3 2 koers op kolonielandschap nov 14

Page 1

november 2014

KOERS OP KOLONIELANDSCHAP AUTONOOM LANDSCHAP VAN ORDE EN TUCHT


‘Koers op Kolonielandschap’ is opgesteld in opdracht van Stuurgroep Koloniën van Weldadigheid. De provincie Drenthe fungeert als gedelegeerd opdrachtgever voor de begeleidingsgroep die verder bestaat uit het Kempens Landschap, de gemeenten Hardenberg, Hoogstraten, Merksplas, Noordenveld, Ommen, Steenwijkerland, Westerveld, Weststellingwerf, de provincies Antwerpen, Friesland, Onroerend Erfgoed, Agentschap voor Natuur en Bos en de Vlaamse Landmaatschappij. ‘Koers op Kolonielandschap’ is uitgevoerd door Land-id met medewerking van Veenenbosch en Bosch en Antea group Belgium. ‘Koers op Kolonielandschap’ is financieel ondersteund door middelen uit de Visie Erfgoed en Ruimte (VER).

november 2014


INHOUD Blok 1 Proloog

5

01 Schets van het project

02 Opgave en werkwijze

Blok 2 Trots 03 Samen Werelderfgoedwaardig

04 Koloniepitch

05 Landschappelijke thema’s 06 Frederiksoord e.o.

91

7

Blok 3 Kijk op de toekomst 12 Sturingsfilosofie

11

13 Ontginningsas

99

14 Maatvoering

107

15 Ensembles

113

16 (Be)werking

119

17 Open-dicht

127

18 Familie elementen

131

19 Grens en Entree

133

95

17 21 27 39 42

07 Ommerschans

57

08 Wortel

65

Blok 4 Aanbevelingen voor de toekomst

141

09 Veenhuizen

73

Bijlage

147

10 Merksplas

81

11 Brug naar de toekomst

89

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id


Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id


I

PROLOOG


6

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id


01 SCHETS VAN HET PROJECT Voordat we u onderdompelen in de inhoud van het project krijgt u eerst een korte schets aan de hand van onze persoonlijke ervaringen. Vol enthousiasme en onder een zekere tijdsdruk heeft ons team gewerkt aan de opdracht voor ’het opstellen een inspiratiedocument dat ingaat op het landschap en de toekomstige ontwikkeling daarin’. Het project voor de vijf koloniën Frederiksoord e.o., Ommerschans, Wortel, Veenhuizen en Merksplas heeft van begin af aan de titel ‘Koers op Kolonielandschap’ gekregen.

anderen de unieke kwaliteiten herkennen, is het maar een kleine stap om te werken aan een gezamenlijke toekomst. Want iets wat nu mooi en goed is, blijft dat vaak niet vanzelf. Het is goed om daar bewust mee om te gaan en er ambities voor te formuleren. Vanuit de ambities en de ateliers zijn kansen voor het verbeteren van de kwaliteiten boven komen drijven. Een aantal hiervan is te zien als ‘laaghangend fruit’. Andere zijn misschien meer voor de lange adem. Wellicht dat u zich hier door kunt laten inspireren.

Al werkend aan dit project is ons duidelijk geworden dat veel mensen trots (mogen) zijn op hun kolonielandschap. Dit gevoel van trots, mede gebaseerd op de unieke landschappelijke kwaliteiten van de gezamenlijke koloniën, is een inspiratiebron voor het kijken naar de toekomst. Met dit rapport willen we u inspireren met resultaten van onze ontdekkingstocht langs de verschillende koloniën. Deze ontdekkingstocht is ondernomen met diverse koloniepartners in de zogenaamde werkateliers.

Het woord inspiratie is al enkele malen gevallen en u stelt zich waarschijnlijk de vraag ‘wat betekent dat voor mij en anderen?’ Wat wij graag willen is dat u bij uw afwegingen en initiatieven gebruik maakt van de kennis uit dit document. Dit kan per persoon of organisatie verschillen. Voor een inwoner kan het bijvoorbeeld gaan om de keuze voor een haag als erfgrens. Een (agrarische) ondernemer kan bij bedrijfsuitbreiding anticiperen op de landschappelijke structuren. De overheden, met name gemeenten, kunnen het gebruiken als een leidraad bij bestemmingsplannen, beheerplannen of de reconstructie van bijvoorbeeld een weg. Het gezamenlijke voor al deze partijen zit in de erkenning van het belang om zorgvuldig om te gaan met het (toekomstige Wereld) erfgoed. Wederom geldt dat alle vijf de koloniën uniek zijn in hun eigen positie en bestuurlijke context. Desondanks, of juist daarom, roepen we iedereen op om vanuit het gezamenlijke belang van de unieke (erfgoed)kwaliteiten de inhoud van dit rapport, daar waar mogelijk, te gaan gebruiken.

Wij hebben geleerd dat de gebieden samen het bijzondere verhaal van de Koloniën van Weldadigheid laten zien. Het verhaal is zo uniek dat ze samen Werelderfgoedwaardig zijn. Vanuit dit gezamenlijke vertrekpunt in de geschiedenis is elke kolonie op zich ook weer bijzonder door zijn eigen ontwikkeling en de daaruit voortvloeiende verschijningsvorm. Aan de hand van kaarten, foto’s, schetsen, schema’s en korte toelichtende teksten wordt u deelgenoot van deze unieke kwaliteiten en willen we u inspireren bij het kijken naar en het denken over de koloniën. Als ook u en

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

7


Zoals gezegd is de ontdekkingstocht ondernomen met partners uit de koloniën. In een tweetal werkateliers per kolonie is met de gebiedspartners nagedacht over de kwaliteiten en de vraagstukken. Hierbij is een veelheid aan suggesties en ideeën ingebracht, van groot tot klein en van rijp tot groen. Gezien de focus van ‘Koers op Kolonielandschap’ op de samenhang en het unieke tussen de vijf koloniën is de inbreng die hier bij aansluit meegenomen. De overige ideeën die zijn ingebracht verdwijnen niet en kunnen wellicht later alsnog worden gebruikt bij concrete plannen en uitwerkingen.

om aan te pakken, of anders gezegd: waarmee de kwaliteiten te versterken zijn. Vaak was er een wederzijdse herkenning binnen de groep en met ons als ‘buitenstaander’. Soms werd het even spannend en mogelijk bedreigend om hier open en direct met elkaar over te spreken. Dat is begrijpelijk vanwege de verschillen in belangen en achtergronden. Hierbij hebben wij geconstateerd dat het met elkaar in gesprek gaan en blijven cruciaal is. Vaak gaat het om misverstanden of eigen interpretaties die leiden tot standpunten. Luisteren en doorvragen is dan de kunst en samen te zoeken naar oplossingen en kansen om zaken uit te ruilen. Wij roepen iedereen op om dat ook in de toekomst te blijven doen. Wat ons betreft was het een mooie en vruchtbare werkwijze en we willen iedereen hartelijk danken voor de inzet en inbreng. Met vriendelijke groet, Projectteam van Land-id

In de werkateliers hebben wij laten zien welke unieke samenhang tussen de koloniën bestaat en wat in onze ogen bijzonder is voor elk van de koloniën. De deelnemers reflecteerden hier op en vulden aan met cruciale elementen en details. De deelnemers hebben zaken naar voren gebracht waar ze trots op zijn. Vervolgens hebben wij ze uitgedaagd om aan te geven wat volgens hen urgent is

8

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id


Leeswijzer De voorliggende rapportage bestaat uit vier blokken. In Blok 1 ‘Proloog’ heeft u zojuist de schets van het project kunnen lezen. Hierop volgt een toelichting op de opgave en de werkwijze. Hierin staat beschreven wat de opdracht is, wat de stappen in het planproces zijn geweest, met wie we gewerkt hebben en wat de status van het rapport is. Blok 2 ‘Trots’ start met de gezamenlijkheid van de vijf koloniën. Wat zijn de hoofdingrediënten die de koloniën zo smakelijk maken en die in elke kolonie terug komen? Binnen dit gezamenlijke is toch elke kolonie weer uniek. Via prikkelende titels en pakkende foto’s presenteren we de koloniepitch. Als het goed is blijft u die onthouden. Na de pitch leggen we de vijf koloniën Frederiksoord e.o., Ommerschans, Wortel, Veenhuizen en Merksplas uiteen via zes landschappelijke thema’s: ontginningsas, maatvoering, ensembles, (be)werking, open-dicht en grens en entree. Blok 2 sluiten we af met een overzicht van de essentie van elk van de koloniën. Dit overzicht biedt inzicht in de huidige staat van de landschappelijke thema’s ten opzichte van de staat in andere koloniën. Met deze beschouwing slaan we de brug naar de toekomst. Blok 3 ‘Kijk op de toekomst’ start met een uiteenzetting van de sturingsfilosofie die centraal staat. Deze sturingsfilosofie is vervolgens omgezet naar gedachtelijnen per landschappelijk thema (H13-19). De gedachtelijnen worden op verschillende manieren aan u gepresenteerd, in elk geval in de vorm van teksten onder-

steund door uitwerkingen. De getoonde uitwerkingen (of aanzetten daartoe) dienen als inspiratie om de herkenbaarheid te versterken en de ruimtelijke (leef)kwaliteit te vergroten. In Blok 4 ‘Aanbevelingen voor de toekomt’ staan punten genoemd die de betrokken organisaties kunnen oppakken om een vervolg te geven aan de studie ‘Koers op Kolonielandschap’. Dit hoofdstuk kunt u voornamelijk zien als een opmaat voor een soort van (uitvoerings)agenda voor de komende jaren waaruit u gezamenlijk onderdelen kunt selecteren en waarbij dit document als inspiratiedocument kan worden gehanteerd.  NEDERLAND 1 Frederiksoord (incl. Willemsoord, Wilhelminaoord, Boschoord, Oost-en Westvierdeparten) 2 Ommerschans 3 Veenhuizen BELGIË 4 Wortel 5 Merksplas

4

3

1 2

5

De Koloniën van Weldadigheid bestaan uit vijf componenten: Frederiksoord, Ommerschans, Wortel, Veenhuizen en Merksplas. Daarbij bestaat de component Frederiksoord uit meerdere koloniën. Voor de herkenbaarheid hanteren we in ‘Koers op Kolonielandschap’ de term ‘kolonie’ in plaats van ‘component’. In het geval van Frederiksoord wordt gesproken van de kolonie Frederiksoord e.o..

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

9


Willemsoord

Merksplas

Wortel

Veenhuizen

Veenhuizen

Wortel Ommerschans

Frederiksoord e.o.

10

Ommerschans

Merksplas


02 OPGAVE EN WERKWIJZE In de periode van 1818 tot 1825 heeft de Maatschappij van Weldadigheid in het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden in vijf aaneengesloten gebieden de Koloniën van Weldadigheid gesticht. Het doel achter deze koloniën was een integrale oplossing te bieden voor het armoedevraagstuk in de stedelijke gebieden, door landontginning en tewerkstelling van de armen te combineren. In zeven jaar tijd werden door stedelijke armen woeste gronden ontgonnen en omgezet in landbouwkoloniën. Op deze manier ontstonden herkenbare landschappelijke eenheden: een ruimtelijke structuur die geheel was toegesneden op de organisatorische opzet; een sterk orthogonaal en hiërarchisch landschap van orde en tucht dat een scherp contrast vormt met het omliggende landschap. Het als eerst ontwikkelde gebied (1818) bestond uit meerdere aaneengeschakelde vrije koloniën: Frederiksoord, Willemsoord, Wilhelminaoord, Boschoord en Oost- en Westvierdeparten. Zoals vermeld in de Leeswijzer, gebruiken we in het vervolg van dit rapport de naam Frederiksoord e.o. voor deze verzameling van koloniën. In 1819 is Ommerschans gesticht, Wortel in 1822 en Veenhuizen en Mersplas volgden in respectievelijk 1823 en 1825. In 1830 viel het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden uiteen. De koloniën waren niet allemaal (financieel) even succesvol. Dit leidde ertoe dat (delen) van de koloniën in de particuliere verkoop gingen of later door de staat werden opgekocht. In met name Frederiksoord e.o. en Ommerschans is het particuliere bezit groot, lees: de invloed van de staat beperkt gebleven. In Veenhuizen en Merksplas is de invloed van het Rijk juist groot. De aanwezigheid van gevangenissen met alle bijbehorende voorzieningen voor het

personeel en werkplaatsen voor de gevangen weerspiegelen dit. Over deze unieke ontwikkelingsgeschiedenis valt meer te lezen in het onderzoek van SteenhuisMeurs/Karvansera. In deze studie zijn de zogenaamde Outstanding Universal Values (OUV) beschreven. Deze unieke werelderfgoedwaardige kwaliteiten, met daaraan gekoppeld de verschillende landschappelijke en stedenbouwkundige structuren en elementen (attributes genaamd), zijn een belangrijk vertrekpunt geweest voor ‘Koers op Kolonielandschap’. De ontwikkelingsgeschiedenis is zo uniek dat de Koloniën van Weldadigheid op de voorlopige lijst voor Werelderfgoed staan. Onder voorzitterschap van de provincie Drenthe werken Kempens Landschap, de gemeenten Hardenberg, Hoogstraten, Merksplas, Noordenveld, Ommen, Steenwijkerland, Westerveld, Weststellingwerf, de provincies Antwerpen, Friesland en Overijssel, Onroerend erfgoed, Agentschap voor Natuur en Bos, Vlaamse Landmaatschappij met steun van de Vlaamse Overheid aan de nominatie. Opgave Parallel aan deze nominatie hebben de partners aan Land-id de vraag gesteld om het project ‘Koers op Kolonielandschap’ uit te voeren. Het doel is ‘een inspiratiedocument op te stellen dat ingaat op het landschap en de toekomstige ontwikkeling daarin, waarin de landschappelijke waarden en het erfgoed van het landschap het fundament zijn’. Dit lijkt vooral een inhoudelijke vraag te zijn, maar het werd duidelijk dat ook het proces van essentieel belang was. Zo dient ‘Koers op Kolonielandschap’ ook bij te dragen aan ‘het ondersteunen van bestuurders in de gebieden’, ‘benutten,

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

11


versterken en behouden’, ‘bouwstenen voor het management’ en ‘gezamenlijk perspectief’. Mede daarom is, naast de inhoud, stevig ingezet op het proces en het ontwikkelen van draagvlak bij de partners. Bij het werken aan ‘Koers op Kolonielandschap’ is het onderstaande als drijfveer gehanteerd: Een inspiratiedocument voor iedereen die zich met beleid, planvorming en inrichting bezighoudt in en om de koloniën. De inspiratie is gelegen in de unieke samenhang, bestaande uit overeenkomsten en verschillen van het landschap in alle koloniën, vanaf de stichting tot en met wat nu ruimtelijk dominant is. Vanuit deze unieke kwaliteiten, waarop iedereen trots kan zijn, willen we een kijk op de toekomst bieden door te laten zien op welke wijze kwaliteiten versterkt kunnen worden en doorontwikkeling van gebruiksfuncties in de koloniën kan plaatsvinden. Hiermee is voor iedereen helder wat de samenhang is tussen de koloniën en wat er toe doet voor de toekomst.

12

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

Werkwijze De aansturing vanuit de partners van het ‘Koers op Kolonielandschap’-project is in handen geweest van de begeleidingsgroep. De begeleidingsgroep bestaat uit Anne-Marie van den Bos (voorzitter/opdrachtgever Provincie Drenthe), Leen Cannaerts (Kempens Landschap), Piet Geleyns (Onroerend erfgoed), Janine Hogeman (gemeente Noordenveld), Marga Hoven (gemeente Steenwijkerland), Huib Noltes (bestuursdienst van gemeenten Ommen en Hardenberg), Wendy Schutte (provincie Drenthe) en Peter Timmer (Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed). Het proces met de gebiedspartners is gecombineerd met het ontwikkelen van de inhoud. In het proces staan de twee werkateliers per kolonie centraal. In beide ateliers is met een vertegenwoordiging van bewoners, ondernemers, erfgoedkenners uit het gebied, natuur- en terreinbeheerders en (gemeentelijke) ambtenaren gewerkt. In het eerste atelier is een toelichting gegeven op de doelen van ‘Koers op Kolonielandschap’ en is de eerste analyse van de landschappelijke kwaliteiten en samenhang gepresenteerd: De koloniepitch en de ontwikkelingen door de tijd heen. Vervolgens is hier met de deelnemers de dialoog over aangegaan. Tevens hebben ze aangeven waar ze trots op zijn en waar ze urgentie zien bij zaken die ze willen aanpakken. In het tweede atelier zijn de landschappelijk thema’s gepresenteerd, inclusief de bijbehorende ambities en eerste uitwerkingen. Ook hierover is de dialoog met elkaar aangegaan. De deelnemers aan de ateliers hebben op deze wijze veel punten ingebracht. Zoals altijd bij interactieve planprocessen, is een deel wel en een deel niet direct toepasbaar binnen


het project. Om de inbreng niet verloren te laten gaan en mogelijk op een later moment te kunnen gebruiken zijn foto’s van de flipover opgenomen in hoofdstuk 4 Koloniepitch. De OUV en attributes, zoals in beeld gebracht door SteenhuisMeurs/Karvancera, zijn het vertrekpunt geweest voor de inhoudelijke analyse. De analyse is gestart met het in beeld brengen van de ontwikkelingen door de tijd aan de hand van verschillen-

Geen foto-moment....

