Moervaart Magazine april 2015

Page 1

België – Belgique P.B.-P.P. 9270 Laarne 1 BC 10307

MOERVAART - magazine Driemaandelijks ledenblad van Watersport Moervaart vzw - Wachtebeke – Jaargang 33– April 2015

1 Mei OPENING VAARSEIZOEN

BRUGGE

MET Bezoek aan brouwerij

DE HALVE MAAN Cnl. de Bernistap

Durme; Daknam

Afzendadres: Leeweg 4 – 9270 Laarne V.U. Beernaert Jef

Avondzon in Ramsgate

P509300 Afgiftekantoor 9270, Laarne


Beernaert Jef De Sutter Marc Van de Velde Abel De Rouck Armand Ongena Albert Verstaen Johny

Watersport Moervaart vzw of de uitgever zijn niet verantwoordelijk voor onjuiste, onvolledige of ontbrekende vermeldingen. Elkeen is verantwoordelijk voor zijn bijdrage

TELEFOON

Het bestuur Voorzitter Ondervoorzitter Secretaris Penningmeester Havenmeester Medewerker

09 369 93 72 09 355 30 45 09 344 59 60 0496 342 479 0485 707 997 0494 649 381

Werkten mee aan dit blad: Abel Van de Velde Johny Verstaen Johan Matthys Marc De Sutter Stiene en Martin Demeulemeester Bruno en Claire Fettweis Jef Beernaert en Eartha Dereuddre

Redactieadres: LEEWEG 4 9270 LAARNE e-mail: jefbeernaert@skynet.be blog : watersportmoervaartnieuws.skynetblogs.be

INHOUD April 2015

Blz 7

Blz 3

Voorwoord

Blz 4 Voor u gelezen of gehoord Blz 8

Blz 7 Gezonde drinkwatertank Blz 8 Restauratie van een bakdekkertje Blz 12 Met de RAN over zee Blz 16 Reisverslag : Dwars door België

Blz 12

Blz 21 Rivier in beeld: Het Ourthekanaal Blz 26 Watertruckproject Blz 29 VPF – Nieuws Blz 16

Blz 30 Dagje UIT in Vlaanderen Blz 31 Opening vaarseizoen Brugge Blz 32 Toervaart Spierekanaal

Blz 21

2


RECHT ZO, DIE GAAT…

Volle kracht richting een nieuw seizoen

Vaartuigen worden stilaan weer opgetuigd voor het nakende voorjaar. Vanaf 1 mei gaat de zondagsbediening opnieuw van start. Laat ons hopen op zoveel mogelijk passage op de Moervaart. Aan de diepgang zal het nu zeker niet meer liggen. Er liggen enkele vaartochten in clubverband op ons te wachten. Tijdens het 1 mei weekend varen we naar Brugge, twee weken later gaan we iets verder tot aan de Franse grens in Leers - Nord op het Spierekanaal. Verder in uw clubblad lees je er meer over. Voor we van wal steken mogen we niet vergeten om ons pas aangeschaft waterwegenvignet aan de spiegel van de boot op te hangen. Het belooft dit jaar een prachtig zicht te worden, al die jachtjes, gestigmatiseerd met een enorme rode mazelvlek op de kont. De Vlaamse toervaarder heeft geen leeuwenvlag meer nodig om herkend te worden. Intussen is de 34ste jaarlijkse algemene vergadering achter de rug. Met bijna 70 aanwezigen mochten we niet klagen. Al moet gezegd worden dat lang niet alle ligplaatshouders present waren. Dat is geen oud nieuws, het mag duidelijk zijn dat sommigen alleen voor onze (misschien te) lage prijzen in Wachtebeke komen liggen en verder niet in onze ‘ vereniging vereniging’’ geïnteresseerd zijn. Hoog tijd dat we daar iets aan doen? We willen als bestuur hierbij opmerken dat ligplaatshouders bij Watersport Moervaart lid zijn bij een vereniging en er verondersteld wordt dat een minimum aan interesse in die vereniging gewenst is. Op de algemene vergadering in 2016 zal deze problematiek ter sprake komen. Gelukkig was de aanwezigheid van stemgerechtigde leden groot genoeg om toch nog tot een geldige stemming te kunnen overgaan. Volgende zaken kwamen ter sprake: - Korte terugblik op het voorbije jaar door Abel en voorstelling van nieuwe leden (die er niet allen waren). - Er werd een ogenblik stilte gevraagd voor Mvr. Jacqueline Moerman, echtgenote van Jozef Van Huffel (JACQ). - Er zal nagegaan worden of WIFI in onze haven binnen de mogelijkheden ligt (400 meter ver). - Het voltallige bestuur wordt, na stemming, opnieuw voor 5 jaar aan het werk gezet. We mogen ook Johny Verstaen verwelkomen binnen het bestuur. We danken de aanwezige stemgerechtigden voor hun vertrouwen in onze ploeg. - Het gedetailleerde financiële verslag werd door Armand voorgelegd en goedgekeurd. Niet zonder enige trots mogen we stellen dat onze clubkas blaakt van gezondheid, ondanks dat we, naar alle waarschijnlijkheid, de goedkoopste van het land zijn. - Gezien de positieve financiële situatie voorzien we dat ook voor het komende jaar geen tariefaanpassing zal nodig zijn. - Marc stelt kort de geplande toertochten anno 2015 voor. Details vind je op de laatste bladzijden van dit clubblad. - De leden kiezen unaniem voor het verder organiseren van onze jaarlijkse BBQ. - Ignace en Ann De Beule worden in de bloemetjes gezet wegens hun jarenlange trouw aan Watersport Moervaart. - Het bestuur krijgt ontheffing voor boekjaar 2014. De boeken kunnen, na afspraak, door de leden nagekeken worden. Niet voor het eerst krijgen we de vraag van leden of ze hun lieveling een beurt kunnen geven met de hogedrukspuit aan de bezoekerssteiger. We juichen die geestdrift toe, maar daarvoor zou drinkwater gebruikt worden en dat zien we liever niet. Er is een andere oplossing om dit te doen die evengoed werkt en amper meer werk vraagt. Het water in de Moervaart is proper. Indien je een dompelpomp in het water hangt en aansluit op de toevoer van je hogedrukspuit zal deze het prima doen. Heb je zelf geen pomp, geen probleem, de club heeft er een ter beschikking van de leden. Die bevindt zich in de materiaalkist waarvan Albert een sleutel heeft. Ben je nu toch bezig, probeer het meteen ook eens uit op de steiger. De groene zweem op de loopplanken verdwijnt als sneeuw voor de zon. Veiligheid voor alles!

Het bestuur wenst iedereen een prettige paasvakantie. 3


VOOR U GELEZEN OF GEHOORD Gebundeld door Abel Van de Velde

NIEUW BLOKVAARTSCHEMA MOERVAART EN DURME Zoals voorzien is een nieuwe uurregeling opgesteld voor de bediening van de bruggen op de Moervaart van en naar Lokeren.

WELKOM IN LOKEREN Bij deze laat Lokeren weten dat aanmeren aan de steiger in Lokeren de eerste twee nachten GRATIS is, inclusief stroom en water. Toch wordt gevraagd om u aan te melden bij INFO TOERISME naast het stadhuis op de Markt. Een welkomspakketje ligt er voor u klaar.

NIEUWE SLUIS TERNEUZE N Vlaams minister Ben Weyts (Mobiliteit en Openbare Werken) en de Nederlandse minister Melanie Schultz van Haegen (Infrastructuur en Milieu) ondertekenden op donderdag 5 februari 2015 het Verdrag tussen Nederland en Vlaanderen voor de aanleg van de Nieuwe Sluis Terneuzen. Het Havenbedrijf Gent is uiterst opgetogen met dit historische moment. De Nieuwe Sluis verbetert immers de toegang tot de haven van Gent. Bovendien zorgt de nieuwe sluis voor een vlotte doorgang van binnenvaartschepen tussen Nederland, BelgiĂŤ en Frankrijk. Verwacht wordt dat de sluis in 2021 klaar is. De bouw van de nieuwe sluis is voor het Havenbedrijf Gent de grootste investering in haveninfrastructuur ooit.

4


Gent ligt als multimodale haven op het kruispunt van de Europese binnenwateren, snelwegen en spoorwegen. De nieuwe sluis is dan ook cruciaal om de haven van Gent verder te laten ontwikkelen.

Voor post-Panamaschepen De Nieuwe Sluis Terneuzen zal een sluis worden die in grote lijnen net zo lang en breed wordt als de vernieuwde sluizen op het Panamakanaal. De nieuwe sluis met als afmetingen 427 meter lengte, 55 meter breedte en 16,44 meter diepte zal binnen het bestaande sluizencomplex in Terneuzen worden gerealiseerd. Ze komt op de plaats waar nu de Middensluis, een van de drie bestaande sluizen, ligt. De aanleg van de sluis kost naar verwachting 920 miljoen euro. Nederland betaalt 155 miljoen euro. Vlaanderen draagt de overige kosten.

Klaar in 2021 Met de ondertekening van dit Verdrag wordt een volgende stap gezet om de Nieuwe Sluis Terneuzen te realiseren. Nu is het aan de parlementen van Vlaanderen en Nederland om het sluisverdrag te ratificeren. Vervolgens kan de voorbereiding van de bouw beginnen. De eerste spadesteek wordt in 2017 verwacht. In 2021 zouden de eerste schepen door de Nieuwe Sluis Terneuzen moeten varen. Het Kanaal Gent-Terneuzen is 32 km lang. 17 km hiervan ligt op Nederlands grondgebied en 15 km ligt in Vlaanderen. In 2013 maakten 65.000 schepen gebruik van de sluizen in Terneuzen.

