Watersport Moervaart Magazine April 2020

Page 1

MOERVAART - magazine Driemaandelijks ledenblad van Watersport Moervaart vzw - Wachtebeke – Jaargang 38 – April 2020

Zelfs CORONA houdt de lente niet tegen Afzendadres: Leeweg 4 – 9270 Laarne V.U. Beernaert Jef

P509300 Afgiftekantoor 9270, Laarne


TELEFOON

HET BESTUUR Beernaert Jef Daens Marc De Rouck Armand Van Houteghem Charles De Witte Jurgen Cappaert Jo

Voorzitter Secretaris Penningmeester Havenmeester Werkgroep Toervaren

Blz 25: Vaarlus langs de B-NL grens

0474 317 559 0473 291 879 0496 342 479 0477 460 983 0496 581 374 0496 656968

Zetel / Redactieadres: LEEWEG 4 9270 LAARNE e-mail: watersport.moervaart@proximus.be Blog: watersportmoervaartnieuws.blogspot.com Ondernemingsnr. 0424. 080. 436 RPR Gent afdeling Dendermonde

Werkten mee aan dit blad: Abel Van de Velde Jo Cappaert Filip en Lotje Kerhove Armand De Rouck Eartha Dereuddre Jef Beernaert

Waarvoor DANK!

Watersport Moervaart vzw of de uitgever zijn niet verantwoordelijk voor onjuiste, onvolledige of ontbrekende vermeldingen. Niets uit dit Watersport Moervaart magazine mag overgenomen worden zonder schriftelijke toestemming van de auteur.

Blz 12: De kuisbank

Blz 3 De wereld staat op z’n kop Blz 4 Voorwoord Blz 6 Voor u gelezen of gehoord Blz 8 Wie vaart maakt krassen

INHOUD April 2020

Blz 10 Fototips Blz 12 Op de kuisbank Blz 14 Onder de waterlijn Blz 19 Sloep getest Blz 20 Durmevaart 2020 Blz 23 Zwemtrap op de boot Blz 25 Vaarlus: Flirten met de grens/2

Blz 23: Zwemtrappen

2

Blz 20: Sloepentocht op de Benedendurme


DE WERELD Staat op z’n

T

ijdens het opmaken van dit Moervaart Magazine kwam de aardbol in een orkaan van onrust en paniek terecht zoals we het nog niet hebben meegemaakt. Elke dag worden van overheidswege nieuwe verreikende maatregelen genomen. Vandaag weten we niet hoe het morgen zal zijn. En die zijn echt wel noodzakelijk om de maatschappij, in de mate van het mogelijke, enige bescherming te bieden tegen een onzichtbaar coronavirus dat onverbiddelijk heel de wereld inpalmt. Hoe de zaken staan op het moment dat je dit leest weten we niet, de situatie evolueert razendsnel.

We hopen vooral dat uw familie en vrienden van besmetting bespaard blijven, en loopt het toch mis, dat dan een voorspoedige genezing mag volgen. Al de rest is bijzaak. Eens de orkaan uitgeraasd is kunnen we herademen en de draad van het gewone leven weer opnemen. Tot nader order ‘blijven we in ons kot!’ Wij doen er in onze vereniging, op een weliswaar heel bescheiden manier, ook alles aan om niemand te besmetten of zelf besmet te raken. Zo hebben we onze maandelijkse bestuursvergaderingen uitgesteld en wordt alles wat binnen een vereniging dient geregeld te worden zoveel als mogelijk digitaal of via telefoon en met rooksignalen geregeld. Aan de waterkant trachten we, tegen onze natuur in, asociaal te doen, een heel moeilijk gegeven. Verbroederen, handen schudden, een kus geven, het hoort er voorlopig even niet bij. Wat het nakende toervaartseizoen betreft weten we momenteel niet wat er kan doorgaan. Alleen met een goed werkende glazen bol kan je in de toekomst kijken, maar die zijn nog veel moeilijker te vinden dan mondmaskertjes. De eerste toervaart staat nog steeds gepland voor het 1 mei weekend waar we naar Brugge Coupure zouden willen varen. Maar zoals het er vandaag naar uitziet zal dit met bijna zekerheid niet kunnen doorgaan. Tijdens het Hemelvaartweekend, van 20 tot 24 mei, staat een toervaart op ons bord geschreven richting Aalst. Daniel en Sonja (m/y JIDE), die Aalst kennen als hun broekzak, hebben voor ons een bezoek geregeld aan de nieuwe sluis die in Aalst momenteel gebouwd wordt en ze reserveerden reeds een restaurant waar we gezellig kunnen bijpraten. Laat ons hopen dat dit unieke weekend mag doorgaan, maar ook dit valt af te wachten. Deze toervaart kan, als het tegenzit, nog in het water vallen. Een week later tijdens het Pinksterweekend, is er de VPF toervaartreünie in Geel. We willen niet doemdenken maar durven ons helemaal niet uitspreken of dit feest zal kunnen doorgaan. Zoals gezegd, er zijn momenteel belangrijker zaken, en zolang de kust niet veilig is zullen we als club niets organiseren. Laat ons evenwel hopen op een virusje “Made in China’ dat verdwijnt als sneeuw voor de zon eens de dagen mooier worden. Dan kunnen we allicht wel nog genieten van enkele mooie voorjaarsdagen en zullen we uiteraard met plezier samen op stap gaan. Er is maar één mogelijkheid waarmee we onze leden snel juist kunnen informeren, up to date. Dat is via mail. Alle informatie over de toervaarten zullen we per mail doorsturen naar de leden waarvan het mailadres bekend is. Ook andere belangrijk waterweggebonden berichten trachten we zo juist en zo snel mogelijk via mail door te geven. Zijn er vragen, laat zeker niet na om ze ons te stellen. We proberen steeds een correct antwoord te geven voor zover we over de gepaste informatie kunnen beschikken. Hierbij willen we graag nog meegeven dat een respons soms wat op zich kan wachten. Een antwoord vinden bij officiële instanties neemt soms wat tijd in beslag.

Probeer in deze moeilijke periode positief, en vooral gezond te blijven. Tot aan de Moervaart (zodra het weer mag) Jef 3


Het vaarvirus kriebelt ook!

T

raditiegetrouw “schieten” we tijdens het 1 mei weekend, gelijktijdig met veel andere watersportclubs, uit de startblokken. Heel uitzonderlijk zal dit allicht niet het geval zijn in 2020. COVID-19, of in mensentaal de Corona hype, steekt daar een stokje voor. Dit voorwoord hebben we net voor het ter perse gaan moeten aanpassen. Toch vertikken we het om negatief te zijn, je zal merken dat hier en daar in dit clubblad (naar gewoonte) een vrolijke noot verborgen zit.

In de voorbijgevlogen eerste drie maanden van 2020 is al één en ander gebeurd. Winter hebben we niet gekend, de voorjaarsstormen regen zich evenwel als paternosterbollekes aan elkaar met regelmatig een zondvloed als gevolg. De penibele grondwaterspiegel van vorige zomer zal intussen hopelijk stilaan zijn normale peil hervonden hebben. De hoge waterstanden in februari en maart hadden hier en daar tot gevolg dat een jachtje al eens met enige helling in de touwen ging hangen. Gelukkig waren er steeds enkele goede zielen in de buurt die het nodige ondernamen om schade te helpen voorkomen. Aan allen die hier de handen uit de mouwen staken een welgemeende dankuwel. De Belgian Boat Show passeerde in stilte de revue zonder veel potten te breken, het nieuwe extravagante Vlaamse waterwegentarief werd ons in de maag gesplitst, we hielden onze algemene vergadering toen dat nog kon, met opnieuw een record aantal aanwezigen. In Wachtebeke is men gestart met het opengooien van toegangswegen en de meesten waren, voor de halvelingse lockdown van kracht ging, hun bootje aan het prepareren tegen het moment dat CORONA zijn schop afkuist. Maar veel belangrijker dan dit alles, we moesten, spijtig genoeg, binnen een bestek van 2 maanden, afscheid nemen van een koppel trouwe en algemeen geliefde leden. Meer dan voldoende reden om te beseffen dat we de schaarse tijd die ons hier gegund wordt positief moeten gebruiken. MAAK ER HET BESTE VAN DE KOMENDE TIJD EN PROBEER TE GENIETEN! Uw Watersport Moervaart Team

Alice Geysen & Joseph Waegemans °9-12-1943 +12-1-2020

LEDENBESTAND

°16-1-1939 + 11-3-2020

Een leven lang samen onderweg op de ANDROMACHE Heden weer samen in het onbekende

We gaven het een jaar geleden reeds aan, de kaap van 100 leden was nabij. Momenteel is deze overschreden en staan er 103 opgetekend in onze registers waarvan 29 met boot in Wachtebeke.

VAARWEL ALICE en JOSEPH Er zijn 88 leden ingeschreven op de VPF lijst (sympathisanten zijn hiertoe niet verplicht) We wensen hun kinderen, kleinkinderen en familie veel sterkte toe in deze droevige periode.

WERKZAAMHEDEN IN WACHTEBEKE Of het nu mag of niet mag, door de wegenwerken in Wachtebeke die 2 jaar zullen aanslepen zal er onvermijdelijk meer verkeer langs het jaapad komen. Soms scheuren wagens aan onverantwoorde snelheid voorbij. Als medegebruiker van het jaagpad, wees aub voorzichtig. Mogen we voor de veiligheid en om de graskant te ontzien vragen om wagens zoveel als mogelijk tegen de grachtkant, of beter nog, op de betonstrook te parkeren. Waarvoor dank.

4

Uw VPF lidkaart komt samen met het vademecum en Kanaal 77, door een technisch probleem met de lidkaarten, met enige vertraging, allicht nog in de loop van april in uw brievenbus terecht. Heb je die tegen eind april niet ontvangen, neem dan met ons contact op zodat we kunnen nagaan wat er verkeerd is gelopen. Het is belangrijk dat adresveranderingen steeds doorgegeven worden zodat de verzendlijsten kunnen aangepast worden. Heb je een nieuw mailadres, geef dit ook door aub (enkel voor intern gebruik).


Algemene vergadering 2020. Een beknopte samenvatting: Op 15 februari 2020 vond onze 39ste jaarlijkse statutaire vergadering plaats. In totaal waren er 100 aanwezigen waarvan 22 van de 30 effectieve leden. Vier leden lieten zich verontschuldigen. Vier lieten jammer genoeg verstek gaan. Het aantal actieve leden rechtvaardigt een geldige vergadering.

-

-

-

-

-

-

Er werd voorafgaande een oproep gericht naar nieuwe kandidaat bestuursleden. Hierop kwam één reactie. Jo Cappaert (M/Y Yester) wenst zijn steentje bij te dragen en wordt door de leden aanvaard als bestuurslid. Hij zal de taak van TOERVAARTORGANISATOR op zich nemen. Armand De Rouck en Jef Beernaert worden herverkozen voor een nieuw 5 jarig mandaat. Armand blijft schatbewaarder/ ondervoorzitter, Jef blijft voorzitter. Abel Van de Velde wenst zijn mandaat niet te verlengen en neemt na 25 jaar ontslag als bestuurslid - secretaris. Marc Daens neemt de fakkel over en wordt secretaris. Korte terugblik op het voorbije jaar door ontslagnemend secretaris Abel.  De nieuwe ligplaatshouders in 2019 worden voorgesteld.  Er wordt een ogenblik stilte gevraagd voor Kristine, Karina en Alice, drie dames die ons spijtig genoeg zijn ontvallen.  Een bondig persoonlijk afscheidswoord van de secretaris. Abel wordt bedankt voor de geleverde prestaties en kan voortaan met de titel Ere-secretaris aangesproken worden. Schatbewaarder Armand brengt het financieel verslag 2019. Dankzij onderhandelingen en een nieuw contract met SITA en het niet-misbruiken van de huisvuilcontainer zijn de kosten voor afval gehalveerd t.o.v. vorige jaren. Onze clubkas blijft het goed doen, het jaar wordt opnieuw met een positief saldo afgesloten. Het relatief groot aantal bezoekende jachtjes draagt hiertoe zeker bij. Bedragen horen niet thuis in het clubblad maar werden meegedeeld op de Algemene Vergadering. Het kasboek wordt voorgelegd aan de vergadering en door 2 leden als goed bevonden. Gezien de positieve resultaten zullen voor 2021, behoudens onvoorziene omstandigheden, onze lage prijzen voor lid- en liggelden kunnen aangehouden worden. Lidgelden zijn sinds de jaren ’90 onaangepast, De ligplaatsprijs werd voor het laatst licht bijgesteld in 2010. In deze tijden waar alles fors stijgt mogen we daar best fier op zijn. In 2020 dringt een herziening van de statuten en het huishoudelijk reglement zich op, dit naar aanleiding van de wijzigingen aan de wetgeving voor vzw’s. Bedoeling is om deze tegen volgende A.V. voor te leggen. Er is een voorstelling van de komende voorjaarstoervaarten. Gezien de CORONA situatie is dit nu zeer onzeker geworden. De aanwezigen krijgen de mogelijkheid om vragen te stellen of opmerkingen op het beleid te geven. Het bestuur krijgt ontheffing voor boekjaar 2019. Een uitgebreid verslag of de boeken van de vereniging kunnen steeds, na afspraak, door de actieve leden ingekeken worden. Uw Bestuur

BEDANKT ABEL & ZULMA Abel en Zulma kwamen in Wachtebeke terecht nadat ze in 1992 de ANTAKA kochten en het jachtje omdoopten naar PALUJOPE, een samenvoegsel van de namen van hun 4 zoons. In 1998 werd Abel verkozen als bestuurslid. Hij bleef algemeen medewerker tot 2004. Door een verschuiving binnen het bestuur werd hij secretaris, een taak die hij vol overgave voltrok tot 2020. We mogen gerust beweren dat we aan Abel een uitstekende compagnon hadden, en dit niet alleen binnen het bestuur. Naast zijn taak als secretaris was hij vaak op zijn PALUJOPE te vinden. Het jachtje lag er steeds spik en span bij en was altijd vaarklaar. Er werd jaarlijks een lange, soms verre reis gemaakt. Op bijna alle toervaarten, die destijds door de onvolprezen Marc en Nadine werden uitgestippeld, waren ze van de partij. Abel en Zulma voelden zich nooit te beroerd om een handje toe te steken waar het kon, en zoals we dat zeggen: ze waren er graag bij. Maar de tijd staat niet stil, de jaren vliegen voorbij. In 2018 vonden ze de tijd aangebroken om hun PALUJOPE, met spijt in het hart, van de hand te doen. Op de vergadering van 2019 reeds kondigde Abel aan om zijn mandaat nog af te werken maar in 2020 geen nieuw mandaat meer aan te gaan. Spijtig, maar daar hebben we alle begrip voor.