.... maar een film

de tijdsbeelden. Deze ‘film’ is opgebouwd aan de hand van drie hoofdmomenten: 1. De periode van de stichting van de koloniën (kaartbeelden 1800-1850); 2. De ‘privatisering/overname door het Rijk’ (kaartbeelden 18501900); 3. Huidige situatie. De focus ligt op wat er uit die perioden nu nog (ruimtelijk dominant) aanwezig is. Wat is nu zichtbaar en herkenbaar van de wezenlijke landschappelijke kenmerken, de sfeer en het gebruik van de kolonie? Dit betekent in de praktijk dat de (historische) kaartbeelden zijn gecombineerd met luchtfoto’s en waarnemingen in het veld. Alle keuzes en selecties in dit rapport zijn hierop gebaseerd, waarbij niet is gestreefd naar een ‘wetenschappelijke’ methodiek en onderbouwing. De eerste twee hoofdmomenten zijn geanalyseerd aan de hand van enkele thema’s: • In den beginne: De koloniën zijn gesticht op ruim voorradige en goedkope woeste gronden om te ontginnen. Deze oorsprong hebben ze gemeenschappelijk. Het verschil zit echter in de ondergrond, die varieerde van veen tot zand. Bij Frederiksoord e.o., Ommerschans en Veenhuizen boden de watergangen transportmogelijkheden. In een enkel geval werden deze verbreed om bevaarbaar te zijn. Op de zandgronden was varen niet mogelijk en was transport over de weg (zandpaden) noodzakelijk. Deze uitgangssituaties waren conditionerend voor de oriëntatie, hiërarchie en maatvoering van het ontwerp van de kolonie. Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

13


‘In den beginne’

‘Werking Kolonietijd’

‘Maatvoering Kolonietijd’

‘Werking Rijkstijd’

‘Maatvoering Rijkstijd’

‘Decoratie Kolonietijd’

‘Decoratie Rijkstijd’

Voorbeeld van hoe Land-id de koloniën (hier Veenhuizen) heeft geanalyseerd op de verschillende thema’s in de tijdslagen ‘kolonie’ (op basis van historische kaarten 1830-1850 en OUV-kaarten voorjaar 2014) en ‘justitie of rijk’ (op basis van historische kaarten 1900 en OUV-kaarten voorjaar 2014) Zie overige koloniën in de bijlage. 14


• Maatvoering: Het landschap is opgezet vanuit een visie op de

wereld om kolonisten op te voeden en te tuchten door middel van arbeidstherapie in de landbouw. De inzichten in de toenmalige landbouwsystemen waren bepalend voor de (hoofd) maatvoering die nog altijd afleesbaar is in het landschap. In het begin is gestart met kleine individuele kavels, die nog goed zichtbaar zijn in Frederiksoord e.o. en Wortel. Later werden nieuwe inzichten verkregen en werden de hoofdmaten steeds groter. Dit is goed afleesbaar in Ommerschans, Wortel en Veenhuizen. (Be)werking: het thema (be)werking geeft het (landbouwkundig) functioneren van de kolonie weer. (Het ritme van) de koloniewoningen, de grote hoeves, maar ook de verbindingspaden (ontsluiting) van de hoeves naar het land of de gestichten maken deel uit van dit landschappelijke thema. De strakke organisatie van de koloniën is goed afleesbaar in de relatie tussen de gebouwen en het gebruik van het omliggende land. De kleine kavels in Frederiksoord e.o. hebben geleid tot de aanwezigheid van kleine (voormalige) boerderijen in een strak ritme. In de koloniën Ommerschans, Veenhuizen en Merksplas is er een sterke relatie van centrale gebouwen (gesticht en gevang) met het omliggende land. Dit komt tot uitdrukking in het samenspel tussen paden, (grote) boerderijen, werkgebouwen en de centrale hoofdgebouwen. Decoratie: Veel van de aanwezige lijnen worden begeleid door weelderige lanen, bomen, singels en hagen. Tevens is er in alle koloniën bos aanwezig. Deze groenstructuren zijn de dragers van het landschappelijke beeld. Ze delen de ruimtes op, waardoor er een compositie van open en dicht ontstaat. Tevens vormen ze de aankleding van begraafplaatsen en de ensembles van wonen en verblijven.

Koloniepitch en landschappelijke thema’s Door goed in de gebieden rond te kijken en te analyseren, is benoemd welke gezamenlijke kenmerken ze hebben, of anders gezegd: wat ze samen Werelderfgoedwaardig maakt. Tevens is een kenschets gemaakt van wat binnen het gezamenlijke elke individuele kolonie zo bijzonder maakt, de koloniepitch genaamd: • Frederiksoord e.o.: Vrij in rij en gelid • Ommerschans: Flarden van verleden • Wortel: Harmonieuze groene weelde • Veenhuizen: Koloniaal patchwork • Merksplas: De pracht van macht Met deze pitch wordt het wezenlijke en de sfeer van de kolonie krachtig neergezet en verbeeld. Aansluitend aan de pitch zijn zes landschappelijke thema’s geselecteerd. Deze landschappelijk thema’s zijn de kern van ‘Koers op Kolonielandschap’. Ze maken de samenhang (het verhaal) inzichtelijk en hanteerbaar. De zes landschappelijke thema’s zijn: 1. Ontginningsas 2. Maatvoering 3. Ensembles 4. (Be)werking 5. Open/dicht 6. Grens en entree Deze zes landschappelijke thema’s zijn complementair aan elkaar en geven een helder inzicht in de overeenkomsten en verschillen tussen de koloniën. Aan de hand van foto’s, kaarten, schema’s en beschrijvingen worden de landschappelijke thema’s uitgelegd. Uitgangspunt was het beschikbare kaartmateriaal in het voorjaar Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

15


2014. Het gaat hierbij om de (hoofd)structuren en niet om de individuele objecten. De kaarten in ‘Koers op Kolonielandschap’ dienen een ander doel (ondersteuning van het inspiratiedocument) dan de OUV-kaarten. Mogelijk is er dan ook een afwijking ten opzichte van de actuele OUV kaarten en attributes. Van de landschappelijke thema’s wordt zowel de huidige situatie beschreven als de ambities voor de toekomst. Een belangrijk deel van deze ambities wordt ondersteund door uitwerkingen en illustraties die de richting aangeven waarlangs de kwaliteit kan worden verbeterd en hoe ontwikkelingen kunnen worden ingepast. Bij het formuleren van ambities is het zaak de juiste balans te vinden tussen de waarden (OUV), economische vitaliteit (gebruik en ruimte voor ontwikkeling) en sociale vitaliteit (draagvlak en levende gemeenschap). Op het moment dat er een balans is tussen deze drie pijlers, ontstaat er een vitaal Werelderfgoed (in nominatie). OUV-waarden

Vitaal Werelderfgoed

16

Sociale

Economische

Vitaliteit

Vitaliteit

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

Wat wordt anders met de afronding van ‘Koers op Kolonielandschap’? Het is goed om deze vraag zowel aan het begin als aan het eind van het project te stellen. Aan het begin om de gezamenlijk focus aan te brengen en verwachtingen te delen. Aan het eind om stil te staan bij wat de werking en status van document kan zijn/is. Door met de status te beginnen volgt de werking vanzelf. Als het rapport de status van een leidraad wordt gegeven en dit ook bestuurlijk zo wordt afgesproken, dan wordt de werking zeer vergroot. Het wordt dan een document dat door alle lagen van de betrokken organisaties herkend en erkend wordt. Het wordt een vast onderdeel van het proces van beleid, planvorming en inrichting, zowel intern bij de organisaties als bij initiatieven met andere partijen en particulieren waarbij de dialoog over de toekomst van de koloniën kan worden gestart. Bij alle initiatieven kan het rapport ter inspiratie worden ingebracht en kunnen partijen in het proces, dat ze met elkaar aangaan, bewuste afwegingen maken. Alleen al deze procesafspraak zal leiden tot verdere bewustwording en inzet van de unieke kwaliteiten van de koloniën. De kennis in de vorm van beschrijvingen, foto’s en kaarten wordt dan ontsloten. De geformuleerde ambities met bijbehorende uitwerkingen en voorbeelden geven een doorkijk naar de toekomst. Een toekomst waarin de Werelderfgoedwaardige kwaliteiten gekoesterd worden en er ruimte is voor ontwikkeling. Door hier gericht op in te zetten zal de kwaliteit van de leefomgeving worden vergroot. Tenslotte is ‘Koers op Kolonielandschap’ een mooi overzicht van alle koloniën. Hiermee wordt iedereen zich meer bewust van de eigen kolonie ten opzichte van de andere koloniën. Dit zal de onderlinge binding en hopelijk nieuwsgierigheid naar de andere kolonie vergroten. Samenvattend kan gesteld worden dat ‘Koers op Kolonielandschap’ één van de belangrijke bouwstenen is in de doelstelling om de kwaliteiten veilig te stellen voor toekomstige generaties.


II

TROTS


18


Blok 2 heeft de titel ‘Trots’ gekregen, omdat iedereen met gepaste trots aanvoelt dat de koloniën een uniek verhaal vertellen, dat tot op de dag van vandaag zichtbaar is in het landschap. Tevens is men trots op de samenwerking binnen de koloniën en dat de verbinding tussen de koloniën alleen maar aan het groeien is. Nu is het tijd dat u inzicht krijgt in de inhoud, anders gezegd: inzicht in de kwaliteiten van het landschap. Hierbij wordt gestart met een korte kennismaking met de elementen die alle koloniën gezamenlijk hebben en daarmee verbinden. Deze elementen maken de koloniën samen Werelderfgoedwaardig (H3). Dit overzicht kan u helpen om (meer) bewust te zijn van de onderlinge verwantschap. Naast de gezamenlijke eigenschappen is elke kolonie ook weer uniek. Dit als gevolg van het verschil in ondergrond, vrij en onvrij, voortschrijdende inzichten in en succes van landbouwmethoden, eigendom, onafhankelijkheid van België, mate van bemoeienis van het Rijk, recente investeringen, et cetera. In de koloniepitch (H4) krijgt u inzicht in het specifieke karakter van de kolonie. Hoe is de kolonie het beste te typeren, wat valt heden ten dage het meest op? Dit komt tot uitdrukking in een pakkende titel ondersteund met negen foto’s. De foto’s in de koloniepitch tonen zowel de schoonheid, als het gebruik, als de ‘rafelrandjes’. De pitch wordt verder ondersteund met de aangedragen punten in de ateliers over de ‘trots’ en ‘urgentie om aan te willen pakken’. Hopelijk onthoudt u de koloniepitch goed, want het is bij uitstek een kans om elkaar goed te leren kennen. Vervolgens worden per kolonie de zes landschappelijke thema’s gepresenteerd die de rode draad vormen van alle koloniën (H510). Deze landschappelijke thema’s zijn de dragende en verbinden-

de landschappelijke kwaliteiten. Bij de landschappelijke thema’s wordt het beeld gepresenteerd van de huidige situatie met oog voor het verleden en een eerste blik op een mogelijke toekomst. Voor elke kolonie wordt afgesloten met de essentiekaart. Deze geeft weer ‘wat er toe doet’ vanuit de zichtbaarheid en beleefbaarheid van de landschappelijke kwaliteiten en is samengesteld door een vermenging van heden, verleden en een vleugje wensen voor de toekomst. Blok 2 wordt afgesloten met een overzicht, waarin elk landschappelijk thema voor elk van de vijf koloniën ten opzichte van elkaar een relatieve score heeft gekregen. Hieruit ontstaat een eerste beeld van de kansen voor kwaliteitsverbetering. Deze tabel is te zien als een brug naar de toekomst (H11) en is daarmee de basis voor Blok 3 ‘Kijk op de toekomst’. Op pagina 93 kunt u daar meer over lezen.

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

19


SAMEN WERELDERFGOEDWAARDIG: autonoom landschap van orde en tucht

centrale as(sen)

20

ortogonale structuur

knooppunt (vrij)

centraal gebouw (onvrij)

woning/boerderij

collectieve voorzieningen

begraafplaatsen

bossen

grenzen


03 SAMEN WERELDERFGOEDWAARDIG De koloniën zijn allemaal op de tekentafel tot stand gekomen. De planmatige opzet is autonoom over een op dat moment onontgonnen gebied geprojecteerd. Dit leverde een sterk orthogonaal en hiërarchisch landschap op dat orde en tucht uitademt. Elke kolonie heeft één of meerdere centrale assen die de ruggengraat vormen van het ontwerp. Deze centrale assen waren vaak ook de hoofdtransportlijnen: in de nattere gebieden in de vorm van een kanaal en op de drogere zandgronden in de vorm van een weg. Vanuit deze centrale as(sen) werd een orthogonale (verkavelings)structuur opgezet met veelal een vaste maatvoering en een hiërarchisch stelsel van paden. In de huidige situatie zijn de assen vaak voorzien van laanbeplanting. In de vrije koloniën is er een knooppunt in de vorm van een ruitvormig pleintje waarlangs de centrale voorzieningen lagen. Dit is met name in Wortel en Willemsoord opvallend. De onvrije koloniën hebben centrale gebouwen in de vorm van gestichten, gevangenissen en grote hoeves. In de vrije koloniën waren naast de centrale voorzieningen woningen aanwezig voor de paupers, maar ook voor personeel. Tevens werden boerderijen gebouwd ten behoeve van de landbouw. Alle mensen die er woonden en werkten moesten ook worden ‘verzorgd’, zowel fysiek als geestelijk. Hiervoor werden collectieve gebouwen gesticht als kerken (voor alle geloofsstromingen), verenigingsgebouwen en hospitalen.

Het sterftecijfer onder de paupers was groot. De begraafplaatsen waren een integraal onderdeel van het ontwerp, ook hier vaak weer onderverdeeld naar geloofsrichting. In alle koloniën is bos aanwezig. Soms voor de ontspanning in de vorm van recreatiebos, maar vooral in de vorm van bosbouw, mede doordat de gronden te arm bleken voor landbouw. Doordat de koloniën in een leeg gebied werden gesticht en de paupers binnen gehouden moesten worden, zijn er vaak duidelijke koloniegrenzen zichtbaar via beplanting, een waterloop (gracht), weg of een verdraaiing in de kavelrichting of –structuur. Op de volgende pagina’s zijn de koloniën zichtbaar in hun landschappelijke context en als profiel. Daarbij wordt duidelijk hoe uniek de koloniën zijn ten opzichte van hun omgeving, maar ook ten opzichte van elkaar, met toch dezelfde ingrediënten.

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

21


N Frederiksoord e.o.

Ommerschans

Wortel

22

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id


De koloniĂŤn in hun landschappelijke context. Veelal is er een verdraaiing van de kavelrichting waarneembaar, al geldt dit niet voor alle koloniĂŤn (Ommerschans en ten westen van Veenhuizen).

Merksplas

Veenhuizen

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

23


Willemsoord

Frederiksoord e.o.

De hier getoonde doorsneden laten goed de maatvoering en de rationele ruimtelijke opbouw zien. Wat valt onder andere op:

Ommerschans

Frederiksoord e.o.: • De langgerekte en verspreide ligging van de kolonie ten opzichte van de compacte vorm van de andere vier koloniën. • Het strakke ritme van de koloniewoningen. Wortel

Ommerschans: • De besloten kernzone en verdere openheid van Ommerschans. • De relatief grote maat. Wortel: • Het besloten karakter door bos en lanen. • Het gecentreerde ensemble.

Veenhuizen

Veenhuizen: • Een patchwork binnen een strak ritme van assen (wijken). • Ensembles op meerdere plekken. Merksplas: • Een compacte kolonie met duidelijke grens. • Het forse en uitgestrekt gelegen ensemble. Merksplas 24


Wilhelminaoord/Frederiksoord

Boschoord

25


26


04 KOLONIEPITCH De koloniepitch is een krachtige typering van de kolonie: Wat valt heden ten dage het meest op. Dit komt tot uitdrukking in een pakkende titel ondersteund met negen foto’s. De foto’s in de koloniepitch tonen zowel de schoonheid, als het gebruik, als de ‘rafelrandjes’. In de onderstaande volgorde komen ze langs: • Frederiksoord e.o.: Vrij in rij en gelid • Ommerschans: Flarden van verleden • Wortel: Harmonieuze groene weelde • Veenhuizen: Koloniaal patchwork • Merksplas: De pracht van macht De pitch wordt verder ondersteund met enkele aangedragen punten over de ‘trots’ en ‘urgentie om aan te willen pakken’ uit de ateliers. Hopelijk beklijft de koloniepitch, want het is bij uitstek de kans ze goed te leren kennen.

