Onderzoek uitgelicht - jaargang 4 - nummer 2

Page 1

Over herdenken, vieren en herinneren

Onderzoek uitgelicht ER THEMANUMEM BIOGRAF N EN BIOGRAFIEËN > Adolf Hitler, Loe de Jong, Marco Kroon, Hanns Albin Rauter, Marie Anne Tellegen, Peter van Uhm & Hendrik Verwoerd > Bert Keizer over Joodse artsen in oorlogstijd > Lesgeven over de Jodenvervolging

Jaargang 4, nr. 2 – december 2015


Colofon Jaargang 4, nr. 2 – december 2015 issn 2213-6177 Redactie: dr. Esther Captain, drs. Renske Krimp MA, drs. Maarten-Jan Vos Beeldredactie: Rutger van Krieken MA Eindredactie: drs. Marije Wilmink Vormgever: Martijn Luns – bureauLuns.nl Grafische productie: Grafiservices, Utrecht Onderzoek uitgelicht is een uitgave van het Nationaal Comité 4 en 5 mei en verschijnt twee keer per jaar. Bent u als professional of vrijwilliger werkzaam in het werkveld van herdenken, vieren en herinneren, dan is het voor uw organisatie mogelijk om kosteloos een abonnement op Onderzoek uitgelicht te nemen. Neem hiervoor contact op met: Nationaal Comité 4 en 5 mei, t.a.v. Onderzoek uitgelicht, Nieuwe Prinsengracht 89, 1018 VR Amsterdam, telefoon 020-7183500, e-mail onderzoekuitgelicht@4en5mei.nl Redactieraad: dr. Annelieke Drogendijk, mr. dr. Laurie Faro, drs. Liesbeth van der Horst, drs. Jos Palm, Lars van Troost, dr. Frederiek de Vlaming Copyright van de artikelen berust bij het Nationaal Comité 4 en 5 mei en bij de betreffende auteurs. Overname van (delen van) artikelen is toegestaan voor niet-commercieel gebruik, mits met bronvermelding en toezending van een bewijsexemplaar. Op foto’s en illustraties rust copyright. Het Nationaal Comité 4 en 5 mei heeft getracht rechthebbenden van het fotomateriaal op te sporen en hun toestemming te vragen voor publicatie. Wie desondanks klachten of bezwaren heeft in verband met auteursrecht, portretrecht, andere rechten, persoonsgegevens of privacy, wordt verzocht contact op te nemen met het Nationaal Comité 4 en 5 mei. De foto’s op pagina 23 en 25 zijn gelicenseerd onder de Creative Commons-licentie Naamsvermelding - Gelijk Delen 3.0. De volledige tekst van de licentie is te vinden op http://creativecommons.org/licenses/by-sa/3.0.nl. Onderzoek uitgelicht is met plantaardige inkten gedrukt op FSC-gecertificeerd papier.

Omslagfoto: Nationaal Archief, Fotocollectie Anefo Foto op pagina 1: Beeldbank WO2 – NIOD. www.4en5mei.nl

Inhoudsopgave UMMER THEMAN EN N E F A R G BIO ËN E I F A R G O I B


Geschiedsschrijver Lou de Jong 4

Persoonlijke zwijgzaamheid en publieke openhartigheid – De biografie van Loe de Jong Liesbeth Hoeven > In zijn 13-delige standaardwerk Het Koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog trachtte Loe de Jong één groot, eenduidig verhaal over het Nederlandse oorlogsverleden neer te zetten. Dat er meer verhalen te vertellen

Erfgoededucatie 30 Verlangen naar tastbaar verleden

zijn, laat zijn eigen levensgeschiedenis zien.

Een onderzoek naar educatie bij erfgoedinstellingen

Verzetsvrouw Marie Anne Tellegen

tastbaar verleden, een handzaam boek over erf-

Alex Bakker > Onlangs verscheen Verlangen naar 12 Marie Anne Tellegen: een tegendraadse

goedonderwijs en de ontwikkeling van historisch

lezing

besef. Interessant voer voor iedereen die te maken

Marischka Verbeek > Wim Weenink schetst in

heeft met de vertaalslag van geschiedenis naar een

Vrouw achter de troon bekwaam het leven van Ma-

breder publiek.

rie Anne Tellegen: oorlog en verzet, vrouwenemancipatie, directeur van het Kabinet der Koningin. Maar is dat het hele verhaal? Marischka Verbeek

Onderwijs 34 Problemen met de Sjoa in de klas? ‘Vooral

die Weenink lijkt te negeren.

Maarten-Jan Vos > Hoe ingewikkeld is het voor do-

snoerd door onwillige leerlingen, zoals de media

Paul van der Steen > Los van elkaar werken Theo

ons doen geloven? Wij organiseerden een gesprek

1

Gerritse en Bas Kromhout ieder aan de biografie

met vier ervaringsdeskundigen.

Nationaal Comité 4 en 5 mei

krantenkoppen’

Onderzoek uitgelicht

ziet een roze olifant door de biografie heen lopen

centen om aandacht te besteden aan de jodenver‘Foute’ mannen Rauter en Verwoerd 16 Een schurk stelt een biograaf nooit teleur

volging? Wordt hen steeds vaker de mond ge-

van een ‘foute man’. Hoe is het om zo diep in het leven te duiken van SS’er Hanns Albin Rauter en apartheidsvoorman Hendrik Verwoerd?

Militaire geschiedenis 38 Nieuwe hoofdstukken in de militaire geschiedenis

Nazileider Hitler 20 Wil de echte Hitler nu opstaan?

Sylvia Heimans > De doorgaande lijn tussen geallieerden toen en internationale solidariteit nu.

Robin te Slaa > Een nieuwe biografie over Hitler,

Twee beroemde militairen die betrokken waren bij

voegt dat nog iets toe? Robin te Slaa onderzoekt

de Afghanistan-missie – Marco Kroon en Peter van

hoe Volker Ullrichs studie naar de nazileider en

Uhm – besloten hun ervaringen in Nederlandse

zijn beweegredenen – bepaald niet de eerste die

krijgsdienst op papier te zetten. Hoe kijkt oud-mili-

verschijnt – zich verhoudt tot het beeld van Hitler

tair Ad van Baal naar de boeken die zij publiceer-

dat in eerdere biografieën wordt gepresenteerd.

den?

Ethiek in oorlogstijd 26 Hoe de oude ethiek zijn relevantie verloor Joodse artsen in de jaren ’40-’45 Bert Keizer > In haar boek ‘Vergeet niet dat je arts bent.’ Joodse artsen in oorlogstijd belicht Hannah van den Ende de gruwelijke dilemma’s waar deze artsen voor stonden. Filosoof en arts Bert Keizer valt op hoe nutteloos de medische ethiek bleek in die extreme omstandigheden.


iografieën zijn populair. Denk alleen al aan het

B

succes dat schrijfster Annejet van der Zijl had met haar boek Sonny Boy, over het Surinaams-Nederlandse jongetje Waldy Nods. Zijn ouders werden in 1944 opgepakt vanwege de hulp die zij aan

Joden gaven – en keerden nooit meer terug uit gevangenschap. Na Sonny Boy (2004) schreef Van der Zijl biografieën over prins Bernhard en Gerard Heineken. Dit najaar zal haar nieuwste biografie De Amerikaanse prinses verschijnen, met in de hoofdrol een bijzondere vrouw: Allene Tew, de peetmoeder van prinses Beatrix. Maar denk ook aan de twee biografieën over Winston Churchill die begin dit jaar verschenen, waarvan één geschreven door Boris

REDACTIONEEL

> ESTHER CAPTAIN

Levensverhalen van mensen in oorlog

Johnson, de flamboyante burgemeester van London. Levensverhalen fascineren, omdat het publiek al lezend dicht op de huid van de hoofdpersoon kan komen. En ze fascineren helemaal wanneer die hoofdpersoon leefde in tijden van oorlog of conflict. Niet voor niets krijgen biografieën over personen in de Tweede Wereldoorlog over het algemeen volop aandacht. Naast een levensverhaal over een interessant individu bieden die immers als ‘extraatje’ een inherent dramatische setting, waarin het maken van een bepaalde keuze extreme gevolgen kan hebben (denk aan het lot van de ouders van Sonny Boy) of waarin het handelen van één persoon cruciale gevolgen kan hebben voor het leven van talloze anderen. In dit nummer van Onderzoek uitgelicht staan we wat uitgebreider stil bij het genre van de biografie. Zo verscheen onlangs een nieuwe biografie over Adolf Hitler. Robin te Slaa vraagt zich af of deze nieuwe biografie over de nazileider iets toevoegt aan de vele die er al over hem zijn geschreven. Toch wel, zo constateert hij, al zal Hitler wel altijd een deels niet te vatten fenomeen blijven. Hoe het is om een biografie te schrijven over een onherroepelijk foute man in plaats van over een slachtoffer of een held? Niet alleen Hitler-biografen hebben hier ervaring mee. Twee Nederlandse biografen zijn as we speak druk bezig met een ‘daderbiografie’. De ene gaat over Hanns Rauter, tijdens de Tweede Wereldoorlog de hoogste SS-er in Nederland. De andere beschrijft het leven van Hendrik Verwoerd (medebedenker van het apartheidssysteem en premier van Zuid-Afrika). Met Paul van der Steen bespraken de twee biografen waarom zij juist deze niet-heldhaftige mannen wilden portretteren.


beperkt geduid, stelt Verbeek. Had Tellegens biograaf maar gebruik gemaakt van de werkwijze van de intieme journalistiek, zoals Liesbeth Hoeven die bepleit in haar bespreking van de biografie van ‘rijkshistoricus’ Loe de Jong. Hoeven is van mening dat we als lezer meer hadden begrepen van de grenzeloze schrijf- en werklust van De Jong als we deelgenoot waren gemaakt van de roerselen in zijn binnenwereld. Daarmee was de biografie van Marie Anne Tellegen ook een stuk vollediger geweest. Naast biografieën belichten we in dit nummer van Onderzoek uitgelicht een tweede onderwerp wat uitgebreider: het onderwijs. Alex Bakker vroeg hoogleraren Maria Grever en Carla van

geven over de Jodenvervolging aan middel-

Onderzoek uitgelicht

bare scholieren, in de klas of op locatie. Hun

2|3

conclusie is opmerkelijk: de vier betrokkenen

Nationaal Comité 4 en 5 mei

Boxtel naar hun visie op erfgoededucatie, en hoe deze kan bijdragen aan de ontwikkeling van historisch besef. Daarnaast vertellen vier deskundigen over hun ervaringen met les-

concluderen dat er wel degelijk een probleem is in de schoolklassen, maar het onderwijs over de Sjoa niet wordt belemmerd.

<

Allene Tew

Wat opvalt als je het biografische landschap bekijkt, is

Esther Captain

hoe vaak de blik op mannen is gericht, en hoe zelden

hoofdredacteur

vrouwen het tot onderwerp van een biografie wisten

Onderzoek uitgelicht

te schoppen. Niet zo vreemd als je kijkt naar het bre-

Foto: Suzanne Liem

dere veld van de geschiedschrijving, waarin de verhalen over grote mannen uit het verleden domineren. Of ze nou kwade geniussen waren of groots en heldhaftig handelden: de rol die deze mannen speelden in de politiek of op het slagveld verzekerde hen van een plaats in het publieke domein. Langzaam maar zeker verschijnen er echter steeds meer biografieën over vrouwen. Dat wil niet zeggen

> Onderzoek uitgelicht is ook online te lezen.

dat die het beperkte blikveld per definitie weten te

Via www.4en5mei.nl/onderzoek/uitgelicht vindt u alle num-

ontstijgen, zo laat Marischka Verbeek zien aan de

mers die tot nu toe zijn verschenen.

hand van de biografie van Marie Anne Tellegen. Het leven van deze verzetsvrouw die na de oorlog de ‘vrouw achter koningin Juliana’ werd, wordt wel heel


THEMA: BIOGRAFIEËN

> LIESBETH HOEVEN

Persoonlijke zwijgzaamheid en publieke openhartigheid

Liesbeth Hoeven pleit via de intieme journalistiek voor een meer genuanceerde benadering van het oorlogsverleden. Een benadering die zich richt op mensen in plaats van gebeurtenissen. Ze wil de discussie over het zwart-witdenken verbreden en illustreren dat grote en kleine verhalen elkaar niet uitsluiten. Dat is historicus Loe de Jong zelf niet gelukt, maar de biograaf van De Jong wel, zo blijkt uit de monumentale biografie die Boudewijn Smits schreef over de ‘rijkshistoricus’.

De biografie van Loe de Jong > Dr. Liesbeth Hoeven is werkzaam als projectmanager en postdoc-onderzoeker bij het Tilburg Cobbenhagen Center (Tilburg University). Onlangs rondde zij haar promotieonderzoek af, over de toekomst van de herinneringscultuur zoals die na de Tweede Wereldoorlog ontstaan is. Zij publiceert en geeft lezingen over narrativiteit, herinnering en verbeelding. Daarnaast ontwikkelt en begeleidt zij projecten op het gebied van cultuur- en erfgoededucatie.


aar denk je eigenlijk dat die to-

Instituut van de Rijksuniversiteit Groningen, waar

meloze schrijfdrift die zo’n

deze studie tot stand is gekomen,” zo schrijft Smits

“W

halve eeuw gewoed heeft, van-

in de inleiding, “wordt verricht vanuit de overtuiging

daan komt; waar die steeds

dat het persoonlijke leven een verklaringsgrond kan

door gevoed werd? (…) Jij voert

bieden om inzicht te verkrijgen in de publieke rol die

je eigen oorlog in de stilte van de studeerkamer.” In

de hoofdpersoon heeft vervuld.” Smits toont zich

oktober 1990 ontvangt historicus Loe de Jong een

hiermee een meester in de zogenoemde ‘intieme

lange brief van zijn neef Abel; de zoon van zijn twee-

journalistiek’: een vorm van verslaglegging die de be-

lingbroer Sally. Abel was samen met zijn jongere

weegredenen, drijfveren, ambitie en visie van men-

broer Daan voor de oorlog in veiligheid gebracht op

sen gedetailleerd in beeld brengt.

een onderduikadres. Als een van de weinigen van de familie De Jong overleefden beiden de oorlog. De zo-

Irene Costera Meijer, hoogleraar Journalistiek aan de

nen van Sally zijn boos en teleurgesteld dat hun oom,

Vrije Universiteit, heeft zich in Nederland gespecia-

die nota bene toegang had tot alle oorlogsarchieven,

liseerd in onderzoek naar de intieme journalistiek.1

hen later niets over hun vader wilde vertellen. Hij

In mijn proefschrift verwijs ik naar haar methode,

zweeg de familie en vooral ook zijn broer dood, aldus

die het belang van een mens- in plaats van gebeurte-

neef Daan.

nisgerichte benadering aangeeft.2 Met de publieke verslaglegging van de binnenwereld van mensen is namelijk een maatschappelijk belang gemoeid. De

tellend proefschrift beantwoordt biograaf Boudewijn

verhalen die de intieme journalistiek verzamelt, voe-

Smits de vraag in hoeverre de oorlogservaringen, de

den een democratische samenleving en tonen de al-

Joodse afkomst en de politieke overtuiging van Loe

ledaagse maar wezenlijke keuzes die gewone men-

de Jong hebben doorgewerkt in zijn visie op de pe-

sen moeten maken.