LEIEWERKEN IN HARELBEKE GAAN VAN START De doortocht van de Leie in Harelbeke is een belangrijk onderdeel in het Europese project Seine – Schelde. Waterwegen en Zeekanaal NV maakt het traject geschikt voor schepen tot 4500 ton. De Kuurnebrug wordt verhoogd en de Hogebrug wordt door een nieuwe vervangen. Ook komt er een nieuwe stuw en sluis van 230 meter. In het complex zullen turbines stroom opwekken en het mogelijk maken om de waterbalans op de Leie beter te beheersen door zo nodig water op te pompen in droge periodes. INFO www.seineschelde.be

MARIFOONBLOKINDELING VTS-SCHELDEGEBIED Het Agentschap voor Maritieme Dienstverlening en Kust (MDK) heeft een nieuwe folder met de marifoonblokindeling in het VTS-Scheldegebied uit. Te downloaden op www.vts-scheldt.be (bron:Telex Binnenvaart)

BOUW NIEUWE STUW EN SLUIS IN AALST Binnenkort start Waterwegen en Zeekanaal NV met grootschalige werken in Aalst. Om het water van de Dender te beheersen en de scheepvaart te garanderen, bouwt de waterwegbeheerder een nieuwe stuw met sluis en worden de oevers van de rivier heringericht. Het nieuwe complex komt ongeveer een kilometer verder dan de huidige locatie tussen de Electrabel- en de Schotte- site. Daarnaast komt er een nieuw dienstgebouw met een uniek uitkijkplatform. Een nieuwe fietsers- en voetgangersbrug over de Dender zal er de natuurgebieden het Osbroek en de Gerstjens met elkaar verbinden. INFO: www.dender.be

5


Kluizend Kluizendok ok krijgt nog kleine verlenging Het Kluizendok in Gent zal in de toekomst nog een kleine verlenging krijgen in de as van het bestaande dok. De Vlaamse regering heeft de aanpassing van het ruimtelijk uitvoeringsplan vorige vrijdag goedgekeurd. (FLOWS 2/2/2015)

Tom Dehaene is nieuwe voorzitter bij W & Z Tom Dehaene is aangeduid als voorzitter van de nieuwe raad van bestuur van de Vlaamse Waterwegbeheerder W & Z. Hij volgt in deze functie Albert Absilles op. De benoeming gebeurde op voorstel van Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken Ben Weyts. De nieuwe raad bestaat verder uit Jan Balduck, Sonja De Wolf, Koen Derkinderen, Veerle Baeyens, Annemie Bayaert, Frans D'Haese, Ilse Hoet, Joachim Coens, Chris Danckaerts, Leo Clinckers, Koen Anciaux en Sofie Terreur. Jan Balduck is ondervoorzitter, Maarten Van Onckelen is regeringsafgevaardigde voor minister Ben Weyts en Patrick Moenaert voor minister van FinanciĂŤn en Begroting Annemie Turtelboom. (FLOWS 27/01/2015 )

Meded Mededeling eling -Kanaal Gent – Terneuzen Meulestedebrug Km 5,9 Extra meldplicht VHF 20 20;; OOK VOOR DE PLEZIERVAART!! Schippers die via de Meulestedebrug het ambtsgebied van Waterwegen en Zeekanaal binnen- of buitenvaren dienen zich vanaf heden via marifoonkanaal VHF 20 bij de brug te melden, ongeacht of de brug al dan niet moet bediend worden, met de bedoeling om een beter zicht te krijgen van wat via deze weg Gent binnen of buitenvaart. (Bron: Berichten aan de Schipperij 08/02/2015 bericht nr 2015/00000109/00)

VAREN IN FRANKRIJK/ TARIEF WATERWEGENVIGNET VNF Naar jaarlijkse gewoonte vermelden we graag de tarieven voor het Franse waterwegenvignet, kalenderjaar 2015.

6


Hou uw drinkwatertank gezond Grote kuis, nieuwe oliefilters, vers water in de tank. Een voorjaarlijks ritueel. Toch is het lang niet zeker dat dit alles onder ideale omstandigheden gebeurt. Er wordt veel geschreven over dieselrot, maar heel zelden over vervuiling van het drinkwatersysteem. Nochtans kunnen ook daar beestjes verstoppertje spelen. Je kan zelfs aannemen dat het bijna een zekerheid is dat na verloop van tijd bacteriën uw watertank gaan terroriseren.

HOE KOMEN BACTERIEN IN DE TANK? Een boot komt op vele plaatsen. Niet zelden wordt op die plaatsen water ingenomen. Bijna steeds gebeurt dit met een waterslang, een eigen slang of met een die ter plaatse buiten hangt. Zo’n slang is blootgesteld aan weer en wind, de ideale omstandigheden voor de bacteriën om te gaan broeien. Sommige tanks bevinden zich ergens dicht bij, of zelfs in de hete machinekamer. Moet er nog zand zijn! Bij vele jachtjes zit de watervuldop in het dek verwerkt. Is de afdichtring nog goed? Ben je zeker dat er niet een beetje vervuild regenwater kan insijpelen? Na een winter stilstaan is de watertank misschien wel een kweekvijver geworden.

HOE KAN EEN WATERTANK GEZUIVERD WORDEN? Wat je soms ziet, en wat zeker de veiligste remedie is tegen buikkrampen en andere onaangenaamheden, is dat er geen gebruik gemaakt wordt van de vaste waterreservoir voor de culinaire hoogstandjes aan boord. Met flessenwater, vers gevuld aan de kraan, loop je minder risico, al wordt ook hier aangeraden om regelmatig verse flessen te nemen. De watertank wordt dan enkel gebruikt voor de afwas of de douche.

Toch is het mogelijk om de watertank op een simpele en goedkope manier terug veilig te make maken. n. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.

Laat alle water uit de tank weglopen. Indien mogelijk de tank openen en eventuele restwater en drab verwijderen. Reinig de wanden met een mengsel van water en een flinke scheut bleekwater. Sluit de tank opnieuw en vul hem met een mengsel van zuiver water en 5 % bleekwater (javel), te koop in de supermarkt in 5 literbedonnekes voor enkele euro’s. Gebruik hiervoor uiteraard een propere vulslang, spoel hem vooraf eventueel met dezelfde chlooroplossing. Zet alle kranen aan boord open gedurende een tweetal minuten zodat alle mogelijk besmet water uit de leidingen weg is en die nu gevuld is met de chlooroplossing. Draai de kranen dicht en laat alles een dag rusten. Zet opnieuw alle kranen open en laat de tank leeglopen. Dat mag gewoon weglopen, of indien je een opvangtank hebt laat je het beter daarin lopen, die wordt er ook mee gezuiverd. De tank en de leidingen zijn nu gedesinfecteerd, maar er zit nog chloor in de leidingen. Vul daarom opnieuw de tank met vers water en laat die nogmaal leeglopen. Berg de vulslang, nadat ze volledig is leeggelopen, op in een donkere, koele en propere plaats.

De tank en de leidingen zullen nu proper zijn. Hoe lang? Dat hangt af van de situatie. Indien er een regelmatig gebruik is ben je wel voor het volledige seizoen goed, tenzij water ingenomen wordt op plaatsen waar dat zelden gebeurt, met slangen die al een tijd in de volle zon hangen en niet doorgespoeld zijn. Gebruik daarom zoveel als mogelijk eigen materiaal waarvan de toestand gekend is. Er zijn in de handel allerhande toestellen, filters en chemische producten verkrijgbaar die het water zuiver zouden maken. Die producten kosten meestal een flinke duit en zijn niet steeds accuraat. Ben je niet zeker, kook dan het water voor je ervan drinkt en herhaal bovenstaande procedure. Succes verzekerd.

7


Een nieuw begin voor een oud Bakdekkertje Tekst & foto’s:Johan Matthys

Op zoek naar een boot Na enkele keren een platbodem gehuurd te hebben in Friesland, dachten Dick en Leslie erover om zich zelf een bootje aan te schaffen. Welk bootje moest het worden, naar wat gingen ze uitkijken? De wensen werden op een rijtje gezet: niet te duur maar er mocht wel wat werk aan zijn. Het moest een klassiek model zijn, liefst iets unieks, een streling voor het oog. En het moest geschikt zijn voor een vaartocht op kanalen voor een weekend tot een vakantie van enkele dagen. Toevallig kwamen ze terecht bij iemand die een bakdekker te koop had in Nederland. Uit de Wikipedia encyclopedie op het internet leerden ze dat een bakdekker of bakdekkruiser een boot is die populair was bij de gegoede burgerij in de jaren 1920-1940. Bij bakdekkruisers is het voordek verhoogd tot een zogenaamd bakdek. Hieronder bevindt zich meestal het woongedeelte bestaand uit een kleine salon met slaapbanken, een kombuis en voorin het toilet. Het achtergedeelte is open en voorzien van een zonnetent of vaste mahoniehouten overkapping over de kuip. Vooraan in de kuip staat de motor opgesteld, al dan niet onder een bak.

De eerste ontmoeting Tijdens een winterprik met de wagen naar Holland op zoek naar een schoonheid, je moet er iets voor over hebben. De boot, een overnaads geklonken rondspant die op het droge lag, zag er op het eerste zicht goed uit. Na een grondige inspectie bleken zowel romp als motor in een behoorlijke staat te verkeren.

8


Een prijs werd overeengekomen en de boot werd aangekocht. De oude dame werd op transport gezet naar een loods dichter bij huis waar gestart kon worden met de renovatie.

Bezint eer ge begint Zoals altijd in zulke gevallen is het optimisme groot en worden de werken meestal onderschat. Voor de start van de werkzaamheden worden daarom alle belangrijke componenten aan een grondige inspectie blootgesteld. De romp op zich was goed. De motor, een Vetus Peugeot Indenor, is als nieuw. De schroefasinstallatie is voorzien van een Python homokinetische koppeling, TOP! Schroefas en schroef zijn OK. De hydraulische besturing was in orde, de boegschroef, wat je in een bootje uit de tijd van toen niet zo dikwijls aantreft, werkte prima. Het is duidelijk, dit scheepje heeft in het verleden reeds een degelijke upgrade achter de kiezen. Zelfs het buitenschilderwerk was redelijk gaaf, geen overmatige roest te bespeuren. Op het eerste zicht zullen de werkzaamheden meevallen en kan het bootje vlug terug in het water. Maar het kan verkeren.

De grote sloop! Na wat prutsherstellingen aan de binnenkant kwamen we tot de conclusie dat half werk geen optie is. Er werd besloten om alle houtwerk, het volledige interieur, te slopen, de romp binnen goed te conserveren en van nul te beginnen met interieur en kuipbetimmering. Maar het blijft niet bij de binnenkant. Op het bakdek waren 2 lagen hout op elkaar gelegd, onderaan een laag grenen planken met daarboven een multiplex type teakdek. Dit bootje verdient beter. Alles wordt meedogenloos afgebroken tot op het naakte staal.

De refit kan beginnen Ondanks het sloopwerk valt opnieuw op dat de staat van het stalen onderdek nog prima is en zelfs nog goed in de verf zit. Er wordt een volledig nieuw dek gelegd. Vooraf werd een houten mal van het dek gemaakt die we in de werkplaats konden neerleggen. Volgens dat model vervaardigden we een onderdek in waterproof multiplex van 12 mm dik, daarop massieve dekdelen in afromosia, een mooie donkerbruine houtsoort, sterk lijkend op teak. De voegen werden niet opgevuld met kit, maar met voeglatten in het bleke essenhout, wat een prachtig contrast oplevert. Nadat alle delen passend gemaakt werden op het model was het tijd om ze op het dek te lijmen met watervaste epoxylijm. Door gebruik te maken van die lijm moesten we geen tientallen gaten boren die op termijn steevast voor corrosie en waterinsijpeling zorgen. Er werd nog een nieuwe luikopening aangebracht en het dek was klaar om te vernissen. 9


Betimmering binnenruimte Nu de binnenkant volledig kaal staat kunnen we ook hier de staat van de romp nagaan. De constructie van de mooie rondspantvorm en het klinknagelspel zijn goed te zien. Na grondig reinigen bleek bijna geen roest aanwezig en werd alles goed in de verf gezet. Er kon gestart worden met de ruwbouw van het interieur. De wanden werden volledig met isolatieplaten bekleed direct in de beginfase. Het interieur krijgt stilaan vorm, er wordt vooral gewerkt met watervaste MDF platen. De inrichting moet voldoen aan onze hedendaagse behoeften, toch doen we onze uiterste best om de authenticiteit van het scheepje te behouden. Op onderstaande foto is het resultaat te zien na veel uren arbeid. Het intimmeren van een leefruimte in een toch beperkte oppervlakte is een moeilijke oefening. Er is gekozen voor een dubbel bed in de piek. Aan bakboordzijde is een kookplaat met er onder een koelkast geplaatst. De deur links juist voor de koelkast geeft toegang tot de toiletruimte. Rechts, tegenover de kookplaat, is er een spoelbak boven een opbergkastje. Alle meubeltjes zijn witgelakt, dit laat de ruimte iets groter uitschijnen. Het houten dakluik is vernist. De patrijspoorten zijn in hout afgewerkt en matchen mooi met de witte wand en het vluchtluik.

10


Wat met de kuip? De kuip wordt, in tegenstelling met de binnenruimte, uitbekleed met het donkere afromosia hout, vooral omdat dit ten goede komt aan de oorspronkelijkheid van de boot, en uiteraard ook omwille van de degelijkheid van dat materiaal. Ook hier wordt, waar het mogelijk is, gebruik gemaakt van het lijmprocedĂŠ. Aan het stuurrad is een bak als tweepersoons stuurstoel geplaatst die tegelijkertijd dienst doet als bergplaats voor de vouwfietsen. Achteraan is een klaptafel geplaatst met aan drie kanten een zitbank. De kussens zijn vochtbestendig afgewerkt. De kuiptent vervolledigd het plaatje en maakt varen in minder lekker weer toch aangenaam. De originele bronzen patrijspoorten zijn in hun naturelle kleur gepolijst en vernist om verkleuring tegen te gaan. Er werd bewust voor gekozen om de tand des tijds in de romp niet weg te plamuren. Na 80 levensjaren is een blutsje heel normaal, het straalt karakter uit en is misschien zelfs een teken van wijsheid! Al met al heeft het vele werk, geleverd door Dick en zijn collega Birger, een prachtresultaat opgeleverd. Op welke werf het bootje in 1935 gebouwd werd weten we niet. De exacte geschiedenis is moeilijk te achterhalen, maar dat het weer voor een hele tijd vooruit kan lijkt een zekerheid. Miss Lindy heeft er ondertussen al enkele vaartochten op haar logboek bij. Met een lengte van 9 m, een breedte van 2,30 m en een diepgang van amper 0,60 m is de binnenruimte klein in vergelijking met de huidige nieuwe schepen. Een verblijf van 2 weken in de zomer valt echter zeer goed mee. Met de tent naar beneden is het trouwens heerlijk toeven in de kuip. En wees gerust, schippers van menig modern jacht kijken onze Miss Li Lindy ndy met een verlekkerde blik na!


Reisverslag: met de RAN overzee

Deel 1

LONDON

Here we come…

Tekst & foto’s: Stiene en Martin Demeulemeester (de RAN)

Even kennismaken met schip & bemanning De RAN (gemalin van Aegir en Godin van zee, storm en golven) is een motorkruiser, een zogenaamde waterverdringer, met bijna een halve eeuw op zijn teller. Hij werd gebouwd bij het vermaarde VENNEKENS in Boom tijdens de gouden jaren ‘60. In mei ’68, jawel, toen de wereld in vuur en vlam stond, werd ze te water gelaten. De romp is staal, de opbouw hout. Sinds 2009 is de RAN een nieuw leven begonnen, want ei zo na was ze goed voor de sloop. Stiene en Martin vonden de boot begin deze eeuw in een verwaarloosde toestand op de werf van Majorie (toen nog bij Andre) Roelens in Péronnes. Na wat overleg konden ze de vorige eigenaar toch overtuigen om het scheepje te verkopen, al waren sommigen verbaasd dat ze voor dat onding ook maar 1€ betaald hadden. Er moest veel gewerkt worden voor er kon gevaren worden. Zeer veel! Na 6 jaar hard labeur was het toch zover, de RAN werd, met een bang hart, opnieuw te water gelaten. En zoals zo dikwijls gebeurt, eens de boot te water ligt wordt er gevaren en niet meer gewerkt. Dat betekent dat ze nog steeds niet af is, maar de goede bedoelingen zijn er wel, dus ooit… Ondanks de onvolledige afwerking viel de RAN toch in de prijzen tijdens GENT CLASSICS jaargang 2009, een opsteker voor de doehet-zelvers met het mooie werk dat ze tijdens hun vrije dagen hadden geleverd.

RAN

Zoals reeds vermeld is het schip een traagloper, lengte 10.5 meter bij 3.5 meter breed, waterverplaatsing ongeveer 10 ton. De voortstuwing gebeurt nog met de originele motoren, twee Dafjes 475 van elk 90 pk. Martin denkt dat tussen die paarden reeds een paar ezels verscholen zitten, gezien het rookgordijn die de motoren tijdens de opstart genereren. We kunnen Martin gerust stellen, een Daf die enkel rookt tijdens het starten is al een uitzondering, een Daf die niet rookt, draait niet meer! Technisch is er aan het schip weinig aangepast, buiten wat regelwerk en het nodige onderhoud is alles onderdeks origineel gebleven.

Hier volgt het verhaal van Stiene en Martin die met hun RAN de ruige Noordzee willen trotseren, iets waar velen van dromen, maar weinigen doen! 12


HOE IS HET ALLEMAAL BEGONNEN 2009: Het eerste jaar varen met de ‘Ran’, gaat onze route richting Nieuwpoort, en bij toeval belanden we in de Demeysluis in Oostende. Daar kregen we de boodschap: “over zee ben je in een urretje aan ’t staketsel van Nieuwpoort”. Onervaren en overmoedig varen we over zee naar Nieuwpoort, zonder kaarten, met onze vriend Jan aan de lijn, die ons, op 5 minuten tijd, probeert uitleg te geven over de boeien in zee, hun kleur, hun betekenis. We varen inderdaad na ‘een urretje’ Nieuwpoort binnen, blij, vol adrenaline, content met een boot die ‘zeewaardig’ is! Misschien is daar die zeemicrobe wel naar binnen geslopen?

2013: Onze vrienden Ellen en Joeri van de ‘Clicquot’ triggeren ons met de vraag of we met hen de oversteek naar Engeland willen wagen? Het antwoord kwam er bij ons beiden vrij rap uit “Ja, wij willen!” Na wat doodles heen en weer komen we er uit en spreken af om in Juni 2014 de sprong te wagen.

DE VOORBEREIDING We zijn er ons wel terdege van bewust dat een tocht overzee, en dan nog met een traaglopend scheepje, niet alledaags is. We doen dit niet alleen, dat is al een geruststelling, en we hebben twee motoren, dat is een zekerheid. Toch moet vooraf een degelijke planning opgesteld worden. Dan kunnen we met een gerust gemoed op stap gaan.

Eerste Planning van ons Vaarschema Oudenaarde - Londen Vrijdag 13/06/’14, vertrek uit Oudenaarde, over Brugge naar Nieuwpoort en dan de zee op! Als het weer meezit, varen we het kanaal over op maandag 16/06 vanuit Nieuwpoort naar Ramsgate. En dan moeten we toch op 1 dag in London geraken?

Info tussendoor: In Engeland kan je enkel rode diesel krijgen. Als je moet tanken in Engeland, kan je beter je betalingsbewijs goed bijhouden, bij controle in België kan het je anders duur te staan komen... ge kunt niet weten, hé!

Wat moet mee op de boot voor een trip naar Engeland -

-

Zeekaarten voor de oversteek: Imray C30 – C8 Imray C1 – C2 Vuurpijlen: via internet kregen we massa’s informatie en het gevoel dat we een ganse set moesten kopen om wettelijk in orde te zijn (tussen 150 à 300€!). Uiteindelijk ga ik naar “poly-all boats”, en krijg er twee pijlen in mijn handen gestoken, een kleine om mee te beginnen en een grote (met parachuutje of zo) voor als we echt in nood zouden zijn... goedkoop kan dus ook (net geen 50€)! Reddingsboei, radarreflector, reddingsvesten voor volwassen personen 150-200 Newton. Engels gastenvlagje. Touw van 30 meter lang. Papieren van de boot + vaar- en marifoonbrevet. Leuke ‘Apps’ gevonden voor op de I-pad: o Navionics bleek achteraf een interessante App te zijn: geeft kompasrichting aan en snelheid. En je kan je route opslaan van die dag, handig om nadien op te halen...

o o

Verder zoeken we wat info op... -

Harbours in GB waar we mogelijks terechtkomen: Ramsgate: www.portoframsgate.co.uk London: § St Katherine dock: www.skdocks.co.uk/ § Gallions Marina: www.gallionspointmarina.co.uk/ § Lime House Dock (4,30 €/LM/night): http://bwml.co.uk/limehouse-basin-marina/ § South Dock marina (32,42 €/boot van 10-15meter): http://www.southwark.gov.uk/info/200065/south_dock_marina o St Katherine Dock leek ons vreselijk duur (60 £ ofte 81 €/nacht), maar zo écht midden in ’t stad London... aan de Towerbridge... misschien toch 1 overnachting waard? o o

13


o -

Een plaatsje reserveren in een haven (Ramsgate of London) bleek niet zo evident, aangezien we zo afhankelijk waren van het weer... (when do you come? Euh...) Transport for London: www.Tfl.gov.uk en www.traintimes.org.uk 1 pond = 1,23 € (intussen is dit reeds 1,40 € geworden)

Goede afspraken maken beste vrienden: ‘ONZE’ VOORWAARDEN VOOR DE OVERSTEEK -

Regel 1: windkracht moet minder zijn dan 5 Bft (wat al vrij krachtig is). Regel 2: voldoende zichtbaarheid. Regel 3: golven minder dan 1 meter (zeker kijken op www.nl.windfinder.com/ )

UITEINDELIJKE VAARROUTE -

Nieuwpoort – Duinkerke – Ramsgate – Queensborough – London (Yes! We can!)

WE KUNNEN VERTREKKEN -

Vrij 13/06/2014: Oudenaarde – Gent Lindenlei

-

Za 14/06: Gent – Brugge Coupure

-

-

Clicquot & RAN broederlijk Zon 15/06: Brugge – Nieuwpoort o Op deze trip krijgen we het leuke gezelschap van An en Willem, ‘RAN - fans’ van het eerste uur, en we worden verwend met een catering om ‘U’ tegen te zeggen! o 11u: de ‘Clicquot’, met Ellen en Joeri aan boord, komt ons op de ‘vaar’ring rond Brugge vervoegen. Het avontuur kan beginnen! o Leuk bezoek van Anne en Filip in de nieuwe haven net voor Nieuwpoort. o o

-

Di 17/06: een dag van overleg, beraadslagen, gaan we door? Het weer zal maar beteren vanaf donderdag, dus we gaan via het binnenland alvast naar Duinkerke, is alweer een stukje opgeschoven... o o

o o o

o

14

Ma 16/06: Nieuwpoort: bewolkt, veel wind: geen moment om over te varen... we varen naar Veurne: leuk stadje voor een uitstap! Babbel met een Welshman (‘Sunset Song’), geeft ons de tip: § Lime House Dock = eerste nacht gratis. § Eenmaal in London: doorvaren naar Teddington!

Wo 18/06: Veurne – Duinkerke (Fr.) Traject verloopt niet wat je zou noemen ‘vlekkeloos’, we rekenden plus minus 2 uur voor die 20 km. De bruggen van Ghyvelde en Zuydtcoote (ja, ik weet, jullie zeggen Zuidkoote, maar hier in Frankrijk is dat Zwietkoote...) gaan open na telefoontje (VHF kan je hier dikwijls vergeten, of ze zijn er niet of het marcheert niet...) én registratie in Frankrijk: doorsteek naar de zee is geen ‘laisser passer’ (wie had ons dat wijsgemaakt?), vignet dus voor 1 dag (ofte 13 km op Franse wateren) kost ons 42,10€ (49€ voor de Clicquot). Écluse de Furnes: automaat: trekken aan een ketting, lukt niet... VHF 73 = Port de Dunkerque à geen reactie. Gelukkig hebben we nog het telefoonnummer van de dame die de twee bruggen voor ons draaide, zij belt de ‘Port’ op, er komt een équipe en ja, na 30 minuten kunnen we door de sluis! Uiteindelijk is het 17u30’ als we aankomen aan het bâtiment du VNF (Voies Navigables de France), net voor het havencomplex van Dunkerque... daar melden we ons aan, morgen willen we de sluizen door richting zee en dit gebeurt op vastgelegde uren... Sluis van Darse 1 moeten we om 7u30’ hebben om op tijd aan de ‘passage’ te zijn. Dat denken we toch, want de VNF kent de regels van de ‘Port’ niet en de yachtclub van Dunkerque weet niet hoe je van uit ‘het binnenland’ naar de zeehaven geraakt. Van beiden krijgen we een plannetje van de haven van Duinkerke, maar geen enkele duidt de sluizen of passages aan van de haven... Uiteindelijk leert een telefoontje naar de volgende sluis ons dat we morgen om 7u30’ aan de sluis moeten zijn om tegen 9u op zee te zijn! ’s Avonds aperitieftijd op de Cliquot voor een laatste check up! - Windfinder voorspelt voor morgen: 2 Bft en open weer. MOOI, WE DOEN HET! - Morgen vroeg uit de veren, om 7u25´: trossen los. - tegen 7u30’: klaar voor de eerste sluis. - om 9u: op zee, op weg richting Ramsgate.


Havengeul Duinkerke We zouden de namen van de verschillende boeien kunnen noteren die we moeten passeren, maar wat moeten we er ons bij voorstellen? Kunnen we vanaf de ene boei de volgende boei zien (zoals op de Westerschelde)? Een kleine boei is toch nooit te bespeuren in zo’n groot water? In de haven van Duinkerke hadden we een rode boot zien liggen, met een vuurtorentje op, 4 x zo lang als onze boot, met de naam ‘Sandettie’, klonk vertrouwd in de oren en is inderdaad een van de referentiepunten op het Kanaal. Moeten we zo’n boeien zoeken?

Donderdag 19/06: De Oversteek! D-Day! ofte 8 uur op de paardjesmolen... o o o o o o

7u20’, 15°C, bewolkt, we vertrekken. 7u30’: aan eerste sluis: zou automatisch gaan, werkt niet! Na lang oproepen komt er een équipe, uiteindelijk kunnen we er om 8u20’ in, 8u35’ uit de sluis. 9u: in de sluis van ‘Tristram’, we hebben even moeten wachten op een Vedett (geen bier, wel een politieboot van de ‘Gendarmerie maritime’) 9u10’: de sluis gaat open, “de zee ligt voor ons!” we volgen de DW-boeien (Deep Water-boei), dan richting Ruytingen West. We zien ‘Jan van Genten’! Prachtige vogels... 12u15’: Zicht op ‘The Cliffs’ (en ook nog de Franse kust achter ons...) 12u20’: Ruytingen West, 12u50’: Sandettie (rood schip), 13u17’ Sandettie SW (stuurboord van ons op 2 miles), 14u10’ E. Goodwin te zien aan BB. We draaien af naar Ramsgate, op kompas. Is nog een lang stuk, langs de Engelse kust, zonder boeien. We moeten vertrouwen op kaart en kompas... We hebben de stroom tegen en varen nog 6 km/u.

We gaan op en neer, we rollen van links naar rechts, is net een kermisattractie, niet voor elke opvarende een pleziertje... Uiteindelijk komen we in de vaargeul naar Ramsgate en om 17u meren we daar aan. o

17u

WE DID IT!

Volgende keer zetten we onze tocht verder via de Theems tot in Hartje Londen. Stiene & Martin Martin..

Uitzicht op het einde van de wereld… en de kont van de Clicquot


DWARS DOOR BELGIË

Tekst: Jef Beernaert Foto’s Eartha & Jef

Reisverslag

Tweede deel: OP ZOEK NAAR EEN VERGETEN KANAAL

H

et leven kan zwaar zijn. Drie bijeenkomsten, nog meer eetfestijnen, telkens overgoten met het nodige gerstenat en druivensap, en dat op een tijdspanne van drie weken; ‘Trop is te veel en te veel is trop’. Maar dat is nu voltooid verleden tijd, denken we. Althans niet meer in die overvloedigheid. Vanaf nu gaat alles er iets rustiger aan toe. Korte vaardagen, af en toe een fietstochtje inplannen, en we hebben afspraak met Claire en Bruno, maar daar straks meer over.

Het logboek vermeld Ma 23 juni 2014: Zonnig met een wolkensluier. We bevinden ons nog steeds op Frans grondgebied in Hautmont Belle- Ile, Bovensamber. Vandaag blijven we ter plaatse om te bekomen van het vermoeiende weekend na de feestelijkheden. Hoofdreden waarom we nog blijven is het vertrek van de vloot bezoekende schepen die zonder uitzondering richting België moeten. Het wordt gegarandeerd aanschuiven aan de sluisjes. Vandaar…. Di 24 juni: We laten Hautmont achter ons, aan het eerste sluisje worden we nog uitgezwaaid door de organisatoren. Aan de grens zien we enkele jonge enthousiaste fietsers op het jaagpad die ons reeds een tijdje volgen. We zullen ze nog enkele keren tegenkomen. Voor fietsers is het hier een Walhalla. De paden zijn mooi aangelegd en meanderen mee door de afwisselend beboste omgeving. Het onrustbarende bericht van een panne met bijhorende stremming aan de sluis van Marcinelle bereikt ons. We moeten zeker opletten dat we ergens ervoor nog een plaatsje kunnen bemachtigen. Onderweg zien we een hele meute liggen in Lobbes en Thuin. We hebben geluk in Landelies waar we weer, net als in het opkomen, in alle rust overnachten. Woe 25 juni: De stremming is voorbij, volgens de sassenier mogen we afvaren want de beroepsvaart is er reeds door. Mooi! Plotseling liggen we voor op de mannen die reeds op maandag vertrokken en nu nog in Thuin en Lobbes verwaaid liggen. Enkele jachtjes die reeds geruime tijd bij onze groep horen varen richting Brussel, we nemen afscheid en vervolgen onze route. Toen waren we nog met drie, maar het zijn geen kleine negertjes.

