nieuws van de locaties Delfzicht en Lucas
Een woord vooraf “In de vorige uitgave van deze OZG krant (december 2011) begon ik mijn voorwoord als volgt “De bewoners van Noord- en Oost-Groningen hebben recht op goede zorg. Partijen die bij het aanbieden en organiseren van deze zorg een belangrijke rol spelen zijn de huisartsen, de verpleeg- en verzorgingshuizen, de ziekenhuizen en nog vele anderen. Al deze zorgaanbieders moeten met elkaar er voor zorgen dat er een goede verdeling van de zorg komt: wie biedt wanneer, welke zorg waar aan….” . De OZG is verantwoordelijk voor de basisziekenhuiszorg in de regio Noord- én Oost-Groningen. Bij keuzes die wij als OZG maken, spelen het recht dat u als patiënt heeft op goede zorg en onze regionale functie, steeds een belangrijke rol. De afgelopen jaren hebben wij vanwege de toenemende en steeds strengere eisen op het gebied van kwaliteit en patiëntveiligheid, delen van ons zorgaanbod geconcentreerd op een van de twee locaties. We hebben ons daarbij steeds gerealiseerd dat door de ligging van de locaties voor groepen patiënten, de bereikbaarheid van deze delen van de zorg onder druk kwam te staan. Vorig jaar hebben wij na rijp beraad besloten om de zorg vanuit de twee locaties samen te gaan brengen in Scheemda. De bedoeling is om medio 2015 het nieuwe gebouw te betrekken.
Dit betekent echter niet dat er tot die tijd geen investeringen worden gedaan en dat er geen zorgvernieuwende activiteiten meer plaatsvinden. Want stilstand is achteruitgang. In deze OZG-krant leest u onder andere over de aanschaf van enkele investeringen, zoals de computers op wielen. Investeringen die niet gebonden zijn aan het gebouw en die straks mee kunnen naar het nieuwe ziekenhuis. Verder leest u in deze krant over een aantal nieuwe zorgvoorzieningen.
Albert Koeleman
In de OZG borrelt het van plannen voor het nieuwe ziekenhuis: we willen een gebouw dat voldoet aan eisen en wensen van onze patiënten als het gaat om gastvrijheid en veiligheid, en dat past bij de landschappelijke omgeving. Een gebouw waarin we onze patiënten kunnen onderzoeken en behandelen volgens de geldende standaarden als het gaat om bijvoorbeeld apparatuur en de inrichting en bereikbaarheid van ruimtes. De OZG staat niet stil en zal de komende jaren uitgroeien tot het regionale ziekenhuis voor Noord- en Oost-Groningen. Wij zullen ons blijven inzetten voor de verdere ontwikkeling van het zorgaanbod en het realiseren van zorg van topkwaliteit. Wij zullen daarbij steeds nauw blijven samenwerken met zorgpartners als het UMCG en de huisartsen.
Albert Koeleman, voorzitter Raad van Bestuur
Sleutelwoorden zijn kwaliteit en samenwerken “Het afgelopen jaar zijn er bij vrijwel alle disciplines in de OZG veranderingen en verbeteringen in de manier van werken te zien. Allemaal gericht op een verhogen van onze kwaliteit van zorg. Over een aantal van deze kwaliteitsontwikkelingen kunt u meer lezen in deze nieuwe uitgave van OZG Nieuws.
Veldt tot Groninger van het jaar 2012 laat zien dat dit voor patiënten belangrijk is en door hen wordt gewaardeerd. Optimale medische zorg en persoonlijke aandacht zijn niet los van elkaar te zien en ons motto is daarbij dat we onze patiënten moeten behandelen zoals we zelf behandeld willen worden.
Als medische staf van de OZG gaan we voor de hoogste kwaliteit van medische zorg. Zo willen we zorgen voor een snelle en kwalitatief goede diagnostiek, want dit kan van levensbelang zijn voor de patiënt als het gaat om bijvoorbeeld kanker. Maar kwaliteit is ook het geven van persoonlijke aandacht en begeleiding aan de patiënt. De recente verkiezing van onze collega John
De OZG is een regioziekenhuis waar de artsen veel contact en overleg hebben met zowel de huisartsen als de collega medisch specialisten werkzaam in de topklinische ziekenhuizen in Groningen. Deze samenwerking zorgt er voor dat de patiënt erop kan vertrouwen dat wij hem de best mogelijke zorg zullen bieden en dat we deze zorg als het kan, overdragen aan de huisarts en als het moet overdragen aan de collega’s in Groningen. Het is om deze samenwerking dat ik als longarts negen jaar geleden gekozen heb voor het werken in een streekziekenhuis en ik werk nog steeds met erg veel plezier in de OZG. Kwaliteit en samenwerken worden de komende jaren niet alleen in de OZG zelf de sleutelwoorden maar ook in onze relatie met de huisartsen en met onze collega’s van het UMCG. De eerste stappen op deze weg zijn inmiddels gezet. Zo is sprake van het kijken in elkaars ‘keuken’ in de vorm van een dag of dagdeel meelopen. Daarnaast zijn er medisch specialisten in het UMCG met wie wij gezamenlijke patiëntbesprekingen houden of met wie wij patiënten samen behandelen. De komende jaren nemen deze contacten alleen maar toe. Verder zijn het afgelopen jaar met alle huisartsenpraktijken gesprekken gevoerd en zijn over en weer de wensen ten aanzien van de samenwerking en zorgaanbod in kaart gebracht. De komende jaren willen we als medische staf samen met de huisartsen deze wensen oppakken. Dan gaan we kijken welke onderdelen van de ziekenhuiszorg we kunnen overdragen aan de huisartsen waardoor de patiënten nog meer zorg dichterbij huis kunnen ontvangen.
Ronald Meijer, longarts en voorzitter Vereniging Medisch Specialisten OZG
Februari 2013
Op dit moment heeft de OZG delen van haar zorgaanbod geconcentreerd op de ene of andere locatie en wordt die zorg vanuit deze locatie aangeboden aan de gehele regio Noord- en Oost-Groningen. In 2015 gaat de OZG de zorg samenbrengen in
één nieuw ziekenhuisgebouw. Ik heb er alle vertrouwen in dat we samen met de andere zorgverleners erin zullen slagen voor de inwoners van Noord- en Oost-Groningen een verantwoorde verspreiding van de zorg te realiseren.”
In dit nummer o.a.: Pagina 3
• Trombose, hoe kom je er aan en hoe kom je er weer vanaf? • Geheugenpolikliniek van start Pagina 5
• Krijgt u de juiste medicatie • Ook Parkinsonpolikliniek van start • Hypermoderne verpleging: de computer op wielen Pagina 7
• Moeder Kind Centrum centraal in de regio Pagina 9
• Vroege herkenning en behandeling van pijn • Concentratie van zorg op één locatie, hoe gaat dat? Pagina 11
• Kwetsbare ouderen verdienen extra zorg
Uw maaltijd thuis bezorgd Voor iedereen die niet wil of kan koken levert Oosterlengte zeven dagen per week een heerlijke koelverse maaltijd thuis. De maaltijd wordt dagelijks ambachtelijk bereid in onze eigen keuken, waarna u zelf het kookproces afrondt in de magnetron. Indien nodig, krijgt u gratis een gebruiksvriendelijke magnetron van Oosterlengte in bruikleen. U heeft per dag keuze uit drie wisselende menu’s. De menu’s zijn gevarieerd en regelmatig worden streekgerechten opgenomen. Alle voorgeschreven diëten zijn voor de koks van Oosterlengte geen probleem. Extra gastmaaltijden zijn tot drie dagen van te voren bij te bestellen. De bezorging van de maaltijd is van maandag tot en met zaterdag tussen 8.00 en 14.00 uur op een vast tijdstip en geheel gratis. De maaltijd voor zondag wordt op zaterdag mee geleverd. Er is geen verplichte weekafname, u bepaalt zelf op welke dag u een maaltijd wilt. Als cliënt van Oosterlengte maaltijdservice kunt u niet alleen gastmaaltijden bijbestellen, maar ook bijvoorbeeld een schaal met hapjes voor de visite op een feestelijke dag. Graag horen wij wat uw wensen zijn, dan spelen wij daar op in. Maaltijdservice Oosterlengte levert op het huisadres dagelijks maaltijden in nagenoeg geheel Groningen en Zuidoost Drenthe. Er maken momenteel meer dan 2000 tevreden cliënten gebruik van de op ambachtelijke wijze bereide maaltijd van Maaltijdservice Oosterlengte. U krijgt een maaltijd (voor- en nagerecht als extra mogelijkheid) aan huis geleverd met keuze uit 3 verschillende menu's.
Wilt u gemakkelijk en snel een warme én gezonde maaltijd op tafel?
Bel Maaltijdservice Oosterlengte: MAALTIJDSERVICE
Oosterlengte
0597-412613 www.maaltijdserviceoosterlengte.nl
Kies voor Maaltijdservice Oosterlengte... da’s ja lekker Zorggroep Groningen biedt met A.G. Wildervanck en Bloemhof kort verblijf met eventueel behandeling na ziekenhuisopname of ongeval Zorggroep Groningen biedt zorg, met eventueel behandeling, voor patiënten na een ziekenhuisopname of ongeval. Deze eerstelijnszorg (direct toegankelijke zorg) biedt A.G. Wildervanck in Veendam en Bloemhof in Ten Boer met nazorg op maat.
Valpreventie Daarnaast doen de fysiotherapeuten aan valpreventie voor ouderen die al vaker zijn gevallen of die zich door duizeligheid of een slechte balans wat minder zeker voelen. Door onder andere spierkracht- en balanstraining zal het valrisico aanzienlijk afnemen. Na de behandeling kunnen cliënten nog een periode onder begeleiding gebruik blijven maken van de oefenruimte. Zorggroep Groningen staat dicht bij de cliënt en sluit met haar uitgebreide palet aan mogelijkheden voor zowel kort- als langdurend verblijf, eventueel met behandeling vanuit de eerste lijn, goed aan bij de zorgvraag van nu.
