Sloten Aantal kinderen: 2 Niveau: 2, 3
Benodigdheden:
• potlood • bouten, moeren • plankje met gaatjes in van verschillende diameters • hangsloten met sleutels of code • fietssloten met sleutels, kettingen, een kleine ijzeren doos met slot • klemmen • sleutelhangers die op een verschillende manier opengaan • kurkentrekker • flessenopener • bokaalopener • notenkraker • stokjes en andere dingen die je als hefboom kunt gebruiken. • potten/flessen die de kinderen kunnen openen met het materiaal hierboven, bv. flessen met een (kroon)kurk, glazen bokalen, maar ook noten, enz. • geldbeugels met verschillende sluitingen • gespen, ritssluitingen, klittenbandsluitingen, touwtjes, ringmapsluitingen Verder eventueel: • hamer, spijkers, krammen, schroevendraaiers, schroeven, houten plankjes… • meccano: latjes met bouten en moeren om een constructie te maken. • deurslot al dan niet op een plank bevestigd Als verrijking voor deze doos, kun je ook nog de doos 'Potje open, potje toe' aanbieden.
Gebruikte kaarten:
Ontdekkaart 1: Allemaal sleutels: Leg de sleutel op de juiste schaduw. Ontdekkaart 2: Slotenketting: Gebruik zoveel mogelijk materiaal uit de doos om een lange ketting te maken. Teken je ketting na. Ontdekkaart 3: Wat hoort bij elkaar?: Wat gebruik je om een fles, bokaal, slot en een noot te openen? Ontdekkaart 4: Wat hoort bij elkaar?: Verbind wat bij elkaar hoort. Ontdekkaart 5: Open en toe: Teken de pot die je hebt opengedaan en daarnaast het voorwerp dat je hebt gebruikt.
Abimo Uitgeverij
27
Sloten
Werkwijze: Niveau 1:
Laat de kinderen met de materialen experimenteren.
Niveau 2:
Zoek welke bout bij welke moer hoort, de kinderen kunnen deze in het juiste gaatje door het plankje steken.
Probeer de potten en flessen te openen met de kurkentrekker, de potopener…
Leg de spijkers en bouten van groot naar klein.
Ontdekkaart 1: Leg de sleutel op de juiste schaduw.
Dit is een blanco document, zodat je jouw sleutels er op kunt tekenen. (Je kunt ook gewoon een kopie van je sleutels nemen)
Abimo Uitgeverij
28
Sloten
Niveau 3:
Zoek welke sleutel bij welk slot past. Bij Ontdekkaart 1 is het mogelijk de moeilijkheidsgraad aan te passen door in plaats van de contouren van de sleutels te tekenen, pijlen te tekenen die even lang zijn als de sleutels.
De pijlen staan in verschillende richtingen getekend en de kinderen zoeken de sleutel die even lang is als de pijl en leggen die in de juiste richting.
Ontdekkaart 2: Maak met
alle sloten en sleutelhangers een lange ketting. Gebruik hiervoor zoveel mogelijk materiaal uit de doos. Teken je ketting na.
Maak een bouwwerk met meccano.
Abimo Uitgeverij
29
Sloten
Ontdekkaart 3: Wat gebruik je om een fles,
bokaal, slot en een noot te openen? De kinderen gaan experimenteren met de voorwerpen en de materialen alvorens ze de voorwerpen met een lijn verbinden.
Ontdekkaart 4: Verbind wat bij elkaar hoort. Ontdekkaart 5: Teken de pot die je hebt
opengedaan en daarnaast het voorwerp dat je hebt gebruikt. Indien de kinderen een noot met een notenkraker hebben geopend, kunnen ze dit tekenen, maar ook als ze met allerlei soorten hefboompjes een kurk van een fles hebben gekregen.
Variatie:
Bied verschillende cijfersloten aan die allemaal een andere code hebben. Schrijf de codes op een blad. De kinderen proberen de codes op alle sloten uit, tot ze allemaal open zijn.
Je kunt iets leuks in een metalen doos (of safe) doen en deze met kettingen en sloten dichtmaken. De kinderen proberen deze zelf open te krijgen.
Creatieve verwerking: Van grote kartonnen dozen huizen maken is een activiteit die steeds met veel enthousiasme wordt onthaald. Maar het huis wordt verrijkt door het te voorzien van verschillende sloten. Bijvoorbeeld: met een haakje en een oogje, met een houten parel en een lusje, met een hangslot en een sleutel, met klittenband, met magneetstroken, enzovoort.
Je kunt in een schatkist telkens een kleinere doos doen, met verschillende sluitingen.
In elke doos zit een opdrachtje en in het kleinste doosje een schat.
Een sleutelhanger, dat wil iedereen, met schrinkels, vilt, siliconen pasta, fimo, macramé plasticine,…
Abimo Uitgeverij
30
Sloten
Ontwikkelingsdoelen
de kinderen (kunnen)
Wereldoriëntatie - Techniek - Kerncomponenten van techniek 2.1 van technische systemen die de kinderen zelf vaak gebruiken, aangeven of ze gemaakt zijn van metaal, steen, hout, glas, papier, textiel of kunststof. 2.2 van een eenvoudig technisch systeem uit hun omgeving aantonen dat verschillende onderdelen ervan in relatie staan tot elkaar, met betrekking tot een vooropgesteld doel. Wereldoriëntatie - Techniek - Techniek als menselijke activiteit 2.3 in een eenvoudige situatie nagaan welk technisch systeem het best tegemoet komt aan een behoefte 2.5 geschikt materiaal en gereedschap te kiezen voor het realiseren van een eenvoudig technisch systeem. 2.6 een eenvoudig technisch systeem maken, al dan niet aan de hand van een stappenplan. 2.8 zijn bereid hygiënisch, veilig en zorgzaam te werken. Wereldoriëntatie - Mens - Ik en de ander 3.6 weten dat mensen eenzelfde situatie op verschillende wijzen kunnen ervaren en er verschillend op kunnen reageren.
Nederlands - Taalbeschouwing 5.1 duidelijke vormen van mondelinge communicatie herkennen. 5.2 beseffen dat boodschappen visueel kunnen worden bewaard en daardoor opnieuw kunnen worden opgeroepen. 5.4 beseffen dat bepaalde symbolen (pictogrammen, lettertekens) dienen om boodschappen over te dragen.
Wiskundige initiatie - Getallen 1.1 handelend en verwoordend de ene concrete hoeveelheid dingen vergelijken met een andere hoeveelheid dingen. Bij het verwoorden gebruiken de kinderen daarbij de passende hoeveelheidsbegrippen (evenveel/niet evenveel dingen, veel/weinig dingen, te veel/te weinig dingen, dingen over/dingen te kort, meer/minder dingen, meest/minst dingen). Wiskundige initiatie - Ruimte (initiatie op meetkunde) 3.3 in een concrete situatie oplossingen vinden voor een ruimtelijk probleem.
Abimo Uitgeverij
31
Volg de stappen en maak een bootje!
1
2
3
4
5
?
Abimo Uitgeverij
Naam:
Wat hoort bij elkaar?
Wat gebruik je om de getekende voorwerpen te openen?
Abimo Uitgeverij
Naam:
Maak de tekening af
Plaats je spiegel in het midden tegen de rand van de tekening. Kijk goed naar het spiegelbeeld en maak de tekening af.
Abimo Uitgeverij