Statuten PVDA 2015

Page 1

STATUTEN PVDA SOLIDARITEITSCONGRES 2015

PVDA

Eerst de mensen, niet de winst


Creatie: www.commsa.be Opmaak: EPO Druk: Drukkerij EPO Lange Pastoorstraat 25-27 2600 Antwerpen (België) Tel. + 32 (0)3 239 61 29 © PVDA-Uitgaven M. Lemonnierlaan 171 1000 Brussel België Tel.: + 32 (0)2 504 01 10 Fax: + 32 (0)2 504 01 41 E-mail: pvda@pvda.be Website: pvda.be 13 juni 2015 Ver. uitg.: Marie-Rose Eligius, M. Lemonnierlaan 171, Brussel, België


PVDA

Eerst de mensen, niet de winst

STATUTEN PVDA SOLIDARITEITSCONGRES 2015 ROOD PMS 032 CMYK 0/90/86/0 RGB 229/53/44 RAL 3024

GROEN PMS 361 CMYK 80/0/100/0 RGB 13/177/75 RAL 6018


INHOUD 1. Identiteit 3 2. Lidmaatschap 5 3. Organisatievormen 8 4. Leidende organen 11 5. Organisatieprincipes en besluitvorming 17 6. Partijleden verkozen in publieke functies 21 7. Jongerenorganisaties 22 8. Partijmedia 22 9. Financies 23 10. Partijsymbolen 24 11. Wijziging van de statuten 24


1. IDENTITEIT Art. 1. De organisatie draagt de naam Partij van de Arbeid van België (PVDA) in het Nederlands, en Parti du Travail de Belgique (PTB) in het Frans. De PVDA heeft haar hoofd­ zetel op de M. Lemonnierlaan 171 in 1000 Brussel. Art. 2. De Partij van de Arbeid van België (PVDA) werd opgericht op 4 november 1979, als een eengemaakte, nationale partij.

2.1. De PVDA wil de politieke vertegenwoordiger zijn van het geheel van de werkende mensen van ons land, ongeacht geslacht, nationaliteit, afkomst, sexuele geaardheid of geloof.

2.2. De PVDA organiseert vrouwen en mannen die samen opkomen voor een socialistische samenleving.

2.3. De PVDA is een eigentijdse communistische partij. Haar einddoel is een samenleving die de uitbuiting van de mens door de mens opheft en waarin de hele gemeenschap de samenleving bestuurt.

Art. 3. De PVDA baseert zich op het marxisme als theoretische grondslag. De wereld is complex en verandert voort­ durend. Het marxisme is een methode om de realiteit en de fundamentele tegenstellingen in de wereld te begrij­ pen. Het is een veelzijdige wereldvisie, gebaseerd op de fundamentele belangen van de werkende bevolking. Het dient om de sociale actie te leiden en streeft naar wezen­ lijke maatschappelijke verandering. Het marxisme is voortdurend in vernieuwing en in wording. Het is nood­ zakelijk creatief en tegengesteld aan elk dogmatisme Art. 4. De PVDA ondersteunt en stimuleert elke strijd van de wer­ kende mensen voor de uitbreiding van hun democratische en sociale rechten. Het uitgangspunt van de PVDA is daar­ bij niet: “We lossen het even voor je op”. Het uitgangspunt

STATUTEN PVDA

3


is: “Neem je lot in eigen handen”. Dat wil zeggen: “Orga­ niseer je, mobiliseer je, word je bewust van je belangen als werkende mensen”. De PVDA baseert zich op de rijke traditie en geschiedenis van de arbeidersstrijd. Art. 5. De PVDA streeft naar een eigentijdse socialistische samen­ leving, een socialisme 2.0, zoals vastgelegd op haar Sta­ tutaire Congressen van 2008 (Vernieuwingscongres) en 2015 (Solidariteitscongres). Het socialisme is het resultaat van een lange periode van strijd op verschillende terreinen en van een fundamentele maatschappelijke verandering. Art. 6. De PVDA is een internationalistische partij. De partij oriën­teert haar leden en haar activiteit in de geest van het internationalisme, in de eerste plaats van de samen­ werking tussen verschillende communistische en marxis­ tische partijen, van de samenwerking tussen progressieve krachten en van de solidariteit tussen werkende mensen uit verschillende landen in Europa en daarbuiten. De PVDA stimuleert de solidariteit met de socialistische lan­ den en met de volkeren in strijd tegen nationale onder­ drukking en imperialisme. Art. 7. De PVDA beschouwt de maatschappelijke diversiteit als een meerwaarde en ondersteunt de strijd voor gelijke rechten. De PVDA streeft ernaar de maatschappelijke diversiteit zowel in haar interne werking als in haar externe vertegenwoordiging te weerspiegelen. Art. 8. De PVDA, haar afdelingen en haar mandatarissen verbin­ den zich ertoe de fundamentele mensenrechten te verde­ digen, zoals die zijn vastgelegd in de Universele Verkla­ ring van de Rechten van de Mens van 10 december 1948, het Europees Verdrag tot Bescherming van de Rechten van de Mens en de Fundamentele Vrijheden van 4 novem­ ber 1950 en de aanvullende protocollen die in België van kracht zijn.

4

STATUTEN PVDA


2. LIDMAATSCHAP Art. 9. Iedere man of vrouw die de leeftijd van 16 jaar heeft bereikt, geen lid is van een andere politieke partij, zich herkent in de partij en haar werking en lidgeld betaalt, kan lid worden van de PVDA. A rt. 10. Wie lid wordt van een andere politieke partij of wie zon­ der goedkeuring van de provinciale of nationale leiding opkomt met, of op, een andere lijst, politieke formatie, kartel of varianten, wordt uitgesloten van het lidmaat­ schap. A rt. 11. Van het verbod op dubbel lidmaatschap kan vrijstelling worden verleend door de provinciale leiding als het gaat om een lokale politieke partij, en door de nationale leiding als het gaat om een buitenlandse politieke partij of in uit­ zonderlijke omstandigheden. A rt. 12. Het lidmaatschap van de partij is persoonlijk en op naam gesteld. Het is niet overdraagbaar en ook niet vatbaar voor erfopvolging. A rt. 13. Elk partijlid heeft de volgende rechten:

(a) Deelname aan de discussie en stemrecht op de partijver­ gaderingen waar hij/zij georganiseerd is.

(b) Deelname aan het partijwerk volgens de eigen mogelijk­ heden.

(c) Vrij zijn/haar mening geven in de partijvergaderingen waarin hij/zij georganiseerd is.

(d) Informatie vragen over partijbeslissingen; op de hoogte gehouden worden van de politieke en ideologische argu­ menten van beslissingen.

STATUTEN PVDA

5


(e) Zich rond elke kwestie richten tot de partijvergaderingen waar hij/zij georganiseerd is, alsook tot de hogere orga­ nen van de partij.

(f) De toepassing van de partijstatuten en de partijoriëntaties eisen.

(g) Vorming krijgen.

A rt. 14. Elk partijlid heeft de volgende plichten:

(a) Het invullen van het ledenformulier.

(b) De partij en haar werking verdedigen.

(c) Het lidgeld betalen.

A rt. 15. Het lidmaatschap eindigt

(a) door overlijden van het lid;

(b) door opzegging door het lid;

(c) door opzegging door de partij;

(d) door uitsluiting.

A rt. 16. Opzegging door het lid kan door een schriftelijke mede­ deling aan de nationale ledenadministratie, en/of door opzegging van de domiciliëring van het lidgeld. Art. 17. De partij kan het lidmaatschap opzeggen indien (a) het lid niet meer voldoet aan de eisen die de statuten aan het lidmaatschap stelt, zoals het betalen van lidgeld; of (b) redelijkerwijze van de partij niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren. A rt. 18. Uitsluiting uit de partij kan alleen worden uitgesproken indien (a) het lid handelt in strijd met de statuten, de reglementen of besluiten van de partij; of (b) het lid de partij op ernstige wijze benadeelt. A rt. 19. De partij kent drie verschillende vormen van lidmaat­ schap: raadgevend lid, groepslid en militant. Aan elke vorm beantwoorden eigen rechten en engagementen.

6

STATUTEN PVDA


A rt. 20. Raadgevende leden

20.1. Iedere man of vrouw die de leeftijd van 16 jaar heeft bereikt, zich herkent in de partij en haar werking, een ledenformulier invult en een jaarlijks lidgeld betaalt, kan raadgevend lid worden van de PVDA.

20.2. Elk nieuw raadgevend lid ontvangt de basisinformatie van de partij en een welkomstnummer van het magazine Solidair.

20.3. Elk raadgevend lid heeft het recht om deel te nemen aan de algemene ledenvergaderingen en mee te beslissen over de punten die ter stemming voorliggen.

A rt. 21. Groepsleden

21.1. Men kan groepslid worden wanneer men:

(a) een persoonlijke ledenformulier heeft ingevuld;

(b) een maandelijks lidgeld betaalt;

(c) regelmatig aan de samenkomsten van de basisgroep deel­ neemt;

(d) aanvaardt dat de partij werkt volgens de partijstatuten en de congresdocumenten;

(e) deelneemt aan het partijwerk volgens zijn/haar mogelijk­ heden;

(f) de kenningsmakingscyclus (waar onder meer de partij­ werking, de partijstatuten en congresdocumenten worden voorgesteld) heeft gevolgd of wil volgen.

21.2. De basisgroep moet de toetreding van nieuwe groeps­leden op voorhand goedkeuren. De toetreding moet door het onmiddellijk hogere orgaan worden bekrachtigd.

21.3. Elk nieuw groepslid ontvangt, naast de basisinformatie van de partij en een abonnement op het magazine ­Solidair, ook de partijstatuten en de congresdocumenten.

21.4. Elk groepslid maakt deel uit van een basisgroep en neemt deel aan de beslissingen van de basisgroep.

STATUTEN PVDA

7


A rt. 22. Militanten

22.1. Elk raadgevend lid en groepslid kan zijn/haar engage­ ment verhogen en partijmilitant worden wanneer hij/zij:

(a) een engagementscyclus heeft gevolgd en bereid is het vor­ mingsprogramma voor militanten te volgen;

(b) de vastgelegde financiële regels naleeft;

(c) deelneemt aan de samenkomsten van zijn/haar eenheid;

(d) een afgesproken taak op zich neemt;

(e) de partijstatuten toepast en de congresdocumenten naar best vermogen verdedigt.