Zelf voorkeur aangeven Bij een hulpvraag na ziekenhuisopname regelt het transferpunt van het ziekenhuis de overdracht naar het verzorgingshuis voor een kortdurend verblijf, eventueel met behandeling, vanuit de eerste lijn. Edith Breekveldt, consulent Informatiepunt bij Zorggroep Groningen: “Patiënten kunnen in het ziekenhuis zelf aangeven wat het verzorgingshuis van hun eerste keuze is en het transferpunt van het betreffende ziekenhuis probeert vervolgens daar een plek te vinden. Blijkt na een ziekenhuisopname dat iemand niet meer naar huis kan, dan kan de familie altijd overleggen met het Informatiepunt en een afspraak maken voor een rondleiding. Zo krijgen zowel nieuwe cliënten als familie een goed beeld van de sfeer en de voorzieningen in A.G. Wildervanck en in Bloemhof. Multidisciplinaire behandeling Om de nazorg zo compleet mogelijk te kunnen begeleiden, staan specialisten uit vijf disciplines klaar in het Expertise Behandelcentrum van Zorggroep Groningen in het A.G. Wildervanck en Bloemhof. Hier werken logopedisten, ergotherapeuten, fysiotherapeuten, diëtisten en psychologen via korte lijnen samen. Eva Heres is één van de fysiotherapeuten van het Expertise Behandelcentrum in A.G. Wildervanck: “Met een collega houd ik hier drie dagen per week praktijk.
Voor vragen kunt u contact opnemen met het Informatiepunt van Zorggroep Groningen van maandag tot en met vrijdag van 8.30 tot 17.00 uur via telefoonnummer: 050-5495715 of per e-mail: informatiepunt@zorggroepgroningen.nl
A.G. Wildervanck Borgerspark 2 9642 LN Veendam ............... (0598) 696750
Wij hebben ervaring met geriatrie (diagnostiek en behandeling van ouderen). Wij zijn er zowel voor cliënten van de verzorgingshuizen als voor mensen die zelfstandig wonen en we werken nauw samen met de andere disciplines. De korte lijnen met deze andere behandelaars zorgen voor een doeltreffende nazorg. De combinatie van behandeling en oefening voor de cliënten in het verzorgingshuis hier in onze oefenzaal biedt ook veel voordeel. Zo hoeft de cliënt niet met veel moeite extra op pad om bij ons te komen.”
Met ambitie in de samenleving
Bloemhof Bloemhof 1 9791 LA Ten Boer ....................... (050) 3651100
www.zorggroepgroningen.nl
Februari 2013
Trombose, hoe kom je er aan en hoe kom je er weer vanaf? Op de Vaatpolikliniek van de Ommelander Ziekenhuis Groep worden patiënten gezien met onder andere (verdenking op) trombose of een verhoogde kans daarop. Denk bijvoorbeeld aan verhoogd familiair voorkomen van trombose of longembolie.
Martina van der Paard, verpleegkundig specialist vasculair en Ab Loualidi
Wat is trombose en hoe ontstaat het? Wanneer een bloedstolsel een ader geheel of gedeeltelijk afsluit, dan is er sprake van trombose. Een stolsel in een bloedvat ontstaat meestal als reactie op een beschadiging van het vat. Het kan ook ontstaan wanneer het bloed onvoldoende doorstroomt. Soms ontstaat er een stolsel zonder dat er een wond is. Bij de meeste patiënten ontstaat de trombose in het been (trombosebeen). Iemand met een trombosebeen kan een rood, gezwollen en pijnlijk been hebben. Roodheid, zwelling en pijn aan een been kan natuurlijk ook andere oorzaken hebben dan trombose: denk bijvoorbeeld aan een zweepslag, wondroos, jicht of knieproblemen. Het is uiteraard wel zo dat het belangrijk is dat de arts een trombose heeft uitgesloten. Patiënten met verdenking op een trombosebeen worden door de huisarts voor nader onderzoek doorgestuurd naar de Spoedeisende Hulp van de OZG. “Na onderzoek van de klachten, (uitgebreid) bloedonderzoek en echo van het been, wordt niet altijd meteen de diagnose trombose gesteld”, vertelt internist en vasculair geneeskundige Ab Loualidi. ”Maar het kan wel zijn dat zich trombose aan het ontwikkelen is. Vaak doen we na vijf of zeven dagen opnieuw een controle echografie van het been, waarna soms toch de diagnose trombose wordt vastgesteld. Onder bepaalde voorwaarden waaraan een patiënt met een trombosebeen moet voldoen, kan de huisarts de patiënt met trombose verder ook zelf behandelen.” Oorzaken trombose “Het eerste wat een patiënt mij tijdens het consult vraagt is: “Dokter hoe kom ik aan een trombose en hoe kom ik er weer vanaf. Kramp, pijn, roodheid, vocht of zwelling aan een been dat niet overgaat, kan duiden op een trombose. Een bloedstolsel sluit dan een ader in het been af. Juist omdat het onschuldig lijkt, blijft men er vaak lang en soms te lang mee doorlopen, hetgeen risico kan opleveren. Want bij een trombosebeen is er altijd kans op een longembolie, doordat het stolsel losschiet en vast blijft zitten in een bloedvat van de longen met het risico op een longembolie. Een longembolie kan levensbedreigend zijn indien dit niet tijdig herkend en behandeld wordt.” Er kunnen veel oorzaken zijn voor een trombose. Een trombose in de beenaderen kan optreden na een operatie maar ook wanneer een patiënt lange tijd bedlegerig is geweest, tijdens de zwangerschap of in de kraamperiode. Ook kan trombose voorkomen na een lange (vlieg)reis. In al deze gevallen spreken we van een ’uitgelokte trombose’. Ook bepaalde soorten medicijnen verhogen het risico op trombose, denk bijvoorbeeld aan de pil.
Een trombose kan echter ook zonder aanleiding ontstaan. Dit betekent dat er geen aanwijsbare oorzaak voor is. Dit noemen we een ’spontane trombose’. Bij ongeveer de helft van de patiënten met een spontane trombose speelt een erfelijke risicofactor in het bloedstollingssysteem een rol. Met name als iemand vaker trombose krijgt, of op jonge leeftijd en veel familieleden trombose hebben gehad, is de kans groot dat het om een erfelijke oorzaak gaat. Ook een verandering in de samenstelling van het bloed kan een verhoogd risico op trombose veroorzaken: dit kan door invloed van hormonen, medicijnen en erfelijkheid. Ook kan trombose de eerste uiting zijn van kanker. Behandeling van trombose Bloedverdunners “Als de diagnose trombose is vastgesteld, dan wordt de patiënt onmiddellijk behandeld met bloedverdunners (antistollingsmiddelen)”, gaat Loualidi verder. “Dit zijn middelen die het bloed dun maken en dun houden en die het lichaam de kans geven om de trombose ’op te ruimen’. De eerste dagen krijgt de patiënt deze medicijnen in de vorm van zowel tabletten als (onderhuids) spuiten . Dit doen we omdat het een paar dagen duurt alvorens de (trombose)tabletten werken. De hoeveelheid tabletten kan per patiënt maar ook per dag verschillen. Dit wordt namelijk bepaald aan de hand van een bloedtest via de trombosedienst, waarbij gecontroleerd wordt of het bloed nog voldoende ’dun’ is.” Duur van de behandeling Betreft het een ’uitgelokte trombose’, dan wordt de patiënt gedurende drie maanden behandeld met een
bloedverdunner. Gaat het om een ’spontane trombose’ dan wordt de behandelingsduur zes maanden. Is de trombose erfelijk bepaald, dan worden de tabletten in sommige gevallen langer gegeven. Krijgt een patiënt opnieuw een trombose dan wordt meestal gekozen voor een levenslange behandeling met bloedverdunners. Tijdens de behandeling met antistollingsmiddelen controleert de trombosedienst het bloed van de patiënt. De trombosedienst prikt bloed en afhankelijk van de uitslag, zal de arts van de trombosedienst de hoeveelheid bloedverdunners voorschrijven. Soms is het mogelijk om de bloedtest zelf te verrichten door middel van een zelfmeetapparaat. Op basis van de gemeten waarde stelt de patiënt dan zelf een doseringsschema op.” Steunkous Loualidi: “Bij een trombosebeen schrijven wij naast bloedverdunners ook een elastische kous voor. In de volksmond de steunkous genoemd. Het grote voordeel van een elastische kous is dat deze kan voorkomen dat het posttrombotisch syndroom ontstaat. Dit zijn late complicaties van een trombosebeen zoals dunne, glanzende huid, een zwaar vermoeid gevoel in het been, vocht in het been (oedeem), een roestbruine verkleuring van de huid (door afzetting rode bloedcellen in de huid), eczeem, spataders, witte verkleuringen van de huid en op langere termijn moeilijk genezende wonden (open been). Omdat een trombosebeen meestal dik is, moet het been eerst door de thuiszorginstelling worden ingezwachteld, voordat de steunkous kan worden aangemeten. Een steunkous voorkomt zwelling van het been en verlaagt het risico op een posttrombotisch syndroom. Wij raden daarom de patiënten altijd aan om een steunkous voor minimaal twee jaar te gaan dragen.”
Geheugenpolikliniek van start Neuroloog Fransje Reesink startte op 1 november in de OZG de Geheugenpolikliniek. Deze polikliniek is gehuisvest op locatie Delfzicht en is opgezet in de vorm van dagdiagnostiek en gericht op het in korte tijd vaststellen van een juiste diagnose. Tijdens de dagdiagnostiek vindt neurologisch en neuropsychologisch onderzoek plaats, laboratoriumonderzoek, ECG (hartfilmpje) en MRI-onderzoek van de hersenen. Het streven is om binnen twee weken de diagnostiek en diagnose te rapporteren. Dit inclusief de samenwerking met verschillende deskundigen en rapportage aan de verwijzend huisarts.
Toename dementie In Nederland zijn naar schatting 12.000 mensen met dementie jonger dan 65 jaar. Door het behandelen van risicofactoren (bijvoorbeeld onderliggende hartof vaatziekten) die verdere schade kunnen beperken, wordt steeds meer winst behaald in het voorkomen van dementie. Ook heeft onderzoek naar erfelijkheid bij dementie en in het bijzonder bij de ziekte van Alzheimer de laatste tijd nieuwe inzichten opgeleverd. Voor meer informatie over de ziekte van Alzheimer: www.alzheimernederland.nl.
