historisch nu nummer 34 - 11de jaargang januari 2011 - historisch nu is een uitgave van museum rotterdam
2 ZUID VAN BINNENUIT
DYNAMIEK We leven in dynamische tijden. De wereld verandert in rap tempo en ook Rotterdam is vergeleken met vijftig jaar geleden ingrijpend veranderd. De samenstelling van de bevolking heeft blijvende wijzigingen ondergaan. In de stad wonen nu meer dan 170 verschillende nationaliteiten, alle met hun eigen achtergrond en cultuur. Als ons museum van betekenis wil zijn en blijven voor alle Rotterdammers, moet het mee veranderen.
Het dagelijks leven op Rotterdam-Zuid staat opnieuw in de schijnwerpers. Dit maal wordt ingezoomd op amateurfoto´s uit familiealbums.
4/5 RITUELEN
In een moderne stad als Rotterdam lijkt de rol van een traditioneel Historisch Museum achterhaald. Al een aantal jaren richt ons museum zich daarom – met respect voor het verleden - ook op de actualiteit in de stad. Dat heeft geleid tot een serie exposities, activiteiten en evenementen waarin kennis van het verleden in relatie met het heden werd samengebracht, We zijn zo geleidelijk van een historisch museum geëvolueerd tot Museum Rotterdam, een eigentijds stadsmuseum dat de stad in al zijn aspecten bestudeert en presenteert.
Lang werden rituelen gezien als opgelegde regels die weinig keuzevrijheid lieten. Maar het ritueel wint weer aan populariteit.
6 KAPSALON In het rijk van Koning Voetbal mag iedereen een kroon dragen.
Fotograaf Joris den Blaauwen onderzocht de lokale snackcultuur en dook in de wereld van de Rotterdamse snelle hap.
7 PAS OP!
rituelen
Als het nationale team om de Europese of wereldbeker voetbalt, volgen de liefhebbers de wedstrijden vaak via grote schermen op een plein, samen met een enorme massa Oranje-fans. Op dat plein staan ook mensen die niet speciaal van voetbal houden, maar het oranjegevoel willen beleven en delen. Dat gevoel wordt in de aanloop naar het toernooi aangewakkerd door de winkelstand die mascottes, toeters, hoofddeksels en dergelijke uitvent, en door de media die uitvoerig verslag uitbrengen van geheel oranje geverfde straten en nieuwe oranje spullen, zoals een een brulleeuw of een hoed in de vorm van een oranje kaas of klomp, kortom van de oranjegekte.
De Nederlandse overheid en tal van organisaties maken ons bewust van het gevaar dat aan alle kanten loert.
De overheid heeft vervolgens van deze rituele gekte gebruik gemaakt. Het is nu traditie dat eens in de twee jaar de openbare ruimte oranje kleurt en de politie de bierconsumptie en feestvreugde in goede banen leidt. Om voetbal gaat het dan niet meer. De wedstrijd is aanleiding geworden voor een openbaar stadsritueel van geoorloofde uitzinnigheid waarin gevoelens van eenheid en onderlinge verbondenheid ontstaan. Wie met een oranje opblaaskroon op het hoofd te midden van
de juichende massa staat, is gelijk aan iedereen en hoort erbij. Een van de functies van rituelen is inderdaad de bevordering van het gevoel bij een gemeenschap te horen, van bijvoorbeeld leeftijdsgenoten of geloofsgenoten. Zo verbindt het ritueel van de groentijd aankomende studenten, en de eerste communie bevestigt voor zowel het kind als zijn familie dat het deel uitmaakt van de groep rooms-katholieke gelovigen. Een andere functie van een ritueel is die van de geruststelling. Een ritueel bevat altijd een handeling die volgens vaste gewoonte of regels verloopt, en daardoor weet men waar men aan toe is. Het ritueel biedt houvast. Van dit alles en nog meer geeft de tentoonstelling Rituelen een beeld. Lees verder op pagina 4-5. NS
Museum Rotterdam wil uitgroeien tot een netwerkmuseum dat zowel het verleden koestert als het heden alle ruimte biedt. Het museum wil een brug slaan naar de verschillende community’s in de stad en laat het niet bij mooie voornemens. We zijn prominent aanwezig in de wijk en werken nauw samen met de bewoners om hun cultureel erfgoed in kaart te brengen en te verzamelen voor generaties na ons. Op die manier kunnen we de stadsgeschiedenis vastleggen en straks reconstrueren zoals die zich nu voordoet .... constant in beweging.
Hans Walgenbach directeur
3
2
historisch nu januari 2011 nr 34
historisch nu januari 2011 nr 34
BALKON
BROEDERLIJK
VLIEGVELD
KUIPER
Biene, Karin en tante Maatje van Noppen op hun balkon aan de Strevelsweg in 1945. Op de achtergrond zien we Zuid groeien.
In 1927 brengt de familie Snijder een bezoek aan een feestelijk Vliegveld Waalhaven.
AUTO ONGEWENST BEZOEK
GEDENKWAARDIGE TOCHT
Op Zuid is water genoeg voor een verkwikkende duik, als je het niet erg vindt om het te delen met de scheepvaart. Waalhaven, 1925. Familiealbum Van Dam.
13 jaar later poseren Duitse soldaten op hetzelfde vliegveld bij een zwaar beschadigde Fokker G1 van de LVA.
VOETBAL
Voetbal was en is belangrijk op Zuid. Ton Kroef bij voetbalclub Spartaan ‘20 aan het Afrikaanderplein in 1939.
zuid van binnenuit
De geschiedenis van Rotterdam-Zuid komt in de boeken vooral terug in verhalen van de sprong over de rivier, uitdijende havengebieden en grote industrie. Maar op Zuid woont en werkt ook al bijna anderhalve eeuw een groot deel van de Rotterdammers. Wat is hun verhaal en hoe hebben zij de voortdurende veranderingen in het bewogen stadsdeel beleefd? De tentoonstelling Ziet Zuid gaf vorig jaar al een blik op de geschiedenis van Zuid met foto’s en films van professionele en amateurfotografen. De grote belangstelling heeft samensteller Joop de Jong geïnspireerd verder te graven in het fotografisch geheugen van Zuid. De vervolgtentoonstelling Zuid van Binnenuit stapt door de voordeuren van Zuid en richt zich vooral op amateurfotografie uit familiealbums. Zuid van Binnenuit is een groot en gezamenlijk familiealbum van Rotterdam-Zuid. Voor het eerst laten honderden tentoongestelde foto’s van tientallen families en een cineacprogramma met 8mm-films het leven van alledag op Zuid zien, door de ogen van de bewoners. Alle foto’s in de tentoonstelling zijn gemaakt toen fotograferen nog duur was. Tot ver na de oorlog doen mensen wel een jaar met een fotorolletje, een eigen toestel is vaak een luxe. Velen komen aan hun foto’s van familie of laten zich aan huis of op straat fotograferen. De familiealbums hebben weinig aandacht voor de woon- of werkomgeving, die is namelijk te zien door simpelweg naar buiten te stappen. Ook familiebezoek, verjaardagen of kerstavond komen alleen bij hoge uitzondering op de foto. De familiealbums verbeelden vooral bijzondere momenten zoals een communie, een huwelijk, een uitstapje, sportwedstrijden en de feestelijke intocht van Feyenoord. Natuurlijk zijn er uitzonderingen: enkele amateurs met een passie voor fotografie maken bewust een beeldverhaal. Zo fotografeert Adrie van Noppen vanaf 1938 jarenlang de veranderende omgeving vanaf zijn balkon op de Strevelsweg. Onderwijzer Spruit
legt in de jaren dertig de nog landelijke Linker Maasoever vast. De tentoonstelling toont ook verrassende beelden uit de albums van Duitse soldaten over de strijd en hun legering in RotterdamZuid. In een Cineac bioscoop komen bovendien beelden van Zuid tot leven. Een verzameling 8 mm films van ongeveer zestig minuten zet het stadsdeel in beweging, vanaf de mobilisatie tot de aanleg van de eerste metro in Rotterdam-Zuid. Zo zien we Zuid voorbijtrekken in de films van verzetsman Koenig en de humoristische ‘speelfilms’ van Herman Messemaker waarin hij onder andere het slechte drinkwater in Rotterdam op de hak neemt. In archieven en collecties blijven familiefoto’s nog steeds grotendeels buiten beeld. Maar deze intieme kijk op het leven van de bewoners van Rotterdam-Zuid werpt een ander licht op de geschiedenis van het stadsdeel. Zuid van binnenuit zoomt in op het alledaagse leven en breekt een lans voor het familiealbum als waardevol onderdeel van het collectieve geheugen van de stad. RN
Toen Rotterdam in 1886 Delfshaven annexeerde, maakte beeldhouwer Leo P. Stracké een sculptuur van de Rotterdamse stadspatroon Erasmus en Piet Hein, de zeeschrik van Delfshaven. Het werk werd aan de burgemeester van Rotterdam aangeboden. Delfshaven had geen eigen burgemeester meer om wat dan ook aan te geven.
