Lesmap Demonen

Page 1

LESSUGGESTIES BIJ DEMONEN

(M. DE STERCK & J. THYS (ILL.)) Samenstelling lesmap: Silvie Vanoosthuyze

De suggesties in deze map zijn bedoeld als inspiratiebron voor leerkrachten in het Vlaamse en Nederlandse onderwijs, zowel voor leerkrachten Nederlands als andere. Sommige suggesties zijn gebonden aan één vak, andere nodigen uit om over de vakken heen de handen in elkaar te slaan. Afhankelijk van leeftijd en onderwijsniveau kunnen onderstaande suggesties nog verder uitgewerkt worden. Andere suggesties kunnen trouwens uitstekend ingezet worden als thuisopdracht bij afstandsleren. Gebruikte afkortingen N suggestie voor het vak Nederlands A suggestie voor een ander vak dan Nederlands. Vakken die aan

VO

bod komen zijn: artistieke vorming (muziek en beeld), gedrags- of menswetenschappen, geschiedenis, godsdienst/zedenleer, informatica/ICT, natuurwetenschappen, godsdienst, PAV/MAVO vakoverschrijdende suggestie

website, onder andere: onder andere VIAA Archief voor het Onderwijs (enkel voor Vlaamse leerkrachten) http://onderwijs.hetarchief.be

Pelckmans


Algemeen – los van een specifiek verhaal VO

Brainstorm/klasgesprek over ‘angsten’, ‘demonen’ en ‘duivels’ (Nederlands/communicatie, beeldende/muzische opvoeding, informatica, PAV/MAVO)

De leerlingen inventariseren waarvoor zij bang zijn, echt schrik hebben. Hun ‘demonen’ noteren ze op een flap die in de klas omhoog gehangen wordt. Tijdens het gesprek vraagt de leerkracht ook naar demonen die ze in hun lectuur, games, favoriete films tegenkomen… Bij de lectuur van verhalen uit Demonen kan de leerkracht dan steeds terugkeren naar angsten die leerlingen hebben: zijn die vergelijkbaar met de angsten uit de gelezen verhalen? De genoemde games, boeken, films… komen in andere verwerkingsactiviteiten nog meer aan bod. Bij wijze van afsluiting van het gesprek en inleiding op de lectuur van de verhalen kijken de leerlingen naar het interview met Marita de Sterck. Hebben de leerlingen na het bekijken van het interview nog een vraag voor haar? Deze vragen worden geïnventariseerd en naar Marita de Sterck doorgestuurd (via de Facebookpagina van Demonen, zie https://www.facebook.com/DemonenVolksverhalen/). radio-interview door Annemieke Bosman voor Opium radio, 10’50’’, met beelden van vertellers en illustraties (https://www.youtube. com/watch?v=QTG2quryo7M) (27 maart 2020) radio-interview door Chantal Pattyn voor Klara, 10’54’’ (https:// www.langzullenwelezen.be/nieuws/in-demonen-bundelt-antropologe-marita-de-sterck-volksverhalen-uit-verschillende-hoekenvan-de-wereld-over-het-kwade-en-hoe-ons-dat-de-daver-op-het-lijf-jaagt) (31 maart 2020)

In de les Nederlands/communicatie kan er nadrukkelijk ingegaan worden op hoe we vandaag de dag onze angsten, en bij uitbreiding, gevoelens uiten: Hoe communiceer je wel/niet over angsten/gevoelens? Wat wordt sociaal aanvaard en wat niet? Hoe reageer je best wel/niet op iemand die zijn angsten/gevoelens (verbaal en/of non-verbaal) ventileert? In hoeverre kloppen clichés als ‘jongens huilen niet, meisjes wel’?... Zeker wat dit laatste betreft kunnen veel verhalen uit Demonen gebruikt worden om het vooroordeel van de ‘stoere jongens’ en de ‘angstige meisjes’ te weerleggen (zoals bv. Het meisje Dudar en de weerwolf) • Eventueel worden de angsten niet alleen verwoord en benoemd, maar ook verbeeld: hoe zouden de leerlingen hun angst visualiseren? Best wordt hier samengewerkt met de leerkracht beeldende die een collage maakte van demonen, duivels… in boeken, schilderijen, prenten, gebouwen… Startpunt voor de beeldende activiteit vormen de prenten en de gebruikte techniek in Demonen van de hand van Jonas Thys en het interview met de kunstenaar. In het interview geeft Jonas kort uitleg over de gebruikte linoleumtechniek. Vanuit dit filmpje kan de leerkracht beeld kort ingaan op grafiekkunst (hoogdruk, valkdruk, diepdruk…) om de leerlingen daarna zelf aan het werk te zetten met de linoleumtechniek. Interview met Jonas Thys te vinden op https://www.youtube. com/watch?v=ACK8bQfBGqg