“Geheugenproblemen leiden vaak tot vervelende beperkingen in het dagelijks leven”, legt Fransje Reesink uit. “Vooral ouderen hebben last van geheugenproblemen, maar ook op jongere leeftijd kan dit voorkomen. De oorzaak kan in de hersenen of het zenuwstelsel liggen, maar ook lichamelijke of geestelijke ziekten kunnen problemen met het geheugen veroorzaken. Als het gaat om een ziekte in de hersenen, spreken we van dementie. De meest voorkomende vorm van dementie is de ziekte van Alzheimer.” Hoe gaat dit traject in zijn werk Als iemand last heeft van geheugenproblemen, dan kan hij via de huisarts of specialist aangemeld worden op de polikliniek Neurologie. Fransje Reesink: “Tijdens het bezoek aan de Geheugenpoli doen we op één dag diverse onderzoeken. Bij dit onderzoek wordt de patiënt begeleid door de verpleegkundig specialist (geriatrie/dementieverpleegkundige). Met verschillende deskundigen, die bij het onderzoek zijn betrokken, is overleg. Dit zijn een neuroloog, klinisch psycholoog, psychiater, internist en specialist Ouderengeneeskunde.” Diagnose en behandeling “Als tijdens onderzoek de diagnose is vastgesteld, dan richten wij de behandeling van een patiënt op het handhaven van een
Neuroloog Fransje Reesink
zo goed mogelijke kwaliteit van leven”, gaat Fransje Reesink verder. “Hierbij staat voorop dat de patiënt zich zoveel mogelijk in de thuissituatie kan blijven redden met behulp van de juiste behandeling. Een deel van de patiënten heeft goede baat bij medicijnen. De kennis over medicijnen wordt steeds beter en vooral het besef dat de patiënt thuis beter op zijn plek is, ontwikkelt zich steeds meer.”
3
Ni
eu
we
we
bs
ite
!
Revalideren na bijvoorbeeld een operatie of val?
PrengerHoekman behaalt Plus status
Dit kan bij Zorggroep Meander.
Op woensdag 3 oktober is PrengerHoekman met zijn 10 vestigingen in Oost-Groningen met vlag en wimpel geslaagd voor de Plus Audit. Met dit kwaliteitscertificaat zijn we 1 van de toppraktijken in Nederland en kunt u ervan uitgaan dat u bij ons behandeld wordt op het hoogste niveau!
Uw gezondheid verdient de juiste behandeling en zorg. Daarom schakelen wij voor u snel de juiste professional in. Zorggroep Meander heeft een uitgebreid aanbod van behandelingen. Thuis of 0598 – 68 68 68 | www.zgmeander.nl tijdelijk in een verpleeghuis.
Goede resultaten met shockwave
Behoort u ook tot de talloze patiënten die aan chronische pijn lijden en al het mogelijke hebben geprobeerd om ervan verlost te raken? Injecties, medicatie, fysiotherapie, relaxatiemethodes, enz. Keerde uw pijn ook altijd na korte tijd terug, vaak erger dan voordien? Diverse wetenschappelijke studies tonen aan dat Shockwave therapie vaak erg goede resultaten geeft.
Blusmiddelen, noodverlichting, brandmeldinstallaties en automatische blussystemen.
Wij hanteren geen wachtlijst en bieden de mogelijkheid tot Shockwave en echo. Voor meer informatie zie onze website of bel 0597 - 41 32 36.
www.prengerhoekman.nl
www.ansul.nl (ook voor BHV trainingen met e-learning). 0320-240864.
Sterk in beweging BEWEEGCENTRUM
Winschoten
Thuiszorg De Zorgpartners Ontzorgt !
fys ioth erapie
in | train
a g|
i es dv
Beweegcentrum Winschoten is een 1e lijns praktijk voor fysiotherapie, medisch fitness en een sportschool. Sinds 2010 hebben we het PLUS certificaat wat ons Topzorg- en PLUS- praktijk maakt. Bij ons bent u verzekerd van de beste zorg op het gebied van:
SPORTFYSIOTHERAPIE, MANUELE THERAPIE, HANDTHERAPIE, MEDISCHE TRAINING (DOELGROEPEN) LONGKLACHTEN, HARTKLACHTEN, DIABETES, ONCOLOGIE , LAGE RUGKLACHTEN, KNIEKLACHTEN. CHRONISCHE PIJN, KINDERFYSIOTHERAPIE, OEDEEMTHERAPIE, NEUROREVALIDATIE, OROFACIALE THERAPIE, BIOFEEDBACK, ERGOTHERAPIE, BEWEEG- EN LEEFSTIJLADVIES, BEDRIJFSFYSIOTHERAPIE.
Vestiging OZG locatie Lucas Gassingel 18 9671 CX Winschoten
OZG locatie Delfzicht Jachtlaan 50 9934 JD Delfzijl
Vestiging Visserdijk Vissersdijk 19 9671 EG Winschoten
Tel: 0597-413333 | Fax: 084-7191951| info@bc-winschoten.nl| www.bc-winschoten.nl
Winschoten p4
BinnenGassingel de revalidatie, handtherapie fysiotherapie werken we samen met: 18 T 0597 - 41 33 33en de I www.bc-winschoten.nl 9671 CX Winschoten F 084 - 7191951 E info@bc-winschoten.nl Het OZG, Huisartsen, Dietiste, Psycholoog, Wijkverpleegkundige
Februari 2013
Krijgt u de juiste medicatie? Medicijnen zijn onmisbaar in de behandeling van veel aandoeningen. In een verkeerde combinatie of in combinatie met bepaalde ziekten of ingrepen, kunnen medicijnen ook gevaarlijk zijn. Voor iedereen die in de ziekenhuisapotheek werkt staat patiëntveiligheid voorop. Daarom is het vaststellen van het medicijngebruik (met of zonder recept) van patiënten die worden opgenomen in het ziekenhuis heel belangrijk. Dat gebeurt in eerste instantie door informatie op te vragen bij de eigen huisapotheek. Maar niet altijd komen deze gegevens met elkaar overeen en zit er verschil in wat de huisarts of de patiënt zegt te gebruiken en wat bij de apotheek bekend is.
Parkinsonverpleegkundige begeleidt en adviseert
Apothekersassistenten van het ziekenhuis houden daarom tijdens het preoperatief spreekuur van de anesthesist, ook een intakegesprek met de patiënt over hun medicijngebruik. Binnen 24 uur ligt er dan een volledig en actueel medicijn- (en allergie-) overzicht. Deze gegevens worden opgeslagen in de computer in het patiëntendossier. Aan de hand hiervan kan de behandelend arts bepalen welke medicijnen de patiënt in het ziekenhuis moet krijgen, met welke middelen hij moet stoppen en welke doseringen eventueel omlaag of omhoog moeten. Medicatieverificatie Medicatieverificatie betekent controleren wat een patiënt werkelijk aan medicijnen gebruikt. “Bij medicatieverificatie staat het terugdringen van fouten en het voorkomen van schade door verkeerd medicijngebruik centraal”, vertelt ziekenhuisapotheker Eugenie Hendriks. “Uit diverse onderzoeken en in de praktijk is gebleken dat er vaak fouten ontstaan in het medicijngebruik van patiënten rondom opname en ontslag uit het ziekenhuis. Met name de overdracht van gegevens tussen huisarts, apotheek en ziekenhuisapotheek is gecompliceerd. Voorbeelden van fouten die kunnen ontstaan zijn dubbelmedicatie, verkeerde medicijnen, verkeerde doseringen, onjuiste combinaties van geneesmiddelen en/of langdurig gebruik van een geneesmiddel dat voor kortdurend gebruik bedoeld was. Om medicatieproblemen rondom opname en ontslag aan te kunnen pakken, is de landelijke richtlijn Medicatieoverdracht opgesteld waaraan elk ziekenhuis moet voldoen.
U kunt zelf ook veel doen Bij een (geplande) ziekenhuisopname kunt u bij uw apotheek kosteloos een actueel geneesmiddelenoverzicht (ook van geneesmiddelen zonder recept) halen. Dit overhandigt u de behandelaar in de OZG.
Ook Parkinson polikliniek van start
Eugenie Hendriks
Veilig voorschrijven met het EVS Eugenie Hendriks: “Samengaand met een goede medicatieveiligheid is het voorschrijven van medicijnen via het Elektronisch Voorschrijf Systeem (EVS). De Inspectie voor de Gezondheidszorg heeft het elektronisch voorschrijven van medicijnen per 1 januari 2012 verplicht gesteld. Dit houdt in dat elke opdracht voor het verstrekken van een medicijn in het ziekenhuis rechtstreeks door de voorschrijver in dit geautomatiseerde systeem ingevoerd moet worden. Op deze manier wordt er meteen een over- of onderdosering gesignaleerd, een wisselwerking met andere geneesmiddelen of mogelijke overgevoeligheidsreacties. Een van de voordelen van het elektronisch systeem is het vervangen van onleesbare en onvolledige receptenbriefjes, waardoor overschrijffouten niet meer gemaakt worden. De invoering van dit systeem komt de patiëntveiligheid ten goede. Ter ondersteuning van dit elektronische systeem zijn op alle verpleegafdelingen in de OZG computers op wielen aangeschaft en is een draadloos netwerk geïnstalleerd.”
Naast de Geheugenpolikliniek ging op 1 november in de OZG en eveneens gehuisvest op locatie Delfzicht, de Parkinsonpolikliniek van start. Neuroloog Fransje Reesink: “Sinds een aantal jaren is de kennis over de ziekte van Parkinson steeds beter, mede doordat steeds meer (para) medici geschoold zijn via Parkinson-net, een landelijk netwerk gespecialiseerd in het behandelen en begeleiden van de ziekte van Parkinson. Een centrale rol tijdens dit spreekuur speelt de Parkinsonverpleegkundige. Bestaat het vermoeden dat een patiënt de ziekte van Parkinson heeft, dan verwijst de huisarts hem naar onze Parkinsonpolikliniek. Hier doen wij net als op de Geheugenpolikliniek diverse onderzoeken (eventueel MRI of-SPECT/PET-onderzoek) om de ziekte van Parkinson vast te stellen. Als de diagnose wordt gesteld, dan wordt de patiënt begeleid door onze Parkinsonverpleegkundige Gepke Wolthuis (foto). Zij ziet op het spreekuur patiënten en familieleden. Zij kunnen bij haar terecht met vragen over de ziekte en zij ondersteunt ze. Ook wijst zij op geschikte hulp van zorgverleners of hulpverlenende instanties. Gepke houdt tevens telefonisch spreekuur en coördineert de zorg via huisbezoeken. Ze bewaakt de kwaliteit van de zorgverlening en signaleert de knelpunten in de thuissituatie. Door het geven van voorlichting en advies kan een patiënt zo lang mogelijk in de eigen leefomgeving blijven functioneren.” Gepke werkt nauw samen met de neuroloog en overlegt met haar over de behandeling. De afspraak op het spreekuur met de Parkinsonverpleegkundige is bedoeld als aanvulling naast de bezoeken aan de neuroloog. Bij de behandeling van Parkinson zijn diverse specialisten betrokken; de internist, psychiater, uroloog, revalidatiearts, klinisch psycholoog, logopedist en fysiotherapeut. Neuroloog Fransje Reesink: “Ook zijn we in gesprek met verpleeghuizen in de regio Delfzijl om goede zorg voor patiënten met Parkinson af te stemmen. Vanaf januari 2013 is er maandelijks multidisciplinair overleg met alle betrokken disciplines om de zorg en behandeling voor patiënten met de ziekte van Parkinson te optimaliseren.” Gepke Wolthuis, Meer informatie over de ziekte Parkinsonverpleegvan Parkinson: kundige www.parkinson-vereniging.nl.