Een auto is in 1965 een kostbaar bezit. Therese en Anton Hoeven-Van Lent poseren in de Rollostraat trots voor hun wagen.
ZUID VAN BINNENUIT Rotterdam-Zuid Familiealbum 1902-1978 Gemaal op Zuid, Pretorialaan 141, Rotterdam-Zuid 27 november 2010 t/m 5 februari 2011 Het Gemaal op Zuid is een initiatief van TENT, CBK, Kosmopolis Rotterdam en Museum Rotterdam en wordt ondersteund door het Pact op Zuid en woningbouwvereniging Vestia. Openingstijden: wo t/m za 11 - 17 uur
Van de komst en het vertrek van de Pelgrimvaders bestaan geen authentieke voorwerpen meer. Wel wordt in jubileumjaren speciale aandacht geschonken aan het begin van de gedenkwaardige tocht die in de Verenigde Staten jaarlijks op de vierde donderdag van november wordt herdacht met Thanksgiving Day.
RECLAME
Jenever, de trots van Delfshaven, werd op veel verschillende manieren aangeprezen. Op dit reclamebord van fabrikant Henkes wordt Delfshaven nog met een `t´ geschreven.
Voorhaven en Achterhaven waren rond 1900 nog volop in gebruik en vormden ook één geheel zoals deze glasdia toont. Na de afsluiting van de toegang tot de Maas werd historisch Delfshaven een schilderachtig verstild, maar verwaarloosd gebied. Na 1970 kwam daarin verandering.
zicht op delfshaven
Voor oud stadsschoon moet je in Amsterdam, Leiden of Delft zijn, maar niet in Rotterdam, krijgen buitenlandse toeristen altijd te horen. Dat is niet helemaal waar. Al meer dan zes eeuwen ligt stroomafwaarts aan de Maas het havenstadje Delfshaven dat sinds 1886 tot Rotterdam behoort en waarvan de historische kern min of meer intact bleef. In de Dubbelde Palmboom geeft de nieuwe opstelling Zicht op Delfshaven kijk op en inzicht in het ontstaan en de geschiedenis van historisch Delfshaven. Middelpunt van de opstelling is een gedetailleerde maquette uit 1970. Historisch Delfshaven, dat wil zeggen Aelbrechtskolk en beide zijden van de Voorhaven, had toen net de status van beschermd stadsgezicht gekregen en in verband daarmee was er voor dat gebiedje een restauratieplan ontwikkeld. De maquette diende om geld te werven, onder meer in de Verenigde Staten, en toont het gewenste resultaat van de voorgenomen restauratie. De oversteek naar Amerika, in navolging van de Pilgrim Fathers die in 1620 uit Delfshaven naar de nieuwe wereld vertrokken, heeft de maquette overigens nooit gemaakt; evenmin is de restauratie van het stadsgezicht geheel naar plan uitgevoerd. Toch toont de maquette een voor iedereen herkenbaar beeld van schilderachtig Delfshaven en vormt zo het uitgangspunt voor de verdere opstelling. Die gaat uit van een aantal opvallende gebouwen: het Piet Heinhuisje in de Piet Heinstraat, de Pelgrimsvaderkerk en het pand van Henkes aan de Voorhaven westzijde. Piet Hein is min of meer de ‘patroonheilige’ van Delfshaven. Hij zag in 1577 het levenslicht in Delfshaven op de plaats waar nu een negentiende-eeuwse reconstructie van zijn geboortehuis staat. Zijn naam werd en wordt, net als die van Erasmus in Rotterdam, voor van alles gebruikt. Een wasserij, een buurten clubhuis, een afdeling van de vrijwillige brandweer, een harmonie, een basisschool -zij allen tooiden zich met de naam Piet Hein. Aan deze stadsmarketing en aan de echte Piet Hein
wordt in de opstelling aandacht besteed. Ook de West Indische Compagnie, de werkgever van Piet Hein bij zijn verovering van de zilvervloot, komt aan de orde. De kerk is het meest opmerkelijke gebouw aan de Voorhaven. Op de maquette is goed zichtbaar dat achter de achttiendeeeuwse gevel een laat middeleeuwse kerk ligt. Dat is de kerk die de Pelgrimvaders gezien hebben voordat zij na een nachtje Delfshaven scheep gingen om in Amerika een zelfstandige kolonie te stichten. De komst en het vertrek van deze streng gelovige Engelse protestanten is in een animatiefilm verbeeld. Het Henkespand uit 1824 staat voor de 31 jenever producerende bedrijven die Delfshaven ooit telde. Er zijn nog meer gebouwen die met het stoken van gedestilleerd te maken hebben: molen de Distilleerketel en het zakkendragershuisje van de sjouwers van Delfshaven die zorgden voor het laden en lossen van het graan dat de grondstof van jenever is. De opstelling toont flink wat producten en reclamemateriaal van Henkes. Bij de maquette tonen kaarten, prenten en foto’s de ontwikkeling van Delfshaven niet alleen in een historische, maar ook in landschappelijke en stedenbouwkundige context. Doe- elementen zorgen ervoor dat de opstelling niet alleen leerzaam, maar ook leuk is. NS
De jeneverproductie in Delfshaven bracht allerlei andere bedrijvigheid met zich mee. Een belangrijk beroep was dat van de kuiper. Hij produceerde de vaten waarin de jenever werd bewaard. Het vergulde kuipersknechtje diende als uithangbord van een kuiperij.
