ZO MAAK OOK JIJ DE MOOISTE FOTO’S
Fotograferen voor starters
Rik Visser
Rik Visser
ZO MAAK OOK JIJ DE MOOISTE FOTO’S
Fotograferen voor starters
Inhoud 1 Kies de geschikte camera 1
2 3 4
Prioriteiten stellen 1.1 Cameratypen 1.2 Spiegelreflexcamera’s 1.3 Systeemcamera’s zonder spiegel 1.4 Richt-en-klik camera’s 1.5 Minimale eisen voor functies en eigenschappen Geavanceerde functies 2.1 Belichting en witbalans Andere opties En nu naar de winkel?
2 De camera klaar maken voor gebruik Colofon Tekst Rik Visser Vormgeving Daniël Amoako Foto omslag
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
Thinkstock Druk Senefelder Misset
3 Voor de eerste keer foto’s maken 1 2
Informatie Reshift Digital, Haarlem klantenservice@reshift.nl
3 4 5
6 7
4
Is de batterij opgeladen? Zijn je geheugenkaarten gereed voor gebruik? De zoeker aanpassen Andere instellingen Resolutie en bestandformaat kiezen Hoeveel pixels zijn dan genoeg? De relatie tussen pixels en afdrukkwaliteit Beeldschermweergave en pixels Bestandsgrootte Kies het juiste bestandsformaat 10.1 Fotograferen in JPEG formaat 10.2 Fotograferen in RAW formaat
Snel aan de slag De compositie 2.1 Regel van derden toepassen 2.2 De suggestie van beweging creëren 2.3 Vanuit verschillende richtingen fotograferen 2.4 Overzicht creëren 2.5 Bewegend onderwerp meer ruimte geven De automatische modus gebruiken Scherpe foto’s maken De automatische belichtingsmodus 5.1 Volautomatisch fotograferen 5.2 Fotograferen in de portret modus 5.3 Foto’s maken met de Landschap modus 5.4 Close-ups maken 5.5 Sport en actiefoto’s maken Nog meer belangrijke instellingen De foto maken
7 8 8 9 12 14 17 20 21 21 22
23 24 25 26 26 28 29 29 31 32 33 33 34
35 36 36 36 37 38 38 39 40 41 41 42 42 43 43 44 45 46
© Reshift Digital, Haarlem
4 Extra’s kopen 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
Inleiding Geheugenkaartjes Onderhoud en behandeling van geheugenkaartjes Bescherming van je camera De camera perfect stilhouden Filters Inrichten van een digitale doka Welke computer? Fotobewerkingsprogramma’s Nog wat meer handige extraatjes
5 Belichting 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12
Fotografie = schrijven met licht De belichtingsdriehoek Diafragma en scherptediepte Sluitertijd en beweging ISO en het ontstaan van beeldruis Balans in belichting aanbrengen Diafragma, sluitertijd en ISO in de praktijk De belichtingsmodus kiezen Automatisch goed belicht Problemen oplossen Licht meten Belichtingskunstgrepen
6 Scherpte en kleuren 1 2 3
4
5 6
Aanpassen Scherpteproblemen Hoe werken scherpstelsystemen? 3.1 Fixed-focus 3.2 Autofocus functie 3.3 Autofocussystemen 3.4 Handmatige focus 3.5 Scherptediepte Werken met en aan kleuren 4.1 Hoe “ziet” een digitale camera kleuren 4.2 Kleurkanalen 4.3 Andere kleurentechnieken 4.4 Werken met de witbalans 4.5 Witbalans instellen met een grijskaart 4.6 Met witbalans effecten aanbrengen Fotograferen in RAW formaat Andere kleuropties
47 48 48 49 49 50 52 53 54 56 57
Gehele of gedeeltelijke overname van artikelen uit deze uitgave is alleen toegestaan na voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Hoewel de gegevens in dit boek zo zorgvuldig mogelijk zijn bijeengebracht, aanvaardt de uitgever geen aansprakelijkheid voor onvolledigheden of (zet)fouten.