2

Lessuggesties bij Demonen (M. de Sterck & J. Thys (ill.))


VO

Filosofisch gesprek over abstracte begrippen als ‘angst’ (godsdienst/zedenleer, gedrags-en menswetenschappen, Nederlands/communicatie, PAV/MAVO)

De leerkracht leest een verhaal naar keuze voor en gaat na het gesprek in op de notie van ‘angst’. Achtergrond bij dit thema vind je als leerkracht onder meer in de brochure Leren en angst. Reflecties vanuit Cultuur in de Spiegel.1 (CANON Cultuurcel, 2019). Eigen aan een filosofisch gesprek is dat de leerlingen de ‘inhoud’ van het gesprek bepalen; de leerkracht stelt enkel vragen, speelt vragen naar leerlingen door: – Kan angst nuttig zijn? Of: is angst goed of slecht voor de mens? – Kan je zonder angst leven? Overleven? – Kunnen bomen, bloemen… bang zijn? Achtergrondinformatie en bruikbaar lesmateriaal vindt de leerkracht op: CANON Cultuurcel, Leren en Angst (https://www.vlaanderen.be/ publicaties/leren-angst-reflecties-vanuit-cultuur-in-de-spiegel) VIAA, ‘Is angst een slechte raadgever? (Johan Braeckman) VIAA ‘Typisch mensen: angst’. Filosoferen met kinderen (www.filozoo.be)

VO

Filmavond of drive-in movie night (Nederlands/informatica/beeldende, muzikale of artistieke vorming, PAV/MAVO)

Wanneer meerdere klassen met het boek kunnen werken, kan er naar aanleiding van de lectuur een filmavond georganiseerd worden. Voor deze avond werken verschillende groepen leerlingen/klassen samen: – 1 klas/groep maakt een wervende affiche en flyer waarop het thema van de avond aangekondigd wordt – indien nodig wordt er een verkiezing voor de beste affiche/flyer gehouden kenmerken van een goede flyer: https://www.mooijer-graphic.nl/5-tips-voor-een-goede-flyer/ – 1 klas/groep zoekt naar een goede film bij het thema. Hiervoor verdeelt de leerkracht de leerlingen in verschillende groepen. Elke groep krijgt één hoofdstuk uit het boek toegewezen en gaat op zoek naar een passende film bij hun thema. Uit die selectie films wordt één film gekozen voor de filmavond. De leerlingen bereiden hiervoor per groep passende argumenten voor: waarom zou hun film een breed publiek kunnen aanspreken?2 – 1 klas/groep zoekt naar passende muziek voor die avond, bij voorkeur instrumentale muziek die een sfeer van angst, horror, griezelen oproept. Deze muziek is voor en na de filmvoorstelling te horen.

1 In de publicatie buigen een aantal experten zich over het thema angst. Ze belichten de emotie van verschillende kanten en zoeken naar de betekenis van angst voor cultuur en onderwijs. Er worden verbanden gezocht en stellingen ingenomen. De stukken zijn gemaakt op basis van keukentafelgesprekken met de experten. 2 Afhankelijk van de leeftijd van het publiek kan er voor meer of minder beklijvende horror gekozen worden. Een succesfilm als bijvoorbeeld Let the right one in (2008) zal voor leerlingen van de eerste graad misschien te bedreigend zijn. Een alternatieve, meer komische vampierenfilm is bijvoorbeeld The lost boys (1987).

