterdam op de middelbare school. Die studentenfeestjes heb ik daar al wel gehad.’ Na het vwo besloot ze vanwege de dreiging van het leenstelsel direct studeren te verkiezen boven een jaar reizen. Het leenstelsel zou toen misschien al in 2014 ingevoerd worden en dat

reizen zou vanzelf wel komen met een studie als deze. ‘Inmiddels heb ik ervoor gekozen om in deeltijd een extra bachelor rechtsgeleerdheid te volgen. Er zijn meer aanmeldingen dan plaatsen, dus ik moet de loting nog even afwachten. Maar als het lukt, zal het wel zwaar worden. Ik kan dus niet op exchange tijdens mijn derde jaar. Maar de selectie daarvoor is sowieso heel streng. De Universiteit Leiden wil niet meer studenten weg laten gaan dan er vanuit het buitenland hierheen komen, en bijna iedereen wil weg.’ Het buitenland moet inmiddels dus wachten tot na haar studie. ‘‘En ik zou mijn carrière graag in Nederland willen opstarten, misschien als advocaat or rechter. Maar ik wil echt nog steeds naar het buitenland. Misschien over vijf of tien jaar.’ Door Marleen van Wesel

Maretjes De prijs voor een Maretje bedraagt €8,– per 30 woorden, opgegeven via redactie@mare.leidenuniv.nl uiterlijk t/m maandag 16.00 uur. Maretjes aangeboden voor commerciële doeleinden worden niet geplaatst, evenmin als Maretjes waarin zaken worden aangeboden die de waarde van 4.500 euro te boven gaan. Alle bijlesgevers bedankt, en een goede zomer! Voor volgend schooljaar natuurlijk weer: Doe meer met je kennis! Vrijwilligers gezocht voor één uur per week bijles en huiswerkbegeleiding op verschillende locaties of bij de leerling thuis. Basisschoolleerlingen uit verschillende groepen zoeken bijles in bijv. rekenen, spelling en begrijpend lezen. Soms wordt een vergoeding (tot 5 euro) betaald. Voor meer informatie over één uur per week vrijwillige bijles of huiswerkbegeleiding: Onderwijswinkel, Driftstraat 77, ma, wo en do 15-17u. Tel: 071-5214256. E-mail: hdekoomen@owwleiden.nl.

Zingen bij een goed en gezellig koor? Leiden English Choir heeft plaats voor tenoren en bassen. Studenten en pas afgestudeerden 1e jaar gratis. Vanaf september barokprogramma. Meer weten? Zie www.lec.nl Want to join a high-quality and sociable choir? Leiden English Choir seeks tenors and basses. First year free for students and recent graduates. Baroque programme starts September. See www.lec.nl Gezocht: Logerende POEZENOPPAS voor 2 lieve oude katers. Huis centrum Leiden met mooie, rustige, tuin. 3 t/m 10 augustus, en nog een week in augustus in overleg. Tel: 071-5120061 en 0611224698 Je bent (bijna) afgestudeerd. Hebt uitstekend cijfers voor wiskunde en je bent op zoek naar een uitdagende baan. Kijk op www.northpool.nl/careers voor die baan in de energiesector!

Help Alzheimer overwinnen. Dan hoeft niemand zichzelf te verliezen. www.alzheimer-nederland.nl

p Alzheimer overwinnen. n hoeft niemand zichzelf

Academische Agenda Prof. dr. D.E. Atsma zal vrijdag 20 juni om 16.00 uur een oratie houden bij de benoeming tot hoogleraar in de Geneeskunde met als leeropdracht Cardiologie, in het bijzonder Cardiale Celtherapie. De titel van de oratie is ‘Hart 3.0: stimulatie tot regeneratie’. Dhr. K.M. Maaskant hoopt op maandag 23 juni om 15.00 uur te promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Tracing the evolution of protoplanetary disks’. Promotors zijn Prof. dr. A.G.G.M. Tielens, Prof. dr. L.B.F.M. Waters (UvA), Prof. dr. C. Dominik (UvA). Dhr. M. Goykhman hoopt op dinsdag 24 juni om 10.00 uur te promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Strings and AdS/CFT at finite density’. Promotor is Prof. dr. J. Zaanen. Mw. L.I. Willems hoopt op dinsdag 24 juni om 13.45 uur te promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Direct and two-step activity-based profiling of proteases and glycosidases.’ Promotors zijn Prof. dr. H.S. Overkleeft en Prof. dr. G.A. van der Marel. Mw. I.R. Klein-Wieringa hoopt op dinsdag 24 juni om 15.00 uur te promoveren tot doctor in de Geneeskunde. De titel van het proefschrift is ‘Adipose tissue