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

27


FREDERIKSOORD e.o.: VRIJ IN RIJ EN GELID Frederiksoord, inclusief de drie andere oorden en de parten, was een vrije kolonie. Maar dat is maar betrekkelijk, want alles was collectief geregisseerd en er was een sterke discipline. Doordat het de eerste (proef)kolonie was en een vrije kolonie met individuele kavels, is de opzet relatief kleinschalig. Het sterke ritme waarin de koloniewoningen in het gebied voorkomen en de ‘uniforme’ basisvorm, die gelijkertijd in veel variaties en diversiteit voor komt, zijn iconisch. Het contrast tussen de oorden en parten onderling is groot. De rijke uitstraling van Frederiksoord steekt af bij het functionele en rurale karakter van Willemsoord en de parten. Boschoord kent nagenoeg geen bebouwing en bestaat geheel uit bos. De continuïteit en daarmee het verbindende, zit in de doorgaande ontginningsassen met de lanen, zoals de West- en Oostvierparten en de Koningin Wilhelminalaan.

In de ateliers zijn de onderstaande punten ingebracht die de pitch ondersteunen: Trots: • Schoonheid en eenvoud die vraagt om een verklaring • Verhaal van de koloniën: vertaling in het landschap en bebouwing • Bijzondere bouwwerken, kleine huisjes in een groene omgeving • Vrienden valt het op, prachtig om je in te verdiepen • Leefbaarheid en economische drager, nieuwe koloniewoning Urgentie om aan te pakken: • De structuur veiligstellen en versterken • Bomen in de lanen langs de wegen • Het hart van Frederiksoord aanpakken • De staat en onderhoudsniveau van de koloniewoningen • Draagvlak inwoners gebied vergroten, besef waar je woont

In het atelier aangedragen punten 28

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id


collectief in kleinschaligheid

contrasterende clusters

lijn als lijm 29


OMMERSCHANS: FLARDEN VAN VERLEDEN De naam zegt het al, de Ommerschans is de aanleiding geweest om hier de kolonie te stichten. Hiermee is het een kolonie waarbij een element uit het verre verleden een centrale positie inneemt in (het ontwerp van) de kolonie, evenals de reeds aanwezig weg langs/over de schans. Vanuit deze centrale noord-zuid lopende as langs de schans is in een strak ritme van circa 800 meter de rest van de structuur uitgezet met de plaatsing van de hoeves. Hierbij speelde het watersysteem een belangrijke rol in transport en drooglegging, aangevuld met een stelsel van paden. De verkavelingsstructuur is nog nadrukkelijk aanwezig, maar ruimtelijk is de afleesbaarheid duidelijk minder. Het is allemaal een beetje verstopt geraakt en de lijnen zijn gebroken. Het centrale deel is letterlijk en figuurlijk besloten (bosrijk en FPC Veldzicht) en de randen zijn open (en vrij). In het open deel is de landbouw dominant, met in het westen een landbouwontwikkelingsgebied.

In de ateliers zijn de onderstaande punten ingebracht die de pitch ondersteunen: Trots: • De kern (schans) als stil monument van hard werken en stil verdriet • Landbouwontwikkeling in het gebied • Inzet vrijwilligers voor de schans • Maatvoering landbouwstructuur • Meerdere functies door de tijd heen Urgentie om aan te pakken: • Laanstructuur versterken • Ontwikkelingsruimte; ruimte blijven creëren voor agrarische ondernemers • Visualisatie van schans en kolonietijd

• Versterken zichtlijnen, grenzen verduidelijken, gracht beter • In het atelier aangedragen punten 30

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

beleefbaar maken Vergroten toegankelijkheid; dwarsdoorgang Oude Zwolseweg (fietspad)


verstopte fragmenten

gesloten kern, vrije randen

gebroken lijnen 31


WORTEL: HARMONIEUZE GROENE WEELDE Doordat de structuur van de kolonie veelal beplant is met lanen en de randen bestaan uit bos, is er sprake van een weelderig karakter. De verkavelingsstructuur uit de tijd van de stichting van de vrije kolonie is nagenoeg gaaf en de nieuwe functies hebben zich harmonieus binnen deze laanstructuur gevoegd. De ensembles liggen aan de noord-zuid lopende hoofdas. Deze centrale as en de oost-west lopende hoofdassen bestaan uit dubbele bomenrijen met brede bermen. De noord-zuid georiënteerde submaat van de verkaveling is ook nagenoeg overal beplant met bomen. De kolonie wordt door veel mensen gebruikt als een recreatiegebied om te wandelen, te fietsen en te paardrijden. De hoeve is een pleisterplaats voor veel bezoekers. De regie over het gebied wordt centraal gevoerd door Kempens Landschap, wat past in de traditie en kwaliteiten van de kolonie.

In de ateliers zijn de onderstaande punten ingebracht die de pitch ondersteunen: Trots: • Natuur en kolonielandschap • Isolatie van de kern, ‘afstand’ t.o.v. omliggende landschap • Gaafheid, reeks aan de centrale as en doorzichten • Gebruik boerderij en casino • Woningen herkenbaar Urgentie om aan te pakken: • Herstel Torendreef • Wat kan in de bufferzone, ontwerpend onderzoeken • Herbestemming vleugelboerderij • Mobiliteitsplan voor autoverkeer • Parkeren in noordelijke deel

In het atelier aangedragen punten 32

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id


groene weelde

land-goed-voor-de-mens

lanen zetten lijnen uit 33


VEENHUIZEN: KOLONIAAL PATCHWORK Veenhuizen is een patchwork van activiteiten, die de ontwikkeling van een centraal geleide kolonie naar een combinatie met privé ondernemerschap laat zien. De wijken/wegen, haaks op de hoofdvaart, brengen, mede door hun laanbeplanting, orde en ritme aan. Binnen deze ordening liggen centrale clusters van gestichten en gevangenissen met daaromheen voorzieningen als grachten, boerderijen en werkgebouwen. Deze zijn onder invloed van het Rijk gesticht en nog altijd in gebruik. Daarnaast is de kolonie een levend organisme door het gevangenismuseum, de restauratie en herbestemming van gebouwen en daardoor de komst van diverse particuliere ondernemingen. Het afgelopen decennium is ook geïnvesteerd in het groen door het aanbrengen en herstellen van lanen en de Derde Wijk. Deze groen-blauwe lijnen vormen een helder kader waarbinnen een patchwork van functies een plek heeft.

In de ateliers zijn de onderstaande punten ingebracht die de pitch ondersteunen: Trots: • Rationeel bedacht landschap ingeklemd tussen bijzondere natuurgebieden • De verstilde en unieke sfeer binnen de kolonie t.o.v. de omgeving • Geschiedenis van verlichting en detentie is grotendeels behouden • Compositie om in te kunnen dolen • Behoud door ontwikkeling naar de toekomst • Draagvlak voor de ontwikkeling Urgentie om aan te pakken: • Herstel structuur daar waar deze nu niet meer duidelijk is

• • • • In het atelier aangedragen punten 34

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

Geen leegstand, herbestemming Behoud gevangenissen Economische dragers creëren Boomkwaliteit, nadenken over bomenbestand in de toekomst


patchwork

levend organisme

lanen als kaderlijn 35


MERKSPLAS: DE PRACHT VAN MACHT De centrale macht en pracht is in alles voelbaar in deze kolonie. Het heeft geleid tot dubbele lanen met brede bermen en een rijke architectuur die in schril contrast staat tot de ‘armenzorg’. De totale beheersing komt niet alleen tot uitdrukking in de slotgracht maar ook in de hiërarchie van de ontginningsassen en de gebouwen. De oost-west lopende assen, waaraan algemene voorzieningen als de kerk, grote hoeve, gevangenis en werkgebouwen liggen, zijn ook een exponent van rijkdom en macht. De landbouw en de werkclusters brachten welvaart. De behoefte aan controle binnen de gevangenissen en werkclusters heeft er toe geleid dat ze eigen lijnen moesten trekken, met als resultaat dat doorgaande lijnen uit het oorspronkelijke ontwerp zijn onderbroken. Momenteel wordt veel geïnvesteerd in de restauratie van de gebouwen en lanen. Mede hierdoor kan de pracht zich in vol ornaat blijven tonen.

In de ateliers zijn de onderstaande punten ingebracht die de pitch ondersteunen: Trots: • Eiland in het landschap • Leesbare geschiedenis van orde en tucht in het landschap • Unieke karakter van onder andere de woningen/gebouwen • Restauraties: kwaliteit en ambities • Betrokkenheid van partijen en bevolking Urgentie om aan te pakken: • Gevangenis, waardering van oude gebouwen en blijvend gebruik • Wat kan in de bufferzone, ontwerpend onderzoeken • Leegstand voorkomen in nederzettingen en herbestemming • Verjongen bomenbestand en opwaarderen van de dreven voor wandelen en fietsen • Ringgracht baggeren en parkeren oplossen

In het atelier aangedragen punten 36

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id


machtige clusters

welvaart en werk

eigen lijn trekken 37


38


05 LANDSCHAPPELIJKE THEMA’S In de hierna volgende hoofdstukken (H6-10) worden per kolonie de zes landschappelijke thema’s en de essentiekaart gepresenteerd die de rode draad vormen van alle koloniën. Achtereenvolgend komen aan bod: 1. Ontginningas 2. Maatvoering 3. Ensembles 4. (Be)werking 5. Open/dicht 6. Grens en Entree Essentiekaart Deze landschappelijke thema’s zijn de dragende en verbindende landschappelijke kwaliteiten binnen elke kolonie. Bij de landschappelijke thema’s wordt het beeld gepresenteerd van de huidige situatie met oog voor het verleden en een eerste blik op een mogelijke toekomst. Hieronder volgt een korte algemene uitleg over de landschappelijke thema’s. 1. Ontginningsas Van hieruit werd de kolonie georganiseerd en ontsloten en het gebied ontgonnen. Het vormt de ruggengraat van de kolonie en hierlangs lagen veelal de belangrijkste (collectieve) functies. Vanzelfsprekend vormt de ontginningsas een belangrijk element binnen de kolonie.

2. Maatvoering De koloniën werden volgens een vaste maat georganiseerd en verkaveld. De veelal nog herkenbare maatvoering laat de ontwikkeling van de koloniën in de tijd en veranderende inzichten zien. De koloniën zijn na elkaar tot stand gekomen en hebben elk een eigen karakteristiek maatsysteem. 3. Ensembles Karakteristiek en zeer bepalend voor elke kolonie zijn de ensembles. De ensembles met hun unieke architectuur en vormgeving typeren de kolonie. Binnen de ensembles bevinden zich de (collectieve) functies als gestichten, kerken, verenigingsgebouwen, scholen, oudemannenhuizen, etcetera. Maar ook de begraafplaatsen en recreatiebossen worden tot de ensembles gerekend. De ensembles bevinden zich veelal langs de ontginningsas. 4. (Be)werking Het thema (be)werking geeft het (landbouwkundig) functioneren van de kolonie weer. (De ritmiek van) de koloniewoningen, de grote hoeves, maar ook de verbindingspaden van de hoeves naar het land of van de gestichten naar de hoeves maken deel uit van dit landschappelijke thema. 5. Open/dicht Elke kolonie kent een mate van openheid en geslotenheid (bos). Dit kan bewust zijn vormgegeven als recreatiebos, maar ook later zo zijn ontstaan doordat de kolonie slecht functioneerde als landbouwgebied, waarna noodgedwongen werd overgegaan tot bos-

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

39


40

1. ontginningsas

2. maatvoering

3. ensemble

4. (be)werking

5. open-dicht

6. grens en entree

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id


LEGENDA BIJ DE THEMAKAARTEN HOOFDSTUKKEN 6-10

bouw. De mate van openheid en beslotenheid varieert dan ook per kolonie. 6. Grens en Entree In vroeger tijden vormde de grens een scherpe overgang tussen ‘woeste gronden’ en kolonie, maar ook in de huidige tijd is de grens van de kolonie nog veelal herkenbaar (m.u.v. Frederiksoord e.o.). Samen met de entree wordt in meer of mindere mate ervaren dat je de kolonie binnenkomt en daarom vormen de grens en entree een belangrijk kenmerkend landschappelijk thema van de kolonie. Essentiekaart Voor elke kolonie wordt afgesloten met de essentiekaart. Deze geeft weer ‘wat er toe doet’ vanuit de zichtbaarheid en beleefbaarheid van de landschappelijke kwaliteiten en is samengesteld door een vermenging van heden, verleden en een vleugje wensen voor de toekomst. De essentiekaart is gemaakt aan de hand van de eerder genoemde thema’s.

ontginningsas (weg)

(be)werking: hoeve/grote boerderij

ontginningsas (water)

(be)werking: koloniewoning

maatvoering: hele maat

(be)werking: verbindingspad

maatvoering: halve maat

open-dicht: bos

ensemble voorzieningen / wonen

open-dicht: laan

ensemble gesticht

open-dicht: woeste gronden

ensemble nijverheid

open-dicht: openheid

ensemble recreatiebos

water (gracht, ven, kleiput)

ensemble begraafplaats

koloniegrens

ensemble schans

ruimtelijke grens

gesticht/gevang

wachthuis

verdwenen gesticht

entree 41


06 FREDERIKSOORD e.o. Ontginningsas

N Frederiksoord, Willemsoord, Wilhelminaoord, Boschoord en de West- en Oostvierdeparten markeren het ontstaan van de Maatschappij van Weldadigheid. Deze proefkolonie en vrije koloniÍn werd gestart in heidegebied op zandgrond, waarbij de bestaande Westerbeeksloot werd verbreed en uitgediept voor de ontsluiting van goederen. De ontginning werd in fases uitgebreid tussen het reeds in gebruik genomen zandgebied (waaronder escomplexen), wat de langgerekte en verspreide vorm verklaart. De ontginningsas van Frederiksoord e.o. is op veel plaatsen weinig opvallend aanwezig. Er is geen dominant herkenbare as, van waaruit het gebied ontgonnen is, zoals in de andere koloniÍn. Langs de ontginningsassen bevinden zich kleine ensembles met (collectieve) voorzieningen en het karakteristieke ritme van de koloniewoningen. Op een aantal plaatsen is de oorspronkelijke kaveldiepte van circa 30m nog zichtbaar langs de assen. Binnen deze strook bevonden zich de koloniewoningen. De strook is hier en daar nog herkenbaar door markering middels aanwezige beplanting of een watergang of greppel.

42

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id


laanbeplanting langs de ontginningsas

collectieve voorzieningen

30m-zone langs de ontginningsas

pleintje met voorzieningen op kruising

collectieve voorzieningen

entree langs de ontginningsas

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

43


Maatvoering

N Frederiksoord e.o. bestaat uit meerdere koloniĂŤn wat de langgerekte en uitgestrekte vorm verklaart. In Frederiksoord e.o. sluit de maatvoering aan bij de kleinschaligheid van de individuele kavels. Anders dan bij de andere vier koloniĂŤn is er geen sprake van een dominant herkenbare hoofd- en tussenmaat. Op de kaart staat de parallel aan de hoofdas aanwezige maatvoering aangeduid (achterzijde van de percelen). Er werden vaste maten uitgezet vanuit de ontginningsassen, van circa 3 ha groot. Hierdoor ontstonden zowel diepere smallere kavels, als ondiepere bredere kavels. De koloniewoningen bevonden zich in een zekere ritmiek langs de hoofdassen. Langs de Oost- en Westvierdeparten vormt de maatvoering tegelijk de grens van de kolonie.

44

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id


achtergrens van de kolonie

zichtbare oorspronkelijke kavelmaat

laanbeplanting langs de hoofdmaat

achtergrens van de kolonie

grens

grens

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

45


Ensembles

N De ensembles van Frederiksoord e.o. zijn kleinschalig van karakter. Dit komt doordat Frederiksoord e.o. een vrije kolonie was en er geen grootschalige gesloten opvang was. De collectieve voorzieningen als school, rustoord, kerk, gaarkeuken, etc. liggen verspreid over de kolonie, opgenomen in het fijnmazige netwerk, wat kenmerkend is voor deze vrije kolonie. De religieuze vrijheid wordt ge誰llustreerd door de aanwezigheid van de verschillende kerkgebouwen en begraafplaatsen.