22.2. Het onmiddellijk hogere orgaan moet de toetreding tot het niveau van militant goedkeuren.

22.3. Elke militant maakt deel uit van een eenheid en neemt deel aan de beslissingen van zijn/haar eenheid.

A rt. 23. Indien een militant of groepslid niet meer voldoet aan de voorwaarden, wordt een discussie gehouden om het niveau van engagement te bepalen.

3. ORGANISATIEVORMEN A rt. 24. De algemene ledenvergaderingen brengen alle leden samen van een bepaald bedrijf, regio of werkterrein. Zij betrek­ ken de raadgevende leden bij de partijactiviteiten en de campagnes. De algemene ledenvergaderingen staan open voor alle leden en voor sympathisanten die overwegen lid te worden. Om stemrecht te hebben op de algemene leden­ vergaderingen moet men lid zijn. De algemene ledenver­ gaderingen hebben minstens één keer per jaar plaats. De algemene ledenvergaderingen worden georganiseerd door de basisgroepen, de afdelingen of de provinciale leiding.

8

STATUTEN PVDA


A rt. 25. De basisgroep is de basiseenheid van de partij. De basis­ groepen vormen de motor van de werking van de partij onder het volk. Basisgroepen kunnen bestaan in bedrij­ ven, kantoren, gemeenten, diensten van de partij en andere werkingen. Basisgroepen kunnen ook actief zijn rond een bepaald thema of een bepaalde doelgroep. De basisgroepen werken collectief aan volgende taken:

(a) Zij ontplooien creatief een actieve partijwerking op hun terrein. Zij zorgen voor het sensibiliseren, het organiseren en het mobiliseren op hun werkplaats, in hun regio of bij hun doelgroep. Zo zorgen zij ook voor het aanbrengen van nieuwe partijleden.

(b) Zij steunen, in de mate van het mogelijke, de strijdbewe­ gingen en acties die op hun terrein worden ontplooid.

(c) Zij zijn de voelhorens van de partij op hun terrein. Zij heb­ ben zoveel mogelijk contacten met de werkende mensen om hun bekommernissen en meningen te kennen, om daar vervolgens iets positief mee te doen.

(d) Zij zijn verantwoordelijk voor het nemen van beslissin­ gen op hun terrein, binnen het kader van de partijpoli­ tiek en de partijbeslissingen. Zij nemen actief en verant­ woord deel aan het uitwerken van de partijpolitiek en de partijbeslissingen. Zij passen de politieke besluiten van de leidende partijorganen creatief toe op het eigen ter­ rein.

(e) Zij stimuleren de vorming van alle leden.

(f) Zij gebruiken de partijmedia: pvda.be, het magazine Solidair en solidair.org.

(g) Zij werken actief met alle leden en baseren hun acties op de bijdragen van de leden. Zij bespreken met alle leden hoe ze het best een bijdrage aan de partijwerking kunnen leveren.

(h) Zij organiseren, indien mogelijk, de algemene ledenverga­ deringen.

(i) Zij zorgen voor een kameraadschappelijke groepsdyna­ miek zodat elk groepslid zich thuis voelt. Zij handelen vol­ gens het principe: één voor allen, allen voor één.

STATUTEN PVDA

9


(j) Zij komen regelmatig samen en innen de lidgelden.

(k) Zij passen in hun werk de werkingsprincipes van de partij toe en scholen alle leden in de geest van de partijstatuten.

(l) Zij zorgen voor rapportering van hun werk naar de hogere organen.

A rt. 26. Elke basisgroep verkiest een voorzit(s)ter en bespreekt de taakverdeling (zo mogelijk worden ook een verslaggever, een verantwoordelijke voor het ledenbeheer en een pen­ ningmeester verkozen). De verkiezingen vinden minstens tweejaarlijks plaats. De voorzit(s)ter moet beantwoorden aan de vijf criteria voor een groepsvoorzitter; een aange­ past vormingsprogramma (engagementscyclus en groeps­ voorzittersschool) volgen of willen volgen; de statuten toepassen en de congresdocumenten naar best vermogen verdedigen. De provinciale leiding moet de verkiezing van de voorzit(s)ter van de basisgroep bevestigen. Art. 27. Leden die in hun regio, onderneming of op hun werkter­ rein een nieuwe partijgroep willen oprichten, vragen dat aan bij de provinciale leiding. Indien de aanvraag wordt goedgekeurd, legt de provinciale leiding de afspraken vast voor eventuele basisgroepen in opbouw. A rt. 28. De partij kan militantenkernen oprichten. Zij bestaan enkel uit militanten van de partij. Zij werken bij voorkeur in functie van de basisgroepen en/of de ledenvergaderin­ gen. Of zij zijn actief rond afgesproken taken. A rt. 29. Een partijafdeling bestaat uit een (of meerdere) basisgroep(en) en een algemene ledenvergadering en/of een (of meerdere) militantenkern(en).

10

STATUTEN PVDA


4. LEIDENDE ORGANEN A rt. 30. Het hoogste orgaan van de PVDA is het Statutair Congres.

30.1. Het Statutair Congres wordt minstens één keer om de vijf jaar georganiseerd. De beslissing om een Statutair Con­ gres te houden, alsook de thema’s van het congres, moeten minstens zes maanden op voorhand worden aangekon­ digd aan de groepsleden en militanten.

