beschouwing
spiritueel perspectief
‘Bezinning op de dood betekent vrijheid’ ‘Sterven is niet iets afschuwwekkends dat je moet zien te ontlopen, dat je zo lang mogelijk moet zien uit te stellen, maar veeleer iets waar je dag in dag uit mee leeft. Daaruit ontstaat een zeldzaam gevoel van oneindigheid,’ schreef Krishnamurti in zijn laatste dagboek. En de schrijver Montaigne zei over het sterven. ‘Bezinning op de dood is bezinning op de vrijheid. Wie geleerd heeft te sterven heeft afgeleerd een slaaf te zijn.’
Tekst: Rinus van Warven - Foto: Paul Mellaart
Sterven vóór het sterven: het afrekenen met de angst voor dood voor de werkelijke dood ons komt halen. In tal van spirituele tradities wordt dit proces beschreven als de ‘kleine dood’, ‘het versterven van het ego’. Afscheid nemen van de angst voor de dood helpt de mens leren leven. Levensangst Ook volgens de Dalai Lama heeft de menselijke angst voor de dood te maken met de angst voor het leven: ‘We kunnen niet verwachten in vrede te sterven als onze levens gewelddadig zijn geweest, of als onze geest voornamelijk wordt beheerst door emoties als woede, gehechtheid, of angst. Als we goed willen sterven, moeten we dus leren goed te leven; als we hopen op een vredige dood, moeten we zorgen voor vrede in ons hart en in ons bestaan.’ Illusie Publicist Marcel Messing heeft de verhouding dood-leven prachtig onder woorden gebracht. ‘Onthoud het goed: jij bezit niets. Niets is van jou. Jij bént het Al. Wat zou je kunnen bezitten? Wat zou je vast kunnen houden in je handen? Zolang je nog maar iets meent te kunnen bezitten, binnen of buiten je, is er illusie. Liefde zal er niet zijn. Liefde is Leven. Liefde is Licht. Bezit is dood. Dood die voorbijgaat aan het Leven, aan het Licht, aan de Liefde, aan vervulling. Je bent dan een levende dode. Bezitten kun je niets en niemand. Recht heb je op niets of niemand. Geen mens is het bezit van een ander. Dat is geweld. De gedachte alleen al is geweld. Puur geweld. Als je iets van een ander verlangt, is er geen liefde.’ Sneeuwstorm En hoe de dood de mens kan leren leven vertelt het volgende verhaal van de Indische mysticus Sadhu Sundar Singh. Hij maakte eens een wandeling in de bergen, met zijn vriend John. De mannen werden overvallen door een sneeuwstorm. Ineens 38 Jaargang 66, nummer 5 , 2012
zagen ze verderop iemand vallen en naar beneden glijden. Beide mannen schrokken en overlegden wat ze konden doen. Sundar zei: ‘Wij moeten naar beneden om deze man te helpen.’ Waarop John antwoordde: ‘Niemand kan dat van ons verwachten. Het is veel te gevaarlijk.’ ‘Als we toch sterven....’, zei Sundar ‘... dan is het beter te sterven door iemand te helpen, dan alleen maar aan onszelf te denken.’ Levenloos John, die niet van plan was om te helpen, liep door om te voorkomen dat hij koud werd. Sundar echter ging voorzichtig naar beneden en bracht de gevallen man op een beschutte plek. Door deze inspanning kreeg Sundar het warm en kon daardoor de andere man opwarmen. Hierdoor werden ze beide voor bevriezen behoed. De volgende dag ging Sundar op zoek naar hulp. Op deze zoektocht vond hij zijn vriend John, levenloos in de sneeuw. Oververmoeid wilde hij waarschijnlijk even rusten, wat hem fataal werd. ‘Door deze gebeurtenis’, vertelde Sundar ‘...heb ik begrepen wat de woorden van de grote mystici betekenen om jezelf weg te geven en te leven uit liefde.’ Ommekeer Het verhaal van Sundar is een verhaal van de ommekeer ten leven. Ook Dorothee Sölle en Albert Schweitzer spreken erover: ‘Als gij moet kiezen tussen het leven en de dood, kies dan het leven.’ De ommekeer ten leven waar Dorothee Sölle over spreekt, laat zich niet zo gemakkelijk vertalen voor wie denkt dat leven en dood twee keerzijden zijn van dezelfde medaille. Toch is het leven sterker dan de dood. Het licht is sterker dan de duisternis. Dit is de centrale boodschap van vrijwel alle religies. Als dit niet meer mogelijk is te geloven, dan vervalt de mens haast wel in cynisme of in ontsnappingsgedrag. Het is dan wel erg gemakkelijk zich erbij neer te leggen dat leven en dood, zwart en wit, donker en
