#Schoolpraat 3

Page 1

#SCHOOLPRAAT Najaar 2019

Inspiratiebundel welzijn op school

'Leer jezelf graag zien'

WAT MET GEZAG OP SCHOOL? PAK GRENSOVERSCHRIJDEND GEDRAG AAN.

- SAM DE BRUYN -

NS O T E M N E M A S STEUN N D AG

RO D E N E U Z E

'Het is een misverstand dat ik ADHD heb' - Bart Peeters -


Inhoud

Pelckmans Portaal 4 Inspiratiebundel: welzijn op school 7 – Emotionele intelligentie: nieuw en waardevol vak op school? 8 – Hoe verder na zelfdoding? 11 – Sam De Bruyn steunt kinderen en jongeren 16 Boekenbeurs 2019 19 Facts & figures 20 Ken je digitaal DNA 22 Je hoort wat in een klaslokaal 27 In de klas met … Bart Peeters 28 SETT-beurs 31 Gratis proefles Frans voor de derde graad 32 Wat met gezag op school? Nieuwe autoriteit 34 Puzzelplezier 37 Spinnensoep van paprika en pompoen 38

Pelckmans Pro denk verder

pelckmansuitgevers.be


Beste lezer, Ook dit jaar zetten we je graag in de bloemetjes voor de Dag van de Leerkracht. Met het derde nummer van dit educatieve magazine #Schoolpraat willen we je opnieuw ondersteunen, inspireren en motiveren. Om op school tot leren te komen, moeten kinderen en jongeren zich goed voelen in hun vel. Uit recent onderzoek blijkt dat maar liefst een op vijf Vlaamse leerlingen kampt met psychische problemen. Hierdoor verlaten heel wat leerlingen vroegtijdig de schoolbanken, spijbelen ze of komen ze in een depressie terecht. Als educatieve uitgeverij willen we graag helpen om kinderen en jongeren mentaal sterker te maken op school. In dit nummer vind je onze inspiratiegids vol tips en extra informatie met als centraal thema ‘het welbevinden van leerlingen’. Bovendien dragen we graag ons steentje bij aan de Rode Neuzen Dag. Dit fonds zamelt geld in om het mentale en fysieke welbevinden van leerlingen op school te stimuleren. Pelckmans uitgevers creëerde speciaal hiervoor het vrienden- en complimentenboekje #Why I Like You. Een leuk invulboekje waarbij leerlingen elkaars sterke kanten benoemen, mooie herinneringen ophalen en elkaar een goed gevoel bezorgen. Bekijk op pagina 18 hoe je dit boekje kunt bestellen. De opbrengst schenken we integraal aan het Rode Neuzen Fonds dat wordt beheerd door de Koning Boudewijnstichting. Zij zorgen ervoor dat het geld geïnvesteerd wordt in het mentaal welzijn van leerlingen op school. Heb je vragen of feedback over dit magazine? Stuur ons dan gerust een mailtje via educatief@pelckmans.be. Veel leesplezier!

Thom Pelckmans

Heb je interesse in leesboeken op het niveau van je leerlingen, inspirerende vakliteratuur, differentiatie- en zorgmateriaal of gewoon zin in een ontspannend boek? Neem dan zeker ook eens een kijkje bij onze andere fondsen. Pelckmans maakt namelijk deel uit van Pelckmans uitgevers, dat zowel educatieve, algemene als professioneel-wetenschappelijke uitgaven publiceert.


Pelckmans Portaal: daar waar papier en digitaal elkaar ontmoeten Dat onlinelesmateriaal vandaag de dag een enorme meerwaarde biedt hoeven we je vast en zeker niet meer te vertellen. De combinatie tussen lesmethodes en het bijbehorende digitaal materiaal maakt lesgeven eenvoudiger, bespaart je tijd en tilt je lessen naar een hoger niveau. Pelckmans gelooft erg in deze combinatie en wil dan ook blijvend investeren in de verdere ontwikkeling van haar digitale omgeving. Alleen zo kunnen we jou als leerkracht ten volle ondersteunen.

omgeving er naast een nieuwe naam onlangs ook een aantal nieuwe functionaliteiten bij. Die vernieuwing wil ons digitaal materiaal in de toekomst nóg toegankelijker maken.

Enkele jaren geleden werd de digitale omgeving van Pelckmans gelanceerd. Sindsdien bouwen we elke dag voort aan de verdere vooruitgang ervan. Wij engageren ons dan ook om te blijven investeren in een toegankelijk digitaal aanbod voor leerkracht en leerling. Bij de ontwikkeling van onze online-omgeving, vinden we het erg belangrijk voldoende te luisteren naar de noden van onze gebruikers. Met Pelckmans Portaal kreeg die online-

Ook onze regioverantwoordelijken komen graag tot bij jou op school om een demo op maat te geven. Zo kunnen jij en je collega’s van de vakwerkgroep erg gerichte vragen stellen.

4

Zowel leerkrachten als leerlingen vinden op het portaal alle lesmaterialen terug, verrijkt met vakspecifieke didactische extra’s zoals oefen- en leertools. Als uitgeverij geloven we sterk in de combinatie van een boek en het bijbehorende digitale lesmateriaal. Daarom wordt het (leer)boek of de handleiding steeds inclusief toegang tot Pelckmans Portaal aangeboden. De toegang tot Pelckmans Portaal brengt dus geen extra licentie­kosten met zich mee.

Gunther Voeten 0498 90 43 40 gunther.voeten@pelckmansuitgevers.be – Provincie Limburg – Provincie Vlaams-Brabant (3000 – 3470) – Provincie Antwerpen (2200 – 2590, 2900 – 2990)


Alle info op één centrale plek We bundelden alle informatie over Pelckmans Portaal op de website info.pelckmansportaal.be. Daar lees je meer over wat onze online-omgeving precies inhoudt voor jou als leerkracht maar ook hoe je leerlingen ermee aan de slag kunnen.

Voor de leerling

Voor de leerkracht

Erika Vannoten 0491 39 95 74 erika.vannoten@pelckmansuitgevers.be – Provincie Vlaams-Brabant (1500 – 1980, 1000 – 1210) – Provincie Antwerpen (2000 – 2180, 2600 – 2890) – Provincie Oost-Vlaanderen (9100 – 9790)

Steven Vlieghe 0496 16 40 25 steven.vlieghe@pelckmansuitgevers.be – Provincie Oost-Vlaanderen (behalve 9100 – 9790) – Provincie West-Vlaanderen

5


Versterk het welzijn op school (BUITENGEWOON) BASISONDERWIJS

(BUITENGEWOON) BASISONDERWIJS

KiVa antipest­ programma:

Evalueren zonder punten te geven: formatieve assessment

16 oktober 2019, 9.30 - 11.30, Gent 27 november 2019, 9.30 - 11.30, Berchem Maak gratis kennis met het wetenschappelijk onderbouwd antipestprogramma voor lagere scholen. KiVa versterkt de sociale vaardigheden van leerlingen en reikt leerkrachten duidelijke handvaten aan om pesten te voorkomen en wanneer nodig doelgericht aan te pakken.

gratis kennismaking

9 oktober 2019, 9.30 – 12.30, Sint-Niklaas 29 april 2020, 9.30 – 12.30, Leuven Verhoog de motivatie en betrokkenheid van kinderen door hen zelf hun groei te leren inschatten aan de hand van doelen en succescriteria. Laat elke leerling zien dat hij kan groeien door eigenaar te worden van zijn eigen leerproces. Het leerproces is namelijk belangrijker dan ‘het juiste antwoord geven’.

Schrijf je in op tenz.be (BUITENGEWOON) BASISONDERWIJS EN SECUNDAIR ONDERWIJS

Herstelgericht werken in de klas 14 en 15 november 2019, 9.30 – 16.30, Berchem Deze tweedaagse opleiding maakt je sterker in de omgang met conflicten in de klas. Je leert hoe je de zorgen die er in de klas zijn openlijk kan bespreken en hoe je tot een gedeelde verantwoordelijkheid komt. Je krijgt tips om een klas te creëren waarin leerlingen elkaar ondersteunen wanneer het moeilijk gaat en elkaar durven aanspreken op negatief gedrag.

(BUITENGEWOON) BASISONDERWIJS EN SECUNDAIR ONDERWIJS

Bouw aan een positief klas- en schoolklimaat Teamgerichte vorming Verwerf inzichten, technieken en strategieën om een positieve dynamiek en warme relaties in je team en klas te ondersteunen. Draag bij aan een positief klas- en schoolklimaat zodat collega’s graag naar school komen, zin hebben om zich in te zetten en zodat leerlingen zich goed voelen waardoor ze tot leren komen. Schoolteams en klasgroepen kunnen sterk van elkaar verschillen, maar een aantal theoretische inzichten kunnen inspireren en een team of klasgroep op weg zetten.

6

(BUITENGEWOON) BASISONDERWIJS EN SECUNDAIR ONDERWIJS

Pak pesten doelgericht aan met de No blamemethode 16 en 17 januari 2020, 9.30 – 16.30, Berchem De No Blame-methode is een aanpak van pesten die ervoor zorgt dat pestgedrag stopt en dat leerlingen zich beter en veiliger voelen in hun klasgroep. De methode zorgt voor verbinding tussen alle betrokkenen.


Welbevinden en leren: ch rs ve t e h je k a a m t ch ra k er le als In sommige middens is het vandaag bon ton om de zorg voor het welbevinden van leerlingen in vraag te stellen. De cognitieve psychologie mag dan gelijk hebben dat leren niet altijd een pretje hoeft te zijn. Zonder inspanning en wat oefening in doorbijten en discipline lukt het de meeste mensen niet om leerprestaties neer te zetten. Die inspanning wordt echter makkelijker geleverd en volgehouden door kinderen of jongeren die in goed contact staan met zichzelf, hun klasgenoten en – niet in het minst – hun leerkracht(en). Dit geldt in het bijzonder voor leerlingen die kwetsbaarder staan omwille van hun achtergrond en thuisomgeving, omwille van een aanwezig leerprobleem of omdat ze bijvoorbeeld in hun vorige klas of school werden uitgesloten en gepest. De realiteit is dat niet elk kind met dezelfde mogelijkheden aan de startlijn staat. Net daarom dringt zich een gedifferentieerde aanpak op. Maar die mag niet ten koste gaan van het erbij horen en het ontwikkelen van autonomie en vertrouwen in zichzelf.

Inspiratiebundel welzijn op school

il

Voor hen komt het er op aan om elk kind in zijn eigenheid te blijven zien en tegelijk werk te maken van een fijne, gezonde en respectvolle klas- of groepscultuur. Gepassioneerd lesgeven, stimuleren, grenzen bewaken, verantwoordelijkheid delen, zorg investeren ‌ Het maakt integraal deel uit van de missie en opdracht van de leerkracht. Net daarom verdienen alle onze leerkrachten waardering en respect. Want ook voor leerkrachten geldt dat een hoger (professioneel) welbevinden bijdraagt tot een krachtiger leerproces, meer voldoening en betere onderwijsprestaties. Groeten, Pestexpert Gie Deboutte

Scholen en leerkrachten die vanuit hun pedagogisch project en door toedoen van hun professionele fierheid de leerling en de hele klasgroep voor ogen houden, mikken op de integrale ontwikkeling van hun leerlingen. Voor hen doen zowel de cognitieve, de sociaal-emotionele, de relationele als de morele ontwikkeling van hun pupillen er toe.

7


Emotionele intelligentie:: nieuw en waardevol vak op school? r op een Lesgeven lijkt de laatste jaren soms mee kennis van cht emotionele dans dan op een overdra leerlingen en vaardigheden. Zowel leerkrachten als emotionele term voelen er zich niet gemakkelijk bij. De k gluren. intelligentie komt dan al gauw om de hoe leren we of Gaan we de definities ervan bestuderen en wordt ermee omgaan? Of lanceren we een wild idee school? emotionele intelligentie een nieuw vak op

Wij spraken met Hilde Van Bulck: auteur, spreker, trans­ formator en systemisch opsteller. Ze heeft vele jaren ervaring in het onderwijs, coaching en training. Ze is expert in familie- en onderwijsopstellingen en zet aan tot reflectie, inspiratie, motivatie en activatie. Vol goede voornemens sta je voor je klasgroep. Je bent bereid om er een prachtig schooljaar van te maken en je leerlingen grote stappen vooruit te laten zetten. Zo moeilijk kan dat toch niet zijn. Maar dan verschijnen de barsten in je mooie tafereeltje. Zit er daar niet een leerling een tijdje te prutsen? Als je hem bij de les roept, glimlacht hij verdwaasd en met goede wil belooft hij om er zijn aandacht bij te houden, om twee minuten later opnieuw af te dwalen. Dan zijn er drie meisjes die om de haverklap giechelen en de wijsneus van de klas stelt alles in vraag. Dit was nog niet eens de moeilijkste dag, maar ’s avonds ben je moe. Het lijkt wel of je meer met emoties bezig bent dan met lesgeven. Dat kan toch niet de bedoeling zijn? Is dat zo? Leerstof geven gaat over stof, over kennis. Je leerlingen zijn emotionele wezens die het leven in al haar aspecten willen beleven. Elk kind heeft een hoog sensorische waarneming en functioneert als een barometer. Ook al bezit het nog niet de mogelijkheid om zich uit te drukken, het pikt elke emotionele weersgesteldheid bij ouders, opvoeders en leerkrachten op. 8

Als ouders en leerkrachten zich goed voelen, is het voor het kind makkelijker om blij te zijn en zich te focussen op wat het leert. Omgekeerd geldt: als volwassenen zelf onverwerkte emotionele ballast met zich meedragen, dan neemt het kind dit op als een spons en is het moeilijker voor een kind om zich te focussen op wat het leert. Als de spons verzadigd geraakt, reageert het kind er op, om aan de volwassenen duidelijk te maken dat het zich niet goed voelt. Er zijn tal van uitdrukkingsmogelijkheden: zich terugtrekken, opstandig zijn, pestgedrag, weglopen, leerproblemen, concentratie­ moeilijkheden … Voor sommigen is het moeilijk om te begrijpen en aanvaarden dat het eigen gedrag ook weerspiegeld wordt op dat van de kinderen. Dit inzicht biedt nochtans heel wat voordelen.

