5 november 2015 39ste Jaargang • nr. 9
‘Man, het duurt uren voordat hij dood is’ Pagina 11
Islamitisch recht in de praktijk. ‘Hoeveel handen worden er nog afgehakt?’
Eindelijk stoppen met roken? Je identiteit speelt een belangrijke rol
Op pad in het slaaplab. ‘Ik heb drie wekkers om wakker te worden’
Pagina 3
Pagina 7
Pagina 9
Eerst schieten, dan kijken Getuigenissen van Nederlandse oorlogsmisdaden in Indonesië Historicus Gert Oostindie beschrijft in het boek Soldaat in Indonesië de dekolonisatieoorlog door de ogen van Nederlandse militairen. Het blijkt dat er veel meer oorlogsmisdaden zijn gepleegd dan tot nu toe bekend. ‘Afslachten die hap, paf neer die ploppers.’
airs verzamelde en analyseerde Oostindie brieven, dagboeken en memoires van militairen die in de periode van 1945-1950 naar Indonesië werden gestuurd om het gezag van Nederland in de kolonie te herstellen. Het draaide uit op een bloedig drama. ‘We hebben alles wat veteranen hebben gepubliceerd bij elkaar geharkt: honderdduizend bladzijden.’ Nederland bouwde een flinke troepenmacht op in Indonesië. In totaal telde de krijgsmacht 220.000 militairen, onder wie 160.000 Nederlanders. ‘De instructie van de legertop en het kabinet was altijd: “Gedraag je netjes.” De oprechte gedachte was: “We moeten de hearts and minds van de bevolking winnen.” Dat doe je niet door gruwelijk tekeer te gaan. Uit de documenten blijkt dat veel militairen de Indonesiërs met een mengeling van paternalisme en sympathie beschrijven. Maar als het volk zich tegen de militairen keert, dan deugt het al snel niet meer.’
DOOR VINCENT BONGERS
‘Wij kwamen niet om te doden. Wij schoten juist opzettelijk over de mensen heen. Totdat op een dag zes makkers van ons in een hinderlaag reden en werden afgeslacht. Alles wat aan een mens zit, was eraf gesneden. Die dag ben ik soldaat geworden. Vanaf toen gold: eerst schieten en dan gaan kijken.’ (Militair Jan de Golde) ‘De meeste jongens die naar Indonesië vertrokken, dachten dat ze daar iets goeds gingen doen’, zegt historicus Gert Oostindie, directeur van het Koninklijk Instituut van Taal-Land- en Volkenkunde (KITLV) in Leiden. Samen met collega’s, studenten en stagi-
‘Waar ik kom, kijken mij die wanhopige, niet begrijpende ogen aan, die smeken om niet te worden neer-
geschoten door verdierlijkte mensen die god betert de macht hebben te beschikken over ’t leven van deze argelozen.’ (Dienstplichtig militair Benno van Eijnt in een brief aan zijn ouders) De Nederlandse soldaten kregen met verschillende groepen Indonesische strijders te maken en raakten verstrikt in een guerrillaoorlog. Naast het leger van de republiek waren er fanatieke aanhangers van de nationalisten die door militair Krijn van Putten worden omschreven als ‘de Hitlerjugend van Soekarno’. Hun fanatisme is ‘levensgevaarlijk’, schrijft hij. ‘Ze lopen gewoon dwars door het vuur heen. Toch een zielig gezicht, al die bloedmooie ventjes, aan flarden, armen of benen er af en de ingewanden over straat.’ Er waren ook fanatieke moslimmilities, omschreef veteraan Harry Akkermans. ‘Hizbullahs waren geoefende eenheden van jonge Indonesische moslims, met haar tot op hun rug, omdat ze hadden gezworen dat niet af te knippen totdat ze de Nederlanders verslagen hadden.’
Vuurgevecht van Nederlandse militairen op een Indonesische sawah, in 1946. Foto Spaarnestad/Hollandse Hoogte
Nu in de boekhandel en webshops: Nu Nu in in de de boekhandel boekhandel en en webshops: webshops: (ook als eBook) (ook (ook als als eBook) eBook)
Oostindie: ‘Mijn schoonvader die inmiddels is overleden, was militair in Indonesië. Ik heb er helaas nooit echt met hem over gesproken. Hij was tegen de politionele acties; vond het een koloniale oorlog. Maar je werd daar onderdeel van een groep, daar ontstond een enorme solidariteit. Je moet jezelf en anderen in leven zien te houden. Je wordt zo’n oorlog ingetrokken. Politici die militairen op een missie sturen moeten eigenlijk eerst de getuigenissen van deze mannen lezen. Dan krijg je pas een idee hoe ingewikkeld militair ingrijpen eigenlijk is.’ ‘Dus ging het vaak op een beestachtige wijze vermoorden, afslachten die hap, van beide zijden onverminderd door, hoewel het van onze zijde vaak verdoezeld werd. […] Dat had soms niets met militaire of strategische belangen verdedigen te maken. Dat was systematisch en koelbloedig uitmoorden, waarbij er ook menige onschuldige burger aan moest geloven, wat barst het, blauwe jongens genoeg, dus paf neer die ploppers.’ (Marinier Bertus van Gils) > Verder lezen op pagina 6
Huurtoeslag? Welles! Nietes! Hebben internationale studenten recht op huurtoeslag? Daarover bestaat grote verwarring. Gevolg: vorderingen en rechtszaken. ‘We worden misbruikt.’ ‘I freaked out!’ zegt Julia Heuritsch. In haar brievenbus lag een brief van de Belastingdienst. ‘Ik moest mijn huurtoeslag terugbetalen. 1500 euro!’ Twee jaar geleden kwam ze uit Oostenrijk naar Leiden, voor een master sterrenkunde. Als internationale student huurde ze via SEA Housing van de Universiteit Leiden bij DUWO een studio aan de Hooigracht, in het voormalige Elizabethziekenhuis. ‘In een Facebookgroep voor internationale studenten las ik dat ik overal zou horen dat er geen huurtoeslag mogelijk was, maar dat ik het tóch kon aanvragen, en er verder geen ruchtbaarheid aan moest geven. Ik dacht: oké… ingewikkeld.’ DUWO wijst haar huurders inderdaad niet actief op die mogelijkheid. ‘We merken dat het in de praktijk tot discussies leidt’, zegt Michiel Ensink, vestigingsdirecteur bij DUWO Leiden. Wel heeft een huurder voor een aanvraag een specificatie van huur- en servicekosten van de verhuurder nodig. Verder noemt Ensink het ‘een zaak tussen de huurder en de Belastingdienst waar wij buiten staan.’ ‘Iedereen in mijn gebouw, degenen die van huurtoeslag hadden gehoord althans, kreeg een vordering’, zegt Heuritsch. Na een bezwaarschrift bleef de Belastingdienst erbij dat haar woning volgens haar verhuurder niet in aanmerking kwam voor huurtoeslag. ‘Het zou geen zelfstandige woonruimte zijn. In een Facebook-groep, waarvan binnen de kortste keren tachtig medebewoners lid waren, verzamelden we foto’s van onze eigen keukens, toiletten en voordeuren, om aan de Belastingdienst te tonen.’ Die hield voet bij stuk, ‘op grond van informatie van zowel de Verhuurder als de Verhuurdersadministratie van kantoor Toeslagen.’
DOOR MARLEEN VAN WESEL
> Verder lezen op pagina 8
LITERAIR TALENT OPGELET! WIN € 250 MET MARE-KERSTVERHALENWEDSTRIJD
We dreigen te stranden op klimaat. We We dreigen dreigen te te stranden stranden op op klimaat. klimaat. Maar zijn verdeeld. Welke aanpak Maar Maar zijn zijn verdeeld. verdeeld. Welke Welke aanpak aanpak brengt onze waarden op één lijn, brengt brengt onze onze waarden waarden op op één één lijn, lijn, en mobiliseert alle krachten? en en mobiliseert mobiliseert alle alle krachten? krachten? www.socdim.info www.socdim.info www.socdim.info
mare-nijssen 151005.indd 1 mare-nijssen mare-nijssen 151005.indd 151005.indd 1 1
Ook dit jaar weer: de Mare-kerstverhalenwedstrijd! Schrijf een verhaal van tussen de 1500 en 2000 woorden en win €250, €75 of €50. Oproep van auteurs en juryleden Christiaan Weijts en Arjen van Veelen: verras ons. Mail uiterlijk 10 december naar: redactie@mare.leidenuniv.nl Deelname alleen voor LeidsePagina studenten. Bandirah 12
13-10-15 14:04 13-10-15 13-10-15 14:04 14:04
2 Mare · 5 november 2015 Geen commentaar
NIX nuchter
Door Petra Meijer Als je de neiging hebt om te veel te zuipen, stop je daar niet mee omdat de overheid zegt dat dat ongezond is. Je stopt ermee, omdat je ontdekt dat het niet cool is om in je eigen kots in slaap te vallen. En waar leer je dat beter dan bij een studentenvereniging, het laatste bolwerk der borrelvrijheid? Als het aan overheidscampagne NIX ligt, drinken kids op hun achttiende voor het eerst een biertje. Na je studie wacht een werkend bestaan. Dien je elke ochtend fris en fruitig op je werk te verschijnen, dan schieten nachtelijke uitspattingen er vanzelf wel bij in. Effectief gezien blijft er dus ongeveer drie jaar over om je lallende gebral te vervangen met de tomeloze ambitie die van de huidige beroepsbevolking wordt verwacht. Het is dan ook opmerkelijk dat nu zelfs de Landelijke Kamer van Verenigingen zich verbonden heeft aan het Nationaal
Programma Preventie met de pakkende titel: ‘Alles is gezondheid…’ De LKvV wil zo bijdragen aan een gezonder en vitaler Nederland door *proest* ‘verantwoorde alcoholconsumptie binnen verenigingen’ te stimuleren. We weten allemaal dat studenten niet te veel zouden moeten drinken. Maar de infrastructuur om comazuipen te voorkomen is al aanwezig. Toch vond de LKvV het nodig om vier ‘concrete’ acties te formuleren. Allereerst stelt het een format alcoholbestuursreglement op, waarmee ‘verenigingen duidelijke suggesties krijgen voor het inrichten van hun eigen alcoholbeleid’. Maar zonder zo’n alcoholbestuursreglement krijgt een vereniging al geen vergunning om alcohol te schenken. Kortom, papieren rompslomp van NIX. Ten tweede creëert de LKvV een online ‘Instructie Verantwoord Alcoholschenken-tool’. Die bestaat uit informatie over alcohol, de gevolgen van alcoholconsumptie en de wetgeving daarom heen. Ieder lid dat achter de bar staat moet geslaagd zijn voor de online toets. Maar op het moment dat er alcohol wordt geschonken, moet er al minimaal één persoon aanwezig zijn die de Verklaring Sociale Hygiëne bezit. Tijdens de daarvoor benodigde cursus is geleerd om op een verantwoorde manier alcohol te verstrekken. Dus, online omslachtigheid van NIX. Ten derde komt de LKvV met een Handbook of best practices. Maar denkt de verenigingskoepel daadwerkelijk dat verenigingsbesturen dat boekwerk ter hand zullen nemen om onder het genot van een kopje thee eens lekker te gaan lezen ‘hoe anderen het doen’? Inschattingsvermogen van NIX. Tot slot heeft de LKvV een werkgroep opgericht, ‘om niet of minder actieve studentenverenigingen te prikkelen om betrokkenheid te tonen bij de aanpak van verantwoorde alcoholconsumptie’. Want laten we duidelijk zijn: verantwoorde alcoholconsumptie , dat mogen we niet tolereren. Kom in opstand tegen de laffe borrelaar. Niemand nuchter het pand uit. Taalvaardigheid van NIX. Misschien wordt het tijd dat de LKvV – dol als ze is op lelijk management-Engels – een taskforce opricht om haar betuttelende acties nog eens mee te heroverwegen. Eventueel onder het genot van een biertje.