46

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id


ensemble Willemsoord met school, herberg, directeurswoning en fabriek

ensemble Willemsoord

kerk Willemsoord

hotel Frederiksoord

rustoord in Wilhelminaoord

ensemble: begraafplaats

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

47


(Be)werking

N

De aanvankelijke basiseenheid was een aparte eengezinskoloniewoning met bijbehorende grond. Dit uitte zich in een strak ritme van koloniewoningen langs de ontginningsassen. De woningen lagen/liggen recht tegenover elkaar. In een latere fase werden eerst de percelen vergroot en zijn er grotere collectieve boerderijen gesticht. Enkele paden verbinden de ontginningsassen.

48

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id


hoeve Generaal vd Bosch

footprints woningen tegenover elkaar

koloniewoning

hoeve Amsterdam

hoeve Koning Willem III

koloniewoning

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

49


Open-dicht

N

Van west naar oost neemt de beslotenheid, gevormd door bos, toe. Willemsoord heeft vooral een landbouwfunctie, terwijl Boschoord geheel uit bos bestaat. In Frederiksoord is vooral het recreatiebos opvallend. De begraafplaatsen vormen eveneens groene (besloten) elementen binnen de koloniĂŤn. Het koloniekarakter wordt mede bepaald door een afwisseling tussen openheid en beslotenheid (en laanbeplanting) langs met name de ontginningsassen.

50

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id


lanen

meer beslotenheid langs de ontginnings-as bij Frederiksoord/Wilhelminaoord

besloten Boschoord

openheid

woeste gronden nabij Boschoord

afwisseling open-dicht

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

51


Grens + Entree

N

Frederiksoord e.o. heeft door z’n langerekte vorm en verspreide ligging geen duidelijk herkenbare grens. Het gebied van kolonie en ommeland loopt nagenoeg vloeiend in elkaar over. Er is geen duidelijk contrast tussen binnen (kolonie) en buiten (ommeland). Dit geldt eveneens voor de entrees: op zeer veel plekken gaat men de koloniÍn van Frederiksoord binnen, zonder dat men zich daarvan bewust is. De entrees zijn onopvallend.

52

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id


ĂŠĂŠn van de vele (onopvallende) entrees

zichtbare grens

een bord vergroot het besef

zichtbare grens

onopvallende grens in de vorm van een greppeltje

onopvallende entree bij Boschoord

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

53


Essentie

N

54

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id


Frederiksoord e.o. is als eerste in de reeks van koloniën als proefkolonie gestart. De kolonie is in fasen uitgebreid, wat heeft geleid tot zichtbare aanpassingen (waaronder schaalvergroting, zoals de toevoeging van grotere collectieve boerderijen). Als vrije kolonie en zonder latere invloed van het rijk (justitie) heeft Frederiksoord e.o. een ander karakter dan de overige vier koloniën (waar het rijk/justitie wel een grote rol speelde). De ensembles zijn minder duidelijke aanwezig en er is meer sprake van individuele kleinschaligheid: kleine woningen op kleinere kavels. De ontginningsas is op sommige plaatsen herkenbaar, op sommige plaatsen nauwelijks. In tegenstelling tot de andere koloniën van Weldadigheid heeft Frederiksoord e.o. geen compacte vorm, maar is de kolonie uitgestrekt en verspreid. Hierdoor is de kolonie niet overal even goed herkenbaar. Een duidelijke grens of entree ontbreekt; dit is ook inherent aan het feit dat Frederiksoord e.o. een vrije kolonie was, waar het individuele karakter altijd een grote rol is blijven spelen en een begrenzing in de vorm van een gracht als bij Merksplas niet nodig was. Opvallend is de hoeveelheid bos in Boschoord. De landbouw wilde hier niet slagen en dit deel van de kolonie werd omgevormd naar bosbouw. Een duidelijk zichtbaar koloniekarakter en -sfeer ontbreekt er, in tegenstelling tot de andere koloniën van Frederiksoord, dit is het gevolg van het (nagenoeg) ontbreken van ensembles, koloniewoningen en een duidelijke ontginningsas.

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

55


56


07 OMMERSCHANS Ontginningsas

De kolonie Ommerschans is opgezet vanuit de van oudsher aanwezige schans en historische weg en haaks op de Dedemsvaart. De Dedemsvaart loopt van oost naar west en ligt net buiten de kolonie. Langs de schans ligt de hoofdontginningsas van Ommerschans van noord naar zuid. Deze bestaat uit zowel een kanaal als een weg. De voorzieningen(ensembles) zijn langs deze as gelegen. De dubbele oriĂŤntatie van de ontginning, ingegeven door organisatorische redenen, is uniek.

kerk langs de ontginningsas

ontginningsas in het zuiden

woningenensemble langs de as

voorzieningen langs de as

ontginningsas

ontginningsas in het noorden

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

57


Maatvoering

Vanuit de hoofdontginningsas is de maatvoering uitgezet in vaste hele (ca. 800m) en halve maten (ca. 400m), bestaande uit boerderijlinten en sloten. Deze liggen parallel aan de hoofdontginningsas en haaks op de ontginningsas van de Dedemsvaart. Van oorsprong bevonden de boerderijen en

hele maat: watergang-weg-boerderijen

halve maat: watergang

hele maat: watergang-weg-boerderijen

kolonievaart

wegen zich vooral langs de hele maten.

karakteristieke openheid tussen de halve maat zichtbaar

58

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id


Ensembles

De ensembles in Ommerschans bevinden zich ter hoogte van de oude schans en langs het noordelijk deel van de ontginningsas. Ze bestaan uit de gevangenis, bijbehorende dienstwoningen, enkele villa’s en de verzorgende functies als een kerk en de dokterswoning. Ook is een begraafplaats aan-

dienstwoningen Veldzicht

rijksinrichting Veldzicht

dienstwoningen Veldzicht

begraafplaats

villa

hekwerk

wezig op de schans. Door hergebruik van de schans is een compacte nederzetting ontstaan.

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

59


(Be)werking

Langs het vaste grid van de sloten en paden in noordwestrichting haaks op de Dedemsvaart lagen boerderijen. De boerderijen lagen op vaste afstand van elkaar en telkens aan de westzijde van de westelijke paden en aan de oostzijde van de oostelijke paden (t.o.v. de schans). Enkele dwarspaden zorgden voor de ontsluiting van het gesticht naar de boerderijen, waar de paupers te werk waren gesteld. Met name de kortere verbindingspaden, maar ook de Boslaan als grens van de kolonie worden of werden begeleid door lanen. In het verleden werd de grens gemarkeerd met wachtershuisjes.

60

Oude Zwolse weg, verbindingspad

wachtershuisje langs de Boslaan

verbindingspad en hoeve

verbindingspad, ontsluiting

verbindingspad

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

verbindingspad, ontsluiting


Open-dicht

Kenmerkend is het contrast tussen het besloten gebied bestaande uit bossen en lanen in de kernzone rond de schans en het weidse, open landschap ten westen en (in mindere mate) ten oosten ervan. De wegen in noordzuidrichting, haaks op de Dedemsvaart delen het open gebied op in kamers. Waarschijnlijk waren de kavelranden ooit beplant met hakhoutsingels en had het gebied een veel meer besloten karakter.

weids, open landschap

weids, open landschap

besloten landschap rond de schans

water rond de schans

lanen langs de (be)werkingspaden

besloten landschap

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

61


Grens + Entree

Ooit vormde de Ommerschans een compacte, in cultuur gebrachte, enclave te midden tussen heidevelden. De grens was duidelijk herkenbaar en er was een groot contrast tussen binnen en buiten de kolonie. Die grens en dat contrast zijn verdwenen nadat ook de omliggende gronden werden ontgonnen. Wel is er nog een steeds een compact blok ruimtelijk herkenbaar met een strak ritme van wegen en kavels (in een afwijkende richting). De begrenzing van dit blok wijkt aan de zuidzijde af van de oorspronkelijke administratieve grens. Omdat de Ommerschans een onvrije kolonie was, was het aantal entrees zeer beperkt.

62

entree aan de noordzijde

aanduiding van de Ommerschans

grens

grens

grens

grens

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id


Essentie Karakteristiek is het strakke ritme van wegen (al dan niet in combinatie met een watergang) in noordzuid-richting, de erlangs gelegen boerderijen in een vast stramien, de rechte verkaveling en de open ruimtes tussen de wegen/sloten. Enkele dwarspaden van west naar oost ontsloten de boerderijlinten en het gesticht. Opvallend is de besloten kernzone ter hoogte van de ontginningsas en de schans centraal in het gebied en de openheid van de landbouwgronden ten westen (en oosten) ervan. Dit deel van de kolonie is aangewezen als landbouwontwikkelingsgebied en heeft daarmee een ander karakter dan de besloten kern, met de ensembles, die meer de sfeer van de kolonie ademt.

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

63


64


08 WORTEL Ontginningsas

hoofdontginningsas met dubbele laan

De hoofdontginningsassen van de vrije kolonie Wortel vormen een assenkruis, met een vast grid van wegen parallel aan de oostwest-as (waarvan er ĂŠĂŠn later iets is afgebogen). De oostwest-as richtte zich op het plaatsje Wortel, terwijl de noordzuid-as op de kolonie Merksplas was gericht. In de kolonietijd lag langs de assen en wegen een strak lint van koloniewoninkjes. Op het centrum van het assenkruis bevonden zich de centrale gebouwen. De as wordt begeleid door een dubbele laan. Het oorspronkelijk grid en de perceelsindeling is nog zeer goed herkenbaar.

oorspronkelijke 30m-strook, waar de woningen stonden, zichtbaar langs ontginningsas

hoofdontginningsas met dubbele laan

centrale gebouwen op het centrum van het assenkruis

centrale gebouwen op het centrum van het assenkruis

hoofdontginningsas met dubbele laan

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

65


Maatvoering

Naast het assenkruis van de hoofdontginningsas bevindt zich binnen de kolonie een strak ritme van hele en halve maten en kavels. Deze perceelsindeling is nog steeds goed zichtbaar. Het assenkruis (de hoofdontginningsas) wordt begeleid door een dubbele laan aan weerszijden. De overige wegen worden begeleid door een enkele laan aan weerszijden. Opvallend is dat de begeleidende laanbeplanting start waar men de kolonie binnen gaat.

66

dreven markeren de maatvoering

hele maat met gebroken laan

hele maat met laan

hele maat met erlangs 30m-strook

hele maat met laan, start waar men de kolonie binnen gaat

soms eindigt een as op een villa

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id


Ensembles

In eerste instantie beperkte het ensemble zich tot het centrale kruispunt van het assenkruis, bestaande uit vier centrale gebouwen (spinzaal, school/ kerk, directeurswoning en magazijn) en vier bewakerswoningen. Na de doorstart als landloperskolonie in 1870 werden meerdere gebouwen toegevoegd, zoals de gevangenis met de karakteristieke witte muren en rode pannen. De begraafplaats bevindt zich op buiten de centrale as.

hoeve binnenzijde

dienstwoningen

hoeve buitenzijde

kruispunt met centrale gebouwen

begraafplaats

gevangenis

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

67


(Be)werking

verbindingspad tussen gevangenis en hoeve

Tussen de gevangenis en de hoeve bevond zich een verbindingspad. Deze is nog steeds aanwezig, maar heeft niet meer die belangrijke functie en loopt in de huidige situatie dood.

68

verbindingspad tussen gevangenis en hoeve

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

abrupt einde van de as


Open-dicht

Wortel heeft de sfeer van een landgoed met vele lanen en open ruimtes omzoomd door bos. Met name het centrale deel van de kolonie heeft een open karakter, terwijl de randen meer besloten zijn. Daardoor is de kolonie ook goed herkenbaar ten opzichte van haar meer open omgeving. Zeker aan de noordzijde is het contrast met de open woeste gronden groot en krijgt men een gevoel van hoe de kolonie ooit als enclave in het verder onontgonnen gebied gelegen moet hebben.

spel van open ruimtes, bos en lanen

ven

woeste gronden aan de noordzijde

afwisseling openheid en beslotenheid

centrale gedeelte van de kolonie heeft een open karakter

de randen zijn meer besloten

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

69


Grens + Entree

Wortel kent een duidelijke begrenzing in de vorm van een groot contrast tussen het besloten karakter van de kolonie en het open ommeland. Met name aan de noordzijde is het contrast met de woeste gronden groot. Overal is ook duidelijk voelbaar en herkenbaar dat men de kolonie binnengaat: de lanen bevinden zich enkel binnen de kolonie en stoppen waar men de kolonie uit gaat. Aan de noordoostzijde is de begrenzing minder scherp. 70

grens aan de noordzijde (woeste gronden)

grens

grens

grens

lanen markeren de entrees

lanen markeren de entrees

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id


Essentie Karakteristiek voor Wortel is het assenkruis met de dubbele laanbeplanting en het grid van wegen met (enkelvoudige) laanbeplanting. Op het kruispunt van het assenkruis bevindt zich een ensemble met onder andere de hoeve. Iets zuidelijker ligt het later gevormde ensemble met de gevangenis en dienstwoningen, uitgevoerd met witte muren en rode pannen. Hier is de weg afgebogen van het oorspronkelijke grid. Verder zijn het grid en de perceelsindeling zeer goed herkenbaar. De kolonie is duidelijk herkenbaar ten opzicht van haar omgeving door het grote contrast tussen het besloten karakter van de kolonie en de openheid van het omliggende gebied. Met name het contrast met de woeste gronden aan de noordzijde is waardevol. De kolonie ademt de sfeer van een landgoed met de vele lanen, dreven, bossen en open ruimtes.

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

71


72


09 VEENHUIZEN Ontginningsas ontginningsas: vaart en weg

voorzieningen langs de ontginningsas

ontginningsas: vaart

voorzieningen langs de ontginningsas

ontginningsas: vaart

ontginningsas: weg

Veenhuizen is de enige kolonie van de Maatschappij van Weldadigheid ontgonnen in veengebied. De ontginningsas wordt gevormd door het Veenhuizerkanaal/Kolonievaart en de erlangs gelegen weg (met voorzieningen). Ten noorden van de kolonie ligt het beekdal van de Stokkert, wat de rafelige rand aan de noordzijde van de kolonie verklaart. Ten zuiden ligt het FochteloĂŤrveen, waar het nat en drassig is.

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

73


Maatvoering wijk aan de zuidzijde

hoeve op de kruising van wijk en (be)werkingspad

Hospitaallaan naar zuiden

Hospitaallaan naar noorden

halve maat: watergang

Norgerweg

Haaks op de ontginningsas liggen de zes wijken. Dit stelsel van afwateringssloten vormt de basis voor de verdere inrichting van de kolonie. Er is een vast ritme van halve maten (watergangen) en hele maten (wegen en watergangen) (om de 750m). De wijken hebben geen overeenkomstig uiterlijk en ze zijn niet allen even continu van karakter.

74

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id


Ensembles verenigingsgebouw

begraafplaats

gevangenis Esserheem

gracht rond gesticht

gesticht II (museum)

collectieve voorzieningen

De ensembles binnen Veenhuizen zijn karakteristiek voor de kolonie en bepalen zeer sterk de sfeer. Er werden drie gestichten gebouwd, met elk acht boerderijen. Langs de hoofdas van de kolonievaart kregen de voorzieningen (zoals de kerk en het verenigingsgebouw) een plek en ontstond een dorpslint. Er waren meer voorzieningen dan in de voorheen ontwikkelde koloniĂŤn (o.a een stoomspinnerij en een molen). Ook de begraafplaats, het recreatiebos en de kenmerkende overtuinen bij de voorzieningen behoren tot de ensembles. Opvallend zijn de architectuur, de hiĂŤrarchie en de spreuken op de gevels. Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

75


(Be)werking hoeve

hoeve en pad ernaar toe

hoeve

(be)werkingspad (Bergveenweg)

(be)werkingspad (Meidoornlaan) (be)werkingspad

Binnen Veenhuizen lag een stramien van boerderijen (waarvan slechts enkele bewaard zijn) op vooral de kruisingen tussen wijken en de ontginningsas en tussen de wijken en de dwarspaden. Deze dwarspaden vormden de oostwestverbindingen tussen de wijken en zorgden voor de ontsluiting van het gebied. Ze worden veelal begeleid door laanbeplanting, maar hebben niet overal een continu karakter. Op enkele kruisingen staan nog de kenmerkende hoeves met het woonhuis in het midden gelegen.

