Restauratie Woonhuis
- Foeliedwarsstraat 42
Groep A
Inleiding In deze opgave gaat het om het analyseren / onderzoeken van een monument en op basis van deze analyse en het onderzoek, een reconstructie en een waardestelling te maken voor het monument. De resultaten van dit project worden in kwartaal 4 course 240T verder uitgewerkt in de projectopgave, restauratie en herbestemming van een monument. We gaan aan de slag met pand 42 in de Foeliedwarsstraat in Amsterdam. Dit pand is in de training 2300TTR611 al opgemeten en vastgelegd in tekeningen. Verder is er al onderzoek gedaan naar bouwkundige en constructieve opzet, bouwkundige gebreken en achterstallig onderhoud, en naar de aanwezigheid van historische installatie voorzieningen. Dit alles op basis van onderzoek ter plaatse. In het project gaan we verder met het bouwhistorisch onderzoek maar dan op basis van bijvoorbeeld archief, literatuur en kaart onderzoek. De beide onderzoeksresultaten zijn de basis voor het maken van een reconstructie en waardestelling van het onderzochte monument. De reconstructie en de waardestelling zijn nodig om tot een goede herbestemming voor het monument te komen, en dient als basis voor de opgave in course 240. Daarnaast besteden we in deze project opgave nog enige aandacht aan het maken van een programma van eisen.
Amsterdam, 7 april 2015 Restauratie Woonhuis Studiegidsnummer: 2300TPJ011 Opleiding: Bouwkunde - Transfomatie-Restauratie Jaar 2 Leerjaar: Leerjaar 2 Periode: Blok 3 Collegejaar: 2014/2015
Groep A studenten: Michiel Baltus, Cheyenne Beuker, Tim Boer, Sjoerd Booij, Matthijs Bos, Jouri de Bruin, Josephine van Buuren en Joost Couwenberg
Opmaak: Michiel Baltus
2
Inhoud
- Inleiding Opdrachtomschrijving
2 2
- Fotoreportage begane grond en gevels Begane grond
Gegevens project
2
Gevels
- Inhoud - Historie van Amsterdam - Stedenbouwkundig verloop Rapenburg Onderzoek
3 4 7
- Rapport herbestemming - Tekeningen bestaande toestand
Conclusie
Huisnummeronderzoek
28
- Documenten en bouwtekeningen Foeliedwarsstraat 42 - Waardestelling Inleiding Waardering buurt en gebouwdelen
97
24
30 36 37 42
46 52 53 53
Overzicht waardestelling
63
Waardestelling tekeningen
67
Conclusie
74
- Rapport reconstructie
95
14
15 18 20 23
Tijdlijn
92
8
- Geschiedenis Rapenburg - Jodendom in Rapenburg - Geschiedenis IJtunnel - Eigenaren en huisnummers Eigenaren - Namenregister - Ontwikkelingen rondom Foeliedwarsstraat 42 en kadastraal onderzoek Onderzoek
91
75
Onderzoek
76
Tekeningen
81
3
Historie van Amsterdam - Cheyenne Beuker
4
De bevolking van Amsterdam groeide in de periode van 1550-1700 van 30.000 inwoners tot ruim 200.000 inwoners. Om al deze nieuwe inwoners een plek te bieden waren er stadsuitbreidingen noodzakelijk. Uiteindelijk werden er vier stadsuitbreidingen verwezenlijkt waarvan de 3een 4e uitbreiding de meeste impact hebben gehad op het uiterlijk van de stad zoals we die nu kennen. Tijdens de eerste uitleg van Amsterdam werden er met namen woningen en industrie gerealiseerd. Echter kon de stad niet lang teren op deze uitbreiding, wat vooral kwam door de grote stroom immigranten uit het Zuiden van Nederland. Deze immigranten waren op de vlucht voor deSpaanse tirannie. Al deze nieuwkomers hadden woon- en werkruimte nodig. Daarom besloot het stadsbestuur van Amsterdam, terwijl de eerste uitleg net afgerond was, de stad verder uit te breiden. Tijdens deze stadsuitleg ontstond het gebied waar ons pand gevestigd is, Rapenburg.
In 1585 werd vanaf Oostzijde van de Montelbaanstoren richting de Amstel een schans met twee bolwerken aangelegd ter beveiliging van het havengebied. Tegenwoordig is dit de Oudeschans. De Middeleeuwse stadsmuur was aan het eind van de 16e eeuw niet bestand tegen de kanonnen die toen gebruikt werden om de stad aan te vallen. Tegelijk met de aanleg van de aarden wal begonnen ze aan de westzijde van de stad met de werkzaamheden aan een nieuwe schans. Het werk verliep erg langzaam maar na de val van Antwerpen in 1585 werd de schans binnen een jaar voltooid. De oude stadsgracht, het Singel, werd een binnen gracht. Tussen de Singel en de wal kwam nog een bescheiden nieuwe gracht, deze kwam op de plaats van de latere Herengracht.
De Eerste Uitleg
Als de kaarten van Cornelis Anthonisz (1544) en een kaart van Pieter Bast (1597) vergeleken worden is er goed zichtbaar dat er een verandering heeft plaatsgevonden. Op de kaart van 1544 is de middeleeuwsestads muur nog goed te zien. Op de kaart uit 1597 is duidelijk te zien dat er een smalle strook land is bijgekomen. Ook is te zien dat de middeleeuwse muur is afgebroken en vervangen door een aarden wal met uitstekende bastions. Deze aarden wal werd vanaf de IJ-oever bij de Haarlemmerpoort (dit was de zwakste schakel) aangelegd en sloot uiteindelijk aan op de aarden wal bij de Lastage. De aarden wal met bastions was de bescherming van de eerste stads uitleg.
Op het schilderij is de situatie van middeleeuws Amsterdam afgebeeld. De stad werd door een in 1482 aangelegde stenen muur, versterkt/beschermd door torens en poorten. Voor de muur liep een brede gracht: tegenwoordig de Geldersekade het Singel en de Kloveniersburgwal. Links op het schilderij, ten Oosten van de stad, lag de Lastage. In de 16e eeuw was de Lastage een haven- en industriegebied. Helemaal links op de staat de Montelbaanstoren, die voor de enige bescherming zorgde voor het Lastage tegen gevaar van buitenaf. Deze bescherming zag het stadsbestuur niet als voldoende. Daarom kwamen er al vroeg plannen om de Lastage binnen de stadsmuren te trekken, het plan werd uiteindelijk op de lange baan geschoven. Rond 1566 waren de plannen zo ver gevorderd dat er ze alleen nog maar uitgevoerd hoefden te worden. Maar in 1578 koos Amsterdam de zijde van de opstand en reformatie, waardoor de stad een protestants bestuur kreeg.Er waren veel protestantse stadsbestuurders die eigenaar waren van een stuk grond in de Lastage en waren dus gebaat bij een goede verdediging van het havengebied. Rond 1566 waren de plannen zo ver gevorderd dat er ze alleen nog maar uitgevoerd hoefden te worden.
5
De Tweede uitleg
Op 9 februari 1591 besloot het stadsbestuur van Amsterdam dat de stad aan de oostzijde uitgebreid moest worden. De belangrijkste redenen voor deze uitbreiding was het tekort aan woningen en de snel groeiende scheepvaart industrie. Nadat, door de eerste, uitleg de Lastage binnen de omwalling van Amsterdam kwam te liggen werden de penselen in dit gebied al snel bebouwd. Waardoor er een behoefte aan nieuwe ruimte voor de scheepsbouw ontstond. Vanaf 1592 werden er aan de oostkant van de stad drie eilanden in aangelegd: Uilenburg, Marken en Rapenburg. In het gebied Rapenburg bevind zich de wijk van Kaart uit 1623 pand nummer 42, de Foeliedwarsstraat. De industrie die eerst in de Lastage gevestigd was werd verplaatst naar de drie nieuwe eilanden. De Lastage werd toen opnieuw verkaveld en geschikt gemaakt als woongebied waardoor er nieuwe woonruimte gecreëerd werd voor de toegenomen bevolking. Dit alles zorgde ervoor dat de industrie verder naar het oosten op schoof. De marine had op het eiland Uilenburg een werf waar de oorlogsschepen gebouwd werden. De VOC had ook een werf, de peperwerf, en kwam op Rapenburg te liggen. Het eiland Marken is veel kleiner geworden dan het oorspronkelijke ontwerp, dit kwam omdat de scheepstimmerlieden de gracht tussen Marken en Uilenburg veel te smal vonden. Hierdoor werd Marken smaller gemaakt en kreeg in plaats van twee straten maar één straat. De drie eilanden hadden allemaal een industriële functie die toegespitst was op de scheepsbouw. In 1595 werd ten zuiden van de 3 eilanden een nieuw eiland aangelegd, Vlooienburg, het eiland kreeg een gemengd karakter met aan de kant waar het land zich bevond voornamelijk woningbouw en aan de Amstel zijde de industrie en houtopslag. Tegenwoordig is de Stopra nog het enige gebouw dat op Vlooienburg staat.
Bronnen:
- Site - http://amsterdamsverleden.nl/derde-uitleg/ - Site - http://stadsarchief.amsterdam.nl
6
Stedenbouwkundig verloop Rapenburg - Matthijs Bos
7
Onderzoek
1613 (010001000606) • Atlas Splitgerber. • Rapenburg eiland is nog helemaal leeg. • Straten patroon is al deels zichtbaar. • Het straatpatroon van de Foeliedwarsstraat is al zichtbaar. • Op het gehele eiland is 1 pand te zien.
Het onderzoek is gedaan op basis van kaarten en foto’s uit het stadsarchief en de beeldbank, ik heb alle kaarten van Amsterdam opgezocht en vervolgens op volgorde van oud naar nieuw gezet, vervolgens heb ik de bruikbare kaarten gefilterd en gedocumenteerd (zie. Onderzoeksresultaten). Nadat ik de kaarten en foto’s op volgorde van oud naar nieuw had gezet werd de stedenbouwkundige ontwikkeling van Rapenburg duidelijk, deze ontwikkelingen heb ik in het verslag laten zien door printscreens van kaarten en foto’s. De afbeldingen zijn vervolgens van ondersteunde tekst voorzien. De informatie is voornamelijk gebaseerd op het gene dat op de afbeeldingen zichtbaar is, de onderzochte informatie is apart aangegeven en voorzien van een bronvermelding.
1618 (KOG-AA-3-01-56) • Situatie is t.o.v. de voorgaande kaart ongewijzigd (vanaf 1613)
Onderzoeksresultaten
1624 (010035000157) • Bij deze kaart tel ik 12 panden aan de Foeliedwarsstraat. • Verder is er t.o.v. de voorgaande kaart niks veranderd (de kaart van 1623).
In dit onderzoek heb ik de stedenbouwkundige ontwikkeling van het Rapenburg onderzocht, in dit gebied ligt het pand die we voor het project onderzoeken. Het gebied behoort bij het Amsterdamse stadsdeel centrum en ligt aan de oostzijde van de binnenstad, Rapenburg staat ook wel bekend als Rapenburg eiland, deze naam heeft Rapenburg te danken aan het vroegere omliggende water. Dat omliggende water is verder in het onderzoek te zien.
De onderzoeksresultaten zijn opgebouwd door de jaartallen, documentnummers en informatie over de documenten. Op basis van deze gegevens kan ik de kaarten weer terug opzoeken uit het stadsarchief en de beeldbank, dit is nodig voor het maken van printscreens en voor het opzoeken van extra informatie. 1572 (KOG-AA-3-01-36) • De wijk bestaat nog niet. • Op de plek van de toekomstige wijk is nu weiland. • Tot de oude schans (gracht) is nog niks gebouwd. 1599 (KOKA00027000001) • Er werden veel boten gebouwd op (eiland) Rapenburg. • Er zijn grachten gegraven. • Het weiland is nu veranderd in een gebied met grachten en plangebieden. • Contouren van Rapenburg zijn zichtbaar. • Er is al wat bebouwing te zien. 1609 (KOKA00029000001) • Atlas Kok collectie. • Rapenburg eiland ligt tegen de vesting werken van de stad. • Het gebied ligt tussen de laatste twee bolwerken van de stad in. • Rapenburg eiland is wel gevormd maar op drie geclusterde gebouwen is er nog niks bebouwd. • De vormen van de bovenliggende gebieden en de grachten
1623 (010094000914) • Foeliedwarsstraat is nu de eerste straat vanaf de vestigingswerken. • In de buurt worden boten gemaakt op scheepswerven, dit is voornamelijk te zien achter de overliggende panden (overliggend t.o.v. de foeliedwarsstraat 42) • De foeliedwarsstraat telt op de kaart 14 panden.
1625 (KOKA00047000004) • Opvallend is dat Rapenburg hier veel gedetailleerder getekend is. • Er zijn veel plekken te zien waar boten worden gebouw, het eiland Rapenburg werd in deze tijd dus voornamelijk gebruikt om boten te bouwen. • Elk pand is hier getekend met een trapgevel • Op de voorgaande kaart is te zien dat de gevels verschillend zijn getekend (1624). 1631 (KOG-AA-3-01-70) • Bij deze kaart tel ik 13 panden aan de Foeliedwarsstraat (aan de zijde van het projectgebonden pand). • De kaart lijkt verder erg op een voorgaande kaart (de kaart uit 1624). 1643 (010001000818) • Ook op deze kaart tel ik weer 13 panden. • Verder is er t.o.v. de voorgaande kaart van 1631 weinig verschil te zien. 1649 (KOG-AA-3-01-82) • Opvallend is dat het bouwblok nu anders is getekend. • Ik tel bij deze kaart 16 panden aan de Foeliedwarsstraat, het verschil zit voornamelijk in de hoogtes en de panden zijn allemaal anders getekend. 1657 (010001000820) • ik tel bij deze kaart 16 panden aan de betreffende straatzijde.
8
1672 (KOKA00094000001) • Atlas Kok collectie. • Hier is te zien dat er naast het bouwblok een pand is gebouwd, deze is gelegen naast de sluis. • Er zijn geen scheepswerven meer te zien. • Er is een brug naar de nieuwe oostelijk gelegen wijk te zien. • Ik tel op deze kaart 16 panden, de panden zijn allemaal hetzelfde getekend. 1681 (KOG-AA-3-02-075) • Er is t.o.v. de voorgaande tekening weinig veranderd. • Ik tel op deze kaart 15 panden. • Het woonblok lijkt onveranderd. 1700 (KOG-AA-3-02-092) • Het woonblok is nog vrijwel hetzelfde. • De overstaande bebouwing vorm nu ook een woonblok, dit i.p.v. een rij panden • Ik tel op deze kaart 16 panden aan de Foeliedwarsstraat. 1710 (KOKA00134000001) • Atlas Kok collectie. • Aan de rechter en linkerkant van het bouwblok lijkt een deel van de bebouwing te zijn gesloopt, het gaat hierbij om de zuidkant van het blok. • De Foeliedwarsstraat lijkt bij deze kaart nog onveranderd. 1721 (KOKA00127000001) • Ik tel op deze kaart 15 panden. • Het woonblok is t.o.v. de voorafgaande tekening weer aangevuld met ca. 8 panden. 1744 (KOKA00142000001) • Het bouwblok is nog vrijwel hetzelfde. • Opvallend is dat het oost gelegen gebied in aanbouw is, hierbij zijn al zo’n 19 panden gebouwd. 1766 (KOKA00154000001) • Atlas Kok collectie. • Er is geen bebouwing te zien op deze kaart, rond deze tijd werden de kaarten waarop alle panden werden getekend vervangen door kaarten met gearceerde vlakken die de bebouwing weergeven. • Nu zijn voor het eerst de straatnamen te zien, de straatnaam is hier geschreven als: Foely dw. Straat. • Het woonblok lijkt hier nog dezelfde vorm te hebben als op de voorgaande kaarten. 1806 (010035000146) • Het blok lijkt in de afgelopen 50 jaar onveranderd te zijn, dit kan in de realiteit natuurlijk anders zijn geweest maar op kaartniveau is er geen verschil zichtbaar.
• De kavels zijn voor het eerst op kaart te zien. • Het pand bevindt zich in buurt U (Amsterdam is in deze tijd verdeeld in verschillende buurten). • Er zijn verschillende stegen te zien in de straat, ook tussen de panden van het project zitten stegen die de waarschijnlijk de nummering verklaren. • Er zijn huizen te zien achter het betreffende pand dit verklaard waarschijnlijk het verschil van de huisnummers. 1876 (010043000001_028) • De huisnummers zijn anders t.o.v. de vorige kaarten, deze zijn in het verleden meerdere malen gewijzigd. • Het aantal panden dat ik heb geteld zijn: 26 panden. • De situatie is ongewijzigd t.o.v. de voorgaande kaart. • Opmerking: tussen ons pand (foeliedwarsstraat 42 en de andere panden 50 & 52 zit niks terwijl deze op dit moment tegen elkaar aan zitten. Dit is mogelijk pas gewijzigd rond het jaar 1910/1920. 1892 (010043000002_030) • Dit is een kadastrale kaart met de verschillende kadastrale gegevens zoals de nummers. • De situatie is bij deze kaart nog steeds ongewijzigd. • De verkaveling van Rapenburg is hier duidelijk zichtbaar. • Het kadaster nummer is: 1574 1932 (KOKA00595000001) • Dit is een citoplan van Amsterdam • De kaart geeft Rapenburg heel schematisch weer. • De situatie is onveranderd (van het bouwblok). 1941 (B00000025317) • De situatie van het woonblok is gewijzigd. • De kavels lijken langer te zijn en de achterliggende huizen zijn er niet meer. 1963 (B00000025762) • Dit is een stadsdelen kaart, hierop zijn de verschillende stadsdelen te zien. • Deze kaart geeft de verschillende buurten van Amsterdam aan. • De Ijtunnel was er nog niet op deze kaart terwijl de bouw wel al was begonnen. • Uit deze kaart blijkt dat het betreffende pand zich in stadsdeel centrum bevindt. 1968 • In dit jaar was de ijtunnel klaar. 1967 (010009018164)
9
1572 Op de kaart uit 1572 is te zien dat Rapenburg in die tijd nog weiland was, de stad kwam toen nog tot aan het kanaal/gracht de Oude schans. Alleen de hedendaagse Jodenbreestraat was al gedeeltelijk bebouwd, dit is op de afbeelding hieronder te zien (Jodenbreestraat is de straat boven het renvooi). Ter orientatie, het Rembrandthuis is gelegen aan de Jodenbreestraat. De exacte plek van het tegenwoordige Rapenburg is op de afbeelding hiernaast niet te zien, deze valt links buiten de tekening. 1599 Dit is de eerstvolgende kaart uit het jaar 1599, hier is te zien dat in 27 jaar tijd het gebied van weiland is veranderd in een gebied met grachten en losse delen grond. Helemaal links op de kaart zijn de oude vestingwerken van de stad te zien, Rapenburg was in die tijd dus relatief ver van de binnenstad terwijl het nu wel behoort tot stadsdeel centrum. In deze tijd stonden er nog 6 gebouwen op het eiland, daarnaast is er een botenwerf te zien. 1618 Ten opzichte van de voorgaande kaart is er minder bebouwing te zien, deze zijn waarschijnlijk weggehaald i.v.m. het woonrijp maken van het gebied. Wat meteen opvalt zijn de gestippelde vlakken, deze vlakken zullen de ondergrond vormen voor de toekomstige bebouwing. Ook zijn er stratenpatronen zichtbaar, de horizontale straat aan de linkerkant is het begin van de Foeliedwarsstraat.
1625 Deze kaart uit 1625 van Balthasar Florisz Berckenrode is een stuk gedetailleerder dan de voorgaande tekeningen. Het aantal botenwerven zijn er aanzienlijk meer als in de voorgaande jaren, ook tel ik meer panden aan de Foeliedwarsstraat, namelijk: 16. Elke gevel op deze tekening is getekend als een trapgevel, dit waren in de voorgaande tekeningen nog verschillende gevels. 1643 De situatie op deze tekening is vrijwel hetzelfde als die van de kaart uit 1623, het enige verschil is dat ik hier 13 panden tel, dat in vergelijking met de 14 panden op de andere kaart. Een ander verschil is dat de foeliedwarsstraat hier overloopt op de dijk van de vestingwerken, dit is gedaan door een helling in het verlengde van de straat.
1657 Op deze kaart van Johannes Janssonius is te zien dat er nu langs het water bebouwing staat, het gaat om ongeveer 8 panden, deze panden zijn het begin van de later volgebouwde waterkant. Verder werd er deze tijd nog wel boten gebouwd, maar is dit wel al minder geworden t.o.v. de voorgaande tekeningen.
10
1661 Op deze kaart van Van Danckerts is te zien dat ze toen bezig waren met een uitbreiding aan de Oostzijde van de stad, dit is de latere Kadijkenbuurt.
1744 Er zijn wat minder gebouwen getekend als op de voorgaande tekening, verder is de situatie van Rapenburg onveranderd.
De vestingwerken zijn zo’n 400 meter naar het Oosten verplaatst, dat is ter hoogte van de tegenwoordige Sarphatistraat.
Op het links liggende terrein is te zien dat daar scheepwerven zitten, de plek waar boten werden gebouwd is dus verplaatst naar links (dit is niet op de afbeelding hiernaast te zien).
Verder valt op dat de bebouwing langs het water van de voorgaande kaart weg is.
1672 Op deze tekening uit de Atlas Kok collectie is te zien dat er naast het bouwblok waarin het betreffende pand zich bevindt een langwerpig gebouw is gebouwd. Ook is te zien dat de sluis is gevormd. Een groot verschil met de voorafgaande kaarten is dat de botenwerven weg zijn, dit betekend dat Rapenburg zijn scheepsbouw functie heeft verloren.
Ik tel op deze kaart 15 panden.
1766 Vanaf deze kaart zijn er geen gebouwen meer getekend, de gebouwen zijn vervangen door gearceerde vlakken die de bebouwing weergeven. Een aantal panden zijn echter nog getekend, dit waren de belangrijke panden van die tijd. Ook is dit de eerste kaart met straatnamen, de Foeliedwarsstraat wordt hier omschreven als: “Foelydw. Str.” Dit geeft aan dat de straatnaam in de loop der jaren is gewijzigd.
De panden zijn allemaal hetzelfde getekend en ik tel er bij deze kaart 16. 1681 De situatie is ten opzichte van de voorgaande kaart op een aantal gebouwen na onveranderd. Op het nieuwe gebied links van het eiland is nog altijd geen activiteit te zien, dit zal pas op de volgende kaarten te zien zijn (dus rond 1700).
1806 Op de kaart is de bebouwing niet duidelijk aangegeven maar de situatie lijkt nog steeds onveranderd, wel zijn de binnentuinen getekend. De situatie lijkt in de 50 jaar hiervoor niet te zijn veranderd, wel zijn er veranderingen te zien bij het links liggend gebied (Kadijkenbuurt). Het aantal bebouwing is daar namelijk sterk toegenomen.
11
1854 Deze kaart komt uit een met de handgetekende buurtatlas, vanaf deze zijn er dus wijktekeningen gemaakt waarop de verkaveling is te zien. Dit betekend ook dat ze in deze tijd gestopt zijn met het maken van handgetekende kaarten van de hele stad. Ook valt op dat deze kaart voor het eerst richting het noorden georiĂŤnteerd is, de oriĂŤntatie is op het noordoosten boven om precies te zijn. Deze gewoonte is dus vanaf deze tijd ingegaan. De afbeelding hiernaast heb ik 180 graden gedraaid om het stedenbouwkundig verloop duidelijker zichtbaar te maken. Op de kaart tel ik maar liefst 26 panden (kavels), dit zijn er een stuk meer als bij de kaarten hiervoor (geteld aan de kant van het betreffende pand). Opvallend zijn de verschillende stegen en achterhuizen, deze verklaren de hedendaagse nummering (hier meer over in het onderzoek van Michiel en Tim).
1941 Op deze kaart uit 1941 is te zien dat de kade kant is gewijzigd, deze is namelijk verbreed en vormt een nieuwe kade. De verbreding is tegenwoordig nog steeds zichtbaar, hier is later de Ijtunnel op verbonden. Aan de bovenzijde van de afbeelding is een stukje van de marinehaven te zien, deze lag midden in het Oosterdok, deze is later i.v.m. de Ijtunnel weggehaald. Bij het overliggende woonblok (rechts onderin) is langs de Prinshendrikkade een zeevaartschool gevestigd, dit is voor een lange tijd een van de belangrijkste gebouwen van de buurt geweest, veel invloed had het echter niet op de wijk. De bebouwing is verder toegenomen aan de Rapenburg straat, ook zijn de binnentuinen verder bebouwd door de kavels vol te bouwen. De kaart is nu voor het eerst op het Noorden georiĂŤnteerd. De onderste afbeelding komt uit hetzelfde jaar en is t.o.v. de bovenstaande wel ingekleurd.
1876 De bebouwing aan de bovenzijde (zuidkant) van het eiland was op de vorige kaart al zichtbaar maar is hier duidelijker te zien, deze kavels zijn tussen 1810 en 1850 ontwikkeld. De huisnummers zijn t.o.v. de vorige kaart gewijzigd, deze zijn in het verleden meerdere malen gewijzigd. De situatie van Rapenburg is verder onveranderd t.o.v. de vorige tekening en ook het aantal panden zijn nog steeds hetzelfde. 1892
1963 Op deze kaart is de nieuwe wijkindeling te zien van de gemeente Amsterdam, de stad werd toen verdeeld in 27 bij naam genoemde
1967 Dit is een foto uit 1967, hierop zijn de werkzaamheden van de Ijtunnel vastgelegd. Op deze foto is duidelijk zichtbaar hoe het eiland is veranderd door de aanleg van de tunnel, de bebouwing is als het ware door tweeĂŤn gesplitst. Voor de aanleg zijn veel gebouwen gesloopt waardoor de woonblokken een stuk zijn ingekort, hierdoor hebben de blokken een hele andere vorm gekregen.
1987 De rode lijnen geven hier weer de vorm van het oorspronkelijke eiland weer, en de groene cirkel geeft het betreffende pand (Foeliedwarsstraat 42) aan. Vanaf deze tijd hebben er nog enkele veranderingen plaatsgevonden, deze worden later nog omschreven.
Het eiland Rapenburg is aangegeven met de rode lijn, het betreffende pand is ook op de foto te zien (deze bevindt zich binnen de groene cirkel).
Ca. 1965 Deze foto uit circa 1965 toont de sloop van de bebouwing i.v.m. de Ijtunnel. De foto is genomen vanaf de Foeliestraat, en in de richting van de Prinshendrikkade (naar het Noorden).
2006 Op deze kaart uit 2006 is de bebouwing aangegeven, de situatie van de woonblokken lijkt t.o.v. de voorgaande tekening nog onveranderd. De rode lijnen geven het oorspronkelijke rapenburg eiland weer, de groene lijn geeft de plek van het betreffende pand (Foeliedwarsstraat 42 weer). Op deze kaart is goed te zien hoe het straten patroon na de komst van de tunnel is gevormd, wat vooral opvalt is dat de prinshendrikkade nu strak langs het gebied loopt en dat de gracht aan de zuidzijde van het eiland is gedempt en plaats heeft gemaakt voor verbouwing.
1971 Deze foto is 3 jaar na de oplevering van de tunnel genomen, op de foto is te zien dat het gebied geen eiland meer te noemen is.
2015 Dit is de hedendaagse situatie van het gebied, De vorm is ten opzichte van 2006 onveranderd, wel is de kaart een stuk gedetailleerder
2015 Op de afbeeldingen hiernaast is te zien dat de oude vorm van Rapenburg nauwelijks terug te halen is, dit vooral wanneer je het stedenbouwkundige verloop er niet van kent.