inflammation: implications for joint diseases.’ Promotors zijn Prof. dr. G. Kloppenburg en Prof. dr. R.E.M. Toes. Dhr. J.A. van der Steen hoopt op dinsdag 24 juni om 16.15 uur te promoveren tot doctor in de Geesteswetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Memory Wars in the Low Countries, 15661700.’ Promotor is Prof. dr. J. Pollman. Dhr. S.A. Verschoor hoopt op woensdag 25 juni om 10.00 uur te promoveren tot doctor in de Sociale Wetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Learning about goals: Development of action perception and action control’. Promotor is Prof. dr. B. Hommel. Dhr. S. Zeng hoopt op woensdag 25 juni om 11.15 uur te promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Mononuclear spin transition materials based on the bapbpy scaffold’. Promotor is Prof. dr. E. Bouwman. Mw. N. Snelder hoopt op woensdag 25 juni om 12.30 uur te promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Towards predictive Cardiovascular safety’. Promotors zijn Prof. dr. M. Danhof en Prof. dr. D.R. Stanski. Mw. N.J. Davidse hoopt op woensdag 25 juni om 13.45 uur te promoveren tot doctor in de Sociale Wetenschappen.

De titel van het proefschrift is ‘Links between Executive Functions and Early Literacy and Numeracy’. Promotors zijn Prof. dr. A.G. Bus en Prof. dr. J.T. SwaabBarneveld. Dhr. J. Deelen hoopt op woensdag 25 juni om 15.00 uur te promoveren tot doctor in de Geneeskunde. De titel van het proefschrift is ‘Genetic and biomarker studies of human longevity’. Promotors zijn Prof. dr. P. Slagboom en Prof. dr. R.G.J. Westendorp. Dhr. D. Guo hoopt op woensdag 25 juni om 16.15 uur te promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Drug-target residence time – a case for the adenosine A1 and A2A receptors.’ Promotor is Prof. dr. A.P. IJzerman. Dhr. T.I.M. van Werkhoven hoopt op donderdag 26 juni om 10.00 uur te promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Lasers, lenses and light curves.’ Promotors zijn Prof. dr. C.U. Keller en Prof. dr. H.C. Gerritsen. Mw. Y. Hu hoopt op donderdag 26 juni om 11.15 uur te promoveren tot doctor in de Sociale Wetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘The role of research in university teaching’. Promotors zijn Prof. dr. N. Verloop en Prof. dr. K. van Veen (RUG).

Mw. M. Smit hoopt op donderdag 26 juni om 13.45 uur te promoveren tot doctor in de Geneeskunde. De titel van het proefschrift is ‘Obstetric Emergencies in Primary Midwifery Care in The Netherlands’. Promotor is Prof. dr. J.J.M. van Roosmalen. Dhr. S. Shafa hoopt op donderdag 26 juni om 15.00 uur te promoveren tot doctor in de Sociale Wetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘In the eyes of others’. Promotor is Prof. dr. N. Ellemers. Mw. A.H. Stam hoopt op donderdag 26 juni om 16.15 uur te promoveren tot doctor in de Geneeskunde. De titel van het proefschrift is ‘Genetics of migraine and related syndromes’. Prof. dr. M. Schilthuizen zal vrijdag 27 juni om 16.00 uur een oratie houden bij de benoeming tot hoogleraar in de Geneeskunde met als leeropdracht Kenmerkevolutie en Biodiversiteit. De titel van de oratie is ‘Endless Forms: Character Evolution and Biodiversity’. Dhr. D. Erhard hoopt op dinsdag 1 juli om 13.45 uur te promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘The parabolic Anderson model and LongRange percolation’. Promotor is Prof. dr. F. den Hollander.