59 60 60 61 62 62 64 65 65 66 68 68 70
71 72 72 73 73 74 74 75 76 78 78 79 79 80 82 82 83 84
5
7 Professionele foto’s maken 1 2
4
5 6
7 8
Inleiding Mooie portretten maken 2.1 Gebruik de portretstand 2.2 Benut de zoommogelijkheden 2.3 Belichting Hoe maak je mooie actiefoto’s 4.1 Sluitertijd 4.2 Actiefoto’s maken Prachtige landschappen fotograferen 5.1 Gebruik groothoeklenzen Macro opnamen maken 6.1 Let op de scherptediepte 6.2 Belichting bij macro opnamen Panoramaopnamen maken 7.1 Foto stitching Speciale zaken 8.1 Fotograferen door glas 8.2 Vuurwerk fotograferen 8.3 Watersport 8.4 Fotograferen met tegenlicht
8 Maak je werken zichtbaar! 1 2 3 4
5 6 7
8
9
6
Je werken showen Afdrukken van en door de specialist 2.1 Diensten Zelf foto’s afdrukken Een geschikte printer kiezen 4.1 Inktjetprinters 4.2 Laserprinters 4.3 Dye-subprinters Bewaren van je werk Extra kooptips voor een printer Hoe kun je afdrukproblemen voorkomen? 7.1 Heb je voldoende pixels? 7.2 Kleurgebruik van apparaten afstemmen 7.3 Probleem: printer maakt slechte afdrukken 7.4 Kies het juiste fotopapier Zelf foto’s afdrukken 8.1 Windows Live Photo Gallery 8.2 Afdrukken met iPhoto 8.3 Zwart-wit foto’s Maak een fotoboek van je beste werken
85 86 86 86 87 87 88 88 89 90 90 91 92 92 92 93 94 94 94 95 96
97 98 98 99 99 100 100 102 103 104 105 106 107 109 111 111 112 112 112 113 114
Voor de eerste keer foto’s maken
1
Snel aan de slag
Laten we even vooropstellen dat je niet snel even van beginner tot expert kunt doorgroeien, dat kost tijd. Tijd om de nodige ervaring op te doen en om gewend te raken aan de technische termen en allerlei camera-instellingen. Dit klinkt misschien wat teleurstellend, maar het is wel de realiteit. In dit hoofdstuk kom je wel te weten hoe je toch redelijk snel heel mooie foto’s kunt maken in de automatische modus, en dat is de leuke kant ervan. Voordat we echt over foto’s maken beginnen, willen we eerst nog wat belangrijke randvoorwaarden bespreken.
2
De compositie
De inhoudelijke samenstelling (de compositie) van foto’s is echt een heel belangrijk aspect en je hoeft geen expert te zijn om te begrijpen dat een goede en interessante foto ontstaat door aandacht te besteden aan zowel de positie van de camera als de manier waarop je de onderwerpen in beeld brengt. Wat jij echter mooi of spannend vindt hoeft een ander niet mooi of spannend te vinden, want fotografie is subjectief. Iedereen vindt wel wat van (jouw) foto’s en dat is met foto’s van professionals niet anders. In de paragrafen hierna willen we toch enkele (basis)regels voorstellen die je kunt gebruiken om je foto’s interessanter te maken. Vergelijk het maar met iemand die een muziekstuk componeert en die verschillende instrumenten in het stuk moet opnemen. Dat moet zodanig gebeuren dat het goed gaat klinken en dat de muziek niet rommelig of saai wordt. We helpen je graag op weg met de navolgende aanbevelingen.
1 1
Alle onder-
delen van deze foto zijn op een bepaalde manier gerangschikt om een mooie foto te maken.
2.1 Regel van derden toepassen Misschien is het je wel eens opgevallen dat presentatoren (uitzonderingen daargelaten) altijd op een bepaalde manier in beeld worden gebracht.
