EVEN BEZINNEN OVER
GELUKKIG ZIJN & VERDRIET HEBBEN Door Suzanne Van Well Oma van Luna
Wij spreken zo vaak over geluk alsof het makkelijk zou zijn geluk te beschrijven, geluk te erkennen. Wij spreken ook over geluk alsof het iets is dat wij kunnen krijgen, iets waar iedereen recht op heeft. Wij vergeten daarbij dat gelukkig zijn vooral te maken heeft met onze eigen houding, ons zelfbeeld, onze relatie met anderen.
Suzanne Van Well Oma van Luna Drowart, die op 11 mei 2006 samen met haar Malinese oppas in de Zwartzustersstraat (Antwerpen) vermoord werd. Geboren op 4 juli 1939. Ze is filmcostumière en docente communicatietechnieken. In 2007 riep Knack haar uit tot vrouw van het jaar. Ze woont in Antwerpen, heeft drie dochters en is negenmaal grootmoeder. Auteur van het boek Hans, na de dodentocht van Van Themsche.
Er zijn natuurlijk de hele herkenbare dingen die ons gelukkig maken: omringd zijn door mensen die van ons houden en die voor ons belangrijk zijn, soms zelfs als levensnoodzakelijk aanvoelen: als ik mijn mama, mijn papa, mijn zusje of broertje, mijn beste vriend niet meer zou hebben zou ik dood, dood ongelukkig zijn. En dat is waar. Maar niet helemaal. Want, wat als één van hen weggaat of sterft? Dan zal veel afhangen van jezelf: hoe je daar mee leert leven, hoe je omgaat met verlies, hoe je terug de weg vindt naar gelukkig zijn. Ik ben een oma van nu 9 kleinkinderen. Zes jaar geleden werd mijn jongste kleindochtertje, Luna, op straat doodgeschoten door een jongeman, Hans Van Themsche. Waarom hij dat deed, had hij in een brief aan zijn ouders geschreven: hij voelde zich misdeeld omdat hij van het internaat was weggestuurd. Hij voelde zich schuldig omdat hij in zijn kamer had gerookt, wat niet mocht. Hij was bang dat zijn ouders boos zouden zijn. En omdat hij niet wist hoe om te gaan met al die enge gevoelens, had hij een schuldebok nodig, een andere om de schuld aan te geven en het makkelijkst voor hem was te beslissen dat alle “vreemdelingen” mee schuldig waren aan alles wat er misliep. Hij is niet de enige die zo denkt. En al hebben alle mensen die denken dat een huidskleur, of taal of nationaliteit een reden kan zijn om iemand te haten altijd ongelijk, de meesten houden het bij woorden. Maar hij, Hans, wou dus veel van die vreemdelingen doden om zoals hij zei “onze straten weer zuiver te maken” Mijn kleine Luna had een heel lieve oppas, haar grote vriendin N’Doyue. N’Douye was een Afrikaanse, een zwartje dus, en Hans schoot op haar alleen daarom, omdat ze zwart was. En daarna op Luna. Gewoon omdat
zij met die zwarte mevrouw wandelde, en misschien ook een beetje omdat hij het niet wou horen dat zij huilde. Wij, haar ouders, grootouders, broers, nichten, neven, tantes en ooms en alle mensen die van het mooie lieve meisje hielden zijn die dag plots zo diep ongelukkig geweest dat wij even dachten nooit meer gelukkig te kunnen zijn. Nooit nog Luna horen lachen en spelen, nooit nog knuffelen. Al onze dromen: hoe zij mooi en lief groot zou worden waren ineens kapot. En dan kan je en moet je kiezen: zeuren over hoe oneerlijk dat is, klagen over hoe erg dat is en die ene, de moordennaar, gaan haten en op wraak broeden of, aanvaarden dat ongelukkig zijn ook bij het leven hoort, mekaar helpen en steunen, naar mekaar luisteren als het hart overloopt en erover gepraat moet worden. En stilaan bewust worden van wat je nog hebt, zoals familie en vrienden waar je kunt op rekenen. Maar ook - en dat is heel belangrijk - leren kijken rondom je, naar anderen soms ver weg, om te vergelijken. Bijvoorbeeld. Hier stierf één kindje een brutale dood op straat. Diezelfde week stierven tientallen kinderen een brutale dood op straat in Irak, Palestina en elders. Een ander voorbeeld. Ik moest een kleindochter missen. Bij vele natuurrampen en oorlogsgeweld zijn er ouders of