Onderzoek uitgelicht

Intieme journalistiek | In een bijna duizend pagina’s

4|5

Loe en Sally de Jong in hun jonge jaren, op een foto die werd gefilmd in Het zwijgen van Loe de Jong (2011). Foto: privéarchief familie De Jong

Nationaal Comité 4 en 5 mei

riode 1940-1945. “Het onderzoek bij het Biografie


van) zijn eigen persoonlijke oorlogsherinneringen en zijn observaties als wetenschapper (die sterk normatief van karakter waren). De Jong ontwierp een geheel eigen sjabloon voor geschiedschrijving. “De tijdgenoot die herinnert en herdenkt, simplificaties en mythes [koestert]” was tegelijkertijd “de geschiedschrijver [die] de historische werkelijkheid onderzoekt en terughoudend oordeelt”, aldus Smits. De Jong zat er dus op twee manieren in. En beide kanten – geschiedschrijving én persoonlijke herinnering – speelden een rol voor hem en in zijn werk. In zijn biografie werpt Smits nieuw licht op dit moreel geladen onderscheid. Hij beschrijft de maatschappelijke en historische context waarin De Jong zijn waarden deelde en gedragingen uitte en waarbinnen hij de nationale beeldvorming over de bezettingsperiode vormgaf in het dertiendelige standaardwerk Het Koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog (1969-1988). Laten zien hoe een klein Eigen sjabloon voor geschiedschrijving |Biograaf Boudewijn Smits onderschrijft deze benadering. “De

persoonlijk verhaal is verweven met de grote geschiedschrijving, daarin blinkt deze biografie uit.

Jong had bij zijn werk steeds een duidelijke missie voor ogen: de strijd tegen de nazi’s herdenken en vers

Eenzaam | Loe de Jong werd in 1914 in Amsterdam ge-

in het geheugen houden, en het benadrukken van

boren als oudste van een tweeling, al snel gevolgd

het belang van de herstelde waarden van de parle-

door broer Sally. Hun vader had een goedlopende

mentaire democratie”, schrijft hij.

melkhandel, waar zij regelmatig in meehielpen. De Jong had een afkeer van de sterke band en de gebrui-

De missie van Loe de Jong is in de media echter even-

ken in de hechte Joodse grootfamilie. Hij voltooide

zeer geroemd als bekritiseerd. De historicus maakte

“het integratiestreven van zijn ouders en bleef de rest

zelf geen duidelijk onderscheid tussen (de invloed

van zijn leven afkerig van Joods identiteitsbehoud”,

Foto boven: Loe de Jong in 1939, het jaar dat hij eindredacteur van De Groene Amsterdammer wordt. Foto: Nationaal Archief/Collectie Spaarnestad/ANP

Foto rechts: Loe de Jong (r) in Londen, in de studio van Radio Oranje. Foto: Beeldbank WO2 - NIOD


Loe de Jong op 6 januari 1947, in zijn functie als chef van het Bureau voor Oorlogsdocumentatie in Amsterdam. Foto: Nationaal Archief/Collectie Spaarnestad/Henk Blansjaar

welijksreis naar Zuid-Frankrijk kon echter niet door-

Sally dus, en ik haatte hem tegelijk. Hij was er, maar

gaan omdat het internationale treinverkeer stillag na-

waar was hij eigenlijk voor nodig?” Zijn leven lang

dat Hitler Polen was binnengevallen. Voor De Groene

broer was ‘blijmoediger, minder neurotisch, [en] had

op 10 mei 1940 meende De Jong al snel te moeten

veel gevoel voor humor’. Sally nam anderen van na-

vluchten, zowel vanwege zijn anti-Duitse stukken in

ture voor zich in en Loe stootte hen af.” Loe was on-

De Groene, als vanwege zijn Joodse afkomst. Loe en

6|7

gelukkig en eenzaam, zo beschrijft hij later zelf, zon-

Liesbeth de Jong slaagden er als enigen van de fami-

Nationaal Comité 4 en 5 mei

en trouwde in september 1939 met Liesbeth. De hu-

Onderzoek uitgelicht

aldus Smits. Loe vond het afschuwelijk om een tweelingbroer te hebben. “Ik hield van die andere helft,

probeerde Loe zich van Sally te onderscheiden. “Loe

schreef Loe de Jong artikelen over het naderende oor-

benijdde Sally die ‘aanhankelijker, liever’ was. Zijn

logsgevaar. Na de inval van de Duitsers in Nederland

der dat zijn ouders dit in de gaten hadden.

lie in om per boot uit IJmuiden weg te komen en

De tweeling was getalenteerd, sloeg de zesde klas van

Engeland te bereiken. Kort na aankomst beviel Lies-

de basisschool over en ging naar het Vossius Gymna-

beth van hun eerste kind. Loe ging aan het werk bij

sium. Daarna ging Loe geschiedenis studeren in

Radio Oranje, die eind juli 1940 de lucht in ging met

Amsterdam; Sally koos voor medicijnen. In de lijn

een speech van koningin Wilhelmina. Daar ontstond

van zijn ouders werd Loe lid van de SDAP. In 1937

zijn liefde voor het koningshuis.

schreef hij een inleiding ‘Hedendaags Marxisme’, om een jaar na zijn afstuderen te gaan werken als jour-

Op de divan | Door zijn werk bij Radio Oranje had De

nalist bij De Groene Amsterdammer. Daar schopte hij

Jong toegang tot veel informatie. In 1943 was hem al

het in 1939 tot eindredacteur met een behoorlijk sa-

bekend wat de Endlösung inhield en hij besefte dat

laris, zodat hij op zichzelf kon gaan wonen. Zijn

het wegvoeren naar Westerbork van zijn ouders en

broer Sally was al getrouwd voor hij zijn studie had

zusje in dat jaar weinig goeds betekende. Zijn broer

voltooid. Loe – relatieloos – was ongelukkig in die ja-

Sally en diens vrouw probeerden vergeefs Nederland

ren en besloot daarom in psychoanalyse te gaan. “Op

te ontvluchten via Zwitserland en Spanje, nadat ze

de divan sprak De Jong voor het eerst van zijn leven

hun twee kleine zoontjes – Abel en Daan – hadden

over zijn gevoelens en fantasieën.”

laten onderduiken. Eind 1943 kreeg De Jong in Londen een rapport onder ogen van een Joodse arts uit

Door zijn ontmoeting met Liesbeth Cost Budde, die in

Westerbork, getiteld De ondergang van het Nederland-

1937 haar diploma voor Sociaal Psychiatrisch Werk

sche Jodendom. Later blijkt dit goed ingevoerde rap-

had behaald, veranderde Loe’s leven: hij vond haar

port van zijn broer Sally te zijn, die enige tijd als arts

mooi en meende dat ze wist wat ze wilde, “daar kon

in Westerbork werkte.

ik me aan vasthouden”. Hij beëindigde de therapie


4 mei 1965: De Jong bereidt samen met een onbekende dame (links) en Milo Anstadt en Ben Klokman (rechts) zijn tv-programma De Bezetting voor. Foto: Nationaal Archief/Collectie Spaarnestad/ANP/Kippa

Al in 1944 schrijft De Jong aan zijn schoonfamilie dat

de oorlogsperiode. In de jaren die volgen wordt het

hij op basis van de hem dan beschikbare informatie

werk van het instituut steeds verder uitgebreid. Daar-

vermoedt dat hij geen enkele van zijn naar de kam-

naast werkt De Jong als journalist voor Vrij Neder-

pen gevoerde familieleden terug zal zien. Ook via

land.

Radio Oranje werden de luisteraars ingelicht over de

In 1950 zet Liesbeth de Jong haar man aan opnieuw

kampen en de Jodenvervolging. Maar als De Jong in

in psychoanalyse te gaan: zij verdraagt het niet langer

het voorjaar van 1945 het bevrijde Zuid-Nederland

dat hij nooit over zijn gevoelens spreekt en geeft aan

mag bezoeken, ziet hij in Middelburg voor het eerst

te willen scheiden als hij niet aan zichzelf gaat wer-

zijn neefje Daan terug. Later zal blijken dat ook zijn

ken. Gedurende ruim twee jaar ligt Loe de Jong da-

oudere neefje Abel de oorlog in de onderduik heeft

gelijks – vóór zijn werk op kantoor – op de divan bij

overleefd. Terug in Nederland met zijn vrouw en kin-

de psychiater. “Opvallend is dat De Jong zijn neuro-

deren (het zijn er inmiddels twee), gaat Loe de Jong

tische symptomen nergens terugvoerde op het oor-

op zoek naar het lot van zijn familie en vrienden.

logsleed over zijn uitgeroeide familieleden, terwijl hij

Zodra duidelijk is dat Sally en zijn vrouw Liesje zijn

dit immense verdriet althans deels kon toelaten”,

vermoord in respectievelijk Buchenwald en Ausch-

schrijft Smits.

witz, begint de kwestie over de voogdij over zijn ouderloze neven. Uiteindelijk zullen Abel en Daan bei-

Grote schoolmeester | In 1953 promoveert De Jong

den in het pleeggezin blijven waar ze in de onderduik

cum laude, na een in hoog tempo geschreven proef-

werden opgevangen, na enig onhandig gemanoeu-

schrift over de Duitse Vijfde Colonne in Nederland.

vreer van De Jong.

In 1955 krijgt hij tot zijn vreugde de opdracht tot het schrijven van Het Koninkrijk der Nederlanden in de

Op werkgebied gaan de ontwikkelingen soepeler. Me-

Tweede Wereldoorlog, nadat een kleine commissie eer-

teen na afloop van de oorlog is er al draagvlak voor

der heeft geprobeerd dit werk gezamenlijk aan te

een Rijksinstituut voor Oorlogsdocumentatie, waar

pakken. De Jong begint aan een lang en gedegen

De Jong in september 1945 begint als chef de bureau,

vooronderzoek. Ondertussen laat hij zich ook regel-

met zes medewerkers. Al snel weet hij via radiopraat-

matig als deskundige horen en zien op radio en tv.

jes en het Polygoonjournaal belangstelling te genere-

Maar als de NTS in 1960 de serie De Bezetting uit-

ren voor de documentatie van de gebeurtenissen in

zendt en De Jong daarin een hoofdrol heeft als ‘de


grootste schoolmeester van Nederland’, wordt hij pas

van slachtoffers buiten het verzet en zonder militaire

echt landelijk beroemd. Het ‘Grote Verhaal van De

achtergrond. Eind 1966, als De Bezetting wordt her-

Jong’, zoals Smits het noemt, werd hét verhaal over

haald, wordt er aan elke aflevering dan ook steeds een

de Tweede Wereldoorlog in het Nederland van begin

discussie gekoppeld; een duidelijk teken dat de tijd-

jaren 60. Hij wint er in 1962 de Nipkowschijf mee

geest omslaat.

en in drie decennia gaan maar liefst 565.00 exemplaren van het scenario als boek over de toonbank.

Goed-foutperspectief | Anderhalf jaar na het maken van De Bezetting was De Jong begonnen met schrij-

Toch is er ook kritiek: de serie zou te lang, te langdradig

ven aan wat zijn levenswerk zou gaan worden. Was

en te perfectionistisch zijn. Journaliste Renate Ru-

De Jongs schema bij De Bezetting nog onderdrukking

binstein vraagt zich af hoe de Jodenvervolging moge-

en verzet, in Het Koninkrijk werd het onderdrukking,

lijk was als ook juist is wat De Jong beweert: dat het

collaboratie en verzet. Het Grote Verhaal werd niet

volk eensgezind pal stond tegen de bezetter. Histori-

meer vanzelfsprekend onderschreven, maar de

cus Jan Bank ziet met het artikel van Rubinstein een

grondhouding bleef desondanks: collaboratie was

klimaatwisseling ontstaan waarin minder heroïsche

fout, verzet was goed. Deel 1 van Het Koninkrijk,

opvattingen over de Tweede Wereldoorlog opgeld

waarvan op de dag van verschijnen meteen alle 50.000 exemplaren werden verkocht, had volgens de

sche geschiedopvatting. Vanaf dan domineert het

begeleidingscommissie al een wat normatief-bele-

Grote Verhaal van De Jong niet langer de herinne-

rende toonzetting. Vanaf deel drie drukte het goed-

ringscultuur, die door de vele verhalen van ‘vergeten’

foutperspectief helemaal een overduidelijk stempel

oorlogsslachtoffers sowieso steeds pluriformer en

op de serie. Na de eerste vijf delen waren er drie blij-

meerduidiger wordt. De impact van de oorlog wordt

vende bezwaren van vakgenoten: De Jong schreef te

Onderzoek uitgelicht

gaan doen, die indruisen tegen De Jongs patriottisti-

juist ook zichtbaar in de individuele geschiedenissen

breedvoerig verhalend en te weinig structureel en

8|9

vend perspectief van collaboratie en verzet domineerde te veel, en De Jong had een nationalistische blik en ontbeerde een internationaal vergelijkend perspectief in zijn werk. Terugkijkend kun je stellen dat De Jongs reputatie als nationaal geweten en als autoriteit die oordeelt over goed en fout, steeds meer onder vuur kwam te liggen. Het feit dat De Jong de media niet schuwde, werkte echter in zijn voordeel. Hij zei nooit nee tegen een verzoek In 1966 verschijnt De Bezetting in boekvorm. Loe de Jong (l) overhandigt de heer J.W. Rengeling, programmacommissaris van de NTS, het eerste exemplaar van zijn boek. Foto: Fotocollectie Anefo/Nationaal Archief

Nationaal Comité 4 en 5 mei

analytisch verklarend, het zinge-


Loe de Jong op latere leeftijd. Foto: ANP

pen, “als verteller steeds meer terug om het geschiedverhaal te presenteren aan de hand van citaten uit egodocumenten van slachtoffers.” Tegelijkertijd, zo signaleert Boudewijn Smits, voelde De Jong zich “geremd de ervaringen van kampoverlevenden te becommentariëren, terwijl hij andere thema’s uit de bezettingsgeschiedenis wel degelijk evalueerde en er zijn normatief oordeel aan verbond.” Schuldbelijdenis | In boekdeel 9, dat in twee banden verscheen (1978-1979), toonde De Jong een persoonlijke betrokkenheid. De Jong sloot hierin het onderwerp van de Jodenvervolging, waaraan om een interview voor tv of krant, mede omdat hij

hij in totaal vijf boekdelen had gewijd, af met een per-

merkte dat hij met zijn persoonlijke verhalen over de

soonlijke verantwoording die eindigde in een schuld-

lotgevallen van zijn familie en zichzelf goed scoorde

belijdenis. Zelf had hij tijdens zijn verblijf in Londen

in de media. De openhartigheid over zijn psychoana-

in ’42-’43, toen de deportaties in Nederland plaatsvon-

lyse in de jaren 70, in een periode dat er in toene-

den, hiervan niet willen weten. De Jong: “Er speelde

mende mate aandacht kwam voor de pijn en emotie

zich, ik wist het, in Europa een catastrofale tragedie

van oorlogsslachtoffers, werd goed ontvangen. De

af en ik voelde mij persoonlijk onmachtig om deze,

Jong vertelde openlijk hoe hij door de psychoanalyse

met welke middelen ook, te keren, ik meende mij het

zijn verdriet had leren omzetten in energie die hij in

nuttigst te maken door op mijn post bij Radio Oranje

zijn schrijven stak.

mijn bescheiden bijdrage te leveren tot de eindover-

Het publiek maken van zijn persoonlijke kleine ver-

winning. Ik heb, vind ik nu, teveel aan die eindover-

haal kwam de receptie van zijn grote geschiedschrij-

winning, te weinig aan de Joden gedacht. Ik heb, vind

ving ten goede. Zijn gebeurtenisgerichte benadering

ik nu, mij met die [sic] Joden te weinig verbonden ge-

van de bezettingsjaren maakte plaats voor een meer

voeld en getoond.”

mensgerichte focus. De Jong trok zich in deel 8 van Het Koninkrijk, dat verhaalt over de concentratiekam-

Na het voltooien van zijn levenswerk in 1988 volgden moeilijke jaren voor Loe de Jong. Hij had veel last van