19 juni 2014 · Mare Studentenleven

Het jäärboek vän høt jäär

Elk jaar beloont Mare de beste verenigingsalmanak met eeuwige roem én een fust bier. Over lichte pikken, geheime badmutsen en Zweedse gehaktballetjes. Oké jongens, laatste waarschuwing. Voor elke keer dat we nu nog pixels kunnen tellen doodt God een jong poesje. Dat een foto er goed uitziet op je beeldscherm, wil nog niet zeggen dat hij ook geschikt is voor druk, oké? We zullen geen namen noemen, en zeker niet die van Spil en Grotius, maar volgend jaar eisen we mooie kaaklijnen in plaats van blokkenkoppen. Ten tweede, het blijft lastig: less is more. Sommige commissies hebben wel heel veel geld nodig om hun almanak een goedkope uitstraling te geven. Het feit dat er heel veel lettertypen, kleurtjes en plaatjes beschikbaar zijn, wil niet zeggen dat je deze naar hartenlust kunt combineren. Het thema ‘Waanzin’ gaf de almanakcommissie van Quintus blijkbaar een vrijbrief om los te gaan met drukke achtergrondjes, kinderachtige lettertypes, glimmende foto’s en vele verfspetters. Deze almanak is simply too much. Jammer, want de omslag en het sterke thema hadden ons wel nieuwsgierig gemaakt. En tot slot, in een ledenlijst willen we de nuttige gegevens van de leden terugvinden. Voor sommige almanakcommissies komt dit misschien hard aan: maar de ledenlijst is het enige gedeelte van de almanak dat ook na de uitreiking nog eens opengeslagen wordt. Telefoonnummers zijn dan geen overbodige luxe (Minerva, Njord, Labyrint). Een positievere noot: we werden blij van de statistieken. Ons leven is zoveel rijker nu we weten dat SSR-leden tijdens hun studie gemiddeld 5,38 kg aankomen, dat 52% van de leden graag met bier gooit, en dat 34% condooms gebruikt terwijl 15% een sok prefereert. Bij Asopos werd 9986 liter bier geconsumeerd, tegenover 940 liter frisdrank. Hebben Quinten meer bedpartners dan Augustijnen? Als iedereen volgend jaar braaf een statistiekenpagina in zijn boekje opneemt, is de jury gelukkig. Sommige almanakken springen er niet echt uit, anderen lijden onder de vergelijking. De almanak van Njord is goed verzorgd en kleurrijk, maar is humorloos in vergelijking met de almanak van Asopos de Vliet. De almanak van de M.F.L.S. (biomedische wetenschappen en geneeskunde) haalt het niet bij de lustrumalmanak van vorige jaar. Een almanak die wel opvalt is die van culturele vereniging Prometheus. Bestiarium vormt een welkome afwisseling na duizenden pagina’s met zuipende studenten. De almanakcommissie legde de leden een enquête voor en de leukste antwoorden zijn terug te vinden in de ledenlijst. De Promethanen delen hun favoriete Nederlandse woorden (semipermeabel; fnuiken; hekelbeer), lievelings(fabel)dier (wentelteefje) en archaïsmen uit de Nederlandse taal die ze graag weer zouden terugbrengen (kanaalzwemmen voor zappen; gedesequilibreerden). De almanak straalt intelligentie uit, maar ook een hoog nerdgehalte. Zo melden leden zonder gêne dat hun favoriete sport zwerkbal is, geven ze citaten als ‘Use the force, Harry’ en ‘Ceterum censeo Carthaginem delendam esse.’ Ook bestempelen ze de geur van verse computerhardware als hun guilty pleasure. Dude, wil je écht de rest van je leven alleen blijven? Dat groter niet altijd beter is, bewijst de almanak van Augustinus. Het thema – ‘Groen als gras’ – komt niet echt goed uit de verf omdat de (bestuurs)leden van de vereniging

DOOR PETRA MEIJER EN MARLEEN VAN WESEL

maar weinig groene ambities hebben. De commissie geeft wat groene tips om 215 euro per maand te besparen en ook het jaaroverzicht ziet er netjes uit, maar als snel volgt een eindeloze reeks cordialen, gezelschappen, verbanden, commissies, subverenigingen, huizen en subs. Zij hebben stuk voor stuk een bezopen foto ingeleverd of een ranzig plaatje van internet geplukt. Hierdoor is een derde van de almanak gevuld met onzin. De milieubewuste almanakcommissie had hier best wat papier kunnen besparen. De rest van de almanak heeft overigens een fijne, rustige uitstraling door de zachte kleuren en het matte papier. Ook de statistieken zijn vermakelijk. Opvallend: een zesde van de eerstejaars dacht tijdens de KMT kleine zoogdieren te moeten mishandelen. Nog opvallender: ze werden desondanks lid. Maar een grote almanak hoeft kwaliteit ook niet in de weg te staan. De derde plaats is namelijk voor het dikste exemplaar: de lustrumalmanak Belle époques van Minerva. Het thema is ver doorgevoerd en de oude zwart-witfoto’s in de sectie ‘Redactioneel’ geven een uniek inkijkje in het studentenleven van vroeger. De quotes zijn geweldig (‘Ik ben nooit dronken, ik ben gewoon niet moeilijk’) en de foto’s in de almanak maken een bijzonder professionele indruk. Een minpuntje is het ontbreken van telefoonnummers in de ledenlijst. Daarnaast vonden we het opmerkelijk dat de bestuursgang het nodig achtte om een aantal fotopagina’s met grof geweld uit de almanak voor Mare te verwijderen (‘Die houden we graag privé’). En dat terwijl de foto’s van de KMT van jaargang 2013 nu ook weer niet zo spannend waren. Wat foto’s van sjaarzen in de catacombe, witte badmutsen, meel, water en hier en daar een ontbloot mannelijk bovenlijf. Gaaaaaap. Een welverdiende tweede plaats is er voor Asopos de Vliet. De almanak oogt fris, maar bevat ook inhoudelijk leuke stukken. Het jaaroverzicht is bijvoorbeeld opgeschreven in de vorm van een kroniek op rijm. Rosé rijmt dan misschien niet op passé, maar de maker krijgt zeker punten voor de moeite. De almanak bevat bovendien het katern ‘Hoe overleef ik het studentenleven’, met alles wat een sjaars moet weten over het fiksen van fietsen, de beste kebab én het nummer van de SOA Poli. De liedjes (‘Njord, njord, njord, je armpjes zijn te kort’) zijn vermakelijk, evenals het woordenboek. ‘Aanhalen: het richting tepel trekken van je paal. Afvallen: sport van lichte roeiers, waarbij senna-thee, regenpakken en vezel- en zoutloos voedsel een grote rol spelen. Wordt vaak serieuzer genomen dan de te starten wedstrijd. Kanoclub: zie ‘Njord’. Lichte pik: mannen van (op een wedstrijd) minder dan 72,5 kilo; compenseren hun gebrek aan gewicht door een overmatig grote mond. Njord: waka-vereniging; zie ‘Kanoclub’. Waterkip: zwartgevederde vogelsoort met rode snavel, familie van de rallen; vertoont vaak suïcidaal gedrag rondom roeiboten; niet te verwarren met de meerkoet. Zware bal: technisch en intellectueel minderbegaafde roeier met overtollig lichaamsvet; compenseert zijn gebrek aan techniek met kracht.’ We zouden er bijna van gaan roeien. De absolute winnaar is dit jaar de almanak van De Leidsche Flesch. Het is duidelijk dat de slechts vierkoppige almanakcommissie veel tijd gestoken heeft in dit strakke boekwerk. Het thema ‘Ikea’ komt overal terug. Zo zijn er Ikeastripjes over de børrel en stüdären, en bevat de almanak in het midden een uitvouwbaar spel naar voorbeeld van een Ikeaplattegrond. De prachtige foto’s van de commissieleden in de Ikea en de goed gekozen kleuren en lettertypen zorgen ervoor dat deze almanak echt op een Ikeacatalogus lijkt, zonder aan klasse in te boeten. De liederen worden gezongen door Ikea-poppetjes en de diverse zusterverenigingen en commissies hebben het thema allemaal braaf in hun bijdrage verwerkt. En laten we eerlijk zijn, wie rector magnificus Carel Stolker een lofrede weet te laten schrijven over Ikea, verdient sowieso de eerste prijs. Op de redactie staat een fust bier voor jullie klaar!