grootouders die hun hele familie kwijtraken. Wij waren onze lieve Luna kwijt, maar wisten - en dat was een troost dat zij heel plots was gestorven en geen pijn had gevoeld. Er zijn kindjes die lang ziek zijn en pijn hebben voor zij doodgaan en dat leek ons toch nog erger. Wij weten nu dat wij zeker nooit Luna zullen vergeten maar dat wij allemaal terug kunnen lachen, genieten en misschien zijn wij nu wel nog gelukkiger als wij blije momenten hebben omdat wij weten dat er in het leven ook momenten zijn dat geluk niet mogelijk lijkt. Wij weten nu ook dat gelukkig zijn niets te maken heeft met wat je hebt of krijgt maar wel
Hans. Na de dodentocht van Van Themsche. In dagboekfragmenten vertelt Suzanne Van Well op een aangrijpende en subtiele manier over haar gedachten en gevoelens na de racistische dodentocht van Hans Van Themsche, waarbij haar kleindochter, Luna, en Luna's oppas het leven lieten. Een boek ook met brieven aan Hans. Een pleidooi tegen haat en wraak, voor empathie en verdraagzaamheid. Een boek vol wijsheid. Eén grote levensles. 'Nooit met het vingertje, steeds met het hart.’ Een boek uit 2008, dat in 2011 nog niets van zijn kracht heeft ingeboet.
Ik dacht dan ook veel aan Hans: waarom doet iemand zoiets? Hoe komt het dat niemand had voorzien dat die jongen het verkeerde pad opging? Hoe kun je jonge mensen helpen nadenken? Hoe kun je de huidige trent van ego誰sme, het eigen gelijk, het eigen belang, de angst voor alles wat anders is, bestrijden? Hoe moet ik met jongeren in het algemeen en mijn kleinkinderen in het bijzonder omgaan om van hen intelligente, breeddenkende volwassenen te maken? En, om orde in mijn gedachten te brengen, ook om voor mezelf een plaats te maken voor het gemis en het verlies, ben ik beginnen schrijven: brieven aan Hans Van Themsche brieven waarin ik hem vragen stel, hem vraag na te denken over de overtuigingen die hij heeft,en van andere heeft gehoord, nadenken over wat liefde en begrip is en hoe nutteloos en gevaarlijk haat is. Die brieven heb ik nooit echt naar Hans Van Themsche gestuurd maar zij zijn wel uitgegeven in een boek, in de hoop dat het lezers - en dan vooral jonge lezers - aanzet tot nadenken. Ik ben heel blij dat dit dan ook al is gebeurd, dat het boek in scholen werd gebruikt, dat moeders het voor hun zoon of dochter kochten en soms ook wel eens het tegenovergestelde. En ik ben ook echt blij dat ik een familie heb die deze waarden van begrip en relativeren deelt, dat mijn kleinkinderen geen racisme kennen of willen aanvaarden, dat wij liever doen dan zeuren, liever actief zijn dan slachtoffer spelen en dat solidariteit en aanwezigheid belangrijk worden geacht. En dat wij allen weten, en regelmatig ervaren dat alles niet altijd op rozen zit, dat moeilijke momenten normaal zijn, dat soms een pijnlijke gebeurtenis helpt om bewust te worden van echte banden tussen mensen en dat als men uit een moeilijke periode uitkomt - wat soms wel even kan duren - men zich altijd sterker voelt dan ervoor als we niet uit de weg gaan voor emoties, voor pijn en verdriet maar ook open blijven voor troost, voor het mooie en het waardevolle dat ons omringd. Deze tekst wordt u aangeboden door Kleopas. Elke week zendt Kleopas een nieuwe aflevering van Bijbel in 1000 seconden uit, het kookprogramma voor de zondagsliturgie. De uitdaging is telkens weer: hoe breng je het bijbelverhaal op smaak, in het bijzonder voor de kinderen die mee aan tafel zitten? Bijbel in 1000 seconden biedt inspiratie d.m.v. een wekelijkse e-mail, een map met fiches en een website vol verwerkingssuggesties voor elke zondag.
www.bijbelin1000seconden.be
met wie er voor jou, in je omgeving belangrijk is. We weten dat je nooit gelukkig kunt zijn met negatieve gedachten als haat, boosheid, wrok en dat geluk altijd te maken met willen en kunnen denken aan anderen.