30.2. Het Statutair Congres wordt gevormd door afgevaardig­ den uit alle basisgroepen en militantenkernen van de par­ tij, die in verhouding van het aantal leden van de werking worden verkozen, samen met de uittredende leden van de Nationale Raad. Het Statutair Congres bereikt het quorum wanneer het aantal aanwezige afgevaardigden de meer­ derheid vormt van de verkozen afgevaardigden.

30.3. De uittredende Nationale Raad is verantwoordelijk voor het samenroepen en organiseren van het Statutair Congres. De Nationale Raad stelt een reglement voor de verkiezing van de afgevaardigden op, hij legt de fasering van het Sta­ tutair Congres vast en hij stelt een ontwerp van congres­ reglement voor. De Nationale Raad verkiest uit zijn leden een Congresbureau dat de congreswerkzaamheden leidt.

30.4. Het Statutair Congres stemt over het congresreglement, het Congresbureau en de agenda van het congres.

30.5. Het Statutair Congres bevestigt of wijzigt het partijpro­ gramma en de partijstatuten. Het bepaalt de politieke, ideologische en organisatorische lijn van de partij. Het ver­ kiest bij geheime stemming een nieuwe Nationale Raad. Het aantal leden van de Nationale Raad wordt bepaald door het Statutair Congres.

30.6. De partij streeft naar pariteit tussen mannen een vrouwen in de Nationale Raad. Maximum twee derde van de leden van de Nationale Raad mogen van hetzelfde geslacht zijn.

STATUTEN PVDA

11


30.7. Het Statutair Congres verkiest de voorzit(s)ter van de Nati­ onale Raad uit de verkozen leden van de nieuwe Nationale Raad. De nieuwe Nationale Raad draagt één of meerdere kandidaten voor het voorzitterschap voor. De voorzit(s)ter van de Nationale Raad is ook voorzit(s)ter van de partij.

30.8. De Nationale Raad kan buitengewone congressen samen­ roepen in uitzonderlijke omstandigheden.

A rt. 31. De voorzit(s)ter zit de samenkomsten van de Nationale Raad voor. Het mandaat van de voorzit(s)ter wordt door het Statutair Congres toevertrouwd aan de Nationale Raad. Dat betekent dat hij/zij kan afgezet worden door de Nationale Raad. A rt. 32. De Nationale Raad is het partijorgaan dat de partij leidt tussen de Statutaire Congressen. Hij is verantwoordelijk voor de belangrijkste oriëntaties in het politiek, ideolo­ gisch en organisatorisch werk, binnen het kader van de congresoriëntaties en -besluiten. De Nationale Raad infor­ meert de partijleden over de belangrijkste beslissingen via de structuren van de partij en via de partijmedia.

32.1. Elk lid van de Nationale Raad neemt het engagement om zijn/haar mandaat volledig uit te doen. Het mandaat behoort toe aan het Statutair Congres van de partij.

32.2. Elk lid van de Nationale Raad is verplicht de vergaderin­ gen bij te wonen.

32.3. Elk lid van de Nationale Raad dient de besluiten van de Nationale Raad toe te passen en er een actieve propagan­ dist van te zijn.

A rt. 33. De Nationale Raad komt regelmatig samen en vergadert minstens één keer per kwartaal.

33.1. Het Partijbureau kan in uitzonderlijke omstandigheden een buitengewone Nationale Raad samenroepen.

33.2. Elk lid van de Nationale Raad kan bij het Partijbureau vra­ gen een buitengewone Nationale Raad samen te roepen. Wanneer een eenvoudige meerderheid van de leden van de Nationale Raad de vraag steunt, moet het Partijbureau een vergadering van de Nationale Raad samenroepen.

12

STATUTEN PVDA


33.3. Een vertegenwoordiger van elke jongerenorganisatie van de partij, een partijmilitant verkozen uit de leiding van die jongerenorganisatie, heeft zitting in de Nationale Raad. De voorgestelde kameraden moeten door een twee derde meerderheid van de Nationale Raad worden bevestigd.

33.4. De Nationale Raad kan nieuwe leden coöpteren wanneer dat noodzakelijk is voor de werking van het geheel van de partij. Gecoöpteerde leden moeten aan alle voorwaarden voldoen, en hebben dezelfde engagementen als effectieve leden. Het aantal gecoöpteerde leden mag nooit groter zijn dan 20 procent van het aantal rechtstreeks verkozen leden. Om gecoöpteerd te worden is een twee derde meer­ derheid van de Nationale Raad nodig.

33.5. Alle besluiten en resoluties die uitgaan van de Nationale Raad worden steeds in het Frans en het Nederlands ver­ spreid.

A rt. 34. De Nationale Raad verkiest uit zijn leden de ondervoor­ zit(s)ter van de partij en de nationaal secretaris van de partij. De ondervoorzit(s)ter vervangt de voorzit(s)ter bij ontslag van de voorzit(s)ter en bij afwezigheid van de voorzit(s)ter. De nationaal secretaris is verantwoordelijk voor het organigram en de kaderpolitiek, het financieel beheer en de personeelspolitiek. Het mandaat van de ondervoorzit(s)ter en van de nationaal secretaris behoort toe aan de Nationale Raad. De ondervoorzit(s)ter en de nationaal secretaris zijn afzetbaar door de Nationale Raad. A rt. 35. Raadgevende leden van de Nationale Raad worden verko­ zen door de Nationale Raad. Om kandidaat raadgevend lid te zijn moet men al eerder effectief lid geweest zijn van de Nationale Raad. Het aantal raadgevende leden bedraagt maximaal één vierde van het aantal effectieve leden. Raad­ gevende leden ontvangen de documenten van de Nationale Raad. Zij hebben het recht nota’s te maken die kenbaar moeten gemaakt worden aan alle leden van de Nationale Raad. Zij kunnen deel uitmaken van één of meerdere van de uitvoerende commissies van de Nationale Raad. Zij kun­ nen worden uitgenodigd op de zittingen van de Nationale Raad of zij kunnen zelf aan het Partijbureau voorstellen bij

STATUTEN PVDA

13


bepaalde agendapunten aanwezig te zijn. Zij hebben geen stemrecht op de zittingen van de Nationale Raad. Art. 36. De uitvoerende organen die door de Nationale Raad wor­ den verkozen, moeten dag-op-dag oriëntaties vastleggen en concrete beslissingen nemen om de oriëntaties van het Statutair Congres en de Nationale Raad uit te voeren. Dat doen zij binnen het kader van het vastgelegde beleidsdo­ mein en actieterrein. Alle uitvoerende organen werken onder leiding van de Nationale Raad en dienen regelmatig verantwoording af te leggen. Kameraden verkozen in een uitvoerend orgaan van de Nationale Raad zijn ook afzet­ baar door de Nationale Raad. De Nationale Raad verkiest volgende uitvoerende organen onder zijn leden:

36.1. Het Partijbureau is verantwoordelijk voor de partijleiding tussen twee zittingen van de Nationale Raad. Het Partijbu­ reau werkt op basis van de beslissingen van de Nationale Raad en dient de leidende rol en verantwoordelijkheid van de Nationale Raad te versterken. Het aantal leden van het Partijbureau wordt door de Nationale Raad vastgelegd.

36.2. Het Dagelijks Bestuur zorgt voor het collectief voorberei­ den van het Partijbureau en de dagdagelijkse uitvoering van de beslissingen van het Partijbureau. Het Dagelijks Be­ stuur bestaat uit de voorzit(s)ter, de ondervoorzit(s)ter, de nationaal secretaris en andere kameraden die nodig zijn voor de dagelijkse leiding van de partij. Het aantal leden van het Dagelijks Bestuur wordt door de Nationale Raad vastgelegd.

36.3. De Arbitragecommissie onderzoekt bezwaren tegen disci­ plinaire beslissingen die op een lager orgaan behandeld werden maar betwist blijven. Zij dient elke uitsluiting te onderzoeken en te bekrachtigen. Zij moet rapporteren en verantwoording afleggen aan de Nationale Raad.

36.4. De Nationale Raad kan andere uitvoerende commissies op­ richten, gekozen uit zijn effectieve en raadgevende leden, indien dat nodig wordt geacht voor het materialiseren van de partijtaken. Zo is de Financiële Commissie verantwoor­ delijk voor de financiële activiteit, het budget en de ad­ ministratie van de partij. En zo is de Vrouwencommissie verantwoordelijk voor het werk onder de vrouwen.

14

STATUTEN PVDA


Art. 37. Tussen twee Statutaire Congressen in kan de Nationale Raad een Nationale Conferentie samenroepen. De Nationale ­Conferentie wordt samengeroepen door de Nationale Raad om specifieke problemen op te lossen of uitdagingen aan te pakken enerzijds; of in zeer ernstige of dringende gevallen, die het gehele werk van de partij bepalen, anderzijds.

37.1. De besluiten van de Nationale Conferentie worden geno­ men binnen de oriëntaties van het partijprogramma en de partijstatuten. De besluiten zijn bindend tot het eerstvol­ gende Statutair Congres, dat de besluiten kan bekrachtigen of herroepen.

37.2. De Nationale Raad bepaalt volgens objectieve criteria wie aan de Nationale Conferentie deelneemt en houdt daar­ bij een maximaal democratisch draagvlak voor ogen. Alle ­leden van de Provinciale Raden en alle effectieve en raad­ gevende leden van de Nationale Raad zijn automatisch af­ gevaardigd voor de Nationale Conferenties.

Art. 38. Tussen twee Statutaire Congressen kan de Nationale Raad themacongressen organiseren. Themacongressen kaderen binnen de oriëntaties van de Statutaire Congressen en Na­ tionale Conferenties. Themacongressen kunnen de oriën­ taties van een Statutair Congres of een Nationale Confe­ rentie niet wijzigen. Ze kunnen georganiseerd worden om bepaalde programmatorische aspecten uit te klaren, om beslissingen te nemen over belangrijke campagnes of om andere redenen. Art. 39. De partij is geografisch georganiseerd op provinciale basis. De structuur komt normaliter overeen met de provinciale indeling van ons land: de tien provincies en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. In het kader van deze statuten wordt het Brussels Hoofdstedelijk Gewest gelijkgesteld met een provincie. Provinciale congressen, verkozen uit afgevaardig­ den uit alle basisgroepen en militantenkernen van de pro­ vincie, verkiezen een Provinciale Raad. De provinciale raden hebben – binnen de oriëntaties van het nationaal Statutair Congres, de Nationale Raad en zijn uitvoerende organen – maximaal initiatief- en beslissingsrecht om de campagnes en oriëntaties creatief toe te passen. De Provinciale Raad verkiest uit zijn leden de provinciale Dagelijkse Leiding.