We danken Abel en Zulma voor de vele jaren onvoorwaardelijke trouw en inzet aan hun club en de leden. We hopen hen nog regelmatig te mogen begroeten in Wachtebeke. 5


VOOR U

GELEZEN

Gebundeld door Abel Van de Velde

of

GEHOORD! Registratiedocument: Kosten

teruggebracht naar het oude tarief

In het clubblad van januari onder de rubriek ‘Voor u gelezen’, gaven we tekst en uitleg betreft de registratiebrief die werd ingevoerd ter vervanging van zowel de vlaggenbrief als het immatriculatiedocument. Bij deze mogen we, met plezier, reeds een update geven op dat artikel. Op 4 februari werd door de FOD Mobiliteit meegedeeld dat de prijs voor dit vodje papier (want meer is het echt niet), teruggebracht zal worden van 151 naar 50 €. De nieuwe tarief gaat in vanaf 1 april. We hebben dit bericht onmiddellijk per mail doorgestuurd naar onze leden maar dringen er nogmaals op aan om te wachten bij de aanschaf van het document tot na 1 april, anders riskeert u alsnog om de volle 151 € te moeten betalen. Voor zij die sinds september een nieuwe brief aankochten en de volle pot betaalden: maak u geen illusies, die centen ben je kwijt, of zoals we zeggen “het is een uitgave voor de koning”. Wat die ermee zal aanvangen is een groot ? Wat betreft de herkenningstekens, het B- nummer. Zoals vermeld komt er in de toekomst een 0 voor het bestaande nummer. Bij ontvangst van een nieuwe registratiebrief, die je zonder veel problemen via internet kan aanvragen, zit een begeleidende brief waarin vermeld staat dat het huidige B-nummer, zoals die op de boot is vermeld, niet hoeft aangepast te worden. Dus die extra 0 voor het huidige nummer is wel vermeld in de registratiebrief maar mogen we voorlopig weglaten op de boot tot die ooit eens herschilderd wordt.

De pleziervaartmelkerij: Waterwegenvergunning en z’n tarieven Soms zijn ze er bij de Vlaamse Waterweg nv toch als de kippen bij, vlugger dan de minister. Nog voor die de kans zag een document te ondertekenen heeft De Vlaamse Waterweg nv het nieuwe tarief ingevoerd. Naar eigen zeggen mag de raad van bestuur van de Vlaamse Waterweg zelf het tarief bepalen (dit staat blijkbaar in de statuten beschreven), alleen wijzigingen over wie moet betalen (het zogenaamde toepassingsgebied) dient door de minister goedgekeurd te worden. Dat beloofd voor de toekomst! Enkele dagen voor de Belgian Boat Show zijn deuren opende werden (toeval of niet) halsoverkop de nieuwe tarieven bekendgemaakt, en die zijn niet van de poes. De te betalen vergoeding wordt berekend aan de hand van vijf dagtarieven. Deze dagtarieven zijn afhankelijk van de wijze van aankoop: aan het loket een aankoop verrichtten is maar liefs 25% duurder dan online aankopen. Of dit allemaal zomaar kan is ook maar de vraag, waar is de dienstverlening naar de burger toe gebleven!

Tarieven (€/m/dag)

Dagtarief:

Dagtarief:

Dagtarief:

Dagtarief:

Dagtarief:

Dag 1

Dagen 2 t/m 7

Dagen 8 t/m 30

Dagen 31 t/m 90

Dagen 91 t/m 365

1,8750

0,6250

0,2084

0,0695

0,0139

1,5000

0,5000

0,1667

0,0556

0,0111

Loket Tarieven (€/m/dag) Online aankoop De te betalen vergoeding wordt berekend op basis van de romplengte (niet waterlijnlengte) in meter van het vaartuig (zoals het is vermeld op de officiële documenten), het aantal dagen dat het vaartuig op het water ligt en of het al dan niet geschikt is voor snelvaart (meer dan 20 km/uur). Voor een vaartuig dat geschikt is om sneller dan 20 km/uur te varen, wordt 6 meter geteld bovenop de romplengte (of €88, 38 extra op jaarbasis). Voor een vergunning met een looptijd van één jaar bedraagt het tarief € 14,73 (incl. BTW) per gerekende meter.

6


De nieuwe waterwegenvergunning is dus een digitale vergunning geworden die je via het digitale portaal VisuRIS kan bestellen. Hiervoor krijg je geen sticker meer, je kan wel zelf een bewijs van betaling afdrukken om aan boord te houden. Dit lijkt mij overbodig, uw woord moet voldoende zijn. Dit betekent dat er geen uiterlijke kenmerken meer zijn of je al dan niet betaald hebt. Waar vroegere jaren de clubs opgedragen werden om hun leden te controleren kan dat nu niet meer. MOOI ZO! De nieuwe regeling zal uiteraard ‘ZWART VAREN’ in de hand werken. En dan hebben we het nog niet over de wijd verspreide wrakken die al zeker geen moeite niet meer zullen ondernemen. Hoe controles zullen gebeuren is niet helemaal duidelijk. Sommige sluizen (zoals bv. Evergem) hebben uiteraard de mogelijkheid om op hun systemen na te kijken of je hebt voldaan. Maar lang niet alle vaartuigen, zeker bovengenoemde wrakken en woonschepen, verplaatsen zich richting sluizen, en lang niet alle sluizen en bruggen beschikken over de mogelijkheid om een controle uit te voeren. Vanaf 1 april 2020 moeten alle vaartuigen die zich op het water bevinden hun vaarvergunning aangekocht hebben. Wie niet in orde is riskeert bij controle een zware boete van tweemaal de prijs van de vergunning met een minimum van 250 €.

We zouden natuurlijk ook massaal onze boot kunnen verkopen, of naar Wallonië kunnen verhuizen met hebben en houden. Toch stof om eens over na te denken!

Werken in Wachtebeke: Twee

jaar lang verkeershinder

Het betreft werkzaamheden in Wachtebeke-dorp en in de Meersstraat die alles samen ongeveer twee jaar kunnen aanslepen. Deze wegenwerken zullen in fasen uitgevoerd worden. Dit jaar gaat het hem vooral om de vernieuwing van de nutsvoorzieningen (water, gas, elektriciteit …). Pas daarna, waarschijnlijk voorjaar 2021, komen de grote manoeuvres (een nieuw rioleringsstelsel). Zoals iedereen wel zal gemerkt hebben zijn de werkzaamheden intussen gestart. Vanaf Overledebrug richting Wachtebeke worden sleuven gegraven. Langs het jaagpad werden die leidingen reeds in het verleden gelegd en blijven de werken in die eerste fase beperkt tot werkzaamheden in enkele putten. Vervolgens zal een deel van Wachtebeke dorp opengelegd worden. Daardoor zullen sommigen onder ons zeker een andere route moeten volgen om bij hun boot te komen. Indien je uit richting Sint-Kruis Winkel komt zit je voorlopig goed. Je kan via het pompstation bij de haven komen. Uit richting Zaffelare is de doortocht voor plaatselijk verkeer naar het jaagpad nu nog mogelijk maar of dit zo zal blijven is een vraagteken. Uit richting Moerbeke zal er een omweggetje moeten gezocht worden, maar dat zal dit jaar allemaal best meevallen. En laat ons eerlijk zijn, moeten we eens enkele meters te voet afleggen, dat is niet erg en goed voor lijf en leden. Iedereen zal voor zich de beste weg moeten uitzoeken en eventueel de laatste meters te voet afleggen want fietsers en voetgangers zullen zo goed als steeds doorgang krijgen. Hoe het zal evolueren eens de grote werken van start gaan dit najaar of voorjaar 2021 kan nu nog niet gezegd worden. Dan zou mogelijks ook de volledige trekweg langs de Moervaart vanaf Overledebrug tot aan het pompgemaal opgebroken worden.

Mogen we met aandrang vragen: WEES VOORZICHTIG VOOR U ZICH OP HET JAAGPAD BEGEEFT. EEN ONGELUKJE ZIT HEM IN EEN KLEIN HOEKJE.

7


WIE VAART… MAAKT KRASSEN! Een bootje is een zorgenkind, dat weten alle bootbezitters. Er loopt al eens iets mis. De kans op een kras, of bijna, is reëel. Bij deze herhalen we de oproep aan alle moedigen om ons ook zo’n verhaal te brengen. We zijn zeker dat iedere varensgast wel zijn verhaal heeft. En wees maar zeker, vele andere toervaarders leren iets uit uw ervaring. Schrijf je niet graag? Weet dat we het eventueel voor u willen optekenen. Stuur ons een mailtje: watersport.moervaart@proximus.be. De lezer zal u dankbaar zijn. Ook als je eens niet vaart kan er iets gebeuren. Dat bewijst het verhaal van Lotje en Filip. Ze brengen bij deze een ode aan de havenmeesters!

POMPEN…

Tekst & foto’s: Filip en Lotje Kerkhove M/Y LOTJE

Of verzuipen!

Allo-allo, de havenmeester hier! Op een maandag, begin augustus vorig jaar, komen we terug in de haven van Kloron na een probleemloze deugddoende 14-daagse vaartocht. Er moet terug een beetje gewerkt worden. Zo zit het leven nu eenmaal in elkaar! Na onze eerste werkweek, de sleur van elke dag reeds lang weer gewoon, worden we de vrijdagavond opgebeld door onze havenmeester, die komt met een heel ongewoon bericht: “Dat LOTJE (onze boot- niet ons vrouwke) nogal diep in het water ligt. De witgeschilderde waterlijn, die normaal enkele cm boven zit, is ondergedoken!” HUH, Grapjas!!!

We geven het water netjes terug aan de Vlaamse Waterweg

maar het is geen 1 april…

Als de wiedeweerga trekken we, gewapend met twee dompelpompen, naar de haven. Daar zien we inderdaad dat de boeg vervaarlijk hoog steekt, de kont van ons Lotje lijkt last te hebben van het dode-billensyndroom en ligt diep weggezakt in het water. Zonder dralen wordt een luik opengelegd. De machinekamer staat vol Scheldewater, tot net onder de luchtfilter van de Vetus - Deutz. Er is echt geen tijd voor overleg, laat staan voor een foto. Onmiddellijk beginnen pompen is de boodschap… Of verzuipen! Gelukkig kunnen die twee pompen het werk aan, dat betekent dat het water trager binnenloopt dan wat die dompelpompen aankunnen. De brandweer is niet nodig maar zou ook een mogelijke oplossing geweest zijn. Eens het water grotendeels is weggepompt kunnen we Tot hier zakte de boot reeds in het water weg op zoek gaan naar de oorzaak, en die is vlug gevonden. Blijkt het aanzuigslangetje van de generator-koelwaterpomp losgeraakt. Zelfs kleine slangetjes kunnen grote gevolgen veroorzaken… waar hebben we dat nog gehoord? Door dat een van de silentblokken onder de 1-cilinder generator afgescheurd zit heeft die Duitse lawaaimaker danig staan schudden tot het darmpje is losgetrokken uit de motor. Hevelwerking via de wierfilter deed dagenlang traag maar zeker de romp vollopen.

