
3 minute read
ANDRÉ BECKERS
Aan het roken van cannabis vermengd met tabak kleven bekende gezondheidsrisico’s. De rijksoverheid ontmoedigt roken. Ook voor coffeeshops geldt het ingevoerde rookverbod voor tabaksproducten. Het effect van cannabis ervaar je als consument ook door cannabis te eten in plaats van te roken. Op plaatsen waar cannabis inmiddels is gelegaliseerd zien we dat een ruim assortiment zogenoemde edibles op de markt verschijnt.
Denk daarbij niet alleen aan de bekende spacecake, maar ook aan ijsjes lolly’s, bonbons en drankjes. Deze eet- en drinkwaren bevatten ruim voldoende THC om zo’n 15 tot 30 minuten na inname high of zelfs stoned van te worden. Let op, deze producten moet je niet verwarren met de eetbare CBD-producten, die (nagenoeg) geen THC bevatten. Voor de juridische fijnproevers merk ik op dat gedoogde edibles alleen gemaakt mogen worden van “rauwe hennep” (fijngemalen wiet/hasjiesj) en niet van extracten, omdat die in de Opiumwet als harddrugs worden aangemerkt. Dit blijkt uit een uitspraak van de rechtbank Amsterdam van 23 september 2010.
Spacecake
Op verzoek van de exploitant van een coffeeshop benaderde ik de burgemeester van een grote Limburgse gemeente en het Openbaar Ministerie in Limburg met het verzoek afspraken te maken over de wijze waarop het gewicht aan cannabis in spacecake kan worden vastgesteld. De reden daarvoor is simpel. Tijdens controles van de coffeeshop wordt standaard de handelsvoorraad gewogen. Die mag niet meer dan 500 gram bedragen. Daarbij is het inmiddels bekend onder handhavers dat een jointje (bestaande uit tabak, cannabis, vloeipapier en een filter) weliswaar ongeveer 1,75 gram weegt, maar dat de cannabis in een joint ongeveer 0,3 gram bedraagt. Het gewicht van 10 jointjes wordt dan gerekend als 3 gram. Maar hoe stel je het gewicht aan cannabis in een spacecake vast? Amsterdamse lijn
Ik stelde voor de Amsterdamse lijn te volgen. Daar maakten de burgemeester en het Openbaar Ministerie afspraken met coffeeshopexploitanten over de verkoop van spacecake. Citaat: “De vermenging blijft beperkt tot de voorgedraaide joints en cakeproducten, waarbij uitgegaan wordt van ½ gram aan softdrugs per 100 gram
cakeproduct met een maximum van 10 kg aan cakeproducten, ongeacht of er softdrugs (cannabis) in zijn verwerkt.” Ik schreef ook dat in de coffeeshop voorlichting zou worden gegeven over de risico’s van het gebruik van spacecakes. Zie: https://www.jellinek.nl/vraag-antwoord/wat-zijn-de-risicos-van-spacecake/
Eén en ondeelbaar?
Met het oog op de belangen van de volksgezondheid zou je verwachten dat de overheid de verkoop van edibles vanuit coffeeshops toejuicht. Een reactie van het Openbaar Ministerie kreeg ik niet. Ook niet na het sturen van een herinnering. Een reactie van de burgemeester ontving ik bijna zes maanden na het verzenden van mijn brief. De burgemeester maakte kenbaar de verkoop van spacecake en andere edibles niet te zullen gedogen. Als reden werd opgegeven; “zorgen omtrent volksgezondheid en voedselveiligheid in combinatie met te verwachten handhavingsproblemen”. De burgemeester meldde dat het Openbaar Ministerie in Limburg dit ingenomen standpunt deelt. Een verdere toelichting ontbrak. Mij is niet duidelijk waarom de gezondheid bij het eten van een spacecake zorgelijker is dan het roken van een joint vermengd met tabak. Ik ben benieuwd of er binnen de overheid goed wordt nagedacht over de manier waarop je het roken van tabak bij cannabisconsumenten succesvol kunt terugdringen. Wat ik zie is dat de belangen van de volksgezondheid moeten wijken voor het gemak van handhaven. Handhaving bij coffeeshops lijkt niet langer een middel, maar een doel op zichzelf te zijn geworden.
Rechtenstudenten leren dat het Openbaar Ministerie één en ondeelbaar is. In de praktijk leren juristen dat dit niet waar is. Dat de verkoop van spacecake, gemaakt uit rauwe hennep, is toegestaan in Amsterdamse coffeeshops betekent niet dat dit ook in Limburg mag.
André Beckers