CONCLUSIE
Ook is op de afbeelding hiernaast te zien hoeveel verkeer er om Rapenburg heen gaat, dit was in het verleden nauwelijks voor te stellen. Rapenburg bevindt zich op het moment op een kruispunt van twee belangrijke verkeerswegen, namelijk de Valkenburgerstraat die overgaat in de ijtunnel en de Prins Hendrikkade.
Uit het onderzoek blijkt ook dat de kaarten uit het verleden elkaar wel eens tegen kunnen spreken, dit ligt waarschijnlijk aan de tekenwijze van de tekenaars en de moeilijkheidsgraad om een kaart volledig naar waarheid te produceren.
Op de onderste afbeelding is het overgebleven deel van het woonblok te zien, het gat aan de bovenzijde van het blok (boven op de foto) is gedicht door een supermarkt. Daarnaast is er een nieuwe straat bijgekomen, dit is de Nieuwe Foeliestraat.
Uit dit onderzoek is wel gebleken dat je nooit van te voren weet wat voor geschiedenis zo’n gebied heeft, dit is verstandig om te onderzoeken zodat je kan achterhalen hoe het stratenpatroon is ontstaan en waaraan de woonblokken hun vorm hebben te danken. Ook kan de ligging op stadsniveau opheldering bieden m.b.t. de functie binnen de stad.
Een onderdeel dat erg opviel tijdens het verloop van het gebied is de toename van het verkeer, er is veel land bijgekomen om de verkeersdruk op te vangen, dit is te merken aan de vroegere havens en grachten die door wegen zijn vervangen. Een ander onderdeel is de bebouwing, die evenals het verkeer in de loop der tijd toeneemt. Na dit onderzoek heb ik inzicht gekregen op de manier waarop kaarten en plattegronden vanaf het begin tot nu zijn opgebouwd, en zijn ontwikkeld tot de tegenwoordige kadastrale kaarten en digitale kaarten.
Uit de afbeelding blijkt wel hoeveel impact de Ijtunnel op de Foeliedwarsstraat heeft gehad, zo is de straat niet alleen veel korter, ook de wegenstructuur is heel anders. Voorheen gaf de foeliedwarsstraat een directe verbinding naar de rest van de wijk, terwijl hij nu naar vrijwel nergens lijdt, ook is de sfeer uit het straatje gehaald. Aan de sluiszijde van het woonblok zijn geen grote veranderingen zichtbaar.
Bronnen:
- Archief - Stadsarchief Amsterdam - Site - Beeldbank Amsterdam - Boek - “1000 jaar Amsterdam” - Boek - “Historische atlas van Amsterdam” - Site - Google Maps - Site - Google Earth
14
Geschiedenis Rapenburg
- Tim Boer
Ontstaan van Rapenburg
Het (schier)eiland Rapenburg is uit drasland naast Amsterdam opgeworpen om er scheepsbouw te onder te brengen wat uit de Lastage zou verdwijnen. In 1591 zijn de plannen hiervoor gemaakt. Begin zeventiende eeuw werd begonnen met plempen en al snel konden de eerste percelen, die uitsluitend bestemd waren voor particuliere werven, geveild worden. Op de kaart hiernaast is te zien dat het eiland Uilenburg het eerst bebouwd was. Rapenburg is hier nog vrijwel leeg. De eerste percelen op Rapenburg werden pas in 1608 uitgegeven en opgekocht door de Compagnie van verre, de voorloper van de V.O.C. De percelen van de peperwerf (de rechter kant van rapenburg) werden pas in 1611 uitgegeven.
De scheepswerven
In de 16e eeuw waren de Amsterdamse huishoudens afhankelijk van de Portugese kooplieden voor de toen zo gewilde specerijen als kruidnagel, foelie, nootmuskaat en peper. Toen het aanbod daalde en de vraag toenam, stegen de prijzen explosief. Verschillende Amsterdamse kooplieden richtten in reactie hierop de Compagnie van Verre op. Deze Compagnie van Verre. Deze Compagnie had succes in de Aziatische handels landen en al snel werden er veel andere van dit soort compagnieën opgezet. Tegen de stijgende concurrentie word de Verenigde Oost-Indische compagnie opgezet, welke al snel de monopolie op de handel en scheepvaart naar Azië verkreeg. Hiervoor waren vele nieuwe schepen nodig, waar ook ruimte voor nodig was om ze te maken. Zo vroegen de bewindhebbers (de directeuren) van de Oude Compagnie, de voorloper van de VOC, in 1599 om bequameplaetsen te maken waar ze schepen konden bouwen en repareren. Op 8 november kregen zij een erf aan het Rijssenhoofd te Rapenburg (ter hoogte van het Kadijksplein).Één van de eerste scheepswerven op Rapenburg was nu een feit.
Op 1608, 25 januari, kreeg de V.O.C. hun eerste grote complex beschikbaar op Rapenburg. Die werf werd al snel Peperwerf genoemd, vanwege de grote aantallen peper en andere specerijen die daar opgeslagen lagen. In totaal werden er in de scheepswerven van Rapenburg 219 schepen gebouwd. Uiteindelijk werd de V.O.C. zo groot dat de werf op Rapenburg rond 1650 te klein werd. In 1661 verhuisde de V.O.C. naar Oostenburg. Daar hadden ze een grotere en modernere werf. Tegenwoordig herinneren nog een aantal dingen aan de V.O.C. tijd op Rapenburg. bijvoorbeeld de twee pakhuizen op Rapenburg (Prins hendrikkade 174-176). Een van de producten die uit Oost-Indie werden aangevoerd en op Rapenburg werden opgeslagen waren peper, kruidnagel, nootmuskaat en foelie. Veel straatnamen, die werden aangelegd rond 1593, danken hier hun naam aan. Zo heb je de Peperstraat, Foeliestraat en Foeliedwarsstraat.
Woningbouw op Rapenburg
Op de eilanden was slechts in beperkte mate plaats voor woningen en dat in eerste instantie alleen op Uilenburg langs de midden straten, tussen de werven. Meer woningen kwamen er pas na 1670, toen de scheepsbouw nog een keer verhuisde, nu naar de oostelijke eilanden Kattenburg, Wittenburg en Oostenburg. In deze jaren was er een toestroom van Joodse immigranten uit Oost-Europa (zie hoofdstuk ‘Het jodendom op Rapenburg’). Deze immigranten namen deze nieuwe woningen massaal in bezit, waardoor Rapenburg een echte Joodse wijk werd. Op Rapenburg was ook een school voor zeevaart gevestigd, de ‘kweekschool voor de zeevaart’, welke werd opgericht in 1785.
Na 1660 verhuist de scheepsbouw naar de oostelijke eilanden waarna Rapenburg, Marken en Uilenburg voor intensieve bewoning geschikt gemaakt worden. Vooral in de 18e en 19e eeuw verkrot de wijk en eind negentiende eeuw ontstaan plannen voor sanering van de wijk. De woningen op Rapenburg waren in slechte staat, erg donker en heel erg vochtig. Het behang kwam van de muren af. Uit een rapport over de woonomstandigheden op Rapenburg: ‘Hier voeren de mensen strijd met het ongedierte en delven vaak het onderspit in die strijd. In de zomer, als de nachten zoel zijn, slapen vader en moeder liggend over de vensterbanken, want in het donkere gat dat men bedstede noemt bijten de talrijke wandluizen zo geducht dat van slapen geen sprake kan zijn. Alleen de kinderen die doodmoe zijn van het venten of bedelen kunnen er slapen, al krabben zij ook het vuile vlees tot bloedens toe in hun slaap.’ ‘De vrouw zegt mij dat zij planken tegen de muur in de bedstede heeft moeten zetten omdat het beddengoed zo nat wordt dat het niet beslapen kan worden.’ Buiten dat de woningen donker en vochtig zijn wonen er vaak veel te veel mensen op een klein oppervlak. Begin 20e eeuw zijn veel panden plat gegooid en opnieuw opgebouwd. Zo zijn de panden Foeliedwarsstraat 50 en 52 in 1910 herbouwd en Foeliedwarsstraat 42, het betreffende pand, in 1928 herbouwd. De Tweede Wereld Oorlog gaf de genadeklap aan de buurt. De huizen van de joodse families bleven leeg staan en alles wat brandbaar was werd uit de panden geroofd om haarden aan te steken. Met de bouw van de Ij-tunnel ging de buurt op de schop(zie hoofdstuk ‘Geschiedenis Ij-tunnel’). Voor de toerit van de tunnel verdween de Markengracht en van Rapenburg een flink stuk ten oosten van de Foeliestraat. Ook de Foeliedwarsstraat is voor een groot gedeelte verdwenen. Het eiland is finaal doormidden gesneden. Met zorg werd het V.O.C. complex omzeild, een deel aan de Schippersgracht bleef behouden, waaronder de eerder genoemde kweekschool. Deze laatste ingreep heeft de huidige structuur van Rapenburg gevormd.
Bronnen:
- Site - http://www.vok.nl/content/58/Kweekschool-v/d-Zeevaart/Kweekschool-v/d-Zeevaart.html - Site - http://amsterdamsverleden.nl/peperwerf-op-rapenburg/ - Site - http://amsterdamsverleden.nl/tweede-uitleg/ - Boek - Amsterdam’s zeehaven in beweging: Rapenburg, Marken en Uilenburg, Theo Bakker
17
Jodendom in Rapenburg - Cheyenne Beuker
18
De Foeliedwarsstraat ligt gelegen op het eiland Rapenburg. Al snel werd duidelijk dat er veel joodse bewoners in pand nummer 42 hebben gezeten. Voor ons was het erg interessant om er achter te komen of er alleen in pand 42 Joodse bewoners woonde of dat ze over heel Rapenburg gevestigd waren, en waarom ze speciaal hier woonden. Een klein onderzoek hielp ons verder.
Geschiedenis van de Joodse wijk
Aan het einde van de 16e eeuw werden door gebrek aan woningen en ruimte voor industrie de eilanden Uilenburg, Rapenburg en Marken bij de stad geplempt. Dit was tijdens de 2e uitleg van Amsterdam (1592-1596). Rapenburg zat aan een deel vast aan de Schans van Amsterdam en was daarom niet een echt eiland te noemen. Rond 1608 kwam de Specerijhandel in Indië op gang, waar de straatnamen Peperstraat en Foeliedwarsstraat aan herinneren. Aan het eind van de 17e eeuw begon de bewoning van Marken, Uilenburg en Rapenburg door Joden. Veel Asjkenazische Joden, gevlucht voor de pogroms uit Oost-Europa, kwamen in de 18e eeuw naar Amsterdam. (Dit is de voornaamste reden dat er veel Joodse sporen in dit deel van de stad Asjekanazisch zijn). Deze vluchtelingen zochten in Amsterdam naar de goedkoopste gebieden om te wonen, dat waren de eilanden Marken, Uilenburg en Rapenburg. Het was niet makkelijk om hier een bestaan op te bouwen. Tijdens rellen in de stad (1748) werd door de Doelisten (dit waren prinsgezinde, gematigde en radicale democraten) een verbod op straatverkoop geeist. Een groot deel van de joden was afhankelijk van de straatverkoop. Ze verkochten vis, groenten, zuurwaren en vodden. Zij werden door deze maatregelen zwaar getroffen.
Rapenburgstraat
De Rapenburgerstraat was de hoofdstraat van het aangedempte Rapenburg. Toen dit deel geschikte werd voor bebouwing vonden arme Oost-Europese Joden hier hun huis. Rapenburg werd al snel een erg arm deel van de stad. In de 19e eeuw is er nog geprobeerd de Rapenburgstraat op te knappen, hiervan zijn nog steeds resten te zien. Vroeger had de Rapenburgstraat een sterk Joods karakter, er was een synagoge, een diamantslijperij, meisjesweeshuis, een leerhuis en een Portugees-Israëlisch ziekenhuis aanwezig. Tegenwoordig is hier niks meer van te zien op Rapenburg, het is sterk veranderd qua karakter. Sinds 1986 word het gebied doorsneden door de weg die naar de IJtunnel loopt. Dit samen met de nieuwe bebouwing drukt de Rapenburgstraat weg. Op de foto is een gebouw te zien dat vroeger als leerhuis diende. Het gebouw stamt uit 1833, de volwassenen kwamen hier samen om te leren uit oude Hebreeuwse literatuur. Verder stond er in de Rapenburgstraat ook nog de Rapenburgersjoel, een synagoge. Tot in de oorlog is dezesynagoge in gebruik gebleven. In de oorlog is de synagoge grondig geplunderd door de nazi’s waarna het niet meer als sjoel gebruikt is.
Rapenburgstraat herinneringen: Ruben Potts ‘‘Mijn naam is Ruben Potts en ben geboren in de Lange Houtstraat op Vlooienburg. Als klein kind
verhuisden we naar de Uilenburgerstraat 106. Vandaar verhuisden we naar de Rapenburgerstraat 71 1hoog. Mijn vader was een “voddenman” en we waren, net als iedereen in die buurt, arm, maar we hadden toch elke avond te eten. 1 keer per week naar het badhuis van school geloof ik. Wat ik me herinner is dat er in dat badhuis een bord hing waarop stond te lezen “HEB ELKE WEEK EEN BAD”. Door huurschuld verhuisden we in dezelfde straat naar 165 boven de bakkerij van v.d.Hak. In plaats van huur te betalen moest mijn moeder twee keer per week de bakkerij schoonmaken. In 1939 raakte mijn moeder zwanger. Toen ze de bakkerij niet meer kon schoonmaken moesten we weer verhuizen naar nr.106 1hoog. Beneden ons woonde familie Brilleman die hadden 8 kinderen in zo een kleine woning. Door het hoge kindersterfte hadden we een soort verzekering de CHEWRE. Kostte niet veel en als het Pesach was dan kreeg je voor elk familie lid matzes, eieren en nog wat anders geloof ik. Tegen die tijd stonden er een hoop olievaten te branden om je “Chometz” te verbranden.Naast ons was een kruidenierswinkeltje. Die mensen verkochten hun winkel dan aan een niet joods iemand en kochten het terug als de pesach over was. Dat kostte hen misschien een paar guldens maar dan hoefden ze hun chometz niet te verbranden. Financieel heb ik het nu veel beter maar ik denk vaak terug aan onze vrijdagavond voor de oorlog. Dan ging niemand uit na het eten. Tegenwoordig is dat niet meer zo alleen als je vroom bent denk ik. We hebben nog steeds onze vrijdagavond maar het is anders nu. Groetjes uit Melbourne, Australia: Ruben’’
Rapenburg afbraak
In het begin van de vorige eeuw waren er al gedeeltes van de Joodse wijk weg. Ook de oorlog liet zijn sporen achter, de Joodse bevolking was grotendeels uitgemoord en de huizen die leeg staan, vaak in een slechte staat, werden in de hongerwinter ontdaan van de brandbare materialen. Hierdoor was na de oorlog sloop vaak de enigste oplossing. In 1968 werd de IJtunnel geopend. De IJtunnel en zijn aan- en afvoerwegen loopt dwars door de Joodse wijk. Het Rapenburg, wat een van de belangrijkste straten was, bestaat nu uit twee stukken. Bij de aanleg van dit tunneltracé werden veel huizen gesloopt. Er zijn foto’s gemaakt van die sloop. De bovenste foto is samengesteld uit 3 foto’s van na de oorlog maar wel voor de sloop. De onderste foto is samengesteld uit drie foto’s uit 1965. Bronnen:
- Site - http://www.joodsamsterdam.nl/strrapenburg.htm
19
Geschiedenis IJtunnel - Cheyenne Beuker
20
Het centrum van Amsterdam en Amsterdam Noord waren tot 1956 niet in een rechte verbinding bereikbaar. Om in Amsterdam Noord te komen moest er altijd om het centrum heen gereden worden om Noord te komen. Om Amsterdam Noord meer toegankelijker te maken was er besloten een tunnel vanuit het centrum onder het IJ door naar Amsterdam Noord te bouwen, de ‘IJtunnel’. Om de tunnel in te komen moest er ook een autoweg hiernaartoe gebouwd worden. De bestemming van de autoweg liep voor een deel door de Foeliedwarsstraat,wat het slopen van enkele panden tot gevolg had. Dit heeft veel invloed gehad op de wijk/buurt waarin ons pand zich bevind. Om achter de geschiedenis van de IJ tunnel te komen heb ik hier een onderzoek naar gedaan. Ik ben meerdere keren naar het stadsarchief geweest om historische boeken en kaarten te bestuderen en heb gebruik gemaakt van meerdere internet sites en kaarten van het desbetreffende gebied. Het gebied ten noorden van het IJ was slecht bereikbaar en pas rond 1900 kwam de woningbouw in Amsterdam Noord op gang, het gevolg hiervan was dat de bestaande veren en ponten al snel overbelast raakten. Al jarenlang hadden werkgevers het over een tunnel die Amsterdam Noord zou verbinden met het Centrum van Amsterdam en ook de bevolking van Amsterdam-Noord klaagde. Maar steeds tevergeefs. Er werd lang gediscussieerd over de plek van de tunnel. In de jaren 30 werden er plannen gemaakt voor een oeververbinding, maar deze kwam lange tijd niet van de grond. Men wilde de oeververbinding eerst ter hoogte van het centrum laten uitmonden. Maar uiteindelijk bleek dat het wegennet in het centrum van Amsterdam hiervoor niet geschikt was waarna een oostelijke route werd gekozen. Vanaf 1935 nam de gemeenteraad het ene na het andere voorstel aan voor de toekomstige IJtunnel. In de plannen was er sprake van een tunnel voor auto’s, fietsers en voetgangers.Een tunnel voor al dit verkeer heeft genoeg capaciteit nodig. Daarom is er wat het verkeer betreft gedacht aan een vierbaans tunnel. Bij deze vierbaans doorgang dienen, ook de in- en uitgang de fietser en voetgangersdoorgangen gescheiden te blijven. De doorgangen van de fietsers en voetgangers kunnen naast de auto-tunnelbanen worden aangebouwd of apart worden aangelegd. Maar in de uiteindelijke ontwerpen uit 1953 was er alleen plek voor auto’s. Een nieuwe oplossing voor een plek voor de voetgangers en Oorspronkelijk plan voor de indeling van de IJtunnel Fietsers is er nooit meer gekomen.
Het plan van de IJtunnel was in 1955 zo ver gevorderd dat kon worden begonnen met de uitvoering van de voorbereidende werken. Toch zou het nog enige tijd duren voordat de uiteindelijke vorm van de tunnel zichtbaar zou zijn. Kort voor de aanbesteding van de tunnel in 1957 werd op last van de regering het werk stopgezet vanwege financiële tekorten bij de rijksoverheid. Dit kwam mede door de bouw van de Coentunnel die in dezelfde tijd gebouwd werd, het rijk had weinig zin om de IJtunnel mede te financieren. Er was toen voor al bijna 20 miljoen gulden aan de tunnel gebouwd. De toenmalige burgemeester Van Hall deed er alles aan om de bouw weer vlot te straten. In 1961 mochten de tunnelbouwers weer aan de slag. Van deze gedwongen stilligging werd handig gebruik gemaakt om enkele bij de aanbesteding ontvangen aanbiedingen nader te bestuderen. Aan de hand hiervan werd het oorspronkelijk technische plan enigszins omgewerkt. Bouw van de IJtunnel in 1967 Tegelijkertijd werden ook nog de plannen van een 2e tunnel, de ‘Coentunnel’, uitgewerkt. Toen uiteindelijk na een moeizame strijd over de vraag welke tunnel eerst gebouwd moest worden de knoop was doorgehakt, bleek, dat het begin van de bouw van de Coentunnel en de hervatting van het werk aan de IJtunnel nagenoeg konden samenvallen. Met als gevolg dat er in Amsterdam als enige grote stad ter wereld op dat moment twee grote en kostbare verkeerstunnels in uitvoering zijn op betrekkelijk korte afstand van elkaar.
IJtunnel af in 1971
21
Bij verschillende tunnelplannen is er sprake geweest dat de tunnel alleen gebouw kon worden ten koste van belangrijke verminkingen van het land of de stad, in Amsterdam is er juist naar gestreefd de stad met zijn vele mooie en belangrijke grachten, water en scheepvaart te sparen. Toch zijn ze deze plannen niet helemaal na gekomen, metde demping van het Oosterdok is er namelijk een gedeelte van het water verloren gegaan. Ook is er een deel van de foeliedwarsstraat (de voor ons betreffende wijk) ten koste gegaan aan de sloop voor de autoweg naar de tunnel toe. Uiteindelijk hebben ze de plannen toch door gevoerd omdat er naast de IJtunnel nog een voordeel ontstond. Door deze maatregelen kwam het monumentale Oosterdokplein en de mooie gevels aan de Prins Hendrikkade naast het scheepvaarthuis tot volle glorie en was het veel beter te bewonderen.
Gesloopte deel van de Foeliestraat voor de aanleg van de IJtunnel
Koningin Juliana opende de IJtunnel op 30 Oktober 1968. Alles bij elkaar heeft de bouw van de IJtunnel acht jaar geduurd. Niet alleen Amsterdam, niet alleen de Zaanstreek en niet alleen Noord-Holland zullen van deze nieuwe verkeersverbinding profiteren maar het heeft in belangrijke mate bijgedragen tot een betere verbinding tussen het westen van het land en het Noorden en in een nog groter verband ook het internationale verkeer.
Bronnen:
- Boek – Plan voor de aanleg van een IJtunnel – T.C. Groot - Boek – 25 years of the IJ tunnel – - Boek – 2 tunnels: IJtunnel, Coentunnel – Ko Kwinkelenberg - Site - http://www.amsterdam.nl/parkeren-verkeer/verkeersprojecten/ijtunnel/tunnel-ij/
22
Eigenaren en huisnummers - Joost Couwenberg
23
Eigenaren Foeliedwarsstraat 42 van voor 1733
De eigenaren van voor 1733 worden gezocht via de verpondingskohieren 1647-1733. Er moet hier gezocht worden via de Kemeldwarsstraat(oude naam voor Foeliedwarsstraat), waarna het inventarisnummer opgezocht kan worden in het boek van J. Brandenburg. Op de onderstaande foto zijn de inventarisnummers te vinden
Huiseigenaren van de Foeliedwarsstraat tussen 1733 en 1805
Met de informatie die ik heb opgedaan in het vorige huisnummeronderzoek ga ik nu verder met het onderzoeken van de eigenaren van voor 1805. Ik heb bij dit onderzoek voor 1805 gekozen omdat na deze tijd de informatie werd overgedragen aan het kadaster en dit dus op een andere manier moet worden opgezocht. In de verpondingsregisters van 1805 tot 1735 dient er gezocht te worden met het gevonden wijknummer (16) en het verpondingsnummer (117) in de kohier nummeregister van 1805. Vervolgens kan er met de microfiches in de kast worden gekeken wie de eigenaren waren. Dit onderzoek gaat op chronologische volgorde omdat het zo duidelijker is hoe het verloop van eigenaren ging. Bij de eerste eigenaar vanaf 1735 (hieronder) zal ik gelijk bij vertellen hoe er naar de foto’s gekeken dient te worden.
Renvooi
Rode pijl: Blauwe pijl: Gele pijl: Witte pijl:
Huisnummer voor 1805 De eigenaren van de betreffende woningen en de momenten van de betalingen. Het bedrag wat betaal doent te worden De betreffende woning(foeliedwarsstraat 117)
1735-1739
Als er dan in de in de verpondingskohieren van voor 1733 wordt gekeken treed er een probleem op: er wordt nog niet gewerkt met verpondingsnummers en dus staan de namen per straat willekeurig in het boek gezet. De eigenaren van een bepaald pand zijn dus niet meer met zekerheid te vinden. Er kan bijvoorbeeld wel op naam of op aankoopbedrag worden gezocht maar dit geeft niet de benodigde betrouwbaarheid.
Van 1735-1739 was ‘Cornelis Melkert in de 6e gang’ de eigenaar van op dat moment de Foeliedwarsstraat 117. Er valt hier ook te zien hoeveel Cornelis Melkert elk jaar moest betalen aan de gemeente om het pand in bezit te hebben. Er moet hier naar het oude guldenstelsel gekeken worden( van voor 1816). Er is hier waarschijnlijk per jaar 7 gulden en 24 10 stuivers betaald.
1740-1745
Hier is het pand van eigenaar verwisselt. waar hiervoor de eigenaar Cornelis Melkert was, zijn nu de eigenaren Jacob Coster en Jacob Melker. Het is in mogelijkheid dat ‘Melker’ en ‘Melkert’ dezelfde achternaam is en dus mogelijk familie. Er is geen bewijs voor deze aanname.
1746-1751
Op deze afbeelding is te zien dat in 1746 de eigenaren Jacob Coster en Jacob Melker veranderen in Jan Bakker. Van deze overname heb ik de transportakte gevonden.
Hierin valt te lezen dat Het huis en het erf op 6 april 1737 zijn overgedragen erfgename van Engeltje Willem’s Koek, Herman Maas. Dit was haar kleinzoon. Deze naam komt niet overeen met de eigenaren van voor 1746. Dit wijst er waarschijnlijk op dat Herman Maas het pand heeft laten beheren door Jacob Coster en Jacob Melker, omdat hij nog minderjarig was. Jacob Coster of Jacob Melker was waarschijnlijk zijn voogd. Op 8 december 1746 kocht Jan Bakker het pand aan de foeliedwarsstraat, gelegen op Rapenburgh. Dit gebeurde onder toezicht van de notaris Erven Jan Pieterse Mastenmaker en zijn zus Adriaantje Bakker als getuige. Dit document is geschreven als bewijs van de overdracht en heeft dus juridische waarde.
25
1752-1757 Jan Bakker
1770-1773 Jan Bakker
1758-1763 Jan Bakker
In de 21 jaar die erop volgen blijft de Foeliedwarsstraat 42 dus in het bezit van Jan Bakker. Het bedrag wat hij voor het pand betaald blijft ook telkens het zelfde.
1782-1785 Susanna na de Voor
1764-1769 Jan Bakker De gegevens van 1774 tot 1781 ontbreken. Maar wat duidelijk wordt op deze afbeelding is dat ook in deze jaren het pand in bezit bleef van Jan Bakker. Hij heeft het dus in totaal 29 jaar in bezit gehad. Hierna werd Susanna na de Voor de eigenaresse. Van dit overdracht heb ik geen transportakte gevonden.
26
1786-1789 Susanna na de Voor naar Jeck Amer
1798-1801 Jeck Amer naar J.W. Heinsche
Al binnen 3 jaar gaat het pand alweer naar de volgende eigenaar. Naar Jeck Amer. Het bedrag wat er betaald moet worden blijft nog het zelfde. Dit kan erop wijzen dat er bijvoorbeeld geen verbouwingen zijn geweest in deze tijd.
Na Jeck Amer wordt J.W. Heinsche de eigenaar. 1802-1805 J.W. Heinsche
1796-1801 susanna na de Voor naar Jeck Amer
Hij blijft de eigenaar tot minimaal 1805, het moment dat de documentatie door middel van het kadaster begon.
Ook in het verpondingsregister van 1796 wordt er nog vermelding gedaan van de overdracht aan Jeck Amer. Dit heeft de schrijver van dit boek waarschijnlijk overgenomen van het vorige boek.
Nadat de gemeente dit voor 1805 altijd zelf mocht bijhouden, gaat er vanaf er een landelijke wetgeving in. Hierbij moest nog steeds vermeld worden wie de eigenaar is en hoeveel de belasting voor het pand is. Er zijn een aantal opties hoe ik te weten zou kunnen komen wie de eigenaren waren: • Via openbare registers, dit is niet mogelijk omdat er hier op naam van de koper gezocht dient te worden. Dit is juist de informatie die ik hoop te verkrijgen. • Via Notariële akten, deze zijn nog niet gearchiveerd. • En in het Kadaster. Dit is alleen tegen betaling te verkrijgen. Ik loop hier dus vast.