16

Marcinelle


Auvelais Voor de sluis in Marcinelle moeten we een kwartiertje geduld oefenen, juist voldoende tijd om in de omgeving enkele kiekjes te schieten. Het moeten niet altijd mooie natuurfoto’s zijn, en een vleugje industrie kan mij altijd boeien. Ik ben niet alleen. Toevallig wordt een bus West-Vlaamse toeristen gelost om tussen de omheiningen van de oude fabrieken de hel te aanschouwen. Een TV ploeg is ook aan het werk met nog vlug wat aftandse vaderlandse geschiedenis op de gevoelige plaat vast te leggen voor alles verdwijnt… ooit! Eens Charleroi voorbij transformeert het landschap in overwegend groen en glooiend. Er werd ons aangeraden om in Auvelais af te meren om ook daar te gaan feesten. Overnachten, OK, feesten, nee bedankt. Aangezien we tijdig afmeren is er nog ruimte zat, evenwel, kort na ons komen nog anderen aanvaren en binnen de kortste keer liggen we 2 ½ dik, eigenlijk drie dik, maar die ene is een Engelse Narrow, en die telt in de breedte maar half. Met “tegenzin” worden op verschillende jachtjes opnieuw tafels en stoelen bij elkaar geschoven om Riviergod Arno te eren. Het kan niet altijd Neptunus of Bachus zijn! Met regelmaat schuift beroepsvaart langs, de een al iets rustiger dan de andere. Tot we in opvaart de 110 meter lange NAIROBI zien naderen. Vervaarlijk dicht schuift het geladen schip langs ons heen. TE DICHT! TE SNEL! Blijkbaar hebben we het vlugger in de gaten dan de schipper, zijn matroos loopt ook reeds als een kieken zonder kop paniekerig in het rond. Dat schip kan onmogelijk nog de bocht nemen. Iemand roept; FOTOTOESTEL! In een rookwolk wordt de boegschroef inderhaast opgestart, maar het mag niet baten. De Nairobi gaat onverbiddelijk het decor in. Het duurt, door een samenspel van zuiging en massakrachten, een eeuwigheid voor de kop vrijkomt en het schip in woelig schroefwater en onder een venijnige damp zijn weg kan vervolgen. De verzekering zal werk hebben, het mooie jonge schip is haar maagdelijkheid kwijt. Do 26 juni: We vervolgen onze weg nadat we de kasten aanvulden. In Auvelais is op amper 150 m van de steiger een Lidl. ’t Is maar dat je ‘t weet. Naar Namen is het niet heel ver. Onder de abdij in Floreffe is tegenwoordig een steiger voor de pleziervaarders. Volgens goede bron zou daar momenteel reeds water en elektra gemonteerd zijn. Indien niemand de verantwoordelijkheid hierover heeft zijn er twee mogelijkheden: ofwel wordt de steiger ingenomen door blijvenliggers, ofwel gaan de voorzieningen binnen afzienbare tijd naar de Filistijnen zijn. Van enig sceptisme is hier geen sprake, het is de realiteit! In sluis Floriffoux vragen we om onze drinkwatertank wat bij te vullen, voorwaar, de sassenier wacht zelfs tot we klaar zijn voor hij de sluis in werking zet, ook al ligt een vrachtschip te wachten. Dat was onze bedoeling niet, we zijn een beetje gegeneerd. In Namen gaan we, naar gewoonte, voor het Casino afmeren. We liggen daar liever dan in de haven, en er is ontvangst met de schotelantenne. In de haven niet. Een dag zonder TV is het einde van de wereld niet, maar de Belgen moeten opnieuw aantreden in Brazilië, nu tegen de Koreanen. Een makkie? … niet dus! Toch halen ze, zij het met de goden mee, de buit binnen.

17


Tijdens onze aanwezigheid in Namen werden de nieuwe water- en elektriciteitsaansluitingen in gebruik genomen. Zonder onze aanwezigheid zou dat beslist ook wel gelukt zijn, maar we hadden de primeur om het systeem, dat gevoed wordt met jetons, verkrijgbaar bij de havenmeesteres, uit te testen. Voorlopig blijft het liggeld nog ongewijzigd, maar dat zal tegen het seizoen 2015 wel aangepast worden. Het zal intussen al wel geweten zijn, maar Namen is één van onze favoriete steden. We kunnen dan ook niet nalaten om de stad te vereren met een visite, voornamelijk op zoek naar een gepaste eetgelegenheid. Vr 27 – Za 28 juni: Het is hier goed liggen, aan de waterkant zie je al eens iets voorbijglijden, aan de landkant komen met regelmaat wandelaars en fietsers langs. Voor die laatste is het oppassen geblazen, je hoort ze niet komen maar soms zijn het als bliksemschichten. We maken een fietstochtje, gaan wandelen, maken een praatje, lezen een boekje en last but not least, we geven het bootje eens een flinke beurt.

“Djozeph et Francwès”, inwoners van Namen

Abbaye de Flône Tussen Namen & Luik Zo 29 juni: Opnieuw varensdag, het weer is niet denderend maar het blijft meestal over. Een vaste planning is niet voorzien, met wat stroming in de kont gaat het goed vooruit. Aan de scheepswerven Meuse & Sambre zijn we extra opmerkzaam. Een vorige keer lag ons vroegere bootje, de Catrol, er hier wat verwaarloosd bij, dat was geen prettige ervaring. Nu ligt ze er niet meer. De omgeving is heel mooi en groots. In een toeristische gids, die Eartha bij het info voor toerisme in Namen wist te strikken, vinden we een afmeerplaats in Amay vlakbij de abdij van Flône, een kilometertje onder de sluis van Ampsin. De plaats is mooi aangelegd aan een oude sluismuur uit vervlogen tijden. Zelfs het sluishuisje staat er nog, maar is omgebouwd tot woning. Nog volgens dezelfde folder zou hier ergens het Château de Jehay moeten staan, een der mooiste in de streek, met een mooie tuin, volledig omwald, en met veel bronzen beelden… van naakte vrouwen… en op ware grote! Meer moet dat niet zijn om in beweging te komen. HUP! De fiets op! We trappen ons de longen uit het lijf, we remmen de freinblokjes tot op bloot ijzer, zo hevig gaat het hier op en af. Maar het kasteel is nergens te vinden. Ma 30 juni: Na een onverhoopt rustige nacht en een bezoek aan de bakker in Amay zetten we onze weg verder. De zware industrie van Luik komt stilaan in beeld, zoveel is zeker. We komen nog een tweetal gelijkaardige afmeerplaatsen tegen, bij een lijkt het sluisje er nog te liggen. Die kunnen we bij volgende doortochten eens proberen. Op onbekende plaatsen is altijd wel iets nieuws te ontdekken. Meestal valt dat mee, het kan uitzonderlijk ook al eens tegenvallen.

18


De sluis Ivoz Ramet lijkt een bouwwerf, correctie, IS een bouwwerf. Ons geluk kan niet op. Er is een stremming gepland vandaag voor duikwerkzaamheden. We komen net op tijd en mogen nog mee in een volle schutting als laatste in de rij, daarna is het wachten tot in de namiddag. Alsof de sluis dienst doet als stadspoort zit je nu direct in een verstedelijkte omgeving, op de linkeroever voornamelijk bezet met huizen, burelen, half-hoogbouw en niet te vergeten de tempel van de Rouches, het stadium van Standard Luik in Sclessin.

Sluis IVOZ RAMET

Langs de rechteroever zijn vooral de staalfabrieken en hoogovens van Cockerill de eyecatchers. Op de foto is ook het gezonken binnenschip zeer opmerkelijk. Het schip, geladen met dolomiet, verging op 3 januari 2012, dus drie jaar geleden. Onvoorstelbaar, dat op een drukke waterweg als de Maas, door een getouwtrek tussen verschillende instanties de berging uitblijft en wacht op de mallemolen van een rechtszaak. Blijkbaar heeft België een patent voor het niet bergen van wrakken, daar weten we aan de Moervaart alles van! EEN SCHANDE! Uit veiligheidsoverwegingen werd er wel een boeitje neergelegd…dat maakt veel goed !?!

Het gezonken schip voor Cockerill

De passage door Luik is rustig, waarschijnlijk mee door de stremming aan de sluis. Aan onze stuurboordzijde passeren we een sluisje. Speciaal voor dat sluisje, en natuurlijk de waterloop die er achter ligt, komen we deze richting uit en hebben we afspraak in Visé. De komende week zullen we ons in de nabijheid van dat kanaaltje bevinden, het kanaal tussen Maas en Moezel. Intussen hebben we beslist om niet in de stad van commissaris Maigret te blijven, ook al is Luik zeker de moeite waard, is de haven gastvrij en helemaal niet duur. We varen door op, als we goed nadenken, naast het Boudewijnkanaal richting Zeebrugge, de enige bevaarbare waterweg in ons land die we tot nu niet hebben bevaren: Het Kanaal van Monsin. Het kanaal is eigenlijk de Maas die doorloopt richting ‘Berten’I op zijne sokkel Nederland en parallel loopt met het Albertkanaal die, zoals iedereen weet, begint aan het eiland (Ile de Monsin) waar het standbeeld van Albert I staat. Dat monument, een vuurtoren van 42 meter hoog met de Koning zijn afbeelding ertegenaan geplakt, werd op 30 juli 1939 ingehuldigd, gelijktijdig met de opening van het Albertkanaal, 5 jaar na de jump van zijn leven in Marche-les-Dames en amper 1 maand voor het uitbreken van de tweede wereldoorlog.