KORT EN BONDIG OVER

breed praktisch visueel dun boek nachtkastje

Loe de Jong

lllllllll

lllllllll lllllllll

lllllllll lllllllll

de gevolgen van een hersenbloeding en van zijn despecialistisch

pressie. Begin jaren negentig schreef De Jong nog

theoretisch

zijn Herinneringen deel 1 en deel 2: een autobiografie

tekstueel

die doorloopt tot aan 1967 en die algemeen te breed-

dikke pil

sprakig bevonden wordt en in de ogen van critici uit-

bureau

drukking geeft aan een té intieme vorm van journalistiek schrijven. Hier blijkt ook weer de paradox


tussen De Jongs persoonlijke zwijgzaamheid en zijn

gewerkt volgens de opzet die hij in 1949 had gefor-

publieke openhartigheid, zo constateert Boudewijn

muleerd”, aldus Smits. Ergo: toen De Jong in 1969

Smits. In familiekring kon hij niet over de oorlogs-

echt ging schrijven, zat hij al zo vast in zijn gebeur-

verschrikkingen spreken toen het gesprek daarover

tenisgerichte aanpak dat hij de omslag naar de per-

in de zeventiger jaren begon. De Jong leed aan survi-

soonlijke verhalen die toen juist in zwang kwamen,

vor’s guilt, aldus de psychiater die hem voor zijn de-

niet meer kon maken. Hij heeft eigenlijk te lang over

pressie behandelde.

zijn werk gedaan. Smits schetst het zo: “[De Jong]

“Tijd heelt alle wonden, maar deze wonden genezen

had zijn stramien ontwikkeld tijdens de bezettings-

nooit”, blijft De Jong zeggen, al geeft hij in interviews

periode en de eerste naoorlogse jaren, onderbouwde

ook aan dat hij wel grote verliezen heeft geleden

zijn mening in de jaren vijftig en zestig met bron-

maar niet persoonlijk beschadigd is. Hij verkeerde

nenonderzoek en schreef zijn geschiedbeeld in de ja-

in een staat van gestolde rouw, concludeert Smits.

ren zeventig en tachtig systematisch uit.” Oftewel: als het in 1969 verschenen eerste deel het slotdeel

Prins Claus | In mei 2004 overleed na een kort ziek-

was geweest, had Loe de Jong het belang van het pu-

bed Riel van Duren, de partner met wie Loe de Jong

bliek maken van rijkgeschakeerde kleine verhalen

na het overlijden van zijn eerste vrouw Liesbeth

over verlies en gemis – verhalen als die van hemzelf tuur die voor deze getuigenissen openstond. Een

haalde haar man uit de stilte van zijn studeerkamer,

meer mensgerichte benadering van de jaren ‘40-’45

ruim vier jaar nadat hij de lange brief van zijn neef

zou laten zien dat kleine en grote verhalen elkaar niet

Abel had ontvangen. Samen met Loe, haar twee kin-

uitsluiten. Deze conclusie maakt de biografie van

deren en leden van het koningshuis (prins Claus en

Boudewijn Smits tot een boek met een missie: de

zijn drie zonen) bezocht zij Auschwitz. Van Durens

vaststelling dat het oorlogsverleden onmogelijk kan

10 | 11

dochter, Marjoleine Oppenheim-Spangenberg, be-

worden teruggebracht tot één dominant verhaal. <

Nationaal Comité 4 en 5 mei

– kunnen onderschrijven, in een herinneringsculOnderzoek uitgelicht

lange tijd gelukkig was. Riel van Duren was Joodse en overlevende van Auschwitz en Bergen-Belsen. Zij

schrijft in haar boek Over zij en ik indringend wat de invloed van traumatische oorlogservaringen van ouders kan zijn op het gezinsleven.3 Waar haar stiefva-

Boudewijn Smits, Loe de

der Loe als publiek figuur niet in staat was het zwart-

Jong 1914-2005: Historicus

wit denken te doorbreken, werd dit door haar

met een missie. Amsterdam:

moeder op persoonlijk niveau ondervangen. De

Boom, 2014,

woorden van prins Claus in het vliegtuig op de terug-

isbn 9789461054678,

weg uit Polen spreken boekdelen: “Jullie moeder is

€ 39,90.

mij zeer dierbaar. (…) Zij heeft verzoening geboden. Verzoening met de schuld die ik voel voor wat de nazi’s in de oorlog de mensen, de Nederlanders, hebben aangedaan. Zij heeft mij zicht op een toekomst zonder deze schuld geboden.” De Jong, die niet verwacht had dat hij zijn tweede vrouw zou overleven, huilde in het laatste jaar van

Noten 1

zijn leven meer dan hij ooit had gedaan. Rouwen viel

maatschappelijke betekenis van Intieme journalistiek’, in:

hem zwaar. Tijdens het schrijven van zijn levenswerk had hij al heel lang kunnen stilstaan bij het verleden.

Tijdschrift voor Genderstudies 3 (2000) 3, 16-30. 2

Te lang, wellicht. “Als eenhoofdig auteur was hij in zeker opzicht de gevangene geworden van het samenvattend Geschiedwerk dat hij consistent had uit-

Irene Costera Meijer, ‘Het persoonlijke wordt publiek. De

Liesbeth Hoeven, Een boek om in te wonen. De verhaalcultuur na Auschwitz. Uitgeverij Verloren, 2015.

3

Marjoleine Oppenheim-Spangenberg, Over zij en ik. De Geus, 2015.


THEMA: BIOGRAFIEËN

> MARISCHKA VERBEEK

Marie Anne Tellegen: een tegendraadse lezing

Biograaf Wim Weenink schetst in Vrouw achter de troon: Marie Anne Tellegen 1893-1976 bekwaam de rode draad in het leven van Marie Anne Tellegen: oorlog en verzet, vrouwenemancipatie, directeur van het Kabinet der Koningin. Is dat het hele verhaal? Marischka Verbeek ziet een roze olifant door de biografie heen lopen die Weenink lijkt te negeren. Waarom laat hij die ‘roze’ draad’ in Tellegens leven zo bungelen?

> Drs. Marischka Verbeek studeerde Literatuurwetenschappen en Vrouwenstudies aan de Universiteit Utrecht. Sinds 1997 is zij eigenaar van Savannah Bay (www.savannahbay.nl), een Utrechtse boekwinkel gespecialiseerd in literatuur, poëzie, genderstudies en postcolonial studies. Naast haar werk als boekhandelaar is ze actief als recensent, organisator van literaire evenementen en coach/trainer in de boekenbranche.


D

e dag voordat het verzoek om deze recensie

ons de ideale Marie Anne. De klant werkt zelf als

binnenkwam, begint een oude, breekbare

hoge ambtenaar op een Haags ministerie en herkent

dame in mijn boekwinkel spontaan over

veel van de beschreven gang van zaken. In zestig jaar

de – mij nog onbekende – biografie Vrouw

is daarin eigenlijk niet zo veel veranderd.

achter de troon. “Ik heb de oorlog als kind

Twee totaal verschillende klanten, beiden gefasci-

in Utrecht meegemaakt en er later veel verhalen

neerd door Tellegen. De één door haar rol in het ver-

over gehoord”, vertelt ze. “Tellegen was een mythe,

zet, de ander door haar rol in de Nederlandse poli-

de spin in het web van het verzet, maar zelf bijna on-

tiek. Beiden omschrijven Tellegen als een vrouw die

zichtbaar. Haar persoon was in nevelen gehuld. Wat

een verborgen maar centrale rol speelde en aan alle

geweldig dat er nu een heel boek over haar leven is.”

touwtjes trok. Dit is ook het beeld dat biograaf Wim

De vrouw heeft tranen in haar ogen: eindelijk is er

Weenink, voorheen redacteur bij NRC Handelsblad,

een eerbetoon aan al die verborgen heldinnen uit

van Tellegen geeft. Maar doet dat beeld haar com-

het verzet.

plexe leven volledig recht, zo vraag ik mij na lezing

De dag voor de deadline van deze recensie raak ik

van zijn boek af?

met een andere klant in gesprek over Vrouw achter de troon. Deze hippe jonge dertiger vindt het boek ook

Rebelse ziel | Wie was Marie Anne Tellegen? In de jakend. Ze werd zelfs ‘de ongekroonde koningin van

We zien het samen direct voor ons; Halina Reijn lijkt

Nederland’ genoemd. In 1976 overleed ze. Inmiddels

nink beschrijft uitgebreid Tellegens vooraanstaande rol in het verzet tij-

12 | 13

dens de Tweede Wereldoorlog, haar

Nationaal Comité 4 en 5 mei

ren 50 en 60 een vrouw van naam, internationaal be-

rie à la Borgen. Tellegen als spin doctor avant la lettre!

Onderzoek uitgelicht

geweldig en droomt van een verfilming of een tv-se-

leek ze vrijwel vergeten, totdat deze vuistdikke biografie verscheen. Wee-

voortrekkerspositie in de vrouwenbeweging en vooral haar politieke carrière na de oorlog. Geboren in 1893 uit een vooraanstaande familie (haar vader was burgemeester van Amsterdam), zet Tellegen zich als student rechten af tegen haar milieu en begeeft zich in literaire avant-garde kringen. Hier geeft ze blijk van een rebelse ziel. Ze wordt aangetrokken door tegendraadse kunst en levensopvattingen en kiest liefdesrelaties en vriendTellegen (r) in haar studententijd, samen met haar beste vriendin poserend als man. Bij het studententoneel waren mannenrollen voor vrouwen in de jaren 10 van de vorige eeuw heel gebruikelijk. Foto: Universiteitsmuseum Utrecht/ Collectie UVSV


Als directeur van het Kabinet der Koningin heeft Tellegen een centrale rol achter de schermen in de woelige naoorlogse periode waarin de politionele acties, de abdicatie van Wilhelmina en de regeringscrisis rond de Greet Hofmans-affaire de gemoederen bezighouden. schappen die ingaan tegen de heersende normen; haar ambities liggen niet op het vlak van huwelijk en gezin. De verhouding met haar ouders wordt hierdoor danig gecompliceerd en zal dat altijd blijven. Na haar studententijd begint Tellegens loopbaan op het Utrechtse stadhuis, waar ze al snel opklimt in de ambtenarij. Wanneer de oorlog uitbreekt, komt daar

Koningin Juliana ondertekent in 1949 de akte van soevereiniteits-

een abrupt einde aan. Al snel belandt ze in het

overdracht aan de Republiek Indonesië. Tellegen kijkt mee over

Utrechtse verzet, waar ze rap aanzien en macht ver-

haar schouder.

Foto: Rijksvoorlichtingsdienst/Nationaal Archief

werft. Haar huis aan de Maliebaan, nota bene pal naast het hoofdkwartier van de NSB, wordt een cen-

ingezet, maar ook daar bij voorkeur als solist. Banden

trale plaats voor samenkomsten van het verzet in vele

met een gevestigde vrouwenorganisatie had ze niet;

vormen. Tellegen (verzetsnaam: ‘Dr. Max’) zet zich

ze ging het liefst haar eigen gang.

voluit in en loopt daardoor behoorlijk gevaar, maar

Er is echter wel een opvallende afwezige in dit boek

ontsnapt keer op keer aan Duitse vervolging.

en in deze rode draad: Tellegens privéleven. Weenink

Haar in het verzet betoonde moed en onverzettelijk-

vertelt vrijwel niets over haar geboorte, kindertijd,

heid zorgen ervoor dat ze na de oorlog wordt gevraagd

schooltijd. Niets over haar plek in het gezin, de ver-

voor de functie van directeur van het Kabinet der Ko-

houding met broers en zussen, het huwelijk van haar

ningin. In deze invloedrijke positie (die de verbin-

ouders, de plekken waar ze opgroeide. En er vallen

dingsschakel vormt tussen de Koningin en het kabi-

wel meer gaten in haar levensverhaal zoals Weenink

net) heeft ze een centrale rol achter de schermen in

dat vertelt. Alle tekenen die wijzen op haar ambigue

de woelige naoorlogse periode waarin de politionele

seksualiteit en wellicht ook ambigue genderidentiteit:

acties, de abdicatie van Wilhelmina en de regerings-

hij doet er niets mee. Haar lesbische verhouding(en),

crisis rond de Greet Hofmans-affaire de gemoederen

de intense en intieme vrouwenvriendschappen, het

bezighouden. Roze draad | In zijn biografie schetst Weenink be-

KORT EN BONDIG OVER

kwaam de rode draad in Tellegens levensverhaal. Tel-

breed

legen was een solist met een hang naar macht en een

praktisch

afkeer van alle institutionele vormen van politiek,

visueel

waardoor ze nooit veel ‘officiële’ macht had, maar des

dun boek

te meer invloed achter de schermen. De vrouwenzaak

nachtkastje

had haar hart; daar heeft ze zich haar leven lang voor

Vrouw achter de troon

lllllllll lllllllll lllllllll lllllllll lllllllll

specialistisch theoretisch tekstueel dikke pil bureau


feit dat ze nooit getrouwd is en geen kinderwens had, het gegeven dat ze brieven ondertekende met ‘Jan’ en zo ook door vriendinnen werd aangesproken: Weenink vermeldt het, maar duidt niet. Was bij Tellegen sprake van een queer, lesbische of zelfs trans identiteit? In onze moderne ogen is het verleidelijk om dat te denken en er zijn genoeg sporen. Naast wat ik net al noemde zijn er namelijk ook nog de travestie in haar studententijd, de BDSM-relatie met Frans Coenen, haar literaire idolen (Belle

Weenink schetst de contouren van een markante vrouw die op de rand van de gevestigde orde balanceert, ook in haar persoonlijk leven. Hij blijft echter binnen de traditionele lijnen en begrippenkaders en dat wringt.

van Zuylen, Colette, Katherine Mansfield) en zelfs het hardnekkige gerucht over haar vermeende pornocol-

len horen. Keer op keer distantieert ze zich van de gekerken of politieke partijen zijn. Ook het Koninklijk

schuil.

Huis benadert ze met een bepaalde afstandelijke los-

Weenink zelf behandelt de roze draad nogal verstolen.

heid die haar hoogstwaarschijnlijk invloedrijker

Kennelijk valt die buiten zijn blikveld. Het woord ‘les-

maakte dan wanneer ze er (de toen nog vanzelfspre-

bisch’ valt slechts één keer en enkel als citaat uit de

kende) eerbied voor zou hebben opgebracht.

trigerende relaties met schrijfster Carry van Bruggen

Weenink schetst de contouren van een markante vrouw

en andere dames en met de veel oudere Frans Coenen

die op de rand van de gevestigde orde balanceert, ook

worden vrij summier afgehandeld, terwijl die juist

in haar persoonlijk leven. De biograaf blijft echter bin-

nieuwsgierig maken naar meer. Waarom noemt een

nen de traditionele lijnen en begrippenkaders en dat

14 | 15

biograaf wel al die ‘buiten de orde’ staande verschijn-

wringt. Wellicht is het vanwege een gebrek aan bron-

Nationaal Comité 4 en 5 mei

vestigde instituten, of het nu vrouwenorganisaties,

leen een rebelse, maar ook een ongrijpbare ziel

Onderzoek uitgelicht

lectie. Achter deze stijfjes ogende dame ging niet al-

mond van een (kwaadsprekende) minister. Haar in-

selen van haar leven, maar besteedt hij er verder geen

nen dat Weenink Tellegens privéleven onbesproken

aandacht aan? Is dat een bewuste keuze, een taboe, of

laat, maar benoemen doet hij dat niet. Dit levensver-

simpelweg een blinde vlek? Als lezer weet je het niet,

haal zet de lezer dus aan het spoorzoeken.

en zo levert met name het eerste deel van deze bio-

Toch is het is goed dat deze uitgebreide biografie er is.

grafie meer vragen dan antwoorden op.

