Eos Special Tracé Special_ INKIJKEXEMPLAAR

Page 1

b

DE WEG VAN ONZE VOEDING

ALLES WAT JE MOET WETEN OVER

chocolade, wijn, drinkwater, garnaal, zeewier & avocado

Tracé

te

vo

de

edi

ng

me t es

car to ons ov

er


Menu 5

Tracé van Wijn

Wijn is een populaire drank over zowat de hele wereld en het allerpopulairst bij de Fransen: onze zuiderburen drinken gemiddeld 375 glazen wijn per jaar. Maar wat is de weg van wijngaard tot wijnglas?

53 Tracé van Garnaal

Als we aan garnalen denken, dan denken we aan onze lokale trots: de noordzeegarnaal. Hoe lokaal is dat als de grijze garnalen eerst naar Marokko worden gestuurd om gepeld te worden?

28 Ober, er zit een

beest in mijn wijn

Het gros van de wijnen bevat producten van dierlijke oorsprong. Steeds vaker krijgen wijnen die wél volledig plantaardig zijn een veganistisch certificaat. Of hoe de wijnindustrie langzaam aan het evolueren is.

Van de plantages in WestAfrika of Latijns-Amerika, via de Antwerpse Haven naar je plaatselijke supermarkt ... Allemaal stappen die genomen moeten worden voordat je een donker stukje genot op je tong kunt laten smelten.

De Eos Special Tracé is een samenwerking met het Cartoonfestival. Daarom maakten we twee covers: een voor in de winkel, en een limited edition voor in de festivalshop.

Is het groente of fruit? Waar komen de meeste avocado’s die je in de supermarkt vindt vandaan? En wat hebben watertekorten in Chili en misdaadbendes in Mexico van doen met het overweldigende succes van dit groene goud?

73 Tracé van Zeewier

Wij kennen zeewier vooral van het velletje rond de sushi. Maar onze consumptie van het ‘superfood’ is marginaal in vergelijking met Aziatische landen, waar het behoort tot het traditionele voedsel.

92 Big in Belgium 33 Tracé van Chocolade

97 Tracé van Avocado

Staat België binnen enkele jaren naast wafels, chocolade en bier ook bekend om zijn zeewier? De Noordzee lijkt alvast een geschikte plek voor de teelt van dit milieu­ vriendelijke en gezonde gewas.

117 Tracé van Drinkwater

Het leidingwater dat uit onze kranen stroomt, voldoet aan minstens 48 kwaliteitseisen. Toch vertrouwt de Belg het zaakje niet en drinkt hij flessenwater, gemiddeld 148 liter per jaar. Ter vergelijking: de Nederlander komt toe met 25 liter.

140 ‘Verbruik minder

water, begin bij je boodschappen’

Met een gemiddeld verbruik van 5.200 liter per dag springen we kwistig om met water. Expert watermanagement Arjen Hoekstra ontwikkelde een tool waarmee we onze individuele én globale watervoetafdruk kunnen berekenen.

3


wijn

Het tracé van

6

Een goed jaar

16 Wijn is ... druivensap met een geheim

21 Bulk is beter 22 Wijnslurpers 26 Glaasje muffe wijn? 28

ACHTERGROND • Ober,

er zit een beest in mijn wijn


VERWERKING

Wijn is... druivensap met een geheim Witte druiven fermenteren tot witte wijn, rode druiven tot rode wijn. Maar wie dacht dat wijn enkel bestaat uit gegist druivensap, heeft het mis. De meeste wijnmakers voegen nog verschillende ingrediënten toe, van sulfiet tot houtsnippers.

DRUIVEN PERSEN

Druiven omzetten in wijn heet in het jargon ‘vinificatie’. Na het oogsten kwetst en perst de wijnboer zijn druiven met een druivenpers. De druiven kunnen met steeltjes en al geperst, of eerst ontsteeld worden. Elke optie heeft zijn voor- en nadelen. Zitten de steeltjes er nog in, dan vloeit het sap vlotter weg, maar het nadeel is dat de steeltjes bittere stoffen vrijgeven. Het verschil tussen witte en rode wijn is dat bij de productie van witte wijn de velletjes en pitjes van de druiven zo snel mogelijk uit het druivensap gefilterd worden. Het gebeurt tot maximaal een paar uur na het persen. Bij rode wijn is het net belangrijk om de vaste stukken van de druiven bij het druivensap te houden, zodat het druivensap er meer kleur- en smaakstoffen uit opneemt. Tannines bijvoorbeeld, de stoffen die de rode wijn een beetje bitter doen smaken en de houdbaarheid verlengen. Het weken van de vaste resten van de druiven in het sap heet maceratie.

Hoe snel na het bottelen je een rode wijn kan drinken, hangt af van hoeveel tannine erin zit. Bij rode wijn die bedoeld is om jong te drinken, duurt het macereren of weken drie tot vijf dagen. Zo komt er veel kleur vrij en genoeg tannine om de kleur stabiel te houden, maar niet zoveel tannine dat de wijn bitter smaakt. Bij wijn die gemaakt is om te bewaren, duurt het macereren soms wel drie weken.

16 EOS Wetenschap

IS ROSÉ EEN MENGSEL VAN WITTE EN RODE WIJN?

