Schoolgids Montessori College Algemeen deel
Schooljaar 2012-2013
Inhoudsopgave
Schoolgids Montessori College ............................................................................................. 1 Inleiding ................................................................................................................................. 3 Missie/visie ............................................................................................................................ 4 De onderwijsorganisatie ........................................................................................................ 4 De onderbouw ................................................................................................................................................... 4 De bovenbouw................................................................................................................................................... 5
Ondersteuning van het onderwijs .......................................................................................... 5 Actief burgerschap en sociale integratie ................................................................................ 5 Kwaliteit van de school .......................................................................................................... 6 Absentie, ziekmelding en verlofaanvragen ............................................................................ 6 Sancties – schorsing en verwijdering..................................................................................... 6 De klachtenregeling ............................................................................................................... 7 Bovenschoolse klachtencommissie ................................................................................................................ 7 Centrale Commissie voor Beroep voor Eindexamens ................................................................................... 8
Ouderbijdrage ....................................................................................................................... 8 Medezeggenschap LOR en COR .......................................................................................... 9 Veilig schoolklimaat ............................................................................................................... 9 Regelingen ............................................................................................................................ 9 Cameratoezicht ................................................................................................................................................. 9 Fotografie/film ................................................................................................................................................... 9 Kluisjes ............................................................................................................................................................ 10
Adressen en telefoonnummers .............................................................................................11 Locatiegids, locatie Berg en Dalseweg .................................................................................12 Locatiegids, locatie Groesbeek.............................................................................................38 Locatiegids, locatie Kwakkenbergweg ..................................................................................62 Locatiegids, locatie Vlierestraat ............................................................................................83
Schoolgids schooljaar 12-13
2
Inleiding De schoolleiding van het Montessori College vindt het belangrijk dat leerlingen en hun ouders goed geĂŻnformeerd zijn over allerlei zaken die de school betreffen. Omdat er sprake is van heel veel informatie, is de schoolgids uitgesplitst. in een locatie- en een algemeen deel. De locatiegids is u bij aanvang van dit schooljaar verstrekt. Hierin staat specifieke informatie van de locatie opgenomen. Daarnaast gelden er zaken voor het hele college. Deze treft u aan in voorliggend algemeen deel van de schoolgids Met de leerlingenkalender, die eveneens bij aanvang van het schooljaar is verstrekt. beogen wij op een overzichtelijke manier voor u belangrijke informatie uit de jaarkalender mee te geven als ouderavonden en uitreiking rapporten. De informatie aan ouders en het contact met ouders houdt natuurlijk niet op met het verstrekken van een gids en een kalender. De website www.montiplaza.nl is opgezet als hĂŠt communicatieplatform van het Montessori College voor leerlingen, ouders en personeel. Hierop staat actuele informatie zoals rooster, huiswerk en lesinhoud. Dit geeft ouders en leerlingen een vrijwel continu overzicht van hetgeen dagelijks gebeurt. Op Montiplaza worden tevens alle brieven aan ouders geplaatst. Hiermee is deze informatie altijd weer na te lezen. Nadat een brief uitgaat, ontvangen ouders sowieso een melding hiervan op hun eigen e-mailadres. Ouders hebben tevens de mogelijkheid een digitaal abonnement te nemen op de Monti. Dit is het tweewekelijks informatieblad van het Montessori College voor ouders met mededelingen over allerlei activiteiten in en rond het onderwijs op ons college. Abonneren is mogelijk via de website www.montessoricollege.nl, rubriek ouders. De algemene website is specifiek bedoeld voor nieuwe bezoekers. U als ouder kunt hier natuurlijk ook altijd een kijkje nemen. De communicatielijn binnen het college loopt in belangrijke mate via de mentor en het kernteam. Jaarlijks vinden echter ook breder ingezette ontmoetingen plaats, als een ouder- of informatieavond. Een klein deel van de ouders is betrokken bij de medezeggenschap van het college. Later in dit document wordt hier meer informatie over gegeven.
Schoolgids schooljaar 12-13
3
Missie/visie Aangezien het Montessori College het onderwijs baseert op de pedagogie van Maria Montessori, bezien we onderwijs in het licht van de totale ontwikkeling van het kind. Dat wil zeggen dat we ons rekenschap geven van de verschillende ontwikkelingsfases, waarin kinderen zich kunnen bevinden.
Kinderen van 12 tot 15 jaar zijn vooral bezig met het inrichten van hun individuele leven en het nemen van verantwoordelijkheid daarvoor. Daarna, zo tussen het 15 e en 18e levensjaar, ontwikkelt zich de maatschappelijke mens. De aandacht verplaatst zich naar de ruimere maatschappij. De jongeren vormen zich een eigen oordeel en voelen zich betrokken bij maatschappelijke problemen.
Zelfstandigheid en zelfverantwoordelijkheid zijn kernbegrippen in het montessoriaanse werken. We leggen er de nadruk op bij alle activiteiten, in de klas en er buiten. Leerlingen verwerven beide competenties vooral door hun eigen werkzaamheid, op hun eigen initiatief en in hun eigen tempo. De school gelooft in kinderen en in hun vermogen om te groeien. We zijn ervan overtuigd dat zij veel meer kunnen dan menigeen soms denkt. Kinderen verdienen in onze ogen de ruimte om te laten zien waar hun “leerkracht� ligt. Zo neemt het plezier om te leren toe.
Naast de cognitieve ontwikkeling kiest de school heel bewust voor het stimuleren van de sociaal-emotionele en culturele ontwikkeling van leerlingen. De wereld binnen school en die daar buiten horen bij elkaar. Er wordt heel veel buiten de muren van de school geleerd. Wij proberen dat naar binnen te halen en te integreren in onze aanpak. Daarmee zien wij onze school als een werkplaats voor een goede voorbereiding op de toekomst. Meer dan dat: het is tevens een plezierige leefgemeenschap met aandacht en respect voor elkaar. En om plezier in school gaat het ons net zo zeer als om goede resultaten. Zoals Maria Montessori al aangaf: als we kinderen passend werk geven waaraan ze met plezier werken, dan zullen ze minder de neiging hebben de grenzen van het toelaatbare te zoeken. Om leerlingen goed te kunnen begeleiden, zijn goede allround docenten nodig. Het Montessori College laat veel aandacht uitgaan naar de professionalisering van docenten. Ook ervaren docenten zijn nooit uitgeleerd.
De onderwijsorganisatie De onderbouw In leerjaar 1 en 2 op de Kwakkenbergweg kan de school in principe alle leerlingen plaatsen van vmbo-basis tot vwo, incl. LWOO. Behalve bij vwo-plus wordt gewerkt in combinatieklassen vwo/havo havo/vmbo-t, vmbo-t/k en vmbo-k/b. Daarnaast kan bij vwo/havo gekozen worden voor het cultuurprogramma als uitbreiding op het aanbod. De leerlingen zitten over het algemeen de eerste twee jaren in dezelfde klas. In leerjaar 1 naar 2 behouden ze vaak dezelfde mentor en waar mogelijk dezelfde leerkrachten. Hiermee kunnen de leerlingen gedurende de eerste twee leerjaren goed gevolgd worden en wordt de zorgvuldigheid in samenspraak met ouders en leerling over de te volgen leerweg en sector in leerjaar 3 vergroot.
Schoolgids schooljaar 12-13
4
Op de locatie Groesbeek kunnen leerlingen hun schoolloopbaan starten in klassen vanaf niveau vmbo-basis tot en met niveau havo. Deze locatie is bij uitstek geschikt voor ouders en leerlingen, die kiezen voor een kleinschalige omgeving buiten de stad,. Op deze relatief kleine locatie wordt veel met ICT-ondersteuning gewerkt. De locatie Berg en Dalseweg heeft kleine groepen in de eerste twee leerjaren. Deze zijn in het bijzonder geschikt voor leerlingen die met leerwegondersteuning extra begeleiding krijgen.
De bovenbouw Het Montessori College biedt een breed scala aan afstudeerrichtingen. Door de wijze van roosteren op de bovenbouwlocatie op de Vlierestraat is er daarbij veel ruimte om het programma goed bij de leerling aan te laten sluiten. Vmbo-t leerlingen, die kiezen voor de Nijmeegse locatie hebben de mogelijkheid om KCM (kunst, cultuur en media) in hun pakket op te nemen. Op de locatie Groesbeek kan ook het vmbo-t diploma worden behaald. Leerlingen uit vmbo-b en k, kunnen afhankelijk van hun keuze voor de locatie Berg en Dalseweg of Groesbeek kiezen uit een aanbod van
Techniek Breed: kennismaking met deelgebieden techniek als bouw, metaal, electro, domotica, pneumatiek, installatietechniek en mechatronica.
Zorg en Welzijn breed. Huishoudkunde, gezondheidskunde en uiterlijke verzorging zijn in dit vak opgenomen.
Economie. Handel en administratie, verkoop en bijvoorbeeld etaleren zijn daar onderdeel van.
ICT–route. Dit programma laat leerlingen bezig zijn met techniek, zorg en welzijn, economie en landbouw, en biedt een uitstekende mogelijkheid tot oriëntatie op en aansluiting bij de vervolgmogelijkheden in het MBO.
Daarnaast is er de mogelijkheid om via het programma sportspecialisatie extra te sporten en toegang te verkrijgen aan de Opleiding Sport en Bewegen in Nijmegen.
Ondersteuning van het onderwijs De overkoepelende doelstelling is 'leer mij het zelf te doen'. In de pedagogische doelstelling van het Montessori onderwijs staan de ontwikkeling van de persoonlijkheid, het verwerven van handelingsbekwaamheid en de groei van kind naar volwassene centraal. Om tot echt leren te kunnen komen, is een passende zorgstructuur van belang, waarbij een goede afstemming plaatsheeft tussen de verschillende medewerkers van het Montessori College, eventuele externe begeleiders, de ouders en de leerling. Deze zorgstructuur is voor alle leerlingen belangrijk, maar noodzakelijk voor die leerling bij wie de sociaalemotionele ontwikkeling en/of leerontwikkeling extra aandacht vraagt. De geboden zorg staat altijd in het teken van de vergroting van de zelfredzaamheid van de leerling onder het motto: leer mij het zelf te doen. Een actieve houding van ouders en leerlingen is voorwaarde voor succes in de toekomst. In ons zorgplan (zie Montiplaza) kunt u lezen wat de taken en verantwoordelijkheden zijn in dit proces.
Actief burgerschap en sociale integratie Sinds er op 1 februari 2006 een wet in werking is getreden (Wet ter bevordering actief burgerschap en integratie) heeft de inspectie van het onderwijs daaraan in het toezichtkader aandachtspunten gekoppeld:
“De school draagt zorg voor de kwaliteit van het onderwijs gericht op actief burgerschap en sociale integratie, met inbegrip van het overdragen van kennis over en kennismaking met de diversiteit van de samenleving”.
Schoolgids schooljaar 12-13
5
Burgerschap definiëren wij als: het vermogen van mensen om deel uit te maken van een gemeenschap en daar ook een actieve bijdrage aan te leveren. Het montessorionderwijs heeft vanuit zijn pedagogische opvatting al een focus op persoonsvorming bij leerlingen. Daarnaast is er een cultuur waarin betrokkenheid en participatie van leerlingen, medewerkers en ouders vanzelfsprekend zijn. Binnen de vaklessen doen leerlingen kennis op van democratie en leren zij over andere culturen. In het functioneren in de schoolgemeenschap leren leerlingen “sociaal te zijn”, leren ze “mee te doen” en een bijdrage te leveren aan een “belevenis voor anderen”.
Kwaliteit van de school Naast een positieve aandacht voor de ontwikkeling van het kind is een school er ook om resultaten te halen. Het Montessori College is aangesloten bij Vensters voor Verantwoording. Op deze website is volop kwaliteitsinformatie te vinden over de school en kunt u ook de vergelijking maken met andere scholen voor voortgezet onderwijs. De link kunt u vinden op onze site www.montessoricollege.nl, via de rubriek verantwoording.
Absentie, ziekmelding en verlofaanvragen Bij het geven van verlof is de school gebonden aan wettelijke voorschriften. De afdeling leerplicht van de gemeente ziet toe op de naleving van de leerplichtwet en heeft een rol naar de ouders (als wettelijk vertegenwoordiger van de leerling) en naar de school. Docenten houden tijdens hun lessen bij welke leerlingen niet aanwezig zijn. Mocht daarbij blijken dat leerlingen zonder bericht van de ouders verzuimen, dan beschouwen we dat als ongeoorloofde afwezigheid. Verlof voor leerlingen moet van te voren door de ouders bij de locatiedirectie aangevraagd worden. De school gaat ervan uit dat bezoek aan de arts, het ziekenhuis en dergelijke zoveel mogelijk buiten de schooltijden gepland worden. De algemene regelingen met betrekking tot ziekmelden en verlofaanvragen zijn te vinden op www.montiplaza.nl onder ouders. Voor ziekmeldingen belt u naar de locatie van uw zoon/dochter.
Sancties – schorsing en verwijdering Als leerlingen zich ernstig misdragen, kunnen ze van school gestuurd worden. Is dat voor maximaal vijf schooldagen, dan spreken we van schorsing. Is het voorgoed, dan heet het verwijdering.
De beslissing om een leerling te verwijderen, wordt formeel door het bevoegd gezag genomen. De schoolleiding is verantwoordelijk voor het advies. Voordat een leerling verwijderd wordt, horen we eerst de leerling zelf. Als deze nog geen 18 jaar is, worden ook de ouders in de gelegenheid gesteld gehoord te worden. Gaat het om een leerplichtige leerling dan heeft de school een inspanningsverplichting om te zorgen dat een andere school de betreffende leerling toelaat. Zo’n beslissing over verwijdering wordt gemeld bij de leerplichtambtenaar. Er wordt tevens met de inspectie overlegd.
Schoolgids schooljaar 12-13
6
Gedurende deze hele periode van overleg en het zoeken naar een andere school, is de leerling geschorst. Ouders en leerling ontvangen ook een schriftelijke toelichting. In geval van verwijdering worden ouders en leerling geĂŻnformeerd over de beroepsmogelijkheden tegen het besluit tot verwijdering.
Het Montessori College maakt deel uit van het Samenwerkingsverband VO-ROC. Dit Samenwerkingsverband neemt de gezamenlijke verantwoordelijkheid voor een reboundvoorziening. Hier kunnen leerlingen worden geplaatst in afwachting van plaatsing op een nieuwe school of terugplaatsing op de school van herkomst. Daarnaast is er het Flex College, een voorziening die leerlingen kan toeleiden naar een diploma of naar werk.
De klachtenregeling Naast plichten heeft een leerling ook rechten. Met eventuele klachten kunnen leerlingen of ouders altijd terecht bij de vakdocent, de mentor, het kernteam en als dat nodig is bij de locatiedirecteur. In uiterste gevallen kan een klacht bij de bestuurder/rector ingediend worden. Als partijen er dan nog niet uitkomen, kan de klacht worden voorgelegd aan de regionale klachtencommissie.
Bovenschoolse klachtencommissie Bij het samenwerken van mensen kunnen soms beslissingen worden genomen en handelingen worden verricht of juist nagelaten, die aanleiding kunnen zijn voor een klacht. Het is wettelijk verplicht dat iedere school een klachtenregeling heeft, zodat leerlingen en hun ouders, maar ook de personeelsleden en het bestuur weten welke procedure wordt gevolgd bij het behandelen van een klacht. De klachtenregeling biedt alle betrokkenen de mogelijkheid om een klacht in te dienen over (het nalaten van) gedragingen en (het niet nemen van) beslissingen, waarvoor geen andere wettelijke mogelijkheden voor de klager openstaan. Daarnaast heeft de regeling de functie om de kwaliteit van het onderwijs te verhogen en de communicatie tussen school, leerlingen en ouders te verbeteren. Meestal kunnen klachten binnen de school worden opgelost door onderling overleg van de direct betrokkenen, of door tussenkomst van de contactpersoon vertrouwenszaken, de schoolleiding of het bestuur. Als deze partijen er niet samen uitkomen, dan kan de bovenschoolse klachtencommissie ingeschakeld worden. Deze regionale klachtencommissie is ingesteld door de gezamenlijke schoolbesturen van het voortgezet onderwijs in Nijmegen en omstreken (het Bestuurlijk overleg Voortgezet onderwijs) en bestaat uit onafhankelijke commissieleden. De commissie onderzoekt of een klacht gegrond is, rapporteert hierover aan het betrokken schoolbestuur en geeft zo nodig advies over te treffen maatregelen. Bij het onderzoek naar een klacht kunnen partijen door de commissie gehoord worden in een hoorzitting. De klachtencommissie is geen beroepsinstantie en heeft geen bevoegdheid om bijvoorbeeld een beoordelingscijfer van een docent of een bevorderingsbeslissing van een docentenvergadering terug te draaien. Het advies van de klachtencommissie is niet bindend, dat wil zeggen dat een schoolbestuur niet verplicht is een eventueel advies op te volgen. Van het schoolbestuur wordt in ieder geval een reactie op het advies verwacht. De samenstelling en de werkwijze van de klachtencommissie is geregeld in de klachtenregeling. Ook vindt men in de regeling de wijze waarop een klacht moet worden ingediend en de termijnen waarbinnen de klachtencommissie tot een uitspraak komt. De klachtenregeling is voor belanghebbenden verkrijgbaar op school. Een klacht moet in beginsel binnen een jaar na de gedragingen waarover wordt geklaagd, schriftelijk worden ingediend op het postadres van de commissie: Klachtencommissie BeVo – Postbus 40020 – 6504 AA Nijmegen
Schoolgids schooljaar 12-13
7
Centrale Commissie voor Beroep voor Eindexamens Wanneer een leerling zich schuldig maakt aan onregelmatigheden ten aanzien van een examenonderdeel (zoals bijvoorbeeld het zonder geldige reden afwezig zijn bij een toets van het schoolexamen), kan de school maatregelen treffen. In het Eindexamenbesluit (een wettelijke regeling) staat dat de directeur van de school bijvoorbeeld het cijfer 1 kan toekennen, of deelname aan een toets kan ontzeggen, ingeval sprake is van enige onregelmatigheid. De te nemen maatregel is afhankelijk van de aard en de ernst van de onregelmatigheid waaraan de leerling zich schuldig heeft gemaakt. Wanneer een leerling het niet eens is met een beslissing die op grond van het voorgaande door de school is genomen, kan de leerling het handelen van de school ter discussie stellen. In de eerste plaats kan dit door bij de school zelf, bijvoorbeeld bij de examencommissie, bezwaar te maken tegen de beslissing. Wanneer de beslissing daarna in stand wordt gehouden door de directeur, kan de leerling tegen de beslissing in beroep gaan bij de Centrale Commissie van Beroep voor Eindexamens Regio Nijmegen. Deze commissie is, net als de klachtencommissie, ingesteld door het Bestuurlijk overleg Voortgezet onderwijs en bestaat uit onafhankelijke commissieleden. De commissie beoordeelt naar aanleiding van de door de leerling en de school ingebrachte argumenten of de beslissing van de directeur gerechtvaardigd is en in stand kan blijven. Wanneer de commissie van mening is dat de beslissing niet gerechtvaardigd is, verklaart de commissie het beroep gegrond en vernietigt de commissie de bestreden beslissing. Het oordeel van de commissie is bindend, zodat de school verplicht is om de beslissing na te leven. Een beroep moet worden ingediend door middel van een schriftelijk beroepschrift. De commissie stelt vervolgens de school in de gelegenheid zich te verweren. Wanneer de commissie meer duidelijkheid wenst, kan een hoorzitting worden gehouden waarbij de commissie partijen vragen kan stellen en de partijen over en weer de standpunten voor de commissie kunnen toelichten. De samenstelling en de werkwijze van de Commissie is geregeld in het reglement voor de Centrale Commissie voor Beroep voor Eindexamens Regio Nijmegen. In het reglement is tevens terug te vinden waar en binnen welke termijn een beroep moet worden ingesteld en op welke wijze en binnen welke termijnen de beroepszaak door de Commissie wordt behandeld. Het reglement is te verkrijgen op school. Een beroepschrift moet in beginsel binnen 7 dagen nadat de omstreden beslissing schriftelijk aan de leerling is medegedeeld, worden ingediend op het postadres van de Commissie: Centrale Commissie voor Beroep voor Eindexamens Regio Nijmegen – Postbus 40020 – 6504 AA Nijmegen
Ouderbijdrage Jaarlijks ontvangt de school een vergoeding van de overheid voor onder meer de personele lasten, de huisvestingslasten, de inventaris en de ‘gratis’ leermiddelen. Voor een aantal zaken die de school belangrijk vindt maar waarvoor geen vergoeding wordt verstrekt, vraagt de school een vrijwillige ouderbijdrage. De oudergeleding verzoekt u aan deze kosten bij te dragen. Deze inkomsten zijn noodzakelijk om het onderwijs mogelijk te maken op een manier waar we, als school samen met de ouders, voor kiezen. Het gaat om bijdragen voor culturele activiteiten, sportdagen, vieringen en schoolfeesten. Voor excursies/reizen en activiteitenweek worden per locatie verschillende kosten gemaakt. Een specificatie wordt jaarlijks gegeven. Wij vragen eenmalig voor de schoolloopbaan een borg voor de schoolboeken, omdat de ervaring leert dat een borg eraan bijdraagt dat er minder beschadigingen aan de schoolboeken ontstaan en dat er minder boeken kwijtraken. Dit bedrag wordt terugbetaald bij uitschrijving van uw zoon/dochter.
Bezwaar tegen de ouderbijdrage? De politiek heeft besloten dat het onderwijs voor alle kinderen op dezelfde wijze toegankelijk moet zijn. Daarom moet het gratis zijn. De bijdragen die het Montessori College aan ouders vraagt voor de betaling van activiteiten Schoolgids schooljaar 12-13
8
of materialen die normaal voor rekening van de ouders komen worden altijd in overleg met de Oudergeleding van de MR vastgesteld. Toch kunt u ervoor kiezen om uw kind niet deel te laten nemen aan deze bijzondere activiteiten, want de bijdrage die wij vragen moet formeel vrijwillig zijn. Aangezien wij deelname wel heel belangrijk vinden doen we een beroep op uw medewerking om deze activiteiten met alle leerlingen van de groep te kunnen doen. Vooral van belang vinden wij de activiteitenweek die, naast de inzet van docenten, ook een investering vraagt van externen, de huur van een locatie, maaltijden, overnachtingen en soms vervoer. Voor deze kosten is geld nodig dat niet door de overheid wordt verstrekt. Dit geldt ook voor bepaalde materialen die wij ter beschikking stellen – denk aan atlassen, woordenboeken gereedschap, werkkleding, proefwerkpapier, etc. U mag ervoor kiezen deze materialen zelf aan te schaffen bij een zelfgekozen leverancier. Indien u ervoor kiest om de vrijwillige bedragen niet te betalen kunt u dit schriftelijk kenbaar maken. Deelname aan de activiteiten(week) zal dan beperkt zijn. Op basis van een lijst van benodigdheden voor de lessen kunt u deze zelf aanschaffen. Bij het wegvallen van activiteiten is contact met de mentor van uw kind essentieel in verband met een alternatief programma. In overleg met de financiële administratie kunnen op u afgestemde betalingsregelingen worden gemaakt.
Medezeggenschap LOR en COR De medezeggenschap op het Montessori College is dichtbij de praktijk belegd. Dit houdt in dat leerlingen en ouders op de eigen locatie overleggen met de schoolleiding (en soms met het kernteam) over zaken die direct betrekking hebben op het schoolleven dat zij meemaken. Het locatiebeleid wordt in de Locatie Ouderraad (LOR) besproken en de praktische situaties met de leerlingen in de locatieleerlingenraden. De locatieouderraden vaardigen minimaal 2 leden af naar de centrale ouderraad. Dit orgaan voert overleg met de bestuurder over collegebrede zaken en vormt de officiële oudergeleding van de medezeggenschapsraad. Daarnaast overlegt de bestuurder zeer frequent met de personeelsgeleding van de medezeggenschapsraad.
Veilig schoolklimaat Het Montessori College is zich zeer bewust van het gegeven dat leerlingen gebaat zijn bij een veilig schoolklimaat. De kleinschalige organisatie in kernteams, waardoor leerlingen een beperkt aantal docenten hebben dat veel met hen werkt, helpt erin mee om ervoor te zorgen dat leerlingen gekend worden en zich veilig voelen. De school is zich bewust van het belang om een gemeenschap te vormen. Het Montessori College heeft veel aandacht voor een positieve benadering van leerlingen, o.a. wordt gebruik gemaakt van de methode van PBS (positive behaviour support).
Regelingen Cameratoezicht In de schoolgebouwen van het Montessori College wordt op bepaalde plekken gebruik gemaakt van camera’s om toezichtredenen. Deze camerabeelden kunnen gebruikt worden om ongewenst gedrag op te sporen. De beelden worden alleen voor die redenen gebruikt.
Fotografie/film Bij veel activiteiten en festiviteiten op onze school worden foto’s en of filmpjes gemaakt, deze worden vaak op de websites Montiplaza en www.montessoricollege.nl geplaatst om ze met ouders, andere leerlingen of collega’s te Schoolgids schooljaar 12-13
9
delen. Het kan ook zijn, dat we uit deze foto’s/films willen putten om aan anderen te laten zien wat er allemaal op onze school gebeurt. Voorbeelden hiervan zijn: illustraties op de Montessori jaarkalender, gebruik in het voorlichtingsmateriaal of het aantrekkelijker maken van een notitie. Als u hier bezwaar tegen heeft dan moet u dit melden bij de leerlingenadministratie.
Kluisjes Kluisjes kunnen worden gehuurd door leerlingen. De school behoudt zich het recht voor deze open te maken.
Schoolgids schooljaar 12-13
10
Adressen en telefoonnummers
Berg en Dalseweg 295 6522CH Nijmegen Tel. 024- 3279100 Email bgd.adm@montessoricollege.nl
Spoorlaan 16 6562AM Groesbeek Tel. 024 – 3995560 Email grb.adm@montessoricollege.nl
Kwakkenbergweg 33 6523MJ Nijmegen Tel. 024-3283000 Email kwb.adm@montessoricollege.nl
Vlierestraat 3 6523EX Nijmegen Tel. 024-3287000 Email vli.adm@montessoricollege.nl
Schoolgids schooljaar 12-13
11
Locatiegids, locatie Berg en Dalseweg
Schooljaar 2012-2013
Schoolgids schooljaar 12-13
12
Inleiding De directie van het Montessori College vindt het belangrijk dat leerlingen en hun ouders goed ge誰nformeerd zijn over allerlei zaken die de school betreffen. Deze informatie vindt u terug in:
De schoolgids Hierin staat informatie beschreven die voor alle locaties van het Montessori College geldt. Bovendien gaat het hier om informatie die zeer waarschijnlijk voor meerdere jaren geldt. De leerlingen krijgen deze gids aan het begin van hun schoolloopbaan op het Montessori College.
De locatiegids Hierin beschrijven we zaken die we op de locatie Berg en Dalseweg belangrijk vinden voor u en de leerlingen. Omdat er ook informatie in opgenomen is die jaarlijks verandert, krijgen de leerlingen deze gids aan het begin van ieder nieuw schooljaar uitgereikt.
De Montessori kalender Aan het begin van het schooljaar geven we aan de leerlingen een kalender mee waarop voor schooljaar 2012-2013 alle activiteiten van de locatie Berg en Dalseweg aangegeven zijn. U kunt dus precies nagaan wanneer er bijvoorbeeld ouderavonden zijn, de rapporten/cijferlijsten uitgedeeld worden enz. Wijzigingen hierop worden bekend gemaakt via de site.
Schoolgids schooljaar 12-13
13
Algemene informatie
Montessori College Nijmegen - Groesbeek Locatie Berg en Dalseweg Klassen 1 en 2 van het VMBO basis en kader met LWOO Klassen 3 en 4 van het VMBO basis en kader: sector Economie, sector Zorg en Welzijn Berg en Dalseweg 295 6522 CH Nijmegen Tel: 024-3279100 Fax: 024-3221023 E-mail: bgd.adm@montessoricollege.nl
Schoolleiding
Ineke Angenent
Vervanging schoolleiding
Paula van de Venne
Zorgcoördinator Examencoördinator Locatieondersteuner
Josué de Jong
Kernteamcoördinatoren: Onderbouw
Mari Veld
Sector Zorg en Welzijn
Angelique Noij
Sector Economie
Jacob Westra
Schoolmaatschappelijk werk
Eva Kunst
Administratie
Bernadette Coenen / Nicole van der Steen
Conciërgeteam
Geert Boerboom / Willy Diesveld
Open Leer Centrum
Barbara Dohmen / Marjo Gijsbers
Huishoudelijke dienst
Josephine de Santy
Decaan
Lida Hartgerink
Remedial teachers
Rita Oostendorp / Meryem Boerboom / Nelly Dongen
Schoolcontactpersonen
Meryem Boerboom
Vertrouwenspersoon
Yvonne Aben /Marieke Sillessen
Voorzitter ouderraad
Hilde de Haan
Schoolgids schooljaar 12-13
14
Kernteams
ONDERBOUW
ECONOMIE
ZORG & WELZIJN
Mari Veld
Jacob Westra
Angelique Noij
Anke Arnoldussen
Carlijn van den Boogaard
Yvonne Aben
Meryem Boerboom
Willem Bouwman
Sonja Bouten
Froukje Hendriks
Herman Buurman
Nelly Dongen
Tom Linssen
Bernard Dijksman
Josué de Jong
Marieke Sillessen
Lida Hartgerink
Rudi Sedee
Els Vermuë
Alexander Hoogenkamp
Agnes Smit
Annemarie Vervoort
Rita Oostendorp
Ben Willems
Cor Schilstra Paula van de Venne
Externe medewerkers Jeugdgezondheidszorg
Herma Hepark / Wilma Selbach (sociaal verpleegkundige)
Contactpersoon Politie
Ton Weemen
Contactpers. leerplichtzaken
Allard Bekius
Belangrijke adressen Gemeente/leerplichtzaken
De Stadswinkel Mariënburg 75 6511 PS NIJMEGEN 024-3298003
Loket zorg en inkomen
De Stadswinkel Mariënburg 75 6511 PS NIJMEGEN 024-3299000
Jeugdgezondheidszorg (GGD)
Groenewoudsweg 275 6524 TV NIJMEGEN 024-329 71 11
Externe klachtencommissie
Klachtencommissie CSN Postbus 1004 6501 BA Nijmegen
Centrale commissie van Beroep Eindexamen/ Regionale klachten commissie CSN
Postbus 40020 6504 Nijmegen
Inkomenscheck:
Schoolgids schooljaar 12-13
www.nijmegen.nl > inwoners > werk & inkomen > laaginkomen
15
Onderwijsconcept Op het VMBO van de Berg en Dalseweg willen we dat onze leerlingen: -
Kennis en vaardigheden ontwikkelen;
-
Sociaal vaardig worden;
-
Hun talenten gaan ontdekken.