STATUTEN PVDA

15


Art. 40. Regelgeving voor de leidende organen en de kaderleden

40.1. Alle partijleden die voor een leidend orgaan verkozen zijn, moeten georganiseerd zijn in een partijeenheid.

40.2. De leidende organen verbinden het principe van de collec­ tieve leiding, discussie en beslissingen met het principe van de persoonlijke verantwoordelijkheid.

40.3. De leidende organen zijn verantwoordelijk voor het veral­ gemenen van de goede ervaringen aan de basis.

40.4. De leidende organen zijn verantwoordelijk voor het opvol­ gen, begeleiden en helpen van de partijafdelingen die on­ der hun bevoegdheid vallen.

40.5. De kaderleden geven persoonlijk leiding aan het oplossen van de belangrijkste problemen. Alle kaderleden verrichten zelf ook basiswerk op het voor hen vastgelegde terrein.

40.6. Kaderleden bestuderen actief het marxisme, en zijn ver­ antwoordelijk voor de creatieve toepassing ervan om de praktijk van de partij vooruit te helpen.

40.7. De leidende organen leggen geregeld verantwoording af over hun werk aan de lagere organen. De lagere organen leggen regelmatig rapporten voor over hun werk aan de hogere organen.

40.8. Alle leden van de verkozen organen zijn afzetbaar. Hier­ voor is een twee derde meerderheid vereist in het orgaan waarvan ze deel uit maken (bv. Provinciale Raad of Natio­ nale Raad).

40.9. Het is voor de leidende organen niet toegelaten om kritie­ ken te onderdrukken. Zij zijn verplicht de kritieken op hun werk ernstig te bespreken en te beantwoorden.

40.10. De lagere organen en de partijleden oefenen een kame­ raadschappelijke controle uit op de leidende organen, en formuleren kritieken en voorstellen om de partijleiding te verbeteren en te versterken.

16

STATUTEN PVDA


5. ORGANISATIEPRINCIPES EN BESLUITVORMING Art. 41. Het organisatorisch basisprincipe van de partij is het de­ mocratisch centralisme. Dat bestaat onder meer uit de vol­ gende fundamentele organisatiebeginselen:

41.1. De verkiezing van alle leidende organen en functies, van de leiding van de basisgroep tot de Nationale Raad. Het recht van elke partijeenheid om, binnen de voorzieningen van de partijstatuten, het mandaat van hun verkozen leiding terug te roepen.

41.2. Er moet ruimte zijn opdat alle ideeën aan bod kunnen komen. Opdat zoveel mogelijk leden deelnemen aan het collectieve werk, analyse, beslissingen en activiteiten van de partijeenheden. Discussie over verschillende meningen vormt een bron van vooruitgang voor de partij. Daardoor kunnen eenzijdige en foute beslissingen worden voorko­ men. Daardoor kunnen zo correct mogelijke en alzijdige besluiten worden genomen.

41.3. Beslissingen worden genomen binnen een democratisch kader van debat en discussie. Ze zijn gebaseerd op de in­ gezamelde voorstellen, op de beste ervaringen, op het poli­ tiek programma en op de marxistische analyse. Menings­ verschillen worden op een correcte manier beslecht.

41.4. Beslissingen worden genomen bij consensus, of, bij een stemming, door gewone meerderheid, tenzij anders aange­ geven in de statuten. Stemmingen over personen (zoals de verkiezing van de leiding) verlopen geheim.

41.5. De minderheid legt zich neer bij de meerderheid. Na ern­ stige discussie worden beslissingen genomen bij meerder­ heid. De minderheid zet zich, samen met de meerderheid, in om de genomen beslissing uit te voeren. Dit is nodig om doeltreffend te kunnen werken, nadien gezamenlijk de balans te kunnen maken en het partijwerk te verbeteren. Daarbij heeft ieder partijlid het recht aan zijn persoonlijke

STATUTEN PVDA

17


mening vast te houden en deze opnieuw ter sprake te bren­ gen op de vergadering, zonder er een middel tot o ­ bstructie van te maken. Elk lid dat oordeelt dat een genomen beslis­ sing de partij of haar leden schaadt, kan beroep aanteke­ nen bij de hogere leiding, tot en met het Statutair Congres. Dit hogere orgaan kan, na onderzoek, de beslissing wijzi­ gen of bevestigen.

41.6. De beslissingen van de leidende organen zijn bindend voor de gehele organisatie. Lagere organen zijn ondergeschikt aan hogere organen. Eenmaal iets besloten, gaan we er al­ lemaal samen voor. Die discipline is nodig om de complexe taken van sensibiliseren, organiseren en mobiliseren, van politiek en tactiek, tot een goed einde te brengen.

41.7. De eenheid van de partij versterken en scheurmakerij be­ kampen is een fundamenteel beginsel. Fracties of groepen die zich in andere politieke platforms organiseren, die hun werking baseren op besluiten genomen buiten de statutaire organen, of die deel uitmaken van nationale of internati­ onale platforms die strijdig zijn met de partijoriëntaties, zijn niet toegelaten. Zulke fracties of groepen ondermijnen onvermijdelijk de eenheid, de democratische werking en de slagkracht van de partij.