Bronnen:
- Archief - Huizenhandleing_2007.pdf van het stadsarchief Amsterdam - Boek - De kohieren(boeken) van de benoemde datums
27
Huisnummeronderzoek
Ik heb onderzoek gedaan naar de huisnummerverandering van de huidige foeliedwarsstraat 42. Dit heb ik gedaan door in het stadsarchief onder andere in de huisnummerboeken het pand in chronologische volgorde op te zoeken(van nieuw naar oud). Deze gegevens heb ik samen met Tim en Michiel met kadasterkaarten vergeleken. Hieruit hebben wij een aantal conclusies kunnen trekken. Hiermee kan er informatie over bewoners en bezitters van het pand gevonden worden. Op deze afbeelding valt op dat de huisnummering erg overeenkomt met de huidige situatie. Namelijk Foeliedwarsstraat 42 en Foeliedwarsstraat 50 en 52, die al eenzelfde kadasternummer hebben. Hieruit kunnen geen conclusies getrokken worden. Wel kan er met het kadasternummer van Foeliedwarsstraat 42 (1574) gekeken worden
Huisnummer 354 in Buurt U, nummerregister van 1875
Huidig 42, gevonden in het nummerregister van 1949
Huisnummer 42 in buurt U, in het nummerregister van 1901
In het onderzoek van Tim en Michiel is er geconcludeerd dat tussen 1909 en 1911 Het oude pand gesloopt is en het huidige is opgebouwd. Deze informatie komt voort uit het pandjes archief waar vergunningen voor de herbouw van Foeliedwarsstraat 42 gevonden zijn. Met de tekeningen die gevonden zijn komt deze conclusie niet overeen. Deze tekeningen geven aan dat 44 bij 50 en 52 getrokken is. Dit perceel is dus groter geworden.Deze laatste conclusie komt overeen met wat de perceel-
Op deze afbeelding is te zien dat in 1875, huisnummer 354, nummer 42 is geworden. Er wordt dus met 354 verder gezocht. Wat ook opvalt is dat de woning in buurt U ligt, aan de Reizende Mansgang. Deze informatie heb ik vergeleken meet het onderzoek van Michiel en Tim. Hieruit blijkt 354 inderdaad op plaats van de huidige 42 staat. Er kan dus met 354 verder gezocht worden. Ook is er gekeken naar gangen. Tim en Michiel kwamen tot de conclusie dat de ons pand niet aan de Reizende Mansgang lag, maar aan de Nootenboomgang. Dit is opgemerkt op verschillende kadasterkaarten. Het meest waarschijnlijk is dus dat dit een fout is in dit huisnummerboek. Het pand zou 2 regeltjes naar onder moeten staan.
28
Hier is te zien dat in 1805 huisnummer 146, met kleinnummer 19, nummer 354 is geworden. Op de kaarten klopt dit met de positie van onze huidige 42. Er wordt dus verder gezocht met kleinnummer 19. D In dit boek staat ons pand weer bij de Reizende Mansgang. Wat er op duidt dat in het boek van 1875 deze fout gewoon is overgenomen.
Kleinnummer 19 in buurt U, nummerregister van 1853
Verpondingsregister 1647-1733
Op deze Afbeelding is te zien dat in 1805 huisnummer 117, kleinnummer 19 is geworden. Voor meer informatie dient er dus op een andere manier verder gezocht te worden. Ik heb verder gezocht in de dia’s. Hiervoor had ik nodig van deze afbeelding: het nummer van de wijk (16) en het huisnummer (117). Met deze informatie kan er naar eigenaren van het pand gezocht worden. Elke drie jaar werd er een nieuw boek geproduceerd en zo kan er dus voor een langere tijd terug worden gekeken wie de eigenaren waren. Waarna er vervolgens informatie over de eigenaren gezocht worden. Hiermee ga ik verder in mijn volgende onderzoek. Dit is het eerste huisnummerboek geproduceerd. Voor deze uitgave dient kan er verder worden gezocht in het verpondingsregister van 1647-1733 van J. Brandenburg. Nummer 117 in wijk 16, nummerregister Kohier van 1805
Hierin is te zien dat de Foeliedwarsstraat dus voor 1733(wanneer precies heb ik niet terug gevonden) de Kemeldwarsstraat heette. Verder heb ik deze straatnaam nergens meer teruggevonden.
Bronnen:
- Archief - Huizenhandleing_2007.pdf van het stadsarchief Amsterdam - Boek - De verpondinskohieren van de benoemde data - Boek - Topografische index van de verpondingsregisters 1647-1733
29
Namenregister - Josephine van Buuren
30
Werkwijze
De namen van de bewoners van het pand waren te vinden op de site van het stadsarchief Amsterdam. Van de periode tussen 1851 tot en met 1853 en de periode van 1874 tot en met 1893 zijn er gegevens te vinden over de bewoners.
Bewoners
In de periode van 1851 tot en met 1853 zijn over de meeste bewoners de geboortedatums, beroep, namen, echtelijke staat en religie bekend. De meerderheid bij de bewoners is Nederlands-Hervormd.
Conclusie
Er is geen concrete conclusie te trekken uit de gegevens van deze bewoners.
Namenregister 1851 - 1853
07-09-1840 (v.d.) Berg, Dorothea ongehuwd, Nederlands-Hervormd 01-09-1839 (v.d.) Berg, Hendrika ongehuwd, Nederlands-Hervormd 03-02-1848 (v.d.) Berg, Jan Cornelis ongehuwd, Nederlands-Hervormd 11-03-1824 (v.d.) Berg, Nicolaas gehuwd, Nederlands-Hervormd Beroep: Schippersknecht 18-03-1843 (v.d.) Berg, Nicolaas ongehuwd, Nederlands-Hervormd 1849 Dorstein, Jaantje ongehuwd, Rooms-Katholiek 02-05-1812 Esman, Jakob gehuwd, Nederlands-Hervormd Beroep: metselaar 15-09-1808 Esman, Jan Sijbrand weduwnaar, Nederlands-Hervormd Beroep: sjouwer 25-04-1842 Esman, Johanna Petronella ongehuwd, Nederlands-Hervormd 21-03-1807 Golsteijn, Gerrit gehuwd, Nederlands-Hervormd Beroep: sjouwer 02-12-1838 Golsteijn, Gerrit ongehuwd, Nederlands-Hervormd 05-04-1845 Golsteijn, Johannes ongehuwd, Nederlands-Hervormd 03-12-1848 Golsteijn, Maria ongehuwd, Nederlands-Hervormd 28-02-1841 Golsteijn, Willem ongehuwd, Nederlands-Hervormd 1789 (van) Gorkum, Cornelia Geertruida gehuwd, Nederlands-Hervormd 02-10-1850 Huizer, Georg Paulus J. ongehuwd, Nederlands-Hervormd 19-07-1849 Huizer, Hendrika Johanna W. ongehuwd, Nederlands-Hervormd 16-05-1811 Huizer, Johanna weduwe, Evangelisch-Luthers 18-09-1836 Jansen, Gerrit ongehuwd, Nederlands-Hervormd 01-09-1832 Jansen, Ida ongehuwd, Nederlands-Hervormd 06-05-1840 Jansen, Jan Abraham 08-01-1804 Jansen, Jan Gerrit gehuwd, Nederlands-Hervormd Beroep: scheepstimmerman 16-06-1834 Jansen, Jannetje ongehuwd, Nederlands-Hervormd
22-11-1830 Jansen, Susanna Catharina ongehuwd, Nederlands-Hervormd 20-03-1809 Kroesen, Anna gehuwd, Nederlands-Hervormd 25-07-1822 Lingenouw, Petronella 25-12-1851 Maurits, Adriana Petronella ongehuwd, Nederlands-Hervormd 18-06-1818 Maurits, Cornelis gehuwd, Nederlands-Hervormd Beroep: sjouwerman 08-10-1836 Meijer, Maria Johanna ongehuwd, Nederlands-Hervormd 13-11-1851 Molenaar, Bartel ongehuwd, Nederlands-Hervormd Datum overlijden: 1852-11 23-01-1820 Molenaar, Vrouwtje ongehuwd, Rooms-Katholiek Beroep: dienstbode 25-03-1799 Neer, Susanna Catharina gehuwd, Nederlands-Hervormd 01-10-1842 Palfenier, Andries ongehuwd, Nederlands-Hervormd 06-04-1836 Palfenier, Jannetje Christina ongehuwd, Nederlands-Hervormd 23-04-1824 Panchaud, Georg Willem H. ongehuwd, Nederlands-Hervormd Beroep: bekleder 12-11-1823 Petzlar, Marijke gehuwd, Hersteld Evangelisch-Luthers 10-10-1804 Reineke, Catarina ongehuwd, Nederlands-Hervormd 16-08-1801 Reineke, Johanna gehuwd, Nederlands-Hervormd 1800 Schellenberg, Dirk gehuwd, Nederlands-Hervormd Beroep: sjouwer 06-09-1809 Scherpenzeel, Anna ongehuwd, Nederlands-Hervormd 01-05-1851 Scherpenzeel, Johannes ongehuwd, Nederlands-Hervormd Datum overlijden: 1852-08 04-09-1774 Seur, Cornelia gehuwd, Nederlands-Hervormd 21-04-1804 (van) Straten, Elisabeth gehuwd, Nederlands-Hervormd 02-04-1816 Teri, Bart gehuwd, Rooms-Katholiek beroep: kleermaker 16-04-1806 Verburg, Willem gehuwd, Nederlands-Hervormd Beroep: melkslijter 27-11-1818 Vervoorn, Cornelia Maria gehuwd, Rooms-Katholiek
Bewoners
In de periode van 1874 tot en met 1893 zijn over de meeste bewoners de geboortedatums, namen en waar ze in het huis leefde bekend. Bij sommige bewoners is er ook een beroep of datum van overlijden bekend.
Conclusie
Wat opmerkelijk is aan de gegevens is dat er grote gezinnen met zijn alle op dezelfde kamer verbleven. Verder zijn er geen namen bij die opvallen of van grote betekenis waren voor deze tijd. Ik heb ook geen joodse stambomen of informatie over joodse families kunnen vinden.
31
Namenregister 1874 – 1893
06-03-1861 (van) Aggele, Antonie 3 hoog achterkamer 23-02-1823 (van) Aggele, Arend 3 hoog achterkamer 16-04-1869 (van) Aggele, Gerrit 3 hoog achterkamer 08-12-1828 (van) Aggele, Hasie 3 hoog achterkamer 03-10-1852 (van) AggeleHasie 2 hoog achterkamer 29-11-1878 (van) Aggele, Joha Catharina 2 hoog achterkamer 10-12-1831 (van) Aggelen, Gerritje 09-12-1862 Albek, Frederik Barend 3 hoog voorkamer 02-10-1858 Albek, Jacob Hendrik 3 hoog voorkamer 23-06-1877 Altink, Alida Elisabeth huis 05-07-1875 Altink, Gerrit Jan huis 20-08-1829 Altink, Jan Dirk huis 19-10-1839 Amersteel, Wilhelmina 20-08-1826 Arnoldi, Gesina Catharina 01-05-1822 Baak, Volkert 2 hoog voorkamer 09-07-1885 Baureijs, Johan Machiel 11-09-1852 Baureijs, Machiel Stephaan 06-11-1882 Baureijs, Nicholaas Johannes 08-11-1886 Baureijs, Theresia Sophia 26-02-1853 Becker, Anna Aurelia 3 hoog voorkamer 19-08-1879 Becker, Taandel 3 hoog voorkamer 09-10-1885 (van) Beeren, Elisabeth Henrica 2 hoog achterkamer 02-11-1887 (van) Beeren, Geertruida 2 hoog achterkamer 26-03-1852 (van) Beeren, Henrica Elisabeth 2 hoog achterkamer 24-07-1854 Bengtsson, Christina Cornelia 3 hoog achterkamer 13-05-1878 Bode, Anna Reiniera 3 hoog achterkamer 06-05-1843 Bode, Willem 3 hoog achterkamer 10-05-1861 Boelens, Jan Hendriks huis 04-05-1865 Borgman, Alida Annegina 18-04-1831 Borgman, Otto 22-03-1868 Borgman, Rente 02-01-1854 (v den) Bosch, Johannes 3 hoog achterkamer 10-04-1882 (v den) Bosch, Jurrien 3 hoog achterkamer 06-05-1850 (van) Braak, Maria Anna 24-08-1856 (du) Breuil, Johanna Maria 3 hoog voorkamer 16-09-1819 Bronjaard, Johanna Maria 11-05-1833 Brouwer, Albertien 2 hoog achterkamer 14-06-1865 Bruckman, Theodorus 21-03-1886 Brugman, Josephus Wilhs 3 hoog achterkamer 06-04-1887 Brugman, Maria Cornelia 3 hoog achterkamer 30-04-1884 Brugman, Naatje 3 hoog achterkamer 14-11-1850 Brugman Pieter 3 hoog achterkamer
07-08-1882 Brugman, Pieter 3 hoog achterkamer 08-09-1858 (de) Bruin, Frederik 09-12-1855 Buijtenhuis, Jannetje 06-12-1883 Buijtenhuis, Johannes 05-12-1835 Bijl, Elisabeth Johanna 2 hoog voorkamer 10-10-1864 Camman, Margje 3 hoog voorkamer 22-09-1835 Damm, Gottfried 25-10-1855 Deenhart, Alida Elisabeth 3 hoog voorkamer 31-05-1854 Deerenberg, Anna Hendrika huis 12-01-1860 Dolman, Gijsberta 16-10-1877 Dolman, Marianne GerardinaFrederika 07-02-1858 Dolman, Neeltje Maria 17-09-1861 Dolman, Sophia 26-09-1864 Dolman, Teunis Leendert 10-07-1796 Dolman, Willem 09-01-1826 Dolman, Willem Dirksen 24-12-1862 Dolman, Willem Teunis 19-05-1850 Donker, Maria 02-08-1878 Donker, Pieter Marinus Albertus 21-05-1833 Ekens, Jan huis 13-12-1870 Ekens, Kaatje huis 09-08-1868 Ekens, Margaretha huis 26-05-1880 Glebbeek, Hendrik 2 hoog voorkamer 31-07-1843 Glebbeek, Johannes 2 hoog voorkamer 27-04-1887 Glebbeek, Johannes 2 hoog voorkamer 29-12-1881 Glebbeek, Wilha Hendrika Joha 2 hoog voorkamer 19-02-1860 (van) Gorkum, Antonetta huis Wilhelmina Christina 08-10-1881 (van) Gorkum, Pieter Leonardus huis 29-02-1852 Greven, Jan 04-04-1853 Gijzen, Cornelia Geertruida huis 29-09-1842 Hagedooren, Catharina Elisabeth 29-02-1844 Hagedoorn, Johanna Margaretha 03-03-1847 Hanenberg, Cornelia Maria Levina 25-03-1887 Harbering, Anna Catharina 3 hoog voorkamer 30-04-1882 Harbering, Antje Jacoba 3 hoog voorkamer 05-08-1875 Harbering, Bart Johan Coenraad 3 hoog voorkamer 18-12-1879 Harbering, Maria Catharina 3 hoog voorkamer Johanna 10-09-1853 Harbering, Pieter Matteus 3 hoog voorkamer Hendrik 01-09-1884 Harbering, Willem Coenraad 3 hoog voorkamer Gerardus
32
23-01-1979 Hen, Catharina 02-08-1832 (van) Herfden, Catharina 2 hoog voorkamer Hendrica 28-12-1854 Heijselaar, Mattheus 12-07-1852 Heijselaar, Wilhelmina 15-02-1834 Hoofd, Jan Pieter 03-03-1873 Hooft, Dirk Matthijs 08-09-1880 Hooft, Geertje 07-03-1875 Hooft, Jacob 30-12-1882 Hooft, Jacobus 24-01-1877 Hooft, Marianna Jacoba 31-10-1831 Hubeek, Wilhelmina Hendrika 05-05-1863 (van der) Hust, Catharina Elisabeth 09-10-1861 (van der) Hust, Cornelius huis Christiaan Petrus 15-08-1853 (van der) Hust, Cornelia huis Gesina Maria 23-07-1831 Hutter, Engeltje huis 12-05-1881 (van) Iterson, Eva Louise 2 hoog voorkamer 19-06-1852 (van) Iterson, Gerard Hubert 2 hoog voorkamer 12-01-1879 (van) Iterson, Gerardus 2 hoog voorkamer 26-08-1884 Karemaker, Dirk 17-02-1886 Karemaker, Herman 04-01-1860 Karemaker, Jan 19-03-1887 Karemaker, Leentje 28-04-1848 Ketting, Hendrik 3 hoog achterkamer 24-01-1879 Ketting, Hendrik 3 hoog achterkamer 05-04-1872 Ketting, Joha Catharina 3 hoog achterkamer 29-07-1869 Ketting, Johanna 3 hoog achterkamer 26-08-1877 Ketting, Maria Wilhelmina 3 hoog achterkamer 07-12-1870 Ketting, Petrus Johannes 3 hoog achterkamer 04-02-1849 Kieffer, Fokje Bartha 18-08-1855 Knol, Geurt 3 hoog voorkamer 13-05-1882 Knol, Jacobus Johannes 3 hoog voorkamer 12-11-1884 Knol, Matthijs 3 hoog voorkamer 12-06-1800 (de) Knijp, Willem 23-05-1868 Kolman, Jacoba 2 hoog achterkamer 30-04-1878 Kolman, Johanna 2 hoog achterkamer 12-08-1865 Kolman, Johannes 2 hoog achterkamer 02-02-1836 Kolman, Klaas 2 hoog achterkamer 03-10-1866 Kolman, Sophia Frederika 2 hoog achterkamer 22-03-1873 Kolman, Theodora 2 hoog achterkamer 18-10-1866 Kooistra, Eelke 3 hoog achterkamer
20-12-1872 Kooistra, Oentje 3 hoog achterkamer 09-02-1860 Koostra, Trijntje 22-09-1863 Kraaijenhof, Wouter 3 hoog voorkamer 08-02-1873 Kroon, Elisabeth Johanna 2 hoog voorkamer 01-12-1856 Kroon, Johannes 2 hoog voorkamer 03-09-1831 Kroon, Lambertus Coenradus 2 hoog voorkamer 13-10-1862 Kroon, Lambertus Coenradus 2 hoog voorkamer 14-06-1844 (van der) Kwast, Tijmen 19-10-1833 (van der) Laan, Aaltje 2 hoog achterkamer 17-05-1889 (van) Laarhoven, Alida Wilhelmina 27-08-1857 (van) Laarhoven, Gerardina 3 hoog voorkamer 29-12-1886 (van) Laarhoven, Godefridus 25-02-1863 (van) Laarhoven, Willebrordus 30-07-1891 Leben Albertus 3 hoog voorkamer 05-10-1888 Leben, Coletta Catharina 3 hoog voorkamer Geertruida 12-08-1890 Leben, Maria Ida 3 hoog voorkamer 03-07-1865 Leben, Wilhelmus 3 hoog voorkamer 29-09-1837 Logger, Johanna 18-01-1837 Lohman, Susanna Catha Maria 26-01-1837 Lohuis, Aaltje 2 hoog voorkamer 27-06-1868 (de) Loor, Helena Catharina 02-05-1857 Lumle, Louisa Fernandina 2 hoog voorkamer Augustina 20-04-1872 Masee, Willemke 27-02-1841 Maternum, Anna 05-05-1843 (de) Meester, Cornelia Suzanna 3 hoog achterkamer 05-01-1860 Mentz, Sophia Geertr a Elisth 3 hoog voorkamer 28-08-1852 Meij, Cornelis 04-12-1882 Meij, Johanna 18-12-1832 Mikkers, Johannes Christiaan 2 hoog voorkamer 15-05-1837 Misdom, Jacobus Johannes 08-05-1870 Misdom, Josephus 05-02-1874 Misdom, Maria Catharina 06-02-1876 Misdom, Sara Margaretha 03-04-1868 Misdom, Theodorus Christiaan 18-12-1844 Mulder, Adrianus Johannes 14-01-1834 Mulder, Anna Johanna 04-10-1874 Mulder, Johannes Cornelis Adrianus 15-10-1882 Mulder, Marinus Johannes 29-09-1845 (de) Munnik, Pieter 14-01-1854 (van) Nattem, Roelof 2 hoog voorkamer 22-01-1887 Netto, Jacoba Johanna Maria 3 hoog achterkamer
33
03-09-1854 Nietfeld, Johannes Theodorus 28-04-1841 Noorderwerf, Oetske 23-06-1844 Nijp, Sijke Christoffels 22-04-1877 Offergeld, Anna Adriana Johanna 21-11-1880 Offergeld, Cornelia Christina Petronella 05-05-1872 Offergeld, Franciscus Berns 05-06-1870 Offergeld, Maria Elisabeth 02-11-1843 Offergeld, Maria Francisca 23-06-1856 (van) Oosterom, Johanna 04-04-1857 Ooijkaas, Adriana Catharina Jansina 17-03-1854 Ooijkaas, Anna Magaretha Pietje 22-02-1837 Oppenhuis, Doede 19-04-1867 Oppenhuis, Douwe 31-08-1878 Oppenhuis, Gerrit 19-12-1869 Oppenhuis, Hermina 22-05-1873 Oppenhuis, Johanna 24-04-1876 Oppenhuis, Trijntje 16-04-1872 Oprust, Joha Sophia Elisabethhuis Francisca 17-10-1844 (de) Pagter, Pieter Albertus Marinus 02-10-1848 Peza, Rebecca 05-10-1861 Pietersen, Aaltje 2 hoog voorkamer 19-09-1832 Pietersen, Maria 10-11-1845 Porsius, Aaltje 21-03-1840 Prater, Franciscus Johannes Bernardus 29-12-1847 Raademaker, Joha Christina 3 hoog achterkamer 15-06-1798 Reijdaus, Maria 04-02-1849 Rieffer, Fokje Naatje 3 hoog achterkamer 09-08-1834 Rison, Bartha 07-11-1838 Rosmulder, Jacoba 2 hoog achterkamer 20-12-1842 (van) Rijsen, Johanna Clasina 3 hoog achterkamer Elisabeth 02-11-1862 Schoondergang, Maria 30-11-1890 Schrik, Alida Luttegina 06-04-1859 Schrik, Carel Frederik 06-07-1882 Schroeder, Wilhelm Frederik 27-01-1864 Schroeder, Wilhelmina 27-12-1857 Singels, Cornelis Henricus huis 09-01-1870 Slot, Cornelis 16-10-1874 Slot, Grietje 25-01-1886 Sondaar, Albertus Cornelis huis 29-01-1876 Sondaar, Cornelia Gesina huis Maria
10-06-1884 Sondaar, Cornelis Francs huis Hendrics 19-02-1883 Sondaar, Dorothea Johanna huis 01-01-1882 Sondaar, Gesina Catharina huis 06-09-1854 Sondaar, Jacob huis 22-08-1879 Sondaar, Jacob Albertus huis 23-02-1887 Sondaar, Johs Francs Albs huis 07-12-1887 Sprangers, Alida 31-01-1886 Sprangers, Anna Margaretha Pietje 26-04-1878 Sprangers, Johannes 29-10-1854 Sprangers, Johannes Josephus 31-01-1883 Sprangers, Wilhelmus Adrianus 30-04-1844 Sprong, Christiaan 3 hoog achterkamer 22-05-1838 Spijkman, Anna Apolonia huis 28-05-1830 Stam, Adam 3 hoog voorkamer 04-11-1814 Stamkot, Elisabeth Johanna 3 hoog voorkamer 17-05-1882 Steenmeijer, Adriana Joh a 3 hoog voorkamer Gerardina 17-01-1887 Steenmeijer, Joh a Catharina 3 hoog voorkamer Adriana 05-01-1845 Steenmeijer, Johannes 3 hoog voorkamer 18-03-1824 Steinwietz, Catharina Huberdina 19-11-1887 Sturm, Helena Catharina Johanna 14-11-1889 Sturm, Johanna Maria Cornelia 10-04-1857 Teekelenburg, Christina 07-08-1889 Teekelenburg, Hendrika Johanna 12-11-1870 Teekelenburg, Johanna Christina 17-05-1863 Teekelenburg, Matje 30-05-1888 Teekelenburg, Wilhelmina Hendrina 01-05-1847 Tweitman, Hendrik 23-04-1836 Valkenburg, Johanna Sophia 16-05-1850 Vedder, Hendrika 2 hoog voorkamer 05-01-1861 (van) Veen, Dirk Johannes 22-01-1866 (van) Veen, Dirkje Johanna 09-04-1872 Veldman, Albertje 2 hoog achterkamer 23-10-1861 Veldman, Andries 2 hoog achterkamer 12-03-1866 Veldman, Anna 2 hoog achterkamer 10-05-1875 Veldman, Jan 2 hoog achterkamer 10-04-1838 Veldman, Jan Siemon 2 hoog achterkamer 08-03-1826 Verhagen, Arnoldus huis 16-07-1860 Verhagen, Johannes Arnoldushuis 03-08-1861 Verhagen, Willem Bernardus 22-07-1834 Vermaas, Heiltje 2 hoog voorkamer
34
28-05-1863 Visser, Catharina Geertruida 3 hoog voorkamer 10-07-1825 Voogd, Gerbrigje Los huis 07-12-1875 Vries, Anna Catharina 2 hoog voorkamer Augustina 30-03-1878 Vries, Klaas 2 hoog voorkamer 04-08-1883 Vries, Maria Helena 2 hoog voorkamer 22-10-1886 (de) Vries, Alexander 31-08-1840 (de) Vries, Johan Fredrik 09-12-1888 (de) Vries, Joshua 03-02-1891 (de) Vries, Rachel 13-02-1836 (de) Vries, Samuel 18-10-1884 (de) Vries, Simon 09-12-1844 Werner, Johan Adam 12-01-1878 Werner, Johan Adam 31-01-1876 Werner, Sara Jacoba 17-06-1886 Wiersma, Elsje 13-11-1862 Wiersma, Jan 09-11-1862 Willems, Marritje 10-02-1825 (van) Wijk, Doede 2 achterkamer 15-06-1875 (van) Wijk, Doede 2 hoog achterkamer 31-01-1878 (van) Wijk, Doede 2 hoog achterkamer 07-01-1867 (van) Wijk, Grietje 2 hoog achterkamer 09-06-1863 (van) Wijk, Jacobus 2 hoog achterkamer 21-09-1861 (van) Wijk, Pieter 2 hoog achterkamer 10-04-1844 Zevenhek, Pieter 3 hoog achterkamer 22-12-1870 Zoutberg, Catharina Elisabeth 15-12-1867 Zoutberg, Johannes Gerhardus 25-08-1868 Zwaan, Jan Marcus
Informatie over de eigenaren:
Eigenaren Foeliedwarsstraat 42 1888 – 1949
Werkwijze Voor het onderzoek naar de eigenaren van de Foeliedwarsstraat, ben ik naar het stadsarchief gegaan. Online was er niet veel over te vinden, dus heb ik eerst het buurtnummer op moeten zoeken. Met dit nummer heb ik in het kadaster de kadastrale nummers van de eigenaren kunnen vinden. Met deze informatie heb ik de boeken kunnen aanvragen waar de nummers van de eigenaren in stonden. Met dat nummer heb ik de boeken kunnen vinden waar de eigenaren van de Foeliedwarsstraat in stonden die het huis bezaten in de tijd van 1888 tot 1949.
35
Ontwikkelingen rondom Foeliedwarsstraat 42 en kadastraal onderzoek - Tim Boer, Michiel Baltus
36
Onderzoek
In dit onderzoek hebben we gekeken naar het verloop van het perceel waar het huidige Foeliedwarsstraat 42 pand op staat. We hebben verschillende kadastrale kaarten opgezocht en naast elkaar gelegd. We hebben zo nauwkeurig mogelijk geprobeerd te kijken wat de veranderingen zijn die er in de straat voorkomen. We hebben kaarten gebruik van het stadsarchief. De meeste kaarten zijn gemaakt door dienst der publieke werken Amsterdam. Ook hebben we het bouwjaar kunnen vinden door middel van gegevens van het BAG(Basisregistratie adressen en gegevens).