Nee! Bij rosé laat de wijnmaker de vaste resten van de druiven korter in het sap weken (maceratie) dan bij rode wijn: maximaal 24 uur. Daarom is hij lichter gekleurd en minder lang houdbaar.


CONSUMPTIE

Wijnslurpers

Alcohol is niet gezond, maar dagelijks klinken met rode wijn zou dat wel zijn. Volgens sommigen ligt dat aan de polyfenolen – de stofjes die de wijn zijn kleur geven. Uit onderzoek blijkt echter dat wijnliefhebbers niet gezonder zijn dan bierdrinkers. 50

ITALIANEN EN FRANSEN GROOTSTE WIJNDRINKERS

Bron: Statista

40

30

20

10

45,1 45 42,8 41,3 41,2 39,7 36,5 34,3 32,1 32,1 31,3 31 28,4 27,5 27,2 27 27 26,5 26,4 24,6 18,4

nje

VK

Spa

nië Hon gari je Aus tral ïe Nieu w-Z eela nd Zwe den Ned erla nd Roe men ië Slow akij e Uru gua y

rg

Arg

enti

mbu

Belg

Lux e

slan d Den ema rken

land

Duit

Grie ken

l

ijk

tuga

tenr

O os

nd

Por

erla

Zwi ts

Fran

Itali ë

0 krijk

Liter

Deze grafiek toont in welke landen de grootste wijndrinkers wonen. In 2017 goot de gemiddelde Fransman wel 45,1 liter wijn naar binnen, oftewel 375 glazen. Dat was iets meer dan de doorsnee Italiaan (45 liter) en Zwitser (42,8 liter) jaarlijks drinkt. De Belgen dronken dat jaar gemiddeld 32,1 liter per persoon en de Nederlanders 27 liter.

Jaarlijkse consumptie per persoon

RIJPEN IN DE FLES Bij het ouder worden, verandert de smaak van de wijn. Dat is niet bij alle wijnen po-

22 EOS Wetenschap

sitief; witte wijn kan je het best maximaal een paar jaar na het bottelen drinken.

Ook bij de meeste rode wijnen verbetert de smaak slechts voor vijf tot tien jaar,


Het tracĂŠ van

Chocolade 34 Snoep met bittere nasmaak 42 Van boon tot praline 45 Duitsland chocoladeland 46 Gezond of verslavend? 50 Diepvriespralines


TEELT

Snoep met bittere nasmaak De meeste cacaobonen komen uit de Ivoorkust en Ghana. Daar leidt het lage inkomen van de boeren vaak tot kinderarbeid.

2.600 JAAR OUDE CHOCOLADEDRANK

CACAOBONEN NAAR AFRIKA

De cacaoboom (Theobroma cacao) ontstond in Centraal- en Zuid-Amerika. Daar werd cacao voor het eerst gedronken door de Olmeken. De oudste resten van chocoladedrank zijn 2.600 jaar oud. In de 17de eeuw namen de Spaanse veroveraars cacao mee naar Europa, waar chocoladedrankjes een groot succes werden.

DE CACAOGORDEL

Vandaag groeit de cacaoboom op 15 tot 20 breedtegraden van de evenaar, in de cacaogordel. Een gemiddelde dagtemperatuur tussen 21°C en 30°C is optimaal, met een vochtigheidsgraad van 70 tot 100 pro-

Toen de Europeanen Afrika koloniseerden omstreeks 1880, namen ze cacaobonen mee. De cacaobomen groeiden uitstekend in het Afrikaanse klimaat en sinds het begin van de 20ste eeuw produceert Afrika meer cacao dan Latijns-Amerika. Momenteel levert Afrika tot 75 procent van de cacao wereldwijd.

cent. De kaart hieronder toont alle landen waar cacao geproduceerd wordt. De grootste cacaoproducerende landen zijn Ivoorkust (39 procent), Ghana (17 procent) en Indonesië (13 procent).

Ivoorkust 39%

Indonesië • 13% Ghana • 17% Bron: FAO 2017

34 EOS Wetenschap

De cacaoboom geeft vruchten vanaf zijn derde of vierde levensjaar. Hij bloeit voornamelijk tijdens twee piekperiodes per jaar, waarvan het moment afhangt van de regio waar hij groeit. Elke bloem bloeit één dag, en slechts 5 procent van de witte of roze bloemen groeit uit tot een vrucht. Voor de bestuiving is de boom afhankelijk van insecten, voornamelijk muggen van het geslacht Forcipomyia. Het duurt vijf tot zes maanden tot de vrucht rijp is. Ze is dan vijftien tot dertig centimeter groot, heeft de vorm van een rugbybal en bevat 35 à 40 paars-bruine zaden: de cacaobonen. Het harde omhulsel is twee tot drie centimeter dik. Onrijpe vruchten zijn groen, rood of paars, rijpe hebben een gele of oranje kleur. Als de cacaoboom goed verzorgd wordt, kan hij tot zestig jaar lang vruchten geven.


VERWERKING

Van boon tot praline Een handvol chocoladegiganten transformeert de bittere bonen van miljoenen cacaoboeren tot zoete chocolade.