41.8. De leidende organen zijn verplicht om regelmatig verant­ woording af te leggen en systematisch te informeren over genomen beslissingen. Zij beantwoorden opinies en kritie­ ken die de partijeenheden formuleren om het partijwerk te verbeteren. Beslissingen worden tijdig geëvalueerd. Er wordt een balans opgemaakt. De praktijk (wat het heeft opgeleverd) is de belangrijkste toetssteen in de balans.

41.9. Elke partijorganisatie heeft beslissingsrecht en initiatief­ recht op haar domein. Initiatief en beslissingen worden aangemoedigd binnen het kader van de statutaire princi­ pes, van de politieke lijn van de partij en van de besluiten van de leidende organen.

Art. 42. Collectiviteit is het hoogste principe voor de partijleiding. Het is een noodzakelijke voorwaarde voor de werking van de hele partij, voor de vorming van kaderleden en voor het ont­ wikkelen van de activiteit en het initiatief van de partij­leden. Het principe van collectiviteit verhindert subjectivisme en

18

STATUTEN PVDA


zorgt voor de beste, meest evenwichtige beslissingen. Een­ persoonsbeslissingen kunnen nooit de collectieve beslis­ singen van de partijorganen vervangen. Art. 43. Elk lid van de PVDA is een vertegenwoordiger van heel de partij. Hij/zij verdedigt naar best vermogen de partij en de partijstandpunten. Hij/zij aanvaardt leiding over zijn/ haar partijwerk. Een lid verwacht geen persoonlijk voor­ deel van de partij en gebruikt haar niet voor eigenbelang. Hij/zij stelt geen persoonlijke eisen of ultimatums aan de partij. Art. 44. Partijleden hebben de plicht om eventuele vertrouwelijke informatie te bewaren. Art. 45. De partij wil de politieke vertegenwoordiger zijn van de werkende bevolking in ons land. Zij maakt deel uit van de werkende bevolking en is tegelijkertijd gericht op de meest vooruitstrevende activisten met het doel het geheel van de werkende mensen te sensibiliseren, organiseren en ­mobiliseren.

45.1. Voor het bepalen van elke politieke en tactische opstel­ ling, vertrekt de partij van een onderbouwde marxistische analyse en van een nuchtere en objectieve analyse van de krachtsverhoudingen.

45.2. Voor het bepalen van elke politieke en tactische opstelling, vertrekt de partij ook van de democratie in de partij, en van enquêtes en contacten buiten de partij.

45.3. De partij houdt in al haar werk rekening met het bewust­ zijnspeil van de werkende bevolking. Zij werkt aan de een­ making van de werkende bevolking rond de verst gevor­ derde standpunten.

45.4. De partij ondersteunt alle juiste verzuchtingen van de wer­ kende mensen. Alle positieve ervaringen en progressieve ideeën worden gewaardeerd en uitgediept. De partij be­ schermt en ontwikkelt het enthousiasme van de werkende mensen.

STATUTEN PVDA

19


45.5. De partij is de beste verdediger van de onmiddellijke, con­ crete noden van de werkende mensen. De partij streeft er­ naar de werkelijke problemen aan te pakken, de sociale actie te organiseren en oplossingen af te dwingen.

Art. 46. Opvolging, kritiek en zelfkritiek zijn centrale elementen van de partijwerking. Zij helpen om beslissingen toe te passen, actie te ontplooien, ervaringen te veralgemenen, vergissingen of eenzijdigheden te corrigeren, leden en militanten te vormen en de eenheid te versterken.

46.1. Kritiek wordt geuit op de vergaderingen of via de structuren van de partij, en niet achter de rug of buiten de structuren. De partij schept een klimaat waarin de leden vrij kritiek kunnen uiten. Elk lid vormt zijn eigen oordeel. Kritiek en zelfkritiek laten toe om door het uitwisselen van ideeën en door discussie een politieke eenheid te verwezenlijken onder de partijleden.

46.2. Kritiek en zelfkritiek zijn geen doel op zichzelf. Het doel is een grotere efficiëntie, slagkracht en eenheid te bereiken. Daarom moet men alle overdrijvingen in de kritiek vermij­ den en geen nadruk leggen op bijkomstigheden. De kritiek beschermt het enthousiasme en de zin voor initiatief. Zij steunt op het positieve in het werk om het negatieve uit te schakelen.

46.3. Een communist(e) streeft ernaar zich een juist idee te vormen van zijn/haar eigen sterke en zwakke punten. Hij/zij denkt na over zijn eigen zwakke punten, onvolkomenheden of fouten. Dit spoort hem/haar aan zich te verbeteren. Hij/ zij wordt niet verwaand omwille van zijn/haar kwaliteiten. Een communist(e) aanvaardt dat een kameraad hem/haar bekritiseert, ook als hij/zij het niet eens is met de kritiek

Art. 47. Bij ernstige inbreuk tegen de statuten wordt een van de vol­ gende sancties genomen: een waarschuwing, een blaam, het ontslag uit bepaalde partijfuncties, de schorsing voor een welbepaalde periode, de uitsluiting uit de partij.