Leren vanuit hoofd, hart en handen Dit drukken wij uit in een onderwijsconcept met drie hoofdgebieden waarin het leren en onderwijzen plaats vindt: Vakonderwijs (kennis en vaardigheden zoals Nederlands of wiskunde); Praktisch Onderwijs (waar de verschillende vakgebieden bij elkaar komen en met de praktijk verbonden worden) en Keuzeprogramma (waarin wat de leerling wil en ambieert richtinggevend is, zoals bijv. sportspecialisatie). Daarnaast besteden we extra aandacht aan het Loopbaanleren. Het fundament bij dit alles is een veilige leeromgeving. We willen de leerlingen zoveel mogelijk vrijheid geven, echter vrijheid in gebondenheid. Structuur en duidelijkheid zijn een eerste vereiste om goed te kunnen leren. Dat wordt hen op de Berg en Dalseweg geboden.
Onderwijsaanbod Leerjaar 1 en 2 De kenmerken van het onderwijs in de Onderbouw. Elke klas heeft een eigen mentor. De groep heeft naast de mentor nog ongeveer vijf docenten. De klas zit zoveel mogelijk in het eigen lokaal. De mentor is veel bij de eigen klas. Daardoor kent de mentor de leerling en de groep heel goed, waardoor hij/zij de leerling en de klas uitstekend kan begeleiden. Als er problemen zijn, kan de mentor die snel herkennen en helpen bij het oplossen. Door leerlingen een vaste plek in de school te geven voelen zij zich meer op hun gemak. Hierdoor nemen leerlingen ook meer verantwoordelijkheid voor hun werkplek.
De sectoren, leerjaar 3 en 4 De sectoren van de locatie Berg en Dalseweg Sector: Economie Sector: Zorg en Welzijn De leerwegen van de locatie Berg en Dalseweg 
De Basisberoepsgerichte leerweg

De Kaderberoepsgerichte leerweg
Afhankelijk van de capaciteiten en manier van leren volgen de leerlingen een leerweg. Binnen deze leerweg bestaat de mogelijkheid om een of meerdere vakken op het niveau van de hogere leerweg te volgen en af te sluiten. De afstudeerrichtingen van de Berg en Dalseweg Handel & Administratie Handel & Administratie met sportspecialisatie Zorg & Welzijn breed Zorg & Welzijn breed met sportspecialisatie
Schoolgids schooljaar 12-13
16
Sector Economie, Intrasectoraal programma handel en administratie Deze opleiding is een mix van de vakken handel en administratie. De leerling maakt kennis met twee verschillende werelden, de handel en de administratie en ziet waar ze elkaar raken. In deze afstudeerrichting krijgt de leerling voor het eerst het beroepsgerichte en belangrijkste vak van de sector. Het begint met een oriëntatie op Handel en Administratie. De leerling maakt kennis met het toekomstige beroep, het vakgebied en de vaardigheden die men daar nodig heeft. De vaardigheden die je uiteindelijk moet beheersen, ontwikkel je het best door naast de theorie ook veel praktische opdrachten uit te voeren. Hierbij maakt de leerling o.a. gebruik van internet, de computer, de kassa, de etalage en de repro. Een belangrijk onderdeel van de sector is de stage. In het derde leerjaar hebben de leerlingen 3 aaneengesloten weken een arbeidsoriënterende stage in de detailhandel. In het vierde leerjaar hebben de leerlingen 3 aaneengesloten weken beroepsoriënterende stage. Elke leerweg geeft toegang tot het ROC (Regionaal Opleidingen Centrum). Alleen het niveau waarop de leerling instroomt verschilt. Basisleerlingen stromen in op niveau 2 en kaderleerlingen stromen in op niveau 3/4. Kiest een leerling voor de afstudeerrichting handel & administratie met sportspecialisatie, dan wordt de leerling naast de voorbereiding op een economische vervolgopleiding ook voorbereid op de opleiding Sport & bewegen van het ROC. Sluit je sportspecialisatie met goed gevolg af, dan geeft dit recht op plaatsing op de opleiding sport en bewegen van het ROC Nijmegen.
Sector Zorg en Welzijn, Intrasectoraal programma zorg en welzijn breed Het intrasectorale programma zorg en welzijn breed is een combinatie van de programma’s van verzorging en uiterlijke verzorging. In de richting Zorg en Welzijn wordt veel aandacht besteed aan het beroepsgerichte vak zorg en welzijn breed. De leerling leert wat dit vak inhoudt, welke vaardigheden men nodig heeft om dit beroep uit te oefenen en de leerling maakt kennis met verschillende doelgroepen zoals kinderen, ouderen, zieken en gehandicapten. Leerlingen leren door datgene wat ze in de theorie leren zoveel mogelijk in de praktijk toe te passen. Er wordt rekening gehouden met verschillen zowel in niveau als tempo. Zelfstandig leren wordt gestimuleerd. Stage neemt een belangrijke plaats in. In het derde leerjaar hebben de leerlingen 3 aaneengesloten weken een arbeidsoriënterende stage in een instelling. In het vierde leerjaar hebben de leerlingen 4 aaneengesloten weken beroepsoriënterende stage in een instelling naar keuze. Elke leerweg geeft toegang tot het ROC (Regionale Opleidingen Centrum). Alleen het niveau waarop de leerling instroomt verschilt. Basisleerlingen stromen in op niveau 2 en kaderleerlingen stromen in op niveau 3/4. Kiest een leerling voor de afstudeerrichting zorg & welzijn breed met sportspecialisatie, dan wordt de leerling naast de voorbereiding op vervolgopleidingen op het gebied van zorg en welzijn, ook voorbereid op de opleiding Sport & bewegen van het ROC. Sluit je sportspecialisatie met goed gevolg af, dan geeft dit recht op plaatsing op de opleiding sport en bewegen van het ROC Nijmegen.
Schoolgids schooljaar 12-13
17
VMBO / MBO Niveau 2 ofwel VM2 Voor de leerlingen van de basisberoepsgerichte leerweg is de overstap naar het MBO-onderwijs op het ROC niet altijd gemakkelijk. Een andere leeromgeving met nieuwe docenten en een andere aanpak vormt vaak een struikelblok. Om ervoor te zorgen dat de leerlingen toch hun MBO diploma halen zijn we het VM2 traject gestart.
Wat is VM2? Binnen VM2 is het mogelijk dat de leerling, na het behalen van hun VMBO diploma geleidelijk aan de overstap naar het ROC maaktt. Het eerste halfjaar volgt de leerling nog 2,5 dag van de week lessen op het Montessori College. Ze krijgen dan les van zowel docenten van het Montessori College als het ROC. Ook lopen ze dan 2 dagen Stage (Beroepspraktijk Vorming). Na het halfjaar blijven ze nog een dag op Het Montessori College. De overige lessen volgen ze dan op het ROC. Het blijft altijd mogelijk (ook tussentijds) om naar een reguliere MBO opleiding over te stappen op het ROC.
Schoolgids schooljaar 12-13
18
Rooster en lestijden Het rooster In principe krijgen de leerlingen gedurende het hele schooljaar hetzelfde rooster.
De lestijden Lestijden:
Normaal rooster
Lestijden:
Verkort Rooster
les 1
08.30 – 09.40 uur
les 1
08.30-09.30 uur
pauze
09.40 – 09.55 uur
les 2
09.35-10.35 uur
les 2
09.55 – 11.05 uur
pauze
10.35-11.05 uur
les 3
11.10 – 11.50 uur
les 4
11.05-12.05 uur
pauze
11.50 – 12.20 uur
les 5
12.10-13.10 uur
les 4
12.20 – 13.30 uur
pauze
13.10-13.30 uur
pauze
13.30 – 13.45 uur
les 6
13.30-14.30 uur
les 5
13.45 – 14.55 uur
Bij een plenair overleg gaat het 6e lesuur soms
les 6
15.00 – 16.10 uur
niet door.
Het overzicht van lestijden hierboven geeft aan dat er tot 16.15 uur lessen verzorgd worden. Dat geldt niet voor leerjaar 1. Zij hebben namelijk geen 6e lesuur in hun rooster en eindigen daarom niet later dan 14.55 uur.
Huiswerkklas onderbouw In de onderbouw is er een huiswerkklas, bedoeld voor leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben. Een leerling kan verwezen worden naar de huiswerkklas na overleg met ouders of n.a.v. het handelingsplan. Een leerling kan ook op vrijwillige basis gebruik maken van de huiswerkklas om o.a. leerachterstanden in te halen.
Toets- en Themaweken Gedurende het jaar hebben de leerlingen van de Bovenbouw een aantal toets- en themaweken. De lestijden tijdens deze weken wijken af van de reguliere lestijden. Leerlingen worden daar tijdig over geïnformeerd.
In haaluren (IHU) onder- en bovenbouw In de onder- en bovenbouw kennen we de IHU (inhaaluren). Deze IHU’s zijn bedoeld voor leerlingen die lessen moeten inhalen en in het geval van te laat komen of ongeoorloofd verzuim. Ook kunnen de IHU’s gebruikt worden om toetsen in te halen. We gaan ervan uit dat leerlingen het zesde uur beschikbaar zijn voor deze IHU’s.
Lesuitval In geval van ziekte of verlof worden de lessen die uitvallen zoveel mogelijk waargenomen door een andere docent. De leerlingen werken tijdens deze uren gewoon aan de lesopdracht (zie studieplanner en werkwijzer) of aan een vervangende opdracht. Als dat niet lukt, verblijven de leerlingen in de aula. Ze kunnen dan voor zichzelf werken. De leerlingen mogen dan niet het schoolterrein verlaten. In enkele gevallen kan het gebeuren dat de leerling later begint of eerder naar huis mag. Zijn de lessen eerder uit, dan kunnen de leerlingen altijd naar huis bellen.
Schoolgids schooljaar 12-13
19
Lessentabel onderbouw leerjaar 1 en 2 klas 1
klas 2
aantal tabel uren
tabel
aantal
kwt
tabel
tabel
uren
kwt
vak ne/taal
2
aardrijksk
2
en
2
wi
2
2
2
1
2
2
2
2
2
2
2
vz&bio
2
1
2
1
techniek
2
1
2
informatica
2
1
2
0
te
2
1
2
1
hv
2
ex
2
1
2
1
lo
2
2
2
2
project
2
6
2
6
ec
2
0
2
1
mentor
2
1
2
1
rekenen
2
TOTAAL
2
1
2
1
2
2
1
1 20
2
5
1
1 20
5
Praktisch en oriĂŤnterend onderwijs (PO) in de onderbouw BGD In de onderbouw hebben de leerlingen drie dagdelen Praktisch en OriĂŤnterend onderwijs (PO). De uren die hier voor gebruikt worden komen uit de lessentabel van de volgende vakken: 1e leerjaar:
0,5 lesuur Nederlands
2e leerjaar:
0,5 lesuur Nederlands
3,5 lesuur mens & maatschappij
2,5 lesuur mens & maatschappij
1,0 lesuur biologie/verzorging
1,0 lesuur biologie/verzorging
1,5 lesuur beeldend vormen
1,0 lesuur beeldend vormen 1,0 lesuur informatiekunde
Schoolgids schooljaar 12-13
20
Lessentabel bovenbouw leerjaar 3&4 EC
VAK
klas 3
klas 3
klas 4
klas 4
BB
KB
BB
KB
aantal
tabel
tabel
aantal
tabel
tabel
aantal
tabel
tabel
aantal
tabel
tabel
klassen
uren
kwt
klassen
uren
kwt
klassen
uren
kwt
klassen
uren
kwt
ne/taal
1
2
du (keuzevak)
1
en
1
1
2
2
1
1
2
wi (keuzevak)
1
vm2/LOB
1
2
2
2
0
1
2
2
0
1
2
1
2
2
2
0
1
2
1
2
2
2
1
1
1
0
1
1
2
0
lo
1
2
1
2
1
1
2
1
ec
1
2
1
2
1
2
2
2
H&A
1
5
1
6
1
6
2
2
7
2
ml1
1
1
1
1
1
0
1
2
0
1
mentor/ckv
1
1
1
1
1
2
2
2
keuzeprofiel
1
2
1
2
1
2
2
2
rekenen
1
1 2 1
TOTAAL
20
1
5
1
1 2 1
20
1
1
5
1 22
1
2
1
5
20
5
leerjaar 3&4 Z&W
VAK
klas 3
klas 3
klas 4
klas 4
BB
KB
BB
KB
aantal
tabel tabel
aantal
tabel tabel
aantal
tabel
tabel
aantal
tabel tabel
klassen
uren kwt
klassen
uren kwt
klassen
uren
kwt
klassen
uren kwt
1
2 2
ne/taal
1
2
en
1
wi
1
2
2
1
2
1
1
2
1
2
kv
1
1
1
lo
1
2
bio
1
1
vm2/LOB
1
1
Z&W
1
5
ml1
1
1
ml2
1
0
mentor
1
keuzeprofiel
1
rekenen
1 TOTAAL
Schoolgids schooljaar 12-13
1
1
1
2
1
2
1
1
2
1
1
1
1
2
1
1
1
1
1
1
1
2
1
2
1
1
1
1
7
1
1 1
6
1
1
1
0
1
1
2
1
2 0
1 20
1
5
2
1
2
1
1
1
8
2
1
0
1
1
1
1
1
2
1
2
1
2
1 20
5
1
1 20
1
5
2
1 20
21
1
1
1
1
0
1
5
Docenten en vakken
Yvonne Aben
zorg & welzijn breed
Anke Arnoldussen
algemeen vormend onderwijs, praktisch en oriënterend onderwijs, wiskunde
Meryem Boerboom
Engels, algemeen vormend onderwijs
Carlijn van den Boogaard
Nederlands, vm2
Sonja Bouten-Mombarg
wiskunde, rekenen, biologie
Willem Bouwman
wiskunde, rekenonderwijs vm2
Herman Buurman
handel & administratie, economie
Bernard Dijksman
Engels, vm2
Nelly Dongen
zorg & welzijn breed, maatschappijleer, keuzeprofiel horeca
Koen van der Hagen
lichamelijke oefening
Lida Hartgerink
maatschappijleer, keuzeprofiel o&v,vm2
Marion Heijkers
techniek, beeldende vorming
Froukje Hendriks
Wiskunde, rekenonderwijs, praktisch en oriënterend onderwijs
Alexander Hoogenkamp
economie, handel & administratie, wiskunde, rekenen
Gijs van Hout
Duits
Josué de Jong
lichamelijke opvoeding, keuzeprofiel sport
Bertie Korner
Project loopbaan leren
Tom Linssen
praktisch en oriënterend onderwijs, algemeen vormend onderwijs, aardrijkskunde
Angelique Noij
zorg & welzijn breed, vm2
Rita Oostendorp
maatschappijleer, taalondersteuning
Cor Schilstra
handel & administratie, economie
Rudi Sedee
Nederlands, Engels
Marieke Sillessen
praktisch en oriënterend onderwijs, algemeen vormend onderwijs, biologie /verzorging
Agnes Smit
zorg & welzijn breed, kunstvakken 1,
Mari Veld
praktisch en Oriënterend onderwijs, algemeen vormend onderwijs, economie, aardrijkskunde
Paula van de Venne
handel & administratie
Els Vermuë
drama, praktisch en oriënterend onderwijs
Annemarie Vervoort
lichamelijke opvoeding, keuzeprofiel sport,vm2
Jacob Westra
lichamelijke opvoeding, keuzeprofiel sport, maatschappijleer
Ben Willems
zorg & welzijn breed, keuzeprofiel horeca
Schoolgids schooljaar 12-13
22
Onderwijs en begeleiding
Het Kernteam Het Montessori College heeft het onderwijs en de begeleiding georganiseerd in Kernteams. Op deze manier vindt de ontwikkeling en controle dicht bij het primaire proces plaats. Een Kernteam is een groep docenten die verantwoordelijk is voor onderwijs en begeleiding van een sector/afdeling (± 5/6 klassen). Het team vergadert wekelijks en bespreekt dan o.a. de gang van zaken in de lessen en is daarbij op zoek naar mogelijkheden om het onderwijs en de begeleiding zo goed mogelijk vorm te geven en uit te voeren. Aanspreekpunt voor een Kernteam is de coördinator. Wij hebben drie Kernteams:
Kernteam Onderbouw
Kernteam Zorg en Welzijn
Kernteam Economie
De taken van de mentor 1. De mentor begeleidt de leerling bij het leren. 2. De mentor begeleidt de leerling bij haar/zijn sociaal-emotionele ontwikkeling. 3. De mentor is de contactpersoon met de ouders. 4. De mentor zorgt mede voor een goede sfeer in de groep. 5. De mentor voert loopbaangesprekken met de individuele leerling. Hij/zij kan hierbij worden bijgestaan door de coach.
De decaan De decaan heeft een belangrijke taak bij de keuzebegeleiding van de leerlingen. Zij ondersteunt kernteams en mentoren bij het samenstellen van een programma dat leerlingen helpt zicht te krijgen op wat ze willen en wat ze kunnen; belangrijke vragen bij het samenstellen van het vakkenpakket en het kiezen van een vervolgopleiding. Leerlingen en ouders die een gesprek wensen omdat ze vragen hebben met betrekking tot de keuze die ze moeten maken ten aanzien van vakken en vervolgopleidingen kunnen een afspraak maken voor een individueel gesprek.
De remedial teacher De remedial teacher biedt de leerling met leerproblemen remediale hulp. De bedoeling van remediale hulp is het wegwerken van achterstanden bij taal en rekenen en hulp bieden bij dyslexie. Bij remediale hulp werkt men er ook aan om goede leergewoontes, een goede huiswerkaanpak te krijgen. Bij motorische remediale hulp wordt de leerling zo nodig geholpen om een goede fijne en grove motoriek te ontwikkelen.
De zorgcoördinator Iedere locatie van het Montessori College heeft een zorgcoördinator. De zorgcoördinator zorgt ervoor dat de begeleiding op school zo goed mogelijk is geregeld en ziet toe op de zorg voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften en leerlingen met een leerling-gebonden budget. Dit staat nader beschreven in het Montessori College Zorgplan.
Schoolgids schooljaar 12-13
23
Zorg Advies Team Het ZAT is een team dat bestaat uit: vertegenwoordiger van Jeugdgezondheidsdienst, vertegenwoordiger Bureau Jeugdzorg, schoolmaatschappelijk werker, leerplichtambtenaar en zorgcoĂśrdinator. Zij hebben 7 Ă 8 keer per jaar overleg en bespreken de binnen- en buitenschoolse hulpverlening aan leerlingen en de afstemming daartussen. Doel is een snellere en effectievere begeleiding van leerlingen met problemen. Ook kan dit team vanuit zijn verschillende deskundigheden adviezen geven aan de school over de begeleiding van een leerling.
De Schoolmaatschappelijke werker Als leerlingen op school, thuis of in de vrije tijd problemen hebben kan begeleiding worden gevraagd bij de maatschappelijke werker. Waar nodig betrekt zij daar ook de ouders bij en overlegt met mentoren en docenten over de begeleiding op school.
De Jeugdgezondheidsdienst Vanuit de afdeling Jeugdgezondheidszorg van de GGD is op iedere school een schoolgezondheidsteam aanwezig. Het team bestaat uit een arts en een verpleegkundige. Doel is de gezondheid van de leerlingen te begeleiden en te bewaken. In het eerste leerjaar krijgen alle leerlingen na een kennismakingsles, een onderzoek. De schoolarts of verpleegkundige is twee keer per maand op school aanwezig. Leerlingen kunnen op eigen initiatief dit spreekuur bezoeken en kunnen ook uitgenodigd worden. Een overzicht van data waarop de arts of verpleegkundige aanwezig is, hangt in de school en is te vinden op Montiplaza >diensten>leerlingenzorg>BGD. De GGD regio Nijmegen houdt dit jaar weer een groot onderzoek (E-MOVO, Elektronische Monitor en Voorlichting onder alle leerlingen van klas 2 en 4. Meer informatie hierover vind u t.z.t. ook op Montiplaza>diensten>leerlingenzorg>BGD.
De vertrouwenspersoon Voor problemen ten aanzien van ongewenst gedrag van anderen in de school kunnen leerlingen terecht bij de locatievertrouwenspersonen. Zij ondersteunen en adviseren de leerling bij vertrouwelijke problemen die ze aan niemand kunnen of durven vertellen.
De klachtenregeling Met eventuele klachten kunnen leerlingen of ouders altijd terecht bij de vakdocent, de mentor, het kernteam en als dat nodig is bij de locatiedirecteur. In uiterste gevallen kan een klacht bij de rector ingediend worden. Voor klachten met betrekking tot ongewenst gedrag (seksuele intimidatie) of klachten die binnen de school niet opgelost kunnen worden, bestaat er een regionale externe klachtencommissie. De uitgewerkte klachtenregeling kan op school opgevraagd worden.
De aansprakelijkheid geregeld De school is niet aansprakelijk voor beschadigingen en/of verdwijning van eigendommen van de leerlingen.
Schoolgids schooljaar 12-13
24
Een veilig schoolklimaat
“Ieder kind heeft recht op een plezierige schooltijd�. Dit is een van de uitgangspunten van het Montessori College. Belangrijke voorwaarde voor een plezierige schooltijd is dat leerlingen zich veilig voelen. Daaraan werken we voortdurend met de leerlingen. Dit doen we o.a. door tijdens de lessen onderwerpen rondom sfeer en omgaan met elkaar te behandelen. Natuurlijk treden we tijdens lessen en in de school ook corrigerend op als we zien dat leerlingen met hun gedrag anderen tekort doen. We vinden het daarbij belangrijk om leerlingen niet alleen vanuit schoolregels aan te spreken, maar we proberen ze door een gesprek ook inzicht te verschaffen in het belang van deze regels. Schoolregels en gedragsregels zijn altijd in beweging en altijd onderwerp van gesprek. De in deze gids vermelde schoolafspraken zijn afspraken die bij de start van het schooljaar gelden. Gedurende het schooljaar kunnen deze aangepast worden. Deze aanpassingen worden besproken in de schoolleiding, met het onderwijzend en onderwijsondersteunend personeel en ook met de leerlingen in de leerlingenraad. Wanneer u vragen heeft over het schoolklimaat kunt u deze altijd aan de school stellen. Voor onafhankelijk advies kunt u zich richten tot de website van vier ouderorganisaties www.50tien.nl.
Schoolgids schooljaar 12-13
25
Communicatie met ouders
Ouderavonden met ouders
In het begin van het schooljaar wordt er een informatie-kennismakingsavond voor de ouders gehouden en een individuele follow-up avond met de mentor de zgn. dialoogavond..
Na elke rapportage (behalve de laatste) wordt er een oudercontactmiddag/avond georganiseerd, waarop u kunt komen praten over de studiehouding en de behaalde resultaten. Het eerste rapport van klas 1, 2 en 3 wordt op de ouderavond/middag door de mentor aan de ouders uitgereikt. Na periode 2 en 3 is er ook de gelegenheid om, naast de mentor, met een vakdocent te spreken. Ook tussentijds contact is mogelijk. Indien nodig neemt de mentor contact op met de ouders/verzorgers.
De Monti De Monti is een informatieblad voor de ouders. Mededelingen van de school, de ouderraad, actualiteiten en andere belangrijke zaken worden er in beschreven. Het blad verschijnt tweewekelijks en wordt per e-mail verstuurd. U kunt zich aanmelden via de site van het Montessoricollege, www.montessoricollege.nl.
De jaarkalender Aan het begin van het schooljaar wordt aan de leerlingen een Montessori kalender meegegeven. Daarop is per maand aangegeven wat er op school aan bijzondere activiteiten georganiseerd wordt. Ook is daarop na te gaan, wanneer er ouderavonden en dergelijke gehouden worden.
Brieven aan ouders/verzorgers Als de school grote activiteiten organiseert die niet in de kalender opgenomen zijn, worden ouders daar door middel van een aparte brief over geïnformeerd. Over activiteiten die wel in de kalender staan, maar wel toelichting behoeven sturen we ook schriftelijke informatie. Voor ouderavonden ontvangen ouders altijd een uitnodiging. In de meeste gevallen geven we brieven voor ouders aan de leerlingen mee. Ouders doen er goed aan hier duidelijke afspraken over te maken met hun zoon of dochter. De brieven die de leerlingen meekrijgen voor hun ouders worden ook op Montiplaza geplaatst. Ook als een leerling vier of meer keer te laat is gekomen, worden de ouders schriftelijk op de hoogte gesteld.
De website Op de website kunt u algemene informatie vinden over het Montessori College. Ons websiteadres is www.montessoricollege.nl.
Montiplaza/Magister Ouders en leerlingen hebben toegang tot Montiplaza. Op Montiplaza zijn de werkwijzers, agenda, toetsafspraken etc. te vinden. Ook kunnen ouders via Montiplaza toegang krijgen tot Magister om de cijfer- en afwezigheidsregistratie te bekijken. Ouders krijgen bij het begin van het schooljaar een eigen “inlogcode”.
Schoolgids schooljaar 12-13
26
De Ouderraad De Ouderraad overlegt met de schoolleiding over allerlei zaken die voor de ouders en hun kinderen van belang zijn. Nieuwe ontwikkelingen en knelpunten in de dagelijkse schoolpraktijk worden besproken om het onderwijs op onze school zo goed mogelijk te laten verlopen en te zorgen voor een prettig schoolklimaat. Zo heeft de Ouderraad bijvoorbeeld gesproken over de verschillende buitenlesactiviteiten, de gezamenlijke pedagogische verantwoordelijkheid van ouders en school (driehoek kind- ouder –school) en het gebruik van Montiplaza. Ook worden er thema’s besproken zoals; hoe praat ik met mijn kind over seksualiteit , gezonde voeding en het rook – en alcoholbeleid van de school. De Ouderraad werkt mee aan de ouderavonden die een paar keer per jaar worden gehouden en aan de Open Dag. Op de ouderavonden zijn leden van de Ouderraad aanwezig. Op deze avonden kunt u met hen in gesprek gaan. In het begin van het schooljaar zal de Ouderraad u benaderen, niet alleen om u te informeren, maar ook om uw actieve medewerking te vragen. Hoe meer ouders actief zijn in de Ouderraad des te beter kan er aandacht worden besteed aan opmerkingen, ideeën of klachten van ouders van leerlingen op onze school. De ouderraad kan bereikt worden via de leerlingenadministratie en via het emailadres: lor.bgd@montessoricollege.nl.
Schoolgids schooljaar 12-13
27
Gedragsregels en afspraken
Op het Montessori College locatie Berg en Dalseweg gaan we met elkaar om vanuit bepaalde waarden. Bij deze waarden horen omgangsvormen en normen. Onze gezamenlijke waarden zijn:
Eerlijk zijn; ik vertel de waarheid
Respectvol zijn; ik laat de ander in zijn waarde en benader hem/haar vriendelijk
Afspraken nakomen; ik houd me aan de geschreven en ongeschreven regels
We verwachten van onze leerling dat
Het taalgebruik netjes en voor iedereen te begrijpen is;
De houding positief is;
Hij/zij openstaat voor contact met de ander;
Hij/zij ieders persoonlijke ruimte respecteert;
Hij/zij zorg voor zijn omgeving heeft.
Daarom hebben we de volgende regels: Ik pest niet; Ik gebruik geen geweld; Ik ben op tijd en heb de benodigde materialen bij me; Ik begrijp dat niet alles snel kan en ben dus geduldig; Ik maak geen onnodige herrie; Ik ruim mijn eigen rommel op; Ik eet en drink niet in het lokaal; Ik houd me aan de specifieke regels en afspraken van mijn sector.
Schoolgids schooljaar 12-13
28
Pedagogische ruimte
Uit de les gestuurd Een leerling die grensoverschrijdend gedrag vertoond wordt uit de les verwijderd en naar de pedagosche ruimte/lokaal 0 gestuurd. Hier wordt de leerling opgevangen door een docent/pedagogisch medewerker.
Time-out Als het voor de leerling belangrijk is voor zichzelf of voor het groepsproces wordt de leerling een of meerdere dagen in de pedagogische ruimte geplaatst, waar de leerling onder begeleiding van een docent/pedagogisch medewerker aan zijn lestaken werkt. Ouders worden hierover geïnformeerd.
Schorsing Bij grensoverschrijdend gedrag waarbij het nodig is om een leerling te schorsen kan de school voor een “interne” of “externe” schorsing kiezen. Bij een interne schorsing is de leerling geschorst maar werkt in de pedagogische ruimte/lokaal 0. Ouders worden hiervan op de hoogte gebracht. Bij een externe schorsing gaat de procedure schorsing werken. Hiervoor (en voor de procedure verwijdering) verwijzen wij u naar Montiplaza. Voordat een leerling weer in de les mag na een externe schorsing is er altijd eerst een gesprek met de ouders/verzorgers.
Schoolgids schooljaar 12-13
29
Overige afspraken Verzuim
Ongeoorloofd verzuim wordt gemeld bij de afdeling leerplicht van de betreffende gemeente. Ook veelvuldig te laat komen en regelmatige afwezigheid wegens ziekte, moet gemeld worden. Het verzuimbeleid en –protocol vindt u op Montiplaza>diensten>leerlingenzorg>BGD
Ongeoorloofde afwezigheid 1.
Wanneer je afwezig bent zonder bericht.
2.
Wanneer je te laat bent.
Wanneer je vaker ongeoorloofd afwezig bent wordt dit gemeld bij de afdeling leerplichtzaken.
Te laat komen
Als je te laat bent, mag je de klas niet in zonder “te laat” briefje. Dit moet je halen bij de receptie.
Kom je per periode de 2e keer te laat, dan moet je je om 08.00 uur melden bij de receptie. Kom je vaker te laat, dan moet je je de 4e, 6e, 8e, 10e keer enz. om 08.00 uur melden bij de receptie. De 3e, 5e, 7e, 9e keer enz. dat je te laat komt krijg je een inhaaluur (IHU).