13


14  Mare · 19 juni 2014 English page

Frozen vaccines

Run for fun

Even wild mice enjoy exercising in treadwheels Leiden researchers have discovered that wild mice use treadwheels voluntarily, an important fact to remember when studying their tame cousins in the lab. “It seems as if they have an urge to move.” by Bart Braun The mice in Joke Meijer’s back garden made global headlines, starring in The New York Times, The Guardian, Der Spiegel, New Scientist and numerous other national and international media recently although, oddly enough, Meijer’s main job is brain research. “We study the body’s biological clock, specifically the network of nerve cells in the brain that control the rhythm of our 24-hour cycle. We use mice to measure that rhythm and to measure the activity of the mice, we hook up a computer to the treadwheels in their cages.” The professor of neurophysiology is not the only scientist to work with mice. All sorts of research into the effects of something on activity or the effects of activity on something is based, at least partly, on measurements of lab animals running in treadwheels. “That of course always raises the question of whether we’re measuring pathological behaviour”, continues Meijer. If you keep animals or humans in captivity, they might start displaying what’s known as stereotypical behaviour: compulsive, repeated

behaviour that’s quite clearly related to stress: walking to and fro, shaking their heads, licking the bars of the cage, etc. If a mouse only uses the treadwheel because it’s

deeply troubled, you’re not only measuring the results of exercise, but the results of its unhappiness too. Meijer adds: “If that were true, our research would be in trouble. But I never once thought it was stereotypical behaviour: the mice use the treadwheel on their very first day in the cage and use it less frequently as they get older, while animals display more and more stereotypical behaviour the longer they are kept in captivity. Even so, I decided to study them in the wild because I was truly curious about the results.” The only other observation of treadwheel use by animals outside captivity was recorded by Konrad Lorenz, the founding father of research into animal behaviour. A few of his

rats escaped and he managed to recapture them by putting out a treadwheel. But would animals that had never seen such a device use them? Meijer teamed up with the Leiden University Medical Centre’s delicate-engineering department to design special open cages containing treadwheels. The cages were equipped with infrared cameras and their wires were wide enough to allow mice and rats to enter but close enough to keep out foxes and other animals that might damage test set-up. “Many university medical centres have closed their engineering departments to economise although those departments can build things that allow you to measure things no one else can. You certainly can’t walk into a shop and just buy the equipment.” PhD student Yuri Robbers, who teaches biology at the Stedelijk Gymnasium School in Leiden, wrote the necessary programs and did the data analysis. Special funds were set aside some years ago for teachers who wanted to do PhD research on top of their teaching job and Robbers was one of the first to take advantage. “His plans suited our study to a T.” One of the cages was placed in Meijer’s back garden and the other in a closed-off area of the nature conservation area Meijendal near Wassenaar. “The bunkers there still have live sockets so we could use them to power the measuring apparatus with the help of long cords.”

In late May, the results were published in the biology journal Proceedings of the Royal Society B. And what do they reveal? Mice, shrews, rats and even frogs climb into the cages of their own accord for a run, even when there’s no food for them there. Infrared footage of a slug on the wheel has already been viewed some hundred and fifty thousand times on YouTube, although Meijer won’t make any claims on the slug’s conscious decision to exercise. “I have the impression that the mice do have the intention to run. You can see them jump off and then jump back on again to continue their run.” The first emails from enthusiastic readers who set up cameras and treadwheels in their gardens – and who have managed to capture running mice on films – have started to arrive. The running behaviour displayed by rodents is apparently not something they do because they are nervous

wrecks in captivity. And that’s good news for thousands of researchers across the globe who work with running mice. So why do they run? “It seems as if they have an urge to move. Biologists are quick to assume that all behaviour has a purpose; after all, it takes time and energy. But maybe they’re just playing. We noticed that younger animals use the treadwheel more often than the older creatures.” One detail fits in nicely with Meijer’s lab work: the treadwheel in the dunes was used far more often at night than during the day, though this difference was less noticeable in the cages in Meijer’s back garden. She suggests that perhaps the light pollution in Leiden has disturbed the circadian rhythm of mice.