19


Om op het Canal de Monsin te komen zijn er twee mogelijkheden. Afwaarts het standbeeld aan stuurboord is de sluis van Monsin, deze wordt nooit bediend op zondag, 10 km verder op het Albertkanaal is, ook aan stuurboord, het verbindingskanaaltje van Haccourt met de sluis van Visé, deze werkt wel op zondag tijdens de zomerperiode. Wij nemen de eerste en zakken 5.5 meter. Cnl de Monsin

Ook hier weer zien we overblijfselen van oude sluismuren. Buiten onze verwachting in is het kanaal proper en rustig, veel industrie is er niet meer. Een eilandje wordt ingepalmd door de jeugd, ze kunnen hier zeilen, surfen en kanoën naar hartenlust. Als toervaarder is het wel even opletten geblazen, de zaak is wat gas terugnemen en tijdig anticiperen op de soms onvoorspelbare manoeuvres. In de haven van Visé is voor ons een schaduwrijk plaatsje voorzien naast de Merlouette, de boot van Claire en Bruno. Zij zullen ons de komende dagen gidsen door de prachtige streek en samen gaan we op zoek naar de overblijfselen van het verloren kanaal. Als introductie gaan we in de vooravond met de auto richting Luik, daar maken we onze eerste wandeling langs het kanaal en genieten er van een prachtig uitzicht over de verlichte stad.

Ti Koyo in alle rust naast de Merlouette in Visé

We vervolgen ons verhaal, met een ontdekkingsreis tot in Luxemburg en de terugkeer richting Wachtebeke in het volgende clubblad. De geschiedenis van het Ourthekanaal, ook het Maas-Moezel Kanaal (of nog Canal de Buret of Canal de Bernistap) genoemd, vind je terug op een der volgende bladzijden. Veel leesgenot.

Luik na zonsondergang 20


Canal de Buret Canal de l’Ourthe Canal de Bernistap Rivier in beeld

Tekst en foto’s: Jef Beernaert Grâce à Bruno et Claire pour leur collaboration.

Het MAAS-MOEZEL Kanaal

Ongetwijfeld hebben de meesten onder ons, waarschijnlijk zonder het te beseffen, er reeds langs gewandeld of gefietst in bijvoorbeeld Durbuy, La Roche of Houffalize: Het Ourthekanaal. Een kanaal dat een verbinding moest maken tussen de Maas in Luik met de Moezel in Wasserbillig, Luxemburg. Een kanaal dat nooit is afgewerkt maar waarvan het Belgische deel nog werd bevaren tot begin de 20ste eeuw. Getuige daarvan deze foto anno 1911, waarop een geladen Hèrna voortgejaagd wordt op het kanaal ter hoogte van de sluis in Tillf. Een verbinding tussen Maas en Moezel vanuit Luik, een natte droom voor menig pleziervaarder, maar spijtig genoeg een zinloze droom over een verloren kanaal. We gingen op zoek en vonden nog verbazend veel terug in een betoverend landschap.

DE GESCHIEDENIS IN EEN NOTENDOP

Luik

Minstens 4 namen voor 1 kanaal. Dat lijkt eigenaardig, maar hoe verder we komen op de vaarweg, hoe logischer alles lijkt. Het draaiboek van het kanaal begint in de Hollandse periode onder impuls van Koning Willem I in het jaar des Heren 1825. Waterbouwkundig ingenieur Remy De Puydt kreeg opdracht van het consortium ‘Societé d’exploration du Luxembourg’ om een kanaal te graven in de Bernistap bedding van de Ourthe, dwars door de Ardennen tot aan de Moezel. Er was een kapitaal beschikbaar van 5 miljoen gulden. 2 miljoen daarvan kwamen op rekening van koning Willem, waardoor het een persoonlijke investering werd. Het kanaal zou geschikt zijn voor platbodemschuitjes, de zogenaamde Bètchète. Het kanaal begint in Luik, en volgt de Ourthe tot Houffalize. Daar werd een kanaal gegraven lateraal aan de Ourthe tot Bernistap, het hoogste punt van het kanaal. Op de waterscheiding tussen het Maas en Moezelbekken moest een tunnel van 2.5 km lang gegraven worden, juist op de Belgisch-Luxemburgse grens, waarna het kanaal zou afdalen via de bedding van de Woltz en de Sûre. Wasserbillig Het kanaal zou 263 km lang worden. De uitdaging zat hem echter niet in de lengte, maar in het hoogteverschil die diende overwonnen worden. Van Luik tot Bernistap moet 376 meter gestegen worden, om daarna opnieuw 303 meter te zakken richting Moezel. Met de aanleg van 218 sluizen zou dat hoogteverschil te overwinnen zijn. Reeds in 1827 begonnen de werkzaamheden die verbazend goed opschoten, ondanks de harde leistenen ondergrond. In 1831 werden de werkzaamheden stilgelegd. Hoofdoorzaak was de Belgische revolutie. Het kanaal koste handenvol geld, koning Willem van Nederland wenste niet meer mee te werken en het jonge België had het geld niet. Door het snel uitbreiden van het spoorwegennet werden de werken nooit meer heropgestart. Nochtans was het Belgische parkoers zo goed als af, en werd het reeds gebruikt voor transport van o.a. bouwmaterialen, kalk, hout en levensmiddelen.

21 5


VANOP DE MAAS IN LUIK RICHTING DE ARDENNEN Wanneer je op de Maas door Luik vaart kom je, ongeveer in het centrum, op de rechteroever een kleine sluis tegen. Dat is de monding van de Ourthe en van het betreffende kanaal. Het is de enige sluis waar de deuren nog aanwezig zijn en die functioneert. Theoretisch wordt de sluis nr 1 in Angleur nog bediend, maar dit moet na afspraak en met een gegronde reden. Je kan dus niet als bezoekend toervaarder eens door de sluis en terug. De bediening is eerder bedoeld voor een van de woonschepen achter het sluisje die even buiten willen voor bijvoorbeeld een werfbezoekje. Die woonschepen liggen er trouwens heel mooi en rustig, en toch dicht bij Luik, weliswaar aan de andere kant van de Maas. Zelfs hier, aan het begin van het Ourthekanaal, is het reeds mooi wandelen. Het is nog niet volop in de natuur, toch zie je hier reeds bevers aan het werk. Iets verderop kom je voorbij de hoofdgebouwen van SPN (het Waalse equivalent van W&Z). Nog op wandelafstand kom je aan de samenvloeiing van Ourthe en Vesder (Weser). De afwatering wordt er afgeleid richting de Maas bij het Ile de Monsin en kan na regenval behoorlijk hevig zijn. De sluisjes volgen elkaar in sneltempo op. Een fiets is echter onmisbaar wil je het kanaal verder volgen. Al heel snel kom je in een mooie groene omgeving. De rivier is er breed en snelstromend. De sluisjes zijn 20 meter lang en 3.5 meter breed, al zullen ze naar alle waarschijnlijkheid allemaal wel een beetje van elkaar verschillen. De diepgang was voorzien voor schuiten tot 1.2 meter met een laadvermogen tot 60 ton. Er was nog geen sprake van motorvaart, toch werd niet altijd gejaagd. Stroomafwaarts kon met wat behendigheid zoveel als mogelijk op de stroom gevaren worden. Een methode die tot in de tweede wereldoorlog zelfs nog op de Rijn werd toegepast door sleepspitsen.

Meestal kan het kanaal gevolgd worden langs de mooie jaagpaden. Telkens na ongeveer een km kom je wel een sluisje tegen. Af en toe valt er een van tussen doordat het kanaal moest plaats maken voor een weg. Een prachtig voorbeeld hiervan is in het plaatsje Hony. Op een parkeerterrein zie je de blauwsteen van de gedempte sluis in de straat zitten, twee bruggen, eentje die het kanaal overspande, een ander voor het jaagpad, liggen broederlijk naast elkaar. Tegenwoordig passeert het wegverkeer er onderdoor, de trein dendert er nog steeds overheen. In de brug zie je duidelijk de groeven waar vroeger de sleeptouwen langsheen schuurden.

22


Het is hier fantastisch om te fietsen, met weliswaar af en toe een flinke kuitenbijter onder de wielen. Maar je wordt telkens beloond met een prachtig uitzicht of een nieuwe ontdekking van het verdwenen kanaal. Soms een restant van een leuning, dan eens een sluis, bijna verdwenen tussen het struikgewas. Over het ganse traject vind je sluiswachterhuisjes. De meesten zijn opgeknapt en bewoond, sommige staan er verwaarloosd bij.

Heel af en toe kom je restanten tegen van oude fabriekspanden waar de productie misschien reeds een eeuw geleden werd opgedoekt. In Beaumont passeren we de restanten van kalkovens. De streek is rijk aan kalksteen. In steengroeven werd de steen uitgehakt en verbrijzeld tot keien om vervolgens in die kalkovens gedurende 48 uur te verhitten tot 900 °C. Na het afschrikken met water uit de Ourthe kwam in een walm het chemisch proces op gang waarbij de steen verpulverde tot kalk in poedervorm. Dat kalk is zeer geschikt om landbouwgrond te verrijken, maar gemengd met zand ook als metselspecie. Kalk was voor de streek een zeer belangrijke bron van inkomsten en werd langs het kanaal per bètchète afgevoerd. De opkomst van cement in het begin van de 20ste eeuw was de doodsteek voor de kalkovens. Regelmatig staan borden langs de trekweg met informatie en weetjes over het kanaal, de omgeving, de leefgewoontes van de inwoners vroeger en ook nu. Meestal enkel in het Frans, soms ook in het Nederlands. Uiteraard zijn die bedoeld voor de toeristen. Iets verderop, in Comblain, komt de Amblève in de Ourthe. Verschillende kampeerterreinen herbergen honderden vakantiegangers, in weekendhuisjes verblijven de wandelaars en vissers die het jaar rond met regelmaat genieten van de rust en het lekker tafelen in de Ardennen. Ieder sluisje of dorp beschrijven is onbegonnen werk. Overal is wel iets te zien, onderaardse grotten, ruines, kunst, kanovaren… noem maar op. Wij maken de sprong naar een volgende blikvanger in het kanaal nabij de grens met het Groot Hertogdom Luxemburg.