8


Geluk bij een ongeluk Eens het euvel voorlopig is verholpen wordt de schade opgemeten. Al bij al hebben we geluk gehad, het water is net niet de leefruimte binnengestroomd waardoor de mooie houten betimmering ongeschonden is gebleven.

Onder de vloer is het een ander geval. We treffen er een echte smeerboel aan met heel wat gevolgschade. In eerste instantie wordt zo vlug mogelijk de olie uit de motor en keerkoppeling gepompt. Blijkt er gelukkig geen water in te zitten. Nadat de olie is ververst start ons dieseltje zomaar op alsof er niets gebeurd is. De startmotor en alle sensoren moeten wel eens onder handen genomen worden om latere problemen met corrosie, slechte contacten en haperende kogellagers te voorkomen. Wat het elektrische gedeelte betreft, dat is andere koek! Zowat alles wat met elektriciteit te maken heeft moet hersteld of vervangen worden. Baterijladers en omvormers houden niet van water (zouden ze mannelijk zijn?). Samen met de alternator moeten die vernieuw worden. De schuldige generator, een Fischer Panda van 4 kW, is ook ‘naar de wuppe’. Die vervangen we uit protest door een Allpa, maar ook die heeft een klein, euh … slangetje! Hopelijk kunnen we voor alle opgelopen schade onze verzekering aanspreken. LAAT ONS BIDDEN! Want met een verzekering weet je het nooit. (Achteraf zal blijken dat we een goede makelaar hebben).

Moraal van het verhaal Nu weten we dat het heel belangrijk is om alles regelmatig eens te checken. De basis van het euvel ligt bij de gescheurde silentblok, maar hoe kan je dat weten? Als iets net te veel trilt of lawaai maakt is er waarschijnlijk iets aan de hand. De slangen wat langer maken dan strikt noodzakelijk en overal twee spanringen monteren is zeker aan te raden, wie niet waagt, niet wint. Maar vooral, voor je naar huis gaat eens vluchtig onder het luik kijken is aan te bevelen. En nu zullen sommigen zich allicht afvragen: deed de bilgepomp niet waarvoor ze aangekocht werd? Wel euh…,

het schaamrood stijgt me naar de kaken: er zat er geen in!

NU WEL! Zo’n volautomatisch ding met ingebouwde vlotter. Een mens leert uit tegenslag. Het kost belachelijk weinig, verbruikt amper 10 A en pompt tot 2000 liter per uur.

Met dank aan de havenmeester Wat we zeker nog willen meegeven is het belang van een goede havenmeester. Die doen veel meer dan alleen maar geld ophalen bij bezoekers. Met regelmaat lopen ze rond langs de bootjes en geloof het of niet, ze zien veel meer dan gewone stervelingen. En als er iets niet helemaal koosjer is verwittigen ze de eigenaar. We zouden ze af en toe eens moeten in de watten leggen, een kopje koffie, een babbel, een pintje. Neen, niet zat voeren, want dan worden ze een beetje minder alert. Bij deze ook een oproep aan andere havengebruikers: mocht je iets verdacht zien, zeker altijd melden… waar? Bij de havenmeester! In elk geval, dankzij z’n haviksogen en alertheid bleef ons LOTJE drijven, want geloof het vrij, een uurtje later was het allicht te laat geweest. We zouden ons bootje wel nog teruggevonden hebben… ONDER WATER!

Groetjes! Tot aan de waterkant Lotje & Filip 9


TIPS & TRICKS

KLIK!

Klik

S

Klik

Klik

Tekst & foto’s: Jef Beernaert

traks varen we weer uit. Daarbij komen we al eens op een mooi plekje in de natuur, in een grote stad, misschien vaart iemand voor het eerst rakelings langs de Eiffeltoren of beleeft gewoon ergens een fijn moment, alleen of in groep. En die souvenirs willen we vastleggen en bewaren of delen met anderen. D’r zijn genoeg redenen te bedenken om iets op de gevoelige plaat te vereeuwigen. Dat kan je doen met een dure reflexcamera, een handige compact camera of gewoon, mee in de tijdsgeest, met de smartphone. Bij thuiskomst haal je de foto’s binnen op je pc, dan kan het al eens gebeuren dat je niet echt tevreden bent over het resultaat. Zonder dat je er veel voor hoeft te doen, met hetzelfde fototoestel, kan hier aan gewerkt worden. Bibliotheken staan volgestouwd met boeken over fotografie. Als leek heb je het na vijf bladzijden meestal wel gehad. Die boeken zijn geschreven door professionelen voor semi professionelen, door de band genomen veel te technisch en niet geschikt voor de doorsneetoerist. Ik ken zelf eigenlijk niets van fotografie af maar mocht enkele jaren geleden eens meelopen met een beroepsfotograaf. In enkele uren tijd deed hij me op een andere manier naar een beeld kijken. Zijn tips wil ik graag simpel en op een eigen manier doorgeven. Baat het niet, het schaadt ook niet. Bij mij heeft het alvast geholpen om af en toe eens iets in beeld te brengen op de manier dat ik het voor ogen had. En dat is al een hele prestatie op zich.

MOOI GEKADREERD! Goed om weten is dat het type toestel waarmee je werkt niet van het grootste belang is. Je kan evengoed een mooie foto schieten met de goedkoopste camera of met je smartphone. Om het anders te zeggen, het is niet de kwaliteit noch de prijs van de camera waardoor je een betere fotograaf wordt. In eerste instantie lijkt het belangrijk om een beeld te bekijken en goed in te delen, een beetje zoals een schilder zijn doek indeelt. Een gepaste compositie van het beeld dat je wil vastleggen kan de foto maken of kraken. Of het nu gaat over een kiekje van een natuurlandschap, een gebouw, een stilleven, mens of dier, probeer het beeld op een aantrekkelijke manier in de lens te vangen. Hiervoor gelden enkele basispunten waarmee in heel veel gevallen de foto kans op slagen heeft.

ENKELE BELANGRIJKE PUNTEN OM EEN GESLAAGDE FOTO TE MAKEN: Durf het centrale onderwerp ‘uit het midden’ van de foto te halen. Ons brein vindt het blijkbaar fijn indien een foto denkbeeldig in 3 gedeeld wordt, zowel horizontaal als verticaal. Het is zaak om het thema op een snijpunt te positioneren. Op ons voorbeeld zie je de brug, duidelijk het doel, op 1/3 van de zij- en onderkant. Dat voelt goed aan. Schilders en fotografen noemen dit de Gulden Snede of de regel van derden, al is dat niet helemaal hetzelfde. Dit betekent niet dat een foto waarbij de brug in het midden staat niet goed zou zijn, integendeel, maar de kans op een saaie foto wordt groter. De brug die nog een beetje open staat brengt wat leven in de brouwerij. De lange bomenrij, het stuk blauwe lucht en het water op de voorgrond brengt diepgang.

10


Gebruik het beschikbare licht Een foto maken is spelen met licht en schaduw. Wat je ziet leg je niet zomaar vast, de lichtinval in de lens is van cruciaal belang. Een lens filtert niet automatisch het licht zoals je ogen en hersenen dat doen. Een foto kan er helemaal anders uitzien dan je had verwacht. Geef zoveel mogelijk de voorkeur aan daglicht. Zij die het kunnen weten beweren dat de uren na zonsopgang en die voor zonsondergang het mooiste licht geven (en dan hebben we het niet over kaarslicht). Dan krijg je zacht, warm licht en zachtere schaduwen waarop je bijzonder mooie heldere foto’s kan maken. Felle middagzon zal eerder kleurarme harde plaatjes opleveren. Invallende zon, die bv. tussen de bomen door schemert, kan voor heel mooie effecten zorgen. Gebruik een flitser bewust en zo weinig mogelijk. Meestal krijg je te maken met overbelichting. Een flitser op de goede manier gebruiken is niet simpel en vraagt oefening. Bij fel tegenlicht kan je met een flitser tegeneffect geven en het object of de persoon die je wil trekken een gezicht geven in plaats van een silhouet. Tegenlicht kan evenwel zorgen voor de mooiste foto’s. Het kan mee- of tegenvallen. Tracht rechtstreeks zonlicht uit beeld te houden. Experimenteer, probeer het uit, neem voldoende kiekjes, digitale foto’s kosten geen geld.

Laat de achtergrond niet primeren, maak er wel gebruik van.

Bovenstaande foto is met tegenlicht getrokken op de vaart van Plassendale in Leffinge bij valavond. De auto rechts had beter niet in beeld gestaan. De lichte wolkensluier daarentegen komt de foto wel ten goede, evenals het stuk steiger en de boot op de voorgrond die diepgang geven en het kanaal eindeloos lang doet lijken. De foto wordt op slag minder saai.

Een gepaste achtergrond brengt een foto tot leven. Een wolkenhemel is vaak veel interessanter dan een wolkeloze. Probeer nutteloze zaken zoals bv. een toevallige wandelaar of een geparkeerde auto te mijden als het geen meerwaarde voor de foto is. Niet alleen de achtergrond, ook de voorgrond is belangrijk. Iets dichtbij mee in beeld brengen geeft diepgang aan de foto. Let vooral ook op de horizon op het plaatje. Van nature is die waterpas, breng die ook zo in beeld. Wees niet bang om een foto achteraf wat bij te knippen of te kantelen, wees gerust, alle echte fotografen doen dit naar hartenlust, of wat dacht je? Meestal wordt een foto iets meer waarheidsgetrouw na de aanpassing. Dat kan met dure programma’s tot in de perfectie, maar ook met eenvoudige gratis Windows versies dat meestal standaard in een pc stuurprogramma zit, kan je als leek reeds het nodige doen. Die auto eventjes wegknippen of een horizon plat brengen is zo geflikt.

Ga al eens door de knieën Vooral bij het portretten trekken van kind, medemens en dier is het belangrijk dat je op ooghoogte fotografeert. Zoek oogcontact (let wel op bij een tijgerin!) en stel scherp op die ogen. Kinderen en dieren zijn meestal veel mooier als je ze van iets lager in beeld neemt. En wees gerust, ook vrouwen hebben meestal meer dan 1 mooie kant, al beweren ze zelf al eens het tegendeel. Kom zo dicht mogelijk bij je onderwerp staan (let op voor de ‘# Me Too’ regeltjes!) en zoom gerust eens in voor een close up. Neem soms onverwacht een foto, het verrassingseffect kan verfrissend zijn. Neem meerdere foto’s kort na elkaar (sommige toestellen hebben een Alleen de Heilige man en z’n zwarte Pieten staan op de functie waarmee je enkele beelden per seconde kan nemen), er zal altijd foto, verder niets. De Sint is, zoals het hoort, de rust zelve. wel een foto bij zitten zonder gesloten ogen. De Pieten daarentegen zijn een beetje ondeugend. Het Steek wat leven in een ‘stilleven’, laat mensen bewegen. En heel belangrijk, brengt wat leven in de foto. speel niet voor chirurg en probeer lichaamsdelen niet te amputeren in een Die is van uit een iets lagere positie genomen, zoals een gewricht (doet pijn!), voeten en knieën mogen mee in beeld. Dat beeld voelt kind naar de Sint zou opkijken. beter aan als je bv. boven de knie dan in de knie de aansnijding maakt. Eenvoud siert. Maak een foto niet te druk. Hoe eenvoudiger de foto, hoe krachtiger het onderwerp in beeld komt. Dit zijn enkele simpele tips om een foto misschien net iets interessanter te maken. Oefening baart kunst, dus veel uitproberen en waar het kan de tijd nemen helpt zeker. Fotograferen is een moment vastleggen dat nooit meer terugkomt, waar jij bepaalt wat in het kader komt.

Maar doe vooral je ding, als het voor jou goed is moet het voor de wereld ook goed zijn. That’s the spirit! 11


IN HET VIZIER

OP DE KUISBANK Tekst: Jef Beernaert

De kuisbank in Zeebrugge

B

anken heeft (in ons geval) niets met geldzaken of sofa’s te maken. Het is, of liever was, zelfs nog in het recente verleden, een populaire en goedkope manier om reparaties en onderhoud te plegen op plaatsen waar de zon nooit komt. Kleine vaartuigen werden bij hoog water op het strand of een zandplaat gezet. Men voer bij hoogtij boven een zandbank of op het strand om bij eb droog te vallen. Eb werd trouwens door West-Vlaamse vissers ‘bagnktie’ genoemd, “h’t tie wo da ze kost’n bagnkn”. Visserssloepen werden zelfs gewoon op het strand gesleept. Het slepen over het zand had een reinigende werking op het onderwaterschip. Met het droogzetten was de romp bereikbaar voor onderhoud en herstellingen gedurende een gedeelte van het tij tot het water weer te hoog kwam. Bij die kleinere schepen die op het strand gesleept werden bleef het droog en kon men blijven werken. Ook binnenvaartschepen werden al eens op een zandplaat van de Westerschelde neergepoot om grote kuis te houden of om bij te schilderen. Getuige hiervan de foto van het ‘Selzaetse’ stoomtankschip Phenol op een zandbank (met misschien wel onze Jozef Vanhuffel aan het werk). Zij die niet vaak op de Westerschelde kwamen liepen droog op een zaat of op de kuisbalk. Een zaat is in oorsprong een platte bedding in het slib waarop schepen kunnen droogvallen. Zij die reeds op de Benedenschelde hebben gevaren moeten bij laag water ongetwijfeld reeds vaartuigen op het droge opgemerkt hebben langs de oevers of in een kil.