© Pelckmans uitgevers nv – Brasschaatsteenweg 308 – 2920 Kalmthout – pelckmansuitgevers.be

3


Onderzoek naar en discussie over kannibalisme in de natuur versus kannibalisme in literatuur (mens- of gedragswetenschappen, natuurwetenschappen, Nederlands, godsdienst/zedenleer, PAV/MAVO) In heel wat verhalen uit Demonen duikt kannibalisme op. In de les Nederlands kan, vanuit een concreet verhaal uit dit hoofdstuk, nagedacht worden over de betekenis van dit kannibalisme-motief. Wanneer mensen opgegeten worden, worden ze – zoals te lezen valt in de inleiding van het boek – tot niets gereduceerd, ont-menselijkt als het ware. In die zin is kannibalisme inacceptabel, immoreel. Wanneer het bovendien mensen zijn die andere mensen opeten – en niet de een of andere geest, demon, ghoul) zoals in Hoe Warapaikë zijn eigen moeder opat (Suriname) (blz. 44-49), dan komt het kwade onnoemelijk dichtbij. In een aantal gevallen breekt nood echter wet, zoals bijvoorbeeld na de legendarische vliegtuigcrash in de Andes (oktober 1972). Eventueel kijken de leerlingen naar de verfilming van deze crash (Alive, 1993) en volgt er een gesprek over de mate waarin ze het kannibalisme hier wel/niet begrijpen, moreel verantwoord was. Ook in de dierenwereld is er soms sprake van kannibalisme, in de zin van het eten van soortgenoten. In de les natuurwetenschappen gaan de leerlingen op zoek naar de functie hiervan in de dierenwereld (vogels, spinnen…) VO

VO

4

Fabel of waarheid? (Nederlands, PAV/MAVO, geschiedenis) – De verhalen in Demonen bevatten naast fantasie-elementen ook veel verwijzingen naar bestaande rituelen, gebruiken, voorwerpen… Afhankelijk van het verhaal kan de leerkracht Nederlands samenwerken met een andere docent. Bij elk van die verhalen kan je de leerlingen laten nagaan (in tijdschriften, documentaires, boeken, websites…) in hoeverre een bepaald ritueel, gebruik… nog steeds actueel is, hoe er nu mee omgegaan wordt, wat het betekent… Volgende verhalen zijn in dit opzicht wellicht interessant: – In De Grote Kannibaal van het Eind van de Wereld (Canada) (blz. 24-27) is er sprake van het Hamatsaritueel; in Als Kuntilanak huilt (Indonesië) (blz. 27-29) wordt uitgelegd waarom veel vrouwen minstens één spijker bij zich hebben; in Koning Dahak en zijn slangen (Koerdistan) (blz. 34-37) wordt het gebruik van de vreugdevuren uitgelegd; in Hoe de duivels een kind wilden roven (Mongolië) (blz. 111-115) lezen we waarom Mongoolse vrouwen een zwarte lijn op het voorhoofd van hun baby’s tekenen; in De respectvolle jonge moeder (Brazilië) (blz. 146-148) wordt verteld over de oorsprong van de maskers van kannibalistische geesten) en in Hoe het bloed van de Wawilakzusters de regenboogslang lokte (Australië) (blz. 286-292) wordt het ontstaan van de dansen en liederen beschreven. – In De paardenbruid en de heks (Turkije) (blz. 204-211) huwelijkt de sultan zijn drie dochters uit: in welke gemeenschappen gebeurt dit vandaag de dag nog? Wat zijn de voor- en nadelen van gearrangeerde huwelijken? – In Lange Wapper en de vier vrijers (België) (blz. 165-169) sterven de vrijers van schrik: kan dit? Idem voor: sterven verdriet: kan dit, zoals Amziw zou doen zou doen wanneer Tamza stierf. Ook in het dagelijks taalgebruik vind je hier sporen van: ‘je dood-

Lessuggesties bij Demonen (M. de Sterck & J. Thys (ill.))


schrikken’, een ‘gebroken hart’… In Wasilissa en Baba Jaga (Rusland) (blz. 219-224) is de hut van de heks gebouwd met botten, schedels en mensenbeenderen (zoals bijvoorbeeld het Ossuarium van Sedlec in Tsjechië of een van de bottenkapellen in Portugal…): waartoe dienden deze kapellen? Vanwaar dit gebruik?

