7 minute read

De nieuwe Volkskunde

Volkskunde is vintage, zoveel is zeker. In 1888, toen dit tijdschrift werd opgericht, was ‘volkskunde’ een vernieuwend begrip van een nieuwe wetenschappelijke discipline. Sinds de jaren 1980 heeft deze discipline zich echter ingrijpend vernieuwd en het begrip ‘volkskunde’ vervangen door alternatieven zoals ‘etnologie’, ‘empirische cultuurwetenschap’ en ‘de studie van de cultuur van het dagelijks leven’. ‘Volkskunde’ mag dan wel vintage zijn, de thema’s van de 19de eeuwse volkskundigen zijn dat niet. In feite is de interesse voor deze thema’s springlevend, en dit minstens in twee domeinen.

Ten eerste wekken de ‘typisch volkskundige’ thema’s vandaag de wetenschappelijke interesse van een verruimd, interdisciplinair gezelschap. Niet enkel etnologen, maar ook antropologen, historici, sociologen, communicatiewetenschappers en cultuurwetenschappers richten de blik vandaag op dagelijkse cultuurverschijnselen en op processen van betekenisgeving en toe-eigening van cultuur door sociale groepen. Binnen de antropologie heeft de toenadering tot de etnologie te maken met een verschuiving van de blik op culturen ‘ver af’, naar westerse samenlevingen en naar transnationale culturele fenomenen, over landsgrenzen heen. Binnen de geschiedenis heeft in het laatste kwart eeuw de cultuurgeschiedenis, eerst onder de noemer ‘mentaliteitsgeschiedenis’, sterk aan belang gewonnen ten aanzien van de politieke en economische geschiedenis. Die verschuiving vertoont parallellen met de consequente uitbreiding van de vraagstellingen in de sociologie en communicatiewetenschappen, van de grote ‘structuren’ naar handelingen en betekenisgeving in het leven van alledag. Binnen de etnologie zelf tenslotte is de aandacht verschoven van historische studies naar de actualiteit, en met name naar populaire cultuur in de hedendaagse samenleving. Ook dat maakt dat deze discipline steeds dichter staat bij andere cultuurwetenschappen. Kortom, er is een kruisbestuiving gaande, en misschien zou die nog verder gaan, als wetenschappelijke tijdschriften daar ook doelgericht op zouden inspelen.

Ten tweede is de aandacht voor de cultuur van het dagelijks leven overduidelijk in het hedendaagse erfgoedlandschap. Erfgoed wordt al lang niet meer gedefinieerd als een geheel van gefossiliseerde objecten uit het verleden. Het wordt integendeel omschreven als een dynamisch geheel van objecten én praktijken die gemeenschappen bewust en minder bewust selecteren als ‘hun’ erfgoed. Na de UNESCO Werelderfgoedconventie van 1972, gericht op het behoud van materieel erfgoed, is er sinds 2003 de UNESCO Conventie ter Bescherming van het Immaterieel Cultureel Erfgoed. Die conventie raakt onmiddellijk aan de cultuur van het dagelijks leven, omdat ze zich richt op de bescherming van niet-tastbare vormen van erfgoed, zoals talen en orale tradities, sociale rituelen, feesten en andere sociale praktijken. Daarnaast stelt de kaderconventie van de Raad van Europa (Faro, 2005) ‘de erfgoedgemeenschap’, of de groep van personen en organisaties die zich inzet voor het behoud van een bepaald cultureel erfgoed, centraal. Daardoor komt de laatste jaren niet enkel in het academische domein, maar ook in het beleid de kwestie van toe-eigening van cultuur en erfgoed centraal te staan.

Dat er zowel op academisch vlak als in het cultuurbeleid zoveel in beweging is, wat de cultuur van het dagelijks leven betreft, moet niet verbazen. In deze eeuw van globalisering is het enerzijds niet meer vanzelfsprekend om culturen van dichtbij of van verder af voor te stellen als een statisch patrimonium van onveranderlijke ‘volkeren’. Anderzijds is net de toenemende globalisering een van de drijfveren voor mensen en gemeenschappen om op zoek te gaan naar lokale cultuur, tradities en erfgoed en die te beschermen.

Met andere woorden, meer dan ooit is de cultuur van het dagelijks leven aan onderzoek, reflectie en debat toe. Het tijdschrift Volkskunde vernieuwt zich vanaf 2012 tot een dynamisch, interdisciplinair platform voor dat onderzoek en die reflectie. Het wil een platform zijn waarop verschillende spelers in verschillende formats debatteren – over culturele praktijken en betekenisgeving die het dagelijks leven vorm geven of gaven in de Lage Landen. Volkskunde publiceert bijdragen over de cultuur van het dagelijks leven in heden en verleden in de Lage Landen, over immaterieel en materieel erfgoed en over erfgoedbeleid en cultuurpolitiek, telkens met oog voor het internationale wetenschappelijke debat. Volkskunde richt de geografische focus in de eerste plaats op het huidige Nederland en Vlaanderen, zonder er echter vanuit te gaan dat deze gebieden één homogene cultuur van het dagelijks leven zouden hebben. Integendeel, bijdragen die regio’s of groepen binnen of aan de grens van deze geografische setting met elkaar vergelijken, worden aangemoedigd.