Colofon Redactie-adres Reuvensplaats 3, 2311 BE Leiden
Column
Postbus 9500 2300 RA Leiden Telefoon 071–527 7272 Website mareonline.nl E-mail redactie@mare.leidenuniv.nl
De redactie is op vrijdag gesloten. Oplage circa 15.000 Hoofdredactie
Frank Provoost frank.provoost@mare.leidenuniv.nl Redactie
Vincent Bongers vbongers@mare.leidenuniv.nl Bart Braun bbraun@mare.leidenuniv.nl Petra Meijer p.meijer@mare.leidenuniv.nl Marleen van Wesel h.g.van.wesel@mare.leidenuniv.nl Monica Preller (stagiaire) m.preller@outlook.com Medewerkers
Tim Meijer • Esha Metiary • Marc van Oostendorp • Benjamin Sprecher Fotografie Taco van der Eb • Marc de Haan Illustraties Bas van der Schot • Bandirah • Silas.nl Basisontwerp Roeland Segaar, Zabriski Communicatie Art direction en vormgeving Marcel van den Berg Drukwerk Rodi Rotatiedruk, Broek op Langedijk Advertenties Bureau van Vliet B.V. Postbus 20 2040 AA Zandvoort Telefoon 023 - 571 47 45 Redactieraad
Prof. dr. J.C. de Jong (voorzitter) • Prof. dr. F. Israel (vicevoorzitter) • drs. B. Funnekotter • J. Daemen • S. Grootveld • drs. M. van Hintum • mr. F.E. Jensma • M. Kuipers • prof. dr. N.J. Schrijver • dr. J.P. Vollaard • F. Vermeeren • C. van der Woude Jaarabonnementen
Een jaarabonnement op Mare loopt van september t/m juni. Belangstellenden kunnen Mare thuisgestuurd krijgen door €35 over te maken op IBAN NL68RABO0103257950 ten name van Universiteit Leiden (o.v.v. Mare en SAP-nummer 6200092091) en vervolgens een bevestigingsmail met daarin hun adres te sturen naar redactie@mare.leidenuniv.nl. Studenten betalen €25. Ter controle graag in de bevestigingsmail ook het studentnummer vermelden. Adreswijzigingen
Alleen schriftelijk met postwikkel. Klachten en opmerkingen over de toezending van Mare 071-5277272. Mededelingen voor het op donderdag verschijnende nummer moeten uiterlijk de voorafgaande donderdag 16.00 uur in het bezit van de redactie zijn. ISSN 0166-3690
Buiten bestaande kaders Zet een groep basisschoolleerlingen bij elkaar en vraag ze om iets - wat dan ook - te schrijven. Ik weet zeker dat ze enthousiast aan de slag gaan en binnen een mum van tijd de mooiste verhalen op papier hebben staan. Over hun huisdier, over een prins en prinses op Mars, over kikkers die kunnen praten. Geef een groep studenten dezelfde opdracht en ik voorspel complete verwarring. Hoeveel woorden? Dubbele regelafstand? Wanneer moet het worden ingeleverd? Is er een lijstje met ideeën? Een voorbeeld van vorig jaar ter inzage? Wáár moet het over gaan!? Vervolgens zouden de meeste studenten de opdracht uit hun hoofd zetten en de avond voor de deadline nog steeds niet begonnen zijn. Je kunt het de studenten niet kwalijk nemen: hoe ouder we worden, hoe minder creativiteit wordt gewaardeerd. Hiermee bedoel ik niet alleen het vermogen om een schildersdoek op esthetische wijze vol te kladderen, maar creativiteit in de breedste zin van het woord: het scheppen van iets nieuws of het met andere ogen kijken naar iets dat al bestaat. Op school en tijdens de studie is creativiteit amper nodig: je behaalt vaak meer succes als je je - al dan niet bewust - vasthoudt aan de denkpatronen die anderen al voor je bedacht hebben. Zolang je doorhebt wat docenten willen horen, slaag je vrij eenvoudig voor je studie. Terwijl wetenschappelijke doorbraken toch vooral worden bereikt door buiten de bestaande kaders te denken, wordt toekomstige wetenschappers geleerd om maar binnen die kaders te blijven. De enkeling die wel zijn creativiteit behoudt, blijft vaak ontmoedigt achter. Een goed voorbeeld komt uit de studententijd van één van Nederlands beste en meest geliefde wetenschappers, Robbert Dijkgraaf. In een interview met Folia vertelde hij ooit dat hij na vier jaar studeren zijn fascinatie voor natuurkunde was verloren. Hij had willen
rekenen aan planeetbanen met formules van Einstein en niet van Newton, maar werd afgeremd door zijn docenten. Hij besloot te gaan schilderen aan de Rietveld Academie, waar hij zijn creativiteit wel kwijt kon. Na twee jaar besloot hij toch zijn studie natuurkunde weer op te pikken (en gelukkig maar, anders had niemand ons drie De Wereld Draait Door-colleges lang kunnen boeien over de oerknal, neutrino’s, Einstein en eind deze maand: zwarte gaten). Het zet wel aan tot denken: hoeveel briljante wetenschappers in de dop hebben de universiteit ook gedesillusioneerd verlaten, maar hebben, in tegenstelling tot Robbert Dijkgraaf, de weg nooit meer terug willen of kunnen vinden? In de wetenschap is juist steeds meer ruimte voor originele ideeën, het Nederlandse topsectorenbeleid daargelaten. Zo is er sinds dit jaar de Open Mind-subsidie, uitgereikt door de technologiestichting STW, voor out-ofthe-box ideeën met maatschappelijke impact. Lowlands nodigde wetenschappers uit om onderzoek te komen doen tijdens het muziekfestival. In het kader van de Nationale Wetenschapsagenda werden we aangemoedigd om ongegeneerd vragen te stellen. Ook op grotere schaal worden creatieve aanpakken en het leggen van dwarsverbanden tussen verschillende disciplines gestimuleerd, bijvoorbeeld in het Europese innovatieprogramma Horizon 2020. Om bij deze initiatieven aan te kunnen sluiten, lijkt het me dus belangrijk om creatieve geesten te laten rondwaren tijdens de studie in plaats van ze uit te drijven, maar hoe doen we dit? Iemand een origineel idee? Laura Kervezee
Promoveert bij het Leids Universitair Medisch Centrum
5 november 2015 · Mare Mensen
071 -527 …
Abortus volgens de islam Congres over verschillende interpretaties van islamitisch recht In het islamitisch recht bestaan grote verschillen tussen theorie en praktijk, zegt arabist Petra Sijpesteijn. ‘In hoeveel landen worden werkelijk nog handen afgehakt?’ DOOR MARLEEN VAN WESEL ‘Als iemand al drie vingers mist, moet je dan de andere hand afhakken? En als iemand geboren is zonder hand?’ Hoogleraar Arabische taal en cultuur Petra Sijpesteijn noemt theoretische voorbeelden uit een lezing die de Britse hoogleraar Arabisch Robert Gleave. Hij sprak onlangs bij het Leiden University Centre for the Studie of Islam and Society (LUCIS), waarvan Sijpesteijn directeur is, over de uitgebreide discussies uit islamitische rechtsboeken. ‘Maar er is een groot verschil tussen zulke theoretische teksten en hoe er vanuit het islamitisch recht werkelijk geleefd wordt. In hoeveel landen worden werkelijk nog handen afgehakt?’ Komend weekend komen wetenschappers van over de hele wereld samen in Leiden voor het congres Islamic Law & Ethics. Daarmee valt het jaarlijkse congres van LUCIS samen met dat van ISILS (International Society for Islamic Legal Studies). ‘Dat is een internationale organisatie die het islamitisch recht in relatie tot de maatschappij bestudeert’, vertelt Sijpesteijn. Die relatie, en daarmee de interpretatie en de toepassing, verschilt van plaats tot plaats en van tijd tot tijd, blijkt uit de lezingen die op het programma staan. ‘Alleen in Saoedi-Arabië mogen vrouwen niet autorijden. En in Tunesië is polygamie bij wet verboden. Allebei vanwege het islamitisch recht.’ Hoewel het congres in de eerste plaats bedoeld is voor wetenschappers van over de hele wereld, is het
De Braziliaanse cartoonist Carlos Latuff tekende een verkeersbord ter ondersteuning van Saoedische vrouwen die niet mogen autorijden. voor publiek toegankelijk en zijn de onderwerpen niet toevallig gekozen. ‘Het zijn de onderwerpen waarnaar in de maatschappij gewezen wordt om moslims in een hokje te duwen. Meestal is dat geen positief hokje. Hopelijk presenteert het congres een genuanceerder beeld.’ Ze noemt medisch-ethische kwesties als voorbeeld. ‘Wie zich erin verdiept, komt erachter dat er in de islamitische wereld medische
raden zijn, die op basis van de meest geavanceerde kennis tot juridische rechtsregels komen, binnen de kaders van het islamitisch recht. Nu weet ik niet hoe er over varkenshartkleppen gedacht wordt, maar tegenover orgaantransplantatie in het algemeen staan moslims niet zo afwijzend. En bij een onderwerp als abortus veegt men moslims misschien snel op een grote hoop met Staphorst. Maar in de Koran staat
een passage over hoe de geest ingeblazen wordt bij een foetus. Tot dat gebeurd is, is abortus volgens islamitische juristen mogelijk. De vraag is alleen: wanneer wordt die geest ingeblazen? Dat is dezelfde discussie die hier gevoerd wordt: wanneer is een kindje een kindje?’ Een voorbeeld uit haar eigen vakgebied: ‘Iemand publiekelijk te schande zetten was in de middeleeuwen een populaire straf bij islamitische politieke heersers. Van mannen werden de haren en de baard afgeschoren. Zwartgemaakt met pek moesten ze in een optocht door de stad, soms achterstevoren op een ezel. Deze straffen moesten mensen afschrikken om in de fout te gaan, net zoals de schandpaal in Europa. Dat principe bestaat nog, maar zulke straffen niet meer. Aan de ene kant is er dus een rechtsregel, maar hoe die wordt geïnterpreteerd en uitgevoerd, verandert door de tijd.’ Een van de lezingen gaat over de ontstaansgeschiedenis van de , Maqās.id al-Sharīa. ‘Dat is een interpretatie van de sharia, niet naar de letter, maar naar de geest. Daarom kan Tunesië aan de hand van het islamitisch recht polygamie verbieden, terwijl in de Koran staat dat je vier vrouwen mag hebben. Het doel van die regel was namelijk het maximaal aantal vrouwen per man vermínderen naar vier. Tunesië heeft die interpretatie doorgetrokken naar nu. Hetzelfde geldt voor slavernij. Volgens middeleeuwse rechtsboeken en ook volgens de Koran is dat toegestaan. Maar het hoort niet meer bij deze maatschappij. IS grijpt er misschien op terug, maar voor de meeste moslims is het een gepasseerd station.’ Congres Islamic Law & Ethics, 6-8 november Aanmelden via lucis@hum.leidenuniv.nl
Frutti di Mare
Wel even wennen, zo’n huis met mannen ‘Hier is het’, zegt Robbert-Jan Sweerts (23, rechten) terwijl hij voor Minervahuis ‘Mon Repos’ op Breestraat 135a tot stilstand komt. Hij gaat de steile trappen op, gevolgd door zijn huisgenoten, én een paar vluchtelingen uit Irak, Iran en Afghanistan. Sweerts: ‘De vluchtelingen die in Leiden verblijven, hebben weinig te doen. Wie een activiteit voor ze wilde organiseren kon zich opgeven. We besloten ze mee te nemen naar ons studentenhuis.’ Vijf vluchtelingen zagen dat wel zitten. ‘De meesten komen uit Syrië’, zegt Abdulazeez. ‘Maar ik kom uit Irak. Ik heb me bij een groep Syriërs aangesloten en hoopte eigenlijk in Zweden terecht te komen. Maar Nederland is ook goed.’ Boven in het pand bevindt zich een grote fusie, waar de vluchtelingen hun ogen uit kijken. De balken van het dak zijn er behangen met bordjes en kaartjes, die de jongens als aandenken meenamen van hun reizen: een tegeltje uit Dubai, een bordje uit Zwitersland. ‘Is this a shop?’ vraagt een van de vluchtelingen terwijl hij de curiosa in zich opneemt. ‘Volgens mij kennen ze het hele idee van een studentenhuis niet’, zegt Sweerts. ‘Ze denken ook dat dit huis van de universiteit is.’ DOOR PETRA MEIJER
3
Abdulazeez: ‘In Irak woon je bij je familie, tot je trouwt. Wij kunnen niet met allemaal mannen in een huis wonen. Maar ik vind het een goede oplossing. Zij zitten allemaal in dezelfde levensfase en zijn allemaal druk bezig met hun studie.’ De heren ploffen op de bank terwijl de tafel wordt vol gezet met typisch Ne-
derlandse hapjes: stukjes kaas op een stokje met een vlaggetje, stroopwafels, stroopkoeken en speculaasjes. ‘Kaas. Kaas’, oefent de eveneens Irakese Ali zijn uitspraak. Hij wil dolgraag Nederlands leren, en dreunt het Nederlandse alfabet op. Daarna telt hij tot duizend. In de hoek van de fusie staan twee
‘We willen gewoon een gezellige middag organiseren.’ Foto Marc de Haan
gigantische tv-schermen. ‘Wie houdt er van Real Madrid?’, vraagt Abdulazeez. ‘Ben je voor Ajax of voor Feyenoord?’ Het is duidelijk: voetbal valt in de smaak. De Playstation wordt aangesloten voor een potje FIFA, terwijl de bitterballen in de oven de kamer blauw kleuren. Het computerspel verloopt in eerste instantie moeizaam. Maar dan komen de jongens erachter dat de Iraniërs het stuurwiel op de controller niet gebruiken, en enkel met de pijltjestoetsen spelen. Een van de Iraniërs laat een foto op zijn mobiel zien: een bebloed gezicht van iemand die in elkaar geslagen is. ‘Door de politie.’ Het blijft onduidelijk of hij zelf de persoon is die op de foto staat. Er valt een stilte. ‘Laten we maar weer gaan voetballen’, zegt Pieter De Kanter (20, rechten). ‘We willen ze niet lastig vallen met gevoelige vragen, maar gewoon een gezellige middag organiseren.’ Een klein groepje vertrekt naar supermarkt Mabroek. De zon schijnt. ‘We kwamen hier aan in de regen en het bleef maar regenen. Als we wakker worden en de zon schijnt, dan is iedereen blij’, zegt Abdulazeez. Hij wijst naar Molen de Valk. ‘Mooi.’ En dan naar een meisje dat op luidklikkende hakken voorbij loopt. ‘Ook mooi, maar ik kan dat geluid echt niet uitstaan.’
Voortplantingstoerisme Wat gebeurt er als je naar een ander Europees land verhuist en je homohuwelijk ineens niet meer wordt erkend? Nelleke Koffeman onderzocht Europese wetgeving rond gevoelige kwesties. Om welke zaken gaat het zoal? ‘Ik heb voortplantingsvraagstukken en de wettelijke erkenning van relaties tussen personen van gelijk geslacht onderzocht. Ik was geïnteresseerd in grensoverschrijdend verkeer. 'Kun je de wettige ouders worden van een kind dat je dankzij een buitenlandse draagmoeder hebt gekregen, als je eigen land draagmoederschap verbiedt? Heb je elders recht op nazorg na een abortus? 'En als je met je homoseksuele echtgenoot naar een ander land verhuist, kan dat land jullie dan bepaalde belastingvoordelen ontzeggen omdat het homohuwelijk niet erkend wordt? In hoeverre landen bepalen zelf de wetten, en welke invloed heeft het Europees recht?’ En? Heeft Europa een grote vinger in de pap? ‘Landen mogen veel zelf bepalen, maar er is wel steeds meer invloed vanuit Europa. De Europese hoven houden de staten ook aan hun principiële keuzes. Dat noemen we het "vastklik"-principe. Landen mogen zelf kiezen op basis van welke principes ze rechten toekennen. Maar zodra ze een bepaald recht toekennen, moet het niet-discriminatoir zijn. 'Als je bijvoorbeeld partneradoptie toestaat, mag je geen onderscheid maken op grond van seksuele oriëntatie. En als je vrouwen het recht op abortus geeft, dan mogen ze niet door artsen worden geweigerd.’ Hoe reageren landen op grensoverschrijdende zaken? ‘Landen accommoderen ze in steeds grotere mate. We zien ook dat het recht vaak door de realiteit wordt ingehaald. Als er eenmaal een gezin tot stand gekomen is, geniet dat een bepaalde bescherming. 'Maar "outsourcen" gebeurt ook. Het Europese Hof voor de Rechten van de Mens besloot dat de strenge Ierse abortuswetgeving mag blijven bestaan, omdat vrouwen de mogelijkheid hebben om naar het buitenland te gaan voor een abortus. 'Er is een soort voortplantingstoerisme. Door de jaren heen zijn er minstens 150.000 Ierse vrouwen naar andere landen gegaan voor een abortus. En er reizen veel stellen af naar Spanje voor een eiceldonatie.’ Behalve Europees recht onderzocht u ook de wetgeving van Nederland, Duitsland en Ierland. Waarom juist die landen? ‘Ik begon mijn onderzoek in 2009, toen er in Ierland nog maar nauwelijks iets vastgelegd was over dit soort kwesties. Er was alleen een verbod op abortus omdat het ongeboren leven beschermd moest worden. 'In 2010 werd het geregistreerd partnerschap voor homoseksuele stellen in Ierland ingevoerd. Kort daarna ging het al over het opengestelde huwelijk. 'In Nederland waren we op dat vlak erg vooruitstrevend. Duitsland zit daar tussenin: het had al eerder dan Ierland een geregistreerd partnerschap voor stellen van hetzelfde geslacht, maar een homohuwelijk is er nog steeds niet. Bovendien is Duitsland na de Tweede Wereldoorlog erg voorzichtig als het om de maakbaarheid van het leven gaat. Experimenten met embryo’s liggen daar nog erg gevoelig.’ Wat brengt de toekomst? ‘Voor homoseksualiteit zien we steeds meer wettelijke erkenning. Voor kunstmatige voortplanting blijft dat lastig, omdat er meer verschillende belangen spelen. De belangen van het kind staan wel steeds meer voorop.’ PM
4 Mare · 5 november 2015 Nieuws
Onderzoek naar plagiërende stagiair De Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen (KNAW) gaat het profielwerkstuk van een plagiërend Volkskrant-stagiair onder de loep nemen. Vorige week werd duidelijk dat de stagiair, die aan de Universiteit Leiden studeert, zonder bronvermelding alinea’s en uitspraken uit andere media had overgenomen. De student was in 2013 een van de winnaars van de KNAW-Onderwijsprijs. De organisatie heeft contact opgenomen met de school die het profielwerkstuk had ingezonden. Volgens de school was het werkstuk met de toentertijd beschikbare plagiaatsoftware gecheckt. Ook een nieuwe plagiaatscan bracht geen problemen aan het licht. Desalniettemin gaat de KNAW een intern onderzoek doen. Afhankelijk van die uitkomsten besluit ze over het vervolg.