12

Als we vandaag het onderwaterschip van ons bootje eens willen onder handen nemen is dat een hele klus. We moeten uit het water op de kant, best ergens waar het mag, op een werf die gecertificeerd is om boten te mogen afspuiten en die vervolgens kan aantonen dat vuil en afval op een milieubewuste manier werden afgevoerd. Er waren, nog niet zo heel lang geleden, andere tijden. Moest er onder de waterlijn wat gerepareerd worden, of wilde men eens schoon onderwaterschip houden, dan kon men EENS GAAN BANKEN.

Op een zaat kan je bij platbodemscheepjes niet onder aan de romp werken. Een kuisbank daarentegen is geen natuurlijke bedding maar een houten skeletconstructie waarop men kon gaan banken. Meestal, niet altijd, was een kuisbank gemeengoed waarvan je gebruik kon maken. Bij vloed werd het schip of het jacht vastgelegd tegen de staken. Bij afgaand water kwam de kiel op de horizontale dwarsliggers te liggen en kon men beginnen werken, zelfs tot onder de kielbalk. Niet zelden werd er zelfs ’s nachts doorgewerkt, afhankelijk van wanneer het water aftrok. Bij opkomend water moest het werk namelijk af zijn.

De Phenol op een zandbank voor onderhoud


Zowat alle zeehavens hadden kuisbanken, voornamelijk ten behoeve van de visserij. In Nieuwpoort was tot voor enkele jaren nog een kuisbank beschikbaar voor binnenschepen. Die moest plaats ruimen voor het nieuw aangelegde fietspad nabij het sluizencomplex de Ganzepoot. De kuisbanken voor de visserij en pleziervaart zijn er wel nog, maar worden bijna nooit meer gebruikt (enkel bij noodgevallen of een dringende reparatie).

Nieuwpoort

Boven: Spits op de kuisbank in Nieuwpoort Links: Die kuisbank, hier mooi in beeld, is intussen verdwenen. Onder: Droogdok met steunblokken. De komst van de gemotoriseerde grotere schepen, vaak met kielbalk en een grotere diepgang, bracht een eerste gedwongen verandering in de aloude gang van zaken. Ofwel moest men op de helling, of in een droogdok, of voor dringende reparaties aan schroef en roer in een drijvende dok. Kleinere schepen en jachtjes kunnen boven gezet worden met een kraan of op een wagen met een slipway naar boven getrokken worden. Dit zijn stuk voor stuk dure aangelegenheden. Scheepshellingen horen meestal bij een werf en zijn betalend. Dat een scheepswerf ook een zaat genoemd wordt is waarschijnlijk eenvoudig te verklaren. In vroegere tijden hadden veel werven die bij getijdenwater (bv. de Schelde) waren gelegen, een ‘droge dok’. Denk maar aan de werven in Baasrode. Bij hoog water konden de schepen binnenvaren boven de zaat, bij eb liep het water weg en kwam het schip droog te liggen. In Baasrode zakte het schip niet op balken neer maar op rechtopstaande steunblokken. Dat was makkelijker om onder het vlak te werken. Eens het dok leeggelopen was werden de deuren gesloten. Bij opkomend water bleven dok en schip droog.

Langs de Schelde in Sint Amands bij eb

Tegenwoordig is het behandelen van het onderwaterschip aan strenge milieueisen gebonden. Groene jongens hebben meermaals klacht ingediend tegen het gebruik van de kuisbanken. Ergens even op een kuisbank gaan liggen om het onderwaterschip proper te schrapen en te voorzien van een nieuw laagje teer… vergeet het maar. Het kleinste druppeltje verf dat in het water terechtkomt zal zonder twijfel opgemerkt worden, ’s anderendaags voorpaginanieuws. We moeten het doen zoals het hoort, milieubewust, ergens op het droge waar het mag en… waar het veel centen kost!

Al zou het wel gemakkelijk zijn, zo’n kuisbankje ergens in de buurt! 13


DOE HET ZELF

Onder de Waterlijn Tekst & foto’s: Jef Beernaert

E

n de winter ging voorbij, de lente komt er aan! Een periode waar traditioneel heel veel gevaren wordt. Maar eerst moet de boot klaargestoomd worden voor een nieuw seizoen. Is je onderwaterschip aan wat nieuwe bescherming toe, dan weet je direct wat doen. Als je het goed wil tenminste. Je kan natuurlijk gewoon een laag teer bovenop de jarenoude aangroei smeren, maar dat is halvelings werk. De mosselkes, de hele fauna en flora die sinds de vorige grote beurt de onderwereld terroriseren zullen je ijver zeker minachtend tegemoet zien. Wil je het voor langere tijd onbezorgd uitzingen, dan heb je er best een klus aan. Daarbij is er nog een verschil in werkwijze bij een stalen of polyester schip, al zijn er gelijklopende behandelingen. We proberen met dit artikel een klare kijk te scheppen in de klus die moet gebeuren maar waar niemand echt naar uitkijkt, tenzij je masochist bent. En zelfs dan zijn er allicht leukere opties om van je hobby te genieten, maar de auteur is te weinig onderlegd in die materie om gericht ter zake te komen.

OP HET DROGE Wil je het onderwaterschip onder handen nemen, dan spreekt het vanzelf dat je op het droge moet. Zoals uit vorig artikel bleek waren d’r vroeger enkele mogelijkheden zonder dat je uit het water moest. Maar we gaan er van uit dat we ergens op het droge moeten. Of in een dok zoals bij Alain in Moerbeke, of volledig uit het water op een of andere werf, of in een jachthaven met de nodige infrastr- str- … die de mogelijkheid biedt om boven te gaan. Indien je zelf wenst te klussen zijn de plaatsen waar je terecht kan redelijk beperkt. Tijdig reserveren en goede afspraken maken is noodzakelijk.

14

Bekijk er vooraf je verzekeringspolis eens op na. Het takelen houdt altijd, alhoewel beperkt, toch een zeker risico in. Het is beter dat je zelf verzekerd bent mocht er toch iets mislopen. Ga je op een werf, dan zullen de verantwoordelijken zeker helpen bij het opstellen en steunen van je boot. Heb je een houten of polyester schip, hou mee een oogje in het zeil. Zorg er voor dat de takelriemen steeds op een spant dragen en de boot zo opgesteld is dat de steunbokken niet door de huid kunnen drukken. Vergroot het draagoppervlak door er plankjes tussen te schuiven en zet hem hoog genoeg dat je er royaal onder kan. Uw clubblad is helemaal niet commercieel ingesteld maar we geven toch graag enkele populaire werven mee, zonder persoonlijke voorkeur, waar je boven kan en mits de juist gemaakte afspraken, zelf kan klussen of meehelpen. -

Alain Vanbesien, droogdok Moerbeke-Waas CARRON Marine, Zelzate Jachthaven Langerbrugge Buitenbeentje Diksmuide Luteyn Hulst

AFSPUITEN Eens uit het water is het belangrijk dat de aangroei onmiddellijk verwijderd wordt voor het opdroogt en vastkoekt. Met een degelijke hogedrukreiniger lukt dit prima. Goede oogbescherming is noodzaak. Een stel laarzen en regenkledij een aanrader. Een kom warme soep of een dreupelke achteraf zijn welkom! Doe dit zo zorgvuldig mogelijk, achteraf bespaar je de tijd die eraan werd gespendeerd dubbel en dik terug. Het is best mogelijk dat een groot deel van de oude antifouling mee afgespoten wordt, niet erg, die moet toch vernieuwd worden. Pas na het reinigen, eens de baard weg is, kan je echt beginnen beoordelen in welke staat de boot zich bevindt.


BEZINT EER GE BEGINT Voor we aan de slag gaan om het onderwaterschip voor te bereiden op een nieuw kleedje is het aan te raden om alle mechanische componenten te onderzoeken zodat, indien noodzakelijk, tijdig de nodige maatregelen voor herstelling kunnen genomen worden en het opnieuw te water laten niet moet wachten omdat je pas op het laatste moment nog iets moet laten herstellen. Bekijk zeker volgende zaken:

Speling roerkoning: Een roer krijgt heel wat te verduren. De roerkoning, het onderste lager van een roer, is meestal een simpele astap die in een ongesmeerde bus draait. Het is best mogelijk dat tap en bus moeten vernieuwd worden. Kontroleer ook de speling, zowel radiaal als axiaal, van het roer en de roeruitslag. Die moet naar links en rechts ongeveer gelijk zijn. Het kan best gebeuren dat, door een of ander contact onderwater, het roer verdraaid is op zijn as.

Beschermingsanodes bestellen: Die anodes zullen allicht aangetast zijn. Dat is goed. Onaangetaste anodes hebben waarschijnlijk hun job niet gedaan. Dat kan duiden op een verkeerde materiaalkeuze of allicht dat ze geen elektrisch contact hebben gemaakt met de scheepshuid. Redenen hiervoor kunnen zijn: corrosievorming van de boutjes waarmee ze zijn bevestigd, of misschien zitten de boutjes goed in de verf, wat niet de bedoeling is. Demonteer alle anodes. Geef ze een nummer en bestel nieuwe. Gebruik de oude als boorkaliber om de nieuwe klaar te maken voor montage. Waar nodig, las nieuwe boutjes. Vaar je op zoet water, kies aluminium anodes, zink voor de zee. Magnesium wordt maar zelden gebruikt. Na montage van de nieuwe anodes raden we aan om hiervan een foto te nemen. Heb je ooit een groot probleem met elektrolyse, dan kan je de foto’s voorleggen aan je verzekering als bewijs van ‘goed vaderschap’.

Beschadiging schroef:

VOOR

NA LASSEN

De impact met 1 onder water drijvend boomstammetje is voldoende om de schroef te beschadigen. Na jaren gebruik kan het best dat er schade is. Ergens een hoekje uit (zie foto), dat zie je onmiddellijk. Of een blad geplooid. Dat zie je niet altijd maar kan je wel opmeten door met een stokmeter de afstand naar de kiel te meten. Je moet bij elk blad, op het zelfde punt gemeten, dezelfde waarde opmeten. Is dat niet zo, dan moet de schroef er af en gericht worden. Bijna alle schroeven op onze jachtjes zijn uit brons. Handige Harry’s kunnen beschadigde schroeven zelf oplassen met een tig lastoestel, met een autogeen toestel (in ’t Vlaams een sjalomo), of zelfs met de gepaste elektroden. De meesten zullen dit moeten laten doen.

In het Gentse zitten gespecialiseerde bedrijven in herstellen van scheepsschroeven: Schroefservice Wauters en Carron Marine. Vraag vooraf prijs zodat je niet meer betaald dan de kostprijs voor een nieuwe schroef.

Kop- en hekschroef: Heb je een boeg en- of hekschroef, kijk ook hier de schroef na. Zit de schroef nog goed geborgd? Draait ze soepel rond? Indien het een type is met breekpen, dan is dit het moment om die breekpen preventief te vervangen. Het is maar een half uur werk en dan ben je zeker dat het weer goed is.

Speling op schroefaslager: Vooral bronzen lagers zullen onderhevig zijn aan slijtage. Althans, dat mag je hopen. Een bronzen lager is relatief eenvoudig te vervangen. Maar evengoed is het mogelijk dat ook de schroefas ingelopen is. Dan moet je een beetje inventief zijn en durf hebben om deze te herstellen zonder meteen een nieuwe dure schroefas te moeten monteren. Zomaar een nieuwe bus monteren waarop reeds speling zit is maar half werk. De plaats waar de schroefas ingesleten is zal iets dunner zijn dan het vrije deel naar de schroef toe. Laat de schroefas traag draaien zonder schroef. Indien je kielkoeling hebt laat je de motor traag draaien, keerkoppeling ingeschakeld, anders moet je het manueel ronddraaien. Slijp gelijkmatig met een haakse slijper met lamellenschijf het dikkere deel naar dezelfde diameter als het uitgesleten deel zodat een passende bus er kan over schuiven.

Ingesleten deel

Afslijpen naar diameter ingesleten deel

Meet tijdens de slijpwerkzaamheden regelmatig na met een schuifmaat. Hier spreken we meestal maar over enkele tienden tot een mm. Dat gaat relatief vlug. Monteer na het bijwerken van de schroefas een nieuwe bus, aangepast naar de afgeslepen diameter.