In een tweede beweging wordt gezocht naar (de oorsprong en betekenis van) rituelen in hun eigen cultuur, rituelen waar zij of hun familie nog steeds belang aan hechten. Deze zoektocht kan aanleiding zijn voor een intercultureel gesprek. Op VIAA zijn interessante (korte) reportages te vinden. VIAA: ‘Het salon: grote rituelen in de wereldgodsdiensten’ VIAA: ‘Circle of life: liefde’ of het boek zelf, met foto’s van Lieve Blancquaert (Hannibal, 2019) Tot slot kan er een gesprek zijn over de fantasie-elementen in (één of meerdere van) de verhalen die verwijzen naar een innerlijke realiteit. Zo staat de rollende schedel in het gelijknamige verhaal De rollende schedel (Brazilië) (blz. 270-272) voor de hebzucht en overconsumptie die ook vandaag de dag nog zeer actuele thema’s zijn of het gat in de rug van Kuntinalak (Als Kuntinalak huilt, Indonesië, blz. 27-29), symbool voor een groot geleden verlies, een kind bijvoorbeeld. A Historisch of legendarisch?

(geschiedenis)

In de les geschiedenis wordt vaak ingegaan op de betrouwbaarheid van bronnen. Een aantal verhalen uit Demonen zijn sagen die een (kleine) historische kern bevatten. Samen met de leerlingen kan nagedacht worden over het verschil tussen een historisch betrouwbaar en een legendarisch verhaal? De verhalen uit Demonen zijn heel oude verhalen, die van generatie op generatie zijn doorgegeven. Wat van die volkse sagen is ‘waar’, wat is verzonnen of vervormd? (Vergelijk met een lange zin die mondeling doorgegeven wordt.) Eén of enkele van de verhalen genoemd onder de suggestie ‘Fabel of waarheid’ kunnen hiervoor gebruikt worden. A Soundtrack

(artistieke vorming/muzikale opvoeding, Nederlands, PAV/MAVO)

De leerkracht leest uit elk hoofdstuk één of enkele verhalen voor of een set verhalen wordt verdeeld over verschillende groepen in de klas. Elke groep kiest één verhaal uit het muzikaal te verwerken: welke opeenvolgende gevoelens zitten er in het verhaal? Via welke instrumenten (of geluiden) kunnen ze die gevoelens verbeelden? De leerlingen componeren een soundtrack bij het verhaal: terwijl de leerlingen voorlezen speelt de muziek op de achtergrond.

© Pelckmans uitgevers nv – Brasschaatsteenweg 308 – 2920 Kalmthout – pelckmansuitgevers.be

5


A Griezelen door beelden

(beeldeducatie/artistieke vorming)

Veel van de verzamelde volksverhalen in Demonen zijn griezelverhalen, soms regelrechte horror: de beelden en situaties die opgeroepen worden prikkelen onze oerangsten; de illustraties verwijzen op een subtiele manier naar de grotesken in de beeldende kunst. – Nadat de leerlingen enkele verhalen lazen (of voorgelezen werden) kan de leerkracht hen intensief naar een schilderij van bijvoorbeeld Hiëronymus Bosch laten kijken, bijvoorbeeld ‘Verzoeking van de heilige Antonius’: welke monsters, demonen… vinden ze op het schilderij terug? Ook ‘Dulle Griet’ van Brueghel is interessant in dit opzicht: zien ze gelijkenissen met de illustraties in het boek? Vinden ze op het doek bijvoorbeeld ook monsters, kannibalen, demonen? Vinden ze die grotesken ook in het straatbeeld? Denk aan vuurspuwers e.d. te zien aan (oude) kerken. Vinden ze behalve die historische monsters ook nog andere duivels, demonen… in het straatbeeld? Denk aan filmaffiches, sensibiliseringscampagnes… Leerlingen maken van deze stadsverkenning een fotoreportage van hun ‘favoriete’ duivels en reflecteren samen op de functie en betekenis van monsters, vroeger en nu. VIAA, ‘Culture club: analyse van Dulle Griet’ VIAA, ‘Hiëronymus Bosch en Tom van Dyck’ – De monsters van Brueghel zijn vaak samengesteld uit verschillende delen van dieren, mensen, wapens, harnassen, … De leerlingen stellen bij een zelfgekozen verhaal uit Demonen hun eigen Bruegelmonster samen.