36
VOOR DE EERSTE KEER FOTO’S MAKEN
Kijk maar eens hoe bijvoorbeeld de presentator van het journaal in beeld staat. Voor een maximaal effect staat het onderwerp (de presentator) niet exact in het midden van het beeld, maar iets meer naar links of naar rechts — en dat maakt het wat interessanter om naar te kijken. Met foto’s kun je dat ook doen. Verdeel daarvoor de foto — of eigenlijk de scène — met behulp van (denkbeeldige) lijnen in drie gelijke stukken en plaats vervolgens het hoofdonderwerp op het snijpunt van de lijnen. Sommige camera’s helpen je daarbij en laten die lijnen ook zien; als dat niet het geval is, probeer je het gewoon uit. Als je bijvoorbeeld een opname maakt van een zonsondergang dan kun je ervoor kiezen om meer lucht op de foto te zetten of meer land. Houd dan ook dezelfde regel in de gaten. Deze ‘regel van derden’ zoals die officieel wordt genoemd is een basale en eerste stap om je foto’s interessanter te maken.
2
2
Verdeel de
scène in de zoeker eens in negen vlakken met behulp van drie (denkbeeldige) lijnen en zorg ervoor dat jouw hoofdonderwerp tegen of op een van de snijpunten van die lijnen ligt.
Als je op de camera geen hulpmiddel hebt, dan biedt een fotobewerkingsprogramma daarvoor wel opties in de vorm van het bijsnijden. Met bijsnijden maak je eigenlijk een keuze voor een deel van de foto dat beter aan de regel van derden voldoet of voor een uitsnede die de foto interessanter maakt. 2.2 De suggestie van beweging creëren Dat kan twee dingen betekenen: het gaat over een actiefoto of je hebt gekozen voor een element dat beweging simuleert, maar dan wordt bedoeld dat de kijker een bepaalde lijn in de foto volgt. Neem een foto van een beekje dat door een landschap stroomt. Als dat beekje midden op de foto staat is het minder interessant dan wanneer je ervoor zorgt dat het beekje van de linker onderkant naar de rechter bovenkant op de foto
VOOR DE EERSTE KEER FOTO’S MAKEN
37
komt. Een andere manier om een foto interessanter te maken is het werken met diagonalen, dat wil zeggen, objecten diagonaal op de foto plaatsen. Laat, bijvoorbeeld, een mooie brug niet totaal horizontaal vlak over je foto lopen maar kantel de camera iets zodat de brug van linksonder naar rechtsboven lijkt te lopen of andersom. Als het wel iets toevoegt om de brug geheel vlak op de foto te zetten, dan kun je de regel van derden nog anders toepassen door bijvoorbeeld twee derde van de foto te gebruiken voor de brug en een derde voor de lucht bijvoorbeeld, of andersom, afhankelijk van wat je precies wilt bereiken.
3
Interessante
3
foto’s nemen de kijker mee in een klein verhaal. Bij sportfoto’s kan bewegingsonscherpte (de sporter is wel scherp in beeld maar de achtergrond is onscherp) tot interessante foto’s leiden.
2.3 Vanuit verschillende richtingen fotograferen Zelfs van een verjaardagstaart kun je een appetijtelijke foto maken als die taart maar niet midden in beeld komt. Maak eens een foto door de camera onder een bepaalde hoek te houden en maak gebruik van je zoommogelijkheden. Een standbeeld wordt ook stukken interessanter als je dat vanuit veel verschillende richtingen op de foto zet. Kijk eens naar werken van de professionals en je zult zien dat zij hun onderwerpen vanaf diverse punten fotograferen. Maak zoveel mogelijk proefopnamen en bekijk deze op de camera. Als er opnamen bijzitten die jou niet bevallen, kun je die toch meteen wissen en weer doorgaan. Kijk eens naar foto’s van gerechten en dan zie je dat ook hier de onderwerpen van verschillende hoeken zijn gefotografeerd. Food-photography is een heuse vakrichting in de fotografie en er zijn echte sterfotografen die er beroemd mee zijn geworden. 2.4 Overzicht creëren Foto’s waarop heel veel is te zien geven vaak het gevoel van gemis van overzicht omdat de kijker dan niet goed weet wat er eigenlijk te zien is of
38
VOOR DE EERSTE KEER FOTO’S MAKEN
4
4
Je ziet op de
foto een en hetzelfde gerecht dat vanuit diverse richtingen is gefotografeerd. Zo kan de fotograaf later beslissen welke foto het beste is.