IN HET KLEIN
In 1870 onthulde koning Willem III een indrukwekkend standbeeld van Piet Hein. Jos de Grave was de maker van het meer dan manshoge beeld dat ook nog eens op een voetstuk van meer dan drie meter werd geplaatst. Het gipsen model van slechts 57 cm hoog biedt de gelegenheid de zeeheld van wat dichterbij te bekijken.
Zicht op Delfshaven vanaf januari 2011 in de Dubbelde Palmboom
3
2
historisch nu januari 2011 nr 34
historisch nu januari 2011 nr 34
BALKON
BROEDERLIJK
VLIEGVELD
KUIPER
Biene, Karin en tante Maatje van Noppen op hun balkon aan de Strevelsweg in 1945. Op de achtergrond zien we Zuid groeien.
In 1927 brengt de familie Snijder een bezoek aan een feestelijk Vliegveld Waalhaven.
AUTO ONGEWENST BEZOEK
GEDENKWAARDIGE TOCHT
Op Zuid is water genoeg voor een verkwikkende duik, als je het niet erg vindt om het te delen met de scheepvaart. Waalhaven, 1925. Familiealbum Van Dam.
13 jaar later poseren Duitse soldaten op hetzelfde vliegveld bij een zwaar beschadigde Fokker G1 van de LVA.
VOETBAL
Voetbal was en is belangrijk op Zuid. Ton Kroef bij voetbalclub Spartaan ‘20 aan het Afrikaanderplein in 1939.
zuid van binnenuit
De geschiedenis van Rotterdam-Zuid komt in de boeken vooral terug in verhalen van de sprong over de rivier, uitdijende havengebieden en grote industrie. Maar op Zuid woont en werkt ook al bijna anderhalve eeuw een groot deel van de Rotterdammers. Wat is hun verhaal en hoe hebben zij de voortdurende veranderingen in het bewogen stadsdeel beleefd? De tentoonstelling Ziet Zuid gaf vorig jaar al een blik op de geschiedenis van Zuid met foto’s en films van professionele en amateurfotografen. De grote belangstelling heeft samensteller Joop de Jong geïnspireerd verder te graven in het fotografisch geheugen van Zuid. De vervolgtentoonstelling Zuid van Binnenuit stapt door de voordeuren van Zuid en richt zich vooral op amateurfotografie uit familiealbums. Zuid van Binnenuit is een groot en gezamenlijk familiealbum van Rotterdam-Zuid. Voor het eerst laten honderden tentoongestelde foto’s van tientallen families en een cineacprogramma met 8mm-films het leven van alledag op Zuid zien, door de ogen van de bewoners. Alle foto’s in de tentoonstelling zijn gemaakt toen fotograferen nog duur was. Tot ver na de oorlog doen mensen wel een jaar met een fotorolletje, een eigen toestel is vaak een luxe. Velen komen aan hun foto’s van familie of laten zich aan huis of op straat fotograferen. De familiealbums hebben weinig aandacht voor de woon- of werkomgeving, die is namelijk te zien door simpelweg naar buiten te stappen. Ook familiebezoek, verjaardagen of kerstavond komen alleen bij hoge uitzondering op de foto. De familiealbums verbeelden vooral bijzondere momenten zoals een communie, een huwelijk, een uitstapje, sportwedstrijden en de feestelijke intocht van Feyenoord. Natuurlijk zijn er uitzonderingen: enkele amateurs met een passie voor fotografie maken bewust een beeldverhaal. Zo fotografeert Adrie van Noppen vanaf 1938 jarenlang de veranderende omgeving vanaf zijn balkon op de Strevelsweg. Onderwijzer Spruit
legt in de jaren dertig de nog landelijke Linker Maasoever vast. De tentoonstelling toont ook verrassende beelden uit de albums van Duitse soldaten over de strijd en hun legering in RotterdamZuid. In een Cineac bioscoop komen bovendien beelden van Zuid tot leven. Een verzameling 8 mm films van ongeveer zestig minuten zet het stadsdeel in beweging, vanaf de mobilisatie tot de aanleg van de eerste metro in Rotterdam-Zuid. Zo zien we Zuid voorbijtrekken in de films van verzetsman Koenig en de humoristische ‘speelfilms’ van Herman Messemaker waarin hij onder andere het slechte drinkwater in Rotterdam op de hak neemt. In archieven en collecties blijven familiefoto’s nog steeds grotendeels buiten beeld. Maar deze intieme kijk op het leven van de bewoners van Rotterdam-Zuid werpt een ander licht op de geschiedenis van het stadsdeel. Zuid van binnenuit zoomt in op het alledaagse leven en breekt een lans voor het familiealbum als waardevol onderdeel van het collectieve geheugen van de stad. RN
Toen Rotterdam in 1886 Delfshaven annexeerde, maakte beeldhouwer Leo P. Stracké een sculptuur van de Rotterdamse stadspatroon Erasmus en Piet Hein, de zeeschrik van Delfshaven. Het werk werd aan de burgemeester van Rotterdam aangeboden. Delfshaven had geen eigen burgemeester meer om wat dan ook aan te geven.
Een auto is in 1965 een kostbaar bezit. Therese en Anton Hoeven-Van Lent poseren in de Rollostraat trots voor hun wagen.
ZUID VAN BINNENUIT Rotterdam-Zuid Familiealbum 1902-1978 Gemaal op Zuid, Pretorialaan 141, Rotterdam-Zuid 27 november 2010 t/m 5 februari 2011 Het Gemaal op Zuid is een initiatief van TENT, CBK, Kosmopolis Rotterdam en Museum Rotterdam en wordt ondersteund door het Pact op Zuid en woningbouwvereniging Vestia. Openingstijden: wo t/m za 11 - 17 uur
Van de komst en het vertrek van de Pelgrimvaders bestaan geen authentieke voorwerpen meer. Wel wordt in jubileumjaren speciale aandacht geschonken aan het begin van de gedenkwaardige tocht die in de Verenigde Staten jaarlijks op de vierde donderdag van november wordt herdacht met Thanksgiving Day.
RECLAME
Jenever, de trots van Delfshaven, werd op veel verschillende manieren aangeprezen. Op dit reclamebord van fabrikant Henkes wordt Delfshaven nog met een `t´ geschreven.
Voorhaven en Achterhaven waren rond 1900 nog volop in gebruik en vormden ook één geheel zoals deze glasdia toont. Na de afsluiting van de toegang tot de Maas werd historisch Delfshaven een schilderachtig verstild, maar verwaarloosd gebied. Na 1970 kwam daarin verandering.
