Kleurrijk! - Juni 2021 - Limburg

Page 1

Kleurrijk!

Jaargang 2 – nr. 2 – driemaandelijks, juni, juli, augustus 2021 – Afgiftekantoor: 9000 Gent X – P 918599 Pleegzorg Limburg, Welzijnscampus 19 bus 1, 3600 Genk

Pleegzorg Limburg

PB- PP  BELGIE(N) - BELGIQUE


Kleurrijk Juni 2021 > Welkom <

Welkom Ontsnappen aan de ratrace Beste pleegzorger De zomer staat voor de deur! Het is een periode waarin de meesten onder ons even ontsnappen aan de ratrace en bewust genieten van het moois dat het leven te bieden heeft. Toch is zelfzorg niet iets dat we één keer per jaar moeten doen. We moeten elke dag aandacht hebben voor onszelf. Kleurrijk sprak met kinder- en jeugdpsychiater Binu Singh over dit onderwerp. Ook binnen onze organisatie is zelfzorg een belangrijk thema. Eerst je eigen zuurstofmasker opzetten, voor je een ander helpt. Dat geldt voor pleegouders én pleegzorgwerkers. Daarom blijven wij ons inzetten voor het welzijn van onze medewerkers en pleegzorgers. Centraal in dit magazine staan daarnaast de ‘KOPP-kinderen’. Dat zijn kinderen die opgroeien met een ouder met een psychische problematiek of afhankelijkheidsproblematiek. Kleurrijk sprak met Kris Holemans van Familieplatform GG vzw, die vanuit haar jarenlange ervaring in het werken met die kinderen ook pleegouders nuttige inzichten kan geven. In Limburg zijn ongeveer één tiende van alle plaatsingen ondersteunende pleegzorgplaatsingen. Op pagina 16 en 17 lees je de getuigenissen van een ouder, pleegouder en pleeggast. Zowel ondersteunende pleegzorg vanuit de thuissituatie als vanuit de leefgroep wordt belicht. Helemaal achteraan dit magazine vind je een zomerse woordzoeker. Ideaal om tijdens de komende periode even te onthaasten. Beentjes omhoog, lekker drankje in de hand, zonnestralen op je snoet en genieten maar! Ik wens jullie een deugddoende zomer toe. Veel leesplezier! Ann Vandersanden Algemeen Directeur Pleegzorg Limburg vzw

2


Kleurrijk Juni 2021 > Inhoud <

Welkom

2

Nieuwtjes uit de regio’s

4

Interview: kinder- en jeugdpsychiater Binu Singh

6

Zelfzorg

10

Evaluatie Kleurrijk Achtergrondartikel: KOPP

“Een KOPP-kind is een gewoon kind in bijzondere omstandigheden”

11

Na pleegzorg

14

Column

15

Lies Helpende handen

Een blik op ondersteunende pleegzorg Juridisch advies

Vraag het aan Jeugdrecht.be

16 18

COLOFON Kleurrijk! verschijnt vier maal per jaar en is een uitgave van Pleegzorg Vlaanderen vzw en de vijf provinciale diensten voor pleegzorg. Redactie: Anne Baert, Hilde Cloet, Mishi Jooken, Ann Macharis, Charlotte Max, Karina Van Belle, Bernadette Verdonck

Verantwoordelijke uitgever: Pleegzorg Vlaanderen vzw Ravenstraat 98, 3000 Leuven BE 0537.432.161 / RPR Leuven 016/23 97 75 www.pleegzorgvlaanderen.be info@pleegzorgvlaanderen.be

Vormgeving: www.dsigngraphics.be

Kleurrijk wordt gedrukt op X-per papier, gemaakt met FSC®-gecertificeerde ECF-pulp

3


UIT DE REGIO’S Vaccins en pleegzorg

Hey, wij zitten op Trooper

We horen het bijna dagelijks in het nieuws: meer en meer mensen krijgen het vaccin tegen het coronavirus. Dat roept de vraag op: “Hoe zit het nu weer met het vaccineren van pleegkinderen en pleegjongeren?”

Wist je dat je Pleegzorg WestVlaanderen een financieel duwtje in de rug kan geven, zonder dat het je ook maar één eurocent kost? Wij zijn namelijk een geregistreerde vereniging bij trooper.be!

WEST-VLAANDEREN

Op onze website hebben we de algemene regels voor vrijwillige vaccinaties nog eens op een rijtje gezet. Dat overzicht kan je nalezen op www.pleegzorgvlaanderen. be/nieuws/vaccins. Het is altijd belangrijk dat je de keuze om jezelf of een kind te laten vaccineren heel bewust maakt. Zorg dus dat je genoeg goede informatie hebt, zodat je weet waarvoor je kiest.

Doe vanaf nu je online shopping via trooper.be. Selecteer je favoriete vereniging (Pleegzorg WestVlaanderen, dus) en doe daarna je aankopen in de webshop van jouw keuze. Op die manier schenkt jouw webshop enkele percentjes van je online aankoopbedrag aan ons, zonder dat het jou iets extra kost! Dankzij die ene extra klik naar trooper.be, die heel wat van onze fans het afgelopen jaar al maakten, ontvingen we een aardig extra bedrag! Extra, dat betekent voor noodzakelijke uitgaven, die niet via onze subsidies bekostigd kunnen worden. Dat gaat van de organisatie

van bepaalde activiteiten tot het ondersteunen van gezinnen, jongeren, kinderen of gasten die extra noden hebben. Zeker in deze moeilijke coronatijden kan één klik extra dus een groot verschil maken! TROOPER jij voortaan ook mee?

Ondersteunende pleegzorg in de kijker “Zussen, buurmeisjes, schoolvriendjes, maar ook weekendkindjes, vakantiekindjes of zelfs tijdelijke broertjes. Bij ons thuis waren er altijd kinderen. Soms was dat moeilijk. Te druk, te luid, te veel. Maar het was vooral ook warm. Het heeft mij vanaf heel jonge leeftijd geleerd dat niet elk kind het even goed heeft. Dat mama’s en papa’s er soms niet onvoorwaardelijk voor hun kinderen kunnen zijn. Een inzicht dat ik altijd met me zal meedragen. Ik ben mijn ouders erg dankbaar voor deze ervaring. En ik hoop later hetzelfde te kunnen meegeven aan mijn eigen kinderen.” — (Linde, pleegzus, 26 jaar) Benieuwd naar meer verhalen over ondersteunende pleegzorg? Kijk dan op pagina 16!

4

OOST-VLAANDEREN

VLAANDEREN

NIEUWTJES

Kleurrijk Juni 2021 > Nieuwtjes uit de regio’s <


Kleurrijk Juni 2021 > Nieuwtjes uit de regio’s <

Boek je een sportkamp voor je pleegkind bij de Antwerpse Sportweken en Speelprikkels, dan geniet je van een korting van maar liefst 80% op de kampprijs. Antwerpse Sportweken organiseert sportactiviteiten voor kinderen van 3 t/m 16 jaar tijdens de schoolvakanties. In hun aanbod zit ook een aantal inclusieweken. Dat zijn sportweken waar ook kinderen met een lichte, matige of ernstige mentale handicap en kinderen met leerstoornissen welkom zijn. Speelprikkels organiseert bewegingskampen voor kinderen van 3 t/m 7 jaar die de

motorische ontwikkeling van je kind spelenderwijs versterken. Ook kinderen met leermoeilijkheden, gedragsmoeilijkheden, NLD, ADHD, ASS of kinderen die nog niet schoolrijp zijn, leren heel wat bij dankzij de kampen van Speelprikkels. Inschrijven doe je via www.antwerpen.be/sportweken en www.antwerpen.be/speelprikkels. Geef bij ‘Opmerkingen’ op het inschrijvingsformulier de code “ASWPleegzorg” in. Je kan deze speciale korting niet samen gebruiken met andere kortingen (bijv. de gezinskorting vanaf 3 kinderen).

Reorganisatie in de startblokken Eind 2019 startten we met de evaluatie van ons begeleidingsaanbod. Toen stipten we volgende doelstellingen met verve aan: versterking van de draagkracht van pleegouders én een verhoogde professionele ondersteuning van onze pleegzorgbegeleiders. We lieten ons niet tegenhouden door het noodgedwongen digitaal overleggen. Het concrete plan ligt nu klaar voor verdere uitwerking in de komende maanden. We zullen de ondersteuning van pleegouders bij opstartende pleegzorgsituaties versterken. Dat doen

we met een verbeterde observatie en indicatiestelling, aangevuld met een gerichte inzet van de behandelingspleegzorg. Zo geven we steun aan pleegouders, pleegkinderen en ouders, telkens op maat van hun noden of vraag. Onze begeleiders hebben een drukke caseload. Zij volgen, binnen hun 38 uuur per week, meer dan 20 pleegzorgsituaties op. Geen gemakkelijke klus. Hoewel we van onze pleegouders horen dat ze begrip opbrengen voor die drukke agenda, werkten we alternatieven uit, zodat teamverantwoordelijken

meer ruimte hebben om samen met hun begeleiders de draagkracht te verhogen. We zijn jullie, pleegouders heel dankbaar voor het begrip van onze begrensde mogelijkheden en we appreciëren al onze medewerkers voor hun continue inzet om in soms moeilijke omstandigheden de kwaliteit niet los te laten!