Ziekmelden Op de dag van ziek worden:
Voor 08.30 uur op de administratie (024-3279100).
Tussentijds:
Als je onder schooltijd ziek wordt, dan overleg je met je mentor (bij afwezigheid mentor met de kernteamcoördinator) of je, nadat je met je ouders/verzorgers gebeld hebt, naar huis mag. Als je toestemming hebt, dan moet jij je afmelden bij de receptie.
Beter melden De dag waarop je de lessen weer gaat volgen schriftelijk bij de receptie.
Verlof Elk verlof dient vooraf schriftelijk aangevraagd te worden bij de eindverantwoordelijke leerlingenzorg. Voor verlof op grond van godsdienst of levensovertuiging geldt een maximum van 1 dag. Voor meer informatie zie verzuimbeleid en –protocol op Montiplaza.
Pauzes Tijdens de pauzes blijven de leerlingen van klas 1,2 en 3 op het schoolterrein op de daarvoor aangewezenen plaatsen. De aula van de Dennen is voor de leerlingen van de onderbouw. In de aula van de steenbouw kunnen alle leerlingen hun pauze doorbrengen. Hier is ook de kantinevoorziening. De leerlingen van klas 4 mogen het schoolterrein verlaten. Dit geldt echter alleen onder het voorbehoud dat wijkbewoners hiervan geen hinder ondervinden.
Corvee Iedere week worden leerlingen aangewezen voor het schoonhouden van de aula’s in De Dennen en de steenbouw en het schoolplein.
Schoolgids schooljaar 12-13
30
Tussenuren Tijdens eventuele tussenuren blijven alle leerlingen op het schoolterrein.
Roken In het schoolgebouw wordt niet gerookt. Er mag door de leerlingen van leerjaar 1, 2 en 3 NIET worden gerookt op school. Voor de leerlingen van leerjaar 4 is hiervoor een aangewezen rookplek. Alcohol en drugs zijn op school verboden.
Betaald printen voor leerlingen Om te vermijden dat er teveel nodeloos geprint wordt en om leerlingen bewust om te laten gaan met printen, hebben wij voor betaald printen gekozen. De leerlingen kunnen op eigen kosten het tegoed opwaarderen. Dit kan bij de receptie.
Leerlingenkluisjes Voor de huurprijs van € 10,00 per jaar zijn er leerlingenkluisjes beschikbaar. Daarnaast wordt € 5,-- als borg voor de sleutel gevraagd. De school is gerechtigd om kluisjes van leerlingen te openen.
Feesten Op schoolfeesten in het schoolgebouw wordt binnen niet gerookt en worden géén alcoholische dranken geschonken. Op schoolfeesten buiten school wordt alleen in, zeer beperkte mate, alcohol geschonken aan leerlingen van 16 jaar of ouder. Leerlingen waarvan duidelijk is dat ze voor het feest alcohol hebben gedronken wordt de toegang tot het feest of het verder verblijf op het feest ontzegd. De eindtijden variëren van 22.00 tot 24.00 uur.
Voor de Montessori Collegebrede regels, afspraken, klachtenregeling, leerlingenstatuut enz. verwijzen wij u naar de schoolgids.
Schoolgids schooljaar 12-13
31
Lesvervangende en buitenlesactiviteiten
Keuzeprofielen Op het Montessori College vinden we het belangrijk om leerlingen te leren keuzes te maken. Daarom bieden wij naast de reguliere lessen de keuzeprofielen Sport(specialisatie), Horeca en Oriëntatie en Verdieping aan (meer info hierover zie de website).
Sportspecialisatie Als een leerling halverwege het derde leerjaar definitief kiest voor Sportspecialisatie, dan worden hier extra kosten voor in rekening gebracht.
De activiteitenweek Aan het begin van een nieuw schooljaar starten veel leerlingen in een nieuwe klas. Voordat zo’n klas echt een groep is, moeten de leerlingen eerst een groepsvormingsproces door. Het is voor leerlingen en docenten van belang dat nieuwe klassen prettige groepen worden om in te werken, te leven en te leren. We schenken dus veel aandacht aan de begeleiding van dit proces van groepsvorming. In leerjaar 2 bieden we de leerlingen een kamp aan dat gericht is op deze groepsvorming. Voor het op kamp gaan vragen wij wel een financiële ouderbijdrage.
Buitenlandse reizen In de bovenbouw proberen we elk jaar, bij voldoende belangstelling, een skireis te organiseren. In klas 4 kunnen de leerlingen deelnamen aan een buitenlandse stedenreis. De kosten hiervan worden in rekening gebracht.
Excursies Door middel van excursies laten we leerlingen zien hoe bepaalde zaken die in de lessen aan de orde kwamen/komen er in het echt aan toe gaan. Zowel in de onderbouw als bovenbouw gaan we regelmatig op excursie. Ook hiervoor vragen wij een financiële bijdrage.
Stages Onze leerlingen gaan na hun examen door met een vervolgopleiding in het Middelbaar Beroeps Onderwijs. We vinden het om die reden belangrijk om ze uitgebreid kennis te laten maken met allerlei aspecten van het beroep. Niet alleen in de kunstmatige situatie op school, maar vooral ook in het echt. Daarom gaan de leerlingen meerdere malen op stage. We noemen dit een beroepsoriënterende stage. Onze ervaring is dat leerlingen, in veel gevallen, tijdens stage een sterke ontwikkeling doormaken. Ook de maatschappelijke stage die leerlingen in leerjaar 2 en 3 lopen, draagt bij tot deze ontwikkeling. De omvang van de stage is 15 uur per leerjaar. Het doel van de maatschappelijke stage is om jongeren tijdens hun schooltijd kennis te laten maken met en een onbetaalde bijdrage te leveren aan onze samenleving.
Cultuur Binnen het Montessori College vinden we het belangrijk dat leerlingen regelmatig in contact komen met diverse uitingen van cultuur. We zorgen er dan ook voor dat ieder leerjaar tenminste 1x per schooljaar een theater bezoekt om te gaan kijken en luisteren naar een toneel-, dans-, of muziekvoorstelling. In leerjaar 3 krijgen leerlingen het deelvak Cultuur en Kunstzinnige Vorming. Vanuit deze lessen maken leerlingen opdrachten die hen helpen zich te verdiepen in divers culturele onderwerpen. Ze bezoeken daarnaast buiten schooltijd een aantal voorstellingen en maken daar een verslag van.
Schoolgids schooljaar 12-13
32
Actief burgerschap en sociale integratie
Inleiding Sinds er op 1 februari 2006 een wet in werking is getreden (wet bevordering actief burgerschap en integratie) heeft de inspectie van het onderwijs daar in het toezichtkader aandachtspunten aan gekoppeld:
De school draagt zorg voor de kwaliteit van het onderwijs gericht op actief burgerschap en sociale integratie, met inbegrip van het overdragen van kennis over en kennismaking met de diversiteit van de samenleving. Vanwege art 23 van de Grondwet is de school vrij in het invullen van burgerschapsvorming. De inspectie stelt wel 4 criteria in het toezichtkader waar de school aan moet voldoen: een visie formuleren en een planmatige aanpak aangeven, vermelden hoe je de verantwoording van de invulling regelt, het mag niet strijdig zijn met de basiswaarden van de Nederlandse democratie (bijvoorbeeld discriminatie) en de school moet inzicht geven in mogelijke risico’s, die moet zij signaleren en dat melden aan de inspecteur ( bijvoorbeeld extremistisch gedrag). Het lijkt er sterk op dat het voorkomen van intolerantie, extremistische ideeën , radicalisering en geweld de voornaamste drijfveren waren om de scholen te bewegen om dit thema in te vullen. Een belangwekkende maatschappelijke opdracht voor het onderwijs in Nederland.
Visie In de visie van het Montessori College staan de volgende kernwaarden centraal:
Vertrouwen in ontwikkeling van leerlingen en docenten
Gericht op het nemen van toenemende verantwoordelijkheid
Accepteren van verschillen tussen mensen
Geven van vrijheid in gebondenheid De ‘eeuwige’ kerndoelstellingen van de school zijn:
Iedere leerling kan zich ontwikkelen tot een onafhankelijke persoonlijkheid
Iedere leerling verwerft de bekwaamheden die nodig zijn voor studie, werk en samenleving
Burgerschap definiëren wij als : het vermogen van mensen om deel uit te maken van een gemeenschap en daar ook een actieve bijdrage aan te leveren. Op het microniveau hebben we het dan over schoolburgerschap, we denken hierbij aan onderbouwleerlingen. De kernvraag daarbij is: hoe ga je met elkaar om in de context van de school en hoe kun je daar een actieve bijdrage aan leveren zodat het een goede, prettige leefgemeenschap is. Het gaat er om samen met de jongeren hun vermogen te bevorderen om ook in gezin, in vriendengroepen, in clubverband en dergelijke in een leefgemeenschap samen te leven en daar ook een actieve bijdrage aan te leveren Op een volgend niveau komt maatschappelijk burgerschap en politiek staatsburgerschap in het vizier, dat heeft eerder betrekking op de wat oudere bovenbouwleerlingen. Voor deze groepen leerlingen komt de wat meer klassieke invulling van burgerschap in beeld door aandacht te besteden aan de relatie tussen burger en overheid en thema’s als politieke partijen en stemmen. Daarnaast leren deze leerlingen over andere culturen en over de democratie. Als school moeten we dus een omgeving creëren waarin jongeren democratische vaardigheden opdoen en burgerschap kunnen leren. Een schoolomgeving die veel regels hanteert zonder discussie en inspraak, biedt die ruimte niet. Het begint dus met een omgeving die vrije ruimte biedt om afstand te nemen van dagelijkse voorvallen door erover te praten en er op te reflecteren, ook om uit te proberen. Een dergelijk pedagogisch kapitaal in de school is heel belangrijk. Onze kernwaarden zijn een prima uitgangspunt voor dagelijkse oefensituaties ten behoeve van dit basale niveau van burgerschap.
Schoolgids schooljaar 12-13
33
Als we het perspectief van intolerantie, extremistische ideeën, radicalisering en geweld nemen, dan wordt alles meer op scherp gezet, maar is het ook duidelijker.
Planmatige aanpak Vanuit de basis die hierboven is beschreven, wordt op alle locaties aandacht gegeven aan burgerschap en sociale integratie. Het montessorionderwijs heeft vanuit zijn pedagogische opvatting al een focus op persoonsvorming bij leerlingen. Daarnaast is er een cultuur waarin betrokkenheid en participatie van leerlingen, medewerkers en ouders vanzelfsprekend is. Binnen de vaklessen doen leerlingen kennis op van democratie en leren zij over andere culturen. Op onze locatie doen wij dat specifiek tijdens:
Plein M/Leefstijl en mentorlessen. Hier komen diverse thema’s rondom normen en waarden( respect tonen, elkaar ondersteunen, pestgedrag enz. ) aan de orde
Loopbaanbegeleidinggesprekken, welke keuzes maak ik, waarom, wat past bij mij? Wat is mijn passie? Hoe kan ik deze ontdekken? Gefundeerde keuzes maken.
Doorbraak project Loopbaan leren. Met als extra dimensie: hoe betrekken we ouders bij het LoopbaanLeren
Hierin past ook het Praktisch en Oriënterend Onderwijs in de Onderbouw en de keuzeprofielen in de Bovenbouw. Talenten en passie ontdekken en ontwikkelen
Maatschappelijke stage (en beroepsgerichte stage), waarin leerlingen iets ondernemen voor een ander of iets in het belang van de maatschappij, maar ook leren hoe zich te gedragen buiten school.
De lessen maatschappijleer, waarin thema’s als verkiezingen, alcohol en drugsgebruik en criminaliteit aan de orde komen.
Bevorderingsnormen
De bevorderingsnormen van leerjaar 1 en 2 Door het specifieke karakter van de studie huiskamers zijn er geen expliciete bevorderingsnormen. Er wordt in de leerlingenbesprekingen en rapportvergadering gekeken naar de mogelijkheden van de leerling op basis waarvan een advies geformuleerd wordt. De rapportvergadering adviseert het kernteam. Het kernteam neemt, in overleg met de directeur, een besluit over de overgang en de te volgen leerweg.
De bevorderingsnormen van leerjaar 3 naar leerjaar 4 Deze zijn vastgelegd in het Programma van toetsing en afsluiting (PTA) en het examenreglement. De leerlingen van leerjaar 3 en 4 krijgen dit voor 1 oktober uitgereikt.
Schoolgids schooljaar 12-13
34
Toelichting schoolkosten voor het schooljaar 2012/2013
Aan het begin van het schooljaar ontvangen alle ouders een brief over de schoolkosten. Ouderbijdrage locatie Berg en Dalseweg Algemeen
Vrijwillige ouderbijdrage
€ 50,--
Borg boeken (voor nieuwe leerlingen)
€ 75,--
Leerjaar 1
Excursie/projecten
€ 55,--
Leerjaar 2
Excursie/projecten
€ 50,--
Werkweek buiten school
€ 60,--
Leerjaar 3 / economie
Excursie/projecten Studiereis Londen klas 4,
Leerjaar 4 / economie
€ 150,-1e
termijn
€ 80,--
Excursie/projecten
€ 100,--
Studiereis Londen februari 2013 - 2e termijn
€ 150,--
Leerjaar 3/ Zorg & Welzijn Excursie/projecten
€ 150,--
Verbruiksmaterialen Studiereis Londen klas 4,
Leerjaar 4 / Zorg en Welzijn
€ 15,-1e
termijn
€ 80,--
Excursie/prijecten
€ 100,--
Verbruiksmaterialen Studiereis Londen februari 2013 -
VM2
Schoolgids schooljaar 12-13
€ 15,-2e
termijn
€ 150,--
leerjaar 5
€ 25,--
Leerjaar 6
€ 25,--
35
Procedure aanmelding leerling met CVI-beschikking
Op onze school kan een leerling met een positieve beschikking van een commissie voor indicatiestelling (ook wel leerling met Rugzak genoemd) worden aangemeld. Voordat de aanmelding door de toelatingscommissie in behandeling wordt genomen moet aan de volgende voorwaarden zijn voldaan:
De leerling moet voldoen aan de wettelijke toelatingseisen voor de school
In het onderwijskundig rapport van de school van herkomst moet staan aangegeven wat er tot dan toe met betrekking tot de handicap en de daarvan ondervonden onderwijsbelemmeringen is gedaan
Het dossier van de leerling zoals dit is ingediend bij de aanvraag LGF dient beschikbaar te zijn
Alvorens een besluit te nemen bekijkt de toelatingscommissie van de school de situatie van de leerling in relatie tot het pedagogisch klimaat, het didactisch klimaat de professionalisering, de mogelijkheden wat betreft leerlingenzorg en ondersteuning op onze school. Tevens wordt er gekeken naar de gebouwelijke en materiele omstandigheden en naar de mogelijkheden met betrekking tot de inzet van ambulante begeleiding vanuit het REC. Aan de hand van het beeld dat dan ontstaat kijken we of we in staat zijn onderwijskundige antwoorden te geven. Daarbij staan het belang van het kind en de mogelijkheden van de school om het ontwikkelingsproces van het kind te ondersteunen, uiteraard centraal. De commissie, die belast is met de toelating, kan beargumenteerd besluiten de leerling niet toe te laten:
Als de ouders weigeren de grondslag van de school te respecteren;
Als de toelating de rust en veiligheid binnen de school ernstig dreigt te verstoren. Bij ernstige gedragsproblematiek is het immers niet altijd mogelijk om een adequate leeromgeving te realiseren.
Als de mate van verzorging en/of behandeling zoveel tijd en energie vragen dat het onderwijs niet tot z’n recht komt.
Als er verstoring van het leerproces van andere leerlingen dreigt op te treden. Er moet een redelijk evenwicht kunnen worden gevonden tussen de aandacht voor de betrokken leerling en de overige leerlingen.
Indien de commissie besluit de leerling toe te laten stelt de school met behulp van de ambulant begeleider van het REC en in overleg met de ouders een handelingsplan op. Voordat de leerling wordt toegelaten moeten de ouders instemmen met het behandelingsplan en dit ondertekenen.
Schoolgids schooljaar 12-13
36
Privacy Voor de school is het belangrijk dat we steeds over de juiste gegevens van uw zoon of dochter beschikken. Daarvoor zijn we aangewezen op uw medewerking als ouder. De belangrijkste zaken zetten we voor u op een rijtje. 
Adres en telefoonnummer Deze kunnen veranderen in de periode dat uw zoon of dochter bij ons op school zit. Wilt u veranderingen s.v.p. zo snel mogelijk schriftelijk doorgeven aan de leerlingenadministratie.

Burger Service Nummer (Sofinummer) Voor onze leerlingenadministratie hebben we van alle leerlingen het Burger Service Nummer nodig. U heeft dat nummer thuisgestuurd gekregen. Van leerlingen die zich aanmelden, moet dit Burger Service Nummer op het aanmeldingsformulier vermeld worden.

Uittreksel gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens of kopie identiteitskaart Ook dit document hebben we nodig voor onze leerlingenadministratie. Leerlingen moeten dit document inleveren als zij zich inschrijven. Een uittreksel van het persoonsregister is af te halen op het gemeentehuis. De school behoudt zich het recht voor gegevens van leerlingen bij instanties of scholen op te vragen en door te geven, als de gegevens belangrijk zijn voor de verdere begeleiding van de leerling. Van de leerlingen zelf worden eveneens gegevens bewaard.
Schoolgids schooljaar 12-13
37
Locatiegids, locatie Groesbeek
Schooljaar 2012-2013
Schoolgids schooljaar 12-13
38
Inleiding
Het Montessori College hecht eraan om ouders en leerlingen tijdig en volledig te informeren. Omdat er sprake is van heel veel informatie hebben we nagedacht over de wijze waarop we deze het best aan u aan kunnen bieden. Dat leidde tot de volgende documenten:
De schoolgids. Hierin staat informatie beschreven die voor alle locaties van het Montessori College geldt. Bovendien gaat het hier om informatie die zeer waarschijnlijk voor meerdere jaren van toepassing is. De schoolgids wordt op dit moment herzien en verschijnt binnenkort.
De locatiegids. Die ligt nu voor u. Hierin beschrijven we zaken die we op de locatie Groesbeek belangrijk vinden voor u en uw zoon of dochter. Omdat er ook informatie in opgenomen is die jaarlijks verandert, krijgen de leerlingen deze gids aan het begin van ieder nieuw schooljaar uitgereikt.
De Montessori kalender. Aan het begin van het schooljaar geven we aan uw zoon of dochter een kalender mee, waarop voor het Montessori College alle activiteiten van de verschillende locaties voor schooljaar 2012 – 2013 aangegeven zijn. U kunt dus precies nagaan wanneer er bijvoorbeeld ouderavonden zijn, de rapporten uitgedeeld worden enz. Ik hoop dat deze locatiegids voorziet in een behoefte. De informatie is kort en bondig gehouden. Indien u toch nog zaken mist in deze gids dan zou ik het zeer op prijs stellen, als u contact met me op zou nemen. We kunnen dan een volgende editie nog completer maken. Arianne Nas, Locatieleider Montessori College Groesbeek
39
1.
Algemene informatie
1.1. Adressen en telefoonnummers
Spoorlaan 16 6562AM Groesbeek Tel. 024 – 3995560 E-mail grb.adm@montessoricollege.nl --------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Kwakkenbergweg 33 6523MJ Nijmegen Tel. 024-3283000 E-mail kwb.adm@montessoricollege.nl
Vlierestraat 3 6523EX Nijmegen Tel. 024-3287000 E-mail vli.adm@montessoricollege.nl
Berg en Dalseweg 295 6522CH Nijmegen Tel. 024- 3279100 E-mail bgd.adm@montessoricollege.nl
1.2. Directie en locatieondersteuning Montessori College Groesbeek De locatiedirecteur van de vestiging in Groesbeek is Arianne Nas (a.nas@montessoricollege.nl). De locatieondersteuning bestaat uit:
2.
- de receptie:
Lisette Weijers
- de leerlingenadministratie:
Léthie Schoenmakers en Ruud Peeters.
- de roostermakers:
Léthie Schoenmakers en Lennart van Strien
- de coördinator van de dag:
Eugene Broos
- de onderwijsassistenten:
-Techniek breed:
Theo Thijssen en Max Wagener
-Zorg en Welzijn:
Susan Kersten en Angela Veltmaat
- dienst ICT:
Coskun Artuc, Alex Brandt, Ron van Dijk en Alistair Wildeman
- de conciërges:
Ap van Spierenburg en André Arts
- de huishoudelijke dienst:
Marijke Hendriks, Els van Gerven en Lisette Weijers
Onderwijsaanbod locatie Groesbeek
2.1. De onderbouw In leerjaar 1 en 2 kan de school de leerlingen met een basisschool advies Havo en Vmbo plaatsen. Daarbij zijn ook leerlingen met een Lwoo indicatie welkom. Meestal richten we de onderbouw zo in dat we per leerjaar één aparte klas basisberoepsgerichte leerweg hebben en de andere klassen zijn combinaties van leerwegen. De leerlingen zitten over het algemeen twee jaar bij elkaar in dezelfde klas. Van leerjaar 1 naar 2 behouden ze vaak dezelfde mentor en waar mogelijk dezelfde leerkrachten. Dit laatste biedt een goede mogelijkheid de leerlingen gedurende de eerste twee leerjaren nauwgezet te volgen en met ouders en leerling zorgvuldig te bepalen wat de te volgen leerweg en sector in leerjaar 3 wordt.
40
2.2. De bovenbouw Leerlingen die aan het eind van leerjaar 2 het advies krijgen om Havo te doen, vervolgen hun opleiding op de locatie Vlierestraat in Nijmegen. Op de vestiging in Groesbeek kunnen leerlingen binnen het Vmbo hun opleiding afronden in de Theoretische, de Gemengde, de Kaderberoepsgerichte en de Basisberoepsgerichte leerweg. De afstudeerrichtingen die ze daarbij kunnen volgen zijn: Techniek breed: jongens en meisjes die geïnteresseerd zijn in de wereld van de techniek kunnen zich door dit techniek breed programma beter oriënteren op technische vaardigheden. De keuze voor een specifieke techniek afdeling wordt uitgesteld tot het vervolgonderwijs op het ROC. Zorg en Welzijn breed: huishoudkunde, gezondheidskunde en uiterlijke verzorging zijn in deze afstudeerrichting opgenomen. ICT – route: dit programma laat leerlingen bezig zijn met opdrachten uit de sectoren techniek, zorg en welzijn, economie en landbouw, Verder biedt het ze een uitstekende mogelijkheid tot oriëntatie op de vervolgmogelijkheden in het MBO. De ICT–route geeft leerlingen bovendien een goede aansluiting op vervolgopleidingen in het MBO op het gebied van ICT en multimedia. Binnen Vmbo-T worden alle sectoren als afstudeerrichting aangeboden.
3.
Rooster en lestijden 3.1. De lestijden
Lestijden van het verkort rooster Montessori-breed.
08.30 – 09.40 uur
eerste les
08.30 – 09.30 uur
eerste les
09.40 – 09.55 uur
pauze
09.35 – 10.35 uur
tweede les
09.55 – 11.05 uur
tweede les
10.35 - 11.05 uur
lunchpauze
11.05 – 11.50 uur
derde les
11.05 - 12.05 uur
derde les
11.50 – 12.20 uur
lunchpauze
12.10 – 13.10 uur
vierde les
12.20 – 13.30 uur
vierde les
13.45 – 14.55 uur
vijfde les
---------------------------------------------
-------------------------------------------------
14.55 – 15.05 uur
pauze
13.10 - 13.30 uur
pauze
15.05 – 16.15 uur
zesde les
13.30 – 13.40 uur
zesde les
3.2. Het lesrooster Het overzicht van lestijden hierboven geeft aan, dat er tot 16.15 uur lessen verzorgd worden. Dat is nooit zo voor leerjaar 1 en 2. Zij hebben namelijk geen 6e lesuur in hun rooster en eindigen daarom niet later dan 14.55 uur. Het gedeelte onder de streep geldt dus alleen voor leerjaar 3 en 4.
3.3. Het halfjaar rooster Het kan voorkomen, dat groepen het eerste half jaar 2 uur per week les krijgen in een bepaald vak en andere groepen één uur. Daar staat dan tegenover dat dit in de tweede helft van het jaar natuurlijk andersom is. De wisseling van het rooster van het eerste half jaar naar het tweede half jaar is op maandag 18 januari 2013.
41
3.4. Lesuitval Het is onvermijdelijk dat docenten soms afwezig zijn. Dat betekent niet dat de lessen dan uitvallen. Vrijwel altijd kunnen we een waarnemer inzetten, zeker in leerjaar 1 en 2. Op Montiplaza kunt u onder de knop Ouders Groesbeek –monitor roosterwijzigingen dagelijks nagaan welke wijzigingen er voor uw zoon of dochter van toepassing zijn.
4.
De lessentabel
In de lessentabel kunt u zien hoeveel lessen per vak er wekelijks op het lesrooster van uw zoon of dochter staan. Bij het bekijken van de tabel is het goed te weten dat een lesuur op het Montessori College 70 minuten duurt en het derde uur 40 minuten. Tijdens het derde uur wordt er één keer per week een mentorles gegeven. Tijdens de ander derde uren krijgen de leerlingen een praktijk- of theorievak óf er wordt hulp op maat gegeven. Dit systeem verschilt van het systeem van de keuzewerktijd dat op de locatie Kwakkenbergweg en Vlierestraat wordt aangeboden. Wij zijn tot dit systeem overgegaan om onze leerlingen gerichter ondersteuning te bieden. Het leren kiezen dat wordt beoogd met keuzewerktijd wordt op de locatie Groesbeek binnen de leergebieden, vakken en afdelingen aangeleerd en getraind.
4.1. Leerjaar 1 Vak
Basis Les 2
Nederlands Frans Duits Engels Mens & maatschappij Wiskunde Mens en natuur Kunst en cultuur Bewegingsonderwijs PSO Mentorwerktijd Hulp op maat
2 3 2 4 4 2 1
Totaal
20
werktijd
1 1 3 5
Basis Kader les werktijd 2
2 3 2 4 4 2 1
20
Kader Theor. les werktijd 2 1 2 3 2 4 3 2 1
1 1 3 5
20
1 1 3 5
Kunst en cultuur
=
tekenen, handvaardigheid en drama
Mens & maatschappij
=
aardrijkskunde, geschiedenis en economie
Mens en natuur
=
biologie, verzorging, natuur- en scheikunde en techniek
PSO
=
praktische sectororiëntatie
De kader/theorie klas krijgt gedurende 10 weken een XL programma aangeboden
42
4.2. Leerjaar 2 Basis
Basis Kader les werktijd 2
Vak les 2
Nederlands Frans Duits Engels Mens & Maatschappij Wiskunde Mens en Natuur Kunst en Cultuur Bewegingsonderwijs PSO Mentorwerktijd Hulp op maat Totaal
werktijd
Kader Theor les werktijd 2 2
2 3 2 5 3 2 1
2 3 2 5 3 2 1
1 1 3 5
20
1 1 3 5
20
2 3 2 5 3 2 1
20
1 1 3 5
4.3. Leerjaar 3 VMBO-theoretisch les Nederlands 2 Engels 2 Kunstvakken 1 1 Bewegingsonderwijs 2 Maatschappijleer 1 1 Mentoraat
werktijd
1
Duits Wiskunde Nask 1 Biologie Economie
2 2 2 2 2
ICT
2
2
Totaal
20
5
1 1
TECHNIEK en ICT –ROUTE Basis Les Werktijd Nederlands 2 Engels 1 1 Kunstvakken 1 1 Bewegingsonderwijs 2 Maatschappijleer 1 1 Mentoraat 1 Wiskunde Nask 1 Biologie
2 2
Beroepsvoorbereidend programma Hulp op maat
9
Totaal
20
2
Kader Les 2 2 1 2 1
1 2 2
1
8
2
1 5
Werktijd
1 20
5
43
Nederlands Engels Kunstvakken 1 Bewegingsonderwijs Maatschappijleer 1 Mentoraat
ZORG EN WELZIJN Basis Les Werktijd 2 1 1 1 2 1 1
Kader Les 2 2 1 2 1
1
Wiskunde Nask 1 Biologie
2
2
2
2
Beroepsvoorbereidend programma Hulp op maat
9
Totaal
20
2
8
1 5
Werktijd
1
2 1
20
5
4.4. Leerjaar 4 TECHNIEK EN ICT-ROUTE Basis Les Werktijd Nederlands 2 Engels 1 1 Bewegingsonderwijs 1 Maatschappijleer 1 1 Mentoraat 1 Duits Wiskunde Nask 1 Biologie Economie
2 2
Beroepsvoorbereidend programma Hulp op maat
9
Totaal
18
Kader Les 2 2 1 1
Werktijd
1
3 3
2
8
1 5
2 2
20
5
ZORG EN WELZIJN
Nederlands Engels Bewegingsonderwijs Maatschappijleer 1 Mentoraat Duits Wiskunde Nask 1 Biologie Economie
Basis Les 2 1 1 1
Kader Werktijd 1
Les 2 2 1 1
1
1
2
3
2
3
Beroepsvoorbereidend programma Hulp op maat
9
Totaal
18
2
8
1 5
Werktijd
2 2
20
5
44
VMBO-theoretisch ZORG ECONOMIE en WELZIJN Les W Les Werk erk tijd tij d 3 3 3 1 3 1 1 1 1 1 1 1
TECHNIEK Les
Nederlands Engels Bewegingsonderwijs Maatschappijleer 1 Mentoraat
3 3 1 1
Duits Wiskunde Nask 1 Biologie Economie Beroepsvoorbereidend programma
K-2* 3 3 K-3* K-3*
1
1
Hulp op maat Totaal
Werk tijd
K-2* 3 K-3* 3 K-3*
1 1
1 19/20
5
1 1
K-2* 3 K-3* K-3* 3
1 19/20
5
1
1
GROEN Les
Werk tijd
3 3 1 1
5
Les
Werk tijd
3 3 1 1
1
1
1 K-2* 3 K-3* K-3* K-3*
1 19/20
GEMENGD
1 K-2* 3 K-3* K-3* K-3* 3
1 1* 1* 1*
1
2
1 19/20
5
19/20
5
* K=keuzevak
5.