Onderzoeksresultaten De onderzoeksresultaten zijn opgebouwd door de jaartallen, documentnummers(indien aanwezig) en informatie over de documenten. 1832 (http://hisgis.fa.knaw.nl/) • Eerste Kadaster kaart • Perceelnummer 1842 1854 (B00000030147) • Pand heeft huisnummer 354 gekregen 1862 (B00000030866) • Pand 353 zeer waarschijnlijk gesloopt • De panden 348, 351 en 352 zijn voor het eerst te zien op de kaart • Gangen zijn genummerd • Gang rechts naast 353 heet de Nootenboomgang 1866(B00000030082) • Pand 353 is weer zichtbaar op de kaart en waarschijnlijk weer opgebouwd. • Geen veranderingen te zien aan pand 354 1876 (010043000001_028) • Huisnummering van 1875 overgenomen • Nieuwe huisnummer is 42. • Bomen zijn ingetekend • Boom in de Nootenboomgang is waarschijnlijk een notenboom
1911 (Dienst der publieke werken Amsterdam) • Panden 50, 52 zijn op de plaats van 44, de Nootenboomgang en 50 herbouwd. • Bij het voormalige perceel van 52 is een breder pand gebouwd en 54 genoemd. • Bij pand 56 is de steeg rechts naast het pand betrokken. • Bij pand 62 is de steeg rechts naast het pand betrokken • Waarschijnlijk is de hele straat rechts naast pand 42 herbouwd. 1934 (Dienst der publieke werken Amsterdam) • Binnenplaats verdwenen bij pand 42 • Nader onderzoek blijkt dat in 1929 pand 42 is herbouwd. • Pand 34 heeft de gang links ervan en het pand 30 erbij gekregen. 1942 (Dienst der publieke werken Amsterdam) • Pand 36 is hier niet ingetekend, en dus waarschijnlijk afgebroken • Pand 70 heeft een aanbouw gekregen • Pand 42 is niet veranderd 1946 (Dienst der publieke werken Amsterdam) • Verschillende panden zijn bouwvallig verklaard en afgebroken tussen 1942 en 1946 1952 (Dienst der publieke werken Amsterdam) • De gesloopte panden zijn weer herbouwd. • Geen verandering te zien aan pand 42 1957 (Dienst der publieke werken Amsterdam) • Geen verandering te zien. 1970 (Dienst der publieke werken Amsterdam) • De Ij-tunnel is hier gebouwd. Links van pand 36 zijn alle panden op de Foeliedwarsstraat gesloopt om ruimte te maken. • Aan het pand 42 is niks veranderd. 1985 (Dienst der publieke werken Amsterdam) • Er is geen verandering te zien op de Foeliedwarsstraat.
1892 (010043000002_030) • Te zien zijn nieuwe perceelnummers en huisnummers uit 1875 • Het nieuwe perceel nummer is 1574. • Het huisnummer blijft 42
37
1832
In 1832 is de eerste kadastrale kaart bekend van Amsterdam. Deze kaart is te vinden op http://hisgis.fa.knaw.nl/ . Hierop is te zien dat ons perceelnummer 1842 is. Op dit moment is het pand in het bezit van H. Bekkering. Naast ons perceel ligt perceel 1843. Dit is een smaller en korter perceel dan het perceel 1842.
Gangen
De gang rechts naast het pand 353 heeft het nummer 14. Onderaan de kadastrale kaart zijn de genummerde gangen benaamd. Te zien is dat de gang rechts naast ons pand de Nootenboomgang heet. De gang recht tegenover onze gang (nummer 21) heet de Karregang. Hier is een schilderij van gemaakt. Helaas is er geen schilderij te vinden van de Nootenboomgang
1854 – Dienst der publieke werken Amsterdam
De eerste getekende kadasterkaart die wij hebben gevonden komt uit 1854. Hierop is te zien dat het pand een binnenplaatsje heeft welke aan één kant open is en uitkijkt op een gang. Op deze kaart word de huisnummering uit 1853 gebruikt. Ons pand heeft huisnummer 354 gekregen. Het pand is in vergelijking met de panden rechts er van
1862 – Dienst der publieke werken Amsterdam
In 1862 is op de kadasterkaart te zien dat ons buurpand, huisnummer 353, niet is ingekleurd en nemen we dus aan dat het pand gesloopt is rond het jaar 1862. Wel zijn de perceel contouren nog ingetekend wat kan betekenen dat er alweer nieuwe bouwplannen zijn gemaakt voor dit perceel. Aan het pand 354 is weinig veranderd. Ook nieuw op deze kaartis dat hier de gangen zijn genummerd. De panden 348, 351 en 352 zijn te zien op deze kaart, en dus waarschijnlijk tussen 1854 en 1862 gebouwd.
Kerregang in de Foeliedwarsstraat, Eugène Rensburg, 1910
38
1866 – Dienst der publieke werken Amsterdam In 1866 is het pand op nummer 353 weer ingetekend, wat zou kunnen betekenen dat het pand weer is herbouwd. Ook lijkt het alsof het pand iets breder is gebouwd dan het voorgaande pand. De lengte van het pand lijkt wel hetzelfde te zijn gebleven. Aan ons pand 354 is weinig veranderd op de kadastrale kaart.
1876 – Atlas van Gemeente Amsterdam
Op deze kaart is de huisnummering van 1875 overgenomen. Het huisnummer van het pand word hier nummer 42, wat overeenkomt met het huidige huisnummer. De gangen hebben nog dezelfde namen. Op deze kaart zijn ook de bomen ingetekend als een rondje. Zeer waarschijnlijk is de boom in de Nootenboomgang een oude notenboom, waar de naam van is afgeleid.
1892 – Atlas van Gemeente Amsterdam
Op de kaart gedrukt in 1892 is de huisnummering uit 1875 te zien en de nieuwe kadastrale perceelnummers. Het nieuwe perceel nummer is 1574. Het huisnummer blijft 42. Ook de gangen hebben nog dezelfde naam.
1909 – Dienst der publieke werken Amsterdam
In 1909 is er weinig veranderd. Wel zie je aan de panden 44, 50 en 52 dat er een verlenging van de panden in de planning staat. Aan ons pand 42 is geen verandering te zien.
39
1911 – Dienst der publieke werken Amsterdam
1828
1934 – Dienst der publieke werken Amsterdam
1942 – Dienst der publieke werken Amsterdam
Tussen 1909 en 1911 is er een ingrijpende verandering aangebracht. De panden 50 en 52 zijn verlengt en een perceel naar links verplaatst tegen ons pan 42 aan. De steeg is hierdoor verdwenen. In Oktober 1910 zijn de panden 44, 46 en 48 onbewoonbaar verklaard. Op de plaats van 44, 46 en 48 zijn de panden 50 en 52 gebouwd.De panden 50 en 52 op de Foeliedwarsstraat zijn dus tussen oktober 1910 en 1911 gebouwd.
Tussen 1911 en 1934 is er een uitbreiding geweest in het pand. Op de kaart in 1911 zie je nog een binnenplaatsje. Die is op de kaart van 1934 verdwenen. Verder zijn er geen veranderingen zichtbaar.
Bij het Stadsdeel hebben we bouwtekeningen aangevraagd, en hieruit blijkt dat er in 1928 de balklagen en gevels zijn vervangen. Hierbij is ook het binnenplaatsje geschrapt(zie rapport reconstructie). Ook staat in het BAG(Basisregistratie adressen en gegevens) dat het bouwjaar, van Foeliedwarsstraat 42, 1929 is. De bouwmuren zijn zeer waarschijnlijk blijven staan.
Tussen de kaarten van 1934 en 1942 is er geen verandering te zien aan het pand nummer 42.
40
1946 – Dienst der publieke werken Amsterdam Op deze kaart is te zien dat er verschillende panden zijn afgebroken. De reden hiervoor is dat ze onbewoonbaar zijn verklaard. Pand 42 is blijven staan.
1970 – Dienst der publieke werken Amsterdam
1952 – Dienst der publieke werken Amsterdam
1985 – Dienst der publieke werken Amsterdam
De panden 36, 38 en de andere lege percelen zijn weer herbouwd. Aan pand 42 is geen verandering te zien.
In 1968 is de IJtunnel geopend. Hiervoor zijn veel huizen gesloopt. Aan het pand 42 is geen verandering te zien.
Aan het pand 42 is geen verandering te zien.
41
Tijdlijn kadasterkaarten In deze tijdlijn wordt een korte beschrijving gegeven bij elke kaart waarop we veranderingen hebben gevonden ten opzichte van de oudere kaarten daarvoor. Ook zijn enkele belangrijke gebeurtenissen rondom Foeliedwarsstraat 42 kort beschreven.
Het huisnummer is tussen 1832 en 1854 veranderd. Foeliedwarsstraat 146, kleinnummer 19 is veranderd naar Foeliedwarsstraat 354. In het huisnummerboek van 1853 is het kadastrale nummer nog steeds 1842
Buurt U, 2e, 3e en 4e Afdeling - 1854
1600
Op de kaart van Balthazar uit 1625 is de Foeliedwarsstraat te zien. Op deze kaart heette de straat nog ‘Rapenburgh’, net als de straat daarboven. Het pand waarnaar wij onderzoek doen is het tiende of elfde pand vanaf links geteld.
1700
1800
1850
Dit is de eerste kaart waarop perceelnummers te zien zijn Deze kaart is gemaakt in de periode van 1811 tot 1832. Foeliedwarsstraat. Ian deze periode is het kadastrale nummer 1842 en is het huisnummer 146, kleinnummer 19.
Cat. 25, Plattegrond van Amsterdam, Balthazar - 1625
Minuutplan Sectie H, De Plantagie - 1811 tot 1832
42
In 1866 is er op de kadastrale kaart weer bebouwing te zien op Foeliedwarsstraat 353. Dit betekend dat er een nieuw pand is gebouwd op dit perceel.
Op de buurtatlaskaart van Loman jr. is het nieuwe kadastrale nummer te zien, namenlijk 1574. Het pand naast Foeliedwarsstraat 354 heeft het nummer 1577 gekregen. De nummers 1575 en 1576 waar Foeliedwarsstraat 46 en 48 gevestigd zijn, zijn bereikbaar via de Nootenboomengang. De Nootenboomengang staat met de letter G aangeduid op deze kaart.
Buurt U, 2e, 3e en 4e Afdeling - 1866
1860
Buurt U, 3e Afdeling - 1892
1870
1880
Op de kadastrale kaart van 1862 is het pand naast Foeliedwarsstraat 354 helemaal verdwenen. Dit betekend dat het pand gesloopt is in de periode van 1854 tot 1862. Het kader van het perceel staat nog wel aangegeven. Hieruit kunnen we concluderen dat er wat nieuws mag gebouwd worden op deze grond.
Buurt U, 2e, 3e en 4e Afdeling - 1862
1890
1900
In 1902 is Foeliedwarsstraat 40 verbouwd. De oude situatie die een klokgevel had is verbouwd naar de huidige situatie. Het kadastrale nummer is tussen 1853 en 1892 een keer veranderd. Het kadastrale nummer van het huidige Foeliedwarsstraat 42 is veranderd van 1842 naar 1574.
43
In de periode tussen 1866 en 1909 is er niks bij gebouwd aan het pand. Verder missen er op deze kaart ook een aantal huisnummers. Foeliedwarsstraat 44 bestaat uit de huisnummer 44, 46 en 48
Op de kadastrale kaart van 1926 tot 1934 is de verbouwing van Foeliedwarsstraat 42 te zien die in 1928 heeft plaatsgevonden. Vanaf dit moment is het hele perceel vol gebouwd.
In 1928 word Foeliedwarsstraat 42 verbouwd. Het pand krijgt een nieuwe gevel. Verder wordt het veranderd van een benedenhuis met vijf bovenwoningen naar een benedenhuis met twee bovenwoningen. Ook worden in dit jaar de onderpuien van Kaart v. Amsterdam, buurt H6 - 1909
1910
Kaart v. Amsterdam, buurt H6 - 1926 tot 1934
1920
1930
1940
Op de kadastrale kaart van de periode 1909 tot 1926 zien we dat de Notenbomengang verdwenen is. Uit ons onderzoek naar andere panden in de Foeliedwarsstraat blijkt nummer 44, 46, 48 en 50 in 1910 gesloopt en herbouwd zijn. Het nieuwe pand heeft de nummers 50 en 52 gekregen.
1950
In 1942 worden er veel panden gesloopt. Ook Foeliedwarsstraat 36 en 38 verdwijnen. Dit kan het gevolg zijn van de deportatie van joodse families in WOII. Vele panden in de buurt kwamen hierdoor leeg te staan.
44 Kaart v. Amsterdam, buurt H6 - 1909 tot 1926
Kaart v. Amsterdam, buurt H6 - geannoteerd 1942
Op de kadastrale kaart van 1985 is er in de Foeliedwarsstraat zelf niets veranderd. De enige verandering is dat er aan de Rapenburg bebouwing is gekomen.
Op de kadastrale kaart van 1942 tot 1957 is te zien de de bouw van de IJ-tunnel is begonnen. In de Foeliestraat zijn hiervoor een aantal panden gesloopt. Op Foeliedwarsstraat 36 en 38 zijn tussen 1946 en 1952 nieuwe panden gebouwd.
Kaart v. Amsterdam, buurt H6 - 1942 tot 1957
1960
Kaart v. Amsterdam, buurt H6 - 1985
1970
1980
1990
2000
In 1968 is de bouw van de IJtunnel voltooid. De tunnel wordt in dat jaar op 30 Oktober geopend door Koningin Juliana. Op de kaart hiernaast uit 1970 is de weg te zien vanuit de IJtunnel. Hier lag voorheen de Foeliestraat. Met de bouw van de tunnel is ook een groot stuk van de Foeliedwarsstraat verdwenen.
Kaart v. Amsterdam, buurt H6 - 1970
Huidige Situatie - 2015
45
Documenten en Bouwtekeningen Foeliedwarsstraat 42 - Sjoerd Booij, Jouri de Bruin
Aanvraag Bouwvergunning Datum: 26 juni 1928
Stukken ingekomen op 18 Juni 1928 van J.E. van Ark (de eigenaar van perceel Foeliedwarsstraat 42, kadastraal als sectie: P.No.1574). In de vergunning wordt gevraagd om de bestemming tot een bergplaats en twee bovenwoningen te maken, elk voor één gezin. Verder zijn er twee tekeningen (1 en 2), een materialen staat en een statische berekening gemaakt. Vergunning aangevraagd door: E. van Ark Eigenaar van: Foeliedwarsstraat 42 Wonend in: Nassaukade 87 Vergunning tot het: Verbouwen van Foeliedwarsstraat 42 Tegenwoordige bestemming: Benedenhuis met 5 bovenwoningen Bestemming na voltooiing: Berging en 2 bovenwoningen
Materialenstaat
Op de materialenstaat, is beschreven welke materialen er gebruikt en hergebruikt worden. De fundering van de bestaande woning zal worden gehandhaafd. De begane grondvloer wordt van gewapend beton gemaakt. Balklaag (hout) 1e Verdieping: De overspanning is 3,70 meter,de balken liggen 630mm hart op hart. De balken zijn 80x180mm. Balklaag (hout) 2e Verdieping: De overspanning is wederom 3,70meter, de balken liggen 630mm hart op hart. De balken zijn 80x180mm. Balklaag (hout) Zolderverdieping: De overspanning is 3,70 meter, de balken liggen 650mm hart op hart. De balken zijn 80x180mm. De raveel balken zijn overal 20mm breder. De puibalken en onderslagbalken onder de binnenplaatsmuren zijn aan de binnenzijde bemetseld. De andere ijzeren balken en kolommen zijn bekleed met gewapend beton. Deze zijn daarna afgepleisterd met 3 centimeter dikke specie. De dubbele balken zijn gekoppeld door middel van gietijzeren vulstukken en moerbouten. De kolommen, dragende penanten, gewelven en bogen zullen zijn gemetseld in sterke cementspecie.
De muren zijn uitgevoerd van hardgrauw in basterd mortel. De deuren welke toegang geven tot de voorportalen van de woningen, zouden niet over de gemeenschappelijke trapportalen draaien. Er staat beschreven dat de trede van de trap naar de eerste verdieping aan de onderzijde bekleed zijn met brandvrij materiaal. De overige trappen zijn aan de onderzijde bepleisterd. De dakbedekking van platte daken bestaan uit mastiek met 3 centimeter grind. Uiteindelijk is op 16 Augustus 1928 de vergunning verleend voor het veranderen van het perceel Foeliedwarsstraat 42, met bestemming daarvan tot bergplaats en twee bovenwoningen elke voor één gezin. Hiernaast staan de foto’s van de bouwvergunning.
Berekening van de Herbouwing:
Op de berekening hebben ze het gemiddelde geveloppervlak berekend. Te zien is dat deze berekening niet heel nauwkeurig, maar globaal is uitgevoerd. Ze pakken bijvoorbeeld 4 kozijnen van 1 x 2 meter, terwijl de kozijnen op de 1e verdieping hoger zijn als die op de 2e verdieping. In de berekening wordt de puibalk berekend. Hier staat hoeveel kracht er op de puibalk komt. De totale geveloppervlakte van de gevel wordt als 20,8m² berekend, dit komt overeen met de door ons getekende gevel.
Bij deze afbeelding rechts is te zien dat de heer de Vlugt en J. J. Roovers in 1928 de goedkeuring geven, met betrekking van de algemene politievordering, om de Foeliedwarsstraat 42 om te nummeren. Dit omdat er eerst vijf woningen gevestigd waren in het pand, en na de verbouwing alleen een bergplaats en twee bovenwoningen gerealiseerd werden.
Dit gebeurde ook bij de Foeliedwarsstraat 50 en 52. Dit perceel was voorheen ingenomen door de perceel 44, 46, 48 en 50. Dit was de officiële brief van de gemeente, geschreven en getekend door de heer Röell en Baëga.
48
Hier is te zien hoe de oude situatie was voordat het verbouwd werd in 1928. Wat te zien is, is dat de begane grond bewoond was, met een buitenplaats en een achterhuis. Voor de verbouwing woonden er zoals eerder genoemd 5 gezinnen. Op alle 4 de verdiepingen is een schoorsteen te zien. Dit heeft waarschijnlijk te maken met dat meerdere gezinnen in het pand hebben geleefd.
Rechtsonder op deze afbeelding is de nieuwe situatie te zien zoals deze na 1928 gerealiseerd is. De begane grond is een bergplaats geworden, waarbij alle binnenwanden weg gehaald zijn evenals de buitenplaats. Ook is te zien dat er op de eerste verdieping een deel van het achterhuis gesloopt is. Wat ook een zeer ingrijpend onderdeel van de verbouwing is, is de nieuwe voorgevel. Hier is de oude voorgevel te zien, en de nieuwe die dus in 1928 volledig is vernieuwd. Dit is ook te herleiden uit de voorgaande stukken waar het metselwerk en de (dragende) pui berekend is.Wat nog wel intact bleef waren de bouwmuren, in de bouwkundige opname is dit dan ook terug te zien.
Hier nogmaals duidelijk te zien dat er in de oude situatie een extra verdieping en dak aanwezig was bij het achterhuis, wat na de verbouwing geheel verwijderd is. Alleen op de begane grond is het achterhuis intact gebleven. Dit is dan ook waarschijnlijk de rede waarom het pand bewoond is door 5 gezinnen. Het achterhuis bestond uit 3 bouwlagen: een beganegrond, verdieping en een zolder. Op het achterhuis zat een zadeldak.
Op de nieuwe doorsnede is weergegeven dat de binnenwanden zijn opgevangen door stalen balken. Hier zijn dan ook de berekeningen van gemaakt. Het grootste verschil is dat het achterhuis compleet is verdwenen. Nu is enkel de begane grond nog bebouwd, zoals in de huidige situatie nog steeds is. Op de plattegrond staat dat bij de uitbouw op de begane grond een deel draadglas op het dak ligt. Tegenwoordig is het gehele dak bekleed met bitumineuze dakbedekking.
49
De volledige bouwtekening uit 1928.
Er is te zien dat het gevelbeeld totaal is veranderd. In de oude situatie heeft er een trapgevel gestaan. Dit is veranderd naar een puntgevel waar achter een zadeldak staat. De pui in de oude situatie was bijna twee keer zo hoog als de nieuwe voorgevel. De glasverdeling is in de nieuwe situatie groter geworden. De roedeverdeling in de nieuwe situatie is ook verschillend bij alle ramen.Verder valt het op dat het achterhuis, welke haaks op het pand stond, compleet verdwenen is. Dit pand bestond uit 2 verdiepingen met een zolder. Op het achterhuis zat een zadeldak. De bebouwde oppervlakte van de beganegrond is hetzelfde gebleven als van het oude pand. Ze hebben de beganegrond namelijk over de hele kavel doorgezet. Het enige probleem is het tekort aan daglicht op de beganegrond. Ze hebben aan de achterzijde een kozijn geplaatst, maar door de bebouwing erom heen blijft de beganegrond een donkere ruimte. Een nadeel hiervan is ook dat het pand geen achtertuin meer heeft. De lijnen van de achtergevel verspringen wel. In de dubbele deur in de voorgevel zitten ook geen daglichtvlakken. Hierdoor komt er via de voorgevel geen daglicht binnen op de beganegrond.
Voorgevel
Hieronder is links de ontwerptekening schaal 1:20 van de voorgevel uit 1928 te zien en rechts de voorgevel uit 2015. Naast de ontwerptekening staat een revisietekening. Deze moet getekend zijn nadat het pand gebouwd is. Dit betekend dat alle kozijnen op de eerste, tweede en zolderverdieping compleet anders zijn uitgevoerd. Eerst waren hier schuiframen getekend, terwijl het draairamen zijn geworden. Ook is er een andere roedeverdeling gebruikt. Op de zolder zat eerst een raam in met 4 glasvlakken terwijl er nu een raam met 2 glasvlakken in zit. De Verder is te zien dat de maten van de pui hetzelfde zijn gebleven, maar de dubbele deuren en de voordeur zijn vervangen. Ook is op de oude tekening geen schoorsteen te zien, terwijl deze wel in de plattegronden op alle verdiepingen is getekend.
50
Achtergevel
Kozijnen
In de doorsnede en de geveltekening van 1928 is duidelijk te zien dat er vroeger schuiframen in de kozijnen zijn getekend. Het complete kozijn is in een later stadium toch anders uitgevoerd, dit is te zien doordat de maatvoering van onder andere de negge verschild. Eerst heeft het kozijn aan de buitenzijde van de muur gezeten, terwijl het kozijn nu met de binnenzijde van de muur gelijk loopt. In het nieuwe kozijn zitten naar binnen draaiende ramen. De roedeverdeling van de bovenlichten is ook anders uitgevoerd zoals op de afbeeldingen hierboven te zien. In een revisietekening worden normaal kleine verschillen aangeduid. In dit geval zorgt het voor een ander gevelbeeld.
Doorsnede kozijn 1928
Doorsnede kozijn 2015
De achtergevels van 1928 en 2015 verschillen niet veel van elkaar qua hoofdmaatvoering, echter zijn ook hier andere kozijnen toegepast. Er is geen revisietekening van de achtergevel te vinden, hierdoor weten we niet of de achter gevel wel is uitgevoerd zoals hierboven is getekend. De kozijnen kunnen ook al vervangen zijn, maar aan de staat af te zien is dit nog niet gebeurt. De draairamen waren verdeeld in telkens 3 glasvlakken per raam. Nu zitten er ramen in welke geen roedes hebben. Ook de bovenlichten van de stolpdeuren zijn anders. Eerst is er een vast raam in getekend welke bestond uit 4 glasvlakken, terwijl er nu 2 klepramen in zitten. De afmetingen van de raamkozijnen zijn hetzelfde, behalve het kozijn van de zolderverdieping. In 1928 was er een stolpraam in getekend terwijl er nu een enkel draairaam in zit. Het raam is een stuk smaller uitgevoerd. Waarschijnlijk heeft er nooit een stolpraam in gezeten, doordat we op locatie geen nieuwe gedeelte metselwerk zien in de achter gevel.
Aanzichten van de kozijnen
51
Waardestelling - Alle groepsleden
52
Waardestelling Op basis van de genummerde tabellen hebben we een conclusie kunnen trekken uit de waardenstelling. Door in tekeningen te laten zien welke onderdelen van belang zijn en welke onderdelen minder van belang zijn, is het beter te begrijpen waarom het onderdeel wel of een mindere waarde heeft. Omdat alleen de tekst van een waardestelling vaak onvoldoende informatie geeft om een concreet bouw- en restauratieplan te beoordelen geven we de waarden van de ruimtelijke structuur, de gevels, constructies en indeling met kleur aan op recente (opmeting) plattegronden of schetsen. Desgewenst kan er ook nog met symbolen de waarde van interieurafwerking en de eventuele relaties tussen ruimten aangeven. Per onderdeel is er uitgekomen of het:
Blauw
Hoge monumentwaarden, deze zijn van cruciaal belang voor de structuur en/ of de betekenis van het object of gebied.
Groen
positieve monumentwaarden, deze zijn van belang voor de structuur en/ of de betekenis van het object of gebied.
Geel
Deze zijn van relatief weinig belang voor de structuur en/of de betekenis van het object of gebied. De rapportage van het bouwhistorisch onderzoek bevat tabellen waarop bepaalde onderdelen zijn getoetst op waarde. Verder worden deze gegevens verwerkt in een plattegrond en een doorsnede, zo is het overzichtelijk welke waarde aan de onderdelen toegekend wordt. Ook is er een gezamenlijke conclusie geschreven waar alle waardes worden onderbouwd.
Waardenstelling Foeliedwarsstraat 42
Datum: 24‐03‐2015 Onderdeel: Buurt (Rapenburg) Gemaakt door: Jouri en Sjoerd
nr. Omschrijving Algemene historische waarden (gerelateerd aan maatschappelijke ontwikkelingen) Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) culturele, sociaal‐economische en/of geestelijke 0.1 ontwikkeling(en) Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) geografische, landschappelijke en/of bestuurlijke 0.2 ontwikkeling(en) 0.3 0.4
Cijfer (waarde) 0 1 2 3
4 3 2
Ensemblewaarden (samenhang) en stedenbouwkundige waarden Belang van het object/complex als essentieel onderdeel van een groter geheel dat cultuurhistorisch, 1.1 architectuurhistorisch en stedenbouwkundig van (inter)nationale betekenis is Belang van het object/complex wegens de situering, verbonden met de ontwikkeling/uitbreiding van een streek, 1.2 stad of wijk 1.3 Belang van het object/complex wegens de wijze van verkaveling/inrichting/voorzieningen 1.4 Belang van het object/complex voor het aanzien van een streek, stad of wijk Belang van het object/complex wegens de hoge kwaliteit van de bebouwing en de historisch‐ ruimtelijke relatie met 1.5 groenvoorzieningen, wegen, waterden en/of de bodemgesteldheid
Bouwhistorische waarden 3.1 Belang van het object/complex voor de geschiedenis van de bouwtechniek 3.2 3.3
5
3
Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) technische en/of typologische ontwikkeling(en) Belang van het object/complex wegens innovatieve waarde of pionierskarakter
Architectuurhistorische waarden 2.1 Belang van het object/complex voor de geschiedenis van de architectuur 2.2 Belang van het object/complex voor het oeuvre van een bouwmeester of architect 2.3 Belang van het object/complex wegens de hoogwaardige esthetische kwaliteiten van het ontwerp 2.4 Belang van het object/complex wegens de ornamentiek 2.5 Belang van het object/complex wegens de interieurafwerking (in samenhang met het exterieur)
4
2 4 3
4 4
1 1
2 2 2
3
Belang van het object/complex vanwege de afleesbaarheid van de bouwgeschiedenis (historische gelaagdheid) Belang van het obect/complex wegens het materiaalgebruik
Waarden vanuit de gebruikshistorie (gerelateerd aan het object van onderzoek) Belang vanwege de ordening, samenhang of inrichting van gebouwen of ruimten, passend bij een (historische) 4.1 functie, gebruik of productie in het object/complex 4.2 Belang vanwege een (historische) functie, gebruik of productie in het object/complex Belang van het object/complex als herinnering aan een historische gebeurtenis of prominente 4.3 bewoner/gebruiker/opdrachtgever
4 3
3 4 4
Conclusie De geschiedenis van Rapenburg hebben we in het onderzoek beschreven. In de historie is er in Rapenburg veel gebeurd en veranderd. Dit is terug te zien in de opbouw van Rapenburg sinds eind 16e eeuw. De scheepswerfen en panden ontworpen voor vooral scheepswerf in combinatie met de ontwikkeling van de 2e stradsuitleg zijn een belangrijke gebeurtenis in de geschiedenis. Ook werden veel producten vervoerd naar dit gebied.
