1970 - Nummer 6 - 02 november 1970

Page 1

blad van

de

economische

faculteit

l november 1970

Geachte Rostra-lezer,

Ook nu weer artikelen

om op te reageren.

Faculteitsvoorzitter Prof. Dr. A. ,lk ben erg voor privacy, heel sterk, lk heb bijvoorbeeld, ondanks verzoeken van kranten nooit een foto ingestuurd. Als u dan ook lastst zogenaamd een toto van mij in , Oe Telegra;af" hebt zlen staan wat det er een van mijn broer. lk vlnd het type interview, waar persoonlijke dingen in staan, wei voor de hand liggend voor politici bijvoorbeeld. Bij mensen die functioneel optreden, zoals ambtenaren, vlnd ik het niet nodig. Wat zo'n man verder denkt, en wat hij aan hobbies doet, daar heeft het publiek niets mee te maken." .,lk lijd niet in het minst onder het wat minder aardige imago van de fiscus. De mensen zijn meestal zo vriendelijk om -~genover mij daar niet zo veel van te uoen blijken. Het is overigens dui·delijk dat de belastingen onmisbaar zijn en ik denk dat zij nog omhoog zullen gaan . Belastingen en sociale verzekeringen zijn nu zo 'n 40°/o van het nationale inkomen en wij zullen deze eeuw wei de 50% bereiken . Er zijn steeds meer behoeften waarin we aileen collectief kunnen voorzien. Ook een minister als Witteveen ontkomt niet aan een vrij scherpe stijging van de uitgaven. Het is waar dat als het inkomen reeel stijgt, de mensen voor meer dingen zeit kunnen zorgen. We hebben maar een minister gehad sinds de tweede wereldoorlog gedurende wiens bewind de uitgaven niet zijn gestegen, dat is Hofstra geweest. Daarna is het weer pijlsnel omhoog geschoten. Naarmate de welvaart stijgt verschuiven de maatschappelijke criter·ia voor behoeftigheid. Een arbeider die in de 19e eeuw werkte en die in een van die woningen in de buurt van de Marnixstraat woonde, die -te laag waren om recht op in te staan, en die elke dag zijn brood had, daarvan zei men .,Daar hoeft niet voor gezorgd te worden". Nu zegen we onmogelijk, dat je dat handhaaft.

J.

van den Tempel·

Er zit in mijn vak wei toekomst hoor. De belastingmoraal? Nederland is stellig een van de goede Ianden. Elders in de EEG is het daarmee soms maar matig gesteld, zoals bij inkomstenbelasting buiten de loonsteer in Frankrijl<. In ltalie zou valgens een studie zelts van de omzetbelasting een derde worden ontdoken. Oat is een groot probleem, want aan gelijkheid op papier heb je niets. Het voorzitterschap van de taculteit is wei een tijdrovende zaak, Ja. lk heb het niet geambieerd. Om meer tijd te hebben voor mijn eigenlijke werk, hoople ik dat het ean mij zou voo rbijgaan . Maar de taculteit heett er tenslotte recht op dat iemand op zijn beurt voorzitter is. lk heb net een tormulier ingevuld van het CBS over mijn tijdsbesteding in een bepaalde week. In die week van mei bleken 23 uur te zijn gegaan naar het bestuur en beheer (zo heet dat): vergaderingen, besprekingen en veel teletoneren. In dat laatste gaat veel tijd zitten. Als je vier, vijf mensen nodig hebt, kan je dat gauw een paar uur kosten. Op de lange duur is dit een onhoudbare zaak. Ook andere facultei1svoorzitters zeggen vrijwel niets anders te kunnen doen dan dat en de directe onderwijstaak. Hetzeltde geldt trouwens in meerdere of mindere mate voor andere functies in de faculteit. Kun je dit werk overdragen aan ambtenaren? Een groot bezwaar daarvan is dat ais de man goed is hij zich al gauw een beetje breed maakt, en wat komt er dan van de democratisering terecht ? lk ben er een voorstander van, dat de beslissende invloed zoveel mogelijk in handen blijft van mensen die vertegenwoordiger zijn. Met de standpunten van de studenten wordt in de faculteit wei degelijk rekening gehouden. lk heb wei eens de indruk dat voor sommigen de mening van de studentenvertegenwoordig ers zwaarder

weegt dan de stem van collega·s. Van de studenten zijn in de vier jaar dat zij aan de faculteitsvergadering deelnemen, · tal van initiatieven uitgegaan en die zijn heel serieus genomen door de faculteit. lk werk prettig samen zowel met de vertegenwoordigers van de stat als met de vertegenwoordigers van de studen ten . We zitten in een situatie die misschien niet representatiet is voor de hele universiteit. Een van de betere punten van het ontwerp-Veringa is dat de oude structuur, de strenge atscheiding van de groep hoogleraren en lectoren van ·de wetenschappelijke stat, wordt doorbroken. Het werken als statli d is een levensstaat geworden, met e-3n taak die vaak hoge eisen stelt. Er ontstaat een taakverdeling, waarbij die scherpe scheiding niet Ianger past. Vandaar dat ik in de senaat indertijd heb gestemd voor eenheid van het wetenschappelijk corps. lemand die zeltstandig een vak beoetent, moet de functie van hoofdmedewerker als een eindfunctie kunnen zien . Niet als een functie van .,nou ben ik gestrand, want ik ben geen lector of hoogleraar geworden". Voor zijn specialisme kan er wei geen leerstoel bestaan maar dan moet hij ook geen medewerker blijven helen. Wij hebben in ons land niet veel aanspreektitels. Professor is er een met een zware klan k. Het bezwaar ervan is dat het gebruik extra atstand schept juist in de gevallen dat er al veel atstand is. Hij kan naar mijn mening zonder schade verdwijnen. J e zegt ook n·iet lector of dag hoofdmedewerker als je binnen komt. Op het tentamen is het nog het minst storend, om te worden aangesproken met professor, maar zodra ik dan die man op vakantie tegen kom en hij gaat dan aldoor professor tegen me zeggen, dat klinkt toch een beetj e . .. he? Je beroep wordt altijd maar rondg eroepen ook."


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.