Broeikasgasreductie en duurzame energie op bedrijventerreinen in de grensregio Vlaanderen-Nederland
Projecthandboek Eco2Profit 2010 - 2013 Interreg IV-programma Projectcoรถrdinatie: Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij (POM) Antwerpen
INHOUD
Inleiding
Q Broeikasgassen nu aan banden leggen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5 ANALYSE
Q Snel de weg vinden naar ondersteuning. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6 klimaatmonitor
Q CO2-voetafdruk van bedrijventerreinen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8 Energie-effici毛ntieaudits
Q Laat naar je plannen kijken v贸贸r je bouwt . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12 Luchtdichtheidsmetingen en thermografische scans
Q Isoleren kan veel beter . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14 Valorisatie van restwarmte
Q Warmte in overvloed . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18 Haalbaarheidsstudie
Q Stroom tussen wal en schip . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24 Afval valoriseren
Q Nieuw leven voor oude stortplaatsen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26 Intelligente sturingen
Q Openbare verlichting kan veel zuiniger . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28 Duurzame energie, duurzame materialen
Q Sensibiliseren op maat van het bedrijventerrein . . . . . . . . . . . . . . . 32 Ecologische wegstructuren
Q Beton pakt luchtvervuiling aan . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36 Demonstratieproject
Q Samen groener, samen goedkoper . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 40 Geografisch Informatiesysteem (GIS)
Q Bedrijventerreinen energetisch in kaart gebracht . . . . . . . . . . . . . . 44 Stimuleringstraject
Q Kleine bedrijven een groen zetje geven. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 46 Energieco枚rdinator
Q Expert geeft bedrijven zetje in de rug . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 48 Q De projectpartners . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 52 Q Tot slot . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 54
3
Inleiding
Broeikasgassen nu aan banden leggen Als we er niet snel in slagen de uitstoot van
dan vijfhonderd bedrijven zijn bij het project
broeikasgassen te verminderen, zal de veran-
betrokken. De boodschap rond broeikasgas-
dering van het klimaat buitensporige kosten met
reductie is duidelijk gecommuniceerd, er zijn
zich meebrengen. Momenteel wordt tachtig
tal van incentives gegeven, studies uitgevoerd,
percent van onze energie opgewekt met fossie-
projecten gestart en geëvalueerd. En er zijn
le brandstoffen. Die produceren bij verbranding
mooie resultaten geboekt.
CO2, het belangrijkste broeikasgas. Daarom is het essentieel dat Vlaanderen en Nederland
Naast de bedrijven spelen ook de overheden
voor hun energie minder fossiele brandstoffen
een belangrijke rol inzake duurzame energie.
en meer CO2-arme energiebronnen gebruiken.
Zo is het dringend nodig om de regelgevingen van de verschillende overheden op elkaar af te
Efficiënt omgaan met energie: de mens en zijn
stemmen. Hier is nog een lange weg te gaan.
leefomgeving varen er wel bij, maar het is ook
Ook de interne regelgeving van de beleidsma-
goed voor de economische groei. Bedrijfs-
kers kan en moet eenvoudiger.
gebouwen afdoend isoleren, energiezuinig Ludwig Caluwé voorzitter Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij (POM) Antwerpen gedeputeerde Provincie Antwerpen
produceren, energieaudits uitvoeren: het zijn
De bedrijventerreinen zullen een verdere
eveneens vormen van economische activiteit.
evolutie - misschien wel een revolutie - moeten
Met zijn plannen om energie te besparen,
doormaken om CO2-neutraliteit te bereiken.
heeft Europa twee miljoen nieuwe banen en
Innovatie is het codewoord. Onderzoekers en
24 miljard aan investeringen in het vooruitzicht
ingenieurs staan voor de enorme opdracht om
gesteld.
nieuwe technologieën verder te ontwikkelen en
“De bedrijventerreinen zullen een verdere evolutie - misschien wel een revolutie - moeten doormaken om CO2-neutraliteit te bereiken” Bij de internationale onderhandelingen heeft
toe te passen. Groene energie zal de markt
Europa zich ertoe verplicht zijn CO2-uitstoot
beheersen, maar inzake opslag en distributie
tegen 2020 te reduceren met twintig percent
liggen er nog tal van struikelblokken die we uit
ten opzichte van 1990 en met 85 of zelfs 95
de weg moeten ruimen.
percent tegen 2050. Als de EU in 2020 haar doelstellingen inzake duurzame energie en
Het is dan ook de ambitie van de samenwer-
energie-efficiëntie haalt, kan ze al 25 percent
kende partijen om in een vervolgproject verder
minder broeikasgassen uitstoten.
te werken aan het realiseren van CO2-neutrale bedrijventerreinen. De steun van de verschillen-
Het grensoverschrijdend samenwerkingsverband van tien organisaties draagt met het project Eco2Profit bij tot het halen van deze doelstellingen. De partners streven naar CO2-reductie op bedrijventerreinen in de grensregio Vlaanderen/Nederland. Meer
4
5
de overheden blijft hierbij noodzakelijk.
Foto GUE/NGL
Met het oog op het bereiken van de 2020-doelstellingen van de Europese Unie stelden Nederland en België een actieplan hernieuwbare energie op.
Via www.eco2profit.be en www.pomwvl.be/beleidsondersteuning is het overzicht van de steunmaatregelen voor groene energie consulteerbaar.
Analyse
Snel de weg vinden naar ondersteuning Overheden steunen investeringen en acties rond groene energie. Maar
Methodiek voor het aanleveren van energiegegevens In het kader van dit project heeft POM West-Vlaanderen met de Vlaamse Regulator van de Energie- en Gasmarkt (VREG) een consensus bereikt over een procedure voor het aanleveren van energieverbruiksgegevens door de Vlaamse distributienetbeheerders. De lokale overheden hebben die gegevens nodig om per bedrijventerrein een CO2-voetafdruk te maken (lees hierover het artikel op pagina 8). De
hoe? Weten bedrijven op welke tegemoetkomingen ze aanspraak maken?
methodiek voorkomt dat de aangeleverde gegevens individualiseerbaar zijn. Zo wordt de eis van vertrouwelijkheid en privacy voor de
De stuurgroep van het Europese Interreg-project Eco2Profit houdt de
bedrijven niet geschonden.
beleidsmaatregelen in Vlaanderen en Nederland tegen het licht. Bedrijven die informatie zoeken over subsidies, fiscale kortingen, vrijstellingen, advies en premies voor rationeel energiegebruik en hernieuwbare energie, moeten daar vaak een ware speurtocht voor ondernemen. Daarom gaven de Eco2Profit-projectverantwoordelijken studiebureau Zero Emission Solutions de opdracht er
“Zowel voor Vlaanderen als voor Nederland zijn de verschillende steunmaatregelen samengevat op een A4’tje”
Aansluitend daarop vond een stakeholderoverleg plaats met betrokken partijen uit Vlaanderen en Nederland. Dat gebeurde
Knelpuntennota groene warmte
Aan de hand van de inventaris stelde het
aan de hand van een enquête. Wat ervaren
studiebureau een rapport op met knelpunten
de spelers op het terrein als sterke en zwakke
en opportuniteiten inzake beleidsondersteu-
punten inzake ondersteuning van de overhe-
De Provinciale Ontwikkelingsmaatschap-
ning. De analyse vertrekt van de vaststelling
den in de grensregio? Waar hebben ze nood
pij (POM) West-Vlaanderen verwerkte de
dat zowel België als Nederland de Europese
aan, wat zijn hun wensen? De resultaten
conclusies in een knelpuntennota over groene
Uiteraard zijn de maatregelen voortdurend in
2020-doelstellingen inzake CO2-uitstoot
hiervan zijn eveneens in een verslag gegoten.
warmte, restwarmtevalorisatie en warmtenetten
moet halen.
De Eco2Profit-partijen vergeleken de pro’s en
in Vlaanderen. Wat is de probleemstelling?
contra’s in beide landen.
Welke barrières moeten overwonnen worden
een overzichtelijke inventaris van te maken. Er is een onderscheid tussen maatregelen
Kritische evaluatie
Zowel voor Vlaanderen als voor Nederland zijn
voor bedrijven, nonprofitorganisaties en
evolutie. De inventarisatie is dan ook een goed
de maatregelen opgelijst en telkens kort samen-
particulieren. De gebruikers vinden op de fiches
uitgangspunt voor een latere update.
gevat op een A4’tje. Het overzicht is niet enkel
links naar organisaties die meer informatie
en hoe? Deze analyse- en adviesnota is via
op papier, maar ook digitaal consulteerbaar.
verschaffen.
verschillende kanalen verspreid.
6
7
Klimaatmonitor
Ina De Vlieger, projectleider emissiemodellering VITO: “De klimaatmonitor laat toe bedrijventerreinen met elkaar te vergelijken.”
CO2-voetafdruk van bedrijventerreinen Eco2Profit is erin geslaagd een klimaatmonitor te ontwikkelen die de CO2-voetafdruk van bedrijventerreinen meet. Het instrument heeft een enorm potentieel. Het identificeert op een bedrijventerrein de grote energieverbruiksbronnen en de productie aan hernieuwbare energie. Op basis daarvan is het mogelijk een gericht energiebeleid te voeren.
Zoals het groene bewustzijn van een huishou-
Dat is de meeteenheid om het opwarmend
de transportsector is een tijdsintensief proces
den een boost krijgt als het zijn ecologische
vermogen (‘global warming potential’) van
en vraagt een groot engagement van de
voetafdruk berekent, zo is ook een bedrijven-
broeikasgassen weer te geven. Extra indi-
bedrijven. Toch biedt de tool de mogelijkheid
terrein gebaat met een energiescan. Wil het
cator kan de totale PV-productie (elektriciteit
om transport als geheel (sectorniveau) of per
terrein een actief energie- en klimaatbeleid
uit fotovoltaïsche cellen) per vierkante meter
transportmodus (subsectorniveau) in te voeren,
voeren, dan is de eerste taak inzicht verwer-
dakoppervlakte zijn.
voor het geval cijfers uit ander studiewerk beschikbaar zijn.
ven in de activiteiten die broeikasgassen produceren. Om die reden ontwikkelde de Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek (VITO) in opdracht van de Eco2Profit-stuurgroep een gebruiksvriendelijke online-tool: de
Per sector of subsector
klimaatmonitor voor bedrijventerreinen.
Afbakening industrie Voor de industrie kunnen de cijfers van de
Omdat één cijfer voor heel het bedrijventerrein
chemie, de voedingssector, de papiernijver-
In de stuurgroep voor dit project zetelden de
te weinig details geeft, is het nodig om de
heid, de minerale niet-metaalproducten en de
Provinciale Ontwikkelingsmaatschappijen
aanwezige bedrijven op te delen in sectoren
textielsector makkelijk van elkaar gescheiden
(POM’s) van Antwerpen, West-Vlaanderen en
en, indien mogelijk, subsectoren. “Een opdeling
worden. Moeilijker af te bakenen, zijn de
Oost-Vlaanderen en de Nederlandse Omge-
per sector en subsector biedt de mogelijkheid
ijzer- en staalnijverheid, de non-ferro en de
vingsdienst Midden- en West-Brabant (OMWB).
om niet alleen verschillende bedrijventerreinen
metaalverwerkende nijverheid. Die worden
Opwarmend vermogen De klimaatmonitor brengt de broeikasgassen in kaart. Het gaat vooral om CO2 (koolstofdioxi-
“De gebruiksvriendelijkheid van de klimaatmonitor is een grote troef”
de), N20 (lachgas) en CH4 (methaan). Samen is dit drietal verantwoordelijk voor liefst 99 per-
te benchmarken, maar ook sectoren of zelfs
verzameld in de categorie ‘rest industrie’.
cent van de broeikasgasemissies in Vlaanderen
subsectoren met elkaar te vergelijken”, zegt Ina
In de tertiaire sector spreken we over de
en Nederland. Voor de dienstensector wordt in
De Vlieger, projectleider emissiemodellering bij
deelsectoren handel, horeca, gezondheids-
de klimaatmonitor ook de afvalwaterzuivering
VITO. “Deze aanpak laat toe de grote verbrui-
zorg, onderwijs, administratie en dienstverle-
en groencompostering opgenomen, omdat
kers en uitstoters van CO2eq te spotten en een
ning. In principe valt ook het transport onder
daarbij N20-emissies vrijkomen. Concreet voer
specifiek beleid te voeren naar deze bedrijven-
de dienstensector, behalve als het gaat om
je in het instrument de productiegegevens in
groepen. Opsplitsing naar sectoren en subsecto-
afname van elektriciteit voor spoorverkeer op
van installaties die elektriciteit en/of warmte
ren laat dus een gerichter energiebeleid toe.”
het terrein.
vlakte van het terrein, het aantal werknemers,
Voor de landbouw, de openbare verlichting
De energiesector is een geval apart. Hier zijn
het aantal vierkante meter dakoppervlakte en
en de huishoudens op het industriepark is het
niet de deelsectoren, maar de installaties het
het aantal bedrijven.
voldoende om op sectorniveau te werken.
criterium. Wat is het verbruik, de productie
Voor de industrie, de tertiaire sector en de
en het vermogen per installatie of groep
Aan de hand van deze parameters berekent
transportsector is een opsplitsing in deel-
installaties in deze industriezone? Voor de
de klimaatmonitor het totale energieverbruik
sectoren aangewezen. Al is dat niet altijd
productie van elektriciteit en/of warmte maken
en de CO2eq-emissies, voluit CO2-equivalent.
eenvoudig: een gedetailleerde uitwerking van
de onderzoekers bij het invoeren van de
produceren, met opgave van de bruto opper-
8
9
gegevens een onderscheid tussen centrale productie-eenheden, aangesloten op het hoog-
GHG Protocol
spanningsnet, en lokale productie-eenheden
omvat broeikasgassen die rechtstreeks van
bij productie van aangekochte producten
bronnen op het terrein komen, zoals ver-
zoals water en papier. Het kan hier ook om
warmingsinstallaties en voertuigemissies. De
extractie van grondstoffen, dienstreizen en woon-werkverkeer gaan.
“Het instrument is bruikbaar in zowel België als Nederland”
zoals warmte-krachtkoppeling, zonnepanelen
Voor de weergave van de emissies volgt de
tweede betreft emissies van aangekochte elek-
en windturbines. Ook kunnen leveringen van
klimaatmonitor de internationale standaard
triciteit en warmte, inclusief de verliezen door
warmte via warmtenetten in rekening worden
van het Greenhouse Gas Protocol (GHG
transmissie en verdeling. Scope drie behelst
Omdat deze emissies complex en moeilijk
gebracht.
Protocol), dat drie scopes erkent. De eerste
de indirecte broeikasgasemissies, bijvoorbeeld
te berekenen zijn, wordt de derde scope
Het meest leerrijk is uiteraard een globale
klimaatbeleid, is het instrument wetenschap-
door het GHG Protocol enkel als een optie
energiebalans voor het terrein, opgemaakt in
pelijk goed onderbouwd. “De klimaatmonitor
gesuggereerd. VITO besloot de derde scope
tabellen, met daarbij het brandstofverbruik per
helpt bedrijven en bedrijventerreinen een grote
niet in het instrument op te nemen omdat ook
type installatie, de productie van elektriciteit,
stap vooruit inzake benchmarking”, besluiten
niet-experten met de klimaatmonitor moeten
warmte en/of stoom, de eventueel aange-
de projectpartners.
kunnen werken.
kochte elektriciteit, warmte en stoom en de doorverkochte hoeveelheden, met aanduiding
Flexibel instrument
van de sectoren.
Na ingave van de gegevens laat het instrument toe een aantal visualisaties van de emissies en indicatoren op te vragen. De klimaatmonitor is
Wetenschappelijk onderbouwd
een bijzonder flexibel instrument. De manieren om de gegevens te presenteren, zijn heel divers.
De flexibele en visuele voorstelling van de
Een rapportage met grafieken? Geen probleem.
resultaten en de gebruiksvriendelijkheid zijn
Wil je een berekening van vooraf gedefinieerde
grote troeven van de klimaatmonitor. Omdat
indicatoren? Dat kan evengoed. Ook het down-
VITO al meer dan tien jaar expertise heeft op
loaden van emissieresultaten op sectorniveau in
het vlak van energiebalansen, emissiebere-
Excel behoort tot de mogelijkheden.
keningen en ondersteuning van energie- en
Genesis Onderzoeksinstelling VITO kreeg van
Ton CO2eq
Emissies
de Eco2Profit-stuurgroep ‘Klimaatmoni-
80,000
Energiesector
60,000
Industrie
tor bedrijventerreinen’ de opdracht een klimaatmonitor voor bedrijventerreinen te ontwikkelen, alsook een weten-
40,000
Landbouw, bosbouw & visserij
20,000
Tertiaire sector
ment. In de stuurgroep zetelden POM
Transport
Antwerpen, POM West-Vlaanderen,
0
Scope1
schappelijk achtergronddocument en een handleiding bij het rekeninstru-
POM Oost-Vlaanderen en de Neder-
Scope 2
Scope
Energiesector
Industrie
Landbouw, bosbouw & visserij
Tertiaire sector
Transport
Scope 1
14.33 ton
28515.75 ton
17687.90 ton
53973.07 ton
0.00 ton
Scope 2
49.10 ton
32106.67 ton
836.38 ton
66174.10 ton
0.00 ton
landse Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant (OMWB). Voorzitter Marie-José Zweekhorst (OMWB) vertelt: “In Nederland was in opdracht van het ministerie van Infrastructuur en Milieu en het Agentschap NL al
Energierapporten voor bedrijventerreinen
een klimaatmonitor ontwikkeld, die gemeenten toeliet hun CO2-voetafdruk
Omdat één energiecijfer voor een heel bedrijventerrein te weinig details geeft, is het nodig om de aanwezige bedrijven op te delen in sectoren en subsectoren.