Onderdeel 53
Waardenstelling Foeliedwarsstraat 42
Datum: 24‐03‐2015 Onderdeel: Straat Gemaakt door: Michiel Baltus & Tim Boer nr. Omschrijving Algemene historische waarden (gerelateerd aan maatschappelijke ontwikkelingen) Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) culturele, sociaal‐economische en/of geestelijke 0.1 ontwikkeling(en) Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) geografische, landschappelijke en/of bestuurlijke 0.2 ontwikkeling(en) 0.3 0.4
Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) technische en/of typologische ontwikkeling(en) Belang van het object/complex wegens innovatieve waarde of pionierskarakter
Waardenstelling Foeliedwarsstraat 42
Datum: 24‐03‐2015 Onderdeel: Gebouw niveau Gemaakt door: Gehele groep Cijfer (waarde) 0 1 2 3
x x
Ensemblewaarden (samenhang) en stedenbouwkundige waarden Belang van het object/complex als essentieel onderdeel van een groter geheel dat cultuurhistorisch, 1.1 architectuurhistorisch en stedenbouwkundig van (inter)nationale betekenis is Belang van het object/complex wegens de siuering, verbonden met de ontwikkeling/uitbreiding van een streek, stad 1.2 of wijk 1.3 Belang van het object/complex wegens de wijze van verkaveling/inrichting/voorzieningen 1.4 Belang van het object/complex voor het aanzien van een streek, stad of wijk x Belang van het object/complex wegens de hoge kwaliteit van de bebouwing en de historisch‐ ruimtelijke relatie met 1.5 groenvoorzieningen, wegen, waterden en/of de bodemgesteldheid
x
x
Bouwhistorische waarden 3.1 Belang van het object/complex voor de geschiedenis van de bouwtechniek 3.2 3.3
x
x
Architectuurhistorische waarden 2.1 Belang van het object/complex voor de geschiedenis van de architectuur 2.2 Belang van het object/complex voor het oeuvre van een bouwmeester of architect 2.3 Belang van het object/complex wegens de hoogwaardige esthetische kwaliteiten van het ontwerp 2.4 Belang van het object/complex wegens de ornamentiek 2.5 Belang van het object/complex wegens de interieurafwerking (in samenhang met het exterieur)
4
x
x
Waarden vanuit de gebruikshistorie (gerelateerd aan het object van onderzoek) Belang vanwege de ordening, samenhang of inrichting van gebouwen of ruimten, passend bij een (historische) 4.1 functie, gebruik of productie in het object/complex 4.2 Belang vanwege een (historische) functie, gebruik of productie in het object/complex Belang van het object/complex als herinnering aan een historische gebeurtenis of prominente 4.3 bewoner/gebruiker/opdrachtgever
x
x x x
x
3.2 3.3
x x x
Cijfer (waarde) 0 1 2 3
4
5
2 1 1 0
Ensemblewaarden (samenhang) en stedenbouwkundige waarden Belang van het object/complex als essentieel onderdeel van een groter geheel dat cultuurhistorisch, 1.1 architectuurhistorisch en stedenbouwkundig van (inter)nationale betekenis is Belang van het object/complex wegens de situering, verbonden met de ontwikkeling/uitbreiding van een streek, 1.2 stad of wijk 1.3 Belang van het object/complex wegens de wijze van verkaveling/inrichting/voorzieningen 0 1.4 Belang van het object/complex voor het aanzien van een streek, stad of wijk Belang van het object/complex wegens de hoge kwaliteit van de bebouwing en de historisch‐ ruimtelijke relatie met 0 1.5 groenvoorzieningen, wegen, waterden en/of de bodemgesteldheid
0
Bouwhistorische waarden 3.1 Belang van het object/complex voor de geschiedenis van de bouwtechniek
Conclusie In de straat is in der loop van tijd veel veranderd. De meeste panden zijn verbouwd of herbouwd rond het begin van de twintigste eeuw. De algemene historische waarde is hierdoor verminderd. Uit vrij recente zijn nog overblijfselen, maar deze zijn niet van grote waarde.
Straat
Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) technische en/of typologische ontwikkeling(en) Belang van het object/complex wegens innovatieve waarde of pionierskarakter
Architectuurhistorische waarden 2.1 Belang van het object/complex voor de geschiedenis van de architectuur 2.2 Belang van het object/complex voor het oeuvre van een bouwmeester of architect 2.3 Belang van het object/complex wegens de hoogwaardige esthetische kwaliteiten van het ontwerp 2.4 Belang van het object/complex wegens de ornamentiek 2.5 Belang van het object/complex wegens de interieurafwerking (in samenhang met het exterieur)
x
Belang van het object/complex vanwege de afleesbaarheid van de bouwgeschiedenis (historische gelaagdheid) Belang van het obect/complex wegens het materiaalgebruik
nr. Omschrijving Algemene historische waarden (gerelateerd aan maatschappelijke ontwikkelingen) Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) culturele, sociaal‐economische en/of geestelijke 0.1 ontwikkeling(en) Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) geografische, landschappelijke en/of bestuurlijke 0.2 ontwikkeling(en) 0.3 0.4
x
x
5
3 2 1
1 1 1 1
1
Belang van het object/complex vanwege de afleesbaarheid van de bouwgeschiedenis (historische gelaagdheid) Belang van het obect/complex wegens het materiaalgebruik
Waarden vanuit de gebruikshistorie (gerelateerd aan het object van onderzoek) Belang vanwege de ordening, samenhang of inrichting van gebouwen of ruimten, passend bij een (historische) 4.1 functie, gebruik of productie in het object/complex 4.2 Belang vanwege een (historische) functie, gebruik of productie in het object/complex Belang van het object/complex als herinnering aan een historische gebeurtenis of prominente 4.3 bewoner/gebruiker/opdrachtgever
2 1
3 1 1
Conclusie De samenhang van het gebouw tot het gebied heeft een positieve waarde. Het gebouw is typerend voor de tijd, maar verder zijn er weinig opvallende zaken aan het pand zelf. De gedeelde bouwmuur met huidig nummer 40 heeft wel historische waarde omdat deze gehandhaafd is.
Gebouw 54
Waardenstelling Foeliedwarsstraat 42
Waardenstelling Foeliedwarsstraat 42
Datum: 24‐03‐2015 Onderdeel: Voorgevel Gemaakt door: Jouri en Sjoerd
Datum: 24‐03‐2015 Onderdeel: Voorgevel Gemaakt door: Jouri en Sjoerd
nr. Omschrijving Algemene historische waarden (gerelateerd aan maatschappelijke ontwikkelingen) Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) culturele, sociaal‐economische en/of geestelijke 0.1 ontwikkeling(en) Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) geografische, landschappelijke en/of bestuurlijke 0.2 ontwikkeling(en) 0.3 0.4
Cijfer (waarde) 0 1 2 3
0 3 1
Ensemblewaarden (samenhang) en stedenbouwkundige waarden Belang van het object/complex als essentieel onderdeel van een groter geheel dat cultuurhistorisch, 1.1 architectuurhistorisch en stedenbouwkundig van (inter)nationale betekenis is Belang van het object/complex wegens de situering, verbonden met de ontwikkeling/uitbreiding van een streek, 1.2 stad of wijk 1.3 Belang van het object/complex wegens de wijze van verkaveling/inrichting/voorzieningen 0 1.4 Belang van het object/complex voor het aanzien van een streek, stad of wijk Belang van het object/complex wegens de hoge kwaliteit van de bebouwing en de historisch‐ ruimtelijke relatie met 1.5 groenvoorzieningen, wegen, waterden en/of de bodemgesteldheid
2 3 2 1
1 1 1
2
0
Bouwhistorische waarden 3.1 Belang van het object/complex voor de geschiedenis van de bouwtechniek 3.2 3.3
5
1
Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) technische en/of typologische ontwikkeling(en) Belang van het object/complex wegens innovatieve waarde of pionierskarakter
Architectuurhistorische waarden 2.1 Belang van het object/complex voor de geschiedenis van de architectuur 2.2 Belang van het object/complex voor het oeuvre van een bouwmeester of architect 2.3 Belang van het object/complex wegens de hoogwaardige esthetische kwaliteiten van het ontwerp 2.4 Belang van het object/complex wegens de ornamentiek 2.5 Belang van het object/complex wegens de interieurafwerking (in samenhang met het exterieur)
4
Waarden vanuit de gebruikshistorie (gerelateerd aan het object van onderzoek) Belang vanwege de ordening, samenhang of inrichting van gebouwen of ruimten, passend bij een (historische) 4.1 functie, gebruik of productie in het object/complex 4.2 Belang vanwege een (historische) functie, gebruik of productie in het object/complex Belang van het object/complex als herinnering aan een historische gebeurtenis of prominente 4.3 bewoner/gebruiker/opdrachtgever
2 1
2 2 0
Conclusie De voorgevel heeft hedendaags geen beeldbepalende functie voor de architertuur en ontwikkeling in het gebied. Verder zijn er geen architectonische elementen in de voorgevel verwerkt. Wel is de gevel typisch hollands gebouwd omdat het van baksteen is gemetseld, en er houten kozijnen, ramen en deuren zijn gebruikt. Het is een Puntgevel, wat verder geen historie heeft omdat dit gewoon met een zadeldat is uitgevoerd.
Onderdeel
0.3 0.4
Cijfer (waarde) 0 1 2 3
3 1
Ensemblewaarden (samenhang) en stedenbouwkundige waarden Belang van het object/complex als essentieel onderdeel van een groter geheel dat cultuurhistorisch, 1.1 architectuurhistorisch en stedenbouwkundig van (inter)nationale betekenis is Belang van het object/complex wegens de situering, verbonden met de ontwikkeling/uitbreiding van een streek, 1.2 stad of wijk 1.3 Belang van het object/complex wegens de wijze van verkaveling/inrichting/voorzieningen 0 1.4 Belang van het object/complex voor het aanzien van een streek, stad of wijk Belang van het object/complex wegens de hoge kwaliteit van de bebouwing en de historisch‐ ruimtelijke relatie met 1.5 groenvoorzieningen, wegen, waterden en/of de bodemgesteldheid
3.2 3.3
5
0
Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) technische en/of typologische ontwikkeling(en) Belang van het object/complex wegens innovatieve waarde of pionierskarakter
Architectuurhistorische waarden 2.1 Belang van het object/complex voor de geschiedenis van de architectuur 2.2 Belang van het object/complex voor het oeuvre van een bouwmeester of architect 2.3 Belang van het object/complex wegens de hoogwaardige esthetische kwaliteiten van het ontwerp 2.4 Belang van het object/complex wegens de ornamentiek 2.5 Belang van het object/complex wegens de interieurafwerking (in samenhang met het exterieur)
4
1
2 3 2 1
1 1 1
2
0
Bouwhistorische waarden 3.1 Belang van het object/complex voor de geschiedenis van de bouwtechniek
1
Belang van het object/complex vanwege de afleesbaarheid van de bouwgeschiedenis (historische gelaagdheid) Belang van het obect/complex wegens het materiaalgebruik
nr. Omschrijving Algemene historische waarden (gerelateerd aan maatschappelijke ontwikkelingen) Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) culturele, sociaal‐economische en/of geestelijke 0.1 ontwikkeling(en) Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) geografische, landschappelijke en/of bestuurlijke 0.2 ontwikkeling(en)
1 2
Belang van het object/complex vanwege de afleesbaarheid van de bouwgeschiedenis (historische gelaagdheid) Belang van het obect/complex wegens het materiaalgebruik
Waarden vanuit de gebruikshistorie (gerelateerd aan het object van onderzoek) Belang vanwege de ordening, samenhang of inrichting van gebouwen of ruimten, passend bij een (historische) 4.1 functie, gebruik of productie in het object/complex 4.2 Belang vanwege een (historische) functie, gebruik of productie in het object/complex Belang van het object/complex als herinnering aan een historische gebeurtenis of prominente 4.3 bewoner/gebruiker/opdrachtgever
1
2 2 0
Conclusie De voorgevel heeft hedendaags geen beeldbepalende functie voor de architertuur en ontwikkeling in het gebied. Verder zijn er geen architectonische elementen in de voorgevel verwerkt. Wel is de gevel typisch hollands gebouwd omdat het van baksteen is gemetseld, en er houten kozijnen, ramen en deuren zijn gebruikt. Het is een Puntgevel, wat verder geen historie heeft omdat dit gewoon met een zadeldat is uitgevoerd.
Onderdeel 55
Waardenstelling Foeliedwarsstraat 42
Waardenstelling Foeliedwarsstraat 42
Datum: 24‐03‐2015 Onderdeel: Achtergevel Gemaakt door: Jouri en Sjoerd
Datum: 24‐03‐2015 Onderdeel: Begane grond Gemaakt door: Cheyenne & Matthijs
nr. Omschrijving Algemene historische waarden (gerelateerd aan maatschappelijke ontwikkelingen) Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) culturele, sociaal‐economische en/of geestelijke 0.1 ontwikkeling(en) Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) geografische, landschappelijke en/of bestuurlijke 0.2 ontwikkeling(en) 0.3 0.4
Cijfer (waarde) 0 1 2 3
0 1 1
Ensemblewaarden (samenhang) en stedenbouwkundige waarden Belang van het object/complex als essentieel onderdeel van een groter geheel dat cultuurhistorisch, 0 1.1 architectuurhistorisch en stedenbouwkundig van (inter)nationale betekenis is Belang van het object/complex wegens de situering, verbonden met de ontwikkeling/uitbreiding van een streek, 1.2 stad of wijk 1.3 Belang van het object/complex wegens de wijze van verkaveling/inrichting/voorzieningen 0 1.4 Belang van het object/complex voor het aanzien van een streek, stad of wijk 0 Belang van het object/complex wegens de hoge kwaliteit van de bebouwing en de historisch‐ ruimtelijke relatie met 1.5 groenvoorzieningen, wegen, waterden en/of de bodemgesteldheid
0
Belang van het object/complex vanwege de afleesbaarheid van de bouwgeschiedenis (historische gelaagdheid) Belang van het obect/complex wegens het materiaalgebruik
Waarden vanuit de gebruikshistorie (gerelateerd aan het object van onderzoek) Belang vanwege de ordening, samenhang of inrichting van gebouwen of ruimten, passend bij een (historische) 4.1 functie, gebruik of productie in het object/complex 4.2 Belang vanwege een (historische) functie, gebruik of productie in het object/complex Belang van het object/complex als herinnering aan een historische gebeurtenis of prominente 4.3 bewoner/gebruiker/opdrachtgever
1
1
1 1 1
0
Bouwhistorische waarden 3.1 Belang van het object/complex voor de geschiedenis van de bouwtechniek 3.2 3.3
5
1
Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) technische en/of typologische ontwikkeling(en) Belang van het object/complex wegens innovatieve waarde of pionierskarakter
Architectuurhistorische waarden 2.1 Belang van het object/complex voor de geschiedenis van de architectuur 2.2 Belang van het object/complex voor het oeuvre van een bouwmeester of architect 2.3 Belang van het object/complex wegens de hoogwaardige esthetische kwaliteiten van het ontwerp 2.4 Belang van het object/complex wegens de ornamentiek 2.5 Belang van het object/complex wegens de interieurafwerking (in samenhang met het exterieur)
4
0.3 0.4
Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) technische en/of typologische ontwikkeling(en) Belang van het object/complex wegens innovatieve waarde of pionierskarakter
Architectuurhistorische waarden 2.1 Belang van het object/complex voor de geschiedenis van de architectuur 2.2 Belang van het object/complex voor het oeuvre van een bouwmeester of architect 2.3 Belang van het object/complex wegens de hoogwaardige esthetische kwaliteiten van het ontwerp 2.4 Belang van het object/complex wegens de ornamentiek 2.5 Belang van het object/complex wegens de interieurafwerking (in samenhang met het exterieur) Bouwhistorische waarden 3.1 Belang van het object/complex voor de geschiedenis van de bouwtechniek
1
3.2 3.3
0
0 1 0
Cijfer (waarde) 0 1 2 3
4
5
1 0 0 0
Ensemblewaarden (samenhang) en stedenbouwkundige waarden Belang van het object/complex als essentieel onderdeel van een groter geheel dat cultuurhistorisch, 1.1 architectuurhistorisch en stedenbouwkundig van (inter)nationale betekenis is Belang van het object/complex wegens de situering, verbonden met de ontwikkeling/uitbreiding van een streek, 1.2 stad of wijk 1.3 Belang van het object/complex wegens de wijze van verkaveling/inrichting/voorzieningen 1.4 Belang van het object/complex voor het aanzien van een streek, stad of wijk 0 Belang van het object/complex wegens de hoge kwaliteit van de bebouwing en de historisch‐ ruimtelijke relatie met 0 1.5 groenvoorzieningen, wegen, waterden en/of de bodemgesteldheid
1
Conclusie Bij de achtergevel kan je aan de hand van de verkleuring van het baksteen zien waar het achterhuis vroeger heeft gezeten. Verder is er een uitbouw in de loop der jaren gemaakt die slecht is gedetailleerd en vrij recent is uitgevoerd. Ook is er asbest gevonden en zal het dak van de begane grond, waar vroeger het achterhuis was, de volle aandacht moeten krijgen i.v.m. lekkage. Er zijn op het metselwerk en eventueel kozijnen na geen materialen gevonden die van histrorisch belang zijn.
Onderdeel
nr. Omschrijving Algemene historische waarden (gerelateerd aan maatschappelijke ontwikkelingen) Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) culturele, sociaal‐economische en/of geestelijke 0.1 ontwikkeling(en) Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) geografische, landschappelijke en/of bestuurlijke 0.2 ontwikkeling(en)
0 0
1 1 3
1 1
0
1
Belang van het object/complex vanwege de afleesbaarheid van de bouwgeschiedenis (historische gelaagdheid) Belang van het obect/complex wegens het materiaalgebruik
Waarden vanuit de gebruikshistorie (gerelateerd aan het object van onderzoek) Belang vanwege de ordening, samenhang of inrichting van gebouwen of ruimten, passend bij een (historische) 4.1 functie, gebruik of productie in het object/complex 4.2 Belang vanwege een (historische) functie, gebruik of productie in het object/complex Belang van het object/complex als herinnering aan een historische gebeurtenis of prominente 4.3 bewoner/gebruiker/opdrachtgever
0 0
1 2 1
Conclusie De begane grond zorgt er niet voor dat het extra waarde geeft aan het pand zelf en komt niet uit op een hoge waarde. De begane grond kan een belangrijke verdieping van het pand zijn geweest in de tijd van de scheepvaart. De begane grond werd in die tijd zelden gebruikt als woning maar juist als een winkel of opslagplaats.
Begane grond 56
Waardenstelling Foeliedwarsstraat 42
Waardenstelling Foeliedwarsstraat 42
Datum: 24‐03‐2015 Onderdeel: Eerste verdieping Gemaakt door: Josephine van Buuren & Joost Couwenberg
nr. Omschrijving Algemene historische waarden (gerelateerd aan maatschappelijke ontwikkelingen) Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) culturele, sociaal‐economische en/of geestelijke 0.1 ontwikkeling(en) Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) geografische, landschappelijke en/of bestuurlijke 0.2 ontwikkeling(en) 0.3 0.4
Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) technische en/of typologische ontwikkeling(en) Belang van het object/complex wegens innovatieve waarde of pionierskarakter
Cijfer (waarde) 0 1 2 3
x x x x
x
Bouwhistorische waarden 3.1 Belang van het object/complex voor de geschiedenis van de bouwtechniek 3.2 3.3
Waarden vanuit de gebruikshistorie (gerelateerd aan het object van onderzoek) Belang vanwege de ordening, samenhang of inrichting van gebouwen of ruimten, passend bij een (historische) 4.1 functie, gebruik of productie in het object/complex 4.2 Belang vanwege een (historische) functie, gebruik of productie in het object/complex Belang van het object/complex als herinnering aan een historische gebeurtenis of prominente 4.3 bewoner/gebruiker/opdrachtgever
Conclusie
x
Ensemblewaarden (samenhang) en stedenbouwkundige waarden Belang van het object/complex als essentieel onderdeel van een groter geheel dat cultuurhistorisch, 1.1 architectuurhistorisch en stedenbouwkundig van (inter)nationale betekenis is Belang van het object/complex wegens de situering, verbonden met de ontwikkeling/uitbreiding van een streek, 1.2 stad of wijk 1.3 Belang van het object/complex wegens de wijze van verkaveling/inrichting/voorzieningen 1.4 Belang van het object/complex voor het aanzien van een streek, stad of wijk Belang van het object/complex wegens de hoge kwaliteit van de bebouwing en de historisch‐ ruimtelijke relatie met 1.5 groenvoorzieningen, wegen, waterden en/of de bodemgesteldheid
4
5
1 1
Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) technische en/of typologische ontwikkeling(en) Belang van het object/complex wegens innovatieve waarde of pionierskarakter
Architectuurhistorische waarden 2.1 Belang van het object/complex voor de geschiedenis van de architectuur 2.2 Belang van het object/complex voor het oeuvre van een bouwmeester of architect 2.3 Belang van het object/complex wegens de hoogwaardige esthetische kwaliteiten van het ontwerp 2.4 Belang van het object/complex wegens de ornamentiek 2.5 Belang van het object/complex wegens de interieurafwerking (in samenhang met het exterieur)
x x x
x
x x x
Cijfer (waarde) 0 1 2 3
1
2
1 0
3
0 0
x
x
Belang van het object/complex vanwege de afleesbaarheid van de bouwgeschiedenis (historische gelaagdheid) Belang van het obect/complex wegens het materiaalgebruik
5
0.3 0.4
Ensemblewaarden (samenhang) en stedenbouwkundige waarden Belang van het object/complex als essentieel onderdeel van een groter geheel dat cultuurhistorisch, 1.1 architectuurhistorisch en stedenbouwkundig van (inter)nationale betekenis is x Belang van het object/complex wegens de siuering, verbonden met de ontwikkeling/uitbreiding van een streek, 1.2 stad of wijk x 1.3 Belang van het object/complex wegens de wijze van verkaveling/inrichting/voorzieningen 1.4 Belang van het object/complex voor het aanzien van een streek, stad of wijk x Belang van het object/complex wegens de hoge kwaliteit van de bebouwing en de historisch‐ ruimtelijke relatie met 1.5 groenvoorzieningen, wegen, waterden en/of de bodemgesteldheid x Architectuurhistorische waarden 2.1 Belang van het object/complex voor de geschiedenis van de architectuur 2.2 Belang van het object/complex voor het oeuvre van een bouwmeester of architect 2.3 Belang van het object/complex wegens de hoogwaardige esthetische kwaliteiten van het ontwerp 2.4 Belang van het object/complex wegens de ornamentiek 2.5 Belang van het object/complex wegens de interieurafwerking (in samenhang met het exterieur)
4
Datum: 24‐03‐2015 Onderdeel: 2e verdieping Gemaakt door: Jouri de Bruin & Sjoerd Booij nr. Omschrijving Algemene historische waarden (gerelateerd aan maatschappelijke ontwikkelingen) Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) culturele, sociaal‐economische en/of geestelijke 0.1 ontwikkeling(en) Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) geografische, landschappelijke en/of bestuurlijke 0.2 ontwikkeling(en)
x
0
Bouwhistorische waarden 3.1 Belang van het object/complex voor de geschiedenis van de bouwtechniek 3.2 3.3
2 1 1 1
1
Belang van het object/complex vanwege de afleesbaarheid van de bouwgeschiedenis (historische gelaagdheid) Belang van het obect/complex wegens het materiaalgebruik
Waarden vanuit de gebruikshistorie (gerelateerd aan het object van onderzoek) Belang vanwege de ordening, samenhang of inrichting van gebouwen of ruimten, passend bij een (historische) 4.1 functie, gebruik of productie in het object/complex 4.2 Belang vanwege een (historische) functie, gebruik of productie in het object/complex Belang van het object/complex als herinnering aan een historische gebeurtenis of prominente 4.3 bewoner/gebruiker/opdrachtgever
2
0
2 2 1
Conclusie De 2de verdieping is qua afwerking wel interresant. Zo is er gebruik gemaakt van een deurkozijn die toegang bied aan een klein balkon, die het gevelbeeld erg beinvloed. Verder is er een schoorsteen die belangrijk is, en de raamkozijnen die uit het begin van de 20ste eeuw dateren, waarbij de staat van de kozijnen matig tot goed zijn.
3e Verdieping 57
Waardenstelling Foeliedwarsstraat 42
Datum: 24‐03‐2015 Onderdeel: 3e verdieping Gemaakt door: Michiel Baltus & Tim Boer nr. Omschrijving Algemene historische waarden (gerelateerd aan maatschappelijke ontwikkelingen) Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) culturele, sociaal‐economische en/of geestelijke 0.1 ontwikkeling(en) Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) geografische, landschappelijke en/of bestuurlijke 0.2 ontwikkeling(en) 0.3 0.4
Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) technische en/of typologische ontwikkeling(en) Belang van het object/complex wegens innovatieve waarde of pionierskarakter
Waardenstelling Foeliedwarsstraat 42
Datum: 24‐03‐2015 Onderdeel: Balklagen Gemaakt door: Cheyenne & Matthijs Cijfer (waarde) 0 1 2 3
4
5
x x x
nr. Omschrijving Algemene historische waarden (gerelateerd aan maatschappelijke ontwikkelingen) Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) culturele, sociaal‐economische en/of geestelijke 0.1 ontwikkeling(en) Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) geografische, landschappelijke en/of bestuurlijke 0.2 ontwikkeling(en) 0.3 0.4
x
Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) technische en/of typologische ontwikkeling(en) Belang van het object/complex wegens innovatieve waarde of pionierskarakter
Cijfer (waarde) 0 1 2 3
0 1 0
Ensemblewaarden (samenhang) en stedenbouwkundige waarden Belang van het object/complex als essentieel onderdeel van een groter geheel dat cultuurhistorisch, 0 1.1 architectuurhistorisch en stedenbouwkundig van (inter)nationale betekenis is Belang van het object/complex wegens de situering, verbonden met de ontwikkeling/uitbreiding van een streek, 1.2 stad of wijk 1.3 Belang van het object/complex wegens de wijze van verkaveling/inrichting/voorzieningen 1.4 Belang van het object/complex voor het aanzien van een streek, stad of wijk 0 Belang van het object/complex wegens de hoge kwaliteit van de bebouwing en de historisch‐ ruimtelijke relatie met 0 1.5 groenvoorzieningen, wegen, waterden en/of de bodemgesteldheid
Architectuurhistorische waarden 2.1 Belang van het object/complex voor de geschiedenis van de architectuur 2.2 Belang van het object/complex voor het oeuvre van een bouwmeester of architect 2.3 Belang van het object/complex wegens de hoogwaardige esthetische kwaliteiten van het ontwerp 2.4 Belang van het object/complex wegens de ornamentiek 2.5 Belang van het object/complex wegens de interieurafwerking (in samenhang met het exterieur)
x x
Architectuurhistorische waarden 2.1 Belang van het object/complex voor de geschiedenis van de architectuur 2.2 Belang van het object/complex voor het oeuvre van een bouwmeester of architect 2.3 Belang van het object/complex wegens de hoogwaardige esthetische kwaliteiten van het ontwerp 2.4 Belang van het object/complex wegens de ornamentiek 2.5 Belang van het object/complex wegens de interieurafwerking (in samenhang met het exterieur)
x
Bouwhistorische waarden 3.1 Belang van het object/complex voor de geschiedenis van de bouwtechniek
Bouwhistorische waarden 3.1 Belang van het object/complex voor de geschiedenis van de bouwtechniek 3.2 3.3
Belang van het object/complex vanwege de afleesbaarheid van de bouwgeschiedenis (historische gelaagdheid) Belang van het obect/complex wegens het materiaalgebruik
Waarden vanuit de gebruikshistorie (gerelateerd aan het object van onderzoek) Belang vanwege de ordening, samenhang of inrichting van gebouwen of ruimten, passend bij een (historische) 4.1 functie, gebruik of productie in het object/complex 4.2 Belang vanwege een (historische) functie, gebruik of productie in het object/complex Belang van het object/complex als herinnering aan een historische gebeurtenis of prominente 4.3 bewoner/gebruiker/opdrachtgever
x
x
x
x
x
Conclusie De algehele waarde van de 3e verdieping is laag. Er zijn geen belangrijke historische elementen op deze verdieping te vinden. Het enige opvallende aan de verdieping is de aangebouwde dakkapel.