6

De leerlingen gebruiken selfies van zichzelf of anderen en maken hier monsterlijke versies van. Inspiratie vinden ze in de illustraties van Demonen, maar ook in populaire tv-series met en over zombies, vampieren, weerwolven…, in mangastrips en animereeksen met allerhande ghouls of in dodenrituelen als de Dia de los Muertos in weerwolven… De leerkracht maakt – mét medewerking van de leerlingen – een collectie voorbeelden. VIAA: ‘Weg van de wereld: Dia de los Muertos’ en ‘Journaal: Dia de los Muertos in Gent’ populaire tv-reeksen als Game of thrones (met zombies in overvloed), of The vampire diaries, The living dead… graphic novels en manga’s als bijvoorbeeld Zwart gat (Charles Burns, 2009, De Bezige Bij), Tokyo Ghoul (Sui Ishida, 2015- )

Lessuggesties bij Demonen (M. de Sterck & J. Thys (ill.))


A Griezelen met en door muziek

(muzikale opvoeding/artistieke vorming)

Nadat de leerkracht een griezelig verhaal uit Demonen voorlas wordt in de les muziek/artistieke vorming gezocht naar hoe je behalve met woorden iemand kan doen griezelen. Uiteraard kan dit met beelden (zie de lessuggesties bij griezelen met beelden), maar evengoed met muziek, geluiden… De leerlingen gaan op zoek naar muziek die een goede weerspiegeling zijn van de sfeer in de verhalen uit Demonen. – Onder begeleiding van de leerkracht zoeken de leerlingen naar instrumentale (klassieke) muziek die ‘griezelig’ klinkt of die een muzikaal sprookje van angst zijn. Afhankelijk van de beschikbare tijd gaat de leerkracht in op hoe componisten angst oproepen via muziek of bespreekt ze één klassiek ‘griezelig’ muziekstuk. Een andere mogelijkheid is om met de leerlingen een stukje griezel- of horrorfilm te bekijken met de vraag wat de ‘angstgevoelens’ bij hen zoal oproept. een selectie instrumentale klassieke muziek: https://www. classicstogo.nl/features/top-10-griezelmuziek/ – (en/of) De leerlingen gaan op zoek naar muzieknummers waarin duivels, demonen, geesten… bezongen worden en stellen hun top 3-playlist samen Samen denken ze na wat de bedoeling van deze muziek is: angst bezweren? Het duivelse romantiseren? Verheerlijken? …. de selectie van Marita de Sterck, samengesteld op vraag van Zaanradio, radio Woordkunst (30 april 2020) en te vinden op de Facebookpagina van Demonen: 1 Tony Joe White: They caught the devil and put him in jail in Eudora Arkansas 2 The Doors: People Are Strange 3 Charlie Daniels Band: The devil went down to Georgia 4 Robert Johnson: Me and the devil blues 5 Rolling Stones: Sympathy for the devil 6 David Bowie: Cat People 7 Goran Bregović: In the deathcar 8 Nina Simone: I put a spell on you 9 Chavela Vargas: La Llorona de playlist rond ‘de duivel’ zoals samengesteld in het Radio 1-programma De zomer van 2018, aflevering van 23 augustus, in gesprek met Bert Ostyn, gitarist bij Absynthe Minded: https://radio1.be/bert-ostyn-zoekt-liedjes-over-deduivel

© Pelckmans uitgevers nv – Brasschaatsteenweg 308 – 2920 Kalmthout – pelckmansuitgevers.be

7


Creatief schrijven (Nederlands, artistieke vorming, beeldende opvoeding, ict, PAV/ MAVO) Vervolg op de suggesties bij ‘Beeldeducatie’. De leerlingen schrijven een eigen griezelverhaal bij een door hen persoonlijk geselecteerd tafereel uit een schilderij van bijvoorbeeld Hiëronymus Bosch (Vlaamse Primitieven, 16de eeuw) of van bijvoorbeeld Dali (surrealisme, 20ste eeuw). N