Nieuw busstation De bushalte voor het Centraal Station van Leiden wordt naar de andere kant van het station verplaatst, om voor voetgangers een mooie aanlooproute naar het stadscentrum te creëren. Het busstation komt tussen het Poortgebouw en de villa op de hoek van de Rijnsburgerweg en de Bargelaan. De kiss and rideplaatsen zullen daarom verdwijnen. De bussen zullen van de nieuwe halte naar het Schuttersveld en de Molenwerf rijden, om vervolgens via de Langegracht en Hooigracht naar Leiden Lammenschans te gaan. Andere bussen zullen richting de Breestraat vertrekken.
BioSciencePark-campus Het conceptplan voor een campus op het BioSciencePark is af en vrijgegeven voor inspraak. In de toekomst zullen er ongeveer 750 woningen en een aantal voorzieningen op de campus komen, waaronder een winkeltje, een wasserij en horecagelegenheden. Daarnaast komt er ruimte voor nieuwe bedrijven. De gemeente en universiteit hopen zo meer samenhang te creëren. Op 25 november is er een inspraakavond over de plannen in Naturalis-café De Stal.
Sterrenkundige De Leidse sterrenkundige Frans Snik heeft een zogeheten Starting Grant van de Europese subsidieboer ERC gekregen. U kent zijn naam wellicht nog van het iSpex-onderzoek dat met mobieltjes fijnstofmetingen aan de atmosfeer deed, maar eigenlijk is hij geïnteresseerder in andere atmosferen dan die van de aarde. Het sterrenlicht dat door de atmosfeer van een exoplaneet is geweest, kan informatie geven over de planeet. Met de beurs – 1,5 miljoen euro – gaat Snik een groep opzetten die betere technieken moet ontwikkelen voor zulk exoatmosfeer-onderzoek.
LUMC opent chillroom 22 oktober opende het Leids Universitair Medisch Centrum een speciale kamer voor jonge kankerpatiënten. Deze zogenoemde chillroom, mede ingericht door de jongeren, is voorzien van een koelkast, internet en televisie. Ook is er een zithoek waar de patiënten kunnen gamen. Bovendien staat er fitnessapparatuur in de kamer; sporten draagt bij aan het genezingsproces en vermindert bijwerkingen van de behandeling. De financiering van de chillroom is mede tot stand gekomen door donateurs.
Brussel naar beurs De Vrije Universiteit Brussel (VUB) heeft zich op de beurs begeven. De universiteit haalde met het uitgeven van obligaties 61,5 miljoen euro bij investeerders op. Met het geld worden onder andere studentenwoningen gebouwd. ‘Een groeiuniversiteit kan niet zonder dynamische externe investeerders’, aldus rector Paul De Knop in het persbericht van de VUB. Dit is een primeur voor een onderwijsinstelling in België en zelfs in Europa, meldt de universiteit.
‘We geven ze graag een kans’ Vluchtelingen kunnen studeren in Leiden De Universiteit Leiden heeft geen strakke richtlijn voor het erkennen van buitenlandse diploma’s. Zelfs zonder documenten van een buitenlandse onderwijsinstelling is toegang tot een studie niet uitgesloten. Door Vincent Bongers Dus ook de Syrische vluchtelingen die Mare vorige week portretteerde, kunnen wellicht in Leiden gaan studeren. Wel moeten ze een ‘vreemdelingenidentiteitsbewijs’ hebben. Dat is een document dat de Immigratie- en Naturalisatiedienst geeft als de asielaanvraag nog loopt. ‘We geven potentiële studenten liever wél dan geen kans’, zegt Alfons Koch van het admissions office, dat diploma’s en documenten van onderwijsinstellingen controleert. ‘Maar we willen de universiteit niet op het verkeerde been zetten. We
krijgen ook te maken met lui die de boel proberen te bedonderen. Dus we doen onderzoek als dat nodig is.’ Er is geen algemene richtlijn voor de erkenning van diploma’s, aldus Koch. ‘Want dan loop je het risico dat die te hard wordt toegepast. En dat vervolgens iemand een opleiding niet mag volgen terwijl die persoon de studie wel aan kan. Iedereen die in Leiden wil studeren, kan bij ons een verzoek indienen. Elk dossier is anders en we bieden per geval maatwerk. Uiteraard ontvangen we het liefst originele diploma’s. Of, als het niet anders kan, kopieën van bullen. Sommige aanvragers hebben echter helemaal geen documenten van onderwijsinstellingen. Maar dat wil niet zeggen dat zij uitgesloten worden. Het hangt er heel erg van af wat en waar aanvragers hebben gestudeerd, of op welke school ze hebben gezeten.’ Mensen zonder documenten kunnen hun cv naar het admissions of-
fice sturen. ‘Bij voorkeur zo uitgebreid mogelijk. Dan pogen wij uit te zoeken of het allemaal klopt. Een cv van een paar zinnetjes schiet niet op.’ De opleiding schat ook in of de aanvrager de studie kan volgen. ‘Medewerkers moeten bekijken of de student voldoende kennis heeft. Dat is best lastig. Bij sommige bètastudies kun je nog zeggen: “Ga maar in het lab staan en laat maar zien wat je kunt.” Maar vaak moet het toch uit een gesprek blijken. Als iemand tegenstrijdige dingen zegt over de studie die hij of zij claimt gevolgd te hebben, of zaken vertelt die geen hout snijden, dan kan dat een probleem zijn. Soms beheerst iemand het Engels niet goed genoeg.’ Goed checken is belangrijk. ‘We krijgen ook aanvragen van mensen die claimen een opleiding gevolgd te hebben die niet bestaat, of aan een universiteit die niet bestaat. We hebben ook wel eens iemand gehad die zelfs geen middelbare school-
opleiding bleek te hebben.’ Maar kan een net gearriveerde vluchteling bij de universiteit aankloppen? Koch: ‘Formeel is er bij “eerste inschrijving” sinds een paar jaar niet meer de wettelijke verplichting om de geldigheid van het verblijf te controleren, maar we doen het wel in het kader van de Gedragscode Hoger Onderwijs. In de praktijk schrijven wij dus alleen studenten in met een officieel document dat aangeeft dat ze geldig verblijven in Nederland. Vluchtelingen krijgen tegenwoordig al vrij snel, ook al zitten ze nog in de procedure, een vreemdelingen-identiteitsbewijs, en hebben daarmee recht op voorlopig verblijf.’ Koch ziet de laatste jaren weliswaar meer Syriërs, maar echt storm loopt het nog niet. ‘Afgelopen jaar waren het iets van vijf tot acht studenten; voorgaande jaren steeds drie à vier per jaar. Daarvoor waren het vooral Afghanen en Irakezen.’
Havo-plus en vwo-min Een meerderheid van de Tweede Kamer heeft een motie aangenomen die maatwerk bij middelbareschooldiploma’s vanaf volgend schooljaar mogelijk moet maken. Zo kunnen scholieren een vwo-diploma halen met vakken op havoniveau, of een havo-diploma met vakken op vwo-niveau. ‘We vinden het een interessant idee en gaan nu met elkaar in gesprek over hoe we dat moeten vormgeven’, zegt woordvoerder van universiteitskoepel VSNU Bastiaan Verweij. ‘De flexibiliteit spreekt ons aan. Maar maatwerk in het middelbaar onderwijs vraagt ook om maatwerk bij het beoordelen van aanmeldingen en toelatingen.’ Wie struikelt over Duits en dat op havo-niveau volgt, kan wellicht gewoon aan een universitaire studie beginnen die niets met Duits te maken heeft. ‘Maar als je meerdere vakken op havo-niveau gevolgd hebt die relevant zijn voor de vervolgopleiding, dan ligt dat lastiger. Er ontstaan dus een soort havo-plus diploma’s en vwo-min diploma’s.’ PM
Halloween met boodschappen De avond voor Halloween trokken leden van LUNAS, de studievereniging van North American Studies in Leiden, verkleed langs de deuren. Niet voor snoep, maar om eten voor de Voedselbank op te halen. In totaal haalden de amerikanisten in spe acht boodschappentassen vol voedsel op. Foto Taco van der Eb
‘Matching misbruikt voor afwijzing’ Kleinste slak ter wereld ontdekt Aankomende studenten worden misleid door universiteiten die matching stiekem gebruiken om aan de poort te selecteren. Uit Leiden kwamen geen meldingen binnen. Dat constateren de makers van de Keuzegids Universiteiten 2016, die maandag is verschenen. Omdat veel studenten hun opleiding voortijdig afbreken, is afgelopen voorjaar het systeem van matching ingevoerd. De bedoeling daarvan is dat studenten vooraf beter nadenken over hun studiekeuze. Volgens de makers van de Keuzegids suggereren onderwijsinstellingen bij het matchen soms dat lagere cijfers op je diploma kunnen betekenen dat je afgewezen wordt. Echt afwijzen mág echter niet. Slechts enkele opleidingen mogen wel, soms deels, hun studenten selecteren uit de inschrijvingen. In Leiden zijn dat biomedische
wetenschappen, geneeskunde en het university college, die een beperkt aantal opleidingsplaatsen kennen. De redactie van de Keuzegids laat weten dat er bij hen geen voorbeelden van misleidende matching aan de Universiteit Leiden zijn binnengekomen. Als matching-instrument hanteert de Universiteit Leiden sinds dit jaar de zogeheten Studiekeuzecheck. Dat is een online vragenlijst voor aankomende studenten, over hun motivatie, oriëntatie en schoolcijfers. Daaruit volgt een advies. ‘Let wel: dit advies is niet bindend’, staat keurig op de website Studereninleiden.nl. ‘Het is dus geen selectie. Het is een manier om jou te helpen in één keer de juiste studiekeuze te maken.’ Maar zoiets wordt volgens de makers van de Keuzegids niet overal even duidelijk aangegeven. Ook constateerden ze dat beroepsperspectieven en startsalarissen soms wat te rooskleurig worden voorgesteld. MVW
In taxonomie-tijdschrift Zookeys stond maandag een artikel van onder meer de Leidse hoogleraar Menno Schilthuizen, over 48 nieuw beschreven slakkensoorten uit Borneo. Niet alle slakjes zijn even vers; een gedeelte was al jaren geleden verzameld maar krijgt nu pas een naam. Het gaat in de meeste gevallen om relatief zeldzame beesten die op een beperkt gebiedje leven. Dat is bijna altijd zo bij nieuw ontdekte soorten; anders waren ze namelijk al wel eerder ontdekt. De soort Diplommatino tylocheilos leeft uitsluitend aan bij de ingang van één moeilijk bereikbare grot, andere varianten aan de top van een enkele hoge berg. Bij de soort Acmella nana lijkt het erop dat het wel eens de allerkleinste landslak ter wereld zou kunnen zijn, ongeveer even groot als de puntjes op de i in dit artikel.
Schilthuizen doet al jaren onderzoek naar de slakken in Borneo, en denkt dat met deze 48 soorten erbij de verzameling aardig compleet is. Volgende stap is het maken van een boekje met een totaaloverzicht. BB
5 november 2015 · Mare 5 Nieuws
‘Maak rapport Maat nu echt openbaar’ CDA en D66 hekelen censuur na eerder verzoek
Fonds wil af van dierproeven Het ministerie van Economische Zaken wil een speciale onderzoekspot voor dierproef-alternatieven oprichten. De vraag is alleen nog wie er allemaal gaan meebetalen. De politiek wil minder dierproeven, en dat mag wat kosten. Staatssecretaris Sharon Dijksma van Economische Zaken richtte daarom vorig jaar een Denktank Aanvullende Financiering Alternatieven voor Dierproeven op. Na bijna anderhalf jaar vergaderen en rapport schrijven is de denktank tot de conclusie gekomen dat er aanvullende financiering voor alternatieven voor dierproeven moet komen. Nederland moet volgens het rapport van de denktank sterker inzetten op slimme methoden om aan mensen te meten, en op dierproefver-
vangende technologie als gekweekte mini-orgaantjes en cellen-op-chips. Sterker nog: Nederland moet wereldleider worden op dit gebied. ‘Er ontstaat een nieuwe industrie die past bij Nederland, en waar Nederland met recht trots op is.’ Om dat te bereiken, moet er een ‘virtueel netwerk’ komen voor de onderzoekers in dit vakgebied, en een speciaal fonds om hun onderzoek te subsidiëren. Dat fonds zou dan ondergebracht moeten worden bij ZonMw, een subsidieverstrekker die vooral biomedisch onderzoek steunt. In die pot zou dan niet alleen EZ-geld in moeten, allerlei ministeries worden geacht bij te dragen. Hoeveel geld er in dat fonds gaat zitten is nog onduidelijk. Dijksma heeft wel oren naar het voorstel, maar wil eerst kijken of er ook bedrijven zijn die mee willen betalen. BB
Beste plan, of de meeste vriendjes? ‘Hoe beoordeelt u het feit dat u een verzoek tot openheid beantwoordde met driehonderd nagenoeg volledig zwartgemaakte pagina’s, zoals visueel overzichtelijk gemaakt door Mare?’
