Abimo
Hoi spionnen pionnen van me! Hier is jullie favoriete spion weer met een volgend spannend verhaal! Eigenlijk was het deze keer niet mijn bedoeling om op avontuur te gaan. Ik wilde gewoon een beetje ontspannen op Paddy’s oude vissersbootje. Lekker dobberen op het water, een stukje pizza eten en af en toe een visje aan de haak slaan. Maar mijn naam is niet voor niets spion 009. Het avontuur zoekt mij op. Een superspion in het rijk Animala heeft nu eenmaal geen rustig leventje. Ik heb al meer dan 3000 geheime missies en opdrachten achter de rug. Wil je weten hoe mijn rustige visdagje ontaardde in een explosief avontuur? Blader dan snel dit rapport door!
et oude, gammele vissersbootje van Paddy dobberde zachtjes op het water. Ik likte aan mijn lolly en keek slaperig naar mijn hengel die uit de boot hing. Harry haalde me voor de zoveelste keer uit mijn roes. ‘Ik heb honger,’ klaagde hij. ‘Dat is je eigen schuld, Harry,’ zuchtte ik. ‘Jij wilde ons lunchpakket niet meenemen. Alleen maar die minibarbecue van Paddy.’ ‘Ja, maar jij had me wijsgemaakt dat hier veel vis zit!’ pufte Harry. ‘Ik wilde al die lekkere vissen die we zouden vangen roosteren. Na twee uur hebben we nog niet eens een vin van een vis gezien!’ 9
‘Een beetje geduld is een goeie zaak!’ ‘Ik heb geduld! Maar mijn maag niet!’ Waterdruppels vielen opeens uit de lucht en maakten cirkeltjes in het water. ‘Nu begint het ook al te regenen!’ zeurde Harry. ‘Zouden we niet terugkeren naar Paddy? Die zit lekker droog in zijn strandhuis… met ONS lunchpakket!’ ‘Nee, Harry, we zijn hier om ons te ontspannen.’ ‘Jij hebt gemakkelijk praten! Jij draagt een regenjas!’ Ik bekeek mijzelf en zag nu pas dat ik als gevolg van de regen was veranderd in een echte visser met vissersjas en zuidwester. Tja, een kameleon zijn is handig! Piep! Piep! Piep! Mijn pieper ging af! Dat betekende dat er een vis aan de haak hing! Ik sprong overeind en keek naar mijn dobber. Hij was kopje onder gegaan! ‘Snel dan!’ schreeuwde Harry. ‘Als je die vis niet vlug ophaalt, heeft hij jou beet!’
10
riep ik.
Voor één keer had Harry gelijk. Ik pakte de hengel vast en haalde de buit binnen. Wat een prachtige vis…haak. Een vishaak? En een hengel? ‘Oeps,’ kreunde Harry. ‘Je hebt een haak aan de haak geslagen.’ Ik bekeek de vishengel. ‘Dit is een vishengel van “FisherTwice”. Net zoals die van jou, Harry.’ ‘Euh… ja… toevallig hè.’ Ik keek over mijn schouder en zag dat de vislijn van Harry niet meer uithing. ‘Harry… is dit jouw vislijn die ik opgevist heb?’ ‘Euh… het zit zo dat…’ ‘Ja of nee?’ ‘Word je kwaad als ik “ja” zeg?’ ‘Ja.’ ‘Nee dan.’ ‘Het is dus die van jou?’ ‘Het ging per ongeluk. Echt! Ik wilde kijken of ik beet had en toen schoof de hengel uit mijn poten.’
12
Hoofdschuddend gaf ik Harry’s vislijn terug en liet mijn dobber opnieuw te water. Harry nam een grote fles bosbessenlimonade uit zijn rugzak en ging aan de andere kant van de boot zitten. ‘Gelukkig hebben we toch iets te drinken bij ons,’ zuchtte hij. Tien minuten later weerklonk er opnieuw: Piep! Piep! Piep! ‘Beet! Ik heb beet! Ik heb beet!’ schreeuwde ik opnieuw. Wat zou ik aan de haak geslagen hebben? Een karper? Een schol? Een tong? Een paling? Het was een… een… fles. Een fles? Er zat een briefje in! Ik sloeg de fles aan diggelen tegen de rand van de boot en las het kleine, verfrommelde papiertje. In een rommelig handschrift stond geschreven:
13
Help!
Ik zit in een boot op zee met een vismaniak! En ik heb ho nger!
REUZEhonger!
Bovendien moet ik dringend naar het toilet! Wie helpt mij?
P S Opgelet: de vismaniak is een superspion, dus wees voorzichtig als je mij komt redden! Je vriend in nood
H.
Ik keek naar Harry, die deed alsof zijn neus bloedde. ‘Euh… mooi vissersbootje staat op de achterkant van dat papiertje getekend hè?’ zei hij. 14
‘Heb jij dit briefje geschreven, Harry?’ ‘Euh… een beetje.’ ‘Dit is de laatste keer dat je met mij mee gaat vissen!’ riep ik uit. ‘Alsof ik met jou ooit nog wil gaan vissen!’ sneerde hij. ‘Stop met van alles in het water te gooien, Harry! Je jaagt alle vissen weg!’ Harry zei niets terug en ging op zijn plaats zitten. Na een tijdje zuchtte hij: ‘Ik wou dat ik een vis was.’ ‘Zwijg, Harry!’ Maar hij zweeg niet. ‘Als ik een vis was, kon ik tenminste plankton eten en in het water plassen.’ Piep! Piep! Piep! ‘Ik heb beet!’ riep ik voor de derde keer uit. Ik wilde de buit binnenhalen, maar wat er aan de lijn hing, was veel te zwaar. ‘Harry?’ ‘Ja?’
15
‘Je hebt toch geen hele boot in zee gegooid hè?’ ‘Nee.’ ‘Iets anders dat héél zwaar is?’ Harry dacht hardop na. ‘Ik heb alleen een leeg blikje cola in het water gegooid. En een oude teddybeer. En ook een voetbal, een potje nagellak, een tijdschrift, een paar schoenen, een balpen, een kartonnen doos en een vuile onderbroek. Maar nee… niets zwaars.’ ‘Wat hangt er dan in Animala’s naam aan mijn vishaak?’ Harry wees opeens geschokt naar het water en stotterde: