De overheid als duurzame spaarder of belegger Samenvatting evaluatieverslag van het beheer van openbaar geld volgens SEE-criteria De crisis noodzaakt ons om in te zetten op datgene dat van wezenlijk belang is. Aan de overheid om in te zetten op een sociale en duurzame samenleving. De overheid kan ook via haar spaar- en beleggingsgedrag het goede voorbeeld geven. RĂŠseau Financement Alternatif en Netwerk Vlaanderen brachten overheidsinvesteringen in kaart die Sociale, Ecologische of Ethische (SEE) criteria in rekening brengen bij het beleggen van hun liquiditeiten of reserves. De studie Overheden en Maatschappelijk Verantwoord Investeren: een stand van zaken (mede gefinancierd door minister voor Klimaat en Energie, Paul Magnette) bevat een analyse en een aantal concrete aanbevelingen. Federale voortrekkers Op federaal niveau identificeert de studie 4 initiatieven die bij het beleggen van hun reserves rekening houden met sociale, ecologische of ethische criteria. Het betreft het Kringloopfonds (KF), de Nationale Loterij, het Fonds ter Reductie van de Globale Energiekost (FRGE) en het pensioenfonds van de senaat. De Nationale Loterij belegt niet in bedrijven betrokken bij de productie van wapens, kinderarbeid en niet-verplichte proeven op dieren. Ook het FRGE en het pensioenfonds van de Senaat kiezen er voor om ethisch of duurzaam om te gaan met (een deel van) hun reserves. Het pensioenfonds van de senaat kiest voor een aantal als duurzaam aangeboden beleggingsfondsen. Het FRGE kiest voor een termijnrekening bij Ethias. Ook het KF kiest voor duurzaam beleggen maar hanteert geen inhoudelijke SEE-criteria. Ze kiezen voor producten die voorkomen op de BEAMA-lijst1 van duurzame producten. Geen van beiden hanteerden een vooraf bepaald raamkader om uit te maken wat nu duurzaam is en wat niet. Beiden gingen louter af op wat de markt hun te bieden had. Goede voorbeelden in Vlaanderen Op regionaal niveau zijn vier initiatieven geĂŻdentificeerd die een deel van hun reserves of liquiditeiten wensen te sparen of beleggen met SEE-criteria. Het betreft het Toekomstfonds, het Spaarfonds, het Vlaams Zorgfonds en de Participatie Maatschappij Vlaanderen (PMV). Bij alle initiatieven is het Vlaams Gewest betrokken. Het Vlaams Zorgfonds heeft vanuit de overheid de opdracht meegekregen om de gelden uit hun reservefonds veilig en duurzaam te beleggen. In de praktijk wordt de aandelenportefeuille belegt in aandelen uit het Ethibel-universum2. PMV koos er voor om tien procent van zijn reserves duurzaam te beleggen. Welke criteria daarbij gebruikt worden, wordt momenteel niet publiek gemaakt. Het Spaarfonds van de Vlaamse non-profit/ social-profitsector dient volgens de beheersovereenkomst het beschikbare budget te beheren als een goede huisvader en op een ethisch verantwoorde manier te beleggen. Daarvoor moet het Spaarfonds interne richtlijnen opstellen. In de praktijk worden de reserves van het Spaarfonds momenteel voor het grootste deel bij Triodos Bank geplaatst. Met betrekking tot het Toekomstfonds, een spaarpotje voor investeringen in moeilijke economische tijden, heeft de Vlaamse Regering een resolutie gestemd. Deze resolutie vraagt aan het fonds om zijn 1
2
Belgian Asset Managers Association Een universum samengesteld door Ethibel, een onafhankelijk bureau gespecialiseerd in MVI http://www.ethibel.org/index_f.html
middelen volgens een duurzame strategie te beleggen en om daartoe onder meer ‘specifieke criteria inzake de duurzaamheid van de bedrijven die duiden op een maatschappelijke betrokkenheid’ vast te leggen. Het is onduidelijk of dit effectief gebeurd is. Wel staat vast dat de middelen van het fonds intussen bijna integraal geïnvesteerd zijn in aandelen van Dexia. Gemeenten aan het werk Volgende gemeenten maakten kenbaar dat ze kiezen voor duurzame spaar- of beleggingsproducten voor een deel van hun reserves of liquiditeiten. In Vlaanderen Bekkevoort Blankenberge Boechout Brugge Dendermonde Diepenbeek
Dilbeek Geel Genk Gent Halle Hamme
Izegem Maasmechelen Mechelen Nazareth Oostkamp Oud-Turnhout
In Brussel Auderghem
Evere
Koekelberg
In Wallonië Aiseau-Presles Nijvel
Dour
Eigenbrakel Rochefort
Sint-Katelijne-Waver Sint-Martens-Latem Sint-Truiden Ternat Waregem Wetteren
Wevelgem Wijnegem Zemst Zwalm
Vorst
Eupen
Gembloux
Deze gemeenten maakten kenbaar dat ze kiezen voor duurzame spaar- of beleggingsproducten voor een deel van hun reserves of liquiditeiten.