Het CDA en D66 hebben dinsdag 31 Kamervragen ingediend bij minister Van der Steur van Justitie en Veiligheid over de kwestie George Maat. Door Vincent Bongers De partijen vinden dat het politieonderzoek naar de lezing van de Leidse emeritus hoogleraar anatomie over de identificatie van de slachtoffers van MH17 alsnog vrijwel boven water moet komen. Onlangs stuurde de minister na veel gedoe en vertragingstactieken de rapportage naar de Kamer. Er viel echter niet veel te lezen. Vrijwel alle informatie was weggelakt, een groot deel van de driehonderd pagina’s was zelfs geheel zwart. CDA Kamerlid Pieter Omtzigt noemde de handelswijze van de minister eerder in Mare ‘te bizar voor woorden.’ Zijn D66-collega Sjoerd Sjoerdsma vond het ‘heel treurig’ en ‘niet vertrouwenswekkend’. Omtzigt en Sjoerdsma zijn het gedrag van de minister zat en hebben dan ook een nieuwe reeks Kamervragen ingediend. ‘Hoe beoordeelt u het feit dat u een verzoek tot openheid beantwoordde met driehonderd nagenoeg volledig zwart-
gemaakte pagina’s, zoals visueel overzichtelijk gemaakt door Mare?’ willen zij bijvoorbeeld weten. De Kamerleden doen geen poging om hun ergernis over de minister te verhullen. Zo vragen zij of Van der Steur zich nog kan herinneren dat na het verzoek tot openbaring van het rapport ‘alle zware inktpatronen op uw ministerie nodig waren’ om de documenten ‘volledig zwart te maken.’ De Kamerleden willen dat de minister ‘het feitenonderzoek, het feitenrelaas en de brief van korpschef van de politie Bouman’ alsnog naar de Kamer stuurt. Alleen de stukken die echt het belang van de staat schaden, mogen weggelakt blijven. Maar dan moet Van der Steur wel uitleggen en juridisch onderbouwen op welke wijze de gecensureerde gedeelten de staat schaden. Ze wijzen de minister erop dat getuigenverslagen in ‘strafrechtelijk onderzoek en elk ander officieel onderzoek getuigenverklaringen in principe openbaar zijn.’ Van der Steur moet dus met een goed verhaal komen bij alles wat onleesbaar blijft. Omtzigt en Sjoerdsma vragen ook of de minister ‘voor deze vorm
van onderzoek heeft gekozen’ omdat hij dan ‘een poging kon doen onwelgevallige getuigenverklaringen geheim te houden.’ Als dat niet zo is kunnen die verklaringen toch ‘gewoon openbaar’ gemaakt worden? De minister liet in eerste instantie weten dat de politie geen bezwaar had tegen publicatie van het rapport. Is de mening van de politie veranderd? Of heeft Van der Steur aan de politie laten weten dat hij ‘liever geen openbaarmaking van delen van het onderzoek wenst?’ Verder staan aanbevelingen in het rapportage en wordt er ingegaan op ‘oordeelsvorming’ en ‘beeldvorming.’ De Kamerleden vinden dat er voor dat soort zaken al helemaal geen reden tot censuur is. Van der Steur heeft een gesprek gehad met Maat over de zaak. De Kamerleden willen daar ook een ‘samenvatting’ van ontvangen. Ook vinden ze dat Maat recht heeft op inzicht in het onderzoek dat naar hem is gedaan. Maat zelf zegt nog na te denken over een eventuele vervolgstap om de informatie op tafel te krijgen. Maar hij wil eerst de antwoorden van de minister afwachten.
Subsidieverstrekker ZonMw reikt een beurs van € 50.000 uit aan de onderzoeker die de meeste ‘likes’ binnenharkt op Facebook. Ook Saskia Lesnik Oberstein, onderzoeker van het Leids Universitair Medisch Centrum is in de race voor dat geld. U onderzoekt cadasil. Wat is dat? ‘Het is een erfelijke hersenvaataandoening, waarbij je door afwijkingen in de hersenbloedvaten herseninfarcten krijgt, en vanaf je vijfenveertigste langzaam dement wordt.’ Zeldzaam, zeker? ‘Toen ik in 1998 begon met het onderzoek ernaar, waren er zeven families bekend in Nederland waarbij het voorkwam. Inmiddels zijn dat er meer dan 160, en worden er steeds meer families ontdekt. Waarschijnlijk komt de ziekte dus veel vaker voor dan nu bekend is. Voor deze mensen bestaat nu geen enkel geneesmiddel.’
‘Die heeft als doel om onderzoek te stimuleren dat wetenschappers en patiënten samen doen. Dat was bij ons heel duidelijk het geval: de patiënt in ons Facebookfilmpje stelde een nieuwe aanpak voor.’ Wat dan? ‘Cadasil ontstaat door een kapot eiwit. Wij proberen dat te repareren met een soort moleculaire pleisters. Zijn voorstel was juist om de aanmaak van dat eiwit te verminderen. Dat lijkt te kunnen, en zelfs zonder dat je vervolgens een tekort aan dat eiwit hebt.’
Dat klinkt als iets waar sowieso wel geld naartoe mag. Waarom dan zo’n rare populariteitswedstrijd? ‘Er komt ook wel wat geld voor, onder meer van ZonMw zelf en de Hersenstichting. Maar niemand kent cadasil, zelfs veel artsen niet. Dat maakt het lastig om er geld voor te vinden.’
Wel jammer dan, dat de prijs naar de onderzoeker met de meeste vriendjes gaat, in plaats van naar het beste voorstel. ‘Er doet ook een babyfilmpje mee; ik kan me voorstellen dat zoiets meer stemmen trekt. ‘Bijkomend nadeel voor ons: veel patiënten durven niet te stemmen. Die willen niet aan de grote klok hangen dat zij en hun kinderen vanaf hun vijfenveertigste langzaam dement gaan worden. ‘Het gaat overigens niet alleen om de likes; het oordeel van de vakjury bepaalt voor 50 procent de uitkomst. Voor ons is het al gunstig dat er door deze actie meer bekendheid voor de ziekte ontstaat.’ BB
En dan is er deze prijs, voor ‘medische inspirators’?
Stemmen kan via de Facebook-pagina ‘Patiënt zoekt onderzoeker’
Wijkbewoners keren zich tegen verkamering ‘Onze wijk is niet berekend op zoveel personen. Het levert problemen op met vuilnis en parkeren’, zegt Carla de Bruin, bestuurslid van de wijkvereniging Transvaal. De wijkbewoners zijn de verkamering beu en schreven een brief naar de gemeenteraad en het college van burgemeesters en wethouders. Huisbazen mogen een woning in kamers opdelen en verhuren, mits ze een zogenaamde onttrekkingsvergunning hebben. De bewoners hebben zelf in kaart gebracht welke panden verkamerd zijn. ‘We willen onze kaarten graag vergelijken met die van de gemeente. We denken dat er een
discrepantie zal zijn’, zegt De Bruin. ‘Grotendeels gaat het over studentenhuizen, maar bijvoorbeeld ook over huizen met arbeidsmigranten. Niks ten nadele van deze vaak tijdelijke bewoners, maar we zien data zij hun huizen minder goed onderhouden en dat resulteert in verloedering van de buurt.’ In 2012 stelde de Leidse PvdA al een meldpunt in voor overlast door verkamering. De problemen zijn dus niet nieuw, maar worden wel groter. ‘Er is een toename in de hele stad’, weet PvdA-fractievoorzitter Gijs Holla. Hij noemt twee redenen. ‘Veel mensen die van hun huis af wilden, verkochten het tijdens de crisis
maar aan de hoogste bieder, vaak een pandjesbaas. Daarnaast hebben we vier jaar geleden als gemeente de mogelijkheden voor verkamering versoepeld. Wie sindsdien een melding voor onttrekking deed, kreeg altijd “ja” te horen.’ Achteraf betreurt Holla die maatregel. In de nieuwe Algemene Plaatselijke Verordening (APV) die in november wordt vastgesteld, staat een voorstel om de burgemeester meer instrumenten te geven bij woonoverlast. Holla: ‘Nu kan hij maar een ding doen: uithuiszetting. Daarvoor moet er echt sprake zijn van enorme drugsproblematiek of wapenhandel, dus dat gebeurt bijna nooit.
Met meerdere, minder verstrekkende maatregelen, komen er meer mogelijkheden.’ De Bruin: ‘Hoewel het vervelend klinkt, zouden we graag een quotum zien voor de vergunningen per straat of buurt.’ Ook aan zo’n drempel aan de voorkant wordt gewerkt, volgens Holla. ‘Twee maanden terug heeft de gemeenteraad een benen-op-tafeloverleg gehouden. Tien mogelijkheden worden nu verkend. Denk aan een minimum aantal vierkante meter per bewoner of een verplichte fietsenberging. Als PvdA denken we ook aan een quotum, maar dat moet wel maatwerk worden. Niet voor de hele stad, maar voor die ene straat
waarin al veel huizen verkamerd zijn.’ ‘We vinden het niet erg dat er studenten in onze wijk wonen’, benadrukt De Bruin. ‘Er staat ook een grote studentenflat en dat gaat prima. Maar het moet in verhouding staan.’ ‘Er is óók kamernood voor studenten in de stad, maar het moet inderdaad wel in balans blijven’, zegt ook Holla. ‘In Transvaal is het doorgeslagen. Het gaat daar bovendien om jarendertigwoningen, die eigenlijk niet geschikt zijn voor verkamering. Als je een pan laat vallen, horen ze dat via de fundering vier huizen verder nog.’ Hij besluit: ‘De bewonersbrief heeft erg geholpen. Het probleem heeft nu brede aandacht.’ MVW
6
Mare · 5 november 2015
Achtergrond
Dit waren geen incidenten Aantal oorlogsmisdaden is veel hoger dan werd aangenomen, aldus historicus > Vervolg van de voorpagina ‘Wij Hollandse jongens in Indië waren geen haar beter dan de door ons zo verguisde Duitsers (Moffen) en Japanners (Jappen) of later de Amerikanen, Russen, Koreanen of noem ze maar op.’ (Kapitein Raymond Westerling) In 1946 sloeg kapitein Raymond Westerling op bloedige wijze een opstand op Zuid-Celebes neer. Er vielen zeker 1600 doden. Westerling schrok er niet voor terug om gevangenen standrechtelijk te executeren. ‘Op grond van mijn acties kreeg ik plotseling de naam van bloeddorstig, tyranniek en dictatoriaal te zijn’, verklaarde hij zes jaar later. ‘Wat heb ik gedaan? Ik had vier mannen gedood, allen moordenaars, en op deze wijze had ik een einde gemaakt aan hun moorden en misdaden, die honderden onschuldige slachtoffers hadden gemaakt.’ Oostindie: ‘Westerling heeft er nooit omheen gedraaid. Hij zei gewoon: “Wat ik doe is efficiënt.” Alle andere manieren kosten nog meer slachtoffers. De legerleiding staat daar ambivalent tegenover. Het mag niet wat de kapitein doet, maar het werkt wel. Dat is de essentie van zo’n oorlog. Er is ook forse kritiek van de militaire top op de kapitein, maar tegelijkertijd wordt hij meerdere malen voorgedragen voor een hoge onderscheiding.’ Westerling was zeker niet de enige. ‘Daar waar het fout ging, werd lang niet altijd gestraft.’ ‘Wat ik zag is bijna niet te beschrijven: een duizendkoppige menigte vrouwen, kinderen en oude mannen en er stond angst op hun gezichten te lezen. Helemaal vooraan zat een jonge moeder, bibberend, met een baby tegen zich aangedrukt. Ik zei in mijn beste Maleis “Tida oesah takoet”, je hoeft niet bang te zijn. Tot mijn verbazing verscheen er een glimlach op haar gezicht. Die bevrijdende opluchting bij deze vrouw is mij altijd bijgebleven. (Soldaat Bernard Waanders) Toch was het merendeel van de militairen niet betrokken bij oorlogsmisdaden, zegt de historicus. ‘Het is belangrijk om dat te blijven zeggen. Ik beschuldig de veteranen ook helemaal niet. Maar je moet de dingen wel bij hun naam noemen. Het gaat mij om waarheidsvinding en zoveel mogelijk boven tafel krijgen. Dat is ook een vorm van gerechtigheid. Het is ook belangrijk om uit te leggen waarom er geweld werd gebruikt. Je begrijpt waarom er dingen fout gaan. Eerst denk je: “Dit is waanzinnig.” Maar als je
Een oude prent, getekend door illustrator, striptekenaar en kunstschilder Ger Sligte (1914-1980).
je wat meer verdiept in de kwestie dan komt er ruimte voor nuance.’ De cijfers liegen er echter niet om. ‘Twintig tot vijfentwintig procent van de militairen in het boek heeft het over oorlogsmisdaden, de rest niet. Maar daar zit natuurlijk een deel bij die wel dingen weet, maar niet praat. ‘Er komen 1400 militairen aan bod in het onderzoek, die samen bijna achthonderd oorlogsmisdaden rapporteren. In de helft van de gevallen gaat het om folteringen en het doden van mensen. Als je rekening houdt met systematische onderrapportage, heb je het toch eerder over tienduizenden dan duizenden gevallen. Dat is heel wat meer dan de incidentele ontsporingen waarover de overheid sprak.’
Academische Agenda Dhr. P.M. Rodrigues dos Santos Russo hoopt op dinsdag 10 november om 11.15 uur te promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Design, Implementation and Evaluation of Transnational Collaborative Programmes in Astronomy Education and Public Outreach’. Promotoren zijn Prof.dr. G. Miley en Prof.dr. J.M. van den Broek. Dhr. T.C.N. Boekholt hoopt op dinsdag 10 november om 13.45 uur te promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Chaotic Dynamics in N-body Systems’. Promotor is Prof.dr. S.F. Portegies Zwart. Dhr. F. Bleichrodt hoopt op dinsdag 10 november om 15.00 uur te promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Improving Robustness of Tomographic Reconstruction Methods’. Promotor is Prof.dr. K.J. Batenburg. Dhr. M. Velliscig hoopt op woensdag 11 november om 10.00 uur te promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Probing the darkness: The link between baryons and dark matter’. Promotor is Prof.dr. J. Schaye. Mw. M.N. Goddard hoopt op woensdag 11 november om 11.15 uur te promoveren tot doctor in de Sociale Wetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘X marks the spot: Structural and functional brain mapping in a genetically defined group at high risk of autism symptoms (47,XXY), and a comparison with idiopathic autism spectrum disorder’. Promotor is Prof.dr. H. Swaab. Dhr. F.B. van der Beek hoopt op woensdag 11 november om 13.45 uur te promoveren tot doctor in de Geneeskunde. De titel van het proefschrift is ‘Speech perception with cochlear implants: improving the interface’. Promotor is Prof.dr.ir. J.H.M. Frijns. Dhr. A. Zubcevic hoopt op woensdag 11 november om 15.00 uur te promoveren tot doctor in de Geesteswetenschappen. De ti-
tel van het proefschrift is ‘Book-ownership in Ottoman Sarajevo 1707-1828’. Promotor is Prof.dr. J.J. Witkam. Mw. C. Schott hoopt op woensdag 11 november om 16.15 uur te promoveren tot doctor aan de Campus Den Haag. De titel van het proefschrift is ‘Playing a role - but which one?’ Promotor is Prof. dr. F.M. van der Meer. Mw. M.L. Turner hoopt op donderdag 12 november om 10.00 uur te promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Metals in the diffuse gas around high-redshift galaxies’. Promotoren zijn Prof.dr. J. Schaye en Prof.dr. C. Steidel (California Institute of Technology). Dhr. B. Limburg hoopt op donderdag 12 november om 11.15 uur te promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Photocatalytic Redox Reactions at the Surface of Liposomes’. Promotor is Prof.dr. E. Bouwman. Dhr. P.J.G. Hendriksson hoopt op donderdag 12 november om 13.45 uur te promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Evaluating European imports of Asian aquaculture products using statistically supported Life Cycle Assessments’. Promotor is Prof.dr. G.R. de Snoo. Dhr. A.P. Verhaar hoopt op donderdag 12 november om 15.00 uur te promoveren tot doctor in de Geneeskunde. De titel van het proefschrift is ‘The development of novel anti-inflammatory drugs for IBD’. Promotoren zijn Prof.dr. D.W. Hommes en Prof.dr. G.R. van den Brink (UvA). Mw. K. Setyawati hoopt op donderdag 12 november om 16.15 uur te promoveren tot doctor in de Geesteswetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Kidung Surajaya: Suntingan Teks, Terjemahan dan Analisis Makna Isi Teks’. Promotoren zijn Prof.dr. B. Arps en Prof.dr. W. van der Molen.