15


Nadien zal je merken dat er (bij vetgesmeerde schroefassen) bijna geen vet meer verloren gaat en er zo goed als geen water meer binnenkomt, terwijl er minder lawaai zal zijn door het wegwerken van de speling. Is de speling echt heel groot, demonteer dan de as, laat ze afdraaien naar een gepaste diameter of monteer een nieuwe. Ook rubberlagers van watergesmeerde assen kunnen stuk gaan. Die zijn eenvoudig te vernieuwen. Hier is weinig kans dat de schroefas ingelopen is. Controleer meteen de schroefas op elektrolyse. Zijn alle voorgaande punten afgehandeld, dan kunnen we beginnen met het prepareren van het onderwaterschip.

OUDE VERFLAGEN VERWIJDEREN Eens de boot proper en droog is kunnen we zien wat we met de oude verflaag moeten aanvangen. Is de volledige romp van een stalen schip doorspekt met roest, dan zit er niets anders op dan alle oude verflagen weg te nemen. Je kan deze laten stralen, ontegensprekelijk de beste oplossing – niet de goedkoopste. Of je kan zelf de oude verflagen wegslijpen. Een hele klus. Is er geen groot probleem en zijn er maar plaatselijk beschadigingen waar te nemen, dan is het maar al te gek om heel de boot kaal te zetten. Slijp de slechte plekken wel weg tot op het bot. (ruwe schuurschijfjes korrel P40 of P60 zijn hiervoor geschikt) Een prima hulpmiddel waarmee je aan de slag kan zijn de TERCOO ROTERENDE SCHIJVEN. Gemonteerd op een handboormachine blijken ze een handig hulpmiddel om roestige plekken zuiver te maken tot op het blanke staal. Met veel moed, en misschien een compagnon, kan je er het volledige onderwaterschip mee kaal zetten.

Tijdens het stralen, schuren of slijpen kunnen plekken bloot komen waar elektrolyse zijn best heeft gedaan om als een worm door de scheepshuid te boren. Duid ze onmiddellijk aan met krijt zodat je ze achteraf terugvindt. Waar nodig moeten deze plekken hersteld worden. Putjes dichtlassen of dubbelen door er een plaat op te lassen wordt regelmatig gedaan.

ELEKTROLYSE Putjes dichtlassen

Polyester schepen Ze hebben weinig last van elektrolyse maar hebben te kampen met een ander niet te onderschatten probleem: OSMOSE. Osmose is op termijn niet tegen te houden, alle polyester schepen die langer in het water liggen krijgen er ooit mee te maken. Je herkent het aan kleine blaasjes die op het polyester zitten. Als je die openprikt komt er een klein beetje scherp riekend pus uit. Met een speciale vochtmeter kan de vochtigheid in de romp opgemeten worden, die heeft geen osmose aan, wel een indicatie dat je alert moet zijn indien de wijzer in het rood gaat. Maar ook osmose kan behandeld worden.

Hou er zeker rekening mee dat oude teerlagen een vuil goedje zijn. Het is niet voldoende om enkel de ogen te beschermen. Het hele gezicht staat bloot aan de inbrandende werking van het teer. Een dikke laag Nivea crème helpt. Mondmasker is noodzaak. Een kap die het volledige gezicht beschermt misschien nog het beste. Een voordeel, grijsaards hebben achteraf opnieuw zwart haar, voor eventjes! Wil je het goed doen, dan moet minstens het hele onderwaterschip ‘mat’ gezet worden. De toplaag van de verf, ook al is deze nog goed, moet ruw opgeschuurd worden. Dat kan gemakkelijk met een exenterschuurmachine met grof schuurpapier korrel P80 of haakse slijper met schuurschijfjes korrel P100. Eventuele scherpe hoeken wat rond slijpen. Zandstralen zal je, indien dat uw keuze is, zelf niet kunnen doen, maar sommige werven hebben een cabine en het materiaal om het voor jou te doen.

16

Zijn er nog niet veel blaasjes, slijp ze dan open. Zit de romp vol blaasjes, dan zit er niets anders op dan volledig de bovenste laag (gelcoat) weg te schaven met een daarvoor bestemde machine. Dat kan ook met de Tercoo schijven. Eens alle plekjes opengeslepen zijn tot op het laminaat, alles met proper water uitwassen en goed laten uitdrogen. Laat de boot lang genoeg ongemoeid tot alles zeker goed droog staat voor je verder werkt. Pas dan kan je met een geschikte plamuur alle plekjes zorgvuldig plamuren. Alle jachtverfspecialisten hebben een plamuur geschikt voor het repareren van osmose. Wees niet al te zuinig en plamuur dik en breed genoeg, ver buiten de uitgeslepen putjes. Zorg er zeker voor dat er geen luchtbelletjes ingesloten zitten. Eens de plamuur hard en vlak geschuurd is breng je enkele lagen (volgens het boekje 5 lagen) epoxy aan op heel de romp. Deze epoxy, een 2 componenten verf, droogt vlug op, schermt het plamuur waterdicht af en is meteen de ondergrond voor de antifouling.


SCHILDEREN – YES! EINDELIJK PRIJS U GELUKKIG. Het moeilijkste bij verfwerkzaamheden valt bij het onderwaterschip weg: kleur kiezen! De meesten gaan voor zwart, soms eens rood of blauw, een enkeling houdt het bij wit. En dat is het. Geen slapeloze nachten – geen echtelijk gekibbel – geen bos bloemen achteraf! Eens alle las-, slijp en schuurwerkzaamheden er op zitten wordt het de hoogste tijd om met de schilderwerken aan te vangen. Maar wat gaan we er op zetten? Dat is afhankelijk van hoe de romp er voor staat. Is die naakt, gezandstraald tot op de blote huid, dan is het niet moeilijk en kan opgebouwd worden vanaf nul. Staat er nog oude verf op, dan moet er op gelet worden dat door de gebruikte solvents de verf niet gaat opsteken of blazen vormt.

Kiezen voor één- of tweecomponenten Daar waar de doe-het-zelver vroeger vrijwel altijd ééncomponenten verf en de professionele jachtschilder tweecomponenten gebruikte, zijn er steeds meer doe-het-zelvers die ook twee-componenten gebruiken. Die is nu eenmaal harder en sterker. Maar er zijn ook nadelen. En dit uit zich voornamelijk in de verwerking. Daar waar de meeste ééncomponent verven zich gemakkelijk laten verwerken is dit met twee-componenten een ander verhaal. Er moet gemengd worden en de verf trekt sneller aan waardoor je reeds na enkele minuten kan blijven plakken met je roller bij het overnaads schilderen. Er moet iets meer doordacht gewerkt worden. Herstellingen uitvoeren met ééncomponenten is gewoon veel simpeler. Pot open, roeren en schilderen. Er zijn echter van de twee soorten heel goede verven op de markt die gemakkelijk te verwerken zijn. Voorbeelden zijn de ééncomponenten van INTERNATIONAL (vroeger SIKKENS) en de tweecomponenten van De IJssel en Epifanes. Hierbij willen we extra ‘in de verf zetten’ dat bv. SIGMACOVER 380, een 2k epoxyverf geschikt voor onderwater, ons heel prijsgunstig lijkt.

Dat een ééncomponenten niet met tweecomponenten mag overschilderd worden is een halve waarheid. Soms lukt het, soms niet. Een hechtingslaag kan wonderen doen maar eerst eens op een klein stuk uitproberen is zeker aan te raden voor je heel het schip onder handen pakt.

Aan de slag Alle verffabrikanten leveren naar eigen zeggen de beste verven. Stuk voor stuk hebben ze in elk geval voorschriften waarbij ze beschrijven wat je allemaal op de buik van je boot moet smeren en hoeveel lagen dik. Gezien de auteur ook maar een doe-het-zelver-ke is probeert hij altijd te werken volgens die voorschriften. Welk verfmerk je gebruikt is niet zo belangrijk, dat is ondergeschikt aan de werkwijze. Als je van nul af aan begint raden zowat alle fabrikanten ongeveer hetzelfde aan. Een primer met minstens 4, liever 5 lagen epoxy ter bescherming van de scheepshuid, met daar bovenop nog 2 of 3 lagen aangroeiwerende verf. Alle gebruikte verf, ontvetters, verdunners en antifouling moeten op elkaar afgestemd zijn. Gebruik bij voorkeur (gemakshalve, het moet niet) alles van hetzelfde merk. Voor je aanvangt met de schilderwerken neem je best contact met een of andere Frank Deboosere. Die kan er zeker voor zorgen dat het niet te vochtig wordt. Hoe droger, hoe beter, maar het mag ook niet TE warm zijn. Uiteraard moet steeds eerst ontstoft en ontvet worden voor we beginnen te schilderen. Hoe schoner de ondergrond (hier bedoelen we niet de vloer maar het schip), hoe beter de verf zal hechten. Vervolgens moet afgeplakt worden, zeker tot 5 cm boven de waterlijn. Hou er rekening mee dat de waterlijn dieper komt te liggen met gevulde tanks en proviandkasten. Overlap de laklaag van de romp gerust enkele cm met de onderwaterepoxy, liefst niet omgekeerd. Dus schilder het onderwaterschip nadat je eventueel de romp gelakt hebt. Laat de boot niet in zijn blootje staan, steek je zondagskind onmiddellijk na het stralen of schuren in een eerste laag roestwerende verf. Dat doen we met een roller en in de hoeken met een kwast. Persoonlijk gebruik ik voor het onderwaterschip liefst een langharige mohair roller dia. 3.5 x 10 cm. Die zijn handig, zwellen niet op en gaan zeer lang mee, goed voor misschien wel het volledige onderwaterschip. Ze nemen veel verf op en zijn zeer geschikt voor het iets ruwere werk. Dit in combinatie met een uitrolbakje, mijn reeds jaren te klein geworden oude gescheurde overal, een mondmaskertje en, niet te vergeten, een koersklakske om meches te mijden. Nu is er geen houden meer aan. Die eerste laag laten we een nachtje drogen. Een tweede kan er de volgende dag op aangebracht worden zonder tussenschuren. Eens met een ‘moeske’, een schuurspons dus, de ruwheid wegnemen kan natuurlijk geen kwaad. Wacht je meer dan een dag, dan moet opnieuw geschuurd worden om een goede hechting te verzekeren. De volgende dagen herhalen we het ritueel met een goed vullende epoxyverf. Probeer zo weinig mogelijk, tot max. 10 %, te verdunnen. De verf moet natuurlijk wel mooi gelijkmatig kunnen uitgerold worden.

17


Aangroeiwerende verf Indien je met een twee componentenverf werkt (moet niet noodzakelijk), meng dan nooit te veel verf ineens, niet meer dan je kan verwerken binnen de redelijke tijd voor de uitharding begint. Maar daarvoor heb je meestal voldoende de tijd om een volledige laag te geven. Ideaal is juist voldoende mengen voor een volledige laag. En heel belangrijk, wijk niet af van de mengformule. Om de juiste mengverhouding aan te houden gebruik ik steeds twee maatbekers, in mijn geval gewoon twee potjes, een grotere voor de verf, een kleine voor de verharder, qua afmetingen met de juiste verhouding. De inhoud van het kleine potje past juist 4 keer in de grote beker, goed voor een mengverhouding 1 op 4. Zo weet ik dat het goed zit. Het mengen doe ik in een verfemmer waar 5 liter in kan. Eens goed doorgeroerd laat je de verf best eerst een kwartiertje tot een half uur reageren, roer dan nog eens om en begin maar te smousen! Begin je niet vanaf een naakte ondergrond en weet je niet welke soort verf er vroeger op werd gezet, dan is het aan te raden om eerst een klein deel als proef te schilderen. Laat een nachtje staan en doe ’s anderdaags een test. Steekt de verf niet op, neem een steekmes en controleer of de oude verf niet week is geworden. Indien je die niet van de scheepshuid kan lossteken, dan zit het wel goed en kan je verder werken.

Hoeveel verf heb je nodig? Het is niet prettig indien je juist dat vierkante metertje tekort komt. Ook niet als je volle potten teveel hebt gekocht. Aan de hand van het opgegeven aantal m2 dat je kan schilderen met 1 liter verf bereken je wat nodig is per laag. Bereken het oppervlak van je onderwaterschip met een regeltje: lengte waterlijn x 0.85 x (breedte + diepte) = ongeveer het te schilderen oppervlak. De opgegeven hoeveelheid per m2 x het uitgerekende opp. = hoeveelheid per laag.

Voorbeeld: Opp. : 11 x 0.85 x(3.5+1,2)= 43.9 m2, neem 44 m2 Verbruik: 10 m2 per liter (bekijk dit op de voorschriften) Nodig voor 1 laag: 44 : 10 = 4.4 liter Voor 4 lagen: 4.4 x 4 = 17.6 liter

Mijn ervaring is dat de voorschriften van de verffabrikanten meestal heel ruim bemeten zijn. Iets afronden naar beneden toe mag zeker.