Onderwijs en begeleiding
5.1.
Actief burgerschap en sociale integratie
Sinds er op 1 februari 2006 een wet in werking is getreden (Wet bevordering actief burgerschap en integratie) heeft de inspectie van het onderwijs daar in het toezichtkader aandachtspunten aan gekoppeld:
“De school draagt zorg voor de kwaliteit van het onderwijs gericht op actief burgerschap en sociale integratie, met inbegrip van het overdragen van kennis over en kennismaking met de diversiteit van de samenleving.” Vanwege art 23 van de Grondwet is de school vrij in het invullen van burgerschapsvorming. De inspectie stelt wel 4 criteria in het toezichtkader waar de school aan moet voldoen: een visie formuleren en een planmatige aanpak aangeven, vermelden hoe je de verantwoording van de invulling regelt, het mag niet strijdig zijn met de basiswaarden van de Nederlandse democratie (bijvoorbeeld discriminatie) en de school moet inzicht geven in mogelijke risico’s, die moet zij signaleren en melden aan de inspecteur (bijvoorbeeld extremistisch gedrag). Het lijkt er sterk op, dat het voorkomen van intolerantie, extremistische ideeën, radicalisering en geweld de voornaamste drijfveren waren om de scholen te bewegen om dit thema in te vullen. Een belangwekkende maatschappelijke opdracht voor het onderwijs in Nederland.
Visie In de visie van het Montessori College staan de volgende kernwaarden centraal:
vertrouwen in ontwikkeling van leerlingen en docenten
gericht op het nemen van toenemende verantwoordelijkheid
accepteren van verschillen tussen mensen
geven van vrijheid in gebondenheid
De ‘eeuwige’ kerndoelstellingen van de school zijn:
iedere leerling kan zich ontwikkelen tot een onafhankelijke persoonlijkheid
iedere leerling verwerft de bekwaamheden die nodig zijn voor studie, werk en samenleving
45
Burgerschap definiëren wij als: “het vermogen van mensen om deel uit te maken van een gemeenschap en daar ook een actieve bijdrage aan te leveren”. Op het microniveau hebben we het dan over schoolburgerschap, we denken hierbij aan onderbouwleerlingen. De kernvraag daarbij is: hoe ga je met elkaar om in de context van de school en hoe kun je daar een actieve bijdrage aan leveren, zodat het een goede, prettige leefgemeenschap is. Het gaat er om samen met de jongeren hun vermogen te bevorderen om ook in gezin, vriendengroepen, clubverband en dergelijke in een leefgemeenschap samen te leven en daaraan ook een actieve bijdrage te leveren. Op een volgend niveau komt maatschappelijke burgerschap en politiek staatsburgerschap in het vizier, dat heeft eerder betrekking op de wat oudere bovenbouwleerlingen. Voor deze groepen leerlingen komt de wat meer klassieke invulling van burgerschap in beeld door aandacht te besteden aan de relatie tussen burger en overheid en thema’s als politieke partijen en stemmen. Daarnaast leren deze leerlingen over andere culturen en over de democratie. Als school moeten we dus een omgeving creëren, waarin jongeren democratische vaardigheden opdoen en burgerschap kunnen leren. Een schoolomgeving die veel regels hanteert zonder discussie en inspraak, biedt die ruimte niet. Het begint dus met een omgeving die vrije ruimte biedt om afstand te nemen van dagelijkse voorvallen door erover te praten en er op te reflecteren, ook om uit te proberen. Een dergelijk pedagogisch kapitaal in de school is heel belangrijk. Onze kernwaarden zijn een prima uitgangspunt voor dagelijkse oefensituaties ten behoeve van dit basale niveau van burgerschap. Als we het perspectief van intolerantie, extremistische ideeën, radicalisering en geweld nemen, dan wordt alles meer op scherp gezet, maar is het ook duidelijker. In het locatiebeleidsplan van de locatie Groesbeek staat verwoord, dat we ons richten op onderwijs volgens de Montessori karakteristieken. Daaronder valt nadrukkelijk ook actief burgerschap. In ons hele onderwijs richten wij ons op de ontwikkeling van leerlingen naar zelfstandigheid. We besteden aandacht aan vakoverstijgende vaardigheden als sociale vaardigheden, nauwkeurigheid, initiatief nemen en zelfsturend zijn. Daarnaast besteden we voortdurend aandacht aan de verbetering van het pedagogische klimaat. Er wordt daarvoor gebruik gemaakt van een time-out voorziening (lokaal 8). Deze maakt het mogelijk om op een gerichte en constructieve manier om te gaan met ongewenst gedrag van leerlingen. Verder worden leerlingen o.a. door de maatschappelijke stage gestimuleerd om actieve burgers te worden. In een aantal leergebieden en vakken wordt expliciet aandacht besteed aan actief burgerschap: Mens en Maatschappij Thema’s:
Eigen dorp/ eigen omgeving Andere religies Politiek (verkiezingen) Regels en wetgeving
Mens en natuur Thema:
Energie en duurzaamheid
Praktische Oriëntatie Projecten:
Leerlingen organiseren bij een zorginstelling activiteiten voor ouderen Leerlingen maken de omgeving vrij van zwerfvuil
46
Biologie Thema:
Natuurgebieden en milieuvervuiling
Werkweek:
Nationaal erfgoed “De Wadden”
Maatschappijleer Thema’s:
Normen en waarden Minderheden
Project:
Scholierenverkiezing
Excursie:
Tweede Kamer
5.2.
De kernteams
De school heeft een kernteam onderbouw en een kernteam bovenbouw. Een kernteam is verantwoordelijk voor het onderwijs en de begeleiding van de groep leerlingen die het onder zijn hoede heeft. Zij vergaderen (twee-)wekelijks op dinsdagmiddag, bespreken dan de gang van zaken in de lessen en zijn daarbij op zoek naar mogelijkheden om het onderwijs en de begeleiding zo goed mogelijk uit te voeren en – daar waar nodig – te verbeteren.
Het kernteam onderbouw Tanja Fricke
(Kernteamcoördinator, t.fricke@montessoricollege.nl)
Monique Noorbergen
(m.noorbergen@montessoricollege.nl)
Peter Vergeer
(p.vergeer@montessoricollege.nl)
Jacqueline de Volder
(j.devolder@montessoricollege.nl)
Het kernteam bovenbouw Coen van der Zouwen
(Kernteamcoördinator, c.vanderzouwen@montessoricollege.nl)
Micha Elout
(m.elout@montessoricollege.nl)
Annelotte Pyrek
(a.pyrek@montessoricollege.nl)
vacature
5.3.
De mentoren
Iedere klas heeft zijn eigen mentor. Meer nog dan de vakdocenten ziet deze erop toe, dat het goed gaat met de leerlingen in de klas, dat de onderlinge sfeer goed is, enz. Als dat nodig is, gaat hij daarover in gesprek met andere leerkrachten, met individuele leerlingen, met groepjes of met de hele klas. Daarnaast neemt de mentor een heleboel organisatorische zaken die met de klas te maken hebben voor zijn of haar rekening. Voor de ouders is de mentor de contactpersoon met de school. Als er iets aan de hand is of in geval van vragen kunnen ze met hem of haar contact opnemen. U kunt bellen naar school of een afspraak maken via de mail. Het adres van de medewerkers is bij ons als volgt opgebouwd: voorletter.achternaam@montessoricollege.nl
De mentoren onderbouw: 1A
Jacqueline de Volder (j.devolder@montessoricollege.nl) en Ineke Simons (i.simons@montessoricollege.nl)
1B
Hans hagemans (h.hagemans@montessoricollege.nl)
2C
Maarten Nas (m.nas@montessoricollege.nl)
47
1A
Menno van der Leer (m.vanderleer@montessoricollege.nl)
2B
Peter Vergeer (p.vergeer@montessoricollege.nl)
2C
Philip Jongeneel (p.jongeneel@montessoricollege.nl)
De mentoren bovenbouw: 3 ICT-route (b/k)
Roland Daanen (r.daanen@montessoricollege.nl)
3 techniek breed (b)
Tom van Hoof (t.vanhoof@montessoricollege.nl)
3 techniek breed (k)
Coen van der Zouwen (c.vanderzouwen@montessoricollege.nl) en Joep payens (j.payens@montessoricollege.nl)
3 Zorg en Welzijn (b/k)
Tom Thorpe (t.thorpe@montessoricollege.nl)
3 Theoretische Leerweg
Lennart van Strien (l.vanstrien@montessoricollege.nl) en Jos Pape (j.pape@montessoricollege.nl)
4 ICT-route (b/k)
Toos Brunet (t.brunet@montessoricollege.nl)
4 techniek breed (b/k)
Aparna Janssen (a.janssen@montessoricollege.nl)
4 Zorg en Welzijn (b/k)
Annie van Summeren (a.vansummeren@montessoricollege.nl)
4 Gemengd-Theoretisch
Suzan Curuk (s.curuk@montessoricollege.nl)
5.4.
De decaan
De decaan is Joep Payens (j.payens@montessoricollege.nl). De decaan heeft een belangrijke taak bij de loopbaanbegeleiding van de leerlingen. Hij ondersteunt kernteams en mentoren bij het samenstellen van een programma, dat leerlingen helpt zicht te krijgen op wat ze willen en wat ze kunnen; belangrijke vragen bij het samenstellen van het vakkenpakket en het kiezen van een vervolgopleiding. Leerlingen en ouders die een gesprek wensen, omdat ze vragen hebben met betrekking tot de keuze die ze moeten maken ten aanzien van vakken en vervolgopleidingen kunnen een afspraak maken voor een individueel gesprek. Leerlingen van een andere school voor voortgezet onderwijs die in willen stromen op de bovenbouw van het Montessori College, voeren altijd eerst een gesprek met de decaan. Hij neemt met ze door wat ze willen, geeft daar ook raad bij en adviseert uiteindelijk het kernteam over de aanname van de leerling.
5.5.
De remedial teacher
De remedial teacher is Moniek Oomens (m.oomens@montessoricollege.nl). Zij begeleidt leerlingen individueel of in kleine groepjes bij problemen die het leren op school (tijdelijk) in de weg staan. Ook ontwikkelt ze voor de begeleiding van leerlingen zogenaamde Hulp Op Maat programma’s die tijdens de KWT-uren gevolgd kunnen worden door leerlingen. Het gaat daarbij om begeleidingsprogramma’s op het gebied van rekenen, begrijpend lezen, spelling, concentratie, fijne motoriek, faalangstreductie en sociale vaardigheden. Van de vorderingen van de leerlingen wordt een verslag gemaakt en dat wordt bij het perioderapport aan de leerling en zijn/haar ouders gegeven.
48
5.6.
De schoolmaatschappelijk werker
De schoolmaatschappelijk werker is Sjef van der Heijden (s.vanderheijden@montessoricollege.nl). We vinden het belangrijk, dat kinderen het goed naar hun zin hebben op school. Soms hebben ze echter problemen die dit eigen welbevinden en ook het welbevinden van anderen in de weg staan. De schoolmaatschappelijk werker voert gesprekken met deze leerlingen, betrekt daar – in overleg met de leerling – vaak ook ouders bij en overlegt met mentoren en docenten over de begeleiding op school.
5.7.
De schoolarts
Vanuit de afdeling Jeugdgezondheidszorg van de GGD is op iedere school een schoolgezondheidsteam aanwezig. Het team bestaat uit een arts en een sociaal verpleegkundige. Doel is de gezondheid van de leerlingen te begeleiden en te bewaken. In het eerste leerjaar krijgen alle leerlingen een onderzoek. De schoolarts Tanja de Best (tbest@ggd-nijmegen.nl) of sociaal-verpleegkundige Wilma Selbach is twee keer per maand op school aanwezig. Leerlingen kunnen op eigen initiatief hun spreekuur bezoeken en kunnen ook uitgenodigd worden. Een overzicht van data waarop de arts of verpleegkundige aanwezig is, hangt in de school. Het telefoonnummer van de GGDis: 024-3297111.
5.8.
De zorgcoördinator
De zorgcoördinator is Moniek Oomens (m.oomens@montessoricollege.nl). Iedere locatie van het Montessori College heeft een zorgcoördinator. Die heeft geen directe begeleidingstaak naar de leerlingen. Wel moet deze er voor zorgen, dat de begeleiding op de vestiging zo goed mogelijk geregeld is en blijft. Er is een zorgplan beschikbaar, waarin de wijze waarop de zorg wordt vormgegeven voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften voor wie een leerlinggebonden budget beschikbaar is.
5.9.
De coördinator van de dag
De coördinator van de dag is Eugene Broos (e.broos@montessoricollege.nl). De locatie Groesbeek heeft een coördinator van de dag aangesteld om leerlingen die vanwege prestatie, gedrag of werkhouding tijdens een les niet in een klassensituatie kunnen blijven kortdurend op te vangen. De coördinator van de dag voert een gesprek met de leerling om na te gaan wat er gebeurd is. De leerling wordt daarna terug verwezen naar de docent en de mentor van de leerling wordt geïnformeerd. De coördinator van de dag heeft ook een rol in het verzuimprotocol.
5.10. De orthopedagoog (breed) Het Montessori College heeft een schoolbrede orthopedagoog (Yvonne van Scherpenzeel-Schuld, y.schuld@montessoricollege.nl) die o.a. verantwoordelijk is voor de informatieoverdracht wat betreft orthopedagogische aangelegenheden (nieuwe en toegestane tests, onderkende diagnoses in relatie tot dispensaties en compensaties op school, ontwikkelingen op het gebied van speciaal onderwijs etc.) tussen het samenwerkingsverband en de zorgcoördinatoren per locatie. Zij draagt mede zorg voor het ontwikkelen van een onderwijssysteem, dat recht doet aan de individuele ontwikkeling en capaciteiten van de leerling passend bij het gangbare onderwijsbeleid binnen het Montessori College.
49
5.11. Zorgadviesteam Het Zorgadviestam is een team van begeleiders van binnen en buiten de school, dat regelmatig met elkaar overlegt. Vanuit de school nemen de zorgcoördinator en de schoolmaatschappelijk werker deel aan dit overleg en van buiten de school zijn de GGD, Jeugdhulpverlening, politie en soms ook de leerplichtambtenaar vertegenwoordigd. Onderwerp van overleg zijn de binnenschoolse en buitenschoolse hulpverlening aan leerlingen en de afstemming daartussen. Doel is een snellere en effectievere begeleiding van leerlingen met problemen. Ook kan dit team vanuit zijn verschillende deskundigheden adviezen geven aan de school over de begeleiding van een leerling.
6.
Een veilige en gezonde school
“Ieder kind heeft recht op een plezierige schooltijd.” Dit is één van de uitgangspunten van het Montessori College. Belangrijke voorwaarde voor een plezierige schooltijd is, dat leerlingen zich veilig voelen. Daaraan werken we voortdurend met de leerlingen. Bijvoorbeeld door tijdens de lessen onderwerpen met betrekking tot sfeer en omgaan met elkaar te behandelen. Natuurlijk treden we tijdens lessen en in de school ook corrigerend op, als we zien dat leerlingen met hun gedrag anderen tekort doen. We vinden het daarbij belangrijk om leerlingen niet alleen vanuit schoolregels aan te spreken, maar we proberen ze door een gesprek ook inzicht te verschaffen in het belang van deze regels. We willen namelijk graag dat leerlingen vanuit eigen inzicht hun gedrag veranderen.
6.1.
Gedragsregels
Als bijlage bij deze locatiegids zijn de gedragsregels die wij op school hanteren opgenomen. Deze gedragsregels worden met de mentor besproken. Respectvolle omgang met elkaar en met de omgeving zijn bij deze afspraken de belangrijkste leidraad.
6.2.
Rookvrije school
De leerlingen mogen in het gebouw en op het schoolplein niet roken.
6.3.
De gezonde schoolkantine
In de kantine proberen we gezondheid de aandacht te geven die het verdient. Met kleine stappen worden ongezonde producten uit het assortiment gehaald en vervangen door gezonde producten. De keuzes hiervoor worden gemaakt in overleg met de leerlingen. We verzoeken ouders om erop toe te zien, dat hun kind geen energiedrankjes mee naar school neemt.
6.4.
Foto’s
Gedurende het schooljaar worden met grote regelmaat foto’s gemaakt van allerlei activiteiten. Selecties van deze foto’s kunnen worden geplaatst op de website van de school (www.montessoricollege.nl) en/of op Montiplaza. Indien u niet wilt, dat fotomateriaal van uw kind verschijnt op bovenstaande sites verzoeken wij u vriendelijk om
50
dat schriftelijk aan de locatieleider te melden.
6.5.
De vertrouwenspersonen
De vertrouwenspersonen zijn Ineke Simons (i.simons@montessoricollege.nl) en Tom Thorpe (t.thorpe@montessoricollege.nl). Veiligheid op school vinden we belangrijk. Dat is terug te vinden in de leefregels, de wijze waarop we daar op toezien en vooral ook in de (preventieve) aandacht die we er aan schenken in lessen. Toch kan het gebeuren, dat leerlingen gepest en gediscrimineerd worden of te maken krijgen met seksueel ongewenst gedrag van anderen. Leerlingen die dit overkomt en niet goed weten hoe ze er iets tegen moeten doen, kunnen terecht bij de vertrouwenspersonen.
6.6.
De klachtenregeling
Naast plichten heeft een leerling ook rechten. Deze staan beschreven in het leerlingenstatuut, dat achterin deze locatiegids als bijlage toegevoegd is. Met eventuele klachten kunnen leerlingen of ouders altijd terecht bij de vakdocent, de mentor, het kernteam en als dat nodig is bij de locatiedirecteur. In uiterste gevallen kan een klacht bij de rector ingediend worden. Voor klachten met betrekking tot ongewenst gedrag (seksuele intimidatie) of klachten die binnen de school niet opgelost kunnen worden, bestaat er een regionale externe klachtencommissie. Het adres van deze commissie is: Klachtencommissie CSN, Postbus 1004, 6501 BA Nijmegen. De uitgewerkte klachtenregeling kan op school opgevraagd worden. De gang van zaken rond klachten die betrekking hebben op het examen is in het examenreglement opgenomen. Leerlingen leerjaar 3 en 4 krijgen dit v贸贸r 1 oktober van het lopend schooljaar bij het Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA).
7.
Communicatie met ouders
7.1.
De ouderavonden
Tijdens een schooljaar organiseren we 4x een ouderavond. De eerste ouderavond is de kennismakingsavond aan het begin van een nieuw schooljaar. Ouders ontmoeten dan de nieuwe mentor en bespreken met hem of haar zaken die voor het betreffende schooljaar van belang zijn. De andere 3 ouderavonden vinden plaats nadat de leerlingen hun rapport mee naar huis gekregen hebben. In november, februari en mei kunnen de ouders n.a.v. het rapport een aantal vakdocenten (en de mentor) spreken. Aan het vierde rapport aan het eind van het schooljaar is geen ouderavond verbonden. Voor alle ouderavonden krijgen de leerlingen een uitnodiging mee bij hun rapport.
51
7.2.
De Monti en nieuwsbrief van de locatie Groesbeek
De Monti is een informatieblad voor de ouders. Mededelingen van de school, de ouderraad, actualiteiten en andere belangrijke zaken worden er in beschreven. Het blad verschijnt tweewekelijks en wordt per e-mail verstuurd. Ouders van de locatie Groesbeek krijgen daarnaast driemaal per jaar een speciale nieuwsbrief over de ontwikkelingen op de locatie Groesbeek. Ook deze nieuwsbrief wordt per e-mail verstuurd.
7.3.
De jaarkalender
Aan het begin van het schooljaar wordt aan alle leerlingen een Montessori kalender meegegeven. Daarop is per maand aangegeven wat er op school aan bijzondere activiteiten georganiseerd wordt. Ook is daarop na te gaan, wanneer er ouderavonden en dergelijke gehouden worden.
7.4.
Brieven aan ouders
Als de school grote activiteiten organiseert die niet in de kalender opgenomen zijn, worden ouders daar door middel van een aparte brief over geïnformeerd. Over activiteiten die wel in de kalender staan, maar wat meer toelichting behoeven, sturen we ook schriftelijke informatie. Voor ouderavonden ontvangen ouders altijd een uitnodiging. De brieven worden via mail gestuurd en geplaatst op Montiplaza onder het kopje ouders Groesbeek brieven/mails.
7.5.
Montiplaza
Voor informatie over de school kunt u de interne siteMmontiplaza gebruiken. Via de inlognaam van uw zoon/dochter kunt u alle informatie bekijken. Aan het begin van het schooljaar 2012-2013 ontvangen de ouders ook zelf een inlogcode. Via Montiplaza kunt u de dagelijkse roosterwijzigingen bekijken : Montiplaza-ouders Groesbeek monitor roosterwijzigingen. De cijfers van de leerlingen staan gepubliceerd in magister dat ook via motiplaza te bereiken is.
7.6.
De website
Op de website van de school staan gegevens die vooral bedoeld zijn voor nieuwe ouders en externe partijen.
7.7.
De ouderraad
De locatie ouderraad vertegenwoordigt de ouders van de leerlingen van het Montessori College Groesbeek. De raad komt vier keer per jaar bij elkaar en bespreekt dan met de schoolleiding actualiteiten uit de school, het voorgenomen onderwijskundig beleid en financiële zaken die de ouders rechtstreeks aangaan. Daarnaast is de ouderraad actief bij het organiseren van grote activiteiten als de Open Dag en de jaarlijkse thema-avond. De schoolleiding stelt de goede communicatie met de ouderraad zeer op prijs en luistert heel zorgvuldig naar deze spreekbuis van “de klant”.
52
7.8.
Tot slot
Het voorgaande maakt duidelijk, dat we een goed contact met de ouders zeer op prijs stellen. Daar hoort ook bij dat we het waarderen als ouders een actieve rol nemen bij het werven of geven van informatie over hun zoon of dochter. Een telefoontje in dat verband met de mentor wordt dus zeer op prijs gesteld.
8.
Schoolafspraken
8.1.
Ziekmelding
Bij afwezigheid wegens ziekte ontvangt de school graag voor 09.30 uur bericht van de ouders. Als de leerling weer terug komt op school, moet hij of zij bij de receptie een brief van de ouders inleveren, waarop vermeld is op welke dagen zoon of dochter ziek thuis was. Wanneer een leerling tijdens schooltijd ziek wordt en naar huis wil, moet hij of zij zich afmelden bij de coördinator van de dag. Hij maakt met een leerling die naar huis gaat altijd de afspraak dat de ouders even naar school bellen als hij of zij thuis aangekomen is. Bovendien moet de leerling bij terugkomst op school een briefje van de ouder inleveren waarop aangegeven staat wat de duur van afwezigheid geweest is.
8.2.
Absentie
Docenten houden tijdens hun lessen bij welke leerlingen niet aanwezig zijn. Mocht daarbij blijken dat leerlingen zonder bericht van de ouders verzuimen dan beschouwen we dat als ongeoorloofde afwezigheid. Leerlingen moeten daarvoor als sanctie uren extra op school werken. Als een leerling vaker zonder toestemming afwezig is, wordt contact opgenomen met de ouders.
8.3.
Verlof
Verlof voor leerlingen moet van te voren door de ouders bij de locatiedirecteur aangevraagd worden. De school gaat er vanuit dat bezoeken aan de arts, het ziekenhuis en dergelijke zoveel mogelijk buiten de schooltijden gepland worden. Verlof voor extra vakantiedagen mag en zal de school niet verlenen.
8.4.
Corvee
Na iedere pauze ruimt een corveeploeg de aula en het buitenplein op. Deze corveeploegen worden samengesteld door de school en leerlingen worden daar bij toerbeurt in geplaatst.
8.5.
Kluisjes
Voor de prijs van € 15,- per jaar kunnen leerlingen een jaar een kluisje huren. Van de € 15,- is € 5,-- borg voor de sleutel. Deze borg krijgen de leerlingen terug als ze hun sleutel weer inleveren. In het kader van veiligheid en hygiëne kan de schoolleiding de inhoud van de leerlingenkluisjes controleren.
53
8.6.
Aansprakelijkheid
De school is niet aansprakelijk voor beschadiging en/of het verdwijnen van eigendommen van de leerlingen
8.7.
Leerlingengegevens
Voor de school is het belangrijk steeds over de juiste gegevens van uw zoon of dochter te beschikken. Daarvoor zijn we aangewezen op uw medewerking als ouder. De belangrijkste zaken zetten we voor u op een rijtje. 
Adres en telefoonnummer. Deze kunnen veranderen in de periode dat uw zoon of dochter bij ons op school zit. Wilt u veranderingen s.v.p. zo snel mogelijk schriftelijk of per e-mail doorgeven aan de leerlingenadministratie (grb.adm@montessoricollege.nl)

Burgerservicenummer. Voor onze leerlingenadministratie hebben we van alle leerlingen het burgerservicenummer (BSN-nummer) nodig. U hebt dit thuisgestuurd gekregen van de Belastingdienst en het is te vinden op het pasje van de ziektekostenverzekering. Het BSN-nummer hebben wij nodig in verband met de Wet Onderwijsnummer, die scholen voor voortgezet onderwijs verplicht dit van al hun leerlingen op te nemen in de leerlingenadministratie. Informatie hierover: Postbus 51, Infolijn, 0800-8051 (gratis) of op internet: www.onderwijsnummer.nl.

Uittreksel persoonsregister. Ook dit uittreksel hebben we nodig voor onze leerlingenadministratie. Leerlingen moeten dit uittreksel inleveren als zij zich inschrijven. Een uittreksel van het persoonsregister is af te halen op het gemeentehuis. Een kopie van zijn/haar identiteitskaart/paspoort of paspoort ouder, waarop de leerling is bijgeschreven.
8.8.
De ouderbijdrage
Alle ouders ontvangen informatie overr de ouderbijdrage zoals vastgesteld voor onze school.
54
9.
Lesvervangende en buitenlesactiviteiten
Leerlingen komen naar school om te leren en leren is eigenlijk niets anders dan de dingen steeds beter gaan doen. Lange tijd hebben we gedacht, dat dit leren het best in de les en het klaslokaal kon plaatsvinden. Dat is niet meer zo. We zijn zelfs van mening, dat de school de wereld om de school veel meer moet gebruiken om leerlingen te laten leren. Dat noemen we ook wel levensecht of betekenisvol leren. Om dit levensechte leren meer kans te geven, organiseren we binnen de school regelmatig activiteiten voor leerlingen die afwijken van het normale lesrooster. Naast de activiteiten die direct gericht zijn op leren, vinden we het op school ook belangrijk leerlingen bezig te laten zijn met activiteiten die de sfeer in de groep en op school verbeteren. We zijn namelijk van mening dat een leerling zich eerst prettig moet voelen en dan pas optimaal kan leren.
9.1.
Introductie eerste schoolweek
In leerjaar 1 en in leerjaar 3 zijn er veel nieuwe leerlingen. Om ervoor te zorgen dat zij zich snel thuis voelen op hun school, verzorgen we voor deze leerjaren een aantal introductie activiteiten in de eerste schoolweek. Daarnaast zien de leerlingen van klas 1 de eerste schoolweek hun mentor heel regelmatig. Die geeft kinderen volop gelegenheid om te komen met hun vragen en neemt zaken met ze door die aan het begin van een nieuw schooljaar belangrijk zijn om te weten.
9.2.
De activiteitenweek
Voor de leerlingen van leerjaar 3 wordt er een schoolreis naar Londen georganiseerd in de week van 10 tot en met 14 september. Voor klas 4 vmbo-t is er een werkweek op Ameland van 8 tot en met 11 oktober. Voor de 4 de klassen basis en kaderberoepsgerichte leerweg worden in de week van 10 tot en met 14 september afdelingsgerichte excursies en activiteiten georganiseerd. Voor de onderbouwklassen is er aan het eind van het schooljaar in de week van 17 tot en met 21 juni een activiteitenweek.
9.3.
Excursies
Door middel van excursies laten we leerlingen zien hoe bepaalde zaken die in de lessen aan de orde waren er in het echt aan toe gaan. Met name in de bovenbouw wordt hier regelmatig gebruik van gemaakt.
9.4.
Stages
Onze leerlingen gaan na hun examen meestal door met een vervolgopleiding in het Middelbaar Beroeps Onderwijs (MBO). We vinden het om die reden belangrijk om ze uitgebreid kennis te laten maken met allerlei aspecten van het beroep. Niet alleen in de kunstmatige situatie op school, maar vooral ook in het echt. Daarom gaan de leerlingen meerdere malen op stage. De leerlingen van de gemengd-theoretische leerweg leerjaar 3 lopen hun stage in maart. De leerlingen van de basis- of kaderberoepsgerichte leerweg leerjaar 3 lopen hun stage aan het einde van het schooljaar.
55
In leerjaar 4 lopen alle leerlingen in maart een stage van 2 weken. Onze ervaring is dat leerlingen tijdens hun stage in veel gevallen een sterke ontwikkeling doormaken.
9.5.
Cultuur
Binnen het Montessori College vinden we het belangrijk dat leerlingen regelmatig in contact komen met diverse uitingen van cultuur. We zorgen er dan ook voor dat ieder leerjaar tenminste 1x per schooljaar een theater bezoekt om te gaan kijken en luisteren naar een toneel-, dans-, of muziekvoorstelling. Soms betekent dit dat we met de leerlingen naar Nijmegen gaan, maar meestal nodigen we een theatergezelschap uit in het Cultureel Centrum de Mallemolen. Voor de leerlingen van leerjaar 2 organiseren we bovendien een kunst- en cultuurroute. Een speurtocht leidt de leerlingen langs kunstwerken, ateliers met kustenaars, exposities en andere zaken die te maken hebben met kust en cultuur. In leerjaar 3 krijgen leerlingen het vak Cultuur en Kunstzinnige Vorming. Vanuit deze lessen maken leerlingen opdrachten die ze helpen zich te verdiepen in diverse culturele onderwerpen. Ze bezoeken daarnaast onder en buiten schooltijd een aantal voorstellingen en maken daar een verslag van.
9.6.
Schoolfeesten
De schoolfeesten organiseren we in De Linde. De data vindt u op de Montessori kalender. Bij deze feesten is altijd personeel van de school aanwezig. Er wordt geen alcohol geschonken. Ook ‘indrinken’ wordt niet op prijs gesteld. Als we ‘bij de deur’ vaststellen, dat een leerling alcohol heeft gebruikt, mag hij/zij niet naar binnen en worden ouders daarvan op de hoogte gesteld.