76

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id


Open-dicht patchwork van open en dicht

recreatiebos

besloten rondom het ensemble

lanen en bossen

maar ook openheid

bospercelen tot de halve maat

Door een afname van het aantal verpleegden ontstond een tekort aan land- arbeiders en werden landbouwpercelen omgevormd naar bosbouw. De meeste percelen hebben zich gevoegd binnen het grid van hele en halve maten, waardoor dit systeem duidelijk herkenbaar blijft. Er is een soort patchwork ontstaan. Men name de randen van de kolonie zijn meer besloten. Ten zuiden van de kolonie bevindt zich het FochteloĂŤrveen; de bospercelen ten zuiden van de Kolonievaart blokkeren een rechtstreeks zicht op de woeste gronden, maar lanen en wijken zijn in ere hersteld, waardoor er een (beperkte) ruimtelijke en fysieke relatie is. Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

77


Grens + Entree houtsingel als grens in oosten

onduidelijk grens in westen

entree

entree langs kolonievaart

bos markeert de grens

entreebord

Wanneer men de kolonie Veenhuizen binnengaat, is men zich daar sterk van bewust. De (verstilde) sfeer, het karakter, het landschap en de ensembles met gestichten en gevang vormen duidelijk een uniek gebied ten opzichte van de omgeving. De entrees zijn bovendien gemarkeerd met borden, wat de bewustwording vergroot. De grenzen van de kolonie zijn herkenbaar door de bospercelen langs de randen in met name het zuiden en noorden. Aan de oostzijde vormt een houtsingel de grens. In het westen is de grens minder duidelijk. 78

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id


Essentie Het koloniekarakter binnen Veenhuizen wordt voor een groot deel bepaald door de duidelijk aanwezige ensembles van gestichten/gevang en bijbehorende gebouwen. Het is de enige kolonie van de Maatschappij van Weldadigheid ontgonnen op het veen. De kolonie heeft dan ook een ‘natter’ karakter. De ontginningsas ligt van oost naar west en wordt gevormd door de Kolonievaart en de weg. Haaks hierop liggen in een vast ritme op de hele maten (ca. 750m) de wijken en wegen en op de halve maten watergangen. Binnen dit nog steeds duidelijk herkenbare grid van wijken en verbindingspaden was ooit een strak patroon van boerderijen aanwezig; dit patroon is nagenoeg niet meer herkenbaar. De kolonie Veenhuizen is te typeren als een patchwork van verschillende functies en ruimtelijke componenten binnen een duidelijk grid van hele en halve maten en verbindingspaden. De ‘patches’ worden gevormd door de gestichten- en voorzieningenensembles, bospercelen, het recreatiebos en begraafplaats en de open agrarische percelen.

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

79


80


10 MERKSPLAS Ontginningsas

Oorspronkelijk bestonden de ontginningsassen van Merksplas uit een oostwest-as, opgespannen tussen twee kernen en twee noordzuid-assen in de richting van de kolonie Wortel (aan de zuidzijde liepen de assen dood op nat en onontgonnen gebied). De oorspronkelijke assen werden gevormd door de Kapelstraat en de Gasthuisdreef. Maar in een later stadium heeft de ertussen gelegen Steenweg op Wortel de belangrijkste ontsluitingsfunctie overgenomen.

oostwest-as (Steenweg op Rijkevorsel)

oostelijke noordzuid-as (Gasthuisdreef)

oostwest-as (Steenweg op Rijkevorsel)

de afgebroken oostelijke noordzuid-as

westelijke noordzuid-as (Kapelstraat)

Steenweg op Wortel heeft een prominenter functie gekregen

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

81


Maatvoering

In Merksplas zijn alle ervaringen uit de eerdere koloniĂŤn verwerkt. De wegenstructuur en perceelsindeling zijn geĂŤnt op functionele eisen vanuit de landbouwbedrijfsvoering en vormen een strak grid met een maat van ca. 250m. Merksplas illustreert de schaalvergroting in de perceelsstructuren. Lanen/dreven markeren het strakke grid.

82

laan / dreef op de hele maat

laan / dreef op de hele maat

laan / dreef op de hele maat

laan / dreef op de hele maat

laan / dreef op de hele maat

laan / dreef langs de kleiputten

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id


Ensembles

De oorspronkelijke opzet bestond uit een centraal gesticht met vier grote hoeves en vier schaapskooien, een bakkerij en later een kazerne. In het centrale gesticht waren ook alle voorzieningen gevestigd (school, ziekenzaal en woongelegenheid voor personeel) en er bevonden zich een spinnerij en weverij. Na 1870 werd het complex door de staat verder uitgebreid en groeide het gesticht uit tot een monumentaal ensemble met paviljoens, een kapel en diverse dienstwoningen. De rijke architectuur is opvallend. Nijverheid en het gevang zijn nauw verbonden.

kapel

grote hoeve

gesticht

slaappavilvoens

wonen

begraafplaats

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

83


(Be)werking

Twee assen van west naar oost verbonden de centrale gebouwen, waaronder de kapel, de slaappaviljoens, het gesticht, de nijverheidsgebouwen en de grote hoeve. Door de latere projectie van gebouwen of hekwerken op de assen zijn deze assen niet overal nog even goed herkenbaar of toegankelijk.

84

1. noordelijke as van west naar oost

1. zuidelijke as van west naar oost

2. noordelijke as van west naar oost

2. zuidelijke as van west naar oost

3. noordelijke as van west naar oost

3. zuidelijke as van west naar oost

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id


Open-dicht

Merksplas is afwisselend open en besloten, gevormd door lanen/dreven, bossen, vennen en putten en open agrarisch gebied. De centraal in de kolonie gelegen ensembles vormen afzonderlijke eenheden binnen de kolonie. Er bevinden zich open ruimtes tussen de besloten ensembles. Met name in het zuiden en oosten heeft de kolonie een meer besloten karakter door de aanwezigheid van bospercelen. Het gebied was hier ook veelal natter en lastiger als landbouwgebied in gebruik te nemen.

open agrarisch gebied

besloten ensemble van de grote hoeve

lanen

afwisseling open - dicht

vennen en putten

open ruimtes langs de ensembles

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

85


Grens + Entree

De onvrije kolonie Merksplas kent een duidelijke grens door de aanwezigheid van een gracht. Daardoor is er sprake van een groot contrast tussen binnen en buiten. De gracht is niet overal even goed zichtbaar en beleefbaar. De entrees bevinden zich langs de ontginningsassen, waarbij de twee oorspronkelijke noordzuid-assen minder sterk in ruimtelijke hiĂŤrarchie aanwezig zijn, door de prominentere ontsluitingsfunctie van de Steenweg op Wortel.

86

de gracht als grens

de gracht als grens

de gracht als grens

onzichtbare gracht nabij de entree

onzichtbare gracht nabij de entree

onzichtbare gracht nabij de entree

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id


Essentie Merksplas wordt gekenmerkt door opvallende ensembles met een rijke architectuur. De kolonie ademt de sfeer van macht (en pracht). Het gesticht en gevang zijn nauw verweven met de aanwezige nijverheid. Dit uit zich niet alleen in de nijverheidsgebouwen, maar ook in de aanwezige kleiputten die zijn ontstaan dankzij de steenbakkerij. De onvrije kolonie kent een duidelijke begrenzing door de gracht, al is deze niet overal even goed beleefbaar. Het strakke grid is nog aanwezig, maar hier en daar is het grid op (belangrijke) plekken aangetast doordat er bebouwing of hekwerken overheen zijn geplaatst. De dreven/lanen zijn karakteristiek voor het grid.

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

87


Veenhuizen

Frederiksoord e.o.

Wortel

Ommerschans

alle essentiekaarten nog eens naast elkaar, te lezen in combinatie met de hiernaast staande tabel Merksplas

88


11 BRUG NAAR DE TOEKOMST U heeft nu per kolonie alle landschappelijke thema’s langs zien komen. Wellicht duizelt het u nu vanwege de veelheid aan informatie. Of bent u nieuwsgierig hoe de ene kolonie zich verhoudt ten opzichte van de andere. Anders gezegd: de kans is groot dat er behoefte is aan een overzicht van de koloniën ten opzichte van elkaar. In de onderstaande tabel wordt het overzicht gepresenteerd. Hierbij zijn de landschappelijke thema’s relatief ten opzichte van elkaar gescoord volgens het systeem van sterk (S), neutraal (N) en matig (M). Dat in de tabel enkele malen een M (matige score) staat heeft geen betekenis voor de nominatie, omdat er voor de nominatie geheel andere criteria en beoordelingswijzen zijn. Het doel van de scores is de kansen en ambities voor de toekomst in beeld te brengen. Nogmaals, het is een relatieve score waarbij de kolonie met de meest beleefbare en afleesbare kwaliteit en samenhang met de

hoogste categorie sterk (S) is gewaardeerd en degene die dit het minste heeft met matig (M). Uiteraard is het een score die tot discussie kan leiden over de criteria en waar zelfs een wetenschappelijke studie van te maken is. Dit is niet de intentie van de tabel en die status heeft het ook niet. Er is geheel vrij van belangen en naar eer en geweten gescoord door het projectteam. De N en M in de tabel moet u vooral lezen als een mogelijkheid tot kwaliteitsverbetering: er valt wat te winnen. Door gericht enkele ingrepen te verrichten kan de ruimtelijke kwaliteit en de beleefbaarheid daarvan versterkt worden; zie dit als een kans. Als er een S (sterk) staat is het ook nog niet klaar. Dan is de uitdaging om de waarde te koesteren en te borgen voor de toekomst, want iets wat goed is vraagt ook om aandacht. Blok 3 ‘Kijk op de toekomst’ geeft een andere onderbouwing van de tabel en geeft inzicht in de wijze waarop S, N en M een vertaling kunnen krijgen in de toekomst.

ONTGINNINGSAS

MAATVOERING

ENSEMBLES

(BE)WERKING

OPEN-DICHT

GRENS + ENTREE

FREDERIKSOORD e.o.

M

M

N

S

N

M

OMMERSCHANS

S

M

S

M

N

M

WORTEL

N

S

S

N

S

S

VEENHUIZEN

S

N

S

N

S

S

MERKSPLAS

N

N

S

M

N

S

S = sterk, N = neutraal, M= matig (t.o.v. de andere koloniën, anders gezegd: kans voor kwaliteitsverbetering) 89


90

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id


III

KIJK OP DE TOEKOMST


92


De titel van Blok 3 zegt alles, iedereen kan met trots kijken naar het heden en verleden, maar het draait om de toekomst. Wat dient gekoesterd en geborgd te worden juist omdat het zo uniek is? Waar liggen expliciet de mogelijkheden om de kwaliteit te versterken en wat kan hierbij inspiratie bieden? U krijgt een mooi blok voorgeschoteld dat laat zien waar aangrijpingspunten liggen om de kwaliteiten te versterken. Ook voor Blok 3 geldt dat de focus ligt op de samenhang, in de vorm van de overeenkomsten en verschillen tussen de koloniën. ‘Kijk op de toekomst’ start met een uiteenzetting van de Sturingsfilosofie die centraal staat (H12). Deze sturingsfilosofie is vervolgens omgezet naar gedachtelijnen per landschappelijk thema (H13-19) die op verschillende manieren aan u worden gepresenteerd. In elk geval in de vorm van teksten met (werk)woorden als ‘koesteren’, ‘borgen’, ‘versterken’, ‘beleefbaar maken’, etcetera. Ondersteunend hieraan worden er veelal voorbeelden gepresenteerd uit andere locaties die als inspiratie kunnen dienen. Dit gebeurt in de vorm van een foto of tekening. In enkele situaties worden er ook hoofdprincipes uitgetekend en verbeeld, zodat u ook concreet weet wat de gedachtelijn inhoudt. Sommige situaties vragen om een uitgebreide studie, die de scope van ‘Koers op Kolonielandschap’ ontstijgen. Dit is dan ook aangeven. Door de geschetste diversiteit van de koloniën is het logisch dat er gedachtelijnen tussen zitten die direct toepasbaar zijn en gedachtelijnen voor de lange adem. Direct toepasbaar, omdat ze overzichtelijk zijn en er draagvlak voor is. Op langere termijn, vanwege een gecompliceerd planproces, waarbij de timing een doorslaggevende rol heeft. Of de gedachtelijnen in hun volle breedte door alle (gebieds)par-

tijen als een kans worden gezien hangt vaak af van de vraag of belangen verenigd kunnen worden. Voor het versterken van de landschappelijke kwaliteiten is het zeker een kans. Het draagvlak voor de versterkingen zal zeker toenemen als ze gekoppeld worden aan andere belangen. Op die manier is de juiste balans te vinden tussen de waarden (OUV), economische vitaliteit (gebruik en ruimte voor ontwikkeling) en sociale vitaliteit (draagvlak en levende gemeenschap).

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

93


94


12 STURINGSFILOSOFIE Naar de toekomst kijken gebeurt met een bepaalde bril op, zo ook in ‘Koers op Kolonielandschap’. Om het proces navolgbaar te maken is een sturingsfilosofie ontwikkeld. Deze geeft inzicht in de knoppen waaraan gedraaid kan worden in de toekomst. Zoals geschetst in H3 ‘Samen Werelderfgoedwaardig’ zit het unieke karakter in het van oorsprong grote contrast van het gebied rondom de kolonie (woeste grond) en het planmatige karakter van de kolonie zelf, een duidelijk verschil tussen binnen en buiten de kolonie. In de kolonie is sprake van een koloniale sfeer die zich uit in de sterk hiërarchische en orthogonale structuur van ontginningsas, kavelgrenzen en wegen- en waterlopen. Daarnaast dragen de ensembles sterk bij aan de koloniesfeer door hun herkenbare materialen en architectuur, duidelijk familie van elkaar. Ook de (combinaties van) functies in kolonies zijn vaak afwijkend van de omgeving. Deze kernwaarden vormen de basis van de sturingsfilosofie, die is onder te verdelen in drie hoofdgroepen: 1. Koloniekarakter: Hoe sterker het eigen karakter van de kolonie des te beter, daar zal niemand aan twijfelen. De landschappelijke thema’s ontginningsas, maatvoering, ensembles, (be)werking en open/dicht zijn de dragers. Als deze herkenbaar zijn is het verhaal van de koloniën leesbaar in het landschap. Dit koloniekarakter kan ondersteund en versterkt worden door in te zetten op een ‘familie van elementen’, bestaande uit straatmeubilair, verhardings- en beplantingselementen, signalering, etc. Deze is mede ontstaan, doordat het inzetten op versterking van bovenstaande landschappelijke thema’s niet altijd (eenvoudig) mogelijk is. De familie van elementen

is een goed alternatief om herkenbaarheid en het koloniekarakter te versterken. 2. Grens: Volgend op het koloniekarakter is de grens tussen binnen en buiten een belangrijke drager. Er kan sprake zijn van een soort neutrale zone die de overgang vormt tussen binnen en buiten. In het geval van de koloniën bestaat deze zone vaak uit bos. Of het is een soort omlijsting van een relatief smal element. De ringgracht van Merksplas is hiervan het meest uitgesproken voorbeeld. Voor het begrijpen van de oorspronkelijke context van de kolonie is het belangrijk dat vanuit de omgeving de koloniegrens goed waarneembaar is. 3. Entree: Entree is het laatste niveau in de sturingsfilosofie. Dit heeft betrekking op het binnenkomen en verlaten van de kolonie veelal via de (hoofd)wegen. Hierin spelen de lanen een belangrijke rol als begin van de lijn. Ze zijn als het ware de loper die de bezoeker in de kolonie verwelkomt. De tweede uiting is markering van de entree al dan niet met een bord. Hiermee wordt het signaal afgegeven: u komt de kolonie binnen of verlaat hem. De iconen op de volgende pagina zijn een illustratie van de hierboven genoemde sturingsfilosofie.

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

95


96

Sturingsknop - Koloniekarakter: Ontginningsas Vormt de drager of ruggengraat van de kolonie. Van oorsprong belangrijkste ontsluiting. Grote kans om kolonie herkenbaar te maken.

Sturingsknop - Koloniekarakter: Open-dicht Karakteristiek van het landschap, contrast tussen openheid en beslotenheid. Elke kolonie kent eigen mate van open-dichtheid.

Sturingsknop - Koloniekarakter: Maatvoering Kenmerken het grid van wegen en wijken (kleine vaarten), de perceelsindeling en de landbouwinfrastructuur, gekoppeld aan de ontginning en landbouw. Hier op inzetten vergroot de herkenbaarheid.

Sturingsknop - Koloniekarakter: Familie elementen Door familie elementen ‘uit te strooien’ over de kolonie ontstaat herkenbaarheid en een eigen karakter.

Sturingsknop - Koloniekarakter: Ensemble Bestaat uit de (collectieve) voorzieningen, typische architectuur en hiĂŤrachie. Zeer bepalend voor het karakter van de kolonie.

Sturingsknop - Grens Vormt de contour van de kolonie en biedt daarmee veel kansen om de herkenbaarheid van de kolonie te vergroten als contrast tussen binnen-buiten.

Sturingsknop - Koloniekarakter: (Be)werking Toont het functioneren van de kolonie gekoppeld aan de landbouw: woningen, boerderijen, gestichten en ontsluiting.

Sturingsknop - Entree Binnenkomst van de kolonie; al dan niet in samenhang met de grens biedt vormgeving van de entree grote kans om herkenbaarheid van de kolonie te vergroten.