Intuïtief weten leerlingen dat onevenwichtige situaties eerst moeten worden uitgeklaard voor ze bereid zijn om energie in leren te steken. Dit betekent dat ze door hun gedrag de aandacht van de volwassenen willen trekken totdat diegene die wordt buitengesloten, wordt gezien en gehoord. Eigenlijk werken ze heel hard voor zichzelf, hun familie en voor de school, maar hun hard werken wordt dikwijls als storend gedrag ervaren en ze kunnen de juiste grenzen niet stellen. Zelf vinden ze hun gedrag ook lastig, maar ze komen pas tot rust als de volwassenen hun boodschap oppikken. Hier ligt een belangrijke rol voor leerkrachten en ouders klaar. Hoe kun je kinderen helpen en ondersteunen bij hun emotionele ontwikkeling? Hoe kunnen ze hun emotionele


intelligentie inzetten en zich toch goed voelen? Het is simpel, maar in de eenvoud ligt de moeilijkheid. Kinderen leren door imitatie. Als je hen aanleert hoe ze kunnen rekenen, passen ze dat zo toe. Hetzelfde gebeurt met emotionele intelligentie. Als ze in een omgeving vertoeven waarin de volwassenen een emotionele ballast met zich meedragen, leren kinderen om dezelfde zwaarte te dragen. Als de volwassenen rondom hen hun emotionele thema’s hebben afgerond en geneutraliseerd, dan leert een kind om hetzelfde te doen en met lichte tred door het leven te gaan.

Wat kan je als leerkracht doen? 1 Het grootste geschenk dat leerkrachten aan hun leerlingen kunnen geven, is hun eigen emotionele rugzak leegmaken. Op die manier kunnen ze in vrijheid naar een kind kijken zonder het te zien vanuit een projectiebril.

Het grootste geschenk dat leerkrachten aan hun leerlingen kunnen geven, is hun eigen emotionele rugzak leegmaken. 2 Naast het aanbieden van rationele leerstof, kan de school ‘voelvakken’ aanreiken. Vakken waarin leerlingen vanuit hun lichamelijke-emotionele intelligentie leren waarnemen: waarom ze zich voelen hoe ze zich voelen, de gevoelens leren lokaliseren, het leerproces erin herkennen en tools aangereikt krijgen waarbij ze de zwaarte van een emotie onmiddellijk kunnen omzetten naar kracht en zelfvertrouwen. Zo leren kinderen onderscheiden welke vakken hen het beste liggen, welke leermethode hen het meeste aanspreekt en op welke plaats in de klas ze het beste functioneren. Ze leren hun eigen angst aanpakken en omzetten in succes­ ervaringen. Ze merken op wanneer ze wegdromen en kunnen zichzelf terughalen naar het leermoment. Dit soort lessen kun je niet vanuit een rationele invalshoek aanbieden zoals de traditionele vakken worden aangeleerd.

3 De leerkracht die hen helpt is een emotioneel ervarings­ expert met een ruimere blik op de situatie. Een leerkracht die zijn eigen emotionele stormen overwint, is als een rots in de branding waarbij leerlingen in veiligheid tot groei en leren komen. Het is niet de vraag wat een goede balans is tussen resultaatgerichte kennisoverdracht van de leerstof en het welbevinden van de leerling. Het is wél de vraag wat de juiste volgorde is. 4 Als leerkracht investeer je best eerst in je klassfeer waarbij elk kind het gevoel heeft dat het welkom is in de klas en dat zijn of haar aanwezigheid ertoe doet. Als een kind zich goed voelt, ontstaat er leergoesting. En laat dat nu juist zijn wat leerkrachten willen bereiken. 5 Leerkrachten hebben hiervoor het schoolbeleid nodig dat de ruimte creëert voor ervaringsvakken die een bredere kijk op het leven aanbieden. Emotionele intelligentie kan er zo eentje zijn. Directies kunnen leerkrachten aanwerven die hun eigen emotionele intelligentie hebben ontwikkeld en er op een krachtige en veilige manier mee omgaan. Het invoegen van emotionele intelligentie in het beleid en in de klas is een van de meest opzienbarende vernieuwingen van het onderwijs. Van daaruit worden andere beslissingen genomen, worden klassenraden op een andere manier bekeken, evolueert de pedagogische en didactische aanpak en bovendien studeren er leerlingen af die meer in verbinding staan met wie ze in werkelijkheid zijn en die naast hun rationele kennis een zachtere toets toevoegen aan de maatschappij. Emotionele intelligentie inzetten is als een tikje aan een dominosteentje geven dat een resem aan steentjes in beweging zet.

Nieuw!

Survivalgidsen

rt Binnenko baar verkrijg

Survivalgids - Wat als je ADHD hebt? ca. 100 blz. • € 15,00 ISBN 978-94-6337-693-2 Survivalgids - Wat als je autisme hebt? ca. 100 blz. • € 15,00 ISBN 978-94-6337-697-0 Survivalgids - Wat als je hoogsensitief bent? ca. 100 blz. • € 15,00 ISBN 978-94-6337-698-7 Meer weten? abimo.be

9


Ga aan de slag met deze krachtkaartjes Zet deze leuke geheugensteuntjes in bij je leerlingen. Ze kunnen ze versieren en op een zichtbare plek leggen of hangen: op hun bank, aan de toiletdeur, onder hun hoofdkussen.

Bron: Survivalgids hoogsensitiviteit

h te c a r k r e e l r o vo s ip T

n

1 Heet je leerlingen elke dag welkom en creëer een fijne klassfeer. – Laat de leerlingen elkaar elke dag begroeten. Gebruik je creativiteit: Geef kinderen een high five, een schouderklopje, een knikje, een dansje … als verwelkoming in de klas. 2 Sta in de klas met je kwaliteiten. Zie de kwaliteiten bij je leerlingen. – Leer leerlingen hun kwaliteiten ontdekken en delen. 3 Gebruik je lichaam als waarnemingsinstrument om tot stevigheid en rust te komen – Leer leerlingen zintuiglijk waarnemen om tot stevigheid en rust te komen. 4 Adem vol+ledig: A = al, D = die, E = emoties, M = mogen – Laat leerlingen elke dag enkele minuten bewust ademen. 5 En bovenal: Hou van jezelf, hou van de leerlingen, hou van lesgeven en hou van het leven. Je leerlingen zullen je dankbaar zijn.

10

SOS-tip iek en faalangst bij pa n

# Zet je rechts van je leerling. # Benoem de emotie die je ziet en vraag of je waarneming klopt. Op een ‘waarom’-vraag kan het kind niet antwoorden. vb. Ik zie dat je boos bent. Klopt dat? # Vraag aan je leerling waar hij de emotie voelt in het lichaam. # Nodig de leerling uit om eventjes goed in en uit te ademen, doe mee. # Zie hoe de leerling rustiger wordt en je beter kan aankijken. # Vraag wie uit zijn familie of vrienden een grote steun of belangrijk voor hem is. Laat je leerling zich voorstellen dat die persoon achter hem zit. Laat hem voelen dat hij geruggesteund wordt. Interessante vormingen bij opleidingscentrum Tenz: – Een concrete aanpak tegen probleemgedrag in de klascontext – Klasgroep in de knoop: de klasthermometer biedt uitzicht Meer weten? tenz.be


Hoe ga je verder na zelfdoding en wat met de achterblijvers? Handvatten voor nabestaanden

t even. Het lijkt alsof een storm alles Een dierbare stapt uit het leven. Alles stop ongelooflijke schok keer je terug naar rondom je veranderde of vernielde. Na die stap voor stap weer op te bouwen. je leven en sta je voor de zware taak om dat En hoe kan je als leerkracht helpen in dat Maar hoe begin je daar in godsnaam aan? Daisy Buttiens schreven er een boek over proces van wederopbouw? Lore Vonck en en spraken erover met #Schoolpraat.

Jullie boek gaat over hoe nabestaanden de draad weer opnemen na zelfdoding van iemand uit hun omgeving. Van waar is de nood ontstaan om die handvatten op te lijsten? Lore: Wij ontwikkelden al een aantal boeken vanuit Werkgroep Verder, de organisatie waar we voor werken. Die richtten zich vooral op tieners en de lagere school. Voor volwassenen hadden we nog geen materiaal en zo is ‘Verder na zelfdoding’ ontstaan. Ik ga over heel Vlaanderen vormingen geven, maar dat is dan altijd naar hulpverleners en leerkrachten toe. Internationaal gezien waren er al een aantal gelijkaardige boeken, maar steeds heel wetenschappelijk en op zich niet echt geschikt voor de nabestaanden. We denken dat die nood er wel echt is en proberen daar met dit boek dus een antwoord op te bieden. Daisy: Het is bovendien voor volwassenen moeilijk om kinderen goed te begeleiden zonder zelf de nodige ondersteuning en achtergrond mee te krijgen. In die zin willen we met dit boek dus ook volwassenen handvatten bieden, voor zichzelf en als hulp.

onderzoek ging bijvoorbeeld over hoe we jongeren het best kunnen bijstaan in een rouwproces na zelfdoding; hoe hun vrienden hen kunnen bijstaan en waar ze eigenlijk nood aan hebben.

Gaan jullie ook op scholen praten? Lore: Ja, maar dat is meestal op vraag van de school zelf en gebeurt meestal nadat er een zelfdoding plaatsvond. We geven leerkrachten dan specifieke tools en tips over hoe ze zulk jammer voorval kunnen aanpakken. Dat komt niet zo heel vaak voor omdat er natuurlijk ook een budget gevraagd wordt en niet elke school dat zomaar voorhanden heeft. Die drempel willen we met ons boek ook opvangen. Het boek is trouwens niet alleen erg nuttig voor leerkrachten maar ook voor andere volwassen nabestaanden uit de directe omgeving van het slachtoffer.

Lore, kun je even schetsen wat Werkgroep Verder zoal doet en welke rol jij daarbij speelt? Lore: Ik ben coördinator van ‘Werkgroep Verder na Zelfdoding’, die deel uitmaakt van expertisecentrum suïcidepreventie (VLESP). Wij houden ons bezig met het suïcide postventie-landschap. Concreet komt dat neer op alle dingen waarmee iemand geconfronteerd wordt na een zelfdoding. Wij doen zowel het juridische en administratieve aspect, als – en dan vooral - het psychologische. Wij organiseren lotgenotencontact maar doen ook onderzoek. Het laatste 11


Als een leerling dan toch uit het leven stapt, hoe kun je daar als leerkracht het best mee omgaan naar de nabestaande familieleden en klasgenoten toe? Lore: Eerst en vooral is het heel belangrijk dat met de familie samen wordt afgesproken wat wel en niet wordt verteld. Soms wil de familie niet dat mensen weten dat het om zelfdoding gaat. Dat maakt het moeilijk. Je kunt het best open kaart spelen met de nabestaande klasgenoten. Verhalen doen toch de ronde. Hoe beter je dit op een structurele manier kunt aanbrengen, hoe minder roddels er achteraf verspreid zullen worden.

Slechts 23 procent van onze Vlaamse jongeren praat op school over hoe zij of hij zich voelt. Blijkt dat leer­ krachten één van de voornaamste aanspreekpunten zijn als ze er dan toch over praten. Kunnen leerkrachten letten op specifieke signalen bij hun leerlingen? Lore: Eigenlijk is elke verandering in iemands gedrag significant. Op het moment dat een heel actieve leerling plots heel passief wordt of omgekeerd, kan dat zeker iets betekenen en zelfs wijzen op duistere gedachten. Eén signaal op zich is vaak niet alarmerend, het is vaak de combinatie van een aantal factoren. Niet zo evident om zulke dingen in het oog te houden. Het is natuurlijk wel belangrijk dat wanneer je signalen opvangt, je er direct op ingaat.