3e Verdieping
3.2 3.3
5
0
Ensemblewaarden (samenhang) en stedenbouwkundige waarden Belang van het object/complex als essentieel onderdeel van een groter geheel dat cultuurhistorisch, 1.1 architectuurhistorisch en stedenbouwkundig van (inter)nationale betekenis is x Belang van het object/complex wegens de siuering, verbonden met de ontwikkeling/uitbreiding van een streek, stad 1.2 of wijk x 1.3 Belang van het object/complex wegens de wijze van verkaveling/inrichting/voorzieningen x 1.4 Belang van het object/complex voor het aanzien van een streek, stad of wijk x Belang van het object/complex wegens de hoge kwaliteit van de bebouwing en de historisch‐ ruimtelijke relatie met 1.5 groenvoorzieningen, wegen, waterden en/of de bodemgesteldheid x
x x x
4
0
1 1
1 1 1 2
1
Belang van het object/complex vanwege de afleesbaarheid van de bouwgeschiedenis (historische gelaagdheid) Belang van het obect/complex wegens het materiaalgebruik
Waarden vanuit de gebruikshistorie (gerelateerd aan het object van onderzoek) Belang vanwege de ordening, samenhang of inrichting van gebouwen of ruimten, passend bij een (historische) 4.1 functie, gebruik of productie in het object/complex 4.2 Belang vanwege een (historische) functie, gebruik of productie in het object/complex Belang van het object/complex als herinnering aan een historische gebeurtenis of prominente 4.3 bewoner/gebruiker/opdrachtgever
1 0
1 1 0
Conclusie De balklagen hebben enige waarde omdat de balklagen in de tijd dat het pand gebouwd werd veel werd toegepast als constructie. Deze manier zorgt er voor dat de balken zichtbaar zijn en dus bijdragen bij de interieurafwerking en estethiek van het gebouw. Echter zijn dit geen ouderwetse balklagen welke waarde hebben tot de bouwhistorie
Balklagen 58
Waardenstelling Foeliedwarsstraat 42
Datum: 24‐03‐2015 Onderdeel: Dakconstructie Gemaakt door: Michiel Baltus & Tim Boer nr. Omschrijving Algemene historische waarden (gerelateerd aan maatschappelijke ontwikkelingen) Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) culturele, sociaal‐economische en/of geestelijke 0.1 ontwikkeling(en) Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) geografische, landschappelijke en/of bestuurlijke 0.2 ontwikkeling(en) 0.3 0.4
Waardenstelling Foeliedwarsstraat 42
Datum: 24‐03‐2015 Onderdeel: Interieur Gemaakt door: Cheyenne & Matthijs Cijfer (waarde) 0 1 2 3
4
x x
Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) technische en/of typologische ontwikkeling(en) Belang van het object/complex wegens innovatieve waarde of pionierskarakter
x
x
5
nr. Omschrijving Algemene historische waarden (gerelateerd aan maatschappelijke ontwikkelingen) Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) culturele, sociaal‐economische en/of geestelijke 0.1 ontwikkeling(en) Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) geografische, landschappelijke en/of bestuurlijke 0.2 ontwikkeling(en) 0.3 0.4
Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) technische en/of typologische ontwikkeling(en) Belang van het object/complex wegens innovatieve waarde of pionierskarakter
Cijfer (waarde) 0 1 2 3
0 0 0
Ensemblewaarden (samenhang) en stedenbouwkundige waarden Belang van het object/complex als essentieel onderdeel van een groter geheel dat cultuurhistorisch, 0 1.1 architectuurhistorisch en stedenbouwkundig van (inter)nationale betekenis is Belang van het object/complex wegens de situering, verbonden met de ontwikkeling/uitbreiding van een streek, 0 1.2 stad of wijk 1.3 Belang van het object/complex wegens de wijze van verkaveling/inrichting/voorzieningen 1.4 Belang van het object/complex voor het aanzien van een streek, stad of wijk Belang van het object/complex wegens de hoge kwaliteit van de bebouwing en de historisch‐ ruimtelijke relatie met 0 1.5 groenvoorzieningen, wegen, waterden en/of de bodemgesteldheid
Architectuurhistorische waarden 2.1 Belang van het object/complex voor de geschiedenis van de architectuur 2.2 Belang van het object/complex voor het oeuvre van een bouwmeester of architect 2.3 Belang van het object/complex wegens de hoogwaardige esthetische kwaliteiten van het ontwerp 2.4 Belang van het object/complex wegens de ornamentiek 2.5 Belang van het object/complex wegens de interieurafwerking (in samenhang met het exterieur)
Architectuurhistorische waarden 2.1 Belang van het object/complex voor de geschiedenis van de architectuur 2.2 Belang van het object/complex voor het oeuvre van een bouwmeester of architect 2.3 Belang van het object/complex wegens de hoogwaardige esthetische kwaliteiten van het ontwerp 2.4 Belang van het object/complex wegens de ornamentiek 2.5 Belang van het object/complex wegens de interieurafwerking (in samenhang met het exterieur)
x x
x
x
Bouwhistorische waarden 3.1 Belang van het object/complex voor de geschiedenis van de bouwtechniek 3.2 3.3
Bouwhistorische waarden 3.1 Belang van het object/complex voor de geschiedenis van de bouwtechniek
x
Belang van het object/complex vanwege de afleesbaarheid van de bouwgeschiedenis (historische gelaagdheid) Belang van het obect/complex wegens het materiaalgebruik
Waarden vanuit de gebruikshistorie (gerelateerd aan het object van onderzoek) Belang vanwege de ordening, samenhang of inrichting van gebouwen of ruimten, passend bij een (historische) 4.1 functie, gebruik of productie in het object/complex 4.2 Belang vanwege een (historische) functie, gebruik of productie in het object/complex Belang van het object/complex als herinnering aan een historische gebeurtenis of prominente 4.3 bewoner/gebruiker/opdrachtgever
x
x
x x x
Conclusie De spantconstructie is typerend voor zijn tijd. Verder zijn de componenten van de dakconstructie niet opvallend en/of bijzonder te noemen. De spantconstructie heeft enige waarde voor de typologie van dit Amsterdamse pand
Dakconstructie
3.2 3.3
5
1
Ensemblewaarden (samenhang) en stedenbouwkundige waarden Belang van het object/complex als essentieel onderdeel van een groter geheel dat cultuurhistorisch, 1.1 architectuurhistorisch en stedenbouwkundig van (inter)nationale betekenis is x Belang van het object/complex wegens de siuering, verbonden met de ontwikkeling/uitbreiding van een streek, stad x 1.2 of wijk 1.3 Belang van het object/complex wegens de wijze van verkaveling/inrichting/voorzieningen x 1.4 Belang van het object/complex voor het aanzien van een streek, stad of wijk x Belang van het object/complex wegens de hoge kwaliteit van de bebouwing en de historisch‐ ruimtelijke relatie met 1.5 groenvoorzieningen, wegen, waterden en/of de bodemgesteldheid x
x
4
0 0 0
1 1
1 2
0
Belang van het object/complex vanwege de afleesbaarheid van de bouwgeschiedenis (historische gelaagdheid) Belang van het obect/complex wegens het materiaalgebruik
Waarden vanuit de gebruikshistorie (gerelateerd aan het object van onderzoek) Belang vanwege de ordening, samenhang of inrichting van gebouwen of ruimten, passend bij een (historische) 4.1 functie, gebruik of productie in het object/complex 4.2 Belang vanwege een (historische) functie, gebruik of productie in het object/complex Belang van het object/complex als herinnering aan een historische gebeurtenis of prominente 4.3 bewoner/gebruiker/opdrachtgever
1 0
1 0 1
Conclusie Het interieur van de Foeliedwarsstraat 42 heeft vrijwel geen historische waarde. Op de verdiepingen troffen we wijnig meubels aan en wat we aantroffen had weinig waarde. Het pand staat natuurlijk in een wijk wat vroeger bekend stond als een wijk waar veel bewoners wonden die het wat minder hadden. Dat is nog goed te zien aan de afwerking van de wanden, tegels en behang, en aan de meubels die achtergebleven zijn.
Onderdeel 59
Waardenstelling Foeliedwarsstraat 42
Waardenstelling Foeliedwarsstraat 42
Datum: 24‐03‐2015 Ondertrap GemaJoost Couwenberg
Datum: 24‐03‐2015 OnderWoning scheidende wanden Gemaakt door: Cheyenne & Matthijs
nr. Omschrijving Algemene historische waarden (gerelateerd aan maatschappelijke ontwikkelingen) Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) culturele, sociaal‐economische en/of geestelijke 0.1 ontwikkeling(en) Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) geografische, landschappelijke en/of bestuurlijke 0.2 ontwikkeling(en) 0.3 0.4
Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) technische en/of typologische ontwikkeling(en) Belang van het object/complex wegens innovatieve waarde of pionierskarakter
Cijfer (waarde) 0 1 2 3
x x
Waarden vanuit de gebruikshistorie (gerelateerd aan het object van onderzoek) Belang vanwege de ordening, samenhang of inrichting van gebouwen of ruimten, passend bij een (historische) 4.1 functie, gebruik of productie in het object/complex 4.2 Belang vanwege een (historische) functie, gebruik of productie in het object/complex Belang van het object/complex als herinnering aan een historische gebeurtenis of prominente 4.3 bewoner/gebruiker/opdrachtgever
x x
x
x
Bouwhistorische waarden 3.1 Belang van het object/complex voor de geschiedenis van de bouwtechniek
x
x
x x
x x x
Conclusie De trap is van waarde vanwege zijn referentie richting de art deco. Zo zijn de wellen gedetailleerd en zijn de ornamenten aan de trappalen op de 1e verdieping afgerond en versiert.
Onderdeel
3.2 3.3
5
0 2 1
0 0 0
1 1 3
1
1 1
2 4
Belang van het object/complex vanwege de afleesbaarheid van de bouwgeschiedenis (historische gelaagdheid) Belang van het obect/complex wegens het materiaalgebruik
Waarden vanuit de gebruikshistorie (gerelateerd aan het object van onderzoek) Belang vanwege de ordening, samenhang of inrichting van gebouwen of ruimten, passend bij een (historische) 4.1 functie, gebruik of productie in het object/complex 4.2 Belang vanwege een (historische) functie, gebruik of productie in het object/complex Belang van het object/complex als herinnering aan een historische gebeurtenis of prominente 4.3 bewoner/gebruiker/opdrachtgever
4
0
Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) technische en/of typologische ontwikkeling(en) Belang van het object/complex wegens innovatieve waarde of pionierskarakter
Architectuurhistorische waarden 2.1 Belang van het object/complex voor de geschiedenis van de architectuur 2.2 Belang van het object/complex voor het oeuvre van een bouwmeester of architect 2.3 Belang van het object/complex wegens de hoogwaardige esthetische kwaliteiten van het ontwerp 2.4 Belang van het object/complex wegens de ornamentiek 2.5 Belang van het object/complex wegens de interieurafwerking (in samenhang met het exterieur)
x
Cijfer (waarde) 0 1 2 3
Ensemblewaarden (samenhang) en stedenbouwkundige waarden Belang van het object/complex als essentieel onderdeel van een groter geheel dat cultuurhistorisch, 1.1 architectuurhistorisch en stedenbouwkundig van (inter)nationale betekenis is Belang van het object/complex wegens de situering, verbonden met de ontwikkeling/uitbreiding van een streek, 1.2 stad of wijk 1.3 Belang van het object/complex wegens de wijze van verkaveling/inrichting/voorzieningen 1.4 Belang van het object/complex voor het aanzien van een streek, stad of wijk Belang van het object/complex wegens de hoge kwaliteit van de bebouwing en de historisch‐ ruimtelijke relatie met 0 1.5 groenvoorzieningen, wegen, waterden en/of de bodemgesteldheid
x
x
Bouwhistorische waarden 3.1 Belang van het object/complex voor de geschiedenis van de bouwtechniek
nr. Omschrijving Algemene historische waarden (gerelateerd aan maatschappelijke ontwikkelingen) Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) culturele, sociaal‐economische en/of geestelijke 0.1 ontwikkeling(en) Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) geografische, landschappelijke en/of bestuurlijke 0.2 ontwikkeling(en) 0.3 0.4
x
Architectuurhistorische waarden 2.1 Belang van het object/complex voor de geschiedenis van de architectuur 2.2 Belang van het object/complex voor het oeuvre van een bouwmeester of architect 2.3 Belang van het object/complex wegens de hoogwaardige esthetische kwaliteiten van het ontwerp 2.4 Belang van het object/complex wegens de ornamentiek 2.5 Belang van het object/complex wegens de interieurafwerking (in samenhang met het exterieur)
Belang van het object/complex vanwege de afleesbaarheid van de bouwgeschiedenis (historische gelaagdheid) Belang van het obect/complex wegens het materiaalgebruik
5
x
Ensemblewaarden (samenhang) en stedenbouwkundige waarden Belang van het object/complex als essentieel onderdeel van een groter geheel dat cultuurhistorisch, 1.1 architectuurhistorisch en stedenbouwkundig van (inter)nationale betekenis is Belang van het object/complex wegens de situering, verbonden met de ontwikkeling/uitbreiding van een streek, 1.2 stad of wijk 1.3 Belang van het object/complex wegens de wijze van verkaveling/inrichting/voorzieningen 1.4 Belang van het object/complex voor het aanzien van een streek, stad of wijk x Belang van het object/complex wegens de hoge kwaliteit van de bebouwing en de historisch‐ ruimtelijke relatie met x 1.5 groenvoorzieningen, wegen, waterden en/of de bodemgesteldheid
3.2 3.3
4
1
2 1 0
Conclusie De woningscheidende wanden hebben een gemiddelde waarde. Door het gebruik van een bepaalde steen afmeting was te concluderen dat in ieder geval de rechter woning scheidende wand historische waarde heeft omdat het alleen die steenafmeting vroeger werd gebruikt. het is dus erg zeldsaam dat deze steenafmeting nog verwerkt is.
Woningscheidende wand 60
Waardenstelling Foeliedwarsstraat 42
Waardenstelling Foeliedwarsstraat 42
Datum: 24‐03‐2015 Onderdeel: Staalconstructie Gemaakt door: Jouri en Sjoerd
Datum: 24‐03‐2015 Onderdeel: Schoorsteen/ haard Gemaakt door: Cheyenne & Matthijs
nr. Omschrijving Algemene historische waarden (gerelateerd aan maatschappelijke ontwikkelingen) Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) culturele, sociaal‐economische en/of geestelijke 0.1 ontwikkeling(en) Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) geografische, landschappelijke en/of bestuurlijke 0.2 ontwikkeling(en) 0.3 0.4
Cijfer (waarde) 0 1 2 3 0 0 1
Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) technische en/of typologische ontwikkeling(en) Belang van het object/complex wegens innovatieve waarde of pionierskarakter
Ensemblewaarden (samenhang) en stedenbouwkundige waarden Belang van het object/complex als essentieel onderdeel van een groter geheel dat cultuurhistorisch, 1.1 architectuurhistorisch en stedenbouwkundig van (inter)nationale betekenis is Belang van het object/complex wegens de situering, verbonden met de ontwikkeling/uitbreiding van een streek, 1.2 stad of wijk 1.3 Belang van het object/complex wegens de wijze van verkaveling/inrichting/voorzieningen 1.4 Belang van het object/complex voor het aanzien van een streek, stad of wijk Belang van het object/complex wegens de hoge kwaliteit van de bebouwing en de historisch‐ ruimtelijke relatie met 1.5 groenvoorzieningen, wegen, waterden en/of de bodemgesteldheid Architectuurhistorische waarden 2.1 Belang van het object/complex voor de geschiedenis van de architectuur 2.2 Belang van het object/complex voor het oeuvre van een bouwmeester of architect 2.3 Belang van het object/complex wegens de hoogwaardige esthetische kwaliteiten van het ontwerp 2.4 Belang van het object/complex wegens de ornamentiek 2.5 Belang van het object/complex wegens de interieurafwerking (in samenhang met het exterieur)
1
0 0 0 0
0 0 0
1 1
1
Belang van het object/complex vanwege de afleesbaarheid van de bouwgeschiedenis (historische gelaagdheid) Belang van het obect/complex wegens het materiaalgebruik
Waarden vanuit de gebruikshistorie (gerelateerd aan het object van onderzoek) Belang vanwege de ordening, samenhang of inrichting van gebouwen of ruimten, passend bij een (historische) 4.1 functie, gebruik of productie in het object/complex 4.2 Belang vanwege een (historische) functie, gebruik of productie in het object/complex Belang van het object/complex als herinnering aan een historische gebeurtenis of prominente 4.3 bewoner/gebruiker/opdrachtgever
0 0
0 0 0
Conclusie De staalconstructie is een constructief onderdeel wat elementen van het gebouw draagt. Het is niet van historisch belang. De Staalconstructie houdt het gebouw bij elkaar maar kan wel vervangen worden, hiervoor zullen opnieuw berekeningen moeten worden gemaakt.
Onderdeel
5
nr. Omschrijving Algemene historische waarden (gerelateerd aan maatschappelijke ontwikkelingen) Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) culturele, sociaal‐economische en/of geestelijke 0.1 ontwikkeling(en) Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) geografische, landschappelijke en/of bestuurlijke 0.2 ontwikkeling(en) 0.3 0.4
Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) technische en/of typologische ontwikkeling(en) Belang van het object/complex wegens innovatieve waarde of pionierskarakter
Cijfer (waarde) 0 1 2 3
Architectuurhistorische waarden 2.1 Belang van het object/complex voor de geschiedenis van de architectuur 2.2 Belang van het object/complex voor het oeuvre van een bouwmeester of architect 2.3 Belang van het object/complex wegens de hoogwaardige esthetische kwaliteiten van het ontwerp 2.4 Belang van het object/complex wegens de ornamentiek 2.5 Belang van het object/complex wegens de interieurafwerking (in samenhang met het exterieur)
5
0 1 0
0
Bouwhistorische waarden 3.1 Belang van het object/complex voor de geschiedenis van de bouwtechniek 3.2 3.3
4
0
Ensemblewaarden (samenhang) en stedenbouwkundige waarden Belang van het object/complex als essentieel onderdeel van een groter geheel dat cultuurhistorisch, 0 1.1 architectuurhistorisch en stedenbouwkundig van (inter)nationale betekenis is Belang van het object/complex wegens de situering, verbonden met de ontwikkeling/uitbreiding van een streek, 1.2 stad of wijk 1.3 Belang van het object/complex wegens de wijze van verkaveling/inrichting/voorzieningen 1.4 Belang van het object/complex voor het aanzien van een streek, stad of wijk Belang van het object/complex wegens de hoge kwaliteit van de bebouwing en de historisch‐ ruimtelijke relatie met 0 1.5 groenvoorzieningen, wegen, waterden en/of de bodemgesteldheid
0
Bouwhistorische waarden 3.1 Belang van het object/complex voor de geschiedenis van de bouwtechniek 3.2 3.3
4
1 1
2
1 1
2 2
1
Belang van het object/complex vanwege de afleesbaarheid van de bouwgeschiedenis (historische gelaagdheid) Belang van het obect/complex wegens het materiaalgebruik
Waarden vanuit de gebruikshistorie (gerelateerd aan het object van onderzoek) Belang vanwege de ordening, samenhang of inrichting van gebouwen of ruimten, passend bij een (historische) 4.1 functie, gebruik of productie in het object/complex 4.2 Belang vanwege een (historische) functie, gebruik of productie in het object/complex Belang van het object/complex als herinnering aan een historische gebeurtenis of prominente 4.3 bewoner/gebruiker/opdrachtgever
0 0
0 1 1
Conclusie De schoortseen/haard heeft geen hoge historische waarde. Uit de materialen en het ontwerp van de haart is niet op te merken dat het om een uniek stuk gaat. Wel heeft de haard misschien extra waarde aan de woning toegevoegd omdat het toch een ornament is dat niet standaard in elk pand opgenomen was.
Schoortseen/ haard 61
Waardenstelling Foeliedwarsstraat 42
Waardenstelling Foeliedwarsstraat 42
Datum: 24‐03‐2015 Onderdeel: Kozijnen voorgevel Gemaakt door: Jouri en Sjoerd
Datum: 24‐03‐2015 Onderdeel: Kozijnen achtergevel Gemaakt door: Tim Boer
nr. Omschrijving Algemene historische waarden (gerelateerd aan maatschappelijke ontwikkelingen) Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) culturele, sociaal‐economische en/of geestelijke 0.1 ontwikkeling(en) Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) geografische, landschappelijke en/of bestuurlijke 0.2 ontwikkeling(en) 0.3 0.4
Cijfer (waarde) 0 1 2 3 x x x
Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) technische en/of typologische ontwikkeling(en) Belang van het object/complex wegens innovatieve waarde of pionierskarakter
x
Ensemblewaarden (samenhang) en stedenbouwkundige waarden Belang van het object/complex als essentieel onderdeel van een groter geheel dat cultuurhistorisch, 1.1 architectuurhistorisch en stedenbouwkundig van (inter)nationale betekenis is Belang van het object/complex wegens de situering, verbonden met de ontwikkeling/uitbreiding van een streek, 1.2 stad of wijk 1.3 Belang van het object/complex wegens de wijze van verkaveling/inrichting/voorzieningen 1.4 Belang van het object/complex voor het aanzien van een streek, stad of wijk Belang van het object/complex wegens de hoge kwaliteit van de bebouwing en de historisch‐ ruimtelijke relatie met 1.5 groenvoorzieningen, wegen, waterden en/of de bodemgesteldheid Architectuurhistorische waarden 2.1 Belang van het object/complex voor de geschiedenis van de architectuur 2.2 Belang van het object/complex voor het oeuvre van een bouwmeester of architect 2.3 Belang van het object/complex wegens de hoogwaardige esthetische kwaliteiten van het ontwerp 2.4 Belang van het object/complex wegens de ornamentiek 2.5 Belang van het object/complex wegens de interieurafwerking (in samenhang met het exterieur)
x x x
x
x
x
x x x
Bouwhistorische waarden 3.1 Belang van het object/complex voor de geschiedenis van de bouwtechniek 3.2 3.3
4
x
x x
Belang van het object/complex vanwege de afleesbaarheid van de bouwgeschiedenis (historische gelaagdheid) Belang van het obect/complex wegens het materiaalgebruik
Waarden vanuit de gebruikshistorie (gerelateerd aan het object van onderzoek) Belang vanwege de ordening, samenhang of inrichting van gebouwen of ruimten, passend bij een (historische) 4.1 functie, gebruik of productie in het object/complex 4.2 Belang vanwege een (historische) functie, gebruik of productie in het object/complex Belang van het object/complex als herinnering aan een historische gebeurtenis of prominente 4.3 bewoner/gebruiker/opdrachtgever
x
x x x
Conclusie Van de kozijnen is af te zien dat ze allemaal uit het begin van de 20e eeuw stammen. De schuiframen werden vaak toegepast, dus hierdoor is de historische waarde van de ramen belangrijk om de kozijnen in de periode te plaatsen. Alle kozijnen zijn van hout gemaakt, wat (bijna) altijd werd gedaan.
Onderdeel
5
nr. Omschrijving Algemene historische waarden (gerelateerd aan maatschappelijke ontwikkelingen) Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) culturele, sociaal‐economische en/of geestelijke 0.1 ontwikkeling(en) Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) geografische, landschappelijke en/of bestuurlijke 0.2 ontwikkeling(en) 0.3 0.4
Belang van het object/complex als uitdrukking van (een) technische en/of typologische ontwikkeling(en) Belang van het object/complex wegens innovatieve waarde of pionierskarakter
Ensemblewaarden (samenhang) en stedenbouwkundige waarden Belang van het object/complex als essentieel onderdeel van een groter geheel dat cultuurhistorisch, 1.1 architectuurhistorisch en stedenbouwkundig van (inter)nationale betekenis is Belang van het object/complex wegens de situering, verbonden met de ontwikkeling/uitbreiding van een streek, 1.2 stad of wijk 1.3 Belang van het object/complex wegens de wijze van verkaveling/inrichting/voorzieningen 1.4 Belang van het object/complex voor het aanzien van een streek, stad of wijk Belang van het object/complex wegens de hoge kwaliteit van de bebouwing en de historisch‐ ruimtelijke relatie met 1.5 groenvoorzieningen, wegen, waterden en/of de bodemgesteldheid Architectuurhistorische waarden 2.1 Belang van het object/complex voor de geschiedenis van de architectuur 2.2 Belang van het object/complex voor het oeuvre van een bouwmeester of architect 2.3 Belang van het object/complex wegens de hoogwaardige esthetische kwaliteiten van het ontwerp 2.4 Belang van het object/complex wegens de ornamentiek 2.5 Belang van het object/complex wegens de interieurafwerking (in samenhang met het exterieur) Bouwhistorische waarden 3.1 Belang van het object/complex voor de geschiedenis van de bouwtechniek 3.2 3.3
Cijfer (waarde) 0 1 2 3
4
5
x x x x
x x x x x
x x x
x x
x
Belang van het object/complex vanwege de afleesbaarheid van de bouwgeschiedenis (historische gelaagdheid) Belang van het obect/complex wegens het materiaalgebruik
Waarden vanuit de gebruikshistorie (gerelateerd aan het object van onderzoek) Belang vanwege de ordening, samenhang of inrichting van gebouwen of ruimten, passend bij een (historische) 4.1 functie, gebruik of productie in het object/complex 4.2 Belang vanwege een (historische) functie, gebruik of productie in het object/complex Belang van het object/complex als herinnering aan een historische gebeurtenis of prominente 4.3 bewoner/gebruiker/opdrachtgever
x x
x x x
Conclusie De meeste kozijnen aan de achtergevel zijn ooit vervangen door simpele hout kozijnen. De historische waarde van de kozijnen is dus erg omlaag gegaan. Alle kozijnen zijn van hout gemaakt, wat (bijna) altijd werd gedaan. De meeste kozijnen zijn in slechte staat.