In de hoofdstukken hierna komen de verschillende landschappelijke thema’s stuk voor stuk aan bod en staan de koloniën als het ware naast elkaar. Er wordt gestart met een algemene weergave van wat bepalend is voor het betreffende thema: het beeldaspect, de ambitie en de aandachtspunten. Vervolgens wordt dit nader en specifiek uitgewerkt per kolonie in een tabel (deze tabel vormt de nadere uitwerking van de tabel uit hoofdstuk 11 ‘Brug naar de toekomst’). In de tabel staan de koloniën naast elkaar, zodat de onderlinge samenhang, maar ook de verschillen zichtbaar worden. Dit geldt voor zowel het beeldaspect als de ambitie. Na de tabel volgen de uitwerkingen van de ambitie per kolonie, in tekst en beeld; soms een foto, soms een principe, soms een voorbeeld uit een ander gebied ter inspiratie.

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

97


98


13 KOLONIEKARAKTER: ONTGINNINGSAS BEELDASPECT • Herkenbare koloniesfeer, representatief • Monumentaal, lineair, eigen ruimte; weg/ vaart, ensembles en beplanting • Soms discontinu, onderbroken • Frederiksoord e.o. grotendeels ruraal karakter AMBITIE • Herkenbaar blijven als presentatie kolonie • Hiërarchisch dominantste lijn • Vergroten continuïteit waar nodig AANDACHTSPUNTEN • Verkeersfunctie soms dominant: asfalt te dominant boven groen: Merksplas • Continuïteit in beeld vergroten: Frederiksoord e.o.

Frederiksoord e.o.

Ommerschans

Wortel

Veenhuizen

Merksplas

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

99


KOLONIEKARAKTER: BEELDASPECT

ONTGINNINGSAS

FREDERIKSOORD e.o.

OMMERSCHANS

Langgerekte en meerdere assen met kruispunten. Enkele concentraties met koloniekarakter, verder ruraal. Deels nog herkenbare 30m-maat van vrije kolonie. Samenspel met ritme bebouwing. Wisselend beeld in continu誰teit.

Koloniekarakter optimaal aanwezig, vooral tussen schans en Balkbrug. Grotendeels monumentaal en lineair: weg/ vaart, laan en gebouwen. Eigen ruimte goed herkenbaar; asymmetrisch opgebouwd. Veranderend karakter vanaf schans.

AMBITIE

versterken 30m-zone

AANDACHTSPUNTEN

100

continu誰teit Westerbeeksloot

schans herkenbaar maken

Koloniekarakter optimaliseren waar aanwezig. Versterken van continu誰teit. Versterken 30m-lijn en koesteren ritme koloniewoningen, inclusief de open ruimtes ertussen. Versterken uitstraling kruispunten.

Huidige kwaliteiten sturend voor de toekomst. Schans sterker herkenbaar maken.

Zie ook ensembles en (be)werking. Samenhang centrumplan kern Frederiksoord van Maatschappij van Weldadigheid.

Beschikbaar gekomen subsidie benutten om schans nader uit te werken in samenhang met het verhaal van de kolonie.

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id


KOLONIEKARAKTER: WORTEL Koloniekarakter sterk aanwezig. Hoofdassenkruis met pleintje, kenmerkend voor vrije kolonie, evenals de 30m-zone. Monumentale bomen en brede bermen. Ensembles liggen langs assenkruis. Torendreef heeft een afwijkend karakter.

ONTGINNINGSAS

VEENHUIZEN

MERKSPLAS

Koloniekarakter optimaal aanwezig. Monumentaal en lineair: kanaal, weg, bebouwing, laan en bos. Eigen ruimte goed herkenbaar; asymmetrisch opgebouwd. Sterk continu karakter.

Koloniekarakter sterk aanwezig. Monumentaal: lanen, ensembles en grotendeels brede bermen. Gasthuisdreef onderbroken/afgekapt. Steenweg op Rijkevorsel is minder ‘groen’.

huidige kwaliteiten zijn sturend

huidige kwaliteiten zijn sturend

Huidige kwaliteiten zijn sturend voor de toekomst. Torendreef versterken met laanstructuur.

In samenhang met (auto)verkeersafwikkeling bij herstel Torendreef.

ambitie: groene lanen

Huidige kwaliteiten sturend voor de toekomst.

Huidige kwaliteiten zijn sturend voor de toekomst. Herstel doorgaande lijn Gasthuisdreef. Daar waar mogelijk vergroenen van Steenweg op Rijkevorsel.

In samenhang beschouwen met de maatvoering en (be)werking.

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

101


UITWERKINGEN ONTGINNINGSAS FREDERIKSOORD e.o. Koloniekarakter versterken

30m zone te behouden/ versterken bebouwingskern

Koningin Wilhelminalanen en Steenwijkerweg

ontginningsas met 30m zone

achtergrens

inspiratie Wortel ca. 30m zichtbaar gemaakt

Jongkindt Conincklaan: Inspiratie Wortel ca. 30m vrij

Versterken en zichtbaar maken van de (ca.) 30m-strook langs de Steenwijkerweg en de Koningin Wilhelminalaan in Willemsoord en Wilhelminaoord door minimaal een greppel, laan, haag, onderbroken houtsingel of her en der een boom of singel toe te passen, al dan niet in combinatie met een wandelpad (pauperpad). Uitgangspunten: - Koesteren en creëren van zicht op de achterliggende grens (onder laan door kunnen kijken, over lage hagen heen en door vensters in singels). - Koesteren en creëren van patchwork binnen de (ca.) 30m-strook (tuinen, weitjes, moestuinen etc.) als contrast met de erachter gelegen agrarische gronden. Boschoord: Langs de Jongkindt Conincklaan een zone van ca. 30 m vrijzetten (laan behouden), geïnspireerd op hoe dit in Wortel is toegepast.

102


UITWERKINGEN ONTGINNINGSAS

1. met greppel (minimale variant)

2. met laan

1. 30 m lijn versterken met greppel, 2e lijn is de grens van de kolonie

2. 30 m lijn versterken met laan

3. met haag

4. met her en der een boom of onderbroken singel

3. 30 m lijn versterken met haag

4. met her en der een boom of onderbroken singel

103


UITWERKINGEN ONTGINNINGSAS FREDERIKSOORD e.o. Koloniekarakter versterken

Voorstel voor versterking van de Westerbeeksloot. Bron: Maatschappij van Weldadigheid

Voorstel voor herstel van karakteristieke structuren in het centrum van Frederiksoord (ontginningsas). Bron: Maatschappij van Weldadigheid

104


UITWERKINGEN ONTGINNINGSAS WORTEL Torendreef versterken

versterken Torendreef

A

B

Doorgaande lijn Gasthuisdreef herstellen

A B

Steenweg op Rijkevorsel vergroenen

MERKSPLAS Continu誰teit en vergroenen OMMERSCHANS

VEENHUIZEN

Ontginningsas heeft gewenste kwaliteit.

Ontginningsas heeft gewenste kwaliteit. 105


106


14 KOLONIEKARAKTER: MAATVOERING BEELDASPECT • Hoofdmaat is structuurbepalend • Afleesbare hiërarchie in hoofd- en submaten • Verschil in (sub)maten is beleefbaar m.u.v. Frederiksoord e.o. • Ontwikkeling in maatvoering afleesbaar • Submaten; groot verschil tussen de koloniën Frederiksoord e.o.

AMBITIE • Hiërarchie in maatvoering is sturend en afleesbaar • Ritme hoofdmaat is zichtbaar en afleesbaar in de kolonie • Hoofdmaat als icoon van de koloniën (laan) AANDACHTSPUNTEN • Afleesbaarheid hoofdmaat: Ommerschans • Uitzonderingspositie van Frederiksoord e.o.: vaak alleen centrale as met zichtbare achtergrens

Ommerschans

Wortel

Veenhuizen

Merksplas

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

107


KOLONIEKARAKTER:

MAATVOERING

FREDERIKSOORD e.o. BEELDASPECT

OMMERSCHANS

Kleine maat t.o.v. andere koloniën. Typische maat van vrije kolonie in delen nog aanwezig. Hiërarchie in maten ontbreekt t.o.v. andere koloniën, vaak alleen as met achtergrens (Oost- en Westvierdeparten).

Hoofdmaat is ruggengraat, ritme evenwijdig met ontginningsas. Hiërarchie en ritme moeilijk afleesbaar, wegen met ‘gebroken’ lanen. Submaten herkenbaar aan greppels en weteringen.

kleine maat is sturend

versterken maatvoering

Kleine maatvoering is sturend voor de toekomst. Versterken van de achtergrens daar waar haalbaar. Doordat typische kolonie-hiërarchie ontbreekt, hier geen aanvullende ambities.

Afleesbaarheid hiërarchie en ritme herstellen met beplanting. Versterken van eenheid in beeld. Secundaire maat als lijn afleesbaar door ‘vrije ligging’.

Afstemming met uitwerking grenzen (hoofdstuk 19).

Goede afstemming tussen landbouwfunctie en beplanting hoofdmaten.

AMBITIE

AANDACHTSPUNTEN

108

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id


KOLONIEKARAKTER: WORTEL

MAATVOERING

VEENHUIZEN

MERKSPLAS

Het stelsel van de maatvoering is zeer compleet en goed afleesbaar, veelal beplant met lanen. Hoofdmaat is structuurbepalend; ritme, evenwijdig in oost-west richting. Kavelmaat in noord-zuidrichting sterk leesbaar.

Hoofdmaat (wijken) is ruggengraat, haaks op ontginningsas. Hiërarchie afleesbaar door ritme, breedte (bermen en weg) en beplanting (deels). Beeld binnen en tussen wijken verschilt. Secundaire maat afleesbaar door kavelgrens, bosranden.

Maatvoering afleesbaar parallel aan noordzuid ontginningsassen. Hiërarchie afleesbaar door verschil in lanen. Hoofdmaat van Gasthuisdreef is onderbroken.

koesteren structuur en hiërarchie

versterken maatvoering met laan en evt. water

koesteren structuur en hiërarchie

Koesteren en borgen van de huidige structuur en hiërarchie.

Hiërarchie maatvoering is sturend. Versterken afleesbaarheid hoofdmaat door lanen, m.n. Zesde Wijk. Versterken eenheid in beeld in en tussen wijken door lanen en, waar mogelijk, water. Secundaire maat als lijn afleesbaar door ‘vrije ligging’.

Hiërarchie is sturend. Hoofdmaat Gasthuisdreef herstellen.

Balans eenheid en maatwerk. Grote clusters als gevangenissen inpassen/ ondergeschikt houden aan maatsysteem.

Zie ook ontginningsas.

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

109


UITWERKINGEN MAATVOERING

In relatie tot de aanwezige landbouw in het gebied en de belangrijke ontsluitende functie van de wegen voor landbouwvoertuigen, lijkt een eenzijdige enkele laanbeplanting het meest voor de hand liggend.

110

OMMERSCHANS Afleesbaarheid hiĂŤrarchie en ritme herstellen


UITWERKINGEN MAATVOERING FREDERIKSOORD e.o.

VEENHUIZEN Versterken afleesbaarheid en eenheid hoofdmaten

Maatvoering beperken tot het versterken van de achtergrenzen (zie uitwerking grenzen).

De beelden hieronder laten de ruimtelijke verscheidenheid zien langs de Zesde Wijk.

WORTEL Maatvoering is reeds herkenbaar.

Het streven is een eenduidiger beeld langs elke wijk (de wijken mogen onderling in ruimtelijk beeld en functie blijven verschillen).

MERKSPLAS Hoofdmaat Gasthuisdreef herstellen (zie Ontginningsas).

Eenheid verkrijgen door bijvoorbeeld: - laanbeplanting (minstens aan weerszijden); - eenduidig profiel (breedte, opbouw en verharding), ook van watergangen; - (kruiden/bloemrijke) bermen. Opgave: Nadere uitwerking en groenplan.

111


112


15 KOLONIEKARAKTER: ENSEMBLES BEELDASPECT • Herkenbare eenheden, uitstraling • Ruimtelijk afgebakend kader; beplanting, gracht of vrije ruimte omheen • Herkenbare positie/relatie met ontginningsas en/of hoofdmaat AMBITIE • Versterken van uitstraling van ensembles • Behouden/versterken eigen kader • Continueren/versterken relatie en positie t.o.v. ontginningsas en hoofdmaat AANDACHTSPUNTEN • Positionering en uitstraling gevangenissen • Uitstraling woonensemble Balkbrug (Ommerschans) en Willemsoord

Frederiksoord e.o.

Ommerschans

Wortel

Veenhuizen

Merksplas

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

113


KOLONIEKARAKTER:

ENSEMBLES

FREDERIKSOORD e.o. BEELDASPECT

Verspreid liggende herkenbare ensembles aan/langs de ontginningsassen. Uitstraling verschilt onderling van weelderig in Frederiksoord tot sober in Willemsoord. Relatief kleinschalig, zowel ‘wonen en welzijn’ als ‘lief en leed’.

OMMERSCHANS Herkenbare ensembles aan/langs de ontginningsas. Relatief kleinschalig zowel ‘wonen en welzijn’ als ‘lief en leed’. Schans is bijzonder ensemble, gesloten.

AMBITIE

inspiratie: groene pleinen met bomen en hagen bij ensembles

Versterken uitstraling van ensembles; gezamenlijke, herkenbare familie ontwikkelen. Vergroten van invloedssfeer (uitstraling) van de relatief kleine ensembles.

AANDACHTSPUNTEN

114

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

versterken ensemble met hagen

Versterken uitstraling van ensembles (Balkbrug). Versterken herkenbaarheid schans, afgestemd op kolonieverhaal.


KOLONIEKARAKTER:

ENSEMBLES

WORTEL

VEENHUIZEN

Herkenbare ensembles aan assenkruis; plein van vrije kolonie en carrĂŠ gevangenis. Harmonieus liggend binnen structuur. Herkenbare samenhang versterkt door witte kleur.

Herkenbare ensembles, veelal hoogwaardige uitstraling. Verspreid over kolonie, eigen positie. CarrĂŠ met wandwerking, gracht, kader bomen (gevang / gesticht). Architectuur herkenbare familie (wonen en welzijn) en spreuken.

huidige kwaliteit en positie zijn sturend

Huidige kwaliteit en positie zijn sturend. Restaureren nijverheidsclusters. Aandacht voor beeldkwaliteit rond Casino. Aandacht voor instandhouding van de bijgebouwen van de gevangenis (werkcluster).

MERKSPLAS

huidige kwaliteit en positie zijn sturend

Herkenbare ensembles, veelal zeer rijke architectuur. Herkenbare posities in structuur, m.u.v. zone Nijverheidstraat.

huidige kwaliteit en positie zijn sturend

Huidige kwaliteit en positie zijn sturend. Uitbreiding en herbestemming dragen bij aan karakter ensemble. Daar waar nodig hoogwaardige afronding van randen ensembles met nieuwbouw. Aandacht voor beeldkwaliteit rond gevangenissen.

Huidige kwaliteit en positie zijn sturend. Aandacht voor structuur en beeldkwaliteit rond de gevangenissen en nijverheidsclusters.

Herbestemming (vrijkomende) monumentale panden.

Zie ook ontginningsas. Herbestemming monumentale panden.

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

115


UITWERKINGEN ENSEMBLES FREDERIKSOORD e.o. Versterken uitstraling ensembles

OMMERSCHANS Versterken uitstraling ensembles

Inspiratie uit Wortel

Vergroenen pleinen ensembles: gras, beukenhagen en (opvallende) solitaire bomen en boomgroepen. Vergelijkbaar met bijvoorbeeld Veenhuizen en Wortel. Vergroten van invloedssfeer (uitstraling) ensemble

116

Beukenhagen toepassen langs bebouwing behorende bij kolonie-ensemble (voorbeeld Veenhuizen en Wortel). Eenduidige hekwerken en hagen ed. versterken het ensemble en koloniekarakter.

Inspiratie uit Veenhuizen


UITWERKINGEN ENSEMBLES VEENHUIZEN Aandacht voor structuur van carrés 2e Gesticht: Bebouwing en uitbreidingen binnen groter carré (vroegere moestuinen); deze moeten de carrévorm resepecteren en ondersteunen/versterken.

WORTEL Aandacht voor (beeld)kwaliteit Restaureren nijverheidsclusters

MERKSPLAS Aandacht voor structuur en (beeld)kwaliteit

3e Gesticht: respecteren van de vierkante vorm, hetzij door het behouden van de huidige open ruimte, hetzij door herontwikkeling of markering. Aantasting van de carrévorm voorkomen.

Aandacht voor structuur en (beeld)kwaliteit

117


118


16 KOLONIEKARAKTER: (BE)WERKING BEELDASPECT • Ordenend ritme van hoeves/boerderijen i.r.t. ontginningsas en hoofdmaat • Lineaire structuur als (ver)binding land - gebouwen en gebouw – gebouw, beplant • Soms onderbroken en discontinu AMBITIE • Handhaven en versterken ordenend ritme • Versterken continuïteit van lineaire structuur in beeld en (recreatief) gebruik • Hiërarchisch ondergeschikt aan hoofdmaat AANDACHTSPUNTEN • Ritme: Ommerschans en Frederiksoord e.o. • Lineaire structuren: Merksplas, Ommerschans en Veenhuizen

Frederiksoord e.o.

Ommerschans

Wortel

Veenhuizen

Merksplas

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

119


KOLONIEKARAKTER:

(BE)WERKING

FREDERIKSOORD e.o. BEELDASPECT

Sterk ritme van bebouwing, m.u.v. Boschoord en delen van Westvierdeparten. Tegenover elkaar geplaatste bebouwing. Diversiteit in ‘familie koloniewoning’ is beeldbepalend. Verspreid liggend enkele grote hoeves.

OMMERSCHANS Rudimentair ritme van hoeves/boerderijen aan westzijde van hoofdmaten. Rudimentair ontsluitingssysteem en verbindingen.

AMBITIE

koesteren schaal en ritme bij agrarische uitbreiding

AANDACHTSPUNTEN

120

versterken oorspronkelijke dwarspaden

Koesteren sterke ritme en waar gepast versterken. Koesteren (bestaande) diversiteit in ‘familie koloniewoning’. Herkenbaar houden van grote hoeves.

(Nieuwe) boerderijen blijven koppelen aan hoofdmaat, bij voorkeur westelijk. Versterking van verbindingen tussen schans en omliggende gebied, recreatieve routes. Koesteren en versterken van lanen als verbinding 1ste Schansweg - kern - kolonieweg (oost).

Bij schaalvergroting: achter de 30m-strook. (Her)bouw i.r.t. ‘oorspronkelijke’ structuur en architectuur.

Afstemmen met landbouwfunctie.

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id


KOLONIEKARAKTER: WORTEL Relatie tussen Grote Hoeve en gevangenis via laan.

instandhouden laan

Instandhouden laan.

(BE)WERKING

VEENHUIZEN

MERKSPLAS

Drie lineaire structuren/paden oost-west, verbinding gestichten - land. Grotendeels beplant, discontinu. Ritme van hoeves niet sterk aanwezig (geweest).

Twee assen oost-west; ordening en verbinding voor diverse hoofdgebouwen. Sterk samenspel met lijn en architectuur, nu op enkele plaatsen onderbroken.

herstellen doorgaande route (Bergveenweg west Bergveenweg oost)

herstellen as

Versterken lineaire structuren, ondergeschikt aan wijken. Vergroten continuïteit met beplanting en doorgaande route. Ritme mogelijk te versterken door (her)bouw.

Herstel en versterken van beide assen. Integrale benadering van bebouwing, openbare ruimte, besloten ruimtes en groenstructuur.

(Her)bouw i.r.t. ‘oorspronkelijke’ footprints en architectuur.

Zie ook ontginningsas.

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

121


UITWERKINGEN (BE)WERKING SCHAALVERGROTING LANDBOUW FREDERIKSOORD e.o. Koesteren sterke ritme Binnen de 30m-strook langs de hoofdontginningsassen: achtergrens koesteren nieuwe bebouwing achter de 30mzone

Nieuwe agrarische bebouwing niet binnen de 30m-strook langs de hoofdontginningsassen maar erachter; de kleinschaligheid behouden. Ook geen bebouwing op of over de 30m-grens of achtergrens. Eventuele beplanting mag de 30m-structuur niet aantasten en wordt dus 贸p de 30m-grens geplaatst en niet dwars eroverheen.

Overig gebied: nieuwe bebouwing bij voorkeur achter de bestaande hoeve. Indien ernaast, dan minimaal 谩chter de voorgevelrooilijn.

122

eventuele beplanting 贸p de 30m grens en n铆et langs de kavels haaks erop

30m grens en zone koesteren


UITWERKINGEN (BE)WERKING OMMERSCHANS Koesteren en versterken lanen Koesteren en versterken van lanen als verbinding tussen Eerste Schansweg - kern - Kolonieweg (oost) (bewerkingspaden rondom de zone van de Schans en de ensembles).

SCHAALVERGROTING LANDBOUW OMMERSCHANS (Nieuwe) boerderijen koppelen aan hoofdmaat

halve maat hoofdmaat (weg)

voldoende ruimte behouden tussen de bebouwing

2/3

centrale as Oude Zwolseweg

Nieuwe agrarische bebouwing: • Geplaatst langs de hoofdmaten, niet langs de halve maten en centrale as. • Bij plaatsing achter bestaande bebouwing moet minimaal

2/3 van de ruimte tussen de hoofdmaat en halve maat open blijven. Bij plaatsing naast bestaande bebouwing wordt gekozen voor de zijde met de meeste open ruimte. Er dient voldoende ruimte te blijven tussen de bebouwing. 123


UITWERKINGEN (BE)WERKING VEENHUIZEN Vergroten continu誰teit

MERKSPLAS Herstellen en versterken oost-west-assen

Vergroten continu誰teit van Meidoornlaan, Eikenlaan en Bergveenweg. Specifiek groenontwerp op langere termijn.

WORTEL Instandhouden laan.

124

Herstellen en versterken oorspronkelijke oost-west assen. Continue lijn doorzetten daar waar hij nu onderbroken is of slecht herkenbaar. Stedenbouwkundig ontwerp op langere termijn.


UITWERKINGEN (BE)WERKING SCHAALVERGROTING LANDBOUW BEEMSTER - VOORBEELD

Voorbeeld voor schaalvergroting in de landbouw uit “Beemster ervenis WereldERFgoed. Ruimtelijk kwaliteitskader voor het Beemster erf”. (Door Croonen Adviseurs West, i.o.v. Gemeente Beemster).

125


126


17 KOLONIEKARAKTER: OPEN-DICHT BEELDASPECT • Structuurbepalende open ruimtes en doorzichten • Ondersteunend aan afleesbaarheid van ontginningsas, maatvoering en ensembles • Resten ‘woeste gronden’ als contrast AMBITIE • Afgestemd op afleesbaarheid ontginningsas, maatvoering, ensembles • Behouden contrast met ‘woeste gronden’

Frederiksoord e.o

AANDACHTSPUNTEN • Uitbreiding gevangenissen: Veenhuizen, Merksplas en Wortel

Ommerschans

Wortel

Veenhuizen

Merksplas

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

127


KOLONIEKARAKTER:

OPEN-DICHT

FREDERIKSOORD e.o. BEELDASPECT

Open ruimte vaak evenwijdig aan ontginningsas (bos). Verdichting rond de ensembles. Boschoord gesloten kern.

OMMERSCHANS Open in noorden tussen de hoofdmaat. Hoofdzakelijk besloten kern langs ontginningsas met kleinschalige open ruimtes. Overgangszone geleed door lanen.

AMBITIE

bestaande opbouw is sturend

Bestaande opbouw van open ruimten langs ontginningsassen en verdichting rond ensembles is sturend.

AANDACHTSPUNTEN

128

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

bestaande opbouw is sturend

Bestaande opbouw langs ontginningsas van open en dicht is sturend. Openheid tussen hoofdmaten in westelijk deel is sturend. Versterken geleding in overgangszone.

Zie (be)werking.


KOLONIEKARAKTER: WORTEL Harmonieuze opbouw van open en dicht. Centrale open ruimte rond assenkruis en ensembles. Randen gesloten door bos. Noordzijde scherp contrast met open ‘woeste gronden’.

koesteren contrast met open woeste gronden noordzijde

Bestaande opbouw van open en dicht is sturend. Koesteren en borgen contrast met open ‘woeste gronden’ noordzijde.

OPEN-DICHT

VEENHUIZEN

MERKSPLAS

Patchwork van open en besloten delen (bos, ensembles) binnen de (halve) maatvoering. Afwisselend beeld van open en dicht vanaf de ontginningsas en wijken. Zuid- en noordrand zijn gesloten (bossen).

Open ruimte rond de ensembles. Gesloten rand behalve aan zuidkant. Diffuse opbouw rond werkcluster.

uitdaging voor kwaliteitsverbetering rond werkcluster

bestaande opbouw is sturend

Patchwork afleesbaar houden en ondersteunend aan de maatvoering. Afwisselende beeld vanaf ontginningsas en wijken respecteren.

Bestaande opbouw van open en dicht is sturend. Herstructurering, versterking van structuur rond werkcluster.

Koesteren/versterken grote carré (zie ensemble).

Zie (be)werking.

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

129


130


18 KOLONIEKARAKTER: FAMILIE ELEMENTEN UITWERKINGEN ELEMENTEN

Eenduidig meubilair vergroot de herkenbaarheid van de kolonie. Dit is zeker van belang in de koloniĂŤn waar de ensembles minder sterk aanwezig en herkenbaar zijn, zoals in Frederiksoord e.o. Denk aan bebording, zitmeubilair, afvalbakken, hekwerken, fietsenrekken, verlichting, etc. met eenduidigheid in vormgeving, kleur en/of materiaal. De vormgeving dient aan te sluiten bij het koloniekarakter en deze te versterken/ondersteunen. Opgave: Het ontwerpen en vormgeven van elementen is mogelijk een opdracht voor bijvoorbeeld de Design Academy van Eindhoven. Vraagstukken: Krijgt elke kolonie zijn eigen familie van elementen of is dit voor alle koloniĂŤn gelijk? Of zijn ze een onderling herkenbare familie met elk een eigen stijl? voorbeeld familie van elementen Herinneringspark 2014.18 Vlaamse overheid

131


132


19 GRENS en ENTREE BEELDASPECT • Duidelijk koloniekarakter als contrast met omgeving • Ondersteund door dichte grenzen en markering entree m.u.v. Frederiksoord e.o. en Ommerschans AMBITIE • Ervaren van kolonie (binnenkomen), de kolonie in zijn omgeving • Entrees zijn een op maat gesneden visitekaartje van alle koloniën

Frederiksoord e.o.

AANDACHTSPUNTEN • Entrees van alle koloniën Ommerschans

Wortel

Veenhuizen

Merksplas

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

133


GRENS en ENTREE FREDERIKSOORD e.o. BEELDASPECT

Door lijnvormige opbouw en deels rurale karakter is het contrast kolonie-omgeving niet groot. Grenzen zijn niet scherp afleesbaar. Entrees vaak onherkenbaar, mede doordat het er (relatief) veel zijn.

OMMERSCHANS Door matig afleesbare grenzen en beperkt contrast verkaveling-omgeving is de kolonie slecht herkenbaar. Grenzen vaak discontinu in beeld. Balkbrug meest herkenbare entree. Overige entrees vaak onherkenbaar.

AMBITIE

markeren van entrees: deze vormen de ‘lijm’ van de kolonie als herkenbare eenheid versterken ruimtelijk herkenbare grens

AANDACHTSPUNTEN

134

Waar mogelijk grenzen versterken, zeker bij combinatie met entree. Entrees bewust vormgeven en herkenbaar maken voor gehele kolonie.

Versterken begrenzing kerngebied met omgeving. Entrees bewust gaan vormgeven en herkenbaar maken voor gehele kolonie.

Met entrees is snel resultaat te behalen.

Met entrees is snel resultaat te behalen. Afstemming met maatvoering.

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id


GRENS en ENTREE WORTEL Duidelijk koloniekarakter als contrast met omgeving. Bossen zijn duidelijke begrenzing. Scherp contrast met woeste gronden in noorden. Lanen zijn de ‘lopers’ de kolonie in.

herkenbare grens: ter hoogte van de entrees starten de lanen.

Huidige kwaliteiten zijn sturend.

VEENHUIZEN

MERKSPLAS

Duidelijk koloniekarakter als contrast met omgeving. Ondersteund door dichte grenzen en markering entree. Noord en zuid: dichte (bos)rand; oost: houtwal; deel van de westelijke grens mist.

Duidelijk koloniekarakter als contrast met de omgeving. Ondersteund door een scherpe grens in de vorm van ringgracht, behalve in het zuiden. Beleefbaarheid kruising van de gracht bij Steenweg op Rijkevorsel ontbreekt.

oost-grens als inspiratie voor west-grens

zuidelijke grens versterken met houtwal

Huidige kwaliteiten sturend voor de toekomst. Westelijke grens versterken door gesloten grens te ontwikkelen, bijvoorbeeld vergelijkbaar met de oostelijke grens.

Huidige kwaliteiten sturend voor de toekomst. Versterken en bewust vormgeven van entrees ter hoogte van ringgracht. Versterken grens aan de zuidzijde.

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

135


UITWERKINGEN GRENS FREDERIKSOORD e.o. Leesbaar maken van de grenzen

Grens behouden daar waar nog voldoende herkenbaar en aanwezig. Met name langs de ontginningsassen van Willemsoord en de Oost- en Westvierdeparten van belang, omdat daar de kleinschalige maatvoering van de kolonie tot uitdrukking komt. Omdat Frederiksoord e.o. een langgerekt en diffuus gebied is (i.t.t. de andere compacte koloniĂŤn) heeft het versterken van de grens elders geen prioriteit, behalve daar waar zich de entrees bevinden.

MERKSPLAS Zuidelijke grens versterken Door de aanwezige boomteelt in het zuidelijk deel van de kolonie vermindert de herkenbaarheid van de kolonie (binnen en buiten wordt gelijk). Daarom markeren van de zuidelijke (ruimtelijke) grens middels een houtwal. 136

principe: markeren van de grens bij de entrees (bijvoorbeeld middels laan, haag of houtwal)


UITWERKINGEN GRENS OMMERSCHANS Versterken begrenzing kerngebied

VEENHUIZEN Westelijke grens versterken

Versterken begrenzing kerngebied.

Westelijke grens versterken.

Markeren van de grens rondom met houtwal: versterken binnen-buiten. 1. diffuse zuidelijke grens accepteren; 2. administratieve grens markeren; 3. ruimtelijke grens markeren (voorkeur). 1.

2.

3. voorkeur

Markeren van de westelijke grens door een gesloten grens te ontwikkelen, bijvoorbeeld vergelijkbaar met de oostelijke grens. Een groene wand herkenbaar als achterzijde van de kolonie.

WORTEL De grens heeft de gewenste kwaliteit inspiratie: Zuiderweg

137


UITWERKINGEN ENTREE FREDERIKSOORD e.o. Frederiksoord e.o. hebben geen duidelijke grens en deze is ook moeilijk zichtbaar te maken door het uitgestrekte en versnipperde gebied. Om hier ‘binnen en buiten’ de kolonie zichtbaar te maken is markeren van alle/veel entrees des te belangrijker. De entrees vormen als het ware samen de ‘lijm’ om de kolonie te duiden en herkenbaar te maken. Op het eerste oog lijkt daarbij sprake te zijn van twee niveaus: de primaire entrees langs de ontginningsassen en/ of hoofdwegen en de secundaire entrees langs de overige wegen. Het verdient de aanbeveling te onderzoeken of er in de nadere uitwerking van de entrees een (ruimtelijk) onderscheid gemaakt moet worden tussen het primaire en secundaire niveau.

Frederiksoord e.o.: diffuse grens: entrees markeren de grens en vormen de ‘lijm’

138


UITWERKINGEN ENTREE Wortel, Veenhuizen en Merksplas hebben een duidelijke grens, markering van de hoofdentrees is voldoende

VEENHUIZEN

WORTEL

MERKSPLAS

Ommerschans: enkele entree markeren, in combinatie met versterken grens

Wortel, Veenhuizen en Merksplas zijn compact, hebben duidelijke grenzen en kennen een duidelijk verschil tussen ‘binnen en buiten’. Het stevig markeren van alle entrees is daardoor minder noodzakelijk en kan beperkt blijven tot de entrees langs de ontginningsassen.

OMMERSCHANS

Ommerschans is eveneens compact, maar kent geen duidelijke markering van de grens en binnen-buiten. Mits in Ommerschans wordt ingezet op het realiseren van een duidelijke grens, is ook hier het markeren van de entrees langs de belangrijkste assen voldoende. 139


UITWERKINGEN ENTREE Opgave: Het vormgeven en aanduiden van de entrees zijn een onderzoek op zich. Dit is mogelijk een opdracht voor de Design Academy van Eindhoven. Vraagstukken: - Moeten alle entrees voor alle koloniën hetzelfde of individueel worden vormgegeven? Of zijn ze familie van elkaar? - Moet worden aangesloten op lokale voorbeelden en gebruiken? - Worden alle entrees bínnen de kolonie eenduidig vormgegeven of is er hiërarchie? - Maken de entrees deel uit van de familie van elementen? - Bestaan de entrees enkel uit borden of is meer nodig? (denk aan hagen, (solitaire) bomen, groene pleintjes etc.).