Nadat de laatste epoxy erop staat is het tijd voor de antifouling. Maar is dit nodig? De mate van aangroei kan per ligplaats verschillen. Dit heeft onder andere te maken met het soort water waarin de boot ligt (in zout water is doorgaans meer aangroei dan in zoet), hoeveel stroming er is, hoe diep… Het is dan ook niet altijd noodzakelijk om dat dure giftige spul aan te brengen, maar de praktijk wijst uit dat het, over het algemeen, wel wenselijk is. Uiteraard is het een mogelijkheid om het eens een jaartje uit te zingen zonder en te evolueren na het seizoen. Koperhoudende anti-aangroeiverf was een tijdje verboden. Maar koper wordt opnieuw toegestaan in de aanmaak. Tegenwoordig zijn ze echt wel veel minder schadelijk en enigszins aangepast aan de tijdsgeest. Er is wel een belangrijk punt waar moet op gelet worden bij de aankoop. Kies je een zogenaamde ‘zelf slijpende antifouling’ of de ‘harde soort’. ZELFSLIJPENDE: Deze schuurt beetje bij beetje af tijdens het varen waardoor aangroei geen kans heeft. Het is best mogelijk dat je naar het einde van een seizoen reeds door de verf heen kan kijken. Ga je jaarlijks op het droge overwinteren, neem dan gerust de zachte zelfslijpende. Je kan er makkelijk jaarlijks een nieuw laagje bovenop zetten zonder veel schuren of andere voorbereidende werken. HARDE SOORT: Bij een harde antifouling blijft de laagdikte intact, slechts de werkzame stoffen (bijvoorbeeld koper of biociden) komen gedurende het vaarseizoen vrij uit de verf en doen de aangroei afsterven. Blijf je jaren op het water overwinteren, kies dan zeker voor de harde soort want de zachte zal het tweede jaar reeds zijn job niet meer doen. Antifouling is een ééncomponent product en kan na omroeren zo aangebracht worden. Werk hier zeker zonder aan te lengen anders bouw je geen laagdikte op. Er gaan verhaaltjes de ronde over antifouling. Sommigen beweren dat die moet geschilderd worden net voor het te water gaan, zodat de verf nog nat is. Anderen verven enkel de eerste 30 cm onder de waterlijn in de veronderstelling dat er dieper geen aangroei is. Onjuist, ga nooit met natte verf te water. En schilder maar best het volledige onderwaterschip, mossels en pokken gedijen overal. Eerlijkheidshalve moeten we zeggen dat op de waterlijn meer slijtage is en inderdaad vlugger sprake is van aangroei. Zet op de waterlijn en boven schroef en roer gerust een extra laagje want ook daar slijt het net iets vlugger. Na 2 lagen, 3 op de waterlijn, van dat dure spul te hebben verkwist zijn we stilaan klaar om de boot terug te water te laten. De anodes moeten opnieuw gemonteerd worden op ontroeste boutjes waarvan alle mogelijke verfresten verwijderd zijn want anders werken ze niet. Uiteraard nemen we nog enkele foto’s als bewijs van onze noeste arbeid en het geleverde vakmanschap, en dan gaan we (aangroeivrij):

BOOTJE VAREN AL OVER DE BAREN BOOTJE VAREN AL OVER DE ZEE WIE VAART ER MET ONS MEE. 18


SPEELTIJD

Tekst & foto’s: Jo Cappaert

SLOEP “NAT” GETEST

B

ij het lezen van mijn geliefde WM Magazine kwam ik helemaal op het achterblad uit bij een artikel over: "Sloepentocht op de Durme". Met meer dan gewone interesse herlas ik dat meermaals. Hoe gek het ook is, het bleef in mijn hoofd hangen. De voor onze jachtjes quasi onbevaarbare Durme, de Mirabrug, Willeke van Ammelrooy (in haar beste dagen), de natuur en de afhankelijkheid der getijden. Natuurlijk ook het spek met eieren achteraf en ‘k zou ei zo na het nablussen nog vergeten. Dit alles zelf eens kunnen beleven van op het water, in een eigen sloep? Lijkt me een uitdaging! Maar ik heb geen sloep.

Stiekem begin ik op het net te zoeken naar een bijbootje en vind nogal rap iets wat me aanstaat. Een mooi, klassiek ogend polyester sloepje. We laten er geen gras over groeien en maken een afspraak met de verkoper. Ik val onmiddellijk in bekoring voor de sierlijke vormen. (Heb ik vroeger ook eens voorgehad!). Evenwel ben ik voorzichtig geworden. De vraagprijs is hoger dan mijn bod en de verkoper ziet er een taaie uit. De koop gaat niet door en dik tegen mijn zin druip ik af. In de auto ga ik nog even in overleg met mijn bankier. De moeder van mijn kinderen gebiedt mij op m’n stappen terug te keren en een ultiem bod te doen. Mokkend, maar inwendig zielsgelukkig, doe ik wat mij opgedragen wordt. Het verschil wordt in tweeën gehakt. De verkoper gaat akkoord. We keren huiswaarts met een sloep. YES! Iets later vinden we voor een habbekrats ook al een trailertje dat, mits een kleine aanpassing, dienst kan doen voor het transport. En dan komt eigenlijk het belangrijkste... de aandrijving. Alhoewel de bijgeleverde roeispannen er heel sportief uitzien! Maar van Tielrode naar Lokeren, EN terug, met een stel riemen? Best vermoeiend. En spek met eieren zullen niet op mij wachten! Uitkijken dus naar een moteurke, elektrisch of benzine? thatsdekwestjon. En zo kwam ik uit, bij wie anders...Jef. Hij wist me te vertellen dat Abel nog een SUZUKI op naft liggen had. Zo goed als spiksplinternieuw, maar de jongste 20 jaar niet meer gebruikt. Eens nakijken voor we de oceaan oversteken is aan te raden. In tussentijd krijg ik een 4pk motor in bruikleen. Samen zouden we het sloepje met motor testen, want voor mij is dit nieuw. Zo gezegd, zo gedaan. Afspraak begin februari aan de Moervaart, moteurke gemonteerd, ik natuurlijk benzine vergeten (maar Jef had dat ingecalculeerd en was voorzien), bootje te water, motor op gang trekken, loopt gelijk een lierke! Sofarsogood… Dus tijd om van wal te steken.

Als drie klein jongens (Charles was ook van de partij) met twinkelende oogjes begeven we ons aan boord. Amaai! Hoe wiebelt dat zeg, maar voor “echte zeerotten” Jef en Charles is dat precies geen probleem. Ik daarentegen voel mijn maag tegen mijn strottenhoofd duwen. Eens elk zijn plekje heeft gevonden en we van de kant weg zijn klieven we zalig de Moervaart in twee, alhoewel mijn stuurbehendigheid nog te wensen overlaat. Jef’s enthousiasme is niet te stuiten, hij stelt voor om een korte test te doen met 1 man aan boord om te zien wat het sloepje doet. Zodoende stappen mijn metgezellen uit, Jo ‘de gelukkige’ mag dat uitproberen. Is het nu uit schrik voor wat komen zou, ik weet het niet, maar ik raak niet van de steiger weg. Behulpzame Jef, hij heeft waarschijnlijk al in de mot dat ik er niet gerust in ben, stelt voor om te wisselen. Zodoende komt hij terug aan boord en zou ik de wal opzoeken. Nog voor hij kan zitten probeer ik de steiger te bereiken. Twee tieners van pakweg 100 kg aan dezelfde kant ziet het rondspant sloepje niet zitten en het protesteert met een heftige kiepbeweging. Door een evenwichtsstoornis geplaagd wordt ik gedwongen ‘uit te stappen’ een halve meter naast het steigertje. Dat resulteert in een natte broek tot ruim boven de gulp. De diepgang daar is nu gemeten en geweten. Boven mij slaat een droge Charles in een deuk. Achter mij hoor ik gegrom. Jef ligt ruggelings, alsof hij aan het zonnebaden is, in de half volgelopen badkuip. Ons tienergehalte is op slag vervlogen. We krabbelen moeizaam recht, kleddernat. Maar buiten een blauw scheenbeen en een natte broek mankeert ons niets. Het onbedaarlijke lachen van Charles en de vrijkomende adrenaline ontsteekt ons ook in een bulderende lach. Ik hoop dat toeschouwer vanop de eerste rij "Charles" hiervan niets heeft vastgelegd op de gevoelige plaat. Het zou een zicht zijn!

DURMEVAART, HERE WE COME!!! Het resultaat van de test? Een leuk varend bootje, alleen heel veel voorzichtigheid geboden bij het uitstappen. En vooral: zorg voor een droog pak in de buurt. Een ervaring om nooit te vergeten.

PLEZIER VERZEKERD! 19


Stormachtige Durmetocht Lokeren blijkt een onneembare vesting!

Tekst: Jo Cappaert

WE NOTEREN: vrijdagavond 21 februari, juist ons boomstammetje met een groenteschotel verorberd, hoog tijd voor een rustig overleg betreft de komende "Durmestorm". Buiten het klaarmaken en ‘NAT’-testen van ons nieuwe sloepje, met positieve afloop zoals je al kon lezen, had ik nog niet veel nagedacht over wat morgen moet gebeuren. Want dan is het zover, de sloepentocht op de Benedendurme. We (dat zijn Marc van de Reinier Nooms, Jef & zoon Bjorn van de TiKoyo en Hilde en Jo van de Yester) hadden afspraak om 12u aan de vrije slipway in Tielrode waar we samen onze bootjes zouden te water laten.

W

anneer en wat we zullen eten ’s middags, wat is nodig van kledij bij vertrek, reservekledij, laarzen, reddingsvest? Allemaal vragen waar ik geen antwoord op heb. SOMS! Is een man toch blij dat hij getrouwd is. Een thermos soep om indien nodig wat warm te krijgen onderweg, boterhammen, koffie, kledij... o ja, en een flesje graanjenever, alles zat al in Hilde haar planning. Alleen voor de naft moest ik nog kijken. Een mailtje van de organisatoren uit Hamme maakte ons duidelijk dat ‘ondanks het voorspelde ‘str…weer’ de Durmevaart dit jaar wel zou doorgaan’. Dat was niet vanzelfsprekend. Ciara, de zware storm die begin februari van jetje gaf had niet nagelaten een boom over ons vaarwater te leggen. Die was intussen door de mannen van Hamme tot stoofhout gedegradeerd. Dennis is gisteren ook voorbij gestoven en Iris maakt zich op om ons te bezoeken. Hopelijk blijven de bomen staan, want we moeten er in Europa al een miljard bij planten, zo is het verloren gewerkt.

De sterke tegenwind, een halve meter dik blubber en waarschijnlijk een misrekening zorgen ervoor dat er nog geen water staat. Het gaat hoog water zijn alvorens we hier van wal kunnen steken. Ook het niet-mogen-gebruiken van de nabij gelegen steiger van ‘Ski- en Bootclub De Durme’, wat droog instappen zo goed als onmogelijk maakt (en uitstappen zeker al niet). Volledige medewerking wordt geweigerd door de zelfverklaarde zoonvandenvoorzittervandenskiclub. Het doet ons besluiten het verder op te zoeken in Driegoten Hamme. Die ‘zoonvandenvoorzittervandenskiclub’ heeft bij mij geen reclame gemaakt voor de firma vermeld op zijn camionette. Ik ga mijnen hof niet door hem laten onderhouden.

Zaterdagmorgen 22 februari: Het is raar maar ik heb goed geslapen. Opgestaan met iets van gezonde stress, dat wel. Na het ontbijt alles klaargezet en ingeladen voor de komende overlevingstocht. Aanhangwagen met bootje aangepikt, klaar voor de rit richting Tielrode. Vandaag gaat het gebeuren, de Moervaart-sloepentest uitproberen op getijdenwater. Spijtig dat Frank ons wat tegenwerkt. Hij voorspelt wind en regen - doch dit houdt ons niet tegen! Wat ons wel tegenhoud is het pak modder op de slipway in Tielrode. Volgens het mailtje dat we van de organisatie kregen zou er om half één voldoende water staan om de bootjes te water te laten. Dat valt dik tegen.