‘De jaren in Indië daar was het net een roedel wolven geweest…maar nu stond ieder er alleen voor.’ (Veteraan Jan de Golde) Uiteindelijk werd duidelijk dat de strijd in Indonesië niet was vol te houden. De militairen keerden terug naar Nederland. Daar werden ze in veel gevallen niet met veel enthousiasme ontvangen en verwerkten ze de oorlog meestal stilzwijgend. ‘De oorlog zit nog in m’n hoofd’, aldus militair Rob van der Star. ‘Ik heb jarenlang met een geladen pistool onder mijn hoofdkussen geslapen.’ Volgens Oostindie is het hele verhaal over de dekolonisatieoorlog nog niet verteld. ‘In 2012 heeft het KITLV met het Neder-
lands Instituut voor Oorlogsdocumentatie en het Nederlands Instituut voor Militaire Historie een oproep gedaan voor een groot opgezet door de overheid ondersteund onderzoek naar deze periode. Het kabinet-Rutte besloot dat toen niet te ondersteunen. Dat onderzoek moet er nog steeds komen. We moeten onze koloniale geschiedenis goed kennen en ook erkennen. De nazi-bezetting heeft zijn plaats in de geschiedenis. Maar wat er in Indonesië is gebeurd, is al te lang weggedrukt.’ DOOR VINCENT BONGERS
Gert Oostindie, Soldaat in Indonesië, 1945-1950. Prometheus, 320 pag. € 29,95
Maretjes
De prijs voor een Maretje bedraagt €9,– per 30 woorden, opgegeven via redactie@mare.leidenuniv.nl uiterlijk t/m maandag 16.00 uur. Maretjes aangeboden voor commerciële doeleinden worden niet geplaatst, evenmin als Maretjes waarin zaken worden aangeboden die de waarde van 4.500 euro te boven gaan. Doe meer met je kennis! Vrijwilligers gezocht voor één uur per week bijles en huiswerkbegeleiding op verschillende locaties of bij de leerling thuis. Leiden-Noord, 33 leerlingen, basisonderwijs, groep 4 t/m 8, waarvan 2 met vergoeding van €4 per les. Voortgezet onderwijs: Nederlands, 1havo. *Duits, 3gymnasium. Economie, 5vwo, €5,- per les. Nederlands, Engels, brugklas vwo. Nederlands, Engels, wiskunde, 2havo. *Duits, 2vmbo-tl. *Engels, wiskunde, 3vmbo-t. *Nederlands, 2vmbo-t. *Nederlands, 2vmbo-t. *Economie, scheikunde, 3vmbo-t. *Wiskunde, 4havo. *Nederlands, Engels, brugklas havovwo. *Wiskunde, 4vmbo-t, €7,50 per les. *Geschiedenis, wis- en natuurkunde, 3havo, €5,- per les. Leiden-Zuid, 12 leerlingen basisonderwijs groep 4 t/m
Maretjes extra
8. Voortgezet onderwijs: wiskunde, rekenen, 2 brugklassers vmbo. *Wiskunde A, 6vwo. *Huiswerkbegeleiding, 2vmbo. *Wiskunde, 1vwo. *Wiskunde, 2vwo. Onderwijswinkel, Driftstraat 77, ma, wo en do 15-17u. Tel. 071-5214256. E-mail: hdekoomen@owwleiden.nl. Informatieweekend vrijwilligerswerk in het buitenland: Heb jij zin om vrijwilligerswerk te doen met straatkinderen in het buitenland? Ben je tussen de 18 en 30 jaar oud? Bezoek dan www.samen.org en meld je aan voor het informatieweekend over vrijwilligerswerk in het buitenland. Which native speaker will teach me Brazilian Portugees in exchange for me teaching him or her Dutch? Call 06-52147457 Gevraagd een gevorderde student in de studierichting management voor ondersteunende werkzaamheden. Mail ons voor nadere inlichtingen via eleshf@gmail.com of bel op 0647077778.
Maretjes-extra zijn bedoeld voor semicommerciële instanties. De prijs voor een Maretje-extra is €23,– incl. BTW voor elke vijfendertig woorden. U kunt deze advertenties uiterlijk op de vrijdag vóór het verschijnen van Mare opgeven bij Bureau van Vliet B.V., postbus 20, 2040 AA Zandvoort, telefoon 023-571 47 45. E-mail: Zandvoort@bureauvanvliet.com Ben jij iemand met creatieve ideeën en kun jij antwoord geven op de vraag: ‘Wat zou jij doen als DNA-onderzoek geen grenzen kent?’. Dan is Generade op zoek naar jou! Voor de prijsvraag van Droom Nooit Alleen zoeken wij ondernemende Leidse studenten die hun ideeën willen delen en uitwerken. Met jouw idee maak je kans op mooie prijzen zoals de Generade Business Award. Deze bestaat uit een deelname aan Gulliver, VIP werkplek bij studenten ondernemersvereniging Lugus en € 5000,- om je idee te ontwikkelen. Je kunt je idee nog tot 9 november insturen via https://www.generade.nl/ droomnooitalleen/.
5 november 2015 · Mare Wetenschap
De invloed van identiteit op rookgedrag Een maandje zonder sigaretten is nog wel te doen. Maar of rokers echt stoppen, hangt af van hun identiteit, aldus een Leidse gezondheidspsychologe. ‘Het moet bij je gaan passen.’ Stoptober, de actie waarbij rokers aangespoord werden om een maand peukvrij door het leven te gaan, is voorbij. Volgens initiatiefnemer Nederland Rookvrij, de opvolger van de oude StiVoRo, deden er 65.000 mensen mee. Op de 3,6 miljoen rokers die Nederland telt, stelt het niks voor. Als u echter een van die vijfenzestigduizend mensen bent: gefeliciteerd. Goed gedaan. Op Stoptober volgt Smokevember, waarbij u weer lekker mag roken. U weet echter dat u dat niet zou moeten doen. U weet zelfs waarom: van die 3,6 miljoen mensen, zullen er statistisch gezien twee miljoen doodgaan aan het roken. Nog even los van het sociale stigma, de kortademigheid, de gordijnen die vaker in de was moeten en het feit dat je bijna letterlijk geld verbrandt. De vraag is niet óf mensen zouden moeten stoppen, maar hoe. Gezondheidspsychologe Eline Meijer, ‘nooit gerookt’, onderzoekt de identiteit van stoppers. ‘Is roken een centraal iets in hoe zij zichzelf zien?’, legt ze uit. ‘Of zien ze zichzelf juist als een niet-roker die nu even rookt? Sommige mensen die ik interviewde, omschrijven zichzelf letterlijk zo.’ Dat maakt uit, zegt de promovenda. ‘Hoe meer mensen zichzelf zien als een niet-roker, hoe meer ze geneigd zijn om te stoppen.’ Omgekeerd lijkt het er volgens andere onderzoekers op dat mensen die roken als een centraal onderdeel van hun identiteit zien, meer moeite met stoppen zullen hebben. ‘Maar de niet-rokersidentiteit speelt een grotere rol, blijkt uit onze studie.’ Meijer en haar collega’s onderzochten bij 188 rokers de gevolgen van het rookverbod in de horeca. ‘Er is een gedeelte dat zich door dat verbod gemotiveerder voelt om te stoppen. Maar er is ook een groep die zich juist meer betutteld voelt; die ziet roken als een privézaak waar de overheid niets mee te maken heeft. Door deze maatregel gaan deze mensen zich juist méér zien als rokers, en dat maakt het lastiger om te stoppen.’ En er is nog een derde groep. ‘Zij merken door zo’n rookverbod ineens hoe verslaafd ze zijn. Zij zien zich juist als slachtoffer van iets waar ze niets meer aan kunnen doen. Ook voor die groep werkt een rookverbod in de horeca juist averechts. Hetzelfde lijkt op te gaan voor die afschrikwekkende teksten op sigarettenpakjes, zoals “Roken is dodelijk”. Sommigen raken erdoor gemotiveerd om te stoppen, en anderen raken juist gestresst. En als rokers stress hebben, gaan ze vaak roken.’ Zou het dan niet slimmer zijn om juist positieve boodschappen
DOOR BART BRAUN
Steun van je smartphone Psychologiestudent Rik Schalbroeck werkte voor zijn afstuderen aan een stop-applicatie voor smartphones.
en of wat muziek kan luisteren, dan jezelf wijs te maken dat je er “eentje maar” mag.’
Er staan zo’n honderd antirook-apps in Google Play. Waarom dan nog eentje? ‘Verreweg de meeste van die apps zijn niet goed theoretisch onderbouwd. Psychologen weten veel over stoppen, maar de programmeurs passen die kennis maar zelden toe. Tijdens mijn stage in Cambridge werkte ik mee aan een app die dat wel doet, en die ook detecteert of je zin hebt om te roken.’
Werkt dat ook? ‘Bij onze eerste versie waren we vooral geïnteresseerd in of het werkte, en in wat mensen ervan vonden. Echte succespercentages hebben we nog niet, maar de proefpersonen zijn er blij mee, en zeggen dat het helpt.’
Hoe? ‘Dat moet je hem eerst leren. Als je een sigaret opsteekt, vertel je dat. De app leert dan op welke locatie je bent, en met welke mensen. Nadat je gestopt bent, weet hij dat je ergens bent waar je altijd rookte, en biedt hij steun.’ Wat voor steun? ‘In de vorm van berichtjes die zijn afgestemd op je situatie. Stel dat je heel veel rookte op je werk, dan krijg je daar een berichtje dat uitlegt dat je beter een vriend kan sms-
Hoe kom ik aan die app? ‘Hij is helaas nog niet beschikbaar. We wilden namelijk eerst weten of ‘ie wel echt werkt. Veel van dit soort apps worden gewoon online gegooid, zonder dat duidelijk is of de gebruiker er ook wat aan heeft. Dat wilden wij niet doen.’ Vinden mensen dat niet eng, zo’n programma dat je stalkt? ‘In onze interviews zeggen ze dat ze zich daar niet zo druk om maken, omdat het vanuit een universiteit komt. In de toekomst willen we misschien ook wearables erbij betrekken, zoals de smartwatch van Apple. Misschien zou je op een of andere manier kunnen zien als iemand toch rookt, en dan een berichtje sturen.’
Beelden uit een anti-rookcampagne van het Britse Lung Cancer Foundation
op de pakjes te zetten? ‘Als u stopt met roken, krijgt u een gezondere huid’ of ‘Stop, en u bent niet meer buiten adem na het traplopen’? Meijer: ‘Daar is veel onderzoek naar gedaan, en de resultaten wisselen sterk per studie. Vanuit onze identiteitsbenadering zou je verwachten dat het zou helpen; het roept in elk geval geen angstreactie op.’ Onduidelijkheid over rookbeleid is sowieso eerder regel dan uitzondering. Werken anti-rookcampagnes? Werken afschrikwekkende plaatjes op de pakjes? Is dreigen met impotentie effectiever dan dreigen met mondkanker? Helpt het om het opzichtig uitstallen van rookwaar in winkels te verbieden? Zelfs als de onderzoeken goed zijn uitgevoerd - lang niet altijd het geval - zijn ze meestal niet in staat om de gevolgen van een afzonderlijke beleidsmaatregel in kaart te brengen. Dat komt doordat landen die anti-rookbeleid voeren vaak meerdere maatregelen tegelijk nemen. Voor rokers die willen stoppen, is duidelijker wat ze moeten doen. Meijer somt op: ‘Maak een plan: roken is echt een verslaving waar je niet zomaar mee stopt. Prik een datum en werk daarnaar toe. Denk van tevoren na over moeilijke situaties zoals feestjes, en wat je dan gaat doen. Helemaal op eigen kracht stoppen is lastig; dus zoek steun. Ook je huisarts kan je helpen om te stoppen met roken.’ Het zo veelbelovend klinkende nicotinevaccin van een paar jaar terug werkt niet. Vervangende kauwgumpjes en pleisters helpen wel, maar die worden niet meer vergoed. Voor herhaaldelijke stopfalers kan de huisarts Champix voorschrijven, en ook daarvan is inmiddels duidelijk dat het helpt. Over e-sigaretten als stophulp is de discussie nog gaande. En die identiteit? ‘Het niet roken moet bij je gaan passen’, vat Meijer haar onderzoeksbevindingen samen. ‘Maar hoe je daar het beste voor kan zorgen, weet ik nog niet. Bij de Anonieme Alcoholisten laten ze mensen vertellen waarom ze zijn begonnen met drinken, en waarom het nu bij ze past om niet te drinken. Dat moeten ze dan vaak herhalen, zodat ze het ook echt anders gaan zien. Een ander idee is om mensen zich een mentaal beeld te laten vormen – of misschien wel te laten schilderen – van zichzelf als niet-roker. Of ze laten opschrijven wat de overeenkomsten zijn tussen zichzelf en niet-rokers, om zo de mentale afstand tot die groep te verkleinen.’ Meijer: ‘De grote vraag is hoe je mensen ontvankelijk maakt om zoiets te doen, om überhaupt na te denken over stoppen. In mijn interviews zag ik dat een schok sommige mensen kan helpen – op de korte termijn, tenminste. Ik sprak iemand die net een paar dagen ervoor een vriend had verloren aan longkanker. Die rookte toen niet meer. Een paar dagen, in elk geval. Voor succes op de langere termijn is het belangrijker dat mensen er vertrouwen in hebben.’