zicht op delfshaven
Voor oud stadsschoon moet je in Amsterdam, Leiden of Delft zijn, maar niet in Rotterdam, krijgen buitenlandse toeristen altijd te horen. Dat is niet helemaal waar. Al meer dan zes eeuwen ligt stroomafwaarts aan de Maas het havenstadje Delfshaven dat sinds 1886 tot Rotterdam behoort en waarvan de historische kern min of meer intact bleef. In de Dubbelde Palmboom geeft de nieuwe opstelling Zicht op Delfshaven kijk op en inzicht in het ontstaan en de geschiedenis van historisch Delfshaven. Middelpunt van de opstelling is een gedetailleerde maquette uit 1970. Historisch Delfshaven, dat wil zeggen Aelbrechtskolk en beide zijden van de Voorhaven, had toen net de status van beschermd stadsgezicht gekregen en in verband daarmee was er voor dat gebiedje een restauratieplan ontwikkeld. De maquette diende om geld te werven, onder meer in de Verenigde Staten, en toont het gewenste resultaat van de voorgenomen restauratie. De oversteek naar Amerika, in navolging van de Pilgrim Fathers die in 1620 uit Delfshaven naar de nieuwe wereld vertrokken, heeft de maquette overigens nooit gemaakt; evenmin is de restauratie van het stadsgezicht geheel naar plan uitgevoerd. Toch toont de maquette een voor iedereen herkenbaar beeld van schilderachtig Delfshaven en vormt zo het uitgangspunt voor de verdere opstelling. Die gaat uit van een aantal opvallende gebouwen: het Piet Heinhuisje in de Piet Heinstraat, de Pelgrimsvaderkerk en het pand van Henkes aan de Voorhaven westzijde. Piet Hein is min of meer de ‘patroonheilige’ van Delfshaven. Hij zag in 1577 het levenslicht in Delfshaven op de plaats waar nu een negentiende-eeuwse reconstructie van zijn geboortehuis staat. Zijn naam werd en wordt, net als die van Erasmus in Rotterdam, voor van alles gebruikt. Een wasserij, een buurten clubhuis, een afdeling van de vrijwillige brandweer, een harmonie, een basisschool -zij allen tooiden zich met de naam Piet Hein. Aan deze stadsmarketing en aan de echte Piet Hein
wordt in de opstelling aandacht besteed. Ook de West Indische Compagnie, de werkgever van Piet Hein bij zijn verovering van de zilvervloot, komt aan de orde. De kerk is het meest opmerkelijke gebouw aan de Voorhaven. Op de maquette is goed zichtbaar dat achter de achttiendeeeuwse gevel een laat middeleeuwse kerk ligt. Dat is de kerk die de Pelgrimvaders gezien hebben voordat zij na een nachtje Delfshaven scheep gingen om in Amerika een zelfstandige kolonie te stichten. De komst en het vertrek van deze streng gelovige Engelse protestanten is in een animatiefilm verbeeld. Het Henkespand uit 1824 staat voor de 31 jenever producerende bedrijven die Delfshaven ooit telde. Er zijn nog meer gebouwen die met het stoken van gedestilleerd te maken hebben: molen de Distilleerketel en het zakkendragershuisje van de sjouwers van Delfshaven die zorgden voor het laden en lossen van het graan dat de grondstof van jenever is. De opstelling toont flink wat producten en reclamemateriaal van Henkes. Bij de maquette tonen kaarten, prenten en foto’s de ontwikkeling van Delfshaven niet alleen in een historische, maar ook in landschappelijke en stedenbouwkundige context. Doe- elementen zorgen ervoor dat de opstelling niet alleen leerzaam, maar ook leuk is. NS
De jeneverproductie in Delfshaven bracht allerlei andere bedrijvigheid met zich mee. Een belangrijk beroep was dat van de kuiper. Hij produceerde de vaten waarin de jenever werd bewaard. Het vergulde kuipersknechtje diende als uithangbord van een kuiperij.
IN HET KLEIN
In 1870 onthulde koning Willem III een indrukwekkend standbeeld van Piet Hein. Jos de Grave was de maker van het meer dan manshoge beeld dat ook nog eens op een voetstuk van meer dan drie meter werd geplaatst. Het gipsen model van slechts 57 cm hoog biedt de gelegenheid de zeeheld van wat dichterbij te bekijken.
Zicht op Delfshaven vanaf januari 2011 in de Dubbelde Palmboom
4 &5 historisch nu januari 2011 nr 34
v.l.
n.r.
Versierd potje voor het bewaren van ceremonieel poeder. Het Hindoestaanse huwelijksritueel verloopt volgens een vast patroon. Na de ceremonie brengt de bruidegom gekleurd poeder aan op de haarscheiding van zijn echtgenote om de huwelijkse voor iedereen zichtbaar te maken.
Onderlinge begroetingen gaan met rituelen gepaard. Vroeger lichtte men de hoed op of tikte de rand aan, afhankelijk van de passant . Opzoomer Mee maakt van het besloten Suikerfeest een feest voor de hele straat, ongeacht leeftijd, religie en herkomst. (foto Jan van der Ploeg)
Haarlokken en melktandjes zijn dierbare herinneringen aan de kindertijd. De familie Rijckevorsel bewaarde vanaf 1854 de tandjes van een van hun kinderen.
Een rammelaar was en is een mooi geschenk voor een baby. Het geluid van de belletjes van deze rammelaar zou boze geesten verdrijven.
De herdenking van het bombardement van 14 mei 1940 is mede dankzij de wandeling langs de brandgrens uitgegroeid tot een indrukwekkend stadsritueel.
In een monstrans wordt de hostie, symbool van het Laatste Avondmaal, op een plechtige wijze getoond. Kinderen die hun heilige communie doen, ontvangen hun eerste hostie en maken vanaf dat moment deel uit van de geloofsgemeenschap.
RITUELEN vanaf 15 februari 2011 niveau 3 Schielandshuis
De behoefte aan rituelen is onderhevig aan een golfbeweging. Na de verminderde belangstelling voor rituelen in de jaren zestig, is er vanaf de jaren negentig sprake van een opleving van het ritueel. De hang naar spiritualiteit en de speurtocht naar zingeving, hebben nieuwe, persoonlijk ingekleurde rituelen voortgebracht. Er zijn moderne stadsrituelen ontstaan en ook de komst van migranten heeft Rotterdam verrijkt met nieuwe rituelen. De tentoonstelling Rituelen laat een waaier aan rituelen de revue passeren die een Rotterdammer van geboorte tot dood kan meemaken. Veel rituelen zijn bewaard gebleven, maar zijn in een ander jasje gestoken. Over de blijde verwachting werd vroeger nogal geheimzinnig gedaan. Daar sprak men niet of slechts in versluierende termen over. Tegenwoordig laten sommigen een echo maken en versturen het beeld per sms. Voor de ontkerkelijking die vanaf 1965 optrad, werden er kinderen in prachtige doopjurken, vaak erfstukken, gedoopt. Nu vergapen we ons op tv aan de doop van de prinsesjes van Oranje. Een relatief nieuw initiatieritueel in Rotterdam is de besnijdenis van islamitische jongetjes, die daarvoor in prachtige pakjes gekleed gaan en na afloop overladen worden met cadeaus. Veel rituelen krijg je als kind van huis uit mee en naarmate je belevingswereld groeit, komen er steeds meer bij. Betrekkelijk nieuw is de Valentijnsviering die via studentenfeesten aan populariteit heeft gewonnen en steeds meer als een feest van
de liefde wordt gezien. Nieuw zijn ook de rituelen rondom Halloween, een feest dat heel kleinschalig is aangepakt door buurtbewoners en scholen. Door allerlei tradities en feesten met hun specifieke rituelen, zoals de kerstboom versieren met kerst, de kaarsjes uitblazen op een verjaardag, de verkleedpartij bij Zomercarnaval en de lintjesregen op Prinsjesdag, krijgt het leven ritme en vorm.
rituelen
De laatste rituelen in een mensenleven, die rond dood en rouw, waren vroeger sober. Het plakje cake bij de koffie is er nog steeds, maar de doodskist mag nu ook beschilderd en de tijd dat men zich geheel in het zwart hulde als teken van rouw, is vrijwel voorbij. En niet iedereen heeft voor rouwverwerking nog een kerkgebouw nodig. We bouwen onze altaren nu thuis en laten ons verdriet zien in stille tochten. Of we richten bermmonumenten op om het verlies van onze dierbaren te verwerken, maar ook als een memento mori voor anderen. Ook de stad pakt allerlei feesten en initiatieven met kenmerkende rituelen op om gezamenlijk te vieren of herdenken. Het Suikerfeest bijvoorbeeld dat een typisch familiefeest is, duikt op in de openbare ruimte als een feest van integratie. De expositie laat zien hoe groot de verscheidenheid aan rituelen is: universele en persoonlijke. Religieuze en wereldlijke. Nieuwe en eeuwenoude. Rituelen kleuren ons leven in no-nonsense stad Rotterdam van geboorte tot dood. Ingrid de Jager curator Rituelen
4 &5 historisch nu januari 2011 nr 34
v.l.
n.r.