Onderdeel 62
Overzicht waardestelling Categorie
Onderdeel
Foeliedwarsstraat 42
26‐3‐2015
Monumentwaarde Indifferent
Positief
Gemaakt door:
Cheyenne en Sjoerd
Foto 1
Foto 2
Hoog
√ Gebied
Buurt Rapenburg
√ Straat Foeliedwarsstraat
√ Gebouw
Foeliedwarsstraat 42
√ Cluster
Beganegrond
63
я 1e verdieping
я 2e verdieping
я 3e verdieping (zolder)
я Interieur (afwerking)
я Ruimte
Meterkast
64
я Element
Voorgevel
я Achtergevel
я Woningscheidende wanden
я Trap
я Kozijnen Voorgevel
65
я Kozijnen Achtergevel
я Balklaag
я Kap
я Staalconstructie
я Schoorsteen / schouw
66
Conclusie
Doormiddel van de waardestelling is naar voren gekomen welke elementen van het pand op de Foeliedwarsstraat 42 van Historische waarde zijn. Er kwam duidelijk naar voren dat niet het gehele pand van hoge historische waarde is maar dat er wel elementen in het gebouw zitten die een hogere historische waarde hebben. Wel kwamen we tot de conclusie dat het pand in samenhang met het gebied een positieve waarde heeft. Het gebouw is typerend voor die tijd, maar verder zijn er weinig opvallende zaken. Na het onderzoek naar het pand hebben we ook ingezoomd op de verdiepingen, geen van de verdiepingen scoorde hoog op historische waarde. Dit betekend echter niet dat ze meteen gesloopt hoeven te worden, binnen de verdiepingen zijn er namelijk wel elementen die een historische waarde hebben. De kozijnen aan de voorgevel van het pand verkeren in een veel mooiere staat dan de kozijnen van de achtergevel, de kozijnen aan de achtergevel zijn ooit vervangen door simpele houten kozijnen. De kozijnen aan de voorgevel hebben daarom ook een positieve waarde gekregen. Ditzelfde is het geval bij de voor en achter gevel, de voorgevel zorgt voor een architectonisch beeld en geeft de sfeer van het gebouw/ straat weer. De achtergevel is niet zichtbaar en vrij simpel het heeft geen architectonische kenmerken of opvallende elementen. Hierdoor valt de voorgevel onder de positieve historische waarde. Het element dat de hoogste historische waarde heeft zijn de woning scheidende wanden en moeten daarom zeker blijven staan, de wanden bevatten bakstenen die niet meer worden gebruikt en die men zelden tegen komt. Ook scoort de trap hoog, dit komt doordat de trap is uitgevoerd in een art-Deco stijl en is versierd met ornamenten die dateren uit deze stijl periode. Een ander onderzocht element is de schoorsteen/haard dit was een opvallend element in ons gebouw maar scoorde uiteindelijk laag op historische waarde. De balklagen scoorde ook niet hoog, de balklagen zijn namelijk recent vervangen door standaard hout.
74
Rapport reconstructie - Sjoerd Booij, Jouri de Bruin
75
Reconstructie Foeliedwarsstraat 42 Âą1650
Om een beeld te geven hoe de Foeliedwarsstraat 42 in 1650 gebouwd was, hebben we onderzoek gedaan om een reconstructie te maken van het pand. Doordat de Foeliedwarsstraat op Rapenburg een arme buurt was, zijn er ook niet veel gegevens bewaart gebleven. Er zijn in boeken nog veel historische elementen te vinden welke in de 17e eeuw werden gebruikt. Om zo duidelijk mogelijk te achterhalen hoe het pand toentertijd gebouwd was, hebben we de volgende aspecten bekeken: - stedenbouwkundige massa - bouwstijl en bouwhistorie - de massa van het pand - de verschillende ruimten in de massa - de gevels van de massa - details van de onderdelen
Kaarten 17e eeuw
Door verschillende kaarten met elkaar te vergelijken, is te concluderen dat de rood- gemarkeerde straat de Foeliedwarsstraat is. Hiernaast is op de kaart van Amsterdam Balthasar FloriszBerckenrodeeen vogelperspectief te zien van Rapenburg, getekend in 1625. Er is te zien dat bijna alle panden in de Foeliedwarsstraat getekend zijn met een trapgevel. Pakhuizen werden vanaf 1620 – 1720 vooral in Amsterdam vooral met een trapgevel uitgevoerd. Het uiterlijk van de panden verwijzen naar de Renaissance. In de 17e eeuw werden trapgevels uitgevoerd door middel van bakstenen. Hierdoor staan aan de Foeliedwarsstraat gemetselde gevels. Ook is te zien dat de meeste panden 4 verdiepingen hebben. Op de kaarten is te zien dat alle panden een zadeldak hebben. Op de kaart uit 1672 zijn er duidelijk meerdere achterhuizen te zien.
Kaart uit 1657
Amsterdam, Balthasar Florisz Berckenrode
Kaart uit 1672
Plattegrond van Gerrit de Broen
76
Amsterdam was een stad van macht, aanzien en grote rijkdom. De handel met de oostzeelanden en Indië hadden hun hoogste punt gehaald. Bouwmeesters maakte die rijkdom in de vorm van statige grote huizen langs de grachten. Ook de kunst en de wetenschap bloeiden als nooit tevoren.
Geheel in de lijn van de vroegere eigendomsgrenzen volgden de stoepen, met alle meubilair daarop, de richting van de bouwmuren.Wat de relatie met de straat en huizen nog meer versterkten, waren de luifels, pothuisjes, zitbanken en buitentrappen. Deze bouwmuren of gevels stonden vaak schuin op de rooilijn.
Het huis in het bouwblok:
De doordringbaarheid van het bouwblok:
In de meeste steden, zo ook in Amsterdam, schreven ze voor dat de eigenaar van een huis een ‘oysendrop’ aan zijn erf moest grenzen. Een oysendrop is een op het erf liggende goot of steeg waar het water van de daken word opgevangen op maaiveldniveau. Die vervolgens naar een goot in de straat werd geleid. Bij voldoende breedte van de straat lag er een goot op vier voet (ongeveer 1,20m) uit de rooilijn en wel evenwijdig aan deze rooilijn. In Amsterdam was de maat van de oysendrop gesteld op zes duim (circa 15 cm). Wat inhoud dat er, samenvoegend van 2 huizen, een oysendrop van ongeveer 30cm aanwezig was. In de zeventiende eeuw werd deze maat verkleint tot drie duim (circa 7,5 cm, wat een totale breedte geeft van 15 cm), aangezien alle daken van hard materiaal waren en het water opgevangen werd door met lood beklede goten onder het dak. De oysendrop werd niet alleen functioneel gezien, maar ook esthetisch. De bouw van de architectuur waren heel erg gericht op het zelfstandige karakter van ieder huishet zogenaamde langshuis (met het dak evenwijdig aan de erfgrens). Het bouwblok bestond uit een samenstelling van meerdere individuele huizen. Is het perceel of huis erg ondiep, dan zal de lengterichting van het huis evenwijdig lopen aan de straat, waardoor het dak dwars op de erfgrenzen loopt. Dit huistype heet het dwarshuis. Het voordeel van dit laatste type was dat er geen oysendorp nodig was, aangezien het drupwater op de straat en het eigen achterwerf neerkwam. Verschillende of meerdere dwarshuizen naast elkaar konden met een gemeenschappelijke muur (gemene muur) gebouwd worden, waardoor het individuele karakter minder werd.
Het middeleeuwse en zestiende-eeuwse bouwblok waren niet geheel gesloten, het binnen gebied of binnenplaats was op vele plaatsen toegankelijk. Het bouwblok in de oude binnenstad had nog wel de karakteristieke eigenschappen die in de zeventiende-eeuwse en later minder voorkwamen. Dit had als gevolg dat de gesloten karakter van de al dan niet overdekte gangenniet meer intact bleven. Deze gangen gaven toegang tot beperkte erfjes achter de huizen waar vele ‘cameren’, of huisjes bestaande uit een vertrek, gebouwd waren. ‘Cameren’ zijn historische eenkamerwoningen.
Het Hofje:
Is achteraf misschien wel het meest openbare privé ruimte.De hofbouw is als het ware een naar binnen gekeerd bouwblok. De open gangen of ruimtes van het gesloten bouwblok, worden het best getypeerd met het inpandige hofje. Gebouwd uit sociaal en liefdadigheid oogpunt, met als voornamelijk doel onderdak te bieden aan voornamelijk bejaarde dames. Amsterdam heeft nu nog meerder van dit soort hofjes, hoewel het in de zeventiende-eeuw een ander doel had. Een rustige plek even weg van het drukke stadsleven, het bekendste hofje is het Begijnhof. Later in de volkswoningbouw hebben deze hofjes nog vaak een voorbeeldfunctie gehad.
De behandeling van de wand van het bouwblok tot aan het begin van de zeventiende eeuw:
De gevels vormden als het ware de huid van de bouwblokken. De huizen zelf hadden echter vanouds her een sterke band met straat. Dat komt voort uit de vijftiende-eeuwse verkoopactie, waar duidelijk de relatie van huis en straat naar voren komen. Delen van de straat, vaak tot het midden, behoorden toe aan de eigenaar van het huis. Je kocht dus niet alleen de huizen, maar ook het ‘beeld’ van de straat. Huis en straat waren in ééneigendom en dus ook één in gebruik. Deze beelden vloeide ook in de eeuwen daarop nog aantoonbaar voort. Zoals hierboven omschreven is, mocht het regenwater dat in de oysendorp terecht kwam, geloosd worden op straat in een goot evenwijdig aan de rooilijn en wel op vier voet afstand daarvan. Voor het straatleven gaat deze laatste omschreven goot een belangrijke rol spelen. In 1593 werd bepaald dat in straten waar twee sledenelkaar konden passeren, de bestrating niet meer door de eigenaren van de aanliggende huizen behoefde te worden aangebracht en onderhouden. De stad nam deze zorg dus op zich, maar dat hield wel in dat de eigenaren straatgeld moesten betalen. Ook moest de goot voor het huis geregeld schoongemaakt worden. Het gebied tussen de goot en de gevel mocht door de eigenaar van
Zeven Keurvorstenhofje Tuinstraat 197-223
Het Konijnenhofje Konijnenstraat, 1670
Bronnen:
- Boek - Amsterdam, het beschouwen waard. Baart, Jan M. - e.a. (tekst). 1993. - Boek - Stadsuitgeverij Amsterdam/Gemeentelijk Bureau Monumentenzorg, Amsterdam - Site - http://www.tussentaalenbeeld.nl/A60f4.htm - Site - http://www.dedriefleschjes.nl/bb/geschiedenis.pdf - Boek - Amsterdamse woonhuis, auteur: Zantkuil
77
Overgang van het middeleeuws huis naar een 16e en 17eeeuws huis
Tot ongeveer 1900 werd een nieuw gebouw aangemoedigd. In de 18e eeuw zijn meerdere oude huizen gesloopt of verbouwd om een nieuw huis te verwelkomen. Ze noemde een nieuw pand ook wel een sieraad voor de stad. De stedenbouwkundige structuur is ontstaan door het stadshuis. Het middeleeuwse stadshuis werd vervangen door een 16e of 17e eeuws huis. Zo ontstond er een huis welke dezelfde samenhang met de straat en de stedelijke structuur had als het voorgaande middeleeuws huis. In het totaalbeeld ontstond wel een wijziging, door het vervangen van de merendeels houten middeleeuwse huizen door de 16e en 17eeeuwse stenen huizen (met speelse rode gevels en licht geschilderde zandstenen ornamenten) werd het stadsbeeld aanzienlijk kleurrijker. Tijdens deze ontwikkelingen versteende de straat. Dit gebeurde door middel van plaveisel: een duurzame bedekking op de grond zoals bestrating. Ook kwamen er stenen kadeburen en bruggen, de houten buitentrappen werden vervangen door hardstenen stoepen. In de 17e eeuwse uitleg was een directe eenheid tussen structuur en huis ontstaan. De vormgeving in de 16e en 17e eeuw hadden weinig te maken met structuele veranderingen. In de 18e eeuw veranderde het interieur maar blijft het 17eeeuwse huis grotendeels behouden. Wel werden er achterhuizen bijgebouwd en konden de gevelsworden gesloopt of verbouwd naar het vormgevoel / de bouwstijl van die tijd. In de 18e en 19e eeuw veranderde het huis bijna niet, maar de gevels juist meer. De gevels werden meestal jonger dan de huizen erachter. Deze ontwikkeling werd doorgetrokken door de oudere huizen achter de nieuwe jonge gevels nu te vernieuwen en aan onze bewoningseisen aan te passen. dit is een belangrijke gebeurtenis van ons huidige restauratiefilosofie.
Ontwikkeling van de baksteen
In de 2e helft van de 12e eeuw komt de baksteen industrie langzaam op gang. De klei was minder dan van de Italiaanse en daarom ongeschikt voor het bakken van mooie grote romeinse tegels. Met de kleisoorten in onze streken kon men alleen zeer compacte stenen maken. Baksteen werd beschouwd als een vervanging en een bezuiniging voor natuursteen. Dit betekend dat de muren van natuursteen vermagerde door ’om en om’ een laag van bakstenen te metselen (speklagen). Baksteen nam loop der tijd de overhand waardoor natuursteen meer uit de architectuur verdween. Doordat de vormgeving een hoofdzaak werd, gebruikte men de baksteen als een volwaardig bouwmateriaal. Natuursteen werd als decoratief materiaal gebruikt, zodat de woningen geen sobere gevels kregen. Tot in de 17e eeuw benadrukt de combinatie van steensoorten de architectuur. Hierdoor ging men kleinere bakstenen bakken zodat onder andere het metselen eenvoudiger werd. In Amsterdam werd in de 14e eeuw al gebruik gemaakt van bakstenen van 220 x 100 x 50mm. Vanaf de 17e eeuw overheerste vechtformaat van 210 x 10 x 38mm. Verder werd ook als decoratieve zandsteen voor bestratingen de ‘drieling’ gebruikt, een gele steen. Vanaf de middeleeuwen tot de 17e eeuw werd de Bentheimer-zandsteen gebruikt (geelwit van kleur met soms een bruine verkleuring). Deze steen werd gebruikt als banden in het metselwerk, sierstukken, beelden en in de top van gevels. De steen verkleurde naar zwart.
Verstening
De brandpreventie is de belangrijkste reden geweest voor de verstening van het houten huis. Hierdoor ontwikkelde het kleine middeleeuwse houten (rook) huis zich tot een hoog 18eeeuws stenen stadshuis. Vooral de stenen stookplaats speelde een belangrijke rol in deze ontwikkeling. De manier van stoken door middel van een schoorsteen gaf een goede en gelijkmatige warmteverdeling in de ruimte. Om maar één dak doorbreking te krijgen maakte men de stookplaatsen boven elkaar.
Funderingen (heien op stuit)
In de tweede helft van de 16e eeuw werd het steeds gebruikelijker om lange palen te slaan die op de eerste zandlaag kwamen te staan. In de 14e tot 16e eeuw werd er nog op kleef geheid, deze palen waren tussen de 5 en 7 meter lang. Heien op stuit werd ontwikkeld doordat de grond in Amsterdam niet draagkrachtig genoeg was om hoge stenen muren te dragen. Deze zandlaag ligt ongeveer 11 of 12 meter onder N.A.P. Dit betekende dat er niet meer op kleef, maar op stuit werd geheid. Hierdoor kon het aantal palen sterk verminderd worden.. De palen werden twee aan twee naast elkaar geslagen met ongeveer 800mm afstand hart op hart. Op de plaats waar de muur kwam te staan, werden gelijk zware funderingspalen als werkvloergelegd die met houten of ijzeren nagels aan elkaar werden verbonden. Om bij grotere woon- en pakhuizen het uitwijken van de palen te voorkomen, bracht me in de tweede helft van de 17e eeuw kespen aan (dwarsbalken) over de twee naast elkaar staande palen.
Ontwikkeling van de paalfundering
78
Trapgevels Renaissance
Kruiskozijn
In de middeleeuwen ontwikkeld zich een eigen bouwtraditie in Nederland. Sommige De top van een trapgevel versmalt trapsgewijs naar Boven. Tussen 1600 en 1665 werden de onderdelen van de middeleeuwse cultuur worden continu herhaald in verdere culturele houten puntgevels in een hoog tempo vervangen door trapgevels van baksteen. In de 17e ontwikkelingen. Zo vertoont de voorgevel van ieder afzonderlijk bouwwerk een duidelijke eeuw werd het stadsbeeld vrijwel bepaald door trapgevels. beeld; de indeling is nauwkeurig en in bepaalde verhoudingen berekend. Wat typerend voor deze bouwstijl is, is dat de gevel dragend is en is opgebouwd rond Twee Amsterdamse bouwstijlen van de 17e eeuw: de openingen, omlijst door hout en baksteen. De bouwwijzen bij 1600 – 1640 Renaissance landen zoals Belgie, Duitsland, Frankrijk zijn de vensters gaten 1625 – 1700 Hollands classicisme in een dragende voorgevel. Aparte houten kozijnen doen aan het eind van de vijftiende eeuw hun intrede. Voor de luiken en ramen Renaissance: gebruikte men eeuwenlang hoofdzakelijk twee houtsoorten: eiken - Woonhuizen hebben bijna altijd trapgevels voor het meest degelijke werk en grenen voor minder belangrijke of - Er wordt vooral gebruik gemaakt van rode bakstenen in combinatie met natuursteen niet erg aan weersinvloeden onderhevige elementen. Het kozijn is ornamenten uitgevonden bij de vulling van het vak in het Hollandse houten huis - De natuursteen ornamenten zijn: - Speklagen met glas.Kozijnen waren er uitsluitend ten noorden van de Maas. - Rechthoekige blokken op bouwkundige plaatsen, Meer Zuidelijk en Oostelijk waren alleen maar vensters, dat zijn zoals waar liggende en staande delen in de gevel dunne platte dingen, die van binnen voor het gat in den muur aangebracht worden wanneer op elkaar aansluiten of in bogen boven ramen het huis bijna voltooid is. Kozijnen worden nog steeds overeind gezet voor de metselaar be - Klassieke koppen, leeuwenmaskers, gint. engelenkopjes, krullen - Ornamenten zijn meestal opvallend gelijkmatig Kruiskozijnen komen voor in metselwerk, hout ennatuursteen. Een kruiskozijn bestaat in verdeeld, afgezien van de Italiaanse renaissance, wezen uit twee kloosterramen naast elkaar met een kozijnstijl in het midden. Dit was alleen zijn deze veel soberder en strakker dan de noodzakelijk, omdat de neerwaartse druk van het bovenliggende metselwerk op het kozijn Hollandse renaissance. terecht komt. Later, past men het kozijnhout aan en kleinere afmetingen toe. Dat komt door de ontwikkeling van ontlastings- en segmentbogen, hanenkammen en lateien, die het kozijn ontlasten van de neerwaartse druk van het metselwerk daarboven. Het kruiskozijn kon een maximale overspanning van 1,8 m overbruggen. Door verbeterd timmergereedschap kan men vervolgens het glas in een houten raamwerk plaatsen. Glas komt in een houten omraming (het raam), dat draaibaar in een kozijn wordt afgehangen. Hierdoor worden er nu ook in het onderste deel van het kruiskozijn raamhout geplaatst, inclusief glas in lood, dat naar binnen kan worden geopend.De ramen zijn niet breder dan 60 cm, omdat ze anders uitzakken. De ruitjes zijn ongeveer 10 x 15 cm. Om te voorkomen dat er een opening aan de zijkanten ontstaat, laat men het hout van boven- en onderdorpel nog iets buiten de stijlen uitsteken, de zogenaamde oren. Vaak werden ook de bovendorpels en kalven voorzien van een profilering om het regenwater naar buiten af te voeren.Soms is dat profiel één geheel met kalf en dorpel, soms is het een losse lat. In de regel wordt een houten kruiskozijn zo geplaatst, dat de voorzijde nagenoeg valk loopt met het gevel. Vanaf +/-1675 zijn er verdere ontwikkelingen in het kruiskozijn. Zo worden het bovenlicht en iets later- schuivende onderramen niet meer in tweeën gedeeld. 79
De glaskwaliteit is aanmerkelijk beter geworden, wat grotere ruitjes oplevert van circa 20 x 25 cm. Glas in lood word rond 1640 vervangen door houten roeden.Lood is te slap om dat formaat de nodige steun te kunnen geven vandaar dat het word vervangen door houten roeden. Tegelijkertijd verdwijnt geleidelijk ook de middenstijl uit het kruiskozijn. Dit is mogelijk door boven de bovendorpel een boogvormige rollaag te metselen die de dorpel ontlast. De oudste roedenramen hadden nagenoeg vierkante ruitjes, waarvan de hoogte iets groter was dan de breedte. Een gemiddelde verhouding was dat de hoogte 1,4 x de breedte was (verhouding 4:3). De timmerman gebruikt deze zogenaamde 3-4-5-steek nog steeds. In de negentiende eeuw wordt bij de driedeling van de ramen de hoogte groter tot ongeveer 1,6 x de breedte, wat vrijwel de gulden snede benadert. In de 17e eeuw hebben er vermoedelijk kruiskozijnen in de trapgevel gezeten.
Op de hoek van de Foeliestraat en de Prins Hendrikkade staan oude pakhuizen van de Oost-Indische compagnie als een belangrijke herinnering aan een periode in onze geschiedenis, welke afgesloten is. De bouw van de IJ-tunnel heeft voor Rapenburg en de omgeving grote veranderingen gebracht, waarvan men voor de bouw zich nog geen duidelijke voorstelling kon maken. Behalve de pakhuizen zullen ook de namen Foeliestraat en Peperstraat blijven herinneren aan de scheepvaart. Het is duidelijk dat de straten in deze omgeving genoemd werden naar producten die gehaald zijn door gevaarlijke tochten naar Oost-Indië. De drie eilanden Uilenburg, Marken en Rapenburg zijn door vergravingen ontstaan bij de tweede uitbreiding van Amsterdam. De oudste bekende afbeelding van Rapenburg is te vinden op de kaart van Pieter Bast uit 1597. In dit jaar waren de eerste geslaagde schepen die een Nederlandse zeereis naar Oost Indië hadden gemaakt, en in Amsterdam terug kwamen. Hierdoor ontwikkelde de handel in Amsterdam. In 1597 was er al een brug welke Marken en Rapenburg verbond. Op 26 en 27 februari in 1609 volgde een veiling van erven aan de noordzijde van de Foeliedwarsstraat van tegenwoordig. De terreinen welke verkocht werden, waren verkaveld zoals op de scan hieronder te zien.
Kozijnen en ramen 21e eeuw
Kozijnen en ramen 17e eeuw
Foeliedwarsstraat en omgeving
De Foeliestraat en dwarsstraat zijn genoemd naar de foelie, vroeger een van de belangrijkste producten welke Indië leverde en hier in de omgeving werd opgeslagen. De beide straten werden aangelegd in 1593. In de Foeliedwarsstraat was de ingang voor de Kweekschool voor de. De Foeliestraat is aan de oostzijde voor een deel gesloopt ten behoeven van de inrit van de IJ-tunnel. Verder gezocht referentie boek: Literatuur: Dr L. Jansen, De Foeliestraat en omgeving, O.A. 1965, 176. In dit boek stond alleen een intro over de Foelie en Foeliedwarsstraat. Er stond eer verwijzing naar een ander boek geschreven door DR. L. Jansen. Vanuit dit boek komt de verdere informatie.
Hiernaast een scan uit het boek wat de erven langs de Foelie- en Foeliedwarsstraat laat zien. De meest verkochte erven varen 20 voet breed, één Amsterdamse voet was ca. 28cm. Wat betekend dat deze kavels 5,60 meter breed waren. Alleen waren er in het Westelijke stuk aan de Noordzijde van de Foeliedwarsstraat erven te vinden van 18 voet, terwijl daar ook drie erven waren die 40 voet breed waren en één zelfs 43 voet breed. Langs het water mocht niet gebouwd worden. Langs het water mocht niet gebouwd worden, omdat daar een strook van 60 voet diep moest blijven liggen om als houtwal te gebruiken. In 1877 gaf het gemeentebestuur toestemming voor bebouwing op de grond van de voormalige houtwallen tussen de straat en de Rapenburgwal.
Bronnen:
- Boek - Amsterdam, het beschouwen waard. Baart, Jan M. - e.a. (tekst). 1993. Stadsuitgeverij Amsterdam/Gemeentelijk Bureau Monumentenzorg, Amsterdam - Site - http://www.tussentaalenbeeld.nl/A60f4.htm - Site - http://www.dedriefleschjes.nl/bb/geschiedenis.pdf - Boek -Amsterdamse woonhuis, auteur: Zantkuil - Site - http://www.grachtenvanamsterdam.nl/bouwstijlinfopag.htm#2 - Site - http://www.joostdevree.nl/bouwkunde2/jpgk/kruisvenster_8_500_jaar_houten_kozijnen_www_nbvt_nl.pdf
80
Tekeningen reconstructie
Links is de eerste handgetekende geveltekening van de reconstructie te zien. Hier hebben we alle onderdelen verwerkt van de bouwstijl Renaissance. Recht daarvan is de definitieve reconstructie getekend van de voorgevel. Deze tekening hebben we compleet gemaakt nadat we alle gegevens over de reconstructie van het pand uit 1650 hadden. In deze tekening hebben we nog wat elementen veranderd nadat we de bouwkundige tekeningen in Stadsdeel Centrum te zien kregen. Verder hebben we een dwarsdoorsnede en een langsdoorsnede over het pand getekend, zodat in kaart is gebracht hoe de balklagen liepen en waar de schoorsteen zat. Op de doorsnede staat ook het achterhuis getekend waar.
Doorsnede reconstructie
Plattegronden reconstructie
Op de onderstaande tekeningen is de reconstructie van de plattegronden te zien van de Foeliedwarsstraat 42. De kavelafmetingen zijn in de eeuwen hetzelfde gebleven. De gehele kavel is in de 17e eeuw bebouwd. Dit komt doordat er meerdere gezinnen in het pand hebben geleefd. Hierdoor stond achter het pand nog een achterhuis met drie verdiepingen waarop een zadeldak stond. De ruimten werden in de 17e eeuw klein gemaakt, zodat de ruimten zo effectief mogelijk konden benutten.Halverwege de pui is een vloer gemaakt. Van de buitenkant lijkt het dat er een hoge begane grond in het pand zit, maar om zoveel mogelijk vierkante meter in het pand te creĂŤren is hier een vloer achter een balk van de pui gemaakt.
Fotoreportage begane grond en gevels
- Matthijs Bos, Cheyenne Beuker, Sjoerd Booij, Jouri de Bruin
91
Fotoreportage Begane Grond
Na deze foto’s volgt een plattegrond waarop is aangeduid waar de foto’s zijn genomen.
F-01
F-02
F-07
F-11
F-03
F-08
F-12
F-04
F-05
F-09
F-13
F-06
F-10
F-14
92
F-15
F-16
F-17
F-18
F-19
93
94
Fotoreportage Gevels
Na deze foto’s volgt een aanzicht waarop is aangeduid waar de foto’s zijn genomen.
G-01
G-03
G-02
G-06
G-11
G-04
G-07
G-12
G-08
G-12
G-13
G-05
G-09
G-14
G-15
G-10
95
Overzicht foto’s Gevel (Bijlage blad) G06/ G15 G02/ G05/ G16 G07
G03/G04
G10 G11
G08/ G13
G09/ G12/ G14
G09/ G12/ G14 G01
Plaats waar de foto’s genomen zijn
Rapport Herbestemming - Gezamenlijk
Herbestemming Foeliedwarsstraat 42 - Michiel Baltus Studentenwoningen in Rapenburg
Na het maken van het project over Foeliedwarsstraat 42 zijn we er achter gekomen dat de enige waarde aan het pand het uiterlijk is. Omdat het pand dicht bij het centrum is en daar al genoeg commerciĂŤle ruimtes en openbare gebouwen zijn wil ik in het pand studentenwoningen met gemeenschappelijke woonruimtes gaan maken. Hiervan zijn er nooit genoeg in Amsterdam en gezien de locatie zal dit een gewilde plek zijn. Om te voorkomen dat het bouwbesluit te invloed krijgt op het pand wil ik een aantal elementen in de woning restaureren. Alles wordt gesloopt behalve de balklagen en de bouwmuren. De gevels worden gereconstrueerd naar het originele uiterlijk. Verder wil ik het pand energieneutraal maken. Hiervoor moeten maatregelen worden genomen. Op de begane grond komt een gemeenschappelijke woonkeuken. Op verdiepingen komen de slaapkamers voor de studenten en op de eerste en tweede verdieping komt er een badkamer voorzien van een douche, toilet en wastafel. Op de derde verdieping komt alleen een toilet en twee woonruimtes.