Denk je dat een leerkracht dit alleen kan of moet die ook elders hulp gaan zoeken? Lore: De leerkracht heeft op dat vlak volgens mij vooral een ‘doorverwijsfunctie’. Ondanks dat hij zich wel verantwoordelijk voelt of het gevoel heeft nog meer te kunnen doen, is het vooral belangrijk hulp te bieden door te wijzen op het bestaan van heel wat hulporganisaties. Goed luisteren zonder te oordelen. Onvoorwaardelijke aanvaarding is belangrijk. Niet zeggen dat het niet zo erg is of beloven dat het beter zal gaan. Het is belangrijk om het vertrouwen dat je krijgt van een leerling ook te behouden. Daisy: Daarbij is het voor leerkrachten natuurlijk ook belangrijk om hun eigen grenzen te bewaken. Leerkrachten zijn een belangrijk aanspreekpunt maar het kan op henzelf ook erg zwaar wegen om zonder achtergrond leerlingen met dit soort problematieken te ondersteunen.

12

Stel dat de klasgenoten een muur opbouwen en hier­ door moeilijk te bereiken zijn of dat naaste vrienden enorm veel schuldgevoelens ontwikkelen. Ze vragen zich af waarom ze het niet gezien hebben en of ze iets hadden kunnen doen om het te vermijden. Wat doe je dan als leerkracht? Daisy: Je kan hier vrijblijvend een les over geven, waarin je wat uitleg geeft over wat er normaal is in een rouwproces na zelfdoding. Klasgenoten kunnen dan kiezen of ze deze les bijwonen of niet. Forceren helpt niemand, voorzichtig stimuleren en er zijn wanneer zij er klaar voor zijn wel. Lore: Schuldgevoelens zijn eigen aan rouwprocessen, die zullen er altijd zijn. Belangrijk daarbij is dat de boodschap wordt gegeven dat niemand schuldig is. Zelfdoding en het suïcidaal proces is een heel complex proces waarbij enorm veel factoren spelen. Er is niet één druppel die de oorzaak is. Het is erg belangrijk bij tieners om dit ook expliciet zo te verwoorden. Er zijn bijvoorbeeld biologische neurologische factoren die meespelen, dingen die je niet kan weten. Daarnaast spelen ook psychologische factoren zoals ‘wat is de draagkracht’, ‘sta je positief of negatief in het leven’, ‘ben je een persoon met psychische stoornissen’ een belangrijke rol. De meest gezochte oorzaken zijn de sociale stressfactoren zoals bijvoorbeeld pesten of liefdesbreuken, problemen op school. Die dingen kunnen misschien wel een druppel zijn, maar vormen de emmer niet.

Jullie willen met jullie boek op een begrijpelijke manier schetsen hoe een rouwproces er na zelfdoding precies uitziet. Is dit niet heel erg moeilijk aangezien een rouwproces heel persoonlijk is en het verloop bij iedereen dus heel anders kan zijn? Lore: Ja, dat is de basis. Ieder rouwproces is anders. Eigenlijk beginnen we in het boek met ons de vraag te stellen ‘wat is rouwen?’. We hebben in Vlaanderen een heel verkeerd beeld van wat rouwen is. Voor velen is dat even verdrietig zijn en


daarna gaat het weer beter, moet het weer beter gaan. Het is echter een levenslang proces. Iedereen vergelijkt zijn of haar eigen rouwproces met dat van een ander, wat niet goed is omdat het net heel persoonlijk is. Wel zijn er heel wat gelijkenissen in het rouwproces na zelfdoding. Een rouwproces na zelfdoding is immers heel specifiek. Moest je alle rouwprocessen op een rijtje zetten, dan is rouwen na zelfdoding het ‘moeilijkst’. Nog moeilijker dan het verwerken van een overlijden na een verkeersongeval of moord. Dat komt omdat er geen dader is, geen duidelijkheid. De gelijkenissen tussen de rouwprocessen worden allemaal in ons boek besproken. We werken met tal van voorbeelden net omdat het bij iedereen anders is. Lees en doe vooral de stukken die voor jou van belang zijn. Je gaat niet met iedereen gelijkenissen hebben, het zal vaak zelfs contradictorisch zijn. De ene is bijvoorbeeld absoluut niet kwaad terwijl een andere razend is op degene die overleed. Die gevoelens kunnen ook veranderen want een rouwproces verloopt nu eenmaal in golven.

Wat zijn de grootste verschillen die je ziet in een rouw­ proces tussen de verschillende leeftijdsgroepen? Lore: Tot 6 jaar is er geen doodsconcept. Jonge kinderen kunnen dus niet begrijpen wat ‘dood zijn’ is. Als iemand weggaat kan hij nog altijd terugkomen. Dat besef zit er bij hen nog niet in. Voor kleuters geldt dus een heel andere aanpak dan voor de lagere school. Bij die laatste groep is het doodsconcept er al wel, maar zij rouwen vooral zeer actief en creatief. Vooral tekenen en daarna spelen, terwijl volwassenen vooral gaan praten. De boeken die we naast het boek ‘Verder na zelfdoding’ ontwikkelden zijn heel erg gericht op die specifieke aanpak. Een verhaal met heel wat bijbehorende oefeningen op maat. Bij de kleutertjes werken we aan de hand van een visje dat uit een het aquarium springt en zijn vriendjes achterlaat. Bij het boek voor de lagere school gaat het over een grote boot die met opzet tegen de kant vaart en alle andere bootjes heel kwaad en verdrietig maakt. Een ander groot verschil is hoe kinderen en jongeren anders rouwen dan volwassenen. Daar waar een volwassene een aantal uren of zelfs dagen te kampen krijgt met erg veel schuldgevoelens, zijn kinderen supersnel in het switchen van de ene naar de andere emotie. Zij vertellen over hun verdriet en gaan meteen daarna spelen. Op die manier geven zij aan dat het voorlopig voldoende is. Best ook om daar rekening mee te houden en niet verder op in te gaan.

Wat mogen mensen verwachten na het lezen van jullie boek(en). Vooral theorie en cijfers over zelfdoding? Of eerder praktische tips? Lore: Het zijn vooral praktische tips en oefeningen in combinatie met een beetje theorie. Een goeie mix van de twee eigenlijk. Niet teveel cijfers of lange onderzoeken. De tekst is natuurlijk wel gebaseerd op wetenschappelijke bronnen maar op een laagdrempelig niveau geschreven zodat iemand in rouw, die zich sowieso al moeilijker kan concentreren, meteen mee is. Er zitten echt dingen bij waar elke lezer iets aan heeft. Je hoeft de voorbeelden en praktijkopdrachten niet te doen maar we geven ze wel mee. Ons boek is ook geschreven naar alle religies toe. Zo spreken we bijvoorbeeld niet over een hemel. Het is erg breed toepasbaar, humanistisch geschreven en zowel geschikt voor christenen, moslims, hindoes … we hebben vooral gekeken naar hoe een rouwproces voor iedereen hetzelfde is of waar er verschillen zijn en hoe je daar dan best mee omgaat. Wat helpt me de eerste dagen? Wat helpt me op lange termijn? Hoe rouwen mijn kinderen anders dan ik? Hoe rouw ik op de werkvloer? Daisy: Het is een verzameling van alle informatie die hen kan helpen om hun eigen, individuele rouwproces te doorlopen. Soms is weten dat je niet abnormaal bent op zich al erg helpend. Anderzijds ook oefeningen die je kunnen helpen in het verwerkingsproces. Zoals Lore zei, een beetje van alles.

In onze samenleving heerst er nog een flink taboe rond zelfdoding. Hoe denk je dat dat taboe stilaan doorbroken kan worden? Lore: Ik zie toch al beterschap in vergelijking met een aantal jaren geleden. Vroeger werden mensen die stierven aan zelfdoding zelfs op aparte plekken begraven. Tegenwoordig praten jongeren steeds meer en meer over hoe ze zich voelen of over mentale problemen. Vijftigplussers doen dit echter nog niet. Initiatieven zoals ‘Rode Neuzen Dag’ helpen daar wel gigantisch bij. Dat is bemoedigend voor de toekomst, maar uiteraard is er nog veel meer nodig dan waar we vandaag staan. In onze maatschappij is er relatief weinig geweten over zelfdoding en heerst er naar mijn mening bovendien ook een verkeerd beeld. Dat was een tijd geleden met kanker ook zo. Over kanker werd niet al teveel gesproken. Nu worden de grootste benefietshows georganiseerd om de ziekte te bestrijden. Het zou fantastisch zijn als dat ooit ook het geval wordt voor een thema als zelfdoding, zowel op vlak van preventie als voor de nabestaanden. Het gaat al beter, maar toch is er nog veel werk aan de winkel, en dan vooral bij de 13


oudere generatie. Bij hen heerst vaak nog de mentaliteit ‘als je naar een psycholoog gaat, ben je gek’. Een masker opzetten is het slechtste dat je kunt doen. Open over praten, dat is belangrijk! Het is wel zo dat er sterk geïnvesteerd wordt in preventie. Vroeger had je enkel de zelfmoordlijn, maar nu bestaat er ook een chat, het forum van de Zelfmoordlijn, apps, online cursussen, … Allemaal erg anoniem en persoonlijk. Dat verkleint de drempel om op zoek te gaan naar hulp.

Denk je dat deze initiatieven al voldoende gekend zijn bij het gros van de bevolking? Lore: Nee, dat denk ik niet. Dat geldt trouwens voor een heel erg groot deel van onze gezondheidszorg. Er bestaan tal van organisaties, maar nog te weinig mensen weten dat ze er zijn en waar ze voor staan. Online-initiatieven en tools zullen, en dat is normaal, wellicht sneller gevonden worden door jongeren dan door de oudere generatie.

Zou een thema als zelfdoding en hoe daarmee omgaan mee vervat moeten zitten in de eindtermen op school? Lore: Dat is een hele moeilijke. Onderzoek toont immers aan dat lesgeven over suïcide preventie nét schadelijk kan zijn. Wat wel heel erg zinvol is, zijn lessen over mentaal welbevinden. Je leerlingen meegeven wat ze kunnen doen als ze zich slecht in hun vel voelen, waar ze terecht kunnen, etc. Je kunt

in je klas bijvoorbeeld wel een poster ophangen met daarop het telefoonnummer van de zelfmoordlijn, maar eerder als iets permanents dan als reactie op een zelfdoding op school. Stel dat je als leerkracht dan toch geconfronteerd wordt met zelfdoding bij een van je leerlingen, dan is het heel belangrijk echt te focussen op het rouwproces.

Is het voor leerkrachten niet enorm moeilijk om hun leerlingen extra in het oog te houden nadat iemand van hun klasgenoten zelfmoord pleegde? Niet elke leerkracht kreeg hiervoor de nodige bagage mee? Lore: Er bestaan inderdaad heel wat cursussen die leerkrachten kunnen volgen, zowel bij het Centrum ter Preventie van zelfdoding als bij onze organisatie Werkgroep Verder. Wijzelf krijgen de vraag echter weinig omdat onze hulp vaak pas wordt ingeroepen als er zich al een zelfdoding heeft voorgedaan. Wij kunnen leerkrachten bijvoorbeeld helpen bij het opstellen van een duidelijk draaiboek op maat waarin iedereen erg duidelijk omlijnde taken heeft. Het grote voordeel is dat dit soort van maatwerk gratis is. Scholen die over een CLB beschikken hebben natuurlijk een klein stapje voor. De collega’s die daar werken kunnen die specifieke zorgrol op zich nemen. Bij het ontbreken van een CLB wordt het iets moeilijker, maar zeker niet onhaalbaar.

Verder na zelfdoding

Wie is wie?

Lore Vonck, Daisy Buttiens ca. € 25,00 ca. 240 blz. ISBN 978-94-6337-168-1 Verschijnt in november

Pelckmans Pro denk verder Bestel via pelckmanspro.be. Lore Vonck is coördinatorvoorzitter van Werkgroep Verder, het expertisecentrum inzake rouwen na zelfdoding en ondersteuning van nabestaanden na de zelfdoding van een dierbare. Lore, rouwtherapeute en sociaal agoog, wordt in Vlaanderen gezien als de Vlaamse expert in deze thematiek.

14

Daisy Buttiens is schoolpsychologe, ABFTtherapeut en traumatherapeut i.o. en werkt als preventieadviseur voor Mensura waar ze bedrijven bijstaat om er het psychosociaal welzijn te verbeteren. Van 2017 tot 2018 was zij tevens stafmedewerker van Werkgroep Verder na Zelfdoding. Ze is gespecialiseerd in hechting en werkt als zelfstandig psychologe met gezinnen.

acht Dag van de leerkr Beide auteurs brengen de Boekenbeurs op De Dag van de Leerkracht een bezoekje. Ze vertellen er op 30 oktober over hun nieuwste boek(en) en bezorgen leerkrachten een aantal concrete tips. Houd de nieuwsbrieven van Pelckmans zeker in de gaten en noteer met stip in je agenda!


Maak gevoelige thema's bespreekbaar in je klas Voor kleuters, lagere school en secundaire school verschijnen bij Van Halewyck deze aansluitende titels o.a. geschreven door Lore Vonck en Daisy Buttiens. Materiaal op maat dat het thema zelfdoding bespreekbaar maakt voor elke leeftijds

KLEUTERS

<12 JAAR

12+

De visjes van Océane

Sloep vaart verder

Moet ik nu alleen verder?