Hepatitis B causes jaundice and liver infections, and if you are unlucky, it can kill you. Luckily, there’s a vaccine for it. If you’re planning a holiday in Africa or Asia, you can get a jab from the Municipal Health Service, the GGD. All they have to do at the GGD is reach into the fridge - no problems here, but in countries where hepatitis B is common, it’s not always easy to store the vaccines in a cool place. A group of pharmacologists from Groningen and Leiden researcher Gideon Kersten tried freeze-drying the vaccines and published a report of their attempts in the European Journal of Pharmaceutical Sciences. The trick is not just to freeze-dry the vaccines: you need to add some sugar before doing so. The sugar stabilises the proteins in the vaccines, which would otherwise separate. Adding sugar gives the vaccines a longer shelf-life than fluid vaccines have, even at higher temperatures. That’s good news, but the most important question is whether the vaccine still works after being freeze-dried and stored. The answer is it does in mice, at least. In fact: it works even more effectively. And that is good news in the long term, even for people in countries where fridges work.

Pollen A sort of vacuum cleaner has been installed on the roof of the Leiden University Medical Centre to extract pollen from the air. A biologist then counts the pollen grains, determines the variety and that information is published on sites like allergieradar.nl. This method has a couple of disadvantages: it must be done manually and even experts can’t always distinguish between related species just on the basis of their pollen grains. In the science journal Molecular Ecology Resources, researchers from the LUMC headed by geneticist Ken Kraaijeveld describe a different method. In brief, it means collecting the grains, extracting the DNA and determining the species of the plants from the DNA in their pollen. This process can largely be automated, in which case, pollen counts could be done in all sorts of places in the Netherlands. According to the authors, another advantage is that you can expand the vacuum-cleaner method to count bacteria and fungi spore relatively easily.

Worms Health experts across the globe are seeing a rise in the number of people with allergies. A possible explanation for the increase is the hygiene hypothesis: our environment is supposedly so clean our immune systems, having few challenges to cope with, do not learn properly when and how to respond. Worms seem to have an important part in this; the less exposure to parasitic worms, the more our immune systems lash out, causing more asthma and other illnesses. Or so it seems. In Pediatric Allergy and Immunology, Abena Amoah, a parasitologist, has collected all the research from recent years, revealing that, in practice, the hypothesis is difficult to prove. Though some studies show a clear, inverse relationship between the number of worms and frequency of the allergy, that is not the case in many studies. It is also not known whether treating a patient for worms will aid or obstruct the development of oversensitive reactions. It would be ideal if we could use the substances from the worms in a pill that could prevent allergic reactions without having a real worm infection. Clinical research with human volunteers is already underway, according to Amoah and her co-authors.


19 juni 2014 · Mare 15 Cultuur

Agenda

Kom de zomer door

Met Werfpop, het Glibberbal en het Midzomernachtfeest Mare houdt zomerstop, maar ook in juli en augustus valt er in Leiden van alles te beleven op cultureel gebied. Een greep uit het aanbod: door Masha Rademakers en Petra Meijer

Midzomernacht in de hortus. Foto Hans Clauzing

Stadsfotosafari Op zaterdag 21 juni treden de danscursisten van het LAK op in Theater Ins Blau. Een paar weken later organiseert het LAK voor het eerst een aantal zomercursussen. Tijdens de cursus ‘Songwriting’ kunnen deelnemers onder begeleiding van de bekende Leidse jazzzangeres Vivienne Aerts hun eigen liedje schrijven en opnemen. Ook voor de andere cursussen zijn bekende Leidenaren ingeschakeld. Theatergezelschap PS theater geeft de cursus ‘Locatietheater’, waarbij een speciale locatie in de stad wordt ingezet als theatrale plek die moet leiden tot een spontane ontmoeting met publiek. De Leidse kunstenaar Barthel Brussee begeleidt een groep deelnemers tijdens de vierdaagse cursus beeldhouwen in hout. De cursus vindt plaats op een charmante locatie, namelijk op het erf van theehuis ‘de Tuin van de Smid’ in het Cronesteyn Park.