20


Aangekomen aan de steigers van KYCD Hamme heerst er al een gemoedelijke drukte. Er liggen allerlei boten aangemeerd, sommigen reeds met lopende motor. We begeven ons naar de slipway en stellen tot onze verbazing vast dat die enorm steil en diep is. Gaat dat hier lukken om het ruime sop te kiezen? Dit gaan we toch eerst maar eens navragen bij de Aboriginals (plaatselijke clubleden). Daar komen we te weten dat ze gebruik maken van een katrol om alleen de trailer met boot naar beneden te laten slippen, maar die is er nu niet en wij hebben dat natuurlijk niet bij. Of wachten op hoog water, maar dat duurt nog uren. “Je had er hem gisteren met HW in moeten komen leggen” was ook nog een optie die we te horen kregen, maar zoiets was dan toch beter vooraf gecommuniceerd geweest - denk ik dan. We overleggen en komen tot de conclusie dat we het risico niet kunnen nemen om de auto te zien kopje onder gaan in de Schelde, ook al zou dat een mooi ‘Wie vaart maakt krassen- verhaal’ worden. Wat we gaan doen? We zijn hier nu toch en besluiten om uit te kijken naar vrije plaatsen in andere sloepen om mee te kunnen varen. Komen we daar ouwe getrouwe Broos toevallig tegen met zijn al even legendarische touwsleper BRABO-3 (waarmee de lijnen van zeeschepen naar de bolders op de kade werden gebracht in A-pen). Die maakt er geen probleem van om zijn boot te ontbloten voor ons (dekzeil verwijderen van de grote kuip), onder het motto "hoe meer zielen hoe meer vreugd". Als enige tegenprestatie zorgen wij voor wat ‘antigel’ tegen de verwachtte kou. Zo wordt opnieuw bewaarheid; ons moek is helderziende! Of toch op z’n minst vooruitziend. Voor we de tocht inzetten wordt die reeds gezegend met nen dreupel (of voor de liefhebbers met een fluitje bubbels). De eerste sloepen steken reeds van wal richting Lokeren, wij volgen al vlug. Van ‘t Scheld overgaand naar Durme doen we onder het waakzaam oog van het monument voor omstreden Hammenaar Filip de Pillecyn, met op de achtergrond de kerktoren van Tielrode in het vizier.

We vliegen met de stroom mee voorbij den overzet, richting de kaai in Hamme. We passeren de openbare blubberway Tielrode die nog onveranderd onder een dik pak slib kreunt, we zouden hier nog mooi gestaan hebben! We kronkelen voort onder de fameuze Mirabrug in een, door het aanzwellende water, steeds breder wordende rivier. Daar is de kaaimuur in Hamme reeds in zicht met het clubhuis van KYCD waar ze volop bezig zijn met onze eitjes te breken voor straks. Tot we verderop, eensklaps, een opwippertje krijgen. Iets of iemand gaf ons een waarschuwing onder de kiel. De Brabo-3 ligt ongeveer 1.4 m diep, de gemiddelde deelnemers niet veel meer dan 0.5 m, een wereld van verschil. Maar wij hebben wel de fles! Een goeie honderd meter verderop liggen we vast. Een behulpzame sloep probeert ons, tevergeefs, los te duwen. Broos, de rust zelve, mompelt: "geef het tien minuten tijd en we zijn los”.

21


Ondertussen hebben we de tijd en een reden om nog een dreupeltje achterover te slaan. Niet dat we daar altijd een reden voor nodig hebben. En na nog geen 10 minuten zijn we weer los, maar 10 meter verder lopen we weer vast in het zand. Moeten we nu weer een dreupeltje drinken?? De schipper neemt een wijs besluit, we drinken dienen dreupel en keren de steven. We gaan terug richting Schelde, nu tegen de stroom in. Dat gaat een heel stuk langzamer. Het uitzicht is nu helemaal anders, het water is intussen gestegen tot bijna aan de kruinen der struiken. Onze fameuze ‘blubberway’ staat bijna onder water. We kruisen moedige roeiers die ook de sprong hebben gewaagd richting het quasi onneembare Lokeren. Enkelen keren ook reeds terug, sommigen geven het niet op en trekken door. Maar ook nu ligt er weer een boom omver, amper 10 m voorbij waar de vorige werd gekapt. En we maken ons geen illusie, Lokeren centrum kan alleen gehaald worden indien we voldoende TNT meenemen om de dam te doen springen. Één onverlaat lukt er evenwel toch in om onder de boom door te kruipen en de afdamming aan het Molsbroek te bereiken, evenwel was hij de lont vergeten om de TNT te ontsteken… jammer!

Maar toch een dikke proficiat voor zijn geleverde prestatie. De Durme, een eeuw geleden Ruim 100 jaar geleden, zeker tot WO1, was de Durme de voorganger van de E17. Treinen waren nog schaars, vrachtwagens zo goed als onbestaande. Transport gebeurde met steekkar, paard en kar en over het water. De Durme werd druk bevaren, zelfs tot na WO2. Volgens de analen meerden in 1930, aan de kade van Hamme, 1600 schepen af met 115.000 ton aan goederen. In Lokeren werden datzelfde jaar 570 schepen gelost en/of geladen, samen goed voor 32.000 ton. De overstroming in 1953, de dam en een beetje politieke onwil blokkeren de doorvaart en laten de boel verzanden. Dat is toch jammer? Wat zeg ik: GODGEKLAAGD!

22

Weer terug op de Schelde zien we een onfortuinlijke held te voet langs de trekweg tjokken, zijn kano achter zich aan sleurend. Hij is gekapseisd en zijn peddel is er alleen vandoor richting Antwerpen en de zee, klaar om opgenomen te worden in de snelgroeiende familie Plastieksoep. Doornat en tegen wil en dank moet je het dan wel opgeven. Na een perfect afmeermanoeuvre van Broos is het tijd om vaart-wel te zeggen. Bedankt Broos voor de fijne gezellige tocht. Terwijl we BRABO-3 op de machtige stroom zien verdwijnen achter de Scheldebochten begeven we ons richting appetijt "spek met eieren", ik rammel. In het gezellige clubhuis, bij pint en babbel, wordt de verbruikte energie weer op peil gebracht. En dat het smaakt! Het is reeds diep donker wanneer we onze neuzen huiswaarts richten. We hebben vandaag alleen maar blije gezichten gezien, zelfs bij zij die wat tegenslag kenden.

Een fijne waterdag is weeral geschiedenis. Dit is voor herhaling vatbaar! Volgend jaar??? Dan hopelijk wel op eigen kiel.


WETGEVING

Verplichte uitrusting aan boord: Tekst Jef Beernaert

De Zwemtrap

H

et maakt deel uit van de nieuwe wetgeving pleziervaart, de verplichte uitrusting aan boord van een jachtje. Een complete lijst is nog steeds niet verschenen maar we menen intussen wel te weten dat een zogenaamde zwemtrap zal verplicht worden. Eerlijk is eerlijk, zo slecht is dit niet. Wie al eens onverwacht in het water terecht kwam, die weet dat het enige moeite kost om er uit te klauteren. Dat was al niet eenvoudig toen we nog jong, fit, dun en vrij veel zwarte haren hadden. Nu we enkele, zeg maar de meeste, van die eigenschappen kwijt zijn is het allemaal nog een ietsje lastiger geworden. Maar we moeten ook toegeven dat niet alle jachtjes zomaar geschikt zijn om een ladder op te hangen.

Of misschien toch? We zochten een en ander op en kwamen tot de conclusie dat er veel mogelijkheden zijn, er worden zoveel soorten ladders aangeboden dat er voor ieder drijvend ding wel iets moet passen. En dat de prijs van veel van die trapjes best meevalt is meegenomen. Trouwens, de prijzen die meegegeven worden in dit artikel zijn van het net geplukt en zijn afhankelijk van het merk, de winkel en uiteraard het materiaal waaruit het vervaardigd is. Zo is hetzelfde artikel in aluminium goedkoper dan inox en kan het best zijn dat je voor een gelijkaardig product bij een andere leverancier veel meer of zelfs iets minder betaald. De bedoeling is vanzelfsprekend dat de ladder bereikbaar is van in het water zodat je zonder externe hulp zelfstandig op het droge kan komen. We onderscheiden in het aanbod vooral ladders voor montage op een zwemplateau en hangladders om aan een reling te bevestigen. We zetten er enkele op een rij.

Touwladders: De simpelste en allicht goedkoopste oplossing. Indien je over een stevige vaste reling beschikt kan een touwladder er gewoon aan vastgeklikt worden. Heb je geen zo’n reling, kan je overwegen om een stel kikkers te monteren voor de bevestiging.

VANAF €15

Touwladders bestaan ook in een veiligheidstasje die opengaat en uitklapt als je aan het touwtje trekt. Uiteraard moet dat touwtje voldoende lang zijn en bereikbaar vanuit het water. Een mooi handig ding, best betaalbaar maar bandieten kunnen er wel mee gaan lopen. Dus een hangslot is raadzaam!

VANAF €50

Fender in trapvorm.

Ze bestaan al vele jaren en je ziet ze veel in gebruik als opstaphulp bij jachtjes met een hoge opstap. Verkrijgbaar in enkele kleuren en lengtes van 1 tot wel 6 treden. Om vanuit het water op dergelijke ladder te klimmen zal niet eenvoudig zijn, maar met enige adrenaline in je lijf moet het wel lukken.

VANAF €50

23


Ladder met beugel. Ze bestaan in inox of aluminium, kunnen eenvoudig over de reling of het hangboord gehangen worden en hebben een regelbare steun die tegen de romp drukt. Soms hebben ze een uitklapbaar deel waardoor ze langer worden. Ze bestaan ook met een scharnierende bevestiging, waardoor ze uitermate geschikt zijn voor vaste montage tegen de spiegel of op een zwemplatform.

Inschuifbaar telescopisch model. Hierin bestaan tientallen soorten in allerlei prijsklassen. Het afgebeelde model schuift in een cassette die quasi onzichtbaar onder het zwemplatform kan gemonteerd worden. Als je in het water terecht komt, en je vindt het onzichtbare trapje, dan kan het uitgetrokken en opengeklapt worden. Mooi, zeker wel, duur ook, maar of het heel praktisch is??

VANAF €40

VANAF €250

Beugels. Beugels, al dan niet met een houten loopvlak kunnen onder elkaar, zelfs tot onder de waterlijn, tegen de spiegel vast gemonteerd worden.

VANAF €25/ST

Compleet met zwemplateau. Je kan heel ver gaan in de montage van een ‘leerke’. Op de foto zie je een RVS zwemplatform met ingebouwde uitschuifbare ladder. De prijs is uiteraard navenant. Maar voor sommigen is het misschien de ideale oplossing

VANAF €450

Op maat gemaakt. Misschien de beste oplossing voor velen is een op maat gemaakt trapje, aangepast aan uw eigen wensen en de vorm van uw boot. Dat kan zelfbouw zijn of je kan het laten maken. Er zijn oplossingen in overvloed. De trapjes die we aanhaalden zijn maar enkele veel gebruikte soorten die courant te koop zijn en enkele die ook door constructeurs van pleziervaartuigen gebruikt worden.

De veiligheidsrichtlijnen zijn zoals meegedeeld nog niet vrijgegeven, maar volgens de wetgever moeten we wel vanaf half mei in orde zijn. Begrijpe wie begrijpen kan! Maar hadden we het anders verwacht? We beloven bij deze dat we de richtlijnen, eens ze vrijgegeven zijn, in een volgend clubblad, of indien nodig per mail, zullen kenbaar maken.

24


VAARLUS

FLIRTEN MET DE GRENS DEEL 2

Tekst: Jef Beernaert Foto’s: Eartha Dereuddre

Tijdsnood? Je hebt een boot en wil graag varen op plassen, rivieren en kanalen maar het ontbreekt je aan vakantiedagen om echt ver te gaan reizen. Dit is het vervolg van een vaarlus die aan een prettig tempo gemakkelijk op 3 weken kan gevaren worden. We varen hoofdzakelijk rakelings langs de B-NL dse grens, al trekken we nu een heel klein beetje het binnenland in.

V

anuit het haventje van Terheyen brachten we per fiets een blitzbezoek aan Breda. Met de boot vlakbij de stad afmeren kan wel, maar uit ervaring weten we dat de treinen net niet je kooi binnenrollen. Als die ’s nachts eindelijk eens stil zijn, dan pas komen de feestvierende jongelui op gang die lang nog niet onder de wol gaan. Geef ons maar de rust van het kleine dorp aan de Mark. Maar dat Breda een mooie bruisende stad is, met een groot park en dito kasteel, dat is geen leugen. Meer dan een bezoek waard, eerder een aanrader.

11 juli, het is een prachtig zomerweertje en weekend. Een plekje opzoeken in de Biesbosch zou wel eens een probleem kunnen scheppen. Maar we wagen het er op. Zoveel bootjes op een zakdoek hebben we waarlijk nog nooit gezien, zelfs niet op de Düsseldorf Messe. Het loopt intussen tegen 17 uur aan, een mierennest dagrecreanten keren gelukkig hun kar maar desondanks vinden we maar moeilijk een vrije plek waar we aan wal kunnen. Voor anker gaan is een optie, maar onze scheepshond zal daar niet blij mee zijn. We blijven toertjes varen door de kronkelende kreekjes tot we plots toch een vingersteiger vinden tussen het hoge riet, in beslag genomen door het achteraanbootje van een buurman. Die vlieger gaat niet op, we vragen vriendelijk maar kordaat of het mogelijk is om het bootje te verhalen. Geen probleem, er wordt zelfs een lijntje aangenomen. Zeg nu nog eens iets over onze Noorderburen… Bedankt!