56
10. Bevorderingsnormen
10.1. Bevorderingsnorm van leerjaar 1 naar leerjaar 2 Een leerling is bevorderd, als er op het eindrapport niet meer dan 2 x het cijfer 5 of 1 x het cijfer 5 en 1 x het cijfer 4 voorkomt. In geval van meer onvoldoendes wordt de leerling door de rapportvergadering besproken. De rapportvergadering adviseert het kernteam. Het kernteam neemt een besluit over de overgang en de te volgen leerweg.
10.2. Bevorderingsnorm van leerjaar 2 naar leerjaar 3 Een leerling is bevorderd, als er op het eindrapport niet meer dan 2 x het cijfer 5 of 1 x het cijfer 5 en 1 x het cijfer 4 voorkomt. De beoordeling geldt voor het niveau waarop de leerling heeft gewerkt. In geval van meer onvoldoendes wordt de leerling door de rapportvergadering besproken. De rapportvergadering adviseert het kernteam. Het kernteam neemt een besluit over de overgang en de te volgen leerweg.
10.3. Bevorderingsnorm van leerjaar 3 naar leerjaar 4 De theoretische en gemengde leerweg Een leerling is bevorderd, als er op het eindrapport niet meer dan 2 x het cijfer 5 of 1 x het cijfer 4 voorkomt. In geval van meer onvoldoendes wordt de leerling door de rapportvergadering besproken. De rapportvergadering adviseert het kernteam. Het kernteam neemt een besluit over de overgang en de te volgen leerweg. Voor het vakkenpakket gelden nog enkele aanvullende eisen: In het gekozen vakkenpakket mag maximaal 1 x het cijfer 5 voorkomen. Het totaal van de 6 examenvakken moet dan echter wel 36 punten zijn. Er mogen geen cijfers lager dan 5 voorkomen in de 6 examenvakken. Bij het samenstellen van het vakkenpakket dient de leerling zich te houden aan de eisen die vanuit de verschillende sectoren gesteld worden ten aanzien van de verplichte vakken. Bij de bevordering naar leerjaar 4 geldt bovendien dat de vakken maatschappijleer 1, ckv, en gymnastiek naar behoren of voldoende afgesloten moeten zijn. In geval van een onvoldoende voor eerdergenoemde vakken kan het kernteam besluiten de leerling een herkansingsopdracht te geven. Deze herkansingsopdracht moet voor de grote vakantie ingeleverd zijn en voldoende beoordeeld worden. Blijft de beoordeling onvoldoende dan heeft de leerling geen recht op een diploma.
De kaderberoepsgerichte leerweg Een leerling is bevorderd, als er op het eindrapport niet meer dan 2 x het cijfer 5 of 1 x het cijfer 4 voorkomt. Het cijfer voor de beroepsvoorbereidende vakken telt hierbij dubbel. In geval van meer onvoldoendes wordt de leerling door de rapportvergadering besproken. De rapportvergadering adviseert het kernteam. Het kernteam neemt een besluit over de overgang en de te volgen leerweg. Als gedurende het derde leerjaar of aan het einde van het derde leerjaar blijkt, dat de kaderberoepsgerichte leerweg te moeilijk is voor een leerling, dan is een overstap naar de basisberoepsgerichte leerweg mogelijk. Zo’n overstap is alleen onmiddellijk na een rapportbespreking mogelijk en geldt voor alle vakken. Bij een overstap naar de basisberoepsgerichte leerweg neem de leerling de behaalde cijfers in de kaderberoepsgerichte leerweg ongewijzigd mee. Bij de bevordering naar leerjaar 4 geldt bovendien, dat de vakken maatschappijleer 1, ckv, gymnastiek naar behoren of voldoende afgesloten moeten zijn. In geval van een onvoldoende voor eerdergenoemde vakken kan
57
het kernteam besluiten de leerling een herkansingsopdracht te geven. Deze herkansingsopdracht moet voor de grote vakantie ingeleverd zijn en voldoende beoordeeld worden. Blijft de beoordeling onvoldoende dan heeft de leerling geen recht op een diploma.
De basisberoepsgerichte leerweg Een leerling is bevorderd, als er op het eindrapport niet meer dan 2 x het cijfer 5 of 1x het cijfer 4 voorkomt. Het cijfer voor de beroepsvoorbereidende vakken telt hierbij dubbel. In geval van meer onvoldoendes wordt de leerling door de rapportvergadering besproken. De rapportvergadering adviseert het kernteam. Het kernteam neemt een besluit over de overgang en de te volgen leerweg. De leerling in de basisberoepsgerichte leerweg kan in leerjaar 3 nog opstromen naar de kaderberoepsgerichte leerweg als resultaten, werkhouding en essentiĂŤle beroepsvaardigheden hiertoe aanleiding geven. Het laatst mogelijke moment van deze overstap is het tweede rapport. Bij de bevordering naar leerjaar 4 geldt bovendien dat de vakken maatschappijleer 1, ckv, en gymnastiek naar behoren of voldoende afgesloten moeten zijn. In geval van een onvoldoende voor eerdergenoemde vakken kan het kernteam besluiten de leerling een herkansingsopdracht te geven. Deze herkansingsopdracht moet voor de grote vakantie ingeleverd zijn en voldoende beoordeeld worden. Blijft de beoordeling onvoldoende dan heeft de leerling geen recht op een diploma.
58
Bijlage
Leerlingenstatuut van het Montessori College, algemeen gedeelte
In dit leerlingenstatuut worden de rechten en plichten van leerlingen van het Montessori College NijmegenGroesbeek beschreven. Dit statuut is in de vergadering van het bestuur van de Stichting Voortgezet Montessori Onderwijs Nijmegen en Omstreken op 26 mei 1998 vastgesteld en treedt op 1 augustus 1998 in werking. Het leerlingenstatuut bestaat uit twee gedeelten: I
algemeen geldende regels voor alle leerlingen.
II
per locatie toegevoegde regels, die alleen voor de leerlingen van die locatie gelden.
Het algemene gedeelte maakt deel uit van de bijlagen van het Medezeggenschapsreglement. Algemeen art. 1
Leerlingen gaan met andere leerlingen en met medewerkers om op grond van wederzijds respect, als basis voor een veilig klimaat.
art. 2
Leerlingen hebben recht op goed onderwijs en een goede begeleiding; medewerkers moeten hun best doen om dat te bereiken.
art. 3 a.
Leerlingen moeten hun best doen om het onderwijs en de begeleiding zo goed mogelijk te laten verlopen.
b.
Leerlingen zijn verplicht aanwezig te zijn in de lessen.
art. 4
Daar waar leerlingen zelf verantwoordelijkheid kunnen dragen, mogen zij er op rekenen dat hen die verantwoordelijkheid gegeven wordt. Medezeggenschap
art. 5
Leerlingen overleggen geregeld met het kernteam of het locatieberaad over alle aangelegenheden, die van belang zijn voor de leerlingen. In gedeelte II van dit statuut wordt vastgesteld over welke onderwerpen leerlingen mee mogen beslissen en over welke onderwerpen leerlingen om advies worden gevraagd. Dit deel II wordt onder verantwoordelijkheid van de locatiedirectie opgesteld na raadpleging van de kernteams, leerlingen en locatieouderraad. Ingevolge artikel 33 van het Medezeggenschapsreglement vindt het overleg met de leerlingenraad op de locatie plaats als ware het de leerlingengeleding van de MR. De locatieleerlingenraad wordt samengesteld uit vertegenwoordigers van alle klassen.
art. 6
Leerlingen en docenten overleggen regelmatig over de inhoud en werkwijze van de lessen/begeleiding. Tenminste 1 keer per jaar worden leerlingen in de gelegenheid gesteld om de gang van zaken in de les en de rol van de docent daarbij schriftelijk te evalueren aan de hand van een vragenlijst. De docent bespreekt de resultaten van die enquĂŞte met de klas.
Toetsing, beoordeling en bepaling van de schoolloopbaan art. 7
De docent overlegt met de klas of de leerling over inhoud, vorm en planning van de toetsing. Daarbij vindt in principe geen toetsing plaats de dag na feestdagen en vakanties.
art. 8
De docent kijkt het werk binnen een week na, tenzij overmacht in het spel is (waarvan leerlingen zo spoedig mogelijk op de hoogte gebracht worden).
art. 9
De docent beoordeelt het werk (bijvoorbeeld met een cijfer) en maakt de leerling de motivatie van de beoordeling duidelijk (bijvoorbeeld via scores). Docent en leerling proberen beiden om zo veel mogelijk te leren van gemaakte toetsen.
59
Een leerling kan altijd om bespreking van de gemaakte toets vragen en van de beoordeling. Indien de leerling ook na herhaald overleg het niet eens is met een beoordeling, kan de leerling het kernteam verzoeken te bemiddelen. Het kernteam komt tot een bindende uitspraak. art. 10
Leerling en docent hebben de plicht om toetsen voldoende te (laten) maken. Indien een toets toch onvoldoende gemaakt wordt dient er een weg uitgestippeld te worden om alsnog een voldoende resultaat te halen. Dit kan bijvoorbeeld betekenen dat de toets herhaald wordt of dat in een volgende toets de gemiste stof alsnog ingehaald wordt. De leerling moet daartoe initiatieven nemen. Leerling en docent besluiten in onderling overleg dat een bepaald gedeelte als onvoldoende wordt afgetekend indien naar het oordeel van beiden herkansing geen zin meer heeft. Voor het schoolexamen, onderdeel van het eindexamen gelden aparte regels.
art. 11
De leerling heeft recht op een duidelijk proces voor de bepaling van de schoolloopbaan (verwijzing naar schoolsoort zoals vwo, havo, vmbo en afdeling), dat tenminste enige maanden in beslag neemt met regelmatige tussenevaluaties. Het kernteam neemt uiteindelijk de beslissing. Indien een leerling het oneens is (of blijft) met het resultaat van een verwijzingsproces betekent dat dat het proces niet goed gelopen is, omdat acceptatie van de uitkomst onderdeel is van het proces.
Gebruik ICT-voorzieningen art. 12
Algemeen ICT-voorzieningen worden beschikbaar gesteld voor onderwijsdoeleinden. Bij gebruik hiervan dienen leerlingen zich te houden aan de gedragsregels zoals deze zijn vastgelegd in het document ‘Gedragsregels gebruik ICTvoorzieningen’ en aan mondeling dan wel schriftelijk gegeven aanwijzingen van personeelsleden.
art. 13
Sancties Bij misbruik van de voorzieningen zullen door het kernteam of de locatieleiding disciplinaire maatregelen worden genomen. Na overleg met de leerling kan dit resulteren in het met directe ingang afsluiten van de toegang tot de voorzieningen. De ouders worden van de maatregel op de hoogte gebracht. In geval van een ernstig misdrijf of een overtreding kan worden overgegaan tot het doen van aangifte bij de politie. Klachtenregeling
art. 14
Indien de leerling klachten heeft over de prestaties van de docent en bespreking daarvan met de docent niet tot gewenst resultaat leidt, wendt de leerling zich tot het kernteam. Het kernteam hoort de leerling en bespreekt de klacht met de docent. Indien het resultaat van deze acties onvoldoende is, kan de leerling (of het kernteam) de klacht neerleggen bij de locatiedirectie.
art. 15
In geval er sprake is van ongewenst gedrag (waaronder seksuele intimidatie) kan volgens het daarvoor speciaal opgestelde reglement gehandeld worden.
art. 16
Binnen het Montessori College wordt er naar gestreefd om conflicten daar op te lossen waar ze ook ontstaan. Alle betrokkenen hebben daar een inspanningsverplichting toe. In geval een conflict niet tot een oplossing gebracht kan worden, kan de leerling een officiĂŤle klacht deponeren bij het kernteam of de locatiedirectie (afhankelijk van de aard van het conflict), liefst schriftelijk. De locatiedirectie (of het kernteam) nodigt de leerling uit voor een mondelinge toelichting op de klacht, waarna de directie (het kernteam) aangeeft hoe de klacht verder behandeld wordt. Altijd wordt afgesproken op welk moment met de leerling het resultaat van de acties besproken wordt. Indien de leerling ontevreden is over de afhandeling van de klacht, kan de leerling de klacht indienen bij de klachtencommissie van de school, die een advies aan het bestuur zal geven.
60
Bijlage
Gedragsregels voor leerlingen
Respect voor elkaar
We hebben aandacht en waardering voor elkaar. Pesten doen we niet.
Elke leerling luistert, als hij of zij wordt aangesproken door een volwassene.
Bij ons in school gedragen we ons rustig. Er wordt niet gerend, geduwd en geschreeuwd.
We spreken beschaafd en gebruiken gepaste omgangsvormen.
Als leerling heb je het recht om achteraf met je mentor te bespreken of je misschien onterecht behandeld bent.
Respect voor je omgeving
We eten en drinken alleen op pauzeplaatsen, geen energydrankjes!!!
We houden het gebouw en alle materialen schoon en beschadigen niets.
Er wordt op school niet gerookt.
Binnen de les staat je telefoon uit behalve als het vanwege de les noodzakelijk is om een telefoon te gebruiken.
Discipline
We zijn op tijd in de les.
We hebben onze spullen in orde en zijn goed voorbereid.
We hebben het huiswerk af.
We verlaten tijdens de lesdag het schoolterrein niet.
61
Locatiegids, locatie Kwakkenbergweg
Schooljaar 2012-2013
62
Inleiding De schoolleiding van het Montessori College vindt het belangrijk dat leerlingen en hun ouders goed geĂŻnformeerd zijn over allerlei zaken die de school betreffen. Omdat er sprake is van heel veel informatie, hebben we nagedacht over de wijze waarop we deze het best aan u kunnen aanbieden. Dit leidde tot de volgende documenten:
De locatiegids. Die ligt nu voor u. Hierin beschrijven we zaken die we op de locatie Kwakkenberg belangrijk vinden voor u en uw zoon of dochter. Omdat er ook informatie in opgenomen is die jaarlijks verandert, krijgen de leerlingen deze gids aan het begin van ieder nieuw schooljaar uitgereikt.
De Montessori kalender. Aan het begin van het schooljaar geven we aan uw zoon of dochter een kalender mee, waarop voor het Montessori College alle activiteiten van de verschillende locaties voor schooljaar 2012–2013 aangegeven zijn. U kunt dus precies nagaan wanneer er bijvoorbeeld ouderavonden zijn, de rapporten uitgedeeld worden enz.
Stephan Haukes, Locatieleider Montessori College Kwakkenberg
63
1.
Algemene informatie
1.1.
Adressen en telefoonnummers
Berg en Dalseweg 295 6522CH Nijmegen Tel. 024- 3279100 Email bgd.adm@montessoricollege.nl
Spoorlaan 16 6562AM Groesbeek Tel. 024 – 3995560 Email grb.adm@montessoricollege.nl
Kwakkenbergweg 33 6523MJ Nijmegen Tel. 024-3283000 Email kwb.adm@montessoricollege.nl
Vlierestraat 3 6523EX Nijmegen Tel. 024-3287000 Email vli.adm@montessoricollege.nl
1.2.
Directie en locatieondersteuning Montessori College Kwakkenberg
De locatiedirectie van de Kwakkenberg wordt gevormd door Stephan Haukes. De locatieondersteuning bestaat uit: - locatieondersteuner:
Gabriëlle Franquinet
- de locatieadministratie:
Martien Geurts
- de receptie:
Marion Driessen en Gerrie Jochijms
- de roostermakers:
Gabriëlle Franquinet en Jos de Lange
- de conciërges:
Ton Berg, Henk de Bruin, John Cocu en Gerrie Jochijms.
- de mediatheek:
Ingrid Aaldering en Marjolijn Abbink
64
2.
Onderwijsaanbod
2.1.
Missie/visie
Onze missie/visie wordt gestuurd door het gedachtegoed van Maria Montessori. De volgende zes karakteristieken staan hierin centraal:
Totale ontwikkeling: Vraagt om allround leraarschap: kennis van cognitieve, sociale, emotionele en morele ontwikkeling en de vaardigheden om deze kennis om te zetten naar enerzijds het ontwerpen of uitvoeren van uitdagend leermateriaal, anderzijds vaardigheden om leerlingen op deze gebieden te be geleiden. Aangezien de meeste methodes vakgebonden zijn en zich beperken tot cognitieve vaardigheden, wordt van leraren een veel breder palet aan vaardigheden gevraagd.
Leren keuzes maken: Leraren zijn in staat een programma te ontwerpen, waarin voldoende keuzemogelijkheden zijn opgenomen, zodat leerlingen in staat worden gesteld werkelijk zelfstandig en (afhankelijk van leeftijd en niveau) autonoom te werken. Een basisvoorwaarde hiervoor is, dat leraren vertrouwen stellen in de capaciteiten van hun leerlingen en bereid zijn te aanvaarden, dat leerlingen fouten maken en daarvan kunnen leren.
Leren door reflectie: Vraagt van leraren, dat zij in staat zijn om door observatie vast te stellen hoever leerlingen zijn in hun ontwikkeling en dat zij over vaardigheden beschikken om dit in dialoogvorm met leerlingen te bespreken en hen zelf aan het denken te zetten. Deze leerdialogen vormen een belangrijk onderdeel van onderwijs en werkbegeleiding op een Montessorischool. Om anderen te helpen bij reflectie is het noodzakelijk, dat leraren over de vaardigheid beschikken om te kunnen reflecteren op hun eigen werk.
Leren als sociaal proces: Dit vraagt van leraren, dat zij in staat zijn leerlingen te leren samenwerken. Hiervoor is de vaardigheid vereist om materiaal te ontwerpen of te gebruiken, dat geschikt is voor samenwerking, en leerlingen te begeleiden bij het samenwerken, zodat ze zelfstandig met elkaar werken en van elkaar kunnen leren en individueel en gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor het werk, dat zij maken. Hier geldt eveneens, dat het leren samenwerken van leerlingen gespiegeld wordt in de eigen onderwijspraktijk: leraren moeten in staat zijn samen te werken met anderen bijvoorbeeld in de vakgroep of het kernteam.
Samenhang in leerstof: Creativiteit wordt gevraagd bij het ontwerpen van leermateriaal, aangezien de meeste methodes zich tot één vak beperken. Onderliggend is er kennis over kennisontwikkeling, met name over de verhouding tussen het leren in grotere gehelen en meer gedetailleerde kennis. De collegebrede vakgroep is verantwoordelijk voor de doorlopende leerlijn en de kwaliteit van het vakonderwijs, ook als dat vak ergens in het traject in een leergebied is versleuteld.
Beeld op buitenschoolse en binnenschoolse verbredings- en verdiepingselementen: Bij het leren binnen en buiten school dienen leraren een beeld te hebben welke buitenschoolse en binnenschoolse elementen het leren van leerlingen kunnen verbreden en verdiepen. Het vraagt om een
65
nieuwsgierigheid en creativiteit, waarbij het lesgeven niet stopt bij de methode die gebruikt wordt. Het werk van leerlingen buiten school brengen en betekenisvol maken vereist reflectievaardigheden .
2.2.
De onderbouw
In leerjaar 1 en 2 kan de school in principe alle leerlingen plaatsen. Dat wil zeggen dat leerlingen met een basisschool advies VWO/HAVO en VMBO er terecht kunnen. Daarnaast zijn ook leerlingen met een Lwoo indicatie welkom. Wij werken met de volgende klassen: VWO-Plus, VWO/HAVO Cultuurprogramma, VWO/HAVO, HAVO/VMBO-T, VMBO-T/ VMBO-K en VMBO-K/VMBO-B. De leerlingen zitten over het algemeen twee jaar in dezelfde klas. Van leerjaar 1 naar 2 behouden ze vaak dezelfde mentor en waar mogelijk dezelfde leerkrachten. Dit laatste biedt een goede mogelijkheid de leerlingen gedurende de eerste twee leerjaren goed te volgen en met ouders en leerling zorgvuldig te bepalen wat de te volgen leerweg en sector in leerjaar 3 worden.
2.3.
De bovenbouw
Leerlingen die aan het eind van leerjaar 2 het advies krijgen om VMBO-T, HAVO of VWO te doen, vervolgen hun opleiding op de locatie Vlierestraat in Nijmegen. VMBO-T leerlingen kunnen op de Vlierestraat Technologie en KCM (Kunst, Cultuur en Multimedia) volgen. Zij kunnen VMBO-T echter ook in Groesbeek volgen. Op de locaties Berg en Dalseweg en Groesbeek kunnen leerlingen binnen het VMBO hun opleiding afronden in de Kaderberoepsgerichte en de Basisberoepsgerichte leerweg. De afstudeerrichtingen die ze daarbij kunnen volgen zijn:
Techniek Breed:
kennismaking met deelgebieden techniek als bouw, metaal, electro, domotica, pneumatiek, installatietechniek en mechatronica resulterend in diploma techniekbreed.
Zorg en Welzijn breed: huishoudkunde, gezondheidskunde en uiterlijke verzorging zijn in dit vak opgenomen.
ICT–route:
dit programma laat leerlingen bezig zijn met techniek, zorg en welzijn, economie en landbouw, en biedt een uitstekende mogelijkheid tot oriëntatie op de vervolgmogelijkheden in het MBO. De ICT–route geeft leerlingen bovendien een goede aansluiting op alle vervolgopleidingen in het MBO.
66
3.
Rooster en lestijden
3. 1.
Het lesrooster
Het overzicht van lestijden geeft aan, dat er tot 16.15 uur lessen verzorgd worden. De eerste en tweede klassen hebben bij uitzondering een vijfde uur les. Dat zijn dan voornamelijk LO-lessen. Reguliere lestijden 08.30 – 09.40 uur
eerste les
Lestijden van het verkort rooster (VR) 08.30 – 09.30 uur eerste les
09.55 – 11.05 uur
tweede les
09.35 – 10.35 uur
tweede les
11.10 – 11.50 uur
derde les (kwt)
10.35 – 11.05 uur
pauze
11.50 – 12.20 uur
lunchpauze
11.05 – 12.05 uur
derde les
12.20 – 13.30 uur
vierde les
12.10 – 13.10 uur
vierde les
13.30 – 13.45 uur
pauze
13.10 – 13.30 uur
pauze
13.45 – 14.55 uur
vijfde les
13.30 – 14.30 uur
vijfde les
14.55 – 15.05 uur
pauze
15.05 – 16.15 uur
zesde les
3.2.
Het halfjaar rooster
Bij een aantal lessen kennen we de regeling, dat ze slechts een half jaar gegeven worden. Voor uw zoon of dochter betekent dit bijvoorbeeld, dat hij of zij in leerjaar 1 het eerste half jaar 2 lessen verzorging per week krijgt en het tweede half jaar nog 1 uur. Daar staat dan tegenover dat hij of zij het eerste half jaar 1 les per week economie heeft en de tweede helft van het jaar 2 lessen. Dit soort situaties kan ook bij andere vakken en in andere leerjaren voorkomen. De wisseling van het rooster van het eerste half jaar naar het tweede half jaar is op maandag 28 januari 2013.
3.3.
Lesuitval
Het is onvermijdelijk dat docenten soms afwezig zijn. Dat betekent niet dat de lessen dan uitvallen. Leerlingen hebben dan een zogenaamd stipuur. Vrijwel altijd kunnen we een waarnemer (bij ons beter bekend als stipper) inzetten. Op Montiplaza kunnen leerlingen en ouders nagaan welke roosterwijzigingen van toepassing zijn.
67
4.
De lessentabel
In de lessentabel kunt u zien hoeveel lessen per vak er wekelijks op het lesrooster van uw zoon of dochter staan. Bij het bekijken van de tabel is het goed te weten dat een lesuur op het Montessori College 70 minuten duurt en een keuzewerktijd (KWT) 40 minuten. LEERJAAR 1
vmbo -b/k
vmbo-t/k
havo/ vmbo-t
vwo/havo vwo/havo vwo/havo vwo plus
B-kwadraat
+ Spaans Cultuur
+ Spaans
vwo plus + Cambridge Engels
VAK
Nederlands
2
Frans
2
1
2
2
2
1
1
2
2
2
2
2
1,5
1,5
2
2
2
2
2
1,5
1,5
Duits Engels
2
1
Cambridge Engels geschiedenis
1
0,5
aardrijkskunde
1
1,5
1
1
1
1
1
2
2
2
1,5
1,5
mens&maatschappij
2
wiskunde
2
2
2
biologie
1
2
1,5
nask verzorging
2
economie techniek
2
1
1,5
1
tekenen
1
1
1
1
1
1
1
1
handvaardigheid
1
1
1
1
1
1
1
1
1
muziek intermezzo
1
drama
1
1
1
1
1
1
1
1
lichamelijke opv.
2
2
2
2
2
2
2
2
2,5
2,5
2,5
2,5
2,5
2
2
2
2
2
natuurwetenschap
2
wereldbeeld & taal
2
Spaans
1
filosofie
1
1
onderzoek
2
2
20
20
0,5
denklessen mentorles/trv* TOTAAL
1
2
0,5
20
20
20
0,5
0,5
0,5
20
21
20
* aantal lessen Spaans en Engels in vwo hangt af van keuze Spaans/Cambridge Engels * trv = taal, rekenen en verdieping
68
LEERJAAR 2
vmbo -b/k vmbo-t/k
havo/ vmbo-t
vwo/havo vwo/havo + Spaans
vwo/havo vwo plus Cultuur
vwo plus
+ Cambridge Engels
+ Spaans
VAK
Nederlands
2
2
1
2**
1,5
1,5
1
1
2*
2
2
2
1,5
1,5
1,5
1,5
2
2
2
2
1,5
1,5
1,5
2
2
2
2
2
2
1,5
1,5
Frans Duits Engels
1
Cambridge Engels geschiedenis
0,5
aardrijkskunde
0,5
1
1
1
1
1
1
2**
2
2
2
2
0,5
0,5
0,5
0,5
0,5
mens&maatschappij
2
wiskunde
2
2
2
natuur/scheikunde
1
1
1
verzorging
2
1
1
economie
1
1
0,5
techniek
1
1
1
tekenen
1
0,5
0,5
0,5
0,5
1
0,5
0,5
handvaardigheid
1
0,5
0,5
0,5
0,5
0,5
0,5
0,5
1
1
1
1
1
0,5
0,5
biologie
muziek
**
intermezzo
0,5
drama lichamelijke opv.
2
1 2
2
natuurwetenschap
2
wereldbeeld & taal
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
1,5
Spaans
1
filosofie
1
1
onderzoek
2
2
20,5
20,5
denklessen mentor TOTAAL
1
1
20
20
0,5
0,5
0,5
0,5
20
20
21
20
e
* in vmbo-tk 2 jaar is Frans keuzevak: leerlingen zonder Frans krijgen extra lesuren techniek en verzorging ** in vwo/havo worden leerlingen zonder Spaans door ons op basis van hun kwaliteiten ingedeeld voor 0,5 lesuur Nederlands, wiskunde of intermezzo
69
5.
Onderwijs en begeleiding
5.1.
De kernteams
De Kwakkenberg heeft 4 kernteams. Een kernteam is verantwoordelijk voor het onderwijs en de begeleiding van de groep leerlingen die het onder zijn hoede heeft. Zij vergaderen een aantal keren per maand, bespreken dan de voortgang van de leerlingen, de gang van zaken in de lessen en zijn daarbij op zoek naar mogelijkheden om het onderwijs en de begeleiding zo goed mogelijk uit te voeren. Wij kennen de volgende 4 kernteams met de bijbehorende coördinatoren: -
Kernteam VWO/HAVO 1-2
coördinator Roger Cox
-
Kernteam HAVO/VWMBO-T 1-2
coördinator Roelant Wijngaards
-
Kernteam VMBO-TK 1-2
coördinator Wim Eikholt
-
Kernteam VMBO-BK (BKwadraat) 1-2
coördinatoren Sandra Bemelmans en Gijs van Hout
5.2.
De mentoren
Iedere klas heeft zijn eigen mentor. Meer nog dan de vakdocenten zien zij erop toe, dat het goed gaat met de leerlingen in de klas, dat de onderlinge sfeer goed is, enz. Als dat nodig is, gaan zij daarover in gesprek met andere leerkrachten, met individuele leerlingen, met groepjes of met de hele klas. Daarnaast neemt de mentor een heleboel organisatorische zaken, die met de klas te maken hebben, voor zijn of haar rekening. Voor de ouders is de mentor de contactpersoon met de school. Als er iets aan de hand is – of in geval van vragen – kunnen de ouders met hem of haar contact opnemen. U kunt bellen naar school of een afspraak maken via de mail. Het adres van de medewerkers is bij ons als volgt opgebouwd: voorletter.achternaam@montessoricollege.nl De klassen en mentoren: 1a
Emily Tri
e.tri@montessoricollege.nl
1b
Karen Brouwer
k.brouwer@montessoricollege.nl
1c
Hans de Leeuw
h.deleeuw@montessoricollege.nl
1d
Jos de Lange
j.delange@montessoricollege.nl
1e
Paula Ferreira Brochado
p.ferreira@montessoricollege.nl
1f
Gordana Nastic
g.nastic@montessoricollege.nl
1g
Stephanie Stut
s.stut@montessoricollege.nl
1h
Roos de Paepe
r.depaepe@montessoricollege.nl
1j
Silvia Sommerdijk
s.sommerdijk@montessoricollege.nl
1k
Ahmed el Malki
a.elmalki@montessoricollege.nl
1l
Paul Lubbers
p.lubbers@montessoricollege.nl
1m
Sandra Bemelmans
s.bemelmans@montessoricollege.nl
2a
Gabriëlle Franquinet
g.franquinet@montessoricollege.nl
2b
Margot van Neerven/Gerard Slot
m.vanneerven@montessoricollege.nl / g.slot@montessoricollege.nl
2c
Jappi Kersten/ Wim Veldkamp
j.kersten.@montessoricollege.nl / w.veldkamp@montessoricollege.nl
2d
Merel Bardoel / Margo van Duuren
m.bardoel@montessoricollege.nl / m.vanduuren@montessoricollege.nl
2e
Marjan Pleiter
m.pleiter@montessoricollege.nl
2f
Wim van Gelderen
w.vangelderen@montessoricollege.nl
2g
Ariëtta Brouwer
a.brouwer@montessoricollege.nl
70
2h
Rolf de Thouars
r.dethouars@montessoricollege.nl
2j
Arjan Pieters
a.pieters@montessoricollege.nl
2k
Joan van Aar / Wilbert Lamers
j.vanaar@montessoricollege.nl / w.lamers@montessoricollege.nl /
2l
Gijs van Hout
g.vanhout@montessoricollege.nl
2m
Harriët Custers
h.custers@montessoricollege.nl
5.3.