LIMBURG

Facebookgroep voor pleegzorgers Wist je dat je als Limburgse pleegzorger terecht kan in een besloten groep op Facebook? Je kan er vragen stellen, je zorgen delen en grote of kleine successen vieren met andere pleegzorgers. Inmiddels vonden al 248 mensen de weg naar die pagina.

Wil jij ook graag deel uitmaken van die warme digitale groep? Zoek dan op Facebook naar ‘Pleegzorgers Limburg (België)’ en stuur een lidmaatschapsverzoek. Vul daarbij zeker even de vragen in. We controleren of jij ook echt pleegouder bent en laten je dan met véél plezier binnen!

5

VLAAMS-BRABANT & BRUSSEL

ANTWERPEN

Antwerpse sportweken: 80% korting voor pleegkinderen


Kleurrijk Juni 2021 > Interview <

“Neem een ontspannend bad” , “ga wandelen in de natuur” of “lees een goed boek”. Op het internet vind je enorm veel tips over hoe je voor jezelf kan zorgen. Maar hoe werkt zelfzorg écht? En waarom is het nodig om voor jezelf te zorgen? Wij vroegen het aan experte Binu Singh, die als kinder- en jeugdpsychiater en psychotherapeut dagelijks samenwerkt met kinderen en hun (pleeg)ouders. — Tekst: Charlotte Max – Foto: Kristof Vadino —

“Je kan alleen voor jezelf zorgen als je genoeg zorg krijgt” “Om ons goed te voelen is het belangrijk dat we in ons ‘raampje’ blijven”, zo start Binu Singh ons gesprek. Met dat ‘raampje’ bedoelt ze het ‘Window of Tolerance’. Binu legt het verder uit: “We hebben allemaal een soort bandbreedte waarbinnen we goed kunnen omgaan met stress, dat is ons raampje. Als je binnen dat raampje blijft, werken je

6

hersenen en zenuwstelstel op een goede manier: je voelt dan je spanningsopbouw aan en je weet wat je kunt doen om een spanningsafbouw te bereiken, waardoor je de stress voor jezelf binnen de perken houdt en dus welzijn ervaart. Maar als je uit je raampje gaat, is de spanning in je lichaam te hoog en ga je over op een stressreactie om aan

die spanning te ontsnappen: vechten, vluchten of bevriezen. Als dat werkt, dan zit je weer in je raampje. Maar als het niet werkt, dan blijf je in die hoge spanning zitten en ga je van ‘leven’ naar ‘overleven’. En dat is niet gezond.” “Als ouder is het belangrijk dat je in je window zit. Alleen dan kan je


Kleurrijk Juni 2021 > Interview <

je vergeet om te drinken of dat je niet voelt hoe moe je eigenlijk bent. Als je die signalen niet voelt, is het moeilijk om te beseffen dat je uit je raampje zit. Waar je al eens mee kan beginnen is je de vragen stellen: “Hoe functioneer ik als ik op vakantie ben? En is er een groot verschil met hoe ik dagdagelijks leef?”. Natuurlijk voel je je een beetje anders als je verlof hebt, maar als er een te groot verschil is, klopt er iets niet. Dan kan je je dagelijks leven eens onder de loep nemen: waar gaat jouw tijd naartoe en is er genoeg tijd voor ontspanning? Als uit die oefening blijkt dat je eigenlijk te weinig uren in een dag hebt voor alles wat je wilt of moet doen, raad ik aan om een andere balans te zoeken. Probeer momenten te zoeken waarop je even op adem kan komen. Misschien is het niet nodig dat je kind vijf verschillende hobby’s doet en dat je elk weekend sociale contacten plant. Kortom: brengen de dingen die je doet jou ook écht welzijn?”

kinderen helpen om ook in hun raampje te blijven, wat nodig is voor hun welzijn en ontwikkeling. Daarbij, als je zelf uit je raampje hangt, gaan kinderen - zeker jonge kinderen - mee uit hun raampje. Kinderen zijn afhankelijk van ons. Als het niet goed gaat met ons, dan worden ze bang dat we niet meer voor hen zullen kunnen zorgen en dat geeft spanning. Veel pleegkinderen gaan sowieso al gemakkelijk uit hun raampje hangen omwille van alle stress die ze al meemaakten. Dus voor pleegouders is het extra belangrijk dat ze zich zelf goed voelen en goed voor zichzelf zorgen. Maar dat is gemakkelijker gezegd dan gedaan.” Is het altijd gemakkelijk om aan te voelen of je nog in je window zit? Binu Singh: “Ja en nee. Je lichaam is een goed kompas daarin. Maar voor veel mensen die aan een te hoog tempo (moeten) leven en zichzelf

voorbij (moeten) lopen om alles rond te krijgen, is het moeilijk om in te schatten of ze uit hun window zijn en wat helpt om zich terug goed te voelen. Dat komt omdat je de signalen van je lichaam veel minder voelt als je gestresseerd bent. Je kan het vergelijken met een soldaat die in zijn been geschoten is in oorlogsgebied en toch blijft lopen tot hij veilig is. Pas op dat moment zakt hij in elkaar en kan hij helemaal niet meer op zijn been staan. Dat komt omdat overleven belangrijker is dan de pijn van je lichaam voelen. Tegenwoordig moet alles zo snel gaan en moeten we veel ballen tegelijk in de lucht houden, waardoor veel mensen bijna chronisch gestresseerd zijn en op de rand van hun raampje zitten. Net zoals de soldaat in het voorbeeld voelen zij ook hun lichaamssignalen niet meer. Typische voorbeelden zijn dat

Als je merkt dat je uit je raampje hangt, wat kan je dan doen om je terug goed te voelen? “Die vraag brengt ons bij zelfzorg. Goede zelfzorg is eigenlijk alles wat ervoor zorgt dat je in je window kan blijven. Ik ben geen fan van een ‘one size fits all’ benadering. Alles wat jou als individu helpt om te ontspannen is goed. Voor sommigen is dat een koude douche, voor anderen een lekker warm bad. Sommige mensen hebben deugd van een intensieve fietstocht, anderen doen liever yoga of meditatie. Die spanningsafbouw bekijk je dus best individueel. Als je zelf niet goed weet wat voor jou ontspannend is, kan je één of twee keer naar een life coach gaan. Die zoekt samen met jou wat voor jou het best werkt. De ziekenfondsen betalen zo’n sessie vaak terug.”

Ik ben geen fan van een ‘one size fits all’ benadering als het om zelfzorg gaat.

7


Kleurrijk Juni 2021 > Interview <

“Wat wel universeel werkt, zijn ademhalingsoefeningen, zoals een paar keer zuchten. Die werken altijd omdat het neurobiologisch gezien iets doet met je lijf. En ook goed sociaal contact kan heel ontspannend zijn. Een fijn gesprek waarin je het gevoel hebt dat je gehoord en erkend wordt, kan wonderen doen. Of een goede knuffel, dat helpt ook. Maar dat is in coronatijden helaas wat moeilijker geworden. Ontspannen doe je trouwens beter dagelijks een beetje in plaats van lange tijd door te bijten en alle hoop op het weekend of een vakantie te zetten. We weten uit onderzoek dat alle dagen een beetje ontspannen beter is voor je welzijn dan om de zoveel tijd een grote ontspanning.”