Nathalie Slosse met illustraties van Naomi Christiaens € 17,50 32 blz. ISBN 978-94-6383-052-2

Lore Vonck en Daisy Buttiens met illustraties van Naomi Christiaens ca. € 17,50 ca. 64 blz. ISBN 978-94-6383-055-3

Lore Vonck en Daisy Buttiens met illustraties van Naomi Christiaens ca. € 18,50 ca. 120 blz. ISBN 978-94-6383-056-0

groep.

n of over mentaal welbevinden? Werken rond afscheid, onverwacht overlijde ld op maat van kinderen en jongeren. Deze uitgaven werden speciaal ontwikke

Vaarwel

De wensbloem

Robbe

Nathalie Slosse met illustraties van Rocio Del Moràl € 10,00 48 blz. ISBN 978-94-6131-792-6

Nathalie Slosse met illustraties van Rocio Del Moràl € 15,00 40 blz. ISBN 978-94-6234-498-3

Ria Maes en Marc de Bel € 20,00 336 blz. ISBN 978-94-6131-895-4

Fille Folle

Sneeuw in september

Ilona Lodewijckx met illustraties van Aurike Quintelier € 20,00 288 blz. ISBN 978-94-6131-742-1

Kathelijn Vervarcke € 17,50 240 blz. ISBN 978-94-6131-961-6

Sommige meisjes houden niet van roze Chrostin € 20,00 240 blz. ISBN 978-94-6131-903-6

Bovenstaande boeken zijn allemaal verkrijgbaar via vanhalewyck.be 15


Sam De Bruyn steunt kinderen en jongeren o­stemmen Sam De Bruyn is een van de bekendste radi Je hoort en televisiepresentatoren in Vlaanderen. de ochtend­ hem tegenwoordig elke weekdag tijdens deur show van Qmusic. Daarnaast is hij ambassa Vlaanderen van Rode Neuzen Dag. Samen met heel en die zamelt dit goede doel geld in voor project maken, jongeren mentaal, fysiek en sociaal sterker en vroegen vooral op scholen. Wij spraken met hem rschap. hem naar zijn schooltijd en ambassadeu

geschiedenis boeiden mij minder. Ik heb nooit begrepen waarom ik al de verschillende gesteentes en lagen van de aarde moest kennen. Dat was puur vanbuiten leren en daarvoor had je niet veel inzicht nodig. Gelukkig had ik wel grappige leerkrachten.

Was je sportief als kind? En nu? Waar heb je op school gezeten? Sam De Bruyn: Als kind liep ik school in de Gemeentelijke basisschool van Meise en daarna studeerde ik aan het Maria-Boodschaplyceum in Brussel.

Was je een goede leerling? Sam De Bruyn: Ik ben van nature een heel nieuwsgierig persoon. Ik verken graag nieuwe dingen en ben oprecht geïnteresseerd. Dit zorgt ervoor dat ik leergierig ben, maar soms kan ik heel eigenzinnig zijn. Als leerling hield ik niet van leerstof klakkeloos vanbuiten leren en zomaar reproduceren. Dus iets aannemen voor waarheid of zomaar doen wat de leerkracht zei, was voor mij geen evidentie. Zo had ik ooit een mondeling examen waarvoor ik drie Franse boeken moest lezen. Ik ondernam een poging, maar zonder resultaat. Tijdens mijn mondeling examen legde ik in het Frans uit waarom ik de boeken zo ridicuul vond. En je raadt het nooit: ik was geslaagd!

Wat was je lievelingsvak? En voor welk vak was je niet in de wieg gelegd? Sam De Bruyn: Ik volgde Grieks-Wiskunde dus mijn hoofdvakken waren Griekse les en acht uur wiskunde per week. Het waren mijn lievelingsvakken, maar het waren wel de vakken waarmee ik het meeste moeite had. Net omdat ik er een extra inspanning voor moest doen, vond ik het zo interessant. Het was een echte uitdaging: ik had geen tijd om in te dommelen tijdens de les. Ik moest opletten, want anders begreep ik het niet. Vakken als aardrijkskunde en 16

Sam De Bruyn: Ik badmintonde en vond dat supertof. Op een bepaald moment speelde ik meer en meer wedstrijden die ik vaak verloor. Met gevolg dat ik gedemotiveerd raakte en het niet meer leuk vond. Vandaar dat ik jongeren aanraad om een sport te kiezen voor zichzelf! Krijg je door competitie en wedstrijden spelen veel stress, ga dan op zoek naar een andere sport. Een sport waar je energie uit haalt en plezier in beleeft. Daarnaast ben ik van nature een beetje lui: hoe minder energie ik verspeel, hoe beter! Maar bijna twee jaar geleden vroeg Freek Braeckman mij om deel te nemen aan een marathon in New York voor Mediclowns. Ik heb een jaar superhard getraind, want dat kon ik niet afzeggen. In het begin liep ik veel te snel en was ik snel buiten adem, waardoor ik het gevoel kreeg dat ik er niet goed in was. Ik zette door en paste mijn looptempo aan en sindsdien heb ik de smaak te pakken! Ik voel dat het zo een positief effect heeft op mijn lichaam en mijn gemoedstoestand. Ik kan het dus iedereen aanraden!

Heb je een specifieke leuke herinnering aan je schooltijd? Sam De Bruyn: Op mijn middelbare school heb ik echt een unieke schooltijd beleefd. De leerlingen en leerkrachten op deze school vormden een mix van verschillende nationaliteiten, religies en culturen. Elk met hun eigen verhaal. De school was enorm geëngageerd en leerde ons om voor iedereen open te staan, ongeacht zijn of haar achtergrond en met een open blik naar de wereld te kijken. We leerden onze eigen mening vormen en ik ben hen daar tot op de dag van vandaag nog waanzinnig dankbaar voor!


Heb je nog veel contact met vrienden van je middelbare school? Sam De Bruyn: Nee niet meteen, iedereen leidt natuurlijk zijn eigen ‘drukke’ leven. Maar als ik ze terugzie, lijkt het alsof we nog maar net afgestudeerd zijn en elkaar nog elke dag zien. Om de vijf jaar houdt de school een reünie en ik probeer altijd aanwezig te zijn. Gewoon omdat ik het leuk vind en omdat die connectie, die klik van toen blijft, ook al zien we elkaar niet veel meer. Ik vind het boeiend om te zien hoe iedereen verandert.

Had je een vertrouwenspersoon op school? Sam De Bruyn: Ik heb altijd het gevoel gehad dat leerkrachten op onze school de leerlingen goed opvolgden. Ze waren echt begaan met ons. Voor mij in het bijzonder, springt er een leerkracht bovenuit: mijn leerkracht van wiskunde, mevrouw Frieda! Zij had veel dingen snel door. Zo heb ik ooit een mindere periode gekend en zij merkte dit vrij snel op. Ze stuurde me een mailtje dat ze merkte dat ik heel afwezig was tijdens de les en dat ze dit niet van mij gewend was. Ze liet meteen weten dat de deur altijd openstond als ik nood had aan een babbel. Ik vond dat zo tof. Zonder te pushen liet ze me weten dat ik bij haar terecht kon en gewoon al dat gevoel vond ik fantastisch. Volgens mij heeft zij mij er ook voor behoed dat het erger werd. Haar steun maakte me ook sterker.

Is dit ook een van de redenen waarom je ambassadeur bent van Rode Neuzen Dag? Sam De Bruyn: Zeker. Jongeren met psychische problemen of leerlingen die zich niet goed voelen in hun vel lopen risico. Meer en meer jongeren kampen met een depressie of andere problemen. We mogen het niet zo ver laten komen en moeten problemen vermijden of ze doelgericht aanpakken. Uit onderzoek blijkt dat de mentale, fysieke en sociale gezondheid van jongeren onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn. Rode Neuzen Dag focust zich daarom dit jaar niet enkel op het mentaal welzijn, maar op het mentaal, fysiek en sociaal weerbaarder maken van alle jongeren in Vlaanderen en steunt lokale schoolprojecten die hieraan werken, omdat jongeren het meeste van hun tijd op school doorbrengen.

en negatieve kanten, ik weet wie ik ben en waar ik voor sta. Ik hecht veel belang aan mijn familie en vrienden en hun mening, maar ik trek mij weinig aan van negatieve commentaren van buitenaf. Dit wil ik ook als tip meegeven aan alle kinderen en jongeren. Leer jezelf graag zien! Aanvaard jezelf zoals je bent of verander de punten waarmee je niet tevreden bent en werk er aan. Maar bepaal dit vooral voor jezelf.

Leer jezelf graag zien! Aanvaard jezelf zoals je bent of verander de punten waarmee je niet tevreden bent en werk er aan..Maar bepaal dit vooral voor jezelf.. Hoe belangrijk is sociale media in jouw leven? Sam De Bruyn: In mijn professionele leven speelt dit een grote rol. Als radiopresentator moet ik bezig zijn met sociale media. Mocht ik niet werken voor de radio, zou ik al die sociale media uit mijn leven bannen. Ik vind namelijk dat er te veel negatief gecommuniceerd wordt en negativiteit trekt negativiteit aan. Dat is niks voor mij! Wie ik volg, is een weloverwogen beslissing. Waarom zou je topmodellen volgen als je hiervan verdrietig wordt omdat jij geen maatje 36 hebt? Staar je hier niet blind op en denk goed na over wie je volgt!

Je bent een bekend persoon, dus kinderen en jongeren kijken naar je op. Ben je daar bewust mee bezig? Sam De Bruyn: Ja, ik kan niet anders. Ik besef dit maar al te goed en veel jonge mensen spreken mij er over aan. Ik weet dat ik gevolgd word door veel kinderen en jongeren, dus probeer ik ook het goede voorbeeld te tonen en het beste van mezelf te geven. Ik hoop dat dit aanstekelijk werkt voor anderen, ter inspiratie. Dat is mijn drijfveer in het leven!

De druk van sociale media neem toe. Hoe ga jij hiermee om? Sam De Bruyn: Tijdens mijn schooltijd bestond enkel nog maar MSN Messenger. Nu kunnen meningen ongevraagd en ongezouten wereldwijd gedeeld worden. Je moet tegenwoordig een dik vel hebben en sterk in je schoenen staan. Ik heb geleerd om mezelf te appreciëren. Ik ken mijn positieve 17


STEUN SAMEN MET ONS RODE NEUZEN DAG deren en het welbevinden van kin Rode Neuzen Dag steunt ar steentje Pelckmans uitgevers wil ha jongeren op school. Ook ve; rvoor een exclusieve uitga hie elt ikk tw on en en ag bijdr hy I Like You! endenboekje in één: #W vri en ten en lim mp co n ee en Fonds. raal naar het Rode Neuz De opbrengst gaat integ voordele Dit is een actie ten Dag. van Rode Neuzen

*

Bestel via

DOE L

Kinderen en jongeren delen het boekje uit aan hun klasgenoten, buurjongens en -meisjes, familie … die het vervolgens invullen. Dankzij de vragen halen ze leuke herinneringen op en geven ze elkaar complimenten. Zo willen we aantonen dat ze uniek zijn en trots kunnen zijn op zichzelf!

18

je tuks betaal * Vanaf 20 s r boekje. 3.5 euro pe

pelckmans.be/ rodeneuzendag of ga langs bij een Standaard Boekhandel.


Boekenbeurs Bezoek ons op de boekenbeurs van dinsdag 29 oktober 2019 t.e.m. zondag 3 november 2019 en van woensdag 6 november 2019 t.e.m. maandag 11 november 2019

Hal 1, standnummers 115, 117, 118 en 119

Kom langs op de Leerkrachtendag op woensdag 30 oktober (basisonderwijs) en donderdag 31 oktober (secundair onderwijs) en ontvang je goodiebag*! HTEN EN DIRECTIE

gratis

KRAC VOOR ALLE LEER

Vul deze strook in, kom langs op onze stand en ga naar huis met je gratis goodiebag.

Ik ben  ☐ leerkracht  ☐ directie ☐ kleuteronderwijs  ☐ lager onderwijs  ☐ secundair onderwijs  ☐ volwassenenonderwijs Vak(ken)  ������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������� Andere functie op school  ������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������� Voornaam  . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .   Naam  ����������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������� Straat  . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .   Nummer  �������������������������������� Postcode  . . . . . . . . . . . . . . . . .   Gemeente  ������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������� E-mail  ����������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������� Naam school  ��������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������� Straat school  . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .   Nummer school  ����������������������������������� Postcode school  . . . . . . . . . . . . . . . . .   Gemeente school  ��������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������� ☐  Ja, ik schrijf me in op de nieuwsbrief van Pelckmans. De informatie en persoonsgegevens die verzameld worden, zijn bestemd voor gebruik van Pelckmans (en andere onderdelen van Pelckmans uitgevers). Pelckmans respecteert jouw privacy en neemt de bescherming van jouw persoonlijke gegevens zeer ernstig. We verwerken je persoonsgegevens op een wettelijke, correcte en transparante manier, geheel in lijn met de Algemene Verordening inzake Gegevensbescherming (AVG of GDPR). Meer informatie kan je terugvinden in onze privacyverklaring op https://www.pelckmans.be/privacy.

* Zolang de voorraad strekt


Facts & figures Wist je dat...

Boekentip

De nieuwe schoolstrijd Het onderwijs is dé plek bij uitstek om de toekomst van onze kinderen te vormen. Toch wordt dat onderwijssysteem op losse schroeven gezet en moet het alles aanpakken: van de ongelijkheid in de samenleving tot het welzijn van elk kind. Barbara Moens schrijft over wat er zoal op het spel staat.