De decaan
De decaan is Ab Wit ( a.wit@montessoricollege.nl ). De decaan heeft een belangrijke taak bij de loopbaanbegeleiding van de leerlingen. Hij ondersteunt kernteams en mentoren bij het samenstellen van een programma, dat leerlingen helpt zicht te krijgen op wat ze willen en wat ze kunnen of bij belangrijke vragen in verband met het samenstellen van het vakkenpakket en het kiezen van een vervolgopleiding. Leerlingen en ouders die vragen hebben over de te maken keuze voor vakken en vervolgopleidingen, kunnen een afspraak maken voor een individueel gesprek.
5.4.
De remedial teacher
De remedial teachers zijn Marie-Louise van den Berg (m.vandenberg@montessoricollege.nl), Harriët Custers (h.custers@montessoricollege.nl) , Anne Miek Leclerq (a.leclercq@montessoricollege.nl) en Karin Nuij (k.nuij@montessoricollege.nl). Zij begeleiden leerlingen individueel of in kleine groepjes bij problemen die het leren op school (tijdelijk) in de weg staan. Ook geven zij en andere docenten ondersteuning tijdens de kwt-uren. Het gaat daarbij om begeleidingsprogramma’s op het gebied van rekenen, begrijpend lezen, spelling, concentratie, fijne motoriek, faalangstreductie en sociale vaardigheden. Over de begeleiding van de leerlingen is contact met de ouders.
5.5.
De schoolmaatschappelijk werker
De schoolmaatschappelijk werker is Ria Groenen ( r.groenen@montessoricollege.nl). We vinden het belangrijk, dat kinderen het goed naar hun zin hebben op school. Soms hebben ze echter problemen die dit eigen welbevinden en ook het welbevinden van anderen in de weg staan. De schoolmaatschappelijk werker voert gesprekken met deze leerlingen, betrekt daar – in overleg met de leerling – vaak ook de ouders bij en overlegt met mentoren en docenten over de begeleiding op school.
5.6.
De schoolarts en sociaal verpleegkundige
Vanuit de afdeling Jeugdgezondheidszorg van de GGD is op iedere school een gezondheidsteam aanwezig, dat bestaat uit een arts en een sociaal verpleegkundige. Doel is de gezondheid van de leerlingen te begeleiden en te bewaken. Op het Montessori College Kwakkenberg zijn schoolarts Herma Hepark en Merit Boele-van Hensbroek sociaal verpleegkundige. De sociaal verpleegkundige komt tijdens een lesuur kennismaken met de leerlingen uit klas 1, waarbij informatie wordt gegeven over het spreekuur en hoe het gezondheidsteam kan worden bereikt. Dit schooljaar wordt een
71
deel van de leerlingen in het 1e jaar (leerlingen uit VMBO B/K) onderzocht, het andere deel komt volgend jaar in klas 2 aan de beurt. Het onderzoek vindt zonder ouders of verzorgers plaats. Er wordt vanuit gegaan, dat de ouders toestemming geven voor het onderzoek. Eventueel bezwaar kan gemeld worden bij het gezondheidsteam. De sociaal verpleegkundige houdt op school spreekuur. Leerlingen kunnen dit op eigen initiatief bezoeken en uitgenodigd worden na aanmelding door docent of ouders. Een overzicht van data waarop de schoolarts en sociaal verpleegkundige aanwezig zijn, hangt in de school. De leerling kan afhankelijk van het probleem verwezen worden naar de schoolarts. Voor vragen kunt u bellen of schrijven met GGD Regio Nijmegen Afdeling Jeugdgezondheidszorg, Postbus 1120, 6501 BC Nijmegen, tel. 024-3297111 (maandag t/m vrijdag van 08.30 – 14.00 uur).
5.7.
De vertrouwenspersonen
De vertrouwenspersonen zijn Karin Nuij ( k.nuij@montessoricollege.nl) en Wim Eikholt ( w.eikholt@montessoricollege.nl). Veiligheid op school vinden we belangrijk. Dat is terug te vinden in de leefregels, de wijze waarop we daar op toezien en vooral ook in de (preventieve) aandacht die we er aan schenken in lessen. Toch kan het gebeuren dat leerlingen gepest en gediscrimineerd worden of te maken krijgen met seksueel ongewenst gedrag door of van anderen. Leerlingen die dit overkomt en niet goed weten hoe ze er iets tegen moeten doen, kunnen terecht bij de vertrouwenspersonen. Ook kan via de GGD een beroep worden gedaan op een externe vertrouwenspersoon via 024-3722721.
5.8.
De zorgcoördinator
De zorgcoördinator is Petra van den Akker ( p.vandenakker@montessoricollege.nl ). Iedere locatie van het Montessori College heeft een zorgcoördinator. Deze heeft geen directe begeleidingstaak naar de leerlingen. Wel moet hij of zij ervoor zorgen, dat de begeleiding op de locatie zo goed mogelijk geregeld is en blijft. Elke locatie heeft een zorgplan, dit staat op Montiplaza.
5.9.
Zorgadviesteam
Het Zorgadviesteam is een team van begeleiders van binnen en buiten de school, dat regelmatig met elkaar overlegt. Vanuit de school nemen de zorgcoördinator en de schoolmaatschappelijk werker deel aan dit overleg en van buiten de school zijn de GGD, Jeugdhulpverlening en ook de leerplichtambtenaar vertegenwoordigd. Onderwerp van overleg zijn de binnenschoolse en buitenschoolse hulpverlening aan leerlingen en de afstemming daartussen. Doel is een snellere en effectievere begeleiding van leerlingen met problemen. Ook kan dit team vanuit zijn verschillende deskundigheden adviezen geven aan de school over de begeleiding van een leerling.
5.10. Wijze waarop aan zorg wordt vormgegeven Doelstelling: leer mij het zelf te doen In de pedagogische doelstelling van het Montessori onderwijs staan de ontwikkeling van de persoonlijkheid, het verwerven van handelingsbekwaamheid en de groei van kind naar volwassene centraal. Om tot echt leren te kunnen komen, is een passende zorgstructuur van belang, waarbij een goede afstemming plaatsheeft tussen de
72
verschillende medewerkers van het Montessori College, eventuele externe begeleiders, de ouders en de leerling. Deze zorgstructuur is voor alle leerlingen belangrijk, maar noodzakelijk voor die leerling bij wie de sociaalemotionele ontwikkeling en/of leerontwikkeling extra aandacht vraagt. De geboden zorg staat altijd in het teken van de vergroting van de zelfredzaamheid van de leerling onder het motto: leer mij het zelf te doen. Een actieve houding van ouders en leerlingen is voorwaarde voor succes in de toekomst. In ons zorgplan kunt u lezen wat de taken en verantwoordelijkheden zijn in dit proces.
5.11. Actief burgerschap en sociale integratie Inleiding Sinds er op 1 februari 2006 een wet in werking is getreden (Wet ter bevordering actief burgerschap en integratie) heeft de inspectie van het onderwijs daaraan in het toezichtkader aandachtspunten gekoppeld:
“De school draagt zorg voor de kwaliteit van het onderwijs gericht op actief burgerschap en sociale integratie, met inbegrip van het overdragen van kennis over en kennismaking met de diversiteit van de samenleving”. Visie In de visie van het Montessori College staan de volgende kernwaarden centraal:
vertrouwen in ontwikkeling van leerlingen en docenten
gericht op het nemen van toenemende verantwoordelijkheid
accepteren van verschillen tussen mensen
geven van vrijheid in gebondenheid De ‘eeuwige’ kerndoelstellingen van de school zijn:
iedere leerling kan zich ontwikkelen tot een onafhankelijke persoonlijkheid
iedere leerling verwerft de bekwaamheden die nodig zijn voor studie, werk en samenleving Burgerschap definiëren wij als: het vermogen van mensen om deel uit te maken van een gemeenschap en daar ook een actieve bijdrage aan te leveren. Het Montessorionderwijs heeft vanuit zijn pedagogische opvatting al een focus op persoonsvorming bij leerlingen. Daarnaast is er een cultuur waarin betrokkenheid en participatie van leerlingen, medewerkers en ouders vanzelfsprekend zijn. Binnen de vaklessen doen leerlingen kennis op van democratie en leren zij over andere culturen. Dit vindt specifiek plaats in de mentorlessen in leerjaar 1 en 2, in de lessen mensa (mens en samenleving) in leerjaar 3 HAVO en VMBO-T, en in de lessen geschiedenis en maatschappijleer. In het functioneren in de schoolgemeenschap leren leerlingen “sociaal te zijn”, leren ze “mee te doen” en om een bijdrage te leveren aan een “belevenis voor anderen”. Daarnaast zijn er nog de volgende activiteiten die bijdragen aan het behalen van beschreven doelen:
-
leerlingenraad: leerlingen vertegenwoordigen hun eigen groep in het overleg met de locatiedirecteur
-
activiteitenweek (goede doelen actie): leerlingen maken een keuze voor een goed doel en zorgen voor een opbrengst door activiteiten en werkzaamheden te doen
-
maatschappelijke stages: leerlingen doen werkzaamheden buiten de school ten behoeve van anderen.
73
6.
Een veilig schoolklimaat
“Ieder kind heeft recht op een plezierige schooltijd”. Dit is één van de uitgangspunten van het Montessori College. Belangrijke voorwaarde voor een plezierige schooltijd is dat leerlingen zich veilig voelen. Daaraan werken we voortdurend met de leerlingen. Bijvoorbeeld door tijdens de lessen onderwerpen met betrekking tot sfeer en omgaan met elkaar te behandelen. Natuurlijk treden we tijdens lessen en in de school ook corrigerend op, als we zien dat leerlingen met hun gedrag anderen tekort doen. We vinden het daarbij belangrijk om leerlingen niet alleen vanuit schoolregels aan te spreken, maar we proberen ze door een gesprek ook inzicht te verschaffen in het belang van deze regels. We willen namelijk graag dat leerlingen vanuit eigen inzicht hun gedrag veranderen.
6.1.
Leefregels
Met de leerlingen bespreken wij aan het begin van het schooljaar de regels die we op school hanteren. Respectvolle omgang met elkaar en met de omgeving zijn bij deze afspraken de belangrijkste leidraad. In ieder lokaal hangen uitdagende posters met hierop onze leefregels. In dit kader volgen we met al onze medewerkers het PBS (positive behaviour support) programma.
6.2.
De vertrouwenspersonen
De vertrouwenspersonen zijn Karin Nuij en Wim Eikholt. Zie 5.7.
6.3.
De klachtenregeling
Naast plichten heeft een leerling ook rechten. Deze staan beschreven in het leerlingenstatuut, dat op school opgevraagd kan worden. Met eventuele klachten kunnen leerlingen of ouders altijd terecht bij de vakdocent, de mentor, het kernteam en als dat nodig is bij de locatiedirecteur. In uiterste gevallen kan een klacht bij de bestuurder/rector ingediend worden. Voor klachten met betrekking tot ongewenst gedrag (seksuele intimidatie) of klachten die binnen de school niet opgelost kunnen worden, bestaat er een regionale externe klachtencommissie. Het adres van deze commissie is: Klachtencommissie CSN, Postbus 40020, 6504 AA Nijmegen. De uitgewerkte klachtenregeling kan op school opgevraagd worden.
6.4.
Langdurige ziekte
De mentor neemt het initiatief om het schoolwerk zo goed mogelijk door te laten gaan en stimuleert contact met klasgenoten.
6.5.
Contacten met politie
Wij hebben goede contacten met onze schoolagenten, zodat we in goed overleg problemen kunnen voorkomen en oplossen. Onze schoolagenten zijn: Ton Weemen en Jolanda Donkers.
74
7.
Communicatie met ouders
Wij vinden het als Montessori college heel belangrijk, dat de ambitie waarmee een leerling op onze school start ook wordt gerealiseerd. Een goed contact met de ouders is hiervoor belangrijk. De ouders of verzorgers worden bij adviezen en beslissingen over de schoolloopbaan betrokken.
7.1.
Studieplanner
Het communicatiemiddel dat ouders dagelijks in kunnen zien is de studieplanner. Via de studieplanner kunnen ouders het leerproces van kinderen volgen en indien nodig ook met de mentor of docent schriftelijk communiceren. In de studieplanner noteren VMBO leerlingen de lesinhoud, VWO/HAVO en VWO-PLUS leerlingen schrijven op waaraan zij in de les werken. Docenten maken regelmatig een notitie in de studieplanner om de ouder(s) op de hoogte te houden van de ontwikkelingen van hun kind. De mentor vult samen met de leerling de reflectiepagina’s in.
7.2.
Montiplaza
De speciaal opgezette website www.montiplaza.nl is hét communicatiemiddel van het Montessori College voor leerlingen, ouders en personeel. Onder meer huiswerk en lesinhoud worden hierop door de docenten vermeld, zodat ouders en leerlingen een vrijwel continu overzicht hebben van hetgeen in de lessen gebeurt.
7.3.
De ouderavonden
Tijdens een schooljaar organiseren we 4 x een ouderavond. De eerste is de kennismakingsavond aan het begin van het schooljaar. Ouders ontmoeten dan de nieuwe mentor en bespreken met hem of haar zaken die voor het betreffende schooljaar van belang zijn. Omdat ouders vanuit thuis in kunnen loggen in ons administratiesysteem en dus te allen tijde de cijfers van hun zoon/dochter kunnen zien, reiken wij twee rapporten uit, in februari en in juni. In december, februari en april zijn er ouderavonden waarin ouders of verzorgers gesprekken aanvragen bij de vakdocenten en mentoren. De aanwezigheid van de leerlingen bij deze gesprekken vinden we belangrijk, het gaat immers over hen. Tussentijds contact met de mentor of vakdocent is ook altijd mogelijk. Ieder jaar organiseren we minstens één thema avond voor de ouders of verzorgers. In leerjaar 2 wordt er door de decaan een informatieavond georganiseerd over de te kiezen sectoren in het VMBO. Via de mail worden alle ouders uitgenodigd om in te tekenen via Montiplaza voor deze avonden.
7.4.
De Monti
De Monti is een digitaal informatieblad voor de ouders met mededelingen over allerlei activiteiten in en rond het onderwijs op ons college. Het blad verschijnt om de paar weken, u kunt zich digitaal abonneren via onze website www.montessoricollege.nl.
75
7.5.
De Montessori kalender
Aan het begin van het schooljaar krijgen alle leerlingen de Montessori kalender. Daarop is per maand aangegeven welke bijzondere activiteiten georganiseerd worden. Ook is te zien wanneer er ouderavonden en dergelijke gehouden worden.
7.6.
Mail/Brieven aan ouders
Als Montessori College vinden wij het belangrijk de ouders goed te informeren over activiteiten op school en andere zaken die de leerlingen betreffen. Over grotere activiteiten die niet op de jaarkalender opgenomen zijn, worden ouders door middel van een aparte mail geĂŻnformeerd (ouders, waarvan wij niet over een mailadres beschikken, ontvangen een brief). Over activiteiten die wel op de jaarkalender staan, maar wat meer toelichting behoeven, sturen we ook een mail. Alle mails/brieven worden ook geplaatst op Montiplaza. Hebt u uw e-mail adres nog niet doorgegeven aan de locatieadministratie, dan kunt u dit alsnog doen bij kwb.adm@montessoricollege.nl onder vermelding van naam en klas van de leerling. Verzoek eventuele wijzigingen van uw email adres tijdig door te geven.
7.7.
De website
Onze website www.montessoricollege.nl is vooral bestemd voor toekomstige leerlingen en hun ouders. Alle informatie voor de huidige leerlingen en hun ouders staat op Montiplaza.
7.8.
De ouderraad
De locatie ouderraad vertegenwoordigt de ouders van de leerlingen van het Montessori College Kwakkenberg. De raad komt ongeveer 1x per maand bij elkaar en bespreekt dan met de schoolleiding actualiteiten uit de school, het voorgenomen onderwijskundig beleid en financiĂŤle zaken die de ouders rechtstreeks aangaan. Tijdens de eerste vergadering wordt een nieuwe voorzitter gekozen.
7.9.
Tot slot
Het voorgaande maakt duidelijk, dat we een goed contact met de ouders zeer op prijs stellen. Daar hoort ook bij dat we het waarderen als ouders een actieve rol nemen bij het geven van informatie over hun zoon of dochter. Een telefoontje in dat verband met de mentor wordt dus zeer op prijs gesteld. Heeft u eens een opmerking of vraag die niet direct op de mentor gericht is, dan kunt u ook altijd bellen of mailen naar de locatiedirecteur Stephan Haukes ( s.haukes@montessoricollege.nl ).
76
8.
Schoolafspraken en verzuimprotocol
8.1.
Verzuimprotocol
Het Montessori College hanteert een verzuimprotocol, waarin de procedure wordt beschreven voor de behandeling van het schoolverzuim en aanverwante zaken. Dit protocol is opgesteld in overleg met de afdeling Leerplicht van de gemeente Nijmegen. Het verzuimprotocol is te vinden op Montiplaza. In het verzuimprotocol wordt aandacht besteed aan melden, registreren en onderzoeken van verzuim, te laat komen. Aan de orde komen verder langdurig en zorgwekkend verzuim en extra verlof inclusief het aanvragen hiervan. Op Montiplaza vindt u het formulier om verlof aan te vragen.
8.2.
Ziekmelding
Bij afwezigheid wegens ziekte ontvangt de school graag voor 08.30 uur bericht van de ouders. Wij zijn telefonisch bereikbaar van maandag tot en met donderdag van 08.00 uur tot 17.00 uur en vrijdag van 08.00 uur tot 16.00 uur. Wanneer een leerling tijdens schooltijd ziek wordt en naar huis wil, moet hij of zij zich afmelden bij de dagopvang. De dagopvang belt met thuis, dat de leerling ziek is en naar huis komt. Bovendien moet de leerling bij terugkomst op school een briefje van de ouder inleveren waarop aangegeven staat wat de duur van afwezigheid geweest is.
8.3.
Absentie
Docenten houden tijdens hun lessen bij welke leerlingen niet aanwezig zijn. Mocht daarbij blijken, dat leerlingen zonder bericht van de ouders verzuimen dan beschouwen we dat als ongeoorloofde afwezigheid. Leerlingen moeten daarvoor als sanctie extra op school werken. Als een leerling zonder toestemming afwezig is, wordt contact opgenomen met de ouders. In Magister kunt u te allen tijde de informatie over de aan- en afwezigheid van uw kind vinden.
8.4.
Verlof
Verlof voor leerlingen moet van te voren door de ouders bij de locatiedirectie aangevraagd worden. De school gaat er van uit dat bezoek aan de arts, het ziekenhuis en dergelijke zoveel mogelijk buiten de schooltijden gepland worden. Verlof voor extra vakantiedagen verleent de school alleen onder de wettelijke voorwaarden.
8.5.
Corvee
Na iedere pauze ruimt een corveeploeg de aula en het plein op. Deze corveeploegen worden samengesteld door de conciĂŤrges en leerlingen worden daarin bij toerbeurt geplaatst.
77
8.6.
Kluisjes
Voor de prijs van € 15,- per jaar kunnen leerlingen een jaar een kluisje huren. Van de € 15,- is € 5,-- borg voor de sleutel. Deze borg krijgen de leerlingen terug als ze hun sleutel weer inleveren. In het kader van veiligheid kan de schoolleiding de inhoud van de leerlingenkluisjes controleren.
8.7.
Aansprakelijkheid
De school is niet aansprakelijk voor beschadiging en/of het verdwijnen van eigendommen van de leerlingen.
8.8.
Leerlingengegevens
Voor de school is het belangrijk dat we steeds over de juiste gegevens van uw zoon of dochter beschikken. Daarvoor zijn we aangewezen op uw medewerking als ouder.
Adres, telefoonnummer en email adres kunnen veranderen in de periode dat uw zoon of dochter bij ons op school zit. Wilt u veranderingen s.v.p. zo snel mogelijk schriftelijk doorgeven aan de leerlingenadministratie of via kwb.adm@montessoricollege.nl.
In geval van nood: hebben wij een telefoonnummer nodig waarnaar wij kunnen bellen.
8.9.
Burgerservicenummer/legitimatiebewijs
Voor onze leerlingenadministratie hebben we van alle leerlingen het burgerservicenummer (BSN-nummer) nodig. U hebt dit thuisgestuurd gekregen van de Belastingdienst en het is te vinden op het pasje van de ziektekostenverzekering. Het BSN-nummer hebben wij nodig in verband met de Wet Onderwijsnummer, die scholen voor voortgezet onderwijs verplicht dit van al hun leerlingen op te nemen in de leerlingenadministratie. Ook vragen wij een uittreksel van de leerling uit het bevolkingsregister of een kopie van zijn/haar paspoort/identiteitskaart. Leerlingen moeten dit inleveren als zij zich inschrijven. Een uittreksel van het bevolkingsregister is af te halen op het gemeentehuis.
8.10. Fotografie/film Bij veel activiteiten en festiviteiten op onze school worden foto’s en of filmpjes gemaakt, deze worden vaak op de websites Montiplaza en www.montessoricollege.nl geplaatst om ze met ouders, andere leerlingen of collega’s te delen. Het kan ook zijn, dat we uit deze foto’s/films willen putten om te laten zien aan anderen wat er allemaal op onze school gebeurt. Voorbeelden hiervan zijn: illustraties op de Montessori jaarkalender, gebruik in het voorlichtingsmateriaal of het aantrekkelijker maken van een notitie. Als u hier bezwaar tegen heeft dan moet u dit melden bij de leerlingenadministratie.
78
9.
Lesvervangende en buitenlesactiviteiten
Leerlingen komen naar school om te leren en leren is eigenlijk niets anders dan de dingen steeds beter gaan doen. Lange tijd hebben we gedacht dat dit leren het best in de les en het klaslokaal kon plaatsvinden. Dat is niet meer zo. We zijn zelfs van mening dat de school de wereld om de school veel meer moet gebruiken om leerlingen te laten leren. Dat noemen we ook wel levensecht of betekenisvol leren. Om dit levensechte leren meer kans te geven, organiseren we binnen de school voor de leerlingen regelmatig activiteiten die afwijken van het normale lesrooster. Naast de activiteiten die direct gericht zijn op leren, vinden we het op school ook belangrijk leerlingen bezig te laten zijn met activiteiten die de sfeer in de groep en op school verbeteren. We zijn namelijk van mening dat een leerling zich eerst prettig moet voelen en dan pas optimaal kan leren. Hieronder staan enkele voorbeelden van dit soort lesvervangende en buitenles activiteiten.
9.1.
Introductie eerste schoolweek
In leerjaar 1 zijn er veel nieuwe leerlingen. Om ervoor te zorgen dat zij zich snel thuis voelen op onze school, verzorgen we een introductieprogramma op de eerste schooldag. Daarnaast zien de leerlingen de eerste schoolweek iedere dag tijdens het kwt hun mentor. Die geeft kinderen volop gelegenheid om te komen met hun vragen en neemt zaken met ze door die aan het begin van een nieuw schooljaar belangrijk zijn om te weten.
9.2.
De activiteitenweek
Aan het begin van een nieuw schooljaar starten veel leerlingen in een nieuwe klas. Voordat zo’n klas echt een groep is, moeten de leerlingen eerst een groepsvormingsproces doormaken. De activiteitenweek is een goede manier om dit proces van groepsvorming te versterken. Daarnaast kunnen wij leerlingen goed observeren, zodat wij leerlingen beter kunnen begeleiden.
9.3.
Excursies
Door middel van excursies laten we leerlingen zien hoe bepaalde zaken, die in de lessen aan de orde komen, er in het echt aan toe gaan. Als er een excursie wordt gehouden, wordt hierover een mail aan de ouders gestuurd.
9.4.
Cultuur
Binnen het Montessori College vinden we het belangrijk dat leerlingen regelmatig in contact komen met diverse uitingen van cultuur. Belangrijk uitgangspunt is dat leerlingen zelf actief zijn. We organiseren tal van activiteiten, waarin de actieve cultuurbeleving ons uitgangspunt is, zoals dansmanifestaties, museumbezoek, gedichtdagen, een culturele avond, kunst-kwt, broodje cultuur en de kunst- en cultuurroute. Sinds oktober 2009 is het Montessori College officieel gecertificeerd CultuurProfielSchool.
79
9.5.
Sportspecialisatie
Vorig jaar zijn we gestart met het aanbieden van sportspecialisatie. Leerlingen die het leuk vinden om naast de twee uur reguliere lessen lichamelijke opvoeding nog eens een extra (zesde) lesuur en een kwt (derde uur) te volgen kunnen zich hiervoor aanmelden. De sportspecialisatie start na de herfstvakantie. Tot aan de herfstvakantie hebben de nieuwe brugklassers de tijd om te wennen aan de overgang van de basisschool naar het voortgezet onderwijs. De leerlingen die aan de sportspecialisatie mee willen doen komen uit verschillende klassen. In het eerste jaar ligt de nadruk vooral op verdieping van de lesstof en zullen kinderen veel extra beweegtijd krijgen. In het tweede leerjaar zullen leerlingen op een eenvoudige manier ontdekken hoe het is om een eventuele baan in de sport in de toekomst te hebben. Kinderen moeten iets meer zaken organiseren en geven in een veilige leeromgeving les aan een klein groepje. Dit alles om de doorstroom naar de sportspecialisatie in de bovenbouw soepel te doen verlopen.
9.6.
Schoolfeesten
De schoolfeesten organiseren we meestal in De Linde in Groesbeek. De data vindt u op de Montessori kalender. Bij deze feesten is altijd personeel van de school aanwezig. Er wordt niet gerookt en geen alcohol geschonken. IntroducĂŠs zijn niet toegestaan.
80
10.
Bevorderingsnormen
10.1. Dakpanklassen We werken meestal met dakpanklassen: VWO/HAVO, HAVO/VMBO-T, VMBO-T/VMBO-K, VMBO-K/VMBO-B. Daarnaast hebben wij ook klassen VWO-Plus en bieden wij in HAVO/VWO de mogelijkheid voor een cultuurprogramma. In principe blijft zo’n klas twee jaar bij elkaar. Dat betekent dat een leerling naar twee niveaus kan doorstromen: het hoogste en het laagste.
10.2. Bevorderingsnorm van leerjaar 1 naar leerjaar 2 Een leerling is bevorderd als er op het eindrapport niet meer dan 2 x het cijfer 5 of 1 x het cijfer 4 voorkomt. In geval van meer onvoldoendes wordt de leerling door de rapportvergadering besproken. De rapportvergadering adviseert het kernteam. Het kernteam neemt een besluit over de overgang en de te volgen leerweg.
10.3. Bevorderen naar het juiste niveau Om na twee jaar het juiste vervolgniveau te bepalen adviseert de rapportvergadering na de eerste periode (eind januari) het kernteam. Het kernteam neemt een besluit over de te volgen leerweg. Op cognitief niveau geldt het cijfer 7,5 als een richtlijn. Verder wegen werkhouding, sociaal-emotionele ontwikkeling en inzet mee in de afweging.
10.4. Bevorderingsnorm van leerjaar 2 naar leerjaar 3 Een leerling is bevorderd als er op het eindrapport niet meer dan 2 x het cijfer 5 of 1 x het cijfer 4 voorkomt. Voor bevordering naar hoog of laag niveau zie 10.2 en 10.3. In geval van meer onvoldoendes wordt de leerling door de rapportvergadering besproken. De rapportvergadering adviseert het kernteam. Het kernteam neemt een besluit over de overgang en de te volgen leerweg.
81
11.
Bijlage overzicht docenten en vakken
Joan van Aar Petra van den Akker Ferdinand Balk Hans Bazuin Merel Bardoel Sandra Bemelmans Marie-Louise van den Berg Ariëtta Brouwer Karen Brouwer Willemien ten Cate Roger Cox Harriët Custers Ward Derks Margo van Duuren Wim Eikholt Ahmed El Malki Christine Elout Paula Ferreira Brochado Gabriëlle Franquinet Wim van Gelderen Chris Gielen Koen van der Hagen Mirjam Hartog Marion Heijkers Ria Hendriks Gijs van Hout Guido Jansen Jappi Kersten Wilbert Lamers Jos de Lange Anne Miek Leclercq Hans de Leeuw Marie-José Lieferink Paul Lubbers Annelies Martens Pernella Melissen Mariëlle de Moel Gordana Nastic Margot van Neerven Karin Nuij Roos de Paepe Arjan Pieters Marjan Pleiter Lia van Raak Gerard Slot Silvia Sommerdijk Henk Stockmans Dick Stoel Stephanie Stut Heleen Suurmeijer Rolf de Thouars Emily Tri Wim Veldkamp Corinne Wijnen Roelant Wijngaards Ab Wit
Engels zorgcoördinator muziek frans en wiskunde lichamelijke opvoeding Engels, m&m en trv biologie, m&m, nask, verzorging en remedial teacher Nederlands, trv en wbt Nederlands en wbt Nederlands Frans wiskunde, trv en remedial teacher filosofie Spaans Duits wiskunde en trv Nederlands lichamelijke opvoeding Duits aardrijkskunde verzorging en wiskunde lichamelijke opvoeding wbt techniek tekenen en handvaardigheid Duits, intermezzo, m&m, Nederlands en trv muziek naw en techniek lichamelijke opvoeding, sportspecialisatie en trv wiskunde remedial teacher denkles, naw, onderzoeksmiddag drama economie, m&m, Nederlands en trv handvaardigheid en verzorging naw onderzoeksmiddag wiskunde handvaardigheid en tekenen Frans en remedial teacher Frans en trv lichamelijke opvoeding en trv Nederlands en wbt biologie drama en economie geschiedenis, trv en wbt denkles, filosofie en onderzoeksmiddag wbt aardrijkskunde, economie en trv Frans nask, techniek en trv Engels Engels en Cambridge Engels tekenen Engels tekenen en decaan
Betekenis afkortingen vakken: m&m nask naw trv wbt
= mens en maatschappij = natuur- en scheikunde = natuurwetenschappen = taal, rekenen en verdieping = wereldbeeld en taal
82
Locatiegids, locatie Vlierestraat
Schooljaar 2012-2013
83
Inleiding Het Montessori College hecht eraan om ouders en leerlingen tijdig en volledig te informeren. Algemene informatie over de school en over actuele onderwerpen is in de eerste plaats te vinden op onze website www.montessoricollege.nl. Om de stroom aan informatie die daarnaast jaarlijks vanuit de school naar ouders en leerlingen toe gaat te structureren, brengen wij in totaal drie informatiebronnen uit. In de eerste plaats de schoolgids van het Montessori College. Deze gids bevat algemene informatie die voor alle locaties ĂŠn voor meerdere jaren geldt. Hij is bestemd voor alle leerlingen en hun ouders en wordt in klas 1 uitgereikt. Naast de algemene schoolgids ontvangen de leerlingen en hun ouders jaarlijks per locatie een zogenaamde locatiegids die meer specifieke informatie bevat over het onderwijs op de locatie. De kalender tenslotte vormt de derde informatiebron. De kalender geeft aan wanneer welke activiteiten plaatsvinden, zodat u bijvoorbeeld kunt nagaan wanneer rapporten worden uitgedeeld en wanneer de ouderavonden zijn. Ik hoop dat deze locatiegids voorziet in een behoefte. De informatie is kort en bondig gehouden in de verwachting dat daarmee het gebruik van de gids wordt gediend. Mocht u constateren dat uw informatiebehoefte verder gaat, dan wil ik u vragen om daarover contact op te nemen met de locatie-ouderraad. In het overleg dat wij met elkaar hebben zal de gids worden geĂŤvalueerd en kunnen uw reacties worden meegenomen. Jan Triepels
Schoolgids schooljaar 12-13
84
1
Algemene informatie
1.1
Adres en telefoonnummer
Montessori College Vlierestraat 3 6523 EX Nijmegen tel (024) 3287000 fax (024) 3605766 e-mail administratie: vli.adm@montessoricollege.nl
1.2
Onderwijsaanbod
Vwo
leerjaar 3,4,5,6
Havo
leerjaar 3,4,5
Vmbo-t
leerjaar 3,4
De klassen 4, 5 en 6 van vwo en havo en de klassen 3 en 4 van vmbo-t vormen samen de bovenbouw.
1.3
Organisatie van de locatie Vlierestraat
Locatiedirectie:
Jan Triepels
Locatieondersteuning: Algemene - en leerling-zaken:
Hans Brüning
Absentie en verlofregistratie:
Huub van Beekum, Charlotte Seegers
Roosterzaken:
Letty van Gemert
Leerlingenadministratie:
Monique Heeren, Debby Hengst, Willemien Geboers
Conciërges:
Giel Jongerius, Willie Verhoeven
Mediatheek:
Joan Krüsemann, Marjolijn Peters, Cora Verhoeven
Decanen: Vmbo-t
Hans Brüning
Havo/vwo
Gottfried Erdtsieck
Schoolmaatschappelijk werk:
Ria Groenen
Kernteam Coördinatoren: T3/4
Hans Brüning
H/V3
Anke van Lankvelt
H4/5
Marion van Hoof
V4/5/6
Anne-Marie van de Wiel
1.4
Leerlingenadministratie
De leerlingenadministratie is in de grote pauze geopend voor de leerlingen.
1.5
Schoolkosten
Gedurende het schooljaar wordt u geconfronteerd met allerlei kosten in verband met school. Niet alleen vanwege kosten die door het Montessori College worden gerekend maar ook wegens kosten als gevolg van de aanschaf van studiematerialen. Schoolgids schooljaar 12-13
85
Behalve de kosten voor boekentas, agenda, schrijfmateriaal en dergelijke zijn er voor alle leerlingen nog de volgende kosten: -
boeken worden gratis door de school verstrekt. Wel wordt een borg van u gevraagd. Het bedrag voor de borg is: € 75,- . Dit bedrag krijgt u bij het beëindigen van de schoolcarrière van uw zoon of dochter retour indien geen sprake is van beschadiging of vermissing van boeken.
-
vrijwillige ouderbijdrage € 10,- en algemene ouderbijdrage (doelheffingen) € 40,-.
-
kosten voor jaarlijks terugkerende activiteitenweek/excursies: afhankelijk van de activiteiten varieert het bedrag tussen € 45,- en € 165,-.
-
kosten voor incidentele excursies (afhankelijk van het jaarlijkse wisselende aanbod) worden extra in rekening gebracht.
-
grafische rekenmachine: voor leerlingen in klas 4 havo/vwo en hoger met wiskunde, economie of management & organisatie in hun pakket.
1.6
Benodigdheden voor de lessen Lichamelijke Opvoeding
Als sportkleding voor binnen (herfstvakantie tot april) zijn nodig een korte sportbroek of een trainingsbroek (kleur zwart), T-shirt (kleur wit) en zaalgymschoenen die niet afgeven of buiten gedragen worden. Als sportkleding voor buiten (april tot de herfstvakantie) zijn een korte sportbroek of een trainingsbroek (kleur zwart), T-shirt (kleur wit), windjack of sweater en buitensportschoenen (advies kunstgrasschoenen) nodig. L.O. buiten is op de velden van de Trekvogels; van de leerlingen wordt verwacht dat ze met hun eigen fiets en op tijd naar de sportlocatie komen. (Zonder enig commercieel belang voor de school: leerlingen van het Montessori College Nijmegen krijgen 10% korting op sportkleding en sportschoenen bij Richard Kregting, Paul Krugerstraat 109 te Nijmegen).
1.7
Tegemoetkoming schoolkosten
Indien u een bijstandsuitkering of minimumloon heeft, kunt u vaak via de gemeente een tegemoetkoming in de studiekosten aanvragen, zie www.leergeld.nl/nijmegen.
1.8
Ouderraad locatie Vlierestraat
Bij het begin van het schooljaar kunnen ouders zich opgeven als lid van de ouderraad en op die manier hun actieve bijdrage leveren aan het beleid van de school. De locatie-ouderraad (LOR) kan bereikt worden via de leerlingenadministratie of via het eigen emailadres: lor.vli@montessoricollege.nl.
1.9
Kwaliteit van het onderwijs
Op de website van het Montessori College wordt in de loop van het schooljaar informatie geplaatst over de kwaliteit van het onderwijs op onze school. Daarnaast kunt u op www.kwaliteitskaart.nl nagaan hoe de onderwijsresultaten van het Montessori College zich verhouden tot de landelijke resultaten.
1.10
Actief burgerschap en sociale integratie
Sinds er op 1 februari 2006 een wet in werking is getreden (Wet ter bevordering actief burgerschap en integratie) heeft de inspectie van het onderwijs daaraan in het toezichtkader aandachtspunten gekoppeld:
“De school draagt zorg voor de kwaliteit van het onderwijs gericht op actief burgerschap en sociale integratie, met inbegrip van het overdragen van kennis over en kennismaking met de diversiteit van de samenleving”. Visie In de visie van het Montessori College staan de volgende kernwaarden centraal:
vertrouwen in ontwikkeling van leerlingen en docenten
gericht op het nemen van toenemende verantwoordelijkheid Schoolgids schooljaar 12-13
86
accepteren van verschillen tussen mensen
geven van vrijheid in gebondenheid De ‘eeuwige’ kerndoelstellingen van de school zijn:
iedere leerling kan zich ontwikkelen tot een onafhankelijke persoonlijkheid
iedere leerling verwerft de bekwaamheden die nodig zijn voor studie, werk en samenleving Burgerschap definiëren wij als: het vermogen van mensen om deel uit te maken van een gemeenschap en daar ook een actieve bijdrage aan te leveren. Het Montessorionderwijs heeft vanuit haar pedagogische opvatting al een focus op persoonsvorming bij leerlingen. Daarnaast is er een cultuur waarin betrokkenheid en participatie van leerlingen, medewerkers en ouders vanzelfsprekend zijn. Binnen de vaklessen doen leerlingen kennis op van democratie en leren zij over andere culturen. Dit vindt specifiek plaats in de mentorlessen in leerjaar 1 en 2, in de lessen mensa (mens en samenleving) in leerjaar 3 havo en vmbo-t, en in de lessen geschiedenis en maatschappijleer. In het functioneren in de schoolgemeenschap leren leerlingen “sociaal te zijn”, leren ze “mee te doen” en om een bijdrage te leveren aan een “belevenis voor anderen”. Daarnaast zijn er nog activiteiten die bijdragen aan het behalen van beschreven doelen, een aantal voorbeelden:
-
leerlingenraad/klankbordgroep: leerlingen vertegenwoordigen hun eigen groep in het overleg met de locatiedirecteur en/of het kernteam,
-
maatschappelijke stages: leerlingen in de klassen 3 doen werkzaamheden buiten de school ten behoeve van anderen,
-
leerlingen KCM zijn betrokken bij de jaarlijkse herdenking van het bombardement op Nijmegen,
-
tijdens broodje cultuur komen aspecten van andere culturen aan de orde,
-
het aanbieden van de vakken Mens en Samenleving (mensa) en Studium Generale (SG),
-
verder bezoeken leerlingen de Tweede Kamer, organiseert de locatie politieke debatten tijdens verkiezingen, vinden bezoeken plaats aan de rechtbank, worden religieuze centra bezocht en participeren we in het project lokale democratie van de gemeente Nijmegen.
1.11
Aansprakelijkheid/verzekering
De school is niet aansprakelijk voor beschadiging en/of verdwijning van eigendommen van de leerlingen. De school is in algemene zin verzekerd voor wettelijke aansprakelijkheid. Er is een collectieve reiskostenverzekering, inclusief bagage, met een eigen risico van € 113,- per leerling.
1.12
Spreekuren directie en docenten
Er zijn geen vaste spreekuren voor locatiedirectie en/of docenten. Afspraken kunnen altijd worden gemaakt via de administratie van de locatie.
1.13
Schoolarts/schoolverpleegkundige
De schoolarts is eenmaal per 2 maanden op school aanwezig. Leerlingen kunnen op eigen initiatief dit spreekuur bezoeken of kunnen door de schoolarts uitgenodigd worden. De verpleegkundige houdt spreekuur op school. De leerling kan daar op eigen initiatief naar toe gaan, maar ook ouders/verzorgers of mentoren kunnen een leerling aanmelden. De tijden van schoolarts en schoolverpleegkundige worden op school bekendgemaakt door middel van een GGD-poster. Voor vragen kunt u contact opnemen met de afdeling Jeugdgezondheidszorg: GGD Regio Nijmegen, Afdeling Jeugdgezondheidszorg, Postbus 1120, 6501 BC Nijmegen, telefoon 024-3297111.
1.14
Schoolmaatschappelijk werker
De schoolmaatschappelijk werker, Ria Groenen, is op woensdag de gehele dag op de locatie aanwezig. Mocht het nodig zijn dat er op een ander moment contact is tussen een leerling en de schoolmaatschappelijk werker dan kan dat via de mentor en/of de administratie van de school worden geregeld. Schoolgids schooljaar 12-13
87
1.15
Mentor
De mentor is de spil in de leerlingbegeleiding. Belangrijk is ook om te weten dat de mentor daarbij geen geheimhoudingsplicht heeft. Hij/zij volgt de studieprestaties van de leerling en heeft ook aandacht voor het sociaal-emotionele welbevinden van de leerling. Het is raadzaam om tijdens een ouderavond (altijd) een gesprek met de mentor aan te vragen. De school streeft naar het bevorderen van de zelfstandigheid en zelfverantwoordelijkheid van de leerling. Bij de begeleiding zien we in de praktijk dat, naarmate een leerling vordert in zijn schoolcarrière, de begeleiding zich meer richt op de leerling zelf en dat de rol van de ouders naar de achtergrond schuift. Ouders dienen zich dit te realiseren. De verwachtingen van betrokkenen in de begeleiding omtrent de rol van de mentor, de leerling en de ouders kunnen dan uiteen gaan lopen en niet meer bekend zijn. Mentor, ouders en leerling doen er goed aan om in voorkomende gevallen duidelijke afspraken te maken over de wijze waarop wordt gecommuniceerd.
1.16
Vertrouwenspersoon
Voor problemen ten aanzien van ongewenst gedrag van anderen in de school kunnen leerlingen terecht bij de vertrouwenspersonen, Ton Fleuren en Brigitte Richer.
1.17
Het Zorg en Advies Team
Het Zorg en Advies Team ondersteunt de school bij begeleiding en ondersteuning van individuele leerlingen met problemen. Hierbij werken de school, het Bureau Jeugdzorg, de leerplichtambtenaar, schoolmaatschappelijk werk en de GGD samen om problemen te voorkomen en leerlingen te begeleiden en te verwijzen naar andere hulpinstanties. Wanneer uw zoon/dochter tijdens een bijeenkomst van dit team wordt besproken zal aan u en aan uw zoon/dochter toestemming worden gevraagd. Samen met de ouders/verzorgers wordt bekeken op welke manier hulp kan worden geboden.
Schoolgids schooljaar 12-13
88
2
Schoolafspraken en faciliteiten
Uitgangspunt binnen onze school is, dat we met respect met elkaar omgaan. Het aantal leefregels kan dan klein blijven, zowel voor situaties binnen de les, in het schoolgebouw, maar ook voor de directe omgeving van de school.
2.1
Verzoek tot vrijstelling van schoolbezoek (verlofaanvraag)
Verlof buiten de schoolvakanties dient aangevraagd te worden via het daartoe bestemde formulier. Dit formulier vindt u op Montiplaza onder het tabblad “ouder/verzorger”. Verlof dient u (indien mogelijk) ruimschoots van te voren aan te vragen. U leest in de verlofregeling op Montiplaza welke regels wij als school bij het beoordelen van de verlofaanvragen (dienen te ) hanteren.
2.2
Ziekmeldingen
Bij afwezigheid wegens ziekte ontvangt de school hierover graag vóór 9.00 uur bericht van de ouders/verzorgers. We zijn bereikbaar onder het algemene nummer: 024-3287000. Is een leerling meerdere dagen ziek dan dient de ziekmelding na 2 à 3 dagen herhaald te worden. Als de ziekte van de leerling na het weekend nog voortduurt, dan wil de school op maandagochtend hierover bericht ontvangen. Bij ziekte ten tijde van de afname van schoolexamens moet de ziekmelding voorafgaand aan het schoolexamen plaatsvinden. Zie hiervoor ook het examenreglement.
2.3
Absentie
Docenten houden de aan- en afwezigheid van de leerlingen bij. Zonder toestemming mag een leerling de school niet verlaten. Wanneer een leerling tijdens schooltijd ziek wordt en naar huis wil, moet hij/zij zich afmelden bij de receptie. In principe wordt geen verlof toegestaan buiten de normale schoolvakanties. Bij ongeoorloofde absentie worden ouders per brief geïnformeerd. Spijbelen betekent inhalen. Bij herhaling wordt door het kernteam een gesprek aangegaan met de leerling waarover ouders worden geïnformeerd. Leidt dat niet tot de gewenste gedragsverandering dan wordt leerplicht ingeschakeld en worden ouders daarover geïnformeerd. Tegelijkertijd kan de leerling worden geschorst en worden gemeld bij de Inspectie van het Onderwijs.
2.4
Lesuitval
Docenten kunnen door ziekte of om andere redenen afwezig zijn. In die gevallen proberen we de lessen zoveel mogelijk op te vangen door collega-docenten. Daarvoor zijn in de roosters van docenten voorzieningen getroffen. Gaat het om eerste lesuren dan is het streven om leerlingen daarover vooraf te informeren, zodat ze later naar school kunnen komen. Laatste lesuren komen te vervallen. In alle gevallen geldt dat de planners voldoende aanwijzingen bieden voor leerlingen om ondanks de afwezigheid van de docent verder te werken. Leerlingen kunnen in principe altijd tot 16.00 uur (onder toezicht) werken op school. Hetzij in de mediatheek hetzij op de studievloer.
2.5
Verkort lesrooster
Regelmatig is het noodzakelijk dat in de namiddag van een lesdag gelegenheid is voor docenten om gedurende een aantal uren te vergaderen. Op die dagen hanteren we een verkort rooster. Op de kalender kunt u zien op welke dagen er een verkort rooster geldt. Een lesdag met een verkort rooster eindigt om 13.10 uur of 14.30 uur (5e uur). Bij uitzondering wordt soms een extra verkort lesrooster toegepast waardoor de lesdag eindigt om 12.10 uur.
Schoolgids schooljaar 12-13
89
2.6
Te laat komen
Te laat komen verstoort de werksfeer in de les. Het is dan ook vanzelfsprekend dat de leerlingen op tijd in de les verschijnen. 1.
Een leerling die te laat komt, haalt een briefje bij de receptie.
2.
Eenmaal ongeoorloofd te laat komen mag, een 2e keer te laat betekent de volgende morgen om 8.00 uur melden bij de receptie, of dezelfde middag meteen een half uur nablijven tussen 15.00 – 15.30 uur. Niet melden betekent op woensdagmiddag terugkomen van 15.00 uur tot 16.30 uur in lokaal 42. Langer dan 15 minuten zonder geldige reden te laat geldt als een ongeoorloofd gemiste les en die les moet dus ingehaald worden op woensdagmiddag.
3.
Als een leerling 4 keer te laat is gekomen volgt een gesprek met het kernteam. Ook gaat er een brief naar de ouders en de waarschuwing dat in geval van herhaling leerplichtzaken wordt ingeschakeld.
4.
Bij 8 keer te laat worden ouders en leerling uitgenodigd voor een gesprek met het kernteam.
5.
Bij 10 keer te laat volgt een melding aan leerplicht. Ouders worden hiervan per brief op de hoogte gesteld.
2.7
Vast inhaal- en herkansingsmoment
Wekelijks bestaat op dinsdagmiddag en donderdagmiddag na 15.00 uur gelegenheid om een toets in te halen of te herkansen. Leerlingen dienen dus op die dagen uit te gaan van een lesdag tot 16.15 uur of bij verlenging tot 16.45 uur. Het aangaan van verplichtingen op deze momenten wordt dringend ontraden. Verplichtingen worden niet gezien als een geldige reden voor afwezigheid.
2.8
Roken
In de schoolgebouwen van het Montessori College wordt niet gerookt. Buiten de gebouwen is roken op enkele plaatsen mogelijk.
2.9
Postvakken van leerlingen
Alle leerlingen op de locatie beschikken over een postvakje. De postvakjes maken het de school mogelijk om makkelijk met leerlingen (en via de leerlingen met ouders) te communiceren. De postvakjes zijn uitsluitend bedoeld voor gebruik door school. We verwachten van de leerlingen dat ze hun postvakje dagelijks legen.
2.10
Milieudienst
Iedere week wordt een negental leerlingen aangewezen voor het schoonhouden van de overblijfruimte, het schoolterrein en de aangrenzende straten. Op die manier dragen we zorg voor de leefomgeving op school en voor de buurt rondom de school.
2.11
Mediatheek
Leerlingen kunnen maandag t/m donderdag tussen 9.00 uur en 16.00 uur en vrijdag tussen 9.00 uur en 15.00 uur gebruik maken van de faciliteiten van de mediatheek en de werkvloer. Voor gebruik van de pc’s in de mediatheek en op de studievloer dient vooraf te worden ingetekend.
2.12
Studieondersteuning door Studiekunst
Ouders kunnen hun zoon of dochter aanmelden voor huiswerk- en planningsondersteuning bij bureau Studiekunst. Het bureau maakt gebruik van een lokaal op onze locatie en regelt de studiebegeleiding verder helemaal onder haar eigen verantwoordelijkheid.
2.13
Kluisjes
Voor de huurprijs van € 10,- per jaar zijn kluisjes beschikbaar. Daarnaast wordt € 5,- als borg voor de sleutel gevraagd. De kluisjes kunnen bij de conciërges gehuurd worden. De school is gemachtigd de inhoud van de
Schoolgids schooljaar 12-13
90
kluisjes te controleren.
2.14
Kopiëren
Voor kopieën die leerlingen willen maken, vragen we € 0,05 per kopie. Leerlingen kunnen een pasje kopen met een bepaald tegoed.
2.15
Fotografie
Bij veel activiteiten en festiviteiten op onze school worden foto’s gemaakt. Deze worden vaak op Montiplaza gezet om ze met andere leerlingen en/of collega’s te kunnen delen. Het kan ook zijn dat we uit deze foto’s willen putten om aan anderen te laten zien wat er allemaal op onze school gebeurt. Voorbeelden hiervan zijn: illustraties op de kalender, gebruik in het voorlichtingsmateriaal voor groep 8 leerlingen of het aantrekkelijker maken van een notitie. Het is ondoenlijk om iedereen per keer toestemming te vragen voor het gebruik van een foto. Wij willen u daarom vragen om ons vooral te informeren als u beslist geen publicatie van enige foto wenst.
Schoolgids schooljaar 12-13
91
3
Vmbo-t3
3.1
Introductie eerste schoolweek
Tijdens de eerste schoolweek vindt gedurende een dag een intensief introductieprogramma plaats. Doel daarvan is om elkaar (leerlingen, mentoren en docenten) beter te leren kennen. Op die manier willen we de overgang tussen klas 2 en 3 zo soepel mogelijk laten verlopen en een goede basis leggen voor de rest van het schooljaar.
3.2
Buitenlesactiviteiten
Gedurende het schooljaar zijn er verschillende activiteiten. De introductie in de eerste schoolweek, toneel, film, culturele avond, broodje cultuur en een trip naar Parijs.
3.3
Schoolexamen
Het examen kent twee onderdelen: het centraal examen dat jaarlijks in de vierde klas in mei wordt afgenomen en het schoolexamen dat gedurende de leerjaren 3 en 4 door de school wordt afgenomen. Het examenreglement biedt informatie over de regelgeving omtrent het examen en wordt in klas 3 aan de leerlingen uitgereikt. Het schoolexamen bestaat uit een aantal toetsen per vak. Het uiteindelijke gemiddelde cijfer voor het schoolexamen wordt gemiddeld met het cijfer voor het centraal examen en zo ontstaat per vak een eindcijfer. De verschillende eindcijfers voor de vakken bepalen samen of iemand geslaagd is voor het examen.
3.4
PTA (Programma van Toetsing en Afsluiting)
Het programma van toetsing en afsluiting geeft een overzicht per vak van het schoolexamenprogramma en is bestemd voor leerlingen en hun ouders. Het PTA biedt onder andere informatie over de planning van de stof, de schoolexamentoetsen (dossiertoetsen) en het gewicht van het behaalde cijfer. Daarnaast wordt per vak een werkwijzer verstrekt.
3.5
Herkansingen
In principe kunnen toetsen worden herkanst. Voor onvoldoendes is herkansen verplicht, tenzij de docent anders beslist. Ingeval van een herkansing geldt het gemiddelde van de eerste en tweede poging als het definitieve cijfer.
3.6
Rapportage
Het schooljaar kent 4 rapportages. De rapportages 1, 2 en 3 zijn voortgangsrapportages. Een voortgangsrapportage is een momentopname en geeft informatie over de studievoortgang, gebaseerd op zowel dossiertoetsen als voortgangstoetsen. De laatste rapportage geeft een overzicht van de eindcijfers van leerjaar 3. De cijfers per vak vormen het rekenkundige gemiddelde van alle in het PTA vermelde dossiertoetsen van leerjaar 3. Op grond van dit overzicht wordt bepaald of een leerling wordt bevorderd naar leerjaar 4.
3.7
Ouderavonden
Ouders worden in de gelegenheid gesteld om na elk voortgangsrapport de resultaten van hun zoon/dochter te bespreken tijdens de ouderavond. Wij stellen het op prijs als ook de leerling hierbij aanwezig is.
3.8
Overgangsnorm
Of een leerling aan het einde van leerjaar 3 kan worden bevorderd naar leerjaar 4 hangt af van de resultaten voor alle vakken en van zijn/haar resultaten voor die vakken die hij/zij in het pakket wil opnemen. Een leerling dient gemiddeld 6,0 of hoger te hebben voor vakken in het examenpakket en maximaal één 5 in de overige vakken of één 5,0 in het examenpakket met een gemiddelde van 6,0 of hoger en één 5 in de overige vakken. Daarnaast moeten de praktische opdrachten “maatschappelijke stage” en het “Parijsproject” met een voldoende zijn afgerond. Indien niet aan de genoemde voorwaarden wordt voldaan, wordt de leerling besproken tijdens de
Schoolgids schooljaar 12-13
92
rapportvergadering. De vergadering brengt een advies uit aan het kernteam over de leerroute van de leerling. Het kernteam neemt vervolgens een besluit.
3.9
Sectorkeuze en examenpakketkeuze
Eind derde leerjaar moeten een sector en een eindexamenpakket worden gekozen. Tijdens het mentoruur krijgen de leerlingen LOB (loopbaanoriëntatie en -begeleiding) aan de hand van een methode. Het traject LOB start in oktober met een project ‘Vakkenpakketkeuze en oriëntatie op vervolgonderwijs’ in samenwerking met de Geldergroep (beroepskeuzeadviesbureau). Andere zaken die aan bod komen in het kader van LOB zijn: bezoek aan open dagen, voorlichtingsavond ‘Vervolgopleidingen’ op de locatie Kwakkenbergweg, beroepenvoorlichting (ontmoeting met mensen uit de praktijk), meeloopdagen op het ROC en gesprekken met decaan en mentor over de definitieve keuze sector en pakket in het kader van Loopbaanleren.
3.10
Doorstromen naar havo
Een overstap van vmbo-t naar havo is mogelijk. Het pakket van de leerling dient dan wel te voldoen aan enkele voorwaarden. Afhankelijk van het te kiezen profiel moet wiskunde of een 2 e moderne vreemde taal worden opgenomen in het pakket en het advies van de vakdocenten van klas 4 dient positief te zijn. Wil een leerling na het behalen van het diploma vmbo-t op het Montessori College naar de havo, dan wordt het wenselijk geacht om een extra vak op te nemen in het pakket. Het verschil in studielast tussen vmbo-t en havo is aanzienlijk en met een extra vak kan beter worden ingeschat of een overstap naar havo 4 voor de leerling een realistische en kansrijke keuze is. Bovendien kan met een extra vak (Duits of geschiedenis) de aansluiting op bepaalde profielen gemakkelijker worden gemaakt. Bij de mogelijke keuze voor een extra vak gelden de volgende schoolafspraken: -
een 7,0 gemiddeld voor de vakken in het examenpakket, inclusief maatschappijleer.
-
een 7 of hoger voor het extra vak.
-
een voldoende voor Nederlands, Engels en lichamelijke opvoeding.
-
het extra vak valt buiten het reguliere rooster. Het vak wordt dus zelfstandig gedaan met beperkte hulp van de docent tijdens een speciaal kwt.
-
studiehouding en inzet moeten voldoende zijn.
-
In aanmerking als extra vak komen Duits en geschiedenis.
-
het kernteam beslist of de leerling een extra vak kan nemen. Het kernteam havo beslist over toelating tot de havo. Een verzoek tot toelating tot de havo dient te worden gedaan bij de decaan van de afdeling havo.
3.11
De lessentabel vmbo-t3
In de lessentabel kunt u zien hoeveel lessen per vak uw zoon of dochter wekelijks op het lesrooster heeft staan. Bij het bekijken van de tabel is het goed te weten dat een lesuur op het Montessori College 70 minuten duurt en een KWT 40 minuten.
Schoolgids schooljaar 12-13
93
Lessentabellen vmbo-t3 Leerjaar 3 Economie verplicht
Techniek keuze
verplicht
Zorg en Welzijn keuze
verplicht
Nederlands
2
2
2
Engels
2
2
2
Frans of Duits
2
2
2
Geschiedenis
1
1
1
Aardrijkskunde
1
1
1
Wiskunde
2
2
2
Kunstvakken 1
1
1
1
Bewegingsonderwijs (LO)
2
2
2
Maatschappijleer 1
1
1
1
Maatschappijleer 2
2
Nask1
2
Nask2
2
2
Biologie
2
2
Economie
2
2
2
2 2 2
2
2
2
2
2
2
2
2
Frans
2
2
2
Duits
2
2
2
Kunstvakken 2 (Tekenen
2
keuze
of Muziek) Kunst, cultuur en media (KCM)
De leerlingen kiezen naast de verplichte vakken per sector 2 vakken (excl. KCM) uit het aanbod vermeld onder keuze. KCM is een extra vak voor leerlingen die dat willen volgen.
Schoolgids schooljaar 12-13
94
4
Vmbo-t4
4.1
Introductie eerste schoolweek
Op de eerste schooldag wordt er een programma aangeboden dat erop is gericht om kennis te maken met de nieuwe mentor en de leerlingen van de mentorgroep.
4.2
Schoolexamen
Het examen kent twee onderdelen: het centraal examen dat jaarlijks in de vierde klas in mei wordt afgenomen en het schoolexamen dat gedurende de leerjaren 3 en 4 door de school wordt afgenomen. Het schoolexamen bestaat uit een aantal toetsen per vak. Het uiteindelijke gemiddelde cijfer voor het schoolexamen (SE-cijfer) wordt gemiddeld met het cijfer voor het centraal examen en zo ontstaat per vak een eindcijfer. Maatschappijleer kent alleen een schoolexamen, het eindcijfer weegt mee bij het bepalen van de examenuitslag. Lichamelijke opvoeding en kunstvakken 1 (in 3 e leerjaar afgesloten) kennen ook uitsluitend een schoolexamen en moeten ‘voldoende’ of ‘goed’ worden afgesloten wil men kunnen deelnemen aan het centraal examen. Bovendien dient elke leerling voor het sectorwerkstuk een beoordeling ‘voldoende’ of ‘goed’ te hebben behaald alvorens aan het centraal examen kan worden deelgenomen.
4.3
Galafeest
Voor de eindexamenleerlingen wordt jaarlijks na de afronding van het centraal examen een galabal georganiseerd op een daarvoor goed toegeruste locatie in Nijmegen.
4.4
PTA (Programma van Toetsing en Afsluiting)
Het programma van toetsing en afsluiting geeft een overzicht per vak van het schoolexamenprogramma en is bestemd voor leerlingen en hun ouders. Het PTA biedt onder andere informatie over de planning van de stof, de schoolexamentoetsen (dossiertoetsen) en het gewicht van het behaalde cijfer. Daarnaast wordt per vak een werkwijzer verstrekt.