Ontspannen doe je best dagelijks een beetje. “Maar het belangrijkste om te onthouden is dat zelfzorg alleen mogelijk is als je goede zorg krijgt van je omgeving en als je je gesteund voelt. Zelfzorg is dus een gevolg van goede zorg krijgen. Het is een kwestie van zorg geven én zorg krijgen.” Onze omgeving is dus heel belangrijk als we ons goed willen voelen? “Ja, absoluut. De sleutel om je goed te voelen ligt dikwijls bij de omgeving: partners, buren, vrienden, familie, collega’s ... De individualistische maatschappij maakt ons wijs dat we vooral niet te veel hulp mogen vragen en anderen niet tot last mogen zijn. Dat is het domste wat we ouders kunnen meegeven, want als je kinderen moet opvoeden, kan je niet genoeg hulp hebben. Opvoeden is sowieso een grote uitdaging en als je een pleegkind hebt, is dat in het kwadraat, want een pleegkind vraagt extraatjes. Voor pleegouders is het vaak moeilijker om gewoon op intuïtie en ouderlijk buikgevoel te vertrouwen. Dan kan je alle steun gebruiken, zowel van je persoonlijke omgeving als vanuit de bijzondere expertise van de pleegzorgdienst. Ik roep iedereen, ook de pleegzorgdiensten, op om niet

8

te wachten tot pleegouders aan de alarmbel trekken. Want élke ouder wacht te lang om hulp te vragen.” Hoe kan je iemand helpen die over zijn grenzen gaat? “Als een (pleeg)ouder over zijn grenzen gaat en dus uit zijn window hangt, is het heel belangrijk dat je begrip toont en samen zoekt naar oplossingen. Dat betekent niet altijd dat je het moet overnemen. Je kan bijvoorbeeld zeggen: “Als je eens goed wilt zagen, bel me op en dan luister ik naar jouw verhaal.” Of vraag of het zou helpen als je een keer per week kookt of zorgt voor de kinderen. Kom dan vooral niet met de goede raad van tante Kaat. Jouw oplossingen zijn niet altijd een oplossing voor een ander. Luister, nodig uit om te vertellen en erken dat het moeilijk is.“ Heb je toch een tip die je graag wilt meegeven aan pleegzorgers? “Als ik één tip moet geven aan pleegzorgers is het deze: verwacht niet van jezelf dat je leven gewoon blijft doorlopen en dat je daarbovenop de zorg van een pleegkind kan opnemen. Probeer voor die extra uitdaging ook extra tijd en ruimte te voorzien voor jezelf. Weet ook dat het helemaal oké is dat je niet de ouder van je pleegkind

bent en dat je dat ook niet hoeft te worden. Sommige dingen kan je als pleegouder gewoon niet omdat je niet de biologische ouder bent. Je stoot sowieso op beperkingen. En dat mag. Maar laat dat je niet tegenhouden om een band aan te gaan met je pleegkind, ook als de plaatsing maar tijdelijk is. Er is niets zo herstellend voor kinderen als verbinding voelen. En die verbinding kunnen pleegouders enkel geven aan het kind als ze in hun window zitten. Daarom moeten we als omgeving pleegouders zo goed mogelijk steunen. Zo zie je maar dat alles met elkaar verbonden is.”

Pleegouders kunnen hun pleegkind alleen verbinding geven als ze in hun window zitten. Daarom moeten we als omgeving pleegouders zo goed mogelijk steunen.


Kleurrijk Juni 2021 > Interview <

Hoe een trauma je tolerantievenster Pleegouders kunnen kan beïnvloeden hun pleegkind alleen verbinding geven als ze in hun window zitten. Daarom moeHYPERAROUSAL ten we als omgeving Vechten of vluchten pleegouders zo goed mogelijk steunen.”

.

WINDOW OF TOLERANCE Stress of trauma kan ervoor zorgen dat je raampje kleiner wordt.

We hebben allemaal een soort bandbreedte waarbinnen we goed kunnen omgaan met stress, dat is ons raampje.

Al dan niet met de hulp van een professional kan je je raampje vergroten.

HYPOAROUSAL Bevriezen

NICABM © 2019 The National Institute for the Clinical Application of Behavioral Medicine

Wie is Binu Singh? - Kinder- en jeugdpsychiater en psychotherapeut - Focus op ontwikkelings- en opvoedingsproblemen bij kinderen tussen 0 en 6 jaar - Richtte in 2016 dagziekenhuis Kleine K op. Daar kunnen (pleeg)ouders terecht voor een dagbehandeling bij problemen binnen de ontwikkeling en opvoeding van hun (pleeg) kind. Als (pleeg)ouder word je actief bij de behandeling betrokken.

Luistertip Wil je meer weten over zelfzorg of de inzichten van Binu Singh? Dan kan je terecht bij de podcast Radio Mama. Je vindt er een aflevering over zelfzorg met klinisch psycholoog Nina Mouton en een aflevering waarin Binu Singh spreekt over hechting. En wist je dat er ook een aflevering over pleegzorg is? Daarin vertelt Annelies Burger over haar ervaringen als pleegmama.

9


Kleurrijk Juni 2021 > Evaluatie Kleurrijk <

Evaluatie Kleurrijk “De vormgeving nodigt uit tot lezen, goede mix tussen informatie en getuigenissen, fijne tips, een breed pallet aan onderwerpen.” Aan het woord zijn jullie, de lezers van Kleurrijk. Tussen december 2020 en februari 2021 vroegen we jullie via een online bevraging wat jullie vinden van dit tijdschrift. In totaal kregen we 170 reacties op die vragenlijst. In de online vragenlijst toonden we jullie acht stellingen. Aan de hand van sterren kon er aangegeven worden in welke mate je daarmee akkoord ging. Eén ster betekende dat je helemaal niet akkoord ging met de uitspraak, bij vijf sterren was je het er helemaal mee eens. De grafieken hieronder tonen dat jullie in het algemeen best tevreden zijn met dit tijdschrift.

dat er vraag is naar verhalen over puber-pleegkinderen, getuigenissen van alleenstaande pleegouders en ervaringen van pleegouders die zorgen voor pleegkinderen met een zwaardere problematiek. Verder zijn jullie ook op zoek naar concrete informatie, bijvoorbeeld over bijzondere kosten, naar verwijzingen naar bijscholingen of webinars en naar boekentips. Inhoudelijk zouden jullie graag eens iets lezen over loslaten en afscheid nemen en vinden jullie het leuk om ook knutseltips of spelletjes terug te vinden in het tijdschrift. Tot slot was er één vraag die regelmatig terugkwam: “Misschien is het een idee om ook eens een minder vlot lopend pleegzorgverhaal aan bod te laten komen. Dat zou een realistischer beeld scheppen en ook dat is positief.” De redactieraad is heel blij met al deze tips en suggesties, bedankt daarvoor! We houden er zeker rekening mee bij de opmaak van de volgende edities.

Wat voor ons het meest interessant was, waren jullie extra opmerkingen, suggesties en tips. Zo leerden we

1 • Hoe beoordeel

jij he

t algemeen? t tijdschri ft in he

2,94 % 5,29 % 7,65 % 45,29 % 38,82 %

2 • Ik vind he t fijn

6,82 % 7,58 % 38,64 % 25,76 % 21, 21 %

1,52 % 3,79 % 13,64 % 42,42 % 38,64 %

10

in Kleurr ijk is corre

n herkenbaar.

3,79 % 3,03 % 12,88 % 42,42 % 37,88 %

g is aantr ek kelijk

.

1,60 % 1,60 % 11, 20 % 40,80 % 44,80 %

bruiken in mi ormatie en tips ge

4 • De inf ormatie

5 • De verhalen zij

6 • De vormgevin

en. om Kleurr ijk te lez

0,76 % 0,76 % 17,42 % 39,39 % 41 ,67 %

3 • Ik kan de inf

Heb jij ideeën om dit tijdschrift nog beter te maken? Laat het ons zeker weten! Stuur daarvoor een mailtje naar charlotte.max@pleegzorgvlaanderen.be

ct.

jn sit ua tie.

7 • De fot o’s zijn

goed gekozen.

0,80 % 0,80 % 10,40 % 47, 20 % 40,80 %

8 • Er is voldoende 1,60 % 8,80 % 36 % 30,40 % 23,20 %

inf ormatie uit mi

jn provincie.


Kleurrijk Juni 2021 > Achtergrondartikel <

In Vlaanderen zijn er zo’n 346.000 KOPP-kinderen per jaar. ‘KOPP’ staat voor ‘Kinderen van Ouders met een Psychische Problematiek of afhankelijkheidsproblematiek’. Kris Holemans van Familieplatform Geestelijke Gezondheid vzw focust al jaren op die doelgroep en motiveert o.a. hulpverleners om oog te hebben voor de kinderen van hun patiënten. “Want”,zo zegt Kris “als de kinderen de nodige steun krijgen, groeit 2/3 van hen op tot gezonde volwassenen.” Maar over welke steun spreken we dan? En kunnen pleegouders die steun ook geven?

— Tekst: Bernadette Verdonck —

Kris, je zegt dat er 346.000 KOPP-kinderen per jaar zijn. Dat klinkt enorm veel. Kris Holemans: “Dat lijkt veel, maar dat zijn nog maar alleen de kinderen die gekend zijn bij de hulpverlening. Er zijn waarschijnlijk nog veel kinderen waarvan de ouders nooit de stap naar hulpverlening zetten en die dus onzichtbaar blijven. De berekening is gebaseerd op het feit dat 1 op 4 volwassenen in zijn leven in ernstige of minder ernstige mate te kampen krijgt met een psychische problematiek. In die groep zitten ook ouders die een depressie of burn-out doormaken. Het gaat dus niet enkel om volwassenen met bijvoorbeeld een persoonlijkheidsstoornis, maar om alle ouders met een problematiek die effect heeft op het dagelijks leven van hun kind én die eigenlijk therapeutische hulp nodig hebben.”