waarover de foto gaat. Jij beslist als fotograaf over alles wat er op de foto komt en vooral ook hoe, maar vermijd afleidende elementen waardoor een onoverzichtelijke foto ontstaat. Dat doe je door anders te kadreren en met de regel van derden te spelen. Met kadreren wordt bedoeld dat je het onderwerp als het ware in een denkbeeldige lijst plaatst voordat je de foto maakt. Je kunt al een redelijk goed idee krijgen van kadreren als je de camera in verschillende richtingen beweegt terwijl je op het onderwerp gericht blijft. Je kunt de camera ook onder andere (kijk)hoeken plaatsen en tegelijkertijd ook een beetje van kijkrichting veranderen om het interessanter te maken. Vooral als je portretten maakt is het belangrijk dat je op storende elementen let. Het is bijvoorbeeld niet zo mooi om iemand op de foto te zetten waarbij het erop lijkt dat die persoon een plantje op het hoofd meedraagt. Dat kun je later wel “uitvegen”, maar meteen goed doen is altijd beter omdat je later pas kunt zien wat je allemaal wegveegt als je het plantje wilt wegvegen en dat kan zeker de kwaliteit van jouw foto verminderen. 2.5 Bewegend onderwerp meer ruimte geven Als je bijvoorbeeld wielrenners fotografeert of dieren in het wild dan moet je de foto niet te zuinig indelen. Doe je dat wel, dan lijkt het alsof de wielrenner geen enkele ruimte heeft terwijl de wedstrijd nog bezig is en dat wordt ook snel saai want de kijker krijgt de indruk dat de wielrenner stil staat. Als je op de goede wijze richting creëert wordt de foto veel leuker, en dat doe je door het onderwerp aan te passen aan de kijkrichting. Als je mensen fotografeert die naar links kijken dan zorg je ervoor dat die mensen aan de rechterkant van de foto komen — en andersom: als ze naar rechts kijken dan staan ze links op de foto.
VOOR DE EERSTE KEER FOTO’S MAKEN
TIP Kijk voordat je een foto maakt eens goed naar je omgeving. Misschien vind je zelfs een natuurlijk kader in de vorm van bomen, takken of de spijlen van een brugleuning, waarmee je de foto een creatief cachet kunt meegeven.
39
Professionele foto’s maken
1
Inleiding
In de voorgaande hoofdstukken hebben we heel veel uitgelegd over digitale fotografie, van technische werking tot en met de meest gangbare functies. We hebben ook al het een en ander uitgelegd over professionele foto’s maken. Nu willen we nog een stapje verder gaan en jou allerlei tips geven over hoe je perfecte portretten, mooie landschappen, actiefoto’s en close-ups kunt maken zodat je nog meer plezier aan je hobby en je camera kunt beleven.
2
Mooie portretten maken
Kenmerkend voor een portret is dat het onderwerp scherp is afgebeeld en de achtergrond vaag, waardoor de foto weinig scherptediepte heeft. Alleen die objecten die dicht bij het onderwerp staan komen daardoor ook scherp op de foto. Dat is tenminste de bedoeling, want in een portret wil je juist het onderwerp benadrukken en zo min mogelijk de aandacht vestigen op allerlei andere zaken, tenminste als die niet buiten het beeld kunnen worden gelaten. 2.1 Gebruik de portretstand Hoe kun je op eenvoudige wijze voor die typische portretkenmerken zorgen? Het gemakkelijkst doe je dat door de portretstand in te schakelen (als die op de camera aanwezig is); dan regelt de camera alle instellingen.
1
Vergis je niet:
1
de Portretstand is niet de P zoals op de foto, maar wordt ingesteld door het keuzewiel te draaien tot het hoofdicoontje tegenover het streepje staat.
Als jouw camera daarvoor geen mogelijkheid heeft, dan kun je de camera instellen op diafragmaprioriteit. De portretstand zorgt ervoor dat de camera het diafragma zo ver mogelijk openzet en past daarbij ook de scherpte en kleurinstellingen aan zodat de huidtinten beter worden weeggeven. Met de diafragmaprioriteit heb je wel meer controle over de scherptediepte omdat je dan zelf kunt bepalen met welk diafragma de foto wordt gemaakt en de camera daar een passende sluitertijd bij kiest.