Vloggers

jongeren zijn die vanuit hun slaapkamer of thuisstudio YouTube video’s maken. Daarin vertellen ze hun publiek wat hen bezighoudt. Je kunt het vergelijken met bloggen, maar dan door video’s te maken … ‘vloggen’ dus. bron: https://www.medianest.be/wat-vloggen

Pelckmans Portaal bevat heel wat aanvullend onlinemateriaal dat hoort bij onze lesmethodes secundair onderwijs, zowel voor leerkrachten als voor leerlingen. Hoe werkt het? Ontdek het op ons gloednieuw informatieplatform info.pelckmansportaal.be

Een goede leerkracht moet zowel inspireren als irriteren.

Bestel via polis.be

38% van de jongeren kampt vandaag de dag met psychische problemen. ook zegt

80% minstens twee vrienden te hebben die niet goed in hun vel zitten.

bron: devlaamsejeugdraad.be

Wist je dat... jongeren tussen 11 en 24 jaar met superveel van hun vragen terecht kunnen op WAT WAT? Dat is een platform van meer dan 70 organisaties (denk aan Awel, Sensoa, VDAB, Publiq, Child Focus, etc.) dat jongeren wil informeren. Door de krachten te bundelen onder één merknaam gaat WAT WAT? de versnippering aan initiatieven, websites en campagnes gericht op jongeren tegen. Surf snel eens naar watwat.be

De duurste school ter wereld vind je in Zwitserland. Le Rosey, ligt hoog in de Zwitserse bergen en biedt echt heel veel technische snufjes. Je krijgt er uiteraard uitstekende lessen Frans maar ook een hele set aan exclusieve voordelen. Skipistes en koninklijke schoolvrienden bijvoorbeeld. 20

Slechts 23 % van de jongeren praat op school over hoe ze zich voelen. Omgaan met conflicten, verlies, stress en zelfvertrouwen, weten 23% wat je kunt doen of waar je terecht kunt, komen veel te weinig aan bod tijdens de lessen. bron: devlaamsejeugdraad.be

Good to know Vormingscentrum Tenz biedt heel wat opleidingen aan om je eigen skills als leerkracht aan te scherpen maar ook om een veilig en aangenaam leerklimaat voor je leerlingen te ontwikkelen. Bekijk het aanbod op tenz.be


Win een cadeaubon t.w.v. 2000 euro. We geven er vijf weg.

Vind jouw perfecte boekenmatch bij de Boekengoeroe en maak kans op een van de vijf Sleepworld-cadeaubons t.w.v. â‚Ź 2000. Neem deel op de stand van Pelckmans uitgevers tijdens de Boekenbeurs (van 29/10 t.e.m. 3/11 en van 6/11 t.e.m. 11/11 in Hal 1, stand 115-117-118-119)

of vanaf 28/10 online via boekengoeroe.be.

PELCK-6 - school advertentie.indd 1

22/08/2019 17:33

Gr voorle atis esboe kj

e!

Een verhaaltje voor het slapengaan Een verhaaltje voor het slapengaan is de gezelligste manier om iemand warm in te stoppen. Bovendien bevordert het de taalontwikkeling bij kinderen. Om een actievere rol op te nemen in het stimeleren van voorlezen bij (groot)ouders, slaan Pelckmans uitgevers en Sleepworld de handen in elkaar met Er was eenzzz, een gloednieuw platform. Wil je graag maandelijks een gratis voorleesboekje in jouw brievenbus ontvangen?

Alle info en inschrijven* op WWW.ERWASEENZZZ.BE

21 *INSCHRIJVEN KAN VANAF 30 SEPTEMBER 2019


Ken je digitaal DNA

Interview Lieven De Marez

je smartphonegebruik ontrafeld

uit ons Smartphones zijn niet meer weg te denken het we ijl leven. We kunnen niet meer zonder. Terw n vol apps enorme plezier en het gemak van een leve iek: pan in ervaren, schieten we ook gezamenlijk irigeerd? worden we niet door die smartphones ged en? Is ann Kunnen we ze niet beter helemaal verb Lieven De het tijd voor een digitaal dieet? Professor ’ waarin DNA Marez schreef het boek ‘Ken je digitaal hoe je kunt hij de lezer een spiegel voorhoudt en leert gebruik streven naar een evenwichtiger smartphone gooien. zonder daarbij alles over boord te hoeven . Lees hieronder hoe hij het precies ziet Jongeren beschouwen hun smartphone vaak als een verlengstuk van zichzelf. Het is nochtans gezonder om minder lang naar dat schermpje te kijken. Hoeveel uren per dag zijn volgens jou verantwoord? Lieven: Voor mij is het vooral een kwestie van doseren. Heel wat ouders vragen zich af hoeveel uren op de gsm verantwoord zijn. Toch is dat een denkfout die door velen gemaakt wordt. Het is immers erg moeilijk om een verantwoorde tijd te plakken op het gebruik van een smartphone. Het gaat ‘m meer om het al dan niet verslaafd zijn aan dit gebruik. Heel wat jongeren zijn namelijk erg afhankelijk van hun smartphone en dat is niet verwonderlijk. Vanaf een bepaalde leeftijd worden ze blootgesteld aan enorm veel prikkels en ontwikkelen ze een eigen sociaal leven: ze krijgen nieuwe vrienden, de eerste verliefdheden steken de kop op, ze zetten de stap naar het secundair onderwijs waardoor ze naar andere scholen gaan en hun vrienden niet elke dag meer zien … Ze gebruiken sociale media om deze vriendschappen te onderhouden. Ik verwijs daarbij graag naar het Pavlov-syndroom: jongeren 22

kweken bepaalde patronen en reageren instinctief binnen de seconde op elk nieuw bericht dat ze ontvangen. Op zich is dit geen probleem. Hun antwoord kan bijvoorbeeld bestaan uit een emoticon. Zo’n emoticon versturen, neemt niet veel tijd in beslag, maar de jongere zelf wordt wel afgeleid. Snel reageren is niet slecht, maar als deze gewoonte een negatieve invloed krijgt op de tijdsbesteding, schoolprestaties, het contact met de ouders, de veiligheid in het verkeer… dan wordt het een verslaving. Wanneer precies iemand verslaafd geraakt aan zijn of haar smartphone is moeilijk te bepalen. Bij de ene is dat al het geval na twee uren bij de andere na zes uren. Slim smartphonegebruik uitdrukken in uren is dus niet de beste oplossing. Als de impact té groot wordt, dan wordt het problematisch. Elke smartphonegebruiker moet hier ten opzichte van zichzelf eerlijk in durven zijn en eventuele patronen durven te doorbreken. Dat gedrag vertoont zich later ook op de werkvloer. Er zijn heel wat jongeren die stress krijgen van e-mails die binnen­ komen. Vaak krijgen zij een melding van die e-mails op hun smartphone. Dat stresserende gevoel valt perfect te verklaren. E-mails worden pas gebruikt vanaf het moment dat je professioneel actief wordt. Jongeren zijn het gewend om meteen te reageren op whatsapp/apps etc. dus trekken ze deze werkwijze ook door voor hun mailbox. Ze zijn opgegroeid met het gevoel dat ze meteen moeten reageren. Maar de stress die ze hierbij ervaren, leggen ze zichzelf eigenlijk op. Meteen reageren hoeft echt niet. Dat is ook niet wat een werkgever van hen verwacht.


Op welke manier probeer je mensen bewust te maken van hun overmatig smartphonegebruik? Lieven: Veel ouders, gezinnen, leerkrachten worstelen met die vraag. Ik heb zelf ook kinderen van acht, veertien en zestien jaar en het is niet altijd even evident. Ik hoor vaak verhalen waarbij ouders zeggen ‘je bent verslaafd’, daar waar tieners antwoorden: ‘maar nee, dat is niet waar’. En daar sta je dan als ouder, wat dan? Ik zou aanraden om ‘het probleem’ concreet te maken. Ik verbied mijn dochters niet om hun gsm te gebruiken, alleen geldt bij ons thuis de regel dat telefoons niet mee naar de slaapkamer gaan. Als we bijvoorbeeld een duidelijk verband zien tussen punten die achteruit gaan doordat de smartphone meer werd gebruikt tijdens het studeren, dan proberen we hen een spiegel voor te houden. Confronteren en zelf conclusies laten trekken werkt. Jongeren moeten zelf tot inzicht komen zodat ze hun gedrag kunnen bijsturen.

Jongeren kweken bepaalde patronen en reageren instinctief binnen de seconde op elk nieuw bericht dat ze ontvangen. Ik pas dat principe trouwens ook toe bij mijn eigen studenten. Soms vraag ik hen hoe vaak ze hun smartphone gebruiken tijdens de les. Ze raken dan snel afgeleid, willen de laatste nieuwe foto op Instagram zien, volgen de les niet meer en dwalen af. Het is daarbij belangrijk concrete cijfers te tonen: studenten die veel op hun smartphone zitten, halen lagere punten dan leerlingen die hun aandacht bij de les houden. Dat is trouwens net hetzelfde op de werkvloer. De app die ik samen met mijn collega’s aan de UGent ontwikkelde kan hulp bieden bij het aantonen van overmatig smartphonegebruik. Onze mobile DNA-app wil gebruikers van smartphones duidelijk aantonen dat er een verband bestaat tussen hun screen time en hun prestaties. Als mensen daadwerkelijk zien hoeveel keer per dag ze teruggrijpen naar hun toestel, komt het besef vaak automatisch.

Onze app bestaat uit een drietal niveaus: 1 Dashboard: dat werkt net zoals apple screen time. Je krijgt een aantal facts opgesomd over je telefoongebruik. 2 DNA: dit is een visualisatie per dag waarop je kunt doorklikken: hoeveel tijd heb je waaraan gespendeerd, welke apps open je regelmatig … 3 Vastleggen van patronen: de ene gebruiker is een echte Instagram-fan terwijl de andere vooral zijn of haar e-mails leest.

Na de oplijsting van die drie niveau's maken we een diagnose. Je spendeert bijvoorbeeld heel wat van je tijd op Instagram? Dan proberen we een inzicht te creëren waarmee je als gebruiker zelf aan de slag kunt! Je kunt ervoor kiezen om Instagram volledig van je telefoon te bannen of het minder drastisch aanpakken en je gebruik per dag terug te schroeven.

Benieuwd naar de Mobile DNA-app? Voor Android-gebruikers is hij alvast gratis downloadbaar in de app-store. Apple-gebruikers moeten nog heel even wachten. 23


Vanaf welke leeftijd vind je het verantwoord dat een kind/jongere beschikt over een eigen smartphone? Lieven: Momenteel krijgt een kind in Vlaanderen zijn of haar eerste gsm ongeveer rond de leeftijd van elf jaar. Dat is dus nog op de lagere school. Ik vind het jammer om zien dat kinderen zo jong al een eigen account hebben. Dat lijkt me nergens voor nodig. Vanaf de middelbare school kan het volgens mij wel.

Hoe kunnen scholen, directies en leerkrachten volgens jou werken aan een evenwichtig smartphonegebruik op school? Lieven: Blijf als school niet in de ontkenningsfase hangen. Hoewel er altijd verdeeldheid zal heersen over dit soort van items, is gsm-gebruik verbieden niet de oplossing. Smartphones en sociale media zijn een deel van ons leven en dus moeten we ermee leren omgaan. Sommige scholen nemen bepaalde regels op in hun schoolreglement. Je mag je gsm bijvoorbeeld wel meebrengen, maar niet gebruiken in de les. Iedereen weet dat leerlingen toch stiekem even kijken als ze daartoe de kans krijgen. Dat wordt door sommige leerkrachten wel eens genegeerd. Andere leerkrachten zetten smartphones dan weer actief in tijdens de les. Daar zie je dan twee tendensen: je hebt leerlingen die hierdoor beter opletten en zich strikt houden aan de applicatie waarmee je als leerkracht wil werken. Andere leerlingen verliezen al snel de focus en belanden op andere apps. Het is daarbij als leerkracht belangrijk voldoende te monitoren. Blijven je leerlingen bij de les, mooi zo! Dwalen ze af en verliezen ze hun focus, bepaal dan voor jezelf of je verder gaat met dit soort van lessen.

De eerste smartphone werd ongeveer twaalf jaar geleden gelanceerd. De eerste generatie smartphonegebruikers krijgt nu ook kinderen en kinderen apen hun ouders na. Hier rust volgens mij een grote verantwoordelijkheid op de schouders van de ouders: geef als ouder het goede voorbeeld. Je ziet het zo vaak: een kind kan nog niet lopen, maar wel al swipen. Op restaurant krijgen kleine kinderen een telefoon toegestopt om hen het zwijgen op te leggen, onderweg naar de vakantiebestemming kijken ze zes uren naar een scherm om rustig te blijven. Als ik een tip mag geven? Maak blokjes. Werk niet het Pavlov-effect in de hand, maar leer je kinderen dat het ook kan om hun telefoon af en toe aan de kant te leggen en er niets mee te doen. Tijdens de puberteit wordt de prefrontale cortex immers sterk ontwikkeld. Dat is een spier in je hersenen die je leert om jezelf te concentreren, je helpt om de focus te behouden op bepaalde tijdstippen. Als je van jongsafaan constant van focus switcht, wordt deze spier onvoldoende getraind. Dat heeft zeker een negatief effect op lange termijn.