ROOSTEREN In de fabriek worden de bonen schoongemaakt en gedroogd, zodat er geen zand, stof of steentjes tussen zitten. Om de gewenste en uniforme smaak te krijgen, worden de bonen van verschillende producenten gemengd. Vervolgens worden de bonen gebroken en geroosterd. Het roosteren duurt tien tot 30 minuten en gebeurt bij een temperatuur van maximaal 150°C. Hierbij wordt de dop gescheiden van de kern.

CHOCOLADE MAKEN De basisingrediënten voor chocolade zijn cacaomassa, cacaoboter, suiker, melkpoeder en sojalecithine (als emulgator). Chocolade bevat 10 tot 99 procent cacao en 2 tot 55 procent suiker. Pure chocolade bevat geen melkpoeder, witte chocolade doet het zonder cacaomassa. Hoe meer cacaomassa, hoe donkerder en bitterder de chocolade. De ingrediënten worden gemengd en tussen rollen gewalst voor een fijne structuur. Om de chocolademassa nog fijner te maken, wordt ze daarna gekneed. Door de wrijving warmt de chocolade op, meestal tot zo’n 50°C. De vloeibare chocolade wordt gekoeld tot 34°C en in kunststof of metalen vormen gegoten.

42 EOS Wetenschap

MALEN EN PERSEN

Na het roosteren worden de cacaokernen vermalen. Het resultaat is een fijngemalen cacaomassa. Een deel daarvan wordt met een hydraulische pers gescheiden in cacaoboter (ongeveer 55 procent) en cacaokoek. Cacaoboter bestaat volledig uit vetten en is wit tot lichtgeel van kleur. Ongeveer 60 procent van de vetzuren is verzadigd, 33 procent is enkelvoudig onverzadigd en drie procent is meervoudig onverzadigd. Afhankelijk van de perstijd en –druk, blijft er meer of minder vet achter in de koek. De koek wordt vervolgens gebroken en vermalen tot cacaopoeder. Vet cacaopoeder bevat 20 à 24 procent vet, mager cacaopoeder tussen de 10 en 12 procent.


garnaal Het tracĂŠ van

54 Ogen op stokjes

56 Bloeddorstig klein grut 61 Van net tot tomate crevette 66 De grijze garnaal reist 5.000 km

67 Krokettenfretters 71 Garnalenafval is geld waard


WELKE GARNALEN ETEN WE?

De belangrijkste consumptiegarnalen op een rijtje gezet.

KOUDWATERGARNALEN Noordzeegarnaal: Crangon Crangon

Vangstgebied: Noordzee

De noordzeegarnaal is een kleine koudwatergarnaal die in vrijwel alle Europese kustwateren met een zanderige tot slibberige bodem voorkomt. ’s Nachts is de garnaal actief en jaagt hij op prooi. Overdag graaft het dier zich in. De noordzeegarnaal groeit erg snel en kan al na vier maanden geslachtsrijp zijn.

Noordse of Noorse garnalen: Pandalus borealis Vangstgebied: Noordelijke Atlantische en Pacifische oceanen De Noordse of Noorse garnaal heeft een voorkeur voor koud water (1 tot 6°C) en komt voor in de subarctische zeegebieden, op dieptes tussen de 50 en 500 meter. Noordse garnalen worden geboren als mannetjes, maar worden op latere leeftijd (4-5 jaar) vrouwtjes. Ze worden maximaal 8 jaar oud en 16,5 centimeter lang. Overdag leven de garnalen op de zeebodem, ’s nachts trekken ze naar boven om te foerageren.

Roze steurgarnalen: Palaemon serratus; Pandalus montagui Vangstgebied: Noordwestelijke Atlantische Oceaan De roze steurgarnaal is een koudwater­ garnaal en familie van de Noordse garnaal. Deze soort komt voor in (sub)arctische wateren, in de Noordelijke IJszee en het noorden van de Atlantische Oceaan. Hij heeft een voorkeur voor hardere zeebodemtypes en leeft vooral op dieptes tussen de 20 en 100 meter. Volgroeide dieren zijn met gemiddeld zo’n 5 centimeter lengte flink groter dan de noordzeegarnaal, maar aanzienlijk kleiner dan warmwatergarnalen.

Oregon garnaal: Pandalus jordani Vangstgebied: Noordoostelijke Stille Oceaan

De Oregongarnaal is een koudwatergarnaal en familie van de Noordse garnaal. Deze soort komt voor in de noordelijke Stille Oceaan.

WARMWATERGARNALEN (TROPISCHE GARNALEN) Seabob garnalen: Xiphopenaeus kroyeri (familie Penaeidae) Vangstgebied: Atlantische Oceaan

De Atlantische seabob leeft in het westelijke deel van de Atlantische Oceaan, in zowel zoute als brakke wateren. Grote aantallen worden vaak aangetroffen in riviermondingen. De soort groeit relatief snel en kan tot 140 millimeter groot worden. Meestal zijn ze echter aanzienlijk kleiner. De seabob wordt intensief bevist in de kustwateren van Suriname, Guyana en Frans Guyana.

‘Wild gevangen tropische garnalen’: Penaeidae Vangstgebied: Indische oceaan

Dit is een familie waar veel commerciële garnalensoorten onder vallen, zoals de witpootgarnaal, de Atlantische witte garnaal, de westelijke koningsgarnaal en de Indische garnaal. Om welke soort het precies gaat bij wildvangst van roze garnalen uit de Indische Oceaan is vaak onduidelijk. Deze soorten worden ook veel gekweekt.