Hypermoderne verpleging: de computer op wielen Het is even wennen voor de verpleegkundigen van de OZG, maar nu werkt het al sneller; werken met de COW’s. Een COW is een computer op wielen, in de volksmond ook wel ‘koe’ genoemd. De COW is een in hoogte verstelbaar bureautje op wielen met een beeldscherm en toetsenbord. Vanaf nu hoeven verpleegkundigen en specialisten patiëntgegevens niet langer op papier te noteren. Zij voeren alle informatie direct in op de computer aan het bed van de patiënt.
Werken met COW
Het grote voordeel hiervan is dat er minder fouten worden gemaakt, doordat papieren gegevens niet nogmaals verwerkt hoeven te worden. En de specialist kan de uitslagen (en foto’s) meteen bekijken en bespreken met de patiënt. Verder kan de specialist op de COW inloggen, heeft inzage in het volledige dossier en kan eventueel medicatie voorschrijven. Bovendien hoeven er geen gegevens mee te verhuizen wanneer een patiënt van afdeling verandert. De OZG heeft momenteel 55 COW’s tot haar beschikking. Efficiënter werken Uit oogpunt van de behandeling is het voor alle behandelaars noodzakelijk dat zij toegang hebben tot het patiëntendossier om medische gegevens in te zien. Zowel verpleegkundigen als artsen hebben inzage in elkaars registratie. Dit komt de kwaliteit van de zorg alleen maar ten goede. Het grote voordeel van papierloos werken is dat na invoer van gegevens informatie altijd leesbaar en voorhanden is, zoals bijvoorbeeld info over medicijngebruik en allergieën. Maar informatie is ook gemakkelijk terug te vinden. Digitale dossiers zijn ook beter te beveiligen dan de papieren versies. Het systeem houdt bij wie er in de dossiers kijken en wie gegevens invoert. De verpleegkundigen loggen namelijk in via een eigen pasje. Alleen zij die daarvoor bevoegd zijn, hebben toegang tot de gegevens. Het systeem verplicht de verpleegkundigen om een aantal specifieke gegevens in te voeren, zoals de digitale anamnese (voorgeschiedenis) van patiënt en het vragenformulier bij opname. Zo heb je
bijvoorbeeld verplichte scores m.b.t. kinderen, zwangere vrouwen en patiënten van 70 jaar en ouder. In dit nieuwe systeem is de invoering van medische gegevens veel meer gericht op het aanvinken van vragen. Hierdoor wordt er veel efficiënter gewerkt en is de kans op het maken van fouten veel kleiner. En wat heel belangrijk is; werken met COW’s maakt dat er meer tijd voor verpleegkundigen vrijkomt om patiënten extra zorg te bieden. Volgende stappen Een volgende stap in de ontwikkeling van de computer op wielen, is het gebruik van een medicatiecassette. Deze cassette (soort opbergvak) wordt onder de COW bevestigd. Op de afdeling worden de medicijnen voor de opgenomen patiënt door de specialist via de computer voorgeschreven, die vervolgens door de apotheker ook weer via de computer worden verwerkt. De verpleegkundige logt in met haar eigen pasje en maakt daarmee de medicatiecassette van de COW open, die de apotheek vult. De verpleegkundige scant de gegevens van de patiënt via de barcode of streepjescode op het polsbandje en neemt de medicatie uit het betreffende bakje. De verpleegkundige controleert handmatig met de digitale toedienlijst of ze de juiste medicatie in de juiste dosering voor de juiste patiënt heeft en dient het medicijn toe. Vervolgens wordt in de computer afgevinkt dat de medicatie is gegeven. De bedoeling is in het voorjaar te starten met het werken met de medicatiecassette.
5
Februari 2013
Klant Contact Centrum ontvangt alle telefoontjes OZG heeft een nieuw telefoonnummer Anneke Spa van het Klant Contact Centrum
De Ommelander Ziekenhuis Groep (OZG) kreeg in het najaar van 2012 een nieuwe telefooncentrale en één nieuw telefoonnummer. Naar de locaties Delfzicht in Delfzijl en Lucas in Winschoten belt men voortaan via het volgende nummer:
088 – 066 1000 Via dit telefoonnummer is iedereen in het ziekenhuis bereikbaar. Patiënten die gewend waren om hun specialist, verpleegkundige of polikliniek direct aan de telefoon te krijgen, worden nu eerst te woord gestaan door een medewerker van een Klant Contact Centrum (KCC). De telefoongesprekken worden zoveel mogelijk beantwoord door de medewerkers van het KCC of zij schakelen het gesprek door. Belt u het nieuwe telefoonnummer 088 – 066 1000 van de OZG, dan hoort u eerst een welkomstboodschap, gevolgd door een keuzemenu met twee mogelijkheden: • keuze toets 1 is voor het maken van een afspraak, het wijzigen van een afspraak of het stellen van een medische vraag • keuze toets 2 is voor algemene vragen, bijvoorbeeld over de bereikbaarheid van de OZG, het parkeren of wat de bezoektijden zijn. KCC Medisch en KCC Algemeen Het KCC bestaat uit twee onderdelen: KCC Medisch en KCC Algemeen. Alle medewerkers die in het KCC Medisch werken, waren eerder werkzaam bij de poliklinieken. Zij beantwoorden de telefoongesprekken bij de keuzetoets 1. Kiest u voor keuzetoets 2 dan krijgt u een medewerker aan de lijn van het KCC Algemeen. Deze medewerker en diens collega’s werkten voorheen bij de receptie. Doordat de medewerkers intern aangenomen zijn, is heel veel kennis behouden gebleven.
Bereikbaarheid verbeteren Doordat de telefonische vragen van patiënten nu worden opgevangen door het KCC, hebben de medewerkers van de poliklinieken meer tijd voor de patiënten die in het ziekenhuis aanwezig zijn. De oprichting van het KCC is bedoeld om de telefonische bereikbaarheid van het ziekenhuis te verbeteren. Voorheen kwam het voor dat wanneer u als patiënt een van de poliklinieken probeerde te bereiken, een in-gesprek toon kreeg en u dus opnieuw moest bellen. Met de nieuwe werkwijze kan het voorkomen dat u in de wachtrij komt te staan maar u hoort ook hoeveel wachtenden er voor u zijn. De ervaring leert dat veel telefoontjes snel afgehandeld/doorgeschakeld kunnen worden en een eventuele wachtrij snel opgelost is.
Kinderziektes Zoals ook het aansluiten van privé internet niet altijd meteen naar wens is, zo kreeg de OZG bij de start van het Klant Contact Centrum ook te maken met kinderziektes. Inmiddels zijn er grote stappen genomen en is er alle vertrouwen in deze nieuwe ontwikkeling. De medewerkers van het KCC en van de poliklinieken werken er hard aan om iedereen zo goed mogelijk te woord te staan. Het KCC is open van 07.30 uur tot 18.30 uur. Hierdoor heeft u als patiënt meer tijd om te bellen, het stellen van een medische vraag of voor het maken of het wijzigen van afspraken. Dit laatste geldt nu voor een paar poliklinieken maar er wordt hard aan gewerkt om dit spoedig voor alle poliklinieken te realiseren.
“Ik voel me meer politieagent dan “Hoe praat ouder” ik met mijn Groepstraining
Alle hulp en zorg in huis met
Zonnehuis Thuis
U kent ons wel!
Positief Opvoeden Voor ouders van tieners
GRATIS Vanaf groep 8* Overdag, onder schooltijd of in de avonduren Bij u in de buurt Voor meer informatie over locaties en data van het Positief Pedagogisch Opvoedprogramma (Triple P), ga naar www.elker.nl of bel met 0800 - elkerhulp (0800 - 355374857). facebook.com/elkergroningen Kijk voor opvoedtips op www.elker.nl/ouders
Meer informatie: 0900 686 0 686 www.zonnehuisgroepnoord.nl
tiener?”
* Elker biedt ook groepstrainingen aan ouders van kinderen 2-12 jaar.
Jeugd- en opvoedhulp
Februari 2013
Moeder Kind Centrum centraal in de regio Het Moeder Kind Centrum in de regio Oost-Groningen worden, waar de totale zorg rondom de moeder en het kind wordt geconcentreerd. Dat willen de gynaecologen, verloskundigen en kinderartsen in de OZG bereiken om nog beter te kunnen inspelen op de wensen van patiënten.
Merel Waalkens (li) en Lysanne Dijkstra
Dit in samenwerking met de gespecialiseerd verpleegkundigen. In het Moeder Kind Centrum staat een gezinsgerichte zorg centraal. Ouders worden intensief betrokken bij de zorg voor hun kind en beiden zijn zoveel mogelijk samen. Dit vermindert stress en bevordert het herstel. En daarnaast is het heel fijn om als (kersvers) gezin na de geboorte bij elkaar te zijn en te blijven. In het centrum werkt een team van gynaecologen, kinderartsen, verloskundigen, obstetrie- en kinderverpleegkundigen en OK-medewerkers samen om moeder en kind optimaal te behandelen en te verzorgen. Vanaf het moment dat de patiënt op de polikliniek komt, tot aan het moment van de bevalling in de kliniek. Alle betrokken medewerkers in de OZG werken volgens een strikt protocol met elkaar samen. Er zal in de toekomst meer contact en samenwerking worden gezocht met externe zorgverleners zoals de consultatiebureaus en kraamzorg. Met uiteindelijk het doel om samen met deze disciplines, moeder en kind veilige en hoog kwalitatieve zorg in de OZG te geven. Kraamsuites “Een belangrijke stap in de ontwikkeling van het Moeder Kind Centrum zijn de kraamsuites op de afdeling Verloskunde”, vertelt Merel Waalkens, hoofd afdeling Obstetrie en Gynaecologie. “Sinds de zomer van 2012 zijn vier suites in gebruik. Vroeger ging de moeder na een bevalling naar de reguliere kraamkamers waarbij het vaak door ruimtegebrek niet mogelijk was dat de partner de nacht kon blijven slapen. Als vrouwen nu bevallen gaan ze, mits beschikbaar, samen met hun baby, naar een van de kraamsuites van de OZG. Veiligheidshalve verblijven vrouwen met ernstige complicaties nog steeds in de reguliere kraamkamers. De voedingsassistenten in de OZG zijn ook vanaf het eerste moment betrokken geweest bij het ontwikkelen van faciliteiten voor de kraamsuites en de kraamkamers. Zij droegen waardevolle ideeën aan, waaronder het creëren van meer gastvrijheid voor patiënten, partners en bezoekers. Ook patiënten die het laatste halfjaar in de kraamsuites verbleven, gaven de OZG nog een aantal nuttige tips, zodat onlangs nog een paar kleine veranderingen in de suites werden aangebracht. Dit had onder andere te maken met de aankleding en het gebruiksgemak in de badkamer, waardoor het verblijf in de kraamsuites nog prettiger is. Op 31 januari jl. konden onder andere zwangere vrouwen, huisartsen en verloskundigen een kijkje nemen in de kraamsuites.”