Van de 589 gecontacteerde gemeenten heeft 23 procent deelgenomen aan de schriftelijke enquête. Meer dan een kwart van de deelnemende gemeenten melden dat ze SEE-criteria hanteren. In de praktijk heeft dit vooral betrekking op gelden op hun duurzame spaar- of termijnrekeningen. 22 Van de 47 producten waar de gemeenten in investeren zijn spaar- of termijnrekeningen. In het merendeel van de gevallen gaat het om rekeningen bij de Triodos Bank. Een enkele keer wordt ook het Krekelsparen bij BNP Paribas Fortis genoemd. Verder steken gemeenten hun gelden in diverse duurzame beleggingsproducten, zowel in ‘gemengde’ als in ‘money market’ fondsen. De meeste gemeenten zitten hiervoor bij Dexia. Ook Fortis, KBC en in mindere mate ING en Ethias doen dienst als bancaire partner. Gemeenten die niet voor MVI kiezen, geven daarvoor drie belangrijke redenen: ze kennen geen duurzame producten (24 %), de uitleg bij en over de producten volstaat niet (21 %) en ze vrezen voor minder financieel rendement (20 %). Behoefte aan verstaanbare informatie en een wettelijk kader De meest opmerkelijke vaststelling is wellicht dat overheidsinitiatieven die voor MVI kiezen er moeilijk toe komen om een eigen SEE-beleid uit te werken. In de praktijk valt hun beleid samen met de producten die ze gekozen hebben. Meestal is er geen SEE-raamkader ontwikkeld waaraan de gekozen producten getoetst worden. Deze vaststelling geldt zowat op alle bestuursniveau’s. De interviews die in het kader van de studie werden uitgevoerd maakten duidelijk dat de betrokken initiatieven niet met een SEE-verlanglijstje naar de financiële instellingen gestapt zijn. De werkwijze is meestal omgekeerd. De financiële instellingen stellen voor wat ze te bieden hebben en daar wordt dan uit gekozen. Een aantal gemeenten gaven aan dat van hen niet verwacht kan worden dat ze voldoende background hebben om effectief duurzame financiële producten en windowdressingproducten van elkaar te onderscheiden. Ze voelen zich ook niet opgeleid en gemandateerd om voor de samenleving uit te maken wat een duurzame belegging van belastingsgelden is en wat niet. Daarom zouden ze het handig vinden als de overheid zelf het kaf van het koren scheidt en duidelijk aangeeft welke spaar- en beleggingsvormen in aanmerking komen voor het duurzaam beleggen van belastinggelden. Een door de overheid gesteunde norm zou hier een oplossing kunnen bieden. Een dergelijke norm helpt ook om diegenen te ontmaskeren die zeggen dat ze aan MVI doen, maar er in feite geen werk van maken. Kwaliteitsvol MVI door openbare besturen kan ook nog op vele andere manieren bevorderd worden. Het onderzoek Overheden en MVI: een stand van zaken doet terzake een reeks aanbevelingen gaande van het maken van een praktische gids, over het geven van ratings en het verstrekken van meer transparantie en juridische duidelijkheid, tot het structureel inschrijven van MVI in het beleid van het openbaar bestuur. Wil je meer weten, consulteer dan het rapport en de bijlagen op volgende sites: http://www.netwerkvlaanderen.be, « publicaties » http://www.financite.be, « S'informer » - « Bibliothèque ».