10
Om de CO2-monitor op te stellen, moeten heel wat energiegegevens worden opge-
te bepalen. Al snel bleek het principe
vraagd. POM West-Vlaanderen merkte dat deze gegevens ook iets vertellen over de
van deze Klimaatmonitor ook geschikt
evolutie en interne dynamiek van verschillende subsectoren op bedrijventerreinen. De
voor bedrijventerreinen. Wij hebben
ontwikkelingsmaatschappij stelde voor acht bedrijventerreinen energierapporten op
VITO dan ook gevraagd om volgens
waarin, naast de resultaten uit de CO2-monitor, ook heel wat energie-evoluties kunnen
dit principe een monitor te ontwikkelen
worden opgevolgd, zoals de evolutie van de productie van groene stroom en warmte
voor bedrijventerreinen, bruikbaar in
op de verschillende terreinen.
zowel België als Nederland.”
11
Energie-efficiëntieaudits
Laat naar je plannen kijken vóór je bouwt Veel architecten en aannemers van industriële gebouwen hebben geen aandacht voor energiezuinigheid. “Daarom willen we met onze ‘audits nieuwbouwplannen’ zo vroeg mogelijk in een nieuwbouwproject
Advies mét kostenbatenanalyse
Consulteer het duurzaamheidscharter Bedrijven die een perceel kopen op de bedrijventerreinen in Wijnegem of Lier ontvangen ook het ‘Charter voor duurzaam industrieel bouwen’ dat de Provinciale Ontwikke-
Den Hoek 3, het industrieterrein in Wijnegem,
lingsmaatschappij (POM) Antwerpen in 2010 opstelde. Dit charter wil een toetssteen
is 12,5 hectare groot. Het is bestemd voor
zijn voor de energie-efficiëntie van nieuwbouwplannen. Alle aspecten die relevant zijn
productie- en R&D-bedrijven. POM Antwerpen
op het vlak van duurzaamheid komen in het charter aan bod.
investeerde 14 miljoen euro om het park te
meestappen”, zegt Isabelle Verdonck, expert bedrijventerreinen bij de Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij (POM) Antwerpen.
ontsluiten. In Lier biedt POM met Duwijck 2
Het doet aanbevelingen over zowel het ontwerp van een gebouw - oriëntering,
bijkomend twintig hectare aan voor algemene
compactheid, daglicht en zonwering - als E- en K-peil (energie- en isolatiewaarde), de
economische bedrijvigheid. Bedrijven met
bouwschil, het gebruik van materialen, luchtdichtheid, technieken, beheer, processen,
Bedrijven die een perceel aankopen op een
“Wij brengen het studiebureau aan”, verdui-
De experts screenen de plannen van de bedrij-
regionale reikwijdte, actief in productie, ver-
hernieuwbare energie etc. Hiermee hebben de bedrijven een extra instrument in han-
van de POM-bedrijventerreinen in aanleg - met
delijkt Isabelle Verdonck. Het betreft Beco,
ven. De audit en de aanbevelingen resulteren
werking en recyclage van goederen, bouwin-
den om hun vestiging energiezuinig en duurzaam in te planten en in te richten.
name Duwijck in Lier en Den Hoek 3 in Wijne-
gespecialiseerd in strategisch duurzaamheids-
niet in dwingende maatregelen. Het staat de
dustrie, opslag en distributie, onderzoeks- en
gem - kunnen bij het opmaken van hun plannen
advies, begeleiding van duurzaam bouwen en
bezochte bedrijven uiteindelijk vrij hun plannen
ontwikkelingsactiviteiten zijn er welkom. Kopers
een beroep doen op het advies van experten in
industriële procesdoorlichting. Sinds het najaar
al dan niet bij te sturen inzake energiezuinig-
engageren zich om binnen vijf jaar een econo-
halen. Bedrijven op het terrein verbinden er zich
bepalen. Het verslag met adviezen bouwt
energie-efficiëntie. Eco2Profit subsidieert deze
van 2012 maakt het deel uit van het internatio-
mische activiteit op hun perceel te ontwikkelen.
wél toe om zelf voor groene stroom te zorgen
onder meer op conceptsimulaties, die de impact
interventie.
nale adviesbureau Ernst & Young.
heid en duurzaamheid.
berekenen van verschillende opties op het
“Het auditrapport heeft aandacht voor de balans tussen comfort en energie”
energieverbruik en het comfort. Wat is het effect van zonwering, luifels of zonwerend glas op het zomercomfort in een hal of vergaderzaal met een grote glaspartij? Welke invloed hebben dakkoepels in een hal of magazijn op lichtinval en energieverbruik? Doen die keuzes het koelver-
Er waren op de parken al terreinen verkocht voor-
- en die op te wekken via zonnepanelen,
aleer dit Eco2Profit-project van start ging. Een
windturbines of warmte-krachtkoppeling (WKK)
tiental bedrijven, verspreid over beide terreinen,
- of om die aan te kopen. “Bovenop deze
is uiteindelijk aangesproken. De meeste kandida-
CO2-neutraliteit voor wat elektriciteit betreft, is
ten gingen in op het aanbod. Bedrijven die nog
ook het bijhouden van een energieboekhouding
geen vaste plannen hebben, krijgen advies over
in de verkoopakte ingeschreven. Verder leggen
Dynamische software, zoals DesignBuilder,
de inplanting. Zijn ze al verder gevorderd, dan
we geen normen of eisen op.”
zorgt voor de analyse. Het programma koppelt
adviseert het bureau hen ook inzake technieken. Het advies betreft puur de energie-efficiëntie en gaat gepaard met een kosten-batenanalyse die
bruik stijgen?
Dynamische simulatie een klimaatmodel met officiële weersinforma-
In de praktijk
de bedrijven zicht geeft op de economische
tie aan een gebouwmodel. Vervolgens voert het op verschillende scenario’s zo realistisch mogelijke simulaties uit. “Zo kan je het verschil
voordelen en de terugverdientijden van energie-
Geert Bellens is zelfstandig adviseur duurzaam
afwegen tussen een hal met opengaande en
zuinige, duurzame alternatieven.
bouwen en voert voor Beco de studies uit. “Reeds
gesloten koepels, bijvoorbeeld.”
in het vroege ontwerpproces heb ik een gesprek
CO2-neutraal De audit van de nieuwbouwplannen gebeurt
met architect en studiebureau over de plannen.
Het advies vergt één tot drie dagen werk. “Soms
Veel bedrijven stappen te laat in dit auditproces,
weet de bouwheer precies wat hij wil en hoe-
pas nadat ze hun conceptkeuzes al maakten”,
ven we enkel wat vragen te stellen. Dan beperkt
vertelt hij.
de interventie zich tot het puur rapporteren van het project”, zegt Geert Bellens. “Bedrijven
op basis van een minimaal ‘Programma van eisen’. Dat legt de criteria vast waaraan de ener-
De ingenieur buigt zich over logische of passie-
zijn wel steeds geïnteresseerd om bij te leren.
gieprestaties van het geplande gebouw en zijn
ve opties, zoals de oriëntering van het gebouw.
De meesten maken graag van de gelegenheid
technische installaties moeten voldoen. Deze
Ook de omvang van het energieverbruik speelt
gebruik om te leren hoe ze hun energieverbruik
criteria gaan verder dan wat de energiepresta-
een rol, net zoals de productiewarmte van
kunnen verlagen en het comfort verhogen.”
tieregelgeving voor bouwers (EPB) oplegt.
machines, installaties, computers en ook van de mensen in het gebouw.
De bedoeling van de oefening is niet bedrijven De audit omvat een kosten-batenanalyse. Zo krijgen de bedrijven zicht op de terugverdientijden van energiezuinige alternatieven.
12
te verplichten om met hun nieuwbouwproject
De data voeden een computermodel dat toelaat
energielabels of certificaten - zoals Breaam - te
de juiste balans tussen comfort en energie te
13
Luchtdichtheidsmetingen en thermografische scans
Franky Vereecke voerde in het Eco2Profit-project de thermografische scans in West-Vlaanderen uit. Via een draadloos netwerkje kan de gebruiker de thermoscan ‘live’ meemaken op een iPad.
Isoleren kan veel beter Er is heel wat energie nodig om bedrijfsruimten te verwarmen of te koelen. Het isoleren van daken en muren en het dichten van luchtlekken resulteren dan ook in forse energiebesparingen.
“In vergelijking met particuliere huizen is
Energiedeskundige Vincent Dehelt test met deze ‘blower door’-opstelling hoeveel lucht er in bedrijven verloren gaat via luchtlekken.
het zeer slecht gesteld met de isolatie van bedrijven. Dat is zelfs het geval bij nieuwbouw en kantoren van bedrijven”, zegt Peter Clauwaert, projectleider Eco2Profit bij POM West-Vlaanderen. De organisatie wil bedrijven op weg helpen door hun isolatieproblemen in kaart te brengen. Want eenmaal gekend, is het probleem ook te verhelpen. Daarom zijn in het Eco2Profit-project luchtdichtheidsmetingen en thermografische scans uitgevoerd. POM West-Vlaanderen en Interleuven brachten bovendien hele bedrijventerreinen thermografisch in beeld met warmtefoto’s vanuit de lucht. deuren geplaatst zijn en verwarming, ventilatie,
Ongecontroleerde ventilatie
sanitair en elektriciteit geïnstalleerd zijn. Ook
Energiepeil doen dalen
de muurafwerking en schilderwerken moeten
dingen vaak het pijnpunt. Denk bijvoorbeeld aan ventilatiekanalen met een luchtgroep op
achter de rug zijn. Het meten gebeurt bij een
Waarom dan toch een luchtdichtheidsmeting
het dak. “Soms vormen die écht een probleem
over- en onderdruk van minstens 50 Pascal (Pa).
uitvoeren in industriële gebouwen? Dehelt noemt
en zorgen ze voor een koude luchtstroom
De luchtdichtheid wordt uitgedrukt als ‘infiltra-
drie redenen. Wanneer de hoofdaannemer
doorheen het hele gebouw. Door de omvang
Luchtlekken zorgen voor een ongecontroleerde
tievoud’ of lekdebiet - kubieke meter per uur - in
gebonden is aan een waarde in het lastenboek
van een industrieel gebouw is de energetische
ventilatie. Als een gebouw niet ‘dicht’ is, sijpelt
verhouding tot het globale binnenvolume. Je
en die wordt niet gehaald, dan moet de aan-
impact ervan beperkt. Anderzijds is de kans op
warmte naar buiten, ontstaat er tocht, maar ook
schimmelvorming vrij groot.”
kan ook spreken over ‘oppervlaktedoorlaat-
nemer de nodige maatregelen nemen. Indien
condens, die het risico op schimmelvorming en
baarheid’, waarbij het lekdebiet in verhouding
het lastenboek geen waarde voorschrijft, zal de
bouwschade verhoogt. Elk luchtlek is ook een ge-
staat tot de oppervlakte van de buitenschil.
aannemer geen bijzondere aandacht beste-
luidslek. “Wie goed wil scoren op luchtdichtheid, houdt daar van bij het conceptualiseren van het gebouw rekening mee”, zegt energiedeskundige Vincent Dehelt, die onder meer ‘blower door’- of luchtdichtheidstesten uitvoert. De expert stelt vast dat steeds meer bedrijven in een vroeg stadium van hun bouwproject aandacht hebben voor luchtdichtheid. “De meerderheid bouwt helaas
“Wie goed wil scoren op luchtdichtheid, houdt daar van bij het ontwerp van het gebouw rekening mee”
nog steeds in functie van wat strikt ‘nodig’ is.”
Luchtdebiet meten
Metingen bij Top-Mix en Greenbridge In het Eco2Profit-project coördineerde de Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij (POM) West-Vlaanderen luchtdichtheidsmetingen bij twee bedrijven in Oostende: Top-Mix en Greenbridge. Bij Top-Mix, dat afvalstromen
In doorsneewoningen kan de variatie in meetre-
den aan luchtdichtheid, maar toch een meting
uit de bouwsector verwerkt, werden verlie-
sultaten heel groot zijn, vertrekkende van minder
wensen om het energie- of E-peil naar beneden
zen vastgesteld via de kokers, maar die zijn
dan één in een passiefhuis. Waarden van vier
te krijgen. Aangezien de standaardwaarde die
geenszins dramatisch. Wel koos het bedrijf
tot acht zijn niet uitzonderlijk. Een woning met
EPB (Energieprestatieregelgeving voor de bouw)
voor hoge deuren, waardoor ook verlies ont-
kelder, garage en zolder haalt zonder bijzonde-
gebruikt - 12 m³/h per m² - vrij hoog is, lukt dat
staat bij windstoten. In de winter ontstaat er
luchtdebiet te meten. Hoeveel lucht gaat verlo-
re aandacht geen vier, een cijfer dat niet-resi-
ook. “Ten slotte komt een luchtdichtheidsmeting
condens op de profielen, maar opnieuw: ‘niet
ren via luchtlekken? Een luchtdichtheidsmeting
dentiële gebouwen in principe gemakkelijker
er ook om andere problemen, zoals schimmel,
dramatisch’. Wel is het gebouw onderkelderd
kan pas gebeuren wanneer de gebouwschil
bereiken omdat de lekkage wordt berekend in
te voorkomen. Schimmel kan schadelijk zijn
en zorgen verluchtingsgaten voor luchtstro-
volledig dicht is, dus wanneer alle vensters en
verhouding tot het grotere binnenvolume.
voor de structuur van het gebouw.”
men.
Een luchtdichtheidstest is bedoeld om een
14
In industriële gebouwen zijn kokers met nutslei-
15
ton te kiezen voor de muren. “Het na-isoleren
bepaalde installaties aan vervanging toe zijn,
een kleine verhoging van het energieverbruik in
De aanwezigheid van een kelder zorgt voor
van een dak is doorgaans op zeven à tien jaar
zal een bedrijf wellicht eerder opteren voor
een gebouw. “Je kunt een kelder afsluiten van
terugverdiend. Bij koelbedrijven kan het sneller.”
een upgrade. Een gewone stalen poort wordt
de rest van een gebouw door de ruimte een eigen buitendeur te geven”, stelt Vincent Dehelt.
Bekijk de warmtefoto’s op www.eco2profit.eu/warmtefoto
Een digitale thermografische luchtfoto (hier van het bedrijventerrein Plassendale) laat zien hoe goed de daken van de industriële gebouwen geïsoleerd zijn.
dan misschien een geïsoleerde sectionaal“Er zijn bedrijven bij met kantoren waar 17°C
poort.
gemeten werd onder het venster wanneer het
Thermografie vanuit de lucht
Bij Greenbridge - wetenschapspark en incuba-
buiten 3°C was”, vertelt Franky Vereecke die
tor voor high-tech starters - was de luchtdicht-
de scans voor toeleverancier Infrared Servi-
heidstest op het ogenblik van publicatie van dit
ces verzorgde. Ook de wind krijgt in veel
handboek nog in voorbereiding. Het gaat hier
gebouwen vrij spel. Zelfs bij een recent en
om een nieuw gebouw dat tegen een ouder
reeds geïsoleerd gebouw was weinig rekening
deel is aangebouwd. “Ik vermoed dat er verlies
gehouden met de luchtdichtheid. “In de
Veel bedrijven missen nog steeds een goede
ken met de be-
zal zijn waar leidingen van het ene naar het
EPB-berekening van bepaalde gebouwen wordt
dakisolatie en verspillen daardoor heel wat
trokken gemeen-
andere gebouw lopen. Meestal is daar minder
luchtdichtheid zelfs niet meegenomen.”
energie. POM West-Vlaanderen en Interleuven
Brabant. In
- eveneens partner in dit Eco2Profit-project -
het najaar 2013 zijn
brengen deze verliezen in kaart.
de gegevens van Interleuven via
aandacht voor.” Doorgaans wordt er gewoon
ceren. De resultaten van de luminantiekaarten zijn besproken met Eandis. Gesprek-
ten volgen nog. “Naderhand kan
een gat geboord en worden de leidingen
“Er zijn bedrijven met potentieel”, aldus Vereec-
erdoor getrokken. Er is ook een lokaal met sec-
ke. Hij denkt bijvoorbeeld aan een bedrijf dat
een online webapplicatie raadpleegbaar. Er
tionaalpoort. “Dat zal koeler zijn dan de rest.
een glasvitrine heeft van zo’n dertig meter lang,
Tijdens de nacht van 21 op 22 februari
staan voor deze bedrijven ook workshops met
Conceptueel zou zo’n lokaal beter losstaan
of een koelbedrijf dat eerder zijn dak liet isole-
2012 vloog Eurosense in opdracht van POM
informatie over energie-efficiënt en duurzaam
analyseren, moet eerst
van het gebouw, maar er zullen allicht redenen
ren. “Als de betrokkenen zien hoeveel hen dat
West-Vlaanderen ‘s nachts op 900 meter
bouwen en verbouwen op stapel.
een korte vragenlijst over de dakbedekking
geweest zijn om het te integreren.”
bespaart, zullen ze misschien ook overwegen
hoogte met een digitale thermografische
beantwoorden. Ligt er kiezel op het dak? Is
“We wilden ook een beeld hebben van de
om de muren te isoleren.”
camera boven de bedrijventerreinen Plassen-
Particulieren konden eerder al thermografische
het uitgerust met zonnepanelen? Is de ruimte
openbare verlichting voor en na het religh-
dale in Oostende, Herdersbrug in Brugge,
luchtfoto’s van Antwerpen en Gent op het net
onder het dak verwarmd? Heeft die ruimte een
ting-project van het bedrijventerrein Nieuwland
Kampveld in Oostkamp en de Transportzone
consulteren en zien hoe degelijk hun dak geïso-
constante temperatuur? Deze ‘sleutel’ resulteert
in Aarschot”, zegt Sonja Paenhuys. Daar zal de
in Zeebrugge. “De digitale warmtefoto laat
leerd is. Interleuven heeft hiermee ook al ervaring
per gebouw in een andere legende: goed,
openbare verlichting worden gerenoveerd in
de bedrijven toe een goed beeld te krijgen
in Tervuren. Nu is dat dus ook gebeurd voor
matig of helemaal niet geïsoleerd.
het kader van het BLISS-project (Better Lighting
Een gimmick zorgde alvast voor heel wat
van de warmteverliezen langs hun dak”, zegt
bedrijfsgebouwen. “Wij willen ondernemingen
Om bedrijven voor de problematiek te sensi-
belangstelling, interactie en betrokkenheid
Peter Clauwaert van POM West-Vlaande-
sensibiliseren en stimuleren om energie-efficiënte-
biseren, bood POM West-Vlaanderen in het
bij de gescande klant. “We ontwikkelden
ren. “Door de vorm van industriële panden
re bedrijfsgebouwen neer te zetten”, zegt Sonja
kader van Eco2Profit aan zeventien bedrijven
een systeem waarmee de gebruiker de
is het warmteverlies langs het dak bij deze
Paenhuys, projectleider Eco2Profit bij Interleuven.
een individuele thermografische bedrijfsscan
thermoscan via een draadloos netwerkje ‘live’
gebouwen nog veel groter dan bij particuliere
“We zullen de gescande bedrijven ook individu-
aan. Doel: energieverliezen - isolatiegebreken,
kon meemaken op een iPad”, zegt Francky
woningen”.
eel aanspreken en opvolgen buiten het project.”
koudebruggen, kieren en spleten - opsporen en
Vereecke. Zo kunnen de bedrijven inzoomen
visualiseren aan de hand van een kleurenfoto.
op bepaalde probleemgebieden, zoals
De gescande bedrijfsgebouwen, op terreinen in
thermobruggen.