47.1. De sanctie wordt uitgesproken en opgeheven door het or­ gaan waartoe het partijlid behoort of door een hoger or­ gaan, en bekrachtigd door het hogere orgaan. De redenen van de sanctie en de getroffen maatregelen worden mee­

20

STATUTEN PVDA


gedeeld aan het betrokken lid en zijn/haar eenheid. Het betrokken partijlid wordt gehoord en kan zich verdedigen.

47.2. Elk gesanctioneerd lid heeft het recht in beroep te gaan. Het beroep houdt geen opschorting in van de beslissing en dient binnen de twee maanden behandeld te worden. Beroep wordt steeds ingediend bij de onmiddellijk hogere leiding.

47.3. Een schorsing of een uitsluiting zijn zeer ernstige zaken. Er gaat altijd een nauwkeurig onderzoek van de feiten en de argumenten van de verdediging aan vooraf. Een uitsluiting moet steeds ter bekrachtiging worden voorgelegd aan de Arbitragecommissie van de Nationale Raad, het uitvoerend orgaan dat met deze taak is belast. Wanneer het gaat om een lid van de Nationale Raad moet de beslissing genomen worden door minstens een twee derde meerderheid van de Nationale Raad.

6. PARTIJLEDEN VERKOZEN IN PUBLIEKE FUNCTIES Art. 48. Partijleden die werden verkozen in publieke functies (OCMWraden, raden van bestuur van gemeentelijke of openbare bedrijven, districtsraden, gemeenteraden, provincieraden, regionale parlementen, het federaal parlement, het Europees parlement) handelen volgens de politieke oriëntaties van de Nationale Raad. En – op de verschillende lokale niveaus – volgens de krachtlijnen van de provinciale en plaatselijke partijleiding. Art. 49. Het is hun politieke en morele plicht steeds verantwoording voor hun activiteit te kunnen afleggen en hun mandaten ter beschikking van de partij te houden. Art. 50. Zij gebruiken hun publieke functie naar best vermogen om bij te dragen aan het sensibiliseren, organiseren en mobiliseren van de werkende bevolking en aan het geheel van de partijwerking.

STATUTEN PVDA

21


Art. 51. Zij leggen verantwoording af binnen de organisatie­ structuren waartoe zij behoren. Zij mogen geen financieel voordeel halen uit de organen waarin zij verkozen werden. Zitpenningen, compensaties of andere financiële voordelen worden afgedragen aan de partij.

7. JONGERENORGANISATIES Art. 52. Het is de plicht van de partij om haar invloed bij de jeugd uit te breiden. Om haar activiteit onder jonge mensen te versterken. Om hun belangen en rechten te verdedigen. Om de ontwikkeling van de jongerenbewegingen en de strijd van de jeugd aan te moedigen. En om bij te dragen aan actieve en sterke werkingen van haar jongerenorgani­ saties. Art. 53. De jongerenorganisaties van de PVDA voeren hun activiteit binnen het kader van de algemene politieke en ideologische oriëntaties van de partij. De jongerenorganisaties van de PVDA beschikken over een grote graad van zelfinitiatief en beslissingsrecht en hebben hun eigen structuur en organisatievorm.

8. PARTIJMEDIA Art. 54. Pvda.be, het magazine Solidair en solidair.org zijn de cen­ trale instrumenten van de partij om de partijstandpunten ruim bekend te maken. Ze zijn tegelijkertijd van vitaal be­ lang voor de eenmaking van de partijleden rond de poli­ tieke oriëntatie, voor het leiden van campagnes, voor het organiseren en betrekken van de leden, voor het voeren

22

STATUTEN PVDA


van het maatschappijdebat en voor de opvoeding in het marxisme. Art. 55. De redactie van pvda.be, het magazine Solidair en solidair. org vallen onder de bevoegdheid van de Nationale Raad.

9. FINANCIES Art. 56. Voor de financiering van haar werking steunt de PVDA op de lidgelden en op de steun van de werkende mensen. Dankzij dit principe kan de partij zich onafhankelijk opstel­ len. Voor grote investeringen en de financiering van cam­ pagnes organiseert de partij brede steuncampagnes onder het volk. Art. 57. De Nationale Raad legt jaarlijks de lidgelden vast voor raadgevende leden, groepsleden, militanten en kader­ leden. In de regel zijn de lidgelden voor de leden van de hogere organen hoger dan voor die van lagere organen. Dat om te verzekeren dat het opnemen van een hoger en­ gagement gebeurt in het belang van de partij en niet uit eigenbelang. Art. 58. De Financiële Commissie van de Nationale Raad legt elk jaar een financieel jaarverslag en budget voor aan de Nationale Raad. De Financiële Commissie waakt permanent over het financieel en administratief management van de partij. Art. 59. Verduistering of misbruik van partijfondsen worden als zware inbreuken op de partijregels beschouwd.

STATUTEN PVDA

23


10. PARTIJSYMBOLEN Art. 60. Het partijlogo bestaat uit een eigenzinnige ster met een pijl naar links en de afkorting PVDA, PTB of beide. Het gebruik van het partijlogo is vastgelegd in een huisstijl-handboek. De basiskleur van de partij is rood. Het partijlied is De Internationale.

11. WIJZIGING VAN DE STATUTEN Art. 61. Alleen een Statutair Congres kan de statuten wijzigen.

24

STATUTEN PVDA



PVDA

Eerst de mensen, niet de winst


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.