VERWERKING

Van net tot tomate crevette

Anders dan bij de meeste vissoorten uit de Noordzee gelden er voor de garnaal geen vangstquota. Toch is de garnaalvisserij zeker niet vrij van problemen.

SORTEREN

Eenmaal aan boord gaat de volledige vangst door een sorteertrommel. Daarin zitten spijlen van 6,8 millimeter. Alle ondermaatse garnalen vallen tussen de spijlen door en gaan meteen weer overboord. Een belangrijk deel overleeft dit en kan (als de garnaal pech heeft) later nog een keer gevangen worden door een visser.

KOKEN

Ook andere bijvangst – vissen, schelpdieren, ‘benthos’ (bodemdieren zoals zeesterren) – worden er aan boord uitgesorteerd. Daarna worden de ‘maatse’ garnalen meteen gekookt in zeewater. Tijdens dit kookproces sterven de garnalen, trekken de meeste krom en veranderen ze van kleur. Na het koken worden de garnalen gekoeld naar ongeveer nul graden en blijven ze in het ruim tot ze worden aangeland. Aangezien zeewater niet steriel is, worden de gekookte garnalen op deze manier opnieuw in contact gebracht met microbiologisch leven. Daardoor is de garnaal na het koken maar vier tot vijf dagen houdbaar.

AANLANDEN

Gekookt en gekoeld wordt de vangst na terugkeer aangeland bij een van de officiële zeefstations in de haven. Hier worden de garnalen nogmaals gezeefd om ondermaatse garnalen, ook wel ziftsel of in jargon puf genoemd, eruit te halen. Bij een te groot aandeel ondermaatse garnalen kunnen de productorganisaties (PO’s) die zorg dragen voor de zeefstations boetes uitdelen. De maatse garnalen worden ingedeeld naar grootte: groep 1, 2 en 3 (waar 1 het grootst is en 3 het kleinst). De grootste garnalen zijn het duurst. Nadat alles is gewogen en gesorteerd, gaat de vangst de visveiling op waar handelaars erop kunnen bieden.


zeewier Het tracé van

74 Wier zuivert de zee

83 Biodiesel, bindmiddel of sushi

85 Uit de zee, op de boot 86 Superfood in opmars 90 Plastic van zeewier 92

ACHTERGROND • Wordt

zeewier Big in Belgium?


CONSUMPTIE

Superfood in opmars Zeewier is rijk aan eiwitten en zou zeer gezond zijn. Daarom noemen de liefhebbers het een superfood. Maar met sommige soorten pas je beter op, omdat ze arsenicum bevatten.

MINDER SUCCESVOL IN EUROPA

GROENTEN UIT DE ZEE

Hoewel de interesse voor zeewier toeneemt, is het in Europa nog steeds ongebruikelijk om zeewier te eten. Wel zit het vaak in bewerkte voeding als verdikkingsmiddel: alginezuur (alginaat), agar of carrageen. Omdat zeewier niet ingebakken zit in onze cultuur, is het voorlopig nog onduidelijk hoe groot de zeewierconsumptie kan worden in de toekomst. Dat ondanks het label van ‘superfood’, dat zeewier al jaren draagt.

Vooral in Azië komt zeewier in zijn geheel op het bord, als ‘groente uit de zee’. In Japan, de grootste consument, eet een gemiddelde persoon dagelijks vier tot acht gram zeewier (drooggewicht). Het gaat vooral over kombu, nori en wakame. In Europa eten vooral de Fransen zeewier als een groente in gerechten. Voorbeelden zijn ‘Kombu Breton’ en zeesla. Van oudsher wordt het roodwier ‘dulse’ (Palmaria palmata) gegeten in IJsland, Ierland en Schotland. Laverbread is een traditioneel Welsh gerecht, gemaakt met laver , een soort nori.

JODIUM

Zeewier is van nature rijk aan jodium, een stof die cruciaal is voor een goede werking van de schildklier. Volgens de richtlijnen van de Belgische Hoge Gezondheidsraad moet een volwassene dagelijks 120 µg jodium binnenkrijgen. Omdat de Belgische en Nederlandse bevolking iets te weinig jodium opneemt, gebruiken de bakkers vaak zout dat verrijkt is met jodium. Een jodiumtekort is een van de meest voorkomende voedingstekorten ter wereld en kan uitmonden in verschillende aandoeningen aan de schildklier (struma, cognitieve groeiachterstand, hypothyreose, cretinisme, enzovoort). Bij ons komen ernstige tekorten gelukkig niet of nauwelijks voor.

Te veel jodium

Te veel jodium is echter schadelijk voor de schildklier, vooral bij ouderen, mensen met een schildklierziekte en embryo’s. De Hoge Gezondheidsraad ziet 600 µg (0,6 mg) per dag als de maximumhoeveelheid jodium. Aangezien zeewier veel jodium bevat, consumeer je het best met mate. Volgens een Britse studie uit 2015 bevatten 72 procent van de voedingsproducten met zeewier geen informatie over de hoeveelheid jodium die er in zit. Koken helpt in ieder geval wel om de hoeveelheid jodium te verlagen: na 15 minuten koken verliest kombu 99 procent van zijn jodium, hijiki 40 procent.