Thermografische scans
Zien leidt tot actie
Individuele opvolging
Brugge, Zeebrugge, Oostende en Oostkamp,
Temperatuurverschillen
Interleuven met deze kaarten bedrijven aanspreken over de efficiëntie van hun verlichting op perceelniveau.”
in Sustainable Streets).
Luminantiekaart toont overbelichting
logie - luminantiebeelden vanuit de lucht - een goed beeld geeft van de plaatsen waar er overbelichting is. Om na te gaan of de verlich-
Innovatief voor de vlucht van Interleuven is dat
tingsklasse op de classificatiekaart overeen-
er tevens ‘luminantiekaarten’ zijn gemaakt van
komt met de gewenste verlichtingsklasse dient
de bedrijventerreinen in Aarschot (Nieuwland
deze methodiek nog te worden verfijnd.” Een
en Meetshoven) en Leuven (Researchpark Haas-
lichtmeting vanuit de lucht verschilt immers van
rode). De luminantiekaart geeft de ‘overbelich-
de praktijk: een voetganger of chauffeur in een
te’ zones weer in kleur. Op die plaatsen is de
wagen ervaart het licht immers onder een andere kijkhoek.
waren meestal twintig tot dertig jaar oud.
“Hopelijk zetten de beelden aan tot actie”,
Dankzij het lastenboek, de temperatuurloggers
Van isoleren van industriële gebouwen was in
besluit Vereecke. De thermoscan verduidelijkt
en de ervaringen van POM West-Vlaanderen
die tijd nauwelijks of geen sprake. Als er al
alvast waar ‘laaghangend fruit’ te plukken
kon Interleuven begin maart 2013 dezelfde
Het nemen van thermografische luchtfoto’s moet
openbare verlichting te sterk en is er ruimte om
geïsoleerd werd, gebeurde dat door cellenbe-
valt. “Kleedkamers worden verwarmd tot 22°
oefening doen voor de bedrijventerreinen
gebeuren bij bepaalde weercondities: er mag
lichtenergie te besparen en lichthinder te redu-
à 23°C. Daar is met wat isolatie snel winst
Researchpark Haasrode in Leuven, Nieuwland
niet te veel wind zijn, buiten moet het kouder zijn
te realiseren. Daarentegen is het rendement
en Meetshoven in Aarschot, Webbekom in
dan 5°C en er mag de voorbije 36 uur geen
van ingrepen in een productieruimte, die maar
Diest, Bleyveld in Hoegaarden, De Vunt in
neerslag gevallen zijn. De vlucht voor Interleuven
17°C moet halen, heel wat minder.” Wanneer
Holsbeek en Kruineike in Haacht, in Vlaams-
vond plaats tijdens de nacht van 4 op 5 maart
Resultaat van een thermografische audit. De rode kleur wijst op een groter temperatuurverschil en dus energieverlies op die plaatsen.
“We leerden ondertussen dat deze methodo-
Hogeresolutie-infraroodcamera
2013. Tegelijk voerden op elk van de bedrij-
Infrared Services doet thermografische scans met een hogeresolutie-infraroodcamera.
venterreinen een aantal bedrijven temperatuur-
Deze FLIR SC640 heeft een beeldsensor van 640x480 pixels. Het gaat om ‘echte’
metingen uit op de grond en onder daken. Dat
meetpixels, zonder interpolatie. Dat heeft het voordeel dat bij het scannen van grotere
gebeurde met dataloggers die POM West-Vlaan-
oppervlaktes - denk aan een volledige gevel - meerdere beelden aan elkaar ‘gestitched’
deren en Interleuven ter beschikking stelden.
kunnen worden voor een totaalbeeld, met behoud van alle informatie. Het toestel heeft een thermische gevoeligheid van 0,06°C. Ook andere apparatuur wordt ingezet, zoals
De thermografische luchtfoto’s dienen gelezen te
digitale thermometers en temperatuurloggers. “Om voldoende contrast te hebben in de
worden aan de hand van een interpretatiesleutel.
scan streven we naar een temperatuurverschil van 10°C tussen binnen en buiten.”
Wie de resultaten voor zijn dak wil bekijken en
16
17
Valorisatie van restwarmte
Zijn warmtenetten duurzaam?
Warmte in overvloed
Bronnen van restwarmte zijn er in overvloed. Het gaat bijvoorbeeld om warmte die in een verbrandingsproces samen met rookgassen wordt uitgestoten.
Vooral Scandinavië en Oost-Europa maken al
In de zoektocht naar duurzaamheid en energie-efficiëntie is er één
decennialang gebruik van warmtenetten, al
energievorm die zeer vaak over het hoofd wordt gezien en die nochtans in
had het concept daar aanvankelijk niets met
overvloed beschikbaar is: restwarmte. Het gaat om warmte die vrijkomt in
de valorisatie van restwarmte te maken. De
machines en industriële processen en die bij de productie van elektriciteit
warmtenetten dienden daar in eerste instantie
veelal verloren gaat omdat ze ter plaatse niet nuttig kan worden gebruikt.
om de opwekking van warmte in woonwijken
In het Eco2Profit-project is voor een aantal bedrijventerreinen nagegaan
te centraliseren. Op die manier bleef de uitstoot
in welke mate deze warmte via warmtenetten valoriseerbaar is. De eerste
van rookgassen buiten de woonwijk, vermin-
resultaten zijn veelbelovend. Wel gaat het telkens om zeer complexe
derden de veiligheidsrisico’s en was een hoger
dossiers die verder onderzoek en uitwerking vragen.
energetisch rendement mogelijk. Ondertussen is er ook daar sprake van valorisatie van rest-
Bronnen van restwarmte zijn er in overvloed.
elkaar liggen, dat de aanleg van een warm-
plaats van stoom om een turbine aan te drijven.
warmte en worden in de buurt van warmtenet-
Denk maar aan de warmte die samen met
tenet grote infrastructuurwerken vergt. Warm-
Het organisch materiaal verdampt bij een
ten bijvoorbeeld nieuwe datacentra gebouwd,
de rookgassen wordt uitgestoten in tal van
tenetten komen daarom pas in beeld wanneer
veel lagere temperatuur dan water zodat ook
zodat de warmte die de servers produceren via
verbrandingsprocessen of de warmte die met
de beschikbare restwarmte niet ter plaatse kan
warmte op een lagere temperatuur kan worden
de koeling aan het net kan worden geleverd.
het koelwater in rivieren wordt geloosd. Die
worden aangewend.
gevaloriseerd. Het nadeel is dat een dergelijke
warmte is voor het bedrijf niet nuttig - het is wat overblijft na een industrieel proces - maar er zijn wel energiebronnen verbruikt om ze op te wekken. Wie streeft naar maximale energie-efficiëntie moet dus ook proberen om die resterende
Valorisatie van restwarmte
installatie een beperkt rendement heeft - vaak
Of warmtenetten voor de valorisatie van rest-
niet meer dan tien percent - waardoor de
warmte ook duurzaam zijn, hangt een beetje af
investering in veel gevallen moeilijk terugver-
van de definitie. Dat warmte die anders verlo-
dienbaar is.
ren gaat dankzij een warmtenet elders gebruikt wordt en daar tot een vermindering van het
Restwarmte kan ook worden omgezet in kou-
energieverbruik leidt, is uiteraard een goede
De afgelopen jaren zijn in de industrie tal van
de, met name in een absorptiekoelmachine. In
zaak. In dat opzicht zijn warmtenetten een zeer
Indien de warmte elders nog nuttig kan worden
projecten gerealiseerd voor het hergebruiken
zo’n installatie wordt warmte onttrokken aan
pure vorm van duurzame energiebesparing. In
gebruikt, zal daar minder of geen energie meer
van restwarmte. De meest voor de hand liggen-
de omgeving door waterdamp te absorberen
de doelstellingen van landen en regio’s om een
nodig zijn om warmte op te wekken. Op die
de oplossing is de warmte gebruiken in andere
in een zoutoplossing. Die oplossing wordt
bepaald percentage van de warmte en koeling
vervolgens op hogere druk gebracht waarna
duurzaam op te wekken, tellen warmtenet-
de warmte dient om de waterdamp weer
ten echter niet noodzakelijk mee. De reden
te onttrekken en de cyclus te herhalen. De
hiervoor is dat de meeste restwarmte ontstaat
pompen in een dergelijke installatie verbruiken
uit de verbranding van fossiele brandstoffen en
veel minder energie dan de compressoren
afval, terwijl duurzame warmte afkomstig moet
in klassieke koelsystemen. De rest van de
zijn van hernieuwbare bronnen zoals zon, hout,
energie wordt geleverd door warmte. Het
biogas en aardwarmte. Energiebesparing en
nadeel is dat absorptiekoelmachines een
CO2-reductie zijn duidelijk twee aparte begrip-
zware investering vergen die enkel rendeert
pen die door de inzet van een warmtenet niet
processen, voor de productie van sanitair
wanneer er een voldoende grote behoefte
noodzakelijk evenredig evolueren.
een gebruiker van restwarmte een vergoeding
water of voor de verwarming van de eigen
aan koeling is.
betaalt aan de aanbieder en beide partijen
gebouwen. Voorwaarde is dat de warmte op
daar hun voordeel mee doen.
een voldoende hoge temperatuur beschikbaar
Dit alles maakt het valoriseren van restwarmte
Eco2Profit, blijkt bovendien dat warmtenetten in
warmte te valoriseren.
“De meest voor de hand liggende oplossing is restwarmte gebruiken in andere processen” manier onstaat er een business case waarbij
Uit de analyses die gebeurden in het kader van
is en dat de warmtevraag groot genoeg is
bijzonder moeilijk. Tenzij je wat verder kijkt dan
de praktijk pas echt interessant zijn als er een
Warmtenetten vormen de ruggengraat van dat
om de beschikbare restwarmte maximaal te
de muren van je eigen bedrijf en nagaat of er
of meerdere grote leveranciers van warmte bij
verhaal omdat ze aanbieders en verbruikers
valoriseren.
in de omgeving gebruikers te vinden zijn voor
worden betrokken, zoals afvalverbranders en
de warmte die je zelf op overschot hebt. In het
elektriciteitscentrales. In dat laatste geval is het
van warmte met elkaar verbinden. Technisch gezien is het doorgeven van warmte niet altijd
Een andere mogelijkheid is het opwekken van
Eco2Profit-project is voor een aantal bedrijven-
echter zo dat het aftappen van warmte enigs-
evident, want de temperatuur en de tijdstippen
elektriciteit, bijvoorbeeld met een ORC-instal-
terreinen onderzocht of er op basis van vraag
zins ten koste gaat van de elektriciteitsproductie
waarop warmte beschikbaar is, bepalen mee
latie (Organic Rankine Cyclus). Een dergelijke
en aanbod van individuele bedrijven voldoen-
in de centrale. Het gaat dan niet meer om pure
of deze elders bruikbaar is. Bovendien kunnen
machine werkt zoals een elektriciteitscentrale,
de potentieel aanwezig is om de investering in
restwarmte, wat niet wegneemt dat er globaal
potentiële aanbieders en verbruikers zo ver van
maar gebruikt een organisch medium in de
een warmtenet zinvol te maken.
nog steeds sprake is van energiebesparing.
18
19
zou kunnen leveren. De verschillende scena-
Potentiële aanbieders en verbruikers van warmte liggen soms ver van elkaar, waardoor de aanleg van een warmtenet grote infrastructuurwerken vergt.
In Oostende kan het aanbod aan warmte 890 GWh/jaar bedragen. Vier potentiële warmteproducenten zijn IVOO, Proviron, Electrawinds en Ematco.
rio’s maken gewag van terugverdientijden van twaaf tot twintig jaar, afhankelijk van het aantal bedrijven dat in het net wordt opgenomen, de bijhorende vraag naar warmte en de mate waarin subsidiëring mogelijk is. “Een terugverdientijd van twaalf tot vijfentwintig jaar is aanvaardbaar voor een warmtenet”, zegt
Foto Gert Jan ter Haar / Lievense
Peter Clauwaert, projectcoördinator Eco2Profit voor POM West-Vlaanderen. “Voor gewone bedrijven is die tijd te lang, maar als er publieke actoren, zoals intercommunales, bij betrokken zijn en er sprake is van een hoge maatschappelijke en ecologische meerwaarde, is die terugverdientijd wel haalbaar. Bovendien is bij dat soort bedrijven het belang van maatschappelijk
Uitbreiding van warmtenet in Brugge
huis AZ Sint-Jan - gebruikt die warmte overigens
Een mooi voorbeeld van een warmtenet voor de
In het Eco2Profit-project onderzocht de
schakelen. Zij beschouwen de warmtenetten als
valorisatie van restwarmte is te vinden in Brugge.
Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij (POM)
een deel van de infrastructuur die nu eenmaal
Of de uitbreiding in Brugge er ook echt komt,
te. Ook aan geïnteresseerde warmteafnemers
IVBO, de uitbater van een afvalverbrandings-
West-Vlaanderen de mogelijke uitbreiding van
hoort bij duurzame elektriciteitsproductie en
hangt in de eerste plaats af van de vraag of de
ontbreekt het in Oostende niet.
oven, bouwde het elf kilometer lange net al in
het warmtenet in Brugge. POM vond meer dan
afvalverwerking. Ook is ondersteuning door bij-
geplande biomassacentrale effectief gebouwd
1985. Het transporteert oververhit water op
twintig geïnteresseerde afnemers, samen goed
voorbeeld subsidies vaak van doorslaggevend
wordt. Op dat moment zullen de partijen
Indien het project van Ematco plaatsvindt,
120° C en 8 bar naar een tiental klanten die sa-
voor 45 GWh/jaar. Aan de aanbodzijde
belang. Anders zou de terugverdientijd bijna
moeten bekijken of er een uitbreiding komt van
zo becijferde Eco2Profit, kan een warmtenet
men jaarlijks zowat 44 GWh aan warmte via het
zijn er plannen voor de bouw van een nieuwe
verdubbelen en zouden een aantal scenario’s
het bestaande net, of een nieuw, bijkomend
ontstaan van 18,3 km lengte waarover jaarlijks
In Limburg voerde de Provinciale Ontwik-
net ontvangen. Een van die klanten - het zieken-
biomassacentrale, die de gevraagde warmte
sowieso niet haalbaar zijn.
net. Het bestaande warmtenet zit immers dicht
150 GWh aan warmte kan worden verkocht.
kelingsmaatschappij (POM) Limburg twee
tegen zijn maximale capaciteit en zou bij een
De nodige investering van 21,5 miljoen euro
haalbaarheidsstudies uit, op het bedrijventer-
uitbreiding om die reden gedeeltelijk moeten
zou voor dat project al in vijf tot dertien jaar
rein Ravenshout in de gemeenten Beringen,
worden vernieuwd.
kunnen worden terugverdiend. Ook andere
Ham en Tessenderlo en op het industrieter-
scenario’s leveren terugverdientijden op van
rein Genk-Zuid. Voor beide terreinen is een
minder dan tien jaar, wat nog steeds bijzonder
warmtekaart opgesteld met vraag en aanbod
interessant is.
en er zijn een aantal scenario’s uitgewerkt om
verantwoord ondernemen veel groter.”
ook om koude te produceren. Het ziekenhuis beschikt daarvoor over twee absorptiekoelmachi-
Het verklaart mee waarom warmtenetten in de
nes met elk een vermogen van 1600 kW.
praktijk meestal pas lukken wanneer de betrokkenen erin slagen dat soort bedrijven mee in te
Groot warmteaanbod in Oostende Afname HVAC 2011
Afname Proces 2011
0 - 1000
0 - 1000
1000 - 5000
1000 - 5000
5000 - 50000
5000 - 50000
50000 - 500000
50000 - 500000
Afname HVAC Toekomst
Levering 2011
Interessante business case in Ravenshout
de haalbaarheid van warmtenetten door te “De cijfers voor Oostende zien er goed uit”,
rekenen. De inventaris maakt aan de gebrui-
concludeert Peter Clauwaert. “We gaan de
kerszijde een onderscheid tussen proceswarmte
POM West-Vlaanderen deed ook een studie in
verschillende scenario’s verder opvolgen om te
en HVAC (verwarming van gebouwen). Dat
Oostende. Daar kan het aanbod aan warmte
zien wat we kunnen realiseren. Het belangrijk-
onderscheid is belangrijk omdat de vraag in
liefst 890 GWh/jaar bedragen. Vier potenti-
ste is nu om overeenkomsten te vinden tussen
het geval van gebouwenverwarming seizoens-
ële warmteproducenten zijn IVOO, Proviron,
aanbieders en afnemers.” Een belangrijk
gebonden is.