Hele pand
2e verdieping
- Binnenwanden slopen - Nieuwe indeling - Het plafond en de vloer restaureren - Trap restaureren - Het balkon reconstrueren - Keuken verwijderen - Sanitaire ruimtes verwijderen - Badkamer plaatsen
3e verdieping
- Binnenwanden slopen - Vloer restaureren - Spanten restaureren - Duurzame dakconstructie realiseren - Sanitaire voorzieningen verwijderen - Toiletruimte plaatsen
- Duurzame installaties plaatsen - Leidingwerk helemaal vernieuwen - Duurzame materialen toepassen
Begane grond
- Binnenwanden slopen - Nieuwe indeling - Voorzet wanden en verlaagd plafond verwijderen - Ramen plaatsen - Trap restaureren - Leidingwerk plaatsen - Vloer vlak maken - Pui plaatsen - Gevels reconstrueren
1e verdieping
- Binnenwanden slopen - Nieuwe indeling - Het plafond en de vloer restaureren - Trap restaureren - Keuken verwijderen - Sanitaire ruimtes verwijderen - Badkamer plaatsen
98
Herbestemming Foeliedwarsstraat 42 - Tim Boer Inleiding
Nu we het hele pand qua geschiedenis en situatie in kaart hebben gebracht moeten we gaan nadenken over een herbestemming van dit perceel of pand. We moeten nadenken over nieuwe functies en behoud van historische motieven.
Bestaande situatie
Het pand op de Foeliedwarsstraat 42 staat al een ruime tijd leeg en is op dit moment in het bezit van stadsherstel Amsterdam. Het pand is erg in verval geraakt doordat er niemand meer woont en er dus weinig tot geen onderhoud word verricht. Er zijn veel vochtplekken, schimmels en lekkages.
De tweede en zolderverdieping zal een iets grotere woning worden met één gemeenschappelijke woonkamer, keuken, badkamer en 3 of 4 kleinere slaapkamers. De begane grond zal een eigen entree krijgen en de woningen een trappenhuis met toegang tot de woningen.
Conclusie
De woningen zullen klein worden en zijn dus geschikt voor woningdelers, studenten en/of starters. Het zullen dus goedkope en geen luxe woningen worden. Dit onder meer omdat er een te kort aan betaalbare woningen is in stadsdeel Centrum. De begane grond zal een open pui krijgen, omdat dit een commerciële functie gaat vervullen en om zoveel mogelijk daglicht te vangen. Het gevelbeeld zal worden behouden, alleen de indeling van het huis zal veranderen.
De begane grond heeft als laatst een winkelfunctie gehad. Het is een grote diepe en donkere ruimte. De 1e, 2e en zolderverdieping hebben een woonfunctie gehad. Op elke verdieping zijn rechts en links van het trappenhuis een woonruimte gemaakt. De woonruimte bestaat uit woon/slaapkamer een keuken en een kleine douche. Luxe appartementen waren het dus niet.
Omgeving
Het pand op de Foeliedwarsstraat 42 bevindt zich in stadsdeel Centrum. Het is een buurt waar mensen graag willen wonen. Op loopafstand ligt het Waterlooplein, met een grote markt en winkels. Ook is er op een minuut afstand een supermarkt. Er is een bruine kroeg op de hoek en verschillende restaurants en bars in de buurt.
Voorstel herbestemming
Het pand op de Foeliedwarsstraat 42 ligt in een aantrekkelijke buurt. Er zijn dus veel mogelijkheden wat betreft de herbestemming. Bij het bedenken van de herbestemming heb ik gedacht op wat er goed past op stadsniveau en straatniveau. De panden in deze straat hebben ook in de plint de functie wonen, waardoor er sommige delen van de dag weinig gebeurt in de straat. De keuze voor een commerciële functie op de begane grond kan daar verandering in brengen. Op stadsniveau heb je genoeg bedrijfsruimte, detailhandel enz. Waar wel een groot schaarste aan is, is woonruimte. De verdiepingen kunnen we dan ook als bestemming wonen geven. Er komen dus twee functies in het her bestemde pand. Wonen op de verdiepingen en commercieel gebruik op de begane grond. De begane grond, wat een commerciële functie krijgt, zal zo worden ontworpen dat vele verschillende soorten bedrijven hier in de toekomst kunnen huisvesten. Hierbij kun je denken aan een bakker, restaurant of detailhandel. Op de verdiepingen zullen woonruimtes komen. De eerste verdieping zal één woning worden met een gemeenschappelijke woonkamer, keuken, badruimte en ruimte voor 2 of 3 kleine slaapkamers.
99
Herbestemming Foeliedwarsstraat 42 - Sjoerd Booij Woonhuis Foeliedwarsstraat 42
Voor het gevelbeeld van de Foeliedwarsstraat zou het zonde zijn als er historische panden gesloopt worden. Dit veranderd het straatbeeld van de Foeliedwarsstraat. Vanaf de 17e eeuw is het pand opgesplitst geweestin meerdere woningen voor gezinnen. Zo hebben er in het verleden 5 gezinnen tegelijk in de woning gewoond, echter stond er toen wel een achterhuis waar nu enkel de begane grond nog doorgezet is. Het lijkt mij verstandig om de oorspronkelijke functie van het pand terug te brengen. Op de begane grond zat in het verleden een winkel gehuisvest. De Foeliedwarsstraat is geen aantrekkelijke straat waar veel toeristen langs lopen. Hierdoor is het voor bewoners een aantrekkelijke rustige straat om te wonen. De begane grond is een diepe ruimte waar een winkel of praktijkruimte zou kunnen komen. De begane grond zou gecombineerd kunnen worden met de 1e verdieping, zodat de bewoners deze praktijk- of winkelruimte in combinatie met hun woning beheren. De bouwkundige staat van het pand is slecht, en hier zullen nieuwe constructieve oplossingen voor moeten komen. Het pand is flexibel doordat er geen binnenwanden in zitten met enige waarde.
Programma van Eisen: Cluster 1: Begane grond: 1e Verdieping: Eventuele kelder: Cluster2: 2e Verdieping: 3e Verdieping:
Praktijk / winkel ruimte (werkruimte) Woning in combinatie met beganegrond Er zou een kelder gemaakt kunnen worden voor meer (opslag) ruimte woonruimte Woonruimte en kleine berging Op het dak een buitenruimte
- Voorgevel restaureren, zoveel mogelijk intact laten - Achtergevel - Trappenhuis als (portiek) ontsluiting gebruiken voor beide woningen - Topgevel renoveren - Alle balklagen hebben geen waarde dus mogen veranderd of vernieuwd worden
Voorgevel
- Gescheurde voegen restaureren - Kapotte delen metselwerk vernieuwen - Topgevel restaureren naar oorspronkelijke staat - Kozijn en raam op de zolder vernieuwen - Ramen restaureren, eventueel vernieuwen naar oorspronkelijke staat.
Achtergevel
- Alle kozijnen slopen en vernieuwen - Metselwerk heeft geen waarde dus mag veranderd worden - Asbest saneren - Verrotte dakranden slopen en vernieuwen door middel van een eigen ontwerp
Begane grond:
- De bouwmuren moeten gehandhaafd worden - Een zo open mogelijke ruimte creĂŤren, omdat het een donkere ruimte is - De voorzetwanden kunnen verwijderd worden - Het kozijn in de voorgevel bestaand laten - Deuren in de voorgevel mogen vernieuwd worden voor aantrekkelijke deuren - Lichtinval door voorzijde en achterzijde van de woning - De binnenwanden kunnen gesloopt worden - Toiletruimte moet vernieuwd worden - Balklagen hoeven niet gehandhaafd te worden - Nieuwe plafonds
1e Verdieping
- Binnenwanden verwijderen - Nieuwe balklagen zo nodig - Functionele indeling maken (denk aan badkamer of keuken) - Kozijnen aan de achtergevel slopen
2e Verdieping
Algemeen
- Zoveel mogelijk in oorspronkelijke staat houden
- Binnenwanden verwijderen - Functionele indeling maken voor woonruimte - Balkon renoveren - Bestaande keuken verwijderen - Egale dekvloer met afwerking maken - Nieuwe wandafwerking - Nieuwe plafondafwerking
3e Verdieping
- Meer ruimte creĂŤren onder de kap (evt. door dakkapel te plaatsen) - Bestaande Art Deco trap handhaven - Kleine opslagruimte / berging - Alle niet dragende wanden slopen en nieuwe indeling ontwerpen - Nieuwe dakpannen gebruiken - Kap isoleren
100
Visie Wonen en werken in een monument
Elk monument draagt een historie met zich mee. Aan een monument is de kunst, cultuur en architectuur af te lezen. Hierdoor is het belangrijk dat het zoveel mogelijk intact blijft. Door de leegstand van een monument te voorkomen vind ik het belangrijk dat hier een woon of werkfunctie aan gegeven kan worden. hierdoor blijft een monument onderhouden, en gaat dit de veroudering tegen. Bouwtechnisch is het ook belangrijk dat de monument een waarde blijft houden, zodat de ontwikkelingen in de bouw duidelijk zichtbaar zijn De bouwstijl van een monument mag in mijn ogen zo min mogelijk aangetast worden. Aan de bouwstijl is namelijk te zien uit welk jaar een monument dateert. Een belangrijk aspect is ook de omgeving waar een monument zich bevindt. De functie van een monument veranderen moet in overleg gedaan worden.
Werkfunctie
In principe lijkt het mij goed dat een kleinschalig bedrijf zich vestigt in een monument. Hierdoor zullen meer mensen in aanraking komen met monumenten. Echter als er een groot bedrijf zich in een monument vestigt, is de kans op aantasting aan een monument groter. Een goede oplossing om een monument een werkfunctie te geven is een kleinschalig bedrijf van de eigenaar die in het monument woont.
Woonfunctie
Een monument een woonfunctie geven is een goede oplossing, omdat de bewoners een monument goed moeten onderhouden. Als er aanpassingen aan het gebouw plaatsvinden vind ik dat dit in overleg met meerdere instanties moet gebeuren. Er kunnen altijd delen geschiedenis weg gesloopt worden zonder het besef dat hier monumentale waarde aan zit. Om in een monument te kunnen wonen is uniek, en hierdoor moeten de bewoners weten waar ze zich in bevinden. De buitenschil en constructie bepaald het beeld van een gebouw, hierdoor moet er zoveel mogelijk intact blijven. Delen van het interieur bij een woonfunctie mag in mijn ogen wel worden aangepast, omdat iedereen een eigen leefomgeving wilt. Wel moet dit in overleg gebeuren.
Herbestemming Foeliedwarsstraat 42 - Cheyenne Beuker Museum Rapenburg en omstreken
Na het historisch onderzoek ben ik erachter gekomen dat Rapenburg (de buurt waar de Foeliedwarsstraat in gelegen is) een hele interessante geschiedenis en historie heeft. Aangezien er nog geen museum over deze buurt bestaat lijkt het me erg interessant om van ons pand een museum te maken over Rapenburg en omstreken. Om van het pand een mooi en overzichtelijk museum te maken wil ik de binnenwanden van de verdiepingen slopen zodat er grote open ruimtes ontstaan. Zo kan er per verdieping een nieuw onderwerp getoond worden.
3e verdieping
- Binnenwanden slopen - Ramen plaatsen - Het dak en de vloer herstellen - Sanitaire ruimtes verwijderen - Zorgen voor een mooie vloer-, wand- en plafondafwerking
Om van de Foeliedwarsstraat 42 een zo aangenaam mogelijk museum te maken heb ik de volgende punten op het PVE gezet:
Begane grond
- Binnenwanden slopen - Voorzet wanden en verlaagd plafond verwijderen - Ramen plaatsen - Het mogelijk maken om vanaf de begane grond de trap te nemen - De toilet ruimte vernieuwen - Zorgen voor mooie vloer-, wand- en plafondafwerking - Mooie entree deuren plaatsen - Gevel restaureren
1e verdieping
- Binnenwanden slopen - Het plafond en de vloer herstellen - Kamer verlengen, het buitenhokje meetreken met de kamer - Keuken verwijderen - Sanitaire ruimtes verwijderen - Zorgen voor mooie vloer-, wand- en plafondafwerking
2e verdieping
- Binnenwanden slopen - Het plafond en de vloer herstellen - Het balkon herstellen - Keuken verwijderen - Sanitaire ruimtes verwijderen - Zorgen voor mooie vloer-, wand- en plafondafwerking - Zorgen voor een mogelijkheid om een beamer te gebruiken
102
Herbestemming Foeliedwarsstraat 42 - Matthijs Bos Inleiding
In dit rapport ga ik een voorstel geven voor de herbestemming van het pand aan de Foeliedwarsstraat 42, dit ga ik doen door eerst de bestaande situatie te omschrijven, iets over de omgeving te vertellen en een onderbouwing te geven van het voorstel. Dit rapport wordt door iedereen uit de groep gemaakt, op deze manier komen er verschillende voorstellen die we in het volgende blok namelijk course 240 kunnen gebruiken.
Bestaande situatie
Op dit moment staat het pand leeg en is het al aardig in verval geraakt, dit verval is te merken aan de vochtigheid, aantasting van de constructie, lekkages, schimmels en kapot sanitair. De naastgelegen panden verkeren in dezelfde staat, deze staan ook al een tijd leeg en raken ook in verval. De bovenste drie verdiepingen van het pand hebben altijd een woonfunctie gehad, deze waren waarschijnlijk al van ouds her verdeeld in twee woningen. De onderste verdieping is voor verschillende doeleinde gebruikt, dit is te zien aan de indeling en dit hebben wij vernomen van een naastgelegen buurtbewoonster. De begane grond is voor het laatst gebruikt als showroom van elektrische apparaten, dit is nog goed te zien aan de vele stopcontacten die in de voorzetwand zijn opgenomen. Het pand bestaat uit 4 bouwlagen en deze lopen trapsgewijs naar beneden, dit komt door de twee bijkeukens op de eerste en tweede verdieping en de later gekomen aanbouw op de begane grond, deze bevindt zich achter het pand. De hoofddraagconstructie van het gebouw bestaat uit twee gemetselde woning scheidende wanden met dwarsgelegen balklagen, door deze vloeren zijn er geen dragende binnenwanden nodig. De twee bijkeukens worden afgedragen op een portaalspant die op de begane grond is te zien, de oude achtergevel wordt op dezelfde manier afgedragen. De begane grondvloer is tijdens een renovatie vervangen door een betonnen vloer die is voorzien van een dekvloer.
Omgeving
In het rechterdeel van Rapenburg (het deel rechts van de ijtunnel) bevinden zich de volgende gebouwfuncties: • 2 restaurants • 3 cafés • 1 grandcafé • 1 supermarkt • 1 glow in de dark midgetgolf (in het gebouw van de vroegere zeevaartschool) • Verschillende kantoorruimten Deze punten liggen allemaal binnen een straal van 100 meter om het gebouw. Naast dit ligt het pand vlakbij het Waterlooplein, Rembrandtplein en de Nieuwmarkt, het pand ligt tenslotte in het stadsdeel centrum.
Voorstel herbestemming
De begane grond kan worden gebruikt als ruimte die is ingesteld op het geven van workshops, de drie bovenste bouwlagen behouden hun woon functie. De bouwlagen kunnen worden verdeeld door één woning op de eerste verdieping te vestigen en de andere woning op de tweede verdieping met zolder. De doelgroepen die geschikt zijn voor deze woningen zijn starters en studenten.
Onderbouwing
Aangezien de woningen nog al klein worden en de toegankelijkheid van de trappen zijn de woningen geschikt voor starters of studenten, de woning op de eerste verdieping zal voorzien zijn van een eigen voordeur, slaapkamer, badkamer, keuken, hal, balkon en woonkamer. De tweede woning heeft naast de ruimtes van de hiervoor genoemde woning een zolder waar nog een werkkamer en extra slaapkamer gerealiseerd kan worden. De workshopruimte op de eerste verdieping kan zo worden ingedeeld dat er verschillende workshop gegeven kunnen worden, hierbij kan gedacht worden aan kook, knutsel, gedrag en opvoeding workshops. De begane grond is hier naar mijn mening voor geschikt vanwege het beperkte daglicht, de hedendaagse indeling, grootte en het feit dat er geen workshop ruimte in de buurt is. Workshopruimtes zie je wel vaker in de stad en het is een o.a. populair als bedrijfs, vrienden, famillie of schooluitje. Naast dat denk ik dat de buurt en daarmee bedoel ik voornamelijk de straat wel zoiets kan gebruiken en de locatie is goed bereikbaar.
Programma van Eisen Begane grond: • Gevel kozijn vervangen voor een gevelpui met veel glas • Tochtportaal realiseren bij de voordeur • Binnenwand achterkamer verwijderen • Portalen optimmeren met brandvertragend isolatiemateriaal • De aangetaste balken van de verdiepingsvloer vervangen • Installaties aanleggen en het oude overbodige leidingwerk verwijderen • Gips plafond verwijderen en vervangen voor een systeemplafond • Voorzet wanden vervangen • Kapot sanitair verwijderen en vervangen • Toiletruimte opnieuw tegelen • Dekvloer vlak maken en voorzien van een afwerkvloer • Wanden van de achterkamer repareren en afwerken • Trappenhuis opknappen • Binnen kozijnen en deuren vervangen
103
Eerste verdieping • Afwerkvloer verwijderen • Wanden strippen • Sanitair verwijderen • Keuken strippen • Badkamer realiseren door wat tussenwanden te verwijderen en een aantal nieuwe tussenwanden te realiseren (douche staat nu nog in de keuken). • Badkamer betegelen • Wanden voorzien van stucwerk • Vloer voorzien van isolatiemateriaal en afwerklaag • Trappenhuis opknappen • Kozijnen voorgevel opknappen • Kozijnen achtergevel vervangen Tweede verdieping • Afwerkvloer verwijderen • Wanden strippen • Sanitair verwijderen • Keuken strippen • Badkamer realiseren door wat tussenwanden te verwijderen en een aantal nieuwe tussenwanden te realiseren (douche staat nu nog in de keuken). • Badkamer betegelen • Wanden voorzien van stucwerk • Vloer voorzien van isolatiemateriaal en afwerklaag • Trappenhuis opknappen • Kozijnen voorgevel opknappen • Kozijnen achtergevel vervangen • Balkon vervangen • Afdak van het balkon vervangen Zolder • Kozijnen voorgevel opknappen • Kozijnen achtergevel vervangen • Vloer voorzien van isolatiemateriaal • Vloer voorzien van afwerklaag • Tussenwanden opknappen • Trappenhuis opknappen • Glazen dak element vervangen • Dakvlakken nalopen en gebreken aanpassen • Binnenkant van het dak isoleren en afwerken met platen of elementen • Deurkozijnen vervangen in de binnenwanden
104
Herbestemming Foeliedwarsstraat 42 - Jouri de Bruin Inleiding
Nu het pand volledig in kaart is gebracht, zowel de geschiedenis als de huidige situatie, kan er nagedacht worden over een herbestemming. Vooral het heden zal ik willen verwerken op deze plek, met een terugblik naar het verleden.
Voorstel herbestemming
Er zijn ontzettend veel mogelijkheden binnen dit pand, zo heeft de begane grond de functie van zowel wonen als werken gehad en de verdiepingen als opslag en woningruimte gefunctioneerd. Zoals de situatie er nu is, heeft de begane grond een bedrijfsruimte, en de verdiepingen een woningfunctie. Dit zou ik deels intact houden. Naar mijn mening is de locatie niet optimaal voor een restaurant of andere horeca gelegenheid, dit omdat het qua parkeren lastig is, en er weinig ligt inval is in de straat dan wel de woning zelf (voorgevel). Ook is het een straat met weinig woningen, en is er in de buurt al genoeg horeca zaken die een betere locatie en herkenning hebben. Het is ook niet een straat die verbinding legt naar andere belangrijke straten, of uitnodigt om doorheen te fietsen. Vandaar dat ik van de begane grond dan ook een woningfunctie wil geven. Een gelijksvloers appartement met een kleine buitenplaats. Verder zal ik van de andere verdiepingen ook appartementen maken, en zal ik zoals bij ‘indeling’het achterhuis terugplaatsen die 2 verdiepingen telt (zoals vroeger). Wat inhoud dat de 1ste verdieping een extra woonoppervlakte heeft en de 2 verdieping (en zolder) een dakterras. In totaal zal er dan 3 luxe appartementen gecreëerd worden die verbonden word met het huidige trappenhuis, die heeft al een aparte ingang.
Indeling
De aanbouw word gesloopt, en daarbij komt een nieuw te bouwen achterhuis zoals die er vroeger uitzag. Dit achterhuis zal 2 verdiepingen tellen (begane grond, en 1ste verdieping) en heeft een platdak waar een terras op word gemaakt voor de woning die gevestigd is op de 1ste verdieping. De 2de verdieping en 3de verdieping, de zolder, zullen samengevoegd worden. Ook op het dak van de 2de verdieping zal een dakterras worden gemaakt, waar nu alleen grind op ligt. Zo creëer je 3 ruimte woningen die allen voorzien zijn van een buitenruimte, een centrale trappenhuis op een eigen voordeur. Wat ook een bijkomstigheid is, is dat je van het huidige pand zoveel mogelijk intact houd. Ook de terugblik naar het verleden met het maken van het achterhuis is een bijkomstigheid. Niet alleen creëer je veel meer woonruimte, ook herstel je de plattegronden zoals die er vroeger uitzagen.
Indeling woningen:
Appartement 1 Appartement 2 Appartement 3
Begane grond inclusief achterhuis 1ste verdieping inclusief achterhuis, eigen voordeur doormiddel van een centrale trappenhuis en een dakkterras die gevestigd is op het achterhuis. 2de verdieping en 3de verdieping inclusief eigen voordeur doormiddel van een centrale trappenhuis en een dakkterras die gevestigd is op het dak van de 2de verdieping.
Conclusie
Aan het gevelbeeld in de straat veranderd niets. De achtergevel veranderd ook niets, behalve de aanbouw van het achterhuis. Voor een vergunning van achterhuis zal naar mijn mening een stuk makkelijker gaan omdat je kan aantonen dat het er vroeger al zat. Doordat er zoveel woning tekort is in Amsterdam, en het pand in het centrum gevestigd is, zal dit naar mijn mening de beste oplossing zijn voor de herbestemming van de Foeliedwarsstraat 42
Het pand heeft vooral als woonfunctie gefunctioneerd door de eeuwen heen. Na de laatste verbouwing in 1928 is het pand verlengt. Waarna er op de begane grond een elektra winkel zich had gevestigd. Ik zou dan ook op de begane grond het achterhuis terug plaatsen, en weer een kleine buitenplaats maken zoals op de fot hiernaast te zien is. Ook de 1ste verdieping heeft extra woonruimte. De woning van de begane grond zal voorzien zijn van een eigen entree deur, waarbij de voorpui (kozijn) even groot blijft, en dus het gevelbeeld niet veranderd word.
105
Herbestemming Foeliedwarsstraat 42 - Joost Couwenberg Herbestemming
In de Foeliedwarsstraat 42 zou ik een bed en breakfast voor backpakkende toeristen maken. Het voordeel van dit concept ten opzichte van een hotel is dat er meer toeristen kunnen verblijven en de bedden dus voor een goedkoper tarief aangeboden worden. Wat nog een reden is voor een bed en breakfast is dat toeristen die een normaal tarief willen betalen om te overnachten, liever meer in het centrum zitten.
Op de begane grond kan er geplaatst worden:
• Een receptie • Twee kamers, waar elk 3 personen kunnen verblijven • Een ontbijtruimte • Een opslag
Op de 1e verdieping:
• Twee kamers. Een voor 2 personen en een voor 4 personen. • De Toiletruimte en de keuken worden gedeeld met de anderen op de 1e verdieping. Op de 2e verdieping: • Idem dito als de 1e verdieping omdat dit ongeveer dezelfde aantal vierkante meters heeft.
Op de 3e verdieping
• Dit kan als opslag gebruikt worden. • Ook kunnen er hier benodigde installaties geplaatst kunnen worden.
Wat dient er aangepast te worden?
Vanwege de wetgeving(het bouwbesluit) kunnen er beter geen hele grote aanvullingen worden gedaan. Wanneer er dingen worden aangepast worden de regels, voornamelijk de brandregels, een heel stuk strenger. Hier kunnen wij waarschijnlijk met ons geringe oppervlak moeilijk aan voldoen. Wel dient het gebouw weer ‘fris’ te worden gemaakt. Dit wil zeggen dat het gebouw aantrekkelijk word gemaakt om in te verblijven. Zowel op fysisch gebied als visueel gebied.
Herbestemming Foeliedwarsstraat 42 - Josephine van Buuren Herbestemming
Voor de herbestemming van het pand in de Foeliedwarsstraat zou ik de bouwmuren, de gevel, de trap en vloeren behouden. Ik wil de gevel behouden om zo het straatbeeld authentiek te houden. Als je binnenstapt wil ik een totaal andere ervaring creĂŤren dan dat je die zou verwachten bij het straatbeeld. Door een vide aan de achterkant te maken, komt er meer daglicht op de begane grond en creĂŤer je een grotere ruimte. Ik wil van het pand een woonhuis maken voor een gezin, waarbij er thuis gewerkt kan worden. Op de begane grond is er ruimte voor een werkplek. Op de eerste verdieping wordt de wc verplaatst waardoor de ruimte een groter geheel wordt en is er ruimte voor een eetkamer, woonkamer en keuken. Op de tweede verdieping komt een slaapkamer en een badkamer en op de derde verdieping is er nog ruimte voor twee slaapkamers. Het hele huis heeft van binnen een moderne uitstraling in tegenstelling tot de gevels. De trap wil ik behouden om de moderne uitstraling in evenwicht te houden. De muren die erom heen staan worden echter wel weggehaald.
Toekomstige bewoners
Voor de toekomstige bewoners van het pand, zou een thuis werkend gezin ideaal zijn. Beneden kan er gewerkt worden en boven geleefd. Door een vide te maken aan de achterkant is het woongedeelte ook in contact met het werkgedeelte. Ook is de tuin zo mooier in beeld en te zien vanaf de eerste verdieping.
Tekeningen bestaande toestand - Alle groepsleden
109
109
110
111
112
113
114
1e 2925 +P
b.k. verdiepingsvloer
VLOEROPBOUW: - vloerdelen, 25 mm - balklaag, 50 x 175 mm - regelwerk, 22 x 47 mm - Stuclaag, ca. 15 mm
2600 +P
o.k. plafond
BG
Peil = 0
b.k. zc. vloer
WANDOPBOUW: - metselwerk, ca. 300 mm - stucwerk, ca. 15 mm - regelwerk horizontaal, 25 mm - regelwerk verticaal, 50 mm - voorzetwand, 18 mm VLOEROPBOUW: - zc. dekvloer, ca. 40 mm - Betonvloer, ca. 220 mm
1100 -P
Amsterdamse paalfundering (aanname)
b.k. fundering
1650 -P
o.k. fundering
DOORSNEDE D-D
Project:
BG 42
Restauratie woonhuis C230
Onderwerp
:
Detailtekening D-D
Bouwlocatie
:
Foeliedwarsstraat 42
Getekend
:
Matthijs Bos
Klas
:
BKT2A
Datum
:
24-03-2015
Opdr. gever
:
Hogeschool van Amsterdam
Schaal:
1:50 Formaat:
A3 Tek nr.:
D-D
115
116
117
118
119
120
129
130
132
133
134
135
136
137
138
139
140
141
142
143
144
145
146
147