7
8
Mare · 5 november 2015
Achtergrond
‘Waar slaat dit op?’ Onduidelijkheid over huurtoeslag bij internationale studenten > Vervolg van de voorpagina Heuritsch klopte aan bij de universiteit en DUWO. ‘Daar hoorde ik een heel andere reden: ik kreeg geen huurtoeslag, omdat ik een zogenaamd short-stay-contract had. Ik vroeg nog: “Hebben jullie je óóit afgevraagd of dat wettelijk ergens op slaat? Ik kan ook wel beweren dat jullie mijn huis elke week moeten poetsen, maar dat staat ook niet in de wet.”’ In de Wet op de Huurtoeslag staat wél de uitzonderingsregel: ‘tenzij de overeenkomst van huur en verhuur een gebruik van de woning betreft dat naar zijn aard van korte duur is’. ‘Short-stay-contracten vallen onder die “tenzij”’, zegt Ensink, van DUWO. ‘De wetgeving zegt, en de jurisprudentie bekrachtigt dat: in een tijdelijke woonsituatie, of dat nu in een woonwagen of iets anders is, maak je geen aanspraak op huurtoeslag.’ Geldt dat dan niet voor alle campuscontracten van DUWO? Die stoppen immers kort na afronding van de studie. ‘Nee, die niet. Het gaat echt om de orde van grootte van een half jaar, zoals bij short-stay-contracten van internationale studenten.’ De Leidse advocaat Rogier Kamphuis hielp al vaker internationale studenten met huurtoeslagkwesties. ‘Wel opvallend was dat er in korte tijd verschillende studenten uit hetzelfde complex aan de Hooigracht met een soortgelijk probleem kwamen.’ Heuritsch: ‘Ik was als de dood voor elke volgende brief van de Belastingdienst. Intussen moest ik mijn scriptie voltooien. Ik sliep haast niet van de stress.’ Kamphuis was er wel gerust op. ‘De rechter heeft in Nederland al wel vaker de uitspraak gedaan dat er in zo’n geval sprake is van een normaal huurcontract.’ Maar Ensink zei toch juist het tegenovergestelde? ‘De jurisprudentie wisselt nogal’, zegt Elout Korevaar, advocaat en als docent Burgerlijk Recht verantwoordelijk voor het vak huurrecht aan de Universiteit Leiden. ‘Maar wanneer ik bijvoorbeeld thuis ruzie krijg, en drie maanden in het huis van een vriend ga zitten, omdat ik mijn partner even niet kan luchten, dát is naar zijn aard van korte duur.’ ‘Het staat al sinds de jaren zeventig zo in de wet’, weet Albert de Vries, Tweede Kamerlid PvdA, portefeuille wonen. ‘Eigenlijk was het bedoeld voor recreatiewoningen, zodat je daarvoor geen huurtoeslag kon aanvragen.’ ‘“Naar aard van korte duur” is maatwerk’, bevestigt Adriaan Ros, persvoorlichter van de Belastingdienst. ‘Het wordt niet kwantitatief beoordeeld, aan de hand van een X aantal maanden.’ Bezwaar maken heeft dus zin? Ros: ‘Je kunt altijd klagen en mogelijk heeft dat gevolgen.’ Tot een rechtszitting kwam het in dit geval nèt niet. Heuritsch: ‘De dag ervoor kreeg ik van DUWO eindelijk die benodigde specificatie.’ ‘De Belastingdienst ging overstag zonder duidelijke uitleg’, zegt Kamphuis. Hij is ervan overtuigd dat het short-stay-argument de doorslag gaf. ‘Nadat bij de meeste bewoners was erkend dat ze in een zelfstandige woonruimte woonden, werd door de Belastingdienst shortstay nog als nieuwe grond aangevoerd. Ons bezwaar daartegen was de enige informatie die er in de tussentijd bijkwam.’
Jantien Delwel, international student advisor van de Universiteit Leiden, kent het probleem. Ze heeft een contactpersoon bij de Belastingdienst, met wie ze problemen van studenten probeert op te lossen. Delwel: ‘Met haar heb ik écht een hotline.’ Volgens die hotline speelde er nog iets anders: ‘Sinds het Elizabethziekenhuis verbouwd was tot studentencomplex, bestaat het uit losse units. Die stonden echter nog niet op de kaart als zelfstandige wooneenheden. Short-stay was wel wat DUWO altijd beweerde. Zó stellig, dat ik het geloofde. Ik weet niet wat hun redenen waren. Misschien verschilt de belastingaftrek voor short- en long-stay-huurders.’ Kamphuis: ‘Wie onder die tijdelijke aard valt maakt geen aanspraak op huurbescherming. Maar de verhuurder heeft verder geen belang.’ Een financieel voordeel is er inderdaad niet, zegt Ensink. ‘Ik zou zelfs zeggen dat wél huurtoeslag toekennen gemakkelijker voor ons zou zijn. Dan heeft de student immers meer te besteden.’ Hij betwijfelt echter of de huurtoeslag nu terecht is toegekend. ‘Je zou het aan de Belastingdienst moeten vragen, mogelijk is er een fout gemaakt. Maar moet je luisteren: als die advocaat een goed verhaal heeft, waarmee het hem gelukt is en wat concrete jurisprudentie oplevert, dan is dat fantastisch.’ ‘Mijn casus dient nu als precedent voor medebewoners’, weet Heuritsch. En voor echt concrete jurisprudentie: met een volgende student staat Kamphuis op 26 november daadwerkelijk voor de rechter. Misschien volgt dan meer duidelijkheid over de status van het short-stay-argument. Want of die uitzondering nu wel of niet terecht is, zegt Kamerlid De Vries: ‘Het is sowieso raar dat de ene rechter het terecht noemt, en de ander niet.’ Moet dat regeltje ‘naar zijn aard van korte duur’ dan niet eens aangescherpt worden? Voorlichter Ros van de Belastingdienst: ‘Niet om mezelf hier gemakkelijk vanaf te maken, maar de regelgeving komt van Binnenlandse Zaken.’ Daar werkt minister Stef Blok van Wonen al enige tijd aan een nieuwe Wet Tijdelijke Huur, die onder andere meer bescherming moet bieden aan huurders bij tijdelijke contracten. Op een eerste concept reageerde studentenhuisvestingskoepel Kences, waaronder ook DUWO valt, kritisch. Kences stelde juist ‘een formele vastlegging van de huidige praktijk’ voor, waarin internationale studenten onder de definitie ‘naar aard van korte duur’ vallen. ‘Later deze maand is er in elk geval een doelgroepenoverleg met de minister’, zegt De Vries. ‘Dan zal ik vragen om dit duidelijker te maken.’ ‘Er wordt misbruik gemaakt van internationale studenten’, blikt Heuritsch terug. ‘We kennen de taal niet, het systeem niet, en we hebben geen tijd om er iets aan te doen.’ Toch kreeg ze het voor elkaar. Bijna dan. ‘Het bedrag op de definitieve beschikking klopt niet, maar dat komt vast nog wel goed.’
Advertentie
Follow or Lead?
DOOR MARLEEN VAN WESEL
Huurtoeslagsessies Voorwaarden voor huurtoeslag zijn een maximum huurprijs (excl.) van 403 euro (onder 23 jaar, anders 710 euro), een maximuminkomen van 21.950 euro per jaar, de Nederlandse nationaliteit of een verblijfsvergunning en een zelfstandige woonruimte. Voor kamers is over het algemeen geen huurtoeslag mogelijk. Vooral bij internationale studenten gaat er vaak iets mis. De Universiteit Leiden organiseert nu huurtoeslagsessies. ‘Julia was echt niet de eerste’, zegt international student advisor Jantien Delwel. ‘Wel hebben we sinds haar casus een lijst van alle woningen die in aanmerking komen voor huurtoeslag. Dat waren er honderden.’ Naar de laatste sessies waarvoor die bewoners waren uitgenodigd, vorige week, kwa-
men zo’n tachtig internationale studenten, met ‘de meest onmogelijke uitzonderingen’. ‘Bijvoorbeeld een student die getrouwd is in haar land van herkomst, waar haar partner nog woont. Bovenaan haar aanmelding vinkte ze “getrouwd” aan. Helemaal aan het eind werd gevraagd om de DigiD van haar partner, die dus helemaal niet in Nederland woont. Dan kun je fluiten naar je huurtoeslag. ‘Anderen voldeden keurig aan alle voorwaarden, maar de vorige huurder van hun woning was nog niet uitgeschreven: nul euro. Of wat te denken van studenten van buiten de EU, die allang een verblijfsvergunning op zak hebben, maar bij wie de IND het vinkje “legaal in Nederland” nog niet had aangekruist.’
400 years new Mare130x188mm.indd 1
06-10-15 14:22
5 november 2015 · Mare Achtergrond
Een kijkje in ons slapend brein Op pad in het slaapwaakcentrum Hoeveel uren nachtrust heb je nodig? Mare vroeg het enkele (ervarings)deskundigen en keek mee in het slaaplaboratorium van het Leids Universitair Medisch Centrum. ‘Eigenlijk moet je ’s ochtends vroeg geen tentamens afnemen.’ Om drie uur ’s middags meldt een dame zich bij laborant Annelous Zeijlemaker. Ze is patiënt van neuroloog Gert Jan Lammers. Ze klaagt dat ze vaak laat in slaap valt en daardoor overdag moe is. Soms dommelt ze zelfs in, bijvoorbeeld in de trein. Lammers wil weten wat er ’s nachts in het brein van de vrouw gebeurt en heeft daarom een slaaponderzoek aangevraagd. De patiënt krijgt sensoren opgeplakt die fysiologische prikkels opvangen. Daarmee kan ze gewoon thuis in haar eigen bed slapen. Voordat Zeijlemaker begint te plakken moet de vrouw zich uitkleden. In haar ondergoed neemt ze plaats op een stoel. ‘Span uw onderbeen eens aan?’ vraagt de laborant. Ze voelt aan de spier vlak onder de knie en plakt er een sensor op. ‘Dit meet uw bewegingsactiviteit. Sommige mensen maken ’s nachts veel beenbewegingen. Die wekprikkels kunnen de slaap verstoren.’ Het blauwe draadje dat uit de sensor komt, plugt Zeijlemaker in een kastje dat ze met een band om de schouders van mevrouw hangt. ‘Hierin zit een kaart die alle activiteit tijdens de slaap opneemt. Dat lezen we morgen af met de computer.’ Mevrouw krijgt ook stickers op de borst voor het hartritme en twee blauwe banden om haar torso die ademhalingsbewegingen registreren. ‘Dit geeft allemaal informatie over de verschillende slaapstadia die je doorloopt. Met al die gegevens bij elkaar krijgen we een goed beeld van wat zich ‘s nachts afspeelt.’ Zeijlemaker pakt een lint en meet de schedelomtrek. ‘We moeten de sensoren zorgvuldig aanbrengen, zodat we de hersenactiviteit van de juiste gebieden meten.’ De geur van lijm, waarmee ze de sensoren op de hoofdhuid bevestigt, vult de kleine, benauwde onderzoeksruimte. Zeijlemaker blijft maar plakken: ook aan weerszijden van de slaap, de ogen en op de kin komen sensoren. ‘Mag ik de stickers in mijn gezicht er afhalen als ik in de trein stap?’, vraagt de dame bezorgd, maar tevergeefs. ‘We gaan nu testen of het signaal goed is’, vervolgt Zeijlemaker. ‘Sluit uw ogen maar.’ Op haar laptop verschijnen de hersengolven in een mooie, regelmatige cadans. ‘Als iemand zijn ogen dicht
DOOR SARAH PRINS
doet dan verandert het ritme direct. We noemen dat een alfaritme, of relaxmodus.’ Gedurende de nacht varieert het ritme. Wie inslaapt, komt eerst in een oppervlakkige slaapfase terecht, en ontwaakt nog gemakkelijk door omgevingsprikkels. Daarna wordt de slaap steeds dieper en de hersenactiviteit trager. Elke cyclus, vier tot vijf per nacht, eindigt met de droomslaap. ‘De hersengolven zijn dan juist kort en snel en bijna net zo actief als tijdens de waak,’ vertelt Zeijlemaker. ‘Dit stadium wordt ook wel Rapid Eye Movement (REM-slaap) genoemd vanwege de snelle oogbewegingen. De overige spieren zijn totaal ontspannen, inclusief de kin.’ De stickers in het gelaat geven dus aanvullende informatie over de REM-slaap, waarin de hersenen druk bezig zijn om alle indrukken van de dag te verwerken. Op de computer in het laboratorium laat Zeijlemaker registraties zien van eerdere slaapmetingen. ‘Kijk,’ dit is het unieke slaappatroon van een patiënt met narcolepsie. Patiënten met deze slaapziekte vallen direct in de droomslaap, terwijl je normaal eerst de lichte en diepe slaapfasen doorloopt.’ Andere typische kenmerken van narcolepsie zijn doorslaapproblemen ’s nachts en spontane slaapaanvallen overdag. ‘Er zijn ook circadiane ritmestoornissen,’ vult Lammers aan. ‘Mensen die daaraan lijden, hebben een normaal slaappatroon als ze op hun voorkeurstijd gaan slapen, maar ze krijgen eerder of juist later slaap dan de meeste mensen.’ De onderzochte patiënt blijkt last te hebben van het vertraagde slaapfase-syndroom. ‘Je spreekt hiervan als iemand minimaal twee uur later dan gemiddeld inslaapt en zich pas eind van de ochtend echt wakker voelt,’ zegt Lammers. Deze aandoening komt vaak voor bij pubers en verdwijnt geleidelijk als ze boven de 20 zijn. Maar niet altijd, zegt de neuroloog. ‘Dat kan door erfelijke aanleg, maar vaker is het gewoontegedrag zoals laat op de avond sporten en in het licht of achter beeldschermen zitten. Veel mensen zijn zich niet bewust van hun eigen gedrag en hoe dit slaapproblemen in stand kan houden.’ Een actiwatch kan helpen om dit soort problemen in kaart brengen. ‘Dit horloge dragen patiënten dan meestal een week; het vangt dag en nacht bewegingsactiviteit en lichtintensiteit op en met behulp van een software rolt daar een grafiek uit,’ vertelt Lammers. Mevrouw heeft deze ook gedragen. ‘In haar grafiek zie je dat ze pas later op de dag ontwaakt en actief wordt, dikwijls tot middennacht in het licht zit en pas na 3 uur ’s nachts in bed gaat liggen.’