Entreeborden: overal hetzelfde?

Entreeborden: familie van elkaar?

Mogelijke entrees Frederiksoord e.o. Bron: Maatschappij van Weldadigheid 140

Entreeborden: individueel vormgegeven en aansluiten op lokale voorbeelden/gebruiken?


IV

AANBEVELINGEN VOOR DE TOEKOMST


142


Na de kennis en inspiratie die in het voorgaande verbeeld en beschreven zijn, is de ontdekkingstocht afgerond en is de inhoudelijke koers uitgezet. Nu zijn u en de andere gebiedspartijen weer aan zet om de handschoen op te pakken en te gaan handelen. Hieronder volgen enkele aanbevelingen die het projectteam van Land-id u graag wil meegeven. Voorafgaand willen wij een mooi moment uit één van de ateliers met u delen. We presenteerden ideeën over het versterken van een ensemble door het aanplanten van beukenhagen. Een inwoner van de kolonie vroeg daarop: “Wanneer moet ik dat doen?”. Het antwoord van onze gespreksleider was: “U moet niets”. Waarop de man reageerde:”Ja maar ik vind het een goed idee en wil er graag met mijn buurt mee aan de slag, mag dat?”. “Ja natuurlijk mag dat”, antwoordden wij. Elke persoon of partij die inspiratie haalt uit dit document kan en mag ermee aan de slag! Rolopvatting Het bovenstaande voorbeeld laat zien dat voor de gezamenlijke organisaties, met name voor de gemeenten, er de uitdaging ligt om dit soort initiatieven te faciliteren en te begeleiden. Te faciliteren, zodat de energie in de groep blijft en er snel succes geboekt kan worden. Begeleiden in de zin van het ter beschikking stellen van inhoudelijke kennis, zodat het ook met het gewenste kwaliteitsniveau kan worden uitgevoerd. Het pakken van deze verantwoordelijkheid door de gezamenlijke organisaties is een belangrijke voorwaarde voor succes. Daarnaast zijn er nog twee belangrijke voorwaarden voor een succesvol vervolg van ‘Koers op Kolonielandschap’.

Ten eerste staan de organisaties die aan de nominatie werken met elkaar voor de uitdaging een gezamenlijk status aan “Koers op kolonielandschap” te geven. In Blok 2 ‘Wat wordt anders met de afronding van ‘Koers op Kolonielandschap’ is al beschreven dat met een bestuurlijke vaststelling de werkingskracht van dit document sterk wordt vergroot. Als iedereen het rapport “Koers op kolonielandschap” als leidraad gebruikt, zowel intern als met betrokken partijen, is dit een grote stap in de richting van kwaliteitsverbetering. De tweede uitdaging is om de dialoog aan te gaan om te komen tot een soort uitvoeringsagenda. Met deze uitvoeringsagenda worden de ambities uit deze Koers vertaald naar concrete uitvoeringsmaatregelen of acties. Door expliciet te worden in wat de agenda is, kan een aantal voordelen ontstaan. Zo is het voor de inwoners, ondernemers en bestuur helder waar de komende tijd op ingezet gaat worden. Door dit transparant te maken kan hier ook een planproces op worden ingezet, met een duidelijke definitie van de rolverdeling tussen overheid, belangenorganisaties en bewoners. Bij dit proces kan dan ook een koppeling gelegd worden met bredere doelen uit het gebied van andere partijen. Mede hierdoor kan het draagvlak voor en de betrokkenheid bij het (Wereld)erfgoed worden vergroot. Een ander belangrijk voordeel van een heldere uitvoeringsagenda is dat de onderlinge kennisuitwisseling dan beter op gang kan komen. Wellicht heeft één van de partners al eens eerder te maken gehad met een vergelijkbare opgave en kan deze kennis actief worden ingebracht. Ook het delen van instrumenten als subsidiemogelijkheden kan een onderdeel zijn van deze kennisdeling. Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

143


Overzicht van kansen Hieronder volgt een overzicht, dat u kunt zien als een voorstel voor de ‘agenda’ of aanbevelingen voor de komende jaren. Dit kansenoverzicht bestaat uit twee delen. Ten eerste de generieke punten, die van toepassing zijn op alle koloniën, en ten tweede de drie belangrijkste punten per kolonie. Generieke agendapunten Op het gebied van samenwerking is hierboven al een aantal belangrijke punten aangesneden. Aanvullend hierop zijn: • De dialoog openen; in de samenwerking op alle niveaus valt veel te winnen. Er bestaan nog veel misverstanden, verschil in informatieniveau en betrokkenheid, angst voor de toekomst (het onbekende) en soms wantrouwen. Soms worden standpunten ingenomen zonder de dialoog te hebben gevoerd. Door in elkaar te investeren, elkaars belangen te zoeken, oog te houden voor elkaars werkelijkheid en weg te blijven uit abstracties en algemeenheden kan men samen verder komen. Voorbeelden hiervan zijn de discussies over de schaalvergroting, uitbreidingsmogelijkheden, wel of niet toepassen van bufferzones en een mogelijke vertaling in bestemmingsplannen. Een goede samenwerking levert meer concrete zaken op door het oordeel een tijdje uit te stellen en samen over de onderwerpen te praten, waarbij een nadrukkelijk onderscheid wordt gemaakt tussen ‘samen verkennen’ en besluitvorming. Zoek elkaar op aan de spreekwoordelijke keukentafel. • Samen vraagstukken aanpakken; er komen nog vele (ruimtelijke) vraagstukken op de gebieden af. Ga daar als verantwoorde-

144

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

lijke overheden met de gebiedspartners over nadenken. Mede vanuit het hierboven genoemde punt van samen verkennen en besluiten kan het verstandig zijn dit bij een onafhankelijk team van experts neer te leggen. Hierbij is essentieel dat onafhankelijk alleen betrekking heeft op de besluitvorming, ze zijn vrij van belangen. Dit team moet wel degelijk direct betrokken zijn en openstaan voor iedereen in het gebied. Het is geen ‘hobby van artiesten’, maar ze zijn dienend aan de partijen in het gebied en moeten met toepasbare oplossingen komen. Kennis delen; in alle koloniën zijn bijzondere en goede dingen tot stand gekomen in de afgelopen decennia. De ervaringen die hierbij zijn opgedaan kunnen wellicht toegepast worden op andere plekken. Deze uitwisseling is nog maar zeer beperkt op gang gekomen. Het is aanbevelenswaardig om hier een structuur voor op te zetten. Mogelijk is deze combineerbaar met het vorige punt.

Op het gebied van de inhoud zijn de volgende punten interessant: • Ontwikkelen ‘Familie van elementen’; dit is een kans om het koloniekarakter te versterken met een ‘huisstijl’. Op verschillende momenten in het planproces is dit terug gekomen. Het is een kans om bijvoorbeeld de Design Academy Eindhoven hiermee aan de slag te laten gaan en te laten onderzoeken wat de verschillende opties hiervoor kunnen zijn. • De entrees; deze zijn ook een goede mogelijkheid om de herkenbaarheid te versterken. Ook hier ligt een kans om de Design Academy te laten onderzoeken wat de verschillende opties hiervoor kunnen zijn.


• Schaalvergroting; dit is een gevoelig onderwerp vanuit meerdere opzichten. Ten eerste is er de zorg voor vergroting van de regeldruk of het aantasten van bestaande ‘rechten’. Ten tweede zijn er de beelden die leven over ‘de ongebreidelde uitbreidingsbehoefte’ van de landbouw en dat die ten koste zou gaan van de kwaliteiten. Dit is zo’n onderwerp waarbij het een uitgelezen kans is om naar elkaars werkelijkheid te gaan kijken en de abstracties achter te laten. Ga de dialoog aan en voedt deze met de juiste inhoud en procesgang. Zeker in Ommerschans en Frederiksoord e.o., maar ook in Wortel en Merksplas valt hier veel te winnen. Zet een goed en transparant proces op en kijk naar de ruimtelijke, juridische en financiële aspecten. In Blok 3 ‘Kijk op de toekomst’ zijn per landschappelijk thema gedachtelijnen geschetst die de kwaliteiten kunnen versterken. Hieronder staan per kolonie de twee tot drie belangrijkste punten die hieraan kunnen bijdragen. Frederiksoord e.o.: • Ontwikkelen van een familie van elementen; dit is voor Frederiksoord e.o. van groot belang, omdat het een uitgestrekte kolonie is met zeer verschillende onderdelen. Het kan de onderlinge samenhang en herkenbaarheid sterk vergroten, veel meer dan in andere koloniën. • Grens en entree; dit is vergelijkbaar met het bovenstaande. Ook dit is vanwege de uitgestrektheid van de kolonie van meer belang dan in andere koloniën. • Ontwerpopgave voor ontginningsassen; door te gaan sturen

op het versterken van het karakter van de ontginningsassen kan veel winst worden geboekt. Dit geldt in het bijzonder voor het kruispunt van Willemsoord, de kern Wilhelminaoord en het centrumplan voor de kern Frederiksoord. Tevens kan de afleesbaarheid van de ‘vrije kolonie’ worden versterkt door een uitvoeringsstrategie te ontwikkelen voor de ’30m-strook’ langs Steenwijkerweg en Wilhelminalaan. Zie pag. 102-103. Ommerschans: • Bewonersinitiatieven ondersteunen; door het beschikbaar stellen van kennis en mogelijk middelen. Er zijn actieve verenigingen rond de Schans en in Balkbrug die actief aan het werk willen. Zo is er een werkbudget voor projecten bij de Schans en is er de ambitie geuit om het ensemble Balkbrug aan te pakken. • Versterken maatvoering; door de bomenrijen te herstellen langs de 1ste en 3de Schansweg en Zelhorstweg. Het is belangrijk om hierbij de dialoog met agrariërs te openen en te onderzoeken of er een koppeling is te maken met hun belangen. • Grenzen versterken om de afleesbaarheid van de kolonie te vergroten. De afleesbaarheid van de kernzone kan met het gericht aanbrengen van beplanting worden vergroot. De uitwerking hiervan kan mogelijk worden gecombineerd met het bovenstaande punt. Zie pag. 137. Wortel: • Herstel Torendreef door het aanplanten van een laan aan de zuidzijde. Ondanks de goede staat van de kolonie is dit een

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

145


belangrijke as die sterk afwijkt van de rest. Door het autoverkeer op een andere manier af te wikkelen kan de laan worden hersteld. Zie pag. 105. Opknappen werkensemble; één van de weinige andere openstaande punten. De gebouwen zijn kenmerkend maar aan het einde van hun cyclus en dit vraagt om een ingreep. Zie pag. 116. Uitwerken bufferzone; deze valt eigenlijk buiten de scope van dit project, maar is toch aan de orde gekomen in de ateliers. Informeel is de mogelijke uitwerking van de bufferzone in één van de atelier-presentaties aan bod gekomen. Het lijkt de moeite waard om deze inhoud verder op te pakken en dit te koppelen aan een helder proces met betrokken partijen.

Veenhuizen: • Versterken maatvoering; door de laan van de 6de wijk (Dominee Germsweg) continu te maken. Het is hierbij belangrijk om een visie te ontwikkelen op het gehele profiel, ook in samenhang met andere wijken. Zie pag. 111. • Grens versterken; de grenzen van Veenhuizen zijn duidelijk, behalve aan de westzijde. Versterking van deze westgrens als gesloten wand kan op vergelijkbare wijze als de oostelijke grens. Zie pag. 137. • (Be)werking afleesbaar maken; door de oost-west lopende structuren daar waar nodig te herstellen en continu te maken. Zo wordt de relatie tussen de gebouwen onderling en het omliggende land versterkt. Zie pag. 122.

146

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

Merksplas: • Ontginningsassen versterken; de Gasthuisdreef is onderbroken door het werkcluster. Het is een ambitie voor de lange termijn om deze te herstellen. Met het vergroten van het groene karakter van de Steenweg op Rijkevorsel kan het karakter van deze ontginningsas worden versterkt. Zie pag. 105. • (Be)werking afleesbaar maken; de oost-west lopende structuren daar waar nodig herstellen en continu maken. Dit is een ambitie die zowel vandaag al vorm krijgt als op termijn, wanneer het haalbaar is. Zie pag. 123. • Versterken entree; door het vormgeven van de kruising met de ringgracht. Het uitbuiten van de unieke situatie met de ringgracht is een grote kans waarmee de overgang van binnen – buiten beleefbaar wordt. Zie pag. 136-140. Hiermee is de ontdekkingstocht afgerond. De koers is uitgezet en opgeschreven in dit rapport ‘Koers op Kolonielandschap’; trots kijken naar de toekomst’. De opstellers van het rapport hebben er vertrouwen in dat u als gebiedspartijen resultaten gaat boeken de komende jaren. Wij komen graag kijken naar de resultaten die u als overheden samen met uw inwoners en ondernemers heeft weten te bereiken. Wij horen dan ook graag de trotse verhalen over hoe u dat samen voor elkaar heeft gekregen.


BIJLAGE


148

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id


‘In den beginne’

‘Werking Kolonietijd’

‘Maatvoering Kolonietijd’

‘Werking Rijkstijd’

‘Maatvoering Rijkstijd’

‘Decoratie Kolonietijd’

‘Decoratie Rijkstijd’

Voorbeeld van hoe Land-id de koloniën (hier Frederiksoord e.o.) heeft geanalyseerd op de verschillende thema’s in de tijdslagen ‘kolonie’ (op basis van historische kaarten 1830-1850 en OUV-kaarten voorjaar 2014) en ‘justitie of rijk’ (op basis van historische kaarten 1900 en OUV-kaarten voorjaar 2014) Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

149


‘In den beginne’

‘Werking Rijkstijd’

‘Maatvoering Kolonietijd + Rijkstijd’

‘Decoratie Kolonietijd’

‘Werking Kolonietijd’

‘Decoratie Rijkstijd’

Voorbeeld van hoe Land-id de koloniën (hier Ommerschans) heeft geanalyseerd op de verschillende thema’s in de tijdslagen ‘kolonie’ (op basis van historische kaarten 1830-1850 en OUV-kaarten voorjaar 2014) en ‘justitie of rijk’ (op basis van historische kaarten 1900 en OUV-kaarten voorjaar 2014) 150

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id


‘In den beginne’

‘Werking Kolonietijd’

‘Maatvoering Kolonietijd’

‘Werking Rijkstijd’

‘Decoratie Kolonietijd’

‘Maatvoering Rijkstijd’

‘Decoratie Rijkstijd’

Voorbeeld van hoe Land-id de koloniën (hier Wortel) heeft geanalyseerd op de verschillende thema’s in de tijdslagen ‘kolonie’ (op basis van historische kaarten 1830-1850 en OUV-kaarten voorjaar 2014) en ‘justitie of rijk’ (op basis van historische kaarten 1900 en OUV-kaarten voorjaar 2014) Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

151


‘In den beginne’

‘Werking Kolonietijd’

‘Maatvoering Kolonietijd’

‘Werking Rijkstijd’

‘Maatvoering Rijkstijd’

‘Decoratie Kolonietijd’

‘Decoratie Rijkstijd’

Voorbeeld van hoe Land-id de koloniën (hier Veenhuizen) heeft geanalyseerd op de verschillende thema’s in de tijdslagen ‘kolonie’ (op basis van historische kaarten 1830-1850 en OUV-kaarten voorjaar 2014) en ‘justitie of rijk’ (op basis van historische kaarten 1900 en OUV-kaarten voorjaar 2014) 152

Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id


‘In den beginne’

‘Werking Kolonietijd’

‘Maatvoering Kolonietijd’

‘Werking Rijkstijd’

‘Decoratie Kolonietijd’

‘Maatvoering Rijkstijd’

‘Decoratie Rijkstijd’

Voorbeeld van hoe Land-id de koloniën (hier Merksplas) heeft geanalyseerd op de verschillende thema’s in de tijdslagen ‘kolonie’ (op basis van historische kaarten 1830-1850 en OUV-kaarten voorjaar 2014) en ‘justitie of rijk’ (op basis van historische kaarten 1900 en OUV-kaarten voorjaar 2014) Koers op Kolonielandschap - Autonoom Landschap van Orde en Tucht Land-id

153


Opdrachtgever: Stuurgroep KoloniĂŤn van Weldadigheid op weg naar Werelderfgoed 2018 Contactpersoon: Wendy Schutte Tel.: 0592 - 365610

Planteam Land-id: Jan Bouman (projectleiding) Tel.: 06 - 52547610 Samantha Hoogewerf Loes van der Vegt Met medewerking van: Harm Veenenbos Gert Stappaerts Met dank aan alle deelnemers van de ateliers November 2014

Land-id Mauvestraat 66 6813 JN Arnhem (NL) 026 - 3706606 info@land-id.nl www.land-id.nl


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.