23 5


HET KANAAL VAN BERNISTAP

Bernistap, een gehucht in Buret, deelgemeente van Houffalize in de provincie Luxemburg, ligt op het hoogste punt van ons kanaal en dicht tegen de grens van het Groot Hertogdom aan. Toen het kanaal ontworpen werd door Ing. De Puydt, en de graafwerkzaamheden van start gingen, bestond België nog niet. In 1830 kwam de revolutie maar pas in 1839 werd Luxemburg onafhankelijk. Tot 1839 maakte het deel uit van België, wat de organisatie van de werkzaamheden een stuk eenvoudiger maakte. De afscheiding van het Groot Hertogdom betekende een definitief einde voor het project. Het hoogste punt van een kanaal kan niet met sluizen overwonnen worden omdat daar geen water voor handen is om de sluizen te voeden. De heuvelrug doorsteken met een tunnel is de oplossing. Vanuit Bernistap zou een tunnel van 2.53 km lang gegraven worden richting Hoffelt. Eerst werd een diepe vallei uitgegraven, de zijkanten met bakstenen bezet, die als toegang voor de tunnel moest dienen. Het uithakken was handwerk, met pikhouweel, hamer, beitel en wat buskruit moest men het doen. Er werd uit 2 richtingen gegraven. Het gewelf werd met verschillende lagen klinkaerts afgewerkt. Zelfs na bijna 200 jaar verwaarlozing ziet het metselwerk er verbazingwekkend intact uit. Naar verluid betrof het de grootste bestelling bakstenen ooit tot dan toe. Er werd geen jaagpad aangelegd in het ondergrondse gat. In de zijkant werden ijzeren beugels ingemetseld waaraan de bemanning de vracht kon vooruittrekken. Enkele verticale kokers moesten zorgen voor verse lucht. Ourthevallei Ourthevallei,, richting Bernistap/Luik

Verluchting

Waterscheidingslijn Woltzvallei Richting Hoffelt/Moezel

DOORSNEDE TUNNEL VAN BERNISTAP

Maar de tunnel raakte nooit af. Er werd 1130 meter gegraven, ruim 400 meter werd volledig afgewerkt langs de Belgische zijde, de kant van Luxemburg werd gedempt. Een beekje in de uitgegraven vallei en een infobord met levensgrote foto’s zijn nog de enige getuigen. De tunnel is geklasseerd als monument maar ligt er troosteloos bij. Jaar na jaar komt het glasheldere water iets hoger te staan omdat de vallei aan het dichtslibben is. Constant loopt bronwater uit de tunnel die zich een weg baant richting de Ourthe.

24


De oude vallei is nu, terecht, ingeschreven als natuurgebied. Een paar degelijke wandelschoenen en een drinkbus zijn welkom om het gebied te bezoeken. Af en toe een boerderij, koeien op een wei, veel woestenij, prachtige vergezichten, het kanaal en natuurlijk het Middeleeuwse kasteel van Tavigny domineren de omgeving. ’Le Chateau’ is nu in privé handen maar was ooit het zenuwcentrum van waaruit de werkzaamheden gecoördineerd werden. Uiteraard, en spijtig genoeg, kunnen we deze formidabele waterweg niet per boot bezoeken. Hier en daar een kanotocht, en een ondergrondse vaartocht in de grotten van Remouchamps op de Amblève is per boot het maximum haalbare. Toch lijkt het een aanrader om het kanaal en zeker de omgeving te bezoeken. In plaatsjes zoals Durbuy, La Roche en Esneux waar het kanaal doorheen stroomt, maar ook in de kleine Ardeense gehuchten zijn er tal van mogelijkheden om te overnachten en lekker te eten.

EXTRA WEETJES OVER HET PROJECT Ing. De Puydt schreef een verslag over zijn ontwerp in 1831; ‘Memoires sur le canal de Meuse et Moselle par un ingenieur ’ (universiteitsbibliotheek van Gent), daarin zijn nog enkele merkwaardigheden terug te vinden. Er waren nog enkele tunnels voorzien op het kanaal. In Esneux zou een grote lus in de Ourthe afgesneden worden door een 300 meter lange tunnel en in Houffalize waren nog een drietal korte doorgangen voorzien. Volgens zijn beschrijving zou een bijkomend kanaal gegraven worden van Deulin op de Ourthe naar Anseremme op de Maas, ons welbekend als de monding van de Lesse. Die Lesse zou gekanaliseerd worden en grotendeels de basis vormen voor dat kanaal. Hij heeft het ook over andere projecten die de belangrijke Waalse industrie moesten ontsluiten. Het oorspronkelijke kanaal Brussel Charleroi, het kanaliseren van de Samber en het Kanaal van Roubaix komen ter sprake. Op dat moment zijn die allemaal in ontwikkeling. Geen wonder dat gesproken wordt over een industriële revolutie. Ook het opkomende spoorwegennet, waarmee hij ook zijn sporen verdiende, komt ter sprake. Die spoorweg zal uiteindelijk, vanaf 1866, de taak van het kanaal grotendeels overnemen en het kanaal overbodig maken. Voor ons, toervaarders, een spijtige zaak. Toch blijft er tot aan de eerste oorlog tussen Tilff en Luik nog scheepvaart op de Ourthe. De bezetting in ’14-‘18 betekent het einde voor het Ourthekanaal en zijn typische scheepjes: de Bètchète. Na de groote oorlog wordt nog een schuchtere poging ondernomen om met Duitse herstelbetalingen het kanaal te vervolledigen, maar zonder resultaat (zie affiche). De natte droom die Koning Willem ooit had, en zonder twijfel die van menig pleziervaarder, eindigt in mineur. Enkel de restanten, de heroïek en de historie blijven over. Het veel oudere verhaal van de Betchète, een bijzonder scheepje, brengen we een volgende keer.

25 5


Tekst: Jef Beernaert

Een herwaardering van het waterwegennet. In ons vorige clubblad, meer bepaald in het SAMBER verhaal, hebben we dit project reeds aangehaald. Het lijkt ons de moeite om eens in te loggen op het hoe, waar en waarom van het vervoersysteem. Zeker ook omdat we als pleziervaarder zullen moeten rekening houden met de resultaten van het project, soms in ons voordeel, maar ook al eens in het nadeel.

WAT IS WATERTRUCK? Een vrachtwagen op het water? Natuurlijk niet. Het is een Europees Interreg project dat het vrachtvervoer over kleine binnenwateren opnieuw wil ontwikkelen en optimaliseren door de introductie van een nieuw concept, bestaande uit een duwboot en aangepaste duwbakken. Tot nu gebeurde dat transport over het Europese waterwegennet met de verouderde Freycinet afmetingen vooral door spitsen, waarbij de schipper en zijn kroost aan boord bleven, zeer veel uren draaiden, evenveel tijd zagen verloren gaan door lange wachttijden aan kunstwerken en tijdens het laden en lossen. De spitsenvaart lijkt niet meer rendabel, op 10 jaar tijd is het aantal spitsen op onze waterwegen meer dan gehalveerd, op voornoemde kleine waterwegen zo goed als stilgevallen.

STEEDS GROTERE SCHEPEN We hebben het reeds allemaal gemerkt, de schepen worden steeds groter. Dat is ook logisch. Jonge schippers investeren niet in kleine schepen. In eenzelfde tijdspanne kunnen ze veel meer vervoeren. De investering is groter, de winsten navenant. Sinds de jaren ’70 van vorige eeuw zijn dan ook geen nieuwe kleine schepen meer gebouwd, integendeel, de grote worden ‘en masse’ uit China aangevoerd. Er dreigt een tekort aan kleine schepen. Die grote schepen kunnen niet op het oude kanalenstelsel terecht. Bedrijven, gevestigd langs die waterwegen en die vroeger nog gebruik maakten van transport over de binnenwateren zijn reeds geruime tijd overgeschakeld op wegtransport.

VERSMACHTEND WEGVERKEER Zeker rond grote steden, maar stilaan door het hele land, staat het wegverkeer meer stil dan dat het rolt. De enorme vloot vrachtwagens is hier niet vreemd aan. Zeker de verkeersstroom van en naar de grote havens in centraal Europa: Antwerpen, Amsterdam, Zeebrugge, Le Havre enz. moet in betere banen geleid worden om het verkeersprobleem mee te helpen oplossen. Ook de spoorwegen zitten op hun maximum capaciteit, getuige hiervan zijn de constante vertragingen.

26


HET NIEUWE CONCEPT Het is niet direct de bedoeling om alle bestaande kleine waterwegen in Europa te moderniseren. Wel zouden ze kunnen gebruikt worden als satelliet. Zo kunnen grote konvooien de voor kleine vaarwegen aangepaste duwbakken afzetten aan een aftakking. Van daaruit varen kleine duwboten de losgekoppelde bakken verder richting eindbestemming. Dat blijkt enkele voordelen te hebben ten opzichte van de traditionele binnenvaart: - De grote duwboot, die met een duwbakkencombinatie onderweg is, kan verschillende goederen meenemen en die eventueel ook op verschillende aftakkingen afzetten en bij verschillende bevrachters ophalen. - Er is geen nood aan een uitgebreide accommodatie aan boord van de kleine duwboot. Dat brengt met zich mee dat het laadvermogen toeneemt terwijl de aankoopsom van de duwboot beduidend lager ligt. - De wachttijden voor laden en lossen zijn zeer beperkt. Indien niet onmiddellijk kan gelost worden kunnen de bakken zelfs blijven in stand by staan en dienst doen als tijdelijke opslag op het water. - De kleine duwvaart kan in dagdienst gebeuren. De bemanning komt ’s morgens aan boord, doet zijn dagtaak en gaat ’s avonds terug huiswaarts. Er kan ook in ploegdienst gevaren worden, indien nodig de klok rond. Het tekort aan werkkrachten in de sector zou door die betere familiale omstandigheden kunnen opgelost worden. Het systeem met duwbakjes bestaat natuurlijk reeds sinds het begin van de motorvaart. De baggerwerken op de Moervaart werd deels op dit systeem uitgevoerd, het verschil zit hem o.a. in het overladen van de specie in grote bakken. Dat is bij WATERTRUCK niet de bedoeling.