86 EOS Wetenschap


AFVAL

ZOUTVERVANGER

De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) schat dat als we onze zoutconsumptie beperken, er jaarlijks 2,5 miljoen minder mensen sterven. Onder ‘beperken’ verstaat ze: maximum vijf gram zout per dag. Momenteel eet de gemiddelde Belg dagelijks zo’n negen gram zout. 15 procent daarvan voegen we zelf toe aan ons eten, de 85 overige procenten komen uit brood, kaas en verwerkte voedingsmiddelen. Te veel zout leidt tot een verhoogde bloeddruk en vergroot het risico op een hartaanval. Wetenschappers zoeken al jaren naar de ideale zoutvervanger. Zeewier is een van de kandidaten omdat het zout smaakt, zonder dat het een hoge concentratie aan zout (natriumchloride) bevat. De EU financierde tussen 2012 en 2014 het project TASTE, waarbij onderzoekers methoden ontwikkelden om twee bruinwiersoorten te vermalen tot een zoutvervangend poeder. De truc bestaat erin de wieren zo te vermalen dat de mineralen behouden blijven, maar de stoffen die zorgen voor een visgeur en -smaak niet. Het zeewier kan zout waarschijnlijk nooit volledig vervangen, omdat het flauwer smaakt dan echt zout.

Plastic van zeewier Zeewier zorgt zelf nauwelijks voor afval. Als basis voor bioplastic helpt het in de strijd tegen zwerfvuil.

BIOPLASTIC

NUTTIGE STOFFEN GAAN VERLOREN

Een Deens bedrijf dat carrageen produceert, vindt het jammer dat er tijdens de productie Spirulina wordt vaak gepromoot als zoveel andere nuttige stoffen verloren gaan. Het ‘zeewier’, maar het is eigenlijk een cyabedrijf importeert het roodwier Euchemia spinonobacterie of blauwwier. Er bestaan tal sum en onttrekt er het bindmiddel aan, maar de van voedingssupplementen die spirulina eiwitten, natuurlijke kleurstoffen en antioxidanten bevatten omdat het gezond zou zijn. Verworden niet gebruikt. Daarom ontwikkelde het kopers claimen dat het een goede bron is bedrijf een methode om ook die stoffen uit het zeewier te halen. De bedoeling is om van proteïnen, het immuunsysteem bevorze op termijn te verwerken in voedert, allergische reacties vermindert en helpt dingsproducten en veevoeder. bij de behandeling van kanker en aandoeningen

Spirulina

aan de lever en de ogen. Experimenten op dieren en in proefbuizen toonden aan dat spirulina het immuunsysteem inderdaad een boost geeft en beschermend werkt tegen allergische reacties. Voorlopig is echter nog onduidelijk of het die effecten ook echt heeft in het menselijk lichaam.

Het biologisch afbreekbare plastic PolyLactic Acid (PLA) kan gemaakt worden op basis van mais, bieten, tarwe of suikerriet. Dankzij onderzoek van de Universiteit van Wageningen kan het nu ook op basis van zeewier. PLA kan je na gebruik recyclen of composteren.

Meer informatie over zeewier vind je op www.eostrace.be


avocado Het tracĂŠ van

98 Populaire bes met veel pit 106 Meer dan guacamole alleen 109 Avocado’s zijn

wereldreizigers

112 In de ban van de avocado 115 Eindhalte voor

schillen en pitten


TEELT

Populaire bes met veel pit

De populariteit van de avocado is de afgelopen jaren snel gegroeid, maar weinigen weten hoe deze vrucht precies wordt geteeld. En waarom er zo’n uitzonderlijk grote pit in zit.

TESTIKELS

De naam avocado is een verbastering van zijn oorspronkelijke naam: ahuakatl. Die komt uit het Nahuatl, de taal van de Azteken, en betekent teelbal. Naar alle waarschijnlijkheid vonden de Azteken dat avocado’s daarop lijken. Het zal niet verbazen dat ze de avocado dan ook kwaliteiten als afrodisiacum toeschreven. De avocado (Persea americana) is geen groente, maar een vrucht. Meer bepaald een peervormige bes die 7,5 à 33 centimeter lang en tot 15 centimeter breed wordt. Haar schil is geelgroen, diepgroen, zeer donkergroen, roodachtig paars of zo donkerpaars dat ze zwart lijkt. Soms is de vrucht bespikkeld met kleine, gele stippen. Ze kan effen en glad zijn, maar ook hobbelig, glanzend of mat, dun of leerachtig. Haar grote, houtige pit wordt 5 tot 6,4 centimeter lang.

MEGAFAUNA

Onder meer vogels eten bessen. Vervolgens deponeren ze via hun ontlasting zaden op een plaats ver van de moederplant. Maar wat dan precies het nut is van die reusachtige pit in de avocado, is lang een mysterie geweest. Vandaag vermoeden we dat de avocado’s tot ongeveer 9.000 jaar voor Christus vooral voedsel waren voor reusachtige dieren. Enkele dieren die vermoedelijk avocado’s aten waren de glyptodon, een gordeldier dat makkelijk 2.000 kg woog , de toxodon van circa 1.400 kg , de reuzenluiaard (circa 1.000 kg) en de gomphotheriidae (groep uitgestorven olifantachtigen). Via hun ontlasting verspreidden ze de pitten. Eenmaal die dieren uitgestorven waren, moest de plant zich op andere manieren verspreiden. Vermoedelijk is de rol van de megafauna in belangrijke mate overgenomen door de mens. Er zijn archeologische bewijzen dat die al avocado’s at in 9.000 à 10.000 voor Christus. Mensen verspreidden de pitten door de vruchten mee te nemen naar de plek van consumptie en daar de pitten weg te gooien. Het is zelfs mogelijk dat ze toen al avocadobomen teelden.