4.5
Herkansingen
Dossiertoetsen en praktische opdrachten kunnen worden herkanst. Herkansen is mogelijk indien aangegeven in het PTA en het cijfer dat is behaald lager is dan 5,5. Per toets is slechts één herkansing mogelijk. In het examenreglement wordt de herkansingsregeling uitgebreid beschreven.
4.6
Rapportages
Leerjaar 4 kent 3 rapportagemomenten. Rapport 1 en 2 bieden een voortgangsoverzicht op basis van voortgangstoetsen en dossiertoetsen. Het laatste rapport geeft een overzicht van de eindcijfers van alle schoolexamens, het schoolexamencijfer (SE-cijfer). De berekening van dit cijfer staat vermeld in het Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA).
4.7
Ouderavonden
Ouders worden in de gelegenheid gesteld om na elk voortgangsrapport de resultaten van hun zoon/dochter te bespreken tijdens de ouderavond. Wij stellen het op prijs als ook de leerling hierbij aanwezig is.
4.8
Slaag-zakregeling
Een leerling is geslaagd als het gemiddeld cijfer voor het centraal examen onafgerond minstens een 5,5 is en zijn cijfers bovendien voldoen aan de volgende aanvullende eisen: -
alle eindcijfers zes of hoger zijn.
-
hij/zij één 5 heeft en de andere cijfers 6 of hoger zijn.
-
hij/zij één 4 heeft en de andere cijfers 6 of hoger zijn met daarbij tenminste één 7 of hoger.
Schoolgids schooljaar 12-13
95
-
hij/zij twee 5-en heeft en de andere cijfers 6 of hoger zijn met daarbij tenminste één 7 of hoger.
-
kunstvakken 1, lichamelijke opvoeding en het sectorwerkstuk moeten voldoende of goed zijn. N.B. Maatschappijleer 1 doet niet mee aan het centraal examen maar telt wel mee in de uitslagregeling!
4.9
Doorstromen naar havo
Leerlingen die hun VMBO-T diploma hebben behaald, kunnen in principe doorstromen naar de Havo. Een verzoek daartoe moet voor 1 maart 2014 bij de decaan van de Havo gedaan worden. Over de toelating wordt besloten door het kernteam Havo. Zij toetst de behaalde CE – resultaten aan de toelatingscriteria, in samenhang met de adviezen van de vakdocenten.. Om de aansluiting met het onderwijs op de Havo optimaal te laten verlopen worden de volgende aanvullende voorwaarden gesteld:
Een tweede moderne vreemde taal of Wiskunde.
Goede aansluiting van de VMBO examenvakken met de gekozen profielvakken.
Positieve adviezen van de vakdocenten VMBO.
Ruim voldoende resultaten op het Centraal Examen. In het bijzonder zullen de CE-resultaten van de “kernvakken” Nederlands, Engels en Wiskunde meegewogen worden. De keuze voor een extra vak wordt om verschillende redenen aanbevolen. Ten eerste zijn daarmee de aansluitingsmogelijkheden naar de Havo ruimer en bovendien heeft een leerling met deze zwaardere belasting reeds aangetoond dat hij/zij meer aankan. De keuze voor een extra vak biedt geen garantie op aanname.
4.10
LOB (loopbaanoriëntatie) in het 4e leerjaar
In dit jaar maakt de leerling een definitieve keuze voor de vervolgopleiding. Tijdens het mentoruur wordt aandacht besteed aan het maken van een keuze voor een vervolgopleiding. Andere belangrijke momenten voor de keuze van een vervolgopleiding: -
oriëntatiedagen op het ROC Nijmegen.
-
beroepenvoorlichting door mensen uit de praktijk.
-
voorlichting vervolgopleidingen op de locatie Kwakkenbergweg.
-
het hele jaar door oriëntatie op vervolgstudie, bezoek aan open dagen, loopbaanleergesprekken met mentor of decaan.
4.11
Activiteiten
Gedurende het schooljaar is er een beperkt aantal activiteiten (het is tenslotte een kort jaar). Introductie, film, culturele avond, broodje cultuur, schoolfeesten, gezamenlijke afsluiting van het schooljaar (dag- en avondactiviteit).
4.12
De lessentabel vmbo-t4
In de lessentabel kunt u zien hoeveel lessen per vak uw zoon of dochter wekelijks op het lesrooster heeft staan. Bij het bekijken van de tabel is het goed te weten dat een lesuur op het Montessori College 70 minuten duurt en een KWT 40 minuten.
Schoolgids schooljaar 12-13
96
Lessentabellen vmbo-t4 Leerjaar 4 Economie verplicht
Techniek keuze
verplicht
Zorg en Welzijn keuze
verplicht
Nederlands
2,5
2,5
2,5
Engels
2,5
2,5
2,5
Wiskunde
3*
3
keuze
3*
Kunstvakken 1 Bewegingsonderwijs (LO)
1
1
1
Maatschappijleer 1
0,5
0,5
0,5
Maatschappijleer 2
3
Nask1
3
Nask2
3
3
Biologie
3
3
Economie
3*
3
3 3 3
3
3
3
3
3
Frans
2,5*
2,5
2,5
Duits
2,5*
2,5
2,5
Kunst, cultuur en media
1
1
1
Geschiedenis
3
3
3*
Aardrijkskunde
3
3
3*
Kunstvakken 2 (Tekenen
3
3
of Muziek)
(KCM)
Leerlingen kiezen per sector ĂŠĂŠn vak uit de drie/vier vakken met een sterretje. Leerlingen kiezen vervolgens uit alle overgebleven keuzevakken 2 vakken.
Schoolgids schooljaar 12-13
97
5
Havo / vwo 3
5.1
Algemeen
Leerjaar drie vormt de schakel tussen de brugperiode en de Tweede Fase. Dat houdt in dat er enerzijds aandacht is voor (studie)vaardigheden van de leerling: is een leerling in staat zijn werk te plannen en te organiseren? Hoe gaat een leerling om met complexe teksten? Wat onderneemt een leerling als hij vastloopt bij een opdracht? Anderzijds wordt gekeken of een leerling voldoende bedreven is in een vak om dit als eindexamenvak te kiezen. Daarbij wordt gekeken naar kennis, maar vooral naar inzicht in het betreffende vak.
5.2
Introductie
Doel van de introductie is om de overgang van leerjaar 2 naar leerjaar 3 zo soepel mogelijk te laten verlopen. Hiertoe is het van belang dat leerlingen onderling en leerling en mentor elkaar leren kennen. Zo willen we een veilige sfeer creëren, waarbij iedereen zich prettig voelt en er een positief leerklimaat ontstaat. Daarnaast bereiden we de leerlingen voor op het derde leerjaar: wat zijn overeenkomsten en verschillen met leerjaar 2? Wat verwachten we in leerjaar 3? Hoe kun je werken aan (studie)vaardigheden zoals plannen en organiseren?
5.3
Activiteitendagen
De introductie vindt plaats in klassenverband. De activiteitendagen in oktober worden ook in klassenverband gehouden. De havoleerlingen gaan dan naar Parijs, de vwo-leerlingen bezoeken Londen.
5.4
Plaatsing in klas drie
Aan het eind van klas twee worden de leerlingen geplaatst in een havo- of een vwo-stroom. Deze determinatie is voor het kernteam havo/vwo 3 in eerste instantie bindend. Het streven is om in de derde klas gescheiden havo en vwo klassen te maken. Om verscheidene redenen kan het nodig zijn om een gecombineerde havo/vwo klas te maken. In deze gecombineerde klassen krijgen leerlingen op hun eigen niveau les en worden ze op hun eigen niveau (havo of vwo) getoetst en beoordeeld.
5.5
Programma V+ en programma cultuur
Leerlingen die in klas 1 en 2 de V+klas of in de cultuurklas hebben gezeten, volgen in klas 3 een programma dat aansluit bij hun specifieke programma van klas 1 en 2. De lessentabel in paragraaf 5.11 laat zien hoe dat programma in het rooster is vormgegeven.
5.6
Profielkeuze
Vanaf leerjaar 4 havo/vwo gaan leerlingen volgens een bepaald profiel werken. In de loop van klas 3 bereiden de leerlingen zich voor op de keuze van dit profiel. Het profiel bestaat uit een combinatie van bepaalde vakken, gerelateerd aan een bepaalde sector in onze maatschappij. Er bestaan vier profielen: ‘Natuur en Techniek’, ‘Natuur en Gezondheid’, ‘Economie en Maatschappij’ en ‘Cultuur en Maatschappij’. De samenhangende vakken vormen het zogenaamde profieldeel. Naast deze profielvakken volgen alle leerlingen algemeen vormende vakken, het ‘gemeenschappelijke deel’. Tot slot is er ook nog een ‘vrij deel’ waarin extra vakken moeten worden gekozen. Kortom: er moeten veel keuzes gemaakt worden. De mentor en decaan spelen een belangrijke rol bij de begeleiding van leerlingen in dit proces. Dit gebeurt natuurlijk in overleg met ouders.
5.7
Herkansingen
Herkansingen zijn een middel om te leren. Dit middel moet wel goed worden ingezet. Om die reden mag een leerling in havo/vwo 3 per afrondingsweek maximaal drie toetsen herkansen, tenzij een docent vooraf aangeeft dat een toets niet herkansbaar is. Voordat een leerling gaat herkansen, dient hij een extra inspanning te verrichten (zoals het maken van extra sommen of het volgen van een KWT waarin de toets uitvoerig wordt
Schoolgids schooljaar 12-13
98
besproken). Op die manier ontstaat er een reële kans dat de leerling zich verbetert. In het geval van een herkansing telt het hoogst behaalde cijfer.
5.8 -
Overgangsnormen
een leerling is bevorderd naar havo 4 als hij of zij aan het eind van het schooljaar ten hoogste twee vijven of één vier heeft en er geen achterstanden zijn. Voor de kernvakken Nederlands, Engels en wiskunde mag maar één vijf op de eindlijst staan.
-
een leerling is bevorderd naar vwo 4 als hij of zij aan het eind van het schooljaar ten hoogste één vijf heeft en er geen achterstanden zijn.
-
in alle andere gevallen wordt de leerling besproken en neemt het kernteam een besluit op grond van het advies van de vergadering van docenten. Dit besluit is bindend.
5.9
Rapportage
Leerlingen ontvangen vier maal per jaar een cijferrapport inclusief notities van docenten. Het cijfer is een heel cijfer, gebaseerd op alle cijfers die dat jaar behaald zijn. Het betreft een prognostisch cijfer. Dat betekent dat het cijfer niet simpelweg een afgerond gemiddelde is, maar een prognose, een verwachting van de docent op basis van hetgeen de leerling heeft laten zien. Hiermee wordt aangegeven of een leerling het juiste niveau heeft om het vak te continueren in een volgend jaar.
5.10
Ouderavonden
Ouders worden in de gelegenheid gesteld om na elk voortgangsrapport de resultaten van hun zoon/dochter te bespreken tijdens de ouderavond. Wij stellen het op prijs als ook de leerling hierbij aanwezig is.
5.11
De lessentabel havo/vwo 3
In de lessentabel kunt u zien hoeveel lessen per vak uw zoon of dochter wekelijks op het lesrooster heeft staan. Bij het bekijken van de tabel is het goed te weten dat een lesuur op het Montessori College 70 minuten duurt en een KWT 40 minuten.
Schoolgids schooljaar 12-13
99
Lessentabel havo/vwo 3 vwo/havo
cultuur
vwo plus
Nederlands
2
2
2
Engels
1,5
1,5
1,5 (Cen)
Frans
2
2
1,75
Duits
2
2
1,75
Spaans (keuzevak)
(1,5)
(1,5)
(1,5)
Geschiedenis
1,5
1,5
1,25
Aardrijkskunde
1,5
1,5
1,25
Wiskunde
2
2
2
Onderzoek *
1
Filosofie
1
Cultuurprogramma
2
Beeldende vorming of muziek **
1
1
LO
1,5
1,5
1,5
Natuurkunde
1
1
1
Scheikunde
1
1
1
Biologie
1,25
1,25
1
Universumproject
0,75
0,75
0,75
Economie
1
1
0,75
Mensa
0,5
0,5
20,5
21,5
20,5
*
onderzoek: naast deze les hebben leerlingen wekelijks ook nog een geoormerkt KWT voor onderzoek.
**
leerlingen die geen cultuurprogramma volgen kiezen tussen beeldende vorming en muziek.
Schoolgids schooljaar 12-13
100
6
Havo 4/5 en vwo 4/5/6
Vanaf de vierde klas havo en vwo spreken we van de Tweede Fase (de bovenbouw voor havo en vwo). Leerlingen gaan dan al beginnen met onderdelen van het examen. Toetsen kunnen al betrekking hebben op onderdelen van het schoolexamen (zie 6.16).
6.1
Activiteitenweek
Voor de vierde klassen (havo en vwo) is er in de ‘activiteitenweek’ omstreeks de herfstvakantie, een vijfdaags verblijf in een bungalowpark in de Ardennen. De leerlingen van vwo 5 verblijven gedurende de activiteitenweek op een locatie in Nederland op fietsafstand van Nijmegen, in bungalows. Doel van deze week is om elkaar buiten lesactiviteiten om te leren kennen. Het programma kent vooral sociale en culturele activiteiten.
6.2
Broodje cultuur
Eén keer per maand is er in de KWT een ‘Broodje cultuur’. Steeds staat een thema centraal (multiculturaliteit, de korte film, leerlingenvoordrachten, een modeshow e.d.). De leerlingen treden op voor maximaal 120 medeleerlingen.
6.3
Galafeest
Voor de eindexamenleerlingen wordt jaarlijks na de afronding van het centraal examen een galabal georganiseerd op een locatie in Nijmegen.
6.4
Voordrachtfestival
Onze jaarlijkse bijdrage aan het voordrachtfestival voor Nijmeegse scholen vormt voor alle betrokkenen altijd een hoogtepunt. Gedurende de voorbereidingsweken wordt door een groep leerlingen en enkele medewerkers binnen en na schooltijd naar de uiteindelijke presentatie (voor een volle zaal) in de Lindenberg toegewerkt.
6.5
Buitenlandse culturele reis
Elke leerling in havo 4 en vwo 5 wordt de gelegenheid geboden om deel te nemen aan een culturele reis. Het afgelopen jaar waren Rome en Berlijn de bestemmingen. Voor de komende jaren kan het zijn dat andere bestemmingen ook tot de mogelijkheid gaan behoren.
6.6
Uitwisselingsprogramma’s
De school probeert jaarlijks uitwisselingen te organiseren met scholen in Europa. Of een uitwisseling plaatsvindt hangt af van beschikbare partnerscholen en toestemming/middelen van het Europees Platform. Het streven is om alle leerlingen van 4,5 havo en 4,5 vwo één keer voor een uitwisseling in aanmerking te laten komen. Per uitwisseling gaat het om maximaal 25 leerlingen. De eigen bijdrage van de leerling verschilt per type uitwisseling en bedraagt maximaal € 250,-.
Schoolgids schooljaar 12-13
101
6.7
Het rooster
Aan het begin van iedere periode (er zijn er vier in een schooljaar) wordt door een leerling volgens bepaalde richtlijnen zelf een rooster samengesteld. In het algemeen heeft elk vak één college-uur en tenminste één
begeleidingsuur in de periode waarin het wordt aangeboden. Een overzicht van de vakken per periode staat vermeld vanaf paragraaf 6.21.
College-uur Het Montessori College kent in de bovenbouw havo en vwo zogenaamde college-uren en begeleidingsuren. Elk examenvak heeft in de periode dat het vak op het rooster staat altijd één college-uur per week. Naast vakinhoudelijke zaken komen in dat uur ook studieaanwijzingen, planningsadviezen, data voor toetsing en bespreking van studielast aan de orde. De college-uren vormen de kern van het leerlingenrooster en worden door de school geroosterd.
Begeleidingsuur Naast het college-uur kennen we het begeleidingsuur. Elke vakdocent geeft enkele uren per week deze begeleidingsuren. Aan het begin van iedere periode vult een leerling zijn collegelessen aan met begeleidingslessen, zodat een compleet en ononderbroken rooster van 20 lessen ontstaat. De groep in een begeleidingsuur is heterogeen van samenstelling (h4 t/m v6) en daardoor zijn er ook mogelijkheden om leerlingen van andere leerjaren in te schakelen bij het individueel uitleggen van de lesstof. Tijdens het begeleidingsuur gaat de docent in op vragen van leerlingen, hij/zij draait geen eigen programma.
6.8
Tussenuren
Tussenuren bestaan niet in het reguliere rooster. Bij de afwezigheid van een docent kan op school verder worden gewerkt in het vaklokaal, de mediatheek of op de studievloer. Het is verstandig om de boeken op school te houden. Daarvoor kan elke leerling een kluisje huren.
6.9
Periodisering
Een schooljaar heeft 4 periodes. Een periode bestaat uit 9 lesweken. Niet alle vakken worden steeds in alle periodes aangeboden (zie 6.21). Hiermee bereiken we dat er minder vakken per week worden aangeboden en dat de aangeboden vakken gedurende een periode meer aandacht krijgen. In de negende week van elke periode vindt een afronding plaats.
6.10
Het mentoraat
Leerlingen kiezen aan het begin van het schooljaar zelf een mentor. De mentor vormt de verbinding tussen school en thuis. Het is de taak van de mentor om de resultaten en de studieplanning van de mentorleerling te bewaken. Bovendien vormt hij of zij een belangrijk aanspreekpunt voor de mentorleerling met betrekking tot allerlei persoonlijke zaken. Eenmaal per week, tijdens de zogenaamde mentor-keuzewerktijd, komt de mentorgroep onder leiding van de mentor bij elkaar. De school streeft naar het bevorderen van de zelfstandigheid en zelfverantwoordelijkheid van de leerling. Bij de begeleiding zien we in de praktijk dat, naarmate een leerling vordert in zijn schoolcarrière, de begeleiding zich meer richt op de leerling zelf en dat de rol van de ouders naar de achtergrond schuift. Ouders dienen zich dit te realiseren. De verwachtingen van betrokkenen in de begeleiding omtrent de rol van de mentor, de leerling en de ouders kunnen dan uiteen gaan lopen en niet meer bekend zijn. Mentor, ouders en leerling doen er goed aan om in voorkomende gevallen duidelijke afspraken te maken over de wijze waarop en over wat er wordt gecommuniceerd.
Schoolgids schooljaar 12-13
102
6.11
Profielen
Gemeenschappelijke vakken. Alle leerlingen volgen een breed pakket algemeen vormende vakken: Nederlands, Engels, Algemene Natuurwetenschappen (alleen VWO), Maatschappijleer, Culturele en Kunstzinnige Vorming en Lichamelijke Opvoeding. Op het vwo horen daar ook Frans, Duits of Spaans bij. Alle vwo’ers volgen dus tot en met het eindexamen twee moderne talen: Engels en een keuze uit Frans òf Duits òf Spaans (voor gevorderden). In bijzondere gevallen kan hier bij de inspectie ontheffing voor worden aangevraagd.
Profielvakken. Daarnaast wordt een samenhangende keuze van vakken het “profieldeel” genoemd. Er zijn vier profielen: “Cultuur en Maatschappij”, “Economie en Maatschappij”, “Natuur en Gezondheid” en “Natuur en Techniek”.
Vrije deel. In dit vrije deel moeten de leerlingen één extra vak kiezen. Dit is een vrije keuze uit alle aangeboden vakken. De keuze voor twee (of meer) vakken in het vrije deel is mogelijk als het betreffende kernteam inschat dat de leerling deze zwaardere belasting aankan. De keuze van twee vakken wordt in principe steeds voor één school jaar gemaakt. Alleen in bijzondere gevallen kan gedurende het schooljaar, na instemming van het kernteam, worden besloten om een extra gekozen vak te laten vallen. Naast de algemene vakken en de vakken behorend tot de verschillende profielen wordt een aantal schoolspecifieke (wettelijk niet verplichte) vakken aangeboden. Op Informatica en wiskunde D na (alleen schoolexamen), kennen deze vakken allemaal een Centraal Examen. Deze vakken (zowel voor havo als vwo) zijn: -
Tekenen & Kunstbeschouwing,
-
Muziek,
-
Management en Organisatie,
-
Informatica,
-
Filosofie,
-
Spaans
-
Wiskunde D
6.12
Profielwerkstuk
Het profielwerkstuk is een werkstuk dat de leerlingen maken als onderdeel van het schoolexamen. Het werkstuk heeft een geïntegreerd karakter: vakinhoud van twee vakken komt erin samen. Minstens één van de vakken dient een zogenaamd groot profielvak te zijn. Het andere vak is vrij naar keuze van de leerling (binnen de mogelijkheden die de school biedt). Het profielwerkstuk kent een studiebelasting van 80 klokuren. Leerlingen werken bij voorkeur in duo’s aan een profielwerkstuk. Het profielwerkstuk wordt met een cijfer beoordeeld dat weer onderdeel uitmaakt van het zogenaamde combinatiecijfer. De school hanteert een eigen tijdpad voor het werken aan het profielwerkstuk. Daar dient een leerling zich aan te houden.
6.13
Ouderavonden
Ouders worden in de gelegenheid gesteld om na elk voortgangsrapport de resultaten van hun zoon/dochter te bespreken tijdens de ouderavond. Wij stellen het zeer op prijs als ook de leerling hierbij aanwezig is.
6.14
Overgangsnormen havo 4, vwo 4 en vwo 5
De overgangsnormen zijn een afgeleide van de slaag-zak regeling. Een leerling wordt bevorderd als het rapport van periode 4 aan de volgende eisen voldoet: a.
voor de vakken CKV, lichamelijke opvoeding en studium generale is een voldoende behaald
b.
voor de Profielmodule is een voldoende behaald
c.
voor de overige vakken is hooguit één onvoldoende behaald en het onvoldoende cijfer is een 5 Schoolgids schooljaar 12-13
103
d.
de leerling heeft geen achterstanden Elke leerling die hier niet aan voldoet wordt in bespreking gebracht tijdens de rapportvergadering. De rapportvergadering adviseert over de te volgen leerweg en het kernteam neemt daarover vervolgens een besluit.
6.15
Schoolexamen
Het examen kent twee onderdelen: het schoolexamen dat gedurende de leerjaren 4, 5 en 6 (vwo) door de school wordt afgenomen en het centraal examen dat jaarlijks in mei wordt afgenomen. Het examenreglement biedt informatie over de regelgeving omtrent het examen en wordt in klas 4 aan de leerlingen uitgereikt. Het schoolexamen bestaat uit een aantal toetsen per vak. Het uiteindelijke gemiddelde cijfer voor het schoolexamen wordt gemiddeld met het cijfer voor het centraal examen en zo ontstaat per vak een eindcijfer. De verschillende eindcijfers voor de vakken bepalen samen of iemand is geslaagd voor het examen.
6.16
PTA (Programma van Toetsing en Afsluiting)
Het programma van toetsing en afsluiting geeft een overzicht per vak van het schoolexamenprogramma en is bestemd voor leerlingen en hun ouders. Het PTA biedt onder andere informatie over de planning van de stof, de schoolexamentoetsen (dossiertoetsen) en het gewicht van het behaalde cijfer.
6.17
De slaag/zak-regeling
De overheid geeft voor het slagen of het zakken van een kandidaat de wettelijk kaders aan. Deze regeling is hieronder opgenomen. De kandidaat is geslaagd als het gemiddeld cijfer voor het centraal examen onafgerond minstens een 5,5 is en zijn cijfers bovendien voldoen aan de volgende aanvullende eisen: -
alle eindcijfers zijn 6 of hoger, of:
-
er 1x5 en voor de overige vakken een 6 of hoger is behaald
-
er voor de kernvakken Nederlands, Engels en Wiskunde niet lager wordt gescoord dan maximaal 1 x 5 als eindcijfer. Indien Wiskunde geen deel uitmaakt van het profiel, dan geldt deze regel alleen voor Nederlands en Engels.
-
er 1x4 of 2x5 of 1x5 en 1x4 is behaald en alle overige eindcijfers 6 of hoger zijn, waarbij het gemiddelde tenminste 6,0 is Daarnaast moet er voldaan worden aan de voorwaarde dat CKV en LO zijn beoordeeld als “voldoende” of “goed”. Een eindcijfer van drie of lager op de cijferlijst betekent dat de leerling niet is geslaagd. Dit geldt ook voor de verschillende onderdelen die meewegen in het combinatiecijfer. Combinatiecijfer Het combinatiecijfer is het rekenkundig gemiddelde van de cijfers voor “kleine vakken/onderdelen”. Voor havo wordt het combinatiecijfer bepaald door het gemiddelde van de (hele) cijfers voor het profielwerkstuk en voor maatschappijleer. Het gemiddelde cijfer wordt afgerond op het nabij liggende gehele getal. Voor vwo wordt het combinatiecijfer bepaald door het gemiddelde van de (hele) cijfers voor het profielwerkstuk, maatschappijleer en algemene natuurwetenschappen. Het gemiddelde cijfer wordt afgerond op het nabij liggende gehele getal. Het combinatiecijfer telt mee bij de uitslagbepaling.
6.18
Doorstromen van havo 5 naar vwo
Leerlingen die hun havo diploma hebben behaald kunnen in principe doorstromen naar het vwo. Een verzoek daartoe moet voor 1 maart bij de decaan van het vwo gedaan worden. Het kernteam vwo beslist over de
Schoolgids schooljaar 12-13
104
toelating. Zij toetst de behaalde CE – resultaten aan de toelatingscriteria, in samenhang met de adviezen van de vakdocenten.
6.19
Profielmodule
Gedurende een dagdeel werken vakken binnen een profiel samen en bestuderen leerlingen een vakoverstijgend onderwerp binnen een profiel. Voor havo 5 en vwo 6 geldt dat tijdens de Profielmodule wordt gewerkt aan het profielwerkstuk.
6.20
Planning van de vakken per periode voor havo 4/5 en vwo 4/5/6
In onderstaande tabellen wordt voor havo 4/5 en vwo 4/5/6 aangegeven in welke periodes van het schooljaar het betreffende vak wordt aangeboden. Een wit gekleurd vak geeft aan dat het vak niet wordt aangeboden. Tussen haakjes wordt het totale aantal dagdelen studielast per vak tijdens de 2 e fase aangegeven. EĂŠn dagdeel staat voor 40 studielasturen. Gemeenschappelijk deel
havo 4
Vak/periode
1
Nederlands
2
havo 5 3
4
1
2
3
4
(10)
Engels
(9)
CKV
(3)
Maatschappijleer
(2.5)
Studium Generale
(2)
Lichamelijke Opvoeding
(3)
Profielmodule
(3)
Profieldeel: Cultuur en maatschappij
havo 4
Vak/periode 2e
1
moderne vreemde taal
Geschiedenis
2
havo 5 3
4
1
2
3
4
(10) (8)
Kunstvak(tekenen of muziek)
*
Filosofie 3e
(8) *
(8)
moderne vreemde taal
*
(10)
Aardrijkskunde ** Economie
**
(8) (10)
*
Een leerling kiest een van de drie vakken
**
Een leerling kiest een van de twee vakken
Schoolgids schooljaar 12-13
105
Profiel: Economie en maatschappij
havo 4
Vak/periode
1
Wiskunde A
2
havo 5 3
4
1
2
3
4
3
4
3
4
(8)
Economie
(10)
Geschiedenis
(8)
Aardrijkskunde *
(8)
Management & Organisatie 2e
*
(8)
moderne vreemde
taal
*
*
(10) Een leerling kiest een van de drie vakken
Profiel: Natuur en gezondheid
havo 4
Vak/periode
1
Wiskunde A
**
(8)
Wiskunde B
**
(9)
Biologie
(10)
Scheikunde
(8)
Natuurkunde
(10)
**
2
havo 5 3
4
1
2
Een leerling kiest een van de twee vakken
Profiel: Natuur en techniek
havo 4
Vak/periode
1
Wiskunde B
(9)
Natuurkunde
(10)
Scheikunde
(8)
Biologie
*
(10)
Informatica
*
(8)
Wiskunde D *
(8)
*
2
havo 5 3
4
1
2
Een leerling kiest een van drie vakken
Gemeenschappelijk deel vwo 4 Vak/periode
1
Nederlands
(12)
Engels
(10)
CKV
(4)
Maatschappijleer
(3)
2e
2
vwo 5 3
4
1
2
vwo 6 3
4
1
2
3
moderne vreemde
taal
(12)
Studium Generale
(2)
ANW
(3)
Lich. Opvoeding
(5)
Schoolgids schooljaar 12-13
106
4
Profiel: Cultuur en maatschappij
vwo 4
Vak/periode
1
Wiskunde A
**
(13)
Wiskunde B
**
(15)
Wiskunde C
**
(11)
Geschiedenis
3
4
1
2
vwo 6 3
4
1
2
3
4
3
4
3
4
(11)
Tekenen
*
(11)
Muziek
*
(11)
Filosofie
*
(11)
3e
2
vwo 5
moderne vreemde
taal
*
(12)
Aardrijkskunde **
(11)
Economie
(12)
**
Profielmodule EM/CM
(4,5)
*
Een leerling kiest een van de vier vakken
**
Een leerling kiest een van de drie vakken
Profiel: Economie en maatschappij Vak/periode
1
Wiskunde A
**
(12)
Wiskunde B
**
(13)
Economie Geschiedenis
vwo 4 2
vwo 5 3
4
1
2
vwo 6 3
4
1
2
(11) *
(10)
Aardrijkskunde *
(10)
Management & * Organisatie
(10)
Profielmodule EM/CM
(4,5)
*
Een leerling kiest een van de drie vakken
**
Een leerling kiest een van de twee vakken
Profiel: Natuur en gezondheid
vwo 4
Vak/periode
1
Wiskunde A **
(12)
Wiskunde B **
(14)
Biologie
(11)
Scheikunde
(10)
Natuurkunde
(11)
Profielmodule NG/NT
(5,5)
**
2
vwo 5 3
4
1
2
vwo 6 3
4
1
2
Een leerling kiest een van de twee vakken
Schoolgids schooljaar 12-13
107
Profiel: Natuur en techniek
vwo 4
Vak/periode
1
Wiskunde B
(14)
Natuurkunde
(11)
Scheikunde
(10)
Biologie
*
(11)
Informatica *
(10)
Wiskunde D *
(10)
Profielmodule NG/NT
(5,5)
*
2
vwo 5 3
4
1
2
vwo 6 3
4
1
2
3
Een leerling kiest een van de drie vakken
Schoolgids schooljaar 12-13
108
4