86
PROFESSIONELE FOTO’S MAKEN
2.2 Benut de zoommogelijkheden Een andere goede manier om portretten te maken is gebruik te maken van de zoommogelijkheden van de camera. Zelf gewoon verder van het onderwerp af gaan staan kan natuurlijk ook. Als je goede portretten wilt maken gebruik je daar liever geen groothoeklens voor, omdat dit type lens is ontworpen om juist heel veel in beeld kan brengen en daarmee loop je het risico dat er veel storende elementen op je foto te zien zijn die van het onderwerp afleiden. Heb je echter even niks anders ter beschikking dan een groothoeklens, dan kun je eens kijken of het variëren van de afstand tussen jou en het onderwerp helpt in het beperken van het aantal elementen dat in beeld komt. Let er ook op dat de door jou gebruikte of beoogde achtergrond niet te druk overkomt, want dat kan op een portret behoorlijk vervelend overkomen. Een mooie neutrale muur werkt meestal heel goed en als je binnen fotografeert, kun je een wit laken tegen een muur houden en je onderwerp daarvoor plaatsen.
2
3
2
De Portret-
achtergrond moet eigenlijk zo neutraal mogelijk zijn zoals op deze foto. Dan wordt de kijker niet van het onderwerp afgeleid.
3 2.3 Belichting Als je binnenshuis foto’s maakt, wees dan voorzichtig in het gebruik van je flitser. Probeer liever eerst met de instellingsmogelijkheden van de camera tot een goed resultaat te komen. Denk hierbij aan het diafragma aanpassen, het aanpassen van de sluitertijd of desnoods door de ISOwaarden aan te passen. Flitsers produceren vrij hard licht en daardoor harde schaduwen — en dat staat op een portret niet zo erg netjes.
Harde scha-
duwen ,zoals hier van dit beeldje, worden veroorzaakt door (teveel) direct flitslicht. Probeer direct flitslicht te vermijden.
Kun je niet anders en moet je een flitser gebruiken, plaats dan een diffusor die het licht spreidt waardoor het minder intensief is en minder schaduwen maakt. Als je camera-instellingen gaat aanpassen dan is het gebruik van een statief zeer aan te bevelen, zeker wanneer je met sluitertijd en ISO-waarden gaat experimenteren. Dan moet je de camera 100%
PROFESSIONELE FOTO’S MAKEN
87
stil kunnen houden. Om perfecte opnamen te maken bij lage ISO-waarden en langere sluitertijden kun je ook een zelfontspanner of afstandsbediening gebruiken in combinatie met een statief. Hoe dan ook: maak altijd enkele testopnamen met verschillende instellingen en bepaal aan de hand daarvan welke instellingen voor die omstandigheden het beste functioneren. O, ja, voor we het vergeten: laat niemand ooit cheese roepen tijdens het maken van de opname. Het ziet er heel gemaakt uit en daarmee wordt het een saai portret!
4
Hoe maak je mooie actiefoto’s
Het maken van goede foto’s van bewegende mensen of objecten is altijd een uitdaging, maar een mooie scherpe foto van je favoriete autocoureur is dan wel de beloning. Actiefoto’s vragen om (hele) korte sluitertijden en dan maakt het niet uit welk bewegend object je fotografeert, een raceauto of een sprintende atleet. 4.1 Sluitertijd Welke sluitertijd je precies nodig hebt hangt onder meer af van de snelheid waarmee het onderwerp beweegt en het zal duidelijk zijn dat de sluitertijd voor het fotograferen van een raceauto die met 250 kilometer per uur langs raast korter is dan bij het fotograferen van atleten tijdens een 100 meter sprintwedstrijd. Experimenteer met sluitertijden en spendeer enkele proefopnamen aan het uitvissen welke sluitertijd je nodig hebt of wilt gebruiken. Soms kun je met 1/125 seconde prima uit de voeten, en in andere gevallen moet je misschien 1/500 of zelfs korter gebruiken. Je kunt er ook voor kiezen om met de ISO-waarden te experimenteren en de waarde verhogen zodat je een kortere sluitertijd kunt kiezen. Het wordt per slot van rekening een actiefoto en daar hoort wel een beetje ruis bij en beweging, dus als de foto iets wazig wordt kan dat zelfs een heel goed effect hebben.