Versierd potje voor het bewaren van ceremonieel poeder. Het Hindoestaanse huwelijksritueel verloopt volgens een vast patroon. Na de ceremonie brengt de bruidegom gekleurd poeder aan op de haarscheiding van zijn echtgenote om de huwelijkse voor iedereen zichtbaar te maken.
Onderlinge begroetingen gaan met rituelen gepaard. Vroeger lichtte men de hoed op of tikte de rand aan, afhankelijk van de passant . Opzoomer Mee maakt van het besloten Suikerfeest een feest voor de hele straat, ongeacht leeftijd, religie en herkomst. (foto Jan van der Ploeg)
Haarlokken en melktandjes zijn dierbare herinneringen aan de kindertijd. De familie Rijckevorsel bewaarde vanaf 1854 de tandjes van een van hun kinderen.
Een rammelaar was en is een mooi geschenk voor een baby. Het geluid van de belletjes van deze rammelaar zou boze geesten verdrijven.
De herdenking van het bombardement van 14 mei 1940 is mede dankzij de wandeling langs de brandgrens uitgegroeid tot een indrukwekkend stadsritueel.
In een monstrans wordt de hostie, symbool van het Laatste Avondmaal, op een plechtige wijze getoond. Kinderen die hun heilige communie doen, ontvangen hun eerste hostie en maken vanaf dat moment deel uit van de geloofsgemeenschap.
RITUELEN vanaf 15 februari 2011 niveau 3 Schielandshuis
De behoefte aan rituelen is onderhevig aan een golfbeweging. Na de verminderde belangstelling voor rituelen in de jaren zestig, is er vanaf de jaren negentig sprake van een opleving van het ritueel. De hang naar spiritualiteit en de speurtocht naar zingeving, hebben nieuwe, persoonlijk ingekleurde rituelen voortgebracht. Er zijn moderne stadsrituelen ontstaan en ook de komst van migranten heeft Rotterdam verrijkt met nieuwe rituelen. De tentoonstelling Rituelen laat een waaier aan rituelen de revue passeren die een Rotterdammer van geboorte tot dood kan meemaken. Veel rituelen zijn bewaard gebleven, maar zijn in een ander jasje gestoken. Over de blijde verwachting werd vroeger nogal geheimzinnig gedaan. Daar sprak men niet of slechts in versluierende termen over. Tegenwoordig laten sommigen een echo maken en versturen het beeld per sms. Voor de ontkerkelijking die vanaf 1965 optrad, werden er kinderen in prachtige doopjurken, vaak erfstukken, gedoopt. Nu vergapen we ons op tv aan de doop van de prinsesjes van Oranje. Een relatief nieuw initiatieritueel in Rotterdam is de besnijdenis van islamitische jongetjes, die daarvoor in prachtige pakjes gekleed gaan en na afloop overladen worden met cadeaus. Veel rituelen krijg je als kind van huis uit mee en naarmate je belevingswereld groeit, komen er steeds meer bij. Betrekkelijk nieuw is de Valentijnsviering die via studentenfeesten aan populariteit heeft gewonnen en steeds meer als een feest van
de liefde wordt gezien. Nieuw zijn ook de rituelen rondom Halloween, een feest dat heel kleinschalig is aangepakt door buurtbewoners en scholen. Door allerlei tradities en feesten met hun specifieke rituelen, zoals de kerstboom versieren met kerst, de kaarsjes uitblazen op een verjaardag, de verkleedpartij bij Zomercarnaval en de lintjesregen op Prinsjesdag, krijgt het leven ritme en vorm.
rituelen
De laatste rituelen in een mensenleven, die rond dood en rouw, waren vroeger sober. Het plakje cake bij de koffie is er nog steeds, maar de doodskist mag nu ook beschilderd en de tijd dat men zich geheel in het zwart hulde als teken van rouw, is vrijwel voorbij. En niet iedereen heeft voor rouwverwerking nog een kerkgebouw nodig. We bouwen onze altaren nu thuis en laten ons verdriet zien in stille tochten. Of we richten bermmonumenten op om het verlies van onze dierbaren te verwerken, maar ook als een memento mori voor anderen. Ook de stad pakt allerlei feesten en initiatieven met kenmerkende rituelen op om gezamenlijk te vieren of herdenken. Het Suikerfeest bijvoorbeeld dat een typisch familiefeest is, duikt op in de openbare ruimte als een feest van integratie. De expositie laat zien hoe groot de verscheidenheid aan rituelen is: universele en persoonlijke. Religieuze en wereldlijke. Nieuwe en eeuwenoude. Rituelen kleuren ons leven in no-nonsense stad Rotterdam van geboorte tot dood. Ingrid de Jager curator Rituelen
6
7
historisch nu januari 2011 nr 34
historisch nu januari 2011 nr 34
SIMIT
OMGEVING
VADER DRINK NIET MEER
VERKEERSVEILIGHEID
Jonge verkoper met een dienblad vol simits, ronde Turkse broodjes besprenkeld met sesamzaad.
De markante bebouwing van architectuurstad Rotterdam torent hoog uit boven de nietige snackkraam.
SUIKERSPIN
MARKT
In de tweede helft van de 19e eeuw ontwrichtte overmatig alcoholgebruik menig gezin. De vrouw verwijt haar man dat dankzij zijn kroegbezoek de dochter van de kroegbaas er chic bijloopt. (ontwerp Johan Walter, ca 1890)
GOED ZO MOEDER!
De levensgevaarlijke combinatie alcohol en snelverkeer wordt op dit affiche krachtig uitgebeeld. (ontwerp Rien Hubregtsen, ca 1950)
De loempiakraam op de Korte Hoogstraat: een lichtend baken in donkere dagen.
Meisje op kermis van Mullerpier met suikerspin, niet echt een snack maar wel een zoet tussendoortje.
KOK
straatvoedsel
PINHEAD
Een klassieker onder snackliefhebbers: een broodje haring eten op de markt.
TROOST
Het multiculturele karakter van wereldstad Rotterdam vinden we terug in het straatvoedsel. Ooit was de nasischijf een van de meest exotische snacks die je in een Rotterdamse snackbar kon bestellen. Anno 2011 is de traditionele snackcultuur van patat, kroketten en loempia´s verrijkt met pom, roti, shaorma, falafel, dim sum, döner kebab, wraps en tientallen andere exotische hapjes uit alle werelddelen.