Door slaaptekort vermindert de zelfbeheersing. Door de aanmaak van hongerhormonen ligt overgewicht op de loer
Le Sommeil (1937). Schilderij Salvador Dalí
Pas op voor slaapschuld Hoewel mensen een ingebouwde wekker hebben, loopt deze niet bij iedereen even goed in de pas. Vooral jongvolwassen hebben moeite met bijtijds naar bed gaan. Dat komt mede doordat de interne klok tijdens de adolescentie wat trager loopt. ‘Waarom dat gebeurt, weten we nog niet’, zegt de Leidse pedagoog Kristiaan van der Heijden. ‘Maar het is wel een probleem, omdat jongeren ‘s ochtends in de school- of collegebanken worden verwacht. Uit een van onze onderzoeken bleek dat twaalfjarigen die om half 9 ’s ochtends een toets maakten waarvoor ze zich mentaal flink moesten inspannen, hetzelfde presteerden als tienjarigen die de test anderhalf uur later maakten; een flinke stap terug in de ontwikkeling dus. Daarom moeten we opleidingsinstanties eigenlijk adviseren om tentamens niet meer vroeg op de ochtend af te nemen.’ Ook onregelmatige bedtijden zijn ongunstig. Je lichaam gaat op een vaste tijd in een slaapmodus. Niet alleen je temperatuur daalt, maar ook je hartslag en bloeddruk. ‘Als je buiten die periode tukt dan is je slaapkwaliteit slechter en rust je dus minder goed uit.’ Hoeveel slaap je nodig hebt, is persoonlijk, maar de meeste mensen krijgen klachten bij minder dan zeven uur. ‘Telkens wanneer je te weinig slaapt, stapelt het tekort zich op, we noemen dat slaapschuld. En dat zorgt weer voor studieschuld, want je lost het niet af met een nachtje bijtanken. Mensen die een week lang vijf uur sliepen, presteerden na drie dagen voldoende nachtrust alsnog onder de maat op mentale taken.’ Bovendien vermindert je zelfbeheersing door slaaptekort. ‘Niet handig,’ vertelt dokter Lammers, ‘want bij slaaptekort maak je meer van het hongerhormoon ghreline aan en juist minder van leptine, dat een verzadigingsgevoel geeft. Overgewicht ligt dan ook op de loer bij slaapgebrek en we zien vergelijkbare reacties in het lichaam optreden als bij mensen met suikerziekte. Hoe zich dit op termijn ontwikkelt, weten we het niet, want je kunt proefpersonen niet maandenlang uit hun slaap houden.’
Nachtbrakers met drie wekkers Wat doen studenten die weinig slapen om hun bioritme te herstellen? ‘Ik kan mezelf resetten.’ ‘Ik kan niet echt een trend ontdekken in mijn slaappatroon,’ zegt Frédérique de Paus (24, ICT in Business). De ene keer ga ik om één uur naar bed, de andere keer om half vijf nachts. Ik sta wel altijd voor elf uur op, want echt uitslapen vind ik zonde van mijn tijd.’ De Paus is student-assistent en werkt mee aan verschillende projecten binnen haar opleiding, maar ook daarbuiten is ze actief. Zo regelt ze maandelijkse cafébijeenkomsten, werkt ze voor een start-up en speelt ze in een bandje. ‘Daardoor ben ik overdag heel druk. Echt tijd voor mijn studie of zaken die diepe concentratie vergen, heb ik dan niet.’ En dus zit ze vaak tot diep in de nacht achter haar laptop. ‘Mensen krijgen vaak rond een uur of drie, vier nog werkmailtjes van me.’ Is haar dagelijkse zes uur slaap genoeg? ‘Zodra ik mijn kussen raak, val ik als een blok in slaap.’ Totdat de volgende ochtend haar drie wekkers afgaan. Neal van Veen (26, computerscience) slaapt gemiddeld vijf uur per nacht. ‘Vroeger, toen ik met mijn ouders mee op vakantie ging, reden we altijd ’s nachts. Het kostte me geen enkele moeite om na twee uur slapen op te staan, in de auto te stappen en daar verder te maffen. ‘Daarom werkte ik de vrijdagen een tijdje als nachtportier. Zaterdagochtend dook ik dan voor enkele uurtjes onder de wol om ’s avonds de hort op te gaan. Ik sliep bewust maar kort, zodat ik zondag moe genoeg was om mijn ritme te kunnen resetten. ‘Tegenwoordig merk ik dat ik wat moeilijker inslaap, waardoor ik soms met dikke ogen op mijn werk zit - waarschijnlijk omdat ik nu met mijn studie en parttime-baan een stuk drukker ben en daardoor meer stress heb. Maar ik hoef geen taferelen uit te halen om mezelf wakker te houden. Concentratieproblemen ervaar ik evenmin.’
9
10 Mare · 5 november 2015 English page
It would be great to study here Four meetings with a family of refugees from Syria Ahmad. Photographs by Taco van der Eb
Brothers Ahmad and Mohammad Deeb from Syria would love to study in Leiden, but they say their certificates are worth nothing here. “We understand the fear, but if we liked killing people, we would have stayed in Syria.”
Thursday 15 October, 3 Oktober Hall in Leiden By Vincent Bongers “Everything’s so green here, it’s lovely, and so is all the water”, exclaims Ahmad, a Syrian student and refugee (22). He points to the trees behind the two-metre high screens surrounding the sports hall. “That was the first thing that struck me – the trees look so different.” One of the screens has been pushed aside. Someone has stuck a notice on it, which reads “No alcohol, no drugs” in English and Arabic. Three guards at the provisional entrance keep a close eye on everyone. Today, these 120 refugees, mainly Syrians, are to travel by bus to Amsterdam for an identification procedure. For Ahmad, it’s one of many bus trips in a short space of time. “I don’t know exactly what’s going to happen; something to do with fingerprints.” Ahmad was reading French at Tishreen University in Latakia, a port city, when he and his younger brother, their little sister, parents and uncle fled from Assad. “I hate French, but in Syria you must study the subject you were best in at school.” He looks up at the grey sky. “I want to study the stars and the universe – or history.” Mohammad Deeb (19) joins his elder brother and fishes a crumpled piece of paper from his hip pouch. It’s a document from his secondary school. “I had just passed my finals and had started to study English. But I think philosophy is much more interesting. We know about Leiden because of Leiden Observatory. It would be great to study here. But it’s difficult: apart the language, the biggest problem is that our secondary school certificates are not recognised here. Ahmad continues: “We keep pestering the volunteers in the hall: ‘Please teach us how to say something in your language.’” Uncle Ali (28), who has a degree in maritime transport and logistics, is impressed by Dutch hospitality. “The people here are kind and they are so important to us. They do all this for us, that feels really special. Every time I walk into the sports hall, I feel welcome” while Ahmad adds that his temporary sleeping-place is “quite comfortable”. Father Mustafa (49) doesn’t join in the conversation but Mother Rana (38) waves to Mare: her faith will not allow her to shake hands with a man. She used to teach English in Latakia. “Please don’t put our surname in the paper. We still have relatives who stayed behind and they are in real danger.” When she wants to explain why they fled, the security guards end the conversation: it’s time for the bus to leave. “We were scared of the soldiers,” says Ahmad as he walks away. He pretends to shoot a gun. “It was too dangerous, we really had to leave.”
Mohammad Deeb.
Sunday 18 October. De Cuyl Sports Hall in Oegstgeest “A new day, a new sports hall,” remarks Mohammad Deeb, while he, Ahmad and Uncle Ali walk to the sports centre in Oegstgeest. At the entrance, the brothers meet their mother and they reflect on their first days in Leiden. “Everyone was stressed, nervous and scared,” says Ahmad. “But we’re O.K now, we’ve learnt to adapt.” They talk about their journey to the Netherlands. “We travelled from Lebanon to Turkey by ship and when we arrived, someone took us to Greece,” recalls Rana. Mohammad Deeb adds: “We were frightened all the time. We didn’t know where we were going. And each time we came to a border and we didn’t know whether we would be allowed into the country. But we feel safe in the Netherlands.” Rana explains: “The old people stayed behind, just like the people who don’t have enough money to pay the human smugglers. We paid 6,000 dollars in total for the whole family. When we arrived here, we had nothing left.” “We know that elsewhere in the Netherlands, people are protesting about refugees coming here, but we have noticed any trouble”, says Ahmad. Mohammad Deeb continues: “We would love to have Dutch lessons. We have lots of time now and we’re bored. It would be great if students, for instance, could teach us the language.” Ahmad says: “We can understand that some Dutch people are afraid of us; there’s a deep fear of IS and other extremist groups. But if we liked killing people, we would have stayed in Syria.” Rana interjects: “Once it’s safe, we will certainly go home. We didn’t leave because we hate our country, but because it’s too dangerous. It’s not our intention to hang around in the Netherlands, waiting for the government to give us money. We want to work and live here.” “If the situation in Syria doesn’t improve, hopefully we’ll have a future in the Netherlands, God willing”, Ahmad says. The violence was not the only reason the family fled: Ahmad and Mohammad Deeb had been called up to join Assad’s army. “I don’t want to die and I don’t want to kill anyone”, says Ahmad. “The army is extremely dirty”, Mohammad Deeb adds: “When I got the call-up papers, I felt as if my future was slipping away.” Rana explains: “Conscription used to be a rite of passage: boys became men; now it’s a signal to leave the country. I won’t allow my sons to kill. The government enlists them while other groups want them to fight for Allah against Assad. Syria is like a beautiful girl, who, just as she starts to blossom, is raped by all sorts of violent groups.”
Wednesday 21 October. Museum Volkenkunde, Leiden It’s noisier than usual in Museum Volkenkunde. Refugees chat as they walk from showcase to showcase. Children play in the hall. The outing breaks the monotony of the sports hall, which
Ali.
is a good thing, as the mood is tense. “Yesterday we received a letter from the State Secretary which said we will be in this situation for at least six months and that we will keep having to move”, says Ali. At that point, many of the refugees decided to protest outside the sports hall in Oegstgeest; some are even saying they want to return to their own country. Mohammad Deeb sighs and even Ahmad, who is usually cheerful, looks glum. “We’re very upset about the letter”, he explains. The Syrians are drawing a huge map of Syria and the surrounding countries on the square in front of the museum. One of the refugees writes in pink, in Arabic, “Assad must fall”. Syrian children jump up and down and stamp their feet on the text. As the refugees leave the entrance of Museum Volkenkunde, people suddenly start to laugh. Four typically blond Dutch children are copying the Assad stamping. Ahmad cheers them on.
Sunday 25 October, Bloemerd Sports Hall in Leiderdorp The weather is lovely and a football tournament has been organised for the children on the pitches next to the sports hall. Lively music is playing and there’s a large bouncy castle. Mohammad Deeb is glad that the children are having fun, but he feels tired, cold and frustrated. “I don’t have any money and I can’t do anything about it.” Rana adds: “Our mobile phone has disappeared. I don’t know whether it’s been stolen or not, but everyone is short of cash.” Ali remarks: “You certainly have a lot of sports halls. It would be very nice if we could stay in one place for a while.” Rana says: “Some refugees are so fed up of camp beds that they’ve taken to sleeping on the ground.” “Our lives are not progressing at the moment”, sighs Mohammad Deeb. Rana agrees: “We knew it wouldn’t be easy. The Netherlands is not a paradise but it seemed like a good country to go to. I read on the Internet that it was relatively quiet here and the procedure for a residence permit was shorter than in many other European countries.” They amble back to the sports hall. Rana retrieves the “walk paper” she was given in the asylum seekers’ centre in Ter Apel and holds the photograph next to her face. “We keep having to present this paper – they still don’t know us here.” She looks at the white screens and the security guards. “There’s something tragic about it. It’s like being in prison.” “Or at one of Assad’s checkpoints. But thankfully, we’re allowed outside”, Mohammad Deeb adds.
Wednesday 28 October Leiden council has announced that the refugees who have been staying in various sports halls in the past few weeks will be given a more permanent dwelling in the former TNO building on Wassenaarseweg 56-58. The outlook so far is that they can stay there for a year.