Electrawinds en Ematco. Dat laatste bedrijf
criterium is de prijs voor de geleverde warmte,
heeft plannen om een afvalverwerkingsinstalla-
omdat die mee de terugverdientijd van het hele
Een belangrijk punt bij de inventaris is ook de temperatuur waarop de warmte doorgegeven
tie te bouwen op basis van pyrolyse. Dat is een
project bepaalt. Ook factoren als leverbetrouw-
0 - 1000
0 - 1000
proces waarbij materialen ontbonden worden
baarheid kunnen voor potentiële afnemers en
wordt. Als medium voor het leidingnet werd
1000 - 5000
1000 - 5000
onder invloed van hitte, maar zonder zuurstof,
producenten een essentiële rol spelen. De grote
warm water gekozen. De mogelijke afname
5000 - 50000
5000 - 50000
dus verschillend van conventionele verbranding.
hoeveelheid warmte die in Oostende beschik-
van warmte werd daarom beperkt tot maximaal
50000 - 500000
50000 - 500000
Het voordeel is dat ook bepaalde materialen
baar is en de grote vraag bij potentiële afne-
120° C, de mogelijke levering tot een tempera-
kunnen worden gerecupereerd, wat niet het
mers wijzen erop dat er voldoende argumenten
tuur van minimaal 60° C. Ravenshout kwam met
0 - 50000
geval is in een klassieke verbrandingsoven. Het
zijn om in de toekomst tot de bouw van een
die condities aan 600.000 MWh/jaar aan
50000 - 500000
proces genereert grote hoeveelheden restwarm-
warmtenet over te gaan.
beschikbare warmte. De huidige behoefte
Afname HVACniet gekend
Levering toekomst
20
21
Bestaande warmteWarmte- en koudenet netten samenvoegen in in Roermond Maastricht Op het bedrijventerrein Roerstreek in Roermond is
Op het bedrijventerrein Roerstreek in Roermond loopt een onderzoek naar de haalbaarheid van een warmtenet. In een van de onderzochte tracés levert Rockwool de restwarmte.
In Maastricht werd in 2010 een onderzoek
deze er ook effectief komen. Het blijkt
gestart naar de mogelijkheid om de twee be-
door Agentschap NL overgenomen, maar Eco2Profit
om zeer complexe dossiers te gaan,
staande warmtenetten in de gemeente samen
beschikt wel over de resultaten. De studie leverde
met telkens een groot aantal betrokken
te voegen en uit te breiden naar het industrie-
twee interessante tracés op: een in het zuidoosten,
partijen die elk hun eigen wensen en
terrein Beaxtrixhaven. Hierdoor zou één groot
gevoed met restwarmte van Rockwool, en een in
inzichten hebben.
warmtenet ontstaan onder de naam Ther-
het noordwesten met Smurfit Kappa als belangrijkste
mosae. Aan dat project zou ook de conces-
warmteleverancier. Op termijn zou er ook potentieel
Voor industriële bedrijven is het erg
siehouder voor de nieuw te bouwen A2-tunnel
zijn om beide netten aan elkaar te koppelen tot één
moeilijk om zich voor een periode
deelnemen zodat een deel van het net in dat
duurzaam warmtenet voor alle woningen en utiliteits-
van twintig of dertig jaar te enga-
traject kan worden geïntegreerd. Een haalbaar-
gebouwen in Roermond.
geren. Bovendien is proceswarmte voor hen onmisbaar, zodat deelname
van een uitgebreid warmtenet aangetoond.
In het noordwesten van de stad blijkt ook de aanleg
aan een warmtenet enkel mogelijk is
Liefst 11.275 woningen en voor meer dan
van een koudenet haalbaar. Het zou gevoed
als de exploitant een haast continue
300.000 m aan kantooroppervlakte kan via
worden met water uit de Maasplas Hatenboer en
beschikbaarheid garandeert. Grote
het net verwarmd worden. Het warmteaanbod
bedrijven in de omgeving voorzien van koelwater
elektriciteitscentrales en afvalverwer-
zou 1.208.181 GJ/jaar (326.209 MWh/
van ongeveer 12°C.
kingsinstallaties zijn in dat verband interessante leveranciers. Omdat zij
“De plannen waren concreet, maar de partij die
niet altijd groene warmte produceren,
Of dat warmtenet er echt komt, is nog lang niet
de netten zou ontwikkelen en mogelijk realise-
is hun deelname eerder te situeren in
onduidelijkheid over de deelname van de elek-
duidelijk. Het project telt door zijn omvang zeer
ren en exploiteren, heeft zich teruggetrokken”,
de context van het bereiken van een
tenet - de distributienetbeheerders, gemeenten,
triciteitscentrale die zich op het bedrijventerrein
veel stakeholders waardoor het niet eenvou-
legt Edwin Zijlstra van de provincie Limburg
hogere energetische efficiëntie.
investeerders, technische commerciële partners
bevindt. Die had een belangrijke leverancier
dig is om een consensus over de plannen te
uit. “Daarom hebben we beslist om op kleinere
en overheden - worden geconsulteerd.
van warmte moeten worden.
bereiken. Daarom onderzocht LIOF in het kader
schaal te starten en ons te concentreren op het
Toch lijken de meeste haalbaarheids-
van Eco2Profit de haalbaarheid van een apart
zuidoosttracé.”
studies uit het Eco2Profit-project een
actoren die een rol kunnen spelen in een warm-
blijkt een beperkt warmtenet te zijn met Pittsburgh Corning en 4Ham Cogen als warmteleveranciers en dertien afnemers van warmte. Het is geen puur restwarmteverhaal, want de warmte die de warmtekrachtkoppeling (WKK) van
ven voor de bouw van warmtenetten, is er nog nergens absolute zekerheid dat
jaar) bedragen.
De interessantste business case in Ravenshout
behoorlijk mooie perspectieven aange-
een warmtenet. De financiering van die studie werd
2
bedraagt 38.000 MWh/jaar en kan tegen
Hoewel de meeste haalbaarheidsstudies
een onderzoek gestart naar de haalbaarheid van
heidsstudie heeft intussen het grote potentieel
2024 oplopen tot 75.000 MWh/jaar.
Complexe dossiers
Potentieel voor 1-op1 warmtenet in Genk
warmtenet voor Beatrixhaven en omgeving.
bedrijven op het terrein mogelijk met elkaar
Met de huidige energieprijzen bleken de
Dat net zal gevoed worden vanuit Rockwool
komt het erop aan te zoeken naar een
warmte gaan uitwisselen”, zegt Stijn Vercampt,
perspectieven voor een dergelijk net niet zo
met een aanvoertemperatuur van 90°C en een
concreet engagement van aanbieders
projectcoördinator bij POM Limburg. “Het gaat
gunstig.
retourtemperatuur van 50°C. Ook het bedrijf Sekisui
en afnemers van warmte. Dan pas
kan als warmteleverancier in het net fungeren. De
kunnen de betrokkenen een concreet
over een aanbieder en afnemer van pro-
4Ham Cogen zou leveren, zou deels ten koste
vervolg te krijgen. In eerste instantie
“De studie heeft er wel voor gezorgd dat twee
gaan van de elektriciteitsproductie. Niettemin
Met een beschikbaarheid en behoefte van
ceswarmte waarbij vraag en aanbod goed op
Op dit moment lijkt alles af te hangen van de
warmtevraag van ongeveer 2.160 woningen en vijf
plan uitwerken en kan de zoektocht
zou het scenario in zijn geheel een winst in ener-
pakweg 100.000 MWh/jaar heeft de studie
elkaar aansluiten. Toch is ook dit een complex
plannen die bestaan voor de eventuele bouw
zakelijke aansluitingen bedraagt 104.000 GJ/jaar
naar investeerders en een exploitant
gie-efficiëntie opleveren die voldoende groot is
in Genk een veelbelovend resultaat opge-
dossier, want het warmtenet zou over openbaar
van een biomassacentrale in Beatrixhaven, wat
bij een aanbod tussen 67.000 en 99.000 GJ/jaar.
van het warmtenet beginnen. Eens die
leverd. Toch is ze momenteel on-hold gezet
domein moeten gaan.”
een groot aanbod aan warmte beschikbaar
Het warmtenet moet zestien kilometer lang worden
drempel genomen is, zo tonen de haal-
zou maken. In dat geval worden een aantal
en vergt een investering van 21,5 miljoen euro. De
baarheidsstudies en de ervaring met
Overigens blijkt een studie naar de haalbaar-
industriële bedrijven van proceswarmte voorzien
haalbaarheid van het project werd berekend op
bestaande warmtenetten aan, zullen
heid van een warmtenet een goede gelegen-
en komt ook de verbinding met de bestaande
basis van de interne rentevoet (IRR) en die bedraagt
de netten een aanzienlijke bijdrage
heid voor bedrijven om de hele problematiek
netten in beeld om de resterende warmte van
7,8 percent, ruim voldoende om de investering te
leveren aan het terugdringen van het
van restwarmte grondig onder de loep te
de centrale kwijt te raken. In het kader van
verantwoorden.
energieverbruik en de bijhorende
nemen.
Eco2Profit vond een locatieonderzoek voor een
om de investering in een warmtenet te verant-
“De exploitant moet een haast continue beschikbaarheid aan warmte garanderen”
CO2-uitstoot.
biomassacentrale plaats. Een afvalverwerker
De Limburgse Werkgeversvereniging (LWV) is op
Stijn Vercampt: “We hebben bedrijven die
in de haven heeft jaarlijks zo’n 10.000 ton
verzoek van gemeente, provincie, Agentschap NL
De warmtenetten zorgen ook econo-
bij de analyse tot de conclusie komen dat ze
biomassa beschikbaar, maar of de investering
en studiebureau Innoforte met een consultatieron-
misch voor een positieve impact: ze
in een elektriciteitscentrale er komt, is nog niet
de gestart om de standpunten van de warmtele-
kunnen bijdragen tot de verankering
zeker.
veranciers en -afnemers en potentiële exploitanten
van de deelnemende bedrijven.
woorden. Met de betrokken bedrijven wordt nu
omdat de aangekondigde sluiting van Ford het
meer warmte produceren dan strikt genomen
verder nagegaan welke organisatiestructuur het
plaatje grondig veranderd heeft. Dat bedrijf
nodig is. Die gaan dat verder onderzoeken
meest aangewezen is om de eventuele bouw
zou een van de grootste warmteafnemers in het
en zullen ongetwijfeld energiebesparingen
te inventariseren om vervolgens een concrete
van het warmtenet te realiseren. Verschillende
project geweest zijn. Ook is er op Genk-Zuid
realiseren.”
samenwerkingsovereenkomst voor te stellen.
22
23
Haalbaarheidsstudie
tere schaal stimuleren op de terminals waar dit zinvol is. In het kader van het Europese Eco2Pro-
Stroom tussen wal en schip
Walstroom in de haven van Zeebrugge
fit-project gaf het Havenbestuur, samen met de Provinciale Ontwikkelingsmaatschapppij (POM)
Enkele resultaten van de economische haalbaarheidsstudie
West-Vlaanderen, het studiebureau Ingenium de opdracht om na te gaan of het technisch en
We staan er niet altijd bij stil, maar ook de scheepvaart is een grote
Q
brandstofverbruiker. Omdat de toegepaste energiebronnen vrij goedkoop
aan wal en op de schepen te installeren. De
waren, vielen duurzamere alternatieven er veelal uit de boot. Toch zijn er wel degelijk mogelijkheden om de scheepvaart veel energie-efficiënter en milieuvriendelijker te maken.
Q
Indien de voorgestelde omschakeling naar walstroom er komt, kan de gemeenschap
specialisten bestudeerden hiervoor de helft van
jaarlijks 6,4 miljoen euro op externe kosten (gezondheidskosten, schade aan het
de trafiek in de haven van Zeebrugge.
ecosysteem…) besparen.
Door de omvang van het project en de diversiteit Dankzij de toepassing van walstroom
De bedrijven die de brandstof betalen, besparen naar schatting jaarlijks 1,8 miljoen euro op energiekosten.
financieel haalbaar is om walstroomfaciliteiten
Q Q
in Vlaanderen. Peter Clauwaert, Eco2Profit-co-
veel minder geluidsoverlast worden.
ördinator POM West-Vlaanderen: “Uit de economische haalbaarheidsstudie blijkt alvast dat overschakelen op walstroom wel degelijk heel wat financiële, maatschappelijke én ecologische
Momenteel is walstroom niet rendabel voor alle terminals omdat te veel verschillende schepen moeten worden omgebouwd.
van de schepen betreft het een uniek onderzoek
kunnen havens ecologische omgevingen met
Nu al is walstroom interessant voor een kwart van het aantal ‘calls’ in Zeebrugge.
Q
Walstroom is vooral voordelig voor ‘shortsea shipping’ en binnenvaart, zeker als de schepen relatief lange tijd aan wal liggen.
Q Q
Kosten: 50 euro per ton CO2 voor omschakeling van de volledig bestudeerde trafiek. Indien enkel de rendabele cases overschakelen (een kwart van de trafiek in Zeebrugge): financiële winst van 7 euro per ton CO2.
voordelen oplevert, al geldt dit niet voor de volle-
“Walstroom resulteert in een lager energieverbruik, minder rookgasemissies en een reductie van de lawaaihinder”
dig bestudeerde vloot. Indien nieuwe schepen systematisch van walstroom worden voorzien en er gemeenschappelijke projecten met andere zeehavens komen om de overschakeling te stimuleren, zullen onze Belgische havens er binnenkort een stuk milieuvriendelijker en stiller op worden.”
Walstroom is vooral voordelig voor ‘shortsea shipping’ en binnenvaart, zeker als de schepen relatief lange tijd aan wal liggen.
In het kader van Eco2Profit voerden het Havenbestuur van Zeebrugge en de Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij (POM) West-Vlaanderen een onderzoek naar de mogelijkheden
Zwavelarme brandstoffen
van walstroom. Het principe is vrij eenvoudig:
veel gevallen mogelijk zijn. Maar door het ontbreken van een internationale ISO-standaard, werd deze optie veelal uit de weg gegaan. Die norm is er sinds kort wel, waardoor er nu eindelijk zekerheid is over hoe walstroom technisch
dankzij een elektrische verbinding tussen wal en
Het combineren van walstroom met hernieuw-
moet worden georganiseerd om de vereiste
schip kunnen de scheepsgeneratoren worden
bare energiebronnen maakt de winsten nog
certificaten voor de installatie te behalen.
uitgeschakeld wanneer het vaartuig in de haven
groter. Met de nabijgelegen grote windmolen-
aanmeert. De voordelen zijn legio: een lager
parken is het dan ook niet verwonderlijk dat de
energieverbruik, minder rookgasemissies zoals
Haven van Zeebrugge precies deze oplossing
70 percent minder uitstoot van koolstofdioxide
uittest. Toch kwam walstroom maar vrij recent
(CO2) en haast geen uitstoot meer van stiksto-
onder de aandacht. Sinds kort mogen zeesche-
foxiden (NOx), fijnstof en zwaveldioxide (SO2).
pen in de Noordzee en de Europese havens
Bovendien is walstroom bijna geruisloos, terwijl
enkel nog zwavelarme brandstoffen gebruiken.
Intussen zijn er in Zeebrugge en Antwerpen al
een scheepsmotor snel 90 à 120 decibel (dBA)
Die zijn heel wat duurder, waardoor kostenbe-
enkele toepassingen van walstroom. Het Haven-
produceert.
sparingen nodig zijn. Met walstroom zou dat in
bestuur van Zeebrugge wil het principe op gro-
24
Binnenkort dé standaard?
25
Foto WestportWiki
Afval valoriseren
Nieuw leven voor oude stortplaatsen Afval verbranden en recycleren: het gebeurt steeds meer, maar een gedeelte van het afval wordt nog altijd gestort. Oude stortplaatsen vormen veelal ecologisch storende en economisch onrendabele omgevingen. Wat als ze een nieuwe toegevoegde waarde kregen?
In het kader van Eco2Profit onderzoekt de
dergelijke projecten rendabel zijn. Hierbij slaan
doelstellingen: de stortplaatsen gebruiken om
Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij (POM)
we meteen de brug naar de klimaatregels die
hernieuwbare energie op te wekken, ze een
Oost-Vlaanderen of er mogelijkheden zijn om
de Europese Unie in 2050 wil invoeren.”
nieuwe bestemming geven of ze ontgraven
gesloten stortplaatsen te valoriseren. Vandaag telt Oost-Vlaanderen zo’n 220 stortplaatsen, waarvan het merendeel niet meer operationeel
voor enhanced landfill mining (zie kader). Dieter
Ruimte goed benutten
is. Annelies Herregat, projectmanager bij POM Oost-Vlaanderen: “We vroegen ons af welke valorisatiemogelijkheden er bestaan en of
Geenens, projectcoördinator POM Oost-Vlaanderen: “Theoretisch brengen deze drie opties,
Een van de mogelijke plannen bestaat erin
afzonderlijk of in combinatie, zowel ecolo-
de stortplaatsen een bestemming te geven
Drie valorisatieoplossingen kunnen een belangrij-
gische als economische voordelen mee voor
ke bijdrage leveren in het halen van de Europese
Oost-Vlaanderen. Het gaat immers om meer dan
als natuurgebied.
800 hectare aan stortplaatsen. Door deze ruimte
Stortplaatsen een duurzame bestemming
te benutten, creëren we letterlijk en figuurlijk
geven, betekent ademruimte creëren voor de
Drie valorisatiemogelijkheden voor stortplaatsen
ademruimte voor onze economie, want elke vier-
economie.
kante meter is schaars, duur en felbevochten.”
POM Oost-Vlaanderen concentreert zich op drie manieren om stortplaatsen opnieuw een toegevoegde ecologische en/of economische waarde te geven.
Geografisch Informatiesysteem (GIS)
Q
Hernieuwbare energie: de terreinen ombouwen tot omgevingen die hernieuwbare energie produceren. Dit gebeurt door er windmolens, zonnepanelen of warmtekrachtkoppelingsinstallaties (WKK’s) op te plaatsen of ze als teeltplaats van energiegewassen aan te wenden.
POM Oost-Vlaanderen brengt de omvang van
Q
Ruimtelijke ordening: de stortplaatsen een nieuwe bestemming geven als
de stortplaatsen en het gerelateerde ruimtepo-
industrie-, natuur- of recreatiegebied, bouwlocatie of domein voor ondersteunende
tentieel voor bedrijventerreinen in kaart. Ze ver-
infrastructuur (parking, wegen, leidingen...).
zamelt alle relevante informatie in een databank
Q
Enhanced landfill mining: de terreinen ontgraven en de aanwezige materialen
die met een Geografisch Informatiesysteem
recycleren of hergebruiken om energie te produceren. Aansluitend: het deel van het
(GIS) is verbonden. Op die manier kunnen de
stortmateriaal dat met de huidige technieken nog niet optimaal valoriseerbaar is,
stortplaatsen op een kaart worden weergege-
opslaan in afwachting van nieuwe technologieën.
ven. Zo is meteen duidelijk welke stortplaatsen zich in de buurt van bestaande en toekomstige bedrijventerreinen situeren en dus potentieel hebben om een CO2-neutrale rol te spelen.
Foto Wastebusters
Meest rendabele sanering?
26
“We moeten elke vierkante meter goed benutten” plaats, ouderdom, oppervlakte, potentieel voor
prioriteitenlijst waarvan vijf projecten verdere
nieuwe toepassing... - te berekenen welke
uitwerking krijgen. Na afloop krijgen alle part-
In een tweede fase zal de initiatiefnemer van
sanering het meest rendabel is. Ook de vraag
ners van dit grensoverschrijdend project inzage
dit project een methodologie ontwikkelen om
wat terreinontwikkelaars en stortplaatsexploitan-
in de resultaten.
de valorisatiemogelijkheden van elke stortplaats
ten nodig hebben om de stortplaats daad-
in te schatten. De bedoeling is om vervolgens
werkelijk te herontwikkelen en te valoriseren
aan de hand van enkele criteria - type stort-
komt aan bod. Dit alles zal resulteren in een
27
Foto Benny Proot
Intelligente sturingen
Openbare verlichting kan veel zuiniger Openbare verlichting is de grootste energieverbruiker in de publieke ruimte van een bedrijventerrein. Vanuit die vaststelling hebben de Provinciale Ontwikkelingsmaatschappijen (POM’s) van Vlaams-Brabant, West-Vlaanderen en Antwerpen, en de intercommunale Interleuven, een aantal demonstraties gerealiseerd. In het kader van Eco2Profit zijn op zes industriezones moderne verlichtingstechnieken en bijhorende sturingen geïnstalleerd.
De betrokken terreinen zijn De Vunt in Holsbeek, Kruineike in Haacht, de Feed Food Health (FFH) Campus in Tienen, Greenbridge in Oostende, Duwijck 2 in Lier en Den Hoek 3 in Wijnegem. Hoewel het de bedoeling is om minder energie te verbruiken, mochten de initiatiefnemers ook de eerste functie van straatverlichting niet vergeten: het verhogen van de veiligheid van alle gebruikers van de openbare weg: auto’s, fietsers en voetgangers. Energiezuinigheid is een belangrijk criterium, maar tegelijk moeten gebruikers de systemen als
Gasontladingslampen en LED
beter ervaren. De nieuwe straatverlichting mag niet leiden tot meer ongevallen of verhoogde criminaliteit. “Daarnaast zijn ook factoren als lichtkwaliteit en natuurlijk de kostprijs belang-
Eandis wil verder onderzoek voeren naar LED-lampen. Voor de netbeheerder zijn die lampen vandaag wél al interessant op fietspaden en in woonwijken, maar nog niet voor algemeen gebruik.
rijk. Een evenwichtige besluitvorming weegt al deze factoren tegen elkaar af. Gezien de hoge
De Eco2Profit-projecten hielden het installeren
levensduur van de installaties hebben deze
van energiezuinige ontladingslampen en LED-ver-
beslissingen gevolgen voor lange tijd”, zegt
lichting in. Sonja Paenhuys van Interleuven: “De
Isabelle Verdonck van de Provinciale Ontwikke-
moderne gasontladingslampen zijn geschikt om
lingsmaatschappij (POM) Antwerpen.
het vermogen met dertig percent te verminderen.
Menselijke aanwezigheid capteren
Onze partner, netwerkbeheerder Eandis, gebruikt
Europees parlementslid Kathleen Van Brempt (onderaan rechts) huldigt de nieuwe openbare verlichtingspalen op de Greenbridge-site officieel in. Boven: Peter Clauwaert, Eco2Profit-projectcoördinator, en Philippe Tavernier, afdelingshoofd duurzaam ondernemen POM West-Vlaanderen; links onderaan: Marianne Martens, CEO van Greenbridge.
Het komt er in de eerste plaats op aan de verlichting alleen dan te gebruiken wanneer er ook echt iemand aanwezig is. Op een bedrijventerrein is dat ’s nachts meestal niet het geval. Het
dit type ook voor de verlichting in woongebie-
Hoewel de moderne lampen op zich zuiniger
heeft dan ook niet veel zin om de verlichting de
en net dan is er op een bedrijvenzone weinig
den en kan daarmee een besparing realiseren
zijn dan de huidige, heerst bij de onderzoekers
hele nacht op volle kracht te laten werken.
of geen activiteit. De geïnstalleerde zuinige
ten opzichte van de klassieke lampen.”
de overtuiging dat vooral de sturing van de
Verlichting wordt vooral ’s nachts aangestoken
lampen zijn daarom voorzien van intelligente
Daarom investeerden de projectpartijen in
sturingen. Die zorgen ervoor dat het vermogen
verschillende sensorsystemen om de aanwezig-
“Dimmers op energiezuinige lampen leveren een extra besparing van vijftien percent”
van de lampen vermindert in functie van de aanwezigheid van personen of voertuigen op het terrein.
heid van mensen te capteren. Aan de ingang van de FFH-Campus zijn camera’s geïnstalleerd die detecteren wanneer iemand het bedrijventerrein betreedt. Als dat gebeurt, gaan op het hele terrein de lampen op volle kracht branden.
Koen Putteman (Eandis): “Gemeten over de hele nacht zorgen gasontladingslampen voor een besparing van tien percent ten opzichte van de huidige verlichtingstechnologie.”
28
Bedrijventerrein Kruineike en de fietspaden
verlichting voor het grootste deel van de bespa-
De installatie is in staat om het verschil te
van de FFH-Campus kregen LED-verlich-
ring kan zorgen. Koen Putteman van Eandis:
maken tussen voetgangers, fietsers en auto’s.
ting. Interleuven had hiermee al ervaring
“De besparing van gasontladingslampen ten
“Iemand die ’s nachts met de wagen het terrein
opgebouwd binnen een eerder Europees
opzichte van de huidige technologie bedraagt
oprijdt, heeft zelf voldoende verlichting en voelt
project - Better Lighting in Sustainable Streets
tien percent over de hele nacht. Als je ook
zich veilig in zijn voertuig. Dan is volledige
of Bliss - op industrieterreinen in Aarschot en
dimmers gebruikt, komt daar nog eens vijftien
verlichting van het terrein niet nodig. Voor een
Bekkevoort.
percent bij.”
voetganger of een fietser is dat wel het
29
geval. Het systeem is in staat om dat verschil
niet alleen het verbruik van de lampen te doen
de demonstratie in Greenbridge is dat de
te maken, maar voorlopig is die functie niet
dalen, maar ook de kosten voor de installatie
openbare verlichting aangesloten is op het elek-
geactiveerd”, zegt Erwin Lammens van POM
en het onderhoud op een efficiënte manier te
trische micro-grid van het wetenschapspark, dat
Vlaams-Brabant.
beheren.
gevoed wordt met lokaal opgewekte groene
Intelligente sturingen detecteren de aanwezigheid van personen en zorgen ervoor dat de verlichting niet de hele nacht op volle kracht hoeft te werken.
stroom. Peter Clauwaert, Eco2Profit-projectcoör-
Lampen individueel opvolgen Netbeheerder Eandis heeft op alle lampen
Innovatieve wegverlichting Greenbridge
dinator bij POM West-Vlaanderen: “We meten de elektrische performantie van de armaturen over een lange termijn, zodat we kunnen nagaan of de technologieën waarmaken wat ze beloven.”
een ‘controller’ geplaatst zodat individuele opvolging mogelijk is. Die opvolging betreft niet
In het wetenschapspark Greenbridge hebben
alleen het verbruik, maar ook de levensduur en
de initiatiefnemers, POM West-Vlaanderen en
het detecteren van defecten. Aan de hand van
Universiteit Gent, gekozen voor twee innova-
het bijhorende monitoringsysteem - Intelligent
tieve technologieën inzake wegverlichting.
Street Light System - bestaat de mogelijkheid om
Het gaat enerzijds over magnetische inductie,
meteen in te grijpen als er iets mis is. Het is niet
waarbij gasontladingslampen zonder elektro-
nodig te wachten tot een voorbijganger een de-
den zorgen voor een veel langere levensduur.
fect signaleert. Bovendien is het nu mogelijk om
Anderzijds zijn er LED’s geïnstalleerd waarvan
preventief actie te ondernemen wanneer een
het verlichtingsniveau wisselt tussen 43 en
lamp het einde van zijn levensduur nadert. In
100 percent, naargelang er zich al dan niet
ieder geval is het met deze sturingen mogelijk
voertuigen op de weg bevinden. Uniek voor
30
Op het wetenschapspark Greenbridge installeerden de partners onder meer vier verlichtingspalen waarbij de ontsteking gebeurt door magnetische inductie, een innovatieve en zuinige verlichtingstechnologie.
31
Duurzame energie, duurzame materialen
Sensibiliseren op maat van het bedrijventerrein Hoe bedrijven stimuleren om duurzaam te bouwen? Voor nieuwe bedrijventerreinen - Eiland Zwijnaarde, Rieme-Noord en het Gemeentelijk Bedrijvenpark Maldegem - werkte de Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij (POM) Oost-Vlaanderen in het kader van Eco2Profit enkele opties uit, zoals gerichte informatieverstrekking en aanbevelingen voor uitgiftecriteria voor de aankoop van percelen.
“De verschillende manieren om te sensibilise-
energiegebruik en hanteert met dat doel tijdens
giebehoefte voor verwarming en koeling. Een
ren, hebben ook te maken met het onderscheid
de verkennende gesprekken een ‘beslissings-
selectie van de best beschikbare technieken vult
tussen de bedrijventerreinen zelf”, zegt Annelies
boom’. Aan de hand van enkele eenvoudige
de verwarmings- en koelbehoefte in. De keuze
Herregat van POM Oost-Vlaanderen. Rie-
richtlijnen over de vraag naar warmte, koeling
varieert in functie van de isolatiegraad en het
me-Noord ligt in het Gentse havengebied en
en elektriciteit worden de bedrijven gewezen
type gebouw.
mikt vooral op grote watergebonden logistieke
op de geschikte technieken. Ze ontvangen
ondernemingen. Eiland Zwijnaarde richt zich op kennisbedrijven en logistieke ondernemingen. In Maldegem gaat het om een klassieke kmo-zone. “De manier waarop we de bedrijven benaderen, kan niet altijd dezelfde zijn. Tegelijk streven we naar een hergebruik van
“Energie-investeringen stimuleren, is economische kansen genereren”
middelen en methodes.”
In het kader van Eco2Profit heeft POM
Vervolgens komt in de beslissingsboom de duur-
technieken, over kosten en baten van duurzame
zaamheid van het materialengebruik aan bod.
oplossingen en over de mogelijke ondersteu-
De isolatiegraad hangt af van het gebruikte
ningsmechanismen. Dieter Geenens van POM
materiaal in de bouwschil: metaal-, beton- of
Oost-Vlaanderen: “Deze brochures kunnen we
houtskeletbouw. De derde stap vergelijkt al
zeker nog op andere terreinen gebruiken.”
deze scenario’s met elkaar in een economische analyse. Met het instrument kan de gebruiker
Rieme-Noord
de financiële, technische en ecologische consequenties van een keuze achterhalen. Tot slot volgt de simulatie van de buitenverlichting
Oost-Vlaanderen onder meer een haalbaarheidsstudie over het verduurzamen van
In Rieme-Noord geeft de ontwikkelde beslis-
op de private kavels, gaande van klassieke
materialen- en energiegebruik op gemeentelijk
singsboom meer zicht op het effect van de
metaalhalogeenlampen tot dimbare LED-armatu-
Bedrijvenpark Maldegem uitgevoerd. Dat ge-
keuze van materialen, energietechnieken en
ren op basis van bewegingsdetectie. Wat is de
beurde in samenwerking met het bureau Zero
buitenverlichting, zowel wat de financiële kant
impact, per type gebouw, van deze energiebe-
Emission Solutions, de gemeente Maldegem en
betreft (investering en besparing) als inzake
sparende maatregelen inzake buitenverlichting,
ontwikkelaar Veneco. Zero Emission Solutions
duurzaamheid. De analyse gebeurt aan de
financieel en qua energieverbruik?
ontwikkelde verschillende informatiebrochures
hand van twee typerende casestudies: een dis-
over duurzaam bouwen (materialengebruik en
tributiecentrum met bijhorende opslagloodsen
compactheid) en duurzame energietechnieken.
en een productiehal met magazijn en kantoor.
Eiland Zwijnaarde
Op die manier willen de initiatiefnemers de be-
Dit instrument berekent eerst de energiebehoefte
Voor het ontwikkelen van dit terrein werken
drijven die zich vestigen op het bedrijventerrein
voor de twee casestudies via een dynamische
de provincie Oost-Vlaanderen, de stad Gent,
sensibiliseren. De beheerder verwacht van die
gebouwsimulatie. Die bepaalt de impact van
het Stadsontwikkelingbedrijf Gent, Water-
bedrijven dat ze maximaal inzetten op rationeel
de isolatiegraad van het gebouw op de ener-
wegen en Zeekanaal en Alinso samen.
32
Omgeving 2007
Gemeentelijk Bedrijvenpark Maldegem
bovendien informatiebrochures over deze
Voor het toekomstige Eiland Zwijnaarde werkten de onderzoekers aanbevelingen uit voor het uitgiftebeleid van de percelen, rekening houdend met de CO2-neutraliteit van het terrein.
33
Studiebureau Ingenium leverde technische
De onderzoekers werkten, rekening houdend
Q
Het aanstellen van een energiemanager
ondersteuning bij het onderzoek naar de
met de CO2-neutraliteit van het terrein, een
voor het begeleiden van de bedrijven die
mogelijkheden van een officiële erkenning van
aantal aanbevelingen uit voor het uitgiftebeleid
zich op Eiland Zwijnaarde vestigen.
de duurzaamheid van de gebouwen volgens
van de terreinen, zoals:
het internationaal certificatiesysteem ‘Breaam’. Een van de belangrijke punten is de energie-
Het verzorgen van begeleiding voor bedrijven bij het behalen van een duurzaamheids-
Q
Het verstrengen van de energieprestatie-eis
prestatie, maar ook de materialen, de afstand
voor kantoorgebouwen met 10 tot 20 E-pun-
tot het openbaar vervoer en het comfort voor
ten ten opzichte van wettelijke verplichting
de gebruikers maken deel uit van de beoor-
van 2012.
deling.
Q
Helft bedrijfsgebouwen verouderd
Q
Het invoeren van een verplichte energiestudie voor elk bedrijf, eventueel gekoppeld aan
De studie nam twee typegebouwen onder de
een verplichting om maatregelen met een
loep: een kantoor en een onderzoeksgebouw.
bepaalde rendabiliteit effectief uit te voeren.
certificaat.
Ontwikkeling Rieme-Noord ligt in het Gentse havengebied. De projectpartners ontwikkelden een instrument dat de bedrijven in staat stelt de financiële, technische en ecologische consequenties van hun energie- en materiaalkeuze te achterhalen.
Projectgebied Gemeentegrens
Van de 13.000 hectare Oost-Vlaamse in-
Die vaststelling, in combinatie met de
dustrieterreinen is 5.800 hectare uitgegeven
invoering van steeds strengere Europese
én bebouwd vóór 1970. Een extra 5.500
energienormen voor gebouwen, laat ver-
1970 - 1983
hectare is tussen 1970 en 2010 gereali-
moeden dat zich op de bedrijventerreinen
1984 - 1992
seerd. Dat maakt dat de gemiddelde leeftijd
een grote vervangingsgolf aandient. Dit is
1993 - 2001
van het gebouwenpark erg hoog is. Tegelijk
een uitgesproken kans om alle betrokken
2002 - 2006
is de vervangingssnelheid laag: met 0,075
partijen - bouwheren, bouwprofessione-
percent per jaar hangt België aan de staart
len, overheden... - te engageren in een
recenter dan 2006
van Europa. In het algemeen kan je stellen
transitieproces naar duurzaam bouwen.
dat ongeveer de helft van de Oost-Vlaamse
Het stimuleren van investeringen in ener-
industrieterreinen en de bijhorende bebou-
gie-efficiëntie en duurzame gebouwen kan
wing verouderd is. Het logische gevolg is
bovendien economische kansen genereren
dat de bedrijfsgebouwen een zeer lage
voor de regio.
energieprestatie hebben en dus ook niet goed scoren qua duurzaamheid.
34
35
ouder dan 1970
onvoldoende gegevens: minder dan 10 gebouwen waarvan het bouwjaar gekend is
Ecologische wegstructuren
Anne Beeldens (OCW) op de luchtzuiverende weg op bedrijventerrein Duwijckpark in Lier: “Eens het materiaal en de techniek meer ingang vinden, hoeven de meerkosten niet zo hoog te zijn.”
Beton pakt luchtvervuiling aan Luchtzuiverend beton: het lijkt een contradictio in terminis, maar het is wel degelijk een nieuwe realiteit. Het geheim erachter? Het toevoegen van fotokatalytische materialen aan cement. Dankzij een gunstige technologische wind waaide de techniek van Japan naar Europa over. Verder onderzoek is nodig. Hiervoor hebben de Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij (POM) Antwerpen en het Opzoekingscentrum voor de Wegenbouw (OCW) in het kader van Eco2Profit een samenwerking opgezet.
Waar verkeer is, is luchtvervuiling. Om die
concrete toepassingen nodig. In ons land lopen
broeikasgassen en de duurzame productie van
te bestrijden, kan je uiteraard de voertuigen
momenteel een aantal proefprojecten.
energie best aanpakken, meer bepaald in de
milieuvriendelijker maken. Maar je kan ook de wegen op dezelfde manier aanpakken. Dat is het onderzoeksterrein van de cel ‘Betonwegen en bestratingen’ van het Opzoekingscentrum voor de Wegenbouw (OCW). Een techniek
grensregio Vlaanderen-Nederland.
Primeur voor Antwerpse Leien
die steeds meer ingang vindt, is fotokatalyse.
Luchtzuiverende weg In dit deelproject kregen zowel het bedrijventer-
Bij fotokatalyse wordt een chemische reactie
Beton dat een bijdrage levert aan een beter
rein Den Hoek 3 in Wijnegem als Duwijckpark
versneld door de aanwezigheid van zowel een
milieu: het klinkt heel mooi maar ‘the proof
in Lier een ecologische wegstructuur. Daarbij
katalysator als van licht.
of the pudding is in the eating’. Hoe sterk de
kozen de partijen voor een tweelaagse platen-
resultaten in onderzoekslaboratoria ook ogen,
betonverharding. Naast de lange levensduur,
de ware test gebeurt op het terrein zelf. En dan
met beperkt onderhoud, leidt deze keuze ook tot
liefst op een plek met veel verkeer. Het waren
CO2-reductie. In de onderlaag zijn gerecycleer-
de Antwerpenaren die in 2005 gingen lopen
de betonpuingranulaten verwerkt. De toplaag
met de eer van de eerste concrete toepas-
is verrijkt met fotokatalytisch materiaal, met het
sing. Bij de heraanleg van de Leien werd
oog op een luchtzuiverende weg. Bij verwering
Regen spoelt vervuiling weg Het principe is om bij de aanleg van een weg of straat fotoactief titaandioxide (TiO2) toe te voegen aan de cementhoudende toplaag van het beton. Vervolgens activeert UV-licht het titaandioxide aanwezig aan het oppervlak. Het gevolg? Verontreinigende stoffen uit de omgeving worden omgezet in minder vervuilende bestanddelen. De techniek zorgt op
“Het opzet? Bedrijventerreinen ontwikkelen die zo weinig mogelijk milieuhinder veroorzaken”
deze manier voor het afbreken van onder meer stikstofoxiden (NOx), die ontstaan als gevolg
fotokatalytisch materiaal toegevoegd aan de
van de bovenlaag - door weersinvloeden of
van autoverkeer. De gevormde bestanddelen
straatstenen. De resultaten waren positief, zeker
het verkeer - komen telkens nieuwe titaandioxi-
hechten zich aan het cement, waarna regen
wat betreft duurzaamheid. Metingen in 2010
dedeeltjes bloot te liggen. De fotokatalytische
ze wegspoelt. Dankzij het regenwater zijn de
gaven aan dat na vijf jaar de fotokatalytische
werking blijft dus behouden, in tegenstelling
bestanddelen intussen zo verdund dat ze geen
efficiëntie nog steeds aanwezig was.
tot een coating bijvoorbeeld, die afslijt. Een
probleem meer vormen voor het milieu.
speciale meetopstelling op de werf gaat het Om tot nog betere resultaten te komen, nam
luchtzuiverend effect na. De eerste resultaten qua
Uiteraard is het iets complexer dan dat, want
het OCW deel aan een Europees project.
duurzaamheid van dat effect zijn veelbelovend.
tal van parameters spelen een rol: lichtintensi-
Dit kadert binnen het grensoverschrijdende
teit, relatieve vochtigheid, windsnelheid, type
Eco2Profit-programma en staat onder leiding
Er is ook een nadeel aan het gebruik van foto-
titaandioxide… Om de techniek te optimali-
van POM Antwerpen. De bedoeling is na te
katalytisch materiaal. Het werkt alleen als het
seren, zijn onderzoeken, proeven en vooral
gaan hoe bedrijventerreinen de uitstoot van
geactiveerd wordt door UV-licht, aanwezig
36
37
Hoe werkt het? Q
Fotoactief titaandioxide (TiO2) wordt toegevoegd aan de cementhoudende toplaag van het beton.
Q Q
UV-licht activeert het titaandioxide aan het oppervlak. Gevolg: polluenten in de omgeving worden omgezet in minder vervuilende bestanddelen.
Q
Die bestanddelen hechten zich aan het cement, waarna regen ze wegspoelt.
Aanleg van de cementhoudende toplaag met fotoactief titaandioxide op het bedrijventerrein Den Hoek 3 in Wijnegem.
past. De verwerking in het cement vraagt een
de riolen zet overstorten in werking en vervuilt
lucht. Dit betekent dat de weg niet verontreinigd
in zonlicht, en bij contact met vervuilde
speciale behandeling en ook de opslag in de
het oppervlaktewater. Nieuwe manieren om
mag zijn en dat de stroom met vervuilde lucht
betoncentrale vergt extra inspanningen. Op de
verhardingen aan te leggen, bieden ook hier een
bij voorkeur traag over het oppervlak gaat.
werf is meestal een aparte silo nodig. Eens het
oplossing. Zo zijn waterdoorlatende betonstraats-
materiaal en de techniek meer ingang vinden,
tenen de laatste jaren aan een opmars bezig.
hoeven de meerkosten niet zo hoog te zijn.
Dit soort bestratingen is niet echt geschikt voor
Mens en milieu hebben enkel voordeel bij dit
bedrijventerreinen, omdat het verkeer te zwaar
soort milieuvriendelijke technieken, al blijft het
is voor dit type verharding. Maar ze zijn wel
Ingenieurs Anne Beeldens en Elia Boonen van
moeilijk te becijferen hoeveel zogenaamde
uitermate geschikt voor parkings bij bedrijven en
OCW zijn nauw betrokken bij de projecten
maatschappelijke winst ze opleveren.”
winkels.
Waterdoorlatende straten
Het gebruik van waterdoorlatende straatstenen
Voorlopig nog duur met fotokatalytisch materiaal. “We onderzoeken de haalbaarheid van tal van nieuwe technologieën”, klinkt het, “en dit is er zeker één van. Het principe heeft zijn efficiëntie op laboschaal al bewezen. Gezien het op het terrein nog om
op zich is niet voldoende om een goede werking te garanderen. Het moet deel uitmaken van een hele structuur van straatlaag, fundering, eventuele onderfundering en drainagesysteem. Zo’n totaal-
proefprojecten gaat, variëren de meerkosten sterk van project tot project. Het fotokatalytisch
Ondergelopen straten bij felle regenbuien: het is
concept laat toe het water ter plaatse te bufferen.
titaandioxide is duur, onder meer omdat het
een bekend fenomeen. De impact op infrastruc-
Als de ondergrond het toelaat, kan het tevens
momenteel niet op grote schaal wordt toege-
tuur en milieu is niet min. De overbelasting van
geïnfiltreerd of vertraagd worden afgevoerd naar een ander infiltratiesysteem. Twee elementen spelen daarin een cruciale rol: de doorlaatbaar-
Samenwerking in beton gegoten
heid van de grond en de verkeersintensiteit. Al zo’n tien jaar volgt het Opzoekingscentrum
Bedrijventerreinen vinden steeds beter de weg naar ecologie. Inzake ecologische weg-
voor de Wegenbouw een aantal realisaties van
structuur zijn al grote stappen vooruit gezet. Daarbij schudt beton definitief zijn negatief
waterdoorlatende bestratingen op. Het centrum
imago af. Denk maar aan waterdoorlatende bestratingen op parkings van bedrijven en
ontwierp ook software die helpt bij de keuze
winkels. Een nieuwe stap is het aanbrengen van fotokatalytisch materiaal in het beton
van opbouw en materialen en zorgt tevens voor
met het doel luchtvervuiling terug te dringen. Om ook buiten het laboratorium positieve
certificatie van waterdoorlatende verhardingen.
resultaten te boeken, zijn proefprojecten in reële situaties nodig. Dat stelt onderzoekers in staat het effect na te gaan van verschillende invloedfactoren en diverse types oppervlakafwerkingen te testen. Om dit waar te maken, sloegen de Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij (POM) Antwerpen en het Opzoekingscentrum voor de Wegenbouw (OCW) de handen in elkaar bij de aanleg van twee nieuwe bedrijventerreinen, in Wijnegem en Lier, een samenwerking die voor één keer letterlijk in beton gegoten werd. Het hele opzet is te komen tot bedrijventerreinen die op elk vlak zo weinig mogelijk Foto Diliff
milieuhinder veroorzaken.
38
39
Demonstratieproject
Samen groener, samen goedkoper
Alex Polfliet (directeur Zero Emission Solutions) en zijn collega Sabine Carton, op het dak van een van de deelnemende bedrijven.
Via groepsaankopen slagen de Provinciale Ontwikkelingsmaatschappijen (POM’s) erin voor de deelnemende bedrijven de energiekosten binnen de perken te houden en te beantwoorden aan hun groeiend milieubewustzijn. Zo organiseerde POM Limburg een groepsaankoop van zonnepanelen en bundelden de POM’s van Antwerpen, Limburg en West-Vlaanderen de aankoopkracht van bedrijven uit de drie provincies om groene energie betaalbaarder te maken.
Met de Eco2Profit-groepsaankoop van groene
leverancierszijde begint de concurrentiestrijd toe
stroom en gas voor bedrijven, gerealiseerd in
te nemen. Als je gewoon maar van leverancier
2013, zijn de Provinciale Ontwikkelingsmaat-
verandert, krijg je doorgaans al een betere prijs.”
schappijen (POM’s) niet aan hun proefstuk toe.
Lokaal opgewekte groene stroom
Zo organiseerde POM West-Vlaanderen al
“Er zijn ook niet-financiële motieven om in
voor de zesde keer een dergelijke groepsaan-
een groepsaankoop te stappen”, voegt Geert
In opdracht van de POM’s kon het studiebureau
koop. Het was wel de eerste keer dat POM’s
Dangreau, projectcoördinator energie van
gewapend met een aardig pakket naar de
van Antwerpen en Limburg zich daarbij konden
POM West-Vlaanderen eraan toe. “Bedrijven
potentiële leveranciers stappen. De elf gega-
aansluiten en samen één grote gemeenschap-
zien een last van hun schouders vallen, want
digden kregen een aantal eisen opgelegd.
pelijke groepsaankoop opzetten. De reden ligt
geraak maar eens wijs uit het kluwen van leve-
Die werden toegelicht tijdens een infosessie.
voor de hand: hoe groter het volume dat je
ranciers en hun respectieve tarieven en tarieffor-
Zo moest het niet alleen gaan om groene
aankoopt, hoe goedkoper de prijs die je kunt
mules. Van hun kant kunnen de leveranciers met
stroom van windmolens of PV-installaties, de
bedingen.
een kleine commerciële inspanning een groot
stroom moest bovendien lokaal - dus in de drie
volume binnenhalen. Bovendien hebben ze
provincies - worden geproduceerd. Als bewijs
De groepsaankoop richtte zich vooral op gro-
met het studiebureau een centraal en professi-
vroegen de projectverantwoordelijken de
tere bedrijven met een elektrisch verbruik boven
oneel aanspreekpunt om de contracten af te
leveranciers een ‘Garantie van Oorsprong’ van
50.000 KWh/jaar of een gasverbruik van
handelen.”
de Vlaamse Regulator van de Elektriciteits- en Gasmarkt (VREG) voor te leggen.
meer dan 100.000 KWh/jaar. Voor de deelname en de daaraan gekoppelde dienstverle-
Na infosessies schreven niet minder dan 182
ning door studiebureau Zero Emission Solutions
bedrijven zich in voor de samenaankoop: 166
Om de offertes op een objectieve manier te
- dat zorgde voor factuuranalyse, begeleiding
vestigingen voor elektriciteit, 89 voor gas en
kunnen vergelijken - hoe de leveranciers hun
bij verandering van leverancier… - betaalden
73 voor elektriciteit én gas.
energieprijzen berekenen is vaak ondoorzichtig
de bedrijven een kleine bijdrage: 1 euro/MW voor elektriciteit en 0,5 euro/ MW voor gas. De kleinere verbruikers uit de drie provincies bleven niet in de kou staan. Zij konden deelnemen aan de groepsaankoop
“Jaar na jaar stijgt het aantal deelnemers aan groepsaankopen”
van de Provincie West-Vlaanderen. En dat kon gratis, omdat het daar om een online-veiling
De deelnemers voor elektriciteit waren samen
- had het studiebureau de leveranciers opge-
ging die minder begeleiding vergde.
goed voor een jaarverbruik van 33 GWh, die
legd om een speciaal uitgewerkt raamwerk
voor gas 35 GWh. Het studiebureau deelde
te gebruiken. “Zo hadden we onder meer de
de aansluitingen - 381 in totaal - op in verschil-
kosten voor groenestroomcertificaten, warmte-
lende loten. “Metertype en afnameprofiel be-
kracht-koppelingscertificaten en Garanties van
palen immers de energieprijzen,” aldus Isabelle
Oorsprong al van tevoren vastgelegd, net als
“De stijgende energieprijzen zorgen ervoor dat
Verdonck, expert bedrijventerreinen bij POM
de afnamelimieten en de betalingstermijn. We
de interesse voor groepsaankopen jaar na jaar
Antwerpen. “Door die opdeling kregen de mo-
vroegen de leveranciers ook een prijsformule
toeneemt”, stelt Stijn Vercampt, stafmedewerker
gelijke leveranciers de kans voor een deel van
op basis van een vooropgestelde index aan te
ruimtelijke economie bij POM Limburg. “Aan
het totaalvolume een offerte in te dienen.”
bieden”, verduidelijkt Alex Polfliet, directeur
Happige leveranciers
40
41
ne-energie bij te dragen tot de inperking van
de deelname aan het project - uiteraard tot de
correcte data over de aansluiting en het ver-
van Zero Emission Solutions. “Om zeker de
de CO2-uitstoot. Daarnaast speelde natuurlijk
aankoop en plaatsing van de zonnepanelen -
bruik van die aansluiting te ontvangen, hebben
ook de volumekorting voor de deelnemers een
gratis houden”, stelt Stijn Vercampt, stafmedewer-
we de gegevens opgevraagd bij de netbeheer-
rol, net zoals de uiteindelijke besparing op hun
ker ruimtelijke economie bij POM Limburg.
der in plaats van bij de deelnemer zelf.”
energiefactuur.
Voor elektriciteit en voor de kleine gasverbruikers (minder dan 150.000 KWh) kwam Lampiris als winnaar van het tweejarig contract uit de bus. Voor de grote gasverbruikers viel de keuze op ENI.
“De zonnepanelen zorgen jaarlijks voor 520 ton minder CO2” POM Limburg maakte het initiatief bekend via
De bedrijven kregen tijdens de sitebezoeken
een mailing en een reclamecampagne op het fo-
niet alleen informatie over de voordelen van de
rum Made in Limburg. Geïnteresseerde bedrijven
groepsaankoopformule, maar ook over de tech-
konden zich voor de groepsaankoop inschrijven
nische, operationele, juridische en financiële
via een website, waarbij ze de vrijheid hielden
aspecten, zoals de stand van zaken op het vlak
om op elk moment van het traject af te haken.
van de steunmaatregelen in Vlaanderen, meer
In het kader van het interregionale Eco2Pro-
“In een volgende fase vonden 34 ‘sitebezoeken’
bepaald de groenestroomcertificaten voor zon-
fit-project gebeurde eveneens een groepsaan-
plaats door studiebureau Zero Emission Soluti-
ne-energie. Die regeling was toen voordeliger
koop voor zonnepanelen. Hiervoor richtte POM
ons, dat de projectbegeleiding verzorgde en
dan nu.
Limburg zich in 2012 tot alle bedrijven op
waakte over de kwaliteit van de installatie en de
bedrijventerreinen in de provincie. Dat provin-
plaatsing. We hadden voor de actie een budget
ciale initiatief was een primeur. De bedoeling
vrijgemaakt om onder meer de kosten van het
van het project was om via fotovoltaïsche zon-
studiebureau te dekken. Daardoor konden we
Professionele begeleiding
182 bedrijven namen deel aan de groepsaankoop groene stroom en gas. Ze realiseerden gemiddeld een besparing van 2.260 euro voor elektriciteit en 1.400 euro voor gas.
De PV-installaties moesten aan verschillende technische specificaties voldoen.
Twintig percent korting op marktprijs
de dienst-na-verkoop van de installateurs werd
zamenlijk een vermogen van liefst 1,2 MWp,
onder de loep genomen.
goed voor een jaarlijkse vermindering van de CO2-uitstoot van 520 ton. De bevindingen
Even belangrijk is het prijskaartje. De terug-
en resultaten werden met alle partners van dit
verdientijd varieert van vestiging tot vestiging.
Eco2Profit-project gedeeld.
Tijdens de bedrijfsbezoeken bekeek het
Maar de deelnemers kregen alvast een korting
studiebureau het dak en de dakconstructie. Het
van ongeveer twintig percent op de toen gang-
werkte voor elke deelnemer een haalbaarheids-
bare marktprijs.
studie uit. Die bestond uit een dakstudie, een schaduwstudie, simulaties en een dimensione-
POM Limburg blikt tevreden terug op het
ring van de installatie. Daarnaast bevatte de
zonnepanelenproject. De installaties leveren ge-
studie ook een berekening van de Return on Investment (ROI) voor de deelnemers. Op basis daarvan konden de bedrijven beslissen om al
Een half miljoen besparingen
dan niet verder mee te stappen in het traject. Uiteindelijk ontvingen 33 bedrijven een haal-
De 182 deelnemers aan de groepsaankoop groene stroom en gas realiseerden samen
baarheidsstudie. In dertien vestigingen plaatste
een besparing van 499.760 euro op jaarbasis. Dit komt overeen met een gemiddelde
installateur Izen zonnepanelen.
besparing van 2.260 euro per deelnemer voor elektriciteit en 1.400 euro voor gas. Gemiddelden zeggen natuurlijk niet alles; de besparingen varieerden van bedrijf tot
De keuze van de installateur kwam er na een
bedrijf. Er zat wel een uitschieter bij die zijn factuur met 50 procent zag dalen.
strikte aanbestedingsprocedure. Zo moest de PV-istallatie aan verschillende technische
Het succes heeft de provincies overtuigd van de meerwaarde van het initiatief. Daarom
specificaties voldoen, zoals bijvoorbeeld een
beslisten ze om in het najaar van 2013 een nieuwe groepsaankoop op te starten.
verplichte positieve vermogenstolerantie. Ook
42
43
Geografisch Informatiesysteem (GIS)
Bedrijventerreinen energetisch in kaart gebracht In het kader van het interregionale Eco2Profit-project analyseert de Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij (POM) Oost-Vlaanderen het energieverbruik en de daarmee gerelateerde CO2-uitstoot van de bedrijventerreinen in de provincie. Meteen brengt ze ook de geïnstalleerde capaciteit en het toekomstig potentieel aan duurzame energie in deze omgevingen in kaart. De informatie, die in geografische energiekaarten wordt verwerkt, zal dienen als hulpmiddel voor het identificeren van actiepunten in het bedrijventerreinenbeleid van de provincie.
Het provinciebestuur van Oost-Vlaanderen heeft de ambitie om de provincie tegen 2050
Energiekaarten maken
CO2-uitstoot, alsook het huidig geïnstalleerd vermogen aan duurzame energie. Deze gegevens koppelen we via een Geografisch
klimaatneutraal te maken. In dit kader besloot POM Oost-Vlaanderen om een specifiek on-
Het project ‘Energiekaarten’ richt zich tot alle
Informatiesysteem (GIS) aan de locatie van het
derzoek naar de bedrijventerreinen te voeren.
bedrijventerreinen in Oost-Vlaanderen die
betreffende bedrijventerrein. Op die manier
Projectmanager Annelies Herregat: “Bedoeling
groter zijn dan vijf hectare. Dat zijn er 275.
kunnen we de informatie op een zogenaamde
0 - 25
is na te gaan welke acties we kunnen onder-
Alle ondernemingen zijn betrokken, uitgezon-
‘energiekaart’ weergeven.”
25 - 150
CO2-emissies (kg/m2)
nemen om deze gebieden energieneutraal te
> 150
maken. Dat is een eerste stap op weg naar
onbepaald
klimaatneutraliteit. Vooraleer we het provinciebestuur voorstellen voor een actieplan formuleren, dienen we eerst een duidelijke kijk op de situatie te hebben.Vandaar dat we het studiebu-
“Het provinciebestuur wil Oost-Vlaanderen tegen 2050 klimaatneutraal maken”
reau Arcadis Belgium de opdracht gaven om
Rationeel energiegebruik
uitvoeren van energie-efficiëntiescans of relighting-studies, tot het aanvragen van ondersteu-
Een ‘energiekaart’ geeft per bedrijvenpark het energieverbruik, de daarmee gerelateerde CO2-uitstoot, alsook het huidig geïnstalleerd vermogen aan duurzame energie weer.
‘energie(potentie)kaarten’ van de Oost-Vlaamse
derd de grootverbruikers (zie kader). “We
In een tweede stap kijken de initiatiefnemers
bedrijventerreinen te maken.”
verzamelen alle gegevens in een databank:
naar het potentieel voor duurzame energie-
zowel het energieverbruik van de bedrijventer-
productie tegen 2050. Daarbij houden ze
reinen (elektriciteit, gas en een schatting van de
rekening met parameters als dakoppervlakte,
Een volgende stap is het inschatten van het po-
desbetreffende locatie gekoppeld, waardoor
overige brandstoffen op basis van de Vlaamse
oriëntatie van de daken en concentratiezones
tentieel voor de REG-maatregelen, op basis van
‘energiepotentiekaarten’ ontstaan. Project-
energiebalans), de daarmee gerelateerde
voor wind.
de ouderdom van de gebouwen op de bedrij-
coördinator Dieter Geenens: “Met al deze
venterreinen. REG of rationeel energiegebruik
informatie en kaarten willen we adviezen
focust zich enerzijds op het gebruik van minder
formuleren voor maatregelen die de provincie
energie, anderzijds op het overschakelen
kan nemen om tot energieneutraliteit van haar
naar hernieuwbare energiebronnen. Bedrijven
bedrijventerreinen te komen.” Na afloop krijgen
‘Grootverbruikers’ zijn bedrijven die
kunnen allerlei REG-maatregelen nemen: van
alle partners van het Eco2Profit-project inzage
rechtstreeks aangesloten zijn op het
het voldoen aan verplichte normering, over het
in de resultaten.
netwerk van gasinfrastructuurbedrijf
Het energieneutraal maken van de bedrijvenparken is een eerste stap in het bereiken van volledige klimaatneutraliteit.
nende subsidies voor energie-investeringen. Ook deze data worden via GIS aan de
Wat zijn grootverbruikers?
Fluxys of transmissienetbeheerder voor elektriciteit Elia, alsook alle bedrijven die onder het Europese systeem van
Klimaatneutraal Oost-Vlaanderen
handel in emissierechten (ETS of Emissions Trading System) vallen. Het kli-
44
Klimaatneutraal gaat verder dan energieneutraal. Dit laatste houdt enkel rekening met
maatbeleid van deze ondernemingen
broeikasgassen ten gevolge van het energieverbruik. Bij klimaatneutraliteit gaat bijvoor-
is de bevoegdheid van de Vlaamse,
beeld ook aandacht naar de uitstoot ten gevolge van transport en productieprocessen.
federale en/of Europese overheid.
45
Stimuleringstraject
Kleine bedrijven een groen zetje geven Bedrijven enthousiast maken voor duurzaam ondernemen: dat was het doel van het Eco2Profit-project ‘Zin in duurzaam ondernemen’. De initiatiefnemer, de Regionale Milieudienst West-Brabant (nu Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant of OMWB) werkte hiervoor samen met tien gemeenten uit de Nederlandse regio West-Brabant.
“Wij streven naar een balans tussen een goed bedrijfsrendement
verwarming, onderzoek voeren naar stoken op eigen houtmot,
en goede zorg voor medewerkers, samenleving en milieu”, zegt
groene stroom met Milieukeur inkopen, standaard honderd percent
Harry Sep van Trappenfabriek Vermeulen. Voorbeelden daarvan
FSC-gekeurd vurenhout gebruiken en voor hardhout de FSC-optie
zijn: inschakelen van een bedrijfsfysiotherapeut, overschakelen
standaard meegeven aan klanten. “Om duurzaamheid nog beter
op zuiniger TL-verlichting, VCA-certificaat uitbreiden naar andere
in onze organisatie te verankeren, zetten we ons beleid en onze
bedrijfsactiviteiten, sponsoring verschuiven naar goede doelen en
doelen voor maatschappelijk verantwoord ondernemen nu ook op
lokale verenigingen, restwarmte van de compressor benutten als
papier en gaan daarover zowel intern als extern communiceren.”
valt door samen te werken en ervaring uit te
bestond uit vier dagdelen. De ondernemers
(zoals energiezuinige LED-verlichting), drie in
wisselen, is hen vaak onbekend. Het was dus
namen het principe van duurzaam ondernemen
bouwkundige energiebesparende maatregelen
belangrijk dat bedrijven die deelnamen aan het
onder de loep en voerden zelf een nulmeting
en zes in overige voorzieningen, zoals een
project met elkaar in contact kwamen.
uit met behulp van de milieubarometer van
elektrische auto. Drie bedrijven investeerden
“We moesten hen duidelijk maken dat duur-
Stichting Stimular. Zo kregen ze inzicht in
zelfs in meer dan één maatregel.
zaam ondernemen ook economisch interessant
de mogelijkheden van energiebesparing en
is, zeker in deze tijden van crisis. Vandaar dat
CO2-reductie binnen hun bedrijf. Ten slotte
we kozen voor de slogan ‘Duurzaam onderne-
stelden ze een eigen plan van aanpak op.
men loont nu extra’. Het doel op lange termijn
OMWB, dat de uitvoering van het project op
Communiceren over maatschappelijk verantwoord ondernemen
Zowel zakelijke als ideële motieven
is om duurzaam ondernemen structureel in te
Een half jaar na het afronden van de cursus
bedden in de bedrijfsvoering van bedrijven in
organiseerden de gemeenten opnieuw bijeen-
de regio.”
komsten. Die waren in hoofdzaak bedoeld om
De eindbalans van dit project is alvast postief.
bedrijven de gelegenheid te geven ervaringen
De vraag is of de deelnemers in de toekomst
uit te wisselen over de gerealiseerde maatrege-
blijven kiezen voor duurzaam ondernemen.
len. Tevens werd daarbij een van de deelne-
Pieter Schalk heeft er een goed gevoel bij.
mende bedrijven bezocht en een actueel thema
“Veel van de deelnemende ondernemers lieten
besproken.
weten dat zij zonder subsidie geen energiebe-
Aan de slag met de milieubarometer
zich nam, adviseert en ondersteunt overheden
sparende maatregelen genomen hadden. Toch
Een beloning van 2.500 euro
in milieuzaken en streeft naar de integratie van
Een van de activiteiten om ondernemers in de
milieu en andere beleidsterreinen. Voor ‘Zin
regio bekend te maken met duurzaam onder-
in duurzaam ondernemen’ kozen de partners
nemen, was de organisatie van een MVO-dag
er bewust voor zich te richten tot midden- en
(Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen) in
kleinbedrijven (MKB), bedrijven tot 250 mede-
mei 2011. Tijdens een aantal sessies werden
werkers. Pieter Schalk, beleidsmedewerker van
onderwerpen zoals duurzaamheid in logistiek
Ondernemers die de cursus positief afrondden,
maar ook ideële redenen, zoals een bijdrage
OMWB: “Grote bedrijven kunnen gemakke-
en transport en hernieuwbare energie in de
kregen tijdens de laatste bijeenkomst een
aan een betere wereld.”
lijker middelen en capaciteit vrijmaken om te
praktijk uitgediept. Maar er was meer nodig
CO2-waardebon. Daarmee konden ze voor
Bij kleine bedrijven ontbreekt die tijd, omdat ze druk bezig zijn met de dagelijkse bedrijfsvoering. Daar staat tegenover dat kleine bedrijven wellicht flexibeler zijn om snel maatregelen
verwacht ik dat bedrijven die de cursus hebben afgerond en maatregelen namen, zich in min of meerdere mate blijvend zullen inspannen voor duurzaam ondernemen. Daarbij spelen zowel zakelijke motieven een rol, zoals hun imago,
investeren in duurzaamheidsmaatregelen. Ze hebben vaak zelf de kennis en expertise in huis.
Ongeveer een derde van de deelnemende bedrijven investeert in zonnepanelen.
“Zonder subsidies hadden we de milieumaatregelen niet genomen”
door te voeren en medewerkers te motiveren.”
Getuigenissen van deelnemers Marga Jansen (Renotec Duo): “We hebben zonnecollectoren op
plaats, waardoor ‘s avonds en ‘s nachts geen verlichting nodig is
het platte dak van ons bedrijfspand geplaatst. We streven naar
voor het signaleren van ongewenst bezoek. Vissershaven is een
een papierloos kantoor, onder andere door digitaal factureren en
FSC-project (Forest Stewardship Council), wat betekent dat we
archiveren. Hiermee besparen we A4-papier, enveloppen, toners,
uitsluitend hout uit duurzaam beheerde bossen gebruiken.”
om bedrijven echt te overtuigen. Daarom
maximaal 2.500 euro milieu-investeringen
frankeermachine, ruimte en tijd. En niet te vergeten het transport,
organiseerden de projectpartners de cursus
doen. Hiervoor dienden ze een voorstel in te
wat weer minder CO2 oplevert.”
‘Duurzaam ondernemen loont nu extra’, in
dienen en moesten ze binnen zes maanden de
samenwerking met de Stichting Stimular.
maatregelen uitvoeren. In totaal namen 151
Koen Haest (Bergh Bouw): “Vissershaven in Bergen op Zoom is het
steeds schaarser, het is onze taak daar duurzame oplossingen
bedrijven aan de cursus deel en werden uitein-
eerste project waarop we bedrijfsbreed inzetten op duurzaamheid.
voor te vinden. Inmiddels zijn CO2- en energiereducerende maatre-
Deze cursus leerde de bedrijfsverantwoordelij-
delijk 46 aanvragen gehonoreerd. Van de 46
Wij gebruiken tijdens de bouw groene stroom en verwarmen de
gelen geïntegreerd in onze bedrijfsvoering.”
doende zicht op de besparingsmogelijkheden
ken op een laagdrempelige manier de kracht
bedrijven investeerden er zestien in zonnepa-
bouwkeet met groen gas. Infraroodcamera’s beveiligen de bouw-
binnen het bedrijf. Ook de winst die te halen
van duurzaam ondernemen kennen. De cursus
nelen, 23 in installatietechnische voorzieningen
Onontgonnen terrein Duurzaam ondernemen is voor veel MKB’ers nog onontgonnen terrein. Ze hebben onvol-
46
Robin Castelijn (Krinkels): “Wij voelen ons maatschappelijk verplicht om duurzaam te ondernemen. De grondstoffen worden
47
Energiecoördinator
Expert geeft bedrijven zetje in de rug
Energiecoördinatoren Mirjam RoordaKnape en Peter Mertens: “We helpen de bedrijven over hun koudwatervrees.”
Wie is wie? Industriebank LIOF engageerde de organisatie Driven By Values om de rol van energiecoördinator op zich te
Het is duidelijk dat er behoefte is aan ondersteuning en dat je bedrijven bij
nemen. Driven By Values is een project-
de hand moet nemen als je iets wil veranderen, zo blijkt uit het Eco2Profit-
management- en consultancybureau,
energieproject op drie bedrijventerreinen in Nederlands Limburg. Een
gespecialiseerd in de transitie naar
energiecoördinator beantwoordt daar aan die nood.
de nieuwe energiewereld. Dat is een wereld waarin niet alleen duurzame
Een ‘energiefoto’. Dat was de eerste aanzet,
ondersteuning voor alles wat met energieverbruik
moeten over hun koudwatervrees geholpen
energie en energiebesparing een
enkele jaren geleden, van het plan dat de
en energiebesparing te maken heeft. De ener-
worden. Samen met de parkmanager kunnen
belangrijke rol spelen, maar waar
bedrijven, gemeenten, provincie, ondernemers-
giecoördinatoren behouden het overzicht. Ze
we bedrijven het zetje geven dat ze nodig
ook regelgeving, maatschappelijke
verenigingen en parkmanagers van de bedrijven-
onderzoeken de mogelijkheden tot samenwer-
hebben om tot actie over te gaan.”
ontwikkelingen en informatievoorzie-
terreinen Beatrixhaven in Maastricht, De Beitel
king, kennisuitwisseling en energie-uitwisseling
in Heerlen en Roerstreek in Roermond opvatten
tussen de bedrijven op het industriepark.
“De essentie is het gesprek met de bedrijven aangaan”
ning een invloed hebben. ProcesbeDe rangschikking volgens de zes niveaus laat
geleider Mirjam Roorda-Knape van
toe om elk bedrijf ondersteuning op maat aan
Driven By Values is energiecoördinator
te bieden. Het komt er dus op aan heel gericht
op het bedrijventerrein Beatrixhaven.
instrumenten in te zetten. Het uiteindelijke doel
Haar collega Peter Mertens is dit op
is natuurlijk dat een onderneming één of meer
Roerstreek. Op de Beitel delen de twee
niveaus stijgt. Door de classificatie wordt het ook
de verantwoordelijkheid.
eenvoudiger om de evolutie van het project én van de bedrijven afzonderlijk te monitoren en het
om de energiebesparing en de toepassing van
Voor het leveren van de ruggensteun baseren de
verbeterproces aan te zwengelen. Bovendien
duurzame energie aan te pakken. De foto bracht
energiecoördinatoren zich op de aanpak Meten,
biedt het de energiecoördinator de gelegenheid
de energiehuishouding in kaart van de drie ter-
Leren, Stimuleren en Realiseren. Eerst bekijken
om bedrijven met elkaar te vergelijken en te
reinen in Nederlands Limburg. Op basis van de
ze wat de bedrijven al doen op het gebied van
zien wie van wie kan leren. Het is met andere
verzamelde gegevens stelde adviesbureau DHV
energie. Op basis van het peil van hun bewust-
woorden een instrument om de samenwerking
in februari 2010 het rapport ‘Energiekansenkaar-
wording, hun kennis over energie en de mate
op het bedrijventerrein te bevorderen.
ten voor drie industrieterreinen in Limburg’ op.
waarin zij al maatregelen namen en uitvoerden, delen de coördinatoren de bedrijven in zes
Gedragsverandering
Het werd al snel duidelijk dat bedrijven
niveaus in. Niveau één betekent: geen inzicht in
weliswaar bereid zijn om energiebesparende
het eigen energieverbruik en in de verbetermoge-
maatregelen te nemen, maar dat het ze tegelijk
lijkheden. Een bedrijf van het hoogste, zesde ni-
In nauw overleg met de parkmanagers vragen-
ontbreekt aan specifieke technische kennis om
veau heeft de verbetermogelijkheden al bepaald,
lijsten laten invullen en thermometers toekennen:
de juiste maatregelen uit te dokteren. Energie
maatregelen genomen én doelen bereikt.
het zijn niet de enige taken van de energiecoör-
efficiënter inzetten of de schouders zetten onder eigen of gezamenlijke opwekking van duurzame energie: hoe begin je daaraan? Om een
dinatoren. Om te beginnen, bemannen ze een
In dialoog
energieloket waar ze elke werkdag ‘s ochtends telefonisch bereikbaar zijn. Op andere uren kun-
omslag te kunnen maken, zijn energie-audits en benchmarking nodig.