Een Aziatische kok neemt even de tijd voor de fotograaf.
BIO Joris den Blaauwen studeerde af aan de Koninklijke Academie voor Beeldende Kunsten in Den Haag. Hij werkt autonoom en in opdracht. Voor enkele fotoprojecten reisde hij uitgebreid door Zuid-Afrika. Zijn werk was o.a te zien bij Cokkie Snoei en op het Fotofestival Naarden.
In deze bruisende metropool waar inwoners van meer dan 170 verschillende nationaliteiten naast elkaar leven, weerspiegelen de culinaire mogelijkheden de culturele lappendeken die Rotterdam, net als zoveel moderne steden, is geworden. De wereld en daarmee de wereldgeschiedenis is dichterbij gekomen en hapt soms heerlijk weg. In het midden van de jaren ´80 van de vorige eeuw werd de Vietnamese loempia razend populair. De kleinere variant van de Indonesische loempia werd destijds aan de man gebracht door (boot)vluchtelingen die in de nasleep van de Vietnamoorlog het communistisch regime in het herenigde Vietnam waren ontvlucht om elders een nieuw bestaan op te bouwen. De kraampjes met Vietnamese loempia´s zijn inmiddels een vertrouwd beeld in het centrum. Alsof ze er altijd al zijn geweest. Dat is niet het geval. Daarnaast lijkt het alsof er in de stad steeds meer eetgelegenheden bij komen. En dat is waarschijnlijk wèl het geval. Voor Museum Rotterdam was dat vermoeden aanleiding om fotograaf Joris den Blaauwen (1973) in te schakelen. Hij kreeg de opdracht vast te leggen hoe, waar en wat Rotterdammers eten als ze niet thuis of in een chic restaurant eten en welke gevolgen dit heeft voor het straatbeeld. Den Blaauwen zwierf maanden met zijn camera door de stad. Hij bezocht snackbars, markten, hamburgerketens, sportkantines, buurtcafetaria, eetstalletjes, braderieën, talloze feesten
en festivals. Zijn onderzoek naar de Rotterdamse wereld van de snelle hap voerde hem naar alle uithoeken van de stad. Rotterdam zou Rotterdam niet zijn indien het alleen maar snacks importeert. Sinds kort is een Rotterdamse uitvinding bezig aan een opmars door de rest van Nederland: de Kapsalon. Deze caloriebom is naar verluidt een aantal jaren geleden ontstaan in Delfshaven waar een eigenaar van een kapsalon in de daarnaast gelegen shaormazaak een luchschotel liet bereiden met zijn favoriete ingrediënten: vlees, patat, kaas, sauzen en salade. De zegetocht van de Kapsalon gaat gepaard met waarschuwingen van lokale GGD´s en het Voedingscentrum in Den Haag. Met ruim 1800 calorieën valt de Kapsalon niet meer in de categorie tussendoortje; dat aantal staat bijna gelijk aan hetgeen een volwassen man per dag nodig heeft. Het resultaat van Den Blaauwens speurtocht is vanaf 18 december in Galerie Dubbelde Palmboom te zien. Hij verrast ons met een caleidoscopisch beeld van een stad waar inwoners ondanks al hun culturele verschillen één ding gemeen hebben: de liefde voor voedsel dat snel, gemakkelijk en relatief goedkoop is. Tolerantie, begrip en wederzijds respect gaan door de maag. HK
Louis Raemaekers ontwiep in 1910 een affiche dat moeders aanspoort hun kinderen vroegtijdig te laten onderzoeken op tuberculose. Honderd jaar geleden was dat een vaak fataal aflopende, nauwelijks te behandelen ziekte.
ONTPLOFFINGSGEVAAR
Hoe koud, nat en donker het ook mag zijn, voedsel biedt troost.
KAPSALON Rotterdamse snackcultuur door Joris den Blaauwen Galerie Dubbelde Palmboom 18 dec 2010 t/m 30 apr 2011 toegang gratis
In 1946 waarschuwde het Ministerie van Onderwijs scholieren voor de gevaren van niet-ontplofte granaten, mijnen en ander oorlogstuig.
pas op! Zojuist is bij de lift een affiche opgehangen dat zorgt voor rumoer. Een collega slaat in schrik de hand voor de mond en grijpt naar haar beurs. Andere medewerkers worden eveneens onrustig. Er ontstaat zelfs een opstootje. Maar al gauw blijkt het loos alarm en komen de gemoederen tot rust. Het affiche waarschuwt namelijk niet voor zakkenrollers. De duistere rat met een poot geklemd om een gulden symboliseert een ander gevaar: ongedierte dat een gevaar voor de volksgezondheid vormt, de gemeenschap veel geld kost en dat moet worden bestreden. Het affiche maakt deel uit van Pas op!, een tentoonstelling met een hoog gehalte aan mogelijk gevaar. Het kwaad loert van alle kanten. Althans, als we de overheid en ideële instanties mogen geloven die de affiches in omloop brengen. De meeste betreffen drankmisbruik, onveilige seks en roken.
tegen drankmisbruik over aan derden. Een evaluatie van een langdurige campagne maakte duidelijk dat effecten moeilijk te meten zijn. Sindsdien richt de overheid zich meer en meer op wetgeving. Maar via Postbus 51 wijst ze nog wel degelijk op ander gevaar.
De vraag is: trekt de mens zich er iets van aan? Neem nou drankmisbruik. Al meer dan honderd jaar waarschuwen affiches voor het gevaar van alcohol. Eerst gebeurt dit op verhalende manier, zoals bij Het kind van den tapper uit circa 1890. We moeten goed kijken hoe een en ander in elkaar steekt, want aan de alcoholist in kwestie is niet te zien dat hij te veel drinkt. In tegendeel, hij ziet er patent uit. Het is zijn gezin dat er treurig bijloopt. Eigentijdse affiches over alcoholisme confronteren veel meer. We zien bijvoorbeeld een meisje dat bij het nuchter worden constateert dat ze in bed ligt met een jongen ‘met een rotkop’. En vervolgens een persoonlijke vraag op ons afvuurt: ‘Ben jij sterker dan drank?’
De vraag of het allemaal helpt is niet eenvoudig te beantwoorden. Problemen met alcohol zijn de wereld nog niet uit. Denk bijvoorbeeld aan jongeren en het zogenaamde comazuipen. Een ander geval is roken. Steeds meer mensen stoppen met roken, maar is dat te wijten aan de vele campagnes die er zijn geweest? Dat zou mooi zijn. Al was het maar omdat het geld nuttig is besteed. Andere oorzaken spelen vermoedelijk eveneens een rol. De roker moet de beslotenheid van kantoor of restaurant verlaten om een trekje te kunnen nemen. Misschien voelt hij zich daardoor een beetje ongemakkelijk, misschien ook wel een beetje een loser. Maar afgezien daarvan speelt iets mee dat wellicht nog veel zwaarder weegt: de roker wordt naar buiten verbannen en buiten is het koud.
De overheid heeft lange tijd zelf campagne gevoerd tegen drankmisbruik. Maar het affiche met het meisje is niet van de overheid afkomstig. Dat is in omloop gebracht door een instituut voor gezondheid. Vanaf 1998 laat de overheid de strijd
Lina van der Wolde conservator
Stichting Volksgezondheid En Roken gooide in 1997 deze affiche tegen het roken in de strijd. De roker wordt afgebeeld als Pinhead, een getormenteerd personage uit de Hellraiser horrorfilms.