Wist u dat: • de chirurgen en kinderartsen avondspreekuur houden? • de chirurgen ook een handenspreekuur houden? • u op beide locaties van de OZG online een afspraak kunt maken voor de specialismen Chirurgie (locatie Delfzicht), Interne geneeskunde (beide locaties), Gynaecologie/ Verloskunde (locatie Delfzicht), Kindergeneeskunde (beide locaties), KNO (beide locaties) en Longgeneeskunde (locatie Lucas)? • u voortaan gebruik maakt van een patiëntenpas waarmee u zich kunt aanmelden bij een aanmeldzuil op de polikliniek?
Van alle gemakken voorzien Merel: “De nieuwe kraamsuites zijn heel bewust ontworpen en voorzien van alle gemakken voor moeder, kind en partner. Vrouwen kunnen er samen met de andere leden van het gezin of familie genieten van hun pasgeboren kindje, waarbij bezoek de hele dag welkom is. De suites zijn in huiselijke sfeer ingericht met een apart zithoekje, er staan twee bedden (ook voor de partner), en er is ook een eigen ruime badkamer met toilet, een flatscreen televisie en een aanrechtje met waterkoker, senseo-apparaat, magnetron en koelkast. Uiteraard beschikt de kraamsuite ook over faciliteiten voor de baby, zoals een clip-on-crib wiegje (dat vastgekoppeld is aan het bed waardoor de moeder makkelijk bij haar baby kan) en een babybadje en commode. Samen met de kinderafdeling werken we met speciale aankleedkussens waardoor er extra aandacht is voor de ontwikkelingsgerichte zorg van de baby. Verder is er gelegenheid om bij de voedingsassistente iets te bestellen uit de Brasserie in de centrale hal. Dat kan bijvoorbeeld een krantje zijn of iets lekkers bij de koffie. Voor het gemak kan de patiënt hiervoor aan het bed met de pinpas betalen. Ook op de reguliere kraamkamers van de afdeling Verloskunde kan men gebruikmaken van deze Brasserieservice. Daarnaast kunnen patiënten en bezoekers van de kraamafdeling, zowel op de kraamsuites als op de reguliere kraamkamers, de hele dag gebruikmaken van gratis koffie- en theefaciliteiten.” In het Moeder Kind Centrum in de OZG staat de binding tussen ouders en kind centraal en worden moeder, partner en pasgeborene, mits medisch verantwoord, niet van elkaar gescheiden. Het gezin staat centraal, wordt als eenheid gezien en de partner wordt zoveel mogelijk bij de zorg voor moeder en kind betrokken. De OZG biedt ook de partner de gelegenheid om vanaf het moment dat de bevalling wordt ingeleid, te blijven slapen. Op de kraamsuites zijn de partner en eventuele andere kinderen vierentwintig uur per dag welkom. De bezoektijden van de OZG zijn niet van toepassing op de kraamsuites. Ouders kunnen naar eigen inzicht visite ontvangen. Verloskundigen Naast zeven gynaecologen, heeft de OZG acht verloskundigen in dienst; de zogenaamde klinisch verloskundigen. Klinisch verloskundigen begeleiden klinische (= ziekenhuis) bevallingen samen met gespecialiseerde verpleegkundigen. Zij hebben in nauwe samenwerking met de gynaecologen een eigen
• er in de OZG regelmatig voorlichtingsbijeenkomsten worden georganiseerd? • een wondverpleegkundige werkzaam is in de OZG? • gespecialiseerd geven?
kinderverpleegkundigen
babymassage
• u terecht kunt bij de ombudsfunctionaris voor een klacht, bemiddeling of luisterend oor? • een folder ‘Durf te vragen’ beschikbaar is met tips voor een juiste behandeling?
Kijk voor meer informatie op www.ozg.nl
De kraamsuites
spreekuur voor zwangeren, met een indicatie voor een klinische (ziekenhuis) bevalling. In 2012 hebben de verloskundigen en gynaecologen in de OZG in totaal een kleine 700 bevallingen begeleid. Lysanne Dijkstra, een van de acht verloskundigen , is sinds oktober 2011 in dienst van de OZG. “In principe zijn verloskundigen de verlengde arm van de gynaecoloog”, vertelt Lysanne. “Continuïteit van zorg is in ons vak erg belangrijk. Wij zien patiënten regelmatig op het spreekuur waarbij we naast de reguliere controles van moeder en (ongeboren)kind, ook de tijd besteden aan voorlichting en begeleiding. Hierdoor proberen we laagdrempelig en toegankelijk te zijn voor onze patiënten en ze in het hele traject tot aan de bevalling goed te begeleiden. Sinds kort vullen we samen met de zwangere, als zij op ons verloskundig spreekuur komt, een geboorteplan in. Met behulp van dit plan bespreken we vervolgens de bevalling, opdat die voor de vrouw zo prettig mogelijk kan verlopen. Bij een zwangerschap van 30 weken doen we als klinisch verloskundigen bij alle vrouwen een uitgebreidere controle en bespreken wij samen opnieuw de naderende bevalling aan de hand van het geboorteplan. Ook de zorg voor moeder en kind krijgt na de bevalling extra aandacht. Bij een spontane bevalling begeleiden wij samen met de gespecialiseerd obstetrieverpleegkundige, het hele bevallingstraject. Na de bevalling neemt de obstetrieverpleegkundige de zorg voor moeder en kind op de kraamsuites grotendeels over.” Lysanne geeft aan dat veel bevallingen helemaal uitgevoerd worden door de klinisch verloskundigen. Maar bij kans op complicaties of kans op een keizersnede, tangverlossing, vacuümpompbevalling, bij een twee- of drieling, bij een stuitligging of wanneer zich bij een vorige bevalling ernstige complicaties voordeden, roepen de klinisch verloskundigen tijdig de gynaecoloog bij de bevalling. De gynaecoloog is eindverantwoordelijk voor alle zwangeren en bevallingen en is dus altijd op de achtergrond aanwezig. Reacties op de kraamsuites “De reacties van vrouwen die tot nu toe in een kraamsuite van de OZG verbleven, zijn heel erg positief”, gaat Lysanne verder. “Geen klinische ziekenhuiskamer, maar mooi en huiselijk ingericht. En toch het veilige gevoel van een ziekenhuis. Wat men vooral heel fijn vindt, is dat de baby bij de moeder verblijft en dat de partner kan blijven slapen. Ook horen we van broertjes en zusjes dat ze het heel fijn vinden om een nachtje bij hun moeder en pasgeboren baby te mogen logeren. Op het medische vlak zien wij vaak dat het geven van borstvoeding beter gaat, omdat men zich, ondanks de ziekenhuisomgeving, toch een beetje ‘thuis’ voelt.” Voorlichtingsavonden in de OZG In de OZG worden regelmatig voorlichtingsavonden georganiseerd. Zo zijn er bijeenkomsten over bevallen, zorg rondom een pasgeborene en borstvoeding. Via www.ozg.nl. kunnen vrouwen en hun partner(s) zich aanmelden voor een bezoek aan deze voorlichtingsavonden.
7
NOVO. Meer dan alleen opvang... NOVO biedt ondersteuning aan mensen met een verstandelijke beperking. Dat kan gaan om ondersteuning bij het wonen, werken, dagbesteding of om gezinsondersteuning. NOVO begeleidt ook mensen in de thuissituatie die zich prima redden. Mensen die op bepaalde onderdelen een steuntje in de rug kunnen gebruiken. De cliĂŤnten van NOVO zijn mensen van alle leeftijden. Wilt u weten wat uw mogelijkheden zijn? Neem dan contact op met onze plaatsingscommissie via (050) 575 26 20 of mail info@novo.nl.
Er even tussen uit: logeren bij NOVO De zorg voor een zoon of dochter met een verstandelijke beperking is soms zwaar. Af en toe even tijd voor elkaar of extra aandacht voor de andere gezinsleden zou fijn zijn. Een avond op visite gaan of even weg voor een korte vakantie. Op dat moment is logeren bij NOVO een prima oplossing. Het NOVO Logeerhuis staat in Lewenborg, Groningen. Informatie: telefoon (050) 575 26 20.
Hulp bij opvoeding dankzij Gezinsondersteuning Mijn dochter heeft een achterstand in haar ontwikkeling. Wie helpt mij bij haar opvoeding? Mijn zoon heeft een meervoudige beperking. Welke mogelijkheden zijn er voor hem om zich optimaal te ontwikkelen? Ik heb zelf veel vragen over de speciale opvoeding van mijn kind. Waar kan ik terecht? De gezinscoaches van NOVO Gezinsondersteuning helpen u graag bij het beantwoorden van uw vragen en het zoeken naar de juiste koers. Informatie: telefoon (050) 575 26 20.