24

Maak blokjes..Leer je kinderen dat het ook kan om hun telefoon af en toe aan de kant te leggen en er niets mee te doen. Er zijn daarnaast ook scholen die experimenteren met hot/notspots. Dat houdt in dat leerlingen op bepaalde plaatsen of bepaalde momenten toegang krijgen tot hun smartphone. Een belangrijke kanttekening die ik graag even maak, is dat het in eender welke situatie om een gedeelde verantwoordelijkheid gaat. Als je zelf als leerkracht al snel naar je eigen smartphone grijpt, is het niet al te verwonderlijk dat je leerlingen dit gedrag ook zullen vertonen.


Jij gaat ook op scholen spreken? Lieven: Ja dat klopt. Mijn lezingen zijn vaak afhankelijk van de vraag die ik krijg van scholen. De boodschap die ik meegeef blijft wel dezelfde. Ik wil ik zeker geen boeman zijn. Ik wil het gebruik niet helemaal verbieden, maar raad elke leerling of leerkracht aan om zijn of haar eigen datagebruik te analyseren. Uit ervaring weet ik dat leerlingen na zo een sessie toch schrikken van hun gebruik en tot het besef komen dat ze er teveel mee bezig zijn. Ze zullen elkaars gegevens bekijken, erover praten, elkaar erop wijzen als ze weer bezig zijn met hun gsm …

Zouden scholen nog meer moeten wijzen op de gevaren die verbonden zijn aan het gebruik van een smartphone? Lieven:. Je hoeft niet zwart-wit te denken: smartphones maken nu eenmaal onderdeel uit van onze samenleving en dat kun je niet negeren. Het is wel zo dat teveel of verkeerd smartphonegebruik leidt tot fysieke klachten. Als je je gsm bijvoorbeeld nog gebruikt net voor je gaat slapen, maken je hersenen extra melatonine aan en dat kan zorgen voor een verstoord slaappatroon. Het witte licht doet je lichaam denken dat er al een nieuwe dag begint en dat het dus actiever moet worden. Je legt je gsm dus twintig minuten voor je gaat slapen best aan de kant.

Ben je zelf verslaafd aan je smartphone? Lieven: Ik denk niet dat ik verslaafd ben. Ik besteed erg veel tijd aan het checken van mijn e-mails, maar probeer de afhankelijkheid ervan wel binnen de perken te houden.

U tiem e tip!

# Zet apps op het tweede of zelfs derde tabblad van je smartphone. # Zet meldingen uit. Op die manier word je er minder mee geconfronteerd en bezorgen ze je minder stress!

Meer lezen? Ken je digitaal DNA - Je smartphonegebruik ontrafeld Prof. Lieven De Marez schreef het boek ‘Ken je digitaal DNA – je smartphone­ gebruik ontrafeld’. Met duidelijke metaforen en talrijke praktijkvoorbeelden geeft hij inzicht in de manier waarop je afhankelijk bent van apps. Ontdek hoe je zelf kunt zorgen voor een evenwichtiger smartphone­ gebruik. € 25,00 180 blz. ISBN 978-94-6337-175-9

Pelckmans Pro denk verder 25


DE MOEILIJKSTE LEERLINGEN ZIJN VAAK DE

beste

HERINNERINGEN 26


Nieuw! Begin 2018 koos Arnoleon ervoor om het onderwijs in te stappen. Tijdens zijn eerste week lesgeven aan voeding en verzorging hoorde hij zo veel leuke, onnozele en schrandere dingen dat hij besloot ze te vereeuwigen in dit hilarische cartoonboekje Je hoort wat in een klaslokaal.

530604_139_JE HOORT WAT

IN EEN KLASLOKAAL-p roef1.indd 21 21/08/19 14:25

EEN FANTASTISCH HEBBEDING VOOR IEDERE LEERKRACHT: WELKE UITSPRAKEN HERKEN JIJ?

21/08/19 14:25

HOORT WAT 530604_139_JE

IN EEN KLASLOKA

7 AL-proef1.indd

Arnoleon € 15,00 168 blz. ISBN 978-94-6383-139-0 Van Halewyck

Bestel via vanhalewyck.be. 21/08/19 14:25

HOORT WAT 530604_139_JE

IN EEN KLASLOKA

20 AL-proef1.indd

27


In de klas met …

Bart Peeters rsjes uit. Bart Peeters blaast binnenkort zestig kaa zijn Samen met ons blikt hij nog eens terug op nog schooltijd. Een tijd waar jongens en meisjes n. En wist apart van elkaar op de schoolbanken zate en niet je dat hij als drummer in het schoolkoor zat als zanger?

Waar heb je op school gezeten? Bart: Eerst in de kleuterschool in Duffel, daarna in de lagere school in Boechout, gevolgd door het Pius X-instituut in Antwerpen. Als student ging ik naar de Universiteit van Antwerpen.

Was je een goede leerling? Bart: Dat hing ervan af. Als het een inspirerende leerkracht was, een bevlogen lesgever laat ons zeggen, dan vond ik het superinteressant. Ik heb altijd het gevoel gehad dat er een verband was tussen lesgeven en performance: als iemand een slechte performance neerzette als lesgever, dan verloor ik mijn aandacht.

Kon je goed stilzitten? Bart: In de muziekles niet, maar het is voor alle duidelijkheid een misverstand dat ik ADHD heb. Toen ik jong was, bestond dat woord niet eens. Ik ben dan wel energiek op een podium, maar als ik met boeken, mijn computer of mijn gezin bezig ben dan ben ik de rust zelve.

Ging je graag naar school? Bart: Ja, want daar waren mijn vrienden. Op de secundaire school, vond ik het een beetje vreemd dat jongens en meisjes gescheiden waren van elkaar. Ik vond dat heel onlogisch en niet zo leuk. Toen ik in Antwerpen naar school ging, vond ik het plezant dat ik met de fiets naar school kon. Eerst ging ik met de trein en tram, maar dat was vrij tijdrovend. Toen ik ontdekte dat ik er sneller geraakte met de fiets, vond ik het geweldig. 28

Wat was je favoriete vak en van welk vak kreeg je de kriebels? Bart: Ik weet dat ik ooit de kriebels kreeg van het vak technologie. Ik was wel geïnteresseerd, maar die leraar was gewoon heel erg saai. Het leek wel of we een half jaar deden over het bestuderen van een fietspomp. En voor de rest weer hetzelfde: als het gemotiveerde leerkrachten waren, dan was ik blij. Zo waren er bijvoorbeeld hele goede leerkrachten Engels, Frans, Duits en zelfs wiskunde. Wiskunde was nu niet meteen mijn lievelingsvak, maar dat jaar wel want de leerkracht zorgde ervoor dat het superinteressant was. En in alle eerlijkheid, tijdens de les Nederlands als ik moest opstellen, had ik altijd goede punten. Ik bleek dus op jonge leeftijd al een soort schrijver te zijn, zonder dat te beseffen.

Je zat als kleuter al op de schoot van Tante Terry, hoe gingen je klasgenoten daar mee om? Bart: Ik was toen nog echt jong en ik herinner me het alleszins niet meer dat kleutertjes de link legden tussen mij en


de Bart die ze misschien zagen op televisie. Wat ik wel nog weet, is dat het een live-uitzending was en ik creatief mocht zijn met vingerverf. Ik had het als kleuter echter verkeerd begrepen en ik dacht dat ik bloemetjes moest schilderen op de jurk van Tante Terry. Dus zo goed heb ik me daar niet gedragen. Dat weet ik zeker. ;-)

Heb je leuke herinneringen aan de tijd die je doorbracht op de schoolbanken? Bart: Ik vond alle sportactiviteiten heel leuk, maar op de secundaire school kregen we ook de kans om in contact te komen met andere sporten. Ik herinner me een ping pong-competitie. Dat was toen niet zo vanzelfsprekend. We speelden zelfs interprovinciaal. We kregen ook een zeil­opleiding, boksen, krachttraining en speerwerpen. Dus niet het voorspelbare turnen, voetballen of volleyballen. We hadden kortom een bevlogen turnleraar.

Vanuit Pelckmans ondersteunen we het project van Rode Neuzen Dag. Welzijn op school leeft en het belang ervan neemt toe. Vind je dat er veel veranderd is als je je schooltijd vergelijkt met die van je kinderen? Bart: Ja, mijn kinderen zijn er gelukkig van gespaard gebleven, maar ik denk dat de tijden harder geworden zijn. Ik heb wel eens conflicten opgemerkt op school en ik ben eens getuige geweest van pestgedrag. Toen kon je nog zeggen ‘Komaan, stop daarmee’, je kon nog ingrijpen. Nu kan pestgedrag door sociale media, zonder te overdrijven, een soort van wereldproportie aannemen. Er wordt gepest via internet, dat wereldwijd te ontvangen is. Dus alle kleine conflictjes kunnen ongelooflijk opgeblazen worden hierdoor. Zouden we ­sociale media niet beter gebruiken om mensen met elkaar te verbinden in plaats van om ­mensen te scheiden? Dit probleem rond cyberpesten stelde zich niet in mijn tijd.

Zouden we ­sociale media niet beter gebruiken om mensen met elkaar te verbinden in plaats van om ­mensen te scheiden?

Je bent een bekend persoon, dus je kinderen komen ook in contact met de media. Hoe gaan jullie hier met z’n allen mee om? Bart: Heel voorzichtig. Enerzijds hebben mijn zoon en dochters totaal geen podiumambities, op geen enkele manier en daar ben ik niet rouwig om. Anderzijds is het ook een beetje belachelijk om je vrouw en kinderen te verstoppen tegenover de wereld want je gezin is een realiteit. De laatste jaren hebben we daar een geweldige oplossing voor, namelijk de smartphone. In plaats van journalisten de kans te geven om ons te fotograferen als we op een première zijn of van een vliegtuig stappen, nemen we gewoon zelf foto’s. Ook op vakantie nemen we foto’s en als de vijf gezinsleden, want onze hond heeft geen stemrecht, samen stemmen dat de foto op Instagram mag, dan plaatsen we het kiekje erop en mag die overgenomen worden door de media. Geen gedoe of discussie. Heel gemakkelijk!

Sociale media is niet meer weg te denken uit het leven van kinderen/jongeren. Hoe ga je hier mee om? Bart: Ik hoor over ouders die heel standvastig zijn en die beslissen dat hun kinderen maar één uur op sociale media mogen. Wij gaan ervan uit dat onze kinderen verstandig genoeg zijn om dat zelf te bepalen. Ik moet zeggen, bij ons zijn er geen problemen. Onze meisjes hebben elk een Instagram-pagina, maar die staan vol met grappen en niet van die narcistische selfies. Want als je je leven wilt voorstellen als een prinsessenleven, dan kom je in de problemen terecht. Want sprookjes bestaan eigenlijk niet.

Wilde je als jonge kerel altijd al zanger worden? Bart: Ik droomde ervan, maar de eerlijkheid gebiedt mij, ik ben niet als zanger geboren. Vroeger bij het schoolkoor werden de kinderen met de nachtegalenstemmetjes altijd geselecteerd. En daar was ik niet bij want ik klonk als kind ook al een beetje verkouden, waardoor ik noodgedwongen de drummer van het schoolkoor werd. Achteraf begreep ik dat al zo veel mensen een nachtegalenstemmetje hebben. Je moet proberen je eigen geluid te creëren. En nu ik een beetje een hese stem heb, ben ik daar blij mee.

Je schreef al bijzonder veel nummers. Waar blijf je de inspiratie halen? Bart: In tegenstelling tot mensen die inspiratie halen uit grote dingen, de allesomvattende liefde, de wereldpolitiek of noem maar op, gaat het bij mij vaak over de kleine dingen. Bijvoorbeeld ik ben op een concert en mijn vrouw stuurt me een bericht: ‘Bart vergeet straks niet een brood te halen uit 29


de broodautomaat’. Vervolgens rijd ik naar huis en ben ik het brood natuurlijk helemaal vergeten. Mijn vrouw is me al voor en stuurt me een extra sms’je: ‘Bart, vergeet dat brood niet.’ Dan haal ik dat brood uit de automaat en denk ik ‘wat wonderbaarlijk toch dat je om twee uur ’s nachts nog een brood uit de automaat kan halen. En dat is het begin van een liedje, bijvoorbeeld ‘Brood voor morgenvroeg’.

Binnenkort word je 60 jaar. Als je achterom kijkt, zijn er dan dingen die je anders aangepakt had? Bart: Zoals ik het heb aangepakt, zo werkt het in deze tijd absoluut niet meer. Er zijn bijvoorbeeld periodes geweest in mijn leven dat ik alles deed en dat was raar. Ik was én drummer én gitarist én zanger én presentator van wetenschappelijke programma’s, van muziekprogramma’s, van de Droomfabriek, van Eurosong. Ik was dat dan ook nog eens in Nederland waar ik alle grote gala-programma’s presenteerde. Het was gewoon teveel en op dat vlak ben ik nu kieskeuriger geworden en tot rust gekomen. Dus ‘doe alles’ is zeker geen raad die ik zou meegeven aan mijn opvolgers.