We sluiten de dag met een prachtige zonsondergang en bbq. ’s Nachts is het er heerlijk rustig. De boot beweegt geen vin. Kan ook niet. Op de Biesbosch is er nog zo’n 70 tot 80 cm getijdenverschil. Het is dan wel een zoetwatergebied, maar het heeft nog steeds een open verbinding met de zee via De Nieuwe Waterweg en Rotterdam, zo’n 50 km verderop. Bij laag water komt onze boeg vast te liggen in het zand. 12 juli: Met wel een miljoen komen ze ons tijdens de ochtendwandeling begroeten: MUGGEN. Gelukkig hebben we onze voorzorgen genomen. Alleen een degelijk smeermiddeltje (DEET) en/of een muggenhor houdt die kwelgeestjes enigszins tegen.

25


Vandaag varen we via Het Spijkerboor en de Merwede naar het Merwedekanaal tot Arkel aan de Linge. Nabij Werkendam komen we op de Nieuwe Merwede, gaan we stuurboord uit en komen wellicht op een van de drukst bevaren kruispunten wereldwijd. Enorme duwkonvooien, vrachtschepen, cruisseschepen en pietluttige jachtjes varen op en af, en met de stroom van de Rijn mee gaan ze vlugger dan je denkt. We bevinden ons nu boven de Moerdijk. Voor Vlamingen heeft dat weinig te betekenen, voor Nederlanders blijkbaar wel. Onder en boven was vroeger daadwerkelijk gescheiden door de Grote rivieren. Er onder, naar Vlaanderen toe, was katholiek, er boven, in Holland, protestants. En dat is vandaag nog steeds min of meer het geval.

De Merwede is de benedenloop van de Waal (op zich de belangrijkste arm van de Rijn). De Merwede begint bij Slot Loevestein (ten oosten van Woudrichem), waar de Waal en de Maas vroeger samenkwamen. Tegenwoordig vormt het eerste gedeelte van de Merwede, de Boven-Merwede, de grens tussen Zuid-Holland en Noord-Brabant. Bij Gorinchem neemt de Boven-Merwede het scheepvaartverkeer van de Linge en het Merwedekanaal op. De rivier verliest voorbij Werkendam het grootste deel van haar water aan de Nieuwe Merwede en heet vanaf dat punt Beneden-Merwede. Onder die naam bereikt de rivier Dordrecht, waar ze zich splitst in de Noord (de oorspronkelijke voortzetting van de Merwede) en de Oude Maas. NIET SIMPEL! Ik weet het.

In Arkel, net voor de monding van de Linge, kennen we een mooi rustig plaatsje waar je 48 uur mag afmeren. Vandaaruit kan je mooie fietstochtjes ondernemen en dat is ons plan. 13 juli: Naar Gorinchem (Gorkum) is het amper 3 km fietsen. Met een stadsplannetje, gekregen in het plaatselijke VVV, fietsen we langs de belangrijkste punten van het historische stadje, en dat zijn er heel wat. Gorkum was een belangrijke schakel in de Nieuwe Hollandse Waterlinie, een paternoster van militaire bolwerken, uitkijkpunten, forten en onderwaterzettingsgebieden. De Nieuwe Waterlinie, opgetrokken door koning Willem I vanaf 1815, is van Muiden aan de Randmeren tot aan de Biesbosch in totaal 85 km lang en omvat 45 forten en 6 vestingen. De 5 km brede onderwaterzettingsgebieden waren geen diepe meren. Met vele sloten en sluizensystemen werden de vlaktes amper een halve meter diep blank gezet, ruim voldoende om vijandelijke troepen tegen te houden terwijl het per boot niet bevaarbaar was. Ingenieus. Dat systeem werd in 1914 ook gebruikt in Nieuwpoort tegen ‘den Duits’. De forten werden op de iets hogere geleden gebieden gebouwd. Het Nederlandse zeer uitgebreide fietsknooppuntennetwerk verbindt probleemloos de bezienswaardigheden. Wij beperken ons tot de wallen rond Gorkum en bezoeken lang niet alles. Slot Loevestein bijvoorbeeld bezoeken we niet. Het is nochtans een van de belangrijkste nederzettingen met een veel oudere geschiedenis. Het is gelegen enkele km buiten de stad waar de Merwede in de Waal overgaat. In de VVV kantoren zijn kaartjes met verschillende fietsroutes te vinden.

De enige nog overgebleven stadspoort in Gorinchem (Dalempoort) met op de achtergrond boven op de stadswal korenmolen ‘De Hoop’ (anno 1764)

Het haventje in de oude binnenstad van Gorinchem is heel mooi en pittoresk maar gezien de doorvaarthoogte onder de laagste brug beperkt is tot 2.5m voor ons net te laag. 14 juli: We bevaren de Linge zover als die bevaarbaar is. Echt wel de moeite waard, overwegend door een groene omgeving, langs mooie huisjes met privé insteekhaventjes, dwars door schilderachtige dorpjes met passende namen: Kedichem, Acquoy, Rhenoy, Tricht, Enspijk, Mariënwaerdt… Er zitten enkele echte tongbrekers tussen.

26

Langs de Linge. Huizen met privé insteekhaventjes zijn hier heel gewoon.


Glasblazers in Leerdam

Konikpaarden langs de Afgedamde Maas

Piepken duik. Slot Loevestein

Maar heel tevreden zijn we niet, heel zelden vind je een steiger waar je zo mag afmeren. Gelderwaard is voor ons het einde van de rit. Verder kunnen we niet wegens een afdamming, ook al loopt de rivier nog heel ver door tot aan het Pannerdenschkanaal. In de jachthaven vinden we ternauwernood een plekje. Alles ligt er vol. We mogen afmeren aan de steiger met dieselpomp maar moeten morgen om 9u30 plaats ruimen voor de dorstigen. 15 juli: Op de terugtocht zijn we van plan halt te houden in Leerdam. Stipt om 12 uur liggen we vast in de goed uitgeruste haven. Het stadje is niet groot maar beroemd om zijn glasfabrieken. Vlakbij de haven is in een modern houten gebouw de ‘Glasblazerij’ gehuisvest. Dat maakt deel uit van het Nationale Glasmuseum. De glasblazerij is een werkhuis waar je kan meemaken hoe glas geblazen en geslepen wordt. De oven staat hier constant op temperatuur. Glasblaassessie’s zijn bijna constant aan de gang.

Nog interessanter is een bezoek brengen aan een echt nog werkend museum. In de eeuwenoude gebouwen van glasfabriek ‘Royal Leerdam Crystal’ kan je een rondleiding reserveren. Echte vaklui, waarvan velen het vak hebben geleerd van vader op zoon, vervaardigen er hedendaagse en klassieke kristallen kunstwerken op de manier waarop het 250 jaar geleden ook gedaan werd. Winkeltjes bieden overal in het stadje hun glaswerk aan in alle kleurschakeringen en vormen, ook al zijn de huidige glasfabrieken eerder afgestemd op de massaproductie van bierflesjes en dito glazen. Ook belangrijk natuurlijk!

16 juli: Gezien we nog een week voorzien om thuis te komen mogen we niet al te lang dralen. We varen terug richting de grensstreek maar nemen waar mogelijk een andere weg. Zo heel veel mogelijkheden zijn er niet om de grens over te gaan. We kwamen op via de Westerschelde en willen graag langs de Kempen terugkeren. We zakken af naar de Merwede en varen in Woudrichem, waar het slot Loevestein door de bomen komt piepen, de Afgedamde Maas in. Woudrichem staat bekend als een van de mooiste dorpen in Nederland, maar we varen er, uit onwetendheid, straal voorbij. Jammer, een volgende keer houden we zeker halt. In het Nederlandse Aalst stoppen we aan een steigertje van Camping De Rietschoof. Het stelt er maar weinig voor. Het bijhorende restaurant is eigenlijk een frietkot. De Jeroen Meus van dienst is een jonge deerne die er ‘niets van bakt’. De frietjes zijn waarschijnlijk de beroerdste op het Noordelijke halfrond. We spoelen die, eens terug aan boord, zo snel mogelijk door met een lekkere Trippel. Het kunnen er ook meerdere geweest zijn, maar dat weet ik niet meer. 17 juli: Er wordt opnieuw een hittegolf voorspeld. Ons plan is om de boeg te wenden richting Tilburg. Daarvoor moeten we de afgedamde Maas verder afvaren en via de Bergsche Maas en Dongel in Oosterhout zien te komen. Spectaculair? Niet echt. Hopelijk stamp ik met deze persoonlijke bewering geen Heilige huisjes omver, maar er is langs dit stuk Maas weinig te beleven en ’t is redelijk saai varen. Gelukkig is de natuur best mooi en zien we met regelmaat in het wild grazende kuddes Konikpaarden die onder de grootst mogelijke kruinen enige beschutting zoeken tegen de overweldigende zon.

27


Bergsche Maas Veerpont Er is weliswaar een kortere weg mogelijk indien we tot ’s-Hertogenbosch zouden varen om via de Zuid Willemsvaart rechtstreeks af te zakken, maar dan zijn we te vlug weer thuis. In Oosterhout gaan we het Wilhelminakanaal op. Sluis 1 draait vlot. De sassenier komt uit zijn mooie nog nieuwe gebouw tot bij ons om te melden dat we bij sluis 2 wat geduld moeten hebben, er is blijkbaar iets aan de hand. We zien al snel wat het probleem is. Vlakbij de sluis is een laadplatform waar met kiepwagens schepen van Boskalis worden geladen. Hierbij is een telescopische cilinder van een vrachtwagen tijdens het lossen afgebroken. Daarbij is de kiepbak volledig achterovergeslagen en hangt vervaarlijk over het schip terwijl de camion met zijn voorwielen in de lucht hangt te bengelen. Veel zwaar geschut is nodig om het gevaarte met zorg in een veilige positie te brengen. Tijdens de reddingswerken blijft de sluis onbereikbaar. We hangen zolang de ramptoerist uit, we hebben ons niet verveeld. Bij sluis 3, een tweetrapssluis, duurt het wachten zowaar nog langer, ook al is daar niets aan de hand. Bijna een uur liggen we in de kolk zonder dat er iets gebeurt, hebben ze ons vergeten? De sluizen zijn weliswaar niet meer nieuw, ze werden in 1917 gebouwd, maar zijn geautomatiseerd en worden van op afstand bediend. Blijkbaar zijn er veiligheidssystemen aan het werk waardoor alles tergend traag loopt. Maar plots gaan de sluisdeuren toch open en kunnen we verder. Tot aan de Piushaven in Tilburg is het nu maar enkele km meer, maar we moeten nog onder 9 beweegbare bruggen door. Na de tweede brug zien we een mooie kade. Het is intussen 19 uur, het is welletjes geweest, we zijn al veel te lang onderweg. Na het afmeren genieten we van een prachtige avond aan de rand van de 6de stad van Nederland. 18 juli: Het was een heerlijk rustige nacht, dit ongetwijfeld in tegenstelling tot het centrum van Tilburg. Gisteren is de jaarlijkse kermis gestart die 10 dagen zal duren. Wij zijn absoluut geen kenners van het genre maar zoiets hebben we nog nooit gezien. Het zou volgens de Tilburgers de grootste foor van Europa zijn. En we kunnen het best geloven, INDRUKWEKKEND. Een 7 km lange lintworm van attracties kronkelt door de straten van de stad. Honderdduizend bezoekers, allicht zelfs veel meer, worden jaarlijks door de fiere kruikezeikers (Tilburgers) verwelkomd in hun stad. Is er, buiten kermis, nog iets te bezoeken in de stad? Zeker wel! Het textielmuseum is een aanrader. Da ’s geen muffe aangelegenheid met oude bestofte machines maar een werkend museum waar van naald tot draad de geheimen van het metier worden prijsgegeven. Er worden vooral kunstzinnige creaties vervaardigd, de prijskaartjes van de aangeprezen niemendalletjes zijn royaal te noemen. Geen wonder dat de Nederlandse koningin hier tot de vaste klandizie hoort.

Roze maandag

De naam Kruikezeiker komt trouwens ook uit het rijke textielverleden van de stad. Opgewarmde urine werd, door het hoge ammoniakgehalte, gebruikt bij de wolverwerking, dit zowel om te reinigen als in de ververij. De inwoners verzamelden hun urine in kruiken om mee te nemen naar het fabriek. En wij die dachten dat ze er in Nederland voornamelijk hun pils van maakten. Weeral mis!

De Kruikezeiker

19 juli: Vandaag is het roze maandag met de jaarlijkse ommegang. Niet de Heilige Maagd wordt hier door de straten gedragen, het is een gay pride die door de stad trekt, een op z’n minst gezegd kleurrijk evenement dat enorme hoeveelheden bezoekers lokt. Gay pride is waarschijnlijk een verkeerde woordkeuze, iedereen mag er zichzelf zijn, hierbij spelen geaardheid of leeftijd geen rol, zolang het maar een feest blijft. Wij muizen er stilletjes van onder, waarschijnlijk onterecht, en achteraf hebben we er wel een beetje spijt van dat we deze unieke gelegenheid niet te baat genomen hebben. Stilaan naderen we opnieuw de grens, maar die zullen we pas overschrijden in het volgende clubblad.

28


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.