Dagopvang voor uw kind NOVO heeft gespecialiseerde kinderdagopvang. De vier kinderdagcentra (KDC’s) richten zich op kinderen van 0 tot ongeveer 18 jaar met een verstandelijke en soms meervoudige beperking. U vindt KDC Berjarijke in Appingedam, KDC Kleine Beer in Groningen, KDC De Kluft in Muntendam en KDC Dol-Fijn in Stadskanaal. Informatie: telefoon (050) 575 26 20.
www.novo.nl
Februari 2013
Vroege herkenning en behandeling van pijn “Onnodig lijden door pijn bij patiënten die in het ziekenhuis zijn opgenomen of bij patiënten die op de Spoedeisende Hulp worden behandeld, moet tot een minimum worden beperkt”, vinden Egbert Klarenbeek, anesthesist en Janny Kielman, pijnconsulent in de OZG. “In de OZG willen we bereiken pijn bij patiënten in een vroeg stadium te herkennen en te behandelen. Deze doelstelling komt voort uit het VMS (Veiligheid Management Systeem) programma waarin de patiëntveiligheid in ziekenhuizen moet worden verbeterd. Op basis van patiëntveiligheidsonderzoek (EMGO/NIVEL) zijn vijf jaar geleden tien risicovolle thema’s vastgesteld. Deze thema’s worden uitgewerkt en verbeterd. Bij een van deze thema’s is ‘Pijn’ het onderwerp”. Pijn verschilt van persoon tot persoon “2/3 van de patiënten in ziekenhuizen ervaart pijn”, aldus beiden. “Onderzoek laat zien dat 40-75% van de patiënten matige tot ernstige pijn aangeeft na een operatie. Pijn is een van de meest voorkomende redenen voor een bezoek aan de Spoedeisende Hulp (SEH). Tussen de 50 en 80% van deze SEH-patiënten hebben matige tot ernstige pijn. Van de patiënten met kanker heeft een kwart matige tot ernstige pijn. De gevolgen voor de patiënt verschillen per type pijn en per patiënt. Naast lichamelijk ongemak heeft pijn natuurlijk ook invloed op iemands kwaliteit van leven.” Hoe en de mate waarin iemand pijn ervaart, is per persoon verschillend. “Er kan nooit voor een ander worden bepaald of hij pijn heeft en hoe ernstig deze pijn is”, aldus Egbert Klarenbeek. “De patiënt is altijd zelf de voornaamste informatiebron. Het meten en beoordelen van pijn is belangrijk om inzicht te krijgen in de pijnklacht. Een betrouwbare en makkelijk toepasbare manier om de ernst van de pijn te meten is door de patiënt te vragen om een cijfer toe te kennen aan de mate waarin hij pijn beleeft. We noemen dit ook wel een Numerieke beoordelingsschaal (NRS). Het cijfer kan variëren tussen 0 en 10. Hierbij is 0 ‘helemaal geen pijn’ en 10 ‘de ergst denkbare pijn’ . De patiënt geeft aan de hand van een cijfer aan wat de pijnintensiteit is. Om inzicht te krijgen in het verloop van de pijn is het nodig om tenminste drie keer per dag naar de ernst van de pijn te vragen.” Werkgroep ‘Pijn’ In de OZG is een werkgroep ‘Pijn’ opgezet. Deze bestaat uit een internist, chirurg, leidinggevenden, een kwaliteitsmedewerker, anesthesist en pijnconsulent. De werkgroep houdt zich bezig met kwaliteitsbevordering en kwaliteitsbewaking rond alle aspecten van het onderwerp ‘pijn’. De werkgroep komt regelmatig bij elkaar om adviezen en hulpmiddelen voor artsen en verpleegkundigen
te bedenken. Maar ook om verschillende onderwerpen over pijn te bespreken met als doel om binnen de OZG de onnodige pijnervaring van patiënten verder te kunnen verminderen. “Door de specifieke deskundigheid van de verpleegkundige en de laagdrempelige relatie die zij met de patiënt heeft, is de verpleegkundige degene tot wie de patiënt zich kan richten”, gaat Janny Kielman verder. “Het belang van samenwerking met verschillende deskundigen op het gebied van pijnbestrijding wordt steeds groter en de verpleging is een van de disciplines die hiervan deel uitmaakt. Verpleegkundigen moeten de spin in het web van de pijnbestrijding zijn. Op alle verpleegafdelingen van de OZG zijn aandachtsvelders voor het onderwerp pijn benoemd. Zij zorgen er voor dat er op alle afdelingen meer aandacht is voor pijn. Zo moeten pijnklachten op tijd worden gesignaleerd, pijnstillers op tijd worden gegeven en moet er goede voorlichting en begeleiding zijn. Om de pijnbestrijding in de OZG te verbeteren zijn onder andere behandelrichtlijnen en protocollen opgesteld.” COW’s Janny Kielman: “Als een patiënt is geopereerd, is het belangrijk om pijn vaker te registreren. Dit vanwege het frequent wisselen van de ernst van de pijn. Door de pijncijfers vast te leggen, krijgt de zorgverlener inzicht in het verloop van de pijn. Op alle afdelingen van de OZG zijn computers op wielen ingezet (zie het artikel over COW’s op pagina 5). Met de COW’s registreren we de pijnscore aan het bed van de patiënt. Een stijging of daling van pijn kan op deze manier per patiënt worden geëvalueerd. Om de ernst van de pijn te kunnen vastleggen kun je, naast het vragen naar de huidige pijn, vragen naar de mate van pijnverlichting. Ook kan de huidige pijnintensiteit worden vergeleken met de hoeveelheid pijn die iemand draaglijk vindt. Op deze wijze krijg je dus inzicht in de betekenis van pijn voor de patiënt. Door patiënten dagelijks op dezelfde wijze naar de pijn te vragen, wordt pijn meer objectief gemeten. Het dagelijks registreren van pijn heeft tot gevolg dat verpleegkundigen en specialisten meer met de patiënt en meer met elkaar praten over pijn. Specialisten schrijven hierdoor vaker pijnstillers aan patiënten voor en verpleegkundigen verstrekken vaker pijnstillers. Dit alles leidt er toe dat patiënten uiteindelijk minder pijn ervaren. En dat is belangrijk want bij veel patiënten heerst nog dikwijls de misvatting dat erge pijn, bijvoorbeeld na een operatie, erbij hoort. Pijnbestrijding belangrijk “Goede pijnbestrijding is om een aantal redenen belangrijk”,
Egbert Klarenbeek
Janny Kielman
benadrukt anesthesist Egbert Klarenbeek. “Het leidt tot minder complicaties na een operatie, het verhoogt de kwaliteit van leven, het kan het ontstaan van chronische pijnklachten voorkomen en het leidt tot een sneller ontslag uit het ziekenhuis. Vaak wordt het gebruik van pijnstillers belemmerd door de vooroordelen en misverstanden die er over bestaan. Heel belangrijk is goede informatie en goede instructie over pijnstillers. Patiënten die geopereerd moeten worden, ontvangen voorafgaand aan de operatie (tijdens het bezoek aan de anesthesist) een voorlichtingsfolder. Goede voorlichting verhoogt namelijk het begrip van de patiënt voor zowel de pijnmetingen als de pijnbestrijdingsmethoden. In de folder staat bijvoorbeeld: ‘wat is pijn’, ‘wat zijn de nadelige gevolgen als pijn niet goed wordt behandeld’, ‘pijnbehandeling’ en ‘het aanleren van het gebruik van de pijnscore’. De pijnscores worden per kwartaal in kaart gebracht en op basis van de uitslagen worden zo nodig verbeteracties ingezet.” Doelstellingen In het eerste kwartaal van 2013 zal een aantal doelstellingen ten aanzien van het thema ‘Pijn’ in de OZG zijn bereikt. Dit betekent dat bij alle patiënten de gestandaardiseerde pijnmetingen bij klinische patiënten op verpleegafdelingen wordt uitgevoerd. En dat bij patiënten die zich melden op de Spoedeisende Hulp, gestandaardiseerde pijnmetingen plaatsvinden. Al met al een enorm verbeterproces, waarbij de aandacht nog meer gericht is op patiënten met pijn. En niet te vergeten, ook aandacht voor een juiste en op maat gerichte pijnbestrijding voor iedere patiënt.
Concentratie van zorg op één locatie, hoe gaat dat? Dagverpleging De Ommelander Ziekenhuis Groep heeft in het voorjaar van 2012 de meeste ingrepen die in dagverpleging plaatsvinden bij zowel volwassenen als kinderen, gehuisvest op locatie Delfzicht. Voor volwassenen is op de eerste verdieping van de kliniek het voorste gedeelte ingericht en voor kinderen het laatste gedeelte. Op de kinderdagverpleging kunnen ouders de hele dag bij hun kinderen blijven. Volwassen patiënten die in dagverpleging een chemokuur moeten ondergaan, kunnen kiezen of zij hun behandeling in Delfzijl of Winschoten willen voortzetten. Dat is ook het geval voor diabetes- of spoedpatiënten. We spreken van dagbehandeling als het gaat om relatief eenvoudige kortdurende poliklinische ingrepen, die van te voren zijn ingepland.
Grietje Uuldriks
Barbara Visser
Samenwerking UMCG Grietje Uuldriks, hoofd van de kinderafdeling in de OZG, ziet dat er meer kinderen in dagverpleging naar locatie Delfzicht gaan. “Op locatie Lucas komen nog wel steeds kinderen in dagverpleging. Soms ook nog geplande kinderen maar in het algemeen gaat het dan om kinderen die om medische redenen op locatie Lucas in de kliniek moeten verblijven. Verder zijn het ook spoedkinderen, die vanzelfsprekend op elke locatie van de OZG terecht kunnen. De Raden van Bestuur van de OZG en het UMCG hebben onlangs een samenwerkingsovereenkomst gesloten, waarin is vastgelegd dat kinderen die voor kanker in het UMCG (en wonen in Noordoost- Groningen) worden behandeld, bij ons in dagverpleging op de kinderafdeling van locatie Lucas terecht kunnen. In het UMCG komen veel kinderen tegelijk voor een chemotherapiebehandeling. De OZG en het UMCG zijn van mening dat als het kan, de behandeling van oncologiepatiënten ook dichtbij huis plaats moet vinden. Ook als deze kinderen ziek worden kunnen ze in de OZG terecht. Dat een deel van de behandeling in de buurt gegeven kan worden, is voor ouders en kinderen een goede ontwikkeling. Eén van de kinderartsen van de OZG is zelf kinderoncoloog/hematoloog en zij voert de behandelingen in de OZG in nauw overleg met de collega specialisten in het UMCG uit. Het UMCG houdt als hoofdbehandelaar de ‘regie’ over de behandelingen, terwijl het kind de behandeling in zijn eigen vertrouwde omgeving kan ondergaan. In samenwerking met het UMCG worden de kinderverpleegkundigen van de OZG speciaal opgeleid voor kinderoncologie.” Grietje merkt dat verreweg de meeste mensen heel tevreden zijn over de concentratie van de dagverpleging in Delfzijl. “In het begin, toen een en ander net was opgestart, was het voor zowel
Voor infuusbehandelingen of overige behandelingen die op de afdeling plaatsvinden, kunnen patiënten in principe tot 19.30 uur in dagverpleging terecht. Patiënten die aan het einde van de dag niet naar huis kunnen, worden overgeplaatst naar een van de verpleegafdelingen. kinderen en ouders als medewerkers van de OZG, wennen dat ze voor een behandeling of voor hun werk naar een andere locatie moeten reizen. Nu de dagverpleging echter voor het grootste gedeelte op locatie Delfzicht is ingericht, weet men niet anders meer en zijn patiënten die regelmatig in dagverpleging worden behandeld, heel tevreden.” Patiënten uit Winschoten Barbara Visser, hoofd van de Dagverpleging op locatie Delfzicht, beaamt dat patiënten heel tevreden zijn. “Iedere maand komen patiënten uit Winschoten met de rolstoeltaxi naar Delfzijl en krijgen via een infuus medicijnen toegediend. De meeste mensen die vaak voor een behandeling moeten terugkomen, willen graag met meer mensen op een kamer liggen. Dat vinden ze vaak gezelliger. Alle patiënten in dagverpleging kunnen gebruikmaken van een gratis TV-aansluiting. We zijn op de afdelingen volledig toegerust op dagverpleging. De verpleegkundigen hebben veel ervaring en kennis van zaken. Ze zijn geoefend in het prikken van infusen en geven patiënten alle aandacht die ze nodig hebben. We bellen de dag na de operatie patiënten thuis om te vragen of de nacht goed is verlopen en of er nog vragen zijn. We hebben gemerkt dat patiënten dit zeer op prijs stellen.”
