REPORTAGE
1
ONZE MAN OEFENT VOOR HET BK PRIMES
TURNHOUT — Met Primes zette Jan Pelssers een erg ingenieus spelletje met priemgetallen, de lelijke eendjes van de wiskunde, in de markt. Eind oktober vindt het eerste Belgisch kampioenschap plaats in Turnhout. En dus leerden wij het spel zoals dat hoort: al spelenderwijs.
november 2021 I p 60 - 61
Voor iedereen bij wie de les wiskunde ver weg zit: priemgetallen zijn alleen deelbaar door zichzelf en door één. Ze zijn de bouwstenen van de gehele getallen. Wie een groot getal, bijvoorbeeld 120, ontleedt in factoren, bijvoorbeeld 2 x 2 x 2 x 3 x 5, hakt dat getal eigenlijk in priemgetallen, die niet kleiner gemaakt kunnen worden. Priemgetallen worden al duizenden jaren bestudeerd. Eratosthenes was een Griekse geleerde die tweehonderd jaar voor het begin van onze tijdrekening een nauwkeurige schatting van de omtrek van de aarde maakte. Hij ontwikkelde een eenvoudige methode om kleine priemgetallen te vinden, de zeef van Eratosthenes. Daarbij schrap je alle veelvouden van een gekozen getal. Zo blijft een reeks over die begint met 2, 3, 5, 7, 11, 13, 17, 19, 23, 29, 31, 37, 41, 43, 47, 53, 59…
Tegelijk hangen er nog mysteries rond priemgetallen. Zo lijken ze volledig willekeurig tussen de andere getallen verspreid. Er is dan ook geen formule bekend waarbij je aan de ene kant de reeks 1, 2, 3, 4, 5… ingeeft en aan de andere kant de priemgetallen krijgt. Het belangrijkste onopgeloste probleem in de wiskunde, de Riemann-hypothese, zou hier een oplossing kunnen bieden. Wie de meer dan 150 jaar oude hypothese bewijst, ontvangt van het Amerikaanse Clay Mathematics Institute het mooie bedrag van 1 miljoen dollar.
BIERKAARTJES De toen 87-jarige Johannes Pelssers uit Maasmechelen vond enkele jaren geleden toch een zekere logica in de kleinere priemgetallen. “Mijn
vader was een eenvoudige arbeider die van wiskunde hield”, vertelt zijn zoon Jan, een voormalig schooldirecteur. “Toen hij als weduwnaar in een woonzorgcentrum verbleef, had hij weinig om handen. Door te puzzelen met bierkaartjes heeft hij ontdekt dat er in de eerste honderd priemgetallen toch een soort systeem zit.” Die verbanden vormen de basis voor een spel dat Johannes ontwikkelde. Jan geeft eerlijk toe dat hij niet onmiddellijk wildenthousiast was over het idee van zijn vader. “Ik had weinig oog voor zijn redenering. Toen we het een paar keer gespeeld hadden, bleek het toch interessant. Ik begreep het.” Na het overlijden van zijn vader besluit Jan het spel verder te ontwikkelen. Het evolueert van bierkaartjes over een blokjesversie zoals Scrabble tot speelkaarten, met de dertien ver-