De spin in het web
nen vragen gemaild worden. Verder begeleiden Elke onderneming krijgt een thermometer toebe-
ze bedrijven bij het uitvoeren van maatregelen
deeld, waarop zijn ‘temperatuur’ is af te lezen.
en organiseren ze themabijeenkomsten waarbij
“Het kan met het oog op bewustwording een
kennis wordt uitgewisseld. Presentaties van die
optie zijn om enkel de evolutie van het energie-
meetings zetten de coördinatoren op de web-
verbruik op te volgen, maar dat zegt weinig of
site ‘energieloketbedrijven.nl’, waar ze iedere
Kortom, bedrijven hebben behoefte aan de
niets over wat er achter de schermen gebeurt”,
maand ook een energietip plaatsen, zoals ‘Hoe
ruggensteun van een expert. Om die reden werd
zegt Mirjam Roorda-Knape, energiecoördinator
energie besparen op kantoorapparatuur?’.
op de drie bedrijventerreinen de rol van energie-
op het bedrijventerrein Beatrixhaven en, samen
coördinator in het leven geroepen. De coördina-
met collega Peter Mertens, op dat van Beitel.
Voorbeelden van workshops zijn ‘Energiebe-
toren zijn de spin in het web van de kwaliteits-
“De essentie van ons energieproject is het ge-
sparing in de procesindustrie’ en ‘Duurzame
slag die Nederlands Limburg wil realiseren. Als
sprek met de bedrijven aangaan. Kiezen voor
daken’. In de toekomst staat nog een gedrags-
aanspreekpunt op het bedrijventerrein bieden ze
dialoog is iets in beweging zetten. Bedrijven
workshop op het agenda. “Bedoeling is
48
49
Stof tot denken
De voedingsbodem is er
Een negental voorstellen viel in de bus, gemid-
Wat zowel de energiecoördinatoren als Indus-
deld drie per park. Na rijp beraad koos de
triebank LIOF - de verantwoordelijke project-
jury drie winnaars. Vooreerst viel Cargofoor/
partner - merkten, is dat de tijd hen niet gunstig
Maassen in de prijzen met een groot zonne-
gestemd was. Door de economische crisis zijn
panelenproject. Tweede primus was Chromin,
bedrijven vooral met hun kernactiviteit bezig.
dat uitpakte met een combinatie van witte
Mirjam Roorda-Knape: “Als een onderneming
dakbedekking en zonnepanelen. Laureaat
die wel wat gepresteerd had op het vlak van
Last but not least stimuleren de energiecoördi-
nummer drie was HESI, dat de opwekking van
energiereductie zijn case toelichtte tijdens een
natoren bedrijven om demonstratieprojecten te
zonne-energie koppelde aan een oplaadpunt
workshop zagen we dat dit andere bedrijven
bedenken: projecten die een voorbeeld kunnen
voor elektrische scooters. Ook besloot de jury
wel aansprak, maar dat ze nadien toch weer
zijn voor andere ondernemingen of zelfs het
nog een prijs met kleinere financiële tussen-
snel overgingen tot de orde van de dag.”
totale bedrijventerrein. Het thema dat het meest
komst uit te reiken aan EPM. Dat bedrijf had
in de drie parken leefde, bleek ‘duurzame
een zonnepanelenproject bedacht waarbij de
Het zadelt Eric Schreuders, projectmanager
daken en gevels’ te zijn: daken en gevels waar
opgewekte energie kan worden gebruikt voor
bedrijventerreinen van LIOF, met gemengde
energie wordt opgewekt, CO2 wordt geredu-
het opladen van elektrische auto’s.
gevoelens op. Hij bekent dat de ambitie bij de
bedrijven bewust te maken van het feit dat het gedrag van medewerkers belangrijk is in het halen van energiebesparingen”, legt Mirjam Roorda-Knape uit.
Gezocht: demonstratieproject
aftrap zeer hoog was. Misschien té hoog. De
ceerd of een combinatie van beide. Terugblikkend op het energieproject getuigt Mir-
verwachting was dat uit de energiescans bijna
Op 1 april 2013 werd op de drie terreinen de
jam Roorda-Knape: “We voelden appreciatie
automatisch projecten zouden volgen. “De eco-
oproep gelanceerd om voorstellen in te dienen
voor de toegang tot kennis die we verschaften.
nomische crisis is één reden waarom energie-
voor demonstratieprojecten over duurzame da-
Het is duidelijk dat er een behoefte aan onder-
reductie en duurzame energie geen prioriteiten
ken en gevels. Beloning voor het beste idee per
steuning is en dat je bedrijven bij de hand moet
bleken. Een andere was de daling van de
bedrijventerrein was een bijdrage van 40.000
nemen als je iets wil veranderen. Dat we een
energiekostprijzen, waardoor de urgentie om
euro, of maximaal vijftig percent van de totale
aantal bedrijven ertoe konden bewegen om zelf
aan energiebesparing te doen weer afnam.”
“We hebben bedrijven aan het denken gezet”
“Anderzijds kunnen we niet ontkennen dat we belangrijke stappen hebben gezet inzake sensibilisering. We zijn blij met het werk dat de energiecoördinatoren verrichtten en met de
kosten van het project. Voorwaarden: het
aan de slag te gaan, bewijst dat projecten als
concrete invulling van de demonstratieprojecten
bedrijf staat op een van de drie parken en heeft
deze potentie hebben. Ik denk bijvoorbeeld aan
rond duurzame daken. Uiteraard hadden we
een MKB/KMO-status, de maatregelen zijn
een groothandel in diepvriesproducten. Hoewel
graag méér bedrijven mee in het bad zien
zichtbaar aan de buitenkant, het zonnepaneel,
het een kleine, lokale speler is, heeft de firma
springen. Wellicht moeten we hier pas binnen
de zon-thermische installatie of de groene gevel
toch beslist om te investeren in een kleinere en
een drietal jaar zwaar op inzetten, als de
moeten gemonteerd zijn op het bedrijfspand,
energiezuinigere vrieshal. Al zagen we niet bij
economie er opnieuw bovenop is. We hebben
het idee is innovatief en het biedt zoveel moge-
iedereen meteen tastbare resultaten, zeker is dat
nu alvast de voedingsbodem gelegd.”
lijk ‘value for money’.
we mensen aan het denken hebben gezet.”
De demonstratieprojecten van vier bedrijven vielen in de prijzen en kregen een toelage: Cargofoor/Maassen, Chromin, HESI en EPM.
Op de thermometer kan elk bedrijf zijn ‘temperatuur’ aflezen. Die verwijst naar het peil van bewustwording, de kennis over energie en de mate waarin al energiemaatregelen zijn uitgevoerd.
50
51
De projectpartners van Eco2Profit stellen zich aan u voor De missie van de Provinciale Ont-
De Provinciale Ontwikkelings-
Industriebank LIOF helpt Limburg
Interleuven is een initiatief van
wikkelingsmaatschappij (POM)
maatschappij (POM) West-Vlaan-
economisch vooruit. LIOF
dertig gemeenten, 28 OCMW’s
Antwerpen is het versterken van
deren wil in de provincie het
ondersteunt bedrijven op het
en de provincie Vlaams-Brabant.
het economisch weefsel in de
ondernemerschap versterken. Dat
gebied van innoveren, investeren
De organisatie stuurt mee de
provincie. Ze doet dit op drie
doet ze door samenwerking te
en vestigen. LIOF creëert ruimte voor nieuwe bedrijvigheid. Het schept
duurzame ontwikkeling van de
stimuleren tussen ondernemingen
voorwaarden voor het ontwikkelen van perspectiefrijke sectoren en het
streek. Ze richt zich op de speci-
terreinen: het ontwikkelen van duurzame bedrijventerreinen en -infrastructuur, het doelgericht werken op
en hun ondernemingsorganisaties, kennisinstellingen, regionale beleids-
vestigingsklimaat, gericht op kansen voor het Midden- en Kleinbedrijf
fieke behoeften van gemeenten, OCMW’s, politiezones, intergemeentelij-
impulsen voor speerpuntsectoren zoals chemie, logistiek en bouw en ten
organen en sociale partners. Doel is het realiseren van een duurzaam,
(MKB). LIOF steunt ondernemingen pragmatisch, betrokken en proactief
ke organisaties en bedrijven. In samenspraak met haar partners werkt de
slotte het promoten van de provincie als dé investeringsregio.
innovatief, transformatie- en internationaal gericht economisch weefsel.
door zijn expertise te combineren met financiële daadkracht en een
organisatie aan eigentijdse projecten, van wonen en milieu tot openbare
www.pomantwerpen.be
www.pomwvl.be
uitgebreid netwerk.
gebouwen en bedrijven.
www.liof.nl
www.interleuven.be
De Provinciale Ontwikkelings-
De Provinciale Ontwikke-
maatschappij (POM) Limburg
lingsmaatschappij (POM)
De Omgevingsdienst Midden- en
Parkmanagement, een honderd
onderneemt, coördineert en onder-
Oost-Vlaanderen voert het
West-Brabant (OMWB) is een
percent dochter van de Limburg-
sociaal-economisch beleid van
gemeenschappelijke ambtelijke
se Werkgevers Vereniging, is
gebeurt in opdracht van de provincie Limburg. De werking is enerzijds toe-
het provinciebestuur uit. POM wil Oost-Vlaanderen helpen ontwikkelen
dienst van 27 gemeenten in Midden- en West-Brabant en de provincie.
het kenniscentrum op het gebied van parkmanagement in Nederland.
gespitst op de creatie van voldoende en kwalitatief hoogstaande ruimte om
tot een uitmuntende kennisregio en logistieke topregio. Via de creatie en
OMWB werkt voor overheden, bedrijven en bewoners aan een leefbare
Ondernemersverenigingen, overheden en andere geïnteresseerden zijn bij
te ondernemen, anderzijds op de concrete ondersteuning van economische
het beheer van duurzame bedrijventerreinen geeft POM ondernemers
en duurzame regio. De dienst stelt omgevingsvergunningen op inzake mi-
Parkmanagement aan het juiste adres. Parkmanagement richt zich op het
speerpuntsectoren die een reëel groeipotentieel hebben in de provincie.
optimale ontwikkelings- en groeikansen. POM ontwikkelt zijn acties op
lieu, controleert of bedrijven zich aan de regels houden en overlegt met
verbeteren van de integrale kwaliteit op bedrijventerreinen. Het verbeteren
www.pomlimburg.be
zo’n manier dat ze bijdragen tot de duurzame, CO2-arme en energie-effi-
bedrijven over milieuzorg. Daarnaast stimuleert OMWB vanuit de eigen
van de samenwerking tussen bedrijven onderling en de overheden staat
ciënte transitie van de samenleving.
expertise nieuwe ontwikkelingen, bijvoorbeeld inzake maatschappelijk
centraal. Tevens leidt Parkmanagement een aantal strategische projecten
www.pomov.be
verantwoord ondernemen en duurzaamheid.
inzake duurzaamheid en maatschappelijk verantwoord ondernemen.
www.omwb.nl
www.parkmanagement.nl
steunt acties ter versterking van de economische ontwikkeling in Limburg. Dit
Terwijl het provinciebestuur beslist over het sociaaleconomisch beleid, is het de Provinciale
Het Opzoekingscentrum voor de Wegenbouw
Ontwikkelingsmaatschappij
(OCW) is een private researchinstelling van
(POM) Vlaams-Brabant die dit
openbaar nut. De kernactiviteiten van het centrum
beleid mee uitvoert. Die uitvoering loopt over vier sporen: het ontwik-
zijn enerzijds onderzoek en ontwikkeling en de
kelen van bedrijventerreinen en gebouwen, het efficiënter aanwenden
toepassing hiervan inzake alle aspecten van de
van bestaande bedrijfsinfrastructuur, het uitvoeren van projecten met een
wegenbouw, gaande van ontwerp tot wegonder-
Colofon
bedrijfsversterkend karakter zoals het ontwikkelen van de Vlaams-Brabant-
houd, veiligheid en mobiliteit. Een tweede kernactiviteit is dienstbetoon aan
se kennisregio en ten slotte het ondersteunen van het sociaaleconomisch
de vakmensen van wegenbouwbedrijven, aan de bevoegde nationale,
beleid van de provincie. POM realiseert daarnaast eigen projecten.
gewestelijke en plaatselijke overheden en aan alle actoren die bij de
Verantwoordelijke uitgever:
Vormgeving:
www.pomvlaamsbrabant.be
wegenbouw betrokken zijn.
Geert Penneman
Het Eiland Neus
www.ocw.be
Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij (POM) Antwerpen Lange Lozanastraat 223
Foto’s:
2018 Antwerpen
Spindokter, projectpartners Eco2Profit (tenzij bij de foto’s anders aangegeven)
Realisatie:
Coverfoto: Lacomj
Spindokter Druk: Redactie:
Drukkerij Bulckens
Peter Ooms, Peter Van Dyck, Peter Slabbynck, Erwin Vanvuchelen, Productie:
Els Jonckheere, Frank Edelynck, Luc De Smet, Christine Huyge
Gedrukt op FSC-papier in een productieproces dat Coördinatie:
volledig op groene energie draait en mineraalolie-
Christine Huyge en POM Antwerpen
vrije offsetinkten op vegetale basis gebruikt Foto Alan Drummond
Eindredactie: Christine Huyge en Spindokter
52
53
Tot slot
Aan het einde van dit driejarige traject past het
Q
Er is in het kader van dit project voor het
Q
Bedrijventerreinen kunnen inzake warmte-
eerst een online-tool ontwikkeld om de
recuperatie en warmtenetten belangrijke
uitstoot van broeikasgassen op het niveau
stappen vooruit zetten, en dit op een
Een Interreg-project uitvoeren en leiden is
van een bedrijventerrein in kaart te brengen.
economisch aanvaardbare manier. Dat blijkt
geen gemakkelijke opdracht. De Europese en
Deze ‘klimaatmonitor’ stelt terreinbeheerders
duidelijk uit de haalbaarheidsstudies die in
nationale regels die van toepassing zijn op een
en lokale overheden in staat een actief ener-
het kader van dit project zijn uitgevoerd.
grensoverschrijdend project, zijn complex. Met
gie- en klimaatbeleid te voeren en langeter-
Binnen de projectperiode zijn geen fysieke
verschillende partijen over de grenzen heen
mijnevoluties in kaart te brengen.
realisaties ontwikkeld, maar de bal ging
om even terug te kijken.
werken, vraagt geduld en diplomatie.
aan het rollen en Eco2Profit heeft daarin een
Q
katalyserende rol gespeeld.
Op een aantal bedrijventerreinen is een
Eco2Profit kan dankzij de inspanningen van
ecologisch en luchtzuiverend wegdek met
alle projectpartijen, bedrijven en bedrijventerrei-
fotoactief titaandioxide aangelegd: nu
nen een reeks mooie resultaten voorleggen:
nog een dure aangelegenheid, maar eens
beroep doen op een visiedocument met be-
het materiaal en de techniek meer ingang
trekking tot windmolens. Het document vormt
vinden, hoeven de meerkosten niet zo hoog
een kader om beslissingen te nemen over de
te zijn, menen de onderzoekers.
inplanting van windmolens op bedrijventer-
Q
Overheden kunnen dankzij Eco2Profit een
reinen.
Q
Innovatieve technologieën, zoals LED en magnetische inductie, zijn ingezet om op
Q
Ook inzake walstroom zijn de resultaten
verschillende bedrijventerreinen duurzame
van de haalbaarheidsstudie erg beloftevol.
openbare verlichting te realiseren. Dit zorgt
Op een aantal haventerminals zeggen de
voor een sterk verminderd stroomverbruik en
beheerders dat ze naar aanleiding van de
minder uitstoot van broeikasgassen.
Eco2Profit-studie op middellange termijn energiezuinige walstroom zullen aanbieden.
Q
Bedrijven kregen in de loop van het project de kans om thematische adviezen op te vragen over hun nieuwbouwplannen.
Q
Voor zowel de Belgische als de Nederlandse bedrijven is een inventarisatie gemaakt van alle steunmaatregelen waarop zij inza-
Q
Heel wat bedrijven zijn op diverse manieren
ke rationeel energiegebruik en hernieuwba-
gesensibiliseerd en aangemoedigd om op het
re energie aanspraak maken.
vlak van duurzaamheid en energie-efficiëntie ingrepen en investeringen te doen, ook inzake het gebruik van duurzame materialen. Tal van bedrijven hebben daar ook gevolg aan gegeven, ondanks de economische crisis. Uit deze en nog tal van andere resultaten, besproken in dit boek, blijkt dat Eco2Profit succesvol is afgerond. De partijen hebben de ambitie om in de toekomst verder samen te werken aan het realiseren van CO2-neutrale bedrijventerreinen. Foto Monday’s Socks
54
Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling
Foto Marcus Oh
Europese Unie