PROEFPROJECTEN Er werden reeds verschillende pilootprojecten uitgevoerd om de haalbaarheid te testen, onder andere op de Plassendaalse vaart tot Gistel, de Bovensamber naar het Franse Maubeuge, vanuit de haven van Brussel en op het Kempische kanaal. Maar ook in Nederland en Frankrijk lopen proefprojecten. Elke duwbak haalt 35 vrachtwagens van de drukke weg.

Laden in Gistel

PLEZIERVAART versus WATERTRUCK Moeten we bang zijn van deze nieuwe impuls op de kleine waterwegen? Dat blijft een open vraag. Indien het project succesvol blijkt, en de kans lijkt zeer reëel, dan is de waterwegbeheerder verplicht om de kleine waterwegen, de habitat van de pleziervaarder, in topconditie te brengen zonder veel te beknibbelen op bedieningspersoneel. Wil men daarbovenop nachtvaart toestaan, dan lijkt een automatisatie, of op zijn minst enige modernisering aangewezen. Ook voor de Franse kanalen lijkt dit een leuk toekomstperspectief. Een doorgezet herstelbeleid voor onze geliefde kanalen lijkt zich zeker daar op te dringen. Anderzijds zullen we ontegensprekelijk te kampen krijgen met wachttijden aan kunstwerken, vaarsnelheden van enkele km/uur en mogelijks nachtelijke passages. Maar 15 jaar terug, toen de spitsenvaart nog florissant was, moesten we daar ook rekening mee houden. Een goede verstandhouding en VHF contact lijken hier onmisbaar. Afwachten en WATERTRUCK een eerlijke kans geven lijkt een goed idee. Het zal allemaal zo geen vaart nemen. Vooreerst moeten de bedrijven langs de kleine kanalen gesensibiliseerd worden om opnieuw van de waterkant gebruik te maken. Onze interesse is gewekt, een WIN-WIN situatie voor pleziervaart, beroepsvaart, industrie en het kleine kanalenstelsel zit er aan te komen.

WIJ VOLGEN HET MET ARGUSOGEN! 27 5


NIET ALLEENSTAAND PROJECT In het korte verleden werden nog projecten opgestart om de scheepvaart op kleine waterwegen opnieuw een impuls te geven.

Q-Barge: Het Watertruck-concept doet sterk denken aan het Q-Barge-plan. Ook bij de Q-Barge is geen woning aan boord. Verschil is dat de Q-barge een schip met eigen aandrijving is. In aanvang was het de bedoeling om met een duwboot met bakken te werken, maar projecttrekkers zijn daarvan afgestapt. Uitgangspunt van Q-barge is dat met een eigen aandrijving de vaart flexibeler is en met één man personeel kan worden gevaren.

Palletschip Het palletschip is speciaal gebouwd om de lading, via deuren in de romp van het schip, rechtstreeks van kade aan boord te rijden met vorkheftrucks. De lading is op paletten gestapeld. De paletten worden tot op een platform in een deuropening gebracht en van daar af overgenomen door een andere vorkheftruck die in het ruim werkt. Het systeem lijkt zeer interessant voor het WATERTRUCK project, gezien de laad en losinfrastructuur zeer beperkt (betaalbaar) kan blijven. Het palletschip heeft intussen reeds uitbreiding gekregen in andere laadvormen, waarvan in onderstaande bijlage een korte beschrijving.

Tekst Johny Verstaen

Nieuwe evolutie Belgisch palletschip Er zijn reeds twee palletschepen, de Zulu 1 en de Zulu 2, te water gelaten. Dit in een mogelijke serie van dertig tot veertig schepen. Die worden gebouwd in opdracht van de reder Blue Line Logistics in Rupelmonde. Deze schepen zijn catamarans die zullen dienen voor het vervoeren van goederen op pallets of in big Bags. De goederen worden op dek geladen met een eigen kraan. Er is geen ruim aanwezig. De lengte van deze schepen is 50 m, de breedte 6.6m bij een diepgang van 2.2 m. Er is geen woonvertrek aan boord, enkel een stuurhut. Er kan tot 300 T geladen worden, 198 euro pallets op één laag. Voor het varen is maar één bemanningslid nodig. Er wordt in shifts gevaren, zo kan met aflossing 24 uur per dag gevaren worden. De schepen worden vooral op de kleine waterwegen ingezet. Opnieuw een stap om het vrachtverkeer en het file probleem in Vlaanderen te verminderen.

28


VPF Nieuws

STONEHENGE LIDKAART VPF Naar alle waarschijnlijkheid heb je intussen uw VPF lidkaart, samen met het jaarlijkse vademecum en het driemaandelijkse KANAAL 77/BOOT Magazine mogen ontvangen. Is dit niet het geval, dan is er mogelijks iets misgelopen en neem je best contact met ons: (jefbeernaert@skynet.be). Het is natuurlijk mogelijk dat je als sympathiserend lid niet betaalde, dan zal je dat natuurlijk niet ontvangen. Draag zorg voor die lidkaart want ze is geld waard. Bij het vertonen ervan kan je bij verschillende havens kortingen bekomen. Die havens staan vermeld in het vademecum. Verder zijn er de federatiehavens: Brugge Coupure, Lier, Gent Lindenlei en –Ketelvest maar ook Oudenaarde en Herentals waar je aan gunstige tarief kan overnachten. Spijtig genoeg zijn er nog enkele havens waar je niet van die korting kan genieten, elke vereniging blijft vrij in zijn keuze hierover. Het spreekt vanzelf dat leden van die havens ook bij ons de gunsttarief niet krijgen. Als Watersport Moervaart lid kan je op vertoon van de WM lidkaart trouwens ook 2 nachten gratis afmeren in de haven van Landelies op de Samber bij onze vrienden van YCHS. (excl. Elektra)

Narrow boat op het Kennet and Avon Canal

VPF Winterreis 2015 Intussen is de winterreis achter de rug. Met een bus vol werd naar Engeland gereden – gevaren. Het weer daar was een stuk beter dan aan het thuisfront. De Narrow bootjes waren er reeds volop in de weer. In het typische hotelletje hadden we verwacht een spook te ontwaren. Dat zal er ongetwijfeld geweest zijn maar liet zich niet horen of zien zolang we wakker waren. Enkele sfeerbeelden van het geslaagde weekend vind je op deze blz met wat duiding erbij.

Het leuke spook-hotelletje nabij Bath

VPF Toervaart 2015 De jaarlijkse toervaartreünie gaat door van 22 tot 24 mei in Maasmechelen. Niet bij de deur maar zonder twijfel toch de moeite waard om deel te nemen. Het is een unieke gelegenheid om de ex-mijnstreek, zijn multiculturele bewoners van de derde generatie en hun culturen beter te leren kennen. Alle info en inschrijvingsformulieren zijn te vinden in Kanaal 77 of op de VPF website www.VPF.be onder de rubriek ‘HET TOERVAREN’.

29


Dagje

UIT in waterminnend VLAANDEREN


OPENING VAARSEIZOEN WATERSPORT MOERVAARTvzw

WEEKEND Programma: Vrijdag 1 Mei: vertrek vanuit Wachtebeke om 9 uur stipt naar Brugge Coupure. (Na afspraak kan op donderdagavond reeds afgevaren worden tot Schipdonk). vrije namiddag in Brugge. Zaterdag 2 Mei: ’s Middags gezamenlijk middagmaal in Brouwerij De Halve Maan. Omstreeks 15 uur bezoek aan de brouwerij. De Clubkas betaald inkomgeld voor WM-leden. (Niet leden 7,5€) Zondag 3 Mei: Afvaart om 10 uur richting Wachtebeke. Ligplaats in Brugge Coupure, per schip voor het hele weekend, VPF gunstprijs 5 €. Ga je mee naar Brugge, gelieve uiterlijk tegen 16 april uw plaats te reserveren bij Marc. tel 09. 355 30 45 - GSM 0476. 327 048 – mail: marcennadine@skynet.be

TOERVAREN Traag brengt het schip ons Over de stroom Door het water Van nu naar later De zon in onze ogen Een lach rond onze mond De haren in de wind Zorgeloos, welgezind

Mee met de wolken Als een vogel in zijn vlucht Zwevend op de golven Genietend van de lentelucht

Mee met de wolken Een vogel in zijn vlucht Drijvend op de golven Diep in gedachten bedolven

Vroeger is voorbij De toekomst lacht ons toe Van nu naar later … Rustig, door het water

Vroeger is voorbij De toekomst lacht ons toe Van nu naar later Rustig door het water

Jef 31


Van 14 tot 17 MEI Toervaren tijdens het Hemelvaartweekend

Met Watersport Moervaart

Programma: -

Naar het

SPIEREKANAAL

Donderdag 14 mei: gezamenlijke afvaart in Wachtebeke om 8.00 uur. Einddoel Einddoel:: aanlegplaats in Spiere.

Zoals gewoonlijk kan na samenspraak met alle deelnemers beslist worden om op woensdagavond reeds tot Gent Lindenlei te varen zodat de vaardag richting Spiere 2 uur korter wordt. -

Vrijdag 15 mei: om 9 uur met mobiele ploeg Spiere naar Leers Nord. (ongeveer 21/2 uur)

en maaltijd te versieren in ‘La Maison du Canal’ Canal’,, afhankelijk van ons uur ’s Middags proberen we met z’n allen eeen

van aankomst. Indien dit niet lukt, en de weergoden zijn met ons, dan wordt een BBQ georganiseerd. -

Zaterdag 16 mei: o opnieuw pnieuw afvaart om 9 uur, vanuit Leers Leers--Nord tot Oudenaarde. (ongeveer 4 uur)

-

Zondag 17 mei: aafvaart fvaart in samenspraak richting Wachtebeke. (ongeveer 6 uur)

Mogelijks valt hier of daar nog iets uit de Hemel, met onze toervaartorganisator weet je nooit! Hij stelt het echter wel op prijs om hem voor 5 mei te laten weten of je deelneemt aan de reis. Tel. Marc: 09 355 30 45 - GSM 0476 327 048 – Mail: marcennadine@skynet.be


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.