Mijn belangrijkste wens: gewoon gelukkig zijn, samen met mijn vrouw, gezin, vrienden en ­familie.

30

Welke wishes staan er nog op jouw bucketlist? Bart: Ik zou graag nog het ultieme televisieprogramma maken, maar dat zeg ik nu. We zijn nu augustus 2019, misschien is ondertussen ‘Merci Voor de Muziek’ dan al een feit. En dan zeg ik voor het gemak dat dat wel al dicht bij het ultieme TV-programma komt. Ik zou ook graag fantastische concerten geven en daar zelfs nog in groeien. Daarom zijn de concerten in de Lotto-Arena heel belangrijk. En in alle eerlijkheid heb ik in mijn hoofd mijn nieuwe plaat al klaar. Maar ik mag pas beginnen opnemen na de Lotto Arena-concerten. En verder is mijn belangrijkste wens op mijn bucketlist: gewoon gelukkig zijn, samen met mijn vrouw, gezin, vrienden en familie.

Bart Peeters & De Ideale Mannen 2000-2020 € 29,50 ca. 240 blz. ISBN 978-94-6383-115-4 Beschikbaar vanaf half oktober

Bestel via vanhalewyck.be


SETT-beurs Op 23 en 24 oktober wordt Flanders Expo Gent omgetoverd tot een heuse onderwijsbeurs waar de toekomst van het onderwijs centraal staat op de SETT-beurs. Thema’s als onderwijstransfor­ matie en –technologie komen uitgebreid aan bod op de diverse stands, workshops en lezingen.

K om la n gs en on t va n g e en gra t i s good ieba g!

38 standnummer 13

Ook Pelckmans is aanwezig en verwelkomt je graag voor een aantal interessante workshops en meer informatie over haar lesaanbod. Je kunt ons vinden op stand 1338. Breng ons zeker een bezoekje. Je ontvangt immers een leuke goodiebag! Je zal ook terecht kunnen bij vormingscentrum Tenz voor een overzicht van haar aanbod.

Pra k tisch Wanneer? Woensdag 23 en donderdag 24 oktober 2019, 9u-17u30 Waar? Flanders Expo Gent - Maaltekouter 1, 9051 Gent Programma op de Pelckmans-stand Woensdag 23 oktober 2019 10:00 - 11:00 Pelckmans Portaal: maak kennis met onze onlinelesomgeving (presentatie) 11:30 - 12:00 Iedereen spelt: differentiatie op maat van jou en je klas (presentatie) 12:45 - 13:30 (De kleine) Zeppelin: didactiek voor Muzische Vorming in het BaO (presentatie) 14:00 - 14:30 Iedereen spelt: differentiatie op maat van jou en je klas (presentatie) 15:00 - 15:45 (De kleine) Zeppelin: didactiek voor Muzische Vorming in het BaO (presentatie) 16:00 - 17:00 Pelckmans Portaal: maak kennis met onze onlinelesomgeving (presentatie) Donderdag 24 oktober 2019 10:00 - 11:00 De nieuwe eindtermen SO: 'De taxonomie van Bloom in de klas’ als onmisbare gids (presentatie) 11:30 - 12:15 (De kleine) Zeppelin: didactiek voor Muzische Vorming in het BaO (presentatie) 13:00 - 14:00 Pelckmans Portaal: maak kennis met onze onlinelesomgeving (presentatie) 14:30 - 15:30 De nieuwe eindtermen SO: 'De taxonomie van Bloom in de klas’ als onmisbare gids (presentatie) 16:00 - 17:00 Pelckmans Portaal: maak kennis met onze onlinelesomgeving (presentatie) Meer weten? Neem eens een kijkje op https://www.easyfairs.com/nl/sett-gent-2019/

31


basisonderwijs

Gratis proefles Frans voor de derde graad eens Misschien hoorde je het in de media ook al s in de waaien over de tegenvallende peilingen Fran Frans dat basisschool? Of ervaar je zelf in de praktijk gemakke­ geven aan deze doelgroep niet altijd even ? Hoe blijf lijk is? Hoe houd je leerlingen gemotiveerd je hen triggeren? een als Quartier étoile beschouwt de leerling met traal, een taalgebruiker. Kennis staat dus niet cen oden, geb maar wordt praktisch en functioneel aan met oog op communicatie.

Voorbeeldles Tu aimes le judo? 3

Tu aimes le judo? 1

Lis et complète. Indique les mots qui te conviennent. Lees en vul aan. Markeer de woorden die voor jou passen. J’aime … J’ai …

2

☐ la danse ☐ le basket ☐ le judo ☐ le foot ☐ la course ☐ le chocolat ☐ le cinéma. ☐ … ans ☐ 10 CD ☐ 2 chiens ☐ 3 frères ☐ 2 sœurs ☐ 1 oncle cool ☐ 1 chat ☐ 1 vélo.

Joue au Bingo! Speel Bingo.

Stel deze vragen aan de leerlingen van de klas. Als je 4 antwoorden op één lijn hebt, roep je Bingo.

Beginsituatie – De leerlingen kennen de vervoeging van het werkwoord avoir en de vormen tu aimes en j’aime. Timing – 50 min. Vaardigheden – Luisteren – Spreken – Mondelinge interactie Taalhandelingen – Begrijpen, vragen, zeggen wat hij/zij graag doet. – Begrijpen, vragen, zeggen welke de familierelaties zijn.

Tu aimes le foot?

Tu aimes le basket?

Tu as 2 sœurs?

Tu as 11 ans?

Tu aimes le judo?

Tu as 3 frères?

Tu aimes le chocolat?

Tu aimes le cinéma?

Tu as 1 chat?

Tu aimes la course?

Tu as 2 chiens?

Tu as 1 oncle cool?

Tu as 10 ans?

Tu as 10 CD?

Tu aimes la danse?

Tu as 1 vélo?

3a Ecoute le CD. Note un «?» derrière les questions et un «.» derrière les phrases normales. Luister naar de cd. Noteer een vraagteken achter de vragen en een punt achter de mededelende zinnen.

Tu as un chien

Tu aimes le foot

Tu as un chat

Tu es sympa

Tu aimes la course

Tu es triste

3b Ecoute encore le CD et dessine. Beluister de cd opnieuw en teken.

De toon gaat op het einde van de zin naar boven. De toon gaat op het einde van de zin niet naar boven.

4

Ecoute le professeur et lis les phrases de l’exercice 3a. Luister naar je leerkracht en lees de zinnen van oefening 3a hardop.

72

septante-deux

QE 5 LWB boek.indb 72

5/07/12 15:49

Download het lesmateriaal via info.schoolpraat.be/quartieretoile. 32


Quartier étoile

Bijhorende leerplandoelen en eindtermen GO

VVKBaO • TOtg4 • TOtg5 • TOmf1 • TOmf2

5

• TOmf5 • IKid1 • IVzv2

OVSG

• 5.1 • 5.10 • 5.16 • 5.25

• FR-DOD-01.05 • FR-DOD-01.06 • FR-DOD-01.21 •

ET

• FR-MOI-02.01 • FR-MOI-02.03 • FR-MOI-02.04 • FR-LUI-03.02

• 1 • 10 • 16

• 23a • 23b • 25

Lis le cadre. Lees het kader.

Hoe stel je een vraag in het Frans? • Je zet een vraagteken achter de zin. • Je toon stijgt op het einde. Tu es triste?

6

Travaillez à deux. Lisez la conversation. Changez de rôle. Werk per twee. Lees het gesprekje. Wissel van rol.

Malik Manon Malik Manon Malik Manon Malik

Salut! Bonjour! Tu es Julie? Non, je suis Manon. Tu as quel âge? J’ai 9 ans. Moi, j’ai 10 ans. Tu as un chien? Manon Non, j’ai un cheval. Malik Cool!

7

Meester Koen, leerkrach t van het 6de leerjaar in VBS Mere, vertelt: Quartier étoile maakt alle leerlingen, taalsterk of –zwak, enthousiast. De nadruk ligt steeds weer op leren dur ven praten. De sterke structuur biedt veel houvast. Met de extra materialen heb ik hee l wat troeven voor hoekenwerk en slaag ik erin op maat te werke n: differentiatie troef!'

Travaillez à deux. Faites un dialogue. Werk per twee. Maak nu zelf een gesprekje.

– Salut! • Bonjour! – Tu es

?

• Non, je suis

.

1 chien

1 vélo

4 copines

3 copains

– Tu as quel âge? • J’ai

ans.

– Moi, j’ai (aussi) • Tu as – Non, j’ai

ans.

? .

• Cool!

4 euros

10 euros

2 chats

1 cheval

1 CD septante-trois

QE 5 LWB boek.indb 73

73 5/07/12 15:49

Bron: uit Quartier étoile 5

33


Wat met gezag op school? de Leerkrachten en ook ouders zitten soms met nst handen in het haar. Een leerling stelt ongewe mag gedrag: hoe reageer je hierop?, Hoe streng ers en oud n, chte je zijn?, Mag je straffen? Leerkra en soms opvoeders twijfelen, worden onzeker en wet situatie niet meer hoe ze moeten omgaan met de zich al die zich stelt. Experte Hilde Leonard verdiept hantering enkele jaren in thema’s als agressie, conflict Autoriteit. en gezag en sloeg zo de weg in van Nieuwe Hilde Leonard: We lezen het vaker in de actualiteit en horen het ook van leerkrachten. Het is niet makkelijk om les te geven aan grote en diverse groepen leerlingen. Zeker als leerlingen ongepast gedrag vertonen. Leerkrachten verliezen hun geduld, worden moedeloos en halen geen voldoening meer uit hun job. Sommigen ervaren stress, anderen steven af op een burn-out of stappen uit het onderwijs. En dat is natuurlijk niet de bedoeling.

Hoe kom dit? Hilde Leonard: Door de jaren heen is onze maatschappij sterk geëvolueerd en deze veranderingen laten zich ook binnen het onderwijs gelden. Vroeger was gehoorzaamheid op school een van de belangrijkste onderwijsdoelen: de wil van de leerkracht was wet. Nu wordt interactie met de kinderen en jongeren belangrijker en wordt er voornamelijk ingezet op zelfredzaamheid en autonomie van de leerlingen. Andere onderwijsdoelen vragen een andere aanpak en ook een nieuwe manier van omgaan met autoriteit/gezag. Nieuwe Autoriteit brengt hier soelaas. Het woord autoriteit roept bij velen een negatieve connotatie op, terwijl dat nergens voor nodig is.

Nieuwe autoriteit

verwachtingen te stellen en leerlingen goed op te volgen: het gevoel van ‘aanwezigheid, de leerkracht volgt mij op’ is erg belangrijk.

Het gevoel van aanwezig­ heid, de leerkracht volgt mij op is erg belangrijk Hoe werkt Nieuwe Autoriteit? Hilde Leonard: Nieuwe Autoriteit vertrekt vanuit de verantwoordelijkheid van de leerkracht. Als een leerling moeilijk gedrag vertoont, dan is het aan de leerkracht om dit te benoemen en rustig te blijven, ook als de leerling hier respectloos op reageert. Om de aanpak van Nieuwe Autoriteit te hanteren is het belangrijk dat leerkrachten bewust stilstaan bij hun eigen gedrag. Centrale vragen die ze zich kunnen stellen zijn: • Tegen welke situaties loop ik aan? Wat is het probleem? (Eigen valkuilen leren kennen.) • Hoe kan ik als leerkracht (anders) reageren? • Hoe zet ik mijn gezag neer, zodat ik mijn invloed zo groot mogelijk maak? • Hoe laat ik me niet meeslepen in penibele situaties? • Wat is mijn rol als leerkracht?

Wat houdt Nieuwe Autoriteit in?

Daarnaast hecht Nieuwe Autoriteit veel belang aan steunnetwerken: leerkrachten ondersteunen elkaar, ouders worden betrokken bij het schoolgebeuren en ook de directie neemt haar verantwoordelijkheid op. Zo staat niemand er alleen voor en kan iedereen elkaar steunen waar nodig.

Hilde Leonard: Het is een verfrissende manier van omgaan met gezag, want gezag op school (en ook breder) blijft van cruciaal belang. Elke vorm van grensoverschrijdend gedrag die niet aangepakt wordt, is een gemiste kans om een veilig schoolklimaat te creëren. Bij Nieuwe Autoriteit komt het erop neer dat je als leerkracht niet meer ‘boven’ je leerlingen staat (zoals vroeger), maar dat je nabij bent om hen te ondersteunen en te helpen waar nodig. Dat doe je onder andere door

Bijvoorbeeld: Tijdens een klassenraad laat je vallen dat Emma vaak ongewenst gedrag vertoont tijdens je les. Een andere collega reageert verbaasd en meldt dat zij nog nooit problemen gehad heeft met deze leerling. Tip: bundel jullie krachten. Zo kan je collega een gesprek voeren met Emma of je les bijwonen en Emma erop wijzen dat zij/hij verwacht dat Emma zich tijdens jouw les ook goed gedraagt.

34


Bovendien kun je als leerkrachtenteam ook startende leerkrachten ondersteunen. Je kunt ze wegwijs maken op school en voorstellen bij hun klassen. Op deze manier voelt de startende leerkracht zich gesteund en zelfzekerder.