Er is veel behoefte aan inspirerende levensverhalen van ten onrechte vergeten vrouwen. En de nadere in-

Spoorzoeken | Volgens Weenink had Tellegen gezien

vulling van de witte plekken in Tellegens leven is een

haar karakter en capaciteiten hoogleraar kunnen wor-

prachtige uitdaging voor een feministische biografe,

den, politicus, directeur van een groot bedrijf, jour-

bij voorkeur met een achtergrond in genderstudies. <

nalist of schrijver. Maar ze werd een spin, door haar koppige onafhankelijkheid, haar afkeer van het voetlicht en natuurlijk ook door de tijd waarin ze leefde

Wim H. Weenink, Vrouw

– waarin openlijke machtsposities voor vrouwen nog

achter de troon. Marie Anne

vrijwel ontoegankelijk waren. Ze weefde een web van

Tellegen 1893-1976.

bijkans onzichtbare macht, maar verkende ook de

Amsterdam: Uitgeverij

randen ervan: in haar vriendschappen, in haar ver-

Boom, 2014,

zetsgroep, in de taakopvattingen van haar functie, in

isbn 9789089533616,

haar seksualiteit en in haar spiritualiteit. Nergens

€ 24,90.

gaat ze werkelijk de grenzen van het toelaatbare over; ze wil niet buiten de maatschappij vallen zoals haar geliefde Carry en latere radicale feministes. Evenmin lijkt ze ooit écht tot het centrum van de macht te wil-


THEMA: BIOGRAFIEËN

> PAUL VAN DER STEEN

Een schurk stelt een biograaf nooit teleur

Beiden werken aan de biografie van een boef. Theo Gerritse bestudeert het leven van SS’er Hanns Albin Rauter, Bas Kromhout dat van apartheidsvoorman Hendrik Verwoerd. “De daderkant kwam er lang bekaaid af.”

> Dr. Paul van der Steen is historicus en journalist voor onder meer NRC Handelsblad, Trouw en het Historisch Nieuwsblad. Hij schreef daarnaast vier boeken, waaronder Keurkinderen: Hitlers elitescholen in Nederland (2009) en het vorig jaar verschenen Schampschot: Een klein Nederlands dorp aan de rand van de Groote Oorlog (2014).

Foto: Harry Heuts


et is een hardnekkig misverstand

Zowel het verhaal van de Tweede Wereldoorlog als

over het genre”, weet Bas Krom-

dat van de apartheid zouden volgens de twee historici

“H

hout. “Sommige mensen geloven

onvolledig blijven als alleen de mensen aan de goede

nog steeds dat je met een biografie

kant worden uitgelicht. Kennisnemen van het den-

een soort standbeeld voor de hoofd-

ken en de manier van werken van de kwaadwillen-

persoon wilt oprichten.” De schrijvers van zulke boe-

den verschaft inzicht. Bovendien voorkomt het vol-

ken moeten, die redenering volgend, dan wel bewon-

gens Kromhout dat mensen een loopje gaan nemen

deraars zijn. In dat geval zouden de historici

met de historie. “Als de daderkant niet goed vastligt,

Kromhout (40) en Theo Gerritse (71) er zeer kwesti-

krijgt geschiedvervalsing – bijvoorbeeld in de vorm

euze denkbeelden op na houden. De jongste van de

van vergoelijking – meer kans.”

twee promoveerde in 2012 op De voorman: Henk Feldmeijer en de Nederlandse SS. Momenteel werkt hij

In de ban van het kwaad | Laat het duidelijk zijn:

aan de biografie van Hendrik Verwoerd (1901-1966),

Kromhout en Gerritse verafschuwen de ideeën van

premier van Zuid-Afrika in de jaren 50 en 60 en

hun hoofdpersonen. Beiden willen vooral antwoord

medevormgever van het apartheidssysteem. Theo

op de klassieke hoofdvraag van elke goede biografie:

Gerritse hoopt volgend jaar te promoveren op zijn

wat dreef de hoofdpersoon? Met andere woorden: hoe raakten Verwoerd en Rauter in de ban van het Kwaad en bleven ze dat?

SS’er in Nederland en medeverantwoordelijk voor de

Gerritse schreef tijdens zijn werkzame leven voor

dood van duizenden Joden, verzetsstrijders en ande-

Het Parool, Vrij Nederland en het Algemeen Dagblad.

ren die het nazisysteem onwelgevallig waren.

Het zaadje voor zijn Rauter-biografie werd al begin

Beide biografen zijn overtuigd van het belang van on-

jaren tachtig geplant. “De Tweede Wereldoorlog was

Onderzoek uitgelicht

bijna afgeronde studie over het leven van Hanns Albin Rauter (1895-1949), tijdens de bezetting de hoogste

derzoeken als de hunne voor de praktijk van vieren,

een van mijn specialisaties. Bij een bezoek aan het

16 | 17

herdenken en herinneren. Gerritse: “Lang is de meeste

NIOD wees een medewerkster op een enorme kast.

Nationaal Comité 4 en 5 mei

aandacht uitgegaan naar de slachtoffers. De dader-

‘Allemaal Rauter’, zei ze, wijzend op alle planken vol

kant kwam er bekaaid af. Inmiddels is er een beetje

archiefstukken. ‘Velen hebben geprobeerd om een

sprake van een inhaalslag.”

biografie te schrijven. Maar het is niemand gelukt.

Rauter spreekt in 1943 in de Willem I Kazerne te ’s HertogenHanns Albin Rauter samen met mede-SS’er Henk Feldmeijer Foto: Beeldbank WO2 - NIOD

bosch zijn gehoor toe tijdens de beëdiging van de Nederlandse Landwacht.

Foto: Beeldbank WO2 – NIOD


Beide mannen geloofden heilig in hun zaak. Zelfs aanslagen op hun leven veranderden dat niet. Gerritse: “Rauter kreeg in maart 1945 bij de Woeste Hoeve acht kogels in zijn lijf, zijn kaak werd verbrijzeld en hij verloor een pink. In eigen kring droeg het alleen maar bij aan zijn heldenstatus.” Kromhout herkent dat: “Verwoerd had na een aanslag in 1960 twee koTheo Gerritse

Bas Kromhout

gels in zijn hoofd, maar er werden geen vitale organen geraakt. Zijn aanhang zag er een teken van de

Het bronnenmateriaal is te omvangrijk.’ Dat is blij-

Voorzienigheid in. Die had kennelijk grote plannen

ven hangen. Toen ik met de VUT ging, ben ik meteen

met hem en Zuid-Afrika.” Verwoerd werd in 1966 in

begonnen met een studie geschiedenis. In 2007 was

het parlement doodgestoken door een klerk, een

ik klaar en ben ik met het onderzoek voor de biografie

kleurling. Rauter werd in 1949 na zijn berechting ge-

gestart.”

fusilleerd in de buurt van Scheveningen.

Kromhout stuitte voor het eerst op Verwoerd toen hij zich voorafgaand aan een reis naar Zuid-Afrika inlas

Sleutels van het huis | Gerritse benaderde voor zijn

in de geschiedenis van het land. “Later schreef ik een

onderzoek de kinderen van Rauter. “Die wilden niet

artikel over hem voor het Historisch Nieuwsblad en

praten. Dat begrijp ik ook. Ze leven in anonimiteit en

ontdekte ik dat er weinig objectief over hem is ge-

willen dat zo houden.” Kromhout legde contact met de

schreven. Er bestaan wel drie oudere biografieën,

oudste zoon van Verwoerd en verbleef ook enige tijd bij

maar twee daarvan zijn erg gekleurd door de anti-

hem in Stellenbosch. “In alles leek het alsof je terug

apartheidsstrijd van toen en de derde is een hagio-

naar de jaren vijftig en zestig werd gekatapulteerd. Bij

grafie, geschreven door een naaste medewerker.”

binnenkomst werd ik meteen geconfronteerd met een levensgroot portret van zijn vader. De zoon is nog steeds

Kogels | Rauter is een product van de Eerste Wereld-

overtuigd van het gelijk van zijn vader. Maar hij kan zich

oorlog en van het uiteenvallen van het Oostenrijks-

ermee verzoenen dat ik er anders tegenaan kijk. Als ik

Hongaarse keizerrijk na dat conflict. “Een belangrijk

maar als serieus historicus te werk ga. Ons verschil van

breekpunt was zijn terugkeer in Graz na jaren van

inzicht gaf wel enig ongemak, maar ik ben wel ongelo-

dienen aan het Italiaanse front en op de Balkan”, is

felijk gastvrij ontvangen. Op zeker moment gaven ze me

de overtuiging van Gerritse. “Oberleutnant Rauter

zelfs de sleutels van het huis, zodat ik zelf kon bepalen

meldde zich om te demobiliseren, maar er was hele-

wanneer ik ging en kwam. Het bezoek aan de zoon le-

maal geen leger meer. Waar had hij al die jaren voor

verde trouwens relevant persoonlijk materiaal op.”

gevochten? Vanuit dat ressentiment is hij actief ge-

De biograaf van Rauter toog voor onderzoek over de

worden in gewelddadige, extreemrechtse groeperin-

vooroorlogse jaren van zijn hoofdpersoon naar Oosten-

gen van oud-strijders.”

rijk. “Ik hield mijn hart vast. Als journalist was ik er in

Verwoerd werd geboren in Amsterdam, maar emi-

de jaren tachtig al eens geweest voor onderzoek over

greerde al op zijn tweede met zijn ouders – zijn vader

het land in de bruine jaren en toen vond ik alle deuren

was zendeling – naar Zuid-Afrika. In dat land waren

gesloten. Toen ik in 2008 voor Rauter ging, trof ik een

raciale vooroordelen heel normaal. “Verwoerd gaf er

totaal andere mentaliteit aan. De nieuwe generatie ar-

met het apartheidssysteem een soort rechtvaardiging

chivarissen heeft me op een grandioze manier gehol-

voor die voor de blanken hout leek te snijden. Hij

pen. Ze kwamen met stukken aandragen die ik zelf

werd gezien als een soort geniale intellectueel. Wat

nooit gevonden zou hebben. Voor het inzien van een

ook bijdroeg aan zijn reputatie, was dat hij regeerde

bisschoppelijk archief bleek een aanvraagtermijn van

in een tijd van economische voorspoed en dat Zuid-

drie maanden te gelden. Dankzij de bemiddeling van

Afrika van een Brits dominion een onafhankelijke re-

iemand van een overheidsarchief kon ik er dezelfde

publiek werd.”

dag nog terecht.”


President Nelson Mandela en Afrikaner-voorman Carel Boshoff bezoeken in 1995 gezamenlijk een monument ter ere van voormalig minister-president Hendrik Verwoerd. Het monument staat in de witte enclave Orania, waar Mandela in het kader van het nationale verzoeningsproces een bezoek bracht aan Verwoerds weduwe. Boshoff is Verwoerds schoonzoon. Foto: Reuters/Juda Ngwenya

Foto: ANP Foto/Topfoto

Onderzoek uitgelicht

Hendrik Verwoerd

Steile man | De overdosis narigheid die de biografen

Tot slot: de echte daders van de Tweede Wereldoorlog

18 | 19

onder ogen kwam, had soms een vervreemdend ef-

sterven langzaam uit. Wat vinden beide biografen

fect. Gerritse: “Als je maar lang genoeg archiefstuk-

van het geluid dat het tijd wordt om vertegenwoordi-

ken vol gruwelijke geschiedenissen doorneemt, vindt

gers van landen die destijds schuld hadden, herden-

er een soort afstomping van het kwaad plaats. Tot je

kingen te laten bijwonen? Volgens Kromhout zou dat

weer beseft: hoe verschrikkelijk is het eigenlijk wel

mogelijk moeten zijn. “Ik moet in mijn eigen familie

Nationaal Comité 4 en 5 mei

niet wat ik nu allemaal zit te lezen?”

drie generaties terug voor een oorlogsslachtoffer.”

Kromhout ziet ook voordelen van het biograferen van

Ook Gerritse zou ermee kunnen leven. “Maar echt

een schurk. “Je kunt niet meer teleurgesteld worden

alleen met toestemming van slachtoffers en nabe-

door zijn fouten. Het kan alleen maar meevallen.”

staanden. Die gaan altijd voor. Bij zo’n gelegenheid

Verwoerd noemt hij eendimensionaler dan de hoofd-

bijvoorbeeld een nazaat van een gesneuvelde Oost-

persoon van zijn vorige boek, de SS’er Feldmeijer.

frontstrijder als hoofdspreker kiezen, dat is onwen-

“Die had ook wat van een romantische figuur. Ver-

selijk. Ja, ook die heeft veel geleden. Maar het blijft

woerd was een steile, gereformeerde man. Maar

appels met peren vergelijken.”

naast een heel principiële kant had hij opportunistische trekjes. En hoewel hij charmant en innemend overkwam, kon hij heel tiranniek opereren.” Bij Rau-

> Theo Gerritses biografie over Rauter, die nog geen defini-

ter viel minder gelaagdheid te ontdekken. Gerritse:

tieve titel heeft, verschijnt naar verwachting voorjaar 2016

“Ik heb geen spoor van twijfel over zijn daden kun-

bij uitgeverij Boom. Kromhouts Doctor Apartheid: Hendrik

nen vinden. Hij voerde trouw alle bevelen uit of pro-

Verwoerd, 1901-1966 staat gepland voor 2017 (Atlas Con-

beerde als die er niet waren in de geest van de denk-

tact).

beelden van Hitler en Himmler te werken. Verder leefde hij als een asceet: geen drank, vreemde vrouwen of corrupt gedrag.”

<


THEMA: BIOGRAFIEテ起

> ROBIN TE SLAA

Wil de echte Hitler nu opstaan?

Historicus Volker Ullrich schreef een nieuwe biografie over Hitler. Hoe verhoudt deze studie zich tot de bestaande literatuur en het beeld van Hitler dat daarin wordt gepresenteerd?

> Drs. Robin te Slaa (1969) is historicus en publicist. Samen met Edwin Klijn werkt hij aan een driedelige geschiedenis over de NSB, waarvan het eerste deel in 2009 uitkwam. In 2012 publiceerde Te Slaa Is Wilders een fascist? Volgend jaar verschijnt zijn studie over de ideologie van het fascisme en een boek over het oorlogsjaar 1941 (onder auspiciテォn van het NIOD). Foto: Simone Rietveld


30

april 1945. Vlak voor de onafwend-

Ullrich ging deze uitdaging aan. Onder de titel Adolf

bare nederlaag pleegde Adolf Hit-

Hitler: Die Jahre des Aufstiegs 1889-1939 publiceerde

ler zelfmoord in zijn ondergrondse

hij in 2013 het eerste, vuistdikke deel van zijn biogra-

bunker. Als sinister achtergrond-

fie. De Nederlandse vertaling verscheen vorig jaar.

decor fungeerde het grotendeels in

puin geschoten Berlijn. Zeventig jaar later zijn ve-

Hoe verhoudt Ullrichs boek zich tot de voorgaande literatuur over de nazileider?

len nog altijd gefascineerd door de nazileider en diens catastrofale rol in de wereldgeschiedenis. Bibli-

Nihilistische dictator | Sinds de oorlog heeft de his-

otheken vol zijn er inmiddels geschreven over de

toriografie over Hitler zeer uiteenlopende visies ge-

Führer en desondanks neemt de stroom publicaties

kend. De biografie van Alan Bullock, gepubliceerd in

slechts toe. Het onovertroffen hoogtepunt hiervan

1952, vormde lange tijd hét uitgangspunt voor het

vormt de monumentale Hitler-biografie van de gelau-

wetenschappelijke onderzoek naar het historische

werde Britse historicus sir Ian Kershaw. De twee om-

fenomeen Hitler. Bullock beschouwde de nazileider

vangrijke delen hiervan verschenen in respectievelijk

als een ‘volstrekt principeloze opportunist’ die slechts werd gedreven door zijn rücksichtslose ‘wil tot macht.’

1998 en 2000.

De Hitler-biograaf beriep zich daarbij nadrukkelijk op de gepubliceerde getuigenissen van ex-nazi Her-

Kershaw nog een studie te publiceren die werkelijk

mann Rauschning, de voormalige Senaatsvoorzitter

nieuwe informatie en gezichtspunten biedt over de

van Danzig die in 1934 na een conflict uit de NSDAP

nazileider? De Duitse historicus en publicist Volker

was geroyeerd.

Onderzoek uitgelicht

Is het mogelijk om na het historische titanenwerk van

20 | 21 Nationaal Comité 4 en 5 mei

Hitler (links vooraan) met enkele medesoldaten en hun hond Foxl tijdens de Eerste Wereldoorlog. Foto: United States National Archives and Records Administration


rente wereldbeschouwing waarin rassenleer en verovering van Lebensraum in het oosten de twee kernpunten vormden. Zijn hele leven lang hield Hitler onwrikbaar vast aan de ideologische overtuigingen waartoe hij reeds vroeg in de jaren twintig kwam. In Mein Kampf had Hitler zijn politieke doeleinden breedvoerig uiteengezet. Achteraf betreurde de nazileider daarom soms de publicatie: hij liet zich hiermee te veel in zijn kaarten kijken. Maar de geschiedenis en het succes van Hitler, zo is vaker vastgesteld, was er vooral één van onderschatting. Veel tijdgenoten meenden dat Hitler als regeringsleider en staatshoofd nauwelijks kon worden vergeleken met de visionaire auteur van Mein Kampf die slechts een onbeduidend splinterpartijtje achter zich had staan. Jäckels inzicht dat de nazileider beschikte over een consistente wereldbeschouwing werd door Joachim Fest overgenomen in zijn befaamde Hitler-biografie uit 1973. Fest verklaarde Hitlers stormachtige politieke carrière uit een combinatie van persoonlijke en algemene omstandigheden. Zijn studie gold lange tijd als hét standaardwerk over de nazileider. Als kanttekening bij zijn Hitler-biografie gold dat hij geen nieuw archiefonderzoek had gedaan en zich voornamelijk op bestaande literatuur baseerde. Een ander kritiekpunt was dat Fests duiding van de nazileider sterk was beïnvloed door Albert Speer. De historicus had Hitlers naaste medewerker uitvoerig geRijkspartijdag 1936. Hitler op het podium, met achter zich

sproken na zijn gevangenisstraf en hem geholpen

Rudolf Hess en Robert Ley.

met de uitgave van diens Spandauer Tagebücher.

Foto: Bundesarchiv, Bild 183-2006-0329-502 / CC-BY-SA 3.0

Speer bleek niet altijd een betrouwbare getuige te zijn. Ondanks deze bezwaren was Fests werk weten-

Ook andere vooraanstaande historici gebruikten

schappelijk gezien een enorme stap vooruit.

Rauschnings boek Die Revolution des Nihilismus (1938) en zijn nog invloedrijkere werk Gespräche mit Hitler

25 minuten met Hitler | De indrukwekkende biogra-

(1939) – allebei in verschillende talen uitgegeven –

fie van Fest en de grensverleggende studie van Jäckel

als authentieke, historische bron. Hitler, zo luidde de

waren van doorslaggevend belang voor een meer ob-

communis opinio, was een nihilistische dictator die

jectief-wetenschappelijke benadering van Hitler. De

slechts was geïnteresseerd in macht. Over een sa-

ontmaskering van Rauschning als onbetrouwbare

menhangende ideologie, laat staan werkelijke

fantast droeg daar eveneens aan bij. In 1985 ontdekte

idealen, beschikte hij niet. Zijn denkbeelden serieus

de Zwitserse historicus Wolfgang Hänel dat Rausch-

bestuderen leek daarom nauwelijks nodig.

ning in totaal hoogstens 25 minuten met Hitler had

In zijn baanbrekende studie Hitlers Weltanschauung

gesproken. Zijn verzonnen getuigenissen bleken als

uit 1969 brak de Duitse historicus Eberhard Jäckel

historische bron derhalve waardeloos. Vrijwel alle

met deze historiografische traditie. Hij wees erop dat

wetenschappers lieten Rauschnings gepubliceerde

de nazileider wel degelijk beschikte over een cohe-

duimzuigerij voortaan links liggen.


Hitler gelijk te stellen met het kwaad mag dan zowel waar als moreel bevredigend zijn, het verklaart niets. Het kan zelfs begrip en uitleg verhinderen, aldus Kershaw. Helaas bleek voor sommigen de verleiding te groot om

Ideologische obsessies | Maar Hitler aanduiden als

niet vast te houden aan Rauschnings gefingeerde

‘het kwaad’, verduidelijkt dat iets? In het voorwoord

voorstelling van Hitler. Zo vermeldde de internatio-

van het tweede deel van zijn imposante Hitler-biogra-

naal vermaarde filosoof Rüdiger Safranski Rausch-

fie geeft Kershaw op deze vraag een afdoende ant-

nings Gespräche mit Hitler als een van de boeken die

woord: “Het kwaad is echter meer een theologisch-

van invloed waren op zijn werk Das Böse oder Das

filosofisch dan historisch concept. Hitler gelijk te

Drama der Freiheit uit 1997. Hierin besteedde de wijs-

stellen met het kwaad mag dan zowel waar als mo-

geer uitvoerig aandacht aan Hitler als exponent van

reel bevredigend zijn, het verklaart niets.” Het kan

‘het kwaad’. Volgens Safranski vertegenwoordigde de

zelfs begrip en uitleg verhinderen, aldus de Britse

nazileider ‘het voltooide nihilisme’. Tomeloze machts-

historicus.

wellust en een apocalyptische drang tot vernietiging zouden diens eigenlijke drijfveren zijn geweest. Het

Kershaw schreef een Hitler-biografie die alle voor-

populaire beeld van de nazileider als symbool van het

gaande biografieën overtrof. Ironisch genoeg leek hij

kwaad is eveneens aanwezig in het boek Explaining

daarvóór niet bepaald de gedroomde Hitler-biograaf,

Hitler: The Search for the Origins of his Evil (1998) van

omdat hij zich vooral specialiseerde in de structuren

de Amerikaanse journalist Ron Rosenbaum en in de

van het Derde Rijk. Dit bleek echter een geweldig we-

tv-serie Hitler: The Rise of Evil (2003).

tenschappelijk fundament te zijn voor zijn werk als

Onderzoek uitgelicht

biograaf. In zijn Hitler-biografie betoogt Kershaw dat

22 | 23

de nazileider aan zijn Weltanschauung ‘zijn niet-afla-

Nationaal Comité 4 en 5 mei

tende drijfkracht’ ontleende. Zijn onderzoek naar Hitlers ideologische obsessies in samenhang met in de samenleving levende verwachtingen en drijfveren, leverde fundamenteel nieuwe inzichten op. Kershaw maakte hiermee tevens een einde, zoals Volker Ullrich vaststelt, aan de uitzichtloos geworden stellingenoorlog tussen de ‘intentionalisten’ en de ‘structuralisten’ in de Duitse historiografie. Hun strijd ging vooral over de vraag of de Holocaust het resultaat was van Hitlers doelstellingen of moest worden verklaard vanuit de voortdurende radicalisering van de polycratische nazistaat. In zijn magnum opus richtte Kershaw zich niet zozeer op de persoonlijkheid van Hitler, maar op het wezen van zijn macht. In het Derde Rijk had iedereen de plicht ‘in de geest van de Führer hem tegemoet te werken’, zoals een nazi-bestuurder het in 1934 forHitler tijdens een inspectie van de schade aan de Rijkskanselarij na een luchtaanval. Het is vermoedelijk de laatste foto die van hem genomen is.

Foto: ANP Foto/ AKG


1947: de toegang tot de Führerbunker is opgeblazen, net als de schuilplaats voor de wacht. Op de achtergrond de Rijkskanselarij die in 1945 zwaar beschadigd raakte.

muleerde. Dit maatschappelijke gebod speelde een

Foto: Bundesarchiv, Bild 183-M1204-318 / Donath, Otto / CC-BY-SA 3.0

Getalenteerde toneelspeler | Hoewel Volker Ullrich

belangrijke rol in de ‘cumulatieve radicalisering van

uitdrukkelijk waardering toont voor Kershaws weten-

het naziregime’, stelde Kershaw. Hij beschouwde de

schappelijke prestatie, heeft hij ook kritiek op zijn

frase ‘de Führer tegemoet werken’ zelfs als de sleutel

voorganger. In de inleiding van het eerste deel van

tot begrip van de specifieke wijze van functioneren

zijn Hitler-biografie benadrukt Ullrich dat hij Hitlers

van het bestuurssysteem van de nazi’s. Uiteindelijk

persoonlijkheid weer in het middelpunt stelt, zonder

werkte bijna iedereen mee aan de voortdurende radi-

daarbij de maatschappelijke en politieke omstandig-

calisering van het regime, om zo de doelstellingen

heden te onderschatten die diens komeetachtige car-

van Hitler te realiseren.

rière mogelijk maakten. Daarnaast onderzoekt hij kritisch enkele aannames in de literatuur over Hitler.

KORT EN BONDIG OVER

breed praktisch visueel dun boek nachtkastje

Adolf Hitler

lllllllll lllllllll

lllllllll lllllllll lllllllll

Eén daarvan is de veronderstelling dat deze een bespecialistisch

trekkelijk ‘gewoon figuur’ was, met een beperkte

theoretisch

geestelijke bagage en geringe sociale vaardigheden.

tekstueel

Een andere aanname is dat Hitlers persoonlijke leven

dikke pil

volstrekt oninteressant was – voor zover hij al een

bureau

privéleven had.


De Führer-cultus was niet louter het product van het naziregime. Het Duitse volk werkte uit zichzelf mee aan het creëren van een mythe rondom Hitler en projecteerde zijn hoop en verlangens op de verafgoodde leider. Is Ullrich geslaagd in zijn opzet? Hij toont inderdaad

evenmin louter het product van het naziregime. Het

aan dat Hitler geen intellectuele parvenu was. Hierin

Duitse volk werkte uit zichzelf mee aan het creëren

is hij evenwel niet uniek. Ook andere auteurs wezen

van een mythe rondom Hitler en projecteerde zijn

erop dat de nazileider behoorlijk – hoewel selectief –

hoop en verlangens op de verafgoodde leider.

belezen was en zijn gesprekspartners daarmee gere-

Wat deze laatste bevindingen betreft is Ullrich schat-

geld wist te imponeren. Overtuigender is Ullrichs be-

plichtig aan Kershaw. Hij pretendeert dan ook niet

wering dat eerdere Hitler-biografen het slachtoffer

een volledig nieuwe interpretatie van Hitler te biebeeld van de nazileider complementeren maar niet

van de politiek. Uit Ullrichs biografie blijkt onweer-

wezenlijk veranderen. Het doel van zijn biografie is

legbaar dat dit niet het geval was. Hitler bewoog zich

om de Hitler-mythe – ‘die als negatieve fascinatie met

vooraanstaande staatslieden. Wel wordt duidelijk dat

grotendeels, maar niet volledig. Hoewel de nazileider

er geen werkelijk onderscheid bestond tussen poli-

in Ullrichs biografie wordt ‘genormaliseerd’, conclu-

tiek en privésfeer in Hitlers leven. Beide waren on-

deert de historicus dat Hitler paradoxaal genoeg niet

24 | 25

losmakelijk met elkaar verbonden.

normaler maar zelfs ondoorgrondelijker wordt. Het

Nationaal Comité 4 en 5 mei

den. Veeleer legt Ullrich andere accenten, die het

privéleven had omdat hij zich volledig in dienst stelde

Onderzoek uitgelicht

zijn geworden van de mythe dat de nazileider geen

even moeiteloos tussen rauwe nazistraatvechters uit

het monster in de literatuur en het publieke debat

de Kampfzeit als tussen gedistingeerde burgers en

doorwerkt’ – te deconstrueren. Hierin slaagt Ullrich

roept de vraag op of een definitieve Hitler-biografie Ullrich presenteert Hitler vooral als een zeer getalen-

mogelijk is. Ullrich meent dat het onderzoek naar

teerde toneelspeler. Afhankelijk van de situatie zette

‘deze raadselachtige, verwarrende figuur’ wel nooit

hij een ander masker op en speelde fabuleus de bij-

zal worden voltooid en dat elke generatie opnieuw

behorende rol. Aan zijn ideologische uitgangspunten

wordt uitgedaagd zijn houding tot hem te bepalen.

hield hij steeds onverzettelijk vast. Op basis van re-

Deze constatering lijkt me terecht. Het eerste deel

cent beschikbaar gekomen bronnen toont Ullrich

van Ullrichs imposante Hitler-biografie vormt daar-

aan dat Hitlers statische wereldbeeld in 1920 al zo

toe beslist een waardevolle bijdrage.

<

goed als gevormd was. De stichting van een ‘GrootDuitsland’, het scheppen van een klassenoverstijgende volksgemeenschap en de verwijdering van de

Volker Ullrich, Adolf Hitler:

Joodse ‘bacil’ stonden destijds al op zijn politieke

Opkomst.

agenda.

Amsterdam: Uitgeverij Arbeiderspers, 2014,

Projectie van hoop en verlangens | In vrijwel alle instellingen en onder alle lagen van de bevolking bestond een buitengewone bereidheid om het nieuwe regime te steunen, zo constateert Ullrich. De Gleichschaltung – ook bekend als nazificering van de samenleving – was zelfs nooit zo succesvol verlopen als deze niet gepaard was gegaan met een wijdverbreid verlangen naar ‘zelfgelijkschakeling’. De Führer-cultus was

isbn 9789029589536, € 49,95.


ETHIEK IN OORLOGSTIJD

> BERT KEIZER

Hoe de oude ethiek zijn relevantie verloor

Hannah van den Ende promoveerde op een onderzoek naar Joodse artsen in oorlogstijd. Zij belicht de verschrikkelijke dilemma’s waar artsen toen voor stonden. Bert Keizer valt op hoe nutteloos de medische ethiek bleek in die extreme omstandigheden.

Joodse artsen in de jaren ’40-’45

> Bert Keizer studeerde filosofie in Engeland en geneeskunde in Amsterdam. Hij is sinds 1982 arts in Amsterdamse verpleeghuizen. Van hem verschenen onder meer Het refrein is Hein (1994), Ludwig Wittgenstein. Taal de dwalende gids (2000), Onverklaarbaar bewoond, het wonderlijke domein van de hersenen (2010), Waar blijft de ziel? (essay voor de Maand van de Filosofie, 2012) en Tumult bij de uitgang (2013). Hij schrijft columns voor Trouw, Filosofie Magazine en Medisch Contact.


annah van den Endes boek over de lotge-

nog levende Joden, bestaat onze enige eer daarin dat

vallen van Joodse artsen in Nederland tij-

we een gemeenschap van herinnering blijven, waarin

H

dens de jaren ’40-’45 zou ik het liefst

wij dienen als zielenkaarsen – zoals mensen ook wel

willen wegleggen in de afdeling ‘ga ik

ritueel kaarsen branden voor de doden. Vader vond:

niet lezen, word ik beroerd van’. De Israë-

wij, de overlevende Joden zijn mensen, geen kaarsen,

lische filosoof Avishai Margalit schreef een onverge-

het is afschuwelijk om alleen te leven om de herin-

telijk boek over deze neiging: The ethics of memory. Ik

nering aan de doden hoog te houden. We moeten

had mij nooit gerealiseerd dat er zoiets bestond als

ons op de toekomst richten en ons niet laten regeren

een ethisch herinneren en dus ook een onethisch

vanuit massagraven.

vergeten. Margalits ouders streden vaak over wat te

Margalit gaat vervolgens op uitermate subtiele ma-

doen na de Jodenmoord. Moeder vond: voor ons, de

nier na wat je kunt vinden van deze beide posities, want ‘zand erover’ lijkt even onacceptabel als een leven lang bij dit onmetelijke graf blijven rondhangen. Innerlijk fatsoen | De moeite nemen om ook bezwarende kennis van voorbije gebeurtenissen in ere te houden, of te verdiepen zelfs, zoals dat gebeurt in

verleden zoals dat bestaat in vele nationale mythes,

Onderzoek uitgelicht

Van den Endes kroniek, is uiteindelijk een kwestie

maar een verleden dat op een eerlijke en gedegen

26 | 27

van innerlijk fatsoen. Wat denken wij van onszelf, wat kúnnen wij van onszelf denken, als we het verleden niet bij ons houden? En dan niet een gedroomd

Van den Endes boek is zo’n eerlijke en gedegen verkenning. Als lezer word je getroffen door de gigantische hoeveelheid informatie die ze heeft moeten verwerken om tot dit samenhangende verslag te komen. Na Pressers Ondergang heb ik geen chronologisch relaas meer gelezen over de moord op de Joden. Mijn feitenkennis over dit onderwerp gaat niet dieper dan de weekendbijlages van de betere kranten. Maar wat de krant je nooit kan bieden, is een dagenlange preoccupatie met de aangeboden feiten. Tijdens het lezen van dit boek ontdek je opnieuw hoe onwaarschijnlijk cynisch de vernietiging van de Joden zich in ons land voltrok.

KORT EN BONDIG OVER

breed Artsen moesten tijdens de oorlog lid worden van de Artsen-

praktisch

kamer. Vele artsen weigerden, en sommigen plakten als ver-

visueel

zetsdaad hun beroepsaanduiding af. NSB’ers bekladden ver-

dun boek

volgens hun puien om toch duidelijk te maken waar

nachtkastje

een arts te vinden was.

Foto: Beeldbank WO2 - NIOD

‘Vergeet niet dat je arts bent’

lllllllll lllllllll lllllllll

lllllllll lllllllll

specialistisch theoretisch tekstueel dikke pil bureau

Nationaal Comité 4 en 5 mei

wijze verkend wordt.


Personeel uit het Nederlandsch Israëlietisch Ziekenhuis tijdens de Tweede Wereldoorlog. Foto uit Hannah van den Endes boek, zie ook hannahvdende.nl

Van den Ende begint bij de allereerste stappen die de

teleologische ethiek ooit opklingelden. Van den Ende

nazi’s zetten en omdat je als lezer weet hoe het verder

twijfelt namelijk nooit aan de goedheid van deze

gaat, word je vrijwel meteen gegrepen door de be-

mensen, waarmee de irrelevantie van de oude ethiek

klemming die van dit alles uitgaat. Wat mij enigszins

op onthutsende wijze is aangetoond.

stoorde in haar relaas, is de manier waarop zij het

Dit kaderen van toestanden die nu juist buiten alle

doen en laten van de Joodse artsen tegen de achter-

kaders vallen, leidt tot deze opmerking rond de zelf-

grond van gangbaar medisch handelen plaatst.

moord van Joodse artsen: “Volgens Durkheims belangrijke ‘politieke integratie-theorie’ en de verbete-

Roestig speeldoosje | Joodse artsen verrichtten nep-

ring daarvan door Van Tubergen en Ultee, de ‘sociale

operaties, voerden abortussen uit, gaven mensen

integratie theorie’, zou men inderdaad een verklaring

middelen om hun leven te beëindigen, gingen zelf

voor het hoge zelfmoordpercentage onder Joodse art-

over tot suïcide (waarbij zij soms hun kinderen de

sen kunnen vinden in het opkomend gevoel van iso-

dood mee in namen), doodden soms zelfs bejaarden

lement.”

of pasgeborenen om ze voor een erger lot te behoeden, keurden mensen ten onrechte af voor arbeid of

‘Erger voorkomen’ | Ik denk dat Joodse artsen zelf-

transport, gaven valse verklaringen af over de ge-

moord pleegden omdat ze niet door de nazi’s wilden

zondheidstoestand van mensen, lieten patiënten in

worden vernederd, opgejaagd en vermoord. Durk-

de steek als de nazi’s een Joods ziekenhuis kwamen

heim kan dat niet duidelijker maken, ook niet nadat

uitruimen, instrueerden mensen hoe ze ziektes

hij werd verbeterd door Van Tubergen en Ultee. De

moesten simuleren, enzovoorts enzoverder.

pietluttigheid van dergelijke verhelderend bedoelde

De lijst van handelingen die niet door de beugel kon-

conceptualiseringen van het beschrevene is denk ik

den binnen de toenmalige medische ethiek is teke-

een proefschriftsmetje. Dat doet verder niets af aan

nend voor de krankzinnige omstandigheden waaron-

het feit dat de toon van Van den Endes betoog bewon-

der deze Joodse artsen een weg moesten zien te

derenswaardig is. Ze houdt consequent vast aan een

zoeken. Het lijkt zo futiel om te midden van het oor-

kalme schrijftrant over zaken die een mens tot wan-

verdovende geraas van de Holocaust te komen aan-

hoop zouden drijven.

zetten met een roestig speeldoosje waaruit de princi-

Een van de meest afschuwelijke aspecten van de be-

pes van een deontologische of utilitaristische of

schreven gebeurtenissen is de positie van de Joodse


Een van de meest afschuwelijke aspecten van de beschreven gebeurtenissen is de positie van de Joodse Raad, die niet alleen voor de Joodse Raad gold. ‘Erger voorkomen’ leidde ertoe dat het allerergste goed geregeld werd. Raad, die niet alleen voor de Joodse Raad gold. ‘Erger

meest bijgebleven. Tijdens mijn allereerste coschap

voorkomen’ leidde ertoe dat het allerergste goed ge-

kwam hij op consult bij een van ‘mijn’ patiënten in

regeld werd. Op 9 augustus 1942 bijvoorbeeld

het Binnengasthuis. We raakten aan de praat en hij

“werd er een grote razzia gehouden als vergelding

vertelde mij een herinnering uit een van de eerste

voor de magere opkomst op oproepen voor tewerk-

oorlogsjaren. Hij moest examen doen bij Bouwdijk

stelling. Aus der Fünten en zijn mannen voerden

Bastiaanse, de toenmalige hoogleraar verloskunde en

300 Joden uit Amsterdam-Zuid naar het Adama van

gynaecologie. Het ging niet erg goed, maar de pro-

Scheltemaplein, vanwaar zij gedeporteerd zouden

fessor stelde hem gerust: “Ik kan jou niet laten zak-

worden, zelfs zonder dat zij tijd kregen een koffertje

ken Musaph, want jij bent een Jood.”

van huis te halen. Joodsche Raadvoorzitter David Co1947. Nee, we hadden er niks mee te maken, maar

verantwoorden criterium: onmisbaarheid voor de

klagen wel eens over ‘de huidige jeugd’ omdat ze de

Joodse gemeenschap in Amsterdam. Vooraanstaand

Vietnamoorlog niet goed in de tijd weten te plaatsen,

en naar Cohens oordeel onmisbaar arts Louis Schaap

maar we zouden er goed aan doen onze eigen kennis

28 | 29

en zijn gezin waren onder de gelukkigen die naar

van het verleden op een redelijk peil te brengen of te

Nationaal Comité 4 en 5 mei

Achteraf schaam ik me voor mijn generatie, ik ben van Onderzoek uitgelicht

hen kreeg op deze onheilsplek de mogelijkheid twintig mensen uit te kiezen die naar huis zouden mogen terugkeren. Een taak die Cohen innerlijk ver-

het is toch evengoed onvoorstelbaar dat wij geen idee

scheurde, maar die hij uitvoerde met als voor hem te

hadden van wat deze mannen hadden doorstaan? Wij

huis mochten terugkeren. De 25-jarige Rita Simons,

houden. Of we daar iets van zullen leren? In haar af-

diëtiste van de CIZ, die bij de familie Schaap in-

ronding stelt Van den Ende “dat ethiek verregaand

woonde, behoorde niet tot de uitverkorenen. Zij

vervormd kan worden door de omstandigheden.”

moest wel mee.”

Waaruit we misschien kunnen leren vooral erg be-

Ook Joodse artsen zaten in die klem. Als ze Joodse

scheiden te zijn over onze standvastigheid. Maar

mannen moesten keuren voor de arbeidsdienst kon-

voorbij alle lering brandt er in dit boek een kaars voor

den ze drie wegen volgen, allemaal even vernietigend

de Joodse artsen die hier beschreven worden. En al

voor de keurlingen. Niet meedoen aan de keuringen

begrijpen we het niet helemaal – de meesten zijn im-

(maar dan ging een NSB-arts het doen en die keurde

mers dood –, toch vinden we dat we iets zinvols doen

bijna niemand af). Wel meedoen maar zo veel moge-

door hen niet te vergeten.

<

lijk mannen afkeuren (wat er ook toe zou leiden dat een NSB-er het overnam). Reële keuringen doen (maar dan zouden bijna alle mannen slachtoffer wor-

Hannah van den Ende, ‘Ver-

den).

geet niet dat je arts bent.’ Joodse artsen in Nederland

Vietnamoorlog | Tot mijn verrassing (en dat het mij

1940-1945. Amsterdam:

verraste zegt alles over mijn onwetendheid) kwam ik

Uitgeverij Boom, 2015,

in het tumult ook enkele collega’s tegen die ik in mijn

isbn 9789461055699,

medische jaren heb ontmoet: Max Koster, Coen van

€ 29,90.

Emde Boas, David Moffie, Ben Polak, Sally van Coevorden, Herman Musaph. Ik kende deze mannen natuurlijk niet bij hun voornaam. Musaph is mij het


ERFGOEDEDUCATIE

> ALEX BAKKER

Verlangen naar tastbaar verleden

onderwijs en de ontwikkeling van historisch

Een onderzoek naar educatie

besef. De auteurs Maria Grever en Carla van

bij erfgoedinstellingen

Steeds vaker appelleren erfgoedinstellingen aan beleving om de geschiedenis tot leven te wekken. Apps en virtual reality ondersteunen de historische sensatie. Maar vergroten ze werkelijk het begrip van vroeger tijden? Onlangs verscheen Verlangen naar tastbaar verleden, een handzaam boek over erfgoed-

Boxtel lichten hun bevindingen toe.

> Drs. Alex Bakker is historicus en werkzaam als tekstschrijver in Amsterdam en Berlijn.


erlangen naar tastbaar verle-

Pupils’ Historical Imagination and

Resource educatieve materialen

den. Erfgoed, onderwijs en

Attribution of Significance while

en museumpresentaties over de

historisch besef is het resul-

Engaged in Heritage Projects, een

transatlantische slavenhandel en

onderzoek naar de vraag hoe

slavernij, de Tweede Wereldoor-

over erfgoededucatie dat tussen

middelbare scholieren leren over

log en de Holocaust van vijftien

2009 en 2014 onder leiding van

gevoelige geschiedenis bij een

erfgoedinstellingen in Engeland

Maria Grever en Carla van Boxtel

museum- of monumentbezoek.

en Nederland. Daarnaast ver-

werd uitgevoerd aan het Centrum

Pieter de Bruijn onderzocht in

richtte Stephan Klein als postdoc

voor Historische Cultuur van de

zijn proefschrift Bridges to the

onderzoek naar docenten en

Erasmus Universiteit Rotterdam.

Past: Historical Distance and

museumeducatoren.

Geerte Savenije promoveerde op

Multiperspectivity in English and

Sensitive History under Negotiation:

Dutch Heritage Educational

V

taat van een NWO-programma

Wat was de aanleiding voor deze publicatie? Carla van Boxtel, aan de Universiteit van Amsterdam

De publicatie die Maria Grever en ik uitbrachten is een synthese van een NWO-programma over erfgoededucatie, waarin twee promovendi en een postdoc de afgelopen jaren onderzoek hebben verricht.

gebruik van erfgoed heeft de laatste jaren een

Wij vinden het belangrijk om de wetenschappelijke

enorme vlucht genomen. Het heeft een bijzondere

inzichten toegankelijk en bruikbaar te maken voor

kracht om oog in oog met het verleden te staan. Maar

professionals in de erfgoedsector.”

wetenschappelijke reflectie op wat erfgoededucatie precies inhoudt en welke rol het wél en níet kan ver-

Waar komt de populariteit van erfgoed vandaan? Maria Grever, hoogleraar ‘Theorie en methoden van de geschiedenis’ en directeur van het Centrum voor Historische Cultuur aan de Erasmus Universiteit Rotterdam: “Het koesteren van erfgoed biedt ankerpunten in een tijd waarin alles heel snel verandert. De vluchtigheid en snelheid van de huidige samenleving leidt tot een reactie: hier kom ik vandaan, daar woonden mijn ouders en dat is er nu nog van over. Materiële cultuur bevestigt je groepsidentiteit en revitaliseert het collectieve geheugen. Dat moet je niet verwarren met nostalgie. Ik vind het mooi om te zien dat er de laatste tijd een herwaardering van het object plaatsvindt, waar voorheen de nadruk op kennis nogal eens overheerste.” Wat maakt de inzet van erfgoed complex? Grever: “Erfgoed bestaat niet zomaar, het zijn geen paddenstoelen die je in het bos vindt. Wat wordt bestempeld als erfgoed is een afspiegeling van het he-

Nelia en Titus spelen in Verzetsmuseum Junior een propa-

den en daarmee een constructie. Welke groep in de

gandaspel, waardoor ze ontdekken hoe en waarvan de nazi's

samenleving hecht waarde aan bepaald erfgoed? Voor

mensen probeerden te overtuigen.

erfgoedinstellingen geldt dat zij een verhaal constru-

Foto: Merijn Soeters/Verzetsmuseum Junior

eren, het is niet dé geschiedenis die zij presenteren.

30 | 31 Nationaal Comité 4 en 5 mei

vullen, is er nog nauwelijks – ook internationaal niet.

Onderzoek uitgelicht

verbonden als hoogleraar ‘Vakdidactiek, in het bijzonder van geschiedenisonderwijs’: “Het educatieve


op ‘herbeleving’ de bredere context uit het oog en creëert het naast eenzijdige ook wel onjuiste beelden. Daarom zeggen wij: bedenk vooraf goed wat je nastreeft met een erfgoedrepresentatie en overweeg wat de mogelijke effecten zijn. Als je het geheel omlijst met een educatieve aanpak waarin de historische afstand wel wordt geboden, dan combineer je het beste van twee werelden: beleving en diepgang.” Ligt een kritische reflectie op erfgoed van de Tweede Wereldoorlog gevoeliger dan bij andere historische thema’s? In het Nationaal Bevrijdingsmuseum 1944-45 kunnen leerlin-

Van Boxtel: “Inderdaad zullen de emoties rond de

gen een dilemmaspel spelen, bedoeld om historisch denken

oorlog een grotere rol spelen dan bij het restaureren

uit te lokken. Spelers krijgen vragen voorgelegd als ‘Wat zou

van een oude molen. Mensen schrikken oprecht van

je doen als een Joodse vriend jou vraagt of hij mag onder-

jongeren die zeggen niets van de oorlog te willen we-

duiken bij jullie thuis?’

ten. Dat moet je ook niet laten passeren, vind ik. BeFoto: Nationaal Bevrijdingsmuseum 1944-45

ter is het om het gesprek aan te gaan: wij willen graag dat jij snapt dat een groot deel van de mensen in onze

Dat weten de professionals zelf wel, maar de ‘eind-

samenleving het wél belangrijk vindt.

gebruikers’ niet altijd. Daarom pleiten wij in ons

Tegelijkertijd leent het oorlogserfgoed zich juist goed

boek voor een dynamische opvatting van erfgoed: het

voor een dynamische analyse. Denk aan de iconische

besef dat erfgoed door verschillende groepen en door

statuur van Anne Frank. Met wat oudere leerlingen

de tijd heen anders wordt waargenomen. Multiper-

is een dialoog interessant: waarom kent de hele we-

spectiviteit is hier het trefwoord. Implementeer dit in

reld Anne? Hoe werkt iconisering en hoe kan het dat

je educatie, dus toets op ongewenste eenzijdigheid

andere dagboeken niet beroemd zijn geworden? Wij

en laat leerlingen in dialoog nabeschouwen.”

vinden het belangrijk dat jongeren zulke vaardighe-

Van Boxtel: “Het herbeleven van het verleden kan

den leren. Ook als je van school af bent, kom je overal

zeer indringend en overtuigend zijn. Vooral als je één

erfgoed tegen: monumenten, herdenkingen, straat-

perspectief krijgt aangeboden. Dan creëer je een

namen. Met het aanbieden van tools aan leerlingen

sterke identificatie en nabijheid. Maar als het verle-

stel je toekomstige volwassenen in staat om, bijvoor-

den een 1-op-1-ervaring wordt met het heden, raak je

beeld op vakantiereis in het buitenland, erfgoed te

ook iets kwijt. Namelijk het inzicht dat het verleden

kunnen bevragen. Zeker omdat het niet altijd vrij is

anders is, vreemd is, zich niet zo makkelijk laat ken-

van politieke of commerciële belangen.”

nen. Wij weten nu de afloop, maar toen lag alles natuurlijk nog open. Dat inzicht is cruciaal en daarom

Wat beschouwen jullie als goede voorbeelden van erfgoed-

is het nuttig om juist historische afstand te bewerk-

educatie over de Tweede Wereldoorlog?

stelligen. Bovendien verliest erfgoed dat alleen leunt

Grever: “Goede voorbeelden zien wij daar waar verschillende perspectieven worden gehanteerd en waar de dialoog met bezoekers wordt gezocht. In de vaste

KORT EN BONDIG OVER

breed praktisch visueel dun boek nachtkastje

Verlangen naar tastbaar verleden

opstelling van het Nationaal Bevrijdingsmuseum

specialistisch

1944-45 in Groesbeek komt bijvoorbeeld het oorlogs-

theoretisch

verhaal van burgers, nazi’s en geallieerden aan de

tekstueel

orde, van man en vrouw, jong en oud. Een nauw sa-

dikke pil

menwerkingsverband met scholen in de omgeving

bureau

creëert de nodige ruimte voor uitwisseling en reflectie

lllllllll

lllllllll lllllllll lllllllll

lllllllll

op wat de jongeren in het museum hebben meege-


Maria Grever leidt nu aan het Center for Historical Culture (CHC) drie nieuwe onderzoeken naar de populaire omgang met de twee wereldoorlogen in Europa en de oorlog in voormalig Joegoslavië, en de effecten hiervan op het onderwijs in geschiedenis en maatschappijleer. Twee promovendi zijn net gestart: Siri Driessen onderzoekt oorlogsbegraafplaatsen en Pieter van den Heede analyseert videogames over de oorlog. Zie www.eshcc.eur.nl/chc. Maria Grever ontving onlangs de

Carla van Boxtel (links) en Maria Grever

Foto: Pieter de Bruijn

Athena Prijs. Deze prijs, ingesteld inzet voor de positie van vrouwen

naar de competenties van educa-

het Erasmus Netwerk Vrouwelijke

in de wetenschap in het algemeen

tieve rondleiders in historische

Hoogleraren (ENVH), w0rdt uitge-

en aan de Erasmus Universiteit in

en kunstmusea, in samenwerking

reikt aan iemand die zich bijzonder

het bijzonder.”

met het Rijksmuseum, het Stede-

heeft ingezet voor vrouwelijke we-

Carla van Boxtel is momenteel

lijk Museum en het Van Gogh

tenschappers. Grever ontvangt de

bij de Universiteit van Amsterdam

Museum.

prijs “vanwege haar uitzonderlijke

projectleider van een onderzoek

32 | 33

tewel ‘gevoelig erfgoed’. Sensitive heritage is alle erf-

op indringende en intieme wijze zien wat de oorlog

goed dat niet strookt met het positieve zelfbeeld van

voor kinderen uit verschillende achtergronden bete-

een gemeenschap of land. Denk aan dadererfgoed,

kende; ook voor kinderen van wie de ouders bij de

maar ook aan de ervaringen van verkrachte vrouwen.

NSB zaten bijvoorbeeld. Het Museon in Den Haag laat

Bij alle erfgoedrepresentaties van militair optreden

leerlingen verschillende oorlogsverhalen onderzoeken

kom je vrijwel nooit iets tegen dat het lijden van de

en hun bevindingen uitwisselen: hoe heeft ‘jouw per-

verkrachte vrouwen verbeeldt. Ik vraag me af hoe

soon’ de oorlog beleefd en hoe kijk jij daar tegenaan?

lang het nog duurt voordat hiervoor een monument

Maar er zijn ook voorbeelden van representaties van

of gedenkteken wordt ontworpen.”

<

het grootschalige geweld van oorlogen die ik minder doordacht vind. Vooral bij voormalige slagvelden spelen educatieve dilemma’s een rol, zoals de vraag hoe

Maria Grever & Carla van

dichtbij je geweld ensceneert. Vaak ontbreekt ook de

Boxtel, Verlangen naar een

multiperspectiviteit; die raakt verloren in de drang

tastbaar verleden: erfgoed,

om het publiek te raken. Het oproepen van een expe-

onderwijs en historisch besef.

rience bij een slagveld richt zich op de heroïek van de

Hilversum: Verloren,

militaire ervaring, niet op de oorlogsgevolgen voor

isbn 9087044623,

burgers. Alsof het vechten zich in een geïsoleerde

€ 19,90

nieuwe onderzoeksgebied waar ik mij mee bezighoud: de populaire omgang met sensitive heritage, of-

Nationaal Comité 4 en 5 mei

maakt. Het Junior Verzetsmuseum in Amsterdam laat

omgeving afspeelde. Interessant in dit verband is het

Onderzoek uitgelicht

door de Erasmus Universiteit en


ONDERWIJS

> MAARTEN-JAN VOS

Problemen met de Sjoa in de klas? ‘Vooral krantenkoppen’

Hebben docenten het moeilijk wanneer zij in hun lessen aandacht besteden aan de Jodenvervolging in de Tweede Wereldoorlog, zoals steeds vaker wordt gezegd? Wordt hen door onwillige leerlingen de mond gesnoerd met Holocaust-ontkenningen of discussies over de Israëlische agressie jegens de Palestijnen? Een gesprek met vier ervaringsdeskundigen, allemaal betrokken bij jongereneducatie op dit terrein, maakt dit duidelijk: er is een probleem, maar het onderwijs over de Sjoa wordt niet belemmerd.

> Drs. Maarten-Jan Vos is historicus, Sjoa-deskundige en redacteur van Onderzoek uitgelicht.


n 2014 verscheen het boek Jodenhaat van Ron van

I

der Wieken. Een kort boek, soms erg persoonlijk,

dat een beeld wil schetsen van antisemitisme vroeger en nu. Een van de kwesties die Van der Wieken

in het voorbijgaan aanstipt, zijn de vermeende pro-

blemen die docenten ondervinden bij het lesgeven

“Leerlingen moeten weten wat het kan betekenen als iemand zijn ideologie tot ver achter de komma uitvoert.”

over de Sjoa. Hij roept op om onderwijs over de Sjoa

“niet te schuwen, zoals nu geregeld blijkt te gebeuren”. Een geluid dat tegenwoordig vaker klinkt. Do-

tweede klas geen geschiedenisonderwijs op de mid-

centen zouden door weerstand bij leerlingen gehin-

delbare school, dus ook geen onderwijs over de Sjoa.

derd worden bij het lesgeven over de Sjoa, of het

Op de basisschool zijn er wel lessen over de Tweede

onderwerp zelfs vermijden. Gebeurt dit echt? Naar

Wereldoorlog, maar daarna gaat het merendeel naar

aanleiding van het boek van Van der Wieken besloot

het vmbo en daar hangt het helemaal van de school

Onderzoek uitgelicht een aantal betrokkenen te vragen

af hoeveel aandacht er is voor de Sjoa.”

naar hun ervaringen.

Het probleem van weerstand onder leerlingen herkent Nijmeijer niet. “Als ik les geef over de Sjoa, zijn leerlingen gechoqueerd over de totalitaire aanpak van

Utrecht wil eerst even dit gezegd hebben: met het on-

de vervolging en het feit dat alle Joden moesten ver-

derwijs over de Sjoa is inhoudelijk niets mis, zoals

dwijnen. Ik vind dat leerlingen moeten weten wat het

ook uit een recent rapport van de SLO blijkt. “Het cur-

kan betekenen als iemand zijn ideologie tot ver achter

riculum is goed. Als je kijkt naar de inhoud, de do-

de komma uitvoert. Ik heb nooit rare reacties gehad.”

centen en alle ondersteunende organisaties die zich Hitlergroet | Ook Gerard Mensink, hoofd educatie van

en Jodenvervolging, zoals oorlogs- en verzetsmusea,

Verzetsmuseum Amsterdam, pleit voor nuancering

dan hebben we in Nederland een bijzonder curricu-

van het beeld dat lesgeven over de Sjoa soms onmo-

lum. Dat is het probleem niet. Het probleem is dat

gelijk wordt gemaakt. Zijn ervaringen tijdens rond-

heel veel jongeren niet in aanraking komen met dat

leidingen in Verzetsmuseum Amsterdam, waarbij

curriculum. Dat is de grote ramp: na de basisschool

ook de Jodenvervolging aan bod komt, zijn heel an-

houdt het geschiedenisonderwijs op voor de mees-

ders: “Natuurlijk zijn er af en toe opmerkingen of

ten.”

een Hitlergroet. Maar dat is geen echt antisemitisme;

Roel Nijmeijer, eerstegraads docent geschiedenis op

meer jongens die de grappigste willen zijn en willen

het H.N. Werkman Stadslyceum in Groningen, deelt

provoceren. Ik heb het wel eens met leerlingen over

die zorg. “Meer dan de helft van de jeugd krijgt na de

Israël gehad omdat zij daarover begonnen, maar dat

Roel Nijmeijer

Gerard Mensink

Marc Kropman

Jan Durk Tuinier

34 | 35 Nationaal Comité 4 en 5 mei

bezighouden met de Tweede Wereldoorlog, bevrijding

Onderzoek uitgelicht

Jan Durk Tuinier van de Stichting Vredeseducatie in


zijn echt gesprekken waarin twee kwesties, Israël en

schiedenis. Als dan de thematiek van Jodenvervolging

de Sjoa, naast elkaar worden gezet. En wij zijn een

en Sjoa aan de orde komt, krijg je gelijk gedoe, dat is

museum over Nederland tijdens de Tweede Wereld-

een gegeven. Veel jongeren van niet-Nederlandse

oorlog, dus daar moet het over gaan tijdens een be-

komaf reageren blind op het woord Joden en leggen

zoek. Je moet eerst weten hoe het toen was voor je

direct een relatie met de politiek van Israël. Het idee

een vergelijking met nu kunt maken. Dat maak ik

is dat Israël kwaad sticht, dat Israël de wereld wil over-

leerlingen dan duidelijk. Zo had ik ooit een groep 8

heersen en dat Joden niet te vertrouwen zijn. Wij mer-

uit Enschede met veel Turkse leerlingen. Een meisje

ken dat docenten daar niet altijd een goed antwoord

van Turkse komaf zei na afloop tegen mij: ‘Dank u

op hebben. Docenten willen ook gewoon hun les ge-

wel, nu weet ik wat mijn ouders hebben meegemaakt

ven, de jongeren een vak leren. Als er dan discussies

tijdens de oorlog.’ Dat klopte natuurlijk niet, want het

ontstaan naar aanleiding van het thema burgerschap

ging over Nederland, maar ze had zich wel ingeleefd

of de actualiteit, dan vermijden ze die liever.”

en ze was geïnteresseerd. Voor haar was het de geschiedenis van het land waar ze geboren is.”

Middeleeuwen | Marc Kropman stond twintig jaar

Jan Durk Tuinier onderschrijft de waarneming van

voor de klas als docent geschiedenis en is nu werk-

Nijmeijer en Mensink. Hij stelt dat het aantal proble-

zaam als vakdidacticus geschiedenis aan de lerare-

men met onderwijs over de Sjoa, of met geschiede-

nopleiding geschiedenis aan de Universiteit van Am-

nisdocenten die dat onderwerp niet durven te behan-

sterdam. Hij is vooral bekend met de situatie op

delen, meevalt. “Volgens onderzoeksinstituut ITS

havo- en vwo-scholen. Hij stelt dat alles valt of staat

van de Radboud Universiteit ziet 1 procent van de do-

met de rol van de docent. “Je kunt de Holocaust naar voren brengen als een thema dat gewoon bij het exa-

“Het heeft geen zin om ze te zeggen dat een bepaalde opvatting fout is.”

menprogramma hoort, zoals feodale structuren in de Middeleeuwen. Dat kan, en in dat geval zullen docenten geen problemen ervaren met lesgeven. Maar docenten weten pas wat de opvattingen van leerlingen

centen geschiedenis in het voortgezet onderwijs af

zijn en of die veranderen als ze die opvattingen na-

van onderwijs over de Sjoa. Die 1 procent haalt de

drukkelijk aan de orde stellen en de Holocaust pro-

kranten, maar dat zijn al met al helemaal niet veel

blematiseren.”

docenten. 20% ervaart wel problemen vanwege ex-

“Om dat helder te krijgen, moet je als docent vragen

treme opvattingen – en dan gaat het zowel over

stellen over de Holocaust. Wat voor term is dat, wat

ideeën met betrekking tot de Holocaust als over anti-

voor verschijnsel, is het uniek of niet, hoort het bij

moslimgeluiden of extreemrechtse geluiden. Dit deel van de docenten wil ondersteuning van instellingen zoals oorlogs- en verzetsmusea of de Stichting Vredeseducatie.” Tuinier werkt in het Fort van de Democratie, waar leerlingen worden rondgeleid in een interactieve tentoonstelling over democratie en mensenrechten en waar ook de Jodenvervolging aan bod komt. Hij werkt vooral met docenten en leerlingen van ROC’s, beroepsopleidingen dus. “Docenten op ROC’s ervaren wel problemen, want daar is geen geschiedenisonderwijs en de leerlingen komen meestal van vmbo-scholen waar ook nauwelijks geschiedenis wordt gegeven. De grootste categorie leerlingen krijgt dus weinig ge-


Joden? Als je dat soort vragen stelt, dan gaat het wringen bij leerlingen en krijg je gedachtevorming. En du moment dat je dat doet, zijn er twee dingen aan de orde. Allereerst is het mogelijk dat je te maken krijgt met Holocaust-ontkenning; dat komt in je carrière als docent onherroepelijk enkele keren langs. Maar

“Het gaat om 1 procent van de docenten. Die moet inderdaad gesteund worden, maar maak er geen onderwijsbreed probleem van.”

vooral zul je te maken krijgen met actuele discussies over het Midden-Oosten. In een Amsterdamse klas

onderwijs op havo en vwo wordt in de ervaring van

krijg je zonder meer de Midden-Oostenproblematiek

de geïnterviewden niet gehinderd. Hoogstens komt

op je bord, meteen. Voor docenten gaat het dan

er weerstand onder leerlingen aan het licht als docen-

hierom: hoe benader je dat en hoe laat je zien dat het

ten expliciet vragen naar opinies en een discussie

een heel complex probleem is? Als je dit als docent

aanzwengelen. Anders ligt het bij leerlingen die nau-

alleen vanuit een westers perspectief doet, loop je

welijks geschiedenisonderwijs hebben gehad, veelal

vast op vragen van leerlingen die vanuit een ander

vmbo-leerlingen die na de middelbare school naar

perspectief gesteld zijn. Je moet er dan over in dis-

het ROC gaan. De echte problemen zitten dáár, vindt

cussie gaan, ook om ze wat te leren, want daar gaat

Jan Durk Tuinier. “Ik erger me aan krantenkoppen als ‘Docenten durven de Sjoa niet te behandelen’. Ie-

de oppervlakte en het hangt van de docent af of ze

dereen schudt dan zijn hoofd en zegt: ‘Och och wat

aan de oppervlakte komen. “

is dat toch erg met de jongeren tegenwoordig.’ Dan zeg ik: ‘Mensen, het is maar een krantenkop. Het

Antisemitisme | Tuinier vindt het label antisemitisme

gaat om 1 procent van de docenten. Die moet inder-

niet constructief in deze setting: “Ik ben niet bezig

daad gesteund worden, maar maak er geen onder-

met het opleggen van het etiket antisemitisme. We

wijsbreed probleem van.’”

hebben niets aan dat label. Er zijn heel veel jongeren

“Tegelijkertijd is er natuurlijk wel een ander gigan-

36 | 37

tisch probleem: veel jongeren zijn in onze democratie een zijweg ingeslagen en vinden dat de sharia

latie met ze en willen ze niet aan hun lot overlaten,

meer zekerheid geeft. Deze jongeren scheiden zich

maar juist de confrontatie met ze aangaan. Daarom

af in hun eigen groep, kijken alleen maar Al Jazeera

laten we alleen de consequenties van die opvattingen

en krijgen zo een hele andere manier van kijken. En

zien. Sommige jongeren vinden bijvoorbeeld dat ho-

ze zijn vatbaar voor complottheorieën waarin Joden

moseksuelen gestraft moeten worden. We benadruk-

vaak een rol spelen. Er is dus wel een probleem. Maar

ken dan dat dat een mening is, maar dat uitvoering

het beeld dat de Sjoa wordt vermeden in de klas, dat

daarvan wel strafbaar is. Dat is ontzettend belangrijk:

moet echt genuanceerd worden.”

we gaan niet het gevecht aan met hun waarden, maar verhelderen hun waarden en geven ze dat terug. Het heeft geen zin om ze te zeggen dat een bepaalde op-

Ron Van der Wieken,

vatting fout is.”

Jodenhaat. Amsterdam:

Mensink benadrukt hoe zelden hij antisemitisme te-

Mastixpress, 2014,

genkomt in Verzetsmuseum Amsterdam. “Ik weet

isbn 978 94 92110 01 5,

wel dat er veel beweerd wordt over het vmbo, maar

€ 12,50.

bij ons is het beslist niet zo dat vmbo-leerlingen alle-

Er zijn dus verschillen tussen scholen waar geschiedenisonderwijs wordt gegeven en de Sjoa wordt behandeld en scholen waar dat niet gebeurt. Geschiedenis-

<

Nationaal Comité 4 en 5 mei

met latent of openlijk racistische ideeën, bijvoorbeeld over vluchtelingen. Wij hebben een pedagogische re-

maal rare opmerkingen maken.”

Onderzoek uitgelicht

het uiteindelijk om. De problemen zitten dus onder


MILITAIRE GESCHIEDENIS

> SYLVIA HEIMANS

Nieuwe hoofdstukken in de militaire geschiedenis

De afgelopen jaren verschenen twee publicaties waarin ‘beroemde’ militairen – Marco Kroon en Peter van Uhm – verslag doen van hun ervaringen in Nederlandse krijgsdienst. Beide werden bekend in verband met de Nederlandse uitzending naar Afghanistan. Sylvia Heimans interviewde oud-militair Ad van Baal over zijn visie op beide boeken. Hij stelt dat internationale solidariteit een logisch voortvloeisel is van de Tweede Wereldoorlog.

> Dr. Sylvia Heimans is journalist en onderzoeker. Zij promoveerde in december 2014 aan de Radboud Universiteit Nijmegen op een biografie van schrijfster en journalist Josepha Mendels (1902-1995).


P

eter van Uhm is een van de bekendste militairen onder niet-militairen. Op zijn eerste werkdag als commandant der Strijdkrachten, de hoogste militaire positie in Nederland, sneuvelde zijn zoon in Afghanistan. Het was april

2008 en zijn leven stortte in. Toch bleef Van Uhm in functie. Vanwege dit drama werd hij een bekendheid en dat leidde vorig jaar oktober tot de publicatie van zijn levensgeschiedenis, opgeschreven door journalist Sander Koenen. Als Van Uhms zoon niet was ge-

Ad van Baal (1947) bekleedde tot 2007

sneuveld, hadden we dan dit boek niet in handen ge-

diverse leidinggevende functies in de

had?

Koninklijke Landmacht. Hij was in 1994

“Ik denk het wel”, zegt Ad van Baal, generaal buiten

als brigadegeneraal chef-staf van het

dienst van de landmacht. “Volgens mij had Van Uhm

Bosnië- en Herzegovina-commando in Sa-

vooral professionele argumenten voor het publiceren

rajevo. In 2001 werd hij bevelhebber der

van zijn verhaal en is zijn doel geweest om het vak

Landstrijdkrachten (BLS). In december 2003 werd hij benoemd tot inspecteur-generaal der Krijgsmacht

werd, in de jaren zeventig, had het leger geen goede

(IGK). Van 2007 tot 2013 was hij voorzitter

reputatie. Soldaten zouden zich vooral vervelen tij-

van het college van bestuur van de

dens diensttijd. In Ik koos het wapen lezen we hoe Van

politieacademie. Sinds september 2013 is

Uhm, zoon van een bakker, niet eens een model-

Van Baal voorzitter van de Stichting Nationaal Monument Kamp Amersfoort.

frivool en hij was nooit haantje de voorste. De Haagse aspecten van zijn werk – een goede militair moet af en toe ook staffuncties op het ministerie van Defensie vervullen – bevielen hem maar matig en hij verhulde dat niet. Toch krijgen de leger- en defensietop hem in het vizier als de ideale man voor de hoogste functie. Van Uhm is recht-door-zee, speelt geen spelletjes en erkent fouten.” De oud-commandant der Strijdkrachten wil met zijn boek laten zien dat er in het leger inmiddels veel veranderd is en dat het als instituut geprofessionaliseerd is, meent Van Baal. Taliban | De andere militair die via de boekhandel van zich liet horen, Marco Kroon, werd bekend vanwege de Militaire Willems-Orde die hij kreeg opgespeld door koningin Beatrix. Deze zeldzame en hoge onderscheiding kreeg hij voor de moed die hij tijdens Marco Kroon tijdens Veteranendag 2013. Rechts naast hem de

uitzendingen naar Afghanistan had betoond. Een

recent overleden Piet van den Hoek, eveneens drager van de

jaar na de toekenning moest Kroon terecht staan we-

Militaire Willems-Orde.

gens de beschuldiging van handel in wapens en bezit

Foto: ANP/Jerry Lampen

38 | 39 Nationaal Comité 4 en 5 mei

militair was. Van Baal: “Zijn meerderen vonden hem

Onderzoek uitgelicht

van militair zichtbaar te maken buiten de stolp van de kazerne.” In de tijd dat Van Uhm beroepsmilitair


Generaal b.d. Peter van Uhm (r) overhandigde kapitein Marco Kroon eind 2012 het eerste exemplaar van zijn boek Leiderschap onder vuur. Ruim anderhalf jaar later publiceerde Van Uhm zijn eigen memoires.

Foto: ANP/Evert-Jan Daniels

van drugs. Van het laatste werd Kroon vrijgesproken,

veau, zodat zijn visie ook toepasbaar is buiten de

maar hij werd wel veroordeeld voor bezit en levering

krijgsmacht. Marco Kroon is een bewijs van de pro-

van stroomstootwapens.

fessionalisering van de krijgsmacht die Van Uhm in

Eind 2012 publiceerde Kroon het boek Leiderschap

zijn boek wil toelichten. Van Baal: “Kroon gelooft hei-

onder vuur, waarin hij lessen trekt uit operationele be-

lig in de ervaring die je opdoet tijdens gevechtssitu-

slissingen die hij tijdens operaties van zijn eenheden

aties. Hij kan die goed analyseren en vertalen naar

in Afghanistan nam. Kroon beschrijft onder meer

lessen over leiderschap. Dat zie je aan de inhoudsop-

een nachtelijk gevecht in de Afghaanse Chora-vallei,

gave: ‘Bepaal doel en oogmerk’, ‘Eerst denken dan

waarbij hij de bewegingen van zijn mannen, die van

doen’, ‘Verander aannames in feiten’. Dat zijn lessen

de Taliban en zijn eigen gedachten combineert tot

die je in dikke pillen over leiderschap terugvindt.

een bloedstollend verhaal dat overloopt van de adre-

Kroon laat zien dat ze in de praktijk daadwerkelijk

naline. Ook geeft hij zijn visie op militair leiderschap

opgaan.”

en werkt zijn ervaringen uit naar een algemener ni10% van de Canadese bevolking | De boeken van Kroon en Van Uhm markeren een periode waarin KORT EN BONDIG OVER

breed praktisch visueel dun boek nachtkastje

Peter van Uhm: ik koos het wapen

lllllllll lllllllll

lllllllll lllllllll lllllllll

een omslagpunt plaatsvindt. Waar de vorige drie eeu-

specialistisch

wen op de Tweede Wereldoorlog na in militair op-

theoretisch

zicht een stille periode waren, wordt het Nederlandse

tekstueel

leger tegen het einde van de 20e eeuw weer actief in

dikke pil

oorlogsgebieden. Niet als Nederlands leger trouwens,

bureau

maar als partner in internationaal (NAVO-)verband voor wereldwijde vrede en veiligheid.


De boeken van Kroon en Van Uhm markeren een periode waarin een omslagpunt plaatsvindt. Waar de vorige drie eeuwen op de Tweede Wereldoorlog na in militair opzicht een stille periode waren, wordt het Nederlandse leger tegen het einde van de 20e eeuw weer actief in oorlogsgebieden. Heel anders dan in de Tweede Wereldoorlog gaat het

De persoonlijke verhalen van Kroon en Van Uhm zijn

nu om militair optreden in landen die niet meteen

complementair aan de officiële geschiedenis, vindt

warme gevoelens van betrokkenheid oproepen bij de

Van Baal. “Ze geven inhoud en kleur aan gebeurtenis-

Nederlandse bevolking. Onterecht eigenlijk, meent

sen waarbij Nederlandse militairen betrokken waren.

Van Baal. “Mensen zijn het misschien lichtelijk ver-

Je kunt je als lezer optrekken aan deze rolmodellen.

geten, maar internationale solidariteit is al oud. Bij

Herdenken betekent ook: erkennen en waarderen. Zo-

de twee wereldoorlogen is bijvoorbeeld tien procent

als onze herinneringscultuur rondom de Tweede We-

van de Canadese bevolking als militair naar Europa

reldoorlog ons in staat stelt om bepaald heldengedrag

uitgezonden om de bezetter te bevechten. Tien pro-

te herdenken, erkennen en waarderen – neem verzet

Van Baal is dat veiligheid zich inmiddels niet meer

ken dwingen je om jezelf af te vragen wat jij zou doen

door landsgrenzen laat afbakenen. “De nationale vei-

in een dergelijke situatie. Vervolgens zul je begrijpen

ligheid eindigt niet bij de grenzen van Coevorden en

dat iemand als Kroon iets bijzonders heeft gedaan.

Rucphen. Overal kunnen er conflicten zijn die van

Van Uhm en Kroon leveren zo hun eigen bijdrage

invloed zijn op onze veiligheid. Kijk maar naar de

aan de geschiedschrijving. Ik hoop dat de boeken er

40 | 41

enormiteit van de aantallen ontheemde mensen die

ook voor zorgen dat er meer begrip komt voor hoe de

Nationaal Comité 4 en 5 mei

plegen of onderduikers helpen –, zo kunnen de schrijvende militairen ons daar ook toe aanzetten. De boe-

Onderzoek uitgelicht

cent! Daarvan zijn er 100.000 gesneuveld en 300.000 gewond geraakt.” Een ander punt volgens

nu als vluchteling over Europa stromen.” Wat Van

krijgsmacht werkt en dat de kans op ongefundeerd

Baal eigenlijk vooral gezegd wil hebben: de interna-

oordelen afneemt.”

<

tionale solidariteit die de Nederlandse krijgsmacht nu tentoonspreidt is een logisch uitvloeisel van de betrokkenheid van de geallieerden bij het beëindigen van de Tweede Wereldoorlog. Militairen op 4 mei | “De inzet van de krijgsmacht bij internationale conflicten moet steeds opnieuw gemotiveerd worden”, stelt Van Baal. Daar leveren de boeken van Kroon en Van Uhm ook een bijdrage aan, evenals veteranendagen, herdenkingen, taptoe, monumenten, open dagen van Defensieonderdelen en debatten in de Tweede Kamer over de inzet van Nederlandse militairen. “Ik beschouw de aanwezigheid van militairen op de Dam tijdens de herdenking op

Marco Kroon, Leiderschap

Sander Koenen, Peter van

4 mei nadrukkelijk ook als een uitvloeisel daarvan.

onder vuur.

Uhm: Ik koos het wapen.

Die militairen zijn daar als schild voor de veiligheid.

Utrecht: UHB, 2012,

Amsterdam: Atlas Contact,

Internationale vrijheid en veiligheid zijn zo belang-

isbn 978 90 820 03604,

2014,

rijk dat we bereid zijn om onze zonen en dochters er-

€ 18,95.

isbn 978 90 450 25377,

voor in te zetten. Dat is geen decorum, maar een getuigenis.”

€ 19,95.


Het vrijheidsboek Generaties over vrijheid en onvrijheid in naoorlogs Nederland

Het s d i e h vrij boek

Vrijheid is al ruim zeventig jaar een vanzelfsprekendheid in onze samenleving. We gebruiken het woord vrijheid heel gemakkelijk en denken er vaak niet over na. Maar wat is vrijheid eigenlijk? Waar denken Nederlanders aan bij het woord vrijheid? In Het vrijheidsboek geven allerlei Bekende Nederlanders hun visie op vrijheid, onder

Generaties over vrijheid en onvrijheid in naoorlogs Nederland Nationaal Comité

4 en 5 mei

Onder redactie van Esther Captain en Maarten Dallinga

wie rapper Typhoon, oud-minister Jan Pronk, publicist Thierry Baudet, auteur Marion Bloem, vredesactivist Mient Jan Faber en columnist Rob Schouten. Ze verschillen van elkaar qua generatie, opleiding, beroep of etniciteit, maar allemaal hebben ze een sterk ontwikkelde visie op vrijheid, en hun ideeën bieden stof tot nadenken.

> Aansprekende interviews met 14 Bekende Nederlanders > Een voorwoord van Gerdi Verbeet > Fraaie portretfoto’s bij alle interviews > Verschijnt in samenwerking met het Nationaal Comité 4 en 5 mei

Dit boek verschijnt in samenwerking met het Nationaal Comité 4 en 5 mei. Met een voorwoord van Gerdi Verbeet, voorzitter Nationaal Comité 4 en 5 mei. € 19,95 Hardback, ± 240 pagina’s Fotograaf: Suzanne Liem 13,5 x 21 cm April 2016


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.