5 november 2015 · Mare 11 Cultuur
Agenda
FILM
Deze film is tra-ha-haag Bombay maakt soundtrack bij oude horror Rocktrio Bombay schrijft normaal gesproken ‘puntige popsongs’. Maar nu maakt de band een nieuwe soundtrack voor de horrorfilm Vampyr uit 1932. ‘Dit is niet de Hollywoodshit die iedereen gewend is.’ De Deense regisseur Carl Theodor Dreyer is vooral bekend van minimalistische cinema-mijlpaal La Passion de Jeanne d’Arc uit 1928. Vier jaar later verscheen Vampyr, Dreyers eerste geluidsfilm, al wordt er zeer weinig in gesproken. ‘Het is eigenlijk een klassiek vampierverhaal à la Dracula’, zegt Mathias Janmaat, zanger-gitarist van de band Bombay. ‘Het plot is niet echt wereldschokkend en past makkelijk op een half A4tje. De film is tra-ha-haag. We proberen er wat energie in te brengen. In een scène komt een man vast te zitten in een graansilo en wordt vervolgens bedolven. Man, het lijkt uren te duren voordat hij dood is. Maar dat was het tempo van die tijd en gold toen als eng en opwindend. Het is niet de Hollywood-shit die wij gewend zijn. ‘Er zitten wel een paar indrukwekkende special effects in. Op een bepaald moment treedt een spookDoor Vincent Bongers
versie van de hoofdrolspeler als het ware uit zijn lichaam. Dat ziet er heel cool uit.’ Bombay werd door de organisatie Cinesonic gevraagd om een soundtrack voor een klassieker te schrijven. ‘Ze stelden deze film voor. Wij zeiden: “Cool, dat gaan we doen.” ‘We hebben Vampyr een aantal keer gezien zonder de originele soundtrack. En dan ga je kijken wat er goed past bij de scènes. We schrijven normaal puntige popsongs. Dan heb je verschillende hooks met een spanningsboog van drie minuten. Nu hebben we muziek gemaakt voor een film van een uur en een kwartier. Dat was best een uitdaging. We proberen de emotie die je op het scherm ziet, in muziek te vangen. Je bouwt laag voor laag de spanning op, werkt langzaam naar een apotheose toe en dan gaat het los. ‘De bezetting blijft bas, drum, gitaar. Ik heb wel een vintage effect uit de jaren 50 voor mijn gitaar gebruikt. Dat tikt lekker, en dat past goed bij het af en toe wat bibberende en gruizige van de film.’ De band schreef twintig thema’s voor Vampyr. ‘We hebben de soundtrack één keer eerder voor publiek gespeeld, op Vlieland, op het festival Into the Great Wide Open. Toen werd duidelijk dat we niet alles vast moesten leggen. We hebben een aantal thema’s voor bepalende scè-
nes maar verder volgen we gewoon de mood van de film. Zo vloeit alles beter in elkaar over.’ In februari verschijnt de nieuwe plaat van Bombay. ‘Die heet Show your Teeth, en nee, de titel heeft niets te maken met de film. Alles was al afgerond toen we aan de filmmuziek begonnen. Het geluid is wel veranderd ten opzichte van de vorige plaat. We hebben nu een vaste bassist. Er zit iets meer een groove in. De liedjes zijn wat dansbaarder.’ Janmaat heeft de smaak van het
componeren van filmmuziek te pakken. ‘Ik vind dat Requiem for a Dream, een film over de ondergang van een aantal junkies, een hele goede soundtrack heeft. Het lijkt me wel interessant om muziek te maken voor een trippy en donker drugsepos.’ Bombay speelt Vampyr Leiden International Filmfestival Gebr. de Nobel Zo 8 nov 19.00 € 9, studenten € 7,50
Bombay Show Pig heet tegenwoordig gewoon Bombay. Foto Nick Helderman
Satire op slechte literatuur Toneelgroep Al Dente eert Bob den Uyl In de voorstelling Café Apfelstrudel van toneelgezelschap Al Dente krijgen de Bouquetreeks, bureaucratie en bobo’s het te verduren. ‘Er is weinig verhelderends aan.’ Door Marleen van Wesel ‘Vroeger ren-
de ik voor elke nieuwe bundel van Bob den Uyl naar de boekhandel. Van geen enkele auteur schiet ik zó in de lach’, vertelt Jos Nijhof, regisseur van de Leidse toneelgroep Al
Dente. Hij is tevens degene die elk jaar een andere klassieker uitkiest en er een eigen toneelbewerking van maakt. ‘Den Uyl was al een heel oud plan van mij. Het moest er ooit van komen. Wat dat betreft werkt Al Dente heel ondemocratisch.’ Vorig jaar koos hij het middeleeuwse mirakelspel Mariken van Nieumeghen, het jaar daarvoor De Kersentuin van Anton Tsjechov. Dit jaar ligt er geen toneelstuk aan de basis, maar speelt Al Dente Café
Al Dente in actie. ‘Achter mijn bureau heb ik hen het stuk al een keer zien opvoeren’, aldus regisseur Jos Nijhof. Foto Richtje Nijhof
Apfelstrudel: een verzameling verhelderende samenspraken op basis van teksten van Bob den Uyl (1930-1992). ‘Bob den Uyl was zelf de meester van zulke titels. Hij schreef bijvoorbeeld verhalen getiteld “Leerzame mededelingen” of “Verhelderende kronieken”, terwijl het tegendeel daarin het geval is. Omdat wij zijn werk naar het toneel brengen, hebben we het samenspraken genoemd, maar er is weinig verhelderends aan.’ Mariken kreeg allerlei eenentwintigste-eeuwse verwijzingen, maar bij Den Uyl was zo’n update niet nodig. ‘Sommige van zijn verhalen doen gedateerd aan, bijvoorbeeld in de manier waarop aan de Tweede Wereldoorlog wordt gerefereerd. Maar die heb ik dan gewoon niet gekozen. Er waren genoeg verhalen waarin nog wel iets herkenbaars zat.’ Daaruit stelde Nijhof een collageachtige voorstelling samen. ‘Uiteindelijk bestaat het stuk uit drie delen, waarin wel tekens één verhaal leidend is, hoewel het geregeld onderbroken wordt door andere tekstfragmenten. Maar in elk deel kun je wel wat vaste personages terugvinden en is er een rode draad te herkennen.’ ‘Het eerste deel is gebaseerd op een verhaal, dat gaat over het schrijven van een verhaal. Een soort genesis van het verhaal, waardoor ik
het mooi vond om mee te beginnen. Eigenlijk is het een heel slecht verhaal: Bouquetreeksachtig, met allerlei misplaatste elementen. Het is satire op slechte literatuur. Het tweede verhaal gaat over een Kafka-achtige gang door het ziekenhuis. Dat is satire op de bureaucratie. En het derde deel speelt zich af op een vernissage, waar allerlei mensen elkaar napraten en tegelijkertijd tegenspreken. Daarin wordt het kunstenaarsvolkje op de hak genomen.’ Al die losse fragmenten vond hij niet lastiger om mee te werken dan klassieke toneelstukken waarvan de basis al bestond. ‘Misschien heb ik er langer aan gewerkt, maar ik let eigenlijk nooit op de tijd als ik met een stuk bezig ben. En deze methode had ik bij eerdere toneelstukken al toegepast op het werk van Annie Proulx en Slawomir Mrozek. Het scheelt ook dat ik weet wie mijn acteurs zijn. Ik schrijf elk personage echt op een specifieke acteur. Lang voor ze op het podium staan, heb ik hen het stuk al een keer zien opvoeren, achter mijn bureau, in een donker gat in mijn hoofd.’ Al Dente: Café Apfelstrudel Theater De Ware Liefde 6, 7, 12, 13, 14 nov, 20.30 en 8 nov, 15.00 u
DIVERSE LOCATIES Leiden International Film Festival 30 oktober t/m 8 november KIJKHUIS He Named Me Malala ma, di, wo 16.30 Youth – La Giovinezza ma, di, wo 21.15 The Lobster ma, di, wo 21.30 TRIANON 45 Years ma, di, wo 18.45 Son of Saul ma, di, wo 18.45 Le Tout Nouveau Testament ma, di, wo 21.30 Black Mass ma, di, wo 21.30 LIDO Paranormal Activity, The Ghost Dimension 3D do t/m ma + wo, 21.30 The Martian 3D dagelijks, 21.30 The Intern dagelijks, 18.30 Spectre dagelijks, 18.00, 18.30, 21.30, 22.00
MUZIEK
GEBR. DE NOBEL The Ploctones do 5 november 20.00, v.a. €10 Borrel071 vr 6 november 18.00, v.a. €15 Bombay + vampyr, i.s.m. Liff zo 8 november 19.00, v.a. €9 QBUS Jack Hustinx & The Southern Aces vr 6 november 20.30, v.a. €15 DE TWEE SPIEGHELS Emilio Tritos quartet vr 6 november v.a. 21.00 Fluks za 7 november v.a. 16.00 Frans Heemskerk zo 8 november v.a. 16.00 Jamsessie o.l.v. Kurt Schwab ma 9 november v.a. 21.00 VRIJPLAATS LEIDEN DJ Francesco vr 6 november v.a. 21.00, entree gratis DJ Miss World’s Etnotronic Roots ft. Cirus Hoppa za 7 november
THEATER
INS BLAU Korzo do 5 november 20.30, v.a. €13,50 Liefhebben vr 6 november 20.30, v.a. €15,50 IJzersterk za 7 november 19.30, v.a. €15 IMPERIUMTHEATER Moeders Mooiste vr 6 november 20.30, v.a. €8 LEIDSE SCHOUWBURG Mini & Maxi Nu! za 7 november 20.15, v.a. €11
DIVERSEN
DE BURCHT Finale Poetry Slam do 12 november 19.45, entree gratis DE LEIDSE LENTE Boekpresentatie ‘Blackbook’ door Zedz zo 8 november 15.00 – 20.00, gratis STUDIUM GENERALE The plastic soup: the (in)visible plastics in the oceans wo 4 november 19.30, entree gratis Congres ethiek en islamitisch recht wo 9 december + do 10 december, entree gratis Nederland op de wereldzeeën di 3 november t/m 8 december 19.3021.15, entree gratis LUMC Tentoonstelling: Van Binnen en van Buiten T/m 22 november SIEBOLDHUIS Tentoonstelling: Shinkichi Tajiri: Universal Paradoxes t/m 29 november MUSEUM VOLKENKUNDE Tentoonstelling: Grrr… Machtige dieren wereldwijd t/m 3 januari MUSEUM BOERHAAVE Tentoonstelling: Einstein & Friends t/m 3 januari
12
Mare · 5 november 2015
Het clubje
Column
Jatmoos
V.l.n.r.: Dave de Jong, Jasmijn Robers, Febe van der Geest, Bas Cavadino. Foto Taco van der Eb
‘Opeens ontplofte het jassen’ Qale Nel, de klaverjassub van Quintus Hoe kwamen jullie op het idee een Klaverjasvereniging op te richten? Dave de Jong (29, rechten): ‘Vorig jaar riep de Quintus-voorzitter Niels Westera iedereen op na te denken over subverenigingen. Omdat veel studenten klaverjassen, kwamen we al snel op het idee daar iets mee te doen. Toen hebben Bas en ik Qale Nel opgericht.’ Bas Cavadino (22, culturele antropologie en ontwikkelingssociologie): ‘Dat is de bekendste klaverjasterm. De Nel is de negen van de troefkleur, na de boer de hoogste kaart. Als dat je enige troefkaart is , heb je die “kaal” zitten, omdat de tegenstander die makkelijk uit het spel kan krijgen. Wij schrijven het natuurlijk met een Q vanwege Quintus.’ Febe van der Geest (23, commerciële economie): ‘Jassen is erg populair. Bij ons in huis werd er ook al veel gespeeld voor Qale Nel was opgericht.’
ten Draegers Gilde (dispuut dat als bijbaan kisten draagt bij begrafenissen, red.) enthousiast gemaakt. Daarna ging het snel, het ontplofte opeens. We trokken gelijk bijna honderd leden. Het leeft enorm!’ Cavadino: ‘We mikten op twee competities met elk elf teams. In het eerste seizoen zijn dat gelijk vier competities met elf teams geworden. Achtentachtig spelers in totaal. En daarnaast behoorlijk wat teams op de wachtlijst, komend seizoen breiden we daarom uit naar zes competities.’ Jasmijn Robers (21, geneeskunde): ‘Febe en ik spelen in team “Roemzoekers”. Je komt nu mensen tegen die je wel kent, maar anders niet zo snel zou spreken. Dat maakt het zo leuk.’ De Jong: ‘Quintus is er erg blij mee. Binnenkort mogen we een schildje ophangen waarmee we officieel een subvereniging worden.’
Hoe reageerde de vereniging? De Jong: ‘Eerst hebben we ons eigen dispuut, Da Vinci, en de het Leidsch Studen-
Waar moeten teams rekening mee houden? De Jong: ‘Eens per twee weken speel je
een competitiewedstrijd, je bepaalt samen met je tegenstander wanneer in die periode. Verder betaal je tien euro contributie per team per studiejaar. Dat is onder andere voor de prijzen aan het eind van het seizoen.’ Cavadino: ‘Je leert het spel vaak pas tijdens je studententijd. Voor jongerejaars en teams die nog niet sterk zijn, hebben we een bijspijkercursus. Ervaren jassers geven dan tips. Verder gaan we ook een bekertoernooi organiseren, zodat je teams uit andere competities kan tegenkomen.’ Waar spelen jullie? De Jong: ‘De teams zorgen zelf voor een locatie . Dat kan bij iemand thuis zijn, bij Quintus, of zoals nu in café De Spijkerbak.’ Van der Geest: ‘Wij hebben een keer bij mijn oma op de boot gejast toen zij jarig was. Het was het enige moment dat we tijd hadden, dus het andere team is toen langsgekomen om een pot te spelen.’ Hoe zijn de competities ingedeeld? De Jong: ‘Voor dit seizoen hebben we
een loting verricht, aan het eind van dit seizoen zal een deel van de teams promoveren of degraderen. Hoe we dat in februari gaan aanpakken bij de start van het nieuwe seizoen, moeten we nog zien. Door het grote aantal teams moet het hele promotie- en degradatiesysteem dan op de schop. Het duurt anders jaren voor een team dat instroomt in de laagste competitie kan promoveren naar de hoogste.’ Hoe zien jullie de toekomst? De Jong: ‘Op korte termijn willen we een website online hebben met speelschema’s en uitslagen. Op de lange termijn moet het officiëler, we willen ons inschrijven bij de Kamer van Koophandel, dan kunnen we het ook mogelijk maken voor studenten die niet bij Quintus zitten om mee te spelen.’ Cavadino: ‘En we hopen natuurlijk zo lang mogelijk te blijven bestaan. Ideaalbeeld zou zijn dat we jaren van nu als opa’s van tachtig tegen eerstejaars moeten spelen.’ DOOR GABE KRAMER
Eventjes was ik boos. Boos op de Volkskrant voor het namen en shamen van de stagiair. Had hij dat nou wel verdiend? Niet om zijn schaamteloze plak- en knipwerk te bagatelliseren, maar een plagiaatje is zo gepleegd. Vaak komt de letterdieverij voort uit het niet bekend zijn met de citeerregels omdat een andere discipline andere wetten voorschrijft. APA-stijl, MLAstijl, Chicago-stijl of Vancouver-stijl; je ziet door de bomen het bos niet meer. Aanhalingstekens vergeten? Bronvermelding op de verkeerde plek? Voetnoot in plaats van een directe verwijzing? Bam! Plagiaat! Academici zijn onverbiddelijk. Voor studenten betekent dit vaak onherroepelijk een dikke vette één op de cijferlijst en in het zwaarste geval een gedwongen sabbatical van een jaar. In het geval van de stagiair betekende het een definitief einde van zijn journalistieke carrière en ongetwijfeld ook een niet geringe deuk in zijn academische loopbaan. Het is de nachtmerrie van elke docent, er ontstaat immers ook een smet op zijn of haar blazoen. Helaas wil er daarom richting studenten nog wel eens op ongepaste wijze een vingertje geheven worden als het vermoeden bestaat dat een stuk niet helemaal koosjer is. Ten overstaan van andere pupillen een nietsvermoedende student betichten van het stelen van andermans werk of een cijferlijst op naam met toelichting op Blackboard zetten: om dit duivelskind uit te bannen heiligt het doel alle middelen. Afschrikken is de beste tactiek om te voorkomen, ook al is dit niet altijd even netjes. Eventjes was ik boos, maar niet lang. Je hebt boefjes en boeven. Als je journalistje wil spelen dan moet je toch echt beschikken over, zoals Volkskrant-ombudsvrouw Annieke Kranenberg het zo mooi noemde, een ‘journalistiek-ethisch kompas’. Dat de stagiair geen journalistieke achtergrond had, kan niet verantwoorden dat een eenmalig vergrijp verwordt tot ‘veelplegerij’. Iemand die bewust hele passages uit andere media kopieert en als eigen werk bestempelt, is gewoon een ordinaire jatmoos. Dat hadden ze hem bij International Studies ook wel kunnen vertellen. Hoe cru het ook is om deze jongen aan de schandpaal te nagelen, kon ik het nieuwsgierige Aagje in me niet beheersen en haalde ik zijn naam door Facebook en Twitter om te kijken hoe deze Leidse student er uit zag. Geen resultaat. De stagiair had, vooruitlopend op de onontkoombare shitstorm, alvast het licht uitgedaan. De Volkskrant heeft er goed aan gedaan om de hand in eigen boezem te steken. Het beleid wordt aangescherpt en bovendien worden de stagiaires niet langer ‘in het diepe gegooid’. Daar kunnen ze hier aan de universiteit nog veel van leren. ESHA METIARY
Bandirah