Bron: ©NAGVopschool

Bovenstaande afbeelding geeft weer dat Nieuwe Autoriteit bestaat uit zes pijlers: 1 Aanwezigheid 2 Zelfcontrole 3 Steunnetwerk 4 Transparantie 5. Relatie 6 Verzet Dit zijn zes bronnen van kracht, zes pijlers die je een idee geven van welke acties je kunt ondernemen om je verzet tegen ongewenst gedrag sterker te maken. Wij spreken dan over het 'openzetten van de waaier', naarmate de situatie moeilijker is en de onmacht groter. Deze zes pijlers helpen je volhouden, zelfs daar waar leerlingen zich aan je gezag proberen te onttrekken, daar waar de onmacht het grootst is. In concrete situaties kun je samen stilstaan bij welke pijlers je sterker wil inzetten. Bijvoorbeeld: Een school merkte op dat ze problemen hebben om kinderen rustig te krijgen na de speeltijd. Door te werken aan de pijlers ‘aanwezigheid’ en ‘steunnetwerk’, werd dit probleem opgelost. Leerkrachten gingen namelijk vijf minuten alvorens de speeltijd eindigde allemaal op de speelplaats rondlopen om kinderen aan te sporen om de bal weg te leggen, hun tassen te nemen … Door samen te werken werd dit probleem opgelost!'

Mag je dan niet meer straffen? Hilde Leonard: Het is belangrijk dat je een duidelijk signaal geeft dat ongewenst gedrag niet kan. Je kunt daarbij gaan zoeken naar manieren die je invloed zo groot mogelijk maken. Besef daarbij wel dat je geen controle hebt over wat de leerling daarmee doet! Het is een goed idee om de verantwoordelijkheid bij je leerling neer te leggen door bijvoorbeeld de vraag te stellen: hoe pak je het de volgende keer beter aan, zodat het probleem zich niet meer stelt? Daarnaast kun je ook straffen, maar het is een illusie dat iedere straf je autoriteit vergroot. Bijvoorbeeld: Karel zit midden in zijn pubertijd en loopt er op school de kantjes vanaf. Hierdoor krijgt hij regelmatig strafstudie en na de paasvakantie moet hij nog twaalf strafstudies volgen. Hij beseft dat hij deze niet meer ingepland krijgt tegen het einde van het schooljaar, dus concludeert hij dat hij ook niet meer hoeft te luisteren naar de leerkrachten. Deze straf streeft zijn doel voorbij, althans in deze situatie. Stel dat de school het anders aanpakt: leerkrachten spreken Karel regelmatig aan op zijn gedrag en volgen dat ook op. Als hij ’s morgens toekomt, wordt hij opgevangen door een leerkracht, die met hem de verwachtingen overloopt. Ze betrekken zijn ouders erbij en maken samen een boodschap voor Karel: 'Wij verzetten ons gezamenlijk tegen jouw onacceptabele gedrag. Wij gaan er alles aan doen om dat te stoppen. Dit zijn enkele ideeën die we vanuit Nieuwe Autoriteit zouden inzetten in deze situatie.

Hoe kun je ouders betrekken in het hele schoolgebeuren? Hilde Leonard: Vaak worden ouders pas ingeschakeld als er problemen opduiken. Eigenlijk is dit een gemiste kans, want ouders worden graag betrokken. Het gaat tenslotte om hun zoon of dochter. Ga als leerkracht proactief te werk en bel de ouders bij de start van het schooljaar eens op om kennis te maken. Stel jezelf voor, vertel welke vakken je geeft en vraag of je met bepaalde zaken rekening kan houden. Ouders zijn vaak aangenaam verrast door dit telefoontje en zo verlaag je de drempel. Zijn er ouders die je moeilijk te pakken krijgt of waarbij een andere taal je parten speelt? Geef niet op en schakel desnoods je steunnetwerk in. Voor ieder probleem is er een oplossing! Bovendien kun je ouders ook inzetten als een leerling ongewenst gedrag vertoont. Als een ouder zijn zoon of dochter ophaalt, kun je het probleem vermelden en vragen of ze er thuis al eens willen over spreken. Zeker bij lagereschoolkinderen heeft dit een grote impact.

35


Tips voor leerkrachten

1 Choose your battles wisely Vind je het vervelend dat een leerling constant op haar haar zit te kauwen? Misschien kan je haar hierover eens apart aanspreken: dat het niet gezond is en het er ook niet zo smakelijk uit ziet, maar stel je wel de vraag ‘is dit het belangrijkste tijdens mijn les?’. 2 Je hoeft niet altijd meteen te reageren bij een conflict. Je kan gerust zeggen dat je er op terug komt, omdat je er eens wil over nadenken. Bespreek de situatie desnoods met je collega’s en vraag raad. 3 Heb je problemen met een leerling, stel jezelf dan de vraag: • Hoe kan ik reageren, zodat ik mijn gezag krachtig(er) neerzet? • Welke ondersteuning heb ik nodig, om dit waar te maken?

Tips om te handelen bij ongepast gedrag tijdens je les:

Tips voor directie:

1 Neem het niet over van je team: de leerkrachten, zij moeten zich sterk voelen voor de klas. 2 Stel jezelf de vraag: welke ondersteuning heeft een leerkracht nodig om verder te kunnen met een ver– velende leerling? 3 Geloof in je team: ook als ouders komen klagen over leerkrachten, mag je je leerkrachten niet ondermijnen. Natuurlijk kan een leerkracht eens zijn geduld verliezen en zelfs in de fout gaan (we zijn tenslotte allemaal maar mensen toch?). En dan mag je dit gerust erkennen en je hiervoor verontschuldigen. Maar het belangrijkste is om deze situatie te herstellen met de juiste ondersteuning voor je leerkracht. De uitspraak van CEO Wouter Torfs sluit hier mooi bij aan. Hij geeft schooldirecteurs advies vanuit zijn ervaring als leidinggevende: ‘Mijn medewerkers gaan voor op mijn klanten. Op school moet je leraren dus primeren op leerlingen en ouders. Zij vormen je basis.’

• Stop met lesgeven en zwijg een tijdje. • Maak oogcontact. • Ga dichterbij. • Noem de naam van de leerling. • Zeg duidelijk: ‘Gelieve nu goed op te letten’.

Hoe blijf je rustig in een penibele situatie?

• Let op je ademhaling. • Praat en beweeg heel bewust wat trager of laat even een stilte. • Besef dat je er niet alleen voor staat. • Weet dat je niet meteen hoeft te reageren. • Tot slot: niet elke les kan perfect zijn. Vat vervelend gedrag niet persoonlijk op. Het betekent niet dat je niet goed bezig bent, dus behoudt het vertrouwen in jezelf.

Nieuwe autoriteit | Verbindend gezag voor het onderwijs Haim Omer ca. € 29,50 ca. 180 blz. ISBN 978-94-6337-071-4

Pelckmans Pro denk verder Meer weten? pelckmanspro.be

Wie is Hilde Leonard?

– Experte in thema’s als agressie, pesten, klas- en teamdynamieken, conflicthantering en gezag. – Initiatiefnemer van het Vormingsnetwerk Nieuwe Autoriteit en Geweldloos Verzet op school (NAGVopschool.be). – ·Al meer dan twintig jaar lesgeefster met als belangrijkste doel het versterken van leerkrachten en schoolteams in de omgang met ongewenst gedrag door leerlingen. 36

Vorming: Samen sterker in gezag Leer hoe Nieuwe Autoriteit en Geweldloos Verzet op school antwoorden biedt. Meer weten? tenz.be Studiedag: Nieuwe Autoriteit in het onderwijs Meer weten? eekhoutacademy.be


Puzzelplezier Woordzoeker AANPAK DOCENT LEERPLAN TYPE ADVIES DOEL LERAAR VAKANTIE BEGROTING EFFECT PRAKTIJK VAKKEN BELEID EXAMEN REFTER VOORLEZEN BESTUUR EXPLOITATIE RELATIE VORM CRITERIA INHOUD SCHOOLGIDS CULTUUR KENNIS SCORE DIPLOMA KLASLOKAAL STUDIE

E L G N V R L O N V

X A N E E O E A A B

P A I K I M R K L E

L K T K D T A M P S

O O O A U N A X R T

I L R V T T R L E U

T S G I S C O R E U

A A E F F E C T L R

T L B K IJ T K A R P

I K C R I T E R I A

E V O O R L E Z E N

S D I G L O O H C S

D I P L O M A U I R

S E I V D A L N N E

D O C E N T N T H T

O S A P U E Y R O F

E M A U K P B D U E

L K R B E L E I D R

Sudoku Vul het rooster zo in dat in elke rij, elke kolom en elk vierkant van 3 bij 3 vakjes alle cijfers van 1 tot en met 9 precies één keer voorkomen.

5 6

3

4

9

1 7 5

4 9

2

6

5

2 7

8

7

6

4

8 1

3 5

4 6

3 37


Spinnensoep van paprika en pompoen voor 4 personen Ooit al last gehad van spinnen in de soep? Van nu af aan is dat best mogelijk! Deze zachte soep krijgt een donker kantje door de spinnen die erin rondkruipen. En laat net dat deze soep razend populair maken. Griezelen maar! Voorbereidingstijd: 25 minuten • Kooktijd: 15 minuten INGREDIËNTEN 1 kg pompoen 3 rode paprika’s 1 el olijfolie 1 ui 3 teentjes look 1,5 l water 2 kippenbouillonblokjes peper en zout 250 g gehakt (gemengd rund- en varkensgehakt) 25 g volkorenpasta 125 g zure room

INSTRUCTIES Schil de pompoen en snijd in grote stukken. Snijd ook de paprika in grote stukken. Warm de olijfolie op in een grote kookpot en stoof de gesnipperde ui en look aan. Voeg nu ook de paprika en de pompoen toe en stoof een tweetal minuten mee aan. Doe het water en de bouillonblokjes bij de groenten, kruid met peper en zout, en laat gedurende 15 minuten koken. Rol ondertussen balletjes van het gehakt. Neem enkele spaghettistokjes in je hand. Breek ze in de helft en breek de helften nog eens door. Zo krijg je plots veel spinnenpoten! Steek door elk gehaktballetje vier spaghettistokjes. Pureer de soep glad met een staafmixer. Houd wat zure room apart voor de afwerking. Voeg de rest van de zure room bij de soep en mix alles nog eens. Voeg de spinnen toe aan de soep en laat nog 7 minuten zachtjes koken. Schep de soep in een kom en werk af met wat zure room.

Tip!

zonder pompoen De soep is ook lekker omgekeerd. (enkel paprika), of


Extra tips

# Als je ertegenop ziet om een pompoen te snijden, gebruik dan gesneden diepvriespompoen. Dit bespaart je minstens 10 minuten werk. # Genoeg van al die spinnen? Als afwerking kun je ook fijngesneden en gestoofde paprikablokjes in de soep doen. # De eerste honger is zo gestild met een tasje soep. Snijd je de groenten in grotere stukken, dan zul je eerder 20 minuten moeten laten koken. # Geef een beker soep mee naar school of werk. # Overschot van pompoen kun je heel makkelijk invriezen. Snijd ze alvast in blokjes vooraleer je ze invriest.

en On tdek m eer lek k ere ten . boven a l gezon de recep Wat eten we vanavond?

Gezonde drukte â‚Ź25,00 220 blz. ISBN 978-94-6131-765-0

Bestel via vanhalewyck.be


Onderwijsvernieuwing eerste graad De onderwijsvernieuwing, die in september 2019 van start ging voor het eerste jaar, zal komend schooljaar ook doorgevoerd worden voor het tweede jaar. Pelckmans blijft leerkrachten ten volle ondersteunen bij deze verandering en zet de didactische vernieuwing in haar lesmethodes verder. Ook voor de tweede graad volgen we de ontwikkelingen van de nieuwe eindtermen en leerplannen op de voet.

Infosessies Ook dit jaar willen we je tijdig informeren over wat de onderwijsvernieuwing voor jou betekent. Daarom organiseren we opnieuw infosessies waarop we onze nieuwe en herwerkte lesmethodes voor de eerste graad voorstellen. Schrijf je binnenkort in en kom luisteren naar hoe je in september met een gerust gemoed voor de klas kunt staan.

Volg ons en blijf op de hoogte Ontvang je graag als eerste meer informatie over onze lesmethodes voor het tweede jaar? Schrijf je in op onze nieuwsbrief: pelckmans.be/nieuwsbrief. Ook op onze Facebookpagina lees je meer over tal van leuke acties en wedstrijden, interessante vak­literatuur en vormingen, onderwijstrends, Pelckmans Portaal en onze nieuwste lesmethodes. Pelckmans Secundair

Pelckmans maakt deel uit van Pelckmans uitgevers nv Brasschaatsteenweg 308 – 2920 Kalmthout t 03 660 27 00 – t klantendienst 03 660 27 20 pelckmans.be – uitgeverij@pelckmansuitgevers.be Met voorbehoud van ­tussentijdse prijswijzigingen, inclusief btw, exclusief verzendkosten

I S B N 978-90-289-9925-1

ean-code 9

789028 999251


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.