Reusachtige dieren zoals de toxodon aten vermoedelijk avocado’s.

98 EOS Wetenschap


AFVAL

Eindhalte voor schillen en pitten Er zijn genoeg opties voor het afval dat overblijft als avocado’s industrieel verwerkt worden. Biodiesel, varkensvoer of nog iets anders?

RESTSTROMEN

Avocadoresten toevoegen aan varkensvoer heeft een aantoonbaar gunstig effect op de kwaliteit van het vlees.

Wanneer een fabriek avocado’s verwerkt tot producten zoals guacamole, avocadopuree, -stukjes of -saus, gebruikt die enkel hun vruchtvlees. Andere onderdelen, zoals pit en schil, zijn reststromen. Als de verwerking gebeurt in landen met avocadoteelt, worden ze vaak gestort in de avocadoboomgaard. Wat daar ook gebeurt, is pitten en schillen verbranden, waarna met de hitte bijvoorbeeld water wordt verwarmd. In de Benelux zijn de belangrijkste opties er dierenvoeders van maken, vergisten, composteren of als brandstof gebruiken. Sommigen proberen methodes te ontwikkelen om van de pit biodiesel te maken. Anderen trachten ze te verkolen zodat ‘actieve kool’ ontstaat: actieve kool heeft zeer veel toepassingen, onder meer bij het ontgeuren en ontkleuren van wijn, waterzuivering en nog veel meer. Bij de productie van avocado-olie vormen niet alleen pit en schil een reststroom, maar ook de pulprest. Ook daarvan kan veevoer worden gemaakt.

MEE MET GFT

Na consumptie blijven schil en pit achter. Die mogen beide mee met het gft-afval (behalve het stickertje op de schil). Dus ook de pit. De gft-stroom ondergaat namelijk op verschillende momenten in het industriële composteringsproces een mechanische behandeling. Daarbij wordt de pit tot kleinere stukjes verkleind. Dat draagt ertoe bij dat het composteren doorgaans lukt, al gaat dat natuurlijk wel wat trager dan met bijvoorbeeld een blad sla. De kans bestaat ook dat een pit of stukjes ervan bij een tussentijdse behandeling worden afgezeefd. Dan komen ze terecht bij het kleine deel restafval van de installatie, dat wordt afgevoerd naar de verbrandingsoven. Let wel op het stickertje op de avocado. Dat mag niet bij het gft-afval. De stickertjes die op fruit en groenten zitten, composteren namelijk niet en zijn in de composteringsinstallatie ook moeilijk mechanisch (bijvoorbeeld met zeven) te verwijderen. Dit betekent dat ze uiteindelijk in het eindproduct, de compost, terecht komen. En dat willen we uiteraard niet.

ZELF AAN DE SLAG MET SCHIL EN PIT

Je kan zelf de schil en de pit composteren. Om dat vlotter te laten verlopen, kan je de schil in kleine stukjes knippen met een schaar. Tevens is het een goed idee de pit te verbrijzelen om de compostering ervan sneller te laten verlopen. De schil kunnen we ook gebruiken om er biodegradeerbare potjes van te maken waarin we plantjes zoals courgettes, pompoenen, ... kunnen voorzaaien, waarna ze met pot en al de grond in kunnen. Als je de pit niet composteert, kan je hem gebruiken om je eigen avocadoboom te laten groeien.

Meer informatie over avocado vind je op www.eostrace.be


Het tracé van

drinkwater 118 Waar komt water vandaan? 124 Werken aan zuiver water 128 Per buis naar je huis 131 Belg is bang voor kraantjeswater 138 600 miljard petflessen per jaar 140 ACHTERGROND • Watervoetafdruk


OORSPRONG

Waar komt water vandaan?

Dat er à volonté water uit de kraan stroomt, is voor ons zo vanzelfsprekend dat we er zelden bij stilstaan waar het vandaan komt. Maar de voorraad zoet water blijkt verre van oneindig.

ZOET IS ZELDZAAM

Als we al het water op onze planeet zouden samenpersen tot 4 liter, zou het zoetwater ongeveer 85 milliliter uitmaken, dus ongeveer een derde à de helft van een kopje. Het water dat meteen tot onze beschikking staat, zou zo’n twee eetlepels omvatten. Een deel van dat zoetwater wordt gebruikt als drinkwater. Wereldwijd wordt daarvoor intussen vooral grondwater gebruikt. Reden is dat er niet langer genoeg oppervlaktewater van voldoende kwaliteit te vinden is.