9
Podotherapie Delfzicht ziekenhuis
www.glofos.nl
Behandeling voet,- knie-, heup- en rugklachten als gevolg van standsafwijking van de voet d.m.v. zolen, orthesen en instrumentele behandeling.
Tevens behandeling diabetische- & reumatische voetproblematiek. AUDITIEK LAMMERS - SPECIALIST IN HOORTOESTELLEN
Lid van de Ned. Ver. van Podotherapeuten “ U hoort het verschil ! ”
Jachtlaan 50 te Delfzijl Voor afspraken: 0596-644597 www.podotherapiemzh.nl
Dhr. M.T. Terpstra Dhr. J.P. Geerling
auditiek lammers
Auditiek Lammers staat garant voor kwaliteit, zorg en aandacht wij leveren o.a. hoortoestellen, tinnitus maskeerders, gehoorbescherming, ringleidingen, infrarood systemen, versterkte telefoons, wek- en waarschuwings systemen, fm systemen, solo apparatuur, zwemstukjes
Delfzijl Waterstraat 139 Tel.: 0596 - 65 00 50
Tevens hebben wij een praktijk in het Martini Ziekenhuis in Groningen: Van Swietenplein 1 Tel. 050-5246190
www.auditiek.nl - info@auditiek.nl
Goed op weg in Stadskanaal...
auditiek_delfzijl_100_80.indd 1
2/19/10 9:26 PM
Stadskanaal Arlero Thuiszorg
Sinds april 2012 ook uw vertrouwde leverancier voor huishoudelijk hulp via de WMO in Stadskanaal, Vlagtwedde en Bellingwedde.
Persoonlijke aandacht vinden wij een belangrijk onderdeel in onze zorg!
OPLEIDINGEN TOT VERPLEEGKUNDIGE, VERZORGENDE, HELPENDE ZORG EN WELZIJN
Ook vmbo- en mbo-opleidingen in de richtingen: - zakelijk werken - werken in de digitale wereld - werken voor gasten - werken in het groen - werken in de techniek
Het steeds uitbreidende zorgteam van Arlero Thuiszorg staat voor u klaar, u hoeft alleen maar te bellen... • • • •
huishoudelijke hulp verzorging verpleging gehandicaptenzorg ARLERO
• • • •
24-uurs zorg ouderenzorg begeleiding terminale zorg
Arlero Thuiszorg Hoogezand
Hoofdstraat 52 - 9601 EJ Hoogezand Ons telefoonnummer: 0598 38 30 34 www.arlero-thuiszorg.nl Thuiszorg
Zorg met een glimlach...
De specialist in arm- en beenprothesen
orthopedisch schoeisel
orthopedische voetbedden
comfortschoenen
siliconen producten arm- en beenprothesen orthopedische voetbedden
De specialist in
schoenaanpassingen
(sport) braces
beenorthesen
korsetten helmen overige orthesen orthopedisch schoeisel schoenaanpassingen therapeutisch elastische kousen comfortschoenen (sport) braces beenorthesen
siliconen producten
korsetten
helmen
overige orthesen
therapeutisch elastische kousen
P.C. Hooftlaan 1 - 9673 GS Winschoten Tel. 0597 670 970 - www.campusws.nl
De9751 specialist OIM Orthopedie Haren Kerklaan 36a, NN Harenin T 050 599 5900 E haren@oim.nl en beenprothesen orthopedisch schoeisel OIM Orthopedie Veendamarm-Beneden Westerdiep 83a, 9645 AG Veendam schoenaanpassingen T 0598 632 681 E veendam@oim.nl orthopedische voetbedden comfortschoenen (sport) braces OIM Orthopedie Winschoten S.W. Schortinghuisstraat 6, 9671 CR Winschoten T 0597beenorthesen 431 239 E winschoten@oim.nl siliconen producten
korsetten
OIM Orthopedie Haren OIM Orthopedie Veendam OIM Orthopedie Winschoten
helmen
overige orthesen
Kerklaan 36a, 9751 NN Haren T 050 599 5900 E haren@oim.nl elastische www.oim.nl therapeutisch | Volg ons ook op kousen Beneden Westerdiep 83a, 9645 AG Veendam T 0598 632 681 E veendam@oim.nl
S.W. Schortinghuisstraat 6, 9671 CR Winschoten www.oim.nl
OIM Orthopedie Haren OIM Orthopedie Veendam OIM Orthopedie Winschoten
|
Volg ons ook op
Kerklaan 36a, 9751 NN Haren
T 0597 431 239
T 050 599 5900
Beneden Westerdiep 83a, 9645 AG Veendam S.W. Schortinghuisstraat 6, 9671 CR Winschoten
E winschoten@oim.nl
E haren@oim.nl
T 0598 632 681 T 0597 431 239
E veendam@oim.nl E winschoten@oim.nl
Februari 2013
Kwetsbare ouderen verdienen extra zorg Sinds 2007 wordt er steeds meer aandacht besteed aan patiëntveiligheid in ziekenhuizen. Niet alleen door de ziekenhuizen zelf, ook de overheid is steeds meer georiënteerd op dit onderwerp. Vanaf 2008 wordt er in de OZG gewerkt volgens het Veiligheid Management Systeem (VMS). Voor de OZG heeft patiëntveiligheid een hoge prioriteit. Het VMS is te beschouwen als een systeem om risico’s in kaart te brengen en doelgericht te verkleinen en aan te pakken. Als je weet waar risico’s in je organisatie liggen, kunnen maatregelen worden genomen om de kans op schade te voorkomen. Het doel van het VMS programma is de patiëntveiligheid in Nederlandse ziekenhuizen en dus ook in de OZG, ‘in vijf jaar tijd met 50% te verbeteren en vermijdbare onbedoelde schade met 50% te reduceren.’ In het kader van dit programma zijn er tien onderwerpen gekozen waarvan bekend is dat deze meer risico’s geven op onbedoelde schade. Voor elk van deze onderwerpen is een specifieke doelstelling bepaald die gedurende de looptijd (2008 -2013) van dat onderwerp bereikt moet worden. Eén van deze onderwerpen is het voorkomen van onbedoelde vermijdbare schade bij de oudere patiënt. Bij deze kwetsbare groep patiënten is vooraf bekend dat er een grotere kans op onbedoelde schade is. Er is specifieke aandacht voor het herkennen en voorkomen van acute verwardheid (delier), voor valpreventie, voor het voorkomen van fysieke beperkingen (mobiliteitsverlies) en voor het voorkomen en verhelpen van ondervoeding. Kwetsbare ouderen “Door de toenemende vergrijzing vormen oudere patiënten een aanzienlijk deel van de bevolking,” vertelt geriatrieverpleegkundige Dianne de Lange. “En zeker in OostGroningen is dit het geval. Ruim 25% van de patiënten die in het ziekenhuis worden opgenomen, is 70 jaar of ouder (400.000 in Nederland per jaar). In de OZG ging het in 2012 zelfs om een hoger percentage, namelijk ruim 30%. Als ziekenhuis vervullen wij dus een belangrijke rol bij het verlenen van behandeling en zorg aan ouderen. Steeds vaker gaat het ook om zorgverlening aan kwetsbare ouderen. Bij deze groep ouderen is er vaak sprake van een combinatie aan klachten. Dat kan bijvoorbeeld een teruglopende conditie zijn, moeilijkheden met bewegen zonder duidelijk aanwijsbare reden, of een afnemend geheugen, naast de al aanwezige lichamelijke klachten en\of chronische ziekten. Speciaal voor ouderen die thuis in de problemen komen, heeft de OZG een Dagdiagnostiek voor kwetsbare ouderen opgezet, die is gehuisvest op locatie Delfzicht. Dagdiagnostiek wil zeggen dat alle gewenste onderzoeken zoveel mogelijk op één dag gepland worden en zoveel mogelijk plaatsvinden in één ruimte, op één locatie.”