“Een KOPP-kind is een gewoon kind in bijzondere omstandigheden” Vanuit Familieplatform GG zet je je enorm in om die kinderen in de aandacht te krijgen. Waarom is dat nodig? “Daar zijn meerdere redenen voor. Ten eerste omdat het voor een kind heel verwarrend en lastig is om in een gezin op te groeien waar een ouder psychische problemen heeft. Ten tweede zullen die kinderen zelden zelf naar buiten komen met de problemen thuis, waardoor ze te vaak onder de radar blijven. Ten derde weten we dat die kinderen

veel kans maken om zonder kleerscheuren op te groeien als ze de juiste ondersteuning krijgen. Maar krijgen zij geen hulp, dan is er een grotere kans dat zij later zelf psychische problemen ontwikkelen.” Het is voor een kind moeilijk te begrijpen wat een depressie, een bipolaire stoornis of burn-out is. Hoe leg je dat uit? “Als we met kinderen werken is het veel belangrijker om te spreken over wat ze zelf merken bij hun mama

11


Kleurrijk Juni 2021 > Achtergrondartikel <

of papa dan over de diagnose. Als er een diagnose is en het kind heeft er vragen over, is het zeker goed om daarop in te gaan. Maar vooral jongere kinderen hebben meer baat bij vragen zoals “merk jij ook dat je mama veel slaapt of dat het je mama niet altijd lukt om je te komen ophalen van school? Hoe is dat voor jou?” Dat is belangrijker dan uit te leggen wat een depressie is. Naarmate kinderen ouder worden, gaan we wel dieper in op diagnoses omdat zij die termen al eens horen vallen of omdat zij vragen hebben over erfelijkheid.” Je zei dat KOPP-kinderen vaak onopgemerkt blijven. Hoe verklaar je dat? “Er hangt nog heel veel taboe rond psychische problemen en zeker rond verslavingsproblemen. Kinderen merken heel goed dat hun ouders er wat geheimzinnig over doen. Het gevoel van schaamte dat vaak bij de ouders leeft, wordt dan overgenomen door de kinderen. Ze voelen goed aan dat het niet de bedoeling is dat ze met anderen praten over de problemen thuis. Gevoelens van schaamte en schuld zijn bij KOPP-kinderen heel groot. Als er geen verklaring komt voor wat er met mama of papa aan de hand is, dan gaan kinderen de verklaring bij zichzelf zoeken. Ze hebben geen controle over de situatie, snappen er helemaal niets van en maken de redenering “dan zal het wel met mij te maken hebben”. Vooral kleinere kinderen denken “omdat ik vanochtend ruzie heb gemaakt met mijn broer of omdat ik mijn boterhammen niet flink gegeten heb, ligt mama nu al heel de tijd op de zetel of is papa veel pintjes beginnen drinken”. Ze koppelen hun eigen gedrag heel sterk aan het gedrag van hun ouders. Kinderen zijn ook heel loyaal aan hun ouders. Ze willen het best mogelijke kind zijn en gaan voor hun ouders zorgen. Bij KOPP-kinderen is dat vaak letterlijk: boterhammen smeren voor de kleinere broers of zusjes, papa en mama gaan onderstoppen of hen ’s ochtends wekken. Maar ze zorgen ook emotioneel voor hen door te luisteren of door te troosten. Dat vinden ze niet erg omdat het iets is dat ze voor hun ouders kunnen doen. Maar dan komt de frustratie: ondanks hun

12

goede zorgen wordt mama of papa niet beter. Dus worden de schuldgevoelens alleen maar groter en geraken ze in een vicieuze cirkel: ze zoeken de oorzaak bij zichzelf, proberen het op te lossen, dat lukt niet en het schuldgevoel wordt groter.” Jullie benadrukken hoe belangrijk het is dat hulpverleners, scholen en buren oog hebben voor de kinderen van ouders met een psychische problematiek. Als ze ondersteund worden, maken ze veel kans om zonder veel blijvende littekens uit hun moeilijke jeugd te komen. Hoe kunnen we KOPP-kinderen ondersteunen? “Uit onderzoek weten we dat 1/3 van deze kinderen een verhoogd risico loopt om later zelf ook psychische problemen te ontwikkelen. Dat wil zeggen dat 2/3 dat risico niet loopt. En dat heeft te maken met veerkracht. Als we de veerkracht van de kinderen kunnen ondersteunen, dan zien we dat zij later veel kans maken om op een gezonde manier een leven uit te bouwen.

Inzetten op veerkracht doen we aan de hand van vier veerkrachthelpers: informatie geven, ruimte krijgen om gevoelens te uiten, een vertrouwenspersoon voorzien en het kind kans geven om kind te zijn.”

••••• Als we de veerkracht van de kinderen kunnen ondersteunen, dan zien we dat zij later veel kans maken om op een gezonde manier een leven uit te bouwen. ••••• Ik kan me inbeelden dat het voor deze kinderen heel moeilijk is om ‘kind’ te zijn. “Absoluut, het is heel moeilijk voor hen om gewoon kind te zijn. Maar tegelijk blijven we zien dat zorgen voor de ouders niet sowieso problematisch hoeft te zijn als er daarnaast nog andere dingen zijn. Het is pas als er te weinig aandacht

De vier veerkrachthelpers 1 Informatie geven. Een kind moet informatie krijgen over “wat is een ziekte in het hoofd?” Vaak hebben ouders, pleegouders, grootouders of andere naasten een beetje schroom om erover te praten omdat ze de kinderen er niet mee willen belasten. Dat is een heel mooie reflex, maar het is niet de juiste. Kinderen voelen het altijd aan. Als kinderen informatie krijgen, is dat heel helpend. De informatie doet hen inzien dat het niet hun schuld is. 2 Ruimte krijgen om gevoelens te uiten. Kinderen moeten de kans krijgen om te spreken over hun gevoelens en om die gevoelens ook te tonen. KOPP-kinderen lopen vaak zo verloren in hun gevoelens dat ze daarbij geholpen moeten worden: “Het is heel mooi hoe jij voor papa zorgt en je doet dat heel goed, maar we weten van andere kindjes dat het soms ook heel moeilijk is en misschien ben je ook wel eens boos op hem of ben je heel verdrietig. Dat mag je ook laten zien.” 3 Een vertrouwenspersoon voorzien. Het is belangrijk dat een kind iemand heeft die het in vertrouwen kan nemen en waar het vrijuit kan praten over de situatie thuis. Dat kan een voetbaltrainer zijn, een tante of een juf. Ook pleegouders kunnen die rol vervullen. De vertrouwenspersoon wordt best samen met het kind bepaald. Bij wie voelt het kind zich goed? 4 Het kind de kans geven om kind te zijn. Het is heel belangrijk dat een kind ook gewoon leuke dingen kan doen zonder schuldgevoel. In de ideale wereld zegt de ouder met de psychische problematiek letterlijk tegen het kind “ga jij maar eens ravotten met de buurjongen.” Als dat kan, dan is dat een grote hulp voor een kind.


Kleurrijk Juni 2021 > Achtergrondartikel <

voor de kinderen is, als er te weinig dingen naast de zorg staan, als ze bijvoorbeeld niet meer naar school mogen of geen hobby’s mogen hebben, dat de zorg destructief wordt. Als er een goed netwerk rond het kind staat, is de situatie best nog oké. Die kinderen gaan toch zelden zorgeloos kunnen opgroeien, want de moeilijkheden zijn er nu eenmaal. Er wordt vaak goedbedoeld ingezet op de zorgen wegnemen, maar het is beter om meer balans te brengen dan zeggen “je mag dat niet meer doen”.’ KOPP-kinderen die in een pleeggezin terecht komen zullen daar ook vaak willen zorgen. “Als KOPP-kinderen in een pleeggezin komen, kan dat heel moeilijk zijn voor hen. Velen zijn zo gewend om te zorgen en plots moeten ze kind zijn. Pleegouders willen hen vaak goedbedoeld ontlasten maar dat gaat niet zo maar. ‘Zorgen voor’ is een stukje identiteit geworden en dat laat je niet zomaar los. Laat je pleegkind dus nog maar wat zorgen, maar zorg ervoor dat ze daarnaast ook kind kunnen zijn. Bovendien zitten zij heel vaak met hun hoofd bij mama of papa. Ze vragen zich af hoe het thuis is, of mama haar medicatie wel genomen heeft, of papa nog niet te veel pintjes op heeft, of alles nog veilig is.” Pleegouders vinden het vaak moeilijk om hun pleegkind op bezoek te laten gaan bij de ouders als ze weten dat de ouder kampt met een psychische problematiek. “Voor pleegouders kan het soms moeilijk zijn om niet in paniek te schieten of om niet te oordelen over de ouders. Ze hebben soms de neiging om de bezoeken op te schorten als ze horen dat mama tijdens het dagbezoek uren in de zetel lag te slapen. Maar zoals ik eerder zei, zijn die kinderen dat soms ook wel zo gewoon en komen ze er wel goed uit ondanks dat het niet gemakkelijk is voor hen. Zeker als pleegouders inzetten op die veerkrachthelpers door het kind ruimte te geven om over zijn gevoelens te praten, om vragen te beantwoorden of informatie te geven. Ook pleegzorgbegeleiders kunnen hierin een belangrijke rol spelen omdat zij geoefend zijn in het praten met meerdere partijen zonder te oordelen.”

Ik hoor je eigenlijk vooral zeggen dat het oké is om kinderen naar hun ouders te laten gaan, ook al hebben ze een psychische problematiek. “Zeker. Zolang het voldoende veilig blijft voor het kind natuurlijk. Het is niet leuk als je weet dat je pleegkind bij zijn ouders drie keer per dag oude boterhammen met choco kreeg, maar onveilig is dat niet. Het kind komt ook wel weer terug en in tussentijd heeft het even iets kunnen betekenen voor zijn ouders en heeft het kunnen zien dat mama en papa oké zijn. Dat is ook belangrijk voor het kind. Het is moeilijk om als pleegouder op die momenten niet te oordelen over de ouders of je negatief over hen uit te laten. Maar KOPP-kinderen hebben daar extra gevoelige voelsprieten voor. Ze letten op elke blik en op de toon waarmee iets gezegd wordt over de ouders. Daarom is het belangrijk dat pleegouders weten dat het voor de grote meerderheid van de KOPP-kinderen goed komt. Een weekend per maand bij de ouders zal de hele ontwikkeling van het kind niet in gevaar brengen. En als het kind voelt dat er geen oordelen zijn, zal het makkelijker zijn gevoelens durven uiten en vertellen dat het best wel lastig was bij mama en papa of lucht geven aan zijn frustratie of boosheid.”

••••• Als het kind voelt dat er geen oordelen zijn, zal het makkelijker zijn gevoelens durven uiten of lucht geven aan zijn frustratie of boosheid. ••••• Tot slot, KOPP-kinderen zijn vaak ongerust dat ze ook een psychische problematiek zullen ontwikkelen, dat ze erfelijk belast zijn. Is die bezorgdheid terecht? “Ja, er is een zekere genetische aanleg om psychische problemen te ontwikkelen die een KOPP-kind misschien meer heeft dan een ander kind. Dat hoeven niet dezelfde problemen te zijn, het is niet omdat mama depressief was, dat een KOPP-kind dat ook zal worden. De

Familieplatform GG Familieplatform Geestelijke Gezondheid vzw verenigt verschillende familieorganisaties. Die organisaties informeren, bieden contact met lotgenoten, voorzien een luisterlijn … voor familieleden en naasten van iemand met een psychische of verslavingsproblematiek. Daarnaast doen zij ook aan sensibilisering, coachen zij organisaties in het werken met familie en naasten en zitten zij vaak samen met de overheid om de stem van naasten en context te vertegenwoordigen. Binnen deze werking is er ook een deel dat specifiek gaat over kinderen van ouders met een psychische problematiek (KOPP) en kinderen van ouders met een afhankelijkheidsproblematiek (KOAP). Kris Holemans zorgt, samen met haar collega Kathleen Hoing, voor informatieverspreiding, coaching, supervisies en intervisies, vorming en materiaalontwikkeling rond die subdoelgroep. Ben je op zoek naar ondersteunend (lees)materiaal rond KOPP? Stuur dan een mailtje naar kris.holemans@familieplatform.be.

boodschap die we aan KOPP-kinderen geven is: “Je hebt die genetische belasting dus jij moet, nog meer dan andere kinderen, aan goede zelfzorg doen. Jij moet zeker zorgen dat je over je gevoelens blijft praten, dat je iemand in vertrouwen neemt, dat je je hobby’s hebt en tot rust kunt komen.” Kinderen die er niet over kunnen spreken of waar bijvoorbeeld de pleegouders het nooit hebben over de moeilijke thuissituatie lopen veel meer gevaar om er blijvend de gevolgen van te dragen. Om af te sluiten wil ik nog een keer beklemtonen dat het opgroeien als KOPP-kind niet alleen maar negatief hoeft te zijn op voorwaarde dat er ingezet wordt op de veerkrachthelpers. KOPP-kinderen worden vaak heel empathische volwassenen die kiezen voor een loopbaan in de hulpverlening. Ze zijn geoefend in het afstemmen op anderen en voelen vaak haarfijn aan hoe het met iemand gesteld is. Het zijn mensen die ook goed om kunnen met crisissituaties. Het is vaak een opluchting voor volwassen KOPP-kinderen om tijdens onze vormingen te horen dat het niet alleen kommer en kwel was, maar dat er ook goede dingen uit kunnen voortkomen.”

13


Kleurrijk Juni 2021 > Mijn leven na pleegzorg <

Het was weer zo ver: ik moest wéér naar mijn mama. Waarom? Ik had er echt geen zin in. Maar het moest, de rechter had dat zo beslist. In de week mocht ik bij mijn oma blijven, maar de weekends moest ik bij mama doorbrengen. Hoe kon de rechter dat beslissen? Hij wist niet hoe het was om bij haar te zijn. Mama dronk elke dag. Elke dag zat ze op café, tot ze niet meer op haar benen kon staan. En ik? Ik moest mee. Als het café sloot, hielp ik mama terug naar huis. Ik wist het toen nog niet maar dat weekend was de laatste keer dat ik bij mijn mama was. Mama had nog maar eens een nieuwe vriend. Hij zei dat ik niets zou maken van mijn leven. Hij vond mij een lastig kind, “Jij ben niets waard” zei hij. Was ik maar bij mijn oma, zij zorgt écht voor mij.

Alles komt goed..

‘s Nachts brak mama haar ex-vriend bij ons in. Van al haar partners was hij wel het grootste monster. Hij sloeg haar regelmatig of hij sloeg onze meubelen kort en klein tijdens ruzies. Deze keer sloeg hij mama’s nieuwe vriend in het ziekenhuis. Dat was voor mij de druppel. Ik was een ventje van acht jaar en de volgende ochtend besliste ik om weg te lopen. Ik moest heel de stad door lopen, maar kende de weg heel goed. ‘k Had hem grondig ingestudeerd als ik naar mijn oma ging. De jeugdrechtbank plaatste mij definitief bij mijn oma. Na acht jaar eindelijk veilig … thuis … opgelucht …! Ik zag mama één keer per jaar op de rechtbank in Dendermonde, als ze opdaagde tenminste. Pleegzorg kwam toen regelmatig bij ons langs. Het ging steeds beter met mij. Oma zorgde goed voor mij en met beschermende vleugels waakte ze over mij. Pleegzorg mocht ondersteunen, maar oma deed het vooral op haar eigen manier. Langzaam sleet het verdriet en de pijn. Het was niet altijd makkelijk, maar ik werd omringd door mensen die om mij gaven en naar mij luisterden. In 2011 besliste ik contact te zoeken met mijn moeder. Ik was 24 jaar en wou antwoorden, vooral het ‘waarom’ knaagde aan me. Na een paar positieve ontmoetingen liet mijn moeder me op een dag voor een gesloten deur staan. Daardoor stopte ik het contact. Een jaar later kregen we het nieuws dat ze overleden was, een mix van alcohol en medicatie was haar fataal geworden. Ze had me nog ge-sms’t dat ze hulp nodig had, maar ik kon het niet opbrengen. Ik ben haar twee keer gaan groeten en heb daar beslist om haar alles te vergeven en het verleden achter me te laten. Mama had eindelijk rust gevonden en ik moest het afsluiten. Het was goed, ze lag er vredig bij, het leven kon haar geen pijn meer doen. Ze werd 49 jaar. Vandaag ben ik 33 jaar en heb ik mijn eigen gezin: ik ben pluspapa en zelf papa van een flinke dochter. Mijn vriendin en ik kennen elkaar van toen we kinderen waren. Als kind wist ze wel al iets van mijn thuissituatie, maar nu slaat ze soms toch nog grote ogen als ik erover vertel. Oma is onlangs overleden. De laatste tijd woonde ze in een woonzorgcentrum en blikte ze vaak terug op ons verhaal. Ze was er fier op hoe we samen onze weg hebben afgelegd. En ik, ik ben fier op haar, dat ze mij op het juiste pad heeft gezet in het leven. Ik kan terugblikken op heel mijn verhaal zonder pijn, woede of verdriet. Het heeft me gevormd, maar ook sterker gemaakt. Wonden helen en tranen drogen op. Laat je omringen door positieve mensen en laat je hart spreken. Als ik iets kan meegeven uit mijn verhaal is het wel: alles komt goed!