VO

Indien er samengewerkt kan worden met de leerkracht beeld dan kunnen leerlingen eventueel ook nog (hun eigen/andermans) verhaal illustreren. Dit kan in de stijl van de illustraties van Demonen (zie suggestie bij ‘Brainstorm’) maar uiteraard ook geheel naar eigen keuze (bijvoorbeeld in de manga-stijl, een geliefd genre bij veel jongeren). Interview met Jonas Thys te vinden op https://www.youtube.com/ watch?v=ACK8bQfBGqg N Link met wereldliteratuur

In heel wat verhalen in Demonen wordt een pact met de duivel gesloten. Een pact met de duivel is een geliefd literair-historisch motief, niet in het minst in de westers-christelijke literatuur. Een van de bekendste werken uit de Nederlandstalige laatmiddeleeuwse literatuur is Mariken van Nieumeghen (1515). In de wereldliteratuur is er uiteraard Faust van Goethe. Daarnaast dook het pactmotief veelvuldig op in allerlei volkssagen en andere volksverhalen waarin het personage zijn ziel verkoopt aan de duivel in ruil voor macht, jeugd, kennis, rijkdom…. VIAA, ‘Mariken van Nieumeghen’ DBNL: pdf-versie van Mariken: https://www.dbnl.org/arch/ pop_001comm01_01/pag/pop_001comm01_01.pdf

8

Lessuggesties bij Demonen (M. de Sterck & J. Thys (ill.))


Specifiek – bij een selectie van verhalen N A

Sagen en sprookjes onder de loep (Nederlands, artistieke vorming/beeldende opvoeding)

In de les Nederlands wordt vanuit een selectie van verhalen uit Demonen ingezoomd op de kenmerken van volkssprookjes en sagen. Naast de theorie die in handboeken aangereikt wordt, loont het de moeite om in te zoomen op: – de stereotiepe karakterisering in volksverhalen: jong = mooi = slim = moedig = sterk = … versus oud(er) = lelijk = slecht = dom = ... In hoeverre zijn de leerlingen zich hiervan bewust? Wat betekent die tegenstelling in de context van het volksverhaal? Staan die uiterlijke kenmerken uitsluitend voor fysieke eigenschappen of moet je ze eerder symbolisch lezen? Leerlingen gaan vervolgens op zoek naar gelijkaardige tegenstellingen in populaire strips, films… Wordt de stereotypering voortgezet of doorbroken? In hoeverre bepalen deze populaire verhalen hun beeld en eigen invulling over ‘schoonheid’? Eventueel is dit een filosofisch gesprek vanuit vragen als: kan een boom (appel, peer, prei…of sleutel…) ‘mooi’ zijn; kan schoonheid eeuwig zijn? In heel wat van de verhalen uit Demonen wordt de schoonheid van het jonge meisje of de jonge man geëxpliciteerd en beschreven, zoals bijvoorbeeld in De dochter van de weerwolf (Slowakije), blz. 188-193) of in Moraa en haar gruwelijk perfecte bruidegom (Kenia), blz. 247-254). – gelijkaardige figuren, motieven… • over landsgrenzen heen: in heel wat van de sprookjes uit Demonen vind je gelijkenissen met klassieke, meer gekende sprookjes zoals bijvoorbeeld naar Hans en Grietje in De wilde vrouw van het woud (Canada) (blz. 50-54), of naar Blauwbaard in Zilverneus (Italië) (blz. 106-111) en naar Repelsteeltje in De boze geest in de rivier (Congo) (blz. 14-152)…. Leerlingen inventariseren de overeenkomsten en gaan op zoek naar een verklaring hiervan (mensen overal ter wereld worstelen met dezelfde vragen, angsten, wensen en verlangens). • over genres heen: Een veel voorkomend motief in deze en andere volkssprookjes is de metamorfose, bijvoorbeeld in Marusia en haar vampier (Rusland) (blz. 234-241) Eventueel leest de leerkracht een van de metamorfosen van Ovidius voor en wordt er samen gezocht naar de betekenis van dit literair motief. Een interessante vraag bij het verhaal van Marusia is bovendien wat er gebeurd zou zijn indien Marusia onmiddellijk eerlijk had geantwoord. • Eventueel: de leerlingen illustreren door middel van een flipboekje een van de metamorfoses in Demonen. Op de smartphone, tablet… zijn er ook verschillende apps om stopmotion filmpjes te maken. Ook die kunnen gebruikt worden voor de ‘metamorfose-in-slow/fast motion’) • Of de leerlingen gaan naar aanleiding van de sagen in