4
De foto links
4
is met een kortere sluitertijd gemaakt, de foto rechts met een langere sluitertijd.
88
PROFESSIONELE FOTO’S MAKEN
Ook als je actiefoto’s maakt, kun je volop met de camera experimenteren. Kies eens de sluiterprioriteit en varieer de sluitertijd en laat de camera daar een passend diafragma bij kiezen voor een goede belichting. Misschien heeft jouw camera zelfs de mogelijkheid om zowel diafragma als sluitertijd handmatig in te stellen en dan ben je zelf helemaal de baas over de kwaliteit van de foto. Natuurlijk kan er van alles anders en beter, maar je moet gewoon uitproberen en in de meeste gevallen waarschuwt de camera wanneer er onbruikbare waarden zijn geselecteerd en kun je geen foto maken. Een flitser is bij actiefoto’s meestal niet bruikbaar (enkele heel exclusieve uitgezonderd) omdat de oplaadtijd het snel maken van meerdere opnamen achter elkaar bemoeilijkt.
5
5
Serieopna-
men doen het bij sportevenementen altijd goed. Hier is een serie opnamen gemaakt om de
4.2 Actiefoto’s maken Actiefoto’s vragen eigenlijk om het maken van serieopnamen, ook wel burstmodus genoemd. Bij deze modus maakt de camera een aantal foto’s snel achter elkaar als je de ontspanknop ingedrukt houdt. Bij serieopnamen wordt er wel het een en ander van jouw uitrusting gevraagd. Het kan best zijn dat de body de serieopnamen wel aankan, maar dat jouw lens dat minder goed kan omdat de autofocus niet snel genoeg kan scherpstellen of omdat de zoommogelijkheden (te) beperkt zijn. De technische informatie die bij de camera en de lens wordt geleverd geeft daar zeker uitsluitsel over. Je kunt dat thuis uitproberen door bijvoorbeeld in de straat passerende auto’s of motoren met serieopnamen te fotograferen. Je merkt dan snel genoeg hoe jouw foto-uitrusting ervoor staat. Wanneer je actiefoto’s gaat maken is er nog iets dat een rol kan spelen: wil je dat het onderwerp compleet stil staat of wil je op de foto de suggestie van beweging bereiken? Als het onderwerp helemaal bevroren op de foto staat kan dat wel erg saai overkomen, maar misschien ben je juist uit op een foto van je favoriete autocoureur in de raceauto. Een leuke en goede actiefoto kan ook het onderwerp scherp in beeld brengen terwijl de achtergrond juist wazig wordt afgebeeld en daarmee snelheid en beweging laat zien. Daarmee wordt de foto veel interessanter, maar jij beslist natuurlijk zelf wat je mooi vindt!
PROFESSIONELE FOTO’S MAKEN
zwaai (de swing) van een golfer in beeld te brengen.
89
ZO MAAK OOK JIJ DE MOOISTE FOTO’S
Fotograferen voor starters Hoe maak ik een goeie foto? Kan dat alleen met een peperdure camera of kom ik ook met een instapmodel al een heel eind? Kan ik achteraf nog wat bewerken? En zo’n leuk fotoboek, hoe maak ik dat eigenlijk? Het antwoord op deze en tal van andere vragen vind je in dit boek. De hoofdstukken zijn logisch ingedeeld (te beginnen bij het kiezen van een camera) maar uiteraard hoef je die volgorde niet te volgen. Heb je bijvoorbeeld al een camera en wil je meer weten over belichting, dan blader je gewoon snel door naar hoofdstuk 5. Iedereen kan mooie foto’s maken, zolang je maar weet waar je op moet letten. Dat is de insteek van dit boekje. Veel plezier!
Prijs: € 9,95