PAS OP ! affiches met een waarschuwing t/m 20 feb 2011 niveau -2 Atlas Van Stolk
6
7
historisch nu januari 2011 nr 34
historisch nu januari 2011 nr 34
SIMIT
OMGEVING
VADER DRINK NIET MEER
VERKEERSVEILIGHEID
Jonge verkoper met een dienblad vol simits, ronde Turkse broodjes besprenkeld met sesamzaad.
De markante bebouwing van architectuurstad Rotterdam torent hoog uit boven de nietige snackkraam.
SUIKERSPIN
MARKT
In de tweede helft van de 19e eeuw ontwrichtte overmatig alcoholgebruik menig gezin. De vrouw verwijt haar man dat dankzij zijn kroegbezoek de dochter van de kroegbaas er chic bijloopt. (ontwerp Johan Walter, ca 1890)
GOED ZO MOEDER!
De levensgevaarlijke combinatie alcohol en snelverkeer wordt op dit affiche krachtig uitgebeeld. (ontwerp Rien Hubregtsen, ca 1950)
De loempiakraam op de Korte Hoogstraat: een lichtend baken in donkere dagen.
Meisje op kermis van Mullerpier met suikerspin, niet echt een snack maar wel een zoet tussendoortje.
KOK
straatvoedsel
PINHEAD
Een klassieker onder snackliefhebbers: een broodje haring eten op de markt.
TROOST
Het multiculturele karakter van wereldstad Rotterdam vinden we terug in het straatvoedsel. Ooit was de nasischijf een van de meest exotische snacks die je in een Rotterdamse snackbar kon bestellen. Anno 2011 is de traditionele snackcultuur van patat, kroketten en loempia´s verrijkt met pom, roti, shaorma, falafel, dim sum, döner kebab, wraps en tientallen andere exotische hapjes uit alle werelddelen.
Een Aziatische kok neemt even de tijd voor de fotograaf.
BIO Joris den Blaauwen studeerde af aan de Koninklijke Academie voor Beeldende Kunsten in Den Haag. Hij werkt autonoom en in opdracht. Voor enkele fotoprojecten reisde hij uitgebreid door Zuid-Afrika. Zijn werk was o.a te zien bij Cokkie Snoei en op het Fotofestival Naarden.
In deze bruisende metropool waar inwoners van meer dan 170 verschillende nationaliteiten naast elkaar leven, weerspiegelen de culinaire mogelijkheden de culturele lappendeken die Rotterdam, net als zoveel moderne steden, is geworden. De wereld en daarmee de wereldgeschiedenis is dichterbij gekomen en hapt soms heerlijk weg. In het midden van de jaren ´80 van de vorige eeuw werd de Vietnamese loempia razend populair. De kleinere variant van de Indonesische loempia werd destijds aan de man gebracht door (boot)vluchtelingen die in de nasleep van de Vietnamoorlog het communistisch regime in het herenigde Vietnam waren ontvlucht om elders een nieuw bestaan op te bouwen. De kraampjes met Vietnamese loempia´s zijn inmiddels een vertrouwd beeld in het centrum. Alsof ze er altijd al zijn geweest. Dat is niet het geval. Daarnaast lijkt het alsof er in de stad steeds meer eetgelegenheden bij komen. En dat is waarschijnlijk wèl het geval. Voor Museum Rotterdam was dat vermoeden aanleiding om fotograaf Joris den Blaauwen (1973) in te schakelen. Hij kreeg de opdracht vast te leggen hoe, waar en wat Rotterdammers eten als ze niet thuis of in een chic restaurant eten en welke gevolgen dit heeft voor het straatbeeld. Den Blaauwen zwierf maanden met zijn camera door de stad. Hij bezocht snackbars, markten, hamburgerketens, sportkantines, buurtcafetaria, eetstalletjes, braderieën, talloze feesten
en festivals. Zijn onderzoek naar de Rotterdamse wereld van de snelle hap voerde hem naar alle uithoeken van de stad. Rotterdam zou Rotterdam niet zijn indien het alleen maar snacks importeert. Sinds kort is een Rotterdamse uitvinding bezig aan een opmars door de rest van Nederland: de Kapsalon. Deze caloriebom is naar verluidt een aantal jaren geleden ontstaan in Delfshaven waar een eigenaar van een kapsalon in de daarnaast gelegen shaormazaak een luchschotel liet bereiden met zijn favoriete ingrediënten: vlees, patat, kaas, sauzen en salade. De zegetocht van de Kapsalon gaat gepaard met waarschuwingen van lokale GGD´s en het Voedingscentrum in Den Haag. Met ruim 1800 calorieën valt de Kapsalon niet meer in de categorie tussendoortje; dat aantal staat bijna gelijk aan hetgeen een volwassen man per dag nodig heeft. Het resultaat van Den Blaauwens speurtocht is vanaf 18 december in Galerie Dubbelde Palmboom te zien. Hij verrast ons met een caleidoscopisch beeld van een stad waar inwoners ondanks al hun culturele verschillen één ding gemeen hebben: de liefde voor voedsel dat snel, gemakkelijk en relatief goedkoop is. Tolerantie, begrip en wederzijds respect gaan door de maag. HK
Louis Raemaekers ontwiep in 1910 een affiche dat moeders aanspoort hun kinderen vroegtijdig te laten onderzoeken op tuberculose. Honderd jaar geleden was dat een vaak fataal aflopende, nauwelijks te behandelen ziekte.
ONTPLOFFINGSGEVAAR
Hoe koud, nat en donker het ook mag zijn, voedsel biedt troost.
KAPSALON Rotterdamse snackcultuur door Joris den Blaauwen Galerie Dubbelde Palmboom 18 dec 2010 t/m 30 apr 2011 toegang gratis
In 1946 waarschuwde het Ministerie van Onderwijs scholieren voor de gevaren van niet-ontplofte granaten, mijnen en ander oorlogstuig.
pas op! Zojuist is bij de lift een affiche opgehangen dat zorgt voor rumoer. Een collega slaat in schrik de hand voor de mond en grijpt naar haar beurs. Andere medewerkers worden eveneens onrustig. Er ontstaat zelfs een opstootje. Maar al gauw blijkt het loos alarm en komen de gemoederen tot rust. Het affiche waarschuwt namelijk niet voor zakkenrollers. De duistere rat met een poot geklemd om een gulden symboliseert een ander gevaar: ongedierte dat een gevaar voor de volksgezondheid vormt, de gemeenschap veel geld kost en dat moet worden bestreden. Het affiche maakt deel uit van Pas op!, een tentoonstelling met een hoog gehalte aan mogelijk gevaar. Het kwaad loert van alle kanten. Althans, als we de overheid en ideële instanties mogen geloven die de affiches in omloop brengen. De meeste betreffen drankmisbruik, onveilige seks en roken.
tegen drankmisbruik over aan derden. Een evaluatie van een langdurige campagne maakte duidelijk dat effecten moeilijk te meten zijn. Sindsdien richt de overheid zich meer en meer op wetgeving. Maar via Postbus 51 wijst ze nog wel degelijk op ander gevaar.