4 liter

85 ml

HUISHOUDELIJK, AGRARISCH, INDUSTRIEEL

Er is een omvangrijke infrastructuur uitgebouwd om water te onttrekken aan rivieren of aan aquifers (watervoerende lagen in de ondergrond). We onderscheiden drie soorten wateronttrekking. Een eerste is gemeentelijk, voor onder meer huishoudens. Een tweede soort is agrarisch: denk aan irrigatie, vee en aquacultuur. Ten derde heeft ook de industrie water nodig.

Waterontrekkingspercentages per continent Afrika

82

5

13

10

9

Azië

81

Oceanië Noord- en Zuid-Amerika

60

15

25

51

34

15

Europa

21

Wereld

69 0

57

20 Agrarisch

Bron: FAO/Aquastat

118 EOS Wetenschap

22 19

40 Industrie

60 Gemeentes

80

12 100

LEIDINGWATER

Drinkwater kan aangeleverd worden als leidingwater. In Vlaanderen wordt dat vaak ook kraantjeswater genoemd, in Nederland zeggen ze kraanwater. Het aantal drinkwatermaatschappijen dat leidingwater levert in Vlaanderen, fluctueert. Op dit moment zijn er acht. De zes meest bekende zijn AGSO Knokke-Heist, De Watergroep, Farys, IWVA, Pidpa en Water-link. Een zevende is de Nederlandse drinkwatermaatschappij Brabant Water, die actief is in de Belgische enclave in Nederland, Baarle-Hertog. Vivaqua levert aan het Brusselse gewest. Om drinkwater te produceren, maken sommige Vlaamse watermaatschappijen gebruik van grondwater, andere van oppervlaktewater, en nog andere van beide. Dit ‘ruwe water’ wordt in Vlaanderen, alle watermaatschappijen samen genomen, voor ongeveer de helft gewonnen uit grondwater en voor de helft uit oppervlaktewater. Sommigen vinden dat we nog met een vierde vorm van watergebruik rekening moeten houden: dat van dammen. Denk bijvoorbeeld aan de dam van een waterkrachtcentrale: daarachter ontstaat een kunstmatig meer, waaruit water verdampt.


CONSUMPTIE

Belg is bang voor kraantjeswater Wie gebruikt het meeste water, en moeten we ons zorgen maken over wat er allemaal in ons drinkwater zit? Hoe dan ook blijkt de gemiddelde Belg dol op zijn flessenwater.

DRIE GROEPEN CONSUMENTEN

In Vlaanderen staan de huishoudens in voor het grootste deel van het verbruik van leidingwater: 64,18 procent. De industrie verbruikt 21,83 procent, de energiesector 3,61 procent, de landbouw 1,78 procent van het leidingwater, en de sectoren handel en diensten 8,6 procent. Bron: Milieurapport MIRA (VMM)

Aandelen van de sectoren in het waterverbruik (Vlaanderen 2016) 100

(%)

75 50 25 0

leidingwater grondwater

handel en diensten

opp. water excl. koelwater

landbouw

regenwater ander water energie

industrie

totaal excl. koelwater

koelwater

huishoudens

Van die 114 liter is:

• 100 liter leidingwater • 11,9 liter regenwater • 1,7 liter grondwater • 0,4 liter flessenwater

CONTROLES

114 LITER PER DAG In 2016 bestonden de Vlaamse huishoudens uit gemiddeld 2,3 personen. Ze waren toen goed voor ongeveer 34 procent van het totale waterverbruik (exclusief koelwater, dat wordt gebruikt in bijvoorbeeld de koeltoren van een elektriciteitscentrale). De huishoudens staan ook in voor 64 procent van het Vlaamse leidingwaterverbruik. Een Vlaming verbruikt thuis gemiddeld 114 liter water per dag. Het grootste deel is leidingwater: 100 liter (88 procent) komt uit de kraan. De Vlaming gebruikt dit water vooral voor douche (24 liter of 21 procent), toilet (21 liter of 19 procent) en wasmachine (16 liter of 14 procent). Pas op de vierde plaats volgt het gebruik als drank en om voedsel te bereiden (11 liter of 10 procent).

Het leidingwater dat uit onze kranen stroomt, moet aan minstens 48 kwaliteitseisen voldoen. De Wereldgezondheidsorganisatie legt de basisnormen vast. De Europese Unie is nog een stukje strenger; regio’s als Vlaanderen, Brussel en Wallonië volgen die regels en zijn vaak nog strenger. De Vlaamse drinkwaterbedrijven doen zelf controles die de wet hen oplegt, en vaak nog iets extra – zoals controles bij mensen thuis. Die komen bovenop de operationele controles, dus controles op punten in hun productie- en distributieproces. De meetresultaten sturen ze naar de overheid. Ook zijn er regelmatig controles door onafhankelijke laboratoria in opdracht van de overheid. Bovendien gebeuren de controles met steeds snellere en nauwkeurigere controleapparatuur.


Meer Eos Wetenschap In de komende maanden publiceren we twee nieuwe tracés. Schrijf je in voor de nieuwsbrief van Eos Tracé via www.eostrace.be en blijf op de hoogte! Tracé van Ei

Legkippen komen ter wereld in broedmachines. Is het een haantje, dan wordt het vergast of verhakseld. Alternatieven zijn op komst om het doden van haantjes te voorkomen. Een hen komt in een kooi, vrije uitloop-, scharrel-, of biologisch systeem terecht. Daar legt ze meer dan 300 eieren per jaar. Die eieren bevatten vitamine D, B12 en andere gezonde voedingsstoffen, maar ook cholesterol. Daarom eet je er best maximaal zes per week.