Colofon Redactie afdeling Communicatie Ommelander Ziekenhuis Groep Fotografie C. Smit en R. Wübbels Vormgeving Chr. Nijhof, Romeo Delta i.s.m. afdeling Communicatie, Ommelander Ziekenhuis Groep Uitgever Romeo Delta, www.romeodelta.nl Telefoon 0544 - 352 235 Oplage 120.000
Contactinformatie Ommelander Ziekenhuis Groep Telefoon 088 – 066 1000 E-mail info@ozg.eu Website www.ozg.nl
locatie Delfzicht Bezoekadres Jachtlaan 50, 9934 JD Delfzijl Postadres Postbus 30.000, 9930 RA Delfzijl
locatie Lucas Bezoekadres Postadres
Gassingel 18, 9671 CX Winschoten Postbus 30.000, 9670 RA Winschoten
Dagdiagnostiek voor Ouderen “De dagdiagnostiek gebeurt in samenwerking met Stichting De Hoven in Delfzijl en de huisartsen”, vertelt geriatrieverpleegkundige Dianne de Lange. De huisartsen melden een patiënt bij ons aan voor diagnostiek. Voordat de patiënt naar ons toe komt, bezoekt een maatschappelijk werker van de OZG de patiënt thuis. Tijdens dit huisbezoek stelt zij allerlei vragen over de gezondheid en levenssituatie van de patiënt. Na dit gesprek wordt indien nodig en in overleg met patiënt, een dagopname gepland. Tijdens de dagopname onderzoekt een multidisciplinair team bestaande uit de specialist Ouderengeneeskunde en de GZ-psycholoog van verpleeghuis Vliethoven (onderdeel van Stichting De Hoven) en de geriatrieverpleegkundige, de patiënt. Waar nodig wordt dit aangevuld met een specialistisch onderzoek door de specialisten van de OZG en\of de fysiotherapie, ergotherapie, diëtetiek, etc. Vervolgens worden er aan de hand van de gestelde diagnose adviezen gegeven aan de huisarts voor het opstellen van een zorgplan. Uiteraard weer in overleg met de patiënt en/of zijn familie. Het streven van de dagdiagnostiek is er op gericht om ouderen met aangepaste hulp zo lang mogelijk in de thuissituatie te laten blijven en een ziekenhuisopname te voorkomen.” Ziekenhuisopname Een ziekenhuisopname is voor kwetsbare ouderen risicovol vanwege minder weerbaarheid, moeilijk kunnen lopen, het sneller gedesoriënteerd zijn en een verhoogde kans op complicaties. “Dit kan een ontsteking zijn maar ook een in het ziekenhuis ontstane ondervoeding door de vele onderzoeken, een val, bijwerkingen van medicatie of het ontstaan van een delirium (plotselinge verwardheid)”, gaat Dianne verder. “Veel van deze complicaties kan een achteruitgang van de patiënt tot gevolg hebben, waardoor ze minder goed in staat zijn om zelfstandig activiteiten te verrichten. Er kan bijvoorbeeld al bij een opname sprake zijn van een risico op verwardheid. In dat geval is de verpleging alert en let het via een symptomenlijst op het wel of niet ontstaan van een plotselinge verwardheid. Onderliggend probleem kan bijvoorbeeld uitdroging van de patiënt zijn of een opgelopen infectie. Beide kunnen vaak vrij snel worden behandeld waardoor de acute verwardheid minder hevig wordt. Om de patiënt voldoende rust te geven, plaatsen we de patiënt met een plotselinge verwardheid vaak op een één persoonskamer zodat hij weinig prikkels krijgt. Spulletjes van thuis, zoals foto’s, een klokje of een kalender stimuleren vaak om de ruimte eigen te maken.” Andere complicaties Ook het vroegtijdig screenen op vallen, ondervoeding en fysieke beperkingen bij een opname in het ziekenhuis, is onderdeel van het tijdig voorkomen van complicaties en het verlies van lichamelijke functies, zoals het lopen. Dianne: “Als een oudere in het eerste gesprek bij ons aangeeft eerder te zijn gevallen, dan gaan we samen met hem zoeken naar de oorzaken hiervan. Vallen kan te maken hebben met onder andere een verminderde spierkracht en kleinere stapgrootte, een plotselinge duizeligheid, flauwvallen, verwardheid, bloedarmoede en slecht zien. De angst om een tweede keer te vallen is vaak groot waardoor de oudere minder zelfstandig wordt of uiteindelijk toch ook in het ziekenhuis valt. Dit maakt een langere opnameduur in het ziekenhuis weer noodzakelijk. In het ziekenhuis zijn er veel manieren om een nieuwe val te voorkomen. Door bijvoorbeeld geen onnodige obstakels op de vloer te plaatsen of het bed in een lage stand te zetten, waardoor de oudere met beide voeten plat op de grond staat, voordat hij in- of uit bed stapt. Ook passende schoenen met stroeve zolen, die goed sluiten tijdens het lopen, zijn erg belangrijk. We moeten ons dus een goed beeld kunnen vormen van de oudere, zodat we kunnen inschatten of de kans op vallen groot is. Dit doen we met een multidisciplinair team van bijvoorbeeld fysiotherapeuten, ergotherapeuten, medisch specialisten, geriatrieverpleegkundige en verpleegkundigen. Alleen dan kunnen we hulp, middelen en/of tips aanbieden om het risico op vallen te verkleinen.” Ondervoeding “Ondervoeding door ziekte is in het hele land een veel voorkomend probleem in het ziekenhuis. Dit heeft meestal als gevolg dat het herstel minder snel gaat en de reactie op een behandeling niet optimaal is. Het is belangrijk om het risico op ondervoeding of de aanwezigheid van ondervoeding voor opname snel op te sporen. Al een aantal jaren werkt de OZG met de zogenoemde SNAQ score. Een manier om bij patiënten en dan met name de kwetsbare ouderen, ondervoeding vast te stellen. De SNAQ score wil zeggen dat bij opname van de patiënt de verpleegkundige
Dianne de Lange
een korte vragenlijst afneemt over eetlust en gewichtsverloop van de afgelopen maanden. Deze vragenlijst heet de SNAQ (Short Nutritional Assesment Questionnaire) en is ontwikkeld om ondervoeding bij ziekenhuisopname op te sporen. Bij een SNAQ score van 0-1 punten is er geen sprake van ondervoeding of een risico daarop. Bij een SNAQ score van 2 punten is er sprake van een matige ondervoeding. De patiënt krijgt dan energie- en eiwitrijke tussendoortjes. Bij een SNAQ score van 3 of meer is er sprake van (ernstige) ondervoeding. Dan schakelen we binnen 24 uur na opname de diëtist in, die de ernst van de voedingstoestand bepaalt en advies geeft over de behandeling. Aan de hand van een lijst, die bij het bed van de patiënt hangt, houden de voedingsassistenten bij hoeveel de patiënt eet en drinkt”, vertelt Dianne de Lange. “Zo kan de diëtiste van het ziekenhuis meteen zien of de patiënt nog aanvullingen nodig heeft”. Fysieke beperkingen “Ouderen krijgen tijdens hun opname in het ziekenhuis ook vaak te maken met lichamelijke beperkingen en dat maakt ze kwetsbaar. Hulp bij het wassen, aankleden en eten is vaak nodig. De verpleegkundigen worden bij ons opgeleid om ouderen, ook als ze ziek zijn, zoveel mogelijk te stimuleren om uit bed te blijven en te bewegen. Dit door bijvoorbeeld oefeningen te doen op de stoel of op bed en in de gang stukjes te lopen. Ook is het belangrijk dat de oudere in het ziekenhuis zoveel mogelijk zelfstandig de dingen blijft doen, die hij thuis ook zelf deed. Samen met de patiënt zoeken we naar datgene hij belangrijk vindt en welke hulpmiddelen ingezet moeten worden. Dat kunnen hele simpele dingen zijn, zoals aangepast bestek en goede schoenen. Samen met de ergotherapie en de fysiotherapie zorgen we voor de hulpmiddelen afgestemd op de behoefte van de patiënt.” Weer naar huis “Voordat de patiënt bij ons op de afdeling zover is dat hij weer naar huis kan, zijn alle onderzoeken door het multidisciplinair team van de OZG afgerond en is er een individueel geriatrisch zorgplan opgezet. Dit plan is gericht op het behoud en het herstel van functioneren, onafhankelijkheid en kwaliteit van leven voor de oudere. Uiteindelijk is het doel de patiënt zo gezond en zelfstandig als mogelijk is, weer naar huis te laten gaan. Voordat dit gebeurt is er altijd overdracht van de onderzoeksbevindingen en het opgestelde zorgplan naar de huisarts en andere betrokken zorginstanties.”
11
BOUWSTEENTJES Gewichtsverlies is niet altijd gewenst. Door ziekte, ouderdom of gebrek aan eetlust kan de weegschaal steeds een beetje minder aanwijzen. Bij dit onbedoelde gewichtsverlies wordt ook veel spierweefsel afgebroken. Dat kan leiden tot minder kracht, vermoeidheid en een verminderde weerstand. Extra eiwitrijke voeding kan dit proces tegengaan. Wat meer eten, en ook wat vaker tussendoortjes die extra energie en eiwit leveren. Dat dit ook lekkere tussendoortjes kunnen zijn, bewijst het Bouwsteentje. De Bouwsteentjes hebben de vorm en smaak van een gebakje en zijn verkrijgbaar in vier verschillende smaken. EIWITRIJK De Bouwsteentjes zijn verrijkt met hoogwaardige eiwitten. Iedere portie bevat een klein volume maar liefst 8 gram eiwitten. Een gezonde volwassene heeft 0,8 gram eiwit per kg lichaamsgewicht per dag nodig. Iemand die ziek en ondervoed is, heeft juist meer eiwitten nodig; wel 1,5 gram eiwit per kilo lichaamsgewicht per dag.
IN DIEPVRIES EN KOELKAST Bouwsteentjes zijn diepgevroren, nu ook verpakt per 4 stuks in dezelfde smaak. Eenmaal ontdooid, kunnen ze nog 5 dagen in de koelkast bewaard worden.
BOUWSTEENTJES Door de hoge concentratie eiwitten (8 gram per portie) zijn Bouwsteentjes een uitkomst bij (dreigende) ondervoeding. Ze versterken de conditie en bevorderen het herstel. Maar Bouwsteentjes zijn meer dan een voedingssupplement. Het is vooral echte traktatie, een gebakje. Heerlijk bij de koffie of thee, of als nagerecht.
KLEIN EN SMAAKVOL Ieder Bouwsteentje bestaat uit zeer luchtig cakegebak met een zachte, romige vulling. Nieuw is de smaak bosvruchten en wordt gelijk als lekkerste ervaren. Daarnaast zijn er Bouwsteentjes chocolade, banaan en aardbei. Het Bouwsteentje is wat kleiner dan een gebakje; vergelijkbaar met een Petit Four. Daardoor is een Bouwsteentje zeer geschikt voor mensen die gedurende de dag regelmatig iets willen eten, maar opzien tegen grote porties en voedsel dat snel verzadigt.
WAAROM ZIJN EIWITTEN ZO BELANGRIJK? • Eiwitten zijn essentieel voor groei en ontwikkeling; ze helpen het lichaam op te bouwen en te behouden • Eiwitten leveren energie en bouwstoffen voor behoud van spieren, de aanmaak van nieuw weefsel en nieuwe bloedvaten • Eiwitten zijn belangrijk voor herstel, bijvoorbeeld voor wondgenezing. • Eiwitten zijn belangrijke bouwstenen van leukocyten en lymfocyten, stoffen die belangrijk zijn voor de afweer. • Eiwitten dragen bij tot de vorming van gezonde botten. • Eiwitten zijn nodig voor het transporteren van stoffen in het bloed. • Eiwit zijn bouwstoffen van hormonen. • Iemand die ziek/ondervoed is, heeft veel meer eiwitten nodig dan iemand die gezond is.
verkrijgbaar bij
Voor meer informatie zie www.bouwsteentjes.nl Of neem contact op met de heer Stan Mertens, direct bereikbaar 06 24 88 65 26