Fotograaf Harry Otto regelt een vierdaagse fotosafari in Leiden. Er wordt niet alleen ingezoomd op historische plaatsen en natuur in de stad, deelnemers bezoeken ook de tentoonstelling Leve de mens! van Jimmy Nelson in Rijksmuseum Volkenkunde, en er is een boot afgehuurd zodat ze Leiden vanaf het water kunnen fotograferen. Tot slot is er een gevarieerde danscursus waarbij de deelnemers op twee verschillende niveau’s elke dag een andere dansstijl voorgeschoteld krijgen: latin, musical, ballet en hiphop. Voorstelling Dans Suite Wanneer: 21 juni, 16:00 en 20:00 uur Kosten: 5 euro Zomercursussen LAK Theater Wanneer: 7 t/m 10 juli (Theater, Fotografie, Beeldhouwen); 21 t/m 24 juli (Dans) en 28 t/m 31 juli (Zang). Kosten: tussen de 70 en 240 euro

Optreden tussen lampjes en hangmatten In de kortste nacht van het jaar zal de Hortus haar poorten openen om het Midzomernachtfeest te vieren. Er zullen verschillende koren en theatergroepen optreden, waaronder toneelgroep Al Dente en het Bètatoneel van studenten van de Faculteit Wiskunde & Natuurwetenschappen. Annelot van Esbroeck (23, Life Science Technology) vertelt: ‘Het Bètatoneel komt elk jaar voor het Midzomernachtfeest bij elkaar. Dit jaar gaat het toneelstuk over tijd. Iedereen is altijd maar druk, moet agenda’s naast elkaar leggen om afspraken te maken, zelfs al woon je in hetzelfde huis. Maar wat als iemands leven stil komt te staan, en de tijd op is? Dan moet je van elk moment genie-

ten. Dan vallen de maskers af.’ Het toneelstuk gaat opgevoerd worden in de openlucht. ‘Tussen de lampjes en hangmatten optreden schept een geweldige sfeer,’ aldus Van Esbroeck. De botanische tuin zal ’s nachts ook omgetoverd worden in een openluchthotel, waar je tussen de plantjes kunt slapen. Maar voordat de ogen dichtgaan is er genoeg te beleven, van een wijnproeverij tot een rondleiding in de Sterrenwacht. ‘Cultuurliefhebbers zullen gaan genieten’, aldus Van Esbroeck. Midzomernachtfeest in de Hortus Botanicus: zaterdag 21 juni. Kosten € 7,50 - ook als je een museumjaarkaart hebt.

TRIANON Jersey Boys Dagelijks 18.30 + 21.30 The Philosophers Dagelijks 21.30 Walking on Sunshine Dagelijks 18.45 + 21.30 KIJKHUIS De 100-jarige man die uit het raam klom Dagelijks 18.30, zo. 14.30 The Rover Dagelijks 21.00 The Grand Budapest Hotel Dagelijks 19.00 Joe Dagelijks 21.30, zo. 14.00 LIDO 22 Jump Street Dagelijks 18.45 + 21.30, za. zo. 14.30 Maleficent 3D Dagelijks 18.45, za. zo. wo. 14.30 Transcendence Dagelijks 18.45 + 21.30 Grace of Monaco Dagelijks 18.45 Godzilla Zo. ma. di. wo. 18.30 Edge of Tomorrow Dagelijks 21.30 X-Men Days of Future Past 3D Dagelijks 21.30 Bad Neighbours Dagelijks 21.30

MUZIEK

SCHELTEMA Licks and Brains 26 juni, 21.00 uur QBUS Gregory Page & his imaginary dance orchestra 27 juni, 20.30 uur, €10 euro LEIDSE HOUT Werfpop 20 juli 2014 BINNENSTAD Woodstock op het Water 5 en 6 juli 2014

THEATER

Glibberrr ‘m erin! Herinner je je de kneuzige valpartijen van Te Land, Ter Zee en In de Lucht nog, waar je vroeger met je hele familie genesteld voor de tv naar zat te kijken op een vrijdagavond? Het Quintus-damesdispuut Cassis en het herendispuut DaVinci organiseren als onderdeel van het 35-jarig jubileum het GlibberBal festijn ‘Lallen en Vallen met Glibbers & Ballen’. In het Huigpark zal een reusachtige baan opgezet worden met een lengte van 30 meter waar de deelnemers vanaf zullen racen, de afgrond in, richting de bel. Juliette van Noort vertelt: ‘Als spelvariant is gekozen voor het alombekende “Snel naar de Bel”, voor de gelegenheid omgedoopt tot “Glibberrr ‘m erin”. Aan het eind van de dag

zullen verschillende prijzen uitgereikt worden, zoals de pechprijs en de originaliteitsprijs. Waarschijnlijk zal niet één team droog blijven, het wordt echt een spektakel.’ De Leidse act Barry Badpak is ook van de partij en zal muzikale steun verlenen aan de teams, die bestaan uit studenten, Leienaars, en zelfs een stelletje enthousiaste Belgen. Onder het genot van optredens en eettentjes, is er die dag rondom de Maresingel plek voor zo’n vijftienduizend toeschouwers. Er zijn nog een paar plekken beschikbaar voor deelname, dus heb je zin in een natte broek, geef je dan op. Glibberbal: Zondag 13 juli, Huigpark. Toegang gratis.