Volkskunde verwelkomt bijdragen van etnologen, antropologen, historici, sociologen, erfgoedspecialisten en cultuurwetenschappers in ruime zin. Volkskunde wil kortom een platform zijn voor interdisciplinaire kruisbestuiving tussen wetenschappers onderling en tussen wetenschappers en beleidsmakers. Vanuit de idee dat erfgoed en de alledaagse cultuur wetenschappelijke en politieke editoriaal | de nieuwe volkskunde raakpunten hebben, zal ernaar gestreefd worden dat deze in het debat vertegenwoordigd zijn. Zo wil Volkskunde voorwaarden creëren voor de ontwikkeling van nieuwe wetenschappelijke en publieksgerichte praktijken. Belangrijk daarbij is dat wetenschap en maatschappelijk engagement niet met elkaar in tegenspraak zijn: omgaan met erfgoed kan worden gezien als vormgeven aan een bepaald soort burgerschap, en de werking van een wetenschappelijk tijdschrift als de creatie en de expressie van een kritische attitude.

Dat is in een notendop de ambitie van de nieuwe Volkskunde. De naam is meer dan een eeuw oud, de ambitie toekomstgericht. De oude naam heeft alvast het voordeel dat hij voortdurend herinnert aan het feit dat de studie van de cultuur van het dagelijks leven altijd ook een studie van toe-eigening en toeschrijving is. Aan wie schrijven wetenschappers of beleidsmakers cultuur en erfgoed toe, welke gemeenschappen claimen zelf dit erfgoed? Bekommernissen rond de cultuur en het erfgoed van het dagelijks leven kunnen wetenschappelijk en beleidsmatig van aard zijn, of gewoon het gevolg van dagelijkse interesses en private passies en toe-eigening. In het tijdschrift worden ze hoe dan ook benaderd met een (zelf)kritische en tegelijk betrokken blik.

Het tijdschrift Volkskunde zet dit nieuwe opzet om in de praktijk, door voortaan drie keer per jaar een nummer aan te bieden met een afwisselende mix van wetenschappelijke artikels, essays, interviews, voorstellen van nieuw onderzoek, recensies van boeken en films, en opmerkelijke sporen in verband met de cultuur van het dagelijks leven. Voor wetenschappelijke artikels geldt een procedure van blinde peer review door minimaal twee externen. Voor de andere bijdragen bewaakt de interdisciplinaire redactie de kwaliteit en de samenhang. Volkskunde is een A-tijdschrift (Thomson Citation Index), vanwege zijn toonaangevende rol op het vlak van etnologie in het Nederlandse taalgebied. Door consequente kwaliteitsbewaking wil het die status behouden en versterken.

De rubriek ‘wetenschappelijke artikels’ omvat zowel theoretische als empirische bijdragen over de cultuur van het dagelijks leven in heden en verleden in de Lage Landen. De wetenschappelijke artikelen vormen de kern van het tijdschrift. Iedere aflevering bevat 2-3 wetenschappelijke artikelen. Een keer per jaar verschijnt een themanummer (al dan niet onder leiding van gastredacteurs) met wetenschappelijke artikelen over een specifiek onderwerp uit de alledaagse cultuur. Wetenschappelijke artikels worden aangeboden aan de redactie. Voor een themanummer worden ze ook geronseld.

Om een breed spectrum van zienswijzen en professionele achtergronden in Volkskunde aan het woord te laten, lanceert Volkskunde de rubriek ‘debat-interview-essay’. In deze rubriek verschijnen hetzij essays, hetzij interviews die bijdragen leveren tot het publieke debat rond de cultuur van het dagelijks leven. Het essay is een artikel waarin een persoonlijke mening, reflectie of visie centraal staat. Bij voorkeur wordt er gefocust op één onderwerp. Het onderwerp wordt op een kritische wijze beschreven, beschouwd en/of vergeleken. Waar mogelijk worden er dwarsverbanden gelegd tussen verschillende (vak) gebieden. Essays of interviews kunnen aan de redactie worden aangeboden, maar ze kunnen ook door de redactie zelf worden georganiseerd.

Volkskunde richt de blik op de toekomst door aan nieuw onderzoek een forum te bieden. In de rubriek ‘nieuw onderzoek’ kunnen jonge onderzoekers een ‘sneak preview’ geven van hun onderzoeksplannen die zullen uitmonden in een dissertatie op het terrein van de cultuur of het erfgoed van het dagelijks leven. In deze rubriek is ook ruimte voor de presentatie van nieuwe projecten van onderzoeksgroepen. Theoretische uitgangspunten en methodologische keuzes worden geschetst tegen de achtergrond van recente ontwikkelingen in het betreffende studieveld.

Volkskunde wil tenslotte het tijdschrift zijn voor wie bij wil blijven of verrassende ontdekkingen wil doen op het vlak van de cultuur en het erfgoed van het dagelijks leven in de Lage Landen. De rubriek ‘recensies’ biedt besprekingen van belangwekkende boeken en films, met oog voor het internationale debat. De rubriek ‘sporen’ levert korte, bevattelijk geformuleerde verslagen van bevindingen inzake de cultuur en het erfgoed van het dagelijks leven. De lokale invalshoek van een onderwerp is geen bezwaar, indien het onderwerp goed wordt gesitueerd in tijd en ruimte.

De redactie editoriaal | de nieuwe volkskunde

stefaan
This article is from: