16
klikcasus
Ook een ethische kwestie waarmee je worstelt in je werk? Stuur je vraag (mag ook anoniem) naar Klik, redactie@klik.org
Beste ethicus, Op een kleinschalige woongroep voor adolescenten met een licht verstandelijke beperking woont een jongen met een vorm van autisme. Hij is verbaal heel sterk en kan hierdoor zijn problematiek goed verbloemen. Er is een begeleidster die niet met hem overweg kan. In mijn optiek snapt zij niet hoe hem te benaderen. Dat leidt soms tot een conflict en hierdoor ontstaat onrust in het huis. De cliënt is hierdoor ontzettend van streek en voelt zich dan ook niet begrepen. Van de laatste conflictsituatie heeft de cliënt nog veel verdriet. Hij heeft meerdere malen aangegeven dat hij nog een gesprek wil met de begeleidster, maar daar weigert zij aan mee te werken. Het is nu zo dat hij haar ontloopt als zij dienst heeft. Ik heb dit bij onze coördinator aangegeven en gevraagd of zij de desbetreffende collega wil stimuleren om het gesprek aan te gaan. Tot nu toe is dat nog niet gebeurd. Ik wil heel graag mijn cliënt helpen, maar ik weet alleen niet hoe ik mijn collega ervan kan overtuigen een gesprek aan te gaan en hoe ik haar kan laten weten dat zij hem beter op een andere manier kan benaderen. Moet ik dit ondanks het verdriet van de cliënt laten rusten of moet ik verdere stappen ondernemen of de cliënt hiertoe adviseren? In beide gevallen doe ik iemand tekort. Hoe moet ik het juiste doen? Een begeleider
Klik 9 2021 | www.klik.org
Meningsverschil over de zorg Beste begeleider, De situatie die je beschrijft doet me denken aan scènes uit een huwelijk waarin de relatie tussen de ouders onder spanning is komen te staan door onenigheid over de aanpak van hun opstandige zoon. Laatst is de zaak geëscaleerd: vader heeft de zoon buitengezet en gezegd dat hij het helemaal met hem gehad heeft. Moeder dringt bij vader aan op een gesprek, want ze voelt goed aan hoe hun zoon erin staat. Vader houdt de boot af en verwijt moeder dat die het altijd maar weer opneemt voor de zoon. De gevoelstemperatuur in huis is inmiddels tot onder het vriespunt gedaald. Als moeder voorstelt om een vriend te vragen te bemiddelen, zakt de temperatuur nog verder en volhardt vader nog meer in zijn afwijzende gedrag. Het verschil met de situatie die jij beschrijft is dat je daarin een
professionele houding verwacht, waarbij in alle openheid gezocht wordt naar mogelijkheden om verder te komen. Die openheid lijkt er niet te zijn. Ik vroeg me bij het lezen van de casus af waardoor dat zo gekomen is. Wat is er in het proces voorafgaand gebeurd dat ertoe heeft geleid dat je collega niet meer over haar schaduw heen kan springen? Zit die spanning vooral in de relatie tussen je collega en jou? Of zit die meer in de begeleidingsrelatie met de cliënt? Dat maakt wel uit, denk ik. Los daarvan, het lijkt me belangrijk dat je de zaak niet laat rusten. Het kan niet zo zijn dat een begeleider de deur dichthoudt voor een cliënt, of er moet een heldere, ondersteunende bedoeling achter zitten. Dat lijkt hier niet het geval. Weigeren om stappen te zetten die de verstoor-