Karikaturen en dreunende gitaren

The Opposites. Foto Agents After All

FILM

20 juli wordt de Leidse Hout weer bezaaid met de lege bierbekers en brullende bassen van Werfpop. Ook dit jaar staan er een hoop vette acts op het podium. De hiphop-act Dope D.O.D., afkomstig uit het Groningen, is één van de hoofdacts. Zij wisten in 2011 internationale faam te bemachtigen met de lancering van hun video What Happened, die zeven miljoen keer bekeken werd op YouTube. Na een samenwerking met Sean Price, en in het voorprogramma te hebben gestaan voor Limp Bizkit en Korn, spelen zij deze zomer op de grootste festivals van Europa. Ook de ontspannen grooves van ChefSpecial zullen over het festival golven. Deze graaggeziene festivalband is niet meer weg te denken uit de festivalscene sinds zij de huis-

band van De Wereld Draait Door waren. Vind je het allemaal wat soft, dan kan je je hart ophalen aan de Braziliaanse thrashmetalband Soulfly, die de organen uit je lijf zal rammen met hun dreunende gitaren en diepe grunts. ‘Er zal dit jaar ook een nieuw podium zijn, waar opkomende bands uit de regio zullen worden gepresenteerd. We willen hen op deze manier een push geven. Ook zullen dit jaar voor het eerst kunstenaars over het festivalterrein lopen, die bijvoorbeeld een mooie karikatuur van je kunnen maken,’ aldus Gwen Peroti. De meest belovende act zijn volgens Peroti de Compact Disk Dummies. ‘Mensen zullen gaan springen op hun electropunk’. Werfpop: zondag 20 juli, Leidse Hout 13:00-23:00. Toegang gratis.

IMPERIUM THEATER Moeders Mooiste speelt theatersport Vrijdag 27 juni, 20.30

DIVERSEN

BINNENSTAD Lakenfeesten 26-29 juni Leidse Hout Proefpark Leiden, biologische foodmarket 29 augustus-31 augustus HOOGLANDSE KERK Japan Festival 21 juni, 13.00 – 17.00 uur, Oude Vest Speedoswim zwemmarathon 20 juni 2014 GARENMARKT Leiden Culinair 26-28 juni HORTUS BOTANICUS Midzomernachtfeest 21 juni, 20.00 – 0.30 uur, €7,50 GALERIE LUMC Symposium Souvenir de Voyage Fotografie, toerisme en de blik op ‘de ander’ 26 juni, 13.30-16.30 Tentoonstelling Souvenir de Voyage 26 juni t/m 31 augustus 2014 Quintus Open Lustrumactiviteiten 11-18 juli 13 juli GlibberBal (Leidse Ter Land Ter Zee en in de Lucht), Huigpark, 13.00 uur 14 juli Flessenpost speciaalbier festival met bands en DJ’s, Boommarkt 17 juli ‘Beat of Africa’ festival, Boommarkt Minerva Open Lustrumactiviteiten 27 juni – 11 juli 28 juni Twee Eeuwen Maskerade, Binnenstad, 14.00 – 16.00 uur 3 juli Stadsdag ‘City Survival Run’, Binnenstad, 12.00-18.00 uur 3 juli Universiteit en Stadsfeest, Lustrumterrein, 23.00 – 06.00 uur


16

Mare · 19 juni 2014

Het Clubje

Inburgeren

Déjà vu

Foto Marc de Haan

‘We hopen op wind in de rug’ Leiden-Kopenhagen Jacob de Boer (23, geneeskunde): ‘We hadden tijd over. Daar moesten we maar wat moois mee doen, zoals naar Kopenhagen fietsen om geld op te halen voor de bestrijding van ALS. Rustig, in een week, was het plan. Maar iemand kwam met het idee om non-stop te fietsen. Dat gaan we zaterdag dus doen.’ Floris Schermerhorn (23, rechten): ‘In totaal is het 1071 kilometer. Dat kan korter, maar dan moet je grote stukken met een pont en fiets je niet non-stop meer.’ Matthijs Kleijn (24, geneeskunde): ‘We hopen op de wind in de rug.’ De Boer: ‘Zwaar wordt het toch wel. Maar daar bijt je doorheen.’ Dirk de Graeff (24, rechten): ‘We zijn met vier fietsers. Twee zijn er continu aan het fietsen, de andere twee mogen dan een paar uur rusten in de camper die meerijdt. Dat lijkt in het begin vast veel,

maar ’s nachts kun je dus ook niet langer dan drie uur slapen.’ Schermerhorn: ‘Bart Jorissen (niet op de foto, red.) en ik fietsen niet. Hij bestuurt de camper en ik houd de route in de gaten, zeker wanneer de camper even een andere weg moet nemen. Intussen zet ik filmpjes op www.leidenkopenhagen.nl.’ De Boer: ‘Het verhaal van Fernando Ricksen, de voetballer die bij De Wereld Draait Door vertelde over zijn ziekte ALS, raakte ons erg.’ Kleijn: ‘We kenden zelf geen ALS-patiënten, tot we aan dit project begonnen dan.’ De Graeff: ‘De teller staat op achtduizend euro en er is in totaal al vijftienduizend toegezegd. Dat gaat naar een kinderboek, waarin in Jip-en-Janneke-taal uitgelegd wordt wat er met mama of papa aan de hand is. Vooral met papa, want de ziekte treft meer mannen.’