‘De toekomst van ons drinkwater’

De watervoorraden staan onder druk. En de hoeveelheid mensen die de beperkte zoetwatervoorraden van onze aarde gebruiken, blijft alleen maar stijgen. Een oplossing voor dit probleem is ontzouting van zeewater. Dat vergt echter heel veel energie. De Universiteit Gent ontwikkelt een nieuwe technologie die de energievraag kan verlagen. In deze lezing hoor je er alles over. Andere aspecten over drinkwater die aan bod zullen komen: waar komt het vandaan, waar gaat het naartoe, hoeveel gebruiken we ervan en hoe kunnen we er duurzamer mee omspringen? Marjolein Vanoppen is doctor in de milieutechnologie, waterwetenschapper en wetenschapscommunicator aan de Universiteit Gent.

Tracé van Rundvlees

Wanneer: Dinsdag 20/08/2019 - Start 10u. Om 12u sluiten we af met een aperitief. Waar: Hotel Pavillon Du Zoute, Bronlaan 4, 8300, Knokke-Heist Prijs: €15,- / €12,50 met KH Uitpas

Stoofvlees mag dan wel een nationale topper zijn, het is zeker niet het milieuvriendelijkste gerecht. Per kilogram stoot de productie van rundvlees 25,4 kg CO2 uit – hetzelfde als de uitstoot van een dieselwagen na 192 km. Wereldwijd is rundvlees verantwoordelijk voor 40 procent van de uitstoot door veeteelt. Dat komt voornamelijk door het methaan dat de koeien uitboeren. De consumptie van rood vlees verhoogt ook het risico op kanker. Morgen dan maar kip of kikkererwten?

colofon

EOS ZOMERLEZING

Eos Wetenschap organiseert de lezing n.a.v. het Cartoonfestival en i.s.m. met Gemeente Knokke-Heist. De lezing kadert in de reeks Grijze Cellen, een coproductie van Eos en FWO.

Deze Special is een uitgave van Eos Wetenschap vzw

Voor alle diensten werkt Eos Wetenschap samen met

WWW.EOSWETENSCHAP.EU

COÖRDINATOR EOS TRACÉ: Marieke van Schoonhoven

ZAKELIJK LEIDER: Koen De Buck

ALG. HOOFDREDACTEUR: Raf Scheers

VERANTWOORDELIJK UITGEVER: Raf Scheers

REDACTIE EOS WETENSCHAP: Dieter De Cleene, Liesbeth Gijsel, Peter Vanwijnsberghe, Els Verweire, Kim Verhaeghe

REDACTIEADRES: Duboisstraat 50, 2060 Antwerpen redactie@eoswetenschap.eu +32 (0)3/680 24 90

VORMGEVING: Marco Goole, Victoria Lynn van Heesch, Annelies Metsers

FOTO’S: Wikimedia, Getty, BelgaImage, Isopix, shutterstock, bigstockphoto, 123RF, Alamy

MET MEDEWERKING VAN: Margot Cassiers, Merel Deelder, Vincent Fobelets, Janno Lanjouw, Barbara Serulus, Manu Sinjan, Koen Vandepopuliere, Melissa Vanderheyden, Kristof Vanderhoeven

MARKETING EN PROMOTIE: maksim.marissen@deeluitgeverij.be +32 (0)3 680 25 65

CARTOONS: Canary Pete, Chrostin, dr. Fritz, Erwin Vanmol, Eva Mouton, Fien tekent, Floor Denil, Ilah, Joris Snaet, Kim, Laura Janssens, Lectrr, Lise Vanlerberghe, Marec, MAT, Steve Michiels, Wim De Blende, ZAZA

ADVERTENTIES: matthew.peetermans@deeluitgeverij.be +32 (0)3 680 25 60 anne-marie.roelants@magadvertising.be +32 (0)2 337 62 95

ABONNEMENTEN: Voor alle vragen, verlengingen, betalingen, adreswijzigingen en bezorgklachten kan je snel en gemakkelijk terecht op www.eoswetenschap.eu of contacteer Idecom Media: eos@idecommedia.be +32 (0)9/296 20 72 NUMMERS BESTELLEN: www.tijdschriftenwinkel.be

©Scientific american inc. 1 NY Plaza, Suite 4500, New York

Voor meer nieuws en achtergrond, schrijf in op een van de nieuwsbrieven van Eos Wetenschap via www.eoswetenschap.eu/nieuwsbrief


Eos Tracé zoekt uit wat er nu echt op je bord ligt Eos Tracé brengt in kaart welke weg onze voeding aflegt: van teelt, verwerking, transport en consumptie tot afvalverwerking. Onze journalisten zoeken uit wat de impact is op het milieu en je gezondheid, de sociale aspecten en het dierenwelzijn. Met behulp van de wetenschap onderscheid je feiten van fabels. Zodat je het verhaal leert kennen, het ‘tracé’, achter dagelijkse producten zoals kippenvlees, drinkwater, koffie, chocolade, zalm en veel meer...

www.eostrace.be © 2019 € 9,95 • P915830 • 11 x jaar Afgiftekantoor Antwerpen X


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.