licht, goed en kwaad, God en Satan, vriend en vijand, dag en nacht, arm en rijk bij elkaar horen en naast elkaar mogen blijven bestaan. Zeg niet dat ik morgen zal vertrekken, want vandaag zelfs kom ik voortdurend aan. Kijk goed: ik arriveer elke seconde als een knop aan een lentetak, als een jong vogeltje met tere vleugels, dat leert zingen in zijn nieuwe nest, als een rups in het hart van een bloem, als een juweel verborgen in een steen. Ik blijf komen om te lachen en te huilen, te vrezen en te hopen. Het kloppen van mijn hart is de geboorte en de dood van al wat leeft. Mijn vreugde is als de lente, zo warm dat zij bloemen doet bloeien langs alle paden van het leven. Mijn pijn is als een rivier van tranen, zo vol dat zij vier oceanen vult. Alsjeblieft, noem me bij mijn ware namen zodat ik al mijn huilen en lachen tegelijk kan horen, zodat ik kan zien dat mijn vreugde en pijn één zijn. Alsjeblieft, noem me bij mijn ware namen, zodat ik kan ontwaken en de deur van mijn hart open kan blijven, de deur van mededogen. Prachtige woorden van de mysticus Thich Nhat Hanh. Spiritualiteit gaat over de oneindige meerwaarde van het leven boven de dood. De dood heeft vele gestalten: oorlog, eenzaamheid en gebrek aan communicatie. Spiritualiteit betekent dan ook een dam opwerpen tegen cynisme, nihilisme en een houding van ‘laat maar’-waaien. De mens hoeft zich niet neer te leggen bij de
ogenschijnlijke zinloosheid van alledag. Het heeft wel degelijk zin om zich met vrede en gerechtigheid bezig te houden. Spiritualiteit acht het leven sterker dan de dood. Wie door de dood in de greep gehouden wordt, die wordt het slachtoffer van onverschilligheid of je word conservatief. Wie de dood in zijn greep heeft, die wil houden wat hij heeft. Wie werkelijk gelooft dat het licht sterker is dan de duisternis, dat de liefde sterker is dan de haat, heeft invloed op de maatschappelijke keuzes die hij maakt. Reuzenrad Maar hoe dat dan te doen? Is het mogelijk een spirituele dam op te werpen tegen cynisme en nihilisme? Een prachtig spiritueel antwoord geeft de eigentijdse mysticus Marcel Messing: ‘Sterf daarom aan alle beperking. Sterf aan alle tijd. Sterf aan alle ruimte. Sterf aan de illusie van je ik. Sterf aan de schepper van dit alles. De schepper van hemelen en hellen. Kom tot leven in het niet-leven.[...] Steeds is er verandering. Steeds is er wisseling. Energie stroomt, vloeit, valt uiteen, verbindt, klimt en daalt, wervelt en verspreidt, verschijnt en verdwijnt.’ Zingeving Maar als deze verhalen waar zijn en zo’n enorme diepe betekenis voor de mens hebben, moet deze de dood dan wel helemaal willen missen? Eric van der Steen en Max Schuchart beschrijven in navolgend gedicht de diepste wens van de mens dat het met de dood niet afgelopen is. Ik droomde dat de Dood gestorven was en de aarde zwanger ging van gistend leven, ik zag de spinnen doelloos webben weven en slangen geeuwend schuiven door het gras. (en…) Sterf nimmer, Dood, wij kunnen u niet missen, het zou geen leven zijn, als ‘t leven won, want gij alleen geeft zin aan alle dingen. www.vrijmetselarij.nl vrijmetselarij 39