Kleijn: ‘Paul van Dalsen (niet op foto, red.) en ik hebben als training meegedaan aan de Amstel Gold Race.’ De Graeff: ‘We fietsen ook regelmatig naar Scheveningen en terug, via de duinen. Van de fysio kregen we een schema waarin stond dat we minstens driehonderd kilometer per week moesten fietsen. ‘Tijdens de tentamens lukte dat niet altijd, maar we hebben wel consistent hard getraind.’ De Boer: ‘We vertrekken zaterdag 21 juni om zes uur ’s ochtends bij Minerva. Tot aan Den Haag, waar we de cheque aanbieden, fietsen drie VVD-Kamerleden en waarschijnlijk ook presentatrice Mariska Hulscher en oud-wielrenner en sportjournalist Thijs Zonneveld met ons mee. Daarna moeten we het tot maandagmiddag met elkaar doen.’

Kleijn: ‘Zo’n uitgebreid welkomstcomité hebben we trouwens niet. Ja, een vriend van ons.’ De Boer: ‘Die woont daar. En hij is verpleegkundige, dus hopelijk brengt hij wat verpleegsters mee die goed kunnen masseren.’ Kleijn: ‘Als we er maar voor 18.00 zijn, want dan voetbalt Nederland tegen Chili.’ De Graeff: ‘De ene helft komt woensdag met de camper weer terug, de andere helft neemt donderdag het vliegtuig. Precies op tijd voor de lustrumfestiviteiten van Minerva, die vrijdag beginnen. Hopelijk valt de zadelpijn mee, en kunnen we nog rechtop staan.’ De Boer: ‘Twee weken feesten. Nóg een zware beproeving.’ DOOR MARLEEN VAN WESEL

Vorige week zat ik in een kroeg die ik niet bij naam zal noemen - omdat ik de vorige keer dat ik een café bij naam noemde en complimenten maakten over uitstekende tournedos door de redactie van Mare werd beschuldigd van het maken van sluikreclame à la Martin Bril - op een groot scherm en met voldoende koud bier tot mijn beschikking naar Spanje – Nederland te kijken. Over hoe fantastisch die wedstrijd wel niet was, is ondertussen al genoeg gezegd, behalve dan dat ze die incompetente zak van een scheidsrechter met zijn voeten in beton moeten gieten en af moeten laten zinken in de Amazone. Alsof dat er niet meer toe doet als je wint. Naast me zat een man die in een vorig leven Rubberen Robbie moet zijn geweest. Terwijl het in de kroeg steeds rumoeriger werd naarmate Nederland verder voor kwam te staan, bleef hij onverstoorbaar op zijn kruk zitten, alsof ie het allemaal al had meegemaakt. Na de wedstrijd richtte hij zich tot mij. ‘Leiden’, begon ie, en hij nam een slok van zijn bier. Ik keek hem niet begrijpend aan. ‘Die van Gaal heeft gewoon naar Leiden zitten kijken voor dat voetbal van ‘m.’ ‘Sorry?’ zei ik, omdat ik er nog steeds geen idee van had waar hij in godsnaam heen wilde. ‘Kijk. Die hele wedstrijd, was gewoon een herhaling van het beleg van Leiden, zie je.’ Ik zag het niet, maar knikte instemmend. ‘Spanje is gewoon Spanje. Oppermachtig, in theorie onverslaanbaar. Maar dan komt van Gaal met zijn opstelling. Die vijf man verdediging, dat zijn wij, Leiden. Daar kom je in principe niet doorheen, maar daarmee is die wedstrijd nog niet gewonnen.’ ‘Daar moet je ook nog voor scoren’, vulde ik aan. ‘Precies! En tijdens het beleg had je toen de organist van de Pieterskerk, Speelman, die duiven stuurde naar de Geuzen, die de dijken bij Rotterdam doorbraken, zodat het water de Spanjaarden rond Leiden zou verjagen. Nou, die Speelman, dat was natuurlijk Daley Blind met zijn duiven, die lange ballen naar voren. En die geuzen waren Van Persie en Robben, die hebben de Spanjaarden verslagen. En toen ging die kleine weesjongen, Cornelis Joppenszoon buiten de poort kijken, waar ie een ketel met hutspot van de Spanjaarden vond en kwam ie ons vertellen dat we bevrijd waren.’ Ik wilde de beste man niet afvallen, maar de historicus in mij was toch niet helemaal overtuigd. ‘Maar die duiven werden toch helemaal niet in het Spaanse doel geschoten? Of dat water, het regende wel, maar om nou te zeggen dat dat de Spanjaarden heeft verjaagd…’ Hij liet zich niet van zijn stuk brengen. ‘Ik bedoel ook niet dat het precies zo is gegaan zoals bij het beleg, maar die tactiek heeft van Gaal gewoon van ons gejat.’ Hij keek me triomfantelijk aan: ‘Want welke kleur heeft hutspot?’ TIM MEIJER

Bandirah


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.