14

S te faan


‘Lies’

Kleurrijk > Lies << Kleurrijk Juni Juni 20212021 > In beeld

Hallo, ik ben Lies (41). Ik ben getrouwd met Gert (42) en samen runnen we, naast een eigen zaak, ook nog een gezin met 4 kinderen: Marie (15), Jef (12), Josefien (9) en Lou (5)*. 7 jaar geleden waagden we de sprong als pleeggezin. We begonnen als crisisgezin maar sinds 5 jaar verblijft ons pleegzoontje Lou bij ons. De gezellige chaos en onvermijdelijke drukte in ons gezin zijn een bron van inspiratie voor mijn blog ‘Leef lach Lies’ (www.leeflachlies.com).

We staan vertrekkensklaar. Naar school. Hij heeft zijn jas al flink zelf aangetrokken, maar zijn schoenen aandoen lukt nog niet altijd even goed. Hij probeert het wel en geeft niet snel op, maar omdat de klok tikt, neem ik het - vaker dan nodig - van hem over. “Kom, ik zal even helpen.” Ik zet me op mijn hukken bij hem neer en begin eraan. Binnensmonds vloek ik weer. We moeten echt eens makkelijke, brede schoenen kopen die vlotter aan en uit glijden. En volgende keer geen veters meer, maar klevers. Vanuit mijn ooghoek zie ik ons ventje naar me kijken. Hij lijkt me te bestuderen. Wanneer ik dan even naar hem opkijk en onze blikken elkaar kruisen, zegt hij: “Ik hou van jou!” Ik hou van jou. Of ik zie je graag. Het wordt zo vaak gezegd. Soms omdat het zo hoort of als een automatisme wanneer je je kind in bed legt of afzet aan de schoolpoort bijvoorbeeld. Soms gooi je het er nog snel uit wanneer je afscheid hebt genomen en alweer op weg bent naar ergens anders. “Lof joe!” Het klinkt dan heel luchtig, zelfs een beetje hol, ook al meen je het. We zeggen het soms zó vaak en zó tussendoor dat de betekenis en de waarde

ervan vervaagt. Heel anders dan wanneer Lou het ‘s ochtends zegt. Hij neemt zijn tijd en observeert me eerst heel aandachtig alsof hij mijn goede kwaliteiten afweegt tegen mijn zwakke momenten en dan toch nog tot de conclusie komt dat hij mij graag ziet. Heel oprecht en gemeend. Er was een tijd, nog niet eens zo lang geleden, dat de ‘love you’s’ en de ‘ik zie je graags’ me rond de oren vlogen. Toen de oudsten nog kleiner waren, liepen hier vier jonge kinderen in huis rond die naar mijn aandacht en liefde snakten. Ondertussen zijn er twee van de vier al heuse pubers die van nature een beetje afstand nemen en er makkelijker “Laat me met rust!” of zelfs “Ik haat jou!” uitfloepen dan “Ik wil een knuffel” of “Ik hou van jou”. Gelukkig zijn er dan de twee kleinsten die alles min of meer in evenwicht houden. Ik weet ook wel dat wat je zegt niet altijd het meeste indruk maakt, wél de manier waarop en vooral wat je doet. Daarom voeg ik graag de daad bij het woord en gaat mijn “Ik zie je graag” meestal gepaard met een dikke knuffel om de liefdesverklaring extra kracht bij te zetten. Kwestie van zeker begrepen te worden!

15


Kleurrijk Juni 2021 > Helpende handen <

Even op adem komen Als pleegzorger weet jij dat we voor elk pleegkind en elke pleeggast op zoek gaan naar de vorm van pleegzorg die het beste past. Voor sommigen is dat ondersteunende pleegzorg. Dan gaat het kind of de gast voor korte tijd ergens anders logeren. Dat kan bijvoorbeeld zijn tijdens weekends of vakanties. — Tekst: Charlotte Max —

Het doel van ondersteunende pleegzorg is om ouders tijdelijk extra te ondersteunen of om pleegkinderen en pleeggasten die in een voorziening wonen een extra thuis te geven. Hoe beleven zijn zelf die vorm van pleegzorg? We vroegen het aan een ouder, een pleegzorger en een pleeggast.

“Bij Gudrun en Ronald kan ik dingen doen die in de leefgroep niet kunnen” Lorenz is 21 jaar en woont in een leefgroepje in het Begijnhof van Diest samen met twee andere jongeren. Van vrijdagavond tot zaterdagavond logeert hij bij Gudrun en Ronald, zijn ondersteunend pleeggezin. En op dinsdag en donderdag bellen ze elkaar. Dat vindt hij fijn: “Het zijn toffe mensen en we doen leuke dingen.” “In mijn leefgroep voel ik me thuis, maar ik ga ook graag naar Gudrun en Ronald”, vertelt Lorenz. “Daar kan ik doen wat ik wil: gaan wandelen of muziek luisteren. In de leefgroep moet je met anderen rekening houden. Als iemand wil slapen, moet de muziek stiller. Dus dat is heel anders.” Ronald: “Ik denk ook dat wij Lorenz een beetje verwennen. Als hij komt, zorgen we dat de frigo goed vol zit, maar wel met gezonde dingen zoals fruit of yoghurt. Dat eet hij graag. En we proberen dan ook leuke dingen te doen, zoals gaan bowlen of naar de bioscoop gaan. Zo proberen we

16

hem dingen te bieden die hij in de leefgroep minder gemakkelijk kan doen.” “Ik mag bij Gudrun en Ronald ook drummen”, zegt Lorenz. “Ik zet dan met mijn gsm muziek op en drum mee. Liefst muziek van Michael Jackson!” “Gelukkig wonen wij in een vrijstaand huis”, lacht Ronald. “We moeten gewoon zorgen dat de ramen en deuren dicht zijn, dan kan hij drummen zo hard hij wilt. Ons stoort dat helemaal niet, want het is echt mooi om naar te luisteren.” “Wat hij ook heel goed kan en in de leefgroep niet doet, is jumpen”, vult Gudrun aan. “Ik dans heel graag en ik denk dat ik wel gevoel voor ritme heb, maar ik kan dat niet. Lorenz leert mij wel dansjes, maar ik krijg het niet gedaan. En dan lacht Lorenz zich een breuk.” “Ze is echt hopeloos!”, lacht Lorenz.

Gudrun verder. “We hebben toen drie maanden elke dag geskypet met elkaar. Dat vonden we heel fijn, maar het maakte ons soms ook een beetje triestig omdat we niet écht bij elkaar konden zijn. Ook onze pleegzorgbegeleidster Renilde heeft toen een paar keer met Lorenz geskypet.” Lorenz: “Dat was fijn. Ik kon dan mijn zorgen een beetje aan haar vertellen.” “We kunnen trouwens altijd rekenen op Renilde!”, voegt Gudrun nog toe. Blijvend engagement Gudrun: “Voor ons is het een verrijking dat Lorenz mag en kan komen. Hij zorgt voor leven in huis en wij leren ook veel van hem omdat hij jonger is en soms anders denkt dan wij. Als iemand twijfelt om ondersteunende pleegzorg te doen, zou ik zeggen: denk goed na voordat je begint of je dat engagement écht ziet zitten en je er blijvend voor wilt inzetten. Als dat zo is: doen!”

Een voorzichtige start Gudrun: “De bezoekjes zijn gestart toen Lorenz als kleuter bij mij in de klas zat. Dat is intussen al zeventien jaar geleden. Toen stelde zijn begeleidster van de voorziening ons de vraag of hij een keer naar ons thuis mocht komen. Daar moest de jeugdrechter dan altijd toestemming voor geven. In het begin kwam Lorenz één dag om de veertien dagen en bleef hij niet slapen. Maar hij vroeg dan om wat meer te komen of eens te blijven slapen. Zo hebben we het stilaan opgebouwd. Een aantal jaar geleden zijn we dan ook officieel de ondersteunende pleegouders van Lorenz geworden.”

Nancy’s zoon van 19 jaar gaat één weekend per maand naar een pleeggezin. “Hij gaat al elf jaar naar hen en vindt het zelf super”, zegt ze. “En ook voor mij is dat een grote meerwaarde. Omdat Byron autisme heeft, kan het soms heel druk zijn. Tijdens de weekends dat hij bij zijn pleeggezin is, kan ik even op adem komen.”

“De lockdown in het voorjaar van 2020 was wel heel moeilijk”, gaat

“Het was zeker geen gemakkelijke stap, maar als je hulp krijgt, waarom

“Als je hulp krijgt, waarom zou je die niet aanvaarden?”


Kleurrijk Juni 2021 > Helpende handen <

manier te tonen. Maar ook fysiek is hij de laatste maanden goed aan het groeien. Ik weet niet waarom, maar ik denk dat als je je goed voelt in je vel, je ook de energie hebt om te groeien. Dus het is tof om te zien dat hij nu aan het groeien is.”

“Het is tof om te zien dat hij nu aan het groeien is” Drie weekends per maand gaat Jonas1 logeren bij Nancy, haar man Kurt en hun vier kinderen. “Van vrijdagavond tot zondagavond hebben de kinderen er een extra speelkameraadje bij. Daarna gaat Jonas terug naar zijn tweede thuis, zijn leefgroep”, vertelt Nancy. “We zijn eigenlijk in pleegzorg getuimeld via de school van onze kinderen”, zegt Nancy. “Daar waren twee broers waarvan de mama mij vroeg of haar zonen een weekje bij ons konden logeren. Die geplande week werd uiteindelijk vier maanden. Op het moment dat we de situatie wilden laten erkennen als pleegzorg, is het gestopt. Door die ervaring beseften we dat pleegzorg iets voor ons is, dus hebben we de opleiding voor kandidaat-pleegouders gevolgd.” “Het was eigenlijk niet mijn eerste keuze om voor ondersteunende pleegzorg te gaan. Als ik mag kiezen, wil ik graag iedereen een thuis

bieden. Maar de mensen van Pleegzorg dachten dat met ons drukke leven ondersteunende pleegzorg momenteel een betere match zou zijn. En kijk, het loopt nu heel goed en we laten alles verder zijn natuurlijke gang gaan.” Aandacht voor de ouders “Met de ouders van Jonas hebben wij geen rechtstreeks contact. We hebben hen wel allebei al eens ontmoet. Die ontmoetingen voelden aan als een soort goedkeuring van onze rol als pleegouders, vooral voor Jonas. Hij kan en mag zich gelukkig voelen, zonder dat zijn loyaliteit in vraag wordt gesteld. Jonas heeft in zijn voorziening wel regelmatig contact met zijn ouders. We letten er ook heel goed op dat we altijd ruimte laten voor zijn ouders en met respect over hen praten. Zo zal Jonas mij ook nooit ‘mama’ noemen, altijd ‘Nancy’. Energie om te groeien “Ik kan natuurlijk niet in Jonas’ plaats spreken, maar ik zie een blije jongen die niet met zich laat sollen. Hij geeft zijn grenzen aan en hij groeit. Zo leert hij beetje bij beetje om zijn gevoelens beter uit te drukken en zijn boosheid op een goede

Iedereen gelijk voor de wet “Voor mij is pleegzorg een verrijking omdat het binnen ons gezin zorgt voor extra diversiteit en je leert omgaan met problemen. Het is ook fijn dat je weet dat je voor één kind een verschil maakt.” “Voor Jonas is het volgens mij vooral een meerwaarde om te zien dat we met onze eigen kinderen op een gelijkaardige manier omgaan. Eén van onze zonen kan bijvoorbeeld ook heel boos zijn. Dan doet het Jonas volgens mij deugd om te zien dat er hier ook wel eens boosheid is. Dat werkt normaliserend. En de kinderen waken er ook over dat iedereen gelijk behandeld wordt. Zo zal Jonas binnenkort ook wel zijn huishoudelijke taakjes moeten doen van hen, anders is het niet eerlijk.” “We zijn heel dankbaar voor de steun die we krijgen vanuit Pleegzorg. Het helpt om af en toe eens ons hart te luchten bij onze begeleidster. Ze behartigt onze belangen bij de voorziening ook heel goed. Als ze in de voorziening bijvoorbeeld vragen om de frequentie van de bezoekjes te verhogen zal onze begeleidster altijd vragen hoe wij het zien. Zo waakt ze erover dat wij het aankunnen als pleeggezin. Dat geeft mij een gevoel van veiligheid.” 1

zou je die niet aanvaarden? Ik stond er alleen voor met vier kinderen. Tussen de twee oudsten en de twee jongsten zit vier jaar. Omdat ik wat meer tijd wou vrijmaken voor de oudsten, besloot ik om Byron en zijn jongste zusje af en toe naar een pleeggezin te laten gaan. Bij Byron is dat een heel mooi verhaal geworden, bij mijn dochter is het helaas niet gelukt.”

Goede match “We kenden het pleeggezin van Byron nog niet op voorhand, dus het was heel spannend. Maar na de eerste ontmoeting was het meteen duidelijk: het klikte. Ik weet niet waarom, maar het was gewoon zo. De mensen van Pleegzorg hadden een goede match gemaakt.” “In het begin liep de communicatie tussen mij en het pleeggezin wel moeilijk. Maar dat was meer mijn stuk. Ik communiceerde weinig, wat voor de pleegzorgers niet gemakkelijk was. Nu gaat dat beter. Daar hebben we samen, ook met onze begeleidster, aan gewerkt. Na elk week-

Omwille van privacy is een schuilnaam gebruikt.

end dat Byron bij zijn pleeggezin was, sturen de pleegzorgers nu een mail met wat er gebeurd is. Dat is altijd heel fijn.” Een grotere wereld “De ondersteunende pleegzorg heeft de wereld voor Byron groter gemaakt. Je kan rijkdom hebben op veel verschillende manieren, maar je moet ervoor openstaan om het te delen. Nu hij wat ouder wordt, begint Byron zich wel vragen te stellen waarom de situatie zo is. Maar dat is logisch, denk ik. In ieder geval heeft hij een band voor het leven met zijn pleegzorgers. Dat zegt hij zelf ook.”

17


Kleurrijk Juni 2021 > Vraag het aan Jeugdrecht.be <

Studiekeuze van een pleegkind: wie beslist? — Tekst: Min Berghmans — Steunpunt Mens en Samenleving (SAM)

Opleiding: een belangrijke beslissing Bij perspectiefbiedende pleegzorg mogen pleegzorgers beslissen over de dagdagelijkse aspecten van de opvang en opvoeding, maar voor de belangrijke beslissingen behouden de ouders het ouderlijke gezag. Dat is een gevolg van het statuut voor pleegzorgers dat is opgenomen in het Belgisch Burgerlijk Wetboek. Vanuit hun ouderlijk gezag zijn het dus de ouders die beslissen welke opleiding een kind zal volgen. Een opgelegde jeugdhulpmaatregel door de jeugdrechter verandert daar niets aan. Men is het er wel over eens dat het ouderlijk gezag evolutief is en in het belang van het kind moet worden uitgeoefend. Evolutief betekent dat de minderjarige zelf meer inspraak heeft naargelang hij of zij ouder wordt en zelf beter kan inschatten wat de gevolgen van een beslissing zijn. Naarmate de minderjarige zijn rechten meer kan uitoefenen, verandert de functie van het ouderlijk gezag naar minder bescherming en meer begeleiding. Afsprakennota en CLB Bij het begin of tijdens een plaatsing noteert de begeleider van de pleegzorgdienst de voorkeur van de ouders in een afsprakennota. Dat gebeurt in samenspraak met de pleegzorgers. Het is mogelijk dat ouders de beslissing over de studieen schoolkeuze helemaal doorgeven aan de pleegzorgers. Als de ouders onderling niet overeen komen of als er bezwaren zijn vanuit het kind of de pleegzorgers, kan het CLB een bemiddelende rol spelen. Er kan ook advies gevraagd worden aan een centrum voor ont-

18

wikkelingsstoornissen (COS) of een andere gespecialiseerde instantie. Schoolkeuze Vaak wordt als uitgangspunt gehanteerd dat ouders hun voorkeur voor het onderwijsnet geven, terwijl er voor de praktische organisatie rekening wordt gehouden met de verblijfplaats van het kind. Als dat kan, probeert men het kind naar dezelfde school te laten gaan waar het eerder al les volgde. Inschrijving In verschillende bepalingen in het onderwijsrecht wordt het begrip ‘ouders’ gedefinieerd als: “de personen die het ouderlijk gezag uitoefenen of in rechte of in feite de minderjarige onder hun bewaring hebben”. Perspectief pleegzorgers hebben het kind in rechte onder hun bewaring (verblijfsrecht). Scholen kunnen de inschrijving van een pleegkind dus aanvaarden, louter op voorlegging van een bewijs van de perspectief pleegzorgsituatie (bijvoorbeeld een brief van de dienst voor pleegzorg). Het vonnis van de jeugdrechtbank mag niet aan de school worden bezorgd: het publiek maken van de identiteit van een minderjarige onder de jeugdrechtbank is immers strafbaar. Wanneer een inschrijving door de ouder(s) betwist wordt, weegt hun ouderlijk gezag door en kan de inschrijving niet doorgaan. De minderjarige mag zelf niet beslissen. Als bemiddeling door de dienst voor pleegzorg of het CLB niet tot een akkoord leidt, kunnen pleegzorgers de familierechtbank contacteren. De familierechter beslist dan, in plaats van de ouders, in het belang van het kind.