© Pelckmans uitgevers nv – Brasschaatsteenweg 308 – 2920 Kalmthout – pelckmansuitgevers.be

9


Demonen - bijvoorbeeld Hoe de duivel een meisje wurgde (België) (blz. 95-97) of Lange Wapper en de vier vrijers (België) (blz. 165-169) - op zoek naar een volkssage uit de eigen streek die ze dan op een spannende manier vertellen aan hun medeleerlingen. Indien mogelijk wordt deze vertelactiviteit gecombineerd met een soundtrack bij het verhaal. (zie elders) • Of de leerlingen gaan vanuit de verhalen in hoofdstuk 4 op zoek naar populaire reeksen rond ‘living dead’, zoals bijvoorbeeld in Hoe de vreselijke Baati verslagen werden (Soedan) (blz. 125-128) of Hoe tante na haar dood terugkeerde (Soedan) (blz. 153-156). Welke gelijkenissen zien ze tussen de personages in de verhalen in de tv-of filmreeksen zoals The walking dead, Game of thrones…? Kunnen ze achterhalen waar de levende doden voor staan? Wat symboliseren ze? Waarom zijn dergelijke reeksen zo populair? Over de immense populariteit van dit subgenre binnen het horror- of griezelverhaal verschenen veel artikels zodat het voor leerlingen gemakkelijk is om er een minionderzoek naar te voeren. Ook op VIAA is er informatie te vinden. VIAA, ‘De wereld van Sofie: griezelen’ (audiofragment) VIAA, ‘Journaal: horrorregisseur George Romero overleden’ Betekenis van oude volksverhalen voor jongeren nu: in de verhalen in Demonen wordt vaak symbolisch verteld over (seksueel) volwassen worden. Naast een meer structurele benadering van het sprookje (kenmerken, opbouw) kan een verhaal als bijvoorbeeld Aischa en de Ghoul (Marokko) (blz. 63-67), De bruid die op haar huwelijksnacht werd verzwolgen (Japan) (blz. 75-78), Over de boerendochter die zo graag danste (België) (blz. 116-118) of Kerubo ontmoet het gevaarlijkste monster (Kenia) (blz. 278-281) aanleiding zijn voor een klassengesprek rond opgroeien, volwassen worden, grenzen stellen én aanvaarden, waarden en normen…

Zeker in het verhaal van Kerubo zijn passages te vinden die voor adolescenten zeer herkenbaar en sprekend zijn: “Maar eerst moest ze de nacht doorstaan waarop de Enyabububu op bezoek zou komen. Dat stond elk meisje te wachten: haar eigen gevecht met het vreselijkste monster.” (blz. 279): wie of wat is dat monster voor jong-volwassen meisjes (en bij uitbreiding jongens) vandaag de dag? Kunnen ze dat onder woorden brengen? Benoemen? Hoe stellen ze zich dat monster voor? “Op trillende benen liep Kerubo de meisjeshut uit, diep onder de indruk van wat ze had meegemaakt, maar ook trots op zichzelf. En dankbaar omdat ze zoveel wijze raad en hulp had gekregen.” (blz. 281): geldt dit ook voor jong-volwassenen vandaag de dag? Van wie komt die hulp en wijze raad (vooral)? In hoeverre zijn er vandaag de dag nog overgangsrituelen? Welke rol spelen verhalen daarin? Indien ze geen rituelen meer kennen, kunnen ze zich dan een voorstelling maken van een ‘geslaagd overgangsritueel’? VIAA: ‘De wereld van Sofie: overgangsrituelen VIAA: ‘Ter zake: overgangsrituelen in India’

In het verhaal Tamza en Amziw (Marokko) (blz. 89-94) vind je dan weer veel aanknopingspunten om het over ‘verleiden’ te hebben.

10

Lessuggesties bij Demonen (M. de Sterck & J. Thys (ill.))