De vraag is: trekt de mens zich er iets van aan? Neem nou drankmisbruik. Al meer dan honderd jaar waarschuwen affiches voor het gevaar van alcohol. Eerst gebeurt dit op verhalende manier, zoals bij Het kind van den tapper uit circa 1890. We moeten goed kijken hoe een en ander in elkaar steekt, want aan de alcoholist in kwestie is niet te zien dat hij te veel drinkt. In tegendeel, hij ziet er patent uit. Het is zijn gezin dat er treurig bijloopt. Eigentijdse affiches over alcoholisme confronteren veel meer. We zien bijvoorbeeld een meisje dat bij het nuchter worden constateert dat ze in bed ligt met een jongen ‘met een rotkop’. En vervolgens een persoonlijke vraag op ons afvuurt: ‘Ben jij sterker dan drank?’
De vraag of het allemaal helpt is niet eenvoudig te beantwoorden. Problemen met alcohol zijn de wereld nog niet uit. Denk bijvoorbeeld aan jongeren en het zogenaamde comazuipen. Een ander geval is roken. Steeds meer mensen stoppen met roken, maar is dat te wijten aan de vele campagnes die er zijn geweest? Dat zou mooi zijn. Al was het maar omdat het geld nuttig is besteed. Andere oorzaken spelen vermoedelijk eveneens een rol. De roker moet de beslotenheid van kantoor of restaurant verlaten om een trekje te kunnen nemen. Misschien voelt hij zich daardoor een beetje ongemakkelijk, misschien ook wel een beetje een loser. Maar afgezien daarvan speelt iets mee dat wellicht nog veel zwaarder weegt: de roker wordt naar buiten verbannen en buiten is het koud.
De overheid heeft lange tijd zelf campagne gevoerd tegen drankmisbruik. Maar het affiche met het meisje is niet van de overheid afkomstig. Dat is in omloop gebracht door een instituut voor gezondheid. Vanaf 1998 laat de overheid de strijd
Lina van der Wolde conservator
Stichting Volksgezondheid En Roken gooide in 1997 deze affiche tegen het roken in de strijd. De roker wordt afgebeeld als Pinhead, een getormenteerd personage uit de Hellraiser horrorfilms.
PAS OP ! affiches met een waarschuwing t/m 20 feb 2011 niveau -2 Atlas Van Stolk
8
historisch nu januari 2011 nr 34
AGENDA
AGENDA
SCHIELANDSHUIS
DUBBELDE PALMBOOM
Stad van Rotterdammers Vernieuwd vaste opstelling Rotterdamse School t/m 10 jan 2011 Mes & Vork t/m 15 mei 2011 Pas op! t/m 20 feb 2011 Rituelen vanaf 15 februari 2011 Wajang Foxtrot 12 maart t/m 3 juli 2011 Evenementen elke eerste zondag van de maand gratis rondleiding om 15.00 uur
MUSEUMNACHT De tiende editie van de Rotterdamse Museumnacht wordt extra feestelijk. Het Schielandshuis pakt in het jubileumjaar weer uit met een programma dat alle zintuigen prikkelt. Verrassend, multidiciplinair, barstensvol entertainment en educatief bovendien. Zaterdag 5 maart 2011
Zicht op Delfshaven vanaf januari 2011 Opa´s iPod t/m mei 2011 Hoezo waardeloos? vaste opstelling Kapsalon t/m 30 april 2011 openingstijden voor beide musea: di t/m zon 11.00 - 17.00 uur www.museumrotterdam.nl
naamsverandering Het Historisch Museum Rotterdam gaat met zijn tijd mee en verandert zijn naam in Museum Rotterdam. Voor Rotterdammers die de geschiedenis van het museum kennen, zal de naamswijziging geen grote verrassing zijn. De voorgeschiedenis gaat terug op de stedelijke antiquiteitenkamer die in 1876 op de bel-etage in het Schielandshuis werd ingericht. Begin twintigste eeuw voldeed dat niet langer, omdat een verzameling antiquiteiten geen goed beeld gaf van het rijke stadsverleden. In 1905 werd daarom een belangrijke stap voorwaarts gezet door de oprichting van het Museum van Oudheden der Stad Rotterdam. Na de Tweede Wereldoorlog werden de bakens opnieuw verzet. In 1953 presenteerde het instituut zich voor het eerst aan het publiek onder de naam Historisch Museum der Stad Rotterdam, later ingekort tot Historisch Museum Rotterdam. Het Schielandshuis was ingrijpend verbouwd en in vergelijking met het Museum van Oudheden kwam de nadruk te liggen op de stijlkamers uit de 17de, 18de en 19de eeuw. Rotterdam stond niet bekend als een kunstzinnige stad en de gedeeltelijke accentverlegging naar voorwerpen van kunst- en kunstnijverheid was begrijpelijk. Het Schielandshuis bood na de restauratie tot 17de-eeuws stadspaleis vanaf de heropening in 1986 een nieuwe generatie Rotterdammers de gelegenheid te genieten van de rijke collecties die jarenlang opgeslagen hadden gelegen in museumdepots. Achteraf bezien zou het niet zo vreemd zijn geweest als toen de naam Stadsmuseum Rotterdam was gekozen in plaats van handhaving van de oude naam. In het paleis van Rotterdam stond niet alleen de Rotterdamse kunst centraal, maar was er eveneens veel aandacht voor de geschiedenis van de stad en de materiële cultuur van het dagelijks leven. Het Historisch Museum Rotterdam heeft zich de afgelopen tien jaar verder ontwikkeld tot een echt stadsmuseum, dat een breed publiek laat delen in de nieuwe kennis en materiële cultuur die in de loop der jaren werden verzameld en gepresenteerd in zowel Schielandshuis als Dubbelde Palmboom.
De naam Historisch Museum Rotterdam bestaat al ruim 50 jaar en gezien de accenten die het museum nu legt, is een nieuwe naam een logische stap. Rotterdam is sinds de jaren vijftig ingrijpend veranderd. Niet alleen in een moderne skylinestad, maar ook in een stad die vele gezichten, etniciteiten en nationaliteiten telt. Een eigentijds stadsmuseum kan de veranderde sociaal-culturele samenstelling van de bevolking niet negeren. Een nieuw publiek moet ook in staat worden gesteld kennis te nemen van het erfgoed van de stad. Dat doen we door de stad van nu en de bewoners nog centraler te stellen dan voorheen. De nieuwe naam Museum Rotterdam drukt precies uit wat het museum beoogt. Zonder de interesses van ons vaste publiek te negeren, zal het als netwerkmuseum er alles aan doen om met bewoners de actuele stad te ontdekken en zo een eigentijdse invulling en betekenis te geven aan het waardevolle erfgoed dat al ruim honderd jaar wordt verzameld en gepresenteerd. Paul van de Laar Directeur Collecties en Wetenschappelijk Onderzoek
COLOFON Historisch
nu
is een uitgave van Museum Rotterdam. Korte Hoogstraat 31 3011 GK Rotterdam telefoon 010 217 67 67 fax 010 433 44 99 www.museumrotterdam.nl redactie@museumrotterdam.nl
Redactie Henk van der Kroon Rob Noordhoek Nora Schadee Vormgeving 75B Productiebegeleiding Ron Breugelmans Druk Drukkerij Graféno bv Voor alle foto’s geldt: bron Museum Rotterdam, tenzij anders vermeld Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook, zonder voorafgaande toestemming van de redactie