Inschrijving in het midden van een schooljaar Recent werd een parlementaire vraag gesteld over het inschrijven van pleegkinderen in ‘overcapaciteit’. Kinderen die (door de jeugdrechter) uit huis zijn geplaatst, kunnen in overtal worden opgenomen in scholen, maar dat is niet verplicht. Minister Weyts stelde in zijn antwoord op die parlementaire vraag dat er regelmatig vragen zijn over de inschrijving van pleegkinderen doorheen het schooljaar en dat scholen daar niet altijd op willen ingaan. Minister Weyts zei ook: “Het Vlaams Parlement heeft het Inschrijvingsdecreet van 17 mei 2019 uitgesteld. Het is de bedoeling om volgend jaar (2020, red.) al aan de slag te gaan met de nieuwe regelgeving en dat we dan ook bekijken hoe we de kwestie van de pleegkinderen zo goed mogelijk kunnen opnemen in vernieuwde regelgeving.” Corona gooide in die timing helaas roet in het eten, waardoor er nog geen nieuwe regels zijn.

Bronnen: Art. 387quater e.v. Burgerlijk Wetboek Artikel 3, 41° van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997 https://data-onderwijs.vlaanderen.be/ edulex/document.aspx?docid=12254#135287 Art. 3, 32° van de Codex secundair onderwijs https://codex.vlaanderen.be/PrintDocument.ashx?id=1020342&datum=&geannoteerd=true&print=false https://www.watwat.be/studiekeuze/mag-ik-zelfmijn-studierichting-kiezen-doen-mijn-ouders-dat https://www.keki.be/nl/onderzoek-en-beleid/hetbelang-van-het-kind Commissie voor Onderwijs donderdag 12 december 2019, Vraag 378 (2019-2020) om uitleg over pleegkinderen die plots van school veranderen van Katrien Schryvers aan minister Ben Weyts https://www.vlaamsparlement.be/commissies/ commissievergaderingen/1347885/verslag/1351164


De gezichten

van Pleegzorg Limburg

Bij Pleegzorg Limburg werken bijna 150 medewerkers. Van pleegzorgwerkers tot administratieve medewerkers, intakers, selecteurs of teamcoördinatoren: ze doen hun job met de grootste zorg en passie. Op onze sociale media en website zag je misschien al heel wat portretten van medewerkers verschijnen. Hieronder lees je de verhalen van Nele en Kris. Benieuwd naar de anderen? Surf dan zeker eens naar www.pleegzorglimburg.be/wieispleegzorg. Met haar 12 jaar ervaring, heeft Nele al van heel wat dingen binnen pleegzorg kunnen proeven. Zo stond ze aan de wieg van de contactbegeleiding, waarbij ze zorgde voor extra ondersteuning bij bezoeken tussen ouder en kind die moeilijk verliepen. Ook zette ze haar schouders onder het project ‘Geef de Wereld een Thuis’, rond de opvang van minderjarige vluchtelingen. “Maar vandaag ben ik selectiemedewerker”, legt Nele uit.

Maak kennis met Kris, onze participatiemadam met 25 jaar ervaring op de teller! Zij coördineert de ontmoetingsgroepen voor kinderen, jongeren, gasten, ouders, pleegouders en pleeggrootouders. En dat doet ze met hart en ziel: “in mijn privéleven heb ik zelf mogen ervaren wat de kracht is van groepsprocessen. Ik vind het dan ook fantastisch dat ik dit nu ook binnen pleegzorg kan doen. Dat is echt 100% energiegevend”.

Als selectiemedewerker onderzoekt Nele samen met haar collega’s of een gezin geschikt is voor pleegzorg. “Maar dat doen we vooral sámen met de kandidaat-gezinnen. We willen dat mensen zelf tot inzicht komen, en wij zijn er om dat denkproces te ondersteunen. Zo maken we samen krachten en valkuilen zichtbaar, en dat is dan weer heel belangrijk om tot een goede match te komen met een toekomstig pleegkind.” Ze benadrukt dat pleegouders niet perfect hoeven te zijn: “We hebben verschillende soorten gezinnen nodig.”

“Het doel van onze ontmoetingsgroepen is tweeledig”, legt Kris uit. “We willen samen met onze doelgroepen bepalen hoe de hulpverlening er uit moet zien. Dat is het stukje participatie.” Daarnaast is er ook het luik ‘ontmoeting’. “Het contact met lotgenoten kan erg helend, leerrijk en krachtig zijn.”, gaat ze verder. “Ik heb al mooie dingen zien gebeuren. Een pleegjongere die bij een workshop Poetry Slam mocht ontdekken hoe goed hij met woorden is bijvoorbeeld. Of een mama die andere ouders voorzichtig positief kan laten denken. Dat zijn juweeltjes.”

“Een goede selectiemedewerker is open-minded, flexibel en niet-oordelend”, aldus Nele. “Als selectiemedewerker heb je zelf ook je eigen rugzak, maar toch is het belangrijk om zo neutraal mogelijk naar een situatie te kijken. Daarom werken ook steeds in duo. Als collega’s kennen we elkaars sterktes en kwetsbaarheden en kunnen we een gesprek overnemen wanneer dat nodig is.” Ook respect vindt ze enorm belangrijk. “We durven vragen stellen en kritisch te zijn, maar wel steeds met de nodige zorg. We laten elke persoon in zijn waarde.”

Wanneer je met Kris praat, merk je waarom zij zo’n goede participatiemedewerker is. Je voelt je meteen op je gemak bij haar. Ze is spontaan, straalt vertrouwen uit en is een goede luisteraar. Zelf vindt ze het heel fijn om verbinding te creëren tussen mensen en op zoek te gaan naar het beste klimaat voor het functioneren van de groep. Ze heeft ook ballen aan haar lijf: “Als ik merk dat de dingen beter kunnen, ga ik niet rusten tot er iets mee gedaan wordt”. Zo ook met het traject ‘nazorg’. “Samen met alle doelgroepen hebben we in kaart gebracht wat we kunnen doen wanneer een pleegzorgsituatie afloopt. Ik ben er trots op dat we ook effectief iets teweeg hebben kunnen brengen in onze organisatie.”

Nele

Dat ze haar job graag doet, is wel duidelijk. “Natuurlijk heb ik ook baaldagen of stress, maar eigenlijk kom ik bijna altijd met de glimlach werken.” Voor we afsluiten, roept ze nog snel dat ze een topteam heeft – “dat moest ik van mijn collega Lieve zeggen!”, lacht ze. “Maar het is waar: landen in een goed en stabiel team, dát maakt dat ik mijn job kan blijven dragen.”

Kris

Dat Kris graag komt werken, staat buiten kijf. Maar het allerleukste vindt ze toch het contact met de doelgroepen zelf. “Alle ontmoetingsgroepen zijn bijzonder hecht. Corona strooit wat roet in het eten, maar gewoonlijk wordt er héél veel geknuffeld. Er heerst een familiegevoel, dat is fijn.”


Zomer woordzoeker 

De zomerse woorden hieronder zitten verstopt in de woordzoeker. Kan jij ze allemaal vinden? Je mag zoeken van links naar rechts, van boven naar onder en diagonaal. Met de letters die overblijven, kan je nog een extra woord vormen dat héél goed past bij dit boekje. Veel zoekplezier!

G P

Z A N D K A S T E

E

L

R

B W B

I

T

L

L

O E M E N

A Z B A R B E

C U E R IJ U

S K W T D A U T O B O S

I

V A Z E Z M Z W E M M E N L M W R M O I

N E

E

P

E B N N

N E M

I

A O R A T

V S K L

A

I

I

M

D R B S Z R T O N O A P

P

E

A T G K A

I

I

L

B A

E

P

I

K

E Z N P V

R N D O C O K S Z K T E U S

P R O E

R G C

L

I

E R O E

I

R U

B W A R M L

E

S R

 

20

 

V.U.: Pleegzorg Vlaanderen vzw - Ravenstraat 98 - 3000 Leuven

auto badminton bal barbecue bikini bloemen bos cocktail gras kamperen kampvuur parasol slippers sproeier tuin vakantie vlinder warm waterpistool ijs zandkasteel zee zon zonnebril zwembad zwembroek zwemmen


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.