N Wat als-gesprek In De oude menseneetster (Marokko) (blz. 38-43) zit een duidelijke verwijzing naar Hans en Grietje. Herkennen de leerlingen deze verwijzing? Net als in Hans en Grietje is het ene kind vindingrijk (Ammar de slimme, Grietje) en het andere volgzamer (Ammar de domme, Hansje). Mooi aan dit verhaal echter is het geduld dat Ammar de slimme opbrengt voor zijn dommere broertje. Dit kan aanleiding zijn voor een wat als-gesprek. De vragen worden over drie groepjes verspreid of klassikaal beantwoord. – Wat als jij de slimme moeder was? Wat zou jij doen? Je kinderen wel/niet achterlaten? – Wat als jij de domme moeder? Wat zou jij doen? Blijven of meegaan met de slimme moeder? – Wat als jij Ammar de slimme was? Zou je even lief zijn/blijven voor je broer?

Het gesprek wordt afgerond door samen naar het einde te kijken: op welke manier wijkt dit sprookje af van vele andere volksverhalen met een ‘dommerik’ en een ‘slimmerd’? Om deze vraag te beantwoorden kan je de leerlingen andere volkssprookjes laten lezen. Vaak wordt wie ‘dom’ is immers gestraft. Wat vinden de leerlingen hiervan? N Graphic novels en andere beeldverhalen De verhalen in Demonen zijn heel beeldend. Vanuit dit beeldend aspect alsook vanuit de thematiek van heel wat verhalen is de stap naar het beeldverhaal gauw gezet. In Over de boerendochter die zo graag danste (België) (blz. 116-118) & De jongeman die met de duivel kaartte (België) (blz. 118-124) gaan de hoofdpersonages (adolescenten) wel erg ver om hun passie te beleven: de boerendochter denkt enkel maar aan dansen en de jongeman sluit – omwille van zijn verslaving aan kaarten – een pact met de Duivel. Voor een jaar en zes weken ongebreideld speelgenot gaat de man akkoord met de voorwaarden van de Duivel. Samen met dit verhaal kan de leerkracht enkele fragmenten selecteren uit De beeldhouwer (McCloud). In deze graphic novel sluit het hoofdpersonage een deal met de Dood: in ruil voor instant succes in zijn beeldhouwwerk gaat een man ermee akkoord nog maar 200 dagen te leven. Net voor het einde van de termijn wordt de man echter verliefd. – Beide verhalen kunnen de insteek vormen voor een gesprek over wat de leerlingen willen opofferen voor hun passie, hobby… Hoe zouden zij op de voorstellen gereageerd hebben? – Daarnaast of van daaruit kunnen ze parallelle verhalen verzinnen: wat als ze de deal met de Duivel, met de Dood niet waren aangegaan, hoe zou het leven van de hoofdpersonages er dan uitgezien hebben? Waar zou met andere woorden de eigen kracht de personages geleid hebben? Het alternatieve verhaal voor De jongeman die met de duivel kaartte gieten ze in een beeldverhaal; de ideeën voor het parallelle verhaal van De beeldhouwer verwerken ze in de vorm van een sprookjestekst.

© Pelckmans uitgevers nv – Brasschaatsteenweg 308 – 2920 Kalmthout – pelckmansuitgevers.be

11


(Mijn eigen) manga/anime (Nederlands, ict, beeldende of artistieke vorming) Ghouls zijn, zoals Marita de Sterck zegt, ‘monsterlijke demonen, reusachtig groot, afzichtelijk, vraatzuchtig die vaak voorkomen in de Arabisch volkscultuur, maar intussen de hele wereld veroverden en met name in Japanse animatieseries populair werd.’ In Demonen vind je het verhaal over Aisha en de ghoul (Marokko) (blz. 63-67) Ook in de bij jongeren populaire manga’s komen ghouls vaak voor, zoals in de populaire reeks Tokyo Ghoul (Sui Ishida). In het kader van leespromotie kan je de leerlingen over hun favoriete manga laten vertellen om nadien het verhaal uit Demonen voor te lezen. Welke verhalen spreken meest tot de verbeelding: verhalen met een enkele illustratie zoals in Demonen of manga’s? Indien samengewerkt kan worden met een ict- en/of beeldleerkracht kunnen de leerlingen een manga en/of anime maken van een verhaal uit hoofdstuk 2 van Demonen. N

VO

Jonas Thys bij Aisha en de ghoul

12

Lessuggesties bij Demonen (M. de Sterck & J. Thys (ill.))


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.